Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en is een communicatiebasis die deuren voor u opent - met name op het professionale vlak. Daarom hebben organisaties die investeren in de taalopleiding van de medewerkers, een duidelijk voordeel alsook een voorsprong. Wij zijn een taalaanbieder die u precies dat aanbiedt: Effectieve taaltrainingen Frans van het hoogste niveau voor medewerkers, professionals en leidinggevenden. Taaltraining Frans op maat, omdat uw organisatie of bedrijf welbespraakte werknemers verdient.
Vakgebieden
Van zakelijk en technisch tot medisch - Dagnall kent elke bedrijfstaal. Elke bedrijfstak heeft zijn eigen taalgebruik en hanteert zijn eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling en een duidelijk concurrentievoordeel, door middel van branchespecifieke taalkennis Frans op het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Frans aan in een brede waaier van vakgebieden.
Wij bieden taaltrainingen Frans op maat aan als individuele (1-op-1) les, als groepscursus met collega’s, als intensieve workshop en als langdurige, regelmatige training - met face-to-face-les alsook online/blended cursus. Bij Dagnall Taleninstituut kan iedereen Frans leren op precies een manier die het beste bij hem of haar past. Organisaties zijn naast de klassieke taaltaaltrainingen Frans vooral in de werkgerelateerde taaltrainingen geïnteresseerd zoals schrijfvaardigheid Frans en/of zakelijk Frans. Taalcursussen worden op de individuele behoeften van de opdrachtgevers afgestemd. Dagnall Taleninstituut is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om door middel van gecertificeerde taaldocenten met uitstekende beoordelingen en recensies onbegrensd Frans te leren. Met Dagnall Talen behaalt u doelgericht en snel de door u beoogde resultaten.
Filosofie
De filosofie van Dagnall is om Frans te leren zonder schroom en met plezier en gemak. Daarom gaan wij tot het uiterste om ervoor te zorgen dat u de Franse taal zonder remmingen en moeiteloos kunt leren. Frans leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Talen met methodes die het leerproces voor de cursist gemakkelijker en prettiger maakt.
Met onze methodes wordt nieuwsgierigheid opgewekt en de bereidheid om te leren, ondersteund. Met 15 minuten dagelijks oefenen, brengt Dagnall Talen de cursist in grote stappen naar het gewenste taalniveau. Dagnall Taleninstituut is een ideale partner voor iedereen die Frans wil leren.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
In overleg met u als opdrachtgever stelt Dagnall de wensen en leerdoelen vast. U meldt de cursisten aan met hun contactgegevens. Wij verzorgen een intake op locatie of, indien gewenst, telefonisch of online. Nadat het intakegesprek heeft plaatsgevonden, waarin op basis van het Europees Referentiekader (ERK) het huidige en gewenste taalniveau van de deelnemers wordt vastgesteld, sturen wij u een op maat gemaakt cursusvoorstel met de offerte. Nadat u akkoord op uw offerte hebt gegeven, stemmen wij de planning af op uw agenda en situatie.
De taaltrainer evalueert na een aantal lessen Frans de inhoud en de voortgang van de cursus. Indien nodig, kan de doelstelling aangepast worden. U ontvangt een eindrapport na de laatste les samen met een beschrijving van de door de deelnemers behaalde resultaten. De deelnemers ontvangen tevens een certificaat van ons instituut.
Desgewenst wordt het (individuele) contact met de deelnemers door Dagnall verzorgd Het plannen van de intakegesprekken wordt door Dagnall in overleg met u en de individuele deelnemers gedaan Deelnemers ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht Frans. Dit formulier en de schrijfopdracht moeten worden teruggestuurd vóór de datum van de intake Wij verzorgen de intakegesprekken op locatie of eventueel op afstand. Het gesprek duurt ongeveer 30 minuten De groepsindelingen worden aan de hand van niveaubepaling door Dagnall geadviseerd en vastgesteld in overleg De indeling van de deelnemers geschiedt op taal en taalniveau U ontvangt altijd een offerte op maat van ons! De logistiek van het materiaal en cursusbenodigdheden wordt uiteraard door Dagnall Talen verzorgd Wij berekenen geen administratiekosten en geen extra toeslag voor avondlessen Dagnall bewaakt en garandeert de continuïteit van de planning van de cursus alsook het lesprogramma Frans Dagnall Taleninstituut is flexibel en betrokken!
Dagnall Taleninstituut, Vertaalbureau, Tolkbureau en Tekstbureau levert sinds 1982 diensten aan bedrijven en (overheids)instellingen. Ons bedrijf heeft een team van ervaren en kundige trainers die al veel trainingen Frans voor het bedrijfsleven en (overheids)organisaties hebben mogen verzorgen.
Door de aanpak die zowel werkplekgericht als functiegericht is, levert Dagnall Talen zeer betaalbare en effectieve taalcursussen Frans. U kunt ervan op aan dat Dagnall voor het hoogste rendement zorgt; rendement door maatwerk!
Dagnall biedt betaalbaar maatwerk Frans
Taal op de werkvloer
Taal op de Werkvloer: draagvlak is gevraagd! Taalcursussen (Frans) gericht op het verbeteren van de taalvaardigheid op de werkvloer zijn ondertussen bij veel organisaties gemeengoed. Werknemers zonder of met een beperkte kennis van de Nederlandse taal of een andere voertaal ervaren een belemmering op de werkplek en zij willen graag en beter en/of sneller communiceren.
Zij willen de werkinstructies op de werkvloer goed kunnen begrijpen en hier ook mee om kunnen gaan. Deze werknemers willen graag met meer zelfvertrouwen hun werk kunnen uitvoeren en natuurlijk hun ambities op hun werkgebied verwezenlijken. Dit vereist een investering in mensen en in de (continue) ontwikkeling van het bedrijf.
Dagnall Talen biedt betaalbare maatwerk taaltrainingen die de luister-, spreek-, lees- en schrijfvaardigheid op de werkvloer verbeteren. Wij leren en helpen cursisten hoe zij de lesstof in praktijk kunnen brengen op hun werk. Wij stemmen de lessen af op de wensen van de opdrachtgever en op het niveau van de cursist(en). Naast de lessen, krijgt de cursist gedurende de cursus regelmatig praktijkopdrachten, die de voortgang van het leerproces ondersteunen en de effectiviteit van de training verbeteren.
Een win-winsituatie! Dagnall Talen let ook op de minder belichte kant van veel taalcursussen: de deelnemer staat al vaak alleen in zijn poging om de taal onder de knie te krijgen, om de cultuur en gewoontes van het land en het bedrijf te doorgronden en om zijn of haar wereld door middel van taal te vergroten. Hiervoor is motivatie en inzet vereist. Daarnaast heeft de deelnemer slechts een aantal vaste contactmomenten per week met de docent. Dat is niet altijd toereikend.
Onderscheidend
Dagnall Talen onderscheidt zich door in te zetten op het vergroten van het draagvlak voor een taalcursus Frans op de werkvloer. Wij stimuleren collega’s en leidinggevenden van de organisatie om een voortdurend proces van taalverwerving te creëren, door direct vanaf het begin zoveel mogelijk met de cursisten te communiceren in de doeltaal. Door het belang van taal op de werkvloer consequent op deze wijze uit te dragen, wordt de waarde van een goede taalbeheersing gemeenschappelijk ervaren en voelen cursisten zich gestimuleerd en gewaardeerd in hun taalverwerving.
Vele wegen leiden naar Parijs
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Frans is niet alleen aangepast aan de vraag van de cursist, klant, organisatie of werkgever, zoals een verbeterde spreek- of schrijfvaardigheid. Een goede taalcursus (Frans) is tevens afgestemd op de beste, meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist. Een cursus Frans die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige docenten Frans zijn erg bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van kennis en vaardigheden om deze direct in de praktijk te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo fijn en dit zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt. Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall wordt bereikt met een blend van deze bewezen leermethode in combinatie met de focus op de cursist(en) en het nagaan of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall Talen kunt u voor cursussen terecht die zijn gebaseerd op een maatwerktraining.
Wij bieden groepscursussen van 3 tot 8 à 10 cursisten, duocursussen (2 cursisten), individuele taalcursussen, onlinecursussen, het online leerplatform voor blended learning alsook een de Dagnall App met jargon en woordenlijsten van de specifieke organisatie. Onze trainers maken veel gebruik van eigen lesmateriaal dat zij in de loop der jaren hebben verzameld en gecreëerd en de trainers spelen continue in op actuele thema’s en ontwikkelingen.
Een prettige manier van leren
Een bijkomend voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een bijzonder plezierige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de taaltrainers Frans van Dagnall. Onze, door de jaren heen steeds verder ontwikkelde en weldoordachte werkwijze is het zeer gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. De cursus Frans is dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar eveneens afgestemd op de manier van leren die het beste bij de cursist zelf past.
Effectief Frans leren bij Dagnall Taleninstituut
Individuele cursussen en groepscursussen Frans
Franse lessen - individueel of in groepsverband
Dagnall Taleninstituut cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de organisatie van de cursus uit handen kunt geven. Deze individuele cursussen en groepstaalcursussen biedt Dagnall Talen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen maken wij gebruik van gevarieerde en moderne onderwijsmethoden om doelgericht te kunnen trainen en leersucces te borgen. Uiteraard kunnen deze individuele-, duo- en groepscursussen zowel op locatie als op één van deze trainingslocaties gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen Frans
Maatwerkcursussen Frans
Wij bieden individuele cursussen Frans voor bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren. Een individuele cursus noemt men ook wel één-op-één-cursus of privéles. De individuele taalcursussen van Dagnall Talen staan al vele jaren bekend voor persoonlijke aandacht, maatwerk en een zeer hoog rendement. De individuele cursussen Frans van Dagnall Talen zijn maatwerktrainingen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de praktijksituatie en de leerstijl. De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Wij bieden groepscursussen Frans van 3 tot 10 personen, alsook duocursussen (2 cursisten) aan het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren. De groepen worden bij voorkeur zo klein mogelijk gehouden de lerenden maximaal te kunnen ondersteunen en om de leereffectiviteit te verhogen. Ook de groepscursussen van Dagnall zijn maatwerk taalcursussen en worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de leerstijl en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het grootste voordeel van een individuele taalcursus Frans is het hoge rendement omdat in vrij korte tijd behoorlijk veel kennis wordt geleerd. Doordat de cursus vrij intensief is, wordt meer vooruitgang geboekt en is het leertraject zo kort mogelijk. Flexibiliteit is een ander belangrijk voordeel van individuele cursussen. De taalcursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist en de inhoud kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de eventuele aandachtsgebieden van de cursist. Omdat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld, is de leervordering optimaal. Daarnaast is een individuele taalcursus ideaal af te stemmen op de agenda van de cursist waardoor het leerschema en het tijdmanagement optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Het grootste voordeel van een groepscursus Frans is vooral de interactie met de andere lerenden; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep door middel van bijvoorbeeld rollenspellen en discussies. Een ander groot voordeel is de zogenaamde groepsdynamiek; van de fouten van andere cursisten kunnen leren en met de groep in de doeltaal communiceren. Cursisten kunnen de afwisseling die zo geboden wordt als leuker ervaren. Groepscursussen zijn daarnaast ook efficiënt doordat meerdere medewerkers tegelijk worden getraind en de groep op bijna hetzelfde kennisniveau komt. Ook zijn groepscursussen wat minder intensief (minder zwaar) voor cursisten dan individuele cursussen.
Minpunten individuele cursus
Bij een individuele taalcursus Frans kunnen discussies en rollenspellen alleen met de docent worden gevoerd en gedaan. Omdat er geen interactie met andere lerenden is, kan het geleerde niet in een groep worden geoefend. Ook is het niet mogelijk om te leren van fouten van andere cursisten omdat er geen groepsdynamiek is. De intensievere leerbenadering van individuele taalcursussen is voor de cursist ook vrij intensief (zwaarder).
Minpunten groepscursus
In een groepscursus is minder aandacht voor de individu en kunnen de cursisten iets sneller worden afgeleid. Daardoor ligt het rendement wat lager. Door de groepen wat kleiner te maken (minigroepen), kan dit deels ondervangen worden. Groepscursussen Frans kunnen eveneens minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen. Dat de planning minder goed kan worden afgestemd op de agenda van de individuele deelnemers, is een bijkomstig minpunt van een groepscursus.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Frans
Verschillende opties voor Franse les
Dagnall Talen geeft taalcursussen (Frans) voor zowel beginners, halfgevorderden als gevorderden. Niet iedereen heeft de mogelijkheid om naar een talencentrum te gaan. Daarom bieden wij de taalcursussen ook online alsook incompany aan. Dagnall Taleninstituut biedt de keuze uit de
onderstaande cursusvormen Frans. Ook een combinatie van deze verschillende trainingen is mogelijk. Dagnall staat voor (betaalbaar) maatwerk!
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog moesten de (Amerikaanse) soldaten de elementaire verbale communicatieve vaardigheden leren. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode ook de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als antwoord op de grammatica-vertaalmethode worden gezien. Nieuw was dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) werden gegeven. Spreken en luisteren (in het Frans) zijn de belangrijkste vaardigheden en (Franse) grammaticale structuur worden geleerd aan de hand van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is om zonder fouten Frans te leren spreken en verstaan, wat begint met leren naspreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt met drills gewerkt om Franse zinnen en structuren in te slijpen, zodat reacties spontaan en automatisch worden. De taaldocent Frans kan bijvoorbeeld een bepaalde zin tien keer herhalen en dan een nieuw Frans woord toevoegen. Er wordt veel gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waar studenten Frans met een koptelefoon naar zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven Frans wordt pas aangeboden zodra het mondelinge Frans vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
In ons land werd de methode pas rond 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet van kracht werd. Er kwamen al gauw grote bezwaren tegen de betekenisloze drills. De techniek haperde wel eens, waardoor de talenpractica vrij snel in onbruik raakten. In plaats hiervan werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode haar sporen na. Nu was breed geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Frans) niet gaat om het memoriseren van de (Franse) grammaticaregels, maar om de toepassing. De luistervaardigheid (Frans), die vóór 1970 voor veel taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten Frans. De correcte uitspraak Frans wordt van het begin af aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor een vlotte en efficiënte kennisoverdracht bieden. Ook voor grotere groepen is de methode geschikt.
