Taaltrainingen Nederlands in Zoetermeer van topniveau
Taalkennis Nederlands verbindt u met Nederland en is een communicatiebasis die deuren voor u kan openen - met name op het professionele vlak. Om deze reden hebben bedrijven en organisaties die in de taalkennis en taalopleiding van de werknemers investeren, ook een duidelijk voordeel en een voorsprong. Ons instituut is een een taalaanbieder die u als scholingszoeker precies dat levert: Effectieve taaltrainingen Nederlands van het hoogste niveau voor medewerkers en leidinggevenden in Zoetermeer en omstreken. (Betaalbare) taaltraining Nederlands op maat, omdat uw organisatie welbespraakte werknemers verdient.
Vakgebieden
Zakelijk, medisch of technisch - Dagnall kent elke bedrijfstaal. Verschillende bedrijfstakken spreken een eigen taal en gebruiken eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling alsook duidelijke concurrentievoordelen, door middel van branchespecifieke taalkennis Nederlands op het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt opleidingzoekers taaltrainingen Nederlands in Zoetermeer aan in een brede waaier van gespecialiseerde vakgebieden.
Wij bieden onze taaltrainingen Nederlands op maat aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als (intensieve) workshops en als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Bij Dagnall Taleninstituut kan iedereen Nederlands leren op precies de manier die het beste bij hem of haar past. Naast de algemene taalcursussen Nederlands zijn organisaties vooral geïnteresseerd in de werkgerelateerde cursussen zoals schrijfvaardigheid Nederlands of zakelijk Nederlands. Onze taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van scholingszoekers. Dagnall Taleninstituut is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om door middel van gecertificeerde taaltrainers met uitstekende beoordelingen en recensies in Zoetermeer onbegrensd Nederlands te leren. Dagnall Talen leidt u snel en doelgericht naar de beoogde resultaten.
Filosofie
Onze filosofie is om Nederlands te leren zonder schroom en met plezier en gemak. Wij zetten daarom alles in het werk om ervoor te zorgen dat u de Nederlandse taal moeiteloos en zonder remmingen kunnen leren. Nederlands leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Talen met methodes die het leren voor de cursisten gemakkelijker en prettiger maken.
Met deze methodes wekken we uw nieuwsgierigheid op en ondersteunen we uw bereidheid om te leren. Met dagelijks 15 minuten oefenen, brengen we u in grote stappen naar het gewenste niveau. Dagnall Talen is de ideale partner voor iedereen die Nederlands wil leren in Zoetermeer.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Dagnall stelt uw leerdoelen en wensen vast in overleg met u als opdrachtgever. U meldt de deelnemer(s) aan met de contactgegevens. Dagnall Talen verzorgt een intake op locatie of, indien gewenst, online of telefonisch. Na het intakegesprek, waarin op basis van het (ERK) Europees Referentiekader het huidige en gewenste niveau wordt bepaald, ontvangt u een cursusvoorstel op maat samen met de offerte. Nadat u akkoord op de offerte hebt gegeven, stemmen wij de planning op uw situatie en uw agenda af.
De trainer evalueert na enkele lessen Nederlands de inhoud alsook de voortgang van de taalcursus. De doelstelling kan, indien noodzakelijk, aangepast worden. Na de laatste les ontvangt u een eindrapport samen met een beschrijving van de door de cursisten behaalde resultaten. De deelnemers ontvangen tevens een certificaat van Dagnall Talen.
Het (individuele) contact met de deelnemers wordt desgewenst door Dagnall verzorgd De planning van de intakegesprekken wordt door Dagnall in overleg met u en de individuele deelnemers gedaan De deelnemers ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht Nederlands. Dit formulier alsook de schrijfopdracht moeten vóór de datum van de intake teruggestuurd worden Dagnall Taleninstituut verzorgt de intakegesprekken op locatie of op afstand. Een intakegesprek duurt ongeveer 30 minuten De groepsindelingen worden geadviseerd aan de hand van niveaubepaling door Dagnall en vastgesteld in overleg De indeling van de deelnemers geschiedt op taal en taalniveau Wij sturen u altijd een offerte op maat! De logistiek van het materiaal en de cursusbenodigdheden wordt uiteraard door Dagnall Talen verzorgd Dagnall Talen berekent geen administratiekosten en geen extra toeslag voor avondlessen Continuïteit van de planning van de cursus en het lesprogramma Nederlands wordt door Dagnall Talen gegarandeerd en bewaakt Dagnall Taleninstituut is betrokken alsook flexibel!
Ons bedrijf is werkzaam sinds 1982 en verzorgt sindsdien maatwerkcursussen Nederlands in Zoetermeer en omliggende gemeenten voor bedrijven, (semi)overheid en andere non-profitorganisaties. Wij werken met ervaren en kundige expert taaltrainers Nederlands die specialisten zijn op het gebied van taal en die in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag een aanzienlijk aantal trainingen Nederlands hebben verzorgd.
Door de aanpak die zowel functiegericht als werkplekgericht is, bieden wij zeer effectieve en betaalbare taalcursussen Nederlands in Zoetermeer. Dagnall Talen levert door de maatwerk-aanpak een hoog rendement. Daar kunt u op vertrouwen!
Betaalbaar maatwerk Nederlands in Zoetermeer sinds 1982
Taal op de werkvloer
Taal op de Werkvloer: draagvlak is gevraagd! Veel bedrijven zijn inmiddels bekend met cursussen (Nederlands) die zich richten op het verbeteren van de taalbeheersing op de werkvloer. Medewerkers die geen of weinig kennis van het Nederlands of een andere voertaal hebben, ervaren een belemmering in hun werkomgeving en willen graag en sneller en/of beter op de werkvloer kunnen communiceren.
Zij willen de aanwijzingen op het werk goed kunnen begrijpen en hier mee om kunnen gaan. Deze medewerkers willen het liefst met meer zelfvertrouwen hun werk kunnen doen en natuurlijk graag hun ambities op hun werkgebied realiseren. Een investering in mensen en in de (innovatieve) ontwikkeling van het bedrijf is daarom nodig.
Ons instituut biedt betaalbare maatwerk taalcursussen die de luister-, spreek-, lees- en schrijfvaardigheid op de werkvloer verbeteren. Dagnall Taleninstituut helpt en leert cursisten hoe zij de lesstof in praktijk kunnen brengen in hun functie. Ons instituut stemt de lessen af op de behoefte van de opdrachtgever en op het niveau van de deelnemer(s). Als aanvulling op de lessen, krijgen de cursisten gedurende de taalcursus frequent praktijkopdrachten, die de continuïteit van het leerproces ondersteunen en de effectiviteit van de training vergroten.
Dit zorgt voor een win-winsituatie! Dagnall let tevens op de wellicht onderbelichte kant van veel taalcursussen: de deelnemer staat al vaak alleen in zijn inspanningen om de taal onder de knie te krijgen, om de gewoontes en cultuur van het nieuwe land en de organisatie te begrijpen en om zijn of haar wereld door middel van taal uit te breiden. Hiervoor is motivatie en inzet vereist. Daarnaast heeft de cursist maar een aantal vaste contactmomenten met de docent per week. Dit is niet in iedere situatie toereikend.
Onderscheidend
Dagnall Taleninstituut onderscheidt zich door zich te richten op het vergroten van het draagvlak voor een cursus Nederlands op de werkvloer. Dagnall Talen moedigt leidinggevenden en collega’s van het bedrijf aan om een continu proces van taalverwerving te creëren, door direct vanaf de start zoveel mogelijk met de cursist in de doeltaal te communiceren. Door het voortdurend uitdragen van het belang van taal op de werkvloer op deze manier, wordt het nut van een goede taalbeheersing samen ervaren en voelen cursisten zich gestimuleerd en gewaardeerd in hun taalverwerving.
Diverse wegen naar een betere taalvaardigheid Nederlands in Zoetermeer
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Nederlands legt niet alleen de nadruk op de vraag van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals betere spreek- of schrijfvaardigheid. Een goede taalcursus (Nederlands) is eveneens afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist. Een cursus Nederlands in Zoetermeer die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze kundige taaltrainers Nederlands zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van de Nederlandse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo plezierig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt. Het ondertussen bekende hoge rendement bereikt Dagnall door een blend van deze bewezen leermethode, gecombineerd met de focus op de cursist(en) en het nagaan of de cursist(en) auditief, visueel of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall kunt u voor taalcursussen terecht die zijn gebaseerd op een maatwerktraining.
Dagnall Taleninstituut biedt individuele cursussen (privéles), duocursussen (met 2 deelnemers), groepscursussen van 3 tot maximaal 10 deelnemers, onlinecursussen, het online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en specifiek jargon van de organisatie. De trainers van Dagnall gebruiken veel eigen lesmateriaal dat zij hebben gecreëerd en verzameld door de jaren heen en spelen continue in op actuele thema’s en ontwikkelingen.
Een prettige manier van leren
Een bijkomend voordeel is dat dit echte maatwerk als een bijzonder plezierige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze taaltrainers Nederlands in Zoetermeer. Deze, door de jaren heen verder verfijnde en ontwikkelde werkwijze is het bijzonder gewaardeerde handelsmerk van Dagnall Taleninstituut geworden. Onze cursus is dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar tevens afgestemd op de leermethode die het beste bij de cursist zelf past.
Effectief Nederlands leren in Zoetermeer bij Dagnall Talen
Individuele cursussen en groepscursussen Nederlands
Nederlandse lessen - individueel of in groepsverband
Wij verzorgen cursussen Nederlands op maat voor individuen en groepen, waarbij u als opleidingszoeker met een gerust hart de organisatie van de cursus uit handen kunt geven. Dagnall Talentaleninstituut verzorgt deze individuele cursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen gebruiken we gevarieerde en moderne onderwijsmethoden om doelgericht te trainen en leersucces te verzekeren. Vanzelfsprekend kunnen onze individuele-, duo- en groepscursussen zowel bij u op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Zoetermeer worden gegeven.
Maatwerk individuele en groepscursussen Nederlands in Zoetermeer
Maatwerkcursussen Nederlands
Dagnall Taleninstituut biedt individuele cursussen Nederlands voor bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties alsook particulieren in Zoetermeer en omgeving. Een individuele cursus wordt ook wel één-op-één-cursus of privéles genoemd. De individuele taalcursussen van Dagnall Talen zijn al vele jaren bekend voor het maatwerk, de persoonlijke aandacht en het hoogste rendement. Alle individuele cursussen Nederlands van Dagnall zijn maatwerktrainingen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de leerstijl en de praktijksituatie. De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Dagnall Talen biedt groepscursussen Nederlands van 3 tot 10 personen, alsook zogenaamde duocursussen (2 deelnemers) aan bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren. De leergroepen worden bij voorkeur zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te maximaliseren en de cursisten maximaal te kunnen ondersteunen. De groepscursussen van Dagnall Talen zijn ook maatwerk taalcursussen en worden samengesteld voor, en specifiek afgestemd op, de branche, het taalniveau, de leerstijl en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het belangrijkste voordeel van individuele taalcursussen Nederlands is het hoge rendement omdat veel kennis wordt geleerd in een vrij korte periode. Er wordt meer vooruitgang geboekt omdat de taalcursus intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk. Flexibiliteit is een ander belangrijk voordeel van een individuele cursus. De cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de deelnemer en de inhoud van de cursus kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de specifieke aandachtsgebieden van de deelnemer. Doordat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden, is de leervordering optimaal. Een individuele is eveneens taalcursus ideaal af te stemmen op de planning en de agenda van de cursist waardoor het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Het belangrijkste pluspunt van een groepscursus Nederlands is met name de interactie met de andere deelnemers; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van discussies en rollenspellen. Een ander groot pluspunt is de zogenaamde groepsdynamiek; van de fouten van anderen kunnen leren en met de groep in de doeltaal communiceren. De lerenden kunnen de hierdoor geboden afwisseling als prettiger ervaren. Groepscursussen zijn daarnaast ook efficiënt omdat meerdere medewerkers tegelijk worden getraind en de groep vrijwel hetzelfde kennisniveau bereikt. Ook zijn groepscursussen iets minder intensief (iets minder zwaar) voor cursisten dan individuele taalcursussen.
Minpunten individuele cursus
Bij individuele taalcursussen Nederlands kunnen discussies en rollenspellen alleen met de taaldocent worden gevoerd en gedaan. Omdat er geen interactie met andere cursisten is, kan de geleerde kennis niet in de groep worden geoefend. Ook is het niet mogelijk om te leren van de fouten van andere deelnemers omdat er geen groepsdynamiek is. De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is voor cursisten ook behoorlijk intensief (zwaarder).
Minpunten groepscursus
In groepscursussen is minder aandacht voor de individu en kunnen de cursisten wat sneller zijn afgeleid. Hierdoor ligt het rendement iets lager. Door de groepen iets kleiner te houden (minigroepen), kan dit deels ondervangen worden. Groepscursussen Nederlands kunnen eveneens minder goed op individuele leerstijlen van deelnemers worden afgestemd. Dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursist afgestemd kan worden, is een ander minpunt van een groepscursus.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Nederlands
Verschillende opties voor Nederlandse les
Dagnall geeft taalcursussen (Nederlands) voor zowel beginners, halfgevorderden als gevorderden. Niet iedereen kan een talencentrum bezoeken. Daarom verzorgen wij onze taalcursussen ook incompany of online. Bij Dagnall Talen kunt u een intensieve of semi-
intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus Nederlands kiezen. Uiteraard is een combinatie van deze verschillende trainingen eveneens mogelijk. Dagnall Talen staat voor (betaalbaar) maatwerk!
De audiolinguale methode was reeds in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode soms bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je beschouwen als een reactie op de grammatica-vertaalmethode. Nieuw was dat de taallessen geheel plaatsvonden in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands). De belangrijkste vaardigheden zijn spreken en luisteren (in het Nederlands) en (Nederlandse) grammaticale structuren worden middels mondelinge structuuroefeningen geleerd. De bedoeling is om vrijwel foutloos Nederlands te leren spreken en verstaan; het begint bij een Nederlandssprekende na kunnen spreken. Herhaling is het middel; er wordt met drills gewerkt om Nederlandse zinnen en structuren goed te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch worden. De docent Nederlands kan een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen en vervolgens een nieuw Nederlands woord of meerdere nieuwe Nederlandse woorden toevoegen. Er wordt veel in zogenaamde talenpractica gewerkt, waar lerenden een hoofdtelefoon op hebben en zinnen beluisteren en nazeggen. Geschreven Nederlands wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Nederlands al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen voor het introduceren van nieuwe woorden in het Nederlands.
Populariteit
In ons land werd de methode pas rond het jaar 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet van kracht werd. Er kwamen al snel bezwaren tegen deze inhoudsloze driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde. Daardoor raakten de talenpractica vrij gauw in onbruik. In plaats daarvan werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden weer expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode wel sporen na. Het was nu breed geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Nederlands) niet om het uit het hoofd leren van de (Nederlandse) grammatica gaat, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Nederlands), die vóór 1970 voor het merendeel van taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor beginners Nederlands effectief. De correcte uitspraak Nederlands wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode waardoor deze een efficiënte en snelle kennisoverdracht kan bieden. Ook voor grotere groepen is de methode geschikt.
