OFFERTE AANVRAGEN
Offerte aanvragen

Taalcursus Hoogeveen

Direct naar ➤ Cursussen - Online - ERK - ISO - Hoogeveen - Nieuws
Dagnall taalcursus op locatie
Dagnall taalcursus online
Dagnall taalcursus contact opnemen
Taleninstituut Dagnall - Wij kunnen snel schakelen - Binnen een week beginnen is mogelijk Start nog vandaag met uw reis naar taalbeheersing

Start nog vandaag met uw reis naar taalbeheersing


Taaltrainingen in Hoogeveen van topniveau


Talen verbinden u met de wereld en zijn een communicatiebasis die deuren voor u kan openen - met name in de professionele wereld. Organisaties en bedrijven die in de taalopleiding van hun werknemers investeren, hebben daarom ook een duidelijk voordeel alsook een voorsprong.
Dagnall Taleninstituut biedt u precies wat u zoekt: effectieve taaltrainingen op het hoogste niveau voor zowel medewerkers als leidinggevenden in als in de buurt van Hoogeveen.
Taaltraining op maat, omdat uw organisatie of bedrijf welbespraakte medewerkers verdient.

Vakgebieden


Van zakelijk en medisch tot technisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal.
Elke bedrijfstak heeft zijn eigen taalgebruik en hanteert zijn eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling en duidelijke concurrentievoordelen, door middel van branchespecifieke taalkennis op het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen in Hoogeveen in een grote verscheidenheid aan gespecialiseerde vakgebieden.
Screenshot navigatiesysteem met tekst Taalcursus Hoogeveen aangegeven - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Goed op weg met Dagnall Talen

Landkaart Nederland grijs - locatie zakelijke maatwerk taalcursus Hoogeveen aangegeven met blauw plaatsnaambord met witte letters en Dagnall veer - op transparante achtergrond - 600 * 733 pixels
Dagnall Taleninstituut
Industrieweg 22
9403 AA ASSEN

of bij u op locatie

  
Vrijblijvend informeren naar een taaltraining bij u in de buurt
Taalcursus Verenigd Koninkrijk
Taalcursus Duitsland
Taalcursus Frankrijk
Taalcursus Spanje
Taalcursus Nederland
Taalcursus Portugal
Taalcursus Italië
Taalcursus Denemarken
Taalcursus Zweden
Taalcursus Noorwegen
Taalcursus Finland
Taalcursus Rusland
Taalcursus Polen
Taalcursus Tsjechië
Taalcursus Slowakije
Taalcursus Kroatië
Taalcursus Hongarije
Taalcursus Roemenië
Taalcursus Bulgarije
Taalcursus Turkije
Taalcursus Griekenland
Taalcursus Israël
Taalcursus China
Taalcursus Japan

De organisatie van uw taaltrainingen in goede handen

Werkgerelateerd & doelgericht


Wij bieden taalcursussen op maat in Hoogeveen aan als individuele (1-op-1) lessen, als groepscursussen met collega’s, als (intensieve) workshops en als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Bij Taleninstituut Dagnall kan iedereen een vreemde taal leren op de manier die het meest geschikt is voor hem of haar. Behalve klassieke taaltaalcursussen zijn organisaties met name geïnteresseerd in werkgerelateerde taalcursussen zoals Zakelijk Engels en/of Duits en/of Technisch Engels en/of Duits. Onze taaltrainingen worden op de individuele behoeften van de opdrachtgever afgestemd. Dagnall biedt de mogelijkheid om via gecertificeerde taaldocenten met uitstekende recensies en beoordelingen talen te leren in Hoogeveen. Met Dagnall Talen behaalt u vlot en doelgericht de beoogde resultaten.

Filosofie Dagnall Talen


Het is onze filosofie om talen te leren zonder schroom en met plezier en gemak. Dagnall Talen zet daarom alles in het werk om te zorgen dat u de taal van uw keuze zonder remmingen en moeiteloos leert.
Een taal leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Talen met methodes die het leren gemakkelijker en prettiger maken.

Met onze methodes wordt uw nieuwsgierigheid opgewekt en uw bereidheid om te leren, ondersteund. Met vijftien minuten dagelijks oefenen, brengt Dagnall Talen u in grote stappen naar het beoogde niveau.
Dagnall Talen is de ideale partner voor iedereen die een vreemde taal wil leren in Hoogeveen.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten

Plan van aanpak Dagnall Taleninstituut

Dagnall Talen stelt de leerdoelen en wensen vast in overleg met u als opdrachtgever. U meldt de cursist(en) met de contactgegevens aan. Dagnall Taleninstituut verzorgt een intake op locatie of, indien dit uw voorkeur heeft, telefonisch of online. Nadat het intakegesprek heeft plaatsgevonden, waarin op basis van het Europees Referentiekader (ERK) het huidige en gewenste taalniveau bepaald wordt, ontvangt u een op maat gemaakt cursusvoorstel met uw offerte.
Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning af op uw agenda en situatie.
Na enkele lessen evalueert de taaltrainer de inhoud alsook de voortgang van de cursus. De doelstelling kan, indien nodig, aangepast worden.
Na de laatste les sturen wij u een eindrapport samen met een beschrijving van de door de deelnemers behaalde resultaten. Tevens ontvangen de deelnemers een certificaat van ons instituut.
[ Lees meer ]


Intake

Planning

Cursus

Certificaat

Betaalbaar maatwerk in taalcursussen sinds 1982

Dagnall Talen is gestart in 1982 en verzorgt sindsdien taalonderwijs op maat voor bedrijven, (semi)overheid en andere non-profitorganisaties in Hoogeveen en omstreken. De taaltrainers die voor Dagnall werken, zijn goed opgeleid, ervaren en kundig. Zij zijn gespecialiseerd in maatwerktrainingen voor bedrijven en overheid.
Door de functiegerichte en werkplekgerichte aanpak, levert Dagnall zeer betaalbare en effectieve taalcursussen in Hoogeveen. U kunt erop vertrouwen dat wij voor het meeste rendement zorgen; rendement door maatwerk!
Betaalbare taalcursussen op maat in Hoogeveen

Taal op de werkvloer

Taal op de Werkvloer: draagvlak is noodzakelijk! Taalcursussen die zich richten op het verbeteren van de taalvaardigheid op de werkvloer zijn intussen bij veel bedrijven een begrip.
Werknemers zonder of met een beperkte beheersing van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een belemmering in de werkomgeving en zij willen graag en sneller en/of beter communiceren.
Zij willen in staat zijn om de aanwijzingen op het werk goed te kunnen begrijpen en deze op kunnen volgen. De werknemers willen bij voorkeur met meer zelfvertrouwen het werk kunnen uitvoeren en natuurlijk graag hun ambitie op het werkgebied verwezenlijken. Dit vereist een investering in mensen en in de (innovatieve) ontwikkeling van het bedrijf.
[ Lees meer ]

Vele wegen naar een betere talenkennis in Hoogeveen

Behoeftes en leermethode


Een goede taalcursus is niet alleen toegespitst op de vraag van de cursist, klant, organisatie of werkgever, zoals betere spreek- of schrijfvaardigheid.
Een goede taalcursus is tevens afgestemd op de beste, meest geschikte, leermethode voor de cursist zelf.
Een cursus (in Leiden) die het beste bij hem of haar past.

Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?


De vakkundige taaltrainers zijn erg bedreven in het zo plezierig en zo snel mogelijk aanleren van kennis en vaardigheden om deze direct in de praktijk te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo prettig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het ondertussen alom bekende hoge rendement behaalt Dagnall Taleninstituut door een blend van deze beproefde leermethode in combinatie met de focus op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. U kunt bij Dagnall terecht voor cursussen die gebaseerd zijn op maatwerktrainingen.

Dagnall biedt groepscursussen van 3 tot 10 deelnemers, duocursussen (met 2 deelnemers), individuele cursussen (privéles), onlinecursussen, het online leerplatform voor blended learning alsook een de Dagnall App met woordenlijsten en jargon van de specifieke organisatie.
Onze taaltrainers geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij hebben verzameld en gecreëerd door de jaren heen en spelen voortdurend in op actuele ontwikkelingen en thema’s.

Een prettige manier van leren


Een bijkomend voordeel is dat dit weloverwogen maatwerk als een zeer plezierige manier van werken wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze taaltrainers in Hoogeveen. Deze, door de jaren heen steeds verder verfijnde en ontwikkelde werkwijze is het gewaardeerde handelsmerk van Dagnall Talen geworden. Onze cursus is dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar tevens afgestemd op de manier van leren die het beste bij de cursist zelf past.
Overlappende groene cirkel met klok en kalender en donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm met vier taalvaardigheden luisteren, lezen, schrijven en spreken - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Een taal effectief leren in Hoogeveen bij Dagnall Talen

Individuele cursussen en groepscursussen

Individuele cursussen & groepscursussen


Wij verzorgen cursussen op maat voor individuen en groepen, waarbij u de gehele organisatie met een gerust hart uit handen kunt geven.
Dagnall Talentaleninstituut biedt deze individuele taalcursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en

groepscursussen gebruiken wij moderne en gevarieerde leermethodieken om doelgericht te trainen en leersucces te verzekeren.
Vanzelfsprekend kunnen onze individuele-, duo- en groepscursussen zowel op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Hoogeveen gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen in Hoogeveen

Maatwerkcursussen


Dagnall biedt individuele taalcursussen voor het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren in Hoogeveen en omgeving.
Een individuele taalcursus wordt ook wel privéles of een één-op- één-taalcursus genoemd.
De individuele t@@lcursussen van Dagnall zijn al vele jaren bekend voor de persoonlijke aandacht, het maatwerk en het hoogste rendement.
De individuele taalcursussen van Dagnall zijn maatwerktrainingen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de leerstijl en de praktijksituatie.
De cursussen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.

Dagnall Talen biedt groepscursussen van 3 tot 10 personen, alsook zogenaamde duocursussen (met 2 cursisten) aan het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren.
De leergroepen houden we bij voorkeur zo klein mogelijk om de leereffectiviteit te verhogen en de cursisten maximaal te kunnen ondersteunen.
De groepscursussen van Dagnall zijn ook maatwerk taalcursussen en worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, de branche, het taalniveau, de leerstijl alsook de praktijksituatie alsook de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te behalen.


Pluspunten individuele cursus


Het hoge rendement is het belangrijkste voordeel van individuele taalcursussen omdat in een korte periode behoorlijk veel informatie opgenomen wordt.
Doordat de taalcursus intensief is, wordt sneller vooruitgang geboekt en blijft het leertraject zo kort mogelijk.
Flexibiliteit is een ander belangrijk pluspunt van individuele taalcursussen. De taalcursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist en de inhoud kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de eventuele aandachtsgebieden van de cursist.
De leervordering is optimaal doordat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden.
Een individuele is ook taalcursus ideaal op de planning en de agenda van de cursist af te stemmen wat zorgt voor optimaal tijdmanagement en een handig leerschema.


Pluspunten groepscursus


Het belangrijkste pluspunt van een groepscursus is met name de interactie met de andere cursisten; het actieve gebruik van de doeltaal door middel van bijvoorbeeld discussies en rollenspellen in de groep.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk voordeel; van de fouten van anderen leren en met elkaar communiceren in de doeltaal. De afwisseling die zo geboden wordt, kunnen de cursisten leuker vinden.
Omdat meerdere medewerkers tegelijktijd worden getraind en de groep vrijwel hetzelfde kennisniveau bereikt, zijn groepscursussen daarnaast efficiënt .
Voor de deelnemers zijn groepscursussen ook wat minder intensief (minder zwaar) dan individuele cursussen.


Minpunten individuele cursus


Rollenspellen en discussies kunnen bij individuele taalcursussen alleen met de taaltrainer worden gedaan en gevoerd.
Omdat er geen interactie met andere lerenden is, kan het geleerde niet geoefend worden in een groep.
Ook is het niet mogelijk om te leren van de foutjes van andere cursisten omdat groepsdynamiek ontbreekt.
De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is ook behoorlijk intensief (zwaarder) voor de deelnemer.


Minpunten groepscursus


In groepscursussen is minder aandacht voor de individu en kunnen cursisten iets sneller worden afgeleid. Daardoor ligt het rendement iets lager. Dit kan gedeeltelijk worden ondervangen door de groepen iets kleiner te maken (minigroepen).
Een groepscursus kan ook minder goed afgestemd worden op individuele leerstijlen.
Een bijkomstig minpunt van een groepscursus is dat de planning minder goed kan worden afgestemd op de agenda van de individuele deelnemers.

