Taaltrainingen Nederlands in Eindhoven van topniveau
Taalkennis Nederlands verbindt u met Nederland en vormt een communicatiebasis die deuren voor u opent - vooral op het professionale vlak. Organisaties en bedrijven die investeren in de taalopleiding van hun medewerkers, hebben daarom ook een duidelijk voordeel en een voorsprong. Dagnall is een taalaanbieder die precies dat biedt: Effectieve taalcursussen Nederlands op het hoogste niveau voor medewerkers en leidinggevenden in Eindhoven en omgeving. (Betaalbare) taaltraining Nederlands op maat, omdat uw organisatie welbespraakte werknemers verdient.
Vakgebieden
Van zakelijk en medisch tot technisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal. Verschillende bedrijfstakken spreken hun eigen taal en gebruiken hun eigen terminologie. Geef uw medewerkers een duidelijk concurrentievoordeel alsook een zelfverzekerde uitstraling, door middel van branchespecifieke taalkennis Nederlands op het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Nederlands in Eindhoven in een grote verscheidenheid aan gespecialiseerde vakgebieden.
Goed op weg
met
Dagnall Talen
Business Center “Place for Bizz” Bedrijventerrein De Hurk Noord Brabantlaan 265 5652 LD EINDHOVEN
Wij bieden onze taaltrainingen Nederlands op maat aan als individuele (1-op-1) lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Bij Dagnall Taleninstituut kan iedereen Nederlands leren op precies de manier die het beste bij hem of haar past. Naast de algemene taaltaaltrainingen Nederlands zijn organisaties vooral geïnteresseerd in werkgerelateerde taaltrainingen zoals schrijfvaardigheid Nederlands of zakelijk Nederlands. De taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van de opdrachtgever. Dagnall Taleninstituut is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om via gecertificeerde taaltrainers met uitstekende beoordelingen en recensies Nederlands te leren in Eindhoven. Dagnall Talen leidt u snel en doelgericht naar de door u beoogde resultaten.
Filosofie Dagnall Talen
Onze filosofie is om Nederlands te leren met gemak en plezier en zonder schroom. Dagnall Talen gaat daarom tot het uiterste om te zorgen dat u de Nederlandse taal moeiteloos en zonder remmingen kunt leren. Nederlands leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Talen met methodes die het leren voor cursisten gemakkelijker en prettiger maken.
Met onze methodes wordt nieuwsgierigheid opgewekt en de bereidheid om te leren, ondersteund. Met vijftien minuten dagelijks oefenen, brengt Dagnall Talen de cursist in grote stappen naar het gewenste niveau. Dagnall Taleninstituut is de ideale partner voor iedereen die Nederlands wil leren in Eindhoven.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Wij stellen in overleg met u als opdrachtgever uw leerdoelen en wensen vast. U meldt de cursist(en) met de contactgegevens aan. Dagnall Taleninstituut verzorgt een intake op locatie of, indien u dit wenst, telefonisch of online. Nadat het intakegesprek heeft plaatsgevonden, waarin op basis van het Europees Referentiekader (ERK) het huidige en gewenste niveau van de deelnemers wordt bepaald, ontvangt u van ons een cursusvoorstel op maat met de offerte. Nadat u akkoord op de offerte hebt gegeven, stemmen wij de planning van de cursus af op uw situatie en agenda.
Na enkele lessen Nederlands evalueert de trainer de inhoud alsook de voortgang van de taalcursus. De doelstellingen kunnen, indien noodzakelijk, bijgesteld worden. Na de laatste les sturen wij u een eindrapportage met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers zijn behaald. Tevens ontvangen de deelnemers een certificaat van ons instituut.
Het (individuele) contact met de cursisten wordt indien gewenst, door Dagnall Talen verzorgd De planning van de intakegesprekken wordt door Dagnall gedaan in overleg met u en de individuele cursisten De deelnemers ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht Nederlands van ons. Dit formulier en de schrijfopdracht moeten vóór de intakedatum worden teruggestuurd Dagnall verzorgt de intakegesprekken op locatie of eventueel op afstand. Een intakegesprek neemt ongeveer 30 minuten in beslag De indeling van de groep(en) worden aan de hand van niveaubepaling door Dagnall geadviseerd en in overleg met u vastgesteld De indeling van de deelnemers geschiedt op taal en taalniveau Wij sturen u altijd een offerte op maat! De logistiek van het lesmateriaal en de cursusbenodigdheden wordt uiteraard door Dagnall Talen verzorgd Dagnall Talen brengt geen administratiekosten alsook geen extra toeslag voor avondlessen in rekening Continuïteit van de planning alsook het lesprogramma Nederlands wordt door Dagnall bewaakt en gegarandeerd Dagnall Taleninstituut is betrokken en flexibel!
Dagnall Taleninstituut, Vertaalbureau, Tolkbureau en Tekstbureau geeft sinds 1982 taalcursussen Nederlands op maat in Eindhoven en omliggende plaatsen aan het bedrijfsleven en (overheids)instellingen. Ons bedrijf werkt met ervaren en kundige trainers Nederlands die specialisten zijn op het gebied van taal en die in Zuidoost-Brabant al een groot aantal trainingen hebben gegeven.
Door de functiegerichte en werkplekgerichte methode van werken, biedt Dagnall Talen zeer betaalbare en effectieve taalcursussen Nederlands in Eindhoven. Maximaal rendement door maatwerk; daar staat Dagnall voor!
Betaalbaar maatwerk Nederlands in Eindhoven sinds 1982
Taal op de werkvloer
Taal op de Werkvloer: draagvlak noodzakelijk! Cursussen (Nederlands) toegespitst op het verbeteren van de taalvaardigheid op de werkvloer zijn ondertussen bij veel bedrijven bekend. Werknemers zonder of met weinig beheersing van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een belemmering in de werkomgeving en willen graag en sneller en/of beter communiceren.
Zij willen de werkinstructies op de werkvloer goed kunnen begrijpen en hier mee om kunnen gaan. Deze werknemers willen met meer zelfvertrouwen het werk kunnen doen en natuurlijk graag hun ambities op hun werkgebied realiseren. Dit vergt een investering in medewerkers en in de ontwikkeling van het bedrijf is derhalve nodig.
Ons instituut biedt betaalbare maatwerk taalcursussen voor het vergroten van de luister-, spreek-, lees- en schrijfvaardigheid op de werkvloer. Dagnall Taleninstituut helpt en leert deelnemers hoe zij de lesstof in praktijk kunnen brengen in hun baan. Ons instituut stemt de taallessen af op de behoefte van de opdrachtgever en op het niveau van de deelnemer(s). Buiten de lessen om, krijgt de cursist regelmatig praktijkopdrachten tijdens de cursus, die de voortgang van het leerproces ondersteunen en de effectiviteit van de training vergroten.
Dit zorgt voor een win-winsituatie! Dagnall let ook op de wellicht onderbelichte kant van veel taalcursussen: de deelnemer staat al vaak alleen in zijn poging om de taal te beheersen, om de gewoontes en cultuur van het bewuste land en de organisatie te begrijpen en om de wereld door middel van taal uit te breiden. Dit vraagt veel inzet en motivatie. Bovendien hebben cursisten maar een aantal vaste contactmomenten met de taaltrainer per week. Dit is niet in iedere situatie toereikend.
Onderscheidend
Dagnall Taleninstituut is onderscheidend door zich te richten op vergroting van het draagvlak voor een cursus Nederlands op de werkvloer. Dagnall stimuleert zowel leidinggevenden als collega’s binnen de werkkring van het bedrijf om een doorlopend proces van taalverwerving te creëren, door vanaf het begin zoveel mogelijk met de cursist te communiceren in de doeltaal. Door het consequent uitdragen van het belang van taal op de werkvloer op deze wijze, wordt de waarde van goede beheersing van de taal samen ervaren en de deelnemers voelen zich gestimuleerd en gewaardeerd in hun taalverwerving.
Diverse wegen naar een betere taalvaardigheid Nederlands in Eindhoven
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Nederlands is niet alleen gefocust op de behoefte van de cursist, klant, organisatie of werkgever, zoals een betere spreek- of schrijfvaardigheid. Een goede taalcursus (Nederlands) is vanzelfsprekend ook afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de cursist zelf. Een cursus Nederlands in Eindhoven die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige docenten Nederlands zijn heel bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van Nederlandse vaardigheden en taalkennis om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo prettig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt. Het ondertussen bekende hoge rendement bereikt Dagnall Talen met een combinatie van deze bewezen leermethode, samen met de focus op de cursist(en) en het nagaan of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall Talen kunt u voor taalcursussen terecht die zijn gebaseerd op een maatwerktraining.
Dagnall Taleninstituut biedt groepscursussen van 3 tot 10 personen, duocursussen (met 2 personen), individuele taalcursussen, onlinecursussen, het eigen Dagnall online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en jargon van de specifieke organisatie. Onze taaltrainers maken veel gebruik van eigen lesmateriaal dat zij in de loop der jaren hebben gecreëerd en verzameld en de taaltrainers spelen continue in op actuele thema’s en ontwikkelingen.
Een prettige manier van leren
Een bijkomend voordeel is dat dit slimme maatwerk als een zeer prettige manier van werken wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de taaltrainers Nederlands van Dagnall Talen in Eindhoven. Onze, door de jaren heen steeds verder ontwikkelde en verfijnde werkwijze is het zeer gewaardeerde handelsmerk van Dagnall Talen geworden. De cursussen zijn niet alleen werkgericht en/of functiegericht, maar tevens aangepast aan de leermethode die het beste bij de cursist zelf past.
Nederlands effectief leren in Eindhoven bij Taleninstituut Dagnall
Individuele cursussen en groepscursussen Nederlands
Nederlandse lessen - individueel of in groepsverband
Dagnall cursussen Nederlands op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de organisatie van de cursus uit handen kunt geven. Dagnall biedt deze individuele cursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. We maken voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen gebruik van gevarieerde en moderne onderwijsmethoden om doelgericht te trainen en leersucces te borgen. Vanzelfsprekend kunnen onze individuele-, duo- en groepscursussen zowel op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Eindhoven worden gegeven.
Maatwerk individuele en groepscursussen Nederlands in Eindhoven
Maatwerkcursussen Nederlands
Dagnall biedt individuele cursussen Nederlands voor bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren in Eindhoven en omgeving. Een individuele taalcursus noemt men ook wel één-op- één-taalcursus of privéles. De individuele taalcursussen van Dagnall zijn al vele jaren bekend voor het maatwerk, de persoonlijke aandacht en het hoogste rendement. De individuele cursussen Nederlands van Dagnall zijn maatwerktrainingen en de trainingen worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, het taalniveau, de branche, de leerstijl en de praktijksituatie. De cursussen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Ons taleninstituut biedt groepscursussen Nederlands van 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (2 cursisten) aan het bedrijfsleven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren. De groepen worden zo klein mogelijk gehouden de deelnemers maximale ondersteuning te bieden en om de leereffectiviteit te maximaliseren. Ook de groepscursussen van Dagnall zijn maatwerkcursussen en worden samengesteld voor, en specifiek afgestemd op, de leerstijl, het taalniveau, de branche alsook de praktijksituatie alsook de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het grootste voordeel van individuele taalcursussen Nederlands is het hoge rendement omdat veel informatie wordt opgenomen in een korte periode. Er wordt sneller vooruitgang gemaakt omdat de cursus vrij intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk. Nog een belangrijk pluspunt van een individuele taalcursus is flexibiliteit. De cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist en de leerstof kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de eventuele aandachtsgebieden van de cursist. Omdat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld, is de leervordering optimaal. Daarnaast zijn individuele taalcursussen ideaal af te stemmen op de agenda van de cursist waardoor het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Met name de interactie met de andere cursisten Nederlands is het belangrijkste voordeel van een groepscursus; het actieve gebruik van de doeltaal zoals door rollenspellen en discussies in de groep. Een ander groot pluspunt is de zogenaamde groepsdynamiek; van de foutjes van anderen leren en met de groep communiceren in de doeltaal. De lerenden kunnen de afwisseling die zo wordt geboden als leuker ervaren. Daarnaast zijn groepscursussen efficiënt doordat tegelijktijd meerdere medewerkers worden getraind en de groep bijna hetzelfde kennisniveau bereikt. Ook zijn voor de cursisten groepscursussen iets minder intensief (iets minder zwaar) dan individuele taalcursussen.
Minpunten individuele cursus
Rollenspellen en discussies kunnen bij een individuele cursus Nederlands alleen met de taaltrainer worden gedaan en gevoerd. Het geleerde kan niet worden geoefend in groepsverband doordat er geen interactie is met andere cursisten. Omdat groepsdynamiek ontbreekt, is het eveneens niet mogelijk om te leren van elkaars fouten. De intensievere leerbenadering van individuele taalcursussen is voor de cursist ook vrij intensief (zwaarder).
Minpunten groepscursus
In een groepscursus wordt minder aandacht aan het individu gegevenwordt minder aandacht gegeven aan het individu en kunnen de cursisten wat sneller zijn afgeleid. Het rendement is daardoor iets lager. Gedeeltelijk kan dit worden ondervangen door de groepen iets kleiner te maken (bijvoorbeeld minigroepen). Ook kunnen groepscursussen Nederlands minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen van cursisten. Een bijkomstig nadeel van een groepscursus is dat de planning minder goed kan worden afgestemd op de agenda van individuele cursisten.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Nederlands
Verschillende opties voor Nederlandse les
Dagnall biedt taalcursussen (Nederlands) voor beginners, halfgevorderden en gevorderden. Niet iedereen is in de gelegenheid om een talencentrum te bezoeken. Daarom biedt Dagnall Talen onze taaltrainingen ook incompany of online aan. Bij Dagnall Talen volgt u een intensieve of semi-
intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus Nederlands. Het combineren van deze verschillende trainingen is vanzelfsprekend ook mogelijk. Wij staan voor (betaalbaar) maatwerk!
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Engeland en in Amerika ontwikkeld, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als een reactie op de grammatica-vertaalmethode worden gezien. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands) plaatsvonden. Kunnen spreken en luisteren (in het Nederlands) zijn de belangrijkste vaardigheden en (Nederlandse) grammaticale structuren worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is om foutloos Nederlands te leren spreken en verstaan, wat begint met een Nederlandssprekende leren naspreken. Herhaling is het middel hiertoe; er wordt met driloefeningen gewerkt om Nederlandse zinnen en structuren te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaltrainer Nederlands kan bijvoorbeeld een zin 10 keer herhalen en daarna een extra Nederlands woord hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt vaak gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waarbij studenten Nederlands een hoofdtelefoon dragen en zinnen beluisteren en deze zinnen nazeggen. Geschreven Nederlands wordt pas aangeboden als het mondelinge Nederlands inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Nederlands.
Populariteit
In ons land werd de methode pas omstreeks 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet van kracht werd. Al snel waren er grote bezwaren tegen de betekenisloze drills. De techniek gaf wel eens problemen, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats daarvan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Nu was alom geaccepteerd dat het bij het leren van de taal (zoals Nederlands) niet gaat om het memoriseren van de (Nederlandse) grammatica, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid (Nederlands), die vóór de jaren zeventig voor veel taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor studenten Nederlands die beginnen. De correcte uitspraak Nederlands wordt van het begin af aangeleerd. Deze audiolinguale methode is docentgestuurd en daardoor kan deze methode een snelle en efficiënte overdracht van kennis bieden. Deze methode kan ook worden toegepast bij grotere groepen.
Deze docentgestuurde kant is tegelijk een nadeel; er wordt geen eigen inbreng van de studenten verlangd, waardoor het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer ligt. Een ander bezwaar is dat de driloefeningen niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Nederlands zijn om te zetten.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is ontwikkeld door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren op een zodanige manier dat het in het langetermijngeheugen plaatsneemt. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die worden herhaald na verloop van tijd. De opgeschreven zinnen of woorden worden hardop gelezen door de lerende. De bedoeling is niet om deze woorden en/of zinnen of zinnen uit het hoofd te leren, maar door blootstelling gebeurt dit automatisch. Bij de GoldList-methode wordt de woordenlijst telkens veranderd; Nederlandse woorden die aangeleerd zijn, worden van de woordenlijst gehaald, Nederlandse woorden die nog problemen geven, blijven op de lijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de woorden op de woordenlijst of zinnen spontaan opgeslagen worden in het langetermijngeheugen, iets dat door veel geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt kennis in het algemeen onthouden wanneer de kennis van betekenis en relevant is voor de lerende. Voor Nederlandse woorden die relevant en van betekenis zijn voor de student, kan deze GoldList-methode functioneren.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje zou deze methode goed kunnen functioneren. Schrijven met de hand werkt beter dan typen of, redelijk zinloos: een foto maken, doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven meewerkt en aangesproken wordt. Een keerzijde van deze methode is het ontbreken van context. Taal bestaat uiteraard uit veel meer dan een verzameling losse woorden of zinnen. Daarnaast is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend; er dienen steeds handgeschreven lijsten te worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door Tracy D. Terrell en Stephen Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke manier van taalverwerving (van bijvoorbeeld Nederlands). De leermethode probeert het Nederlands aan te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. Op deze manier leert men onbewust ook de taalregels van het Nederlands. Alleen het Nederlands wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een stressvrije leeromgeving. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. Bij de deze methode wordt de taalproductie Nederlands niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete Nederlands grammatica.
