OFFERTE AANVRAGEN
Offerte aanvragen

Taalcursus Alphen aan den Rijn

Direct naar ➤ Cursussen - Online - ERK - ISO - Alphen - Nieuws
Dagnall taalcursus op locatie
Dagnall taalcursus online
Dagnall taalcursus contact opnemen
Taleninstituut Dagnall - Wij kunnen snel schakelen - Binnen een week beginnen is mogelijk Begin nog vandaag met uw reis naar taalbeheersing

Begin nog vandaag met uw reis naar taalbeheersing


Taalcursussen in Alphen aan den Rijn van topniveau


Taalkennis verbindt u met de wereld en zijn een communicatiebasis die deuren voor u opent - vooral in de professionele wereld. Zo krijgen organisaties die in de taalkennis en taalopleiding van hun medewerkers investeren, een duidelijk voordeel en een voorsprong.
Dagnall Taleninstituut biedt u precies wat u nodig hebt: effectieve taalcursussen op het hoogste niveau voor zowel professionals als leidinggevenden in als in de buurt van Alphen aan den Rijn.
(Betaalbare) taaltraining op maat, omdat uw organisatie of bedrijf welbespraakte werknemers verdient.

Vakgebieden


Zakelijk, medisch of technisch - Dagnall is thuis in elke bedrijfstaal.
Elke bedrijfstak heeft een eigen taal en gebruikt eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling en duidelijke concurrentievoordelen, door branchespecifieke taalkennis van het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen in Alphen aan den Rijn aan in een brede waaier van gespecialiseerde vakgebieden.
Screenshot navigatiesysteem met tekst Taalcursus Alphen aan den Rijn aangegeven - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Goed op weg met Dagnall Talen

Landkaart Nederland grijs - locatie zakelijke maatwerk taalcursus Alphen aan den Rijn aangegeven met blauw plaatsnaambord met witte letters en Dagnall veer - op transparante achtergrond - 600 * 733 pixels

of bij u op locatie

  
Vrijblijvend informeren naar een taaltraining bij u in de buurt
Taalcursus Verenigd Koninkrijk
Taalcursus Duitsland
Taalcursus Frankrijk
Taalcursus Spanje
Taalcursus Nederland
Taalcursus Portugal
Taalcursus Italië
Taalcursus Denemarken
Taalcursus Zweden
Taalcursus Noorwegen
Taalcursus Finland
Taalcursus Rusland
Taalcursus Polen
Taalcursus Tsjechië
Taalcursus Slowakije
Taalcursus Kroatië
Taalcursus Hongarije
Taalcursus Roemenië
Taalcursus Bulgarije
Taalcursus Turkije
Taalcursus Griekenland
Taalcursus Israël
Taalcursus China
Taalcursus Japan

De organisatie van uw taaltrainingen in goede handen

Werkgerelateerd & doelgericht


Wij bieden onze taalcursussen op maat in Alphen aan den Rijn aan als individuele les, als groepscursus met collega’s, als (intensieve) workshop en als langdurige, regelmatige training - met face-to-face-les alsook online cursus. Bij Taleninstituut Dagnall kan iedereen een vreemde taal leren op de manier die het beste bij hem of haar past. Naast klassieke taaltaalcursussen zijn organisaties vooral geïnteresseerd in werkgerelateerde taalcursussen zoals Zakelijk Engels of Duits of Technisch Engels of Duits. Onze taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van klanten. Dagnall biedt de mogelijkheid om via gecertificeerde taaldocenten met zeer goede recensies en beoordelingen onbegrensd talen te leren in Alphen aan den Rijn. Dagnall Talen leidt u vlot en doelgericht naar het door u beoogde resultaat.

Filosofie Dagnall Talen


Het is onze filosofie om talen te leren zonder schroom en met gemak en plezier. Daarom zetten wij alles in het werk om ervoor te zorgen dat cursisten de taal van uw keuze moeiteloos en zonder remmingen leren.
Een taal leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Talen met methodes die het leerproces voor de cursisten gemakkelijker en prettiger maakt.

Door onze methodes wordt uw nieuwsgierigheid opgewekt en uw bereidheid om te leren, ondersteund. We brengen cursisten in grote stappen naar het gewenste niveau met dagelijks 15 minuten oefenen.
Dagnall Talen is een ideale partner voor iedereen die een vreemde taal wil leren in Alphen aan den Rijn.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten

Plan van aanpak Dagnall Taleninstituut

In overleg met u als opdrachtgever inventariseert Dagnall uw leerdoelen en wensen. U meldt de cursisten met de contactgegevens aan. Wij verzorgen een intake op locatie of, indien gewenst, online of telefonisch. Na het intakegesprek, waarin op basis van het Europees Referentiekader (ERK) het huidige en gewenste niveau wordt bepaald, ontvangt u van ons een cursusvoorstel op maat samen met de offerte.
Na akkoord van de offerte stemmen wij de planning van de cursus af op uw agenda en situatie.
Na een aantal lessen evalueert de trainer de voortgang alsook de inhoud van de cursus. De doelstelling kan, indien nodig, worden aangepast.
Wij sturen u een eindrapportage na de laatste les met een beschrijving van de resultaten die de cursisten hebben behaald. De cursisten ontvangen tevens een certificaat van het instituut.
[ Lees meer ]


Intake

Planning

Cursus

Certificaat

Betaalbaar maatwerk in taalcursussen sinds 1982

Ons bedrijf verzorgt zakelijk taalonderwijs voor bedrijven en (overheids)instellingen in Alphen aan den Rijn en regio sinds 1982. De docenten van Dagnall zijn kundig en professioneel. Alle docenten hebben ruime ervaring op het gebied van taaltraining aan het bedrijfsleven en (overheids)organisaties.
Door de werkplekgerichte en functiegerichte werkwijze, leveren wij u zeer effectieve en betaalbare taalcursussen in Alphen aan den Rijn. U kunt ervan op aan dat Dagnall Talen het meeste rendement levert; rendement door maatwerk!
Betaalbare taalcursussen op maat in Alphen aan den Rijn

Taal op de werkvloer

Taal op de Werkvloer: draagvlak is noodzakelijk! Een cursus die zich richt op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer is intussen bij veel organisaties bekend.
Mensen die geen of een beperkte kennis van het Nederlands of een andere voertaal hebben, ervaren een belemmering op het werk en zij willen graag en sneller en/of beter communiceren op de werkplek.
Zij willen de aanwijzingen op de werkvloer goed kunnen begrijpen en opvolgen. Deze medewerkers willen graag met meer zelfvertrouwen het werk kunnen doen en uiteraard hun ambitie op hun werkgebied verwezenlijken. Dit vergt een investering in mensen en in de (innovatieve) ontwikkeling van het bedrijf is daarom nodig.
[ Lees meer ]

Vele wegen naar een betere talenkennis in Alphen aan den Rijn

Behoeftes en leermethode


Een goede taalcursus is niet alleen gefocust op de behoefte van de klant, cursist, werkgever of organisatie, zoals een verbeterde spreek- of schrijfvaardigheid.
Een goede taalcursus is tevens afgestemd op de beste, meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een cursus (in Apeldoorn) die het beste bij de cursist past.

Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?


Onze vakkundige taaltrainers zijn zeer bedreven in het snel en plezierig aanleren van kennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen inzetten. Dat werkt wel zo fijn en dit zorgt ervoor dat u echt waar voor uw geld krijgt.
Het inmiddels bekende hoge rendement van Dagnall Taleninstituut bereiken onze taaltrainers door een mix van deze bewezen leermethode, gecombineerd met de focus op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) auditief, visueel of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall kunt u voor taalcursussen terecht die gebaseerd zijn op een maatwerktraining.

Dagnall Talen biedt groepscursussen van 3 tot maximaal 10 cursisten, duocursussen (met 2 cursisten), individuele cursussen (privéles), onlinecursussen, het Dagnall online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en jargon van de specifieke organisatie.
De docenten van Dagnall maken veel gebruik van eigen lesmateriaal dat zij hebben verzameld en gecreëerd in de loop der jaren en spelen continue op actuele thema’s en ontwikkelingen in.

Een prettige manier van leren


Een bijkomend voordeel is dat dit slimme maatwerk als een zeer prettige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze trainers in Alphen aan den Rijn. Onze, door de jaren heen steeds verder ontwikkelde en verfijnde werkmethode is het gewaardeerde handelsmerk van Dagnall Talen geworden. De cursussen zijn dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar zeer zeker ook afgestemd op de manier van leren die het beste bij de cursisten zelf past.
Overlappende groene cirkel met klok en kalender en donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm met vier taalvaardigheden luisteren, lezen, schrijven en spreken - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Een vreemde taal effectief leren in Alphen aan den Rijn bij Dagnall Talen

Individuele cursussen en groepscursussen

Individuele cursussen & groepscursussen


Ons taleninstituut cursussen op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de gehele organisatie kunt overlaten aan ons.
Dagnall biedt deze individuele taalcursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en

groepscursussen gebruiken we moderne en gevarieerde leermethodieken om doelgericht te trainen en leersucces te borgen.
Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen vanzelfsprekend zowel bij u op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Alphen aan den Rijn worden gegeven.
Maatwerk individuele en groepscursussen in Alphen aan den Rijn

Maatwerkcursussen


Ons instituut biedt individuele taalcursussen voor bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren in Alphen aan den Rijn en omgeving.
Een individuele taalcursus noemt men ook wel een één-op- één-taalcursus of privéles.
De individuele t@@lcursussen van Dagnall staan al vele jaren bekend voor maatwerk, persoonlijke aandacht en het hoogste rendement.
Alle individuele taalcursussen van Dagnall zijn maatwerktrainingen alsook de trainingen worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de praktijksituatie alsook de leerstijl.
De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.

Dagnall Talen biedt groepscursussen van 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (2 cursisten) aan bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties alsook particulieren.
De groep wordt bij voorkeur zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te maximaliseren en de deelnemers maximaal te ondersteunen.
Onze groepscursussen zijn maatwerkcursussen en worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, de branche, het taalniveau, de praktijksituatie alsook de leerstijl alsook de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.


Pluspunten individuele cursus


Het belangrijkste voordeel van individuele taalcursussen is het hoge rendement doordat in korte tijd veel informatie wordt opgenomen.
Er wordt sneller vooruitgang gemaakt doordat de taalcursus vrij intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk.
Een ander groot voordeel van een individuele taalcursus is flexibiliteit. De taaltaalcursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist en de inhoud kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de eventuele aandachtsgebieden van de cursist.
De leervordering is optimaal omdat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld.
Ook is een individuele taalcursus goed op de planning en de agenda van de cursist af te stemmen wat zorgt voor optimaal tijdmanagement en een handig leerschema.


Pluspunten groepscursus


Het grootste pluspunt van groepscursussen is vooral de interactie met de andere cursisten; het actieve gebruik van de doeltaal zoals door rollenspellen en discussies in de groep.
Een ander belangrijk voordeel is de zogenaamde groepsdynamiek; van de fouten van andere cursisten kunnen leren en met elkaar in de doeltaal communiceren. De hierdoor geboden afwisseling kunnen cursisten leuker vinden.
Omdat meerdere medewerkers tegelijktijd getraind worden en de groep bijna hetzelfde kennisniveau bereikt, zijn groepscursussen daarnaast efficiënt .
Ook zijn voor de lerenden groepscursussen wat minder intensief (minder zwaar) dan individuele taalcursussen.


Minpunten individuele cursus


Bij individuele taalcursussen kunnen discussies en rollenspellen alleen worden gevoerd en gedaan met de docent.
Omdat er geen interactie is met andere lerenden, kan het geleerde niet in groepsverband worden geoefend.
Omdat groepsdynamiek ontbreekt, is het ook niet mogelijk om te leren van de fouten van een ander.
De intensievere leerbenadering van individuele taalcursussen is voor de cursist ook vrij intensief (zwaarder).


Minpunten groepscursus


In een groepscursus wordt minder aandacht aan het individu gegevenwordt minder aandacht gegeven aan het individu en kunnen cursisten wat eerder zijn afgeleid. Het rendement ligt daardoor wat lager. Door de groepen iets kleiner te maken (bijvoorbeeld minigroepen), kan dit gedeeltelijk worden ondervangen.
Groepscursussen kunnen eveneens minder goed op individuele leerstijlen van deelnemers worden afgestemd.
Dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursist kan worden afgestemd, is een ander minpunt van een groepscursus.

Pluspunten

Individuele cursus in één oogopslag



  hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
  afgestemd op individuele leerstijl
  inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
  afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
  afgestemd op agenda cursist


Minpunten

Individuele cursus in één oogopslag



  geen interactie met andere cursisten
  vrij intensief voor de cursist
  geen groepsdynamiek

Pluspunten

Groepscursus in één oogopslag



  interactie met andere cursisten
  groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
  groep komt op hetzelfde kennisniveau
  efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
  minder intensief dan individuele cursus


Minpunten

Groepscursus in één oogopslag



  iets minder aandacht voor individuele cursist
  minder afgestemd op individuele leerstijlen
  minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor taalcursussen

Verschillende soorten cursussen voor elk niveau

Dagnall Taleninstituut geeft taalcursussen voor zowel beginnende, halfgevorderde als gevorderde cursisten.
Niet iedereen kan een talencentrum bezoeken.
Daarom verzorgt Dagnall Talen de taaltrainingen ook online en incompany.

