Logo-9001-2015-wit-op-transparante-achtergrond-31-bij-31-pixels Logo-17100-2015-wit-op-transparante-achtergrond-31-bij-31-pixels NRTO-wit-op-transparante-achtergrond-31-bij-31-pixels

Taleninstituut Roosendaal

Direct naar ➤ Cursussen - Online - ERK - ISO - Roosendaal - Nieuws
Dagnall taalcursus op locatie
Dagnall taalcursus online
Dagnall taalcursus contact opnemen
Taleninstituut Dagnall - Wij kunnen snel schakelen - Binnen een week beginnen is mogelijk Start vandaag nog met uw reis naar taalbeheersing


Taalcursussen in Roosendaal van topniveau


Taalkennis verbindt u met de wereld en zijn een communicatiebasis die deuren voor u kan openen - vooral in de professionele wereld. Om deze reden hebben bedrijven en organisaties die investeren in de taalkennis en taalopleiding van hun werknemers, ook een duidelijk voordeel en een voorsprong.
Dagnall Taleninstituut is een taalaanbieder die precies dat biedt: Effectieve taalcursussen op het hoogste niveau voor medewerkers, professionals en leidinggevenden in Roosendaal en omgeving.
Taaltraining op maat, omdat uw organisatie welbespraakte medewerkers verdient.

Vakgebieden


Van zakelijk en medisch tot technisch - Dagnall is thuis in elke bedrijfstaal.
Elke bedrijfstak spreekt zijn eigen taalgebruik en hanteert zijn eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling alsook een duidelijk concurrentievoordeel, door middel van branchespecifieke taalkennis op het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen in Roosendaal aan in een grote verscheidenheid aan gespecialiseerde vakgebieden.
Screenshot navigatiesysteem met tekst Taleninstituut Roosendaal aangegeven - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Goed op weg met Dagnall Talen

Landkaart Nederland grijs - locatie Dagnall Taleninstituut in Roosendaal - aangegeven met blauw plaatsnaambord met witte letters en Dagnall veer - op transparante achtergrond - 600 * 733 pixels
Nova Flex Office
Scherpdeel 28
4703 RJ ROOSENDAAL

of bij u op locatie

  
Vrijblijvend informeren naar een taaltraining bij u in de buurt
Taalcursus Verenigd Koninkrijk
Taalcursus Duitsland
Taalcursus Frankrijk
Taalcursus Spanje
Taalcursus Nederland
Taalcursus Portugal
Taalcursus Italië
Taalcursus Denemarken
Taalcursus Zweden
Taalcursus Noorwegen
Taalcursus Finland
Taalcursus Rusland
Taalcursus Polen
Taalcursus Tsjechië
Taalcursus Slowakije
Taalcursus Kroatië
Taalcursus Hongarije
Taalcursus Roemenië
Taalcursus Bulgarije
Taalcursus Turkije
Taalcursus Griekenland
Taalcursus Israël
Taalcursus China
Taalcursus Japan

De organisatie van uw taaltrainingen in goede handen

Werkgerelateerd & doelgericht


Wij bieden onze taaltrainingen op maat in Roosendaal aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en ook als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Bij Taleninstituut Dagnall kan iedereen vreemde een vreemde taal leren op precies de manier die het meest geschikt is voor hem of haar. Behalve de klassieke taalcursussen zijn organisaties vooral in de werkgerelateerde cursussen geïnteresseerd zoals Zakelijk Engels of Duits of Technisch Engels of Duits. De taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van klanten. Taleninstituut Dagnall is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om middels gecertificeerde taaltrainers met zeer goede recensies en beoordelingen in Roosendaal talen te leren. Dagnall Talen leidt u doelgericht en vlot naar het door u beoogde resultaat.

Filosofie van Dagnall Taleninstituut


Onze filosofie is om talen te leren met plezier en gemak en zonder schroom. Daarom gaan wij tot het uiterste om ervoor te zorgen dat u de taal van uw keuze zonder remmingen en moeiteloos kunt leren.
Een taal leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Taleninstituut met methodes die het leren voor de cursisten prettiger en gemakkelijker maken.

Door onze methodes wekken we uw nieuwsgierigheid op en ondersteunen we uw bereidheid om te leren. We brengen u in grote stappen naar het gewenste niveau met dagelijks vijftien minuten oefenen.
Dagnall Taleninstituut is een ideale partner voor iedereen die een taal wil leren in Roosendaal.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten

Plan van aanpak Dagnall Taleninstituut

Dagnall Taleninstituut stelt in overleg met u als opdrachtgever de leerdoelen en wensen vast. U meldt de deelnemer(s) met de contactgegevens aan. Dagnall Taleninstituut verzorgt een intake op locatie of, indien u dit wenst, online of telefonisch. Nadat het intakegesprek heeft plaatsgevonden, waarin op basis van het (ERK) Europees Referentiekader het huidige en gewenste niveau vastgesteld wordt, ontvangt u een op maat gemaakt cursusvoorstel met uw offerte.
Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning af op uw situatie en uw agenda.
Na enkele lessen evalueert de trainer de inhoud alsook de voortgang van de taalcursus. De doelstelling kan, indien noodzakelijk, aangepast worden.
Na de laatste les sturen wij u een eindrapport met een beschrijving van de door de deelnemers behaalde resultaten. Tevens ontvangen de deelnemers een certificaat van ons instituut.
[ Lees meer ]


Intake

Planning

Cursus

Certificaat

Betaalbaar taleninstituut in Roosendaal sinds 1982

In 1982 is taleninstituut Dagnall Talen geopend en geeft sinds 1982 maatwerk taaltraining aan het bedrijfsleven, (semi)overheid en andere non-profitorganisaties in Roosendaalen gemeenten in de buurt van Roosendaal. De kundige taaltrainers van Dagnall kunnen bogen op een veel ervaring op taalgebiedtraining aan het bedrijfsleven en (overheids)organisaties in West-Brabant.
Door de functiegerichte en werkplekgerichte methode van werken, levert taleninstituut Dagnall Talen u zeer effectieve en betaalbare taalcursussen in Roosendaal. U kunt erop vertrouwen dat wij maximaal rendement leveren; rendement door maatwerk!
Betaalbaar maatwerk bij Dagnall Taleninstituut in Roosendaal

Taal op de werkvloer

Taal op de Werkvloer: draagvlak belangrijk! Taalcursussen die toegespitst zijn op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer zijn intussen bij veel organisaties bekend.
Medewerkers met een beperkte of zonder kennis van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een belemmering op de werkvloer en willen sneller en/of beter kunnen communiceren op de werkvloer.
De aanwijzingen op het werk willen zij goed kunnen begrijpen en opvolgen. De medewerkers willen graag zelfverzekerder hun werk kunnen verrichten en uiteraard hun ambities op hun werkterrein verwezenlijken. Dit vereist een investering in personeel en in de (continue) ontwikkeling van de organisatie.
[ Lees meer ]

Vele wegen naar een betere talenkennis in Roosendaal

Behoeftes en leermethode


Een goede taaltraining is niet alleen gefocust op de behoefte van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals betere schrijf- of spreekvaardigheid.
Een goede taaltraining is eveneens afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een taaltraining (bij een taleninstituut in Roosendaal) die het beste bij de taalleerder past.

Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?


De vakkundige taaltrainers van ons taleninstituut zijn erg bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van kennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo prettig en het zorgt ervoor dat cursisten veel waar voor hun geld krijgen.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement realiseert Dagnall Talen met een mix van deze bewezen leermethode gericht op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. U kunt bij Dagnall Taleninstituut voor cursussen terecht die zijn gebaseerd op een maatwerktraining.

Ons taleninstituut biedt individuele cursussen, duocursussen (2 deelnemers), groepscursussen van 3 tot 10 deelnemers, onlinecursussen, het online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en jargon van de specifieke organisatie.
De docenten van ons instituut gebruiken veel eigen lesmateriaal dat zij hebben verzameld en gecreëerd in de loop der jaren en zij spelen continue in op actuele ontwikkelingen en thema’s.

Een prettige manier van leren


Een voordeel is dat dit weloverwogen maatwerk als een bijzonder prettige manier van werken wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de taaldocenten van Dagnall Talen in Roosendaal. Deze, door de jaren heen steeds verder ontwikkelde en verfijnde werkwijze is het bijzonder gewaardeerde handelsmerk geworden van Dagnall Taleninstituut. Onze cursussen zijn niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar tevens afgestemd op de leermethode die het beste bij de cursisten zelf past.
Overlappende groene cirkel met klok en kalender en donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm met vier taalvaardigheden luisteren, lezen, schrijven en spreken - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Effectief vreemde talen leren in Roosendaal bij Taleninstituut Dagnall

Individuele cursussen en groepscursussen

Individuele cursussen & groepscursussen


Ons taleninstituut cursussen op maat voor individuen en groepen, waarbij u de organisatie van de cursus met een gerust hart uit handen kunt geven.
Dagnall taleninstituut biedt deze individuele cursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en

groepscursussen maakt Dagnall Taleninstituut gebruik van gevarieerde en moderne leermethoden om doelgericht te kunnen trainen en leersucces te borgen. Uiteraard kunnen deze individuele-, duo- en groepscursussen zowel op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Roosendaal worden gegeven.
Maatwerk individuele en groepscursussen in Roosendaal

Maatwerkcursussen


Dagnall taleninstituut biedt individuele cursussen voor bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren in Roosendaal en omgeving.
Individuele cursussen worden ook wel één-op-één-cursussen of privélessen genoemd.
De individuele taalcursussen van Dagnall Taleninstituut staan al decennia bekend voor persoonlijke aandacht, maatwerk en het hoogste rendement.
Alle individuele cursussen van taleninstituut Dagnall zijn maatwerktrainingen alsook de trainingen worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de praktijksituatie alsook de leerstijl.
De trainingen worden opgesteld om de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen te kunnen behalen.

Ons taleninstituut biedt groepscursussen van 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (2 cursisten) aan bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties alsook particulieren.
De groep wordt bij voorkeur zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te maximaliseren en de deelnemers maximaal te ondersteunen.
Ook de groepscursussen van Dagnall Taleninstituut zijn maatwerkcursussen en worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, de branche, het taalniveau, de praktijksituatie alsook de leerstijl alsook de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.


Pluspunten individuele cursus


Het belangrijkste voordeel van individuele taalcursussen is het hoge rendement doordat in korte tijd veel informatie wordt opgenomen.
Omdat de cursus vrij intensief is, wordt sneller vooruitgang gemaakt en wordt het leertraject zo kort mogelijk gehouden.
Een ander groot voordeel van een individuele taalcursus is flexibiliteit. De taalcursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist en de inhoud kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de eventuele aandachtsgebieden van de cursist.
De leervordering is optimaal omdat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld.
Ook is een individuele cursus goed op de planning en de agenda van de cursist af te stemmen zodat het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.


Pluspunten groepscursus


Vooral de interactie met de andere cursisten is het belangrijkste voordeel van groepscursussen; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van rollenspellen en discussies.
Een ander groot voordeel is de zogenaamde groepsdynamiek; van elkaars foutjes leren en met elkaar in de doeltaal communiceren. Deze afwisseling kunnen de deelnemers prettiger vinden.
Groepscursussen zijn daarnaast efficiënt omdat tegelijktijd meerdere medewerkers worden getraind en de groep vrijwel hetzelfde kennisniveau bereikt.
Ook zijn voor de lerenden groepscursussen wat minder intensief (minder zwaar) dan individuele cursussen.


Minpunten individuele cursus


Rollenspellen en discussies kunnen bij een individuele cursus alleen worden gedaan en gevoerd met de docent.
De geleerde kennis kan niet in de groep worden geoefend doordat er geen interactie met andere cursisten is.
Omdat groepsdynamiek ontbreekt, is het eveneens niet mogelijk om te leren van de foutjes van anderen.
De intensievere leerbenadering van individuele taalcursussen is ook vrij intensief (zwaarder) voor de cursisten.


Minpunten groepscursus


In groepscursussen is minder aandacht voor de individu en kunnen deelnemers wat eerder afgeleid worden. Het rendement ligt daardoor iets lager. Door de groepen wat kleiner te houden (minigroepen), kan dit deels ondervangen worden.
Groepscursussen kunnen ook minder goed op individuele leerstijlen afgestemd worden.
Dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursist kan worden afgestemd, is een ander nadeel van een groepscursus.

