Taalkennis Nederlands verbindt u met Nederland en vormt een communicatiebasis die deuren voor u opent - vooral in de professionele wereld. Daarom hebben bedrijven en organisaties die in de taalkennis en taalopleiding van hun medewerkers investeren, een duidelijk voordeel en een voorsprong. Dagnall is een taalaanbieder die precies dat levert: Effectieve taalcursussen Nederlands op het hoogste niveau voor medewerkers, professionals en leidinggevenden in Tiel en omgeving. Taaltraining Nederlands op maat, omdat uw organisatie of bedrijf welbespraakte werknemers verdient.
Vakgebieden
Van zakelijk en technisch tot medisch - Dagnall is thuis in elke bedrijfstaal. Elke bedrijfstak spreekt een eigen taal en gebruikt eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling alsook duidelijke concurrentievoordelen, door middel van branchespecifieke taalkennis Nederlands van het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Nederlands in Tiel aan in een grote verscheidenheid aan vakgebieden.
Wij bieden onze taalcursussen Nederlands op maat aan als individuele les, als groepscursus met collega’s, als (intensieve) workshop en als langdurige, regelmatige training - met face-to-face-les alsook online cursus. Bij Taleninstituut Dagnall kan iedereen Nederlands leren op precies de manier die het beste bij hem of haar past. Naast klassieke taalcursussen Nederlands zijn organisaties vooral in de werkgerelateerde cursussen geïnteresseerd zoals schrijfvaardigheid Nederlands en/of zakelijk Nederlands. Taalcursussen worden op de individuele behoeften van de klant afgestemd. Taleninstituut Dagnall is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om via gecertificeerde taaltrainers met zeer goede beoordelingen en recensies Nederlands te leren in Tiel. Dagnall Talen leidt u snel en doelgericht naar de beoogde resultaten.
De filosofie van Dagnall Talen
Het is onze filosofie om Nederlands te leren zonder schroom en met gemak en plezier. Daarom gaat Dagnall Talen tot het uiterste om te zorgen dat u de Nederlandse taal moeiteloos en zonder remmingen leert. Nederlands leren moet leuk zijn en daarom werken wij met methodes die het leerproces voor de cursist gemakkelijker en prettiger maakt.
Met onze methodes wekken we nieuwsgierigheid op en ondersteunen we de bereidheid om te leren. Met 15 minuten dagelijks oefenen, brengen we de cursist in grote stappen naar het gewenste niveau. Dagnall Taleninstituut is een ideale partner voor iedereen die Nederlands wil leren in Tiel.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Dagnall stelt in overleg met u als opdrachtgever de wensen en leerdoelen vast. U meldt de deelnemers aan met de contactgegevens. Ons taleninstituut verzorgt een intake op locatie of, indien gewenst, telefonisch of online. Nadat het intakegesprek heeft plaatsgevonden, waarbij op basis van het Europees Referentiekader het huidige en gewenste niveau van de deelnemers wordt bepaald, ontvangt u van ons een cursusvoorstel op maat met de offerte. Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning van de cursus af op uw situatie en agenda.
Na enkele lessen Nederlands evalueert de taaldocent de inhoud en de voortgang van de taalcursus. Indien nodig, kunnen de doelstellingen uiteraard aangepast worden. Na de laatste les sturen wij u een eindrapport met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers zijn behaald. De cursisten ontvangen tevens een certificaat van het instituut.
Het (individuele) contact met de deelnemers kan Dagnall desgewenst verzorgen De planning van de intakegesprekken wordt door Dagnall in overleg met u en de individuele cursisten gedaan Deelnemers ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht Nederlands. Dit formulier alsook de schrijfopdracht dienen vóór de datum van de intake teruggestuurd te worden Wij verzorgen de intakegesprekken op locatie of eventueel op afstand. Een gesprek neemt ongeveer 30 minuten in beslag De indeling van de groep(en) worden door Dagnall aan de hand van niveaubepaling geadviseerd en vastgesteld in overleg De cursisten worden op taal en taalniveau ingedeeld U ontvangt altijd een offerte op maat! De logistiek van materiaal en cursusbenodigdheden wordt verzorgd door Dagnall Wij berekenen geen administratiekosten en geen extra toeslag voor avondlessen Continuïteit van de planning van de cursus en het lesprogramma Nederlands wordt door Dagnall Talen gegarandeerd en bewaakt Dagnall Taleninstituut is flexibel en betrokken!
Sinds 1982 is ons bedrijf werkzaam op het gebied van taal en verzorgt sindsdien taalcursussen Nederlands op maat in Tiel en omstreek voor bedrijven, (semi)overheid en andere non-profitorganisaties. Wij maken gebruik van ervaren en kundige trainers Nederlands die specialisten zijn op het gebied van taal en die in de Betuwe al veel cursussen Nederlands hebben verzorgd voor bedrijven en (overheids)organisaties.
Door de aanpak die zowel functiegericht als werkplekgericht is, leveren wij zeer effectieve en betaalbare taalcursussen Nederlands in Tiel. Rendement door maatwerk; dat is wat Dagnall u te bieden heeft.
Betaalbaar maatwerk Nederlands in Tiel sinds 1982
Taal op de werkvloer
Taal op de Werkvloer: draagvlak noodzakelijk! Veel bedrijven zijn inmiddels bekend met cursussen (Nederlands) die gericht zijn op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer. Medewerkers die geen of een beperkte kennis van de Nederlandse taal of een andere voertaal hebben, ervaren een belemmering op het werk en zij willen graag en sneller en/of beter kunnen communiceren op de werkvloer.
Zij willen de instructies op het werk goed kunnen begrijpen en deze ook op kunnen volgen. Deze medewerkers willen het liefst met meer zelfvertrouwen het werk kunnen verrichten en natuurlijk hun ambitie op het werkgebied realiseren. Investeren in werknemers en in de ontwikkeling van het bedrijf is derhalve noodzakelijk.
Dagnall Talen biedt betaalbare maatwerk taaltrainingen die de spreek-, luister-, schrijf- en leesvaardigheid op de werkvloer verbeteren. Wij helpen en leren de cursist hoe hij/zij de lesstof in praktijk kan brengen in zijn/haar baan. Ons taleninstituut stemt de taalcursus af op de wensen van de opdrachtgever alsook op het niveau van de deelnemer(s). Naast de taallessen krijgen deelnemers gedurende de cursus regelmatig praktijkopdrachten, om de continuïteit van het leerproces te ondersteunen en de effectiviteit van de training te verbeteren.
Hierdoor ontstaat een win-winsituatie! Dagnall Taleninstituut let ook op de wat onderbelichte kant van veel taaltrainingen: de deelnemer staat al vaak alleen in zijn inspanningen om de taal te beheersen, om de cultuur en gewoontes van het bewuste land en de organisatie te doorgronden en om zijn of haar wereld door middel van taal uit te breiden. Dit vergt veel motivatie en inzet. Daarnaast heeft de deelnemer slechts een aantal vaste contactmomenten per week met de taaldocent. Dit is niet altijd toereikend.
Onderscheidend
Dagnall onderscheidt zich door de aandacht te vestigen op het vergroten van het draagvlak voor een cursus Nederlands op de werkvloer. Ons instituut moedigt collega’s en leidinggevenden binnen de werkkring van de organisatie aan om voor een voortdurend proces van taalverwerving te zorgen, door vanaf het begin zoveel mogelijk in de doeltaal te communiceren met de deelnemer. Door de relevantie van taal op de werkvloer consequent zo uit te dragen, wordt de waarde van een goede taalbeheersing gezamenlijk ervaren en voelen de cursisten zich gestimuleerd en gewaardeerd in hun taalverwerving.
Diverse wegen naar een betere taalvaardigheid Nederlands in Tiel
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Nederlands spits zich niet alleen toe op de behoefte van de cursist, klant, organisatie of werkgever, zoals een verbeterde spreek- of schrijfvaardigheid. Een goede taalcursus (Nederlands) is ook afgestemd op de meest geschikte, lees beste leermethode voor de individuele cursist. Een cursus Nederlands in Tiel die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige docenten Nederlands zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van de Nederlandse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt erg prettig en zorgt dat u veel waar voor uw geld krijgt. Het inmiddels alom bekende hoge rendement bereikt Dagnall Talen door een blend van deze beproefde leermethode in combinatie met het oogmerk op de cursist(en) en het nagaan of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall kunt u voor cursussen terecht die gebaseerd zijn op maatwerktrainingen.
Dagnall Talen biedt groepscursussen van 3 tot 10 deelnemers, duocursussen (met 2 deelnemers), individuele cursussen (privéles), onlinecursussen, het Dagnall online leerplatform voor (Dagnall.online) blended learning alsook een de Dagnall App met woordenlijsten en specifiek jargon van de organisatie of het bedrijf. Onze trainers gebruiken veel eigen lesmateriaal dat zij door de jaren heen hebben gecreëerd en verzameld en de trainers spelen continue op actuele thema’s en ontwikkelingen in.
Een prettige manier van leren
Een ander voordeel is dat dit weloverwogen maatwerk als een zeer fijne methode wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze trainers Nederlands in Tiel. Onze, door de jaren steeds verder verfijnde en ontwikkelde werkwijze is het zeer gewaardeerde handelsmerk van Dagnall Taleninstituut geworden. De cursussen zijn dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar eveneens aangepast aan de leermethode die goed bij de cursist zelf past.
Effectief Nederlands leren in Tiel bij Taleninstituut Dagnall
Individuele cursussen en groepscursussen Nederlands
Nederlandse lessen - individueel of in groepsverband
Dagnall Taleninstituut cursussen Nederlands op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de gehele organisatie uit handen kunt geven. Deze individuele cursussen en groepstaalcursussen biedt Dagnall Talentaleninstituut voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. We maken voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen gebruik van moderne en gevarieerde onderwijsmethodieken om doelgericht te trainen en leersucces te verzekeren. Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen vanzelfsprekend zowel bij u op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Tiel gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen Nederlands in Tiel
Maatwerkcursussen Nederlands
Ons instituut biedt individuele cursussen Nederlands voor bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren in Tiel en omgeving. Een individuele cursus wordt ook wel één-op-één-cursus of privéles genoemd. De individuele taalcursussen van taleninstituut Dagnall staan al decennia bekend voor persoonlijke aandacht, maatwerk en het hoogste rendement. Alle individuele cursussen Nederlands van Dagnall Talen zijn maatwerktrainingen alsook de trainingen worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de praktijksituatie alsook de leerstijl. De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Wij bieden groepscursussen Nederlands van 3 tot 10 personen, alsook zogenaamde duocursussen (2 cursisten) aan het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren. De groepen houden wij zo klein mogelijk om de leereffectiviteit te verhogen en de cursisten maximaal te ondersteunen. De groepscursussen van Dagnall zijn ook maatwerk taalcursussen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, het taalniveau, de leerstijl, de branche en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het belangrijkste voordeel van een individuele taalcursus Nederlands is het hoge rendement doordat in korte tijd veel kennis wordt geleerd. Er wordt meer vooruitgang geboekt doordat de taalcursus intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk. Flexibiliteit is een ander groot pluspunt van een individuele taalcursus. De taalcursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist en de inhoud kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de eventuele aandachtsgebieden van de cursist. De leervordering is optimaal doordat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden. Een individuele is ook cursus ideaal op de agenda van de cursist af te stemmen waardoor het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Het belangrijkste pluspunt van groepscursussen Nederlands is vooral de interactie met de andere cursisten; actief gebruik van de doeltaal door middel van bijvoorbeeld discussies en rollenspellen in de groep. De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk voordeel; met elkaar in de doeltaal communiceren en van elkaars kunnen foutjes. Deze afwisseling kunnen de deelnemers prettiger vinden. Groepscursussen zijn daarnaast ook efficiënt doordat meerdere medewerkers tegelijktijd worden getraind en de groep op vrijwel hetzelfde kennisniveau komt. Ook zijn voor deelnemers groepscursussen wat minder intensief (minder zwaar) dan individuele taalcursussen.
Minpunten individuele cursus
Bij individuele cursussen Nederlands kunnen discussies en rollenspellen alleen met de docent worden gevoerd en gedaan. Het geleerde kan niet worden geoefend in de groep doordat er geen interactie is met andere cursisten. Omdat groepsdynamiek ontbreekt, is het ook niet mogelijk om van foutjes van andere cursisten te leren. De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is ook behoorlijk intensief (zwaarder) voor deelnemers.
Minpunten groepscursus
In een groepscursus is minder aandacht voor de individu en kunnen de deelnemers iets eerder zijn afgeleid. Hierdoor ligt het rendement iets lager. Door de groepen wat kleiner te houden (bijvoorbeeld minigroepen), kan dit deels ondervangen worden. Ook kunnen groepscursussen Nederlands minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen van cursisten. Een ander nadeel van een groepscursus is dat de planning minder goed kan worden afgestemd op de agenda van individuele cursisten.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Nederlands
Verschillende opties voor Nederlandse les
Dagnall Taleninstituut biedt taalcursussen (Nederlands) voor beginners, halfgevorderden en gevorderden. Niet iedereen heeft de mogelijkheid om naar een talencentrum te gaan. Wij bieden onze taalcursussen daarom ook online en incompany aan. Bij Dagnall Talen kiest u als taalleerder voor een
intensieve of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus Nederlands. Vanzelfsprekend is een combinatie van deze trainingen ook mogelijk. Dagnall Talen staat voor (betaalbaar) maatwerk!
De audiolinguale methode was reeds in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en in Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook wel de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als reactie op de grammatica-vertaalmethode worden gezien. Nieuw was dat de taallessen volledig in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn spreken en luisteren (in het Nederlands) en (Nederlandse) grammaticale structuur worden aan de hand van mondelinge structuuroefeningen geleerd. De bedoeling is om vrijwel foutloos Nederlands te leren verstaan en spreken, wat begint bij leren naspreken. Herhaling is hiertoe het middel; er wordt met drills gewerkt om Nederlandse zinnen en structuren te leren beheersen, zodat reacties spontaan en automatisch worden. Taaltrainers Nederlands kunnen zo bijvoorbeeld een zin tien keer herhalen en daarna een nieuw Nederlands woord hieraan toevoegen. Er wordt vaak in de zogeheten talenpractica gewerkt, waarbij studenten Nederlands met een koptelefoon naar zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven Nederlands wordt pas aangeboden als het mondelinge Nederlands inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe Nederlandse woorden te introduceren.
Populariteit
In ons land werd de methode pas rond het jaar 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet van kracht werd. Er kwamen al snel bezwaren tegen de saaie drills. De techniek gaf wel eens problemen, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats daarvan werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Nu was alom geaccepteerd dat het bij een taal (zoals Nederlands) leren niet om het uit het hoofd leren van de (Nederlandse) grammatica gaat, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Nederlands), die vóór de jaren zeventig voor veel docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor studenten Nederlands die beginnen. Een juiste uitspraak Nederlands wordt vanaf het begin aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor een snelle en efficiënte kennisoverdracht bieden. Ook voor grotere groepen is de methode geschikt.
