OFFERTE AANVRAGEN
Offerte aanvragen

Taleninstituut ’s-Hertogenbosch

Direct naar ➤ Cursussen - Online - ERK - ISO - 's Hertogenbosch - Nieuws
Dagnall taalcursus op locatie
Dagnall taalcursus online
Dagnall taalcursus contact opnemen
Taleninstituut Dagnall - Wij kunnen snel schakelen - Binnen een week beginnen is mogelijk

START VANDAAG NOG MET UW REIS NAAR TAALBEHEERSING

Taaltrainingen in ’s Hertogenbosch van topniveau


Talen verbinden u met de wereld en zijn een communicatiebasis die deuren voor u opent - met name op het professionale vlak. Om deze reden hebben organisaties die investeren in de taalkennis en taalopleiding van hun werknemers, een duidelijk voordeel alsook een voorsprong.
Dagnall Taleninstituut biedt u precies wat u zoekt: effectieve taaltrainingen van het hoogste niveau voor medewerkers en leidinggevenden in en in de buurt van ’s Hertogenbosch.
Taaltraining op maat, omdat uw organisatie of bedrijf welbespraakte werknemers verdient.

Vakgebieden


Zakelijk, technisch of medisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal.
Iedere bedrijfstak heeft een eigen taalgebruik en hanteert eigen terminologie. Geef uw medewerkers duidelijke concurrentievoordelen en een zelfverzekerde uitstraling, door middel van branchespecifieke taalkennis van het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen in ’s Hertogenbosch aan in een grote verscheidenheid aan gespecialiseerde vakgebieden.
Screenshot navigatiesysteem met tekst Taleninstituut s-Hertogenbosch aangegeven - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Goed op weg met Dagnall Talen

Landkaart Nederland grijs - locatie Dagnall Taleninstituut in ’s-Hertogenbosch - aangegeven met blauw plaatsnaambord met witte letters en Dagnall veer - op transparante achtergrond - 600 * 733 pixels

of bij u op locatie

  
Vrijblijvend informeren naar een taaltraining bij u in de buurt
Taalcursus Verenigd Koninkrijk
Taalcursus Duitsland
Taalcursus Frankrijk
Taalcursus Spanje
Taalcursus Nederland
Taalcursus Portugal
Taalcursus Italië
Taalcursus Denemarken
Taalcursus Zweden
Taalcursus Noorwegen
Taalcursus Finland
Taalcursus Rusland
Taalcursus Polen
Taalcursus Tsjechië
Taalcursus Slowakije
Taalcursus Kroatië
Taalcursus Hongarije
Taalcursus Roemenië
Taalcursus Bulgarije
Taalcursus Turkije
Taalcursus Griekenland
Taalcursus Israël
Taalcursus China
Taalcursus Japan

DE ORGANISATIE VAN UW TAALTRAININGEN IN GOEDE HANDEN

Werkgerelateerd & doelgericht


Wij bieden onze taaltrainingen op maat in ’s Hertogenbosch aan als individuele (1-op-1) les, als groepscursus met collega’s, als intensieve workshop en als langdurige, regelmatige training - met face-to-face-les alsook online cursus. Iedereen kan bij Dagnall Talen talen leren op een manier die het meest geschikt is voor hem of haar.
Organisaties zijn behalve de klassieke taaltaalcursussen vooral geïnteresseerd in de werkgerelateerde taalcursussen zoals Zakelijk Engels en/of Duits en/of Technisch Engels en/of Duits. De taalcursussen worden op de individuele behoeften van de klanten afgestemd. Dagnall biedt de mogelijkheid om door middel van gecertificeerde taaldocenten met uitstekende beoordelingen en recensies onbegrensd talen te leren in ’s Hertogenbosch.
Dagnall Talen leidt u doelgericht en snel naar de door u beoogde resultaten.

Filosofie van Dagnall Taleninstituut


De filosofie van Dagnall is om vreemde talen te leren zonder schroom alsook met gemak en plezier. Dagnall Taleninstituut gaat daarom tot het uiterste om te zorgen dat u de taal van uw keuze moeiteloos en zonder remmingen leert.
Een vreemde taal leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Taleninstituut met methodes die het leerproces gemakkelijker en prettiger maakt. Met deze methodes wekken we uw nieuwsgierigheid op en ondersteunen we uw bereidheid om te leren. Met dagelijks 15 minuten oefenen, brengen we cursisten in grote stappen naar het beoogde niveau.
Dagnall Taleninstituut is een partner voor iedereen die een taal wil leren in ’s Hertogenbosch.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten

PLAN VAN AANPAK DAGNALL TALENINSTITUUT

Wij stellen de leerdoelen en wensen vast in overleg met u als opdrachtgever. U meldt de cursisten aan met hun contactgegevens. Dagnall Talen verzorgt een intake op locatie of, indien gewenst, online of telefonisch. Na het intakegesprek, waarin op basis van het Europees Referentiekader het huidige en gewenste niveau van de cursisten wordt bepaald, ontvangt u van ons een cursusvoorstel op maat samen met de offerte.
Na akkoord van de offerte stemmen wij de planning van de cursus af op uw agenda en uw situatie.
Na enkele lessen evalueert de trainer de inhoud alsook de voortgang van de cursus. De doelstellingen kunnen, indien noodzakelijk, worden bijgesteld.
Na de laatste les ontvangt u een eindrapport samen met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers zijn behaald. De deelnemers ontvangen eveneens een certificaat van ons instituut.
[ Lees meer ]


Intake

Planning

Cursus

Certificaat

Betaalbaar taleninstituut in ’s-Hertogenbosch sinds 1982

In 1982 is ons taleninstituut gestart en geeft sinds 1982 taalonderwijs op maat aan het bedrijfsleven en (overheids)instellingen in ’s-Hertogenbosch en omliggende gemeenten. Wij hebben kundige en ervaren taaltaaltrainers die experts zijn op taalgebied en legio trainingen hebben verzorgd in Noord-Brabant.
Door de aanpak die zowel functiegericht als werkplekgericht is, levert taleninstituut Dagnall Talen u betaalbare en effectieve taalcursussen in ’s-Hertogenbosch. Maximaal rendement door maatwerk; daar staat Dagnall Taleninstituut voor!
Betaalbaar maatwerk bij Dagnall Taleninstituut in ’s-Hertogenbosch

Taal op de werkvloer

Taal op de Werkvloer: draagvlak is noodzakelijk! Een cursus die zich richt op het vergroten van de taalvaardigheid op de werkvloer is bij veel organisaties inmiddels gemeengoed.
Medewerkers zonder of met weinig kennis van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een beperking in hun werkomgeving en zij willen graag en sneller en/of beter op de werkvloer kunnen communiceren.
Zij willen in staat zijn om de werkinstructies op de werkplek goed te kunnen begrijpen en opvolgen. Deze medewerkers willen graag zelfverzekerder hun werk kunnen doen en natuurlijk hun ambities op hun werk waarmaken. Dit vereist een investering in personeel en in de ontwikkeling van het bedrijf.
[ Lees meer ]

VELE WEGEN NAAR EEN BETERE TALENKENNIS IN ’S-HERTOGENBOSCH

Behoeftes & leermethode


Een goede taaltraining is niet alleen toegespitst op de vraag van de cursist, klant, organisatie of werkgever, zoals betere spreek- of schrijfvaardigheid.
Een goede taaltraining is tevens afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de cursist zelf.
Een taaltraining (bij een taleninstituut in Sneek) die het beste bij hem of haar past.

Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?


De vakkundige taaltrainers van ons taleninstituut zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van kennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo fijn en dit zorgt dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het alom bekende hoge rendement van Dagnall behalen wij door een mix van deze beproefde leermethode met het oogmerk op de cursist(en) en het nagaan of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall Taleninstituut kunt u voor taalcursussen terecht die op een maatwerktraining gebaseerd zijn.

Ons taleninstituut biedt groepscursussen van 3 tot 8 à 10 deelnemers, duocursussen (met 2 deelnemers), individuele taalcursussen, onlinecursussen, het online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met jargon en woordenlijsten van de specifieke organisatie.
De taaltrainers van ons instituut gebruiken veel eigen lesmateriaal dat zij door de jaren heen hebben gecreëerd en verzameld en spelen voortdurend op actuele ontwikkelingen en thema’s in.

Een prettige manier van leren


Een bijkomend voordeel is dat dit echte maatwerk als een zeer fijne manier van werken wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de taaldocenten van Dagnall in ’s-Hertogenbosch. Deze, door de jaren heen steeds verder ontwikkelde en verfijnde manier van werken is het gewaardeerde handelsmerk geworden van Dagnall Taleninstituut. Onze cursussen zijn dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar ook aangepast aan de leermethode die zeer geschikt is voor de cursist.
Effectief een vreemde taal leren in ’s Hertogenbosch bij Taleninstituut Dagnall

INDIVIDUELE CURSUSSEN & GROEPSCURSUSSEN

Individuele cursussen & groepscursussen


Dagnall Taleninstituut cursussen op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de organisatie van de cursus uit handen kunt geven.
Ons taleninstituut biedt deze individuele cursussen en groepscursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en

groepscursussen gebruikt Dagnall Taleninstituut moderne en gevarieerde onderwijsmethodieken om doelgericht te kunnen trainen en leersucces te verzekeren.
Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen uiteraard zowel bij u op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij ’s Hertogenbosch gegeven worden.
Maatwerk individuele & groepscursussen in ’s Hertogenbosch

Maatwerkcursussen


Dagnall taleninstituut biedt individuele cursussen voor het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren in ’s-Hertogenbosch en omgeving.
Een individuele taalcursus noemt men ook wel één-op- één-taalcursus of privéles.
De individuele taalcursussen van Dagnall Taleninstituut staan al vele jaren bekend voor persoonlijke aandacht, maatwerk en een zeer hoog rendement.
De individuele cursussen van taleninstituut Dagnall zijn maatwerkcursussen en worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, de branche, het taalniveau, de leerstijl en de praktijksituatie.
De cursussen worden opgesteld om de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen te behalen.

Ons taleninstituut biedt groepscursussen met 3 tot 10 personen, maar ook duocursussen (2 deelnemers) aan bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren.
De leergroepen houden wij zo klein mogelijk om de leereffectiviteit te maximaliseren en de cursisten maximaal te ondersteunen.
De groepscursussen van Dagnall Taleninstituut zijn ook maatwerkcursussen en worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de leerstijl alsook de praktijksituatie alsook de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te kunnen behalen.


Pluspunten individuele cursus


Het grootste voordeel van een individuele taalcursus is het hoge rendement doordat veel informatie wordt opgenomen in een vrij korte periode.
Doordat de taalcursus intensief is, wordt meer vooruitgang geboekt en wordt het leertraject zo kort mogelijk gehouden.
Flexibiliteit is nog een groot voordeel van een individuele cursus. De taalcursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist en de inhoud van de cursus kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de specifieke aandachtsgebieden van de cursist.
Doordat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden, is de leervordering optimaal.
Een individuele is eveneens taalcursus ideaal op de agenda van de cursist af te stemmen waardoor het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.


Pluspunten groepscursus


Het grootste pluspunt van een groepscursus is vooral de interactie met de andere lerenden; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van discussies en rollenspellen.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander groot pluspunt; het leren van elkaars fouten en communiceren in de doeltaal met elkaar. Deze afwisseling kan door cursisten als prettiger worden ervaren.
Omdat tegelijk meerdere medewerkers worden getraind en de groep vrijwel hetzelfde kennisniveau bereikt, zijn groepscursussen daarnaast efficiënt .
Ook zijn groepscursussen iets minder intensief (iets minder zwaar) voor cursisten dan individuele taalcursussen.


Minpunten individuele cursus


Bij individuele taalcursussen kunnen rollenspellen en discussies alleen worden gedaan en gevoerd met de taaldocent.
Doordat er geen interactie is met andere deelnemers, kan de geleerde kennis niet in groepsverband worden geoefend.
Ook is het niet mogelijk om te leren van de foutjes van andere deelnemers omdat er geen groepsdynamiek is.
De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is voor de cursisten ook behoorlijk intensief (zwaarder).


Minpunten groepscursus


In een groepscursus wordt minder aandacht aan het individu gegeven en kunnen de cursisten iets sneller zijn afgeleid. Het rendement is hierdoor wat lager. Gedeeltelijk kan dit worden ondervangen door de groepen iets kleiner te maken (minigroepen).
Groepscursussen kunnen ook minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen.
Dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursisten afgestemd kan worden, is een bijkomstig minpunt van groepscursussen.

Pluspunten

Individuele cursus in één oogopslag



  hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
  afgestemd op individuele leerstijl
  inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
  afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
  afgestemd op agenda cursist


Minpunten

Individuele cursus in één oogopslag



  geen interactie met andere cursisten
  vrij intensief voor de cursist
  geen groepsdynamiek

Pluspunten

Groepscursus in één oogopslag



  interactie met andere cursisten
  groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
  groep komt op hetzelfde kennisniveau
  efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
  minder intensief dan individuele cursus


Minpunten

Groepscursus in één oogopslag



  iets minder aandacht voor individuele cursist
  minder afgestemd op individuele leerstijlen
  minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor taalcursussen

VERSCHILLENDE SOORTEN CURSUSSEN VOOR ELK NIVEAU

Dagnall Taleninstituut verzorgt cursussen voor zowel beginners, halfgevorderden als gevorderden.
Niet iedereen heeft de mogelijkheid om naar een talencentrum te gaan. Daarom bieden wij de taalcursussen ook incompany en online aan.