Als de studenten worden ondergedompeld in het Nederlands, werkt de leermethode het meest effectief. De leeractiviteiten in het Nederlands dienen stimulerend te zijn zodat de lerenden plezier hebben van de ervaring.
De Natural Method leermethode heeft veel overeenkomsten met de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid tussen deze twee beide methoden is dat de Directe Methode meer nadruk legt op de praktijk en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Dat onderdompeling zeer effectief is, is vaak aangetoond. De methode is een populaire manier van lesgeven bij taaltrainers Nederlands, doordat de Natural Approach betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen voor studenten. Er kleven eveneens nadelen aan de Natural Method. De methode is voornamelijk gericht op het impliciet aanleren van de grammatica van het Nederlands. De lerenden zouden weliswaar leren in het Nederlands te communiceren, maar door ontoereikende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden krijgen de kans om een persoonlijke band met het Nederlands te creëren. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde Nederlands langer onthouden.
Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er bijna geen druk op de taalproductie ligt. De methode bereidt studenten ook niet per se voor op een specifiek Nederlands examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) oftewel ‘Structurele Aanpak’ is in de begin jaren 50 ontwikkeld door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
Deze Structurele Aanpak is een methode om een vreemde taal te leren die als doel heeft om de student vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Nederlands). De beheersing van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan het verwerven van woordenschat Nederlands. Bij de methode gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van bepaalde samenstellingen van Nederlandse woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden in reële situaties door middel van dramatiseringen, visualisaties, gezichtsuitdrukkingen en handelingen gepresenteerd aan studenten. Bij de methodiek in het Nederlands worden de structuren die het meest in het Nederlands worden gebruikt, als eerste aan de taallerende aangeboden. Mondelinge vaardigheid Nederlands (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hierbij in de eerste instantie gebruikt; daaruit volgen leesvaardigheid en schrijfvaardigheid. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Nederlands (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een belangrijke plek. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd op grote schaal in de jaren vóór 1970 gebruikt om in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië Engelse les te geven.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Het voordeel van de Structurele Aanpak is dat studenten het Nederlands op een nauwkeurige wijze kunnen leren. De student krijgt inzicht in de Nederlandse grammatica leert eveneens in welke situatie bepaalde bepaalde Nederlandse woorden of combinaties van woorden wel of niet passend zijn. De methode gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de methode van de Structurele Aanpak ook. Deze manier van werken is tamelijk tijdverslindend en geeft niet direct succeservaringen. De eigen input van de student is beperkt; het is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren zestig van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie het uiteindelijke streven is van het leren van vreemde talen (zoals Nederlands).
De studenten leren het Nederlands in praktijk te brengen met behulp van de CLT-technieken door de interactie met de taaldocent Nederlands alsook met elkaar. Er wordt gebruikgemaakt van teksten in het Nederlands of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werkomgeving. De Nederlandse taal wordt zowel tijdens en ook buiten de les om gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en taaldocenten Nederlands dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Nederlands in verschillende situaties uit de praktijk te oefenen. De Nederlandse grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent Nederlands echt een trainer, die de lerende leert in het Nederlands te communiceren.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes bleken. Door de verdere eenwording van Europa kwam meer vraag om talen te leren op een wijze die meteen toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Communicatief taalonderwijs kent veel pluspunten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; het is studentgericht en functioneel. Omdat authentieke materialen te gebruiken, leren studenten de Nederlandse woorden die zij moeten weten. CLT is efficiënt. Deze methode is stimulerend voor de lerenden doordat zij vlug succeservaringen hebben. Foutjes mogen worden gemaakt; al doende wordt de vaardigheden geleerd en verder verbeterd. Een keerzijde van deze communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en de uitspraak. De planning en de voorbereiding vereisen veel tijd van de docent en vraagt een actieve deelname van de studenten. Afhankelijk van welke achtergrond zij hebben, is voor een aantal lerenden deze manier van leren moeilijk of ongewoon. CLT (communicatief taalonderwijs) draait om het trainen van vaardigheden; het gaat vooral om de functie en niet zo zeer om de vorm en CLT biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gericht op praktisch taalgebruik. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door docent Frans en Italiaans uit Duitsland en eveneens schrijver van leerboeken; Johann Valentin Meidinger. Omstreeks 1783 ontwikkelde hij een methode waarbij de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt beschouwd als grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gestoeld op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van de wetenschap, cultuur en religie was. Het onderwijs in het Latijn was natuurlijk op geschreven teksten van de klassieke schrijvers gericht en was geheel op de grammatica en het vertalen gericht. Dat werd destijds gezien als een wetenschappelijke en degelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat van de analyse van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Nederlands) uit waarbij de lerende zelf inzicht ontwikkelt. Bij deze methode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten hebben de nadruk. De docent draagt de kennis Nederlands over, de student memoriseert.
Populariteit
Alhoewel reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed op het taalonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan personen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren, biedt de grammatica-/vertaalmethode biedt een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Nederlands, doordat de nadruk gelegd wordt op de grammatica.
De methode kent echter meer keerzijden dan positieve kanten. De belangrijkste keerzijde is dat de spreek- en luistervaardigheid Nederlands ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie zelden mondeling kan worden toegepast. De methode staat ver van het dagelijks gebruik van het Nederlands af, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het over het algemeen om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in groepsverband biedt de methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief leerproces bij studenten. Lerenden fungeren slechts als toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engels: language immersion) wordt over de hele wereld toegepast sinds de jaren 70, voornamelijk op de middelbare school waarbij een vak (zoals wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles onderwezen aan welgestelde dames uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling behelst dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, vanaf het eerste moment wordt omgeven door de te leren taal. Alle instructies worden in de doeltaal (Nederlands) gegeven; in het begin langzaam en met veel herhaling, later op een natuurlijkere manier. De student wordt ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Nederlands te spreken. De methode maakt gebruik van rollenspellen en simulaties. Op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt de omgeving vaak in de stijl van het land van de Nederlandse taal ingericht om een situatie te creëren alsof studenten in Nederland zijn. Studenten oefenen één-op-één of in kleine groepjes met Nederlands spreken. Een andere wijze om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk te gaan naar Nederland en daar te verblijven in een gastgezin.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Nederlands kan zeer goed worden ontwikkeld met de methode van onderdompeling.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Doordat de leermethode zo intensief is, is het belangrijkste voordeel dat deze methode snel resultaten laat zien. De leermethode is ‘sink or swim’, de lerende moet echt gaan communiceren in het Nederlands want hij of zij wordt erdoor omgeven. In principe is de student 24 uur per dag Nederlands aan het leren. Door samen te oefenen in groepen wordt de sociale interactie versterkt. Lerenden ervaren dit als motiverend.
Een nadeel is dat de bereikte resultaten niet altijd vastgehouden wordt. De mogelijkheid is reëel dat het nieuw geleerde snel wegzakt als iemand in een vrij korte tijd Nederlands leert, door in Nederland te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar vervolgens weer overgaat tot de orde van de dag. Een bijkomend nadeel kan zijn dat een dergelijke training Nederlands erg intensief is. Niet iedereen heeft de conditie om deze leermethode vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om taal te leren die stamt uit de jaren 70 van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedia is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een vreemde taal; bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen tussen de docent (Nederlands) en studenten zijn daarvoor van essentieel belang. Dat de studenten zich veilig voelen en ontspannen zijn, is de voorwaarde. Om dit te kunnen bereiken, was een leslokaal met een rijopstelling uit den boze. De studenten zaten in de lessen in comfortabele stoelen die werden geplaatst in een halve cirkel en in de klas was altijd achtergrondmuziek. De methode zoals Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Er waren opmerkingen over de (Nederlandse) grammatica en lijsten met woorden bij de teksten. Dit voorlezen gebeurde met veel expressie in stem alsook gebaren. Zo werden studenten verleid om te luisteren en de studenten konden de (Nederlandse) woorden die nieuw waren, gemakkelijk begrijpen en opnemen. In de lessen was veel aandacht voor cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Nederland). Er werd met rollenspellen gewerkt en er werden bijvoorbeeld (Nederlandse) streekgerechten gemaakt en geproefd.
Populariteit
De methodiek van Lozanov was omstreden en de methodiek is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer in de les, waardoor de lerende geen last heeft van faalangst of frustratie. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Dat de lerenden gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is, is een bijkomend voordeel van de methode. Tegelijk is dit voor bepaalde lerenden een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Daarnaast kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend zijn en geen stimulerende of ontspannende werking hebben. Een ander zwak punt is dat de relatie taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de zijde van de Nederlandse taaldocent en de lerenden zijn altijd de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelden in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een vreemde taal te leren waarbij studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de docent als counselor optreedt die de zinnen van de lerende omschrijft. De lerenden starten een gesprek. Zijn de lerenden de doeltaal (Nederlands) nog niet voldoende machtig, dan spreken de lerenden in de moedertaal. De trainer (Nederlands) vertaalt en legt uit, waarna de studenten de uitingen van de trainer zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Nederlands worden opgenomen om nadien opnieuw te beluisteren.
De methode bevordert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de wisselwerking tussen de lerenden onderling als middel om te leren. Het zijn de studenten zelf die het lesmateriaal bepalen met behulp van zinvolle gesprekken. Een lesboek Nederlands wordt niet gevolgd.
Populariteit
Of CLL succesvol is, is in hoge mate afhankelijk van de expertise van de docent-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig onderlegd te zijn. Hij of zij dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Community Language Learning kan goed werken als deze correct wordt toegepast. CLL is niet geschikt voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt studenten veel autonomie. Studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak nuttig. Niet alleen tijdens de les Nederlands, maar ook buiten de les wordt de groep vaak heel hecht. Door deze methode worden studenten zich een stuk bewuster van de groepsgenoten, de sterke en minder sterke punten en leren als team samen te werken. Het bespreken van hun fouten en het evalueren van de les Nederlands is heel leerzaam voor de studenten. Zulke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van de actieve woordenschat van de student.
Een nadeel van de methode van Community Language Learning kan zijn dat de taal docent niet sturend is, ondanks dat sommige studenten wel sturing nodig hebben. Bij CLL wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden geen toetsen Nederlands afgenomen. Het succes van de taalles is daardoor lastig meetbaar. Sommige lerenden worden in hun Nederlands spreken belemmerd als zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren ontwikkeld door Michael Lewis in de jaren negentig van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering gaat uit van de visie dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. De studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Nederlands (de grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Zo leren ze hoe het Nederlands ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Nederlands is in deze benadering belangrijker dan Nederlandse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Nederlandse uitdrukkingen die vaak in dialoog voorkomen. Voor interactie is aandacht maar eveneens voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de student (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er wordt veel ruimte geboden voor het zelf ontdekken van de Nederlandse taal.
De taak van de taaldocent Nederlands is te zorgen voor voldoende inbreng en het faciliteren van het leerproces van de lerenden.
Populariteit
In de laatste dertig jaar zijn door de invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis de leerboeken aanmerkelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor woordenschat van de te leren taal die aangeboden wordt in chunks, in betekenisvolle brokjes. Een vergaande verandering in de wijze waarop taal wordt onderwezen, waar Lewis streefde, heeft echter niet plaatsgevonden.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren het Nederlands op een natuurlijke manier te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes van de taal) te werken; met ‘echte’ taal. Dit zorgt voor souplesse in het taalgebruik Nederlands.
Het nadeel van de leermethode is dat de werkelijkheid toch altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties. Met het zelf leren herkennen van de taalpatronen heeft een aantal studenten moeite en deze studenten hebben meer aan een taaltrainer Nederlands die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) genoemd, is in 1880 door de Franse taaldocent François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
Een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en niet veel kennis van grammatica van de doeltaal vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van François Gouin. Op basis van een actie, bijvoorbeeld het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden, leren studenten zinnetjes. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, wetenschap en beroep, leven in de natuur, vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik ontwikkeld. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Studenten gaan vanzelf snel in de te leren taal (bijvoorbeeld het Nederlands) denken omdat een soort eentalige methode is, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.
Populariteit
De ideeën van François Gouin over taal waren zeer vooruitstrevend. Ondanks dat de methode een vrij ongewone aanpak was, was de seriemethode van Gouin gedurende een bepaalde periode een succes. De Directe Methode van Berlitz overschaduwde de methode echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
Gouin’s Seriemethode ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Nederlands van de student en creëert een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de les.
De leermethode creëert levendig onderwijs. Dit soort taalonderwijs Nederlands wekt de leermethode enthousiasme op van de studenten door gebruik te maken van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een nieuwe taal leren wordt tastbaar; iets wat geheel nieuw was. Het maakt Nederlandslerenden nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verminderen en het zelfvertrouwen te verbeteren. De methode stimuleert de communicatieve taalvaardigheden Nederlands van de lerenden sterk.
Het nadeel van de methode van Gouin is dat taal die wat meer abstract of subjectief is, wat moeilijk in één concrete ervaring kan worden gevangen met bewegingen en expressies. Een bijkomend minpunt is de bewerkelijkheid voor de trainer, die een hele reeks aan series voor moet bereiden. Als derde punt richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching; TBLT) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze erachter is dat de verwerving van de vreemde taal (zoals het Nederlands) geen doel op zich is, maar een middel om specifieke taken uit te voeren. Lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Nederlands) nodig. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat de lerenden over woordenschat en taalregels van het Nederlands beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld het schrijven van e-mails, bellen met de klantenservice, boodschappen doen, iets te drinken bestellen of een krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst voorbereidt op de taak, vervolgens de taak uitvoert en tot slot op de taak terugblikt. De lerenden moeten samenwerken om de opdrachten uit te voeren. Om leereffect te hebben, moeten de taken net boven het kennisniveau van de lerende liggen.
Populariteit
Vanaf de vroege jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest praktisch bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheden bij studenten (met name studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Nederlands) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende manier van werken, waarbij lerenden uitgedaagd worden om hun vaardigheid (Nederlands) te gebruiken. Mits de opdracht goed bij de lerenden aansluit, is Task-Based Language Teaching een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. Studenten komen op een alledaagse, natuurlijke wijze in contact met het Nederlands en leren zo authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in het Nederlands. Studenten leren bovendien om samen met andere studenten Nederlands te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door de studenten als prettig en motiverend ervaren .
Dat de communicatie voorop staat en niet zozeer de correcte vorm van het Nederlands, waardoor de lerenden die niet zozeer precies leren, kan als nadeel van de methode genoemd worden.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van Engels taalonderwijs bedacht in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching (DLT) is geïnspireerd op ‘Dogme 95’; de stroming van een aantal Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier uit 1995. Bij het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan 10 strenge regels (dogma’s). Samen vormen deze ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die onbelast is door enig voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van de Dogme-methode is het beginnen van inhoudelijke gesprekken die over praktische items gaan. Bij deze methode draait het om communicatie als inspirator van het leren. De Dogme-benadering is daarom een communicatieve werkwijze van het taalonderwijs. Deze methode wil onderwijs bieden zonder leerboeken te gebruiken of overige lesmaterialen en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen taaltrainer en studenten richt. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net als de Dogme-beweging van de filmmakers, tien dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat er niet veel onderzoek naar het succes van Dogme is geweest, stelt Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van een taal (zoals Nederlands) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een pluspunt voor taaldocenten Nederlands. Het kan erg motiverend werken dat de lerenden de verantwoording dragen voor het eigen leerproces. Voorspelbaar zijn de taallessen Nederlands zo nooit. Dat garandeert spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Bij Dogme-lessen is zo goed als alles bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat de studenten betrokken en alert blijven.
