Taalkennis verbindt u met de wereld en zijn een communicatiebasis die deuren voor u kan openen - vooral in de professionele wereld. Bedrijven en organisaties die in de taalopleiding en taalkennis van de werknemers investeren, hebben daarom ook een duidelijk voordeel en een voorsprong. Dagnall is een taalaanbieder die precies dat aanbiedt: Effectieve taalcursussen op het hoogste niveau voor zowel professionals als leidinggevenden in Amersfoort als in de omgeving van Amersfoort. (Betaalbare) taaltraining op maat, omdat uw bedrijf of organisatie welbespraakte medewerkers verdient.
Vakgebieden
Van zakelijk en technisch tot medisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal. Elke bedrijfstak kent zijn eigen taalgebruik en hanteert zijn eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling en een duidelijk concurrentievoordeel, door middel van branchespecifieke taalkennis van het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen in Amersfoort aan in een brede waaier van gespecialiseerde vakgebieden.
Wij bieden taaltrainingen op maat in Amersfoort aan als individuele (1-op-1) lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Bij Taleninstituut Dagnall kan iedereen talen leren op een manier die het meest geschikt is voor hem of haar. Organisaties zijn naast de algemene taaltrainingen vooral geïnteresseerd in werkgerelateerde trainingen zoals Zakelijk Engels en/of Duits en/of Technisch Engels en/of Duits. Taalcursussen worden op de individuele behoeften van de opdrachtgever afgestemd. Taleninstituut Dagnall is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om door middel van gecertificeerde taaltrainers met zeer goede recensies en beoordelingen onbegrensd talen te leren in Amersfoort. Dagnall Talen leidt u snel en doelgericht naar de beoogde resultaten.
Filosofie
Onze filosofie is om vreemde talen te leren met gemak en plezier en zonder schroom. Daarom zet Dagnall Talen alles in het werk om ervoor te zorgen dat u de taal van uw keuze zonder remmingen en moeiteloos leren. Een vreemde taal leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Talen met methodes die het leren voor cursisten gemakkelijker en prettiger maken.
Met deze methodes wekken we nieuwsgierigheid op en ondersteunen we de bereidheid om te leren. Door dagelijks vijftien minuten te oefenen, brengt Dagnall Talen u met grote stappen naar het gewenste taalniveau. Dagnall Talen is een ideale partner voor iedereen die een taal wil leren in Amersfoort.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
In overleg met u als opdrachtgever stelt Dagnall Talen de wensen en leerdoelen vast. U meldt de deelnemer(s) aan met hun contactgegevens. Wij verzorgen een intake op locatie of, indien gewenst, online of telefonisch. Na het intakegesprek, waarbij op basis van het (ERK) Europees Referentiekader het huidige en gewenste taalniveau wordt bepaald, ontvangt u een op maat gemaakt cursusvoorstel samen met uw offerte. Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning af op uw situatie en agenda.
Na enkele lessen evalueert de taaltrainer de inhoud alsook de voortgang van de cursus. De doelstellingen kunnen, indien nodig, bijgesteld worden. Na de laatste les sturen wij u een eindrapport met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers zijn behaald. Tevens ontvangen de deelnemers een certificaat van ons instituut.
Het (individuele) contact met de cursisten wordt indien gewenst, door Dagnall verzorgd De planning van de intakegesprekken wordt door Dagnall in overleg met u en de individuele deelnemers gedaan Deelnemers ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht. Dit formulier en de schrijfopdracht moeten vóór de datum van de intake teruggestuurd worden Wij verzorgen de intakegesprekken op locatie of op afstand. Een intakegesprek duurt ongeveer 30 minuten De indeling van de groep(en) worden door Dagnall aan de hand van niveaubepaling geadviseerd en vastgesteld in overleg De deelnemers worden per taal en taalniveau ingedeeld Wij sturen u altijd een offerte op maat! Wij verzorgen uiteraard de logistiek van materiaal en cursusbenodigdheden Wij berekenen geen administratiekosten alsook geen extra toeslag voor avondlessen Continuïteit van de planning van de cursus(sen) alsook het lesprogramma wordt door Dagnall bewaakt en gegarandeerd Dagnall Taleninstituut is flexibel alsook betrokken!
Dagnall Talen geeft taalonderwijs aan bedrijven en (overheids)instellingen in Amersfoort en wijde omtrek sinds 1982. Dagnall Taleninstituut werkt met ervaren en kundige taaldocenten die door de jaren legio trainingen aan bedrijven en (overheids)organisaties in de provincie Utrecht hebben verzorgd.
Door de functiegerichte en werkplekgerichte aanpak, leveren wij u zeer betaalbare en effectieve taalcursussen in Amersfoort. Rendement door maatwerk; dat is wat Dagnall biedt. Daar kunt u op vertrouwen!
Betaalbare taalcursussen op maat in Amersfoort
Taal op de werkvloer
Cursus Taal op de Werkvloer: draagvlak is vereist! Taalcursussen toegespitst op het verbeteren van de taalvaardigheid op de werkvloer zijn ondertussen bij veel organisaties een begrip. Medewerkers zonder of met weinig beheersing van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een beperking op de werkvloer en willen sneller en/of beter kunnen communiceren.
Zij willen in staat zijn om de aanwijzingen op de werkvloer goed te kunnen begrijpen en hier mee om kunnen gaan. De medewerkers willen bij voorkeur zelfverzekerder hun werk uit kunnen voeren en natuurlijk heel graag hun ambities op het werkgebied verwezenlijken. Hiervoor is een investering in werknemers en in de ontwikkeling van de organisatie nodig.
Dagnall Taleninstituut verzorgt betaalbare maatwerk taaltrainingen die de spreek-, luister-, lees- en schrijfvaardigheid op de werkvloer verbeteren. Ons taleninstituut helpt en leert deelnemers hoe zij de lesstof in praktijk kunnen brengen in hun functie. Dagnall stemt de lessen af op de wensen van de klant alsook op het niveau van de deelnemer(s). Buiten de taallessen om, krijgen deelnemers gedurende de cursus frequent praktijkopdrachten, om de voortgang van het leerproces te ondersteunen en de effectiviteit van de training te vergroten.
Dit is een win-winsituatie! Ons instituut let eveneens op het minder belichte aspect van veel taalcursussen: de deelnemers staan al vaak alleen in hun poging om de taal te beheersen, om de gewoontes en cultuur van het land en de organisatie te begrijpen en om de wereld via taal uit te breiden. Dit vereist veel motivatie en inzet. Daarnaast heeft de cursist maar een beperkt aantal vaste contactmomenten per week met de trainer. Dit is niet in elke situatie afdoende.
Onderscheidend
Ons instituut is onderscheidend door de aandacht te richten op het vergroten van het draagvlak voor de taalcursus op de werkvloer. Ons taleninstituut moedigt leidinggevenden en collega’s binnen de werkkring van het bedrijf aan om een continu proces van taalverwerving te creëren, door vanaf de start zoveel mogelijk met de cursisten in de doeltaal te communiceren. Door de relevantie van taal op de werkvloer voortdurend op deze wijze te benadrukken, wordt het nut van goede talenkennis samen ervaren en voelen cursisten in hun taalverwerving zich gestimuleerd en gewaardeerd.
Vele wegen naar een betere talenkennis in Amersfoort
Behoeftes en leermethode
Een goede taalcursus is niet alleen aangepast aan de behoefte van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals betere spreek- of schrijfvaardigheid. Een goede taalcursus is uiteraard ook afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist. Een taalcursus in Amersfoort die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige taaltrainers zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van vaardigheden en kennis om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo prettig en het zorgt ervoor dat de cursist veel waar voor zijn geld krijgt. Het inmiddels alom bekende hoge rendement realiseert Dagnall met een blend van deze bewezen leermethode in combinatie met de focus op de cursist(en) en het nagaan of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall kunt u terecht voor taalcursussen die op een maatwerktraining gebaseerd zijn.
Dagnall biedt groepscursussen van 3 tot 10 deelnemers, duocursussen (2 deelnemers), individuele taalcursussen, onlinecursussen, het online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en specifiek jargon van de organisatie. Onze taaldocenten gebruiken veel eigen lesmateriaal dat zij hebben gecreëerd en verzameld in de loop der jaren en de taaldocenten spelen voortdurend in op actuele thema’s en ontwikkelingen.
Een prettige manier van leren
Een bijkomend voordeel is dat dit echte maatwerk als een zeer prettige manier van werken wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze taaltrainers in Amersfoort. Onze, door de jaren heen verder ontwikkelde en verfijnde manier van werken is het bijzonder gewaardeerde handelsmerk van Dagnall Taleninstituut geworden. Onze cursus is dus niet alleen werkgericht en/of functiegericht, maar ook afgestemd op de leermethode die goed bij de cursist zelf past.
Effectief een taal leren in Amersfoort bij Dagnall Talen
Individuele cursussen en groepscursussen
Individuele cursussen & groepscursussen
Dagnall Taleninstituut cursussen op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de organisatie van de taalcursus uit handen kunt geven. Dagnall Talen biedt deze individuele taalcursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. Wij maken voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen gebruik van moderne en gevarieerde onderwijsmethodieken om doelgericht te kunnen trainen en leersucces te garanderen. Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen uiteraard zowel op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Amersfoort gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen in Amersfoort
Maatwerkcursussen
Dagnall biedt individuele taalcursussen voor het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren in Amersfoort en omgeving. Individuele taalcursussen worden ook wel één-op- één-taalcursussen of privélessen genoemd. De individuele t@@lcursussen van Dagnall zijn al vele jaren bekend voor het maatwerk, de persoonlijke aandacht en een zeer hoog rendement. De individuele taalcursussen van Dagnall Talen zijn maatwerktrainingen en de trainingen worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de praktijksituatie en de leerstijl. De cursussen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Dagnall Talen biedt groepscursussen van 3 tot 10 personen, alsook duocursussen (2 cursisten) aan het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren. De leergroepen worden zo klein mogelijk gehouden de lerenden maximaal te kunnen ondersteunen en om de leereffectiviteit te verhogen. Onze groepscursussen zijn maatwerk taalcursussen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, de leerstijl, het taalniveau, de branche en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te kunnen behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het hoge rendement is het belangrijkste voordeel van een individuele taalcursus omdat in een korte periode behoorlijk veel informatie opgenomen wordt. Omdat de taalcursus intensief is, wordt sneller vooruitgang gemaakt en blijft het leertraject zo kort mogelijk. Nog een belangrijk pluspunt van een individuele taalcursus is flexibiliteit. De taalcursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de deelnemer en de inhoud van de cursus kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de eventuele aandachtsgebieden van de deelnemer. Omdat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden, is de leervordering optimaal. Een individuele is eveneens cursus ideaal af te stemmen op de planning en de agenda van de cursist zodat het leerschema en het tijdmanagement optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Met name de interactie met de andere deelnemers is het grootste voordeel van een groepscursus; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van discussies en rollenspellen. De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk pluspunt; communiceren in de doeltaal met de groep en van elkaars kunnen foutjes. Cursisten kunnen deze afwisseling als prettiger ervaren. Groepscursussen zijn daarnaast efficiënt omdat meerdere medewerkers tegelijk getraind worden en de groep op vrijwel hetzelfde kennisniveau komt. Ook zijn groepscursussen wat minder intensief (minder zwaar) voor cursisten dan individuele cursussen.
Minpunten individuele cursus
Rollenspellen en discussies kunnen bij een individuele cursus alleen worden gedaan en gevoerd met de docent. Het geleerde kan niet worden geoefend in de groep omdat er geen interactie is met andere cursisten. Ook is het niet mogelijk om van fouten van een ander te leren omdat er geen groepsdynamiek is. De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is ook behoorlijk intensief (zwaarder) voor deelnemers.
