Logo-9001-2015-wit-op-transparante-achtergrond-31-bij-31-pixels Logo-17100-2015-wit-op-transparante-achtergrond-31-bij-31-pixels NRTO-wit-op-transparante-achtergrond-31-bij-31-pixels
OFFERTE AANVRAGEN
Offerte aanvragen

Taleninstituut Heerlen

Direct naar ➤ Cursussen - Online - ERK - ISO - Heerlen - Nieuws
Dagnall taalcursus op locatie
Dagnall taalcursus online
Dagnall taalcursus contact opnemen
Taleninstituut Dagnall - Wij kunnen snel schakelen - Binnen een week beginnen is mogelijk Begin vandaag nog uw reis naar taalbeheersing


Taaltrainingen in Heerlen van topniveau


Talen verbinden u met de wereld en zijn een communicatiebasis die deuren voor u kan openen - vooral in de professionele wereld. Daarom hebben organisaties en bedrijven die in de taalopleiding van hun medewerkers investeren, ook een duidelijk voordeel alsook een voorsprong.
Dagnall Taleninstituut is een een taalaanbieder die u als scholingszoeker precies dat aanbiedt: Effectieve taaltrainingen van het hoogste niveau voor medewerkers en leidinggevenden in Heerlen en omgeving.
Taaltraining op maat, omdat uw bedrijf of organisatie welbespraakte werknemers verdient.

Vakgebieden


Zakelijk, technisch of medisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal.
Elke bedrijfstak kent zijn eigen taalgebruik en hanteert zijn eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling en duidelijke concurrentievoordelen, door branchespecifieke taalkennis van het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt opleidingzoekers taaltrainingen in Heerlen aan in een brede waaier van vakgebieden.
Screenshot navigatiesysteem met tekst Taleninstituut Heerlen aangegeven - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Goed op weg met Dagnall Talen

Landkaart Nederland grijs - locatie Dagnall Taleninstituut in Heerlen - aangegeven met blauw plaatsnaambord met witte letters en Dagnall veer - op transparante achtergrond - 600 * 733 pixels
Coachhuis Brunssum
Brin Ederostraat 19
6445 AN BRUNSSUM
085-2737302

of bij u op locatie

  
Vrijblijvend informeren naar een taaltraining bij u in de buurt
Taalcursus Verenigd Koninkrijk
Taalcursus Duitsland
Taalcursus Frankrijk
Taalcursus Spanje
Taalcursus Nederland
Taalcursus Portugal
Taalcursus Italië
Taalcursus Denemarken
Taalcursus Zweden
Taalcursus Noorwegen
Taalcursus Finland
Taalcursus Rusland
Taalcursus Polen
Taalcursus Tsjechië
Taalcursus Slowakije
Taalcursus Kroatië
Taalcursus Hongarije
Taalcursus Roemenië
Taalcursus Bulgarije
Taalcursus Turkije
Taalcursus Griekenland
Taalcursus Israël
Taalcursus China
Taalcursus Japan

De organisatie van uw taaltrainingen in goede handen

Werkgerelateerd & doelgericht


Wij bieden onze taaltrainingen op maat in Heerlen aan als individuele (1-op-1) les, als groepscursus met collega’s, als intensieve workshop en als langdurige, regelmatige training - met face-to-face-les alsook online cursus. Bij Dagnall Talen kan iedereen vreemde een vreemde taal leren op precies de manier die het beste bij hem of haar past. Naast de klassieke taalcursussen zijn organisaties met name in de werkgerelateerde cursussen geïnteresseerd zoals Zakelijk Engels of Duits of Technisch Engels of Duits. Onze taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van scholingszoekers. Dagnall Talen is een taalaanbieder die door middel van gecertificeerde taaltrainers met zeer goede beoordelingen en recensies de mogelijkheid biedt om talen te leren in Heerlen. Met Dagnall Talen behaalt u snel en doelgericht de door u beoogde resultaten.

Filosofie van Dagnall Taleninstituut


De filosofie van Dagnall is om talen te leren met gemak en plezier en zonder schroom. Dagnall Taleninstituut gaat daarom tot het uiterste om te zorgen dat u de taal van uw keuze moeiteloos en zonder remmingen leert.
Een taal leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Taleninstituut met methodes die het leerproces voor de cursisten gemakkelijker en prettiger maakt.

Met onze methodes wekken we nieuwsgierigheid op en ondersteunen we de bereidheid om te leren. Met dagelijks 15 minuten oefenen, brengt Dagnall Talen cursisten in grote stappen naar het gewenste niveau.
Dagnall Taleninstituut is een partner voor iedereen die een vreemde taal wil leren in Heerlen.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten

Plan van aanpak Dagnall Taleninstituut

Dagnall Taleninstituut stelt de leerdoelen en wensen vast in overleg met u als opdrachtgever. U meldt de cursisten aan met hun contactgegevens. Dagnall Talen verzorgt een intake op locatie of, indien gewenst, online of telefonisch. Nadat het intakegesprek heeft plaatsgevonden, waarin op basis van het Europees Referentiekader (ERK) het huidige en gewenste taalniveau van de cursisten wordt bepaald, ontvangt u van ons een cursusvoorstel op maat met een offerte.
Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning af op uw situatie en uw agenda.
De taaltrainer evalueert na een aantal lessen de voortgang en de inhoud van de cursus. Indien nodig, kan de doelstelling uiteraard bijgesteld worden.
Na de laatste les ontvangt u een eindrapportage samen met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers behaald zijn. De deelnemers ontvangen tevens een certificaat van het instituut.
[ Lees meer ]


Intake

Planning

Cursus

Certificaat

Betaalbaar taleninstituut in Heerlen sinds 1982

Taleninstituut Dagnall Talen is geopend in 1982 en geeft sindsdien taalonderwijs op maat zakelijk aan (overheids)instellingen en het bedrijfsleven in Heerlen en omgeving. Alle docenten zijn kundige en ervaren vakmensen, die gespecialiseerd zijn in maatwerktrainingen voor bedrijven en overheid in Zuid-Limburg.
Door de functiegerichte en werkplekgerichte aanpak, levert Dagnall zeer betaalbare en effectieve taalcursussen in Heerlen. Rendement door maatwerk kenmerkt Dagnall Taleninstituut. Daar kunt u op vertrouwen!
Betaalbaar maatwerk bij Dagnall Taleninstituut in Heerlen

Taal op de werkvloer

Taal op de Werkvloer: draagvlak nodig! Cursussen die zich richten op het vergroten van de taalvaardigheid op de werkvloer zijn bij veel organisaties intussen bekend.
Werknemers zonder of met weinig kennis van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een beperking op het werk en willen graag en sneller en/of beter kunnen communiceren op de werkplek.
Zij willen in staat zijn om de instructies op de werkvloer goed te kunnen begrijpen en hier ook mee om kunnen gaan. Deze werknemers willen het liefst zelfverzekerder het werk kunnen verrichten en uiteraard heel graag hun ambities op het werkgebied verwezenlijken. Dit vereist een investering in personeel en in de ontwikkeling van de organisatie.
[ Lees meer ]

Vele wegen naar een betere talenkennis in Heerlen

Behoeftes en leermethode


Een goede taaltraining legt niet alleen de nadruk op de behoefte van de cursist, klant, werkgever of organisatie, zoals een betere spreek- of schrijfvaardigheid.
Een goede taaltraining is uiteraard ook afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een taaltraining (bij een taleninstituut in Heerlen) die het beste bij de taalleerder past.

Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?


De vakkundige taaltrainers van ons taleninstituut zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van kennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo plezierig en dit zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall Talen realiseren onze taaltrainers met een mix van deze bewezen leermethode in combinatie met de focus op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall Taleninstituut kunt u terecht voor cursussen die op een maatwerktraining gebaseerd zijn.

Ons taleninstituut biedt groepscursussen van 3 tot 8 à 10 deelnemers, zogenaamde duocursussen (2 deelnemers), individuele taalcursussen, onlinecursussen, het eigen Dagnall online leerplatform voor blended learning alsook een de Dagnall App met woordenlijsten en specifiek jargon van de organisatie.
De trainers van ons instituut geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij door de jaren heen hebben gecreëerd en verzameld en zij spelen continue op actuele ontwikkelingen en thema’s in.

Een prettige manier van leren


Een bijkomend voordeel is dat dit echte maatwerk als een zeer fijne manier van werken wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de docenten van Dagnall Talen in Heerlen. Deze, door de jaren heen steeds verder ontwikkelde en verfijnde werkwijze is het gewaardeerde handelsmerk geworden van Dagnall Taleninstituut. Onze cursussen zijn niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar eveneens aangepast aan de manier van leren die goed bij de cursisten zelf past.
Overlappende groene cirkel met klok en kalender en donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm met vier taalvaardigheden luisteren, lezen, schrijven en spreken - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Een taal effectief leren in Heerlen bij Taleninstituut Dagnall

Individuele cursussen en groepscursussen

Individuele cursussen & groepscursussen


Ons taleninstituut biedt cursussen op maat voor individuen en groepen, waarbij u als opleidingszoeker met een gerust hart de organisatie van de cursus uit handen kunt geven.
Dagnall taleninstituut biedt deze individuele cursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en

groepscursussen maakt Dagnall Taleninstituut gebruik van gevarieerde en moderne leermethoden om doelgericht te trainen en leersucces te verzekeren. Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen vanzelfsprekend zowel bij u op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Heerlen worden gegeven.
Maatwerk individuele en groepscursussen in Heerlen

Maatwerkcursussen


Dagnall taleninstituut biedt individuele cursussen voor het bedrijfsleven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren in Heerlen en omgeving.
Een individuele taalcursus noemt men ook wel één-op- één-taalcursus of privéles.
De individuele taalcursussen van Dagnall Taleninstituut zijn al decennia bekend voor de persoonlijke aandacht, het maatwerk en een zeer hoog rendement.
De individuele cursussen van taleninstituut Dagnall zijn maatwerktrainingen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de praktijksituatie alsook de leerstijl.
De cursussen worden opgesteld om de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen te behalen.

Ons taleninstituut biedt groepscursussen met 3 tot 10 personen, maar ook duocursussen (2 deelnemers) aan het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren.
De groepen houden we bij voorkeur zo klein mogelijk de deelnemers maximaal te ondersteunen en om de leereffectiviteit te verhogen.
De groepscursussen van Dagnall Taleninstituut zijn ook maatwerkcursussen en worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, de leerstijl, het taalniveau, de branche en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te kunnen behalen.


Pluspunten individuele cursus


Het hoge rendement is het belangrijkste voordeel van individuele taalcursussen omdat veel informatie wordt opgenomen vrij in korte tijd.
Er wordt sneller vooruitgang gemaakt doordat de taalcursus vrij intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk.
Een ander belangrijk pluspunt van een individuele taalcursus is flexibiliteit. De cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de deelnemer en de leerstof kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de specifieke aandachtsgebieden van de deelnemer.
De leervordering is optimaal doordat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld.
Daarnaast zijn individuele taalcursussen ideaal op de agenda van de cursist af te stemmen waardoor het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.


Pluspunten groepscursus


Vooral de interactie met de andere deelnemers is het belangrijkste pluspunt van groepscursussen; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep zoals door discussies en rollenspellen.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk voordeel; van de foutjes van anderen kunnen leren en met elkaar in de doeltaal communiceren. De afwisseling die zo wordt geboden, kunnen de lerenden leuker vinden.
Daarnaast zijn groepscursussen efficiënt doordat meerdere medewerkers tegelijk worden getraind en de groep op vrijwel hetzelfde kennisniveau komt.
Ook zijn groepscursussen wat minder intensief (wat minder zwaar) voor cursisten dan individuele cursussen.


Minpunten individuele cursus


Rollenspellen en discussies kunnen bij een individuele taalcursus alleen worden gedaan en gevoerd met de taaltrainer.
Omdat er geen interactie met andere lerenden is, kan het geleerde niet in groepsverband geoefend worden.
Ook is het niet mogelijk om te leren van elkaars fouten omdat er geen groepsdynamiek is.
De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is ook behoorlijk intensief (zwaarder) voor de cursist.


Minpunten groepscursus


In een groepscursus is minder aandacht voor de individu en kunnen cursisten iets eerder worden afgeleid. Hierdoor ligt het rendement iets lager. Dit kan gedeeltelijk worden ondervangen door de groepen iets kleiner te maken (minigroepen).
Groepscursussen kunnen eveneens minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen.
Een ander nadeel van een groepscursus is dat de planning minder goed afgestemd kan worden op de agenda van individuele cursisten.

