Taaltrainingen Nederlands in Hilversum van topniveau
Taalkennis Nederlands verbindt u met Nederland en is een communicatiebasis die deuren voor u opent - met name in de professionele wereld. Om deze reden hebben organisaties en bedrijven die investeren in de taalkennis en taalopleiding van de werknemers, een duidelijk voordeel en een voorsprong. Dagnall is een taalaanbieder die precies dat biedt: Effectieve taaltrainingen Nederlands van het hoogste niveau voor medewerkers, professionals en leidinggevenden in Hilversum en omgeving. (Betaalbare) taaltraining Nederlands op maat, omdat uw organisatie welbespraakte medewerkers verdient.
Vakgebieden
Van zakelijk en technisch tot medisch - Dagnall kent elke bedrijfstaal. Elke bedrijfstak heeft zijn eigen taalgebruik en hanteert zijn eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling en een duidelijk concurrentievoordeel, door middel van branchespecifieke taalkennis Nederlands van het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Nederlands in Hilversum aan in een brede waaier van gespecialiseerde vakgebieden.
Wij bieden taaltrainingen Nederlands op maat aan als individuele (1-op-1) lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en als doorlopende, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Bij Dagnall Talen kan iedereen Nederlands leren op precies de manier die het meest geschikt is voor hem of haar. Naast klassieke taalcursussen Nederlands hebben organisaties vooral interesse in de werkgerelateerde cursussen zoals schrijfvaardigheid Nederlands en/of zakelijk Nederlands. Taalcursussen worden op de individuele behoeften van de opdrachtgever afgestemd. Dagnall Talen is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om via gecertificeerde taaldocenten met uitstekende recensies en beoordelingen onbegrensd Nederlands te leren in Hilversum. Met Dagnall Talen behaalt u snel en doelgericht de beoogde resultaten.
Filosofie
Onze filosofie is om Nederlands te leren zonder schroom alsook met gemak en plezier. Dagnall Talen gaat daarom tot het uiterste om ervoor te zorgen dat u de Nederlandse taal moeiteloos en zonder remmingen leert. Nederlands leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall met methodes die het leerproces voor de cursisten gemakkelijker en prettiger maakt.
Door deze methodes wordt uw nieuwsgierigheid opgewekt en uw bereidheid om te leren, ondersteund. We brengen de cursist met grote stappen naar het gewenste taalniveau door vijftien minuten dagelijks te oefenen. Taleninstituut Dagnall is de ideale partner voor iedereen die Nederlands wil leren in Hilversum.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
In overleg met u als opdrachtgever stellen wij uw leerdoelen en wensen vast. U meldt de cursisten met hun contactgegevens aan. Wij verzorgen een intake op locatie of, indien u dit wenst, online of telefonisch. Nadat het intakegesprek heeft plaatsgevonden, waarin op basis van het ERK (Europees Referentiekader) het huidige en gewenste taalniveau van de cursisten wordt bepaald, sturen wij u een op maat gemaakt cursusvoorstel met een passende offerte. Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning op uw situatie en agenda af.
De trainer evalueert na enkele lessen Nederlands de inhoud en de voortgang van de cursus. Indien nodig, kunnen de doelstellingen worden aangepast. Wij sturen u een eindrapport na de laatste les met een beschrijving van de door de deelnemers behaalde resultaten. Tevens ontvangen de deelnemers een certificaat van Dagnall Talen.
Het (individuele) contact met de cursisten wordt indien gewenst, door Dagnall verzorgd De planning van de intakegesprekken wordt door Dagnall Taleninstituut gedaan in overleg met u en de individuele cursisten De cursisten ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht Nederlands. Deze dienen voorafgaand aan de intakedatum te worden teruggestuurd Dagnall verzorgt de intakegesprekken op locatie of eventueel op afstand. Een gesprek neemt ongeveer 30 minuten in beslag De indeling van de groep(en) worden geadviseerd door Dagnall Talen aan de hand van niveaubepaling en in overleg met u vastgesteld De indeling van de deelnemers geschiedt op taal en taalniveau U ontvangt altijd een offerte op maat van ons! De logistiek van het materiaal en cursusbenodigdheden wordt verzorgd door Dagnall Talen Dagnall Talen berekent geen administratiekosten en geen extra toeslag voor avondlessen Dagnall Talen garandeert en bewaakt de continuïteit van de planning alsook het lesprogramma Nederlands Dagnall Taleninstituut is flexibel en betrokken!
Ons bedrijf is gestart in 1982 en verzorgt sindsdien maatwerkcursussen Nederlands in Hilversum en omgeving voor bedrijven, (semi)overheid en andere non-profitorganisaties. Onze kundige taaltrainers Nederlands zijn specialisten op het gebied van taal en hebben in deze jaren in het Gooi en de Vechtstreken een aanmerkelijk aantal trainingen verzorgd.
Door de werkplekgerichte en functiegerichte aanpak, biedt Dagnall zeer effectieve en betaalbare taalcursussen Nederlands in Hilversum. Maximaal rendement door maatwerk; daar staat Dagnall voor!
Betaalbaar maatwerk Nederlands in Hilversum sinds 1982
Taal op de werkvloer
Taal op de Werkvloer: draagvlak is noodzakelijk! Taalcursussen (Nederlands) die gericht zijn op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer zijn ondertussen bij veel bedrijven een begrip. Medewerkers met een beperkte of zonder beheersing van de Nederlandse taal of een andere voertaal ervaren een beperking in de werkomgeving en zij willen beter en/of sneller kunnen communiceren op de werkvloer.
Zij willen de instructies op het werk goed kunnen begrijpen en deze op kunnen volgen. Deze medewerkers willen het liefst zelfverzekerder het werk kunnen uitvoeren en uiteraard graag hun ambitie op hun werkgebied realiseren. Dit vereist een investering in personeel en in de (innovatieve) ontwikkeling van het bedrijf.
Dagnall biedt betaalbare maatwerk taaltrainingen die de spreek-, luister-, lees- en schrijfvaardigheid op de werkvloer vergroten. Ons instituut helpt en leert cursisten hoe zij de lesstof in praktijk kunnen brengen in hun functie. Dagnall Taleninstituut stemt de taallessen af op de behoefte van de opdrachtgever en op het niveau van de deelnemer(s). Buiten de taallessen om, krijgen cursisten regelmatig praktijkopdrachten gedurende de cursus, die de continuïteit van het leerproces ondersteunen en de effectiviteit van de taaltraining verhogen.
Dit is een win-winsituatie! Ons taleninstituut let eveneens op de enigszins onderbelichte kant van veel taaltrainingen: de cursist staat al vaak alleen in zijn poging om de taal te beheersen, om de cultuur en gebruiken van het bewuste land en het bedrijf te doorgronden en om de wereld door middel van taal uit te breiden. Dat vereist veel inzet en motivatie. Daarbij hebben cursisten slechts een aantal vaste contactmomenten per week met de trainer. Dit is niet altijd afdoende.
Onderscheidend
Wij onderscheiden ons door te focussen op uitbreiden van het draagvlak voor een cursus Nederlands op de werkvloer. Dagnall Talen stimuleert leidinggevenden en uitvoerenden binnen de werkkring van het bedrijf om een voortdurend proces van taalverwerving te creëren, door vanaf het begin zoveel mogelijk met de cursisten in de doeltaal te communiceren. Door het consequent benadrukken van het belang van taal op de werkvloer wordt het nut van een goede talenkennis gezamenlijk ervaren en voelen de deelnemers zich gestimuleerd en gewaardeerd in hun taalverwerving.
Diverse wegen naar een betere taalvaardigheid Nederlands in Hilversum
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Nederlands spits zich niet alleen toe op de behoefte van de cursist, klant, organisatie of werkgever, zoals een betere spreek- of schrijfvaardigheid. Een goede taalcursus (Nederlands) is ook afgestemd op de beste, meest geschikte, leermethode voor de cursist zelf. Een cursus Nederlands in Hilversum die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige docenten Nederlands zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van Nederlandse vaardigheden en taalkennis om deze direct in dagelijkse praktijksituaties te gaan toepassen. Dat werkt wel zo prettig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt. Het alom bekende hoge rendement realiseert Dagnall door een combinatie van deze bewezen leermethode, samen met het oogmerk op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall kunt u voor cursussen terecht die gebaseerd zijn op een maatwerktraining.
Dagnall biedt groepscursussen van 3 tot 8 à 10 cursisten, duocursussen (2 cursisten), individuele cursussen (privéles), onlinecursussen, het online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en jargon van de specifieke organisatie. Onze taaldocenten maken veel gebruik van eigen lesmateriaal dat zij door de jaren heen hebben verzameld en gecreëerd en de taaldocenten spelen voortdurend in op actuele thema’s en ontwikkelingen.
Een prettige manier van leren
Een voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de taaltrainers Nederlands van Dagnall Talen in Hilversum. Deze, door de jaren steeds verder verfijnde en ontwikkelde werkwijze is het zeer gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. De cursus is niet alleen werkgericht en/of functiegericht, maar tevens afgestemd op de leermethode die goed bij de cursist zelf past.
Nederlands effectief leren in Hilversum bij Dagnall Taleninstituut
Individuele cursussen en groepscursussen Nederlands
Nederlandse lessen - individueel of in groepsverband
Dagnall Talen cursussen Nederlands op maat voor individuen en groepen, waarbij u de organisatie van de cursus met een gerust hart kunt overlaten aan ons. Dagnall Talentaleninstituut biedt deze individuele cursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen maken wij gebruik van moderne en gevarieerde leermethoden om doelgericht te trainen en leersucces te borgen. Vanzelfsprekend kunnen onze individuele-, duo- en groepscursussen zowel op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Hilversum gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen Nederlands in Hilversum
Maatwerkcursussen Nederlands
Wij bieden individuele cursussen Nederlands voor bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren in Hilversum en omgeving. Een individuele cursus noemt men ook wel één-op-één-cursus of privéles. De individuele taalcursussen van Dagnall Talen zijn al tientallen jaren bekend voor de persoonlijke aandacht, het maatwerk en een zeer hoog rendement. De individuele cursussen Nederlands van Dagnall Talen zijn maatwerkcursussen en de cursussen worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, het taalniveau, de branche, de leerstijl en de praktijksituatie. De cursussen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Wij bieden groepscursussen Nederlands van 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (met 2 deelnemers) aan bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties alsook particulieren. De groep wordt bij voorkeur zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te maximaliseren en de lerenden maximaal te kunnen ondersteunen. Ook de groepscursussen van Dagnall Talen zijn maatwerkcursussen en worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, de branche, het taalniveau, de praktijksituatie alsook de leerstijl alsook de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het hoge rendement is het belangrijkste voordeel van individuele taalcursussen Nederlands doordat veel informatie wordt opgenomen in korte tijd. Er wordt meer vooruitgang gemaakt doordat de taalcursus intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk. Een ander groot pluspunt van een individuele taalcursus is flexibiliteit. De inhoud kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de specifieke aandachtsgebieden van de deelnemer en de cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de deelnemer. Omdat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld, is de leervordering optimaal. Ook is een individuele cursus ideaal af te stemmen op de agenda van de cursist waardoor het leerschema en het tijdmanagement optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Vooral de interactie met de andere cursisten Nederlands is het belangrijkste pluspunt van groepscursussen; actief gebruik van de doeltaal zoals door rollenspellen en discussies in de groep. Een ander groot voordeel is de zogenaamde groepsdynamiek; van elkaars fouten kunnen leren en communiceren in de doeltaal met elkaar. De afwisseling die zo wordt geboden, kunnen de cursisten fijner vinden. Daarnaast zijn groepscursussen efficiënt omdat tegelijk meerdere medewerkers getraind worden en de groep op bijna hetzelfde kennisniveau komt. Ook zijn groepscursussen wat minder intensief (wat minder zwaar) voor de cursisten dan individuele taalcursussen.
Minpunten individuele cursus
Rollenspellen en discussies kunnen bij individuele cursussen Nederlands alleen worden gedaan en gevoerd met de trainer. Het geleerde kan niet in de groep geoefend worden doordat er geen interactie is met andere cursisten. Doordat groepsdynamiek ontbreekt, is het ook niet mogelijk om van de foutjes van een ander te leren. De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is ook vrij intensief (zwaarder) voor de deelnemers.
Minpunten groepscursus
In een groepscursus is minder aandacht voor de individu en kunnen lerenden iets eerder zijn afgeleid. Het rendement is hierdoor wat lager. Gedeeltelijk kan dit worden ondervangen door de groepen wat kleiner te houden (bijvoorbeeld minigroepen). Ook kunnen groepscursussen Nederlands minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen. Dat de planning minder goed kan worden afgestemd op de agenda van individuele cursisten, is een bijkomstig minpunt van groepscursussen.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Nederlands
Verschillende opties voor Nederlandse les
Dagnall Talen verzorgt taalcursussen (Nederlands) voor zowel beginners, halfgevorderden als gevorderden. Niet iedereen heeft de mogelijkheid om naar een talencentrum te gaan. Wij bieden daarom de taaltrainingen ook incompany of online aan. Bij Dagnall Talen kunt u terecht voor een intensieve
of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus Nederlands. Natuurlijk is een combinatie van deze trainingen mogelijk. Veel taalleerders kiezen hiervoor. Dagnall Talen staat voor (betaalbaar) maatwerk!
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten de elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook wel de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je als antwoord op de grammatica-vertaalmethode zien. Nieuw was dat de taallessen volledig in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands) plaatsvonden. Kunnen spreken en luisteren (in het Nederlands) zijn de belangrijkste vaardigheden en (Nederlandse) grammaticale structuren worden geleerd aan de hand van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is vrijwel zonder fouten Nederlands leren verstaan en spreken, wat begint met leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt met drills gewerkt om Nederlandse zinnen alsook structuren te leren beheersen, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De trainer Nederlands kan zo een zin bijvoorbeeld tien maal herhalen en daarna een extra Nederlands woord toevoegen. Er wordt vaak gewerkt in zogeheten talenpractica, waar lerenden een koptelefoon dragen en zinnen beluisteren en naspreken. Het geschreven Nederlands komt pas aan bod wanneer het mondelinge Nederlands al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe Nederlandse woorden te introduceren.
Populariteit
De methode werd in Nederland pas geïntroduceerd omstreeks het jaar 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er kwamen al snel bezwaren tegen deze betekenisloze drills. De techniek gaf wel eens problemen, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats daarvan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Het was nu breed geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Nederlands) niet om het uit het hoofd leren van de (Nederlandse) grammaticaregels gaat, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid (Nederlands), die vóór de jaren zeventig voor het merendeel van docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor studenten die Nederlands beginnen te leren. Een goede uitspraak Nederlands wordt vanaf het begin aangeleerd. Deze methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor een snelle en efficiënte kennisoverdracht bieden. Ook bij grotere groepen kan deze methode worden gebruikt.
Tegelijk heeft dit docentgestuurde aspect een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng van de studenten verlangd. Hierdoor ligt het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer. Een bijkomend bezwaar is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Nederlands om te zetten zijn.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is ontwikkeld door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Nederlands) op een zodanige manier te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die na verloop van tijd herhaald worden. Deze Nederlandse zinnen of woorden op de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerende. Het is niet de bedoeling om de woorden of zinnen uit het hoofd te leren, maar dit eigenlijk gebeurt vanzelf door blootstelling. De woordenlijst wordt steeds bijgewerkt; Nederlandse woorden die geleerd zijn, worden van de lijst gehaald. Die Nederlandse woorden die nog altijd problemen geven, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de woorden of zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de student terechtkomen, iets dat door veel geheugenwetenschappers betwijfeld wordt. In het algemeen wordt (taal)kennis opgeslagen als deze kennis ook betekenisvol en relevant is voor de lerende. Deze GoldList-methode kan werken voor Nederlandse woorden die van betekenis en relevant zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij studenten die het fijn vinden om bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun te gebruiken, kan deze GoldList-methode werken. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt, werkt het met de hand schrijven effectiever dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen bestaan uit veel meer dan alleen een reeks losse woorden en/of zinnen. Daarnaast is deze methode bijzonder tijdrovend omdat steeds met de hand geschreven lijsten moeten worden gemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy D. Terrell en Stephen Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Nederlands). Op de manier waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken, probeert de methode het Nederlands te leren. De taalregels van het Nederlands leert de student ook onbewust op deze wijze. Alleen het Nederlands met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Het streven is een leeromgeving zonder stress. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. Bij de deze methode wordt de taalproductie Nederlands niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete Nederlands grammatica.