Bij Taleninstituut Dagnall kiest u als cursist
bijvoorbeeld voor een intensieve of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Nederlands, Engels, Duits, Frans en Spaans of een cursus spreekvaardigheid of telefoontraining. Uiteraard is een combinatie van deze trainingen ook mogelijk.
Wij staan voor (betaalbaar) maatwerk!
Woordenwolk in veer logo Dagnall Talen met toepasselijke sleutelwoorden voor Dagnall Talencursussen - in donkerblauw, groen en grijs op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels
Stukje hout boven Dagnall potlood met geslepen punt en gum met gedrukt Dagnall Talen logo - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels

Kennen en kunnen

Taalkennis betekent niet alleen kennen (weten) maar bovendien aandacht voor kunnen (handelen). Met gerichte oefening zorgt Dagnall Talen dat de opgedane kennis sneller actief kan worden toegepast.
Al gauw doet u die vergadering of dat lastige telefoongesprek in de nieuwe taal en kunt u trots zijn op uzelf. Dagnall brengt taalkennis tot leven!

ALGEMENE LEERMETHODES

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog moesten de (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden leren. Door de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode soms bekend als de ‘legermethode’.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kun je beschouwen als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen geheel werden gegeven in de doeltaal. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren en de grammaticale structuur worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is vrijwel zonder fouten leren verstaan en spreken, wat begint bij iemand leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met drills om zinnen alsook structuren te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch worden. De docenten kunnen bijvoorbeeld een zin 10 maal herhalen en vervolgens een nieuw woord of meerdere nieuwe woorden toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waarbij studenten een hoofdtelefoon op hebben en naar zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven taal komt pas aan bod als de mondelinge taal al vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe woorden te introduceren.

Populariteit


De methode werd in Nederland pas geïntroduceerd omstreeks 1970 toen de Mammoetwet inging. Al gauw waren er grote bezwaren tegen deze betekenisloze driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde. De talenpractica raakten hierdoor al vrij snel in onbruik. In plaats van de talenpractica werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden weer expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode wel sporen na. Het was nu alom aanvaard dat het bij het leren van een taal niet gaat om het memoriseren van de grammatica, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid, die vóór 1970 voor veel taaldocenten niet bestond, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is voor mensen die een taal beginnen te leren effectief. Vanaf het begin wordt een correcte uitspraak aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een snelle en efficiënte overdracht van taalkennis. Deze audiolinguale methode kan ook bij grote(re) groepen worden toegepast.

Tegelijk is deze docentgestuurde kant een nadeel; er wordt geen eigen input van de lerenden verwacht. Hierdoor ligt het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de driloefeningen niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is ontwikkeld door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal op een zodanige manier te leren dat het in het langetermijngeheugen wordt opgeslagen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die later worden herhaald. De opgeschreven zinnen en woorden worden hardop gelezen door de lerenden. Al deze woorden en/of zinnen of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar door blootstelling gebeurt dit automatisch. Deze woordenlijst wordt telkens veranderd; woorden die aangeleerd zijn, gaan van de woordenlijst af. Die woorden die nog steeds problemen opleveren, blijven op de lijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList Method claimen dat deze woorden of zinnen in de vreemde taal spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, maar veel geheugenwetenschappers bestrijden dit. In het algemeen wordt kennis opgeslagen wanneer de kennis van betekenis en relevant is voor de student. De GoldList-methode kan werken voor woorden en zinnen die betekenisvol en relevant zijn voor de lerende.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Voor lerenden die het prettig vinden om bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun te gebruiken, kan deze methode goed werken. Opschrijven werkt beter dan typen of, behoorlijk zinloos: een foto maken, omdat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Een minpunt van deze methode is het ontbreken van context. Taal bestaat uiteraard uit veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode nogal tijdrovend omdat er steeds handgeschreven woordenlijsten moeten worden aangemaakt.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method is gericht op een natuurlijke manier van het verwerven van een vreemde taal. De leermethode probeert de taal aan te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. Op die wijze leert de student onbewust ook de taalregels van de vreemde taal. Alleen de doeltaal met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Er wordt gestreefd naar een leeromgeving zonder stress voor de studenten. De lerenden worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de Natural Approach wordt de taalproductie niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en niet zo zeer op expliciete grammatica en het corrigeren van vormfouten.

Als de lerende wordt ondergedompeld in de taal, is de leermethode het meest effectief. De activiteiten in de te leren taal moeten stimulerend zijn zodat de studenten plezier van de ervaringen hebben.

De Natural Method leermethode lijkt veel op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen deze twee leermethoden is dat de Directe Methode meer de nadruk op de praktijk legt en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Dat onderdompeling zeer effectief is, is al vaak aangetoond. Doordat de methode betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen, is de natuurlijke aanpak een populaire wijze van lesgeven bij taaltrainers. Maar er kleven ook nadelen aan de natuurlijke aanpak. De nadruk wordt vooral op het impliciet leren van de grammatica gelegd. Studenten zouden inderdaad leren om te communiceren, maar blijven hangen in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door onvoldoende kennis van de grammatica.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Op een natuurlijke manier leren, wordt als een prettige manier ervaren om een taal aan te leren. Lerenden wordt de kans geboden een persoonlijke band met de buitenlandse taal te creëren. Het geleerde beklijft langer, omdat studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’.

Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er bijna geen druk op de taalproductie ligt. Ook bereidt de methode de lerende niet per se op een specifiek examen voor.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado in de begin jaren 50 ontwikkeld.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


Deze Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om de lerende vertrouwd te laten raken met de grammaticale en fonologische structuren van de taal. Volgens de Structurele Aanpak levert het beheersen van deze structuren meer op dan de verwerving van woordenschat. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde is waar het bij de leermethode om gaat. Deze combinaties worden gepresenteerd aan studenten in reële situaties middels visualisaties, gezichtsuitdrukkingen, dramatiseringen en handelingen. Bij de methode worden de structuren die het vaakst worden gebruikt, als eerste geleerd. Mondelinge vaardigheden (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hierbij in de eerste instantie gebruikt; leesvaardigheden en schrijfvaardigheden volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plaats. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).

Populariteit


De Structurele Aanpak werd op grote schaal in de jaren vóór 1970 gebruikt voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de studenten de vreemde taal op een accurate wijze kunnen leren. De studenten krijgen inzicht in de grammatica van de taal en ze leren in welke situatie woorden of woordcombinaties wel of niet geschikt zijn voor de situatie. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de Structural Approach ook. De methodiek is tamelijk tijdverslindend en zorgt niet direct voor succeservaringen. De eigen inbreng van de studenten is behoorlijk beperkt; het is niet echt creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Communicatief taalonderwijs (Engelse benaming: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse benaming: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren zestig van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een vreemde taal legde. Amerikaans taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept van communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie het uiteindelijke streven is van het leren van een vreemde taal.

De studenten leren met gebruik van CLT-technieken de doeltaal in de praktijk te brengen door de interactie met de docent en onderling. Teksten, geschreven in de te leren taal of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werkomgeving worden gebruikt. De doeltaal wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.

Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaltrainers dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid in verschillende realistische situaties te oefenen. Grammatica wordt inductief onderwezen, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.

Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent echt een trainer, die de lerende helpt in de doeltaal te communiceren.

Populariteit


Het communicatief taalonderwijs werd heel populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes waren gebleken. Binnen het verenigde Europa ontstond een grotere vraag aan het leren van vreemde talen op een wijze die direct kon worden toegepast.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


Het communicatief taalonderwijs (CLT) heeft veel pluspunten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de vreemde taal; de methode is functioneel en studentgericht. Omdat authentiek materiaal wordt gebruikt, leren studenten de woorden die voor hen nodig zijn. Het is efficiënt. Voor de lerende werkt deze methode stimulerend omdat hij of zij gauw succeservaringen heeft. Fouten maken mag; de vaardigheden van de lerende wordt al doende geleerd en verbeterd. Een keerzijde van deze communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt besteed voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en de planning vereist veel meer tijd van de docent en van de lerende vraagt het een actieve deelname. Deze manier van een taal leren, is voor een aantal studenten moeilijk of ongebruikelijk, afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben. De methode CLT draait om het trainen van taalvaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en niet zo zeer om de vorm en deze methode biedt geen echt samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Er word geleerd om gebruiksklare zinnetjes, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, lijsten met woorden enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens lesboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Hij ontwikkelde omstreeks het jaar 1783 een methode waarbij de grammatica in het middelpunt stond. Meidinger wordt als grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM) gezien.

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie was. Onderwijs in Latijn was vanzelfsprekend gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en was geheel gericht op vertalen en grammatica. Deze aanpak werd destijds als degelijk en wetenschappelijk beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse van taalvormen en taalstructuren uit waarbij studenten zelf inzicht ontwikkelen. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij de Grammatica-vertaalmethode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal hebben de nadruk. De taaltrainer draagt de kennis over, de student memoriseert.

Populariteit


Al sinds halverwege de negentiende eeuw was er ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed op het talenonderwijs gehad.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, is de methode is een aardige mentale training. Ook biedt deze methode inzicht in de structuur, doordat de nadruk op de grammatica wordt gelegd.

Er zijn echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de luister- en spreekvaardigheid ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren weinig mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van de te leren taal, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal gaat om literair taalgebruik. Deze methode biedt geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij studenten bij het werken in groepsverband. De lerende is slechts toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wereldwijd gebruikt, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die bij onze collega’s van Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ‘de nonnen van Vught’ toegepast wordt. De methode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die taalles Frans gaven aan rijke dames uit Vught.

Kenmerken van onderdompeling


Onderdompeling houdt in dat degene die de taal leert, vanaf het eerste moment omgeven wordt door de te leren taal. De instructies vinden plaats in de doeltaal; in het begin langzaam en met veel herhalingen en later op een natuurlijkere manier. De lerende wordt ook uitgedaagd vanaf het begin om in de nieuwe taal te spreken. Er wordt gewerkt met simulaties en rollenspellen. Op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt de leeromgeving vaak in de stijl van het land van de doeltaal ingericht om een situatie te creëren alsof lerenden in het land zijn waar die taal wordt gesproken. De lerenden oefenen het spreken één-op-één of in kleine groepen. Naar het land van de doeltaal gaan en daar bijvoorbeeld in een gastgezin verblijven, is een andere wijze om onderdompeling te bereiken.

Populariteit


De methode van onderdompeling wordt beschouwd als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan zeer goed worden aangeleerd op deze wijze.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Het grote voordeel is dat deze methode snel resultaten laat zien, doordat de leermethode vrij intensief is. De leermethode is een kwestie van ‘sink or swim’, de lerende moet echt gaan communiceren in de doeltaal want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk is de lerende 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in groepen versterkt de sociale interactie. De studenten ervaren dit als motiverend.

Dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel. Als iemand in een vrij korte tijd een nieuwe taal leert, door in het land waar de doeltaal wordt gesproken, te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar daarna weer overgaat tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Het feit dat een dergelijke taaltraining erg intensief is, kan een ander nadeel zijn. Niet elke student heeft genoeg conditie om deze wijze van leren vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om een vreemde taal te leren die uit de jaren 70 van de vorige eeuw stamt. Suggestopedia (Nederlands: Suggestopedie) is ontwikkeld door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedia is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een taal) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de docent en de lerenden zijn daarvoor van essentieel belang. Hiervoor moet de student zich veilig en ontspannen voelen. Om deze situatie te creëren, was een leslokaal met een rijopstelling ongeschikt. De student zat in een comfortabele stoel tijdens de lessen die geplaatst waren in een halve cirkel en er was altijd muziek tijdens de klas. De leermethode zoals Georgi Lozanov voorstond, bestond uit teksten voorlezen, op de achtergrond werd klassieke muziek gedraaid of waren natuurgeluiden te horen. Er waren opmerkingen met betrekking tot de grammatica en woordenlijsten bij de teksten. Het voorlezen werd gedaan met veel expressie in stem en gebaren. De studenten werden op deze manier overgehaald om te luisteren en ze konden de woorden die nieuw waren voor ze, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal was veel tijd tijdens de lessen. Er werd met rollenspellen gewerkt en ook streekgerechten werden in de klas bereid en geproefd.

Populariteit


De methode Suggestopedia was omstreden en is niet heel bekend meer. Een aantal elementen van Suggestopedia wordt nog steeds toegepast, zoals het gebruikmaken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


De methode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student minder last zal hebben van frustratie of faalangst. Deze sfeer kan voor een immigrant aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland bijdragen. Muziek werkt vaak motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een ander pluspunt van de leermethode is dat de student wordt gestimuleerd om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is. Tegelijk vormt dit voor sommige lerenden een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend zijn in tegenstelling tot ontspannend of stimulerend. Een ander zwak punt is dat de verhouding taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle input komt van de taaldocent waarbij de lerende altijd de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


In het jaar 1976 ontwikkelde de Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
of afgekort CLL geheten.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


Community Language Learning is een methode om een taal te leren waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze methode is gestoeld op de counseling-benadering waarbij de trainer als een counselor optreedt die de zinnen van de lerenden omschrijft. De studenten starten een gesprek. Zijn de studenten de te leren taal nog niet machtig genoeg, dan spreken de studenten in hun moedertaal. De trainer vertaalt en legt uit, waarna de lerenden de uitingen van de trainer zo nauwkeurig mogelijk herhalen. Dit gesprek wordt opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.