Pluspunten

Individuele cursus in één oogopslag



  hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
  afgestemd op individuele leerstijl
  inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
  afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
  afgestemd op agenda cursist


Minpunten

Individuele cursus in één oogopslag



  geen interactie met andere cursisten
  vrij intensief voor de cursist
  geen groepsdynamiek

Pluspunten

Groepscursus in één oogopslag



  interactie met andere cursisten
  groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
  groep komt op hetzelfde kennisniveau
  efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
  minder intensief dan individuele cursus


Minpunten

Groepscursus in één oogopslag



  iets minder aandacht voor individuele cursist
  minder afgestemd op individuele leerstijlen
  minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor taalcursussen

Verschillende soorten cursussen voor elk niveau

Dagnall Taleninstituut verzorgt cursussen voor beginners, halfgevorderden en gevorderden.
Niet iedereen is in de gelegenheid om naar een talencentrum te gaan. Wij bieden de taalcursussen daarom ook incompany of online aan.
Bij Taleninstituut Dagnall volgt u bijvoorbeeld een
intensieve of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Nederlands, Engels, Frans, Duits, Spaans en Portugees of een cursus spreekvaardigheid of telefoontraining. Uiteraard is een combinatie van deze verschillende trainingen ook mogelijk.
Dagnall staat voor (betaalbaar) maatwerk!
Woordenwolk in veer logo Dagnall Talen met toepasselijke sleutelwoorden voor Dagnall Talencursussen - in donkerblauw, groen en grijs op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels
Stukje hout boven Dagnall potlood met geslepen punt en gum met gedrukt Dagnall Talen logo - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels

Kennen en kunnen

Een andere taal leren is een proces van kennen en kunnen: kennis krijgen van de taal en die kennis kunnen toepassen. Dagnall Talen zorgt met gerichte oefening dat de opgedane kennis sneller actief kan worden toegepast.
Al gauw begrijpt u de andere taal al een beetje en kunt u een gesprekje voeren. Een heel leuke ervaring! Dagnall brengt taalkennis tot leven!

Algemene leermethodees

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog was het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd de audiolinguale methode soms de ‘legermethode’ genoemd.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan beschouwd worden als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Het was nieuw dat de taalles geheel plaatsvond in de doeltaal. De belangrijkste vaardigheden zijn luisteren en spreken en grammaticale structuur worden door middel van mondelinge structuuroefeningen geleerd. De bedoeling is om zonder fouten te leren spreken en verstaan, wat begint bij iemand na kunnen spreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met driloefeningen om zinnen alsook structuren goed te leren beheersen, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltrainer kan zo bijvoorbeeld een bepaalde zin tien maal herhalen en daarna een nieuw woord of meerdere nieuwe woorden toevoegen. Er wordt veel in zogenaamde talenpractica gewerkt, waar studenten een koptelefoon op hebben en zinnen beluisteren en nazeggen. De geschreven taal wordt pas behandeld wanneer de mondelinge taal al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen voor het introduceren van nieuwe woorden.

Populariteit


In ons land werd de methode pas geïntroduceerd rond het jaar 1970 toen de Mammoetwet inging. Al snel waren er bezwaren tegen de betekenisloze drills. De techniek wilde wel eens problemen geven, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats daarvan maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Nu was alom aanvaard dat het bij het leren van de taal niet gaat om het uit het hoofd leren van de grammaticaregels, maar om de toepassing ervan. De luistervaardigheid, waar de meeste taaldocenten vóór 1970 geen aandacht aan schonken, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor studenten die beginnen. Een juiste uitspraak wordt vanaf het begin aangeleerd. De audiolinguale methode is docentgestuurd en en biedt daardoor een efficiënte en snelle overdracht van de kennis van de taal. Ook voor grote(re) groepen is de audiolinguale methode geschikt.

Dit docentgestuurde aspect heeft tegelijkertijd een keerzijde; eigen input wordt niet van de studenten verlangd, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie dreigt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk in levend taalgebruik zijn om te zetten.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


De GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen op een zodanige wijze te leren dat deze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die na verloop van tijd worden herhaald. Deze zinnen of woorden op de woordenlijst worden hardop gelezen door de student. De bedoeling is niet om al deze woorden en zinnen uit het hoofd te leren, maar dit eigenlijk gaat vanzelf door blootstelling. De woordenlijst wordt steeds veranderd; woorden die zijn geleerd, worden van de lijst gehaald. Die woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de student worden opgeslagen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden als deze kennis ook van betekenis en relevant is voor de lerende. Voor woorden en zinnen die relevant en van betekenis zijn voor de lerende, kan deze methode goed functioneren.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Deze GoldList-methode kan functioneren voor studenten die baat hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt, werkt het met de hand schrijven effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een fotootje maken. Een minpunt is het ontbreken van context. Taal bestaat uit veel meer dan alleen een serie losse woorden en/of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend omdat steeds handgeschreven woordenlijsten moeten worden gemaakt.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method richt zich op een natuurlijke manier van het verwerven van de taal. Op de manier waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de methode de vreemde taal te leren. De taalregels leert men eveneens onbewust op deze manier. Hiervoor wordt alleen de doeltaal gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een leeromgeving zonder stress is het streven van de methode. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete grammatica.

Als de student in de te leren taal wordt ondergedompeld, werkt de methode het meest effectief. De leeractiviteiten die in de vreemde taal worden aangeboden, moeten stimulerend zijn, om te zorgen dat de studenten van de ervaringen kunnen genieten.

De Natural Method heeft veel overeenkomsten met de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het onderscheid is dat de Directe Methode meer nadruk legt op de praktijk en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Het is veelvuldig aangetoond dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode kan zijn. De methode is een populaire manier van lesgeven bij taaltrainers, doordat de Natural Approach vrij eenvoudig is om te begrijpen voor studenten. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De nadruk wordt vooral gelegd op het impliciet leren van de grammatica. Studenten zouden weliswaar leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met de taal op te bouwen. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft de geleerde stof langer.

Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er bijna geen druk ligt op de taalproductie. Ook bereidt de methode lerenden niet per se op een bepaald examen voor.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse benaming: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om de student vertrouwd te laten raken met de grammaticale en fonologische structuur van de taal. Volgens de methode van Structurele Aanpak levert de beheersing van deze structuren meer op dan het leren van woordenschat van de nieuwe taal. Bij de Structurele Aanpak gaat het om het kunnen herkennen en toepassen van vaste combinaties van woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. Deze combinaties worden aan de lerende aangeboden in betekenisvolle situaties met gebruik van dramatisering, visualisatie, handelingen en gezichtsuitdrukking. De taalstructuren die het vaakst worden gebruikt, worden eerst geleerd. De mondelinge vaardigheden (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hierbij in eerste instantie gebruikt; leesvaardigheden en schrijfvaardigheden volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreekvaardigheden en schrijfvaardigheden), krijgt de grammatica een belangrijke plek. Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) zijn andere namen voor de Structurele Aanpak.

Populariteit


De Structurele Aanpak werd op vrij grote schaal in de jaren vóór 1970 ingezet om Engels te leren in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


De sterke kant van de Structurele Aanpak is dat studenten de nieuwe taal op een accurate wijze kunnen leren. De student krijgt inzicht in de grammatica en leert in welke situaties bepaalde woorden en combinaties van woorden wel of niet passend zijn. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de Structurele Aanpak kleven eveneens nadelen. De methode van werken is tamelijk tijdrovend en biedt niet onmiddellijk succeservaringen. De eigen input van de student is beperkt; de methode is niet echt creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Het communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren 60 van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een vreemde taal legde. De taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Het communicatief talenonderwijs is gestoeld op de opvatting dat interactie de uiteindelijke doelstelling is van het leren van een vreemde taal.

De studenten leren de vreemde taal in praktijk te brengen middels de CLT-technieken door de interactie met elkaar en de docent. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in de vreemde taal of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werksituatie. De doeltaal wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.

Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en docenten dragen onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid in verschillende situaties uit de praktijk te oefenen. De grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.

Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent echt een trainer, die de student helpt om te communiceren in de vreemde taal.

Populariteit


In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair, mede omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Door de verdere eenwording van Europa ontstond meer behoefte om vreemde talen te leren door middel van een methode die meteen toepasbaar was.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel goede kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de doeltaal; het is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materialen, leren studenten de woorden die zij nodig hebben. Het is efficiënt. Voor de studenten werkt deze methode stimulerend omdat zij snel succes ervaren. Er mogen fouten worden gemaakt; de taalvaardigheden wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak minder aandacht is. De voorbereiding en planning vereisen veel meer tijd van de docent en van de lerende vraagt het een actieve deelname. Voor bepaalde studenten kan deze manier van een vreemde taal leren ongebruikelijk of lastig zijn, afhankelijk van hun achtergrond. Communicatief taalonderwijs (CLT) (communicatief taalonderwijs) draait om het trainen van vaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en minder om de vorm en de methode biedt dan ook geen echt samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Hij ontwikkelde omstreeks het jaar 1783 een leermethode waarin de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt als grondlegger beschouwd van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd, wat de taal van religie, cultuur en wetenschap was. Onderwijs in Latijn was uiteraard gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en was volledig gericht op de grammatica en het vertalen. Dat werd gezien als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat uit van de analyse van de taalstructuren en de taalvormen waarbij de lerende inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docenten dragen kennis over, de lerenden memoriseren.

Populariteit


Alhoewel al sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, is tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode van grote invloed geweest op het talenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, biedt de methode biedt een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzichten in de structuur, vanwege de nadruk die gelegd wordt op de grammatica.

De methode kent echter meer minpunten dan pluspunten. Het belangrijkste pluspunt is dat de spreek- en luistervaardigheid bij de methode ver achterblijft, waardoor de vreemde taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. Omdat het meestal om literair taalgebruik gaat, staat de leermethode ver af van het dagelijks gebruik van de te leren taal, ook in de context die aangeboden wordt. De methode biedt niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces voor lerenden voor het werken in een groep. De student fungeert slechts als toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (Engelse naam: language immersion of alleen immersion) wereldwijd gebruikt, voornamelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die bij Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd, toegepast wordt. De methode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse les onderwezen aan welgestelde dames uit Vught.

Kenmerken van onderdompeling


Onderdompeling behelst dat degene die de taal leert, vanaf het begin omgeven wordt door de nieuwe taal. Alle instructies worden in de doeltaal gegeven; in het begin langzaam en met veel herhalingen en later op een meer natuurlijke wijze. De student wordt ook vanaf het begin uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. De methode maakt gebruik van rollenspellen en simulaties. Op scholen die met onderdompeling werken, wordt de leeromgeving veelal in de stijl van het land van de doeltaal ingericht om een situatie te creëren alsof de lerenden in het land zijn waar die taal gesproken wordt. Lerenden oefenen het spreken één-op-één of in kleine groepen. Naar het land van de te leren taal reizen en daar bijvoorbeeld in een gastgezin verblijven, is een andere wijze om onderdompeling te bereiken.

Populariteit


De methode van onderdompeling wordt als een zeer goede methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan uitstekend worden ontwikkeld met deze methode.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Het wezenlijke voordeel is dat met deze methode snel resultaat wordt bereikt, omdat de leermethode nogal intensief is. Omdat de lerende wordt erdoor omgeven, is het een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet echt gaan communiceren in de te leren taal. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in groepen versterkt de sociale interactie. De lerenden ervaren dit als motiverend.

Een nadeel is dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden. Als studenten in een korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land van de doeltaal te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaan, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Een bijkomend minpunt van de methode kan zijn dat een dergelijke training erg intensief is. Niet alle studenten hebben genoeg conditie om deze wijze van leren vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om taal te leren ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Suggestopedia is door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om te kunnen leren. Daarvoor is het van essentiële betekenis dat er een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen is tussen de taaldocent en studenten. Hiervoor is de voorwaarde dat studenten zich veilig en ontspannen voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was ongeschikt om dit te bereiken. De studenten zaten in de lessen in comfortabele stoelen die waren opgesteld in een halve cirkel en er was ook altijd muziek tijdens de klas. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, terwijl op de achtergrond natuurgeluiden te horen waren of klassieke muziek werd gedraaid. Er waren woordenlijsten bij de teksten en opmerkingen over de grammatica van de doeltaal. Dit voorlezen gebeurde met veel expressie in stem alsook gebaren. Zo werden de studenten uitgenodigd om te luisteren en de studenten konden de woorden die nieuw waren voor ze, gemakkelijk begrijpen en opnemen. In de lessen was veel aandacht voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal. Er werden rollenspellen gespeeld en er bijvoorbeeld streekgerechten werden gemaakt en gegeten.

Populariteit


De leermethode Suggestopedie was enigszins omstreden en is niet heel bekend meer. Sommige elementen van de methodiek worden nog steeds toegepast, bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer in de les, waardoor de lerende geen hinder heeft van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Dat de lerende gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situaties en actief mee te doen, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is, is een bijkomend pluspunt van de methodiek. Tegelijkertijd is dit voor bepaalde studenten een keerzijde, want niet elke student is hiertoe in staat. Ook kan muziek bij sommige mensen afleiden en verstorend zijn in plaats van stimulerend of ontspannend werken. Dat de relatie trainer-student niet echt gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle inbreng komt van de zijde van de trainer waarbij de student steeds de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in het jaar 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
of afgekort CLL geheten.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


Community Language Learning is een methode om een taal te verwerven waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaldocent fungeert als een counselor die de zinnen van de lerenden omschrijft. De studenten starten een gesprek. Als zij de te leren taal nog niet voldoende machtig zijn, spreken zij in hun moedertaal. De taaldocent vertaalt en legt uit, waarna de studenten de uitspraken van de docent zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken worden opgenomen om daarna opnieuw te kunnen beluisteren.

