Taalkennis Nederlands verbindt u met Nederland en is een communicatiebasis die deuren voor u opent - vooral in de professionele wereld. Organisaties die investeren in de taalopleiding van hun werknemers, hebben daarom een duidelijk voordeel en een voorsprong. Dagnall is een taalaanbieder die u precies dat aanbiedt: Effectieve taalcursussen Nederlands op het hoogste niveau voor zowel professionals als leidinggevenden in, als in de buurt van Arnhem. Taaltraining Nederlands op maat, omdat uw organisatie welbespraakte werknemers verdient.
Vakgebieden
Van zakelijk en technisch tot medisch - Dagnall is thuis in elke bedrijfstaal. Verschillende bedrijfstakken kennen hun eigen taalgebruik en hanteren hun eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling alsook een duidelijk concurrentievoordeel, door middel van branchespecifieke taalkennis Nederlands van het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Nederlands in Arnhem in een brede waaier van gespecialiseerde vakgebieden.
Goed op weg
met
Dagnall Talen
Coachhuis in hartje Velp Emmastraat 24-A 6881 SV VELP
Dagnall Talen biedt taalcursussen Nederlands op maat aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als (intensieve) workshops en als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Iedereen kan bij Dagnall Taleninstituut Nederlands leren op precies de manier die het meest geschikt is voor hem of haar. Behalve de klassieke taaltaalcursussen Nederlands zijn organisaties vooral in werkgerelateerde taalcursussen geïnteresseerd zoals schrijfvaardigheid Nederlands of zakelijk Nederlands. Taalcursussen worden afgestemd op de individuele behoeften van de klant. Dagnall Taleninstituut is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om door middel van gecertificeerde taaltrainers met zeer goede beoordelingen en recensies in Arnhem Nederlands te leren. Dagnall Talen leidt u doelgericht en snel naar de door u beoogde resultaten.
Filosofie Dagnall Talen
Onze filosofie is om Nederlands te leren met plezier en gemak en zonder schroom. Wij gaan daarom tot het uiterste om ervoor te zorgen dat u de Nederlandse taal zonder remmingen en moeiteloos kunt leren. Nederlands leren moet leuk zijn en daarom werken wij met methodes die het leerproces voor cursisten prettiger en gemakkelijker maakt.
Door onze methodes wekken we nieuwsgierigheid op en ondersteunen we de bereidheid om te leren. We brengen u in grote stappen naar het gewenste niveau met dagelijks 15 minuten oefenen. Taleninstituut Dagnall is een partner voor iedereen die Nederlands wil leren in Arnhem.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Dagnall Talen stelt in overleg met u als opdrachtgever uw leerdoelen en wensen vast. U meldt de cursist(en) aan met de contactgegevens. Dagnall Taleninstituut verzorgt een intake op locatie of, indien u dit wenst, online of telefonisch. Na het intakegesprek, waarbij op basis van het Europees Referentiekader (ERK) het huidige en gewenste niveau van de deelnemers wordt vastgesteld, ontvangt u van ons een cursusvoorstel op maat met de offerte. Na akkoord van de offerte stemmen wij de planning van de cursus af op uw agenda en situatie.
Na enkele lessen Nederlands evalueert de docent de inhoud alsook de voortgang van de cursus. De doelstellingen kunnen, indien noodzakelijk, worden bijgesteld. Wij sturen u een eindrapport na de laatste les met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers zijn behaald. Tevens ontvangen de cursisten een certificaat van ons instituut.
Het (individuele) contact met de deelnemers kan Dagnall desgewenst verzorgen Het plannen van de intakegesprekken wordt door Dagnall in overleg met u en de individuele cursisten gedaan De deelnemers ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht Nederlands. Deze dienen voorafgaand aan de intakedatum te teruggestuurd worden Dagnall Talen verzorgt de intakegesprekken op locatie of eventueel op afstand. Een intakegesprek neemt ongeveer 30 minuten in beslag De groepsindelingen worden aan de hand van niveaubepaling door Dagnall geadviseerd en vastgesteld in overleg De indeling van de cursisten geschiedt op taal en taalniveau U ontvangt altijd een offerte op maat! De logistiek van materiaal en cursusbenodigdheden wordt uiteraard door Dagnall Talen verzorgd Dagnall Taleninstituut brengt geen administratiekosten en geen extra toeslag voor avondlessen in rekening Continuïteit van de planning en het lesprogramma Nederlands wordt door Dagnall bewaakt en gegarandeerd Dagnall Taleninstituut is flexibel en betrokken!
Dagnall Taleninstituut, Vertaalbureau, Tolkbureau en Tekstbureau verzorgt taaltraining Nederlands in Arnhem en omringende plaatsen voor bedrijven en (overheids)instellingen sinds 1982. Onze kundige docenten Nederlands zijn specialist en hebben in Gelderland voor bedrijven en (overheids)organisaties in al deze jaren een aanzienlijk aantal trainingen verzorgd.