Minpunten groepscursus
In groepscursussen is minder aandacht voor de individu en kunnen deelnemers wat sneller worden afgeleid. Daardoor ligt het rendement iets lager. Dit kan gedeeltelijk worden ondervangen door de groepen wat kleiner te houden (minigroepen). Groepscursussen kunnen ook minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen. Dat de planning minder goed kan worden afgestemd op de agenda van de individuele deelnemers, is een ander nadeel van een groepscursus.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor taalcursussen
Verschillende soorten cursussen voor elk niveau
Dagnall Talen verzorgt taalcursussen voor zowel beginnende, halfgevorderde als gevorderde cursisten. Niet iedereen is in de gelegenheid om naar een talencentrum te gaan. Daarom biedt Dagnall Talen de taaltrainingen eveneens incompany en online aan. Bij Dagnall kiest u als taalleerder bijvoorbeeld voor een
intensieve of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Nederlands, Engels, Frans, Duits en Spaans of een cursus spreekvaardigheid of telefoontraining. Het combineren van deze verschillende trainingen is mogelijk en hier wordt ook vaak voor gekozen. Dagnall Taleninstituut staat voor (betaalbaar) maatwerk!
Taalvaardigheid staat voor kennen (weten) en ook aandacht voor kunnen (handelen). Door te richten op het kunnen, kunnen cursisten aan het einde van de taalcursus in Amersfoort de opgedane kennis beter toepassen.
U kunt zo al snel genieten van deze mooie taal, de andere taal. Dagnall brengt taalkennis tot leven!
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten van elementaire verbale communicatieve vaardigheden te voorzien. Hierdoor stond de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode beschouwd worden. Het was nieuw dat de les volledig in de doeltaal plaatsvond. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen luisteren en spreken en de grammaticale structuren worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is foutloos kunnen spreken en verstaan; dit begint bij iemand leren naspreken. Herhaling is hiervoor het middel; drills worden gebruikt om zinnen alsook structuren te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaldocenten kunnen een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen om daarna een nieuw woord of meerdere nieuwe woorden hieraan toe te voegen Er wordt veel in de zogeheten talenpractica gewerkt, waar lerenden een koptelefoon op hebben en naar deze zinnen luisteren en deze nazeggen. Geschreven taal wordt pas aangeboden als de mondelinge taal inmiddels vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe woorden te introduceren.
Populariteit
In ons land werd de methode pas omstreeks het jaar 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet van kracht werd. Al snel waren er grote bezwaren tegen de inhoudsloze drills. De techniek wilde wel eens problemen geven, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Schrijvers van leerboeken wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Het was nu breed aanvaard dat het bij een taal leren niet gaat om het memoriseren van de grammaticaregels, maar om het gebruik van de grammatica. Luistervaardigheid, waar veel taaldocenten vóór 1970 geen aandacht aan schonken, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor beginnende studenten effectief. De correcte uitspraak wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een vlotte en efficiënte overdracht van de kennis van de taal. Ook bij grote(re) groepen kan de methode worden gebruikt.
Tegelijk heeft deze docentgestuurde kant een keerzijde; eigen input wordt niet verwacht van de studenten. Hierdoor ligt het gevaar van passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid op de loer. Een ander bezwaar is dat de geoefende driloefeningen niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal op een zodanige manier te leren dat het in het langetermijngeheugen wordt opgeslagen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die later herhaald worden. De opgeschreven zinnen en woorden worden door de student hardop gelezen. Al deze woorden en/of zinnen of zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar door de blootstelling gaat dit vanzelf. De lijst wordt steeds veranderd; woorden die zijn aangeleerd, gaan van de woordenlijst af. Die woorden die nog problemen geven, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method claimen dat de woorden op de woordenlijst of zinnen spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, maar geheugenwetenschappers bestrijden dit. In het algemeen wordt (taal)kennis opgeslagen wanneer deze kennis ook van betekenis en relevant is voor de lerende. De methode kan dus alleen goed functioneren voor woorden die relevant en van betekenis zijn voor de student.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor mensen die bij bijvoorbeeld Post-its® voordeel hebben als geheugensteun zou deze GoldList-methode goed kunnen functioneren. Omdat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven meewerkt en wordt aangesproken, werkt het met de hand schrijven beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken. Het ontbreken van context is een nadeel van deze leermethode. Taal is uiteraard veel meer dan alleen een serie losse woorden en zinnen. De GoldList-methode is bovendien zeer tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven woordenlijsten moeten worden gemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke manier van het verwerven van een vreemde taal. Op de manier waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de methode de vreemde taal te leren. De taalregels leert de student eveneens onbewust op deze wijze. Alleen de doeltaal met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Het streven is een stressvrije leeromgeving. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt blootgesteld aan de lerenden. De taalproductie mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De methode legt de nadruk op communicatie en minder op expliciete grammatica en de correctie van vormfouten.
De leermethode werkt het meest effectief als de lerenden in de te leren taal worden ondergedompeld. Om te zorgen dat de student van de ervaring kan genieten, dienen de activiteiten in de vreemde taal stimulerend te zijn.
De Natural Method leermethode lijkt erg op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid tussen deze twee methoden is dat de Directe Methode meer de focus legt op de praktijk en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Dat onderdompeling erg effectief is, is vaak bewezen. De methode is een populaire manier van lesgeven bij taaltrainers, doordat de natuurlijke aanpak betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen voor lerenden. Er kleven ook nadelen aan de natuurlijke aanpak. De leermethode legt voornamelijk nadruk op het impliciet leren van de grammatica. De lerenden zouden weliswaar leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met de taal op te bouwen. Het geleerde beklijft langer, doordat studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’.
Een minpunt kan zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een specifiek examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) ofwel de ‘Structurele Aanpak’ is in de jaren 50 door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren die als doel heeft om de lerende vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuur van de taal. Volgens de methode van Structurele Aanpak levert de beheersing van deze structuren meer op dan de verwerving van woordenschat van de te leren taal. Bij de Structurele Aanpak draait het om het kunnen herkennen en toepassen van vaste woordcombinaties en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden in reële situaties met behulp van dramatiseringen, visualisaties, gezichtsuitdrukkingen en handelingen gepresenteerd aan studenten. Bij de leermethode worden de taalstructuren die in de praktijk het meest gebruikt worden, eerst aangeboden. Mondelinge vaardigheid (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hier in de eerste instantie bij gebruikt; leesvaardigheid en schrijfvaardigheid volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plek. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Het voordeel van een structurele aanpak is dat de studenten de taal op een nauwkeurige manier kunnen leren. De studenten krijgen inzicht in de grammatica en leren eveneens in welke situatie bepaalde woorden of woordcombinaties wel of niet passend zijn voor de situatie. De SA gebruikt alledaagse taal. Aan de methode van de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De werkwijze is behoorlijk tijdrovend en biedt niet direct een succeservaring. De eigen inbreng van de lerende is beperkt; het is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs is gestoeld op de visie dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van talen.
De studenten leren met behulp van CLT-technieken de doeltaal in de praktijk te brengen door de interactie onderling en de taaldocent. Teksten, geschreven in de doeltaal of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werkomgeving worden gebruikt. De doeltaal wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en de docent draagt onderwerpen aan buiten het domein van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid in verschillende realistische situaties te oefenen. Grammatica wordt inductief geleerd, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de docent echt een trainer, die de lerende helpt communiceren in de vreemde taal.
Populariteit
Het communicatief taalonderwijs werd heel populair in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw, deels omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa kwam een grotere vraag om een taal te leren middels een methode die direct kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel voordelen. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de doeltaal; deze methode van leren is studentgericht en functioneel. Door het gebruik van authentieke materialen, leren de studenten de woorden die zij nodig hebben. De methode is efficiënt. Voor de lerenden is dit stimulerend doordat zij gauw succeservaringen hebben. Er mogen fouten worden gemaakt; de taalvaardigheden wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat er minder aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de taaldocent en vereist een actieve deelname van de studenten. Deze manier van leren is voor een aantal studenten moeilijk of ongewoon, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint taalvaardigheden; daarbij gaat het om de functie en niet zo zeer om de vorm en het biedt dan ook geen samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was taalonderwijs vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere wijze gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens schrijver van lesboeken; Johann Valentin Meidinger. Meidinger ontwikkelde omstreeks 1783 een methode waarbij de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt gezien als de grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd, wat de taal van de religie, de wetenschap en de cultuur was. Onderwijs in Latijn was uiteraard gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en geheel gericht op de grammatica en het vertalen. Deze aanpak werd gezien als wetenschappelijk en degelijk. De Grammatica-/vertaalmethode gaat uit van de analyse van taalstructuren en taalvormen waarbij de student inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docenten dragen de kennis over, de studenten memoriseren.
Populariteit
De grammatica-/vertaalmethode is tot vrij recent van grote invloed geweest op het taalonderwijs, ondanks dat reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren, is deze grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training. Deze methode biedt eveneens inzicht in de structuur, doordat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
Er zijn echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid bij de methode ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie zelden mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver van het dagelijks gebruik van de vreemde taal af, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal gaat om literair taalgebruik. Bij het leren in een groep biedt de methode geen mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces voor studenten. De lerenden fungeren alleen als toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engelse naam: language immersion of alleen immersion) wordt over de hele wereld gebruikt sinds de jaren 70, voornamelijk op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de methode die bij Taleninstituut Regina Coeli in de provincie Brabant, ‘de nonnen van Vught’ wordt gebruikt. De methode van ‘onderdompeling’ is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse taalles gaven aan rijke vrouwen uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling behelst dat degene die de taal leert, vanaf het eerste moment door de nieuwe taal omgeven is. Alle instructies vinden in de doeltaal plaats; in het begin langzaam en met veel herhaling en later op een natuurlijkere manier. De lerenden worden ook vanaf het begin uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. De methode maakt gebruik van simulaties en rollenspellen. Op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt vaak de omgeving ingericht in de stijl van de doeltaal om een situatie te creëren alsof de lerenden in het land zijn waar de te leren taal wordt gesproken. De studenten oefenen één-op-één of in een klein groepje met spreken. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar het land van de vreemde taal reizen en daar verblijven in een gastgezin.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een zeer goede methode om vreemde talen te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan op deze wijze zeer goed worden ontwikkeld.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaat wordt bereikt, omdat de methode vrij intensief is. Omdat de lerende wordt erdoor omgeven, is het een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet wel in de vreemde taal gaan communiceren. In principe is de student 24 uur per dag aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. Studenten ervaren dit als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel. Als studenten in een vrij korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Een bijkomend nadeel kan zijn dat een dergelijke training nogal intensief is. Niet alle lerenden hebben genoeg conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode ontwikkeld in de jaren 70 van de vorige eeuw. De leermethode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al doet vermoeden, is De methode van Suggestopedia gebaseerd op de kracht van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om te kunnen leren. Hiervoor is het essentieel dat er een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen is tussen de lerende en de docent. Dat lerenden zich veilig en ontspannen voelen, is hiervoor de voorwaarde. Een leslokaal met een rijopstelling was ongepast om dit te bewerkstelligen. De lerende zat in een comfortabele stoel in de lessen die in een halve cirkel waren geplaatst en er werd altijd achtergrondmuziek tijdens de klas gedraaid. De methodiek voorgestaan door Lozanov, bestond uit verschillende teksten voorlezen, ondertussen werd op de achtergrond klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Bij de teksten waren lijsten met woorden alsook opmerkingen over de grammatica van de doeltaal. Er werd met gebaren en veel expressie in stem voorgelezen. De lerenden werden op deze manier verleid om te luisteren en de woorden die nieuw waren voor de lerenden, konden ze gemakkelijk begrijpen en opnemen. Voor de cultuur en kennis over het land van de vreemde taal was veel tijd tijdens de lessen. Er werden rollenspellen gespeeld en ook streekgerechten werden in de klas bereid en gegeten.
Populariteit
De leermethodiek van Georgi Lozanov was enigszins omstreden en is niet zo bekend meer. Sommige elementen zoals het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer in de les, waardoor de student geen last krijgt van frustratie of faalangst. Voor een nieuwkomer kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Een ander pluspunt van Suggestopedie dat de student gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in de situaties in te leven. Dit is voor een aantal mensen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd is dit voor bepaalde lerenden een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Ook kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en zelfs verstorend zijn en niet stimulerend en ontspannend. Dat de verhouding trainer-student niet echt gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle input komt van de zijde van de trainer en de student is steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
In 1976 ontwikkelde de Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de trainer fungeert als een counselor die de zinnen van lerenden kenschetst. De studenten beginnen een gesprek. Als de lerenden de doeltaal nog niet genoeg machtig zijn, spreken de lerenden in de moedertaal. De docent vertaalt en geeft uitleg. Hierna herhalen de lerenden de uitingen van de docent zo goed mogelijk. Deze gesprekken worden opgenomen om te kunnen herbeluisteren.