Bij Dagnall kiezen cursisten bijvoorbeeld voor een
intensieve of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Nederlands, Engels, Frans, Duits, Italiaans en Spaans of een cursus spreekvaardigheid of telefoontraining. Het combineren van deze trainingen is mogelijk en hier wordt ook vaak voor gekozen.
Wij staan voor (betaalbaar) maatwerk!
Woordenwolk in veer logo Dagnall Talen met toepasselijke sleutelwoorden voor Dagnall Talencursussen - in donkerblauw, groen en grijs op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels
Stukje hout boven Dagnall potlood met geslepen punt en gum met gedrukt Dagnall Talen logo - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 600 pixels

Kennen en kunnen

Een nieuwe taal beheersen betekent kennen en kunnen: kennis hebben van de taal, maar ook die kennis kunnen toepassen. Door te richten op kunnen, kunnen cursisten aan het einde van de taalcursus in Alphen aan den Rijn de opgedane kennis beter toepassen.
Uw talenkennis zal daardoor snel vooruitgaan. Dagnall brengt taalkennis tot leven!

Algemene leermethodees

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, moesten de (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden leren. Vanwege de invloed van het leger werd de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kun je beschouwen als reactie op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen geheel werden gegeven in de doeltaal. De belangrijkste vaardigheden zijn luisteren en spreken en grammaticale structuren worden middels mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is om foutloos te leren spreken en verstaan, wat begint met leren naspreken. Het middel hiervoor is herhaling; er wordt met drills gewerkt om zinnen en structuren goed aan te leren, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De docenten kunnen bijvoorbeeld een zin 10 maal herhalen om daarna een extra woord toe te voegen De methode werkt veel in zogenaamde talenpractica, waar studenten een hoofdtelefoon op hebben en naar zinnen luisteren en deze naspreken. De geschreven taal wordt pas aangeboden zodra de mondelinge taal vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden.

Populariteit


De audiolinguale methode werd in ons land pas omstreeks 1970 geïntroduceerd bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al gauw bezwaren tegen deze saaie driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats hiervan maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Nu was breed geaccepteerd dat het bij het leren van een taal niet om het uit het hoofd leren van de grammatica gaat, maar om het gebruiken ervan. De luistervaardigheid, die vóór de jaren zeventig voor het merendeel van docenten niet bestond, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is voor beginners effectief. Een juiste uitspraak wordt van het begin af aangeleerd. De methode is docentgestuurd en en biedt daardoor een efficiënte en vlotte overdracht van taalkennis. Ook voor grotere groepen is de audiolinguale methode geschikt.

De docentgestuurde kant heeft tevens een keerzijde; er wordt geen eigen input verlangd van de lerenden, waardoor het risico dreigt van passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen op een zodanige manier wijze te leren dat deze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt aan de hand van zelfgeschreven woordenlijsten die herhaald worden na verloop van tijd. Deze zinnen of woorden op de woordenlijst worden door de lerende hardop gelezen. Het is niet het idee om al deze woorden of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, maar dit gebeurt automatisch door blootstelling. Bij de GoldList-methode wordt de woordenlijst telkens herzien; woorden die zijn aangeleerd, worden van de woordenlijst gehaald. Die woorden die nog problemen opleveren, blijven op de lijst op de woordenlijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList Method claimen dat deze woorden op de woordenlijst of zinnen in de vreemde taal spontaan in het langetermijngeheugen van de lerende opgeslagen worden, iets dat door geheugenwetenschappers bestreden wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen opgeslagen wanneer de kennis relevant en van betekenis is voor de student. De methode kan werken voor woorden en zinnen die relevant en betekenisvol zijn voor de lerende.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Bij mensen die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje kan deze methode functioneren. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt, werkt het met de hand schrijven effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een foto maken. Een keerzijde van deze methode is het ontbreken van context. Taal is uiteraard veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. Deze methode is bovendien nogal tijdrovend; er moeten steeds handgeschreven lijsten worden aangemaakt.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen Krashen in 1983 ontwikkeld.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving gericht. De leermethode probeert de taal aan te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. Zo leert men onbewust ook de taalregels van de vreemde taal. Hiervoor wordt alleen de doeltaal gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een stressvrije leeromgeving voor de studenten is het streven van de methode. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. Bij de deze methode wordt de taalproductie niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete grammatica.

Als de student in de te leren taal wordt ondergedompeld, is de methode het meest effectief. De activiteiten die in de te leren taal worden aangeboden, moeten stimulerend zijn zodat de studenten plezier beleven van de ervaringen.

De Natural Method lijkt vrij veel op de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer nadruk wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Het is veelvuldig aangetoond dat onderdompeling heel effectief is. Doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is, is de natuurlijke aanpak een populaire manier van lesgeven onder taaldocenten. Maar er is eveneens kritiek op de Natural Method. De leermethode is vooral gericht op het impliciet aanleren van de grammatica van de vreemde taal. Lerenden zouden inderdaad leren te communiceren in de vreemde taal, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal blijven hangen.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Om op een natuurlijke manier een vreemde taal te leren, wordt prettig gevonden. Studenten wordt de kans geboden een persoonlijke band met de buitenlandse taal te creëren. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde voor een langere tijd.

Doordat er bijna geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaten geboekt worden. Ook bereidt de methode lerenden niet per se op een bepaald examen voor.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado ontwikkeld in de begin jaren 50.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


Deze Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode met als doel de student vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal. Volgens de Structurele Aanpak levert het beheersen van deze structuren meer op dan de verwerving van woordenschat. Bij de leermethode gaat het om het kunnen herkennen en toepassen van vaste samenstellingen van woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde. De vaste combinaties van woorden worden aan de student aangedragen in herkenbare situaties middels visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen. De taalstructuren die het vaakst in de doeltaal worden gebruikt, worden als eerste aangeboden. De mondelinge vaardigheden (luisteren en spreken) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (de spreekvaardigheden en de schrijfvaardigheden), krijgt de grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).

Populariteit


De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 toegepast op vrij grote schaal om Engels te leren in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Dat de studenten de taal op een nauwkeurige manier geleerd wordt, is de sterke kant van een structurele aanpak. Studenten krijgen inzicht in de grammatica van de taal en ze leren in welke situatie woorden en woordcombinaties wel of niet passend zijn voor de situatie. De SA gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de Structurele Aanpak ook. Deze manier van werken kost tamelijk veel tijd en biedt niet direct succeservaringen. De eigen inbreng van de student is gelimiteerd; het is niet echt creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Het communicatief Taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engels: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een taal legde. Taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept van communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie het uiteindelijke streven is bij het leren van vreemde talen.

De studenten leren de vreemde taal in praktijk te brengen met gebruik van CLT-technieken door de interactie met de taaldocent en onderling. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten, geschreven in de doeltaal of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven. De doeltaal wordt zowel tijdens als buiten de les om gebruikt.

Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en docenten dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid in diverse realistische situaties te oefenen. Grammatica wordt inductief geleerd, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.

Bij CLT is de docent echt een trainer, die de student leert om in de vreemde taal te communiceren.

Populariteit


Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam gedeeltelijk doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol waren gebleken. Door de verdere eenwording van Europa ontstond een grotere behoefte om talen te leren op een wijze die meteen toepasbaar was.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


Communicatief taalonderwijs (CLT) heeft veel voordelen. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de te leren taal; de methode is functioneel en studentgericht. Vanwege het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de woorden die voor hen nodig zijn. Het is een efficiënte methode. Voor de lerende werkt deze methode stimulerend omdat hij of zij vlug succeservaringen heeft. Foutjes mogen worden gemaakt; de taalvaardigheid wordt al doende geleerd en daarna geperfectioneerd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak minder aandacht is. De voorbereiding en de planning vereist veel meer tijd van de taaltrainer en van studenten vraagt het een actieve deelname. Afhankelijk van hun achtergrond, is voor een aantal studenten deze manier van een vreemde taal leren ongewoon of lastig. CLT (communicatief taalonderwijs) traint vaardigheden; hierbij gaat het om de functie en in mindere mate om de vorm en het biedt als leermethode geen echt samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gericht op praktisch taalgebruik. Er word geleerd om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens leerboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Hij ontwikkelde een leermethode waarin de grammatica van de taal centraal stond rond het jaar 1783. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd; de taal van de religie, de wetenschap en de cultuur. Onderwijs in Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en volledig gericht op vertalen en grammatica. Dat werd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak gezien. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalvormen en taalstructuren waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij de Grammatica-vertaalmethode. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal. De taaldocenten dragen kennis over, de lerende memoriseert.

Populariteit


Alhoewel al sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed op het taalonderwijs gehad.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, is de methode is een aardige mentale training. Deze methode biedt ook inzicht in de structuur, omdat de nadruk op de grammatica wordt gelegd.

Er zijn echter meer minpunten dan pluspunten. Het belangrijkste pluspunt is dat de spreek- en luistervaardigheid ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling kan worden toegepast. Deze methode staat ver af van het dagelijks gebruik van de taal, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het over het algemeen gaat om literair taalgebruik. Bij het leren in een groep biedt deze methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces bij lerenden. De studenten fungeren slechts als toehoorders en uitvoerders.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


Sinds de jaren 70 wordt de leermethode ‘onderdompeling’ (In het Engels: language immersion) wereldwijd toegepast, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die toegepast wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ genoemd. De methode van ‘onderdompeling’ is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse les gaven aan rijke dames uit Vught.

Kenmerken van onderdompeling


Onderdompeling zorgt ervoor dat degenen die de taal leren, vanaf het begin door de nieuwe taal omgeven wordt. Alle instructies worden in de doeltaal gegeven; in het begin langzaam en met veel herhaling, later op een natuurlijkere wijze. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in de nieuwe taal te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op scholen die met onderdompeling werken, wordt de omgeving vaak ingericht in de stijl van de doeltaal om een situatie te creëren alsof de lerenden in het land zijn waar die taal gesproken wordt. Lerenden oefenen één-op-één of in kleine groepen met spreken. Naar het land van de doeltaal reizen en daar bijvoorbeeld in een gastgezin verblijven, is een andere wijze om onderdompeling te bereiken.

Populariteit


De methode van onderdompeling wordt als een uitstekende leermethode voor vreemde talen beschouwd. Voornamelijk de mondelinge taalvaardigheid kan op deze manier zeer goed worden ontwikkeld.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Omdat de leermethode nogal intensief is, is het belangrijkste voordeel dat deze methode snel resultaat laat zien. De leermethode is een kwestie van ‘sink or swim’, de lerenden moeten wel in de doeltaal gaan communiceren omdat zij erdoor worden omgeven. De lerende is in principe 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in groepsverband versterkt de sociale interactie. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.

Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een minpunt. Als iemand in een korte tijd een nieuwe taal leert, door in het land waar de doeltaal wordt gesproken, te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt. Een ander minpunt van de methode kan zijn dat een dergelijke taaltraining nogal intensief is. Niet alle studenten hebben de conditie om deze leermethode vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de zeventig jaren van de vorige eeuw. Deze methode is door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedia is gebaseerd op het principe van de suggestie. Volgens Lozanov is positieve suggestie een voorwaarde om (een taal) te leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de trainer en de student essentieel. Hiervoor dienen studenten zich veilig en ontspannen te voelen. Leslokalen met rijopstellingen waren ongeschikt om dit te bereiken. Tijdens de les zaten lerenden in comfortabele stoelen die in een halve cirkel geplaatst waren en in de les werd ook altijd muziek afgespeeld. De methode zoals Georgi Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gedraaid of waren natuurgeluiden te horen. Er bestonden lijsten met woorden bij de teksten en opmerkingen met betrekking tot de grammatica van de te leren taal. Er werd met veel expressies in stem en gebaren voorgelezen. De studenten werden zo overgehaald om te luisteren en de woorden die nieuw waren voor de studenten, konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. In de lessen werd veel aandacht geschonken voor cultuur en kennis over het land van de doeltaal. In de les werden rollenspellen gespeeld en er werden bijvoorbeeld eveneens streekgerechten gemaakt en geproefd.

Populariteit


De leerleermethode van Georgi Lozanov was omstreden en de leerleermethode is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen van de methodiek bijvoorbeeld het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


De methode van Suggestopedia creëert een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student geen hinder zal hebben van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland bijdragen. Vaak werkt muziek motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Dat de lerenden gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is, is een ander voordeel van de methodiek. Tegelijk vormt dit voor sommigen een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommige mensen ook afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend of ontspannend. Een andere zwakke kant is dat de relatie taaltrainer-student niet gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de taaltrainer en de studenten zijn altijd de ontvangende partij.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran ontwikkelde Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
of CLL geheten in het jaar 1976.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


Community Language Learning is een methode om een vreemde taal te leren waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van een vreemde taal zij willen leren. Deze methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaldocent als counselor optreedt die de zinnen van de lerenden omschrijft. De lerenden beginnen een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal nog niet voldoende machtig, dan spreken de studenten in hun moedertaal. De docent vertaalt en legt uit. De uitingen van de docent worden hierna zo nauwkeurig mogelijk herhaald. Het gesprek wordt opgenomen om nadien te kunnen herbeluisteren.