Als de lerende wordt ondergedompeld in het Nederlands, is de leermethode het meest effectief. De leeractiviteiten in het Nederlands dienen stimulerend te zijn zodat de studenten van de ervaring kunnen genieten.
De Natural Method heeft vrij veel overeenkomsten met de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat de Directe Methode meer focus op de praktijk legt en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak bewezen dat onderdompeling zeer effectief is. De methode is een populaire methode van lesgeven bij taaldocenten Nederlands, doordat de Natural Approach betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor studenten. Maar er kleven eveneens nadelen aan de Natural Method. De methode is voornamelijk gericht op het impliciet leren van de grammatica van het Nederlands. De lerenden zouden weliswaar leren in het Nederlands te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier Nederlands te leren. Studenten wordt de kans geboden om een persoonlijke band met het Nederlands te creëren. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde Nederlands langer.
Een minpunt kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er bijna geen druk op de taalproductie ligt. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een specifiek Nederlands examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse naam: Structural Approach; ‘SA’) is door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado ontwikkeld in de begin jaren 50.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode met als doel de student vertrouwd te maken met de grammaticale en fonologische structuren van de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands). De beheersing van deze structuren is volgens de Structurele Aanpak effectiever dan de verwerving van het Nederlands. Het draait om het kunnen herkennen en toepassen van bepaalde samenstellingen van Nederlandse woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde. Deze combinaties worden aangeboden aan de studenten in betekenisvolle situaties middels dramatiseringen, visualisaties, handelingen en gezichtsuitdrukkingen. Bij de methode worden de structuren die het meest in het Nederlands worden gebruikt, als eerste geleerd. De mondelinge vaardigheden Nederlands (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hierbij in de eerste instantie gebruikt; daaruit volgen leesvaardigheden en schrijfvaardigheden. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Nederlands (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat kunnen lerenden het Nederlands op een nauwkeurige wijze kunnen leren. De leren eveneensde krijgt inzicht in de Nederlandse grammatica leert eveneens in welke situatie bepaalde Nederlandse woorden en combinaties van woorden wel of niet passend zijn voor de situatie. De methode gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de Structurele Aanpak ook. De methode van werken is tamelijk tijdverslindend en biedt niet meteen succeservaringen. De inbreng van de lerende zelf is gelimiteerd; het is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, ontstond in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van vreemde talen. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de opvatting dat interactie het uiteindelijke doel is bij het leren van een vreemde taal (zoals Nederlands).
De met leren middels CLT-technieken het Nederlands in de praktijk te brengen door de interactie met de docent Nederlands alsook onderling. Authentieke teksten, geschreven in het Nederlands of ander materiaal uit het dagelijks leven of de werksituatie worden gebruikt. Het Nederlands wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en trainers Nederlands dragen onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Nederlands in allerlei soorten situaties uit de praktijk te oefenen. Nederlandse grammatica wordt inductief onderwezen, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT zijn taaldocenten Nederlands echt trainers, die studenten leren te communiceren in het Nederlands.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam gedeeltelijk omdat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes bleken. Binnen een verenigd Europa ontstond meer vraag om vreemde talen te leren op een direct toepasbare manier.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Het communicatief taalonderwijs (CLT) kent veel pluspunten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; het is studentgericht en functioneel. Vanwege het gebruik van authentieke materialen, leren de studenten de Nederlandse woorden die voor hen nodig zijn. Het is efficiënt. Voor de studenten is dit stimulerend, omdat zij gauw succes ervaren. Fouten maken mag; al doende wordt de vaardigheid geleerd en verbeterd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat er minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de taaltrainer en van de lerende vereist het een actieve deelname. Deze manier van een vreemde taal leren, is voor sommige studenten afwijkend of lastig, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. CLT draait om het trainen van vaardigheden; het gaat om de functie en niet zo zeer om de vorm en CLT biedt dan ook geen samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was taalonderwijs vooral gericht op praktisch taalgebruik. Er word geleerd om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens lesboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger, deed dit anders. Meidinger ontwikkelde een methode waarbij de grammatica in het middelpunt stond omstreeks 1783. Meidinger wordt als de grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method; GTM) beschouwd.
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van de religie, de cultuur en de wetenschap was. Onderwijs in Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en geheel gericht op de grammatica en het vertalen. Deze aanpak werd als wetenschappelijk en degelijk gezien. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse uit van de taalstructuren en de taalvormen (van bijvoorbeeld Nederlands) waarbij de student inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Nederlands krijgen de nadruk. De taaltrainer draagt de kennis Nederlands over, de lerende memoriseert.
Populariteit
Hoewel reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, biedt deze grammatica-/vertaalmethode biedt een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Nederlands, door de nadruk die gelegd wordt op de grammatica.
Aan de methode kleven echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de luister- en spreekvaardigheid Nederlands ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren zelden mondeling toegepast kan worden. Deze methode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Nederlands, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. De methode biedt niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces voor lerenden voor het leren in een groep. De lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (In het Engels: language immersion) wordt over de hele wereld toegepast sinds de jaren 70, en dan met name op middelbare scholen waarbij een schoolvak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de leermethode die gebruikt wordt bij Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les aan welgestelde dames uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling behelst dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, vanaf het eerste moment omgeven wordt door de te leren taal. Alle instructies vinden plaats in de doeltaal (Nederlands); in het begin langzaam en met veel herhaling en later op een meer natuurlijke manier. De lerende wordt ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Nederlands te spreken. Er wordt gebruikgemaakt van rollenspellen en simulaties. Scholen die met onderdompeling werken, richten de leeromgeving veelal in de stijl van het Nederlands om een situatie te creëren alsof de studenten in Nederland zijn. De studenten oefenen het Nederlands spreken één-op-één of in kleine groepen. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar Nederland reizen en daar in een gastgezin verblijven.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren beschouwd. Vooral de mondelinge taalbeheersing Nederlands kan uitstekend worden ontwikkeld op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat deze methode snel resultaten laat zien, omdat de leermethode zo intensief is. Omdat de student wordt erdoor omgeven, is de leermethode een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet echt in het Nederlands gaan communiceren. De student is in principe 24 uur per dag Nederlands aan het leren. Het samen oefenen in groepsverband versterkt de sociale interactie. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.
Dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel. De kans is groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt als studenten in een korte tijd Nederlands leren, door in Nederland te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag. Een ander nadeel van de leermethode kan zijn dat een dergelijke taaltraining Nederlands erg intensief is. Niet elke student heeft genoeg conditie om deze manier van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode die stamt uit de zeventig jaren van de vorige eeuw. De methode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut en wetenschapper Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al aangeeft, is Suggestopedia gebaseerd op de kracht van de suggestie. Volgens Lozanov is positieve suggestie een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Nederlands) te kunnen leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de studenten en de docent (Nederlands) essentieel. Hiervoor is de voorwaarde dat de studenten ontspannen zijn en zich veilig voelen. Om dit te bewerkstelligen, was een leslokaal met een rijopstelling uit den boze. Tijdens de les zaten studenten in comfortabele stoelen die in een halve cirkel gezet waren en in de klas was altijd muziek. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit teksten voorlezen, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Er bestonden woordenlijsten bij deze teksten en opmerkingen over de grammatica van de te leren taal (het Nederlands). Er werd met veel expressies in stem en gebaren voorgelezen. Lerenden werden zo verleid om te luisteren en de nieuwe (Nederlandse) woorden konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. In de lessen was er veel aandacht voor cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Nederland). In de klas werden rollenspellen gespeeld en er werden bijvoorbeeld (Nederlandse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De leermethode Suggestopedia was omstreden en de leermethode is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen van Suggestopedia worden nog steeds toegepast, zoals het gebruiken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de te leren taal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De methode van Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer, waardoor de lerende minder last heeft van frustratie of faalangst. Deze gemoedelijke sfeer kan voor nieuwkomers bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Dat de lerende wordt gestimuleerd om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is, is een bijkomend voordeel van de leermethode. Tegelijkertijd is dit voor sommige lerenden een keerzijde, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommigen ook afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Een ander zwak punt is dat de verhouding taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle input komt van de zijde van de Nederlandse taaldocent waarbij de lerende altijd de ontvangende partij is.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelden in het jaar 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te leren waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaldocent optreedt als counselor die de zinnen van de lerende omschrijft. De lerenden beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als de lerenden de te leren taal (Nederlands) nog niet genoeg machtig zijn. De trainer (Nederlands) legt uit en vertaalt, waarna de lerenden de uitingen van de trainer zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Nederlands worden opgenomen om te kunnen herbeluisteren.
Community Language Learning bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en de methode ziet de interactie tussen de studenten onderling als middel om de Nederlandse taal te leren. Er wordt geen leerboek Nederlands gevolgd; de studenten bepalen zelf de lesstof aan de hand van zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het succes van de methode is sterk afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. De taaltrainer dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig onderlegd te zijn. De docent dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de lerenden zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de lerenden te kunnen vertalen. Community Language Learning kan goed werken als deze op de juiste wijze wordt gebruikt. De methode is niet geschikt voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt de studenten veel autonomie. Vaak vinden lerenden het analyseren van hun eigen gesprekken zinvol. De groep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les Nederlands, maar eveneens daarbuiten. Met Community Language Learning worden lerenden zich zo veel bewuster van hun groepsgenoten, hun sterke en zwakke punten en leren samen te werken als een team. Studenten leren veel van het bespreken van de fouten en het evalueren van de lessen Nederlands. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van de student.
Een keerzijde van CLL kan zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl sommige lerenden wel sturing nodig hebben. Er is geen lesboek en er zijn geen toetsen Nederlands. Het succes van de les is daardoor moeilijk meetbaar. Sommige studenten worden belemmerd in hun Nederlands spreken als zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een taalverwervingsmethode die door Michael Lewis in de jaren 90 van de vorige eeuw is ontwikkeld.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen bestaan. Studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Nederlands (grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Zo wordt geleerd hoe het Nederlands ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt woordenschat Nederlands een grotere plaats in dan Nederlandse grammatica. Instructies zijn op situaties en Nederlandse uitdrukkingen gericht die regelmatig voorkomen in dialoog. Voor interactie is aandacht maar eveneens voor i>exposure; voor de zogenaamde receptieve vaardigheden van de student (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er wordt veel ruimte gegeven voor het zelf ontdekken van de Nederlandse taal.
De rol van de taaldocent Nederlands is te zorgen voor genoeg input en het faciliteren van het leertraject van de student.
Populariteit
Door de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de laatste dertig jaar de lesboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht geschonken aan woordenschat die in zogenaamde chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De vergaande omwenteling in de wijze waarop taal wordt onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal te werken, leren de studenten om het Nederlands op een natuurlijke manier te gebruiken. Op deze manier ontstaat souplesse in het taalgebruik Nederlands.
Het minpunt van deze methode van de methode is dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de aangeleerde taalsituaties. Met het zelf leren herkennen van de taalpatronen heeft een aantal studenten moeite en deze studenten hebben meer aan een trainer Nederlands die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Franse leraar François Gouin in het jaar 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin is gebaseerd op een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en niet veel kennis van de grammatica vereisen. Op basis van een handeling, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd, leren studenten zinnen. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, beroep en wetenschap, leven in de natuur, vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal ontwikkeld. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. De studenten gaan vanzelf snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands) denken doordat een soort eentalige leermethode is, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.
Populariteit
François Gouin’s ideeën over taal waren bijzonder vooruitstrevend. Ondanks dat de methode een ongebruikelijke aanpak had, was de seriemethode van François Gouin gedurende een bepaalde periode een succes. Deze methode werd echter door Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van François Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheden Nederlands van de student goed en de methode creëert een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de taalles.
De methode garandeert een levendige manier van lesgeven. Dit soort onderwijs Nederlands wekt het enthousiasme van de lerenden op doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een taal leren wordt tastbaar; dit was geheel nieuw. Het maakt studenten Nederlands nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. Door de methode van François Gouin worden de communicatieve vaardigheden Nederlands van de lerenden sterk gestimuleerd.
Het nadeel van de leermethode van Gouin is dat taal die iets meer abstract of subjectief wordt, wat moeilijk in één concrete ervaring kan worden gevangen met bewegingen en expressies. Een ander minpunt is de bewerkelijkheid voor de trainer, die een scala aan reeksen voor moet bereiden. Ten derde focust de Gouin-seriemethode vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte erachter is dat het verwerven van de taal (zoals het Nederlands) geen doel op zich is, maar een middel om specifieke taken uit te voeren. Lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden, waarvoor taalkennis (Nederlands) nodig is. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat ze over woordenschat en taalregels van het Nederlands beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld boodschappen doen, e-mails schrijven, iets te drinken bestellen, bellen met een klantenservice of de krant lezen. De taak wordt in drie fasen opgesplitst: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst voorbereidt op de taak, vervolgens de taak uitvoert en tot slot op de taak terugblikt. De lerenden dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. Om leereffect te hebben, moeten de opdrachten net boven het niveau van de student Nederlands liggen.
Populariteit
Task-Based Language Teaching (TBLT) heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren negentig en zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van lerenden (voornamelijk lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Nederlands) heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun taalvaardigheid (Nederlands) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, zolang de taak goed bij de lerende aansluit. De studenten komen op een natuurlijke, alledaagse wijze in contact met het Nederlands en leren zo authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren daarnaast om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door studenten als motiverend en plezierig ervaren .
Als minpunt kan worden genoemd dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Nederlands, waardoor lerenden die niet zeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; docententrainer en taalkundige op het gebied van Engels taalonderwijs uit Nieuw-Zeeland ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT in 2000. Deze methode wordt ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’; de beweging uit 1995 van een aantal filmmakers uit Denemarken waaronder filmregisseur Lars von Trier, was de inspiratie voor Dogme Language Teaching. De deelnemers confirmeren zich voor het maken van films aan tien strenge regels (tien dogma’s). Deze dogma’s behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet door enig voorgedrukt materiaal is belast. Het beginnen van inhoudelijke conversaties die over praktische zaken gaan, is het doel van de Dogme-methode. Hierbij draait het om communicatie als de drijvende kracht van het leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve aanpak voor onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder leerboeken te gebruiken of overig lesmateriaal en zich in plaats daarvan focust op de communicatie tussen de studenten en de trainer. Het Dogme-taalonderwijs kent, net als de Dogme-beweging van de filmmakers, tien dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Thornbury dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een taal (zoals Nederlands) suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een positieve bijkomstigheid voor de taaltrainer Nederlands is dat er nauwelijks voorbereiding voor is vereist. Dat lerenden voor het eigen leerproces verantwoordelijk zijn, kan erg motiverend werken. Zo is de les Nederlands niet voorspelbaar. Dit creëert spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Vrijwel elk item kan worden besproken in een les volgens de Dogme-benadering. Dit zorgt dat lerenden alert en betrokken blijven.
Studenten kunnen zich echter wel iets minder op hun gemak voelen als ze zo weinig door de docent bij de hand genomen worden. Ook zijn niet alle taaltrainers Nederlands voldoende flexibel voor deze manier van lesgeven. Dat lerenden zich vaak op een specifiek examen Nederlands moeten voorbereiden en het niet zeker is dat de lesstof hiervoor aan bod komt tijdens de lessen, kan een ander minpunt zijn van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Greg en Angela Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-benadering is een alternatieve visie op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Nederlands). De primaire aanname van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het verwerven van de Nederlandse taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van Nederland). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraar of docent’. De GPA vertoont overeenkomsten met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Nederland. Begrip gaat boven productie. Nederlandse woordenschat en cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de verhaalopbouwfase. Deze duurt om en nabij 150 uur en de deelnemer begint nu het Nederlands ook te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemer en de verzorger diepere gesprekken te voeren over het leven in de Nederlandse cultuur. In fase 5 beginnen de deelnemers zich op het taalgebruik van moedertaalsprekers Nederlands te richten aan de hand van films, televisie of nieuws en literatuur. Het Nederlands dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Nederlands.
