Taaltrainingen Nederlands in Europoort Rotterdam van topniveau
Taalkennis Nederlands verbindt u met Nederland en is een communicatiebasis die deuren voor u opent - vooral op het professionale vlak. Om deze reden hebben organisaties die investeren in de taalopleiding van hun werknemers, een duidelijk voordeel en een voorsprong. Dagnall Taleninstituut is een taalaanbieder die precies dat biedt: Effectieve taalcursussen Nederlands van het hoogste niveau voor zowel professionals als leidinggevenden in Europoort Rotterdam als in de omgeving van de Europoort. (Betaalbare) taaltraining Nederlands op maat, omdat uw organisatie welbespraakte medewerkers verdient.
Vakgebieden
Zakelijk, medisch of technisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal. Iedere bedrijfstak heeft een eigen taalgebruik en hanteert eigen terminologie. Geef uw medewerkers een duidelijk concurrentievoordeel en een zelfverzekerde uitstraling, door middel van branchespecifieke taalkennis Nederlands van het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Nederlands in Europoort Rotterdam aan in een brede waaier van vakgebieden.
Goed op weg
met
Dagnall Talen
Kantorencomplex Schuttersveld Hengelosestraat 100 7514 AK ENSCHEDE
Dagnall Talen biedt taaltrainingen Nederlands op maat aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Bij Dagnall Taleninstituut kan iedereen Nederlands leren op precies de manier die het beste bij hem of haar past. Naast de algemene taaltaaltrainingen Nederlands zijn organisaties vooral geïnteresseerd in werkgerelateerde taaltrainingen zoals schrijfvaardigheid Nederlands of zakelijk Nederlands. Taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van de klanten. Dagnall Taleninstituut is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om door middel van gecertificeerde taaltrainers met uitstekende recensies en beoordelingen Nederlands te leren in Europoort Rotterdam. Dagnall Talen leidt u snel en doelgericht naar de beoogde resultaten.
Filosofie Dagnall Talen
Onze filosofie is om Nederlands te leren met plezier en gemak en zonder schroom. Daarom zetten wij alles in het werk om ervoor te zorgen dat u de Nederlandse taal zonder remmingen en moeiteloos leert. Nederlands leren moet leuk zijn en daarom werken wij met methodes die het leerproces voor de cursisten gemakkelijker en prettiger maakt.
Met onze methodes wordt nieuwsgierigheid opgewekt en de bereidheid om te leren, ondersteund. Door vijftien minuten dagelijks te oefenen, brengen we de cursist met grote stappen naar het gewenste taalniveau. Taleninstituut Dagnall is een partner voor iedereen die Nederlands wil leren in Europoort Rotterdam.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Dagnall Talen stelt uw leerdoelen en wensen vast in overleg met u als opdrachtgever. U meldt de cursist(en) aan met hun contactgegevens. Dagnall Talen verzorgt een intake op locatie of, indien gewenst, online of telefonisch. Na het intakegesprek, waarin op basis van het Europees Referentiekader (ERK) het huidige en gewenste niveau van de cursisten wordt bepaald, ontvangt u van ons een op maat gemaakt cursusvoorstel samen met een passende offerte. Na akkoord van de offerte stemmen wij de planning af op uw situatie en agenda.
Na enkele lessen Nederlands evalueert de taaltrainer de voortgang en de inhoud van de cursus. Indien noodzakelijk, kan de doelstelling uiteraard worden bijgesteld. Na de laatste les ontvangt u een eindrapportage samen met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers zijn behaald. De cursisten ontvangen tevens een certificaat van Dagnall Talen.
Het (individuele) contact met de deelnemers wordt indien gewenst, door Dagnall verzorgd Het plannen van de intakegesprekken wordt door Dagnall in overleg met u en de individuele cursisten gedaan Deelnemers ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht Nederlands. Deze moeten voorafgaand aan de datum van de intake worden teruggestuurd Wij verzorgen de intakegesprekken op locatie of eventueel op afstand. Het gesprek duurt ongeveer 30 minuten De groepsindelingen worden aan de hand van niveaubepaling door Dagnall geadviseerd en vastgesteld in overleg De indeling van de deelnemers geschiedt per taal en taalniveau U ontvangt altijd een offerte op maat van ons! Wij verzorgen de logistiek van lesmateriaal en de cursusbenodigdheden Wij berekenen geen administratiekosten alsook geen extra toeslag voor avondlessen Continuïteit van de planning van de cursus en het lesprogramma Nederlands wordt door Dagnall bewaakt en gegarandeerd Dagnall Talen is betrokken en flexibel!
Dagnall Taleninstituut, Vertaalbureau, Tolkbureau en Tekstbureau verzorgt taaltraining Nederlands in de Europoort Rotterdam en omstreken voor het bedrijfsleven en (overheids)instellingen sinds 1982. Ons bedrijf heeft een team van kundige docenten Nederlands die specialist zijn en die in de Maasvlakte en de Botlek door de jaren een aanmerkelijk aantal taalcursussen Nederlands hebben verzorgd.
Door de functiegerichte en werkplekgerichte aanpak, biedt Dagnall Talen betaalbare en effectieve taalcursussen Nederlands in Gorinchem. U kunt ervan op aan dat Dagnall uitstekend rendement levert; rendement door maatwerk!
Betaalbaar maatwerk Nederlands in Europoort Rotterdam sinds 1982
Taal op de werkvloer
Taal op de Werkvloer: draagvlak nodig! Taalcursussen (Nederlands) toegespitst op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer zijn intussen bij veel bedrijven bekend. Werknemers zonder of met beperkte beheersing van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een beperking in hun werkomgeving en willen graag en sneller en/of beter kunnen communiceren op de werkplek.
Zij willen de werkinstructies op de werkvloer goed kunnen begrijpen en op kunnen volgen. De mensen willen graag met meer zelfvertrouwen het werk kunnen uitvoeren en uiteraard hun ambities op hun werkgebied realiseren. Hiervoor is een investering in personeel en in de (continue) ontwikkeling van het bedrijf noodzakelijk.
Ons instituut geeft betaalbare maatwerk taaltrainingen die de spreek-, luister-, schrijf- en leesvaardigheid op de werkvloer verbeteren. Dagnall Taleninstituut leert en helpt deelnemers hoe zij de lesstof in praktijk kunnen brengen in hun baan. Dagnall stemt de lessen af op de wensen van de opdrachtgever en op het niveau van de deelnemer(s). Als aanvulling op de lessen, krijgen de cursisten tijdens de taalcursus regelmatig praktijkopdrachten, als ondersteuning van de continuïteit van het leerproces en de effectiviteit van de taaltraining.
Dit is dus een win-winsituatie! Dagnall let ook op het minder belichte aspect van veel taaltrainingen: de cursist staat al vaak alleen in zijn poging om de taal te beheersen, om de gebruiken en cultuur van het land en het bedrijf te doorgronden en om de wereld door middel van taal te vergroten. Hiervoor is inzet en motivatie vereist. Daarnaast heeft de deelnemer maar een beperkt aantal vaste contactmomenten met de taaldocent per week. Dit is niet in elke situatie voldoende.
Onderscheidend
Ons instituut is onderscheidend door het draagvlak voor een taalcursus Nederlands op de werkvloer te vergroten. Ons taleninstituut moedigt uitvoerenden en leidinggevenden binnen de werkkring van het bedrijf aan om voor een voortdurend proces van taalverwerving te zorgen, door direct vanaf de start zoveel mogelijk met de cursisten in de doeltaal te communiceren. Door het consequent uitdragen van het belang van taal op de werkvloer op deze manier, wordt de waarde van een goede taalbeheersing gezamenlijk ervaren en voelen deelnemers zich gestimuleerd en gewaardeerd in de taalverwerving.
Diverse wegen naar een betere taalvaardigheid Nederlands in Europoort Rotterdam
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Nederlands is niet alleen gefocust op de vraag van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals een betere schrijf- of spreekvaardigheid. Een goede taalcursus (Nederlands) is uiteraard ook afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist. Een cursus Nederlands in Europoort Rotterdam die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige docenten Nederlands zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van de Nederlandse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo fijn en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt. Het ondertussen alom bekende hoge rendement behaalt Dagnall Taleninstituut met een mix van deze beproefde leermethode in combinatie met de focus op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall Talen kunt u terecht voor cursussen die zijn gebaseerd op maatwerktrainingen.
Dagnall Talen biedt individuele cursussen, duocursussen (2 personen), groepscursussen van 3 tot maximaal 10 personen, onlinecursussen, het eigen Dagnall online leerplatform voor (Dagnall.online) blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en jargon van de specifieke organisatie. De trainers van Dagnall geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij door de jaren heen hebben verzameld en gecreëerd en de trainers spelen voortdurend in op actuele thema’s en ontwikkelingen.
Een prettige manier van leren
Een bijkomend voordeel is dat dit weldoordachte maatwerk als een zeer prettige manier van werken wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze trainers Nederlands in Europoort Rotterdam. Onze, door de jaren heen verder verfijnde en ontwikkelde manier van werken is het gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. De cursus is dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar tevens afgestemd op de leermethode die het beste bij de cursist zelf past.
Effectief Nederlands leren in Europoort Rotterdam bij Taleninstituut Dagnall
Individuele cursussen en groepscursussen Nederlands
Nederlandse lessen - individueel of in groepsverband
Ons taleninstituut cursussen Nederlands op maat voor individuen en groepen, waarbij u de organisatie van de cursus met een gerust hart uit handen kunt geven. Deze individuele cursussen en groepstaalcursussen biedt Dagnall Talen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen maken we gebruik van gevarieerde en moderne onderwijsmethodieken om doelgericht te kunnen trainen en leersucces te garanderen. Vanzelfsprekend kunnen onze individuele-, duo- en groepscursussen zowel bij u op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Europoort Rotterdam gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen Nederlands in Europoort Rotterdam
Maatwerkcursussen Nederlands
Dagnall Talen biedt individuele cursussen Nederlands voor bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren in Europoort Rotterdam en omgeving. Individuele taalcursussen noemt men ook wel een één-op- één-taalcursussen of privélessen.. De individuele taalcursussen van Dagnall zijn al vele jaren bekend voor het maatwerk, de persoonlijke aandacht en een zeer hoog rendement. De individuele cursussen Nederlands van Dagnall zijn maatwerktrainingen en worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, de branche, het taalniveau, de leerstijl en de praktijksituatie. De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Dagnall Talen biedt groepscursussen Nederlands met 3 tot 10 personen, alsook duocursussen (met 2 deelnemers) aan bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren. De leergroepen worden bij voorkeur zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te verhogen en de lerenden maximaal te kunnen ondersteunen. Ook de groepscursussen van Dagnall zijn maatwerkcursussen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de praktijksituatie alsook de leerstijl alsook de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te kunnen behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het belangrijkste voordeel van individuele taalcursussen Nederlands is het hoge rendement omdat veel informatie wordt opgenomen in een korte periode. Er wordt sneller vooruitgang gemaakt omdat de cursus intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk. Nog een belangrijk pluspunt van een individuele cursus is flexibiliteit. De taalcursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de deelnemer en de leerstof kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de specifieke aandachtsgebieden van de deelnemer. De leervordering is optimaal doordat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden. Een individuele is ook cursus ideaal af te stemmen op de planning en de agenda van de cursist zodat het leerschema en het tijdmanagement optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Met name de interactie met de andere lerenden Nederlands is het grootste voordeel van een groepscursus; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep zoals door discussies en rollenspellen. Een ander groot voordeel is de zogenaamde groepsdynamiek; van elkaars fouten leren en met de groep in de doeltaal communiceren. De cursisten kunnen de afwisseling die zo geboden wordt als leuker ervaren. Daarnaast zijn groepscursussen efficiënt doordat meerdere medewerkers tegelijk worden getraind en de groep op vrijwel hetzelfde kennisniveau komt. Ook zijn groepscursussen iets minder intensief (minder zwaar) voor deelnemers dan individuele taalcursussen.
Minpunten individuele cursus
Bij een individuele cursus Nederlands kunnen rollenspellen en discussies alleen worden gedaan en gevoerd met de trainer. Het geleerde kan niet worden geoefend in groepsverband doordat er geen interactie is met andere lerenden. Ook is het niet mogelijk om van de foutjes van anderen te leren omdat er geen groepsdynamiek is. De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is ook behoorlijk intensief (zwaarder) voor de deelnemer.
Minpunten groepscursus
In groepscursussen is minder aandacht voor de individu en kunnen de cursisten iets sneller zijn afgeleid. Het rendement ligt hierdoor wat lager. Dit kan gedeeltelijk worden ondervangen door de groepen iets kleiner te maken (bijvoorbeeld minigroepen). Groepscursussen Nederlands kunnen ook minder goed op individuele leerstijlen afgestemd worden. Dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursist kan worden afgestemd, is een bijkomstig minpunt van een groepscursus.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Nederlands
Verschillende opties voor Nederlandse les
Dagnall Talen biedt taalcursussen (Nederlands) voor zowel beginners, halfgevorderden als gevorderden. Niet iedereen kan naar een talencentrum gaan. Daarom bieden wij onze taalcursussen eveneens incompany en online aan. Bij Dagnall Talen kunt u een intensieve of semi-
intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus Nederlands kiezen. Een combinatie van deze trainingen is vanzelfsprekend ook mogelijk. Dagnall Talen staat voor (betaalbaar) maatwerk!
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog moesten de (Amerikaanse) soldaten de elementaire verbale communicatieve vaardigheden leren. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook wel de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als een reactie op de grammatica-vertaalmethode worden beschouwd. Nieuw was dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in de Nederlandse taal) en (Nederlandse) grammaticale structuur worden door middel van mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is vrijwel zonder fouten Nederlands kunnen verstaan en spreken, wat begint bij leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt met drills gewerkt om Nederlandse zinnen alsook structuren goed te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch worden. De taaltrainer Nederlands kan bijvoorbeeld een bepaalde zin 10 keer herhalen en daarna een extra Nederlands woord hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel gewerkt in de zogeheten talenpractica, waarbij studenten Nederlands een hoofdtelefoon op hebben en zinnen beluisteren en deze zinnen nazeggen. Het geschreven Nederlands wordt pas aangeboden als het mondelinge Nederlands inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe Nederlandse woorden te introduceren.
Populariteit
In ons land werd de audiolinguale methode pas rond het jaar 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet inging. Al snel waren er grote bezwaren tegen de inhoudsloze drills. De techniek wilde wel eens haperen, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats hiervan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Nu was alom geaccepteerd dat het bij het leren van de taal (zoals Nederlands) niet gaat om het memoriseren van de (Nederlandse) grammatica, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid (Nederlands), waar de meeste taaldocenten vóór 1970 geen of nauwelijks aandacht aan schonken, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor studenten Nederlands die beginnen effectief. Een juiste uitspraak Nederlands wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een vlotte en efficiënte kennisoverdracht. Ook voor grotere groepen is de methode geschikt.