Dit docentgestuurde aspect is tevens een nadeel; eigen input wordt niet verlangd van de studenten, waardoor het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer ligt. Een ander bezwaar van de audiolinguale methode is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik Nederlands.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) zodanig te leren dat deze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die nadien herhaald worden. Deze Nederlandse woorden of zinnen van de woordenlijst worden door de studenten hardop gelezen. De bedoeling is niet om al deze woorden uit het hoofd te leren, maar door de blootstelling gaat dit vanzelf. De lijst wordt telkens veranderd; Nederlandse woorden die geleerd zijn, verdwijnen van de lijst. Die Nederlandse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de lijst op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode stellen dat deze woorden en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten worden opgeslagen, maar geheugenwetenschappers bestrijden dit. (Taal)kennis in het algemeen wordt onthouden als de kennis relevant en betekenisvol is voor de lerende. Voor Nederlandse woorden en zinnen die van betekenis en relevant zijn voor de student, kan de methode functioneren.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij studenten die het fijn vinden om bijvoorbeeld Post-its® te gebruiken als geheugensteuntje, kan deze GoldList-methode functioneren. Omdat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven meewerkt en wordt aangesproken, werkt het met de hand schrijven effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een fotootje maken. Een minpunt van deze methode is het gebrek aan context. Talen bestaan uit veel meer dan alleen een serie losse woorden en/of zinnen. Daarnaast is deze methode zeer tijdrovend; er dienen steeds handgeschreven woordenlijsten te worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op de natuurlijke manier van het verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Nederlands). De leermethode probeert het Nederlands aan te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. Op deze manier leert men onbewust eveneens de taalregels van het Nederlands. Alleen het Nederlands wordt hiervoor gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een leeromgeving zonder stress voor de studenten is het streven. De lerenden worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie Nederlands niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete Nederlands grammatica en de correctie van vormfouten.
De methode heeft het meeste rendement als de studenten in het Nederlands worden ondergedompeld. De leeractiviteiten in het Nederlands moeten stimulerend zijn zodat de studenten van de ervaringen kunnen genieten.
De Natural Method heeft veel overeenkomsten met de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het onderscheid tussen de beide methoden is dat bij de Directe Methode meer focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Dat onderdompeling zeer effectief is, is veelvuldig aangetoond. De methode is een populaire manier van lesgeven onder taaldocenten Nederlands, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen voor de lerende. Maar er kleven eveneens nadelen aan de Natural Method. De methode is vooral gericht op het impliciet aanleren van de grammatica van het Nederlands. De student zou weliswaar leren te communiceren in het Nederlands, maar blijven steken in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier Nederlands te leren. Studenten krijgen de kans voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Nederlands. Doordat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, beklijft het geleerde Nederlands voor een langere tijd.
Omdat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaten te merken zijn. De methode bereidt de lerende eveneens niet per se voor op een specifiek Nederlands examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse benaming: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
Deze Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren met als doel studenten vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands). De beheersing van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan de verwerving van woordenschat van het Nederlands. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste Nederlandse woordcombinaties en groepen woorden in de correcte woordvolgorde is waar het bij de methode om draait. Deze vaste combinaties van woorden worden in herkenbare situaties met gebruik van visualisatie, dramatisering, gezichtsuitdrukking en handelingen aan de lerende gepresenteerd. De structuren die het vaakst in het Nederlands gebruikt worden, worden eerst geleerd. De mondelinge vaardigheid Nederlands (de luistervaardigheid en de spreekvaardigheid) wordt hierbij in eerste instantie gebruikt; daaruit volgen de leesvaardigheid en de schrijfvaardigheid volgt daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Nederlands (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt de grammatica een belangrijke plek. De Structurele Aanpak wordt ook wel Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) genoemd.
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak gebruikt op grote schaal om Engels te leren in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Het voordeel van een structurele aanpak is dat de studenten het Nederlands op een accurate wijze kunnen leren. De student krijgt inzicht in de Nederlandse grammatica leert in welke situaties bepaalde Nederlandse woorden of woordcombinaties geschikt zijn of niet voor de situaties. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt alledaagse taal. Aan de Structural Approach kleven eveneens nadelen. De methode van werken is behoorlijk tijdverslindend en zorgt niet direct voor een succeservaring. De eigen input van lerenden is beperkt; het is niet echt creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Communicatief taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, ontstond in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van talen legde. Taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie de uiteindelijke doelstelling is van het leren van vreemde talen (zoals Nederlands).
De studenten leren middels de CLT-technieken het Nederlands in de praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de taaldocent Nederlands. Authentieke teksten, geschreven in de Nederlandse taal of ander materiaal uit de werksituatie en/of het dagelijks leven worden gebruikt. Het Nederlands wordt zowel tijdens als buiten de les om gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en trainers Nederlands dragen onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Nederlands in diverse realistische situaties te oefenen. Nederlandse grammatica leren studenten inductief, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT is de taaldocent Nederlands echt een trainer, die de student leert om in het Nederlands te communiceren.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam deels omdat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes waren gebleken. In het verenigde Europa kwam meer vraag aan het leren van vreemde talen op een wijze die meteen kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
De CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel goede kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; de methode is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Nederlandse woorden die voor hen nodig zijn. Het is efficiënt. Voor de studenten is het stimulerend doordat zij gauw succeservaringen hebben. Fouten maken mag; al doende wordt de taalvaardigheid geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak minder aandacht is. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van de studenten. Deze manier van leren is voor een aantal lerenden moeilijk of afwijkend, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) (communicatief taalonderwijs) traint de taalvaardigheden; hierbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en deze methode biedt dan ook geen samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was taalonderwijs vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Men leerde om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere wijze gedaan door docent Frans en Italiaans uit Duitsland; Johann Valentin Meidinger. Omstreeks 1783 ontwikkelde hij een leermethode waarin de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als grondlegger beschouwd van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gestoeld op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Onderwijs in Latijn was natuurlijk op geschreven teksten van klassieke schrijvers gericht en geheel op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Nederlands) gericht. Deze aanpak werd gezien als degelijk en wetenschappelijk. De Grammatica-/vertaalmethode gaat uit van de analyse van de taalstructuren en de taalvormen (van bijvoorbeeld Nederlands) waarbij studenten zelf inzicht ontwikkelen. De lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docent draagt de kennis Nederlands over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al sinds halverwege de negentiende eeuw was ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed op het taalonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren, is de methode is een aardige mentale training. Ook biedt deze methode inzichten in de structuur van het Nederlands, doordat de nadruk gelegd wordt op de grammatica.
Er zijn echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de luister- en spreekvaardigheid Nederlands behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Nederlands, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het leren in een groep geeft de leermethode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de studenten. De lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) over de hele wereld toegepast, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals het vak wiskunde) in de vreemde taal wordt gegeven. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die bij Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ‘de nonnen van Vught’ gebruikt wordt. De leermethode is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les aan welgestelde dames uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling houdt in dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, direct vanaf het eerste moment is omgeven door de te leren taal. De instructies vinden in de doeltaal (Nederlands) plaats; in het begin langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke wijze. De lerende wordt ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Nederlands te spreken. Er wordt gewerkt met simulaties en rollenspellen. Op scholen die met onderdompeling werken, wordt vaak de omgeving in de stijl van het land van de Nederlandse taal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Nederland zijn. De studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Nederlands spreken. Een andere manier om onderdompeling te bereiken, is daadwerkelijk naar Nederland te gaan en daar in een gastgezin te verblijven.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een uitstekende methode om vreemde talen te leren gezien. Hoofdzakelijk de mondelinge taalbeheersing Nederlands kan op deze wijze uitstekend worden ontwikkeld.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaten wordt bereikt, omdat de methode zo intensief is. De leermethode is ‘sink or swim’, de student moet wel gaan communiceren in het Nederlands want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Nederlands aan het leren. Door in groepsverband samen te oefenen, wordt de sociale interactie versterkt. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een keerzijde. Als studenten in een korte tijd Nederlands leren, door in Nederland te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaan, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Het feit dat een dergelijke taaltraining Nederlands nogal intensief is, kan een ander minpunt zijn. Niet iedereen heeft genoeg conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om vreemde talen te leren ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Suggestopedia is door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al aangeeft, is Suggestopedia op het principe van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (talen; bijvoorbeeld Nederlands) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de docent (Nederlands) en lerenden zijn hiervoor van essentieel belang. De voorwaarde is dat de studenten zich ontspannen en veilig voelen. Leslokalen met rijopstellingen waren uit den boze om dit te bewerkstelligen. De studenten zaten in comfortabele stoelen tijdens de lessen die in een halve cirkel gezet waren en in de klas werd altijd muziek gedraaid op de achtergrond. De methode zoals Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er waren woordenlijsten bij deze teksten en opmerkingen met betrekking tot de (Nederlandse) grammatica. Dit voorlezen gebeurde met veel expressie in stem en gebaren. De lerenden werden op deze manier verleid om te luisteren en de nieuwe (Nederlandse) woorden konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. Voor de cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Nederland) was veel aandacht tijdens de lessen. Er werd met rollenspellen gewerkt en ook (Nederlandse) streekgerechten werden in de klas gemaakt en gegeten.
Populariteit
De methode Suggestopedia was enigszins omstreden en is niet heel bekend meer. Sommige elementen bijvoorbeeld het gebruikmaken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer in de les, waardoor de student geen hinder zal hebben van frustratie of faalangst. Voor een immigrant kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een bijkomend pluspunt van de leermethode is dat de lerende gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situatie en actief mee te doen, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor sommige lerenden een keerzijde, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommigen ook afleiden en verstorend werken in plaats van ontspannend en stimulerend. Een ander zwak punt is dat de verhouding taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle input komt van de Nederlandse taaldocent en de lerende is altijd de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran ontwikkelde in het jaar 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. De CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de taaltrainer fungeert als counselor die de zinnen van de lerenden kenschetst. Studenten starten een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal (Nederlands) nog niet genoeg machtig, dan spreken de studenten in de moedertaal. De taaldocent (Nederlands) geeft uitleg en vertaalt. Hierna herhalen de studenten de uitspraken van de docent zo goed mogelijk. Dit gesprek in het Nederlands wordt opgenomen om nadien opnieuw te beluisteren.
De methode bevordert gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de lerenden als middel om het Nederlands te leren. Er wordt geen leerboek Nederlands gebruikt; het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen door middel van betekenisvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van CLL hangt erg af van de expertise van de trainer-counselor. De taaldocent dient sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig onderlegd te zijn. De taaltrainer dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Community Language Learning kan prima werken als deze correct toegepast wordt. Deze methode is niet geschikt voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt studenten veel autonomie. Het analyseren van hun eigen gesprekken vinden veel lerenden nuttig. De groep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de lessen Nederlands, maar eveneens buiten de lessen. Met deze methode worden lerenden zich zo veel bewuster van hun groepsgenoten, hun sterke en minder sterke punten en leren te werken als team. Het bespreken van de fouten en het evalueren van de les Nederlands is heel leerzaam voor de studenten. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden deel van de actieve woordenschat van lerenden.
Dat de docent niet sturend is, terwijl sommige studenten wel sturing nodig hebben, kan een keerzijde zijn. Er wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen Nederlands gehouden. Het succes van de lessen is hierdoor lastig meetbaar. Een aantal studenten wordt geremd in hun Nederlands spreken als zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen bestaan. De studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Nederlands (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze hoe het Nederlands ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Nederlands is in deze benadering belangrijker dan Nederlandse grammatica. Instructies zijn op situaties en Nederlandse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen gericht. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er wordt veel mogelijkheid gegeven voor het zelf ontdekken van de Nederlandse taal.
De taak van de trainer Nederlands is voor voldoende input te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de student.
Populariteit
De leerboeken zijn in de laatste dertig jaar duidelijk veranderd door (onder meer) de ideeën over taal van Michael Lewis. Veel meer aandacht wordt aan de woordenschat van de te leren taal geschonken die aangeboden wordt in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. Een drastische omwenteling in de wijze waarop talen worden onderwezen, waar Michael Lewis streefde, heeft echter niet plaatsgevonden.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Studenten leren het Nederlands op een heel natuurlijke manier te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het taalgebruik Nederlands.
Het nadeel is dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties. Een aantal studenten heeft moeite om de patronen van het Nederlands zelf te leren herkennen en deze studenten hebben meer aan een trainer Nederlands die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Franse leraar François Gouin in 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en niet veel kennis vereisen van grammatica. Op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden, leren studenten zinnen. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. De studenten gaan snel in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Nederlands) denken doordat een soort eentalige leermethode is, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.
Populariteit
De concepten van Gouin over taal waren bijzonder vooruitstrevend. De seriemethode van Gouin was enige tijd succesvol, ondanks de vrij ongewone aanpak. De leermethode werd echter overschaduwd door Maximilian Berlitz’ Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Series Method
De mondelinge vaardigheden Nederlands worden sterk ontwikkeld door de Series method van Gouin worden en het creëert een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit type taalonderwijs Nederlands enthousiasme op van de studenten. Een nieuwe taal leren wordt tastbaar; dit was volledig nieuw. studenten Nederlands worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, de prestatiedruk te verminderen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve taalvaardigheid Nederlands van de student wordt sterk gestimuleerd met de methode van François Gouin.
De seriemethode van Gouin heeft echter als nadeel dat taal die wat meer abstract of subjectief wordt, wat moeilijk met beweging en expressie in één duidelijke ervaring is te vangen. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die een scala aan series voor moet bereiden, is een ander nadeel. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheden toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael Hugh Long.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze erachter is dat het verwerven van de taal (zoals het Nederlands) geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om specifieke taken uit te voeren. Studenten krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de vreemde taal (Nederlands) vereist is. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, is het nodig dat zij over woordenschat en regels van het Nederlands van het Nederlands beschikken. De taken zijn alledaagse taken, bijvoorbeeld e-mails schrijven, een boodschap doen, met de klantenservice bellen, een krant lezen of een drankje bestellen. De taak wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij studenten zich eerst op de taak voorbereiden, de taak daarna uitvoeren en tot slot op de taak terugblikken. Om de taken uit te voeren, dienen lerenden samen te werken. Om leereffect te hebben, dienen de taken net boven het taalniveau Nederlands van de lerenden te liggen.
Populariteit
Task-Based Language Teaching heeft aan populariteit gewonnen vanaf de vroege jaren negentig en zeker in het taalonderwijs. De leermethode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn voor het verhogen van de taalvaardigheid bij de studenten (vooral de studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Nederlands) heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheid (Nederlands) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, mits de opdracht goed bij de lerenden aansluit. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in aanraking met het Nederlands en leert zo authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in het Nederlands. Daarnaast leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als motiverend en plezierig ervaren .
Als minpunt kan worden genoemd dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Nederlands, waardoor lerenden die niet heel precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van taalonderwijs Engels bedacht in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT) was ‘Dogme 95’; de stroming van een groep Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. Bij het filmmaken, confirmeren de deelnemers zich aan tien strenge regels (tien dogma’s). Deze behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van de Dogme Language Teaching zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal is belast. Het beginnen van echte inhoudelijke gesprekken over praktische onderwerpen is het doeleinde van de Dogme-methode. Bij deze methode gaat het om communicatie als drijvende kracht van het leren. Daarom is de methode een communicatieve aanpak voor het onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder het gebruik van leerboeken of overige lesmaterialen en zich in plaats daarvan richt op communicatie tussen de studenten en de trainer. Het Dogme-taalonderwijs heeft 10 uitgangspunten (dogma’s), net zoals de Dogme-beweging van de filmmakers.
Populariteit
Ondanks dat er niet veel onderzoek naar het succes van Dogme is gedaan, stelt Scott Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van een taal (zoals Nederlands) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding is vereist, is een positieve bijkomstigheid voor taaldocenten Nederlands. De lerenden zijn verantwoordelijk voor hun eigen leerproces en dit kan zeer motiverend werken. Op deze manier zijn de lessen Nederlands niet voorspelbaar. Dit zorgt voor spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Vrijwel elk item kan tijdens een les volgens de Dogme-methode worden besproken. Dit zorgt dat studenten betrokken en alert blijven.
