Logo-9001-2015-wit-op-transparante-achtergrond-31-bij-31-pixels Logo-17100-2015-wit-op-transparante-achtergrond-31-bij-31-pixels NRTO-wit-op-transparante-achtergrond-31-bij-31-pixels
OFFERTE AANVRAGEN
Offerte aanvragen

Taalcursus Leiden

Direct naar ➤ Cursussen - Online - ERK - ISO - Leiden - Nieuws
Dagnall taalcursus op locatie
Dagnall taalcursus online
Dagnall taalcursus contact opnemen
Taleninstituut Dagnall - Wij kunnen snel schakelen - Binnen een week beginnen is mogelijk Begin nog vandaag met uw reis naar taalbeheersing


Taalcursussen in Leiden van topniveau


Talen verbinden u met de wereld en zijn een communicatiebasis die deuren voor u kan openen - vooral in de professionele wereld. Organisaties die investeren in de taalopleiding van hun werknemers, hebben daarom ook een duidelijk voordeel alsook een voorsprong.
Dagnall Taleninstituut is een taalaanbieder die u precies dat levert: Effectieve taaltrainingen op het hoogste niveau voor medewerkers, professionals en leidinggevenden in Leiden en omgeving.
(Betaalbare) taaltraining op maat, omdat uw bedrijf of organisatie welbespraakte medewerkers verdient.

Vakgebieden


Zakelijk, medisch of technisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal.
Elke bedrijfstak spreekt een eigen taalgebruik en hanteert eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling en duidelijke concurrentievoordelen, door branchespecifieke taalkennis op het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen in Leiden aan in een brede waaier van gespecialiseerde vakgebieden.
Screenshot navigatiesysteem met tekst Taalcursus Leiden aangegeven - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Goed op weg met Dagnall Talen

Landkaart Nederland grijs - locatie zakelijke maatwerk taalcursus Leiden aangegeven met blauw plaatsnaambord met witte letters en Dagnall veer - op transparante achtergrond - 600 * 733 pixels
“Frame Offices” pand
Kanaalpark 140
2321 JV LEIDEN

of bij u op locatie

  
Vrijblijvend informeren naar een taaltraining bij u in de buurt
Taalcursus Verenigd Koninkrijk
Taalcursus Duitsland
Taalcursus Frankrijk
Taalcursus Spanje
Taalcursus Nederland
Taalcursus Portugal
Taalcursus Italië
Taalcursus Denemarken
Taalcursus Zweden
Taalcursus Noorwegen
Taalcursus Finland
Taalcursus Rusland
Taalcursus Polen
Taalcursus Tsjechië
Taalcursus Slowakije
Taalcursus Kroatië
Taalcursus Hongarije
Taalcursus Roemenië
Taalcursus Bulgarije
Taalcursus Turkije
Taalcursus Griekenland
Taalcursus Israël
Taalcursus China
Taalcursus Japan

De organisatie van uw taaltrainingen in goede handen

Werkgerelateerd & doelgericht


Dagnall Talen biedt taaltrainingen op maat in Leiden aan als individuele les, als groepscursus met collega’s, als intensieve workshop en ook als langdurige, regelmatige training - met face-to-face-les alsook online cursus. Bij Taleninstituut Dagnall kan iedereen een vreemde taal leren op precies een manier die voor hem of haar het meest geschikt is. Organisaties zijn naast algemene taaltaaltrainingen vooral geïnteresseerd in de werkgerelateerde taaltrainingen zoals Zakelijk Engels of Duits of Technisch Engels of Duits. Onze taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van de klanten. Taleninstituut Dagnall is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om via gecertificeerde taaltrainers met zeer goede beoordelingen en recensies in Leiden talen te leren. Dagnall Talen leidt u doelgericht en vlot naar de door u beoogde resultaten.

Filosofie Dagnall Talen


Het is onze filosofie om vreemde talen te leren zonder schroom alsook met gemak en plezier. Daarom zetten wij alles in het werk om te zorgen dat u de taal van uw keuze moeiteloos en zonder remmingen kunt leren.
Een taal leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall met methodes die het leren voor de cursisten gemakkelijker en prettiger maken.

Met onze methodes wekken we nieuwsgierigheid op en ondersteunen we de bereidheid om te leren. Met dagelijks 15 minuten oefenen, brengen we de cursist in grote stappen naar het beoogde niveau.
Dagnall Talen is een ideale partner voor iedereen die een vreemde taal wil leren in Leiden.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten

Plan van aanpak Dagnall Taleninstituut

Dagnall stelt de leerdoelen en wensen vast in overleg met u als opdrachtgever. U meldt de cursisten aan met de contactgegevens. Ons taleninstituut verzorgt een intake op locatie of, indien gewenst, telefonisch of online. Nadat het intakegesprek heeft plaatsgevonden, waarin op basis van het Europees Referentiekader (ERK) het huidige en gewenste niveau van de cursisten wordt vastgesteld, ontvangt u een op maat gemaakt cursusvoorstel samen met de offerte.
Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning af op uw situatie en uw agenda.
De trainer evalueert na enkele lessen de inhoud alsook de voortgang van de cursus. De doelstelling kan, indien noodzakelijk, worden aangepast.
Na de laatste les sturen wij u een eindrapport samen met een beschrijving van de door de cursisten behaalde resultaten. Tevens ontvangen de cursisten een certificaat van het instituut.
[ Lees meer ]


Intake

Planning

Cursus

Certificaat

Betaalbaar maatwerk in taalcursussen sinds 1982

Dagnall Taleninstituut is actief sinds 1982 en verzorgt sindsdien maatwerk taaltraining zakelijk voor het bedrijfsleven en (overheids)instellingen in Leiden en gemeenten in de buurt van Leiden. Voor Dagnall werken ervaren en kundige taaldocenten die specialisten zijn op het gebied van taal en die vele duizenden trainingen hebben verzorgd aan het bedrijfsleven en (overheids)organisaties.
Door de werkplekgerichte en functiegerichte werkwijze, levert Dagnall u betaalbare en effectieve taalcursussen in Leiden. Rendement door maatwerk; dat is wat Dagnall u belooft.
Betaalbare taalcursussen op maat in Leiden

Taal op de werkvloer

Cursus Taal op de Werkvloer: draagvlak is noodzakelijk! Cursussen die zich richten op het vergroten van de taalvaardigheid op de werkvloer zijn intussen bij veel organisaties gemeengoed.
Medewerkers zonder of met beperkte beheersing van de Nederlandse taal of een andere voertaal ervaren een belemmering in hun werkomgeving en willen sneller en/of beter op de werkplek kunnen communiceren.
Zij willen in staat zijn om de instructies op de werkvloer goed te kunnen begrijpen en op kunnen volgen. Deze medewerkers willen graag zelfverzekerder het werk kunnen verrichten en natuurlijk hun ambitie op het werkterrein verwezenlijken. Dit vereist een investering in personeel en in de (innovatieve) ontwikkeling van het bedrijf.
[ Lees meer ]

Vele wegen naar een betere talenkennis in Leiden

Behoeftes en leermethode


Een goede taalcursus spits zich niet alleen toe op de vraag van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals een betere schrijf- of spreekvaardigheid.
Een goede taalcursus is vanzelfsprekend ook afgestemd op de beste, meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een taalcursus in Leiden die het beste bij de taalleerder past.

Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?


De vakkundige taaltrainers zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van kennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te gaan gebruiken. Dat werkt wel zo prettig en het zorgt ervoor dat de cursist veel waar voor zijn geld krijgt.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall Taleninstituut bereiken onze taaltrainers door een blend van deze beproefde leermethode in combinatie met de focus op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall kunt u terecht voor cursussen die op een maatwerktraining zijn gebaseerd.

Dagnall Taleninstituut biedt groepscursussen van 3 tot maximaal 10 deelnemers, duocursussen (met 2 deelnemers), individuele cursussen (privéles), onlinecursussen, het Dagnall online leerplatform voor (Dagnall.online) blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en specifiek jargon van het bedrijf of de organisatie.
De taaltrainers van Dagnall geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij hebben verzameld en gecreëerd door de jaren heen en de taaltrainers spelen voortdurend op actuele thema’s en ontwikkelingen in.

Een prettige manier van leren


Een ander voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een bijzonder plezierige manier van werken wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze trainers in Leiden. Deze, door de jaren heen steeds verder ontwikkelde en weldoordachte werkwijze is het bijzonder gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. Onze cursus is niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar eveneens afgestemd op de leermethode die het beste bij de cursist zelf past.
Overlappende groene cirkel met klok en kalender en donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm met vier taalvaardigheden luisteren, lezen, schrijven en spreken - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Effectief vreemde talen leren in Leiden bij Dagnall Talen

Individuele cursussen en groepscursussen

Individuele cursussen & groepscursussen


Dagnall Taleninstituut cursussen op maat voor individuen en groepen, waarbij u de gehele organisatie met een gerust hart uit handen kunt geven.
Dagnall biedt deze individuele taalcursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en

groepscursussen maken we gebruik van moderne en gevarieerde onderwijsmethodieken om doelgericht te kunnen trainen en leersucces te verzekeren. Uiteraard kunnen onze individuele-, duo- en groepscursussen zowel bij u op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Leiden gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen in Leiden

Maatwerkcursussen


Ons instituut biedt individuele taalcursussen voor het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren in Leiden en omgeving.
Individuele taalcursussen worden ook wel één-op- één-taalcursussen of privélessen genoemd.
De individuele t@@lcursussen van taleninstituut Dagnall zijn al vele jaren bekend voor het maatwerk, de persoonlijke aandacht en het hoogste rendement.
De individuele taalcursussen van Dagnall Talen zijn maatwerktrainingen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de leerstijl en de praktijksituatie.
De cursussen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.

Wij bieden groepscursussen met 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (2 deelnemers) aan bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties alsook particulieren.
De groepen houden we zo klein mogelijk om de leereffectiviteit te verhogen en de cursisten maximaal te kunnen ondersteunen.
De groepscursussen van Dagnall zijn ook maatwerkcursussen en worden samengesteld voor, en specifiek afgestemd op, de branche, het taalniveau, de praktijksituatie en de leerstijl en de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te kunnen behalen.


Pluspunten individuele cursus


Het hoge rendement is het belangrijkste voordeel van een individuele taalcursus doordat veel kennis wordt geleerd vrij in korte tijd.
Er wordt meer vooruitgang geboekt doordat de taalcursus intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk.
Flexibiliteit is nog een groot pluspunt van een individuele taalcursus. De taalcursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de deelnemer en de inhoud kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de eventuele aandachtsgebieden van de deelnemer.
Omdat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld, is de leervordering optimaal.
Daarnaast is een individuele taalcursus goed af te stemmen op de agenda van de cursist zodat het leerschema en het tijdmanagement optimaal zijn.


Pluspunten groepscursus


Vooral de interactie met de andere cursisten is het grootste voordeel van groepscursussen; actief gebruik van de doeltaal door middel van bijvoorbeeld discussies en rollenspellen in de groep.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander groot pluspunt; het leren van de fouten van anderen en communiceren in de doeltaal met elkaar. De afwisseling die zo wordt geboden, kan door lerenden als prettiger worden ervaren.
Doordat tegelijk meerdere medewerkers getraind worden en de groep op bijna hetzelfde kennisniveau komt, zijn groepscursussen daarnaast efficiënt .
Ook zijn groepscursussen wat minder intensief (wat minder zwaar) voor cursisten dan individuele taalcursussen.


Minpunten individuele cursus


Bij individuele taalcursussen kunnen discussies en rollenspellen alleen met de docent worden gevoerd en gedaan.
Omdat er geen interactie is met andere lerenden, kan de geleerde kennis niet worden geoefend in groepsverband.
Ook is het niet mogelijk om te leren van foutjes van anderen omdat groepsdynamiek ontbreekt.
De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is voor de cursist ook behoorlijk intensief (zwaarder).


Minpunten groepscursus


In een groepscursus is minder aandacht voor de individu en kunnen de cursisten iets sneller afgeleid zijn. Daardoor is het rendement wat lager. Gedeeltelijk kan dit worden ondervangen door de groepen iets kleiner te maken (minigroepen).
Groepscursussen kunnen ook minder goed op individuele leerstijlen afgestemd worden.
Een bijkomstig nadeel van een groepscursus is dat de planning minder goed op de agenda van de individuele deelnemers kan worden afgestemd.