Dit docentgestuurde aspect is tevens een nadeel; eigen inbreng wordt niet verlangd van de studenten, waardoor het gevaar van passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid op de loer ligt. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk zijn om te zetten in levend taalgebruik Nederlands.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) zodanig te leren dat ze worden opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De methode werkt aan de hand van zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die later worden herhaald. De opgeschreven Nederlandse woorden of zinnen worden door de lerende hardop gelezen. Het is niet het idee om deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, maar door de blootstelling gebeurt dit automatisch. Deze woordenlijst wordt telkens bijgewerkt; Nederlandse woorden die aangeleerd zijn, worden van de lijst verwijderd. Die Nederlandse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method claimen dat deze zinnen of woorden in het Nederlands spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten worden opgeslagen, maar veel geheugenwetenschappers betwijfelen dit. In het algemeen wordt kennis opgeslagen wanneer deze kennis relevant en van betekenis is. De GoldList-methode kan dus alleen functioneren voor Nederlandse woorden die relevant en betekenisvol zijn voor de student.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die baat hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje zou deze GoldList Method goed kunnen functioneren. Met de hand schrijven functioneert beter dan typen of, zelfs behoorlijk zinloos: een foto maken, doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen bestaan uit uiteraard veel meer dan een verzameling losse woorden en/of zinnen. Daarnaast is deze GoldList-methode bijzonder tijdrovend omdat steeds handgeschreven lijsten moeten worden aangelegd.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke manier van het verwerven van een vreemde taal (zoals bijvoorbeeld Nederlands). De leermethode probeert het Nederlands aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Op die wijze leert men onbewust eveneens de taalregels van het Nederlands. Alleen het Nederlands met een aantal visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Een stressvrije leeromgeving voor de studenten is het streven van de leermethode. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie Nederlands mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De methode legt de nadruk op communicatie en minder op expliciete Nederlands grammatica en de correctie van vormfouten.
De methode heeft het meeste rendement als de lerenden in het Nederlands worden ondergedompeld. Om ervoor te zorgen dat de lerenden plezier van de ervaring hebben, dienen de leeractiviteiten die in het Nederlands worden aangeboden, stimulerend te zijn.
De Natural Method leermethode heeft vrij veel overeenkomsten met de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid tussen deze twee methoden is dat de Directe Methode meer nadruk legt op de praktijk en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is veelvuldig aangetoond dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode kan zijn. De methode is een populaire methode van lesgeven onder taaldocenten Nederlands, doordat de methode vrij eenvoudig te begrijpen is voor lerenden. Kritiek kent de Natural Method ook. De methode is vooral gericht op het impliciet aanleren van de grammatica van het Nederlands. De student zou inderdaad leren te communiceren in het Nederlands, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal door onvoldoende kennis van de grammatica van de taal.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier Nederlands te leren. Studenten wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Nederlands. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde Nederlands langer.
Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie. De methode bereidt de lerende ook niet per se voor op een specifiek Nederlands examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 door Charles Carpenter Fries en Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
Deze Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode met als doel lerenden vertrouwd te laten raken met de grammaticale en fonologische structuren van de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands). Volgens de SA levert de beheersing van deze structuren meer op dan het leren van woordenschat Nederlands. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste combinaties van Nederlandse woorden en groepen woorden in de juiste woordvolgorde is waar het bij de methode om draait. Deze combinaties worden gepresenteerd aan studenten in reële situaties met gebruik van dramatiseringen, visualisaties, gezichtsuitdrukkingen en handelingen. Bij de methode worden de structuren die het vaakst gebruikt worden, als eerste aan de taallerende aangeboden. Mondelinge vaardigheid Nederlands (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hierbij in de eerste instantie gebruikt; leesvaardigheid en schrijfvaardigheid volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Nederlands (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt grammatica een grote plek. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd op vrij grote schaal in de jaren vóór 1970 gebruikt voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als voordeel dat de studenten het Nederlands op een nauwkeurige wijze geleerd wordt. Studenten krijgen inzicht in de grammatica van het Nederlands en leren in welke situatie bepaalde Nederlandse woorden of woordcombinaties geschikt zijn of niet voor de situatie. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de Structural Approach ook. De werkwijze is nogal tijdverslindend en levert niet onmiddellijk een succeservaring op. De eigen inbreng van de student is gelimiteerd; de leermethode is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, ontstond in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een vreemde taal legde. De taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van een vreemde taal (zoals Nederlands).
De met leren middels CLT-technieken het Nederlands in praktijk te brengen door de interactie met de taaldocent Nederlands en onderling. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten, geschreven in het Nederlands of ander materiaal uit het dagelijks leven of de werksituatie. Zowel tijdens als buiten de les wordt het Nederlands gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten Nederlands dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Nederlands in allerlei soorten situaties uit de praktijk te oefenen. Nederlandse grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT zijn docenten Nederlands echt trainers, die studenten leren in het Nederlands te communiceren.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, deels omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. In het verenigde Europa ontstond een grotere behoefte aan het leren van vreemde talen op een wijze die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel goede kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; de methode is studentgericht en functioneel. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Nederlandse woorden die voor hen nodig zijn. CLT is efficiënt. Voor de lerenden is dit stimulerend, omdat zij snel succes ervaren. Fouten maken mag; de taalvaardigheid wordt al doende geleerd en verbeterd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak minder aandacht wordt besteed. De voorbereiding en de planning vereist veel tijd van de docent en van de studenten vraagt het een actieve deelname. Voor bepaalde studenten kan deze manier van leren moeilijk of ongebruikelijk zijn, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. CLT (communicatief taalonderwijs) draait om het trainen van taalvaardigheden; het gaat hierbij om de functie en in mindere mate om de vorm en de methode biedt geen echt samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gericht op praktisch taalgebruik. Er word geleerd om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens schrijver van lesboeken; Johann Valentin Meidinger. Hij ontwikkelde een leermethode waarin de grammatica in het middelpunt stond rond het jaar 1783. Meidinger wordt als de grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM) gezien.
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gestoeld, wat de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie was. Onderwijs in Latijn was vanzelfsprekend op geschreven teksten van de klassieke schrijvers gericht en geheel op de grammatica en het vertalen gericht. Dat werd beschouwd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat van de analyse uit van de taalstructuren en de taalvormen (van bijvoorbeeld Nederlands) waarbij studenten zelf inzicht ontwikkelen. De lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Nederlands krijgen de nadruk. De taaldocent draagt kennis Nederlands over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw was er ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed op het taalonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De methode vormt een aardige mentale training aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren. Deze methode biedt ook inzicht in de structuur van het Nederlands, doordat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
Er zijn echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de spreek- en luistervaardigheid Nederlands ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren weinig mondeling kan worden toegepast. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Nederlands, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in groepsverband biedt de methode geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de lerenden. Lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (Engelse naam: language immersion of alleen immersion) wereldwijd toegepast, hoofdzakelijk op de middelbare school waarbij een vak (bijvoorbeeld wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. In Nederland is ‘onderdompeling’ bekend als de methode die bij onze collega’s van Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’ wordt toegepast. De methode is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die taalles Frans onderwezen aan welgestelde vrouwen uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling houdt in dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, vanaf het begin omgeven wordt door de nieuwe taal. Alle instructies vinden plaats in de doeltaal (Nederlands); in het begin langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke wijze. De student wordt ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Nederlands te spreken. De methode maakt gebruik van rollenspellen en simulaties. Scholen die werken met onderdompeling, richten de omgeving veelal in de stijl van het Nederlands om een situatie te creëren alsof de lerenden in Nederland zijn. Studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Nederlands spreken. Een andere wijze om onderdompeling te bereiken, is naar Nederland te gaan en daar in een gastgezin te verblijven.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een uitstekende leermethode voor vreemde talen gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Nederlands kan op deze manier uitstekend worden aangeleerd.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het belangrijkste voordeel is dat met deze methode snel resultaat wordt bereikt, omdat de leermethode nogal intensief is. Het is een kwestie van ‘sink or swim’, de lerenden moeten daadwerkelijk gaan communiceren in het Nederlands omdat zij erdoor worden omgeven. De studenten zijn in principe 24 uur per dag Nederlands aan het leren. Het samen oefenen in groepsverband versterkt de sociale interactie. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.
Dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel van de methode. Als iemand in een korte tijd Nederlands leert, door in Nederland te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Dat een dergelijke taaltraining Nederlands nogal intensief is, kan een andere keerzijde van de methode zijn. Niet alle studenten hebben de conditie om deze manier van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om een vreemde taal te leren die ontwikkeld is in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een taal; bijvoorbeeld Nederlands) te kunnen leren. Hiervoor is het essentieel dat er een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen is tussen de taaldocent (Nederlands) en de studenten. Dat de student zich veilig voelt en ontspannen is, is de voorwaarde hiervoor. Om deze situatie te creëren, was een leslokaal met een rijopstelling ongeschikt. De lerenden zaten in de les in comfortabele stoelen die waren geplaatst in een halve cirkel en er werd altijd muziek tijdens de klas gedraaid. De leermethodiek voorgestaan door Lozanov, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Bij de teksten waren woordenlijsten alsook opmerkingen met betrekking tot de grammatica van de doeltaal (het Nederlands). Het voorlezen gebeurde met veel expressie in stem en gebaren. De lerenden werden zo overgehaald om te luisteren en ze konden de (Nederlandse) woorden die nieuw waren, gemakkelijk begrijpen en opnemen. In de lessen werd veel aandacht geschonken voor cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Nederland). Er werd met rollenspellen gewerkt en er bijvoorbeeld (Nederlandse) streekgerechten werden gemaakt en geproefd.
Populariteit
De leermethodiek Suggestopedia was omstreden en is niet erg bekend meer. Sommige elementen zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer in de les, waardoor de student minder hinder zal krijgen van faalangst of frustratie. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een bijkomend pluspunt van de methodiek is dat de lerende gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situaties en actief mee te doen, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijkertijd is dit voor bepaalde lerenden een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Daarnaast kan muziek bij sommigen eerder afleiden en zelfs verstorend werken in tegenstelling tot stimulerend of ontspannend. Een andere zwakke zijde is dat de relatie taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle input komt van de Nederlandse taaldocent waarbij de lerende steeds de ontvangende partij is.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran ontwikkelde Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning geheten in het jaar 1976.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van een taal zij willen leren. De CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaldocent als counselor optreedt die de zinnen van de lerenden omschrijft. De lerenden beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als de studenten de te leren taal (Nederlands) nog niet genoeg machtig zijn. De trainer (Nederlands) legt uit en vertaalt, waarna de studenten de uitingen van de trainer zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Nederlands worden opgenomen om daarna opnieuw te kunnen beluisteren.
Community Language Learning bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de wisselwerking tussen de studenten als middel om het Nederlands te leren. Het zijn de lerenden zelf die het lesmateriaal bepalen aan de hand van zinvolle gesprekken. Er is geen leerboek Nederlands dat gebruikt wordt.
Populariteit
Het slagen van de methode is in hoge mate afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. De taaltrainer dient naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig onderlegd te zijn. Deze trainer dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de studenten uitstekend te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. Deze methode kan goed werken indien deze correct wordt gebruikt. Deze methode is niet geschikt voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt de lerenden veel autonomie. De studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken vaak zinvol. Niet alleen tijdens de lessen Nederlands, maar ook daarbuiten wordt de groep vaak zeer hecht. Met de methode van Community Language Learning worden studenten zich een stuk bewuster van de groepsgenoten, de sterke en minder sterke punten en ze leren om als team te werken. Het bespreken van de fouten en het evalueren van de les Nederlands is heel leerzaam voor de studenten. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden deel van de actieve woordenschat van lerenden.
Dat de trainer niet sturend is, terwijl sommige studenten deze sturing wel nodig hebben, kan een nadeel zijn. Er wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen Nederlands gehouden. Hierdoor is het succes moeilijk meetbaar. Sommige lerenden worden geremd in hun Nederlands spreken als zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren ontwikkeld door Michael Lewis in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een vreemde taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en het produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. Studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Nederlands (de grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Zo leren ze hoe het Nederlands ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt de woordenschat Nederlands een grotere plaats in dan de Nederlandse grammatica. Instructies zijn op situaties en Nederlandse uitdrukkingen gericht die vaak in dialoog voorkomen. Voor interactie is aandacht maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er is veel mogelijkheid voor het zelfstandig ontdekken van de Nederlandse taal.
Het is de taak van de taaldocent Nederlands om voor genoeg input te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen dertig jaar lesboeken duidelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt geschonken aan de woordenschat die wordt aangeboden in chunks, in betekenisvolle brokjes. Een drastische omwenteling in de wijze waarop een vreemde taal wordt onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is echter uitgebleven.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door het werken met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal, leren lerenden het Nederlands op een natuurlijke manier te gebruiken. Op deze manier ontstaat souplesse in het taalgebruik Nederlands.
Het nadeel van deze methode is dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties. Sommige studenten vinden het moeilijker om patronen van het Nederlands zelf te herkennen en hebben meer aan een taaldocent Nederlands die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is ontwikkeld door de Franse leraar François Gouin in het jaar 1880.
Kenmerken van de Series Method
Een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van de grammatica, is het uitgangspunt van de seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van Gouin. De studenten leren zinnen op basis van een handeling, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als de mens in de samenleving, beroep en wetenschap, het leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het betreft een soort eentalige leermethode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten snel in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Nederlands) leren denken.
Populariteit
De concepten van Gouin over taal waren bijzonder vooruitstrevend. François Gouin’s leermethodiek was gedurende een bepaalde periode een succes, ondanks de ongewone aanpak. De methode van François Gouin werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Maximilian Berlitz.
Voor- en nadelen van de Series Method
François Gouin’s Series method ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Nederlands van de lerende en creëert een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer.
De methode creëert levendig onderwijs. Dit soort onderwijs Nederlands wekt de leermethode enthousiasme op bij de studenten doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een nieuwe taal leren wordt tastbaar; iets wat geheel nieuw was. Het maakt studenten Nederlands nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. Door de methode worden de communicatieve competenties Nederlands van de studenten met de methode goed gestimuleerd.
De methode van Gouin heeft als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever is, lastig met bewegingen en expressies in één duidelijke ervaring te vangen is. Een bijkomend van de seriemethode is de bewerkelijkheid voor de taaldocent, die tenslotte een hele reeks aan series moet voorbereiden. Als derde punt richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching; TBLT (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers van deze methode zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze achter de methode is dat de verwerving van de taal (zoals het Nederlands) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te voeren. De studenten krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Nederlands) vereist. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat ze over woordenschat en regels van het Nederlands van het Nederlands beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld boodschappen doen, een e-mail schrijven, bellen met de klantenservice, iets te drinken bestellen of de krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen opgesplitst: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst voorbereidt op de taak, de taak vervolgens uitvoert en tot slot op de taak terugblikt. De lerenden moeten samenwerken om de opdrachten uit te kunnen voeren. Om leereffect te hebben, moeten de taken net boven het taalniveau Nederlands van de lerenden liggen.
Populariteit
Task-Based Language Teaching (TBLT) heeft aan populariteit gewonnen vanaf de vroege jaren 90 en zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheden bij studenten (met name studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Nederlands) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Nederlands) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, zolang de opdracht goed bij de lerenden aansluit. De lerende komt op een dagelijkse, natuurlijke wijze in contact met het Nederlands en leert op deze manier authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren bovendien om samen te werken met andere studenten Nederlands. De studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en prettig.
Als nadeel kan gezien worden dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Nederlands, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en taalkundige op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’. Dogme 95 was een beweging van een groep Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier uit 1995, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT). Voor het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan tien strenge regels (tien dogma’s). Deze behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doel van Dogme-taalonderwijs is het houden van inhoudelijke conversaties die over praktische zaken gaan. Hierbij draait het om communicatie als de drijvende kracht van een taal leren (bijvoorbeeld Nederlands). Daarom is deze leermethode een communicatieve aanpak voor het onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder het gebruik van leerboeken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan focust op de communicatie tussen docent en lerenden. Net zoals de Dogme-beweging in de film, kent het Dogme-taalonderwijs tien uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van een vreemde taal (zoals Nederlands) suggereren dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding is vereist, is een pluspunt voor de taaldocent Nederlands. Dat studenten verantwoordelijk is voor zijn of haar eigen leerproces, kan erg motiverend zijn. Voorspelbaar zijn de lessen Nederlands zo nooit. Dit zorgt voor spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Tijdens een taalles volgens de Dogme-benadering is vrijwel alles bespreekbaar. De studenten blijven zo betrokken en alert.
