Taaltrainingen Nederlands in Enschede van topniveau
Taalkennis Nederlands verbindt u met Nederland en is een communicatiebasis die deuren voor u opent - met name in de professionele wereld. Organisaties die in de taalkennis en taalopleiding van de medewerkers investeren, hebben daarom ook een duidelijk voordeel alsook een voorsprong. Dagnall Talen is een taalaanbieder die u als scholingszoeker precies dat aanbiedt: Effectieve taaltrainingen Nederlands van het hoogste niveau voor zowel medewerkers als leidinggevenden in, als in de buurt van Enschede. Taaltraining Nederlands op maat, omdat uw organisatie of bedrijf welbespraakte werknemers verdient.
Vakgebieden
Van zakelijk en medisch tot technisch - Dagnall is thuis in elke bedrijfstaal. Elke bedrijfstak spreekt een eigen taal en gebruikt eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling en duidelijke concurrentievoordelen, door branchespecifieke taalkennis Nederlands van het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt opleidingzoekers taaltrainingen Nederlands in Enschede aan in een grote verscheidenheid aan vakgebieden.
Wij bieden onze taalcursussen Nederlands op maat aan als individuele les, als groepscursus met collega’s, als intensieve workshop en als langdurige, regelmatige training - met face-to-face-les alsook online cursus. Iedereen kan bij Taleninstituut Dagnall Nederlands leren op precies de manier die het meest geschikt is voor hem of haar. Behalve klassieke taalcursussen Nederlands hebben organisaties met name interesse in werkgerelateerde cursussen zoals schrijfvaardigheid Nederlands of zakelijk Nederlands. De taalcursussen worden afgestemd op de individuele behoeften van scholingszoekers. Taleninstituut Dagnall is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om via gecertificeerde taaltrainers met zeer goede beoordelingen en recensies in Enschede onbegrensd Nederlands te leren. Dagnall Talen leidt u snel en doelgericht naar het door u beoogde resultaat.
De filosofie van Dagnall Talen
Het is onze filosofie om Nederlands te leren met gemak en plezier en zonder schroom. Dagnall Talen zet daarom alles in het werk om ervoor te zorgen dat u de Nederlandse taal moeiteloos en zonder remmingen leren. Nederlands leren moet leuk zijn en daarom werken wij met methodes die het leren voor de cursist prettiger en gemakkelijker maken.
Door deze methodes wordt uw nieuwsgierigheid opgewekt en uw bereidheid om te leren, ondersteund. We brengen cursisten met grote stappen naar het gewenste niveau door dagelijks vijftien minuten te oefenen. Dagnall Taleninstituut is de ideale partner voor iedereen die Nederlands wil leren in Enschede.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Dagnall stelt de leerdoelen en wensen vast in overleg met u als opdrachtgever. U meldt de cursisten aan met hun contactgegevens. Wij verzorgen een intake op locatie of, indien dit uw voorkeur heeft, online of telefonisch. Na het intakegesprek, waarin op basis van het ERK (Europees Referentiekader) het huidige en gewenste taalniveau bepaald wordt, ontvangt u van ons een cursusvoorstel op maat met uw offerte. Nadat u akkoord op uw offerte hebt gegeven, stemmen wij de planning af op uw situatie en agenda.
De trainer evalueert na enkele lessen Nederlands de voortgang alsook de inhoud van de cursus. De doelstelling kan, indien nodig, worden bijgesteld. Na de laatste les ontvangt u een eindrapport met een beschrijving van de door de cursisten behaalde resultaten. Tevens ontvangen de deelnemers een certificaat van ons instituut.
Het (individuele) contact met de cursisten wordt desgewenst door Dagnall verzorgd Het plannen van de intakegesprekken wordt door Dagnall gedaan in overleg met u en de individuele cursisten Deelnemers ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht Nederlands. Dit intakeformulier alsook de schrijfopdracht moeten voorafgaand aan de intakedatum worden teruggestuurd Wij verzorgen de intakegesprekken op locatie of op afstand. Het intakegesprek duurt ongeveer 30 minuten De groepsindelingen worden door Dagnall aan de hand van niveaubepaling geadviseerd en in overleg met u vastgesteld De indeling van de deelnemers geschiedt per taal en taalniveau U ontvangt altijd een offerte op maat! Dagnall Taleninstituut verzorgt de logistiek van het materiaal en cursusbenodigdheden Wij berekenen geen administratiekosten en geen extra toeslag voor avondlessen Dagnall Talen bewaakt en garandeert de continuïteit van de planning van de cursus en het lesprogramma Nederlands Dagnall Talen is flexibel alsook betrokken!
Dagnall Talen geeft sinds 1982 maatwerk taaltraining Nederlands in Enschede en omgeving aan het bedrijfsleven en (overheids)instellingen. Voor Dagnall Talen werken ervaren en kundige trainers Nederlands die zijn gespecialiseerd in trainingen voor bedrijven en (overheids)organisaties.
Door de aanpak die zowel functiegericht als werkplekgericht is, biedt Dagnall Talen effectieve en betaalbare taalcursussen Nederlands in Europoort Rotterdam. Rendement door maatwerk; dat is wat Dagnall biedt. Daar kunt u op vertrouwen!
Betaalbaar maatwerk Nederlands in Enschede sinds 1982
Taal op de werkvloer
Cursus Taal op de Werkvloer: draagvlak is gevraagd! Een cursus (Nederlands) die zich richt op het vergroten van de taalvaardigheid op de werkvloer is intussen bij veel ondernemingen een begrip. Medewerkers zonder of met een beperkte kennis van de Nederlandse taal of een andere voertaal ervaren een beperking in de werkomgeving en zij willen graag en beter en/of sneller communiceren op de werkvloer.
De aanwijzingen op de werkplek willen zij goed kunnen begrijpen. De medewerkers willen het liefst met meer zelfvertrouwen hun werk kunnen verrichten en natuurlijk heel graag hun ambitie op het werkterrein verwezenlijken. Investeren in mensen en in de ontwikkeling van de organisatie is derhalve noodzakelijk.
Dagnall Taleninstituut biedt betaalbare maatwerk taalcursussen die de spreek-, luister-, lees- en schrijfvaardigheid op de werkvloer vergroten. Dagnall leert en helpt de deelnemer hoe hij/zij de lesstof in praktijk kan brengen in zijn/haar functie. Ons instituut stemt de lessen af op de wensen van de opdrachtgever en op het niveau van de deelnemer(s). Naast de taallessen, krijgen cursisten gedurende de cursus regelmatig praktijkopdrachten, als ondersteuning van de continuïteit van het leerproces en de effectiviteit van de training.
Dit zorgt voor een win-winsituatie! Ons instituut let eveneens op de wat onderbelichte kant van veel taaltrainingen: de deelnemers staan al vaak alleen in hun inspanning om de taal machtig te zijn, om de cultuur en gewoontes van het land en de organisatie te doorgronden en om hun omgeving door middel van taal te vergroten. Dit vereist veel inzet en motivatie. Bovendien heeft de cursist maar een aantal vaste contactmomenten met de docent per week. Dit is niet in iedere situatie afdoende.
Onderscheidend
Dagnall Taleninstituut onderscheidt zich door in te zetten op het vergroten van het draagvlak voor de taalcursus Nederlands op de werkvloer. Ons instituut moedigt collega’s en leidinggevenden binnen de werkkring van het bedrijf aan om voor een voortdurend proces van taalverwerving te zorgen, door vanaf het begin zoveel mogelijk met de cursist in de doeltaal te communiceren. Door de relevantie van taal op de werkvloer consequent op deze wijze uit te dragen, wordt de waarde van goede beheersing van de taal gezamenlijk ervaren en voelen de cursisten zich gestimuleerd en gewaardeerd in de taalverwerving.
Diverse wegen naar een betere taalvaardigheid Nederlands in Enschede
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Nederlands is niet alleen toegespitst op de behoefte van de cursist, klant, organisatie of werkgever, zoals een betere spreek- of schrijfvaardigheid. Een goede taalcursus (Nederlands) is ook afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist. Een cursus Nederlands in Enschede die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige taaltrainers Nederlands zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van de Nederlandse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo prettig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt. Het alom bekende hoge rendement realiseert Dagnall Talen met een blend van deze beproefde leermethode in combinatie met het oogmerk op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall kunt u terecht voor cursussen die op een maatwerktraining zijn gebaseerd.
Wij bieden groepscursussen van 3 tot 8 à 10 personen, duocursussen (2 personen), individuele cursussen (privéles), onlinecursussen, het eigen Dagnall online leerplatform voor (Dagnall.online) blended learning alsook een de Dagnall App met jargon en woordenlijsten van de specifieke organisatie. Onze taaldocenten geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij door de jaren heen hebben verzameld en gecreëerd en spelen continue op actuele thema’s en ontwikkelingen in.
Een prettige manier van leren
Een voordeel is dat dit weloverwogen maatwerk als een zeer fijne methode wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze taaltrainers Nederlands in Enschede. Onze, door de jaren heen steeds verder verfijnde en ontwikkelde werkmethode is het bijzonder gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. Onze cursussen Nederlands zijn dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar ook aangepast aan de leermethode die zeer geschikt is voor de cursist.
Nederlands effectief leren in Enschede bij Taleninstituut Dagnall
Individuele cursussen en groepscursussen Nederlands
Nederlandse lessen - individueel of in groepsverband
Wij verzorgen cursussen Nederlands op maat voor individuen en groepen, waarbij u als opleidingszoeker met een gerust hart de gehele organisatie kunt overlaten aan ons. Dagnall Talen verzorgt deze individuele cursussen en groepscursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen maakt ons instituut gebruik van moderne en gevarieerde leermethodieken om doelgericht te trainen en leersucces te garanderen. Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen uiteraard zowel bij u op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Enschede gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen Nederlands in Enschede
Maatwerkcursussen Nederlands
Ons instituut biedt individuele cursussen Nederlands voor bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren in Enschede en omgeving. Een individuele cursus noemt men ook wel één-op-één-cursus of privéles. De individuele taalcursussen van Dagnall Talen staan al tientallen jaren bekend voor maatwerk, persoonlijke aandacht en een zeer hoog rendement. Alle individuele cursussen Nederlands van Dagnall Talen zijn maatwerktrainingen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de praktijksituatie alsook de leerstijl. De trainingen worden opgesteld om de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen te kunnen behalen.
Dagnall Talen biedt groepscursussen Nederlands met 3 tot 10 personen, alsook duocursussen (2 cursisten) aan bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren. De groepen houden we zo klein mogelijk om de leereffectiviteit te maximaliseren en de deelnemers maximaal te ondersteunen. Ook de groepscursussen van Dagnall Talen zijn maatwerkcursussen en worden samengesteld voor, en specifiek afgestemd op, het taalniveau, de branche, de leerstijl en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te kunnen behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het grootste voordeel van een individuele taalcursus Nederlands is het hoge rendement doordat veel kennis wordt geleerd in korte tijd. Omdat de taalcursus vrij intensief is, wordt sneller vooruitgang gemaakt en wordt het leertraject zo kort mogelijk gehouden. Een ander groot voordeel van een individuele taalcursus is flexibiliteit. De inhoud kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de specifieke aandachtsgebieden van de cursist en de taalcursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist. Omdat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld, is de leervordering optimaal. Ook is een individuele taalcursus ideaal op de planning en de agenda van de cursist af te stemmen wat zorgt voor optimaal tijdmanagement en een handig leerschema.
Pluspunten groepscursus
Het grootste pluspunt van groepscursussen Nederlands is vooral de interactie met de andere deelnemers; actief gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van rollenspellen en discussies. De zogenaamde groepsdynamiek is een ander groot pluspunt; communiceren in de doeltaal met de groep en van elkaars foutjes. De deelnemers kunnen deze afwisseling als prettiger ervaren. Groepscursussen zijn daarnaast efficiënt omdat meerdere medewerkers tegelijk getraind worden en de groep op vrijwel hetzelfde kennisniveau komt. Ook is een groepscursus iets minder intensief (minder zwaar) voor de cursist dan een individuele taalcursus.
Minpunten individuele cursus
Bij individuele cursussen Nederlands kunnen discussies en rollenspellen alleen met de taaltrainer worden gevoerd en gedaan. De geleerde taalkennis kan niet in een groep geoefend worden omdat er geen interactie met andere cursisten is. Ook is er geen groepsdynamiek waardoor het niet mogelijk is om te leren van elkaars foutjes. De intensievere leerbenadering van individuele taalcursussen is ook vrij intensief (zwaarder) voor cursisten.
Minpunten groepscursus
In groepscursussen is minder aandacht voor de individu en kunnen cursisten wat eerder afgeleid zijn. Daardoor ligt het rendement wat lager. Door de groepen wat kleiner te houden (bijvoorbeeld minigroepen), kan dit gedeeltelijk worden ondervangen. Een groepscursus Nederlands kan ook minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen van cursisten. Een ander nadeel van groepscursussen is dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursist afgestemd kan worden.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Nederlands
Verschillende opties voor Nederlandse les
Dagnall Taleninstituut verzorgt taalcursussen (Nederlands) voor zowel beginners, halfgevorderden als gevorderden. Niet iedereen heeft de mogelijkheid om naar een talencentrum te gaan. Daarom bieden wij de taalcursussen ook online of incompany aan. Bij Dagnall Talen kiest u als taalleerder voor een
intensieve of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus Nederlands. Een combinatie van deze trainingen is vanzelfsprekend ook mogelijk. Dagnall Taleninstituut staat voor (betaalbaar) maatwerk!
De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Vanwege de invloed van het leger werd de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan gezien worden als antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Nieuw was dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn spreken en luisteren (in het Nederlands) en de (Nederlandse) grammaticale structuren worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is om zonder fouten Nederlands te leren verstaan en te leren spreken, wat bij een Nederlandssprekende leren naspreken, begint. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt met driloefeningen gewerkt om Nederlandse zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaltaaltrainer Nederlands kan zo een zin bijvoorbeeld tien maal herhalen en vervolgens een nieuw Nederlands woord toevoegen. Er wordt vaak gewerkt in zogeheten talenpractica, waar lerenden met een koptelefoon naar zinnen luisteren en deze nazeggen. Het geschreven Nederlands wordt pas behandeld wanneer het mondelinge Nederlands al vertrouwd is geworden. Afbeeldingen worden wel gebruikt om nieuwe Nederlandse woorden te introduceren.
Populariteit
De audiolinguale methode werd in ons land pas geïntroduceerd omstreeks het jaar 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al gauw grote bezwaren tegen deze betekenisloze driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Het was nu alom aanvaard dat het bij het leren van een taal (zoals Nederlands) niet om het uit het hoofd leren van de regels van de (Nederlandse) grammatica gaat, maar om het gebruik. De luistervaardigheid (Nederlands), die vóór 1970 voor veel docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten Nederlands. Direct van het begin wordt een goede uitspraak Nederlands aangeleerd. De methode is docentgestuurd waardoor deze een efficiënte en snelle overdracht van de kennis van de taal kan bieden. De methode kan ook worden toegepast bij grotere groepen.