Pluspunten

Individuele cursus in één oogopslag



  hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
  afgestemd op individuele leerstijl
  inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
  afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
  afgestemd op agenda cursist


Minpunten

Individuele cursus in één oogopslag



  geen interactie met andere cursisten
  vrij intensief voor de cursist
  geen groepsdynamiek

Pluspunten

Groepscursus in één oogopslag



  interactie met andere cursisten
  groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
  groep komt op hetzelfde kennisniveau
  efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
  minder intensief dan individuele cursus


Minpunten

Groepscursus in één oogopslag



  iets minder aandacht voor individuele cursist
  minder afgestemd op individuele leerstijlen
  minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor taalcursussen

Verschillende soorten cursussen voor elk niveau

Dagnall biedt taalcursussen voor zowel beginnende, halfgevorderde als gevorderde cursisten.
Niet iedereen heeft de mogelijkheid om naar een talencentrum te gaan. Wij bieden daarom onze taalcursussen ook incompany en online aan.

Bij Dagnall volgt u bijvoorbeeld een intensieve of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een
opfriscursus of een cursus zakelijk Engels, Nederlands, Duits, Frans en Spaans of een cursus spreekvaardigheid of telefoontraining. Eveneens is een combinatie van deze trainingen mogelijk. Veel cursisten kiezen hiervoor.
Dagnall Taleninstituut staat voor (betaalbaar) maatwerk!
Woordenwolk in veer logo Dagnall Talen met toepasselijke sleutelwoorden voor Dagnall Talencursussen - in donkerblauw, groen en grijs op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels
Stukje hout boven Dagnall potlood met geslepen punt en gum met gedrukt Dagnall Talen logo - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels

Kennen en kunnen

Het beheersen van een taal betekent niet alleen kennen maar vooral ook de ontwikkeling van kennen naar kunnen (toepassen door te oefenen). Door het accent te verschuiven van kennen naar kunnen, is de cursist in staat na afronding van de taalcursus in Hoogeveen de opgedane kennis actief en snel in de praktijk toe te passen.
Voor u het weet, begrijpt u opeens wat die anderstalige collega steeds tegen u zegt. Dagnall brengt taalkennis tot leven!

Algemene leermethodees

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan beschouwd worden als reactie op de grammatica-vertaalmethode. Het was nieuw dat de les geheel plaatsvond in de doeltaal. Kunnen luisteren en spreken zijn de belangrijkste vaardigheden en grammaticale structuren worden door middel van mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is om zonder fouten te leren spreken en verstaan; dit begint bij iemand leren naspreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt gewerkt met drills om zinnen alsook structuren goed te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch worden. De trainer kan bijvoorbeeld een bepaalde zin 10 keer herhalen en dan een nieuw woord of meerdere nieuwe woorden hieraan toevoegen. Er wordt vaak gewerkt in zogeheten talenpractica, waar studenten een koptelefoon dragen en naar zinnen luisteren en deze nazeggen. De geschreven taal komt pas aan bod als de mondelinge taal al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe woorden te introduceren.

Populariteit


De audiolinguale methode werd in Nederland pas geïntroduceerd rond het jaar 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er kwamen al snel grote bezwaren tegen de betekenisloze driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al vrij snel in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. De audiolinguale methode heeft wel sporen nagelaten Het was nu breed geaccepteerd dat het bij het leren van de taal niet om het uit het hoofd leren van de regels van de grammatica gaat, maar om het gebruik ervan. Luistervaardigheid, waar de meeste taaldocenten vóór 1970 geen aandacht aan schonken, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten. De juiste uitspraak wordt van het begin af aangeleerd. De methode is docentgestuurd en en biedt daardoor een efficiënte en vlotte overdracht van de kennis van de taal. Deze methode kan ook worden toegepast bij grotere groepen.

Dit docentgestuurde aspect is tevens een nadeel; er wordt geen eigen input verwacht van de studenten. Hierdoor dreigt het gevaar van passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de driloefeningen niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal op een zodanige manier te leren dat het in het langetermijngeheugen wordt opgeslagen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die nadien herhaald worden. De zinnen en woorden van de woordenlijst worden hardop gelezen door de student. Al deze woorden en/of zinnen of zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar door blootstelling gebeurt dit eigenlijk automatisch. De woordenlijst wordt steeds bijgewerkt; woorden die aangeleerd zijn, worden van de lijst verwijderd. Die woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de lijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList Method beweren dat deze woorden op de woordenlijst of zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten worden opgeslagen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt betwijfeld. In het algemeen wordt (taal)kennis opgeslagen wanneer de kennis ook relevant en betekenisvol is voor de lerende. Deze GoldList-methode kan goed functioneren voor woorden en zinnen die betekenisvol en relevant zijn voor de lerende.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Voor mensen die bij bijvoorbeeld Post-its® voordeel hebben als geheugensteuntje zou deze GoldList-methode goed kunnen werken. Opschrijven werkt beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken, doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt. Het gebrek aan context is een minpunt van deze methode. Talen zijn veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. Deze GoldList-methode is bovendien bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven lijsten moeten worden gemaakt.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is ontwikkeld in 1983 door de Amerikanen Tracy D. Terrell en Stephen Krashen.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving gericht. Op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de leermethode de taal aan te leren. Op die wijze leert men onbewust eveneens de taalregels van de vreemde taal. Alleen de doeltaal met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Het streven is een leeromgeving zonder stress. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. Bij de deze methode wordt de taalproductie niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete grammatica.

Als de lerende wordt ondergedompeld in de taal, is de methode het meest effectief. De activiteiten die in de te leren taal worden aangeboden, moeten stimulerend zijn zodat de studenten plezier beleven van de ervaringen.

De Natural Method leermethode lijkt erg op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid is dat de Directe Methode meer nadruk legt op de praktijk en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Dat onderdompeling een heel effectieve leermethode kan zijn, is vaak bewezen. De methode is een populaire wijze van lesgeven onder taaldocenten, doordat de methode vrij eenvoudig te begrijpen is voor lerenden. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De leermethode legt vooral nadruk op het impliciet leren van de grammatica. Studenten zouden inderdaad leren om te communiceren, maar in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal blijven hangen door onvoldoende kennis van de grammatica.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Om op een natuurlijke manier een vreemde taal te leren, wordt prettig gevonden. De studenten krijgen de mogelijkheid een persoonlijke band met de taal te creëren. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.

Omdat er vrijwel geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaten merkbaar zijn. De methode bereidt de lerende ook niet per se voor op een specifiek examen.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De Structural Approach (afgekort SA) ofwel de ‘Structurele Aanpak’ is in de jaren 50 door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


De Structurele Aanpak is een wijze van taalverwerving met als doel de student vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal. De beheersing van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan het verwerven van woordenschat van de vreemde taal. Bij de Structurele Aanpak draait het om het herkennen en kunnen toepassen van bepaalde woordcombinaties en groepen woorden in de juiste woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden in betekenisvolle situaties met gebruik van dramatisering, visualisatie, gezichtsuitdrukking en handelingen aangedragen aan de student. De taalstructuren die in de praktijk het meest worden gebruikt, worden eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheden (de luistervaardigheden en de spreekvaardigheden) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; de leesvaardigheden en de schrijfvaardigheden volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een grote plek. De Structurele Aanpak wordt ook wel Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) genoemd.

Populariteit


In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op grote schaal gebruikt voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de studenten de vreemde taal op een nauwkeurige wijze leren. De lerenden krijgen inzicht in de grammatica van de taal en leren in welke situatie woorden of combinaties van woorden passend zijn of niet. De methode gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de Structurele Aanpak ook. De methode van werken is tamelijk tijdrovend en biedt niet onmiddellijk succeservaringen. De eigen input van de student is beperkt; de methode is niet echt creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Communicatief taalonderwijs (Engelse benaming: Communicative Language Teaching; CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse benaming: Communicative Approach; CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een vreemde taal legde. Taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Communicatief talenonderwijs gaat uit van de visie dat interactie het uiteindelijke doel is bij het leren van vreemde talen.

De studenten leren met gebruik van de CLT-technieken de doeltaal in de praktijk te brengen door de interactie onderling en de taaltrainer. Authentieke teksten, geschreven in de vreemde taal of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven worden gebruikt. De doeltaal wordt zowel tijdens als buiten de les om gebruikt.

Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en docenten dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid in verschillende situaties uit de praktijk te oefenen. Grammatica leren studenten inductief, dit houdt in aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.

Bij communicatief taalonderwijs is de docent echt een trainer, die de student leert om in de doeltaal te communiceren.

Populariteit


In de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs erg populair, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol waren gebleken. In het verenigde Europa was er meer behoefte om talen te leren op een wijze die meteen toepasbaar was.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


Het communicatief taalonderwijs heeft veel goede aspecten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de doeltaal; deze methode van leren is studentgericht en functioneel. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de woorden die zij nodig hebben. De methode is efficiënt. Voor de lerenden werkt het stimulerend doordat zij vlug succeservaringen hebben. Foutjes mogen worden gemaakt; al doende wordt de taalvaardigheden geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak minder aandacht is. De voorbereiding en de planning vereist veel tijd van de taaldocent en van studenten vraagt het een actieve deelname. Voor een aantal studenten is deze manier van een taal leren afwijkend of moeilijk, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) (communicatief taalonderwijs) traint de vaardigheden; het gaat vooral om de functie en minder om de vorm en de methode biedt als leermethode geen echt samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Er word geleerd om gebruiksklare zinnetjes, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens lesboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger, deed dit anders. Meidinger ontwikkelde een leermethode waarbij de grammatica centraal stond rond 1783. Meidinger wordt gezien als grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM).

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Onderwijs in Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en geheel gericht op het vertalen en de grammatica. Dat werd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak beschouwd. De Grammatica-vertaalmethode gaat uit van de analyse van de taalstructuren en de taalvormen waarbij de lerende zelf inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal krijgen de nadruk. De taaldocenten dragen kennis over, de student memoriseert.

Populariteit


Al vanaf halverwege de negentiende eeuw was ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot vrij recent een grote invloed op het taalonderwijs gehad.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Deze grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren. De methode biedt ook inzicht in de structuur, omdat de nadruk op de grammatica gelegd wordt.

Aan de methode kleven echter meer keerzijden dan positieve kanten. Het grootste nadeel is dat de luister- en spreekvaardigheid ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren weinig mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van de taal, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het leren in groepen geeft de methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij studenten. De studenten zijn slechts toehoorders en uitvoerders.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wereldwijd gebruikt, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de leermethode die bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd, gebruikt wordt. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles onderwezen aan welgestelde dames uit Vught en omgeving.

Kenmerken van onderdompeling


De methode van onderdompeling zorgt ervoor dat degenen die de taal leren, vanaf het eerste moment is omgeven door de te leren taal. Alle instructies vinden in de doeltaal plaats; eerst langzaam en met veel herhaling, later op een natuurlijkere manier. Vanaf het begin wordt de student ook uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. De methode maakt gebruik van simulaties en rollenspellen. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt de omgeving vaak ingericht in de stijl van de doeltaal om een situatie te creëren alsof de lerenden in het land zijn waar die taal gesproken wordt. De studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met spreken. Een andere manier om onderdompeling te bereiken, is daadwerkelijk te gaan naar het land van de doeltaal en daar bijvoorbeeld te verblijven in een gastgezin.

Populariteit


Onderdompeling wordt als een uitstekende leermethode voor vreemde talen gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan met deze methode uitstekend worden ontwikkeld.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Het belangrijkste voordeel is dat met deze methode snel resultaat wordt geboekt, omdat de methode behoorlijk intensief is. Het is ‘sink or swim’, de lerende moet wel gaan communiceren in de doeltaal want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in een groep versterkt de sociale interactie. Studenten ervaren dit als motiverend.

Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een keerzijde. Als studenten in een vrij korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Een ander minpunt kan zijn dat een dergelijke training nogal intensief is. Niet alle lerenden hebben genoeg conditie om deze methode van leren vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om vreemde talen te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De methode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een taal) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de docent en de lerenden zijn daarvoor van essentieel belang. Hiervoor moeten de studenten zich veilig voelen en ontspannen zijn. Om dit te kunnen bereiken, waren lesloken met rijopstellingen ongeschikt. Tijdens de lessen zaten studenten in comfortabele stoelen die in een halve cirkel gezet waren en in de klas werd ook altijd muziek gedraaid op de achtergrond. De leermethode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, terwijl op de achtergrond natuurgeluiden waren te horen of klassieke muziek werd gespeeld. Er bestonden woordenlijsten bij deze teksten en opmerkingen over de grammatica van de doeltaal. Dit voorlezen gebeurde met gebaren alsook veel expressie in stem. De lerende werd zo overgehaald om te luisteren en kon de woorden die nieuw waren, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal. In de les werden rollenspellen gespeeld en in de klas werden ook streekgerechten gemaakt en geproefd.