Dit docentgestuurde aspect heeft tegelijk een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng verlangd van de studenten. Hierdoor ligt het risico op passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik Frans.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is ontwikkeld door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) te leren op een zodanige wijze dat deze worden opgeslagen in het langetermijngeheugen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die worden herhaald na verloop van tijd. Deze Franse woorden of zinnen van de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerenden. Het idee is niet om de woorden of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, maar dit eigenlijk gebeurt vanzelf door de blootstelling. De woordenlijst wordt steeds herzien; Franse woorden die aangeleerd zijn, worden van de lijst verwijderd, Franse woorden die nog problemen opleveren, blijven op de lijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method beweren dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten worden opgeslagen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt betwijfeld. In het algemeen wordt kennis onthouden wanneer de kennis van betekenis en relevant is voor de lerende. Voor Franse woorden die relevant en van betekenis zijn voor de student, kan de methode functioneren.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor lerenden die het prettig vinden om bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun te gebruiken, kan deze methode werken. Schrijven met de hand functioneert beter dan typen of, behoorlijk zinloos: een fotootje maken, omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Een minpunt van deze methode is het gebrek aan context. Talen bestaan uiteraard uit veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. Deze methode is bovendien zeer tijdrovend; er moeten steeds met de hand geschreven woordenlijsten worden aangelegd.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is ontwikkeld in 1983 door Tracy D. Terrell en Stephen Krashen.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke manier van taalverwerving (van bijvoorbeeld Frans). Op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de leermethode het Frans aan te leren. Op die wijze leert men onbewust ook de taalregels van het Frans. Alleen het Frans met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Het streven is een stressvrije leeromgeving. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De methode legt de nadruk op communicatie en niet zo zeer op expliciete Frans grammatica en het corrigeren van vormfouten.
Als de student wordt ondergedompeld in het Frans, is de leermethode het meest effectief. De leeractiviteiten in het Frans moeten stimulerend zijn zodat de studenten van de ervaringen kunnen genieten.
De Natural Method heeft vrij veel overeenkomsten met de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het onderscheid tussen de beide methoden is dat bij de Directe Methode meer focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Dat onderdompeling zeer effectief is, is vaak bewezen. De methode is een populaire wijze van lesgeven bij taaldocenten Frans, doordat de Natural Approach betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor lerenden. Maar er is ook kritiek op de natuurlijke aanpak. De nadruk wordt voornamelijk op het impliciet aanleren van de grammatica van het Frans gelegd. De studenten zouden weliswaar leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van het Frans door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier een vreemde taal aan te leren. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met het Frans op te bouwen. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde langer onthouden.
Een nadeel kan zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er bijna geen druk ligt op de taalproductie. Ook bereidt de methode lerenden niet per se op een bepaald Frans examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) ofwel de ‘Structurele Aanpak’ is in de begin jaren 50 ontwikkeld door Charles Carpenter Fries en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren met als doel lerenden vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans). De beheersing van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan het leren van woordenschat van het Frans. Bij de methode gaat het om het kunnen herkennen en toepassen van vaste Franse woordcombinaties en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden in herkenbare situaties met gebruik van visualisaties, dramatiseringen, handelingen en gezichtsuitdrukkingen aangedragen aan de studenten. Bij de methode worden de structuren die het meest gebruikt worden, als eerste geleerd. De mondelinge vaardigheden Frans (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hierbij in eerste instantie gebruikt; hieruit volgen leesvaardigheden en schrijfvaardigheden. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreekvaardigheden en schrijfvaardigheden), krijgt de grammatica een belangrijke plek. Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) zijn andere namen voor de Structurele Aanpak.
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op vrij grote schaal gebruikt voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat studenten het Frans op een nauwkeurige manier geleerd wordt. De leren eveneensden krijgen inzicht in de grammatica van het Frans en leren eveneens in welke situaties bepaalde Franse woorden en woordcombinaties wel of niet passend zijn. De methode van de Structural Approach gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de Structural Approach ook. Deze werkwijze kost behoorlijk veel tijd en zorgt niet onmiddellijk voor succeservaringen. De eigen inbreng van lerenden is gelimiteerd; het is niet echt creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Communicatief taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching; CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach; CA) genoemd, is in de jaren 60 van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van talen legde. De taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de visie dat interactie het uiteindelijke doel is bij het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
Middels CLT-technieken leren de studenten het Frans in praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de taaldocent Frans. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in het Frans of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werksituatie. De Franse taal wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en docenten Frans dragen onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in alle soorten situaties uit de praktijk te oefenen. Franse grammatica leren studenten inductief, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT is de docent Frans echt een trainer, die de student helpt in het Frans te communiceren.
Populariteit
De CLT werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam mede doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa kwam meer behoefte om talen te leren door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Communicatief taalonderwijs kent veel voordelen. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; het is functioneel en studentgericht. Vanwege het gebruik van authentieke materialen, leren studenten de Franse woorden die zij moeten weten. De methode is efficiënt. Deze methode werkt voor de lerende stimulerend doordat hij of zij gauw succes ervaart. Fouten maken mag; de vaardigheid wordt al doende geleerd en verbeterd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht is voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van de studenten. Voor sommige studenten kan deze manier van een vreemde taal leren ongewoon of moeilijk zijn, afhankelijk van hun achtergrond. CLT draait om het trainen van vaardigheden; het gaat om de functie en in mindere mate om de vorm en het biedt dan ook geen samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was taalonderwijs vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Men leerde om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Een Duitse docent Frans en Italiaans; Johann Valentin Meidinger, deed dit op een andere manier. Meidinger ontwikkelde een methode waarin de grammatica centraal stond omstreeks 1783. Meidinger wordt als de grondlegger beschouwd van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie was. Het onderwijs in het Latijn was vanzelfsprekend gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en volledig gericht op grammatica en vertalen (van bijvoorbeeld Frans). Deze aanpak werd beschouwd als wetenschappelijk en degelijk. De Grammatica-vertaalmethode gaat uit van de analyse van de taalstructuren en de taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de lerende zelf inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Frans. De taaldocent draagt kennis Frans over, de studenten memoriseren.
Populariteit
De grammatica-/vertaalmethode is tot vrij recent van grote invloed geweest op het taalonderwijs, ondanks dat reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, is de methode is een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Frans, doordat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De methode kent echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren zelden mondeling toegepast kan worden. De methode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het over het algemeen om literair taalgebruik gaat. De methode biedt geen mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces bij lerenden bij het leren in groepen. De lerenden zijn alleen toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engels: language immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd toegepast, vooral op de middelbare school waarbij een vak (zoals wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die wordt gebruikt bij Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les aan rijke dames uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling behelst dat degenen die de taal (zoals het Frans) leren, vanaf het eerste moment wordt omgeven door de te leren taal. De instructies worden gegeven in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhaling en later op een meer natuurlijke wijze. Vanaf het begin wordt de student ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. De methode maakt gebruik van simulaties en rollenspellen. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt veelal de leeromgeving in de stijl van het Frans ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Frankrijk zijn. Lerenden oefenen het Frans spreken één-op-één of in een klein groepje. Daadwerkelijk naar Frankrijk reizen en daar bijvoorbeeld in een gastgezin verblijven, is een andere methode om een taal te leren door middel van onderdompeling.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een erg goede methode om vreemde talen te leren gezien. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Frans kan uitstekend worden aangeleerd op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Omdat de methode zo intensief is, is het grote voordeel dat deze methode snel resultaten laat zien. Omdat de lerende wordt erdoor omgeven, is het een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet echt gaan communiceren in de Franse taal. De student is feitelijk 24 uur per dag Frans aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepsverband. Dit wordt door studenten als motiverend ervaren.
Een keerzijde van de leermethode is dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt. De mogelijkheid is reëel dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaat. Dat een dergelijke taaltraining Frans erg intensief is, kan een ander nadeel zijn. Niet alle lerenden hebben genoeg conditie om deze methode van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Deze methode is door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al aangeeft, is de methode van Suggestopedia gebaseerd op het principe van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Daarvoor zijn een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen tussen de lerenden en de docent (Frans) van essentiële betekenis belang. Dat studenten ontspannen zijn en zich veilig voelen, is hiervoor de voorwaarde. Leslokalen met rijopstellingen waren ongeschikt om dit te kunnen bereiken. In de les zat de lerende in een comfortabele stoel die waren opgesteld in een halve cirkel en in de les werd ook altijd muziek afgespeeld. De leermethode zoals Georgi Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er waren opmerkingen over de grammatica van de doeltaal (het Frans) en woordenlijsten bij de teksten. Er werd met gebaren en veel expressie in stem voorgelezen. De studenten werden op deze manier verleid om te luisteren en ze konden de (Franse) woorden die nieuw waren voor ze, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk) was veel tijd tijdens de lessen. Er werden rollenspellen gespeeld en er bijvoorbeeld (Franse) streekgerechten werden gemaakt en gegeten.
Populariteit
De leermethode Suggestopedie was enigszins omstreden en de leermethode is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen van de leermethodiek worden nog steeds toegepast, bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De leermethode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer in de les, waardoor de lerende geen last heeft van faalangst of frustratie. Deze sfeer kan voor immigranten bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Dat de studenten worden gestimuleerd om actief mee te doen en zich in te leven in de situatie, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is, is een bijkomend voordeel van de leermethode. Tegelijk is dit voor sommige studenten een keerzijde, omdat niet iedere student hiertoe in staat is. Daarnaast kan muziek bij sommige mensen eerder afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend of ontspannend. Een ander zwak punt is dat de relatie tussen de docent en de student niet echt gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de kant van de Franse docent waarbij de student steeds de ontvangende partij is.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning (CLL) is een taalverwervingsmethode waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van een taal zij willen leren. De methode is gebaseerd op de counseling-benadering waarbij de docent als counselor optreedt die de zinnen van de student kenschetst. Studenten starten een gesprek. Als zij de taal (Frans) nog niet machtig genoeg zijn, spreken zij in hun moedertaal. De docent (Frans) vertaalt en geeft uitleg. De uitingen van de docent worden hierna zo nauwkeurig mogelijk herhaald. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om te kunnen herbeluisteren.
Community Language Learning stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de studenten als middel om het Frans te leren. Er is geen leerboek Frans dat wordt gevolgd; het zijn de studenten zelf die het lesmateriaal bepalen door middel van betekenisvolle gesprekken.
Populariteit
De mate van succes van de methode hangt sterk af van de expertise van de docent-counselor. De docent dient zowel sociaal-cultureel kundig als taalkundig onderlegd te zijn. Hij of zij dient zowel het Frans als de moedertaal van de studenten uitstekend te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. De methode kan goed werken als deze correct gebruikt wordt. De methode is niet geschikt voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt de studenten veel autonomie. Studenten vinden het analyseren van hun eigen gesprekken vaak zinvol. De leergroep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les Frans, maar ook daarbuiten. Met CLL worden studenten zich veel bewuster van hun groepsgenoten, hun sterke en zwakke punten en leren om als team te werken. Het bespreken door hun fouten en het evalueren van de les Frans is heel leerzaam voor de studenten. Dergelijke correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van de lerende.
Een nadeel van Community Language Learning kan zijn dat de docent niet sturend is, terwijl sommige studenten wel sturing nodig hebben. Er wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen Frans afgenomen. Daardoor is het succes moeilijk meetbaar. Een aantal studenten wordt geremd in hun Frans spreken als zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
Deze lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een vreemde taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en het produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans neemt in deze benadering een grotere plaats in dan Franse grammatica. Instructies zijn op situaties en Franse uitdrukkingen gericht die regelmatig voorkomen in dialoog. Voor interactie is aandacht maar ook voor i>exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel mogelijkheid voor de student om de Franse taal zelf te ontdekken.
De rol van de trainer Frans is voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de student.
Populariteit
Door de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia leerboeken aanmerkelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht besteed aan de woordenschat van de te leren taal die in chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. Een vergaande verandering in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, waar Michael Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren het Frans op een heel natuurlijke manier te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal te werken. Zo ontstaat souplesse in het taalgebruik Frans.
Het nadeel van de leermethode is dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties. Met het zelf leren herkennen van de patronen van het Frans hebben sommige lerenden moeite en zij hebben meer aan een taaldocent Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is in het jaar 1880 door de Franse leraar François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
Een serie verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica van de doeltaal vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. De studenten leren zinnetjes op basis van een handeling, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze handeling zou worden uitgevoerd. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, wetenschap en beroep, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het betreft een soort eentalige leermethode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten al gauw denken in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Frans).
Populariteit
De ideeën van Gouin over taal waren bijzonder vooruitstrevend. Ondanks dat het een ongewone aanpak was, was de seriemethode van François Gouin gedurende een bepaalde periode een succes. De leermethode werd echter door Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
De mondelinge vaardigheden Frans van de lerenden worden sterk ontwikkeld door de Seriemethode van Gouin worden en het zorgt voor het creëren van een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer.
Gouin’s methode biedt een levendige manier van lesgeven. Dit soort onderwijs Frans wekt het enthousiasme bij de studenten op door gebruik te maken van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, etcetera. Het leren wordt tastbaar; dit was totaal nieuw. De methode maakt studenten Frans nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, de druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verbeteren. De methode stimuleert de communicatieve competenties Frans van de lerenden goed.
Het nadeel van de seriemethode van Gouin is dat taal die wat abstracter of subjectiever wordt, wat moeilijk in één concrete ervaring kan worden gevangen met bewegingen en expressies. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die tenslotte een scala aan series dient voor te bereiden, is een ander nadeel. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers van deze methode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze achter deze leermethodiek is dat de verwerving van de doeltaal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De lerenden krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de vreemde taal (Frans) vereist is. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, is het nodig dat ze over woordenschat en taalregels van het Frans beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals een boodschap doen, een e-mail schrijven, met een klantenservice bellen, de krant lezen of een drankje bestellen. De opdracht wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst voorbereidt op de taak, de taak vervolgens uitvoert en tot slot hierop terugblikt. De lerenden moeten samenwerken om de opdrachten uit te voeren. Om leereffect te hebben, moeten de taken net boven het taalniveau Frans van de lerenden liggen.
Populariteit
Task-Based Language Teaching heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren 90 en zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden van studenten (met name studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs te verbeteren.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Frans) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, zolang de opdracht goed bij de lerenden aansluit. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in contact met het Frans en leert zo authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Bovendien leren studenten om samen te werken. Lerenden ervaren taakgericht onderwijs als prettig en motiverend.
Dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor de lerenden die niet heel precies leren, kan als keerzijde genoemd worden.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’) is in 2000 bedacht door Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en taalkundige op het gebied van taalonderwijs Engels.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching was ‘Dogme 95’. Dogme 95 was een beweging van een groep van Deense filmmakers onder wie de Deense filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. De deelnemers houden zich bij het filmmaken aan 10 strikte regels (10 dogma’s). Samen behelzen ze ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme Language Teaching zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die onbelast is door enig voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van Dogme-taalonderwijs is het beginnen van echte conversaties die over praktische onderwerpen gaan. Bij deze methode draait het om communicatie als aanjager van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). De benadering is daarom een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs wil bieden zonder leerboeken te gebruiken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op de communicatie tussen taaldocent en studenten focust. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net als de Dogme-beweging in de film, tien dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Thornbury dat de overeenkomsten met het taakgericht leren suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een pluspunt voor de taaldocent Frans is dat hij of zij zich vrijwel geen hoeft voor te bereiden. De studenten zijn verantwoordelijk voor hun eigen leerproces en dit kan heel motiverend werken. Zo zijn de taallessen Frans niet voorspelbaar. Dit zorgt voor spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Bijna elk item kan tijdens een les volgens de Dogme-methode worden besproken. Op deze manier blijven de studenten alert en betrokken.
Daartegenover staat dat de lerenden zich minder op hun gemak kunnen voelen als ze zo weinig door de docent bij de hand worden genomen. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle trainers Frans voldoende flexibel. Dat lerenden zich vaak op een bepaald examen Frans dienen voor te bereiden en het niet zeker is dat de hiervoor benodigde lesstof wordt behandeld tijdens de taallessen, kan een ander nadeel zijn van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is in het jaar 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson ontwikkeld.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode is een alternatieve visie om een vreemde taal (zoals het Frans) te leren. Dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien, is de primaire aanname van de GPA. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom hanteert GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA-benadering vertoont gelijkenissen met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit Frankrijk. Begrijpen gaat voor produceren. De Franse woordenschat en de cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze neemt ongeveer 150 uur in beslag en nu beginnen de deelnemers het Frans ook te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 van de leermethode beginnen deelnemers zich op taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans te richten aan de hand van televisie, films, nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk van de deelnemers is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om de groei naast de formele taalsessies Frans.
Populariteit
Er is nog niet veel bekend over het succes omdat de methode van Thomson nog vrij nieuw is. Deelnemers zijn vrij enthousiast over de leermethode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een duidelijke doorkijk op het proces van de taalverwerving Frans geboden. Deze zes fasen van GPA bieden een duidelijk tijdspad en haalbare doelstellingen. Er wordt door de lerende niet alleen taalkennis Frans verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een minpunt van deze methode is dat voor elke deelnemer of elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is om veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Frans) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Deze techniek van Shadowing werkt eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen wat zij horen. Het gaat in eerste instantie om de klanken; de Franse tekst begrijpen is niet belangrijk. Luisteren en daarna herhalen wordt geoefend totdat het gemakkelijk gaat en de lerende simultaan Frans kan spreken met de opname. De studenten zullen na enige tijd een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat zij uitgesproken hebben. Zolang er maar dialogen of stukken samenhangende teksten in staan, zijn veel lesboeken geschikt voor deze techniek. De Franse audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerende te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes in te lassen en op natuurlijke snelheid. De aanbeveling van Alexander Argüelles is om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst in de buitenlucht, en niet te gaan zitten, doordat fysieke bewegingen de opname van de te leren taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterken. Dat de lerenden minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, waardoor het werken aan het Frans aanzienlijk effectiever wordt, is een bijkomende grond.
Shadowing heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills toegepast in plaats van dialoog of samenhangende teksten. Het simultaan spreken is bij Shadowing ook anders.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar Shadowing gedaan waaruit is gebleken dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van het Frans wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Een praktisch voordeel van Shadowing dat het in een groep lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief aan het leren zijn. Het rendement is hoog.
De techniek heeft als keerzijde is dat student het soms een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die op het idee gebaseerd is dat mensen leren door middel van bewegingen en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun (jonge) kinderen continu taken en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Frans vormt de basis, daarna volgt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaldocent geeft op een begrijpelijke en vriendelijke manier opdrachten, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerenden doen na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de lerenden dat zij Frans praten; de lerenden geven in een later stadium de opdrachten. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
Door de combinatie van bewegingen en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt voornamelijk toegepast binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar eveneens middelbare scholieren of volwassenen werken met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethode van Total Physical Response zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in leren bevordert. Het zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe voor alle doelgroepen geschikt, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en de methodiek kan ook worden gebruikt in grotere klassen. Het verworven Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende.
Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is, is het nadeel van TPR®. Dit is de reden dat de leermethode tot op een zeker taalniveau werkt en daarnaast een andere leermethode (aanvullend) nodig is. De methodiek is bovendien niet bijzonder creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Frans te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz bedacht de Directe Methode eind jaren 80 van de negentiende eeuw, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Rond 1900 was er sprake van een Reformbeweging met nieuwe visies over leren dat zelfontdekkend en inductief moest zijn. De Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van vreemde talen, maar ook voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Men streefde, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en bevrijding van de keurslijven. Op het gebied van het taalonderwijs ontstond veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal. Hierbij werd grammatica eerder inductief aangeleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten lerenden hieruit afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met veel aandacht waren er voor de uitspraak (zoals het Frans). Studenten werden aangemoedigd veel Frans te spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de lessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) vocabulaire werd aangeleerd met behulp van voorbeelden en plaatjes. Studenten brachten abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Mede onder invloed van de crises en oorlogen ebde de vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw weg, om weer een andere vorm te vinden in de jaren 60.
Taleninstituten als Berlitz en Interlingua werken nog steeds met (een moderne vorm van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Het grote pluspunt van de Directe Methode is dat het een vrij natuurlijke manier van leren is. Spreken en luisteren komen uitgebreid aan bod, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Frans ontwikkelen. Deze leermethode heeft echter ook nadelen. Er is bij deze methode vrijwel geen aandacht voor schrijfvaardigheid (Frans) en weinig voor lezen. De Directe Methode biedt voor de meer gevorderde studenten Frans onvoldoende uitdaging. Voor een langzaam lerende student is de leermethode tevens niet zeer geschikt, doordat de methode is gebaseerd op actief meedoen van de student.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet met abstracte lijstjes of regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de oudste, bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep van studenten en een taaldocent Frans, die steeds één Frans woord tegelijk introduceert. Bij dit woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en deze beweging worden vervolgens door de lerenden na elkaar herhaald. De herhalingen helpen de studenten deze Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. De woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op deze Franse zinnen. De Franse spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De Manesca-methode is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na de publicatie van zijn methode. Het werk van Jean Manesca is door anderen opgepakt en aangepast, onder meer door Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode is het combineren van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langer door de lerenden wordt onthouden. Het veelvuldige herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat het wat saai kan worden om dezelfde Franse woorden en zinnen te blijven herhalen, kan door lerenden als een keerzijde worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno in 1963.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een methode om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De methode van Gattegno gaat van de autonomie van de lerende uitn en hun actieve deelname.
De trainer Frans gebruikt een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de studenten, reacties los te krijgen en ze aan te moedigen om fouten te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak (Frans) besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan als lerenden proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat trainers niet naar kennisoverdracht an sich zouden moeten streven, maar bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te leren.
Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt, zijn gekleurde blokjes die voor allerlei verschillende dingen kunnen worden gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van het Frans staat, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Alhoewel de Stille Methode in zijn originele versie niet veel wordt toegepast, zijn de ideeën van Gattegno van betekenis geweest, vooral bij het aanleren van de uitspraak.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn aanpak niet-bedreigend is voor lerenden, die immers als autonoom beschouwd worden, is de sterke kant van de benadering van Gattegno. In feite is de taaltrainer Frans dienstbaar aan de lerenden, niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke wijze. Meestal wordt het geleerde goed verwerkt en onthouden door lerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.
Dat sommige studenten intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode voorziet, kan een nadeel van de methode zijn. Een student zou gefrustreerd kunnen raken door de afwezigheid van inbreng van de trainer Frans. De beperking van het gebruik van kleuren en grafieken is dat ‘het nieuwe’ er snel af gaat. Hierdoor verdwijnt het effect van de methode.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPRS is een talenverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke manier van taalverwerving: de nieuwe taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. De student wordt blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input om dit te kunnen bereiken. De trainer Frans vertelt een verhaal aan de studenten, waarin nieuw te leren Franse woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. Studenten ontspannen zich doordat de verhalen vrij eenvoudig zijn te begrijpen. Franse woorden en structuren worden zo vanzelf in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen. De trainer wijst de lerende op grammaticale fenomenen van het Frans, zonder dat lerenden regels uit hun hoofd hoeven te leren.
De studenten zullen na enige tijd ‘vanzelf’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur van de nieuwe taal imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groep lerenden een verhaal maken, is een variant hierop. De docent Frans schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de Franse vertaling erbij, om daarna hier een verhaal van te maken samen met de lerenden. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen in het Frans is een belangrijk deel van TPR Storytelling, doordat dit voor input zorgt. In een latere fase volgt schrijven in het Frans.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een vreemde taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de trainer moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een laagdrempelige manier om Frans te leren en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een breinvriendelijke leermethode. TPR Storytelling is prettig voor studenten en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor studenten werkt de methode zeer motiverend om zelf verhalen te maken.
Een nadeel is dat TPR Storytelling veel voorbereiding van taaldocenten vraagt.
De Rosetta Stone-leermethode is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die in Egypte werd gevonden met een tekst in twee talen, waarmee uiteindelijk de hiërogliefen ontcijferd konden worden. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taalcursussen aanbiedt. De eerste versie van Rosetta Stone is in het jaar 1996 uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone zijn beschikbaar in meer dan dertig talen en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve methode, die de manier imiteert waarop een kind de moedertaal leert. Dat houdt in ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hier stemmen van native speakers Frans (moedertaalsprekers) en foto’s voor voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe (Franse) woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma. Dit programma registreert de Franse uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. De lerende kan zo de uitspraak met die van een native speaker (moedertaalspreker Frans) vergelijken. Verbetering van de uitspraak kan worden bereikt door de voorbeeldspreker minder snel te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheden Frans van de studenten te oefenen. De software controleert de Franse spelling en de grammatica en wijst op taalfoutjes met de mogelijkheid om deze taalfoutjes van de studenten te verbeteren.
Het programma biedt eveneens leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
De methode van Rosetta Stone wordt wereldwijd veelvuldig toegepast en niet door de minsten. Onder andere het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. Rosetta Stone wordt in ons land ingezet door enkele ministeries en diverse universiteiten en hogescholen en ook door een aantal internationale organisaties.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De methode van Rosetta Stone is zeer makkelijk in gebruik en de methode kan op ieder moment door de lerende toegepast worden. Studenten bepalen zelf welke delen wat meer of minder aandacht nodig hebben. Veel studenten ervaren het als leuk om te werken met de methode. Bij een gebrek aan taaldocenten kan de Rosetta Stone-methode een oplossing bieden voor onderwijsinstellingen. Het feit dat er geen docent is die de studenten motiveert of wat extra’s kan bieden, is een minpunt van de methode van Rosetta Stone.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. Zijn eerste taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur op de markt bracht in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnen/dialoog die door studenten worden nagesproken en worden herhaald. De Franse zinnetjes zijn door native speakers (moedertaalsprekers) ingesproken. De cursus is gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en wederom herhaling. De lessen bieden een audio-opname van een half uur die nieuwe woordenschat en structuren bevat in de te leren taal. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur van het Frans niet apart uit maar biedt deze aan via uitbreiding van, en variaties op, de zinnen.
Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarin kennis van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.
Populariteit
Onder andere Amerikanen gebruiken de Pimsleur taalcursussen en de ervaringen met de methode variëren. Over het algemeen zijn de gebruikers tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de Pimsleur-methode heel goed doordat de insprekers native speakers zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Frans spreken.
Dat er niets uitgelegd wordt, is een minpunt van de methode. De studenten leren geen bouwstenen om zelf een Franse zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die uit het hoofd geleerd worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Bob Dylan en Pierce Brosnan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het uitgangspunt van Michel Thomas was dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij vrij is van stress. Michel Thomas begon met zijn lerenden duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De Michel Thomas-methode bestaat uit audiolessen (Frans), door twee stemacteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert met de les van de stemacteurs mee. Als een vraag aan de stemacteurs gesteld wordt, is het de bedoeling dat de lerenden op pauze drukken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De les wordt in kleine stapjes opgebouwd en Franse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Franse lesstof die al bekend is. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. Er wordt bijvoorbeeld gewezen op verbanden tussen het Engels en het Frans, als deze er zijn. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Bij de leermethode van Michel-Thomas wordt makkelijke stof eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de studenten Frans het voorgaande begrepen en geleerd hebben. Naast Franse woorden en zinnen worden eveneens bouwstenen geleerd zodat de lerende zelf zinnen kan maken. De methodiek maakt ook gebruik van flashcards zodat studenten zelf hun vocabulaire Frans kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te kunnen meten.
Populariteit
Veel mensen vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Frans. Gebruikers die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de methode van Michel Thomas soms minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen zijn zeer toegankelijk en trainen de luistervaardigheid en de uitspraak Frans op efficiënte wijze. Het feit dat de cursussen Frans niet in schrijfvaardigheid voorzien, kan als een minpunt worden gezien. Van werkelijke interactie is ook geen sprake, omdat het een audiocursus betreft.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door schrijver en polyglot Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert cursussen voor vreemde talen. Dit begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘opgaan in de groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen streven is voor taalcursussen (zoals Frans). De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een lesboek Frans, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. Idealiter besteedt de gebruiker ruwweg twintig minuten per dag aan de taalcursus.
De lessen bestaan uit verschillende Franse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De Franse vertaling staat ernaast, samen met grammaticale toelichting. Voor het trainen van de uitspraak, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnen die zijn ingesproken door native speakers en die de lerenden daarna dienen te herhalen. De opbouw verloopt van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ruwweg vijftig lessen.
Populariteit
De cursussen van Assimil zijn populair. De cursussen zijn relatief voordelig en er is een ruim aanbod aan verschillende talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de cursist Frans in zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste past, is het voordeel van de methode van Assimil. Het nadeel hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de studenten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen trainer Frans om de student te motiveren of te begeleiden.
