OFFERTE AANVRAGEN
Offerte aanvragen

Taleninstituut Sliedrecht

Direct naar ➤ Cursussen - Online - ERK - ISO - Sliedrecht - Nieuws
Dagnall taalcursus op locatie
Dagnall taalcursus online
Dagnall taalcursus contact opnemen
Taleninstituut Dagnall - Wij kunnen snel schakelen - Binnen een week beginnen is mogelijk Start vandaag nog met uw reis naar taalbeheersing

Start vandaag nog met uw reis naar taalbeheersing


Taaltrainingen in Sliedrecht van topniveau


Taalkennis verbindt u met de wereld en zijn een communicatiebasis die deuren voor u opent - vooral op het professionale vlak. Bedrijven en organisaties die investeren in de taalopleiding van hun werknemers, hebben daarom ook een duidelijk voordeel alsook een voorsprong.
Dagnall Taleninstituut biedt u precies wat u zoekt: effectieve taalcursussen op het hoogste niveau voor professionals en leidinggevenden in en in de buurt van Sliedrecht.
Taaltraining op maat, omdat uw organisatie welbespraakte medewerkers verdient.

Vakgebieden


Van zakelijk en medisch tot technisch - Dagnall is thuis in elke bedrijfstaal.
Elke bedrijfstak spreekt zijn eigen taal en gebruikt zijn eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling alsook duidelijke concurrentievoordelen, door branchespecifieke taalkennis van het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen in Sliedrecht aan in een grote verscheidenheid aan gespecialiseerde vakgebieden.
Screenshot navigatiesysteem met tekst Taleninstituut Sliedrecht aangegeven - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Goed op weg met Dagnall Talen

Landkaart Nederland grijs - locatie Dagnall Taleninstituut in Sliedrecht - aangegeven met blauw plaatsnaambord met witte letters en Dagnall veer - op transparante achtergrond - 600 * 733 pixels
Businesspoint Dordrecht
Vissersdijk Beneden 70
3319 GW DORDRECHT

of bij u op locatie

  
Vrijblijvend informeren naar een taaltraining bij u in de buurt
Taalcursus Verenigd Koninkrijk
Taalcursus Duitsland
Taalcursus Frankrijk
Taalcursus Spanje
Taalcursus Nederland
Taalcursus Portugal
Taalcursus Italië
Taalcursus Denemarken
Taalcursus Zweden
Taalcursus Noorwegen
Taalcursus Finland
Taalcursus Rusland
Taalcursus Polen
Taalcursus Tsjechië
Taalcursus Slowakije
Taalcursus Kroatië
Taalcursus Hongarije
Taalcursus Roemenië
Taalcursus Bulgarije
Taalcursus Turkije
Taalcursus Griekenland
Taalcursus Israël
Taalcursus China
Taalcursus Japan

De organisatie van uw taaltrainingen in goede handen

Werkgerelateerd & doelgericht


Dagnall Talen biedt taaltrainingen op maat in Sliedrecht aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en ook als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Bij Taleninstituut Dagnall kan iedereen talen leren op precies een manier die voor hem of haar het meest geschikt is. Organisaties zijn naast klassieke taaltrainingen vooral in werkgerelateerde trainingen geïnteresseerd zoals Zakelijk Engels en/of Duits en/of Technisch Engels en/of Duits. Onze taalcursussen worden op de individuele behoeften van de klanten afgestemd. Dagnall biedt de mogelijkheid om via gecertificeerde taaldocenten met zeer goede beoordelingen en recensies onbegrensd talen te leren in Sliedrecht. Dagnall Talen leidt u snel en doelgericht naar het door u beoogde resultaat.

Filosofie van Dagnall Taleninstituut


Het is onze filosofie om vreemde talen te leren met gemak en plezier en zonder schroom. Daarom gaan wij tot het uiterste om te zorgen dat cursisten de taal van uw keuze zonder remmingen en moeiteloos leert.
Een vreemde taal leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Taleninstituut met methodes die het leren voor u gemakkelijker en prettiger maken.

Door deze methodes wordt uw nieuwsgierigheid opgewekt en uw bereidheid om te leren, ondersteund. Dagnall Talen brengt u in grote stappen naar het beoogde niveau met 15 minuten dagelijks oefenen.
Dagnall Taleninstituut is de ideale partner voor iedereen die een vreemde taal wil leren in Sliedrecht.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten

Plan van aanpak Dagnall Taleninstituut

Dagnall stelt de leerdoelen en wensen vast in overleg met u als opdrachtgever. U meldt de deelnemer(s) aan met hun contactgegevens. Wij verzorgen een intake op locatie of, indien u dit wenst, online of telefonisch. Na het intakegesprek, waarin op basis van het Europees Referentiekader (ERK) het huidige en gewenste niveau wordt vastgesteld, sturen wij u een op maat gemaakt cursusvoorstel met uw offerte.
Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning van de cursus op uw situatie en uw agenda af.
Na enkele lessen evalueert de trainer de voortgang en de inhoud van de cursus. Indien nodig, kunnen de doelstellingen worden aangepast.
Na de laatste les ontvangt u een eindrapportage samen met een beschrijving van de resultaten die door de cursisten zijn behaald. Tevens ontvangen de cursisten een certificaat van ons instituut.
[ Lees meer ]


Intake

Planning

Cursus

Certificaat

Betaalbaar taleninstituut in Sliedrecht sinds 1982

Sinds 1982 is ons taleninstituut actief op taalgebied en verzorgt sinds 1982 taalonderwijs op maat zakelijk voor (overheids)instellingen en het bedrijfsleven in Sliedrecht en omgeving. Alle kundige taaltrainers zijn experts op hun gebied en hebben al een flink aantal taaltrainingen zakelijk voor diverse bedrijven en (overheids)organisaties in de Alblasserwaard en de Drechtsteden verzorgd.
Door de aanpak die zowel functiegericht als werkplekgericht is, levert taleninstituut Dagnall Talen u effectieve en betaalbare taalcursussen in Sliedrecht. Rendement door maatwerk kenmerkt Dagnall Taleninstituut. Daar kunt u op vertrouwen!
Betaalbaar maatwerk bij Dagnall Taleninstituut in Sliedrecht

Taal op de werkvloer

Taal op de Werkvloer: draagvlak is noodzakelijk! Taalcursussen toegespitst op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer zijn intussen bij veel bedrijven een begrip.
Mensen zonder of met beperkte kennis van de Nederlandse taal of een andere voertaal ervaren een belemmering op het werk en willen sneller en/of beter kunnen communiceren op hun werk.
Zij willen de aanwijzingen op het werk goed kunnen begrijpen en deze ook op kunnen volgen. De medewerkers willen bij voorkeur met meer zelfvertrouwen het werk kunnen uitvoeren en natuurlijk heel graag hun ambitie op het werkterrein realiseren. Hiervoor is een investering in werknemers en in de (innovatieve) ontwikkeling van het bedrijf nodig.
[ Lees meer ]

Vele wegen naar een betere talenkennis in Sliedrecht

Behoeftes en leermethode


Een goede taaltraining is niet alleen toegespitst op de behoefte van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals een betere spreek- of schrijfvaardigheid.
Een goede taaltraining is ook afgestemd op de beste, meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een taaltraining (bij een taleninstituut in Tiel) die het beste bij hem of haar past.

Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?


De vakkundige trainers van ons taleninstituut zijn heel bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van kennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen inzetten. Dat werkt wel zo prettig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall Talen wordt behaald door een mix van deze bewezen leermethode gericht op de cursist(en) en het nagaan of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. U kunt bij Dagnall Taleninstituut terecht voor cursussen die zijn gebaseerd op maatwerktrainingen.

Ons taleninstituut biedt individuele cursussen, zogenaamde duocursussen (2 personen), groepscursussen van 3 tot 8 à 10 personen, onlinecursussen, een online leerplatform voor (Dagnall.online) blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en specifiek jargon van de organisatie of het bedrijf.
De docenten van ons instituut gebruiken veel eigen lesmateriaal dat zij in de loop der jaren hebben verzameld en gecreëerd en zij spelen continue op actuele thema’s en ontwikkelingen in.

Een prettige manier van leren


Een bijkomend voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een bijzonder fijne manier van werken wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze docenten in Sliedrecht. Deze, door de jaren steeds verder verfijnde en ontwikkelde werkwijze is het zeer gewaardeerde handelsmerk geworden van Dagnall Taleninstituut. Onze cursussen zijn dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar ook afgestemd op de leermethode die het beste bij de cursist zelf past.
Overlappende groene cirkel met klok en kalender en donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm met vier taalvaardigheden luisteren, lezen, schrijven en spreken - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Effectief vreemde talen leren in Sliedrecht bij Taleninstituut Dagnall

Individuele cursussen en groepscursussen

Individuele cursussen & groepscursussen


Dagnall Taleninstituut cursussen op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de organisatie van de cursus aan ons kunt overlaten.
Ons taleninstituut biedt deze individuele cursussen en groepscursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en

groepscursussen gebruikt Dagnall Taleninstituut moderne en gevarieerde leermethodieken om doelgericht te trainen en leersucces te verzekeren.
Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen vanzelfsprekend zowel op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Sliedrecht worden gegeven.
Maatwerk individuele en groepscursussen in Sliedrecht

Maatwerkcursussen


Dagnall taleninstituut biedt individuele cursussen voor bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties alsook particulieren in Sliedrecht en omgeving.
Individuele cursussen worden ook wel één-op-één-cursussen of privélessen genoemd.
De individuele taalcursussen van Dagnall Taleninstituut staan al decennia bekend voor persoonlijke aandacht, maatwerk en het hoogste rendement.
De individuele cursussen van taleninstituut Dagnall zijn maatwerkcursussen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de leerstijl en de praktijksituatie.
De cursussen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.

Ons taleninstituut biedt groepscursussen met 3 tot 10 personen, maar ook duocursussen (met 2 deelnemers) aan bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren.
De groepen houden wij zo klein mogelijk de deelnemers maximaal te kunnen ondersteunen en om de leereffectiviteit te maximaliseren.
De groepscursussen van Dagnall Taleninstituut zijn ook maatwerkcursussen en worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, het taalniveau, de branche, de praktijksituatie en de leerstijl en de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.


Pluspunten individuele cursus


Het hoge rendement is het belangrijkste voordeel van een individuele taalcursus doordat veel kennis wordt geleerd in korte tijd.
Omdat de cursus intensief is, wordt sneller vooruitgang geboekt en blijft het leertraject zo kort mogelijk.
Flexibiliteit is nog een groot voordeel van individuele taalcursussen. De cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de deelnemer en de leerstof kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de eventuele aandachtsgebieden van de deelnemer.
Omdat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden, is de leervordering optimaal.
Een individuele is ook taalcursus goed af te stemmen op de planning en de agenda van de cursist waardoor het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.


Pluspunten groepscursus


Het belangrijkste pluspunt van groepscursussen is met name de interactie met de andere cursisten; actief gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van rollenspellen en discussies.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk voordeel; het leren van elkaars foutjes en in de doeltaal communiceren met elkaar. Deze afwisseling kunnen de cursisten prettiger vinden.
Doordat meerdere medewerkers tegelijktijd worden getraind en de groep bijna hetzelfde kennisniveau bereikt, zijn groepscursussen daarnaast ook efficiënt .
Ook zijn voor cursisten groepscursussen iets minder intensief (iets minder zwaar) dan individuele cursussen.


Minpunten individuele cursus


Bij individuele taalcursussen kunnen discussies en rollenspellen alleen met de taaltrainer worden gevoerd en gedaan.
Omdat er geen interactie is met andere lerenden, kan de geleerde kennis niet in een groep worden geoefend.
Ook is het niet mogelijk om van de foutjes van andere deelnemers te leren omdat groepsdynamiek ontbreekt.
De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is ook behoorlijk intensief (zwaarder) voor deelnemers.


Minpunten groepscursus


In groepscursussen is minder aandacht voor de individu en kunnen de cursisten iets sneller afgeleid worden. Daardoor is het rendement wat lager. Gedeeltelijk kan dit ondervangen worden door groepen iets kleiner te maken (bijvoorbeeld minigroepen).
Groepscursussen kunnen eveneens minder goed op individuele leerstijlen afgestemd worden.
Dat de planning minder goed kan worden afgestemd op de agenda van de individuele deelnemers, is een ander minpunt van groepscursussen.

Pluspunten

Individuele cursus in één oogopslag



  hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
  afgestemd op individuele leerstijl
  inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
  afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
  afgestemd op agenda cursist


Minpunten

Individuele cursus in één oogopslag



  geen interactie met andere cursisten
  vrij intensief voor de cursist
  geen groepsdynamiek

Pluspunten

Groepscursus in één oogopslag



  interactie met andere cursisten
  groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
  groep komt op hetzelfde kennisniveau
  efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
  minder intensief dan individuele cursus


Minpunten

Groepscursus in één oogopslag



  iets minder aandacht voor individuele cursist
  minder afgestemd op individuele leerstijlen
  minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor taalcursussen

Verschillende soorten cursussen voor elk niveau

Dagnall Taleninstituut biedt cursussen voor beginners, halfgevorderden en gevorderden.
Niet iedereen is in de gelegenheid om een talencentrum te bezoeken. Wij bieden onze taaltrainingen daarom ook incompany of online aan.