Community Language Learning bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en de methode beschouwt de wisselwerking tussen de studenten als middel om de taal te leren. Het zijn de studenten zelf die het lesmateriaal bepalen door middel van zinvolle gesprekken. Een lesboek wordt niet gevolgd.
Populariteit
Of CLL succesvol is, is in hoge mate afhankelijk van de expertise van de docent-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig te zijn. Deze trainer dient zowel de vreemde taal als de moedertaal van de studenten zeer goed te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de studenten te vertalen. CLL kan goed functioneren wanneer deze correct gebruikt wordt. Voor grote groepen is de methode niet bruikbaar.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt lerenden een hoge mate van autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken vinden lerenden vaak nuttig. Niet alleen tijdens de les, maar eveneens buiten de les wordt de groep vaak heel hecht. Met deze methode worden de lerenden zich een stuk bewuster van de groepsgenoten, de sterke en minder sterke punten en ze leren om als team te werken. Studenten leren veel door het bespreken door de fouten en het evalueren van de taallessen. Vaak blijven dergelijke correcties in het geheugen gegrift en worden deel van de actieve woordenschat van de lerende.
Dat de trainer niet sturend is, terwijl sommige studenten deze sturing wel nodig hebben, kan een nadeel zijn. Bij deze methode wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen gehouden. Het succes van de les is hierdoor moeilijk meetbaar. Sommige studenten worden geremd in hun spreken wanneer zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een taalverwervingsmethode die door Michael Lewis is ontwikkeld in de vroege jaren negentig van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. De studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van de taal (grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Zo wordt geleerd de taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. Bij deze benadering neemt woordenschat een grotere plaats in dan grammatica. De instructies zijn op situaties en uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen gericht. Aan interactie wordt aandacht besteed maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de student (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er wordt veel ruimte geboden voor de student om de taal zelf te ontdekken.
De rol van de taaldocent is te zorgen voor genoeg input en het faciliteren van het leerproces van de student.
Populariteit
In de laatste drie decennia zijn onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis de leerboeken aanmerkelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt geschonken aan woordenschat van de te leren taal die in zogenaamde chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. Een drastische verandering in de wijze waarop taal wordt onderwezen, waar Lewis streefde, heeft echter niet plaatsgevonden.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren om op een natuurlijke wijze de vreemde taal te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de vreemde taal); met ‘echte’ taal. Op deze manier ontstaat souplesse in het taalgebruik.
Het minpunt van deze methode van de methode is dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de aangeleerde taalsituaties. Sommige studenten hebben meer aan een taaldocent die hen wegwijs maakt, dan aan een docent-facilitator omdat ze meer moeite hebben met het zelf leren herkennen van de patronen van de taal.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is ontwikkeld door de Franse taaldocent François Gouin in het jaar 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en niet veel kennis van de grammatica vereisen. Op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden, leren de studenten zinnen. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, beroep en wetenschap, vanuit het onderscheid tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal ontwikkeld. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Studenten gaan al gauw in de doeltaal denken doordat een soort eentalige leermethode is, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.
Populariteit
De seriemethode van Gouin was zijn tijd ver vooruit. Gouin’s leermethodiek was gedurende een bepaalde periode een succes, ondanks de vrij ongewone aanpak. De leermethode van Gouin werd echter door Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Series method van François Gouin worden de mondelinge vaardigheid goed ontwikkeld en het zorgt voor een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de taalles.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat het gebruikmaakt van visueel leermateriaal, zoals afbeeldingen, grafieken, en dergelijke, wekt dit type taalonderwijs enthousiasme van de lerenden op. Een nieuwe taal leren wordt tastbaar; dit was iets dat totaal nieuw was. De methode maakt de studenten nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, de druk om te presteren te verlagen en het zelfvertrouwen te verbeteren. De methode stimuleert de communicatieve competenties van de lerenden sterk.
De seriemethode van Gouin heeft echter als nadeel dat taal die iets subjectiever of abstracter wordt, lastig met bewegingen en expressies in één concrete ervaring te vangen is. De bewerkelijkheid voor de trainer, die tenslotte een scala aan series dient voor te bereiden, is een bijkomend nadeel. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog meestal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheid.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engelse naam: Task-Based Language Teaching; TBLT) is ontwikkeld in de jaren tachtig van de vorige eeuw. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte achter deze leermethodiek is dat het verwerven van de vreemde taal geen doel op zich is, maar een middel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. Lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden, waarvoor kennis van de taal nodig is. Voor het goed uitvoeren van deze taken, dienen de lerenden over taalregels en woordenschat te beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld e-mails schrijven, een boodschap doen, bellen met een klantenservice, een krant lezen of een drankje bestellen. De opdracht wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst voorbereidt op de taak, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Om de taken uit te voeren, dienen studenten samen te werken. De taken moeten iets boven het niveau van de studenten liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Task-Based Language Teaching heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren negentig en zeker in het taalonderwijs. De leermethode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid bij de studenten (vooral de studenten in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheid toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, mits de opdracht goed bij de studenten aansluit. Studenten komen op een dagelijkse, natuurlijke wijze in contact met de taal en leren op deze manier authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren bovendien om samen met andere studenten te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als motiverend en plezierig ervaren .
Als keerzijde kan worden gezien dat de communicatie het belangrijkst is en niet de correcte vorm, waardoor studenten die niet heel nauwkeurig leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse linguïst en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’ was een beweging van een aantal filmmakers uit Denemarken onder wie Deense filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995, was de inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT). De deelnemers confirmeren zich aan 10 strenge regels (10 dogma’s) bij het maken van films die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) behelzen. Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet is belast door voorgedrukt materiaal. Het houden van echte inhoudelijke gesprekken die over praktische items gaan, is het oogmerk van de Dogme-methode. Bij deze methode draait het om communicatie als aanjager van de taal leren. Deze leermethode is daarom een communicatieve benadering van het onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder het gebruik van lesboeken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op communicatie tussen trainer en studenten richt. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net als de Dogme-beweging van de filmmakers, tien uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Ondanks dat er weinig onderzoek naar het succes van Dogme is geweest, stelt Thornbury dat de parallellen met het taakgericht leren van een vreemde taal suggereren dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een voordeel voor de docent. De studenten zijn verantwoordelijk voor het eigen leerproces en dit kan heel motiverend zijn. Zo is de les niet voorspelbaar. Dit creëert spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Tijdens een taalles volgens de Dogme-benadering is zo goed als elk item bespreekbaar. De lerenden blijven zo betrokken en alert.
De studenten kunnen zich daarentegen wel wat ongemakkelijk voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de trainer. Voor dit type taalonderwijs zijn ook niet alle taaltrainers flexibel genoeg. Dat lerenden zich vaak op een specifiek examen moeten voorbereiden en het niet zeker is dat de lesstof daarvoor tijdens de les aan bod komt, kan een bijkomend nadeel zijn van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Greg en Angela Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-benadering is een alternatieve kijk op het verwerven van een vreemde taal. De primaire aanname van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van de taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur. Daarom gebruikt GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA heeft gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit de gastcultuur voeren de activiteiten uit. Begrijpen gaat voor produceren. De woordenschat alsook de cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase neemt om en nabij 150 uur in beslag en de deelnemer begint nu de vreemde taal ook te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers diepere gesprekken te voeren over het leven in de ontvangende cultuur. In fase 5 van de leermethode beginnen de deelnemers zich te richten op taalgebruik van moedertaalsprekers door middel van televisie, films, nieuws of literatuur. De taal die voor het werk vereist is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Hier gaat het om groei buiten de formele taalsessies om.
Populariteit
Omdat de leermethode van Thomson nog redelijk nieuw is, is nog niet veel bekend over het succes van deze methode. Deelnemers zijn vrij enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving geboden. De zes afzonderlijke fasen van de leermethode bieden realistische doelstellingen alsook een duidelijk tijdsschema. De lerenden verwerven niet alleen kennis van de taal, maar eveneens van de omgeving en de lerenden verwerven daarnaast een nieuw sociaal netwerk.
Dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is om behoorlijk wat tijd te investeren, is een minpunt van deze leermethode.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen om de uitspraak en intonatie te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Het werkt een eigenlijk eenvoudige methode: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen wat zij horen. Het gaat in de eerste plaats om de klank; de tekst begrijpen is niet van belang. Het luisteren en daarna herhalen wordt net zo vaak geoefend tot het moment dit heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan kan spreken met de opname. De student gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij heeft uitgesproken. Veel lesboeken zijn geschikt voor deze techniek, zolang er maar dialogen of stukken samenhangende tekst in staan. De audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerenden te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. Alexander Argüelles doet de aanbeveling om te gaan lopen tijdens het spreken, liefst in de buitenlucht, en niet te gaan zitten, omdat lichamelijke bewegingen de opname versterken van de te leren taal in het zenuwstelsel. Dat de student minder snel afgeleid wordt als hij of zij in beweging is, zodat het leren van de taal veel effectiever gaat, is een bijkomende reden.
Shadowing heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Ook het simultaan spreken is afwijkend aan Shadowing.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar Shadowing gedaan waaruit is gebleken dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Het algemene begrip van de doeltaal wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat het kan worden toegepast in een groep met studenten, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief aan het leren is. Het rendement is hoog.
De Shadowing-techniek heeft als keerzijde is dat lerende het wellicht een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde talen te leren die van het principe uitgaat dat mensen met behulp van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind zijn moedertaal leert. Ouders geven voortdurend taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die taken uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste instantie de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheden zijn dus de basis, daarna volgen de spreekvaardigheden.
TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van een nieuwe taal. De trainer geeft taken op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de lerenden doen na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat zij praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende taken worden verder uitgebreid of deels gewijzigd.
Door de combinatie van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Het kost daardoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde beklijft ook beter.
Populariteit
Met name wordt de methode van TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken ook met veel plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De methode zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in het leren van de nieuwe taal bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht de achtergrond of de leeftijd en de leermethodiek kan ook in iets grotere klassen toegepast worden. De taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.
Het nadeel van TPR® is dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is. Daarom werkt het tot op een bepaald niveau en is daarbij een andere leermethode nodig. Daarnaast is de leermethodiek niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren tachtig van de negentiende eeuw de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend diende te zijn. Overigens betrof die Reformbeweging niet alleen het leren van talen, maar eveneens voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, streefden de mensen rond het jaar 1900 naar natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Er kwam in het taalonderwijs veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd de grammatica eerder inductief onderwezen, met voorbeeldzinnen. Hieruit dienden de studenten de taalregels af te leiden. Veel mondelinge oefeningen met veel aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal. Lerenden werden aangemoedigd veel te spreken. Dat de taalles in de doeltaal werd gegeven, was eveneens een nieuw verschijnsel. Er werd nadrukkelijk niet vertaald tijdens de taalles. Door middel van afbeeldingen en voorbeelden werd de vocabulaire van de doeltaal aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd door lerenden aangeboden om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw ebde weg, deels onder invloeden van de crises en oorlogen, om weer een andere vorm te krijgen in de jaren 60.
Taleninstituten als Interlingua en Berlitz werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren, is het belangrijkste pluspunt van de Directe Methode. Spreken en luisteren komen ruimschoots aan bod. Hierdoor krijgen de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in de taal. Minpunten heeft deze leermethode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen in de doeltaal relatief minder. De Directe Methode biedt voor de meer gevorderde lerenden niet genoeg uitdagingen. Doordat de Directe Methode op een dynamische inzet vanuit de student is gebaseerd, is de methode tevens niet heel geschikt voor minder snel lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal leren moet veilig en gemakkelijk zijn. Om die reden wil Manesca niet met abstracte regels en lijstjes met woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de vroegst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is gebaseerd op het werken met een groep studenten en een taaltrainer, die één nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen daarna één voor één het woord en de bijbehorende beweging. De herhaling helpt de lerenden deze woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap worden de woorden zo zinnen en weer variaties op de zinnen. De spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Manesca is twee jaar na publicatie van zijn leermethode overleden. Het werk van Jean Manesca is opgepakt en aangepast door anderen, onder andere door Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode geldt als het combineren van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai kan worden om dezelfde woordjes en zinnen steeds te herhalen, kan een minpunt zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld in 1963.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal te leren die stilte als instructiemiddel gebruikt. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Gattegno.