Studenten kunnen zich daarentegen wel wat minder op hun gemak voelen als ze zo weinig begeleid worden door de taaldocent. Voor dit type onderwijs zijn ook niet alle taaltrainers Nederlands flexibel genoeg. Dat studenten zich vaak op een bepaald examen Nederlands moeten voorbereiden, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde stof tijdens de taalles aan de orde komt, kan een ander keerzijde vormen.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson ontwikkeld.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Nederlands). De primaire aanname van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het verwerven van het Nederlands; het doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van Nederland). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraar of docent’. De Growing Participator Approach heeft overeenkomsten met, en is gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Nederland voeren deze activiteiten uit. Begrijpen gaat voor produceren. De focus ligt op Nederlandse woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de leermethode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 van de methode van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze neemt ruwweg 150 uur in beslag en de deelnemer begint nu ook Nederlands te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen worden gedeeld alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en verzorgers beginnen nu diepere gesprekken te voeren over het leven in de Nederlandse cultuur. In fase 5 van de leermethode beginnen deelnemers zich te richten op het taalgebruik van moedertaalsprekers Nederlands aan de hand van films, televisie of nieuws en literatuur. Het Nederlands dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om de groei naast de formele taalsessies Nederlands.
Populariteit
Er is nog niet veel bekend over het succes omdat de methode van Thomson nog vrij nieuw is. Deelnemers zijn vrij enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een duidelijke doorkijk op het proces van taalverwerving Nederlands geboden. Deze zes afzonderlijke fasen van GPA bieden realistische doelen alsook een duidelijk tijdsschema. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van het Nederlands, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een minpunt van deze benadering is dat voor iedere deelnemer of minimaal iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door de Amerikaanse polyglot en taalkundige Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Nederlands) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het is een relatief eenvoudige methode: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt vervolgens wat hij of zij hoort. Het gaat in eerste instantie om de klank; de Nederlandse tekst ook begrijpen is niet belangrijk. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak totdat het gemakkelijk gaat en de lerende simultaan met de audio-opname Nederlands kan spreken. De lerenden zullen na enige tijd een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat zij gezegd hebben. Zolang deze boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende teksten, zijn diverse leerboeken geschikt voor deze methode. De Nederlandse audio-opname dient idealiter wat boven het niveau van de lerenden te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. Doordat fysieke bewegingen de opname versterken van de vreemde taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel, doet Alexander Argüelles de aanbeveling lerenden om tijdens het spreken te lopen, liefst buiten, en niet te zitten. Dat de studenten minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, is een bijkomende reden zodat het leren van het Nederlands veel effectiever gaat.
Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale driloefeningen werden gebruikt in plaats van dialoog of samenhangende teksten. Ook het simultaan spreken is anders aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan in de afgelopen jaren naar Shadowing waaruit blijkt dat de techniek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van het Nederlands wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Het praktische voordeel van Shadowing dat de methodiek kan worden gebruikt in een groep studenten, waarbij alle deelnemers actief leren. Het rendement van de Shadowing-methode is hoog.
De techniek van Shadowing heeft als keerzijde is dat de lerenden het soms wat saai vinden om dezelfde Nederlandse tekst steeds te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Nederlands) te leren die van het principe uitgaat dat mensen leren met behulp van bewegingen en handelingen. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend taken en belonen hen als ze deze taken uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste instantie de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat verbaal reageren in een later stadium. De luistervaardigheden Nederlands zijn dus de basis, de spreekvaardigheden volgen later.
TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Nederlands. De taaldocent geeft opdrachten op een begrijpelijke en vriendelijke manier, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de student doet na. In het begin wordt nog niet van de lerenden verwacht dat zij Nederlands spreken; in een later stadium geven de lerenden de taken. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels aangepast.
Door het combineren van beweging en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Nederlands beklijft ook beter.
Populariteit
Voornamelijk wordt TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar ook middelbare scholieren en volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De methode zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in het leren van het Nederlands bevordert. Het zorgt een stressvrij leerproces. De methode van TPR® is in principe geschikt voor alle doelgroepen, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en de methodiek kan eveneens in grotere klassen gebruikt worden. Het Nederlands wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is het minpunt van TPR®. Hierdoor werkt de methode tot op een zeker taalniveau en is een andere methode nodig als aanvulling. Ook is de leermethode niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar gevoelens, ideeën en meningen in het Nederlands uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren 80 van de negentiende eeuw de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als tegenreactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging rond het jaar 1900 met nieuwe visies over leren dat zelfontdekkend en inductief zou moeten zijn. Die Reformbeweging had overigens niet alleen betrekking op het leren van een vreemde taal, maar ook over voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Omstreeks het jaar 1900 streefden de mensen, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van keurslijven. Er ontstond binnen het taalonderwijs veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica vooral inductief werd aangeboden, met voorbeeldzinnen. De taalregels moesten door de lerenden hieruit afgeleid worden. Veel mondelinge oefeningen en met meer aandacht kwamen er voor de uitspraak (zoals het Nederlands). Het werd gestimuleerd de lerenden veel in het Nederlands te laten spreken. Het was ook een nieuw verschijnsel dat de les in het Nederlands werd gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. Het aanleren van de (Nederlandse) vocabulaire werd gedaan aan de hand van plaatjes en voorbeelden. Lerenden boden zelf abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deels onder invloeden van de oorlogen en crises ebde deze golf van vernieuwing van het begin van de twintigste eeuw weg, om in de jaren 60 weer in een andere vorm terug te keren.
Met (een moderne versie van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier van leren is, is het belangrijkste voordeel van de Directe Methode. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht besteed aan spreken en luisteren, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid kunnen krijgen. Keerzijden heeft de leermethode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid (Nederlands) is bij deze methode veel minder aandacht en voor lezen ook minder. Voor studenten die verder meer gevorderd zijn in het Nederlands, biedt de Directe Methode niet genoeg uitdaging. Doordat deze leermethode een dynamische inzet vanuit de student verwacht, is de leermethode ook niet zeer geschikt voor minder snel lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om talen te leren, is de manier waarop een kind de moedertaal leert. Het leren van een taal (zoals Nederlands) dient gemakkelijk en veilig te zijn. Manesca wil om die reden niet met abstracte lijstjes of regels met Nederlandse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode staat bekend als de eerst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is op het werken met een groep lerenden en een trainer Nederlands gebaseerd, die steeds één Nederlands woord tegelijk introduceert. Bij dit woord hoort een specifieke beweging. Het Nederlandse woord en de bijbehorende beweging worden daarna door de studenten afzonderlijk herhaald. Door deze herhaling onthouden de studenten de Nederlandse woorden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. De woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de Nederlandse zinnen. De Nederlandse spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De Manesca-methode is reeds een aantal jaren later overgenomen en aangepast door de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Manesca is twee jaar na publicatie van zijn leermethode overleden. Het werk van Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van de ideeën van Jean Manesca zijn actueel en worden nog steeds in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode geldt als de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en het geleerde gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Dat het wat saai kan worden om dezelfde Nederlandse woorden en zinnetjes steeds te herhalen, kan een nadeel zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is in het jaar 1963 ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een taalleermethode (voor bijvoorbeeld Nederlands) die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. Gattegno’s methode gaat uit van de autonomie van de studenten en hun actieve deelname.
De taaldocenten Nederlands gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de studenten, reacties te krijgen en hen aan te moedigen om fouten te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Nederlands) van de te leren taal besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong een wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt voor de energievoorraad van de studenten was. Caleb Gattegno ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder dan als mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat trainers niet zozeer naar het overbrengen van kennis zouden moeten streven, maar bewustzijn dienen aan te spreken, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te kunnen leren.
The Silent Way hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokjes, die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek gebruikt ook Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van het Nederlands vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Vooral bij het aanleren van de uitspraak van het Nederlands zijn Gattegno’s ideeën wel van belang geweest, alhoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de benadering van Gattegno is dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de student, die per slot van rekening als autonoom beschouwd wordt. De docent Nederlands is bij deze leermethode in principe aan de student dienstbaar en niet andersom. Met The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke wijze gestimuleerd. Vaak wordt de geleerde taalkennis goed verwerkt en onthouden door de lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De lerende ‘mag’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Het kan een nadeel van de methode zijn dat sommige studenten intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode voorstaat. Een lerende zou gefrustreerd kunnen raken door het gebrek aan inbreng van de taaldocent Nederlands. Het gebruik van kleuren en grafieken heeft als limiterende factor dat ‘het nieuwe’ er snel af is, waardoor het effect van de methode verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en is van de TPR-techniek (Total Physical Response) afgeleid.
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het uitgangspunt van TPRS is een natuurlijke wijze van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. Om dit te bereiken, worden lerenden aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. De docent Nederlands vertelt een verhaal, waarin nieuwe Nederlandse woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Omdat deze verhalen van de trainer gemakkelijk zijn te begrijpen, voelen de lerenden zich ontspannen. Nederlandse woorden en structuren worden op deze manier ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student. De studenten worden door de taaldocent op grammaticale verschijnselen van het Nederlands gewezen, zonder dat studenten taalregels uit hun hoofd hoeven te leren.
Na een poosje zal de lerende ‘automatisch’ Nederlands gaan spreken en de Nederlandse grammaticale structuur nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant is een verhaal op te bouwen om met een groep studenten. De docent Nederlands schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met hun Nederlandse vertaling, om daarna samen met de lerenden hier een verhaal van te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Nederlands, omdat dit voor input zorgt. Schrijven in het Nederlands volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de trainer dient goed getraind te zijn en de setting dient geschikt te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige manier om Nederlands te leren en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is TPRS een plezierige methode en het is niet moeilijk om bij te les te blijven. Voor studenten werkt het zeer motiverend om zelf verhalen te verzinnen.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de taaldocenten vraagt.
De Rosetta Stone-leermethodiek is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met een tweetalige tekst die in Egypte is gevonden, met behulp waarvan de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. In het jaar 1996 is de eerste versie van de methode is uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een wijze om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone zijn in meer dan dertig talen beschikbaar en de cursussen zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze imiteert waarop een kind de moedertaal leert. Dit wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te spreken. Rosetta Stone gebruikt hiervoor stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Nederlands) en foto’s om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal (het Nederlands). Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen dat de Nederlandse uitspraak registreert en een schematische weergave hiervan maakt. Dit maakt het mogelijk voor de student om zijn of haar uitspraak te vergelijken met die van native speakers (moedertaalsprekers Nederlands). Uitspraakverbetering kan worden bereikt door de voorbeeldstem minder snel te laten spreken en de studenten daarna veel na te laten spreken.
Voor de schrijfvaardigheden Nederlands biedt de methode dictee-oefeningen. De software controleert de Nederlandse grammatica en de spelling en wijst op eventuele fouten en biedt de mogelijkheid om deze fouten van de lerende te verbeteren.
Het programma van Rosetta Stone biedt eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
Wereldwijd wordt de methode van Rosetta Stone veelvuldig toegepast en niet door de minsten. Onder andere het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. Rosetta Stone wordt in ons land door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen gebruikt, alsook door een aantal internationaal opererende bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone-methode is erg makkelijk in het gebruik en kan door studenten worden ingezet op elk moment. De lerende kan zelf bepalen welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken. Veel lerenden ervaren het als prettig om met de Rosetta Stone-methode te werken. Bij een gebrek aan taaldocenten kan de Rosetta Stone-methode een oplossing bieden voor scholen. Een keerzijde is dat er geen docent beschikbaar is die lerenden kan motiveren of iets extra’s kan bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul M. Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij introduceerde in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
De taalcursus van Pimsleur bestaat uit zinnetjes en dialogen in de doeltaal die door lerenden daarna worden nagesproken en herhaald. De Nederlandse zinnen zijn ingesproken door moedertaalsprekers (native speakers). De cursus is gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en wederom herhaling. De les omvat een audio-opname van een half uur met nieuwe woordenschat en structuren. De grammaticale structuren van het Nederlands worden niet uitgelegd maar deze worden aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.
Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin kennis van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. In de Pimsleur cursussen is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.
Populariteit
Onder andere Amerikanen gebruiken de taalcursussen van Pimsleur en de ervaringen met Pimsleur variëren. De gebruikers zijn in het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Nederlands.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de methode van Pimsleur erg goed, omdat de insprekers allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Nederlands praten.
Een keerzijde van de leermethodiek van Pimsleur is dat niets uitgelegd wordt. De student leert geen bouwstenen van de Nederlandse taal om zelf een zin te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnen doen die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn methode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Michel Thomas’ uitgangspunt was dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij stressvrij is. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De Michel Thomas-methode bestaat uit audiolessen (Nederlands), door twee stemacteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarbij de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de cursist op de pauzeknop klikt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er is geen huiswerkstudenten hoeven niet uit het hoofd te leren. Bij de methode worden de lessen in kleine stapjes opgebouwd en nieuwe Nederlandse lesstof wordt met reeds bekende Nederlandse lesstof afgewisseld. De uitleg wordt in de Engelse taal gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden gewezen tussen de Engelse taal en het Nederlands, als die er zijn. De methode geeft ook grammaticale uitleg. Makkelijke stof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere stof volgt pas nadat de makkelijke stof door de student Nederlands begrepen en geleerd is. Behalve Nederlandse woorden en zinnen worden ook bouwstenen aangeleerd. Hiermee kunnen de studenten zelf zinnen construeren. De methode maakt ook gebruik van flashcards zodat studenten zelf hun vocabulaire Nederlands kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te meten.
Populariteit
Veel gebruikers zijn over het algemeen tevreden over de uitleg van de structuren van het Nederlands en vinden de cursus plezierig werken. De gebruikers die wat verder zijn met de taal, vinden de cursussen minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursus is heel toegankelijk en traint de luistervaardigheid en de uitspraak Nederlands op een efficiënte wijze. Een minpunt van de Michel Thomas-methode is dat de cursus Nederlands geen schrijfvaardigheid biedt. Een werkelijke interactie is er ook niet doordat de leermethode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 door schrijver en polyglot Alphonse Chérel is opgericht. Dit bedrijf maakt cursussen voor vreemde talen en publiceert deze. Hun eerste boek was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘opgaan in de groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen uitgangspunt voor een taalcursus (zoals Nederlands) is. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek Nederlands, audio-CD’s en een USB-stick. Bij voorkeur besteedt de cursist ongeveer twintig minuten per dag aan de cursus.
De lessen bestaan uit Nederlandse dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De Nederlandse vertaling staat naast deze dialoog, met de grammaticale uitleg. Om de uitspraak van het Nederlands te oefenen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnetjes die zijn ingesproken door native speakers en die de cursist herhaalt. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de cursisten; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij populair. De taalcursussen zijn relatief voordelig en het aanbod aan verschillende talen is groot.
Voor- en nadelen van Assimil
Het voordeel van de Assimil-methode is dat de cursisten Nederlands in hun eigen tempo kunnen leren op het moment dat dit het beste past. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle computertaalcursussen, dat de cursisten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen taaltrainer Nederlands om de student te motiveren of te begeleiden.
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog moesten de (Amerikaanse) soldaten de elementaire verbale communicatieve vaardigheden leren. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook wel de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als een reactie op de grammatica-vertaalmethode worden beschouwd. Nieuw was dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in de Nederlandse taal) en (Nederlandse) grammaticale structuur worden door middel van mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is vrijwel zonder fouten Nederlands kunnen verstaan en spreken, wat begint bij leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt met drills gewerkt om Nederlandse zinnen alsook structuren goed te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch worden. De taaltrainer Nederlands kan bijvoorbeeld een bepaalde zin 10 keer herhalen en daarna een extra Nederlands woord hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel gewerkt in de zogeheten talenpractica, waarbij studenten Nederlands een hoofdtelefoon op hebben en zinnen beluisteren en deze zinnen nazeggen. Het geschreven Nederlands wordt pas aangeboden als het mondelinge Nederlands inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe Nederlandse woorden te introduceren.