Dit docentgestuurde aspect heeft tegelijkertijd een keerzijde; er wordt geen eigen input verwacht van de studenten. Hierdoor ligt het gevaar van passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer. Een bijkomend bezwaar is dat de driloefeningen niet zo gemakkelijk in levend taalgebruik Nederlands om te zetten zijn.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Nederlands) op een zodanige manier te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die na verloop van tijd worden herhaald. De opgeschreven Nederlandse woorden of zinnen worden door de lerenden hardop gelezen. De bedoeling is niet om al deze woorden of zinnen uit het hoofd te leren, maar dit eigenlijk gebeurt vanzelf door de blootstelling. De woordenlijst wordt steeds bijgewerkt; Nederlandse woorden die zijn geleerd, worden van de woordenlijst gehaald. De Nederlandse woorden die nog problemen geven, blijven staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method stellen dat de woorden of zinnen in het Nederlands spontaan in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen worden, maar geheugenwetenschappers bestrijden dat. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden wanneer deze ook relevant en betekenisvol is voor de student. Deze methode kan goed functioneren voor Nederlandse woorden en zinnen die betekenisvol en relevant zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die bij bijvoorbeeld Post-its® baat hebben als geheugensteun kan deze GoldList-methode werken. Omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt, functioneert het met de hand schrijven effectiever dan typen of, zelfs behoorlijk zinloos: een fotootje maken. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen zijn veel meer dan alleen een reeks losse woorden en/of zinnen. Deze methode is bovendien bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven woordenlijsten moeten worden gemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Nederlands) gericht. Op de manier waarop mensen als kind hun moedertaal leerden, probeert de methode het Nederlands aan te leren. Op deze manier leert de student onbewust ook de taalregels van het Nederlands. Alleen het Nederlands wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een leeromgeving zonder stress. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie Nederlands niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete Nederlands grammatica.
Als de lerende in het Nederlands wordt ondergedompeld, is de leermethode het meest effectief. Om te zorgen dat de lerende van de ervaring kan genieten, moeten de activiteiten die in het Nederlands worden aangeboden, stimulerend zijn.
De Natural Method lijkt erg op de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer de nadruk op de praktijk wordt gelegd en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Dat onderdompeling erg effectief is, is vaak bewezen. De natuurlijke aanpak is een populaire wijze van lesgeven bij taaltrainers Nederlands, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen voor studenten. Maar er is eveneens kritiek op de natuurlijke aanpak. De methode is voornamelijk gericht op het impliciet leren van de Nederlandse grammatica. De studenten zouden weliswaar leren in het Nederlands te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden krijgen de kans voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Nederlands. Omdat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.
Omdat er bijna geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt. Ook bereidt de methode studenten niet per se voor op een bepaald Nederlands examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse benaming: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren met als doel de student vertrouwd te maken met de grammaticale en fonologische structuur van de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands). De beheersing van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan het verwerven van woordenschat Nederlands. Bij de methode gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van Nederlandse woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. De vaste combinaties van woorden worden in herkenbare situaties door middel van visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen aan de student aangedragen. De taalstructuren die het meest gebruikt worden, worden het eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheden Nederlands (luisteren en spreken) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Nederlands (de spreekvaardigheden en de schrijfvaardigheden), krijgt de grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op vrij grote schaal ingezet om Engels te leren in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Dat de kunnen lerenden het Nederlands op een accurate wijze kunnen leren, is de sterke kant van de Structurele Aanpak. De lerenden krijgen inzicht in de grammatica van het Nederlands en ze leren in welke situatie bepaalde bepaalde Nederlandse woorden of combinaties van woorden geschikt zijn of niet. De methode gebruikt alledaagse taal. De methode van de Structural Approach heeft ook keerzijden. Deze manier van werken kost nogal veel tijd en levert niet direct succeservaringen op. De eigen inbreng van lerenden is behoorlijk beperkt; de methode is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse benaming: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse benaming: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Amerikaans taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie het uiteindelijke streven is bij het leren van een vreemde taal (zoals Nederlands).
De studenten leren de Nederlandse taal in praktijk te brengen middels de CLT-technieken door de interactie met elkaar en de docent Nederlands. Er wordt gebruikgemaakt van teksten, geschreven in het Nederlands of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werkomgeving. Het Nederlands wordt zowel tijdens en ook buiten de les om gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en de docent Nederlands draagt onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Nederlands in verschillende realistische situaties te oefenen. Nederlandse grammatica wordt inductief onderwezen, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent Nederlands echt een trainer, die de lerende leert om in het Nederlands te communiceren.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair. Dit kwam deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa ontstond meer behoefte om een vreemde taal te leren door middel van een methode die meteen toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Het communicatief taalonderwijs (CLT) heeft veel voordelen. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; deze methode van leren is studentgericht en functioneel. Door het gebruik van authentieke materialen, leren de studenten de Nederlandse woorden die voor hen nodig zijn. De methode is efficiënt. De methode werkt voor de studenten stimulerend, omdat zij gauw succes ervaren. Foutjes maken mag; al doende wordt de taalvaardigheden geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en de uitspraak minder aandacht wordt besteed. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de taaltrainer en van studenten vereist het een actieve deelname. Voor sommige studenten is deze manier van een vreemde taal leren afwijkend of moeilijk, afhankelijk van de achtergrond. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint vaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en niet zo zeer om de vorm en CLT biedt als zodanig geen samenhangend geheel.
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnetjes, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens leerboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger, deed dit op een andere manier. Omstreeks 1783 ontwikkelde Meidinger een methode waarbij de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd, wat de taal van de religie, de cultuur en de wetenschap was. Vanzelfsprekend was het onderwijs in het Latijn gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en volledig gericht op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Nederlands). Dat werd destijds beschouwd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse van de taalstructuren en de taalvormen (van bijvoorbeeld Nederlands) uit waarbij de studenten inzicht ontwikkelen. De lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docenten dragen de kennis Nederlands over, de student memoriseert.
Populariteit
Hoewel al vanaf halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, is tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode van grote invloed geweest op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De methode is een aardige mentale training aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Ook biedt deze methode inzicht in de structuur van het Nederlands, omdat de nadruk op de grammatica gelegd wordt.
Er zijn echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de luister- en spreekvaardigheid Nederlands behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. Deze methode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Nederlands, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het leren in groepen biedt de methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces bij lerenden. De studenten zijn alleen toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (In het Engels: language immersion) wordt over de hele wereld gebruikt sinds de jaren 70, voornamelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt gegeven. In Nederland is ‘onderdompeling’ bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd. De methode is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles aan rijke dames uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, vanaf het eerste moment wordt omgeven door de te leren taal. Alle instructies vinden plaats in de doeltaal (Nederlands); eerst langzaam en met veel herhalingen, later op een meer natuurlijke manier. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in het Nederlands te spreken. Er wordt gebruikgemaakt van simulaties en rollenspellen. Op scholen die met onderdompeling werken, wordt de omgeving vaak in de stijl van het land van de Nederlandse taal ingericht om een situatie te creëren alsof studenten in Nederland zijn. Studenten oefenen één-op-één of in kleine groepjes met Nederlands spreken. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar Nederland te reizen en daar in een gastgezin te verblijven.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt beschouwd als een uitstekende leermethode voor vreemde talen. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Nederlands kan met de methode van onderdompeling uitstekend worden ontwikkeld.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Omdat de methode nogal intensief is, is het grote voordeel dat deze methode snel resultaten laat zien. Omdat de student wordt erdoor omgeven, is de leermethode een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet echt gaan communiceren in het Nederlands. In principe is de student 24 uur per dag Nederlands aan het leren. In groepen versterkt het samen oefenen de sociale interactie. De studenten ervaren dit als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een keerzijde. De kans is groot dat het nieuw geleerde relatief snel weer wegzakt als studenten in een vrij korte tijd Nederlands leren, door in Nederland te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer overgaan tot de orde van de dag. Het feit dat een dergelijke training Nederlands erg intensief is, kan een bijkomend nadeel van de methode zijn. Niet alle lerenden hebben de conditie om deze methode van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode die uit de zeventig jaren van de vorige eeuw stamt. De methode is door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia is gebaseerd op het principe van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Georgi Lozanov een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Daarvoor zijn een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de student en de docent (Nederlands) essentieel. Hiervoor dienen de studenten zich ontspannen en veilig te voelen. Leslokalen met rijopstellingen waren uit den boze om dit te bewerkstelligen. De studenten zaten in comfortabele stoelen tijdens de lessen die in een halve cirkel gezet waren en er was altijd muziek in de les. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, terwijl klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden te horen waren op de achtergrond. Er waren lijsten met woorden bij deze teksten en opmerkingen over de (Nederlandse) grammatica. Het voorlezen werd gedaan met veel expressie in stem en gebaren. De studenten werden zo verleid om te luisteren en ze konden de (Nederlandse) woorden die nieuw waren voor ze, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Nederland). In de klas werden rollenspellen gespeeld en ook (Nederlandse) streekgerechten werden in de klas bereid en geproefd.
Populariteit
De leermethode van Lozanov was omstreden en is niet erg bekend meer. Sommige elementen van de methodiek worden nog steeds toegepast, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student minder last zal hebben van frustratie of faalangst. Voor een immigrant kan deze sfeer aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland bijdragen. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een ander pluspunt van de leermethodiek is dat de student wordt gestimuleerd om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven. Dit is voor sommige mensen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd vormt dit voor sommigen een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommigen ook afleiden en verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Een ander zwak punt is dat de verhouding trainer-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de Nederlandse trainer en de studenten zijn steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een taal te leren waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van een vreemde taal zij willen leren. Deze CLL methode is op de counseling-benadering gestoeld waarbij de trainer optreedt als een counselor die de zinnen van de lerende omschrijft. De studenten starten een gesprek. Zijn de lerenden de doeltaal (Nederlands) nog niet voldoende machtig, dan spreken de lerenden in hun moedertaal. De taaldocent (Nederlands) geeft uitleg en vertaalt. De uitspraken van de docent worden hierna zo nauwkeurig mogelijk herhaald. De gesprekken in het Nederlands worden opgenomen om nadien opnieuw te beluisteren.
De methode stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de studenten onderling als middel om het Nederlands te leren. Er wordt geen lesboek Nederlands gebruikt; het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen met behulp van betekenisvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van CLL is sterk afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. Bij deze methode dient de taaltrainer naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn onderlegd. De trainer dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de lerenden uitstekend te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de lerenden te vertalen. CLL kan prima werken als deze correct wordt gebruikt. De methode is niet bruikbaar voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
CLL biedt studenten een hoge mate van autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken wordt door lerenden vaak als zinvol ervaren. De groep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les Nederlands, maar eveneens daarbuiten. Met Community Language Learning worden lerenden zich zo veel bewuster van anderen in de groep, hun sterke en zwakke punten en leren om te werken als een team. Van het bespreken door hun foutjes en het evalueren van de taalles Nederlands leren studenten vaak veel. Vaak blijven zulke correcties in het geheugen gegrift en worden zo deel van het actieve vocabulaire van de lerende.
Dat de docent niet sturend is, ondanks dat sommige studenten wel sturing nodig hebben, kan een keerzijde zijn. Bij CLL wordt geen lesboek gebruikt en er worden geen toetsen Nederlands afgenomen. Het succes van de lessen is daardoor lastig meetbaar. Een aantal studenten wordt in hun Nederlands spreken belemmerd als zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van het Nederlands (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Nederlands ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Nederlands krijgt in deze benadering meer nadruk dan Nederlandse grammatica. De instructies zijn op situaties en Nederlandse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen gericht. Er wordt aandacht geschonken aan interactie maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er wordt veel mogelijkheid geboden voor de student om de Nederlandse taal zelfstandig te ontdekken.
Het is de taak van de docent Nederlands om voor genoeg inbreng te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de student.
Populariteit
In de afgelopen drie decennia zijn onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis de leerboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht geschonken aan woordenschat die wordt aangeboden in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. De vergaande verandering in de manier waarop talen worden onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren om op een heel natuurlijke wijze het Nederlands te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal te werken. Zo ontstaat souplesse in het taalgebruik Nederlands.
Het minpunt van de leermethode is dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties. Een aantal studenten heeft moeite om de patronen van het Nederlands zelf te leren herkennen en deze studenten hebben meer aan een docent Nederlands die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is in 1880 door de Franse taaldocent François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van grammatica. Studenten leren zinnen op basis van een handeling, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Studenten gaan snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands) denken doordat een soort eentalige manier van taalverwerving is, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.
Populariteit
De seriemethode van Gouin was zijn tijd ver vooruit. Ondanks dat het een vrij afwijkende aanpak was, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd succesvol. De leermethode van Gouin werd echter door de Directe Methode van Maximilian Berlitz overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Series method van François Gouin worden de mondelinge vaardigheid Nederlands goed ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een sfeer die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Dit type onderwijs Nederlands wekt het enthousiasme bij de lerenden op door gebruik te maken van visueel leermateriaal, zoals afbeeldingen, grafieken, etcetera. Het leren werd tastbaar; dit was iets dat geheel nieuw was. De methode maakt studenten Nederlands nieuwsgierig, dit is een goede methode om om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, de prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verbeteren. de methode van François Gouin stimuleert de communicatieve taalvaardigheden Nederlands van de lerenden sterk.
Het nadeel van de leermethode is dat taal die iets meer abstract of subjectief wordt, wat moeilijk in één duidelijke ervaring kan worden gevangen met beweging en expressie. Een ander minpunt is de bewerkelijkheid voor de trainer, die een scala aan series dient voor te bereiden. Ten derde focust de Gouin-seriemethode vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog meestal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching; TBLT (Taakgericht taalonderwijs) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte achter deze methode is dat het verwerven van de doeltaal (zoals het Nederlands) geen op zichzelf staand doel, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De studenten krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de vreemde taal (Nederlands) vereist is. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, dienen zij over regels van het Nederlands en woordenschat van het Nederlands te beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals een boodschap doen, e-mails schrijven, bellen met een klantenservice, de krant lezen of een drankje bestellen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, de taak vervolgens uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Om de taken uit te voeren, dienen studenten samen te werken. De taken moeten iets boven het niveau van de studenten Nederlands liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Task-Based Language Teaching heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren 90 en zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest praktisch bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van lerenden (hoofdzakelijk lerenden met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs te verhogen.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Nederlands) biedt duidelijke voordelen. Het is een activerende werkvorm, waarbij de studenten worden uitgedaagd om hun taalvaardigheden (Nederlands) te gaan gebruiken. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, zolang de taak goed bij de lerende aansluit. De student komt op een natuurlijke, dagelijkse manier in aanraking met het Nederlands en leert op deze manier authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door de lerenden als motiverend en plezierig ervaren .
Als nadeel kan worden gezien dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Nederlands, waardoor studenten die niet zeer nauwkeurig leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van Engels taalonderwijs ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in 2000.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching is geïnspireerd op ‘Dogme 95’. Dit was een beweging van een aantal Deense filmmakers onder wie filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. Bij het maken van films houden de deelnemers zich aan 10 strikte regels (dogma’s). Deze 10 regels vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet door enig voorgedrukt materiaal belast is. Het starten van echte inhoudelijke gesprekken over praktische onderwerpen is het doel van de Dogme-methode. Hierbij draait het om communicatie als inspirator van het leren. De benadering is daarom een communicatieve aanpak van taalonderwijs. Deze methode wil onderwijs bieden zonder het gebruik van lesboeken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op de communicatie tussen de lerenden en de trainer focust. Het Dogme-taalonderwijs kent tien uitgangspunten (dogma’s), net als de Dogme-beweging in de film.
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Thornbury dat de overeenkomsten met taakgericht leren van een taal (zoals Nederlands) suggereren dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een pluspunt voor trainers Nederlands is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Het kan heel motiverend zijn dat de studenten voor het eigen leerproces verantwoordelijk zijn. Voorspelbaar is de taalles Nederlands zo nooit. Dat garandeert spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Bij een les volgens de Dogme-methode is bijna elk item bespreekbaar. Op deze manier blijven studenten betrokken en alert.