Als lerenden zo weinig door de taaldocent bij de hand genomen worden, kunnen ze zich echter wel wat minder op hun gemak voelen. Ook is niet elke docent Nederlandsin voldoende mate flexibel voor deze manier van lesgeven. Een bijkomend minpunt kan zijn dat de studenten zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Nederlands, terwijl het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof in de taallessen wordt behandeld.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson ontwikkeld.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode is een alternatieve visie op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Nederlands). De primaire aanname van de leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het verwerven van het Nederlands; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van Nederland). Daarom gebruikt GPA de benaming ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraren of docenten’. De Growing Participator Approach (GPA) heeft overeenkomsten met, en is gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Nederland voeren deze activiteiten uit. Begrip is belangrijker dan productie. De focus ligt op Nederlandse woordenschat en cultuur. Fase 1 is de hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ongeveer 100 uur. In fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze duurt ruwweg 150 uur en nu begint de deelnemer het Nederlands ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de leermethode is de fase van het ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de Nederlandse cultuur. In fase 5 van de leermethode van de methode begint de deelnemer zich te richten op het taalgebruik van de moedertaalsprekers Nederlands door middel van films, televisie, nieuws en literatuur. Het Nederlands dat voor het werk van de deelnemers is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Het gaat het hierbij om de groei buiten de formele taalsessies Nederlands.
Populariteit
De methode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes van de methode. Deelnemers zijn er in elk geval enthousiast over.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
De GPA-methode biedt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving Nederlands. De zes afzonderlijke fasen van de methode bieden een duidelijk tijdsschema alsook haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen taalkennis Nederlands verworven, maar ook van de omgeving en de lerenden verwerven eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een minpunt van deze methode is dat voor iedere deelnemer of minimaal iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen om de uitspraak en intonatie (Nederlands) te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Het is een eenvoudige methode: de studenten luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen dan wat zij horen. Bij deze methode is het niet belangrijk om de Nederlandse tekst te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klank. Luisteren en herhalen oefent men net zo veel totdat het soepel gaat en de lerenden simultaan met de opname Nederlands kunnen spreken. Na enige tijd zullen de lerenden een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben gezegd. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende teksten, zijn diverse leerboeken geschikt voor deze methode. De Nederlandse audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de student te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. De aanbeveling van Argüelles is lerenden studenten om tijdens het spreken te lopen, het liefst buiten, en niet te zitten, doordat fysieke bewegingen de opname van de nieuwe taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel versterken. Een bijkomende reden is dat de student minder snel afgeleid wordt als hij of zij beweegt, zodat het werken aan het Nederlands veel effectiever wordt.
Shadowing heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Het simultaan spreken is bij Shadowing ook anders.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de techniek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Ook het algemene begrip van het Nederlands wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Een praktisch voordeel van Shadowing dat de methodiek in een groep studenten kan worden gebruikt, waarbij alle deelnemers actief leren. Het rendement van Shadowing is hoog.
De keerzijde van deze techniek is dat de lerende het wellicht wat saai kan vinden om dezelfde Nederlandse tekst te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Nederlands) te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren met behulp van bewegingen en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind zijn moedertaal leert. Ouders geven hun (jonge) kinderen continu taken en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid Nederlands vormt dus de basis, daarna volgt de spreekvaardigheid.
De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Nederlands. De trainer geeft op een begrijpelijke en vriendelijke manier taken, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de lerenden doen deze taken na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de lerenden dat zij Nederlands praten; de lerenden geven in een later stadium de opdrachten. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
TPR® appelleert de methode van aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Nederlands beklijft ook beter.
Populariteit
Hoofdzakelijk wordt de methode van TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken eveneens met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. Total Physical Response levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. In principe is de methode van TPR® geschikt voor elk type doelgroep, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en kan de methode eveneens in grotere klassen ingezet worden. Het geleerde Nederlands wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten kan worden uitgedrukt, is het nadeel van TPR®. Daarom werkt het tot op een bepaald niveau en is daarboven een andere leermethode (ter aanvulling) nodig. De methodiek is bovendien niet bijzonder creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Nederlands uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz bedacht de Directe Methode eind jaren tachtig van de negentiende eeuw, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging omstreeks 1900 met nieuwe visies over leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. De Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van een vreemde taal, maar ook natuurgeneeskunde, voeding, kleding en naturisme. Men streefde, net zoals in de jaren 60 van de vorige eeuw, rond 1900 naar natuurlijke manieren van leven en een bevrijding van het keurslijf. Op het gebied van het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de gesproken, ‘levende’ taal. Hierbij werd de grammatica eerder inductief aangeleerd, met voorbeeldzinnen. Hieruit moesten de studenten de taalregels afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met meer aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal (zoals het Nederlands). Het werd gestimuleerd de studenten veel in het Nederlands te laten spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de lessen in het Nederlands werden gegeven. Tijdens de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. Het aanleren van de (Nederlandse) woordenschat gebeurde met behulp van afbeeldingen en voorbeelden. De lerenden boden zelf abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deels door invloeden van de oorlogen en crises ebde de golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw weg, om in de jaren 60 weer in een andere vorm terug te komen.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Interlingua en Berlitz.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Het belangrijke pluspunt van de Directe Methode is dat het een vrij natuurlijke manier is om Nederlands te leren. Er wordt veel aandacht geschonken aan luisteren en spreken. Hierdoor ontwikkelen de lerenden vloeiendheid in het Nederlands en zelfvertrouwen. Aan deze leermethode kleven echter eveneens keerzijden. Er is bij deze leermethode nauwelijks aandacht voor schrijfvaardigheid (Nederlands) en minder aandacht voor lezen in de vreemde taal. De methode biedt voor lerenden die verder meer gevorderd zijn in het Nederlands niet genoeg uitdaging. De Directe Methode is eveneens niet erg geschikt voor de langzaam lerende studenten, omdat deze methode van een dynamische inzet vanuit de student uitgaat.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om vreemde talen te leren, is de manier waarop een kind de moedertaal leert. Het leren van een taal (zoals Nederlands) moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil om die reden niet met abstracte regels en woordenlijstjes met Nederlandse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de oudste, bekende, volledige taalcursus. De methode is op het werken met een groep van lerenden en een docent Nederlands gebaseerd, die steeds één Nederlands woord tegelijk introduceert. Bij dit woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen vervolgens na elkaar het Nederlandse woord en deze beweging. Door deze herhaling onthouden de studenten de Nederlandse woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. De woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de Nederlandse zinnen. Nederlandse spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De Manesca-methode is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langer kan worden onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Het vele herhalen draagt daar eveneens aan bij. Dat het wat saai kan worden om dezelfde Nederlandse woorden en zinnetjes steeds te herhalen, kan door lerenden als een minpunt worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van Gattegno’s methode.
De trainer Nederlands gebruikt een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de lerende, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om fouten te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Nederlands) van de taal besteed.
Gattegno, die wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt voor de energievoorraad van de lerenden was. Hij kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan als mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat trainers niet zozeer zouden moeten streven naar het overbrengen van kennis, maar bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te kunnen leren.
The Silent Way van Gattegno hierbij gebruikt onder andere staafjes met verschillende kleuren (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor verschillende dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek werkt eveneens met Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van het Nederlands vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Hoewel de Stille Methode in zijn originele vorm niet veel meer wordt gebruikt, zijn Gattegno’s ideeën wel van belang geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor lerenden, die tenslotte als autonoom gezien worden, is de sterke kant van de benadering van Gattegno. De trainer Nederlands is bij deze methode in feite dienstbaar aan de lerende en niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke manier. Het geleerde wordt vaak goed verwerkt en onthouden door de lerenden uit te dagen om nieuwe dingen te ontdekken. De studenten ‘mogen’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Het kan een minpunt van de leermethode zijn dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorstaat. De studenten kunnen gefrustreerd raken door de afwezigheid van inbreng van de taaltrainer Nederlands. Het gebruik van kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er vrij gauw af is. Hierdoor verdwijnt het effect.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-techniek (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het uitgangspunt van TPRS is natuurlijke taalverwerving: de nieuwe taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden de lerenden blootgesteld aan veel begrijpelijke input. De trainer Nederlands vertelt een verhaal, waarin nieuwe Nederlandse woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. Deze verhalen zijn vrij gemakkelijk te begrijpen, hierdoor ontspannen studenten zich. Zo worden Nederlandse structuren en woorden vrijwel ongemerkt in het langetermijngeheugen opgeslagen. De studenten worden door de docent op grammaticale fenomenen van het Nederlands gewezen, zonder dat studenten taalregels uit hun hoofd hoeven te leren.
Na enige tijd zullen de lerenden ‘vanzelf’ Nederlands gaan spreken en de Nederlandse grammaticale structuren nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groepje studenten een verhaal maken, is een variant. Hierbij schrijft de taaldocent Nederlands eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met hun Nederlandse vertalingen, om vervolgens hier een verhaal van te maken met de lerenden. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen in het Nederlands is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, doordat dit zorgt voor input. Schrijven in het Nederlands volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden nodig: de setting dient geschikt te zijn en de trainer dient ervoor getraind te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Het is prettig voor de student en het is niet moeilijk om bij te les te blijven. Voor de studenten werkt TPR Storytelling heel motiverend om zelf een verhaal te maken.
Dat TPRS veel voorbereiding van de docenten vraagt, is een nadeel.
De Rosetta Stone-methodiek is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen die werd gevonden in Egypte met een tweetalige tekst, door middel waarvan de hiërogliefen zijn ontcijferd. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen aanbiedt. De eerste versie van deze methode is uitgebracht in 1996.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren achter een computer. Deze taalcursussen zijn in ruim dertig verschillende talen beschikbaar en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve methode, die de manier imiteert waarop een kind de moedertaal leert. Dat houdt in ‘leren door onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hiervoor foto’s en stemmen van native speakers Nederlands (moedertaalsprekers) voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe (Nederlandse) woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen. Dit programma registreert de Nederlandse uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. De student kan zo de uitspraak met de uitspraak van native speakers (moedertaalsprekers Nederlands) vergelijken. Verbetering van de uitspraak kan bereikt worden door de voorbeeldspreker minder snel te laten praten en de studenten vervolgens veel na te laten spreken.
Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheden Nederlands van de lerenden te oefenen. De software van de methode controleert de Nederlandse grammatica en de spelling en geeft fouten aan, waarbij optie is om de fouten van de student te verbeteren.
Het programma biedt ook leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Rosetta Stone wordt wereldwijd veelvuldig ingezet en zeker niet door de minsten. Onder andere het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. De Rosetta Stone-methode wordt in ons land door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen ingezet, alsook door een aantal internationale organisaties.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De methode van Rosetta Stone is erg eenvoudig in het gebruik en de methode kan op elk moment door de lerende worden gebruikt. De student kan zelf bepalen welke onderdelen meer of wellicht minder aandacht kunnen gebruiken. Velen vinden het plezierig om de leermethodiek te gebruiken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode voor scholen een oplossing zijn. Een nadeel van de methode kan zijn dat er geen taaldocent beschikbaar is die lerenden motiveert of wat extra’s kan bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die Pimsleur op de markt bracht in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
De cursus bestaat uit zinnen/dialogen die door lerenden worden nagesproken en herhaald. De Nederlandse voorbeeldzinnetjes van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursussen zijn op herhaling, anticipatie, woordenschat en herhaling gebaseerd. De lessen van de cursus bieden een audio-opname van dertig minuten die nieuwe vocabulaire en structuur bevat. De grammaticale structuren van het Nederlands worden niet uitgelegd maar via uitbreiding van, en variaties op, deze zinnen aangeboden.
Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het optimale interval waarin kennis overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is in de taalcursussen van Pimsleur verwerkt.
Populariteit
De taalcursussen van Pimsleur worden onder meer in Amerika gebruikt en de ervaringen met Pimsleur variëren. De studenten zijn in het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de Pimsleur-methode heel goed doordat de insprekers van de zinnen allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke manier op een normaal tempo Nederlands spreken.
Het minpunt van de leermethode van Pimsleur is dat niets uitgelegd wordt. De studenten leren geen bouwstenen om zelf Nederlandse zinnen te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Bob Dylan en Pierce Brosnan in de klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als diegene geen stress heeft. Hij maakte de lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen zijn audiolessen (Nederlands), ingesproken door twee acteurs; een vrouwelijke acteur en een mannelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de stemacteurs een vraag gesteld wordt, is het idee dat de lerende op pauze drukt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. Bij de methode worden de lessen opgebouwd in stapjes en nieuwe Nederlandse lesstof wordt afgewisseld met reeds bekende Nederlandse lesstof. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. Er wordt op eventuele verbanden tussen het Engels en het Nederlands gewezen. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Makkelijke lesstof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de student Nederlands het voorgaande heeft begrepen en verworven. Behalve Nederlandse woorden en zinnen in de doeltaal worden ook bouwstenen geleerd waarmee de gebruikers zelf zinnen kunnen construeren. Ook maakt de methode gebruik van flashcards zodat gebruikers zelf hun vocabulaire Nederlands kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te meten.
Populariteit
Veel lerenden ze zijn over het algemeen tevreden over de uitleg van de structuren van het Nederlands en vinden de cursus plezierig werken. Studenten die met de taal wat verder zijn, vinden de cursussen soms minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De Michel Thomas-methode traint de luistervaardigheid en de uitspraak Nederlands op efficiënte wijze en is heel toegankelijk. Dat deze taalcursus Nederlands niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een keerzijde. Een daadwerkelijke interactie is er ook niet doordat de leermethode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Dit bedrijf maakt cursussen voor vreemde talen en publiceert deze. Hun eerste boek heette Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ of ‘assimilatie’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de andere groep’, wat wel wat hooggegrepen is voor taalcursussen (zoals Nederlands). De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een leerboek Nederlands en audio-CD’s en een USB-stick bestaan. De lerenden besteden bij voorkeur ruwweg twintig minuten per dag aan de cursus.
De taallessen van Assimil bestaan uit Nederlandse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De Nederlandse vertaling staat ernaast, alsook de grammaticale uitleg. Om de uitspraak Nederlands te trainen, maakt Assimil gebruik van zinnen die door moedertaal (native) speakers zijn ingesproken en die de lerenden dienen te herhalen. De opbouw gaat van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie van de gebruikers verwacht; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij populair. Ze zijn relatief voordelig en het aanbod aan talen is groot.
Voor- en nadelen van Assimil
Het pluspunt van de Assimil-methode is dat de cursist Nederlands op zijn of haar eigen snelheid kan leren wanneer dit het beste past. De keerzijde hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de lerende is aangewezen op zichzelf. Er is geen docent Nederlands beschikbaar om de student te begeleiden of te motiveren.
De audiolinguale methode was reeds in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en in Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook wel de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als reactie op de grammatica-vertaalmethode worden gezien. Nieuw was dat de taallessen volledig in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn spreken en luisteren (in het Nederlands) en (Nederlandse) grammaticale structuur worden aan de hand van mondelinge structuuroefeningen geleerd. De bedoeling is om vrijwel foutloos Nederlands te leren verstaan en spreken, wat begint bij leren naspreken. Herhaling is hiertoe het middel; er wordt met drills gewerkt om Nederlandse zinnen en structuren te leren beheersen, zodat reacties spontaan en automatisch worden. Taaltrainers Nederlands kunnen zo bijvoorbeeld een zin tien keer herhalen en daarna een nieuw Nederlands woord hieraan toevoegen. Er wordt vaak in de zogeheten talenpractica gewerkt, waarbij studenten Nederlands met een koptelefoon naar zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven Nederlands wordt pas aangeboden als het mondelinge Nederlands inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe Nederlandse woorden te introduceren.