Bij Taleninstituut Dagnall kunt u bijvoorbeeld kiezen
voor een intensieve of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Nederlands, Engels, Frans, Duits en Spaans of een cursus spreekvaardigheid of telefoontraining. Vanzelfsprekend is een combinatie van deze verschillende trainingen ook mogelijk.
Dagnall Talen staat voor (betaalbaar) maatwerk!
Woordenwolk in veer logo Dagnall Talen met toepasselijke sleutelwoorden voor Dagnall Talencursussen - in donkerblauw, groen en grijs op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels
Stukje hout boven Dagnall potlood met geslepen punt en gum met gedrukt Dagnall Talen logo - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels

Kennen en kunnen

Taalkennis betekent kennen (weten) en ook aandacht voor kunnen (handelen). Door het accent op kunnen te verleggen, is de cursist in staat na afronding van de taaltraining in Sliedrecht de opgedane kennis sneller functioneel toe te passen.
Al gauw heeft de nieuwe taal geen geheimen meer voor u. U zult zich zekerder voelen. Dagnall brengt taalkennis tot leven!

Algemene leermethodees

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was al in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten de elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Door de invloed van het leger werd de audiolinguale methode ook wel de ‘legermethode’ genoemd.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan als reactie op de grammatica-vertaalmethode beschouwd worden. Een nieuw verschijnsel was dat de les volledig in de doeltaal plaatsvond. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren en grammaticale structuur worden door middel van mondelinge structuuroefeningen geleerd. De bedoeling is om vrijwel foutloos te leren verstaan en spreken, wat begint bij iemand leren naspreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt gewerkt met drills om zinnen alsook structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De trainer kan zo bijvoorbeeld een zin 10 maal herhalen en dan een nieuw woord hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel in de zogenaamde talenpractica gewerkt, waarbij studenten een koptelefoon op hebben en zinnen beluisteren en deze zinnen nazeggen. Geschreven taal wordt pas aangeboden wanneer de mondelinge taal inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe woorden te introduceren.

Populariteit


De methode werd in Nederland pas geïntroduceerd omstreeks 1970 toen de Mammoetwet inging. Al snel waren er grote bezwaren tegen de inhoudsloze drills. De techniek wilde wel eens problemen geven, waardoor de talenpractica vrij snel in onbruik raakten. In plaats daarvan werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Schrijvers van leerboeken wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. De audiolinguale methode heeft wel sporen nagelaten Nu was alom aanvaard dat het bij een taal leren niet om het uit het hoofd leren van de grammatica gaat, maar om het gebruik. De luistervaardigheid, waar de meeste taaldocenten vóór 1970 geen of nauwelijks aandacht aan schonken, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor studenten die een taal beginnen te leren. Een goede uitspraak wordt vanaf het begin aangeleerd. De methode is docentgestuurd waardoor deze een efficiënte en vlotte overdracht van de kennis van de taal kan bieden. De methode kan ook worden toegepast bij grote(re) groepen.

Tegelijkertijd is deze docentgestuurde kant een nadeel; eigen inbreng wordt niet van de studenten verlangd, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid dreigt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig zijn om te zetten in levend taalgebruik.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


De GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal zodanig te leren dat deze worden opgeslagen in het langetermijngeheugen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die worden herhaald na verloop van tijd. Deze woorden of zinnen van de woordenlijst worden door de studenten hardop gelezen. Het is niet het idee om al deze woorden of zinnen uit het hoofd te leren, maar dit gebeurt automatisch door de blootstelling. Deze woordenlijst wordt telkens bijgewerkt; woorden die zijn aangeleerd, worden van de woordenlijst verwijderd, woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList Method claimen dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen in de vreemde taal spontaan in het langetermijngeheugen van de student worden opgeslagen, iets dat door geheugenwetenschappers bestreden wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden als deze kennis relevant en van betekenis is. Deze GoldList-methode kan dus alleen werken voor woorden die van betekenis en relevant zijn voor de lerende.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Bij mensen die het prettig vinden om bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun te gebruiken, zou deze methode goed kunnen werken. Met de hand schrijven werkt effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een fotootje maken, doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven meewerkt en aangesproken wordt. Een minpunt van deze methode is het gebrek aan context. Talen zijn uiteraard veel meer dan een verzameling losse woorden en/of zinnen. Daarnaast is de methode bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven lijsten gemaakt dienen te worden.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving gericht. De leermethode probeert de taal aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Zo leert de student onbewust ook de taalregels van de vreemde taal. Alleen de doeltaal met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Het streven is een leeromgeving zonder stress voor de studenten. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en niet zo zeer op expliciete grammatica en het corrigeren van vormfouten.

Als de lerende in de vreemde taal wordt ondergedompeld, werkt de methode het meest effectief. Om ervoor te zorgen dat de lerenden van de ervaring kunnen genieten, dienen de leeractiviteiten in de vreemde taal stimulerend te zijn.

De Natural Method leermethode heeft veel overeenkomsten met de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen deze twee methoden is dat bij de Directe Methode meer nadruk wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Dat onderdompeling zeer effectief is, is veelvuldig aangetoond. De Natural Approach is een populaire methode van lesgeven bij taaltrainers, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor studenten. Maar er kleven eveneens nadelen aan de natuurlijke aanpak. De leermethode is voornamelijk gericht op het impliciet leren van de grammatica. De studenten zouden inderdaad leren in de vreemde taal te communiceren, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal blijven hangen.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Op een natuurlijke manier leren, wordt als een prettige manier ervaren om een taal te leren. Studenten krijgen de mogelijkheid voor het opbouwen van een persoonlijke band met de taal. Omdat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.

Doordat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaten geboekt worden. De methode bereidt lerenden eveneens niet per se voor op een bepaald examen.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse benaming: Structural Approach; ‘SA’) is door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld in de jaren 50.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


Deze Structurele Aanpak is een methode van taalverwerving met als doel studenten vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de taal. Volgens de methodiek van Structurele Aanpak levert de beheersing van deze structuren meer op dan de verwerving van woordenschat van de vreemde taal. Het herkennen en kunnen toepassen van specifieke combinaties van woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde is waar het bij de Structurele Methode om gaat. Deze combinaties worden aan de lerende gepresenteerd in herkenbare situaties door middel van dramatiseringen, visualisaties, gezichtsuitdrukkingen en handelingen. Bij de methode worden de structuren die het meest gebruikt worden, als eerste geleerd. De mondelinge vaardigheid (luisteren en spreken) wordt hierbij in de eerste instantie gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een belangrijke plaats. Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) zijn andere namen voor de Structurele Aanpak.

Populariteit


In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op vrij grote schaal ingezet om Engels te leren in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Het voordeel van een structurele aanpak is dat lerenden de taal op een nauwkeurige manier leren. De studenten krijgen inzicht in de grammatica van de taal en ze leren in welke situaties woorden en combinaties van woorden wel of niet passend zijn. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de methode van de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De manier van werken is tamelijk tijdverslindend en biedt niet direct succeservaringen. De inbreng van de lerende zelf is beperkt; de methode is weinig creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Communicatief taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, is in de jaren 60 van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van vreemde talen legde. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van een vreemde taal.

De studenten leren middels de CLT-technieken de vreemde taal in praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de docent. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in de te leren taal of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werksituatie. Zowel tijdens als buiten de les wordt de doeltaal gebruikt.

Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaltrainers dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid in verschillende realistische situaties te oefenen. De grammatica leren studenten inductief, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.

Bij communicatief taalonderwijs is de docent echt een trainer, die de student helpt in de doeltaal te communiceren.

Populariteit


In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair. Dit kwam mede omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa ontstond meer behoefte om vreemde talen te leren middels een methode die direct toepasbaar was.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


De CLT (communicatief taalonderwijs) heeft veel pluspunten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de te leren taal; de methode is studentgericht en functioneel. Doordat authentieke materialen worden gebruikt, leren de studenten de woorden die voor hen nodig zijn. Het is een efficiënte methode. Deze methode is voor de lerende stimulerend doordat hij of zij gauw succes ervaart. Fouten mogen worden gemaakt; de vaardigheden van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van deze communicatieve benadering is dat er minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de taaltrainer en van lerenden vereist het een actieve deelname. Deze manier van een vreemde taal leren, is voor sommige lerenden ongebruikelijk of moeilijk, afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint de taalvaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en niet zo zeer om de vorm en de methode biedt dan ook geen samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Men leerde om gebruiksklare zinnetjes, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door Johann Valentin Meidinger; docent Frans en Italiaans uit Duitsland. Rond 1783 ontwikkelde Meidinger een methode waarbij de grammatica in het middelpunt stond. Meidinger wordt als grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM) gezien.

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie was. Het onderwijs in het Latijn was uiteraard gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en was volledig gericht op de grammatica en het vertalen. Dat werd destijds gezien als een wetenschappelijke en degelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat van de analyse van de taalvormen en de taalstructuren uit waarbij de lerende zelf inzicht ontwikkelt. Bij deze methode zijn de lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal. De taaltrainer draagt de kennis over, de studenten memoriseren.

Populariteit


Al sinds halverwege de negentiende eeuw was ook tegengeluid te horen. Desondanks is de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum van grote invloed geweest op het talenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, vormt deze grammatica-/vertaalmethode vormt een aardige mentale training. De methode biedt eveneens inzichten in de structuur, door de nadruk die op de grammatica wordt gelegd.

Aan de methode kleven echter meer keerzijden dan positieve kanten. Het grootste nadeel is dat de luister- en spreekvaardigheid behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren nauwelijks mondeling toegepast kan worden. Deze methode staat ver van het dagelijks gebruik van de vreemde taal af, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in een groep biedt de leermethode geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces voor de lerenden. De student is alleen toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


Sinds de jaren 70 wordt de leermethode ‘onderdompeling’ (In het Engels: language immersion) wereldwijd gebruikt, voornamelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de leermethode die wordt gebruikt bij bijvoorbeeld onze bekende collega’s van Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles aan welgestelde dames uit Vught gaven.

Kenmerken van onderdompeling


De methode van onderdompeling houdt in dat degene die de taal leert, vanaf het eerste moment omgeven wordt door de nieuwe taal. Alle instructies worden in de doeltaal gegeven; in het begin langzaam en met veel herhalingen en later op een meer natuurlijke manier. De lerenden worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in de nieuwe taal te spreken. De methode werkt met rollenspellen en simulaties. De omgeving op scholen die werken met onderdompeling, wordt veelal ingericht in de stijl van de doeltaal om een situatie te creëren alsof de lerenden in het land zijn waar de te leren taal wordt gesproken. Lerenden oefenen één-op-één of in kleine groepen met spreken. Daadwerkelijk naar het land van de vreemde taal gaan en daar verblijven in een gastgezin, is een andere manier om onderdompeling te bereiken.

Populariteit


Onderdompeling wordt als een uitstekende leermethode voor vreemde talen gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan op deze wijze uitstekend worden ontwikkeld.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaat wordt geboekt, omdat de methode behoorlijk intensief is. Omdat de student wordt erdoor omgeven, is het een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet wel gaan communiceren in de te leren taal. De lerende is in principe 24 uur per dag aan het leren. Door in groepsverband samen te oefenen, wordt de sociale interactie versterkt. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.

Dat de bereikte resultaten niet altijd wordt vastgehouden, is een keerzijde. Als studenten in een korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land van de doeltaal te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaan, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Een ander nadeel van de leermethode kan zijn dat een dergelijke taaltraining nogal intensief is. Niet alle lerenden hebben de conditie om deze leermethode vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om een vreemde taal te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om te kunnen leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de trainer en de student van essentiële betekenis. Hiervoor is de voorwaarde dat de studenten zich veilig voelen en ontspannen zijn. Een leslokaal met een rijopstelling was uit den boze om dit te kunnen bewerkstelligen. De studenten zaten in de lessen in comfortabele stoelen die geplaatst werden in een halve cirkel en er werd ook altijd achtergrondmuziek in de klas gedraaid. De methode zoals Georgi Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gedraaid of natuurgeluiden te horen waren. Er waren opmerkingen over de grammatica van de doeltaal en woordenlijsten bij de teksten. Dit voorlezen gebeurde met veel expressie in stem en gebaren. De studenten werden zo overgehaald om te luisteren en de nieuwe woorden konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. Tijdens de lessen was veel aandacht voor cultuur en kennis over het land van de te leren taal. Er werd met rollenspellen gewerkt en er werden bijvoorbeeld streekgerechten bereid en geproefd.