Als lerenden zo weinig bij de hand worden genomen door de docent kunnen ze zich daartegenover iets minder op hun gemak voelen. Ook zijn niet alle taaldocenten Nederlands in voldoende mate flexibel voor dit type taalonderwijs. Een ander minpunt kan zijn dat de studenten zich vaak op een bepaald examen Nederlands moeten voorbereiden en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof in de les wordt behandeld.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson in het jaar 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-benadering is een alternatieve kijk op het leren van een nieuwe taal (zoals het Nederlands). De primaire aanname van de methode is dat taal en cultuur onlosmakelijk zijn. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Nederlands; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van Nederland). Daarom gebruikt GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA-benadering vertoont overeenkomsten met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De leermethode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Nederland. Begrip is belangrijker dan productie. De focus ligt op de Nederlandse woordenschat en de cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ongeveer 100 uur. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase duurt ruwweg 150 uur en nu beginnen de deelnemers ook Nederlands te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en verzorgers beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de Nederlandse cultuur te voeren. In fase 5 van de methode beginnen de deelnemers zich te richten op het taalgebruik van de moedertaalsprekers Nederlands door middel van films, televisie, nieuws of literatuur. Het Nederlands dat voor het werk van de deelnemer is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei buiten de formele taalsessies Nederlands om.
Populariteit
De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog vrij weinig bekend over het succes ervan. De deelnemers zijn enthousiast over deze methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met GPA wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van taalverwerving Nederlands. Deze zes afzonderlijke fasen bieden haalbare doelen en een duidelijk tijdspad. Er wordt door de lerende niet alleen taalkennis Nederlands verworven, maar eveneens van de omgeving en de lerende verwerft daarnaast een nieuw sociaal netwerk.
Dat voor iedere deelnemer of iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die veel tijd wil investeren, is een nadeel van deze benadering.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht in de vroege jaren 2000 door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Nederlands) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Deze techniek werkt eenvoudig: lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen dan wat zij horen. Bij de methode is het niet belangrijk om de Nederlandse tekst te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klanken. Het luisteren en daarna herhalen wordt net zo vaak geoefend tot dit heel gemakkelijk gaat en de student simultaan Nederlands kan spreken met de opname. De student gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij heeft uitgesproken. Veel lesboeken zijn voor deze techniek geschikt, zolang de boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende tekst. De Nederlandse audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de student te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes in te lassen en op natuurlijke snelheid. De aanbeveling van Alexander Argüelles is om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst in de buitenlucht, en niet te gaan zitten, omdat lichamelijke beweging de opname van de te leren taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel versterkt. Dat de lerenden minder gauw worden afgeleid als zij bewegen, zodat het werken aan het Nederlands aanzienlijk effectiever wordt, is een andere grond.
De shadowing-techniek heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale drills toegepast werden in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Ook simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.
Populariteit
In de afgelopen jaren is veel onderzoek naar Shadowing gedaan waaruit is gebleken dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van het Nederlands wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het kan worden toegepast in een groep lerenden, waarbij elke deelnemer individueel actief leert. Het rendement van Shadowing is hoog.
De techniek heeft als nadeel is dat lerende het wellicht een beetje saai kan vinden om dezelfde Nederlandse tekst te blijven herhalen. De keuze van de tekst is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren zestig van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die op het principe is gebaseerd dat mensen leren met behulp van beweging en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven continu taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die taken uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in eerste instantie de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Nederlands is de basis, daarna komt de spreekvaardigheid.
De methode van TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van het Nederlands versneld toe. De docent geeft taken op een vriendelijke en begrijpelijke manier, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de taken voor; de lerenden doen deze taken na. In het begin wordt van de lerenden nog niet verwacht dat ze Nederlands spreken; de lerenden geven in een later stadium de opdrachten. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of gedeeltelijk gewijzigd.
Door de combinatie van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Het kost daardoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde Nederlands beklijft ook beter.
Populariteit
Vooral wordt TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren en volwassenen werken met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. De methode levert vlotte succeservaringen op, wat het plezier in het leren bevordert. Dit zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en deze leermethodiek kan ook toegepast worden in grotere klassen. Het geleerde Nederlands wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student.
Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-taken is uit te drukken, is de keerzijde van TPR®. Dit is de reden dat de leermethode tot op een zeker niveau werkt en daarnaast nog een andere leermethode (ter aanvulling) nodig is. De methodiek is ook niet bijzonder creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Nederlands uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De methode is als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief diende te zijn. Deze Reformbeweging had overigens niet alleen betrekking op het leren van een taal, maar ook over voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Men streefde, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, omstreeks het jaar 1900 naar natuurlijke leefwijzen en bevrijding van het keurslijf. Op het gebied van het taalonderwijs kwam veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij grammatica meer inductief werd onderwezen, met voorbeeldzinnen. De taalregels moesten studenten hieruit afleiden. Er kwamen meer mondelinge oefeningen met meer aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Nederlands). Het werd aangemoedigd de studenten vaak in het Nederlands te laten praten. Het was eveneens nieuw dat de taallessen in het Nederlands werden gegeven. In de les werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Nederlandse) vocabulaire werd aangeleerd door middel van voorbeelden en afbeeldingen. Abstracte vocabulaire werd door studenten aangeboden om ideeën te laten associëren.
Populariteit
Deze golf van vernieuwing van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloed van de oorlogen en crises, om weer een andere vorm te krijgen in de jaren zestig.
Taleninstituten als Interlingua en Berlitz werken nog steeds met (een moderne vorm van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier van leren is, is het grote voordeel van de Directe Methode. Bij de methode wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken. Hierdoor krijgen de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Nederlands. Nadelen heeft deze leermethode echter ook. Deze methode schenkt vrijwel geen aandacht aan schrijfvaardigheid (Nederlands) en relatief weinig aan lezen. Dez methode biedt te weinig uitdaging voor studenten die verder meer gevorderd zijn in het Nederlands. De Directe Methode is ook niet heel bruikbaar voor een langzaam lerende student, omdat deze methode een actieve inzet door de student verwacht.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca gaat uit van hetzelfde principe als waar de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’) voor staat: de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Nederlands) leren dient veilig en gemakkelijk te zijn. Manesca wil daarom niet werken met abstracte regels of lijstjes met Nederlandse woorden die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep van studenten en een taaltrainer Nederlands, die één Nederlands woord tegelijk introduceert. Er hoort een bepaalde beweging bij ieder woord. De lerenden herhalen vervolgens na elkaar het Nederlandse woord en deze beweging. De herhaling helpt de lerenden hhet Nederlandse woord te onthouden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. Stap voor stap vormen deze woorden zinnen en variaties op deze Nederlandse zinnen. Nederlandse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De Manesca-methode is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na de publicatie van zijn methode. Het werk van Manesca is door anderen opgepakt en aangepast, onder wie Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langer kan worden onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Het vele herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai kan zijn om steeds dezelfde Nederlandse woorden en zinnen te blijven herhalen, kan door lerenden als een keerzijde worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno in 1963.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de student en diens actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van stilte en gebaren wordt gebruikt door de trainer Nederlands om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en hen aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak (Nederlands) besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het essentieel om taalles te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de voorraad energie van de lerenden. Hij ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno betoogde dat de taaldocenten niet zozeer dienen te streven naar het overbrengen van kennis, maar het bewustzijn aan dienen te boren, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te leren.
The Silent Way van Gattegno gebruikt onder andere staven met verschillende kleuren (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor verschillende dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek werkt ook met Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een specifieke klank van het Nederlands staat, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.
Populariteit
Caleb Gattegno’s ideeën zijn van betekenis geweest, voornamelijk bij het leren van de uitspraak, hoewel The Silent Way in zijn originele vorm niet veel wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn methode niet-bedreigend is voor lerenden, die immers gezien worden als autonoom, is de sterke kant van de aanpak van Gattegno. In feite is de taaldocent Nederlands dienstbaar aan de studenten, niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke manier. De geleerde stof wordt doorgaans goed verwerkt en onthouden door lerenden uit te dagen om nieuwe dingen te ontdekken. De lerenden ‘mogen’ fouten maken, wat helpt bij het leerproces.
Het kan een nadeel zijn dat een aantal studenten wat meer begeleiding nodig heeft dan de methode voorziet. Door de afwezigheid van input van de taaldocent Nederlands zouden de lerenden gefrustreerd kunnen raken. Met kleuren en grafieken werken, heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er gauw af gaat, waardoor het effect weer verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De TPRS-methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-methode (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het principe is een natuurlijke wijze van taalverwerving: een nieuwe taal leren zoals kinderen de moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden studenten blootgesteld aan veel begrijpelijke input. De trainer Nederlands vertelt een verhaal aan de lerenden, waarin nieuw te leren Nederlandse woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. Deze verhalen zijn vrij eenvoudig te begrijpen, hierdoor zijn studenten ontspannen. Op deze manier worden Nederlandse woorden en structuren ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen. De trainer wijst de student op grammaticale verschijnselen in het Nederlands, zonder dat lerenden taalregels uit het hoofd leren.
De lerende zal na een poosje ‘vanzelf’ Nederlands gaan spreken en de Nederlandse grammaticale structuren gaan nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een alternatief is om samen met een groep lerenden een verhaal op te bouwen. De trainer Nederlands schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de Nederlandse vertalingen erbij, om vervolgens met de lerenden hiervan een verhaal te maken. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen in het Nederlands is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, omdat dit zorgt voor input. Schrijven in het Nederlands volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPR Storytelling een geslaagde manier is om een taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting dient geschikt te zijn en de taaldocent dient goed getraind te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en het geleerde wordt grondig verworven. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Voor de lerenden is het een plezierige methode en het is niet moeilijk om de focus te behouden. Voor de lerende werkt het zeer motiverend om zelf een verhaal te creëren.
Een nadeel is dat de methode veel voorbereiding van de docenten vraagt.
De Rosetta Stone-leermethode is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die in Egypte werd ontdekt met tweetalige teksten, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen ontcijferd zijn. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taalcursussen aanbiedt. De eerste versie van deze methode is in het jaar 1996 uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een manier om met behulp van een computer vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Deze taalcursussen zijn in meer dan dertig verschillende talen beschikbaar en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve leermethode, die de wijze nabootst waarop een kind zijn of haar moedertaal leert. Dat houdt in ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van native speakers Nederlands (moedertaalsprekers) en foto’s voor voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe (Nederlandse) woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen. Dit programma registreert de Nederlandse uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. De lerende kan zo zijn of haar uitspraak met de uitspraak van een moedertaalspreker Nederlands (native speaker) vergelijken. Verbetering van de uitspraak kan bereikt worden door de voorbeeldspreker iets langzamer te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheid Nederlands te oefenen. De software van de methode controleert de Nederlandse spelling en de grammatica en wijst op taalfouten en biedt de optie om de taalfouten van de student te corrigeren.
Het programma biedt ook leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
De Rosetta Stone-methode wordt wereldwijd veelvuldig ingezet en niet door de minsten. Onder andere de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken gebruiken de methode van Rosetta Stone. De Rosetta Stone-methode wordt in ons land gebruikt door een aantal ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten, alsook door sommige internationale bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De methode van Rosetta Stone is zeer eenvoudig in het gebruik en kan op ieder moment door de lerende gebruikt worden. Studenten bepalen zelf welke delen wat meer of minder aandacht nodig hebben. Veel lerenden vinden het plezierig om te werken met de methodiek. Bij een gebrek aan taaltrainers kan Rosetta Stone voor scholen een oplossing zijn. Een minpunt kan zijn dat er geen trainer is om de lerenden te motiveren of iets extra’s te kunnen bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. Zijn eerste taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur in het jaar 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een computerprogramma om nieuwe talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
Deze taalcursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialoog in de doeltaal die door de student worden nagesproken en worden herhaald. Deze Nederlandse voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursus is op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. De lessen van de cursus omvatten een audio-opname van 30 minuten met nieuwe vocabulaire en taalstructuren. De grammaticale structuur van het Nederlands wordt niet apart uitgelegd maar aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.
Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee kennis overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval verwerkt.
Populariteit
De Pimsleur taalcursussen worden onder meer in Amerika gebruikt en de ervaringen met de methode variëren. In het algemeen zijn de lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Nederlands.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Om de uitspraak te verbeteren werkt de Pimsleur-methode heel goed doordat de insprekers van de zinnen allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke manier op een normaal tempo Nederlands spreken.
Het feit dat niets wordt uitgelegd, is het nadeel van de methode. De gebruikers leren geen bouwstenen om zelf Nederlandse zinnen te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn leermethode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Bob Dylan, Mel Gibson en Pierce Brosnan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij vrij is van stress, was het principe van Michel Thomas. Hij begon met de lerenden duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen van Michel Thomas zijn audiolessen (Nederlands), ingesproken door twee acteurs; een mannelijke acteur en een vrouwelijke acteur. De setting is bij Michel Thomas een virtuele klas, waarbij de student zich voorstelt als de derde student. Hij of zij luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de acteurs gesteld wordt, is het idee dat de lerenden op pauze drukken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. De lessen worden opgebouwd in kleine stapjes en Nederlandse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Nederlandse lesstof die al bekend is. De uitleg wordt steeds in het Engels gegeven. Er wordt bijvoorbeeld gewezen op verbanden tussen het Engels en het Nederlands, als deze verbanden er zijn. Grammaticale uitleg wordt eveneens gegeven. Bij de methodiek van Michel-Thomas wordt makkelijke stof eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de studenten Nederlands het voorgaande begrepen en geleerd hebben. Behalve Nederlandse woorden en zinnetjes worden eveneens bouwstenen geleerd zodat de lerenden zelf zinnetjes kunnen bouwen. De methodiek maakt ook gebruik van flashcards waarmee gebruikers zelf hun vocabulaire Nederlands kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te meten.
Populariteit
Veel lerenden ze zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Nederlands en vinden de methode van Michel Thomas prettig werken. Gebruikers die met de taal wat verder zijn, ervaren de cursussen soms als wat minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen trainen de uitspraak en de luistervaardigheid Nederlands op efficiënte wijze en zijn zeer toegankelijk. Dat de taalcursus Nederlands niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een keerzijde. Er is ook geen daadwerkelijke interactie, omdat de methode uit audiocursussen bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, opgericht door polyglot en schrijver en Alphonse Chérel in 1929. Assimil maakt en publiceert cursussen voor vreemde talen en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ of ‘assimilatie’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in een andere groep’, wat wel wat hooggegrepen is voor een taalcursus (zoals Nederlands). De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek Nederlands en audio-CD’s en een USB-stick. Idealiter werken de lerenden ongeveer twintig minuten per dag.
De lessen bestaan uit verschillende Nederlandse dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De Nederlandse vertaling staat naast de dialoog, alsook grammaticale uitleg. Om de uitspraak Nederlands te trainen, maakt Assimil gebruik van zinnen die door native (moedertaal) speakers zijn ingesproken en die de cursist daarna dient te herhalen. De opbouw verloopt van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer vijftig taallessen.
Populariteit
De cursussen van Assimil zijn gewaardeerd. De cursussen zijn niet zo duur en er is een groot aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Het voordeel van de Assimil-methode is dat de cursist Nederlands op zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste past. Het nadeel hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de student is aangewezen op zichzelf. Er is geen taaldocent Nederlands beschikbaar om de lerende te motiveren of te begeleiden.
De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Vanwege de invloed van het leger werd de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan gezien worden als antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Nieuw was dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn spreken en luisteren (in het Nederlands) en de (Nederlandse) grammaticale structuren worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is om zonder fouten Nederlands te leren verstaan en te leren spreken, wat bij een Nederlandssprekende leren naspreken, begint. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt met driloefeningen gewerkt om Nederlandse zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaltaaltrainer Nederlands kan zo een zin bijvoorbeeld tien maal herhalen en vervolgens een nieuw Nederlands woord toevoegen. Er wordt vaak gewerkt in zogeheten talenpractica, waar lerenden met een koptelefoon naar zinnen luisteren en deze nazeggen. Het geschreven Nederlands wordt pas behandeld wanneer het mondelinge Nederlands al vertrouwd is geworden. Afbeeldingen worden wel gebruikt om nieuwe Nederlandse woorden te introduceren.