De taaldocenten gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht van de lerende te trekken, reacties los te krijgen en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het belangrijk om les te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de voorraad energie van de lerenden. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder dan als studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat docenten niet naar het overbrengen van kennis an sich zouden moeten streven, maar het bewustzijn dienen aan te boren, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te leren.
The Silent Way hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokken (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor allerlei verschillende dingen kunnen worden gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een specifieke klank van de taal staat, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Gattegno’s ideeën zijn van betekenis geweest, met name bij het leren van de uitspraak, alhoewel de Stille Methode in de originele vorm niet veel wordt toegepast.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn methodiek voor de student niet-bedreigend is, die immers als autonoom wordt gezien, is de sterke kant van de benadering van Caleb Gattegno. De trainer is in feite dienstbaar aan de student, niet omgekeerd. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke wijze. Door taallerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken, wordt het geleerde meestal goed verwerkt en onthouden. De studenten ‘mogen’ fouten maken, wat helpt bij het leerproces.
Het kan een minpunt zijn dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de methode voorstaat. Een student zou gefrustreerd kunnen worden door de afwezigheid van inbreng van de trainer. Met kleuren en grafieken werken, heeft als beperking dat de nieuwheid er vrij snel af is. Hierdoor verdwijnt het effect van de leermethode.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De TPRS-methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een taal te leren. Het principe is een natuurlijke methode van taalverwerving: talen leren zoals kinderen hun moedertaal leren. De lerenden worden blootgesteld aan veel begrijpelijke input om dit te kunnen bereiken. De docent vertelt een verhaal, waarin nieuwe woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. Omdat de verhalen van de docent gemakkelijk te begrijpen zijn, ontspannen lerenden zich. Zo worden structuren en woorden van de nieuwe taal vrijwel ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De lerenden worden door de trainer op grammaticale fenomenen van de doeltaal gewezen, zonder dat lerenden regels uit het hoofd hoeven te leren.
De studenten zullen na een poosje ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuur van de nieuwe taal imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om met een groep lerenden een verhaal op te bouwen. De trainer schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met hun vertalingen en vervolgens met de studenten een verhaal te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen, omdat dit zorgt voor input. Schrijven volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Randvoorwaarden zijn er wel: de setting dient geschikt te zijn en de taaldocent dient goed getraind te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige wijze om een nieuwe taal te leren en het geleerde wordt grondig verworven. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. TPRS is prettig voor de student en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor studenten werkt het zeer motiverend om zelf een verhaal te verzinnen.
Een nadeel is dat de methode veel voorbereiding van de trainer vraagt.
De Rosetta Stone-leermethode is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die werd ontdekt in Egypte met een tekst in twee talen, waarmee de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen aanbiedt. In 1996 is de eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een manier om met behulp van een computer vreemde talen te leren. Deze taalcursussen zijn beschikbaar in ruim dertig talen en de cursussen zijn ook vanuit al deze talen te volgen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve leermethode, die de wijze nabootst waarop kinderen hun moedertaal leren. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van native speakers (moedertaalsprekers) en foto’s voor voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe woorden. De methode maakt gebruik van spraakherkenningsprogramma dat de uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. Dit maakt het mogelijk voor een lerende om zijn of haar uitspraak van de nieuwe taal te vergelijken met die van een native speaker (moedertaalspreker). Door de voorbeeldspreker minder snel te laten praten en vervolgens veel na te zeggen, kan uitspraakverbetering worden bereikt.
Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheid te oefenen. De software van de methode controleert de grammatica en de spelling en wijst op eventuele fouten, waarbij optie is om de fouten van de student te corrigeren.
Het programma biedt ook leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
De methode van Rosetta Stone wordt veel gebruikt wereldwijd, ook door grote en bekende organisaties. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de Rosetta Stone-methode door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen, alsook door sommige internationaal opererende bedrijven ingezet.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De methode van Rosetta Stone is heel makkelijk om te gebruiken en kan op elk moment door de lerende worden ingezet. Welke delen van de leermethode meer of wellicht minder aandacht kunnen gebruiken, kan de lerende zelf bepalen. Veel lerenden ervaren het als leuk om te werken met de methode. Bij een gebrek aan taaltrainers kan deze methode voor scholen een oplossing zijn. Een keerzijde is dat er geen taaldocent is om de studenten te motiveren of iets extra’s te kunnen bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen te leren.
Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialoog die door studenten worden nagesproken en worden herhaald. De zinnen zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursus van Pimsleur is gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en herhaling. De les van de cursus omvat een audio-opname van een half uur die nieuwe vocabulaire en structuren in de doeltaal bevat. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur van de doeltaal niet uit maar biedt deze aan door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.
Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee informatie overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is verwerkt in de Pimsleur taalcursussen.
Populariteit
Onder andere in de Verenigde Staten worden de Pimsleur taalcursussen gevolgd en de ervaringen met de methode lopen uiteen. Over het algemeen zijn de lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van de doeltaal.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de methodiek van Pimsleur zeer goed, omdat de insprekers allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke manier in een normaal tempo praten.
De keerzijde van de leermethodiek van Pimsleur is dat niets wordt uitgelegd. De student leert geen bouwstenen om zelf zinnen te maken, maar moet het doen met duizenden voorbeeldzinnen die uit het hoofd geleerd worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet verwonderlijk, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn leermethode in een eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden zoals Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot zijn klantenkring kan rekenen.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Michel Thomas’ uitgangspunt was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Michel Thomas maakte zijn studenten duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De taalcursussen zijn audiolessen, door twee acteurs ingesproken; een vrouwelijke en een mannelijke. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarbij de student de derde student is. Hij of zij luistert met de les van de acteurs mee. Als een vraag aan de stemacteurs wordt gesteld, is het de bedoeling dat de cursisten op de pauzeknop klikken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De lessen worden in kleine stappen opgebouwd en nieuwe lesstof wordt afgewisseld met reeds bekende lesstof. De uitleg wordt steeds in het Engels gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden tussen het Engels en de doeltaal gewezen, als deze er zijn. Bij de Michel Thomas-methode wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de studenten het voorgaande hebben begrepen en geleerd. Naast woorden en zinnetjes worden eveneens bouwstenen aangeleerd. Hiermee kan de student zelf zinnetjes maken. De methodiek maakt ook gebruik van flashcards zodat studenten zelf hun woordenschat kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van de te leren taal. Lerenden die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de methode van Michel Thomas minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De Michel Thomas-methode is erg toegankelijk en traint luistervaardigheid en uitspraak van de doeltaal op efficiënte wijze. Het feit dat deze taalcursussen niet in schrijfvaardigheid voorzien, is een nadeel van de methode van Michel Thomas. Ook is er geen echte interactie, omdat de leermethode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door polyglot en schrijver en Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert cursussen voor vreemde talen. Dit begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’ of ‘assimilatie’: ‘opgaan in de andere groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen streven is voor taalcursussen. De taalcursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek en audio-CD’s alsook een USB-stick. De gebruiker werkt bij voorkeur ruwweg twintig minuten per dag.
De taallessen bestaan uit dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De vertaling staat naast de dialoog, samen met grammaticale toelichting. Om de uitspraak van de vreemde taal te oefenen, maakt de methode gebruik van zinnetjes die zijn ingesproken door native (moedertaal) speakers en die de lerende herhaalt. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij gewaardeerd. Ze zijn relatief betaalbaar en er is een ruim aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de cursist in zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste uitkomt, is het pluspunt van de Assimil-methode. Het nadeel hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de cursist op zichzelf is aangewezen. Er is geen docent om de student te begeleiden of te motiveren.
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten van elementaire verbale communicatieve vaardigheden te voorzien. Hierdoor stond de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode beschouwd worden. Het was nieuw dat de les volledig in de doeltaal plaatsvond. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen luisteren en spreken en de grammaticale structuren worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is foutloos kunnen spreken en verstaan; dit begint bij iemand leren naspreken. Herhaling is hiervoor het middel; drills worden gebruikt om zinnen alsook structuren te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaldocenten kunnen een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen om daarna een nieuw woord of meerdere nieuwe woorden hieraan toe te voegen Er wordt veel in de zogeheten talenpractica gewerkt, waar lerenden een koptelefoon op hebben en naar deze zinnen luisteren en deze nazeggen. Geschreven taal wordt pas aangeboden als de mondelinge taal inmiddels vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe woorden te introduceren.
Populariteit
In ons land werd de methode pas omstreeks het jaar 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet van kracht werd. Al snel waren er grote bezwaren tegen de inhoudsloze drills. De techniek wilde wel eens problemen geven, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Schrijvers van leerboeken wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Het was nu breed aanvaard dat het bij een taal leren niet gaat om het memoriseren van de grammaticaregels, maar om het gebruik van de grammatica. Luistervaardigheid, waar veel taaldocenten vóór 1970 geen aandacht aan schonken, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor beginnende studenten effectief. De correcte uitspraak wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een vlotte en efficiënte overdracht van de kennis van de taal. Ook bij grote(re) groepen kan de methode worden gebruikt.
Tegelijk heeft deze docentgestuurde kant een keerzijde; eigen input wordt niet verwacht van de studenten. Hierdoor ligt het gevaar van passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid op de loer. Een ander bezwaar is dat de geoefende driloefeningen niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal op een zodanige manier te leren dat het in het langetermijngeheugen wordt opgeslagen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten die later herhaald worden. De opgeschreven zinnen en woorden worden door de student hardop gelezen. Al deze woorden en/of zinnen of zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar door de blootstelling gaat dit vanzelf. De lijst wordt steeds veranderd; woorden die zijn aangeleerd, gaan van de woordenlijst af. Die woorden die nog problemen geven, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method claimen dat de woorden op de woordenlijst of zinnen spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, maar geheugenwetenschappers bestrijden dit. In het algemeen wordt (taal)kennis opgeslagen wanneer deze kennis ook van betekenis en relevant is voor de lerende. De methode kan dus alleen goed functioneren voor woorden die relevant en van betekenis zijn voor de student.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor mensen die bij bijvoorbeeld Post-its® voordeel hebben als geheugensteun zou deze GoldList-methode goed kunnen functioneren. Omdat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven meewerkt en wordt aangesproken, werkt het met de hand schrijven beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken. Het ontbreken van context is een nadeel van deze leermethode. Taal is uiteraard veel meer dan alleen een serie losse woorden en zinnen. De GoldList-methode is bovendien zeer tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven woordenlijsten moeten worden gemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke manier van het verwerven van een vreemde taal. Op de manier waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de methode de vreemde taal te leren. De taalregels leert de student eveneens onbewust op deze wijze. Alleen de doeltaal met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Het streven is een stressvrije leeromgeving. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt blootgesteld aan de lerenden. De taalproductie mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De methode legt de nadruk op communicatie en minder op expliciete grammatica en de correctie van vormfouten.
De leermethode werkt het meest effectief als de lerenden in de te leren taal worden ondergedompeld. Om te zorgen dat de student van de ervaring kan genieten, dienen de activiteiten in de vreemde taal stimulerend te zijn.
De Natural Method leermethode lijkt erg op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid tussen deze twee methoden is dat de Directe Methode meer de focus legt op de praktijk en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Dat onderdompeling erg effectief is, is vaak bewezen. De methode is een populaire manier van lesgeven bij taaltrainers, doordat de natuurlijke aanpak betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen voor lerenden. Er kleven ook nadelen aan de natuurlijke aanpak. De leermethode legt voornamelijk nadruk op het impliciet leren van de grammatica. De lerenden zouden weliswaar leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met de taal op te bouwen. Het geleerde beklijft langer, doordat studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’.