Dit docentgestuurde aspect heeft tevens een keerzijde; er wordt geen eigen input van de studenten verlangd, waardoor het gevaar van passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer ligt. Een ander bezwaar is dat de driloefeningen niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik Nederlands.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) zodanig te leren dat het in het langetermijngeheugen wordt opgeslagen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die later worden herhaald. De opgeschreven Nederlandse woorden en zinnen worden hardop gelezen door de student. Deze woorden of zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar door de blootstelling gaat dit eigenlijk vanzelf. De woordenlijst wordt steeds bijgewerkt; Nederlandse woorden die aangeleerd zijn, worden van de lijst verwijderd. Die Nederlandse woorden die nog problemen geven, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method claimen dat de woorden en zinnen in het Nederlands spontaan in het langetermijngeheugen van de lerenden worden opgeslagen, iets dat door geheugenwetenschappers bestreden wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden als deze kennis betekenisvol en relevant is voor de student. Deze methode kan werken voor Nederlandse woorden die van betekenis en relevant zijn voor de student.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die baat hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun kan deze GoldList-methode goed functioneren. Met de hand schrijven functioneert beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een fotootje maken, omdat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen zijn uiteraard veel meer dan alleen een serie losse woorden of zinnen. Daarnaast is de methode bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven woordenlijsten aangelegd dienen te worden.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op de natuurlijke manier van het verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Nederlands). De leermethode probeert het Nederlands aan te leren op de manier waarop mensen als kind hun moedertaal leerden. Op die wijze leert men onbewust eveneens de taalregels van het Nederlands. Alleen het Nederlands met een aantal visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Een stressvrije leeromgeving is het streven van de leermethode. De lerenden worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie Nederlands niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete Nederlands grammatica en de correctie van vormfouten.
De leermethode is het meest effectief als de lerenden in het Nederlands worden ondergedompeld. Om te zorgen dat de student van de ervaring kan genieten, moeten de leeractiviteiten die in het Nederlands worden aangeboden, stimulerend zijn.
De Natural Method leermethode heeft veel overeenkomsten met de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat de Directe Methode meer nadruk op de praktijk legt en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is veelvuldig aangetoond dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode is. Omdat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen, is de Natural Approach een populaire wijze van lesgeven bij taaldocenten Nederlands. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De methode richt zich vooral op het impliciet leren van de grammatica van het Nederlands. De student zou weliswaar leren in het Nederlands te communiceren, maar door ontoereikende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven hangen.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Om op een natuurlijke manier Nederlands te leren, wordt prettig gevonden. Studenten wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Nederlands. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.
Omdat er bijna geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaten geboekt worden. Ook bereidt de methode lerenden niet per se op een specifiek Nederlands examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) oftewel ‘Structurele Aanpak’ is in de begin jaren 50 door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
Deze Structurele Aanpak is een methode om een vreemde taal te leren die als doel heeft om studenten vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuur van de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands). De beheersing van deze structuren levert volgens de methode meer op dan het verwerven van woordenschat van het Nederlands. Het gaat om het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van Nederlandse woorden en groepen woorden in de correcte woordvolgorde. Deze combinaties worden aan de lerenden aangeboden in betekenisvolle situaties met behulp van visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen. De taalstructuren die het vaakst in het Nederlands worden gebruikt, worden eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheden Nederlands (luisteren en spreken) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Nederlands (spreekvaardigheden en schrijfvaardigheden), krijgt grammatica een belangrijke plek. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op grote schaal toegepast voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat studenten de Nederlandse taal op een accurate manier leren. De student krijgt inzicht in de Nederlandse grammatica leert in welke situatie bepaalde Nederlandse woorden en combinaties van woorden wel of niet passend zijn voor de situatie. De methode gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de methode van de Structural Approach ook. Deze werkwijze is nogal tijdverslindend en zorgt niet onmiddellijk voor een succeservaring. De eigen inbreng van de lerende is gelimiteerd; de methode is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Communicatief taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching; CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach; CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de visie dat interactie de uiteindelijke doelstelling is van het leren van talen (zoals Nederlands).
De studenten leren met behulp van CLT-technieken het Nederlands in praktijk te brengen door de interactie met de taaltrainer Nederlands alsook onderling. Er wordt gebruikgemaakt van teksten in het Nederlands of ander materiaal uit de werkomgeving en/of het dagelijks leven. Het Nederlands wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten Nederlands dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Nederlands in verschillende situaties uit de praktijk te oefenen. De Nederlandse grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent Nederlands echt een trainer, die de lerende helpt in het Nederlands te communiceren.
Populariteit
In de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair. Dit kwam gedeeltelijk omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol waren gebleken. Binnen een verenigd Europa ontstond meer behoefte om vreemde talen te leren op een direct toepasbare manier.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
De CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel pluspunten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; de methode is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Nederlandse woorden die zij moeten weten. CLT is efficiënt. Deze methode werkt voor de studenten stimulerend omdat zij gauw succeservaringen hebben. Foutjes mogen worden gemaakt; de vaardigheden van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van deze communicatieve benadering is dat er minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak. Het plannen en voorbereiden vereist veel tijd van de trainer en van de lerenden vraagt het een actieve deelname. Voor bepaalde lerenden is deze manier van een taal leren afwijkend of moeilijk, afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) (communicatief taalonderwijs) traint vaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en CLT biedt als zodanig geen samenhangend geheel.
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Er word geleerd om gebruiksklare zinnetjes, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; docent Frans en Italiaans uit Duitsland. Rond het jaar 1783 ontwikkelde hij een methode waarbij de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt beschouwd als de grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gestoeld op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Onderwijs in Latijn was vanzelfsprekend op geschreven teksten van klassieke schrijvers gericht en was geheel op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Nederlands) gericht. Deze aanpak werd gezien als degelijk en wetenschappelijk. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat uit van de analyse van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Nederlands) waarbij de lerenden inzicht ontwikkelen. De lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Nederlands krijgen de nadruk. De taaltrainers dragen de kennis Nederlands over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Tegengeluiden waren al al vanaf halverwege de negentiende eeuw ook te horen. Desondanks is de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum van grote invloed geweest op het taalonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De grammatica-/vertaalmethode vormt een aardige mentale training aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. De methode biedt eveneens inzichten in de structuur van het Nederlands, omdat de nadruk op de grammatica wordt gelegd.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid Nederlands ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Nederlands, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het leren in groepsverband biedt de methode niet de mogelijkheid tot een eigen creatief proces of tot differentiatie bij studenten. De studenten zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt de leermethode ‘onderdompeling’ (In het Engels: language immersion) wereldwijd toegepast, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is ‘onderdompeling’ bekend als de methode die wordt toegepast bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd. De methode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse les onderwezen aan welgestelde dames uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling houdt in dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, vanaf het eerste moment door de nieuwe taal omgeven wordt. Alle instructies worden gegeven in de doeltaal (Nederlands); eerst langzaam en met veel herhalingen, later op een meer natuurlijke manier. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in het Nederlands te spreken. Bij onderdompeling met rollenspellen en simulaties gewerkt. De omgeving op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt vaak ingericht in de stijl van het Nederlands om een situatie te creëren alsof de studenten in Nederland zijn. Studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Nederlands spreken. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar Nederland te gaan en daar in een gastgezin te verblijven.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een erg goede methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Nederlands kan zeer goed worden aangeleerd op deze manier.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaten wordt bereikt, doordat de leermethode zo intensief is. De leermethode is ‘sink or swim’, de student moet wel in het Nederlands gaan communiceren want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Nederlands aan het leren. Het samen oefenen in een groep versterkt de sociale interactie. Lerenden ervaren dat als motiverend.
Een nadeel is dat de bereikte resultaten niet altijd wordt vastgehouden. De mogelijkheid is reëel dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt als iemand in een vrij korte tijd Nederlands leert, door in Nederland te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar daarna weer overgaat tot de orde van de dag. Dat een dergelijke taaltraining Nederlands nogal intensief is, kan een bijkomend nadeel zijn. Niet alle studenten hebben genoeg conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode die uit de jaren 70 van de vorige eeuw stamt. De leermethode is door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedia is op het principe van de suggestie gebaseerd. Georgi Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (vreemde talen; bijvoorbeeld Nederlands) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen tussen de taaldocent (Nederlands) en de student zijn hiervoor essentieel. Dat de studenten zich veilig en ontspannen voelen, is hiervoor de voorwaarde. Om dit te kunnen bereiken, was een leslokaal met een rijopstelling uit den boze. Studenten zaten in comfortabele stoelen tijdens de lessen die in een halve cirkel geplaatst werden en er was altijd muziek in de les. De methodiek zoals Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Bij deze teksten waren woordenlijsten alsook opmerkingen over de (Nederlandse) grammatica. Het voorlezen gebeurde met veel expressie in stem alsook gebaren. Zo werden studenten verleid om te luisteren en de (Nederlandse) woorden die nieuw waren, konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. Tijdens de lessen was er veel aandacht voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Nederland). In de klas werden rollenspellen gespeeld en er werden bijvoorbeeld (Nederlandse) streekgerechten gemaakt en geproefd.
Populariteit
De leermethodiek Suggestopedia was omstreden en is niet erg bekend meer. Sommige elementen van de methodiek worden nog steeds toegepast, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedia zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer, waardoor de student geen hinder heeft van faalangst of frustratie. Deze sfeer kan voor immigranten bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend pluspunt van de methodiek is dat de lerende gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijk vormt dit voor bepaalde lerenden een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommigen eerder afleiden en zelfs verstorend werken in tegenstelling tot stimulerend of ontspannend. Een ander zwak punt is dat de relatie taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de zijde van de Nederlandse taaldocent en de lerenden zijn steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelden in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning of CLL genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een taalverwervingsmethode waarbij studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. Deze CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaldocent als een counselor optreedt die de zinnen van de lerende omschrijft. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als de lerenden de doeltaal (Nederlands) nog niet voldoende machtig zijn. De trainer (Nederlands) geeft uitleg en vertaalt, waarna de lerenden de uitingen van de trainer zo nauwkeurig mogelijk herhalen. De gesprekken in het Nederlands worden opgenomen om nadien opnieuw te beluisteren.
De methode bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de wisselwerking tussen de lerenden onderling als middel om het Nederlands te leren. Het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen middels zinvolle gesprekken. Er wordt geen lesboek Nederlands gevolgd.
Populariteit
Het slagen van deze methode is in hoge mate afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig onderlegd te zijn. De trainer dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de studenten erg goed te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de studenten te vertalen. CLL kan prima werken indien deze op de juiste wijze wordt gebruikt. CLL is niet geschikt voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt voor studenten veel autonomie. Het analyseren van hun eigen gesprekken vinden de studenten vaak zinvol. De leergroep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les Nederlands, maar ook daarbuiten. Met CLL worden studenten zich veel meer bewust van anderen in hun groep, hun sterke en minder sterke punten en leren in teamverband te werken. Studenten leren veel van het bespreken van de fouten en het evalueren van de les Nederlands. Zulke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van het actieve vocabulaire van de student.
Het kan een keerzijde zijn dat de trainer niet sturend is, ondanks dat sommige lerenden wel sturing nodig hebben. Er wordt geen lesboek gebruikt en er worden geen toetsen Nederlands gehouden. Het succes van de les is hierdoor moeilijk meetbaar. Een aantal studenten wordt geremd in hun Nederlands spreken wanneer zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren negentig van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. Lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van het Nederlands (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze hoe het Nederlands ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt woordenschat Nederlands een grotere plaats in dan Nederlandse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Nederlandse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialoog. Voor interactie is aandacht maar eveneens voor exposure; voor de zogenaamde receptieve vaardigheden van de studenten (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor het zelf ontdekken van de Nederlandse taal.
De taak van de taaldocent Nederlands is te zorgen voor voldoende inbreng en het faciliteren van het leerproces van de lerenden.
Populariteit
In de afgelopen drie decennia zijn onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis lesboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht aan woordenschat van de te leren taal geschonken die wordt aangeboden in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. Een ingrijpende wending in de manier waarop talen worden onderwezen, waar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren om op een heel natuurlijke wijze het Nederlands te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Nederlands.
Dat de werkelijkheid toch altijd weer afwijkend is van de geleerde taalsituaties, is de keerzijde. Een aantal lerenden heeft meer aan een trainer Nederlands die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator omdat deze lerenden meer moeite hebben met het zelf leren herkennen van de patronen van het Nederlands.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is in 1880 door de Franse leraar François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
Een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica van de doeltaal vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnetjes op basis van een actie, bijvoorbeeld het huis verlaten in de volgorde waarin deze actie zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik. In de Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het is een soort eentalige manier van taalverwerving, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden al gauw in de te leren taal (bijvoorbeeld het Nederlands) leren denken.
Populariteit
De seriemethode van Gouin was zijn tijd ver vooruit. De seriemethode van François Gouin was toch enige tijd een succes, ondanks dat het een afwijkende aanpak was. De Directe Methode van Berlitz overschaduwde de methode van Gouin echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
Gouin’s Series method ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheid Nederlands en zorgt voor het creëren van een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer in de les.
De leermethode garandeert een levendige manier van lesgeven. Dit soort taalonderwijs Nederlands wekt het enthousiasme bij de lerenden op door gebruik te maken van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Het leren werd tastbaar; dit was iets dat geheel nieuw was. De studenten Nederlands worden nieuwsgierig, dit is een goede methode om om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, de prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. De methode stimuleert de communicatieve competenties Nederlands van de lerenden goed.
De keerzijde van de leermethode is dat taal die wat meer subjectief of abstract wordt, moeilijk in één concrete ervaring kan worden gevangen met beweging en expressie. De bewerkelijkheid voor de trainer, die tenslotte een hele reeks aan series dient voor te bereiden, is een bijkomend nadeel van de leermethodiek. Als derde punt richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog meestal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheid.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de doeltaal (zoals het Nederlands) geen op zichzelf staand doel, maar een methode om specifieke taken uit te kunnen voeren. De lerenden krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de vreemde taal (Nederlands) vereist is. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, is het nodig dat de lerenden over woordenschat en taalregels van het Nederlands beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld het schrijven van een e-mail, bellen met een klantenservice, een boodschap doen, de krant lezen of een drankje bestellen. De opdracht wordt in drie fasen opgesplitst: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Om de opdrachten uit te voeren, moeten lerenden samenwerken. Om leereffect te hebben, moeten de opdrachten net boven het niveau van de lerende liggen.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren 90 is taakgericht onderwijs erg populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest praktisch bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden van de lerenden (met name de lerenden met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs te verhogen.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Nederlands) biedt duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkwijze, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheden (Nederlands) te gebruiken. Mits de taak goed aansluit bij de student, is Task-Based Language Teaching een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. Studenten komen op een alledaagse, natuurlijke wijze in contact met het Nederlands en leren zo authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in het Nederlands. Bovendien leren studenten om samen te werken met andere studenten Nederlands. Studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.
Als nadeel kan worden gezien dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Nederlands, waardoor studenten die niet zeer nauwkeurig leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; docententrainer en taalkundige op het gebied van Engels taalonderwijs uit Nieuw-Zeeland ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’) in 2000.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’; een stroming uit het jaar 1995 van een aantal Deense filmmakers waaronder de filmregisseur Lars von Trier, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Voor het filmmaken, houden de deelnemers zich aan tien strenge regels (tien dogma’s). Deze vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme-onderwijs van vreemde talen streven naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet door voorgedrukt materiaal belast is. Het doeleinde van de Dogme-methode is het houden van inhoudelijke gesprekken over praktische onderwerpen. Bij deze methode draait het om communicatie als inspirator van een taal leren (bijvoorbeeld Nederlands). Deze leermethode is daarom een communicatieve werkwijze voor onderwijs, die taalonderwijs wil bieden zonder het gebruik van leerboeken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan op de communicatie tussen de lerenden en de docent focust. Het Dogme-taalonderwijs kent tien dogma’s (uitgangspunten), net zoals de Dogme-beweging in de film.
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Thornbury dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal (zoals Nederlands) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een pluspunt voor taaldocenten Nederlands is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Dat studenten voor het eigen leerproces verantwoordelijk zijn, kan zeer motiverend zijn. De taallessen Nederlands zijn nooit voorspelbaar op deze manier. Dat creëert spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Bijna elk item kan worden besproken in een taalles volgens de Dogme-benadering. Zo blijven de studenten betrokken en alert.