Pluspunten

Individuele cursus in één oogopslag



  hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
  afgestemd op individuele leerstijl
  inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
  afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
  afgestemd op agenda cursist


Minpunten

Individuele cursus in één oogopslag



  geen interactie met andere cursisten
  vrij intensief voor de cursist
  geen groepsdynamiek

Pluspunten

Groepscursus in één oogopslag



  interactie met andere cursisten
  groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
  groep komt op hetzelfde kennisniveau
  efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
  minder intensief dan individuele cursus


Minpunten

Groepscursus in één oogopslag



  iets minder aandacht voor individuele cursist
  minder afgestemd op individuele leerstijlen
  minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor taalcursussen

Verschillende soorten cursussen voor elk niveau

Dagnall biedt taalcursussen voor zowel beginnende, halfgevorderde als gevorderde cursisten.
Niet iedereen heeft de mogelijkheid om een talencentrum te bezoeken. Wij bieden daarom onze taalcursussen ook incompany en online aan.
Bij Dagnall kunt u bijvoorbeeld een intensieve of
semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Nederlands, Engels, Duits, Frans en Spaans of een cursus spreekvaardigheid of telefoontraining volgen. Eveneens is een combinatie van deze trainingen mogelijk. Veel taalleerders kiezen hiervoor.
Dagnall staat voor (betaalbaar) maatwerk!
Woordenwolk in veer logo Dagnall Talen met toepasselijke sleutelwoorden voor Dagnall Talencursussen - in donkerblauw, groen en grijs op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels
Stukje hout boven Dagnall potlood met geslepen punt en gum met gedrukt Dagnall Talen logo - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels

Kennen en kunnen

Het beheersen van een taal betekent kennen (weten) en ook aandacht voor kunnen (handelen). Door het accent te verleggen van het kennen naar het kunnen, is de cursist in staat na voltooiing van de taalcursus in Leiden de opgedane kennis actief en snel toe te passen.
Voor u het weet, kunt u de nieuwe taal een beetje begrijpen en spreken. Een leuke ervaring! Dagnall brengt taalkennis tot leven!

Algemene leermethodes

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode soms de ‘legermethode’ genoemd.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan beschouwd worden als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Nieuw was dat de taallessen volledig in de doeltaal plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn luisteren en spreken en de grammaticale structuren worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is vrijwel foutloos leren spreken en verstaan, wat begint met leren naspreken. Het middel hiervoor is herhaling; er wordt gewerkt met driloefeningen om zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaldocent kan zo bijvoorbeeld een zin tien maal herhalen en vervolgens een nieuw woord toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt vaak gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waar studenten met een koptelefoon naar zinnen luisteren en deze nazeggen. De geschreven taal wordt pas behandeld wanneer de mondelinge taal inmiddels vertrouwd is geworden. Wel worden afbeeldingen gebruikt om nieuwe woorden te introduceren.

Populariteit


De methode werd in ons land pas geïntroduceerd rond het jaar 1970 toen de Mammoetwet van kracht werd. Er waren al gauw grote bezwaren tegen deze inhoudsloze driloefeningen. Soms haperde de techniek, waardoor de talenpractica vrij snel in onbruik raakten. In plaats hiervan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. De audiolinguale methode heeft wel sporen nagelaten Het was nu breed geaccepteerd dat het bij het leren van de taal niet om het uit het hoofd leren van de grammatica gaat, maar om het gebruik. De luistervaardigheid, die vóór de jaren zeventig voor veel taaldocenten niet bestond, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten. Een juiste uitspraak wordt vanaf het begin aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor voor een efficiënte en snelle overdracht van taalkennis zorgen. Ook voor grotere groepen is de audiolinguale methode geschikt.

Tegelijkertijd is dit docentgestuurde aspect een nadeel; eigen input wordt niet verlangd van de studenten. Hierdoor ligt het risico op passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de driloefeningen niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal op een zodanige manier te leren dat het in het langetermijngeheugen wordt opgeslagen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die nadien herhaald worden. De woorden en zinnen van de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerenden. Al deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar door blootstelling gaat dit automatisch. Bij de GoldList-methode wordt de woordenlijst telkens bijgewerkt; woorden die zijn geleerd, gaan van de woordenlijst af, woorden die nog steeds problemen opleveren, blijven op de lijst op de woordenlijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden of zinnen spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, iets dat door geheugenwetenschappers betwijfeld wordt. In het algemeen wordt kennis onthouden als deze kennis ook van betekenis en relevant is voor de lerende. De GoldList-methode kan werken voor woorden die van betekenis en relevant zijn voor de lerende.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Bij studenten die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun zou de methode goed kunnen functioneren. Omdat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt, functioneert het met de hand schrijven effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een foto maken. Een minpunt is het ontbreken van context. Taal is veel meer dan een verzameling losse woorden en/of zinnen. Deze methode is bovendien nogal tijdrovend; er moeten steeds met de hand geschreven lijsten worden aangemaakt.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method richt zich op een natuurlijke manier van het verwerven van de taal. De leermethode probeert de taal te leren op de manier waarop mensen als kind hun moedertaal leerden. De taalregels van de vreemde taal leert studenten ook onbewust op deze manier. Alleen de doeltaal wordt hiervoor gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een leeromgeving zonder stress voor de studenten is het streven van de methode. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt blootgesteld aan de lerenden. De taalproductie mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete grammatica.

Als de student wordt ondergedompeld in de te leren taal, is de methode het meest effectief. De leeractiviteiten in de te leren taal, moeten stimulerend zijn, om te zorgen dat de student plezier heeft van de ervaringen.

De Natural Method heeft vrij veel overeenkomsten met de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid is dat de Directe Methode meer de focus op de praktijk legt en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Het is vaak bewezen dat onderdompeling heel effectief is. De natuurlijke aanpak is een populaire methode van lesgeven bij taaltrainers, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen voor studenten. Er kleven ook nadelen aan de natuurlijke aanpak. De nadruk wordt vooral op het impliciet aanleren van de grammatica van de vreemde taal gelegd. De student zou weliswaar leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal door onvoldoende kennis van de grammatica van de te leren taal.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier een vreemde taal te leren. Studenten krijgen de kans voor het opbouwen van een persoonlijke band met de taal. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft de geleerde stof langer onthouden.

Het nadeel kan zijn dat het langer duurt voor er resultaten geboekt worden, doordat er bijna geen druk ligt op de taalproductie. De methode bereidt lerenden eveneens niet per se voor op een bepaald examen.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De Structural Approach (afgekort SA) oftewel ‘Structurele Aanpak’ is door Charles Carpenter Fries en Robert Lado ontwikkeld in de jaren 50.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren met als doel studenten vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal. Volgens de Structurele Aanpak levert het beheersen van deze structuren meer op dan het leren van woordenschat van de nieuwe taal. Bij de Structurele Aanpak draait het om het herkennen en kunnen toepassen van bepaalde samenstellingen van woorden en groepen woorden in de juiste woordvolgorde. Deze combinaties worden aan de lerenden aangedragen in herkenbare situaties met gebruik van dramatiseringen, visualisaties, handelingen en gezichtsuitdrukkingen. Bij de leermethode worden de taalstructuren die in de praktijk het meest gebruikt worden, eerst geleerd. De mondelinge vaardigheid (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hier in de eerste instantie bij gebruikt; leesvaardigheid en schrijfvaardigheid volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt de grammatica een grote plek. De Structurele Aanpak wordt ook wel Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) genoemd.

Populariteit


In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op vrij grote schaal toegepast om Engels te leren in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Dat de lerenden de taal op een accurate manier leren, is de sterke kant van de Structurele Aanpak. De studenten krijgen inzicht in de grammatica en leren in welke situaties woorden en woordcombinaties wel of niet geschikt zijn voor de situaties. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt alledaagse taal. Aan de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De manier van werken is behoorlijk tijdrovend en biedt niet meteen een succeservaring. De inbreng van de student zelf is beperkt; het is weinig creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Communicatief taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren zestig van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Amerikaans taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept van communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van een vreemde taal.

Met behulp van de CLT-technieken leren de studenten de te leren taal in de praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de taaltrainer. Teksten, geschreven in de te leren taal of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werksituatie worden gebruikt. De doeltaal wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.

Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en de taaldocent draagt onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid in verschillende situaties uit de praktijk te oefenen. Grammatica leren studenten inductief, dit houdt in aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.

Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent echt een trainer, die de lerende leert communiceren in de doeltaal.

Populariteit


In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair, gedeeltelijk doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol waren gebleken. Binnen het verenigde Europa ontstond een grotere behoefte aan het leren van talen op een wijze die direct kon worden toegepast.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


Het communicatief taalonderwijs (CLT) heeft veel pluspunten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de doeltaal; de methode is functioneel en studentgericht. Vanwege het gebruik van authentieke materiaal, leren de studenten de woorden die voor hen nodig zijn. CLT is efficiënt. Deze methode werkt stimulerend voor de lerende omdat hij of zij vlug succeservaringen heeft. Foutjes mogen worden gemaakt; al doende wordt de vaardigheid geleerd en daarna geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en de planning vraagt veel tijd van de taaltrainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Afhankelijk van de achtergrond, is voor een aantal lerenden deze manier van een vreemde taal leren ongewoon of lastig. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint de vaardigheden; hierbij gaat het om de functie en niet zo zeer om de vorm en CLT biedt dan ook geen echt samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Er word geleerd om gebruiksklare zinnetjes, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens schrijver van leerboeken; Johann Valentin Meidinger, deed dit op een andere manier. Hij ontwikkelde een leermethode waarin de grammatica centraal stond omstreeks het jaar 1783. Meidinger wordt gezien als grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd; de taal van religie, cultuur en wetenschap. Het onderwijs in het Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en geheel gericht op de grammatica en het vertalen. Dat werd gezien als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalvormen en taalstructuren waarbij de lerende inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal. De taaltrainers dragen kennis over, de lerenden memoriseren.

Populariteit


Alhoewel al sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed op het taalonderwijs gehad.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, vormt deze grammatica-/vertaalmethode vormt een aardige mentale training. De methode biedt ook inzicht in de structuur, omdat de nadruk op de grammatica wordt gelegd.

Aan de methode kleven echter meer keerzijden dan positieve kanten. Het grootste nadeel is dat de spreek- en luistervaardigheid ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren weinig mondeling kan worden toegepast. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van de taal, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in groepsverband geeft deze methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de lerenden. De lerende is alleen toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


Onderdompeling (Engelse naam: language immersion of alleen immersion) wordt over de hele wereld gebruikt sinds de jaren 70, en dan met name op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de leermethode die bij Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ‘de nonnen van Vught’ toegepast wordt. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les aan welgestelde dames uit Vught gaven.

Kenmerken van onderdompeling


De methode van onderdompeling behelst dat degene die de taal leert, direct vanaf het eerste moment is omgeven door de te leren taal. Alle instructies vinden in de doeltaal plaats; in het begin langzaam en met veel herhalingen, later op een meer natuurlijke manier. De lerenden worden ook vanaf het begin uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. De methode maakt gebruik van simulaties en rollenspellen. Op scholen die met onderdompeling werken, wordt veelal de omgeving in de stijl van het land van de doeltaal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in het land zijn waar die taal gesproken wordt. Studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met spreken. Een andere wijze om onderdompeling te bereiken, is daadwerkelijk naar het land van de vreemde taal reizen en daar bijvoorbeeld verblijven in een gastgezin.

Populariteit


Onderdompeling wordt als een uitstekende methode om vreemde talen te leren gezien. Vooral de mondelinge taalvaardigheid kan met onderdompeling uitstekend worden ontwikkeld.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Omdat de methode behoorlijk intensief is, is het belangrijkste voordeel dat met deze methode snel resultaat wordt bereikt. De leermethode is ‘sink or swim’, de lerenden moeten echt in de doeltaal gaan communiceren omdat zij erdoor worden omgeven. De student is feitelijk 24 uur per dag aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. Lerenden ervaren dat als motiverend.

Een nadeel van de methode is dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt. De kans is groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt als iemand in een korte tijd een nieuwe taal leert, door in het land van de doeltaal te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar vervolgens weer overgaat tot de orde van de dag. Een andere keerzijde kan zijn dat een dergelijke taaltraining erg intensief is. Niet alle studenten hebben de conditie om deze leermethode vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om een vreemde taal te leren ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.

Kenmerken van Suggestopedie


De methode van Suggestopedia is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een vreemde taal) te leren. Daarvoor is het essentieel dat er een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen is tussen de docent en de lerende. Hiervoor dient de lerende ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was uit den boze om dit te bereiken. Tijdens de les zaten lerenden in comfortabele stoelen die in een halve cirkel opgesteld waren en er werd altijd muziek tijdens de les gespeeld. De leermethodiek die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, terwijl op de achtergrond natuurgeluiden waren te horen of klassieke muziek werd gespeeld. Bij de teksten waren lijsten met woorden alsook opmerkingen met betrekking tot de grammatica. Dit voorlezen gebeurde met gebaren alsook veel expressie in stem. De lerende werd op deze manier in de verleiding gebracht om te luisteren en kon de woorden die nieuw waren, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Voor de cultuur en kennis over het land van de vreemde taal was veel aandacht tijdens de lessen. In de les werden rollenspellen gespeeld en in de klas werden ook streekgerechten gemaakt en geproefd.