Populariteit
In ons land werd de audiolinguale methode pas rond het jaar 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet inging. Al snel waren er grote bezwaren tegen de inhoudsloze drills. De techniek wilde wel eens haperen, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats hiervan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Nu was alom geaccepteerd dat het bij het leren van de taal (zoals Nederlands) niet gaat om het memoriseren van de (Nederlandse) grammatica, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid (Nederlands), waar de meeste taaldocenten vóór 1970 geen of nauwelijks aandacht aan schonken, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor studenten Nederlands die beginnen effectief. Een juiste uitspraak Nederlands wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een vlotte en efficiënte kennisoverdracht. Ook voor grotere groepen is de methode geschikt.
Dit docentgestuurde aspect is tevens een nadeel; eigen inbreng wordt niet verlangd van de studenten, waardoor het gevaar van passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid op de loer ligt. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk zijn om te zetten in levend taalgebruik Nederlands.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) zodanig te leren dat ze worden opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De methode werkt aan de hand van zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die later worden herhaald. De opgeschreven Nederlandse woorden of zinnen worden door de lerende hardop gelezen. Het is niet het idee om deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, maar door de blootstelling gebeurt dit automatisch. Deze woordenlijst wordt telkens bijgewerkt; Nederlandse woorden die aangeleerd zijn, worden van de lijst verwijderd. Die Nederlandse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method claimen dat deze zinnen of woorden in het Nederlands spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten worden opgeslagen, maar veel geheugenwetenschappers betwijfelen dit. In het algemeen wordt kennis opgeslagen wanneer deze kennis relevant en van betekenis is. De GoldList-methode kan dus alleen functioneren voor Nederlandse woorden die relevant en betekenisvol zijn voor de student.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die baat hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje zou deze GoldList Method goed kunnen functioneren. Met de hand schrijven functioneert beter dan typen of, zelfs behoorlijk zinloos: een foto maken, doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen bestaan uit uiteraard veel meer dan een verzameling losse woorden en/of zinnen. Daarnaast is deze GoldList-methode bijzonder tijdrovend omdat steeds handgeschreven lijsten moeten worden aangelegd.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke manier van het verwerven van een vreemde taal (zoals bijvoorbeeld Nederlands). De leermethode probeert het Nederlands aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Op die wijze leert men onbewust eveneens de taalregels van het Nederlands. Alleen het Nederlands met een aantal visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Een stressvrije leeromgeving voor de studenten is het streven van de leermethode. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie Nederlands mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De methode legt de nadruk op communicatie en minder op expliciete Nederlands grammatica en de correctie van vormfouten.
De methode heeft het meeste rendement als de lerenden in het Nederlands worden ondergedompeld. Om ervoor te zorgen dat de lerenden plezier van de ervaring hebben, dienen de leeractiviteiten die in het Nederlands worden aangeboden, stimulerend te zijn.
De Natural Method leermethode heeft vrij veel overeenkomsten met de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid tussen deze twee methoden is dat de Directe Methode meer nadruk legt op de praktijk en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is veelvuldig aangetoond dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode kan zijn. De methode is een populaire methode van lesgeven onder taaldocenten Nederlands, doordat de methode vrij eenvoudig te begrijpen is voor lerenden. Kritiek kent de Natural Method ook. De methode is vooral gericht op het impliciet aanleren van de grammatica van het Nederlands. De student zou inderdaad leren te communiceren in het Nederlands, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal door onvoldoende kennis van de grammatica van de taal.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier Nederlands te leren. Studenten wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Nederlands. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde Nederlands langer.
Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie. De methode bereidt de lerende ook niet per se voor op een specifiek Nederlands examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 door Charles Carpenter Fries en Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
Deze Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode met als doel lerenden vertrouwd te laten raken met de grammaticale en fonologische structuren van de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands). Volgens de SA levert de beheersing van deze structuren meer op dan het leren van woordenschat Nederlands. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste combinaties van Nederlandse woorden en groepen woorden in de juiste woordvolgorde is waar het bij de methode om draait. Deze combinaties worden gepresenteerd aan studenten in reële situaties met gebruik van dramatiseringen, visualisaties, gezichtsuitdrukkingen en handelingen. Bij de methode worden de structuren die het vaakst gebruikt worden, als eerste aan de taallerende aangeboden. Mondelinge vaardigheid Nederlands (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hierbij in de eerste instantie gebruikt; leesvaardigheid en schrijfvaardigheid volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Nederlands (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt grammatica een grote plek. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd op vrij grote schaal in de jaren vóór 1970 gebruikt voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als voordeel dat de studenten het Nederlands op een nauwkeurige wijze geleerd wordt. Studenten krijgen inzicht in de grammatica van het Nederlands en leren in welke situatie bepaalde Nederlandse woorden of woordcombinaties geschikt zijn of niet voor de situatie. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de Structural Approach ook. De werkwijze is nogal tijdverslindend en levert niet onmiddellijk een succeservaring op. De eigen inbreng van de student is gelimiteerd; de leermethode is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, ontstond in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een vreemde taal legde. De taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van een vreemde taal (zoals Nederlands).
De met leren middels CLT-technieken het Nederlands in praktijk te brengen door de interactie met de taaldocent Nederlands en onderling. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten, geschreven in het Nederlands of ander materiaal uit het dagelijks leven of de werksituatie. Zowel tijdens als buiten de les wordt het Nederlands gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten Nederlands dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Nederlands in allerlei soorten situaties uit de praktijk te oefenen. Nederlandse grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT zijn docenten Nederlands echt trainers, die studenten leren in het Nederlands te communiceren.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, deels omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. In het verenigde Europa ontstond een grotere behoefte aan het leren van vreemde talen op een wijze die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel goede kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; de methode is studentgericht en functioneel. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Nederlandse woorden die voor hen nodig zijn. CLT is efficiënt. Voor de lerenden is dit stimulerend, omdat zij snel succes ervaren. Fouten maken mag; de taalvaardigheid wordt al doende geleerd en verbeterd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak minder aandacht wordt besteed. De voorbereiding en de planning vereist veel tijd van de docent en van de studenten vraagt het een actieve deelname. Voor bepaalde studenten kan deze manier van leren moeilijk of ongebruikelijk zijn, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. CLT (communicatief taalonderwijs) draait om het trainen van taalvaardigheden; het gaat hierbij om de functie en in mindere mate om de vorm en de methode biedt geen echt samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gericht op praktisch taalgebruik. Er word geleerd om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens schrijver van lesboeken; Johann Valentin Meidinger. Hij ontwikkelde een leermethode waarin de grammatica in het middelpunt stond rond het jaar 1783. Meidinger wordt als de grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM) gezien.
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gestoeld, wat de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie was. Onderwijs in Latijn was vanzelfsprekend op geschreven teksten van de klassieke schrijvers gericht en geheel op de grammatica en het vertalen gericht. Dat werd beschouwd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat van de analyse uit van de taalstructuren en de taalvormen (van bijvoorbeeld Nederlands) waarbij studenten zelf inzicht ontwikkelen. De lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Nederlands krijgen de nadruk. De taaldocent draagt kennis Nederlands over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw was er ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed op het taalonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De methode vormt een aardige mentale training aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren. Deze methode biedt ook inzicht in de structuur van het Nederlands, doordat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
Er zijn echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de spreek- en luistervaardigheid Nederlands ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren weinig mondeling kan worden toegepast. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Nederlands, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in groepsverband biedt de methode geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de lerenden. Lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (Engelse naam: language immersion of alleen immersion) wereldwijd toegepast, hoofdzakelijk op de middelbare school waarbij een vak (bijvoorbeeld wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. In Nederland is ‘onderdompeling’ bekend als de methode die bij onze collega’s van Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’ wordt toegepast. De methode is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die taalles Frans onderwezen aan welgestelde vrouwen uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling houdt in dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, vanaf het begin omgeven wordt door de nieuwe taal. Alle instructies vinden plaats in de doeltaal (Nederlands); in het begin langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke wijze. De student wordt ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Nederlands te spreken. De methode maakt gebruik van rollenspellen en simulaties. Scholen die werken met onderdompeling, richten de omgeving veelal in de stijl van het Nederlands om een situatie te creëren alsof de lerenden in Nederland zijn. Studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Nederlands spreken. Een andere wijze om onderdompeling te bereiken, is naar Nederland te gaan en daar in een gastgezin te verblijven.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een uitstekende leermethode voor vreemde talen gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Nederlands kan op deze manier uitstekend worden aangeleerd.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het belangrijkste voordeel is dat met deze methode snel resultaat wordt bereikt, omdat de leermethode nogal intensief is. Het is een kwestie van ‘sink or swim’, de lerenden moeten daadwerkelijk gaan communiceren in het Nederlands omdat zij erdoor worden omgeven. De studenten zijn in principe 24 uur per dag Nederlands aan het leren. Het samen oefenen in groepsverband versterkt de sociale interactie. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.
Dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel van de methode. Als iemand in een korte tijd Nederlands leert, door in Nederland te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Dat een dergelijke taaltraining Nederlands nogal intensief is, kan een andere keerzijde van de methode zijn. Niet alle studenten hebben de conditie om deze manier van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om een vreemde taal te leren die ontwikkeld is in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een taal; bijvoorbeeld Nederlands) te kunnen leren. Hiervoor is het essentieel dat er een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen is tussen de taaldocent (Nederlands) en de studenten. Dat de student zich veilig voelt en ontspannen is, is de voorwaarde hiervoor. Om deze situatie te creëren, was een leslokaal met een rijopstelling ongeschikt. De lerenden zaten in de les in comfortabele stoelen die waren geplaatst in een halve cirkel en er werd altijd muziek tijdens de klas gedraaid. De leermethodiek voorgestaan door Lozanov, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Bij de teksten waren woordenlijsten alsook opmerkingen met betrekking tot de grammatica van de doeltaal (het Nederlands). Het voorlezen gebeurde met veel expressie in stem en gebaren. De lerenden werden zo overgehaald om te luisteren en ze konden de (Nederlandse) woorden die nieuw waren, gemakkelijk begrijpen en opnemen. In de lessen werd veel aandacht geschonken voor cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Nederland). Er werd met rollenspellen gewerkt en er bijvoorbeeld (Nederlandse) streekgerechten werden gemaakt en geproefd.
Populariteit
De leermethodiek Suggestopedia was omstreden en is niet erg bekend meer. Sommige elementen zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer in de les, waardoor de student minder hinder zal krijgen van faalangst of frustratie. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een bijkomend pluspunt van de methodiek is dat de lerende gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situaties en actief mee te doen, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijkertijd is dit voor bepaalde lerenden een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Daarnaast kan muziek bij sommigen eerder afleiden en zelfs verstorend werken in tegenstelling tot stimulerend of ontspannend. Een andere zwakke zijde is dat de relatie taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle input komt van de Nederlandse taaldocent waarbij de lerende steeds de ontvangende partij is.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran ontwikkelde Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning geheten in het jaar 1976.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van een taal zij willen leren. De CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaldocent als counselor optreedt die de zinnen van de lerenden omschrijft. De lerenden beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als de studenten de te leren taal (Nederlands) nog niet genoeg machtig zijn. De trainer (Nederlands) legt uit en vertaalt, waarna de studenten de uitingen van de trainer zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Nederlands worden opgenomen om daarna opnieuw te kunnen beluisteren.
Community Language Learning bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de wisselwerking tussen de studenten als middel om het Nederlands te leren. Het zijn de lerenden zelf die het lesmateriaal bepalen aan de hand van zinvolle gesprekken. Er is geen leerboek Nederlands dat gebruikt wordt.
Populariteit
Het slagen van de methode is in hoge mate afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. De taaltrainer dient naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig onderlegd te zijn. Deze trainer dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de studenten uitstekend te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. Deze methode kan goed werken indien deze correct wordt gebruikt. Deze methode is niet geschikt voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt de lerenden veel autonomie. De studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken vaak zinvol. Niet alleen tijdens de lessen Nederlands, maar ook daarbuiten wordt de groep vaak zeer hecht. Met de methode van Community Language Learning worden studenten zich een stuk bewuster van de groepsgenoten, de sterke en minder sterke punten en ze leren om als team te werken. Het bespreken van de fouten en het evalueren van de les Nederlands is heel leerzaam voor de studenten. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden deel van de actieve woordenschat van lerenden.
Dat de trainer niet sturend is, terwijl sommige studenten deze sturing wel nodig hebben, kan een nadeel zijn. Er wordt geen lesboek gebruikt en er worden ook geen toetsen Nederlands gehouden. Hierdoor is het succes moeilijk meetbaar. Sommige lerenden worden geremd in hun Nederlands spreken als zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren ontwikkeld door Michael Lewis in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een vreemde taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en het produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. Studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Nederlands (de grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Zo leren ze hoe het Nederlands ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt de woordenschat Nederlands een grotere plaats in dan de Nederlandse grammatica. Instructies zijn op situaties en Nederlandse uitdrukkingen gericht die vaak in dialoog voorkomen. Voor interactie is aandacht maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er is veel mogelijkheid voor het zelfstandig ontdekken van de Nederlandse taal.
Het is de taak van de taaldocent Nederlands om voor genoeg input te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen dertig jaar lesboeken duidelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt geschonken aan de woordenschat die wordt aangeboden in chunks, in betekenisvolle brokjes. Een drastische omwenteling in de wijze waarop een vreemde taal wordt onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is echter uitgebleven.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door het werken met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal, leren lerenden het Nederlands op een natuurlijke manier te gebruiken. Op deze manier ontstaat souplesse in het taalgebruik Nederlands.
Het nadeel van deze methode is dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties. Sommige studenten vinden het moeilijker om patronen van het Nederlands zelf te herkennen en hebben meer aan een taaldocent Nederlands die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is ontwikkeld door de Franse leraar François Gouin in het jaar 1880.
Kenmerken van de Series Method
Een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van de grammatica, is het uitgangspunt van de seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van Gouin. De studenten leren zinnen op basis van een handeling, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als de mens in de samenleving, beroep en wetenschap, het leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het betreft een soort eentalige leermethode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten snel in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Nederlands) leren denken.
Populariteit
De concepten van Gouin over taal waren bijzonder vooruitstrevend. François Gouin’s leermethodiek was gedurende een bepaalde periode een succes, ondanks de ongewone aanpak. De methode van François Gouin werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Maximilian Berlitz.
Voor- en nadelen van de Series Method
François Gouin’s Series method ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Nederlands van de lerende en creëert een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer.
De methode creëert levendig onderwijs. Dit soort onderwijs Nederlands wekt de leermethode enthousiasme op bij de studenten doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een nieuwe taal leren wordt tastbaar; iets wat geheel nieuw was. Het maakt studenten Nederlands nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. Door de methode worden de communicatieve competenties Nederlands van de studenten met de methode goed gestimuleerd.
De methode van Gouin heeft als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever is, lastig met bewegingen en expressies in één duidelijke ervaring te vangen is. Een bijkomend van de seriemethode is de bewerkelijkheid voor de taaldocent, die tenslotte een hele reeks aan series moet voorbereiden. Als derde punt richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching; TBLT (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers van deze methode zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze achter de methode is dat de verwerving van de taal (zoals het Nederlands) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te voeren. De studenten krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Nederlands) vereist. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat ze over woordenschat en regels van het Nederlands van het Nederlands beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld boodschappen doen, een e-mail schrijven, bellen met de klantenservice, iets te drinken bestellen of de krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen opgesplitst: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst voorbereidt op de taak, de taak vervolgens uitvoert en tot slot op de taak terugblikt. De lerenden moeten samenwerken om de opdrachten uit te kunnen voeren. Om leereffect te hebben, moeten de taken net boven het taalniveau Nederlands van de lerenden liggen.