Pluspunten

Individuele cursus in één oogopslag



  hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
  afgestemd op individuele leerstijl
  inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
  afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
  afgestemd op agenda cursist


Minpunten

Individuele cursus in één oogopslag



  geen interactie met andere cursisten
  vrij intensief voor de cursist
  geen groepsdynamiek

Pluspunten

Groepscursus in één oogopslag



  interactie met andere cursisten
  groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
  groep komt op hetzelfde kennisniveau
  efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
  minder intensief dan individuele cursus


Minpunten

Groepscursus in één oogopslag



  iets minder aandacht voor individuele cursist
  minder afgestemd op individuele leerstijlen
  minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor taalcursussen

Verschillende soorten cursussen voor elk niveau

Dagnall Taleninstituut geeft cursussen voor zowel beginners, halfgevorderden als gevorderden.
Niet iedereen heeft de mogelijkheid om naar een talencentrum te gaan. Daarom verzorgen wij de taaltrainingen ook online alsook incompany.
Bij Taleninstituut Dagnall kunt u bijvoorbeeld een
intensieve of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Nederlands, Engels, Duits, Frans en Spaans of een cursus spreekvaardigheid of telefoontraining kiezen. Het combineren van deze trainingen is uiteraard mogelijk.
Dagnall staat voor (betaalbaar) maatwerk!
Woordenwolk in veer logo Dagnall Talen met toepasselijke sleutelwoorden voor Dagnall Talencursussen - in donkerblauw, groen en grijs op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels
Stukje hout boven Dagnall potlood met geslepen punt en gum met gedrukt Dagnall Talen logo - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels

Kennen en kunnen

Kennen en kunnen gaan hand in hand bij het leren van een nieuwe taal. Het gaat niet alleen om kennis maar ook om vaardigheid. Door de aandacht te vestigen op kunnen, is de deelnemer in staat na voltooiing van de taaltraining in Heerlen de verworven kennis snel en actief toe te passen in de praktijk.
Al gauw kunt u communiceren in de nieuwe taal. Wat een verrijking! Dagnall brengt taalkennis tot leven!

Algemene leermethodes

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Engeland en Amerika ontwikkeld, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, was het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan beschouwd worden als een reactie op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen geheel in de doeltaal werden gegeven. De belangrijkste vaardigheden zijn spreken en luisteren en de grammaticale structuren worden door middel van mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is zonder fouten leren verstaan en spreken; het begint bij iemand leren naspreken. Het middel hiervoor is herhaling; er wordt met drills gewerkt om zinnen alsook structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaltrainer kan bijvoorbeeld een zin tien keer herhalen en daarna een nieuw woord of meerdere nieuwe woorden toevoegen. Er wordt veel in zogenaamde talenpractica gewerkt, waar studenten een koptelefoon dragen en zinnen beluisteren en naspreken. De geschreven taal komt pas aan bod als de mondelinge taal vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden.

Populariteit


De audiolinguale methode werd in ons land pas geïntroduceerd rond 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al gauw grote bezwaren tegen deze saaie drills. De techniek wilde wel eens problemen geven, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats daarvan maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Nu was alom geaccepteerd dat het bij het leren van een taal niet gaat om het uit het hoofd leren van de grammatica, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid, waar de meeste taaldocenten vóór 1970 geen of nauwelijks aandacht aan schonken, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor studenten die een taal beginnen te leren. Een juiste uitspraak wordt van het begin af aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een efficiënte en snelle overdracht van kennis. Deze audiolinguale methode kan ook worden toegepast bij grotere groepen.

Deze docentgestuurde kant is tevens een nadeel; eigen inbreng wordt niet van de lerenden verlangd. Hierdoor dreigt het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een bijkomend bezwaar is dat de driloefeningen niet zo gemakkelijk in levend taalgebruik om te zetten zijn.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


Deze GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal op een zodanige wijze te leren dat deze worden opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die nadien herhaald worden. De woorden of zinnen van de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerenden. Het idee is niet om de woorden of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, maar door de blootstelling gebeurt dit eigenlijk automatisch. De woordenlijst wordt telkens veranderd; woorden die zijn geleerd, gaan van de woordenlijst af, woorden die nog steeds problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList Method stellen dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten opgeslagen worden, maar geheugenwetenschappers bestrijden dat. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen opgeslagen als de kennis van betekenis en relevant is voor de lerende. Voor woorden en zinnen die relevant en betekenisvol zijn voor de student, kan de methode werken.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Bij lerenden die baat hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun kan deze GoldList Method functioneren. Omdat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt, werkt het met de hand schrijven beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken. Het ontbreken van context is een minpunt. Taal is veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. De methode is daarnaast bijzonder tijdrovend omdat steeds handgeschreven lijsten gemaakt dienen te worden.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen Krashen in 1983 ontwikkeld.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method is gericht op een natuurlijke manier van taalverwerving. De leermethode probeert de taal aan te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. Op die manier leert de student onbewust eveneens de taalregels van de vreemde taal. Alleen de doeltaal wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een leeromgeving zonder stress voor de studenten. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt blootgesteld aan de lerenden. De taalproductie mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De methode legt de nadruk op communicatie en minder op het corrigeren van vormfouten en expliciete grammatica.

De methode heeft het meeste rendement als de studenten worden ondergedompeld in de taal. De activiteiten die in de vreemde taal worden aangeboden, dienen stimulerend te zijn, om te zorgen dat de lerenden van de ervaring kunnen genieten.

De Natural Method leermethode lijkt vrij veel op de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid is dat bij de Directe Methode meer nadruk wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Het is vaak aangetoond dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode kan zijn. De Natural Approach is een populaire methode van lesgeven bij taaldocenten, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor studenten. Er kleven eveneens nadelen aan de Natural Method. De methode is voornamelijk gericht op het impliciet aanleren van de grammatica van de vreemde taal. De studenten zouden weliswaar leren om te communiceren, maar in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal blijven hangen door ontoereikende kennis van de grammatica.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Om op een natuurlijke manier een vreemde taal te leren, wordt prettig gevonden. Studenten wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met de buitenlandse taal. Omdat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, blijft het geleerde langer onthouden.

Een minpunt kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een specifiek examen voor.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse naam: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 door Charles Carpenter Fries en Robert Lado ontwikkeld.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


De Structurele Aanpak is een methode om een vreemde taal te leren met als doel de lerende vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de doeltaal. De beheersing van deze structuren levert volgens de SA meer op dan het leren van woordenschat. Bij de leermethode gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van specifieke samenstellingen van woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde. Deze combinaties worden aan de lerenden aangeboden in reële situaties middels visualisaties, gezichtsuitdrukkingen, dramatiseringen en handelingen. Bij de leermethodiek worden de taalstructuren die het vaakst worden gebruikt, eerst aan de taallerende geleerd. De mondelinge vaardigheden (de luistervaardigheden en de spreekvaardigheden) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; de leesvaardigheden en de schrijfvaardigheden volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreekvaardigheden en schrijfvaardigheden), krijgt grammatica een grote plek. De Structurele Aanpak wordt ook wel Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) genoemd.

Populariteit


In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op vrij grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat studenten de taal op een accurate manier leren. De studenten krijgen inzicht in de grammatica van de taal en leren eveneens in welke situaties woorden en woordcombinaties wel of niet passend zijn voor de situaties. De methode van de Structural Approach gebruikt alledaagse taal. De methode van de Structurele Aanpak kent ook keerzijden. De manier van werken kost tamelijk veel tijd en geeft niet direct succeservaringen. De eigen inbreng van de student is gelimiteerd; het is weinig creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Het communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren zestig van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Amerikaans taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van een vreemde taal.

De studenten leren de te leren taal in praktijk te brengen middels de CLT-technieken door de interactie onderling en de docent. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in de vreemde taal of ander materiaal uit het dagelijks leven of de werkomgeving. De doeltaal wordt zowel tijdens als buiten de les om gebruikt.

Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en docenten dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid in allerlei soorten situaties uit de praktijk te oefenen. De grammatica leren studenten inductief, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.

Bij CLT zijn taaldocenten echt trainers, die studenten helpen om in de doeltaal te communiceren.

Populariteit


Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam mede doordat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes waren gebleken. In (een verdere eenwording van) Europa ontstond meer behoefte om vreemde talen te leren door middel van een methode die direct toepasbaar was.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


Het communicatief taalonderwijs kent veel voordelen. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de te leren taal; de methode is studentgericht en functioneel. Vanwege het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de woorden die voor hen nodig zijn. De methode is efficiënt. Voor de lerende werkt deze methode stimulerend doordat hij of zij snel succeservaringen heeft. Er mogen fouten worden gemaakt; de taalvaardigheden wordt al doende geleerd en verder verbeterd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de taaltrainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Afhankelijk van welke achtergrond zij hebben, is voor een aantal studenten deze manier van een taal leren ongebruikelijk of moeilijk. CLT (communicatief taalonderwijs) draait om het trainen van vaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en de methode biedt de lerende geen echt samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Er word geleerd om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens lesboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Hij ontwikkelde een methode waarbij de grammatica centraal stond rond 1783. Meidinger wordt als de grondlegger beschouwd van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM).

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was gestoeld op het onderwijs in het Latijn; de taal van wetenschap, cultuur en religie. Het onderwijs in het Latijn was vanzelfsprekend op geschreven teksten van de klassieke schrijvers gericht en was volledig op de grammatica en het vertalen gericht. Dat werd gezien als een wetenschappelijke en degelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalstructuren en taalvormen waarbij de student inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De trainers dragen de kennis over, de lerende memoriseert.

Populariteit


Al vanaf halverwege de negentiende eeuw waren er ook tegengeluiden te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot vrij recent een grote invloed gehad op het talenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


De grammatica-/vertaalmethode biedt een aardige mentale training aan personen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Ook biedt deze methode inzichten in de structuur, door de nadruk die wordt gelegd op de grammatica.

Er zijn echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de luister- en spreekvaardigheid behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver van het dagelijks gebruik van de taal af, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in een groep biedt deze leermethode niet de mogelijkheid tot een eigen creatief proces of tot differentiatie bij de lerende. De student fungeert slechts als toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


De leermethode ‘Onderdompeling’ (Engels: language immersion of alleen immersion) wordt wereldwijd toegepast sinds de jaren 70, en dan met name op de middelbare school waarbij een vak (zoals wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de leermethode die bij Taleninstituut Regina Coeli, ‘de nonnen van Vught’ gebruikt wordt. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die taalles Frans onderwezen aan welgestelde vrouwen uit Vught.

Kenmerken van onderdompeling


Onderdompeling behelst dat degene die de taal leert, vanaf het eerste moment is omgeven door de nieuwe taal. Alle instructies vinden in de doeltaal plaats; eerst langzaam en met veel herhalingen en later op een meer natuurlijke manier. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. Er wordt met simulaties en rollenspellen gewerkt. Scholen die met onderdompeling werken, richten de leeromgeving vaak in de stijl van het land van de doeltaal om een situatie te creëren alsof studenten in het land zijn waar die taal gesproken wordt. Lerenden oefenen het spreken één-op-één of in kleine groepjes. Daadwerkelijk naar het land van de doeltaal gaan en daar verblijven in een gastgezin, is een andere manier om onderdompeling te bereiken.

Populariteit


Onderdompeling wordt als een uitstekende methode om vreemde talen te leren gezien. Vooral de mondelinge taalvaardigheid kan op deze manier zeer goed worden ontwikkeld.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Omdat de methode vrij intensief is, is het belangrijkste voordeel dat deze methode snel resultaat laat zien. Het is ‘sink or swim’, de studenten moeten echt gaan communiceren in de doeltaal omdat zij erdoor worden omgeven. De lerende is feitelijk 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in groepsverband versterkt de sociale interactie. Dit wordt door studenten als motiverend ervaren.

Een nadeel van de leermethode is dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt. De mogelijkheid is reëel dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt als studenten in een korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag. Een andere keerzijde kan zijn dat een dergelijke training erg intensief is. Niet alle studenten hebben genoeg conditie om deze leermethode vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een (taal)leermethode die uit de jaren 70 van de vorige eeuw stamt. De methode is ontwikkeld door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov.

Kenmerken van Suggestopedie


De methode van Suggestopedia is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om te leren. Een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen tussen de docent en de studenten zijn daarvoor van essentieel belang. Dat de studenten zich veilig en ontspannen voelen, is de voorwaarde hiervoor. Om deze situatie te creëren, waren lesloken met rijopstellingen ongeschikt. Tijdens de lessen zaten studenten in comfortabele stoelen die in een halve cirkel gezet waren en er was ook altijd muziek tijdens de klas. De leermethodiek voorgestaan door Lozanov, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Bij de teksten waren lijsten met woorden alsook opmerkingen met betrekking tot de grammatica van de te leren taal. Er werd met veel expressie in stem en gebaren voorgelezen. De lerenden werden zo overgehaald om te luisteren en ze konden de woorden die nieuw waren voor ze, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal. Er werden rollenspellen gespeeld en er bijvoorbeeld streekgerechten werden gemaakt en gegeten.