Populariteit


De leermethode was omstreden en is niet zo bekend meer. Een aantal elementen van Suggestopedia wordt nog steeds toegepast, zoals het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


Suggestopedia creëert een ontspannen en veilige sfeer in de les. Hierdoor krijgen lerendne geen hinder zullen van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een ander pluspunt van de leermethode is dat de student gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in te leven in de situatie. Dit is voor een aantal mensen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd is dit voor sommige lerenden een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Daarnaast kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Een andere zwakke kant is dat de relatie taaldocent-lerende niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de taaldocent en de lerende is altijd de ontvangende partij.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelden in het jaar 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
genoemd.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


CLL (Community Language Learning) is een methode om een vreemde taal te leren waarbij studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. Community Language Learning is gebaseerd op de counseling-benadering waarbij de docent als een counselor optreedt die de zinnen van lerenden omschrijft. De studenten starten een gesprek. Zijn de lerenden de te leren taal nog niet machtig genoeg, dan spreken de lerenden in hun moedertaal. De taaltrainer vertaalt en geeft uitleg, waarna de studenten de uitingen van de trainer zo nauwkeurig mogelijk herhalen. De gesprekken worden opgenomen om daarna opnieuw te kunnen beluisteren.

De CLL bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de lerenden onderling als middel om te leren. Een leerboek wordt niet gebruikt; het zijn de lerenden zelf die het lesmateriaal bepalen door middel van betekenisvolle gesprekken.

Populariteit


Het slagen van CLL hangt grotendeels af van de expertise van de docent-counselor. Bij deze methode dient de trainer naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig te zijn onderlegd. De taaltrainer dient zowel de te leren taal als de moedertaal van de lerenden uitstekend te beheersen om de taaluitingen van de lerenden te kunnen vertalen. Community Language Learning kan prima werken wanneer deze correct gebruikt wordt. Voor grote klassen is deze methode niet geschikt.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


De methode biedt studenten veel autonomie. Veel lerenden vinden het analyseren van de eigen gesprekken nuttig. De groep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de les, maar eveneens buiten de les. Door deze methode worden de lerenden zich veel meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en ze leren om als team te werken. Studenten leren vaak veel door het bespreken door hun foutjes en het evalueren van de les. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van de actieve woordenschat van de studenten.

Het kan een nadeel zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl sommige lerenden deze sturing wel nodig hebben. Bij deze methode wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden eveneens geen toetsen afgenomen. Het succes van de lessen is daardoor moeilijk te meten. Een aantal studenten wordt in hun spreken belemmerd wanneer zij opgenomen worden.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de vroege jaren negentig van de vorige eeuw.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


De lexicografische benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. De studenten verwerven al doende inzicht in patronen van de te leren taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. Bij deze benadering neemt woordenschat een grotere plaats in dan grammatica. Instructies zijn op situaties en uitdrukkingen gericht die regelmatig voorkomen in dialogen. Er wordt aandacht geschonken aan interactie maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Voor het zelfstandig ontdekken van de taal door de studenten bestaat veel mogelijkheid.

Het is de rol van de docent om voor genoeg input te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de student.

Populariteit


In de afgelopen dertig jaar zijn door de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis lesboeken aanmerkelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt aan de woordenschat van de te leren taal besteed die aangeboden wordt in chunks, in betekenisvolle brokjes. De drastische verandering in de wijze waarop vreemde talen worden onderwezen, waar Lewis streefde, is echter uitgebleven.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de vreemde taal); met ‘echte’ taal, leren studenten de vreemde taal op een heel natuurlijke manier te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het taalgebruik.

Het minpunt van deze methode is dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de aangeleerde taalsituaties. Een aantal studenten heeft moeite om de patronen van de vreemde taal zelf te leren herkennen en deze studenten hebben meer aan een taaltrainer die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is ontwikkeld door de Franse leraar François Gouin in 1880.

Kenmerken van de Series Method


De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van François Gouin is gebaseerd op een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica van de doeltaal vereisen. De studenten leren zinnetjes op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als de mens in de samenleving, beroep en wetenschap, het leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. De lerenden gaan al gauw in de nieuwe taal denken omdat een soort eentalige manier van taalverwerving is, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.

Populariteit


De seriemethode van Gouin was zijn tijd ver vooruit. Gouin’s leermethodiek was gedurende een bepaalde periode succesvol, ondanks de afwijkende aanpak. De methode van François Gouin werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Berlitz.

Voor- en nadelen van de Series Method


De Series method van François Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheden van de student sterk en zorgt voor het creëren van een sfeer die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.

De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit type taalonderwijs enthousiasme op bij de studenten. Het leren werd tastbaar; dit was iets dat totaal nieuw was. De leermethode maakt studenten nieuwsgierig, dit is een goede leermethode om om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. De methode van François Gouin stimuleert de communicatieve competenties van de studenten sterk.

De methode heeft echter als nadeel dat taal die iets abstracter of subjectiever wordt, lastig met bewegingen en expressies in één concrete ervaring te vangen is. De bewerkelijkheid voor de trainer, die immers een scala aan series voor moet bereiden, is een ander nadeel. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog meestal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers van deze leermethode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat de verwerving van de te leren taal geen doel op zich is, maar een methode om specifieke taken uit te kunnen voeren. De lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden, waarvoor taalkennis nodig is. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat zij over regels van de taal en woordenschat van de doeltaal beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld boodschappen doen, e-mails schrijven, bellen met een klantenservice, iets te drinken bestellen of een krant lezen. De taak wordt in drie verschillende fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de studenten zich eerst voorbereiden op de taak, de taak daarna uitvoeren en tot slot hierop terugblikken. Om de opdrachten uit te kunnen voeren, moeten studenten samenwerken. De opdrachten dienen net boven het niveau van de lerende te liggen om leereffect te hebben.

Populariteit


Task-Based Language Teaching is vanaf de vroege jaren negentig zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De leermethode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheden bij studenten (hoofdzakelijk studenten met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs biedt duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheden te gebruiken. Zolang de taak goed aansluit bij de lerende, is de leermethode een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Studenten komen op een natuurlijke, dagelijkse manier in contact met de taal en leren op deze manier authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. De studenten leren bovendien om met andere studenten samen te werken. De lerenden ervaren taakgericht onderwijs als plezierig en motiverend.

Dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm, waardoor studenten die niet heel nauwkeurig leren, kan als minpunt worden genoemd.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en taalkundige op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’) in 2000.

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


Dogme Language Teaching (DLT) is geïnspireerd op ‘Dogme 95’; een stroming van een groep van Deense filmmakers waaronder de Deense filmregisseur Lars von Trier uit 1995. De deelnemers houden zich aan 10 strikte regels (dogma’s) voor het filmmaken die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) behelzen. Bij het Dogme-taalonderwijs is iets soortgelijks aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal belast is. Het oogmerk van Dogme-taalonderwijs is het starten van inhoudelijke gesprekken die over praktische onderwerpen gaan. Hierbij draait het om communicatie als drijvende kracht van het leren. De benadering is daarom een communicatieve aanpak van taalonderwijs. Deze methode wil onderwijs bieden zonder leerboeken te gebruiken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op communicatie tussen trainer en lerenden richt. Het Dogme-taalonderwijs kent tien uitgangspunten (dogma’s), net als de Dogme-beweging van de filmmakers.

Populariteit


Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de overeenkomsten met taakgericht leren van een taal erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een positieve bijkomstigheid voor de taaldocent is dat er nauwelijks voorbereiding voor is vereist. Dat de lerende verantwoordelijk is voor het eigen leerproces, kan zeer motiverend werken. Zo is de taalles nooit voorspelbaar; dat zorgt voor spontane communicatie en dat de verveling niet toeslaat. Bijna elk item kan aan bod komen tijdens een Dogme-les. Zo blijven lerenden betrokken en alert.

Als ze zo weinig door de taaldocent bij de hand worden genomen, kunnen de studenten zich echter iets minder op hun gemak voelen. Ook zijn niet alle trainers voldoende flexibel voor deze manier van lesgeven. Dat lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde lesstof hiervoor aan bod komt tijdens de taallessen, kan een bijkomend minpunt van de methode vormen.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson in 2007.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


Deze GPA-methode geldt als een alternatieve visie op het verwerven van een nieuwe taal. De primaire aanname van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van een taal; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur. GPA hanteert daarom de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA heeft overeenkomsten met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De GPA-benadering bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden door de lerende met een verzorger uit de gastcultuur uitgevoerd. Begrip gaat voor productiviteit. De nadruk ligt op de woordenschat en de cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze neemt ongeveer 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ focust zich in fase 1 op het luisteren en het non-verbale feedback geven.

Fase 2 is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase duurt ruwweg 150 uur en de deelnemer begint de taal nu ook te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen gedeeld worden alsook verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de methode is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de ontvangende cultuur. In fase 5 van de methode beginnen deelnemers zich te richten op het taalgebruik van de moedertaalsprekers aan de hand van televisie, films of nieuws en literatuur. Ook de taal die nodig is voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de leermethode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om de groei buiten de formele taalsessies om.

Populariteit


Omdat de leermethode van Thomson nog relatief nieuw is, is nog vrij weinig bekend over het succes van de methode. De deelnemers zijn vrij enthousiast over de methode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met GPA wordt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving geboden. De zes fasen van GPA bieden realistische doelen alsook een duidelijk tijdsschema. De lerenden verwerven niet alleen kennis van de taal, maar eveneens van de omgeving en de lerenden verwerven daarnaast een nieuw sociaal netwerk.

Dat voor iedere deelnemer of iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die veel tijd wil investeren, is een keerzijde van deze methode.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique of kortweg Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door Alexander Argüelles; een Amerikaanse taalkundige en polyglot in de vroege jaren 2000.

Kenmerken van de Shadowing Technique


Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het werkt een relatief eenvoudige techniek van Shadowing: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt dan wat hij of zij hoort. Het gaat in de eerste plaats om de klanken; de tekst in de vreemde taal begrijpen is niet belangrijk. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak tot dit heel gemakkelijk gaat en de student simultaan kan spreken met de opname. De lerende zal na enige tijd een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat hij of zij gezegd heeft. Veel leerboeken zijn geschikt voor deze leermethode, zolang er maar dialogen in staan of delen met samenhangende teksten. De audio-opnames dienen idealiter iets boven het niveau van de lerende te liggen. De ideale lengte is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op een natuurlijke snelheid. Doordat beweging de opname van de te leren taal in het zenuwstelsel versterkt, doet Argüelles de aanbeveling om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst in de buitenlucht, en niet te gaan zitten. Dat de lerenden minder gauw worden afgeleid als zij in beweging zijn, waardoor het leren van de taal aanzienlijk effectiever wordt, is een bijkomende reden.

Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialoog of samenhangende teksten. Ook simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.

Populariteit


Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van de te leren taal wordt vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek kan worden gebruikt in een groep studenten, waarbij elke deelnemer individueel actief aan de methodiek leren is. Het rendement van Shadowing is hoog.

De Shadowing-methode heeft als keerzijde is dat lerende het wellicht een beetje saai kan vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. De teksten kiezen is dus van groot belang.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een methode om talen te leren die van het idee uitgaat dat mensen leren door middel van bewegingen en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan verbaal reageren in een later stadium. Dus de luistervaardigheid vormt de basis, daarna volgt de spreekvaardigheid.

De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van een vreemde taal. De taaltrainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de studenten doen deze opdrachten na. In het begin wordt van de studenten nog niet verwacht dat zij praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels veranderd.

Door het combineren van bewegingen en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Daardoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde beklijft ook beter.

Populariteit


De methode van TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs gebruikt (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engelse les. Maar middelbare scholieren of volwassenen werken ook met veel plezier met TPR® en behalen goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


De methode van Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethodiek zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van de nieuwe taal. Zo kan de student leren zonder stress. In principe is de methode van TPR® voor alle doelgroepen geschikt, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en kan de leermethode ook in iets grotere klassen gebruikt worden. De taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de studenten.

De keerzijde van de TPR®-methode is dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is. Daarom werkt de methode tot op een zeker niveau en is nog een andere methode nodig als aanvulling. Daarnaast is de leermethode niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om meningen, gevoelens en ideeën te uiten.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze Directe Methode is ontwikkeld als tegenreactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Een Reformbeweging met nieuwe ideeën dat het leren van vreemde talen zelfontdekkend en inductief diende te zijn, ontstond rond het jaar 1900. Overigens betrof die Reformbeweging niet alleen het leren van een vreemde taal, maar eveneens natuurgeneeskunde, voeding, kleding en naturisme. Omstreeks 1900 streefden de mensen, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van de keurslijven. In het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd de grammatica vooral inductief aangeleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. Hieruit dienden de lerenden de taalregels af te leiden. Er kwamen veel mondelinge oefeningen en met veel aandacht voor de uitspraak van de taal. Lerenden werden aangemoedigd vaak te spreken. Het was eveneens nieuw dat de lessen in de doeltaal werden gegeven. Tijdens de taallessen werd nadrukkelijk niet vertaald. De vocabulaire van de doeltaal werd aangeleerd door middel van plaatjes en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd door studenten aangebracht om ideeën te laten associëren.

Populariteit


De golf van vernieuwing van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, deels door invloeden van de oorlogen en crises, om in de jaren zestig weer een andere vorm te krijgen.