Community Language Learning bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en de methode beschouwt de wisselwerking tussen de studenten als middel om te leren. Het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen aan de hand van betekenisvolle gesprekken. Er is geen leerboek dat gevolgd wordt.

Populariteit


Het succes van CLL is sterk afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. Bij deze methode dient de taaldocent naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn. De taaltrainer dient zowel de te leren taal als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. De methode kan prima werken wanneer deze op de juiste wijze wordt gebruikt. Voor grote klassen is Community Language Learning niet bruikbaar.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


Deze methode biedt de studenten een hoge mate van autonomie. Studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak zinvol. De leergroep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les, maar ook daarbuiten. Met CLL worden studenten zich veel bewuster van anderen in hun groep, hun sterke en minder sterke punten en ze leren om te werken als team. Van het bespreken door de fouten en het evalueren van de les leren studenten veel. Dergelijke correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van de actieve woordenschat van studenten.

Een keerzijde kan zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl sommige lerenden deze sturing wel nodig hebben. Bij deze methode wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen gehouden. Het succes van de les is hierdoor lastig meetbaar. Een aantal lerenden wordt belemmerd in hun spreken als zij worden opgenomen.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


Deze lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. Lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van de te leren taal (grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Ze leren hoe de vreemde taal ‘in het echt’ wordt gebruikt. De woordenschat neemt bij deze benadering een grotere plaats in dan de grammatica. De instructies zijn op situaties en uitdrukkingen die regelmatig voorkomen in dialogen gericht. Er is aandacht voor interactie maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er is veel ruimte voor het zelf ontdekken van de taal.

De taak van de taaldocent is voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de lerenden.

Populariteit


In de afgelopen dertig jaar zijn door de invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis leerboeken aanmerkelijk anders geworden. Bij deze methode wordt veel meer aandacht aan woordenschat van de te leren taal besteed die wordt aangeboden in chunks, in betekenisvolle brokjes. Een vergaande omwenteling in de manier waarop taal wordt onderwezen, waar Michael Lewis streefde, bleef echter uit.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


De studenten leren de taal op een heel natuurlijke manier te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van de taal.

Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van de leermethode. Met het zelf leren herkennen van de patronen van de vreemde taal hebben sommige lerenden moeite en zij hebben meer aan een trainer die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Fransman François Gouin in 1880.

Kenmerken van de Series Method


De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en weinig kennis van de grammatica van de doeltaal vereisen. Studenten leren zinnen op basis van een handeling, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze handeling zou worden uitgevoerd. Deze reeksen of series gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, beroep en wetenschap, vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik ontwikkeld. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Studenten gaan heel snel in de vreemde taal denken doordat een soort eentalige leermethode betreft, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.

Populariteit


De ideeën van Gouin over het leren van een vreemde taal waren hun tijd ver vooruit. Ondanks dat de methode een ongewone aanpak had, was de seriemethode van François Gouin gedurende een bepaalde periode een succes. De methode van François Gouin werd echter door Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.

Voor- en nadelen van de Series Method


François Gouin’s Series method ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden van de lerende en creëert een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de taalles.

De methode creëert levendig onderwijs. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit soort onderwijs enthousiasme op van de lerenden. Een taal leren werd tastbaar; iets wat geheel nieuw was. Studenten worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te ontwikkelen, de druk om te presteren te verminderen en het zelfvertrouwen te verbeteren. De communicatieve vaardigheid van de student wordt vrij intensief gestimuleerd met de methode.

De seriemethode van Gouin heeft echter als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever wordt, lastig in één concrete ervaring kan worden gevangen met bewegingen en expressies. De bewerkelijkheid voor de taaltrainer, die een scala aan reeksen voor moet bereiden, is een ander nadeel van de leermethodiek. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens voor het toetsen van de competentie van lezen en schrijven.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers van deze leermethode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael Hugh Long.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Het taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze achter deze methode is dat de verwerving van de te leren taal geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is kennis van de vreemde taal vereist. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, is het nodig dat zij over woordenschat en regels van de doeltaal beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld e-mails schrijven, een boodschap doen, met een klantenservice bellen, een krant lezen of een drankje bestellen. De opdracht wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, daarna de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Om de opdrachten uit te voeren, moeten lerenden samenwerken. Om leereffect te hebben, moeten de opdrachten net boven het niveau van de student liggen.

Populariteit


Task-Based Language Teaching is vanaf het begin van de jaren negentig zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Taakgericht taalonderwijs de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van lerenden (vooral lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij de lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, zolang de opdracht goed bij de lerenden aansluit. De student komt op een natuurlijke, dagelijkse manier in contact met de taal en leert op deze manier authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren daarnaast om samen te werken met andere studenten. De studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als prettig en motiverend.

Als nadeel kan van de methode genoemd worden dat de communicatie het belangrijkst is en niet de correcte vorm, waardoor de studenten die niet zeer nauwkeurig leren.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse linguïst en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in het jaar 2000.

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


‘Dogme 95’; de beweging van een aantal Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Voor het filmmaken, houden de deelnemers zich aan 10 strikte regels (dogma’s). Deze dogma’s vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het starten van echte inhoudelijke gesprekken die over praktische zaken gaan, is het doel van de Dogme-methode. Bij deze methode draait het om communicatie als aanjager van de taal leren. De benadering is daarom een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder lesboeken te gebruiken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan richt op de communicatie tussen trainer en lerenden. Net zoals de Dogme-beweging van de filmmakers, heeft het Dogme-taalonderwijs 10 uitgangspunten (dogma’s).

Populariteit


Ondanks dat er niet veel onderzoek naar het succes van Dogme is gedaan, stelt Scott Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van een taal erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Dat er nauwelijks voorbereiding is vereist, is een pluspunt voor de docent. Dat lerenden de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces, kan erg motiverend werken. Voorspelbaar zijn de lessen zo nooit; dat creëert spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Bij een les volgens de Dogme-benadering is zo goed als elk onderwerp bespreekbaar. Dit zorgt dat studenten betrokken en alert blijven.

De studenten kunnen zich daarentegen wel ongemakkelijk voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de taaldocent. Ook zijn niet alle taaldocenten in voldoende mate flexibel voor dit type onderwijs. Een keerzijde kan zijn dat lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een bepaald examen, terwijl het niet zeker is dat de leerstof hiervoor aan de orde komt tijdens de les.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is in het jaar 2007 ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


De GPA-benadering geldt als een alternatieve visie op het verwerven van een nieuwe taal. De primaire aanname van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van de taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur. GPA hanteert daarom de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA vertoont gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit de gastcultuur. Begrip is belangrijker dan productie. De woordenschat en de cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze neemt ongeveer 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ focust zich in fase 1 op het luisteren en het non-verbale feedback geven.

Fase 2 van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze neemt ruwweg 150 uur in beslag en nu beginnen de deelnemers de vreemde taal ook te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de methode is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de ontvangende cultuur te voeren. In fase 5 van de methode beginnen de deelnemers zich te richten op het taalgebruik van moedertaalsprekers door middel van nieuws, televisie, films en literatuur. De taal die voor het werk van de deelnemer is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei buiten de formele taalsessies om.

Populariteit


Er is nog weinig bekend over het succes omdat de leermethode van Thomson nog tamelijk nieuw is. Deelnemers zijn er in elk geval enthousiast over.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


De GPA-benadering biedt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving. De zes afzonderlijke fasen van GPA bieden realistische doelen alsook een duidelijk tijdsschema. De lerenden verwerven niet alleen kennis van de taal, maar eveneens van de omgeving en de lerenden verwerven daarnaast een nieuw sociaal netwerk.

Dat voor iedere deelnemer of minimaal iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren, is een minpunt van deze methode.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.

Kenmerken van de Shadowing Technique


De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen om de uitspraak en intonatie te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek van Shadowing is eigenlijk eenvoudig: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Bij deze methode is het niet belangrijk om de tekst in de vreemde taal ook te begrijpen; het gaat in eerste instantie om de klank. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak tot dit heel soepel gaat en de lerenden simultaan met de opname kunnen spreken. Na enige tijd zal de student een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat hij of zij heeft gezegd. Er zijn diverse lesboeken geschikt voor deze techniek, zolang de boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende teksten. De audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de student te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. Doordat lichamelijke beweging de opname versterkt van de te leren taal in het zenuwstelsel, doet Argüelles de aanbeveling lerenden om tijdens het spreken te gaan lopen, liefst buiten, en niet te gaan zitten. Dat de student minder snel afgeleid wordt als hij of zij in beweging is, is een andere grond zodat het werken aan de taal veel effectiever wordt.

Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale driloefeningen in plaats van dialoog of samenhangende teksten. Bij Shadowing is ook simultaan spreken anders.

Populariteit


Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de doeltaal wordt ook vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek in een groep lerenden kan worden gebruikt, waarbij elke deelnemer individueel actief leert. De methode heeft een hoog rendement.

De Shadowing-techniek heeft als keerzijde is dat studenten het soms een beetje saai kunnen vinden om dezelfde tekst steeds te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een methode om een vreemde taal te leren die uitgaat van het idee dat mensen met behulp van handelingen en beweging leren. Al doende leert men, en wel op de manier zoals kinderen de moedertaal leren. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid vormt dus de basis, daarna komt de spreekvaardigheid.

De methode van TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van een vreemde taal versneld toe. De trainer geeft op een begrijpelijke en vriendelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de studenten doen deze opdrachten na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de studenten dat ze spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Taken die bekend zijn worden uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.

TPR® appelleert de methode van aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde beklijft ook beter.

Populariteit


Hoofdzakelijk wordt TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar ook middelbare scholieren of volwassenen werken met plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


De methode van Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input krijgen aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de nieuwe taal. De methode zorgt voor vlotte succeservaringen. Dit bevordert het plezier in het leren van de nieuwe taal. Dit zorgt een stressvrij leerproces. In principe is de methode van TPR® bruikbaar voor elke doelgroep, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en kan de methodiek ook worden gebruikt in klassen die wat groter zijn. De nieuwe taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.

Dat niet alle taaluitingen in TPR®-taken kunnen worden uitgedrukt, is de keerzijde van TPR®. Hierdoor werkt het tot op een bepaald taalniveau en is nog een andere leermethode nodig als aanvulling. Ook is de methode niet echt creatief. Studenten leren niet om ideeën, gevoelens en meningen uit te drukken.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Er sprake van een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over leren dat zelfontdekkend en inductief diende te zijn. De Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van een vreemde taal, maar ook voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Rond 1900 streefde men, net zoals in de jaren 60 van de vorige eeuw, naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van het keurslijf. Er kwam in het taalonderwijs veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica eerder inductief werd geleerd, met voorbeeldzinnen. Hieruit moesten lerenden de taalregels afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met meer aandacht kwamen er voor de uitspraak van de vreemde taal. Het werd gestimuleerd de lerenden veel te laten spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de taalles in de doeltaal werd gegeven. Tijdens de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. De woordenschat werd aangeleerd door middel van voorbeelden en plaatjes. Abstracte vocabulaire werd door de studenten aangeboden voor het associëren van ideeën.

Populariteit


De vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede door invloeden van de crises en oorlogen, om in de jaren zestig weer een andere vorm te krijgen.

Taleninstituten als Berlitz en Interlingua werken nog altijd met een (moderne versie van) de Directe Methode.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat het een vrij natuurlijke manier van leren is, is het grote voordeel van de Directe Methode. Spreken en luisteren komen uitgebreid aan bod. Hierdoor ontwikkelen lerenden vloeiendheid in de taal en zelfvertrouwen. De leermethode kent eveneens minpunten. Voor de schrijfvaardigheid is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen in de vreemde taal ook relatief minder. Voor studenten die meer meer gevorderd zijn, biedt de methode niet genoeg uitdagingen. De Directe Methode is eveneens niet zeer bruikbaar voor minder snel lerende studenten, omdat de leermethode uitgaat van een daadkrachtige inzet vanuit de student.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een taal dient veilig en gemakkelijk te zijn. Daarom wil Manesca niet werken met abstracte regels en lijstjes met woorden die uit het hoofd geleerd moeten worden.

De Manesca-methode staat bekend als de eerst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is op het werken met een groep studenten en een trainer gebaseerd, die maar één nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen daarna afzonderlijk het woord en deze beweging. Door de herhaling onthouden de studenten deze woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de zinnen. De spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.

De Manesca-methode is reeds een aantal jaren later overgenomen en aangepast door Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.

Populariteit


Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het vreemdetalenonderwijs van vandaag.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Het vele herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat het wat saai wordt om dezelfde woorden en zinnen steeds te herhalen, kan door lerenden als een minpunt worden gezien.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld in 1963.

Kenmerken van de Silent Way


De stille manier is een taalleermethode die stilte gebruikt als instructiemiddel. De methode van Caleb Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.

Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de trainer om de aandacht te trekken van de lerende, reacties uit te lokken en de lerende aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Veel tijd wordt aan de uitspraak besteed.