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog moesten de (Amerikaanse) soldaten de elementaire verbale communicatieve vaardigheden leren. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode ook de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als antwoord op de grammatica-vertaalmethode worden gezien. Nieuw was dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) werden gegeven. Spreken en luisteren (in het Frans) zijn de belangrijkste vaardigheden en (Franse) grammaticale structuur worden geleerd aan de hand van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is om zonder fouten Frans te leren spreken en verstaan, wat begint met leren naspreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt met drills gewerkt om Franse zinnen en structuren in te slijpen, zodat reacties spontaan en automatisch worden. De taaldocent Frans kan bijvoorbeeld een bepaalde zin tien keer herhalen en dan een nieuw Frans woord toevoegen. Er wordt veel gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waar studenten Frans met een koptelefoon naar zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven Frans wordt pas aangeboden zodra het mondelinge Frans vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
In ons land werd de methode pas rond 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet van kracht werd. Er kwamen al gauw grote bezwaren tegen de betekenisloze drills. De techniek haperde wel eens, waardoor de talenpractica vrij snel in onbruik raakten. In plaats hiervan werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode haar sporen na. Nu was breed geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Frans) niet gaat om het memoriseren van de (Franse) grammaticaregels, maar om de toepassing. De luistervaardigheid (Frans), die vóór 1970 voor veel taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten Frans. De correcte uitspraak Frans wordt van het begin af aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor een vlotte en efficiënte kennisoverdracht bieden. Ook voor grotere groepen is de methode geschikt.
Dit docentgestuurde aspect heeft tegelijk een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng verlangd van de studenten. Hierdoor ligt het risico op passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik Frans.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is ontwikkeld door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) te leren op een zodanige wijze dat deze worden opgeslagen in het langetermijngeheugen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die worden herhaald na verloop van tijd. Deze Franse woorden of zinnen van de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerenden. Het idee is niet om de woorden of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, maar dit eigenlijk gebeurt vanzelf door de blootstelling. De woordenlijst wordt steeds herzien; Franse woorden die aangeleerd zijn, worden van de lijst verwijderd, Franse woorden die nog problemen opleveren, blijven op de lijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method beweren dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten worden opgeslagen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt betwijfeld. In het algemeen wordt kennis onthouden wanneer de kennis van betekenis en relevant is voor de lerende. Voor Franse woorden die relevant en van betekenis zijn voor de student, kan de methode functioneren.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor lerenden die het prettig vinden om bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun te gebruiken, kan deze methode werken. Schrijven met de hand functioneert beter dan typen of, behoorlijk zinloos: een fotootje maken, omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Een minpunt van deze methode is het gebrek aan context. Talen bestaan uiteraard uit veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. Deze methode is bovendien zeer tijdrovend; er moeten steeds met de hand geschreven woordenlijsten worden aangelegd.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is ontwikkeld in 1983 door Tracy D. Terrell en Stephen Krashen.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke manier van taalverwerving (van bijvoorbeeld Frans). Op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de leermethode het Frans aan te leren. Op die wijze leert men onbewust ook de taalregels van het Frans. Alleen het Frans met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Het streven is een stressvrije leeromgeving. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De methode legt de nadruk op communicatie en niet zo zeer op expliciete Frans grammatica en het corrigeren van vormfouten.
Als de student wordt ondergedompeld in het Frans, is de leermethode het meest effectief. De leeractiviteiten in het Frans moeten stimulerend zijn zodat de studenten van de ervaringen kunnen genieten.
De Natural Method heeft vrij veel overeenkomsten met de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het onderscheid tussen de beide methoden is dat bij de Directe Methode meer focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Dat onderdompeling zeer effectief is, is vaak bewezen. De methode is een populaire wijze van lesgeven bij taaldocenten Frans, doordat de Natural Approach betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor lerenden. Maar er is ook kritiek op de natuurlijke aanpak. De nadruk wordt voornamelijk op het impliciet aanleren van de grammatica van het Frans gelegd. De studenten zouden weliswaar leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van het Frans door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier een vreemde taal aan te leren. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met het Frans op te bouwen. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde langer onthouden.
Een nadeel kan zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er bijna geen druk ligt op de taalproductie. Ook bereidt de methode lerenden niet per se op een bepaald Frans examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) ofwel de ‘Structurele Aanpak’ is in de begin jaren 50 ontwikkeld door Charles Carpenter Fries en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren met als doel lerenden vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans). De beheersing van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan het leren van woordenschat van het Frans. Bij de methode gaat het om het kunnen herkennen en toepassen van vaste Franse woordcombinaties en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden in herkenbare situaties met gebruik van visualisaties, dramatiseringen, handelingen en gezichtsuitdrukkingen aangedragen aan de studenten. Bij de methode worden de structuren die het meest gebruikt worden, als eerste geleerd. De mondelinge vaardigheden Frans (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hierbij in eerste instantie gebruikt; hieruit volgen leesvaardigheden en schrijfvaardigheden. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreekvaardigheden en schrijfvaardigheden), krijgt de grammatica een belangrijke plek. Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) zijn andere namen voor de Structurele Aanpak.
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op vrij grote schaal gebruikt voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat studenten het Frans op een nauwkeurige manier geleerd wordt. De leren eveneensden krijgen inzicht in de grammatica van het Frans en leren eveneens in welke situaties bepaalde Franse woorden en woordcombinaties wel of niet passend zijn. De methode van de Structural Approach gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de Structural Approach ook. Deze werkwijze kost behoorlijk veel tijd en zorgt niet onmiddellijk voor succeservaringen. De eigen inbreng van lerenden is gelimiteerd; het is niet echt creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Communicatief taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching; CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach; CA) genoemd, is in de jaren 60 van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van talen legde. De taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de visie dat interactie het uiteindelijke doel is bij het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
Middels CLT-technieken leren de studenten het Frans in praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de taaldocent Frans. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in het Frans of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werksituatie. De Franse taal wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en docenten Frans dragen onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in alle soorten situaties uit de praktijk te oefenen. Franse grammatica leren studenten inductief, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT is de docent Frans echt een trainer, die de student helpt in het Frans te communiceren.
Populariteit
De CLT werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam mede doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa kwam meer behoefte om talen te leren door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Communicatief taalonderwijs kent veel voordelen. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; het is functioneel en studentgericht. Vanwege het gebruik van authentieke materialen, leren studenten de Franse woorden die zij moeten weten. De methode is efficiënt. Deze methode werkt voor de lerende stimulerend doordat hij of zij gauw succes ervaart. Fouten maken mag; de vaardigheid wordt al doende geleerd en verbeterd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht is voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van de studenten. Voor sommige studenten kan deze manier van een vreemde taal leren ongewoon of moeilijk zijn, afhankelijk van hun achtergrond. CLT draait om het trainen van vaardigheden; het gaat om de functie en in mindere mate om de vorm en het biedt dan ook geen samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was taalonderwijs vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Men leerde om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Een Duitse docent Frans en Italiaans; Johann Valentin Meidinger, deed dit op een andere manier. Meidinger ontwikkelde een methode waarin de grammatica centraal stond omstreeks 1783. Meidinger wordt als de grondlegger beschouwd van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie was. Het onderwijs in het Latijn was vanzelfsprekend gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en volledig gericht op grammatica en vertalen (van bijvoorbeeld Frans). Deze aanpak werd beschouwd als wetenschappelijk en degelijk. De Grammatica-vertaalmethode gaat uit van de analyse van de taalstructuren en de taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de lerende zelf inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Frans. De taaldocent draagt kennis Frans over, de studenten memoriseren.
Populariteit
De grammatica-/vertaalmethode is tot vrij recent van grote invloed geweest op het taalonderwijs, ondanks dat reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, is de methode is een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Frans, doordat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De methode kent echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren zelden mondeling toegepast kan worden. De methode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het over het algemeen om literair taalgebruik gaat. De methode biedt geen mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces bij lerenden bij het leren in groepen. De lerenden zijn alleen toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engels: language immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd toegepast, vooral op de middelbare school waarbij een vak (zoals wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die wordt gebruikt bij Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les aan rijke dames uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling behelst dat degenen die de taal (zoals het Frans) leren, vanaf het eerste moment wordt omgeven door de te leren taal. De instructies worden gegeven in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhaling en later op een meer natuurlijke wijze. Vanaf het begin wordt de student ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. De methode maakt gebruik van simulaties en rollenspellen. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt veelal de leeromgeving in de stijl van het Frans ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Frankrijk zijn. Lerenden oefenen het Frans spreken één-op-één of in een klein groepje. Daadwerkelijk naar Frankrijk reizen en daar bijvoorbeeld in een gastgezin verblijven, is een andere methode om een taal te leren door middel van onderdompeling.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een erg goede methode om vreemde talen te leren gezien. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Frans kan uitstekend worden aangeleerd op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Omdat de methode zo intensief is, is het grote voordeel dat deze methode snel resultaten laat zien. Omdat de lerende wordt erdoor omgeven, is het een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet echt gaan communiceren in de Franse taal. De student is feitelijk 24 uur per dag Frans aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepsverband. Dit wordt door studenten als motiverend ervaren.
Een keerzijde van de leermethode is dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt. De mogelijkheid is reëel dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaat. Dat een dergelijke taaltraining Frans erg intensief is, kan een ander nadeel zijn. Niet alle lerenden hebben genoeg conditie om deze methode van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Deze methode is door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al aangeeft, is de methode van Suggestopedia gebaseerd op het principe van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Daarvoor zijn een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen tussen de lerenden en de docent (Frans) van essentiële betekenis belang. Dat studenten ontspannen zijn en zich veilig voelen, is hiervoor de voorwaarde. Leslokalen met rijopstellingen waren ongeschikt om dit te kunnen bereiken. In de les zat de lerende in een comfortabele stoel die waren opgesteld in een halve cirkel en in de les werd ook altijd muziek afgespeeld. De leermethode zoals Georgi Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er waren opmerkingen over de grammatica van de doeltaal (het Frans) en woordenlijsten bij de teksten. Er werd met gebaren en veel expressie in stem voorgelezen. De studenten werden op deze manier verleid om te luisteren en ze konden de (Franse) woorden die nieuw waren voor ze, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk) was veel tijd tijdens de lessen. Er werden rollenspellen gespeeld en er bijvoorbeeld (Franse) streekgerechten werden gemaakt en gegeten.
Populariteit
De leermethode Suggestopedie was enigszins omstreden en de leermethode is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen van de leermethodiek worden nog steeds toegepast, bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De leermethode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer in de les, waardoor de lerende geen last heeft van faalangst of frustratie. Deze sfeer kan voor immigranten bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Dat de studenten worden gestimuleerd om actief mee te doen en zich in te leven in de situatie, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is, is een bijkomend voordeel van de leermethode. Tegelijk is dit voor sommige studenten een keerzijde, omdat niet iedere student hiertoe in staat is. Daarnaast kan muziek bij sommige mensen eerder afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend of ontspannend. Een ander zwak punt is dat de relatie tussen de docent en de student niet echt gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de kant van de Franse docent waarbij de student steeds de ontvangende partij is.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning (CLL) is een taalverwervingsmethode waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van een taal zij willen leren. De methode is gebaseerd op de counseling-benadering waarbij de docent als counselor optreedt die de zinnen van de student kenschetst. Studenten starten een gesprek. Als zij de taal (Frans) nog niet machtig genoeg zijn, spreken zij in hun moedertaal. De docent (Frans) vertaalt en geeft uitleg. De uitingen van de docent worden hierna zo nauwkeurig mogelijk herhaald. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om te kunnen herbeluisteren.
Community Language Learning stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de studenten als middel om het Frans te leren. Er is geen leerboek Frans dat wordt gevolgd; het zijn de studenten zelf die het lesmateriaal bepalen door middel van betekenisvolle gesprekken.
Populariteit
De mate van succes van de methode hangt sterk af van de expertise van de docent-counselor. De docent dient zowel sociaal-cultureel kundig als taalkundig onderlegd te zijn. Hij of zij dient zowel het Frans als de moedertaal van de studenten uitstekend te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. De methode kan goed werken als deze correct gebruikt wordt. De methode is niet geschikt voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt de studenten veel autonomie. Studenten vinden het analyseren van hun eigen gesprekken vaak zinvol. De leergroep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les Frans, maar ook daarbuiten. Met CLL worden studenten zich veel bewuster van hun groepsgenoten, hun sterke en zwakke punten en leren om als team te werken. Het bespreken door hun fouten en het evalueren van de les Frans is heel leerzaam voor de studenten. Dergelijke correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van de lerende.
Een nadeel van Community Language Learning kan zijn dat de docent niet sturend is, terwijl sommige studenten wel sturing nodig hebben. Er wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen Frans afgenomen. Daardoor is het succes moeilijk meetbaar. Een aantal studenten wordt geremd in hun Frans spreken als zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
Deze lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een vreemde taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en het produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans neemt in deze benadering een grotere plaats in dan Franse grammatica. Instructies zijn op situaties en Franse uitdrukkingen gericht die regelmatig voorkomen in dialoog. Voor interactie is aandacht maar ook voor i>exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel mogelijkheid voor de student om de Franse taal zelf te ontdekken.
De rol van de trainer Frans is voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de student.
Populariteit
Door de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia leerboeken aanmerkelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht besteed aan de woordenschat van de te leren taal die in chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. Een vergaande verandering in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, waar Michael Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren het Frans op een heel natuurlijke manier te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal te werken. Zo ontstaat souplesse in het taalgebruik Frans.
Het nadeel van de leermethode is dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties. Met het zelf leren herkennen van de patronen van het Frans hebben sommige lerenden moeite en zij hebben meer aan een taaldocent Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is in het jaar 1880 door de Franse leraar François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
Een serie verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica van de doeltaal vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. De studenten leren zinnetjes op basis van een handeling, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze handeling zou worden uitgevoerd. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, wetenschap en beroep, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het betreft een soort eentalige leermethode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten al gauw denken in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Frans).
Populariteit
De ideeën van Gouin over taal waren bijzonder vooruitstrevend. Ondanks dat het een ongewone aanpak was, was de seriemethode van François Gouin gedurende een bepaalde periode een succes. De leermethode werd echter door Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
De mondelinge vaardigheden Frans van de lerenden worden sterk ontwikkeld door de Seriemethode van Gouin worden en het zorgt voor het creëren van een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer.