Populariteit
De methode van Thomson is nog vrij nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes van de methode. Deelnemers zijn vrij enthousiast over deze methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een goede doorkijk op het proces van taalverwerving Nederlands geboden. De zes afzonderlijke fasen van de methode bieden realistische doelen en een duidelijk tijdsschema. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van het Nederlands, maar ook van de omgeving en de lerenden verwerven eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een minpunt van deze leermethode is dat voor iedere deelnemer of iedere groepje deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die veel tijd wil investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of kortweg Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen toepassen om de intonatie (Nederlands) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. De methode is relatief eenvoudig: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt vervolgens wat hij of zij hoort. Het gaat in de eerste instantie om de klank; de Nederlandse tekst al begrijpen is niet van belang. Luisteren en daarna herhalen wordt net zo veel geoefend totdat het heel soepel gaat en de lerende simultaan Nederlands kan spreken met de opname. Na enige tijd zal de lerende een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat hij of zij heeft gezegd. Er zijn diverse lesboeken geschikt voor deze techniek, zolang de boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende teksten. De Nederlandse audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerende te liggen. De ideale lengte is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. Argüelles doet de aanbeveling om te lopen tijdens het spreken, het liefst in de buitenlucht, en niet te zitten, doordat lichamelijke beweging de opname van de nieuwe taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel versterkt. Dat de student minder snel afgeleid wordt als hij of zij beweegt, waardoor het werken aan de Nederlandse taal veel effectiever wordt, is een bijkomende reden.
De shadowing-techniek heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij de Shadowing-methode is eveneens het simultaan spreken anders.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing dat aantoont dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Het algemene begrip van het Nederlands wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek kan worden gebruikt in een groep studenten, waarbij elke deelnemer in de groep individueel actief aan de methodiek leren is. Het rendement van Shadowing is hoog.
Het nadeel van de Shadowing-methode is dat de lerenden het wellicht een beetje saai vinden om dezelfde Nederlandse tekst steeds te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus erg belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Nederlands) te leren die uitgaat van het principe dat mensen leren met behulp van beweging en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Nederlands is de basis, daarna komt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van het Nederlands versneld toe. De trainer geeft opdrachten op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerenden doen na. Aanvankelijk wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Nederlands spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende taken worden verder uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
Door het combineren van beweging en spraak, appelleert de methode van TPR® aan de beide hersenhelften. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en de geleerde Nederlandse taalkennis beklijft ook beter.
Populariteit
Met name wordt de methode van TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel bij Engels taalonderwijs op de basisschool. Maar middelbare scholieren of volwassenen werken ook met veel plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
De methode van Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de nieuwe taal. De methodiek levert vlotte succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Dit zorgt voor stressvrij leren. In principe is de methode van TPR® voor alle doelgroepen inzetbaar, ongeacht welke leeftijd en achtergrond en kan de methode eveneens worden gebruikt in klassen die wat groter zijn. Het verworven Nederlands wordt direct in het langetermijngeheugen van de studenten opgeslagen.
Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is, is de keerzijde van TPR®. Dit is de reden dat de leermethode tot op een bepaald niveau werkt en daarboven een andere leermethode (ter aanvulling) nodig is. Daarnaast is de leermethode niet erg creatief. De student leert niet zijn of haar gevoelens, ideeën en meningen in het Nederlands uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief moest zijn. Overigens betrof deze Reformbeweging niet alleen leren, maar eveneens voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. De mensen streefden, net als in de jaren 60 van de vorige eeuw, omstreeks 1900 naar natuurlijke manieren van leven en een bevrijding van keurslijven. Er ontstond in het taalonderwijs veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica vooral inductief werd geleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten door de studenten hieruit worden afgeleid. Er kwamen veel mondelinge oefeningen met veel aandacht voor de uitspraak van de taal (zoals het Nederlands). Studenten werden gestimuleerd veel Nederlands te praten. Nieuw was eveneens dat de taalles in het Nederlands werd gegeven. In de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. Het aanleren van de (Nederlandse) vocabulaire gebeurde door middel van voorbeelden en plaatjes. Abstracte vocabulaire werd aangeboden door de studenten om ideeën te laten associëren.
Populariteit
Deels door invloed van de oorlogen en crises ebde deze vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw weg, om in de jaren 60 weer in een andere vorm terug te komen.
Taleninstituten als Berlitz en Interlingua werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier is om Nederlands te leren, is het belangrijkste pluspunt van de Directe Methode. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken, waardoor lerenden vloeiendheid in het Nederlands en zelfvertrouwen ontwikkelen. De leermethode heeft echter eveneens nadelen. Voor schrijfvaardigheid (Nederlands) is bij deze methode nauwelijks aandacht en voor lezen in de doeltaal relatief minder. Voor lerenden die verder meer gevorderd zijn in het Nederlands, biedt de Directe Methode niet genoeg uitdagingen. Doordat de Directe Methode van een daadkrachtige inzet vanuit de student uitgaat, is de methode eveneens niet erg bruikbaar voor de langzaam lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om vreemde talen te leren, is die waarop een kind zijn moedertaal leert. Een taal (zoals Nederlands) leren dient veilig en gemakkelijk te zijn. Manesca wil om die reden niet werken met abstracte lijstjes of regels met Nederlandse woorden die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is op het werken met een groep lerenden en een docent Nederlands gebaseerd, die steeds één Nederlands woord tegelijk introduceert. Er hoort een bepaalde beweging bij dit woord. De lerenden herhalen vervolgens na elkaar het Nederlandse woord en deze beweging. Deze herhalingen helpen de lerenden de Nederlandse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden vormen stap voor stap zinnen en variaties op deze Nederlandse zinnen. Nederlandse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De Manesca-methode is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langer door de studenten wordt onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Het vele herhalen draagt daar ook aan bij. Dat dit wat saai wordt om dezelfde Nederlandse woorden en zinnen steeds te herhalen, kan door studenten als een minpunt worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De autonomie van de lerende en diens actieve deelname is het uitgangspunt van Gattegno’s methode.
De trainers Nederlands gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en ze aan te moedigen om fouten te verbeteren. De methode besteed veel tijd aan de uitspraak (Nederlands).
Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het belangrijk om onderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de voorraad energie van de studenten. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan wanneer mensen proberen iets uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno verklaarde dat taaldocenten niet zozeer naar het overbrengen van kennis zouden moeten streven, maar het bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
The Silent Way van Gattegno gebruikt onder andere staafjes met verschillende kleuren (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor allerlei dingen kunnen worden gebruikt. Ook maakt de methodiek gebruik van Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een specifieke klank van het Nederlands vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Voornamelijk bij het leren van de uitspraak zijn de ideeën van Gattegno van betekenis geweest, alhoewel de Stille Methode in de oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de benadering van Gattegno is dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de lerende, die immers als autonoom beschouwd wordt. De trainer Nederlands is in feite aan de studenten dienstbaar, niet andersom. Met The Silent Way wordt het leren van het Nederlands op een natuurlijke manier gestimuleerd. Het geleerde wordt vaak goed verwerkt en onthouden door taallerenden uit te dagen om nieuwe dingen te ontdekken. De studenten ‘mogen’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Een nadeel kan zijn dat sommige lerenden wat intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode voorziet. Een lerende zou gefrustreerd kunnen worden door de afwezigheid van input van de docent Nederlands. De beperking van het werken met kleuren en grafieken is dat de nieuwheid er snel af is. Hierdoor verdwijnt het effect van de methode.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De TPRS-methode is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-techniek (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het uitgangspunt van TPRS is natuurlijke taalverwerving: een vreemde taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. De student wordt blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input om dit te kunnen bereiken. De docent Nederlands vertelt een verhaal, waarin nieuwe Nederlandse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Deze verhalen zijn eenvoudig te begrijpen, hierdoor ontspannen studenten zich. Zo worden woorden en structuren van het Nederlands ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De taaltrainer wijst de student op grammaticale verschijnselen van het Nederlands, zonder dat lerenden regels uit het hoofd leren.
De lerende zal na enige tijd ‘vanzelf’ Nederlands beginnen te spreken en de Nederlandse grammaticale structuren van de nieuwe taal gaan nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groep van studenten een verhaal creëren, is een variant. Hierbij schrijft de docent Nederlands eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met hun Nederlandse vertaling, om vervolgens samen met de studenten hiervan een verhaal te maken. Tot slot wordt het verhaal door de lerenden naverteld. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Nederlands, doordat dit voor input zorgt. Schrijven in het Nederlands volgt in een latere fase.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te leren. Randvoorwaarden zijn er wel: de setting dient geschikt te zijn en de taaldocent dient goed getraind te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige wijze om Nederlands te leren en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een prettige methode en het is relatief gemakkelijk om de aandacht erbij te houden. Zelf een verhaal maken, werkt heel motiverend voor de lerenden.
Een keerzijde is dat TPRS veel voorbereiding van de docent vraagt.
De Rosetta Stone-methode is vernoemd naar de zogenaamde de Steen van Rosetta, een steen die werd ontdekt in Egypte met een tekst in twee talen, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen worden konden ontcijferd. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen aanbiedt. In het jaar 1996 is de eerste versie van de methode is uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een wijze om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren achter een computer. Deze taalcursussen zijn in meer dan dertig verschillende talen beschikbaar en ze zijn te volgen vanuit al deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier imiteert waarop kinderen hun moedertaal leren. Dat houdt in ‘leren door onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hiervoor foto’s alsook stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Nederlands) om de betekenis over te brengen van nieuwe (Nederlandse) woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen dat de Nederlandse uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. De student kan zo de uitspraak vergelijken met de uitspraak van een native speaker (moedertaalspreker Nederlands). Verbetering van de uitspraak kan worden bereikt door de voorbeeldspreker minder snel te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheden Nederlands van de lerenden te oefenen. De software controleert de Nederlandse spelling en de grammatica en geeft taalfouten aan, waarbij mogelijkheid is om deze taalfouten te corrigeren.
Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Wereldwijd wordt de Rosetta Stone-methode veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken gebruik van Rosetta Stone. In ons land wordt Rosetta Stone door een aantal ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten gebruikt en ook door sommige internationale bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De methode van Rosetta Stone is heel makkelijk om te gebruiken en kan op elk moment door de lerende worden ingezet. De lerende kan zelf bepalen welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken. Veel studenten vinden het prettig om met de leermethode te werken. Bij een gebrek aan docenten kan Rosetta Stone een oplossing zijn voor onderwijsinstellingen. Het feit dat er geen taaldocent is die studenten motiveert of wat extra’s kan bieden, kan een nadeel zijn.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De taalcursussen van Pimsleur zijn Amerikaans taalkundige Dr. Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 op de markt bracht.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
De cursus bestaat uit zinnen/dialogen die door studenten vervolgens worden nagesproken en weer herhaald. Deze Nederlandse zinnetjes zijn ingesproken door moedertaalsprekers. De cursussen van Pimsleur zijn gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en wederom herhaling. De les omvat een audio-opname van een half uur die nieuwe woordenschat en structuren bevat in de te leren taal. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuren van het Nederlands niet uit maar biedt deze aan door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.
Pimsleur heeft onderzoeken gedaan naar het optimale interval waarin kennis van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.
Populariteit
Onder andere Amerikanen volgen de taalcursussen van Pimsleur en de ervaringen met Pimsleur variëren. De studenten zijn over het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Nederlands.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Doordat de insprekers van de zinnen allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke manier Nederlands praten in een normaal tempo, werkt de methode van Pimsleur heel goed als uitspraakverbeteraar.
De keerzijde van de methode is dat niets wordt uitgelegd. De student leert geen bouwstenen van het Nederlands om zelf een zin te maken, maar moet het doen met duizenden voorbeeldzinnen die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verwonderlijk, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden zoals Diana Ross, Barbra Streisand, Emma Thompson, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als diegene geen stress heeft. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De taalcursussen van Michel Thomas zijn audiolessen (Nederlands), ingesproken door twee acteurs; een vrouwelijke acteur en een mannelijke acteur. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de stemacteurs een vraag gesteld wordt, is het idee dat de lerende op pauze drukt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er zijn geen huiswerkopdrachtenen er hoeft niet uit het hoofd geleerd te worden. De les wordt in kleine stappen opgebouwd en nieuwe Nederlandse lesstof wordt afgewisseld met reeds bekende Nederlandse lesstof. De uitleg wordt in het Engels gegeven. De methode wijst bijvoorbeeld op eventuele verbanden tussen de talen. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Bij de methodiek van Michel-Thomas wordt makkelijke lesstof eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de studenten Nederlands de makkelijke lesstof hebben begrepen en verworven. Behalve Nederlandse woorden en zinnetjes in de doeltaal worden ook bouwstenen aangeleerd waarmee de studenten zelf zinnetjes kunnen construeren. Ook gebruikt de leermethode van flashcards waarmee lerenden zelf hun vocabulaire Nederlands kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te kunnen meten.
Populariteit
Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Nederlands. De lerenden die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de methode van Michel Thomas minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De cursus traint luistervaardigheid en uitspraak Nederlands uitspraak Nederlands op efficiënte wijze en is zeer toegankelijk. Dat deze cursussen Nederlands niet in schrijfvaardigheid voorzien, kan als een keerzijde worden gezien. Een echte interactie is er ook niet doordat de leermethode van Michel Thomas een audiocursus betreft.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door polyglot en schrijver Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert taalcursussen. Hun eerste boek was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘opgaan in de groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen uitgangspunt voor een taalcursus (zoals Nederlands) is. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek Nederlands, audio-CD’s alsook een USB-stick. De lerende besteedt ongeveer twintig minuten per dag aan de cursus.
De lessen bestaan uit verschillende Nederlandse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. Ernaast staat de Nederlandse vertaling, samen met toelichting van de grammatica. Om de uitspraak Nederlands te oefenen, maakt de methode gebruik van zinnen die door moedertaal (native) speakers zijn ingesproken en die de cursisten daarna dienen te herhalen. De opbouw van de les is van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruikers; dit komt pas na ruwweg vijftig lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij gewaardeerd. Ze zijn betaalbaar en er is een ruim aanbod aan verschillende talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Het pluspunt van de Assimil-methode is dat de cursist Nederlands op zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste past. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle taalcursussen met een computer, dat de student is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen docent Nederlands om de student te begeleiden of te motiveren.
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten de elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook wel de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je als antwoord op de grammatica-vertaalmethode zien. Nieuw was dat de taallessen volledig in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands) plaatsvonden. Kunnen spreken en luisteren (in het Nederlands) zijn de belangrijkste vaardigheden en (Nederlandse) grammaticale structuren worden geleerd aan de hand van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is vrijwel zonder fouten Nederlands leren verstaan en spreken, wat begint met leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt met drills gewerkt om Nederlandse zinnen alsook structuren te leren beheersen, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De trainer Nederlands kan zo een zin bijvoorbeeld tien maal herhalen en daarna een extra Nederlands woord toevoegen. Er wordt vaak gewerkt in zogeheten talenpractica, waar lerenden een koptelefoon dragen en zinnen beluisteren en naspreken. Het geschreven Nederlands komt pas aan bod wanneer het mondelinge Nederlands al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe Nederlandse woorden te introduceren.