Als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de trainer kunnen lerenden zich daartegenover wat minder op hun gemak voelen. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle taaldocenten Nederlands voldoende flexibel. Nog een keerzijde kan zijn dat studenten zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Nederlands en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof aan bod komt tijdens de lessen.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is in 2007 ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-benadering is een alternatieve kijk op het verwerven van een vreemde taal (zoals het Nederlands). De primaire aanname van de leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Nederlands; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van Nederland). Daarom hanteert GPA de term ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraar of docent’. De Growing Participator Approach vertoont overeenkomsten met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Nederland voeren deze activiteiten uit. Begrip is belangrijker dan productie. De Nederlandse woordenschat en de cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze fase neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ richt zich in fase 1 op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase duurt ongeveer 150 uur en nu begint de deelnemer het Nederlands ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die worden gedeeld tussen culturen en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de methode is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu diepere gesprekken te voeren over het leven in de Nederlandse cultuur. In fase 5 beginnen deelnemers zich op het taalgebruik van moedertaalsprekers Nederlands te richten door middel van televisie, films, nieuws en literatuur. Het Nederlands dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode van de leermethode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei buiten de formele taalsessies Nederlands om.
Populariteit
Er is nog vrij weinig bekend over het succes omdat de leermethode van Thomson nog relatief nieuw is. Deelnemende studenten zijn vrij enthousiast over deze methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving Nederlands geboden. De zes afzonderlijke fasen van de leermethode bieden realistische doelen en een duidelijk tijdspad. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van het Nederlands, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een minpunt van deze leermethode is dat voor iedere deelnemer of minimaal iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht in de vroege jaren 2000 door Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen om de intonatie (Nederlands) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek van Shadowing werkt eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen dan wat zij horen. Het gaat in eerste instantie om de klank; de Nederlandse tekst begrijpen is niet van belang. Het luisteren en daarna herhalen oefent men net zo vaak totdat het gemakkelijk gaat en de student simultaan Nederlands kan spreken met de audio-opname. De student gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat hij of zij heeft gezegd. Veel leerboeken zijn voor deze methode geschikt, zolang de boeken dialogen of delen met samenhangende tekst bevatten. De Nederlandse audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de student te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. Argüelles doet de aanbeveling om te lopen tijdens het spreken, liefst in de buitenlucht, en niet te zitten, doordat beweging de opname versterkt van de nieuwe taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel. Dat de studenten minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, zodat het werken aan het Nederlands een stuk effectiever gaat, is een andere grond.
De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale drills toegepast werden in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij de Shadowing-techniek is eveneens het simultaan spreken verschillend.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar Shadowing dat aantoont dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van het Nederlands wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Het praktische pluspunt van Shadowing dat het kan worden toegepast in een groep met lerenden, waarbij elke deelnemer individueel actief aan het leren is. Het rendement van Shadowing is hoog.
De keerzijde van de Shadowing-techniek is dat studenten het soms wat saai kunnen vinden om dezelfde Nederlandse tekst te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Nederlands) te leren die van het principe uitgaat dat mensen leren met behulp van bewegingen en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind zijn moedertaal leert. Ouders geven continu opdrachten aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste plaats is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Nederlands is de basis, daarna komt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van het Nederlands versneld toe. De trainer geeft taken op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de lerenden doen na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Nederlands praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende taken worden verder uitgebreid of gedeeltelijk gewijzigd.
Door het combineren van beweging en spraak, appelleert TPR® aan beide hersenhelften. Het kost daardoor minder moeite om iets te leren en de geleerde Nederlandse taalkennis beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt met name toegepast binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren of volwassenen werken ook met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
De methode van Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de doeltaal. De methode levert vlotte succeservaringen op, wat het plezier in het leren bevordert. Dit zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe voor elke doelgroep bruikbaar, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en de methodiek kan ook worden ingezet in grotere klassen. Het verworven Nederlands wordt direct in het langetermijngeheugen opgeslagen.
Het nadeel van de TPR®-methode is dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is. Hierdoor werkt de methodiek tot op een zeker niveau en is daarnaast een andere methodiek (als aanvulling) nodig. De methode is ook niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën in het Nederlands uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz bedacht de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd, eind jaren tachtig van de negentiende eeuw. De methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging omstreeks het jaar 1900 met nieuwe visies over talen leren dat zelfontdekkend en inductief moest zijn. De Reformbeweging had overigens niet alleen betrekking op het leren van talen, maar ook over voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Rond 1900 streefde men, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van de keurslijven. Er ontstond op het gebied van het taalonderwijs veel aandacht voor gesproken, ‘levende’ taal. Hierbij werd grammatica eerder inductief aangeleerd, met voorbeeldzinnen. De taalregels moesten studenten hieruit afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met meer aandacht waren er voor de uitspraak van de taal (zoals het Nederlands). Het werd gestimuleerd de lerenden veel in het Nederlands te laten spreken. Het was ook nieuw dat de taallessen in het Nederlands gegeven werden. Er werd nadrukkelijk niet vertaald in de les. Met behulp van voorbeelden en afbeeldingen werd de (Nederlandse) woordenschat aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd door de studenten zelf aangeboden voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deze vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloeden van de oorlogen en crises, om weer een andere vorm te vinden in de jaren zestig.
Taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua werken nog altijd met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Nederlands te leren, is het grote pluspunt. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken. Hierdoor krijgen lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Nederlands. Keerzijden heeft deze Direct Methode echter ook. Voor schrijfvaardigheid (Nederlands) is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen veel minder aandacht. De Directe Methode biedt voor de meer gevorderde student Nederlands onvoldoende uitdagingen. Omdat de Directe Methode op actief meedoen van de student is gestoeld, is de methode ook niet zeer bruikbaar voor minder snel lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In januari 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is de manier waarop een kind de moedertaal leert. Het leren van een taal (zoals Nederlands) dient veilig en gemakkelijk te zijn. Daarom wil Manesca niet werken met abstracte regels of lijstjes met Nederlandse woorden die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode staat bekend als de vroegst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep studenten en een trainer Nederlands, die maar één Nederlands nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen vervolgens afzonderlijk het Nederlandse woord en de bijbehorende beweging. Door deze herhaling onthouden de lerenden deze Nederlandse woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap vormen de woorden zinnen en weer variaties op deze Nederlandse zinnen. In een latere fase wordt met leesteksten de Nederlandse spelling aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is opgepakt en verder ontwikkeld door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger door de studenten wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai kan zijn om steeds dezelfde Nederlandse woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan een minpunt zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een methode om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De methode van Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.
De taaltrainers Nederlands gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht van de lerende te trekken, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. De methode besteed veel tijd aan de uitspraak (Nederlands).
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het essentieel om taalles te geven op een manier die efficiënt voor de hoeveelheid energie van zijn studenten was. Caleb Gattegno kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan als mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat trainers niet zozeer dienen te streven naar kennisoverdracht, maar bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om iets te kunnen leren.
Gekleurde staafjes die voor allerlei dingen kunnen worden gebruikt, zijn één van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt. De leermethodiek maakt eveneens gebruik van Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van het Nederlands vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Voornamelijk bij het leren van de uitspraak zijn Gattegno’s ideeën van belang geweest, alhoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de methodiek van Caleb Gattegno is dat zijn benadering niet-bedreigend is voor de student, die per slot van rekening als autonoom wordt gezien. De taaltrainer Nederlands is in feite aan de lerende dienstbaar en niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke manier. Het geleerde wordt vaak goed verwerkt en onthouden door lerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag, wat helpt bij het leren.
Dat een aantal lerenden intensievere begeleiding nodig heeft dan de leermethode voorziet, kan een nadeel zijn. Door het gebrek aan inbreng van de taaltrainer Nederlands zouden lerenden gefrustreerd kunnen raken. Het gebruik van kleuren en grafieken heeft als limiterende factor dat ‘het nieuwe’ er vrij snel af gaat. Hierdoor verdwijnt het effect.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De TPRS-methode is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-methode (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
TPRS is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het principe is een natuurlijke methode van taalverwerving: een taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. Om dit te kunnen bereiken, wordt de student aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. Door de trainer Nederlands wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren Nederlandse woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Doordat de verhalen van de taaldocent gemakkelijk te begrijpen zijn, ontspannen lerenden zich. Op deze manier worden Nederlandse structuren en woorden van de nieuwe taal ongemerkt in het langetermijngeheugen opgeslagen. De lerenden worden door de docent op grammaticale fenomenen van het Nederlands gewezen, zonder dat lerenden taalregels uit het hoofd hoeven te leren.
Na een poosje zal de lerende ‘vanzelf’ Nederlands beginnen te spreken en de Nederlandse grammaticale structuren van de nieuwe taal nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om samen met een groep lerenden een verhaal op te bouwen. Hierbij schrijft de docent Nederlands eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met de Nederlandse vertalingen erbij, om vervolgens hier een verhaal van te maken met de lerenden. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen in het Nederlands is een belangrijk deel van TPR Storytelling, doordat dit voor input zorgt. In een later stadium volgt schrijven in het Nederlands.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden nodig: de setting moet geschikt zijn en de trainer moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de geleerde stof wordt goed onthouden. Doordat TPRS ook de creatieve intelligentie activeert, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. Het is prettig voor de studenten en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor studenten werkt de methode zeer motiverend om zelf een verhaal te maken.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de docenten vraagt.
De Rosetta Stone-leermethode is naar de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met een tweetalige tekst die in Egypte is gevonden, waarmee de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taalcursussen aanbiedt. De eerste versie van deze methodiek is uitgebracht in het jaar 1996.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren met behulp van een computer. Deze taalcursussen worden aangeboden in ruim dertig verschillende talen en de taalcursussen zijn ook vanuit al deze talen te volgen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve leermethode, die de wijze nabootst waarop kinderen hun moedertaal leren. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Nederlands) en foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal (het Nederlands). Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen. Dit programma registreert de Nederlandse uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. Dit maakt het mogelijk voor de student om de uitspraak te vergelijken met die van een moedertaalspreker Nederlands (native speaker). Door de voorbeeldstem minder snel te laten spreken en daarna veel na te zeggen, kan de uitspraak verbeterd worden.
Voor de schrijfvaardigheid Nederlands van de lerende biedt de methode dictee-oefeningen. De software controleert de Nederlandse grammatica en de spelling en geeft taalfoutjes aan en biedt de optie om de taalfoutjes van de lerende te corrigeren.
Het programma biedt ook leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
De Rosetta Stone-methode wordt wereldwijd veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door enkele ministeries en verschillende universiteiten en hogescholen toegepast, alsook door een aantal internationaal opererende organisaties.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is heel makkelijk om te gebruiken en de methode kan op ieder moment door de studenten worden gebruikt. Welke delen van de methode wat meer of minder aandacht kunnen gebruiken, kunnen de studenten zelf bepalen. Veel studenten ervaren het als prettig om te werken met de methode. Bij een gebrek aan docenten kan Rosetta Stone een oplossing zijn voor onderwijsinstellingen. Het feit dat er geen trainer is die studenten motiveert of iets extra’s kan bieden, is een minpunt van de methode van Rosetta Stone.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. Zijn eerste taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur in 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een computerprogramma om een nieuwe taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialoog die door studenten worden nagesproken en worden herhaald. Deze Nederlandse zinnetjes zijn door native speakers (moedertaalsprekers) ingesproken. De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticiperen, woordenschat en wederom herhaling. De les omvat een halfuur audio-opname met nieuwe woordenschat en taalstructuren. De grammaticale structuren van het Nederlands worden niet apart uitgelegd maar aangeboden via uitbreiding van, en variaties op, de zinnen.
Dr. Pimsleur deed onderzoek naar het optimale interval waarmee geleerde informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur cursussen is dit (gemiddelde) interval verwerkt.
Populariteit
Onder andere in de Verenigde Staten worden de taalcursussen van Pimsleur gebruikt en de ervaringen variëren. In het algemeen zijn de lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Nederlands.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de methode van Pimsleur erg goed, omdat de insprekers allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Nederlands praten.
Het feit dat niets wordt uitgelegd, is de keerzijde van de methode. De studenten leren geen bouwstenen van de Nederlandse taal om zelf een zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet geheel verwonderlijk, door Michel Thomas (Poolse naam: Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden als Diana Ross, Barbra Streisand, Mel Gibson, Emma Thompson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het uitgangspunt van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Michel Thomas begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De taalcursussen van Michel Thomas zijn audiolessen (Nederlands) die zijn ingesproken door twee acteurs; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert met de les van de stemacteurs mee. Als een vraag aan de acteurs gesteld wordt, is het de bedoeling dat de lerenden op pauze drukken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. Bij de methode wordt de les in kleine stapjes opgebouwd en Nederlandse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Nederlandse lesstof die al bekend is. De uitleg wordt steeds in het Engels gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden tussen de Engelse taal en het Nederlands gewezen, als deze er zijn. De methode geeft ook grammaticale uitleg. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de lerende het voorgaande heeft begrepen en geleerd. Behalve Nederlandse woorden en zinnetjes worden eveneens bouwstenen aangeleerd zodat de studenten zelf zinnetjes kunnen bouwen. De leermethode maakt ook gebruik van flashcards waarmee gebruikers zelf hun vocabulaire Nederlands kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel studenten vinden de cursus fijn om mee te werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Nederlands. De gebruikers die al wat verder zijn met de taal, vinden de cursussen wat minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen zijn zeer toegankelijk en trainen luistervaardigheid en uitspraak Nederlands op efficiënte wijze. Dat deze taalcursus Nederlands niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een keerzijde. Een echte interactie is er ook niet, omdat de methode van Michel Thomas een audiocursus betreft.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 is opgericht door schrijver en polyglot Alphonse Chérel. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert cursussen voor vreemde talen. Dit begon met hun eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat voor een taalcursus (zoals Nederlands) vrij hooggegrepen was. De Assimil-cursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek Nederlands en audio-CD’s alsook een USB-stick. De cursist werkt idealiter ongeveer twintig minuten per dag.
De lessen bestaan uit verschillende Nederlandse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De Nederlandse vertaling staat hiernaast, samen met grammaticale toelichting. Om de uitspraak van het Nederlands te trainen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnetjes die door native speakers zijn ingesproken en die de cursist daarna dient te herhalen. De opbouw gaat van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruikers; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij gewaardeerd. Ze zijn niet duur en er is een ruim aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de cursist Nederlands op zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste uitkomt, is het voordeel van de Assimil-methode. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle computertaalcursussen, dat de student is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen trainer Nederlands om de cursist te motiveren of te begeleiden.
De audiolinguale methode was reeds in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode soms bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je beschouwen als een reactie op de grammatica-vertaalmethode. Nieuw was dat de taallessen geheel plaatsvonden in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands). De belangrijkste vaardigheden zijn spreken en luisteren (in het Nederlands) en (Nederlandse) grammaticale structuren worden middels mondelinge structuuroefeningen geleerd. De bedoeling is om vrijwel foutloos Nederlands te leren spreken en verstaan; het begint bij een Nederlandssprekende na kunnen spreken. Herhaling is het middel; er wordt met drills gewerkt om Nederlandse zinnen en structuren goed te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch worden. De docent Nederlands kan een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen en vervolgens een nieuw Nederlands woord of meerdere nieuwe Nederlandse woorden toevoegen. Er wordt veel in zogenaamde talenpractica gewerkt, waar lerenden een hoofdtelefoon op hebben en zinnen beluisteren en nazeggen. Geschreven Nederlands wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Nederlands al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen voor het introduceren van nieuwe woorden in het Nederlands.