Populariteit


De leermethodiek van Lozanov was omstreden en is niet heel bekend meer. Sommige elementen van Suggestopedia worden nog steeds toegepast, zoals het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


De methode van Suggestopedia zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer, waardoor lerenden geen last hebben van frustratie of faalangst. Deze sfeer kan voor een immigrant bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een ander pluspunt van Suggestopedie dat de student wordt gestimuleerd om zich in te leven in de situatie en actief mee te doen, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor sommige lerenden een keerzijde, want niet iedereen is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en zelfs verstorend werken in tegenstelling tot stimulerend of ontspannend. Een andere zwakke kant is dat de verhouding taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle input komt van de taaldocent waarbij de lerende altijd de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) genoemd.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van een vreemde taal zij willen leren. Deze methode is gebaseerd op de counseling-benadering waarbij de docent als counselor optreedt die de zinnen van de lerende kenschetst. De lerenden starten een gesprek. Zijn zij de doeltaal nog niet genoeg machtig, dan spreken zij in de moedertaal. De taaldocent vertaalt en legt uit, waarna de studenten de uitingen van de docent zo goed mogelijk herhalen. Dit gesprek wordt opgenomen om daarna opnieuw te beluisteren.

De CLL stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de lerenden onderling als middel om te leren. Er is geen leerboek dat wordt gevolgd; het zijn de lerenden zelf die de inhoud van de les bepalen met behulp van betekenisvolle gesprekken.

Populariteit


Of CLL succesvol is, is grotendeels afhankelijk van de expertise van de docent-counselor. Bij deze methode dient de docent naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig onderlegd te zijn. De trainer dient zowel de vreemde taal als de moedertaal van de student erg goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Deze methode kan prima werken wanneer deze correct gebruikt wordt. Voor grote klassen is CLL niet geschikt.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


Deze methode biedt studenten veel autonomie. Het analyseren van eigen gesprekken vinden de lerenden vaak zinvol. Niet alleen tijdens de les, maar eveneens daarbuiten wordt de groep vaak heel hecht. Met Community Language Learning worden lerenden zich zo een stuk bewuster van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren te werken als team. Van het bespreken van hun foutjes en het evalueren van de taallessen leren studenten veel. Vaak blijven dergelijke verbeteringen in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van de lerende.

Het kan een nadeel zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Er wordt geen leerboek gebruikt en er worden eveneens geen toetsen afgenomen. Het succes van de taallessen is daardoor moeilijk te meten. Sommige studenten worden belemmerd in hun spreken wanneer zij opgenomen worden.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


De lexicografische benadering gaat uit van de visie dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal bestaat uit het begrijpen en produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. De lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van de te leren taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de vreemde taal ‘in het echt’ wordt gebruikt. De woordenschat is bij deze benadering belangrijker dan de grammatica. De instructies zijn op situaties en uitdrukkingen gericht die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Voor het zelf ontdekken van de taal door de student is veel ruimte.

De rol van de taaldocent is te zorgen voor genoeg input en het faciliteren van het leertraject van de student.

Populariteit


Door de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen dertig jaar lesboeken aanmerkelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt aan woordenschat van de te leren taal besteed die aangeboden wordt in chunks, in betekenisvolle brokjes. De drastische omwenteling in de wijze waarop vreemde talen worden onderwezen, waar Lewis streefde, is echter uitgebleven.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Door met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal te werken, leren de studenten om de taal op een natuurlijke manier te gebruiken. Dit zorgt voor souplesse in het het gebruik van de taal.

Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties, is de keerzijde. Een aantal studenten heeft meer aan een taaltrainer die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator omdat deze studenten meer moeite hebben met het zelf leren herkennen van de taalpatronen.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is in 1880 door de Fransman François Gouin ontwikkeld.

Kenmerken van de Series Method


De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin is gebaseerd op een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van grammatica. Studenten leren zinnen op basis van een actie, bijvoorbeeld het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, beroep en wetenschap, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. De lerenden gaan heel snel in de nieuwe taal denken doordat een soort eentalige leermethode is, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.

Populariteit


De seriemethode van François Gouin was zijn tijd ver vooruit. Alhoewel de methode een ongewone aanpak had, was de seriemethode van François Gouin enige tijd een succes. De leermethode van Gouin werd echter door de Directe Methode van Berlitz overschaduwd.

Voor- en nadelen van de Series Method


De mondelinge vaardigheden van de lerende worden sterk ontwikkeld door de Seriemethode van François Gouin worden en het creëert een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer.

François Gouin’s taalmethodiek biedt levendig taalonderwijs. Dit soort taalonderwijs wekt het enthousiasme bij de studenten op door gebruik te maken van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, en dergelijke. Leren wordt tastbaar; dit was geheel nieuw. Studenten worden nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. Door de methode worden de communicatieve vaardigheden van de lerenden sterk gestimuleerd.

De keerzijde van de leermethode van Gouin is dat taal die iets abstracter of subjectiever is, moeilijk in één concrete ervaring is te vangen met beweging en expressie. Een bijkomend minpunt is de bewerkelijkheid voor de trainer, die immers een scala aan reeksen voor moet bereiden. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren tachtig van de vorige eeuw. De grondleggers van deze leermethode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Het taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze achter deze methode is dat de verwerving van de doeltaal geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De studenten krijgen motiverende taken voorgeschoteld. Hiervoor is taalkennis vereist. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, dienen zij over woordenschat en regels van de doeltaal te beschikken. Deze taken zijn alledaagse taken, zoals een e-mail schrijven, een boodschap doen, met de klantenservice bellen, een krant lezen of iets te drinken bestellen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Om de taken uit te voeren, dienen lerenden samen te werken. Om leereffect te hebben, moeten de opdrachten net boven het niveau van de lerende liggen.

Populariteit


Vanaf de vroege jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Taakgericht taalonderwijs de meest praktisch bruikbare vorm te zijn voor het verhogen van de taalvaardigheid bij de lerenden (vooral de lerenden in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Het taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheden te gaan gebruiken. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, zolang de taak goed bij de lerende aansluit. Lerenden komen op een natuurlijke, alledaagse manier in contact met de te leren taal en leren zo authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren daarnaast om samen te werken met andere studenten. De lerenden ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.

Als minpunt kan gezien worden dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm, waardoor studenten die niet zeer precies leren.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van Engels taalonderwijs ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in 2000.

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


De inspiratie voor Dogme Language Teaching was ‘Dogme 95’; de stroming van een groep van Deense filmmakers onder wie Deense filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. Bij het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan 10 strenge regels (10 dogma’s). Deze behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van de Dogme benadering zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet door voorgedrukt materiaal is belast. Het beginnen van inhoudelijke conversaties over praktische zaken is het oogmerk van de Dogme-methode. Bij deze methode gaat het om communicatie als inspirator van een taal leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve werkwijze van het taalonderwijs, die een vreemde taal wil onderwijzen zonder het gebruik van leerboeken of overige lesmaterialen en zich in plaats daarvan focust op het communiceren tussen de lerenden en de taaltrainer. Het Dogme-taalonderwijs kent tien uitgangspunten (dogma’s), net als de Dogme-beweging van de filmmakers.

Populariteit


Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Thornbury dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een pluspunt voor de taaldocent is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Het kan erg motiverend werken dat de student voor zijn of haar eigen leerproces verantwoordelijk is. Voorspelbaar zijn de lessen zo niet. Dat zorgt voor spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Vrijwel elk item is bespreekbaar tijdens een Dogme-les. Zo blijven de lerenden betrokken en alert.

Daartegenover staat dat studenten zich wat ongemakkelijk kunnen voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de trainer. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle docenten flexibel genoeg. Nog een nadeel kan zijn dat de studenten zich vaak op een bepaald examen moeten voorbereiden, terwijl het niet zeker is dat de lesstof daarvoor aan bod komt tijdens de les.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson in 2007.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


Deze GPA-benadering is een alternatieve visie op het verwerven van een nieuwe taal. De primaire aanname van de methode is dat taal en cultuur onlosmakelijk zijn. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van de taal; het doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur. Daarom hanteert GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA heeft overeenkomsten met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende en een verzorger uit de gastcultuur voeren de activiteiten uit. Begrijpen gaat boven produceren. De nadruk ligt op woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de methode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.

Fase 2 van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze duurt om en nabij 150 uur en de deelnemer begint nu ook taal te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de ontvangende cultuur. In fase 5 van de methode beginnen de deelnemers zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers door middel van films, televisie, nieuws en literatuur. Ook de taal die is vereist voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Hier gaat het om de groei naast de formele taalsessies.

Populariteit


Er is nog weinig bekend over het succes omdat de methode van Thomson nog vrij nieuw is. Deelnemende studenten zijn enthousiast over de leermethode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met de GPA-methode wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van taalverwerving. De zes afzonderlijke fasen van de leermethode bieden realistische doelstellingen en een duidelijk tijdspad. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van de taal, maar eveneens van de omgeving en de lerende verwerft daarnaast een nieuw sociaal netwerk.

Dat voor iedere deelnemer of tenminste iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk wat tijd te investeren, is een keerzijde van deze methode.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige in de vroege jaren 2000.

Kenmerken van de Shadowing Technique


De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. De techniek van Shadowing werkt eenvoudig: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Het is niet belangrijk om de tekst in de vreemde taal ook te begrijpen; in eerste instantie gaat het om de klank. Luisteren en herhalen wordt net zo veel geoefend tot het heel gemakkelijk gaat en de lerenden simultaan met de audio-opname kunnen spreken. De student gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat hij of zij heeft uitgesproken. Veel lesboeken zijn voor deze techniek geschikt, zolang de boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende tekst. De audio-opnames dienen ideaal bezien wat boven het niveau van de lerenden te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Doordat lichamelijke beweging de opname van de vreemde taal in het zenuwstelsel versterkt, doet Alexander Argüelles de aanbeveling aan studenten om tijdens het spreken te lopen, het liefst buiten, en niet te zitten. Dat de studenten minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, is een bijkomende reden zodat het werken aan de taal veel effectiever wordt.

De shadowing-techniek heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialoog of samenhangende tekst. Bij de Shadowing-methode is ook simultaan spreken anders.

Populariteit


Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Het algemene begrip van de vreemde taal wordt ook vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek in een groep studenten kan worden gebruikt, waarbij elke deelnemer individueel actief leert. De methode heeft een hoog rendement.

De Shadowing-techniek heeft als keerzijde is dat lerende het soms ietwat saai kan kunnen vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een methode om een vreemde taal te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren met behulp van beweging en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven voortdurend taken aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze taken uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste instantie de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid vormt dus de basis, de spreekvaardigheid volgt pas daarna.

De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van een vreemde taal. De trainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de studenten doen deze opdrachten na. Aanvankelijk wordt van de studenten nog niet verwacht dat ze spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Taken die bekend zijn worden uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.

TPR® appelleert aan de beide hersenhelften door de combinatie van beweging en spraak. Het kost daardoor minder moeite om iets te leren en het geleerde beklijft ook beter.

Populariteit


Voornamelijk wordt TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar ook middelbare scholieren en volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De methode levert vlotte succeservaringen op. Dit bevordert het plezier in het leren van de nieuwe taal. Dit zorgt voor stressvrij leren. De methode van TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en deze methodiek kan ook in wat grotere klassen ingezet worden. De taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.

Dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is, is het nadeel van TPR®. Daarom werkt de leermethode tot op een zeker taalniveau en is een andere leermethode nodig als aanvulling. De methodiek is bovendien niet erg creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën uit te drukken.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Een Reformbeweging met nieuwe visies over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief zou moeten zijn, ontstond omstreeks 1900. Overigens betrof deze Reformbeweging niet alleen het leren van een taal, maar ook voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. De mensen streefden, net zoals in de jaren 60 van de vorige eeuw, omstreeks het jaar 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en bevrijding van keurslijven. Er ontstond binnen het taalonderwijs veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal. Hierbij werd de grammatica meer inductief aangeboden, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten de studenten hieruit afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met meer aandacht waren er voor de uitspraak van de vreemde taal. Het werd aangemoedigd om de studenten vaak te laten praten. Dat de lessen in de doeltaal gegeven werden, was ook een nieuw verschijnsel. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. Door middel van plaatjes en voorbeelden werd de vocabulaire van de vreemde taal aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door de studenten zelf voor het associëren van ideeën.

Populariteit


Mede onder invloed van de crises en oorlogen ebde deze golf van vernieuwing van het begin van de twintigste eeuw weg, om in de jaren 60 weer een andere vorm te krijgen.