Populariteit
De audiolinguale methode werd in ons land pas geïntroduceerd omstreeks het jaar 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al gauw grote bezwaren tegen deze betekenisloze driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Het was nu alom aanvaard dat het bij het leren van een taal (zoals Nederlands) niet om het uit het hoofd leren van de regels van de (Nederlandse) grammatica gaat, maar om het gebruik. De luistervaardigheid (Nederlands), die vóór 1970 voor veel docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten Nederlands. Direct van het begin wordt een goede uitspraak Nederlands aangeleerd. De methode is docentgestuurd waardoor deze een efficiënte en snelle overdracht van de kennis van de taal kan bieden. De methode kan ook worden toegepast bij grotere groepen.
Dit docentgestuurde aspect heeft tegelijkertijd een keerzijde; er wordt geen eigen input verwacht van de studenten. Hierdoor ligt het gevaar van passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer. Een bijkomend bezwaar is dat de driloefeningen niet zo gemakkelijk in levend taalgebruik Nederlands om te zetten zijn.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Nederlands) op een zodanige manier te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die na verloop van tijd worden herhaald. De opgeschreven Nederlandse woorden of zinnen worden door de lerenden hardop gelezen. De bedoeling is niet om al deze woorden of zinnen uit het hoofd te leren, maar dit eigenlijk gebeurt vanzelf door de blootstelling. De woordenlijst wordt steeds bijgewerkt; Nederlandse woorden die zijn geleerd, worden van de woordenlijst gehaald. De Nederlandse woorden die nog problemen geven, blijven staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method stellen dat de woorden of zinnen in het Nederlands spontaan in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen worden, maar geheugenwetenschappers bestrijden dat. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden wanneer deze ook relevant en betekenisvol is voor de student. Deze methode kan goed functioneren voor Nederlandse woorden en zinnen die betekenisvol en relevant zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die bij bijvoorbeeld Post-its® baat hebben als geheugensteun kan deze GoldList-methode werken. Omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt, functioneert het met de hand schrijven effectiever dan typen of, zelfs behoorlijk zinloos: een fotootje maken. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen zijn veel meer dan alleen een reeks losse woorden en/of zinnen. Deze methode is bovendien bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven woordenlijsten moeten worden gemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Nederlands) gericht. Op de manier waarop mensen als kind hun moedertaal leerden, probeert de methode het Nederlands aan te leren. Op deze manier leert de student onbewust ook de taalregels van het Nederlands. Alleen het Nederlands wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een leeromgeving zonder stress. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie Nederlands niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete Nederlands grammatica.
Als de lerende in het Nederlands wordt ondergedompeld, is de leermethode het meest effectief. Om te zorgen dat de lerende van de ervaring kan genieten, moeten de activiteiten die in het Nederlands worden aangeboden, stimulerend zijn.
De Natural Method lijkt erg op de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer de nadruk op de praktijk wordt gelegd en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Dat onderdompeling erg effectief is, is vaak bewezen. De natuurlijke aanpak is een populaire wijze van lesgeven bij taaltrainers Nederlands, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen voor studenten. Maar er is eveneens kritiek op de natuurlijke aanpak. De methode is voornamelijk gericht op het impliciet leren van de Nederlandse grammatica. De studenten zouden weliswaar leren in het Nederlands te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden krijgen de kans voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Nederlands. Omdat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.
Omdat er bijna geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt. Ook bereidt de methode studenten niet per se voor op een bepaald Nederlands examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse benaming: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren met als doel de student vertrouwd te maken met de grammaticale en fonologische structuur van de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands). De beheersing van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan het verwerven van woordenschat Nederlands. Bij de methode gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van Nederlandse woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. De vaste combinaties van woorden worden in herkenbare situaties door middel van visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen aan de student aangedragen. De taalstructuren die het meest gebruikt worden, worden het eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheden Nederlands (luisteren en spreken) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Nederlands (de spreekvaardigheden en de schrijfvaardigheden), krijgt de grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op vrij grote schaal ingezet om Engels te leren in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Dat de kunnen lerenden het Nederlands op een accurate wijze kunnen leren, is de sterke kant van de Structurele Aanpak. De lerenden krijgen inzicht in de grammatica van het Nederlands en ze leren in welke situatie bepaalde bepaalde Nederlandse woorden of combinaties van woorden geschikt zijn of niet. De methode gebruikt alledaagse taal. De methode van de Structural Approach heeft ook keerzijden. Deze manier van werken kost nogal veel tijd en levert niet direct succeservaringen op. De eigen inbreng van lerenden is behoorlijk beperkt; de methode is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse benaming: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse benaming: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Amerikaans taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie het uiteindelijke streven is bij het leren van een vreemde taal (zoals Nederlands).
De studenten leren de Nederlandse taal in praktijk te brengen middels de CLT-technieken door de interactie met elkaar en de docent Nederlands. Er wordt gebruikgemaakt van teksten, geschreven in het Nederlands of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werkomgeving. Het Nederlands wordt zowel tijdens en ook buiten de les om gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en de docent Nederlands draagt onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Nederlands in verschillende realistische situaties te oefenen. Nederlandse grammatica wordt inductief onderwezen, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent Nederlands echt een trainer, die de lerende leert om in het Nederlands te communiceren.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair. Dit kwam deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa ontstond meer behoefte om een vreemde taal te leren door middel van een methode die meteen toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Het communicatief taalonderwijs (CLT) heeft veel voordelen. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; deze methode van leren is studentgericht en functioneel. Door het gebruik van authentieke materialen, leren de studenten de Nederlandse woorden die voor hen nodig zijn. De methode is efficiënt. De methode werkt voor de studenten stimulerend, omdat zij gauw succes ervaren. Foutjes maken mag; al doende wordt de taalvaardigheden geleerd en geperfectioneerd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en de uitspraak minder aandacht wordt besteed. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de taaltrainer en van studenten vereist het een actieve deelname. Voor sommige studenten is deze manier van een vreemde taal leren afwijkend of moeilijk, afhankelijk van de achtergrond. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint vaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en niet zo zeer om de vorm en CLT biedt als zodanig geen samenhangend geheel.
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnetjes, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens leerboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger, deed dit op een andere manier. Omstreeks 1783 ontwikkelde Meidinger een methode waarbij de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd, wat de taal van de religie, de cultuur en de wetenschap was. Vanzelfsprekend was het onderwijs in het Latijn gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en volledig gericht op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Nederlands). Dat werd destijds beschouwd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse van de taalstructuren en de taalvormen (van bijvoorbeeld Nederlands) uit waarbij de studenten inzicht ontwikkelen. De lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docenten dragen de kennis Nederlands over, de student memoriseert.
Populariteit
Hoewel al vanaf halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, is tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode van grote invloed geweest op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De methode is een aardige mentale training aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Ook biedt deze methode inzicht in de structuur van het Nederlands, omdat de nadruk op de grammatica gelegd wordt.
Er zijn echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de luister- en spreekvaardigheid Nederlands behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. Deze methode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Nederlands, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het leren in groepen biedt de methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces bij lerenden. De studenten zijn alleen toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (In het Engels: language immersion) wordt over de hele wereld gebruikt sinds de jaren 70, voornamelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt gegeven. In Nederland is ‘onderdompeling’ bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd. De methode is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles aan rijke dames uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, vanaf het eerste moment wordt omgeven door de te leren taal. Alle instructies vinden plaats in de doeltaal (Nederlands); eerst langzaam en met veel herhalingen, later op een meer natuurlijke manier. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in het Nederlands te spreken. Er wordt gebruikgemaakt van simulaties en rollenspellen. Op scholen die met onderdompeling werken, wordt de omgeving vaak in de stijl van het land van de Nederlandse taal ingericht om een situatie te creëren alsof studenten in Nederland zijn. Studenten oefenen één-op-één of in kleine groepjes met Nederlands spreken. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar Nederland te reizen en daar in een gastgezin te verblijven.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt beschouwd als een uitstekende leermethode voor vreemde talen. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Nederlands kan met de methode van onderdompeling uitstekend worden ontwikkeld.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Omdat de methode nogal intensief is, is het grote voordeel dat deze methode snel resultaten laat zien. Omdat de student wordt erdoor omgeven, is de leermethode een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet echt gaan communiceren in het Nederlands. In principe is de student 24 uur per dag Nederlands aan het leren. In groepen versterkt het samen oefenen de sociale interactie. De studenten ervaren dit als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een keerzijde. De kans is groot dat het nieuw geleerde relatief snel weer wegzakt als studenten in een vrij korte tijd Nederlands leren, door in Nederland te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer overgaan tot de orde van de dag. Het feit dat een dergelijke training Nederlands erg intensief is, kan een bijkomend nadeel van de methode zijn. Niet alle lerenden hebben de conditie om deze methode van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode die uit de zeventig jaren van de vorige eeuw stamt. De methode is door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia is gebaseerd op het principe van de suggestie. Positieve suggestie is volgens Georgi Lozanov een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Daarvoor zijn een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de student en de docent (Nederlands) essentieel. Hiervoor dienen de studenten zich ontspannen en veilig te voelen. Leslokalen met rijopstellingen waren uit den boze om dit te bewerkstelligen. De studenten zaten in comfortabele stoelen tijdens de lessen die in een halve cirkel gezet waren en er was altijd muziek in de les. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, terwijl klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden te horen waren op de achtergrond. Er waren lijsten met woorden bij deze teksten en opmerkingen over de (Nederlandse) grammatica. Het voorlezen werd gedaan met veel expressie in stem en gebaren. De studenten werden zo verleid om te luisteren en ze konden de (Nederlandse) woorden die nieuw waren voor ze, gemakkelijk begrijpen en opnemen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Nederland). In de klas werden rollenspellen gespeeld en ook (Nederlandse) streekgerechten werden in de klas bereid en geproefd.
Populariteit
De leermethode van Lozanov was omstreden en is niet erg bekend meer. Sommige elementen van de methodiek worden nog steeds toegepast, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student minder last zal hebben van frustratie of faalangst. Voor een immigrant kan deze sfeer aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland bijdragen. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een ander pluspunt van de leermethodiek is dat de student wordt gestimuleerd om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven. Dit is voor sommige mensen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd vormt dit voor sommigen een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommigen ook afleiden en verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Een ander zwak punt is dat de verhouding trainer-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de Nederlandse trainer en de studenten zijn steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een taal te leren waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van een vreemde taal zij willen leren. Deze CLL methode is op de counseling-benadering gestoeld waarbij de trainer optreedt als een counselor die de zinnen van de lerende omschrijft. De studenten starten een gesprek. Zijn de lerenden de doeltaal (Nederlands) nog niet voldoende machtig, dan spreken de lerenden in hun moedertaal. De taaldocent (Nederlands) geeft uitleg en vertaalt. De uitspraken van de docent worden hierna zo nauwkeurig mogelijk herhaald. De gesprekken in het Nederlands worden opgenomen om nadien opnieuw te beluisteren.
De methode stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de studenten onderling als middel om het Nederlands te leren. Er wordt geen lesboek Nederlands gebruikt; het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen met behulp van betekenisvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van CLL is sterk afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. Bij deze methode dient de taaltrainer naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn onderlegd. De trainer dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de lerenden uitstekend te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de lerenden te vertalen. CLL kan prima werken als deze correct wordt gebruikt. De methode is niet bruikbaar voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
CLL biedt studenten een hoge mate van autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken wordt door lerenden vaak als zinvol ervaren. De groep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les Nederlands, maar eveneens daarbuiten. Met Community Language Learning worden lerenden zich zo veel bewuster van anderen in de groep, hun sterke en zwakke punten en leren om te werken als een team. Van het bespreken door hun foutjes en het evalueren van de taalles Nederlands leren studenten vaak veel. Vaak blijven zulke correcties in het geheugen gegrift en worden zo deel van het actieve vocabulaire van de lerende.
Dat de docent niet sturend is, ondanks dat sommige studenten wel sturing nodig hebben, kan een keerzijde zijn. Bij CLL wordt geen lesboek gebruikt en er worden geen toetsen Nederlands afgenomen. Het succes van de lessen is daardoor lastig meetbaar. Een aantal studenten wordt in hun Nederlands spreken belemmerd als zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van het Nederlands (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Nederlands ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Nederlands krijgt in deze benadering meer nadruk dan Nederlandse grammatica. De instructies zijn op situaties en Nederlandse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen gericht. Er wordt aandacht geschonken aan interactie maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er wordt veel mogelijkheid geboden voor de student om de Nederlandse taal zelfstandig te ontdekken.
Het is de taak van de docent Nederlands om voor genoeg inbreng te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de student.
Populariteit
In de afgelopen drie decennia zijn onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis de leerboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht geschonken aan woordenschat die wordt aangeboden in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. De vergaande verandering in de manier waarop talen worden onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren om op een heel natuurlijke wijze het Nederlands te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal te werken. Zo ontstaat souplesse in het taalgebruik Nederlands.
Het minpunt van de leermethode is dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties. Een aantal studenten heeft moeite om de patronen van het Nederlands zelf te leren herkennen en deze studenten hebben meer aan een docent Nederlands die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is in 1880 door de Franse taaldocent François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van grammatica. Studenten leren zinnen op basis van een handeling, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Studenten gaan snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands) denken doordat een soort eentalige manier van taalverwerving is, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.
Populariteit
De seriemethode van Gouin was zijn tijd ver vooruit. Ondanks dat het een vrij afwijkende aanpak was, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd succesvol. De leermethode van Gouin werd echter door de Directe Methode van Maximilian Berlitz overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Series method van François Gouin worden de mondelinge vaardigheid Nederlands goed ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een sfeer die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Dit type onderwijs Nederlands wekt het enthousiasme bij de lerenden op door gebruik te maken van visueel leermateriaal, zoals afbeeldingen, grafieken, etcetera. Het leren werd tastbaar; dit was iets dat geheel nieuw was. De methode maakt studenten Nederlands nieuwsgierig, dit is een goede methode om om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, de prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verbeteren. de methode van François Gouin stimuleert de communicatieve taalvaardigheden Nederlands van de lerenden sterk.
Het nadeel van de leermethode is dat taal die iets meer abstract of subjectief wordt, wat moeilijk in één duidelijke ervaring kan worden gevangen met beweging en expressie. Een ander minpunt is de bewerkelijkheid voor de trainer, die een scala aan series dient voor te bereiden. Ten derde focust de Gouin-seriemethode vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog meestal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching; TBLT (Taakgericht taalonderwijs) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte achter deze methode is dat het verwerven van de doeltaal (zoals het Nederlands) geen op zichzelf staand doel, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De studenten krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de vreemde taal (Nederlands) vereist is. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, dienen zij over regels van het Nederlands en woordenschat van het Nederlands te beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals een boodschap doen, e-mails schrijven, bellen met een klantenservice, de krant lezen of een drankje bestellen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, de taak vervolgens uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Om de taken uit te voeren, dienen studenten samen te werken. De taken moeten iets boven het niveau van de studenten Nederlands liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Task-Based Language Teaching heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren 90 en zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest praktisch bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van lerenden (hoofdzakelijk lerenden met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs te verhogen.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Nederlands) biedt duidelijke voordelen. Het is een activerende werkvorm, waarbij de studenten worden uitgedaagd om hun taalvaardigheden (Nederlands) te gaan gebruiken. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, zolang de taak goed bij de lerende aansluit. De student komt op een natuurlijke, dagelijkse manier in aanraking met het Nederlands en leert op deze manier authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door de lerenden als motiverend en plezierig ervaren .