Populariteit


De leermethode Suggestopedia was enigszins omstreden en is niet erg bekend meer. Een aantal elementen van de methodiek wordt nog steeds toegepast, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de te leren taal.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


De leermethode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student minder last zal krijgen van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland bijdragen. Vaak werkt muziek motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Dat de lerende wordt gestimuleerd om zich in te leven in de situatie en actief mee te doen, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is, is een bijkomend voordeel van de leermethode. Tegelijkertijd is dit voor sommige studenten een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Daarnaast kan muziek bij sommige mensen afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend of ontspannend. Een ander zwak punt is dat de verhouding taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de taaldocent waarbij de lerende steeds de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) geheten.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


Community Language Learning (CLL) is een methode om een taal te verwerven waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. Deze CLL methode is gebaseerd op de counseling-benadering waarbij de taaltrainer als counselor optreedt die de zinnen van de lerenden kenschetst. De lerenden beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als de studenten de taal nog onvoldoende machtig zijn. De trainer vertaalt en legt uit, waarna de studenten de uitspraken van de trainer zo nauwkeurig mogelijk herhalen. Deze gesprekken worden opgenomen om opnieuw te beluisteren.

De CLL stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de studenten als middel om de vreemde taal te leren. Er is geen leerboek dat gevolgd wordt; het zijn de lerenden zelf die de inhoud van de les bepalen middels betekenisvolle gesprekken.

Populariteit


De mate van succes van CLL hangt grotendeels af van de expertise van de trainer-counselor. De taaltrainer dient sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig te zijn onderlegd. De taaltrainer dient zowel de vreemde taal als de moedertaal van de studenten zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. Deze methode kan goed werken indien deze correct toegepast wordt. De methode is niet bruikbaar voor grote klassen.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


Deze methode biedt de studenten een hoge mate van autonomie. Studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak zinvol. De leergroep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les, maar ook daarbuiten. Met CLL worden studenten zich veel bewuster van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren als een team samen te werken. Van het bespreken van de fouten en het evalueren van de taalles leren studenten veel. Vaak blijven dergelijke verbeteringen in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van de lerende.

Het kan een keerzijde zijn dat de trainer niet sturend is, terwijl sommige lerenden deze sturing wel nodig hebben. Bij deze methode wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden ook geen toetsen gehouden. Het succes van de les is hierdoor moeilijk te meten. Sommige lerenden worden belemmerd in hun spreken als zij opgenomen worden.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw is ontwikkeld.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


Deze lexicografische benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. De studenten verwerven al doende inzicht in patronen van de te leren taal (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo wordt geleerd de taal ‘in het echt’ wordt gebruikt. De woordenschat neemt bij deze benadering een grotere plaats in dan de grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar eveneens aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er wordt veel mogelijkheid gegeven voor het zelf ontdekken van de taal.

De taak van de taaldocent is voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.

Populariteit


Door de invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de laatste dertig jaar de leerboeken aanmerkelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat die in chunks aangeboden wordt, in betekenisvolle brokjes. Een vergaande wending in de wijze waarop talen worden onderwezen, iets waarnaar Michael Lewis streefde, is echter uitgebleven.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Door met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal te werken, leren de studenten op een heel natuurlijke wijze de taal te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van de taal.

Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van deze methode. Een aantal lerenden heeft meer aan een trainer die hen wegwijs maakt, dan aan een docent-facilitator omdat deze lerenden meer moeite hebben met het zelf leren herkennen van de patronen van de taal.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is in 1880 door de Franse taaldocent François Gouin ontwikkeld.

Kenmerken van de Series Method


De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica van de doeltaal vereisen. De studenten leren zinnetjes op basis van een actie, bijvoorbeeld het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. De seriemethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het is een soort eentalige leermethode, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten heel snel in de te leren taal gaan denken.

Populariteit


De principes van François Gouin over taal waren bijzonder vooruitstrevend. Ondanks dat het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van François Gouin toch enige tijd een succes. De leermethode van François Gouin werd echter door Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.

Voor- en nadelen van de Series Method


Door de Series method van Gouin worden de mondelinge vaardigheid van de lerende sterk ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de taalles.

De methode creëert levendig onderwijs. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visueel leermateriaal, zoals afbeeldingen, grafieken, en dergelijke, wekt dit type onderwijs enthousiasme op van de lerenden. Een taal leren wordt tastbaar; iets wat totaal nieuw was. De leermethode maakt studenten nieuwsgierig, dit is een goede leermethode om om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen en het zelfvertrouwen te verhogen. De methode van François Gouin stimuleert de communicatieve competenties van de studenten goed.

Het nadeel van de methode is dat taal die iets meer abstract of subjectief wordt, lastig met beweging en expressie in één concrete ervaring is te vangen. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die een scala aan reeksen voor moet bereiden, is een ander nadeel van de leermethodiek. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens om de competentie van lezen en schrijven te toetsen.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching; TBLT) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers van deze methode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte erachter is dat het verwerven van de te leren taal geen op zichzelf staand doel, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te voeren. Studenten krijgen motiverende taken aangeboden, waarvoor kennis van de taal nodig is. Om deze taken goed uit te voeren, dienen ze over woordenschat en regels van de doeltaal te beschikken. De taken zijn alledaagse taken, zoals een boodschap doen, een e-mail schrijven, een drankje bestellen, met de klantenservice bellen of een krant lezen. De taak wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, de opdracht vervolgens uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Studenten moeten samenwerken om de taken uit te voeren. Om leereffect te hebben, moeten de taken iets boven het niveau van de lerende liggen.

Populariteit


Task-Based Language Teaching (TBLT) is vanaf het begin van de jaren negentig zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van lerenden (met name lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs taakgericht taalonderwijs is een activerende werkwijze, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheden te gaan gebruiken. Mits de taak goed aansluit bij de lerende, is de methode een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. De studenten komen op een dagelijkse, natuurlijke wijze in contact met de taal en leren zo authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in de vreemde taal. Bovendien leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als plezierig en motiverend ervaren .

Dat de communicatie voorop staat en niet zozeer de correcte vorm, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren, kan als nadeel genoemd worden.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en taalkundige op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in 2000.

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


De inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT) was ‘Dogme 95’. Dogme 95 was een beweging uit het jaar 1995 van een groep filmmakers uit Denemarken onder wie Deense filmregisseur Lars von Trier. Voor het filmmaken, houden de deelnemers zich aan 10 strikte regels (10 dogma’s). Deze 10 regels vormen samen ‘de eed van zuiverheid’. Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal is belast. Het starten van echte conversaties over praktische items is het doeleinde van de Dogme-benadering. Hierbij draait het om communicatie als de drijvende kracht van het leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs wil bieden zonder het gebruik van lesboeken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan richt op de communicatie tussen de taaltrainer en de lerenden. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net zoals de Dogme-beweging in de film, 10 uitgangspunten (dogma’s).

Populariteit


Onderzoek naar het succes van Dogme is beperkt, maar Scott Thornbury stelt dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een pluspunt voor de taaltrainer is dat hij of zij zich zo goed als geen hoeft voor te bereiden. Het kan heel motiverend werken dat de lerenden voor het eigen leerproces de verantwoording dragen. Voorspelbaar zijn de lessen zo niet. Dit garandeert spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Vrijwel elk item kan tijdens Dogme-lessen worden besproken. Dit zorgt ervoor dat studenten betrokken en alert blijven.

Als lerenden zo weinig door de docent bij de hand genomen worden, kunnen ze zich echter wel ongemakkelijk voelen. Niet alle trainers zijn flexibel genoeg voor deze manier van lesgeven. Dat de studenten zich vaak op een bepaald examen dienen voor te bereiden en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof aan de orde komt in de taalles, kan een ander minpunt vormen.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson in 2007.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


Deze GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het leren van een nieuwe taal. Het primaire uitgangspunt van deze methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van een taal; het doel om tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur uit te groeien. Daarom hanteert GPA de benamingen ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten of leraren’. De Growing Participator Approach (GPA) heeft gelijkenissen met, en is gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden door de lerende met een verzorger uit de gastcultuur uitgevoerd. Begrip gaat boven productie. De focus ligt op de woordenschat en de cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze fase neemt ongeveer 100 uur in beslag. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.

Fase 2 van de methode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase neemt ruwweg 150 uur in beslag en nu begint de deelnemer ook taal te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen worden gedeeld alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de ontvangende cultuur. In fase 5 van de methode beginnen de deelnemers zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers aan de hand van televisie, films, nieuws en literatuur. Ook de taal die vereist is voor het werk wordt geleerd. Fase 6 is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om groei buiten de formele taalsessies.

Populariteit


De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog tamelijk nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes van de methode. Deelnemers zijn er enthousiast over.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met de GPA-benadering wordt een goede doorkijk geboden op het proces van taalverwerving. Deze zes fasen van GPA bieden een duidelijk tijdspad en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen taalkennis verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.

Een nadeel van deze methode is dat voor elke deelnemer of elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die veel tijd wil investeren.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.

Kenmerken van de Shadowing Technique


De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Deze techniek van Shadowing werkt eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen wat zij horen. Het gaat in eerste instantie om de klank; de tekst in de doeltaal begrijpen is niet van belang. Luisteren en daarna herhalen wordt net zo veel geoefend totdat het heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan kan spreken met de opname. De lerende gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij uitgesproken heeft. Diverse leerboeken zijn geschikt voor deze methode, zolang de boeken dialogen of delen met samenhangende tekst bevatten. De audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerende te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. De aanbeveling van Argüelles is om te lopen tijdens het spreken, liefst in de buitenlucht, en niet te zitten, doordat fysieke bewegingen de opname van de nieuwe taal in het zenuwstelsel versterken. Dat de lerenden minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, zodat het leren van de taal veel effectiever gaat, is een andere grond.

De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale drills werden toegepast in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij Shadowing is het simultaan spreken eveneens verschillend.

Populariteit


In de afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar de methode van Shadowing dat aantoont dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van de doeltaal wordt vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Een praktisch voordeel van Shadowing dat het in een groep lerenden kan worden toegepast, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief leert. Het rendement van de methode is hoog.

Het nadeel van de Shadowing-methode is dat de studenten het wellicht een beetje saai vinden om dezelfde tekst steeds te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een taalleermethode die gebaseerd is op het principe dat mensen leren door middel van handelingen en beweging. Al doende leert men, en wel op de manier zoals kinderen de moedertaal leren. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid is dus de basis, de spreekvaardigheid komt pas daarna.

TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van een nieuwe taal versneld toe. De docent geeft taken op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de taken voor; de lerenden doen na. In het begin wordt van de studenten nog niet verwacht dat zij praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels veranderd.

Door het combineren van bewegingen en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Daardoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde beklijft ook beter.

Populariteit


TPR® wordt vooral binnen het NT2-onderwijs gebruikt (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel bij Engels taalonderwijs op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren of volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


De methode van Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de doeltaal. De methode levert vlotte succeservaringen op, wat het plezier in het leren bevordert. Dit zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe inzetbaar voor elke doelgroep, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en deze leermethodiek kan ook worden toegepast in grotere klassen. De geleerde taal wordt direct in het langetermijngeheugen van de lerenden opgeslagen.

Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten kan worden uitgedrukt, is de keerzijde van TPR®. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker taalniveau werkt en daarnaast nog een andere methodiek (ter aanvulling) nodig is. De methodiek is ook niet heel creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën uit te drukken.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze Directe Methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Een Reformbeweging met nieuwe ideeën dat het leren zelfontdekkend en inductief zou moeten zijn, ontstond omstreeks het jaar 1900. De Reformbeweging ging overigens niet alleen over het leren van talen, maar ook over voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Omstreeks 1900 streefde men, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, naar natuurlijke leefwijzen en bevrijding van het keurslijf. Er kwam binnen het taalonderwijs veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij grammatica eerder inductief werd aangeleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. Hieruit dienden lerenden de taalregels af te leiden. Er waren veel mondelinge oefeningen met veel aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal. Studenten werden gestimuleerd veel te praten. Nieuw was ook dat de taallessen in de doeltaal gegeven werden. Tijdens de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. De woordenschat van de vreemde taal werd aangeleerd aan de hand van voorbeelden en afbeeldingen. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door de studenten zelf om ideeën te laten associëren.

Populariteit


Deze vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloed van de crises en oorlogen, om weer in een andere vorm terug te komen in de jaren 60.