Community Language Learning bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de studenten als middel om de taal te leren. Er wordt geen leerboek gevolgd; het zijn de studenten zelf die de inhoud van de les bepalen middels betekenisvolle gesprekken.

Populariteit


Het slagen van deze methode hangt grotendeels af van de expertise van de docent-counselor. Bij deze methode dient de trainer naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn onderlegd. Deze taaltrainer dient zowel de vreemde taal als de moedertaal van de lerenden uitstekend te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de lerenden te vertalen. CLL kan prima werken als deze correct gebruikt wordt. Deze methode is niet bruikbaar voor grote klassen.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


CLL biedt de lerenden een hoge mate van autonomie. De studenten vinden het analyseren van hun eigen gesprekken vaak nuttig. De groep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de lessen, maar ook buiten de lessen. Met deze methode worden studenten zich veel meer bewust van anderen in de groep, hun sterke en minder sterke punten en ze leren te werken als team. Studenten leren veel door het bespreken door hun fouten en het evalueren van de les. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van het actieve vocabulaire van studenten.

Het kan een keerzijde zijn dat de docent niet sturend is, ondanks dat sommige studenten wel sturing nodig hebben. Bij CLL wordt geen gebruikgemaakt van een leerboek en er worden geen toetsen gehouden. Het succes van het taalonderwijs is daardoor lastig meetbaar. Sommige lerenden worden in hun spreken belemmerd als zij worden opgenomen.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die in de vroege jaren negentig van de vorige eeuw is ontwikkeld door Michael Lewis.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


Deze benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. Lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van de taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Zo leren ze de taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. Bij deze benadering neemt de woordenschat een grotere plaats in dan de grammatica. Instructies zijn op situaties en uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen gericht. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar eveneens aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de lerenden (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel mogelijkheid voor het zelfstandig ontdekken van de taal door de lerenden.

Het is de taak van de trainer om te zorgen voor voldoende inbreng en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.

Populariteit


Door de invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia de leerboeken aanmerkelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht geschonken aan woordenschat die in zogenaamde chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De vergaande wending in de manier waarop talen worden onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Door het werken met ‘chunks’ (brokjes vreemde taal); met ‘echte’ taal, leren de studenten op een natuurlijke manier de vreemde taal te gebruiken. Op deze manier ontstaat souplesse in het taalgebruik.

Het minpunt van deze methode van de methode is dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de aangeleerde taalsituaties. Met het zelf leren herkennen van de patronen van de vreemde taal hebben sommige studenten moeite en zij hebben meer aan een trainer die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is in 1880 ontwikkeld door de Franse taaldocent François Gouin.

Kenmerken van de Series Method


De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van Gouin is gebaseerd op een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van grammatica van de doeltaal. Studenten leren zinnetjes op basis van een handeling, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze handeling zou worden uitgevoerd. Deze reeksen of series gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. De studenten gaan snel in de te leren taal denken omdat een soort eentalige methode betreft, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.

Populariteit


Gouin’s ideeën over taal waren bijzonder vooruitstrevend. Alhoewel de methode een ongewone aanpak had, was de seriemethode van François Gouin enige tijd een succes. Deze methode werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Maximilian Berlitz.

Voor- en nadelen van de Series Method


De Series method van Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheid sterk en de leermethode zorgt voor een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer in de taalles.

François Gouin’s methode biedt levendig onderwijs. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, en dergelijke, wekt dit soort onderwijs enthousiasme op van de lerenden. Een taal leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De methode maakt lerenden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, de prestatiedruk te verlagen en het zelfvertrouwen te verbeteren. De communicatieve taalvaardigheid van de lerende wordt sterk gestimuleerd.

De seriemethode van Gouin heeft echter als nadeel dat taal die iets subjectiever of abstracter wordt, lastig met bewegingen en expressies in één concrete ervaring is te vangen. De bewerkelijkheid voor de docent, die tenslotte een scala aan series dient voor te bereiden, is een bijkomend minpunt. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog meestal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Task-Based Language Teaching; TBLT (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham V. Crookes.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de taal geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om specifieke taken uit te voeren. Studenten krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis nodig. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat ze over woordenschat en regels van de taal beschikken. De taken zijn alledaagse taken, zoals een boodschappen doen, een e-mail schrijven, iets te drinken bestellen, bellen met de klantenservice of de krant lezen. De taak wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij studenten zich eerst op de taak voorbereiden, de taak vervolgens uitvoeren en tot slot op de taak terugblikken. De studenten dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. De taken moeten iets boven het niveau van de student liggen om leereffect te hebben.

Populariteit


Task-Based Language Teaching (TBLT) heeft aan populariteit gewonnen vanaf de vroege jaren 90 en zeker in het taalonderwijs. Taakgericht taalonderwijs de meest praktisch bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheid bij lerenden (hoofdzakelijk lerenden in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs taakgericht taalonderwijs is een activerende werkwijze, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheden te gaan gebruiken. Mits de taak goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. Studenten komen op een alledaagse, natuurlijke wijze in aanraking met de taal en leren zo authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in de doeltaal. Daarnaast leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als plezierig en motiverend ervaren .

Als keerzijde kan worden genoemd dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm, waardoor de lerenden die niet heel precies leren.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in 2000.

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


De inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT) was ‘Dogme 95’; de stroming van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder filmregisseur Lars von Trier uit 1995. De deelnemers houden zich voor het maken van films aan tien strikte regels (dogma’s). Deze vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het beginnen van inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan, is het doeleinde van de Dogme-methode. Bij deze methode gaat het om communicatie als de stuwende kracht van het leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve benadering voor taalonderwijs, die onderwijs biedt zonder leerboeken te gebruiken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op de communicatie tussen trainer en studenten focust. Het Dogme-taalonderwijs kent 10 uitgangspunten (dogma’s), net als de Dogme-beweging van de filmmakers.

Populariteit


Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Scott Thornbury dat de overeenkomsten met taakgericht leren van een taal erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een voordeel voor de taaltrainer is dat voorbereiding vrijwel niet is vereist. Dat studenten de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces, kan heel motiverend zijn. Voorspelbaar zijn de lessen zo niet. Dit zorgt voor spontane communicatie en voorkomt verveling. Zo goed als elk item is bespreekbaar tijdens een taalles volgens de Dogme-methode. Zo blijven lerenden alert en betrokken.

De studenten kunnen zich echter wel iets ongemakkelijk voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de trainer. Ook is niet elke taaldocent in voldoende mate flexibel voor dit type van onderwijs. Een bijkomend minpunt kan zijn dat de lerenden zich vaak op een bepaald examen moeten voorbereiden en het niet zeker is dat de hiervoor benodigde stof aan de orde komt tijdens de lessen.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson ontwikkeld.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


De GPA-methode is een alternatieve visie om een nieuwe taal te verwerven. Dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien, is de primaire aanname van de GPA. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van een taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur. GPA hanteert daarom de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA-benadering heeft overeenkomsten met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende en een verzorger uit de gastcultuur voeren de activiteiten uit. Begrip is belangrijker dan productiviteit. De nadruk ligt op woordenschat alsook cultuur. Fase 1 is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ruwweg 100 uur. In fase 1 focussen de ‘groeiende deelnemers’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.

Fase 2 van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze neemt ruwweg 150 uur in beslag en de deelnemers beginnen nu de vreemde taal ook te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de methode van de leermethode is de fase van het ‘diepe delen’. Nu beginnen de deelnemers en verzorgers meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de ontvangende cultuur. In fase 5 van de methode begint de deelnemer zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers door middel van films, televisie, nieuws en literatuur. De taal die voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de leermethode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om de groei buiten de formele taalsessies.

Populariteit


De methode van Thomson is nog vrij nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes ervan. Deelnemende studenten zijn enthousiast over de methode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met de GPA-methode wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van de taalverwerving. De zes afzonderlijke fasen van de leermethode bieden haalbare doelen en een duidelijk tijdsschema. Er wordt door de lerende niet alleen taalkennis verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.

Een keerzijde van deze leermethode is dat voor iedere deelnemer of tenminste iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige in de vroege jaren 2000.

Kenmerken van de Shadowing Technique


De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken om de intonatie en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Het werkt een eenvoudige methode: lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen wat zij horen. Het gaat in de eerste plaats om de klanken; de tekst begrijpen is niet van belang. Luisteren en daarna herhalen wordt geoefend tot dit heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan kan spreken met de opname. De lerenden gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat zij hebben uitgesproken. Zolang de boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende teksten, zijn veel leerboeken geschikt voor deze methode. De audio-opnames dienen idealiter iets boven het niveau van de lerenden te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op een natuurlijke snelheid. Doordat beweging de opname van de te leren taal in het zenuwstelsel versterkt, doet Argüelles de aanbeveling aan studenten om tijdens het spreken te gaan lopen, het liefst in de buitenlucht, en niet te gaan zitten. Dat de lerenden minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, zodat het werken aan de taal aanzienlijk effectiever wordt, is een bijkomende reden.

Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale driloefeningen in plaats van dialoog of samenhangende tekst. Ook het simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.

Populariteit


In de afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar de methode van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van de nieuwe taal wordt vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het kan worden toegepast in een groep van studenten, waarbij iedere deelnemer individueel actief leert. Het rendement van de Shadowing-methode is hoog.

De methode van Shadowing heeft als keerzijde is dat student het wellicht een beetje saai kan vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. Het kiezen van de tekst is dus van groot belang.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een taalleermethode die gebaseerd is op het principe dat mensen door middel van handelingen en bewegingen leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun (jonge) kinderen continu opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan verbaal reageren in een later stadium. Dus de luistervaardigheden zijn de basis, de spreekvaardigheden volgen daarna.

TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van een nieuwe taal. De docent geeft taken op een vriendelijke en begrijpelijke manier, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de taken voor; de lerende doet na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat zij praten; de studenten geven in een later stadium de taken. Opdrachten die bekend zijn worden verder uitgebreid of deels gewijzigd.

Door de combinatie van beweging en spraak, appelleert TPR® aan de beide hersenhelften. Op deze manier kost het minder moeite om dingen te leren en de geleerde stof beklijft ook beter.

Populariteit


De methode van TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken ook met veel plezier met TPR® en behalen hiermee goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


TPR® biedt veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek van Total Physical Response zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in leren. Het zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe geschikt voor alle doelgroepen, ongeacht de achtergrond en de leeftijd en de methode kan eveneens worden gebruikt in grotere klassen. De taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.

Het minpunt van de TPR®-methode is dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten kan worden uitgedrukt. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker niveau werkt en daarnaast nog een andere methodiek (als aanvulling) nodig is. Ook is de leermethodiek niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om hun gevoelens, ideeën en meningen te uiten.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze Directe Methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Er was een Reformbeweging rond het jaar 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. De Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van talen, maar ook voeding, kleding, naturisme en natuurgeneeskunde. Men streefde, net zoals in de jaren 60 van de vorige eeuw, omstreeks 1900 naar natuurlijke manieren van leven en een bevrijding van het keurslijf. In het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij de grammatica meer inductief werd aangeleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. Hieruit moesten de studenten de taalregels afleiden. Er waren meer mondelinge oefeningen die meer aandacht voor de uitspraak hadden. Het werd gestimuleerd om de lerenden veel te laten spreken. Nieuw was eveneens dat de les in de vreemde taal gegeven werd. Tijdens de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. De woordenschat van de vreemde taal werd aangeleerd door middel van plaatjes en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd door de studenten aangebracht voor het associëren van ideeën.

Populariteit


Deze vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw ebde weg, deels door invloeden van de oorlogen en crises, om weer in een andere vorm terug te keren in de jaren zestig.

Met (een moderne versie van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten zoals Interlingua en Berlitz.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Het grote voordeel van de Directe Methode is dat deze methode een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken, waardoor de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in de vreemde taal ontwikkelen. Deze leermethode kent ook keerzijden. Deze methode schenkt nauwelijks aandacht aan de schrijfvaardigheid en ook minder aandacht aan lezen in de doeltaal. Voor de meer gevorderde lerende, heeft deze methode niet genoeg uitdagingen te bieden. Voor langzaam lerende studenten is de Directe Methode eveneens niet zeer bruikbaar, doordat deze leermethode op een dynamische inzet vanuit de studenten is gebaseerd.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca is op hetzelfde principe gebaseerd als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een taal dient gemakkelijk en veilig te zijn. Manesca wil om die reden niet werken met abstracte lijstjes of regels met woorden die uit het hoofd geleerd moeten worden.