Als nadeel kan worden gezien dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Nederlands, waardoor studenten die niet zeer nauwkeurig leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van Engels taalonderwijs ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in 2000.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching is geïnspireerd op ‘Dogme 95’. Dit was een beweging van een aantal Deense filmmakers onder wie filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. Bij het maken van films houden de deelnemers zich aan 10 strikte regels (dogma’s). Deze 10 regels vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die niet door enig voorgedrukt materiaal belast is. Het starten van echte inhoudelijke gesprekken over praktische onderwerpen is het doel van de Dogme-methode. Hierbij draait het om communicatie als inspirator van het leren. De benadering is daarom een communicatieve aanpak van taalonderwijs. Deze methode wil onderwijs bieden zonder het gebruik van lesboeken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op de communicatie tussen de lerenden en de trainer focust. Het Dogme-taalonderwijs kent tien uitgangspunten (dogma’s), net als de Dogme-beweging in de film.
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Thornbury dat de overeenkomsten met taakgericht leren van een taal (zoals Nederlands) suggereren dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een pluspunt voor trainers Nederlands is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Het kan heel motiverend zijn dat de studenten voor het eigen leerproces verantwoordelijk zijn. Voorspelbaar is de taalles Nederlands zo nooit. Dat garandeert spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Bij een les volgens de Dogme-methode is bijna elk item bespreekbaar. Op deze manier blijven studenten betrokken en alert.
Als lerenden zo weinig bij de hand worden genomen door de docent kunnen ze zich daartegenover iets minder op hun gemak voelen. Ook zijn niet alle taaldocenten Nederlands in voldoende mate flexibel voor dit type taalonderwijs. Een ander minpunt kan zijn dat de studenten zich vaak op een bepaald examen Nederlands moeten voorbereiden en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof in de les wordt behandeld.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson in het jaar 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-benadering is een alternatieve kijk op het leren van een nieuwe taal (zoals het Nederlands). De primaire aanname van de methode is dat taal en cultuur onlosmakelijk zijn. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Nederlands; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van Nederland). Daarom gebruikt GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA-benadering vertoont overeenkomsten met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De leermethode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Nederland. Begrip is belangrijker dan productie. De focus ligt op de Nederlandse woordenschat en de cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ongeveer 100 uur. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase duurt ruwweg 150 uur en nu beginnen de deelnemers ook Nederlands te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en verzorgers beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de Nederlandse cultuur te voeren. In fase 5 van de methode beginnen de deelnemers zich te richten op het taalgebruik van de moedertaalsprekers Nederlands door middel van films, televisie, nieuws of literatuur. Het Nederlands dat voor het werk van de deelnemer is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei buiten de formele taalsessies Nederlands om.
Populariteit
De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog vrij weinig bekend over het succes ervan. De deelnemers zijn enthousiast over deze methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met GPA wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van taalverwerving Nederlands. Deze zes afzonderlijke fasen bieden haalbare doelen en een duidelijk tijdspad. Er wordt door de lerende niet alleen taalkennis Nederlands verworven, maar eveneens van de omgeving en de lerende verwerft daarnaast een nieuw sociaal netwerk.
Dat voor iedere deelnemer of iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die veel tijd wil investeren, is een nadeel van deze benadering.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht in de vroege jaren 2000 door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Nederlands) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Deze techniek werkt eenvoudig: lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen dan wat zij horen. Bij de methode is het niet belangrijk om de Nederlandse tekst te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klanken. Het luisteren en daarna herhalen wordt net zo vaak geoefend tot dit heel gemakkelijk gaat en de student simultaan Nederlands kan spreken met de opname. De student gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij heeft uitgesproken. Veel lesboeken zijn voor deze techniek geschikt, zolang de boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende tekst. De Nederlandse audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de student te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes in te lassen en op natuurlijke snelheid. De aanbeveling van Alexander Argüelles is om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst in de buitenlucht, en niet te gaan zitten, omdat lichamelijke beweging de opname van de te leren taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel versterkt. Dat de lerenden minder gauw worden afgeleid als zij bewegen, zodat het werken aan het Nederlands aanzienlijk effectiever wordt, is een andere grond.
De shadowing-techniek heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale drills toegepast werden in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Ook simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.
Populariteit
In de afgelopen jaren is veel onderzoek naar Shadowing gedaan waaruit is gebleken dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van het Nederlands wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het kan worden toegepast in een groep lerenden, waarbij elke deelnemer individueel actief leert. Het rendement van Shadowing is hoog.
De techniek heeft als nadeel is dat lerende het wellicht een beetje saai kan vinden om dezelfde Nederlandse tekst te blijven herhalen. De keuze van de tekst is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren zestig van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die op het principe is gebaseerd dat mensen leren met behulp van beweging en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven continu taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die taken uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in eerste instantie de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Nederlands is de basis, daarna komt de spreekvaardigheid.
De methode van TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van het Nederlands versneld toe. De docent geeft taken op een vriendelijke en begrijpelijke manier, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de taken voor; de lerenden doen deze taken na. In het begin wordt van de lerenden nog niet verwacht dat ze Nederlands spreken; de lerenden geven in een later stadium de opdrachten. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of gedeeltelijk gewijzigd.
Door de combinatie van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Het kost daardoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde Nederlands beklijft ook beter.
Populariteit
Vooral wordt TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren en volwassenen werken met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. De methode levert vlotte succeservaringen op, wat het plezier in het leren bevordert. Dit zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en deze leermethodiek kan ook toegepast worden in grotere klassen. Het geleerde Nederlands wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student.
Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-taken is uit te drukken, is de keerzijde van TPR®. Dit is de reden dat de leermethode tot op een zeker niveau werkt en daarnaast nog een andere leermethode (ter aanvulling) nodig is. De methodiek is ook niet bijzonder creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Nederlands uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De methode is als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief diende te zijn. Deze Reformbeweging had overigens niet alleen betrekking op het leren van een taal, maar ook over voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Men streefde, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, omstreeks het jaar 1900 naar natuurlijke leefwijzen en bevrijding van het keurslijf. Op het gebied van het taalonderwijs kwam veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij grammatica meer inductief werd onderwezen, met voorbeeldzinnen. De taalregels moesten studenten hieruit afleiden. Er kwamen meer mondelinge oefeningen met meer aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Nederlands). Het werd aangemoedigd de studenten vaak in het Nederlands te laten praten. Het was eveneens nieuw dat de taallessen in het Nederlands werden gegeven. In de les werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Nederlandse) vocabulaire werd aangeleerd door middel van voorbeelden en afbeeldingen. Abstracte vocabulaire werd door studenten aangeboden om ideeën te laten associëren.
Populariteit
Deze golf van vernieuwing van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloed van de oorlogen en crises, om weer een andere vorm te krijgen in de jaren zestig.
Taleninstituten als Interlingua en Berlitz werken nog steeds met (een moderne vorm van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier van leren is, is het grote voordeel van de Directe Methode. Bij de methode wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken. Hierdoor krijgen de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Nederlands. Nadelen heeft deze leermethode echter ook. Deze methode schenkt vrijwel geen aandacht aan schrijfvaardigheid (Nederlands) en relatief weinig aan lezen. Dez methode biedt te weinig uitdaging voor studenten die verder meer gevorderd zijn in het Nederlands. De Directe Methode is ook niet heel bruikbaar voor een langzaam lerende student, omdat deze methode een actieve inzet door de student verwacht.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca gaat uit van hetzelfde principe als waar de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’) voor staat: de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Nederlands) leren dient veilig en gemakkelijk te zijn. Manesca wil daarom niet werken met abstracte regels of lijstjes met Nederlandse woorden die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep van studenten en een taaltrainer Nederlands, die één Nederlands woord tegelijk introduceert. Er hoort een bepaalde beweging bij ieder woord. De lerenden herhalen vervolgens na elkaar het Nederlandse woord en deze beweging. De herhaling helpt de lerenden hhet Nederlandse woord te onthouden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. Stap voor stap vormen deze woorden zinnen en variaties op deze Nederlandse zinnen. Nederlandse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De Manesca-methode is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na de publicatie van zijn methode. Het werk van Manesca is door anderen opgepakt en aangepast, onder wie Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langer kan worden onthouden, is de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Het vele herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai kan zijn om steeds dezelfde Nederlandse woorden en zinnen te blijven herhalen, kan door lerenden als een keerzijde worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno in 1963.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de student en diens actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van stilte en gebaren wordt gebruikt door de trainer Nederlands om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en hen aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak (Nederlands) besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het essentieel om taalles te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de voorraad energie van de lerenden. Hij ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno betoogde dat de taaldocenten niet zozeer dienen te streven naar het overbrengen van kennis, maar het bewustzijn aan dienen te boren, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te leren.
The Silent Way van Gattegno gebruikt onder andere staven met verschillende kleuren (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor verschillende dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek werkt ook met Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een specifieke klank van het Nederlands staat, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.
Populariteit
Caleb Gattegno’s ideeën zijn van betekenis geweest, voornamelijk bij het leren van de uitspraak, hoewel The Silent Way in zijn originele vorm niet veel wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn methode niet-bedreigend is voor lerenden, die immers gezien worden als autonoom, is de sterke kant van de aanpak van Gattegno. In feite is de taaldocent Nederlands dienstbaar aan de studenten, niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke manier. De geleerde stof wordt doorgaans goed verwerkt en onthouden door lerenden uit te dagen om nieuwe dingen te ontdekken. De lerenden ‘mogen’ fouten maken, wat helpt bij het leerproces.
Het kan een nadeel zijn dat een aantal studenten wat meer begeleiding nodig heeft dan de methode voorziet. Door de afwezigheid van input van de taaldocent Nederlands zouden de lerenden gefrustreerd kunnen raken. Met kleuren en grafieken werken, heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er gauw af gaat, waardoor het effect weer verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De TPRS-methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-methode (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het principe is een natuurlijke wijze van taalverwerving: een nieuwe taal leren zoals kinderen de moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden studenten blootgesteld aan veel begrijpelijke input. De trainer Nederlands vertelt een verhaal aan de lerenden, waarin nieuw te leren Nederlandse woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. Deze verhalen zijn vrij eenvoudig te begrijpen, hierdoor zijn studenten ontspannen. Op deze manier worden Nederlandse woorden en structuren ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen. De trainer wijst de student op grammaticale verschijnselen in het Nederlands, zonder dat lerenden taalregels uit het hoofd leren.
De lerende zal na een poosje ‘vanzelf’ Nederlands gaan spreken en de Nederlandse grammaticale structuren gaan nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een alternatief is om samen met een groep lerenden een verhaal op te bouwen. De trainer Nederlands schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de Nederlandse vertalingen erbij, om vervolgens met de lerenden hiervan een verhaal te maken. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen in het Nederlands is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, omdat dit zorgt voor input. Schrijven in het Nederlands volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPR Storytelling een geslaagde manier is om een taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting dient geschikt te zijn en de taaldocent dient goed getraind te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en het geleerde wordt grondig verworven. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Voor de lerenden is het een plezierige methode en het is niet moeilijk om de focus te behouden. Voor de lerende werkt het zeer motiverend om zelf een verhaal te creëren.
Een nadeel is dat de methode veel voorbereiding van de docenten vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-leermethode is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die in Egypte werd ontdekt met tweetalige teksten, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen ontcijferd zijn. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taalcursussen aanbiedt. De eerste versie van deze methode is in het jaar 1996 uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een manier om met behulp van een computer vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Deze taalcursussen zijn in meer dan dertig verschillende talen beschikbaar en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve leermethode, die de wijze nabootst waarop een kind zijn of haar moedertaal leert. Dat houdt in ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van native speakers Nederlands (moedertaalsprekers) en foto’s voor voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe (Nederlandse) woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen. Dit programma registreert de Nederlandse uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. De lerende kan zo zijn of haar uitspraak met de uitspraak van een moedertaalspreker Nederlands (native speaker) vergelijken. Verbetering van de uitspraak kan bereikt worden door de voorbeeldspreker iets langzamer te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheid Nederlands te oefenen. De software van de methode controleert de Nederlandse spelling en de grammatica en wijst op taalfouten en biedt de optie om de taalfouten van de student te corrigeren.
Het programma biedt ook leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
De Rosetta Stone-methode wordt wereldwijd veelvuldig ingezet en niet door de minsten. Onder andere de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken gebruiken de methode van Rosetta Stone. De Rosetta Stone-methode wordt in ons land gebruikt door een aantal ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten, alsook door sommige internationale bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De methode van Rosetta Stone is zeer eenvoudig in het gebruik en kan op ieder moment door de lerende gebruikt worden. Studenten bepalen zelf welke delen wat meer of minder aandacht nodig hebben. Veel lerenden vinden het plezierig om te werken met de methodiek. Bij een gebrek aan taaltrainers kan Rosetta Stone voor scholen een oplossing zijn. Een minpunt kan zijn dat er geen trainer is om de lerenden te motiveren of iets extra’s te kunnen bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. Zijn eerste taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur in het jaar 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een computerprogramma om nieuwe talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
Deze taalcursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialoog in de doeltaal die door de student worden nagesproken en worden herhaald. Deze Nederlandse voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursus is op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. De lessen van de cursus omvatten een audio-opname van 30 minuten met nieuwe vocabulaire en taalstructuren. De grammaticale structuur van het Nederlands wordt niet apart uitgelegd maar aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.
Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee kennis overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval verwerkt.
Populariteit
De Pimsleur taalcursussen worden onder meer in Amerika gebruikt en de ervaringen met de methode variëren. In het algemeen zijn de lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Nederlands.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Om de uitspraak te verbeteren werkt de Pimsleur-methode heel goed doordat de insprekers van de zinnen allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke manier op een normaal tempo Nederlands spreken.
Het feit dat niets wordt uitgelegd, is het nadeel van de methode. De gebruikers leren geen bouwstenen om zelf Nederlandse zinnen te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn leermethode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Bob Dylan, Mel Gibson en Pierce Brosnan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij vrij is van stress, was het principe van Michel Thomas. Hij begon met de lerenden duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen van Michel Thomas zijn audiolessen (Nederlands), ingesproken door twee acteurs; een mannelijke acteur en een vrouwelijke acteur. De setting is bij Michel Thomas een virtuele klas, waarbij de student zich voorstelt als de derde student. Hij of zij luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de acteurs gesteld wordt, is het idee dat de lerenden op pauze drukken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. De lessen worden opgebouwd in kleine stapjes en Nederlandse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Nederlandse lesstof die al bekend is. De uitleg wordt steeds in het Engels gegeven. Er wordt bijvoorbeeld gewezen op verbanden tussen het Engels en het Nederlands, als deze verbanden er zijn. Grammaticale uitleg wordt eveneens gegeven. Bij de methodiek van Michel-Thomas wordt makkelijke stof eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de studenten Nederlands het voorgaande begrepen en geleerd hebben. Behalve Nederlandse woorden en zinnetjes worden eveneens bouwstenen geleerd zodat de lerenden zelf zinnetjes kunnen bouwen. De methodiek maakt ook gebruik van flashcards waarmee gebruikers zelf hun vocabulaire Nederlands kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te meten.
Populariteit
Veel lerenden ze zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Nederlands en vinden de methode van Michel Thomas prettig werken. Gebruikers die met de taal wat verder zijn, ervaren de cursussen soms als wat minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen trainen de uitspraak en de luistervaardigheid Nederlands op efficiënte wijze en zijn zeer toegankelijk. Dat de taalcursus Nederlands niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een keerzijde. Er is ook geen daadwerkelijke interactie, omdat de methode uit audiocursussen bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, opgericht door polyglot en schrijver en Alphonse Chérel in 1929. Assimil maakt en publiceert cursussen voor vreemde talen en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ of ‘assimilatie’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in een andere groep’, wat wel wat hooggegrepen is voor een taalcursus (zoals Nederlands). De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek Nederlands en audio-CD’s en een USB-stick. Idealiter werken de lerenden ongeveer twintig minuten per dag.
De lessen bestaan uit verschillende Nederlandse dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De Nederlandse vertaling staat naast de dialoog, alsook grammaticale uitleg. Om de uitspraak Nederlands te trainen, maakt Assimil gebruik van zinnen die door native (moedertaal) speakers zijn ingesproken en die de cursist daarna dient te herhalen. De opbouw verloopt van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer vijftig taallessen.