Populariteit
In ons land werd de methode pas rond het jaar 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet van kracht werd. Er kwamen al snel bezwaren tegen deze inhoudsloze driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde. Daardoor raakten de talenpractica vrij gauw in onbruik. In plaats daarvan werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden weer expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode wel sporen na. Het was nu breed geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Nederlands) niet om het uit het hoofd leren van de (Nederlandse) grammatica gaat, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Nederlands), die vóór 1970 voor het merendeel van taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor beginners Nederlands effectief. De correcte uitspraak Nederlands wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode waardoor deze een efficiënte en snelle kennisoverdracht kan bieden. Ook voor grotere groepen is de methode geschikt.
Dit docentgestuurde aspect heeft tevens een keerzijde; er wordt geen eigen input van de studenten verlangd, waardoor het gevaar van passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer ligt. Een ander bezwaar is dat de driloefeningen niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik Nederlands.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) zodanig te leren dat het in het langetermijngeheugen wordt opgeslagen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die later worden herhaald. De opgeschreven Nederlandse woorden en zinnen worden hardop gelezen door de student. Deze woorden of zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar door de blootstelling gaat dit eigenlijk vanzelf. De woordenlijst wordt steeds bijgewerkt; Nederlandse woorden die aangeleerd zijn, worden van de lijst verwijderd. Die Nederlandse woorden die nog problemen geven, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method claimen dat de woorden en zinnen in het Nederlands spontaan in het langetermijngeheugen van de lerenden worden opgeslagen, iets dat door geheugenwetenschappers bestreden wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden als deze kennis betekenisvol en relevant is voor de student. Deze methode kan werken voor Nederlandse woorden die van betekenis en relevant zijn voor de student.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die baat hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun kan deze GoldList-methode goed functioneren. Met de hand schrijven functioneert beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een fotootje maken, omdat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen zijn uiteraard veel meer dan alleen een serie losse woorden of zinnen. Daarnaast is de methode bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven woordenlijsten aangelegd dienen te worden.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op de natuurlijke manier van het verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Nederlands). De leermethode probeert het Nederlands aan te leren op de manier waarop mensen als kind hun moedertaal leerden. Op die wijze leert men onbewust eveneens de taalregels van het Nederlands. Alleen het Nederlands met een aantal visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Een stressvrije leeromgeving is het streven van de leermethode. De lerenden worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie Nederlands niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete Nederlands grammatica en de correctie van vormfouten.
De leermethode is het meest effectief als de lerenden in het Nederlands worden ondergedompeld. Om te zorgen dat de student van de ervaring kan genieten, moeten de leeractiviteiten die in het Nederlands worden aangeboden, stimulerend zijn.
De Natural Method leermethode heeft veel overeenkomsten met de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat de Directe Methode meer nadruk op de praktijk legt en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is veelvuldig aangetoond dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode is. Omdat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen, is de Natural Approach een populaire wijze van lesgeven bij taaldocenten Nederlands. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De methode richt zich vooral op het impliciet leren van de grammatica van het Nederlands. De student zou weliswaar leren in het Nederlands te communiceren, maar door ontoereikende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven hangen.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Om op een natuurlijke manier Nederlands te leren, wordt prettig gevonden. Studenten wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Nederlands. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.
Omdat er bijna geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaten geboekt worden. Ook bereidt de methode lerenden niet per se op een specifiek Nederlands examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) oftewel ‘Structurele Aanpak’ is in de begin jaren 50 door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
Deze Structurele Aanpak is een methode om een vreemde taal te leren die als doel heeft om studenten vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuur van de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands). De beheersing van deze structuren levert volgens de methode meer op dan het verwerven van woordenschat van het Nederlands. Het gaat om het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van Nederlandse woorden en groepen woorden in de correcte woordvolgorde. Deze combinaties worden aan de lerenden aangeboden in betekenisvolle situaties met behulp van visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen. De taalstructuren die het vaakst in het Nederlands worden gebruikt, worden eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheden Nederlands (luisteren en spreken) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Nederlands (spreekvaardigheden en schrijfvaardigheden), krijgt grammatica een belangrijke plek. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op grote schaal toegepast voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat studenten de Nederlandse taal op een accurate manier leren. De student krijgt inzicht in de Nederlandse grammatica leert in welke situatie bepaalde Nederlandse woorden en combinaties van woorden wel of niet passend zijn voor de situatie. De methode gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de methode van de Structural Approach ook. Deze werkwijze is nogal tijdverslindend en zorgt niet onmiddellijk voor een succeservaring. De eigen inbreng van de lerende is gelimiteerd; de methode is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Communicatief taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching; CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach; CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de visie dat interactie de uiteindelijke doelstelling is van het leren van talen (zoals Nederlands).
De studenten leren met behulp van CLT-technieken het Nederlands in praktijk te brengen door de interactie met de taaltrainer Nederlands alsook onderling. Er wordt gebruikgemaakt van teksten in het Nederlands of ander materiaal uit de werkomgeving en/of het dagelijks leven. Het Nederlands wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten Nederlands dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Nederlands in verschillende situaties uit de praktijk te oefenen. De Nederlandse grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent Nederlands echt een trainer, die de lerende helpt in het Nederlands te communiceren.
Populariteit
In de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair. Dit kwam gedeeltelijk omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol waren gebleken. Binnen een verenigd Europa ontstond meer behoefte om vreemde talen te leren op een direct toepasbare manier.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
De CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel pluspunten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; de methode is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Nederlandse woorden die zij moeten weten. CLT is efficiënt. Deze methode werkt voor de studenten stimulerend omdat zij gauw succeservaringen hebben. Foutjes mogen worden gemaakt; de vaardigheden van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van deze communicatieve benadering is dat er minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak. Het plannen en voorbereiden vereist veel tijd van de trainer en van de lerenden vraagt het een actieve deelname. Voor bepaalde lerenden is deze manier van een taal leren afwijkend of moeilijk, afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) (communicatief taalonderwijs) traint vaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en CLT biedt als zodanig geen samenhangend geheel.
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Er word geleerd om gebruiksklare zinnetjes, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; docent Frans en Italiaans uit Duitsland. Rond het jaar 1783 ontwikkelde hij een methode waarbij de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt beschouwd als de grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gestoeld op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Onderwijs in Latijn was vanzelfsprekend op geschreven teksten van klassieke schrijvers gericht en was geheel op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Nederlands) gericht. Deze aanpak werd gezien als degelijk en wetenschappelijk. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat uit van de analyse van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Nederlands) waarbij de lerenden inzicht ontwikkelen. De lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Nederlands krijgen de nadruk. De taaltrainers dragen de kennis Nederlands over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Tegengeluiden waren al al vanaf halverwege de negentiende eeuw ook te horen. Desondanks is de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum van grote invloed geweest op het taalonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De grammatica-/vertaalmethode vormt een aardige mentale training aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. De methode biedt eveneens inzichten in de structuur van het Nederlands, omdat de nadruk op de grammatica wordt gelegd.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid Nederlands ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Nederlands, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het leren in groepsverband biedt de methode niet de mogelijkheid tot een eigen creatief proces of tot differentiatie bij studenten. De studenten zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt de leermethode ‘onderdompeling’ (In het Engels: language immersion) wereldwijd toegepast, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is ‘onderdompeling’ bekend als de methode die wordt toegepast bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd. De methode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse les onderwezen aan welgestelde dames uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling houdt in dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, vanaf het eerste moment door de nieuwe taal omgeven wordt. Alle instructies worden gegeven in de doeltaal (Nederlands); eerst langzaam en met veel herhalingen, later op een meer natuurlijke manier. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in het Nederlands te spreken. Bij onderdompeling met rollenspellen en simulaties gewerkt. De omgeving op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt vaak ingericht in de stijl van het Nederlands om een situatie te creëren alsof de studenten in Nederland zijn. Studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Nederlands spreken. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar Nederland te gaan en daar in een gastgezin te verblijven.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een erg goede methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Nederlands kan zeer goed worden aangeleerd op deze manier.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaten wordt bereikt, doordat de leermethode zo intensief is. De leermethode is ‘sink or swim’, de student moet wel in het Nederlands gaan communiceren want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Nederlands aan het leren. Het samen oefenen in een groep versterkt de sociale interactie. Lerenden ervaren dat als motiverend.
Een nadeel is dat de bereikte resultaten niet altijd wordt vastgehouden. De mogelijkheid is reëel dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt als iemand in een vrij korte tijd Nederlands leert, door in Nederland te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar daarna weer overgaat tot de orde van de dag. Dat een dergelijke taaltraining Nederlands nogal intensief is, kan een bijkomend nadeel zijn. Niet alle studenten hebben genoeg conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode die uit de jaren 70 van de vorige eeuw stamt. De leermethode is door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedia is op het principe van de suggestie gebaseerd. Georgi Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (vreemde talen; bijvoorbeeld Nederlands) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen tussen de taaldocent (Nederlands) en de student zijn hiervoor essentieel. Dat de studenten zich veilig en ontspannen voelen, is hiervoor de voorwaarde. Om dit te kunnen bereiken, was een leslokaal met een rijopstelling uit den boze. Studenten zaten in comfortabele stoelen tijdens de lessen die in een halve cirkel geplaatst werden en er was altijd muziek in de les. De methodiek zoals Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Bij deze teksten waren woordenlijsten alsook opmerkingen over de (Nederlandse) grammatica. Het voorlezen gebeurde met veel expressie in stem alsook gebaren. Zo werden studenten verleid om te luisteren en de (Nederlandse) woorden die nieuw waren, konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. Tijdens de lessen was er veel aandacht voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Nederland). In de klas werden rollenspellen gespeeld en er werden bijvoorbeeld (Nederlandse) streekgerechten gemaakt en geproefd.
Populariteit
De leermethodiek Suggestopedia was omstreden en is niet erg bekend meer. Sommige elementen van de methodiek worden nog steeds toegepast, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedia zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer, waardoor de student geen hinder heeft van faalangst of frustratie. Deze sfeer kan voor immigranten bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend pluspunt van de methodiek is dat de lerende gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijk vormt dit voor bepaalde lerenden een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommigen eerder afleiden en zelfs verstorend werken in tegenstelling tot stimulerend of ontspannend. Een ander zwak punt is dat de relatie taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de zijde van de Nederlandse taaldocent en de lerenden zijn steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelden in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning of CLL genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een taalverwervingsmethode waarbij studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. Deze CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaldocent als een counselor optreedt die de zinnen van de lerende omschrijft. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als de lerenden de doeltaal (Nederlands) nog niet voldoende machtig zijn. De trainer (Nederlands) geeft uitleg en vertaalt, waarna de lerenden de uitingen van de trainer zo nauwkeurig mogelijk herhalen. De gesprekken in het Nederlands worden opgenomen om nadien opnieuw te beluisteren.
De methode bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de wisselwerking tussen de lerenden onderling als middel om het Nederlands te leren. Het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen middels zinvolle gesprekken. Er wordt geen lesboek Nederlands gevolgd.
Populariteit
Het slagen van deze methode is in hoge mate afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig onderlegd te zijn. De trainer dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de studenten erg goed te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de studenten te vertalen. CLL kan prima werken indien deze op de juiste wijze wordt gebruikt. CLL is niet geschikt voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt voor studenten veel autonomie. Het analyseren van hun eigen gesprekken vinden de studenten vaak zinvol. De leergroep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les Nederlands, maar ook daarbuiten. Met CLL worden studenten zich veel meer bewust van anderen in hun groep, hun sterke en minder sterke punten en leren in teamverband te werken. Studenten leren veel van het bespreken van de fouten en het evalueren van de les Nederlands. Zulke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van het actieve vocabulaire van de student.
Het kan een keerzijde zijn dat de trainer niet sturend is, ondanks dat sommige lerenden wel sturing nodig hebben. Er wordt geen lesboek gebruikt en er worden geen toetsen Nederlands gehouden. Het succes van de les is hierdoor moeilijk meetbaar. Een aantal studenten wordt geremd in hun Nederlands spreken wanneer zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren negentig van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. Lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van het Nederlands (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze hoe het Nederlands ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt woordenschat Nederlands een grotere plaats in dan Nederlandse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Nederlandse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialoog. Voor interactie is aandacht maar eveneens voor exposure; voor de zogenaamde receptieve vaardigheden van de studenten (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor het zelf ontdekken van de Nederlandse taal.
De taak van de taaldocent Nederlands is te zorgen voor voldoende inbreng en het faciliteren van het leerproces van de lerenden.
Populariteit
In de afgelopen drie decennia zijn onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis lesboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht aan woordenschat van de te leren taal geschonken die wordt aangeboden in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. Een ingrijpende wending in de manier waarop talen worden onderwezen, waar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren om op een heel natuurlijke wijze het Nederlands te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Nederlands.
Dat de werkelijkheid toch altijd weer afwijkend is van de geleerde taalsituaties, is de keerzijde. Een aantal lerenden heeft meer aan een trainer Nederlands die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator omdat deze lerenden meer moeite hebben met het zelf leren herkennen van de patronen van het Nederlands.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is in 1880 door de Franse leraar François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
Een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica van de doeltaal vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnetjes op basis van een actie, bijvoorbeeld het huis verlaten in de volgorde waarin deze actie zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik. In de Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het is een soort eentalige manier van taalverwerving, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden al gauw in de te leren taal (bijvoorbeeld het Nederlands) leren denken.
Populariteit
De seriemethode van Gouin was zijn tijd ver vooruit. De seriemethode van François Gouin was toch enige tijd een succes, ondanks dat het een afwijkende aanpak was. De Directe Methode van Berlitz overschaduwde de methode van Gouin echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
Gouin’s Series method ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheid Nederlands en zorgt voor het creëren van een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer in de les.
De leermethode garandeert een levendige manier van lesgeven. Dit soort taalonderwijs Nederlands wekt het enthousiasme bij de lerenden op door gebruik te maken van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Het leren werd tastbaar; dit was iets dat geheel nieuw was. De studenten Nederlands worden nieuwsgierig, dit is een goede methode om om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, de prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. De methode stimuleert de communicatieve competenties Nederlands van de lerenden goed.
De keerzijde van de leermethode is dat taal die wat meer subjectief of abstract wordt, moeilijk in één concrete ervaring kan worden gevangen met beweging en expressie. De bewerkelijkheid voor de trainer, die tenslotte een hele reeks aan series dient voor te bereiden, is een bijkomend nadeel van de leermethodiek. Als derde punt richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog meestal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheid.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de doeltaal (zoals het Nederlands) geen op zichzelf staand doel, maar een methode om specifieke taken uit te kunnen voeren. De lerenden krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de vreemde taal (Nederlands) vereist is. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, is het nodig dat de lerenden over woordenschat en taalregels van het Nederlands beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld het schrijven van een e-mail, bellen met een klantenservice, een boodschap doen, de krant lezen of een drankje bestellen. De opdracht wordt in drie fasen opgesplitst: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Om de opdrachten uit te voeren, moeten lerenden samenwerken. Om leereffect te hebben, moeten de opdrachten net boven het niveau van de lerende liggen.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren 90 is taakgericht onderwijs erg populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest praktisch bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden van de lerenden (met name de lerenden met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs te verhogen.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Nederlands) biedt duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkwijze, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheden (Nederlands) te gebruiken. Mits de taak goed aansluit bij de student, is Task-Based Language Teaching een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. Studenten komen op een alledaagse, natuurlijke wijze in contact met het Nederlands en leren zo authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in het Nederlands. Bovendien leren studenten om samen te werken met andere studenten Nederlands. Studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.