Populariteit
De methode werd in Nederland pas geïntroduceerd omstreeks het jaar 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er kwamen al snel bezwaren tegen deze betekenisloze drills. De techniek gaf wel eens problemen, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats daarvan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Het was nu breed geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Nederlands) niet om het uit het hoofd leren van de (Nederlandse) grammaticaregels gaat, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid (Nederlands), die vóór de jaren zeventig voor het merendeel van docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor studenten die Nederlands beginnen te leren. Een goede uitspraak Nederlands wordt vanaf het begin aangeleerd. Deze methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor een snelle en efficiënte kennisoverdracht bieden. Ook bij grotere groepen kan deze methode worden gebruikt.
Tegelijk heeft dit docentgestuurde aspect een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng van de studenten verlangd. Hierdoor ligt het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer. Een bijkomend bezwaar is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Nederlands om te zetten zijn.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is ontwikkeld door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Nederlands) op een zodanige manier te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die na verloop van tijd herhaald worden. Deze Nederlandse zinnen of woorden op de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerende. Het is niet de bedoeling om de woorden of zinnen uit het hoofd te leren, maar dit eigenlijk gebeurt vanzelf door blootstelling. De woordenlijst wordt steeds bijgewerkt; Nederlandse woorden die geleerd zijn, worden van de lijst gehaald. Die Nederlandse woorden die nog altijd problemen geven, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de woorden of zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de student terechtkomen, iets dat door veel geheugenwetenschappers betwijfeld wordt. In het algemeen wordt (taal)kennis opgeslagen als deze kennis ook betekenisvol en relevant is voor de lerende. Deze GoldList-methode kan werken voor Nederlandse woorden die van betekenis en relevant zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij studenten die het fijn vinden om bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun te gebruiken, kan deze GoldList-methode werken. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt, werkt het met de hand schrijven effectiever dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen bestaan uit veel meer dan alleen een reeks losse woorden en/of zinnen. Daarnaast is deze methode bijzonder tijdrovend omdat steeds met de hand geschreven lijsten moeten worden gemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy D. Terrell en Stephen Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Nederlands). Op de manier waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken, probeert de methode het Nederlands te leren. De taalregels van het Nederlands leert de student ook onbewust op deze wijze. Alleen het Nederlands met de nodige visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Het streven is een leeromgeving zonder stress. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. Bij de deze methode wordt de taalproductie Nederlands niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete Nederlands grammatica.
Als de lerende wordt ondergedompeld in het Nederlands, is de leermethode het meest effectief. De leeractiviteiten in het Nederlands dienen stimulerend te zijn zodat de studenten van de ervaring kunnen genieten.
De Natural Method heeft vrij veel overeenkomsten met de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat de Directe Methode meer focus op de praktijk legt en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak bewezen dat onderdompeling zeer effectief is. De methode is een populaire methode van lesgeven bij taaldocenten Nederlands, doordat de Natural Approach betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor studenten. Maar er kleven eveneens nadelen aan de Natural Method. De methode is voornamelijk gericht op het impliciet leren van de grammatica van het Nederlands. De lerenden zouden weliswaar leren in het Nederlands te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier Nederlands te leren. Studenten wordt de kans geboden om een persoonlijke band met het Nederlands te creëren. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde Nederlands langer.
Een minpunt kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er bijna geen druk op de taalproductie ligt. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een specifiek Nederlands examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse naam: Structural Approach; ‘SA’) is door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado ontwikkeld in de begin jaren 50.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode met als doel de student vertrouwd te maken met de grammaticale en fonologische structuren van de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands). De beheersing van deze structuren is volgens de Structurele Aanpak effectiever dan de verwerving van het Nederlands. Het draait om het kunnen herkennen en toepassen van bepaalde samenstellingen van Nederlandse woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde. Deze combinaties worden aangeboden aan de studenten in betekenisvolle situaties middels dramatiseringen, visualisaties, handelingen en gezichtsuitdrukkingen. Bij de methode worden de structuren die het meest in het Nederlands worden gebruikt, als eerste geleerd. De mondelinge vaardigheden Nederlands (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hierbij in de eerste instantie gebruikt; daaruit volgen leesvaardigheden en schrijfvaardigheden. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Nederlands (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat kunnen lerenden het Nederlands op een nauwkeurige wijze kunnen leren. De leren eveneensde krijgt inzicht in de Nederlandse grammatica leert eveneens in welke situatie bepaalde Nederlandse woorden en combinaties van woorden wel of niet passend zijn voor de situatie. De methode gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de Structurele Aanpak ook. De methode van werken is tamelijk tijdverslindend en biedt niet meteen succeservaringen. De inbreng van de lerende zelf is gelimiteerd; het is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, ontstond in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van vreemde talen. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de opvatting dat interactie het uiteindelijke doel is bij het leren van een vreemde taal (zoals Nederlands).
De met leren middels CLT-technieken het Nederlands in de praktijk te brengen door de interactie met de docent Nederlands alsook onderling. Authentieke teksten, geschreven in het Nederlands of ander materiaal uit het dagelijks leven of de werksituatie worden gebruikt. Het Nederlands wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en trainers Nederlands dragen onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Nederlands in allerlei soorten situaties uit de praktijk te oefenen. Nederlandse grammatica wordt inductief onderwezen, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT zijn taaldocenten Nederlands echt trainers, die studenten leren te communiceren in het Nederlands.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dit kwam gedeeltelijk omdat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes bleken. Binnen een verenigd Europa ontstond meer vraag om vreemde talen te leren op een direct toepasbare manier.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Het communicatief taalonderwijs (CLT) kent veel pluspunten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; het is studentgericht en functioneel. Vanwege het gebruik van authentieke materialen, leren de studenten de Nederlandse woorden die voor hen nodig zijn. Het is efficiënt. Voor de studenten is dit stimulerend, omdat zij gauw succes ervaren. Fouten maken mag; al doende wordt de vaardigheid geleerd en verbeterd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat er minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de taaltrainer en van de lerende vereist het een actieve deelname. Deze manier van een vreemde taal leren, is voor sommige studenten afwijkend of lastig, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. CLT draait om het trainen van vaardigheden; het gaat om de functie en niet zo zeer om de vorm en CLT biedt dan ook geen samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was taalonderwijs vooral gericht op praktisch taalgebruik. Er word geleerd om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens lesboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger, deed dit anders. Meidinger ontwikkelde een methode waarbij de grammatica in het middelpunt stond omstreeks 1783. Meidinger wordt als de grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method; GTM) beschouwd.
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van de religie, de cultuur en de wetenschap was. Onderwijs in Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en geheel gericht op de grammatica en het vertalen. Deze aanpak werd als wetenschappelijk en degelijk gezien. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse uit van de taalstructuren en de taalvormen (van bijvoorbeeld Nederlands) waarbij de student inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Nederlands krijgen de nadruk. De taaltrainer draagt de kennis Nederlands over, de lerende memoriseert.
Populariteit
Hoewel reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, biedt deze grammatica-/vertaalmethode biedt een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Nederlands, door de nadruk die gelegd wordt op de grammatica.
Aan de methode kleven echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de luister- en spreekvaardigheid Nederlands ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren zelden mondeling toegepast kan worden. Deze methode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Nederlands, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. De methode biedt niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces voor lerenden voor het leren in een groep. De lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (In het Engels: language immersion) wordt over de hele wereld toegepast sinds de jaren 70, en dan met name op middelbare scholen waarbij een schoolvak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de leermethode die gebruikt wordt bij Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les aan welgestelde dames uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling behelst dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, vanaf het eerste moment omgeven wordt door de te leren taal. Alle instructies vinden plaats in de doeltaal (Nederlands); in het begin langzaam en met veel herhaling en later op een meer natuurlijke manier. De lerende wordt ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Nederlands te spreken. Er wordt gebruikgemaakt van rollenspellen en simulaties. Scholen die met onderdompeling werken, richten de leeromgeving veelal in de stijl van het Nederlands om een situatie te creëren alsof de studenten in Nederland zijn. De studenten oefenen het Nederlands spreken één-op-één of in kleine groepen. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar Nederland reizen en daar in een gastgezin verblijven.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren beschouwd. Vooral de mondelinge taalbeheersing Nederlands kan uitstekend worden ontwikkeld op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat deze methode snel resultaten laat zien, omdat de leermethode zo intensief is. Omdat de student wordt erdoor omgeven, is de leermethode een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet echt in het Nederlands gaan communiceren. De student is in principe 24 uur per dag Nederlands aan het leren. Het samen oefenen in groepsverband versterkt de sociale interactie. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.
Dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel. De kans is groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt als studenten in een korte tijd Nederlands leren, door in Nederland te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag. Een ander nadeel van de leermethode kan zijn dat een dergelijke taaltraining Nederlands erg intensief is. Niet elke student heeft genoeg conditie om deze manier van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode die stamt uit de zeventig jaren van de vorige eeuw. De methode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut en wetenschapper Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al aangeeft, is Suggestopedia gebaseerd op de kracht van de suggestie. Volgens Lozanov is positieve suggestie een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Nederlands) te kunnen leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de studenten en de docent (Nederlands) essentieel. Hiervoor is de voorwaarde dat de studenten ontspannen zijn en zich veilig voelen. Om dit te bewerkstelligen, was een leslokaal met een rijopstelling uit den boze. Tijdens de les zaten studenten in comfortabele stoelen die in een halve cirkel gezet waren en in de klas was altijd muziek. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit teksten voorlezen, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Er bestonden woordenlijsten bij deze teksten en opmerkingen over de grammatica van de te leren taal (het Nederlands). Er werd met veel expressies in stem en gebaren voorgelezen. Lerenden werden zo verleid om te luisteren en de nieuwe (Nederlandse) woorden konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. In de lessen was er veel aandacht voor cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Nederland). In de klas werden rollenspellen gespeeld en er werden bijvoorbeeld (Nederlandse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De leermethode Suggestopedia was omstreden en de leermethode is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen van Suggestopedia worden nog steeds toegepast, zoals het gebruiken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de te leren taal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De methode van Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer, waardoor de lerende minder last heeft van frustratie of faalangst. Deze gemoedelijke sfeer kan voor nieuwkomers bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Dat de lerende wordt gestimuleerd om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is, is een bijkomend voordeel van de leermethode. Tegelijkertijd is dit voor sommige lerenden een keerzijde, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommigen ook afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Een ander zwak punt is dat de verhouding taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle input komt van de zijde van de Nederlandse taaldocent waarbij de lerende altijd de ontvangende partij is.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelden in het jaar 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te leren waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaldocent optreedt als counselor die de zinnen van de lerende omschrijft. De lerenden beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als de lerenden de te leren taal (Nederlands) nog niet genoeg machtig zijn. De trainer (Nederlands) legt uit en vertaalt, waarna de lerenden de uitingen van de trainer zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Nederlands worden opgenomen om te kunnen herbeluisteren.
Community Language Learning bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en de methode ziet de interactie tussen de studenten onderling als middel om de Nederlandse taal te leren. Er wordt geen leerboek Nederlands gevolgd; de studenten bepalen zelf de lesstof aan de hand van zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het succes van de methode is sterk afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. De taaltrainer dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig onderlegd te zijn. De docent dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de lerenden zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de lerenden te kunnen vertalen. Community Language Learning kan goed werken als deze op de juiste wijze wordt gebruikt. De methode is niet geschikt voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt de studenten veel autonomie. Vaak vinden lerenden het analyseren van hun eigen gesprekken zinvol. De groep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les Nederlands, maar eveneens daarbuiten. Met Community Language Learning worden lerenden zich zo veel bewuster van hun groepsgenoten, hun sterke en zwakke punten en leren samen te werken als een team. Studenten leren veel van het bespreken van de fouten en het evalueren van de lessen Nederlands. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van de student.
Een keerzijde van CLL kan zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl sommige lerenden wel sturing nodig hebben. Er is geen lesboek en er zijn geen toetsen Nederlands. Het succes van de les is daardoor moeilijk meetbaar. Sommige studenten worden belemmerd in hun Nederlands spreken als zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een taalverwervingsmethode die door Michael Lewis in de jaren 90 van de vorige eeuw is ontwikkeld.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen bestaan. Studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Nederlands (grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Zo wordt geleerd hoe het Nederlands ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt woordenschat Nederlands een grotere plaats in dan Nederlandse grammatica. Instructies zijn op situaties en Nederlandse uitdrukkingen gericht die regelmatig voorkomen in dialoog. Voor interactie is aandacht maar eveneens voor i>exposure; voor de zogenaamde receptieve vaardigheden van de student (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er wordt veel ruimte gegeven voor het zelf ontdekken van de Nederlandse taal.
De rol van de taaldocent Nederlands is te zorgen voor genoeg input en het faciliteren van het leertraject van de student.
Populariteit
Door de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de laatste dertig jaar de lesboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht geschonken aan woordenschat die in zogenaamde chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De vergaande omwenteling in de wijze waarop taal wordt onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal te werken, leren de studenten om het Nederlands op een natuurlijke manier te gebruiken. Op deze manier ontstaat souplesse in het taalgebruik Nederlands.
Het minpunt van deze methode van de methode is dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de aangeleerde taalsituaties. Met het zelf leren herkennen van de taalpatronen heeft een aantal studenten moeite en deze studenten hebben meer aan een trainer Nederlands die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Franse leraar François Gouin in het jaar 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin is gebaseerd op een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en niet veel kennis van de grammatica vereisen. Op basis van een handeling, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd, leren studenten zinnen. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, beroep en wetenschap, leven in de natuur, vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal ontwikkeld. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. De studenten gaan vanzelf snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands) denken doordat een soort eentalige leermethode is, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.
Populariteit
François Gouin’s ideeën over taal waren bijzonder vooruitstrevend. Ondanks dat de methode een ongebruikelijke aanpak had, was de seriemethode van François Gouin gedurende een bepaalde periode een succes. Deze methode werd echter door Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van François Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheden Nederlands van de student goed en de methode creëert een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de taalles.
De methode garandeert een levendige manier van lesgeven. Dit soort onderwijs Nederlands wekt het enthousiasme van de lerenden op doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een taal leren wordt tastbaar; dit was geheel nieuw. Het maakt studenten Nederlands nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. Door de methode van François Gouin worden de communicatieve vaardigheden Nederlands van de lerenden sterk gestimuleerd.
Het nadeel van de leermethode van Gouin is dat taal die iets meer abstract of subjectief wordt, wat moeilijk in één concrete ervaring kan worden gevangen met bewegingen en expressies. Een ander minpunt is de bewerkelijkheid voor de trainer, die een scala aan reeksen voor moet bereiden. Ten derde focust de Gouin-seriemethode vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte erachter is dat het verwerven van de taal (zoals het Nederlands) geen doel op zich is, maar een middel om specifieke taken uit te voeren. Lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden, waarvoor taalkennis (Nederlands) nodig is. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat ze over woordenschat en taalregels van het Nederlands beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld boodschappen doen, e-mails schrijven, iets te drinken bestellen, bellen met een klantenservice of de krant lezen. De taak wordt in drie fasen opgesplitst: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst voorbereidt op de taak, vervolgens de taak uitvoert en tot slot op de taak terugblikt. De lerenden dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. Om leereffect te hebben, moeten de opdrachten net boven het niveau van de student Nederlands liggen.
Populariteit
Task-Based Language Teaching (TBLT) heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren negentig en zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van lerenden (voornamelijk lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Nederlands) heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun taalvaardigheid (Nederlands) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, zolang de taak goed bij de lerende aansluit. De studenten komen op een natuurlijke, alledaagse wijze in contact met het Nederlands en leren zo authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren daarnaast om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door studenten als motiverend en plezierig ervaren .