Als ze zo weinig bij de hand genomen worden door de trainer kunnen studenten zich echter wel ongemakkelijk voelen. Ook is niet elke trainer Nederlands voldoende flexibel voor deze manier van lesgeven. Dat lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een bepaald examen Nederlands, terwijl het niet zeker is dat de leerstof hiervoor tijdens de taallessen aan bod komt, kan een bijkomend minpunt van de methode zijn.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson in 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-benadering is een alternatieve kijk op het verwerven van een vreemde taal (zoals het Nederlands). Het primaire uitgangspunt van de GPA is dat taal en cultuur onlosmakelijk zijn. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het verwerven van het Nederlands; het doel om tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van Nederland) uit te groeien. Daarom gebruikt GPA de term ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten’. De Growing Participator Approach (GPA) vertoont overeenkomsten met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Nederland voeren de activiteiten uit. Begrip gaat boven productie. De focus ligt op de Nederlandse woordenschat alsook de cultuur. Fase 1 van de methode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze neemt ongeveer 100 uur in beslag. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase neemt ruwweg 150 uur in beslag en de deelnemer begint het Nederlands nu ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die gedeeld worden tussen culturen en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de methode van de leermethode is de fase van het ‘diepe delen’. Nu beginnen de deelnemer en de verzorger meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de Nederlandse cultuur. In fase 5 van de leermethode van de methode begint de deelnemer zich op taalgebruik van de moedertaalsprekers Nederlands te richten aan de hand van televisie, films, nieuws en literatuur. Ook het Nederlands dat nodig is voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de leermethode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei buiten de formele taalsessies Nederlands om.
Populariteit
Er is nog vrij weinig bekend over het succes omdat de leermethode van Greg en Angela Thomson nog vrij nieuw is. Deelnemers zijn enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
De GPA-benadering biedt een goede doorkijk op het proces van de taalverwerving Nederlands. De zes fasen van de methode bieden een duidelijk tijdspad alsook realistische doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van het Nederlands, maar eveneens van de omgeving en de lerende verwerft daarnaast een nieuw sociaal netwerk.
Het feit dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk wat tijd te investeren, is een nadeel van deze leermethode.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht door de Amerikaanse polyglot en taalkundige Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken om de intonatie (Nederlands) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek is relatief eenvoudig: de studenten luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen dan wat zij horen. Bij deze methode is het niet belangrijk om de Nederlandse tekst ook te begrijpen; het gaat in eerste instantie om de klank. Het luisteren en herhalen oefent men net zo vaak totdat het heel gemakkelijk gaat en de student simultaan met de audio-opname Nederlands kunnen spreken. De studenten gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat zij uitgesproken hebben. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende teksten, zijn veel lesboeken geschikt voor deze methode. De Nederlandse audio-opname dient idealiter wat boven het niveau van de lerenden te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Doordat lichamelijke beweging de opname van de te leren taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel versterkt, doet Argüelles de aanbeveling lerenden om tijdens het spreken te gaan lopen, het liefst buiten, en niet te gaan zitten. Dat de studenten minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, is een bijkomende grond zodat het werken aan het Nederlands aanzienlijk effectiever wordt.
De techniek van Shadowing heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Ook simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar de techniek van Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Ook het algemene begrip van het Nederlands wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Het praktische pluspunt van Shadowing dat het kan worden gebruikt in een groep studenten, waarbij elke deelnemer individueel actief leert. De methode heeft een hoog rendement.
De keerzijde van deze techniek is dat de lerenden het soms wat saai vinden om dezelfde Nederlandse tekst steeds te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus van groot belang.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die van het idee uitgaat dat mensen door middel van handelingen en bewegingen leren. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheden Nederlands zijn de basis, de spreekvaardigheden volgen pas daarna.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Nederlands. De taaldocent geeft op een begrijpelijke en vriendelijke wijze opdrachten, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de student doet na. In het begin wordt nog niet verwacht van de studenten dat zij Nederlands praten; de studenten geven de opdrachten in een later stadium. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels veranderd.
Door het combineren van beweging en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en de geleerde Nederlandse taalkennis beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt voornamelijk gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar ook middelbare scholieren of volwassenen werken met plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van het Nederlands. Zo kan de student leren zonder stress. In principe is de methode van TPR® inzetbaar voor alle doelgroepen, ongeacht leeftijd en achtergrond en kan de methode eveneens worden gebruikt in klassen die iets groter zijn. Het Nederlands wordt direct in het langetermijngeheugen van de studenten opgeslagen.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is het minpunt van TPR®. Daarom werkt het tot op een zeker niveau en is nog een andere methode nodig als aanvulling. Daarnaast is de methode niet heel creatief. De studenten leren niet om hun meningen, gevoelens en ideeën in het Nederlands te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend zou moeten zijn. Overigens betrof deze Reformbeweging niet alleen het leren van talen, maar eveneens voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Men streefde, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond 1900 naar natuurlijke manieren van leven en bevrijding van het keurslijf. Er ontstond op het gebied van het taalonderwijs veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd de grammatica vooral inductief geleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten door de lerenden hieruit worden afgeleid. Er waren veel mondelinge oefeningen met veel aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Nederlands). Studenten werden gestimuleerd veel Nederlands te praten. Nieuw was eveneens dat de taallessen in het Nederlands werden gegeven. Tijdens de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Nederlandse) vocabulaire werd aangeleerd aan de hand van voorbeelden en plaatjes. Lerenden boden abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deze vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede door invloed van de crises en oorlogen, om weer een andere vorm te krijgen in de jaren 60.
Taleninstituten als Interlingua en Berlitz werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Het grote voordeel van de Directe Methode is dat de methode een vrij natuurlijke manier is om Nederlands te leren. Er wordt veel aandacht geschonken aan luisteren en spreken. Hierdoor krijgen lerenden vloeiendheid in het Nederlands en zelfvertrouwen. Keerzijden kent de Direct Methode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid (Nederlands) is nauwelijks aandacht en voor lezen in de doeltaal relatief weinig. Voor meer gevorderde lerenden Nederlands, heeft deze leermethode niet genoeg uitdagingen te bieden. De Directe Methode is eveneens niet zeer geschikt voor minder snel lerende studenten, omdat de leermethode van een actieve inzet vanuit de studenten uitgaat.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is de manier waarop een kind de moedertaal leert. Het leren van een taal (zoals Nederlands) moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet met abstracte lijstjes of regels met Nederlandse woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De leermethode is op het werken met een groep studenten en een docent Nederlands gebaseerd, die steeds één Nederlands woord tegelijk introduceert. Er hoort een bepaalde beweging bij ieder woord. De lerenden herhalen vervolgens na elkaar het Nederlandse woord en deze beweging. Deze herhalingen helpen de studenten de Nederlandse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. De woorden vormen stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op deze Nederlandse zinnen. De Nederlandse spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Jean Manesca zijn actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en het geleerde gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden, is de sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Het feit dat het wat saai kan worden om dezelfde Nederlandse woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan als een minpunt worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is in het jaar 1963 ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een methode om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. Gattegno’s methode gaat uit van de autonomie van de lerenden en hun actieve deelname.
De docent Nederlands gebruikt een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht van de student te trekken, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om fouten te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Nederlands) van de te leren taal besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong een wiskundige was, vond het essentieel om onderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de hoeveelheid energie van de lerenden. Caleb Gattegno ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan als mensen proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat taaldocenten niet zozeer dienen te streven naar het overbrengen van kennis, maar het bewustzijn aan dienen te boren, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te kunnen leren.
The Silent Way van Gattegno hierbij gebruikt onder andere gekleurde staafjes, die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De ‘de stille manier’ gebruikt ook Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van het Nederlands vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke versie niet veel wordt gebruikt, zijn Gattegno’s ideeën van belang geweest, met name bij het leren van de uitspraak.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de methode van Caleb Gattegno is dat zijn aanpak niet-bedreigend is voor studenten, die immers als autonoom gezien worden. De taaltrainer Nederlands is bij deze methode in principe aan de studenten dienstbaar en niet omgekeerd. The Silent Way stimuleert het leren van het Nederlands op een natuurlijke wijze. Meestal wordt de geleerde stof goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag, wat aan het leerproces bijdraagt.
Dat sommige lerenden intensievere begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorziet, kan een nadeel zijn. Lerenden kunnen gefrustreerd worden door de afwezigheid van input van de trainer Nederlands. Het werken met kleuren en grafieken heeft als keerzijde dat de nieuwheid er gauw af gaat, waardoor het effect kan verdwijnen.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-techniek (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het principe is een natuurlijke methode van taalverwerving: een vreemtalen leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. De lerenden worden blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input om dit te bereiken. Door de docent Nederlands wordt een verhaal verteld waarin nieuwe Nederlandse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Deze verhalen zijn gemakkelijk te begrijpen, hierdoor zijn lerenden ontspannen. Zo worden Nederlandse structuren en woorden vrijwel vanzelf in het langetermijngeheugen van de lerenden opgeslagen. De studenten worden door de taaltrainer op grammaticale verschijnselen van het Nederlands gewezen, zonder dat studenten regels uit hun hoofd hoeven te leren.
De studenten zullen na enige tijd ‘vanzelf’ Nederlands beginnen te spreken en de Nederlandse grammaticale structuren van de nieuwe taal imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groepje studenten een verhaal opbouwen, is een variant. Bij deze methode schrijft de taaldocent Nederlands eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de Nederlandse vertalingen erbij, om vervolgens een verhaal te maken met de lerenden. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen in het Nederlands is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, omdat dit zorgt voor inbreng. Schrijven in het Nederlands volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de docent moet ervoor getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige manier om Nederlands te leren en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. TPRS is prettig voor de lerenden en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor lerenden werkt TPR Storytelling heel motiverend om zelf een verhaal te verzinnen.
Dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de docent vraagt, is een minpunt.
De Rosetta Stone-methodiek is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen die in Egypte is gevonden met een tweetalige tekst, waarmee uiteindelijk de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. De eerste versie is uitgebracht in 1996.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone worden aangeboden in ruim dertig talen en de cursussen zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de manier imiteert waarop een kind de moedertaal leert. Dit wil zeggen ‘leren door onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te zeggen. Rosetta Stone gebruikt hiervoor stemmen van moedertaalsprekers Nederlands alsook foto’s om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal (het Nederlands). De methode maakt gebruik van spraakherkenningsprogramma dat de Nederlandse uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. Dit maakt het mogelijk voor een gebruiker om zijn of haar uitspraak te vergelijken met die van moedertaalsprekers Nederlands (native speakers). Uitspraakverbetering kan worden behaald door de voorbeeldstem minder snel te laten spreken en de lerenden daarna veel na te laten spreken.
Voor de schrijfvaardigheid Nederlands van de student biedt de methode dictee-oefeningen. De software controleert de Nederlandse grammatica en de spelling en geeft eventuele fouten aan, waarbij mogelijkheid is om deze fouten van de studenten te verbeteren.
Het programma van Rosetta Stone omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Wereldwijd wordt de methode van Rosetta Stone veel ingezet en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen, alsook door een aantal internationaal opererende organisaties ingezet.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone-methode is heel makkelijk om te gebruiken en kan door studenten worden ingezet op elk moment. De lerende kan zelf bepalen welke delen meer of minder aandacht kunnen gebruiken. Veel studenten ervaren het als prettig om te werken met de methode. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode een oplossing bieden voor scholen. Een keerzijde is dat er geen taaldocent beschikbaar is om de studenten te motiveren of iets extra’s te bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Paul Pimsleur. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die Pimsleur op de markt bracht in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
Deze cursus bestaat uit zinnetjes en dialogen in de doeltaal die door lerenden vervolgens worden nagesproken en herhaald. De Nederlandse zinnetjes zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticiperen, woordenschat en wederom herhaling. De les van de cursus biedt een halfuur audio-opname die nieuwe woordenschat en taalstructuren bevat in het Nederlands. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur van het Nederlands niet uit maar biedt deze grammaticale structuur aan via uitbreiding van, en variaties op, deze zinnen.
Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin geleerde informatie van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. Dit (gemiddelde) interval is geïntegreerd in de Pimsleur cursussen.
Populariteit
Onder andere Amerikanen volgen de Pimsleur cursussen en de ervaringen met de methode lopen uiteen. De gebruikers zijn in het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Nederlands.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Omdat de insprekers allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Nederlands praten, werkt de methode van Pimsleur erg goed als uitspraakverbeteraar.
De keerzijde van de leermethodiek is dat er niets wordt uitgelegd. Een gebruiker leert geen bouwstenen van het Nederlands om zelf een zin te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnen doen die uit het hoofd worden geleerd.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn methode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Dat iemand alleen in staat is om te leren als diegene geen stress heeft, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Michel Thomas maakte zijn studenten duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De cursussen zijn audiolessen (Nederlands), door twee stemacteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is bij Michel Thomas een virtueel klaslokaal, waarin de student de derde student is. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de cursist op pauze drukt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. De les wordt in kleine stappen opgebouwd en nieuwe Nederlandse lesstof wordt afgewisseld met bekende Nederlandse lesstof. De uitleg wordt steeds in de Engelse taal gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden gewezen tussen de Engelse taal en het Nederlands, als deze verbanden bestaan. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Makkelijke stof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de makkelijke stof door de student Nederlands begrepen en verworven is. Behalve Nederlandse woorden en zinnetjes in de doeltaal worden ook bouwstenen aangeleerd waarmee de lerende zelf zinnetjes kan construeren. Ook gebruikt de methodiek van flashcards om zelf de woordenschat Nederlands te toetsen alsook online oefeningen om de eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuren van de Nederlandse taal. Mensen die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de cursussen wat minder zinvol.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De methode van Michel Thomas is heel toegankelijk en traint de luistervaardigheid en de uitspraak Nederlands op een efficiënte manier. Een nadeel van de methode is dat deze cursus Nederlands geen schrijfvaardigheid biedt. Ook is er geen echte interactie doordat de leermethode een audiocursus betreft.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Dit bedrijf maakt taalcursussen en publiceert deze. Hun eerste boek was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent ‘opgaan in de groep, mengen met’, wat voor een taalcursus (zoals Nederlands) wel een hooggegrepen streven is. De Assimil-cursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek Nederlands en audio-CD’s alsook een USB-stick. De lerende werkt bij voorkeur ongeveer twintig minuten per dag.
De taallessen van Assimil bestaan uit Nederlandse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De Nederlandse vertaling staat ernaast, samen met grammaticale toelichting. Om de uitspraak van het Nederlands te oefenen, maakt de methode gebruik van zinnetjes die zijn ingesproken door native speakers en die de lerende herhaalt. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De cursussen van Assimil zijn vrij populair. Ze zijn relatief voordelig en er is een ruim aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de cursisten Nederlands in hun eigen tempo kunnen leren op het moment dat dit het beste past, is het voordeel van de methode van Assimil. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle taalcursussen met een computer, dat de cursist is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen docent Nederlands om de cursisten te motiveren of te begeleiden.
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Engeland en in Amerika ontwikkeld, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als een reactie op de grammatica-vertaalmethode worden gezien. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands) plaatsvonden. Kunnen spreken en luisteren (in het Nederlands) zijn de belangrijkste vaardigheden en (Nederlandse) grammaticale structuren worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is om foutloos Nederlands te leren spreken en verstaan, wat begint met een Nederlandssprekende leren naspreken. Herhaling is het middel hiertoe; er wordt met driloefeningen gewerkt om Nederlandse zinnen en structuren te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaltrainer Nederlands kan bijvoorbeeld een zin 10 keer herhalen en daarna een extra Nederlands woord hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt vaak gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waarbij studenten Nederlands een hoofdtelefoon dragen en zinnen beluisteren en deze zinnen nazeggen. Geschreven Nederlands wordt pas aangeboden als het mondelinge Nederlands inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Nederlands.
Populariteit
In ons land werd de methode pas omstreeks 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet van kracht werd. Al snel waren er grote bezwaren tegen de betekenisloze drills. De techniek gaf wel eens problemen, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats daarvan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Nu was alom geaccepteerd dat het bij het leren van de taal (zoals Nederlands) niet gaat om het memoriseren van de (Nederlandse) grammatica, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid (Nederlands), die vóór de jaren zeventig voor veel taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor studenten Nederlands die beginnen. De correcte uitspraak Nederlands wordt van het begin af aangeleerd. Deze audiolinguale methode is docentgestuurd en daardoor kan deze methode een snelle en efficiënte overdracht van kennis bieden. Deze methode kan ook worden toegepast bij grotere groepen.