Populariteit
Task-Based Language Teaching (TBLT) heeft aan populariteit gewonnen vanaf de vroege jaren 90 en zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheden bij studenten (met name studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Nederlands) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Nederlands) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, zolang de opdracht goed bij de lerenden aansluit. De lerende komt op een dagelijkse, natuurlijke wijze in contact met het Nederlands en leert op deze manier authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren bovendien om samen te werken met andere studenten Nederlands. De studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en prettig.
Als nadeel kan gezien worden dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Nederlands, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en taalkundige op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’. Dogme 95 was een beweging van een groep Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier uit 1995, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT). Voor het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan tien strenge regels (tien dogma’s). Deze behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doel van Dogme-taalonderwijs is het houden van inhoudelijke conversaties die over praktische zaken gaan. Hierbij draait het om communicatie als de drijvende kracht van een taal leren (bijvoorbeeld Nederlands). Daarom is deze leermethode een communicatieve aanpak voor het onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder het gebruik van leerboeken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan focust op de communicatie tussen docent en lerenden. Net zoals de Dogme-beweging in de film, kent het Dogme-taalonderwijs tien uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van een vreemde taal (zoals Nederlands) suggereren dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding is vereist, is een pluspunt voor de taaldocent Nederlands. Dat studenten verantwoordelijk is voor zijn of haar eigen leerproces, kan erg motiverend zijn. Voorspelbaar zijn de lessen Nederlands zo nooit. Dit zorgt voor spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Tijdens een taalles volgens de Dogme-benadering is vrijwel alles bespreekbaar. De studenten blijven zo betrokken en alert.
Studenten kunnen zich daarentegen wel wat minder op hun gemak voelen als ze zo weinig begeleid worden door de taaldocent. Voor dit type onderwijs zijn ook niet alle taaltrainers Nederlands flexibel genoeg. Dat studenten zich vaak op een bepaald examen Nederlands moeten voorbereiden, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde stof tijdens de taalles aan de orde komt, kan een ander keerzijde vormen.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson ontwikkeld.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Nederlands). De primaire aanname van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het verwerven van het Nederlands; het doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van Nederland). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraar of docent’. De Growing Participator Approach heeft overeenkomsten met, en is gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Nederland voeren deze activiteiten uit. Begrijpen gaat voor produceren. De focus ligt op Nederlandse woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de leermethode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 van de methode van de leermethode is de verhaalopbouwfase. Deze neemt ruwweg 150 uur in beslag en de deelnemer begint nu ook Nederlands te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen worden gedeeld alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en verzorgers beginnen nu diepere gesprekken te voeren over het leven in de Nederlandse cultuur. In fase 5 van de leermethode beginnen deelnemers zich te richten op het taalgebruik van moedertaalsprekers Nederlands aan de hand van films, televisie of nieuws en literatuur. Het Nederlands dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om de groei naast de formele taalsessies Nederlands.
Populariteit
Er is nog niet veel bekend over het succes omdat de methode van Thomson nog vrij nieuw is. Deelnemers zijn vrij enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een duidelijke doorkijk op het proces van taalverwerving Nederlands geboden. Deze zes afzonderlijke fasen van GPA bieden realistische doelen alsook een duidelijk tijdsschema. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van het Nederlands, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een minpunt van deze benadering is dat voor iedere deelnemer of minimaal iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door de Amerikaanse polyglot en taalkundige Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Nederlands) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het is een relatief eenvoudige methode: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt vervolgens wat hij of zij hoort. Het gaat in eerste instantie om de klank; de Nederlandse tekst ook begrijpen is niet belangrijk. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak totdat het gemakkelijk gaat en de lerende simultaan met de audio-opname Nederlands kan spreken. De lerenden zullen na enige tijd een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat zij gezegd hebben. Zolang deze boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende teksten, zijn diverse leerboeken geschikt voor deze methode. De Nederlandse audio-opname dient idealiter wat boven het niveau van de lerenden te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. Doordat fysieke bewegingen de opname versterken van de vreemde taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel, doet Alexander Argüelles de aanbeveling lerenden om tijdens het spreken te lopen, liefst buiten, en niet te zitten. Dat de studenten minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, is een bijkomende reden zodat het leren van het Nederlands veel effectiever gaat.
Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale driloefeningen werden gebruikt in plaats van dialoog of samenhangende teksten. Ook het simultaan spreken is anders aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan in de afgelopen jaren naar Shadowing waaruit blijkt dat de techniek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van het Nederlands wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Het praktische voordeel van Shadowing dat de methodiek kan worden gebruikt in een groep studenten, waarbij alle deelnemers actief leren. Het rendement van de Shadowing-methode is hoog.
De techniek van Shadowing heeft als keerzijde is dat de lerenden het soms wat saai vinden om dezelfde Nederlandse tekst steeds te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Nederlands) te leren die van het principe uitgaat dat mensen leren met behulp van bewegingen en handelingen. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend taken en belonen hen als ze deze taken uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste instantie de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat verbaal reageren in een later stadium. De luistervaardigheden Nederlands zijn dus de basis, de spreekvaardigheden volgen later.
TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Nederlands. De taaldocent geeft opdrachten op een begrijpelijke en vriendelijke manier, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de student doet na. In het begin wordt nog niet van de lerenden verwacht dat zij Nederlands spreken; in een later stadium geven de lerenden de taken. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels aangepast.
Door het combineren van beweging en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Nederlands beklijft ook beter.
Populariteit
Voornamelijk wordt TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar ook middelbare scholieren en volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De methode zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in het leren van het Nederlands bevordert. Het zorgt een stressvrij leerproces. De methode van TPR® is in principe geschikt voor alle doelgroepen, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en de methodiek kan eveneens in grotere klassen gebruikt worden. Het Nederlands wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is het minpunt van TPR®. Hierdoor werkt de methode tot op een zeker taalniveau en is een andere methode nodig als aanvulling. Ook is de leermethode niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar gevoelens, ideeën en meningen in het Nederlands uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren 80 van de negentiende eeuw de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als tegenreactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging rond het jaar 1900 met nieuwe visies over leren dat zelfontdekkend en inductief zou moeten zijn. Die Reformbeweging had overigens niet alleen betrekking op het leren van een vreemde taal, maar ook over voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Omstreeks het jaar 1900 streefden de mensen, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van keurslijven. Er ontstond binnen het taalonderwijs veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica vooral inductief werd aangeboden, met voorbeeldzinnen. De taalregels moesten door de lerenden hieruit afgeleid worden. Veel mondelinge oefeningen en met meer aandacht kwamen er voor de uitspraak (zoals het Nederlands). Het werd gestimuleerd de lerenden veel in het Nederlands te laten spreken. Het was ook een nieuw verschijnsel dat de les in het Nederlands werd gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. Het aanleren van de (Nederlandse) vocabulaire werd gedaan aan de hand van plaatjes en voorbeelden. Lerenden boden zelf abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deels onder invloeden van de oorlogen en crises ebde deze golf van vernieuwing van het begin van de twintigste eeuw weg, om in de jaren 60 weer in een andere vorm terug te keren.
Met (een moderne versie van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier van leren is, is het belangrijkste voordeel van de Directe Methode. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht besteed aan spreken en luisteren, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid kunnen krijgen. Keerzijden heeft de leermethode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid (Nederlands) is bij deze methode veel minder aandacht en voor lezen ook minder. Voor studenten die verder meer gevorderd zijn in het Nederlands, biedt de Directe Methode niet genoeg uitdaging. Doordat deze leermethode een dynamische inzet vanuit de student verwacht, is de leermethode ook niet zeer geschikt voor minder snel lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om talen te leren, is de manier waarop een kind de moedertaal leert. Het leren van een taal (zoals Nederlands) dient gemakkelijk en veilig te zijn. Manesca wil om die reden niet met abstracte lijstjes of regels met Nederlandse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode staat bekend als de eerst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is op het werken met een groep lerenden en een trainer Nederlands gebaseerd, die steeds één Nederlands woord tegelijk introduceert. Bij dit woord hoort een specifieke beweging. Het Nederlandse woord en de bijbehorende beweging worden daarna door de studenten afzonderlijk herhaald. Door deze herhaling onthouden de studenten de Nederlandse woorden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. De woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de Nederlandse zinnen. De Nederlandse spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De Manesca-methode is reeds een aantal jaren later overgenomen en aangepast door de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Manesca is twee jaar na publicatie van zijn leermethode overleden. Het werk van Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van de ideeën van Jean Manesca zijn actueel en worden nog steeds in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode geldt als de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en het geleerde gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Dat het wat saai kan worden om dezelfde Nederlandse woorden en zinnetjes steeds te herhalen, kan een nadeel zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is in het jaar 1963 ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een taalleermethode (voor bijvoorbeeld Nederlands) die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. Gattegno’s methode gaat uit van de autonomie van de studenten en hun actieve deelname.
De taaldocenten Nederlands gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de studenten, reacties te krijgen en hen aan te moedigen om fouten te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Nederlands) van de te leren taal besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong een wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt voor de energievoorraad van de studenten was. Caleb Gattegno ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder dan als mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat trainers niet zozeer naar het overbrengen van kennis zouden moeten streven, maar bewustzijn dienen aan te spreken, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te kunnen leren.
The Silent Way hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokjes, die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek gebruikt ook Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van het Nederlands vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Vooral bij het aanleren van de uitspraak van het Nederlands zijn Gattegno’s ideeën wel van belang geweest, alhoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de benadering van Gattegno is dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de student, die per slot van rekening als autonoom beschouwd wordt. De docent Nederlands is bij deze leermethode in principe aan de student dienstbaar en niet andersom. Met The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke wijze gestimuleerd. Vaak wordt de geleerde taalkennis goed verwerkt en onthouden door de lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De lerende ‘mag’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Het kan een nadeel van de methode zijn dat sommige studenten intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode voorstaat. Een lerende zou gefrustreerd kunnen raken door het gebrek aan inbreng van de taaldocent Nederlands. Het gebruik van kleuren en grafieken heeft als limiterende factor dat ‘het nieuwe’ er snel af is, waardoor het effect van de methode verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en is van de TPR-techniek (Total Physical Response) afgeleid.
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het uitgangspunt van TPRS is een natuurlijke wijze van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. Om dit te bereiken, worden lerenden aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. De docent Nederlands vertelt een verhaal, waarin nieuwe Nederlandse woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Omdat deze verhalen van de trainer gemakkelijk zijn te begrijpen, voelen de lerenden zich ontspannen. Nederlandse woorden en structuren worden op deze manier ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student. De studenten worden door de taaldocent op grammaticale verschijnselen van het Nederlands gewezen, zonder dat studenten taalregels uit hun hoofd hoeven te leren.
Na een poosje zal de lerende ‘automatisch’ Nederlands gaan spreken en de Nederlandse grammaticale structuur nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant is een verhaal op te bouwen om met een groep studenten. De docent Nederlands schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met hun Nederlandse vertaling, om daarna samen met de lerenden hier een verhaal van te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Nederlands, omdat dit voor input zorgt. Schrijven in het Nederlands volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de trainer dient goed getraind te zijn en de setting dient geschikt te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige manier om Nederlands te leren en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is TPRS een plezierige methode en het is niet moeilijk om bij te les te blijven. Voor studenten werkt het zeer motiverend om zelf verhalen te verzinnen.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de taaldocenten vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-leermethodiek is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met een tweetalige tekst die in Egypte is gevonden, met behulp waarvan de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. In het jaar 1996 is de eerste versie van de methode is uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een wijze om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone zijn in meer dan dertig talen beschikbaar en de cursussen zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze imiteert waarop een kind de moedertaal leert. Dit wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te spreken. Rosetta Stone gebruikt hiervoor stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Nederlands) en foto’s om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal (het Nederlands). Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen dat de Nederlandse uitspraak registreert en een schematische weergave hiervan maakt. Dit maakt het mogelijk voor de student om zijn of haar uitspraak te vergelijken met die van native speakers (moedertaalsprekers Nederlands). Uitspraakverbetering kan worden bereikt door de voorbeeldstem minder snel te laten spreken en de studenten daarna veel na te laten spreken.
Voor de schrijfvaardigheden Nederlands biedt de methode dictee-oefeningen. De software controleert de Nederlandse grammatica en de spelling en wijst op eventuele fouten en biedt de mogelijkheid om deze fouten van de lerende te verbeteren.
Het programma van Rosetta Stone biedt eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
Wereldwijd wordt de methode van Rosetta Stone veelvuldig toegepast en niet door de minsten. Onder andere het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. Rosetta Stone wordt in ons land door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen gebruikt, alsook door een aantal internationaal opererende bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone-methode is erg makkelijk in het gebruik en kan door studenten worden ingezet op elk moment. De lerende kan zelf bepalen welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken. Veel lerenden ervaren het als prettig om met de Rosetta Stone-methode te werken. Bij een gebrek aan taaldocenten kan de Rosetta Stone-methode een oplossing bieden voor scholen. Een keerzijde is dat er geen docent beschikbaar is die lerenden kan motiveren of iets extra’s kan bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul M. Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij introduceerde in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
De taalcursus van Pimsleur bestaat uit zinnetjes en dialogen in de doeltaal die door lerenden daarna worden nagesproken en herhaald. De Nederlandse zinnen zijn ingesproken door moedertaalsprekers (native speakers). De cursus is gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en wederom herhaling. De les omvat een audio-opname van een half uur met nieuwe woordenschat en structuren. De grammaticale structuren van het Nederlands worden niet uitgelegd maar deze worden aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.
Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin kennis van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. In de Pimsleur cursussen is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.
Populariteit
Onder andere Amerikanen gebruiken de taalcursussen van Pimsleur en de ervaringen met Pimsleur variëren. De gebruikers zijn in het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Nederlands.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de methode van Pimsleur erg goed, omdat de insprekers allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Nederlands praten.
Een keerzijde van de leermethodiek van Pimsleur is dat niets uitgelegd wordt. De student leert geen bouwstenen van de Nederlandse taal om zelf een zin te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnen doen die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn methode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Michel Thomas’ uitgangspunt was dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij stressvrij is. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De Michel Thomas-methode bestaat uit audiolessen (Nederlands), door twee stemacteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarbij de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de cursist op de pauzeknop klikt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er is geen huiswerkstudenten hoeven niet uit het hoofd te leren. Bij de methode worden de lessen in kleine stapjes opgebouwd en nieuwe Nederlandse lesstof wordt met reeds bekende Nederlandse lesstof afgewisseld. De uitleg wordt in de Engelse taal gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden gewezen tussen de Engelse taal en het Nederlands, als die er zijn. De methode geeft ook grammaticale uitleg. Makkelijke stof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere stof volgt pas nadat de makkelijke stof door de student Nederlands begrepen en geleerd is. Behalve Nederlandse woorden en zinnen worden ook bouwstenen aangeleerd. Hiermee kunnen de studenten zelf zinnen construeren. De methode maakt ook gebruik van flashcards zodat studenten zelf hun vocabulaire Nederlands kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te meten.