Populariteit
De cursussen van Assimil zijn gewaardeerd. De cursussen zijn niet zo duur en er is een groot aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Het voordeel van de Assimil-methode is dat de cursist Nederlands op zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste past. Het nadeel hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de student is aangewezen op zichzelf. Er is geen taaldocent Nederlands beschikbaar om de lerende te motiveren of te begeleiden.
Ook is er een ruim aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Duolingo, Quizlet, Mondly en Babbel.
Er is echter een betere manier: De Dagnall Talen Methode.
Het inmiddels bekende hoge rendement van Dagnall wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar voornamelijk door de focus van Dagnall altijd op de cursist(en) te leggen, bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of kinesthetisch ingesteld? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? Ons taleninstituut geeft taalcursussen bij voorkeur face-to-face. Wij werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en Nederlandse zinnen. De app kan, indien gewenst, geladen worden met jargon van specifieke organisaties en bedrijven.
Tot slot beschikken de trainers over veel eigen lesmateriaal en spelen ze continu in op actuele ontwikkelingen en thema’s die interessant kunnen zijn voor de cursisten. De taaltrainers van Dagnall Talen zijn erg bedreven in het plezierig en vlot aanleren van een taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden snel in de praktijk toegepast kunnen worden.
Visueel, auditief of kinesthetisch? Door rekening te houden met de natuurlijke wijze van leren en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Talen het hoogste rendement bij haar taaltrainingen. Een ander voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten als onze taaltrainers. Onze door de jaren heen ontwikkelde en verfijnde werkwijze is niet alleen het handelsmerk geworden van Dagnall Talen, maar ze creëert ook de waarde van onze maatwerktrainingen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)training die online gevolgd kan worden, dus op afstand. Het wordt ook wel een virtual classroom, met andere woorden een ‘digitaal leslokaal’ genoemd. Het zogenaamde blended learning is een trainingsvorm waarbij face-to-face-sessies (klassikaal) gecombineerd worden met online leren in een online leeromgeving. Eenvoudig gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Blended taalcursussen noemen wij ook wel combicursussen of hybride cursussen. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Enschede.
Online Nederlands leren (e-learning Nederlands) Een aantal voorbeelden van digitale platformen die voor online communiceren en leren kunnen worden gebruikt, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Nederlands in Enschede Het voordeel van blended learning ten opzichte van online leren is dat, indien het niet om 1-op-1 les gaat, deelnemers bij blended learning afwisselend wel zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren. Dat wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van andere deelnemers.
100% maatwerk – ook online!
Online leerplatform Dagnall Talen beschikt over een digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online is een integraal onderdeel van digitale leertrajecten en biedt gevarieerde en interactieve content. Het platform van Dagnall biedt interactieve mogelijkheden en garandeert een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
Dagnall App Naast het online leerplatform beschikt Dagnall eveneens over een handige eigen App, geschikt voor zowel Android- als Apple-apparaten. De Dagnall App heeft als voordeel dat een deelnemer altijd en overal, dus 24/7, toegang heeft op elk (mobiel) apparaat. Op het werk maar ook thuis of onderweg, bijvoorbeeld ook op reis in het buitenland. Deelnemers kunnen Nederlands leren waar en wanneer ze maar willen. De inhoud van de oefeningen in de Dagnall App worden op de behoefte van uw organisatie afgestemd zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Zo kunnen wij bijvoorbeeld speciek jargon, woordenlijsten, juridische termen, technische termen alsook productnamen integreren in de App. De Dagnall App kan heel praktijkgericht ingezet worden en de App blijft na afloop van de training Nederlands in Enschede is afgerond. Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Nederlands
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, vergaderingen of onderhandelingen met Nederlandse zakenpartners en klanten uit Nederland zijn vaak een uitdaging op het gebied van taal. Mensen die meerdere talen beheersen, zijn in veel bedrijven daarom vaak onmisbaar.
Online en blended taaltrainingen Nederlands op maat
Dagnall leert u in het Nederlands communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Als u internationaal meertalig succesvol wilt zijn, leer dan uw Nederlandstalige gesprekspartners te begrijpen en zorg ervoor dat u ook wordt begrepen. Wilt u uw taalvaardigheden Nederlands verbeteren voor uw toekomstige of huidige functie? De taaltrainingen van Dagnall Talen bieden beroepsgerichte training. Al onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en eveneens als onlinecursus en/of als blended taalcursus te boeken. Een onlinecursus of blended taalcursus Nederlands is even doeltreffend en van hoge kwaliteit als een fysieke cursus en daarnaast comfortabel.
Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kunt u overal volgen; thuis, op kantoor, op (zaken)reis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Nederlands online
Technische en zakelijke taalcursussen online geeft Dagnall Taleninstituut via onlineplatforms zoals Zoom, Teams, Skype of een ander onlineplatform naar uw keuze. Het onlineplatform Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt variatie en interactie.
Virtuele Classroom voor zowel individuele taaltraining als groepstraining Nederlands
Het volgende is voldoende voor een cursus in een virtuele classroom: - Een laptop, tablet of pc met camera en microfoon - Internetverbinding - Rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
De onlinecursussen en blended taalcursussen van Dagnall Talen worden gekenmerkt door:
Vakbekwaamheid van de taaltrainers Nederlands
De online alsook de blended taalcursussen worden door onze gekwalificeerde en toegewijde native (moedertaal) docenten verzorgd
Onze docenten hebben jarenlange ervaring in het geven van taalcursussen aan het bedrijfsleven en (semi-)overheidsorganisaties
Onze trainers zijn HBO of universitair opgeleid en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuren – vlotte leervorderingen
De blended (combicursussen) en online taalcursussen van Dagnall zijn maatwerktrainingen die specifiek worden afgestemd op uw wensen en behoeften
De inhoud van de cursus wordt aangepast aan het leerplan om het leerproces structuur te geven
Een duidelijke structuur helpt uw taaldoelen Nederlands efficiënt en vlot te bereiken
De online (blended taalcursus/combicursus/hybride cursus) taalcursus bestaat uit livesessies en schriftelijke opdrachten. In de livesessies worden de woordenschat Nederlands en de structuur die in de voorbereiding en voortzetting van de lessen zijn geleerd, actief toegepast
Dankzij de combinatie van zelfstudie en videosessies is het behaalde resultaat van de blended- en onlinecursussen gelijk aan die van onze face-to-face cursussen
Lesreeksen kunnen eventueel worden opgenomen, zodat de cursisten thuis alles meerdere malen kunnen herhalen en niets hoeft te missen
Onze taaldocenten geven naast de taalcursus ook tips voor verdere mogelijkheden voor digitale zelfstudie
Vakbekwaamheid en structuur zorgen voor een goede wisselwerking tussen de trainer en de taaldocent en zijn van groot belang voor het succes van taaltrainingen Nederlands.
Profiteer nu ook van blended of online taalcursussen Nederlands verzorgd door ons taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw cursus Nederlands in Enschede ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Nederlands wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Nederlands bevat.
Na afloop van uw cursus Nederlands in Enschede ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Nederlands alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Nederlands. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde cursus Nederlands in Enschede
Het taalniveau van het ERK (Europees Referentiekader) hanteren wij als standaard en helpen de cursist om inzicht te krijgen in de vorderingen in het Nederlands. Het niveau van het ERK is een internationaal erkend taalniveau.
Na afloop van de cursus Nederlands in Enschede overhandigen wij het ‘Dagnall Talen-certificaat’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese norm om verschillende taalniveaus te kunnen definiëren. Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 samengesteld door de Raad van Europa. Het ERK is een hulpmiddel dat vijf taalvaardigheden onderscheidt, te weten: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren. De Engelstalige term en afkorting wordt eveneens vaak toegepast: Common European Framework of References; CEFR. Daarnaast onderscheidt het ERK zes niveaus van taalvaardigheid; van beginners tot vrijwel moedertaalsprekers. Deze beheersingsniveaus zijn A1, A2, B1, B2, C1 en C2, waarbij A1 het beginniveau is en C2 het niveau moedertaalspreker.
Niveau A is van toepassing op beginners. Mensen die niveau B Nederlands beheersen, beschikken over alle basisvaardigheid in de Nederlandse taal. Niveau C geldt voor gevorderden die Nederlands met groot gemak lezen, schrijven, verstaan en spreken. Niveau C geeft de vaardigheden weer van (ver)gevorderde gebruikers, die de Nederlandse taal beheersen als (bijna) moedertaalsprekers.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Nederlands)
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Taleninstituut is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm stelt eisen voor het borgen en stroomlijnen van processen die belangrijk zijn om de klanttevredenheid te verhogen. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de speerpunten van de ISO 9001:2015 norm.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall Talen is eveneens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor de vertaalbranche en stelt onder meer eisen aan mensen, projectmanagement, middelen, vertalers en proeflezers.
Onze ISO 17100:2015 certificering toont aan dat wij uitsluitend met professionele moedertaalvertalers werken met de benodigde kennis en ervaring. Daarnaast worden onze vertalingen altijd minimaal twee keer door twee specialisten/editors proefgelezen. Onze vertalingen (Nederlands) worden aangeleverd volgens afspraak en binnen de deadline.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstituut in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van organisaties. Dagnall Talen wordt jaarlijks door Kiwa beoordeeld om te controleren of nog altijd aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Ons taleninstituutinstituut is uiteraard al vele jaren lid van de NRTO en draagt eveneens het NRTO-keurmerk. Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie voor kwaliteit en betrouwbaarheid staat. ‘NRTO’ staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstituten en heeft ruim 450 leden. De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
Voor de NRTO staat kwaliteit voorop. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de dienstverlening die door de NRTO-leden wordt geleverd, zoals een cursus Nederlands in Enschede, wordt door een gedragscode, door diverse convenanten alsook door het NRTO-keurmerk geborgd.
De gedragscode van de NRTO is op vijf beginselen gebaseerd, te weten zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO is belangenbehartiger van van Nederlandse private opleidingsinstellingen. De NRTO is gesprekspartner van ministeries, leden van de Tweede Kamer, sociale partners, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, maatschappelijke organisaties zoals de SER en de Stichting van de Arbeid en de media.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt ook met diverse andere organisaties samen, bijvoorbeeld de Alliantie Samen Werken voor Werk. Alle NRTO-leden zijn ondernemers.Leden van het NRTO werken resultaat- en klantgericht en zijn in staat om zich snel aan veranderende omstandigheden aan te passen en altijd maatwerk te leveren.Het aanbod aan bijvoorbeeld cursussen Nederlands in Enschede sluit aan bij de behoeften van de arbeidsmarkt.Continu innoveren is hiervoor onontbeerlijk.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is vertegenwoordigd in diverse commissies, besturen en adviesraden, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), het CRKBO, stichting EDU-DEX en Blik op Werk.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) (Engels: General Data Protection Regulation (GDPR)) is een Europese verordening met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de EU. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van burgers in de EU. Deze verordening schrijft voor dat personen op de hoogte moeten zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die voor het beoogde doel nodig zijn, bewaard en verwerkt mogen worden.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer bewaard worden dan nodig en de persoonsgegevens dienen tegen toegang door onbevoegden, vernietiging of verlies te worden beschermd. Uiteraard voldoet Taleninstituut Dagnall aan alle eisen die door de Algemene verordening gegevensbescherming gesteld worden en Taleninstituut Dagnall verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht zeer beperkt. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Nederlands in Enschede zijn vrijgesteld van btw
Dagnall staat ingeschreven in het CRKBO-register. CRKBO staat voor het Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dat betekent dat ons taleninstituut aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet. Inschrijving in het juiste CRKBO-register is een voorwaarde voor de Belastingdienst om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te kunnen leveren. Door onze btw-vrijstelling kan ons taleninsitituut lagere prijzen aan u berekenen. Dit helpt in de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen aan zowel zorginstellingen, maatschappen, overheidsinstellingen als privépersonen.
CPION
Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Taleninstituut onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland. Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een onafhankelijk, door de overheid erkend keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen voor een cursus Nederlands in Enschede
De vlotste weg naar een cursus Nederlands in Enschede!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
De officiële landcode van Nederland in letters is NLD. De hoofdstad van Nederland; Amsterdam (in vrijwel alle talen eveneens ‘Amsterdam’ geheten), ligt in het noordwesten van Nederland.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Nederland is +31. De officiële internetextensie van Nederland is .nl.
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Nederland ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Nederland.
Nederland grenst aan België en Duitsland.
Kunt u de Nederlandse provincies aanwijzen?
Weet u in welke provincies uw Nederlandstalige zakenrelaties zich bevinden?
Op deze manier leert u de 12 Nederlandse provincies zeer snel kennen.
Controleer of verbeter uw kennis door met de muis op de landkaart van Nederland te gaan staan.
Door met uw cursor de op de landkaart van Nederland te gaan staan, ziet u de regionale verdeling van Nederland.
Vervolgens worden de Nederlandse provincies na elkaar afgebeeld.
Eerst ziet u de provincies van Nederland, daarna kunt de naam van deze provincie lezen.
Na een minuut hebt u een aardig idee van de regionale verdeling van Nederland.
Nederland in Europa
Provincies van Nederland
Soepele zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen
Zakendoen met Nederland
Wilt u soepel communiceren met Nederlandstaligen?
De informatie hieronder over Nederland, de Nederlandse cultuur en de Nederlanders, zal u hier zeker bij helpen.
Bekende Nederlanders, beroemde exportproducten en gebruiken en gewoonten heeft Dagnall Taleninstituut voor u op een rijtje gezet.
Allerlei kenmerkende dingen over Nederland en/of de Nederlandse taal.
Een aantal interessante dingen weten, kan uitstekend helpen als opening voor een gesprek.
Deze kennis over land, mens en cultuur kunt u tevens goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen tijdens een zakelijk gesprek in het Nederlands.
U kunt in ieder geval niet alleen de geleerde taalvaardigheid tijdens internationaal zakendoen met Nederlandstaligen toepassen maar ook uw verkregen kennis over het land inbrengen.
Zo kunt u iets te weten komen over de Nederlandse eetcultuur en bepaalde Nederlandse gerechten.
Koken en eten verbindt mensen.
De nieuw opgedane talenkennis alsook uw kennis over Nederland, de Nederlandse cultuur en de Nederlanders zal zeer op prijs worden gesteld!
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Hoewel je in Nederland goed kunt eten, is de traditioneel Nederlandse keuken is niet bijzonder exquise. Aardappelen, groente en vlees of vis is het traditionele menu. Verder eten Nederlanders veel brood. Het Nederlandse ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en een reeks zoete dingen. Niet alleen jam, maar ook appelstroop, hagelslag of pindakaas: de chocoladekorrels die in andere landen als taartgarnering wordt gezien. In de weekenden eten Nederlanders ook vaak eieren bij het ontbijt. Ze drinken er koffie, thee of melk bij. Een lunch in Nederland is eigenlijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms aangevuld met een beetje tomaat of komkommer of een snack. Rond 18.00 uur of 19.00 uur eten Nederlanders een warme maaltijd. Een traditionele Nederlandse avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht en daarna gekookte of gebakken aardappelen met één of twee soorten groente en vlees of vis. Als dessert eten Nederlanders vla, yoghurt, fruit of pudding. ’s Avonds om ongeveer 20.00 uur drinken Nederlanders nog koffie met een koekje. Een populair gerecht in de winter is erwtensoep. Dit is een dikke soep van groene erwten, knolselderij, stukken vlees en rookworst. Samen met spek en roggebrood is het een complete maaltijd. Een Nederlands fenomeen is eten uit de muur’: je gooit wat geld in een automaat en trekt een snack uit een glazen deurtje. Deze snack wordt dan op straat geconsumeerd. Populaire snacks zijn bijvoorbeeld kroketten en frikandellen. Beide worden gemaakt van slachtafval. Hoewel in Nederland ook wel wat wijn wordt geproduceerd, Nederland is een land van bier. Er zijn meer dan 500 brouwerijen en veel merken, onder andere Heineken, Hertog Jan en Grolsch. Een traditioneel Nederlands destillaat is jenever. Het wordt gestookt van graan. Het is gebruikelijk om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt. Dit geldt zowel privé als zakelijk. Hierbij wordt dan vaak een koekje gegeten.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
Oogarts en hoogleraar oogheelkunde Herman Snellen (1834-1908) was de bedenker van de naar hem vernoemde Snellenkaart, met letters als ogentest.