Taleninstituten zoals Interlingua en Berlitz werken nog altijd met (een moderne vorm van) de Directe Methode.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat het een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren, is het voordeel van de Directe Methode. Er wordt veel aandacht besteed aan spreken en luisteren, waardoor de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in de vreemde taal krijgen. Keerzijden heeft deze leermethode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid is bij deze leermethode zeer weinig aandacht en voor lezen in de doeltaal ook relatief minder. Meer gevorderde studenten worden met de methode niet genoeg uitgedaagd. De Directe Methode is eveneens niet zeer bruikbaar voor minder snel lerende studenten, omdat deze methode is gestoeld op een dynamische inzet vanuit de student.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). An oral system of teaching living languages ging in herdruk in 2015.

Kenmerken van de Manesca-methode


De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om vreemde talen te leren, is de manier waarop een kind de moedertaal leert. Het leren van een taal moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet werken met abstracte regels en lijstjes met woorden die uit het hoofd geleerd dienen te worden.

De Manesca-methode geldt als de vroegst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep studenten en een taaldocent, die steeds één nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen daarna één voor één het woord en de bijbehorende beweging. De herhalingen helpen de lerenden deze woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en variaties op de zinnen. Spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.

De methode van Jean Manesca is reeds een aantal jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.

Populariteit


Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langer kan worden onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Dat dit wat saai kan worden om dezelfde woordjes en zinnetjes steeds te herhalen, kan door studenten als een keerzijde worden gezien.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno in het jaar 1963.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een methode om vreemde talen te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De methode van Caleb Gattegno gaat uit van de autonomie van de lerenden en hun actieve deelname.

Een combinatie van stilte en gebaren wordt gebruikt door de trainer om de aandacht te trekken van de lerende, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om fouten te corrigeren. Aan de uitspraak van de te leren taal wordt veel tijd besteed.

Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Caleb Gattegno kwam erachter dat het in verhouding weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan wanneer mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Hij betoogde dat de taaltrainers niet naar kennisoverdracht an sich dienen te streven, maar bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om dingen te leren.

Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way gebruik van maakt, zijn blokken met verschillende kleuren (zogenaamde cuisenaire-staven) die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De ‘de stille manier’ gebruikt ook Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van de doeltaal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die gebruikt worden voor het leren van de spelling.

Populariteit


Gattegno’s ideeën zijn wel van belang geweest, voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak van de doeltaal, alhoewel The Silent Way in zijn originele versie niet veel meer wordt toegepast.

Voor- en nadelen van de Silent Way


Dat zijn benadering voor de student niet-bedreigend is, die tenslotte als autonoom beschouwd wordt, is de sterke kant van de methodiek van Gattegno. In feite is de docent dienstbaar aan de lerenden, niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren van een vreemde taal op een natuurlijke wijze. Het geleerde wordt over het algemeen goed verwerkt en onthouden door taallerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De studenten ‘mogen’ foutjes maken. Dit draagt bij aan het leerproces.

Het feit dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de methode voorstaat, kan een nadeel zijn. Een lerende zou gefrustreerd kunnen worden door het gebrek aan inbreng van de docent. Werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er gauw af gaat, waardoor het effect kan verdwijnen.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.

Kenmerken van TPR Storytelling


De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om vreemde te leren. Het principe is een natuurlijke manier van taalverwerving: een vreemeen taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. Om dit te bereiken, worden studenten blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input. Door de taaldocent wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren woorden diverse keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. Deze verhalen zijn gemakkelijk te begrijpen, hierdoor voelen studenten zich ontspannen. Woorden en structuren worden zo vrijwel ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student. De studenten worden door de trainer op grammaticale fenomenen gewezen, zonder dat studenten regels uit hun hoofd hoeven te leren.

Na enige tijd zullen de lerenden ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuur van de nieuwe taal imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groep van lerenden een verhaal maken, is een variant. De trainer schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de vertaling erbij, om daarna samen met de lerenden hiervan een verhaal te maken. Tot slot wordt het verhaal door de lerenden naverteld. Een belangrijk deel van TPR Storytelling is lezen, omdat dit voor input zorgt. Daarna volgt schrijven.

Populariteit


Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de taaldocent moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


TPR Storytelling is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Het is plezierig voor de lerende en het is relatief gemakkelijk om de aandacht erbij te houden. Zelf verhalen verzinnen, werkt heel motiverend voor de student.

Dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaldocent vraagt, is een nadeel.

Commerciële methodes voor zelfstudie

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-leermethode is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met tweetalige teksten die in Egypte werd ontdekt, waarmee de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. De eerste versie van deze methode is in het jaar 1996 uitgebracht.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone cursus is een manier om met behulp van een computer vreemde talen te leren. Deze taalcursussen zijn in meer dan dertig verschillende talen beschikbaar en de taalcursussen zijn te volgen vanuit elk van deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier imiteert waarop een kind zijn of haar moedertaal leert. Dat houdt in ‘leren door onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hiervoor foto’s alsook stemmen van native speakers (moedertaalsprekers) om de betekenis van nieuwe woorden over te brengen. De methode maakt gebruik van spraakherkenningsprogramma. Dit programma registreert de uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. Op deze manier kan een lerende zijn of haar uitspraak met de uitspraak van een native speaker (moedertaalspreker) vergelijken. Uitspraakverbetering kan bereikt worden door de voorbeeldspreker langzamer te laten spreken en de studenten vervolgens veel na te laten zeggen.

Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheid van de student te oefenen. De software van de methode controleert de spelling en de grammatica en geeft eventuele fouten aan, waarbij mogelijkheid is om de fouten van de studenten te corrigeren.

Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.

Populariteit


Wereldwijd wordt Rosetta Stone veel gebruikt, ook door grote en bekende organisaties. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In ons land wordt Rosetta Stone door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen gebruikt, alsook door een aantal internationaal opererende bedrijven.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


Rosetta Stone is zeer makkelijk in gebruik en de methode kan op ieder moment door de lerende gebruikt worden. Welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken, wordt door de lerenden zelf bepaald. Veel studenten ervaren het als prettig om met de Rosetta Stone-methode te werken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode een oplossing bieden voor scholen. Een keerzijde is dat er geen docent beschikbaar is die lerenden kan motiveren of iets extra’s kan bieden.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Dr. Paul Pimsleur; een Amerikaans taalkundige. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 op de markt bracht.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen te leren.

Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialogen die de lerende naspreekt en vervolgens herhaalt. De zinnetjes zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en weer herhaling. De lessen van de cursus bieden een audio-opname van 30 minuten die nieuwe vocabulaire en structuur bevat. De grammaticale structuur van de doeltaal wordt niet uitgelegd maar door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes aangeboden.

Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is in de taalcursussen van Pimsleur verwerkt.

Populariteit


De cursussen van Pimsleur worden onder meer door Amerikanen gebruikt en de ervaringen lopen uiteen. In het algemeen zijn lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


Als uitspraakverbeteraar werkt de Pimsleur-methode zeer goed doordat de insprekers van de zinnen moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo praten.

Dat niets wordt uitgelegd, is de keerzijde van de methode van Pimsleur. Gebruikers leren geen bouwstenen van de taal om zelf een zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die uit het hoofd worden geleerd.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (Poolse naam: Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Bob Dylan, Mel Gibson en Pierce Brosnan in de klantenkring.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Het uitgangspunt van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.

De taalcursussen zijn audiolessen die zijn ingesproken door twee stemacteurs; een vrouwelijke en een mannelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarbij de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de stemacteurs gesteld wordt, is het de bedoeling dat de gebruikers op pauze klikken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De les wordt in kleine stappen opgebouwd en nieuwe lesstof wordt met reeds bekende lesstof afgewisseld. De uitleg wordt steeds in de Engelse taal gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden gewezen tussen de Engelse taal en de doeltaal, als die verbanden er zijn. De methode geeft ook grammaticale uitleg. Makkelijke lesstof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de makkelijke stof door de student begrepen en verworven is. Behalve woorden en zinnen in de doeltaal worden ook bouwstenen geleerd waarmee de gebruikers zelf zinnen kunnen bouwen. Ook maakt de leermethode gebruik van flashcards waarmee gebruikers zelf hun vocabulaire kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te kunnen meten.

Populariteit


Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van de doeltaal. De gebruikers die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de Michel Thomas-methode minder nuttig.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De taalcursus is erg toegankelijk en traint luistervaardigheid en uitspraak van de doeltaal op een efficiënte manier. Dat de taalcursussen niet in schrijfvaardigheid voorzien, kan als een keerzijde worden gezien. Er is ook geen daadwerkelijke interactie, omdat het een audiocursus betreft.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, opgericht door schrijver en polyglot Alphonse Chérel in 1929. Assimil maakt en publiceert cursussen voor vreemde talen en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ betekent ‘mengen met, opgaan in een andere groep’, wat voor taalcursussen wel een hooggegrepen uitgangspunt is. De taalcursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek en audio-CD’s en een USB-stick. De gebruikers besteden idealiter ongeveer twintig minuten per dag aan de taalcursus.

De lessen van Assimil bestaan uit dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De vertaling staat naast de dialoog, alsook de uitleg van de grammatica. Om de uitspraak van de vreemde taal te oefenen, maakt Assimil gebruik van zinnen die door native (moedertaal) speakers zijn ingesproken en die de lerenden dienen te herhalen. De opbouw van de les is van receptief naar productief: tijdens de eerste les wordt nog geen taalproductie van de cursist verwacht; dit komt pas na ongeveer vijftig lessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn populair. Ze zijn betaalbaar en er is een ruim aanbod aan talen.

Voor- en nadelen van Assimil


Het voordeel van de Assimil-methode is dat de cursist op zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste past. De keerzijde hierbij is, wat voor alle computertaalcursussen geldt, dat de cursist is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen docent om de student te begeleiden of te motiveren.


ALGEMENE LEERMETHODES

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was al in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten de elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Door de invloed van het leger werd de audiolinguale methode ook wel de ‘legermethode’ genoemd.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan als reactie op de grammatica-vertaalmethode beschouwd worden. Een nieuw verschijnsel was dat de les volledig in de doeltaal plaatsvond. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren en grammaticale structuur worden door middel van mondelinge structuuroefeningen geleerd. De bedoeling is om vrijwel foutloos te leren verstaan en spreken, wat begint bij iemand leren naspreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt gewerkt met drills om zinnen alsook structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De trainer kan zo bijvoorbeeld een zin 10 maal herhalen en dan een nieuw woord hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel in de zogenaamde talenpractica gewerkt, waarbij studenten een koptelefoon op hebben en zinnen beluisteren en deze zinnen nazeggen. Geschreven taal wordt pas aangeboden wanneer de mondelinge taal inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe woorden te introduceren.

Populariteit


De methode werd in Nederland pas geïntroduceerd omstreeks 1970 toen de Mammoetwet inging. Al snel waren er grote bezwaren tegen de inhoudsloze drills. De techniek wilde wel eens problemen geven, waardoor de talenpractica vrij snel in onbruik raakten. In plaats daarvan werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Schrijvers van leerboeken wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. De audiolinguale methode heeft wel sporen nagelaten Nu was alom aanvaard dat het bij een taal leren niet om het uit het hoofd leren van de grammatica gaat, maar om het gebruik. De luistervaardigheid, waar de meeste taaldocenten vóór 1970 geen of nauwelijks aandacht aan schonken, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor studenten die een taal beginnen te leren. Een goede uitspraak wordt vanaf het begin aangeleerd. De methode is docentgestuurd waardoor deze een efficiënte en vlotte overdracht van de kennis van de taal kan bieden. De methode kan ook worden toegepast bij grote(re) groepen.

Tegelijkertijd is deze docentgestuurde kant een nadeel; eigen inbreng wordt niet van de studenten verlangd, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid dreigt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig zijn om te zetten in levend taalgebruik.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


De GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal zodanig te leren dat deze worden opgeslagen in het langetermijngeheugen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die worden herhaald na verloop van tijd. Deze woorden of zinnen van de woordenlijst worden door de studenten hardop gelezen. Het is niet het idee om al deze woorden of zinnen uit het hoofd te leren, maar dit gebeurt automatisch door de blootstelling. Deze woordenlijst wordt telkens bijgewerkt; woorden die zijn aangeleerd, worden van de woordenlijst verwijderd, woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList Method claimen dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen in de vreemde taal spontaan in het langetermijngeheugen van de student worden opgeslagen, iets dat door geheugenwetenschappers bestreden wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden als deze kennis relevant en van betekenis is. Deze GoldList-methode kan dus alleen werken voor woorden die van betekenis en relevant zijn voor de lerende.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Bij mensen die het prettig vinden om bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun te gebruiken, zou deze methode goed kunnen werken. Met de hand schrijven werkt effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een fotootje maken, doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven meewerkt en aangesproken wordt. Een minpunt van deze methode is het gebrek aan context. Talen zijn uiteraard veel meer dan een verzameling losse woorden en/of zinnen. Daarnaast is de methode bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven lijsten gemaakt dienen te worden.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving gericht. De leermethode probeert de taal aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Zo leert de student onbewust ook de taalregels van de vreemde taal. Alleen de doeltaal met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Het streven is een leeromgeving zonder stress voor de studenten. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en niet zo zeer op expliciete grammatica en het corrigeren van vormfouten.