De methode stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de wisselwerking tussen de studenten onderling als middel om de vreemde taal te leren. Het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen aan de hand van betekenisvolle gesprekken. Een leerboek wordt niet gevolgd.

Populariteit


De mate van succes van de methode hangt grotendeels af van de kunde van de docent-counselor. De trainer dient naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig te zijn onderlegd. Deze trainer dient zowel de te leren taal als de moedertaal van de lerenden uitstekend te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de lerenden te vertalen. CLL kan goed werken wanneer deze op de juiste wijze wordt toegepast. Voor grote klassen is Community Language Learning niet geschikt.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


De methode biedt lerenden veel autonomie. Vaak vinden lerenden het analyseren van hun eigen gesprekken zinvol. De leergroep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de lessen, maar eveneens daarbuiten. Met CLL worden lerenden zich zo veel bewuster van anderen in hun groep, hun sterke en zwakke punten en leren om te werken als een team. Het bespreken van de fouten en het evalueren van de les is heel leerzaam voor de studenten. Zulke correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo deel van het actieve vocabulaire van de studenten.

Dat de trainer niet sturend is, terwijl sommige studenten wel sturing nodig hebben, kan een keerzijde zijn. Bij CLL wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen afgenomen. Hierdoor is het succes lastig te meten. Sommige lerenden worden in hun spreken belemmerd als zij opgenomen worden.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis in de jaren 90 van de vorige eeuw is ontwikkeld.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


Deze benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. Studenten verwerven al doende inzicht in patronen van de te leren taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de vreemde taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering is woordenschat belangrijker dan grammatica. Instructies zijn op situaties en uitdrukkingen gericht die regelmatig voorkomen in dialoog. Voor interactie is aandacht maar eveneens voor i>exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel mogelijkheid voor de student om zelf de taal te ontdekken.

De rol van de trainer is voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.

Populariteit


Onder invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de afgelopen dertig jaar lesboeken aanmerkelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht aan de woordenschat van de te leren taal besteed die wordt aangeboden in chunks, in betekenisvolle brokjes. De drastische verandering in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, waar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Door met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal te werken, leren de studenten de taal op een heel natuurlijke wijze te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van de taal.

Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van de methode. Met het zelf leren herkennen van de patronen van de vreemde taal hebben sommige studenten moeite en zij hebben meer aan een trainer die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is in het jaar 1880 door de Franse leraar François Gouin ontwikkeld.

Kenmerken van de Series Method


Een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van grammatica van de doeltaal, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnetjes op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, wetenschap en beroep, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het betreft een soort eentalige manier van taalverwerving, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’. Hierdoor gaan studenten al gauw in de nieuwe taal denken.

Populariteit


De seriemethode van François Gouin was zijn tijd ver vooruit. Ondanks dat het een afwijkende aanpak was, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd succesvol. Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwde deze methode echter.

Voor- en nadelen van de Series Method


De Seriemethode van Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheden sterk en zorgt voor het creëren van een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer.

Gouin’s methode biedt een levendige manier van lesgeven. Dit soort taalonderwijs wekt de leermethode enthousiasme op van de studenten doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Het leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. Studenten worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve vaardigheid van de student wordt vrij intensief gestimuleerd.

Het nadeel van de leermethode is dat taal die wat meer subjectief of abstract is, wat moeilijk in één duidelijke ervaring kan worden gevangen met beweging en expressie. Een ander van de methode is de bewerkelijkheid voor de taaltrainer, die een scala aan reeksen voor moet bereiden. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens voor het toetsen van de competentie van lezen en schrijven.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham V. Crookes.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de te leren taal geen op zichzelf staand doel, maar een methode om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De studenten krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis nodig. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat ze over woordenschat en regels van de taal van de doeltaal beschikken. Deze taken zijn alledaagse taken, zoals het schrijven van e-mails, een boodschap doen, een drankje bestellen, met de klantenservice bellen of een krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, de taak daarna uitvoert en tot slot erop terugblikt. De studenten dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. De opdrachten dienen net boven het niveau van de studenten te liggen om leereffect te hebben.

Populariteit


Task-Based Language Teaching is vanaf de vroege jaren negentig zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheden bij lerenden (met name lerenden met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs biedt duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheden toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, zolang de taak goed bij de lerenden aansluit. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in aanraking met de taal en leert zo authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in de doeltaal. Daarnaast leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als plezierig en motiverend ervaren .

Dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm, waardoor lerenden die niet zozeer precies leren, kan als nadeel worden genoemd.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; docententrainer en taalkundige op het gebied van Engels taalonderwijs uit Nieuw-Zeeland bedacht Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’) in het jaar 2000.

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


‘Dogme 95’; een stroming van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder filmregisseur Lars von Trier uit 1995, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Voor het filmmaken, houden de deelnemers zich aan 10 strikte regels (dogma’s). Deze vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door enig voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van Dogme-taalonderwijs is het starten van echte conversaties die over praktische zaken gaan. Hierbij gaat het om communicatie als de stuwende kracht van een taal leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve werkwijze voor taalonderwijs, die een vreemde taal wil onderwijzen zonder een leerboek te gebruiken of overig lesmateriaal en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen taaldocent en lerenden richt. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net als de Dogme-beweging in de film, tien dogma’s (uitgangspunten).

Populariteit


Ondanks dat er niet veel onderzoek naar het succes van Dogme is geweest, stelt Thornbury dat de overeenkomsten met taakgericht leren van een taal erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een voordeel voor de taaltrainer is dat er nauwelijks voorbereiding voor nodig is. Dat studenten de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces, kan erg motiverend werken. Zo zijn de lessen nooit voorspelbaar. Dit garandeert spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Tijdens een les volgens de Dogme-methode is vrijwel elk onderwerp bespreekbaar. Op deze manier blijven de studenten alert en betrokken.

Als studenten zo weinig door de taaldocent bij de hand worden genomen, kunnen ze zich echter wel iets minder op hun gemak voelen. Voor dit type van onderwijs zijn ook niet alle taaldocenten in voldoende mate flexibel. Nog een keerzijde kan zijn dat de studenten zich vaak op een specifiek examen moeten voorbereiden, terwijl het niet zeker is dat de daarvoor benodigde stof in de taallessen aan bod komt.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is in 2007 ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


De GPA-methode is een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal. De primaire aanname van deze methode is dat taal en cultuur onlosmakelijk zijn. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van een taal; het doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur. GPA gebruikt daarom de termen ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten of leraren’. De Growing Participator Approach (GPA) vertoont overeenkomsten met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De leermethode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit de gastcultuur. Begrip is belangrijker dan productiviteit. De nadruk ligt op woordenschat en cultuur. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze fase neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ richt zich in fase 1 op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.

Fase 2 van de zogenaamde leermethode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase neemt ruwweg 150 uur in beslag en nu beginnen de deelnemers de vreemde taal ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen worden gedeeld alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de ontvangende cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode van de methode begint de deelnemer zich op taalgebruik van moedertaalsprekers te richten door middel van televisie, films, nieuws en literatuur. De taal die voor het werk is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies.

Populariteit


De methode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog vrij weinig bekend over het succes ervan. De deelnemers zijn enthousiast over deze methode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met de GPA-methode wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van de taalverwerving. Deze zes fasen van de methode bieden een duidelijk tijdspad alsook realistische doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van de taal, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.

Een minpunt van deze methode is dat voor iedere deelnemer of tenminste iedere groepje deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is in de vroege jaren 2000 bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.

Kenmerken van de Shadowing Technique


Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken om de intonatie en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek van Shadowing is relatief eenvoudig: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Het is niet belangrijk om de tekst in de vreemde taal ook te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klank. Luisteren en herhalen wordt net zo veel geoefend tot het soepel gaat en de lerenden simultaan met de opname kunnen spreken. Na enige tijd zullen de lerenden een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben gezegd. Zolang er maar dialogen in staan of delen met samenhangende teksten, zijn veel leerboeken geschikt voor deze methode. De audio-opname dient ideaal bezien wat boven het niveau van de student te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op een natuurlijke snelheid. Omdat fysieke bewegingen de opname van de nieuwe taal in het zenuwstelsel versterken, doet Argüelles de aanbeveling om te lopen tijdens het spreken, het liefst buiten, en niet te zitten. Dat de studenten minder gauw worden afgeleid als zij bewegen, is een andere grond waardoor het werken aan de doeltaal aanzienlijk effectiever wordt.

Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills toegepast in plaats van dialoog of samenhangende tekst. Ook het simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.

Populariteit


In de afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar Shadowing waarin is aangetoond dat de techniek niet alleen de uitspraak maar ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Ook het algemene begrip van de te leren taal wordt vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Een praktisch pluspunt van Shadowing dat het in een groep van studenten kan worden gebruikt, waarbij iedere deelnemer individueel actief leert. Het rendement van de methode is hoog.

De keerzijde van deze techniek is dat studenten het soms een beetje saai kunnen vinden om dezelfde tekst steeds te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus erg belangrijk.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een methode om een vreemde taal te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren met behulp van beweging en handelingen. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun (jonge) kinderen continu taken en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, in een later stadium gaat het kind verbaal reageren. Dus de luistervaardigheden zijn de basis, de spreekvaardigheden komen later.

De methode van TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van een vreemde taal versneld toe. De taaltrainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke manier taken, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de studenten doen deze taken na. Aanvankelijk wordt van de lerenden nog niet verwacht dat ze spreken; in een later stadium geven de lerenden de taken. Taken die bekend zijn worden uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.

TPR® appelleert aan de beide hersenhelften door de combinatie van beweging en spraak. Op deze manier kost het minder moeite om dingen te leren en de geleerde stof beklijft ook beter.

Populariteit


TPR® wordt vooral binnen het NT2-onderwijs gebruikt (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar ook middelbare scholieren en volwassenen werken met veel plezier met TPR® en behalen hierbij goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


TPR® biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. Total Physical Response levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in het leren bevordert. Het zorgt een stressvrij leerproces. In principe is TPR® voor alle doelgroepen geschikt, ongeacht achtergrond en leeftijd en kan de leermethode ook toegepast worden in grotere klassen. De nieuwe taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student.

Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is het minpunt van TPR®. Hierdoor werkt de methodiek tot op een zeker niveau en is een andere methodiek nodig als aanvulling. De leermethodiek is ook niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om ideeën, meningen en gevoelens uit te drukken.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze Directe Methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Er ontstond een Reformbeweging omstreeks het jaar 1900 met nieuwe ideeën dat het leren van vreemde talen zelfontdekkend en inductief zou moeten zijn. Die Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van een taal, maar ook voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Omstreeks 1900, net als in de jaren 60 van de vorige eeuw, streefde men naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van keurslijven. Er ontstond in het taalonderwijs veel aandacht voor de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica eerder inductief werd geleerd, met voorbeeldzinnen. De taalregels moesten door de studenten hieruit worden afgeleid. Er waren meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak van de taal. Het werd aangemoedigd de studenten veel te laten spreken. Het was eveneens nieuw dat de taalles in de doeltaal gegeven werd. In de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. De vocabulaire van de vreemde taal werd aangeleerd met behulp van afbeeldingen en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door de lerenden voor het associëren van ideeën.

Populariteit


Mede door invloed van de crises en oorlogen ebde deze vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw weg, om weer in een andere vorm terug te keren in de jaren zestig.

Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren, is het grote pluspunt. Bij de methode wordt veel aandacht geschonken aan spreken en luisteren, waardoor de lerenden vloeiendheid in de vreemde taal en zelfvertrouwen kunnen krijgen. Keerzijden kent deze leermethode echter ook. De methode besteedt vrijwel geen aandacht aan schrijfvaardigheid en relatief weinig aandacht aan lezen in de vreemde taal. Voor studenten die al wat meer meer gevorderd zijn, biedt de methode niet genoeg uitdaging. De Directe Methode is eveneens niet heel bruikbaar voor minder snel lerende studenten, omdat deze methode is gebaseerd op een dynamische inzet van de student.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om vreemde talen te leren, is de manier waarop een kind de moedertaal leert. Het leren van een taal moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil om die reden niet met abstracte lijstjes of regels met woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.

De Manesca-methode geldt als de eerst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is op het werken met een groep van studenten en een taaldocent gebaseerd, die maar één woord tegelijk introduceert. Bij dit woord hoort een bepaalde beweging. De lerenden herhalen vervolgens afzonderlijk het woord en deze beweging. Door deze herhaling onthouden de studenten de woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden vormen stap voor stap zinnen en variaties op deze zinnen. De spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.

De Manesca-methode is al een aantal jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en staat dan ook wel als de Ollendorff-methode bekend.

Populariteit


Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn nog steeds actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langer kan worden onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Dat het wat saai kan worden om steeds dezelfde woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan een keerzijde zijn.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een methode om vreemde talen te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De methode van Caleb Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.

Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de docent om de aandacht van de student te trekken, reacties te krijgen en de student aan te moedigen om fouten te corrigeren. Aan de uitspraak wordt veel tijd besteed.