Victor HayesM (1941) is een Nederlands ingenieur en staat bekend als de 'vader van Wi-Fi'.
Het bedrijf Philips was in 1963 de uitvinder van het cassettebandje, en in 1982 co-uitvinder van de Compact Disc (CD), de DVD (1995) en de opvolger van de DVD, de Blu-ray schijf.
Elektrotechnicus Jaap Haartsen (1963) vond in 1994 de Bluetooth-technologie uit.
Coenraad Johannes van Houten (1801-1887) vond het bewerken van cacao uit met alkalische zouten om de bittere smaak te verwijderen en de cacaobestanddelen beter wateroplosbaar te maken.
Maurice Gatsonides (1911-1998) was een succesvol Nederlands autocoureur en uitvinder. Hij ontwierp een meter waarmee de snelheid van een rijdende auto kan worden bepaald, de gatsometer. Ook bedacht hij de eerste automatische snelheidsmeter, later bekend als de flitspaal.
De röntgenstraling is ontdekt door de Duits/Nederlandse natuurkundige Wilhelm Conrad Röntgen (1845–1923). In 1901 ontving hij de eerste Nobelprijs voor Natuurkunde.
De ontdekking van de microscoop wordt toegeschreven aan Antoni van Leeuwenhoek (1632-1723).
Dankzij de VOC, kon men vanaf 1602 in Amsterdam terecht voor handel in aandelen en aandelenderivaten, waarmee de aandelenmarkt een feit was. Overigens was de VOC de eerste multinational ter wereld.
De eerste onderzeeboot werd ontworpen rond 1624 door de Nederlandse uitvinder Cornelius Drebbel.
In 1924 kreeg Willem Einthoven de Nobelprijs voor de Fysiologie of Geneeskunde vanwege de uitvinding van het Elektrocardiogram (ECG).
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
Het volkslied van Nederland
ZAKENDOEN MET DUITSLAND
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Hoewel je in Nederland goed kunt eten, is de traditioneel Nederlandse keuken is niet bijzonder exquise. Aardappelen, groente en vlees of vis is het traditionele menu. Verder eten Nederlanders veel brood. Het Nederlandse ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en een reeks zoete dingen. Niet alleen jam, maar ook appelstroop, hagelslag of pindakaas: de chocoladekorrels die in andere landen als taartgarnering wordt gezien. In de weekenden eten Nederlanders ook vaak eieren bij het ontbijt. Ze drinken er koffie, thee of melk bij. Een lunch in Nederland is eigenlijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms aangevuld met een beetje tomaat of komkommer of een snack. Rond 18.00 uur of 19.00 uur eten Nederlanders een warme maaltijd. Een traditionele Nederlandse avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht en daarna gekookte of gebakken aardappelen met één of twee soorten groente en vlees of vis. Als dessert eten Nederlanders vla, yoghurt, fruit of pudding. ’s Avonds om ongeveer 20.00 uur drinken Nederlanders nog koffie met een koekje. Een populair gerecht in de winter is erwtensoep. Dit is een dikke soep van groene erwten, knolselderij, stukken vlees en rookworst. Samen met spek en roggebrood is het een complete maaltijd. Een Nederlands fenomeen is eten uit de muur’: je gooit wat geld in een automaat en trekt een snack uit een glazen deurtje. Deze snack wordt dan op straat geconsumeerd. Populaire snacks zijn bijvoorbeeld kroketten en frikandellen. Beide worden gemaakt van slachtafval. Hoewel in Nederland ook wel wat wijn wordt geproduceerd, Nederland is een land van bier. Er zijn meer dan 500 brouwerijen en veel merken, onder andere Heineken, Hertog Jan en Grolsch. Een traditioneel Nederlands destillaat is jenever. Het wordt gestookt van graan. Het is gebruikelijk om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt. Dit geldt zowel privé als zakelijk. Hierbij wordt dan vaak een koekje gegeten.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
In Nederland wonen ruim 17 miljoen mensen. Nederland is een constitutionele monarchie op basis van een parlementair stelsel. De koning is het staatshoofd; de minister-president is de regeringsleider. Nederland ligt in het noordwesten van Europa en grenst aan de Noordzee, Duitsland en België. Nederland heeft een oppervlakte van 41.543 vierkante kilometer. Nederland is de 17de grootste economie ter wereld.
De hoofdstad van Nederland is Amsterdam. De stad Amsterdam heeft ruim 800.000 inwoners. Andere belangrijke en grote steden zijn Rotterdam, Den Haag, Eindhoven en Utrecht. Nederland omvat twaalf provincies, te weten: Drenthe, Flevoland, Friesland (Fryslân), Gelderland, Groningen, Limburg, Noord-Brabant, Noord-Holland, Overijssel, Utrecht, Zeeland en Zuid-Holland.
Vlag van Nederland
Wapen van Nederland
Oorsprong naam Nederland
De naam ‘Nederland’ stamt van het woord neder af, wat op een geografisch lager liggend gebied duidt; “De Lage Landen”.
Kenmerkend voor Nederland
Van oudsher bekend om molens, tulpen, klompen, kaas, stroopwafels en fietsen. De grachten van Amsterdam staan op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Nederland is wereldwijd beroemd om de strijd tegen het water,
nodig vanwege de ligging (voor een groot deel) onder de zeespiegel. In de provincie Zeeland is dit goed te zien aan de Deltawerken. Nederland heeft ook grote stukken land ingepolderd en zelfs een extra provincie gecreëerd (Flevoland). Hollandse Meesters zijn wereldberoemde schilders voor wie veel mensen Nederland komen bezoeken. Zoals Rembrandt, Van Gogh, Vermeer, Mondriaan en Rietveld.
Symbool van Nederland Symbool van Nederland is de Amsterdamse grachtengordel uit de 17de eeuw, die ook op de UNESCO Werelderfgoedlijst staat. Evenals de tulp.
Minder bekend over Nederland
Een minder bekend feit over Nederland is dat KLM de oudste nationale luchtvaartmaatschappij ter wereld is. En ook dat Beurs van Hendrick de Keyser aan het Rokin in Amsterdam, de voorloper van de huidige effectenbeurs van Amsterdam de oudste handelsbeurs ter wereld was en het Wilhelmus het oudste volkslied dat nog in gebruik is. Ook apart is dat oranje wortelen heel zeldzaam waren totdat Nederlandse boeren ze in de zestiende eeuw massaal gingen telen als steunbetuiging voor het koninklijk huis bij een opstand tegen Spanje.
De Kamer van Koophandel van Nederland, afkorting: KVK) bevindt zich in Utrecht. De website van de Kamer van Koophandel van Nederland is www.kvk.nl. Het adres van de Nederlandse Kamer van Koophandel is: KVK, Sint Jacobsstraat 300, 3511 BT Utrecht. Het telefoonnummer is 088 585 1585.
Toeristenorganisatie van Nederland
De toeristenorganisatie van Nederland is de Netherlands Board of Tourism & Conventions (NBTC), is gevestigd in Den Haag, en de slogan luidt: “Your Official Guide for Visiting Holland”. De website van de Nederlandse toeristenorganisatie is www.holland.com. Het adres van de Nederlandse Toeristenorganisatie is Prinses Catharina-Amaliastraat 5, 2496 XD Den Haag. Het telefoonnummer is 070 370 5705.
KVK Sint Jacobsstraat 300 3511 BT Utrecht NETHERLANDS http://www.kvk.nl/
NETHERLANDS BOARD OF TOURISM & CONVENTIONS Prinses Catharina-Amaliastraat 5 2496 XD Den Haag NETHERLANDS https://www.holland.com
Als blijk van hartelijkheid, geven de Nederlanders elkaar drie zoenen op de wangen als ze elkaar begroeten. Mannen kussen elkaar bij uitzondering. Meestal geven ze elkaar een stevige hand. Nederland is klein en plat: een ideaal fietslandje. In Nederland is een fiets een heel normaal vervoermiddel. In steden zie je regelmatig moeders en vaders met bakfietsen of een fiets met een aanhanger erachter, waarin de kinderen naar het dagverblijf worden gebracht.
Helmen op de fiets worden vaker niet dan wel gedragen. In Nederland zijn woningen zijn het type ‘doorzonwoning’. Dat betekent grote ramen voor en achter, waardoor de zon de kamer in kan schijnen. De gordijnen houden Nederlanders het liefst open, zodat ze kunnen zien wat er buiten gebeurt. Iedere passant kan ook precies zien wat zich binnen afspeelt. Nederlanders vieren verjaardagen, ook op volwassen leeftijd.
De Mensen zitten in een kring en de gastvrouw of gastheer serveert koffie met taart. Op het werk trakteert de persoon die jarig is op gebak. Cadeautjes worden onmiddellijk uitgepakt. Op Koningsdag (27 april; de verjaardag van de koning) is iedereen vrij en gaat naar buiten gekleed in oranje, vaak ook met een oranje pruik. In steden en dorpen worden spellen gedaan op straat en mensen verkopen oude spullen op een kleedje. De rest van het jaar is het levensmotto: ‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’, wat betekent dat je vooral niet te veel moet opvallen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Taalbeheersing kent een onderscheid tussen naast kennen vooral ook de ontwikkeling van kennen naar kunnen (toepassen door te oefenen). Door te richten op het kunnen, kunnen deelnemers aan het einde van de cursus Nederlands in Enschede de verworven kennis beter toepassen in de praktijk.
Voor u het weet, begrijpt u die Nederlandstalige collega en antwoordt u hem of haar in zijn of haar eigen Nederlands. Dagnall brengt taalkennis Nederlands tot leven!
Nederlands behoort tot de tak van West-Germaanse talen. Tussen 300 en 800 n.Chr. ontstond uit het West-Germaans het Nederfrankisch, wat de basis zou worden van wat nu Nederlands is. De moderne Nederlandse taal is uit het Nieuwnederlands (na 1500 n.Chr.) ontstaan, dat weer uit het Diets of Middelnederlands voortkwam. Deze taal werd gesproken in de periode tussen 1170-1500 n.Chr. Het Nederlands wordt gesproken door om en nabij 25 miljoen mensen in Nederland,
België, Suriname, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten en Caribisch Nederland en in een klein deel van Noordwest-Frankrijk. Een klein groepje oudere mensen in Indonesië spreekt ook nog Nederlands. Verder wordt nog Nederlands gesproken onder immigranten in de Verenigde Staten, Canada en Australië. Nederlands is de officiële taal van Nederland en Suriname. Het is ook een officiële taal van België, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten.
Voor anderstaligen kan de uitspraak van de Nederlandse taal wat lastig zijn. De vele tweeklanken: ‘eu’, ‘ei’, ‘ie’, ‘ij’, ‘au’, ‘ou’, ‘oe’, ‘ui’ en ‘uu’ zijn een struikelblok. Vooral de ‘ui’-klank kan vrij zijn. Deze ‘ui’-klank is een klank die slechts in weinig andere talen voorkomt.
De uitspraak van het Nederlands
Daarnaast kent de Nederlandse taal ook nog drieklanken, waarbij de klank glijdend van de beginklank naar de eindklank overgaat. Zoals: eeuw, ieuw, aai, oi en ei.
In het Nederlands wijkt de spelling van de klanken bij een aantal letters af van wat in andere talen gebruikelijk is. De letter ‘u’ wordt bijvoorbeeld in vrijwel elke taal uitgesproken als ‘oe’.
Nederlandse g en ch
Van de medeklinkers wijken de g en de ch af vergeleken met de meeste andere talen. De ch en de g klinken nagenoeg gelijk; als een schrapende keelklank. Kenmerkend voor het Nederlands zijn verder de medeklinkercombinaties. De ‘sch’ en de ‘ng’ van ‘Scheveningen’ zijn voor veel anderstaligen een echte tongbreker en zeker ook de medeklinkercombinaties in ‘herfst’, ‘fietstas’? en ‘strand’? Begin- en eindclusters komen in het Nederlands veel voor. Het is handig om deze clusters te oefenen en te herkennen. Om het gemakkelijker te maken, kan een klein ‘e’-tje tussen de medeklinkers geplaatst worden: herr/e/fst (herfst) en st/e/rand (strand).
Uitspraak eindletters
In het Nederlands wordt vaak de uitspraak van eindletters niet uitgesproken, vooral de letter n. Zo klinkt lopen als ‘lopeh’ en is de r in het woord ‘zomer’ slechts zwak hoorbaar.
Stemhebbende klanken zonder klank
Tot slot verliezen stemhebbende klanken vaak hun klank aan het begin of eind van een woord: De ‘eind-d’ van een woord wordt stemloos en klinkt als ‘t’. Tussen het woord wind en het woord wint is geen verschil hoorbaar. De v aan het begin van een woord wordt stemloos en klinkt als een ‘f’: vijftig klinkt als ‘fijftich’. De z aan het begin van een woord wordt niet altijd, maar wel vaak stemloos: zestig wordt dan ‘sestich’.
UITSPRAAK
Nederlands alfabet fonetisch/IPA
A
ah
/aː/
B
bay
/beː/
C
say
/seː/
D
day
/deː/
E
ay
/eː/
F
ef
/ɛf/
G
khay
/geː/
H
hah
/ɦaː/
I
ee
/i/
J
yaya
/jeː/
K
kah
/kaː/
L
el
/ɛɫ/
M
em
/ɛm/
N
en
/ɛn/
O
oa
/oː/
P
pay
/peː/
Q
kuw
/ky/
R
her
/ɛɾ/
S
es
/ɛs/
T
tay
/teː/
U
uw
/y/
V
fay
/veː/
W
way
/ʋeː/
X
ix
/ɪks/
Y
ehy
/ɛɪ/
Z
zet
/zɛt/
SPELLING
WOORD
A
Anton, Anna
B
Bernard
C
Cornelis
D
Dirk
E
Eduard
F
Ferdinand
G
Gerard
H
Hendrik
I
Isaäk
J
Jan
K
Karel
L
Lodewijk
M
Maria
N
Nico
O
Otto
P
Pieter
Q
Quotiënt
R
Rudolf
S
Simon
T
Teunis
U
Utrecht
V
Victor
W
Willem
X
Xantippe
Y
Ypsilon
Z
Zaandam
Speciale tekens
@
apestaartje
#
hekje
NAAMVALLEN
Naamwoorden, zoals huis, mens of ijdelheid konden in het Nederlands in vroeger tijden ook naamvallen hebben die de grammaticale functie in de zin aangaven. Er waren oorspronkelijk vier naamvallen: de nominatief voor het onderwerp, de genitief die een bezitsvorm aanduidde, de datief die aangaf dat er sprake was van een meewerkend voorwerp (met aan of voor) en de accusatief, die aangaf dat het om een lijdend voorwerp ging. Restanten van deze naamvallen zijn nog te vinden in woorden als ’s ochtends (des ochtends; “in de ochtend”), ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”) en ’s-Gravenhage (des graven haghe; het omhaagde terrein van de graaf”). Hetzelfde geldt voor achternamen: Jan van den Berg. Ook vormen als de heer des huizes laten een tweede naamval; een genitief, zien.
