OFFERTE AANVRAGEN
Offerte aanvragen

Taleninstituut Leidschendam

Direct naar ➤ Cursussen - Online - ERK - ISO - Leidschendam - Nieuws
Dagnall taalcursus op locatie
Dagnall taalcursus online
Dagnall taalcursus contact opnemen
Taleninstituut Dagnall - Wij kunnen snel schakelen - Binnen een week beginnen is mogelijk Start vandaag nog met uw reis naar taalbeheersing

Start vandaag nog met uw reis naar taalbeheersing


Taalcursussen in Leidschendam van topniveau


Taalkennis verbindt u met de wereld en zijn een communicatiebasis die deuren voor u opent - met name op het professionale vlak. Om deze reden hebben organisaties die in de taalopleiding van hun medewerkers investeren, ook een duidelijk voordeel en een voorsprong.
Dagnall Taleninstituut biedt u precies wat u zoekt: effectieve taaltrainingen op het hoogste niveau voor zowel professionals als leidinggevenden in als in de buurt van Leidschendam.
Taaltraining op maat, omdat uw organisatie of bedrijf welbespraakte werknemers verdient.

Vakgebieden


Zakelijk, medisch of technisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal.
Verschillende bedrijfstakken spreken hun eigen taalgebruik en hanteren hun eigen terminologie. Geef uw medewerkers een duidelijk concurrentievoordeel en een zelfverzekerde uitstraling, door middel van branchespecifieke taalkennis op het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen in Leidschendam aan in een brede waaier van vakgebieden.
Screenshot navigatiesysteem met tekst Taleninstituut Leidschendam aangegeven - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Goed op weg met Dagnall Talen

Landkaart Nederland grijs - locatie Dagnall Taleninstituut in Leidschendam - aangegeven met blauw plaatsnaambord met witte letters en Dagnall veer - op transparante achtergrond - 600 * 733 pixels
Coachhuis Den Haag-Centrum
Raamweg 4
2596 HL DEN HAAG

of bij u op locatie

  
Vrijblijvend informeren naar een taaltraining bij u in de buurt
Taalcursus Verenigd Koninkrijk
Taalcursus Duitsland
Taalcursus Frankrijk
Taalcursus Spanje
Taalcursus Nederland
Taalcursus Portugal
Taalcursus Italië
Taalcursus Denemarken
Taalcursus Zweden
Taalcursus Noorwegen
Taalcursus Finland
Taalcursus Rusland
Taalcursus Polen
Taalcursus Tsjechië
Taalcursus Slowakije
Taalcursus Kroatië
Taalcursus Hongarije
Taalcursus Roemenië
Taalcursus Bulgarije
Taalcursus Turkije
Taalcursus Griekenland
Taalcursus Israël
Taalcursus China
Taalcursus Japan

De organisatie van uw taaltrainingen in goede handen

Werkgerelateerd & doelgericht


Wij bieden taalcursussen op maat in Leidschendam aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online/blended cursussen. Bij Dagnall Taleninstituut kan iedereen talen leren op precies een manier die het meest geschikt is voor hem of haar. Organisaties zijn naast algemene taaltaaltrainingen met name geïnteresseerd in werkgerelateerde taaltrainingen zoals Zakelijk Engels en/of Duits en/of Technisch Engels en/of Duits. De taalcursussen worden op de individuele behoeften van de klanten afgestemd. Dagnall biedt de mogelijkheid om door middel van gecertificeerde taaldocenten met uitstekende beoordelingen en recensies talen te leren in Leidschendam. Met Dagnall Talen behaalt u doelgericht en snel het door u beoogde resultaat.

Filosofie van Dagnall Taleninstituut


Het is onze filosofie om talen te leren met gemak en plezier en zonder schroom. Dagnall Taleninstituut zet daarom alles in het werk om ervoor te zorgen dat u de taal van uw keuze moeiteloos en zonder remmingen kunt leren.
Een taal leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Taleninstituut met methodes die het leerproces voor cursisten gemakkelijker en prettiger maakt.

Met onze methodes wekken we nieuwsgierigheid op en ondersteunen we de bereidheid om te leren. Door 15 minuten dagelijks te oefenen, brengt Dagnall Talen u met grote stappen naar het beoogde taalniveau.
Dagnall Taleninstituut is een ideale partner voor iedereen die een vreemde taal wil leren in Leidschendam.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten

Plan van aanpak Dagnall Taleninstituut

Dagnall stelt in overleg met u als opdrachtgever de wensen en leerdoelen vast. U meldt de deelnemer(s) met hun contactgegevens aan. Dagnall Talen verzorgt een intake op locatie of, indien gewenst, telefonisch of online. Na het intakegesprek, waarbij op basis van het (ERK) Europees Referentiekader het huidige en gewenste niveau wordt bepaald, ontvangt u van ons een cursusvoorstel op maat met uw offerte.
Nadat u akkoord op de offerte hebt gegeven, stemmen wij de planning van de cursus op uw agenda en situatie af.
Na een aantal lessen evalueert de taaltrainer de voortgang en de inhoud van de cursus. Indien noodzakelijk, kan de doelstelling worden aangepast.
U ontvangt een eindrapportage na de laatste les samen met een beschrijving van de resultaten die de cursisten hebben behaald. Tevens ontvangen de deelnemers een certificaat van ons instituut.
[ Lees meer ]


Intake

Planning

Cursus

Certificaat

Betaalbaar taleninstituut in Leidschendam sinds 1982

Ons taleninstituut is werkzaam sinds 1982 en verzorgt sindsdien maatwerk taalcursussen zakelijk voor het bedrijfsleven en (overheids)instellingen in Leidschendam en omliggende gemeenten. Alle kundige taaltrainers zijn echte specialisten op gebied van taal en hebben een groot aantal cursussen zakelijk gegeven aan bedrijven, (semi)overheid en andere non-profitinstellingen in de Haaglanden.
Door de functiegerichte en werkplekgerichte methode van werken, biedt Dagnall zeer betaalbare en effectieve taalcursussen in Leidschendam. Maximaal rendement door maatwerk; daar staat Dagnall Taleninstituut voor!
Betaalbaar maatwerk bij Dagnall Taleninstituut in Leidschendam

Taal op de werkvloer

Cursus Taal op de Werkvloer: draagvlak is nodig! Taalcursussen die zich richten op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer zijn ondertussen bij veel organisaties een begrip.
Medewerkers zonder of met weinig kennis van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een belemmering op de werkvloer en zij willen sneller en/of beter kunnen communiceren op hun werk.
De werkinstructies op de werkvloer willen zij goed kunnen begrijpen en deze ook op kunnen volgen. De medewerkers willen bij voorkeur met meer zelfvertrouwen hun werk uit kunnen voeren en uiteraard graag hun ambitie op het werkterrein waarmaken. Dit vereist een investering in mensen en in de (continue) ontwikkeling van het bedrijf.
[ Lees meer ]

Vele wegen naar een betere talenkennis in Leidschendam

Behoeftes en leermethode


Een goede taaltraining is niet alleen toegespitst op de behoefte van de klant, cursist, werkgever of organisatie, zoals een betere schrijf- of spreekvaardigheid.
Een goede taaltraining is eveneens afgestemd op de beste en meest geschikte, leermethode voor de cursist zelf.
Een taaltraining (bij een taleninstituut in Nijmegen) die het beste bij hem of haar past.

Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?


De vakkundige taaltrainers van ons taleninstituut zijn zeer bedreven in het zo snel en zo prettig mogelijk aanleren van kennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te gaan toepassen. Dat werkt wel zo fijn en dit zorgt dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall wordt bereikt door een blend van deze bewezen leermethode, samen met de focus op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) auditief, visueel of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall Taleninstituut kunt u terecht voor cursussen die zijn gebaseerd op een maatwerktraining.

Ons taleninstituut biedt groepscursussen van 3 tot 8 à 10 deelnemers, duocursussen (met 2 deelnemers), individuele cursussen, onlinecursussen, het eigen Dagnall online leerplatform voor (Dagnall.online) blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en specifiek jargon van de organisatie.
De trainers van ons instituut geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij in de loop der jaren hebben verzameld en gecreëerd en zij spelen voortdurend op actuele thema’s en ontwikkelingen in.

Een prettige manier van leren


Een bijkomend voordeel is dat dit echte maatwerk als een zeer plezierige werkwijze wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de taaldocenten van Dagnall Talen in Leidschendam. Deze, door de jaren heen steeds verder ontwikkelde en verfijnde werkmethode is het bijzonder gewaardeerde handelsmerk geworden van Dagnall Taleninstituut. De cursus is niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar ook aangepast aan de leermethode die zeer geschikt is voor de cursist.
Overlappende groene cirkel met klok en kalender en donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm met vier taalvaardigheden luisteren, lezen, schrijven en spreken - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Effectief een taal leren in Leidschendam bij Taleninstituut Dagnall

Individuele cursussen en groepscursussen

Individuele cursussen & groepscursussen


Dagnall Taleninstituut cursussen op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de organisatie van de cursus aan ons kunt overlaten.
Ons taleninstituut biedt deze individuele cursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en

groepscursussen maakt Dagnall Taleninstituut gebruik van gevarieerde en moderne leermethoden om doelgericht te trainen en leersucces te verzekeren.
Uiteraard kunnen deze individuele-, duo- en groepscursussen zowel op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Leidschendam worden gegeven.
Maatwerk individuele en groepscursussen in Leidschendam

Maatwerkcursussen


Dagnall taleninstituut biedt individuele cursussen voor bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties alsook particulieren in Leidschendam en omgeving.
Individuele taalcursussen noemt men ook wel een één-op- één-taalcursussen of privélessen..
De individuele taalcursussen van Dagnall Taleninstituut staan al tientallen jaren bekend voor persoonlijke aandacht, maatwerk en een zeer hoog rendement.
Alle individuele cursussen van taleninstituut Dagnall zijn maatwerktrainingen en worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, de branche, het taalniveau, de leerstijl alsook de praktijksituatie.
De cursussen worden opgesteld om de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen te behalen.

Ons taleninstituut biedt groepscursussen van 3 tot 10 personen, maar ook duocursussen (met 2 cursisten) aan bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties alsook particulieren.
De groepen houden wij zo klein mogelijk de cursisten maximaal te ondersteunen en om de leereffectiviteit te verhogen.
De groepscursussen van Dagnall Taleninstituut zijn ook maatwerkcursussen en worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, het taalniveau, de leerstijl, de branche alsook de praktijksituatie alsook de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.


Pluspunten individuele cursus


Het hoge rendement is het grootste voordeel van een individuele taalcursus doordat in een korte periode behoorlijk veel informatie opgenomen wordt.
Er wordt meer vooruitgang gemaakt doordat de taalcursus intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk.
Nog een groot pluspunt van een individuele taalcursus is flexibiliteit. De taalcursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist en de leerstof kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de eventuele aandachtsgebieden van de cursist.
Omdat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld, is de leervordering optimaal.
Ook zijn individuele cursussen ideaal af te stemmen op de agenda van de cursist waardoor het leerschema en het tijdmanagement optimaal zijn.


Pluspunten groepscursus


Vooral de interactie met de andere cursisten is het belangrijkste voordeel van een groepscursus; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van rollenspellen en discussies.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk pluspunt; het kunnen leren van elkaars fouten en met elkaar in de doeltaal communiceren. De afwisseling die zo wordt geboden, kunnen de cursisten fijner vinden.
Daarnaast zijn groepscursussen efficiënt doordat meerdere medewerkers tegelijktijd worden getraind en de groep vrijwel hetzelfde kennisniveau bereikt.
Ook zijn voor de deelnemers groepscursussen iets minder intensief (minder zwaar) dan individuele taalcursussen.


Minpunten individuele cursus


Rollenspellen en discussies kunnen bij een individuele taalcursus alleen met de taaldocent worden gedaan en gevoerd.
Omdat er geen interactie is met andere lerenden, kan de geleerde kennis niet worden geoefend in groepsverband.
Doordat groepsdynamiek ontbreekt, is het eveneens niet mogelijk om te leren van elkaars foutjes.
De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is ook behoorlijk intensief (zwaarder) voor de cursist.


Minpunten groepscursus


In groepscursussen wordt minder aandacht aan het individu gegevenwordt minder aandacht gegeven aan het individu en kunnen de cursisten wat sneller afgeleid zijn. Het rendement is daardoor wat lager. Deels kan dit worden ondervangen door de groepen wat kleiner te houden (bijvoorbeeld minigroepen).
Ook kan een groepscursus minder goed op individuele leerstijlen van cursisten worden afgestemd.
Een bijkomstig minpunt van een groepscursus is dat de planning minder goed kan worden afgestemd op de agenda van de individuele cursist.