Deze docentgestuurde kant is tegelijk een nadeel; er wordt geen eigen inbreng van de studenten verlangd, waardoor het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer ligt. Een ander bezwaar is dat de driloefeningen niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Nederlands zijn om te zetten.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is ontwikkeld door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren op een zodanige manier dat het in het langetermijngeheugen plaatsneemt. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die worden herhaald na verloop van tijd. De opgeschreven zinnen of woorden worden hardop gelezen door de lerende. De bedoeling is niet om deze woorden en/of zinnen of zinnen uit het hoofd te leren, maar door blootstelling gebeurt dit automatisch. Bij de GoldList-methode wordt de woordenlijst telkens veranderd; Nederlandse woorden die aangeleerd zijn, worden van de woordenlijst gehaald, Nederlandse woorden die nog problemen geven, blijven op de lijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de woorden op de woordenlijst of zinnen spontaan opgeslagen worden in het langetermijngeheugen, iets dat door veel geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt kennis in het algemeen onthouden wanneer de kennis van betekenis en relevant is voor de lerende. Voor Nederlandse woorden die relevant en van betekenis zijn voor de student, kan deze GoldList-methode functioneren.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje zou deze methode goed kunnen functioneren. Schrijven met de hand werkt beter dan typen of, redelijk zinloos: een foto maken, doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven meewerkt en aangesproken wordt. Een keerzijde van deze methode is het ontbreken van context. Taal bestaat uiteraard uit veel meer dan een verzameling losse woorden of zinnen. Daarnaast is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend; er dienen steeds handgeschreven lijsten te worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door Tracy D. Terrell en Stephen Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke manier van taalverwerving (van bijvoorbeeld Nederlands). De leermethode probeert het Nederlands aan te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. Op deze manier leert men onbewust ook de taalregels van het Nederlands. Alleen het Nederlands wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een stressvrije leeromgeving. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. Bij de deze methode wordt de taalproductie Nederlands niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete Nederlands grammatica.
Als de studenten worden ondergedompeld in het Nederlands, werkt de leermethode het meest effectief. De leeractiviteiten in het Nederlands dienen stimulerend te zijn zodat de lerenden plezier hebben van de ervaring.
De Natural Method leermethode heeft veel overeenkomsten met de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid tussen deze twee beide methoden is dat de Directe Methode meer nadruk legt op de praktijk en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Dat onderdompeling zeer effectief is, is vaak aangetoond. De methode is een populaire manier van lesgeven bij taaltrainers Nederlands, doordat de Natural Approach betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen voor studenten. Er kleven eveneens nadelen aan de Natural Method. De methode is voornamelijk gericht op het impliciet aanleren van de grammatica van het Nederlands. De lerenden zouden weliswaar leren in het Nederlands te communiceren, maar door ontoereikende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden krijgen de kans om een persoonlijke band met het Nederlands te creëren. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde Nederlands langer onthouden.
Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er bijna geen druk op de taalproductie ligt. De methode bereidt studenten ook niet per se voor op een specifiek Nederlands examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) oftewel ‘Structurele Aanpak’ is in de begin jaren 50 ontwikkeld door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
Deze Structurele Aanpak is een methode om een vreemde taal te leren die als doel heeft om de student vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Nederlands). De beheersing van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan het verwerven van woordenschat Nederlands. Bij de methode gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van bepaalde samenstellingen van Nederlandse woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden in reële situaties door middel van dramatiseringen, visualisaties, gezichtsuitdrukkingen en handelingen gepresenteerd aan studenten. Bij de methodiek in het Nederlands worden de structuren die het meest in het Nederlands worden gebruikt, als eerste aan de taallerende aangeboden. Mondelinge vaardigheid Nederlands (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hierbij in de eerste instantie gebruikt; daaruit volgen leesvaardigheid en schrijfvaardigheid. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Nederlands (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een belangrijke plek. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd op grote schaal in de jaren vóór 1970 gebruikt om in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië Engelse les te geven.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Het voordeel van de Structurele Aanpak is dat studenten het Nederlands op een nauwkeurige wijze kunnen leren. De student krijgt inzicht in de Nederlandse grammatica leert eveneens in welke situatie bepaalde bepaalde Nederlandse woorden of combinaties van woorden wel of niet passend zijn. De methode gebruikt de taal van alle dag. Nadelen heeft de methode van de Structurele Aanpak ook. Deze manier van werken is tamelijk tijdverslindend en geeft niet direct succeservaringen. De eigen input van de student is beperkt; het is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren zestig van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie het uiteindelijke streven is van het leren van vreemde talen (zoals Nederlands).
De studenten leren het Nederlands in praktijk te brengen met behulp van de CLT-technieken door de interactie met de taaldocent Nederlands alsook met elkaar. Er wordt gebruikgemaakt van teksten in het Nederlands of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werkomgeving. De Nederlandse taal wordt zowel tijdens en ook buiten de les om gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en taaldocenten Nederlands dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Nederlands in verschillende situaties uit de praktijk te oefenen. De Nederlandse grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent Nederlands echt een trainer, die de lerende leert in het Nederlands te communiceren.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes bleken. Door de verdere eenwording van Europa kwam meer vraag om talen te leren op een wijze die meteen toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Communicatief taalonderwijs kent veel pluspunten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; het is studentgericht en functioneel. Omdat authentieke materialen te gebruiken, leren studenten de Nederlandse woorden die zij moeten weten. CLT is efficiënt. Deze methode is stimulerend voor de lerenden doordat zij vlug succeservaringen hebben. Foutjes mogen worden gemaakt; al doende wordt de vaardigheden geleerd en verder verbeterd. Een keerzijde van deze communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en de uitspraak. De planning en de voorbereiding vereisen veel tijd van de docent en vraagt een actieve deelname van de studenten. Afhankelijk van welke achtergrond zij hebben, is voor een aantal lerenden deze manier van leren moeilijk of ongewoon. CLT (communicatief taalonderwijs) draait om het trainen van vaardigheden; het gaat vooral om de functie en niet zo zeer om de vorm en CLT biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gericht op praktisch taalgebruik. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door docent Frans en Italiaans uit Duitsland en eveneens schrijver van leerboeken; Johann Valentin Meidinger. Omstreeks 1783 ontwikkelde hij een methode waarbij de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt beschouwd als grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gestoeld op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van de wetenschap, cultuur en religie was. Het onderwijs in het Latijn was natuurlijk op geschreven teksten van de klassieke schrijvers gericht en was geheel op de grammatica en het vertalen gericht. Dat werd destijds gezien als een wetenschappelijke en degelijke aanpak. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat van de analyse van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Nederlands) uit waarbij de lerende zelf inzicht ontwikkelt. Bij deze methode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten hebben de nadruk. De docent draagt de kennis Nederlands over, de student memoriseert.
Populariteit
Alhoewel reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot vrij recent de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed op het taalonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan personen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren, biedt de grammatica-/vertaalmethode biedt een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Nederlands, doordat de nadruk gelegd wordt op de grammatica.
De methode kent echter meer keerzijden dan positieve kanten. De belangrijkste keerzijde is dat de spreek- en luistervaardigheid Nederlands ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie zelden mondeling kan worden toegepast. De methode staat ver van het dagelijks gebruik van het Nederlands af, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het over het algemeen om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in groepsverband biedt de methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief leerproces bij studenten. Lerenden fungeren slechts als toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engels: language immersion) wordt over de hele wereld toegepast sinds de jaren 70, voornamelijk op de middelbare school waarbij een vak (zoals wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles onderwezen aan welgestelde dames uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling behelst dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, vanaf het eerste moment wordt omgeven door de te leren taal. Alle instructies worden in de doeltaal (Nederlands) gegeven; in het begin langzaam en met veel herhaling, later op een natuurlijkere manier. De student wordt ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Nederlands te spreken. De methode maakt gebruik van rollenspellen en simulaties. Op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt de omgeving vaak in de stijl van het land van de Nederlandse taal ingericht om een situatie te creëren alsof studenten in Nederland zijn. Studenten oefenen één-op-één of in kleine groepjes met Nederlands spreken. Een andere wijze om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk te gaan naar Nederland en daar te verblijven in een gastgezin.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Nederlands kan zeer goed worden ontwikkeld met de methode van onderdompeling.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Doordat de leermethode zo intensief is, is het belangrijkste voordeel dat deze methode snel resultaten laat zien. De leermethode is ‘sink or swim’, de lerende moet echt gaan communiceren in het Nederlands want hij of zij wordt erdoor omgeven. In principe is de student 24 uur per dag Nederlands aan het leren. Door samen te oefenen in groepen wordt de sociale interactie versterkt. Lerenden ervaren dit als motiverend.
Een nadeel is dat de bereikte resultaten niet altijd vastgehouden wordt. De mogelijkheid is reëel dat het nieuw geleerde snel wegzakt als iemand in een vrij korte tijd Nederlands leert, door in Nederland te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar vervolgens weer overgaat tot de orde van de dag. Een bijkomend nadeel kan zijn dat een dergelijke training Nederlands erg intensief is. Niet iedereen heeft de conditie om deze leermethode vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om taal te leren die stamt uit de jaren 70 van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedia is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een vreemde taal; bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen tussen de docent (Nederlands) en studenten zijn daarvoor van essentieel belang. Dat de studenten zich veilig voelen en ontspannen zijn, is de voorwaarde. Om dit te kunnen bereiken, was een leslokaal met een rijopstelling uit den boze. De studenten zaten in de lessen in comfortabele stoelen die werden geplaatst in een halve cirkel en in de klas was altijd achtergrondmuziek. De methode zoals Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Er waren opmerkingen over de (Nederlandse) grammatica en lijsten met woorden bij de teksten. Dit voorlezen gebeurde met veel expressie in stem alsook gebaren. Zo werden studenten verleid om te luisteren en de studenten konden de (Nederlandse) woorden die nieuw waren, gemakkelijk begrijpen en opnemen. In de lessen was veel aandacht voor cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Nederland). Er werd met rollenspellen gewerkt en er werden bijvoorbeeld (Nederlandse) streekgerechten gemaakt en geproefd.
Populariteit
De methodiek van Lozanov was omstreden en de methodiek is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer in de les, waardoor de lerende geen last heeft van faalangst of frustratie. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Dat de lerenden gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is, is een bijkomend voordeel van de methode. Tegelijk is dit voor bepaalde lerenden een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Daarnaast kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend zijn en geen stimulerende of ontspannende werking hebben. Een ander zwak punt is dat de relatie taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de zijde van de Nederlandse taaldocent en de lerenden zijn altijd de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelden in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een vreemde taal te leren waarbij studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de docent als counselor optreedt die de zinnen van de lerende omschrijft. De lerenden starten een gesprek. Zijn de lerenden de doeltaal (Nederlands) nog niet voldoende machtig, dan spreken de lerenden in de moedertaal. De trainer (Nederlands) vertaalt en legt uit, waarna de studenten de uitingen van de trainer zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Nederlands worden opgenomen om nadien opnieuw te beluisteren.
De methode bevordert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de wisselwerking tussen de lerenden onderling als middel om te leren. Het zijn de studenten zelf die het lesmateriaal bepalen met behulp van zinvolle gesprekken. Een lesboek Nederlands wordt niet gevolgd.
Populariteit
Of CLL succesvol is, is in hoge mate afhankelijk van de expertise van de docent-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig onderlegd te zijn. Hij of zij dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Community Language Learning kan goed werken als deze correct wordt toegepast. CLL is niet geschikt voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt studenten veel autonomie. Studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak nuttig. Niet alleen tijdens de les Nederlands, maar ook buiten de les wordt de groep vaak heel hecht. Door deze methode worden studenten zich een stuk bewuster van de groepsgenoten, de sterke en minder sterke punten en leren als team samen te werken. Het bespreken van hun fouten en het evalueren van de les Nederlands is heel leerzaam voor de studenten. Zulke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van de actieve woordenschat van de student.
Een nadeel van de methode van Community Language Learning kan zijn dat de taal docent niet sturend is, ondanks dat sommige studenten wel sturing nodig hebben. Bij CLL wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden geen toetsen Nederlands afgenomen. Het succes van de taalles is daardoor lastig meetbaar. Sommige lerenden worden in hun Nederlands spreken belemmerd als zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren ontwikkeld door Michael Lewis in de jaren negentig van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering gaat uit van de visie dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. De studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Nederlands (de grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Zo leren ze hoe het Nederlands ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Nederlands is in deze benadering belangrijker dan Nederlandse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Nederlandse uitdrukkingen die vaak in dialoog voorkomen. Voor interactie is aandacht maar eveneens voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de student (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er wordt veel ruimte geboden voor het zelf ontdekken van de Nederlandse taal.
De taak van de taaldocent Nederlands is te zorgen voor voldoende inbreng en het faciliteren van het leerproces van de lerenden.
Populariteit
In de laatste dertig jaar zijn door de invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis de leerboeken aanmerkelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor woordenschat van de te leren taal die aangeboden wordt in chunks, in betekenisvolle brokjes. Een vergaande verandering in de wijze waarop taal wordt onderwezen, waar Lewis streefde, heeft echter niet plaatsgevonden.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren het Nederlands op een natuurlijke manier te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes van de taal) te werken; met ‘echte’ taal. Dit zorgt voor souplesse in het taalgebruik Nederlands.
Het nadeel van de leermethode is dat de werkelijkheid toch altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties. Met het zelf leren herkennen van de taalpatronen heeft een aantal studenten moeite en deze studenten hebben meer aan een taaltrainer Nederlands die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) genoemd, is in 1880 door de Franse taaldocent François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
Een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en niet veel kennis van grammatica van de doeltaal vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van François Gouin. Op basis van een actie, bijvoorbeeld het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden, leren studenten zinnetjes. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, wetenschap en beroep, leven in de natuur, vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik ontwikkeld. In de François Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Studenten gaan vanzelf snel in de te leren taal (bijvoorbeeld het Nederlands) denken omdat een soort eentalige methode is, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.
Populariteit
De ideeën van François Gouin over taal waren zeer vooruitstrevend. Ondanks dat de methode een vrij ongewone aanpak was, was de seriemethode van Gouin gedurende een bepaalde periode een succes. De Directe Methode van Berlitz overschaduwde de methode echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
Gouin’s Seriemethode ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Nederlands van de student en creëert een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de les.
De leermethode creëert levendig onderwijs. Dit soort taalonderwijs Nederlands wekt de leermethode enthousiasme op van de studenten door gebruik te maken van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een nieuwe taal leren wordt tastbaar; iets wat geheel nieuw was. Het maakt Nederlandslerenden nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verminderen en het zelfvertrouwen te verbeteren. De methode stimuleert de communicatieve taalvaardigheden Nederlands van de lerenden sterk.
Het nadeel van de methode van Gouin is dat taal die wat meer abstract of subjectief is, wat moeilijk in één concrete ervaring kan worden gevangen met bewegingen en expressies. Een bijkomend minpunt is de bewerkelijkheid voor de trainer, die een hele reeks aan series voor moet bereiden. Als derde punt richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching; TBLT) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze erachter is dat de verwerving van de vreemde taal (zoals het Nederlands) geen doel op zich is, maar een middel om specifieke taken uit te voeren. Lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Nederlands) nodig. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat de lerenden over woordenschat en taalregels van het Nederlands beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, bijvoorbeeld het schrijven van e-mails, bellen met de klantenservice, boodschappen doen, iets te drinken bestellen of een krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst voorbereidt op de taak, vervolgens de taak uitvoert en tot slot op de taak terugblikt. De lerenden moeten samenwerken om de opdrachten uit te voeren. Om leereffect te hebben, moeten de taken net boven het kennisniveau van de lerende liggen.
Populariteit
Vanaf de vroege jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest praktisch bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheden bij studenten (met name studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Nederlands) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende manier van werken, waarbij lerenden uitgedaagd worden om hun vaardigheid (Nederlands) te gebruiken. Mits de opdracht goed bij de lerenden aansluit, is Task-Based Language Teaching een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. Studenten komen op een alledaagse, natuurlijke wijze in contact met het Nederlands en leren zo authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in het Nederlands. Studenten leren bovendien om samen met andere studenten Nederlands te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door de studenten als prettig en motiverend ervaren .