Gattegno, die wiskundige was, vond het essentieel om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Caleb Gattegno kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan wanneer mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Hij betoogde dat de trainers niet zozeer dienen te streven naar het overbrengen van kennis, maar bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.

The Silent Way hierbij gebruikt onder andere staven met verschillende kleuren, die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek gebruikt ook Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van de taal staat, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.

Populariteit


Hoofdzakelijk bij het aanleren van de uitspraak van de doeltaal zijn Gattegno’s ideeën van invloed geweest, alhoewel de Stille Manier in zijn oorspronkelijke versie niet veel meer wordt gebruikt.

Voor- en nadelen van de Silent Way


De sterke kant van de benadering van Caleb Gattegno is dat zijn aanpak niet-bedreigend is voor lerenden, die immers gezien worden als autonoom. De taaltrainer is bij deze leermethode in feite aan de lerenden dienstbaar en niet andersom. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke manier gestimuleerd. Meestal wordt het geleerde goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Fouten maken mogen, wat helpt bij het leerproces.

Een minpunt kan zijn dat sommige lerenden intensievere begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorstaat. De lerenden kunnen gefrustreerd worden door de afwezigheid van input van de taaltrainer. Het werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er vrij snel af is. Hierdoor verdwijnt het effect.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.

Kenmerken van TPR Storytelling


De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om vreemde te leren. Het principe is een natuurlijke methode van taalverwerving: een taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden studenten aan veel begrijpelijke input blootgesteld. De taaldocent vertelt een verhaal, waarin nieuwe woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. De verhalen zijn eenvoudig te begrijpen, hierdoor ontspannen lerenden zich. Op deze manier worden woorden en structuren vanzelf in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen. De docent wijst de student op grammaticale verschijnselen van de doeltaal, zonder dat studenten taalregels uit hun hoofd hoeven te leren.

De studenten zullen na enige tijd ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuur van de nieuwe taal imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groep lerenden een verhaal opbouwen, is een variant hierop. De docent schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op het bord, met de vertaling erbij en daarna met de lerenden een verhaal te maken. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen is een belangrijk deel van TPR Storytelling, doordat dit voor input zorgt. In een later stadium volgt schrijven.

Populariteit


Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPR Storytelling een geslaagde manier is om een taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting dient geschikt te zijn en de trainer dient goed getraind te zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


TPRS is een laagdrempelige manier om een nieuwe taal te leren en het geleerde wordt grondig verworven. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is TPRS een plezierige methode en het is relatief gemakkelijk om de focus te behouden. Zelf verhalen verzinnen, werkt heel motiverend voor de lerende.

Een nadeel is dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaldocent vraagt.

COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-leermethode is naar de Steen van Rosetta vernoemd, een steen die werd gevonden in Egypte met een tweetalige tekst, waarmee de hiërogliefen zijn ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. In 1996 is de eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone cursus is een wijze om vreemde talen te leren achter een computer. Deze taalcursussen zijn in ruim dertig verschillende talen beschikbaar en ze zijn te volgen vanuit al deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier nabootst waarop kinderen hun moedertaal leren. Dat houdt in ‘leren door onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hiervoor foto’s en stemmen van native speakers (moedertaalsprekers) voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma. Dit programma registreert de uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. De lerende kan zo zijn of haar uitspraak met die van een moedertaalspreker vergelijken. De uitspraak kan worden verbeterd door de voorbeeldspreker minder snel te laten spreken en de studenten vervolgens veel na te laten spreken.

De methode biedt dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheid te oefenen. De software van de methode controleert de spelling en de grammatica en geeft fouten aan, waarbij mogelijkheid is om de fouten van de lerenden te corrigeren.

Het programma omvat eveneens leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.

Populariteit


Rosetta Stone wordt veel gebruikt wereldwijd, ook door grote en bekende organisaties. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In ons land wordt Rosetta Stone door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen, alsook door een aantal internationaal opererende organisaties ingezet.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


De methode van Rosetta Stone is zeer makkelijk in gebruik en de methode kan op ieder moment door de lerende toegepast worden. Welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken, wordt door de lerenden zelf bepaald. Veel studenten ervaren het als prettig om met de methodiek te werken. Bij een gebrek aan taaldocenten kan de Rosetta Stone-methode voor scholen een oplossing bieden. Een keerzijde is dat geen docent beschikbaar is om de studenten te motiveren of iets extra’s te bieden.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Dr. Paul Pimsleur; een Amerikaans taalkundige. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in het jaar 1963.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een computerprogramma om vreemde talen te leren.

Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes en dialoog in de doeltaal die door studenten worden nagesproken en worden herhaald. De zinnetjes zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en herhaling. De lessen omvatten een audio-opname van dertig minuten met nieuwe vocabulaire en structuur. De grammaticale structuren worden niet apart uitgelegd maar aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.

Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee kennis overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval verwerkt.

Populariteit


De Pimsleur cursussen worden onder meer gebruikt door Amerikanen en de ervaringen met de methode lopen uiteen. Over het algemeen zijn de gebruikers tevreden over de aangeleerde uitspraak van de doeltaal.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


Omdat de insprekers allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo spreken, werkt de Pimsleur-methode heel goed om de uitspraak te verbeteren.

Dat niets wordt uitgelegd, is de keerzijde van de methode van Pimsleur. De studenten leren geen bouwstenen van de doeltaal om zelf een zin te maken, maar moeten het met duizenden voorbeeldzinnen doen die uit het hoofd worden geleerd.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan tot de klantenkring kan rekenen.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Michel Thomas’ uitgangspunt was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij maakte de studenten duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.

De cursussen van Michel Thomas zijn audiolessen, door twee acteurs ingesproken; een vrouwelijke acteur en een mannelijke acteur. De setting is bij Michel Thomas een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de stemacteurs gesteld wordt, is het idee dat de lerenden op pauze drukken en de vraag eerst zelf beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De lessen worden in kleine stappen opgebouwd en nieuwe lesstof wordt met reeds bekende lesstof afgewisseld. De uitleg wordt steeds in de Engelse taal gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden gewezen tussen het Engels en de doeltaal, als deze verbanden bestaan. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Makkelijke lesstof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de lerende het voorgaande heeft begrepen en verworven. Naast woorden en zinnen in de doeltaal worden eveneens bouwstenen geleerd zodat de studenten zelf zinnen kunnen maken. De leermethodiek maakt ook gebruik van flashcards zodat studenten zelf hun vocabulaire kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te kunnen meten.

Populariteit


Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van de doeltaal. De gebruikers die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de cursussen minder zinvol.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De cursussen zijn zeer toegankelijk en trainen luistervaardigheid en uitspraak op een efficiënte manier. Dat de taalcursussen niet in schrijfvaardigheid voorzien, kan als een minpunt worden gezien. Een werkelijke interactie is er ook niet, omdat het audiocursussen zijn.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, opgericht door schrijver en polyglot Alphonse Chérel in het jaar 1929. Het bedrijf maakt cursussen voor vreemde talen en publiceert deze. Het eerste boek van Assimil was Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de groep’. Dit was vrij hoog gegrepen voor een taalcursus. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek en audio-CD’s en een USB-stick. Idealiter besteden de gebruikers ongeveer twintig minuten per dag aan de taalcursus.

De taallessen van Assimil bestaan uit dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De vertaling wordt hiernaast weergegeven, alsook de uitleg van de grammatica. Om de uitspraak van de vreemde taal te oefenen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnen die door native (moedertaal) speakers zijn ingesproken en die de gebruikers herhalen. De opbouw is van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ruwweg vijftig taallessen.

Populariteit


De Assimil-cursussen zijn gewaardeerd. Ze zijn relatief betaalbaar en het aanbod aan verschillende talen is ruim.

Voor- en nadelen van Assimil


Het voordeel van de Assimil-methode is dat de lerende op zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste past. Het nadeel hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de student is aangewezen op zichzelf. Er is geen docent beschikbaar om de studenten te begeleiden of te motiveren.


ALGEMENE LEERMETHODES

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog moesten de (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden leren. Door de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode soms bekend als de ‘legermethode’.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kun je beschouwen als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen geheel werden gegeven in de doeltaal. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren en de grammaticale structuur worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is vrijwel zonder fouten leren verstaan en spreken, wat begint bij iemand leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met drills om zinnen alsook structuren te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch worden. De docenten kunnen bijvoorbeeld een zin 10 maal herhalen en vervolgens een nieuw woord of meerdere nieuwe woorden toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waarbij studenten een hoofdtelefoon op hebben en naar zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven taal komt pas aan bod als de mondelinge taal al vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe woorden te introduceren.

Populariteit


De methode werd in Nederland pas geïntroduceerd omstreeks 1970 toen de Mammoetwet inging. Al gauw waren er grote bezwaren tegen deze betekenisloze driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde. De talenpractica raakten hierdoor al vrij snel in onbruik. In plaats van de talenpractica werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden weer expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode wel sporen na. Het was nu alom aanvaard dat het bij het leren van een taal niet gaat om het memoriseren van de grammatica, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid, die vóór 1970 voor veel taaldocenten niet bestond, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is voor mensen die een taal beginnen te leren effectief. Vanaf het begin wordt een correcte uitspraak aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een snelle en efficiënte overdracht van taalkennis. Deze audiolinguale methode kan ook bij grote(re) groepen worden toegepast.

Tegelijk is deze docentgestuurde kant een nadeel; er wordt geen eigen input van de lerenden verwacht. Hierdoor ligt het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de driloefeningen niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is ontwikkeld door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal op een zodanige manier te leren dat het in het langetermijngeheugen wordt opgeslagen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die later worden herhaald. De opgeschreven zinnen en woorden worden hardop gelezen door de lerenden. Al deze woorden en/of zinnen of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar door blootstelling gebeurt dit automatisch. Deze woordenlijst wordt telkens veranderd; woorden die aangeleerd zijn, gaan van de woordenlijst af. Die woorden die nog steeds problemen opleveren, blijven op de lijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList Method claimen dat deze woorden of zinnen in de vreemde taal spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, maar veel geheugenwetenschappers bestrijden dit. In het algemeen wordt kennis opgeslagen wanneer de kennis van betekenis en relevant is voor de student. De GoldList-methode kan werken voor woorden en zinnen die betekenisvol en relevant zijn voor de lerende.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Voor lerenden die het prettig vinden om bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun te gebruiken, kan deze methode goed werken. Opschrijven werkt beter dan typen of, behoorlijk zinloos: een foto maken, omdat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Een minpunt van deze methode is het ontbreken van context. Taal bestaat uiteraard uit veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode nogal tijdrovend omdat er steeds handgeschreven woordenlijsten moeten worden aangemaakt.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method is gericht op een natuurlijke manier van het verwerven van een vreemde taal. De leermethode probeert de taal aan te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. Op die wijze leert de student onbewust ook de taalregels van de vreemde taal. Alleen de doeltaal met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Er wordt gestreefd naar een leeromgeving zonder stress voor de studenten. De lerenden worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de Natural Approach wordt de taalproductie niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en niet zo zeer op expliciete grammatica en het corrigeren van vormfouten.

Als de lerende wordt ondergedompeld in de taal, is de leermethode het meest effectief. De activiteiten in de te leren taal moeten stimulerend zijn zodat de studenten plezier van de ervaringen hebben.

De Natural Method leermethode lijkt veel op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen deze twee leermethoden is dat de Directe Methode meer de nadruk op de praktijk legt en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Dat onderdompeling zeer effectief is, is al vaak aangetoond. Doordat de methode betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen, is de natuurlijke aanpak een populaire wijze van lesgeven bij taaltrainers. Maar er kleven ook nadelen aan de natuurlijke aanpak. De nadruk wordt vooral op het impliciet leren van de grammatica gelegd. Studenten zouden inderdaad leren om te communiceren, maar blijven hangen in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door onvoldoende kennis van de grammatica.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Op een natuurlijke manier leren, wordt als een prettige manier ervaren om een taal aan te leren. Lerenden wordt de kans geboden een persoonlijke band met de buitenlandse taal te creëren. Het geleerde beklijft langer, omdat studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’.

Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er bijna geen druk op de taalproductie ligt. Ook bereidt de methode de lerende niet per se op een specifiek examen voor.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado in de begin jaren 50 ontwikkeld.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


Deze Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om de lerende vertrouwd te laten raken met de grammaticale en fonologische structuren van de taal. Volgens de Structurele Aanpak levert het beheersen van deze structuren meer op dan de verwerving van woordenschat. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde is waar het bij de leermethode om gaat. Deze combinaties worden gepresenteerd aan studenten in reële situaties middels visualisaties, gezichtsuitdrukkingen, dramatiseringen en handelingen. Bij de methode worden de structuren die het vaakst worden gebruikt, als eerste geleerd. Mondelinge vaardigheden (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hierbij in de eerste instantie gebruikt; leesvaardigheden en schrijfvaardigheden volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plaats. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).

Populariteit


De Structurele Aanpak werd op grote schaal in de jaren vóór 1970 gebruikt voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de studenten de vreemde taal op een accurate wijze kunnen leren. De studenten krijgen inzicht in de grammatica van de taal en ze leren in welke situatie woorden of woordcombinaties wel of niet geschikt zijn voor de situatie. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de Structural Approach ook. De methodiek is tamelijk tijdverslindend en zorgt niet direct voor succeservaringen. De eigen inbreng van de studenten is behoorlijk beperkt; het is niet echt creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Communicatief taalonderwijs (Engelse benaming: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse benaming: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren zestig van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een vreemde taal legde. Amerikaans taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept van communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie het uiteindelijke streven is van het leren van een vreemde taal.