Pluspunten

Individuele cursus in één oogopslag



  hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
  afgestemd op individuele leerstijl
  inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
  afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
  afgestemd op agenda cursist


Minpunten

Individuele cursus in één oogopslag



  geen interactie met andere cursisten
  vrij intensief voor de cursist
  geen groepsdynamiek

Pluspunten

Groepscursus in één oogopslag



  interactie met andere cursisten
  groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
  groep komt op hetzelfde kennisniveau
  efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
  minder intensief dan individuele cursus


Minpunten

Groepscursus in één oogopslag



  iets minder aandacht voor individuele cursist
  minder afgestemd op individuele leerstijlen
  minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor taalcursussen

Verschillende soorten cursussen voor elk niveau

Dagnall Taleninstituut geeft cursussen voor zowel beginners, halfgevorderden als gevorderden.
Niet iedereen is in de gelegenheid om naar een talencentrum te gaan. Wij verzorgen daarom de taalcursussen ook online alsook incompany.

Bij Taleninstituut Dagnall kunt u bijvoorbeeld kiezen
voor een intensieve of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Engels, Nederlands, Frans, Duits, Italiaans en Spaans of een cursus spreekvaardigheid of telefoontraining. Natuurlijk is een combinatie van deze trainingen mogelijk.
Dagnall Talen staat voor (betaalbaar) maatwerk!
Woordenwolk in veer logo Dagnall Talen met toepasselijke sleutelwoorden voor Dagnall Talencursussen - in donkerblauw, groen en grijs op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels
Stukje hout boven Dagnall potlood met geslepen punt en gum met gedrukt Dagnall Talen logo - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels

Kennen en kunnen

Taalkennis betekent kennen (weten) en kunnen (de toepassing van de kennis). Door de focus te verleggen van het kennen naar het kunnen, is de deelnemer in staat na afronding van de taaltraining in Leidschendam de verworven kennis sneller actief toe te passen.
Al gauw begrijpt en spreekt u de andere taal al een beetje. Een plezierige ervaring! Dagnall brengt taalkennis tot leven!

Algemene leermethodees

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog moesten (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden leren. Vanwege de invloed van het leger werd de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan beschouwd worden als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de les geheel plaatsvond in de doeltaal. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren en de grammaticale structuur worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is om vrijwel foutloos te leren spreken en verstaan, wat begint met iemand na kunnen spreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met driloefeningen om zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch worden. De taaldocent kan bijvoorbeeld een bepaalde zin 10 keer herhalen en dan een nieuw woord hieraan toevoegen. Er wordt vaak gewerkt in zogenaamde talenpractica, waar studenten een hoofdtelefoon dragen en zinnen beluisteren en naspreken. De geschreven taal wordt pas behandeld wanneer de mondelinge taal al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe woorden te introduceren.

Populariteit


In Nederland werd de methode pas omstreeks het jaar 1970 geïntroduceerd bij het ingaan van de Mammoetwet. Men maakte al gauw bezwaar tegen de inhoudsloze driloefeningen. Het kwam soms voor dat de techniek haperde. Daardoor raakten de talenpractica al snel in onbruik. In plaats hiervan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden weer expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode wel sporen na. Het was nu breed geaccepteerd dat het bij het leren van een taal niet gaat om het memoriseren van de grammaticaregels, maar om het gebruiken ervan. Luistervaardigheid, die vóór de jaren zeventig voor de meeste taaldocenten niet bestond, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor studenten die beginnen. Direct van het begin wordt een goede uitspraak aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een efficiënte en snelle overdracht van kennis. Deze audiolinguale methode kan ook bij grotere groepen toegepast worden.

Deze docentgestuurde kant heeft tegelijkertijd een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng van de lerenden verlangd, waardoor het risico dreigt van enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


Polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen te leren op een zodanige manier dat het in het langetermijngeheugen opgeslagen wordt. Deze GoldList-methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die worden herhaald na verloop van tijd. De zinnen of woorden van de woordenlijst worden door de studenten hardop gelezen. Het is niet het idee om al deze woorden of zinnen uit het hoofd te leren, maar door blootstelling gaat dit automatisch. Bij de GoldList-methode wordt de woordenlijst steeds veranderd; woorden die zijn geleerd, gaan van de lijst af. Die woorden die nog steeds problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen worden, maar geheugenwetenschappers bestrijden dit. In het algemeen wordt kennis onthouden wanneer deze kennis relevant en van betekenis is voor de student. Deze GoldList-methode kan werken voor woorden die betekenisvol en relevant zijn voor de lerende.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Bij studenten die het fijn vinden om bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun te gebruiken, zou de methode goed kunnen werken. Omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt, functioneert het met de hand schrijven beter dan typen of, tamelijk zinloos: een foto maken. Een minpunt van deze methode is het gebrek aan context. Talen zijn uiteraard veel meer dan een serie losse woorden en zinnen. De GoldList-methode is bovendien bijzonder tijdrovend; er dienen steeds met de hand geschreven woordenlijsten te worden aangelegd.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method richt zich op een natuurlijke wijze van het verwerven van de taal. Op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden, probeert de methode de taal aan te leren. Zo leert de student onbewust eveneens de taalregels van de vreemde taal. Hiervoor wordt alleen de doeltaal gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een leeromgeving zonder stress is het streven van de methode. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en niet zo zeer op expliciete grammatica en het corrigeren van vormfouten.

Als de student wordt ondergedompeld in de vreemde taal, is de leermethode het meest effectief. Om ervoor te zorgen dat de student plezier van de ervaringen heeft, dienen de activiteiten in de te leren taal stimulerend te zijn.

De Natural Method leermethode lijkt veel op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen deze twee methoden is dat de Directe Methode meer nadruk op de praktijk legt en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Het feit dat onderdompeling heel effectief is, is al veelvuldig aangetoond. Doordat de methode vrij eenvoudig te begrijpen is, is de Natural Approach een populaire wijze van lesgeven onder taaldocenten. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De nadruk wordt vooral op het impliciet aanleren van de grammatica gelegd. Lerenden zouden weliswaar leren om te communiceren, maar in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken door ontoereikende kennis van de grammatica.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een vreemde taal te leren. De studenten krijgen de kans om een persoonlijke band met de buitenlandse taal op te bouwen. Omdat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, blijft de geleerde stof langer onthouden.

Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er bijna geen druk ligt op de taalproductie. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een bepaald examen.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse naam: Structural Approach; ‘SA’) is door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado ontwikkeld in de jaren 50.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode met als doel de student vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de doeltaal. De Structurele Aanpak staat voor dat de beheersing van deze structuren meer oplevert dan het verwerven van woordenschat van de vreemde taal. Bij de Structural Approach gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van woorden en groepen woorden in de juiste woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden in herkenbare situaties met gebruik van visualisaties, dramatiseringen, handelingen en gezichtsuitdrukkingen aangedragen aan de lerenden. Bij de leermethode worden de taalstructuren die het vaakst worden gebruikt, eerst aan de taallerende geleerd. De mondelinge vaardigheid (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hierbij als eerste gebruikt; daaruit volgen leesvaardigheid en schrijfvaardigheid. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (de spreekvaardigheid en de schrijfvaardigheid), krijgt grammatica een belangrijke plek. Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) zijn andere namen voor de Structurele Aanpak.

Populariteit


In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak toegepast op grote schaal voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Een structurele aanpak heeft als voordeel dat lerenden de taal op een nauwkeurige manier leren. De lerende krijgt inzicht in de grammatica en leert in welke situaties woorden en woordcombinaties wel of niet passend zijn. De SA gebruikt alledaagse taal. De Structurele Aanpak kent eveneens keerzijden. De werkwijze is tamelijk tijdverslindend en biedt niet direct succeservaringen. De eigen input van studenten is beperkt; het is weinig creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie het uiteindelijke streven is van het leren van een vreemde taal.

Middels CLT-technieken leren de studenten de doeltaal in de praktijk te brengen door de interactie onderling en de taaldocent. Teksten, geschreven in de doeltaal of ander materiaal uit de werkomgeving en/of het dagelijks leven worden gebruikt. De doeltaal wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.

Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid in verschillende realistische situaties te oefenen. Grammatica wordt inductief geleerd, dit betekent aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.

Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent echt een trainer, die de lerende helpt in de doeltaal te communiceren.

Populariteit


De CLT werd heel populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam mede doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol waren gebleken. Binnen het verenigde Europa ontstond meer behoefte om vreemde talen te leren door middel van een methode die meteen toepasbaar was.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel positieve aspecten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de vreemde taal; het is studentgericht en functioneel. Doordat authentiek materiaal wordt gebruikt, leren de studenten de woorden die voor hen nodig zijn. CLT is efficiënt. Voor de lerenden is dit stimulerend doordat zij snel succeservaringen hebben. Er mogen fouten worden gemaakt; al doende wordt de taalvaardigheden geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van deze communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht wordt besteed voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de docent en van de lerende vereist het een actieve deelname. Deze manier van een vreemde taal leren, is voor sommige lerenden moeilijk of afwijkend, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. De methode Communicatief taalonderwijs traint de taalvaardigheden; hierbij gaat het om de functie en in mindere mate om de vorm en CLT biedt als zodanig geen samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens leerboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger, deed dit op een andere manier. Hij ontwikkelde een leermethode waarbij de grammatica van de taal centraal stond rond het jaar 1783. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM).

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was gestoeld op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van religie, cultuur en wetenschap was. Dit onderwijs in het Latijn was uiteraard op geschreven teksten van klassieke schrijvers gericht en was geheel op de grammatica en het vertalen gericht. Deze aanpak werd als degelijk en wetenschappelijk gezien. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat van de analyse uit van de taalvormen en de taalstructuren waarbij de studenten zelf inzicht ontwikkelen. Bij deze methode zijn de lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal hebben de nadruk. De taaltrainer draagt kennis over, de student memoriseert.

Populariteit


Al sinds halverwege de negentiende eeuw was er ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot vrij recent een grote invloed gehad op het talenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, vormt deze grammatica-/vertaalmethode vormt een aardige mentale training. De methode biedt ook inzicht in de structuur, omdat de nadruk op de grammatica gelegd wordt.

Aan de methode kleven echter meer keerzijden dan positieve kanten. Het grootste nadeel is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren zelden mondeling toegepast kan worden. De methode staat ver af van het dagelijks gebruik van de taal, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het over het algemeen om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in een groep biedt de leermethode niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces voor de lerende. De lerende is slechts toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


De leermethode ‘Onderdompeling’ (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd gebruikt, hoofdzakelijk op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. Binnen Nederland is ‘onderdompeling’ bekend als de methode die bij bijvoorbeeld onze collega’s van Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’ gebruikt wordt. De methode is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les aan rijke dames uit Vught gaven.

Kenmerken van onderdompeling


Onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal leert, direct vanaf het eerste moment door de te leren taal wordt omgeven. Alle instructies worden gegeven in de doeltaal; in het begin langzaam en met veel herhaling en later op een meer natuurlijke manier. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in de nieuwe taal te spreken. Bij onderdompeling met rollenspellen en simulaties gewerkt. De leeromgeving op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt veelal in de stijl van het land van de doeltaal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in het land zijn waar de te leren taal wordt gesproken. De studenten oefenen het spreken één-op-één of in kleine groepen. Een andere manier om onderdompeling te bereiken, is daadwerkelijk naar het land van de te leren taal reizen en daar verblijven in een gastgezin.

Populariteit


Onderdompeling wordt als een heel goede leermethode voor vreemde talen gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan op deze manier zeer goed worden ontwikkeld.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaten wordt geboekt, omdat de leermethode zo intensief is. Omdat de student wordt erdoor omgeven, is het een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet wel in de nieuwe taal gaan communiceren. De student is in principe 24 uur per dag aan het leren. In groepen versterkt het samen oefenen de sociale interactie. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.

Dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel van de leermethode. Als studenten in een vrij korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel weer wegzakt. Een bijkomend nadeel van de leermethode kan zijn dat een dergelijke training erg intensief is. Niet iedereen heeft genoeg conditie om deze manier van leren vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om taal te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De methode is door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een vreemde taal) te kunnen leren. Daarvoor is het van essentieel belang dat er een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen is tussen de lerenden en de docent. Dat studenten zich veilig en ontspannen voelen, is de voorwaarde hiervoor. Om deze situatie te creëren, waren lesloken met rijopstellingen uit den boze. Lerenden namen tijdens de les plaats in comfortabele stoelen die waren geplaatst in een halve cirkel en er was altijd muziek tijdens de klas. De leermethodiek zoals Lozanov voorstond, bestond uit teksten voorlezen, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden te horen waren. Bij de teksten waren woordenlijsten alsook opmerkingen met betrekking tot de grammatica van de doeltaal. Dit voorlezen gebeurde met veel expressie in stem en gebaren. De Lerenden werden zo uitgenodigd om te luisteren en de woorden die nieuw waren, konden lerenden gemakkelijk begrijpen en opnemen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor cultuur en kennis over het land van de doeltaal. Er werd met rollenspellen gewerkt en er werden bijvoorbeeld eveneens streekgerechten bereid en gegeten.

