
Taalcursussen in Beverwijk van topniveau
Talen verbinden u met de wereld en zijn een communicatiebasis die deuren voor u opent - vooral op het professionele vlak. Om deze reden hebben organisaties die in de taalopleiding van de werknemers investeren, een duidelijk voordeel en een voorsprong.
Dagnall Taleninstituut is een taalaanbieder die u als scholingszoeker precies dat biedt: Effectieve taaltrainingen op het hoogste niveau voor zowel professionals als leidinggevenden in, als in de omgeving van Beverwijk.
Taaltraining op maat, omdat uw organisatie welbespraakte medewerkers verdient.
Vakgebieden
Van zakelijk en medisch tot technisch - Dagnall is thuis in elke bedrijfstaal.
Verschillende bedrijfstakken kennen een eigen taal en gebruiken eigen terminologie. Geef uw medewerkers duidelijke concurrentievoordelen en een zelfverzekerde uitstraling, door branchespecifieke taalkennis van het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt opleidingzoekers taaltrainingen in Beverwijk aan in een grote verscheidenheid aan gespecialiseerde vakgebieden.

Goed op weg met Dagnall Talen
De organisatie van uw taaltrainingen in goede handen
Werkgerelateerd & doelgericht
Wij bieden onze taaltrainingen op maat in Beverwijk aan als individuele (1-op-1) lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en ook als doorlopende, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online/blended cursussen. Bij Taleninstituut Dagnall kan iedereen vreemde een vreemde taal leren op precies de manier die voor hem of haar het meest geschikt is. Behalve algemene taalcursussen zijn organisaties met name geïnteresseerd in de werkgerelateerde cursussen zoals Zakelijk Engels of Duits of Technisch Engels of Duits. De taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van scholingszoekers. Taleninstituut Dagnall is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om middels gecertificeerde taaltrainers met zeer goede recensies en beoordelingen onbegrensd talen te leren in Beverwijk. Dagnall Talen leidt u snel en doelgericht naar het door u beoogde resultaat.
Filosofie van Dagnall Taleninstituut
De filosofie van Dagnall is om vreemde talen te leren zonder schroom alsook met plezier en gemak. Daarom gaat Dagnall Taleninstituut tot het uiterste om ervoor te zorgen dat cursisten de taal van uw keuze moeiteloos en zonder remmingen kunt kunnen leren.
Een taal leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Taleninstituut met methodes die het leren voor de cursist gemakkelijker en prettiger maken.
Met onze methodes wordt uw nieuwsgierigheid opgewekt en uw bereidheid om te leren, ondersteund. Met dagelijks 15 minuten oefenen, brengt Dagnall Talen cursisten in grote stappen naar het gewenste niveau.
Dagnall Taleninstituut is een ideale partner voor iedereen die een taal wil leren in Beverwijk.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!





taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten
Plan van aanpak Dagnall Taleninstituut
In overleg met u als opdrachtgever stelt Dagnall de leerdoelen en wensen vast. U meldt de deelnemer(s) aan met hun contactgegevens. Wij verzorgen een intake op locatie of, indien gewenst, telefonisch of online. Nadat het intakegesprek heeft plaatsgevonden, waarin op basis van het Europees Referentiekader (ERK) het huidige en gewenste taalniveau van de cursisten wordt bepaald, sturen wij u een op maat gemaakt cursusvoorstel samen met een offerte.
Nadat u akkoord op uw offerte hebt gegeven, stemmen wij de planning af op uw situatie en uw agenda.
Nadat u akkoord op uw offerte hebt gegeven, stemmen wij de planning af op uw situatie en uw agenda.
De trainer evalueert na enkele lessen de voortgang en de inhoud van de cursus. Indien noodzakelijk, kan de doelstelling worden bijgesteld.
Na de laatste les ontvangt u een eindrapportage met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers zijn behaald. De deelnemers ontvangen tevens een certificaat van Dagnall Talen.
Na de laatste les ontvangt u een eindrapportage met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers zijn behaald. De deelnemers ontvangen tevens een certificaat van Dagnall Talen.
[ Lees meer ]
Intake
Planning
Cursus
Certificaat
Betaalbaar taleninstituut in Beverwijk sinds 1982
Taleninstituut Dagnall Talen verzorgt sinds 1982 taalonderwijs op maat voor het bedrijfsleven, (semi)overheid en andere non-profitorganisaties in Beverwijk en omgeving. Het taleninstituut Dagnall Talen maakt gebruik van kundige en ervaren taaltaaltrainers die experts zijn op hun gebied en al een groot aantal taaltrainingen aan diverse bedrijven en (overheids)organisaties in Midden-Kennemerland hebben gegeven.
Door de werkplekgerichte en functiegerichte werkwijze, bieden wij u zeer effectieve en betaalbare taalcursussen in Beverwijk. U kunt erop vertrouwen dat taleninstituut Dagnall Talen voor het meeste rendement zorgt; rendement door maatwerk!
Betaalbaar maatwerk bij Dagnall Taleninstituut in Beverwijk
Taal op de werkvloer
Taal op de Werkvloer: draagvlak vereist! Taalcursussen die gericht zijn op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer zijn ondertussen bij veel organisaties een begrip.
Mensen die geen of weinig beheersing van de Nederlandse taal of een andere voertaal hebben, ervaren een beperking op de werkvloer en willen sneller en/of beter kunnen communiceren op de werkvloer.
Mensen die geen of weinig beheersing van de Nederlandse taal of een andere voertaal hebben, ervaren een beperking op de werkvloer en willen sneller en/of beter kunnen communiceren op de werkvloer.
Zij willen de werkinstructies op de werkvloer goed kunnen begrijpen en deze ook op kunnen volgen. Deze medewerkers willen bij voorkeur zelfverzekerder hun werk kunnen uitvoeren en natuurlijk hun ambitie op het werkterrein realiseren. Dit vergt een investering in werknemers en in de (continue) ontwikkeling van het bedrijf is hiervoor noodzakelijk.
[ Lees meer ]
Vele wegen naar een betere talenkennis in Beverwijk
Behoeftes en leermethode
Een goede taaltraining is niet alleen gefocust op de behoefte van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals het vergroten van spreek- of schrijfvaardigheid.
Een goede taaltraining is ook afgestemd op de beste en meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een taaltraining (bij een taleninstituut in Beverwijk) die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
De vakkundige taaltrainers van ons taleninstituut zijn zeer bedreven in het zo vlug en zo plezierig mogelijk aanleren van kennis en vaardigheden om deze direct in de praktijk te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo plezierig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall Talen realiseren onze taaltrainers met een mix van deze bewezen leermethode in combinatie met de focus op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall Taleninstituut kunt u terecht voor cursussen die op maatwerktrainingen gebaseerd zijn.
Ons taleninstituut biedt groepscursussen van 3 tot maximaal 10 deelnemers, zogenaamde duocursussen (met 2 deelnemers), individuele cursussen, onlinecursussen, het eigen Dagnall online leerplatform voor (Dagnall.online) blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en specifiek jargon van de organisatie.
De docenten van ons instituut maken veel gebruik van eigen lesmateriaal dat zij door de jaren heen hebben gecreëerd en verzameld en zij spelen continue in op actuele thema’s en ontwikkelingen.
Een prettige manier van leren
Een bijkomend voordeel is dat dit weloverwogen maatwerk als een zeer prettige manier van werken wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de docenten van Dagnall Talen in Beverwijk. Deze, door de jaren heen steeds verder ontwikkelde en weldoordachte werkwijze is het bijzonder gewaardeerde handelsmerk geworden van Dagnall Taleninstituut. Onze cursus is dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar zeer zeker ook afgestemd op de leermethode die zeer geschikt is voor de cursist.


Een taal effectief leren in Beverwijk bij Taleninstituut Dagnall
Individuele cursussen en groepscursussen
Individuele cursussen & groepscursussen
Dagnall Taleninstituut verzorgt cursussen op maat voor individuen en groepen, waarbij u als opleidingszoeker met een gerust hart de gehele organisatie kunt overlaten aan ons.
Ons taleninstituut verzorgt deze individuele cursussen en groepscursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Dagnall Taleninstituut maakt voor de individuele-,
duocursussen en groepscursussen gebruik van gevarieerde en moderne onderwijsmethoden om doelgericht te trainen en het leersucces te verzekeren. Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen uiteraard zowel bij u op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Beverwijk worden gegeven.
Maatwerk individuele en groepscursussen in Beverwijk
Maatwerkcursussen
Dagnall taleninstituut biedt individuele cursussen voor bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren in Beverwijk en omgeving.
Individuele taalcursussen worden ook wel één-op- één-taalcursussen of privélessen genoemd.
De individuele taalcursussen van Dagnall Taleninstituut staan al decennia bekend voor maatwerk, persoonlijke aandacht en het hoogste rendement.
Alle individuele cursussen van taleninstituut Dagnall zijn maatwerktrainingen alsook de trainingen worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de praktijksituatie alsook de leerstijl.
De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Ons taleninstituut biedt groepscursussen van 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (met 2 deelnemers) aan bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren.
De groep wordt zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te maximaliseren en de cursisten maximaal te kunnen ondersteunen.
De groepscursussen van Dagnall Taleninstituut zijn ook maatwerk taalcursussen en worden samengesteld voor, en specifiek afgestemd op, het taalniveau, de branche, de leerstijl alsook de praktijksituatie alsook de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het hoge rendement is het belangrijkste voordeel van een individuele taalcursus omdat veel kennis wordt geleerd in een vrij korte periode.
Omdat de cursus vrij intensief is, wordt sneller vooruitgang geboekt en wordt het leertraject zo kort mogelijk gehouden.
Flexibiliteit is een ander groot voordeel van individuele cursussen. De taalcursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de deelnemer en de inhoud kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de eventuele aandachtsgebieden van de deelnemer.
De leervordering is optimaal doordat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden.
Een individuele is ook cursus ideaal op de agenda van de cursist af te stemmen waardoor het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Het belangrijkste pluspunt van groepscursussen is vooral de interactie met de andere cursisten; actief gebruik van de doeltaal door middel van bijvoorbeeld discussies en rollenspellen in de groep.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk voordeel; met de groep in de doeltaal communiceren en van elkaars kunnen foutjes. Cursisten kunnen de afwisseling die zo geboden wordt als leuker ervaren.
Omdat tegelijk meerdere medewerkers getraind worden en de groep op bijna hetzelfde kennisniveau komt, zijn groepscursussen daarnaast efficiënt .
Ook zijn groepscursussen iets minder intensief (minder zwaar) voor cursisten dan individuele cursussen.
Minpunten individuele cursus
Bij individuele cursussen kunnen discussies en rollenspellen alleen met de docent worden gevoerd en gedaan.
Het geleerde kan niet worden geoefend in de groep doordat er geen interactie is met andere cursisten.
Omdat groepsdynamiek ontbreekt, is het ook niet mogelijk om van foutjes van andere cursisten te leren.
De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is ook behoorlijk intensief (zwaarder) voor deelnemers.
Minpunten groepscursus
In groepscursussen is minder aandacht voor de individu en kunnen de deelnemers wat eerder worden afgeleid. Daardoor is het rendement wat lager. Gedeeltelijk kan dit worden ondervangen door de groepen wat kleiner te houden (minigroepen).
Groepscursussen kunnen ook minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen.
Dat de planning minder goed kan worden afgestemd op de agenda van individuele cursisten, is een bijkomstig minpunt van een groepscursus.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag




Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag


Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag




Minpunten
Groepscursus in één oogopslag


Ontdek onze mogelijkheden voor taalcursussen
Verschillende soorten cursussen voor elk niveau
Dagnall Taleninstituut biedt cursussen voor zowel beginners, halfgevorderden als gevorderden.
Niet iedereen is in de gelegenheid om een talencentrum te bezoeken. Daarom bieden wij onze taaltrainingen eveneens incompany en online aan.
Bij Taleninstituut Dagnall kunt u bijvoorbeeld een
Niet iedereen is in de gelegenheid om een talencentrum te bezoeken. Daarom bieden wij onze taaltrainingen eveneens incompany en online aan.
Bij Taleninstituut Dagnall kunt u bijvoorbeeld een
intensieve of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Nederlands, Engels, Frans, Duits en Spaans of een cursus spreekvaardigheid of telefoontraining kiezen. Het combineren van deze trainingen is eveneens mogelijk.
Wij staan voor (betaalbaar) maatwerk!
Wij staan voor (betaalbaar) maatwerk!