Door de functiegerichte en werkplekgerichte methode van werken, bieden wij u effectieve en betaalbare taalcursussen Nederlands in Arnhem. Dagnall levert door de maatwerk-aanpak een hoog rendement. Daar kunt u op vertrouwen!
Betaalbaar maatwerk Nederlands in Arnhem sinds 1982
Taal op de werkvloer
Cursus Taal op de Werkvloer: draagvlak essentieel! Taalcursussen (Nederlands) die zich richten op het verbeteren van de taalvaardigheid op de werkvloer zijn ondertussen bij veel bedrijven een begrip. Medewerkers die geen of een beperkte kennis van het Nederlands of een andere voertaal hebben, ervaren een beperking op het werk en willen graag en beter en/of sneller kunnen communiceren op hun werk.
Zij willen de aanwijzingen op de werkplek goed kunnen begrijpen en deze ook op kunnen volgen. De medewerkers willen bij voorkeur met meer zelfvertrouwen het werk uit kunnen voeren en uiteraard graag hun ambities op het werkterrein waarmaken. Investeren in werknemers en in de ontwikkeling van het bedrijf is derhalve noodzakelijk.
Dagnall Taleninstituut geeft betaalbare maatwerk taalcursussen die de luister-, spreek-, lees- en schrijfvaardigheid op de werkvloer verbeteren. Dagnall Talen leert en helpt cursisten hoe zij de lesstof in praktijk kunnen brengen in hun baan. Dagnall Talen stemt de lessen af op de behoefte van de klant alsook op het niveau van de cursist(en). Buiten de lessen om, krijgen cursisten regelmatig praktijkopdrachten gedurende de cursus, als ondersteuning van de continuïteit van het leerproces en de effectiviteit van de taaltraining vergroten.
Zo ontstaat een win-winsituatie! Ons instituut let ook op de wellicht onderbelichte kant van veel taalcursussen: de cursist staat al vaak alleen in zijn inspanningen om de taal onder de knie te krijgen, om de cultuur en gebruiken van het bewuste land en de organisatie te begrijpen en om zijn of haar omgeving door middel van taal te vergroten. Dat vereist veel inzet en motivatie. Daarnaast hebben deelnemers maar een aantal vaste contactmomenten per week met de taaldocent. Dit is niet altijd toereikend.
Onderscheidend
Dagnall Talen onderscheidt zich door zich te richten op het vergroten van het draagvlak voor een taalcursus Nederlands op de werkvloer. Wij stimuleren uitvoerenden en leidinggevenden van de organisatie om voor een continu proces van taalverwerving te zorgen, door direct vanaf de start zoveel mogelijk met de cursisten te communiceren in de doeltaal. Door het uitdragen van het belang van taal op de werkvloer wordt de waarde van goede taalbeheersing samen ervaren en voelen cursisten in hun taalverwerving zich gestimuleerd en gewaardeerd.
Diverse wegen naar een betere taalvaardigheid Nederlands in Arnhem
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Nederlands is niet alleen aangepast aan de behoefte van de cursist, klant, werkgever of organisatie, zoals een betere spreek- of schrijfvaardigheid. Een goede taalcursus (Nederlands) is natuurlijk ook afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist. Een cursus Nederlands in Arnhem die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige taaltrainers Nederlands zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van de Nederlandse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te gaan gebruiken. Dat werkt wel zo prettig en zorgt dat u veel waar voor uw geld krijgt. Het bekende hoge rendement van Dagnall Taleninstituut behalen onze taaltrainers door een combinatie van deze bewezen leermethode met de focus op de cursist(en) en het nagaan of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall kunt u terecht voor cursussen die zijn gebaseerd op een maatwerktraining.
Dagnall Talen biedt groepscursussen van 3 tot 8 à 10 cursisten, duocursussen (2 cursisten), individuele cursussen, onlinecursussen, het online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met jargon en woordenlijsten van de specifieke organisatie. De taaldocenten van Dagnall geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij hebben verzameld en gecreëerd door de jaren heen en spelen voortdurend in op actuele thema’s en ontwikkelingen.
Een prettige manier van leren
Een voordeel is dat dit slimme maatwerk als een zeer plezierige manier van werken wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de trainers Nederlands van Dagnall Talen in Arnhem. Onze, door de jaren heen steeds verder verfijnde en ontwikkelde werkwijze is het bijzonder gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. De cursus is dus niet alleen werkgericht en/of functiegericht, maar ook afgestemd op de leermethode die goed bij de cursist zelf past.