Populariteit


De methodiek Suggestopedia was omstreden en de methodiek is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


De leermethode van Suggestopedie zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de lerende minder hinder heeft van frustratie of faalangst. Voor een immigrant kan deze sfeer aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland bijdragen. Muziek werkt vaak motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Een ander pluspunt van Suggestopedie dat de student wordt gestimuleerd om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties. Dit is voor een aantal mensen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd vormt dit voor sommige lerenden een nadeel, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Daarnaast kan muziek bij sommige mensen eerder afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Een ander zwak punt is dat de relatie trainer-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de trainer waarbij de student altijd de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) genoemd.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


CLL (Community Language Learning) is een methode om een vreemde taal te leren waarbij studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. De methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de docent als counselor optreedt die de zinnen van de lerenden kenschetst. De lerenden beginnen een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal nog niet voldoende machtig, dan spreken de studenten in hun moedertaal. De trainer vertaalt en geeft uitleg, waarna de studenten de uitspraken van de trainer zo nauwkeurig mogelijk herhalen. Dit gesprek wordt opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.

Community Language Learning stimuleert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en de methode ziet de interactie tussen de studenten als middel om de vreemde taal te leren. Er is geen lesboek dat gevolgd wordt; de studenten bepalen zelf het lesmateriaal met behulp van zinvolle gesprekken.

Populariteit


De mate van succes van CLL is grotendeels afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. Bij deze methode dient de taaldocent naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig onderlegd te zijn. Deze docent dient zowel de te leren taal als de moedertaal van de lerende erg goed te beheersen om de taaluitingen van de lerende te kunnen vertalen. Deze methode kan goed functioneren indien deze correct gebruikt wordt. Deze methode is niet geschikt voor grote klassen.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


CLL biedt voor lerenden veel autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken wordt door studenten vaak als nuttig ervaren. De groep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de lessen, maar ook buiten de lessen. Door deze methode worden studenten zich veel meer bewust van anderen in hun groep, hun sterke en minder sterke punten en ze leren om als team te werken. Het bespreken door de foutjes en het evalueren van de lessen is heel leerzaam voor de studenten. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo deel van het actieve vocabulaire van de studenten.

Dat de docent niet sturend is, terwijl sommige lerenden deze sturing wel nodig hebben, kan een nadeel zijn. Bij CLL wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden ook geen toetsen gehouden. Het succes van de les is hierdoor lastig meetbaar. Sommige studenten worden in hun spreken belemmerd als zij worden opgenomen.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis in de jaren 90 van de vorige eeuw is ontwikkeld.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


De benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk deel van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. De lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van de taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering is de woordenschat belangrijker dan de grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en uitdrukkingen die regelmatig voorkomen in dialogen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel mogelijkheid voor de studenten om de taal zelfstandig te ontdekken.

Het is de taak van de taaldocent om te zorgen voor voldoende inbreng en het faciliteren van het leerproces van de student.

Populariteit


In de laatste dertig jaar zijn door de invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis lesboeken duidelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt geschonken aan de woordenschat die in chunks aangeboden wordt, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Lewis streefde; de drastische verandering in de wijze waarop een vreemde taal wordt onderwezen, heeft echter niet plaatsgevonden.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Studenten leren op een natuurlijke wijze de taal te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal. Op deze manier ontstaat souplesse in het taalgebruik.

Het nadeel van de leermethode is dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de aangeleerde taalsituaties. Een aantal lerenden heeft meer aan een docent die hen wegwijs maakt, dan aan een docent-facilitator omdat ze lerenden meer moeite hebben om de patronen van de taal zelf te leren herkennen.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) genoemd, is in 1880 door de Fransman François Gouin ontwikkeld.

Kenmerken van de Series Method


Een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van de grammatica vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnen op basis van een actie, bijvoorbeeld het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, wetenschap en beroep, vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal ontwikkeld. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. De lerenden gaan vanzelf snel in de te leren taal denken doordat een soort eentalige methode is, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.

Populariteit


Gouin’s principes over taal waren bijzonder vooruitstrevend. Ondanks dat het een afwijkende aanpak was, was de seriemethode van François Gouin toch enige tijd succesvol. Berlitz’ Directe Methode overschaduwde deze methode van Gouin echter.

Voor- en nadelen van de Series Method


Gouin’s Series method ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheid en zorgt voor het creëren van een sfeer in de lessen die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.

François Gouin’s taalmethodiek biedt levendig onderwijs. Dit type onderwijs wekt het enthousiasme bij de studenten op door gebruik te maken van visueel leermateriaal, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een taal leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De methode maakt de studenten nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, de prestatiedruk te verlagen en het zelfvertrouwen te verbeteren. De communicatieve vaardigheid van de student wordt met de methode goed gestimuleerd.

De leermethode van Gouin heeft als nadeel dat taal die wat meer subjectief of abstract is, moeilijk met beweging en expressie in één concrete ervaring is te vangen. Een bijkomend minpunt is de bewerkelijkheid voor de trainer, die een hele reeks aan series moet voorbereiden. Als derde punt richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers van deze methode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham Crookes.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Het taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze erachter is dat de verwerving van de te leren taal geen doel op zich is, maar een middel om specifieke taken uit te kunnen voeren. Lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is kennis van de taal vereist. Voor het goed uitvoeren van deze taken, dienen zij over regels van de taal en woordenschat te beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld boodschappen doen, e-mails schrijven, bellen met een klantenservice, een drankje bestellen of de krant lezen. De taak wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij studenten zich eerst op de taak voorbereiden, de taak daarna uitvoeren en tot slot op de taak terugblikken. Om de opdrachten uit te kunnen voeren, dienen lerenden samen te werken. Om leereffect te hebben, moeten de opdrachten net boven het niveau van de studenten liggen.

Populariteit


Het taakgericht onderwijs is vanaf het begin van de jaren 90 erg populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest praktisch bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van studenten (hoofdzakelijk studenten met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs te verbeteren.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Het taakgericht taalonderwijs biedt duidelijke voordelen. Het is een activerende werkwijze, waarbij de studenten worden uitgedaagd om hun vaardigheden te gaan gebruiken. Mits de taak goed aansluit bij de lerende, is de methode een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in aanraking met de doeltaal en leert zo authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als plezierig en motiverend ervaren .

Als minpunt kan worden genoemd dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm, waardoor lerenden die niet heel nauwkeurig leren.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse linguïst en docententrainer op het gebied van Engels taalonderwijs ontwikkelde in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


‘Dogme 95’. Dogme 95 was een beweging van een groep van Deense filmmakers waaronder Deense filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Bij het filmmaken, confirmeren de deelnemers zich aan 10 strenge regels (dogma’s). Deze vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het beginnen van inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan, is het oogmerk van Dogme-taalonderwijs. Bij deze methode draait het om communicatie als de inspirator van de taal leren. Deze leermethode is daarom een communicatieve werkwijze van het onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder een lesboek te gebruiken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan richt op de communicatie tussen de studenten en de trainer. Net zoals de Dogme-beweging van de filmmakers, kent het Dogme-taalonderwijs tien uitgangspunten (dogma’s).

Populariteit


Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de parallellen met taakgericht leren van een vreemde taal erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Dat er zo goed als geen voorbereiding nodig is, is een voordeel voor de taaldocent. Het kan erg motiverend zijn dat de studenten voor hun eigen leerproces verantwoordelijk zijn. Zo zijn de lessen nooit voorspelbaar. Dit levert spontane communicatie op en verveling krijgt geen kans. Vrijwel elk item kan besproken worden in een les volgens de Dogme-benadering. Het houdt studenten betrokken en alert.

De lerenden kunnen zich daarentegen wel iets minder op hun gemak voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de taaldocent. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle trainers voldoende flexibel. Dat studenten zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde stof aan bod komt tijdens de les, kan een ander minpunt vormen van de methode.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson in 2007.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


De GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het leren van een vreemde taal. Dat taal en cultuur onlosmakelijk zijn, is de primaire aanname van de GPA. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van een taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur. Daarom gebruikt GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De Growing Participator Approach vertoont overeenkomsten met, en is gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De leermethode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden door de lerende met een verzorger uit de gastcultuur uitgevoerd. Begrip is belangrijker dan productie. De woordenschat en de cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze fase neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ concentreert zich in fase 1 op het luisteren en het non-verbale feedback geven.

Fase 2 van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze duurt om en nabij 150 uur en de deelnemer begint nu ook taal te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de ontvangende cultuur te voeren. In fase 5 van de methode beginnen deelnemers zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers door middel van televisie, films, nieuws of literatuur. De taal die voor het werk van de deelnemers nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode van de leermethode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies.

Populariteit


De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog vrij weinig bekend over het succes ervan. Deelnemende studenten zijn enthousiast over de methode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


De GPA-benadering biedt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving. De zes fasen van de leermethode bieden een duidelijk tijdsschema alsook realistische doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van de taal, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.

Een minpunt van deze methode is dat voor elke deelnemer of elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gezocht die veel tijd wil investeren.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door de Amerikaanse polyglot en taalkundige Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.

Kenmerken van de Shadowing Technique


Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken om de intonatie en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Het is een relatief eenvoudige methode: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt dan wat hij of zij hoort. Het is niet van belang om de tekst in de doeltaal ook te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klanken van de te leren taal. Luisteren en herhalen wordt net zo vaak geoefend tot het moment dit heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan met de audio-opname kunnen spreken. De lerenden gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat zij hebben uitgesproken. Zolang deze boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende teksten, zijn diverse leerboeken geschikt voor deze methode. De audio-opname dient idealiter wat boven het niveau van de lerenden te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Omdat fysieke bewegingen de opname versterken van de te leren taal in het zenuwstelsel, doet Argüelles de aanbeveling om te gaan lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te gaan zitten. Een andere grond is dat de studenten minder gauw afgeleid worden als zij in beweging zijn, waardoor het werken aan de doeltaal veel effectiever wordt.

De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale driloefeningen gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij de Shadowing-methode is ook het simultaan spreken anders.

Populariteit


In de afgelopen jaren is veel onderzoek naar de techniek van Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de doeltaal wordt ook vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het in een groep lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief aan het leren zijn. Het rendement is hoog.

De keerzijde van de methode van Shadowing is dat studenten het soms ietwat saai kunnen vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus van groot belang.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een methode om een vreemde talen te leren die gebaseerd is op het principe dat mensen door middel van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid vormt dus de basis, de spreekvaardigheid volgt pas daarna.

TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van een nieuwe taal. De taaldocent geeft op een begrijpelijke en vriendelijke wijze opdrachten, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de student doet na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat zij praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende taken worden verder uitgebreid of deels gewijzigd.

Door de combinatie van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde beklijft ook beter.

Populariteit


TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs gebruikt (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engelse les. Maar ook middelbare scholieren of volwassenen werken met plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethode zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van de nieuwe taal. Het zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe voor elke doelgroep geschikt, ongeacht achtergrond en leeftijd en de methode kan ook in grotere klassen toegepast worden. De geleerde taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.

Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-taken is uit te drukken, is het minpunt van TPR®. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker niveau werkt en een andere methodiek nodig is als aanvulling. Ook is de leermethode niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om hun meningen, gevoelens en ideeën uit te drukken.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Er ontstond een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe visies over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. Overigens betrof de Reformbeweging niet alleen het leren van een taal, maar eveneens voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Men streefde, net als in de jaren 60 van de vorige eeuw, omstreeks het jaar 1900 naar natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Er ontstond op het gebied van het taalonderwijs veel aandacht voor de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica vooral inductief werd aangeleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten de studenten hieruit afleiden. Er kwamen veel mondelinge oefeningen en met veel aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal. Lerenden werden aangemoedigd veel te praten. Het was ook een nieuw verschijnsel dat de taalles in de doeltaal werd gegeven. Tijdens de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. Het aanleren van vocabulaire van de vreemde taal werd gedaan aan de hand van plaatjes en voorbeelden. Studenten boden zelf abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.

Populariteit


Mede door invloed van de crises en oorlogen ebde deze vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw weg, om weer in een andere vorm terug te komen in de jaren zestig.

Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog altijd door taleninstituten als Berlitz en Interlingua gewerkt.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat het een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren, is het belangrijkste voordeel van de Directe Methode. Bij de methode wordt veel aandacht geschonken aan luisteren en spreken. Hierdoor ontwikkelen lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in de taal. Aan de leermethode kleven echter eveneens keerzijden. Voor schrijfvaardigheid is bij deze methode nauwelijks aandacht en voor lezen in de doeltaal relatief ook veel minder. De methode biedt voor de meer gevorderde student onvoldoende uitdagingen. De Directe Methode is eveneens niet heel geschikt voor minder snel lerende studenten, omdat deze leermethode een dynamische inzet vanuit de studenten verwacht.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.

Kenmerken van de Manesca-methode


De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal leren dient veilig en gemakkelijk te zijn. Daarom wil Manesca niet met abstracte lijstjes of regels met woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.

De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is gebaseerd op het werken met een groep lerenden en een trainer, die maar één nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het woord en de bijbehorende beweging worden vervolgens door de lerenden afzonderlijk herhaald. Door deze herhaling onthouden de studenten deze woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. De woorden vormen stap voor stap zinnen en variaties op de zinnen. De spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.

De methode van Jean Manesca is reeds een aantal jaren later overgenomen en aangepast door de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.

Populariteit


Jean Manesca is twee jaar na publicatie van zijn methode overleden. Het werk van Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn nog steeds actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger door de lerenden wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Het feit dat het wat saai kan worden om dezelfde woordjes en zinnen te blijven herhalen, kan een keerzijde zijn.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een manier om een taal te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De autonomie van de student en diens actieve deelname is het uitgangspunt van Caleb Gattegno’s methode.

Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de trainer om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en hen aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Aan de uitspraak van de vreemde taal wordt veel tijd besteed.

Gattegno, die wiskundige was, vond het essentieel om taalles te geven op een wijze die efficiënt voor de energievoorraad van de studenten was. Caleb Gattegno kwam erachter dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder dan wanneer mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Hij betoogde dat de trainers niet zozeer naar het overbrengen van kennis zouden moeten streven, maar het bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.

The Silent Way hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokjes (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De ‘de stille manier’ maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van de taal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.

Populariteit


Alhoewel de Stille Methode in zijn originele versie niet veel meer wordt toegepast, zijn Gattegno’s ideeën vooral bij het aanleren van de uitspraak van invloed geweest.

Voor- en nadelen van de Silent Way


Dat zijn aanpak voor de student niet-bedreigend is, die tenslotte als autonoom gezien wordt, is de sterke kant van de benadering van Gattegno. In principe is de docent dienstbaar aan de lerende en niet omgekeerd. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van een taal op een natuurlijke manier. Door lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken, wordt de geleerde taalkennis vaak goed verwerkt en onthouden. De studenten ‘mogen’ fouten maken, wat bijdraagt aan het leerproces.

Het kan een minpunt zijn dat sommige studenten wat intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode voorstaat. De lerenden zouden wat gefrustreerd kunnen raken door de afwezigheid van inbreng van de trainer. Werken met kleuren en grafieken heeft als limiterende factor dat de nieuwheid er snel af raakt. Hierdoor verdwijnt het effect.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-techniek (Total Physical Response).

Kenmerken van TPR Storytelling


De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke wijze van taalverwerving: een vreemeen taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. Om dit te bereiken, worden studenten aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. Door de docent wordt een verhaal verteld waarin nieuwe woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn nooit te lang en interessant of humoristisch. Studenten ontspannen zich doordat deze verhalen van de taaldocent gemakkelijk te begrijpen zijn. Op deze manier worden woorden en structuren van de nieuwe taal ongemerkt in het langetermijngeheugen van de lerende opgeslagen. De taaltrainer wijst de student op grammaticale verschijnselen, zonder dat studenten regels uit het hoofd leren.

De lerende zal na een poosje ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuur van de nieuwe taal imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groepje studenten een verhaal opbouwen, is een variant. De taaldocent schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met hun vertalingen, om vervolgens een verhaal te maken met de studenten. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk deel van TPR Storytelling is lezen, omdat dit zorgt voor inbreng. In een latere fase volgt schrijven.

Populariteit


Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een geslaagde manier is om een vreemde taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de trainer moet goed getraind zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


TPR Storytelling is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Voor lerenden is TPRS een prettige methode en het is relatief gemakkelijk om de focus te behouden. Zelf een verhaal maken, werkt zeer motiverend voor de lerenden.

Een minpunt is dat TPRS veel voorbereiding van de docenten vraagt.

Commerciële methodes voor zelfstudie

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-methode is vernoemd naar de zogenaamde de Steen van Rosetta, een steen die in Egypte is ontdekt met een tekst in twee talen, met behulp waarvan uiteindelijk de hiërogliefen ontcijferd zijn. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taalcursussen op de markt brengt. De eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht in 1996.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone methode is een wijze om vreemde talen te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone zijn in meer dan dertig talen beschikbaar en de cursussen zijn ook vanuit al deze talen te volgen.

De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop kinderen de moedertaal leren. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers (native speakers) en foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal. Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma. Dit programma registreert de uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. De lerende kan zo zijn of haar uitspraak met de uitspraak van een native speaker (moedertaalspreker) vergelijken. Uitspraakverbetering kan worden behaald door de voorbeeldstem langzamer te laten praten en de studenten vervolgens veel na te laten zeggen.

Voor de schrijfvaardigheden zijn er dictee-oefeningen. De software controleert de spelling en de grammatica en geeft fouten aan, waarbij optie is om deze fouten van de student te verbeteren.

Het programma van Rosetta Stone biedt ook leesteksten. Deze gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.

Populariteit


De Rosetta Stone-methode wordt wereldwijd veelvuldig ingezet en niet door de minsten. Onder andere de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken gebruiken de methode van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen, alsook door een aantal internationaal opererende organisaties ingezet.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone-methode is erg eenvoudig in het gebruik en kan door studenten ingezet worden op elk moment. De lerende kan zelf bepalen welke onderdelen wat meer of minder aandacht nodig hebben. Velen vinden het prettig om met de leermethode te werken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode voor scholen een oplossing zijn. Een minpunt van de methode is dat geen trainer beschikbaar is die studenten motiveert of wat extra’s kan bieden.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Dr. Paul Pimsleur; een Amerikaans taalkundige. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in het jaar 1963.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een computerprogramma om vreemde talen te leren.

Deze cursussen bestaan uit zinnetjes en dialoog in de doeltaal die door lerenden daarna worden nagesproken en worden herhaald. De voorbeeldzinnen zijn door native speakers (moedertaalsprekers) ingesproken. De cursus is op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. De lessen omvatten een audio-opname van 30 minuten met nieuwe woordenschat en structuur. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur niet apart uit maar biedt deze aan via uitbreiding van, en variaties op, de zinnen.

Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee kennis overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval verwerkt.

Populariteit


De Pimsleur taalcursussen worden onder meer gevolgd door Amerikanen en de ervaringen met de methode lopen uiteen. Over het algemeen zijn de lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van de doeltaal.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


Om de uitspraak van de doeltaal te verbeteren werkt de Pimsleur-methode heel goed doordat de insprekers native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo praten.

Een nadeel van de leermethodiek is dat niets wordt uitgelegd. De studenten leren geen bouwstenen van de doeltaal om zelf een zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die uit het hoofd worden geleerd.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet geheel verrassend, door Michel Thomas (Poolse naam: Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Bob Dylan, Mel Gibson en Pierce Brosnan in de klantenkring.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij vrij is van stress, was het principe van Michel Thomas. Michel Thomas begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.

De taalcursussen zijn audiolessen die zijn ingesproken door twee acteurs; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert met de les van de acteurs mee. Als een vraag aan de acteurs gesteld wordt, is het idee dat de lerenden op pauze drukken en zelf antwoord geven op de vraag. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. Bij de methode worden de lessen opgebouwd in kleine delen en stof die nieuw is, wordt afgewisseld met stof die al bekend is. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. Er wordt op verbanden tussen het Engels en de doeltaal gewezen, als deze verbanden bestaan. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Makkelijke stof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de student het voorgaande heeft begrepen en geleerd. Behalve woorden en zinnetjes worden eveneens bouwstenen aangeleerd zodat de lerenden zelf zinnetjes kunnen bouwen. De leermethode maakt eveneens gebruik van flashcards waarmee studenten zelf hun woordenschat kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te kunnen meten.

Populariteit


Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van de doeltaal. Gebruikers die al wat verder zijn met de taal, vinden de Michel Thomas-methode soms minder nuttig.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De methode van Michel Thomas traint de uitspraak en de luistervaardigheid van de vreemde taal op efficiënte wijze en de methode is ook zeer toegankelijk. Dat de taalcursus niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een keerzijde van de methode van Michel Thomas. Ook is er geen echte interactie doordat de methode uit een audiocursus bestaat.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, dat door Alphonse Chérel is opgericht in 1929. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Dit begon met hun eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ betekent ‘mengen met, opgaan in een andere groep’. Dit was wel een hooggegrepen uitgangspunt is voor taalcursussen. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek, audio-CD’s en een USB-stick. De gebruikers besteden bij voorkeur ongeveer twintig minuten per dag aan de cursus.

De taallessen bestaan uit dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De vertaling wordt hiernaast weergegeven, met de grammaticale uitleg. Om de uitspraak te oefenen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnen die door moedertaal (native) speakers zijn ingesproken en die de lerenden herhalen. De opbouw is van receptief naar productief: in de eerste les wordt nog geen taalproductie van de gebruikers verwacht; dit komt pas na ruwweg vijftig taallessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn populair. De cursussen zijn niet zo duur en er is een ruim aanbod aan talen.

Voor- en nadelen van Assimil


Het pluspunt van de methode van Assimil is dat de cursist in zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste uitkomt. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle computertaalcursussen, dat de cursisten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen taaldocent beschikbaar om de cursisten te motiveren of te begeleiden.


ALGEMENE LEERMETHODES

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kan beschouwd worden als reactie op de grammatica-vertaalmethode. Het was nieuw dat de les geheel plaatsvond in de doeltaal. Kunnen luisteren en spreken zijn de belangrijkste vaardigheden en grammaticale structuren worden door middel van mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is om zonder fouten te leren spreken en verstaan; dit begint bij iemand leren naspreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt gewerkt met drills om zinnen alsook structuren goed te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch worden. De trainer kan bijvoorbeeld een bepaalde zin 10 keer herhalen en dan een nieuw woord of meerdere nieuwe woorden hieraan toevoegen. Er wordt vaak gewerkt in zogeheten talenpractica, waar studenten een koptelefoon dragen en naar zinnen luisteren en deze nazeggen. De geschreven taal komt pas aan bod als de mondelinge taal al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe woorden te introduceren.

Populariteit


De audiolinguale methode werd in Nederland pas geïntroduceerd rond het jaar 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er kwamen al snel grote bezwaren tegen de betekenisloze driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al vrij snel in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. De audiolinguale methode heeft wel sporen nagelaten Het was nu breed geaccepteerd dat het bij het leren van de taal niet om het uit het hoofd leren van de regels van de grammatica gaat, maar om het gebruik ervan. Luistervaardigheid, waar de meeste taaldocenten vóór 1970 geen aandacht aan schonken, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten. De juiste uitspraak wordt van het begin af aangeleerd. De methode is docentgestuurd en en biedt daardoor een efficiënte en vlotte overdracht van de kennis van de taal. Deze methode kan ook worden toegepast bij grotere groepen.

Dit docentgestuurde aspect is tevens een nadeel; er wordt geen eigen input verwacht van de studenten. Hierdoor dreigt het gevaar van passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de driloefeningen niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal op een zodanige manier te leren dat het in het langetermijngeheugen wordt opgeslagen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die nadien herhaald worden. De zinnen en woorden van de woordenlijst worden hardop gelezen door de student. Al deze woorden en/of zinnen of zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar door blootstelling gebeurt dit eigenlijk automatisch. De woordenlijst wordt steeds bijgewerkt; woorden die aangeleerd zijn, worden van de lijst verwijderd. Die woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de lijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList Method beweren dat deze woorden op de woordenlijst of zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten worden opgeslagen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt betwijfeld. In het algemeen wordt (taal)kennis opgeslagen wanneer de kennis ook relevant en betekenisvol is voor de lerende. Deze GoldList-methode kan goed functioneren voor woorden en zinnen die betekenisvol en relevant zijn voor de lerende.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Voor mensen die bij bijvoorbeeld Post-its® voordeel hebben als geheugensteuntje zou deze GoldList-methode goed kunnen werken. Opschrijven werkt beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken, doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt. Het gebrek aan context is een minpunt van deze methode. Talen zijn veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. Deze GoldList-methode is bovendien bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven lijsten moeten worden gemaakt.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is ontwikkeld in 1983 door de Amerikanen Tracy D. Terrell en Stephen Krashen.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving gericht. Op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de leermethode de taal aan te leren. Op die wijze leert men onbewust eveneens de taalregels van de vreemde taal. Alleen de doeltaal met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Het streven is een leeromgeving zonder stress. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. Bij de deze methode wordt de taalproductie niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete grammatica.