Kennen en kunnen
Een nieuwe taal beheersen is ‘kennen’ en ‘kunnen’: de kennis leren van de taal, maar ook het kunnen toepassen van die kennis. Door te richten op kunnen, is de cursist in staat aan het einde van de taaltraining in Beverwijk de opgedane kennis sneller functioneel toe te passen.
Al gauw heeft de nieuwe taal geen geheimen meer voor u. U zult zich zekerder voelen. Dagnall brengt taalkennis tot leven!
Algemene leermethodes
Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Door de invloed van het leger stond de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan gezien worden als antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen volledig in de doeltaal werden gegeven. Kunnen luisteren en spreken zijn de belangrijkste vaardigheden en grammaticale structuur worden met behulp van mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is vrijwel zonder fouten leren verstaan en spreken, wat begint bij iemand na kunnen spreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt gewerkt met drills om zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltrainer kan een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen en daarna een nieuw woord hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel in zogenaamde talenpractica gewerkt, waar lerenden een hoofdtelefoon dragen en naar deze zinnen luisteren en deze naspreken. De geschreven taal wordt pas behandeld wanneer de mondelinge taal inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe woorden te introduceren.
Populariteit
In Nederland werd de audiolinguale methode pas rond 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet van kracht werd. Er kwamen al snel grote bezwaren tegen de saaie drills. De techniek wilde wel eens haperen. De talenpractica raakten hierdoor al vrij snel in onbruik. In plaats van de talenpractica maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden weer expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode wel sporen na. Het was nu alom aanvaard dat het bij het leren van een taal niet gaat om het memoriseren van de regels van de grammatica, maar om de toepassing van de grammatica. Luistervaardigheid, waar de meeste docenten vóór 1970 geen aandacht aan besteedden, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor studenten die een taal beginnen te leren effectief. Direct van het begin wordt een juiste uitspraak aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode waardoor deze een vlotte en efficiënte overdracht van kennis kan bieden. Deze methode kan ook bij grotere groepen worden toegepast.
Deze docentgestuurde kant heeft tegelijkertijd een keerzijde; er wordt geen eigen input van de studenten verwacht, waardoor het risico dreigt van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen op een zodanige manier wijze te leren dat deze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die later worden herhaald. De woorden en zinnen op de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerenden. Al deze woorden en/of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar dit eigenlijk gaat vanzelf door blootstelling. De woordenlijst wordt telkens veranderd; woorden die zijn geleerd, gaan van de lijst af. Die woorden die nog altijd problemen geven, blijven staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method beweren dat de woorden en zinnen spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, maar geheugenwetenschappers bestrijden dat. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt kennis in het algemeen opgeslagen wanneer de kennis ook relevant en van betekenis is voor de student. De GoldList-methode kan functioneren voor woorden die van betekenis en relevant zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor studenten die het prettig vinden om bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun te gebruiken, zou deze methode goed kunnen functioneren. Met de hand schrijven werkt effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een fotootje maken, doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven meewerkt en aangesproken wordt. Een nadeel van deze methode is het ontbreken van context. Taal bestaat uiteraard uit veel meer dan alleen een reeks losse woorden en/of zinnen. Bovendien is deze GoldList-methode bijzonder tijdrovend omdat er steeds handgeschreven woordenlijsten moeten worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is ontwikkeld in 1983 door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen Krashen.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving gericht. De methode probeert de vreemde taal aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Op die wijze leert de student onbewust eveneens de taalregels van de vreemde taal van de te leren taal. Alleen de doeltaal met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Het streven is een leeromgeving zonder stress. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt blootgesteld aan de lerenden. De taalproductie mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete grammatica.
Als de lerenden in de te leren taal worden ondergedompeld, werkt de leermethode het meest effectief. De leeractiviteiten in de vreemde taal dienen stimulerend te zijn om te zorgen dat de lerenden van de ervaring kunnen genieten.
De Natural Method heeft vrij veel overeenkomsten met de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het verschil is dat de Directe Methode meer nadruk op de praktijk legt en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak bewezen dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode is. De natuurlijke aanpak is een populaire methode van lesgeven bij taaldocenten, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen voor lerenden. Er kleven ook nadelen aan de natuurlijke aanpak. De nadruk wordt voornamelijk op het impliciet aanleren van de grammatica van de vreemde taal gelegd. De lerenden zouden weliswaar leren in de vreemde taal te communiceren, maar door ontoereikende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal blijven hangen.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Om op een natuurlijke manier een taal aan te leren, wordt prettig gevonden. Lerenden krijgen de mogelijkheid een persoonlijke band met de taal op te bouwen. Het geleerde beklijft langer, omdat studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’.
Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er vrijwel geen druk op de taalproductie ligt. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een bepaald examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse benaming: Structural Approach; ‘SA’) is door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado in de jaren 50 ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode van taalverwerving die als doel heeft om de lerende met de fonologische en grammaticale structuren van de taal vertrouwd te maken. Het beheersen van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan het leren van woordenschat van de te leren taal. Bij de Structurele Aanpak draait het om het herkennen en kunnen toepassen van bepaalde samenstellingen van woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. De vaste combinaties worden in betekenisvolle situaties met behulp van dramatisering, visualisatie, handelingen en gezichtsuitdrukking gepresenteerd aan de student. De taalstructuren die het vaakst worden gebruikt, worden als eerste aan de taallerende aangeboden. Mondelinge vaardigheid (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hierbij als eerste gebruikt; daaruit volgen leesvaardigheid en schrijfvaardigheid. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt de grammatica een grote plaats. Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) zijn andere namen voor de Structurele Aanpak.
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op vrij grote schaal gebruikt om Engels te leren in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Dat de studenten de taal op een accurate manier leren, is de sterke kant van de Structural Approach. De studenten krijgen inzicht in de grammatica en leren eveneens in welke situatie woorden en woordcombinaties wel of niet passend zijn. De methode van de Structural Approach gebruikt alledaagse taal. De Structural Approach heeft ook minpunten. De methodiek is behoorlijk tijdverslindend en zorgt niet direct voor succeservaringen. De eigen input van studenten is behoorlijk beperkt; het is niet echt creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, ontstond in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs is gestoeld op de opvatting dat interactie de uiteindelijke doelstelling is van het leren van vreemde talen.
De studenten leren de vreemde taal in de praktijk te brengen middels de CLT-technieken door de interactie met elkaar en de taaldocent. Authentieke teksten, geschreven in de doeltaal of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werksituatie worden gebruikt. Zowel tijdens als buiten de les wordt de doeltaal gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en taaldocenten dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid in verschillende realistische situaties te oefenen. Grammatica leren studenten inductief, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de docent echt een trainer, die de student leert in de vreemde taal te communiceren.
Populariteit
In de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs erg populair, mede omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet zo succesvol bleken. Door de verdere eenwording van Europa kwam een grotere behoefte aan het leren van vreemde talen op een wijze die direct kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel voordelen. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de doeltaal; de methode is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de woorden die zij moeten weten. De methode is efficiënt. Deze methode werkt voor de studenten stimulerend omdat zij vlug succeservaringen hebben. Fouten mogen worden gemaakt; al doende wordt de taalvaardigheden geleerd en verbeterd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht is voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en de planning vereist veel meer tijd van de docent en van de studenten vraagt het een actieve deelname. Deze manier van een vreemde taal leren, is voor een aantal lerenden moeilijk of afwijkend, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. CLT (communicatief taalonderwijs) draait om het trainen van vaardigheden; het gaat hierbij om de functie en in mindere mate om de vorm en de methode biedt als leermethode geen echt samenhangend geheel.
Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Er word geleerd om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens leerboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Meidinger ontwikkelde een leermethode waarin de grammatica centraal stond rond 1783. Meidinger wordt als de grondlegger beschouwd van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Het onderwijs in het Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en volledig gericht op de grammatica en het vertalen. Dat werd destijds als een wetenschappelijke en degelijke aanpak beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse van taalvormen en taalstructuren uit waarbij de student inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docenten dragen kennis over, de student memoriseert.
Populariteit
Hoewel al sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed gehad op het taalonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, is deze grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzicht in de structuur, doordat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de spreek- en luistervaardigheid ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling toegepast kan worden. Deze methode staat ver af van het dagelijks gebruik van de te leren taal, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal gaat om literair taalgebruik. De methode geeft niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief leerproces bij studenten bij het werken in groepsverband. De student is slechts toehoorder en uitvoerder.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engelse naam: language immersion) wordt wereldwijd gebruikt sinds de jaren 70, voornamelijk op de middelbare school waarbij een vak (bijvoorbeeld wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in de provincie Brabant, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles onderwezen aan rijke dames uit Vught en omgeving.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling zorgt ervoor dat degenen die de taal leren, direct vanaf het eerste moment door de nieuwe taal omgeven wordt. De instructies worden gegeven in de doeltaal; eerst langzaam en met veel herhaling en later op een meer natuurlijke wijze. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. Bij onderdompeling met rollenspellen en simulaties gewerkt. De omgeving op onderwijsinstellingen die werken met onderdompeling, wordt vaak in de stijl van de doeltaal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in het land zijn waar die taal gesproken wordt. Studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met spreken. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar het land van de vreemde taal reizen en daar verblijven in een gastgezin.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een erg goede methode om vreemde talen te leren beschouwd. Hoofdzakelijk de mondelinge taalbeheersing kan op deze wijze uitstekend worden ontwikkeld.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, omdat de leermethode vrij intensief is. De methode is een kwestie van ‘sink or swim’, de student moet wel gaan communiceren in de doeltaal want hij of zij wordt erdoor omgeven. In principe zijn de studenten 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in een groep versterkt de sociale interactie. Studenten ervaren dat als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een nadeel van de methode. Als studenten in een korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaan, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Dat een dergelijke taaltraining nogal intensief is, kan een ander minpunt zijn. Niet alle lerenden hebben genoeg conditie om deze methode van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om vreemde talen te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De leermethode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een taal) te kunnen leren. Daarvoor is het essentieel dat er een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen is tussen de taaldocent en de studenten. Hiervoor moet de student zich ontspannen en veilig voelen. Leslokalen met rijopstellingen waren niet geschikt om dit te bereiken. Studenten zaten in comfortabele stoelen tijdens de les die geplaatst werden in een halve cirkel en er was altijd muziek in de les. De leermethode zoals Georgi Lozanov voorstond, bestond uit verschillende teksten voorlezen, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er bestonden woordenlijsten bij deze teksten en opmerkingen over de grammatica. Het voorlezen werd gedaan met gebaren alsook veel expressie in stem. Zo werd de lerende overgehaald om te luisteren en de lerende kon de woorden die nieuw waren, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal. Er werden rollenspellen gespeeld en in de klas werden ook streekgerechten gemaakt en gegeten.
Populariteit
De leermethode Suggestopedia was enigszins omstreden en is niet erg bekend meer. Een aantal elementen wordt nog steeds toegepast, bijvoorbeeld het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De leermethode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student minder last zal krijgen van faalangst of frustratie. Deze sfeer kan voor een immigrant bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de methodiek is dat de lerenden gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in de situaties in te leven. Dit is voor een aantal mensen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd is dit voor sommigen een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Ook kan muziek bij sommigen afleiden en verstorend zijn in plaats van stimulerend en ontspannend werken. Dat de relatie trainer-student niet echt gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle input komt van de zijde van de trainer waarbij de student steeds de ontvangende partij is.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een taal te leren waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode is gebaseerd op de counseling-benadering waarbij de taaldocent als een counselor optreedt die de zinnen van de lerenden omschrijft. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als zij de doeltaal nog niet voldoende machtig zijn. De taaldocent vertaalt en geeft uitleg. De uitingen van de docent worden hierna zo nauwkeurig mogelijk herhaald. De gesprekken worden opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.
Community Language Learning stimuleert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en de methode ziet de interactie tussen de lerenden als middel om de taal te leren. Er is geen leerboek dat wordt gebruikt; de lerenden bepalen zelf de lesstof met behulp van betekenisvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van CLL is sterk afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. Bij deze methode dient de trainer naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig te zijn onderlegd. De taaltrainer dient zowel de doeltaal als de moedertaal van de lerenden zeer goed te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de lerenden te vertalen. CLL kan prima werken als deze op de juiste wijze gebruikt wordt. De methode is niet bruikbaar voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt de studenten een hoge mate van autonomie. Studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak zinvol. De leergroep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les, maar ook daarbuiten. Met CLL worden studenten zich zo veel meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren om te werken als team. Van het bespreken van de fouten en het evalueren van de taallessen leren studenten vaak veel. Vaak blijven zulke correcties in het geheugen gegrift en worden zo deel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Dat de trainer niet sturend is, terwijl sommige studenten deze sturing wel nodig hebben, kan een keerzijde zijn. Bij deze methode wordt geen gebruikgemaakt van een leerboek en er worden geen toetsen afgenomen. Het succes van de taallessen is daardoor lastig te meten. Sommige lerenden worden belemmerd in hun spreken als zij worden opgenomen.
Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de vroege jaren negentig van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die bestaan uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van de te leren taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de taal ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat neemt in deze benadering een grotere plaats in dan grammatica. De instructies zijn op situaties en uitdrukkingen gericht die regelmatig voorkomen in dialogen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er is veel ruimte voor de student om zelf de taal te ontdekken.
De rol van de docent is voor genoeg input te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de student.
Populariteit
Door de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de laatste dertig jaar de leerboeken aanmerkelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt geschonken aan de woordenschat die aangeboden wordt in chunks, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Lewis streefde; de vergaande verandering in de wijze waarop taal wordt onderwezen, is echter uitgebleven.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal te werken, leren lerenden op een natuurlijke wijze de taal te gebruiken. Dit zorgt voor souplesse in het het gebruik van de taal.
Dat de werkelijkheid toch altijd weer afwijkend is van de aangeleerde taalsituaties, is het minpunt. Met het zelf leren herkennen van de taalpatronen heeft een aantal lerenden moeite en deze lerenden hebben meer aan een trainer die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is in het jaar 1880 door de Franse taaldocent François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin gaat uit van een serie verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en niet veel kennis vereisen van grammatica. Op basis van een actie, bijvoorbeeld het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd, leren de studenten zinnen. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, wetenschap en beroep, vanuit het onderscheid tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal ontwikkeld. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het betreft een soort eentalige manier van taalverwerving, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten al gauw in de doeltaal gaan denken.
Populariteit
De seriemethode van François Gouin was zijn tijd ver vooruit. Ondanks dat de methode een vrij afwijkende aanpak had, was de seriemethode van Gouin gedurende een bepaalde periode een succes. De Directe Methode van Berlitz overschaduwde deze methode van Gouin echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van François Gouin ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden en creëert een sfeer die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, etcetera, wekt dit soort onderwijs enthousiasme bij de lerenden op. Een taal leren werd tastbaar; dit was iets dat totaal nieuw was. Het maakt lerenden nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verminderen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. Door de methode van François Gouin worden de communicatieve competenties van de studenten sterk gestimuleerd.
De methode van Gouin heeft als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever is, wat moeilijk in één duidelijke ervaring kan worden gevangen met bewegingen en expressies. Een ander minpunt is de bewerkelijkheid voor de taaldocent, die een hele reeks aan series moet voorbereiden. Als derde punt focust de Gouin-seriemethode vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheden toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze erachter is dat de verwerving van de te leren taal geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om specifieke taken uit te kunnen voeren. Studenten krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis nodig. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat de lerenden over woordenschat en taalregels beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld een e-mail schrijven, een boodschap doen, met een klantenservice bellen, een krant lezen of een drankje bestellen. De opdracht wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. De studenten dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. De taken moeten net boven het taalniveau van de lerende liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren 90 is taakgericht onderwijs erg populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De leermethode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden van studenten (voornamelijk studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs te verbeteren.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten worden uitgedaagd om hun vaardigheden te gaan gebruiken. Zolang de opdracht goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Studenten komen op een natuurlijke, dagelijkse wijze in contact met de taal en leren op deze manier authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Bovendien leren studenten om samen met andere studenten te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als plezierig en motiverend ervaren .
Dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren, kan als nadeel genoemd worden.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van taalonderwijs Engels bedacht in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’; een stroming uit 1995 van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder filmregisseur Lars von Trier, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Bij het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan tien strikte regels (tien dogma’s). Samen vormen ze ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet belast is door enig voorgedrukt materiaal. Het starten van inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan, is het doeleinde van Dogme-taalonderwijs. Hierbij gaat het om communicatie als de inspirator van een taal leren. Daarom is de Dogme-benadering een communicatieve aanpak voor het onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder het gebruik van lesboeken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan richt op de communicatie tussen de studenten en de trainer. Het Dogme-taalonderwijs kent tien dogma’s (uitgangspunten), net zoals de Dogme-beweging in de film.
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van talen suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een positieve bijkomstigheid voor trainers is dat hij of zij zich nauwelijks hoeft voor te bereiden. De studenten zijn verantwoordelijk voor het eigen leerproces en dit kan zeer motiverend werken. Zo zijn de lessen nooit voorspelbaar. Het zorgt voor spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. In een les volgens de Dogme-methode is bijna elk onderwerp bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat studenten alert en betrokken blijven.
Als lerenden zo weinig door de docent begeleid worden, kunnen ze zich echter wel ongemakkelijk voelen. Voor dit type van onderwijs zijn ook niet alle docenten flexibel genoeg. Nog een minpunt kan zijn dat de lerenden zich vaak op een specifiek examen dienen voor te bereiden, terwijl het niet zeker is dat de leerstof daarvoor aan bod komt in de les.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in het jaar 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het leren van een nieuwe taal. Het primaire uitgangspunt van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van de taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur. Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten’. De Growing Participator Approach (GPA) vertoont overeenkomsten met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De leermethode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit de gastcultuur. Begrip is belangrijker dan productiviteit. De nadruk ligt op woordenschat en cultuur. Fase 1 is de hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ruwweg 100 uur. In fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase duurt ongeveer 150 uur en de deelnemers beginnen nu ook taal te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen worden gedeeld en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de ontvangende cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode van de methode begint de deelnemer zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers door middel van films, televisie, nieuws en literatuur. Ook de taal die is vereist voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies.
Populariteit
De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes van deze methode. De deelnemers zijn er enthousiast over.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van de taalverwerving. De zes afzonderlijke fasen van GPA bieden een duidelijk tijdsschema alsook haalbare doelstellingen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de vreemde taal verworven, maar eveneens van de omgeving en de lerenden verwerven daarnaast een nieuw sociaal netwerk.
Het feit dat voor elke deelnemer of tenminste elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gezocht die bereid is om veel tijd te investeren, is een minpunt van deze leermethode.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is in de vroege jaren 2000 bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het werkt een eenvoudige methode: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen wat zij horen. Het gaat in de eerste instantie om de klank; de tekst in de doeltaal begrijpen is niet van belang. Het luisteren en herhalen oefent men net zo vaak tot het heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan kan spreken met de audio-opname. De student zal na enige tijd een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij uitgesproken heeft. Veel lesboeken zijn voor deze techniek geschikt, zolang de boeken dialogen bevatten of delen met samenhangende tekst. De audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerende te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. De aanbeveling van Argüelles is lerenden om tijdens het spreken te lopen, liefst buiten, en niet te zitten, omdat lichamelijke bewegingen de opname versterken van de vreemde taal in het zenuwstelsel. Dat de lerenden minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, is een andere grond zodat het leren van de taal veel effectiever gaat.
De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale drills toegepast werden in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Ook simultaan spreken is anders aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan in de afgelopen jaren naar Shadowing waarin is aangetoond dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van de te leren taal wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat de methodiek in een groep van lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief aan de methodiek leren zijn. Het rendement van de Shadowing-methode is hoog.
De techniek van Shadowing heeft als keerzijde is dat lerende het wellicht een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren met behulp van handelingen en beweging. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheden zijn dus de basis, de spreekvaardigheden volgen daarna.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van een nieuwe taal. De taaldocent geeft op een begrijpelijke en vriendelijke manier taken, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de student doet na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de lerenden dat zij praten; in een later stadium geven de lerenden de opdrachten. Bekende taken worden verder uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
Door de combinatie van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en de geleerde stof beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken ook met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethode van Total Physical Response zorgt voor een vlotte succeservaring, wat het plezier in leren bevordert. Dit zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe voor elke doelgroep bruikbaar, ongeacht de achtergrond en de leeftijd en de leermethode kan ook worden ingezet in grotere klassen. De taal wordt direct in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen.
Het minpunt van TPR® is dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is. Dit is de reden dat de leermethode tot op een zeker niveau werkt en daarnaast een andere leermethode (ter aanvulling) nodig is. Ook is de methodiek niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om meningen, gevoelens en ideeën uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Een Reformbeweging met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief diende te zijn, ontstond omstreeks 1900. Overigens betrof die Reformbeweging niet alleen het leren van een taal, maar ook voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Omstreeks 1900 streefde men, net zoals in de jaren 60 van de vorige eeuw, naar natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Op het gebied van het taalonderwijs kwam veel aandacht voor gesproken, ‘levende’ taal, waarbij grammatica vooral inductief werd onderwezen, met behulp van voorbeeldzinnen. De lerenden dienden de taalregels hieruit af te leiden. Veel mondelinge oefeningen met veel aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal. Studenten werden aangemoedigd veel te spreken. Dat de les in de vreemde taal gegeven werd, was eveneens nieuw. Er werd nadrukkelijk niet vertaald in de taalles. Aan de hand van voorbeelden en plaatjes werd de woordenschat van de vreemde taal aangeleerd. Lerenden boden abstracte vocabulaire aan om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw ebde weg, deels onder invloed van de crises en oorlogen, om weer in een andere vorm terug te keren in de jaren zestig.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog altijd door taleninstituten zoals Interlingua en Berlitz gewerkt.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier van leren is, is het belangrijkste grote pluspunt. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht geschonken aan luisteren en spreken. Hierdoor krijgen studenten vloeiendheid in de taal en zelfvertrouwen. Keerzijden heeft de methode echter ook. Deze methode besteedt vrijwel geen aandacht aan schrijfvaardigheid en veel minder aandacht aan lezen in de vreemde taal. De methode biedt voor meer gevorderde studenten niet genoeg uitdagingen. De Directe Methode is tevens niet heel geschikt voor de langzaam lerende studenten, doordat deze leermethode een actieve inzet door de studenten verwacht.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). An oral system of teaching living languages ging in herdruk in 2015.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een taal leren dient veilig en gemakkelijk te zijn. Om die reden wil Manesca niet werken met abstracte regels en woordenlijstjes die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de eerst bekende, volledige taalcursus. De methode is op het werken met een groep van lerenden en een docent gebaseerd, die steeds één nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen daarna na elkaar het woord en de bijbehorende beweging. De herhaling helpt de studenten de woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. Stap voor stap vormen deze woorden zinnen en variaties op deze zinnen. Spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode is het combineren van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger kan worden onthouden. Het vele herhalen draagt daar eveneens aan bij. Het feit dat dit wat saai wordt om dezelfde woorden en zinnen steeds te herhalen, kan een keerzijde zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno in 1963.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de lerende en diens actieve deelname is het uitgangspunt van Gattegno’s methode.
De trainer gebruikt een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en ze aan te moedigen om fouten te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak besteed.
Caleb Gattegno, die wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om taalonderwijs te geven op een manier die efficiënt voor de energievoorraad van zijn studenten was. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder energie dan als studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat de docenten niet naar het overbrengen van kennis an sich zouden moeten streven, maar het bewustzijn dienen aan te spreken, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
The Silent Way hierbij gebruikt onder andere blokken met verschillende kleuren, die voor verschillende dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek werkt ook met Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van de taal staat, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.
Populariteit
Met name bij het leren van de uitspraak zijn de ideeën van Gattegno van betekenis geweest, hoewel The Silent Way in de originele versie niet veel meer wordt toegepast.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn benadering voor de lerende niet-bedreigend is, die tenslotte als autonoom wordt gezien, is de sterke kant van de methodiek van Gattegno. In feite is de trainer aan de student dienstbaar en niet andersom. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke manier gestimuleerd. De geleerde taalkennis wordt meestal goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Fouten maken mag, wat helpt bij het leren.
Het kan een nadeel van de leermethode zijn dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorstaat. Een student zou gefrustreerd kunnen raken door het gebrek aan inbreng van de taaltrainer. Met kleuren en grafieken werken, heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er gauw af raakt. Hierdoor verdwijnt het effect van de methode.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en is van de TPR-techniek (Total Physical Response) afgeleid.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een taal te leren. Het uitgangspunt van TPRS is een natuurlijke wijze van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. Om dit te bereiken, worden studenten aan veel begrijpelijke input blootgesteld. De trainer vertelt een verhaal aan de studenten, waarin nieuwe woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Omdat deze verhalen van de trainer gemakkelijk zijn te begrijpen, ontspannen studenten zich. Woorden en structuren worden zo vanzelf in het langetermijngeheugen opgeslagen. De lerenden worden door de docent op grammaticale verschijnselen gewezen, zonder dat lerenden taalregels uit het hoofd hoeven te leren.
De studenten zullen na een poosje ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuur nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hiervan is om samen met een groepje lerenden een verhaal op te bouwen. De taaldocent schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op het bord, met de vertalingen erbij, om daarna met de studenten hier een verhaal van te maken. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, omdat dit voor input zorgt. Schrijven volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPR Storytelling een geslaagde manier is om een taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de taaltrainer moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een laagdrempelige manier om een vreemde taal te leren en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een prettige methode en het is relatief gemakkelijk om de aandacht erbij te houden. Zelf een verhaal creëren, werkt zeer motiverend voor lerenden.
Een minpunt is dat TPRS veel voorbereiding van de trainer vraagt.
Commerciële methodes voor zelfstudie
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-methodiek is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die in Egypte is gevonden met een tweetalige tekst, waarmee uiteindelijk de hiërogliefen ontcijferd konden worden. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. In 1996 is de eerste versie van de methode is uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal te leren achter een computer. Deze taalcursussen zijn in meer dan dertig talen beschikbaar en de cursussen zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de manier nabootst waarop een kind de moedertaal leert. Dit wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te spreken. Rosetta Stone gebruikt hiervoor stemmen van moedertaalsprekers alsook foto’s om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal. Er is een programma om spraak te herkennen dat de uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. De student kan zo zijn of haar uitspraak vergelijken met de uitspraak van een moedertaalspreker (native speaker). Uitspraakverbetering kan worden bereikt door de voorbeeldspreker minder snel te laten spreken en de studenten vervolgens veel na te laten spreken.
Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheid te oefenen. De software controleert de spelling en grammatica en wijst op fouten en biedt de optie om de fouten van de studenten te corrigeren.
Het programma biedt ook leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
De methode van Rosetta Stone wordt veel gebruikt wereldwijd, ook door grote en bekende organisaties. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van de Rosetta Stone-methode. De Rosetta Stone-methode wordt in Nederland door een aantal ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten gebruikt, alsook door sommige internationale bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is heel makkelijk in het gebruik en kan op ieder moment door studenten worden ingezet. De lerende kan zelf bepalen welke delen wat meer of minder aandacht nodig hebben. Veel studenten ervaren het als prettig om te werken met de methode. Bij een gebrek aan taaldocenten kan de Rosetta Stone-methode voor onderwijsinstellingen een oplossing bieden. Dat er geen taaldocent is die studenten motiveert of iets extra’s kan bieden, is een minpunt van de methode van Rosetta Stone.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Paul Pimsleur. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen te leren.
Deze cursussen bestaan uit zinnetjes en dialogen die nagesproken worden en weer herhaald worden. De voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursussen van Pimsleur zijn op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. Elke les omvat een halfuur audio-opname met nieuwe vocabulaire en taalstructuren. De grammaticale structuur wordt niet uitgelegd maar via uitbreiding van, en variaties op, deze zinnen aangeboden.
Dr. Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin geleerde kennis van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. In de taalcursussen van Pimsleur is dit (gemiddelde) interval verwerkt.
Populariteit
De Pimsleur cursussen worden onder meer door Amerikanen gebruikt en de ervaringen lopen uiteen. In het algemeen zijn studenten tevreden over de aangeleerde uitspraak.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Omdat de insprekers van de zinnen native speakers zijn en op een natuurlijke manier spreken en in een normaal tempo, werkt de Pimsleur-methode zeer goed als uitspraakverbeteraar.