Dat de communicatie voorop staat en niet zozeer de correcte vorm van het Nederlands, waardoor de lerenden die niet zozeer precies leren, kan als nadeel van de methode genoemd worden.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van Engels taalonderwijs bedacht in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching (DLT) is geïnspireerd op ‘Dogme 95’; de stroming van een aantal Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier uit 1995. Bij het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan 10 strenge regels (dogma’s). Samen vormen deze ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die onbelast is door enig voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van de Dogme-methode is het beginnen van inhoudelijke gesprekken die over praktische items gaan. Bij deze methode draait het om communicatie als inspirator van het leren. De Dogme-benadering is daarom een communicatieve werkwijze van het taalonderwijs. Deze methode wil onderwijs bieden zonder leerboeken te gebruiken of overige lesmaterialen en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen taaltrainer en studenten richt. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net als de Dogme-beweging van de filmmakers, tien dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat er niet veel onderzoek naar het succes van Dogme is geweest, stelt Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van een taal (zoals Nederlands) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een pluspunt voor taaldocenten Nederlands. Het kan erg motiverend werken dat de lerenden de verantwoording dragen voor het eigen leerproces. Voorspelbaar zijn de taallessen Nederlands zo nooit. Dat garandeert spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Bij Dogme-lessen is zo goed als alles bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat de studenten betrokken en alert blijven.
Als ze zo weinig bij de hand genomen worden door de trainer kunnen studenten zich echter wel ongemakkelijk voelen. Ook is niet elke trainer Nederlands voldoende flexibel voor deze manier van lesgeven. Dat lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een bepaald examen Nederlands, terwijl het niet zeker is dat de leerstof hiervoor tijdens de taallessen aan bod komt, kan een bijkomend minpunt van de methode zijn.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson in 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-benadering is een alternatieve kijk op het verwerven van een vreemde taal (zoals het Nederlands). Het primaire uitgangspunt van de GPA is dat taal en cultuur onlosmakelijk zijn. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het verwerven van het Nederlands; het doel om tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van Nederland) uit te groeien. Daarom gebruikt GPA de term ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten’. De Growing Participator Approach (GPA) vertoont overeenkomsten met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Nederland voeren de activiteiten uit. Begrip gaat boven productie. De focus ligt op de Nederlandse woordenschat alsook de cultuur. Fase 1 van de methode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze neemt ongeveer 100 uur in beslag. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase neemt ruwweg 150 uur in beslag en de deelnemer begint het Nederlands nu ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die gedeeld worden tussen culturen en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de methode van de leermethode is de fase van het ‘diepe delen’. Nu beginnen de deelnemer en de verzorger meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de Nederlandse cultuur. In fase 5 van de leermethode van de methode begint de deelnemer zich op taalgebruik van de moedertaalsprekers Nederlands te richten aan de hand van televisie, films, nieuws en literatuur. Ook het Nederlands dat nodig is voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de leermethode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei buiten de formele taalsessies Nederlands om.
Populariteit
Er is nog vrij weinig bekend over het succes omdat de leermethode van Greg en Angela Thomson nog vrij nieuw is. Deelnemers zijn enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
De GPA-benadering biedt een goede doorkijk op het proces van de taalverwerving Nederlands. De zes fasen van de methode bieden een duidelijk tijdspad alsook realistische doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van het Nederlands, maar eveneens van de omgeving en de lerende verwerft daarnaast een nieuw sociaal netwerk.
Het feit dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk wat tijd te investeren, is een nadeel van deze leermethode.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht door de Amerikaanse polyglot en taalkundige Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken om de intonatie (Nederlands) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek is relatief eenvoudig: de studenten luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen dan wat zij horen. Bij deze methode is het niet belangrijk om de Nederlandse tekst ook te begrijpen; het gaat in eerste instantie om de klank. Het luisteren en herhalen oefent men net zo vaak totdat het heel gemakkelijk gaat en de student simultaan met de audio-opname Nederlands kunnen spreken. De studenten gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat zij uitgesproken hebben. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende teksten, zijn veel lesboeken geschikt voor deze methode. De Nederlandse audio-opname dient idealiter wat boven het niveau van de lerenden te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Doordat lichamelijke beweging de opname van de te leren taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel versterkt, doet Argüelles de aanbeveling lerenden om tijdens het spreken te gaan lopen, het liefst buiten, en niet te gaan zitten. Dat de studenten minder snel worden afgeleid als zij in beweging zijn, is een bijkomende grond zodat het werken aan het Nederlands aanzienlijk effectiever wordt.
De techniek van Shadowing heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Ook simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar de techniek van Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Ook het algemene begrip van het Nederlands wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Het praktische pluspunt van Shadowing dat het kan worden gebruikt in een groep studenten, waarbij elke deelnemer individueel actief leert. De methode heeft een hoog rendement.
De keerzijde van deze techniek is dat de lerenden het soms wat saai vinden om dezelfde Nederlandse tekst steeds te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus van groot belang.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die van het idee uitgaat dat mensen door middel van handelingen en bewegingen leren. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheden Nederlands zijn de basis, de spreekvaardigheden volgen pas daarna.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Nederlands. De taaldocent geeft op een begrijpelijke en vriendelijke wijze opdrachten, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de student doet na. In het begin wordt nog niet verwacht van de studenten dat zij Nederlands praten; de studenten geven de opdrachten in een later stadium. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels veranderd.
Door het combineren van beweging en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en de geleerde Nederlandse taalkennis beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt voornamelijk gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar ook middelbare scholieren of volwassenen werken met plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van het Nederlands. Zo kan de student leren zonder stress. In principe is de methode van TPR® inzetbaar voor alle doelgroepen, ongeacht leeftijd en achtergrond en kan de methode eveneens worden gebruikt in klassen die iets groter zijn. Het Nederlands wordt direct in het langetermijngeheugen van de studenten opgeslagen.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is het minpunt van TPR®. Daarom werkt het tot op een zeker niveau en is nog een andere methode nodig als aanvulling. Daarnaast is de methode niet heel creatief. De studenten leren niet om hun meningen, gevoelens en ideeën in het Nederlands te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend zou moeten zijn. Overigens betrof deze Reformbeweging niet alleen het leren van talen, maar eveneens voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Men streefde, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond 1900 naar natuurlijke manieren van leven en bevrijding van het keurslijf. Er ontstond op het gebied van het taalonderwijs veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd de grammatica vooral inductief geleerd, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten door de lerenden hieruit worden afgeleid. Er waren veel mondelinge oefeningen met veel aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Nederlands). Studenten werden gestimuleerd veel Nederlands te praten. Nieuw was eveneens dat de taallessen in het Nederlands werden gegeven. Tijdens de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Nederlandse) vocabulaire werd aangeleerd aan de hand van voorbeelden en plaatjes. Lerenden boden abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deze vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede door invloed van de crises en oorlogen, om weer een andere vorm te krijgen in de jaren 60.
Taleninstituten als Interlingua en Berlitz werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Het grote voordeel van de Directe Methode is dat de methode een vrij natuurlijke manier is om Nederlands te leren. Er wordt veel aandacht geschonken aan luisteren en spreken. Hierdoor krijgen lerenden vloeiendheid in het Nederlands en zelfvertrouwen. Keerzijden kent de Direct Methode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid (Nederlands) is nauwelijks aandacht en voor lezen in de doeltaal relatief weinig. Voor meer gevorderde lerenden Nederlands, heeft deze leermethode niet genoeg uitdagingen te bieden. De Directe Methode is eveneens niet zeer geschikt voor minder snel lerende studenten, omdat de leermethode van een actieve inzet vanuit de studenten uitgaat.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is de manier waarop een kind de moedertaal leert. Het leren van een taal (zoals Nederlands) moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet met abstracte lijstjes of regels met Nederlandse woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De leermethode is op het werken met een groep studenten en een docent Nederlands gebaseerd, die steeds één Nederlands woord tegelijk introduceert. Er hoort een bepaalde beweging bij ieder woord. De lerenden herhalen vervolgens na elkaar het Nederlandse woord en deze beweging. Deze herhalingen helpen de studenten de Nederlandse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. De woorden vormen stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op deze Nederlandse zinnen. De Nederlandse spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder meer door Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Jean Manesca zijn actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en het geleerde gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden, is de sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het vele herhalen. Het feit dat het wat saai kan worden om dezelfde Nederlandse woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan als een minpunt worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is in het jaar 1963 ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een methode om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. Gattegno’s methode gaat uit van de autonomie van de lerenden en hun actieve deelname.
De docent Nederlands gebruikt een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht van de student te trekken, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om fouten te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Nederlands) van de te leren taal besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong een wiskundige was, vond het essentieel om onderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de hoeveelheid energie van de lerenden. Caleb Gattegno ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan als mensen proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat taaldocenten niet zozeer dienen te streven naar het overbrengen van kennis, maar het bewustzijn aan dienen te boren, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te kunnen leren.
The Silent Way van Gattegno hierbij gebruikt onder andere gekleurde staafjes, die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De ‘de stille manier’ gebruikt ook Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van het Nederlands vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke versie niet veel wordt gebruikt, zijn Gattegno’s ideeën van belang geweest, met name bij het leren van de uitspraak.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de methode van Caleb Gattegno is dat zijn aanpak niet-bedreigend is voor studenten, die immers als autonoom gezien worden. De taaltrainer Nederlands is bij deze methode in principe aan de studenten dienstbaar en niet omgekeerd. The Silent Way stimuleert het leren van het Nederlands op een natuurlijke wijze. Meestal wordt de geleerde stof goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag, wat aan het leerproces bijdraagt.
Dat sommige lerenden intensievere begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorziet, kan een nadeel zijn. Lerenden kunnen gefrustreerd worden door de afwezigheid van input van de trainer Nederlands. Het werken met kleuren en grafieken heeft als keerzijde dat de nieuwheid er gauw af gaat, waardoor het effect kan verdwijnen.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-techniek (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het principe is een natuurlijke methode van taalverwerving: een vreemtalen leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. De lerenden worden blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input om dit te bereiken. Door de docent Nederlands wordt een verhaal verteld waarin nieuwe Nederlandse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Deze verhalen zijn gemakkelijk te begrijpen, hierdoor zijn lerenden ontspannen. Zo worden Nederlandse structuren en woorden vrijwel vanzelf in het langetermijngeheugen van de lerenden opgeslagen. De studenten worden door de taaltrainer op grammaticale verschijnselen van het Nederlands gewezen, zonder dat studenten regels uit hun hoofd hoeven te leren.
De studenten zullen na enige tijd ‘vanzelf’ Nederlands beginnen te spreken en de Nederlandse grammaticale structuren van de nieuwe taal imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groepje studenten een verhaal opbouwen, is een variant. Bij deze methode schrijft de taaldocent Nederlands eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de Nederlandse vertalingen erbij, om vervolgens een verhaal te maken met de lerenden. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen in het Nederlands is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, omdat dit zorgt voor inbreng. Schrijven in het Nederlands volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de docent moet ervoor getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige manier om Nederlands te leren en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. TPRS is prettig voor de lerenden en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor lerenden werkt TPR Storytelling heel motiverend om zelf een verhaal te verzinnen.
Dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de docent vraagt, is een minpunt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-methodiek is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen die in Egypte is gevonden met een tweetalige tekst, waarmee uiteindelijk de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. De eerste versie is uitgebracht in 1996.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone worden aangeboden in ruim dertig talen en de cursussen zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de manier imiteert waarop een kind de moedertaal leert. Dit wil zeggen ‘leren door onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te zeggen. Rosetta Stone gebruikt hiervoor stemmen van moedertaalsprekers Nederlands alsook foto’s om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal (het Nederlands). De methode maakt gebruik van spraakherkenningsprogramma dat de Nederlandse uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. Dit maakt het mogelijk voor een gebruiker om zijn of haar uitspraak te vergelijken met die van moedertaalsprekers Nederlands (native speakers). Uitspraakverbetering kan worden behaald door de voorbeeldstem minder snel te laten spreken en de lerenden daarna veel na te laten spreken.
Voor de schrijfvaardigheid Nederlands van de student biedt de methode dictee-oefeningen. De software controleert de Nederlandse grammatica en de spelling en geeft eventuele fouten aan, waarbij mogelijkheid is om deze fouten van de studenten te verbeteren.
Het programma van Rosetta Stone omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Wereldwijd wordt de methode van Rosetta Stone veel ingezet en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen, alsook door een aantal internationaal opererende organisaties ingezet.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone-methode is heel makkelijk om te gebruiken en kan door studenten worden ingezet op elk moment. De lerende kan zelf bepalen welke delen meer of minder aandacht kunnen gebruiken. Veel studenten ervaren het als prettig om te werken met de methode. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode een oplossing bieden voor scholen. Een keerzijde is dat er geen taaldocent beschikbaar is om de studenten te motiveren of iets extra’s te bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Paul Pimsleur. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die Pimsleur op de markt bracht in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
Deze cursus bestaat uit zinnetjes en dialogen in de doeltaal die door lerenden vervolgens worden nagesproken en herhaald. De Nederlandse zinnetjes zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticiperen, woordenschat en wederom herhaling. De les van de cursus biedt een halfuur audio-opname die nieuwe woordenschat en taalstructuren bevat in het Nederlands. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur van het Nederlands niet uit maar biedt deze grammaticale structuur aan via uitbreiding van, en variaties op, deze zinnen.
Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin geleerde informatie van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. Dit (gemiddelde) interval is geïntegreerd in de Pimsleur cursussen.
Populariteit
Onder andere Amerikanen volgen de Pimsleur cursussen en de ervaringen met de methode lopen uiteen. De gebruikers zijn in het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Nederlands.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Omdat de insprekers allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Nederlands praten, werkt de methode van Pimsleur erg goed als uitspraakverbeteraar.
De keerzijde van de leermethodiek is dat er niets wordt uitgelegd. Een gebruiker leert geen bouwstenen van het Nederlands om zelf een zin te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnen doen die uit het hoofd worden geleerd.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn methode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Dat iemand alleen in staat is om te leren als diegene geen stress heeft, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Michel Thomas maakte zijn studenten duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De cursussen zijn audiolessen (Nederlands), door twee stemacteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is bij Michel Thomas een virtueel klaslokaal, waarin de student de derde student is. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de cursist op pauze drukt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. De les wordt in kleine stappen opgebouwd en nieuwe Nederlandse lesstof wordt afgewisseld met bekende Nederlandse lesstof. De uitleg wordt steeds in de Engelse taal gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden gewezen tussen de Engelse taal en het Nederlands, als deze verbanden bestaan. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Makkelijke stof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de makkelijke stof door de student Nederlands begrepen en verworven is. Behalve Nederlandse woorden en zinnetjes in de doeltaal worden ook bouwstenen aangeleerd waarmee de lerende zelf zinnetjes kan construeren. Ook gebruikt de methodiek van flashcards om zelf de woordenschat Nederlands te toetsen alsook online oefeningen om de eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuren van de Nederlandse taal. Mensen die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de cursussen wat minder zinvol.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De methode van Michel Thomas is heel toegankelijk en traint de luistervaardigheid en de uitspraak Nederlands op een efficiënte manier. Een nadeel van de methode is dat deze cursus Nederlands geen schrijfvaardigheid biedt. Ook is er geen echte interactie doordat de leermethode een audiocursus betreft.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Dit bedrijf maakt taalcursussen en publiceert deze. Hun eerste boek was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent ‘opgaan in de groep, mengen met’, wat voor een taalcursus (zoals Nederlands) wel een hooggegrepen streven is. De Assimil-cursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek Nederlands en audio-CD’s alsook een USB-stick. De lerende werkt bij voorkeur ongeveer twintig minuten per dag.
De taallessen van Assimil bestaan uit Nederlandse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De Nederlandse vertaling staat ernaast, samen met grammaticale toelichting. Om de uitspraak van het Nederlands te oefenen, maakt de methode gebruik van zinnetjes die zijn ingesproken door native speakers en die de lerende herhaalt. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De cursussen van Assimil zijn vrij populair. Ze zijn relatief voordelig en er is een ruim aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de cursisten Nederlands in hun eigen tempo kunnen leren op het moment dat dit het beste past, is het voordeel van de methode van Assimil. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle taalcursussen met een computer, dat de cursist is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen docent Nederlands om de cursisten te motiveren of te begeleiden.