Als nadeel kan worden gezien dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Nederlands, waardoor studenten die niet zeer nauwkeurig leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; docententrainer en taalkundige op het gebied van Engels taalonderwijs uit Nieuw-Zeeland ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’) in 2000.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’; een stroming uit het jaar 1995 van een aantal Deense filmmakers waaronder de filmregisseur Lars von Trier, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Voor het filmmaken, houden de deelnemers zich aan tien strenge regels (tien dogma’s). Deze vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme-onderwijs van vreemde talen streven naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet door voorgedrukt materiaal belast is. Het doeleinde van de Dogme-methode is het houden van inhoudelijke gesprekken over praktische onderwerpen. Bij deze methode draait het om communicatie als inspirator van een taal leren (bijvoorbeeld Nederlands). Deze leermethode is daarom een communicatieve werkwijze voor onderwijs, die taalonderwijs wil bieden zonder het gebruik van leerboeken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan op de communicatie tussen de lerenden en de docent focust. Het Dogme-taalonderwijs kent tien dogma’s (uitgangspunten), net zoals de Dogme-beweging in de film.
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Thornbury dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal (zoals Nederlands) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een pluspunt voor taaldocenten Nederlands is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Dat studenten voor het eigen leerproces verantwoordelijk zijn, kan zeer motiverend zijn. De taallessen Nederlands zijn nooit voorspelbaar op deze manier. Dat creëert spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Bijna elk item kan worden besproken in een taalles volgens de Dogme-benadering. Zo blijven de studenten betrokken en alert.
Als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de trainer kunnen lerenden zich daartegenover wat minder op hun gemak voelen. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle taaldocenten Nederlands voldoende flexibel. Nog een keerzijde kan zijn dat studenten zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Nederlands en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof aan bod komt tijdens de lessen.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is in 2007 ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-benadering is een alternatieve kijk op het verwerven van een vreemde taal (zoals het Nederlands). De primaire aanname van de leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Nederlands; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van Nederland). Daarom hanteert GPA de term ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraar of docent’. De Growing Participator Approach vertoont overeenkomsten met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Nederland voeren deze activiteiten uit. Begrip is belangrijker dan productie. De Nederlandse woordenschat en de cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze fase neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ richt zich in fase 1 op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase duurt ongeveer 150 uur en nu begint de deelnemer het Nederlands ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die worden gedeeld tussen culturen en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de methode is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu diepere gesprekken te voeren over het leven in de Nederlandse cultuur. In fase 5 beginnen deelnemers zich op het taalgebruik van moedertaalsprekers Nederlands te richten door middel van televisie, films, nieuws en literatuur. Het Nederlands dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode van de leermethode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei buiten de formele taalsessies Nederlands om.
Populariteit
Er is nog vrij weinig bekend over het succes omdat de leermethode van Thomson nog relatief nieuw is. Deelnemende studenten zijn vrij enthousiast over deze methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving Nederlands geboden. De zes afzonderlijke fasen van de leermethode bieden realistische doelen en een duidelijk tijdspad. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van het Nederlands, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een minpunt van deze leermethode is dat voor iedere deelnemer of minimaal iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht in de vroege jaren 2000 door Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen om de intonatie (Nederlands) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek van Shadowing werkt eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en zij herhalen dan wat zij horen. Het gaat in eerste instantie om de klank; de Nederlandse tekst begrijpen is niet van belang. Het luisteren en daarna herhalen oefent men net zo vaak totdat het gemakkelijk gaat en de student simultaan Nederlands kan spreken met de audio-opname. De student gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat hij of zij heeft gezegd. Veel leerboeken zijn voor deze methode geschikt, zolang de boeken dialogen of delen met samenhangende tekst bevatten. De Nederlandse audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de student te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. Argüelles doet de aanbeveling om te lopen tijdens het spreken, liefst in de buitenlucht, en niet te zitten, doordat beweging de opname versterkt van de nieuwe taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel. Dat de studenten minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, zodat het werken aan het Nederlands een stuk effectiever gaat, is een andere grond.
De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale drills toegepast werden in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij de Shadowing-techniek is eveneens het simultaan spreken verschillend.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar Shadowing dat aantoont dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van het Nederlands wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Het praktische pluspunt van Shadowing dat het kan worden toegepast in een groep met lerenden, waarbij elke deelnemer individueel actief aan het leren is. Het rendement van Shadowing is hoog.
De keerzijde van de Shadowing-techniek is dat studenten het soms wat saai kunnen vinden om dezelfde Nederlandse tekst te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Nederlands) te leren die van het principe uitgaat dat mensen leren met behulp van bewegingen en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind zijn moedertaal leert. Ouders geven continu opdrachten aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste plaats is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Nederlands is de basis, daarna komt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van het Nederlands versneld toe. De trainer geeft taken op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de lerenden doen na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Nederlands praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende taken worden verder uitgebreid of gedeeltelijk gewijzigd.
Door het combineren van beweging en spraak, appelleert TPR® aan beide hersenhelften. Het kost daardoor minder moeite om iets te leren en de geleerde Nederlandse taalkennis beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt met name toegepast binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren of volwassenen werken ook met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
De methode van Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de doeltaal. De methode levert vlotte succeservaringen op, wat het plezier in het leren bevordert. Dit zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe voor elke doelgroep bruikbaar, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en de methodiek kan ook worden ingezet in grotere klassen. Het verworven Nederlands wordt direct in het langetermijngeheugen opgeslagen.
Het nadeel van de TPR®-methode is dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is. Hierdoor werkt de methodiek tot op een zeker niveau en is daarnaast een andere methodiek (als aanvulling) nodig. De methode is ook niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën in het Nederlands uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz bedacht de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd, eind jaren tachtig van de negentiende eeuw. De methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging omstreeks het jaar 1900 met nieuwe visies over talen leren dat zelfontdekkend en inductief moest zijn. De Reformbeweging had overigens niet alleen betrekking op het leren van talen, maar ook over voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Rond 1900 streefde men, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van de keurslijven. Er ontstond op het gebied van het taalonderwijs veel aandacht voor gesproken, ‘levende’ taal. Hierbij werd grammatica eerder inductief aangeleerd, met voorbeeldzinnen. De taalregels moesten studenten hieruit afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met meer aandacht waren er voor de uitspraak van de taal (zoals het Nederlands). Het werd gestimuleerd de lerenden veel in het Nederlands te laten spreken. Het was ook nieuw dat de taallessen in het Nederlands gegeven werden. Er werd nadrukkelijk niet vertaald in de les. Met behulp van voorbeelden en afbeeldingen werd de (Nederlandse) woordenschat aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd door de studenten zelf aangeboden voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deze vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloeden van de oorlogen en crises, om weer een andere vorm te vinden in de jaren zestig.
Taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua werken nog altijd met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Nederlands te leren, is het grote pluspunt. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken. Hierdoor krijgen lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Nederlands. Keerzijden heeft deze Direct Methode echter ook. Voor schrijfvaardigheid (Nederlands) is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen veel minder aandacht. De Directe Methode biedt voor de meer gevorderde student Nederlands onvoldoende uitdagingen. Omdat de Directe Methode op actief meedoen van de student is gestoeld, is de methode ook niet zeer bruikbaar voor minder snel lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In januari 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is de manier waarop een kind de moedertaal leert. Het leren van een taal (zoals Nederlands) dient veilig en gemakkelijk te zijn. Daarom wil Manesca niet werken met abstracte regels of lijstjes met Nederlandse woorden die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode staat bekend als de vroegst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep studenten en een trainer Nederlands, die maar één Nederlands nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen vervolgens afzonderlijk het Nederlandse woord en de bijbehorende beweging. Door deze herhaling onthouden de lerenden deze Nederlandse woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap vormen de woorden zinnen en weer variaties op deze Nederlandse zinnen. In een latere fase wordt met leesteksten de Nederlandse spelling aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is opgepakt en verder ontwikkeld door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger door de studenten wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai kan zijn om steeds dezelfde Nederlandse woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan een minpunt zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een methode om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De methode van Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.
De taaltrainers Nederlands gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht van de lerende te trekken, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. De methode besteed veel tijd aan de uitspraak (Nederlands).
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het essentieel om taalles te geven op een manier die efficiënt voor de hoeveelheid energie van zijn studenten was. Caleb Gattegno kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan als mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat trainers niet zozeer dienen te streven naar kennisoverdracht, maar bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om iets te kunnen leren.
Gekleurde staafjes die voor allerlei dingen kunnen worden gebruikt, zijn één van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt. De leermethodiek maakt eveneens gebruik van Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van het Nederlands vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Voornamelijk bij het leren van de uitspraak zijn Gattegno’s ideeën van belang geweest, alhoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de methodiek van Caleb Gattegno is dat zijn benadering niet-bedreigend is voor de student, die per slot van rekening als autonoom wordt gezien. De taaltrainer Nederlands is in feite aan de lerende dienstbaar en niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke manier. Het geleerde wordt vaak goed verwerkt en onthouden door lerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag, wat helpt bij het leren.
Dat een aantal lerenden intensievere begeleiding nodig heeft dan de leermethode voorziet, kan een nadeel zijn. Door het gebrek aan inbreng van de taaltrainer Nederlands zouden lerenden gefrustreerd kunnen raken. Het gebruik van kleuren en grafieken heeft als limiterende factor dat ‘het nieuwe’ er vrij snel af gaat. Hierdoor verdwijnt het effect.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De TPRS-methode is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-methode (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
TPRS is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het principe is een natuurlijke methode van taalverwerving: een taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. Om dit te kunnen bereiken, wordt de student aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. Door de trainer Nederlands wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren Nederlandse woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Doordat de verhalen van de taaldocent gemakkelijk te begrijpen zijn, ontspannen lerenden zich. Op deze manier worden Nederlandse structuren en woorden van de nieuwe taal ongemerkt in het langetermijngeheugen opgeslagen. De lerenden worden door de docent op grammaticale fenomenen van het Nederlands gewezen, zonder dat lerenden taalregels uit het hoofd hoeven te leren.
Na een poosje zal de lerende ‘vanzelf’ Nederlands beginnen te spreken en de Nederlandse grammaticale structuren van de nieuwe taal nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om samen met een groep lerenden een verhaal op te bouwen. Hierbij schrijft de docent Nederlands eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met de Nederlandse vertalingen erbij, om vervolgens hier een verhaal van te maken met de lerenden. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen in het Nederlands is een belangrijk deel van TPR Storytelling, doordat dit voor input zorgt. In een later stadium volgt schrijven in het Nederlands.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden nodig: de setting moet geschikt zijn en de trainer moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de geleerde stof wordt goed onthouden. Doordat TPRS ook de creatieve intelligentie activeert, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. Het is prettig voor de studenten en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor studenten werkt de methode zeer motiverend om zelf een verhaal te maken.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de docenten vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-leermethode is naar de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met een tweetalige tekst die in Egypte is gevonden, waarmee de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taalcursussen aanbiedt. De eerste versie van deze methodiek is uitgebracht in het jaar 1996.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren met behulp van een computer. Deze taalcursussen worden aangeboden in ruim dertig verschillende talen en de taalcursussen zijn ook vanuit al deze talen te volgen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve leermethode, die de wijze nabootst waarop kinderen hun moedertaal leren. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Nederlands) en foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal (het Nederlands). Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen. Dit programma registreert de Nederlandse uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. Dit maakt het mogelijk voor de student om de uitspraak te vergelijken met die van een moedertaalspreker Nederlands (native speaker). Door de voorbeeldstem minder snel te laten spreken en daarna veel na te zeggen, kan de uitspraak verbeterd worden.
Voor de schrijfvaardigheid Nederlands van de lerende biedt de methode dictee-oefeningen. De software controleert de Nederlandse grammatica en de spelling en geeft taalfoutjes aan en biedt de optie om de taalfoutjes van de lerende te corrigeren.
Het programma biedt ook leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
De Rosetta Stone-methode wordt wereldwijd veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door enkele ministeries en verschillende universiteiten en hogescholen toegepast, alsook door een aantal internationaal opererende organisaties.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is heel makkelijk om te gebruiken en de methode kan op ieder moment door de studenten worden gebruikt. Welke delen van de methode wat meer of minder aandacht kunnen gebruiken, kunnen de studenten zelf bepalen. Veel studenten ervaren het als prettig om te werken met de methode. Bij een gebrek aan docenten kan Rosetta Stone een oplossing zijn voor onderwijsinstellingen. Het feit dat er geen trainer is die studenten motiveert of iets extra’s kan bieden, is een minpunt van de methode van Rosetta Stone.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. Zijn eerste taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur in 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een computerprogramma om een nieuwe taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialoog die door studenten worden nagesproken en worden herhaald. Deze Nederlandse zinnetjes zijn door native speakers (moedertaalsprekers) ingesproken. De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticiperen, woordenschat en wederom herhaling. De les omvat een halfuur audio-opname met nieuwe woordenschat en taalstructuren. De grammaticale structuren van het Nederlands worden niet apart uitgelegd maar aangeboden via uitbreiding van, en variaties op, de zinnen.
Dr. Pimsleur deed onderzoek naar het optimale interval waarmee geleerde informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur cursussen is dit (gemiddelde) interval verwerkt.
Populariteit
Onder andere in de Verenigde Staten worden de taalcursussen van Pimsleur gebruikt en de ervaringen variëren. In het algemeen zijn de lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Nederlands.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de methode van Pimsleur erg goed, omdat de insprekers allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Nederlands praten.
Het feit dat niets wordt uitgelegd, is de keerzijde van de methode. De studenten leren geen bouwstenen van de Nederlandse taal om zelf een zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet geheel verwonderlijk, door Michel Thomas (Poolse naam: Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden als Diana Ross, Barbra Streisand, Mel Gibson, Emma Thompson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het uitgangspunt van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Michel Thomas begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De taalcursussen van Michel Thomas zijn audiolessen (Nederlands) die zijn ingesproken door twee acteurs; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert met de les van de stemacteurs mee. Als een vraag aan de acteurs gesteld wordt, is het de bedoeling dat de lerenden op pauze drukken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. Bij de methode wordt de les in kleine stapjes opgebouwd en Nederlandse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Nederlandse lesstof die al bekend is. De uitleg wordt steeds in het Engels gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden tussen de Engelse taal en het Nederlands gewezen, als deze er zijn. De methode geeft ook grammaticale uitleg. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de lerende het voorgaande heeft begrepen en geleerd. Behalve Nederlandse woorden en zinnetjes worden eveneens bouwstenen aangeleerd zodat de studenten zelf zinnetjes kunnen bouwen. De leermethode maakt ook gebruik van flashcards waarmee gebruikers zelf hun vocabulaire Nederlands kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel studenten vinden de cursus fijn om mee te werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Nederlands. De gebruikers die al wat verder zijn met de taal, vinden de cursussen wat minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen zijn zeer toegankelijk en trainen luistervaardigheid en uitspraak Nederlands op efficiënte wijze. Dat deze taalcursus Nederlands niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een keerzijde. Een echte interactie is er ook niet, omdat de methode van Michel Thomas een audiocursus betreft.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 is opgericht door schrijver en polyglot Alphonse Chérel. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert cursussen voor vreemde talen. Dit begon met hun eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat voor een taalcursus (zoals Nederlands) vrij hooggegrepen was. De Assimil-cursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek Nederlands en audio-CD’s alsook een USB-stick. De cursist werkt idealiter ongeveer twintig minuten per dag.
De lessen bestaan uit verschillende Nederlandse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De Nederlandse vertaling staat hiernaast, samen met grammaticale toelichting. Om de uitspraak van het Nederlands te trainen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnetjes die door native speakers zijn ingesproken en die de cursist daarna dient te herhalen. De opbouw gaat van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruikers; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij gewaardeerd. Ze zijn niet duur en er is een ruim aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de cursist Nederlands op zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste uitkomt, is het voordeel van de Assimil-methode. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle computertaalcursussen, dat de student is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen trainer Nederlands om de cursist te motiveren of te begeleiden.
Er is ook een ruim aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen Nederlands: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Babbel, Duolingo, Quizlet en Mondly.