Populariteit
Veel gebruikers zijn over het algemeen tevreden over de uitleg van de structuren van het Nederlands en vinden de cursus plezierig werken. De gebruikers die wat verder zijn met de taal, vinden de cursussen minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursus is heel toegankelijk en traint de luistervaardigheid en de uitspraak Nederlands op een efficiënte wijze. Een minpunt van de Michel Thomas-methode is dat de cursus Nederlands geen schrijfvaardigheid biedt. Een werkelijke interactie is er ook niet doordat de leermethode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 door schrijver en polyglot Alphonse Chérel is opgericht. Dit bedrijf maakt cursussen voor vreemde talen en publiceert deze. Hun eerste boek was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘opgaan in de groep, mengen met’, wat wel een hooggegrepen uitgangspunt voor een taalcursus (zoals Nederlands) is. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek Nederlands, audio-CD’s en een USB-stick. Bij voorkeur besteedt de cursist ongeveer twintig minuten per dag aan de cursus.
De lessen bestaan uit Nederlandse dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De Nederlandse vertaling staat naast deze dialoog, met de grammaticale uitleg. Om de uitspraak van het Nederlands te oefenen, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnetjes die zijn ingesproken door native speakers en die de cursist herhaalt. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de cursisten; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij populair. De taalcursussen zijn relatief voordelig en het aanbod aan verschillende talen is groot.
Voor- en nadelen van Assimil
Het voordeel van de Assimil-methode is dat de cursisten Nederlands in hun eigen tempo kunnen leren op het moment dat dit het beste past. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle computertaalcursussen, dat de cursisten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen taaltrainer Nederlands om de student te motiveren of te begeleiden.
Er bestaat ook een ruim aanbod aan complete taalcursussen voor zelfstudie Nederlands: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Babbel, Duolingo, Mondly en Quizlet.
Er bestaat echter een betere manier om Nederlands te leren: De Dagnall Methode.
Het alom bekende hoge rendement van Dagnall Talen wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden toe te passen, maar vooral doordat de focus van ons taleninstituut steeds op de cursist(en) ligt, bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? De cursussen van Dagnall Talen zijn bij voorkeur face-to-face. We werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Dagnall Talen biedt daarnaast een online leerplatform en een eigen app, beide met Nederlandse woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de app worden geladen met jargon van uw organisatie of bedrijf.
Tenslotte beschikken de trainers over veel eigen lesmateriaal en spelen ze voortdurend in op actuele ontwikkelingen en thema’s die voor de cursisten interessant zijn. Onze docenten Nederlands zijn zeer bedreven in het plezierig en vlot aanleren van de Nederlandse taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden vlug in de praktijk kunnen worden gebruikt.
Visueel, auditief of kinesthetisch? Door met de natuurlijke wijze van leren rekening te houden en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Taleninstituut het hoogste rendement bij haar taaltrainingen. Een bijkomend voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk door zowel onze cursisten als onze taaltrainers als een zeer prettige methode wordt ervaren. Onze door de jaren heen ontwikkelde en verfijnde werkwijze is niet alleen ons handelsmerk geworden, maar deze werkwijze creëert ook de waarde van onze maatwerktrainingen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)trainingen die online gevolgd kunnen worden, dus op afstand. Men noemt het wel een virtual classroom oftewel een ‘digitaal leslokaal’. Het zogenaamde blended learning is een vorm van training waarbij face-to-face-sessies (klassikale sessies) worden gecombineerd met online leren in een online leeromgeving. Simpel uitgelegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Europoort Rotterdam.
Online Nederlands leren (e-learning Nederlands)
Enkele voorbeelden van digitale platformen die voor online communiceren en leren kunnen worden gebruikt, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Nederlands in Europoort Rotterdam
Het voordeel van blended learning ten opzichte van online leren is dat, als het niet om 1-op-1 les gaat, de lerenden bij blended learning met afwisseling wel zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren; dat houdt in persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van de andere lerenden.
100% maatwerk – ook online! Uiteraard biedt Taleninstituut Dagnall eveneens blended learning in Europoort Rotterdam op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall beschikt over een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online biedt interactieve en gevarieerde content en het platform is een integraal onderdeel van een digitaal leertraject. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Naast het online leerplatform bieden wij ook een handige eigen App voor Android alsook Apple. Het voordeel van de Dagnall App is dat een lerende altijd en overal, dus 24/7, op elk beschikbaar (mobiel) apparaat toegang heeft. Zowel op het werk maar eveneens thuis of onderweg, bijvoorbeeld eveneens in het buitenland. Deelnemers kunnen dus Nederlands leren wanneer en waar ze maar willen. De oefeningen in de App worden op de behoefte van uw organisatie afgestemd zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Zo kunnen wij bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, specifieke productnamen en juridische termen in onze App integreren. De App kan dus zeer praktijkgericht gebruikt worden en de App blijft ook beschikbaar na afronding van de training Nederlands in Europoort Rotterdam. Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Nederlands
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen of vergaderingen met Nederlandse zakenpartners en klanten uit Nederland zijn op het gebied van taal vaak een uitdaging. Mensen die diverse talen spreken, zijn daarom onmisbaar in veel organisaties en bedrijven.
Online en blended taaltrainingen Nederlands op maat
Dagnall Taleninstituut leert u door middel van professionele online & blended taalcursussen Nederlands communiceren. Wanneer u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan uw Nederlandstalige gesprekspartners te begrijpen en zorg dat u zelf ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheden Nederlands verbeteren voor uw huidige of toekomstige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en zijn eveneens te boeken als onlinecursussen & blended taalcursussen. Een onlinecursus of blended taalcursus Nederlands is even effectief en van hoge kwaliteit als een fysieke cursus en bovendien nog eens comfortabel.
Online taalcursussen en ook blended taalcursussen kunnen overal gevolgd worden; op kantoor, thuis, op (zaken)reis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Nederlands online
Zakelijke en technische taalcursussen online geeft Dagnall Taleninstituut via onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Microsoft Teams of een ander onlineplatform naar voorkeur. Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt interactie en variatie.
Virtuele Classroom voor een individuele taaltraining of groepstraining Nederlands
Alleen het volgende is nodig voor cursussen in een virtuele classroom: - Laptop, tablet of pc met een microfoon en een camera - Een internetverbinding - Een rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
De online en blended taalcursussen van Dagnall worden gekenmerkt door:
Vakbekwaamheid van de taaldocenten Nederlands
De online alsook de blended (taal)cursussen worden door onze gekwalificeerde en toegewijde moedertaal (native) trainers verzorgd
Onze taaltrainers hebben jarenlange ervaring in het verzorgen van taalcursussen voor het bedrijfsleven en (semi-)overheidsorganisaties
Onze taaldocenten zijn HBO of universitair geschoold en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuur – snelle leervordering
De blended en online taalcursussen van Dagnall zijn betaalbare maatwerktrainingen die speciaal op de behoeften en wensen van de cursist afgestemd worden
De inhoud van de taalcursussen wordt aangepast aan het leerplan om structuur te geven aan het leerproces
Een duidelijke structuur helpt uw taaldoelen Nederlands vlot en zelfverzekerd te behalen
De Dagnall online (of blended) taalcursus bestaat uit zowel livesessies als schriftelijke opdrachten. In de livesessies past u de woordenschat Nederlands en de structuren die u in de voorbereiding en de lessen zelf hebt geleerd, actief toe
Dankzij de combinatie van videosessies en zelfstudie komt het bereikte resultaat van de blended- en onlinecursussen overeen met die van de face-to-face cursussen van Dagnall Talen
Lesreeksen kunnen eventueel worden opgenomen, zodat u thuis alles kunt herhalen en niets hoeft te missen
Onze docenten geven naast de taalcursus ook tips voor nog meer digitale zelfstudiemogelijkheden
Vakbekwaamheid en een bepaalde structuur leiden tot een goede wisselwerking tussen de cursisten en de trainer en zijn van groot belang voor het slagen van taaltrainingen Nederlands.
Profiteer nu ook van blended- of onlinecursussen Nederlands gegeven door ons gerenommeerde taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw cursus Nederlands in Europoort Rotterdam ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Nederlands wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Nederlands bevat.
Na afloop van uw cursus Nederlands in Europoort Rotterdam ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Nederlands alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Nederlands. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde cursus Nederlands in Europoort Rotterdam
Het taalniveau van het Europees Referentiekader (ERK) hanteert Dagnall als referentie en geeft u een duidelijk beeld van de huidige en opgedane kennis van het Nederlands. Het niveau van het Europees Referentiekader is een internationaal erkend taalniveau.
Aan het einde van een cursus Nederlands in de Europoort Rotterdam ontvangt u het ‘Dagnall Talen-certificaat’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese norm om de verschillende niveaus van taalvaardigheid in te delen. Het Europees Referentiekader is samengesteld tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa. Het ERK hanteert vijf categorieën van taalvaardigheid, namelijk: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren. De Engelstalige term en afkorting wordt ook veel gehanteerd: CEFR; Common European Framework of References. Het Europees Referentiekader noemt ook 6 niveaus met betrekking tot taalbeheersing; van beginners tot vrijwel moedertaalsprekers. De zes verschillende niveaus van vaardigheid worden van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 op een rij gezet.
Niveau A geldt voor beginners. Cursisten die niveau B Nederlands beheersen, bezitten alle basisvaardigheid in de Nederlandse taal. Niveau C geldt voor gevorderden die de Nederlandse taal met groot gemak kunnen verstaan, lezen, spreken en schrijven. De vaardigheden die horen bij niveau C, benaderen moedertaalsprekers Nederlands. Deze mensen gebruiken de Nederlandse taal vloeiend in verschillende situaties.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Nederlands)
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Talen is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie stelt. De ISO 9001:2015 norm stelt strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. De speerpunten van de ISO 9001:2015 norm zijn het voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall Talen is eveneens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor vertaaldiensten en bevat onder andere eisen voor mensen, projectbeheer, middelen, vertalers en revisoren.
Onze ISO 17100:2015 certificering toont aan dat wij uitsluitend met professionele moedertaalvertalers werken die beschikken over de benodigde kennis en ervaring. Bovendien worden onze vertalingen altijd minimaal twee keer proefgelezen door twee specialisten. De vertalingen worden binnen de deadline en volgens afspraak aangeleverd.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met vele jaren ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties. Jaarlijks wordt Dagnall Talen getoetst door Kiwa om te beoordelen of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
Ons instituut is uiteraard al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk. Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor betrouwbaarheid en kwaliteit. De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsorganisaties en heeft meer dan 450 leden. De missie van de NRTO is: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
De kwaliteit staat voor de NRTO centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de dienstverlening die door de leden van de NRTO geleverd wordt, zoals een cursus Nederlands in Europoort Rotterdam, wordt geborgd door een gedragscode, door verschillende convenanten en door het NRTO-keurmerk.
De gedragscode van de NRTO is gebaseerd op vijf beginselen, namelijk zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO is belangenbehartiger van van private opleidingsinstituten in Nederland. De NRTO is gesprekspartner van ministeries, leden van de Tweede Kamer, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, sociale partners, maatschappelijke organisaties zoals de Stichting van de Arbeid en de media en de SER.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt ook samen met verschillende andere organisaties, zoals de Alliantie Samen Werken voor Werk. Alle NRTO-leden zijn ondernemers.NRTO-leden werken klantgericht en resultaatgericht en kunnen zich snel aanpassen aan veranderende omstandigheden en leveren altijd maatwerk.Het aanbod aan bijvoorbeeld cursussen Nederlands in Europoort Rotterdam sluit aan bij de behoeften van de arbeidsmarkt.Hiervoor is continue innovatie essentieel.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is vertegenwoordigd in diverse adviesraden, commissies en besturen, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het CRKBO, het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), Blik op Werk en stichting EDU-DEX.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engelse naam: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen in de Europese Unie. De AVG dient er hoofdzakelijk toe de privacy van burgers in de EU te beschermen. De verordening schrijft voor dat personen op de hoogte dienen te zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals hun naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die noodzakelijk zijn voor het beoogde doel, mogen worden verwerkt en bewaard.
De persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan noodzakelijk en de persoonsgegevens moeten tegen toegang door onbevoegden, verlies en vernietiging te worden beschermd. Dagnall Talen voldoet uiteraard aan alle vereisten die gesteld worden door de Algemene verordening gegevensbescherming en verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht in zeer beperkte mate. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Nederlands in Europoort Rotterdam zijn vrijgesteld van btw
Dagnall is in het CRKBO-register ingeschreven. CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dat betekent dat Dagnall Taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs. Inschrijving in het juiste CRKBO-register is een vereiste voor de Belastingdienst om beroepsgerichte taalcursussen vrijgesteld van btw te mogen leveren. Door onze btw-vrijstelling kan ons insitituut een lagere prijs berekenen. Dit helpt in de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor taalcursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, maatschappen, de overheid en privépersonen worden gegeven.
CPION
Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Talen onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register is een register dat wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland. Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen voor een cursus Nederlands in Europoort Rotterdam
Wilt u contact opnemen met Dagnall Talen voor een cursus Nederlands in Europoort Rotterdam? Vraagt u naar onze mogelijkheden. Stuurt u ons een e-mail via cursus-nederlands-europoort-rotterdam@dagnall.nl of vult u het contactformulier in op onze website, dan informeren wij u vrijblijvend over onze cursussen.
Wij informeren u dan vrijblijvend over een taalcursus bij Dagnall. U kunt vanzelfsprekend ook telefonisch contact opnemen met ons voor een cursus Engels in Tiel via 085-2737302 (geen menu). U kunt natuurlijk ook ons informatiepakket bestellen. Dit is geheel gratis.
De beste route naar een cursus Nederlands in Europoort Rotterdam!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
De officiële landcode van Nederland in letters is NLD. De hoofdstad van Nederland; Amsterdam (in vrijwel alle talen eveneens ‘Amsterdam’ geheten), ligt in het noordwesten van Nederland.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Nederland is +31. De officiële internetextensie van Nederland is .nl.
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Nederland ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Nederland.
Nederland grenst aan België en Duitsland.
Kunt u alle Nederlandse provincies onderscheiden?
Weet u in welke Nederlandse provincies uw zakenrelaties zijn gevestigd?
Op deze manier kent u de 12 Nederlandse provincies zeer snel.
Controleer en/of verbeter uw kennis door met de muis op de landkaart van Nederland te gaan staan.
Door met uw cursor de op de landkaart van Nederland te gaan staan, kun u de regionale verdeling van Nederland zien.
Vervolgens worden de provincies na elkaar in beeld gebracht.
Eerst ziet u de provincies van Nederland, daarna de naam van deze provincie.
In een minuut hebt u een aardig idee van de regionale verdeling van Nederland.
Nederland in Europa
Provincies van Nederland
Soepele zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen
Zakendoen met Nederland
Wilt u soepel communiceren met Nederlandstaligen?
De informatie die hieronder staat over Nederland, de Nederlandse cultuur en de Nederlanders, zal u zeker helpen.
Beroemde Nederlanders, bekende exportproducten en gewoonten en gebruiken heeft Dagnall Taleninstituut hierbij opgesomd.
Allerlei typische items over de Nederlandse taal en/of Nederland.
Een aantal leuke feiten weten, kan uitstekend helpen als opening of ijsbreker voor een gesprek.
Deze informatie over land, mens en cultuur kunt u tevens goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen gedurende een zakelijk gesprek in het Nederlands.
In elk geval kunt u zo niet alleen de geleerde taalvaardigheid tijdens internationaal zakendoen met Nederlandstaligen toepassen maar evengoed uw verworven kennis over het land inbrengen.
Zo kunt u iets te weten komen over de Nederlandse eetcultuur en Nederlandse gerechten.
Eten brengt mensen dichter tot elkaar.
De nieuw opgedane taalkennis alsook uw kennis over Nederland, de Nederlandse cultuur en de Nederlanders zal zeer op prijs worden gesteld!