De Manesca-methode staat bekend als de eerst bekende, volledige taalcursus. De methode is op het werken met een groep van lerenden en een trainer gebaseerd, die één woord tegelijk introduceert. Er hoort een bepaalde beweging bij ieder woord. De studenten herhalen daarna na elkaar het woord en de bijbehorende beweging. De herhaling helpt de lerenden het woord te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap vormen deze woorden zo zinnen en weer variaties op de zinnen. Spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.

De methode van Jean Manesca is al enkele jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.

Populariteit


Manesca is twee jaar na publicatie van zijn leermethode overleden. Het werk van Manesca is opgepakt en aangepast door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en het geleerde gemakkelijker en langduriger door de lerende wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Het feit dat het wat saai wordt om dezelfde woorden en zinnen steeds te herhalen, kan door lerenden als een keerzijde worden gezien.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld in 1963.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een methode om vreemde talen te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. Caleb Gattegno’s methode gaat uit van de autonomie van de studenten en hun actieve deelname.

Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de docent om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en hen aan te moedigen om fouten te corrigeren. Veel tijd wordt aan de uitspraak besteed.

Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de energievoorraad van de studenten. Hij ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer lerenden proberen iets uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno verklaarde dat de docenten niet zozeer naar kennisoverdracht zouden moeten streven, maar het bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te kunnen leren.

Gekleurde staafjes die voor allerlei dingen kunnen worden gebruikt, zijn één van de hulpmiddelen die The Silent Way van Gattegno gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarbij elke kleur een bepaalde klank van de doeltaal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.

Populariteit


Voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak van de doeltaal zijn de ideeën van Caleb Gattegno wel van betekenis geweest, alhoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt toegepast.

Voor- en nadelen van de Silent Way


De sterke kant van de benadering van Gattegno is dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor studenten, die tenslotte als autonoom worden beschouwd. De docent is bij deze methode in principe aan de student dienstbaar, niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren van een taal op een natuurlijke manier. Vaak wordt het geleerde goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Fouten maken mogen, wat aan het leerproces bijdraagt.

Het kan een nadeel van de methode zijn dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de methode voorstaat. Een lerende zou gefrustreerd kunnen raken door het gebrek aan input van de docent. Het werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er vrij snel af is. Hierdoor verdwijnt het effect.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-techniek (Total Physical Response).

Kenmerken van TPR Storytelling


De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke manier van taalverwerving: talen leren zoals kinderen de moedertaal leren. De student wordt blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input om dit te bereiken. De taaldocent vertelt een verhaal aan de studenten, waarin nieuw te leren woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn nooit te lang en interessant of humoristisch. Studenten ontspannen zich doordat deze verhalen gemakkelijk te begrijpen zijn. Zo worden structuren en woorden van de nieuwe taal vrijwel ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De studenten worden door de taaldocent op grammaticale verschijnselen gewezen, zonder dat studenten taalregels uit hun hoofd leren.

De lerende zal na een poosje ‘automatisch’ beginnen te spreken en de grammaticale structuren gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groepje studenten een verhaal opbouwen, is een variant. De taaldocent schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met hun vertaling, om vervolgens samen met de studenten een verhaal te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen, doordat dit zorgt voor input. Schrijven volgt in een later stadium.

Populariteit


Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting dient geschikt te zijn en de trainer dient ervoor getraind te zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


Het is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. Omdat TPRS ook de creatieve intelligentie aanboort, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. TPRS is plezierig voor studenten en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor studenten werkt het zeer motiverend om zelf een verhaal te creëren.

Een minpunt is dat TPRS veel voorbereiding van de trainer vraagt.

Commerciële methodes voor zelfstudie

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-methodiek is vernoemd naar de zogenaamde de Steen van Rosetta, een steen met een tekst in twee talen die in Egypte is gevonden, met behulp waarvan uiteindelijk de hiërogliefen ontcijferd zijn. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taalcursussen op de markt brengt. De eerste versie van deze methodiek is uitgebracht in 1996.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone methode is een manier om achter een computer een vreemde taal te leren. De taalcursussen zijn in meer dan dertig talen beschikbaar en de cursussen zijn te volgen vanuit elk van deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop een kind zijn of haar moedertaal leert. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers alsook foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal. Er is een programma om spraak te herkennen dat de uitspraak registreert en een schematische weergave hiervan maakt. Dit maakt het mogelijk voor een gebruiker om de uitspraak met die van een native speaker (moedertaalspreker) te vergelijken. Door de voorbeeldspreker wat langzamer te laten spreken en daarna veel na te spreken, kan verbetering van de uitspraak worden behaald.

Er zijn dictee-oefeningen voor de schrijfvaardigheden. De software controleert de grammatica en de spelling en geeft eventuele taalfoutjes aan en biedt de optie om de taalfoutjes van de lerende te corrigeren.

Het programma van Rosetta Stone biedt ook leesteksten. Deze gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.

Populariteit


De Rosetta Stone-methode wordt wereldwijd veelvuldig ingezet en niet door de minsten. Onder andere het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. De methode van Rosetta Stone wordt in ons land toegepast door een aantal ministeries en diverse hogescholen en universiteiten en eveneens door sommige internationale bedrijven.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone-methode is erg eenvoudig in het gebruik en de methode kan door de studenten worden gebruikt op elk moment. De lerende bepaalt zelf welke onderdelen van de leermethode meer of wellicht minder aandacht nodig hebben. Veel studenten vinden het plezierig om met de leermethode te werken. Voor onderwijsinstellingen kan de methode van Rosetta Stone een oplossing zijn bij een gebrek aan docenten. Dat er geen taaltrainer is die studenten motiveert of wat extra’s kan bieden, kan een nadeel van de methode zijn.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur in 1963 introduceerde.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om nieuwe talen te leren.

De taalcursus bestaat uit zinnetjes en dialogen die door lerenden vervolgens worden nagesproken en herhaald. Deze voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursus is op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. De les van de cursus omvat een audio-opname van een half uur met nieuwe vocabulaire en taalstructuren in de doeltaal. De grammaticale structuur wordt niet apart uitgelegd maar aangeboden via uitbreiding van, en variaties op, deze zinnen.

Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin geleerde informatie van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. Dit (gemiddelde) interval is geïntegreerd in de Pimsleur cursussen.

Populariteit


Onder meer Amerikanen volgen de Pimsleur taalcursussen en de ervaringen met Pimsleur variëren. De lerenden zijn over het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


De methode van Pimsleur werkt erg goed als uitspraakverbeteraar doordat de insprekers van de zinnen allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke wijze spreken in een normaal tempo.

Het minpunt van de leermethode van Pimsleur is dat er niets uitgelegd wordt. De student leert geen bouwstenen om zelf zinnen te maken, maar moet het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die ingeprent worden.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn methode in een eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden zoals Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Bob Dylan en Pierce Brosnan in zijn klantenkring.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij vrij is van stress. Hij maakte de studenten duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.

De cursussen zijn audiolessen, door twee stemacteurs ingesproken; een vrouwelijke en een mannelijke. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het de bedoeling dat de cursist op pauze klikt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. Bij de methode worden de lessen opgebouwd in delen en nieuwe stof wordt afgewisseld met bekende stof. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. Er wordt op eventuele verbanden tussen de talen gewezen. Ook is er grammaticale uitleg. Bij de methode van Michel-Thomas wordt makkelijke stof eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de lerende het voorgaande heeft begrepen en geleerd. Behalve woorden en zinnetjes in de doeltaal worden eveneens bouwstenen aangeleerd. Hiermee kan de gebruiker zelf zinnetjes bouwen. Ook maakt de methode gebruik van flashcards waarmee lerenden zelf hun woordenschat kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.

Populariteit


Veel lerenden vinden de methode van Michel Thomas prettig werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuren van de vreemde taal. De mensen die al wat verder zijn met de taal, ervaren de Michel Thomas-methode als wat minder nuttig.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De cursussen trainen uitspraak alsook luistervaardigheid uitspraak van de doeltaal op een efficiënte wijze en zijn zeer toegankelijk. Het feit dat de cursus niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een nadeel. Een werkelijke interactie is er ook niet doordat de leermethode uit een audiocursus bestaat.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door polyglot en schrijver Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Dit begon met het eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘opgaan in de andere groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen streven is voor taalcursussen. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek en audio-CD’s alsook een USB-stick. De lerende besteedt ongeveer twintig minuten per dag aan de taalcursus.

De lessen bestaan uit verschillende dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De vertaling staat ernaast, alsook toelichting van de grammatica. Voor het oefenen van de uitspraak, maakt de methode gebruik van zinnetjes die zijn ingesproken door native speakers en die de cursisten daarna dienen te herhalen. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruikers; dit komt pas na ongeveer vijftig lessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn populair. De cursussen zijn relatief voordelig en er is een ruim aanbod aan talen.

Voor- en nadelen van Assimil


Dat de cursist in zijn of haar eigen snelheid kan leren wanneer dit het beste past, is het pluspunt van de methode van Assimil. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle taalcursussen met een computer, dat de cursist aan zichzelf is overgeleverd. Er is geen taaltrainer om de lerende te motiveren of te begeleiden.


ALGEMENE LEERMETHODES

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog was het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd de audiolinguale methode soms de ‘legermethode’ genoemd.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan beschouwd worden als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Het was nieuw dat de taalles geheel plaatsvond in de doeltaal. De belangrijkste vaardigheden zijn luisteren en spreken en grammaticale structuur worden door middel van mondelinge structuuroefeningen geleerd. De bedoeling is om zonder fouten te leren spreken en verstaan, wat begint bij iemand na kunnen spreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met driloefeningen om zinnen alsook structuren goed te leren beheersen, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltrainer kan zo bijvoorbeeld een bepaalde zin tien maal herhalen en daarna een nieuw woord of meerdere nieuwe woorden toevoegen. Er wordt veel in zogenaamde talenpractica gewerkt, waar studenten een koptelefoon op hebben en zinnen beluisteren en nazeggen. De geschreven taal wordt pas behandeld wanneer de mondelinge taal al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen voor het introduceren van nieuwe woorden.

Populariteit


In ons land werd de methode pas geïntroduceerd rond het jaar 1970 toen de Mammoetwet inging. Al snel waren er bezwaren tegen de betekenisloze drills. De techniek wilde wel eens problemen geven, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats daarvan maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Nu was alom aanvaard dat het bij het leren van de taal niet gaat om het uit het hoofd leren van de grammaticaregels, maar om de toepassing ervan. De luistervaardigheid, waar de meeste taaldocenten vóór 1970 geen aandacht aan schonken, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor studenten die beginnen. Een juiste uitspraak wordt vanaf het begin aangeleerd. De audiolinguale methode is docentgestuurd en en biedt daardoor een efficiënte en snelle overdracht van de kennis van de taal. Ook voor grote(re) groepen is de audiolinguale methode geschikt.

Dit docentgestuurde aspect heeft tegelijkertijd een keerzijde; eigen input wordt niet van de studenten verlangd, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie dreigt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk in levend taalgebruik zijn om te zetten.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


De GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen op een zodanige wijze te leren dat deze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die na verloop van tijd worden herhaald. Deze zinnen of woorden op de woordenlijst worden hardop gelezen door de student. De bedoeling is niet om al deze woorden en zinnen uit het hoofd te leren, maar dit eigenlijk gaat vanzelf door blootstelling. De woordenlijst wordt steeds veranderd; woorden die zijn geleerd, worden van de lijst gehaald. Die woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de student worden opgeslagen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden als deze kennis ook van betekenis en relevant is voor de lerende. Voor woorden en zinnen die relevant en van betekenis zijn voor de lerende, kan deze methode goed functioneren.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Deze GoldList-methode kan functioneren voor studenten die baat hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt, werkt het met de hand schrijven effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een fotootje maken. Een minpunt is het ontbreken van context. Taal bestaat uit veel meer dan alleen een serie losse woorden en/of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend omdat steeds handgeschreven woordenlijsten moeten worden gemaakt.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method richt zich op een natuurlijke manier van het verwerven van de taal. Op de manier waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de methode de vreemde taal te leren. De taalregels leert men eveneens onbewust op deze manier. Hiervoor wordt alleen de doeltaal gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een leeromgeving zonder stress is het streven van de methode. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete grammatica.

Als de student in de te leren taal wordt ondergedompeld, werkt de methode het meest effectief. De leeractiviteiten die in de vreemde taal worden aangeboden, moeten stimulerend zijn, om te zorgen dat de studenten van de ervaringen kunnen genieten.