Populariteit


De leermethode van Georgi Lozanov was enigszins omstreden en is niet erg bekend meer. Sommige elementen van de methode zoals het gebruikmaken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


Suggestopedia creëert een ontspannen en veilige sfeer, waardoor de lerende geen last heeft van frustratie of faalangst. Deze sfeer kan voor een nieuwkomer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Een ander pluspunt van de leermethodiek is dat de student gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in te leven in de situatie. Dit is voor sommigen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd is dit voor sommige studenten een keerzijde, want niet elke student is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommigen ook afleiden en verstorend werken in plaats van stimulerend of ontspannend. Dat de verhouding trainer-student niet echt gelijkwaardig is, is een ander zwak punt; alle input komt van de trainer waarbij de student altijd de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) geheten in het jaar 1976.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


Community Language Learning (CLL) is een taalverwervingsmethode waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de taaldocent als een counselor fungeert die de zinnen van de lerenden omschrijft. De studenten starten een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal nog niet genoeg machtig, dan spreken de studenten in hun moedertaal. De docent vertaalt en legt uit. De uitingen van de docent worden hierna zo nauwkeurig mogelijk herhaald. Deze gesprekken worden opgenomen om opnieuw te kunnen beluisteren.

De CLL bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de studenten onderling als middel om te leren. Er wordt geen lesboek gevolgd; het zijn de studenten zelf die de inhoud van de les bepalen aan de hand van betekenisvolle gesprekken.

Populariteit


De mate van succes van de methode hangt sterk af van de kunde van de docent-counselor. Bij deze methode dient de taaldocent naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig onderlegd te zijn. De taaltrainer dient zowel de doeltaal als de moedertaal van de lerenden zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de lerenden te kunnen vertalen. Community Language Learning kan goed functioneren indien deze correct wordt gebruikt. Voor grote klassen is deze methode niet bruikbaar.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


Deze methode biedt studenten een hoge mate van autonomie. Veel studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken zinvol. Niet alleen tijdens de lessen, maar ook daarbuiten wordt de groep vaak zeer hecht. Met de methode van Community Language Learning worden studenten zich een stuk bewuster van de groepsgenoten, de sterke en minder sterke punten en leren om als team te werken. Studenten leren veel door het bespreken door de fouten en het evalueren van de taallessen. Vaak blijven zulke correcties in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van de student.

Een keerzijde van CLL kan zijn dat de taal docent niet sturend is, ondanks dat sommige lerenden wel sturing nodig hebben. Er wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en eveneens geen toetsen afgenomen. Het succes van de lessen is hierdoor lastig meetbaar. Sommige studenten worden belemmerd in hun spreken wanneer zij worden opgenomen.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om een taal te leren die door Michael Lewis in het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw is ontwikkeld.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


De lexicografische benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk gedeelte van het leren van een vreemde taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die bestaan uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. De lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van de te leren taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de vreemde taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt woordenschat een grotere plaats in dan grammatica. De instructies zijn op situaties en uitdrukkingen gericht die vaak voorkomen in dialoog. Voor interactie is aandacht maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er bestaat veel mogelijkheid voor het zelfstandig ontdekken van de taal.

Het is de rol van de trainer om voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de student.

Populariteit


Door de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de afgelopen dertig jaar de leerboeken aanmerkelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat die in zogenaamde chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De drastische verandering in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


De studenten leren de taal op een natuurlijke wijze te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal. Dit zorgt voor souplesse in het taalgebruik.

Het minpunt van de leermethode is dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties. Een aantal lerenden heeft moeite om de patronen van de vreemde taal zelf te leren herkennen en deze lerenden hebben meer aan een trainer die hen wegwijs maakt, dan aan een docent-facilitator.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is ontwikkeld door de Franse taaldocent François Gouin in 1880.

Kenmerken van de Series Method


Een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en niet veel kennis van de grammatica vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. Op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd, leren studenten zinnetjes. Deze reeksen of series gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, wetenschap en beroep, leven in de natuur, vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal ontwikkeld. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het betreft een soort eentalige manier van taalverwerving, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten al gauw in de doeltaal gaan denken.

Populariteit


De seriemethode van Gouin was zijn tijd ver vooruit. De seriemethode van Gouin kon gedurende een bepaalde periode een succes worden genoemd, ondanks dat het een vrij ongebruikelijke aanpak was. Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwde de leermethode echter.

Voor- en nadelen van de Series Method


Door de Series method van Gouin worden de mondelinge vaardigheid van de lerende goed ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een sfeer in de taalles die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.

François Gouin’s methode biedt levendig taalonderwijs. Doordat de seriemethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit soort onderwijs enthousiasme op van de lerenden. Een nieuwe taal leren werd tastbaar; iets wat geheel nieuw was. De leermethode maakt studenten nieuwsgierig, dit is een goede leermethode om om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, de prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verbeteren. De communicatieve taalvaardigheid van de lerende wordt met de methode goed gestimuleerd.

De leermethode heeft als nadeel dat taal die wat subjectiever of abstracter wordt, wat moeilijk met beweging en expressie in één duidelijke ervaring is te vangen. Een bijkomend minpunt is de bewerkelijkheid voor de trainer, die immers een scala aan reeksen voor moet bereiden. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de competentie van lezen en schrijven.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren tachtig van de vorige eeuw. De grondleggers van deze methode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. Het principe erachter is dat het verwerven van de te leren taal geen op zichzelf staand doel, maar een hulpmiddel om specifieke taken uit te voeren. Studenten krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis nodig. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat de lerenden over woordenschat en taalregels beschikken. De taken zijn alledaagse taken, bijvoorbeeld e-mails schrijven, een boodschap doen, met de klantenservice bellen, een krant lezen of een drankje bestellen. De taak wordt in drie verschillende fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij studenten zich eerst op de taak voorbereiden, de taak daarna uitvoeren en tot slot op de taak terugblikken. Om de taken uit te voeren, moeten lerenden samenwerken. Om leereffect te hebben, moeten de opdrachten iets boven het niveau van de studenten liggen.

Populariteit


Task-Based Language Teaching heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren 90 en zeker in het taalonderwijs. De leermethode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van de studenten (hoofdzakelijk de studenten met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs te verhogen.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs biedt duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun vaardigheid toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, zolang de taak goed bij de lerende aansluit. De student komt op een alledaagse, natuurlijke manier in contact met de taal en leert zo authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in de doeltaal. Studenten leren bovendien om samen te werken. De studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als prettig en motiverend.

Als nadeel kan gezien worden dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm, waardoor de studenten die niet zeer precies leren.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van taalonderwijs Engels bedacht in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd).

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


‘Dogme 95’; een stroming van een aantal filmmakers uit Denemarken onder wie filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995 was de inspiratie voor Dogme Language Teaching. De deelnemers confirmeren zich aan tien strenge regels (tien dogma’s) voor het maken van films die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) behelzen. Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet door voorgedrukt materiaal is belast. Het starten van echte inhoudelijke gesprekken die over praktische onderwerpen gaan, is het doeleinde van Dogme-taalonderwijs. Hierbij draait het om communicatie als de inspirator van het leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve werkwijze voor het taalonderwijs. Deze methode wil onderwijs bieden zonder het gebruik van lesboeken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen taaldocent en studenten richt. Het Dogme-taalonderwijs kent, net als de Dogme-beweging in de film, 10 dogma’s (uitgangspunten).

Populariteit


Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een taal suggereren dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een pluspunt voor taaldocenten is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Het kan heel motiverend werken dat de student voor zijn of haar eigen leerproces verantwoordelijk is. Voorspelbaar zijn de lessen zo nooit. Het zorgt voor spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Zo goed als elk item kan besproken worden tijdens een les volgens de Dogme-benadering. Dit zorgt dat de studenten alert en betrokken blijven.

Studenten kunnen zich daarentegen wel wat ongemakkelijk voelen als ze zo weinig door de taaldocent begeleid worden. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle docenten in voldoende mate flexibel. Een bijkomend minpunt kan zijn dat lerenden zich vaak op een bepaald examen moeten voorbereiden, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde lesstof hiervoor in de lessen aan bod komt.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is in het jaar 2007 door Language consultants Greg en Angela Thomson ontwikkeld.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


De GPA-benadering is een alternatieve visie op het leren van een vreemde taal. Het primaire uitgangspunt van deze methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van de taal; het uiteindelijke doel om tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur uit te groeien. GPA hanteert daarom de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA-benadering vertoont gelijkenissen met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit de gastcultuur. Begrijpen gaat boven produceren. De nadruk ligt op woordenschat en cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. De ‘groeiende deelnemer’ concentreert zich in deze fase 1 op het luisteren en het non-verbale feedback geven.

Fase 2 van de methode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase duurt ongeveer 150 uur en de deelnemer begint nu de vreemde taal ook te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu diepere gesprekken over het leven in de ontvangende cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode beginnen de deelnemers zich te richten op taalgebruik van moedertaalsprekers door middel van films, televisie, nieuws of literatuur. De taal die voor het werk vereist is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om groei buiten de formele taalsessies.

Populariteit


De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog relatief nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes van de methode. Deelnemende studenten zijn enthousiast over deze methode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met GPA wordt een duidelijk inzicht geboden op het proces van taalverwerving. Deze zes fasen van de leermethode bieden realistische doelstellingen en een duidelijk tijdsschema. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van de taal, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.

Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gezocht die bereid is om veel tijd te investeren.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is in de vroege jaren 2000 bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige.

Kenmerken van de Shadowing Technique


De techniek van Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Deze techniek werkt eigenlijk eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen wat zij horen. Het gaat in de eerste plaats om de klank; de tekst begrijpen is niet van belang. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak tot het moment dit heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan kan spreken met de opname. De student gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij heeft uitgesproken. Diverse leerboeken zijn geschikt voor deze methode, zolang er maar dialogen in staan of delen met samenhangende teksten. De audio-opnames dienen ideaal bezien iets boven het niveau van de lerenden te liggen. De ideale lengte is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. Alexander Argüelles raadt aan om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst buiten, en niet te gaan zitten, omdat beweging de opname van de te leren taal in het zenuwstelsel versterkt. Een andere reden is dat de studenten minder gauw afgeleid worden als zij in beweging zijn, waardoor het leren van de taal veel effectiever gaat.

De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Ook het simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.

Populariteit


Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar Shadowing dat aantoont dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de nieuwe taal wordt eveneens vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek kan worden gebruikt in een groep studenten, waarbij elke deelnemer individueel actief aan de methodiek leren is. Het rendement van Shadowing is hoog.

Het nadeel van de Shadowing-methode is dat studenten het soms ietwat saai kunnen vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. De keuze van de tekst is dus van groot belang.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een taalleermethode die op het principe is gebaseerd dat mensen leren met behulp van beweging en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind zijn moedertaal leert. Ouders geven continu taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid is dus de basis, de spreekvaardigheid komt pas daarna.

TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van een nieuwe taal versneld toe. De docent geeft taken op een vriendelijke en begrijpelijke manier, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de taken voor; de lerende doet na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de studenten dat zij praten; de studenten geven in een later stadium de opdrachten. Bekende taken worden verder uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.

Door het combineren van bewegingen en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Daardoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde beklijft ook beter.

Populariteit


TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren of volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. Total Physical Response levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht achtergrond of leeftijd en de leermethodiek kan ook in iets grotere klassen worden gebruikt. De geleerde taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende.

Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is, is de keerzijde van TPR®. Dit is de reden dat de methode tot op een zeker taalniveau werkt en nog een andere methode nodig is als aanvulling. Daarnaast is de methodiek niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om gevoelens, ideeën en meningen te uiten.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Omstreeks het jaar 1900 ontstond een Reformbeweging met nieuwe visies over talen leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. Overigens ging de Reformbeweging niet alleen over het leren van een taal, maar eveneens over voeding, kleding, naturisme en natuurgeneeskunde. Omstreeks 1900 streefde men, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, naar natuurlijke leefwijzen en bevrijding van het keurslijf. In het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij grammatica meer inductief werd aangeboden, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten door de lerenden hieruit worden afgeleid. Er waren meer mondelinge oefeningen met meer aandacht voor de uitspraak. Het werd gestimuleerd de lerenden veel te laten spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de taallessen in de vreemde taal werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. Aan de hand van voorbeelden en afbeeldingen werd de vocabulaire aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door lerenden voor het associëren van ideeën.