Er bestaat echter een betere methode om Nederlands te leren: De Methode van Dagnall.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall wordt behaald door bepaalde elementen van deze bekende leermethoden toe te passen, maar vooral doordat de focus van ons taleninstituut steeds ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of misschien kinesthetisch aangelegd? Hoe leert de cursist het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is zijn of haar voorgeschiedenis op het gebied van taaltraining? Wat vindt hij of zij lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? De cursussen van Dagnall Taleninstituut zijn bij voorkeur face-to-face. We werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Dagnall Talen biedt daarnaast een online leerplatform en een eigen app, beide met Nederlandse woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de app worden geladen met jargon van specifieke organisaties en bedrijven.
Tot slot beschikken de taaltrainers over veel eigen lesmateriaal en ze spelen continu op actuele thema’s en ontwikkelingen in die voor de cursisten interessant kunnen zijn. Onze taaltrainers zijn zeer bedreven in het vlot en plezierig aanleren van een taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden snel in de praktijk kunnen worden toegepast.
Visueel, auditief of kinesthetisch? Door met de natuurlijke wijze van leren rekening te houden en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Taleninstituut het hoogste rendement bij haar taaltrainingen Nederlands. Een bijkomend voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk door zowel onze cursisten als onze taaltrainers als een zeer prettige methode wordt ervaren. Onze door de jaren heen ontwikkelde en verfijnde werkwijze is niet alleen ons handelsmerk geworden, maar ze creëert ook de meerwaarde van onze maatwerktrainingen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzameltermen voor (taal)trainingen die een cursist online kan volgen, op afstand dus. Men spreekt ook wel van een virtual classroom oftewel een ‘digitaal leslokaal’. Bij het zogenaamde blended learning worden face-to-face-sessies (klassikale sessies) gecombineerd met online leren in een online leeromgeving. Simpel uitgelegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Blended taalcursussen noemen wij ook wel combicursussen of hybride cursussen. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Zoetermeer.
Online Nederlands leren (e-learning Nederlands) Enkele voorbeelden van digitale platformen die gebruikt kunnen worden voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Nederlands in Zoetermeer Het voordeel van blended learning vergeleken met het online leren is dat, indien het niet om 1-op-1 les gaat, lerenden met blended learning afwisselend wel zogeheten ‘classroominteractie’ ervaren; dat wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van andere lerenden.
100% maatwerk – ook online!
Online leerplatform Dagnall biedt een eigen digitale leeromgeving met een interactief leerplatform, genaamd Dagnall.online. Dagnall.online biedt gevarieerde en interactieve content en vormt een integraal onderdeel van een digitaal leertraject. Het platform van Dagnall biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
Dagnall App Naast het online leerplatform biedt Dagnall ook een eigen App voor zowel Android als Apple. Het gunstige aspect van de Dagnall App is dat een lerende altijd en overal, dus 24/7, toegang heeft op alle (mobiele) apparaten. Op het werk maar eveneens thuis of onderweg, bijvoorbeeld eveneens op reis in het buitenland. Zo kunnen cursisten Nederlands leren wanneer en waar ze maar willen. De inhoud van de oefeningen in de Dagnall App worden op de behoefte van uw organisatie afgestemd zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Zo kunnen wij bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen en specifieke productnamen integreren in de App. De App kan zeer praktijkgericht worden gebruikt en de Dagnall App blijft ook beschikbaar na afronding van de training Nederlands in Zoetermeer. Ook bij digitale leerpaden zorgt Dagnall voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Nederlands
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen of vergaderingen met Nederlandse zakenpartners en klanten uit Nederland zijn op het gebied van taal vaak een uitdaging. Mensen die meerdere talen spreken, zijn in veel bedrijven daarom onmisbaar.
Online en blended taaltrainingen Nederlands op maat
Dagnall Taleninstituut leert u Nederlands communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Wanneer u internationaal meertalig succesvol wilt zijn, leer uw Nederlandstalige gesprekspartners dan te begrijpen en zorg ervoor dat u zelf ook wordt begrepen. Wilt u uw taalvaardigheid Nederlands verbeteren voor uw huidige of toekomstige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en zijn eveneens beschikbaar als onlinecursussen & blended taalcursussen. Onlinecursussen en blended taalcursussen Nederlands zijn net zo doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en bovendien comfortabel.
Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kan overal worden gevolgd; thuis, op kantoor, op zakenreis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Nederlands online
Zakelijke en technische taalcursussen online geeft Dagnall Taleninstituut via onlineplatforms zoals Zoom, Teams, Skype of een ander onlineplatform naar uw keuze. Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel interactie als variatie.
Virtuele Classroom voor zowel individuele als groepstrainingen Nederlands
Alleen het volgende is nodig voor een (taal)cursus in een virtuele classroom: - Laptop, tablet of pc/iMac met camera en microfoon - Internetverbinding - Rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
De onlinecursussen en blended taalcursussen van Dagnall kenmerken zich door:
Vakbekwaamheid van de taaltrainers Nederlands
De online alsook de blended (taal)cursussen worden door onze gekwalificeerde en toegewijde moedertaal (native) docenten gegeven
Onze taaltrainers hebben jarenlange ervaring in het verzorgen van taalcursussen voor het bedrijfsleven en (semi-)overheidsorganisaties
Onze taaldocenten zijn HBO dan wel universitair opgeleid en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuur – snelle leervordering
De blended (combicursussen) en online taalcursussen van Dagnall Talen zijn maatwerktrainingen die speciaal op de behoeften en wensen van de cursist afgestemd worden
De inhoud van de cursus wordt op het leerplan afgestemd om het leerproces structuur te geven
Een duidelijke structuur helpt de cursist om de taaldoelen Nederlands op een snelle en efficiënte manier te bereiken
De online (blended taalcursus/combicursus/hybride cursus) taalcursus bestaat uit livesessies en schriftelijke opdrachten. In de livesessies wordt de woordenschat Nederlands en de structuren die in de voorbereiding en voortzetting van de les zijn geleerd, actief toegepast
Door de combinatie van zelfstudie en videosessies komt het behaalde resultaat van de blended- en onlinecursussen overeen met die van onze face-to-face cursussen
Lesreeksen kunnen eventueel opgenomen worden, zodat de cursist thuis alles meerdere malen kan herhalen en geen dingen hoeft te missen
De Dagnall trainers geven naast de taalcursus eveneens tips voor verdere mogelijkheden voor digitale zelfstudie
Vakbekwaamheid en structuur zorgen voor een goede wisselwerking tussen de cursisten en de taaltrainer en zijn van groot belang voor het slagen van een taaltraining Nederlands.
Profiteer nu ook van blended- of onlinecursussen Nederlands gegeven door ons taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw cursus Nederlands in Zoetermeer ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Nederlands wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Nederlands bevat.
Na afloop van uw cursus Nederlands in Zoetermeer ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Nederlands alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Nederlands. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde cursus Nederlands in Zoetermeer
De taalniveaus van het Europees Referentiekader (ERK) gebruikt Dagnall Taleninstituut als referentie en bieden u een goed inzicht in uw aanwezige en verworven kennis van het Nederlands. Het niveau van het ERK is een internationaal erkend taalniveau.
Wij overhandigen na afloop van de cursus Nederlands in Zoetermeer het ‘Certificaat van Dagnall Talen’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een manier om taalniveaus op een uniforme wijze te omschrijven, zodat een ‘gevorderde’ in Nederland dezelfde taalvaardigheid heeft als een ‘gevorderde’ in bijvoorbeeld Engeland. Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 samengesteld door de Raad van Europa. Het ERK is een instrument dat vijf taalvaardigheden onderscheidt, te weten: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren. De Engelstalige afkorting en naam wordt ook vaak gebruikt: CEFR; Common European Framework of References. Het ERK noemt ook 6 niveaubeschrijvingen, van beginner tot nagenoeg moedertaalspreker (near-native). Deze zes niveaus in vaardigheid worden van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Niveau A betekent dat de taalgebruiker de basisvaardigheden beheerst. Wie niveau B machtig is, wordt als een ‘zelfstandige taalgebruiker’ gezien. De kennis van het Nederlands is zodanig dat hij of zij zonder hulp kan functioneren in de Nederlandse taal. Niveau C is van toepassing op gevorderden die Nederlands met groot gemak kunnen lezen, verstaan, schrijven en spreken. Taalniveau C is het niveau van de (ver)gevorderde gebruiker. De beheersing van de Nederlandse taal lijkt op dat van een moedertaalspreker.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Nederlands)
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Taleninstituut is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm stelt eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die van belang zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van ISO 9001:2015.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall Taleninstituut is eveneens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. De norm ISO 17100:2015 is specifiek voor de vertaalbranche en bevat onder meer eisen voor mensen, projectmanagement, middelen, vertalers en proeflezers.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers wordt gewerkt die over de benodigde ervaring en kennis beschikken. Bovendien worden onze vertalingen (Nederlands) altijd minimaal twee keer door twee specialisten/editors proefgelezen. De vertalingen worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties. Jaarlijks wordt Dagnall Talen door Kiwa getoetst om te beoordelen of nog altijd aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
Ons taleninstituutinstituut is al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk. Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid. De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstellingen en heeft ruim 450 leden. De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
Voor de NRTO staat kwaliteit centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de leden van de NRTO geleverd worden, zoals een cursus Nederlands in Zoetermeer, wordt door een gedragscode, door diverse convenanten en door het NRTO-keurmerk geborgd.
De gedragscode van de NRTO is gebaseerd op vijf beginselen, te weten zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO is belangenbehartiger van van private opleidingsinstellingen in Nederland. De NRTO fungeert als gesprekspartner van ministeries, leden van de Tweede Kamer, sociale partners, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, maatschappelijke organisaties zoals de SER en de Stichting van de Arbeid en de media.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt ook met verschillende andere organisaties samen, zoals de Alliantie Samen Werken voor Werk. Alle leden van de NRTO zijn ondernemers.Leden van het NRTO werken resultaatgericht en klantgericht en zijn in staat om zich snel aan veranderende omstandigheden aan te passen en altijd maatwerk te leveren.Het aanbod aan bijvoorbeeld cursussen Nederlands in Zoetermeer sluit aan bij de behoeften van de arbeidsmarkt.Continue innovatie is hiervoor essentieel.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is in diverse adviesraden, commissies en besturen vertegenwoordigd, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het CRKBO, het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), Blik op Werk en stichting EDU-DEX.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engelse naam: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de EU. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van EU-burgers. Deze verordening schrijft voor dat personen op de hoogte dienen te zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die voor het beoogde doeleinde noodzakelijk zijn, bewaard en verwerkt mogen worden.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan noodzakelijk en de persoonsgegevens dienen tegen toegang door onbevoegden, verlies of vernietiging te worden beschermd. Uiteraard voldoet Taleninstituut Dagnall aan alle vereisten die worden gesteld door de Algemene verordening gegevensbescherming en verwerkt persoonsgegevens zeer beperkt in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Nederlands in Zoetermeer zijn vrijgesteld van btw
Dagnall heeft een inschrijving in het CRKBO-register. CRKBO staat voor het Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dat houdt in dat Dagnall Taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs. Voor de Belastingdienst is inschrijving in het juiste CRKBO-register een vereiste om beroepsgerichte taalcursussen vrijgesteld van btw te kunnen aanbieden. Door onze btw-vrijstelling kan ons insitituut lagere prijzen in rekening brengen. Dit is prettig voor de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen aan bijvoorbeeld zorginstellingen, de overheid, maatschappen en privépersonen.
CPION
Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register is een register dat door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden wordt. Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder andere als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen voor een cursus Nederlands in Zoetermeer
De juiste route naar een cursus Nederlands in Zoetermeer!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
De officiële landcode van Nederland in letters is NLD. De hoofdstad van Nederland; Amsterdam (in vrijwel alle talen eveneens ‘Amsterdam’ geheten), ligt in het noordwesten van Nederland.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Nederland is +31. De officiële internetextensie van Nederland is .nl.
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Nederland ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Nederland.
Nederland grenst aan België en Duitsland.
Kunt u alle provincies van Nederland onderscheiden?
Weet u in welke provincies uw Nederlandstalige zakenrelaties zijn gevestigd?
Zo leert u de 12 Nederlandse provincies heel gauw.
Controleer en/of verbeter uw kennis door met de muis naar de landkaart van Nederland te gaan.
Als u de muis op de landkaart van Nederland laat rusten, kun u de regionale indeling van Nederland zien.
Dan worden de provincies na elkaar afgebeeld.
Eerst ziet u de Nederlandse provincies, daarna kunt de naam van de opgelichte provincie lezen.
In een minuut hebt u een aardig idee van de regionale verdeling van Nederland.
Nederland in Europa
Provincies van Nederland
Soepele zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen
Zakendoen met Nederland
Wilt u soepel communiceren met Nederlandstaligen?
De informatie die u hieronder over de Nederlandse cultuur, Nederland en de Nederlanders vindt, zal u zeker helpen.
Bekende Nederlanders, exportproducten en gebruiken en gewoonten heeft Dagnall Taleninstituut hierbij opgesomd.
Uiteenlopende typische dingen over de Nederlandse taal en/of Nederland.
Een aantal interessante dingen weten, kan uitstekend helpen bij een eerste contact of als opening voor een gesprek.
Deze informatie over land, mens en cultuur kunt u tevens goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen gedurende een zakelijk gesprek in het Nederlands.
Tijdens internationaal zakendoen met Nederlandstaligen kunt u in elk geval niet alleen de geleerde taalvaardigheid toepassen maar ook uw verkregen kennis over het land inbrengen.
Zo kunt u iets ontdekken over de Nederlandse eetcultuur en Nederlandse gerechten.
Eten brengt mensen dichter tot elkaar.
De nieuw opgedane taalkennis alsook uw kennis over Nederland, de Nederlandse cultuur en de Nederlanders zal zeer op prijs worden gesteld!
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Alhoewel je in Nederland wel goed kunt eten, is de traditioneel Nederlandse keuken is niet erg exquise. Aardappelen, groente en vlees of vis zijn traditionele ingrediënten. Verder eten Nederlanders redelijk veel brood. Nederlands ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en diverse zoete dingen. Niet alleen jam, maar ook pindakaas, appelstroop of hagelslag: de chocoladekorrels die in andere landen als taartgarnering wordt gezien. In het weekend worden ook vaak eieren bij het ontbijt gegeten. Nederlanders drinken hier koffie, thee of melk bij. De lunch is eigenlijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms met een beetje tomaat of komkommer of een snack erbij. Rond zes of zeven uur ’s avonds eten Nederlanders een warme maaltijd. De traditionele avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht, gevolgd door vlees of vis, gekookte of gebakken aardappelen en één of twee soorten groente. Als nagerecht eten Nederlanders yoghurt, vla, fruit of pudding. ’s Avonds rond 20.00 uur drinken Nederlanders nog een kopje koffie met een koekje. Een populair Nederlands gerecht voor de winter is erwtensoep, ook wel snert’ genoemd. Het is een dikke soep van groene erwten, knolselderij, rookworst en stukken vlees. Samen met roggebrood en spek is het een volledige maaltijd. Een Nederlands fenomeen is eten uit de muur’: je gooit wat geld in de automaat en trekt een snack uit een glazen luikje. Dit wordt dan op straat opgegeten. Populaire Nederlandse snacks zijn kroketten en frikandellen. Deze worden beide gemaakt van slachtafval. Alhoewel in Nederland ook hier en daar wijn wordt geproduceerd, Nederland is een land van bier. Er zijn meer dan 500 brouwerijen en veel biermerken, onder andere Heineken, Hertog Jan en Grolsch. Een traditioneel Nederlands destillaat is jenever. Jenever wordt gestookt van graan. Het is gebruikelijk om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt. Dit is zowel zakelijk als privé gebruikelijk. Bij de koffie worden dan vaak koekjes geserveerd.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
Oogarts en hoogleraar oogheelkunde Herman Snellen (1834-1908) was de bedenker van de naar hem vernoemde Snellenkaart, met letters als ogentest.