Taleninstituten als Berlitz en Interlingua werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren, is het belangrijkste pluspunt. Er wordt veel aandacht geschonken aan spreken en luisteren. Hierdoor ontwikkelen de lerenden vloeiendheid in de taal en zelfvertrouwen. Deze leermethode heeft echter eveneens keerzijden. Er is bij deze leermethode nauwelijks aandacht voor schrijfvaardigheid en minder aandacht voor lezen in de vreemde taal. Deze leermethode biedt voor lerenden die verder meer gevorderd zijn niet genoeg uitdaging. Omdat de Directe Methode van een daadkrachtige inzet door de studenten uitgaat, is de leermethode tevens niet zeer bruikbaar voor langzaam lerende studenten.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een vreemde taal moet veilig en gemakkelijk zijn. Om die reden wil Manesca niet met abstracte regels en woordenlijstjes werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.

De Manesca-methode is de oudste, bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep studenten en een taaltrainer, die maar één woord tegelijk introduceert. Er hoort een specifieke beweging bij dit woord. Het woord en de bijbehorende beweging worden vervolgens door de lerenden afzonderlijk herhaald. Door deze herhaling onthouden de lerenden deze woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de zinnen. De spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.

De methode van Jean Manesca is reeds een aantal jaren later door de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.

Populariteit


Jean Manesca is twee jaar na publicatie van zijn methode overleden. Het werk van Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger door de lerende wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Dat het wat saai kan worden om steeds dezelfde woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan een nadeel zijn.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld in 1963.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een manier om een taal te leren die stilte als instructiemiddel gebruikt. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van Gattegno’s methode.

De taaldocenten gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht van de studenten te trekken, reacties te krijgen en hen aan te moedigen om fouten te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak van de te leren taal besteed.

Gattegno, die van oorsprong een wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Hij kwam erachter dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder dan wanneer studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Hij verklaarde dat de docenten niet zozeer zouden moeten streven naar het overbrengen van kennis, maar het bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om iets te leren.

The Silent Way van Gattegno hierbij gebruikt onder andere staafjes met verschillende kleuren (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor verschillende dingen kunnen worden gebruikt. De ‘de stille manier’ maakt eveneens gebruik van Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van de doeltaal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.

Populariteit


Caleb Gattegno’s ideeën zijn van belang geweest, hoofdzakelijk bij het aanleren van de uitspraak van de doeltaal, hoewel The Silent Way in zijn originele versie niet veel wordt gebruikt.

Voor- en nadelen van de Silent Way


Dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de student, die immers als autonoom beschouwd wordt, is de sterke kant van de methode van Caleb Gattegno. In principe is de trainer dienstbaar aan de lerenden en niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van een vreemde taal op een natuurlijke manier. Het geleerde wordt doorgaans goed verwerkt en onthouden door taallerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De lerende ‘mag’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.

Het kan een nadeel van de leermethode zijn dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorziet. Een student zou gefrustreerd kunnen worden door de afwezigheid van input van de trainer. Het werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er gauw af gaat. Hierdoor kan verdwijnen het effect.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is in 1990 ontwikkeld door Blaine Ray, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.

Kenmerken van TPR Storytelling


TPRS is een talenverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om talen te leren. Het uitgangspunt van TPRS is een natuurlijke manier van taalverwerving: een vreemtalen leren zoals kinderen hun moedertaal leren. De lerenden worden aan veel begrijpelijke input blootgesteld om dit te bereiken. De trainer vertelt een verhaal, waarin nieuwe woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Doordat de verhalen van de taaltrainer vrij gemakkelijk zijn te begrijpen, ontspannen de lerenden zich. Woorden en structuren worden zo vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De studenten worden door de docent op grammaticale verschijnselen gewezen, zonder dat studenten taalregels uit het hoofd leren.

De lerende zal na enige tijd ‘automatisch’ beginnen te spreken en de grammaticale structuren van de nieuwe taal gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een alternatief is om met een groepje studenten een verhaal op te bouwen. De docent schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de vertaling erbij en daarna samen met de lerenden hier een verhaal van te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk deel van TPR Storytelling is lezen, omdat dit voor inbreng zorgt. In een latere fase volgt schrijven.

Populariteit


Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de trainer moet ervoor getraind zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


TPRS is een laagdrempelige manier om een vreemde taal te leren en het geleerde wordt grondig verworven. Doordat TPRS ook aan de creatieve intelligentie appelleert, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. Voor studenten is het een plezierige methode en het is relatief gemakkelijk om de focus te behouden. Zelf een verhaal creëren, werkt zeer motiverend voor de lerende.

Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de trainer vraagt.

Commerciële methodes voor zelfstudie

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-methodiek is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met een tweetalige tekst die in Egypte is gevonden, met behulp waarvan uiteindelijk de hiërogliefen zijn ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. In het jaar 1996 is de eerste versie van de methodiek is uitgebracht.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone methode is een manier om achter een computer een vreemde taal te leren. De taalcursussen van Rosetta Stone worden aangeboden in meer dan dertig verschillende talen en ze zijn te volgen vanuit al deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier nabootst waarop kinderen hun moedertaal leren. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te spreken. Rosetta Stone gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers alsook foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal. De methode maakt gebruik van spraakherkenningsprogramma dat de uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. De studenten kunnen zo hun uitspraak met de uitspraak van native speakers (moedertaalsprekers) vergelijken. Door de voorbeeldstem minder snel te laten spreken en daarna veel na te zeggen, kan de uitspraak worden verbeterd.

Voor de schrijfvaardigheid van de lerende biedt de methode dictee-oefeningen. De software van de methode controleert de spelling en de grammatica en geeft fouten aan, waarbij mogelijkheid is om de fouten van de student te verbeteren.

Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.

Populariteit


Wereldwijd wordt Rosetta Stone veel gebruikt, ook door grote en bekende organisaties. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door een aantal ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten ingezet, alsook door sommige internationale bedrijven.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone-methode is erg eenvoudig in het gebruik en kan door de lerende worden ingezet op elk moment. De lerende kan zelf bepalen welke onderdelen van de leermethode wat meer of minder aandacht nodig hebben. Veel studenten vinden het plezierig om met de leermethode te werken. Voor scholen kan Rosetta Stone een oplossing zijn bij een gebrek aan docenten. Een minpunt kan zijn dat er geen docent beschikbaar is die lerenden kan motiveren of iets extra’s kan bieden.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul M. Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 op de markt bracht.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen te leren.

Deze cursussen bestaan uit zinnetjes en dialogen in de doeltaal die door lerenden vervolgens worden nagesproken en weer herhaald. Deze voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers ingesproken. De cursussen van Pimsleur zijn op herhaling, anticipatie, woordenschat en herhaling gebaseerd. De lessen bieden een audio-opname van een half uur die nieuwe woordenschat en structuren bevat in de doeltaal. De grammaticale structuren van de doeltaal worden niet uitgelegd maar aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.

Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur cursussen is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.

Populariteit


Onder andere Amerikanen volgen de Pimsleur cursussen en de ervaringen lopen uiteen. In het algemeen zijn studenten tevreden over de aangeleerde uitspraak.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


De methode van Pimsleur werkt erg goed als uitspraakverbeteraar, omdat de insprekers van de zinnen allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke manier spreken in een normaal tempo.

Dat niets wordt uitgelegd, is een keerzijde van de metodhiek. Een gebruiker leert geen bouwstenen van de doeltaal om zelf een zin te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnen doen die worden ingeprent.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verwonderlijk, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn leermethode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden als Diana Ross, Barbra Streisand, Emma Thompson, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in de klantenkring.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Michel Thomas had als principe dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.

De cursussen van Michel Thomas zijn audiolessen, ingesproken door twee acteurs; een vrouwelijke acteur en een mannelijke acteur. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de cursisten op pauze klikken en deze vraag eerst zelf beantwoorden. Er is geen huiswerkstudenten hoeven niet uit het hoofd te leren. Bij de methode wordt de les in kleine stappen opgebouwd en nieuwe stof wordt afgewisseld met bekende stof. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in de Engelse taal. Er wordt op eventuele verbanden gewezen tussen de talen. Grammaticale uitleg wordt ook gegeven. Makkelijke stof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de makkelijke stof door de student begrepen en verworven is. Naast woorden en zinnen worden ook bouwstenen aangeleerd. Hiermee kunnen de studenten zelf zinnen maken. De methode maakt eveneens gebruik van flashcards zodat gebruikers zelf hun woordenschat kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te meten.

Populariteit


Veel gebruikers zijn over het algemeen tevreden over de uitleg van de structuren van de vreemde taal en vinden de methode van Michel Thomas fijn om mee te werken. De mensen die al wat verder zijn met de taal, ervaren de methode van Michel Thomas als minder leerzaam.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De Michel Thomas-methode traint de luistervaardigheid en de uitspraak op een efficiënte manier en is heel toegankelijk. Dat deze cursussen niet in schrijfvaardigheid voorzien, is een keerzijde van de methode. Er is ook geen daadwerkelijke interactie doordat de methode van Michel Thomas een audiocursus is.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 is opgericht door Alphonse Chérel. Het bedrijf maakt cursussen voor vreemde talen en publiceert deze en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ of ‘assimilatie’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in een andere groep’. Dit was wel wat hooggegrepen is voor een taalcursus. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die uit een lesboek, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. De cursisten werken bij voorkeur ongeveer twintig minuten per dag.

De taallessen bestaan uit dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De vertaling staat ernaast, alsook de grammaticale uitleg. Om de uitspraak te trainen, maakt Assimil gebruik van zinnetjes die door native speakers zijn ingesproken en die de gebruiker dient te herhalen. De opbouw van de les gaat van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie van de cursist verwacht; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.

Populariteit


De Assimil-cursussen zijn gewaardeerd. Ze zijn relatief betaalbaar en het aanbod aan talen is groot.

Voor- en nadelen van Assimil


Het pluspunt van de Assimil-methode is dat de cursist op zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste past. De keerzijde hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de student is aangewezen op zichzelf. Er is geen trainer beschikbaar om de lerende te begeleiden of te motiveren.


ALGEMENE LEERMETHODES

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Engeland en Amerika ontwikkeld, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, was het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan beschouwd worden als een reactie op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen geheel in de doeltaal werden gegeven. De belangrijkste vaardigheden zijn spreken en luisteren en de grammaticale structuren worden door middel van mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is zonder fouten leren verstaan en spreken; het begint bij iemand leren naspreken. Het middel hiervoor is herhaling; er wordt met drills gewerkt om zinnen alsook structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaltrainer kan bijvoorbeeld een zin tien keer herhalen en daarna een nieuw woord of meerdere nieuwe woorden toevoegen. Er wordt veel in zogenaamde talenpractica gewerkt, waar studenten een koptelefoon dragen en zinnen beluisteren en naspreken. De geschreven taal komt pas aan bod als de mondelinge taal vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden.

Populariteit


De audiolinguale methode werd in ons land pas geïntroduceerd rond 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al gauw grote bezwaren tegen deze saaie drills. De techniek wilde wel eens problemen geven, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats daarvan maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Nu was alom geaccepteerd dat het bij het leren van een taal niet gaat om het uit het hoofd leren van de grammatica, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid, waar de meeste taaldocenten vóór 1970 geen of nauwelijks aandacht aan schonken, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor studenten die een taal beginnen te leren. Een juiste uitspraak wordt van het begin af aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een efficiënte en snelle overdracht van kennis. Deze audiolinguale methode kan ook worden toegepast bij grotere groepen.

Deze docentgestuurde kant is tevens een nadeel; eigen inbreng wordt niet van de lerenden verlangd. Hierdoor dreigt het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een bijkomend bezwaar is dat de driloefeningen niet zo gemakkelijk in levend taalgebruik om te zetten zijn.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


Deze GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal op een zodanige wijze te leren dat deze worden opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die nadien herhaald worden. De woorden of zinnen van de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerenden. Het idee is niet om de woorden of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, maar door de blootstelling gebeurt dit eigenlijk automatisch. De woordenlijst wordt telkens veranderd; woorden die zijn geleerd, gaan van de woordenlijst af, woorden die nog steeds problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList Method stellen dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten opgeslagen worden, maar geheugenwetenschappers bestrijden dat. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen opgeslagen als de kennis van betekenis en relevant is voor de lerende. Voor woorden en zinnen die relevant en betekenisvol zijn voor de student, kan de methode werken.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Bij lerenden die baat hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun kan deze GoldList Method functioneren. Omdat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt, werkt het met de hand schrijven beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken. Het ontbreken van context is een minpunt. Taal is veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. De methode is daarnaast bijzonder tijdrovend omdat steeds handgeschreven lijsten gemaakt dienen te worden.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen Krashen in 1983 ontwikkeld.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method is gericht op een natuurlijke manier van taalverwerving. De leermethode probeert de taal aan te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. Op die manier leert de student onbewust eveneens de taalregels van de vreemde taal. Alleen de doeltaal wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een leeromgeving zonder stress voor de studenten. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt blootgesteld aan de lerenden. De taalproductie mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De methode legt de nadruk op communicatie en minder op het corrigeren van vormfouten en expliciete grammatica.