Taleninstituten als Berlitz en Interlingua werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat het een vrij natuurlijke manier is om een vreemde taal te leren, is het voordeel van de Directe Methode. Bij de methode wordt veel aandacht besteed aan spreken en luisteren. Hierdoor krijgen de lerenden vloeiendheid in de taal en zelfvertrouwen. Minpunten heeft deze leermethode echter ook. Deze leermethode besteedt veel minder aandacht aan de schrijfvaardigheid en relatief ook minder aan lezen in de doeltaal. Voor lerenden die verder meer gevorderd zijn, biedt deze leermethode onvoldoende uitdagingen. De Directe Methode is ook niet heel bruikbaar voor de langzaam lerende studenten, doordat deze methode van een dynamische inzet vanuit de studenten uitgaat.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca is op hetzelfde principe gebaseerd als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet werken met abstracte lijstjes of regels met woorden die uit het hoofd geleerd dienen te worden.

De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is gebaseerd op het werken met een groep lerenden en een taaldocent, die steeds één woord tegelijk introduceert. Er hoort een specifieke beweging bij ieder woord. Het woord en de bijbehorende beweging worden daarna door de studenten afzonderlijk herhaald. Door de herhaling onthouden de lerenden het woord, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap vormen de woorden zinnen en weer variaties op de zinnen. De spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.

De methode van Jean Manesca is al enkele jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.

Populariteit


Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Jean Manesca zijn actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langduriger door de lerenden wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode. Het vele herhalen draagt daar eveneens aan bij. Dat dit wat saai wordt om dezelfde woordjes en zinnetjes steeds te herhalen, kan door lerenden als een minpunt worden gezien.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een methode om een taal te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. Gattegno’s methode gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.

De taaltrainers gebruiken een combinatie van gebaren en stilte om de aandacht van de student te trekken, reacties te krijgen en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Veel tijd wordt aan de uitspraak besteed.

Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een manier die efficiënt voor de energievoorraad van de studenten was. Hij ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno verklaarde dat trainers niet zozeer dienen te streven naar het overbrengen van kennis, maar bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om iets te kunnen leren.

The Silent Way gebruikt onder andere staven met verschillende kleuren, die kunnen worden gebruikt voor allerlei dingen. De methodiek werkt ook met Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van de taal staat, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.

Populariteit


Vooral bij het aanleren van de uitspraak zijn de ideeën van Gattegno wel van betekenis geweest, hoewel The Silent Way in de originele versie niet veel meer wordt gebruikt.

Voor- en nadelen van de Silent Way


Dat de leermethode van Gattegno niet-bedreigend is voor de student, die immers als autonoom gezien wordt, is de sterke kant van de leermethode. De taaldocent is in principe dienstbaar aan de lerenden en niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van een taal op een natuurlijke manier. Vaak wordt het geleerde goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Fouten maken mag, wat aan het leerproces bijdraagt.

Het kan een minpunt zijn dat sommige studenten intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode voorziet. Een lerende zou gefrustreerd kunnen worden door het gebrek aan input van de trainer. De beperking van het werken met kleuren en grafieken is dat de nieuwheid er vrij snel af is, waardoor het effect kan verdwijnen.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.

Kenmerken van TPR Storytelling


TPR Storytelling is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal te leren. Het uitgangspunt is natuurlijke taalverwerving: een vreemeen taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te bereiken, worden de lerenden aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. Door de taaldocent wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Omdat deze verhalen vrij gemakkelijk te begrijpen zijn, zijn studenten ontspannen. Zo worden woorden en structuren van de nieuwe taal ongemerkt in het langetermijngeheugen opgeslagen. De docent wijst de student op grammaticale fenomenen van de doeltaal, zonder dat studenten regels van de nieuwe taal uit het hoofd hoeven te leren.

Na een poosje zal de lerende ‘vanzelf’ beginnen te spreken en de grammaticale structuren nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om met een groepje van studenten een verhaal op te bouwen. De trainer schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met de vertalingen erbij, om vervolgens hier een verhaal van te maken samen met de studenten. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen is een belangrijk deel van TPR Storytelling, omdat dit zorgt voor inbreng. In een latere fase volgt schrijven.

Populariteit


Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een geslaagde manier is om een taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de docent moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


Het is een laagdrempelige manier om een vreemde taal te leren en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een breinvriendelijke leermethode. Het is plezierig voor lerenden en het is niet moeilijk om bij te les te blijven. Voor lerenden werkt het zeer motiverend om zelf een verhaal te verzinnen.

Een keerzijde is dat TPRS veel voorbereiding van de docenten vraagt.

Commerciële methodes voor zelfstudie

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-methode is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die in Egypte is ontdekt met tweetalige teksten, met behulp waarvan de hiërogliefen ontcijferd zijn. Rosetta Stone is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taalcursussen aanbiedt. De eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht in het jaar 1996.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone cursus is een methode om achter een computer een vreemde taal te leren. De taalcursussen zijn in meer dan dertig talen beschikbaar en de cursussen zijn te volgen vanuit al deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop kinderen de moedertaal leren. Dit wil zeggen ‘leren door onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te spreken. Rosetta Stone gebruikt hiervoor stemmen van moedertaalsprekers alsook foto’s om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal. Er is een programma om spraak te herkennen dat de uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. De lerende kan zo de uitspraak vergelijken met die van een native speaker (moedertaalspreker). Door de voorbeeldspreker minder snel te laten praten en vervolgens veel na te zeggen, kan verbetering van de uitspraak worden bereikt.

Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheid te oefenen. De software van de methode controleert de grammatica en de spelling en geeft eventuele taalfouten aan met de mogelijkheid om deze taalfouten van de student te corrigeren.

Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.

Populariteit


Wereldwijd wordt de methode van Rosetta Stone veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA gebruiken de methode van Rosetta Stone. De methode van Rosetta Stone wordt in Nederland ingezet door enkele ministeries en diverse hogescholen en universiteiten en eveneens door een aantal internationale organisaties.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


Rosetta Stone is heel makkelijk in het gebruik en de student kan de methode op ieder moment gebruiken. Welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken, wordt door de lerenden zelf bepaald. Velen vinden het prettig om de leermethodiek te gebruiken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode voor onderwijsinstellingen een oplossing bieden. Het feit dat er geen trainer is die studenten motiveert of iets extra’s kan bieden, is een minpunt.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. Zijn eerste taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur in 1963 introduceerde.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een computerprogramma om vreemde talen te leren.

Deze cursus van Pimsleur bestaat uit zinnen/dialogen in de doeltaal die door lerenden worden nagesproken en worden herhaald. De zinnetjes zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursussen van Pimsleur zijn gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en wederom herhaling. De les omvat een halfuur audio-opname met nieuwe vocabulaire en taalstructuur. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur van de doeltaal niet uit maar biedt deze grammaticale structuur aan door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.

Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarin kennis van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.

Populariteit


Onder andere Amerikanen gebruiken de Pimsleur cursussen en de ervaringen met Pimsleur variëren. De gebruikers zijn in het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van de vreemde taal.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


Doordat de insprekers van de zinnen allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo praten, werkt de methodiek van Pimsleur heel goed als uitspraakverbeteraar.

Dat niets wordt uitgelegd, is een keerzijde van de methode van Pimsleur. De studenten leren geen bouwstenen van de doeltaal om zelf zinnen te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die ingeprent worden.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is, niet verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Hij begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.

De taalcursussen zijn audiolessen, ingesproken door twee acteurs; een mannelijke acteur en een vrouwelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtueel klaslokaal, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Hij of zij luistert met de les van de acteurs mee. Als een vraag aan de stemacteurs wordt gesteld, is het idee dat de lerenden op pauze drukken en zelf antwoord geven op de vraag. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De les wordt in kleine stapjes opgebouwd en lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met lesstof die al bekend is. De uitleg wordt steeds in het Engels gegeven. Er wordt bijvoorbeeld gewezen op verbanden tussen het Engels en de doeltaal, als deze verbanden er zijn. De methode geeft ook grammaticale uitleg. Makkelijke lesstof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de student de makkelijke lesstof heeft begrepen en verworven. Behalve woorden en zinnen worden ook bouwstenen aangeleerd waarmee de gebruiker zelf zinnen kan bouwen. Ook gebruikt de leermethode van flashcards waarmee studenten zelf hun vocabulaire kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te kunnen meten.

Populariteit


Veel mensen vinden de cursus fijn om mee te werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuur van de doeltaal. Gebruikers die al wat verder zijn met de taal, ervaren de cursussen als minder nuttig.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De cursus van Michel Thomas zijn toegankelijk en trainen uitspraak en luistervaardigheid van de vreemde taal op een efficiënte wijze. Dat de taalcursus niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een nadeel. Een echte interactie is er ook niet, omdat de methode van Michel Thomas een audiocursus betreft.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 is opgericht door Alphonse Chérel. Het bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Dit begon met hun eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


Letterlijk betekent ‘assimileren’ of ‘assimilatie’: ‘opgaan in een andere groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen uitgangspunt is voor een taalcursus. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek, audio-CD’s en een USB-stick. De gebruikers werken bij voorkeur ongeveer twintig minuten per dag.

De taallessen bestaan uit dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De vertaling staat naast deze dialoog, met de grammaticale uitleg. Om de uitspraak van de vreemde taal te trainen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnetjes die door native speakers zijn ingesproken en die de cursisten dienen te herhalen. De opbouw verloopt van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer vijftig taallessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn vrij populair. Ze zijn relatief voordelig en het aanbod aan talen is groot.

Voor- en nadelen van Assimil


Dat de cursist in zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste uitkomt, is het pluspunt van de Assimil-methode. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle taalcursussen met een computer, dat de lerende aan zichzelf is overgeleverd. Er is geen taaldocent beschikbaar om studenten te motiveren of te begeleiden.


ALGEMENE LEERMETHODES

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode soms de ‘legermethode’ genoemd.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan beschouwd worden als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Nieuw was dat de taallessen volledig in de doeltaal plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn luisteren en spreken en de grammaticale structuren worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is vrijwel foutloos leren spreken en verstaan, wat begint met leren naspreken. Het middel hiervoor is herhaling; er wordt gewerkt met driloefeningen om zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaldocent kan zo bijvoorbeeld een zin tien maal herhalen en vervolgens een nieuw woord toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt vaak gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waar studenten met een koptelefoon naar zinnen luisteren en deze nazeggen. De geschreven taal wordt pas behandeld wanneer de mondelinge taal inmiddels vertrouwd is geworden. Wel worden afbeeldingen gebruikt om nieuwe woorden te introduceren.

Populariteit


De methode werd in ons land pas geïntroduceerd rond het jaar 1970 toen de Mammoetwet van kracht werd. Er waren al gauw grote bezwaren tegen deze inhoudsloze driloefeningen. Soms haperde de techniek, waardoor de talenpractica vrij snel in onbruik raakten. In plaats hiervan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. De audiolinguale methode heeft wel sporen nagelaten Het was nu breed geaccepteerd dat het bij het leren van de taal niet om het uit het hoofd leren van de grammatica gaat, maar om het gebruik. De luistervaardigheid, die vóór de jaren zeventig voor veel taaldocenten niet bestond, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten. Een juiste uitspraak wordt vanaf het begin aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor voor een efficiënte en snelle overdracht van taalkennis zorgen. Ook voor grotere groepen is de audiolinguale methode geschikt.

Tegelijkertijd is dit docentgestuurde aspect een nadeel; eigen input wordt niet verlangd van de studenten. Hierdoor ligt het risico op passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de driloefeningen niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal op een zodanige manier te leren dat het in het langetermijngeheugen wordt opgeslagen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die nadien herhaald worden. De woorden en zinnen van de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerenden. Al deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar door blootstelling gaat dit automatisch. Bij de GoldList-methode wordt de woordenlijst telkens bijgewerkt; woorden die zijn geleerd, gaan van de woordenlijst af, woorden die nog steeds problemen opleveren, blijven op de lijst op de woordenlijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden of zinnen spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, iets dat door geheugenwetenschappers betwijfeld wordt. In het algemeen wordt kennis onthouden als deze kennis ook van betekenis en relevant is voor de lerende. De GoldList-methode kan werken voor woorden die van betekenis en relevant zijn voor de lerende.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Bij studenten die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun zou de methode goed kunnen functioneren. Omdat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt, functioneert het met de hand schrijven effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een foto maken. Een minpunt is het ontbreken van context. Taal is veel meer dan een verzameling losse woorden en/of zinnen. Deze methode is bovendien nogal tijdrovend; er moeten steeds met de hand geschreven lijsten worden aangemaakt.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method richt zich op een natuurlijke manier van het verwerven van de taal. De leermethode probeert de taal te leren op de manier waarop mensen als kind hun moedertaal leerden. De taalregels van de vreemde taal leert studenten ook onbewust op deze manier. Alleen de doeltaal wordt hiervoor gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een leeromgeving zonder stress voor de studenten is het streven van de methode. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt blootgesteld aan de lerenden. De taalproductie mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete grammatica.

Als de student wordt ondergedompeld in de te leren taal, is de methode het meest effectief. De leeractiviteiten in de te leren taal, moeten stimulerend zijn, om te zorgen dat de student plezier heeft van de ervaringen.