Populariteit


Deze vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, deels onder invloed van de crises en oorlogen, om in de jaren zestig weer een andere vorm te krijgen.

Met (een moderne versie van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier van leren is, is het belangrijkste pluspunt. Er wordt veel aandacht besteed aan spreken en luisteren, waardoor de studenten vloeiendheid in de vreemde taal en zelfvertrouwen krijgen. Keerzijden heeft de leermethode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen relatief weinig. Deze leermethode biedt voor lerenden die verder meer gevorderd zijn onvoldoende uitdagingen. Voor minder snel lerende studenten is de Directe Methode tevens niet heel geschikt, doordat deze methode een dynamische inzet van de student verwacht.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een taal dient veilig en gemakkelijk te zijn. Om die reden wil Manesca niet met abstracte lijstjes of regels met woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.

De Manesca-methode geldt als de eerst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is op het werken met een groep studenten en een docent gebaseerd, die steeds één nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen daarna afzonderlijk het woord en deze beweging. Door de herhaling onthouden de studenten deze woorden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en variaties op de zinnen. Spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.

De methode van Jean Manesca is al een aantal jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en staat dan ook wel als de Ollendorff-methode bekend.

Populariteit


Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn nog actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langer kan worden onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Het veelvuldige herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat het wat saai wordt om dezelfde woorden en zinnetjes steeds te herhalen, kan door lerenden als een minpunt worden gezien.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno in het jaar 1963.

Kenmerken van de Silent Way


De stille manier is een methode om een vreemde taal te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De methode van Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.

De taaldocenten gebruiken een combinatie van gebaren en stilte om de aandacht te trekken van de lerende, reacties los te krijgen en de lerende aan te moedigen om fouten te corrigeren. Aan de uitspraak wordt veel tijd besteed.

Gattegno, die wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om taalonderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Hij ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan als we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat taaltrainers niet naar kennisoverdracht an sich dienen te streven, maar bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.

Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt, zijn gekleurde blokjes (zogenaamde cuisenaire-staven) die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De ‘de stille manier’ gebruikt ook Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een specifieke klank van de taal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.

Populariteit


Caleb Gattegno’s ideeën zijn wel van betekenis geweest, hoofdzakelijk bij het aanleren van de uitspraak, hoewel de Stille Methode in de originele vorm niet veel meer wordt gebruikt.

Voor- en nadelen van de Silent Way


Dat zijn benadering voor de student niet-bedreigend is, die tenslotte wordt beschouwd als autonoom, is de sterke kant van de aanpak van Caleb Gattegno. In feite is de trainer aan de studenten dienstbaar, niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke manier. De geleerde stof wordt over het algemeen goed verwerkt en onthouden door de lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De lerende ‘mag’ fouten maken, wat helpt bij het leerproces.

Een minpunt van de methode kan zijn dat een aantal lerenden wat meer begeleiding nodig heeft dan de methode voorstaat. Door het gebrek aan input van de docent zouden de lerenden gefrustreerd kunnen worden. Het werken met kleuren en grafieken heeft als limiterende factor dat ‘het nieuwe’ er gauw af is. Hierdoor verdwijnt het effect.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-techniek (Total Physical Response).

Kenmerken van TPR Storytelling


TPR Storytelling is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke wijze van taalverwerving: een vreemeen taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, wordt de lerende blootgesteld aan veel begrijpelijke input. Door de docent wordt een verhaal verteld waarin nieuwe woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Omdat de verhalen van de trainer vrij gemakkelijk te begrijpen zijn, zijn de studenten ontspannen. Zo worden structuren en woorden vrijwel ongemerkt in het langetermijngeheugen van de lerenden opgeslagen. De studenten worden door de taaldocent op grammaticale verschijnselen gewezen, zonder dat studenten regels van de nieuwe taal uit het hoofd leren.

De lerenden zullen na een poosje ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuur imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om samen met een groep van lerenden een verhaal op te bouwen. Hierbij schrijft de docent eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de vertalingen erbij, om vervolgens hier een verhaal van te maken samen met de studenten. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen is een belangrijk deel van TPR Storytelling, doordat dit voor inbreng zorgt. Daarna volgt schrijven.

Populariteit


Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een geslaagde manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden nodig: de setting dient geschikt te zijn en de taaldocent dient goed getraind te zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


TPR Storytelling is taalverwerving op een laagdrempelige manier en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Voor studenten is het een plezierige methode en het is niet moeilijk om bij te les te blijven. Voor de studenten werkt TPR Storytelling zeer motiverend om zelf verhalen te verzinnen.

Dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaltrainer vraagt, is een nadeel.

Commerciële methodes voor zelfstudie

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-methodiek is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met een tekst in twee talen die in Egypte is gevonden, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat de taalcursussen verkoopt. De eerste versie van deze methode is in het jaar 1996 uitgebracht.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone cursus is een manier om met behulp van een computer vreemde talen te leren. Deze taalcursussen zijn in meer dan dertig verschillende talen beschikbaar en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop een kind de moedertaal leert. Dit houdt in ‘leren door onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hiervoor foto’s en stemmen van native speakers (moedertaalsprekers) om de betekenis van nieuwe woorden over te brengen. Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma. Dit programma registreert de uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. De studenten kunnen zo hun uitspraak vergelijken met die van een native speaker (moedertaalspreker). Door de voorbeeldspreker wat langzamer te laten spreken en vervolgens veel na te spreken, kan uitspraakverbetering behaald worden.

Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheid te oefenen. De software controleert de spelling en de grammatica en wijst op fouten, waarbij de mogelijkheid bestaat om deze fouten van de studenten te verbeteren.

Het programma van Rosetta Stone biedt eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.

Populariteit


Wereldwijd wordt de methode van Rosetta Stone veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door een aantal ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten toegepast en eveneens door sommige internationale bedrijven.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone-methode is erg eenvoudig in het gebruik en de methode kan door de lerende worden gebruikt op elk moment. De studenten bepalen zelf welke onderdelen wat meer of minder aandacht nodig hebben. Veel mensen vinden het prettig om met de leermethode te werken. Bij een gebrek aan docenten kan Rosetta Stone een oplossing zijn voor onderwijsinstellingen. Het feit dat geen docent is die studenten kan motiveren of iets extra’s kan bieden, is een keerzijde van de methode.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Paul M. Pimsleur. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in 1963.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om nieuwe talen te leren.

De cursus van Pimsleur bestaat uit zinnetjes/dialoog in de doeltaal die door lerenden daarna worden nagesproken en weer herhaald. De zinnetjes zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en weer herhaling. De lessen bieden een audio-opname van een half uur met nieuwe woordenschat en structuur in de doeltaal. De grammaticale structuur wordt niet apart uitgelegd maar aangeboden via uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.

Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarin informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is geïntegreerd in de Pimsleur cursussen.

Populariteit


Onder andere Amerikanen volgen de Pimsleur taalcursussen en de ervaringen lopen uiteen. In het algemeen zijn studenten tevreden over de aangeleerde uitspraak.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


De methode van Pimsleur werkt erg goed als uitspraakverbeteraar, omdat de insprekers van de zinnen native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke wijze spreken in een normaal tempo.

Een keerzijde van de leermethode van Pimsleur is dat er niets wordt uitgelegd. De gebruikers leren geen bouwstenen van de doeltaal om zelf een zin te maken, maar moeten het met duizenden voorbeeldzinnen doen die uit het hoofd worden geleerd.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (Poolse naam: Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn leermethode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden zoals Diana Ross, Barbra Streisand, Emma Thompson, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in zijn klantenkring.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Het uitgangspunt van Michel Thomas was dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij vrij is van stress. Hij begon met zijn lerenden duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.

De taalcursussen zijn audiolessen, ingesproken door twee acteurs; een mannelijke acteur en een vrouwelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarbij de student zich voorstelt als de derde student. Hij of zij luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de stemacteurs wordt gesteld, is het idee dat de cursisten op pauze drukken en deze vraag eerst zelf beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. Bij de methode wordt de les in delen opgebouwd en stof die nieuw is, wordt afgewisseld met stof die al bekend is. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. De methode wijst bijvoorbeeld op eventuele verbanden tussen de talen. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Bij de leermethode van Michel-Thomas wordt makkelijke stof eerst aangeleerd, moeilijkere stof volgt pas nadat de student het voorgaande heeft begrepen en geleerd. Naast woorden en zinnetjes in de doeltaal worden eveneens bouwstenen aangeleerd zodat de student zelf zinnetjes kan maken. De methodiek maakt ook gebruik van flashcards zodat studenten zelf hun vocabulaire kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te kunnen meten.

Populariteit


Veel lerenden zijn tevreden over de uitleg van de structuren van de vreemde taal en vinden de methode van Michel Thomas prettig werken. De mensen die al wat verder gevorderd zijn, ervaren de cursussen als wat minder nuttig.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De cursussen trainen de uitspraak en de luistervaardigheid van de vreemde taal op efficiënte wijze en de cursussen zijn zeer toegankelijk. Een keerzijde van de Michel Thomas-methode is dat de cursus geen schrijfvaardigheid biedt. Ook is er geen echte interactie doordat de methode van Michel Thomas een audiocursus betreft.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, opgericht door Alphonse Chérel in 1929. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Dit begon met hun eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de andere groep’. Dit was wel een hooggegrepen streven voor taalcursussen is. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een lesboek, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. De cursisten werken idealiter ongeveer twintig minuten per dag.

De lessen van Assimil bestaan uit verschillende dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De vertaling staat ernaast, samen met grammaticale toelichting. Om de uitspraak van de vreemde taal te trainen, maakt de methode gebruik van zinnen die zijn ingesproken door native speakers en die de lerende dient te herhalen. De opbouw gaat van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie van de cursist verwacht; dit komt pas na ongeveer vijftig lessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn populair. De taalcursussen zijn relatief voordelig en er is een ruim aanbod aan verschillende talen.

Voor- en nadelen van Assimil


Het voordeel van de Assimil-methode is dat de lerende op zijn of haar eigen snelheid kan leren op het moment dat dit het beste past. Het nadeel hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de studenten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen taaldocent beschikbaar om de lerende te motiveren of te begeleiden.


ALGEMENE LEERMETHODES

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog moesten (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden leren. Vanwege de invloed van het leger werd de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan beschouwd worden als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de les geheel plaatsvond in de doeltaal. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren en de grammaticale structuur worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is om vrijwel foutloos te leren spreken en verstaan, wat begint met iemand na kunnen spreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met driloefeningen om zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch worden. De taaldocent kan bijvoorbeeld een bepaalde zin 10 keer herhalen en dan een nieuw woord hieraan toevoegen. Er wordt vaak gewerkt in zogenaamde talenpractica, waar studenten een hoofdtelefoon dragen en zinnen beluisteren en naspreken. De geschreven taal wordt pas behandeld wanneer de mondelinge taal al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe woorden te introduceren.

Populariteit


In Nederland werd de methode pas omstreeks het jaar 1970 geïntroduceerd bij het ingaan van de Mammoetwet. Men maakte al gauw bezwaar tegen de inhoudsloze driloefeningen. Het kwam soms voor dat de techniek haperde. Daardoor raakten de talenpractica al snel in onbruik. In plaats hiervan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden weer expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode wel sporen na. Het was nu breed geaccepteerd dat het bij het leren van een taal niet gaat om het memoriseren van de grammaticaregels, maar om het gebruiken ervan. Luistervaardigheid, die vóór de jaren zeventig voor de meeste taaldocenten niet bestond, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor studenten die beginnen. Direct van het begin wordt een goede uitspraak aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een efficiënte en snelle overdracht van kennis. Deze audiolinguale methode kan ook bij grotere groepen toegepast worden.

Deze docentgestuurde kant heeft tegelijkertijd een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng van de lerenden verlangd, waardoor het risico dreigt van enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


Polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen te leren op een zodanige manier dat het in het langetermijngeheugen opgeslagen wordt. Deze GoldList-methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die worden herhaald na verloop van tijd. De zinnen of woorden van de woordenlijst worden door de studenten hardop gelezen. Het is niet het idee om al deze woorden of zinnen uit het hoofd te leren, maar door blootstelling gaat dit automatisch. Bij de GoldList-methode wordt de woordenlijst steeds veranderd; woorden die zijn geleerd, gaan van de lijst af. Die woorden die nog steeds problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen worden, maar geheugenwetenschappers bestrijden dit. In het algemeen wordt kennis onthouden wanneer deze kennis relevant en van betekenis is voor de student. Deze GoldList-methode kan werken voor woorden die betekenisvol en relevant zijn voor de lerende.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Bij studenten die het fijn vinden om bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun te gebruiken, zou de methode goed kunnen werken. Omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt, functioneert het met de hand schrijven beter dan typen of, tamelijk zinloos: een foto maken. Een minpunt van deze methode is het gebrek aan context. Talen zijn uiteraard veel meer dan een serie losse woorden en zinnen. De GoldList-methode is bovendien bijzonder tijdrovend; er dienen steeds met de hand geschreven woordenlijsten te worden aangelegd.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method richt zich op een natuurlijke wijze van het verwerven van de taal. Op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden, probeert de methode de taal aan te leren. Zo leert de student onbewust eveneens de taalregels van de vreemde taal. Hiervoor wordt alleen de doeltaal gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een leeromgeving zonder stress is het streven van de methode. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en niet zo zeer op expliciete grammatica en het corrigeren van vormfouten.