Als minpunt kan worden genoemd dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Nederlands, waardoor lerenden die niet zeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; docententrainer en taalkundige op het gebied van Engels taalonderwijs uit Nieuw-Zeeland ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT in 2000. Deze methode wordt ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’; de beweging uit 1995 van een aantal filmmakers uit Denemarken waaronder filmregisseur Lars von Trier, was de inspiratie voor Dogme Language Teaching. De deelnemers confirmeren zich voor het maken van films aan tien strenge regels (tien dogma’s). Deze dogma’s behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet door enig voorgedrukt materiaal is belast. Het beginnen van inhoudelijke conversaties die over praktische zaken gaan, is het doel van de Dogme-methode. Hierbij draait het om communicatie als de drijvende kracht van het leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve aanpak voor onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder leerboeken te gebruiken of overig lesmateriaal en zich in plaats daarvan focust op de communicatie tussen de studenten en de trainer. Het Dogme-taalonderwijs kent, net als de Dogme-beweging van de filmmakers, tien dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Thornbury dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een taal (zoals Nederlands) suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een positieve bijkomstigheid voor de taaltrainer Nederlands is dat er nauwelijks voorbereiding voor is vereist. Dat lerenden voor het eigen leerproces verantwoordelijk zijn, kan erg motiverend werken. Zo is de les Nederlands niet voorspelbaar. Dit creëert spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Vrijwel elk item kan worden besproken in een les volgens de Dogme-benadering. Dit zorgt dat lerenden alert en betrokken blijven.
Studenten kunnen zich echter wel iets minder op hun gemak voelen als ze zo weinig door de docent bij de hand genomen worden. Ook zijn niet alle taaltrainers Nederlands voldoende flexibel voor deze manier van lesgeven. Dat lerenden zich vaak op een specifiek examen Nederlands moeten voorbereiden en het niet zeker is dat de lesstof hiervoor aan bod komt tijdens de lessen, kan een ander minpunt zijn van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Greg en Angela Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-benadering is een alternatieve visie op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Nederlands). De primaire aanname van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het verwerven van de Nederlandse taal; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van Nederland). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraar of docent’. De GPA vertoont overeenkomsten met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Nederland. Begrip gaat boven productie. Nederlandse woordenschat en cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de verhaalopbouwfase. Deze duurt om en nabij 150 uur en de deelnemer begint nu het Nederlands ook te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemer en de verzorger diepere gesprekken te voeren over het leven in de Nederlandse cultuur. In fase 5 beginnen de deelnemers zich op het taalgebruik van moedertaalsprekers Nederlands te richten aan de hand van films, televisie of nieuws en literatuur. Het Nederlands dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Nederlands.
Populariteit
De methode van Thomson is nog vrij nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes van de methode. Deelnemers zijn vrij enthousiast over deze methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een goede doorkijk op het proces van taalverwerving Nederlands geboden. De zes afzonderlijke fasen van de methode bieden realistische doelen en een duidelijk tijdsschema. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van het Nederlands, maar ook van de omgeving en de lerenden verwerven eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een minpunt van deze leermethode is dat voor iedere deelnemer of iedere groepje deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die veel tijd wil investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of kortweg Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen toepassen om de intonatie (Nederlands) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. De methode is relatief eenvoudig: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt vervolgens wat hij of zij hoort. Het gaat in de eerste instantie om de klank; de Nederlandse tekst al begrijpen is niet van belang. Luisteren en daarna herhalen wordt net zo veel geoefend totdat het heel soepel gaat en de lerende simultaan Nederlands kan spreken met de opname. Na enige tijd zal de lerende een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat hij of zij heeft gezegd. Er zijn diverse lesboeken geschikt voor deze techniek, zolang de boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende teksten. De Nederlandse audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerende te liggen. De ideale lengte is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. Argüelles doet de aanbeveling om te lopen tijdens het spreken, het liefst in de buitenlucht, en niet te zitten, doordat lichamelijke beweging de opname van de nieuwe taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel versterkt. Dat de student minder snel afgeleid wordt als hij of zij beweegt, waardoor het werken aan de Nederlandse taal veel effectiever wordt, is een bijkomende reden.
De shadowing-techniek heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij de Shadowing-methode is eveneens het simultaan spreken anders.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing dat aantoont dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Het algemene begrip van het Nederlands wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek kan worden gebruikt in een groep studenten, waarbij elke deelnemer in de groep individueel actief aan de methodiek leren is. Het rendement van Shadowing is hoog.
Het nadeel van de Shadowing-methode is dat de lerenden het wellicht een beetje saai vinden om dezelfde Nederlandse tekst steeds te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus erg belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Nederlands) te leren die uitgaat van het principe dat mensen leren met behulp van beweging en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Nederlands is de basis, daarna komt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van het Nederlands versneld toe. De trainer geeft opdrachten op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerenden doen na. Aanvankelijk wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Nederlands spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende taken worden verder uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
Door het combineren van beweging en spraak, appelleert de methode van TPR® aan de beide hersenhelften. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en de geleerde Nederlandse taalkennis beklijft ook beter.
Populariteit
Met name wordt de methode van TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel bij Engels taalonderwijs op de basisschool. Maar middelbare scholieren of volwassenen werken ook met veel plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
De methode van Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de nieuwe taal. De methodiek levert vlotte succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Dit zorgt voor stressvrij leren. In principe is de methode van TPR® voor alle doelgroepen inzetbaar, ongeacht welke leeftijd en achtergrond en kan de methode eveneens worden gebruikt in klassen die wat groter zijn. Het verworven Nederlands wordt direct in het langetermijngeheugen van de studenten opgeslagen.
Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is, is de keerzijde van TPR®. Dit is de reden dat de leermethode tot op een bepaald niveau werkt en daarboven een andere leermethode (ter aanvulling) nodig is. Daarnaast is de leermethode niet erg creatief. De student leert niet zijn of haar gevoelens, ideeën en meningen in het Nederlands uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief moest zijn. Overigens betrof deze Reformbeweging niet alleen leren, maar eveneens voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. De mensen streefden, net als in de jaren 60 van de vorige eeuw, omstreeks 1900 naar natuurlijke manieren van leven en een bevrijding van keurslijven. Er ontstond in het taalonderwijs veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica vooral inductief werd geleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten door de studenten hieruit worden afgeleid. Er kwamen veel mondelinge oefeningen met veel aandacht voor de uitspraak van de taal (zoals het Nederlands). Studenten werden gestimuleerd veel Nederlands te praten. Nieuw was eveneens dat de taalles in het Nederlands werd gegeven. In de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. Het aanleren van de (Nederlandse) vocabulaire gebeurde door middel van voorbeelden en plaatjes. Abstracte vocabulaire werd aangeboden door de studenten om ideeën te laten associëren.
Populariteit
Deels door invloed van de oorlogen en crises ebde deze vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw weg, om in de jaren 60 weer in een andere vorm terug te komen.
Taleninstituten als Berlitz en Interlingua werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier is om Nederlands te leren, is het belangrijkste pluspunt van de Directe Methode. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken, waardoor lerenden vloeiendheid in het Nederlands en zelfvertrouwen ontwikkelen. De leermethode heeft echter eveneens nadelen. Voor schrijfvaardigheid (Nederlands) is bij deze methode nauwelijks aandacht en voor lezen in de doeltaal relatief minder. Voor lerenden die verder meer gevorderd zijn in het Nederlands, biedt de Directe Methode niet genoeg uitdagingen. Doordat de Directe Methode van een daadkrachtige inzet vanuit de student uitgaat, is de methode eveneens niet erg bruikbaar voor de langzaam lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om vreemde talen te leren, is die waarop een kind zijn moedertaal leert. Een taal (zoals Nederlands) leren dient veilig en gemakkelijk te zijn. Manesca wil om die reden niet werken met abstracte lijstjes of regels met Nederlandse woorden die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is op het werken met een groep lerenden en een docent Nederlands gebaseerd, die steeds één Nederlands woord tegelijk introduceert. Er hoort een bepaalde beweging bij dit woord. De lerenden herhalen vervolgens na elkaar het Nederlandse woord en deze beweging. Deze herhalingen helpen de lerenden de Nederlandse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden vormen stap voor stap zinnen en variaties op deze Nederlandse zinnen. Nederlandse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De Manesca-methode is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langer door de studenten wordt onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Het vele herhalen draagt daar ook aan bij. Dat dit wat saai wordt om dezelfde Nederlandse woorden en zinnen steeds te herhalen, kan door studenten als een minpunt worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De autonomie van de lerende en diens actieve deelname is het uitgangspunt van Gattegno’s methode.
De trainers Nederlands gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en ze aan te moedigen om fouten te verbeteren. De methode besteed veel tijd aan de uitspraak (Nederlands).
Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het belangrijk om onderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de voorraad energie van de studenten. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan wanneer mensen proberen iets uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno verklaarde dat taaldocenten niet zozeer naar het overbrengen van kennis zouden moeten streven, maar het bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
The Silent Way van Gattegno gebruikt onder andere staafjes met verschillende kleuren (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor allerlei dingen kunnen worden gebruikt. Ook maakt de methodiek gebruik van Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een specifieke klank van het Nederlands vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Voornamelijk bij het leren van de uitspraak zijn de ideeën van Gattegno van betekenis geweest, alhoewel de Stille Methode in de oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de benadering van Gattegno is dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de lerende, die immers als autonoom beschouwd wordt. De trainer Nederlands is in feite aan de studenten dienstbaar, niet andersom. Met The Silent Way wordt het leren van het Nederlands op een natuurlijke manier gestimuleerd. Het geleerde wordt vaak goed verwerkt en onthouden door taallerenden uit te dagen om nieuwe dingen te ontdekken. De studenten ‘mogen’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Een nadeel kan zijn dat sommige lerenden wat intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode voorziet. Een lerende zou gefrustreerd kunnen worden door de afwezigheid van input van de docent Nederlands. De beperking van het werken met kleuren en grafieken is dat de nieuwheid er snel af is. Hierdoor verdwijnt het effect van de methode.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De TPRS-methode is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-techniek (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het uitgangspunt van TPRS is natuurlijke taalverwerving: een vreemde taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. De student wordt blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input om dit te kunnen bereiken. De docent Nederlands vertelt een verhaal, waarin nieuwe Nederlandse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Deze verhalen zijn eenvoudig te begrijpen, hierdoor ontspannen studenten zich. Zo worden woorden en structuren van het Nederlands ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De taaltrainer wijst de student op grammaticale verschijnselen van het Nederlands, zonder dat lerenden regels uit het hoofd leren.
De lerende zal na enige tijd ‘vanzelf’ Nederlands beginnen te spreken en de Nederlandse grammaticale structuren van de nieuwe taal gaan nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groep van studenten een verhaal creëren, is een variant. Hierbij schrijft de docent Nederlands eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met hun Nederlandse vertaling, om vervolgens samen met de studenten hiervan een verhaal te maken. Tot slot wordt het verhaal door de lerenden naverteld. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Nederlands, doordat dit voor input zorgt. Schrijven in het Nederlands volgt in een latere fase.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te leren. Randvoorwaarden zijn er wel: de setting dient geschikt te zijn en de taaldocent dient goed getraind te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige wijze om Nederlands te leren en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een prettige methode en het is relatief gemakkelijk om de aandacht erbij te houden. Zelf een verhaal maken, werkt heel motiverend voor de lerenden.
Een keerzijde is dat TPRS veel voorbereiding van de docent vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-methode is vernoemd naar de zogenaamde de Steen van Rosetta, een steen die werd ontdekt in Egypte met een tekst in twee talen, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen worden konden ontcijferd. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen aanbiedt. In het jaar 1996 is de eerste versie van de methode is uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een wijze om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren achter een computer. Deze taalcursussen zijn in meer dan dertig verschillende talen beschikbaar en ze zijn te volgen vanuit al deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier imiteert waarop kinderen hun moedertaal leren. Dat houdt in ‘leren door onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hiervoor foto’s alsook stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Nederlands) om de betekenis over te brengen van nieuwe (Nederlandse) woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen dat de Nederlandse uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. De student kan zo de uitspraak vergelijken met de uitspraak van een native speaker (moedertaalspreker Nederlands). Verbetering van de uitspraak kan worden bereikt door de voorbeeldspreker minder snel te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheden Nederlands van de lerenden te oefenen. De software controleert de Nederlandse spelling en de grammatica en geeft taalfouten aan, waarbij mogelijkheid is om deze taalfouten te corrigeren.
Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Wereldwijd wordt de Rosetta Stone-methode veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken gebruik van Rosetta Stone. In ons land wordt Rosetta Stone door een aantal ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten gebruikt en ook door sommige internationale bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De methode van Rosetta Stone is heel makkelijk om te gebruiken en kan op elk moment door de lerende worden ingezet. De lerende kan zelf bepalen welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken. Veel studenten vinden het prettig om met de leermethode te werken. Bij een gebrek aan docenten kan Rosetta Stone een oplossing zijn voor onderwijsinstellingen. Het feit dat er geen taaldocent is die studenten motiveert of wat extra’s kan bieden, kan een nadeel zijn.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De taalcursussen van Pimsleur zijn Amerikaans taalkundige Dr. Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 op de markt bracht.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
De cursus bestaat uit zinnen/dialogen die door studenten vervolgens worden nagesproken en weer herhaald. Deze Nederlandse zinnetjes zijn ingesproken door moedertaalsprekers. De cursussen van Pimsleur zijn gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en wederom herhaling. De les omvat een audio-opname van een half uur die nieuwe woordenschat en structuren bevat in de te leren taal. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuren van het Nederlands niet uit maar biedt deze aan door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.
Pimsleur heeft onderzoeken gedaan naar het optimale interval waarin kennis van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.
Populariteit
Onder andere Amerikanen volgen de taalcursussen van Pimsleur en de ervaringen met Pimsleur variëren. De studenten zijn over het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Nederlands.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Doordat de insprekers van de zinnen allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke manier Nederlands praten in een normaal tempo, werkt de methode van Pimsleur heel goed als uitspraakverbeteraar.
De keerzijde van de methode is dat niets wordt uitgelegd. De student leert geen bouwstenen van het Nederlands om zelf een zin te maken, maar moet het doen met duizenden voorbeeldzinnen die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verwonderlijk, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden zoals Diana Ross, Barbra Streisand, Emma Thompson, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als diegene geen stress heeft. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De taalcursussen van Michel Thomas zijn audiolessen (Nederlands), ingesproken door twee acteurs; een vrouwelijke acteur en een mannelijke acteur. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de stemacteurs een vraag gesteld wordt, is het idee dat de lerende op pauze drukt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er zijn geen huiswerkopdrachtenen er hoeft niet uit het hoofd geleerd te worden. De les wordt in kleine stappen opgebouwd en nieuwe Nederlandse lesstof wordt afgewisseld met reeds bekende Nederlandse lesstof. De uitleg wordt in het Engels gegeven. De methode wijst bijvoorbeeld op eventuele verbanden tussen de talen. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Bij de methodiek van Michel-Thomas wordt makkelijke lesstof eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de studenten Nederlands de makkelijke lesstof hebben begrepen en verworven. Behalve Nederlandse woorden en zinnetjes in de doeltaal worden ook bouwstenen aangeleerd waarmee de studenten zelf zinnetjes kunnen construeren. Ook gebruikt de leermethode van flashcards waarmee lerenden zelf hun vocabulaire Nederlands kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te kunnen meten.
Populariteit
Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Nederlands. De lerenden die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de methode van Michel Thomas minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De cursus traint luistervaardigheid en uitspraak Nederlands uitspraak Nederlands op efficiënte wijze en is zeer toegankelijk. Dat deze cursussen Nederlands niet in schrijfvaardigheid voorzien, kan als een keerzijde worden gezien. Een echte interactie is er ook niet doordat de leermethode van Michel Thomas een audiocursus betreft.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door polyglot en schrijver Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert taalcursussen. Hun eerste boek was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘opgaan in de groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen uitgangspunt voor een taalcursus (zoals Nederlands) is. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek Nederlands, audio-CD’s alsook een USB-stick. De lerende besteedt ongeveer twintig minuten per dag aan de cursus.
De lessen bestaan uit verschillende Nederlandse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. Ernaast staat de Nederlandse vertaling, samen met toelichting van de grammatica. Om de uitspraak Nederlands te oefenen, maakt de methode gebruik van zinnen die door moedertaal (native) speakers zijn ingesproken en die de cursisten daarna dienen te herhalen. De opbouw van de les is van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruikers; dit komt pas na ruwweg vijftig lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij gewaardeerd. Ze zijn betaalbaar en er is een ruim aanbod aan verschillende talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Het pluspunt van de Assimil-methode is dat de cursist Nederlands op zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste past. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle taalcursussen met een computer, dat de student is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen docent Nederlands om de student te begeleiden of te motiveren.