De Natural Method heeft veel overeenkomsten met de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het onderscheid is dat de Directe Methode meer nadruk legt op de praktijk en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Het is veelvuldig aangetoond dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode kan zijn. De methode is een populaire manier van lesgeven bij taaltrainers, doordat de Natural Approach vrij eenvoudig is om te begrijpen voor studenten. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De nadruk wordt vooral gelegd op het impliciet leren van de grammatica. Studenten zouden weliswaar leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met de taal op te bouwen. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft de geleerde stof langer.

Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er bijna geen druk ligt op de taalproductie. Ook bereidt de methode lerenden niet per se op een bepaald examen voor.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse benaming: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om de student vertrouwd te laten raken met de grammaticale en fonologische structuur van de taal. Volgens de methode van Structurele Aanpak levert de beheersing van deze structuren meer op dan het leren van woordenschat van de nieuwe taal. Bij de Structurele Aanpak gaat het om het kunnen herkennen en toepassen van vaste combinaties van woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. Deze combinaties worden aan de lerende aangeboden in betekenisvolle situaties met gebruik van dramatisering, visualisatie, handelingen en gezichtsuitdrukking. De taalstructuren die het vaakst worden gebruikt, worden eerst geleerd. De mondelinge vaardigheden (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hierbij in eerste instantie gebruikt; leesvaardigheden en schrijfvaardigheden volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreekvaardigheden en schrijfvaardigheden), krijgt de grammatica een belangrijke plek. Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) zijn andere namen voor de Structurele Aanpak.

Populariteit


De Structurele Aanpak werd op vrij grote schaal in de jaren vóór 1970 ingezet om Engels te leren in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


De sterke kant van de Structurele Aanpak is dat studenten de nieuwe taal op een accurate wijze kunnen leren. De student krijgt inzicht in de grammatica en leert in welke situaties bepaalde woorden en combinaties van woorden wel of niet passend zijn. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de Structurele Aanpak kleven eveneens nadelen. De methode van werken is tamelijk tijdrovend en biedt niet onmiddellijk succeservaringen. De eigen input van de student is beperkt; de methode is niet echt creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Het communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren 60 van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een vreemde taal legde. De taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Het communicatief talenonderwijs is gestoeld op de opvatting dat interactie de uiteindelijke doelstelling is van het leren van een vreemde taal.

De studenten leren de vreemde taal in praktijk te brengen middels de CLT-technieken door de interactie met elkaar en de docent. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in de vreemde taal of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werksituatie. De doeltaal wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.

Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en docenten dragen onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid in verschillende situaties uit de praktijk te oefenen. De grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.

Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent echt een trainer, die de student helpt om te communiceren in de vreemde taal.

Populariteit


In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair, mede omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Door de verdere eenwording van Europa ontstond meer behoefte om vreemde talen te leren door middel van een methode die meteen toepasbaar was.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel goede kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de doeltaal; het is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materialen, leren studenten de woorden die zij nodig hebben. Het is efficiënt. Voor de studenten werkt deze methode stimulerend omdat zij snel succes ervaren. Er mogen fouten worden gemaakt; de taalvaardigheden wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak minder aandacht is. De voorbereiding en planning vereisen veel meer tijd van de docent en van de lerende vraagt het een actieve deelname. Voor bepaalde studenten kan deze manier van een vreemde taal leren ongebruikelijk of lastig zijn, afhankelijk van hun achtergrond. Communicatief taalonderwijs (CLT) (communicatief taalonderwijs) draait om het trainen van vaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en minder om de vorm en de methode biedt dan ook geen echt samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Hij ontwikkelde omstreeks het jaar 1783 een leermethode waarin de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt als grondlegger beschouwd van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd, wat de taal van religie, cultuur en wetenschap was. Onderwijs in Latijn was uiteraard gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en was volledig gericht op de grammatica en het vertalen. Dat werd gezien als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat uit van de analyse van de taalstructuren en de taalvormen waarbij de lerende inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docenten dragen kennis over, de lerenden memoriseren.

Populariteit


Alhoewel al sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, is tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode van grote invloed geweest op het talenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, biedt de methode biedt een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzichten in de structuur, vanwege de nadruk die gelegd wordt op de grammatica.

De methode kent echter meer minpunten dan pluspunten. Het belangrijkste pluspunt is dat de spreek- en luistervaardigheid bij de methode ver achterblijft, waardoor de vreemde taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. Omdat het meestal om literair taalgebruik gaat, staat de leermethode ver af van het dagelijks gebruik van de te leren taal, ook in de context die aangeboden wordt. De methode biedt niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces voor lerenden voor het werken in een groep. De student fungeert slechts als toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (Engelse naam: language immersion of alleen immersion) wereldwijd gebruikt, voornamelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die bij Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd, toegepast wordt. De methode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse les onderwezen aan welgestelde dames uit Vught.

Kenmerken van onderdompeling


Onderdompeling behelst dat degene die de taal leert, vanaf het begin omgeven wordt door de nieuwe taal. Alle instructies worden in de doeltaal gegeven; in het begin langzaam en met veel herhalingen en later op een meer natuurlijke wijze. De student wordt ook vanaf het begin uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. De methode maakt gebruik van rollenspellen en simulaties. Op scholen die met onderdompeling werken, wordt de leeromgeving veelal in de stijl van het land van de doeltaal ingericht om een situatie te creëren alsof de lerenden in het land zijn waar die taal gesproken wordt. Lerenden oefenen het spreken één-op-één of in kleine groepen. Naar het land van de te leren taal reizen en daar bijvoorbeeld in een gastgezin verblijven, is een andere wijze om onderdompeling te bereiken.

Populariteit


De methode van onderdompeling wordt als een zeer goede methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan uitstekend worden ontwikkeld met deze methode.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Het wezenlijke voordeel is dat met deze methode snel resultaat wordt bereikt, omdat de leermethode nogal intensief is. Omdat de lerende wordt erdoor omgeven, is het een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet echt gaan communiceren in de te leren taal. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in groepen versterkt de sociale interactie. De lerenden ervaren dit als motiverend.

Een nadeel is dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden. Als studenten in een korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land van de doeltaal te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaan, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Een bijkomend minpunt van de methode kan zijn dat een dergelijke training erg intensief is. Niet alle studenten hebben genoeg conditie om deze wijze van leren vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om taal te leren ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Suggestopedia is door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om te kunnen leren. Daarvoor is het van essentiële betekenis dat er een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen is tussen de taaldocent en studenten. Hiervoor is de voorwaarde dat studenten zich veilig en ontspannen voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was ongeschikt om dit te bereiken. De studenten zaten in de lessen in comfortabele stoelen die waren opgesteld in een halve cirkel en er was ook altijd muziek tijdens de klas. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, terwijl op de achtergrond natuurgeluiden te horen waren of klassieke muziek werd gedraaid. Er waren woordenlijsten bij de teksten en opmerkingen over de grammatica van de doeltaal. Dit voorlezen gebeurde met veel expressie in stem alsook gebaren. Zo werden de studenten uitgenodigd om te luisteren en de studenten konden de woorden die nieuw waren voor ze, gemakkelijk begrijpen en opnemen. In de lessen was veel aandacht voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal. Er werden rollenspellen gespeeld en er bijvoorbeeld streekgerechten werden gemaakt en gegeten.

Populariteit


De leermethode Suggestopedie was enigszins omstreden en is niet heel bekend meer. Sommige elementen van de methodiek worden nog steeds toegepast, bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer in de les, waardoor de lerende geen hinder heeft van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Dat de lerende gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situaties en actief mee te doen, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is, is een bijkomend pluspunt van de methodiek. Tegelijkertijd is dit voor bepaalde studenten een keerzijde, want niet elke student is hiertoe in staat. Ook kan muziek bij sommige mensen afleiden en verstorend zijn in plaats van stimulerend of ontspannend werken. Dat de relatie trainer-student niet echt gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle inbreng komt van de zijde van de trainer waarbij de student steeds de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in het jaar 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
of afgekort CLL geheten.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


Community Language Learning is een methode om een taal te verwerven waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaldocent fungeert als een counselor die de zinnen van de lerenden omschrijft. De studenten starten een gesprek. Als zij de te leren taal nog niet voldoende machtig zijn, spreken zij in hun moedertaal. De taaldocent vertaalt en legt uit, waarna de studenten de uitspraken van de docent zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken worden opgenomen om daarna opnieuw te kunnen beluisteren.

Community Language Learning bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de studenten als middel om de taal te leren. Er wordt geen leerboek gevolgd; het zijn de studenten zelf die de inhoud van de les bepalen middels betekenisvolle gesprekken.

Populariteit


Het slagen van deze methode hangt grotendeels af van de expertise van de docent-counselor. Bij deze methode dient de trainer naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn onderlegd. Deze taaltrainer dient zowel de vreemde taal als de moedertaal van de lerenden uitstekend te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de lerenden te vertalen. CLL kan prima werken als deze correct gebruikt wordt. Deze methode is niet bruikbaar voor grote klassen.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


CLL biedt de lerenden een hoge mate van autonomie. De studenten vinden het analyseren van hun eigen gesprekken vaak nuttig. De groep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de lessen, maar ook buiten de lessen. Met deze methode worden studenten zich veel meer bewust van anderen in de groep, hun sterke en minder sterke punten en ze leren te werken als team. Studenten leren veel door het bespreken door hun fouten en het evalueren van de les. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van het actieve vocabulaire van studenten.

Het kan een keerzijde zijn dat de docent niet sturend is, ondanks dat sommige studenten wel sturing nodig hebben. Bij CLL wordt geen gebruikgemaakt van een leerboek en er worden geen toetsen gehouden. Het succes van het taalonderwijs is daardoor lastig meetbaar. Sommige lerenden worden in hun spreken belemmerd als zij worden opgenomen.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die in de vroege jaren negentig van de vorige eeuw is ontwikkeld door Michael Lewis.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


Deze benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. Lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van de taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Zo leren ze de taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. Bij deze benadering neemt de woordenschat een grotere plaats in dan de grammatica. Instructies zijn op situaties en uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen gericht. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar eveneens aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de lerenden (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel mogelijkheid voor het zelfstandig ontdekken van de taal door de lerenden.

Het is de taak van de trainer om te zorgen voor voldoende inbreng en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.

Populariteit


Door de invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia de leerboeken aanmerkelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht geschonken aan woordenschat die in zogenaamde chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De vergaande wending in de manier waarop talen worden onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Door het werken met ‘chunks’ (brokjes vreemde taal); met ‘echte’ taal, leren de studenten op een natuurlijke manier de vreemde taal te gebruiken. Op deze manier ontstaat souplesse in het taalgebruik.

Het minpunt van deze methode van de methode is dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de aangeleerde taalsituaties. Met het zelf leren herkennen van de patronen van de vreemde taal hebben sommige studenten moeite en zij hebben meer aan een trainer die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is in 1880 ontwikkeld door de Franse taaldocent François Gouin.

Kenmerken van de Series Method


De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van Gouin is gebaseerd op een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van grammatica van de doeltaal. Studenten leren zinnetjes op basis van een handeling, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze handeling zou worden uitgevoerd. Deze reeksen of series gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. De studenten gaan snel in de te leren taal denken omdat een soort eentalige methode betreft, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.

Populariteit


Gouin’s ideeën over taal waren bijzonder vooruitstrevend. Alhoewel de methode een ongewone aanpak had, was de seriemethode van François Gouin enige tijd een succes. Deze methode werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Maximilian Berlitz.

Voor- en nadelen van de Series Method


De Series method van Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheid sterk en de leermethode zorgt voor een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer in de taalles.

François Gouin’s methode biedt levendig onderwijs. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, en dergelijke, wekt dit soort onderwijs enthousiasme op van de lerenden. Een taal leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De methode maakt lerenden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, de prestatiedruk te verlagen en het zelfvertrouwen te verbeteren. De communicatieve taalvaardigheid van de lerende wordt sterk gestimuleerd.

De seriemethode van Gouin heeft echter als nadeel dat taal die iets subjectiever of abstracter wordt, lastig met bewegingen en expressies in één concrete ervaring is te vangen. De bewerkelijkheid voor de docent, die tenslotte een scala aan series dient voor te bereiden, is een bijkomend minpunt. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog meestal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Task-Based Language Teaching; TBLT (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham V. Crookes.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de taal geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om specifieke taken uit te voeren. Studenten krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis nodig. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat ze over woordenschat en regels van de taal beschikken. De taken zijn alledaagse taken, zoals een boodschappen doen, een e-mail schrijven, iets te drinken bestellen, bellen met de klantenservice of de krant lezen. De taak wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij studenten zich eerst op de taak voorbereiden, de taak vervolgens uitvoeren en tot slot op de taak terugblikken. De studenten dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. De taken moeten iets boven het niveau van de student liggen om leereffect te hebben.