Populariteit
In ons land werd de methode pas rond het jaar 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet van kracht werd. Er kwamen al snel bezwaren tegen de saaie drills. De techniek gaf wel eens problemen, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats daarvan werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Nu was alom geaccepteerd dat het bij een taal (zoals Nederlands) leren niet om het uit het hoofd leren van de (Nederlandse) grammatica gaat, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Nederlands), die vóór de jaren zeventig voor veel docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor studenten Nederlands die beginnen. Een juiste uitspraak Nederlands wordt vanaf het begin aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor een snelle en efficiënte kennisoverdracht bieden. Ook voor grotere groepen is de methode geschikt.
Dit docentgestuurde aspect is tevens een nadeel; eigen input wordt niet verlangd van de studenten, waardoor het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer ligt. Een ander bezwaar van de audiolinguale methode is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik Nederlands.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) zodanig te leren dat deze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die nadien herhaald worden. Deze Nederlandse woorden of zinnen van de woordenlijst worden door de studenten hardop gelezen. De bedoeling is niet om al deze woorden uit het hoofd te leren, maar door de blootstelling gaat dit vanzelf. De lijst wordt telkens veranderd; Nederlandse woorden die geleerd zijn, verdwijnen van de lijst. Die Nederlandse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de lijst op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode stellen dat deze woorden en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten worden opgeslagen, maar geheugenwetenschappers bestrijden dit. (Taal)kennis in het algemeen wordt onthouden als de kennis relevant en betekenisvol is voor de lerende. Voor Nederlandse woorden en zinnen die van betekenis en relevant zijn voor de student, kan de methode functioneren.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij studenten die het fijn vinden om bijvoorbeeld Post-its® te gebruiken als geheugensteuntje, kan deze GoldList-methode functioneren. Omdat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven meewerkt en wordt aangesproken, werkt het met de hand schrijven effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een fotootje maken. Een minpunt van deze methode is het gebrek aan context. Talen bestaan uit veel meer dan alleen een serie losse woorden en/of zinnen. Daarnaast is deze methode zeer tijdrovend; er dienen steeds handgeschreven woordenlijsten te worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op de natuurlijke manier van het verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Nederlands). De leermethode probeert het Nederlands aan te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. Op deze manier leert men onbewust eveneens de taalregels van het Nederlands. Alleen het Nederlands wordt hiervoor gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een leeromgeving zonder stress voor de studenten is het streven. De lerenden worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie Nederlands niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete Nederlands grammatica en de correctie van vormfouten.
De methode heeft het meeste rendement als de studenten in het Nederlands worden ondergedompeld. De leeractiviteiten in het Nederlands moeten stimulerend zijn zodat de studenten van de ervaringen kunnen genieten.
De Natural Method heeft veel overeenkomsten met de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het onderscheid tussen de beide methoden is dat bij de Directe Methode meer focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Dat onderdompeling zeer effectief is, is veelvuldig aangetoond. De methode is een populaire manier van lesgeven onder taaldocenten Nederlands, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen voor de lerende. Maar er kleven eveneens nadelen aan de Natural Method. De methode is vooral gericht op het impliciet aanleren van de grammatica van het Nederlands. De student zou weliswaar leren te communiceren in het Nederlands, maar blijven steken in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier Nederlands te leren. Studenten krijgen de kans voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Nederlands. Doordat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, beklijft het geleerde Nederlands voor een langere tijd.
Omdat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaten te merken zijn. De methode bereidt de lerende eveneens niet per se voor op een specifiek Nederlands examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse benaming: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
Deze Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren met als doel studenten vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands). De beheersing van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan de verwerving van woordenschat van het Nederlands. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste Nederlandse woordcombinaties en groepen woorden in de correcte woordvolgorde is waar het bij de methode om draait. Deze vaste combinaties van woorden worden in herkenbare situaties met gebruik van visualisatie, dramatisering, gezichtsuitdrukking en handelingen aan de lerende gepresenteerd. De structuren die het vaakst in het Nederlands gebruikt worden, worden eerst geleerd. De mondelinge vaardigheid Nederlands (de luistervaardigheid en de spreekvaardigheid) wordt hierbij in eerste instantie gebruikt; daaruit volgen de leesvaardigheid en de schrijfvaardigheid volgt daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Nederlands (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt de grammatica een belangrijke plek. De Structurele Aanpak wordt ook wel Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) genoemd.
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak gebruikt op grote schaal om Engels te leren in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Het voordeel van een structurele aanpak is dat de studenten het Nederlands op een accurate wijze kunnen leren. De student krijgt inzicht in de Nederlandse grammatica leert in welke situaties bepaalde Nederlandse woorden of woordcombinaties geschikt zijn of niet voor de situaties. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt alledaagse taal. Aan de Structural Approach kleven eveneens nadelen. De methode van werken is behoorlijk tijdverslindend en zorgt niet direct voor een succeservaring. De eigen input van lerenden is beperkt; het is niet echt creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Communicatief taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, ontstond in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van talen legde. Taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie de uiteindelijke doelstelling is van het leren van vreemde talen (zoals Nederlands).
De studenten leren middels de CLT-technieken het Nederlands in de praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de taaldocent Nederlands. Authentieke teksten, geschreven in de Nederlandse taal of ander materiaal uit de werksituatie en/of het dagelijks leven worden gebruikt. Het Nederlands wordt zowel tijdens als buiten de les om gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en trainers Nederlands dragen onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Nederlands in diverse realistische situaties te oefenen. Nederlandse grammatica leren studenten inductief, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT is de taaldocent Nederlands echt een trainer, die de student leert om in het Nederlands te communiceren.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam deels omdat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes waren gebleken. In het verenigde Europa kwam meer vraag aan het leren van vreemde talen op een wijze die meteen kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
De CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel goede kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; de methode is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Nederlandse woorden die voor hen nodig zijn. Het is efficiënt. Voor de studenten is het stimulerend doordat zij gauw succeservaringen hebben. Fouten maken mag; al doende wordt de taalvaardigheid geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak minder aandacht is. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van de studenten. Deze manier van leren is voor een aantal lerenden moeilijk of afwijkend, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) (communicatief taalonderwijs) traint de taalvaardigheden; hierbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en deze methode biedt dan ook geen samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was taalonderwijs vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Men leerde om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere wijze gedaan door docent Frans en Italiaans uit Duitsland; Johann Valentin Meidinger. Omstreeks 1783 ontwikkelde hij een leermethode waarin de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als grondlegger beschouwd van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gestoeld op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Onderwijs in Latijn was natuurlijk op geschreven teksten van klassieke schrijvers gericht en geheel op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Nederlands) gericht. Deze aanpak werd gezien als degelijk en wetenschappelijk. De Grammatica-/vertaalmethode gaat uit van de analyse van de taalstructuren en de taalvormen (van bijvoorbeeld Nederlands) waarbij studenten zelf inzicht ontwikkelen. De lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docent draagt de kennis Nederlands over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al sinds halverwege de negentiende eeuw was ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed op het taalonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren, is de methode is een aardige mentale training. Ook biedt deze methode inzichten in de structuur van het Nederlands, doordat de nadruk gelegd wordt op de grammatica.
Er zijn echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de luister- en spreekvaardigheid Nederlands behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Nederlands, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het leren in een groep geeft de leermethode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de studenten. De lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) over de hele wereld toegepast, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals het vak wiskunde) in de vreemde taal wordt gegeven. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die bij Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ‘de nonnen van Vught’ gebruikt wordt. De leermethode is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les aan welgestelde dames uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling houdt in dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, direct vanaf het eerste moment is omgeven door de te leren taal. De instructies vinden in de doeltaal (Nederlands) plaats; in het begin langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke wijze. De lerende wordt ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Nederlands te spreken. Er wordt gewerkt met simulaties en rollenspellen. Op scholen die met onderdompeling werken, wordt vaak de omgeving in de stijl van het land van de Nederlandse taal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Nederland zijn. De studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Nederlands spreken. Een andere manier om onderdompeling te bereiken, is daadwerkelijk naar Nederland te gaan en daar in een gastgezin te verblijven.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een uitstekende methode om vreemde talen te leren gezien. Hoofdzakelijk de mondelinge taalbeheersing Nederlands kan op deze wijze uitstekend worden ontwikkeld.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaten wordt bereikt, omdat de methode zo intensief is. De leermethode is ‘sink or swim’, de student moet wel gaan communiceren in het Nederlands want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Nederlands aan het leren. Door in groepsverband samen te oefenen, wordt de sociale interactie versterkt. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een keerzijde. Als studenten in een korte tijd Nederlands leren, door in Nederland te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaan, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Het feit dat een dergelijke taaltraining Nederlands nogal intensief is, kan een ander minpunt zijn. Niet iedereen heeft genoeg conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om vreemde talen te leren ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Suggestopedia is door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al aangeeft, is Suggestopedia op het principe van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (talen; bijvoorbeeld Nederlands) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de docent (Nederlands) en lerenden zijn hiervoor van essentieel belang. De voorwaarde is dat de studenten zich ontspannen en veilig voelen. Leslokalen met rijopstellingen waren uit den boze om dit te bewerkstelligen. De studenten zaten in comfortabele stoelen tijdens de lessen die in een halve cirkel gezet waren en in de klas werd altijd muziek gedraaid op de achtergrond. De methode zoals Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er waren woordenlijsten bij deze teksten en opmerkingen met betrekking tot de (Nederlandse) grammatica. Dit voorlezen gebeurde met veel expressie in stem en gebaren. De lerenden werden op deze manier verleid om te luisteren en de nieuwe (Nederlandse) woorden konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. Voor de cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Nederland) was veel aandacht tijdens de lessen. Er werd met rollenspellen gewerkt en ook (Nederlandse) streekgerechten werden in de klas gemaakt en gegeten.
Populariteit
De methode Suggestopedia was enigszins omstreden en is niet heel bekend meer. Sommige elementen bijvoorbeeld het gebruikmaken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer in de les, waardoor de student geen hinder zal hebben van frustratie of faalangst. Voor een immigrant kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een bijkomend pluspunt van de leermethode is dat de lerende gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situatie en actief mee te doen, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor sommige lerenden een keerzijde, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommigen ook afleiden en verstorend werken in plaats van ontspannend en stimulerend. Een ander zwak punt is dat de verhouding taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle input komt van de Nederlandse taaldocent en de lerende is altijd de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran ontwikkelde in het jaar 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. De CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de taaltrainer fungeert als counselor die de zinnen van de lerenden kenschetst. Studenten starten een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal (Nederlands) nog niet genoeg machtig, dan spreken de studenten in de moedertaal. De taaldocent (Nederlands) geeft uitleg en vertaalt. Hierna herhalen de studenten de uitspraken van de docent zo goed mogelijk. Dit gesprek in het Nederlands wordt opgenomen om nadien opnieuw te beluisteren.
De methode bevordert gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de lerenden als middel om het Nederlands te leren. Er wordt geen leerboek Nederlands gebruikt; het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen door middel van betekenisvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van CLL hangt erg af van de expertise van de trainer-counselor. De taaldocent dient sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig onderlegd te zijn. De taaltrainer dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Community Language Learning kan prima werken als deze correct toegepast wordt. Deze methode is niet geschikt voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt studenten veel autonomie. Het analyseren van hun eigen gesprekken vinden veel lerenden nuttig. De groep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de lessen Nederlands, maar eveneens buiten de lessen. Met deze methode worden lerenden zich zo veel bewuster van hun groepsgenoten, hun sterke en minder sterke punten en leren te werken als team. Het bespreken van de fouten en het evalueren van de les Nederlands is heel leerzaam voor de studenten. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden deel van de actieve woordenschat van lerenden.
Dat de docent niet sturend is, terwijl sommige studenten wel sturing nodig hebben, kan een keerzijde zijn. Er wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen Nederlands gehouden. Het succes van de lessen is hierdoor lastig meetbaar. Een aantal studenten wordt geremd in hun Nederlands spreken als zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen bestaan. De studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Nederlands (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze hoe het Nederlands ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Nederlands is in deze benadering belangrijker dan Nederlandse grammatica. Instructies zijn op situaties en Nederlandse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen gericht. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er wordt veel mogelijkheid gegeven voor het zelf ontdekken van de Nederlandse taal.
De taak van de trainer Nederlands is voor voldoende input te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de student.
Populariteit
De leerboeken zijn in de laatste dertig jaar duidelijk veranderd door (onder meer) de ideeën over taal van Michael Lewis. Veel meer aandacht wordt aan de woordenschat van de te leren taal geschonken die aangeboden wordt in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. Een drastische omwenteling in de wijze waarop talen worden onderwezen, waar Michael Lewis streefde, heeft echter niet plaatsgevonden.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Studenten leren het Nederlands op een heel natuurlijke manier te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het taalgebruik Nederlands.
Het nadeel is dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties. Een aantal studenten heeft moeite om de patronen van het Nederlands zelf te leren herkennen en deze studenten hebben meer aan een trainer Nederlands die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Franse leraar François Gouin in 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en niet veel kennis vereisen van grammatica. Op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden, leren studenten zinnen. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. De studenten gaan snel in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Nederlands) denken doordat een soort eentalige leermethode is, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.
Populariteit
De concepten van Gouin over taal waren bijzonder vooruitstrevend. De seriemethode van Gouin was enige tijd succesvol, ondanks de vrij ongewone aanpak. De leermethode werd echter overschaduwd door Maximilian Berlitz’ Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Series Method
De mondelinge vaardigheden Nederlands worden sterk ontwikkeld door de Series method van Gouin worden en het creëert een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit type taalonderwijs Nederlands enthousiasme op van de studenten. Een nieuwe taal leren wordt tastbaar; dit was volledig nieuw. studenten Nederlands worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, de prestatiedruk te verminderen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve taalvaardigheid Nederlands van de student wordt sterk gestimuleerd met de methode van François Gouin.
De seriemethode van Gouin heeft echter als nadeel dat taal die wat meer abstract of subjectief wordt, wat moeilijk met beweging en expressie in één duidelijke ervaring is te vangen. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die een scala aan series voor moet bereiden, is een ander nadeel. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheden toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael Hugh Long.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze erachter is dat het verwerven van de taal (zoals het Nederlands) geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om specifieke taken uit te voeren. Studenten krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de vreemde taal (Nederlands) vereist is. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, is het nodig dat zij over woordenschat en regels van het Nederlands van het Nederlands beschikken. De taken zijn alledaagse taken, bijvoorbeeld e-mails schrijven, een boodschap doen, met de klantenservice bellen, een krant lezen of een drankje bestellen. De taak wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij studenten zich eerst op de taak voorbereiden, de taak daarna uitvoeren en tot slot op de taak terugblikken. Om de taken uit te voeren, dienen lerenden samen te werken. Om leereffect te hebben, dienen de taken net boven het taalniveau Nederlands van de lerenden te liggen.
Populariteit
Task-Based Language Teaching heeft aan populariteit gewonnen vanaf de vroege jaren negentig en zeker in het taalonderwijs. De leermethode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn voor het verhogen van de taalvaardigheid bij de studenten (vooral de studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Nederlands) heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheid (Nederlands) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, mits de opdracht goed bij de lerenden aansluit. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in aanraking met het Nederlands en leert zo authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in het Nederlands. Daarnaast leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als motiverend en plezierig ervaren .