Als de lerende wordt ondergedompeld in de taal, is de methode het meest effectief. De activiteiten die in de te leren taal worden aangeboden, moeten stimulerend zijn zodat de studenten plezier beleven van de ervaringen.

De Natural Method leermethode lijkt erg op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid is dat de Directe Methode meer nadruk legt op de praktijk en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Dat onderdompeling een heel effectieve leermethode kan zijn, is vaak bewezen. De methode is een populaire wijze van lesgeven onder taaldocenten, doordat de methode vrij eenvoudig te begrijpen is voor lerenden. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De leermethode legt vooral nadruk op het impliciet leren van de grammatica. Studenten zouden inderdaad leren om te communiceren, maar in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal blijven hangen door onvoldoende kennis van de grammatica.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Om op een natuurlijke manier een vreemde taal te leren, wordt prettig gevonden. De studenten krijgen de mogelijkheid een persoonlijke band met de taal te creëren. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.

Omdat er vrijwel geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaten merkbaar zijn. De methode bereidt de lerende ook niet per se voor op een specifiek examen.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De Structural Approach (afgekort SA) ofwel de ‘Structurele Aanpak’ is in de jaren 50 door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


De Structurele Aanpak is een wijze van taalverwerving met als doel de student vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal. De beheersing van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan het verwerven van woordenschat van de vreemde taal. Bij de Structurele Aanpak draait het om het herkennen en kunnen toepassen van bepaalde woordcombinaties en groepen woorden in de juiste woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden in betekenisvolle situaties met gebruik van dramatisering, visualisatie, gezichtsuitdrukking en handelingen aangedragen aan de student. De taalstructuren die in de praktijk het meest worden gebruikt, worden eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheden (de luistervaardigheden en de spreekvaardigheden) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; de leesvaardigheden en de schrijfvaardigheden volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een grote plek. De Structurele Aanpak wordt ook wel Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) genoemd.

Populariteit


In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op grote schaal gebruikt voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de studenten de vreemde taal op een nauwkeurige wijze leren. De lerenden krijgen inzicht in de grammatica van de taal en leren in welke situatie woorden of combinaties van woorden passend zijn of niet. De methode gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de Structurele Aanpak ook. De methode van werken is tamelijk tijdrovend en biedt niet onmiddellijk succeservaringen. De eigen input van de student is beperkt; de methode is niet echt creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Communicatief taalonderwijs (Engelse benaming: Communicative Language Teaching; CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse benaming: Communicative Approach; CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een vreemde taal legde. Taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Communicatief talenonderwijs gaat uit van de visie dat interactie het uiteindelijke doel is bij het leren van vreemde talen.

De studenten leren met gebruik van de CLT-technieken de doeltaal in de praktijk te brengen door de interactie onderling en de taaltrainer. Authentieke teksten, geschreven in de vreemde taal of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven worden gebruikt. De doeltaal wordt zowel tijdens als buiten de les om gebruikt.

Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en docenten dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid in verschillende situaties uit de praktijk te oefenen. Grammatica leren studenten inductief, dit houdt in aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.

Bij communicatief taalonderwijs is de docent echt een trainer, die de student leert om in de doeltaal te communiceren.

Populariteit


In de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs erg populair, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol waren gebleken. In het verenigde Europa was er meer behoefte om talen te leren op een wijze die meteen toepasbaar was.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


Het communicatief taalonderwijs heeft veel goede aspecten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de doeltaal; deze methode van leren is studentgericht en functioneel. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de woorden die zij nodig hebben. De methode is efficiënt. Voor de lerenden werkt het stimulerend doordat zij vlug succeservaringen hebben. Foutjes mogen worden gemaakt; al doende wordt de taalvaardigheden geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak minder aandacht is. De voorbereiding en de planning vereist veel tijd van de taaldocent en van studenten vraagt het een actieve deelname. Voor een aantal studenten is deze manier van een taal leren afwijkend of moeilijk, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) (communicatief taalonderwijs) traint de vaardigheden; het gaat vooral om de functie en minder om de vorm en de methode biedt als leermethode geen echt samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Er word geleerd om gebruiksklare zinnetjes, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens lesboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger, deed dit anders. Meidinger ontwikkelde een leermethode waarbij de grammatica centraal stond rond 1783. Meidinger wordt gezien als grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM).

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Onderwijs in Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en geheel gericht op het vertalen en de grammatica. Dat werd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak beschouwd. De Grammatica-vertaalmethode gaat uit van de analyse van de taalstructuren en de taalvormen waarbij de lerende zelf inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal krijgen de nadruk. De taaldocenten dragen kennis over, de student memoriseert.

Populariteit


Al vanaf halverwege de negentiende eeuw was ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot vrij recent een grote invloed op het taalonderwijs gehad.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Deze grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren. De methode biedt ook inzicht in de structuur, omdat de nadruk op de grammatica gelegd wordt.

Aan de methode kleven echter meer keerzijden dan positieve kanten. Het grootste nadeel is dat de luister- en spreekvaardigheid ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren weinig mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van de taal, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het leren in groepen geeft de methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij studenten. De studenten zijn slechts toehoorders en uitvoerders.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wereldwijd gebruikt, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de leermethode die bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd, gebruikt wordt. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles onderwezen aan welgestelde dames uit Vught en omgeving.

Kenmerken van onderdompeling


De methode van onderdompeling zorgt ervoor dat degenen die de taal leren, vanaf het eerste moment is omgeven door de te leren taal. Alle instructies vinden in de doeltaal plaats; eerst langzaam en met veel herhaling, later op een natuurlijkere manier. Vanaf het begin wordt de student ook uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. De methode maakt gebruik van simulaties en rollenspellen. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt de omgeving vaak ingericht in de stijl van de doeltaal om een situatie te creëren alsof de lerenden in het land zijn waar die taal gesproken wordt. De studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met spreken. Een andere manier om onderdompeling te bereiken, is daadwerkelijk te gaan naar het land van de doeltaal en daar bijvoorbeeld te verblijven in een gastgezin.

Populariteit


Onderdompeling wordt als een uitstekende leermethode voor vreemde talen gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan met deze methode uitstekend worden ontwikkeld.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Het belangrijkste voordeel is dat met deze methode snel resultaat wordt geboekt, omdat de methode behoorlijk intensief is. Het is ‘sink or swim’, de lerende moet wel gaan communiceren in de doeltaal want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in een groep versterkt de sociale interactie. Studenten ervaren dit als motiverend.

Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een keerzijde. Als studenten in een vrij korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Een ander minpunt kan zijn dat een dergelijke training nogal intensief is. Niet alle lerenden hebben genoeg conditie om deze methode van leren vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een methode om vreemde talen te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De methode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een taal) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de docent en de lerenden zijn daarvoor van essentieel belang. Hiervoor moeten de studenten zich veilig voelen en ontspannen zijn. Om dit te kunnen bereiken, waren lesloken met rijopstellingen ongeschikt. Tijdens de lessen zaten studenten in comfortabele stoelen die in een halve cirkel gezet waren en in de klas werd ook altijd muziek gedraaid op de achtergrond. De leermethode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, terwijl op de achtergrond natuurgeluiden waren te horen of klassieke muziek werd gespeeld. Er bestonden woordenlijsten bij deze teksten en opmerkingen over de grammatica van de doeltaal. Dit voorlezen gebeurde met gebaren alsook veel expressie in stem. De lerende werd zo overgehaald om te luisteren en kon de woorden die nieuw waren, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal. In de les werden rollenspellen gespeeld en in de klas werden ook streekgerechten gemaakt en geproefd.

Populariteit


De methodiek Suggestopedia was omstreden en de methodiek is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


De leermethode van Suggestopedie zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de lerende minder hinder heeft van frustratie of faalangst. Voor een immigrant kan deze sfeer aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland bijdragen. Muziek werkt vaak motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Een ander pluspunt van Suggestopedie dat de student wordt gestimuleerd om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties. Dit is voor een aantal mensen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd vormt dit voor sommige lerenden een nadeel, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Daarnaast kan muziek bij sommige mensen eerder afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Een ander zwak punt is dat de relatie trainer-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de trainer waarbij de student altijd de ontvangende partij is.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) genoemd.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


CLL (Community Language Learning) is een methode om een vreemde taal te leren waarbij studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. De methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de docent als counselor optreedt die de zinnen van de lerenden kenschetst. De lerenden beginnen een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal nog niet voldoende machtig, dan spreken de studenten in hun moedertaal. De trainer vertaalt en geeft uitleg, waarna de studenten de uitspraken van de trainer zo nauwkeurig mogelijk herhalen. Dit gesprek wordt opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.

Community Language Learning stimuleert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en de methode ziet de interactie tussen de studenten als middel om de vreemde taal te leren. Er is geen lesboek dat gevolgd wordt; de studenten bepalen zelf het lesmateriaal met behulp van zinvolle gesprekken.

Populariteit


De mate van succes van CLL is grotendeels afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. Bij deze methode dient de taaldocent naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig onderlegd te zijn. Deze docent dient zowel de te leren taal als de moedertaal van de lerende erg goed te beheersen om de taaluitingen van de lerende te kunnen vertalen. Deze methode kan goed functioneren indien deze correct gebruikt wordt. Deze methode is niet geschikt voor grote klassen.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


CLL biedt voor lerenden veel autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken wordt door studenten vaak als nuttig ervaren. De groep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de lessen, maar ook buiten de lessen. Door deze methode worden studenten zich veel meer bewust van anderen in hun groep, hun sterke en minder sterke punten en ze leren om als team te werken. Het bespreken door de foutjes en het evalueren van de lessen is heel leerzaam voor de studenten. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo deel van het actieve vocabulaire van de studenten.

Dat de docent niet sturend is, terwijl sommige lerenden deze sturing wel nodig hebben, kan een nadeel zijn. Bij CLL wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden ook geen toetsen gehouden. Het succes van de les is hierdoor lastig meetbaar. Sommige studenten worden in hun spreken belemmerd als zij worden opgenomen.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis in de jaren 90 van de vorige eeuw is ontwikkeld.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


De benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk deel van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. De lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van de taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering is de woordenschat belangrijker dan de grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en uitdrukkingen die regelmatig voorkomen in dialogen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel mogelijkheid voor de studenten om de taal zelfstandig te ontdekken.

Het is de taak van de taaldocent om te zorgen voor voldoende inbreng en het faciliteren van het leerproces van de student.

Populariteit


In de laatste dertig jaar zijn door de invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis lesboeken duidelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt geschonken aan de woordenschat die in chunks aangeboden wordt, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Lewis streefde; de drastische verandering in de wijze waarop een vreemde taal wordt onderwezen, heeft echter niet plaatsgevonden.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Studenten leren op een natuurlijke wijze de taal te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal. Op deze manier ontstaat souplesse in het taalgebruik.

Het nadeel van de leermethode is dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de aangeleerde taalsituaties. Een aantal lerenden heeft meer aan een docent die hen wegwijs maakt, dan aan een docent-facilitator omdat ze lerenden meer moeite hebben om de patronen van de taal zelf te leren herkennen.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) genoemd, is in 1880 door de Fransman François Gouin ontwikkeld.

Kenmerken van de Series Method


Een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van de grammatica vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnen op basis van een actie, bijvoorbeeld het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, wetenschap en beroep, vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal ontwikkeld. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. De lerenden gaan vanzelf snel in de te leren taal denken doordat een soort eentalige methode is, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.

Populariteit


Gouin’s principes over taal waren bijzonder vooruitstrevend. Ondanks dat het een afwijkende aanpak was, was de seriemethode van François Gouin toch enige tijd succesvol. Berlitz’ Directe Methode overschaduwde deze methode van Gouin echter.

Voor- en nadelen van de Series Method


Gouin’s Series method ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheid en zorgt voor het creëren van een sfeer in de lessen die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.

François Gouin’s taalmethodiek biedt levendig onderwijs. Dit type onderwijs wekt het enthousiasme bij de studenten op door gebruik te maken van visueel leermateriaal, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een taal leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De methode maakt de studenten nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, de prestatiedruk te verlagen en het zelfvertrouwen te verbeteren. De communicatieve vaardigheid van de student wordt met de methode goed gestimuleerd.