Gattegno, die wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt voor de energievoorraad van de lerenden was. Hij had ontdekt dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen iets uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno verklaarde dat de trainers niet zozeer dienen te streven naar kennisoverdracht, maar bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om iets te kunnen leren.

Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt, zijn gekleurde blokjes die voor allerlei dingen kunnen worden gebruikt. De ‘de stille manier’ gebruikt ook Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van de vreemde taal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.

Populariteit


Alhoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke versie niet veel meer wordt toegepast, zijn Gattegno’s ideeën van betekenis geweest, vooral bij het aanleren van de uitspraak van de doeltaal.

Voor- en nadelen van de Silent Way


De sterke kant van de methode van Caleb Gattegno is dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor lerenden, die tenslotte als autonoom beschouwd worden. De docent is in principe aan de student dienstbaar en niet andersom. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke manier gestimuleerd. Door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken, wordt de geleerde taalkennis vaak goed verwerkt en onthouden. Fouten maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.

Een nadeel kan zijn dat een aantal lerenden meer begeleiding nodig heeft dan de methode voorstaat. Door het gebrek aan inbreng van de docent zouden studenten gefrustreerd kunnen raken. De limiterende factor van het werken met kleuren en grafieken is dat ‘het nieuwe’ er gauw af gaat, waardoor het effect van de methode kan verdwijnen.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-techniek (Total Physical Response).

Kenmerken van TPR Storytelling


TPRS is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal te leren. Het uitgangspunt van TPRS is een natuurlijke wijze van taalverwerving: een vreemtalen leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. De studenten worden aan veel begrijpelijke input blootgesteld om dit te bereiken. De trainer vertelt een verhaal aan de studenten, waarin nieuw te leren woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. De verhalen zijn eenvoudig te begrijpen, hierdoor ontspannen studenten zich. Op deze manier worden woorden en structuren van de nieuwe taal ongemerkt in het langetermijngeheugen opgeslagen. De taaldocent wijst de student op grammaticale verschijnselen van de doeltaal, zonder dat studenten regels van de nieuwe taal uit het hoofd hoeven te leren.

Na enige tijd zullen de lerenden ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuren van de nieuwe taal nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groepje van lerenden een verhaal maken, is een variant hierop. De taaldocent schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met hun vertaling en vervolgens hiervan een verhaal te maken samen met de lerenden. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen is een belangrijk deel van TPR Storytelling, doordat dit voor input zorgt. In een later stadium volgt schrijven.

Populariteit


Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een geslaagde manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de docent moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


TPRS is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een breinvriendelijke leermethode. Het is plezierig voor lerenden en het is niet moeilijk om bij te les te blijven. Voor de lerenden werkt de methode zeer motiverend om zelf een verhaal te maken.

Dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaldocent vraagt, is een nadeel.

Commerciële methodes voor zelfstudie

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-methode is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen die in Egypte is ontdekt met een tekst in twee talen, met behulp waarvan uiteindelijk de hiërogliefen zijn ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat de taalcursussen verkoopt. De eerste versie van Rosetta Stone is in het jaar 1996 uitgebracht.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone methode is een manier om achter een computer een vreemde taal te leren. De taalcursussen van Rosetta Stone worden aangeboden in meer dan dertig talen en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier imiteert waarop een kind zijn of haar moedertaal leert. Dat houdt in ‘leren door onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te spreken. De Rosetta Stone-methode gebruikt hiervoor foto’s alsook stemmen van moedertaalsprekers om de betekenis van nieuwe woorden over te brengen. Er is een programma om spraak te herkennen dat de uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. De gebruiker kan zo zijn of haar uitspraak met de uitspraak van native speakers (moedertaalsprekers) vergelijken. Uitspraakverbetering kan worden bereikt door de voorbeeldstem iets langzamer te laten praten en de studenten daarna veel na te laten zeggen.

Voor de schrijfvaardigheid van de lerende zijn er dictee-oefeningen. De software van de methode controleert de spelling en de grammatica en wijst op fouten met de mogelijkheid om de fouten van de studenten te verbeteren.

Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.

Populariteit


Wereldwijd wordt de Rosetta Stone-methode veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door enkele ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten gebruikt en eveneens door sommige internationale bedrijven.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


Rosetta Stone is erg eenvoudig in het gebruik en de lerende kan de methode op elk moment inzetten. De lerende kan zelf bepalen welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken. Veel mensen vinden het plezierig om met de methodiek te werken. Voor onderwijsinstellingen kan de methode van Rosetta Stone een oplossing zijn bij een gebrek aan docenten. Het feit dat geen docent is die studenten motiveert of iets extra’s kan bieden, is een minpunt van de methode van Rosetta Stone.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Paul M. Pimsleur. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in het jaar 1963.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om nieuwe talen te leren.

De taalcursussen bestaan uit zinnen/dialogen die door lerenden vervolgens worden nagesproken en weer herhaald. De voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursussen zijn op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. Elke les omvat een halfuur audio-opname met nieuwe woordenschat en taalstructuren in de doeltaal. De grammaticale structuur wordt niet apart uitgelegd maar aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.

Dr. Pimsleur deed onderzoek naar het meest optimale interval waarmee geleerde informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. In de cursussen van Pimsleur is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.

Populariteit


Onder andere Amerikanen volgen de Pimsleur cursussen en de ervaringen variëren. In het algemeen zijn studenten tevreden over de aangeleerde uitspraak.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


Om de uitspraak te verbeteren werkt de methode van Pimsleur erg goed, omdat de insprekers van de zinnen moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo spreken.

Het feit dat er niets uitgelegd wordt, is het nadeel van de metodhiek. De student leert geen bouwstenen van de doeltaal om zelf een zin te maken, maar moet het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die uit het hoofd worden geleerd.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Bob Dylan, Mel Gibson en Pierce Brosnan in de klantenkring.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij stressvrij is, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.

De cursussen zijn audiolessen, door twee acteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de cursist op de pauzeknop klikt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er is geen huiswerkstudenten hoeven niet uit het hoofd te leren. Bij de methode worden de lessen in kleine delen opgebouwd en stof die nieuw is, wordt afgewisseld met stof die al bekend is. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in de Engelse taal. Er wordt op verbanden gewezen tussen het Engels en de doeltaal, als die verbanden er zijn. Grammaticale uitleg wordt ook gegeven. Eerst wordt makkelijke stof aangeleerd, moeilijkere stof volgt pas nadat de lerende de makkelijke stof heeft begrepen en verworven. Naast woorden en zinnen in de doeltaal worden ook bouwstenen geleerd waarmee de gebruikers zelf zinnen kunnen maken. Ook maakt de leermethodiek gebruik van flashcards zodat gebruikers zelf hun woordenschat kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te kunnen meten.

Populariteit


Veel lerenden zijn over het algemeen tevreden over de uitleg van de structuren van de vreemde taal en vinden de methode van Michel Thomas prettig werken. Studenten die wat verder zijn met de taal, ervaren de cursussen soms als wat minder leerzaam.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De cursussen trainen uitspraak alsook luistervaardigheid op een efficiënte manier en zijn erg toegankelijk. Een nadeel is dat deze cursus niet in schrijfvaardigheid voorziet. Een echte interactie is er ook niet, omdat het audiocursussen zijn.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door polyglot en schrijver Alphonse Chérel is opgericht. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Dit begon met hun eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat wel een hooggegrepen streven voor een taalcursus is. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een lesboek, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. Bij voorkeur werkt de lerende ongeveer twintig minuten per dag.

De lessen bestaan uit verschillende dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De vertaling wordt ernaast weergegeven, met de toelichting van de grammatica. Om de uitspraak te oefenen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnen die door moedertaal (native) speakers zijn ingesproken en die de cursist daarna herhaalt. De opbouw is van receptief naar productief: in de eerste les wordt nog geen taalproductie van de gebruikers verwacht; dit komt pas na ongeveer vijftig taallessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn vrij populair. Ze zijn relatief voordelig en er is een ruim aanbod aan verschillende talen.

Voor- en nadelen van Assimil


Dat de cursist in zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste uitkomt, is het voordeel van de methode van Assimil. De keerzijde hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de lerende aan zichzelf is overgeleverd. Er is geen trainer om de student te motiveren of te begeleiden.


ALGEMENE LEERMETHODES

Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)


Bedacht door wie en wanneer


De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, moesten de (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden leren. Vanwege de invloed van het leger werd de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.

Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)


De audiolinguale methode kun je beschouwen als reactie op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen geheel werden gegeven in de doeltaal. De belangrijkste vaardigheden zijn luisteren en spreken en grammaticale structuren worden middels mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is om foutloos te leren spreken en verstaan, wat begint met leren naspreken. Het middel hiervoor is herhaling; er wordt met drills gewerkt om zinnen en structuren goed aan te leren, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De docenten kunnen bijvoorbeeld een zin 10 maal herhalen om daarna een extra woord toe te voegen De methode werkt veel in zogenaamde talenpractica, waar studenten een hoofdtelefoon op hebben en naar zinnen luisteren en deze naspreken. De geschreven taal wordt pas aangeboden zodra de mondelinge taal vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden.

Populariteit


De audiolinguale methode werd in ons land pas omstreeks 1970 geïntroduceerd bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al gauw bezwaren tegen deze saaie driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats hiervan maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Nu was breed geaccepteerd dat het bij het leren van een taal niet om het uit het hoofd leren van de grammatica gaat, maar om het gebruiken ervan. De luistervaardigheid, die vóór de jaren zeventig voor het merendeel van docenten niet bestond, was ontdekt.

Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method


De audiolinguale methode is voor beginners effectief. Een juiste uitspraak wordt van het begin af aangeleerd. De methode is docentgestuurd en en biedt daardoor een efficiënte en vlotte overdracht van taalkennis. Ook voor grotere groepen is de audiolinguale methode geschikt.

De docentgestuurde kant heeft tevens een keerzijde; er wordt geen eigen input verlangd van de lerenden, waardoor het risico dreigt van passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik.

GoldList Method (GLM)


Bedacht door wie en wanneer


De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.

Kenmerken van de GoldList Method (GLM)


De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen op een zodanige manier wijze te leren dat deze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt aan de hand van zelfgeschreven woordenlijsten die herhaald worden na verloop van tijd. Deze zinnen of woorden op de woordenlijst worden door de lerende hardop gelezen. Het is niet het idee om al deze woorden of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, maar dit gebeurt automatisch door blootstelling. Bij de GoldList-methode wordt de woordenlijst telkens herzien; woorden die zijn aangeleerd, worden van de woordenlijst gehaald. Die woorden die nog problemen opleveren, blijven op de lijst op de woordenlijst staan.

Populariteit


Aanhangers van de GoldList Method claimen dat deze woorden op de woordenlijst of zinnen in de vreemde taal spontaan in het langetermijngeheugen van de lerende opgeslagen worden, iets dat door geheugenwetenschappers bestreden wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen opgeslagen wanneer de kennis relevant en van betekenis is voor de student. De methode kan werken voor woorden en zinnen die relevant en betekenisvol zijn voor de lerende.

Voor- en nadelen van de GoldList Method


Bij mensen die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje kan deze methode functioneren. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt, werkt het met de hand schrijven effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een foto maken. Een keerzijde van deze methode is het ontbreken van context. Taal is uiteraard veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. Deze methode is bovendien nogal tijdrovend; er moeten steeds handgeschreven lijsten worden aangemaakt.

De Natural Method


Bedacht door wie en wanneer


De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen Krashen in 1983 ontwikkeld.

Kenmerken van de Natural Method


De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving gericht. De leermethode probeert de taal aan te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. Zo leert men onbewust ook de taalregels van de vreemde taal. Hiervoor wordt alleen de doeltaal gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een stressvrije leeromgeving voor de studenten is het streven van de methode. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. Bij de deze methode wordt de taalproductie niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete grammatica.

Als de student in de te leren taal wordt ondergedompeld, is de methode het meest effectief. De activiteiten die in de te leren taal worden aangeboden, moeten stimulerend zijn zodat de studenten plezier beleven van de ervaringen.

De Natural Method lijkt vrij veel op de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer nadruk wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.

Populariteit


Het is veelvuldig aangetoond dat onderdompeling heel effectief is. Doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is, is de natuurlijke aanpak een populaire manier van lesgeven onder taaldocenten. Maar er is eveneens kritiek op de Natural Method. De leermethode is vooral gericht op het impliciet aanleren van de grammatica van de vreemde taal. Lerenden zouden inderdaad leren te communiceren in de vreemde taal, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal blijven hangen.

Voor- en nadelen van de Natural Method


Om op een natuurlijke manier een vreemde taal te leren, wordt prettig gevonden. Studenten wordt de kans geboden een persoonlijke band met de buitenlandse taal te creëren. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde voor een langere tijd.

Doordat er bijna geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaten geboekt worden. Ook bereidt de methode lerenden niet per se op een bepaald examen voor.

Structurele Aanpak


Bedacht door wie en wanneer


De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado ontwikkeld in de begin jaren 50.

Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)


Deze Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode met als doel de student vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal. Volgens de Structurele Aanpak levert het beheersen van deze structuren meer op dan de verwerving van woordenschat. Bij de leermethode gaat het om het kunnen herkennen en toepassen van vaste samenstellingen van woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde. De vaste combinaties van woorden worden aan de student aangedragen in herkenbare situaties middels visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen. De taalstructuren die het vaakst in de doeltaal worden gebruikt, worden als eerste aangeboden. De mondelinge vaardigheden (luisteren en spreken) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid (de spreekvaardigheden en de schrijfvaardigheden), krijgt de grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).

Populariteit


De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 toegepast op vrij grote schaal om Engels te leren in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.

Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak


Dat de studenten de taal op een nauwkeurige manier geleerd wordt, is de sterke kant van een structurele aanpak. Studenten krijgen inzicht in de grammatica van de taal en ze leren in welke situatie woorden en woordcombinaties wel of niet passend zijn voor de situatie. De SA gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de Structurele Aanpak ook. Deze manier van werken kost tamelijk veel tijd en biedt niet direct succeservaringen. De eigen inbreng van de student is gelimiteerd; het is niet echt creatief.

Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)


Bedacht door wie en wanneer


Het communicatief Taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engels: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een taal legde. Taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept van communicatieve vaardigheden.

Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)


Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie het uiteindelijke streven is bij het leren van vreemde talen.

De studenten leren de vreemde taal in praktijk te brengen met gebruik van CLT-technieken door de interactie met de taaldocent en onderling. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten, geschreven in de doeltaal of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven. De doeltaal wordt zowel tijdens als buiten de les om gebruikt.

Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en docenten dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid in diverse realistische situaties te oefenen. Grammatica wordt inductief geleerd, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.

Bij CLT is de docent echt een trainer, die de student leert om in de vreemde taal te communiceren.

Populariteit


Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam gedeeltelijk doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol waren gebleken. Door de verdere eenwording van Europa ontstond een grotere behoefte om talen te leren op een wijze die meteen toepasbaar was.

Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs


Communicatief taalonderwijs (CLT) heeft veel voordelen. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in de te leren taal; de methode is functioneel en studentgericht. Vanwege het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de woorden die voor hen nodig zijn. Het is een efficiënte methode. Voor de lerende werkt deze methode stimulerend omdat hij of zij vlug succeservaringen heeft. Foutjes mogen worden gemaakt; de taalvaardigheid wordt al doende geleerd en daarna geperfectioneerd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak minder aandacht is. De voorbereiding en de planning vereist veel meer tijd van de taaltrainer en van studenten vraagt het een actieve deelname. Afhankelijk van hun achtergrond, is voor een aantal studenten deze manier van een vreemde taal leren ongewoon of lastig. CLT (communicatief taalonderwijs) traint vaardigheden; hierbij gaat het om de functie en in mindere mate om de vorm en het biedt als leermethode geen echt samenhangend geheel.

Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)


Bedacht door wie en wanneer


In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gericht op praktisch taalgebruik. Er word geleerd om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens leerboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Hij ontwikkelde een leermethode waarin de grammatica van de taal centraal stond rond het jaar 1783. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).

Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)


Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd; de taal van de religie, de wetenschap en de cultuur. Onderwijs in Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en volledig gericht op vertalen en grammatica. Dat werd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak gezien. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalvormen en taalstructuren waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid dus belangrijk bij de Grammatica-vertaalmethode. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in de vreemde taal. De taaldocenten dragen kennis over, de lerende memoriseert.

Populariteit


Alhoewel al sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed op het taalonderwijs gehad.

Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode


Aan mensen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, is de methode is een aardige mentale training. Deze methode biedt ook inzicht in de structuur, omdat de nadruk op de grammatica wordt gelegd.

Er zijn echter meer minpunten dan pluspunten. Het belangrijkste pluspunt is dat de spreek- en luistervaardigheid ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling kan worden toegepast. Deze methode staat ver af van het dagelijks gebruik van de taal, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het over het algemeen gaat om literair taalgebruik. Bij het leren in een groep biedt deze methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces bij lerenden. De studenten fungeren slechts als toehoorders en uitvoerders.

Onderdompeling (Engels: immersion)


Bedacht door wie en wanneer


Sinds de jaren 70 wordt de leermethode ‘onderdompeling’ (In het Engels: language immersion) wereldwijd toegepast, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die toegepast wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ genoemd. De methode van ‘onderdompeling’ is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse les gaven aan rijke dames uit Vught.

Kenmerken van onderdompeling


Onderdompeling zorgt ervoor dat degenen die de taal leren, vanaf het begin door de nieuwe taal omgeven wordt. Alle instructies worden in de doeltaal gegeven; in het begin langzaam en met veel herhaling, later op een natuurlijkere wijze. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in de nieuwe taal te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op scholen die met onderdompeling werken, wordt de omgeving vaak ingericht in de stijl van de doeltaal om een situatie te creëren alsof de lerenden in het land zijn waar die taal gesproken wordt. Lerenden oefenen één-op-één of in kleine groepen met spreken. Naar het land van de doeltaal reizen en daar bijvoorbeeld in een gastgezin verblijven, is een andere wijze om onderdompeling te bereiken.

Populariteit


De methode van onderdompeling wordt als een uitstekende leermethode voor vreemde talen beschouwd. Voornamelijk de mondelinge taalvaardigheid kan op deze manier zeer goed worden ontwikkeld.

Voor- en nadelen van onderdompeling


Omdat de leermethode nogal intensief is, is het belangrijkste voordeel dat deze methode snel resultaat laat zien. De leermethode is een kwestie van ‘sink or swim’, de lerenden moeten wel in de doeltaal gaan communiceren omdat zij erdoor worden omgeven. De lerende is in principe 24 uur per dag aan het leren. Het samen oefenen in groepsverband versterkt de sociale interactie. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.

Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een minpunt. Als iemand in een korte tijd een nieuwe taal leert, door in het land waar de doeltaal wordt gesproken, te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt. Een ander minpunt van de methode kan zijn dat een dergelijke taaltraining nogal intensief is. Niet alle studenten hebben de conditie om deze leermethode vol te houden.

Suggestopedie (Suggestopedia)


Bedacht door wie en wanneer


Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de zeventig jaren van de vorige eeuw. Deze methode is door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.

Kenmerken van Suggestopedie


Suggestopedia is gebaseerd op het principe van de suggestie. Volgens Lozanov is positieve suggestie een voorwaarde om (een taal) te leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de trainer en de student essentieel. Hiervoor dienen studenten zich veilig en ontspannen te voelen. Leslokalen met rijopstellingen waren ongeschikt om dit te bereiken. Tijdens de les zaten lerenden in comfortabele stoelen die in een halve cirkel geplaatst waren en in de les werd ook altijd muziek afgespeeld. De methode zoals Georgi Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gedraaid of waren natuurgeluiden te horen. Er bestonden lijsten met woorden bij de teksten en opmerkingen met betrekking tot de grammatica van de te leren taal. Er werd met veel expressies in stem en gebaren voorgelezen. De studenten werden zo overgehaald om te luisteren en de woorden die nieuw waren voor de studenten, konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. In de lessen werd veel aandacht geschonken voor cultuur en kennis over het land van de doeltaal. In de les werden rollenspellen gespeeld en er werden bijvoorbeeld eveneens streekgerechten gemaakt en geproefd.

Populariteit


De leerleermethode van Georgi Lozanov was omstreden en de leerleermethode is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen van de methodiek bijvoorbeeld het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.

Voor- en nadelen van Suggestopedie


De methode van Suggestopedia creëert een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student geen hinder zal hebben van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland bijdragen. Vaak werkt muziek motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Dat de lerenden gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is, is een ander voordeel van de methodiek. Tegelijk vormt dit voor sommigen een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommige mensen ook afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend of ontspannend. Een andere zwakke kant is dat de relatie taaltrainer-student niet gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de taaltrainer en de studenten zijn altijd de ontvangende partij.

Community Language Learning (CLL)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran ontwikkelde Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
of CLL geheten in het jaar 1976.

Kenmerken van Community Language Learning (CLL)


Community Language Learning is een methode om een vreemde taal te leren waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van een vreemde taal zij willen leren. Deze methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaldocent als counselor optreedt die de zinnen van de lerenden omschrijft. De lerenden beginnen een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal nog niet voldoende machtig, dan spreken de studenten in hun moedertaal. De docent vertaalt en legt uit. De uitingen van de docent worden hierna zo nauwkeurig mogelijk herhaald. Het gesprek wordt opgenomen om nadien te kunnen herbeluisteren.

De methode stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de wisselwerking tussen de studenten onderling als middel om de vreemde taal te leren. Het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen aan de hand van betekenisvolle gesprekken. Een leerboek wordt niet gevolgd.

Populariteit


De mate van succes van de methode hangt grotendeels af van de kunde van de docent-counselor. De trainer dient naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig te zijn onderlegd. Deze trainer dient zowel de te leren taal als de moedertaal van de lerenden uitstekend te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de lerenden te vertalen. CLL kan goed werken wanneer deze op de juiste wijze wordt toegepast. Voor grote klassen is Community Language Learning niet geschikt.

Voor- en nadelen van Community Language Learning


De methode biedt lerenden veel autonomie. Vaak vinden lerenden het analyseren van hun eigen gesprekken zinvol. De leergroep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de lessen, maar eveneens daarbuiten. Met CLL worden lerenden zich zo veel bewuster van anderen in hun groep, hun sterke en zwakke punten en leren om te werken als een team. Het bespreken van de fouten en het evalueren van de les is heel leerzaam voor de studenten. Zulke correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo deel van het actieve vocabulaire van de studenten.

Dat de trainer niet sturend is, terwijl sommige studenten wel sturing nodig hebben, kan een keerzijde zijn. Bij CLL wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen afgenomen. Hierdoor is het succes lastig te meten. Sommige lerenden worden in hun spreken belemmerd als zij opgenomen worden.

Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)


Bedacht door wie en wanneer


De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis in de jaren 90 van de vorige eeuw is ontwikkeld.

Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)


Deze benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. Studenten verwerven al doende inzicht in patronen van de te leren taal (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze de vreemde taal ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering is woordenschat belangrijker dan grammatica. Instructies zijn op situaties en uitdrukkingen gericht die regelmatig voorkomen in dialoog. Voor interactie is aandacht maar eveneens voor i>exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel mogelijkheid voor de student om zelf de taal te ontdekken.

De rol van de trainer is voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.

Populariteit


Onder invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de afgelopen dertig jaar lesboeken aanmerkelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht aan de woordenschat van de te leren taal besteed die wordt aangeboden in chunks, in betekenisvolle brokjes. De drastische verandering in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, waar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.

Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering


Door met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal te werken, leren de studenten de taal op een heel natuurlijke wijze te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van de taal.

Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van de methode. Met het zelf leren herkennen van de patronen van de vreemde taal hebben sommige studenten moeite en zij hebben meer aan een trainer die hen de weg wijst, dan aan een docent-facilitator.

Series Method


Bedacht door wie en wanneer


De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is in het jaar 1880 door de Franse leraar François Gouin ontwikkeld.

Kenmerken van de Series Method


Een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van grammatica van de doeltaal, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnetjes op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, wetenschap en beroep, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het betreft een soort eentalige manier van taalverwerving, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’. Hierdoor gaan studenten al gauw in de nieuwe taal denken.

Populariteit


De seriemethode van François Gouin was zijn tijd ver vooruit. Ondanks dat het een afwijkende aanpak was, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd succesvol. Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwde deze methode echter.

Voor- en nadelen van de Series Method


De Seriemethode van Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheden sterk en zorgt voor het creëren van een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer.

Gouin’s methode biedt een levendige manier van lesgeven. Dit soort taalonderwijs wekt de leermethode enthousiasme op van de studenten doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Het leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. Studenten worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve vaardigheid van de student wordt vrij intensief gestimuleerd.

Het nadeel van de leermethode is dat taal die wat meer subjectief of abstract is, wat moeilijk in één duidelijke ervaring kan worden gevangen met beweging en expressie. Een ander van de methode is de bewerkelijkheid voor de taaltrainer, die een scala aan reeksen voor moet bereiden. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens voor het toetsen van de competentie van lezen en schrijven.

Task-Based Language Teaching (TBLT)


Bedacht door wie en wanneer


Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham V. Crookes.

Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)


Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de te leren taal geen op zichzelf staand doel, maar een methode om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De studenten krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis nodig. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat ze over woordenschat en regels van de taal van de doeltaal beschikken. Deze taken zijn alledaagse taken, zoals het schrijven van e-mails, een boodschap doen, een drankje bestellen, met de klantenservice bellen of een krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, de taak daarna uitvoert en tot slot erop terugblikt. De studenten dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. De opdrachten dienen net boven het niveau van de studenten te liggen om leereffect te hebben.

Populariteit


Task-Based Language Teaching is vanaf de vroege jaren negentig zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheden bij lerenden (met name lerenden met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs.

Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching


Taakgericht taalonderwijs biedt duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheden toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, zolang de taak goed bij de lerenden aansluit. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in aanraking met de taal en leert zo authentieke woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in de doeltaal. Daarnaast leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als plezierig en motiverend ervaren .

Dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm, waardoor lerenden die niet zozeer precies leren, kan als nadeel worden genoemd.

De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)


Bedacht door wie en wanneer


Scott Thornbury; docententrainer en taalkundige op het gebied van Engels taalonderwijs uit Nieuw-Zeeland bedacht Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’) in het jaar 2000.

Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)


‘Dogme 95’; een stroming van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder filmregisseur Lars von Trier uit 1995, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Voor het filmmaken, houden de deelnemers zich aan 10 strikte regels (dogma’s). Deze vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door enig voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van Dogme-taalonderwijs is het starten van echte conversaties die over praktische zaken gaan. Hierbij gaat het om communicatie als de stuwende kracht van een taal leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve werkwijze voor taalonderwijs, die een vreemde taal wil onderwijzen zonder een leerboek te gebruiken of overig lesmateriaal en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen taaldocent en lerenden richt. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net als de Dogme-beweging in de film, tien dogma’s (uitgangspunten).

Populariteit


Ondanks dat er niet veel onderzoek naar het succes van Dogme is geweest, stelt Thornbury dat de overeenkomsten met taakgericht leren van een taal erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.

Voor- en nadelen van de Dogme benadering


Een voordeel voor de taaltrainer is dat er nauwelijks voorbereiding voor nodig is. Dat studenten de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces, kan erg motiverend werken. Zo zijn de lessen nooit voorspelbaar. Dit garandeert spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Tijdens een les volgens de Dogme-methode is vrijwel elk onderwerp bespreekbaar. Op deze manier blijven de studenten alert en betrokken.

Als studenten zo weinig door de taaldocent bij de hand worden genomen, kunnen ze zich echter wel iets minder op hun gemak voelen. Voor dit type van onderwijs zijn ook niet alle taaldocenten in voldoende mate flexibel. Nog een keerzijde kan zijn dat de studenten zich vaak op een specifiek examen moeten voorbereiden, terwijl het niet zeker is dat de daarvoor benodigde stof in de taallessen aan bod komt.

Growing Participator Approach (GPA)


Bedacht door wie en wanneer


The Growing Participator Approach (GPA) is in 2007 ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson.

Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)


De GPA-methode is een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal. De primaire aanname van deze methode is dat taal en cultuur onlosmakelijk zijn. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van een taal; het doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur. GPA gebruikt daarom de termen ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten of leraren’. De Growing Participator Approach (GPA) vertoont overeenkomsten met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.

De leermethode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit de gastcultuur. Begrip is belangrijker dan productiviteit. De nadruk ligt op woordenschat en cultuur. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze fase neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ richt zich in fase 1 op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.

Fase 2 van de zogenaamde leermethode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase neemt ruwweg 150 uur in beslag en nu beginnen de deelnemers de vreemde taal ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen worden gedeeld alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de ontvangende cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode van de methode begint de deelnemer zich op taalgebruik van moedertaalsprekers te richten door middel van televisie, films, nieuws en literatuur. De taal die voor het werk is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies.

Populariteit


De methode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog vrij weinig bekend over het succes ervan. De deelnemers zijn enthousiast over deze methode.

Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach


Met de GPA-methode wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van de taalverwerving. Deze zes fasen van de methode bieden een duidelijk tijdspad alsook realistische doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van de taal, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.

Een minpunt van deze methode is dat voor iedere deelnemer of tenminste iedere groepje deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren.

Shadowing Technique


Bedacht door wie en wanneer


De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is in de vroege jaren 2000 bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.

Kenmerken van de Shadowing Technique


Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken om de intonatie en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek van Shadowing is relatief eenvoudig: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Het is niet belangrijk om de tekst in de vreemde taal ook te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klank. Luisteren en herhalen wordt net zo veel geoefend tot het soepel gaat en de lerenden simultaan met de opname kunnen spreken. Na enige tijd zullen de lerenden een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben gezegd. Zolang er maar dialogen in staan of delen met samenhangende teksten, zijn veel leerboeken geschikt voor deze methode. De audio-opname dient ideaal bezien wat boven het niveau van de student te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op een natuurlijke snelheid. Omdat fysieke bewegingen de opname van de nieuwe taal in het zenuwstelsel versterken, doet Argüelles de aanbeveling om te lopen tijdens het spreken, het liefst buiten, en niet te zitten. Dat de studenten minder gauw worden afgeleid als zij bewegen, is een andere grond waardoor het werken aan de doeltaal aanzienlijk effectiever wordt.

Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills toegepast in plaats van dialoog of samenhangende tekst. Ook het simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.

Populariteit


In de afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar Shadowing waarin is aangetoond dat de techniek niet alleen de uitspraak maar ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Ook het algemene begrip van de te leren taal wordt vergroot.

Voor- en nadelen van de Shadowing Technique


Een praktisch pluspunt van Shadowing dat het in een groep van studenten kan worden gebruikt, waarbij iedere deelnemer individueel actief leert. Het rendement van de methode is hoog.

De keerzijde van deze techniek is dat studenten het soms een beetje saai kunnen vinden om dezelfde tekst steeds te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus erg belangrijk.

Total Physical Response (TPR®)


Bedacht door wie en wanneer


De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.

Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)


TPR® is een methode om een vreemde taal te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren met behulp van beweging en handelingen. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun (jonge) kinderen continu taken en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, in een later stadium gaat het kind verbaal reageren. Dus de luistervaardigheden zijn de basis, de spreekvaardigheden komen later.

De methode van TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van een vreemde taal versneld toe. De taaltrainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke manier taken, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de studenten doen deze taken na. Aanvankelijk wordt van de lerenden nog niet verwacht dat ze spreken; in een later stadium geven de lerenden de taken. Taken die bekend zijn worden uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.

TPR® appelleert aan de beide hersenhelften door de combinatie van beweging en spraak. Op deze manier kost het minder moeite om dingen te leren en de geleerde stof beklijft ook beter.

Populariteit


TPR® wordt vooral binnen het NT2-onderwijs gebruikt (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar ook middelbare scholieren en volwassenen werken met veel plezier met TPR® en behalen hierbij goede resultaten.

Voor- en nadelen van Total Physical Response


TPR® biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. Total Physical Response levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in het leren bevordert. Het zorgt een stressvrij leerproces. In principe is TPR® voor alle doelgroepen geschikt, ongeacht achtergrond en leeftijd en kan de leermethode ook toegepast worden in grotere klassen. De nieuwe taal wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student.

Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is het minpunt van TPR®. Hierdoor werkt de methodiek tot op een zeker niveau en is een andere methodiek nodig als aanvulling. De leermethodiek is ook niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om ideeën, meningen en gevoelens uit te drukken.

De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)


Bedacht door wie en wanneer


Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze Directe Methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.

Kenmerken van de Directe Methode (DM)


Er ontstond een Reformbeweging omstreeks het jaar 1900 met nieuwe ideeën dat het leren van vreemde talen zelfontdekkend en inductief zou moeten zijn. Die Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van een taal, maar ook voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Omstreeks 1900, net als in de jaren 60 van de vorige eeuw, streefde men naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van keurslijven. Er ontstond in het taalonderwijs veel aandacht voor de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica eerder inductief werd geleerd, met voorbeeldzinnen. De taalregels moesten door de studenten hieruit worden afgeleid. Er waren meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak van de taal. Het werd aangemoedigd de studenten veel te laten spreken. Het was eveneens nieuw dat de taalles in de doeltaal gegeven werd. In de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. De vocabulaire van de vreemde taal werd aangeleerd met behulp van afbeeldingen en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door de lerenden voor het associëren van ideeën.

Populariteit


Mede door invloed van de crises en oorlogen ebde deze vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw weg, om weer in een andere vorm terug te keren in de jaren zestig.

Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.

Voor- en nadelen van de Directe Methode


Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om een taal te leren, is het grote pluspunt. Bij de methode wordt veel aandacht geschonken aan spreken en luisteren, waardoor de lerenden vloeiendheid in de vreemde taal en zelfvertrouwen kunnen krijgen. Keerzijden kent deze leermethode echter ook. De methode besteedt vrijwel geen aandacht aan schrijfvaardigheid en relatief weinig aandacht aan lezen in de vreemde taal. Voor studenten die al wat meer meer gevorderd zijn, biedt de methode niet genoeg uitdaging. De Directe Methode is eveneens niet heel bruikbaar voor minder snel lerende studenten, omdat deze methode is gebaseerd op een dynamische inzet van de student.

De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)


Bedacht door wie en wanneer


Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.

Kenmerken van de Manesca-methode


Manesca is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om vreemde talen te leren, is de manier waarop een kind de moedertaal leert. Het leren van een taal moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil om die reden niet met abstracte lijstjes of regels met woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.

De Manesca-methode geldt als de eerst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is op het werken met een groep van studenten en een taaldocent gebaseerd, die maar één woord tegelijk introduceert. Bij dit woord hoort een bepaalde beweging. De lerenden herhalen vervolgens afzonderlijk het woord en deze beweging. Door deze herhaling onthouden de studenten de woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden vormen stap voor stap zinnen en variaties op deze zinnen. De spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.

De Manesca-methode is al een aantal jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en staat dan ook wel als de Ollendorff-methode bekend.

Populariteit


Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn nog steeds actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.

Voor- en nadelen van de Manesca-methode


De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langer kan worden onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Dat het wat saai kan worden om steeds dezelfde woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan een keerzijde zijn.

Silent Way


Bedacht door wie en wanneer


The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.

Kenmerken van de Silent Way


The Silent Way is een methode om vreemde talen te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De methode van Caleb Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.

Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de docent om de aandacht van de student te trekken, reacties te krijgen en de student aan te moedigen om fouten te corrigeren. Aan de uitspraak wordt veel tijd besteed.

Gattegno, die wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt voor de energievoorraad van de lerenden was. Hij had ontdekt dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen iets uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno verklaarde dat de trainers niet zozeer dienen te streven naar kennisoverdracht, maar bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om iets te kunnen leren.

Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt, zijn gekleurde blokjes die voor allerlei dingen kunnen worden gebruikt. De ‘de stille manier’ gebruikt ook Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van de vreemde taal vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.

Populariteit


Alhoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke versie niet veel meer wordt toegepast, zijn Gattegno’s ideeën van betekenis geweest, vooral bij het aanleren van de uitspraak van de doeltaal.

Voor- en nadelen van de Silent Way


De sterke kant van de methode van Caleb Gattegno is dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor lerenden, die tenslotte als autonoom beschouwd worden. De docent is in principe aan de student dienstbaar en niet andersom. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke manier gestimuleerd. Door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken, wordt de geleerde taalkennis vaak goed verwerkt en onthouden. Fouten maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.

Een nadeel kan zijn dat een aantal lerenden meer begeleiding nodig heeft dan de methode voorstaat. Door het gebrek aan inbreng van de docent zouden studenten gefrustreerd kunnen raken. De limiterende factor van het werken met kleuren en grafieken is dat ‘het nieuwe’ er gauw af gaat, waardoor het effect van de methode kan verdwijnen.

TPR Storytelling


Bedacht door wie en wanneer


TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-techniek (Total Physical Response).

Kenmerken van TPR Storytelling


TPRS is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal te leren. Het uitgangspunt van TPRS is een natuurlijke wijze van taalverwerving: een vreemtalen leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. De studenten worden aan veel begrijpelijke input blootgesteld om dit te bereiken. De trainer vertelt een verhaal aan de studenten, waarin nieuw te leren woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. De verhalen zijn eenvoudig te begrijpen, hierdoor ontspannen studenten zich. Op deze manier worden woorden en structuren van de nieuwe taal ongemerkt in het langetermijngeheugen opgeslagen. De taaldocent wijst de student op grammaticale verschijnselen van de doeltaal, zonder dat studenten regels van de nieuwe taal uit het hoofd hoeven te leren.

Na enige tijd zullen de lerenden ‘vanzelf’ gaan spreken en de grammaticale structuren van de nieuwe taal nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groepje van lerenden een verhaal maken, is een variant hierop. De taaldocent schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met hun vertaling en vervolgens hiervan een verhaal te maken samen met de lerenden. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen is een belangrijk deel van TPR Storytelling, doordat dit voor input zorgt. In een later stadium volgt schrijven.

Populariteit


Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een geslaagde manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de docent moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.

Voor- en nadelen van TPR Storytelling


TPRS is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een breinvriendelijke leermethode. Het is plezierig voor lerenden en het is niet moeilijk om bij te les te blijven. Voor de lerenden werkt de methode zeer motiverend om zelf een verhaal te maken.

Dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaldocent vraagt, is een nadeel.

COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE

De Rosetta Stone methode


Bedacht door wie en wanneer


De Rosetta Stone-methode is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen die in Egypte is ontdekt met een tekst in twee talen, met behulp waarvan uiteindelijk de hiërogliefen zijn ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat de taalcursussen verkoopt. De eerste versie van Rosetta Stone is in het jaar 1996 uitgebracht.

Kenmerken van de Rosetta Stone methode


De Rosetta Stone methode is een manier om achter een computer een vreemde taal te leren. De taalcursussen van Rosetta Stone worden aangeboden in meer dan dertig talen en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.