Als de lerende in de vreemde taal wordt ondergedompeld, werkt de methode het meest effectief. Om ervoor te zorgen dat de lerenden van de ervaring kunnen genieten, dienen de leeractiviteiten in de vreemde taal stimulerend te zijn.

De Natural Method leermethode heeft veel overeenkomsten met de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen deze twee methoden is dat bij de Directe Methode meer nadruk wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Dat onderdompeling zeer effectief is, is veelvuldig aangetoond. De Natural Approach is een populaire methode van lesgeven bij taaltrainers, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor studenten. Maar er kleven eveneens nadelen aan de natuurlijke aanpak. De leermethode is voornamelijk gericht op het impliciet leren van de grammatica. De studenten zouden inderdaad leren in de vreemde taal te communiceren, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal blijven hangen.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Op een natuurlijke manier leren, wordt als een prettige manier ervaren om een taal te leren. Studenten krijgen de mogelijkheid voor het opbouwen van een persoonlijke band met de taal. Omdat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.

Doordat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaten geboekt worden. De methode bereidt lerenden eveneens niet per se voor op een bepaald examen.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse benaming: Structural Approach; ‘SA’) is door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld in de jaren 50.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


Deze Structurele Aanpak is een methode van taalverwerving met als doel studenten vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de taal. Volgens de methodiek van Structurele Aanpak levert de beheersing van deze structuren meer op dan de verwerving van woordenschat van de vreemde taal. Het herkennen en kunnen toepassen van specifieke combinaties van woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde is waar het bij de Structurele Methode om gaat. Deze combinaties worden aan de lerende gepresenteerd in herkenbare situaties door middel van dramatiseringen, visualisaties, gezichtsuitdrukkingen en handelingen. Bij de methode worden de structuren die het meest gebruikt worden, als eerste geleerd. De mondelinge vaardigheid (luisteren en spreken) wordt hierbij in de eerste instantie gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een belangrijke plaats. Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) zijn andere namen voor de Structurele Aanpak.

Populariteit


In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op vrij grote schaal ingezet om Engels te leren in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Het voordeel van een structurele aanpak is dat lerenden de taal op een nauwkeurige manier leren. De studenten krijgen inzicht in de grammatica van de taal en ze leren in welke situaties woorden en combinaties van woorden wel of niet passend zijn. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de methode van de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De manier van werken is tamelijk tijdverslindend en biedt niet direct succeservaringen. De inbreng van de lerende zelf is beperkt; de methode is weinig creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Communicatief taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, is in de jaren 60 van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van vreemde talen legde. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van een vreemde taal.

De studenten leren middels de CLT-technieken de vreemde taal in praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de docent. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in de te leren taal of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werksituatie. Zowel tijdens als buiten de les wordt de doeltaal gebruikt.

Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaltrainers dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid in verschillende realistische situaties te oefenen. De grammatica leren studenten inductief, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.

Bij communicatief taalonderwijs is de docent echt een trainer, die de student helpt in de doeltaal te communiceren.

Populariteit


In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair. Dit kwam mede omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa ontstond meer behoefte om vreemde talen te leren middels een methode die direct toepasbaar was.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


De CLT (communicatief taalonderwijs) heeft veel pluspunten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de te leren taal; de methode is studentgericht en functioneel. Doordat authentieke materialen worden gebruikt, leren de studenten de woorden die voor hen nodig zijn. Het is een efficiënte methode. Deze methode is voor de lerende stimulerend doordat hij of zij gauw succes ervaart. Fouten mogen worden gemaakt; de vaardigheden van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van deze communicatieve benadering is dat er minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de taaltrainer en van lerenden vereist het een actieve deelname. Deze manier van een vreemde taal leren, is voor sommige lerenden ongebruikelijk of moeilijk, afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint de taalvaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en niet zo zeer om de vorm en de methode biedt dan ook geen samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Men leerde om gebruiksklare zinnetjes, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door Johann Valentin Meidinger; docent Frans en Italiaans uit Duitsland. Rond 1783 ontwikkelde Meidinger een methode waarbij de grammatica in het middelpunt stond. Meidinger wordt als grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM) gezien.

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie was. Het onderwijs in het Latijn was uiteraard gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en was volledig gericht op de grammatica en het vertalen. Dat werd destijds gezien als een wetenschappelijke en degelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat van de analyse van de taalvormen en de taalstructuren uit waarbij de lerende zelf inzicht ontwikkelt. Bij deze methode zijn de lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal. De taaltrainer draagt de kennis over, de studenten memoriseren.

Populariteit


Al sinds halverwege de negentiende eeuw was ook tegengeluid te horen. Desondanks is de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum van grote invloed geweest op het talenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, vormt deze grammatica-/vertaalmethode vormt een aardige mentale training. De methode biedt eveneens inzichten in de structuur, door de nadruk die op de grammatica wordt gelegd.

Aan de methode kleven echter meer keerzijden dan positieve kanten. Het grootste nadeel is dat de luister- en spreekvaardigheid behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren nauwelijks mondeling toegepast kan worden. Deze methode staat ver van het dagelijks gebruik van de vreemde taal af, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in een groep biedt de leermethode geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces voor de lerenden. De student is alleen toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


Sinds de jaren 70 wordt de leermethode ‘onderdompeling’ (In het Engels: language immersion) wereldwijd gebruikt, voornamelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de leermethode die wordt gebruikt bij bijvoorbeeld onze bekende collega’s van Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles aan welgestelde dames uit Vught gaven.

Kenmerken van onderdompeling


De methode van onderdompeling houdt in dat degene die de taal leert, vanaf het eerste moment omgeven wordt door de nieuwe taal. Alle instructies worden in de doeltaal gegeven; in het begin langzaam en met veel herhalingen en later op een meer natuurlijke manier. De lerenden worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in de nieuwe taal te spreken. De methode werkt met rollenspellen en simulaties. De omgeving op scholen die werken met onderdompeling, wordt veelal ingericht in de stijl van de doeltaal om een situatie te creëren alsof de lerenden in het land zijn waar de te leren taal wordt gesproken. Lerenden oefenen één-op-één of in kleine groepen met spreken. Daadwerkelijk naar het land van de vreemde taal gaan en daar verblijven in een gastgezin, is een andere manier om onderdompeling te bereiken.

Populariteit


Onderdompeling wordt als een uitstekende leermethode voor vreemde talen gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan op deze wijze uitstekend worden ontwikkeld.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaat wordt geboekt, omdat de methode behoorlijk intensief is. Omdat de student wordt erdoor omgeven, is het een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet wel gaan communiceren in de te leren taal. De lerende is in principe 24 uur per dag aan het leren. Door in groepsverband samen te oefenen, wordt de sociale interactie versterkt. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.

Dat de bereikte resultaten niet altijd wordt vastgehouden, is een keerzijde. Als studenten in een korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land van de doeltaal te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaan, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Een ander nadeel van de leermethode kan zijn dat een dergelijke taaltraining nogal intensief is. Niet alle lerenden hebben de conditie om deze leermethode vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om een vreemde taal te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om te kunnen leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de trainer en de student van essentiële betekenis. Hiervoor is de voorwaarde dat de studenten zich veilig voelen en ontspannen zijn. Een leslokaal met een rijopstelling was uit den boze om dit te kunnen bewerkstelligen. De studenten zaten in de lessen in comfortabele stoelen die geplaatst werden in een halve cirkel en er werd ook altijd achtergrondmuziek in de klas gedraaid. De methode zoals Georgi Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gedraaid of natuurgeluiden te horen waren. Er waren opmerkingen over de grammatica van de doeltaal en woordenlijsten bij de teksten. Dit voorlezen gebeurde met veel expressie in stem en gebaren. De studenten werden zo overgehaald om te luisteren en de nieuwe woorden konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. Tijdens de lessen was veel aandacht voor cultuur en kennis over het land van de te leren taal. Er werd met rollenspellen gewerkt en er werden bijvoorbeeld streekgerechten bereid en geproefd.

Populariteit


De leermethodiek van Lozanov was omstreden en is niet heel bekend meer. Sommige elementen van Suggestopedia worden nog steeds toegepast, zoals het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


De methode van Suggestopedia zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer, waardoor lerenden geen last hebben van frustratie of faalangst. Deze sfeer kan voor een immigrant bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een ander pluspunt van Suggestopedie dat de student wordt gestimuleerd om zich in te leven in de situatie en actief mee te doen, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor sommige lerenden een keerzijde, want niet iedereen is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en zelfs verstorend werken in tegenstelling tot stimulerend of ontspannend. Een andere zwakke kant is dat de verhouding taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle input komt van de taaldocent waarbij de lerende altijd de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) genoemd.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van een vreemde taal zij willen leren. Deze methode is gebaseerd op de counseling-benadering waarbij de docent als counselor optreedt die de zinnen van de lerende kenschetst. De lerenden starten een gesprek. Zijn zij de doeltaal nog niet genoeg machtig, dan spreken zij in de moedertaal. De taaldocent vertaalt en legt uit, waarna de studenten de uitingen van de docent zo goed mogelijk herhalen. Dit gesprek wordt opgenomen om daarna opnieuw te beluisteren.

De CLL stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de lerenden onderling als middel om te leren. Er is geen leerboek dat wordt gevolgd; het zijn de lerenden zelf die de inhoud van de les bepalen met behulp van betekenisvolle gesprekken.

Populariteit


Of CLL succesvol is, is grotendeels afhankelijk van de expertise van de docent-counselor. Bij deze methode dient de docent naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig onderlegd te zijn. De trainer dient zowel de vreemde taal als de moedertaal van de student erg goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Deze methode kan prima werken wanneer deze correct gebruikt wordt. Voor grote klassen is CLL niet geschikt.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


Deze methode biedt studenten veel autonomie. Het analyseren van eigen gesprekken vinden de lerenden vaak zinvol. Niet alleen tijdens de les, maar eveneens daarbuiten wordt de groep vaak heel hecht. Met Community Language Learning worden lerenden zich zo een stuk bewuster van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren te werken als team. Van het bespreken van hun foutjes en het evalueren van de taallessen leren studenten veel. Vaak blijven dergelijke verbeteringen in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van de lerende.

Het kan een nadeel zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Er wordt geen leerboek gebruikt en er worden eveneens geen toetsen afgenomen. Het succes van de taallessen is daardoor moeilijk te meten. Sommige studenten worden belemmerd in hun spreken wanneer zij opgenomen worden.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


De lexicografische benadering gaat uit van de visie dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal bestaat uit het begrijpen en produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. De lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van de te leren taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de vreemde taal ‘in het echt’ wordt gebruikt. De woordenschat is bij deze benadering belangrijker dan de grammatica. De instructies zijn op situaties en uitdrukkingen gericht die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Voor het zelf ontdekken van de taal door de student is veel ruimte.

De rol van de taaldocent is te zorgen voor genoeg input en het faciliteren van het leertraject van de student.

Populariteit


Door de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen dertig jaar lesboeken aanmerkelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt aan woordenschat van de te leren taal besteed die aangeboden wordt in chunks, in betekenisvolle brokjes. De drastische omwenteling in de wijze waarop vreemde talen worden onderwezen, waar Lewis streefde, is echter uitgebleven.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Door met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal te werken, leren de studenten om de taal op een natuurlijke manier te gebruiken. Dit zorgt voor souplesse in het het gebruik van de taal.

Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties, is de keerzijde. Een aantal studenten heeft meer aan een taaltrainer die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator omdat deze studenten meer moeite hebben met het zelf leren herkennen van de taalpatronen.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is in 1880 door de Fransman François Gouin ontwikkeld.

Kenmerken van de Series Method


De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin is gebaseerd op een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van grammatica. Studenten leren zinnen op basis van een actie, bijvoorbeeld het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, beroep en wetenschap, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. De lerenden gaan heel snel in de nieuwe taal denken doordat een soort eentalige leermethode is, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.

Populariteit


De seriemethode van François Gouin was zijn tijd ver vooruit. Alhoewel de methode een ongewone aanpak had, was de seriemethode van François Gouin enige tijd een succes. De leermethode van Gouin werd echter door de Directe Methode van Berlitz overschaduwd.

Voor- en nadelen van de Series Method


De mondelinge vaardigheden van de lerende worden sterk ontwikkeld door de Seriemethode van François Gouin worden en het creëert een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer.

François Gouin’s taalmethodiek biedt levendig taalonderwijs. Dit soort taalonderwijs wekt het enthousiasme bij de studenten op door gebruik te maken van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, en dergelijke. Leren wordt tastbaar; dit was geheel nieuw. Studenten worden nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. Door de methode worden de communicatieve vaardigheden van de lerenden sterk gestimuleerd.