Victor HayesM (1941) is een Nederlands ingenieur en staat bekend als de 'vader van Wi-Fi'.
Het bedrijf Philips was in 1963 de uitvinder van het cassettebandje, en in 1982 co-uitvinder van de Compact Disc (CD), de DVD (1995) en de opvolger van de DVD, de Blu-ray schijf.
Elektrotechnicus Jaap Haartsen (1963) vond in 1994 de Bluetooth-technologie uit.
Coenraad Johannes van Houten (1801-1887) vond het bewerken van cacao uit met alkalische zouten om de bittere smaak te verwijderen en de cacaobestanddelen beter wateroplosbaar te maken.
Maurice Gatsonides (1911-1998) was een succesvol Nederlands autocoureur en uitvinder. Hij ontwierp een meter waarmee de snelheid van een rijdende auto kan worden bepaald, de gatsometer. Ook bedacht hij de eerste automatische snelheidsmeter, later bekend als de flitspaal.
De röntgenstraling is ontdekt door de Duits/Nederlandse natuurkundige Wilhelm Conrad Röntgen (1845–1923). In 1901 ontving hij de eerste Nobelprijs voor Natuurkunde.
De ontdekking van de microscoop wordt toegeschreven aan Antoni van Leeuwenhoek (1632-1723).
Dankzij de VOC, kon men vanaf 1602 in Amsterdam terecht voor handel in aandelen en aandelenderivaten, waarmee de aandelenmarkt een feit was. Overigens was de VOC de eerste multinational ter wereld.
De eerste onderzeeboot werd ontworpen rond 1624 door de Nederlandse uitvinder Cornelius Drebbel.
In 1924 kreeg Willem Einthoven de Nobelprijs voor de Fysiologie of Geneeskunde vanwege de uitvinding van het Elektrocardiogram (ECG).
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
Het volkslied van Nederland
ZAKENDOEN MET DUITSLAND
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Alhoewel je in Nederland wel goed kunt eten, is de traditioneel Nederlandse keuken is niet erg exquise. Aardappelen, groente en vlees of vis zijn traditionele ingrediënten. Verder eten Nederlanders redelijk veel brood. Nederlands ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en diverse zoete dingen. Niet alleen jam, maar ook pindakaas, appelstroop of hagelslag: de chocoladekorrels die in andere landen als taartgarnering wordt gezien. In het weekend worden ook vaak eieren bij het ontbijt gegeten. Nederlanders drinken hier koffie, thee of melk bij. De lunch is eigenlijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms met een beetje tomaat of komkommer of een snack erbij. Rond zes of zeven uur ’s avonds eten Nederlanders een warme maaltijd. De traditionele avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht, gevolgd door vlees of vis, gekookte of gebakken aardappelen en één of twee soorten groente. Als nagerecht eten Nederlanders yoghurt, vla, fruit of pudding. ’s Avonds rond 20.00 uur drinken Nederlanders nog een kopje koffie met een koekje. Een populair Nederlands gerecht voor de winter is erwtensoep, ook wel snert’ genoemd. Het is een dikke soep van groene erwten, knolselderij, rookworst en stukken vlees. Samen met roggebrood en spek is het een volledige maaltijd. Een Nederlands fenomeen is eten uit de muur’: je gooit wat geld in de automaat en trekt een snack uit een glazen luikje. Dit wordt dan op straat opgegeten. Populaire Nederlandse snacks zijn kroketten en frikandellen. Deze worden beide gemaakt van slachtafval. Alhoewel in Nederland ook hier en daar wijn wordt geproduceerd, Nederland is een land van bier. Er zijn meer dan 500 brouwerijen en veel biermerken, onder andere Heineken, Hertog Jan en Grolsch. Een traditioneel Nederlands destillaat is jenever. Jenever wordt gestookt van graan. Het is gebruikelijk om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt. Dit is zowel zakelijk als privé gebruikelijk. Bij de koffie worden dan vaak koekjes geserveerd.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
Nederland heeft meer dan 17 miljoen inwoners. Nederland is een constitutionele monarchie op basis van een parlementair stelsel. Het staatshoofd is de koning; de minister-president is de regeringsleider. Nederland ligt in het noordwesten van Europa en grenst aan de Noordzee, België en Duitsland. Nederland beslaat een oppervlakte van 41.543 vierkante kilometer. Nederland is de 17de grootste economie ter wereld.
De hoofdstad van Nederland is Amsterdam. In de stad Amsterdam wonen ruim 800.000 mensen. Andere belangrijke en grote steden zijn Rotterdam, Utrecht, Den Haag en Eindhoven. Nederland is onderverdeeld in twaalf provincies, te weten: Drenthe, Flevoland, Friesland (Fryslân), Gelderland, Groningen, Limburg, Noord-Brabant, Noord-Holland, Overijssel, Utrecht, Zeeland en Zuid-Holland.
Vlag van Nederland
Wapen van Nederland
Oorsprong naam Nederland
De naam ‘Nederland’ stamt van het woord neder af, wat op een lager liggend gebied duidt; “De Lage Landen”.
Kenmerkend voor Nederland
Sinds jaar en dag bekend om tulpen, klompen, kaas, stroopwafels, fietsen en molens. De Amsterdamse grachten staan op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Nederland is vermaard om de strijd tegen het water,
nodig vanwege de ligging (voor een groot deel) onder de zeespiegel. In de provincie Zeeland kun je dit goed zien aan de Deltawerken. Nederland heeft ook grote delen land ingepolderd en zelfs een extra provincie gecreëerd; de provincie Flevoland. Hollandse Meesters zijn schilders waar veel mensen voor naar Nederland komen. Denk aan Rembrandt, Vermeer, Van Gogh, Mondriaan en Rietveld.
Symbool van Nederland Symbool voor Nederland als waterland is de zeventiende-eeuwse grachtengordel van Amsterdam, opgenomen op de Werelderfgoedlijst van UNESCO, evenals de tulp.
Minder bekend over Nederland
Een minder bekend feit over Nederland is dat KLM de oudste nationale luchtvaartmaatschappij ter wereld is. En ook dat Beurs van Hendrick de Keyser aan het Rokin te Amsterdam, de voorloper van de huidige effectenbeurs van Amsterdam de oudste handelsbeurs ter wereld was en het Wilhelmus het oudste volkslied dat nog in gebruik is. Ook bijzonder is dat oranje wortelen heel zeldzaam waren totdat Nederlandse boeren ze in de zestiende eeuw massaal gingen telen om steun te betuigen aan het koninklijk huis bij een opstand tegen Spanje.
De Kamer van Koophandel van Nederland, afkorting: KVK) bevindt zich in Utrecht. De website van de Kamer van Koophandel van Nederland is www.kvk.nl. Het adres van de Nederlandse Kamer van Koophandel is: KVK, Sint Jacobsstraat 300, 3511 BT Utrecht. Het telefoonnummer is 088 585 1585.
Toeristenorganisatie van Nederland
De toeristenorganisatie van Nederland is de Netherlands Board of Tourism & Conventions (NBTC), is gevestigd in Den Haag, en de slogan luidt: “Your Official Guide for Visiting Holland”. De website van de Nederlandse toeristenorganisatie is www.holland.com. Het adres van de Nederlandse Toeristenorganisatie is Prinses Catharina-Amaliastraat 5, 2496 XD Den Haag. Het telefoonnummer is 070 370 5705.
KVK Sint Jacobsstraat 300 3511 BT Utrecht NETHERLANDS http://www.kvk.nl/
NETHERLANDS BOARD OF TOURISM & CONVENTIONS Prinses Catharina-Amaliastraat 5 2496 XD Den Haag NETHERLANDS https://www.holland.com
Als teken van hartelijkheid, geven Nederlanders elkaar drie zoenen op de wang bij een begroeting. Nederlandse mannen kussen elkaar alleen bij hoge uitzondering. Meestal geven ze een stevige handdruk. Nederland is een klein en vlak land. Daarom is het een ideaal land om te fietsen. In Nederland worden fietsen als een heel normaal vervoermiddel beschouwd. In de steden zie je regelmatig moeders en vaders met een bakfiets of een fiets met een kar erachter rijden. In deze bakfiets of de kar worden vaak de kinderen naar een dagverblijf gebracht.
Een helm op de fiets is niet heel gebruikelijk. Veel Nederlandse huizen zijn van het type ‘doorzonwoning’. Een doorzonwoning is een huis met grote ramen aan zowel de voorkant als de achterkant. Zo kan de zon gemakkelijk de kamer in schijnen. Veel Nederlanders houden de gordijnen open, om te kunnen zien wat buiten gebeurt. Dit houdt echter ook in dat voorbijgangers naar binnen in de huizen kunnen kijken. Nederlanders vieren meestal verjaardagen, ook op volwassen leeftijd.
Ze gaan dan vaak in een kring zitten in de woonkamer. De gastvrouw of gastheer serveert dan koffie en taart. Op het werk trakteert de jarige persoon vaak op gebak. Cadeautjes worden direct door de jarige uitgepakt. Koningsdag (27 april; de verjaardag van de koning) is de nationale feestdag in Nederland. Iedereen is dan vrij en de mensen gaan dan vaak in oranje kleren naar buiten. Eventueel met een een oranje pruik op. In de meeste Nederlandse dorpen en steden worden dan spellen op straat gespeeld. Ook verkopen veel mensen verkopen oude spullen op een kleedje op de grond. Voor de rest van het jaar geldt eigenlijk het levensmotto: ‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’, wat betekent dat je beter niet te veel kunt opvallen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Taalvaardigheid Nederlands houdt in niet alleen kennen (weten) maar bovendien aandacht voor kunnen (handelen). Door te richten op kunnen, is de cursist in staat na voltooiing van de cursus Nederlands in Zoetermeer de opgedane kennis beter toe te passen.
Voor u het weet, kunt u communiceren in het Nederlands. Wat een verrijking! Dagnall brengt taalkennis Nederlands tot leven!
De Nederlandse taal hoort bij de familie van West-Germaanse talen. Het Nederfrankisch ontstond tussen 300 en 800 n.Chr. uit het West-Germaans, wat de basis zou worden van wat nu de Nederlandse taal is. Het moderne Nederlands is ontstaan vanuit het Nieuwnederlands (na 1500 n.Chr.). het Nieuwnederlands kwam weer voort uit het Middelnederlands of Diets. Dit werd gesproken in de periode 1170-1500 n.Chr. Nederlands wordt door om en nabij 25 miljoen mensen gesproken in Nederland,
België, Aruba, Caribisch Nederland, Curaçao en Sint-Maarten en Suriname en in een stukje van Noordwest-Frankrijk. In Indonesië wordt door een klein groepje oudere mensen ook nog Nederlands gesproken. Daarnaast wordt nog Nederlands gesproken onder immigranten in de Verenigde Staten, Canada en Australië. Nederlands is de officiële taal van Nederland en Suriname. Daarnaast is Nederlands één van de officiële talen van België, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten.
Voor veel anderstaligen is de uitspraak van het Nederlands moeilijk. Vaak zijn de vele tweeklanken, zoals ‘eu’, ‘ei’, ‘ie’, ‘ij’, ‘au’, ‘ou’, ‘oe’, ‘ui’ en ‘uu’ een struikelblok. Vooral de ‘ui’-klank kan lastig zijn. Deze klank is een klank die slechts in weinig andere talen voorkomt.
De uitspraak van het Nederlands
Daarnaast heeft het Nederlands ook nog drieklanken, waarbij de klank glijdend overgaat van de begin- naar de eindklank. Zoals: aai, eeuw, ieuw, ei en oi.
De spelling van klanken is in de Nederlandse taal bij sommige letters afwijkend van wat gangbaar is in andere talen. De letter ‘u’ wordt bijvoorbeeld in vrijwel elke taal als ‘oe’ uitgesproken.
Nederlandse g en ch
Van de medeklinkers zijn de g en de ch afwijkend ten opzichte van de meeste andere talen. De g en de ch klinken nagenoeg gelijk; als een schrapende keelklank. Ook de medeklinkercombinaties zijn kenmerkend voor het Nederlands. Zowel de ‘sch’ als de ‘ng’ van ‘Scheveningen’ zijn voor veel anderstaligen een tongbreker en zeker ook de medeklinkercombinaties in ‘herfst’, ‘fietstas’? of ‘strand’? Begin- en eindclusters komen vaak voor in het Nederlands. Het is nuttig om deze clusters te oefenen en te herkennen. Voor het gemak kan een klein ‘e’-tje tussen de medeklinkers gevoegd worden: herr/e/fst (herfst) en st/e/rand (strand).
Uitspraak eindletters
In het Nederlands wordt vaak de uitspraak van eindletters niet uitgesproken, vooral de letter n. Zo klinkt lopen als ‘lopeh’ en is de r in het woord ‘zomer’ slechts zwak hoorbaar.
Stemhebbende klanken zonder klank
Tot slot verliezen stemhebbende klanken vaak hun klank aan het begin of eind van een woord: De ‘eind-d’ van een woord wordt stemloos en klinkt als ‘t’. Tussen het woord wint en het woord wind is geen verschil hoorbaar. De v aan het begin van een woord wordt stemloos en klinkt als een ‘f’: vijftig klinkt als ‘fijftich’. De z aan het begin van een woord wordt niet altijd, maar wel vaak stemloos: zestig wordt dan ‘sestich’.
UITSPRAAK
Nederlands alfabet fonetisch/IPA
A
ah
/aː/
B
bay
/beː/
C
say
/seː/
D
day
/deː/
E
ay
/eː/
F
ef
/ɛf/
G
khay
/geː/
H
hah
/ɦaː/
I
ee
/i/
J
yaya
/jeː/
K
kah
/kaː/
L
el
/ɛɫ/
M
em
/ɛm/
N
en
/ɛn/
O
oa
/oː/
P
pay
/peː/
Q
kuw
/ky/
R
her
/ɛɾ/
S
es
/ɛs/
T
tay
/teː/
U
uw
/y/
V
fay
/veː/
W
way
/ʋeː/
X
ix
/ɪks/
Y
ehy
/ɛɪ/
Z
zet
/zɛt/
SPELLING
WOORD
A
Anton, Anna
B
Bernard
C
Cornelis
D
Dirk
E
Eduard
F
Ferdinand
G
Gerard
H
Hendrik
I
Isaäk
J
Jan
K
Karel
L
Lodewijk
M
Maria
N
Nico
O
Otto
P
Pieter
Q
Quotiënt
R
Rudolf
S
Simon
T
Teunis
U
Utrecht
V
Victor
W
Willem
X
Xantippe
Y
Ypsilon
Z
Zaandam
Speciale tekens
@
apestaartje
#
hekje
NAAMVALLEN
Naamwoorden, zoals huis, mens of ijdelheid konden in het Nederlands in vroeger tijden ook naamvallen hebben die de grammaticale functie in de zin aangaven. Er waren oorspronkelijk vier naamvallen: de nominatief voor het onderwerp, de genitief die een bezitsvorm aanduidde, de datief die aangaf dat er sprake was van een meewerkend voorwerp (met aan of voor) en de accusatief, die aangaf dat het om een lijdend voorwerp ging. Restanten van deze naamvallen zijn nog te vinden in woorden als ’s ochtends (des ochtends; “in de ochtend”), ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”) en ’s-Gravenhage (des graven haghe; het omhaagde terrein van de graaf”). Hetzelfde geldt voor achternamen: Jan van den Berg. Ook vormen als de heer des huizes laten een tweede naamval; een genitief, zien.