De studenten leren met gebruik van CLT-technieken de doeltaal in de praktijk te brengen door de interactie met de docent en onderling. Teksten, geschreven in de te leren taal of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werkomgeving worden gebruikt. De doeltaal wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.

Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaltrainers dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid in verschillende realistische situaties te oefenen. Grammatica wordt inductief onderwezen, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.

Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent echt een trainer, die de lerende helpt in de doeltaal te communiceren.

Populariteit


Het communicatief taalonderwijs werd heel populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes waren gebleken. Binnen het verenigde Europa ontstond een grotere vraag aan het leren van vreemde talen op een wijze die direct kon worden toegepast.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


Het communicatief taalonderwijs (CLT) heeft veel pluspunten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de vreemde taal; de methode is functioneel en studentgericht. Omdat authentiek materiaal wordt gebruikt, leren studenten de woorden die voor hen nodig zijn. Het is efficiënt. Voor de lerende werkt deze methode stimulerend omdat hij of zij gauw succeservaringen heeft. Fouten maken mag; de vaardigheden van de lerende wordt al doende geleerd en verbeterd. Een keerzijde van deze communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt besteed voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en de planning vereist veel meer tijd van de docent en van de lerende vraagt het een actieve deelname. Deze manier van een taal leren, is voor een aantal studenten moeilijk of ongebruikelijk, afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben. De methode CLT draait om het trainen van taalvaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en niet zo zeer om de vorm en deze methode biedt geen echt samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Er word geleerd om gebruiksklare zinnetjes, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, lijsten met woorden enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens lesboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Hij ontwikkelde omstreeks het jaar 1783 een methode waarbij de grammatica in het middelpunt stond. Meidinger wordt als grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM) gezien.

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie was. Onderwijs in Latijn was vanzelfsprekend gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en was geheel gericht op vertalen en grammatica. Deze aanpak werd destijds als degelijk en wetenschappelijk beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse van taalvormen en taalstructuren uit waarbij studenten zelf inzicht ontwikkelen. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij de Grammatica-vertaalmethode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal hebben de nadruk. De taaltrainer draagt de kennis over, de student memoriseert.

Populariteit


Al sinds halverwege de negentiende eeuw was er ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed op het talenonderwijs gehad.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, is de methode is een aardige mentale training. Ook biedt deze methode inzicht in de structuur, doordat de nadruk op de grammatica wordt gelegd.

Er zijn echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de luister- en spreekvaardigheid ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren weinig mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van de te leren taal, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal gaat om literair taalgebruik. Deze methode biedt geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij studenten bij het werken in groepsverband. De lerende is slechts toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wereldwijd gebruikt, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die bij onze collega’s van Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ‘de nonnen van Vught’ toegepast wordt. De methode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die taalles Frans gaven aan rijke dames uit Vught.

Kenmerken van onderdompeling


Onderdompeling houdt in dat degene die de taal leert, vanaf het eerste moment omgeven wordt door de te leren taal. De instructies vinden plaats in de doeltaal; in het begin langzaam en met veel herhalingen en later op een natuurlijkere manier. De lerende wordt ook uitgedaagd vanaf het begin om in de nieuwe taal te spreken. Er wordt gewerkt met simulaties en rollenspellen. Op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt de leeromgeving vaak in de stijl van het land van de doeltaal ingericht om een situatie te creëren alsof lerenden in het land zijn waar die taal wordt gesproken. De lerenden oefenen het spreken één-op-één of in kleine groepen. Naar het land van de doeltaal gaan en daar bijvoorbeeld in een gastgezin verblijven, is een andere wijze om onderdompeling te bereiken.

Populariteit


De methode van onderdompeling wordt beschouwd als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan zeer goed worden aangeleerd op deze wijze.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Het grote voordeel is dat deze methode snel resultaten laat zien, doordat de leermethode vrij intensief is. De leermethode is een kwestie van ‘sink or swim’, de lerende moet echt gaan communiceren in de doeltaal want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk is de lerende 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in groepen versterkt de sociale interactie. De studenten ervaren dit als motiverend.

Dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel. Als iemand in een vrij korte tijd een nieuwe taal leert, door in het land waar de doeltaal wordt gesproken, te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar daarna weer overgaat tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Het feit dat een dergelijke taaltraining erg intensief is, kan een ander nadeel zijn. Niet elke student heeft genoeg conditie om deze wijze van leren vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om een vreemde taal te leren die uit de jaren 70 van de vorige eeuw stamt. Suggestopedia (Nederlands: Suggestopedie) is ontwikkeld door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedia is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een taal) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de docent en de lerenden zijn daarvoor van essentieel belang. Hiervoor moet de student zich veilig en ontspannen voelen. Om deze situatie te creëren, was een leslokaal met een rijopstelling ongeschikt. De student zat in een comfortabele stoel tijdens de lessen die geplaatst waren in een halve cirkel en er was altijd muziek tijdens de klas. De leermethode zoals Georgi Lozanov voorstond, bestond uit teksten voorlezen, op de achtergrond werd klassieke muziek gedraaid of waren natuurgeluiden te horen. Er waren opmerkingen met betrekking tot de grammatica en woordenlijsten bij de teksten. Het voorlezen werd gedaan met veel expressie in stem en gebaren. De studenten werden op deze manier overgehaald om te luisteren en ze konden de woorden die nieuw waren voor ze, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal was veel tijd tijdens de lessen. Er werd met rollenspellen gewerkt en ook streekgerechten werden in de klas bereid en geproefd.

Populariteit


De methode Suggestopedia was omstreden en is niet heel bekend meer. Een aantal elementen van Suggestopedia wordt nog steeds toegepast, zoals het gebruikmaken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


De methode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student minder last zal hebben van frustratie of faalangst. Deze sfeer kan voor een immigrant aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland bijdragen. Muziek werkt vaak motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een ander pluspunt van de leermethode is dat de student wordt gestimuleerd om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is. Tegelijk vormt dit voor sommige lerenden een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend zijn in tegenstelling tot ontspannend of stimulerend. Een ander zwak punt is dat de verhouding taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle input komt van de taaldocent waarbij de lerende altijd de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


In het jaar 1976 ontwikkelde de Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
of afgekort CLL geheten.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


Community Language Learning is een methode om een taal te leren waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze methode is gestoeld op de counseling-benadering waarbij de trainer als een counselor optreedt die de zinnen van de lerenden omschrijft. De studenten starten een gesprek. Zijn de studenten de te leren taal nog niet machtig genoeg, dan spreken de studenten in hun moedertaal. De trainer vertaalt en legt uit, waarna de lerenden de uitingen van de trainer zo nauwkeurig mogelijk herhalen. Dit gesprek wordt opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.

Community Language Learning bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en de methode beschouwt de wisselwerking tussen de studenten als middel om te leren. Het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen aan de hand van betekenisvolle gesprekken. Er is geen leerboek dat gevolgd wordt.

Populariteit


Het succes van CLL is sterk afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. Bij deze methode dient de taaldocent naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn. De taaltrainer dient zowel de te leren taal als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. De methode kan prima werken wanneer deze op de juiste wijze wordt gebruikt. Voor grote klassen is Community Language Learning niet bruikbaar.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


Deze methode biedt de studenten een hoge mate van autonomie. Studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak zinvol. De leergroep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les, maar ook daarbuiten. Met CLL worden studenten zich veel bewuster van anderen in hun groep, hun sterke en minder sterke punten en ze leren om te werken als team. Van het bespreken door de fouten en het evalueren van de les leren studenten veel. Dergelijke correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van de actieve woordenschat van studenten.

Een keerzijde kan zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl sommige lerenden deze sturing wel nodig hebben. Bij deze methode wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen gehouden. Het succes van de les is hierdoor lastig meetbaar. Een aantal lerenden wordt belemmerd in hun spreken als zij worden opgenomen.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


Deze lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. Lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van de te leren taal (grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Ze leren hoe de vreemde taal ‘in het echt’ wordt gebruikt. De woordenschat neemt bij deze benadering een grotere plaats in dan de grammatica. De instructies zijn op situaties en uitdrukkingen die regelmatig voorkomen in dialogen gericht. Er is aandacht voor interactie maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er is veel ruimte voor het zelf ontdekken van de taal.

De taak van de taaldocent is voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de lerenden.

Populariteit


In de afgelopen dertig jaar zijn door de invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis leerboeken aanmerkelijk anders geworden. Bij deze methode wordt veel meer aandacht aan woordenschat van de te leren taal besteed die wordt aangeboden in chunks, in betekenisvolle brokjes. Een vergaande omwenteling in de manier waarop taal wordt onderwezen, waar Michael Lewis streefde, bleef echter uit.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


De studenten leren de taal op een heel natuurlijke manier te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van de taal.

Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van de leermethode. Met het zelf leren herkennen van de patronen van de vreemde taal hebben sommige lerenden moeite en zij hebben meer aan een trainer die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Fransman François Gouin in 1880.

Kenmerken van de Series Method


De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en weinig kennis van de grammatica van de doeltaal vereisen. Studenten leren zinnen op basis van een handeling, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze handeling zou worden uitgevoerd. Deze reeksen of series gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, beroep en wetenschap, vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik ontwikkeld. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Studenten gaan heel snel in de vreemde taal denken doordat een soort eentalige leermethode betreft, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.

Populariteit


De ideeën van Gouin over het leren van een vreemde taal waren hun tijd ver vooruit. Ondanks dat de methode een ongewone aanpak had, was de seriemethode van François Gouin gedurende een bepaalde periode een succes. De methode van François Gouin werd echter door Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.

Voor- en nadelen van de Series Method


François Gouin’s Series method ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden van de lerende en creëert een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de taalles.

De methode creëert levendig onderwijs. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit soort onderwijs enthousiasme op van de lerenden. Een taal leren werd tastbaar; iets wat geheel nieuw was. Studenten worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te ontwikkelen, de druk om te presteren te verminderen en het zelfvertrouwen te verbeteren. De communicatieve vaardigheid van de student wordt vrij intensief gestimuleerd met de methode.

De seriemethode van Gouin heeft echter als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever wordt, lastig in één concrete ervaring kan worden gevangen met bewegingen en expressies. De bewerkelijkheid voor de taaltrainer, die een scala aan reeksen voor moet bereiden, is een ander nadeel van de leermethodiek. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens voor het toetsen van de competentie van lezen en schrijven.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers van deze leermethode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael Hugh Long.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Het taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze achter deze methode is dat de verwerving van de te leren taal geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is kennis van de vreemde taal vereist. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, is het nodig dat zij over woordenschat en regels van de doeltaal beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld e-mails schrijven, een boodschap doen, met een klantenservice bellen, een krant lezen of een drankje bestellen. De opdracht wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, daarna de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Om de opdrachten uit te voeren, moeten lerenden samenwerken. Om leereffect te hebben, moeten de opdrachten net boven het niveau van de student liggen.

Populariteit


Task-Based Language Teaching is vanaf het begin van de jaren negentig zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Taakgericht taalonderwijs de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van lerenden (vooral lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij de lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, zolang de opdracht goed bij de lerenden aansluit. De student komt op een natuurlijke, dagelijkse manier in contact met de taal en leert op deze manier authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren daarnaast om samen te werken met andere studenten. De studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als prettig en motiverend.

Als nadeel kan van de methode genoemd worden dat de communicatie het belangrijkst is en niet de correcte vorm, waardoor de studenten die niet zeer nauwkeurig leren.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse linguïst en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in het jaar 2000.

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


‘Dogme 95’; de beweging van een aantal Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Voor het filmmaken, houden de deelnemers zich aan 10 strikte regels (dogma’s). Deze dogma’s vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het starten van echte inhoudelijke gesprekken die over praktische zaken gaan, is het doel van de Dogme-methode. Bij deze methode draait het om communicatie als aanjager van de taal leren. De benadering is daarom een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder lesboeken te gebruiken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan richt op de communicatie tussen trainer en lerenden. Net zoals de Dogme-beweging van de filmmakers, heeft het Dogme-taalonderwijs 10 uitgangspunten (dogma’s).

Populariteit


Ondanks dat er niet veel onderzoek naar het succes van Dogme is gedaan, stelt Scott Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van een taal erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Dat er nauwelijks voorbereiding is vereist, is een pluspunt voor de docent. Dat lerenden de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces, kan erg motiverend werken. Voorspelbaar zijn de lessen zo nooit; dat creëert spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Bij een les volgens de Dogme-benadering is zo goed als elk onderwerp bespreekbaar. Dit zorgt dat studenten betrokken en alert blijven.

De studenten kunnen zich daarentegen wel ongemakkelijk voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de taaldocent. Ook zijn niet alle taaldocenten in voldoende mate flexibel voor dit type onderwijs. Een keerzijde kan zijn dat lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een bepaald examen, terwijl het niet zeker is dat de leerstof hiervoor aan de orde komt tijdens de les.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is in het jaar 2007 ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


De GPA-benadering geldt als een alternatieve visie op het verwerven van een nieuwe taal. De primaire aanname van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van de taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur. GPA hanteert daarom de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA vertoont gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit de gastcultuur. Begrip is belangrijker dan productie. De woordenschat en de cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze neemt ongeveer 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ focust zich in fase 1 op het luisteren en het non-verbale feedback geven.