Er is ook een ruim aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Babbel, Duolingo, Quizlet en Mondly.
Er is echter een betere methode: De Methode van Dagnall.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement behaalt Dagnall Talen door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar vooral doordat de focus van Dagnall altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon auditief, visueel of kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil hij of zij eigenlijk leren?
Wat is zijn of haar voorgeschiedenis op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? Ons taleninstituut geeft taalcursussen bij voorkeur face-to-face. We werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de Dagnall app geladen worden met jargon van specifieke organisaties en bedrijven.
Tot slot beschikken de trainers over veel eigen lesmateriaal en ze spelen continu in op actuele ontwikkelingen en thema’s die interessant zijn voor de cursist. Onze trainers zijn erg bedreven in het vlot en plezierig aanleren van een taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden vlug in de praktijk gebruikt kunnen worden.
Visueel, auditief of kinesthetisch? Door met de natuurlijke wijze van leren rekening te houden en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Talen het hoogste rendement bij haar taaltrainingen Nederlands. Een bijkomend voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode ervaren wordt door zowel onze cursisten als onze taaltrainers. Onze door de jaren heen ontwikkelde en verfijnde werkwijze is niet alleen het handelsmerk van Dagnall Talen geworden, maar ze geeft ook de meerwaarde aan onze maatwerktrainingen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)cursus die online gevolgd kan worden, dus op afstand. Er wordt ook wel gesproken van een virtual classroom, vertaald een ‘digitaal leslokaal’. Het zogenaamde blended learning is een trainingsvorm waarbij face-to-face-sessies (klassikaal) gecombineerd worden met online leren in een online leeromgeving. Simpel gesteld: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Hilversum.
Online Nederlands leren (e-learning Nederlands)
Voorbeelden van digitale platformen die kunnen worden gebruikt om online te communiceren en te leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Nederlands in Hilversum
Blended learning heeft als voordeel ten opzichte van online leren dat, als het niet om 1-op-1 les gaat, de deelnemers bij blended learning met afwisseling wel zogeheten ‘classroominteractie’ ervaren; dat houdt in persoonlijke interactie; motivatie van en gesprekken met andere deelnemers.
100% maatwerk – ook online! Vanzelfsprekend biedt Dagnall Taleninstituut ook blended learning in Hilversum op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall biedt een eigen digitale leeromgeving met een interactief leerplatform, genaamd Dagnall.online. Het platform Dagnall.online biedt interactieve en gevarieerde content en het vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Naast het online leerplatform beschikt Dagnall Talen eveneens over een eigen App voor Android alsook Apple. Het grote voordeel van de Dagnall App is dat een lerende overal en altijd, dus 24/7, toegang heeft op elk (mobiel) apparaat. Zowel op het werk maar eveneens thuis of onderweg, bijvoorbeeld eveneens op reis in het buitenland. Deelnemers kunnen dus Nederlands leren wanneer en waar het uitkomt. De inhoud van de oefeningen in de App worden afgestemd op de behoefte van uw organisatie of bedrijf zoals het taalniveau, de leerdoelen en de branche. Wij kunnen bijvoorbeeld speciek jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen en productnamen in de App integreren. De Dagnall App kan dus zeer praktijkgericht worden ingezet en de App blijft ook na afloop van de training Nederlands in Hilversum beschikbaar. Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Nederlands
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen en/of vergaderingen met Nederlandse zakenpartners of klanten uit Nederland zijn op het gebied van taal vaak een uitdaging. Medewerkers die meerdere talen spreken, zijn in veel bedrijven daarom onmisbaar.
Online en blended taaltrainingen Nederlands op maat
Dagnall Talen leert u door middel van professionele online & blended taalcursussen Nederlands communiceren. Wanneer u internationaal succesvol wilt zijn, leer uw Nederlandstalige gesprekspartners dan te begrijpen en zorg ervoor dat u zelf ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheden Nederlands verbeteren voor een toekomstige of huidige functie? De taaltrainingen van Dagnall Talen bieden beroepsgerichte training. Al onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en zijn eveneens beschikbaar als onlinecursussen & blended taalcursussen. Een onlinecursus of blended taalcursus Nederlands is even doeltreffend en van hoge kwaliteit als een fysieke cursus en daarnaast nog eens comfortabel.
Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kan overal gevolgd worden; thuis, op kantoor, op (zaken)reis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Nederlands online
Zakelijke en technische taalcursussen online geeft Dagnall via onlineplatforms zoals Zoom, Microsoft Teams, Skype of een ander onlineplatform naar uw keuze. Zoom wordt in het algemeen beschouwd als het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel interactie als variatie.
Virtuele Classroom voor een individuele taaltraining of groepstraining Nederlands
Alleen het onderstaande is nodig voor een (taal)cursus in een virtuele classroom: - Een laptop, tablet of pc met camera en microfoon - Internetverbinding - Rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
De online en blended taalcursussen van Dagnall Talen worden gekenmerkt door:
Vakbekwaamheid van de taaldocenten Nederlands
Onze online alsook de blended taalcursussen worden door toegewijde en gekwalificeerde moedertaal (native) trainers verzorgd
Onze taaldocenten hebben jarenlange ervaring in het geven van taalcursussen aan het bedrijfsleven en (semi-)overheidsorganisaties
Onze taaldocenten zijn universitair dan wel HBO geschoold en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuur – snelle leervordering
Onze blended en online taalcursussen zijn betaalbare maatwerktrainingen die specifiek op de behoeften en wensen van de lerenden afgestemd worden
De inhoud van de cursus wordt aan het leerplan aangepast om structuur te geven aan het leerproces
Een duidelijke structuur helpt uw taaldoelen Nederlands vlot en zelfverzekerd te behalen
De Dagnall online (of blended) taalcursussen bestaan uit livesessies en schriftelijke opdrachten. In de livesessies past u de woordenschat Nederlands en de structuren die u in de voorbereiding en de les zelf hebt geleerd, actief toe
Door de combinatie van videosessies en zelfstudie komen de bereikte resultaten van de blended- en onlinecursussen overeen met die van onze face-to-face cursussen
De lesreeksen kunnen eventueel worden opgenomen, zodat de cursisten thuis alles meerdere malen kunnen herhalen en geen dingen hoeft te missen
Onze taaltrainers geven naast de taalcursus ook tips voor verdere digitale zelfstudiemogelijkheden
Vakbekwaamheid en een bepaalde structuur leiden tot een goede wisselwerking tussen de cursist en de trainer en zijn van groot belang voor het slagen van de taaltraining Nederlands.
Profiteer nu ook van blended- of onlinecursussen Nederlands gegeven door ons gerenommeerde taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw cursus Nederlands in Hilversum ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Nederlands wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Nederlands bevat.
Na afloop van uw cursus Nederlands in Hilversum ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Nederlands alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Nederlands. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde cursus Nederlands in Hilversum
De taalniveaus van het Europees Referentiekader (ERK) gebruiken wij als leidraad. Deze helpen u om inzicht te krijgen in uw vorderingen in het Nederlands. Het niveau van het ERK is een internationaal erkend taalniveau.
De cursist ontvangt het ‘Certificaat van Dagnall Talen’ aan het einde van een cursus Nederlands in Hilversum.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese norm om de verschillende niveaus van taalvaardigheid te kunnen definiëren. Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld. Het ERK bestempelt vijf categorieën van taalvaardigheid, namelijk: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren. De Engelstalige term en afkorting wordt ook vaak toegepast: CEFR; Common European Framework of References. Het Europees Referentiekader (ERK) noemt ook 6 niveaubeschrijvingen, van beginner tot vrijwel moedertaalspreker. Deze zes niveaus in taalvaardigheid worden van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 op een rij gezet.
Niveau A houdt in dat de taalgebruiker de basisvaardigheden beheerst. Wie niveau B machtig is, wordt als een ‘zelfstandige taalgebruiker’ gezien. De kennis van het Nederlands is zodanig dat hij of zij zonder hulp in de Nederlandse taal kan functioneren. Niveau C geldt voor gevorderden die met groot gemak Nederlands kunnen verstaan, lezen, spreken en schrijven. De vaardigheden die bij taalniveau C horen, gaan richting moedertaalsprekers Nederlands. Deze mensen gebruiken de Nederlandse taal probleemloos in verschillende situaties.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Nederlands)
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Talen is gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm bevat eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die van belang zijn om de klanttevredenheid te verhogen. Voldoen aan zowel de door opdrachtgevers gestelde eisen alsook aan wetgeving en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de pijlers van de ISO 9001:2015 norm.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall Taleninstituut is eveneens gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 17100:2015 norm. De ISO 17100:2015 is de norm speciaal voor vertaaldiensten en bevat onder andere eisen voor mensen, middelen, projectmanagement, vertalers en revisoren.
Onze ISO 17100:2015 certificering bewijst dat wij uitsluitend met professionele moedertaalvertalers (natives) werken met de benodigde kennis en ervaring. Daarnaast worden onze vertalingen altijd minimaal twee keer door twee specialisten proefgelezen. De vertalingen worden aangeleverd binnen de deadline en volgens afspraak.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstituut in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties. Dagnall wordt jaarlijks door Kiwa getoetst om te beoordelen of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Ons instituut is uiteraard al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk. Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie voor betrouwbaarheid en kwaliteit staat. De afkorting NRTO staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstellingen en heeft ruim 450 leden. De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
Voor de NRTO staat kwaliteit voorop. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de dienstverlening die door de leden van de NRTO wordt geleverd, bijvoorbeeld een cursus Nederlands in Hilversum, wordt geborgd door een gedragscode, door diverse convenanten alsook door het NRTO-keurmerk.
De gedragscode van de NRTO is gebaseerd op vijf beginselen, namelijk zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO behartigt de belangen van Nederlandse private opleidingsinstituten. De NRTO fungeert als gesprekspartner van ministeries, leden van de Tweede Kamer, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, sociale partners, maatschappelijke organisaties zoals de SER en de Stichting van de Arbeid en de media.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt eveneens samen met diverse andere organisaties, bijvoorbeeld de Alliantie Samen Werken voor Werk. De leden van de NRTO zijn allemaal ondernemers.Leden van het NRTO werken klant- en resultaatgericht en zijn in staat om zich snel aan veranderende omstandigheden aan te passen en altijd maatwerk te leveren.Het aanbod aan bijvoorbeeld cursussen Nederlands in Hilversum sluit bij de behoeften van de arbeidsmarkt aan.Continue innovatie is hiervoor onontbeerlijk.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is in diverse besturen, commissies en adviesraden vertegenwoordigd, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), het CRKBO, stichting EDU-DEX en Blik op Werk.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engels: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen in de EU. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van EU-burgers. De verordening schrijft voor dat personen op de hoogte moeten zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals hun naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die voor het beoogde doeleinde nodig zijn, mogen worden bewaard en verwerkt.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer dan noodzakelijk bewaard worden en de persoonsgegevens moeten tegen toegang door onbevoegden, vernietiging alsook verlies te worden beschermd. Taleninstituut Dagnall voldoet natuurlijk aan alle vereisten die door de Algemene verordening gegevensbescherming worden gesteld en Taleninstituut Dagnall verwerkt persoonsgegevens in zeer beperkte mate in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Nederlands in Hilversum zijn vrijgesteld van btw
Dagnall Taleninstituut staat ingeschreven in het CRKBO-register. CRKBO staat voor het Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dat betekent dat ons taleninstituut aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet. Inschrijving in het juiste CRKBO-register is een voorwaarde voor de Belastingdienst om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrij te kunnen aanbieden. Door deze btw-vrijstelling kan ons insitituut een lagere prijs in rekening brengen. Dit helpt in de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen aan bijvoorbeeld zorginstellingen, maatschappen, overheidsinstellingen en privépersonen.
CPION
Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Talen onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register is een register dat wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland. Het Lloyd’s Register is opgericht in het jaar 1760 en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut en heeft onder andere als doel het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen voor een cursus Nederlands in Hilversum
Wilt u contact met ons opnemen voor een cursus Nederlands in Hilversum? Vraag vrijblijvend naar de opties bij Dagnall. Stuurt u ons een e-mail via cursus-nederlands-hilversum@dagnall.nl of vult u het contactformulier op onze website in, dan contacteren wij u zo spoedig mogelijk om de mogelijkheden te bespreken.
Wij informeren u dan zo snel mogelijk over de opties. Telefonisch contact opnemen met Dagnall Taleninstituut voor een cursus Duits in Leeuwarden kan uiteraard ook via 085-2737302 (geen belmenu). Natuurlijk kunt u ook ons gratis informatiepakket bestellen.
De juiste weg naar een cursus Nederlands in Hilversum!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
De officiële landcode van Nederland in letters is NLD. De hoofdstad van Nederland; Amsterdam (in vrijwel alle talen eveneens ‘Amsterdam’ geheten), ligt in het noordwesten van Nederland.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Nederland is +31. De officiële internetextensie van Nederland is .nl.
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Nederland ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Nederland.
Nederland grenst aan België en Duitsland.
Kunt u alle Nederlandse provincies aanwijzen?
Weet u in welke provincies uw Nederlandstalige zakenrelaties zijn gevestigd?
Met deze oefening leert u de 12 Nederlandse provincies in no time kennen.
Controleer uw kennis door met de muis op de kaart van Nederland te gaan staan.
Als u de cursor op de landkaart van Nederland laat rusten, ziet u de regionale indeling van Nederland.
Nu worden de provincies één voor één afgebeeld.
Eerst ziet u de provincies van Nederland, vervolgens kunt de naam van de uitgelichte provincie zien.
Binnen een minuut hebt u een aardig idee van de bestuurlijke indeling van Nederland.
Nederland in Europa
Provincies van Nederland
Soepele zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen
Zakendoen met Nederland
Wilt u soepel communiceren met Nederlandstaligen?
De informatie die u hieronder ziet over de Nederlandse cultuur, Nederland en de Nederlanders, zal u hierbij zeker helpen.
Beroemde Nederlanders, bekende Nederlandse exportproducten en typische gewoonten en gebruiken heeft Dagnall Taleninstituut op een rijtje gezet.
Velerlei markante dingen over de Nederlandse taal en/of Nederland.
Een aantal kenmerkende feiten over het land weten, kan uitstekend helpen bij een eerste contact of een opening bieden voor een gesprek.
Deze wetenswaardigheden over mens, cultuur en land kunt u eveneens goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen gedurende een zakelijk gesprek in het Nederlands.
In elk geval kunt u zo niet alleen de geleerde taalkennis in de praktijk brengen tijdens internationaal zakendoen met Nederlandstaligen maar eveneens de verkregen kennis van het land inzetten.
Zo is het mogelijk iets te weten komen over de Nederlandse eetcultuur en Nederlandse gerechten.
Eten verbindt mensen.
De taalbeheersing alsook uw kennis over Nederland, de Nederlanders en de Nederlandse cultuur zal zeker worden gerespecteerd!