De leermethode van Gouin heeft als nadeel dat taal die wat meer subjectief of abstract is, moeilijk met beweging en expressie in één concrete ervaring is te vangen. Een bijkomend minpunt is de bewerkelijkheid voor de trainer, die een hele reeks aan series moet voorbereiden. Als derde punt richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers van deze methode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham Crookes.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Het taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze erachter is dat de verwerving van de te leren taal geen doel op zich is, maar een middel om specifieke taken uit te kunnen voeren. Lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is kennis van de taal vereist. Voor het goed uitvoeren van deze taken, dienen zij over regels van de taal en woordenschat te beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld boodschappen doen, e-mails schrijven, bellen met een klantenservice, een drankje bestellen of de krant lezen. De taak wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij studenten zich eerst op de taak voorbereiden, de taak daarna uitvoeren en tot slot op de taak terugblikken. Om de opdrachten uit te kunnen voeren, dienen lerenden samen te werken. Om leereffect te hebben, moeten de opdrachten net boven het niveau van de studenten liggen.

Populariteit


Het taakgericht onderwijs is vanaf het begin van de jaren 90 erg populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest praktisch bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van studenten (hoofdzakelijk studenten met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs te verbeteren.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Het taakgericht taalonderwijs biedt duidelijke voordelen. Het is een activerende werkwijze, waarbij de studenten worden uitgedaagd om hun vaardigheden te gaan gebruiken. Mits de taak goed aansluit bij de lerende, is de methode een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in aanraking met de doeltaal en leert zo authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als plezierig en motiverend ervaren .

Als minpunt kan worden genoemd dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm, waardoor lerenden die niet heel nauwkeurig leren.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse linguïst en docententrainer op het gebied van Engels taalonderwijs ontwikkelde in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


‘Dogme 95’. Dogme 95 was een beweging van een groep van Deense filmmakers waaronder Deense filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Bij het filmmaken, confirmeren de deelnemers zich aan 10 strenge regels (dogma’s). Deze vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het beginnen van inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan, is het oogmerk van Dogme-taalonderwijs. Bij deze methode draait het om communicatie als de inspirator van de taal leren. Deze leermethode is daarom een communicatieve werkwijze van het onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder een lesboek te gebruiken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan richt op de communicatie tussen de studenten en de trainer. Net zoals de Dogme-beweging van de filmmakers, kent het Dogme-taalonderwijs tien uitgangspunten (dogma’s).

Populariteit


Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de parallellen met taakgericht leren van een vreemde taal erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Dat er zo goed als geen voorbereiding nodig is, is een voordeel voor de taaldocent. Het kan erg motiverend zijn dat de studenten voor hun eigen leerproces verantwoordelijk zijn. Zo zijn de lessen nooit voorspelbaar. Dit levert spontane communicatie op en verveling krijgt geen kans. Vrijwel elk item kan besproken worden in een les volgens de Dogme-benadering. Het houdt studenten betrokken en alert.

De lerenden kunnen zich daarentegen wel iets minder op hun gemak voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de taaldocent. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle trainers voldoende flexibel. Dat studenten zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde stof aan bod komt tijdens de les, kan een ander minpunt vormen van de methode.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson in 2007.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


De GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het leren van een vreemde taal. Dat taal en cultuur onlosmakelijk zijn, is de primaire aanname van de GPA. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van een taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur. Daarom gebruikt GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De Growing Participator Approach vertoont overeenkomsten met, en is gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De leermethode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden door de lerende met een verzorger uit de gastcultuur uitgevoerd. Begrip is belangrijker dan productie. De woordenschat en de cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze fase neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ concentreert zich in fase 1 op het luisteren en het non-verbale feedback geven.

Fase 2 van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze duurt om en nabij 150 uur en de deelnemer begint nu ook taal te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de ontvangende cultuur te voeren. In fase 5 van de methode beginnen deelnemers zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers door middel van televisie, films, nieuws of literatuur. De taal die voor het werk van de deelnemers nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode van de leermethode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies.

Populariteit


De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog vrij weinig bekend over het succes ervan. Deelnemende studenten zijn enthousiast over de methode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


De GPA-benadering biedt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving. De zes fasen van de leermethode bieden een duidelijk tijdsschema alsook realistische doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van de taal, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.

Een minpunt van deze methode is dat voor elke deelnemer of elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gezocht die veel tijd wil investeren.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door de Amerikaanse polyglot en taalkundige Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.

Kenmerken van de Shadowing Technique


Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken om de intonatie en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Het is een relatief eenvoudige methode: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt dan wat hij of zij hoort. Het is niet van belang om de tekst in de doeltaal ook te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klanken van de te leren taal. Luisteren en herhalen wordt net zo vaak geoefend tot het moment dit heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan met de audio-opname kunnen spreken. De lerenden gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat zij hebben uitgesproken. Zolang deze boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende teksten, zijn diverse leerboeken geschikt voor deze methode. De audio-opname dient idealiter wat boven het niveau van de lerenden te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Omdat fysieke bewegingen de opname versterken van de te leren taal in het zenuwstelsel, doet Argüelles de aanbeveling om te gaan lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te gaan zitten. Een andere grond is dat de studenten minder gauw afgeleid worden als zij in beweging zijn, waardoor het werken aan de doeltaal veel effectiever wordt.

De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale driloefeningen gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij de Shadowing-methode is ook het simultaan spreken anders.

Populariteit


In de afgelopen jaren is veel onderzoek naar de techniek van Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de doeltaal wordt ook vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het in een groep lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief aan het leren zijn. Het rendement is hoog.

De keerzijde van de methode van Shadowing is dat studenten het soms ietwat saai kunnen vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus van groot belang.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een methode om een vreemde talen te leren die gebaseerd is op het principe dat mensen door middel van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid vormt dus de basis, de spreekvaardigheid volgt pas daarna.

TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van een nieuwe taal. De taaldocent geeft op een begrijpelijke en vriendelijke wijze opdrachten, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de student doet na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat zij praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende taken worden verder uitgebreid of deels gewijzigd.

Door de combinatie van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde beklijft ook beter.

Populariteit


TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs gebruikt (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engelse les. Maar ook middelbare scholieren of volwassenen werken met plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethode zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van de nieuwe taal. Het zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe voor elke doelgroep geschikt, ongeacht achtergrond en leeftijd en de methode kan ook in grotere klassen toegepast worden. De geleerde taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.

Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-taken is uit te drukken, is het minpunt van TPR®. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker niveau werkt en een andere methodiek nodig is als aanvulling. Ook is de leermethode niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om hun meningen, gevoelens en ideeën uit te drukken.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Er ontstond een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe visies over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. Overigens betrof de Reformbeweging niet alleen het leren van een taal, maar eveneens voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Men streefde, net als in de jaren 60 van de vorige eeuw, omstreeks het jaar 1900 naar natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Er ontstond op het gebied van het taalonderwijs veel aandacht voor de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica vooral inductief werd aangeleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten de studenten hieruit afleiden. Er kwamen veel mondelinge oefeningen en met veel aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal. Lerenden werden aangemoedigd veel te praten. Het was ook een nieuw verschijnsel dat de taalles in de doeltaal werd gegeven. Tijdens de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. Het aanleren van vocabulaire van de vreemde taal werd gedaan aan de hand van plaatjes en voorbeelden. Studenten boden zelf abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.

Populariteit


Mede door invloed van de crises en oorlogen ebde deze vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw weg, om weer in een andere vorm terug te komen in de jaren zestig.

Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog altijd door taleninstituten als Berlitz en Interlingua gewerkt.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat het een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren, is het belangrijkste voordeel van de Directe Methode. Bij de methode wordt veel aandacht geschonken aan luisteren en spreken. Hierdoor ontwikkelen lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in de taal. Aan de leermethode kleven echter eveneens keerzijden. Voor schrijfvaardigheid is bij deze methode nauwelijks aandacht en voor lezen in de doeltaal relatief ook veel minder. De methode biedt voor de meer gevorderde student onvoldoende uitdagingen. De Directe Methode is eveneens niet heel geschikt voor minder snel lerende studenten, omdat deze leermethode een dynamische inzet vanuit de studenten verwacht.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.

Kenmerken van de Manesca-methode


De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal leren dient veilig en gemakkelijk te zijn. Daarom wil Manesca niet met abstracte lijstjes of regels met woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.

De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is gebaseerd op het werken met een groep lerenden en een trainer, die maar één nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het woord en de bijbehorende beweging worden vervolgens door de lerenden afzonderlijk herhaald. Door deze herhaling onthouden de studenten deze woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. De woorden vormen stap voor stap zinnen en variaties op de zinnen. De spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.

De methode van Jean Manesca is reeds een aantal jaren later overgenomen en aangepast door de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.

Populariteit


Jean Manesca is twee jaar na publicatie van zijn methode overleden. Het werk van Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn nog steeds actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger door de lerenden wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Het feit dat het wat saai kan worden om dezelfde woordjes en zinnen te blijven herhalen, kan een keerzijde zijn.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een manier om een taal te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De autonomie van de student en diens actieve deelname is het uitgangspunt van Caleb Gattegno’s methode.

Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de trainer om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en hen aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Aan de uitspraak van de vreemde taal wordt veel tijd besteed.

Gattegno, die wiskundige was, vond het essentieel om taalles te geven op een wijze die efficiënt voor de energievoorraad van de studenten was. Caleb Gattegno kwam erachter dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder dan wanneer mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Hij betoogde dat de trainers niet zozeer naar het overbrengen van kennis zouden moeten streven, maar het bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.

The Silent Way hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokjes (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De ‘de stille manier’ maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van de taal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.

Populariteit


Alhoewel de Stille Methode in zijn originele versie niet veel meer wordt toegepast, zijn Gattegno’s ideeën vooral bij het aanleren van de uitspraak van invloed geweest.

Voor- en nadelen van de Silent Way


Dat zijn aanpak voor de student niet-bedreigend is, die tenslotte als autonoom gezien wordt, is de sterke kant van de benadering van Gattegno. In principe is de docent dienstbaar aan de lerende en niet omgekeerd. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van een taal op een natuurlijke manier. Door lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken, wordt de geleerde taalkennis vaak goed verwerkt en onthouden. De studenten ‘mogen’ fouten maken, wat bijdraagt aan het leerproces.

Het kan een minpunt zijn dat sommige studenten wat intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode voorstaat. De lerenden zouden wat gefrustreerd kunnen raken door de afwezigheid van inbreng van de trainer. Werken met kleuren en grafieken heeft als limiterende factor dat de nieuwheid er snel af raakt. Hierdoor verdwijnt het effect.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-techniek (Total Physical Response).

Kenmerken van TPR Storytelling


De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke wijze van taalverwerving: een vreemeen taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. Om dit te bereiken, worden studenten aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. Door de docent wordt een verhaal verteld waarin nieuwe woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn nooit te lang en interessant of humoristisch. Studenten ontspannen zich doordat deze verhalen van de taaldocent gemakkelijk te begrijpen zijn. Op deze manier worden woorden en structuren van de nieuwe taal ongemerkt in het langetermijngeheugen van de lerende opgeslagen. De taaltrainer wijst de student op grammaticale verschijnselen, zonder dat studenten regels uit het hoofd leren.

De lerende zal na een poosje ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuur van de nieuwe taal imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groepje studenten een verhaal opbouwen, is een variant. De taaldocent schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met hun vertalingen, om vervolgens een verhaal te maken met de studenten. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk deel van TPR Storytelling is lezen, omdat dit zorgt voor inbreng. In een latere fase volgt schrijven.

Populariteit


Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een geslaagde manier is om een vreemde taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de trainer moet goed getraind zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


TPR Storytelling is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Voor lerenden is TPRS een prettige methode en het is relatief gemakkelijk om de focus te behouden. Zelf een verhaal maken, werkt zeer motiverend voor de lerenden.

Een minpunt is dat TPRS veel voorbereiding van de docenten vraagt.

COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-methode is vernoemd naar de zogenaamde de Steen van Rosetta, een steen die in Egypte is ontdekt met een tekst in twee talen, met behulp waarvan uiteindelijk de hiërogliefen ontcijferd zijn. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taalcursussen op de markt brengt. De eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht in 1996.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone methode is een wijze om vreemde talen te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone zijn in meer dan dertig talen beschikbaar en de cursussen zijn ook vanuit al deze talen te volgen.

De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop kinderen de moedertaal leren. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers (native speakers) en foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal. Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma. Dit programma registreert de uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. De lerende kan zo zijn of haar uitspraak met de uitspraak van een native speaker (moedertaalspreker) vergelijken. Uitspraakverbetering kan worden behaald door de voorbeeldstem langzamer te laten praten en de studenten vervolgens veel na te laten zeggen.