Fase 2 van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze neemt ruwweg 150 uur in beslag en nu beginnen de deelnemers de vreemde taal ook te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de methode is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de ontvangende cultuur te voeren. In fase 5 van de methode beginnen de deelnemers zich te richten op het taalgebruik van moedertaalsprekers door middel van nieuws, televisie, films en literatuur. De taal die voor het werk van de deelnemer is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei buiten de formele taalsessies om.

Populariteit


Er is nog weinig bekend over het succes omdat de leermethode van Thomson nog tamelijk nieuw is. Deelnemers zijn er in elk geval enthousiast over.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


De GPA-benadering biedt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving. De zes afzonderlijke fasen van GPA bieden realistische doelen alsook een duidelijk tijdsschema. De lerenden verwerven niet alleen kennis van de taal, maar eveneens van de omgeving en de lerenden verwerven daarnaast een nieuw sociaal netwerk.

Dat voor iedere deelnemer of minimaal iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren, is een minpunt van deze methode.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.

Kenmerken van de Shadowing Technique


De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen om de uitspraak en intonatie te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek van Shadowing is eigenlijk eenvoudig: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Bij deze methode is het niet belangrijk om de tekst in de vreemde taal ook te begrijpen; het gaat in eerste instantie om de klank. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak tot dit heel soepel gaat en de lerenden simultaan met de opname kunnen spreken. Na enige tijd zal de student een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat hij of zij heeft gezegd. Er zijn diverse lesboeken geschikt voor deze techniek, zolang de boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende teksten. De audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de student te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. Doordat lichamelijke beweging de opname versterkt van de te leren taal in het zenuwstelsel, doet Argüelles de aanbeveling lerenden om tijdens het spreken te gaan lopen, liefst buiten, en niet te gaan zitten. Dat de student minder snel afgeleid wordt als hij of zij in beweging is, is een andere grond zodat het werken aan de taal veel effectiever wordt.

Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale driloefeningen in plaats van dialoog of samenhangende teksten. Bij Shadowing is ook simultaan spreken anders.

Populariteit


Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de doeltaal wordt ook vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek in een groep lerenden kan worden gebruikt, waarbij elke deelnemer individueel actief leert. De methode heeft een hoog rendement.

De Shadowing-techniek heeft als keerzijde is dat studenten het soms een beetje saai kunnen vinden om dezelfde tekst steeds te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een methode om een vreemde taal te leren die uitgaat van het idee dat mensen met behulp van handelingen en beweging leren. Al doende leert men, en wel op de manier zoals kinderen de moedertaal leren. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid vormt dus de basis, daarna komt de spreekvaardigheid.

De methode van TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van een vreemde taal versneld toe. De trainer geeft op een begrijpelijke en vriendelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de studenten doen deze opdrachten na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de studenten dat ze spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Taken die bekend zijn worden uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.

TPR® appelleert de methode van aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde beklijft ook beter.

Populariteit


Hoofdzakelijk wordt TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar ook middelbare scholieren of volwassenen werken met plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


De methode van Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input krijgen aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de nieuwe taal. De methode zorgt voor vlotte succeservaringen. Dit bevordert het plezier in het leren van de nieuwe taal. Dit zorgt een stressvrij leerproces. In principe is de methode van TPR® bruikbaar voor elke doelgroep, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en kan de methodiek ook worden gebruikt in klassen die wat groter zijn. De nieuwe taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.

Dat niet alle taaluitingen in TPR®-taken kunnen worden uitgedrukt, is de keerzijde van TPR®. Hierdoor werkt het tot op een bepaald taalniveau en is nog een andere leermethode nodig als aanvulling. Ook is de methode niet echt creatief. Studenten leren niet om ideeën, gevoelens en meningen uit te drukken.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Er sprake van een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over leren dat zelfontdekkend en inductief diende te zijn. De Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van een vreemde taal, maar ook voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Rond 1900 streefde men, net zoals in de jaren 60 van de vorige eeuw, naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van het keurslijf. Er kwam in het taalonderwijs veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica eerder inductief werd geleerd, met voorbeeldzinnen. Hieruit moesten lerenden de taalregels afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met meer aandacht kwamen er voor de uitspraak van de vreemde taal. Het werd gestimuleerd de lerenden veel te laten spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de taalles in de doeltaal werd gegeven. Tijdens de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. De woordenschat werd aangeleerd door middel van voorbeelden en plaatjes. Abstracte vocabulaire werd door de studenten aangeboden voor het associëren van ideeën.

Populariteit


De vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede door invloeden van de crises en oorlogen, om in de jaren zestig weer een andere vorm te krijgen.

Taleninstituten als Berlitz en Interlingua werken nog altijd met een (moderne versie van) de Directe Methode.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat het een vrij natuurlijke manier van leren is, is het grote voordeel van de Directe Methode. Spreken en luisteren komen uitgebreid aan bod. Hierdoor ontwikkelen lerenden vloeiendheid in de taal en zelfvertrouwen. De leermethode kent eveneens minpunten. Voor de schrijfvaardigheid is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen in de vreemde taal ook relatief minder. Voor studenten die meer meer gevorderd zijn, biedt de methode niet genoeg uitdagingen. De Directe Methode is eveneens niet zeer bruikbaar voor minder snel lerende studenten, omdat de leermethode uitgaat van een daadkrachtige inzet vanuit de student.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een taal dient veilig en gemakkelijk te zijn. Daarom wil Manesca niet werken met abstracte regels en lijstjes met woorden die uit het hoofd geleerd moeten worden.

De Manesca-methode staat bekend als de eerst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is op het werken met een groep studenten en een trainer gebaseerd, die maar één nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen daarna afzonderlijk het woord en deze beweging. Door de herhaling onthouden de studenten deze woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de zinnen. De spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.

De Manesca-methode is reeds een aantal jaren later overgenomen en aangepast door Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.

Populariteit


Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het vreemdetalenonderwijs van vandaag.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Het vele herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat het wat saai wordt om dezelfde woorden en zinnen steeds te herhalen, kan door lerenden als een minpunt worden gezien.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld in 1963.

Kenmerken van de Silent Way


De stille manier is een taalleermethode die stilte gebruikt als instructiemiddel. De methode van Caleb Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.

Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de trainer om de aandacht te trekken van de lerende, reacties uit te lokken en de lerende aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Veel tijd wordt aan de uitspraak besteed.

Gattegno, die wiskundige was, vond het essentieel om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Caleb Gattegno kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan wanneer mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Hij betoogde dat de trainers niet zozeer dienen te streven naar het overbrengen van kennis, maar bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.

The Silent Way hierbij gebruikt onder andere staven met verschillende kleuren, die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek gebruikt ook Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van de taal staat, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.

Populariteit


Hoofdzakelijk bij het aanleren van de uitspraak van de doeltaal zijn Gattegno’s ideeën van invloed geweest, alhoewel de Stille Manier in zijn oorspronkelijke versie niet veel meer wordt gebruikt.

Voor- en nadelen van de Silent Way


De sterke kant van de benadering van Caleb Gattegno is dat zijn aanpak niet-bedreigend is voor lerenden, die immers gezien worden als autonoom. De taaltrainer is bij deze leermethode in feite aan de lerenden dienstbaar en niet andersom. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke manier gestimuleerd. Meestal wordt het geleerde goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Fouten maken mogen, wat helpt bij het leerproces.

Een minpunt kan zijn dat sommige lerenden intensievere begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorstaat. De lerenden kunnen gefrustreerd worden door de afwezigheid van input van de taaltrainer. Het werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er vrij snel af is. Hierdoor verdwijnt het effect.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.

Kenmerken van TPR Storytelling


De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om vreemde te leren. Het principe is een natuurlijke methode van taalverwerving: een taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden studenten aan veel begrijpelijke input blootgesteld. De taaldocent vertelt een verhaal, waarin nieuwe woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. De verhalen zijn eenvoudig te begrijpen, hierdoor ontspannen lerenden zich. Op deze manier worden woorden en structuren vanzelf in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen. De docent wijst de student op grammaticale verschijnselen van de doeltaal, zonder dat studenten taalregels uit hun hoofd hoeven te leren.

De studenten zullen na enige tijd ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuur van de nieuwe taal imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groep lerenden een verhaal opbouwen, is een variant hierop. De docent schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op het bord, met de vertaling erbij en daarna met de lerenden een verhaal te maken. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen is een belangrijk deel van TPR Storytelling, doordat dit voor input zorgt. In een later stadium volgt schrijven.

Populariteit


Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPR Storytelling een geslaagde manier is om een taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting dient geschikt te zijn en de trainer dient goed getraind te zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


TPRS is een laagdrempelige manier om een nieuwe taal te leren en het geleerde wordt grondig verworven. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is TPRS een plezierige methode en het is relatief gemakkelijk om de focus te behouden. Zelf verhalen verzinnen, werkt heel motiverend voor de lerende.

Een nadeel is dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaldocent vraagt.

COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-leermethode is naar de Steen van Rosetta vernoemd, een steen die werd gevonden in Egypte met een tweetalige tekst, waarmee de hiërogliefen zijn ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. In 1996 is de eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone cursus is een wijze om vreemde talen te leren achter een computer. Deze taalcursussen zijn in ruim dertig verschillende talen beschikbaar en ze zijn te volgen vanuit al deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier nabootst waarop kinderen hun moedertaal leren. Dat houdt in ‘leren door onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hiervoor foto’s en stemmen van native speakers (moedertaalsprekers) voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma. Dit programma registreert de uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. De lerende kan zo zijn of haar uitspraak met die van een moedertaalspreker vergelijken. De uitspraak kan worden verbeterd door de voorbeeldspreker minder snel te laten spreken en de studenten vervolgens veel na te laten spreken.

De methode biedt dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheid te oefenen. De software van de methode controleert de spelling en de grammatica en geeft fouten aan, waarbij mogelijkheid is om de fouten van de lerenden te corrigeren.

Het programma omvat eveneens leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.

Populariteit


Rosetta Stone wordt veel gebruikt wereldwijd, ook door grote en bekende organisaties. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In ons land wordt Rosetta Stone door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen, alsook door een aantal internationaal opererende organisaties ingezet.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


De methode van Rosetta Stone is zeer makkelijk in gebruik en de methode kan op ieder moment door de lerende toegepast worden. Welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken, wordt door de lerenden zelf bepaald. Veel studenten ervaren het als prettig om met de methodiek te werken. Bij een gebrek aan taaldocenten kan de Rosetta Stone-methode voor scholen een oplossing bieden. Een keerzijde is dat geen docent beschikbaar is om de studenten te motiveren of iets extra’s te bieden.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Dr. Paul Pimsleur; een Amerikaans taalkundige. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in het jaar 1963.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een computerprogramma om vreemde talen te leren.

Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes en dialoog in de doeltaal die door studenten worden nagesproken en worden herhaald. De zinnetjes zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en herhaling. De lessen omvatten een audio-opname van dertig minuten met nieuwe vocabulaire en structuur. De grammaticale structuren worden niet apart uitgelegd maar aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.

Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee kennis overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval verwerkt.

Populariteit


De Pimsleur cursussen worden onder meer gebruikt door Amerikanen en de ervaringen met de methode lopen uiteen. Over het algemeen zijn de gebruikers tevreden over de aangeleerde uitspraak van de doeltaal.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


Omdat de insprekers allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo spreken, werkt de Pimsleur-methode heel goed om de uitspraak te verbeteren.

Dat niets wordt uitgelegd, is de keerzijde van de methode van Pimsleur. De studenten leren geen bouwstenen van de doeltaal om zelf een zin te maken, maar moeten het met duizenden voorbeeldzinnen doen die uit het hoofd worden geleerd.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan tot de klantenkring kan rekenen.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Michel Thomas’ uitgangspunt was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij maakte de studenten duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.

De cursussen van Michel Thomas zijn audiolessen, door twee acteurs ingesproken; een vrouwelijke acteur en een mannelijke acteur. De setting is bij Michel Thomas een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de stemacteurs gesteld wordt, is het idee dat de lerenden op pauze drukken en de vraag eerst zelf beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De lessen worden in kleine stappen opgebouwd en nieuwe lesstof wordt met reeds bekende lesstof afgewisseld. De uitleg wordt steeds in de Engelse taal gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden gewezen tussen het Engels en de doeltaal, als deze verbanden bestaan. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Makkelijke lesstof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de lerende het voorgaande heeft begrepen en verworven. Naast woorden en zinnen in de doeltaal worden eveneens bouwstenen geleerd zodat de studenten zelf zinnen kunnen maken. De leermethodiek maakt ook gebruik van flashcards zodat studenten zelf hun vocabulaire kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te kunnen meten.