Gouin’s methode biedt een levendige manier van lesgeven. Dit soort onderwijs Frans wekt het enthousiasme bij de studenten op door gebruik te maken van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, etcetera. Het leren wordt tastbaar; dit was totaal nieuw. De methode maakt studenten Frans nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, de druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verbeteren. De methode stimuleert de communicatieve competenties Frans van de lerenden goed.
Het nadeel van de seriemethode van Gouin is dat taal die wat abstracter of subjectiever wordt, wat moeilijk in één concrete ervaring kan worden gevangen met bewegingen en expressies. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die tenslotte een scala aan series dient voor te bereiden, is een ander nadeel. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers van deze methode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze achter deze leermethodiek is dat de verwerving van de doeltaal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De lerenden krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de vreemde taal (Frans) vereist is. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, is het nodig dat ze over woordenschat en taalregels van het Frans beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals een boodschap doen, een e-mail schrijven, met een klantenservice bellen, de krant lezen of een drankje bestellen. De opdracht wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst voorbereidt op de taak, de taak vervolgens uitvoert en tot slot hierop terugblikt. De lerenden moeten samenwerken om de opdrachten uit te voeren. Om leereffect te hebben, moeten de taken net boven het taalniveau Frans van de lerenden liggen.
Populariteit
Task-Based Language Teaching heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren 90 en zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden van studenten (met name studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs te verbeteren.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Frans) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, zolang de opdracht goed bij de lerenden aansluit. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in contact met het Frans en leert zo authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Bovendien leren studenten om samen te werken. Lerenden ervaren taakgericht onderwijs als prettig en motiverend.
Dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor de lerenden die niet heel precies leren, kan als keerzijde genoemd worden.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’) is in 2000 bedacht door Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en taalkundige op het gebied van taalonderwijs Engels.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching was ‘Dogme 95’. Dogme 95 was een beweging van een groep van Deense filmmakers onder wie de Deense filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. De deelnemers houden zich bij het filmmaken aan 10 strikte regels (10 dogma’s). Samen behelzen ze ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme Language Teaching zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die onbelast is door enig voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van Dogme-taalonderwijs is het beginnen van echte conversaties die over praktische onderwerpen gaan. Bij deze methode draait het om communicatie als aanjager van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). De benadering is daarom een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs wil bieden zonder leerboeken te gebruiken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op de communicatie tussen taaldocent en studenten focust. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net als de Dogme-beweging in de film, tien dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Thornbury dat de overeenkomsten met het taakgericht leren suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een pluspunt voor de taaldocent Frans is dat hij of zij zich vrijwel geen hoeft voor te bereiden. De studenten zijn verantwoordelijk voor hun eigen leerproces en dit kan heel motiverend werken. Zo zijn de taallessen Frans niet voorspelbaar. Dit zorgt voor spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Bijna elk item kan tijdens een les volgens de Dogme-methode worden besproken. Op deze manier blijven de studenten alert en betrokken.
Daartegenover staat dat de lerenden zich minder op hun gemak kunnen voelen als ze zo weinig door de docent bij de hand worden genomen. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle trainers Frans voldoende flexibel. Dat lerenden zich vaak op een bepaald examen Frans dienen voor te bereiden en het niet zeker is dat de hiervoor benodigde lesstof wordt behandeld tijdens de taallessen, kan een ander nadeel zijn van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is in het jaar 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson ontwikkeld.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode is een alternatieve visie om een vreemde taal (zoals het Frans) te leren. Dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien, is de primaire aanname van de GPA. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom hanteert GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA-benadering vertoont gelijkenissen met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit Frankrijk. Begrijpen gaat voor produceren. De Franse woordenschat en de cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze neemt ongeveer 150 uur in beslag en nu beginnen de deelnemers het Frans ook te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 van de leermethode beginnen deelnemers zich op taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans te richten aan de hand van televisie, films, nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk van de deelnemers is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om de groei naast de formele taalsessies Frans.
Populariteit
Er is nog niet veel bekend over het succes omdat de methode van Thomson nog vrij nieuw is. Deelnemers zijn vrij enthousiast over de leermethode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een duidelijke doorkijk op het proces van de taalverwerving Frans geboden. Deze zes fasen van GPA bieden een duidelijk tijdspad en haalbare doelstellingen. Er wordt door de lerende niet alleen taalkennis Frans verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een minpunt van deze methode is dat voor elke deelnemer of elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is om veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Frans) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Deze techniek van Shadowing werkt eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen wat zij horen. Het gaat in eerste instantie om de klanken; de Franse tekst begrijpen is niet belangrijk. Luisteren en daarna herhalen wordt geoefend totdat het gemakkelijk gaat en de lerende simultaan Frans kan spreken met de opname. De studenten zullen na enige tijd een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat zij uitgesproken hebben. Zolang er maar dialogen of stukken samenhangende teksten in staan, zijn veel lesboeken geschikt voor deze techniek. De Franse audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerende te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes in te lassen en op natuurlijke snelheid. De aanbeveling van Alexander Argüelles is om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst in de buitenlucht, en niet te gaan zitten, doordat fysieke bewegingen de opname van de te leren taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterken. Dat de lerenden minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, waardoor het werken aan het Frans aanzienlijk effectiever wordt, is een bijkomende grond.
Shadowing heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills toegepast in plaats van dialoog of samenhangende teksten. Het simultaan spreken is bij Shadowing ook anders.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar Shadowing gedaan waaruit is gebleken dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van het Frans wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Een praktisch voordeel van Shadowing dat het in een groep lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief aan het leren zijn. Het rendement is hoog.
De techniek heeft als keerzijde is dat student het soms een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die op het idee gebaseerd is dat mensen leren door middel van bewegingen en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun (jonge) kinderen continu taken en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Frans vormt de basis, daarna volgt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaldocent geeft op een begrijpelijke en vriendelijke manier opdrachten, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerenden doen na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de lerenden dat zij Frans praten; de lerenden geven in een later stadium de opdrachten. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
Door de combinatie van bewegingen en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt voornamelijk toegepast binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar eveneens middelbare scholieren of volwassenen werken met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethode van Total Physical Response zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in leren bevordert. Het zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe voor alle doelgroepen geschikt, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en de methodiek kan ook worden gebruikt in grotere klassen. Het verworven Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende.
Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is, is het nadeel van TPR®. Dit is de reden dat de leermethode tot op een zeker taalniveau werkt en daarnaast een andere leermethode (aanvullend) nodig is. De methodiek is bovendien niet bijzonder creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Frans te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz bedacht de Directe Methode eind jaren 80 van de negentiende eeuw, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Rond 1900 was er sprake van een Reformbeweging met nieuwe visies over leren dat zelfontdekkend en inductief moest zijn. De Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van vreemde talen, maar ook voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Men streefde, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en bevrijding van de keurslijven. Op het gebied van het taalonderwijs ontstond veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal. Hierbij werd grammatica eerder inductief aangeleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten lerenden hieruit afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met veel aandacht waren er voor de uitspraak (zoals het Frans). Studenten werden aangemoedigd veel Frans te spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de lessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) vocabulaire werd aangeleerd met behulp van voorbeelden en plaatjes. Studenten brachten abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Mede onder invloed van de crises en oorlogen ebde de vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw weg, om weer een andere vorm te vinden in de jaren 60.
Taleninstituten als Berlitz en Interlingua werken nog steeds met (een moderne vorm van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Het grote pluspunt van de Directe Methode is dat het een vrij natuurlijke manier van leren is. Spreken en luisteren komen uitgebreid aan bod, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Frans ontwikkelen. Deze leermethode heeft echter ook nadelen. Er is bij deze methode vrijwel geen aandacht voor schrijfvaardigheid (Frans) en weinig voor lezen. De Directe Methode biedt voor de meer gevorderde studenten Frans onvoldoende uitdaging. Voor een langzaam lerende student is de leermethode tevens niet zeer geschikt, doordat de methode is gebaseerd op actief meedoen van de student.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet met abstracte lijstjes of regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de oudste, bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep van studenten en een taaldocent Frans, die steeds één Frans woord tegelijk introduceert. Bij dit woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en deze beweging worden vervolgens door de lerenden na elkaar herhaald. De herhalingen helpen de studenten deze Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. De woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op deze Franse zinnen. De Franse spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De Manesca-methode is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na de publicatie van zijn methode. Het werk van Jean Manesca is door anderen opgepakt en aangepast, onder meer door Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode is het combineren van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langer door de lerenden wordt onthouden. Het veelvuldige herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat het wat saai kan worden om dezelfde Franse woorden en zinnen te blijven herhalen, kan door lerenden als een keerzijde worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno in 1963.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een methode om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De methode van Gattegno gaat van de autonomie van de lerende uitn en hun actieve deelname.
De trainer Frans gebruikt een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de studenten, reacties los te krijgen en ze aan te moedigen om fouten te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak (Frans) besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan als lerenden proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat trainers niet naar kennisoverdracht an sich zouden moeten streven, maar bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te leren.
Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt, zijn gekleurde blokjes die voor allerlei verschillende dingen kunnen worden gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van het Frans staat, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Alhoewel de Stille Methode in zijn originele versie niet veel wordt toegepast, zijn de ideeën van Gattegno van betekenis geweest, vooral bij het aanleren van de uitspraak.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn aanpak niet-bedreigend is voor lerenden, die immers als autonoom beschouwd worden, is de sterke kant van de benadering van Gattegno. In feite is de taaltrainer Frans dienstbaar aan de lerenden, niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke wijze. Meestal wordt het geleerde goed verwerkt en onthouden door lerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.
Dat sommige studenten intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode voorziet, kan een nadeel van de methode zijn. Een student zou gefrustreerd kunnen raken door de afwezigheid van inbreng van de trainer Frans. De beperking van het gebruik van kleuren en grafieken is dat ‘het nieuwe’ er snel af gaat. Hierdoor verdwijnt het effect van de methode.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPRS is een talenverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke manier van taalverwerving: de nieuwe taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. De student wordt blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input om dit te kunnen bereiken. De trainer Frans vertelt een verhaal aan de studenten, waarin nieuw te leren Franse woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. Studenten ontspannen zich doordat de verhalen vrij eenvoudig zijn te begrijpen. Franse woorden en structuren worden zo vanzelf in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen. De trainer wijst de lerende op grammaticale fenomenen van het Frans, zonder dat lerenden regels uit hun hoofd hoeven te leren.
De studenten zullen na enige tijd ‘vanzelf’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur van de nieuwe taal imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groep lerenden een verhaal maken, is een variant hierop. De docent Frans schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de Franse vertaling erbij, om daarna hier een verhaal van te maken samen met de lerenden. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen in het Frans is een belangrijk deel van TPR Storytelling, doordat dit voor input zorgt. In een latere fase volgt schrijven in het Frans.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een vreemde taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de trainer moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een laagdrempelige manier om Frans te leren en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een breinvriendelijke leermethode. TPR Storytelling is prettig voor studenten en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor studenten werkt de methode zeer motiverend om zelf verhalen te maken.
Een nadeel is dat TPR Storytelling veel voorbereiding van taaldocenten vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-leermethode is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die in Egypte werd gevonden met een tekst in twee talen, waarmee uiteindelijk de hiërogliefen ontcijferd konden worden. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taalcursussen aanbiedt. De eerste versie van Rosetta Stone is in het jaar 1996 uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone zijn beschikbaar in meer dan dertig talen en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve methode, die de manier imiteert waarop een kind de moedertaal leert. Dat houdt in ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hier stemmen van native speakers Frans (moedertaalsprekers) en foto’s voor voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe (Franse) woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma. Dit programma registreert de Franse uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. De lerende kan zo de uitspraak met die van een native speaker (moedertaalspreker Frans) vergelijken. Verbetering van de uitspraak kan worden bereikt door de voorbeeldspreker minder snel te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheden Frans van de studenten te oefenen. De software controleert de Franse spelling en de grammatica en wijst op taalfoutjes met de mogelijkheid om deze taalfoutjes van de studenten te verbeteren.
Het programma biedt eveneens leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
De methode van Rosetta Stone wordt wereldwijd veelvuldig toegepast en niet door de minsten. Onder andere het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. Rosetta Stone wordt in ons land ingezet door enkele ministeries en diverse universiteiten en hogescholen en ook door een aantal internationale organisaties.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De methode van Rosetta Stone is zeer makkelijk in gebruik en de methode kan op ieder moment door de lerende toegepast worden. Studenten bepalen zelf welke delen wat meer of minder aandacht nodig hebben. Veel studenten ervaren het als leuk om te werken met de methode. Bij een gebrek aan taaldocenten kan de Rosetta Stone-methode een oplossing bieden voor onderwijsinstellingen. Het feit dat er geen docent is die de studenten motiveert of wat extra’s kan bieden, is een minpunt van de methode van Rosetta Stone.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. Zijn eerste taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur op de markt bracht in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnen/dialoog die door studenten worden nagesproken en worden herhaald. De Franse zinnetjes zijn door native speakers (moedertaalsprekers) ingesproken. De cursus is gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en wederom herhaling. De lessen bieden een audio-opname van een half uur die nieuwe woordenschat en structuren bevat in de te leren taal. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur van het Frans niet apart uit maar biedt deze aan via uitbreiding van, en variaties op, de zinnen.
Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarin kennis van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.
Populariteit
Onder andere Amerikanen gebruiken de Pimsleur taalcursussen en de ervaringen met de methode variëren. Over het algemeen zijn de gebruikers tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de Pimsleur-methode heel goed doordat de insprekers native speakers zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Frans spreken.
Dat er niets uitgelegd wordt, is een minpunt van de methode. De studenten leren geen bouwstenen om zelf een Franse zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die uit het hoofd geleerd worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Bob Dylan en Pierce Brosnan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het uitgangspunt van Michel Thomas was dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij vrij is van stress. Michel Thomas begon met zijn lerenden duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De Michel Thomas-methode bestaat uit audiolessen (Frans), door twee stemacteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert met de les van de stemacteurs mee. Als een vraag aan de stemacteurs gesteld wordt, is het de bedoeling dat de lerenden op pauze drukken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De les wordt in kleine stapjes opgebouwd en Franse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Franse lesstof die al bekend is. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. Er wordt bijvoorbeeld gewezen op verbanden tussen het Engels en het Frans, als deze er zijn. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Bij de leermethode van Michel-Thomas wordt makkelijke stof eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de studenten Frans het voorgaande begrepen en geleerd hebben. Naast Franse woorden en zinnen worden eveneens bouwstenen geleerd zodat de lerende zelf zinnen kan maken. De methodiek maakt ook gebruik van flashcards zodat studenten zelf hun vocabulaire Frans kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te kunnen meten.