Het nadeel van de leermethode van Pimsleur is dat er niets wordt uitgelegd. De studenten leren geen bouwstenen van de doeltaal om zelf een zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die uit het hoofd geleerd worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet verwonderlijk, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn leermethode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, met beroemdheden zoals Diana Ross, Barbra Streisand, Mel Gibson, Emma Thompson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Michel Thomas’ uitgangspunt was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De taalcursussen zijn audiolessen, ingesproken door twee acteurs; een mannelijke acteur en een vrouwelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarbij de student de derde student is. Hij of zij luistert met de lessen van de acteurs mee. Wanneer de acteurs een vraag gesteld wordt, is het de bedoeling dat de gebruikers op pauze klikken en zelf antwoord geven op de vraag. Er is geen huiswerk en er hoeft niet uit het hoofd geleerd te worden. De lessen worden in kleine stappen opgebouwd en nieuwe lesstof wordt met reeds bekende lesstof afgewisseld. De uitleg wordt steeds in het Engels gegeven. De methode wijst bijvoorbeeld op eventuele verbanden tussen de Engelse taal en de doeltaal. Grammaticale uitleg wordt ook gegeven. Eerst wordt makkelijke stof aangeleerd, moeilijkere stof volgt pas nadat de makkelijke stof door de lerende begrepen en verworven is. Behalve woorden en zinnen in de doeltaal worden ook bouwstenen aangeleerd waarmee de gebruikers zelf zinnen kunnen construeren. Ook gebruikt de leermethode van flashcards om zelf de woordenschat te toetsen alsook online oefeningen om de eigen voortgang te kunnen meten.
Populariteit
Veel studenten vinden de cursus plezierig werken en zijn over het algemeen tevreden over de uitleg van de structuren van de vreemde taal. Gebruikers die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de Michel Thomas-methode minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De methode van Michel Thomas is zeer toegankelijk en traint de luistervaardigheid alsook de uitspraak van de doeltaal op efficiënte wijze. Een minpunt van de methode is dat de cursus geen schrijfvaardigheid biedt. Ook is er geen echte interactie doordat de leermethode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door polyglot en schrijver Alphonse Chérel is opgericht. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’ of ‘assimilatie’: ‘mengen met, opgaan in een andere groep’, wat wel wat hooggegrepen is voor taalcursussen. De Assimil-cursussen zijn zelfstudielessen die uit een leerboek en audio-CD’s alsook een USB-stick bestaan. De cursist besteedt ongeveer twintig minuten per dag aan de cursus.
De lessen bestaan uit verschillende dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De vertaling staat naast deze dialoog, met uitleg van de grammatica. Voor het trainen van de uitspraak, maakt de methode gebruik van zinnen die zijn ingesproken door moedertaal (native) speakers en die de lerenden herhalen. De opbouw verloopt van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de lerenden; dit komt pas na ongeveer vijftig taallessen.
Populariteit
De cursussen van Assimil zijn vrij populair. Ze zijn betaalbaar en er is een ruim aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Het pluspunt van de Assimil-methode is dat de cursist in zijn of haar eigen snelheid kan leren wanneer dit het beste past. De keerzijde hierbij is, geldt wat voor alle taalcursussen met een computer, dat de lerende is aangewezen op zichzelf. Er is geen docent beschikbaar om de cursisten te begeleiden of te motiveren.
ALGEMENE LEERMETHODES
Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Door de invloed van het leger stond de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan gezien worden als antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen volledig in de doeltaal werden gegeven. Kunnen luisteren en spreken zijn de belangrijkste vaardigheden en grammaticale structuur worden met behulp van mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is vrijwel zonder fouten leren verstaan en spreken, wat begint bij iemand na kunnen spreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt gewerkt met drills om zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltrainer kan een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen en daarna een nieuw woord hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel in zogenaamde talenpractica gewerkt, waar lerenden een hoofdtelefoon dragen en naar deze zinnen luisteren en deze naspreken. De geschreven taal wordt pas behandeld wanneer de mondelinge taal inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe woorden te introduceren.
Populariteit
In Nederland werd de audiolinguale methode pas rond 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet van kracht werd. Er kwamen al snel grote bezwaren tegen de saaie drills. De techniek wilde wel eens haperen. De talenpractica raakten hierdoor al vrij snel in onbruik. In plaats van de talenpractica maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden weer expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode wel sporen na. Het was nu alom aanvaard dat het bij het leren van een taal niet gaat om het memoriseren van de regels van de grammatica, maar om de toepassing van de grammatica. Luistervaardigheid, waar de meeste docenten vóór 1970 geen aandacht aan besteedden, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor studenten die een taal beginnen te leren effectief. Direct van het begin wordt een juiste uitspraak aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode waardoor deze een vlotte en efficiënte overdracht van kennis kan bieden. Deze methode kan ook bij grotere groepen worden toegepast.
Deze docentgestuurde kant heeft tegelijkertijd een keerzijde; er wordt geen eigen input van de studenten verwacht, waardoor het risico dreigt van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen op een zodanige manier wijze te leren dat deze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die later worden herhaald. De woorden en zinnen op de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerenden. Al deze woorden en/of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar dit eigenlijk gaat vanzelf door blootstelling. De woordenlijst wordt telkens veranderd; woorden die zijn geleerd, gaan van de lijst af. Die woorden die nog altijd problemen geven, blijven staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method beweren dat de woorden en zinnen spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, maar geheugenwetenschappers bestrijden dat. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt kennis in het algemeen opgeslagen wanneer de kennis ook relevant en van betekenis is voor de student. De GoldList-methode kan functioneren voor woorden die van betekenis en relevant zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor studenten die het prettig vinden om bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun te gebruiken, zou deze methode goed kunnen functioneren. Met de hand schrijven werkt effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een fotootje maken, doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven meewerkt en aangesproken wordt. Een nadeel van deze methode is het ontbreken van context. Taal bestaat uiteraard uit veel meer dan alleen een reeks losse woorden en/of zinnen. Bovendien is deze GoldList-methode bijzonder tijdrovend omdat er steeds handgeschreven woordenlijsten moeten worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is ontwikkeld in 1983 door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen Krashen.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving gericht. De methode probeert de vreemde taal aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Op die wijze leert de student onbewust eveneens de taalregels van de vreemde taal van de te leren taal. Alleen de doeltaal met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Het streven is een leeromgeving zonder stress. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt blootgesteld aan de lerenden. De taalproductie mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete grammatica.
Als de lerenden in de te leren taal worden ondergedompeld, werkt de leermethode het meest effectief. De leeractiviteiten in de vreemde taal dienen stimulerend te zijn om te zorgen dat de lerenden van de ervaring kunnen genieten.
De Natural Method heeft vrij veel overeenkomsten met de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het verschil is dat de Directe Methode meer nadruk op de praktijk legt en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak bewezen dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode is. De natuurlijke aanpak is een populaire methode van lesgeven bij taaldocenten, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen voor lerenden. Er kleven ook nadelen aan de natuurlijke aanpak. De nadruk wordt voornamelijk op het impliciet aanleren van de grammatica van de vreemde taal gelegd. De lerenden zouden weliswaar leren in de vreemde taal te communiceren, maar door ontoereikende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal blijven hangen.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Om op een natuurlijke manier een taal aan te leren, wordt prettig gevonden. Lerenden krijgen de mogelijkheid een persoonlijke band met de taal op te bouwen. Het geleerde beklijft langer, omdat studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’.
Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er vrijwel geen druk op de taalproductie ligt. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een bepaald examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse benaming: Structural Approach; ‘SA’) is door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado in de jaren 50 ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode van taalverwerving die als doel heeft om de lerende met de fonologische en grammaticale structuren van de taal vertrouwd te maken. Het beheersen van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan het leren van woordenschat van de te leren taal. Bij de Structurele Aanpak draait het om het herkennen en kunnen toepassen van bepaalde samenstellingen van woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. De vaste combinaties worden in betekenisvolle situaties met behulp van dramatisering, visualisatie, handelingen en gezichtsuitdrukking gepresenteerd aan de student. De taalstructuren die het vaakst worden gebruikt, worden als eerste aan de taallerende aangeboden. Mondelinge vaardigheid (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hierbij als eerste gebruikt; daaruit volgen leesvaardigheid en schrijfvaardigheid. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt de grammatica een grote plaats. Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) zijn andere namen voor de Structurele Aanpak.
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op vrij grote schaal gebruikt om Engels te leren in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Dat de studenten de taal op een accurate manier leren, is de sterke kant van de Structural Approach. De studenten krijgen inzicht in de grammatica en leren eveneens in welke situatie woorden en woordcombinaties wel of niet passend zijn. De methode van de Structural Approach gebruikt alledaagse taal. De Structural Approach heeft ook minpunten. De methodiek is behoorlijk tijdverslindend en zorgt niet direct voor succeservaringen. De eigen input van studenten is behoorlijk beperkt; het is niet echt creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, ontstond in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs is gestoeld op de opvatting dat interactie de uiteindelijke doelstelling is van het leren van vreemde talen.
De studenten leren de vreemde taal in de praktijk te brengen middels de CLT-technieken door de interactie met elkaar en de taaldocent. Authentieke teksten, geschreven in de doeltaal of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werksituatie worden gebruikt. Zowel tijdens als buiten de les wordt de doeltaal gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en taaldocenten dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid in verschillende realistische situaties te oefenen. Grammatica leren studenten inductief, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de docent echt een trainer, die de student leert in de vreemde taal te communiceren.
Populariteit
In de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs erg populair, mede omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet zo succesvol bleken. Door de verdere eenwording van Europa kwam een grotere behoefte aan het leren van vreemde talen op een wijze die direct kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel voordelen. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de doeltaal; de methode is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de woorden die zij moeten weten. De methode is efficiënt. Deze methode werkt voor de studenten stimulerend omdat zij vlug succeservaringen hebben. Fouten mogen worden gemaakt; al doende wordt de taalvaardigheden geleerd en verbeterd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht is voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en de planning vereist veel meer tijd van de docent en van de studenten vraagt het een actieve deelname. Deze manier van een vreemde taal leren, is voor een aantal lerenden moeilijk of afwijkend, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. CLT (communicatief taalonderwijs) draait om het trainen van vaardigheden; het gaat hierbij om de functie en in mindere mate om de vorm en de methode biedt als leermethode geen echt samenhangend geheel.
Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Er word geleerd om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens leerboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Meidinger ontwikkelde een leermethode waarin de grammatica centraal stond rond 1783. Meidinger wordt als de grondlegger beschouwd van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Het onderwijs in het Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en volledig gericht op de grammatica en het vertalen. Dat werd destijds als een wetenschappelijke en degelijke aanpak beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse van taalvormen en taalstructuren uit waarbij de student inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docenten dragen kennis over, de student memoriseert.
Populariteit
Hoewel al sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed gehad op het taalonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, is deze grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzicht in de structuur, doordat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de spreek- en luistervaardigheid ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling toegepast kan worden. Deze methode staat ver af van het dagelijks gebruik van de te leren taal, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal gaat om literair taalgebruik. De methode geeft niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief leerproces bij studenten bij het werken in groepsverband. De student is slechts toehoorder en uitvoerder.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engelse naam: language immersion) wordt wereldwijd gebruikt sinds de jaren 70, voornamelijk op de middelbare school waarbij een vak (bijvoorbeeld wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in de provincie Brabant, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles onderwezen aan rijke dames uit Vught en omgeving.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling zorgt ervoor dat degenen die de taal leren, direct vanaf het eerste moment door de nieuwe taal omgeven wordt. De instructies worden gegeven in de doeltaal; eerst langzaam en met veel herhaling en later op een meer natuurlijke wijze. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. Bij onderdompeling met rollenspellen en simulaties gewerkt. De omgeving op onderwijsinstellingen die werken met onderdompeling, wordt vaak in de stijl van de doeltaal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in het land zijn waar die taal gesproken wordt. Studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met spreken. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar het land van de vreemde taal reizen en daar verblijven in een gastgezin.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een erg goede methode om vreemde talen te leren beschouwd. Hoofdzakelijk de mondelinge taalbeheersing kan op deze wijze uitstekend worden ontwikkeld.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, omdat de leermethode vrij intensief is. De methode is een kwestie van ‘sink or swim’, de student moet wel gaan communiceren in de doeltaal want hij of zij wordt erdoor omgeven. In principe zijn de studenten 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in een groep versterkt de sociale interactie. Studenten ervaren dat als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een nadeel van de methode. Als studenten in een korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaan, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Dat een dergelijke taaltraining nogal intensief is, kan een ander minpunt zijn. Niet alle lerenden hebben genoeg conditie om deze methode van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om vreemde talen te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De leermethode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een taal) te kunnen leren. Daarvoor is het essentieel dat er een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen is tussen de taaldocent en de studenten. Hiervoor moet de student zich ontspannen en veilig voelen. Leslokalen met rijopstellingen waren niet geschikt om dit te bereiken. Studenten zaten in comfortabele stoelen tijdens de les die geplaatst werden in een halve cirkel en er was altijd muziek in de les. De leermethode zoals Georgi Lozanov voorstond, bestond uit verschillende teksten voorlezen, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er bestonden woordenlijsten bij deze teksten en opmerkingen over de grammatica. Het voorlezen werd gedaan met gebaren alsook veel expressie in stem. Zo werd de lerende overgehaald om te luisteren en de lerende kon de woorden die nieuw waren, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal. Er werden rollenspellen gespeeld en in de klas werden ook streekgerechten gemaakt en gegeten.
Populariteit
De leermethode Suggestopedia was enigszins omstreden en is niet erg bekend meer. Een aantal elementen wordt nog steeds toegepast, bijvoorbeeld het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De leermethode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student minder last zal krijgen van faalangst of frustratie. Deze sfeer kan voor een immigrant bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de methodiek is dat de lerenden gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in de situaties in te leven. Dit is voor een aantal mensen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd is dit voor sommigen een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Ook kan muziek bij sommigen afleiden en verstorend zijn in plaats van stimulerend en ontspannend werken. Dat de relatie trainer-student niet echt gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle input komt van de zijde van de trainer waarbij de student steeds de ontvangende partij is.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een taal te leren waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode is gebaseerd op de counseling-benadering waarbij de taaldocent als een counselor optreedt die de zinnen van de lerenden omschrijft. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als zij de doeltaal nog niet voldoende machtig zijn. De taaldocent vertaalt en geeft uitleg. De uitingen van de docent worden hierna zo nauwkeurig mogelijk herhaald. De gesprekken worden opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.
Community Language Learning stimuleert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en de methode ziet de interactie tussen de lerenden als middel om de taal te leren. Er is geen leerboek dat wordt gebruikt; de lerenden bepalen zelf de lesstof met behulp van betekenisvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van CLL is sterk afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. Bij deze methode dient de trainer naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig te zijn onderlegd. De taaltrainer dient zowel de doeltaal als de moedertaal van de lerenden zeer goed te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de lerenden te vertalen. CLL kan prima werken als deze op de juiste wijze gebruikt wordt. De methode is niet bruikbaar voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt de studenten een hoge mate van autonomie. Studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak zinvol. De leergroep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les, maar ook daarbuiten. Met CLL worden studenten zich zo veel meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren om te werken als team. Van het bespreken van de fouten en het evalueren van de taallessen leren studenten vaak veel. Vaak blijven zulke correcties in het geheugen gegrift en worden zo deel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Dat de trainer niet sturend is, terwijl sommige studenten deze sturing wel nodig hebben, kan een keerzijde zijn. Bij deze methode wordt geen gebruikgemaakt van een leerboek en er worden geen toetsen afgenomen. Het succes van de taallessen is daardoor lastig te meten. Sommige lerenden worden belemmerd in hun spreken als zij worden opgenomen.
Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de vroege jaren negentig van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die bestaan uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van de te leren taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de taal ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat neemt in deze benadering een grotere plaats in dan grammatica. De instructies zijn op situaties en uitdrukkingen gericht die regelmatig voorkomen in dialogen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er is veel ruimte voor de student om zelf de taal te ontdekken.
De rol van de docent is voor genoeg input te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de student.
Populariteit
Door de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de laatste dertig jaar de leerboeken aanmerkelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt geschonken aan de woordenschat die aangeboden wordt in chunks, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Lewis streefde; de vergaande verandering in de wijze waarop taal wordt onderwezen, is echter uitgebleven.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal te werken, leren lerenden op een natuurlijke wijze de taal te gebruiken. Dit zorgt voor souplesse in het het gebruik van de taal.
Dat de werkelijkheid toch altijd weer afwijkend is van de aangeleerde taalsituaties, is het minpunt. Met het zelf leren herkennen van de taalpatronen heeft een aantal lerenden moeite en deze lerenden hebben meer aan een trainer die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is in het jaar 1880 door de Franse taaldocent François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin gaat uit van een serie verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en niet veel kennis vereisen van grammatica. Op basis van een actie, bijvoorbeeld het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd, leren de studenten zinnen. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, wetenschap en beroep, vanuit het onderscheid tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal ontwikkeld. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het betreft een soort eentalige manier van taalverwerving, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten al gauw in de doeltaal gaan denken.
Populariteit
De seriemethode van François Gouin was zijn tijd ver vooruit. Ondanks dat de methode een vrij afwijkende aanpak had, was de seriemethode van Gouin gedurende een bepaalde periode een succes. De Directe Methode van Berlitz overschaduwde deze methode van Gouin echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van François Gouin ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden en creëert een sfeer die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, etcetera, wekt dit soort onderwijs enthousiasme bij de lerenden op. Een taal leren werd tastbaar; dit was iets dat totaal nieuw was. Het maakt lerenden nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verminderen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. Door de methode van François Gouin worden de communicatieve competenties van de studenten sterk gestimuleerd.
De methode van Gouin heeft als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever is, wat moeilijk in één duidelijke ervaring kan worden gevangen met bewegingen en expressies. Een ander minpunt is de bewerkelijkheid voor de taaldocent, die een hele reeks aan series moet voorbereiden. Als derde punt focust de Gouin-seriemethode vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheden toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze erachter is dat de verwerving van de te leren taal geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om specifieke taken uit te kunnen voeren. Studenten krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis nodig. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat de lerenden over woordenschat en taalregels beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld een e-mail schrijven, een boodschap doen, met een klantenservice bellen, een krant lezen of een drankje bestellen. De opdracht wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. De studenten dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. De taken moeten net boven het taalniveau van de lerende liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren 90 is taakgericht onderwijs erg populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De leermethode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden van studenten (voornamelijk studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs te verbeteren.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten worden uitgedaagd om hun vaardigheden te gaan gebruiken. Zolang de opdracht goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Studenten komen op een natuurlijke, dagelijkse wijze in contact met de taal en leren op deze manier authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Bovendien leren studenten om samen met andere studenten te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als plezierig en motiverend ervaren .
Dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren, kan als nadeel genoemd worden.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van taalonderwijs Engels bedacht in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’; een stroming uit 1995 van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder filmregisseur Lars von Trier, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Bij het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan tien strikte regels (tien dogma’s). Samen vormen ze ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet belast is door enig voorgedrukt materiaal. Het starten van inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan, is het doeleinde van Dogme-taalonderwijs. Hierbij gaat het om communicatie als de inspirator van een taal leren. Daarom is de Dogme-benadering een communicatieve aanpak voor het onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder het gebruik van lesboeken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan richt op de communicatie tussen de studenten en de trainer. Het Dogme-taalonderwijs kent tien dogma’s (uitgangspunten), net zoals de Dogme-beweging in de film.
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van talen suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een positieve bijkomstigheid voor trainers is dat hij of zij zich nauwelijks hoeft voor te bereiden. De studenten zijn verantwoordelijk voor het eigen leerproces en dit kan zeer motiverend werken. Zo zijn de lessen nooit voorspelbaar. Het zorgt voor spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. In een les volgens de Dogme-methode is bijna elk onderwerp bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat studenten alert en betrokken blijven.
Als lerenden zo weinig door de docent begeleid worden, kunnen ze zich echter wel ongemakkelijk voelen. Voor dit type van onderwijs zijn ook niet alle docenten flexibel genoeg. Nog een minpunt kan zijn dat de lerenden zich vaak op een specifiek examen dienen voor te bereiden, terwijl het niet zeker is dat de leerstof daarvoor aan bod komt in de les.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in het jaar 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het leren van een nieuwe taal. Het primaire uitgangspunt van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van de taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur. Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten’. De Growing Participator Approach (GPA) vertoont overeenkomsten met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De leermethode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit de gastcultuur. Begrip is belangrijker dan productiviteit. De nadruk ligt op woordenschat en cultuur. Fase 1 is de hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ruwweg 100 uur. In fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase duurt ongeveer 150 uur en de deelnemers beginnen nu ook taal te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen worden gedeeld en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de ontvangende cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode van de methode begint de deelnemer zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers door middel van films, televisie, nieuws en literatuur. Ook de taal die is vereist voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies.
Populariteit
De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes van deze methode. De deelnemers zijn er enthousiast over.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van de taalverwerving. De zes afzonderlijke fasen van GPA bieden een duidelijk tijdsschema alsook haalbare doelstellingen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de vreemde taal verworven, maar eveneens van de omgeving en de lerenden verwerven daarnaast een nieuw sociaal netwerk.
Het feit dat voor elke deelnemer of tenminste elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gezocht die bereid is om veel tijd te investeren, is een minpunt van deze leermethode.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is in de vroege jaren 2000 bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het werkt een eenvoudige methode: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen wat zij horen. Het gaat in de eerste instantie om de klank; de tekst in de doeltaal begrijpen is niet van belang. Het luisteren en herhalen oefent men net zo vaak tot het heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan kan spreken met de audio-opname. De student zal na enige tijd een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij uitgesproken heeft. Veel lesboeken zijn voor deze techniek geschikt, zolang de boeken dialogen bevatten of delen met samenhangende tekst. De audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerende te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. De aanbeveling van Argüelles is lerenden om tijdens het spreken te lopen, liefst buiten, en niet te zitten, omdat lichamelijke bewegingen de opname versterken van de vreemde taal in het zenuwstelsel. Dat de lerenden minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, is een andere grond zodat het leren van de taal veel effectiever gaat.
De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale drills toegepast werden in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Ook simultaan spreken is anders aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan in de afgelopen jaren naar Shadowing waarin is aangetoond dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van de te leren taal wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat de methodiek in een groep van lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief aan de methodiek leren zijn. Het rendement van de Shadowing-methode is hoog.
De techniek van Shadowing heeft als keerzijde is dat lerende het wellicht een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren met behulp van handelingen en beweging. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheden zijn dus de basis, de spreekvaardigheden volgen daarna.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van een nieuwe taal. De taaldocent geeft op een begrijpelijke en vriendelijke manier taken, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de student doet na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de lerenden dat zij praten; in een later stadium geven de lerenden de opdrachten. Bekende taken worden verder uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
Door de combinatie van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en de geleerde stof beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken ook met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethode van Total Physical Response zorgt voor een vlotte succeservaring, wat het plezier in leren bevordert. Dit zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe voor elke doelgroep bruikbaar, ongeacht de achtergrond en de leeftijd en de leermethode kan ook worden ingezet in grotere klassen. De taal wordt direct in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen.
Het minpunt van TPR® is dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is. Dit is de reden dat de leermethode tot op een zeker niveau werkt en daarnaast een andere leermethode (ter aanvulling) nodig is. Ook is de methodiek niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om meningen, gevoelens en ideeën uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Een Reformbeweging met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief diende te zijn, ontstond omstreeks 1900. Overigens betrof die Reformbeweging niet alleen het leren van een taal, maar ook voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Omstreeks 1900 streefde men, net zoals in de jaren 60 van de vorige eeuw, naar natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Op het gebied van het taalonderwijs kwam veel aandacht voor gesproken, ‘levende’ taal, waarbij grammatica vooral inductief werd onderwezen, met behulp van voorbeeldzinnen. De lerenden dienden de taalregels hieruit af te leiden. Veel mondelinge oefeningen met veel aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal. Studenten werden aangemoedigd veel te spreken. Dat de les in de vreemde taal gegeven werd, was eveneens nieuw. Er werd nadrukkelijk niet vertaald in de taalles. Aan de hand van voorbeelden en plaatjes werd de woordenschat van de vreemde taal aangeleerd. Lerenden boden abstracte vocabulaire aan om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw ebde weg, deels onder invloed van de crises en oorlogen, om weer in een andere vorm terug te keren in de jaren zestig.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog altijd door taleninstituten zoals Interlingua en Berlitz gewerkt.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier van leren is, is het belangrijkste grote pluspunt. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht geschonken aan luisteren en spreken. Hierdoor krijgen studenten vloeiendheid in de taal en zelfvertrouwen. Keerzijden heeft de methode echter ook. Deze methode besteedt vrijwel geen aandacht aan schrijfvaardigheid en veel minder aandacht aan lezen in de vreemde taal. De methode biedt voor meer gevorderde studenten niet genoeg uitdagingen. De Directe Methode is tevens niet heel geschikt voor de langzaam lerende studenten, doordat deze leermethode een actieve inzet door de studenten verwacht.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). An oral system of teaching living languages ging in herdruk in 2015.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een taal leren dient veilig en gemakkelijk te zijn. Om die reden wil Manesca niet werken met abstracte regels en woordenlijstjes die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de eerst bekende, volledige taalcursus. De methode is op het werken met een groep van lerenden en een docent gebaseerd, die steeds één nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen daarna na elkaar het woord en de bijbehorende beweging. De herhaling helpt de studenten de woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. Stap voor stap vormen deze woorden zinnen en variaties op deze zinnen. Spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode is het combineren van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger kan worden onthouden. Het vele herhalen draagt daar eveneens aan bij. Het feit dat dit wat saai wordt om dezelfde woorden en zinnen steeds te herhalen, kan een keerzijde zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno in 1963.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de lerende en diens actieve deelname is het uitgangspunt van Gattegno’s methode.
De trainer gebruikt een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en ze aan te moedigen om fouten te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak besteed.
Caleb Gattegno, die wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om taalonderwijs te geven op een manier die efficiënt voor de energievoorraad van zijn studenten was. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder energie dan als studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat de docenten niet naar het overbrengen van kennis an sich zouden moeten streven, maar het bewustzijn dienen aan te spreken, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
The Silent Way hierbij gebruikt onder andere blokken met verschillende kleuren, die voor verschillende dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek werkt ook met Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van de taal staat, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.
Populariteit
Met name bij het leren van de uitspraak zijn de ideeën van Gattegno van betekenis geweest, hoewel The Silent Way in de originele versie niet veel meer wordt toegepast.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn benadering voor de lerende niet-bedreigend is, die tenslotte als autonoom wordt gezien, is de sterke kant van de methodiek van Gattegno. In feite is de trainer aan de student dienstbaar en niet andersom. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke manier gestimuleerd. De geleerde taalkennis wordt meestal goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Fouten maken mag, wat helpt bij het leren.
Het kan een nadeel van de leermethode zijn dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorstaat. Een student zou gefrustreerd kunnen raken door het gebrek aan inbreng van de taaltrainer. Met kleuren en grafieken werken, heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er gauw af raakt. Hierdoor verdwijnt het effect van de methode.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en is van de TPR-techniek (Total Physical Response) afgeleid.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een taal te leren. Het uitgangspunt van TPRS is een natuurlijke wijze van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. Om dit te bereiken, worden studenten aan veel begrijpelijke input blootgesteld. De trainer vertelt een verhaal aan de studenten, waarin nieuwe woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Omdat deze verhalen van de trainer gemakkelijk zijn te begrijpen, ontspannen studenten zich. Woorden en structuren worden zo vanzelf in het langetermijngeheugen opgeslagen. De lerenden worden door de docent op grammaticale verschijnselen gewezen, zonder dat lerenden taalregels uit het hoofd hoeven te leren.
De studenten zullen na een poosje ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuur nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hiervan is om samen met een groepje lerenden een verhaal op te bouwen. De taaldocent schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op het bord, met de vertalingen erbij, om daarna met de studenten hier een verhaal van te maken. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, omdat dit voor input zorgt. Schrijven volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPR Storytelling een geslaagde manier is om een taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de taaltrainer moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een laagdrempelige manier om een vreemde taal te leren en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een prettige methode en het is relatief gemakkelijk om de aandacht erbij te houden. Zelf een verhaal creëren, werkt zeer motiverend voor lerenden.
Een minpunt is dat TPRS veel voorbereiding van de trainer vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
Verschillende digitale tools om een vreemde taal te leren
Er is eveneens een ruim aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen: uTalk, Eurotolk Ultimate alsook online methoden zoals Duolingo, Quizlet, Mondly en Babbel.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall Taleninstituut wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar voornamelijk doordat de focus van Dagnall steeds ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Er bestaat echter een betere methode om vreemde talen te leren om een vreemde taal te leren: De Methode van Dagnall.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall Taleninstituut wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar voornamelijk doordat de focus van Dagnall steeds ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De Dagnall-cursussen zijn bij voorkeur face-to-face. Dagnall Talen werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Dagnall biedt daarnaast een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan deze app geladen worden met jargon van specifieke organisaties of bedrijven.
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De Dagnall-cursussen zijn bij voorkeur face-to-face. Dagnall Talen werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Dagnall biedt daarnaast een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan deze app geladen worden met jargon van specifieke organisaties of bedrijven.
[ Lees meer ]
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!





taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Online (e-learning), blended learning en Dagnall app
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)trainingen die online gevolgd kunnen worden, dus op afstand. Er wordt ook wel van een virtual classroom, met andere woorden een ‘digitaal leslokaal’ gesproken.
Bij het zogenaamde blended learning worden face-to-face-sessies (klassikale sessies) gecombineerd met online leren in een online leeromgeving.
Simpel gesteld: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Blended taalcursussen noemen wij ook wel combicursussen of hybride cursussen.
Dagnall Taleninstituut biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Beverwijk.
Online een vreemde taal leren (e-learning) Voorbeelden van digitale platformen die om online te communiceren en te leren kunnen worden gebruikt, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended cursussen in Beverwijk Het voordeel van blended learning ten opzichte van online leren is dat, indien het niet om 1-op-1 les gaat, lerenden bij blended learning met afwisseling wel zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren. Dit wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van andere lerenden.
100% maatwerk – ook online!
Online leerplatform Dagnall Taleninstituut biedt een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten en het biedt gevarieerde en interactieve content. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
Dagnall App Dagnall Taleninstituut biedt naast het online leerplatform eveneens een handige App, geschikt voor zowel Android- als Apple-apparaten. De Dagnall App heeft als voordeel dat cursisten overal en altijd, dus 24/7, toegang op ieder beschikbaar (mobiel) apparaat hebben. Zowel op het werk maar ook thuis of onderweg, bijvoorbeeld op reis in het buitenland. De cursisten kunnen zo een taal leren waar en wanneer het hen schikt. De oefeningen in de Dagnall App worden op de behoefte van uw organisatie afgestemd zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Zo kunnen wij bijvoorbeeld speciek jargon, woordenlijsten, juridische termen, technische termen alsook productnamen integreren in de App. De Dagnall App kan heel praktijkgericht gebruikt worden en de App blijft na afloop van de training in Beverwijk is afgerond.
Dagnall Taleninstituut zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Dagnall App Dagnall Taleninstituut biedt naast het online leerplatform eveneens een handige App, geschikt voor zowel Android- als Apple-apparaten. De Dagnall App heeft als voordeel dat cursisten overal en altijd, dus 24/7, toegang op ieder beschikbaar (mobiel) apparaat hebben. Zowel op het werk maar ook thuis of onderweg, bijvoorbeeld op reis in het buitenland. De cursisten kunnen zo een taal leren waar en wanneer het hen schikt. De oefeningen in de Dagnall App worden op de behoefte van uw organisatie afgestemd zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Zo kunnen wij bijvoorbeeld speciek jargon, woordenlijsten, juridische termen, technische termen alsook productnamen integreren in de App. De Dagnall App kan heel praktijkgericht gebruikt worden en de App blijft na afloop van de training in Beverwijk is afgerond.
Dagnall Taleninstituut zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.

