Logo-9001-2015-wit-op-transparante-achtergrond-31-bij-31-pixels Logo-17100-2015-wit-op-transparante-achtergrond-31-bij-31-pixels NRTO-wit-op-transparante-achtergrond-31-bij-31-pixels
OFFERTE AANVRAGEN
Offerte aanvragen

Taleninstituut Oss

Direct naar ➤ Cursussen - Online - ERK - ISO - Oss - Nieuws
Dagnall taalcursus op locatie
Dagnall taalcursus online
Dagnall taalcursus contact opnemen
Taleninstituut Dagnall - Wij kunnen snel schakelen - Binnen een week beginnen is mogelijk Start vandaag nog met uw reis naar taalbeheersing


Taaltrainingen in Oss van topniveau


Talen verbinden u met de wereld en zijn een communicatiebasis die deuren voor u opent - vooral in de professionele wereld. Zo krijgen organisaties die in de taalopleiding en taalkennis van hun medewerkers investeren, ook een duidelijk voordeel alsook een voorsprong.
Dagnall Taleninstituut is een taalaanbieder die u precies dat levert: Effectieve taaltrainingen op het hoogste niveau voor medewerkers, leidinggevenden en andere professionals in, en in de buurt van Oss.
Taaltraining op maat, omdat uw bedrijf of organisatie welbespraakte werknemers verdient.

Vakgebieden


Van zakelijk en technisch tot medisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal.
Iedere bedrijfstak heeft een eigen taal en gebruikt eigen terminologie. Geef uw medewerkers een duidelijk concurrentievoordeel en een zelfverzekerde uitstraling, door branchespecifieke taalkennis op het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen in Oss in een brede waaier van gespecialiseerde vakgebieden.
Screenshot navigatiesysteem met tekst Taleninstituut Oss aangegeven - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Goed op weg met Dagnall Talen

Landkaart Nederland grijs - locatie Dagnall Taleninstituut in Oss - aangegeven met blauw plaatsnaambord met witte letters en Dagnall veer - op transparante achtergrond - 600 * 733 pixels
BIM Centrum De Vliert
Victorialaan 15
5213 JG ’S-HERTOGENBOSCH

of bij u op locatie

  
Vrijblijvend informeren naar een taaltraining bij u in de buurt
Taalcursus Verenigd Koninkrijk
Taalcursus Duitsland
Taalcursus Frankrijk
Taalcursus Spanje
Taalcursus Nederland
Taalcursus Portugal
Taalcursus Italië
Taalcursus Denemarken
Taalcursus Zweden
Taalcursus Noorwegen
Taalcursus Finland
Taalcursus Rusland
Taalcursus Polen
Taalcursus Tsjechië
Taalcursus Slowakije
Taalcursus Kroatië
Taalcursus Hongarije
Taalcursus Roemenië
Taalcursus Bulgarije
Taalcursus Turkije
Taalcursus Griekenland
Taalcursus Israël
Taalcursus China
Taalcursus Japan

De organisatie van uw taaltrainingen in goede handen

Werkgerelateerd & doelgericht


Wij bieden taaltrainingen op maat in Oss aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als (intensieve) workshops en als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Bij Dagnall Taleninstituut kan iedereen talen leren op precies de manier die het beste bij hem of haar past. Behalve de klassieke taaltaalcursussen zijn organisaties vooral in de werkgerelateerde taalcursussen geïnteresseerd zoals Zakelijk Engels of Duits of Technisch Engels of Duits. De taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van klanten. Dagnall Taleninstituut is een taalaanbieder die door middel van gecertificeerde taaltrainers met uitstekende recensies en beoordelingen de mogelijkheid biedt om in Oss onbegrensd talen te leren. Met Dagnall Talen behaalt u snel en doelgericht de door u beoogde resultaten.

Filosofie van Dagnall Taleninstituut


Het is onze filosofie om vreemde talen te leren zonder schroom en met gemak en plezier. Wij gaan daarom tot het uiterste om te zorgen dat u de taal van uw keuze moeiteloos en zonder remmingen leert.
Een vreemde taal leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Taleninstituut met methodes die het leren voor de cursist gemakkelijker en prettiger maken.

Met deze methodes wekken we nieuwsgierigheid op en ondersteunen we de bereidheid om te leren. Met 15 minuten dagelijks oefenen, brengt Dagnall Talen de cursist in grote stappen naar het gewenste taalniveau.
Dagnall Taleninstituut is de ideale partner voor iedereen die een vreemde taal wil leren in Oss.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten

Plan van aanpak Dagnall Taleninstituut

In overleg met u als opdrachtgever stellen wij uw wensen en leerdoelen vast. U meldt de deelnemers met hun contactgegevens aan. Wij verzorgen een intake op locatie of, indien gewenst, online of telefonisch. Na het intakegesprek, waarin op basis van het ERK (Europees Referentiekader) het huidige en gewenste taalniveau wordt vastgesteld, ontvangt u van ons een op maat gemaakt cursusvoorstel met uw offerte.
Nadat u akkoord op uw offerte hebt gegeven, stemmen wij de planning af op uw situatie en agenda.
De taaldocent evalueert na enkele lessen de inhoud alsook de voortgang van de taalcursus. De doelstelling kan, indien noodzakelijk, bijgesteld worden.
Na de laatste les ontvangt u een eindrapportage samen met een beschrijving van de door de cursisten behaalde resultaten. De deelnemers ontvangen eveneens een certificaat van het instituut.
[ Lees meer ]


Intake

Planning

Cursus

Certificaat

Betaalbaar taleninstituut in Oss sinds 1982

In 1982 is Dagnall opgezet en geeft sinds 1982 taalonderwijs op maat zakelijk aan (overheids)instellingen en het bedrijfsleven in Oss en omgeving. Het taleninstituut Dagnall Talen werk met kundige en ervaren taaltaaltrainers die experts zijn op taalgebied en een aanzienlijk aantal trainingen zakelijk verzorgd voor bedrijven en (overheids)organisaties in de provincie Noord-Brabant.
Door de functiegerichte en werkplekgerichte methode van werken, biedt Dagnall u effectieve en betaalbare taalcursussen in Oss. U kunt ervan op aan dat wij het hoogste rendement leveren; rendement door maatwerk!
Betaalbaar maatwerk bij Dagnall Taleninstituut in Oss

Taal op de werkvloer

Cursus Taal op de Werkvloer: draagvlak nodig! Een cursus toegespitst op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer is intussen bij veel bedrijven bekend.
Medewerkers zonder of met weinig kennis van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een beperking op het werk en willen graag en beter en/of sneller communiceren.
Zij willen de instructies op het werk goed kunnen begrijpen en deze ook op kunnen volgen. Deze medewerkers willen het liefst met meer zelfvertrouwen hun werk uit kunnen voeren en uiteraard graag hun ambities op het werkterrein realiseren. Dit vergt een investering in personeel en in de (innovatieve) ontwikkeling van de organisatie is hiervoor nodig.
[ Lees meer ]

Vele wegen naar een betere talenkennis in Oss

Behoeftes en leermethode


Een goede taaltraining is niet alleen toegespitst op de vraag van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals verbeterde schrijf- of spreekvaardigheid.
Een goede taaltraining is eveneens afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een taaltraining (bij een taleninstituut in Oss) die het beste bij de taalleerder past.

Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?


De vakkundige taaltrainers van ons taleninstituut zijn zeer bedreven in het zo snel en zo prettig mogelijk aanleren van kennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo fijn en het zorgt ervoor dat cursisten veel waar voor hun geld krijgen.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall Talen realiseren onze taaltrainers met een mix van deze bewezen leermethode in combinatie met de focus op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. U kunt bij Dagnall Taleninstituut terecht voor cursussen die op een maatwerktraining zijn gebaseerd.

Ons taleninstituut biedt individuele cursussen, duocursussen (2 personen), groepscursussen van 3 tot 10 personen, onlinecursussen, het online leerplatform voor blended learning alsook een de Dagnall App met woordenlijsten en specifiek jargon van de organisatie.
De taaldocenten van ons instituut gebruiken veel eigen lesmateriaal dat zij in de loop der jaren hebben gecreëerd en verzameld en de taaldocenten spelen continue in op actuele thema’s en ontwikkelingen.

Een prettige manier van leren


Een voordeel is dat dit slimme maatwerk als een zeer fijne werkwijze wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze taaldocenten in Oss. Deze, door de jaren heen steeds verder verfijnde en ontwikkelde werkmethode is het bijzonder gewaardeerde handelsmerk geworden van Dagnall Taleninstituut. De cursus is dus niet alleen werkgericht en/of functiegericht, maar zeer zeker ook afgestemd op de leermethode die zeer geschikt is voor de cursist.
Overlappende groene cirkel met klok en kalender en donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm met vier taalvaardigheden luisteren, lezen, schrijven en spreken - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Een taal effectief leren in Oss bij Taleninstituut Dagnall

Individuele cursussen en groepscursussen

Individuele cursussen & groepscursussen


Ons taleninstituut cursussen op maat voor individuen en groepen, waarbij u de gehele organisatie met een gerust hart uit handen kunt geven.
Dagnall taleninstituut biedt deze individuele cursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en

groepscursussen maakt Dagnall Taleninstituut gebruik van moderne en gevarieerde onderwijsmethodieken om doelgericht te trainen en leersucces te verzekeren. Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen vanzelfsprekend zowel op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Oss worden gegeven.
Maatwerk individuele en groepscursussen in Oss

Maatwerkcursussen


Dagnall taleninstituut biedt individuele cursussen voor bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties alsook particulieren in Oss en omgeving.
Een individuele cursus wordt ook wel één-op-één-cursus of privéles genoemd.
De individuele taalcursussen van Dagnall Taleninstituut zijn al vele jaren bekend voor het maatwerk, de persoonlijke aandacht en het hoogste rendement.
Alle individuele cursussen van taleninstituut Dagnall zijn maatwerktrainingen en de trainingen worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de leerstijl en de praktijksituatie.
De cursussen worden opgesteld om de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen te behalen.

Ons taleninstituut biedt groepscursussen met 3 tot 10 personen, alsook duocursussen (met 2 deelnemers) aan het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren.
De leergroepen houden we bij voorkeur zo klein mogelijk de cursisten maximaal te kunnen ondersteunen en om de leereffectiviteit te verhogen.
De groepscursussen van Dagnall Taleninstituut zijn ook maatwerkcursussen en worden samengesteld voor, en specifiek afgestemd op, de leerstijl, het taalniveau, de branche en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.


Pluspunten individuele cursus


Het hoge rendement is het grootste voordeel van een individuele taalcursus doordat veel kennis wordt geleerd in een korte periode.
Doordat de cursus intensief is, wordt meer vooruitgang geboekt en blijft het leertraject zo kort mogelijk.
Flexibiliteit is nog een belangrijk pluspunt van individuele cursussen. De inhoud kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de eventuele aandachtsgebieden van de cursist en de cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist.
Doordat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden, is de leervordering optimaal.
Een individuele is eveneens cursus goed af te stemmen op de planning en de agenda van de cursist zodat het leerschema en het tijdmanagement optimaal zijn.


Pluspunten groepscursus


Met name de interactie met de andere cursisten is het belangrijkste pluspunt van groepscursussen; actief gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van rollenspellen en discussies.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk pluspunt; het kunnen leren van elkaars foutjes en met elkaar in de doeltaal communiceren. De hierdoor geboden afwisseling kunnen cursisten leuker vinden.
Daarnaast zijn groepscursussen efficiënt omdat tegelijktijd meerdere medewerkers getraind worden en de groep bijna hetzelfde kennisniveau bereikt.
Ook zijn voor cursisten groepscursussen iets minder intensief (iets minder zwaar) dan individuele taalcursussen.


Minpunten individuele cursus


Discussies en rollenspellen kunnen bij een individuele cursus alleen met de docent worden gevoerd en gedaan.
De geleerde kennis kan niet in groepsverband geoefend worden doordat er geen interactie is met andere lerenden.
Ook is het niet mogelijk om van elkaars fouten te leren omdat groepsdynamiek ontbreekt.
De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is voor de cursist ook vrij intensief (zwaarder).


Minpunten groepscursus


In een groepscursus wordt minder aandacht aan het individu gegevenwordt minder aandacht gegeven aan het individu en kunnen deelnemers wat eerder zijn afgeleid. Het rendement is hierdoor iets lager. Gedeeltelijk kan dit worden ondervangen door de groepen wat kleiner te houden (minigroepen).
Een groepscursus kan eveneens minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen.
Dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursist afgestemd kan worden, is een ander nadeel van een groepscursus.