Nederlands effectief leren in Arnhem bij Taleninstituut Dagnall
Individuele cursussen en groepscursussen Nederlands
Nederlandse lessen - individueel of in groepsverband
Dagnall Taleninstituut cursussen Nederlands op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de gehele organisatie uit handen kunt geven. Deze individuele cursussen en groepscursussen biedt Dagnall voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen gebruiken we moderne en gevarieerde onderwijsmethodieken om doelgericht te trainen en leersucces te verzekeren. Vanzelfsprekend kunnen deze individuele-, duo- en groepscursussen zowel op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Arnhem worden gegeven.
Maatwerk individuele en groepscursussen Nederlands in Arnhem
Maatwerkcursussen Nederlands
Dagnall biedt individuele cursussen Nederlands voor het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren in Arnhem en omgeving. Individuele cursussen noemt men ook wel één-op-één-cursussen of privélessen.. De individuele taalcursussen van taleninstituut Dagnall zijn al decennia bekend voor de persoonlijke aandacht, het maatwerk en een zeer hoog rendement. Alle individuele cursussen Nederlands van Dagnall zijn maatwerktrainingen en worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, de branche, het taalniveau, de leerstijl alsook de praktijksituatie. De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Dagnall Talen biedt groepscursussen Nederlands van 3 tot 10 personen, maar ook duocursussen (met 2 deelnemers) aan bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren. De leergroepen worden bij voorkeur zo klein mogelijk gehouden de deelnemers maximale ondersteuning te geven en om de leereffectiviteit te maximaliseren. De groepscursussen van Dagnall Talen zijn ook maatwerkcursussen en worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, de leerstijl, het taalniveau, de branche alsook de praktijksituatie alsook de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het grootste voordeel van een individuele taalcursus Nederlands is het hoge rendement doordat veel kennis wordt geleerd in korte tijd. Doordat de taalcursus vrij intensief is, wordt meer vooruitgang geboekt en wordt het leertraject zo kort mogelijk gehouden. Flexibiliteit is een ander belangrijk voordeel van individuele cursussen. De inhoud kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de specifieke aandachtsgebieden van de deelnemer en de cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de deelnemer. De leervordering is optimaal omdat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld. Daarnaast is een individuele cursus goed af te stemmen op de agenda van de cursist waardoor het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Met name de interactie met de andere cursisten Nederlands is het belangrijkste pluspunt van een groepscursus; actief gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van rollenspellen en discussies. De zogenaamde groepsdynamiek is een ander groot pluspunt; communiceren in de doeltaal met de groep en van elkaars fouten. Cursisten kunnen deze afwisseling als leuker ervaren. Groepscursussen zijn daarnaast ook efficiënt omdat tegelijk meerdere medewerkers getraind worden en de groep op bijna hetzelfde kennisniveau komt. Ook zijn groepscursussen wat minder intensief (minder zwaar) voor de lerenden dan individuele cursussen.
Minpunten individuele cursus
Rollenspellen en discussies kunnen bij individuele taalcursussen Nederlands alleen worden gedaan en gevoerd met de trainer. Omdat er geen interactie is met andere lerenden, kan de geleerde taalkennis niet in de groep geoefend worden. Omdat groepsdynamiek ontbreekt, is het ook niet mogelijk om te leren van fouten van andere cursisten. De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is voor de cursisten ook behoorlijk intensief (zwaarder).
Minpunten groepscursus
In een groepscursus is minder aandacht voor de individu en kunnen de deelnemers iets eerder worden afgeleid. Hierdoor is het rendement wat lager. Gedeeltelijk kan dit worden ondervangen door de groepen iets kleiner te houden (minigroepen). Groepscursussen Nederlands kunnen eveneens minder goed op individuele leerstijlen van cursisten afgestemd worden. Een bijkomstig minpunt van groepscursussen is dat de planning minder goed op de agenda van de individuele deelnemers kan worden afgestemd.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Nederlands
Verschillende opties voor Nederlandse les
Wij bieden taalcursussen (Nederlands) voor beginners, halfgevorderden en gevorderden. Niet iedereen kan een talencentrum bezoeken. Wij bieden daarom onze taalcursussen eveneens incompany en online aan. Bij Dagnall Talen kunt u terecht voor een intensieve
of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus Nederlands. Een combinatie van deze trainingen is eveneens mogelijk. Dagnall Taleninstituut staat voor (betaalbaar) maatwerk!
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode ook wel bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan beschouwd worden als reactie op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de taalles geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands) plaatsvond. Kunnen spreken en luisteren (in het Nederlands) zijn de belangrijkste vaardigheden en de (Nederlandse) grammaticale structuren worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is vrijwel zonder fouten Nederlands kunnen spreken en verstaan, wat begint met leren naspreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt met drills gewerkt om Nederlandse zinnen alsook structuren goed te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch worden. De taaldocent Nederlands kan zo bijvoorbeeld een bepaalde zin tien maal herhalen en vervolgens een nieuw Nederlands woord hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt vaak gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waarbij lerenden een koptelefoon op hebben en naar deze zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven Nederlands komt pas aan bod als het mondelinge Nederlands inmiddels vertrouwd is geworden. Afbeeldingen worden wel gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Nederlands.