De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier imiteert waarop een kind zijn of haar moedertaal leert. Dat houdt in ‘leren door onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te spreken. De Rosetta Stone-methode gebruikt hiervoor foto’s alsook stemmen van moedertaalsprekers om de betekenis van nieuwe woorden over te brengen. Er is een programma om spraak te herkennen dat de uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. De gebruiker kan zo zijn of haar uitspraak met de uitspraak van native speakers (moedertaalsprekers) vergelijken. Uitspraakverbetering kan worden bereikt door de voorbeeldstem iets langzamer te laten praten en de studenten daarna veel na te laten zeggen.

Voor de schrijfvaardigheid van de lerende zijn er dictee-oefeningen. De software van de methode controleert de spelling en de grammatica en wijst op fouten met de mogelijkheid om de fouten van de studenten te verbeteren.

Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.

Populariteit


Wereldwijd wordt de Rosetta Stone-methode veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door enkele ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten gebruikt en eveneens door sommige internationale bedrijven.

Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode


Rosetta Stone is erg eenvoudig in het gebruik en de lerende kan de methode op elk moment inzetten. De lerende kan zelf bepalen welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken. Veel mensen vinden het plezierig om met de methodiek te werken. Voor onderwijsinstellingen kan de methode van Rosetta Stone een oplossing zijn bij een gebrek aan docenten. Het feit dat geen docent is die studenten motiveert of iets extra’s kan bieden, is een minpunt van de methode van Rosetta Stone.

De Pimsleur methode


Bedacht door wie en wanneer


De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Paul M. Pimsleur. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in het jaar 1963.

Kenmerken van de Pimsleur methode


De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om nieuwe talen te leren.

De taalcursussen bestaan uit zinnen/dialogen die door lerenden vervolgens worden nagesproken en weer herhaald. De voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursussen zijn op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. Elke les omvat een halfuur audio-opname met nieuwe woordenschat en taalstructuren in de doeltaal. De grammaticale structuur wordt niet apart uitgelegd maar aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.

Dr. Pimsleur deed onderzoek naar het meest optimale interval waarmee geleerde informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. In de cursussen van Pimsleur is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.

Populariteit


Onder andere Amerikanen volgen de Pimsleur cursussen en de ervaringen variëren. In het algemeen zijn studenten tevreden over de aangeleerde uitspraak.

Voor- en nadelen van de Pimsleur methode


Om de uitspraak te verbeteren werkt de methode van Pimsleur erg goed, omdat de insprekers van de zinnen moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo spreken.

Het feit dat er niets uitgelegd wordt, is het nadeel van de metodhiek. De student leert geen bouwstenen van de doeltaal om zelf een zin te maken, maar moet het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die uit het hoofd worden geleerd.

De Michel Thomas methode


Bedacht door wie en wanneer


De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Bob Dylan, Mel Gibson en Pierce Brosnan in de klantenkring.

Kenmerken van de Micheal Thomas methode


Dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij stressvrij is, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.

De cursussen zijn audiolessen, door twee acteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de cursist op de pauzeknop klikt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er is geen huiswerkstudenten hoeven niet uit het hoofd te leren. Bij de methode worden de lessen in kleine delen opgebouwd en stof die nieuw is, wordt afgewisseld met stof die al bekend is. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in de Engelse taal. Er wordt op verbanden gewezen tussen het Engels en de doeltaal, als die verbanden er zijn. Grammaticale uitleg wordt ook gegeven. Eerst wordt makkelijke stof aangeleerd, moeilijkere stof volgt pas nadat de lerende de makkelijke stof heeft begrepen en verworven. Naast woorden en zinnen in de doeltaal worden ook bouwstenen geleerd waarmee de gebruikers zelf zinnen kunnen maken. Ook maakt de leermethodiek gebruik van flashcards zodat gebruikers zelf hun woordenschat kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te kunnen meten.

Populariteit


Veel lerenden zijn over het algemeen tevreden over de uitleg van de structuren van de vreemde taal en vinden de methode van Michel Thomas prettig werken. Studenten die wat verder zijn met de taal, ervaren de cursussen soms als wat minder leerzaam.

Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode


De cursussen trainen uitspraak alsook luistervaardigheid op een efficiënte manier en zijn erg toegankelijk. Een nadeel is dat deze cursus niet in schrijfvaardigheid voorziet. Een echte interactie is er ook niet, omdat het audiocursussen zijn.

De Assimil methode


Bedacht door wie en wanneer


Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door polyglot en schrijver Alphonse Chérel is opgericht. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Dit begon met hun eerste boek Anglais sans Peine.

Kenmerken van de Assimil methode


‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat wel een hooggegrepen streven voor een taalcursus is. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een lesboek, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. Bij voorkeur werkt de lerende ongeveer twintig minuten per dag.

De lessen bestaan uit verschillende dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De vertaling wordt ernaast weergegeven, met de toelichting van de grammatica. Om de uitspraak te oefenen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnen die door moedertaal (native) speakers zijn ingesproken en die de cursist daarna herhaalt. De opbouw is van receptief naar productief: in de eerste les wordt nog geen taalproductie van de gebruikers verwacht; dit komt pas na ongeveer vijftig taallessen.

Populariteit


De cursussen van Assimil zijn vrij populair. Ze zijn relatief voordelig en er is een ruim aanbod aan verschillende talen.

Voor- en nadelen van Assimil


Dat de cursist in zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste uitkomt, is het voordeel van de methode van Assimil. De keerzijde hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de lerende aan zichzelf is overgeleverd. Er is geen trainer om de student te motiveren of te begeleiden.

Verschillende digitale tools

Ook is er een uitgebreid aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen: uTalk, Eurotolk Ultimate en online leermethoden zoals Babbel, Duolingo, Quizlet en Mondly.

Er is echter een betere methode om een taal te leren om vreemde talen te leren:
De Methode van Dagnall Talen.


Het hoge rendement van Dagnall wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar vooral door de focus steeds op de cursist(en) te leggen, bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?

Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De cursussen van Dagnall Talen zijn bij voorkeur face-to-face. We werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de app worden geladen met jargon van specifieke bedrijven of organisaties.
[ Lees meer ]


Betaalbaar maatwerk sinds 1982
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Online (e-learning), blended learning en Dagnall app

Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’


‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)cursussen die online kunnen worden gevolgd, dus op afstand. Er wordt ook wel van een virtual classroom, vertaald een ‘digitaal leslokaal’ gesproken.
Bij de zogenaamde trainingsvorm van blended learning worden face-to-face-lessen (klassikaal) gecombineerd met online leren in een online leeromgeving.
Eenvoudig gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Alphen aan den Rijn.

Online een taal leren (e-learning)


Enkele voorbeelden van digitale platformen voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.

Blended cursussen in Alphen aan den Rijn


Blended learning heeft als voordeel ten opzichte van online leren dat, zolang het niet om 1-op-1 les gaat, cursisten bij blended learning met afwisseling wel een zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren; dit houdt in persoonlijke interactie; motivatie van en gesprekken met de andere cursisten.

100% maatwerk – ook online!
Uiteraard biedt Taleninstituut Dagnall ook blended learning in Alphen aan den Rijn op maat.

Online leerplatform


Online leerplatform Dagnall Talen biedt een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform, genaamd Dagnall.online. Dagnall.online vormt een integraal onderdeel van een digitaal leertraject en het platform biedt interactieve en gevarieerde content. Het platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt voor het hoogst mogelijke leerrendement bij een digitale leergang.

De Dagnall App


Naast het online leerplatform biedt Dagnall eveneens een handige eigen App, geschikt voor zowel Android- als Apple-apparaten. De Dagnall App heeft als grote voordeel dat lerenden overal en altijd, dus 24/7, toegang hebben op ieder (mobiel) apparaat. Zowel op het werk maar ook thuis of onderweg, bijvoorbeeld in het buitenland. Zo kunnen cursisten dus leren waar en wanneer ze maar willen. De oefeningen in de App worden op de behoefte van uw organisatie afgestemd zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Zo kunnen wij bijvoorbeeld speciek jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen alsook productnamen in onze App integreren. De Dagnall App kan dus zeer praktijkgericht ingezet worden en de App blijft beschikbaar na afronding van de taalcursus in Alphen aan den Rijn.
Ook bij digitale leerpaden zorgt Dagnall voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Computerscherm met logo Dagnall.online - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Overlappende iconen App Store Apple App in Apple zwart en Google Play Android App in Google groen - op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels/
Ontdek onze online mogelijkheden

Online learning & blended learning in Alphen aan den Rijn

Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining


E-mailcorrespondentie, telefoongesprekken, onderhandelingen of vergaderingen met zakenpartners en klanten zijn op het gebied van taalvaardigheid veelal een uitdaging.
Werknemers die diverse talen spreken, zijn daarom vaak onmisbaar in veel bedrijven en organisaties.

Online en blended taaltrainingen op maat


Dagnall Talen leert u communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Wanneer u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan om uw gesprekspartners te begrijpen en zorg ervoor dat u ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheid verbeteren voor uw huidige of toekomstige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Al onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en zijn eveneens te boeken als onlinecursus & blended taalcursus. Onlinecursussen en blended taalcursussen zijn even doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en daarnaast nog eens comfortabel.


Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kan overal gevolgd worden; op kantoor, thuis, op zakenreis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen online

Zakelijke en technische taalcursussen online geeft Dagnall via onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Microsoft Teams of een ander onlineplatform naar uw keuze. Het onlineplatform Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel interactie als variatie.

Virtuele Classroom voor een individuele taaltraining of groepstraining


Het onderstaande is voldoende voor een (taal)cursus in een virtuele classroom:
- Laptop, tablet of pc met een microfoon en een camera
- Een internetverbinding
- Een rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]
Overlappende donkerblauwe cirkel met icoon lesgeven en groene cirkel met computerscherm met Dagnall.online logo op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Computerscherm screenshot inlogpagina Dagnall.online Springest-based platform voor online taallessen - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels
Computerscherm met logo Google Hangouts en computerscherm met logo Microsoft Teams - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 496 pixels

Cursuspakket en certificaat

Voorafgaand aan uw taalcursus in Alphen aan den Rijn ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal bevat.
Na afloop van uw taalcursus in Alphen aan den Rijn ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde taalcursus in Alphen aan den Rijn
Dagnall Talen cursuskoffer - Dagnall schrijfblok - Dagnall pen - lesboeken op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels
Ingevuld Dagnall Talen certificaat - Dagnall pen - Apple Magic Keyboard - Apple Magic Trackpad op witte tafel - in kleur - 600 * 337 pixels

Het Europees Referentiekader (ERK)

De taalniveaus van het Europees Referentiekader (ERK) hanteren wij als uitgangspunt en bieden u een duidelijk beeld van uw huidige en verworven kennis van de taal. De niveaus van het Europees Referentiekader zijn internationaal erkende taalniveaus.
U ontvangt een ‘Dagnall Talen-certificaat’ na afronding van de taalcursus in Alphen aan den Rijn, waarop uw resultaten vermeld staan.
 

Logo EU Europese Unie in blauw vierkant met afgeronde hoeken in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo ERK Europees Referentiekader Talen in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een manier om taalniveaus op een uniforme wijze te kunnen omschrijven, zodat ‘gevorderden’ in bijvoorbeeld Engeland dezelfde taalbeheersing hebben als ‘gevorderden’ in Frankrijk.
Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld.
Het Europees Referentiekader (ERK) onderscheidt vijf niveaus van taalvaardigheid, te weten: luisteren, lezen, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
De Engelse naam en afkorting wordt eveneens veel gebruikt: CEFR; Common European Framework of References. Het Europees Referentiekader kent eveneens 6 niveaus in taalbeheersing, van beginner tot vrijwel moedertaalspreker.
Deze beheersingsniveaus zijn A1, A2, B1, B2, C1 en C2, waarbij A1 het beginniveau is en C2 het niveau moedertaalspreker.
Niveau A van het ERK is van toepassing op beginners.
Mensen die niveau B beheersen, bezitten alle basisvaardigheid in de bewuste taal.
Taalniveau C geldt voor gevorderden die de taal met groot gemak lezen, verstaan, schrijven en spreken. Niveau C is het taalniveau van (ver)gevorderde gebruikers. De taalbeheersing lijkt sterk op dat van moedertaalgebruikers (native).

A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level


Luisteren


Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.

Spreken


Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.

Lezen


Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.

Schrijven


Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.

B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level



Luisteren


Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.

Spreken


Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.

Lezen


Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.

Schrijven


Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).

C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level



Luisteren


Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.

Spreken


Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.

Lezen


Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.

Schrijven


Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.

A2 Basisgebruiker - Waystage Level



Luisteren


Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.

Spreken


Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.

Lezen


Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.

Schrijven


Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.

B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level



Luisteren


Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.

Spreken


Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.

Lezen


Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.

Schrijven


Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.

C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level



Luisteren


Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.

Spreken


Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.

Lezen


Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.

Schrijven


Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO 9001-2015 LOGO
ISO 1700-2015 LOGO

ISO-certificeringen

ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement


Dagnall Talen is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm bevat strenge eisen voor het borgen en stroomlijnen van processen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. De kernpunten van de ISO 9001:2015 norm zijn het voldoen aan zowel de door opdrachtgevers gestelde eisen alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem.

ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten


Dagnall Taleninstituut is eveneens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor vertaaldiensten die onder andere eisen stelt aan mensen, projectmanagement, middelen, vertalers en proeflezers.


De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers (natives) wordt gewerkt met de benodigde kennis en ervaring. Daarnaast worden onze vertalingen altijd minimaal twee maal door twee specialisten proefgelezen. Onze vertalingen worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.