Pluspunten

Individuele cursus in één oogopslag



  hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
  afgestemd op individuele leerstijl
  inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
  afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
  afgestemd op agenda cursist


Minpunten

Individuele cursus in één oogopslag



  geen interactie met andere cursisten
  vrij intensief voor de cursist
  geen groepsdynamiek

Pluspunten

Groepscursus in één oogopslag



  interactie met andere cursisten
  groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
  groep komt op hetzelfde kennisniveau
  efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
  minder intensief dan individuele cursus


Minpunten

Groepscursus in één oogopslag



  iets minder aandacht voor individuele cursist
  minder afgestemd op individuele leerstijlen
  minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor taalcursussen

Verschillende soorten cursussen voor elk niveau

Dagnall Taleninstituut geeft cursussen voor beginners, halfgevorderden en gevorderden.
Niet iedereen heeft de mogelijkheid om een talencentrum te bezoeken. Daarom verzorgt Dagnall Talen de taalcursussen ook online alsook incompany.
Bij Taleninstituut Dagnall kunt u bijvoorbeeld een intensieve of semi-intensieve cursus, een
spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Engels, Nederlands, Frans, Duits, Spaans en Portugees of een cursus spreekvaardigheid of telefoontraining kiezen. Natuurlijk is een combinatie van deze trainingen mogelijk.
Dagnall Taleninstituut staat voor (betaalbaar) maatwerk!
Woordenwolk in veer logo Dagnall Talen met toepasselijke sleutelwoorden voor Dagnall Talencursussen - in donkerblauw, groen en grijs op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels
Stukje hout boven Dagnall potlood met geslepen punt en gum met gedrukt Dagnall Talen logo - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels

Kennen en kunnen

Taalkennis betekent kennen maar vooral ook de ontwikkeling van kennen naar kunnen (toepassen door te oefenen). Omdat kunnen minstens zo belangrijk is als kennen, verlegt Dagnall Talen de focus van kennis naar toepassing.
Al gauw spreekt u al een aardig woordje in de andere taal. Dat geeft veel voldoening. Dagnall brengt taalkennis tot leven!

Algemene leermethodes

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was al in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, moesten de (Amerikaanse) soldaten de elementaire verbale communicatieve vaardigheden leren. Door de invloed van het leger werd de audiolinguale methode ook de ‘legermethode’ genoemd.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan beschouwd worden als reactie op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de les geheel werd gegeven in de doeltaal. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren en de grammaticale structuren worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is zonder fouten kunnen verstaan en spreken; het begint bij iemand leren naspreken. Het middel hiertoe is herhaling; er wordt met driloefeningen gewerkt om zinnen en structuren in te slijpen, om te zorgen dat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltaaltrainer kan bijvoorbeeld een bepaalde zin tien keer herhalen en dan een extra woord hieraan toevoegen. Er wordt veel gewerkt in de zogeheten talenpractica, waar studenten een hoofdtelefoon dragen en zinnen beluisteren en nazeggen. Geschreven taal komt pas aan bod als de mondelinge taal al vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe woorden te introduceren.

Populariteit


De methode werd in Nederland pas rond 1970 geïntroduceerd bij het ingaan van de Mammoetwet. Er kwamen al gauw bezwaren tegen deze inhoudsloze driloefeningen. Het gebeurde wel eens dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Nu was alom geaccepteerd dat het bij het leren van de taal niet gaat om het memoriseren van de regels van de grammatica, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid, die vóór 1970 voor de meeste docenten niet bestond, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten. Een goede uitspraak wordt vanaf het begin aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een vlotte en efficiënte overdracht van kennis. Deze methode kan ook worden toegepast bij grote(re) groepen.

Deze docentgestuurde kant is tegelijkertijd een nadeel; eigen inbreng wordt niet van de lerenden verlangd, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer ligt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik zijn om te zetten.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is ontwikkeld door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


De GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen zodanig te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de student. De GoldList-methode werkt aan de hand van zelfgeschreven woordenlijsten die later herhaald worden. De opgeschreven zinnen en woorden worden hardop gelezen door de lerenden. Deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar dit gaat vanzelf door de blootstelling. De lijst wordt steeds veranderd; woorden die zijn geleerd, gaan van de woordenlijst af. De woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList Method claimen dat deze zinnen en woorden spontaan in het langetermijngeheugen van de student terechtkomen, iets dat door geheugenwetenschappers bestreden wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden als de kennis van betekenis en relevant is voor de lerende. Voor woorden en zinnen die relevant en van betekenis zijn voor de student, kan de methode goed werken.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Voor lerenden die bij bijvoorbeeld Post-its® voordeel hebben als geheugensteuntje kan deze GoldList-methode werken. Schrijven met de hand functioneert beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken, omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Het ontbreken van context is een nadeel van deze leermethode. Taal bestaat uit uiteraard veel meer dan alleen een reeks losse woorden of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend omdat steeds handgeschreven lijsten moeten worden aangemaakt.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy D. Terrell en Stephen Krashen in 1983 ontwikkeld.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method is gericht op de natuurlijke manier van het verwerven van de taal. De leermethode probeert de taal te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. De taalregels leert men eveneens onbewust op deze manier. Alleen de doeltaal wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een leeromgeving zonder stress voor de studenten. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete grammatica en de correctie van vormfouten.

De leermethode is het meest effectief als de studenten worden ondergedompeld in de te leren taal. De activiteiten die in de te leren taal worden aangeboden, moeten stimulerend zijn, om ervoor te zorgen dat de lerenden plezier beleven van de ervaringen.

De Natural Method leermethode lijkt veel op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer de nadruk op de praktijk wordt gelegd en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Het feit dat onderdompeling heel effectief is, is vaak bewezen. De methode is een populaire wijze van lesgeven bij taaldocenten, doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen voor de lerende. Minpunten heeft de Natural Method ook. De leermethode is vooral gericht op het impliciet leren van de grammatica. Studenten zouden inderdaad leren te communiceren in de vreemde taal, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal te leren. Studenten wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met de buitenlandse taal. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde langer onthouden.

Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een bepaald examen.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De Structural Approach (afgekort SA) ofwel ‘Structurele Aanpak’ is door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld in de jaren 50.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


Deze Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om de lerende vertrouwd te maken met de grammaticale en fonologische structuren van de taal. De beheersing van deze structuren is volgens de Structurele Aanpak effectiever dan de verwerving van woordenschat. Het gaat om het herkennen en kunnen toepassen van vaste woordcombinaties en groepen woorden in de juiste woordvolgorde. Deze vaste combinaties van woorden worden in reële situaties met behulp van visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen gepresenteerd aan de student. De structuren die het vaakst in de doeltaal worden gebruikt, worden eerst aangeboden aan de taallerende. De mondelinge vaardigheid (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hier in eerste instantie bij gebruikt; leesvaardigheid en schrijfvaardigheid volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt de grammatica een belangrijke plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).

Populariteit


In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak gebruikt op vrij grote schaal om Engels te leren in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Dat studenten de taal op een nauwkeurige wijze wordt geleerd, is de sterke kant van de Structurele Aanpak. De lerenden krijgen inzicht in de grammatica van de taal en ze leren in welke situatie woorden of combinaties van woorden wel of niet geschikt zijn voor die situatie. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De werkwijze kost tamelijk veel tijd en biedt niet direct een ervaring van succes. De eigen input van studenten is behoorlijk beperkt; het is niet echt creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Het communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een taal legde. Amerikaans taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie het uiteindelijke streven is bij het leren van een vreemde taal.

Middels CLT-technieken leren de met de doeltaal in de praktijk te brengen door de interactie met de taaldocent en met elkaar. Teksten, geschreven in de vreemde taal of ander materiaal uit de werkomgeving en het dagelijks leven worden gebruikt. De doeltaal wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.

Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten dragen onderwerpen aan buiten het domein van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid in diverse situaties uit de praktijk te oefenen. Grammatica leren studenten inductief, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.

Bij CLT is de docent echt een trainer, die de lerende leert in de vreemde taal te communiceren.

Populariteit


De CLT werd heel populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam mede omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol waren gebleken. Binnen een verenigd Europa was er een grotere behoefte aan het leren van vreemde talen middels een methode die direct kon worden toegepast.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


De CLT (communicatief taalonderwijs) heeft veel pluspunten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de vreemde taal; de methode is functioneel en studentgericht. Vanwege het gebruik van authentieke materialen, leren studenten de woorden die zij moeten weten. De methode is efficiënt. Voor de lerende werkt deze methode stimulerend, omdat hij of zij gauw succes ervaart. Er mogen foutjes worden gemaakt; de vaardigheden van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat er minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de taaltrainer en van de lerenden vereist het een actieve deelname. Deze manier van een vreemde taal leren, is voor sommige studenten afwijkend of lastig, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint vaardigheden; hierbij gaat het om de functie en in mindere mate om de vorm en de methode biedt als zodanig geen samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Er word geleerd om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; docent Frans en Italiaans uit Duitsland. Omstreeks 1783 ontwikkelde Meidinger een leermethode waarbij de grammatica in het middelpunt stond. Meidinger wordt als grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM) beschouwd.

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn; de taal van de religie, wetenschap en cultuur. Het onderwijs in het Latijn was uiteraard gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en was volledig gericht op de grammatica en het vertalen. Dat werd gezien als een wetenschappelijke en degelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van de taalstructuren en de taalvormen waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij de Grammatica-vertaalmethode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal krijgen de nadruk. De taaldocenten dragen kennis over, de lerende memoriseert.

Populariteit


Hoewel reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed gehad op het taalonderwijs.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, biedt de grammatica-/vertaalmethode biedt een aardige mentale training. Ook biedt deze methode inzichten in de structuur, vanwege de nadruk die wordt gelegd op de grammatica.

Er zijn echter meer keerzijden dan positieve kanten. De belangrijkste keerzijde is dat de spreek- en luistervaardigheid bij de methode ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van de te leren taal, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal gaat om literair taalgebruik. De leermethode biedt niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief leerproces bij de lerende bij het werken in een groep. De student is slechts toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


De leermethode ‘Onderdompeling’ (Engelse naam: language immersion) wordt wereldwijd gebruikt sinds de jaren 70, en dan met name op middelbare scholen waarbij een vak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd. De methode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse les gaven aan welgestelde dames uit Vught en omgeving.

Kenmerken van onderdompeling


Onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal leert, direct vanaf het eerste moment door de nieuwe taal is omgeven. De instructies vinden in de doeltaal plaats; eerst langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke manier. Vanaf het begin wordt de student ook uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. De methode maakt gebruik van simulaties en rollenspellen. Op onderwijsinstellingen die werken met onderdompeling, wordt de omgeving veelal in de stijl van de doeltaal ingericht om een situatie te creëren alsof de lerenden in het land zijn waar de te leren taal wordt gesproken. De lerenden oefenen één-op-één of in kleine groepjes met spreken. Daadwerkelijk naar het land van de doeltaal reizen en daar bijvoorbeeld verblijven in een gastgezin, is een andere manier om onderdompeling te bereiken.

Populariteit


Onderdompeling wordt gezien als een zeer goede methode om vreemde talen te leren. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan op deze manier uitstekend worden aangeleerd.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Het grote voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, omdat de leermethode nogal intensief is. Het is ‘sink or swim’, de lerende moet wel gaan communiceren in de doeltaal want hij of zij wordt erdoor omgeven. In principe zijn de studenten 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in groepen versterkt de sociale interactie. Studenten ervaren dat als motiverend.

Dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel van de leermethode. Als studenten in een korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land van de doeltaal te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar daarna weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Dat een dergelijke taaltraining erg intensief is, kan een ander minpunt van de methode zijn. Niet alle studenten hebben de conditie om deze manier van leren vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om vreemde talen te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De leermethode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om te kunnen leren. Daarvoor is het van essentieel belang dat er een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen is tussen de studenten en de trainer. De voorwaarde hiervoor is dat studenten ontspannen zijn en zich veilig voelen. Om deze situatie te creëren, was een leslokaal met een rijopstelling ongeschikt. De studenten zaten in de lessen in comfortabele stoelen die in een halve cirkel opgesteld waren en er was altijd muziek in de les. De leermethodiek zoals Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Bij deze teksten waren woordenlijsten alsook opmerkingen over de grammatica. Dit voorlezen werd gedaan met veel expressie in stem en gebaren. Studenten werden zo uitgenodigd om te luisteren en de nieuwe woorden konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. In de lessen was er veel aandacht voor de cultuur en kennis over het land van de vreemde taal. In de klas werden rollenspellen gespeeld en ook streekgerechten werden in de klas bereid en gegeten.