De naamvallen bij zelfstandige naamwoorden zijn in het hedendaagse Nederlands verdwenen. Ze kwamen in de negentiende en begin twintigste eeuw nog wel voor in de schrijftaal, maar in 1947 werd er een spellingswet ingevoerd waarin deze naamvallen niet langer voorkwamen. Wel gebruiken we nog naamvallen bij persoonlijke voornaamwoorden. Ik is onderwerp, mijn bezit, mij (‘aan mij’) is een meewerkend voorwerp en mij lijdend voorwerp. Ook zijn er nog bepaalde voorzetselcombinaties waarin de naamval is terug te vinden. Denk aan te allen tijde, op den duur of dezer dagen. Enig bewustzijn van zo’n fenomeen als oude naamvallen is handig. Het helpt om naamvallen in andere talen gemakkelijker te begrijpen.
Bijzonder aan het Nederlands is de uitspraak, met de kenmerkende harde g, de ui en de eu. Nederlanders houden van verkleinwoorden: kopje, lepeltje, schoteltje, vermoedelijk omdat dit gezellig klinkt.
De Nederlandse taal bevat sporen van naamvallen in woorden als ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”) en ’s ochtends (des ochtends).
De Nederlandse taal leren en de Nederlandse cultuur begrijpen
Het Nederlandse alfabet bestaat uit 26 letters, evenveel als bijvoorbeeld in het Engels en Frans.
Afwijkende leestekens in het Nederlands
In het Nederlands worden in Kamerstukken zogenaamde guillemets gebruikt om een citaat aan te geven. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », (‘chevron-tekens’), waarmee een citaat wordt geopend en gesloten.
De naam ‘guillemet’ is afkomstig van Guillaume Le Bé (1525-1598). Deze Fransman was lettermaker en de bedenker van het teken. Een Nederlands synoniem voor het woord guillemet is ‘ganzenvoetje’.
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1
Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode
2
Lees Nederlandse kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. NRC Handelsblad is een bekende (online) krant in het Nederlands en Nu.nl een bekend online nieuwsportal
3
Luister naar Nederlandse radio. NPO 3 FM is de bekendste Nederlandse publieke radiozender en Radio 538 de bekendste Nederlandse commerciële radiozender
4
Luister en ontdek Nederlandse muziek
5
Lees Nederlandstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren
6
Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Nederlandse taal
7
Luister naar podcasts van Nederlandstaligen
8
Kijk Nederlandse televisieprogramma’s en films. NPO is de bekendste publieke televisieomroep en RTL en Talpa TV zijn de bekendste commerciële televisieomroepen in Nederland
9
Bekijk Nederlandse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren
10
Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren
11
Voer Nederlandse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk
12
Plak memoblaadjes op in huis
13
Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten
14
Bekijk Nederlandse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren
15
Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen
16
Wees niet bang om foutjes te maken
17
Niet te veel denken, gewoon doen!
18
En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen!
Woorden zonder betekenis, de Nederlandse taal heeft ze ook. Het Nederlands kent bijvoorbeeld het vragende ‘hè’ na een zinsdeel of zin: “Lekker weertje, hè?” Veel Nederlanders gebruiken ook stopwoorden als ze Engels spreken. Zoals Floortje Dessing: “It is quite lonely here, hè?” Het doel van het woordje ‘hè’ is om bevestiging vragen: “Nietwaar?”
In het Nederlands hoor je vaak aan het begin van een zin: ‘Nou,…’ of ‘Nou kijk,…’, ‘Nou ja,…’. De spreker neemt een aanloopje om zijn boodschap te uiten. In het midden van een betoog gebeurt hetzelfde. Mensen hebben even een denkpauze nodig en gebruiken een paar woorden die geen betekenis hebben. Iedere Nederlander kent ze, en bijna alle Nederlanders gebruiken ze. De woorden ‘zeg maar’, ‘ik bedoel’, ‘als het ware’ of ‘weet je wel’. Let ook eens op het aantal keer dat iemand ‘inderdaad’ of ‘eigenlijk’ of ‘ook’ gebruikt in een paar zinnen.
Nederlandse leenwoorden in het Engels zijn: ‘baas’ (boss), ‘bluf’ (bluff), ‘koekje’ (cookie) en ‘vrolijk’ (frolic), in het Duits: ‘anchovis’ (Anschovis), ‘garnaal’ (Garnele) en ‘haai’ en in het Frans: ‘bier’ (bière), ‘haven’ en ‘kajuit’.
Nederlandse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in de Nederlandse taal uit het Engels zijn: ‘album’, ‘bingo’, ‘film’ en ‘foto’, uit het Duits: ‘delicatessen’, ‘föhn’, ‘ordner’ en ‘spieken’ en uit het Frans ‘ballon’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘etage’ en ‘horloge’.
Nederlandse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Nederlandstalige media
Nederlandstalige media bekijken, beluisteren en/of lezen is zeer doeltreffend om uw kennis van de Nederlandse taal te vergroten.
Zo neemt u automatisch de klank en het ritme van het Nederlands in u op.
Het nieuws (proberen) te lezen in het Nederlands, kan heel leerzaam en leuk zijn. Het voordeel is dat u vermoedelijk al op de hoogte bent van de actualiteit, waardoor u op vlotte wijze veel woordenschat Nederlands kunt bijleren.
NRC Handelsblad
De meest gelezen kwaliteitskrant van Nederland is NRC Handelsblad. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NRC Handelsblad klikken om deze krant direct te lezen.
NU.nl
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Nederlandse online nieuwsportal is NU.nl. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NU.nl klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Nederland direct te kunnen lezen.
NPO 3 FM is het meest beluisterde publieke radiostation in Nederland. Klik op het logo op het linker computerscherm hierboven om live naar deze Nederlandse publieke radiozender te luisteren.
Radio 538
De radiozender Radio 538 is de bekendste commerciële radiozender van Nederland. Klik op het logo op het rechter beeldscherm hierboven om direct live naar deze Nederlandse commerciële radiozender te luisteren.
Uw favoriete televisieprogramma of serie met Nederlandse ondertiteling bekijken, kan even wennen zijn, maar al gauw zult u merken dat dit bijzonder leerzaam en leuk kan zijn. De omroep NPO is de publieke televisieomroep van Nederland.
SBS & RTL
De omroepen SBS en RTL zijn de meest bekeken commerciële televisieomroepen van Nederland. Deze Nederlandstalige televisiezenders kunnen via kabel, internet, satelliet of een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
U kunt de cursus Nederlands in Enschede op uw locatie volgen of in Enschede, bijvoorbeeld bij het kantorencomplex Schuttersveld aan de Hengelosestraat 100 in Enschede of in het pand van My Office aan de Wethouder Beversstraat 185 in Enschede. Ons taleninstituut verzorgt ook taalcursussen Nederlands in Enschede bij bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Enschede aan de Zuiderval, bij Fletcher Hotel De Broeierd-Enschede aan de Hengelosestraat 725 en bij Landhuishotel De Bloemenbeek aan de Beuningerstraat 6 in De Lutte.
U kunt vergaderen, bijvoorbeeld met uw internationale zakenrelatie, in Enschede bij bijvoorbeeld bij Vliegveld Twente en bij stadion De Grolsch Veste.
De plaats Enschede was in de vroege middeleeuwen al een agrarische nederzetting. De nederzetting bestond toen uit een serie buurtschappen. De naam ‘Anneschethe’ wordt voor het eerst in een oorkondeboek uit 1119 genoemd.
De naam ‘Enschede’ is waarschijnlijk een verbastering van An die Schede. Het Oudsaksische woord scethia betekent ‘grens’ of ‘scheiding’. Enschede was een grensgebied.
Enschede is gelegen in de streek Twente en maakt deel uit van de Stedendriehoek MONT (Münster, Osnabrück en Netwerkstad Twente). Plaatsen in de buurt van de stad Enschede zijn Borne, Delden, Denekamp, Eibergen, Goor, Haaksbergen, Hengelo, Losser, Oldenzaal en Rijssen.
Enschede ligt in de provincie Overijssel. In de gemeente Enschede wonen ruwweg 158.000 mensen.
Een inwoner van Enschede noemt men een ‘Enschedeër’. Bekende Enschedeërs zijn Harry Bannink, Susan Blokhuis, Evelien Bosch, Jan Cremer, Bracha van Doesburgh, Gert-Jan Dröge, Marina Duvekot, Harm Edens, Henk Elsink, Chris Jolles, Anouk Smulders en Ellen Verbeek.
Iets wat uit Enschede komt, heet ‘Enschedees‘, zoals het ‘Enschedese Zesje’. Enschede kreeg in het jaar 1325 stadsrechten.
Enschede - internationaal & scholing
Partnersteden
Enschede is de grootste stad van Overijssel. De partnersteden van Enschede zijn Palo Altoin de Verenigde Staten en Dalian in China.
Kernen
De gemeente Enschede omvat eveneens Boekelo, Glanerbrug, Lonneker en Usselo.
Hoger onderwijs
Enschede is een echte universiteitsstad met de Universiteit Twente (UT) uit 1961 alsook de TSM Business School. Er zijn drie hogescholen gevestigd in Enschede; ArtEZ hogeschool voor de kunsten, Saxion en Windesheim.
Enschede is bekend vanwege de textielindustrie, maar ook vanwege Rijksmuseum Twenthe, de Museumfabriek, de aloude Marathon van Enschede en FC Twente. Enschede fungeert als onderwijs- en internationale universiteitsstad. Enschede is overgegaan van een (textiel)industriestad naar een kennisstad.
Enschede - minder bekend
Niet veel mensen weten dat het hoogste gebouw van Overijssel in Enschede staat en niet in Zwolle. Het gebouw is de Alphatorenvan 101 meter hoog.
Tussen het Oost-Twents en Twents-Graafschaps zijn wat verschillen; in Enschede is het dialect overwegend Oost-Twents. Het Twents is een levend dialect; het wordt dagelijks gesproken door veel mensen. Er zijn invloeden van het Duits te horen. Zo wordt nich gezegd voor ‘nee’. In het meervoud of bij een verkleinwoord verandert vaak de klinker (beume in plaats van ‘bomen’). Bij voltooid deelwoorden wordt ge- weggelaten: ‘gezien’ is zeen. Kenmerkend voor het Twents is de -t/-et als uitgang van de werkwoorden in het meervoud.
Zo wordt ‘wij werken’ in het Twents wiej waarket. Pien in boek heeft niets met boeken te maken; het betekent ‘buikpijn’. Een ‘kortere afstand’ is richter en een deur is niet ‘open’ maar los. Gelukkig Nieuwjaar in het Twents: geluk in ’n tuk. Een huulbes (Letterlijk ‘huilbezem’) is een stofzuiger. Stenen gooie op een kattebies toet het ut dienen boom kumt. Oftewel: “De kat uit de boom kijken”. Twentenaren schrikken niet zo gauw: T löp wa los (Letterlijk: “Het loopt wel los”; het valt wel mee) is een veelgebruikte uitdrukking.
Enschede - “Stad van nu”
Enschede - zakelijk
De gemeente Enschede
Het netnummer van Enschede is 053. Het postcodegebied van Enschede is 7500 - 7548. Het adres van het gemeentehuis van Enschede is Hengelosestraat 51, 7514 AD in Enschede. De website van de gemeente Enschede is Enschede.nl. Het telefoonnummer van de gemeente Enschede is 14 053.
Zakendoen in Enschede
Voor Enschedese ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Enschede aan de Hengelosestraat 585, 7521 AG in Enschede. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Enschede is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Enschede is KVK-kantoor Enschede.
Bedrijven die wereldwijd opereren, vindt u in Enschede op Bedrijvenpark Euregio, op bedrijventerrein Deventerpoort (Luchthaven Twente), Groote Plooy, Havengebied, Hardick en Seckel, Josink ES, Marssteden, De Reulver, Rigtersbleek, op bedrijventerrein Westerval, op XL Businesspark Twente, op de Technology Base en het Transportcentrum. In Enschede bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Apollo Vredestein, Benica Campers, Brinkers margarinefabriek, EcoForte, Faradbox, Flexibility, Grolsche Bierbrouwerij Nederland, Guts & Gusto, Hago Nederland, Hartman Tuinmeubelen,
Henk Kollen, Gouden Ambacht, Hess AAC Systems, Hollandia Matzes, In Person, Innotec, Jomo, Laborie MMS, LioniX International, Maser Engineering, Maxonmotor, De Paauw Recycling, Pentair, Pilkington, Scorpion Nederland, ten Hag, TIP Trailer Services, UniCarriers Europe, Universal Electronics, Velda, onze collega’s van Vertaalbureau Perfect, Twence, Xelvin, Xsens, Zeton, Vion in Groenlo, Easy2Sell (Killerbee) in Losser, Johma in Losser, Elite Salades en Snacks in Neede, Bakkerij Smithuis in Oldenzaal, Europastry in Oldenzaal en Pré Pain in Oldenzaal. Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Is uw internationale zakenrelatie sportief ingesteld? Wellicht is het dan een leuk idee om samen naar een sportwedstrijd te gaan gaan of zelf te voetballen, te tennissen, te padellen of te squashen. Voetbal verbroedert. Wellicht is het een leuk idee om met uw zakenrelatie naar een voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Enschedese voetbalclub FC Twente, Sparta, FC Suryoye-Mediterraneo of FC Phenix meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Enschede kunt u terecht bij Tennispark Diekman, bij Tennisvereniging Het Wooldrik, bij T.C. Ludica of bij Topspinners. Golf, ontspanning & lunch Is het na de cursus Nederlands in Enschede tijd om wat te ontspannen? Om even een balletje te slaan of gewoon gezellig iets te drinken of te eten, kunt u terecht bij Golfclub Prinses Wilhelmina in Enschede. Deze golfbaan is gelegen aan de Maatmanweg 27 in Enschede. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 053-433 79 92. De website van de golfbaan is www.pwgolf.nl. Om iets te drinken of een hapje te eten kunt u terecht bij het restaurant van Golfclub Prinses Wilhelmina. Golf- & Countryclub ’t Sybrook en Golfbaan Spielehof zijn nog andere golfbanen in de omgeving van Enschede.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder ziet u promotiefilmpjes van Nederland en van Enschede die eveneens op Youtube staan. Klik direct op het Youtube logo in het midden om het filmpje af te spelen. Direct onder de promotiefilmpjes vindt u de locaties van Nederland en Enschede op Google Maps. Klik linksboven om de kaart groot weer te geven in een nieuw venster.
Door linksonder op het vierkantje in de afbeelding te klikken, worden de satellietbeelden van Nederland alsook van Enschede op Google Earth getoond. Met de + en – knop rechtsonder kunt u in- en uitzoomen op de kaartjes. Wat kennis van de omgeving van waar uw Nederlandse zakenpartner zich bevindt, kan tijdens zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen goed van pas komen.
Promovideo Nederland
Promovideo Enschede
Google Maps Nederland
Google Maps Enschede
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Nederland
Hieronder ziet u het meest recente nieuws uit Nederland en Enschede van verschillende nieuwsbronnen. Het eerste blokje is Nederlands nieuws in het Nederlands. Het tweede blokje is nieuws uit Nederland in het Engels. Het derde blokje is Enschedees nieuws (in het Nederlands). Het nieuws wordt automatisch bijgewerkt.
Wanneer u Nederlands leert, is het prettig en handig om een beetje op de hoogte te zijn van wat er in Nederland speelt. Daarnaast is het leerzaam om het Nederlandse nieuws te lezen in het Nederlands. Waarschijnlijk bent u al enigszins op de hoogte van het nieuws en gaat begrijpend lezen relatief gemakkelijk en het verrijkt de Nederlandse woordenschat met (actuele) Nederlandse woorden, termen en uitdrukkingen.
In Enschede biedt Dagnall Taleninstituut onder meer maatwerk cursussen Engels, Nederlands, Duits, Frans en Spaans aan. Hierboven staat een overzicht van de 23 andere talen die wij naast Nederlands standaard aanbieden in Enschede.
Vanzelfsprekend kunt u altijd contact opnemen voor een cursus in een taal die niet in het overzicht vermeld staat.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Nederlands