Een minpunt kan zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een specifiek examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) ofwel de ‘Structurele Aanpak’ is in de jaren 50 door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren die als doel heeft om de lerende vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuur van de taal. Volgens de methode van Structurele Aanpak levert de beheersing van deze structuren meer op dan de verwerving van woordenschat van de te leren taal. Bij de Structurele Aanpak draait het om het kunnen herkennen en toepassen van vaste woordcombinaties en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden in reële situaties met behulp van dramatiseringen, visualisaties, gezichtsuitdrukkingen en handelingen gepresenteerd aan studenten. Bij de leermethode worden de taalstructuren die in de praktijk het meest gebruikt worden, eerst aangeboden. Mondelinge vaardigheid (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hier in de eerste instantie bij gebruikt; leesvaardigheid en schrijfvaardigheid volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plek. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Het voordeel van een structurele aanpak is dat de studenten de taal op een nauwkeurige manier kunnen leren. De studenten krijgen inzicht in de grammatica en leren eveneens in welke situatie bepaalde woorden of woordcombinaties wel of niet passend zijn voor de situatie. De SA gebruikt alledaagse taal. Aan de methode van de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De werkwijze is behoorlijk tijdrovend en biedt niet direct een succeservaring. De eigen inbreng van de lerende is beperkt; het is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs is gestoeld op de visie dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van talen.
De studenten leren met behulp van CLT-technieken de doeltaal in de praktijk te brengen door de interactie onderling en de taaldocent. Teksten, geschreven in de doeltaal of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werkomgeving worden gebruikt. De doeltaal wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en de docent draagt onderwerpen aan buiten het domein van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid in verschillende realistische situaties te oefenen. Grammatica wordt inductief geleerd, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de docent echt een trainer, die de lerende helpt communiceren in de vreemde taal.
Populariteit
Het communicatief taalonderwijs werd heel populair in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw, deels omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa kwam een grotere vraag om een taal te leren middels een methode die direct kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel voordelen. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de doeltaal; deze methode van leren is studentgericht en functioneel. Door het gebruik van authentieke materialen, leren de studenten de woorden die zij nodig hebben. De methode is efficiënt. Voor de lerenden is dit stimulerend doordat zij gauw succeservaringen hebben. Er mogen fouten worden gemaakt; de taalvaardigheden wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat er minder aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de taaldocent en vereist een actieve deelname van de studenten. Deze manier van leren is voor een aantal studenten moeilijk of ongewoon, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint taalvaardigheden; daarbij gaat het om de functie en niet zo zeer om de vorm en het biedt dan ook geen samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was taalonderwijs vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere wijze gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens schrijver van lesboeken; Johann Valentin Meidinger. Meidinger ontwikkelde omstreeks 1783 een methode waarbij de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt gezien als de grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd, wat de taal van de religie, de wetenschap en de cultuur was. Onderwijs in Latijn was uiteraard gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en geheel gericht op de grammatica en het vertalen. Deze aanpak werd gezien als wetenschappelijk en degelijk. De Grammatica-/vertaalmethode gaat uit van de analyse van taalstructuren en taalvormen waarbij de student inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docenten dragen de kennis over, de studenten memoriseren.
Populariteit
De grammatica-/vertaalmethode is tot vrij recent van grote invloed geweest op het taalonderwijs, ondanks dat reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren, is deze grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training. Deze methode biedt eveneens inzicht in de structuur, doordat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
Er zijn echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid bij de methode ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie zelden mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver van het dagelijks gebruik van de vreemde taal af, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal gaat om literair taalgebruik. Bij het leren in een groep biedt de methode geen mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces voor studenten. De lerenden fungeren alleen als toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engelse naam: language immersion of alleen immersion) wordt over de hele wereld gebruikt sinds de jaren 70, voornamelijk op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de methode die bij Taleninstituut Regina Coeli in de provincie Brabant, ‘de nonnen van Vught’ wordt gebruikt. De methode van ‘onderdompeling’ is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse taalles gaven aan rijke vrouwen uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling behelst dat degene die de taal leert, vanaf het eerste moment door de nieuwe taal omgeven is. Alle instructies vinden in de doeltaal plaats; in het begin langzaam en met veel herhaling en later op een natuurlijkere manier. De lerenden worden ook vanaf het begin uitgedaagd om in de nieuwe taal te spreken. De methode maakt gebruik van simulaties en rollenspellen. Op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt vaak de omgeving ingericht in de stijl van de doeltaal om een situatie te creëren alsof de lerenden in het land zijn waar de te leren taal wordt gesproken. De studenten oefenen één-op-één of in een klein groepje met spreken. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar het land van de vreemde taal reizen en daar verblijven in een gastgezin.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een zeer goede methode om vreemde talen te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing kan op deze wijze zeer goed worden ontwikkeld.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaat wordt bereikt, omdat de methode vrij intensief is. Omdat de lerende wordt erdoor omgeven, is het een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet wel in de vreemde taal gaan communiceren. In principe is de student 24 uur per dag aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. Studenten ervaren dit als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel. Als studenten in een vrij korte tijd een nieuwe taal leren, door in het land te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Een bijkomend nadeel kan zijn dat een dergelijke training nogal intensief is. Niet alle lerenden hebben genoeg conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode ontwikkeld in de jaren 70 van de vorige eeuw. De leermethode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al doet vermoeden, is De methode van Suggestopedia gebaseerd op de kracht van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om te kunnen leren. Hiervoor is het essentieel dat er een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen is tussen de lerende en de docent. Dat lerenden zich veilig en ontspannen voelen, is hiervoor de voorwaarde. Een leslokaal met een rijopstelling was ongepast om dit te bewerkstelligen. De lerende zat in een comfortabele stoel in de lessen die in een halve cirkel waren geplaatst en er werd altijd achtergrondmuziek tijdens de klas gedraaid. De methodiek voorgestaan door Lozanov, bestond uit verschillende teksten voorlezen, ondertussen werd op de achtergrond klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Bij de teksten waren lijsten met woorden alsook opmerkingen over de grammatica van de doeltaal. Er werd met gebaren en veel expressie in stem voorgelezen. De lerenden werden op deze manier verleid om te luisteren en de woorden die nieuw waren voor de lerenden, konden ze gemakkelijk begrijpen en opnemen. Voor de cultuur en kennis over het land van de vreemde taal was veel tijd tijdens de lessen. Er werden rollenspellen gespeeld en ook streekgerechten werden in de klas bereid en gegeten.
Populariteit
De leermethodiek van Georgi Lozanov was enigszins omstreden en is niet zo bekend meer. Sommige elementen zoals het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer in de les, waardoor de student geen last krijgt van frustratie of faalangst. Voor een nieuwkomer kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Een ander pluspunt van Suggestopedie dat de student gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in de situaties in te leven. Dit is voor een aantal mensen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd is dit voor bepaalde lerenden een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Ook kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en zelfs verstorend zijn en niet stimulerend en ontspannend. Dat de verhouding trainer-student niet echt gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle input komt van de zijde van de trainer en de student is steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
In 1976 ontwikkelde de Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de trainer fungeert als een counselor die de zinnen van lerenden kenschetst. De studenten beginnen een gesprek. Als de lerenden de doeltaal nog niet genoeg machtig zijn, spreken de lerenden in de moedertaal. De docent vertaalt en geeft uitleg. Hierna herhalen de lerenden de uitingen van de docent zo goed mogelijk. Deze gesprekken worden opgenomen om te kunnen herbeluisteren.
Community Language Learning bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en de methode beschouwt de wisselwerking tussen de studenten als middel om de taal te leren. Het zijn de studenten zelf die het lesmateriaal bepalen door middel van zinvolle gesprekken. Een lesboek wordt niet gevolgd.
Populariteit
Of CLL succesvol is, is in hoge mate afhankelijk van de expertise van de docent-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig te zijn. Deze trainer dient zowel de vreemde taal als de moedertaal van de studenten zeer goed te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de studenten te vertalen. CLL kan goed functioneren wanneer deze correct gebruikt wordt. Voor grote groepen is de methode niet bruikbaar.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt lerenden een hoge mate van autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken vinden lerenden vaak nuttig. Niet alleen tijdens de les, maar eveneens buiten de les wordt de groep vaak heel hecht. Met deze methode worden de lerenden zich een stuk bewuster van de groepsgenoten, de sterke en minder sterke punten en ze leren om als team te werken. Studenten leren veel door het bespreken door de fouten en het evalueren van de taallessen. Vaak blijven dergelijke correcties in het geheugen gegrift en worden deel van de actieve woordenschat van de lerende.
Dat de trainer niet sturend is, terwijl sommige studenten deze sturing wel nodig hebben, kan een nadeel zijn. Bij deze methode wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen gehouden. Het succes van de les is hierdoor moeilijk meetbaar. Sommige studenten worden geremd in hun spreken wanneer zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een taalverwervingsmethode die door Michael Lewis is ontwikkeld in de vroege jaren negentig van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal bestaat uit het begrijpen en het produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. De studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van de taal (grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Zo wordt geleerd de taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. Bij deze benadering neemt woordenschat een grotere plaats in dan grammatica. De instructies zijn op situaties en uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen gericht. Aan interactie wordt aandacht besteed maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de student (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er wordt veel ruimte geboden voor de student om de taal zelf te ontdekken.
De rol van de taaldocent is te zorgen voor genoeg input en het faciliteren van het leerproces van de student.
Populariteit
In de laatste drie decennia zijn onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis de leerboeken aanmerkelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt geschonken aan woordenschat van de te leren taal die in zogenaamde chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. Een drastische verandering in de wijze waarop taal wordt onderwezen, waar Lewis streefde, heeft echter niet plaatsgevonden.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren om op een natuurlijke wijze de vreemde taal te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de vreemde taal); met ‘echte’ taal. Op deze manier ontstaat souplesse in het taalgebruik.
Het minpunt van deze methode van de methode is dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de aangeleerde taalsituaties. Sommige studenten hebben meer aan een taaldocent die hen wegwijs maakt, dan aan een docent-facilitator omdat ze meer moeite hebben met het zelf leren herkennen van de patronen van de taal.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is ontwikkeld door de Franse taaldocent François Gouin in het jaar 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en niet veel kennis van de grammatica vereisen. Op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden, leren de studenten zinnen. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, beroep en wetenschap, vanuit het onderscheid tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal ontwikkeld. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Studenten gaan al gauw in de doeltaal denken doordat een soort eentalige leermethode is, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.
Populariteit
De seriemethode van Gouin was zijn tijd ver vooruit. Gouin’s leermethodiek was gedurende een bepaalde periode een succes, ondanks de vrij ongewone aanpak. De leermethode van Gouin werd echter door Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Series method van François Gouin worden de mondelinge vaardigheid goed ontwikkeld en het zorgt voor een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de taalles.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat het gebruikmaakt van visueel leermateriaal, zoals afbeeldingen, grafieken, en dergelijke, wekt dit type taalonderwijs enthousiasme van de lerenden op. Een nieuwe taal leren wordt tastbaar; dit was iets dat totaal nieuw was. De methode maakt de studenten nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, de druk om te presteren te verlagen en het zelfvertrouwen te verbeteren. De methode stimuleert de communicatieve competenties van de lerenden sterk.
De seriemethode van Gouin heeft echter als nadeel dat taal die iets subjectiever of abstracter wordt, lastig met bewegingen en expressies in één concrete ervaring te vangen is. De bewerkelijkheid voor de trainer, die tenslotte een scala aan series dient voor te bereiden, is een bijkomend nadeel. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog meestal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheid.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engelse naam: Task-Based Language Teaching; TBLT) is ontwikkeld in de jaren tachtig van de vorige eeuw. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte achter deze leermethodiek is dat het verwerven van de vreemde taal geen doel op zich is, maar een middel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. Lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden, waarvoor kennis van de taal nodig is. Voor het goed uitvoeren van deze taken, dienen de lerenden over taalregels en woordenschat te beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld e-mails schrijven, een boodschap doen, bellen met een klantenservice, een krant lezen of een drankje bestellen. De opdracht wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst voorbereidt op de taak, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Om de taken uit te voeren, dienen studenten samen te werken. De taken moeten iets boven het niveau van de studenten liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Task-Based Language Teaching heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren negentig en zeker in het taalonderwijs. De leermethode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid bij de studenten (vooral de studenten in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheid toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, mits de opdracht goed bij de studenten aansluit. Studenten komen op een dagelijkse, natuurlijke wijze in contact met de taal en leren op deze manier authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren bovendien om samen met andere studenten te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als motiverend en plezierig ervaren .