Populariteit


De leermethode was enigszins omstreden en de leermethode is in de vergetelheid geraakt. Een aantal elementen wordt nog steeds toegepast, bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


De methode van Suggestopedie zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de lerende minder hinder zal krijgen van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een bijkomend pluspunt van de methodiek is dat de lerende gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijk vormt dit voor sommige lerenden een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Ook kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en zelfs verstorend zijn in tegenstelling tot ontspannend of stimulerend. Een andere zwakke zijde is dat de verhouding taaltrainer-lerende niet gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de taaltrainer waarbij de lerende steeds de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelde in het jaar 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
of afgekort CLL genoemd.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


Community Language Learning is een methode om een taal te leren waarbij studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van een vreemde taal zij willen leren. Deze methode is gestoeld op de counseling-benadering waarbij de trainer fungeert als counselor die de zinnen van de lerenden kenschetst. Studenten starten het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als de studenten de doeltaal nog niet genoeg machtig zijn. De docent legt uit en vertaalt. Hierna herhalen de lerenden de uitingen van de docent zo nauwkeurig mogelijk. Dit gesprek wordt opgenomen om daarna opnieuw te kunnen beluisteren.

Community Language Learning stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de studenten als middel om de taal te leren. Er wordt geen leerboek gevolgd; het zijn de studenten zelf die de inhoud van de les bepalen met behulp van betekenisvolle gesprekken.

Populariteit


De mate van succes van CLL hangt sterk af van de kunde van de docent-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn. De trainer dient zowel de te leren taal als de moedertaal van de lerenden uitstekend te beheersen om de taaluitingen van de lerenden te kunnen vertalen. Deze methode kan goed functioneren als deze correct toegepast wordt. De methode is niet bruikbaar voor grote groepen.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


Deze methode biedt voor studenten een hoge mate van autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken vinden veel lerenden zinvol. De groep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les, maar eveneens daarbuiten. Met Community Language Learning worden lerenden zich zo veel bewuster van anderen in hun groep, hun sterke en minder sterke punten en leren om als team samen te werken. Het bespreken door de foutjes en het evalueren van de les is heel leerzaam voor de studenten. Zulke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van het actieve vocabulaire van de lerenden.

Het kan een keerzijde zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Er wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen gehouden. Het succes van de les is daardoor moeilijk te meten. Een aantal lerenden wordt geremd in hun spreken als zij worden opgenomen.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om een vreemde taal te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


Deze lexicografische benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen bestaan. Studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van de taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt de woordenschat een grotere plaats in dan de grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en uitdrukkingen die vaak in dialoog voorkomen. Voor interactie is aandacht maar eveneens voor exposure; voor de zogenaamde receptieve vaardigheden (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor de student om zelf de taal te ontdekken.

De taak van de trainer is voor genoeg input te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de lerenden.

Populariteit


In de afgelopen drie decennia zijn door de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis de lesboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht aan woordenschat van de te leren taal geschonken die wordt aangeboden in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. De vergaande omwenteling in de wijze waarop vreemde talen worden onderwezen, waar Michael Lewis streefde, bleef echter uit.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Door het werken met ‘chunks’ (brokjes vreemde taal); met ‘echte’ taal, leren de studenten op een heel natuurlijke wijze de vreemde taal te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het taalgebruik.

Het nadeel van de methode is dat de werkelijkheid toch altijd weer afwijkend is van de aangeleerde taalsituaties. Met het zelf leren herkennen van de patronen van de taal heeft een aantal studenten moeite en deze studenten hebben meer aan een docent die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is door de Franse taaldocent François Gouin in 1880 ontwikkeld.

Kenmerken van de Series Method


Een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van grammatica, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnetjes op basis van een handeling, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, beroep en wetenschap, vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik ontwikkeld. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Studenten gaan snel in de te leren taal denken doordat een soort eentalige leermethode is, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.

Populariteit


Gouin’s principes over het leren van een vreemde taal waren hun tijd ver vooruit. De seriemethode van Gouin was gedurende een bepaalde periode succesvol, ondanks de vrij afwijkende aanpak. De methode werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Berlitz.

Voor- en nadelen van de Series Method


De Seriemethode van Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheden sterk en zorgt voor een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de les.

François Gouin’s taalmethodiek biedt levendig taalonderwijs. Dit soort onderwijs wekt het enthousiasme van de lerenden op door gebruik te maken van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, en dergelijke. Het leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De lerenden worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verbeteren. De communicatieve vaardigheid van de student wordt met de methode goed gestimuleerd.

De leermethode van François Gouin heeft echter als nadeel dat taal die iets meer abstract of subjectief wordt, wat moeilijk met beweging en expressie in één concrete ervaring kan worden gevangen. De bewerkelijkheid voor de trainer, die een hele reeks aan series moet voorbereiden, is een ander nadeel van de leermethodiek. Als derde punt is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de competentie van lezen en schrijven.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Task-Based Language Teaching; TBLT (Taakgericht taalonderwijs) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham Crookes.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze achter deze methode is dat de verwerving van de taal geen op zichzelf staand doel, maar een methode om bepaalde taken uit te voeren. De studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis vereist. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, dienen zij over woordenschat en regels van de doeltaal te beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld boodschappen doen, een e-mail schrijven, bellen met de klantenservice, de krant lezen of iets te drinken bestellen. De opdracht wordt in drie fasen opgesplitst: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, de taak vervolgens uitvoert en tot slot hierop terugblikt. De studenten dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. De taken dienen iets boven het taalniveau van de student te liggen om leereffect te hebben.

Populariteit


Task-Based Language Teaching (TBLT) heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren 90 en zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij de studenten (met name de studenten in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs taakgericht taalonderwijs is een activerende manier van werken, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheden te gaan gebruiken. Mits de taak goed aansluit bij de student, is Task-Based Language Teaching een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. Studenten komen op een alledaagse, natuurlijke wijze in contact met de taal en leren op deze manier authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren daarnaast om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als prettig en motiverend ervaren .

Dat de communicatie voorop staat en niet zozeer de correcte vorm, waardoor lerenden die niet zozeer precies leren, kan als keerzijde genoemd worden.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van Engels taalonderwijs bedacht in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


‘Dogme 95’; de beweging van een groep Deense filmmakers waaronder de filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995 was de inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT). De deelnemers houden zich aan tien strikte regels (tien dogma’s) voor het filmmaken die samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity) vormen. Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet door enig voorgedrukt materiaal is belast. Het beginnen van inhoudelijke gesprekken die over praktische onderwerpen gaan, is het oogmerk van de Dogme-methode. Bij deze methode draait het om communicatie als de aanjager van het leren. De benadering is daarom een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder een lesboek te gebruiken of overig lesmateriaal en zich in plaats daarvan focust op de communicatie tussen docent en lerenden. Het Dogme-taalonderwijs kent, net zoals de Dogme-beweging in de film, tien dogma’s (uitgangspunten).

Populariteit


Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal suggereren dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een positieve bijkomstigheid voor de taaltrainer is dat hij of zij zich zo goed als geen hoeft voor te bereiden. Het kan heel motiverend werken dat de lerenden voor het eigen leerproces verantwoordelijk zijn. Zo zijn de lessen niet voorspelbaar. Het zorgt voor spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Zo goed als alles kan worden besproken tijdens een taalles volgens de Dogme-benadering. Het houdt studenten betrokken en alert.

Studenten kunnen zich daarentegen wel minder op hun gemak voelen als ze zo weinig bij de hand genomen worden door de taaldocent. Ook zijn niet alle trainers in voldoende mate flexibel voor dit type taalonderwijs. Dat lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een bepaald examen, terwijl het niet zeker is dat de leerstof hiervoor wordt behandeld in de taallessen, kan een ander nadeel zijn van de methode.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Greg en Angela Thomson.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


De GPA-benadering geldt als een alternatieve visie om een nieuwe taal te verwerven. Dat taal en cultuur niet los van elkaar staan, is de primaire aanname van de GPA. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het verwerven van de taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur. Daarom hanteert GPA de benaming ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA-benadering heeft gelijkenissen met, en is gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De methode kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit de gastcultuur voeren de activiteiten uit. Begrip gaat boven productiviteit. De nadruk ligt op woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de methode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ richt zich in fase 1 op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.

Fase 2 van de zogenaamde leermethode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase neemt ruwweg 150 uur in beslag en nu beginnen de deelnemers de vreemde taal ook te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die gedeeld worden tussen culturen en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu diepere gesprekken over het leven in de ontvangende cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode beginnen de deelnemers zich te richten op het taalgebruik van moedertaalsprekers door middel van films, televisie, nieuws of literatuur. Ook de taal die nodig is voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de methode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om groei buiten de formele taalsessies om.

Populariteit


De methode van Thomson is nog relatief nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes van de methode. Deelnemende studenten zijn enthousiast over deze leermethode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met de GPA-methode wordt een duidelijk inzicht geboden op het proces van taalverwerving. De zes afzonderlijke fasen van GPA bieden een duidelijk tijdsschema en realistische doelstellingen. De lerenden verwerven niet alleen kennis van de vreemde taal, maar ook van de omgeving en de lerenden verwerven eveneens een nieuw sociaal netwerk.

Een minpunt van deze methode is dat voor iedere deelnemer of minimaal iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is om behoorlijk wat tijd te investeren.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is in de vroege jaren 2000 bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.

Kenmerken van de Shadowing Technique


De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Deze techniek van Shadowing is relatief eenvoudig: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Het is niet belangrijk om de tekst in de vreemde taal ook te begrijpen; het gaat in de eerste instantie om de klank. Luisteren en herhalen wordt net zo veel geoefend tot het heel soepel gaat en de lerende simultaan met de audio-opname kunnen spreken. Na enige tijd zal de student een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat hij of zij heeft uitgesproken. Er zijn diverse leerboeken voor deze methode geschikt, zolang deze boeken dialogen bevatten of delen met samenhangende tekst. De audio-opname dient ideaal bezien wat boven het niveau van de lerenden te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op een natuurlijke snelheid. Doordat fysieke bewegingen de opname versterken van de nieuwe taal in het zenuwstelsel, doet Argüelles de aanbeveling aan studenten om tijdens het spreken te lopen, liefst buiten, en niet te zitten. Een andere grond is dat de studenten minder gauw afgeleid worden als zij in beweging zijn, waardoor het leren van de doeltaal veel effectiever gaat.

De shadowing-techniek heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale driloefeningen gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij Shadowing is ook simultaan spreken anders.

Populariteit


De afgelopen jaren is veel onderzoek naar de techniek van Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de doeltaal wordt ook vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Een praktisch voordeel van Shadowing dat de methodiek in een groep studenten kan worden gebruikt, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief leert. Het rendement van de methode is hoog.

De keerzijde van deze techniek is dat studenten het soms wat saai vinden om dezelfde tekst steeds te blijven herhalen. De keuze van de tekst is dus van groot belang.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een methode om een vreemde taal te leren die van het idee uitgaat dat mensen met behulp van handelingen en bewegingen leren. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheden zijn de basis, de spreekvaardigheden komen later.

De methode van TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van een vreemde taal versneld toe. De taaltrainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de studenten doen deze opdrachten na. Aanvankelijk wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of gedeeltelijk gewijzigd.

Door het combineren van beweging en spraak, appelleert TPR® aan de beide hersenhelften. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en de geleerde stof beklijft ook beter.

Populariteit


TPR® wordt hoofdzakelijk gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar ook middelbare scholieren en volwassenen werken met veel plezier met TPR® en behalen hiermee goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


TPR® biedt veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethode zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van de nieuwe taal. Het zorgt een stressvrij leerproces. In principe is TPR® bruikbaar voor alle doelgroepen, ongeacht leeftijd of achtergrond en kan de methodiek eveneens in grotere klassen gebruikt worden. De geleerde taal wordt direct in het langetermijngeheugen opgeslagen.

Het minpunt van de TPR®-methode is dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten kan worden uitgedrukt. Daardoor werkt het tot op een bepaald niveau en is nog een andere methodiek nodig als aanvulling. Daarnaast is de leermethode niet heel creatief. Studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën te uiten.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren tachtig van de negentiende eeuw de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als tegenreactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Er was een Reformbeweging rond het jaar 1900 met nieuwe visies over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief zou moeten zijn. Overigens had deze Reformbeweging niet alleen betrekking op het leren van een vreemde taal, maar ook op voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Men streefde, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, omstreeks 1900 naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van de keurslijven. Er ontstond binnen het taalonderwijs veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal. Hierbij werd de grammatica vooral inductief aangeleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten lerenden hieruit afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met meer aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal. Het werd gestimuleerd de studenten vaak te laten spreken. Het was ook een nieuw verschijnsel dat de les in de doeltaal gegeven werd. Er werd nadrukkelijk niet vertaald tijdens de taalles. Aan de hand van afbeeldingen en voorbeelden werd de vocabulaire van de doeltaal aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd door studenten aangeboden om ideeën te laten associëren.

Populariteit


Mede onder invloeden van de oorlogen en crises ebde deze vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw weg, om weer een andere vorm te krijgen in de jaren 60.

Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren, is het belangrijkste voordeel. Er wordt veel aandacht geschonken aan spreken en luisteren, waardoor de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid krijgen. Keerzijden heeft deze Direct Methode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen in de vreemde taal relatief weinig. De methode biedt te weinig uitdaging voor lerenden die verder meer gevorderd zijn. De Directe Methode is tevens niet heel geschikt voor minder snel lerende studenten, doordat de leermethode van een dynamische inzet van de student uitgaat.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca gaat van hetzelfde principe uit als waar de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’) voor staat: de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal leren dient veilig en gemakkelijk te zijn. Manesca wil om die reden niet werken met abstracte regels en woordenlijstjes die uit het hoofd geleerd moeten worden.

De Manesca-methode staat bekend als de vroegst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is gebaseerd op het werken met een groep studenten en een taaltrainer, die één woord tegelijk introduceert. Bij dit woord hoort een specifieke beweging. Het woord en deze beweging worden vervolgens door de lerenden afzonderlijk herhaald. Door deze herhaling onthouden de studenten deze woorden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. De woorden vormen stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op deze zinnen. In een latere fase wordt met leesteksten de spelling aangeboden.

De methode van Jean Manesca is al een aantal jaren later overgenomen en aangepast door Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.

Populariteit


Jean Manesca overleed twee jaar na de publicatie van zijn methode. Zijn werk is door anderen overgenomen en verder ontwikkeld, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn nog steeds actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en het geleerde gemakkelijker en langer kan worden onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Dat dit wat saai kan worden om dezelfde woordjes en zinnetjes steeds te herhalen, kan door lerenden als een keerzijde worden gezien.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is in het jaar 1963 ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een methode om een taal te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De methode van Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.

De taaltrainers gebruiken een combinatie van gebaren en stilte om de aandacht van de student te trekken, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Veel tijd wordt aan de uitspraak van de taal besteed.

Gattegno, die wiskundige was, vond het essentieel om taalles te geven op een wijze die efficiënt voor de hoeveelheid energie van zijn studenten was. Caleb Gattegno kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan als mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Het betoog van Caleb Gattegno was dat de docenten niet zozeer zouden moeten streven naar het overbrengen van kennis, maar het bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om iets te leren.

The Silent Way van Gattegno gebruikt onder andere staafjes met verschillende kleuren, die kunnen worden gebruikt voor allerlei dingen. De methodiek gebruikt eveneens Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor klanken waarbij elke kleur een bepaalde klank van de taal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.

Populariteit


Hoewel de Stille Manier in zijn originele versie niet veel wordt gebruikt, zijn Caleb Gattegno’s ideeën wel van betekenis geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak van de doeltaal.

Voor- en nadelen van de Silent Way


Dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de lerende, die per slot van rekening wordt beschouwd als autonoom, is de sterke kant van de benadering van Gattegno. In feite is de docent aan de student dienstbaar en niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van een taal op een natuurlijke manier. Door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken, wordt het geleerde doorgaans goed verwerkt en onthouden. Fouten maken mag, wat helpt bij het leerproces.

Een nadeel van de leermethode kan zijn dat sommige lerenden wat intensievere begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorstaat. De studenten zouden wat gefrustreerd kunnen raken door het gebrek aan input van de taaldocent. Het werken met kleuren en grafieken heeft als limiterende factor dat de nieuwheid er gauw af is, waardoor het effect verdwijnt.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-methode (Total Physical Response).

Kenmerken van TPR Storytelling


TPRS is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een taal te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke manier van taalverwerving: de nieuwe taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. De lerende wordt aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld om dit te kunnen bereiken. Door de taaldocent wordt een verhaal verteld waarin nieuwe woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. Studenten ontspannen zich omdat de verhalen gemakkelijk te begrijpen zijn. Zo worden woorden en structuren vrijwel vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De docent wijst de lerende op grammaticale fenomenen, zonder dat studenten taalregels uit hun hoofd hoeven te leren.

De studenten zullen na enige tijd ‘automatisch’ beginnen te spreken en de grammaticale structuur imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant is een verhaal op te bouwen om met een groep studenten. Hierbij schrijft de docent eerst nieuwe woorden en structuren op het bord, met hun vertalingen en vervolgens samen met de studenten hier een verhaal van te maken. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, omdat dit zorgt voor input. Schrijven volgt daarna.

Populariteit


Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een nieuwe taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de docent dient ervoor getraind te zijn en de setting dient geschikt te zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


Het is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de geleerde stof wordt goed onthouden. Doordat TPRS ook aan de creatieve intelligentie appelleert, is er sprake van breinvriendelijk leren. Voor de student is het een plezierige methode en het is relatief gemakkelijk om bij te les te blijven. Zelf een verhaal maken, werkt zeer motiverend voor de lerende.

Een minpunt is dat de methode veel voorbereiding van de trainer vraagt.

Commerciële methodes voor zelfstudie

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-leermethode is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die werd gevonden in Egypte met een tweetalige tekst, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen worden konden ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. In het jaar 1996 is de eerste versie van de methodiek is uitgebracht.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone methode is een wijze om vreemde talen te leren achter een computer. De taalcursussen zijn in meer dan dertig talen beschikbaar en de cursussen zijn te volgen vanuit al deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier nabootst waarop kinderen hun moedertaal leren. Dat houdt in ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers (native speakers) en foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal. Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen dat de uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. Dit maakt het mogelijk voor een gebruiker om zijn of haar uitspraak te vergelijken met de uitspraak van een native speaker (moedertaalspreker). Uitspraakverbetering kan worden bereikt door de voorbeeldspreker minder snel te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.

Er zijn dictee-oefeningen voor de schrijfvaardigheid van de lerende. De software van de methode controleert de grammatica en de spelling en geeft taalfouten aan en biedt de optie om de taalfouten van de lerende te corrigeren.

Het programma biedt ook leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.

Populariteit


Rosetta Stone wordt veelvuldig ingezet wereldwijd en zeker niet door de minsten. Onder andere de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken gebruiken de methode van Rosetta Stone. In ons land wordt Rosetta Stone door enkele ministeries en diverse hogescholen en universiteiten en ook door een aantal internationale organisaties gebruikt.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


De methode van Rosetta Stone is heel makkelijk in gebruik en de methode kan op ieder moment door de lerende gebruikt worden. Welke delen meer of wellicht minder aandacht kunnen gebruiken, wordt door de lerenden zelf bepaald. Veel studenten ervaren het als prettig om te werken met de methodiek. Bij een gebrek aan taaldocenten kan de Rosetta Stone-methode een oplossing bieden voor scholen. Een nadeel kan zijn dat geen taaltrainer beschikbaar is die lerenden kan motiveren of wat extra’s kan bieden.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De taalcursussen van Pimsleur zijn Amerikaans taalkundige Dr. Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 introduceerde.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een computerprogramma om nieuwe talen te leren.

Deze cursussen bestaan uit zinnetjes en dialogen in de doeltaal die door de lerenden vervolgens worden nagesproken en weer herhaald. Deze voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers ingesproken. De cursussen van Pimsleur zijn op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. Elke les van de cursus omvat een halfuur audio-opname met nieuwe vocabulaire en taalstructuren in de te leren taal. De grammaticale structuren van de doeltaal worden niet uitgelegd maar door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes aangeboden.

Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin kennis van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. In de taalcursussen van Pimsleur is dit (gemiddelde) interval verwerkt.

Populariteit


De Pimsleur taalcursussen worden onder meer in Amerika gevolgd en de ervaringen lopen uiteen. In het algemeen zijn de gebruikers tevreden over de aangeleerde uitspraak van de vreemde taal.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


Als uitspraakverbeteraar werkt de Pimsleur-methode zeer goed doordat de insprekers van de zinnen moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo spreken.

Dat niets wordt uitgelegd, is een keerzijde van de methode van Pimsleur. De student leert geen bouwstenen om zelf zinnen te maken, maar moet het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die worden ingeprent.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is, niet verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.

De Michel Thomas-methode bestaat uit audiolessen, door twee acteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de lessen van de stemacteurs. Wanneer de stemacteurs een vraag wordt gesteld, is het de bedoeling dat de lerenden op de pauzeknop klikken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De lessen worden in stapjes opgebouwd en nieuwe stof wordt met bekende stof afgewisseld. De uitleg wordt in de Engelse taal gegeven. Er wordt op verbanden gewezen tussen de talen, als die verbanden er zijn. De Michel Thomas-methode geeft eveneens grammaticale uitleg. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de lerende het voorgaande heeft begrepen en verworven. Behalve woorden en zinnen worden eveneens bouwstenen aangeleerd waarmee de lerenden zelf zinnen kunnen bouwen. Ook gebruikt de methode van flashcards waarmee lerenden zelf hun woordenschat kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.

Populariteit


Veel mensen vinden de cursus fijn om mee te werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van de doeltaal. De gebruikers die al wat verder gevorderd zijn, ervaren de Michel Thomas-methode als minder nuttig.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De taalcursussen zijn heel toegankelijk en trainen luistervaardigheid en uitspraak op een efficiënte manier. Dat de cursussen niet in schrijfvaardigheid voorzien, is een minpunt van de methode van Michel Thomas. Een daadwerkelijke interactie is er ook niet, omdat het audiocursussen zijn.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert taalcursussen en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ of ‘assimilatie’ betekent ‘opgaan in de groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen uitgangspunt voor een taalcursus is. De taalcursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek en audio-CD’s alsook een USB-stick. De cursist werkt idealiter ongeveer twintig minuten per dag.

De lessen van Assimil bestaan uit dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. Naast de dialoog staat de vertaling, alsook de uitleg van de grammatica. Om de uitspraak te trainen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnen die zijn ingesproken door native speakers en die de gebruiker daarna dient te herhalen. De opbouw van de les gaat van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie van de cursisten verwacht; dit komt pas na ruwweg vijftig lessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn populair. Ze zijn betaalbaar en er is een ruim aanbod aan talen.

Voor- en nadelen van Assimil


Dat de cursist in zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste past, is het pluspunt van de methode van Assimil. Het nadeel hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de studenten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen trainer om de student te motiveren of te begeleiden.


ALGEMENE LEERMETHODES

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was al in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, moesten de (Amerikaanse) soldaten de elementaire verbale communicatieve vaardigheden leren. Door de invloed van het leger werd de audiolinguale methode ook de ‘legermethode’ genoemd.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan beschouwd worden als reactie op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de les geheel werd gegeven in de doeltaal. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren en de grammaticale structuren worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is zonder fouten kunnen verstaan en spreken; het begint bij iemand leren naspreken. Het middel hiertoe is herhaling; er wordt met driloefeningen gewerkt om zinnen en structuren in te slijpen, om te zorgen dat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltaaltrainer kan bijvoorbeeld een bepaalde zin tien keer herhalen en dan een extra woord hieraan toevoegen. Er wordt veel gewerkt in de zogeheten talenpractica, waar studenten een hoofdtelefoon dragen en zinnen beluisteren en nazeggen. Geschreven taal komt pas aan bod als de mondelinge taal al vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe woorden te introduceren.

Populariteit


De methode werd in Nederland pas rond 1970 geïntroduceerd bij het ingaan van de Mammoetwet. Er kwamen al gauw bezwaren tegen deze inhoudsloze driloefeningen. Het gebeurde wel eens dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Nu was alom geaccepteerd dat het bij het leren van de taal niet gaat om het memoriseren van de regels van de grammatica, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid, die vóór 1970 voor de meeste docenten niet bestond, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten. Een goede uitspraak wordt vanaf het begin aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een vlotte en efficiënte overdracht van kennis. Deze methode kan ook worden toegepast bij grote(re) groepen.

Deze docentgestuurde kant is tegelijkertijd een nadeel; eigen inbreng wordt niet van de lerenden verlangd, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer ligt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik zijn om te zetten.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is ontwikkeld door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


De GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen zodanig te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de student. De GoldList-methode werkt aan de hand van zelfgeschreven woordenlijsten die later herhaald worden. De opgeschreven zinnen en woorden worden hardop gelezen door de lerenden. Deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar dit gaat vanzelf door de blootstelling. De lijst wordt steeds veranderd; woorden die zijn geleerd, gaan van de woordenlijst af. De woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList Method claimen dat deze zinnen en woorden spontaan in het langetermijngeheugen van de student terechtkomen, iets dat door geheugenwetenschappers bestreden wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden als de kennis van betekenis en relevant is voor de lerende. Voor woorden en zinnen die relevant en van betekenis zijn voor de student, kan de methode goed werken.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Voor lerenden die bij bijvoorbeeld Post-its® voordeel hebben als geheugensteuntje kan deze GoldList-methode werken. Schrijven met de hand functioneert beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken, omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Het ontbreken van context is een nadeel van deze leermethode. Taal bestaat uit uiteraard veel meer dan alleen een reeks losse woorden of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend omdat steeds handgeschreven lijsten moeten worden aangemaakt.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy D. Terrell en Stephen Krashen in 1983 ontwikkeld.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method is gericht op de natuurlijke manier van het verwerven van de taal. De leermethode probeert de taal te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. De taalregels leert men eveneens onbewust op deze manier. Alleen de doeltaal wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een leeromgeving zonder stress voor de studenten. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete grammatica en de correctie van vormfouten.