De methode heeft het meeste rendement als de studenten worden ondergedompeld in de taal. De activiteiten die in de vreemde taal worden aangeboden, dienen stimulerend te zijn, om te zorgen dat de lerenden van de ervaring kunnen genieten.

De Natural Method leermethode lijkt vrij veel op de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid is dat bij de Directe Methode meer nadruk wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Het is vaak aangetoond dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode kan zijn. De Natural Approach is een populaire methode van lesgeven bij taaldocenten, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor studenten. Er kleven eveneens nadelen aan de Natural Method. De methode is voornamelijk gericht op het impliciet aanleren van de grammatica van de vreemde taal. De studenten zouden weliswaar leren om te communiceren, maar in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal blijven hangen door ontoereikende kennis van de grammatica.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Om op een natuurlijke manier een vreemde taal te leren, wordt prettig gevonden. Studenten wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met de buitenlandse taal. Omdat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, blijft het geleerde langer onthouden.

Een minpunt kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een specifiek examen voor.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse naam: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 door Charles Carpenter Fries en Robert Lado ontwikkeld.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


De Structurele Aanpak is een methode om een vreemde taal te leren met als doel de lerende vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de doeltaal. De beheersing van deze structuren levert volgens de SA meer op dan het leren van woordenschat. Bij de leermethode gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van specifieke samenstellingen van woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde. Deze combinaties worden aan de lerenden aangeboden in reële situaties middels visualisaties, gezichtsuitdrukkingen, dramatiseringen en handelingen. Bij de leermethodiek worden de taalstructuren die het vaakst worden gebruikt, eerst aan de taallerende geleerd. De mondelinge vaardigheden (de luistervaardigheden en de spreekvaardigheden) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; de leesvaardigheden en de schrijfvaardigheden volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreekvaardigheden en schrijfvaardigheden), krijgt grammatica een grote plek. De Structurele Aanpak wordt ook wel Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) genoemd.

Populariteit


In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op vrij grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat studenten de taal op een accurate manier leren. De studenten krijgen inzicht in de grammatica van de taal en leren eveneens in welke situaties woorden en woordcombinaties wel of niet passend zijn voor de situaties. De methode van de Structural Approach gebruikt alledaagse taal. De methode van de Structurele Aanpak kent ook keerzijden. De manier van werken kost tamelijk veel tijd en geeft niet direct succeservaringen. De eigen inbreng van de student is gelimiteerd; het is weinig creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Het communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren zestig van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Amerikaans taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van een vreemde taal.

De studenten leren de te leren taal in praktijk te brengen middels de CLT-technieken door de interactie onderling en de docent. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in de vreemde taal of ander materiaal uit het dagelijks leven of de werkomgeving. De doeltaal wordt zowel tijdens als buiten de les om gebruikt.

Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en docenten dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid in allerlei soorten situaties uit de praktijk te oefenen. De grammatica leren studenten inductief, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.

Bij CLT zijn taaldocenten echt trainers, die studenten helpen om in de doeltaal te communiceren.

Populariteit


Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam mede doordat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes waren gebleken. In (een verdere eenwording van) Europa ontstond meer behoefte om vreemde talen te leren door middel van een methode die direct toepasbaar was.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


Het communicatief taalonderwijs kent veel voordelen. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de te leren taal; de methode is studentgericht en functioneel. Vanwege het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de woorden die voor hen nodig zijn. De methode is efficiënt. Voor de lerende werkt deze methode stimulerend doordat hij of zij snel succeservaringen heeft. Er mogen fouten worden gemaakt; de taalvaardigheden wordt al doende geleerd en verder verbeterd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de taaltrainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Afhankelijk van welke achtergrond zij hebben, is voor een aantal studenten deze manier van een taal leren ongebruikelijk of moeilijk. CLT (communicatief taalonderwijs) draait om het trainen van vaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en de methode biedt de lerende geen echt samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Er word geleerd om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens lesboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Hij ontwikkelde een methode waarbij de grammatica centraal stond rond 1783. Meidinger wordt als de grondlegger beschouwd van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM).

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was gestoeld op het onderwijs in het Latijn; de taal van wetenschap, cultuur en religie. Het onderwijs in het Latijn was vanzelfsprekend op geschreven teksten van de klassieke schrijvers gericht en was volledig op de grammatica en het vertalen gericht. Dat werd gezien als een wetenschappelijke en degelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalstructuren en taalvormen waarbij de student inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De trainers dragen de kennis over, de lerende memoriseert.

Populariteit


Al vanaf halverwege de negentiende eeuw waren er ook tegengeluiden te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot vrij recent een grote invloed gehad op het talenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


De grammatica-/vertaalmethode biedt een aardige mentale training aan personen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Ook biedt deze methode inzichten in de structuur, door de nadruk die wordt gelegd op de grammatica.

Er zijn echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de luister- en spreekvaardigheid behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver van het dagelijks gebruik van de taal af, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in een groep biedt deze leermethode niet de mogelijkheid tot een eigen creatief proces of tot differentiatie bij de lerende. De student fungeert slechts als toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


De leermethode ‘Onderdompeling’ (Engels: language immersion of alleen immersion) wordt wereldwijd toegepast sinds de jaren 70, en dan met name op de middelbare school waarbij een vak (zoals wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de leermethode die bij Taleninstituut Regina Coeli, ‘de nonnen van Vught’ gebruikt wordt. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die taalles Frans onderwezen aan welgestelde vrouwen uit Vught.

Kenmerken van onderdompeling


Onderdompeling behelst dat degene die de taal leert, vanaf het eerste moment is omgeven door de nieuwe taal. Alle instructies vinden in de doeltaal plaats; eerst langzaam en met veel herhalingen en later op een meer natuurlijke manier. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. Er wordt met simulaties en rollenspellen gewerkt. Scholen die met onderdompeling werken, richten de leeromgeving vaak in de stijl van het land van de doeltaal om een situatie te creëren alsof studenten in het land zijn waar die taal gesproken wordt. Lerenden oefenen het spreken één-op-één of in kleine groepjes. Daadwerkelijk naar het land van de doeltaal gaan en daar verblijven in een gastgezin, is een andere manier om onderdompeling te bereiken.

Populariteit


Onderdompeling wordt als een uitstekende methode om vreemde talen te leren gezien. Vooral de mondelinge taalvaardigheid kan op deze manier zeer goed worden ontwikkeld.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Omdat de methode vrij intensief is, is het belangrijkste voordeel dat deze methode snel resultaat laat zien. Het is ‘sink or swim’, de studenten moeten echt gaan communiceren in de doeltaal omdat zij erdoor worden omgeven. De lerende is feitelijk 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in groepsverband versterkt de sociale interactie. Dit wordt door studenten als motiverend ervaren.

Een nadeel van de leermethode is dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt. De mogelijkheid is reëel dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt als studenten in een korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag. Een andere keerzijde kan zijn dat een dergelijke training erg intensief is. Niet alle studenten hebben genoeg conditie om deze leermethode vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een (taal)leermethode die uit de jaren 70 van de vorige eeuw stamt. De methode is ontwikkeld door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov.

Kenmerken van Suggestopedie


De methode van Suggestopedia is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om te leren. Een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen tussen de docent en de studenten zijn daarvoor van essentieel belang. Dat de studenten zich veilig en ontspannen voelen, is de voorwaarde hiervoor. Om deze situatie te creëren, waren lesloken met rijopstellingen ongeschikt. Tijdens de lessen zaten studenten in comfortabele stoelen die in een halve cirkel gezet waren en er was ook altijd muziek tijdens de klas. De leermethodiek voorgestaan door Lozanov, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Bij de teksten waren lijsten met woorden alsook opmerkingen met betrekking tot de grammatica van de te leren taal. Er werd met veel expressie in stem en gebaren voorgelezen. De lerenden werden zo overgehaald om te luisteren en ze konden de woorden die nieuw waren voor ze, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal. Er werden rollenspellen gespeeld en er bijvoorbeeld streekgerechten werden gemaakt en gegeten.

Populariteit


De leermethode Suggestopedia was enigszins omstreden en is niet erg bekend meer. Een aantal elementen van de methodiek wordt nog steeds toegepast, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de te leren taal.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


De leermethode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student minder last zal krijgen van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland bijdragen. Vaak werkt muziek motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Dat de lerende wordt gestimuleerd om zich in te leven in de situatie en actief mee te doen, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is, is een bijkomend voordeel van de leermethode. Tegelijkertijd is dit voor sommige studenten een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Daarnaast kan muziek bij sommige mensen afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend of ontspannend. Een ander zwak punt is dat de verhouding taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de taaldocent waarbij de lerende steeds de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) geheten.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


Community Language Learning (CLL) is een methode om een taal te verwerven waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. Deze CLL methode is gebaseerd op de counseling-benadering waarbij de taaltrainer als counselor optreedt die de zinnen van de lerenden kenschetst. De lerenden beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als de studenten de taal nog onvoldoende machtig zijn. De trainer vertaalt en legt uit, waarna de studenten de uitspraken van de trainer zo nauwkeurig mogelijk herhalen. Deze gesprekken worden opgenomen om opnieuw te beluisteren.

De CLL stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de studenten als middel om de vreemde taal te leren. Er is geen leerboek dat gevolgd wordt; het zijn de lerenden zelf die de inhoud van de les bepalen middels betekenisvolle gesprekken.

Populariteit


De mate van succes van CLL hangt grotendeels af van de expertise van de trainer-counselor. De taaltrainer dient sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig te zijn onderlegd. De taaltrainer dient zowel de vreemde taal als de moedertaal van de studenten zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. Deze methode kan goed werken indien deze correct toegepast wordt. De methode is niet bruikbaar voor grote klassen.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


Deze methode biedt de studenten een hoge mate van autonomie. Studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak zinvol. De leergroep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les, maar ook daarbuiten. Met CLL worden studenten zich veel bewuster van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren als een team samen te werken. Van het bespreken van de fouten en het evalueren van de taalles leren studenten veel. Vaak blijven dergelijke verbeteringen in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van de lerende.

Het kan een keerzijde zijn dat de trainer niet sturend is, terwijl sommige lerenden deze sturing wel nodig hebben. Bij deze methode wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden ook geen toetsen gehouden. Het succes van de les is hierdoor moeilijk te meten. Sommige lerenden worden belemmerd in hun spreken als zij opgenomen worden.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw is ontwikkeld.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


Deze lexicografische benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. De studenten verwerven al doende inzicht in patronen van de te leren taal (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo wordt geleerd de taal ‘in het echt’ wordt gebruikt. De woordenschat neemt bij deze benadering een grotere plaats in dan de grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar eveneens aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er wordt veel mogelijkheid gegeven voor het zelf ontdekken van de taal.

De taak van de taaldocent is voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.

Populariteit


Door de invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de laatste dertig jaar de leerboeken aanmerkelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat die in chunks aangeboden wordt, in betekenisvolle brokjes. Een vergaande wending in de wijze waarop talen worden onderwezen, iets waarnaar Michael Lewis streefde, is echter uitgebleven.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Door met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal te werken, leren de studenten op een heel natuurlijke wijze de taal te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van de taal.

Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van deze methode. Een aantal lerenden heeft meer aan een trainer die hen wegwijs maakt, dan aan een docent-facilitator omdat deze lerenden meer moeite hebben met het zelf leren herkennen van de patronen van de taal.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is in 1880 door de Franse taaldocent François Gouin ontwikkeld.

Kenmerken van de Series Method


De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica van de doeltaal vereisen. De studenten leren zinnetjes op basis van een actie, bijvoorbeeld het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. De seriemethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het is een soort eentalige leermethode, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten heel snel in de te leren taal gaan denken.

Populariteit


De principes van François Gouin over taal waren bijzonder vooruitstrevend. Ondanks dat het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van François Gouin toch enige tijd een succes. De leermethode van François Gouin werd echter door Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.

Voor- en nadelen van de Series Method


Door de Series method van Gouin worden de mondelinge vaardigheid van de lerende sterk ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de taalles.

De methode creëert levendig onderwijs. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visueel leermateriaal, zoals afbeeldingen, grafieken, en dergelijke, wekt dit type onderwijs enthousiasme op van de lerenden. Een taal leren wordt tastbaar; iets wat totaal nieuw was. De leermethode maakt studenten nieuwsgierig, dit is een goede leermethode om om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen en het zelfvertrouwen te verhogen. De methode van François Gouin stimuleert de communicatieve competenties van de studenten goed.