Ook bestaat er een uitgebreid aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Babbel, Duolingo, Quizlet en Mondly.
Er is echter een betere methode: De Methode van Dagnall.
Het alom bekende hoge rendement behaalt Dagnall door elementen van deze bekende leermethoden toe te passen, maar vooral door de focus altijd op de cursist(en) te leggen, bijvoorbeeld; is de cursist visueel, auditief of kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt hij of zij lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? Wij geven onze taalcursussen bij voorkeur face-to-face. Dagnall Taleninstituut werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan deze app geladen worden met jargon van uw organisatie of bedrijf.
Tot slot beschikken de docenten over veel eigen lesmateriaal en spelen ze continu op actuele thema’s en ontwikkelingen in die interessant kunnen zijn voor de cursist. Onze taaltrainers zijn zeer bedreven in het vlot en plezierig aanleren van een taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden vlug in de praktijk gebruikt kunnen worden.
Auditief, visueel of kinesthetisch? Door met de natuurlijke wijze van leren rekening te houden en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Taleninstituut het hoogste rendement bij haar taaltrainingen. Een bijkomend voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode ervaren wordt door zowel onze cursisten als onze taaltrainers. Onze door de jaren heen ontwikkelde en verfijnde werkwijze is niet alleen het handelsmerk geworden van Dagnall, maar ze creëert ook de waarde van onze maatwerktrainingen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzameltermen voor (taal)cursus die online kan worden gevolgd, op afstand dus. Het wordt ook wel een virtual classroom, vertaald een ‘digitaal leslokaal’ genoemd. Het zogenaamde blended learning is een trainingsvorm waarbij face-to-face-sessies (klassikale sessies) met online leren in een online leeromgeving worden gecombineerd. Simpel uitgelegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Eindhoven.
Online Nederlands leren (e-learning Nederlands)
Voorbeelden van digitale platformen die gebruikt kunnen worden om online te communiceren en te leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Nederlands in Eindhoven
Blended learning heeft als voordeel ten opzichte van online leren dat, zolang het niet om 1-op-1 les gaat, cursisten bij blended learning met afwisseling wel een zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren. Dat wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van de andere cursisten.
100% maatwerk – ook online! Uiteraard biedt Dagnall ook blended learning in Eindhoven op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall biedt een eigen digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online biedt interactieve en gevarieerde content en het platform vormt een integraal onderdeel van een digitaal leertraject. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Dagnall Talen biedt naast het online leerplatform eveneens een eigen App voor Android alsook Apple. De Dagnall App heeft als voordeel dat cursisten altijd en overal, dus 24/7, toegang hebben op alle beschikbare (mobiele) apparaten. Zowel op het werk maar ook thuis of onderweg, bijvoorbeeld in het buitenland. Cursisten kunnen dus Nederlands leren waar en wanneer het uitkomt. De inhoud van de oefeningen in de Dagnall App worden afgestemd op de behoefte van uw organisatie zoals het taalniveau, de leerdoelen en de branche. Zo kunnen wij bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen en specifieke productnamen integreren in de App. De Dagnall App kan dus heel praktijkgericht gebruikt worden en de App blijft beschikbaar na afloop van de training Nederlands in Eindhoven. Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Nederlands
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, vergaderingen of onderhandelingen met Nederlandse zakenpartners en klanten uit Nederland zijn op het gebied van taal veelal een uitdaging. Mensen die diverse talen spreken, zijn in veel bedrijven daarom onmisbaar.
Online en blended taaltrainingen Nederlands op maat
Dagnall Taleninstituut leert u in het Nederlands communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Als u internationaal meertalig succesvol wilt zijn, leer uw Nederlandstalige gesprekspartners dan te begrijpen en zorg ervoor dat u zelf ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheid Nederlands verbeteren voor uw toekomstige of huidige functie? De taaltrainingen van Dagnall Talen bieden beroepsgerichte training. Al onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en zijn eveneens als onlinecursus & blended taalcursus beschikbaar. Onlinecursussen en blended taalcursussen Nederlands zijn even doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en daarnaast comfortabel.
Online taalcursussen en ook blended taalcursussen kunnen overal worden gevolgd; op kantoor, thuis, op (zaken)reis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Nederlands online
Voor technische en zakelijke taalcursussen online werkt Dagnall Talen met onlineplatforms zoals Zoom, Teams, Skype of een ander onlineplatform naar uw keuze. Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel variatie als interactie.
Virtuele Classroom voor een individuele training of groepstraining Nederlands
Alleen het onderstaande is nodig voor een (taal)cursus in een virtuele classroom: - Laptop, tablet of pc/iMac met camera en microfoon - Internetverbinding - Rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
De online en blended taalcursussen van Dagnall kenmerken zich door:
Vakbekwaamheid van de taaltrainers Nederlands
Onze online alsook de blended taalcursussen worden door toegewijde en gekwalificeerde moedertaal (native) taaldocenten gegeven
Onze docenten hebben jarenlange ervaring in het geven van taalcursussen aan het bedrijfsleven en (semi-)overheidsorganisaties
Onze taaltrainers zijn HBO of universitair opgeleid en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuren – snelle leervorderingen
De blended en online taalcursussen van Dagnall Talen zijn maatwerktrainingen die speciaal op uw wensen en behoeften worden afgestemd
De inhoud wordt op het leerplan afgestemd om het leerproces structuur te geven
Een duidelijke structuur helpt de cursist om de taaldoelen Nederlands zelfverzekerd en snel te behalen
De online (of blended) taalcursussen bestaan uit livesessies en schriftelijke opdrachten. In de livesessies past u de woordenschat Nederlands en de structuur die u in de voorbereiding en voortzetting van de les hebt geleerd, actief toe
Dankzij de combinatie van zelfstudie en videosessies is het bereikte resultaat van de blended- en onlinecursussen gelijk aan die van onze face-to-face cursussen
De lesreeksen kunnen eventueel worden opgenomen, zodat cursisten thuis alles meerdere malen kunnen herhalen en geen dingen hoeven te missen
De Dagnall trainers geven naast de taalcursussen eveneens tips voor verdere digitale zelfstudiemogelijkheden
Structuur en vakbekwaamheid leiden tot een goede wisselwerking tussen de trainer en de taaldocent en zijn van groot belang voor het succes van taaltrainingen Nederlands.
Profiteer nu ook van blended- of onlinecursussen Nederlands verzorgd door ons taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw cursus Nederlands in Eindhoven ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Nederlands wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Nederlands bevat.
Na afloop van uw cursus Nederlands in Eindhoven ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Nederlands alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Nederlands. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde cursus Nederlands in Eindhoven
Het taalniveau van het ERK (Europees Referentiekader) hanteren wij als standaard en biedt de cursist een helder beeld van de huidige en opgedane kennis van het Nederlands. De niveaus van het Europees Referentiekader zijn internationaal erkende taalniveaus.
Na afloop van de cursus Nederlands in Eindhoven overhandigen wij het ‘Dagnall Talen-certificaat’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese richtlijn om verschillende taalniveaus te kunnen beoordelen. Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 samengesteld door de Raad van Europa. Het ERK onderscheidt vijf categorieën van taalvaardigheid, namelijk: lezen, luisteren, schrijven, spreken en het voeren van gesprekken. De Engelse naam en afkorting wordt eveneens veel gehanteerd: CEFR; Common European Framework of References. Het Europees Referentiekader noemt ook 6 niveaus van taalbeheersing; van beginners tot vrijwel moedertaalsprekers. De niveaus beginnen bij A1 en A2, vervolgens de vaak het meest gewenste B1, B2 en dan de moeilijkste C1 en C2.
Niveau A geldt voor beginners. De persoon die niveau B Nederlands beheerst, bezit alle basisvaardigheid in de Nederlandse taal. Niveau C is van toepassing op gevorderden die de Nederlandse taal met groot gemak lezen, verstaan, spreken en schrijven. Niveau C is het taalniveau van (ver)gevorderden. Het beheersen van de Nederlandse taal lijkt op dat van moedertaalsprekers.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Nederlands)
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Taleninstituut is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie stelt. De ISO 9001:2015 norm bevat strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de speerpunten van de ISO 9001:2015 norm.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall is tevens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. De ISO 17100:2015 norm is specifiek voor de vertaalbranche en bevat onder meer eisen voor mensen, middelen, projectbeheer, vertalers alsook proeflezers.
Onze ISO 17100:2015 certificering bewijst dat wij uitsluitend met professionele moedertaalvertalers (natives) werken die over de benodigde ervaring en kennis beschikken. Daarnaast worden onze vertalingen altijd minimaal twee maal proefgelezen door twee specialisten/editors. De vertalingen (Nederlands) worden aangeleverd volgens afspraak en binnen de deadline.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met vele jaren ervaring met het certificeren van organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall door Kiwa getoetst om te beoordelen of nog altijd aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Ons instituutinstituut is vanzelfsprekend al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk. Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie voor kwaliteit en betrouwbaarheid staat. De afkorting NRTO staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsinstituten en de NRTO heeft meer dan 450 leden. De missie van de NRTO is: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
De kwaliteit staat voor de NRTO centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de leden van de NRTO geleverd worden, zoals een cursus Nederlands in Eindhoven, wordt door een gedragscode, door diverse convenanten en door het NRTO-keurmerk geborgd.
De gedragscode van de NRTO is gebaseerd op vijf beginselen: zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO behartigt de belangen van private opleidingsinstituten in Nederland. De NRTO is gesprekspartner van ministeries, leden van de Tweede Kamer, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, sociale partners, maatschappelijke organisaties zoals de Stichting van de Arbeid en de media en de SER.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt ook met verschillende andere organisaties samen, zoals de Alliantie Samen Werken voor Werk. De leden van de NRTO zijn allemaal ondernemers.Leden van het NRTO werken zowel klantgericht als resultaatgericht en zijn in staat om om snel op veranderende omstandigheden in te spelen en altijd maatwerk te leveren.Het aanbod aan bijvoorbeeld cursussen Nederlands in Eindhoven sluit aan bij de behoeften van de arbeidsmarkt.Continue innovatie is hiervoor onontbeerlijk.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is in diverse besturen, adviesraden en commissies vertegenwoordigd, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het CRKBO, het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), Blik op Werk en stichting EDU-DEX.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engels: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot het verwerken van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de Europese Unie. De AVG dient er hoofdzakelijk toe de privacy van burgers in de EU te beschermen. De verordening schrijft voor dat personen op de hoogte dienen te zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals hun naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die noodzakelijk zijn voor het beoogde doel, bewaard en verwerkt mogen worden.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer bewaard worden dan noodzakelijk en de persoonsgegevens dienen te worden beschermd tegen toegang door onbevoegden, verlies en vernietiging. Uiteraard voldoet Dagnall aan alle eisen die worden gesteld door de Algemene verordening gegevensbescherming en verwerkt persoonsgegevens in heel beperkte mate in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Nederlands in Eindhoven zijn vrijgesteld van btw
Dagnall Talen is in het CRKBO-register ingeschreven. De afkorting CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dit betekent dat Dagnall aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet. Inschrijving in het juiste CRKBO-register is voor de Belastingdienst een voorwaarde om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te mogen aanbieden. Door deze btw-vrijstelling kan ons insitituut lagere prijzen berekenen. Dit is prettig voor de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor cursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, de overheid, maatschappen en privépersonen worden gegeven.
CPION
Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Talen onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register is een register dat wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland. Het Lloyd’s Register is opgericht in het jaar 1760 en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder andere als doel heeft organisaties te beoordelen en te classificeren.
Offerte aanvragen voor een cursus Nederlands in Eindhoven
Wilt u contact opnemen met Dagnall Talen voor een cursus Nederlands in Eindhoven? Laat ons u meer vertellen over de oplossingen bij ons taleninstituut. Stuurt u een e-mail via cursus-nederlands-eindhoven@dagnall.nl of vult u het contactformulier in op onze website, dan informeren wij u vrijblijvend.
U kunt uiteraard ook telefonisch contact opnemen met ons voor een cursus Engels in Moerdijk via 076-8200500 (geen belmenu). Vanzelfsprekend kunt u ook ons gratis informatiepakket aanvragen.
Het beste traject naar een cursus Nederlands in Eindhoven!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
De officiële landcode van Nederland in letters is NLD. De hoofdstad van Nederland; Amsterdam (in vrijwel alle talen eveneens ‘Amsterdam’ geheten), ligt in het noordwesten van Nederland.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Nederland is +31. De officiële internetextensie van Nederland is .nl.
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Nederland ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Nederland.
Nederland grenst aan België en Duitsland.
Kent u de provincies van Nederland?
Weet u in welke Nederlandse provincies uw zakenrelaties zich bevinden?
Op deze manier kent u de 12 Nederlandse provincies heel snel.
Controleer en/of verbeter uw kennis door met uw muis op de landkaart van Nederland te gaan staan.
Als u uw cursor op de landkaart van Nederland laat rusten, ziet u de bestuurlijke indeling van Nederland.
Vervolgens worden de Nederlandse provincies na elkaar afgebeeld.
Eerst ziet u de provincies van Nederland, daarna kunt de naam van deze provincie zien.
In een minuut hebt u een aardig beeld van de bestuurlijke indeling van Nederland.
Nederland in Europa
Provincies van Nederland
Soepele zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen
Zakendoen met Nederland
Wilt u soepel communiceren met Nederlandstaligen?
De informatie die u hieronder over de Nederlandse cultuur, Nederland en de Nederlanders vindt, zal u zeker helpen.
Zaken als beroemde Nederlanders, bekende Nederlandse exportproducten en typische gewoonten en gebruiken heeft Dagnall Talen voor u op een rijtje gezet.
Diverse typische onderwerpen over Nederland en/of de Nederlandse taal.
Een aantal landspecifieke dingen weten, kan uitstekend helpen als opening of ijsbreker voor een gesprek.
Deze informatie over land, mens en cultuur kunt u tevens goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen gedurende een zakelijk gesprek in het Nederlands.
In ieder geval kunt u zo niet alleen de geleerde taalvaardigheid toepassen tijdens internationaal zakendoen met Nederlandstaligen maar evengoed uw kennis over het land inbrengen.
Zo is het mogelijk om iets over typisch Nederlandse gerechten en de Nederlandse eetcultuur te leren.
Eten brengt mens en cultuur samen.
Uw taalbeheersing alsook uw kennis over de Nederlandse cultuur, Nederland en de Nederlanders zal zeer op prijs worden gesteld!
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Hoewel je in Nederland goed kunt eten, is de origineel Nederlandse keuken is niet erg verfijnd. Aardappelen, groente en vlees of vis is het traditionele menu. Verder eten Nederlanders veel brood. Het ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en tal van zoetigheden. Niet alleen jam, maar ook pindakaas, appelstroop of hagelslag: de chocoladekorrels die in andere landen wordt gebruikt als taartgarnering. In het weekend worden ook vaak eieren bij het ontbijt gegeten. Er wordt koffie, thee of melk bij gedronken. De lunch in Nederland is eigenlijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms met een beetje tomaat of komkommer en een snack erbij. Rond 18.00 uur of 19.00 uur eten Nederlanders warm. De traditionele avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht, gevolgd door vlees of vis, gekookte of gebakken aardappelen en één of twee soorten groente. Als nagerecht eten Nederlanders vla, yoghurt, een pudding of fruit. ’s Avonds rond 20.00 uur drinken Nederlanders nog koffie met een koekje. Een echt Nederlands gerecht in de winter is erwtensoep. Erwtensoep is een dikke soep van groene erwten, knolselderij, stukken vlees en rookworst. Samen met spek en roggebrood is dit een volledige maaltijd. Een Nederlands verschijnsel is eten uit de muur’: je gooit een euro in de automaat en trekt een snack uit een glazen deurtje. Die wordt dan buiten op straat geconsumeerd. Populaire Nederlandse snacks zijn kroketten en frikandellen. Deze worden beide gemaakt van slachtafval. Hoewel er in Nederland ook wel wat wijn wordt geproduceerd, Nederland is een land van bier. In Nederland zijn veel brouwerijen en veel biermerken, onder andere Heineken, Grolsch en Hertog Jan. Een typisch Nederlands destillaat is jenever. Het wordt gestookt van graan. Het is gangbaar om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt, zowel privé als zakelijk. Bij de koffie wordt dan vaak een koekje gegeten.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
Oogarts en hoogleraar oogheelkunde Herman Snellen (1834-1908) was de bedenker van de naar hem vernoemde Snellenkaart, met letters als ogentest.