De leermethode is het meest effectief als de studenten worden ondergedompeld in de te leren taal. De activiteiten die in de te leren taal worden aangeboden, moeten stimulerend zijn, om ervoor te zorgen dat de lerenden plezier beleven van de ervaringen.

De Natural Method leermethode lijkt veel op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer de nadruk op de praktijk wordt gelegd en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Het feit dat onderdompeling heel effectief is, is vaak bewezen. De methode is een populaire wijze van lesgeven bij taaldocenten, doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen voor de lerende. Minpunten heeft de Natural Method ook. De leermethode is vooral gericht op het impliciet leren van de grammatica. Studenten zouden inderdaad leren te communiceren in de vreemde taal, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal te leren. Studenten wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met de buitenlandse taal. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde langer onthouden.

Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een bepaald examen.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De Structural Approach (afgekort SA) ofwel ‘Structurele Aanpak’ is door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld in de jaren 50.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


Deze Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om de lerende vertrouwd te maken met de grammaticale en fonologische structuren van de taal. De beheersing van deze structuren is volgens de Structurele Aanpak effectiever dan de verwerving van woordenschat. Het gaat om het herkennen en kunnen toepassen van vaste woordcombinaties en groepen woorden in de juiste woordvolgorde. Deze vaste combinaties van woorden worden in reële situaties met behulp van visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen gepresenteerd aan de student. De structuren die het vaakst in de doeltaal worden gebruikt, worden eerst aangeboden aan de taallerende. De mondelinge vaardigheid (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hier in eerste instantie bij gebruikt; leesvaardigheid en schrijfvaardigheid volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt de grammatica een belangrijke plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).

Populariteit


In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak gebruikt op vrij grote schaal om Engels te leren in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Dat studenten de taal op een nauwkeurige wijze wordt geleerd, is de sterke kant van de Structurele Aanpak. De lerenden krijgen inzicht in de grammatica van de taal en ze leren in welke situatie woorden of combinaties van woorden wel of niet geschikt zijn voor die situatie. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De werkwijze kost tamelijk veel tijd en biedt niet direct een ervaring van succes. De eigen input van studenten is behoorlijk beperkt; het is niet echt creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Het communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een taal legde. Amerikaans taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie het uiteindelijke streven is bij het leren van een vreemde taal.

Middels CLT-technieken leren de met de doeltaal in de praktijk te brengen door de interactie met de taaldocent en met elkaar. Teksten, geschreven in de vreemde taal of ander materiaal uit de werkomgeving en het dagelijks leven worden gebruikt. De doeltaal wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.

Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten dragen onderwerpen aan buiten het domein van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid in diverse situaties uit de praktijk te oefenen. Grammatica leren studenten inductief, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.

Bij CLT is de docent echt een trainer, die de lerende leert in de vreemde taal te communiceren.

Populariteit


De CLT werd heel populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam mede omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol waren gebleken. Binnen een verenigd Europa was er een grotere behoefte aan het leren van vreemde talen middels een methode die direct kon worden toegepast.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


De CLT (communicatief taalonderwijs) heeft veel pluspunten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de vreemde taal; de methode is functioneel en studentgericht. Vanwege het gebruik van authentieke materialen, leren studenten de woorden die zij moeten weten. De methode is efficiënt. Voor de lerende werkt deze methode stimulerend, omdat hij of zij gauw succes ervaart. Er mogen foutjes worden gemaakt; de vaardigheden van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat er minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de taaltrainer en van de lerenden vereist het een actieve deelname. Deze manier van een vreemde taal leren, is voor sommige studenten afwijkend of lastig, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint vaardigheden; hierbij gaat het om de functie en in mindere mate om de vorm en de methode biedt als zodanig geen samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Er word geleerd om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; docent Frans en Italiaans uit Duitsland. Omstreeks 1783 ontwikkelde Meidinger een leermethode waarbij de grammatica in het middelpunt stond. Meidinger wordt als grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM) beschouwd.

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn; de taal van de religie, wetenschap en cultuur. Het onderwijs in het Latijn was uiteraard gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en was volledig gericht op de grammatica en het vertalen. Dat werd gezien als een wetenschappelijke en degelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van de taalstructuren en de taalvormen waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij de Grammatica-vertaalmethode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal krijgen de nadruk. De taaldocenten dragen kennis over, de lerende memoriseert.

Populariteit


Hoewel reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed gehad op het taalonderwijs.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, biedt de grammatica-/vertaalmethode biedt een aardige mentale training. Ook biedt deze methode inzichten in de structuur, vanwege de nadruk die wordt gelegd op de grammatica.

Er zijn echter meer keerzijden dan positieve kanten. De belangrijkste keerzijde is dat de spreek- en luistervaardigheid bij de methode ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van de te leren taal, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal gaat om literair taalgebruik. De leermethode biedt niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief leerproces bij de lerende bij het werken in een groep. De student is slechts toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


De leermethode ‘Onderdompeling’ (Engelse naam: language immersion) wordt wereldwijd gebruikt sinds de jaren 70, en dan met name op middelbare scholen waarbij een vak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd. De methode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse les gaven aan welgestelde dames uit Vught en omgeving.

Kenmerken van onderdompeling


Onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal leert, direct vanaf het eerste moment door de nieuwe taal is omgeven. De instructies vinden in de doeltaal plaats; eerst langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke manier. Vanaf het begin wordt de student ook uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. De methode maakt gebruik van simulaties en rollenspellen. Op onderwijsinstellingen die werken met onderdompeling, wordt de omgeving veelal in de stijl van de doeltaal ingericht om een situatie te creëren alsof de lerenden in het land zijn waar de te leren taal wordt gesproken. De lerenden oefenen één-op-één of in kleine groepjes met spreken. Daadwerkelijk naar het land van de doeltaal reizen en daar bijvoorbeeld verblijven in een gastgezin, is een andere manier om onderdompeling te bereiken.

Populariteit


Onderdompeling wordt gezien als een zeer goede methode om vreemde talen te leren. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan op deze manier uitstekend worden aangeleerd.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Het grote voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, omdat de leermethode nogal intensief is. Het is ‘sink or swim’, de lerende moet wel gaan communiceren in de doeltaal want hij of zij wordt erdoor omgeven. In principe zijn de studenten 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in groepen versterkt de sociale interactie. Studenten ervaren dat als motiverend.

Dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel van de leermethode. Als studenten in een korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land van de doeltaal te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar daarna weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Dat een dergelijke taaltraining erg intensief is, kan een ander minpunt van de methode zijn. Niet alle studenten hebben de conditie om deze manier van leren vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om vreemde talen te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De leermethode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om te kunnen leren. Daarvoor is het van essentieel belang dat er een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen is tussen de studenten en de trainer. De voorwaarde hiervoor is dat studenten ontspannen zijn en zich veilig voelen. Om deze situatie te creëren, was een leslokaal met een rijopstelling ongeschikt. De studenten zaten in de lessen in comfortabele stoelen die in een halve cirkel opgesteld waren en er was altijd muziek in de les. De leermethodiek zoals Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Bij deze teksten waren woordenlijsten alsook opmerkingen over de grammatica. Dit voorlezen werd gedaan met veel expressie in stem en gebaren. Studenten werden zo uitgenodigd om te luisteren en de nieuwe woorden konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. In de lessen was er veel aandacht voor de cultuur en kennis over het land van de vreemde taal. In de klas werden rollenspellen gespeeld en ook streekgerechten werden in de klas bereid en gegeten.

Populariteit


De leermethode was enigszins omstreden en de leermethode is in de vergetelheid geraakt. Een aantal elementen wordt nog steeds toegepast, bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


De methode van Suggestopedie zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de lerende minder hinder zal krijgen van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een bijkomend pluspunt van de methodiek is dat de lerende gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijk vormt dit voor sommige lerenden een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Ook kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en zelfs verstorend zijn in tegenstelling tot ontspannend of stimulerend. Een andere zwakke zijde is dat de verhouding taaltrainer-lerende niet gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de taaltrainer waarbij de lerende steeds de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelde in het jaar 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
of afgekort CLL genoemd.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


Community Language Learning is een methode om een taal te leren waarbij studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van een vreemde taal zij willen leren. Deze methode is gestoeld op de counseling-benadering waarbij de trainer fungeert als counselor die de zinnen van de lerenden kenschetst. Studenten starten het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als de studenten de doeltaal nog niet genoeg machtig zijn. De docent legt uit en vertaalt. Hierna herhalen de lerenden de uitingen van de docent zo nauwkeurig mogelijk. Dit gesprek wordt opgenomen om daarna opnieuw te kunnen beluisteren.

Community Language Learning stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de studenten als middel om de taal te leren. Er wordt geen leerboek gevolgd; het zijn de studenten zelf die de inhoud van de les bepalen met behulp van betekenisvolle gesprekken.

Populariteit


De mate van succes van CLL hangt sterk af van de kunde van de docent-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn. De trainer dient zowel de te leren taal als de moedertaal van de lerenden uitstekend te beheersen om de taaluitingen van de lerenden te kunnen vertalen. Deze methode kan goed functioneren als deze correct toegepast wordt. De methode is niet bruikbaar voor grote groepen.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


Deze methode biedt voor studenten een hoge mate van autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken vinden veel lerenden zinvol. De groep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les, maar eveneens daarbuiten. Met Community Language Learning worden lerenden zich zo veel bewuster van anderen in hun groep, hun sterke en minder sterke punten en leren om als team samen te werken. Het bespreken door de foutjes en het evalueren van de les is heel leerzaam voor de studenten. Zulke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van het actieve vocabulaire van de lerenden.

Het kan een keerzijde zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Er wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen gehouden. Het succes van de les is daardoor moeilijk te meten. Een aantal lerenden wordt geremd in hun spreken als zij worden opgenomen.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om een vreemde taal te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


Deze lexicografische benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen bestaan. Studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van de taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt de woordenschat een grotere plaats in dan de grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en uitdrukkingen die vaak in dialoog voorkomen. Voor interactie is aandacht maar eveneens voor exposure; voor de zogenaamde receptieve vaardigheden (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor de student om zelf de taal te ontdekken.

De taak van de trainer is voor genoeg input te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de lerenden.

Populariteit


In de afgelopen drie decennia zijn door de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis de lesboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht aan woordenschat van de te leren taal geschonken die wordt aangeboden in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. De vergaande omwenteling in de wijze waarop vreemde talen worden onderwezen, waar Michael Lewis streefde, bleef echter uit.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Door het werken met ‘chunks’ (brokjes vreemde taal); met ‘echte’ taal, leren de studenten op een heel natuurlijke wijze de vreemde taal te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het taalgebruik.

Het nadeel van de methode is dat de werkelijkheid toch altijd weer afwijkend is van de aangeleerde taalsituaties. Met het zelf leren herkennen van de patronen van de taal heeft een aantal studenten moeite en deze studenten hebben meer aan een docent die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is door de Franse taaldocent François Gouin in 1880 ontwikkeld.

Kenmerken van de Series Method


Een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van grammatica, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnetjes op basis van een handeling, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, beroep en wetenschap, vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik ontwikkeld. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Studenten gaan snel in de te leren taal denken doordat een soort eentalige leermethode is, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.

Populariteit


Gouin’s principes over het leren van een vreemde taal waren hun tijd ver vooruit. De seriemethode van Gouin was gedurende een bepaalde periode succesvol, ondanks de vrij afwijkende aanpak. De methode werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Berlitz.

Voor- en nadelen van de Series Method


De Seriemethode van Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheden sterk en zorgt voor een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de les.

François Gouin’s taalmethodiek biedt levendig taalonderwijs. Dit soort onderwijs wekt het enthousiasme van de lerenden op door gebruik te maken van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, en dergelijke. Het leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De lerenden worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verbeteren. De communicatieve vaardigheid van de student wordt met de methode goed gestimuleerd.

De leermethode van François Gouin heeft echter als nadeel dat taal die iets meer abstract of subjectief wordt, wat moeilijk met beweging en expressie in één concrete ervaring kan worden gevangen. De bewerkelijkheid voor de trainer, die een hele reeks aan series moet voorbereiden, is een ander nadeel van de leermethodiek. Als derde punt is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de competentie van lezen en schrijven.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Task-Based Language Teaching; TBLT (Taakgericht taalonderwijs) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham Crookes.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze achter deze methode is dat de verwerving van de taal geen op zichzelf staand doel, maar een methode om bepaalde taken uit te voeren. De studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis vereist. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, dienen zij over woordenschat en regels van de doeltaal te beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld boodschappen doen, een e-mail schrijven, bellen met de klantenservice, de krant lezen of iets te drinken bestellen. De opdracht wordt in drie fasen opgesplitst: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, de taak vervolgens uitvoert en tot slot hierop terugblikt. De studenten dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. De taken dienen iets boven het taalniveau van de student te liggen om leereffect te hebben.