Als de student wordt ondergedompeld in de vreemde taal, is de leermethode het meest effectief. Om ervoor te zorgen dat de student plezier van de ervaringen heeft, dienen de activiteiten in de te leren taal stimulerend te zijn.

De Natural Method leermethode lijkt veel op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen deze twee methoden is dat de Directe Methode meer nadruk op de praktijk legt en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Het feit dat onderdompeling heel effectief is, is al veelvuldig aangetoond. Doordat de methode vrij eenvoudig te begrijpen is, is de Natural Approach een populaire wijze van lesgeven onder taaldocenten. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De nadruk wordt vooral op het impliciet aanleren van de grammatica gelegd. Lerenden zouden weliswaar leren om te communiceren, maar in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken door ontoereikende kennis van de grammatica.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een vreemde taal te leren. De studenten krijgen de kans om een persoonlijke band met de buitenlandse taal op te bouwen. Omdat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, blijft de geleerde stof langer onthouden.

Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er bijna geen druk ligt op de taalproductie. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een bepaald examen.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse naam: Structural Approach; ‘SA’) is door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado ontwikkeld in de jaren 50.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode met als doel de student vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de doeltaal. De Structurele Aanpak staat voor dat de beheersing van deze structuren meer oplevert dan het verwerven van woordenschat van de vreemde taal. Bij de Structural Approach gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van woorden en groepen woorden in de juiste woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden in herkenbare situaties met gebruik van visualisaties, dramatiseringen, handelingen en gezichtsuitdrukkingen aangedragen aan de lerenden. Bij de leermethode worden de taalstructuren die het vaakst worden gebruikt, eerst aan de taallerende geleerd. De mondelinge vaardigheid (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hierbij als eerste gebruikt; daaruit volgen leesvaardigheid en schrijfvaardigheid. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (de spreekvaardigheid en de schrijfvaardigheid), krijgt grammatica een belangrijke plek. Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) zijn andere namen voor de Structurele Aanpak.

Populariteit


In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak toegepast op grote schaal voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Een structurele aanpak heeft als voordeel dat lerenden de taal op een nauwkeurige manier leren. De lerende krijgt inzicht in de grammatica en leert in welke situaties woorden en woordcombinaties wel of niet passend zijn. De SA gebruikt alledaagse taal. De Structurele Aanpak kent eveneens keerzijden. De werkwijze is tamelijk tijdverslindend en biedt niet direct succeservaringen. De eigen input van studenten is beperkt; het is weinig creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie het uiteindelijke streven is van het leren van een vreemde taal.

Middels CLT-technieken leren de studenten de doeltaal in de praktijk te brengen door de interactie onderling en de taaldocent. Teksten, geschreven in de doeltaal of ander materiaal uit de werkomgeving en/of het dagelijks leven worden gebruikt. De doeltaal wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.

Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid in verschillende realistische situaties te oefenen. Grammatica wordt inductief geleerd, dit betekent aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.

Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent echt een trainer, die de lerende helpt in de doeltaal te communiceren.

Populariteit


De CLT werd heel populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam mede doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol waren gebleken. Binnen het verenigde Europa ontstond meer behoefte om vreemde talen te leren door middel van een methode die meteen toepasbaar was.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel positieve aspecten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de vreemde taal; het is studentgericht en functioneel. Doordat authentiek materiaal wordt gebruikt, leren de studenten de woorden die voor hen nodig zijn. CLT is efficiënt. Voor de lerenden is dit stimulerend doordat zij snel succeservaringen hebben. Er mogen fouten worden gemaakt; al doende wordt de taalvaardigheden geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van deze communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht wordt besteed voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de docent en van de lerende vereist het een actieve deelname. Deze manier van een vreemde taal leren, is voor sommige lerenden moeilijk of afwijkend, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. De methode Communicatief taalonderwijs traint de taalvaardigheden; hierbij gaat het om de functie en in mindere mate om de vorm en CLT biedt als zodanig geen samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens leerboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger, deed dit op een andere manier. Hij ontwikkelde een leermethode waarbij de grammatica van de taal centraal stond rond het jaar 1783. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM).

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was gestoeld op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van religie, cultuur en wetenschap was. Dit onderwijs in het Latijn was uiteraard op geschreven teksten van klassieke schrijvers gericht en was geheel op de grammatica en het vertalen gericht. Deze aanpak werd als degelijk en wetenschappelijk gezien. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat van de analyse uit van de taalvormen en de taalstructuren waarbij de studenten zelf inzicht ontwikkelen. Bij deze methode zijn de lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal hebben de nadruk. De taaltrainer draagt kennis over, de student memoriseert.

Populariteit


Al sinds halverwege de negentiende eeuw was er ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot vrij recent een grote invloed gehad op het talenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, vormt deze grammatica-/vertaalmethode vormt een aardige mentale training. De methode biedt ook inzicht in de structuur, omdat de nadruk op de grammatica gelegd wordt.

Aan de methode kleven echter meer keerzijden dan positieve kanten. Het grootste nadeel is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren zelden mondeling toegepast kan worden. De methode staat ver af van het dagelijks gebruik van de taal, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het over het algemeen om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in een groep biedt de leermethode niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces voor de lerende. De lerende is slechts toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


De leermethode ‘Onderdompeling’ (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd gebruikt, hoofdzakelijk op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. Binnen Nederland is ‘onderdompeling’ bekend als de methode die bij bijvoorbeeld onze collega’s van Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’ gebruikt wordt. De methode is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les aan rijke dames uit Vught gaven.

Kenmerken van onderdompeling


Onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal leert, direct vanaf het eerste moment door de te leren taal wordt omgeven. Alle instructies worden gegeven in de doeltaal; in het begin langzaam en met veel herhaling en later op een meer natuurlijke manier. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in de nieuwe taal te spreken. Bij onderdompeling met rollenspellen en simulaties gewerkt. De leeromgeving op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt veelal in de stijl van het land van de doeltaal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in het land zijn waar de te leren taal wordt gesproken. De studenten oefenen het spreken één-op-één of in kleine groepen. Een andere manier om onderdompeling te bereiken, is daadwerkelijk naar het land van de te leren taal reizen en daar verblijven in een gastgezin.

Populariteit


Onderdompeling wordt als een heel goede leermethode voor vreemde talen gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan op deze manier zeer goed worden ontwikkeld.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaten wordt geboekt, omdat de leermethode zo intensief is. Omdat de student wordt erdoor omgeven, is het een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet wel in de nieuwe taal gaan communiceren. De student is in principe 24 uur per dag aan het leren. In groepen versterkt het samen oefenen de sociale interactie. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.

Dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel van de leermethode. Als studenten in een vrij korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel weer wegzakt. Een bijkomend nadeel van de leermethode kan zijn dat een dergelijke training erg intensief is. Niet iedereen heeft genoeg conditie om deze manier van leren vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om taal te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De methode is door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een vreemde taal) te kunnen leren. Daarvoor is het van essentieel belang dat er een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen is tussen de lerenden en de docent. Dat studenten zich veilig en ontspannen voelen, is de voorwaarde hiervoor. Om deze situatie te creëren, waren lesloken met rijopstellingen uit den boze. Lerenden namen tijdens de les plaats in comfortabele stoelen die waren geplaatst in een halve cirkel en er was altijd muziek tijdens de klas. De leermethodiek zoals Lozanov voorstond, bestond uit teksten voorlezen, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden te horen waren. Bij de teksten waren woordenlijsten alsook opmerkingen met betrekking tot de grammatica van de doeltaal. Dit voorlezen gebeurde met veel expressie in stem en gebaren. De Lerenden werden zo uitgenodigd om te luisteren en de woorden die nieuw waren, konden lerenden gemakkelijk begrijpen en opnemen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor cultuur en kennis over het land van de doeltaal. Er werd met rollenspellen gewerkt en er werden bijvoorbeeld eveneens streekgerechten bereid en gegeten.

Populariteit


De leermethode van Georgi Lozanov was enigszins omstreden en is niet erg bekend meer. Sommige elementen van de methode zoals het gebruikmaken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


Suggestopedia creëert een ontspannen en veilige sfeer, waardoor de lerende geen last heeft van frustratie of faalangst. Deze sfeer kan voor een nieuwkomer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Een ander pluspunt van de leermethodiek is dat de student gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in te leven in de situatie. Dit is voor sommigen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd is dit voor sommige studenten een keerzijde, want niet elke student is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommigen ook afleiden en verstorend werken in plaats van stimulerend of ontspannend. Dat de verhouding trainer-student niet echt gelijkwaardig is, is een ander zwak punt; alle input komt van de trainer waarbij de student altijd de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) geheten in het jaar 1976.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


Community Language Learning (CLL) is een taalverwervingsmethode waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de taaldocent als een counselor fungeert die de zinnen van de lerenden omschrijft. De studenten starten een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal nog niet genoeg machtig, dan spreken de studenten in hun moedertaal. De docent vertaalt en legt uit. De uitingen van de docent worden hierna zo nauwkeurig mogelijk herhaald. Deze gesprekken worden opgenomen om opnieuw te kunnen beluisteren.

De CLL bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de studenten onderling als middel om te leren. Er wordt geen lesboek gevolgd; het zijn de studenten zelf die de inhoud van de les bepalen aan de hand van betekenisvolle gesprekken.

Populariteit


De mate van succes van de methode hangt sterk af van de kunde van de docent-counselor. Bij deze methode dient de taaldocent naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig onderlegd te zijn. De taaltrainer dient zowel de doeltaal als de moedertaal van de lerenden zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de lerenden te kunnen vertalen. Community Language Learning kan goed functioneren indien deze correct wordt gebruikt. Voor grote klassen is deze methode niet bruikbaar.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


Deze methode biedt studenten een hoge mate van autonomie. Veel studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken zinvol. Niet alleen tijdens de lessen, maar ook daarbuiten wordt de groep vaak zeer hecht. Met de methode van Community Language Learning worden studenten zich een stuk bewuster van de groepsgenoten, de sterke en minder sterke punten en leren om als team te werken. Studenten leren veel door het bespreken door de fouten en het evalueren van de taallessen. Vaak blijven zulke correcties in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van de student.

Een keerzijde van CLL kan zijn dat de taal docent niet sturend is, ondanks dat sommige lerenden wel sturing nodig hebben. Er wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en eveneens geen toetsen afgenomen. Het succes van de lessen is hierdoor lastig meetbaar. Sommige studenten worden belemmerd in hun spreken wanneer zij worden opgenomen.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om een taal te leren die door Michael Lewis in het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw is ontwikkeld.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


De lexicografische benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk gedeelte van het leren van een vreemde taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die bestaan uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. De lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van de te leren taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de vreemde taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt woordenschat een grotere plaats in dan grammatica. De instructies zijn op situaties en uitdrukkingen gericht die vaak voorkomen in dialoog. Voor interactie is aandacht maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er bestaat veel mogelijkheid voor het zelfstandig ontdekken van de taal.

Het is de rol van de trainer om voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de student.

Populariteit


Door de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de afgelopen dertig jaar de leerboeken aanmerkelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat die in zogenaamde chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De drastische verandering in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


De studenten leren de taal op een natuurlijke wijze te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal. Dit zorgt voor souplesse in het taalgebruik.

Het minpunt van de leermethode is dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties. Een aantal lerenden heeft moeite om de patronen van de vreemde taal zelf te leren herkennen en deze lerenden hebben meer aan een trainer die hen wegwijs maakt, dan aan een docent-facilitator.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is ontwikkeld door de Franse taaldocent François Gouin in 1880.

Kenmerken van de Series Method


Een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en niet veel kennis van de grammatica vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. Op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd, leren studenten zinnetjes. Deze reeksen of series gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, wetenschap en beroep, leven in de natuur, vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal ontwikkeld. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het betreft een soort eentalige manier van taalverwerving, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten al gauw in de doeltaal gaan denken.