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Hoewel je in Nederland goed kunt eten, is de origineel Nederlandse keuken is niet bijzonder exquise. Aardappelen, groente en vlees of vis zijn traditionele ingrediënten van het Nederlandse menu. Nederlanders eten ook veel brood. Nederlands ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en diverse zoetigheden. Niet alleen jam, maar ook appelstroop, pindakaas of hagelslag: de chocoladekorrels die in andere landen als taartgarnering wordt gezien. In het weekend worden ook vaak eieren bij het ontbijt gegeten. Er wordt koffie, thee of melk bij gedronken. De lunch is redelijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms met een beetje tomaat of komkommer of een snack erbij. Rond 18.00 uur of 19.00 uur eten Nederlanders warm. De traditionele avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht en daarna gekookte of gebakken aardappelen met één of twee soorten groente en vlees of vis. Nederlanders eten als nagerecht vla, yoghurt, fruit of pudding. ’s Avonds rond 20.00 uur drinken Nederlanders nog een kopje koffie met een koekje. Een typisch gerecht in de winter is erwtensoep (snert’). Erwtensoep is een dikke soep van spliterwten, knolselderij, stukken vlees en rookworst. Samen met roggebrood en spek is dit een volledige maaltijd. Een typisch Nederlands fenomeen is eten uit de muur’: je gooit een euro in de automaat en trekt een snack uit een glazen luikje. Deze snack wordt dan buiten op straat geconsumeerd. Populaire snacks zijn kroketten en frikandellen. Deze worden allebei van slachtafval gemaakt. Hoewel er in Nederland ook hier en daar wijn wordt geproduceerd, is Nederland een land van bier. Er zijn veel Nederlandse bierbrouwerijen en veel merken, onder andere Heineken, Grolsch en Hertog Jan. Een typisch Nederlands destillaat is jenever. Het wordt gestookt van graan. Zowel zakelijk als privé is het gebruikelijk om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt. Bij de koffie wordt dan vaak een koekje aangeboden.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
Oogarts en hoogleraar oogheelkunde Herman Snellen (1834-1908) was de bedenker van de naar hem vernoemde Snellenkaart, met letters als ogentest.
Victor HayesM (1941) is een Nederlands ingenieur en staat bekend als de 'vader van Wi-Fi'.
Het bedrijf Philips was in 1963 de uitvinder van het cassettebandje, en in 1982 co-uitvinder van de Compact Disc (CD), de DVD (1995) en de opvolger van de DVD, de Blu-ray schijf.
Elektrotechnicus Jaap Haartsen (1963) vond in 1994 de Bluetooth-technologie uit.
Coenraad Johannes van Houten (1801-1887) vond het bewerken van cacao uit met alkalische zouten om de bittere smaak te verwijderen en de cacaobestanddelen beter wateroplosbaar te maken.
Maurice Gatsonides (1911-1998) was een succesvol Nederlands autocoureur en uitvinder. Hij ontwierp een meter waarmee de snelheid van een rijdende auto kan worden bepaald, de gatsometer. Ook bedacht hij de eerste automatische snelheidsmeter, later bekend als de flitspaal.
De röntgenstraling is ontdekt door de Duits/Nederlandse natuurkundige Wilhelm Conrad Röntgen (1845–1923). In 1901 ontving hij de eerste Nobelprijs voor Natuurkunde.
De ontdekking van de microscoop wordt toegeschreven aan Antoni van Leeuwenhoek (1632-1723).
Dankzij de VOC, kon men vanaf 1602 in Amsterdam terecht voor handel in aandelen en aandelenderivaten, waarmee de aandelenmarkt een feit was. Overigens was de VOC de eerste multinational ter wereld.
De eerste onderzeeboot werd ontworpen rond 1624 door de Nederlandse uitvinder Cornelius Drebbel.
In 1924 kreeg Willem Einthoven de Nobelprijs voor de Fysiologie of Geneeskunde vanwege de uitvinding van het Elektrocardiogram (ECG).
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
ZAKENDOEN MET DUITSLAND
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Hoewel je in Nederland goed kunt eten, is de origineel Nederlandse keuken is niet bijzonder exquise. Aardappelen, groente en vlees of vis zijn traditionele ingrediënten van het Nederlandse menu. Nederlanders eten ook veel brood. Nederlands ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en diverse zoetigheden. Niet alleen jam, maar ook appelstroop, pindakaas of hagelslag: de chocoladekorrels die in andere landen als taartgarnering wordt gezien. In het weekend worden ook vaak eieren bij het ontbijt gegeten. Er wordt koffie, thee of melk bij gedronken. De lunch is redelijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms met een beetje tomaat of komkommer of een snack erbij. Rond 18.00 uur of 19.00 uur eten Nederlanders warm. De traditionele avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht en daarna gekookte of gebakken aardappelen met één of twee soorten groente en vlees of vis. Nederlanders eten als nagerecht vla, yoghurt, fruit of pudding. ’s Avonds rond 20.00 uur drinken Nederlanders nog een kopje koffie met een koekje. Een typisch gerecht in de winter is erwtensoep (snert’). Erwtensoep is een dikke soep van spliterwten, knolselderij, stukken vlees en rookworst. Samen met roggebrood en spek is dit een volledige maaltijd. Een typisch Nederlands fenomeen is eten uit de muur’: je gooit een euro in de automaat en trekt een snack uit een glazen luikje. Deze snack wordt dan buiten op straat geconsumeerd. Populaire snacks zijn kroketten en frikandellen. Deze worden allebei van slachtafval gemaakt. Hoewel er in Nederland ook hier en daar wijn wordt geproduceerd, is Nederland een land van bier. Er zijn veel Nederlandse bierbrouwerijen en veel merken, onder andere Heineken, Grolsch en Hertog Jan. Een typisch Nederlands destillaat is jenever. Het wordt gestookt van graan. Zowel zakelijk als privé is het gebruikelijk om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt. Bij de koffie wordt dan vaak een koekje aangeboden.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
Nederland heeft meer dan 17 miljoen inwoners. Nederland is een constitutionele monarchie op basis van een parlementair stelsel. Het staatshoofd is de koning; de minister-president is de regeringsleider. Nederland ligt in het noordwesten van Europa en grenst aan Duitsland, België en de Noordzee. Nederland beslaat een oppervlakte van 41.543 vierkante kilometer. Nederland is de 17de grootste economie ter wereld.
Amsterdam is de hoofdstad van Nederland en de stad heeft ruim 800.000 inwoners. Andere grote en belangrijke steden zijn Rotterdam, Den Haag, Eindhoven en Utrecht. Nederland is bestuurlijk onderverdeeld in twaalf provincies, te weten: Drenthe, Flevoland, Friesland (Fryslân), Gelderland, Groningen, Limburg, Noord-Brabant, Noord-Holland, Overijssel, Utrecht, Zeeland en Zuid-Holland.
Vlag van Nederland
Wapen van Nederland
Oorsprong naam Nederland
De naam ‘Nederland’ stamt af van het woord neder, wat op een geografisch lager liggend gebied duidt; “De Lage Landen”.
Kenmerkend voor Nederland
Van oudsher bekend om tulpen, klompen, kaas, stroopwafels, fietsen en molens. De Amsterdamse grachten staan op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Nederland is wereldberoemd om de strijd tegen het water.
Dit is nodig door de ligging (voor een groot deel) onder de zeespiegel. In de provincie Zeeland is dit goed te zien aan de Deltawerken. Nederland heeft ook grote stukken land ingepolderd en zelfs een extra provincie gecreëerd (Flevoland). Hollandse Meesters zijn schilders voor wie veel mensen naar Nederland komen. Denk aan Rembrandt, Van Gogh, Vermeer, Mondriaan en Rietveld.
Symbool van Nederland Het symbool van Nederland als waterland is de zeventiende-eeuwse Amsterdamse grachtengordel, vermeld op de UNESCO Werelderfgoedlijst, evenals de tulp.
Minder bekend over Nederland
Minder mensen weten dat KLM de oudste nationale luchtvaartmaatschappij ter wereld is, Beurs van Hendrick de Keyser aan het Rokin te Amsterdam, de voorloper van de huidige effectenbeurs van Amsterdam de oudste handelsbeurs ter wereld was en het Wilhelmus het oudste volkslied dat nog in gebruik is. Ook apart is dat oranje wortelen heel zeldzaam waren totdat Nederlandse boeren ze in de zestiende eeuw massaal gingen kweken als steunbetuiging voor het koninklijk huis bij een opstand tegen Spanje.
De Kamer van Koophandel van Nederland, afkorting: KVK) bevindt zich in Utrecht. De website van de Kamer van Koophandel van Nederland is www.kvk.nl. Het adres van de Nederlandse Kamer van Koophandel is: KVK, Sint Jacobsstraat 300, 3511 BT Utrecht. Het telefoonnummer is 088 585 1585.
Toeristenorganisatie van Nederland
De toeristenorganisatie van Nederland is de Netherlands Board of Tourism & Conventions (NBTC), is gevestigd in Den Haag, en de slogan luidt: “Your Official Guide for Visiting Holland”. De website van de Nederlandse toeristenorganisatie is www.holland.com. Het adres van de Nederlandse Toeristenorganisatie is Prinses Catharina-Amaliastraat 5, 2496 XD Den Haag. Het telefoonnummer is 070 370 5705.
KVK Sint Jacobsstraat 300 3511 BT Utrecht NETHERLANDS http://www.kvk.nl/
NETHERLANDS BOARD OF TOURISM & CONVENTIONS Prinses Catharina-Amaliastraat 5 2496 XD Den Haag NETHERLANDS https://www.holland.com
Als blijk van hartelijkheid, geven Nederlanders elkaar drie zoenen op de wangen bij een begroeting. Mannen kussen elkaar bij uitzondering. Over het algemeen geven ze elkaar een stevige handdruk. Nederland is een klein en plat land: een ideaal land om te fietsen. In Nederland is de fiets een heel populair vervoermiddel. In steden zie je moeders of vaders met bakfietsen of een fiets met een karretje eraan, waarin de kinderen naar het dagverblijf worden gereden.
Helmen worden vaker niet dan wel gedragen. Nederlandse woningen zijn vaak van een type ‘doorzonwoning’. Dit zijn huizen met grote vensters aan de voorkant en de achterkant, zodat de zon de kamer in kan schijnen. De gordijnen houdt de Nederlander het liefst open, om te zien wat buiten gebeurt. Iedere passant kan ook precies zien wat zich binnen in huis afspeelt. Nederlanders vieren verjaardagen, ook op volwassen leeftijd.
De Mensen zitten in een kring en de gastvrouw of gastheer serveert koffie met taart. Op het werk trakteert de persoon die jarig is op gebak. Cadeautjes worden meteen uitgepakt. Op Koningsdag (de dag dat de koning jarig is) is iedereen vrij en gaat naar buiten in oranje kleding en vaak met een oranje pruik. In dorpen en steden worden spellen op straat gedaan en de verkopen mensen hun oude spullen op een kleed. De rest van het jaar is het devies: ‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’, wat betekent dat je niet te veel moet opvallen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Het beheersen van de Nederlandse taal betekent kennen maar daarnaast ook kunnen (het toepassen van de opgedane kennis). Door het accent te leggen op kunnen, is de cursist in staat na afronding van de cursus Nederlands in Hilversum de opgedane kennis beter in de praktijk toe te passen.
Voor u het weet, heeft het Nederlands geen geheimen meer voor u. U zult zich zekerder voelen. Dagnall brengt taalkennis Nederlands tot leven!
Nederlands is onderdeel van de West-Germaanse taalfamilie. Tussen 300 en 800 n.Chr. ontstond uit het West-Germaans het Nederfrankisch, wat de basis werd van wat nu de Nederlandse taal is. Het moderne Nederlands is ontstaan uit het Nieuwnederlands (na 1500 n.Chr.), dat weer voortkwam uit het Diets of Middelnederlands. Deze taal werd gesproken in de periode 1170-1500 n.Chr. Nederlands wordt gesproken door ongeveer 25 miljoen mensen in Nederland,
België, Suriname, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten en Caribisch Nederland en in een stukje van Noordwest-Frankrijk. Nederlands wordt ook nog gesproken door een klein groepje oudere mensen in Indonesië. Daarnaast wordt nog Nederlands gesproken onder Nederlandse immigranten in de Verenigde Staten, Canada en Australië. Nederlands is de officiële taal van Nederland en Suriname. Nederlands is daarnaast één van de officiële talen van België, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten.
Voor sommige anderstaligen is de uitspraak van het Nederlands moeilijk. Een uitdaging zijn de vele tweeklanken: ‘eu’, ‘ei’, ‘ie’, ‘ij’, ‘au’, ‘ou’, ‘oe’, ‘ui’ en ‘uu’. Met name de ‘ui’-klank kan vrij zijn; het is een klank die maar in weinig talen voorkomt.
De uitspraak van het Nederlands
Daarnaast heeft het Nederlands ook nog drieklanken, waarbij de klank glijdend overgaat van de begin- naar de eindklank. Denk aan: eeuw, ieuw, ei, aai en oi.
De spelling van de klanken wijkt in het Nederlands bij sommige letters af van wat in andere talen gebruikelijk is. Zo wordt de letter ‘u’ nagenoeg overal ter wereld uitgesproken als ‘oe’.
Nederlandse g en ch
Van de medeklinkers zijn de ch en de g afwijkend ten opzichte van de meeste andere talen. De g en de ch klinken in het Nederlands vrijwel hetzelfde; als een schrapende keelklank. Verder zijn de medeklinkercombinaties kenmerkend. Voor menig anderstalige zijn de ‘sch’ en de ‘ng’ van ‘Scheveningen’ een struikelblok en wat te denken van de medeklinkercombinaties in ‘herfst’, ‘fietstas’? of ‘strand’? Beginclusters en eindclusters komen in het Nederlands veel voor. Het helpt om deze clusters te oefenen en te herkennen. Voor het gemak kan een klein ‘e’-tje tussen de medeklinkers worden gevoegd: herr/e/fst (herfst) en st/e/rand (strand).
Uitspraak eindletters
De uitspraak van eindletters wordt in het Nederlands vaak niet uitgesproken, vooral de letter n. Zo klinkt lopen als ‘lopeh’ en is de r in het woord ‘zomer’ slechts zwak hoorbaar.
Stemhebbende klanken zonder klank
Tot slot verliezen stemhebbende klanken vaak hun klank aan het begin of eind van een woord: De ‘eind-d’ van een woord wordt stemloos en klinkt als ‘t’. Er is geen verschil hoorbaar tussen wind en wint. De v aan het begin van een woord wordt stemloos en klinkt als een ‘f’: vijftig klinkt als ‘fijftich’. De z aan het begin van een woord wordt niet altijd, maar wel vaak stemloos: zestig wordt dan ‘sestich’.
UITSPRAAK
Nederlands alfabet fonetisch/IPA
A
ah
/aː/
B
bay
/beː/
C
say
/seː/
D
day
/deː/
E
ay
/eː/
F
ef
/ɛf/
G
khay
/geː/
H
hah
/ɦaː/
I
ee
/i/
J
yaya
/jeː/
K
kah
/kaː/
L
el
/ɛɫ/
M
em
/ɛm/
N
en
/ɛn/
O
oa
/oː/
P
pay
/peː/
Q
kuw
/ky/
R
her
/ɛɾ/
S
es
/ɛs/
T
tay
/teː/
U
uw
/y/
V
fay
/veː/
W
way
/ʋeː/
X
ix
/ɪks/
Y
ehy
/ɛɪ/
Z
zet
/zɛt/
SPELLING
WOORD
A
Anton, Anna
B
Bernard
C
Cornelis
D
Dirk
E
Eduard
F
Ferdinand
G
Gerard
H
Hendrik
I
Isaäk
J
Jan
K
Karel
L
Lodewijk
M
Maria
N
Nico
O
Otto
P
Pieter
Q
Quotiënt
R
Rudolf
S
Simon
T
Teunis
U
Utrecht
V
Victor
W
Willem
X
Xantippe
Y
Ypsilon
Z
Zaandam
Speciale tekens
@
apestaartje
#
hekje
NAAMVALLEN
Naamwoorden, zoals huis, mens of ijdelheid konden in het Nederlands in vroeger tijden ook naamvallen hebben die de grammaticale functie in de zin aangaven. Er waren oorspronkelijk vier naamvallen: de nominatief voor het onderwerp, de genitief die een bezitsvorm aanduidde, de datief die aangaf dat er sprake was van een meewerkend voorwerp (met aan of voor) en de accusatief, die aangaf dat het om een lijdend voorwerp ging. Restanten van deze naamvallen zijn nog te vinden in woorden als ’s ochtends (des ochtends; “in de ochtend”), ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”) en ’s-Gravenhage (des graven haghe; het omhaagde terrein van de graaf”). Hetzelfde geldt voor achternamen: Jan van den Berg. Ook vormen als de heer des huizes laten een tweede naamval; een genitief, zien.