Het nadeel van de methode is dat taal die iets meer abstract of subjectief wordt, lastig met beweging en expressie in één concrete ervaring is te vangen. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die een scala aan reeksen voor moet bereiden, is een ander nadeel van de leermethodiek. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens om de competentie van lezen en schrijven te toetsen.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching; TBLT) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers van deze methode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte erachter is dat het verwerven van de te leren taal geen op zichzelf staand doel, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te voeren. Studenten krijgen motiverende taken aangeboden, waarvoor kennis van de taal nodig is. Om deze taken goed uit te voeren, dienen ze over woordenschat en regels van de doeltaal te beschikken. De taken zijn alledaagse taken, zoals een boodschap doen, een e-mail schrijven, een drankje bestellen, met de klantenservice bellen of een krant lezen. De taak wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, de opdracht vervolgens uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Studenten moeten samenwerken om de taken uit te voeren. Om leereffect te hebben, moeten de taken iets boven het niveau van de lerende liggen.

Populariteit


Task-Based Language Teaching (TBLT) is vanaf het begin van de jaren negentig zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van lerenden (met name lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs taakgericht taalonderwijs is een activerende werkwijze, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheden te gaan gebruiken. Mits de taak goed aansluit bij de lerende, is de methode een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. De studenten komen op een dagelijkse, natuurlijke wijze in contact met de taal en leren zo authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in de vreemde taal. Bovendien leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als plezierig en motiverend ervaren .

Dat de communicatie voorop staat en niet zozeer de correcte vorm, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren, kan als nadeel genoemd worden.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en taalkundige op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in 2000.

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


De inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT) was ‘Dogme 95’. Dogme 95 was een beweging uit het jaar 1995 van een groep filmmakers uit Denemarken onder wie Deense filmregisseur Lars von Trier. Voor het filmmaken, houden de deelnemers zich aan 10 strikte regels (10 dogma’s). Deze 10 regels vormen samen ‘de eed van zuiverheid’. Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal is belast. Het starten van echte conversaties over praktische items is het doeleinde van de Dogme-benadering. Hierbij draait het om communicatie als de drijvende kracht van het leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs wil bieden zonder het gebruik van lesboeken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan richt op de communicatie tussen de taaltrainer en de lerenden. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net zoals de Dogme-beweging in de film, 10 uitgangspunten (dogma’s).

Populariteit


Onderzoek naar het succes van Dogme is beperkt, maar Scott Thornbury stelt dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een pluspunt voor de taaltrainer is dat hij of zij zich zo goed als geen hoeft voor te bereiden. Het kan heel motiverend werken dat de lerenden voor het eigen leerproces de verantwoording dragen. Voorspelbaar zijn de lessen zo niet. Dit garandeert spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Vrijwel elk item kan tijdens Dogme-lessen worden besproken. Dit zorgt ervoor dat studenten betrokken en alert blijven.

Als lerenden zo weinig door de docent bij de hand genomen worden, kunnen ze zich echter wel ongemakkelijk voelen. Niet alle trainers zijn flexibel genoeg voor deze manier van lesgeven. Dat de studenten zich vaak op een bepaald examen dienen voor te bereiden en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof aan de orde komt in de taalles, kan een ander minpunt vormen.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson in 2007.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


Deze GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het leren van een nieuwe taal. Het primaire uitgangspunt van deze methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van een taal; het doel om tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur uit te groeien. Daarom hanteert GPA de benamingen ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten of leraren’. De Growing Participator Approach (GPA) heeft gelijkenissen met, en is gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden door de lerende met een verzorger uit de gastcultuur uitgevoerd. Begrip gaat boven productie. De focus ligt op de woordenschat en de cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze fase neemt ongeveer 100 uur in beslag. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.

Fase 2 van de methode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase neemt ruwweg 150 uur in beslag en nu begint de deelnemer ook taal te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen worden gedeeld alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de ontvangende cultuur. In fase 5 van de methode beginnen de deelnemers zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers aan de hand van televisie, films, nieuws en literatuur. Ook de taal die vereist is voor het werk wordt geleerd. Fase 6 is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om groei buiten de formele taalsessies.

Populariteit


De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog tamelijk nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes van de methode. Deelnemers zijn er enthousiast over.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met de GPA-benadering wordt een goede doorkijk geboden op het proces van taalverwerving. Deze zes fasen van GPA bieden een duidelijk tijdspad en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen taalkennis verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.

Een nadeel van deze methode is dat voor elke deelnemer of elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die veel tijd wil investeren.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.

Kenmerken van de Shadowing Technique


De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Deze techniek van Shadowing werkt eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen wat zij horen. Het gaat in eerste instantie om de klank; de tekst in de doeltaal begrijpen is niet van belang. Luisteren en daarna herhalen wordt net zo veel geoefend totdat het heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan kan spreken met de opname. De lerende gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij uitgesproken heeft. Diverse leerboeken zijn geschikt voor deze methode, zolang de boeken dialogen of delen met samenhangende tekst bevatten. De audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerende te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. De aanbeveling van Argüelles is om te lopen tijdens het spreken, liefst in de buitenlucht, en niet te zitten, doordat fysieke bewegingen de opname van de nieuwe taal in het zenuwstelsel versterken. Dat de lerenden minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, zodat het leren van de taal veel effectiever gaat, is een andere grond.

De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale drills werden toegepast in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij Shadowing is het simultaan spreken eveneens verschillend.

Populariteit


In de afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar de methode van Shadowing dat aantoont dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van de doeltaal wordt vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Een praktisch voordeel van Shadowing dat het in een groep lerenden kan worden toegepast, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief leert. Het rendement van de methode is hoog.

Het nadeel van de Shadowing-methode is dat de studenten het wellicht een beetje saai vinden om dezelfde tekst steeds te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een taalleermethode die gebaseerd is op het principe dat mensen leren door middel van handelingen en beweging. Al doende leert men, en wel op de manier zoals kinderen de moedertaal leren. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid is dus de basis, de spreekvaardigheid komt pas daarna.

TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van een nieuwe taal versneld toe. De docent geeft taken op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de taken voor; de lerenden doen na. In het begin wordt van de studenten nog niet verwacht dat zij praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels veranderd.

Door het combineren van bewegingen en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Daardoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde beklijft ook beter.

Populariteit


TPR® wordt vooral binnen het NT2-onderwijs gebruikt (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel bij Engels taalonderwijs op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren of volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


De methode van Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de doeltaal. De methode levert vlotte succeservaringen op, wat het plezier in het leren bevordert. Dit zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe inzetbaar voor elke doelgroep, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en deze leermethodiek kan ook worden toegepast in grotere klassen. De geleerde taal wordt direct in het langetermijngeheugen van de lerenden opgeslagen.

Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten kan worden uitgedrukt, is de keerzijde van TPR®. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker taalniveau werkt en daarnaast nog een andere methodiek (ter aanvulling) nodig is. De methodiek is ook niet heel creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën uit te drukken.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze Directe Methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Een Reformbeweging met nieuwe ideeën dat het leren zelfontdekkend en inductief zou moeten zijn, ontstond omstreeks het jaar 1900. De Reformbeweging ging overigens niet alleen over het leren van talen, maar ook over voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Omstreeks 1900 streefde men, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, naar natuurlijke leefwijzen en bevrijding van het keurslijf. Er kwam binnen het taalonderwijs veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij grammatica eerder inductief werd aangeleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. Hieruit dienden lerenden de taalregels af te leiden. Er waren veel mondelinge oefeningen met veel aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal. Studenten werden gestimuleerd veel te praten. Nieuw was ook dat de taallessen in de doeltaal gegeven werden. Tijdens de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. De woordenschat van de vreemde taal werd aangeleerd aan de hand van voorbeelden en afbeeldingen. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door de studenten zelf om ideeën te laten associëren.

Populariteit


Deze vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloed van de crises en oorlogen, om weer in een andere vorm terug te komen in de jaren 60.

Taleninstituten als Berlitz en Interlingua werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren, is het belangrijkste pluspunt. Er wordt veel aandacht geschonken aan spreken en luisteren. Hierdoor ontwikkelen de lerenden vloeiendheid in de taal en zelfvertrouwen. Deze leermethode heeft echter eveneens keerzijden. Er is bij deze leermethode nauwelijks aandacht voor schrijfvaardigheid en minder aandacht voor lezen in de vreemde taal. Deze leermethode biedt voor lerenden die verder meer gevorderd zijn niet genoeg uitdaging. Omdat de Directe Methode van een daadkrachtige inzet door de studenten uitgaat, is de leermethode tevens niet zeer bruikbaar voor langzaam lerende studenten.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een vreemde taal moet veilig en gemakkelijk zijn. Om die reden wil Manesca niet met abstracte regels en woordenlijstjes werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.

De Manesca-methode is de oudste, bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep studenten en een taaltrainer, die maar één woord tegelijk introduceert. Er hoort een specifieke beweging bij dit woord. Het woord en de bijbehorende beweging worden vervolgens door de lerenden afzonderlijk herhaald. Door deze herhaling onthouden de lerenden deze woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de zinnen. De spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.

De methode van Jean Manesca is reeds een aantal jaren later door de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.

Populariteit


Jean Manesca is twee jaar na publicatie van zijn methode overleden. Het werk van Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger door de lerende wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Dat het wat saai kan worden om steeds dezelfde woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan een nadeel zijn.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld in 1963.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een manier om een taal te leren die stilte als instructiemiddel gebruikt. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van Gattegno’s methode.

De taaldocenten gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht van de studenten te trekken, reacties te krijgen en hen aan te moedigen om fouten te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak van de te leren taal besteed.

Gattegno, die van oorsprong een wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Hij kwam erachter dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder dan wanneer studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Hij verklaarde dat de docenten niet zozeer zouden moeten streven naar het overbrengen van kennis, maar het bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om iets te leren.

The Silent Way van Gattegno hierbij gebruikt onder andere staafjes met verschillende kleuren (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor verschillende dingen kunnen worden gebruikt. De ‘de stille manier’ maakt eveneens gebruik van Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van de doeltaal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.

Populariteit


Caleb Gattegno’s ideeën zijn van belang geweest, hoofdzakelijk bij het aanleren van de uitspraak van de doeltaal, hoewel The Silent Way in zijn originele versie niet veel wordt gebruikt.

Voor- en nadelen van de Silent Way


Dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de student, die immers als autonoom beschouwd wordt, is de sterke kant van de methode van Caleb Gattegno. In principe is de trainer dienstbaar aan de lerenden en niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van een vreemde taal op een natuurlijke manier. Het geleerde wordt doorgaans goed verwerkt en onthouden door taallerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De lerende ‘mag’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.

Het kan een nadeel van de leermethode zijn dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorziet. Een student zou gefrustreerd kunnen worden door de afwezigheid van input van de trainer. Het werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er gauw af gaat. Hierdoor kan verdwijnen het effect.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is in 1990 ontwikkeld door Blaine Ray, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.

Kenmerken van TPR Storytelling


TPRS is een talenverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om talen te leren. Het uitgangspunt van TPRS is een natuurlijke manier van taalverwerving: een vreemtalen leren zoals kinderen hun moedertaal leren. De lerenden worden aan veel begrijpelijke input blootgesteld om dit te bereiken. De trainer vertelt een verhaal, waarin nieuwe woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Doordat de verhalen van de taaltrainer vrij gemakkelijk zijn te begrijpen, ontspannen de lerenden zich. Woorden en structuren worden zo vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De studenten worden door de docent op grammaticale verschijnselen gewezen, zonder dat studenten taalregels uit het hoofd leren.

De lerende zal na enige tijd ‘automatisch’ beginnen te spreken en de grammaticale structuren van de nieuwe taal gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een alternatief is om met een groepje studenten een verhaal op te bouwen. De docent schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de vertaling erbij en daarna samen met de lerenden hier een verhaal van te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk deel van TPR Storytelling is lezen, omdat dit voor inbreng zorgt. In een latere fase volgt schrijven.

Populariteit


Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de trainer moet ervoor getraind zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


TPRS is een laagdrempelige manier om een vreemde taal te leren en het geleerde wordt grondig verworven. Doordat TPRS ook aan de creatieve intelligentie appelleert, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. Voor studenten is het een plezierige methode en het is relatief gemakkelijk om de focus te behouden. Zelf een verhaal creëren, werkt zeer motiverend voor de lerende.

Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de trainer vraagt.

COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-methodiek is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met een tweetalige tekst die in Egypte is gevonden, met behulp waarvan uiteindelijk de hiërogliefen zijn ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. In het jaar 1996 is de eerste versie van de methodiek is uitgebracht.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone methode is een manier om achter een computer een vreemde taal te leren. De taalcursussen van Rosetta Stone worden aangeboden in meer dan dertig verschillende talen en ze zijn te volgen vanuit al deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier nabootst waarop kinderen hun moedertaal leren. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te spreken. Rosetta Stone gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers alsook foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal. De methode maakt gebruik van spraakherkenningsprogramma dat de uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. De studenten kunnen zo hun uitspraak met de uitspraak van native speakers (moedertaalsprekers) vergelijken. Door de voorbeeldstem minder snel te laten spreken en daarna veel na te zeggen, kan de uitspraak worden verbeterd.

Voor de schrijfvaardigheid van de lerende biedt de methode dictee-oefeningen. De software van de methode controleert de spelling en de grammatica en geeft fouten aan, waarbij mogelijkheid is om de fouten van de student te verbeteren.

Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.

Populariteit


Wereldwijd wordt Rosetta Stone veel gebruikt, ook door grote en bekende organisaties. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door een aantal ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten ingezet, alsook door sommige internationale bedrijven.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone-methode is erg eenvoudig in het gebruik en kan door de lerende worden ingezet op elk moment. De lerende kan zelf bepalen welke onderdelen van de leermethode wat meer of minder aandacht nodig hebben. Veel studenten vinden het plezierig om met de leermethode te werken. Voor scholen kan Rosetta Stone een oplossing zijn bij een gebrek aan docenten. Een minpunt kan zijn dat er geen docent beschikbaar is die lerenden kan motiveren of iets extra’s kan bieden.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul M. Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 op de markt bracht.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen te leren.

Deze cursussen bestaan uit zinnetjes en dialogen in de doeltaal die door lerenden vervolgens worden nagesproken en weer herhaald. Deze voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers ingesproken. De cursussen van Pimsleur zijn op herhaling, anticipatie, woordenschat en herhaling gebaseerd. De lessen bieden een audio-opname van een half uur die nieuwe woordenschat en structuren bevat in de doeltaal. De grammaticale structuren van de doeltaal worden niet uitgelegd maar aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.

Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur cursussen is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.

Populariteit


Onder andere Amerikanen volgen de Pimsleur cursussen en de ervaringen lopen uiteen. In het algemeen zijn studenten tevreden over de aangeleerde uitspraak.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


De methode van Pimsleur werkt erg goed als uitspraakverbeteraar, omdat de insprekers van de zinnen allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke manier spreken in een normaal tempo.

Dat niets wordt uitgelegd, is een keerzijde van de metodhiek. Een gebruiker leert geen bouwstenen van de doeltaal om zelf een zin te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnen doen die worden ingeprent.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verwonderlijk, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn leermethode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden als Diana Ross, Barbra Streisand, Emma Thompson, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in de klantenkring.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Michel Thomas had als principe dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.

De cursussen van Michel Thomas zijn audiolessen, ingesproken door twee acteurs; een vrouwelijke acteur en een mannelijke acteur. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de cursisten op pauze klikken en deze vraag eerst zelf beantwoorden. Er is geen huiswerkstudenten hoeven niet uit het hoofd te leren. Bij de methode wordt de les in kleine stappen opgebouwd en nieuwe stof wordt afgewisseld met bekende stof. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in de Engelse taal. Er wordt op eventuele verbanden gewezen tussen de talen. Grammaticale uitleg wordt ook gegeven. Makkelijke stof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de makkelijke stof door de student begrepen en verworven is. Naast woorden en zinnen worden ook bouwstenen aangeleerd. Hiermee kunnen de studenten zelf zinnen maken. De methode maakt eveneens gebruik van flashcards zodat gebruikers zelf hun woordenschat kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te meten.

Populariteit


Veel gebruikers zijn over het algemeen tevreden over de uitleg van de structuren van de vreemde taal en vinden de methode van Michel Thomas fijn om mee te werken. De mensen die al wat verder zijn met de taal, ervaren de methode van Michel Thomas als minder leerzaam.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De Michel Thomas-methode traint de luistervaardigheid en de uitspraak op een efficiënte manier en is heel toegankelijk. Dat deze cursussen niet in schrijfvaardigheid voorzien, is een keerzijde van de methode. Er is ook geen daadwerkelijke interactie doordat de methode van Michel Thomas een audiocursus is.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 is opgericht door Alphonse Chérel. Het bedrijf maakt cursussen voor vreemde talen en publiceert deze en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ of ‘assimilatie’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in een andere groep’. Dit was wel wat hooggegrepen is voor een taalcursus. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die uit een lesboek, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. De cursisten werken bij voorkeur ongeveer twintig minuten per dag.

De taallessen bestaan uit dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De vertaling staat ernaast, alsook de grammaticale uitleg. Om de uitspraak te trainen, maakt Assimil gebruik van zinnetjes die door native speakers zijn ingesproken en die de gebruiker dient te herhalen. De opbouw van de les gaat van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie van de cursist verwacht; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.

Populariteit


De Assimil-cursussen zijn gewaardeerd. Ze zijn relatief betaalbaar en het aanbod aan talen is groot.

Voor- en nadelen van Assimil


Het pluspunt van de Assimil-methode is dat de cursist op zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste past. De keerzijde hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de student is aangewezen op zichzelf. Er is geen trainer beschikbaar om de lerende te begeleiden of te motiveren.

Verschillende digitale tools

Ook is er een groot aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen: uTalk, Eurotolk Ultimate en online leermethoden zoals Babbel, Duolingo, Mondly en Quizlet.

Er bestaat echter een betere methode om talen te leren om vreemde talen te leren: De Methode van Dagnall.


Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall wordt behaald door bepaalde elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar voornamelijk doordat de focus van ons taleninstituut altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is de cursist auditief, visueel of kinesthetisch ingesteld? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?

Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De cursussen van Dagnall Talen zijn bij voorkeur face-to-face. Dagnall Taleninstituut werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. De app kan, indien gewenst, geladen worden met jargon van uw organisatie of bedrijf.
[ Lees meer ]


Betaalbaar maatwerk sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Online (e-learning), blended learning en Dagnall app

Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’


‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzameltermen voor (taal)trainingen die online kunnen worden gevolgd, op afstand dus. Men noemt het wel een virtual classroom, met andere woorden een ‘digitaal leslokaal’.
Het zogenaamde blended learning is een trainingsvorm waarbij face-to-face-sessies (klassikale sessies) met online leren in een online leeromgeving worden gecombineerd.
Eenvoudig gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Blended taalcursussen noemen wij ook wel combicursussen of hybride cursussen.
Dagnall Taleninstituut biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Heerlen.



Online een vreemde taal leren (e-learning) Enkele voorbeelden van digitale platformen die kunnen worden gebruikt voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.



Blended cursussen in Heerlen Het voordeel van blended learning vergeleken met online leren is dat, als het geen 1-op-1 les betreft, de lerenden bij blended learning afwisselend wel een zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren; dit wil zeggen persoonlijke interactie; motivatie van en gesprekken met andere lerenden.

100% maatwerk – ook online!
Online leerplatform Dagnall Taleninstituut biedt een eigen digitale leeromgeving met een interactief leerplatform, genaamd Dagnall.online. Ons platform Dagnall.online biedt gevarieerde en interactieve content en het platform vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het platform biedt interactieve mogelijkheden en garandeert het hoogste leerrendement bij een digitale leergang.



Dagnall App Naast het online leerplatform beschikt Dagnall Taleninstituut ook over een eigen App, geschikt voor Android alsook Apple. Het voordeel van de Dagnall App is dat lerenden overal en altijd, dus 24/7, toegang hebben op ieder beschikbaar (mobiel) apparaat. Zowel op het werk maar eveneens thuis of onderweg, bijvoorbeeld eveneens op reis in het buitenland. De cursisten kunnen zo een taal leren wanneer en waar het uitkomt. De inhoud van de oefeningen in de App worden op de behoefte van uw organisatie afgestemd zoals het taalniveau, de leerdoelen en de branche. Zo kunnen wij bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen alsook specifieke productnamen in onze App integreren. De App kan zeer praktijkgericht worden ingezet en de App blijft na afloop van de training in Heerlen is afgerond.
Dagnall Taleninstituut zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Computerscherm met logo Dagnall.online - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Overlappende iconen App Store Apple App in Apple zwart en Google Play Android App in Google groen - op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels/
Ontdek onze online mogelijkheden

Online learning & blended learning in Heerlen

Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining


Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, vergaderingen of onderhandelingen met zakenpartners en klanten zijn op het gebied van taalvaardigheid veelal een uitdaging.
Mensen die meerdere talen beheersen, zijn daarom vaak cruciaal in veel bedrijven en organisaties.

Online en blended taaltrainingen op maat


Dagnall Taleninstituut leert u communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Wanneer u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan uw gesprekspartners te begrijpen en zorg ervoor dat u ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheid verbeteren voor uw huidige of toekomstige functie? De taaltrainingen van Dagnall Talen bieden beroepsgerichte training. Al onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en eveneens beschikbaar als onlinecursus & blended taalcursus. Onlinecursussen en blended taalcursussen zijn net zo effectief en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en bovendien comfortabel.


Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kunt u overal volgen; thuis, op kantoor, op (zaken)reis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen online

Voor technische en zakelijke taalcursussen online werkt Dagnall met onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Microsoft Teams of een ander onlineplatform naar keuze. Zoom wordt in het algemeen als het meest gebruiksvriendelijk beschouwd en biedt variatie en interactie.

Virtuele Classroom voor een individuele training of groepstraining


Alleen het volgende is nodig voor cursussen in een virtuele classroom:
- Een laptop, tablet of pc/iMac met camera en microfoon
- Internetverbinding
- Rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]
Overlappende donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven en groene cirkel met computerscherm met Dagnall.online logo op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm screenshot inlogpagina Dagnall.online Springest-based platform voor online taallessen - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Computerscherm met logo Google Hangouts en computerscherm met logo Microsoft Teams - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels

Cursuspakket en certificaat

Voorafgaand aan uw cursus bij ons taleninstituut in Heerlen ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal bevat.
Na afloop van uw cursus bij ons taleninstituut in Heerlen ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde taalcursus in Heerlen
Dagnall Talen cursuskoffer - Dagnall schrijfblok - Dagnall pen - lesboeken op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels
Ingevuld Dagnall Talen certificaat - Dagnall pen - Apple Magic Keyboard - Apple Magic Trackpad op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels

Het Europees Referentiekader (ERK)

Om begin- en eindniveau te beschrijven, gebruiken wij de taalniveaus zoals omschreven in het Europees Referentiekader (ERK). Het niveau van het Europees Referentiekader is een internationaal erkend taalniveau.
U ontvangt het ‘Certificaat van Dagnall Talen’ na afloop van uw cursus bij ons taleninstituut in Heerlen.
 

Logo EU Europese Unie in blauw vierkant met afgeronde hoeken in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo ERK Europees Referentiekader Talen in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een tool om de niveaus van taalvaardigheid op een uniforme manier te definiëren.
Het Europees Referentiekader is samengesteld tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa.
Het ERK is een instrument dat vijf taalvaardigheden onderscheidt, zijnde: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
De Engelse naam wordt eveneens vaak toegepast: CEFR; Common European Framework of References. Daarnaast onderscheidt het ERK zes niveaus van taalbeheersing; van beginners tot vrijwel moedertaalsprekers.
De zes niveaus in vaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Niveau A is van toepassing op beginners.
Cursisten die niveau B beheersen, beschikken over alle basisvaardigheden in de Franse taal.
Niveau C geldt voor gevorderden die Frans met groot gemak kunnen lezen, verstaan, spreken en schrijven. Niveau C is het niveau van (ver)gevorderde gebruikers. Het beheersen van de taal lijkt sterk op dat van moedertaalgebruikers.

A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level


Luisteren


Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.

Spreken


Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.

Lezen


Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.

Schrijven


Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.

B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level



Luisteren


Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.

Spreken


Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.

Lezen


Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.

Schrijven


Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).

C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level



Luisteren


Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.

Spreken


Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.

Lezen


Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.

Schrijven


Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.

A2 Basisgebruiker - Waystage Level



Luisteren


Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.

Spreken


Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.

Lezen


Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.

Schrijven


Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.

B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level



Luisteren


Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.

Spreken


Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.

Lezen


Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.

Schrijven


Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.

C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level



Luisteren


Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.

Spreken


Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.

Lezen


Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.

Schrijven


Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO 9001-2015 LOGO
ISO 1700-2015 LOGO

ISO-certificeringen

ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement


Dagnall Talen is gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie stelt. De ISO 9001:2015 norm bevat eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn om de klanttevredenheid te verhogen. De hoekstenen van de ISO 9001:2015 norm zijn het voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wetgeving en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem.

ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten


Dagnall Taleninstituut is eveneens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. De ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor vertaaldiensten en bevat onder andere eisen voor mensen, middelen, projectbeheer, vertalers alsook proeflezers.