Ontdek onze online mogelijkheden
Online learning & blended learning in Beverwijk
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining
E-mailcorrespondentie, telefoongesprekken, onderhandelingen of vergaderingen met zakenpartners of klanten zijn op het gebied van taal veelal een uitdaging.
Medewerkers die meerdere talen beheersen, zijn in veel bedrijven derhalve cruciaal.
Online en blended taaltrainingen op maat
Dagnall Talen leert u communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Wanneer u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan om uw gesprekspartners te begrijpen en zorg ervoor dat u zelf ook wordt begrepen. Wilt u uw taalvaardigheden verbeteren voor een toekomstige of huidige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Al onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en zijn eveneens beschikbaar als onlinecursussen & blended taalcursussen. Een onlinecursus of blended taalcursus is even effectief en van hoge kwaliteit als een fysieke cursus en daarnaast nog eens comfortabel.
Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kan overal gevolgd worden; thuis, op kantoor, op zakenreis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen online
Technische en zakelijke taalcursussen online geeft Dagnall via onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Teams of een ander onlineplatform naar uw keuze. Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt interactie en variatie.
Virtuele Classroom voor een individuele taaltraining of groepstraining
Alleen het volgende is nodig voor cursussen in een virtuele classroom:
- Een laptop, tablet of pc/iMac met een microfoon en een camera
- Een internetverbinding
- Een rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]