Als minpunt kan worden genoemd dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Nederlands, waardoor lerenden die niet heel precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van taalonderwijs Engels bedacht in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT) was ‘Dogme 95’; de stroming van een groep Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. Bij het filmmaken, confirmeren de deelnemers zich aan tien strenge regels (tien dogma’s). Deze behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van de Dogme Language Teaching zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal is belast. Het beginnen van echte inhoudelijke gesprekken over praktische onderwerpen is het doeleinde van de Dogme-methode. Bij deze methode gaat het om communicatie als drijvende kracht van het leren. Daarom is de methode een communicatieve aanpak voor het onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder het gebruik van leerboeken of overige lesmaterialen en zich in plaats daarvan richt op communicatie tussen de studenten en de trainer. Het Dogme-taalonderwijs heeft 10 uitgangspunten (dogma’s), net zoals de Dogme-beweging van de filmmakers.
Populariteit
Ondanks dat er niet veel onderzoek naar het succes van Dogme is gedaan, stelt Scott Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van een taal (zoals Nederlands) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding is vereist, is een positieve bijkomstigheid voor taaldocenten Nederlands. De lerenden zijn verantwoordelijk voor hun eigen leerproces en dit kan zeer motiverend werken. Op deze manier zijn de lessen Nederlands niet voorspelbaar. Dit zorgt voor spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Vrijwel elk item kan tijdens een les volgens de Dogme-methode worden besproken. Dit zorgt dat studenten betrokken en alert blijven.
Als lerenden zo weinig door de taaldocent bij de hand genomen worden, kunnen ze zich echter wel wat minder op hun gemak voelen. Ook is niet elke docent Nederlandsin voldoende mate flexibel voor deze manier van lesgeven. Een bijkomend minpunt kan zijn dat de studenten zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Nederlands, terwijl het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof in de taallessen wordt behandeld.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson ontwikkeld.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode is een alternatieve visie op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Nederlands). De primaire aanname van de leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het verwerven van het Nederlands; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van Nederland). Daarom gebruikt GPA de benaming ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraren of docenten’. De Growing Participator Approach (GPA) heeft overeenkomsten met, en is gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Nederland voeren deze activiteiten uit. Begrip is belangrijker dan productie. De focus ligt op Nederlandse woordenschat en cultuur. Fase 1 is de hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ongeveer 100 uur. In fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze duurt ruwweg 150 uur en nu begint de deelnemer het Nederlands ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de leermethode is de fase van het ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de Nederlandse cultuur. In fase 5 van de leermethode van de methode begint de deelnemer zich te richten op het taalgebruik van de moedertaalsprekers Nederlands door middel van films, televisie, nieuws en literatuur. Het Nederlands dat voor het werk van de deelnemers is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Het gaat het hierbij om de groei buiten de formele taalsessies Nederlands.
Populariteit
De methode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes van de methode. Deelnemers zijn er in elk geval enthousiast over.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
De GPA-methode biedt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving Nederlands. De zes afzonderlijke fasen van de methode bieden een duidelijk tijdsschema alsook haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen taalkennis Nederlands verworven, maar ook van de omgeving en de lerenden verwerven eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een minpunt van deze methode is dat voor iedere deelnemer of minimaal iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen om de uitspraak en intonatie (Nederlands) te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Het is een eenvoudige methode: de studenten luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen dan wat zij horen. Bij deze methode is het niet belangrijk om de Nederlandse tekst te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klank. Luisteren en herhalen oefent men net zo veel totdat het soepel gaat en de lerenden simultaan met de opname Nederlands kunnen spreken. Na enige tijd zullen de lerenden een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben gezegd. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende teksten, zijn diverse leerboeken geschikt voor deze methode. De Nederlandse audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de student te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. De aanbeveling van Argüelles is lerenden studenten om tijdens het spreken te lopen, het liefst buiten, en niet te zitten, doordat fysieke bewegingen de opname van de nieuwe taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel versterken. Een bijkomende reden is dat de student minder snel afgeleid wordt als hij of zij beweegt, zodat het werken aan het Nederlands veel effectiever wordt.
Shadowing heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Het simultaan spreken is bij Shadowing ook anders.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de techniek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Ook het algemene begrip van het Nederlands wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Een praktisch voordeel van Shadowing dat de methodiek in een groep studenten kan worden gebruikt, waarbij alle deelnemers actief leren. Het rendement van Shadowing is hoog.
De keerzijde van deze techniek is dat de lerende het wellicht wat saai kan vinden om dezelfde Nederlandse tekst te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Nederlands) te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren met behulp van bewegingen en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind zijn moedertaal leert. Ouders geven hun (jonge) kinderen continu taken en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid Nederlands vormt dus de basis, daarna volgt de spreekvaardigheid.
De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Nederlands. De trainer geeft op een begrijpelijke en vriendelijke manier taken, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de lerenden doen deze taken na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de lerenden dat zij Nederlands praten; de lerenden geven in een later stadium de opdrachten. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
TPR® appelleert de methode van aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Nederlands beklijft ook beter.
Populariteit
Hoofdzakelijk wordt de methode van TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken eveneens met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. Total Physical Response levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. In principe is de methode van TPR® geschikt voor elk type doelgroep, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en kan de methode eveneens in grotere klassen ingezet worden. Het geleerde Nederlands wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten kan worden uitgedrukt, is het nadeel van TPR®. Daarom werkt het tot op een bepaald niveau en is daarboven een andere leermethode (ter aanvulling) nodig. De methodiek is bovendien niet bijzonder creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Nederlands uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz bedacht de Directe Methode eind jaren tachtig van de negentiende eeuw, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging omstreeks 1900 met nieuwe visies over leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. De Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van een vreemde taal, maar ook natuurgeneeskunde, voeding, kleding en naturisme. Men streefde, net zoals in de jaren 60 van de vorige eeuw, rond 1900 naar natuurlijke manieren van leven en een bevrijding van het keurslijf. Op het gebied van het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de gesproken, ‘levende’ taal. Hierbij werd de grammatica eerder inductief aangeleerd, met voorbeeldzinnen. Hieruit moesten de studenten de taalregels afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met meer aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal (zoals het Nederlands). Het werd gestimuleerd de studenten veel in het Nederlands te laten spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de lessen in het Nederlands werden gegeven. Tijdens de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. Het aanleren van de (Nederlandse) woordenschat gebeurde met behulp van afbeeldingen en voorbeelden. De lerenden boden zelf abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deels door invloeden van de oorlogen en crises ebde de golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw weg, om in de jaren 60 weer in een andere vorm terug te komen.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Interlingua en Berlitz.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Het belangrijke pluspunt van de Directe Methode is dat het een vrij natuurlijke manier is om Nederlands te leren. Er wordt veel aandacht geschonken aan luisteren en spreken. Hierdoor ontwikkelen de lerenden vloeiendheid in het Nederlands en zelfvertrouwen. Aan deze leermethode kleven echter eveneens keerzijden. Er is bij deze leermethode nauwelijks aandacht voor schrijfvaardigheid (Nederlands) en minder aandacht voor lezen in de vreemde taal. De methode biedt voor lerenden die verder meer gevorderd zijn in het Nederlands niet genoeg uitdaging. De Directe Methode is eveneens niet erg geschikt voor de langzaam lerende studenten, omdat deze methode van een dynamische inzet vanuit de student uitgaat.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om vreemde talen te leren, is de manier waarop een kind de moedertaal leert. Het leren van een taal (zoals Nederlands) moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil om die reden niet met abstracte regels en woordenlijstjes met Nederlandse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de oudste, bekende, volledige taalcursus. De methode is op het werken met een groep van lerenden en een docent Nederlands gebaseerd, die steeds één Nederlands woord tegelijk introduceert. Bij dit woord hoort een bepaalde beweging. De studenten herhalen vervolgens na elkaar het Nederlandse woord en deze beweging. Door deze herhaling onthouden de studenten de Nederlandse woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. De woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de Nederlandse zinnen. Nederlandse spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De Manesca-methode is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langer kan worden onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Het vele herhalen draagt daar eveneens aan bij. Dat het wat saai kan worden om dezelfde Nederlandse woorden en zinnetjes steeds te herhalen, kan door lerenden als een minpunt worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van Gattegno’s methode.
De trainer Nederlands gebruikt een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de lerende, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om fouten te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Nederlands) van de taal besteed.
Gattegno, die wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt voor de energievoorraad van de lerenden was. Hij kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan als mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat trainers niet zozeer zouden moeten streven naar het overbrengen van kennis, maar bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te kunnen leren.
The Silent Way van Gattegno hierbij gebruikt onder andere staafjes met verschillende kleuren (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor verschillende dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek werkt eveneens met Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van het Nederlands vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Hoewel de Stille Methode in zijn originele vorm niet veel meer wordt gebruikt, zijn Gattegno’s ideeën wel van belang geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor lerenden, die tenslotte als autonoom gezien worden, is de sterke kant van de benadering van Gattegno. De trainer Nederlands is bij deze methode in feite dienstbaar aan de lerende en niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke manier. Het geleerde wordt vaak goed verwerkt en onthouden door de lerenden uit te dagen om nieuwe dingen te ontdekken. De studenten ‘mogen’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Het kan een minpunt van de leermethode zijn dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorstaat. De studenten kunnen gefrustreerd raken door de afwezigheid van inbreng van de taaltrainer Nederlands. Het gebruik van kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er vrij gauw af is. Hierdoor verdwijnt het effect.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-techniek (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het uitgangspunt van TPRS is natuurlijke taalverwerving: de nieuwe taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden de lerenden blootgesteld aan veel begrijpelijke input. De trainer Nederlands vertelt een verhaal, waarin nieuwe Nederlandse woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. Deze verhalen zijn vrij gemakkelijk te begrijpen, hierdoor ontspannen studenten zich. Zo worden Nederlandse structuren en woorden vrijwel ongemerkt in het langetermijngeheugen opgeslagen. De studenten worden door de docent op grammaticale fenomenen van het Nederlands gewezen, zonder dat studenten taalregels uit hun hoofd hoeven te leren.
Na enige tijd zullen de lerenden ‘vanzelf’ Nederlands gaan spreken en de Nederlandse grammaticale structuren nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groepje studenten een verhaal maken, is een variant. Hierbij schrijft de taaldocent Nederlands eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met hun Nederlandse vertalingen, om vervolgens hier een verhaal van te maken met de lerenden. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen in het Nederlands is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, doordat dit zorgt voor input. Schrijven in het Nederlands volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden nodig: de setting dient geschikt te zijn en de trainer dient ervoor getraind te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Het is prettig voor de student en het is niet moeilijk om bij te les te blijven. Voor de studenten werkt TPR Storytelling heel motiverend om zelf een verhaal te maken.
Dat TPRS veel voorbereiding van de docenten vraagt, is een nadeel.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-methodiek is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen die werd gevonden in Egypte met een tweetalige tekst, door middel waarvan de hiërogliefen zijn ontcijferd. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen aanbiedt. De eerste versie van deze methode is uitgebracht in 1996.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren achter een computer. Deze taalcursussen zijn in ruim dertig verschillende talen beschikbaar en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve methode, die de manier imiteert waarop een kind de moedertaal leert. Dat houdt in ‘leren door onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hiervoor foto’s en stemmen van native speakers Nederlands (moedertaalsprekers) voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe (Nederlandse) woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen. Dit programma registreert de Nederlandse uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. De student kan zo de uitspraak met de uitspraak van native speakers (moedertaalsprekers Nederlands) vergelijken. Verbetering van de uitspraak kan bereikt worden door de voorbeeldspreker minder snel te laten praten en de studenten vervolgens veel na te laten spreken.
Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheden Nederlands van de lerenden te oefenen. De software van de methode controleert de Nederlandse grammatica en de spelling en geeft fouten aan, waarbij optie is om de fouten van de student te verbeteren.
Het programma biedt ook leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Rosetta Stone wordt wereldwijd veelvuldig ingezet en zeker niet door de minsten. Onder andere het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. De Rosetta Stone-methode wordt in ons land door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen ingezet, alsook door een aantal internationale organisaties.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De methode van Rosetta Stone is erg eenvoudig in het gebruik en de methode kan op elk moment door de lerende worden gebruikt. De student kan zelf bepalen welke onderdelen meer of wellicht minder aandacht kunnen gebruiken. Velen vinden het plezierig om de leermethodiek te gebruiken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode voor scholen een oplossing zijn. Een nadeel van de methode kan zijn dat er geen taaldocent beschikbaar is die lerenden motiveert of wat extra’s kan bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die Pimsleur op de markt bracht in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
De cursus bestaat uit zinnen/dialogen die door lerenden worden nagesproken en herhaald. De Nederlandse voorbeeldzinnetjes van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursussen zijn op herhaling, anticipatie, woordenschat en herhaling gebaseerd. De lessen van de cursus bieden een audio-opname van dertig minuten die nieuwe vocabulaire en structuur bevat. De grammaticale structuren van het Nederlands worden niet uitgelegd maar via uitbreiding van, en variaties op, deze zinnen aangeboden.
Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het optimale interval waarin kennis overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is in de taalcursussen van Pimsleur verwerkt.
Populariteit
De taalcursussen van Pimsleur worden onder meer in Amerika gebruikt en de ervaringen met Pimsleur variëren. De studenten zijn in het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de Pimsleur-methode heel goed doordat de insprekers van de zinnen allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke manier op een normaal tempo Nederlands spreken.
Het minpunt van de leermethode van Pimsleur is dat niets uitgelegd wordt. De studenten leren geen bouwstenen om zelf Nederlandse zinnen te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Bob Dylan en Pierce Brosnan in de klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als diegene geen stress heeft. Hij maakte de lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen zijn audiolessen (Nederlands), ingesproken door twee acteurs; een vrouwelijke acteur en een mannelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de stemacteurs een vraag gesteld wordt, is het idee dat de lerende op pauze drukt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. Bij de methode worden de lessen opgebouwd in stapjes en nieuwe Nederlandse lesstof wordt afgewisseld met reeds bekende Nederlandse lesstof. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. Er wordt op eventuele verbanden tussen het Engels en het Nederlands gewezen. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Makkelijke lesstof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de student Nederlands het voorgaande heeft begrepen en verworven. Behalve Nederlandse woorden en zinnen in de doeltaal worden ook bouwstenen geleerd waarmee de gebruikers zelf zinnen kunnen construeren. Ook maakt de methode gebruik van flashcards zodat gebruikers zelf hun vocabulaire Nederlands kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te meten.
Populariteit
Veel lerenden ze zijn over het algemeen tevreden over de uitleg van de structuren van het Nederlands en vinden de cursus plezierig werken. Studenten die met de taal wat verder zijn, vinden de cursussen soms minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De Michel Thomas-methode traint de luistervaardigheid en de uitspraak Nederlands op efficiënte wijze en is heel toegankelijk. Dat deze taalcursus Nederlands niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een keerzijde. Een daadwerkelijke interactie is er ook niet doordat de leermethode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Dit bedrijf maakt cursussen voor vreemde talen en publiceert deze. Hun eerste boek heette Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ of ‘assimilatie’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de andere groep’, wat wel wat hooggegrepen is voor taalcursussen (zoals Nederlands). De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een leerboek Nederlands en audio-CD’s en een USB-stick bestaan. De lerenden besteden bij voorkeur ruwweg twintig minuten per dag aan de cursus.
De taallessen van Assimil bestaan uit Nederlandse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De Nederlandse vertaling staat ernaast, alsook de grammaticale uitleg. Om de uitspraak Nederlands te trainen, maakt Assimil gebruik van zinnen die door moedertaal (native) speakers zijn ingesproken en die de lerenden dienen te herhalen. De opbouw gaat van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie van de gebruikers verwacht; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij populair. Ze zijn relatief voordelig en het aanbod aan talen is groot.