Populariteit


Task-Based Language Teaching (TBLT) heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren 90 en zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij de studenten (met name de studenten in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs taakgericht taalonderwijs is een activerende manier van werken, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheden te gaan gebruiken. Mits de taak goed aansluit bij de student, is Task-Based Language Teaching een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. Studenten komen op een alledaagse, natuurlijke wijze in contact met de taal en leren op deze manier authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren daarnaast om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als prettig en motiverend ervaren .

Dat de communicatie voorop staat en niet zozeer de correcte vorm, waardoor lerenden die niet zozeer precies leren, kan als keerzijde genoemd worden.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van Engels taalonderwijs bedacht in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


‘Dogme 95’; de beweging van een groep Deense filmmakers waaronder de filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995 was de inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT). De deelnemers houden zich aan tien strikte regels (tien dogma’s) voor het filmmaken die samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity) vormen. Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet door enig voorgedrukt materiaal is belast. Het beginnen van inhoudelijke gesprekken die over praktische onderwerpen gaan, is het oogmerk van de Dogme-methode. Bij deze methode draait het om communicatie als de aanjager van het leren. De benadering is daarom een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder een lesboek te gebruiken of overig lesmateriaal en zich in plaats daarvan focust op de communicatie tussen docent en lerenden. Het Dogme-taalonderwijs kent, net zoals de Dogme-beweging in de film, tien dogma’s (uitgangspunten).

Populariteit


Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal suggereren dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een positieve bijkomstigheid voor de taaltrainer is dat hij of zij zich zo goed als geen hoeft voor te bereiden. Het kan heel motiverend werken dat de lerenden voor het eigen leerproces verantwoordelijk zijn. Zo zijn de lessen niet voorspelbaar. Het zorgt voor spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Zo goed als alles kan worden besproken tijdens een taalles volgens de Dogme-benadering. Het houdt studenten betrokken en alert.

Studenten kunnen zich daarentegen wel minder op hun gemak voelen als ze zo weinig bij de hand genomen worden door de taaldocent. Ook zijn niet alle trainers in voldoende mate flexibel voor dit type taalonderwijs. Dat lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een bepaald examen, terwijl het niet zeker is dat de leerstof hiervoor wordt behandeld in de taallessen, kan een ander nadeel zijn van de methode.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Greg en Angela Thomson.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


De GPA-benadering geldt als een alternatieve visie om een nieuwe taal te verwerven. Dat taal en cultuur niet los van elkaar staan, is de primaire aanname van de GPA. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het verwerven van de taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur. Daarom hanteert GPA de benaming ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA-benadering heeft gelijkenissen met, en is gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De methode kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit de gastcultuur voeren de activiteiten uit. Begrip gaat boven productiviteit. De nadruk ligt op woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de methode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ richt zich in fase 1 op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.

Fase 2 van de zogenaamde leermethode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase neemt ruwweg 150 uur in beslag en nu beginnen de deelnemers de vreemde taal ook te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die gedeeld worden tussen culturen en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu diepere gesprekken over het leven in de ontvangende cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode beginnen de deelnemers zich te richten op het taalgebruik van moedertaalsprekers door middel van films, televisie, nieuws of literatuur. Ook de taal die nodig is voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de methode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om groei buiten de formele taalsessies om.

Populariteit


De methode van Thomson is nog relatief nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes van de methode. Deelnemende studenten zijn enthousiast over deze leermethode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met de GPA-methode wordt een duidelijk inzicht geboden op het proces van taalverwerving. De zes afzonderlijke fasen van GPA bieden een duidelijk tijdsschema en realistische doelstellingen. De lerenden verwerven niet alleen kennis van de vreemde taal, maar ook van de omgeving en de lerenden verwerven eveneens een nieuw sociaal netwerk.

Een minpunt van deze methode is dat voor iedere deelnemer of minimaal iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is om behoorlijk wat tijd te investeren.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is in de vroege jaren 2000 bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.

Kenmerken van de Shadowing Technique


De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Deze techniek van Shadowing is relatief eenvoudig: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Het is niet belangrijk om de tekst in de vreemde taal ook te begrijpen; het gaat in de eerste instantie om de klank. Luisteren en herhalen wordt net zo veel geoefend tot het heel soepel gaat en de lerende simultaan met de audio-opname kunnen spreken. Na enige tijd zal de student een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat hij of zij heeft uitgesproken. Er zijn diverse leerboeken voor deze methode geschikt, zolang deze boeken dialogen bevatten of delen met samenhangende tekst. De audio-opname dient ideaal bezien wat boven het niveau van de lerenden te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op een natuurlijke snelheid. Doordat fysieke bewegingen de opname versterken van de nieuwe taal in het zenuwstelsel, doet Argüelles de aanbeveling aan studenten om tijdens het spreken te lopen, liefst buiten, en niet te zitten. Een andere grond is dat de studenten minder gauw afgeleid worden als zij in beweging zijn, waardoor het leren van de doeltaal veel effectiever gaat.

De shadowing-techniek heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale driloefeningen gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij Shadowing is ook simultaan spreken anders.

Populariteit


De afgelopen jaren is veel onderzoek naar de techniek van Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de doeltaal wordt ook vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Een praktisch voordeel van Shadowing dat de methodiek in een groep studenten kan worden gebruikt, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief leert. Het rendement van de methode is hoog.

De keerzijde van deze techniek is dat studenten het soms wat saai vinden om dezelfde tekst steeds te blijven herhalen. De keuze van de tekst is dus van groot belang.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een methode om een vreemde taal te leren die van het idee uitgaat dat mensen met behulp van handelingen en bewegingen leren. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheden zijn de basis, de spreekvaardigheden komen later.

De methode van TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van een vreemde taal versneld toe. De taaltrainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de studenten doen deze opdrachten na. Aanvankelijk wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of gedeeltelijk gewijzigd.

Door het combineren van beweging en spraak, appelleert TPR® aan de beide hersenhelften. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en de geleerde stof beklijft ook beter.

Populariteit


TPR® wordt hoofdzakelijk gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar ook middelbare scholieren en volwassenen werken met veel plezier met TPR® en behalen hiermee goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


TPR® biedt veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethode zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van de nieuwe taal. Het zorgt een stressvrij leerproces. In principe is TPR® bruikbaar voor alle doelgroepen, ongeacht leeftijd of achtergrond en kan de methodiek eveneens in grotere klassen gebruikt worden. De geleerde taal wordt direct in het langetermijngeheugen opgeslagen.

Het minpunt van de TPR®-methode is dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten kan worden uitgedrukt. Daardoor werkt het tot op een bepaald niveau en is nog een andere methodiek nodig als aanvulling. Daarnaast is de leermethode niet heel creatief. Studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën te uiten.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren tachtig van de negentiende eeuw de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als tegenreactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Er was een Reformbeweging rond het jaar 1900 met nieuwe visies over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief zou moeten zijn. Overigens had deze Reformbeweging niet alleen betrekking op het leren van een vreemde taal, maar ook op voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Men streefde, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, omstreeks 1900 naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van de keurslijven. Er ontstond binnen het taalonderwijs veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal. Hierbij werd de grammatica vooral inductief aangeleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten lerenden hieruit afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met meer aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal. Het werd gestimuleerd de studenten vaak te laten spreken. Het was ook een nieuw verschijnsel dat de les in de doeltaal gegeven werd. Er werd nadrukkelijk niet vertaald tijdens de taalles. Aan de hand van afbeeldingen en voorbeelden werd de vocabulaire van de doeltaal aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd door studenten aangeboden om ideeën te laten associëren.

Populariteit


Mede onder invloeden van de oorlogen en crises ebde deze vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw weg, om weer een andere vorm te krijgen in de jaren 60.

Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren, is het belangrijkste voordeel. Er wordt veel aandacht geschonken aan spreken en luisteren, waardoor de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid krijgen. Keerzijden heeft deze Direct Methode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen in de vreemde taal relatief weinig. De methode biedt te weinig uitdaging voor lerenden die verder meer gevorderd zijn. De Directe Methode is tevens niet heel geschikt voor minder snel lerende studenten, doordat de leermethode van een dynamische inzet van de student uitgaat.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca gaat van hetzelfde principe uit als waar de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’) voor staat: de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal leren dient veilig en gemakkelijk te zijn. Manesca wil om die reden niet werken met abstracte regels en woordenlijstjes die uit het hoofd geleerd moeten worden.

De Manesca-methode staat bekend als de vroegst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is gebaseerd op het werken met een groep studenten en een taaltrainer, die één woord tegelijk introduceert. Bij dit woord hoort een specifieke beweging. Het woord en deze beweging worden vervolgens door de lerenden afzonderlijk herhaald. Door deze herhaling onthouden de studenten deze woorden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. De woorden vormen stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op deze zinnen. In een latere fase wordt met leesteksten de spelling aangeboden.

De methode van Jean Manesca is al een aantal jaren later overgenomen en aangepast door Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.

Populariteit


Jean Manesca overleed twee jaar na de publicatie van zijn methode. Zijn werk is door anderen overgenomen en verder ontwikkeld, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn nog steeds actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en het geleerde gemakkelijker en langer kan worden onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Dat dit wat saai kan worden om dezelfde woordjes en zinnetjes steeds te herhalen, kan door lerenden als een keerzijde worden gezien.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is in het jaar 1963 ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een methode om een taal te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De methode van Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.

De taaltrainers gebruiken een combinatie van gebaren en stilte om de aandacht van de student te trekken, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Veel tijd wordt aan de uitspraak van de taal besteed.

Gattegno, die wiskundige was, vond het essentieel om taalles te geven op een wijze die efficiënt voor de hoeveelheid energie van zijn studenten was. Caleb Gattegno kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan als mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Het betoog van Caleb Gattegno was dat de docenten niet zozeer zouden moeten streven naar het overbrengen van kennis, maar het bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om iets te leren.

The Silent Way van Gattegno gebruikt onder andere staafjes met verschillende kleuren, die kunnen worden gebruikt voor allerlei dingen. De methodiek gebruikt eveneens Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor klanken waarbij elke kleur een bepaalde klank van de taal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.

Populariteit


Hoewel de Stille Manier in zijn originele versie niet veel wordt gebruikt, zijn Caleb Gattegno’s ideeën wel van betekenis geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak van de doeltaal.

Voor- en nadelen van de Silent Way


Dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de lerende, die per slot van rekening wordt beschouwd als autonoom, is de sterke kant van de benadering van Gattegno. In feite is de docent aan de student dienstbaar en niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van een taal op een natuurlijke manier. Door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken, wordt het geleerde doorgaans goed verwerkt en onthouden. Fouten maken mag, wat helpt bij het leerproces.

Een nadeel van de leermethode kan zijn dat sommige lerenden wat intensievere begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorstaat. De studenten zouden wat gefrustreerd kunnen raken door het gebrek aan input van de taaldocent. Het werken met kleuren en grafieken heeft als limiterende factor dat de nieuwheid er gauw af is, waardoor het effect verdwijnt.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-methode (Total Physical Response).

Kenmerken van TPR Storytelling


TPRS is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een taal te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke manier van taalverwerving: de nieuwe taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. De lerende wordt aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld om dit te kunnen bereiken. Door de taaldocent wordt een verhaal verteld waarin nieuwe woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. Studenten ontspannen zich omdat de verhalen gemakkelijk te begrijpen zijn. Zo worden woorden en structuren vrijwel vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De docent wijst de lerende op grammaticale fenomenen, zonder dat studenten taalregels uit hun hoofd hoeven te leren.

De studenten zullen na enige tijd ‘automatisch’ beginnen te spreken en de grammaticale structuur imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant is een verhaal op te bouwen om met een groep studenten. Hierbij schrijft de docent eerst nieuwe woorden en structuren op het bord, met hun vertalingen en vervolgens samen met de studenten hier een verhaal van te maken. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, omdat dit zorgt voor input. Schrijven volgt daarna.

Populariteit


Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een nieuwe taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de docent dient ervoor getraind te zijn en de setting dient geschikt te zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


Het is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de geleerde stof wordt goed onthouden. Doordat TPRS ook aan de creatieve intelligentie appelleert, is er sprake van breinvriendelijk leren. Voor de student is het een plezierige methode en het is relatief gemakkelijk om bij te les te blijven. Zelf een verhaal maken, werkt zeer motiverend voor de lerende.