Populariteit


De seriemethode van Gouin was zijn tijd ver vooruit. De seriemethode van Gouin kon gedurende een bepaalde periode een succes worden genoemd, ondanks dat het een vrij ongebruikelijke aanpak was. Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwde de leermethode echter.

Voor- en nadelen van de Series Method


Door de Series method van Gouin worden de mondelinge vaardigheid van de lerende goed ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een sfeer in de taalles die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.

François Gouin’s methode biedt levendig taalonderwijs. Doordat de seriemethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit soort onderwijs enthousiasme op van de lerenden. Een nieuwe taal leren werd tastbaar; iets wat geheel nieuw was. De leermethode maakt studenten nieuwsgierig, dit is een goede leermethode om om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, de prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verbeteren. De communicatieve taalvaardigheid van de lerende wordt met de methode goed gestimuleerd.

De leermethode heeft als nadeel dat taal die wat subjectiever of abstracter wordt, wat moeilijk met beweging en expressie in één duidelijke ervaring is te vangen. Een bijkomend minpunt is de bewerkelijkheid voor de trainer, die immers een scala aan reeksen voor moet bereiden. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de competentie van lezen en schrijven.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren tachtig van de vorige eeuw. De grondleggers van deze methode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. Het principe erachter is dat het verwerven van de te leren taal geen op zichzelf staand doel, maar een hulpmiddel om specifieke taken uit te voeren. Studenten krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis nodig. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat de lerenden over woordenschat en taalregels beschikken. De taken zijn alledaagse taken, bijvoorbeeld e-mails schrijven, een boodschap doen, met de klantenservice bellen, een krant lezen of een drankje bestellen. De taak wordt in drie verschillende fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij studenten zich eerst op de taak voorbereiden, de taak daarna uitvoeren en tot slot op de taak terugblikken. Om de taken uit te voeren, moeten lerenden samenwerken. Om leereffect te hebben, moeten de opdrachten iets boven het niveau van de studenten liggen.

Populariteit


Task-Based Language Teaching heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren 90 en zeker in het taalonderwijs. De leermethode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van de studenten (hoofdzakelijk de studenten met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs te verhogen.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs biedt duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun vaardigheid toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, zolang de taak goed bij de lerende aansluit. De student komt op een alledaagse, natuurlijke manier in contact met de taal en leert zo authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in de doeltaal. Studenten leren bovendien om samen te werken. De studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als prettig en motiverend.

Als nadeel kan gezien worden dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm, waardoor de studenten die niet zeer precies leren.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van taalonderwijs Engels bedacht in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd).

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


‘Dogme 95’; een stroming van een aantal filmmakers uit Denemarken onder wie filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995 was de inspiratie voor Dogme Language Teaching. De deelnemers confirmeren zich aan tien strenge regels (tien dogma’s) voor het maken van films die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) behelzen. Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet door voorgedrukt materiaal is belast. Het starten van echte inhoudelijke gesprekken die over praktische onderwerpen gaan, is het doeleinde van Dogme-taalonderwijs. Hierbij draait het om communicatie als de inspirator van het leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve werkwijze voor het taalonderwijs. Deze methode wil onderwijs bieden zonder het gebruik van lesboeken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen taaldocent en studenten richt. Het Dogme-taalonderwijs kent, net als de Dogme-beweging in de film, 10 dogma’s (uitgangspunten).

Populariteit


Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een taal suggereren dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een pluspunt voor taaldocenten is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Het kan heel motiverend werken dat de student voor zijn of haar eigen leerproces verantwoordelijk is. Voorspelbaar zijn de lessen zo nooit. Het zorgt voor spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Zo goed als elk item kan besproken worden tijdens een les volgens de Dogme-benadering. Dit zorgt dat de studenten alert en betrokken blijven.

Studenten kunnen zich daarentegen wel wat ongemakkelijk voelen als ze zo weinig door de taaldocent begeleid worden. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle docenten in voldoende mate flexibel. Een bijkomend minpunt kan zijn dat lerenden zich vaak op een bepaald examen moeten voorbereiden, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde lesstof hiervoor in de lessen aan bod komt.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is in het jaar 2007 door Language consultants Greg en Angela Thomson ontwikkeld.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


De GPA-benadering is een alternatieve visie op het leren van een vreemde taal. Het primaire uitgangspunt van deze methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van de taal; het uiteindelijke doel om tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur uit te groeien. GPA hanteert daarom de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA-benadering vertoont gelijkenissen met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit de gastcultuur. Begrijpen gaat boven produceren. De nadruk ligt op woordenschat en cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. De ‘groeiende deelnemer’ concentreert zich in deze fase 1 op het luisteren en het non-verbale feedback geven.

Fase 2 van de methode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase duurt ongeveer 150 uur en de deelnemer begint nu de vreemde taal ook te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu diepere gesprekken over het leven in de ontvangende cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode beginnen de deelnemers zich te richten op taalgebruik van moedertaalsprekers door middel van films, televisie, nieuws of literatuur. De taal die voor het werk vereist is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om groei buiten de formele taalsessies.

Populariteit


De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog relatief nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes van de methode. Deelnemende studenten zijn enthousiast over deze methode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met GPA wordt een duidelijk inzicht geboden op het proces van taalverwerving. Deze zes fasen van de leermethode bieden realistische doelstellingen en een duidelijk tijdsschema. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van de taal, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.

Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gezocht die bereid is om veel tijd te investeren.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is in de vroege jaren 2000 bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige.

Kenmerken van de Shadowing Technique


De techniek van Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Deze techniek werkt eigenlijk eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen wat zij horen. Het gaat in de eerste plaats om de klank; de tekst begrijpen is niet van belang. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak tot het moment dit heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan kan spreken met de opname. De student gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij heeft uitgesproken. Diverse leerboeken zijn geschikt voor deze methode, zolang er maar dialogen in staan of delen met samenhangende teksten. De audio-opnames dienen ideaal bezien iets boven het niveau van de lerenden te liggen. De ideale lengte is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. Alexander Argüelles raadt aan om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst buiten, en niet te gaan zitten, omdat beweging de opname van de te leren taal in het zenuwstelsel versterkt. Een andere reden is dat de studenten minder gauw afgeleid worden als zij in beweging zijn, waardoor het leren van de taal veel effectiever gaat.

De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Ook het simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.

Populariteit


Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar Shadowing dat aantoont dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de nieuwe taal wordt eveneens vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek kan worden gebruikt in een groep studenten, waarbij elke deelnemer individueel actief aan de methodiek leren is. Het rendement van Shadowing is hoog.

Het nadeel van de Shadowing-methode is dat studenten het soms ietwat saai kunnen vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. De keuze van de tekst is dus van groot belang.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een taalleermethode die op het principe is gebaseerd dat mensen leren met behulp van beweging en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind zijn moedertaal leert. Ouders geven continu taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid is dus de basis, de spreekvaardigheid komt pas daarna.

TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van een nieuwe taal versneld toe. De docent geeft taken op een vriendelijke en begrijpelijke manier, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de taken voor; de lerende doet na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de studenten dat zij praten; de studenten geven in een later stadium de opdrachten. Bekende taken worden verder uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.

Door het combineren van bewegingen en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Daardoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde beklijft ook beter.

Populariteit


TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren of volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. Total Physical Response levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht achtergrond of leeftijd en de leermethodiek kan ook in iets grotere klassen worden gebruikt. De geleerde taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende.

Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is, is de keerzijde van TPR®. Dit is de reden dat de methode tot op een zeker taalniveau werkt en nog een andere methode nodig is als aanvulling. Daarnaast is de methodiek niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om gevoelens, ideeën en meningen te uiten.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Omstreeks het jaar 1900 ontstond een Reformbeweging met nieuwe visies over talen leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. Overigens ging de Reformbeweging niet alleen over het leren van een taal, maar eveneens over voeding, kleding, naturisme en natuurgeneeskunde. Omstreeks 1900 streefde men, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, naar natuurlijke leefwijzen en bevrijding van het keurslijf. In het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij grammatica meer inductief werd aangeboden, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten door de lerenden hieruit worden afgeleid. Er waren meer mondelinge oefeningen met meer aandacht voor de uitspraak. Het werd gestimuleerd de lerenden veel te laten spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de taallessen in de vreemde taal werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. Aan de hand van voorbeelden en afbeeldingen werd de vocabulaire aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door lerenden voor het associëren van ideeën.

Populariteit


Deze vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, deels onder invloed van de crises en oorlogen, om in de jaren zestig weer een andere vorm te krijgen.

Met (een moderne versie van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier van leren is, is het belangrijkste pluspunt. Er wordt veel aandacht besteed aan spreken en luisteren, waardoor de studenten vloeiendheid in de vreemde taal en zelfvertrouwen krijgen. Keerzijden heeft de leermethode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen relatief weinig. Deze leermethode biedt voor lerenden die verder meer gevorderd zijn onvoldoende uitdagingen. Voor minder snel lerende studenten is de Directe Methode tevens niet heel geschikt, doordat deze methode een dynamische inzet van de student verwacht.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een taal dient veilig en gemakkelijk te zijn. Om die reden wil Manesca niet met abstracte lijstjes of regels met woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.

De Manesca-methode geldt als de eerst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is op het werken met een groep studenten en een docent gebaseerd, die steeds één nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen daarna afzonderlijk het woord en deze beweging. Door de herhaling onthouden de studenten deze woorden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en variaties op de zinnen. Spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.

De methode van Jean Manesca is al een aantal jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en staat dan ook wel als de Ollendorff-methode bekend.

Populariteit


Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn nog actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langer kan worden onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Het veelvuldige herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat het wat saai wordt om dezelfde woorden en zinnetjes steeds te herhalen, kan door lerenden als een minpunt worden gezien.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno in het jaar 1963.

Kenmerken van de Silent Way


De stille manier is een methode om een vreemde taal te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De methode van Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.

De taaldocenten gebruiken een combinatie van gebaren en stilte om de aandacht te trekken van de lerende, reacties los te krijgen en de lerende aan te moedigen om fouten te corrigeren. Aan de uitspraak wordt veel tijd besteed.

Gattegno, die wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om taalonderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Hij ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan als we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat taaltrainers niet naar kennisoverdracht an sich dienen te streven, maar bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.

Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt, zijn gekleurde blokjes (zogenaamde cuisenaire-staven) die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De ‘de stille manier’ gebruikt ook Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een specifieke klank van de taal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.

Populariteit


Caleb Gattegno’s ideeën zijn wel van betekenis geweest, hoofdzakelijk bij het aanleren van de uitspraak, hoewel de Stille Methode in de originele vorm niet veel meer wordt gebruikt.

Voor- en nadelen van de Silent Way


Dat zijn benadering voor de student niet-bedreigend is, die tenslotte wordt beschouwd als autonoom, is de sterke kant van de aanpak van Caleb Gattegno. In feite is de trainer aan de studenten dienstbaar, niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke manier. De geleerde stof wordt over het algemeen goed verwerkt en onthouden door de lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De lerende ‘mag’ fouten maken, wat helpt bij het leerproces.

Een minpunt van de methode kan zijn dat een aantal lerenden wat meer begeleiding nodig heeft dan de methode voorstaat. Door het gebrek aan input van de docent zouden de lerenden gefrustreerd kunnen worden. Het werken met kleuren en grafieken heeft als limiterende factor dat ‘het nieuwe’ er gauw af is. Hierdoor verdwijnt het effect.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-techniek (Total Physical Response).

Kenmerken van TPR Storytelling


TPR Storytelling is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke wijze van taalverwerving: een vreemeen taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, wordt de lerende blootgesteld aan veel begrijpelijke input. Door de docent wordt een verhaal verteld waarin nieuwe woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Omdat de verhalen van de trainer vrij gemakkelijk te begrijpen zijn, zijn de studenten ontspannen. Zo worden structuren en woorden vrijwel ongemerkt in het langetermijngeheugen van de lerenden opgeslagen. De studenten worden door de taaldocent op grammaticale verschijnselen gewezen, zonder dat studenten regels van de nieuwe taal uit het hoofd leren.

De lerenden zullen na een poosje ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuur imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om samen met een groep van lerenden een verhaal op te bouwen. Hierbij schrijft de docent eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de vertalingen erbij, om vervolgens hier een verhaal van te maken samen met de studenten. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen is een belangrijk deel van TPR Storytelling, doordat dit voor inbreng zorgt. Daarna volgt schrijven.

Populariteit


Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een geslaagde manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden nodig: de setting dient geschikt te zijn en de taaldocent dient goed getraind te zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


TPR Storytelling is taalverwerving op een laagdrempelige manier en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Voor studenten is het een plezierige methode en het is niet moeilijk om bij te les te blijven. Voor de studenten werkt TPR Storytelling zeer motiverend om zelf verhalen te verzinnen.

Dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaltrainer vraagt, is een nadeel.

COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-methodiek is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met een tekst in twee talen die in Egypte is gevonden, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat de taalcursussen verkoopt. De eerste versie van deze methode is in het jaar 1996 uitgebracht.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone cursus is een manier om met behulp van een computer vreemde talen te leren. Deze taalcursussen zijn in meer dan dertig verschillende talen beschikbaar en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop een kind de moedertaal leert. Dit houdt in ‘leren door onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hiervoor foto’s en stemmen van native speakers (moedertaalsprekers) om de betekenis van nieuwe woorden over te brengen. Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma. Dit programma registreert de uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. De studenten kunnen zo hun uitspraak vergelijken met die van een native speaker (moedertaalspreker). Door de voorbeeldspreker wat langzamer te laten spreken en vervolgens veel na te spreken, kan uitspraakverbetering behaald worden.

Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheid te oefenen. De software controleert de spelling en de grammatica en wijst op fouten, waarbij de mogelijkheid bestaat om deze fouten van de studenten te verbeteren.

Het programma van Rosetta Stone biedt eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.

Populariteit


Wereldwijd wordt de methode van Rosetta Stone veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door een aantal ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten toegepast en eveneens door sommige internationale bedrijven.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone-methode is erg eenvoudig in het gebruik en de methode kan door de lerende worden gebruikt op elk moment. De studenten bepalen zelf welke onderdelen wat meer of minder aandacht nodig hebben. Veel mensen vinden het prettig om met de leermethode te werken. Bij een gebrek aan docenten kan Rosetta Stone een oplossing zijn voor onderwijsinstellingen. Het feit dat geen docent is die studenten kan motiveren of iets extra’s kan bieden, is een keerzijde van de methode.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Paul M. Pimsleur. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in 1963.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om nieuwe talen te leren.

De cursus van Pimsleur bestaat uit zinnetjes/dialoog in de doeltaal die door lerenden daarna worden nagesproken en weer herhaald. De zinnetjes zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en weer herhaling. De lessen bieden een audio-opname van een half uur met nieuwe woordenschat en structuur in de doeltaal. De grammaticale structuur wordt niet apart uitgelegd maar aangeboden via uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.

Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarin informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is geïntegreerd in de Pimsleur cursussen.

Populariteit


Onder andere Amerikanen volgen de Pimsleur taalcursussen en de ervaringen lopen uiteen. In het algemeen zijn studenten tevreden over de aangeleerde uitspraak.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


De methode van Pimsleur werkt erg goed als uitspraakverbeteraar, omdat de insprekers van de zinnen native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke wijze spreken in een normaal tempo.

Een keerzijde van de leermethode van Pimsleur is dat er niets wordt uitgelegd. De gebruikers leren geen bouwstenen van de doeltaal om zelf een zin te maken, maar moeten het met duizenden voorbeeldzinnen doen die uit het hoofd worden geleerd.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (Poolse naam: Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn leermethode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden zoals Diana Ross, Barbra Streisand, Emma Thompson, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in zijn klantenkring.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Het uitgangspunt van Michel Thomas was dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij vrij is van stress. Hij begon met zijn lerenden duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.

De taalcursussen zijn audiolessen, ingesproken door twee acteurs; een mannelijke acteur en een vrouwelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarbij de student zich voorstelt als de derde student. Hij of zij luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de stemacteurs wordt gesteld, is het idee dat de cursisten op pauze drukken en deze vraag eerst zelf beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. Bij de methode wordt de les in delen opgebouwd en stof die nieuw is, wordt afgewisseld met stof die al bekend is. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. De methode wijst bijvoorbeeld op eventuele verbanden tussen de talen. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Bij de leermethode van Michel-Thomas wordt makkelijke stof eerst aangeleerd, moeilijkere stof volgt pas nadat de student het voorgaande heeft begrepen en geleerd. Naast woorden en zinnetjes in de doeltaal worden eveneens bouwstenen aangeleerd zodat de student zelf zinnetjes kan maken. De methodiek maakt ook gebruik van flashcards zodat studenten zelf hun vocabulaire kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te kunnen meten.

Populariteit


Veel lerenden zijn tevreden over de uitleg van de structuren van de vreemde taal en vinden de methode van Michel Thomas prettig werken. De mensen die al wat verder gevorderd zijn, ervaren de cursussen als wat minder nuttig.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De cursussen trainen de uitspraak en de luistervaardigheid van de vreemde taal op efficiënte wijze en de cursussen zijn zeer toegankelijk. Een keerzijde van de Michel Thomas-methode is dat de cursus geen schrijfvaardigheid biedt. Ook is er geen echte interactie doordat de methode van Michel Thomas een audiocursus betreft.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, opgericht door Alphonse Chérel in 1929. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Dit begon met hun eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de andere groep’. Dit was wel een hooggegrepen streven voor taalcursussen is. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een lesboek, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. De cursisten werken idealiter ongeveer twintig minuten per dag.

De lessen van Assimil bestaan uit verschillende dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De vertaling staat ernaast, samen met grammaticale toelichting. Om de uitspraak van de vreemde taal te trainen, maakt de methode gebruik van zinnen die zijn ingesproken door native speakers en die de lerende dient te herhalen. De opbouw gaat van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie van de cursist verwacht; dit komt pas na ongeveer vijftig lessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn populair. De taalcursussen zijn relatief voordelig en er is een ruim aanbod aan verschillende talen.

Voor- en nadelen van Assimil


Het voordeel van de Assimil-methode is dat de lerende op zijn of haar eigen snelheid kan leren op het moment dat dit het beste past. Het nadeel hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de studenten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen taaldocent beschikbaar om de lerende te motiveren of te begeleiden.

Diverse digitale hulpmiddelen

Ook bestaat er een groot aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Babbel, Duolingo, Mondly en Quizlet.

Er is echter een betere manier om talen te leren om vreemde talen te leren:
De Dagnall Talen Methode.


Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar voornamelijk doordat de focus altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is de cursist visueel, auditief of wellicht kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?

Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De Dagnall-cursussen zijn bij voorkeur face-to-face. We werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de Dagnall app worden geladen met jargon van specifieke organisaties en bedrijven.
[ Lees meer ]


Betaalbaar maatwerk sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Online (e-learning), blended learning en Dagnall app

Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’


‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)cursussen die online kunnen worden gevolgd, dus op afstand. Het wordt ook wel een virtual classroom, vertaald een ‘digitaal leslokaal’ genoemd.
Bij de zogenaamde trainingsvorm van blended learning worden face-to-face-lessen (klassikaal) gecombineerd met online leren in een online leeromgeving.
Eenvoudig uitgelegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Taleninstituut biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Leidschendam.

Online een vreemde taal leren (e-learning)


Enkele voorbeelden van digitale platformen die gebruikt kunnen worden voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.

Blended cursussen in Leidschendam


Het voordeel van blended learning vergeleken met online leren is dat, als het niet om 1-op-1 les gaat, cursisten bij blended learning afwisselend wel een zogeheten ‘classroominteractie’ ervaren. Dat wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van de andere cursisten.

100% maatwerk – ook online!
Uiteraard biedt Dagnall Taleninstituut ook blended learning in Leidschendam op maat.

Online leerplatform


Online leerplatform Dagnall Taleninstituut biedt een digitale leeromgeving met een interactief leerplatform, genaamd Dagnall.online. Dagnall.online is een integraal onderdeel van een digitaal leertraject en biedt gevarieerde en interactieve content. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en garandeert een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.

De Dagnall App


Naast het online leerplatform beschikt Dagnall Taleninstituut eveneens over een eigen App voor Android alsook Apple. De Dagnall App heeft als voordeel dat lerenden overal en altijd, dus 24/7, toegang op ieder (mobiel) apparaat hebben. Zowel op het werk maar eveneens thuis of onderweg, bijvoorbeeld eveneens op reis in het buitenland. Cursisten kunnen dus een taal leren waar en wanneer ze maar willen. De oefeningen in de Dagnall App worden afgestemd op de behoefte van uw bedrijf of organisatie zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Wij kunnen bijvoorbeeld jargon, woordenlijsten, technische termen, specifieke productnamen en juridische termen integreren in de App. De Dagnall App kan dus heel praktijkgericht worden ingezet en de App blijft beschikbaar na afronding van de taaltraining in Leidschendam.
Dagnall Taleninstituut zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Computerscherm met logo Dagnall.online - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Overlappende iconen App Store Apple App in Apple zwart en Google Play Android App in Google groen - op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels/
Ontdek onze online mogelijkheden

Online learning & blended learning in Leidschendam

Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining


Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen en/of vergaderingen met zakenpartners of klanten kunnen op het gebied van taal vaak een uitdaging zijn.
Medewerkers die meerdere talen beheersen, zijn derhalve onmisbaar in veel bedrijven.

Online en blended taaltrainingen op maat


Dagnall Taleninstituut leert u communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Als u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan uw gesprekspartners te begrijpen en zorg ervoor dat u ook wordt begrepen. Wilt u uw taalvaardigheid verbeteren voor uw huidige of toekomstige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en zijn eveneens beschikbaar als onlinecursussen & blended taalcursussen. Een onlinecursus of blended taalcursus is even doeltreffend en van hoge kwaliteit als een fysieke cursus en daarnaast comfortabel.


Een onlinecursus en ook een blended taalcursus kan overal worden gevolgd; thuis, op kantoor, op zakenreis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor technische en zakelijke taaltrainingen online

Zakelijke en technische taalcursussen online geeft Dagnall Taleninstituut via onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Microsoft Teams of een ander onlineplatform naar voorkeur. Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt interactie en variatie.

Virtuele Classroom voor een individuele taaltraining of groepstraining


Alleen het onderstaande hebt u nodig voor (taal)cursussen in een virtuele classroom:
- Een laptop, pc of tablet met microfoon en camera
- Internetverbinding
- Rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]
Overlappende donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven en groene cirkel met computerscherm met Dagnall.online logo op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm screenshot inlogpagina Dagnall.online Springest-based platform voor online taallessen - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Computerscherm met logo Google Hangouts en computerscherm met logo Microsoft Teams - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels

Cursuspakket en certificaat

Voorafgaand aan uw cursus bij ons taleninstituut in Leidschendam ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal bevat.
Na afloop van uw cursus bij ons taleninstituut in Leidschendam ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde taalcursus in Leidschendam
Dagnall Talen cursuskoffer - Dagnall schrijfblok - Dagnall pen - lesboeken op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels
Ingevuld Dagnall Talen certificaat - Dagnall pen - Apple Magic Keyboard - Apple Magic Trackpad op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels

Het Europees Referentiekader (ERK)

Voor het omschrijven van uw begin- en eindniveau, gaan wij uit van hetERK (Europees Referentiekader). Hierin worden alle taalniveaus objectief, volgens Europese standaard, beschreven. Het niveau van het ERK is een internationaal erkend taalniveau.
Wij overhandigen het ‘Certificaat van Dagnall Talen’ aan het einde van de taalcursus bij ons taleninstituut in Leidschendam.
 

Logo EU Europese Unie in blauw vierkant met afgeronde hoeken in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo ERK Europees Referentiekader Talen in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een hulpmiddel dat de verschillende niveaus van taalvaardigheid omschrijft op een uniforme manier.
Het Europees Referentiekader is tussen het jaar 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld.
Het ERK is een instrument dat vijf taalvaardigheden onderscheidt, zijnde: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
De Engelstalige term wordt ook veel toegepast: Common European Framework of References; CEFR. Het Europees Referentiekader (ERK) hanteert ook 6 niveaubeschrijvingen, van beginner tot nagenoeg moedertaalspreker (near-native).
De zes verschillende niveaus in taalvaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Niveau A houdt in dat de taalgebruiker de basisvaardigheden beheerst.
Wie niveau B machtig is, wordt als een ‘zelfstandige taalgebruiker’ gezien. De taalbeheersing is zodanig dat hij of zij zonder hulp in die vreemde taal kan functioneren.
Niveau C is van toepassing op gevorderden die Frans met groot gemak verstaan, lezen, spreken en schrijven. Mensen die een vreemde taal beheersen op niveau C, kennen deze taal op bijna moedertaalniveau.

A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level


Luisteren


Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.

Spreken


Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.

Lezen


Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.

Schrijven


Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.

B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level



Luisteren


Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.

Spreken


Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.

Lezen


Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.

Schrijven


Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).

C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level



Luisteren


Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.

Spreken


Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.

Lezen


Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.

Schrijven


Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.

A2 Basisgebruiker - Waystage Level



Luisteren


Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.

Spreken


Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.

Lezen


Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.