Cursuspakket en certificaat
Voorafgaand aan uw cursus bij ons taleninstituut in Beverwijk ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal bevat.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal bevat.
Na afloop van uw cursus bij ons taleninstituut in Beverwijk ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde taalcursus in Beverwijk


Het Europees Referentiekader (ERK)
Voor het omschrijven van uw begin- en eindniveau, gaan wij uit van hetERK (Europees Referentiekader). Hierin worden alle taalniveaus objectief, volgens Europese standaard, beschreven. De niveaus van het Europees Referentiekader zijn internationaal erkende taalniveaus.
Na afloop van de cursus bij ons taleninstituut in Beverwijk ontvangt u het ‘Dagnall Talen-certificaat’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese maatstaf die specifiek is ontworpen voor Europese talen.
Het Europees Referentiekader is tussen het jaar 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld.
Het Europees Referentiekader beschrijft vijf vaardigheden met betrekking tot taal, zijnde: lezen, luisteren, schrijven, spreken en het voeren van gesprekken.
De Engelse naam wordt eveneens veel gebruikt: Common European Framework of References; CEFR. Het Europees Referentiekader hanteert ook 6 niveaus met betrekking tot taalbeheersing, van beginner tot vrijwel moedertaalspreker.
Deze verschillende niveaus in vaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Het Europees Referentiekader is tussen het jaar 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld.
Het Europees Referentiekader beschrijft vijf vaardigheden met betrekking tot taal, zijnde: lezen, luisteren, schrijven, spreken en het voeren van gesprekken.
De Engelse naam wordt eveneens veel gebruikt: Common European Framework of References; CEFR. Het Europees Referentiekader hanteert ook 6 niveaus met betrekking tot taalbeheersing, van beginner tot vrijwel moedertaalspreker.
Deze verschillende niveaus in vaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Taalniveau A is van toepassing op beginners.
De persoon die taalniveau B beheerst, bezit alle basisvaardigheid in de Franse taal.
Niveau C is van toepassing op gevorderden die met groot gemak Frans verstaan, lezen, spreken en schrijven. Mensen die een vreemde taal inhoudelijk op taalniveau C machtig zijn, kennen deze taal op bijna moedertaalniveau.
De persoon die taalniveau B beheerst, bezit alle basisvaardigheid in de Franse taal.
Niveau C is van toepassing op gevorderden die met groot gemak Frans verstaan, lezen, spreken en schrijven. Mensen die een vreemde taal inhoudelijk op taalniveau C machtig zijn, kennen deze taal op bijna moedertaalniveau.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level
Luisteren
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing
Daarom Dagnall!





taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten


ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Talen is gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm bevat strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn om de klanttevredenheid te verhogen. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van de ISO 9001:2015 norm.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall Taleninstituut is eveneens gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 17100:2015 norm. ISO 17100:2015 norm is speciaal voor vertaaldiensten en bevat onder andere eisen voor mensen, projectbeheer, middelen, vertalers en proeflezers.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers wordt gewerkt met de benodigde kennis en ervaring. Daarnaast worden onze vertalingen altijd minimaal twee keer door twee specialisten proefgelezen. De vertalingen worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties. Jaarlijks wordt Dagnall Talen door Kiwa getoetst om te controleren of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk


Lidmaatschap NRTO
Dagnall Talen is uiteraard al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk.
Ons instituut heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid.
De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstellingen en meer dan 450 organisaties zijn lid van de NRTO.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Ons instituut heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid.
De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstellingen en meer dan 450 organisaties zijn lid van de NRTO.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
De kwaliteit staat voor de NRTO centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de dienstverlening die door de leden van de NRTO wordt geleverd, zoals bij ons taleninstituut in Beverwijk, wordt geborgd door een gedragscode, door verschillende convenanten alsook door het NRTO-keurmerk.
[ Lees meer ]


AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engels: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot het verwerken van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de EU. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van burgers in de EU. De verordening schrijft voor dat personen op de hoogte moeten zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die nodig zijn voor het beoogde doel, mogen worden bewaard en verwerkt.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan noodzakelijk en de persoonsgegevens moeten tegen toegang door onbevoegden, verlies en vernietiging beschermd te worden. Uiteraard voldoet Dagnall aan alle eisen die door de Algemene verordening gegevensbescherming gesteld worden en Dagnall verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht in heel beperkte mate. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.


Cursussen bij Dagnall taleninstituut in Beverwijk zijn vrijgesteld van btw
CRKBO-geregistreerde instelling
Dagnall Taleninstituut is in het CRKBO-register ingeschreven. De naam CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dat betekent dat Dagnall Taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is voor de Belastingdienst een voorwaarde om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te mogen aanbieden.
Door onze btw-vrijstelling kan ons insitituut lagere prijzen berekenen.
Dit helpt in de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen aan zowel zorginstellingen, overheidsinstellingen, maatschappen als privépersonen.
Dat betekent dat Dagnall Taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is voor de Belastingdienst een voorwaarde om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te mogen aanbieden.
Door onze btw-vrijstelling kan ons insitituut lagere prijzen berekenen.
Dit helpt in de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen aan zowel zorginstellingen, overheidsinstellingen, maatschappen als privépersonen.
CPION
Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Taleninstituut onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland.
Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een onafhankelijk, door de overheid erkend keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen bij ons taleninstituut in Beverwijk
Contact taleninstituut Beverwijk
Wilt u contact opnemen met Dagnall Taleninstituut in Beverwijk? Vul het contactformulier in of bel 085-2737302 (geen menu).
U kunt uiteraard ook een e-mail sturen via taleninstituut-beverwijk@dagnall.nl. Uiteraard kunt u ook ons gratis informatiepakket bestellen.


De beste route naar een taleninstituut in Beverwijk!
Daarom Dagnall!





taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Trainen en vergaderen in Beverwijk
Bij ons taleninstituut kunt u de taalcursus op uw eigen locatie volgen of in Haarlem, bijvoorbeeld bij Coachhuis Nieuwe Gracht aan de Nieuwe Gracht 3 in Haarlem of bij Brick Business Center aan de Diakenhuisweg 39 in Haarlem. Ons taleninstituut kan ook taalcursussen bij Beverwijk verzorgen in bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Akersloot aan de Geesterweg 1A in Akersloot, in Stayokay in Heemskerk aan de Tolweg 9 in Heemskerk en in Strandhotel Het Hoge Duin aan de Rijckert Aertszweg 50 in Wijk aan Zee.
U kunt besprekingen houden in Beverwijk bij bijvoorbeeld bij Vuurlinie Beverwijk aan de Noorderweg 13a.
Beverwijk - geschiedenis
Het gebied dat nu Beverwijk heet, werd al bewoond door de Noormannen. De naam Beverwijk stamt uit 1276. Er was bij het kerkdorp Sint-Aagtenkerk een handelswijk ontstaan. Deze handelswijk werd ‘Wijc’ genoemd en in dat jaar werd de naam ‘Beverwijk’ voor het eerst op schrift gesteld.
Beverwijk is een verbastering van Beverhem. Bever is een mannennaam in een Oudgermaanse taal. De toevoeging -hem betekent ‘nederzetting van’ of '‘woning’.
Beverwijk - nu
Beverwijk is gelegen in de regio IJmond in de streek Kennemerland. Plaatsen de omgeving van Beverwijk zijn Akersloot, Castricum, Heemskerk, IJmuiden, Krommenie, Uitgeest, Velsen-Noord, Wijk aan Zee en Wormerveer.
Beverwijk ligt in de provincie Noord-Holland. In de gemeente Beverwijk wonen meer dan 41.000 mensen.

Vlag gemeente Beverwijk

Wapen gemeente Beverwijk
Inwoners
Woon je in Beverwijk, dan heet je een ‘Beverwijker’; in de volksmond een Wijker.
Bekende Beverwijkers zijn Marco Bakker, Astrid Joosten, Allard Kalff, Niels van der Laan, Pieter Storms en Niki Terpstra.
Bekende Beverwijkers zijn Marco Bakker, Astrid Joosten, Allard Kalff, Niels van der Laan, Pieter Storms en Niki Terpstra.
Iets wat uit Beverwijk komt, wordt ‘Beverwijks’ of ‘Beverwijker’ genoemd, zoals de Beverwijkse Bazaar. Beverwijk kreeg stadsrechten in het jaar 1298.
Beverwijk - internationaal & wijk aan zee
Partnerstad
De partnerstad van Beverwijk is Wronki in Polen.
In het verleden was Neuwied in Duitsland ook een partnerstad van Beverwijk.
Beverwijk & Wijk aan zee
De gemeente Beverwijk omvat ook Wijk aan Zee.