De naamvallen bij zelfstandige naamwoorden zijn in het hedendaagse Nederlands verdwenen. Ze kwamen in de negentiende en begin twintigste eeuw nog wel voor in de schrijftaal, maar in 1947 werd er een spellingswet ingevoerd waarin deze naamvallen niet langer voorkwamen. Wel gebruiken we nog naamvallen bij persoonlijke voornaamwoorden. Ik is onderwerp, mijn bezit, mij (‘aan mij’) is een meewerkend voorwerp en mij lijdend voorwerp. Ook zijn er nog bepaalde voorzetselcombinaties waarin de naamval is terug te vinden. Denk aan te allen tijde, op den duur of dezer dagen. Enig bewustzijn van zo’n fenomeen als oude naamvallen is handig. Het helpt om naamvallen in andere talen gemakkelijker te begrijpen.
Bijzonder aan het Nederlands is de uitspraak, met de harde g en de ui en de eu-klanken. Nederlanders hebben de neiging om veel dingen te verkleinen: kopje, schoteltje, lepeltje, waarschijnlijk omdat dit gezellig klinkt.
De Nederlandse taal bevat sporen van naamvallen in woorden als ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”) en ’s ochtends (des ochtends).
De Nederlandse taal leren en de Nederlandse cultuur begrijpen
Het Nederlandse alfabet bestaat uit 26 letters, evenveel als bijvoorbeeld in het Engels en Frans.
Afwijkende leestekens in het Nederlands
In het Nederlands worden in Kamerstukken zogenaamde guillemets gebruikt om een citaat aan te geven. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd, waarmee een citaat wordt geopend en gesloten.
De term ‘guillemet’ ontleent zijn naam aan Guillaume Le Bé (1525-1598). Deze Fransman was een lettermaker en hij was de bedenker van het teken. Een Nederlands synoniem voor het woord guillemet is ‘ganzenvoetje’.
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1
Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode
2
Lees Nederlandse kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. NRC Handelsblad is een bekende (online) krant in het Nederlands en Nu.nl een bekend online nieuwsportal
3
Luister naar Nederlandse radio. NPO 3 FM is de bekendste Nederlandse publieke radiozender en Radio 538 de bekendste Nederlandse commerciële radiozender
4
Luister en ontdek Nederlandse muziek
5
Lees Nederlandstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren
6
Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Nederlandse taal
7
Luister naar podcasts van Nederlandstaligen
8
Kijk Nederlandse televisieprogramma’s en films. NPO is de bekendste publieke televisieomroep en RTL en Talpa TV zijn de bekendste commerciële televisieomroepen in Nederland
9
Bekijk Nederlandse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren
10
Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren
11
Voer Nederlandse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk
12
Plak memoblaadjes op in huis
13
Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten
14
Bekijk Nederlandse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren
15
Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen
16
Wees niet bang om foutjes te maken
17
Niet te veel denken, gewoon doen!
18
En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen!
Woorden zonder betekenis, de Nederlandse taal kent ze ook. Het Nederlands kent bijvoorbeeld het vragende ‘hè’ na een zin of zinsdeel: “Lekker weertje, hè?” Veel Nederlanders gebruiken deze opvulwoorden of stopwoordjes ook als ze Engels spreken. Zoals Floortje Dessing: “It is quite lonely here, hè?” Het doel van het stopwoord ‘hè’ is om bevestiging vragen: “Nietwaar?”
Nederlanders beginnen een zin vaak: ‘Nou,…’ of ‘Nou ja,…’ of ‘Nou kijk,…’. De spreker heeft een aanloopje nodig om zijn boodschap mede te delen. In het midden van een betoog gebeurt ditzelfde. De spreker heeft even een denkpauze nodig en gebruikt een paar woorden zonder betekenis. Iedere Nederlander kent ze, en vrijwel alle Nederlanders gebruiken ze. De woorden ‘zeg maar’, ‘ik bedoel’, ‘weet je wel’ of ‘als het ware’. Let ook eens op de keren dat iemand ‘inderdaad’ of ‘ook’ of ‘eigenlijk’ in een paar zinnen gebruikt.
Nederlandse leenwoorden in het Engels zijn: ‘baas’ (boss), ‘bluf’ (bluff), ‘koekje’ (cookie) en ‘vrolijk’ (frolic), in het Duits: ‘anchovis’ (Anschovis), ‘garnaal’ (Garnele) en ‘haai’ en in het Frans: ‘bier’ (bière), ‘haven’ en ‘kajuit’.
Nederlandse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in de Nederlandse taal uit het Engels zijn: ‘album’, ‘bingo’, ‘film’ en ‘foto’, uit het Duits: ‘delicatessen’, ‘föhn’, ‘ordner’ en ‘spieken’ en uit het Frans ‘ballon’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘etage’ en ‘horloge’.
Nederlandse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Nederlandstalige media
Nederlandse media bekijken, beluisteren en/of lezen is bijzonder doeltreffend om uw kennis van het Nederlands uit te breiden.
Zo neemt u automatisch de klank en het ritme van het Nederlands in u op.
Het nieuws (proberen) te lezen in het Nederlands, kan heel leuk en leerzaam zijn. Het voordeel is dat u waarschijnlijk al op de hoogte bent van de actualiteit, zodat u op snelle wijze veel woordenschat Nederlands kunt bijleren.
NRC Handelsblad
De meest gelezen kwaliteitskrant van Nederland is NRC Handelsblad. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NRC Handelsblad klikken om deze krant direct te lezen.
NU.nl
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Nederlandse online nieuwsportal is NU.nl. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NU.nl klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Nederland direct te kunnen lezen.
NPO 3 FM is het best beluisterde publieke Nederlandse radiostation. Klik op het logo op het linker computerscherm hierboven om live naar deze Nederlandse publieke radiozender te luisteren.
Radio 538
De zender Radio 538 is de best beluisterde commerciële radiozender in Nederland. Klik op het logo op het rechter beeldscherm hierboven om live naar deze Nederlandse commerciële radiozender te luisteren.
Uw favoriete televisieprogramma of serie met Nederlandse ondertiteling bekijken, kan even wennen zijn, maar u zult al gauw merken dat dit bijzonder plezierig en leerzaam kan zijn. De omroep NPO is de publieke Nederlandse televisieomroep.
RTL & SBS
RTL en SBS zijn de meest bekende commerciële televisieomroepen voor Nederlandssprekenden. Deze Nederlandstalige televisiezenders kunnen via kabel, satelliet, internet of een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
U kunt de cursus Nederlands in Zoetermeer op uw eigen locatie volgen of in Zoetermeer, bijvoorbeeld bij Coachhuis Zoetermeer aan de A12 op de Bleiswijkseweg 55 in Zoetermeer. Ons taleninstituut verzorgt eveneens taalcursussen Nederlands in Zoetermeer bij bijvoorbeeld Hotel NH Zoetermeer aan de Danny Kayelaan 20, bij Golden Tulip Zoetermeer-Den Haag aan de Kinderen van Versteegplein 18, bij Zzamen Hoeve aan de Roeleveenseweg 15, bij Landgoed De Sniep aan de Broekwegschouw 209-211, bij Fletcher Hotel Leidschendam-Den Haag aan de Weigelia 22 in Leidschendam en bij Van der Valk Hotel Den Haag-Nootdorp aan de Gildeweg 1 in Nootdorp.
Vergaderen in Zoetermeer kan bij Dekker Zoetermeer aan de Scheglaan 12.
Bij archeologische opgravingen zijn Romeinse resten gevonden, maar het is onduidelijk of toen sprake was van werkelijke bewoning van de streek. Vast staat wel, door gedateerde bodemvondsten, dat in 985 Zoetermeer was bewoond. Het dorp is waarschijnlijk ontstaan door veenontginning. In het jaar 1281 wordt Zoetermeer voor het eerst genoemd
(als Soetermere) in een document van graaf Floris V. In 2007-2008 werd ‘Zoetermeer 1000 jaar’ gevierd. De naam van de stad komt van het grote zoetwatermeer, dat door de ontginning van het veen ontstond, het Soetermeer.
Zoetermeer is gelegalsook in de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag alsook in het gebied het Groene Hart. Plaatsen in de buurt van de stad Zoetermeer zijn Benthuizen, Bleiswijk, Leidschenveen, Moerkapelle,
Nootdorp, Pijnacker, Roeleveen, Stompwijk en Zoeterwoude. Zoetermeer ligt in de provincie Zuid-Holland. In de gemeente Zoetermeer wonen bijna 125.000 mensen.
Een inwoner van Zoetermeer heet een ‘Zoetermeerder’. Bekende Zoetermeerders zijn Dennis Princewell Stehr, Romee Strijd en Milan van Weelden.
Iets wat uit Zoetermeer komt, wordt ‘Zoetermeers’ genoemd. Zoetermeer is een stad en een zelfstandige gemeente.
Zoetermeer - internationaal & scholing
Partnersteden
Zoetermeer is de op twee na grootste plaats van de provincie Zuid-Holland. De partnersteden van Zoetermeer zijn Nitra in Slowakije en Jinotega in Nicaragua.
Hoger onderwijs
De Haagse Hogeschool heeft een locatie in Zoetermeer. In Zoetermeer zijn geen universiteiten gevestigd.
Zoetermeer staat bekend als boterdorp en ‘leisure stad’. Denk je aan Zoetermeer, dan denk je eveneens aan ‘The Big Five’, namelijk SnowWorld, Silverdome, Dutch Water Dreams, Ayers Rock en Burg Golf. Zoetermeer fungeert als overloopstad voor met name Den Haag, maar ondertussen eveneens als vrijetijdsstad die veel publiek trekt.
Zoetermeer - minder bekend
Minder algemeen bekend is dat Zoetermeer de enige plaats is in Nederland die zowel een dorpskern als een stadscentrum heeft.
Zoetermeers wordt niet veel meer gesproken. Typisch voor het Zoetermeers is de ‘s’ achter de eigennaam die ‘van’ of ‘aan’ aangeeft: an Peters in plaats van ‘aan Peter’.
‘Broden’ zijn brooje en ‘’s ochtends’ is soches. De pliesie is de ‘politie’. Kennelijk is de Zoetermeerder optimistisch van aard, want: Als het niet over Leien gaat, dan gaat het misschien over Delft.
Zoetermeer - “City of Leisure”
Zoetermeer - zakelijk
De gemeente Zoetermeer
Het netnummer van Zoetermeer is 079. Het postcodegebied van Zoetermeer is 2700 - 2729. Het adres van het gemeentehuis van Zoetermeer is Stadhuisplein 1, 2711 EC in Zoetermeer. De website van de gemeente Zoetermeer is Zoetermeer.nl. Het telefoonnummer van de gemeente Zoetermeer is 14 079.
Zakendoen in Zoetermeer
Voor Zoetermeerse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Den Haag aan de Koninginnegracht 13, 2514 AA in Den Haag. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Zoetermeer is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Zoetermeer is KVK-kantoor Den Haag.
Verschillende internationaal opererende bedrijven zijn in Zoetermeer gevestigd op het Bleizo Business Park, op Dutch Innovation Park, op bedrijventerrein Hoornerhage, Lansinghage, Oosterhage en op bedrijventerrein Rokkehage en Zoeterhage. In Zoetermeer bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Angst+Pfister, Asogem Nederland (Beko), Astronergy, Avandis, Baarsma Wines, Brinkers margarinefabriek, Canon Medical Systems Europe, Dentsply Sirona Benelux, Doedijns, Dräger Nederland, Duiker Mechanical, Eurexco, EVO Fenedex, Getronics, Grohe Nederland, HRM @ Work, JURA Nederland, Klaverblad Verzekeringen, L&S
Nederland (Lyle & Scott), MAN Rollo, Miss Etam, Neptune Energy, Netgear Netherlands, Nutricia Advanced Medical Nutrition, Nutricia, ORTEC, Pietercil Barends (Candarel, Filippo Berio), Piet de Wit Snacks, Promiss, Red Point Alloys, Rexel Nederland (Hagemeyer), Seaway Heavy Lifting Offshore Crew, Technip FMC, Van Dorp, Viba Automotive (Autoglym, Gesipa, Maridur etc.), Vivitek Benelux, WashTec, Weleda Benelux, WerkTalent, Distributiecentrum Hoogvliet in Bleiswijk, Distributiecentrum Zalando in Bleiswijk, Bergbanket in Moerkapelle en Heineken Nederland in Zoeterwoude. Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Wilt u uw internationale zakenrelatie wat cultuur in Zoetermeer laten zien?
Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw zakenrelatie, kunt u in Zoetermeer een bezoek brengen aan Museum De Voorde.
Voetbal, tennis, padel & squash
Samen naar een sportwedstrijd kijken of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen met uw internationale zakenrelatie? Voetbal verbroedert. Misschien is het een leuk idee om samen met uw zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, om bijvoorbeeld de Zoetermeerse voetbalclub FC Zoetermeer, SV Oosterheem of SV DSO te zien spelen. Voor een partijtje tennis, padel of squash in Zoetermeer kunt u terecht bij ALTV, bij Tennisvereniging Dekker Rokkeveen, bij TV Buytenwegh of bij T.V. Seghwaert.
Golf, ontspanning & lunch Wellicht hebt u na de cursus Nederlands in Zoetermeer zin om een balletje te slaan en/of gezellig iets te drinken of een hapje te eten? Dagnall Talen heeft voor u een golfbaan in de buurt van Zoetermeer ontdekt voor een compleet dagje/middagje uit. De golfbaan in Zoetermeer is BurgGolf Golfclub Westerpark. De adresgegevens van deze golfbaan zijn Heuvelweg 3, 2716 DZ in Zoetermeer. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 079-320 31 31. De website van de golfbaan is www.burggolf.nl/golfbanen/westerpark-zoetermeer. Om iets te drinken of een hapje te eten kunt u terecht bij restaurant Magnolia’s, telefoonnummer 079-320 31 34. Golfbaan Bentwoud is een andere golfbaan in de buurt van Zoetermeer.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder ziet u promotiefilmpjes van Nederland en van Zoetermeer die ook op Youtube kunnen worden bekeken. Door direct op het logo van Youtube in het midden te klikken, wordt het filmpje afgespeeld. Direct onder de promotiefilmpjes zijn de locaties van Nederland en Zoetermeer op Google Maps te zien. Door linksboven te klikken, wordt de kaart groot weergeven in een nieuw venster.
Als u linksonder op het vierkantje in de afbeelding klikt, dan krijgt u satellietbeelden van Nederland en Zoetermeer te zien op Google Earth. Met de + en – knop rechtsonder kunt u in- en uitzoomen op de kaartjes. Wat kennis van de streek van uw Nederlandse zakenpartner kan altijd van pas komen tijdens zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen.
Promovideo Nederland
Promovideo Zoetermeer
Google Maps Nederland
Google Maps Zoetermeer
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Nederland
Hieronder ziet u het actuele nieuws uit Nederland en Zoetermeer uit diverse nieuwsbronnen. Het eerste blokje is Nederlands nieuws in het Nederlands. Het tweede blokje is nieuws uit Nederland in het Engels. Het derde blokje is Zoetermeers nieuws (in het Nederlands). Dit nieuws wordt automatisch bijgewerkt.
Wanneer u Nederlands wilt leren, is het altijd handig en prettig om een beetje geïnformeerd te zijn van wat zich in Nederland afspeelt. Daarnaast is het leerzaam om Nederlands nieuws in de Nederlandse taal te lezen. U bent waarschijnlijk al op de hoogte van het nieuws, dus begrijpend lezen gaat relatief gemakkelijk en het verrijkt de Nederlandse woordenschat met actuele Nederlandse woorden, uitdrukkingen en termen.
Dagnall Talen biedt maatwerk taalcursussen in onder meer Nederlands, Engels, Frans, Duits en Spaans aan. Hierboven vindt u een overzicht van de 23 andere talen die wij behalve Nederlands standaard aanbieden in Zoetermeer.
Vanzelfsprekend kunt u altijd contact opnemen voor een taalcursus in een taal die hier niet is vermeld.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Nederlands