Als keerzijde kan worden gezien dat de communicatie het belangrijkst is en niet de correcte vorm, waardoor studenten die niet heel nauwkeurig leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse linguïst en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’ was een beweging van een aantal filmmakers uit Denemarken onder wie Deense filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995, was de inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT). De deelnemers confirmeren zich aan 10 strenge regels (10 dogma’s) bij het maken van films die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) behelzen. Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet is belast door voorgedrukt materiaal. Het houden van echte inhoudelijke gesprekken die over praktische items gaan, is het oogmerk van de Dogme-methode. Bij deze methode draait het om communicatie als aanjager van de taal leren. Deze leermethode is daarom een communicatieve benadering van het onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder het gebruik van lesboeken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op communicatie tussen trainer en studenten richt. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net als de Dogme-beweging van de filmmakers, tien uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Ondanks dat er weinig onderzoek naar het succes van Dogme is geweest, stelt Thornbury dat de parallellen met het taakgericht leren van een vreemde taal suggereren dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een voordeel voor de docent. De studenten zijn verantwoordelijk voor het eigen leerproces en dit kan heel motiverend zijn. Zo is de les niet voorspelbaar. Dit creëert spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Tijdens een taalles volgens de Dogme-benadering is zo goed als elk item bespreekbaar. De lerenden blijven zo betrokken en alert.
De studenten kunnen zich daarentegen wel wat ongemakkelijk voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de trainer. Voor dit type taalonderwijs zijn ook niet alle taaltrainers flexibel genoeg. Dat lerenden zich vaak op een specifiek examen moeten voorbereiden en het niet zeker is dat de lesstof daarvoor tijdens de les aan bod komt, kan een bijkomend nadeel zijn van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Greg en Angela Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-benadering is een alternatieve kijk op het verwerven van een vreemde taal. De primaire aanname van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van de taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur. Daarom gebruikt GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA heeft gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit de gastcultuur voeren de activiteiten uit. Begrijpen gaat voor produceren. De woordenschat alsook de cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase neemt om en nabij 150 uur in beslag en de deelnemer begint nu de vreemde taal ook te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers diepere gesprekken te voeren over het leven in de ontvangende cultuur. In fase 5 van de leermethode beginnen de deelnemers zich te richten op taalgebruik van moedertaalsprekers door middel van televisie, films, nieuws of literatuur. De taal die voor het werk vereist is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Hier gaat het om groei buiten de formele taalsessies om.
Populariteit
Omdat de leermethode van Thomson nog redelijk nieuw is, is nog niet veel bekend over het succes van deze methode. Deelnemers zijn vrij enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving geboden. De zes afzonderlijke fasen van de leermethode bieden realistische doelstellingen alsook een duidelijk tijdsschema. De lerenden verwerven niet alleen kennis van de taal, maar eveneens van de omgeving en de lerenden verwerven daarnaast een nieuw sociaal netwerk.
Dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is om behoorlijk wat tijd te investeren, is een minpunt van deze leermethode.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen om de uitspraak en intonatie te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Het werkt een eigenlijk eenvoudige methode: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen wat zij horen. Het gaat in de eerste plaats om de klank; de tekst begrijpen is niet van belang. Het luisteren en daarna herhalen wordt net zo vaak geoefend tot het moment dit heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan kan spreken met de opname. De student gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij heeft uitgesproken. Veel lesboeken zijn geschikt voor deze techniek, zolang er maar dialogen of stukken samenhangende tekst in staan. De audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerenden te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. Alexander Argüelles doet de aanbeveling om te gaan lopen tijdens het spreken, liefst in de buitenlucht, en niet te gaan zitten, omdat lichamelijke bewegingen de opname versterken van de te leren taal in het zenuwstelsel. Dat de student minder snel afgeleid wordt als hij of zij in beweging is, zodat het leren van de taal veel effectiever gaat, is een bijkomende reden.
Shadowing heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Ook het simultaan spreken is afwijkend aan Shadowing.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar Shadowing gedaan waaruit is gebleken dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Het algemene begrip van de doeltaal wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat het kan worden toegepast in een groep met studenten, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief aan het leren is. Het rendement is hoog.
De Shadowing-techniek heeft als keerzijde is dat lerende het wellicht een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde tekst te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde talen te leren die van het principe uitgaat dat mensen met behulp van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind zijn moedertaal leert. Ouders geven voortdurend taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die taken uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste instantie de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheden zijn dus de basis, daarna volgen de spreekvaardigheden.
TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van een nieuwe taal. De trainer geeft taken op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de lerenden doen na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat zij praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende taken worden verder uitgebreid of deels gewijzigd.
Door de combinatie van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Het kost daardoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde beklijft ook beter.
Populariteit
Met name wordt de methode van TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken ook met veel plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De methode zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in het leren van de nieuwe taal bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht de achtergrond of de leeftijd en de leermethodiek kan ook in iets grotere klassen toegepast worden. De taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.
Het nadeel van TPR® is dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is. Daarom werkt het tot op een bepaald niveau en is daarbij een andere leermethode nodig. Daarnaast is de leermethodiek niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren tachtig van de negentiende eeuw de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend diende te zijn. Overigens betrof die Reformbeweging niet alleen het leren van talen, maar eveneens voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, streefden de mensen rond het jaar 1900 naar natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Er kwam in het taalonderwijs veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd de grammatica eerder inductief onderwezen, met voorbeeldzinnen. Hieruit dienden de studenten de taalregels af te leiden. Veel mondelinge oefeningen met veel aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal. Lerenden werden aangemoedigd veel te spreken. Dat de taalles in de doeltaal werd gegeven, was eveneens een nieuw verschijnsel. Er werd nadrukkelijk niet vertaald tijdens de taalles. Door middel van afbeeldingen en voorbeelden werd de vocabulaire van de doeltaal aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd door lerenden aangeboden om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw ebde weg, deels onder invloeden van de crises en oorlogen, om weer een andere vorm te krijgen in de jaren 60.
Taleninstituten als Interlingua en Berlitz werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren, is het belangrijkste pluspunt van de Directe Methode. Spreken en luisteren komen ruimschoots aan bod. Hierdoor krijgen de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in de taal. Minpunten heeft deze leermethode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen in de doeltaal relatief minder. De Directe Methode biedt voor de meer gevorderde lerenden niet genoeg uitdagingen. Doordat de Directe Methode op een dynamische inzet vanuit de student is gebaseerd, is de methode tevens niet heel geschikt voor minder snel lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal leren moet veilig en gemakkelijk zijn. Om die reden wil Manesca niet met abstracte regels en lijstjes met woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de vroegst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is gebaseerd op het werken met een groep studenten en een taaltrainer, die één nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen daarna één voor één het woord en de bijbehorende beweging. De herhaling helpt de lerenden deze woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap worden de woorden zo zinnen en weer variaties op de zinnen. De spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Manesca is twee jaar na publicatie van zijn leermethode overleden. Het werk van Jean Manesca is opgepakt en aangepast door anderen, onder andere door Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode geldt als het combineren van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai kan worden om dezelfde woordjes en zinnen steeds te herhalen, kan een minpunt zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld in 1963.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal te leren die stilte als instructiemiddel gebruikt. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Gattegno.
De taaldocenten gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht van de lerende te trekken, reacties los te krijgen en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het belangrijk om les te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de voorraad energie van de lerenden. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder dan als studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat docenten niet naar het overbrengen van kennis an sich zouden moeten streven, maar het bewustzijn dienen aan te boren, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te leren.
The Silent Way hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokken (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor allerlei verschillende dingen kunnen worden gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een specifieke klank van de taal staat, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Gattegno’s ideeën zijn van betekenis geweest, met name bij het leren van de uitspraak, alhoewel de Stille Methode in de originele vorm niet veel wordt toegepast.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn methodiek voor de student niet-bedreigend is, die immers als autonoom wordt gezien, is de sterke kant van de benadering van Caleb Gattegno. De trainer is in feite dienstbaar aan de student, niet omgekeerd. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke wijze. Door taallerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken, wordt het geleerde meestal goed verwerkt en onthouden. De studenten ‘mogen’ fouten maken, wat helpt bij het leerproces.
Het kan een minpunt zijn dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de methode voorstaat. Een student zou gefrustreerd kunnen worden door de afwezigheid van inbreng van de trainer. Met kleuren en grafieken werken, heeft als beperking dat de nieuwheid er vrij snel af is. Hierdoor verdwijnt het effect van de leermethode.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De TPRS-methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een taal te leren. Het principe is een natuurlijke methode van taalverwerving: talen leren zoals kinderen hun moedertaal leren. De lerenden worden blootgesteld aan veel begrijpelijke input om dit te kunnen bereiken. De docent vertelt een verhaal, waarin nieuwe woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. Omdat de verhalen van de docent gemakkelijk te begrijpen zijn, ontspannen lerenden zich. Zo worden structuren en woorden van de nieuwe taal vrijwel ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De lerenden worden door de trainer op grammaticale fenomenen van de doeltaal gewezen, zonder dat lerenden regels uit het hoofd hoeven te leren.
De studenten zullen na een poosje ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuur van de nieuwe taal imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om met een groep lerenden een verhaal op te bouwen. De trainer schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met hun vertalingen en vervolgens met de studenten een verhaal te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen, omdat dit zorgt voor input. Schrijven volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Randvoorwaarden zijn er wel: de setting dient geschikt te zijn en de taaldocent dient goed getraind te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige wijze om een nieuwe taal te leren en het geleerde wordt grondig verworven. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. TPRS is prettig voor de student en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor studenten werkt het zeer motiverend om zelf een verhaal te verzinnen.
Een nadeel is dat de methode veel voorbereiding van de trainer vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-leermethode is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die werd ontdekt in Egypte met een tekst in twee talen, waarmee de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen aanbiedt. In 1996 is de eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een manier om met behulp van een computer vreemde talen te leren. Deze taalcursussen zijn beschikbaar in ruim dertig talen en de cursussen zijn ook vanuit al deze talen te volgen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve leermethode, die de wijze nabootst waarop kinderen hun moedertaal leren. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van native speakers (moedertaalsprekers) en foto’s voor voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe woorden. De methode maakt gebruik van spraakherkenningsprogramma dat de uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. Dit maakt het mogelijk voor een lerende om zijn of haar uitspraak van de nieuwe taal te vergelijken met die van een native speaker (moedertaalspreker). Door de voorbeeldspreker minder snel te laten praten en vervolgens veel na te zeggen, kan uitspraakverbetering worden bereikt.
Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheid te oefenen. De software van de methode controleert de grammatica en de spelling en wijst op eventuele fouten, waarbij optie is om de fouten van de student te corrigeren.
Het programma biedt ook leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
De methode van Rosetta Stone wordt veel gebruikt wereldwijd, ook door grote en bekende organisaties. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de Rosetta Stone-methode door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen, alsook door sommige internationaal opererende bedrijven ingezet.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De methode van Rosetta Stone is heel makkelijk om te gebruiken en kan op elk moment door de lerende worden ingezet. Welke delen van de leermethode meer of wellicht minder aandacht kunnen gebruiken, kan de lerende zelf bepalen. Veel lerenden ervaren het als leuk om te werken met de methode. Bij een gebrek aan taaltrainers kan deze methode voor scholen een oplossing zijn. Een keerzijde is dat er geen taaldocent is om de studenten te motiveren of iets extra’s te kunnen bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen te leren.
Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialoog die door studenten worden nagesproken en worden herhaald. De zinnen zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursus van Pimsleur is gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en herhaling. De les van de cursus omvat een audio-opname van een half uur die nieuwe vocabulaire en structuren in de doeltaal bevat. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur van de doeltaal niet uit maar biedt deze aan door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.
Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee informatie overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is verwerkt in de Pimsleur taalcursussen.
Populariteit
Onder andere in de Verenigde Staten worden de Pimsleur taalcursussen gevolgd en de ervaringen met de methode lopen uiteen. Over het algemeen zijn de lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van de doeltaal.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de methodiek van Pimsleur zeer goed, omdat de insprekers allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke manier in een normaal tempo praten.
De keerzijde van de leermethodiek van Pimsleur is dat niets wordt uitgelegd. De student leert geen bouwstenen om zelf zinnen te maken, maar moet het doen met duizenden voorbeeldzinnen die uit het hoofd geleerd worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet verwonderlijk, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn leermethode in een eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden zoals Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot zijn klantenkring kan rekenen.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Michel Thomas’ uitgangspunt was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Michel Thomas maakte zijn studenten duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De taalcursussen zijn audiolessen, door twee acteurs ingesproken; een vrouwelijke en een mannelijke. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarbij de student de derde student is. Hij of zij luistert met de les van de acteurs mee. Als een vraag aan de stemacteurs wordt gesteld, is het de bedoeling dat de cursisten op de pauzeknop klikken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De lessen worden in kleine stappen opgebouwd en nieuwe lesstof wordt afgewisseld met reeds bekende lesstof. De uitleg wordt steeds in het Engels gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden tussen het Engels en de doeltaal gewezen, als deze er zijn. Bij de Michel Thomas-methode wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de studenten het voorgaande hebben begrepen en geleerd. Naast woorden en zinnetjes worden eveneens bouwstenen aangeleerd. Hiermee kan de student zelf zinnetjes maken. De methodiek maakt ook gebruik van flashcards zodat studenten zelf hun woordenschat kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van de te leren taal. Lerenden die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de methode van Michel Thomas minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De Michel Thomas-methode is erg toegankelijk en traint luistervaardigheid en uitspraak van de doeltaal op efficiënte wijze. Het feit dat deze taalcursussen niet in schrijfvaardigheid voorzien, is een nadeel van de methode van Michel Thomas. Ook is er geen echte interactie, omdat de leermethode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door polyglot en schrijver en Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert cursussen voor vreemde talen. Dit begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’ of ‘assimilatie’: ‘opgaan in de andere groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen streven is voor taalcursussen. De taalcursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek en audio-CD’s alsook een USB-stick. De gebruiker werkt bij voorkeur ruwweg twintig minuten per dag.
De taallessen bestaan uit dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De vertaling staat naast de dialoog, samen met grammaticale toelichting. Om de uitspraak van de vreemde taal te oefenen, maakt de methode gebruik van zinnetjes die zijn ingesproken door native (moedertaal) speakers en die de lerende herhaalt. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij gewaardeerd. Ze zijn relatief betaalbaar en er is een ruim aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de cursist in zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste uitkomt, is het pluspunt van de Assimil-methode. Het nadeel hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de cursist op zichzelf is aangewezen. Er is geen docent om de student te begeleiden of te motiveren.
Er is ook een ruim aanbod aan complete taalcursussen voor zelfstudie: uTalk, Eurotolk Ultimate en online leermethoden zoals Duolingo, Quizlet, Mondly en Babbel.
Er is echter een betere manier om talen te leren om een vreemde taal te leren: De Dagnall Talen Methode.
Het alom bekende hoge rendement van Dagnall Talen wordt behaald door bepaalde elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar met name doordat de focus altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon auditief, visueel of kinesthetisch ingesteld? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt hij of zij lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? De cursussen van Dagnall Taleninstituut zijn bij voorkeur face-to-face. We werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Dagnall Talen biedt daarnaast een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan deze app geladen worden met jargon van specifieke organisaties en bedrijven.
Tenslotte beschikken de taaltrainers over veel eigen lesmateriaal en spelen ze continu in op actuele thema’s of ontwikkelingen die interessant zijn voor de cursist. Onze taaltrainers zijn zeer bedreven in het plezierig en vlot aanleren van een taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden snel in de praktijk kunnen worden gebruikt.
Visueel, auditief of kinesthetisch? Door met de natuurlijke wijze van leren rekening te houden en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Talen het hoogste rendement bij haar taaltrainingen. Een bijkomend voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten als onze taaldocenten. Onze door de jaren heen ontwikkelde en verfijnde werkwijze is niet alleen het handelsmerk van Dagnall geworden, maar deze werkwijze creëert ook de waarde van onze maatwerktrainingen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)training die online kan worden gevolgd, dus op afstand. Men spreekt ook wel van een virtual classroom, met andere woorden een ‘digitaal leslokaal’. Bij het zogenaamde blended learning wordt face-to-face-les (klassikaal) met online leren in een online leeromgeving gecombineerd. Eenvoudig uitgelegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Amersfoort.
Online een taal leren (e-learning)
Voorbeelden van digitale platformen die gebruikt kunnen worden voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended cursussen in Amersfoort
Het voordeel van blended learning vergeleken met online leren is dat, als het geen 1-op-1 les betreft, de lerenden bij blended learning met afwisseling wel een zogeheten ‘classroominteractie’ ervaren. Dat houdt in persoonlijke interactie; motivatie van en gesprekken met andere lerenden.
100% maatwerk – ook online! Uiteraard biedt Dagnall Taleninstituut ook blended learning in Amersfoort op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall beschikt over een digitale leeromgeving met een interactief leerplatform, genaamd Dagnall.online. Dagnall.online biedt gevarieerde en interactieve content en vormt een integraal onderdeel van een digitaal leertraject. Het platform van Dagnall biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Dagnall Talen biedt naast het online leerplatform ook een eigen App voor Android alsook Apple. De Dagnall App heeft als voordeel dat een cursist overal en altijd, dus 24/7, toegang heeft op alle (mobiele) apparaten. Op het werk maar ook thuis of onderweg, zoals op reis in het buitenland. Zo kunnen cursisten dus leren wanneer en waar het uitkomt. De oefeningen in de Dagnall App worden afgestemd op de behoefte van uw bedrijf of organisatie zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Wij kunnen bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen en specifieke productnamen integreren in de App. De App kan dus heel praktijkgericht worden gebruikt en de App blijft na afloop van de taalcursus in Amersfoort beschikbaar. Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining
E-mailcorrespondentie, telefoongesprekken, vergaderingen en/of onderhandelingen met zakenpartners of klanten kunnen op het gebied van taal vaak een uitdaging zijn. Medewerkers die meerdere talen beheersen, zijn in veel bedrijven derhalve onmisbaar.
Online en blended taaltrainingen op maat
Dagnall Taleninstituut leert u communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Wanneer u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan uw gesprekspartners te begrijpen en zorg dat u ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheid verbeteren voor een huidige of toekomstige functie? De taaltrainingen van Dagnall Talen bieden beroepsgerichte training. Onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en eveneens als onlinecursussen & blended taalcursussen beschikbaar. Onlinecursussen en blended taalcursussen zijn even effectief en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en bovendien comfortabel.
Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kunt u overal volgen; op kantoor, thuis, op zakenreis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor online zakelijke en technische taaltrainingen
Technische en zakelijke taalcursussen online geeft Dagnall Talen via onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Teams of een ander onlineplatform naar voorkeur. Zoom wordt over het algemeen ervaren als het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel variatie als interactie.
Virtuele Classroom voor een individuele taaltraining of groepstraining
Alleen het volgende hebt u nodig voor een cursus in een virtuele classroom: - Een laptop, pc of tablet met microfoon en camera - Internetverbinding - Rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
De online en blended taalcursussen van Dagnall Talen worden gekenmerkt door:
Vakbekwaamheid van de taaltrainers
Onze online alsook de blended (taal)cursussen worden door toegewijde en gekwalificeerde native (moedertaal) docenten gegeven
Onze docenten hebben jarenlange ervaring in het geven van taalcursussen aan het bedrijfsleven en (semi-)overheidsorganisaties
De trainers van Dagnall Taleninstituut zijn HBO dan wel universitair geschoold en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuur – snelle leervordering
De blended en online taalcursussen van Dagnall Talen zijn betaalbare maatwerktrainingen die specifiek op uw wensen en behoeften worden afgestemd
De inhoud van de taalcursussen wordt aan het leerplan aangepast om structuur te geven aan het leerproces
Een duidelijke structuur helpt uw taaldoelen zelfverzekerd en snel te bereiken
De online (of blended) taalcursus bestaat uit livesessies en schriftelijke opdrachten. In de livesessies past u de woordenschat en de structuren die u in de voorbereiding en voortzetting van de lessen hebt geleerd, actief toe
Door het combineren van zelfstudie en videosessies komen de bereikte resultaten van de blended- en onlinecursussen overeen met die van onze face-to-face cursussen
Lesreeksen kunnen eventueel worden opgenomen, zodat u thuis alles kunt herhalen en niets hoeft te missen
Onze taaldocenten geven naast de taalcursus ook tips voor verdere mogelijkheden voor digitale zelfstudie
Structuur en vakbekwaamheid leiden tot een goede wisselwerking tussen de cursisten en de taaldocent en zijn van groot belang voor het succes van een taaltraining .
Profiteer nu ook van blended- of onlinecursussen verzorgd door ons taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw taalcursus in Amersfoort ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal bevat.
Na afloop van uw taalcursus in Amersfoort ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
De taalniveaus van het Europees Referentiekader (ERK) hanteren wij als leidraad en geven de cursist een helder inzicht in de huidige en opgedane kennis. De niveaus van het ERK zijn internationaal erkende taalniveaus.
Na het doorlopen van de taalcursus in Amersfoort, ontvangt u een certificaat van Dagnall Talen waarop uw behaalde taalniveau is aangegeven.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese maatstaf die speciaal is ontwikkeld voor de talen in Europa. Het Europees Referentiekader is tussen het jaar 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld. Het ERK is een tool die vijf taalvaardigheden onderscheidt, te weten: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren. De Engelse term wordt ook veel toegepast: Common European Framework of References; CEFR. Voor elke taalvaardigheid onderscheidt het ERK zes niveaus van taalbeheersing; van beginners tot nagenoeg moedertaalsprekers (near-natives). De verschillende niveaus in vaardigheid worden van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 aangeduid.
Niveau A van het ERK is van toepassing op beginners. Cursisten die niveau B beheersen, bezitten alle basisvaardigheid in de bewuste taal. Niveau C is van toepassing op gevorderden die de taal met groot gemak kunnen verstaan, lezen, spreken en schrijven. Niveau C laat zien dat mensen de taal zeer goed kunnen gebruiken in allerlei verschillende situaties.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Talen is gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm stelt eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die van belang zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de door opdrachtgevers gestelde eisen alsook aan wetgeving en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van de ISO 9001:2015 norm.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall is tevens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. ISO 17100:2015 norm is specifiek voor vertaaldiensten en bevat onder andere eisen voor mensen, projectbeheer, middelen, vertalers alsook proeflezers.
Onze ISO 17100:2015 certificering bewijst dat wij uitsluitend met professionele moedertaalvertalers werken die over de benodigde kennis en ervaring beschikken. Bovendien worden de vertalingen van Dagnall Talen altijd minimaal twee keer door twee specialisten/proeflezers proefgelezen. De vertalingen worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met inmiddels jarenlange ervaring met inmiddels het certificeren van bedrijven en organisaties. Jaarlijks wordt Dagnall getoetst door Kiwa om te beoordelen of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Dagnall Talen is uiteraard al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk. Ons instituut heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid. De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstituten en ruim 450 organisaties zijn lid van de NRTO. De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
De kwaliteit staat voor de NRTO centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de NRTO-leden geleverd worden, bijvoorbeeld een taalcursus in Amersfoort, wordt door een gedragscode, door verschillende convenanten en door het NRTO-keurmerk geborgd.