Populariteit
In ons land werd de methode pas geïntroduceerd rond het jaar 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al snel grote bezwaren tegen de inhoudsloze drills. De techniek wilde wel eens haperen. De talenpractica raakten hierdoor vrij snel in onbruik. In plaats hiervan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden weer expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode wel sporen na. Nu was alom aanvaard dat het bij een taal (zoals Nederlands) leren niet om het uit het hoofd leren van de (Nederlandse) grammatica gaat, maar om de toepassing van de grammatica. De luistervaardigheid (Nederlands), die vóór de jaren zeventig voor de meeste docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten Nederlands. Vanaf het begin wordt een correcte uitspraak Nederlands aangeleerd. Deze audiolinguale methode is docentgestuurd en kan daardoor een efficiënte en snelle overdracht van taalkennis bieden. Deze methode kan ook bij grotere groepen worden toegepast.
Deze docentgestuurde kant heeft tegelijkertijd een keerzijde; eigen inbreng wordt niet van de studenten verlangd, waardoor het risico dreigt van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de driloefeningen niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Nederlands om te zetten zijn.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Nederlands) op een zodanige wijze te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen. De methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die worden herhaald na verloop van tijd. De Nederlandse zinnen en woorden op de woordenlijst worden door de student hardop gelezen. De woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar door blootstelling gebeurt dit eigenlijk automatisch. De woordenlijst wordt steeds herzien; Nederlandse woorden die zijn aangeleerd, gaan van de lijst af. Die Nederlandse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze zinnen en woorden spontaan in het langetermijngeheugen van de student terechtkomen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden wanneer deze kennis ook betekenisvol en relevant is voor de lerende. Deze methode kan dus alleen functioneren voor Nederlandse woorden die relevant en betekenisvol zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor lerenden die het prettig vinden om bijvoorbeeld Post-its® te gebruiken als geheugensteuntje zou deze GoldList-methode goed kunnen werken. Schrijven met de hand functioneert beter dan typen of, zelfs behoorlijk zinloos: een fotootje maken, doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen zijn veel meer dan een serie losse woorden en/of zinnen. Daarnaast is de GoldList-methode nogal tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven lijsten aangemaakt moeten worden.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is ontwikkeld in 1983 door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen D. Krashen.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Nederlands) gericht. De methode probeert het Nederlands aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Zo leert men onbewust ook de taalregels van het Nederlands. Alleen het Nederlands wordt hiervoor gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een stressvrije leeromgeving voor de studenten is het streven van de leermethode. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de lerenden blootgesteld. Bij de deze methode wordt de taalproductie Nederlands niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete Nederlands grammatica en de correctie van vormfouten.
De methode is het meest effectief als de student wordt ondergedompeld in het Nederlands. Om te zorgen dat de lerende van de ervaring kan genieten, moeten de activiteiten in het Nederlands stimulerend zijn.
De Natural Method lijkt vrij veel op de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid is dat de Directe Methode meer de focus legt op de praktijk en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het feit dat onderdompeling een zeer effectieve methode is, is veelvuldig aangetoond. De methode is een populaire wijze van lesgeven bij taaldocenten Nederlands, omdat de Natural Approach betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor lerenden. Maar er is ook kritiek op de natuurlijke aanpak. De nadruk wordt vooral op het impliciet leren van de Nederlandse grammatica gelegd. De student zou weliswaar leren te communiceren in het Nederlands, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica van de taal.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier Nederlands te leren. Studenten krijgen de kans voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Nederlands. Doordat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, beklijft het geleerde voor een langere tijd.
Omdat er bijna geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaten te merken zijn. De methode bereidt studenten ook niet per se voor op een specifiek Nederlands examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de begin jaren 50 door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om de lerende vertrouwd te maken met de grammaticale en fonologische structuur van de taal (bijvoorbeeld het Nederlands). Het beheersen van deze structuren is volgens de SA effectiever dan het verwerven van woordenschat van het Nederlands. Bij de methode gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van specifieke Nederlandse woordcombinaties en groepen woorden in de correcte woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden in herkenbare situaties met gebruik van dramatisering, visualisatie, gezichtsuitdrukking en handelingen aangeboden aan de studenten. De taalstructuren die in de praktijk het meest worden gebruikt, worden het eerst aan de taallerende aangeboden. De mondelinge vaardigheden Nederlands (de luistervaardigheden en de spreekvaardigheden) worden hierbij in de eerste instantie gebruikt; de leesvaardigheden en de schrijfvaardigheden volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Nederlands (spreken en schrijven), krijgt grammatica een belangrijke plaats. Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) zijn andere namen voor de Structurele Aanpak.