Populariteit
Veel mensen vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Frans. Gebruikers die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de methode van Michel Thomas soms minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen zijn zeer toegankelijk en trainen de luistervaardigheid en de uitspraak Frans op efficiënte wijze. Het feit dat de cursussen Frans niet in schrijfvaardigheid voorzien, kan als een minpunt worden gezien. Van werkelijke interactie is ook geen sprake, omdat het een audiocursus betreft.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door schrijver en polyglot Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert cursussen voor vreemde talen. Dit begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘opgaan in de groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen streven is voor taalcursussen (zoals Frans). De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een lesboek Frans, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. Idealiter besteedt de gebruiker ruwweg twintig minuten per dag aan de taalcursus.
De lessen bestaan uit verschillende Franse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De Franse vertaling staat ernaast, samen met grammaticale toelichting. Voor het trainen van de uitspraak, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnen die zijn ingesproken door native speakers en die de lerenden daarna dienen te herhalen. De opbouw verloopt van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ruwweg vijftig lessen.
Populariteit
De cursussen van Assimil zijn populair. De cursussen zijn relatief voordelig en er is een ruim aanbod aan verschillende talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de cursist Frans in zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste past, is het voordeel van de methode van Assimil. Het nadeel hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de studenten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen trainer Frans om de student te motiveren of te begeleiden.
Ook is er een groot aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen Frans: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Babbel, Duolingo, Mondly en Quizlet.
Er is echter een betere methode: De Dagnall Talen Methode.
Het inmiddels bekende hoge rendement van Dagnall Taleninstituut wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar vooral door de focus altijd op de cursist(en) te leggen, bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of wellicht kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt hij of zij lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? De cursussen van Dagnall Taleninstituut zijn bij voorkeur face-to-face. Dagnall Talen werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall een online leerplatform en een eigen app, beide met Franse woordenlijsten en zinnen. De app kan, indien gewenst, geladen worden met jargon van uw organisatie of bedrijf.
Tot slot beschikken de docenten over veel eigen lesmateriaal en spelen ze continu in op actuele thema’s of ontwikkelingen die voor de cursist interessant zijn. De taaltrainers van Dagnall Talen zijn erg bedreven in het vlot en plezierig aanleren van een taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden snel in de praktijk kunnen worden gebruikt.
Visueel, auditief of kinesthetisch? Door rekening te houden met de natuurlijke wijze van leren en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Talen het hoogste rendement bij haar taaltrainingen Frans. Een ander voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode ervaren wordt door zowel onze cursisten als onze taaltrainers. Onze door de jaren heen ontwikkelde en verfijnde werkwijze is niet alleen het handelsmerk van Dagnall geworden, maar deze werkwijze creëert ook de waarde van onze maatwerktrainingen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)cursus die online kan worden gevolgd, dus op afstand. Er wordt ook wel gesproken van een virtual classroom, vertaald een ‘digitaal leslokaal’. Bij het zogenaamde blended learning wordt face-to-face-les (klassikaal) gecombineerd met online leren in een online leeromgeving. Simpel uitgelegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten.
Online Frans leren (e-learning Frans)
Voorbeelden van digitale platformen die gebruikt kunnen worden voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Frans
Het voordeel van blended learning ten opzichte van online leren is dat, als het niet om 1-op-1 les gaat, lerenden bij blended learning afwisselend wel zogeheten ‘classroominteractie’ ervaren; dat houdt in persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van de andere lerenden.
100% maatwerk – ook online! Uiteraard biedt Dagnall ook blended learning op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall biedt een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten en het biedt interactieve en gevarieerde content. Het platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt zo voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Dagnall Talen biedt naast het online leerplatform eveneens een eigen App, geschikt voor zowel een Android- als een Apple-apparaat. Het grote voordeel van de Dagnall App is dat een lerende overal en altijd, dus 24/7, toegang heeft op alle (mobiele) apparaten. Zowel op het werk maar ook thuis of onderweg, bijvoorbeeld op reis in het buitenland. Zo kunnen cursisten dus Frans leren waar en wanneer ze maar willen. De inhoud van de oefeningen in de App worden afgestemd op de behoefte van uw organisatie of bedrijf zoals het taalniveau, de leerdoelen en de branche. Zo kunnen wij bijvoorbeeld jargon, woordenlijsten, technische termen, specifieke productnamen en juridische termen in onze App integreren. De App kan dus heel praktijkgericht worden gebruikt en de App blijft na afloop van de training Frans beschikbaar. Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Frans
E-mailcorrespondentie, telefoongesprekken, vergaderingen en/of onderhandelingen met Franstalige zakenpartners en klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk kunnen op het gebied van taal vaak een uitdaging zijn. Mensen die meerdere talen spreken, zijn in veel bedrijven derhalve vaak onmisbaar.
Online en blended taaltrainingen Frans op maat
Dagnall Talen leert u door middel van professionele online & blended taalcursussen Frans communiceren. Als u internationaal meertalig succesvol wilt zijn, leer dan om uw Franstalige gesprekspartners te begrijpen en zorg dat u zelf ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheid Frans verbeteren voor een huidige of toekomstige functie? Onze taaltrainingen bieden beroepsgerichte training. Al onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en zijn eveneens te boeken als onlinecursussen & blended taalcursussen. Onlinecursussen en blended taalcursussen Frans zijn net zo effectief en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en daarnaast comfortabel.
Online taalcursussen en ook blended taalcursussen kunnen overal worden gevolgd; op kantoor, thuis, op (zaken)reis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Voor technische en zakelijke taalcursussen online werkt Dagnall Taleninstituut met onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Teams of een ander onlineplatform naar voorkeur. Het platform Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel interactie als variatie.
Virtuele Classroom voor een individuele of groepstraining Frans
Alleen het volgende hebt u nodig voor een cursus in een virtuele classroom: - Laptop, pc of tablet met een camera en een microfoon - Een internetverbinding - Een rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
Onze online en blended taalcursussen worden gekenmerkt door:
Vakbekwaamheid van de taaldocenten Frans
De online alsook de blended taalcursussen worden door onze gekwalificeerde en toegewijde native (moedertaal) docenten verzorgd
Onze taaldocenten hebben jarenlange ervaring in het geven van taalcursussen aan het bedrijfsleven en (semi-)overheidsorganisaties
Onze taaltrainers zijn universitair of HBO opgeleid en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuren – vlotte leervorderingen
De blended en online taalcursussen van Dagnall zijn maatwerktrainingen die specifiek op uw wensen en behoeften afgestemd worden
De inhoud van de taalcursussen wordt aangepast aan het leerplan om het leerproces structuur te geven
Een duidelijke structuur helpt uw taaldoelen Frans op een vlotte en zelfverzekerde manier te behalen
De online (of blended) taalcursus bestaat uit zowel livesessies als schriftelijke opdrachten. In de livesessies past u de woordenschat Frans en de structuren die u in de voorbereiding en de les zelf hebt geleerd, actief toe
Door de combinatie van zelfstudie en videosessies komen de bereikte resultaten van de blended- en onlinecursussen overeen met die van de face-to-face cursussen van Dagnall Talen
De lesreeksen kunnen eventueel worden opgenomen, zodat de cursist thuis alles meerdere malen kan herhalen en niets hoeft te missen
Onze taaltrainers geven naast de taalcursus eveneens tips voor verdere digitale zelfstudiemogelijkheden
Structuur en vakbekwaamheid leiden tot een goede wisselwerking tussen de cursist en de taaldocent en zijn van groot belang voor het slagen van de taaltraining Frans.
Profiteer nu ook van blended- of onlinecursussen Frans door ons gerenommeerde taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw cursus Frans in ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Na afloop van uw cursus Frans in ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Frans alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Frans. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
De taalniveaus van het Europees Referentiekader (ERK) gebruiken wij als model en zij bieden u een helder beeld van uw huidige en verworven kennis van de Franse taal. Het niveau van het Europees Referentiekader is een internationaal erkend taalniveau.
Aan het einde van de cursus Frans overhandigen wij het ‘Dagnall Talen-certificaat’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese standaard om niveaus van taalvaardigheid te omschrijven. Het Europees Referentiekader is samengesteld tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa. Het ERK kent vijf taalvaardigheden, zijnde: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren. De Engelse afkorting en term wordt ook vaak gebruikt: CEFR; Common European Framework of References. Het Europees Referentiekader kent ook zes niveaus in taalbeheersing; van beginners tot bijna moedertaalsprekers. De beheersingsniveaus beginnen bij A1 en A2, vervolgens de vaak het meest gewenste B1, B2 en dan de moeilijkste C1 en C2.
Niveau A is van toepassing op beginners. Iemand die niveau B beheerst, bezit alle basiskennis in de bewuste taal. Niveau C is van toepassing op gevorderden die het Frans met groot gemak verstaan, spreken, lezen en schrijven. Taalniveau C is een indicatie dat iemand de Franse taal heel goed kan gebruiken in allerlei situaties.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Frans)
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Taleninstituut is gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm bevat strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de door opdrachtgevers gestelde eisen alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de speerpunten van de ISO 9001:2015 norm.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall Taleninstituut is eveneens gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 17100:2015 norm. De ISO 17100:2015 norm is speciaal voor vertaaldiensten die onder meer eisen bevat voor mensen, middelen, projectbeheer, vertalers alsook proeflezers.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers (natives) wordt gewerkt die over de benodigde kennis en ervaring beschikken. Bovendien worden onze vertalingen altijd ten minste twee keer proefgelezen door twee specialisten. De vertalingen worden binnen de deadline en volgens afspraak aangeleverd.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall getoetst door Kiwa om te beoordelen of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
Ons instituut is al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk. Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor betrouwbaarheid en kwaliteit. De afkorting NRTO staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsorganisaties en heeft ruim 450 leden. De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
De kwaliteit staat voor de NRTO centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de NRTO-leden worden geleverd, zoals een cursus Frans, wordt door een gedragscode, door verschillende convenanten en door het NRTO-keurmerk geborgd.
De gedragscode van de NRTO is op vijf beginselen gebaseerd, te weten zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO is belangenbehartiger van van private opleidingsinstituten in Nederland. De NRTO is gesprekspartner van ministeries, leden van de Tweede Kamer, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, sociale partners, maatschappelijke organisaties zoals de SER en de Stichting van de Arbeid en de media.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt eveneens samen met diverse andere organisaties, zoals de Alliantie Samen Werken voor Werk. De leden van de NRTO zijn allemaal ondernemers.NRTO-leden werken zowel klantgericht als resultaatgericht en zijn in staat om om snel op veranderende omstandigheden in te spelen en altijd maatwerk te leveren.Het aanbod aan bijvoorbeeld cursussen Frans sluit bij de behoeften van de arbeidsmarkt aan.Continue innovatie is hiervoor essentieel.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is vertegenwoordigd in diverse commissies, besturen en adviesraden, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het CRKBO, het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), Blik op Werk en stichting EDU-DEX.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engels: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de EU. De AVG dient er met name toe de privacy van EU-burgers te beschermen. De verordening schrijft voor dat personen op de hoogte moeten zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die voor het beoogde doeleinde noodzakelijk zijn, mogen worden bewaard en verwerkt.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer dan nodig worden bewaard en de persoonsgegevens dienen te worden beschermd tegen toegang door onbevoegden, verlies alsook vernietiging. Dagnall voldoet vanzelfsprekend aan alle eisen die worden gesteld door de Algemene verordening gegevensbescherming en verwerkt persoonsgegevens in zeer beperkte mate in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall Talen is ingeschreven in het CRKBO-register. CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dit houdt in dat Dagnall voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs. Inschrijving in het juiste CRKBO-register is voor de Belastingdienst een vereiste om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrij te mogen leveren. Door deze btw-vrijstelling kunnen wij een lagere prijs aan u in rekening brengen. Dit helpt in de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor taalcursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, maatschappen, de overheid en privépersonen worden gegeven.
CPION
Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register is een register dat door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden wordt. Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder andere als doel heeft organisaties te beoordelen en te classificeren.
Vraag een vrijblijvende offerte voor een cursus Frans aan
Wilt u contact opnemen met Dagnall Talen voor een cursus Frans? Bent u nieuwsgierig geworden naar de werkwijze? U kunt ons een e-mail sturen via cursus-frans@dagnall.nl of bellen naar 085-2737302 (geen menu).
Of ga naar ons contactformulier. Natuurlijk kunt u ook ons informatiepakket aanvragen. Dit is geheel gratis.
Het beste traject naar een cursus Frans met Dagnall!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
 Bij internationaal zakendoen dient u vaak rekening te houden met een tijdsverschil in het land waar u zaken mee doet, zoals Frankrijk. De onderstaande klokken geven een eventueel tijdverschil aan met Nederland en Frankrijk.
De tijden verspringen automatisch over op zomertijd, indien van toepassing. (De tijden verspringen automatisch over op zomertijd, indien van toepassing.)
AMSTERDAM
PARIJS
De officiële landcode van Frankrijk in letters is FRA. De hoofdstad van Frankrijk; Parijs (in het Frans: ‘Paris’), ligt in het noorden van Frankrijk.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Frankrijk is +33. De officiële internetextensie van Frankrijk is .fr.
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Frankrijk ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kunt u alle Franse regio’s (régions) onderscheiden?
Weet u in welke Franse regio’s uw zakenrelaties zijn gevestigd?
Met deze oefening kent u de 13 Franse regio’s heel gauw.
Controleer en/of verbeter uw kennis door met de muis naar de kaart van Frankrijk te gaan.
Door met uw muis de op de landkaart van Frankrijk te gaan staan, ziet u de regionale verdeling van Frankrijk.
Vervolgens worden de regio’s van Frankrijk na elkaar afgebeeld.
Eerst ziet u de regio’s van Frankrijk, daarna de naam van deze regio.
In een minuut hebt u een aardig idee van de regionale verdeling van Frankrijk.
Frankrijk in Europa
Regio’s van Frankrijk
Soepele zakelijke gesprekken met Franstaligen
Zakendoen met Frankrijk
Wilt u soepel communiceren met Franstaligen?
De informatie die u hieronder over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen vindt, zal u hier zeker bij helpen.