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Hoewel je in Nederland wel goed kunt eten, is de origineel Nederlandse keuken is niet erg verfijnd. Aardappelen, groente en vlees of vis staat traditioneel op het menu. Nederlanders eten ook veel brood. Nederlands ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en diverse zoetigheden. Naast jam, maar ook appelstroop, pindakaas of hagelslag: de chocoladekorrels die in andere landen wordt gebruikt als taartgarnering. In het weekend worden ook vaak eieren bij het ontbijt gegeten. Er wordt koffie, thee of melk bij gedronken. De lunch is eigenlijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms met een beetje tomaat of komkommer of een snack erbij. Om ongeveer 18.00 uur of 19.00 uur eten Nederlanders een warme maaltijd. De traditionele Nederlandse avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht, gevolgd door gekookte of gebakken aardappelen met één of twee soorten groente en vlees of vis. Als dessert eten Nederlanders vla, yoghurt, een pudding of fruit. ’s Avonds om ongeveer 20.00 uur drinken Nederlanders nog koffie met een koekje. Een populair gerecht in de winter is erwtensoep. Dit is een dikke soep van groene erwten, knolselderij, stukken vlees en rookworst. In combinatie met roggebrood en spek is het een volwaardige maaltijd. Een Nederlands fenomeen is 'uit de muur eten': je gooit wat geld in de automaat en trekt een snack uit een glazen deurtje. Die wordt dan op straat geconsumeerd. Populaire snacks zijn kroketten en frikandellen. Deze worden beide van slachtafval gemaakt. Hoewel in Nederland ook hier en daar wijn wordt geproduceerd, Nederland is een bierland. In Nederland zijn veel brouwerijen en veel merken, onder andere Heineken, Grolsch en Hertog Jan. Een typisch Nederlands destillaat is jenever. Het wordt gestookt van graan. Het is gebruikelijk om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt, zowel privé als zakelijk. Bij de koffie wordt dan vaak een koekje aangeboden.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
Oogarts en hoogleraar oogheelkunde Herman Snellen (1834-1908) was de bedenker van de naar hem vernoemde Snellenkaart, met letters als ogentest.
Victor HayesM (1941) is een Nederlands ingenieur en staat bekend als de 'vader van Wi-Fi'.
Het bedrijf Philips was in 1963 de uitvinder van het cassettebandje, en in 1982 co-uitvinder van de Compact Disc (CD), de DVD (1995) en de opvolger van de DVD, de Blu-ray schijf.
Elektrotechnicus Jaap Haartsen (1963) vond in 1994 de Bluetooth-technologie uit.
Coenraad Johannes van Houten (1801-1887) vond het bewerken van cacao uit met alkalische zouten om de bittere smaak te verwijderen en de cacaobestanddelen beter wateroplosbaar te maken.
Maurice Gatsonides (1911-1998) was een succesvol Nederlands autocoureur en uitvinder. Hij ontwierp een meter waarmee de snelheid van een rijdende auto kan worden bepaald, de gatsometer. Ook bedacht hij de eerste automatische snelheidsmeter, later bekend als de flitspaal.
De röntgenstraling is ontdekt door de Duits/Nederlandse natuurkundige Wilhelm Conrad Röntgen (1845–1923). In 1901 ontving hij de eerste Nobelprijs voor Natuurkunde.
De ontdekking van de microscoop wordt toegeschreven aan Antoni van Leeuwenhoek (1632-1723).
Dankzij de VOC, kon men vanaf 1602 in Amsterdam terecht voor handel in aandelen en aandelenderivaten, waarmee de aandelenmarkt een feit was. Overigens was de VOC de eerste multinational ter wereld.
De eerste onderzeeboot werd ontworpen rond 1624 door de Nederlandse uitvinder Cornelius Drebbel.
In 1924 kreeg Willem Einthoven de Nobelprijs voor de Fysiologie of Geneeskunde vanwege de uitvinding van het Elektrocardiogram (ECG).
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
ZAKENDOEN MET DUITSLAND
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Hoewel je in Nederland wel goed kunt eten, is de origineel Nederlandse keuken is niet erg verfijnd. Aardappelen, groente en vlees of vis staat traditioneel op het menu. Nederlanders eten ook veel brood. Nederlands ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en diverse zoetigheden. Naast jam, maar ook appelstroop, pindakaas of hagelslag: de chocoladekorrels die in andere landen wordt gebruikt als taartgarnering. In het weekend worden ook vaak eieren bij het ontbijt gegeten. Er wordt koffie, thee of melk bij gedronken. De lunch is eigenlijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms met een beetje tomaat of komkommer of een snack erbij. Om ongeveer 18.00 uur of 19.00 uur eten Nederlanders een warme maaltijd. De traditionele Nederlandse avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht, gevolgd door gekookte of gebakken aardappelen met één of twee soorten groente en vlees of vis. Als dessert eten Nederlanders vla, yoghurt, een pudding of fruit. ’s Avonds om ongeveer 20.00 uur drinken Nederlanders nog koffie met een koekje. Een populair gerecht in de winter is erwtensoep. Dit is een dikke soep van groene erwten, knolselderij, stukken vlees en rookworst. In combinatie met roggebrood en spek is het een volwaardige maaltijd. Een Nederlands fenomeen is 'uit de muur eten': je gooit wat geld in de automaat en trekt een snack uit een glazen deurtje. Die wordt dan op straat geconsumeerd. Populaire snacks zijn kroketten en frikandellen. Deze worden beide van slachtafval gemaakt. Hoewel in Nederland ook hier en daar wijn wordt geproduceerd, Nederland is een bierland. In Nederland zijn veel brouwerijen en veel merken, onder andere Heineken, Grolsch en Hertog Jan. Een typisch Nederlands destillaat is jenever. Het wordt gestookt van graan. Het is gebruikelijk om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt, zowel privé als zakelijk. Bij de koffie wordt dan vaak een koekje aangeboden.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
Nederland heeft ruim 17 miljoen inwoners. Nederland is een constitutionele monarchie op basis van een parlementair stelsel. De koning is het staatshoofd; de minister-president is de regeringsleider. Nederland ligt in het noordwesten van Europa en grenst aan Duitsland, België en de Noordzee. Nederland beslaat een oppervlakte van 41.543 vierkante kilometer. Nederland is de 17de grootste economie ter wereld.
De hoofdstad van Nederland is Amsterdam. De stad Amsterdam heeft meer dan 800.000 inwoners. Andere belangrijke en grote steden zijn Den Haag, Rotterdam, Utrecht en Eindhoven. Nederland is bestuurlijk onderverdeeld in twaalf provincies, te weten: Drenthe, Flevoland, Friesland (Fryslân), Gelderland, Groningen, Limburg, Noord-Brabant, Noord-Holland, Overijssel, Utrecht, Zeeland en Zuid-Holland.
Vlag van Nederland
Wapen van Nederland
Oorsprong naam Nederland
De naam ‘Nederland’ komt van het woord neder, wat aan een geografisch lager liggend gebied refereert; “De Lage Landen”.
Kenmerkend voor Nederland
Van oudsher bekend om klompen, tulpen, kaas, molens, stroopwafels en fietsen. De Amsterdamse grachten staan op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Nederland is beroemd om de strijd tegen het water.
Dit is noodzakelijk vanwege de ligging (voor een groot deel) onder de zeespiegel. In de provincie Zeeland is dit goed te zien aan de Deltawerken. Nederland heeft ook grote stukken land drooggelegd (ingepolderd) en zelfs een extra provincie gecreëerd (Flevoland). Hollandse Meesters zijn schilders die wereldberoemd zijn en die veel toeristen trekken. Denk aan Rembrandt, Van Gogh, Vermeer, maar ook Mondriaan en Rietveld.
Symbool van Nederland Het kenmerkende symbool voor Nederland als waterland is de zeventiende-eeuwse grachtengordel van Amsterdam, vermeld op de UNESCO Werelderfgoedlijst, evenals de tulp.
Minder bekend over Nederland
Een minder bekend feit over Nederland is dat de vliegtuigmaatschappij KLM de oudste nationale luchtvaartmaatschappij ter wereld is, Beurs van Hendrick de Keyser aan het Rokin in Amsterdam, de voorloper van de huidige effectenbeurs van Amsterdam de oudste handelsbeurs ter wereld was en het Wilhelmus het oudste volkslied is dat nog in gebruik is. Ook apart is dat oranje wortelen heel zeldzaam waren totdat Nederlandse boeren ze in de zestiende eeuw massaal gingen kweken om steun te betuigen aan het koninklijk huis bij een opstand tegen Spanje.
De Kamer van Koophandel van Nederland, afkorting: KVK) bevindt zich in Utrecht. De website van de Kamer van Koophandel van Nederland is www.kvk.nl. Het adres van de Nederlandse Kamer van Koophandel is: KVK, Sint Jacobsstraat 300, 3511 BT Utrecht. Het telefoonnummer is 088 585 1585.
Toeristenorganisatie van Nederland
De toeristenorganisatie van Nederland is de Netherlands Board of Tourism & Conventions (NBTC), is gevestigd in Den Haag, en de slogan luidt: “Your Official Guide for Visiting Holland”. De website van de Nederlandse toeristenorganisatie is www.holland.com. Het adres van de Nederlandse Toeristenorganisatie is Prinses Catharina-Amaliastraat 5, 2496 XD Den Haag. Het telefoonnummer is 070 370 5705.
KVK Sint Jacobsstraat 300 3511 BT Utrecht NETHERLANDS http://www.kvk.nl/
NETHERLANDS BOARD OF TOURISM & CONVENTIONS Prinses Catharina-Amaliastraat 5 2496 XD Den Haag NETHERLANDS https://www.holland.com
Als blijk van hartelijkheid, geven Nederlanders elkaar drie zoenen op de wangen bij een begroeting. Mannen kussen elkaar slechts bij uitzondering. Ze geven elkaar meestal een stevige handdruk. Nederland is vlak en klein: een ideaal fietslandje. In Nederland is de fiets een erg gebruikelijk vervoermiddel. In steden zie je moeders en vaders met een bakfiets of een fiets met een karretje, waarin de kinderen naar het dagverblijf worden gebracht.
Op de fiets worden helmen vaker niet dan wel gedragen op de fiets. Nederlandse huizen zijn vaak van het type ‘doorzonwoning’. Dat houdt in grote raampartijen aan de voorkant en de achterkant, zodat de zon in de kamer kan schijnen. De gordijnen houdt de Nederlander graag geopend, zodat hij kan zien wat buiten gebeurt. Iedere passant kan eveneens precies zien wat zich binnen in huis afspeelt. Nederlanders vieren meestal verjaardagen, ook als ze volwassen zijn.
Ze zitten in een kring en de gastvrouw of gastheer serveert koffie en taart. Op het werk trakteert de persoon die jarig is op gebak. Cadeautjes worden meteen uitgepakt. Op Koningsdag (27 april; de verjaardag van de koning) is heel Nederland vrij en gaat feesten in oranje kleding en vaak met een oranje pruik. In steden en dorpen worden op straat spellen gespeeld en de verkopen mensen hun oude spullen op een kleed. De rest van het jaar is het devies: ‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’, wat betekent dat men niet te veel moet opvallen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Taalbeheersing kent een onderscheid tussen naast kennen (weten) en ook aandacht voor kunnen (handelen). Omdat het kunnen even noodzakelijk is als het kennen, verlegt Dagnall de focus van kennis naar toepassing in de praktijk.
Voor u het weet, spreekt u al een beetje Nederlands en begrijpt u wat uw Nederlandtalige partner zegt. Een mooie uitdaging! Dagnall brengt taalkennis Nederlands tot leven!
De Nederlandse taal behoort tot de tak van West-Germaanse talen. Tussen 300 en 800 n.Chr. ontstond uit het West-Germaans het Nederfrankisch, wat de basis zou worden van wat nu Nederlands is. De moderne Nederlandse taal is uit het Nieuwnederlands (na 1500 n.Chr.) ontstaan. het Nieuwnederlands kwam weer voort uit het Middelnederlands of Diets. Dit werd in de periode tussen 1170-1500 n.Chr. gesproken. Het Nederlands wordt gesproken door ruwweg 25 miljoen mensen in Nederland,
België, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten, Suriname en Caribisch Nederland en in een stukje van Noordwest-Frankrijk. Een kleine groep oudere mensen in Indonesië spreekt ook nog Nederlands. Daarnaast wordt nog Nederlands gesproken onder immigranten in de Verenigde Staten, Canada en Australië. Nederlands is de officiële taal van Nederland en Suriname. Daarnaast is Nederlands één van de officiële talen van België, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten.
De Nederlandse uitspraak is voor anderstaligen moeilijk. De tweeklanken: ‘eu’, ‘ei’, ‘ie’, ‘ij’, ‘au’, ‘ou’, ‘oe’, ‘ui’ en ‘uu’ kunnen een struikelblok zijn. Vooral de ‘ui’-klank is lastig. De ‘ui’-klank is een klank die maar in weinig voorkomt andere talen.
De uitspraak van het Nederlands
Alsof dit nog niet genoeg is, heeft de Nederlandse taal ook nog drieklanken, waarbij de klank glijdend van de begin- naar de eindklank overgaat. Bijvoorbeeld: eeuw, ieuw, aai, ei en oi.
De spelling van de klanken wijkt in het Nederlands bij een aantal letters af van wat gangbaar is in andere talen. Zo wordt de letter ‘u’ nagenoeg overal ter wereld als ‘oe’ uitgesproken.
Nederlandse g en ch
Van de medeklinkers wijken de ch en de g in het Nederlands af in vergelijking met veel andere talen. De g en de ch klinken in het Nederlands vrijwel hetzelfde; als een schrapende keelklank. Verder zijn de medeklinkercombinaties kenmerkend. De ‘sch’ en de ‘ng’ van het woord ‘Scheveningen’ zijn een struikelblok voor menig anderstalige alsook de medeklinkercombinaties in fietstas’? ‘herfst’ en ‘strand’? In de Nederlandse taal komen begin- en eindclusters veel voor. Het is nuttig om deze clusters te oefenen en te herkennen. Om het gemakkelijker te maken, kan er een klein ‘e’-tje tussen de medeklinkers worden gezet: herr/e/fst (herfst) en st/e/rand (strand).
Uitspraak eindletters
In het Nederlands wordt de uitspraak van eindletters vaak weggelaten, met name de letter n. Zo klinkt lopen als ‘lopeh’ en is de r in het woord ‘zomer’ slechts zwak hoorbaar.
Stemhebbende klanken zonder klank
Tot slot verliezen stemhebbende klanken vaak hun klank aan het begin of eind van een woord: De ‘eind-d’ van een woord wordt stemloos en klinkt als ‘t’. Er is geen onderscheid hoorbaar tussen wind en wint. De v aan het begin van een woord wordt stemloos en klinkt als een ‘f’: vijftig klinkt als ‘fijftich’. De z aan het begin van een woord wordt niet altijd, maar wel vaak stemloos: zestig wordt dan ‘sestich’.