Populariteit
De Structurele Aanpak werd op grote schaal in de jaren vóór 1970 gebruikt om Engels te leren in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Het voordeel van een structurele aanpak is dat de geleerd wordtden het Nederlands op een nauwkeurige manier geleerd wordt. De student krijgt inzicht in de Nederlandse grammatica leert eveneens in welke situatie bepaalde Nederlandse woorden of combinaties van woorden passend zijn of niet voor die situatie. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de Structurele Aanpak kleven eveneens nadelen. De werkwijze is tamelijk tijdverslindend en biedt niet direct ervaringen van succes. De inbreng van de student zelf is beperkt; het is niet erg creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs is gestoeld op de visie dat interactie het uiteindelijke doel is bij het leren van vreemde talen (zoals Nederlands).
De studenten leren het Nederlands in praktijk te brengen middels de CLT-technieken door de interactie onderling en de taaltrainer Nederlands. Er wordt gebruikgemaakt van teksten in het Nederlands of ander materiaal uit de werkomgeving of het dagelijks leven. Het Nederlands wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaltrainers Nederlands dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Nederlands in allerlei soorten realistische situaties te oefenen. De Nederlandse grammatica wordt inductief onderwezen, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT zijn taaldocenten Nederlands echt trainers, die de studenten leren in het Nederlands te communiceren.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw, deels omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa ontstond meer behoefte aan het leren van vreemde talen middels een methode die direct kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Het communicatief taalonderwijs (CLT) heeft veel voordelen. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; deze methode van leren is functioneel en studentgericht. Omdat authentiek materiaal te gebruiken, leren studenten de Nederlandse woorden die voor hen nodig zijn. De methode is efficiënt. Deze methode is voor de lerende stimulerend doordat hij of zij snel succeservaringen heeft. Er mogen fouten worden gemaakt; al doende wordt de taalvaardigheden geleerd en verbeterd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht is voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. Het plannen en voorbereiden vraagt veel tijd van de docent en vereist een actieve deelname van de lerende. Deze manier van een taal leren, is voor bepaalde studenten ongebruikelijk of moeilijk, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. CLT (communicatief taalonderwijs) traint de taalvaardigheden; hierbij gaat het om de functie en in mindere mate om de vorm en deze methode biedt dan ook geen echt samenhangend geheel.
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Men leerde om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; docent Frans en Italiaans uit Duitsland. Rond het jaar 1783 ontwikkelde Meidinger een leermethode waarbij de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt gezien als grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd, wat de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie was. Dit onderwijs in het Latijn was vanzelfsprekend gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en was volledig gericht op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Nederlands). Deze aanpak werd als wetenschappelijk en degelijk beschouwd. De Grammatica-vertaalmethode gaat uit van de analyse van taalvormen en taalstructuren (van bijvoorbeeld Nederlands) waarbij de lerenden zelf inzicht ontwikkelen. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten. De docenten dragen de kennis Nederlands over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw was er ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Deze grammatica-/vertaalmethode vormt een aardige mentale training aan personen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Deze methode biedt eveneens inzicht in de structuur van het Nederlands, omdat de nadruk op de grammatica wordt gelegd.
Er zijn echter meer keerzijden dan positieve kanten. De belangrijkste keerzijde is dat de spreek- en luistervaardigheid Nederlands ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie zelden mondeling kan worden toegepast. De methode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Nederlands, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het leren in groepen biedt de methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces bij de lerenden. De lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engelse naam: language immersion) wordt over de hele wereld gebruikt sinds de jaren 70, voornamelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals het vak wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les gaven aan welgestelde dames uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling behelst dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, vanaf het begin wordt omgeven door de nieuwe taal. De instructies worden gegeven in de doeltaal (Nederlands); in het begin langzaam en met veel herhaling en later op een meer natuurlijke wijze. De lerende wordt ook uitgedaagd vanaf het begin om in de Nederlandse taal te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt vaak de leeromgeving ingericht in de stijl van het Nederlands om een situatie te creëren alsof studenten in Nederland zijn. Lerenden oefenen het Nederlands spreken één-op-één of in kleine groepen. Daadwerkelijk naar Nederland gaan en daar verblijven in een gastgezin, is een andere manier om onderdompeling te bereiken.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een uitstekende methode om vreemde talen te leren gezien. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Nederlands kan zeer goed worden ontwikkeld op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Omdat de leermethode zo intensief is, is het belangrijkste voordeel dat met deze methode snel resultaten wordt bereikt. De leermethode is ‘sink or swim’, de studenten moeten wel in het Nederlands gaan communiceren omdat zij erdoor worden omgeven. De student is feitelijk 24 uur per dag Nederlands aan het leren. Het samen oefenen in groepsverband versterkt de sociale interactie. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.