Beroemde Fransen, bekende Franse exportproducten en typische gewoonten en gebruiken heeft Dagnall Taleninstituut voor u op een rijtje gezet.
Verschillende kenmerkende onderwerpen over Frankrijk en/of de Franse taal.
Een aantal leuke dingen over het land leren, kan uitstekend helpen als ijsbreker of openingszin.
Deze wetenswaardigheden over land, cultuur en mens kunt u eveneens goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen tijdens een zakelijk overleg in het Frans.
Tijdens internationaal zakendoen met Franstaligen kunt u in ieder geval niet alleen de geleerde taalkennis in de praktijk brengen maar evengoed de verworven kennis van het land inbrengen.
Zo kunt u iets ontdekken over wereldberoemde Franse gerechten en de specifieke Franse eetcultuur.
Samen eten brengt mensen dichter tot elkaar.
De behaalde taalvaardigheid alsook uw kennis over Frankrijk, de Fransen en de Franse cultuur zal zeker worden gewaardeerd!
Acheter chat en poche Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris ’s Nachts zijn alle katjes grijs
De Fransen eten hun beroemde baguettes niet als maaltijd, maar bij de hoofdmaaltijd. Een broodmaaltijd zoals in Nederland gegeten wordt, is in Frankrijk onbekend. Een typisch Frans ontbijtje is een croissant of brioche; een zacht, zoet broodje, gedoopt in een kopje koffie. De hoofdmaaltijd is de lunch, die uit meerdere gangen bestaat. Er zijn enorme regionale verschillen, maar vers stokbrood hoort erbij. Doorgaans begint men met een salade, daarna volgt een warm hoofdgerecht. Vlees, gevogelte of vis, verse groente en aardappelen of rijst. Aardappelen worden trouwens beschouwd als groente. Fransen eten graag vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenlever of -maagjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté). Het stokbrood gebruiken ze om bijvoorbeeld de saus mee te deppen, maar ook om het bord schoon te vegen. Bij de maaltijd drinken ze natuurlijk een glaasje wijn, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken. Kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin. De maaltijd wordt afgesloten met een fromage, een kaasje en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en een kopje koffie. Omdat de avondmaaltijd zelden vóór 20.00 uur genuttigd wordt, volgt rond 16.00 uur le goûter; iets zoets zoals een taartje met een kopje thee of koffie. ’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood gehaald. Voorafgaand aan de maaltijd begint men met een apéro, een aperitief zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (anijslikeur). De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar is minder uitgebreid. Vaak worden de restjes van de lunch verorberd. Fransen eten vaker dan Nederlanders in restaurants, zeker ’s middags. De prijzen zijn relatief laag en veel werkgevers voorzien hun personeel van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerd tarief een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees. Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI) La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Franse ambassade in Den Haag Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk. De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
Het brailleschrift, een schrift waarmee blinden kunnen lezen en schrijven, is vernoemd naar Louis Braille. Braille was zelf als jong kind blind geworden. In 1819 was er een speciaal ‘nachtschrift’ ontwikkeld in het Franse leger om ’s nachts boodschappen over te brengen aan het front. Dat gebeurde met een raster van twaalf punten, waarop in reliëf codes stonden die in het donker voelbaar waren. Louis Braille werd hierdoor op het idee gebracht iets dergelijks voor blinden te ontwikkelen en zo ontstond rond 1829 het brailleschrift.
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”). llons enfants de la Patrie, Le jour de gloire est arrivé ! Contre nous de la tyrannie L’étendard sanglant est levé, (bis) Entendez-vous dans les campagnes Mugir ces féroces soldats ? Ils viennent jusque dans vos bras Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens, Formez vos bataillons, Marchons, marchons ! Qu’un sang impur Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves, De traîtres, de rois conjurés ? Pour qui ces ignobles entraves, Ces fers dès longtemps préparés ? (bis) Français, pour nous, ah ! quel outrage Quels transports il doit exciter ! C’est nous qu’on ose méditer De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères Feraient la loi dans nos foyers ! Quoi ! Ces phalanges mercenaires Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis) Grand Dieu ! Par des mains enchaînées Nos fronts sous le joug se ploieraient De vils despotes deviendraient Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides L’opprobre de tous les partis, Tremblez ! vos projets parricides Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis) Tout est soldat pour vous combattre, S’ils tombent, nos jeunes héros, La terre en produit de nouveaux, Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes, Portez ou retenez vos coups ! Épargnez ces tristes victimes, À regret s’armant contre nous. (bis) Mais ces despotes sanguinaires, Mais ces complices de Bouillé, Tous ces tigres qui, sans pitié, Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie, Conduis, soutiens nos bras vengeurs Liberté, Liberté chérie, Combats avec tes défenseurs ! (bis) Sous nos drapeaux que la victoire Accoure à tes mâles accents, Que tes ennemis expirants Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants) Nous entrerons dans la carrière Quand nos aînés n’y seront plus, Nous y trouverons leur poussière Et la trace de leurs vertus (bis) Bien moins jaloux de leur survivre Que de partager leur cercueil, Nous aurons le sublime orgueil De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
ZAKENDOEN MET DUITSLAND
Acheter chat en poche Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris ’s Nachts zijn alle katjes grijs
De Fransen eten hun beroemde baguettes niet als maaltijd, maar bij de hoofdmaaltijd. Een broodmaaltijd zoals in Nederland gegeten wordt, is in Frankrijk onbekend. Een typisch Frans ontbijtje is een croissant of brioche; een zacht, zoet broodje, gedoopt in een kopje koffie. De hoofdmaaltijd is de lunch, die uit meerdere gangen bestaat. Er zijn enorme regionale verschillen, maar vers stokbrood hoort erbij. Doorgaans begint men met een salade, daarna volgt een warm hoofdgerecht. Vlees, gevogelte of vis, verse groente en aardappelen of rijst. Aardappelen worden trouwens beschouwd als groente. Fransen eten graag vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenlever of -maagjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté). Het stokbrood gebruiken ze om bijvoorbeeld de saus mee te deppen, maar ook om het bord schoon te vegen. Bij de maaltijd drinken ze natuurlijk een glaasje wijn, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken. Kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin. De maaltijd wordt afgesloten met een fromage, een kaasje en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en een kopje koffie. Omdat de avondmaaltijd zelden vóór 20.00 uur genuttigd wordt, volgt rond 16.00 uur le goûter; iets zoets zoals een taartje met een kopje thee of koffie. ’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood gehaald. Voorafgaand aan de maaltijd begint men met een apéro, een aperitief zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (anijslikeur). De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar is minder uitgebreid. Vaak worden de restjes van de lunch verorberd. Fransen eten vaker dan Nederlanders in restaurants, zeker ’s middags. De prijzen zijn relatief laag en veel werkgevers voorzien hun personeel van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerd tarief een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees. Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI) La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Franse ambassade in Den Haag Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk. De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”). llons enfants de la Patrie, Le jour de gloire est arrivé ! Contre nous de la tyrannie L’étendard sanglant est levé, (bis) Entendez-vous dans les campagnes Mugir ces féroces soldats ? Ils viennent jusque dans vos bras Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens, Formez vos bataillons, Marchons, marchons ! Qu’un sang impur Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves, De traîtres, de rois conjurés ? Pour qui ces ignobles entraves, Ces fers dès longtemps préparés ? (bis) Français, pour nous, ah ! quel outrage Quels transports il doit exciter ! C’est nous qu’on ose méditer De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères Feraient la loi dans nos foyers ! Quoi ! Ces phalanges mercenaires Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis) Grand Dieu ! Par des mains enchaînées Nos fronts sous le joug se ploieraient De vils despotes deviendraient Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides L’opprobre de tous les partis, Tremblez ! vos projets parricides Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis) Tout est soldat pour vous combattre, S’ils tombent, nos jeunes héros, La terre en produit de nouveaux, Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes, Portez ou retenez vos coups ! Épargnez ces tristes victimes, À regret s’armant contre nous. (bis) Mais ces despotes sanguinaires, Mais ces complices de Bouillé, Tous ces tigres qui, sans pitié, Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie, Conduis, soutiens nos bras vengeurs Liberté, Liberté chérie, Combats avec tes défenseurs ! (bis) Sous nos drapeaux que la victoire Accoure à tes mâles accents, Que tes ennemis expirants Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants) Nous entrerons dans la carrière Quand nos aînés n’y seront plus, Nous y trouverons leur poussière Et la trace de leurs vertus (bis) Bien moins jaloux de leur survivre Que de partager leur cercueil, Nous aurons le sublime orgueil De les venger ou de les suivre.
Frankrijk heeft ongeveer 67 miljoen inwoners. Frankrijk is een constitutionele republiek met aan het hoofd een president. Zowel de president als de premier (eerste minister) legt verantwoording af aan het parlement. Daarmee kent Frankrijk een semipresidentieel systeem. Frankrijk ligt in West-Europa en beslaat een totale oppervlakte van 551.500 vierkante kilometer. Frankrijk is de 6de grootste economie ter wereld. De belangrijke en grote steden in Frankrijk zijn Parijs (Frans: Paris); de hoofdstad met ruim 2 miljoen inwoners, alsook Marseille, Lyon en Toulouse.
Frankrijk bestaat uit achttien regio’s (régions), waarvan twaalf in het land Frankrijk zelf, Corsica en 5 overzeese regio’s. Deze 12 regio’s in het land zijn: Auvergne-Rhône-Alpes, Bourgogne-Franche-Comté, Bretagne, Centre-Val de Loire, Grand Est, Hauts-de-France, Île-de-France, Normandië, Nouvelle-Aquitaine, Occitanie, Pays de la Loire en Provence-Alpes-Côte d’Azur. Guadeloupe, Martinique, Frans-Guyana, Réunion en Mayotte zijn de vijf overzeese departementen/regio’s.
Vlag van Frankrijk
Wapen van Frankrijk
Oorsprong naam Frankrijk
De naam ‘Frankrijk’ staat voor het ‘Rijk van de Franken’; een Germaanse stam die na de val van het Romeinse Rijk Noord-Europa veroverde.
Kenmerkend voor Frankrijk
Wie aan Frankrijk denkt, denkt aan chansons, de Eiffeltoren, wijn, kaasjes, knoflook, stokbrood (sinds 2022 Unesco Werelderfgoed), champagne, de Tour de France en lavendelvelden waarlangs een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor velen roept het land onmiddellijk een vakantiegevoel op. Ook een echte Fransman is gemakkelijk te herkennen: hij draagt een baret en een wit overhemd of T-shirt met een Bretonse streep. En hij rijdt natuurlijk in een Franse auto! Van oudsher was de Citroën DS het meest populair, die liefkozend ‘de godin’ (La Déesse) wordt genoemd. In Nederland en Vlaanderen staat dit model wat simplistischer bekend als ‘strijkijzer’ of ‘snoek’.
Over de Franse keuken is veel te zeggen. Kijk ook onder ‘De Franse keuken’ op deze website. Hier vermelden we alleen de beroemde noga uit Montélimar (Drôme), gemaakt van amandelen en pistachenootjes met lavendelhoning. En de mosterd uit Dijon, ook verkrijgbaar in de Nederlandse supermarkten, die wat pittiger van smaak is dan de meeste andere mosterdsoorten. Niet te vergeten al het lekkers uit de zee, zoals die Franse oesters uit de oesterparken in Normandië.
Cultuur en mode
Frankrijk telt ook zeker mee als het gaat om cultuur en mode. Parijs is en was de stad van de mode. Van over de hele wereld komen mensen op de haute couture modeshows af. Yves Saint Laurent, Christian Dior en Coco Chanel zijn ware iconen. Sinds 2017 is er in Parijs een Musée Yves Saint Laurent.
Schilderkunst
In de schilderkunst zijn de Franse impressionisten wereldberoemd. Denk aan Claude Monet, Edward Degas, Édouard Manet, maar ook Paul Cézanne, Paul Gaugain en Pierre-Auguste Renoir. Het Musée d’Orsay in Parijs heeft een prachtige collectie van onder andere deze schilders.
Muziek
Bekende Franse componisten zijn Hector Berlioz, Georges Bizet, Claude Debussy, Olivier Messian en Maurice. Dit is slechts een kleine opsomming van de kunst en cultuur die Frankrijk voort heeft gebracht. Symbool van Frankrijk Het symbool voor Frankrijk en vooral voor Parijs, is de Eiffeltoren. Het monument werd gebouwd ter gelegenheid van de Wereldtentoonstelling van 1889, precies honderd jaar na de Franse Revolutie. De Eiffeltoren is 324 meter hoog en was in die tijd het hoogste gebouw ter wereld. Er zijn meerdere replica’s gemaakt van de Eiffeltoren, onder andere in het Roemeense stadje Slobozia, in Las Vegas (Paris Las Vegas Hotel), in Virginia (Kings Dominion), in Ohio (Kings Island), in Tokio (Tokyo Tower) en in China in Hangzhou (TianduCheng Eiffel Tower) en Shenzhen (Window of the World). De Eiffeltoren trekt zeer veel toeristen en wordt veel als souvenir of sleutelhanger verkocht.
Minder bekend over Frankrijk
Een minder bekend feit over Frankrijk is dat er vier vrijheidsbeelden in Parijs staan, één op het kunstmatige eiland Île aux Cygnes in de Seine van Parijs, één in het Musée d’Orsay, één in de kapel van het Musée des Arts et Métiers en één voor de ingang van dit museum en ook nog één in de Franse plaatsen Barentin, Bordeaux, Colmar en Saint-Cyr-sur-Mer.
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux. De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr. Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
Toeristenorganisatie van Frankrijk
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
CCI 39 Avenue des Sablons Bouillants 77100 Meaux FRANCE https://www.cci.fr
Alles draait om eten in la douce France, zoals de Fransen hun land liefdevol noemen. Het ontbijt is bescheiden: een croissant en een kop koffie, die staand aan de bar gedronken wordt op weg naar het werk. De lunch is uitgebreid en warm, liefst met wijn erbij. En water. Fransen drinken over het algemeen vrijwel altijd veel water bij het eten. Het diner, ook warm, is wat later op de avond. Vers stokbrood wordt bij de warme maaltijd gegeten. De zondagmiddag is gereserveerd voor de lunch met de familie. Een lunch kan de hele middag duren, want tijdens de maaltijd heb je de beste gesprekken.