De naamvallen bij zelfstandige naamwoorden zijn in het hedendaagse Nederlands verdwenen. Ze kwamen in de negentiende en begin twintigste eeuw nog wel voor in de schrijftaal, maar in 1947 werd er een spellingswet ingevoerd waarin deze naamvallen niet langer voorkwamen. Wel gebruiken we nog naamvallen bij persoonlijke voornaamwoorden. Ik is onderwerp, mijn bezit, mij (‘aan mij’) is een meewerkend voorwerp en mij lijdend voorwerp. Ook zijn er nog bepaalde voorzetselcombinaties waarin de naamval is terug te vinden. Denk aan te allen tijde, op den duur of dezer dagen. Enig bewustzijn van zo’n fenomeen als oude naamvallen is handig. Het helpt om naamvallen in andere talen gemakkelijker te begrijpen.
Bijzonder aan het Nederlands is de uitspraak, met de harde g en de afwijkende ui en eu-klanken. Nederlanders hebben de gewoonte om veel dingen te verkleinen: kopje, lepeltje, schoteltje, waarschijnlijk omdat dit gezellig klinkt.
Het Nederlands bevat nog sporen van naamvallen in woorden als ’s ochtends (des ochtends) en ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”).
De Nederlandse taal leren en de Nederlandse cultuur begrijpen
Het Nederlandse alfabet bestaat uit 26 letters, evenveel als bijvoorbeeld in het Engels en Frans.
Afwijkende leestekens in het Nederlands
In het Nederlands worden in Kamerstukken zogenaamde guillemets gebruikt om een citaat aan te geven. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes ». Ze worden ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd en worden gebruikt om een citaat te openen en te sluiten.
De naam ‘guillemet’ ontleent zijn naam aan Guillaume Le Bé (1525-1598). Guillaume Le Bé was lettermaker en de bedenker van het teken. Een Nederlands synoniem voor guillemet is ‘ganzenvoetje’.
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1
Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode
2
Lees Nederlandse kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. NRC Handelsblad is een bekende (online) krant in het Nederlands en Nu.nl een bekend online nieuwsportal
3
Luister naar Nederlandse radio. NPO 3 FM is de bekendste Nederlandse publieke radiozender en Radio 538 de bekendste Nederlandse commerciële radiozender
4
Luister en ontdek Nederlandse muziek
5
Lees Nederlandstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren
6
Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Nederlandse taal
7
Luister naar podcasts van Nederlandstaligen
8
Kijk Nederlandse televisieprogramma’s en films. NPO is de bekendste publieke televisieomroep en RTL en Talpa TV zijn de bekendste commerciële televisieomroepen in Nederland
9
Bekijk Nederlandse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren
10
Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren
11
Voer Nederlandse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk
12
Plak memoblaadjes op in huis
13
Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten
14
Bekijk Nederlandse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren
15
Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen
16
Wees niet bang om foutjes te maken
17
Niet te veel denken, gewoon doen!
18
En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen!
Net zoals elke taal, kent het Nederlands ook stopwoorden. De Nederlandse taal kent bijvoorbeeld het vragende ‘hè’ na een zinsdeel of zin: “Lekker weertje, hè?” Veel Nederlanders gebruiken deze stopwoorden of opvulwoorden ook als ze Engels spreken. Bijvoorbeeld Floortje Dessing: “It is quite lonely here, hè?” De functie van ‘hè’ is het vragen om bevestiging: “Vind je ook niet?”
In het Nederlands hoor je vaak aan het begin van een zin: ‘Nou,…’ of ‘Nou ja,…’, ‘Nou kijk,…’. De spreker heeft een aanloopje nodig om zijn boodschap te brengen. Middenin een betoog gebeurt dit ook. Mensen hebben een korte denkpauze nodig en gebruiken een paar woorden die geen betekenis hebben. Elke Nederlander kent ze, en bijna alle Nederlanders gebruiken ze. De woorden ‘zeg maar’, ‘ik bedoel’, ‘weet je wel’ of ‘als het ware’. Let ook eens op de keren dat een spreker ‘eigenlijk’ of ‘ook’ of ‘inderdaad’ in een paar zinnen gebruikt.
Nederlandse leenwoorden in het Engels zijn: ‘baas’ (boss), ‘bluf’ (bluff), ‘koekje’ (cookie) en ‘vrolijk’ (frolic), in het Duits: ‘anchovis’ (Anschovis), ‘garnaal’ (Garnele) en ‘haai’ en in het Frans: ‘bier’ (bière), ‘haven’ en ‘kajuit’.
Nederlandse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in de Nederlandse taal uit het Engels zijn: ‘album’, ‘bingo’, ‘film’ en ‘foto’, uit het Duits: ‘delicatessen’, ‘föhn’, ‘ordner’ en ‘spieken’ en uit het Frans ‘ballon’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘etage’ en ‘horloge’.
Nederlandse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Nederlandstalige media
Nederlandse media bekijken, lezen en/of beluisteren is erg effectief om uw kennis van de Nederlandse taal uit te breiden.
Zo neemt u automatisch de klank en het ritme van het Nederlands op.
Het nieuws (proberen) te lezen in het Nederlands, kan heel leuk en leerzaam zijn. U bent vermoedelijk al op de hoogte van de actualiteit, waardoor u op vlotte wijze veel Nederlandse woordenschat kunt bijleren.
NRC Handelsblad
De meest gelezen kwaliteitskrant van Nederland is NRC Handelsblad. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NRC Handelsblad klikken om deze krant direct te lezen.
NU.nl
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Nederlandse online nieuwsportal is NU.nl. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NU.nl klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Nederland direct te kunnen lezen.
Het station NPO 3 FM is het best beluisterde publieke radiostation van Nederland. Door op het logo op het linker computerscherm hierboven te klikken, kunt u live naar deze publieke Nederlandse radiozender luisteren.
Radio 538
Radio 538 is de bekendste commerciële radiozender in Nederland. Klik op het logo op het rechter computerscherm hierboven om direct live te luisteren naar dit Nederlandstalige commerciële radiostation.
Uw favoriete serie of televisieprogramma met Nederlandse ondertiteling bekijken, kan even wennen zijn, maar al gauw zult u merken dat dit erg leuk en leerzaam is. NPO is de publieke televisieomroep in Nederland.
RTL & SBS
RTL en SBS zijn de meest populaire commerciële televisieomroepen in Nederland. Deze Nederlandse televisiestations kunt u middels kabel, satelliet, internet of een app bekijken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
U kunt de cursus Nederlands in Hilversum op uw locatie volgen of in Hilversum, bijvoorbeeld in het pand van Dierdorp Registeraccountants & Belastingadviseurs aan de Burgemeester Lambooylaan 18 in Hilversum. Ons taleninstituut kan ook taalcursussen Nederlands in Hilversum verzorgen in bijvoorbeeld Amrâth Hotel Media Park Hilversum aan de Koninginneweg 30, in Hotel Gooiland aan de Emmastraat 2, in Amrâth Hotel Lapershoek Arenapark aan de Utrechtseweg 16, in Van der Valk Hilversum-De Witte Bergen aan de Rijksweg 2 in Eemnes (Laren) en in Fletcher Hotel Loosdrecht-Amsterdam aan de Oud-Loosdrechtsedijk 253 in Loosdrecht.
U kunt vergaderen in Hilversum bij bijvoorbeeld bij Gooiland, bij Studio21, bij Studio Large, bij het Muziekcentrum van de Omroep en bij het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid.
De streek waar Hilversum nu ligt, behoort tot de oudste bewoonde gebieden van Nederland. Er zijn tekenen van bewoning gevonden uit de vroege en midden bronstijd. De plaats heette toen nog geen Hilversum, dat gebeurde pas in 1424, toen de plaats een zelfstandige status kreeg van Jan van Beieren.
De naam van de plaats Hilversum is een verbastering van Hildifridishaim. Hildifridis; het eerste deel duidt op een persoon en het woord haim (‘heim’, ‘heem’) betekent ‘plaats’. In taal van nu betekent Hilversum dus een ‘dorp van Hilvert’.
Hilversum ligt in het gebied het Gooi in de regio Gooi en Vechtstreek. Plaatsen in de buurt van Hilversum zijn Baarn, Bilthoven, Blaricum, Bussum, Eemnes, ’s-Graveland, Huizen, Laren, Loosdrecht, Maartensdijk en Naarden.
Hilversum ligt in de provincie Noord-Holland. In de gemeente Hilversum wonen bijna 90.000 mensen.
Woon je in Hilversum, dan ben je een ‘Hilversummer’. Bekende Hilversummers zijn Arjan Ederveen, Myrna Goossen, Paul Groot, Nicolette Kluijver, Linda de Mol, Jeroen Pauw, Ton Scherpenzeel, Hans Schiffers, Owen Schumacher, Ferri Somogyi, Bull Verweij en Ruud de Wild.
Iets wat uit Hilversum komt, noemt men ‘Hilversums’ of ‘Hilversummer’, zoals het smakelijke Hilversummer Dudokje. Hilversum is een plaats en een gemeente.
Hilversum - internationaal & scholing
Partnerstad
De partnerstad van Hilversum is Ségou in Mali. Onder de gemeente Hilversum vallen eveneens de buurtschappen Rading en Egelshoek.
Hoger onderwijs
Er zijn diverse hogescholen gevestigd in Hilversum, zoals Business School Noteboom,
Hogeschool ISBW, Markus Verbeek Praehep, het NCOI, Hogeschool Scheidegger. In Hilversum zijn geen universiteiten gevestigd.
Denk je aan Hilversum, dan denk je aan televisie, het Mediapark, het raadhuis van Dudok en villa’s in de stijl van de Amsterdamse school. Hilversum staat eveneens als groene stad bekend met parken, bos- en heidegebied en een arboretum/pinetum. Hilversum fungeert bovenal als mediastad; de meeste radio- en televisieomroepen hebben hun
studio’s in Hilversum gevestigd en ook het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid is er gevestigd.
Hilversum - minder bekend
Heel weinig mensen weten dat de wybertjes uit Hilversum komen. Hier was van 1918 tot 1981 de wybertjesfabriek gevestigd.
Echt dialect wordt weinig meer gesproken. Een Goois accent is wel hoorbaar. De ‘a‘ in het Hilversums dialect klinkt als een o en de ‘ee’ wordt eu of u. De ‘s’ klinkt wat slissend, als in het Amsterdams. Hullie en zullie komt ook voor in plaats van ‘zij’ en hem ze vader in plaats van ‘zijn vader’.
De ‘Gooise r’ wordt ook in Hilversum gebezigd. De Bloemenbuurt heet Blommebuurt en de ‘binnenstad’ is het dorp. Loop veur de werreld wordt gezegd in plaats van “Loop naar de maan”.
Hilversum - “Mediastad”
Hilversum - zakelijk
De gemeente Hilversum
Het netnummer van Hilversum is 035. Het postcodegebied van Hilversum is 1200 - 1223. Het adres van het gemeentehuis van Hilversum is Willem Dudokpark 1, 1217 JE in Hilversum. De website van de gemeente Hilversum is Hilversum.nl. Het telefoonnummer van de gemeente Hilversum is 14 035.
Zakendoen in Hilversum
Voor Hilversumse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Utrecht aan de St. Jacobsstraat 300, 3511 BT in Utrecht. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Hilversum is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Hilversum is KVK-kantoor Utrecht.
Verschillende internationaal opererende bedrijven zijn in Hilversum gevestigd op bedrijventerrein A1/Crailo, Havenkwartier, Kerkelanden, op bedrijventerrein Korte Noorderweg en op het Mediapark. In Hilversum bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Bang & Olufsen Nederland, Canal Digitaal, Citadel Enterprises, Connexxion, Converse Netherlands, De Alliantie, Getinge Netherlands, Hunkemöller, IFF (International Flavors & Fragrances), Keep It Clean, Kroymans (Aston Martin, Ferrari, Jaguar, Range Rover, Land Rover), La Place, MediaMonks, NCOI Groep, NEC Netherlands, Nike, Royal Dutch Printing Ink Factories Van Son,
RTL Nederland, Schoevers Opleidingen, Sonos Europe, Stichting Nederlandse Publieke Omroep, Talpa Network, Tesa, Videoland by RTL, Voestalpine, VSH, Warner Music Benelux, Schoonmaakbedrijf Westerveld (Vebego), Xebia Nederland, Frutoria in Huizen, Westland Kaasspecialiteiten in Huizen, Pouw Automotive Group in Laren, Givaudan Nederland in Naarden, Sensient Dehydrated Flavors in Naarden, Bakels Senior in Weesp en Petrovitch in Weesp. Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Houdt uw internationale zakenrelatie van sport? Dan is samen naar een sportwedstrijd gaan of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen wellicht een leuk idee. Voetbal verbroedert. Wellicht is het daarom leuk om samen met uw zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, om bijvoorbeeld de Hilversumse voetbalclub FC Hilversum, Altius, SV Olympia ’25 of SC ’t Gooi te zien spelen.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Hilversum kunt u terecht bij Tulip Tennisvereniging, bij HLTC Gooiland, bij H.L.T.C. ’t Melkhuisje of bij Tennisvereniging De Gooische Vallei. Golf, ontspanning & lunch Is het na de cursus Nederlands in Hilversum tijd voor een beetje ontspanning? Om een balletje te slaan of gewoon even iets te drinken of te eten, kunt u bij Golfpark Spandersbosch in Hilversum terecht. Het adres van Golfpark Spandersbosch is Sportpark Crailoo 26, 1222 AA in Hilversum. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 035-685 73 28. De website van de golfbaan is www.golfparkspandersbosch.nl. Om iets te eten of te drinken kunt u terecht bij de brasserie van de golfbaan. de Hilversumsche Golf Club en Goyer Golf & Country Club zijn nog andere golfbanen in de buurt van Hilversum.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder staan promotiefilmpjes van Nederland en van Hilversum die tevens op Youtube te zien zijn. U kunt direct op het logo van Youtube in het midden van de afbeelding klikken om een filmpje te bekijken. Direct onder de promotiefilmpjes ziet u de locaties van Nederland en Hilversum op Google Maps. Als u kunt linksboven klikt, wordt de kaart groot weergeven in een nieuw venster.
Als u linksonder op het vierkantje in de afbeelding klikt, dan krijgt u de satellietbeelden van Nederland alsook van Hilversum op Google Earth te zien. U kunt in- en uitzoomen op de kaartjes met de + en – knop rechtsonder. Wat kennis van de streek van uw Nederlandse zakenpartner kan altijd van pas komen tijdens zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen.
Promovideo Nederland
Promovideo Hilversum
Google Maps Nederland
Google Maps Hilversum
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Nederland
Hieronder ziet u het laatste nieuws uit Nederland en Hilversum uit verschillende nieuwsbronnen. Het eerste blokje is Nederlands nieuws in het Nederlands. Het tweede blokje is nieuws uit Nederland in het Engels. Het derde blokje is Hilversums nieuws (in het Nederlands). Het nieuws wordt automatisch bijgewerkt. Wanneer u Nederlands wilt leren, is het altijd prettig
en handig om een beetje geïnformeerd te zijn van wat er in Nederland speelt. Daarnaast is het vrij leerzaam om het Nederlandse nieuws in de Nederlandse taal te lezen. Waarschijnlijk bent u al enigszins op de hoogte van het dagelijkse nieuws en gaat begrijpend lezen relatief gemakkelijk en verrijkt u de Nederlandse woordenschat met actuele Nederlandse woorden, termen en uitdrukkingen.
In Hilversum geeft Dagnall onder andere maatwerk cursussen Nederlands, Engels, Frans, Duits en Spaans. Hierboven staat een overzicht van de 23 andere talen die wij naast Nederlands standaard aanbieden in Hilversum.
Vanzelfsprekend kunt u altijd contact opnemen voor een taalcursus in een taal die hier niet staat vermeld.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Nederlands