Dat de bereikte resultaten niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel. De kans is groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt als studenten in een korte tijd Nederlands leren, door in Nederland te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer overgaan tot de orde van de dag. Het feit dat een dergelijke taaltraining Nederlands nogal intensief is, kan een ander minpunt zijn. Niet alle studenten hebben de conditie om deze leermethode vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de zeventig jaren van de vorige eeuw. Deze methode is door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedia is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Georgi Lozanov een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Nederlands) te kunnen leren. Daarvoor zijn een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de taaldocent (Nederlands) en studenten van essentiële betekenis. Hiervoor dienen de studenten zich veilig en ontspannen te voelen. Om dit te kunnen bereiken, was een leslokaal met een rijopstelling ongeschikt. Tijdens de les zat de student in een comfortabele stoel die in een halve cirkel geplaatst waren en in de les was altijd muziek. De methodiek zoals Georgi Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Bij deze teksten bestonden bestonden woordenlijsten alsook opmerkingen over de (Nederlandse) grammatica. Het voorlezen werd gedaan met veel expressie in stem en gebaren. De studenten werden op deze manier overgehaald om te luisteren en de (Nederlandse) woorden die nieuw waren, konden ze gemakkelijk begrijpen en opnemen. Voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Nederland) was veel aandacht tijdens de lessen. In de klas werden rollenspellen gespeeld en ook (Nederlandse) streekgerechten werden in de les gemaakt en geproefd.
Populariteit
De methodiek van Georgi Lozanov was omstreden en de methodiek is in de vergetelheid geraakt. Een aantal elementen van Suggestopedia wordt nog steeds toegepast, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de lerende minder last zal krijgen van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland bijdragen. Vaak werkt muziek motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een ander pluspunt van de leermethodiek is dat de student wordt gestimuleerd om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven. Dit is voor sommigen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd is dit voor sommige lerenden een keerzijde, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommigen ook afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend of ontspannend. Een andere zwakke kant is dat de relatie taaltrainer-lerende niet gelijkwaardig is; alle input komt van de Nederlandse taaltrainer en de lerende is altijd de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
In het jaar 1976 ontwikkelden de Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een vreemde taal te leren waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de trainer als een counselor fungeert die de zinnen van de lerenden omschrijft. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als zij de doeltaal (Nederlands) nog niet voldoende machtig zijn. De trainer (Nederlands) vertaalt en legt uit en hierna herhalen de studenten de uitspraken van de trainer zo nauwkeurig mogelijk. Deze gesprekken in het Nederlands worden opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.
Community Language Learning stimuleert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en de methode ziet de interactie tussen de lerenden onderling als middel om te leren. Er is geen lesboek Nederlands dat wordt gebruikt; de lerenden bepalen zelf de inhoud van de les middels zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van CLL is sterk afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. De taaldocent dient zowel sociaal-cultureel kundig als taalkundig te zijn. De docent dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Deze methode kan goed werken indien deze correct gebruikt wordt. Deze methode is niet geschikt voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt voor lerenden veel autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken vinden veel studenten nuttig. Niet alleen tijdens de lessen Nederlands, maar ook buiten de lessen wordt de groep vaak zeer hecht. Met deze methode worden studenten zich zo een stuk meer bewust van hun groepsgenoten, hun sterke en minder sterke punten en leren als team samen te werken. Studenten leren veel van het bespreken van hun fouten en het evalueren van de lessen Nederlands. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden deel van het actieve vocabulaire van de studenten.
Dat de docent niet sturend is, ondanks dat een aantal lerenden wel sturing nodig heeft, kan een nadeel zijn. Bij CLL wordt geen lesboek gebruikt en eveneens geen toetsen Nederlands gehouden. Het succes van de les is hierdoor moeilijk meetbaar. Een aantal studenten wordt in hun Nederlands spreken geremd als zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren ontwikkeld door Michael Lewis in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
Deze lexicografische benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. De studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Nederlands (de grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Zo leren ze hoe het Nederlands ‘in het echt’ gebruikt wordt. Bij deze benadering neemt woordenschat Nederlands een grotere plaats in dan Nederlandse grammatica. De instructies zijn op situaties en Nederlandse uitdrukkingen gericht die vaak voorkomen in dialogen. Aan interactie wordt aandacht besteed maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de student (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel mogelijkheid voor studenten om de Nederlandse taal zelf te ontdekken.