De Natural Method heeft vrij veel overeenkomsten met de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid is dat de Directe Methode meer de focus op de praktijk legt en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Het is vaak bewezen dat onderdompeling heel effectief is. De natuurlijke aanpak is een populaire methode van lesgeven bij taaltrainers, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen voor studenten. Er kleven ook nadelen aan de natuurlijke aanpak. De nadruk wordt vooral op het impliciet aanleren van de grammatica van de vreemde taal gelegd. De student zou weliswaar leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal door onvoldoende kennis van de grammatica van de te leren taal.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier een vreemde taal te leren. Studenten krijgen de kans voor het opbouwen van een persoonlijke band met de taal. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft de geleerde stof langer onthouden.

Het nadeel kan zijn dat het langer duurt voor er resultaten geboekt worden, doordat er bijna geen druk ligt op de taalproductie. De methode bereidt lerenden eveneens niet per se voor op een bepaald examen.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De Structural Approach (afgekort SA) oftewel ‘Structurele Aanpak’ is door Charles Carpenter Fries en Robert Lado ontwikkeld in de jaren 50.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren met als doel studenten vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal. Volgens de Structurele Aanpak levert het beheersen van deze structuren meer op dan het leren van woordenschat van de nieuwe taal. Bij de Structurele Aanpak draait het om het herkennen en kunnen toepassen van bepaalde samenstellingen van woorden en groepen woorden in de juiste woordvolgorde. Deze combinaties worden aan de lerenden aangedragen in herkenbare situaties met gebruik van dramatiseringen, visualisaties, handelingen en gezichtsuitdrukkingen. Bij de leermethode worden de taalstructuren die in de praktijk het meest gebruikt worden, eerst geleerd. De mondelinge vaardigheid (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hier in de eerste instantie bij gebruikt; leesvaardigheid en schrijfvaardigheid volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt de grammatica een grote plek. De Structurele Aanpak wordt ook wel Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) genoemd.

Populariteit


In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op vrij grote schaal toegepast om Engels te leren in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Dat de lerenden de taal op een accurate manier leren, is de sterke kant van de Structurele Aanpak. De studenten krijgen inzicht in de grammatica en leren in welke situaties woorden en woordcombinaties wel of niet geschikt zijn voor de situaties. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt alledaagse taal. Aan de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De manier van werken is behoorlijk tijdrovend en biedt niet meteen een succeservaring. De inbreng van de student zelf is beperkt; het is weinig creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Communicatief taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren zestig van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Amerikaans taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept van communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van een vreemde taal.

Met behulp van de CLT-technieken leren de studenten de te leren taal in de praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de taaltrainer. Teksten, geschreven in de te leren taal of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werksituatie worden gebruikt. De doeltaal wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.

Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en de taaldocent draagt onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid in verschillende situaties uit de praktijk te oefenen. Grammatica leren studenten inductief, dit houdt in aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.

Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent echt een trainer, die de lerende leert communiceren in de doeltaal.

Populariteit


In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair, gedeeltelijk doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol waren gebleken. Binnen het verenigde Europa ontstond een grotere behoefte aan het leren van talen op een wijze die direct kon worden toegepast.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


Het communicatief taalonderwijs (CLT) heeft veel pluspunten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de doeltaal; de methode is functioneel en studentgericht. Vanwege het gebruik van authentieke materiaal, leren de studenten de woorden die voor hen nodig zijn. CLT is efficiënt. Deze methode werkt stimulerend voor de lerende omdat hij of zij vlug succeservaringen heeft. Foutjes mogen worden gemaakt; al doende wordt de vaardigheid geleerd en daarna geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en de planning vraagt veel tijd van de taaltrainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Afhankelijk van de achtergrond, is voor een aantal lerenden deze manier van een vreemde taal leren ongewoon of lastig. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint de vaardigheden; hierbij gaat het om de functie en niet zo zeer om de vorm en CLT biedt dan ook geen echt samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Er word geleerd om gebruiksklare zinnetjes, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens schrijver van leerboeken; Johann Valentin Meidinger, deed dit op een andere manier. Hij ontwikkelde een leermethode waarin de grammatica centraal stond omstreeks het jaar 1783. Meidinger wordt gezien als grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd; de taal van religie, cultuur en wetenschap. Het onderwijs in het Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en geheel gericht op de grammatica en het vertalen. Dat werd gezien als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalvormen en taalstructuren waarbij de lerende inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal. De taaltrainers dragen kennis over, de lerenden memoriseren.

Populariteit


Alhoewel al sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed op het taalonderwijs gehad.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, vormt deze grammatica-/vertaalmethode vormt een aardige mentale training. De methode biedt ook inzicht in de structuur, omdat de nadruk op de grammatica wordt gelegd.

Aan de methode kleven echter meer keerzijden dan positieve kanten. Het grootste nadeel is dat de spreek- en luistervaardigheid ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren weinig mondeling kan worden toegepast. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van de taal, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in groepsverband geeft deze methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de lerenden. De lerende is alleen toehoorder en uitvoerder.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


Onderdompeling (Engelse naam: language immersion of alleen immersion) wordt over de hele wereld gebruikt sinds de jaren 70, en dan met name op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de leermethode die bij Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ‘de nonnen van Vught’ toegepast wordt. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les aan welgestelde dames uit Vught gaven.

Kenmerken van onderdompeling


De methode van onderdompeling behelst dat degene die de taal leert, direct vanaf het eerste moment is omgeven door de te leren taal. Alle instructies vinden in de doeltaal plaats; in het begin langzaam en met veel herhalingen, later op een meer natuurlijke manier. De lerenden worden ook vanaf het begin uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. De methode maakt gebruik van simulaties en rollenspellen. Op scholen die met onderdompeling werken, wordt veelal de omgeving in de stijl van het land van de doeltaal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in het land zijn waar die taal gesproken wordt. Studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met spreken. Een andere wijze om onderdompeling te bereiken, is daadwerkelijk naar het land van de vreemde taal reizen en daar bijvoorbeeld verblijven in een gastgezin.

Populariteit


Onderdompeling wordt als een uitstekende methode om vreemde talen te leren gezien. Vooral de mondelinge taalvaardigheid kan met onderdompeling uitstekend worden ontwikkeld.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Omdat de methode behoorlijk intensief is, is het belangrijkste voordeel dat met deze methode snel resultaat wordt bereikt. De leermethode is ‘sink or swim’, de lerenden moeten echt in de doeltaal gaan communiceren omdat zij erdoor worden omgeven. De student is feitelijk 24 uur per dag aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. Lerenden ervaren dat als motiverend.

Een nadeel van de methode is dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt. De kans is groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt als iemand in een korte tijd een nieuwe taal leert, door in het land van de doeltaal te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar vervolgens weer overgaat tot de orde van de dag. Een andere keerzijde kan zijn dat een dergelijke taaltraining erg intensief is. Niet alle studenten hebben de conditie om deze leermethode vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om een vreemde taal te leren ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.

Kenmerken van Suggestopedie


De methode van Suggestopedia is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een vreemde taal) te leren. Daarvoor is het essentieel dat er een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen is tussen de docent en de lerende. Hiervoor dient de lerende ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was uit den boze om dit te bereiken. Tijdens de les zaten lerenden in comfortabele stoelen die in een halve cirkel opgesteld waren en er werd altijd muziek tijdens de les gespeeld. De leermethodiek die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, terwijl op de achtergrond natuurgeluiden waren te horen of klassieke muziek werd gespeeld. Bij de teksten waren lijsten met woorden alsook opmerkingen met betrekking tot de grammatica. Dit voorlezen gebeurde met gebaren alsook veel expressie in stem. De lerende werd op deze manier in de verleiding gebracht om te luisteren en kon de woorden die nieuw waren, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Voor de cultuur en kennis over het land van de vreemde taal was veel aandacht tijdens de lessen. In de les werden rollenspellen gespeeld en in de klas werden ook streekgerechten gemaakt en geproefd.

Populariteit


De leermethode was omstreden en is niet zo bekend meer. Een aantal elementen van Suggestopedia wordt nog steeds toegepast, zoals het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


Suggestopedia creëert een ontspannen en veilige sfeer in de les. Hierdoor krijgen lerendne geen hinder zullen van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een ander pluspunt van de leermethode is dat de student gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in te leven in de situatie. Dit is voor een aantal mensen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd is dit voor sommige lerenden een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Daarnaast kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Een andere zwakke kant is dat de relatie taaldocent-lerende niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de taaldocent en de lerende is altijd de ontvangende partij.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelden in het jaar 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
genoemd.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


CLL (Community Language Learning) is een methode om een vreemde taal te leren waarbij studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. Community Language Learning is gebaseerd op de counseling-benadering waarbij de docent als een counselor optreedt die de zinnen van lerenden omschrijft. De studenten starten een gesprek. Zijn de lerenden de te leren taal nog niet machtig genoeg, dan spreken de lerenden in hun moedertaal. De taaltrainer vertaalt en geeft uitleg, waarna de studenten de uitingen van de trainer zo nauwkeurig mogelijk herhalen. De gesprekken worden opgenomen om daarna opnieuw te kunnen beluisteren.

De CLL bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de lerenden onderling als middel om te leren. Een leerboek wordt niet gebruikt; het zijn de lerenden zelf die het lesmateriaal bepalen door middel van betekenisvolle gesprekken.

Populariteit


Het slagen van CLL hangt grotendeels af van de expertise van de docent-counselor. Bij deze methode dient de trainer naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig te zijn onderlegd. De taaltrainer dient zowel de te leren taal als de moedertaal van de lerenden uitstekend te beheersen om de taaluitingen van de lerenden te kunnen vertalen. Community Language Learning kan prima werken wanneer deze correct gebruikt wordt. Voor grote klassen is deze methode niet geschikt.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


De methode biedt studenten veel autonomie. Veel lerenden vinden het analyseren van de eigen gesprekken nuttig. De groep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de les, maar eveneens buiten de les. Door deze methode worden de lerenden zich veel meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en ze leren om als team te werken. Studenten leren vaak veel door het bespreken door hun foutjes en het evalueren van de les. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van de actieve woordenschat van de studenten.

Het kan een nadeel zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl sommige lerenden deze sturing wel nodig hebben. Bij deze methode wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden eveneens geen toetsen afgenomen. Het succes van de lessen is daardoor moeilijk te meten. Een aantal studenten wordt in hun spreken belemmerd wanneer zij opgenomen worden.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de vroege jaren negentig van de vorige eeuw.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


De lexicografische benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. De studenten verwerven al doende inzicht in patronen van de te leren taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. Bij deze benadering neemt woordenschat een grotere plaats in dan grammatica. Instructies zijn op situaties en uitdrukkingen gericht die regelmatig voorkomen in dialogen. Er wordt aandacht geschonken aan interactie maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Voor het zelfstandig ontdekken van de taal door de studenten bestaat veel mogelijkheid.

Het is de rol van de docent om voor genoeg input te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de student.

Populariteit


In de afgelopen dertig jaar zijn door de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis lesboeken aanmerkelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt aan de woordenschat van de te leren taal besteed die aangeboden wordt in chunks, in betekenisvolle brokjes. De drastische verandering in de wijze waarop vreemde talen worden onderwezen, waar Lewis streefde, is echter uitgebleven.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de vreemde taal); met ‘echte’ taal, leren studenten de vreemde taal op een heel natuurlijke manier te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het taalgebruik.

Het minpunt van deze methode is dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de aangeleerde taalsituaties. Een aantal studenten heeft moeite om de patronen van de vreemde taal zelf te leren herkennen en deze studenten hebben meer aan een taaltrainer die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is ontwikkeld door de Franse leraar François Gouin in 1880.

Kenmerken van de Series Method


De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van François Gouin is gebaseerd op een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica van de doeltaal vereisen. De studenten leren zinnetjes op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als de mens in de samenleving, beroep en wetenschap, het leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. De lerenden gaan al gauw in de nieuwe taal denken omdat een soort eentalige manier van taalverwerving is, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.

Populariteit


De seriemethode van Gouin was zijn tijd ver vooruit. Gouin’s leermethodiek was gedurende een bepaalde periode succesvol, ondanks de afwijkende aanpak. De methode van François Gouin werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Berlitz.

Voor- en nadelen van de Series Method


De Series method van François Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheden van de student sterk en zorgt voor het creëren van een sfeer die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.

De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit type taalonderwijs enthousiasme op bij de studenten. Het leren werd tastbaar; dit was iets dat totaal nieuw was. De leermethode maakt studenten nieuwsgierig, dit is een goede leermethode om om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. De methode van François Gouin stimuleert de communicatieve competenties van de studenten sterk.

De methode heeft echter als nadeel dat taal die iets abstracter of subjectiever wordt, lastig met bewegingen en expressies in één concrete ervaring te vangen is. De bewerkelijkheid voor de trainer, die immers een scala aan series voor moet bereiden, is een ander nadeel. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog meestal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers van deze leermethode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat de verwerving van de te leren taal geen doel op zich is, maar een methode om specifieke taken uit te kunnen voeren. De lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden, waarvoor taalkennis nodig is. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat zij over regels van de taal en woordenschat van de doeltaal beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld boodschappen doen, e-mails schrijven, bellen met een klantenservice, iets te drinken bestellen of een krant lezen. De taak wordt in drie verschillende fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de studenten zich eerst voorbereiden op de taak, de taak daarna uitvoeren en tot slot hierop terugblikken. Om de opdrachten uit te kunnen voeren, moeten studenten samenwerken. De opdrachten dienen net boven het niveau van de lerende te liggen om leereffect te hebben.