Fransen houden ook erg van converseren. In het zakelijk leven is het niet anders: wie zakendoet met Fransen, moet uitgebreid eten en veel praten. Veel Franse bedrijven geven hun werknemers vouchers waarmee ze in een restaurant kunnen lunchen. Kinderen worden in Frankrijk streng opgevoed en doen gewoon mee met alle maaltijden. Franse kinderen eten hun viergangenmenu zonder morren en drinken met water aangelengde wijn. Omdat het heel normaal is dat beide ouders werken, gaan Franse kinderen in de vakanties vaak naar een ‘colonie de vacances’.
Franse cafés hanteren vaak verschillende prijzen voor hetzelfde drankje. Zit je aan een tafeltje of op het terras, dan is de prijs hoger. Bestel je een café, dan krijg je een klein kopje zwarte koffie, bijna een espresso. Café au lait (koffie verkeerd) daarentegen wordt geserveerd in kopjes zo groot als soepkommen. De Fransen kunnen er uren over doen! De Fransen zijn echte charmeurs. Een echte Fransman zal altijd de deur openhouden voor een vrouw, al is het een oude, onbekende dame, of haar in haar jas helpen. Dit wordt als beleefd gezien en het wordt erg gewaardeerd. Fransen tutoyeren niet snel. Het is heel normaal om collega’s of zelfs familieleden te ‘vousvoyeren’; aan te spreken met de vous-vorm, soms in combinatie met de voornaam. Als Fransen elkaar groeten, geven ze elkaar twee vluchtige kussen; bises, op de wang. Dit doen vrienden, collega’s, kennissen, maar ook mensen die net aan elkaar zijn voorgesteld.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Taalbeheersing Frans is zowel kennen (onderscheiden, herkennen) als kunnen (in staat zijn toe te passen). Met gerichte oefening zorgt Dagnall dat de opgedane kennis van het Frans beter kan worden toegepast.
Voor u het weet, staat u een Franse collega te woord in het Frans. Niets is bevredigender dan een vlot resultaat. Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
Het Frans is de meest gesproken Gallo-Romaanse taal; een vroege Romaanse taal die weer voortkwam uit het Laatlatijn. Gallo-Romaans werd rond 300-900 n.Chr. gesproken in het toenmalige Gallië, wat behalve het tegenwoordige Frankrijk ook België omvatte, het westen van Zwitserland alsook delen van Nederland en Duitsland. Er waren veel Gallo-Romaanse streektalen; ieder gebiedje had een eigen variant.
In het noorden sprak men sinds de 13de eeuw langue d’oïl en in het zuiden langue d’oc; de talen werden herkend aan de wijze waarop men ‘ja’ zei (‘oïl’ of ‘oc’). Het moderne standaardfrans (Nieuwfrans) is in feite de gecultiveerde versie van het Francilien; de taal van de Île-de-France en van de langue d’oïl.
Het Frans wordt door ongeveer 75 miljoen mensen als eerste taal gesproken. Het is de vierde taal van Europa en in veel Afrikaanse landen is het Frans de enige officiële taal. Frans wordt gesproken in onder andere Frankrijk en de Franse koloniën, België, Luxemburg, Zwitserland, grote delen van Afrika, Québec, Haïti, Oceanië, het Caribisch gebied en Zuidoost-Azië.
Frans als officiële taal
Frans is een officiële taal in Frankrijk, België, Monaco, Zwitserland, Luxemburg, het Verenigd Koninkrijk (Guernsey en Jersey) Canada en Italië (Vallée d’Aoste) maar ook in Benin, Burkina Faso, Burundi, Centraal-Afrikaanse Republiek, de Comoren, Congo-Kinshasa, Congo-Brazzaville, Djibouti, Equatoriaal-Guinea, Gabon, Haïti, Ivoorkust, Kameroen, Madagaskar, Mauritanië, Mali, Niger, Rwanda, Senegal, de Seychellen, Togo, Tsjaad en Vanuatu. Ook in het zuiden van de Verenigde Staten wordt Frans gesproken; het zogenaamde Cajun-Frans. De Franse taal is nog altijd één van de officiële talen van de Verenigde Naties en één van de drie werktalen en officiële talen van de Europese Unie. Lange tijd was het Frans de taal van de elite in Europa. Tot in Rusland toe, werd in de hogere kringen Frans gesproken.
Het Frans heeft ten opzichte van het Nederlands een heel andere manier van uitspreken. Eén van de verschillen is dat de Franse woorden aan elkaar plakken, waardoor niet te horen is waar een woord ophoudt en het volgende woord begint. Dit verschijnsel heet liaison; ‘verbinding’. Het gebeurt vooral bij woorden die eindigen op ‘s’ en gevolgd worden door een klinker of stomme ‘h’. Zo hoor je ‘lezzamie’ in plaats van les amis (de vrienden).
De uitspraak van het Frans
Een ander verschil is dat Fransen veel eindletters niet uitspreken. Bijvoorbeeld parle en parlent klinken hetzelfde. Verder klinken vrijwel alle klinkers anders in het Frans. Doordat er veel Franse woorden in het Nederlands voorkomen, komt de uitspraak ons bekend voor: toilet, bureau, portefeuille.
Ook Franse medeklinkers of -combinaties klinken bekend: garage, citroen, vanille, quarantaine, champignon.
Letters met accenten
Sommige accenten komen niet voor in het Nederlands. De ç klinkt als een ‘s’, terwijl de ‘c’ soms als een ‘k’ klinkt, afhankelijk van welke letter volgt. De Franse e kan voorkomen met drie verschillende accenten.
Accent grave
Als eerste met een zogenaamde accent grave: è. Bijvoorbeeld bij l’été (de zomer). De accent grave: è klinkt als de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘schep’.
Accent aigu
Als tweede met een zogenaamde accent aigu: é. Bijvoorbeeld bij l’élève (de leerling). De accent aigu: é klinkt als ‘ee’ in het Nederlandse woord ‘veel’.
Accent circonflexe
En als derde kan de letter e in het Frans ook nog voorkomen met een zogenaamde accent circonflexe: ê. Deze zien we bijvoorbeeld in een woord dat we in het Nederlands ook kennen: crêpe (een dunne, kleine pannenkoek). De accent circonflexe: ê klinkt een beetje langer dan de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘schep’. De Franse e zonder accent is klankloos, als de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘lachen’.
Franse neusklank
Een kenmerk van het Frans zijn de neusklanken, zoals in un bon vin blanc. Alle vier deze woorden worden nasaal uitgesproken.
UITSPRAAK
Frans alfabet fonetisch/IPA
A
ah
/a/
B
bee
/be/
C
see
/se/
D
dee
/de/
E
uh
/ə/
F
effe
/ɛf/
G
zjee
/ʒe/
H
assj
/ɑʃ/
I
ie
/i/
/jiː/
J
zjie
K
kah
/ka/
L
elle
/ɛlə/
M
emme
/ɛmə/
N
enne
/ɛnə/
O
oo
/o/
P
pee
/pe/
Q
kuu
/qy/
R
er
/ɛʀə/
S
ess
/ɛsə/
T
tee
/te/
U
uu
/y/
V
vee
/ve/
W
doeble vee
/dubləˈve/
X
ieks
/iks/
Y
ie grek
/iˈgrɛk/
Z
zedde
/zedə/
SPELLING
WOORD
A
Anatole
B
Berthe
C
Célestin
D
Désiré
E
Eugène
F
François
G
Gaston
H
Henri
I
Irma
J
Joseph
K
Kléber
L
Louis
M
Marcel
N
Nicolas
O
Oscar
P
Pierre
Q
quintal
R
Raoul
S
Suzanne
T
Thérèse
U
Ursule
V
Victor
W
William
X
Xavier
Y
Yvonne
Z
Zoé
Speciale tekens
@
arobase
#
dièse
NAAMVALLEN
Het Frans kent geen naamvallen zoals die bijvoorbeeld in het Duits worden gebruikt bij zelfstandige naamwoorden. Une maison blijft une maison, welke grammaticale functie in de zin het woord ook heeft. Toch gebruikt het Frans wel naamvallen, maar slechts voor voornaamwoorden. Dat zijn er vier: de nominatif, die het onderwerp van de zin aangeeft (il; bijvoorbeeld il arrive); de génitif die een bezitsvorm aanduidt (sa/son, bijvoorbeeld son chien);>),
de datif voor het meewerkend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (lui; bijvoorbeeld “Jean lui donne une pomme”) en de accusatif voor het lijdend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (le; bijvoorbeeld Marie le voit). Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Het Frans is een Romaanse taal, net als Spaans, Italiaans, Portugees en Roemeens. Het is één van de werktalen van de EU, naast het Engels en Duits. Frans is één van de zes officiële talen van de Verenigde Naties, naast het Chinees, Engels, Russisch, Spaans en Arabisch.
Het verhaal gaat dat de kreet ‘15-0’ (fifteen-love) in het tennis komt van het Franse woord l’œuf; ‘het ei’. De nul heeft de vorm van een ei. Het zo Engels lijkende tennisspel zou afstammen van het Franse jeu de paume.
De Franse taal leren en de Franse cultuur begrijpen
Het Franse alfabet bestaat uit 26 letters, evenveel als in het Nederlands.
Afwijkende leestekens in het Frans
In het Frans worden in plaats van aanhalingstekens zogenaamde guillemets gebruikt. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd, die worden gebruikt om een citaat te openen en te sluiten.
De naam ‘guillemet‘ komt overigens van Guillaume Le Bé (1525-1598). Hij was een lettermaker en de bedenker van het teken. Tussen de guillemets en de tekst komen in de Franse taal spaties. Ook andere leestekens worden in het Frans door een spatie voorafgegaan: Elle criait :, « Venez ! ».
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1
Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode
2
Lees Franstalige kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. Le Monde is een bekende (online) krant in het Frans en Mediapart een bekend online nieuwsportal
3
Luister naar Franstalige radio. FIP is de bekendste Franse publieke radiozender en NRJ de bekendste Franse commerciële radiozender
4
Luister en ontdek Franstalige muziek
5
Lees Franstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren
6
Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Franse taal
7
Luister naar podcasts van Franstaligen
8
Kijk Franstalige televisieprogramma’s en films. France tv is de bekendste publieke televisieomroep en TF1 de bekendste commerciële televisiezender in Frankrijk
9
Bekijk Franse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren
10
Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren
11
Voer Franse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk
12
Plak memoblaadjes op in huis
13
Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten
14
Bekijk Franse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren
15
Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen
16
Wees niet bang om foutjes te maken
17
Niet te veel denken, gewoon doen!
18
En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen!
In het Frans heten ze des mots de remplissage; stopwoordjes of opvulwoorden. Ook de Franse taal zit er vol mee. Woorden of woordcombinaties die iemand gebruikt om even te pauzeren maar toch de aandacht vast te houden. Fransen zeggen vaak aan het eind van een zin: hein? wat ongeveer klinkt als het Nederlandse ‘hè?’.
Sterker nog: het Nederlandse ‘hè?’ komt waarschijnlijk uit het Frans. Dit woordje hein vraagt om instemming, ongeveer als: “Denk je ook niet?” Ook zeggen de Fransen vaak quoi? (wat?) aan het einde van de zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” Middenin een zin hoor je vaak tu vois (‘zie je’), “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
En natuurlijk euh. Andere opvulwoorden zijn du coup (‘meteen’, ‘plotseling‘) en genre (‘soort’) en style (‘stijl’). De laatste twee worden vooral door jongeren gebruikt.
Franse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Franse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Franstalige media
Franse media bekijken, lezen en/of beluisteren is zeer effectief om uw kennis van het Frans te verbeteren.
Zo neemt u automatisch het ritme en de klank van het Frans in u op.
Het nieuws (proberen) te lezen in het Frans, kan heel leerzaam en leuk zijn. Het voordeel is dat u waarschijnlijk al op de hoogte bent van de actualiteit, waardoor u op vlotte manier behoorlijk wat woordenschat Frans bijleert.
Le Monde
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Mediapart.fr
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
FIP is de meest beluisterde publieke radiozender van Frankrijk. Als u op het linker computerscherm hierboven met het logo klikt, kunt u live naar deze Franse radiozender luisteren.
NRJ
NRJ is de populairste commerciële radiozender in Frankrijk. Klik op het beeldscherm rechtsboven met het logo om direct live naar deze Franstalige commerciële radiozender te luisteren.
Klik op de afbeelding voor de website van France.tv
Uw favoriete televisieprogramma in het Frans horen of met Franse ondertiteling bekijken, kan eerst wennen zijn, maar al gauw zult u merken dat dit erg leerzaam en leuk is. France tv is de publieke televisieomroep van Frankrijk.
TF1
TF1 is de populairste commerciële televisieomroep in Frankrijk. Deze Franstalige televisiezenders kunnen middels kabel, internet, satelliet of een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder vindt u promotiefilmpjes van Frankrijk en van hoofdstad Parijs die ook op Youtube staan. U kunt direct op het Youtube logo in het midden van de afbeelding klikken om een filmpje te bekijken. Onder de promotiefilmpjes ziet u de locaties van Frankrijk alsook Parijs op Google Maps. U kunt linksboven klikken om het kaartje groot weer te geven in een nieuw venster.
Als u linksonder op het vierkantje in de afbeelding klikt, dan krijgt u de satellietbeelden van Frankrijk alsook van Parijs te zien op Google Earth. Met de + en – knop rechtsonder kunt u in- en uitzoomen op de kaartjes. Wat kennis van de omgeving van uw Franse zakenpartner kan altijd van pas komen tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen.
Promovideo Frankrijk
Dronebeelden Parijs
Google Maps Frankrijk
Google Maps Parijs
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Frankrijk
Hieronder kunt u het actuele nieuws uit Frankrijk van verschillende nieuwsbronnen lezen. Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands. Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans. Het nieuws wordt automatisch bijgewerkt. Wanneer u zakendoet en/of communiceert met Fransen, is het prettig en handig om een beetje geïnformeerd te zijn van wat er in Frankrijk speelt.
Daarnaast kan het leerzaam zijn om het Franse nieuws in het Frans te lezen. U bent waarschijnlijk al geïnformeerd over het dagelijkse nieuws, dus begrijpend lezen gaat relatief gemakkelijk en het verrijkt de Franse woordenschat met actuele Franse woorden, termen en uitdrukkingen.
Dagnall Taleninstituut verzorgt uiteraard ook cursussen Engels, Duits, Spaans en vele andere talen. Hierboven ziet u een overzicht van de andere talen die Dagnall behalve Frans standaard aanbiedt.
Uiteraard kunt u altijd contact opnemen voor een taalcursus in een taal die niet in het overzicht is vermeld.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Frans