Victor HayesM (1941) is een Nederlands ingenieur en staat bekend als de 'vader van Wi-Fi'.
Het bedrijf Philips was in 1963 de uitvinder van het cassettebandje, en in 1982 co-uitvinder van de Compact Disc (CD), de DVD (1995) en de opvolger van de DVD, de Blu-ray schijf.
Elektrotechnicus Jaap Haartsen (1963) vond in 1994 de Bluetooth-technologie uit.
Coenraad Johannes van Houten (1801-1887) vond het bewerken van cacao uit met alkalische zouten om de bittere smaak te verwijderen en de cacaobestanddelen beter wateroplosbaar te maken.
Maurice Gatsonides (1911-1998) was een succesvol Nederlands autocoureur en uitvinder. Hij ontwierp een meter waarmee de snelheid van een rijdende auto kan worden bepaald, de gatsometer. Ook bedacht hij de eerste automatische snelheidsmeter, later bekend als de flitspaal.
De röntgenstraling is ontdekt door de Duits/Nederlandse natuurkundige Wilhelm Conrad Röntgen (1845–1923). In 1901 ontving hij de eerste Nobelprijs voor Natuurkunde.
De ontdekking van de microscoop wordt toegeschreven aan Antoni van Leeuwenhoek (1632-1723).
Dankzij de VOC, kon men vanaf 1602 in Amsterdam terecht voor handel in aandelen en aandelenderivaten, waarmee de aandelenmarkt een feit was. Overigens was de VOC de eerste multinational ter wereld.
De eerste onderzeeboot werd ontworpen rond 1624 door de Nederlandse uitvinder Cornelius Drebbel.
In 1924 kreeg Willem Einthoven de Nobelprijs voor de Fysiologie of Geneeskunde vanwege de uitvinding van het Elektrocardiogram (ECG).
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
ZAKENDOEN MET DUITSLAND
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Hoewel je in Nederland goed kunt eten, is de origineel Nederlandse keuken is niet erg verfijnd. Aardappelen, groente en vlees of vis is het traditionele menu. Verder eten Nederlanders veel brood. Het ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en tal van zoetigheden. Niet alleen jam, maar ook pindakaas, appelstroop of hagelslag: de chocoladekorrels die in andere landen wordt gebruikt als taartgarnering. In het weekend worden ook vaak eieren bij het ontbijt gegeten. Er wordt koffie, thee of melk bij gedronken. De lunch in Nederland is eigenlijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms met een beetje tomaat of komkommer en een snack erbij. Rond 18.00 uur of 19.00 uur eten Nederlanders warm. De traditionele avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht, gevolgd door vlees of vis, gekookte of gebakken aardappelen en één of twee soorten groente. Als nagerecht eten Nederlanders vla, yoghurt, een pudding of fruit. ’s Avonds rond 20.00 uur drinken Nederlanders nog koffie met een koekje. Een echt Nederlands gerecht in de winter is erwtensoep. Erwtensoep is een dikke soep van groene erwten, knolselderij, stukken vlees en rookworst. Samen met spek en roggebrood is dit een volledige maaltijd. Een Nederlands verschijnsel is eten uit de muur’: je gooit een euro in de automaat en trekt een snack uit een glazen deurtje. Die wordt dan buiten op straat geconsumeerd. Populaire Nederlandse snacks zijn kroketten en frikandellen. Deze worden beide gemaakt van slachtafval. Hoewel er in Nederland ook wel wat wijn wordt geproduceerd, Nederland is een land van bier. In Nederland zijn veel brouwerijen en veel biermerken, onder andere Heineken, Grolsch en Hertog Jan. Een typisch Nederlands destillaat is jenever. Het wordt gestookt van graan. Het is gangbaar om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt, zowel privé als zakelijk. Bij de koffie wordt dan vaak een koekje gegeten.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
Nederland heeft ruim 17 miljoen inwoners. Nederland is een constitutionele monarchie op basis van een parlementair stelsel. Het staatshoofd is de koning; de minister-president is de regeringsleider. Nederland ligt in het noordwesten van Europa en wordt begrensd door Duitsland, België en de Noordzee. Nederland heeft een oppervlakte van 41.543 vierkante kilometer. Nederland is de 17de grootste economie ter wereld.
De hoofdstad van Nederland is Amsterdam. Amsterdam heeft ruim 800.000 inwoners. Andere belangrijke en grote steden zijn Den Haag, Rotterdam, Utrecht en Eindhoven. Nederland is bestuurlijk onderverdeeld in twaalf provincies, te weten: Drenthe, Flevoland, Friesland (Fryslân), Gelderland, Groningen, Limburg, Noord-Brabant, Noord-Holland, Overijssel, Utrecht, Zeeland en Zuid-Holland.
Vlag van Nederland
Wapen van Nederland
Oorsprong naam Nederland
De naam ‘Nederland’ is afkomstig van het woord neder, wat aan een geografisch lager liggend gebied refereert; “De Lage Landen”.
Kenmerkend voor Nederland
Sinds jaar en dag bekend om tulpen, klompen, stroopwafels, kaas, fietsen en molens. De Amsterdamse grachten staan op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Nederland is beroemd om de strijd tegen het water.
Dit is noodzakelijk vanwege de ligging (voor een groot deel) onder het niveau van de zeespiegel. In de provincie Zeeland is dit goed te zien aan de Deltawerken. Nederland heeft eveneens grote stukken land ingepolderd en zelfs een extra provincie gecreëerd; de provincie Flevoland. Hollandse Meesters zijn schilders waar veel mensen voor naar Nederland komen. Denk aan Rembrandt, Van Gogh, Vermeer, Mondriaan en Rietveld.
Symbool van Nederland Symbool voor Nederland is de Amsterdamse grachtengordel uit de 17de eeuw, vermeld op de UNESCO Werelderfgoedlijst, evenals de tulp.
Minder bekend over Nederland
Minder mensen weten dat KLM de oudste nationale luchtvaartmaatschappij ter wereld is, Beurs van Hendrick de Keyser aan het Rokin te Amsterdam, de voorloper van de huidige effectenbeurs van Amsterdam de oudste handelsbeurs ter wereld was en het Wilhelmus het oudste volkslied dat nog in gebruik is. Ook bijzonder is dat oranje wortelen heel zeldzaam waren totdat Nederlandse boeren ze in de zestiende eeuw massaal gingen telen om steun te betuigen aan het koninklijk huis bij een opstand tegen Spanje.
De Kamer van Koophandel van Nederland, afkorting: KVK) bevindt zich in Utrecht. De website van de Kamer van Koophandel van Nederland is www.kvk.nl. Het adres van de Nederlandse Kamer van Koophandel is: KVK, Sint Jacobsstraat 300, 3511 BT Utrecht. Het telefoonnummer is 088 585 1585.
Toeristenorganisatie van Nederland
De toeristenorganisatie van Nederland is de Netherlands Board of Tourism & Conventions (NBTC), is gevestigd in Den Haag, en de slogan luidt: “Your Official Guide for Visiting Holland”. De website van de Nederlandse toeristenorganisatie is www.holland.com. Het adres van de Nederlandse Toeristenorganisatie is Prinses Catharina-Amaliastraat 5, 2496 XD Den Haag. Het telefoonnummer is 070 370 5705.
KVK Sint Jacobsstraat 300 3511 BT Utrecht NETHERLANDS http://www.kvk.nl/
NETHERLANDS BOARD OF TOURISM & CONVENTIONS Prinses Catharina-Amaliastraat 5 2496 XD Den Haag NETHERLANDS https://www.holland.com
Als teken van hartelijkheid, geven Nederlanders elkaar drie zoenen op de wangen als ze elkaar begroeten. Mannen kussen elkaar alleen bij uitzondering. Ze geven elkaar meestal een stevige handdruk. Nederland is klein en plat: een ideaal fietslandje. In Nederland is een fiets een heel normaal vervoermiddel. In steden zie je regelmatig moeders of vaders met een bakfiets of een fiets met een kar eraan, waarin de kinderen naar het dagverblijf worden gebracht.
Helmen worden vaker niet dan wel gedragen. Veel Nederlandse woningen zijn van het type ‘doorzonwoning’. Dit zijn huizen met grote vensters voor en achter, zodat de zon de kamer in kan schijnen. De gordijnen houdt de Nederlander het liefst geopend, zodat hij kan zien wat er buiten gebeurt. Iedere passant kan eveneens precies zien wat zich binnen afspeelt. In Nederland vieren de mensen verjaardagen, ook op volwassen leeftijd.
De Mensen zitten in een kring en de gastvrouw of gastheer serveert koffie en taart. Op het werk trakteert degene die jarig is op gebak. Cadeautjes worden onmiddellijk uitgepakt. Op Koningsdag (27 april; de verjaardag van de koning) zijn de mensen in Nederland vrij en gaan feesten in oranje kleding en vaak met een oranje pruik. In steden en dorpen worden spellen op straat gedaan en de mensen verkopen hun oude spullen. De rest van het jaar geldt het levensmotto: ‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’, wat betekent dat je vooral niet te veel moet opvallen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Taalbeheersing kent een onderscheid tussen niet alleen kennen (weten) en ook aandacht voor kunnen (handelen). Door de focus te verschuiven op het onderscheid tussen kennen en kunnen, kunnen deelnemers aan het einde van de cursus Nederlands in Eindhoven de verworven kennis beter gebruiken in de praktijk.
Voor u het weet, voert u al een gesprekje met een Nederlandstalige collega. Een bijzondere ervaring! Dagnall brengt taalkennis Nederlands tot leven!
De Nederlandse taal valt binnen de groep van West-Germaanse talen. Tussen 300 en 800 n.Chr. ontstond uit het West-Germaans het Nederfrankisch, wat de basis zou worden van wat nu Nederlands is. Het moderne Nederlands is ontstaan vanuit het Nieuwnederlands (na 1500 n.Chr.). het Nieuwnederlands kwam weer voort uit het Middelnederlands of Diets. Dit werd in de tijd tussen 1170-1500 n.Chr. gesproken. Het Nederlands wordt gesproken door ruwweg 25 miljoen mensen in Nederland,
België, Suriname, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten en Caribisch Nederland en in een klein deel van Noordwest-Frankrijk. Een kleine groep oudere mensen in Indonesië spreekt ook nog Nederlands. Verder wordt nog Nederlands gesproken onder immigranten in de Verenigde Staten, Canada en Australië. Nederlands is de officiële taal van Nederland en Suriname. De Nederlandse taal is eveneens één van de officiële talen van België, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten.
Voor anderstaligen kan de uitspraak van de Nederlandse taal vrij lastig zijn. De vele tweeklanken, zoals ‘eu’, ‘ei’, ‘ie’, ‘ij’, ‘au’, ‘ou’, ‘oe’, ‘ui’ en ‘uu’ zijn een struikelblok. In het bijzonder de ‘ui’-klank is moeilijk; het is een klank die maar in weinig andere talen voorkomt.
De uitspraak van het Nederlands
Daarnaast kent de Nederlandse taal ook nog drieklanken, waarbij de klank glijdend van de begin- naar de eindklank overgaat. Denk aan: aai, eeuw, ieuw, ei en oi.
De spelling van klanken wijkt bij een aantal letters af van wat in andere talen gebruikelijk is. Zo wordt de letter ‘u’ in nagenoeg elke taal uitgesproken als ‘oe’.
Nederlandse g en ch
Van de medeklinkers zijn de ch en de g in het Nederlands afwijkend in vergelijking met de meeste andere talen. De g en de ch klinken nagenoeg gelijk; als een schrapende keelklank. Ook de medeklinkercombinaties zijn kenmerkend voor de Nederlandse taal. De ‘sch’ en de ‘ng’ van ‘Scheveningen’ zijn voor menig anderstalige een struikelblok en zeker ook de medeklinkercombinaties in fietstas’? ‘herfst’ en ‘strand’? Begin- en eindclusters komen in de Nederlandse taal vaak voor. Het is handig om deze clusters te oefenen en te herkennen. Om het gemakkelijker te maken, kan er een klein ‘e’-tje tussen de medeklinkers gevoegd worden: herr/e/fst (herfst) en st/e/rand (strand).
Uitspraak eindletters
In de Nederlandse taal wordt de uitspraak van eindletters vaak weggelaten, vooral de letter n. Zo klinkt lopen als ‘lopeh’ en is de r in het woord ‘zomer’ slechts zwak hoorbaar.
Stemhebbende klanken zonder klank
Tot slot verliezen stemhebbende klanken vaak hun klank aan het begin of eind van een woord: De ‘eind-d’ van een woord wordt stemloos en klinkt als ‘t’. Tussen wint en wind is geen verschil hoorbaar. De v aan het begin van een woord wordt stemloos en klinkt als een ‘f’: vijftig klinkt als ‘fijftich’. De z aan het begin van een woord wordt niet altijd, maar wel vaak stemloos: zestig wordt dan ‘sestich’.
UITSPRAAK
Nederlands alfabet fonetisch/IPA
A
ah
/aː/
B
bay
/beː/
C
say
/seː/
D
day
/deː/
E
ay
/eː/
F
ef
/ɛf/
G
khay
/geː/
H
hah
/ɦaː/
I
ee
/i/
J
yaya
/jeː/
K
kah
/kaː/
L
el
/ɛɫ/
M
em
/ɛm/
N
en
/ɛn/
O
oa
/oː/
P
pay
/peː/
Q
kuw
/ky/
R
her
/ɛɾ/
S
es
/ɛs/
T
tay
/teː/
U
uw
/y/
V
fay
/veː/
W
way
/ʋeː/
X
ix
/ɪks/
Y
ehy
/ɛɪ/
Z
zet
/zɛt/
SPELLING
WOORD
A
Anton, Anna
B
Bernard
C
Cornelis
D
Dirk
E
Eduard
F
Ferdinand
G
Gerard
H
Hendrik
I
Isaäk
J
Jan
K
Karel
L
Lodewijk
M
Maria
N
Nico
O
Otto
P
Pieter
Q
Quotiënt
R
Rudolf
S
Simon
T
Teunis
U
Utrecht
V
Victor
W
Willem
X
Xantippe
Y
Ypsilon
Z
Zaandam
Speciale tekens
@
apestaartje
#
hekje
NAAMVALLEN
Naamwoorden, zoals huis, mens of ijdelheid konden in het Nederlands in vroeger tijden ook naamvallen hebben die de grammaticale functie in de zin aangaven. Er waren oorspronkelijk vier naamvallen: de nominatief voor het onderwerp, de genitief die een bezitsvorm aanduidde, de datief die aangaf dat er sprake was van een meewerkend voorwerp (met aan of voor) en de accusatief, die aangaf dat het om een lijdend voorwerp ging. Restanten van deze naamvallen zijn nog te vinden in woorden als ’s ochtends (des ochtends; “in de ochtend”), ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”) en ’s-Gravenhage (des graven haghe; het omhaagde terrein van de graaf”). Hetzelfde geldt voor achternamen: Jan van den Berg. Ook vormen als de heer des huizes laten een tweede naamval; een genitief, zien.
De naamvallen bij zelfstandige naamwoorden zijn in het hedendaagse Nederlands verdwenen. Ze kwamen in de negentiende en begin twintigste eeuw nog wel voor in de schrijftaal, maar in 1947 werd er een spellingswet ingevoerd waarin deze naamvallen niet langer voorkwamen. Wel gebruiken we nog naamvallen bij persoonlijke voornaamwoorden. Ik is onderwerp, mijn bezit, mij (‘aan mij’) is een meewerkend voorwerp en mij lijdend voorwerp. Ook zijn er nog bepaalde voorzetselcombinaties waarin de naamval is terug te vinden. Denk aan te allen tijde, op den duur of dezer dagen. Enig bewustzijn van zo’n fenomeen als oude naamvallen is handig. Het helpt om naamvallen in andere talen gemakkelijker te begrijpen.
Bijzonder aan het Nederlands is de uitspraak, met de harde g en de ui en de eu-klanken. De Nederlanders hebben de neiging om veel dingen te verkleinen: kopje, schoteltje, lepeltje, omdat dit gezellig klinkt.
De taal heeft sporen van naamvallen in woorden als ’s ochtends (des ochtends) en ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”).
De Nederlandse taal leren en de Nederlandse cultuur begrijpen
Het Nederlandse alfabet bestaat uit 26 letters, net zoveel als bijvoorbeeld in het Engels en Frans.