Voor- en nadelen van Assimil
Het pluspunt van de Assimil-methode is dat de cursist Nederlands op zijn of haar eigen snelheid kan leren wanneer dit het beste past. De keerzijde hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de lerende is aangewezen op zichzelf. Er is geen docent Nederlands beschikbaar om de student te begeleiden of te motiveren.
Er is ook een groot aanbod aan complete taalcursussen voor zelfstudie: uTalk, Eurotolk Ultimate en online leermethoden zoals Duolingo, Quizlet, Babbel en Mondly.
Er is echter een betere methode: De Methode van Dagnall Talen.
Het alom bekende hoge rendement van Dagnall Taleninstituut wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar voornamelijk doordat de focus van Dagnall altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is de cursist auditief, visueel of misschien kinesthetisch aangelegd? Hoe leert de cursist het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt hij of zij lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? Wij geven onze taalcursussen bij voorkeur face-to-face. Dagnall Taleninstituut werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan deze app geladen worden met jargon van uw organisatie of bedrijf.
Tot slot beschikken de trainers over veel eigen lesmateriaal en spelen ze continu in op actuele ontwikkelingen en thema’s die voor de cursist interessant zijn. Onze trainers zijn zeer bedreven in het plezierig en vlot aanleren van een taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden snel in de praktijk kunnen worden gebruikt.
Auditief, visueel of kinesthetisch? Door met de natuurlijke wijze van leren rekening te houden en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Talen het hoogste rendement bij haar taaltrainingen. Een ander voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten als onze taaldocenten. Onze door de jaren heen ontwikkelde en verfijnde werkwijze is niet alleen het handelsmerk van Dagnall geworden, maar deze werkwijze creëert ook de waarde van onze maatwerktrainingen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzameltermen voor (taal)trainingen die een cursist online kan volgen, op afstand dus. Men noemt het wel een virtual classroom, met andere woorden een ‘digitaal leslokaal’. Het zogenaamde blended learning is een vorm van training waarbij face-to-face-sessies (klassikale sessies) worden gecombineerd met online leren in een online leeromgeving. Simpel gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Tiel.
Online Nederlands leren (e-learning Nederlands)
Enkele voorbeelden van digitale platformen voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Nederlands in Tiel
Het voordeel van blended learning vergeleken met online leren is dat, als het niet om 1-op-1 les gaat, lerenden met blended learning afwisselend wel zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren. Dat houdt in persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van de andere lerenden.
100% maatwerk – ook online! Uiteraard biedt Dagnall Taleninstituut ook blended learning in Tiel op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall biedt een digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online biedt interactieve en gevarieerde content en het is een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Naast het online leerplatform beschikt Dagnall eveneens over een handige eigen App, geschikt voor zowel Android als Apple. Het grote voordeel van de Dagnall App is dat lerenden altijd en overal, dus 24/7, toegang hebben op ieder (mobiel) apparaat. Zowel op het werk maar ook thuis of onderweg, zoals op reis in het buitenland. De cursisten kunnen dus Nederlands leren wanneer en waar het hen schikt. De inhoud van de oefeningen in de App worden op de behoefte van uw organisatie afgestemd zoals het taalniveau, de leerdoelen en de branche. Wij kunnen bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen alsook specifieke productnamen in onze App integreren. De App kan dus heel praktijkgericht worden gebruikt en de Dagnall App blijft ook na afronding van de training Nederlands in Tiel beschikbaar. Ook bij digitale leerpaden zorgt Dagnall voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Nederlands
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen en/of vergaderingen met Nederlandse zakenpartners en klanten uit Nederland zijn op het gebied van taal vaak een uitdaging. Mensen die meerdere talen beheersen, zijn daarom vaak onmisbaar in veel bedrijven.
Online en blended taaltrainingen Nederlands op maat
Dagnall Talen leert u door middel van professionele online & blended taalcursussen in het Nederlands te communiceren. Wanneer u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan om uw Nederlandstalige gesprekspartners te begrijpen en zorg dat u zelf ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheden Nederlands verbeteren voor een huidige of toekomstige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en eveneens beschikbaar als onlinecursussen & blended taalcursussen. Onlinecursussen en blended taalcursussen Nederlands zijn net zo doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en daarnaast comfortabel.
Een onlinecursus en ook een blended taalcursus kunt u overal volgen; thuis, op kantoor, op zakenreis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Nederlands online
Voor zakelijke en technische taalcursussen online werkt Dagnall Taleninstituut met onlineplatforms zoals Zoom, Teams, Skype of een ander onlineplatform naar uw keuze. Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt interactie en variatie.
Virtuele Classroom voor een individuele taaltraining of groepstraining Nederlands
Het volgende is voldoende voor cursussen in een virtuele classroom: - Een laptop, pc/iMac of tablet met een microfoon en een camera - Een internetverbinding - Een rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
De online en blended taalcursussen van Dagnall Taleninstituut kenmerken zich door:
Vakbekwaamheid van de taaltrainers Nederlands
De online alsook de blended (taal)cursussen worden door onze gekwalificeerde en toegewijde moedertaal (native) taaltrainers gegeven
Onze taaldocenten hebben jarenlange ervaring in het geven van taalcursussen aan bedrijven en (semi-)overheidsorganisaties
Onze taaltrainers zijn HBO dan wel universitair geschoold en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuur – snelle leervordering
De blended en online taalcursussen van Dagnall zijn maatwerktrainingen die specifiek op uw wensen en behoeften afgestemd worden
De inhoud van de cursus wordt afgestemd op het leerplan om het leerproces structuur te geven
Een duidelijke structuur helpt uw taaldoelen Nederlands zelfverzekerd en snel te bereiken
De online (of blended) taalcursus bestaat uit livesessies en schriftelijke opdrachten. In de livesessies past u de woordenschat Nederlands en de structuur die u in de voorbereiding en voortzetting van de les hebt geleerd, actief toe
Door de combinatie van videosessies en zelfstudie is het behaalde resultaat van de blended- en onlinecursussen gelijk aan die van onze face-to-face cursussen
Lesreeksen kunnen eventueel worden opgenomen, zodat de cursisten thuis alles meerdere malen kunnen herhalen en niets hoeft te missen
Onze docenten geven naast de taalcursus ook tips voor nog meer digitale zelfstudiemogelijkheden
Vakbekwaamheid en een bepaalde structuur leiden tot een goede wisselwerking tussen de trainer en de docent en zijn van groot belang voor het slagen van taaltrainingen Nederlands.
Profiteer nu ook van blended of online taalcursussen Nederlands verzorgd door ons taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw cursus Nederlands in Tiel ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Nederlands wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Nederlands bevat.
Na afloop van uw cursus Nederlands in Tiel ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Nederlands alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Nederlands. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
U ontvangt aan het einde van een cursus Nederlands in Tiel het ‘Certificaat van Dagnall Talen’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese maatstaf en is speciaal voor de talen in Europa ontworpen. Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 samengesteld door de Raad van Europa. Het ERK beschrijft vijf domeinen van taalvaardigheid, namelijk: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren. De Engelse naam wordt eveneens veel gebruikt: CEFR; Common European Framework of References. Het Europees Referentiekader (ERK) noemt ook 6 niveaubeschrijvingen, van beginner tot vrijwel moedertaalspreker. Deze zes niveaus worden van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Taalniveau A is van toepassing op beginners. De cursist die taalniveau B Nederlands beheerst, beschikt over alle basiskennis in de Nederlandse taal. Niveau C is van toepassing op gevorderden die met groot gemak Nederlands kunnen verstaan, spreken, lezen en schrijven. Niveau C geeft de vaardigheden weer van een (ver)gevorderde gebruiker, die het Nederlands beheerst als een (bijna) moedertaalspreker.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Nederlands)
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Talen is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie stelt. De ISO 9001:2015 norm bevat strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn om de klanttevredenheid te verhogen. De hoekstenen van de ISO 9001:2015 norm zijn het voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall is tevens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. De ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor de vertaalbranche die onder meer eisen stelt aan mensen, middelen, projectbeheer, vertalers alsook proeflezers.
Onze ISO 17100:2015 certificering toont aan dat wij uitsluitend met professionele moedertaalvertalers werken die beschikken over de benodigde kennis en ervaring. Daarnaast worden onze vertalingen altijd minimaal twee keer proefgelezen door twee specialisten/editors. De vertalingen worden aangeleverd volgens afspraak en binnen de deadline.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall door Kiwa getoetst om te beoordelen of nog altijd aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Dagnall Taleninstituut is uiteraard al vele jaren lid van de NRTO en draagt eveneens het NRTO-keurmerk. Wij hebben ons bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie voor kwaliteit en betrouwbaarheid staat. De afkorting NRTO staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsinstituten en de NRTO heeft meer dan 450 leden. De missie van de NRTO is: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
De kwaliteit staat voor de NRTO centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de NRTO-leden worden geleverd, zoals een cursus Nederlands in Tiel, wordt geborgd door een gedragscode, door diverse convenanten en door het NRTO-keurmerk.
De gedragscode van de NRTO is op vijf beginselen gebaseerd, te weten zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO behartigt de belangen van private opleidingsinstituten in Nederland. De NRTO is gesprekspartner van ministeries, leden van de Tweede Kamer, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, sociale partners, maatschappelijke organisaties zoals de SER en de Stichting van de Arbeid en de media.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt ook met diverse andere organisaties samen, zoals de Alliantie Samen Werken voor Werk. Alle NRTO-leden zijn ondernemers.De NRTO-leden werken zowel klantgericht als resultaatgericht en kunnen zich snel aanpassen aan veranderende omstandigheden en leveren altijd maatwerk.Het aanbod aan bijvoorbeeld cursussen Nederlands in Tiel sluit aan bij de behoeften van de arbeidsmarkt.Hiervoor is continue vernieuwing onontbeerlijk.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is in diverse adviesraden, commissies en besturen vertegenwoordigd, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), het CRKBO, stichting EDU-DEX en Blik op Werk.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engels: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot het verwerken van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de Europese Unie. De AVG dient er hoofdzakelijk toe de privacy van burgers in de EU te beschermen. De verordening schrijft voor dat personen op de hoogte dienen te zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals hun naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die voor het beoogde doel noodzakelijk zijn, mogen worden bewaard en verwerkt.
De persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan nodig en de persoonsgegevens dienen tegen toegang door onbevoegden, verlies en vernietiging te worden beschermd. Vanzelfsprekend voldoet Dagnall aan alle eisen die door de Algemene verordening gegevensbescherming gesteld worden en verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht zeer beperkt. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Nederlands in Tiel zijn vrijgesteld van btw
Dagnall Talen staat ingeschreven in het CRKBO-register. De naam CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dit houdt in dat Dagnall Taleninstituut aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet. Inschrijving in het juiste CRKBO-register is voor de Belastingdienst een voorwaarde om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrij te mogen aanbieden. Door onze btw-vrijstelling kan ons insitituut lagere prijzen aan u in rekening brengen. Dit helpt in de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen aan bijvoorbeeld zorginstellingen, maatschappen, overheidsinstellingen en privépersonen.
CPION
Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Talen aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register is een register dat bijgehouden wordt door Lloyd’s Register Nederland. Het Lloyd’s Register in 1760 is opgericht en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut en heeft onder meer als doel het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen voor een cursus Nederlands in Tiel
Wij informeren u dan zo snel mogelijk over onze mogelijkheden! Bellen naar Dagnall Taleninstituut voor een cursus Spaans in Dordrecht kan vanzelfsprekend ook op 010-2004112 (geen menu). U kunt ook ons gratis informatiepakket bestellen.
De juiste weg naar een cursus Nederlands in Tiel!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
De officiële landcode van Nederland in letters is NLD. De hoofdstad van Nederland; Amsterdam (in vrijwel alle talen eveneens ‘Amsterdam’ geheten), ligt in het noordwesten van Nederland.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Nederland is +31. De officiële internetextensie van Nederland is .nl.
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Nederland ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Nederland.
Nederland grenst aan België en Duitsland.
Kunt u alle Nederlandse provincies aanwijzen?
Weet u in welke provincies uw Nederlandstalige zakenrelaties zijn gevestigd?
Zo leert u de 12 Nederlandse provincies heel snel kennen.
Controleer uw kennis door met de muis op de landkaart van Nederland te gaan staan.
Door met uw muis de op de landkaart van Nederland te gaan staan, ziet u de regionale indeling van Nederland.
Dan worden de provincies één voor één in beeld gebracht.
Eerst ziet u de provincies van Nederland, vervolgens kunt de naam van deze provincie lezen.
Binnen een minuut hebt u een aardig idee van de bestuurlijke indeling van Nederland.
Nederland in Europa
Provincies van Nederland
Soepele zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen
Zakendoen met Nederland
Wilt u soepel communiceren met Nederlandstaligen?
De informatie die u hieronder vindt over de Nederlandse cultuur, Nederland en de Nederlanders, zal u hier zeker bij helpen.
Onderwerpen zoals bekende Nederlandse exportproducten, beroemde Nederlanders en typische gebruiken en gewoonten hebben wij hierbij op een rijtje gezet.
Diverse kenmerkende dingen over de Nederlandse taal en/of Nederland.
Een aantal interessante zaken over het land kennen, kan heel nuttig zijn als opening of ijsbreker voor een gesprek.
Deze noemenswaardigheden over land, cultuur en mens kunt u ook goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen tijdens een zakelijk overleg in het Nederlands.
Tijdens internationaal zakendoen met Nederlandstaligen kunt u in ieder geval niet alleen de geleerde taalvaardigheid toepassen maar eveneens uw kennis over het land inzetten.
Zo kunt u dingen over typisch Nederlandse gerechten en de Nederlandse eetcultuur te weten komen.
Eten verbindt mensen.
De nieuw verworven taalvaardigheid alsook uw kennis over de Nederlandse cultuur, Nederland en de Nederlanders weet men zeker te waarderen!
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Hoewel je in Nederland wel goed kunt eten, is de origineel Nederlandse keuken is niet bijzonder exquise. Aardappelen, groente en vlees of vis zijn traditionele ingrediënten van het Nederlandse menu. Daarnaast eten Nederlanders veel brood. Het ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en tal van zoetigheden. Naast jam, maar ook pindakaas, appelstroop of hagelslag: de chocoladekorrels die in andere landen als taartgarnering wordt gebruikt. In het weekend worden ook vaak eieren bij het ontbijt gegeten. Er wordt koffie, thee of melk bij gedronken. De lunch is redelijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms aangevuld met een beetje komkommer of tomaat en een snack. Om ongeveer 18.00 uur of 19.00 uur eten Nederlanders een warme maaltijd. De typische Nederlandse avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht, gevolgd door gekookte of gebakken aardappelen met één of twee soorten groente en vlees of vis. Als nagerecht eten Nederlanders yoghurt, vla, fruit of pudding. ’s Avonds om ongeveer 20.00 uur drinken Nederlanders nog een kopje koffie met een koekje. Een populair Nederlands gerecht in de winter is erwtensoep, ook wel snert’ genoemd. Erwtensoep is een dikke soep van groene erwten, knolselderij, stukken vlees en rookworst. Samen met spek en roggebrood is het een volwaardige maaltijd. Een typisch Nederlands fenomeen is 'uit de muur eten': je gooit een euro in de automaat en trekt een snack uit een glazen luikje. Die wordt dan buiten op straat geconsumeerd. Populaire snacks zijn kroketten en frikandellen. Deze worden beide gemaakt van slachtafval. Hoewel er in Nederland ook wel wat wijn wordt geproduceerd, Nederland is een land van bier. Er zijn veel Nederlandse bierbrouwerijen en veel merken, onder andere Heineken, Grolsch en Hertog Jan. Een traditioneel Nederlands destillaat is jenever. Jenever wordt van graan gestookt. Het is heel gebruikelijk om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt, zowel zakelijk als privé. Hierbij worden dan vaak koekjes gegeten.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
Oogarts en hoogleraar oogheelkunde Herman Snellen (1834-1908) was de bedenker van de naar hem vernoemde Snellenkaart, met letters als ogentest.