De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers (natives) wordt gewerkt met de benodigde kennis en ervaring. Daarnaast worden onze vertalingen altijd minimaal twee keer proefgelezen door twee specialisten/editors. De vertalingen worden binnen de deadline en volgens afspraak aangeleverd.

Kiwa – certificeringen sinds 1948


Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met inmiddels jarenlange ervaring met inmiddels het certificeren van organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall getoetst door Kiwa om te controleren of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk
Logo keurmerk NRTO Nederlandse Raad voor Training en Opleiding in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Nederlandse Raad voor Training en Opleiding NRTO in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Lidmaatschap NRTO

Ons instituut is al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk.
Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor betrouwbaarheid en kwaliteit.
De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsorganisaties en de NRTO heeft meer dan 450 leden.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.

Kwaliteitsbevordering en -bewaking


Voor de NRTO staat kwaliteit voorop. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de leden van de NRTO worden geleverd, zoals bij ons taleninstituut in Heerlen, wordt door een gedragscode, door verschillende convenanten en door het NRTO-keurmerk geborgd.
[ Lees meer ]
 
Logo GDPR Algemene Verordening Gegevensbescherming in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo EU Filemaker in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

AVG-compliant

De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engels: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen in de EU. De AVG dient er met name toe de privacy van burgers in de EU te beschermen. Deze verordening schrijft voor dat personen op de hoogte moeten zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die nodig zijn voor het beoogde doel, mogen worden bewaard en verwerkt.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan nodig en de persoonsgegevens dienen te worden beschermd tegen toegang door onbevoegden, verlies en vernietiging. Vanzelfsprekend voldoet Dagnall aan alle eisen die worden gesteld door de Algemene verordening gegevensbescherming en verwerkt persoonsgegevens zeer beperkt in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Logo CRKBO Centraal Register Kort Beroepsonderwijs in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Lloyd's Register in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Cursussen bij Dagnall taleninstituut in Heerlen zijn vrijgesteld van btw

CRKBO-geregistreerde instelling

Dagnall staat ingeschreven in het CRKBO-register. De afkorting CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dit houdt in dat Dagnall aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is een voorwaarde voor de Belastingdienst om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrij te mogen leveren.
Door deze btw-vrijstelling kan Dagnall een lagere prijs berekenen.
Dit is prettig voor de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor cursussen aan zowel zorginstellingen, de overheid, maatschappen als privépersonen.

CPION


Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Taleninstituut onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.

Lloyd’s Register


Het CRKBO-register wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland.
Het Lloyd’s Register in 1760 is opgericht en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen bij ons taleninstituut in Heerlen

Contact taleninstituut Heerlen

Neemt u gerust contact op met Dagnall Taleninstituut in Heerlen. Bent u benieuwd naar onze werkwijze? Voor meer informatie belt u ons direct op 085-2737302 (geen belmenu) of stuurt u een e-mail naar heerlen@dagnall.nl.
Of vul ons contactformulier in. Uiteraard kunt u ook ons gratis informatiepakket bestellen.
Afbeelding wegwijzer in grijs met bord Dagnall in verkeersblauw in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Afbeelding computer en tablet en telefoon in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
De juiste weg naar een taleninstituut in Heerlen!
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Trainen en vergaderen in Heerlen

Bij ons taleninstituut kunt u de taalcursus op uw locatie volgen of in Brunssum, bijvoorbeeld bij Coachhuis Brunssum aan de Brederostraat 19 in Brunssum. Dagnall Taleninstituut verzorgt ook taalcursussen in Heerlen bij bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Heerlen aan de Terworm 10, bij Amrâth Grand Hotel Heerlen aan de Groene Boord 23, bij Tulip Inn Heerlen City Centre aan het Wilhelminaplein 17, bij Fletcher Hotel Parkstad-Zuid Limburg aan de Roda J.C. Ring 59 in Kerkrade en bij de WinselerHof aan de Tunnelweg 99 in Landgraaf.
Vergaderen in Heerlen kan bij Beitel 90.

Heerlen - geschiedenis

Heerlen heeft een lange geschiedenis. Er zijn tekenen van bewoning gevonden uit de Romeinse tijd. De Romeinen hadden er een militaire nederzetting, die Coriovallum of Cortovallum heette. Er is voor het eerst sprake van ‘Heerlen’ (Herle) in het jaar 1065 in de akte van de hand van de bisschop van Toul.
De naam van de plaats ‘Heerlen’ is waarschijnlijk een verbastering van het Romeinse Chari/Chorio/Heri, wat ‘droog’ betekent. Het tweede deel; len zou een verbastering zijn van het Oudsaksisch woord voor bos: loo. In moderne taal betekent Heerlen dan ‘droog bos’.

Heerlen - nu

Heerlen ligt in de Oostelijke Mijnstreek in de regio Zuid-Limburg. Plaatsen in de buurt van de stad Heerlen zijn Brunssum, Geleen, Gulpen, Hoensbroek, Kerkrade, Maastricht, Sittard en Valkenburg.
Heerlen ligt in de provincie Limburg. In de gemeente Heerlen wonen ruim 86.000 mensen.
Vlag gemeente Heerlen - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Vlag gemeente Heerlen

Wapen gemeente Heerlen - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Wapen gemeente Heerlen

Inwoners

Een inwoner van Heerlen heet een ‘Heerlenaar’, maar in de volksmond worden Heerlenaren ook wel windbuilen genoemd.
Bekende Heerlenaren zijn Carine Crutzen en Marijke Helwegen.
Iets wat bij Heerlen hoort, noemt men ‘Heerlens’ of ‘Heerler’, zoals het Heerlense Maankwartier.
Heerlen is zowel een stad als een gemeente.

Heerlen - internationaal & scholing

Heerlen & Hoensbroek


Onder de gemeente Heerlen valt eveneens Hoensbroek.

Hoger onderwijs


Hoewel Heerlen niet bekend staat als universiteitsstad, heeft de stad wel een vestiging van de Open Universiteit.

Er is één hogeschool in Heerlen: de Zuyd Hogeschool.
Provincievlag Limburg - 600 * 337 pixels

Vlag provincie Limburg

Provinciewapen Limburg - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Wapen provincie Limburg

Typisch Heerlens

Denk je aan Heerlen, dan denk je aan de voormalige mijnen, het Thermenmuseum, het Glaspaleis en aan de Pancratiuskerk.
De taal is ook beroemd; het Heerlens Nederlands, het zogenaamde Huillands (”Hollands om van te huilen”).
Heerlen fungeert als industrie- en dienstenstad met
(hoofd)vestigingen van DSM, het ABP maar ook de Belastingdienst en het CBS.

Heerlen - minder bekend


Minder bekend is dat in Heerlen de eerste kerstmarkt in Nederland plaatsvond. Dit was in het jaar 1980.

Heerlens dialect en accent

Dit dialect is zowel verwant aan het Limburgs als aan het Standaardnederlands.
Kenmerkend voor het Heerlens dialect is het gebruik van het woord ‘zich’ dat eerder Duits dan Nederlands aandoet.
Hij neemp zich nog ene voor ‘hij neemt er nog één’. Van het Limburgs zijn de intonatie en de sj- voor de s-klank overgenomen.
Ook zj- in plaats van ‘z’ wordt in Heerlen gezegd. De Duitse invloed is te horen in veel Heerlense woorden: richtig voor ‘juist’, heem voor ‘thuis’, dich voor ‘je’/‘jou’. Lot dich mar nieks d’r hin make: “laat je niet voor gek uitmaken”.
“Wij zijn Heerlen”

Heerlen - zakelijk

De gemeente Heerlen


Het netnummer van Heerlen is 045.
Het postcodegebied van Heerlen is 6400 - 6422.
Het adres van het gemeentehuis van Heerlen is Geleenstraat 27, 6411 HP in Heerlen.
De website van de gemeente Heerlen is Heerenveen.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Heerlen is 14 045.

Zakendoen in Heerlen


Voor Heerlense ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Roermond aan de Steegstraat 5, 6041 EA in Roermond. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Heerlen is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Heerlen is KVK-kantoor Roermond.

Heerlen - internationale bedrijvigheid

Bedrijven die internationaal zakendoen, bevinden zich in Heerlen vaak op bedrijventerrein Avantis, Baaks-Soureth, Beitel, Brightlands Smart Services Campus, Coriopolis, Emma, De Koumen, Litscherveld, Smitzerveld, Trilandis en bedrijventerrein Weggebekker.
In Heerlen bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: ABP, Acist Europe, APG, Argus Imaging, Cadac Group, Comus Technology, DocMorris, Koninklijke DSM, Everris International, FP International, Hago
Nederland (Vebego), Hoerbiger Benelux, Innolux Europe, Inter-Strap, Kobelco Welding, Medtronic, Mondi, Pegas, Ranpak, Simac Masic & TSS, Tadinox, TCK Sports Group (Uvex), Patisserie Jack Heesen in Brunssum, Vandemoortele in Brunssum, Fortron (Vebego) in Hoensbroek, Transcarbo in Hoensbroek, Mexma Food in Kerkrade, Wiertz Company House in Kerkrade, SoFine Foods in Landgraaf en Brand Bierbrouwerij in Wijlre.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.

Heerlens nieuws

De Heerlense nieuwsportalen zijn Heerlen.nieuws.nl en ParkstadActueel.nl en Heerlense ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Limburg - Nieuws.
Ondernemers in Heerlen kijken hun (zakelijk) nieuws op L1.
Heerlenaren en ondernemingen in Heerlen kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant De Limburger - Heerlen.
Logo regionale televisie- en radio-omroep Omroep Limburg L1 op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Cultuur, sport, ontspanning en zakenlunch in Heerlen

Cultuur


Wilt u uw internationale zakenrelatie wat cultuur in Heerlen laten zien?

Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw zakenrelatie, kunt u in Heerlen een bezoek brengen aan het Continium discovery center, aan het Nederlands Mijnmuseum, aan het Schunck Glaspaleis of aan het Thermenmuseum.

Voetbal, tennis, padel & squash


Is uw internationale zakenrelatie sportief ingesteld? Wellicht is het dan een leuk idee om samen naar een sportwedstrijd te gaan gaan of zelf te voetballen, te tennissen, te padellen of te squashen. Voetbal verbroedert. Wellicht is het een leuk idee om samen met uw zakenrelatie naar een voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Heerlense voetbalclub RKHBS, NEC ’92 of Sporting Heerlen meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Heerlen kunt u terecht bij Tennisvereniging Oranje Nassaus of bij TC Break.
Golf, ontspanning & lunch Misschien wilt u om na de cursus bij ons taleninstituut in Heerlen of met uw internationale (zaken)relatie bij Heerlen als ontspanning een balletje te slaan en/of gezellig een hapje te eten of iets te drinken? Dagnall Taleninstituut heeft voor u een golfbaan in de buurt van Heerlen ontdekt voor een compleet dagje/middagje uit.
De nabijgelegen golfbaan voor Heerlen is Golf & Country Club Hoenshuis in Voerendaal. De adresgegevens van deze golfbaan zijn Hoensweg 17, 6367 GN in Voerendaal. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 045-575 33 00. De website van Golf & Country Club Hoenshuis is www.hoenshuis.nl.
Om iets te drinken of te eten kunt u terecht bij het restaurant van Golf & Country Club Hoenshuis. Golfclub Brunssummerheide is nog een golfbaan in de omgeving van Heerlen.
Afbeelding voetbal tennisbal golfbal in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo voetbalclub Heerlen - RKHBS - Rooms-Katholieke Heerlerbaanse Bal Sportvereniging - in kleur op grasveld met witte lijn - 600 * 337 pixels

Promotiefilmpjes en Google Maps

Hieronder vindt u een promotiefilmpje alsook een filmpje met drone-opnames van Heerlen die eveneens op Youtube staan.
U kunt direct op het rode logo van Youtube in het midden van de afbeelding klikken om een filmpje af te spelen.
Onder de filmpjes zijn de locaties van Limburg en Heerlen op Google Maps weergegeven.
Door linksboven te klikken, wordt de kaart groot weergeven in een nieuw venster.
Promovideo Heerlen
Dronebeelden Heerlen
 
Google Maps Limburg
Google Maps Heerlen
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Heerlen

Heerlens nieuws

Hieronder ziet u het actuele nieuws uit Heerlen van verschillende nieuwsbronnen.
Het nieuws wordt automatisch bijgewerkt.
 
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Dagnall Taleninsituut verzorgt ook vertaalwerk en tolken in Heerlen

Wist u dat?

Wist u dat Dagnall Talen eveneens vertalingen in Heerlen alsook tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten in Heerlen
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Onze opdrachtgevers

De upload van uw document is gelukt.

 

INLOGGEN MEDEWERKERS   /   BESTANDEN UPLOADEN