Afwijkende leestekens in het Nederlands
In het Nederlands worden in Kamerstukken zogenaamde guillemets gebruikt om een citaat aan te geven. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes ». Ze worden ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd en worden gebruikt om citaten te openen en te sluiten.
De term ‘guillemet’ is afkomstig van Guillaume Le Bé (1525-1598). Hij was een lettermaker en bedenker van het teken. Een Nederlands synoniem voor het woord guillemet is ‘ganzenvoetje’.
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1
Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode
2
Lees Nederlandse kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. NRC Handelsblad is een bekende (online) krant in het Nederlands en Nu.nl een bekend online nieuwsportal
3
Luister naar Nederlandse radio. NPO 3 FM is de bekendste Nederlandse publieke radiozender en Radio 538 de bekendste Nederlandse commerciële radiozender
4
Luister en ontdek Nederlandse muziek
5
Lees Nederlandstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren
6
Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Nederlandse taal
7
Luister naar podcasts van Nederlandstaligen
8
Kijk Nederlandse televisieprogramma’s en films. NPO is de bekendste publieke televisieomroep en RTL en Talpa TV zijn de bekendste commerciële televisieomroepen in Nederland
9
Bekijk Nederlandse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren
10
Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren
11
Voer Nederlandse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk
12
Plak memoblaadjes op in huis
13
Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten
14
Bekijk Nederlandse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren
15
Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen
16
Wees niet bang om foutjes te maken
17
Niet te veel denken, gewoon doen!
18
En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen!
Woordjes zonder betekenis, de Nederlandse taal kent ze ook. Het Nederlands kent bijvoorbeeld het vragende woordje‘hè’ na een zinsdeel of zin: “Lekker weertje, hè?” Veel Nederlanders doen het ook als ze Engels spreken. Bijvoorbeeld Floortje Dessing: “It is quite lonely here, hè?” De functie van het stopwoord ‘hè’ is om bevestiging vragen: “Vind je ook niet?”
Aan het begin van een Nederlandse zin hoor je vaak: ‘Nou,…’ of ‘Nou kijk,…’, ‘Nou ja,…’. De spreker heeft een aanloopje nodig om zijn boodschap mede te delen. Middenin een betoog gebeurt ditzelfde. Iemand neemt een korte denkpauze en zegt een paar woorden die geen betekenis hebben. Iedere Nederlander kent ze, en vrijwel alle Nederlanders passen ze toe. De woorden ‘ik bedoel’, ‘zeg maar’, ‘als het ware’ of ‘weet je wel’. Tel voor de grap eens de keren dat iemand ‘eigenlijk’ of ‘inderdaad’ of ‘ook’ in een aantal zinnen gebruikt.
Nederlandse leenwoorden in het Engels zijn: ‘baas’ (boss), ‘bluf’ (bluff), ‘koekje’ (cookie) en ‘vrolijk’ (frolic), in het Duits: ‘anchovis’ (Anschovis), ‘garnaal’ (Garnele) en ‘haai’ en in het Frans: ‘bier’ (bière), ‘haven’ en ‘kajuit’.
Nederlandse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in de Nederlandse taal uit het Engels zijn: ‘album’, ‘bingo’, ‘film’ en ‘foto’, uit het Duits: ‘delicatessen’, ‘föhn’, ‘ordner’ en ‘spieken’ en uit het Frans ‘ballon’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘etage’ en ‘horloge’.
Nederlandse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Nederlandstalige media
Nederlandse media bekijken, lezen en/of beluisteren is heel doeltreffend om uw kennis van het Nederlands te verbeteren.
Zo neemt u ongemerkt het ritme en de klank van het Nederlands op.
Het nieuws (proberen) te lezen in het Nederlands, kan heel leuk en leerzaam zijn. Het voordeel is dat u waarschijnlijk al op de hoogte bent van de actualiteit, waardoor u op op een snelle manier behoorlijk wat Nederlandse woordenschat bijleert.
NRC Handelsblad
De meest gelezen kwaliteitskrant van Nederland is NRC Handelsblad. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NRC Handelsblad klikken om deze krant direct te lezen.
NU.nl
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Nederlandse online nieuwsportal is NU.nl. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NU.nl klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Nederland direct te kunnen lezen.
Het radiostation NPO 3 FM is het best beluisterde Nederlandse publieke radiostation. Als u op het logo op het linker beeldscherm hierboven klikt, kunt u live naar dit Nederlandse publieke radiostation luisteren.
Radio 538
Radio 538 is het meest beluisterde commerciële radiostation van Nederland. Klik op het rechter beeldscherm met het logo hierboven om direct live te luisteren naar dit Nederlandse commerciële radiostation.
Uw favoriete programma of televisieserie met Nederlandse ondertiteling bekijken, kan eerst even wennen zijn, maar u zult al gauw merken dat dit bijzonder leuk en leerzaam kan zijn. De televisie-omroep NPO is de publieke televisieomroep van Nederland.
RTL & SBS
RTL en SBS zijn de meest populaire Nederlandse commerciële televisieomroepen. Deze Nederlandse televisiezenders kunnen via kabel, internet, satelliet of een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
U kunt de cursus Nederlands in Eindhoven op uw eigen locatie volgen of in Eindhoven, bijvoorbeeld bij het Business Center “Place for Bizz” aan de Noord Brabantlaan 265 in Eindhoven. Ons taleninstituut verzorgt eveneens taalcursussen Nederlands in Eindhoven bij bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Eindhoven aan de Aalsterweg 322, bij Hotel NH Collection Eindhoven Centre aan de Vestdijk 5, bij Tulip Inn Eindhoven Airport aan de Luchthavenweg 27, bij Hotel Novotel Eindhoven aan de Anthony Fokkerweg 101, bij Hotel Campanile Eindhoven aan de Noord Brabantlaan 309 en bij Fletcher Hotel Jagershorst-Eindhoven aan de Valkenswaardseweg 44 in Leende.
Vergaderen, bijvoorbeeld met uw internationale zakenrelatie, in Eindhoven kan bijvoorbeeld bij BCN, Evoluon, bij Beursgebouw Eindhoven, bij Parktheater Eindhoven en in het Philips Stadion.
Het gebied dat nu Eindhoven is, kreeg waarschijnlijk permanente bewoning in de achtste eeuw n.Chr. Het gebied was een hoger gelegen gebied tussen de riviertjes de Gender en de Dommel en het werd later een knooppunt van handelswegen. Men gaat ervan uit dat de stad Eindhoven rond het jaar 1232 door Hertog Hendrik I van Brabant is gesticht.
Eindhoven dankt zijn naam waarschijnlijk aan het riviertje de Einde of Ende, dat tegenwoordig de beek de Gender is. Het tweede deel; ‘hoven‘ is afgeleid van het Middelnederlandse hove/hoeve. In moderne taal was Eindhoven dus een ‘hof/hoeve aan de Gender’.
Eindhoven ligt in Zuidoost-Brabant in de Brabantse Stedenrij het gebied de Brabantse Kempen. Plaatsen in de buurt van Eindhoven zijn Asten, Best, Bladel, Deurne, Eersel, Geldrop, Hapert, Heeze,
Helmond, Mierlo, Nuenen, Oirschot, Sint-Oedenrode, Son & Breugel, Valkenswaard, Veldhoven en Waalre. Eindhoven ligt in de provincie Noord-Brabant. De gemeente Eindhoven telt een kleine 232.000 inwoners.
Een inwoner van Eindhoven heet een ‘Eindhovenaar’. Bekende Eindhovenaren zijn Christijan Albers, Jan de Bont, Hugo Brandt Corstius, Sander van Doorn, Paul Haarhuis, Mike Hezemans, Peter Koelewijn, Lenny Kuhr, Maarten Lafeber, Jan de Rooy, Edwin Smulders, Frits Spits, Ria Valk en Margôt Ros.
Iets wat uit Eindhoven komt, wordt ‘Eindhovens’ genoemd, zoals het Eindhovens Dagblad. Eindhoven kreeg stadsrechten in 1232.
Eindhoven - internationaal & scholing
Partnersteden
Eindhoven is de op vier na grootste gemeente van Nederland. De partnersteden van Eindhoven zijn Białystok in Polen, Gedaref in Soedan, Emfuleni in Zuid-Afrika en Minsk in Wit-Rusland. Onder de gemeente Eindhoven vallen eveneens Acht en Philipsdorp.
Hoger onderwijs
Eindhoven is een universiteitsstad met de Technische Universiteit Eindhoven (TU Eindhoven), gesticht in het jaar 1956. Er zijn verschillende hogescholen gevestigd in Eindhoven, zoals Business School Notenboom, de Design Academy Eindhhoven, Fontys, Luzac, Hogeschool Tio en Schoevers.
Denk je aan Eindhoven, dan denk je aan Phillips, PSV en DAF. Eindhoven fungeert als het centrum van hoogwaardige technologie in Zuid-Nederland, met de Brainport, een samenwerkingsverband tussen bedrijven, kennisinstellingen en overheden alsook de High Tech Campus. In 2011 werd Eindhoven uitgeroepen tot “slimste regio ter wereld” door het Intelligent Community Form.
Eindhoven - minder bekend
Eindhoven staat bekend als de lichtstad. Maar wat weinig mensen weten, is dat die naam ‘Lichtstad’ niet te danken is aan de gloeilampen van Philips, maar aan luciferfabrieken, die al in 1870 in de stad gevestigd waren.
In Eindhoven en omstreken hoor je wè in plaats van ‘wat’ en dè waar ‘dat’ wordt bedoeld. De ‘o’ wordt als u uitgesproken (durrep in plaats van ‘dorp’) en de ‘ei/ij’ klinkt als è (een ‘ijsje’ wordt een èèske). Verkleinwoorden eindigen niet op -je maar op -ke (vrouwke in plaats van ‘vrouwtje’).
Het Oost-Brabants kent ook woorden uit het Duits, zoals rad voor ‘wiel’. Houdoe bij het afscheid nemen. Als je bent aongerejen, is er niets ernstigs aan de hand. Dat betekent dat je bent '‘vertrokken’. Doe mer’s gek, mer hauw ut fijn: “Spring maar eens uit de band, maar houd het netjes”. Een kopje koffie is in Eindhoven een bak lauwe klats.
“Eindhoven - Leading in technology”
Eindhoven - zakelijk
De gemeente Eindhoven
Het netnummer van Eindhoven is 040. Het postcodegebied van Eindhoven is 5600 - 5658. Het adres van het gemeentehuis van Eindhoven is Stadhuisplein 10, 5611 EM in Eindhoven. De website van de gemeente Eindhoven is Eindhoven.nl. Het telefoonnummer van de gemeente Eindhoven is 14 040.
Zakendoen in Eindhoven
Voor Eindhovense ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Eindhoven aan de John F. Kennedylaan 2, 5612 AB in Eindhoven. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Eindhoven is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Eindhoven is KVK-kantoor Eindhoven.
Wereldwijd opererende bedrijven zijn in Eindhoven gevestigd op bedrijventerrein Achtste Barrier, Driehoeksbos, Brainport Eindhoven, Eindhoven Airport (Welschap), bedrijvenpark Esp, het Flight Forum, GDC Eindhoven Acht, bedrijventerrein Herzenbroeken, High Tech Campus Eindhoven, bedrijventerrein De Hurk, De Kade, Kapelbeemd, Park Forum West, bedrijventerrein Rapenland, bedrijventerrein De Tempel/Vlokhoven, Strijp S, Strijp T en bedrijventerrein Woenselse Heide. In Eindhoven bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Altran, BDO, BenQ Benelux, Beterbaan, Bonduelle Benelux, Continu, Copaco, DAF Trucks, DELA, Denon & Marantz Europe, DLL, Dunlop Slazenger Benelux, Dutch Bakery, E.On, Edco, FEI Electron Optics, Fit2Work Uitzendbureau, Gigabyte Technology, Hago, HSU Facility, Hurks, ICS Group, IFS, Illumina Netherlands, Interfood Group, Itility, Van Kaathoven Groep, Kenneth Smit trainingen, KMWE Precisie, Lotec, Makita Nederland (Dolmar, Makita), Medtronic Nederland, Mouser Nederland
(Intel, Neutrik), MSI Computer Europe, Neways Electronics International, NTS Group, NXP Semiconductors, Olivetti Nederland, Ortessa, PAPI (Spiegelau, Nachtman etc.), Paradigit, Philips Benelux (Philips, Saeco), Prodrive Technologies, Renewi, Rescop, Distributiecentrum Rhenus, Rolls-Royce Motor Cars, RPI Europe, Shimano Europe, Signify, Sims Recycling Netherlands, Smurfit Kappa Recycling Nederland, Sound United (Boston Acoustics, Classé, Denon, Heos, Marantz, Polk etc.), Spectrum Design, The Swatch Group, TMC Group, Triumph International (Triumph, Sloggi), Vacansoleil Nederland, Van Gansewinkel, Van Rooijen Logistics, VDL Nedcar, Vogels Products, Westmore, Xelvin, XPO Logistics, Yask Facility Management, ZND, Raps Benelux in Best, Schoonmaak Herbert Meier en Zoon in Best, Vion in Boxtel, Pali in Geldrop, Koffie F. Rombouts Nederland in Hapert, Van Loon Group in Son en Breugel, Sonac in Son en Breugel, Vion in Valkenswaard en Baetsen-Groep in Veldhoven. Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Houdt uw internationale zakenrelatie van sport? Dan is samen naar een sportwedstrijd gaan of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen wellicht een leuk idee. Voetbal verbroedert. Wellicht is het leuk om met uw zakenrelatie naar een voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Eindhovense voetbalclub PSV of FC Eindhoven meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Eindhoven kunt u terecht bij Genneper Parken Tennis, bij TV Bokt, bij ETV-Volley of bij TV Prinsejagt. Golf, ontspanning & lunch Wilt u na de cursus Nederlands in Eindhoven wat ontspannen? Om even een balletje te slaan of gewoon gezellig wat eten of drinken, kunt u terecht bij Golfbaan Welschap in Eindhoven. De adresgegevens van deze golfbaan zijn Welschapsedijk 166, 5657 BB in Eindhoven. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 040-251 57 97. De website van de golfbaan is www.welschapgolf.com. Om iets te drinken of een hapje te eten kunt u terecht bij restaurant ‘On Course’. Golf & Countryclub De Tongelreep en Golfcentrum Eindhoven zijn nog andere golfbanen in de buurt van Eindhoven.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder vindt u promotiefilmpjes van Nederland en van Eindhoven die ook op Youtube staan. U kunt direct op het logo van Youtube in het midden van de afbeelding klikken om een filmpje te bekijken. Direct onder de promotiefilmpjes zijn de locaties van Nederland alsook Eindhoven op Google Maps weergegeven. Door linksboven te klikken, wordt de kaart in een nieuw venster groot weergeven.
Door linksonder op het vierkantje in de afbeelding te klikken, worden de satellietbeelden van Nederland alsook van Eindhoven op Google Earth weergegeven. U kunt in- en uitzoomen op de kaartjes met de + en – knop rechtsonder. Wat kennis van de omgeving van uw Nederlandse zakenpartner kan altijd van pas komen tijdens zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen.
Promovideo Nederland
Promovideo Eindhoven
Google Maps Nederland
Google Maps Eindhoven
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Nederland
Hieronder kunt u het meest recente nieuws uit Nederland en Eindhoven lezen van verschillende nieuwsbronnen. Het eerste blokje is Nederlands nieuws in het Nederlands. Het tweede blokje is nieuws uit Nederland in het Engels. Het derde blokje is Eindhovens nieuws (in het Nederlands). Het nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
Wanneer u Nederlands wilt leren, kan prettig en handig zijn om op de hoogte te zijn van wat zich in Nederland afspeelt. Het is eveneens vrij leerzaam om Nederlands nieuws in de Nederlandse taal te lezen. Waarschijnlijk bent u al op de hoogte van het dagelijkse nieuws en gaat begrijpend lezen relatief gemakkelijk en verrijkt u de Nederlandse woordenschat met actuele Nederlandse woorden, uitdrukkingen en termen.
In Eindhoven biedt Dagnall Taleninstituut maatwerk cursussen in onder meer Nederlands, Engels, Frans, Duits, Spaans en Portugees aan. Hierboven vindt u een overzicht van de 23 andere talen die wij naast Nederlands standaard aanbieden in Eindhoven.
Vanzelfsprekend kunt u altijd contact opnemen voor een cursus in een vreemde taal die hier niet staat vermeld.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Nederlands