Populariteit


Task-Based Language Teaching (TBLT) heeft aan populariteit gewonnen vanaf de vroege jaren 90 en zeker in het taalonderwijs. Taakgericht taalonderwijs de meest praktisch bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheid bij lerenden (hoofdzakelijk lerenden in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs taakgericht taalonderwijs is een activerende werkwijze, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheden te gaan gebruiken. Mits de taak goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. Studenten komen op een alledaagse, natuurlijke wijze in aanraking met de taal en leren zo authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in de doeltaal. Daarnaast leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als plezierig en motiverend ervaren .

Als keerzijde kan worden genoemd dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm, waardoor de lerenden die niet heel precies leren.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in 2000.

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


De inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT) was ‘Dogme 95’; de stroming van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder filmregisseur Lars von Trier uit 1995. De deelnemers houden zich voor het maken van films aan tien strikte regels (dogma’s). Deze vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het beginnen van inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan, is het doeleinde van de Dogme-methode. Bij deze methode gaat het om communicatie als de stuwende kracht van het leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve benadering voor taalonderwijs, die onderwijs biedt zonder leerboeken te gebruiken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op de communicatie tussen trainer en studenten focust. Het Dogme-taalonderwijs kent 10 uitgangspunten (dogma’s), net als de Dogme-beweging van de filmmakers.

Populariteit


Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Scott Thornbury dat de overeenkomsten met taakgericht leren van een taal erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een voordeel voor de taaltrainer is dat voorbereiding vrijwel niet is vereist. Dat studenten de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces, kan heel motiverend zijn. Voorspelbaar zijn de lessen zo niet. Dit zorgt voor spontane communicatie en voorkomt verveling. Zo goed als elk item is bespreekbaar tijdens een taalles volgens de Dogme-methode. Zo blijven lerenden alert en betrokken.

De studenten kunnen zich echter wel iets ongemakkelijk voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de trainer. Ook is niet elke taaldocent in voldoende mate flexibel voor dit type van onderwijs. Een bijkomend minpunt kan zijn dat de lerenden zich vaak op een bepaald examen moeten voorbereiden en het niet zeker is dat de hiervoor benodigde stof aan de orde komt tijdens de lessen.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson ontwikkeld.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


De GPA-methode is een alternatieve visie om een nieuwe taal te verwerven. Dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien, is de primaire aanname van de GPA. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van een taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur. GPA hanteert daarom de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA-benadering heeft overeenkomsten met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende en een verzorger uit de gastcultuur voeren de activiteiten uit. Begrip is belangrijker dan productiviteit. De nadruk ligt op woordenschat alsook cultuur. Fase 1 is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ruwweg 100 uur. In fase 1 focussen de ‘groeiende deelnemers’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.

Fase 2 van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze neemt ruwweg 150 uur in beslag en de deelnemers beginnen nu de vreemde taal ook te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de methode van de leermethode is de fase van het ‘diepe delen’. Nu beginnen de deelnemers en verzorgers meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de ontvangende cultuur. In fase 5 van de methode begint de deelnemer zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers door middel van films, televisie, nieuws en literatuur. De taal die voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de leermethode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om de groei buiten de formele taalsessies.

Populariteit


De methode van Thomson is nog vrij nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes ervan. Deelnemende studenten zijn enthousiast over de methode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met de GPA-methode wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van de taalverwerving. De zes afzonderlijke fasen van de leermethode bieden haalbare doelen en een duidelijk tijdsschema. Er wordt door de lerende niet alleen taalkennis verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.

Een keerzijde van deze leermethode is dat voor iedere deelnemer of tenminste iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige in de vroege jaren 2000.

Kenmerken van de Shadowing Technique


De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken om de intonatie en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Het werkt een eenvoudige methode: lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen wat zij horen. Het gaat in de eerste plaats om de klanken; de tekst begrijpen is niet van belang. Luisteren en daarna herhalen wordt geoefend tot dit heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan kan spreken met de opname. De lerenden gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat zij hebben uitgesproken. Zolang de boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende teksten, zijn veel leerboeken geschikt voor deze methode. De audio-opnames dienen idealiter iets boven het niveau van de lerenden te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op een natuurlijke snelheid. Doordat beweging de opname van de te leren taal in het zenuwstelsel versterkt, doet Argüelles de aanbeveling aan studenten om tijdens het spreken te gaan lopen, het liefst in de buitenlucht, en niet te gaan zitten. Dat de lerenden minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, zodat het werken aan de taal aanzienlijk effectiever wordt, is een bijkomende reden.

Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale driloefeningen in plaats van dialoog of samenhangende tekst. Ook het simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.

Populariteit


In de afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar de methode van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van de nieuwe taal wordt vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het kan worden toegepast in een groep van studenten, waarbij iedere deelnemer individueel actief leert. Het rendement van de Shadowing-methode is hoog.

De methode van Shadowing heeft als keerzijde is dat student het wellicht een beetje saai kan vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. Het kiezen van de tekst is dus van groot belang.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een taalleermethode die gebaseerd is op het principe dat mensen door middel van handelingen en bewegingen leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun (jonge) kinderen continu opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan verbaal reageren in een later stadium. Dus de luistervaardigheden zijn de basis, de spreekvaardigheden volgen daarna.

TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van een nieuwe taal. De docent geeft taken op een vriendelijke en begrijpelijke manier, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de taken voor; de lerende doet na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat zij praten; de studenten geven in een later stadium de taken. Opdrachten die bekend zijn worden verder uitgebreid of deels gewijzigd.

Door de combinatie van beweging en spraak, appelleert TPR® aan de beide hersenhelften. Op deze manier kost het minder moeite om dingen te leren en de geleerde stof beklijft ook beter.

Populariteit


De methode van TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken ook met veel plezier met TPR® en behalen hiermee goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


TPR® biedt veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek van Total Physical Response zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in leren. Het zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe geschikt voor alle doelgroepen, ongeacht de achtergrond en de leeftijd en de methode kan eveneens worden gebruikt in grotere klassen. De taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.

Het minpunt van de TPR®-methode is dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten kan worden uitgedrukt. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker niveau werkt en daarnaast nog een andere methodiek (als aanvulling) nodig is. Ook is de leermethodiek niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om hun gevoelens, ideeën en meningen te uiten.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze Directe Methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Er was een Reformbeweging rond het jaar 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. De Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van talen, maar ook voeding, kleding, naturisme en natuurgeneeskunde. Men streefde, net zoals in de jaren 60 van de vorige eeuw, omstreeks 1900 naar natuurlijke manieren van leven en een bevrijding van het keurslijf. In het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij de grammatica meer inductief werd aangeleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. Hieruit moesten de studenten de taalregels afleiden. Er waren meer mondelinge oefeningen die meer aandacht voor de uitspraak hadden. Het werd gestimuleerd om de lerenden veel te laten spreken. Nieuw was eveneens dat de les in de vreemde taal gegeven werd. Tijdens de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. De woordenschat van de vreemde taal werd aangeleerd door middel van plaatjes en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd door de studenten aangebracht voor het associëren van ideeën.

Populariteit


Deze vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw ebde weg, deels door invloeden van de oorlogen en crises, om weer in een andere vorm terug te keren in de jaren zestig.

Met (een moderne versie van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten zoals Interlingua en Berlitz.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Het grote voordeel van de Directe Methode is dat deze methode een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken, waardoor de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in de vreemde taal ontwikkelen. Deze leermethode kent ook keerzijden. Deze methode schenkt nauwelijks aandacht aan de schrijfvaardigheid en ook minder aandacht aan lezen in de doeltaal. Voor de meer gevorderde lerende, heeft deze methode niet genoeg uitdagingen te bieden. Voor langzaam lerende studenten is de Directe Methode eveneens niet zeer bruikbaar, doordat deze leermethode op een dynamische inzet vanuit de studenten is gebaseerd.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca is op hetzelfde principe gebaseerd als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een taal dient gemakkelijk en veilig te zijn. Manesca wil om die reden niet werken met abstracte lijstjes of regels met woorden die uit het hoofd geleerd moeten worden.

De Manesca-methode staat bekend als de eerst bekende, volledige taalcursus. De methode is op het werken met een groep van lerenden en een trainer gebaseerd, die één woord tegelijk introduceert. Er hoort een bepaalde beweging bij ieder woord. De studenten herhalen daarna na elkaar het woord en de bijbehorende beweging. De herhaling helpt de lerenden het woord te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap vormen deze woorden zo zinnen en weer variaties op de zinnen. Spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.

De methode van Jean Manesca is al enkele jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.

Populariteit


Manesca is twee jaar na publicatie van zijn leermethode overleden. Het werk van Manesca is opgepakt en aangepast door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en het geleerde gemakkelijker en langduriger door de lerende wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Het feit dat het wat saai wordt om dezelfde woorden en zinnen steeds te herhalen, kan door lerenden als een keerzijde worden gezien.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld in 1963.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een methode om vreemde talen te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. Caleb Gattegno’s methode gaat uit van de autonomie van de studenten en hun actieve deelname.

Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de docent om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en hen aan te moedigen om fouten te corrigeren. Veel tijd wordt aan de uitspraak besteed.

Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de energievoorraad van de studenten. Hij ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer lerenden proberen iets uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno verklaarde dat de docenten niet zozeer naar kennisoverdracht zouden moeten streven, maar het bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te kunnen leren.

Gekleurde staafjes die voor allerlei dingen kunnen worden gebruikt, zijn één van de hulpmiddelen die The Silent Way van Gattegno gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarbij elke kleur een bepaalde klank van de doeltaal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.

Populariteit


Voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak van de doeltaal zijn de ideeën van Caleb Gattegno wel van betekenis geweest, alhoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt toegepast.

Voor- en nadelen van de Silent Way


De sterke kant van de benadering van Gattegno is dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor studenten, die tenslotte als autonoom worden beschouwd. De docent is bij deze methode in principe aan de student dienstbaar, niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren van een taal op een natuurlijke manier. Vaak wordt het geleerde goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Fouten maken mogen, wat aan het leerproces bijdraagt.

Het kan een nadeel van de methode zijn dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de methode voorstaat. Een lerende zou gefrustreerd kunnen raken door het gebrek aan input van de docent. Het werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er vrij snel af is. Hierdoor verdwijnt het effect.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-techniek (Total Physical Response).

Kenmerken van TPR Storytelling


De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke manier van taalverwerving: talen leren zoals kinderen de moedertaal leren. De student wordt blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input om dit te bereiken. De taaldocent vertelt een verhaal aan de studenten, waarin nieuw te leren woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn nooit te lang en interessant of humoristisch. Studenten ontspannen zich doordat deze verhalen gemakkelijk te begrijpen zijn. Zo worden structuren en woorden van de nieuwe taal vrijwel ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De studenten worden door de taaldocent op grammaticale verschijnselen gewezen, zonder dat studenten taalregels uit hun hoofd leren.

De lerende zal na een poosje ‘automatisch’ beginnen te spreken en de grammaticale structuren gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groepje studenten een verhaal opbouwen, is een variant. De taaldocent schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met hun vertaling, om vervolgens samen met de studenten een verhaal te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen, doordat dit zorgt voor input. Schrijven volgt in een later stadium.

Populariteit


Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting dient geschikt te zijn en de trainer dient ervoor getraind te zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


Het is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. Omdat TPRS ook de creatieve intelligentie aanboort, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. TPRS is plezierig voor studenten en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor studenten werkt het zeer motiverend om zelf een verhaal te creëren.

Een minpunt is dat TPRS veel voorbereiding van de trainer vraagt.

COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-methodiek is vernoemd naar de zogenaamde de Steen van Rosetta, een steen met een tekst in twee talen die in Egypte is gevonden, met behulp waarvan uiteindelijk de hiërogliefen ontcijferd zijn. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taalcursussen op de markt brengt. De eerste versie van deze methodiek is uitgebracht in 1996.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone methode is een manier om achter een computer een vreemde taal te leren. De taalcursussen zijn in meer dan dertig talen beschikbaar en de cursussen zijn te volgen vanuit elk van deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop een kind zijn of haar moedertaal leert. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers alsook foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal. Er is een programma om spraak te herkennen dat de uitspraak registreert en een schematische weergave hiervan maakt. Dit maakt het mogelijk voor een gebruiker om de uitspraak met die van een native speaker (moedertaalspreker) te vergelijken. Door de voorbeeldspreker wat langzamer te laten spreken en daarna veel na te spreken, kan verbetering van de uitspraak worden behaald.

Er zijn dictee-oefeningen voor de schrijfvaardigheden. De software controleert de grammatica en de spelling en geeft eventuele taalfoutjes aan en biedt de optie om de taalfoutjes van de lerende te corrigeren.

Het programma van Rosetta Stone biedt ook leesteksten. Deze gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.