Populariteit


Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van de doeltaal. De gebruikers die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de cursussen minder zinvol.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De cursussen zijn zeer toegankelijk en trainen luistervaardigheid en uitspraak op een efficiënte manier. Dat de taalcursussen niet in schrijfvaardigheid voorzien, kan als een minpunt worden gezien. Een werkelijke interactie is er ook niet, omdat het audiocursussen zijn.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, opgericht door schrijver en polyglot Alphonse Chérel in het jaar 1929. Het bedrijf maakt cursussen voor vreemde talen en publiceert deze. Het eerste boek van Assimil was Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de groep’. Dit was vrij hoog gegrepen voor een taalcursus. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek en audio-CD’s en een USB-stick. Idealiter besteden de gebruikers ongeveer twintig minuten per dag aan de taalcursus.

De taallessen van Assimil bestaan uit dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De vertaling wordt hiernaast weergegeven, alsook de uitleg van de grammatica. Om de uitspraak van de vreemde taal te oefenen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnen die door native (moedertaal) speakers zijn ingesproken en die de gebruikers herhalen. De opbouw is van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ruwweg vijftig taallessen.

Populariteit


De Assimil-cursussen zijn gewaardeerd. Ze zijn relatief betaalbaar en het aanbod aan verschillende talen is ruim.

Voor- en nadelen van Assimil


Het voordeel van de Assimil-methode is dat de lerende op zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste past. Het nadeel hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de student is aangewezen op zichzelf. Er is geen docent beschikbaar om de studenten te begeleiden of te motiveren.

Diverse digitale hulpmiddelen

Er bestaat ook een groot aanbod aan complete taalcursussen voor zelfstudie: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Babbel, Duolingo, Mondly en Quizlet.

Er is echter een betere methode om een taal te leren om vreemde talen te leren om een vreemde taal te leren:
De Dagnall Talen Methode.


Het inmiddels bekende hoge rendement van Dagnall wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar voornamelijk doordat de focus altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is de cursist visueel, auditief of misschien kinesthetisch ingesteld? Hoe leert de cursist het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?

Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De cursussen van Dagnall Talen zijn bij voorkeur face-to-face. Dagnall werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. De app kan, indien gewenst, geladen worden met jargon van specifieke organisaties of bedrijven.
[ Lees meer ]


Betaalbaar maatwerk sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

ONLINE (E-LEARNING), BLENDED LEARNING & DAGNALL APP

Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’


‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)trainingen die online gevolgd kunnen worden, dus op afstand. Er wordt ook wel gesproken van een virtual classroom, met andere woorden een ‘digitaal leslokaal’.
Het zogenaamde blended learning is een trainingsvorm waarbij face-to-face-sessies (klassikaal) met online leren in een online leeromgeving worden gecombineerd.
Simpel gesteld: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Taleninstituut biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in ’s Hertogenbosch.

Online een vreemde taal leren (e-learning)


Enkele voorbeelden van digitale platformen die gebruikt kunnen worden voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.

Blended cursussen in ’s Hertogenbosch


Het voordeel van blended learning vergeleken met online leren is dat, indien het geen 1-op-1 les betreft, cursisten bij blended learning afwisselend wel zogeheten ‘classroominteractie’ ervaren; dit wil zeggen persoonlijke interactie; motivatie van en gesprekken met andere cursisten.

100% maatwerk – ook online!
Vanzelfsprekend biedt Dagnall Taleninstituut ook blended learning in ’s Hertogenbosch op maat.

Online leerplatform


Online leerplatform Dagnall Taleninstituut biedt een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Ons platform Dagnall.online is een integraal onderdeel van digitale leertrajecten en biedt interactieve en gevarieerde content. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor het hoogste leerrendement bij een digitale leergang.

De Dagnall App


Naast het online leerplatform beschikt Dagnall Taleninstituut ook over een handige eigen App voor Android alsook Apple. De Dagnall App heeft als voordeel dat lerenden altijd en overal, dus 24/7, toegang op ieder beschikbaar (mobiel) apparaat hebben. Op het werk maar ook thuis of onderweg, zoals in het buitenland. De cursisten kunnen dus een taal leren wanneer en waar het uitkomt. De inhoud van de oefeningen in de App worden op de behoefte van uw bedrijf of organisatie afgestemd zoals het taalniveau, de leerdoelen en de branche. Wij kunnen bijvoorbeeld woordenlijsten, jargon, technische termen, juridische termen en specifieke productnamen in de App integreren. De Dagnall App kan dus heel praktijkgericht worden gebruikt en de App blijft ook beschikbaar na afronding van de taaltraining in ’s Hertogenbosch.
Dagnall Taleninstituut zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Computerscherm met logo Dagnall.online - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Overlappende iconen App Store Apple App in Apple zwart en Google Play Android App in Google groen - op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels/
Ontdek onze online mogelijkheden

Online learning & blended learning in ’s Hertogenbosch

Voorsprong door maatwerk online & blended taaltraining


Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen en/of vergaderingen met zakenpartners en klanten kunnen op het gebied van taalvaardigheid veelal een uitdaging zijn.
Mensen die diverse talen spreken, zijn daarom cruciaal in veel bedrijven en organisaties.

Online & blended taaltrainingen op maat


Dagnall leert u communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Als u internationaal meertalig succesvol wilt zijn, leer uw gesprekspartners dan te begrijpen en zorg ervoor dat u ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheid verbeteren voor een huidige of toekomstige functie? De taaltrainingen van Dagnall Taleninstituut bieden beroepsgerichte training. Al onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en zijn eveneens beschikbaar als onlinecursussen & blended taalcursussen. Onlinecursussen en blended taalcursussen zijn net zo effectief en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en daarnaast nog eens comfortabel.


Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kan overal gevolgd worden; op kantoor, thuis, op (zaken)reis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen online

Voor zakelijke en technische taalcursussen online werkt Dagnall met onlineplatforms zoals Zoom, Teams, Skype of een ander onlineplatform naar uw keuze. Het onlineplatform Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt variatie en interactie.

Virtuele Classroom voor zowel individuele taaltraining als groepstraining


Alleen het onderstaande hebt u nodig voor een (taal)cursus in een virtuele classroom:
- Een pc/iMac, laptop of tablet met microfoon en camera
- Internetverbinding
- Rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]
Overlappende donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven en groene cirkel met computerscherm met Dagnall.online logo op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm screenshot inlogpagina Dagnall.online Springest-based platform voor online taallessen - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Computerscherm met logo Google Hangouts en computerscherm met logo Microsoft Teams - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels

CURSUSPAKKET & CERTIFICAAT

Voorafgaand aan uw cursus bij ons taleninstituut in ’s Hertogenbosch ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal bevat.
Na afloop van uw cursus bij ons taleninstituut in ’s Hertogenbosch ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde taalcursus in ’s Hertogenbosch
Dagnall Talen cursuskoffer - Dagnall schrijfblok - Dagnall pen - lesboeken op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels
Ingevuld Dagnall Talen certificaat - Dagnall pen - Apple Magic Keyboard - Apple Magic Trackpad op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels

Het Europees Referentiekader (ERK)

Voor aanvang van de cursus krijgt de cursist een intake, om een beeld te krijgen van het taalniveau bij het begin. Aan de hand van het Europees Referentiekader (ERK) wordt dit taalniveau bij het begin omschreven. De niveaus van het Europees Referentiekader zijn internationaal erkende taalniveaus.
Wij overhandigen na de taalcursus bij ons taleninstituut in ’s Hertogenbosch het ‘Certificaat van Dagnall Talen’.
 

Logo EU Europese Unie in blauw vierkant met afgeronde hoeken in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo ERK Europees Referentiekader Talen in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese standaard om verschillende taalniveaus te omschrijven.
Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld.
Het Europees Referentiekader (ERK) typeert vijf vaardigheden met betrekking tot taal, te weten: lezen, luisteren, spreken, schrijven en gesprekken voeren.
De Engelse term en afkorting wordt eveneens vaak toegepast: CEFR; Common European Framework of References. Het Europees Referentiekader hanteert ook 6 niveaus van taalbeheersing; van beginners tot vrijwel moedertaalsprekers.
Deze zes beheersingsniveaus van taalvaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Niveau A is van toepassing op beginners.
Een cursist die niveau B beheerst, beschikt over alle basiskennis in de Franse taal.
Niveau C geldt voor gevorderden die Frans met groot gemak kunnen lezen, verstaan, spreken en schrijven. Niveau C is het taalniveau van (ver)gevorderde gebruikers. Het beheersen van de taal lijkt erg op dat van moedertaalgebruikers (zogenaamde native speakers).

A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level


Luisteren


Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.

Spreken


Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.

Lezen


Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.

Schrijven


Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.

B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level



Luisteren


Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.

Spreken


Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.

Lezen


Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.

Schrijven


Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).

C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level



Luisteren


Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.

Spreken


Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.

Lezen


Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.

Schrijven


Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.

A2 Basisgebruiker - Waystage Level



Luisteren


Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.

Spreken


Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.

Lezen


Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.

Schrijven


Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.

B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level



Luisteren


Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.

Spreken


Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.

Lezen


Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.

Schrijven


Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.

C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level



Luisteren


Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.

Spreken


Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.

Lezen


Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.

Schrijven


Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO 9001-2015 LOGO
ISO 1700-2015 LOGO

ISO-CERTIFICERINGEN

ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement


Dagnall Talen is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie stelt. De ISO 9001:2015 norm bevat eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de door opdrachtgevers gestelde eisen alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van de ISO 9001:2015 norm.

ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten


Dagnall Taleninstituut is eveneens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. De norm ISO 17100:2015 is specifiek voor vertaaldiensten en bevat onder andere eisen voor mensen, projectmanagement, middelen, vertalers en proeflezers.


De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers (natives) wordt gewerkt met de benodigde kennis en ervaring. Daarnaast worden onze vertalingen altijd ten minste twee maal proefgelezen door twee specialisten. Onze vertalingen worden binnen de deadline en volgens afspraak aangeleverd.

Kiwa – certificeringen sinds 1948


Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met inmiddels vele jaren ervaring met inmiddels het certificeren van organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall getoetst door Kiwa om te beoordelen of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk
Logo keurmerk NRTO Nederlandse Raad voor Training en Opleiding in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Nederlandse Raad voor Training en Opleiding NRTO in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

LIDMAATSCHAP NRTO

Ons taleninstituutinstituut is al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk.
Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor betrouwbaarheid en kwaliteit.
‘NRTO’ staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsinstituten en heeft meer dan 450 leden.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.

Kwaliteitsbevordering en -bewaking


Voor de NRTO staat kwaliteit centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de dienstverlening die door de leden van de NRTO geleverd wordt, zoals bij ons taleninstituut in ’s Hertogenbosch, wordt door een gedragscode, door diverse convenanten en door het NRTO-keurmerk geborgd.
[ Lees meer ]
 
Logo GDPR Algemene Verordening Gegevensbescherming in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo EU Filemaker in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

AVG-COMPLIANT

De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engels: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening inzake het verwerken van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de EU. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van burgers in de EU. De verordening schrijft voor dat mensen op de hoogte dienen te zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die nodig zijn voor het beoogde doel, mogen worden verwerkt en bewaard.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan noodzakelijk en de persoonsgegevens moeten te worden beschermd tegen toegang door onbevoegden, verlies alsook vernietiging. Vanzelfsprekend voldoet Dagnall aan alle vereisten die door de Algemene verordening gegevensbescherming worden gesteld en verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht in zeer beperkte mate. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Logo CRKBO Centraal Register Kort Beroepsonderwijs in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Lloyd's Register in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Cursussen bij Dagnall taleninstituut in ’s-Hertogenbosch zijn vrijgesteld van btw

CRKBO-GEREGISTREERDE INSTELLING

Dagnall Talen is ingeschreven in het CRKBO-register. CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dit houdt in dat Dagnall voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is voor de Belastingdienst een vereiste om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrij te mogen leveren.
Door deze btw-vrijstelling kunnen wij een lagere prijs aan u in rekening brengen.
Dit helpt in de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor cursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, maatschappen, overheidsinstellingen en privépersonen worden gegeven.

CPION


Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Talen aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.

Lloyd’s Register


Het CRKBO-register is een register dat bijgehouden wordt door Lloyd’s Register Nederland.
Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een onafhankelijk, door de overheid erkend keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen bij ons taleninstituut in ’s-Hertogenbosch

Contact taleninstituut ’s-Hertogenbosch

Wilt u contact opnemen met Dagnall Taleninstituut in ’s-Hertogenbosch? Vraag vrijblijvend naar onze mogelijkheden. Voor meer informatie stuurt u een e-mail naar taleninstituut-s-hertogenbosch@dagnall.nl of belt u ons op telefoonnummer 085-2737302 (geen belmenu).
Of ga naar ons contactformulier. Vraagt u gelijk het gratis Dagnall informatiepakket aan.
Afbeelding wegwijzer in grijs met bord Dagnall in verkeersblauw in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Afbeelding computer en tablet en telefoon in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Het efficiënte traject naar een taleninstituut in ’s-Hertogenbosch!
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

TRAINEN EN VERGADEREN IN ’S-HERTOGENBOSCH

Bij ons taleninstituut kunt u de taalcursus op uw eigen locatie volgen of in Rotterdam, bijvoorbeeld bij Coachhuis Rotterdam-Wijnhaven aan de Wijnhaven 36 in Rotterdam aan de bij Pand010 aan de Westblaak 33 in Rotterdam of bij Coachhuis Poortugaal aan de Hofhoek 9 in Poortugaal. Dagnall Taleninstituut verzorgt ook taalcursussen in ’s-Hertogenbosch in bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Hertogenbosch-Vught aan de Bosscheweg 2 in Vught, in Best Western Plus City Centre Hotel Den Bosch aan de Kerkstraat 56, in Hotel Campanile ’s-Hertogenbosch aan de Goudsbloemvallei 21-25 en in Fletcher Hotel ’s-Hertogenbosch aan de Burgemeester Burgerslaan 50 in Rosmalen.
Vergaderen in ’s-Hertogenbosch kan bij de Brabanthallen, bij 1931 Congrescentrum ’s-Hertogenbosch, bij Maaspoort Sports & Events en bij de Orangerie.