Populariteit


Task-Based Language Teaching is vanaf de vroege jaren negentig zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De leermethode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheden bij studenten (hoofdzakelijk studenten met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs biedt duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheden te gebruiken. Zolang de taak goed aansluit bij de lerende, is de leermethode een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Studenten komen op een natuurlijke, dagelijkse manier in contact met de taal en leren op deze manier authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. De studenten leren bovendien om met andere studenten samen te werken. De lerenden ervaren taakgericht onderwijs als plezierig en motiverend.

Dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm, waardoor studenten die niet heel nauwkeurig leren, kan als minpunt worden genoemd.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en taalkundige op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’) in 2000.

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


Dogme Language Teaching (DLT) is geïnspireerd op ‘Dogme 95’; een stroming van een groep van Deense filmmakers waaronder de Deense filmregisseur Lars von Trier uit 1995. De deelnemers houden zich aan 10 strikte regels (dogma’s) voor het filmmaken die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) behelzen. Bij het Dogme-taalonderwijs is iets soortgelijks aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal belast is. Het oogmerk van Dogme-taalonderwijs is het starten van inhoudelijke gesprekken die over praktische onderwerpen gaan. Hierbij draait het om communicatie als drijvende kracht van het leren. De benadering is daarom een communicatieve aanpak van taalonderwijs. Deze methode wil onderwijs bieden zonder leerboeken te gebruiken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op communicatie tussen trainer en lerenden richt. Het Dogme-taalonderwijs kent tien uitgangspunten (dogma’s), net als de Dogme-beweging van de filmmakers.

Populariteit


Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de overeenkomsten met taakgericht leren van een taal erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een positieve bijkomstigheid voor de taaldocent is dat er nauwelijks voorbereiding voor is vereist. Dat de lerende verantwoordelijk is voor het eigen leerproces, kan zeer motiverend werken. Zo is de taalles nooit voorspelbaar; dat zorgt voor spontane communicatie en dat de verveling niet toeslaat. Bijna elk item kan aan bod komen tijdens een Dogme-les. Zo blijven lerenden betrokken en alert.

Als ze zo weinig door de taaldocent bij de hand worden genomen, kunnen de studenten zich echter iets minder op hun gemak voelen. Ook zijn niet alle trainers voldoende flexibel voor deze manier van lesgeven. Dat lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde lesstof hiervoor aan bod komt tijdens de taallessen, kan een bijkomend minpunt van de methode vormen.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson in 2007.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


Deze GPA-methode geldt als een alternatieve visie op het verwerven van een nieuwe taal. De primaire aanname van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van een taal; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur. GPA hanteert daarom de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA heeft overeenkomsten met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De GPA-benadering bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden door de lerende met een verzorger uit de gastcultuur uitgevoerd. Begrip gaat voor productiviteit. De nadruk ligt op de woordenschat en de cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze neemt ongeveer 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ focust zich in fase 1 op het luisteren en het non-verbale feedback geven.

Fase 2 is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase duurt ruwweg 150 uur en de deelnemer begint de taal nu ook te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen gedeeld worden alsook verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de methode is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de ontvangende cultuur. In fase 5 van de methode beginnen deelnemers zich te richten op het taalgebruik van de moedertaalsprekers aan de hand van televisie, films of nieuws en literatuur. Ook de taal die nodig is voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de leermethode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om de groei buiten de formele taalsessies om.

Populariteit


Omdat de leermethode van Thomson nog relatief nieuw is, is nog vrij weinig bekend over het succes van de methode. De deelnemers zijn vrij enthousiast over de methode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met GPA wordt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving geboden. De zes fasen van GPA bieden realistische doelen alsook een duidelijk tijdsschema. De lerenden verwerven niet alleen kennis van de taal, maar eveneens van de omgeving en de lerenden verwerven daarnaast een nieuw sociaal netwerk.

Dat voor iedere deelnemer of iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die veel tijd wil investeren, is een keerzijde van deze methode.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique of kortweg Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door Alexander Argüelles; een Amerikaanse taalkundige en polyglot in de vroege jaren 2000.

Kenmerken van de Shadowing Technique


Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het werkt een relatief eenvoudige techniek van Shadowing: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt dan wat hij of zij hoort. Het gaat in de eerste plaats om de klanken; de tekst in de vreemde taal begrijpen is niet belangrijk. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak tot dit heel gemakkelijk gaat en de student simultaan kan spreken met de opname. De lerende zal na enige tijd een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat hij of zij gezegd heeft. Veel leerboeken zijn geschikt voor deze leermethode, zolang er maar dialogen in staan of delen met samenhangende teksten. De audio-opnames dienen idealiter iets boven het niveau van de lerende te liggen. De ideale lengte is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op een natuurlijke snelheid. Doordat beweging de opname van de te leren taal in het zenuwstelsel versterkt, doet Argüelles de aanbeveling om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst in de buitenlucht, en niet te gaan zitten. Dat de lerenden minder gauw worden afgeleid als zij in beweging zijn, waardoor het leren van de taal aanzienlijk effectiever wordt, is een bijkomende reden.

Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialoog of samenhangende teksten. Ook simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.

Populariteit


Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van de te leren taal wordt vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek kan worden gebruikt in een groep studenten, waarbij elke deelnemer individueel actief aan de methodiek leren is. Het rendement van Shadowing is hoog.

De Shadowing-methode heeft als keerzijde is dat lerende het wellicht een beetje saai kan vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. De teksten kiezen is dus van groot belang.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een methode om talen te leren die van het idee uitgaat dat mensen leren door middel van bewegingen en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan verbaal reageren in een later stadium. Dus de luistervaardigheid vormt de basis, daarna volgt de spreekvaardigheid.

De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van een vreemde taal. De taaltrainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de studenten doen deze opdrachten na. In het begin wordt van de studenten nog niet verwacht dat zij praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels veranderd.

Door het combineren van bewegingen en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Daardoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde beklijft ook beter.

Populariteit


De methode van TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs gebruikt (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engelse les. Maar middelbare scholieren of volwassenen werken ook met veel plezier met TPR® en behalen goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


De methode van Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethodiek zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van de nieuwe taal. Zo kan de student leren zonder stress. In principe is de methode van TPR® voor alle doelgroepen geschikt, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en kan de leermethode ook in iets grotere klassen gebruikt worden. De taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de studenten.

De keerzijde van de TPR®-methode is dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is. Daarom werkt de methode tot op een zeker niveau en is nog een andere methode nodig als aanvulling. Daarnaast is de leermethode niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om meningen, gevoelens en ideeën te uiten.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze Directe Methode is ontwikkeld als tegenreactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Een Reformbeweging met nieuwe ideeën dat het leren van vreemde talen zelfontdekkend en inductief diende te zijn, ontstond rond het jaar 1900. Overigens betrof die Reformbeweging niet alleen het leren van een vreemde taal, maar eveneens natuurgeneeskunde, voeding, kleding en naturisme. Omstreeks 1900 streefden de mensen, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van de keurslijven. In het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd de grammatica vooral inductief aangeleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. Hieruit dienden de lerenden de taalregels af te leiden. Er kwamen veel mondelinge oefeningen en met veel aandacht voor de uitspraak van de taal. Lerenden werden aangemoedigd vaak te spreken. Het was eveneens nieuw dat de lessen in de doeltaal werden gegeven. Tijdens de taallessen werd nadrukkelijk niet vertaald. De vocabulaire van de doeltaal werd aangeleerd door middel van plaatjes en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd door studenten aangebracht om ideeën te laten associëren.

Populariteit


De golf van vernieuwing van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, deels door invloeden van de oorlogen en crises, om in de jaren zestig weer een andere vorm te krijgen.

Taleninstituten als Berlitz en Interlingua werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat het een vrij natuurlijke manier is om een vreemde taal te leren, is het voordeel van de Directe Methode. Bij de methode wordt veel aandacht besteed aan spreken en luisteren. Hierdoor krijgen de lerenden vloeiendheid in de taal en zelfvertrouwen. Minpunten heeft deze leermethode echter ook. Deze leermethode besteedt veel minder aandacht aan de schrijfvaardigheid en relatief ook minder aan lezen in de doeltaal. Voor lerenden die verder meer gevorderd zijn, biedt deze leermethode onvoldoende uitdagingen. De Directe Methode is ook niet heel bruikbaar voor de langzaam lerende studenten, doordat deze methode van een dynamische inzet vanuit de studenten uitgaat.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca is op hetzelfde principe gebaseerd als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet werken met abstracte lijstjes of regels met woorden die uit het hoofd geleerd dienen te worden.

De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is gebaseerd op het werken met een groep lerenden en een taaldocent, die steeds één woord tegelijk introduceert. Er hoort een specifieke beweging bij ieder woord. Het woord en de bijbehorende beweging worden daarna door de studenten afzonderlijk herhaald. Door de herhaling onthouden de lerenden het woord, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap vormen de woorden zinnen en weer variaties op de zinnen. De spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.

De methode van Jean Manesca is al enkele jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.

Populariteit


Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Jean Manesca zijn actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langduriger door de lerenden wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode. Het vele herhalen draagt daar eveneens aan bij. Dat dit wat saai wordt om dezelfde woordjes en zinnetjes steeds te herhalen, kan door lerenden als een minpunt worden gezien.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een methode om een taal te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. Gattegno’s methode gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.

De taaltrainers gebruiken een combinatie van gebaren en stilte om de aandacht van de student te trekken, reacties te krijgen en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Veel tijd wordt aan de uitspraak besteed.

Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een manier die efficiënt voor de energievoorraad van de studenten was. Hij ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno verklaarde dat trainers niet zozeer dienen te streven naar het overbrengen van kennis, maar bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om iets te kunnen leren.

The Silent Way gebruikt onder andere staven met verschillende kleuren, die kunnen worden gebruikt voor allerlei dingen. De methodiek werkt ook met Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van de taal staat, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.

Populariteit


Vooral bij het aanleren van de uitspraak zijn de ideeën van Gattegno wel van betekenis geweest, hoewel The Silent Way in de originele versie niet veel meer wordt gebruikt.

Voor- en nadelen van de Silent Way


Dat de leermethode van Gattegno niet-bedreigend is voor de student, die immers als autonoom gezien wordt, is de sterke kant van de leermethode. De taaldocent is in principe dienstbaar aan de lerenden en niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van een taal op een natuurlijke manier. Vaak wordt het geleerde goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Fouten maken mag, wat aan het leerproces bijdraagt.

Het kan een minpunt zijn dat sommige studenten intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode voorziet. Een lerende zou gefrustreerd kunnen worden door het gebrek aan input van de trainer. De beperking van het werken met kleuren en grafieken is dat de nieuwheid er vrij snel af is, waardoor het effect kan verdwijnen.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.

Kenmerken van TPR Storytelling


TPR Storytelling is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal te leren. Het uitgangspunt is natuurlijke taalverwerving: een vreemeen taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te bereiken, worden de lerenden aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. Door de taaldocent wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Omdat deze verhalen vrij gemakkelijk te begrijpen zijn, zijn studenten ontspannen. Zo worden woorden en structuren van de nieuwe taal ongemerkt in het langetermijngeheugen opgeslagen. De docent wijst de student op grammaticale fenomenen van de doeltaal, zonder dat studenten regels van de nieuwe taal uit het hoofd hoeven te leren.

Na een poosje zal de lerende ‘vanzelf’ beginnen te spreken en de grammaticale structuren nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om met een groepje van studenten een verhaal op te bouwen. De trainer schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met de vertalingen erbij, om vervolgens hier een verhaal van te maken samen met de studenten. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen is een belangrijk deel van TPR Storytelling, omdat dit zorgt voor inbreng. In een latere fase volgt schrijven.

Populariteit


Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een geslaagde manier is om een taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de docent moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


Het is een laagdrempelige manier om een vreemde taal te leren en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een breinvriendelijke leermethode. Het is plezierig voor lerenden en het is niet moeilijk om bij te les te blijven. Voor lerenden werkt het zeer motiverend om zelf een verhaal te verzinnen.

Een keerzijde is dat TPRS veel voorbereiding van de docenten vraagt.

COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-methode is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die in Egypte is ontdekt met tweetalige teksten, met behulp waarvan de hiërogliefen ontcijferd zijn. Rosetta Stone is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taalcursussen aanbiedt. De eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht in het jaar 1996.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone cursus is een methode om achter een computer een vreemde taal te leren. De taalcursussen zijn in meer dan dertig talen beschikbaar en de cursussen zijn te volgen vanuit al deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop kinderen de moedertaal leren. Dit wil zeggen ‘leren door onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te spreken. Rosetta Stone gebruikt hiervoor stemmen van moedertaalsprekers alsook foto’s om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal. Er is een programma om spraak te herkennen dat de uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. De lerende kan zo de uitspraak vergelijken met die van een native speaker (moedertaalspreker). Door de voorbeeldspreker minder snel te laten praten en vervolgens veel na te zeggen, kan verbetering van de uitspraak worden bereikt.

Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheid te oefenen. De software van de methode controleert de grammatica en de spelling en geeft eventuele taalfouten aan met de mogelijkheid om deze taalfouten van de student te corrigeren.

Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.

Populariteit


Wereldwijd wordt de methode van Rosetta Stone veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA gebruiken de methode van Rosetta Stone. De methode van Rosetta Stone wordt in Nederland ingezet door enkele ministeries en diverse hogescholen en universiteiten en eveneens door een aantal internationale organisaties.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


Rosetta Stone is heel makkelijk in het gebruik en de student kan de methode op ieder moment gebruiken. Welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken, wordt door de lerenden zelf bepaald. Velen vinden het prettig om de leermethodiek te gebruiken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode voor onderwijsinstellingen een oplossing bieden. Het feit dat er geen trainer is die studenten motiveert of iets extra’s kan bieden, is een minpunt.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. Zijn eerste taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur in 1963 introduceerde.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een computerprogramma om vreemde talen te leren.

Deze cursus van Pimsleur bestaat uit zinnen/dialogen in de doeltaal die door lerenden worden nagesproken en worden herhaald. De zinnetjes zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursussen van Pimsleur zijn gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en wederom herhaling. De les omvat een halfuur audio-opname met nieuwe vocabulaire en taalstructuur. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur van de doeltaal niet uit maar biedt deze grammaticale structuur aan door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.

Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarin kennis van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.

Populariteit


Onder andere Amerikanen gebruiken de Pimsleur cursussen en de ervaringen met Pimsleur variëren. De gebruikers zijn in het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van de vreemde taal.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


Doordat de insprekers van de zinnen allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo praten, werkt de methodiek van Pimsleur heel goed als uitspraakverbeteraar.

Dat niets wordt uitgelegd, is een keerzijde van de methode van Pimsleur. De studenten leren geen bouwstenen van de doeltaal om zelf zinnen te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die ingeprent worden.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is, niet verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Hij begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.

De taalcursussen zijn audiolessen, ingesproken door twee acteurs; een mannelijke acteur en een vrouwelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtueel klaslokaal, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Hij of zij luistert met de les van de acteurs mee. Als een vraag aan de stemacteurs wordt gesteld, is het idee dat de lerenden op pauze drukken en zelf antwoord geven op de vraag. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De les wordt in kleine stapjes opgebouwd en lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met lesstof die al bekend is. De uitleg wordt steeds in het Engels gegeven. Er wordt bijvoorbeeld gewezen op verbanden tussen het Engels en de doeltaal, als deze verbanden er zijn. De methode geeft ook grammaticale uitleg. Makkelijke lesstof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de student de makkelijke lesstof heeft begrepen en verworven. Behalve woorden en zinnen worden ook bouwstenen aangeleerd waarmee de gebruiker zelf zinnen kan bouwen. Ook gebruikt de leermethode van flashcards waarmee studenten zelf hun vocabulaire kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te kunnen meten.

Populariteit


Veel mensen vinden de cursus fijn om mee te werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuur van de doeltaal. Gebruikers die al wat verder zijn met de taal, ervaren de cursussen als minder nuttig.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De cursus van Michel Thomas zijn toegankelijk en trainen uitspraak en luistervaardigheid van de vreemde taal op een efficiënte wijze. Dat de taalcursus niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een nadeel. Een echte interactie is er ook niet, omdat de methode van Michel Thomas een audiocursus betreft.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 is opgericht door Alphonse Chérel. Het bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Dit begon met hun eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


Letterlijk betekent ‘assimileren’ of ‘assimilatie’: ‘opgaan in een andere groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen uitgangspunt is voor een taalcursus. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek, audio-CD’s en een USB-stick. De gebruikers werken bij voorkeur ongeveer twintig minuten per dag.

De taallessen bestaan uit dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De vertaling staat naast deze dialoog, met de grammaticale uitleg. Om de uitspraak van de vreemde taal te trainen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnetjes die door native speakers zijn ingesproken en die de cursisten dienen te herhalen. De opbouw verloopt van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer vijftig taallessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn vrij populair. Ze zijn relatief voordelig en het aanbod aan talen is groot.

Voor- en nadelen van Assimil


Dat de cursist in zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste uitkomt, is het pluspunt van de Assimil-methode. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle taalcursussen met een computer, dat de lerende aan zichzelf is overgeleverd. Er is geen taaldocent beschikbaar om studenten te motiveren of te begeleiden.

Verschillende digitale hulpmiddelen om een taal te leren

Er bestaat ook een groot aanbod aan complete taalcursussen voor zelfstudie: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Babbel, Duolingo, Mondly en Quizlet.

Er is echter een betere manier om vreemde talen te leren: De Dagnall Talen Methode.


Het alom bekende hoge rendement van Dagnall Taleninstituut wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar vooral doordat de focus van ons taleninstituut steeds ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of kinesthetisch ingesteld? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?

Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
Ons taleninstituut geeft taalcursussen bij voorkeur face-to-face. Dagnall werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de app worden geladen met jargon van uw bedrijf of organisatie.
[ Lees meer ]


Betaalbaar maatwerk sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Online (e-learning), blended learning en Dagnall app

Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’


‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)trainingen die een cursist online kan volgen, dus op afstand. Het wordt ook wel een virtual classroom, met andere woorden een ‘digitaal leslokaal’ genoemd.
Het zogenaamde blended learning is een vorm van training waarbij face-to-face-sessies (klassikale sessies) met online leren in een online leeromgeving gecombineerd worden.
Simpel gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Leiden.

Online een taal leren (e-learning)


Een aantal voorbeelden van digitale platformen die gebruikt kunnen worden voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.

Blended cursussen in Leiden


Het voordeel van blended learning ten opzichte van online leren is dat, indien het geen 1-op-1 les betreft, cursisten bij blended learning afwisselend wel zogeheten ‘classroominteractie’ ervaren. Dat wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van andere cursisten.

100% maatwerk – ook online!
Vanzelfsprekend biedt Dagnall ook blended learning in Leiden op maat.

Online leerplatform


Online leerplatform Dagnall beschikt over een digitale leeromgeving met een interactief leerplatform, genaamd Dagnall.online. Ons platform Dagnall.online biedt gevarieerde en interactieve content en is een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het platform van Dagnall biedt interactieve mogelijkheden en zorgt zo voor het hoogst mogelijke leerrendement bij een digitale leergang.

De Dagnall App


Naast het online leerplatform beschikt Dagnall Talen eveneens over een eigen App voor Android alsook Apple. De Dagnall App heeft als voordeel dat een deelnemer overal en altijd, dus 24/7, toegang heeft op elk beschikbaar (mobiel) apparaat. Zowel op het werk maar eveneens thuis of onderweg, bijvoorbeeld eveneens op reis in het buitenland. Zo kunnen cursisten dus leren wanneer en waar het hen schikt. De inhoud van de oefeningen in de App worden op de behoefte van uw bedrijf of organisatie afgestemd zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Wij kunnen bijvoorbeeld speciek jargon, woordenlijsten, technische termen, productnamen alsook juridische termen in de App integreren. De Dagnall App kan dus heel praktijkgericht worden ingezet en de App blijft beschikbaar na afloop van de taalcursus in Leiden.
Ook bij digitale leerpaden zorgt Dagnall voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Computerscherm met logo Dagnall.online - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Overlappende iconen App Store Apple App in Apple zwart en Google Play Android App in Google groen - op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels/
Ontdek onze online mogelijkheden

Online learning & blended learning in Leiden

Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining


Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen of vergaderingen met zakenpartners of klanten zijn veelal een uitdaging op het gebied van taal.
Diegenen die diverse talen beheersen, zijn daarom vaak onmisbaar in veel bedrijven.

Online en blended taaltrainingen op maat


Dagnall Taleninstituut leert u communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Als u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan uw gesprekspartners te begrijpen en zorg ervoor dat u zelf ook wordt begrepen. Wilt u uw taalvaardigheden verbeteren voor uw toekomstige of huidige functie? Onze taaltrainingen bieden beroepsgerichte training. Onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en eveneens als onlinecursus en/of als blended taalcursus te boeken. Een onlinecursus of blended taalcursus is net zo effectief en van hoge kwaliteit als een fysieke cursus en bovendien comfortabel.


Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kunt u overal volgen; op kantoor, thuis, op (zaken)reis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor technische en zakelijke taaltrainingen online

Voor zakelijke en technische taalcursussen online werkt Dagnall Talen met onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Microsoft Teams of een ander onlineplatform naar uw keuze. Zoom wordt in het algemeen gezien als het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel interactie als variatie.

Virtuele Classroom voor een individuele training of groepstraining


Alleen het volgende hebt u nodig voor een cursus in een virtuele classroom:
- Een pc, laptop of tablet met camera en microfoon
- Internetverbinding
- Rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]
Overlappende donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven en groene cirkel met computerscherm met Dagnall.online logo op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm screenshot inlogpagina Dagnall.online Springest-based platform voor online taallessen - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Computerscherm met logo Google Hangouts en computerscherm met logo Microsoft Teams - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels

Cursuspakket en certificaat

Voorafgaand aan uw taalcursus in Leiden ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal bevat.
Na afloop van uw taalcursus in Leiden ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde taalcursus in Leiden
Dagnall Talen cursuskoffer - Dagnall schrijfblok - Dagnall pen - lesboeken op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels
Ingevuld Dagnall Talen certificaat - Dagnall pen - Apple Magic Keyboard - Apple Magic Trackpad op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels

Het Europees Referentiekader (ERK)

Het taalniveau van het Europees Referentiekader (ERK) hanteren wij als hulpmiddel en geeft de cursist een helder beeld van de aanwezige en opgedane kennis. De niveaus van het ERK zijn internationaal erkende taalniveaus.
U ontvangt het ‘Certificaat van Dagnall Talen’ na afloop van uw taalcursus in Leiden.
 

Logo EU Europese Unie in blauw vierkant met afgeronde hoeken in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo ERK Europees Referentiekader Talen in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een methode om verschillende taalniveaus op een uniforme manier te omschrijven, zodat een ‘gevorderde’ in bijvoorbeeld Engeland dezelfde taalvaardigheid heeft als een ‘gevorderde’ in Frankrijk.
Het Europees Referentiekader is tussen het jaar 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld.
Het Europees Referentiekader kent vijf niveaus van taalvaardigheid, te weten: luisteren, lezen, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
De Engelstalige term en afkorting wordt eveneens vaak gehanteerd: CEFR; Common European Framework of References. Het ERK kent eveneens 6 niveaus van taalbeheersing, van beginner tot vrijwel moedertaalspreker.
De zes beheersingsniveaus in vaardigheid worden van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 aangeduid.
Taalniveau A van het ERK is van toepassing op beginners.
Iemand die taalniveau B beheerst, beschikt over alle basiskennis in de bewuste taal.
Niveau C geldt voor gevorderden die de taal met groot gemak lezen, verstaan, spreken en schrijven. De vaardigheden die horen bij taalniveau C, gaan richting de moedertaalgebruiker (native speaker). Zo iemand gebruikt de vreemde taal probleemloos in verschillende situaties.

A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level


Luisteren


Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.

Spreken


Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.

Lezen


Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.

Schrijven


Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.

B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level



Luisteren


Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.

Spreken


Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.

Lezen


Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.

Schrijven


Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).

C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level



Luisteren


Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.

Spreken


Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.

Lezen


Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.

Schrijven


Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.

A2 Basisgebruiker - Waystage Level



Luisteren


Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.

Spreken


Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.

Lezen


Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.

Schrijven


Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.

B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level



Luisteren


Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.

Spreken


Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.

Lezen


Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.

Schrijven


Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.

C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level



Luisteren


Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.

Spreken


Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.

Lezen


Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.

Schrijven


Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO 9001-2015 LOGO
ISO 1700-2015 LOGO

ISO-certificeringen

ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement


Dagnall Taleninstituut is gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie stelt. De ISO 9001:2015 norm bevat strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die van belang zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wetgeving en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van de ISO 9001:2015 norm.

ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten


Dagnall Taleninstituut is tevens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. De norm ISO 17100:2015 is speciaal voor vertaaldiensten en stelt onder meer eisen aan mensen, projectmanagement, middelen, vertalers alsook proeflezers.


De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen bewijst dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers wordt gewerkt die beschikken over de benodigde kennis en ervaring. Daarnaast worden onze vertalingen altijd minimaal twee keer door twee specialisten/editors proefgelezen. Onze vertalingen worden aangeleverd volgens afspraak en binnen de deadline.