Populariteit


De Rosetta Stone-methode wordt wereldwijd veelvuldig ingezet en niet door de minsten. Onder andere het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. De methode van Rosetta Stone wordt in ons land toegepast door een aantal ministeries en diverse hogescholen en universiteiten en eveneens door sommige internationale bedrijven.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone-methode is erg eenvoudig in het gebruik en de methode kan door de studenten worden gebruikt op elk moment. De lerende bepaalt zelf welke onderdelen van de leermethode meer of wellicht minder aandacht nodig hebben. Veel studenten vinden het plezierig om met de leermethode te werken. Voor onderwijsinstellingen kan de methode van Rosetta Stone een oplossing zijn bij een gebrek aan docenten. Dat er geen taaltrainer is die studenten motiveert of wat extra’s kan bieden, kan een nadeel van de methode zijn.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur in 1963 introduceerde.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om nieuwe talen te leren.

De taalcursus bestaat uit zinnetjes en dialogen die door lerenden vervolgens worden nagesproken en herhaald. Deze voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursus is op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. De les van de cursus omvat een audio-opname van een half uur met nieuwe vocabulaire en taalstructuren in de doeltaal. De grammaticale structuur wordt niet apart uitgelegd maar aangeboden via uitbreiding van, en variaties op, deze zinnen.

Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin geleerde informatie van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. Dit (gemiddelde) interval is geïntegreerd in de Pimsleur cursussen.

Populariteit


Onder meer Amerikanen volgen de Pimsleur taalcursussen en de ervaringen met Pimsleur variëren. De lerenden zijn over het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


De methode van Pimsleur werkt erg goed als uitspraakverbeteraar doordat de insprekers van de zinnen allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke wijze spreken in een normaal tempo.

Het minpunt van de leermethode van Pimsleur is dat er niets uitgelegd wordt. De student leert geen bouwstenen om zelf zinnen te maken, maar moet het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die ingeprent worden.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn methode in een eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden zoals Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Bob Dylan en Pierce Brosnan in zijn klantenkring.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij vrij is van stress. Hij maakte de studenten duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.

De cursussen zijn audiolessen, door twee stemacteurs ingesproken; een vrouwelijke en een mannelijke. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het de bedoeling dat de cursist op pauze klikt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. Bij de methode worden de lessen opgebouwd in delen en nieuwe stof wordt afgewisseld met bekende stof. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. Er wordt op eventuele verbanden tussen de talen gewezen. Ook is er grammaticale uitleg. Bij de methode van Michel-Thomas wordt makkelijke stof eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de lerende het voorgaande heeft begrepen en geleerd. Behalve woorden en zinnetjes in de doeltaal worden eveneens bouwstenen aangeleerd. Hiermee kan de gebruiker zelf zinnetjes bouwen. Ook maakt de methode gebruik van flashcards waarmee lerenden zelf hun woordenschat kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.

Populariteit


Veel lerenden vinden de methode van Michel Thomas prettig werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuren van de vreemde taal. De mensen die al wat verder zijn met de taal, ervaren de Michel Thomas-methode als wat minder nuttig.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De cursussen trainen uitspraak alsook luistervaardigheid uitspraak van de doeltaal op een efficiënte wijze en zijn zeer toegankelijk. Het feit dat de cursus niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een nadeel. Een werkelijke interactie is er ook niet doordat de leermethode uit een audiocursus bestaat.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door polyglot en schrijver Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Dit begon met het eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘opgaan in de andere groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen streven is voor taalcursussen. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek en audio-CD’s alsook een USB-stick. De lerende besteedt ongeveer twintig minuten per dag aan de taalcursus.

De lessen bestaan uit verschillende dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De vertaling staat ernaast, alsook toelichting van de grammatica. Voor het oefenen van de uitspraak, maakt de methode gebruik van zinnetjes die zijn ingesproken door native speakers en die de cursisten daarna dienen te herhalen. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruikers; dit komt pas na ongeveer vijftig lessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn populair. De cursussen zijn relatief voordelig en er is een ruim aanbod aan talen.

Voor- en nadelen van Assimil


Dat de cursist in zijn of haar eigen snelheid kan leren wanneer dit het beste past, is het pluspunt van de methode van Assimil. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle taalcursussen met een computer, dat de cursist aan zichzelf is overgeleverd. Er is geen taaltrainer om de lerende te motiveren of te begeleiden.

Verschillende digitale tools

Er is ook een uitgebreid aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen: uTalk, Eurotolk Ultimate en online leermethoden zoals Duolingo, Quizlet, Babbel en Mondly.

Er is echter een betere manier om een taal te leren om talen te leren:
De Dagnall Methode.


Het inmiddels bekende hoge rendement van Dagnall wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar vooral door de focus altijd op de cursist(en) te leggen, bijvoorbeeld; is deze persoon auditief, visueel of kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil hij of zij eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt hij of zij lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?

Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De cursussen van Dagnall Taleninstituut zijn bij voorkeur face-to-face. Dagnall Talen werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de app geladen worden met jargon van uw bedrijf of organisatie.
[ Lees meer ]


Betaalbaar maatwerk sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Online (e-learning), blended learning en Dagnall app

Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’


‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)cursussen die online gevolgd kunnen worden, dus op afstand. Het wordt ook wel een virtual classroom, vertaald een ‘digitaal leslokaal’ genoemd.
Het zogenaamde blended learning is een vorm van training waarbij face-to-face-sessies (klassikale sessies) gecombineerd worden met online leren in een online leeromgeving.
Eenvoudig gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Taleninstituut biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Roosendaal.

Online een vreemde taal leren (e-learning)


Voorbeelden van digitale platformen die om online te communiceren en te leren kunnen worden gebruikt, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.

Blended cursussen in Roosendaal


Blended learning heeft als voordeel ten opzichte van online leren dat, als het niet om 1-op-1 les gaat, de cursisten met blended learning afwisselend wel zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren; dat houdt in persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van andere cursisten.

100% maatwerk – ook online!
Uiteraard biedt Dagnall Taleninstituut ook blended learning in Roosendaal op maat.

Online leerplatform


Online leerplatform Dagnall Taleninstituut biedt een digitale leeromgeving met een interactief leerplatform, genaamd Dagnall.online. Dagnall.online biedt interactieve en gevarieerde content en vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.

De Dagnall App


Dagnall Taleninstituut biedt naast het online leerplatform eveneens een handige App voor Android alsook Apple. De Dagnall App heeft als grote voordeel dat lerenden altijd en overal, dus 24/7, toegang hebben op alle (mobiele) apparaten. Zowel op het werk maar eveneens thuis of onderweg, bijvoorbeeld eveneens in het buitenland. Zo kunnen cursisten dus een taal leren waar en wanneer ze maar willen. De oefeningen in de App worden op de behoefte van uw organisatie afgestemd zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Zo kunnen wij bijvoorbeeld speciek jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen alsook productnamen in de App integreren. De App kan dus zeer praktijkgericht ingezet worden en de App blijft ook na afloop van de training in Roosendaal beschikbaar.
Dagnall Taleninstituut zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Computerscherm met logo Dagnall.online - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Overlappende iconen App Store Apple App in Apple zwart en Google Play Android App in Google groen - op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels/
Ontdek onze online mogelijkheden

Online learning & blended learning in Roosendaal

Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining


E-mailcorrespondentie, telefoongesprekken, onderhandelingen of vergaderingen met zakenpartners en klanten zijn op het gebied van taalvaardigheid vaak een uitdaging.
Diegenen die diverse talen spreken, zijn daarom vaak cruciaal in veel organisaties en bedrijven.

Online en blended taaltrainingen op maat


Dagnall Taleninstituut leert u communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Wanneer u internationaal succesvol wilt zijn, leer uw gesprekspartners dan te begrijpen en zorg ervoor dat u ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheden verbeteren voor uw toekomstige of huidige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en zijn eveneens te boeken als onlinecursussen & blended taalcursussen. Onlinecursussen en blended taalcursussen zijn even doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en daarnaast comfortabel.


Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kan overal worden gevolgd; op kantoor, thuis, op (zaken)reis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor technische en zakelijke taaltrainingen online

Voor zakelijke en technische taalcursussen online werkt Dagnall met onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Teams of een ander onlineplatform naar uw keuze. Het platform Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt variatie en interactie.

Virtuele Classroom voor een individuele of groepstraining


Alleen het volgende is nodig voor cursussen in een virtuele classroom:
- Een laptop, tablet of pc met een microfoon en een camera
- Een internetverbinding
- Een rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]
Overlappende donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven en groene cirkel met computerscherm met Dagnall.online logo op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm screenshot inlogpagina Dagnall.online Springest-based platform voor online taallessen - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Computerscherm met logo Google Hangouts en computerscherm met logo Microsoft Teams - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels

Cursuspakket en certificaat

Voorafgaand aan uw cursus bij ons taleninstituut in Roosendaal ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal bevat.
Na afloop van uw cursus bij ons taleninstituut in Roosendaal ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde taalcursus in Roosendaal
Dagnall Talen cursuskoffer - Dagnall schrijfblok - Dagnall pen - lesboeken op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels
Ingevuld Dagnall Talen certificaat - Dagnall pen - Apple Magic Keyboard - Apple Magic Trackpad op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels

Het Europees Referentiekader (ERK)

Om begin- en eindniveau te beschrijven, gebruiken wij de taalniveaus zoals omschreven in het Europees Referentiekader (ERK). De niveaus van het ERK zijn internationaal erkende taalniveaus.
Na de cursus bij ons taleninstituut in Roosendaal sturen wij u een ‘Dagnall Talen-certificaat’.
 

Logo EU Europese Unie in blauw vierkant met afgeronde hoeken in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo ERK Europees Referentiekader Talen in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese richtlijn om taalniveaus te kunnen beoordelen.
Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 samengesteld door de Raad van Europa.
Het ERK is een instrument dat vijf taalvaardigheden onderscheidt, te weten: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
De Engelse naam wordt eveneens vaak gebruikt: Common European Framework of References; CEFR. Daarnaast onderscheidt het ERK zes niveaus van taalvaardigheid; van beginners tot vrijwel moedertaalsprekers.
De niveaus beginnen bij A1 en A2, vervolgens de vaak het meest gewenste B1, B2 en dan de moeilijkste C1 en C2.
Niveau A is van toepassing op beginners.
Cursisten die niveau B beheersen, bezitten alle basiskennis in de Franse taal.
Niveau C is van toepassing op gevorderden die de Franse taal met groot gemak kunnen verstaan, lezen, spreken en schrijven. De vaardigheden die bij niveau C horen, gaan richting de moedertaalgebruiker. Zo iemand gebruikt de vreemde taal probleemloos in verschillende situaties.

A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level


Luisteren


Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.

Spreken


Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.

Lezen


Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.

Schrijven


Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.

B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level



Luisteren


Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.

Spreken


Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.

Lezen


Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.

Schrijven


Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).

C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level



Luisteren


Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.

Spreken


Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.

Lezen


Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.

Schrijven


Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.

A2 Basisgebruiker - Waystage Level



Luisteren


Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.

Spreken


Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.

Lezen


Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.

Schrijven


Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.

B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level



Luisteren


Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.

Spreken


Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.

Lezen


Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.

Schrijven


Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.

C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level



Luisteren


Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.

Spreken


Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.

Lezen


Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.

Schrijven


Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO 9001-2015 LOGO
ISO 1700-2015 LOGO

ISO-certificeringen

ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement


Dagnall Talen is gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm bevat eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn om de klanttevredenheid te verhogen. De speerpunten van de ISO 9001:2015 norm zijn het voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem.

ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten


Dagnall Talen is eveneens gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 17100:2015 norm. De ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor de vertaalbranche die onder meer eisen stelt aan mensen, middelen, projectmanagement, vertalers en proeflezers.


De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen bewijst dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers wordt gewerkt die beschikken over de benodigde kennis en ervaring. Bovendien worden de vertalingen van Dagnall Talen altijd minimaal twee keer door twee specialisten/proeflezers proefgelezen. De vertalingen worden aangeleverd volgens afspraak en binnen de deadline.

Kiwa – certificeringen sinds 1948


Kiwa is een certificeringsinstituut in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties. Dagnall wordt jaarlijks getoetst door Kiwa om te beoordelen of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk
Logo keurmerk NRTO Nederlandse Raad voor Training en Opleiding in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Nederlandse Raad voor Training en Opleiding NRTO in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Lidmaatschap NRTO

Dagnall Taleninstituut is al vele jaren lid van de NRTO en draagt eveneens het NRTO-keurmerk.
Wij hebben ons bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie voor kwaliteit en betrouwbaarheid staat.
De afkorting NRTO staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsorganisaties en meer dan 450 organisaties zijn lid van de NRTO.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.