Victor HayesM (1941) is een Nederlands ingenieur en staat bekend als de 'vader van Wi-Fi'.
Het bedrijf Philips was in 1963 de uitvinder van het cassettebandje, en in 1982 co-uitvinder van de Compact Disc (CD), de DVD (1995) en de opvolger van de DVD, de Blu-ray schijf.
Elektrotechnicus Jaap Haartsen (1963) vond in 1994 de Bluetooth-technologie uit.
Coenraad Johannes van Houten (1801-1887) vond het bewerken van cacao uit met alkalische zouten om de bittere smaak te verwijderen en de cacaobestanddelen beter wateroplosbaar te maken.
Maurice Gatsonides (1911-1998) was een succesvol Nederlands autocoureur en uitvinder. Hij ontwierp een meter waarmee de snelheid van een rijdende auto kan worden bepaald, de gatsometer. Ook bedacht hij de eerste automatische snelheidsmeter, later bekend als de flitspaal.
De röntgenstraling is ontdekt door de Duits/Nederlandse natuurkundige Wilhelm Conrad Röntgen (1845–1923). In 1901 ontving hij de eerste Nobelprijs voor Natuurkunde.
De ontdekking van de microscoop wordt toegeschreven aan Antoni van Leeuwenhoek (1632-1723).
Dankzij de VOC, kon men vanaf 1602 in Amsterdam terecht voor handel in aandelen en aandelenderivaten, waarmee de aandelenmarkt een feit was. Overigens was de VOC de eerste multinational ter wereld.
De eerste onderzeeboot werd ontworpen rond 1624 door de Nederlandse uitvinder Cornelius Drebbel.
In 1924 kreeg Willem Einthoven de Nobelprijs voor de Fysiologie of Geneeskunde vanwege de uitvinding van het Elektrocardiogram (ECG).
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
ZAKENDOEN MET DUITSLAND
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Hoewel je in Nederland wel goed kunt eten, is de origineel Nederlandse keuken is niet bijzonder exquise. Aardappelen, groente en vlees of vis zijn traditionele ingrediënten van het Nederlandse menu. Daarnaast eten Nederlanders veel brood. Het ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en tal van zoetigheden. Naast jam, maar ook pindakaas, appelstroop of hagelslag: de chocoladekorrels die in andere landen als taartgarnering wordt gebruikt. In het weekend worden ook vaak eieren bij het ontbijt gegeten. Er wordt koffie, thee of melk bij gedronken. De lunch is redelijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms aangevuld met een beetje komkommer of tomaat en een snack. Om ongeveer 18.00 uur of 19.00 uur eten Nederlanders een warme maaltijd. De typische Nederlandse avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht, gevolgd door gekookte of gebakken aardappelen met één of twee soorten groente en vlees of vis. Als nagerecht eten Nederlanders yoghurt, vla, fruit of pudding. ’s Avonds om ongeveer 20.00 uur drinken Nederlanders nog een kopje koffie met een koekje. Een populair Nederlands gerecht in de winter is erwtensoep, ook wel snert’ genoemd. Erwtensoep is een dikke soep van groene erwten, knolselderij, stukken vlees en rookworst. Samen met spek en roggebrood is het een volwaardige maaltijd. Een typisch Nederlands fenomeen is 'uit de muur eten': je gooit een euro in de automaat en trekt een snack uit een glazen luikje. Die wordt dan buiten op straat geconsumeerd. Populaire snacks zijn kroketten en frikandellen. Deze worden beide gemaakt van slachtafval. Hoewel er in Nederland ook wel wat wijn wordt geproduceerd, Nederland is een land van bier. Er zijn veel Nederlandse bierbrouwerijen en veel merken, onder andere Heineken, Grolsch en Hertog Jan. Een traditioneel Nederlands destillaat is jenever. Jenever wordt van graan gestookt. Het is heel gebruikelijk om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt, zowel zakelijk als privé. Hierbij worden dan vaak koekjes gegeten.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
Nederland heeft ruim 17 miljoen inwoners. Nederland is een constitutionele monarchie op basis van een parlementair stelsel. Het staatshoofd is de koning; de minister-president is de regeringsleider. Nederland ligt in het noordwesten van Europa en wordt begrensd door de Noordzee, België en Duitsland. Nederland heeft een oppervlakte van 41.543 vierkante kilometer. Nederland is de 17de grootste economie ter wereld.
De hoofdstad van Nederland is Amsterdam. De stad Amsterdam heeft ruim 800.000 inwoners. Andere grote en belangrijke steden zijn Rotterdam, Den Haag, Eindhoven en Utrecht. Nederland telt twaalf provincies, te weten: Drenthe, Flevoland, Friesland (Fryslân), Gelderland, Groningen, Limburg, Noord-Brabant, Noord-Holland, Overijssel, Utrecht, Zeeland en Zuid-Holland.
Vlag van Nederland
Wapen van Nederland
Oorsprong naam Nederland
De naam ‘Nederland’ is afkomstig van het woord neder, wat op “De Lage Landen”; een geografisch lager gebied, duidt.
Kenmerkend voor Nederland
Van oudsher bekend om tulpen, klompen, kaas, stroopwafels, fietsen en molens. De grachten van Amsterdam staan op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Nederland is vermaard om de strijd tegen het water,
nodig vanwege de ligging (grotendeels) onder de zeespiegel. In de provincie Zeeland is dit goed te zien aan de Deltawerken. Nederland heeft eveneens grote stukken land ingepolderd en zelfs een extra provincie gecreëerd; de provincie Flevoland. Hollandse Meesters zijn schilders voor wie veel mensen naar Nederland komen. Nederlandse schilders als Rembrandt, Vermeer, Van Gogh, maar ook Mondriaan en Rietveld.
Symbool van Nederland Het symbool van Nederland als waterland is de zeventiende-eeuwse Amsterdamse grachtengordel, die ook op de UNESCO Werelderfgoedlijst staat, alsook de tulp.
Minder bekend over Nederland
Minder mensen weten dat de vliegtuigmaatschappij KLM de oudste nationale luchtvaartmaatschappij ter wereld is, Beurs van Hendrick de Keyser aan het Rokin in Amsterdam, de voorloper van de huidige effectenbeurs van Amsterdam de oudste handelsbeurs ter wereld was en het Wilhelmus het oudste volkslied is dat nog in gebruik is. Ook bijzonder is dat oranje wortelen heel zeldzaam waren totdat Nederlandse boeren ze in de zestiende eeuw massaal gingen kweken als steunbetuiging voor het koninklijk huis bij een opstand tegen Spanje.
De Kamer van Koophandel van Nederland, afkorting: KVK) bevindt zich in Utrecht. De website van de Kamer van Koophandel van Nederland is www.kvk.nl. Het adres van de Nederlandse Kamer van Koophandel is: KVK, Sint Jacobsstraat 300, 3511 BT Utrecht. Het telefoonnummer is 088 585 1585.
Toeristenorganisatie van Nederland
De toeristenorganisatie van Nederland is de Netherlands Board of Tourism & Conventions (NBTC), is gevestigd in Den Haag, en de slogan luidt: “Your Official Guide for Visiting Holland”. De website van de Nederlandse toeristenorganisatie is www.holland.com. Het adres van de Nederlandse Toeristenorganisatie is Prinses Catharina-Amaliastraat 5, 2496 XD Den Haag. Het telefoonnummer is 070 370 5705.
KVK Sint Jacobsstraat 300 3511 BT Utrecht NETHERLANDS http://www.kvk.nl/
NETHERLANDS BOARD OF TOURISM & CONVENTIONS Prinses Catharina-Amaliastraat 5 2496 XD Den Haag NETHERLANDS https://www.holland.com
De Nederlanders geven elkaar als blijk van hartelijkheid drie zoenen op de wangen als ze elkaar begroeten. Mannen kussen elkaar alleen bij uitzondering. Over het algemeen geven mannen in Nederland elkaar een stevige handdruk. Nederland is plat en klein: een ideaal fietslandje. In Nederland is de fiets een heel populair vervoermiddel. In steden zie je moeders en vaders met bakfietsen of een fiets met een karretje, waarin de kinderen naar het dagverblijf worden gebracht.
Helmen worden vaker niet dan wel gedragen. Nederlandse huizen zijn vaak van een type ‘doorzonwoning’. Dat houdt in grote raampartijen voor en achter, waardoor de zon in de kamer kan schijnen. Gordijnen houden Nederlanders het liefst open, zodat ze kunnen zien wat er buiten gebeurt. Iedere voorbijganger kan ook precies zien wat er binnen gebeurt. In Nederland vieren de mensen verjaardagen, ook wanneer ze volwassen zijn.
Ze zitten in een kring en de gastvrouw of gastheer serveert koffie met taart. Op het werk trakteert degene die jarig is op gebak. Cadeautjes worden direct door de jarige uitgepakt. Op Koningsdag (de dag dat de koning jarig is) is iedereen vrij en gaat feesten gekleed in oranje, vaak ook met een oranje pruik. In dorpen en steden worden spellen op straat gespeeld en verkopen mensen oude spullen op een kleed. De rest van het jaar geldt het devies: ‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’, wat betekent dat men niet te veel moet opvallen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Taalvaardigheid Nederlands houdt in kennen (kennis hebben) alsook nadruk op kunnen (kunnen handelen). Door het accent te verschuiven van kennen naar kunnen, is de cursist in staat na afronding van de cursus Nederlands in Tiel de opgedane kennis actief en snel in de praktijk toe te passen.
U zult zich daardoor snel vertrouwd voelen met het Nederlands. Dagnall brengt taalkennis Nederlands tot leven!
De Nederlandse taal is onderdeel van de tak van West-Germaanse talen. Het Nederfrankisch ontstond tussen 300 en 800 n.Chr. uit het West-Germaans, wat de basis zou worden van wat nu het Nederlands is. De moderne Nederlandse taal is ontstaan uit het Nieuwnederlands (na 1500 n.Chr.), dat weer voortkwam uit het Diets of Middelnederlands. Dit werd gesproken in de periode 1170-1500 n.Chr. De Nederlandse taal wordt gesproken door ruwweg 25 miljoen mensen
in Nederland zelf, maar ook in België, Aruba, Caribisch Nederland, Curaçao en Sint-Maarten en Suriname en in een klein gebied van Noordwest-Frankrijk. Nederlands wordt ook nog gesproken door een klein groepje oudere mensen in Indonesië. Daarnaast wordt nog Nederlands gesproken onder Nederlandse immigranten in de Verenigde Staten, Canada en Australië. Nederlands is de officiële taal van Nederland en Suriname. Het is daarnaast één van de officiële talen van België, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten.
Voor anderstaligen is de uitspraak van het Nederlands vrij lastig. De tweeklanken: ‘eu’, ‘ei’, ‘ie’, ‘ij’, ‘au’, ‘ou’, ‘oe’, ‘ui’ en ‘uu’ kunnen een struikelblok zijn. In het bijzonder de ‘ui’-klank is moeilijk; het is een klank die maar in weinig voorkomt andere talen.
De uitspraak van het Nederlands
Alsof het nog niet genoeg is, kent de Nederlandse taal ook nog drieklanken. Bij deze drieklanken gaat de klank glijdend over van de beginklank naar de eindklank. Bijvoorbeeld: aai, eeuw, ieuw, oi en ei.
In het Nederlands wijkt de spelling van de klanken bij sommige letters af van wat in andere talen gebruikelijk is. Zo wordt de letter ‘u’ in vrijwel alle talen als ‘oe’ uitgesproken.
Nederlandse g en ch
Van de medeklinkers zijn de ch en de g in het Nederlands afwijkend ten opzichte van veel andere talen. De g en de ch klinken zo goed als hetzelfde; als een schrapende keelklank. Kenmerkend voor het Nederlands zijn verder de medeklinkercombinaties. De ‘sch’ en de ‘ng’ van ‘Scheveningen’ zijn voor veel anderstaligen een echte tongbreker alsook de medeklinkercombinaties in ‘herfst’, ‘fietstas’? of ‘strand’? In het Nederlands komen begin- en eindclusters veel voor. Het is handig om deze clusters te oefenen en te herkennen. Om het gemakkelijker te maken, kan er een klein ‘e’-tje tussen de medeklinkers geplaatst worden: herr/e/fst (herfst) en st/e/rand (strand).
Uitspraak eindletters
De uitspraak van eindletters wordt in het Nederlands vaak weggelaten, vooral de letter n. Zo klinkt lopen als ‘lopeh’ en is de r in het woord ‘zomer’ slechts zwak hoorbaar.
Stemhebbende klanken zonder klank
Tot slot verliezen stemhebbende klanken vaak hun klank aan het begin of eind van een woord: De ‘eind-d’ van een woord wordt stemloos en klinkt als ‘t’. Tussen wind en wint is geen onderscheid hoorbaar. De v aan het begin van een woord wordt stemloos en klinkt als een ‘f’: vijftig klinkt als ‘fijftich’. De z aan het begin van een woord wordt niet altijd, maar wel vaak stemloos: zestig wordt dan ‘sestich’.
UITSPRAAK
Nederlands alfabet fonetisch/IPA
A
ah
/aː/
B
bay
/beː/
C
say
/seː/
D
day
/deː/
E
ay
/eː/
F
ef
/ɛf/
G
khay
/geː/
H
hah
/ɦaː/
I
ee
/i/
J
yaya
/jeː/
K
kah
/kaː/
L
el
/ɛɫ/
M
em
/ɛm/
N
en
/ɛn/
O
oa
/oː/
P
pay
/peː/
Q
kuw
/ky/
R
her
/ɛɾ/
S
es
/ɛs/
T
tay
/teː/
U
uw
/y/
V
fay
/veː/
W
way
/ʋeː/
X
ix
/ɪks/
Y
ehy
/ɛɪ/
Z
zet
/zɛt/
SPELLING
WOORD
A
Anton, Anna
B
Bernard
C
Cornelis
D
Dirk
E
Eduard
F
Ferdinand
G
Gerard
H
Hendrik
I
Isaäk
J
Jan
K
Karel
L
Lodewijk
M
Maria
N
Nico
O
Otto
P
Pieter
Q
Quotiënt
R
Rudolf
S
Simon
T
Teunis
U
Utrecht
V
Victor
W
Willem
X
Xantippe
Y
Ypsilon
Z
Zaandam
Speciale tekens
@
apestaartje
#
hekje
NAAMVALLEN
Naamwoorden, zoals huis, mens of ijdelheid konden in het Nederlands in vroeger tijden ook naamvallen hebben die de grammaticale functie in de zin aangaven. Er waren oorspronkelijk vier naamvallen: de nominatief voor het onderwerp, de genitief die een bezitsvorm aanduidde, de datief die aangaf dat er sprake was van een meewerkend voorwerp (met aan of voor) en de accusatief, die aangaf dat het om een lijdend voorwerp ging. Restanten van deze naamvallen zijn nog te vinden in woorden als ’s ochtends (des ochtends; “in de ochtend”), ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”) en ’s-Gravenhage (des graven haghe; het omhaagde terrein van de graaf”). Hetzelfde geldt voor achternamen: Jan van den Berg. Ook vormen als de heer des huizes laten een tweede naamval; een genitief, zien.