De keerzijde van de leermethode van Gouin is dat taal die iets abstracter of subjectiever is, moeilijk in één concrete ervaring is te vangen met beweging en expressie. Een bijkomend minpunt is de bewerkelijkheid voor de trainer, die immers een scala aan reeksen voor moet bereiden. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren tachtig van de vorige eeuw. De grondleggers van deze leermethode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Het taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze achter deze methode is dat de verwerving van de doeltaal geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De studenten krijgen motiverende taken voorgeschoteld. Hiervoor is taalkennis vereist. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, dienen zij over woordenschat en regels van de doeltaal te beschikken. Deze taken zijn alledaagse taken, zoals een e-mail schrijven, een boodschap doen, met de klantenservice bellen, een krant lezen of iets te drinken bestellen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Om de taken uit te voeren, dienen lerenden samen te werken. Om leereffect te hebben, moeten de opdrachten net boven het niveau van de lerende liggen.

Populariteit


Vanaf de vroege jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Taakgericht taalonderwijs de meest praktisch bruikbare vorm te zijn voor het verhogen van de taalvaardigheid bij de lerenden (vooral de lerenden in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Het taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheden te gaan gebruiken. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, zolang de taak goed bij de lerende aansluit. Lerenden komen op een natuurlijke, alledaagse manier in contact met de te leren taal en leren zo authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren daarnaast om samen te werken met andere studenten. De lerenden ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.

Als minpunt kan gezien worden dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm, waardoor studenten die niet zeer precies leren.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van Engels taalonderwijs ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in 2000.

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


De inspiratie voor Dogme Language Teaching was ‘Dogme 95’; de stroming van een groep van Deense filmmakers onder wie Deense filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. Bij het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan 10 strenge regels (10 dogma’s). Deze behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van de Dogme benadering zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet door voorgedrukt materiaal is belast. Het beginnen van inhoudelijke conversaties over praktische zaken is het oogmerk van de Dogme-methode. Bij deze methode gaat het om communicatie als inspirator van een taal leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve werkwijze van het taalonderwijs, die een vreemde taal wil onderwijzen zonder het gebruik van leerboeken of overige lesmaterialen en zich in plaats daarvan focust op het communiceren tussen de lerenden en de taaltrainer. Het Dogme-taalonderwijs kent tien uitgangspunten (dogma’s), net als de Dogme-beweging van de filmmakers.

Populariteit


Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Thornbury dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een pluspunt voor de taaldocent is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Het kan erg motiverend werken dat de student voor zijn of haar eigen leerproces verantwoordelijk is. Voorspelbaar zijn de lessen zo niet. Dat zorgt voor spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Vrijwel elk item is bespreekbaar tijdens een Dogme-les. Zo blijven de lerenden betrokken en alert.

Daartegenover staat dat studenten zich wat ongemakkelijk kunnen voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de trainer. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle docenten flexibel genoeg. Nog een nadeel kan zijn dat de studenten zich vaak op een bepaald examen moeten voorbereiden, terwijl het niet zeker is dat de lesstof daarvoor aan bod komt tijdens de les.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson in 2007.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


Deze GPA-benadering is een alternatieve visie op het verwerven van een nieuwe taal. De primaire aanname van de methode is dat taal en cultuur onlosmakelijk zijn. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van de taal; het doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur. Daarom hanteert GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA heeft overeenkomsten met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende en een verzorger uit de gastcultuur voeren de activiteiten uit. Begrijpen gaat boven produceren. De nadruk ligt op woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de methode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.

Fase 2 van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze duurt om en nabij 150 uur en de deelnemer begint nu ook taal te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de ontvangende cultuur. In fase 5 van de methode beginnen de deelnemers zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers door middel van films, televisie, nieuws en literatuur. Ook de taal die is vereist voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Hier gaat het om de groei naast de formele taalsessies.

Populariteit


Er is nog weinig bekend over het succes omdat de methode van Thomson nog vrij nieuw is. Deelnemende studenten zijn enthousiast over de leermethode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met de GPA-methode wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van taalverwerving. De zes afzonderlijke fasen van de leermethode bieden realistische doelstellingen en een duidelijk tijdspad. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van de taal, maar eveneens van de omgeving en de lerende verwerft daarnaast een nieuw sociaal netwerk.

Dat voor iedere deelnemer of tenminste iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk wat tijd te investeren, is een keerzijde van deze methode.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige in de vroege jaren 2000.

Kenmerken van de Shadowing Technique


De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. De techniek van Shadowing werkt eenvoudig: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Het is niet belangrijk om de tekst in de vreemde taal ook te begrijpen; in eerste instantie gaat het om de klank. Luisteren en herhalen wordt net zo veel geoefend tot het heel gemakkelijk gaat en de lerenden simultaan met de audio-opname kunnen spreken. De student gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat hij of zij heeft uitgesproken. Veel lesboeken zijn voor deze techniek geschikt, zolang de boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende tekst. De audio-opnames dienen ideaal bezien wat boven het niveau van de lerenden te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Doordat lichamelijke beweging de opname van de vreemde taal in het zenuwstelsel versterkt, doet Alexander Argüelles de aanbeveling aan studenten om tijdens het spreken te lopen, het liefst buiten, en niet te zitten. Dat de studenten minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, is een bijkomende reden zodat het werken aan de taal veel effectiever wordt.

De shadowing-techniek heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialoog of samenhangende tekst. Bij de Shadowing-methode is ook simultaan spreken anders.

Populariteit


Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Het algemene begrip van de vreemde taal wordt ook vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek in een groep studenten kan worden gebruikt, waarbij elke deelnemer individueel actief leert. De methode heeft een hoog rendement.

De Shadowing-techniek heeft als keerzijde is dat lerende het soms ietwat saai kan kunnen vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een methode om een vreemde taal te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren met behulp van beweging en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven voortdurend taken aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze taken uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste instantie de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid vormt dus de basis, de spreekvaardigheid volgt pas daarna.

De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van een vreemde taal. De trainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de studenten doen deze opdrachten na. Aanvankelijk wordt van de studenten nog niet verwacht dat ze spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Taken die bekend zijn worden uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.

TPR® appelleert aan de beide hersenhelften door de combinatie van beweging en spraak. Het kost daardoor minder moeite om iets te leren en het geleerde beklijft ook beter.

Populariteit


Voornamelijk wordt TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar ook middelbare scholieren en volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De methode levert vlotte succeservaringen op. Dit bevordert het plezier in het leren van de nieuwe taal. Dit zorgt voor stressvrij leren. De methode van TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en deze methodiek kan ook in wat grotere klassen ingezet worden. De taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.

Dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is, is het nadeel van TPR®. Daarom werkt de leermethode tot op een zeker taalniveau en is een andere leermethode nodig als aanvulling. De methodiek is bovendien niet erg creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën uit te drukken.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Een Reformbeweging met nieuwe visies over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief zou moeten zijn, ontstond omstreeks 1900. Overigens betrof deze Reformbeweging niet alleen het leren van een taal, maar ook voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. De mensen streefden, net zoals in de jaren 60 van de vorige eeuw, omstreeks het jaar 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en bevrijding van keurslijven. Er ontstond binnen het taalonderwijs veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal. Hierbij werd de grammatica meer inductief aangeboden, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten de studenten hieruit afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met meer aandacht waren er voor de uitspraak van de vreemde taal. Het werd aangemoedigd om de studenten vaak te laten praten. Dat de lessen in de doeltaal gegeven werden, was ook een nieuw verschijnsel. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. Door middel van plaatjes en voorbeelden werd de vocabulaire van de vreemde taal aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door de studenten zelf voor het associëren van ideeën.

Populariteit


Mede onder invloed van de crises en oorlogen ebde deze golf van vernieuwing van het begin van de twintigste eeuw weg, om in de jaren 60 weer een andere vorm te krijgen.

Taleninstituten zoals Interlingua en Berlitz werken nog altijd met (een moderne vorm van) de Directe Methode.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat het een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren, is het voordeel van de Directe Methode. Er wordt veel aandacht besteed aan spreken en luisteren, waardoor de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in de vreemde taal krijgen. Keerzijden heeft deze leermethode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid is bij deze leermethode zeer weinig aandacht en voor lezen in de doeltaal ook relatief minder. Meer gevorderde studenten worden met de methode niet genoeg uitgedaagd. De Directe Methode is eveneens niet zeer bruikbaar voor minder snel lerende studenten, omdat deze methode is gestoeld op een dynamische inzet vanuit de student.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). An oral system of teaching living languages ging in herdruk in 2015.

Kenmerken van de Manesca-methode


De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om vreemde talen te leren, is de manier waarop een kind de moedertaal leert. Het leren van een taal moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet werken met abstracte regels en lijstjes met woorden die uit het hoofd geleerd dienen te worden.

De Manesca-methode geldt als de vroegst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep studenten en een taaldocent, die steeds één nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen daarna één voor één het woord en de bijbehorende beweging. De herhalingen helpen de lerenden deze woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en variaties op de zinnen. Spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.

De methode van Jean Manesca is reeds een aantal jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.

Populariteit


Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langer kan worden onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Dat dit wat saai kan worden om dezelfde woordjes en zinnetjes steeds te herhalen, kan door studenten als een keerzijde worden gezien.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno in het jaar 1963.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een methode om vreemde talen te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De methode van Caleb Gattegno gaat uit van de autonomie van de lerenden en hun actieve deelname.

Een combinatie van stilte en gebaren wordt gebruikt door de trainer om de aandacht te trekken van de lerende, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om fouten te corrigeren. Aan de uitspraak van de te leren taal wordt veel tijd besteed.

Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Caleb Gattegno kwam erachter dat het in verhouding weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan wanneer mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Hij betoogde dat de taaltrainers niet naar kennisoverdracht an sich dienen te streven, maar bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om dingen te leren.

Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way gebruik van maakt, zijn blokken met verschillende kleuren (zogenaamde cuisenaire-staven) die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De ‘de stille manier’ gebruikt ook Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van de doeltaal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die gebruikt worden voor het leren van de spelling.

Populariteit


Gattegno’s ideeën zijn wel van belang geweest, voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak van de doeltaal, alhoewel The Silent Way in zijn originele versie niet veel meer wordt toegepast.

Voor- en nadelen van de Silent Way


Dat zijn benadering voor de student niet-bedreigend is, die tenslotte als autonoom beschouwd wordt, is de sterke kant van de methodiek van Gattegno. In feite is de docent dienstbaar aan de lerenden, niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren van een vreemde taal op een natuurlijke wijze. Het geleerde wordt over het algemeen goed verwerkt en onthouden door taallerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De studenten ‘mogen’ foutjes maken. Dit draagt bij aan het leerproces.

Het feit dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de methode voorstaat, kan een nadeel zijn. Een lerende zou gefrustreerd kunnen worden door het gebrek aan inbreng van de docent. Werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er gauw af gaat, waardoor het effect kan verdwijnen.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.

Kenmerken van TPR Storytelling


De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om vreemde te leren. Het principe is een natuurlijke manier van taalverwerving: een vreemeen taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. Om dit te bereiken, worden studenten blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input. Door de taaldocent wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren woorden diverse keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. Deze verhalen zijn gemakkelijk te begrijpen, hierdoor voelen studenten zich ontspannen. Woorden en structuren worden zo vrijwel ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student. De studenten worden door de trainer op grammaticale fenomenen gewezen, zonder dat studenten regels uit hun hoofd hoeven te leren.

Na enige tijd zullen de lerenden ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuur van de nieuwe taal imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groep van lerenden een verhaal maken, is een variant. De trainer schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de vertaling erbij, om daarna samen met de lerenden hiervan een verhaal te maken. Tot slot wordt het verhaal door de lerenden naverteld. Een belangrijk deel van TPR Storytelling is lezen, omdat dit voor input zorgt. Daarna volgt schrijven.

Populariteit


Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de taaldocent moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


TPR Storytelling is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Het is plezierig voor de lerende en het is relatief gemakkelijk om de aandacht erbij te houden. Zelf verhalen verzinnen, werkt heel motiverend voor de student.

Dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaldocent vraagt, is een nadeel.

COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-leermethode is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met tweetalige teksten die in Egypte werd ontdekt, waarmee de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. De eerste versie van deze methode is in het jaar 1996 uitgebracht.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone cursus is een manier om met behulp van een computer vreemde talen te leren. Deze taalcursussen zijn in meer dan dertig verschillende talen beschikbaar en de taalcursussen zijn te volgen vanuit elk van deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier imiteert waarop een kind zijn of haar moedertaal leert. Dat houdt in ‘leren door onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hiervoor foto’s alsook stemmen van native speakers (moedertaalsprekers) om de betekenis van nieuwe woorden over te brengen. De methode maakt gebruik van spraakherkenningsprogramma. Dit programma registreert de uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. Op deze manier kan een lerende zijn of haar uitspraak met de uitspraak van een native speaker (moedertaalspreker) vergelijken. Uitspraakverbetering kan bereikt worden door de voorbeeldspreker langzamer te laten spreken en de studenten vervolgens veel na te laten zeggen.

Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheid van de student te oefenen. De software van de methode controleert de spelling en de grammatica en geeft eventuele fouten aan, waarbij mogelijkheid is om de fouten van de studenten te corrigeren.

Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.

Populariteit


Wereldwijd wordt Rosetta Stone veel gebruikt, ook door grote en bekende organisaties. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In ons land wordt Rosetta Stone door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen gebruikt, alsook door een aantal internationaal opererende bedrijven.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


Rosetta Stone is zeer makkelijk in gebruik en de methode kan op ieder moment door de lerende gebruikt worden. Welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken, wordt door de lerenden zelf bepaald. Veel studenten ervaren het als prettig om met de Rosetta Stone-methode te werken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode een oplossing bieden voor scholen. Een keerzijde is dat er geen docent beschikbaar is die lerenden kan motiveren of iets extra’s kan bieden.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Dr. Paul Pimsleur; een Amerikaans taalkundige. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 op de markt bracht.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen te leren.

Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialogen die de lerende naspreekt en vervolgens herhaalt. De zinnetjes zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en weer herhaling. De lessen van de cursus bieden een audio-opname van 30 minuten die nieuwe vocabulaire en structuur bevat. De grammaticale structuur van de doeltaal wordt niet uitgelegd maar door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes aangeboden.

Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is in de taalcursussen van Pimsleur verwerkt.

Populariteit


De cursussen van Pimsleur worden onder meer door Amerikanen gebruikt en de ervaringen lopen uiteen. In het algemeen zijn lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


Als uitspraakverbeteraar werkt de Pimsleur-methode zeer goed doordat de insprekers van de zinnen moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo praten.

Dat niets wordt uitgelegd, is de keerzijde van de methode van Pimsleur. Gebruikers leren geen bouwstenen van de taal om zelf een zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die uit het hoofd worden geleerd.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (Poolse naam: Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Bob Dylan, Mel Gibson en Pierce Brosnan in de klantenkring.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Het uitgangspunt van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.

De taalcursussen zijn audiolessen die zijn ingesproken door twee stemacteurs; een vrouwelijke en een mannelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarbij de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de stemacteurs gesteld wordt, is het de bedoeling dat de gebruikers op pauze klikken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De les wordt in kleine stappen opgebouwd en nieuwe lesstof wordt met reeds bekende lesstof afgewisseld. De uitleg wordt steeds in de Engelse taal gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden gewezen tussen de Engelse taal en de doeltaal, als die verbanden er zijn. De methode geeft ook grammaticale uitleg. Makkelijke lesstof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de makkelijke stof door de student begrepen en verworven is. Behalve woorden en zinnen in de doeltaal worden ook bouwstenen geleerd waarmee de gebruikers zelf zinnen kunnen bouwen. Ook maakt de leermethode gebruik van flashcards waarmee gebruikers zelf hun vocabulaire kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te kunnen meten.

Populariteit


Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van de doeltaal. De gebruikers die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de Michel Thomas-methode minder nuttig.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De taalcursus is erg toegankelijk en traint luistervaardigheid en uitspraak van de doeltaal op een efficiënte manier. Dat de taalcursussen niet in schrijfvaardigheid voorzien, kan als een keerzijde worden gezien. Er is ook geen daadwerkelijke interactie, omdat het een audiocursus betreft.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, opgericht door schrijver en polyglot Alphonse Chérel in 1929. Assimil maakt en publiceert cursussen voor vreemde talen en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ betekent ‘mengen met, opgaan in een andere groep’, wat voor taalcursussen wel een hooggegrepen uitgangspunt is. De taalcursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek en audio-CD’s en een USB-stick. De gebruikers besteden idealiter ongeveer twintig minuten per dag aan de taalcursus.

De lessen van Assimil bestaan uit dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De vertaling staat naast de dialoog, alsook de uitleg van de grammatica. Om de uitspraak van de vreemde taal te oefenen, maakt Assimil gebruik van zinnen die door native (moedertaal) speakers zijn ingesproken en die de lerenden dienen te herhalen. De opbouw van de les is van receptief naar productief: tijdens de eerste les wordt nog geen taalproductie van de cursist verwacht; dit komt pas na ongeveer vijftig lessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn populair. Ze zijn betaalbaar en er is een ruim aanbod aan talen.

Voor- en nadelen van Assimil


Het voordeel van de Assimil-methode is dat de cursist op zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste past. De keerzijde hierbij is, wat voor alle computertaalcursussen geldt, dat de cursist is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen docent om de student te begeleiden of te motiveren.

Diverse digitale hulpmiddelen

Er bestaat ook een groot aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen: uTalk, Eurotolk Ultimate en online leermethoden zoals Duolingo, Quizlet, Mondly en Babbel.

Er is echter een betere methode om een taal te leren om een vreemde taal te leren:
De Methode van Dagnall Talen.


Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall Taleninstituut wordt behaald door bepaalde elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar vooral doordat de focus van Dagnall altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of wellicht kinesthetisch ingesteld? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil hij of zij eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt hij of zij lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?

Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
Wij geven onze taalcursussen bij voorkeur face-to-face. Dagnall werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de app worden geladen met jargon van specifieke bedrijven of organisaties.
[ Lees meer ]


Betaalbaar maatwerk sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Online (e-learning), blended learning en Dagnall app

Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’


‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzameltermen voor (taal)training die online kan worden gevolgd, op afstand dus. Er wordt ook wel gesproken van een virtual classroom, vertaald een ‘digitaal leslokaal’.
Bij de zogenaamde trainingsvorm van blended learning wordt face-to-face-les (klassikaal) gecombineerd met online leren in een online leeromgeving.
Simpel uitgelegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Taleninstituut biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Sliedrecht.

Online een vreemde taal leren (e-learning)


Enkele voorbeelden van digitale platformen voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.

Blended cursussen in Sliedrecht


Blended learning heeft als voordeel vergeleken met online leren dat, indien het niet om 1-op-1 les gaat, de deelnemers met blended learning afwisselend wel zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren; dit wil zeggen persoonlijke interactie; motivatie van en gesprekken met andere deelnemers.

100% maatwerk – ook online!
Uiteraard biedt Dagnall Taleninstituut eveneens blended learning in Sliedrecht op maat.

Online leerplatform


Online leerplatform Dagnall Taleninstituut biedt een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online is een integraal onderdeel van digitale leertrajecten en het biedt interactieve en gevarieerde content. Het platform van Dagnall biedt interactieve mogelijkheden en zorgt voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.

De Dagnall App


Naast het online leerplatform bieden wijinstituut eveneens een eigen App voor zowel Android- als Apple-apparaten. Het gunstige aspect van de Dagnall App is dat lerenden altijd en overal, dus 24/7, toegang op ieder (mobiel) apparaat hebben. Zowel op het werk maar eveneens thuis of onderweg, bijvoorbeeld eveneens in het buitenland. Deelnemers kunnen dus een taal leren wanneer en waar ze maar willen. De inhoud van de oefeningen in de Dagnall App worden op de behoefte van uw organisatie afgestemd zoals het taalniveau, de leerdoelen en de branche. Zo kunnen wij bijvoorbeeld jargon, woordenlijsten, technische termen, specifieke productnamen en juridische termen integreren in de App. De App kan dus heel praktijkgericht worden gebruikt en de Dagnall App blijft ook beschikbaar nadat de taaltraining in Sliedrecht is afgerond.
Ook bij digitale leerpaden zorgt Dagnall Taleninstituut voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Computerscherm met logo Dagnall.online - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Overlappende iconen App Store Apple App in Apple zwart en Google Play Android App in Google groen - op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels/
Ontdek onze online mogelijkheden

Online learning & blended learning in Sliedrecht

Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining


E-mailcorrespondentie, telefoongesprekken, onderhandelingen of vergaderingen met zakenpartners en klanten zijn veelal een uitdaging op het gebied van taalvaardigheid.
Medewerkers die meerdere talen beheersen, zijn derhalve cruciaal in veel organisaties en bedrijven.

Online en blended taaltrainingen op maat


Dagnall Taleninstituut leert u communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Wanneer u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan uw gesprekspartners te begrijpen en zorg ervoor dat u zelf ook wordt begrepen. Wilt u uw taalvaardigheden verbeteren voor een huidige of toekomstige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en eveneens te boeken als onlinecursussen & blended taalcursussen. Onlinecursussen en blended taalcursussen zijn net zo effectief en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en daarnaast comfortabel.


Online taalcursussen en ook blended taalcursussen kunnen overal worden gevolgd; thuis, op kantoor, op zakenreis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor technische en zakelijke taaltrainingen online

Zakelijke en technische taalcursussen online geeft Dagnall Talen via onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Microsoft Teams of een ander onlineplatform naar voorkeur. Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt interactie en variatie.

Virtuele Classroom voor een individuele taaltraining of groepstraining


Het volgende is voldoende voor een cursus in een virtuele classroom:
- Een laptop, tablet of pc met een microfoon en een camera
- Een internetverbinding
- Een rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]
Overlappende donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven en groene cirkel met computerscherm met Dagnall.online logo op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm screenshot inlogpagina Dagnall.online Springest-based platform voor online taallessen - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Computerscherm met logo Google Hangouts en computerscherm met logo Microsoft Teams - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels

Cursuspakket en certificaat

Voorafgaand aan uw cursus bij ons taleninstituut in Sliedrecht ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal bevat.
Na afloop van uw cursus bij ons taleninstituut in Sliedrecht ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde taalcursus in Sliedrecht
Dagnall Talen cursuskoffer - Dagnall schrijfblok - Dagnall pen - lesboeken op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels
Ingevuld Dagnall Talen certificaat - Dagnall pen - Apple Magic Keyboard - Apple Magic Trackpad op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels

Het Europees Referentiekader (ERK)

Bij het beschrijven van het begin- en eindniveau van de cursist, baseren wij ons op de taalniveaus van het Europees Referentiekader (ERK). Het niveau van het Europees Referentiekader is een internationaal erkend taalniveau.
Wij overhandigen aan het einde van de taalcursus bij ons taleninstituut in Sliedrecht het ‘Certificaat van Dagnall Talen’.
 

Logo EU Europese Unie in blauw vierkant met afgeronde hoeken in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo ERK Europees Referentiekader Talen in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een hulpmiddel dat de verschillende niveaus van taalvaardigheid op een uniforme manier omschrijft.
Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 samengesteld door de Raad van Europa.
Het Europees Referentiekader (ERK) definieert vijf vaardigheden met betrekking tot taal, te weten: lezen, luisteren, spreken, schrijven en gesprekken voeren.
De Engelstalige naam wordt eveneens vaak toegepast: CEFR; Common European Framework of References. Het Europees Referentiekader hanteert ook 6 niveaus met betrekking tot taalbeheersing; van beginners tot vrijwel moedertaalsprekers.
De zes verschillende niveaus van taalvaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Taalniveau A is van toepassing op beginners.
Mensen die taalniveau B beheersen, beschikken over alle basisvaardigheid in de Franse taal.
Niveau C is van toepassing op gevorderden die de Franse taal met groot gemak verstaan, lezen, spreken en schrijven. De vaardigheden die horen bij taalniveau C, benaderen moedertaalgebruiker (natives). Deze mensen kunnen de vreemde taal vloeiend gebruiken in verschillende situaties.

A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level


Luisteren


Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.

Spreken


Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.

Lezen


Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.

Schrijven


Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.

B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level



Luisteren


Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.

Spreken


Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.

Lezen


Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.

Schrijven


Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).

C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level



Luisteren


Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.

Spreken


Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.

Lezen


Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.

Schrijven


Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.

A2 Basisgebruiker - Waystage Level



Luisteren


Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.

Spreken


Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.

Lezen


Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.

Schrijven


Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.

B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level



Luisteren


Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.

Spreken


Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.

Lezen


Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.

Schrijven


Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.

C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level



Luisteren


Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.

Spreken


Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.

Lezen


Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.

Schrijven


Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO 9001-2015 LOGO
ISO 1700-2015 LOGO

ISO-certificeringen

ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement


Dagnall Taleninstituut is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie stelt. De ISO 9001:2015 norm bevat strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wetgeving en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de pijlers van ISO 9001:2015.

ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten


Dagnall Talen is eveneens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor de vertaalbranche en bevat onder andere eisen voor mensen, middelen, projectmanagement, vertalers en proeflezers.


Onze ISO 17100:2015 certificering bewijst dat wij uitsluitend met professionele moedertaalvertalers werken met de benodigde kennis en ervaring. Daarnaast worden de vertalingen van Dagnall Talen altijd minimaal twee maal door twee specialisten/editors proefgelezen. De vertalingen worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.