De rol van de trainer Nederlands is te zorgen voor voldoende input en het faciliteren van het leertraject van de lerende.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de laatste dertig jaar lesboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht aan woordenschat van de te leren taal geschonken die aangeboden wordt in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. Een ingrijpende wending in de wijze waarop talen worden onderwezen, waar Michael Lewis streefde, bleef echter uit.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal te werken, leren de studenten om het Nederlands op een natuurlijke manier te gebruiken. Dit zorgt voor souplesse in het taalgebruik Nederlands.
Het minpunt van de methode is dat de werkelijkheid toch altijd weer afwijkend is van de aangeleerde taalsituaties. Met het zelf leren herkennen van de patronen van het Nederlands hebben sommige studenten moeite en zij hebben meer aan een docent Nederlands die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is in het jaar 1880 ontwikkeld door de Fransman François Gouin.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van de grammatica. Studenten leren zinnetjes op basis van een handeling, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, beroep en wetenschap, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het betreft een soort eentalige methode, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden heel snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands) leren denken.
Populariteit
De denkwijzen van François Gouin over taal waren hun tijd ver vooruit. De seriemethode van Gouin kon gedurende een bepaalde periode een succes worden genoemd, ondanks de vrij ongewone aanpak. Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwde deze leermethode echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Series method van François Gouin worden de mondelinge vaardigheid Nederlands goed ontwikkeld en het creëert een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de lessen.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Dit type onderwijs Nederlands wekt het enthousiasme op van de lerenden doordat het gebruikmaakt van visueel leermateriaal, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een vreemde taal leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De Nederlandslerenden worden nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De methode stimuleert de communicatieve competenties Nederlands van de studenten sterk.
De methode van François Gouin heeft echter als nadeel dat taal die iets meer subjectief of abstract is, lastig in één concrete ervaring kan worden gevangen met bewegingen en expressies. De bewerkelijkheid voor de trainer, die immers een scala aan reeksen voor moet bereiden, is een bijkomend nadeel van de leermethodiek. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers van deze methode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de te leren taal (zoals het Nederlands) geen op zichzelf staand doel, maar een hulpmiddel om specifieke taken uit te voeren. De lerenden krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de vreemde taal (Nederlands) vereist is. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, dienen zij over woordenschat en regels van het Nederlands te beschikken. De taken zijn alledaagse taken, zoals e-mails schrijven, met de klantenservice bellen, boodschappen doen, een krant lezen of een drankje bestellen. De taak wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerenden zich eerst op de taak voorbereiden, de opdracht vervolgens uitvoeren en tot slot op de taak terugblikken. Studenten moeten samenwerken om de taken uit te voeren. Om leereffect te hebben, moeten de taken net boven het taalniveau Nederlands van de lerenden liggen.
Populariteit
Task-Based Language Teaching heeft aan populariteit gewonnen vanaf de vroege jaren negentig en zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest praktisch bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheid bij de studenten (hoofdzakelijk de studenten met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Nederlands) biedt duidelijke voordelen. Het is een activerende manier van werken, waarbij lerenden uitgedaagd worden om hun vaardigheid (Nederlands) te gebruiken. Zolang de opdracht goed aansluit bij de student, is het een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Studenten komen op een natuurlijke, alledaagse manier in contact met het Nederlands en leren zo authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren daarnaast om samen te werken. Lerenden ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en prettig.
Als nadeel kan gezien worden dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Nederlands, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
De Nieuw-Zeelandse docententrainer en taalkundige op het gebied van taalonderwijs Engels; Scott Thornbury, ontwikkelde in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT) was ‘Dogme 95’; de stroming van een groep van Deense filmmakers waaronder Deense filmregisseur Lars von Trier uit 1995. Voor het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan tien strenge regels (tien dogma’s). Deze tien regels behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van de Dogme benadering zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die onbelast is door enig voorgedrukt materiaal. Het beginnen van echte inhoudelijke conversaties over praktische onderwerpen is het doeleinde van de Dogme-methode. Hierbij gaat het om communicatie als drijvende kracht van het leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve aanpak van het onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder lesboeken te gebruiken of overige lesmaterialen en zich in plaats daarvan focust op communicatie tussen docent en studenten. Het Dogme-taalonderwijs kent, net als de Dogme-beweging van de filmmakers, 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal (zoals Nederlands) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een pluspunt voor de trainer Nederlands is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Het kan heel motiverend zijn dat de lerenden voor het eigen leerproces de verantwoording dragen. Voorspelbaar zijn de lessen Nederlands zo niet. Dit garandeert spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Bijna elk item kan worden besproken in een taalles volgens de Dogme-methode. Het houdt de lerenden betrokken en alert.