’S-HERTOGENBOSCH - GESCHIEDENIS

In 2013 zijn in Den Bosch overblijfselen gevonden van een neanderthalerkamp. Deze mensensoort leefde circa 250.000 jaar geleden. Of zij de eerste bewoners waren? Er zijn restanten gevonden uit de IJzertijd (circa 500 v.Chr.) en bij Empel zijn resten van een Romeinse tempel gevonden. Waarschijnlijk was toen al sprake van permanente bewoning. Tussen het jaar 1185 en het jaar 1196 ontstond in het jachtdomein
van hertog Hendrik I een handelsnederzetting.
Dit was het begin van de stad ’s-Hertogenbosch.
Voordat de stad ontstond, lag op die plek een bos, dat een jachtgebied was van Godfried I van Brabant, de eerste hertog van Brabant. De naam des Hertogen bosch is dus ‘het bos van de hertog’.

’S-HERTOGENBOSCH - NU

’s-Hertogenbosch ligt in de streek Meierij van ’s-Hertogenbosch in de Brabantse Stedenrij in oostelijk Noord-Brabant. Plaatsen in de buurt van de stad ’s-Hertogenbosch zijn Berlicum, Boxtel, Eerde, Elshout, Kaatsheuvel, Kerkdriel, Nuland, Oss, Rosmalen, Uden, Veghel, Waalwijk en Zaltbommel.
’s-Hertogenbosch ligt in de provincie Noord-Brabant. De gemeente ’s-Hertogenbosch telt bijna 155.000 inwoners.
Vlag gemeente ’s-Hertogenbosch - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Vlag gemeente ’s-Hertogenbosch

Wapen gemeente ’s-Hertogenbosch - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Wapen gemeente ’s-Hertogenbosch

INWONERS

Woon je in ’s-Hertogenbosch, dan heet je een ‘Bosschenaar’, in de volksmond ook wel Bossche Bol.
Bekende Bosschenaren zijn Jheronimus Bosch (Jeroen Bosch), Jan Hommen (ING), Theo Nabuurs (Mental Theo), Marianne Vos en en Albert West.
Iets wat uit ’s-Hertogenbosch komt, heet ‘Bosch’ of ‘Bossche’, zoals de Bossche bollen (in Den Bosch sjekladebol genoemd). ’s-Hertogenbosch kreeg stadsrechten in 1184.

’S-HERTOGENBOSCH - INTERNATIONAAL & SCHOLING

Provinciehoofdstad, kernen & stedenband


’s-Hertogenbosch is de provinciehoofdstad van Noord-Brabant.
’s-Hertogenbosch is de op drie na grootste gemeente van Noord-Brabant.

Kernen


De gemeente ’s-Hertogenbosch omvat eveneens Bokhoven, Empel, Engelen, Kruisstraat, Nuland, Rosmalen en Vinkel.

Hoger onderwijs


Er zijn diverse hogescholen in ’s-Hertogenbosch, zoals Avans, Fontys alsook HAS Hogeschool.
Er zijn geen universiteiten gevestigd in ’s-Hertogenbosch.
Provincievlag Noord-Brabant - 600 * 337 pixels

Vlag provincie Noord-Brabant

Provinciewapen Noord-Brabant - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Wapen provincie Noord-Brabant

TYPISCH BOSCH

Denk je aan ’s-Hertogenbosch, dan denk je aan van de Sint-Janskathedraal, het middeleeuwse stadscentrum, het carnaval, de Brabanthallen, Zoete Lieve Gerritje, Jeroen Bosch en de Bossche bollen.
’s-Hertogenbosch fungeert als provinciehoofdstad, winkel- onderwijs en cultuurstad.


’s-Hertogenbosch - minder bekend


’s-Hertogenbosch heet in carnavalstijd Oeteldonk. Minder bekend is dat de stad vroeger ‘Moerasdraak’ genoemd werd. Vanwege de vele moerassen was de stad vrijwel niet in te nemen door vijandelijke legers, met name in de tachtigjarige oorlog.

BOSCH DIALECT EN ACCENT

Dit dialect is sterk verwant aan het Maaslands.
In Den Bosch en omstreken hoor je in plaats van ‘wat’ en waar ‘dat’ wordt bedoeld.
De ‘o’ wordt als u uitgesproken (durrep in plaats van ‘dorp’) en de ‘ei/ij’ klinkt als è (een ‘ijsje’ wordt een èèske).
Verkleinwoorden eindigen niet op -je maar op -ke (vrouwke in plaats van ‘vrouwtje’).
Het Oost-Brabants kent ook woorden uit het Duits, zoals rad voor ‘wiel’.
Dé hék gerolen oftewel: “dat heb ik geruild”.
Een ‘chocolaatje’ is een sjukklaatje en wat elders ‘Bossche bol’ heet, is in Den Bosch een sjekladebol.
Hoe hiette gij van achtere? wordt gezegd in plaats van: “Wat is uw achternaam?”
“Jij lijkt op je vader” betekent: Gij lekt op oewen ouwe.
“Den Bosch =ontmoeten”

’S-HERTOGENBOSCH - ZAKELIJK

De gemeente ’s-Hertogenbosch


Het netnummer van ’s-Hertogenbosch is 073.
Het postcodegebied van ’s-Hertogenbosch is 5200 - 5237.
Het adres van het gemeentehuis van ’s-Hertogenbosch is Wolvenhoek 1, 5211 HH in ’s-Hertogenbosch.
De website van de gemeente ’s-Hertogenbosch is S-hertogenbosch.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente ’s-Hertogenbosch is 073 6155155.

Zakendoen in ’s-Hertogenbosch


Voor Bossche ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor ’s-Hertogenbosch aan Pettelaarpark 10, 5216 PD in ’s-Hertogenbosch. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor ’s-Hertogenbosch is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor ’s-Hertogenbosch is KVK-kantoor Den Bosch.

’S-HERTOGENBOSCH – (INTERNATIONALE) BEDRIJVIGHEID

Bedrijven met internationale activiteiten zijn in ’s-Hertogenbosch vaak gevestigd op bedrijventerrein De Brand, Boschveld, De Herven, De Rietvelden, High Tech Park ’s-Hertogenbosch, Maaspoort, Kruisstraat, Pettelaarpark, Treurenburg of op bedrijventerrein Hintham-Noord/De Vliert.
In ’s-Hertogenbosch bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: AmorA campers, Bburago Nederland, Bestron Nederland, Bobo’s Eyewear (Bollé, Cébé, Flexee, Prego, Serengeti), Brand Loyalty Group, Canon Nederland, Caterpillar Work Tools, Ctac, CWS Nederland, Dialog Semiconductor, Dobotex, Duravit Nederland, Enexis, Essent, Fruitfunk, Gabor, GEA Refrigeration Netherlands, Goedhart en Borgesius, Hager Group (Berker, Tehalit etc.), Humax, Kellogg’s Benelux (Albran, Coco Pops, Disney ontbijtgranen, Frosties, Kellogg’s Cornflakes, Pringles, Rice Crispies, Special K etc.), Kuijpers, Lödige, Michelin Nederland (BF Goodrich, Euromaster, Kleber, Michelin, Uniroyal), Moonen Yachts, MTD Benelux (Cub Cadet, MTD, Robomow, Wolf), Nedis, Omron,
Packard Bell Nederland, Pali Group, Panasonic Nederland, Possehl Electronics, PVO International, Ricoh, SAI Global - BWise, SAP Nederland, Segway Nederland, Technics Nederland, Van Lanschot Kempen, Welten, Würth Nederland, Distributiecentrum Belgica in Hedel, Bakker Goedhart in Hedel, Daelmans Group in Nieuwkuijk, De Gulden Krakeling in Nieuwkuijk, Banketbakkerij Merba in Oosterhout, De Kroes Groep in Oosterhout, Döhler Holland in Oosterhout, Holland Foodz in Oosterhout, Janus Vaten in Oosterhout, Jos Hofkens H.I.G. in Oosterhout, Heijmans in Rosmalen, Leicht keukens Nederland in Rosmalen, Libéma in Rosmalen, Van der Valk in Rosmalen, Rockford Fosgate in Rosmalen, Toekomst Schoonmaakbedrijven in Schijndel, Prochamp in Velddriel, Brabo-Pack in Waalwijk, Distributiecentrum Bol.com in Waalwijk, Mineralz in Waalwijk, Oerlemans Foods Nederland in Waalwijk, Ajilon Life Sciences in Zaltbommel en Van Osch Snacks in Zaltbommel.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.

NIEUWS UIT ’S-HERTOGENBOSCH

Het Bossche nieuwsportaal is Bossche Omroep en Bossche ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Noord-Brabant - Nieuws.
Ondernemers in ’s-Hertogenbosch kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep Brabant.
Bosschenaren en ondernemingen in ’s-Hertogenbosch kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant het Brabants Dagblad - Den Bosch - Vught en het Algemeen Dagblad - Den Bosch.
Logo krant s-Hertogenbosch - Brabants Dagblad op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo regionale televisie- en radio-omroep Omroep Brabant op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

CULTUUR, SPORT, ONTSPANNING EN ZAKENLUNCH IN ’S-HERTOGENBOSCH

Cultuur


Wilt u uw internationale zakenrelatie wat cultuur in ’s-Hertogenbosch laten zien?

Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw zakenrelatie, kunt u in ’s-Hertogenbosch een bezoek brengen aan het Archeologisch en Paleontologisch Museum Hertogsgemaal, aan het Design Museum Den Bosch, aan het Jheronimus Bosch Art Center, aan Het Museumkwartier, aan Het Noordbrabants Museum Den Bosch, aan het Oeteldonks Gemintemuzejum of aan Museum Slager.

Voetbal, tennis, padel & squash


Samen naar een sportwedstrijd kijken of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen met uw internationale zakenrelatie? Voetbal verbroedert. Wellicht is het daarom een leuk idee om samen met uw zakenrelatie naar een voetbalwedstrijd te gaan, om bijvoorbeeld de Schiedamse voetbalclub SVV, C&FC Hermes-D.V.S., Excelsior ’20 of PPSC Schiedam te zien spelen.

Voor een partijtje tennis, padel of squash in ’s-Hertogenbosch kunt u terecht bij Tennisvereniging De Schutskamp, bij TV Asmunt of bij TV De Hambaken.
Golf, ontspanning & lunch Misschien hebt u zin om na de cursus bij ons taleninstituut in ’s-Hertogenbosch of met uw internationale (zaken)relatie in ’s-Hertogenbosch een balletje te slaan als ontspanning en/of gezellig een hapje te eten of iets te drinken? Dagnall Taleninstituut heeft voor u een golfbaan in ’s-Hertogenbosch gevonden voor een compleet dagje/middagje uit.
Om een balletje te slaan of alleen even iets te eten of te drinken, kunt u bij Golf Parc De Pettelaar in ’s-Hertogenbosch terecht. Golf Parc De Pettelaar bevindt zich aan de Meerendonkweg 2 in ’s-Hertogenbosch. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 073-613 66 30. De website van de golfbaan is www.pettelaar-golf.nl.
Om iets te eten of te drinken kunt u terecht bij de horecagelegenheid van het Parc. BurgGolf Golfclub de Haverleij is een andere golfbaan in de omgeving van ’s-Hertogenbosch.
Afbeelding voetbal tennisbal golfbal in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo voetbalclub ’s-Hertogenbosch - FC Den Bosch - Football Club Den Bosch - in kleur op grasveld met witte lijn - 600 * 337 pixels

PROMOTIEFILMPJES & GOOGLE MAPS

Hieronder staan een promotiefilmpje en een filmpje met drone-opnames van ’s-Hertogenbosch die eveneens op Youtube zijn te zien.
Klik direct op het Youtube logo in het midden van de afbeelding om het filmpje te bekijken.
Onder de filmpjes vindt u de locaties van Noord-Brabant en ’s-Hertogenbosch op Google Maps.
U kunt linksboven klikken om het kaartje groot weer te geven in een nieuw venster.
Promovideo ’s-Hertogenbosch
Dronebeelden ’s-Hertogenbosch
 
Google Maps Noord-Brabant
Google Maps ’s-Hertogenbosch
Op de hoogte blijven van wat er speelt in ’s-Hertogenbosch

NIEUWS UIT ’S-HERTOGENBOSCH

Hieronder ziet u het actuele nieuws uit ’s-Hertogenbosch van diverse nieuwsbronnen.
Het nieuws wordt automatisch bijgewerkt.
 
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Dagnall Taleninsituut verzorgt ook vertaalwerk en tolken in ’s Hertogenbosch

Wist u dat?

Wist u dat Dagnall Talen eveneens vertalingen in ’s-Hertogenbosch en tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten in ’s Hertogenbosch
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

ONZE OPDRACHTGEVERS

De upload van uw document is gelukt.

 

INLOGGEN MEDEWERKERS   /   BESTANDEN UPLOADEN