Kiwa – certificeringen sinds 1948


Kiwa is een certificeringsinstituut in Rijswijk met vele jaren ervaring met het certificeren van organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall Talen door Kiwa getoetst om te beoordelen of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk
Logo keurmerk NRTO Nederlandse Raad voor Training en Opleiding in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Nederlandse Raad voor Training en Opleiding NRTO in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Lidmaatschap NRTO

Ons taleninstituut is vanzelfsprekend al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk.
Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid.
‘NRTO’ staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstellingen en de NRTO meer dan 450 organisaties zijn lid van de NRTO.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.

Kwaliteitsbevordering en -bewaking


De kwaliteit staat voor de NRTO voorop. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de NRTO-leden worden geleverd, bijvoorbeeld een taalcursus in Alphen aan den Rijn, wordt door een gedragscode, door diverse convenanten alsook door het NRTO-keurmerk geborgd.
[ Lees meer ]
 
Logo GDPR Algemene Verordening Gegevensbescherming in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo EU Filemaker in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

AVG-compliant

De Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) (Engels: General Data Protection Regulation (GDPR)) is een Europese verordening inzake het verwerken van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de Europese Unie. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van EU-burgers. Deze verordening schrijft voor dat personen op de hoogte dienen te zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals hun naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die voor het beoogde doeleinde nodig zijn, bewaard en verwerkt mogen worden.
De persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan nodig en de persoonsgegevens moeten tegen toegang door onbevoegden, vernietiging en verlies te worden beschermd. Dagnall voldoet natuurlijk aan alle eisen die door de Algemene verordening gegevensbescherming worden gesteld en Dagnall verwerkt persoonsgegevens in zeer beperkte mate in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Logo CRKBO Centraal Register Kort Beroepsonderwijs in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo Lloyd's Register in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Dagnall taalcursussen in Alphen aan den Rijn zijn vrijgesteld van btw

CRKBO-geregistreerde instelling

Dagnall Talen staat in het CRKBO-register ingeschreven. CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dit houdt in dat Dagnall Taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is een voorwaarde voor de Belastingdienst om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te mogen leveren.
Door onze btw-vrijstelling kan ons insitituut een lagere prijs berekenen.
Dit helpt in de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor cursussen aan bijvoorbeeld zorginstellingen, de overheid, maatschappen en privépersonen.

CPION


Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.

Lloyd’s Register


Het CRKBO-register is een register dat door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden wordt.
Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder andere als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Vraag een vrijblijvende offerte voor een taalcursus in Alphen aan den Rijn aan

Contact taalcursus Alphen aan den Rijn

Wilt u contact opnemen met ons taleninstituut voor een taalcursus in Alphen aan den Rijn? Bent u nieuwsgierig geworden naar de werkwijze? Stuur een e-mail naar taalcursus-alphen-aan-den-rijn@dagnall.nl of bel ons via 085-2737302 (geen menu) voor meer informatie.
Of vul ons contactformulier in. U kunt ook gelijk het gratis Dagnall informatiepakket aanvragen.
Afbeelding wegwijzer in grijs met bord Dagnall in verkeersblauw in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Afbeelding computer en tablet en telefoon in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
De efficiënte weg naar een taalcursus in Alphen aan den Rijn!
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Trainen en vergaderen in Alphen aan den Rijn

U kunt de taalcursus in Alphen aan den Rijn op uw locatie volgen of in Alphen aan den Rijn, bijvoorbeeld in het pand van Tauro aan de Europalaan 16 in Alphen aan den Rijn. Ons taleninstituut kan ook taalcursussen in Alphen aan den Rijn verzorgen bij bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Avifauna aan de Hoorn 65.
Besprekingen houden in Alphen aan den Rijn kan bijvoorbeeld bij Museumpark Archeon aan de Archeonlaan 1 of bij Flora Boskoop aan de Parklaan 4 in Boskoop.

Alphen aan den Rijn - geschiedenis

Het gebied van Alphen aan den Rijn werd al in het midden van de 1ste eeuw bewoond en is daarmee één van de oudste nederzettingen in Nederland. In de Romeinse tijd stond een fort aan de Rijn met
de naam Albanianae, wat “nederzetting aan het witte water” betekent. Ook de naam van de rivier de Elbe is te herleiden tot dezelfde wortel; alb. De naam Alphen aan de Rijn is een verbastering van Alfen, een Middeleeuwse aanduiding voor deze nederzetting.

Alphen aan den Rijn - nu

Alphen aan den Rijn ligt in het Groene Hart van Zuid Holland; een veengebied met weinig bebouwing. Plaatsen in de buurt van Alphen aan den Rijn zijn Aarlanderveen, Bodegraven, Boskoop, Hazerswoude, Hoogmade, Koudekerk aan den Rijn, Nieuwkoop, Ter Aar, Woubrugge en Zwammerdam.
Alphen aan den Rijn ligt in de provincie Zuid-Holland. De gemeente Alphen aan den Rijn heeft bijna 110.000 inwoners.
Vlag gemeente Alphen aan den Rijn - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Vlag gemeente Alphen aan den Rijn

Wapen gemeente Alphen aan den Rijn - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels 

Wapen gemeente Alphen aan den Rijn

Inwoners

Een inwoner van Alphen aan den Rijn noemt men een ’Alphenaar’.
Bekende Alphenaren zijn John Heitinga en Daphne Lammers.
Iets wat uit Alphen aan den Rijn komt, wordt ‘Alphens’ genoemd. Alphen aan den Rijn is een plaats en een gemeente.

Alphen aan den Rijn - internationaal & kernen

Partnerstad


De partnerstad van Alphen aan den Rijn is Oudtshoorn in Zuid-Afrika.

Kernen


Onder de gemeente Alphen aan den Rijn vallen eveneens Aarlanderveen, Alphen aan den Rijn,

Benthuizen, Boskoop, Hazerswoude-Dorp, Hazerswoude-Rijndijk, Koudekerk aan den Rijn en Zwammerdam.
In Alphen aan den Rijn bevinden zich geen hogescholen of universiteiten.
Provincievlag Zuid-Holland - 600 * 337 pixels

Vlag provincie Zuid-Holland

Provinciewapen Zuid-Holland - in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Wapen provincie Zuid-Holland

Typisch Alphens

Alphen aan den Rijn is bekend van Vogelpark Avifauna en openluchtmuseum Archeon. Hier zijn onder andere de zes Romeinse schepen te zien die opgegraven zijn bij Zwammerdam.
Verder is Alphen aan de Rijn een belangrijk kenniscentrum voor de fruitboomteelt in Nederland. Daarnaast komt uitgeverijen Samsom uit Alphen aan de Rijn en ook moederbedrijf Wolters Kluwer is er gevestigd.
Alphen aan den Rijn fungeert als streekstad voor de omliggende plaatsen als het gaat om onderwijs en medische zorg.

Alphen aan den Rijn - minder bekend


Minder bekend buiten Alphen aan de Rijn is dat deze stad ook een schildpaddencentrum heeft.

Alphens dialect en accent

Dit dialect wordt gesproken in de dorpen langs de Oude Rijn met lokale verschillen.
In het Rijnstreeks klinkt de ‘ei/ij’ als ai. ‘Dijk’ wordt daik en ‘Meid’ wordt mait.
De ‘aa’ klinkt bijna als è en de korte ‘o’ wordt lang uitgesproken. De letters v en z worden uitgesproken als f en s. Om 17.05 uur is het faif ofer faif. ‘Aardappel’ is
arepol, ‘bloemen’ zijn blommen en ‘wat voor?’ klinkt als waffere?.
Een Alfus gezegde geeft een inkijkje in hoe men denkt over de bewoners van het buitengebied.
Net buiten de bebouwde kom van Alphen aan de Rijn ligt Aarlanderveen.
Als iemand iets op een lompe, onbehouwen manier doet, is dat Op z’n oud Aarlanderveens.
“Bij ons gebeurt het... en iedereen doet mee”

Alphen aan den Rijn - zakelijk

De gemeente Alphen aan den Rijn


Het netnummer van Alphen aan den Rijn is 0172.
Het postcodegebied van Alphen aan den Rijn is 2400 - 2409.
Het adres van het gemeentehuis van Alphen aan den Rijn is Stadhuisplein 1, 2405 SH in Alphen aan den Rijn.
De website van de gemeente Alphen aan den Rijn is Alphenaandenrijn.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Alphen aan den Rijn is 14 0172.

Zakendoen in Alphen aan den Rijn


Voor Alphense ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Utrecht aan de St. Jacobsstraat 300, 3511 BT in Utrecht. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Alphen aan den Rijn is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Alphen aan den Rijn is KVK-kantoor Utrecht.

Alphen aan den Rijn - internationale bedrijvigheid

Nationaal en internationaal actieve bedrijven in Alphen aan den Rijn vindt u op bedrijventerrein Gnephoek, Heimanswetering, Hoogewaard, Hoorn-West, op het ITC-PCT Terrein, op bedrijventerrein Molenwetering, Rijnhaven, Schans I en II, Steekterpoort en bedrijventerrein De Vork.
In Alphen aan den Rijn bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: AEG Nederland, Avio Diepen, Bakkerij Visser, BlueTrail IT, Duivelaar Pompen, Electrolux, Fagor Benelux, Frames, Gedore Technag, Geosonda, Distributiecentrum
Goedhart, Hoogvliet Bakkerij, Distributiecentrum Van den Hoorn, Hyva, JeeGee Motors (Indian Motorcycle Benelux, Victory Motorcycles Benelux), Jungheinrich Nederland, Kleuro Groep, Kluthe Benelux, Kühne Benelux, MGA Entertainment, Novo Nordisk Nederland, Numatic International, Orona, Peter Langhout Reizen, Qizini, SUEZ Recycling & Recovery, Wolters Kluwer en Zeeman.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.

Alphens nieuws

Het Alphense nieuwsportaal is Alphens.nl en Alphense ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Zuid-Holland - Nieuws.
Ondernemers in Alphen aan den Rijn kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep West.
Alphenaren en ondernemingen in Alphen aan den Rijn kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant het Alphens Nieuwsblad.
Logo krant Alphen aan den Rijn - Alphens Nieuwsblad op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo regionale televisie- en radio-omroep Omroep West op een transparante achtergrond - 600 * 337 pixels

Cultuur, sport, ontspanning en zakenlunch in Alphen aan den Rijn

Cultuur


Wilt u uw internationale zakenrelatie kennis laten maken met wat lokale cultuur?

Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw (internationale) zakenrelatie, kunt u in Alphen aan den Rijn een bezoek brengen aan het Archeon of aan het Schildpaddencentrum.

Voetbal, tennis, padel & squash


Houdt uw internationale zakenrelatie van sport? Dan is samen naar een sportwedstrijd gaan of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen wellicht een leuk idee. Voetbal verbroedert. Misschien is het daarom leuk om samen met uw zakenrelatie naar een voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Alphense voetbalclub AVV of Alphia meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Alphen aan den Rijn kunt u terecht bij TEAN of bij Nieuwe Sloot.
Golf, ontspanning & lunch Is het na de taalcursus in Alphen aan den Rijn of een (lange) bespreking met uw internationale (zaken)relatie tijd voor een beetje ontspanning?
Om een balletje te slaan of gewoon even iets te eten of te drinken, kunt u terecht bij Golfclub Zeegersloot in Alphen aan den Rijn. Het adres van deze golfbaan is Kromme Aarweg 5, 2403 NB in Alphen aan den Rijn. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 0172-58 43 94. De website van Golfclub Zeegersloot is www.zeegersloot.nl.
Om iets te drinken of te eten kunt u terecht bij restaurant De Zeeger, telefoonnummer 0172-47 68 80.
Afbeelding voetbal tennisbal golfbal in kleur op transparante achtergrond - 600 * 337 pixels
Logo voetbalclub Alphen aan den Rijn - AVV Alphen - Alphense Voetbal Vereniging Alphen - in kleur op grasveld met witte lijn - 600 * 337 pixels

Promotiefilmpjes en Google Maps

Hieronder vindt u een promotiefilmpje alsook een filmpje met drone-opnames van Alphen aan den Rijn die eveneens op Youtube kunnen worden bekeken.
Door direct op het logo van Youtube in het midden te klikken, wordt het filmpje afgespeeld.
Direct onder de filmpjes ziet u de locaties van Zuid-Holland en Alphen aan den Rijn op Google Maps.
Klik linksboven om de kaart groot weer te geven in een nieuw venster.
Promovideo Alphen aan den Rijn
Dronebeelden Alphen aan den Rijn
 
Google Maps Zuid-Holland
Google Maps Alphen aan den Rijn
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Alphen aan den Rijn

Alphens nieuws

Hieronder ziet u het meest recente nieuws uit Alphen aan den Rijn uit diverse nieuwsbronnen.
Dit nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
 
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken in Alphen aan den Rijn

Wist u dat?

Wist u dat Dagnall Talen eveneens vertalingen in Alphen aan den Rijn en tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten in Alphen aan den Rijn
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten

Onze opdrachtgevers

De upload van uw document is gelukt.

 

INLOGGEN MEDEWERKERS   /   BESTANDEN UPLOADEN