Voor de schrijfvaardigheden zijn er dictee-oefeningen. De software controleert de spelling en de grammatica en geeft fouten aan, waarbij optie is om deze fouten van de student te verbeteren.

Het programma van Rosetta Stone biedt ook leesteksten. Deze gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.

Populariteit


De Rosetta Stone-methode wordt wereldwijd veelvuldig ingezet en niet door de minsten. Onder andere de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken gebruiken de methode van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen, alsook door een aantal internationaal opererende organisaties ingezet.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone-methode is erg eenvoudig in het gebruik en kan door studenten ingezet worden op elk moment. De lerende kan zelf bepalen welke onderdelen wat meer of minder aandacht nodig hebben. Velen vinden het prettig om met de leermethode te werken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode voor scholen een oplossing zijn. Een minpunt van de methode is dat geen trainer beschikbaar is die studenten motiveert of wat extra’s kan bieden.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Dr. Paul Pimsleur; een Amerikaans taalkundige. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in het jaar 1963.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een computerprogramma om vreemde talen te leren.

Deze cursussen bestaan uit zinnetjes en dialoog in de doeltaal die door lerenden daarna worden nagesproken en worden herhaald. De voorbeeldzinnen zijn door native speakers (moedertaalsprekers) ingesproken. De cursus is op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. De lessen omvatten een audio-opname van 30 minuten met nieuwe woordenschat en structuur. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur niet apart uit maar biedt deze aan via uitbreiding van, en variaties op, de zinnen.

Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee kennis overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval verwerkt.

Populariteit


De Pimsleur taalcursussen worden onder meer gevolgd door Amerikanen en de ervaringen met de methode lopen uiteen. Over het algemeen zijn de lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van de doeltaal.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


Om de uitspraak van de doeltaal te verbeteren werkt de Pimsleur-methode heel goed doordat de insprekers native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo praten.

Een nadeel van de leermethodiek is dat niets wordt uitgelegd. De studenten leren geen bouwstenen van de doeltaal om zelf een zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die uit het hoofd worden geleerd.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet geheel verrassend, door Michel Thomas (Poolse naam: Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Bob Dylan, Mel Gibson en Pierce Brosnan in de klantenkring.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij vrij is van stress, was het principe van Michel Thomas. Michel Thomas begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.

De taalcursussen zijn audiolessen die zijn ingesproken door twee acteurs; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert met de les van de acteurs mee. Als een vraag aan de acteurs gesteld wordt, is het idee dat de lerenden op pauze drukken en zelf antwoord geven op de vraag. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. Bij de methode worden de lessen opgebouwd in kleine delen en stof die nieuw is, wordt afgewisseld met stof die al bekend is. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. Er wordt op verbanden tussen het Engels en de doeltaal gewezen, als deze verbanden bestaan. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Makkelijke stof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de student het voorgaande heeft begrepen en geleerd. Behalve woorden en zinnetjes worden eveneens bouwstenen aangeleerd zodat de lerenden zelf zinnetjes kunnen bouwen. De leermethode maakt eveneens gebruik van flashcards waarmee studenten zelf hun woordenschat kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te kunnen meten.

Populariteit


Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van de doeltaal. Gebruikers die al wat verder zijn met de taal, vinden de Michel Thomas-methode soms minder nuttig.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De methode van Michel Thomas traint de uitspraak en de luistervaardigheid van de vreemde taal op efficiënte wijze en de methode is ook zeer toegankelijk. Dat de taalcursus niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een keerzijde van de methode van Michel Thomas. Ook is er geen echte interactie doordat de methode uit een audiocursus bestaat.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, dat door Alphonse Chérel is opgericht in 1929. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Dit begon met hun eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ betekent ‘mengen met, opgaan in een andere groep’. Dit was wel een hooggegrepen uitgangspunt is voor taalcursussen. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek, audio-CD’s en een USB-stick. De gebruikers besteden bij voorkeur ongeveer twintig minuten per dag aan de cursus.

De taallessen bestaan uit dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De vertaling wordt hiernaast weergegeven, met de grammaticale uitleg. Om de uitspraak te oefenen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnen die door moedertaal (native) speakers zijn ingesproken en die de lerenden herhalen. De opbouw is van receptief naar productief: in de eerste les wordt nog geen taalproductie van de gebruikers verwacht; dit komt pas na ruwweg vijftig taallessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn populair. De cursussen zijn niet zo duur en er is een ruim aanbod aan talen.

Voor- en nadelen van Assimil


Het pluspunt van de methode van Assimil is dat de cursist in zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste uitkomt. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle computertaalcursussen, dat de cursisten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen taaldocent beschikbaar om de cursisten te motiveren of te begeleiden.

Verschillende digitale hulpmiddelen

Er bestaat ook een groot aanbod aan complete taalcursussen voor zelfstudie: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Babbel, Duolingo, Mondly en Quizlet.

Er is echter een betere manier om talen te leren:
De Dagnall Methode.


Het inmiddels alom bekende hoge rendement behaalt Dagnall Talen door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar vooral doordat de focus van ons taleninstituut steeds op de cursist(en) ligt, bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of misschien kinesthetisch ingesteld? Hoe leert de cursist het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?

Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
Ons taleninstituut geeft taalcursussen bij voorkeur face-to-face. Dagnall Taleninstituut werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de app geladen worden met jargon van specifieke bedrijven of organisaties.
[ Lees meer ]


Betaalbaar maatwerk sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Online (e-learning), blended learning en Dagnall app

Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’


‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzameltermen voor (taal)cursus die online kan worden gevolgd, op afstand dus. Dit wordt ook wel een virtual classroom, met andere woorden een ‘digitaal leslokaal’ genoemd.
Het zogenaamde blended learning is een trainingsvorm waarbij face-to-face-lessen (klassikaal) met online leren in een online leeromgeving worden gecombineerd.
Eenvoudig gesteld: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Hoogeveen.

Online een taal leren (e-learning)


Voorbeelden van digitale platformen die om online te communiceren en te leren kunnen worden gebruikt, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.

Blended cursussen in Hoogeveen


Het voordeel van blended learning vergeleken met online leren is dat, indien het geen 1-op-1 les betreft, de lerenden bij blended learning afwisselend wel zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren; zoals persoonlijke interactie; motivatie van en gesprekken met andere lerenden.

100% maatwerk – ook online!
Uiteraard biedt Dagnall ook blended learning in Hoogeveen op maat.

Online leerplatform


Online leerplatform Dagnall biedt een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online biedt gevarieerde en interactieve content en het vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het platform van Dagnall biedt interactieve mogelijkheden en garandeert een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.

De Dagnall App


Dagnall Talen biedt naast het online leerplatform eveneens een eigen App, geschikt voor zowel Android- als Apple-apparaten. Het gunstige aspect van de Dagnall App is dat een deelnemer altijd en overal, dus 24/7, toegang heeft op elk beschikbaar (mobiel) apparaat. Op het werk maar ook thuis of onderweg, zoals in het buitenland. Cursisten kunnen dus leren waar en wanneer het uitkomt. De inhoud van de oefeningen in de Dagnall App worden afgestemd op de behoefte van uw bedrijf of organisatie zoals het taalniveau, de leerdoelen en de branche. Wij kunnen bijvoorbeeld woordenlijsten, jargon, technische termen, specifieke productnamen en juridische termen integreren in de App. De Dagnall App kan dus zeer praktijkgericht ingezet worden en de App blijft ook na afloop van de taalcursus in Hoogeveen beschikbaar.
Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Computerscherm met logo Dagnall.online - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Overlappende iconen App Store Apple App in Apple zwart en Google Play Android App in Google groen - op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels/
Ontdek onze online mogelijkheden

Online learning & blended learning in Hoogeveen

Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining


E-mailcorrespondentie, telefoongesprekken, onderhandelingen en/of vergaderingen met zakenpartners en klanten zijn op het gebied van taal veelal een uitdaging.
Mensen die meerdere talen beheersen, zijn derhalve vaak cruciaal in veel bedrijven.

Online en blended taaltrainingen op maat


Dagnall Taleninstituut leert u communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Als u internationaal meertalig succesvol wilt zijn, leer dan uw gesprekspartners te begrijpen en zorg ervoor dat u ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheden verbeteren voor uw toekomstige of huidige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en eveneens als onlinecursussen & blended taalcursussen te boeken. Een onlinecursus of blended taalcursus is net zo doeltreffend en van hoge kwaliteit als een fysieke cursus en bovendien comfortabel.


Een onlinecursus en ook een blended taalcursus kunt u overal volgen; op kantoor, thuis, op zakenreis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor online technische en zakelijke taaltrainingen

Zakelijke en technische taalcursussen online geeft Dagnall Taleninstituut via onlineplatforms zoals Zoom, Teams, Skype of een ander onlineplatform naar keuze. Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel variatie als interactie.

Virtuele Classroom voor een individuele taaltraining of groepstraining


Het volgende is voldoende voor een cursus in een virtuele classroom:
- Een laptop, pc of tablet met microfoon en camera
- Internetverbinding
- Rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]
Overlappende donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven en groene cirkel met computerscherm met Dagnall.online logo op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm screenshot inlogpagina Dagnall.online Springest-based platform voor online taallessen - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Computerscherm met logo Google Hangouts en computerscherm met logo Microsoft Teams - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels

Cursuspakket en certificaat

Voorafgaand aan uw taalcursus in Hoogeveen ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal bevat.
Na afloop van uw taalcursus in Hoogeveen ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde taalcursus in Hoogeveen
Dagnall Talen cursuskoffer - Dagnall schrijfblok - Dagnall pen - lesboeken op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels
Ingevuld Dagnall Talen certificaat - Dagnall pen - Apple Magic Keyboard - Apple Magic Trackpad op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels

Het Europees Referentiekader (ERK)

De taalniveaus van het Europees Referentiekader (ERK) gebruikt Dagnall als hulpmiddel en geven u een helder inzicht in uw aanwezige en opgedane kennis. Het niveau van het ERK is een internationaal erkend taalniveau.
U ontvangt het ‘Certificaat van Dagnall Talen’ na afloop van uw taalcursus in Hoogeveen.
 

Logo EU Europese Unie in blauw vierkant met afgeronde hoeken in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo ERK Europees Referentiekader Talen in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese standaard om niveaus van taalvaardigheid in te delen.
Het Europees Referentiekader is samengesteld tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa.
Het ERK duidt vijf niveaus van taalvaardigheid aan, zijnde: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
De Engelstalige term wordt eveneens vaak gebruikt: Common European Framework of References; CEFR. Het ERK kent eveneens 6 niveaus van taalbeheersing; van beginners tot vrijwel moedertaalsprekers.
De niveaus beginnen bij A1 en A2, vervolgens de vaak het meest gewenste B1, B2 en dan de moeilijkste C1 en C2.
Taalniveau A van het ERK geldt voor beginners.
De persoon die taalniveau B beheerst, kent alle basisvaardigheden in deze taal.
Niveau C geldt voor gevorderden die de taal met groot gemak lezen, verstaan, schrijven en spreken. Wie een vreemde taal op niveau C beheerst, kent de taal op nagenoeg moedertaalniveau.

A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level


Luisteren


Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.

Spreken


Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.

Lezen


Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.

Schrijven


Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.

B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level



Luisteren


Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.

Spreken


Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.

Lezen


Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.

Schrijven


Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).

C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level



Luisteren


Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.

Spreken


Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.

Lezen


Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.

Schrijven


Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.

A2 Basisgebruiker - Waystage Level



Luisteren


Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.

Spreken


Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.

Lezen


Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.

Schrijven


Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.

B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level



Luisteren


Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.

Spreken


Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.

Lezen


Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.

Schrijven


Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.

C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level



Luisteren


Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.

Spreken


Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.

Lezen


Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.

Schrijven


Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO 9001-2015 LOGO
ISO 1700-2015 LOGO

ISO-certificeringen

ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement


Dagnall Taleninstituut is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie stelt. De ISO 9001:2015 norm bevat eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die van belang zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. De hoekstenen van de ISO 9001:2015 norm zijn het voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wetgeving en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem.

ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten


Dagnall Talen is eveneens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. De ISO 17100:2015 norm is speciaal voor vertaaldiensten die onder meer eisen stelt aan mensen, middelen, projectbeheer, vertalers en revisoren.


Onze ISO 17100:2015 certificering bewijst dat wij uitsluitend met professionele moedertaalvertalers werken die over de benodigde ervaring en kennis beschikken. Bovendien worden onze vertalingen altijd ten minste twee keer proefgelezen door twee specialisten. De vertalingen worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.