Een minpunt is dat de methode veel voorbereiding van de trainer vraagt.

COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-leermethode is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die werd gevonden in Egypte met een tweetalige tekst, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen worden konden ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. In het jaar 1996 is de eerste versie van de methodiek is uitgebracht.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone methode is een wijze om vreemde talen te leren achter een computer. De taalcursussen zijn in meer dan dertig talen beschikbaar en de cursussen zijn te volgen vanuit al deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier nabootst waarop kinderen hun moedertaal leren. Dat houdt in ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers (native speakers) en foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal. Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen dat de uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. Dit maakt het mogelijk voor een gebruiker om zijn of haar uitspraak te vergelijken met de uitspraak van een native speaker (moedertaalspreker). Uitspraakverbetering kan worden bereikt door de voorbeeldspreker minder snel te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.

Er zijn dictee-oefeningen voor de schrijfvaardigheid van de lerende. De software van de methode controleert de grammatica en de spelling en geeft taalfouten aan en biedt de optie om de taalfouten van de lerende te corrigeren.

Het programma biedt ook leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.

Populariteit


Rosetta Stone wordt veelvuldig ingezet wereldwijd en zeker niet door de minsten. Onder andere de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken gebruiken de methode van Rosetta Stone. In ons land wordt Rosetta Stone door enkele ministeries en diverse hogescholen en universiteiten en ook door een aantal internationale organisaties gebruikt.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


De methode van Rosetta Stone is heel makkelijk in gebruik en de methode kan op ieder moment door de lerende gebruikt worden. Welke delen meer of wellicht minder aandacht kunnen gebruiken, wordt door de lerenden zelf bepaald. Veel studenten ervaren het als prettig om te werken met de methodiek. Bij een gebrek aan taaldocenten kan de Rosetta Stone-methode een oplossing bieden voor scholen. Een nadeel kan zijn dat geen taaltrainer beschikbaar is die lerenden kan motiveren of wat extra’s kan bieden.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De taalcursussen van Pimsleur zijn Amerikaans taalkundige Dr. Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 introduceerde.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een computerprogramma om nieuwe talen te leren.

Deze cursussen bestaan uit zinnetjes en dialogen in de doeltaal die door de lerenden vervolgens worden nagesproken en weer herhaald. Deze voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers ingesproken. De cursussen van Pimsleur zijn op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. Elke les van de cursus omvat een halfuur audio-opname met nieuwe vocabulaire en taalstructuren in de te leren taal. De grammaticale structuren van de doeltaal worden niet uitgelegd maar door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes aangeboden.

Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin kennis van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. In de taalcursussen van Pimsleur is dit (gemiddelde) interval verwerkt.

Populariteit


De Pimsleur taalcursussen worden onder meer in Amerika gevolgd en de ervaringen lopen uiteen. In het algemeen zijn de gebruikers tevreden over de aangeleerde uitspraak van de vreemde taal.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


Als uitspraakverbeteraar werkt de Pimsleur-methode zeer goed doordat de insprekers van de zinnen moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo spreken.

Dat niets wordt uitgelegd, is een keerzijde van de methode van Pimsleur. De student leert geen bouwstenen om zelf zinnen te maken, maar moet het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die worden ingeprent.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is, niet verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.

De Michel Thomas-methode bestaat uit audiolessen, door twee acteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de lessen van de stemacteurs. Wanneer de stemacteurs een vraag wordt gesteld, is het de bedoeling dat de lerenden op de pauzeknop klikken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De lessen worden in stapjes opgebouwd en nieuwe stof wordt met bekende stof afgewisseld. De uitleg wordt in de Engelse taal gegeven. Er wordt op verbanden gewezen tussen de talen, als die verbanden er zijn. De Michel Thomas-methode geeft eveneens grammaticale uitleg. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de lerende het voorgaande heeft begrepen en verworven. Behalve woorden en zinnen worden eveneens bouwstenen aangeleerd waarmee de lerenden zelf zinnen kunnen bouwen. Ook gebruikt de methode van flashcards waarmee lerenden zelf hun woordenschat kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.

Populariteit


Veel mensen vinden de cursus fijn om mee te werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van de doeltaal. De gebruikers die al wat verder gevorderd zijn, ervaren de Michel Thomas-methode als minder nuttig.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De taalcursussen zijn heel toegankelijk en trainen luistervaardigheid en uitspraak op een efficiënte manier. Dat de cursussen niet in schrijfvaardigheid voorzien, is een minpunt van de methode van Michel Thomas. Een daadwerkelijke interactie is er ook niet, omdat het audiocursussen zijn.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert taalcursussen en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ of ‘assimilatie’ betekent ‘opgaan in de groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen uitgangspunt voor een taalcursus is. De taalcursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek en audio-CD’s alsook een USB-stick. De cursist werkt idealiter ongeveer twintig minuten per dag.

De lessen van Assimil bestaan uit dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. Naast de dialoog staat de vertaling, alsook de uitleg van de grammatica. Om de uitspraak te trainen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnen die zijn ingesproken door native speakers en die de gebruiker daarna dient te herhalen. De opbouw van de les gaat van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie van de cursisten verwacht; dit komt pas na ruwweg vijftig lessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn populair. Ze zijn betaalbaar en er is een ruim aanbod aan talen.

Voor- en nadelen van Assimil


Dat de cursist in zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste past, is het pluspunt van de methode van Assimil. Het nadeel hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de studenten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen trainer om de student te motiveren of te begeleiden.

Diverse digitale tools

Er is ook een ruim aanbod aan complete taalcursussen voor zelfstudie: uTalk, Eurotolk Ultimate en online leermethoden zoals Babbel, Duolingo, Quizlet en Mondly.

Er is echter een betere methode om een taal te leren om vreemde talen te leren om een vreemde taal te leren: De Methode van Dagnall Talen.


Het alom bekende hoge rendement van Dagnall wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar vooral doordat de focus altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of wellicht kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?

Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De cursussen van Dagnall Talen zijn bij voorkeur face-to-face. We werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Dagnall biedt daarnaast een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de Dagnall app geladen worden met jargon van specifieke bedrijven of organisaties.
[ Lees meer ]


Betaalbaar maatwerk sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Online (e-learning), blended learning en Dagnall app

Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’


‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)trainingen die online gevolgd kunnen worden, dus op afstand. Er wordt ook wel gesproken van een virtual classroom oftewel een ‘digitaal leslokaal’.
Het zogenaamde blended learning is een vorm van training waarbij face-to-face-sessies (klassikaal) gecombineerd worden met online leren in een online leeromgeving.
Simpel gesteld: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Taleninstituut biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Oss.

Online een vreemde taal leren (e-learning)


Voorbeelden van digitale platformen die gebruikt kunnen worden voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.

Blended cursussen in Oss


Het voordeel van blended learning ten opzichte van online leren is dat, zolang het geen 1-op-1 les betreft, de deelnemers bij blended learning afwisselend wel zogeheten ‘classroominteractie’ ervaren. Dat houdt in persoonlijke interactie; motivatie van en gesprekken met de andere deelnemers.

100% maatwerk – ook online!
Uiteraard biedt Dagnall Taleninstituut eveneens blended learning in Oss op maat.

Online leerplatform


Online leerplatform Dagnall Taleninstituut biedt een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform, genaamd Dagnall.online. Dagnall.online biedt gevarieerde en interactieve content en vormt een integraal onderdeel van een digitaal leertraject. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor het hoogste leerrendement bij een digitale leergang.

De Dagnall App


Naast het online leerplatform beschikt Dagnall Taleninstituut eveneens over een handige eigen App, geschikt voor zowel Android- als Apple-apparaten. De Dagnall App heeft als voordeel dat lerenden altijd en overal, dus 24/7, op alle (mobiele) apparaten toegang hebben. Zowel op het werk maar ook thuis of onderweg, bijvoorbeeld in het buitenland. Cursisten kunnen dus een taal leren wanneer en waar het uitkomt. De inhoud van de oefeningen in de App worden afgestemd op de behoefte van uw organisatie zoals het taalniveau, de leerdoelen en de branche. Zo kunnen wij bijvoorbeeld speciek jargon, technische termen, woordenlijsten, productnamen alsook juridische termen in de App integreren. De Dagnall App kan dus zeer praktijkgericht ingezet worden en de App blijft beschikbaar na afronding van de training in Oss.
Ook bij digitale leerpaden zorgt Dagnall Taleninstituut voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Computerscherm met logo Dagnall.online - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Overlappende iconen App Store Apple App in Apple zwart en Google Play Android App in Google groen - op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels/
Ontdek onze online mogelijkheden

Online learning & blended learning in Oss

Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining


Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, vergaderingen en/of onderhandelingen met zakenpartners en klanten zijn veelal een uitdaging op het gebied van taalvaardigheid.
Mensen die meerdere talen beheersen, zijn daarom cruciaal in veel bedrijven en organisaties.

Online en blended taaltrainingen op maat


Dagnall leert u communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Wanneer u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan uw gesprekspartners te begrijpen en zorg dat u ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheden verbeteren voor uw huidige of toekomstige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Al onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en zijn eveneens te boeken als onlinecursussen & blended taalcursussen. Een onlinecursus of blended taalcursus is even effectief en van hoge kwaliteit als een fysieke cursus en bovendien comfortabel.


Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kunt u overal volgen; op kantoor, thuis, op zakenreis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen online

Technische en zakelijke taalcursussen online geeft Dagnall via onlineplatforms zoals Zoom, Teams, Skype of een ander onlineplatform naar keuze. Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel interactie als variatie.

Virtuele Classroom voor een individuele taaltraining of groepstraining


Alleen het onderstaande is nodig voor (taal)cursussen in een virtuele classroom:
- Een laptop, tablet of pc/iMac met microfoon en camera
- Internetverbinding
- Rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]
Overlappende donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven en groene cirkel met computerscherm met Dagnall.online logo op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm screenshot inlogpagina Dagnall.online Springest-based platform voor online taallessen - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Computerscherm met logo Google Hangouts en computerscherm met logo Microsoft Teams - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels

Cursuspakket en certificaat

Voorafgaand aan uw cursus bij ons taleninstituut in Oss ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal bevat.
Na afloop van uw cursus bij ons taleninstituut in Oss ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde taalcursus in Oss
Dagnall Talen cursuskoffer - Dagnall schrijfblok - Dagnall pen - lesboeken op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels
Ingevuld Dagnall Talen certificaat - Dagnall pen - Apple Magic Keyboard - Apple Magic Trackpad op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels

Het Europees Referentiekader (ERK)

Voor aanvang van de cursus krijgt de cursist een intake, om een inzicht te krijgen van het taalniveau bij het begin. Aan de hand van het Europees Referentiekader (ERK) wordt dit taalniveau bij het begin omschreven. Het niveau van het ERK is een internationaal erkend taalniveau.
De cursist ontvangt aan het einde van de cursus bij ons taleninstituut in Oss het ‘Certificaat van Dagnall Talen’.
 

Logo EU Europese Unie in blauw vierkant met afgeronde hoeken in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo ERK Europees Referentiekader Talen in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een manier om taalniveaus op een uniforme wijze te kunnen omschrijven, zodat ‘gevorderden’ in bijvoorbeeld Engeland dezelfde taalbeheersing hebben als ‘gevorderden’ in Duitsland.
Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld.
Het ERK is een instrument dat vijf taalvaardigheden onderscheidt, te weten: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
De Engelse term en afkorting wordt ook veel toegepast: Common European Framework of References; CEFR. Het ERK hanteert ook 6 niveaus in taalbeheersing; van beginners tot bijna moedertaalsprekers.
De zes niveaus van vaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
TaalNiveau A is van toepassing op beginners.
Een cursist die taalniveau B beheerst, bezit alle basiskennis in de Franse taal.
Niveau C is van toepassing op gevorderden die de Franse taal met groot gemak kunnen lezen, verstaan, schrijven en spreken. Wie een vreemde taal kent op niveau C, beheerst deze taal op bijna moedertaalniveau.

A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level


Luisteren


Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.

Spreken


Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.

Lezen


Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.

Schrijven


Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.

B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level



Luisteren


Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.

Spreken


Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.

Lezen


Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.

Schrijven


Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).

C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level



Luisteren


Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.

Spreken


Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.

Lezen


Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.

Schrijven


Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.

A2 Basisgebruiker - Waystage Level



Luisteren


Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.

Spreken


Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.

Lezen


Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.

Schrijven


Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.

B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level



Luisteren


Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.

Spreken


Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.

Lezen


Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.

Schrijven


Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.

C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level



Luisteren


Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.

Spreken


Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.

Lezen


Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.

Schrijven


Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO 9001-2015 LOGO
ISO 1700-2015 LOGO

ISO-certificeringen

ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement


Dagnall Talen is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm stelt eisen voor het borgen en stroomlijnen van processen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de door opdrachtgevers gestelde eisen alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van de ISO 9001:2015 norm.

ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten


Dagnall is eveneens gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 17100:2015 norm. ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor vertaaldiensten en bevat onder andere eisen voor mensen, middelen, projectbeheer, vertalers en revisoren.


Onze ISO 17100:2015 certificering bewijst dat wij uitsluitend met professionele moedertaalvertalers werken die beschikken over de benodigde ervaring en kennis. Daarnaast worden onze vertalingen altijd minimaal twee keer door twee specialisten/editors proefgelezen. De vertalingen worden binnen de deadline en volgens afspraak aangeleverd.

Kiwa – certificeringen sinds 1948


Kiwa is een certificeringsinstituut in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van organisaties. Jaarlijks wordt Dagnall door Kiwa getoetst om te controleren of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk
Logo keurmerk NRTO Nederlandse Raad voor Training en Opleiding in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Nederlandse Raad voor Training en Opleiding NRTO in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Lidmaatschap NRTO

Ons instituut is al vele jaren lid van de NRTO en draagt eveneens het NRTO-keurmerk.
Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor betrouwbaarheid en kwaliteit.
De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstituten en heeft meer dan 450 leden.
De missie van de NRTO is: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.

Kwaliteitsbevordering en -bewaking


Voor de NRTO staat kwaliteit centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de leden van de NRTO geleverd worden, zoals bij ons taleninstituut in Oss, wordt door een gedragscode, door diverse convenanten en door het NRTO-keurmerk geborgd.
[ Lees meer ]
 
Logo GDPR Algemene Verordening Gegevensbescherming in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo EU Filemaker in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

AVG-compliant

De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engelse naam: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot het verwerken van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de Europese Unie. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van EU-burgers. Deze verordening schrijft voor dat mensen op de hoogte dienen te zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals hun naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die voor het beoogde doel nodig zijn, mogen worden bewaard en verwerkt.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan nodig en de persoonsgegevens moeten tegen toegang door onbevoegden, vernietiging en verlies te worden beschermd. Dagnall voldoet uiteraard aan alle vereisten die door de Algemene verordening gegevensbescherming gesteld worden en Dagnall verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht zeer beperkt. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Logo CRKBO Centraal Register Kort Beroepsonderwijs in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Lloyd's Register in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Cursussen bij Dagnall taleninstituut in Oss zijn vrijgesteld van btw

CRKBO-geregistreerde instelling

Dagnall Taleninstituut is in het CRKBO-register ingeschreven. CRKBO staat voor het Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dit houdt in dat Dagnall Taleninstituut aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet.
Voor de Belastingdienst is inschrijving in het juiste CRKBO-register een vereiste om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te mogen leveren.
Door deze btw-vrijstelling kan ons taleninsitituut een lagere prijs in rekening brengen.
Dit is prettig voor de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen aan bijvoorbeeld zorginstellingen, de overheid, maatschappen en privépersonen.

CPION


Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.

Lloyd’s Register


Het CRKBO-register is een register dat door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden wordt.
Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een onafhankelijk, door de overheid erkend keuringsinstituut dat onder andere als doel heeft organisaties te beoordelen en te classificeren.
Offerte aanvragen bij ons taleninstituut in Oss

Contact taleninstituut Oss

Wilt u contact opnemen met Dagnall Taleninstituut in Oss? Bel naar 085-2737302 (geen menu) of stuur een e-mail naar taleninstituut-oss@dagnall.nl voor meer informatie.
Of ga naar het contactformulier. Natuurlijk kunt u ook ons gratis informatiepakket aanvragen.
Afbeelding wegwijzer in grijs met bord Dagnall in verkeersblauw in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Afbeelding computer en tablet en telefoon in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Het beste traject naar een taleninstituut in Oss!
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Trainen en vergaderen in Oss

Bij ons taleninstituut kunt u de taalcursus op uw eigen locatie volgen of in ’s-Hertogenbosch, bijvoorbeeld bij BIM Centrum De Vliert aan de Victorialaan 15 in ’s-Hertogenbosch of in de Oude kloosterboerderij aan de Schaapsdijkweg 20 in Langenboom. Ons taleninstituut kan ook taalcursussen in Oss verzorgen bij bijvoorbeeld Fletcher Hotel Oss aan de Nelson Mandelaboulevard 22, bij Hotel de Weverij aan de Oostwal 175, bij Hotel De Naaldhof aan de Docfalaan 22, bij City Hotel Oss aan de Raadhuislaan 43 en bij Van der Valk Hotel Nuland aan de Rijksweg 25 in Nuland.
Besprekingen houden in Oss kan bijvoorbeeld bij Vivaldi Zalencentrum aan de Molenstraat 81.

Oss - geschiedenis

Uit archeologische vondsten valt op te maken dat het gebied dat nu ‘Oss’ heet, al circa 2.000 jaar v.Chr werd bewoond. In het jaar 57 tot 51 v.Chr. streed Julius Caesar hier tegen de Belgen. Toen woonden er Germaanse stammen. Oss wordt voor de eerste keer genoemd in een document in het jaar 1161.
Vroeger werd de naam ‘Oss’ gespeld als Os of Osch. Het is een verbastering van het Germaanse woord asen of osen en betekent “hoger gelegen plaats aan het water”.

Oss - nu

Oss is gelegen in het gebied Maasland in de Brabantse Stedenrij. Plaatsen in de buurt van de stad Oss zijn Heesch, ’s-Hertogenbosch, Maasbommel, Nijmegen, Nuland, Rosmalen, Schaijk en Uden.
Oss ligt in de provincie Noord-Brabant. De gemeente Oss telt ruim 91.000 inwoners.
Vlag gemeente Oss - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Vlag gemeente Oss

Wapen gemeente Oss - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Wapen gemeente Oss

Inwoners

Een inwoner van Oss wordt een ’Ossenaar’ genoemd.
Bekende Ossenaren zijn Samuel van den Bergh (Unilever), Cor Euser, Alexander Klöpping, Jorrit Ruijs, Gert-Jan Theunisse, Arie Vos en Harry de Winter.
Iets wat uit Oss komt, heet ‘Osse’, zoals de Osse kermis.
Oss kreeg stadsrechten in 1399.

Oss - internationaal & scholing

Kernen & partnersteden


De gemeente Oss omvat eveneens Berghem, Haren, Macharen en Megen.
De partnersteden van Oss is Aalst in België en Taizhou in China.

Hoger onderwijs


Oss kent een Volksuniversiteit.
In Oss bevinden zich geen hogescholen.
Provincievlag Noord-Brabant - 600 * 337 pixels

Vlag provincie Noord-Brabant

Provinciewapen Noord-Brabant - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Wapen provincie Noord-Brabant

Typisch Oss

Denk je aan Oss, dan denk je aan worsten, fabrieksarbeiders, de Bende van Os en de SP.
Oss fungeert als woon- en werkstad.
De vleesindustrie is belangrijk voor Oss, met vestigingen van onder andere Unox, maar ook de farmaceutische industrie (MSD, vroeger Organon) en technologie zijn belangrijk. Er zijn ongeveer vijfduizend bedrijven in Oss gevestigd.


Oss - minder bekend


Weinig mensen weten dat Oss één van de weinige plaatsen in Zuid-Nederland is met een haven voor schepen tot 2000 ton. De Maashaven van Oss is geschikt voor de grootste binnenschepen en kleine zeeschepen.

Ossens dialect en accent

Het Ossies heeft een zachte g zoals in het overige deel van van Brabant en veel klinkers klinken anders dan in het Standaardnederlands: ‘ei’ wordt uitgesproken als aa (klaan in plaats van ‘klein’) en ‘ee’ wordt ie (giejn in plaats van ‘geen’).
De ‘oo’ wordt oe en de ‘i’ wordt ei (keind in plaats van ‘kind’). Een ‘ui’ is een juin en ‘bijna’ is bekant. ‘Even’ is efkes. Agge mar schik het oftewel: “als je maar lol hebt”. Orrens doen betekent ‘valsspelen’.
“Dat is Oss”

Oss - zakelijk

De gemeente Oss


Het netnummer van Oss is 0412.
Het postcodegebied van Oss is 5340 - 5349.
Het adres van het gemeentehuis van Oss is Raadhuislaan 2, 5341 GM in Oss.
De website van de gemeente Oss is Oss.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Oss is 14 0412.

Zakendoen in Oss


Voor Osse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor ’s-Hertogenbosch aan Pettelaarpark 10, 5216 PD in ’s-Hertogenbosch. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Oss is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Oss is KVK-kantoor Den Bosch.

Oss - internationale bedrijvigheid

Bedrijven die wereldwijd opereren, vindt u in Oss op bedrijventerrein De Bulk, Danenhoef, Elzenburg-De Geer, De Koepel, Landweer, Moleneind, Vorstengrafdonk of op bedrijventerrein Het Wargaren.
In Oss bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: B Braun Medical, B&F Groep, Brabant Alucast, CCL Label, ChemConnection, Cups4you, Dalco Food, Dreumex, Future Food Group, Fysicon, Heesen Yachts, Kemkens Group, Loderus Transport, Machinefabriek Verhoeven Oss, MSD, Niesmann
Bischoff Campers Nederland, Organon International, Padifood Service, PVG Group, Raben Group, REV’IT! Sport International, Rosler Benelux, Shiloh Industries Netherlands, Spierings Cranes, Trianon Chocolatiers, TTH Distributiecentrum, Unipol EPS Granulates, Unox, Verhoeven Family of Companies, Vetipak, Vos Logistics, Peka Kroef in Odiliapeel in Uden en Bacu brood en bakkerij in Uden.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.

Nieuws uit Oss

Het Osse nieuwsportaal is Kliknieuws.nl - Regio Oss en Osse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Noord-Brabant - Nieuws.
Ondernemers in Oss kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep Brabant.
Ossenaren en ondernemingen in Oss kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant het Weekblad Regio Oss, het Brabants Dagblad - Oss-o en het Algemeen Dagblad - Oss.
Logo krant Oss - Weekblad Regio Oss op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo regionale televisie- en radio-omroep Omroep Brabant op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Cultuur, sport, ontspanning en zakenlunch in Oss

Cultuur


Wilt u uw internationale zakenrelatie kennis laten maken met wat lokale cultuur?

Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw zakenrelatie, kunt u in Oss een bezoek brengen aan Museum Jan Cunen.

Voetbal, tennis, padel & squash


Is uw internationale zakenrelatie sportief ingesteld? Wellicht is het dan een leuk idee om samen naar een sportwedstrijd te gaan gaan of zelf te voetballen, te tennissen, te padellen of te squashen. Voetbal verbroedert. Misschien is het daarom een leuk idee om met uw zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, om bijvoorbeeld de Osse voetbalclub TOP Oss, OSS ’20 of RKSV Margriet te zien spelen.

Voor een partijtje tennis, padel of squash in Oss kunt u terecht bij Tennisvereniging TOZ, bij Tennisvereniging Helios, bij Tennisvereniging Breakpoint 83 of bij OLTC Hartog .
Golf, ontspanning & lunch Is het na de cursus bij ons taleninstituut in Oss of een (lange) bespreking met uw internationale (zaken)relatie tijd om wat te ontspannen?
Om een balletje te slaan of gewoon even iets te drinken of te eten, kunt u bij Golfbaan Oijense Zij in Oss terecht. Deze golfbaan bevindt zich aan de Oijenseweg 272 in Oss. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 0412-69 02 17. De website van de golfbaan is www.oijensezij.nl.
Om iets te eten of te drinken kunt u terecht bij het clubhuis van de Golfbaan.
Afbeelding voetbal tennisbal golfbal in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo voetbalclub Oss - TOP Oss - Tot Ons Plezier Oss - in kleur op grasveld met witte lijn - 600 * 337 pixels

Promotiefilmpjes en Google Maps

Hieronder ziet u een promotiefilmpje en een filmpje met drone-opnames van Oss die ook op Youtube staan.
U kunt direct op het logo van Youtube in het midden van de afbeelding klikken om een filmpje af te spelen.
Onder de filmpjes ziet u de locaties van Noord-Brabant en Oss op Google Maps.
Klik linksboven om de kaart groot weer te geven in een nieuw venster.
Promovideo Oss
Dronebeelden Oss
 
Google Maps Noord-Brabant
Google Maps Oss
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Oss

Nieuws uit oss

Hieronder ziet u het meest recente nieuws uit Oss van diverse nieuwsbronnen.
Dit nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
 
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Dagnall Taleninsituut verzorgt ook vertaalwerk en tolken in Oss

Wist u dat?

Wist u dat Dagnall Talen ook vertalingen in Oss en tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten in Oss
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Onze opdrachtgevers

De upload van uw document is gelukt.

 

INLOGGEN MEDEWERKERS   /   BESTANDEN UPLOADEN