Kiwa – certificeringen sinds 1948


Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties en bedrijven. Dagnall Talen wordt jaarlijks door Kiwa getoetst om te beoordelen of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk
Logo keurmerk NRTO Nederlandse Raad voor Training en Opleiding in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Nederlandse Raad voor Training en Opleiding NRTO in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Lidmaatschap NRTO

Ons taleninstituut is uiteraard al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk.
Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid.
De afkorting NRTO staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsorganisaties en de NRTO meer dan 450 organisaties zijn lid van de NRTO.
De missie van de NRTO is: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.

Kwaliteitsbevordering en -bewaking


De kwaliteit staat voor de NRTO centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de dienstverlening die door de leden van de NRTO geleverd wordt, zoals bij ons taleninstituut in Sliedrecht, wordt door een gedragscode, door verschillende convenanten en door het NRTO-keurmerk geborgd.
[ Lees meer ]
 
Logo GDPR Algemene Verordening Gegevensbescherming in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo EU Filemaker in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

AVG-compliant

De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engelse naam: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen in de Europese Unie. De AVG dient er met name toe de privacy van burgers in de EU te beschermen. De verordening schrijft voor dat personen op de hoogte dienen te zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals hun naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die voor het beoogde doeleinde noodzakelijk zijn, mogen worden verwerkt en bewaard.
De persoonsgegevens mogen niet langer dan noodzakelijk bewaard worden en de persoonsgegevens dienen tegen toegang door onbevoegden, vernietiging en verlies te worden beschermd. Taleninstituut Dagnall voldoet vanzelfsprekend aan alle eisen die door de Algemene verordening gegevensbescherming gesteld worden en Taleninstituut Dagnall verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht zeer beperkt. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Logo CRKBO Centraal Register Kort Beroepsonderwijs in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Lloyd's Register in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Cursussen bij Dagnall taleninstituut in Sliedrecht zijn vrijgesteld van btw

CRKBO-geregistreerde instelling

Dagnall staat ingeschreven in het CRKBO-register. CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dit houdt in dat Dagnall Talen aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet.
Voor de Belastingdienst is inschrijving in het juiste CRKBO-register een vereiste om beroepsgerichte taalcursussen vrijgesteld van btw te mogen aanbieden.
Door onze btw-vrijstelling kan ons insitituut een lagere prijs in rekening brengen.
Dit helpt in de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen aan zowel zorginstellingen, maatschappen, de overheid als privépersonen.

CPION


Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.

Lloyd’s Register


Het CRKBO-register is een register dat door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden wordt.
Het Lloyd’s Register in 1760 is opgericht en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder andere als doel heeft organisaties te beoordelen en te classificeren.
Offerte aanvragen bij ons taleninstituut in Sliedrecht

Contact taleninstituut Sliedrecht

Wilt u contact met ons taleninstituut opnemen met ons taleninstituut in Sliedrecht? Vraag vrijblijvend naar onze mogelijkheden. Bel naar 010-2004112 (geen belmenu) of stuur een e-mail naar taleninstituut-sliedrecht@dagnall.nl voor meer informatie.
Of vul ons contactformulier in. Natuurlijk kunt u ook ons gratis informatiepakket aanvragen.
Afbeelding wegwijzer in grijs met bord Dagnall in verkeersblauw in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Afbeelding computer en tablet en telefoon in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
De juiste weg naar een taleninstituut in Sliedrecht!
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Trainen en vergaderen in Sliedrecht

Bij ons taleninstituut kunt u de taalcursus op uw locatie volgen of in Dordrecht, bijvoorbeeld bij Businesspoint Dordrecht aan de Vissersdijk Beneden 70 in Dordrecht. Ons taleninstituut kan eveneens taalcursussen bij Sliedrecht verzorgen in bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Dordrecht aan de Laan van Europa 1600 in Dordrecht, in Apollo Hotel Papendrecht aan de Burgemeester Keijzerweg 100 in Papendrecht en in Van der Valk Hotel Ridderkerk aan de Krommeweg 1 in Ridderkerk.
U kunt besprekingen houden in Sliedrecht bij bijvoorbeeld bij Bronbad De Lockhorst aan de Sportlaan 1.

Sliedrecht - geschiedenis

Bij de aanleg van de Betuwelijn zijn vlakbij Sliedrecht de overblijfselen gevonden van een vrouw die daar tussen 7.000 en 7.500 jaar geleden leefde. Eerder werd aangenomen dat er in de steentijd geen mensen in West-Nederland woonden, omdat de streek te nat was. Waarschijnlijk woonden er toch al mensen op een donk; een hoger gelegen stuk grond. In de Romeinse tijd kwam er ook opnieuw bewoning voor, die later opnieuw verdween en toen opnieuw vanaf ongeveer het jaar 1000. Langs de rivier de Merwede ontstonden twee dorpen aan de noordzijde (Over-Slydrecht) en aan de zuidzijde (Slydrecht).
De eerste keer dat de naam Over-Slydrecht wordt genoemd, is in een akte uit het jaar 1203, waarin het daar gelegen klooster de rechten over de visserij in de Merwede verkreeg. Door de St. Elisabethsvloed in 1421 verdween het zuidelijke deel en Over-Slydrecht bleef bestaan als ’Sliedrecht’. De naam ‘Sliedrecht’ is een verbastering van een Germaans woord sly. Dit betekent ‘slik’. Het tweede deel drecht is Nederfrankisch en betekent ‘overtocht’. In moderne taal dus: ‘overtocht over slib’.

Sliedrecht - nu

Sliedrecht ligt aan de Biesbosch in de streek Alblasserwaard in het zuidelijke Groene Hart. De plaats maakt deel uit van de Drechtsteden. Plaatsen in de omgeving van Sliedrecht zijn Bleskensgraaf, Dordrecht, Giessenburg, Hardinxveld-Giessendam, Oud-Alblas, Papendrecht, Werkendam en Zwijndrecht.
Sliedrecht ligt in de provincie Zuid-Holland. In de gemeente Sliedrecht wonen ruwweg 25.000 mensen.
Vlag gemeente Sliedrecht - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Vlag gemeente Sliedrecht

Wapen gemeente Sliedrecht - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Wapen gemeente Sliedrecht

Inwoners

Woon je in Sliedrecht, dan heet je een ‘Sliedrechtenaar’ of een ‘Sliedrechter’, in de volksmond ook wel baggeraar of brijhapper.
Bekende Sliedrechters zijn Gerrit J.
Geysendorffer en Adriaan Volker.
Iets wat bij Sliedrecht hoort, heet ‘Sliedrechts’, zoals de Sliedrechtse Biesbosch.
Sliedrecht is zowel een plaats als een gemeente.

Sliedrecht - internationaal & scholing

Partnerstad


De partnerstad van Sliedrecht is Orăștie in Roemenië.

Hoger onderwijs


In Sliedrecht bevinden zich geen hogescholen of universiteiten.
Provincievlag Zuid-Holland - 600 * 337 pixels

Vlag provincie Zuid-Holland

Provinciewapen Zuid-Holland - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Wapen provincie Zuid-Holland

Typisch Sliedrechts

Sliedrecht is bekend als baggerdorp. Onder andere Boskalis is gevestigd in Sliedrecht en de Koninklijke IHC en de stad heeft zelfs een Nationaal Baggermuseum.
Sliedrecht was ook de eerste Nederlandse plaats waar Ikea een vestiging opende (1978).
Sliedrecht fungeert als forenzenplaats voor Rotterdam, Dordrecht en in mindere mate Utrecht en Sliedrecht heeft een redelijk
winkelaanbod alsook een woonboulevard.
Dordrecht en de Biesbosch zijn per waterbus bereikbaar.

Sliedrecht - minder bekend


Minder algemeen bekend is dat oud-Feyenoordvoorzitter Jorien van den Herik er vandaan komt.

Sliedrechts dialect en accent

Kenmerkend voor het Sliedrechts zijn de langgerekte aa voor de ‘a’: mààn in plaats van ‘man’ en de ae voor de ‘aa’: waer in plaats van ‘waar’. Verder is vaak hij zee voor ‘hij zei’ te horen en is het onderscheid tussen ‘kennen’ en ‘kunnen’ afwezig.
Schrette betekent huilen. Korsemis is kerstmis.
Een bekend gezegde is: T mot eerst warre, wil ’t reeje is in ’t hêêle gebied. Oftewel: “het moet eerst een chaos zijn voor het opgeruimd kan zijn”.
Sliedrecht - “SLDRCHT: Groot in doen!”

Sliedrecht - zakelijk

De gemeente Sliedrecht


Het netnummer van Sliedrecht is 0184.
Het postcodegebied van Sliedrecht is 3360 - 3364.
Het adres van het gemeentehuis van Sliedrecht is Industrieweg 11, 3361 HJ in Sliedrecht.
De website van de gemeente Sliedrecht is Sittard-geleen.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Sliedrecht is 14 0184.

Zakendoen in Sliedrecht


Voor Sliedrechtse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Rotterdam aan de Blaak 40, 3011 TA in Rotterdam. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Sliedrecht is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Sliedrecht is KVK-kantoor Rotterdam.

Sliedrecht - internationale bedrijvigheid

Bedrijven die internationaal zakendoen, bevinden zich in Sliedrecht vaak op bedrijventerrein De Driehoek, Kerkerak, Nijverwaard of op bedrijventerrein Noord-Oost Kwadrant.
In Sliedrecht bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Alert Security, Allison Transmission Europe, Baggerbedrijf De Boer Dutch Dredging, Bakker, Boon Beheer Groep (MCD Supermarkten),
Cérélia Netherlands, Cofano Software Solutions, Craftsman Marine Benelux, De Jong Beheer, Den Breejen Work, Dieseko Group (International Construction Equipment), DJPS, ESET Nederland, IHC Merwede, Plastirol, Royal IHC, Seats and Sofas, SecureLink, Tritec Benelux, Van Beest en Van den Herik.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.

Sliedrechts nieuws

Het Sliedrechtse nieuwsportaal is Het Kompas Sliedrecht.nl en Sliedrechtse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Zuid-Holland - Nieuws.
Ondernemers in Sliedrecht kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep West.
Sliedrechters en ondernemingen in Sliedrecht kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant Het Kontakt.
Logo krant Sliedrecht - Het Kontakt op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo regionale televisie- en radio-omroep Omroep West op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Cultuur, sport, ontspanning en zakenlunch in Sliedrecht

Cultuur


Wilt u uw internationale zakenrelatie kennis laten maken met wat lokale cultuur?

Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw zakenrelatie, kunt u in Sliedrecht een bezoek brengen aan het Nationaal Baggermuseum of aan het Sliedrechts Museum.

Voetbal, tennis, padel & squash


Samen naar een sportwedstrijd kijken of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen met uw internationale zakenrelatie? Voetbal verbroedert. Misschien is het een leuk idee om met uw zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Bossche voetbalclub FC Den Bosch, RKVV Wilhelmina, Zuid SV BLC of BVV meespeelt.

Voor een partijtje tennis, padel of squash in Sliedrecht kunt u terecht bij SLTC Sliedrecht of bij TOP Papendrecht in Papendrecht.
Golf, ontspanning & lunch Wilt u na de cursus bij ons taleninstituut in Sliedrecht of na een (lange) bespreking met uw internationale (zaken)relatie wat ontspannen?
De golfbaan in de omgeving van Sliedrecht is Crayestein Golf in Dordrecht. Het adres van deze golfbaan is Baanhoekweg 50 in Dordrecht. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 078-621 12 21. De website van de golfbaan is www.crayesteingolf.nl.
Om iets te drinken of een hapje te eten kunt u terecht bij Jacks Steakhouse.
Afbeelding voetbal tennisbal golfbal in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo voetbalclub Sliedrecht - VV Sliedrecht - Voetbalvereniging Sliedrecht - in kleur op grasveld met witte lijn - 600 * 337 pixels

Promotiefilmpjes en Google Maps

Hieronder vindt u een promotiefilmpje alsook een filmpje met drone-opnames van Sliedrecht die tevens op Youtube staan.
U kunt direct op het Youtube logo in het midden klikken om een filmpje te bekijken.
Direct onder de filmpjes ziet u de locaties van Zuid-Holland en Sliedrecht op Google Maps.
Als u kunt linksboven klikt, wordt de kaart in een nieuw venster groot weergeven.
Promovideo Sliedrecht
Dronebeelden Sliedrecht
 
Google Maps Zuid-Holland
Google Maps Sliedrecht
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Sliedrecht

Sliedrechts nieuws

Hieronder kunt u het laatste nieuws uit Sliedrecht uit verschillende nieuwsbronnen lezen.
Het nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
 
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Dagnall Taleninsituut verzorgt ook vertaalwerk en tolken in Sliedrecht

Wist u dat?

Wist u dat Dagnall Talen ook vertalingen in Sliedrecht en tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten in Sliedrecht
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Onze opdrachtgevers

De upload van uw document is gelukt.

 

INLOGGEN MEDEWERKERS   /   BESTANDEN UPLOADEN