UITSPRAAK
Nederlands alfabet fonetisch/IPA
A
ah
/aː/
B
bay
/beː/
C
say
/seː/
D
day
/deː/
E
ay
/eː/
F
ef
/ɛf/
G
khay
/geː/
H
hah
/ɦaː/
I
ee
/i/
J
yaya
/jeː/
K
kah
/kaː/
L
el
/ɛɫ/
M
em
/ɛm/
N
en
/ɛn/
O
oa
/oː/
P
pay
/peː/
Q
kuw
/ky/
R
her
/ɛɾ/
S
es
/ɛs/
T
tay
/teː/
U
uw
/y/
V
fay
/veː/
W
way
/ʋeː/
X
ix
/ɪks/
Y
ehy
/ɛɪ/
Z
zet
/zɛt/
SPELLING
WOORD
A
Anton, Anna
B
Bernard
C
Cornelis
D
Dirk
E
Eduard
F
Ferdinand
G
Gerard
H
Hendrik
I
Isaäk
J
Jan
K
Karel
L
Lodewijk
M
Maria
N
Nico
O
Otto
P
Pieter
Q
Quotiënt
R
Rudolf
S
Simon
T
Teunis
U
Utrecht
V
Victor
W
Willem
X
Xantippe
Y
Ypsilon
Z
Zaandam
Speciale tekens
@
apestaartje
#
hekje
NAAMVALLEN
Naamwoorden, zoals huis, mens of ijdelheid konden in het Nederlands in vroeger tijden ook naamvallen hebben die de grammaticale functie in de zin aangaven. Er waren oorspronkelijk vier naamvallen: de nominatief voor het onderwerp, de genitief die een bezitsvorm aanduidde, de datief die aangaf dat er sprake was van een meewerkend voorwerp (met aan of voor) en de accusatief, die aangaf dat het om een lijdend voorwerp ging. Restanten van deze naamvallen zijn nog te vinden in woorden als ’s ochtends (des ochtends; “in de ochtend”), ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”) en ’s-Gravenhage (des graven haghe; het omhaagde terrein van de graaf”). Hetzelfde geldt voor achternamen: Jan van den Berg. Ook vormen als de heer des huizes laten een tweede naamval; een genitief, zien.
De naamvallen bij zelfstandige naamwoorden zijn in het hedendaagse Nederlands verdwenen. Ze kwamen in de negentiende en begin twintigste eeuw nog wel voor in de schrijftaal, maar in 1947 werd er een spellingswet ingevoerd waarin deze naamvallen niet langer voorkwamen. Wel gebruiken we nog naamvallen bij persoonlijke voornaamwoorden. Ik is onderwerp, mijn bezit, mij (‘aan mij’) is een meewerkend voorwerp en mij lijdend voorwerp. Ook zijn er nog bepaalde voorzetselcombinaties waarin de naamval is terug te vinden. Denk aan te allen tijde, op den duur of dezer dagen. Enig bewustzijn van zo’n fenomeen als oude naamvallen is handig. Het helpt om naamvallen in andere talen gemakkelijker te begrijpen.
Bijzonder aan het de Nederlandse taal is de uitspraak, met de harde g en de ui en de eu-klanken. De Nederlanders hebben de typische gewoonte om veel dingen te verkleinen: kopje, lepeltje, schoteltje, omdat dit gezellig klinkt.
Het Nederlands bevat nog sporen van naamvallen in woorden als ’s ochtends (des ochtends) en ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”).
De Nederlandse taal leren en de Nederlandse cultuur begrijpen
Het Nederlandse alfabet bestaat uit 26 letters, evenveel als bijvoorbeeld in het Engels en het Frans.
Afwijkende leestekens in het Nederlands
In het Nederlands worden in Kamerstukken zogenaamde guillemets gebruikt om een citaat aan te geven. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes ». Ze worden ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd en worden gebruikt om een citaat te openen en te sluiten.
De naam ‘guillemet’ ontleent zijn naam aan Guillaume Le Bé (1525-1598). Hij was een lettermaker en hij was de bedenker van het ‘guillemet’-teken. Een Nederlands synoniem voor het woord guillemet is ‘ganzenvoetje’.
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1
Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode
2
Lees Nederlandse kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. NRC Handelsblad is een bekende (online) krant in het Nederlands en Nu.nl een bekend online nieuwsportal
3
Luister naar Nederlandse radio. NPO 3 FM is de bekendste Nederlandse publieke radiozender en Radio 538 de bekendste Nederlandse commerciële radiozender
4
Luister en ontdek Nederlandse muziek
5
Lees Nederlandstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren
6
Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Nederlandse taal
7
Luister naar podcasts van Nederlandstaligen
8
Kijk Nederlandse televisieprogramma’s en films. NPO is de bekendste publieke televisieomroep en RTL en Talpa TV zijn de bekendste commerciële televisieomroepen in Nederland
9
Bekijk Nederlandse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren
10
Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren
11
Voer Nederlandse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk
12
Plak memoblaadjes op in huis
13
Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten
14
Bekijk Nederlandse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren
15
Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen
16
Wees niet bang om foutjes te maken
17
Niet te veel denken, gewoon doen!
18
En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen!
Woorden zonder betekenis, het Nederlands heeft ze ook. Het Nederlands kent bijvoorbeeld het vragende ‘hè’ na een zin of zinsdeel. Bijvoorbeeld “Lekker weertje, hè?” Veel Nederlanders gebruiken ook stopwoorden als ze Engels praten. Bijvoorbeeld Floortje Dessing: “It is quite lonely here, hè?” De functie van het woordje ‘hè’ is om bevestiging vragen: “Vind je ook niet?”
Aan het begin van een zin hoor je vaak: ‘Nou,…’ of ‘Nou kijk,…’, ‘Nou ja,…’. De spreker neemt een aanloopje om de boodschap te uiten. Middenin een betoog gebeurt ditzelfde. De spreker neemt een korte denkpauze en gebruikt een paar woorden die eigenlijk geen betekenis hebben. Iedere Nederlander kent ze, en vrijwel alle Nederlanders passen ze toe. De woorden ‘zeg maar’, ‘ik bedoel’, ‘als het ware’ of ‘weet je wel’. Tel voor de grap eens het aantal keer dat mensen ‘eigenlijk’ of ‘ook’ of ‘inderdaad’ gebruiken in een aantal zinnen.
Nederlandse leenwoorden in het Engels zijn: ‘baas’ (boss), ‘bluf’ (bluff), ‘koekje’ (cookie) en ‘vrolijk’ (frolic), in het Duits: ‘anchovis’ (Anschovis), ‘garnaal’ (Garnele) en ‘haai’ en in het Frans: ‘bier’ (bière), ‘haven’ en ‘kajuit’.
Nederlandse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in de Nederlandse taal uit het Engels zijn: ‘album’, ‘bingo’, ‘film’ en ‘foto’, uit het Duits: ‘delicatessen’, ‘föhn’, ‘ordner’ en ‘spieken’ en uit het Frans ‘ballon’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘etage’ en ‘horloge’.
Nederlandse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Nederlandstalige media
Nederlandse media bekijken, lezen en/of beluisteren is heel effectief om uw kennis van het Nederlands te verbeteren.
Zo neemt u ongemerkt de klank en het ritme van het Nederlands in u op.
Het nieuws (proberen) te lezen in het Nederlands, kan heel leuk en leerzaam zijn. U bent vermoedelijk al op de hoogte van de actualiteit, zodat u op snelle wijze veel Nederlandse woordenschat kunt bijleren.
NRC Handelsblad
De meest gelezen kwaliteitskrant van Nederland is NRC Handelsblad. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NRC Handelsblad klikken om deze krant direct te lezen.
NU.nl
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Nederlandse online nieuwsportal is NU.nl. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NU.nl klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Nederland direct te kunnen lezen.
De radiozender NPO 3 FM is de bekendste publieke radiozender van Nederland. Als u op het logo op het linker computerscherm hierboven klikt, kunt u live naar deze Nederlandstalige publieke radiozender luisteren.
Radio 538
Radio 538 is de meest populaire commerciële Nederlandse radiozender. Klik op het logo op het rechter beeldscherm hierboven om direct live naar dit Nederlandstalige commerciële radiostation te luisteren.
Uw favoriete serie of televisieprogramma met Nederlandse ondertiteling bekijken, is wellicht even wennen, maar al snel zult u merken dat dit erg leuk en leerzaam is. De televisie-omroep NPO is de Nederlandse publieke televisieomroep.
RTL & SBS
De omroepen RTL en SBS zijn de meest populaire Nederlandse commerciële televisieomroepen. Deze Nederlandstalige zenders kunnen via kabel, satelliet, internet of een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
U kunt de cursus Nederlands in Europoort Rotterdam op uw eigen locatie volgen of in Poortugaal, bijvoorbeeld bij Coachhuis Poortugaal aan de Hofhoek 9 in Poortugaal. Ons instituut kan eveneens taalcursussen Nederlands bij Europoort Rotterdam verzorgen bij bijvoorbeeld Fletcher Hotel de Zalm aan de Voorstraat 6-8 in Brielle en bij Hotel Maassluis aan de Govert van Wijnkade 48 in Maassluis.
U kunt vergaderen in Europoort Rotterdam bij bijvoorbeeld bij Badhotel Rockanje aan de Tweede Slag 1 in Rockanje.
Havengebied Rotterdam Europoort werd in de jaren 1958-1964 op het eiland Rozenburg aangelegd. Het dorpje Blankenburg, dat 400 inwoners telde, werd ervoor verdwenen.
Europoort betekent: ‘haven van Europa’. Bij de ingebruikname in 1962 was Rotterdam de grootste haven ter wereld.
Denk je aan Europoort Rotterdam, dan denk je aan havens, containerschepen en petrochemische industrie. Europoort Rotterdam fungeert als grootste Europese overslaghaven en zevende haven ter wereld. Schepen met zeer grote diepgang kunnen aanleggen in de Europoort. Ruim 19% van de beroepsbevolking in de regio Rijnmond werkt in de haven.
Europoort Rotterdam - minder bekend
Weinig mensen weten dat de Suezcrisis bij de aanleg van de Europoort een rol heeft gespeeld. In 1956 blokkeerde de Egyptische president Nasser het Suezkanaal. Dit leidde tot een enorme schaalvergroting in de tank-scheepvaart, waar Rotterdam op inspeelde.
Voor het overige is in Europoort het dialect Rotterdams; een Zuid-Hollands dialect. Er zijn kleine verschillen tussen het Rotterdams uit Rotterdam-Zuid en dat van de noordkant van de stad. De typisch Rotterdamse intonatie maakt dat zinnen altijd wat vragend klinken. De zinnen worden vaak gevolgd door O ja, joh? of Toch?, Niet dan?. Kenmerkend is ook dat Rotterdammers vaak een -t achter een woord plakken: ik loopt, de botert, een brommert. De ‘ei/ij’ verandert in ai. De ‘r’ wordt achterin de keel uitgesproken en vaak weggelaten. ‘Kennen’ wordt gebruikt voor ‘kunnen’ en ‘leggen’ voor ‘liggen’.
Het is (was) de taal van Willem van Hanegem en Jules Deelder. Een campingsmoking is natuurlijk een ‘joggingpak’. In Rotterdam en omgeving worden geen ‘bietjes’ gegeten maar kroten. ‘Hier’ is hiero en ‘daar’ is daaro. Kijk maar uit, ut komp van Zuid wordt gezegd over iemand uit Rotterdam-Zuid. Niet lulle maar poetse betekent iets als “praatjes vullen geen gaatjes”; je kunt maar beter doorwerken. Dat komp zo uit de have betekent dat het gestolen is. Een dooie met een dag verlof wordt in Rotterdam gezegd van een saai iemand. Ben je van de pot gepleurd? is goed Rotterdams voor: “Ben je gek geworden?”
Europoort - “Deel van de grootste haven van Europa”
Europoort Rotterdam - zakelijk
Europoort Rotterdam
Het netnummer van Europoort Rotterdam is 0181. De postcode van Europoort Rotterdam is 3198.
Zakendoen in Europoort Rotterdam
Voor ondernemingen in de Europoort is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Rotterdam aan de Blaak 40, 3011 TA in Rotterdam. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Europoort Rotterdam is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Europoort Rotterdam is KVK-kantoor Rotterdam.
Nationaal en internationaal actieve bedrijven in Europoort Rotterdam vindt u op de Beneluxhaven, Brittanniëhaven, Calandkanaal, Dintelhaven, Donauhaven, Elbehaven, Londenhaven, Neckarhaven, Vierde Petroleumhaven, Vijfde Petroleumhaven, Zesde Petroleumhaven, Zevende Petroleumhaven, Pistoolhaven, Scheurhaven, Seinehaven, Tennesseehaven of aan de Wezerhaven. In Europoort Rotterdam bevinden zich onder
andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: ADM Europoort (Archer Daniels Midland Company), BP Nederland, Broekman Logistics, Indorama Ventures Europe, Mammoet, Neele-Vat Logistics, P&O Ferrymasters Ltd, RelyOn Nutec en Sulzer. Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Wilt u uw internationale zakenrelatie kennis laten maken met wat lokale cultuur?
Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw zakenrelatie, kunt u in Europoort Rotterdam een bezoek brengen aan EIC Mainport Rotterdam, aan Futureland of aan het Het Keringhuis.
Voetbal, tennis, padel & squash
Houdt uw internationale zakenrelatie van sport? Dan is samen naar een sportwedstrijd gaan of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen wellicht een leuk idee. Voetbal verbroedert. Misschien is het een idee om met uw zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Zwartewaalse voetbalclub Zwartewaal meespeelt. Voor een partijtje tennis, padel of squash in Europoort Rotterdam kunt u terecht bij T.V. Oostvoorne in Oostvoorne.
Golf, ontspanning & lunch Misschien hebt u na de cursus Nederlands in Europoort Rotterdam zin om als ontspanning een balletje te slaan en/of gezellig iets te drinken of een hapje te eten? Dagnall Talen heeft voor u een golfbaan in de buurt van Europoort Rotterdam ontdekt voor een compleet dagje/middagje uit. De golfbaan in de omgeving van Europoort Rotterdam is Golfclub Kleiburg in Brielle. De adresgegevens van deze golfbaan zijn Krabbeweg 9, 3231 NB in Brielle. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 0181-41 78 09. De website van de golfbaan is www.golfclub-kleiburg.nlQ. Voor een hapje eten of iets te drinken kunt u terecht bij restaurant Bogey’s, telefoonnummer 0181-41 42 25.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder vindt u promotiefilmpjes van Nederland en van Europoort Rotterdam die ook op Youtube staan. U kunt direct op het rode Youtube logo in het midden van de afbeelding klikken om een filmpje te bekijken. Onder deze promotiefilmpjes vindt u de locaties van Nederland en Europoort Rotterdam op Google Maps. Als u kunt linksboven klikt, wordt het kaartje groot weergeven in een nieuw venster.
Als u linksonder op het vierkantje in de afbeelding klikt, krijgt u satellietbeelden van Nederland alsook van Europoort Rotterdam te zien op Google Earth. In- en uitzoomen op de kaartjes is mogelijk met de + en – knop rechtsonder. Wat kennis van de streek van waar uw Nederlandse zakenpartner zich bevindt, kan tijdens zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen goed van pas komen.
Promovideo Nederland
Promovideo Europoort Rotterdam
Google Maps Nederland
Google Maps Europoort Rotterdam
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Nederland
Hieronder ziet u het actuele nieuws uit Nederland en Europoort Rotterdam van verschillende nieuwsbronnen. Het eerste blokje is Nederlands nieuws in het Nederlands. Het tweede blokje is nieuws uit Nederland in het Engels. Het derde blokje is nieuws uit de Europoort (in het Nederlands). Dit nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
Wanneer u Nederlands wilt leren, is het handig en prettig om een beetje geïnformeerd te zijn van wat er in Nederland speelt. Daarnaast kan het leerzaam zijn om het Nederlandse nieuws in het Nederlands te lezen. Waarschijnlijk bent u al geïnformeerd over het nieuws, dus gaat begrijpend lezen relatief gemakkelijk en het verrijkt de Nederlandse woordenschat met actuele Nederlandse woorden, termen en uitdrukkingen.
In Europoort Rotterdam verzorgt Dagnall maatwerk taalcursussen in onder meer Nederlands, Engels, Frans, Duits, Italiaans en Spaans. Hierboven ziet u een overzicht van de andere talen die wij naast Nederlands standaard aanbieden in Europoort Rotterdam.
Uiteraard kunt u altijd contact met ons opnemen voor een taalcursus in een vreemde taal die hier niet is vermeld.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Nederlands