De gedragscode van de NRTO is op vijf beginselen gebaseerd, namelijk zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO behartigt de belangen van private opleidingsinstellingen in Nederland. De NRTO is gesprekspartner van leden van de Tweede Kamer, ministeries, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, sociale partners, maatschappelijke organisaties zoals de Stichting van de Arbeid en de media en de SER.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt eveneens samen met diverse andere organisaties, zoals de Alliantie Samen Werken voor Werk. Alle NRTO-leden zijn ondernemers.De NRTO-leden werken zowel klantgericht als resultaatgericht en zijn in staat om om snel op veranderende omstandigheden in te spelen en altijd maatwerk te leveren.Het aanbod aan bijvoorbeeld taalcursussen in Amersfoort sluit bij de behoeften van de arbeidsmarkt aan.Continue vernieuwing is hiervoor essentieel.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is vertegenwoordigd in diverse besturen, adviesraden en commissies, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het CRKBO, het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), Blik op Werk en stichting EDU-DEX.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engelse naam: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening inzake de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de EU. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van burgers in de EU. De verordening schrijft voor dat mensen op de hoogte dienen te zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die noodzakelijk zijn voor het beoogde doel, verwerkt en bewaard mogen worden.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan nodig en de persoonsgegevens moeten te worden beschermd tegen toegang door onbevoegden, verlies en vernietiging. Dagnall voldoet natuurlijk aan alle eisen die door de Algemene verordening gegevensbescherming worden gesteld en verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht heel beperkt. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall taalcursussen in Amersfoort zijn vrijgesteld van btw
Dagnall staat ingeschreven in het CRKBO-register. CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dit houdt in dat Dagnall Talen aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet. Voor de Belastingdienst is inschrijving in het juiste CRKBO-register een vereiste om beroepsgerichte taalcursussen vrijgesteld van btw te mogen aanbieden. Door onze btw-vrijstelling kan ons insitituut een lagere prijs in rekening brengen. Dit helpt in de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen aan bijvoorbeeld zorginstellingen, maatschappen, overheidsinstellingen en privépersonen.
CPION
Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Taleninstituut onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland. Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een onafhankelijk, door de overheid erkend keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Vraag een vrijblijvende offerte voor een taalcursus in Amersfoort aan
Wilt u contact opnemen met ons instituut voor een taalcursus in Amersfoort? Informeer vrijblijvend naar onze mogelijkheden. Bel ons direct op 030-8201030 (geen belmenu) of stuur ons een e-mail via taalcursus-amersfoort@dagnall.nl.
Of ga naar het contactformulier. Uiteraard kunt u ook het Dagnall informatiepakket aanvragen. Dit is geheel gratis.
De juiste route naar een taalcursus in Amersfoort!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
U kunt de taalcursus in Amersfoort op uw locatie volgen of in Amersfoort, bijvoorbeeld bij het Coachhuis Amersfoort aan de Arnhemseweg 6 in Amersfoort of bij Coachhuis Leusden aan de Kerkweg 7 in Leusden. Ons taleninstituut verzorgt ook taalcursussen in Amersfoort in bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Amersfoort-A1 aan de Ruimtevaart 22-24, in Fletcher Hotel Amersfoort aan de Stichtse Rotonde 11, in NH Hotel Amersfoort aan de Stationsstraat 75, in Mercure Hotel Amersfoort Centre aan De Nieuwe Poort 20, in Best Western Plus Berghotel Amersfoort aan de Utrechtseweg 225 en in Hotel Campanile Amersfoort aan De Brand 50.
Vergaderen in Amersfoort kan bijvoorbeeld bij De Rijtuigenloods aan de Piet Mondriaanplein 61, bij de Prodentfabriek aan de Oude Fabriekstraat 20, bij Theater de Veerensmederij aan de Soesterweg 330, bij Eenhoorn Meeting Center aan de Barchman Wuytierslaan 2, bij Centraal Ketelhuis aan de Soesterweg 320, bij Dutch Biz aan de De Genestetlaan 7, bij de Flint aan de Coninckstraat 60 en bij het Oude Magazijn aan de Soesterweg 310.
Archeologische vondsten in Amersfoort duiden op bewoning al in de steentijd. In de Romeinse tijd was de plek die nu Amersfoort heet ook bewoond. De vroegste vermelding van een nederzetting met de naam ‘Amersfoort’ dateert echter van het jaar 1028. De naam ‘Amersfoort’ is een verbastering van het Middelnederlandse woord voorde, dat
‘doorwaadbare plaats‘ betekent en Amer, wat een oude naam voor de rivier de Eem was. De Eem noemt men weleens de langste rivier van Nederland, aangezien de Eem de enige rivier is die zowel in Nederland ontspringt als uitmondt. In andere taal wordt Amersfoort ook de ‘Keistad’ genoemd, vanwege de grote zwerfkei in het centrum van de stad.
Amersfoort is gelegen in de regio Eemland. Plaatsen de omgeving van Amersfoort zijn Baarn, Bunschoten-Spakenburg, Hoevelaken, Hoogland, Leusden, Nijkerk, Oud-Leusden, Soest, Soesterberg, Vathorst en Woudenberg.
Amersfoort ligt in de provincie Utrecht. De gemeente Amersfoort heeft ruim 150.000 inwoners.
Een inwoner van Amersfoort heet een ‘Amersfoorter’, maar Amersfoorters worden ook wel keientrekkers genoemd. Bekende Amersfoorters zijn Floortje Engels, Ilja Gort, Piet Mondriaan, Johan van Oldenbarnevelt en Annechien Steenhuizen. Iets wat uit Amersfoort komt, noemt men ‘Amersfoorts’.
Een product met een lange traditie is Amersfoorts bier: al sinds de Middeleeuwen kende Amersfoort vele bierbrouwerijen. Amersfoort kreeg stadsrechten in 1259.
Amersfoort - internationaal & scholing
Partnerstad & kernen
Amersfoort is de op één na grootste stad van de provincie Utrecht. De partnerstad van Amersfoort is Liberec in Tsjechië. Onder de gemeente Amersfoort vallen eveneens Hoogland en Hooglanderveen.
Hoger onderwijs
Hogescholen in Amersfoort zijn Nederlandse Beiaardschool (HKU), Hogeschool Utrecht en SOMT. Er zijn geen universiteiten gevestigd in Amersfoort.
Denk je aan Amersfoort, dan denk je aan van de historische compacte binnenstad, de Muurhuizen en stadspoorten, monumenten en grachten. Maar ook aan terrasjes, brouwerijen en culinaire restaurants. Amersfoort fungeert als belangrijke regiostad op de stad gebied van werkgelegenheid en door de
centrale ligging is de stad één van de grootste spoorwegknooppunten van Nederland.
Amersfoort - minder bekend
Weinig mensen weten dat Piet Mondriaan in Amersfoort is geboren.
Het Amersfoorts is een Eemlands dialect. Het wordt nog maar weinig gesproken, want Amersfoort is een echte immigratiestad. Net als in het Utrechts dialect, klinkt in Amersfoorts dialect de ‘a’ langgerekt en neigt naar de ‘o‘. De ‘r’ wordt nauwelijks uitgesproken; ‘hardlopen’ is
hadlopen. Schoeken betekent ‘krabben’ en heuen is ‘opjutten’. Iemand die wous is, is niet goed wijs. Dèh is Amersfoorts voor ‘hè?’ en arrepels zijn ‘aardappels’. Moekerig weer wil zeggen dat het warm is.
Amersfoort - “Stad met een hart”
Amersfoort - zakelijk
De gemeente Amersfoort
Het netnummer van Amersfoort is 033. Het postcodegebied van Amersfoort is 3800 - 3826. Het adres van het gemeentehuis van Amersfoort is Stadhuisplein 1, 3811 LM in Amersfoort. De website van de gemeente Amersfoort is Amersfoort.nl. Het telefoonnummer van de gemeente Amersfoort is 14 033.
Zakendoen in Amersfoort
Voor Amersfoortse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Amersfoort aan de Printerweg 6, 3821 AD in Amersfoort. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Amersfoort is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Amersfoort is KVK-kantoor Amersfoort.
Wereldwijd opererende bedrijven zijn in Amersfoort gevestigd op bedrijventerrein De Brand, Calveen, De Hoef, Isselt, Vathorst-Noord, Vinkenhoef of op bedrijventerrein De Wieken. In Amersfoort bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: BMC, Best International Hotels, Brunotti, Bureau Veritas, Cabot Norit, Cambridge Weight Plan Benelux, Campercentrum Nederland (Westfalia), Candy Hoover Nederland, Candy Online (Cavendish Harvey), CliniClowns, Coloplast, J.J. Darboven, Dr. Oetker, Dynniq, EWT Emergya Wind Technologies, Distributiecentrum Faco, FPH Flexible Packaging Holding (Flexible Packaging, Hellema, Lemapack), FrieslandCampina, Geesa, GlaxoSmithKline (Acquafresh, Augmentin, Elmex, Paradontax, Sensodyne, Voltaren), High Voltage Engineering Europa, Hydratec Industries, Johnson & Johnson Medical, Kao Netherlands, Kao, Kodak Nederland, Johnson & Johnson (Listerine,
Nicorette, O.B.), Liebherr Nederland, Lucrum Professionals, Luminis Nederland, Milner, Neomax, Nutrec, Orgaworld, Polteq, Pon, Prénatal, Qbuzz, Raet, Regardz, Royal HaskoningDHV, SBB Staatsbosbeheer, Stanley Security, ThiemeMeulenhoff, Vandyck, Van Vliet The Candy Company, Koninklijke Volker Wessels Stevin (VolkerWessels), VSM Nederland (SVP Worldwide; Husqvarna, Pfaff, Singer en Viking naaimachines), VVN Veilig Verkeer Nederland, Webhelp Nederland, Yokogawa Europe, Ziezzo, BDG Briljant Groep in Barneveld, PFW Aroma Chemicals in Barneveld, Arla in Nijkerk, Bieze Food Group in Nijkerk, Harlekijntjes (Festivaldi) in Nijkerk, Struik Foods in Nijkerk, Suikerwerkfabriek van Wandelen (Astra Sweets) in Nijkerk, Vion in Scherpenzeel en Bake Five in Stoutenburg. Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Het Amersfoortse nieuwsportaal is EVA en Amersfoortse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Utrecht - Nieuws. Ondernemers in Amersfoort kijken hun (zakelijk) nieuws op RTV Utrecht.
Houdt uw internationale zakenrelatie van sport? Dan is samen naar een sportwedstrijd gaan of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen wellicht een leuk idee. Voetbal verbroedert. Misschien is het leuk om samen met uw zakenrelatie naar een voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Amersfoortse voetbalclub AFC Quick meespeelt. Voor een partijtje tennis, padel of squash in Amersfoort kunt u terecht bij Tennisvereniging Metgensbleek, bij LTV Randenbroek, bij Alta Amersfoortse Lawn Tennisclub ‘Amersfoort’ of bij Flehite.
Golf, ontspanning & lunch Misschien wilt u om na de taalcursus in Amersfoort of met uw internationale (zaken)relatie bij Amersfoort een balletje te slaan en/of gezellig een hapje te eten of iets te drinken? Dagnall Talen heeft voor u een golfbaan in de omgeving van Amersfoort gevonden voor een compleet dagje/middagje uit. De golfbaan in de omgeving van Amersfoort is Golfclub De Hoge Kleij in Leusden. De adresgegevens van deze golfbaan zijn Loes van Overeemlaan 16, 3832 RZ in Leusden. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 033-461 69 44. De website van deze golfbaan is www.hogekleij.nl. Voor een hapje eten of iets te drinken kunt u terecht bij het clubhuis van de golfbaan.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder staan een promotiefilmpje en een filmpje met drone-opnames van Amersfoort die eveneens op Youtube zijn te zien. Klik direct op het Youtube logo in het midden van de afbeelding om het filmpje te bekijken. Onder de filmpjes vindt u de locaties van Utrecht en Amersfoort op Google Maps.
Als u kunt linksboven klikt, wordt het kaartje groot weergeven in een nieuw venster.
Promovideo Amersfoort
Dronebeelden Amersfoort
Google Maps provincie Utrecht
Google Maps Amersfoort
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Amersfoort