De naamvallen bij zelfstandige naamwoorden zijn in het hedendaagse Nederlands verdwenen. Ze kwamen in de negentiende en begin twintigste eeuw nog wel voor in de schrijftaal, maar in 1947 werd er een spellingswet ingevoerd waarin deze naamvallen niet langer voorkwamen. Wel gebruiken we nog naamvallen bij persoonlijke voornaamwoorden. Ik is onderwerp, mijn bezit, mij (‘aan mij’) is een meewerkend voorwerp en mij lijdend voorwerp. Ook zijn er nog bepaalde voorzetselcombinaties waarin de naamval is terug te vinden. Denk aan te allen tijde, op den duur of dezer dagen. Enig bewustzijn van zo’n fenomeen als oude naamvallen is handig. Het helpt om naamvallen in andere talen gemakkelijker te begrijpen.
Bijzonder aan het de Nederlandse taal is de uitspraak, met de harde g en de afwijkende ui en eu-klanken. Nederlanders houden van verkleinwoorden: kopje, schoteltje, lepeltje, waarschijnlijk omdat dit gezellig klinkt.
De Nederlandse taal bevat nog sporen van naamvallen in woorden als ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”) en ’s ochtends (des ochtends).
De Nederlandse taal leren en de Nederlandse cultuur begrijpen
Het Nederlandse alfabet bestaat uit 26 letters, evenveel als bijvoorbeeld in het Engels en Frans.
Afwijkende leestekens in het Nederlands
In het Nederlands worden in Kamerstukken zogenaamde guillemets gebruikt om een citaat aan te geven. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », (‘chevron-tekens’), die worden gebruikt om een citaat te openen en te sluiten.
De naam ‘guillemet’ komt van Guillaume Le Bé (1525-1598). Hij was lettermaker en de bedenker van het teken. Een Nederlands synoniem voor het woord guillemet is ‘ganzenvoetje’.
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1
Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode
2
Lees Nederlandse kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. NRC Handelsblad is een bekende (online) krant in het Nederlands en Nu.nl een bekend online nieuwsportal
3
Luister naar Nederlandse radio. NPO 3 FM is de bekendste Nederlandse publieke radiozender en Radio 538 de bekendste Nederlandse commerciële radiozender
4
Luister en ontdek Nederlandse muziek
5
Lees Nederlandstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren
6
Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Nederlandse taal
7
Luister naar podcasts van Nederlandstaligen
8
Kijk Nederlandse televisieprogramma’s en films. NPO is de bekendste publieke televisieomroep en RTL en Talpa TV zijn de bekendste commerciële televisieomroepen in Nederland
9
Bekijk Nederlandse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren
10
Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren
11
Voer Nederlandse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk
12
Plak memoblaadjes op in huis
13
Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten
14
Bekijk Nederlandse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren
15
Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen
16
Wees niet bang om foutjes te maken
17
Niet te veel denken, gewoon doen!
18
En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen!
De Nederlandse taal heeft ook stopwoorden, net zoals elke taal. Het Nederlands kent bijvoorbeeld het vragende woordje‘hè’ na een zin of zinsdeel. Bijvoorbeeld “Lekker weertje, hè?” Veel Nederlanders gebruiken deze stopwoordjes of opvulwoorden ook als ze Engels spreken. Zoals Floortje Dessing: “It is quite lonely here, hè?” Het doel van het woordje ‘hè’ is om bevestiging vragen: “Vind je ook niet?”
Aan het begin van een Nederlandse zin hoor je vaak: ‘Nou,…’ of ‘Nou kijk,…’, ‘Nou ja,…’. De spreker neemt een aanloopje om de boodschap mede te delen. Middenin een betoog gebeurt ditzelfde. Iemand heeft een korte denkpauze nodig en gebruikt een paar woorden die eigenlijk geen betekenis hebben. Elke Nederlander kent ze, en bijna alle Nederlanders gebruiken ze. De woorden ‘zeg maar’, ‘ik bedoel’, ‘als het ware’ of ‘weet je wel’. Let ook eens op de keren dat mensen ‘eigenlijk’ of ‘inderdaad’ of ‘ook’ gebruiken in een aantal zinnen.
Nederlandse leenwoorden in het Engels zijn: ‘baas’ (boss), ‘bluf’ (bluff), ‘koekje’ (cookie) en ‘vrolijk’ (frolic), in het Duits: ‘anchovis’ (Anschovis), ‘garnaal’ (Garnele) en ‘haai’ en in het Frans: ‘bier’ (bière), ‘haven’ en ‘kajuit’.
Nederlandse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in de Nederlandse taal uit het Engels zijn: ‘album’, ‘bingo’, ‘film’ en ‘foto’, uit het Duits: ‘delicatessen’, ‘föhn’, ‘ordner’ en ‘spieken’ en uit het Frans ‘ballon’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘etage’ en ‘horloge’.
Nederlandse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Nederlandstalige media
Nederlandstalige media bekijken, lezen en/of beluisteren is zeer doeltreffend om uw kennis van het Nederlands te vergroten.
Zo neemt u ongemerkt de klank en het ritme van het Nederlands op.
Het nieuws (proberen) te lezen in het Nederlands, kan heel leuk en leerzaam zijn. U bent waarschijnlijk al op de hoogte van de actualiteit, waardoor u op snelle wijze veel Nederlandse woordenschat kunt bijleren.
NRC Handelsblad
De meest gelezen kwaliteitskrant van Nederland is NRC Handelsblad. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NRC Handelsblad klikken om deze krant direct te lezen.
NU.nl
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Nederlandse online nieuwsportal is NU.nl. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NU.nl klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Nederland direct te kunnen lezen.
NPO 3 FM is het bekendste publieke radiostation van Nederland. Als u op het linker computerscherm met het logo hierboven klikt, kunt u live naar dit Nederlandse publieke radiostation luisteren.
Radio 538
De zender Radio 538 is de bekendste commerciële radiozender in Nederland. Klik op het logo op het rechter computerscherm hierboven om direct live naar dit Nederlandse commerciële radiostation te luisteren.
Uw favoriete televisieprogramma’s met Nederlandse ondertiteling bekijken, kan eerst even wennen zijn, maar al snel zult u merken dat dit heel leuk en leerzaam is. De omroep NPO is de publieke televisieomroep in Nederland.
SBS & RTL
SBS en RTL zijn de meest bekeken commerciële televisieomroepen in Nederland. Deze Nederlandstalige televisiestations kunnen via kabel, satelliet, internet of een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
U kunt de cursus Nederlands in Tiel op uw eigen locatie volgen of in Tiel, bijvoorbeeld bij Coachhuis Tiel aan de Kalverbos 6 in Tiel. Ons taleninstituut kan eveneens taalcursussen Nederlands in Tiel verzorgen bij bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Tiel aan de Laan van Westroijen 10 en bij Hotel Restaurant ’t Veerhuis aan de Veerweg in Wamel.
U kunt vergaderen, bijvoorbeeld met uw internationale zakenrelatie, in Tiel bij bijvoorbeeld bij Plein 12 aan de Spoorstraat 12.
Bij archeologische opgravingen zijn sporen van bewoning in de nieuwe steentijd gevonden, van ongeveer 3650 v.Chr. In de Romeinse tijd was Tiel ook bewoond. De oudste vermelding van de plaats Tiel (als ‘Dioli‘) dateert van ongeveer 855. Hiermee is Tiel één van de oudste steden van Nederland. Er woonden aanvankelijk boeren; aan het einde van de 9de eeuw kreeg Tiel een handelsfunctie. Alle verklaringen voor de herkomst van de plaatsnaam Tiel zijn onzeker. Het zou een verbastering kunnen zijn van
teloneum; dit is Latijn voor ‘stenen burcht’ en naar het inmiddels verdwenen keizerlijk tolhuis verwijzen. Het zou van teulja afgeleid kunnen zijn wat een verbastering is van het oudere Nieuwnederlandse tuyl. Dit betekent wat ‘arbeid’ of ‘bouwland’. Een andere verklaring is dat de naam komt uit de Middelnederduitse taal, van tûl. Dat kan ‘bos’ of ‘geboomte’/‘struikgewas’ betekenen. Er is zelfs een verklaring dat het op de plant duidt: ‘lis’; ‘plaats waar lis (Typha) groeit’.
Tiel ligt in de streek Betuwe in de Tielerwaard. Plaatsen in de buurt van de stad Tiel zijn Amerongen, Beesd, Culemborg, Druten, Geldermalsen, Kesteren, Oss, Rhenen, Veenendaal,
Waardenburg, Wageningen, Wijk bij Duurstede en Zaltbommel. Tiel ligt de provincie Gelderland. De gemeente Tiel heeft ongeveer 42.000 inwoners.
Woon je in Tiel, dan heet je een ‘Tielenaar’. Bekende Tielenaren zijn Roemer Daalderop, Mary Dresselhuys, Frans Duijts, Jochem van Gelder, Frank Govers en Patrick Stoof.
Iets wat uit Tiel komt, heet ‘Tiels’ of ‘Tieler’, zoals de Tielse Kermiskoek. Tiel heeft al sinds de dertiende eeuw stadsrechten.
Tiel - kernen & scholing
Hanzestad & kernen
Tiel is een Hanzestad, maar werd na dertig jaar lidmaatschap van het Hanzeverbond toch als te klein beschouwd. Het mocht niet meer meepraten tijdens de Hanzedagen maar werd als een bijstad van Nijmegen beschouwd. Onder de gemeente Tiel vallen eveneens de kern van Kapel-Avezaath en Wadenoijen.
Hoger onderwijs
In Tiel bevinden zich geen hogescholen of universiteiten.
Denk je aan Tiel, dan denk je aan van de jamfabriek en Flipje; de mascotte van het stadje heeft een standbeeld in het centrum, maar ook van het middeleeuwse stadscentrum, de rivier de Waal, de Waterpoort en Appelpop. Tiel fungeert als regiocentrum voor de regio Rivierenland. De stad beschikt over het grootste aantal
bedrijventerreinen in Midden-Nederland en ongeveer drieduizend nationale en internationale bedrijven zijn gevestigd in Tiel.
Tiel - minder bekend
Minder algemeen bekend is, is dat één van de Arriva-treinen naar Flipje uit Tiel vernoemd is.
Nederbetuws is een aan het Brabants verwant dialect. Verkleinwoorden eindigen niet op -je maar op -ke. De korte ‘a‘ wordt lang uitgesproken: aa en de r wordt achterin de keel uitgesproken. Gij in plaats van ‘u’ of ‘je’ wordt in Tiel nog wel eens gezegd. In Tiel ben je niet ‘alleen’ maar allinnig.
Net als in Brabant is ‘bijna’ bekaant. Als iemand moeilijk in de omgang is, zegt men: Gezai nog nie meej un riek te voeiere (“Jij bent nog niet met een riek te voeren”). Betuws om te vragen wie je ouders zijn: Van wie zai de gai dr één?
“Je treft het in Tiel”
Tiel - zakelijk
De gemeente Tiel
Het netnummer van Tiel is 0344. Het postcodegebied van Tiel is 4000 - 4007. Het adres van het gemeentehuis van Tiel is Achterweg 2, 4001 MV in Tiel. De website van de gemeente Tiel is Tiel.nl. Het telefoonnummer van de gemeente Tiel is 0344 637111.
Zakendoen in Tiel
Voor Tielse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor ’s-Hertogenbosch aan Pettelaarpark 10, 5216 PD in ’s-Hertogenbosch. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Tiel is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Tiel is KVK-kantoor Den Bosch.
Grote internationaal opererende bedrijven zijn in Tiel gevestigd op bedrijventerrein Kellen, Latenstein, Medel of op bedrijvenpark Medel Rivierenland. In Tiel bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: ArjoHuntleigh, Caravan Trading Europe (Caravalier, Ixus, Sprite, Sterckemann, Swift etc.), Coswheel Europe, DPS Dutch Protein & Services, Giving Europe, H&M Distributiecentrum, Igepa
Group, Itho Daalderop, John van Gent Audiokabels, Kranendonk Industrial Services, PPG Coatings, Silca Traffic Systems Europe, Solarwatt, Sto Isoned, Van der Valk International, Van Helden Relatiegeschenken, Yale Nederland en Zijlstra Kleinmeubelen en Verlichting. Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Het Tielse nieuwsportaal is De Zakengids.nl en Tielse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Midden. Ondernemers in Tiel kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep Gelderland.
Laat uw internationale zakenrelatie kennismaken met wat lokale cultuur.
Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw zakenrelatie, kunt u in Tiel een bezoek brengen aan het Flipje en Streekmuseum Tiel.
Voetbal, tennis, padel & squash
Is uw internationale zakenrelatie sportief ingesteld? Wellicht is het dan een leuk idee om samen naar een sportwedstrijd te gaan gaan of zelf te voetballen, te tennissen, te padellen of te squashen. Voetbal verbroedert. Wellicht is het daarom leuk om samen met uw zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Tielse voetbalclub TEC, TSV Theole of RKTVC meespeelt. Voor een partijtje tennis, padel of squash in Tiel kunt u terecht bij Padel- en tennisvereniging Ridderweide, bij Tielse L.T.C. of bij TC Groenendaal.
Golf, ontspanning & lunch Misschien hebt u na de cursus Nederlands in Tiel zin om als ontspanning een balletje te slaan en/of gezellig een hapje te eten of iets te drinken? Dagnall Talen heeft voor u een golfbaan in de buurt van Tiel gevonden voor een compleet dagje/middagje uit. De nabijgelegen golfbaan voor Tiel is Batouwe, het Betuws Golfcentrum in Zoelen. De adresgegevens van het Betuws Golfcentrum zijn Oost Kanaalweg 1, 4011 LA in Zoelen. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 0344-62 43 70. De website van de golfbaan is www.golfcentrumdebatouwe.nl. Om iets te eten of te drinken kunt u terecht bij het restaurant of het grandcafé van golfbaan De Batouwe.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder vindt u promotiefilmpjes van Nederland en van Tiel die ook op Youtube staan. U kunt direct op het logo van Youtube in het midden klikken om een filmpje te bekijken. Direct onder de promotiefilmpjes ziet u de locaties van Nederland alsook Tiel op Google Maps. Klik linksboven om het kaartje groot weer te geven in een nieuw venster.
Door linksonder op het vierkantje in de afbeelding te klikken, worden de satellietbeelden van Nederland en Tiel weergegeven op Google Earth. In- en uitzoomen op de kaartjes is mogelijk met de + en – knop rechtsonder. Wat kennis van de streek van waar uw Nederlandse zakenpartner zich bevindt, kan altijd van pas komen tijdens zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen.
Promovideo Nederland
Promovideo Tiel
Google Maps Nederland
Google Maps Tiel
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Nederland
Hieronder ziet u het meest recente nieuws uit Nederland en Tiel van verschillende nieuwsbronnen. Het eerste blokje is Nederlands nieuws in het Nederlands. Het tweede blokje is nieuws uit Nederland in het Engels. Het derde blokje is Tiels nieuws (in het Nederlands). Dit nieuws wordt automatisch bijgewerkt. Wanneer u Nederlands leert, kan prettig en handig
zijn om op de hoogte te zijn van wat er in Nederland speelt. Het is eveneens leerzaam om Nederlands nieuws te lezen in de Nederlandse taal. U bent waarschijnlijk al geïnformeerd over het dagelijkse nieuws, dus gaat begrijpend lezen relatief gemakkelijk en het verrijkt de Nederlandse woordenschat met actuele Nederlandse woorden, uitdrukkingen en termen.
Dagnall Talen geeft onder andere maatwerk cursussen Engels, Nederlands, Frans, Duits en Spaans. Hierboven ziet u een overzicht van de andere talen die wij naast Nederlands standaard aanbieden in Tiel.
U kunt vanzelfsprekend altijd contact opnemen voor een taalcursus in een taal die niet in het overzicht is vermeld.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Nederlands