Kiwa – certificeringen sinds 1948


Kiwa is een certificeringsinstituut in Rijswijk met inmiddels vele jaren ervaring met inmiddels het certificeren van organisaties. Dagnall Talen wordt jaarlijks door Kiwa getoetst om te beoordelen of nog altijd aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk
Logo keurmerk NRTO Nederlandse Raad voor Training en Opleiding in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Nederlandse Raad voor Training en Opleiding NRTO in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Lidmaatschap NRTO

Dagnall Talen is uiteraard al vele jaren lid van de NRTO en draagt eveneens het NRTO-keurmerk.
Ons instituut heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid.
De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsinstellingen en de NRTO heeft meer dan 450 leden.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.

Kwaliteitsbevordering en -bewaking


Voor de NRTO staat kwaliteit centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de leden van de NRTO worden geleverd, bijvoorbeeld een taalcursus in Hoogeveen, wordt geborgd door een gedragscode, door diverse convenanten en door het NRTO-keurmerk.
[ Lees meer ]
 
Logo GDPR Algemene Verordening Gegevensbescherming in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo EU Filemaker in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

AVG-compliant

De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engelse naam: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot het verwerken van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de Europese Unie. De AVG dient er met name toe de privacy van burgers in de EU te beschermen. De verordening schrijft voor dat personen op de hoogte moeten zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die noodzakelijk zijn voor het beoogde doel, mogen worden bewaard en verwerkt.
De persoonsgegevens mogen niet langer dan noodzakelijk worden bewaard en de persoonsgegevens dienen te worden beschermd tegen toegang door onbevoegden, verlies alsook vernietiging. Natuurlijk voldoet Dagnall Talen aan alle eisen die door de Algemene verordening gegevensbescherming worden gesteld en verwerkt persoonsgegevens in heel beperkte mate in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Logo CRKBO Centraal Register Kort Beroepsonderwijs in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Lloyd's Register in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Dagnall taalcursussen in Hoogeveen zijn vrijgesteld van btw

CRKBO-geregistreerde instelling

Dagnall staat ingeschreven in het CRKBO-register. De afkorting CRKBO staat voor het Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dat houdt in dat Dagnall Talen aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is een vereiste voor de Belastingdienst om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrij te mogen aanbieden.
Door onze btw-vrijstelling kan ons insitituut een lagere prijs aan u berekenen.
Dit is prettig voor de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen aan zowel zorginstellingen, maatschappen, de overheid als privépersonen.

CPION


Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Talen onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.

Lloyd’s Register


Het CRKBO-register is een register dat wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland.
Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een onafhankelijk, door de overheid erkend keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft organisaties te beoordelen en te classificeren.
Vraag een vrijblijvende offerte voor een taalcursus in Hoogeveen aan

Contact taalcursus Hoogeveen

U kunt contact met ons opnemen voor een taalcursus in Hoogeveen. Vult u gerust het contactformulier in of belt u naar 0592-338012 (geen menu).
U kunt uiteraard ook een e-mail sturen naar taalcursus-hoogeveen@dagnall.nl voor meer informatie. Vanzelfsprekend kunt u ook ons gratis informatiepakket aanvragen.
Afbeelding wegwijzer in grijs met bord Dagnall in verkeersblauw in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Afbeelding computer en tablet en telefoon in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
De juiste weg naar een taalcursus in Hoogeveen!
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Trainen en vergaderen in Hoogeveen

U kunt de taalcursus in Hoogeveen op uw locatie volgen of in Assen, bijvoorbeeld bij ons instituut aan de Industrieweg 22 in Assen aan de bij het One Business Center in Assen-Centrum aan de Kloekhorststraat 29 in Assen aan de bij Coachhuis Zwolle aan de Kamperstraat 35A in Zwolle of in Logis Hotel Restaurant Lunia aan de Molenhoek 2 in Oldeberkoop. Ons taleninstituut kan ook taalcursussen in Hoogeveen verzorgen bij bijvoorbeeld Hotel Hoogeveen aan de Mathijsenstraat 1, bij Van der Valk Hotel Spier-Dwingeloo aan de Oude Postweg 8 in Spier en bij Fletcher Landhotel De Borken aan de Lhee 76 in Dwingeloo.
U kunt vergaderen, bijvoorbeeld met uw internationale zakenrelatie, in Hoogeveen bij bijvoorbeeld bij De Schildhoeve aan de Fluitenbergseweg 69.

Hoogeveen - geschiedenis

Hoogeveen is gesticht in het jaar 1636 door de Hollandsche Compagnie. Men had besloten dat hun arbeiders zich permanent op de venen moesten kunnen vestigen. Vanaf het begin van de 17de eeuw
vond er al vervening plaats in het gebied, maar het was niet permanent bewoond.
Hoogeveen dankt zijn naam aan de turfwinning op het hoogveen.

Hoogeveen - nu

Hoogeveen ligt in de streek Zuidwest-Drenthe. Plaatsen in de buurt van Hoogeveen zijn Aalden, Beilen, Dedemsvaart, Dwingelo, Hollandsche Veld, Meppel, Pesse, Ruinen, Westerbork, De Wijk en Zuidwolde.
Hoogeveen ligt in de provincie Drenthe. In de gemeente Hoogeveen wonen ongeveer 55.000 mensen.
Vlag gemeente Hoogeveen - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Vlag gemeente Hoogeveen

Wapen gemeente Hoogeveen - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Wapen gemeente Hoogeveen

Inwoners

Een inwoner van Hoogeveen heet een ‘Hoogevener’.
Bekende Hoogeveners zijn Rob Houwer, Bert Klaver, Hendrik Koekoek (Boer Koekoek), Antoinnette Scheulderman en Marieke Westenenk.
Iets wat bij Hoogeveen hoort, noemt men ‘Hoogeveens’, zoals de Hoogeveense Vaart.
Hoogeveen is zowel een plaats als een gemeente.

Hoogeveen - internationaal & scholing

Partnerstad


De partnerstad van Hoogeveen is Martin in Slowakije.

Kernen


Onder de gemeente Hoogeveen vallen eveneens Elim, Fluitenberg, Hollandscheveld, Nieuweroord,

Nieuwlande, Nijstad, Noordscheschut, Pesse, Stuifzand en Tiendeveen.
Provincievlag Drenthe - 600 * 337 pixels

Vlag provincie Drenthe

Provinciewapen Drenthe - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Wapen provincie Drenthe

Typisch Hoogeveens

Denk je aan Hoogeveen, dan denk je aan de Hoogeveense Vaart, de turf en de Cascade, het slingerende waterkunstwerk.
Hoogeveen is ook bekend om het Van Gogh-huis, waar Vincent Van Gogh in 1883 inspiratie zocht.
Hoogeveen fungeert als regionaal knooppunt van wegen, zowel oost/west als noord/zuid.


Hoogeveen - minder bekend


Minder algemeen bekend is dat Hoogeveen ook een klein vliegveld heeft. Dit vliegveldje heeft de langste start- en landingsbaan van gras in Nederland.

Hoogeveens dialect en accent

Dit Saksische dialect is nauw met het Sallands verwant.
Kenmerkend voor het Drents zijn de klinkerafwijkingen ten opzichte van het Nederlands: ‘aa’ wordt ao; ‘ei/ij’ wordt ie; ‘oo’ wordt eu en ‘ui’ wordt uu. Dus kiek in plaats van ‘kijk’ en taol in plaats van ‘taal’. Veel woorden worden half ingeslikt. Een ‘’beetje’ in het Hoogeveens is luttie/luttien of beetie/beetien.
Stötten is ‘stoten’.
Als een Hoogevener zich afvraagt of je ze nog allemaal op een rijtje hebt, zegt hij: Ben ie op oen achterheufd evallen?
De moezen ligt dood veur de kaste wil zeggen: ‘armoe troef’.
“Hoogeveen Met een hoofdletter H”

Hoogeveen - zakelijk

De gemeente Hoogeveen


Het netnummer van Hoogeveen is 0528.
Het postcodegebied van Hoogeveen is 7900 - 7909.
Het adres van het gemeentehuis van Hoogeveen is Raadhuisplein 24, 7901 BW in Hoogeveen.
De website van de gemeente Hoogeveen is Hoogeveen.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Hoogeveen is 14 0528.

Zakendoen in Hoogeveen


Voor Hoogeveense ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Zwolle aan de Govert Flinckstraat 1, 8021 ET in Zwolle. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Hoogeveen is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Hoogeveen is KVK-kantoor Zwolle.

Hoogeveen - internationale bedrijvigheid

Bedrijven die internationaal zakendoen, bevinden zich in Hoogeveen vaak op bedrijventerrein Buitenvaart en bedrijventerrein De Wieken.
In Hoogeveen bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Ambrosius Transporten, Ardagh Group, Bakkerij Faber, Betech Mass Turning, Brink Industrial, Bürstner Nederland, Chem-Dry Ramaker, D.G.O. Express, DOC Kaas, Effektief Groep, Euro Planit Personeelsdiensten, Facility Express, Fieten
Olie, Fokker, HFP Poultry Processing, IG Design Group, Kip Caravans, Kraats Kaas, Litecad, MTH Machine Techniek, Okay Fashion & Jeans, Otten Hoogeveen, Prolution, Remmers, Ruma Rubber, S.I.T. Controls, Simac, Smurfit Kappa, Teeling Petfood, Trivium Packaging, TVM, Unigarant, Van Triest Veevoeders, Venko Groep, Vepa en Choconut in Zuidwolde.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.

Hoogeveens nieuws

Het Hoogeveense nieuwsportaal is RegioNieuws Hoogeveen en Hoogeveense ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Drenthe - Nieuws.
Ondernemers in Hoogeveen kijken hun (zakelijk) nieuws op RTV Drenthe.
Hoogeveners en ondernemingen in Hoogeveen kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant de Hoogeveense Courant.
Logo krant Hoogeveen - Hoogeveense Courant op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo regionale televisie- en radio-omroep RTV Drenthe op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Cultuur, sport, ontspanning en zakenlunch in Hoogeveen

Cultuur


Wilt u uw internationale zakenrelatie kennis laten maken met wat lokale cultuur?

Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw (internationale) zakenrelatie, kunt u in Hoogeveen een bezoek brengen aan Kunsthuis Venendal of aan De Verhalenwerf.

Voetbal, tennis, padel & squash


Samen naar een sportwedstrijd kijken of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen met uw internationale zakenrelatie? Voetbal verbroedert. Wellicht is het een leuk idee om samen met uw zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Hoogeveense voetbalclub VV Hoogeveen, HZVV of VV de Weide meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Hoogeveen kunt u terecht bij TC De Weide, bij HLTC Spaarbankbos of bij H.T.C. Hollandscheveldse Tennis Club in Hollandscheveld.
Golf, ontspanning & lunch Misschien hebt u zin om na de taalcursus in Hoogeveen of met uw internationale (zaken)relatie bij Hoogeveen als ontspanning een balletje te slaan en/of gezellig iets te drinken of een hapje te eten? Dagnall Talen heeft voor u een golfbaan in de omgeving van Hoogeveen ontdekt voor een compleet dagje/middagje uit.
De golfbaan in de omgeving van Hoogeveen is Golfclub Martensplek in Tiendeveen. Golfclub Martensplek bevindt zich aan de Haarweg 22 in Tiendeveen. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 0528-33 15 58. De website van de golfbaan is www.martensplek.nl.
Om iets te eten of te drinken kunt u terecht bij Grandcafé Hotel Martensplek, telefoonnummer 0528-33 13 80.
Afbeelding voetbal tennisbal golfbal in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo voetbalclub Hoogeveen - VV Hoogeveen - Voetbalvereniging Hoogeveen - in kleur op grasveld met witte lijn - 600 * 337 pixels

Promotiefilmpjes en Google Maps

Hieronder staan een promotiefilmpje alsook een filmpje met drone-opnames van Hoogeveen die eveneens op Youtube zijn te zien.
U kunt direct op het logo van Youtube in het midden klikken om een filmpje te bekijken.
Direct onder de filmpjes ziet u de locaties van Drenthe alsook Hoogeveen op Google Maps.
U kunt linksboven klikken om de kaart groot weer te geven in een nieuw venster.
Promovideo Hoogeveen
Dronebeelden Hoogeveen
 
Google Maps Drenthe
Google Maps Hoogeveen
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Hoogeveen

Hoogeveens nieuws

Hieronder ziet u het laatste nieuws uit Hoogeveen van verschillende nieuwsbronnen.
Het nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
 
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken in Hoogeveen

Wist u dat?

Wist u dat Dagnall Talen eveneens vertalingen in Hoogeveen alsook tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten in Hoogeveen
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Onze opdrachtgevers

De upload van uw document is gelukt.

 

INLOGGEN MEDEWERKERS   /   BESTANDEN UPLOADEN