Kwaliteitsbevordering en -bewaking


Voor de NRTO staat kwaliteit centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de NRTO-leden geleverd worden, bijvoorbeeld bij ons taleninstituut in Roosendaal, wordt geborgd door een gedragscode, door verschillende convenanten en door het NRTO-keurmerk.
[ Lees meer ]
 
Logo GDPR Algemene Verordening Gegevensbescherming in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo EU Filemaker in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

AVG-compliant

De Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) (Engelse naam: General Data Protection Regulation (GDPR)) is een Europese verordening met betrekking tot het verwerken van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de Europese Unie. De AVG dient er met name toe de privacy van burgers in de EU te beschermen. De verordening schrijft voor dat mensen op de hoogte dienen te zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die voor het beoogde doeleinde noodzakelijk zijn, verwerkt en bewaard mogen worden.
De persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan nodig en de persoonsgegevens dienen tegen toegang door onbevoegden, vernietiging en verlies te worden beschermd. Taleninstituut Dagnall voldoet vanzelfsprekend aan alle vereisten die worden gesteld door de Algemene verordening gegevensbescherming en Taleninstituut Dagnall verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht zeer beperkt. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Logo CRKBO Centraal Register Kort Beroepsonderwijs in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Lloyd's Register in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Cursussen bij Dagnall taleninstituut in Roosendaal zijn vrijgesteld van btw

CRKBO-geregistreerde instelling

Dagnall Talen is ingeschreven in het CRKBO-register. CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dit houdt in dat ons taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs.
Voor de Belastingdienst is inschrijving in het juiste CRKBO-register een voorwaarde om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrij te kunnen aanbieden.
Door onze btw-vrijstelling kunnen wij een lagere prijs in rekening brengen.
Dit helpt in de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, maatschappen, overheidsinstellingen en privépersonen worden gegeven.

CPION


Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.

Lloyd’s Register


Het CRKBO-register is een register dat door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden wordt.
Het Lloyd’s Register is opgericht in het jaar 1760 en is een onafhankelijk, door de overheid erkend keuringsinstituut dat onder andere als doel heeft organisaties te beoordelen en te classificeren.
Offerte aanvragen bij ons taleninstituut in Roosendaal

Contact taleninstituut Roosendaal

Wilt u contact met Dagnall Taleninstituut in Roosendaal? Vraag vrijblijvend naar onze mogelijkheden. Bel ons gerust op 076-8200500 (geen menu) of stuur ons een e-mail via taleninstituut-roosendaal@dagnall.nl.
Of ga naar ons contactformulier. Natuurlijk kunt u ook het informatiepakket voor cursussen aanvragen. Dit is geheel gratis.
Afbeelding wegwijzer in grijs met bord Dagnall in verkeersblauw in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Afbeelding computer en tablet en telefoon in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Het juiste traject naar een taleninstituut in Roosendaal!
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Trainen en vergaderen in Roosendaal

Bij ons taleninstituut kunt u de taalcursus op uw locatie volgen of in Roosendaal, bijvoorbeeld in het gebouw “Laan 22” aan de Laan van Brabant 22 in Roosendaal. Ons taleninstituut kan ook taalcursussen in Roosendaal verzorgen bij bijvoorbeeld Best Western City Hotel Goderie aan het Stationsplein 5A-5B, bij Hotel Sistermans aan het Stationsplein 9, bij Hotel De Reiskoffer aan de Pastoor van Breugelstraat 45 in Bosschenhoofd en bij Fletcher Hotel Stadspark aan de Gertrudisboulevard 200 in Bergen op Zoom.
Besprekingen houden in Roosendaal kan bijvoorbeeld bij Den Goubergh aan de Oude Ettensebaan 36.

Roosendaal - geschiedenis

Er zijn tekenen van bewoning gevonden uit de steentijd, uit de periode rond 5800 v.Chr. Waarschijnlijk was dit nog geen permanente bewoning.
In de late IJzertijd, ongeveer 700 v.Chr., was er wel sprake van permanente bewoning, net als in de Romeinse tijd.
De naam ‘Roosendaal’ (als Rosendale) komt voor het eerst voor in een document uit het jaar 1268. De naam ‘Roosendaal’ kan verwijzen naar een Middeleeuwse Mariakapel.
De naam van de plaats wordt dan verklaard als ‘dal der rozen’ (de roos stond voor de volmaaktheid van Maria). Een andere verklaring is dat Roosendaal een verbastering is van risse (‘riet’) of rus (een moerasgrassoort). De plek was een bijna drooggevallen moeras. In moderne taal is Roosendaal dan ‘rietdal’.

Roosendaal - nu

Roosendaal ligt in de regio West-Brabant in de streek Baronie en Markiezaat en maakt deel uit van de Brabantse Stedenrij. Plaatsen in de buurt van de stad Roosendaal zijn Bergen op Zoom, Breda, Dinteloord, Etten-Leur, Halsteren, Hoogerheide, Klundert, Oudenbosch, Oud Gastel, Rucphen,
Standdaarbuiten, Steenbergen, St. Willebrord, Wouwse Plantage, Zevenbergen en Zundert. Roosendaal ligt in de provincie Noord-Brabant. In de gemeente Roosendaal wonen ongeveer 77.000 mensen.
Vlag gemeente Roosendaal - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Vlag gemeente Roosendaal

Wapen gemeente Roosendaal - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Wapen gemeente Roosendaal

Inwoners

Woon je in Roosendaal, dan heet je een ‘Roosendaler’ of een ‘Roosendaalder’.
Bekende Roosendalers zijn Frans Bauer, Jeroen van Koningsbrugge en Jef Rademakers.
Iets wat uit Roosendaal komt, wordt ‘Roosendaals’ genoemd, zoals bijvoorbeeld Roosendaals Anijsbrood.
Roosendaal is een stad en de hoofdstad van de gelijknamige gemeente waar eveneens Heerle, Moerstraten, Nispen, Wouw en Wouwse Plantage deel van uitmaken.

Roosendaal - internationaal & scholing

Internationale logistieke functie


Roosendaal is de op zeven na grootste gemeente van de provincie Noord-Brabant.
Door de ligging aan de spoorlijn (Amsterdam) Rotterdam - Antwerpen (Brussel - Parijs) vervult Roosendaal een internationale logistieke functie.

Hoger onderwijs


In Roosendaal zijn twee hogescholen: Avans Hogeschool en HZ University of Applied Sciences.
Er zijn geen universiteiten gevestigd in Roosendaal.
Provincievlag Noord-Brabant - 600 * 337 pixels

Vlag provincie Noord-Brabant

Provinciewapen Noord-Brabant - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Wapen provincie Noord-Brabant

Typisch Roosendaals

Roosendaal staat bekend als stad van de trein naar Brussel en Parijs, Jesse Klaver, carnaval, kloosters, kerken en drugstoeristen.
Roosendaal fungeert als grensstadje en heeft altijd een belangrijke logistieke functie gehad op de lijn Rotterdam-Breda-Antwerpen enerzijds en Vlissingen-Terneuzen anderzijds.
In Roosendaal zijn logistieke- en transportbedrijven
gevestigd en de stad heeft één van de grootste bedrijvenparken van Noord-Brabant.

Roosendaal - minder bekend


Minder bekend is, is dat Roosendaal vroeger ook wel als ‘Rozendaal’ werd gespeld, maar het uiteindelijk als Roosendaal is vastgelegd om verwarring met Rozendaal bij Arnhem te voorkomen.

Roosendaals dialect en accent

Het wordt ook in de omgeving van Antwerpen gesproken en is verwant aan het Brabants en het Markiezaats. Kenmerkend is het inslikken van de ‘h’ aan het begin van een woord (uske in plaats van ‘huisje’) en het samenvoegen van voornaamwoord en werkwoord: wazeede? (wat zei je?); invloeden vanuit het Frans. Verkleinwoorden eindigen niet op -je maar op -ke (meske in plaats van ‘meisje’). Woorden met -sp worden vaak uitgesproken als -ps (weps in plaats van ‘wesp’).
‘Bijna’ is in het Roosendaals bekaant of mekaant.
‘Denken’ wordt vervoegd als dèènke/docht/gedocht.
‘Vreemd’ of ’storend’ wordt ampetaant genoemd, naar het Franse embêtant.
Iemand bedanken in het Roosendaals: Dagge bedaankt zijt, da witte.
“Heb je het naar je zin?” is: Edde oewen draai?
“Beleef ’t in Roosendaal!”

Roosendaal - zakelijk

De gemeente Roosendaal


Het netnummer van Roosendaal is 0165.
Het postcodegebied van Roosendaal is 4700 - 4708.
Het adres van het gemeentehuis van Roosendaal is Kloosterstraat 2-8, 4701 KK in Roosendaal.
De website van de gemeente Roosendaal is Roosendaal.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Roosendaal is 14 0165.

Zakendoen in Roosendaal


Voor Roosendaalse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Breda aan de Mozartlaan 7, 4837 EH in Breda. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Roosendaal is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Roosendaal is KVK-kantoor Breda.

Roosendaal - internationale bedrijvigheid

Bedrijven die internationaal zakendoen, bevinden zich in Roosendaal vaak op bedrijventerrein Borchwerf Noord, Borchwerf II, Majoppeveld Noord en Zuid en op bedrijventerrein Vijfhuizenberg.
In Roosendaal bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Nederland, Marel Food Systems, Penotti Nederland (Duo Penotti), Penske Logistics Europe, Peeters Produkten, Pharmalabel, Ploeger Oxbo
Distributiecentrum Primark, Red Band, Robèrt’s Chocoladewerken, Royal Cosun, Saint-Gobain, Sensus, Team Furmanite Quality Inspection Services, The Quest Group (Audioquest), Tristar Group, Strootman Group in Oud Gastel, Ijspaleis in Sprundel, Ardo in Zundert en Barry Callebaut Decorations in Zundert.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.

Roosendaals nieuws

De Roosendaalse nieuwsportalen zijn Roosendaal Op Internet en BN De Stem - Roosendaal en Roosendaalse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Noord-Brabant - Nieuws.
Ondernemers in Roosendaal kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep Brabant.
Roosendalers en ondernemingen in Roosendaal kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant De Roosendaalse Bode en het Algemeen Dagblad - Roosendaal.
Logo krant Roosendaal - De Roosendaalse Bode op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo regionale televisie- en radio-omroep Omroep Brabant op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Cultuur, sport, ontspanning en zakenlunch in Roosendaal

Cultuur


Laat uw internationale zakenrelatie kennismaken met wat lokale cultuur.

Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw zakenrelatie, kunt u in Roosendaal een bezoek brengen aan het Commandomuseum, aan Museum Tongerlohuys of aan het Nationaal Voetbalmuseum.

Voetbal, tennis, padel & squash


Houdt uw internationale zakenrelatie van sport? Dan is samen naar een sportwedstrijd gaan of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen wellicht een leuk idee. Voetbal verbroedert. Wellicht is het leuk om met uw zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, om bijvoorbeeld de Roosendaalse voetbalclub RKVV Roosendaal, RBC of RKSV BCS te zien spelen.

Voor een partijtje tennis, padel of squash in Roosendaal kunt u terecht bij TV Vierhoeven, bij TV Roosendaal TVR of bij TV Borchwerf.
Golf, ontspanning & lunch Is het na de cursus bij ons taleninstituut in Roosendaal of een (lange) bespreking met uw internationale (zaken)relatie tijd voor een beetje ontspanning?
Om een balletje te slaan of alleen even wat eten of drinken, kunt u bij Golfcentrum Roosendaal terecht. De adresgegevens van deze golfbaan zijn De Stok 16, 4703 SZ in Roosendaal. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 0165-54 40 81. De website van de golfbaan is www.golfcentrumroosendaal.nl.
Om iets te drinken of een hapje te eten kunt u terecht bij de sfeervolle horecagelegenheid, telefoonnummer 0165-54 40 80.
Afbeelding voetbal tennisbal golfbal in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo voetbalclub Roosendaal - Rooms Katholieke Voetbalvereniging Roosendaal - in kleur op grasveld met witte lijn - 600 * 337 pixels

Promotiefilmpjes en Google Maps

Hieronder vindt u een promotiefilmpje en een filmpje met drone-opnames van Roosendaal die tevens op Youtube kunnen worden bekeken.
Door direct op het logo van Youtube in het midden van de afbeelding te klikken, wordt een filmpje afgespeeld.
Onder de filmpjes zijn de locaties van Noord-Brabant alsook Roosendaal op Google Maps weergegeven.
Als u kunt linksboven klikt, wordt de kaart in een nieuw venster groot weergeven.
Promovideo Roosendaal
Dronebeelden Roosendaal
 
Google Maps Noord-Brabant
Google Maps Roosendaal
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Roosendaal

Roosendaals nieuws

Hieronder ziet u het meest recente nieuws uit Roosendaal uit diverse nieuwsbronnen.
Het nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
 
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Dagnall Taleninsituut verzorgt ook vertaalwerk en tolken in Roosendaal

Wist u dat?

Wist u dat Dagnall Talen ook vertalingen in Roosendaal alsook tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten in Roosendaal
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Onze opdrachtgevers

De upload van uw document is gelukt.

 

INLOGGEN MEDEWERKERS   /   BESTANDEN UPLOADEN