Schrijven


Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.

B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level



Luisteren


Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.

Spreken


Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.

Lezen


Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.

Schrijven


Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.

C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level



Luisteren


Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.

Spreken


Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.

Lezen


Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.

Schrijven


Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO 9001-2015 LOGO
ISO 1700-2015 LOGO

ISO-certificeringen

ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement


Dagnall Talen is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm stelt strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de door opdrachtgevers gestelde eisen alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de hoekstenen van de ISO 9001:2015 norm.

ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten


Dagnall is tevens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. De ISO 17100:2015 is de norm speciaal voor vertaaldiensten en bevat onder andere eisen voor mensen, middelen, projectmanagement, vertalers en revisoren.


Onze ISO 17100:2015 certificering bewijst dat wij uitsluitend met professionele moedertaalvertalers (natives) werken met de benodigde kennis en ervaring. Bovendien worden onze vertalingen altijd minimaal twee keer proefgelezen door twee specialisten. De vertalingen worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.

Kiwa – certificeringen sinds 1948


Kiwa is een certificeringsinstituut in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties. Jaarlijks wordt Dagnall getoetst door Kiwa om te controleren of nog altijd aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk
Logo keurmerk NRTO Nederlandse Raad voor Training en Opleiding in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Nederlandse Raad voor Training en Opleiding NRTO in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Lidmaatschap NRTO

Ons instituut is uiteraard al vele jaren lid van de NRTO en draagt eveneens het NRTO-keurmerk.
Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid.
De afkorting NRTO staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsorganisaties en de NRTO meer dan 450 organisaties zijn lid van de NRTO.
De missie van de NRTO is: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.

Kwaliteitsbevordering en -bewaking


Voor de NRTO staat kwaliteit centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de leden van de NRTO worden geleverd, zoals bij ons taleninstituut in Leidschendam, wordt geborgd door een gedragscode, door diverse convenanten en door het NRTO-keurmerk.
[ Lees meer ]
 
Logo GDPR Algemene Verordening Gegevensbescherming in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo EU Filemaker in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

AVG-compliant

De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engelse naam: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening inzake de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de Europese Unie. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van EU-burgers. Deze verordening schrijft voor dat personen op de hoogte dienen te zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die nodig zijn voor het beoogde doel, mogen worden bewaard en verwerkt.
De persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan nodig en de persoonsgegevens moeten tegen toegang door onbevoegden, vernietiging en verlies te worden beschermd. Dagnall voldoet natuurlijk aan alle eisen die door de Algemene verordening gegevensbescherming worden gesteld en Dagnall verwerkt persoonsgegevens in heel beperkte mate in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Logo CRKBO Centraal Register Kort Beroepsonderwijs in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Lloyd's Register in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Cursussen bij Dagnall taleninstituut in Leidschendam zijn vrijgesteld van btw

CRKBO-geregistreerde instelling

Dagnall heeft een inschrijving in het CRKBO-register. De afkorting CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dit houdt in dat Dagnall Talen aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is voor de Belastingdienst een voorwaarde om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrij te mogen aanbieden.
Door deze btw-vrijstelling kan ons taleninsitituut een lagere prijs in rekening brengen.
Dit is prettig voor de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor cursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, overheidsinstellingen, maatschappen en privépersonen worden gegeven.

CPION


Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.

Lloyd’s Register


Het CRKBO-register is een register dat door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden wordt.
Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder andere als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen bij ons taleninstituut in Leidschendam

Contact taleninstituut Leidschendam

Wilt u contact opnemen met ons taleninstituut in Leidschendam? U kunt ons e-mailen via taleninstituut-leidschendam@dagnall.nl of ons bellen op 070-2076707 (geen menu) voor meer informatie.
Of ga naar ons contactformulier. Natuurlijk kunt u ook ons gratis informatiepakket bestellen.
Afbeelding wegwijzer in grijs met bord Dagnall in verkeersblauw in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Afbeelding computer en tablet en telefoon in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Het beste traject naar een taleninstituut in Leidschendam!
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Trainen en vergaderen in Leidschendam

Bij ons taleninstituut kunt u de taalcursus op uw eigen locatie volgen of in Den Haag, bijvoorbeeld bij Coachhuis Den Haag-Centrum aan de Raamweg 4 in Den Haag of bij Q-Building aan de Laan van Zuidhoorn 60 in Rijswijk. Ons taleninstituut verzorgt ook taalcursussen in Leidschendam bij bijvoorbeeld Fletcher Hotel Leidschendam-Den Haag aan de Weigelia 22, bij Van der Valk Hotel De Gouden Leeuw aan de Veurseweg 180 in Voorschoten, bij NH Hotel Den Haag aan het Prinses Margrietplantsoen 100 in Den Haag en bij Haagse Toren/SkySuites/The Penthouse aan het Rijswijkseplein 78 in Den Haag.
Besprekingen houden in Leidschendam kan bijvoorbeeld bij De Bles aan de Doctor van Noortstraat 154 en bij Landal Business Line aan de Bezuidenhoutseweg 78 in Den Haag.

Leidschendam - geschiedenis

De streek waar nu Leidschendam ligt, was al bewoond rond 2700 v.Chr. Er zijn opgravingen van boerderijen en bijlen gedaan. De Romeinen hebben eveneens in het gebied gewoond en daarna de Noormannen.
De plaats Leidschendam dankt zijn naam aan de Leytsche Dam. Deze naam werd al eeuwenlang gebruikt voor de bebouwing rondom de sluis in de Vliet.

Leidschendam - nu

Leidschendam ligt in de regio Haaglanden. Plaatsen in de buurt van Leidschendam zijn Benthuizen, Den Haag, Mariahoeve, Schevingen, Stompwijk, Voorburg, Voorschoten, Zoeterwoude en Zoetermeer.
Leidschendam ligt in de provincie Zuid-Holland. De gemeente Leidschendam heeft ruim 33.000 inwoners.
Vlag gemeente Leidschendam - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Vlag gemeente Leidschendam

Wapen gemeente Leidschendam - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Wapen gemeente Leidschendam

Inwoners

Woon je in Leidschendam, dan heet je een ‘Leidschendammer’.
Bekende Leidschendammers zijn Adriaan Bontebal, Roos Ouwehand, Kees Schuyt, Hans Scheepmaker en Marijke Vos.
Iets wat bij Leidschendam hoort, wordt ‘Leidschendams’ genoemd, zoals de Leidschendamse sluis.
Leidschendam is een plaats en Leidschendam is onderdeel van de gemeente Leidschendam-Voorburg en omvat ook Stompwijk en Voorburg.

Leidschendam - internationaal & scholing

Partnersteden


De partnersteden van Leidschendam-Voorburg is Hranice in Tsjechië, Konstancin-Jeziorna in Polen en Temecula in de Verenigde Staten.

Hoger onderwijs


In Leidschendam-Voorburg bevinden zich geen hogescholen of universiteiten.
Provincievlag Zuid-Holland - 600 * 337 pixels

Vlag provincie Zuid-Holland

Provinciewapen Zuid-Holland - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Wapen provincie Zuid-Holland

Typisch Leidschendams

Denk je aan Leidschendam, dan denk je aan winkelcentrum Leidsenhage, aan kantoorgebouwen en aan filevermeldingen. Toch staat Leidschendam eveneens bekend als groene gemeente, waar het rustig wonen is.
Leidschendam fungeert als dienstenstadje en als forenzenplaats.


Leidschendam - minder bekend


Niet veel mensen weten dat in Leidschendam het Libanontribunaal gevestigd is, in het voormalige pand van de AIVD.

Dialect en accentin leidschendam

Dialectsprekers in Leidschendam-Voorburg spreken Haags.
Het Haags spreekt veel klinkers afwijkend uit ten opzichte van het Standaardnederlands.
Zo wordt de ‘ei/ij’ uitgesproken als è (het Plèn voor ‘het Plein’) en de ‘ui’ als èu (‘broodje’ als broodjèu).
De ‘aa’ wordt een ah en de ‘ee’, de ‘oo’ en ‘eu’ krijgen een extra ‘j’ (eej).
De Haagse ‘r’ klinkt als ch of wordt niet uitgesproken.
Iemand uit Voorburg is een impogt hâgenejs.
Als je gaat slapen, ga je je Ogen van binnen bekijken.
Leidschendam - “Gezellig rond de Vliet”

Leidschendam - zakelijk

De gemeente Leidschendam


Het postcodegebied van Leidschendam is 2260 - 2267.
Het adres van het gemeentehuis van Leidschendam is Koningin Wilhelminalaan 2, 2264 BM in Leidschendam. De website van de gemeente Leidschendam is Lv.
nl
.
Het telefoonnummer van de gemeente Leidschendam is 14 070.

Zakendoen in Leidschendam


Voor Leidschendamse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Den Haag aan de Koninginnegracht 13, 2514 AA in Den Haag. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Leidschendam is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Leidschendam is KVK-kantoor Den Haag.

Leidschendam - internationale bedrijvigheid

Wereldwijd opererende bedrijven zijn in Leidschendam gevestigd op bedrijventerrein De Star.
In Leidschendam bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Fugro, KBenP, Landal GreenParks, LipsPlus, Luiten Food, NBTC Holland Marketing
Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen en Distributiecentrum Van der Valk in Voorschoten.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.

Nieuws uit Leidschendam

De Leidschendamse nieuwsportalen zijn Het Krantje online en Midvliet en Leidschendamse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Zuid-Holland - Nieuws.
Ondernemers in Leidschendam kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep West.
Leidschendammers en ondernemingen in Leidschendam kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant het Voorburgs Dagblad.
Logo krant Leidschendam - Voorburgs Dagblad op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo regionale televisie- en radio-omroep Omroep West op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Cultuur, sport, ontspanning en zakenlunch in Leidschendam

Cultuur


Wilt u uw internationale zakenrelatie wat cultuur in de omgeving van Leidschendam laten zien?

Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw zakenrelatie, kunt u in Leidschendam een bezoek brengen aan Museum Huygens’ Hofwijck in Voorburg of aan het Swaensteyn Museum in Voorburg.

Voetbal, tennis, padel & squash


Samen naar een sportwedstrijd kijken of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen met uw internationale zakenrelatie? Voetbal verbroedert. Misschien is het daarom een leuk idee om met uw zakenrelatie naar een voetbalwedstrijd te gaan, om bijvoorbeeld de Leidschendamse voetbalclub RKAVV of SEV te zien spelen.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Leidschendam kunt u terecht bij TCO/TVK Leidschendam of bij Tennispark Overdam.
Golf, ontspanning & lunch Misschien hebt u zin om na de cursus bij ons taleninstituut in Leidschendam of met uw internationale (zaken)relatie bij Leidschendam een balletje te slaan als ontspanning en/of gezellig iets te drinken of een hapje te eten? Dagnall Taleninstituut heeft voor u een golfbaan in de buurt van Leidschendam ontdekt voor een compleet dagje/middagje uit.
De golfbaan in de buurt voor Leidschendam is Golfbaan Leeuwenbergh in Den Haag. Deze golfbaan bevindt zich aan de Elzenlaan 31 in Den Haag. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 070-395 45 56. De website van de golfbaan is www.leeuwenbergh.nl.
Om iets te drinken of een hapje te eten kunt u terecht bij het clubhuis van de golfclub. Golfbaan BurgGolf Westerpark Zoetermeer is nog een golfbaan in de buurt van Leidschendam.
Afbeelding voetbal tennisbal golfbal in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo voetbalclub Leidschendam - RKAVV - Rooms Katholieke Aloysius Voetbal Vereniging - in kleur op grasveld met witte lijn - 600 * 337 pixels

Promotiefilmpjes en Google Maps

Hieronder staan een promotiefilmpje en een filmpje met drone-opnames van Leidschendam die eveneens op Youtube te zien zijn.
Klik direct op het logo van Youtube in het midden van de afbeelding om het filmpje te bekijken.
Direct onder de filmpjes ziet u de locaties van Zuid-Holland en Leidschendam op Google Maps.
Als u kunt linksboven klikt, wordt het kaartje groot weergeven in een nieuw venster.
Promovideo Leidschendam
Dronebeelden Leidschendam
 
Google Maps Zuid-Holland
Google Maps Leidschendam
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Leidschendam

Nieuws uit Leidschendam

Hieronder ziet u het meest recente nieuws uit Leidschendam van diverse nieuwsbronnen.
Het nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
 
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Dagnall Taleninsituut verzorgt ook vertaalwerk en tolken in Leidschendam

Wist u dat?

Wist u dat Dagnall Talen ook vertalingen in Leidschendam en tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten in Leidschendam
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Onze opdrachtgevers

De upload van uw document is gelukt.

 

INLOGGEN MEDEWERKERS   /   BESTANDEN UPLOADEN