Kiwa – certificeringen sinds 1948


Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met inmiddels vele jaren ervaring met inmiddels het certificeren van organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall Taleninstituut door Kiwa getoetst om te beoordelen of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk
Logo keurmerk NRTO Nederlandse Raad voor Training en Opleiding in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Nederlandse Raad voor Training en Opleiding NRTO in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Lidmaatschap NRTO

Dagnall Talen is uiteraard al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk.
Ons instituut heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie voor kwaliteit en betrouwbaarheid staat.
‘NRTO’ staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsinstellingen en heeft meer dan 450 leden.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.

Kwaliteitsbevordering en -bewaking


Voor de NRTO staat kwaliteit centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de leden van de NRTO geleverd worden, bijvoorbeeld een taalcursus in Leiden, wordt geborgd door een gedragscode, door diverse convenanten alsook door het NRTO-keurmerk.
[ Lees meer ]
 
Logo GDPR Algemene Verordening Gegevensbescherming in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo EU Filemaker in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

AVG-compliant

De Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) (Engels: General Data Protection Regulation (GDPR)) is een Europese verordening met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de Europese Unie. De AVG dient er met name toe de privacy van burgers in de EU te beschermen. Deze verordening schrijft voor dat personen op de hoogte moeten zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die voor het beoogde doel nodig zijn, mogen worden bewaard en verwerkt.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan noodzakelijk en de persoonsgegevens moeten tegen toegang door onbevoegden, verlies alsook vernietiging beschermd te worden. Taleninstituut Dagnall voldoet natuurlijk aan alle eisen die door de Algemene verordening gegevensbescherming worden gesteld en verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht in heel beperkte mate. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Logo CRKBO Centraal Register Kort Beroepsonderwijs in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Lloyd's Register in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Dagnall taalcursussen in Leiden zijn vrijgesteld van btw

CRKBO-geregistreerde instelling

Dagnall Talen is in het CRKBO-register ingeschreven. De afkorting CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dit betekent dat Dagnall aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is voor de Belastingdienst een voorwaarde om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te mogen aanbieden.
Door deze btw-vrijstelling kan ons insitituut lagere prijzen berekenen.
Dit is prettig voor de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, overheidsinstellingen, maatschappen en privépersonen worden gegeven.

CPION


Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.

Lloyd’s Register


Het CRKBO-register wordt door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden.
Het Lloyd’s Register in 1760 is opgericht en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder andere als doel heeft organisaties te beoordelen en te classificeren.
Vraag een vrijblijvende offerte voor een taalcursus in Leiden aan

Contact taalcursus Leiden

U kunt direct contact met ons opnemen voor een taalcursus in Leiden. U kunt ons bereiken via 070-2076707 (geen menu) voor meer informatie. U kunt ons ook een e-mail sturen via taalcursus-leiden@dagnall.nl.
Of ga naar ons contactformulier. Natuurlijk kunt u ook ons gratis informatiepakket aanvragen.
Afbeelding wegwijzer in grijs met bord Dagnall in verkeersblauw in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Afbeelding computer en tablet en telefoon in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Het beste traject naar een taalcursus in Leiden!
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Trainen en vergaderen in Leiden

U kunt de taalcursus in Leiden op uw locatie volgen of in Leiden, bijvoorbeeld in het pand van Frame Offices aan de Kanaalpark 140 in Leiden. Ons taleninstituut verzorgt ook taalcursussen in Leiden bij bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Leiden aan de Haagse Schouwweg 14, bij Hotel Golden Tulip Leiden Centre aan de Schipholweg 3, bij Fletcher Wellness-Hotel Leiden aan de Bargelaan 180, bij Holiday Inn Leiden aan de Haagse Schouwweg 10 en bij Boutique Hotels van Leyden aan de Oude Singel 212.
U kunt besprekingen houden in Leiden bij bijvoorbeeld bij ECC Leiden aan de Haagse Schouwweg 10, bij de Leidse Schouwburg - Stadsgehoorzaal aan de Oude Vest 43.

Leiden - geschiedenis

De oudste sporen van bewoning van de streek die nu Leiden heet, dateren uit de late steentijd (2000 v.Chr.). In de Romeinse tijd was Leiden ook bewoond gebied, maar Leiden bestond pas als nederzetting na het jaar 800, met de ontginning van de veengronden. Leiden wordt voor het eerst genoemd (als ‘Leithon’) in 860.
De naam ‘Leiden‘ is een verbastering van een Oudnederlands naamwoord leitha, dat lede werd in het Middelnederlands. Beide woorden betekenen ‘waterloop’. Leithon als verbuiging van het woord leitha betekent dan ‘aan het water’.

Leiden - nu

Leiden ligt in de regio Holland Rijnland en grenst aan het Groene Hart. Plaatsen de omgeving van Leiden zijn Katwijk aan Zee, Koudekerk aan den Rijn, Leiderdorp, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnsburg, Roelofarendsveen,
Sassenheim, Voorschoten, Warmond, Wassenaar en Zoeterwoude. Leiden ligt in de provincie Zuid-Holland. In de gemeente Leiden wonen bijna 125.000 mensen.
Vlag gemeente Leiden - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Vlag gemeente Leiden

Wapen gemeente Leiden - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Wapen gemeente Leiden

Inwoners

Woon je in Leiden, dan heet je een ‘Leidenaar’, maar Leidenaren worden ook wel glibbers genoemd.
Eigenlijk waren ze glippers; mensen die de stad uitvluchtten tijdens het Beleg van Leiden.
Bekende Leidenaren zijn Menno Bentveld, Bartho Braat, Laurentien Brinkhorst, Mary Bey (zangeres zonder naam), Armin van Buuren, Fred
Emmer, Isa Hoes, Jan Steen, Sebastiaan Labrie, Marinus van der Lubbe Jochem Myjer, Kjeld Nuis, Ben Pon, Gottfried van Swieten, Esmee Visser, Nynke de Zoeten.
Iets wat uit Leiden komt, noemt men ‘Leids’, bijvoorbeeld Leidse kaas.
Leiden kreeg stadsrechten in het jaar 1266.

Leiden - internationaal & scholing

Partnersteden


Leiden is de op drie na grootste gemeente van de provincie Zuid-Holland.
Leiden heeft ook partnersteden. De partnersteden van Leiden zijn Buffalo City in Zuid-Afrika, Juigalpa in Nicaragua, Krefeld in Duitsland, Oxford in het Verenigd Koninkrijk en Toruń in Polen.

Hoger onderwijs


Er zijn vier hogescholen in Leiden: Global School for Entrepreneurship, Hogeschool Leiden, de NTI en Webster University.
Leiden is een echte studentenstad met de oudste universiteit van Nederland; de Universiteit van Leiden (LEI), opgericht in 1575.
Provincievlag Zuid-Holland - 600 * 337 pixels

Vlag provincie Zuid-Holland

Provinciewapen Zuid-Holland - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Wapen provincie Zuid-Holland

Typisch Leids

Denk je aan Leiden, dan denk je aan de term ‘Sleutelstad’, aan Leiden als studentenstad, aan het Rijksmuseum voor Oudheden en Naturalis, de historische binnenstad met grachten, monumentale bouwwerken en aan hofjes.
Leiden heeft niet alleen de oudste universiteit van Nederland maar ook de oudste botanische tuin.
Leiden fungeert als belangrijke studentenstad, en ook als regiostad op het gebied van winkelen, horeca, zorg en cultuur.

Leiden - minder bekend


Minder algemeen bekend van Leiden is dat Rembrandt er werd geboren.

Leids dialect en accent

Het Leidse dialect wordt niet veel meer gesproken. Kenmerkend voor het Leids is de ‘Amerikaanse’ ‘r’ achterin de keel.
Sommige klinkers wijken af ten opzichte van het Standaardnederlands: de ‘ei/ij’ klinkt als è en de ‘o’ als u (juh).
Typerend voor de Zuid-Hollandse dialecten is dat geen onderscheid wordt gemaakt tussen ‘kunnen’ en ‘kennen’ en evenmin tussen ‘liggen’ en ‘leggen’.
Een kanebraaier is Leids voor een ‘uitslover’. Een stikkeltje is een ‘elastiekje’.
Eén toet mem wil zeggen: “één pot nat”.
Het tranenkleed aantrekken betekent ‘trouwen’.
Leiden - “Stad van ontdekkingen”

Leiden - zakelijk

De gemeente Leiden


Het netnummer van Leiden is 071.
Het postcodegebied van Leiden is 2300 - 2334.
Het adres van het gemeentehuis van Leiden is Bargelaan 190, 2333 CW in Leiden.
De website van de gemeente Leiden is gemeente.leiden.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Leiden is 14 071.

Zakendoen in Leiden


Voor Leidse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Den Haag aan de Koninginnegracht 13, 2514 AA in Den Haag. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Leiden is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Leiden is KVK-kantoor Den Haag.

Leiden - internationale bedrijvigheid

Bedrijven die internationaal zakendoen, bevinden zich in Leiden vaak op bedrijventerrein Cronestein, op het Leiden Bio Science Park (bedrijventerrein Leeuwenhoek), op bedrijventerrein Merenwijk, Roomburg, Tussen Rijn of op bedrijventerrein Rail en De Waard.
In Leiden bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Airbus Defence and Space Netherlands, Apotex Nederland, Astellas Pharma, AYE Holland, Baseclear, Chiltern International, Crucell, Diastatische Producten, Dupont Genencor International,
Eurocross Assistance Netherlands, Galapagos, Hal Allergy Benelux, Heerema Groep, Human Metabolome Technologies (HMT), Jacobs, Janssen Biologics, Koninklijke Brill, Luba uitzendbureau, Matchpartner, Mosadex, Multy Group, NTI, Regiebouw Groep, UL Identity Management & Security, onze collega’s van The Square Mile, Verhagen Leiden, Xendo, Montèl in Leiderdorp en Pharming Olympus Nederland in Leiderdorp.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.

Leids nieuws

De Leidse nieuwsportalen zijn Sleutelstad.nl en Unity.nu en Leidse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Zuid-Holland - Nieuws.
Ondernemers in Leiden kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep West.
Leidenaren en ondernemingen in Leiden kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant het Leidsch Dagblad.
Logo krant Leiden - Leidsch Dagblad op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo regionale televisie- en radio-omroep Omroep West op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Cultuur, sport, ontspanning en zakenlunch in Leiden

Cultuur


Wilt u uw internationale zakenrelatie kennis laten maken met wat lokale cultuur?

Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw (internationale) zakenrelatie, kunt u in Leiden een bezoek brengen aan Rijksmuseum Boerhaave, aan Corpus Experience, aan Hortus Botanicus Leiden, aan het Japanmuseum SieboldHuis, aan Museum De Lakenhal, aan het Leiden American Pilgrim Museum, aan Naturalis, aan Museum Volkenkunde of aan Museum Het Leids Wevershuis.

Voetbal, tennis, padel & squash


Samen naar een sportwedstrijd kijken of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen met uw internationale zakenrelatie? Voetbal verbroedert. Wellicht is het leuk om samen met uw zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Leidse voetbalclub Sporting Leiden, Voetbalclub UVS, DoCos of Roodenburg meespeelt.

Voor een partijtje tennis, padel of squash in Leiden kunt u terecht bij T.C. Unicum, bij T.C. Roomburg, bij LTV De Merenwijk of bij LTC De Munnik in Leiderdorp.
Golf, ontspanning & lunch Misschien hebt u zin om na de taalcursus in Leiden of met uw internationale (zaken)relatie bij Leiden een balletje te slaan en/of gezellig een hapje te eten of iets te drinken? Dagnall Talen heeft voor u een golfbaan in de buurt van Leiden ontdekt voor een compleet middagje/dagje uit.
De golfbaan in de buurt voor Leiden is Golfclub Kagerzoom in Warmond. De adresgegevens van deze golfbaan zijn Veerpolder 20, 2361 KV in Warmond. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 071-301 35 90. De website van Golfclub Kagerzoom is www.kagerzoom.nl.
Om iets te drinken of te eten kunt u terecht bij Timber Club en Restaurant. Oegstgeester Golfclub is een andere golfbaan in de omgeving van Leiden.
Afbeelding voetbal tennisbal golfbal in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo voetbalclub Leiden - Sporting Leiden - in kleur op grasveld met witte lijn - 600 * 337 pixels

Promotiefilmpjes en Google Maps

Hieronder staan een promotiefilmpje alsook een filmpje met drone-opnames van Leiden die tevens op Youtube zijn te zien.
U kunt direct op het rode logo van Youtube in het midden van de afbeelding klikken om een filmpje te bekijken.
Direct onder de filmpjes vindt u de locaties van Zuid-Holland en Leiden op Google Maps.
Als u kunt linksboven klikt, wordt de kaart groot weergeven in een nieuw venster.
Promovideo Leiden
Dronebeelden Leiden
 
Google Maps Zuid-Holland
Google Maps Leiden
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Leiden

Leids nieuws

Hieronder kunt u het laatste nieuws uit Leiden lezen uit diverse nieuwsbronnen.
Dit nieuws wordt automatisch bijgewerkt.
 
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken in Leiden

Wist u dat?

Wist u dat Dagnall Talen ook vertalingen in Leiden alsook tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten in Leiden
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Onze opdrachtgevers

De upload van uw document is gelukt.

 

INLOGGEN MEDEWERKERS   /   BESTANDEN UPLOADEN