Vlag provincie Noord-Holland

Wapen provincie Noord-Holland
Typisch Beverwijks
Beverwijk staat bekend om ‘de Zwarte Markt’ en het brandwondencentrum. De Beverwijkse Bazaar is de grootste overdekte markt van Europa, al zijn er meer plaatsen die deze titel claimen.
Beverwijk fungeert als groeigemeente in de regio IJmond.
Beverwijk fungeert als groeigemeente in de regio IJmond.
De verwachting is dat de bevolking de komende twintig jaar met 9% zal toenemen.
Minder algemeen bekend over Beverwijk is dat wielrenner Niki Terpstra uit Beverwijk komt.
Beverwijk - minder bekend
Minder algemeen bekend over Beverwijk is dat wielrenner Niki Terpstra uit Beverwijk komt.
Beverwijks dialect en accent
Het Kennemerlands dat in Beverwijk wordt gesproken, heeft ook veel overeenkomsten met het Zaans. Het Kennemerlands wijkt weinig af van het Standaardnederlands, maar er zijn wel een paar klankverschillen. De ‘e’ en de ‘o‘ worden soms een a: nag voor ‘nog’.
Ook de u komt voor in plaats van de ‘o’: durp in plaats van ‘dorp’. De ‘aa’ wordt een ee (keers voor ‘kaars’) en de ‘uu’ wordt ou: douwe in plaats van ‘duwen’.
‘Aardappels’ zijn aarepels of aarepols en een ‘zakdoek’ is een sadoeki. Iemand uit Beverwijk heet een Wijker.
Ook de u komt voor in plaats van de ‘o’: durp in plaats van ‘dorp’. De ‘aa’ wordt een ee (keers voor ‘kaars’) en de ‘uu’ wordt ou: douwe in plaats van ‘duwen’.
‘Aardappels’ zijn aarepels of aarepols en een ‘zakdoek’ is een sadoeki. Iemand uit Beverwijk heet een Wijker.
Spreekwoorden geven altijd interessante informatie over de volksaard en de kijk op de wereld van de betreffende mensen. Zo zegt men in Beverwijk: Waikers zijn zaikers (Wijkers zijn zeikerds).
Van iemand die niet naar de kerk gaat, zeggen ze: Hij heb ’n beest op z’n rug.
En wat te denken van: Maak ze dat achter in De Rijp maar wijs? Daar wonen zeker heel domme mensen.
Maar ‘Wijkers’ zijn niet overal even gezien. Er wordt wel gezegd dat meisjes uit Wijk aan Zee wel met een Heemsschèrreker mochten omgaan maar absoluut niet met een Wijker.
Van iemand die niet naar de kerk gaat, zeggen ze: Hij heb ’n beest op z’n rug.
En wat te denken van: Maak ze dat achter in De Rijp maar wijs? Daar wonen zeker heel domme mensen.
Maar ‘Wijkers’ zijn niet overal even gezien. Er wordt wel gezegd dat meisjes uit Wijk aan Zee wel met een Heemsschèrreker mochten omgaan maar absoluut niet met een Wijker.
Beverwijk - “Beter wonen, beter werken, beter leven”
Beverwijk - zakelijk
De gemeente Beverwijk
Het netnummer van Beverwijk is 0251.
Het postcodegebied van Beverwijk is 1940 - 1948.
Het adres van het gemeentehuis van Beverwijk is Stationsplein 48, 1948 LC in Beverwijk.
De website van de gemeente Beverwijk is Beverwijk.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Beverwijk is 0251 256256.
Zakendoen in Beverwijk
Voor Beverwijkse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Alkmaar aan de Comeniusstraat 10, 1817 MS in Alkmaar. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Beverwijk is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Beverwijk is KVK-kantoor Alkmaar.
Beverwijk - internationale bedrijvigheid
Nationaal en internationaal actieve bedrijven in Beverwijk vindt u op Business Park IJmond, op bedrijventerrein Kagerweg, op bedrijventerrein De Pijp Noord of Zuid of op bedrijventerrein Wijkermeer.
In Beverwijk bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Flyer Benelux, Re-Play Fashion, De Tuinen, Wam Denim, Muchachomalo,
In Beverwijk bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Flyer Benelux, Re-Play Fashion, De Tuinen, Wam Denim, Muchachomalo,
TW Steel Services, Van der Stelt, Abeko, Redwave, Safic-Alcan Necarbo, Selmers Industrial, Moens Mouldings, VTK Van Tongeren-Kennemer, Cargill Cocoa Chocolate in Velsen-Noord, Crown Van Gelder in Velsen-Noord, DekaMarkt in Velsen-Noord en Dirk van den Broek in Velsen-Noord.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Beverwijks nieuws
Het Beverwijkse nieuwsportaal is Beverwijknieuws.nl en Beverwijkse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Noord-Holland - Nieuws.
Ondernemers in Beverwijk kijken hun (zakelijk) nieuws op NH Nieuws.
Ondernemers in Beverwijk kijken hun (zakelijk) nieuws op NH Nieuws.
Beverwijkers en ondernemingen in Beverwijk kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant het Beverwijker Dagblad en het Noordhollands Dagblad - Regio IJmond.
Cultuur, sport, ontspanning en zakenlunch in Beverwijk
Cultuur
Laat uw internationale zakenrelatie kennismaken met wat lokale cultuur.
Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw zakenrelatie, kunt u in Beverwijk een bezoek brengen aan het Museum Kennemerland of aan het Siplo’s game experience museum.
Voetbal, tennis, padel & squash
Is uw internationale zakenrelatie sportief ingesteld? Wellicht is het dan een leuk idee om samen naar een sportwedstrijd te gaan gaan of zelf te voetballen, te tennissen, te padellen of te squashen. Voetbal verbroedert. Misschien is het leuk om met uw zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Beverwijkse voetbalclub DEM, SV Beverwijk of BVV de Kennemers meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Beverwijk kunt u terecht bij BLTC Westerhout, bij Arthur Hoorn’s Racketcentre of bij L.T.C. D.E.M..
Golf, ontspanning & lunch Wellicht hebt u zin om na de cursus bij ons taleninstituut in Beverwijk of met uw internationale (zaken)relatie bij Beverwijk een balletje te slaan als ontspanning en/of gezellig een hapje te eten of iets te drinken? Dagnall Taleninstituut heeft voor u een golfbaan in de buurt van Beverwijk gevonden voor een compleet dagje/middagje uit.
De nabijgelegen golfbaan voor Beverwijk is de Heemskerkse Golfclub in Heemskerk. Deze golfbaan bevindt zich aan de Communicatieweg 18 in Heemskerk. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 0251-25 00 88. De website van de Heemskerkse Golfclub is www.heemskerksegolfclub.nl.
Om iets te drinken of te eten kunt u terecht bij restaurant Grandcafé de 19e, telefoonnummer 0251-23 47 73.
De nabijgelegen golfbaan voor Beverwijk is de Heemskerkse Golfclub in Heemskerk. Deze golfbaan bevindt zich aan de Communicatieweg 18 in Heemskerk. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 0251-25 00 88. De website van de Heemskerkse Golfclub is www.heemskerksegolfclub.nl.
Om iets te drinken of te eten kunt u terecht bij restaurant Grandcafé de 19e, telefoonnummer 0251-23 47 73.


Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder vindt u een promotiefilmpje alsook een filmpje met drone-opnames van Beverwijk die eveneens op Youtube staan.
U kunt direct op het logo van Youtube in het midden klikken om een filmpje af te spelen.
Onder de filmpjes zijn de locaties van Noord-Holland en Beverwijk op Google Maps weergegeven.
U kunt direct op het logo van Youtube in het midden klikken om een filmpje af te spelen.
Onder de filmpjes zijn de locaties van Noord-Holland en Beverwijk op Google Maps weergegeven.
U kunt linksboven klikken om het kaartje groot weer te geven in een nieuw venster.
Promovideo Beverwijk
Dronebeelden Beverwijk
Google Maps Noord-Holland
Google Maps Beverwijk
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Beverwijk
Beverwijks nieuws
Hieronder kunt u het laatste nieuws uit Beverwijk lezen uit verschillende nieuwsbronnen.
Dit nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
Nieuws uit Beverwijk
- Reanimatie op Arendsweg in Beverwijk, traumahelikopter gealarmeerd - AD
- Nog geen slachtoffers brand Macedonië naar Beverwijk - NH Nieuws
- Grootste voorjaarskermis van Noord-Holland terug in Beverwijk - Beverwijk Nieuws
- Tweede verdachte aangehouden voor explosies Beverwijks ziekenhuis - NH Nieuws
- Kermis Bazaar in volle gang tot eind deze maand. ’Ik nodig iedereen uit hier samen het Suikerfeest te vieren’, zegt organisator Frans Stuy - Noordhollands Dagblad
- Vermiste en gevonden dieren Dierenambulance Kennemerland en Amivedi 24/03/2025 - Beverwijk Nieuws
- Lezing over akkervogels en duurzame landbouw bij Landgoed Rorik - Beverwijk Nieuws
- ‘Mufasa: The Lion King’ in het Filmhuis - Rodi.nl
- Oscarwinnaar ‘No Other Land’ in Filmhuis De Cirkel - Rodi.nl
Nieuws uit de provincie Noord-Holland
- Noord-Holland overweegt intrekken vergunningen van boeren vanwege stikstof - NH Nieuws
- METIP helpt innovatieve tech-ondernemers in de maritieme sector groeien - Kijk op Noord Holland
- Noord-Holland voorziet pijnlijke keuzes door stikstofproblemen - NieuweOogst.nu
- Provincie steunt natuur: bijdrage voor Herenboeren Rorik en 27 andere projecten - Rodi.nl
- Nieuws: Noord-Holland kreeg 2,16 miljoen euro voor asielopvangvoorzieningen - Amstelveenweb.com
- Provincie, gemeenten en waterschappen werken aan nieuw bos in Noord-Holland - GooiseMerenNieuws
- Weken geen treinen: zo kom je van A naar B in Noord-Holland Noord - NH Nieuws
- In deze Dijk en Waardse fietspaden wordt door provincie Noord-Holland geïnvesteerd - Rodi.nl
- Politie deelt herkenbare beelden verdachten van mishandeling in Alkmaar - NH Nieuws
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Cursus Engels
Cursus Duits
Cursus Nederlands NT1
Cursus Nederlands NT2
Cursus Frans
Cursus Spaans
Cursus Portugees
Cursus Italiaans
Cursus Deens
Cursus Duits
Cursus Nederlands NT1
Cursus Nederlands NT2
Cursus Frans
Cursus Spaans
Cursus Portugees
Cursus Italiaans
Cursus Deens
Cursus Zweeds
Cursus Noors
Cursus Fins
Cursus Russisch
Cursus Pools
Cursus Tsjechisch
Cursus Slowaaks
Cursus Kroatisch
Cursus Noors
Cursus Fins
Cursus Russisch
Cursus Pools
Cursus Tsjechisch
Cursus Slowaaks
Cursus Kroatisch
Cursus Hongaars
Cursus Roemeens
Cursus Bulgaars
Cursus Turks
Cursus Grieks
Cursus Hebreeuws
Cursus Chinees
Cursus Japans
Cursus Roemeens
Cursus Bulgaars
Cursus Turks
Cursus Grieks
Cursus Hebreeuws
Cursus Chinees
Cursus Japans
Dagnall Taleninsituut verzorgt ook vertaalwerk en tolken in Beverwijk
Wist u dat?
Wist u dat Dagnall Talen ook vertalingen in Beverwijk en tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten in Beverwijk
Daarom Dagnall!





taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Onze opdrachtgevers