Daartegenover staat dat lerenden zich wat minder op hun gemak kunnen voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de taaldocent. Voor dit type onderwijs zijn ook niet alle taaldocenten Nederlands in voldoende mate flexibel. Een bijkomend minpunt kan zijn dat studenten zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Nederlands en het niet zeker is dat de hiervoor benodigde stof wordt behandeld in de les.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson in het jaar 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-benadering geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Nederlands). Het primaire uitgangspunt van de GPA is dat taal en cultuur onlosmakelijk zijn. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Nederlands; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van Nederland). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA-benadering heeft overeenkomsten met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit Nederland. Begrip gaat boven productiviteit. De nadruk ligt op de Nederlandse woordenschat en de cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase neemt ongeveer 150 uur in beslag en de deelnemer begint nu het Nederlands ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Nu beginnen de deelnemer en de verzorger meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de Nederlandse cultuur. In fase 5 van de methode beginnen deelnemers zich op het taalgebruik van de moedertaalsprekers Nederlands te richten door middel van films, televisie, nieuws en literatuur. Het Nederlands dat voor het werk is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om groei buiten de formele taalsessies Nederlands om.
Populariteit
Er is nog weinig bekend over het succes omdat de methode van Thomson nog tamelijk nieuw is. Deelnemers zijn enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
De GPA-methode biedt een goede doorkijk op het proces van taalverwerving Nederlands. De zes afzonderlijke fasen bieden realistische doelen en een duidelijk tijdsschema. De lerende verwerft niet alleen taalkennis Nederlands, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een nadeel van deze methode is dat voor iedere deelnemer of iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die veel tijd wil investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of kortweg Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht in de vroege jaren 2000 door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige.
Kenmerken van de Shadowing Technique
Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Nederlands) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. De methode is relatief eenvoudig: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Bij de methode is het niet belangrijk om de Nederlandse tekst te begrijpen; in de eerste plaats gaat het om de klanken. Het luisteren en daarna herhalen oefent men net zo veel totdat dit heel gemakkelijk gaat en de student simultaan Nederlands kan spreken met de opname. De lerenden gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat zij hebben uitgesproken. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende teksten, zijn veel lesboeken geschikt voor deze methode. De Nederlandse audio-opname dient idealiter wat boven het niveau van de studenten te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. Omdat lichamelijke beweging de opname versterkt van de nieuwe taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel, doet Argüelles de aanbeveling om te lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te zitten. Een bijkomende reden is dat de studenten minder snel afgeleid worden als zij in beweging zijn, waardoor het leren van het Nederlands veel effectiever gaat.
De shadowing-techniek heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale driloefeningen gebruikt in plaats van dialoog of samenhangende tekst. Bij Shadowing is ook het simultaan spreken anders.
Populariteit
In de afgelopen jaren is veel onderzoek naar Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de techniek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van het Nederlands wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het kan worden toegepast in een groep van studenten, waarbij elke deelnemer individueel actief aan het leren is. De methode heeft een hoog rendement.
Het nadeel van deze techniek is dat de lerende het soms wat saai kan vinden om dezelfde Nederlandse tekst steeds te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus van groot belang.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Nederlands) te leren die uitgaat van het principe dat mensen leren met behulp van beweging en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan verbaal reageren in een later stadium. Dus de luistervaardigheid Nederlands vormt de basis, daarna komt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van het Nederlands versneld toe. De taaldocent geeft opdrachten op een begrijpelijke en vriendelijke manier, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerenden doen na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de lerenden dat ze Nederlands spreken; in een later stadium geven de lerenden de opdrachten. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of gedeeltelijk gewijzigd.
Door de combinatie van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en de geleerde Nederlandse taalkennis beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt hoofdzakelijk gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken ook met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. Total Physical Response levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Het zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht achtergrond of leeftijd en de leermethodiek kan ook in wat grotere klassen worden toegepast. Het Nederlands wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-taken is uit te drukken, is het minpunt van TPR®. Daardoor werkt het tot op een zeker niveau en is nog een andere leermethode nodig als aanvulling. De methode is ook niet echt creatief. Studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Nederlands te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren 80 van de negentiende eeuw de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Rond 1900 ontstond een Reformbeweging met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend zou moeten zijn. Overigens had de Reformbeweging niet alleen betrekking op het leren van vreemde talen, maar ook op voeding, kleding, naturisme en natuurgeneeskunde. Men streefde, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van keurslijven. In het taalonderwijs kwam veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal. Hierbij werd de grammatica meer inductief aangeboden, met behulp van voorbeeldzinnen. Hieruit dienden de studenten de taalregels af te leiden. Er waren veel mondelinge oefeningen en met veel aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Nederlands). De lerenden werden gestimuleerd veel Nederlands te spreken. Dat de les in het Nederlands gegeven werd, was ook nieuw. In de taallessen werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Nederlandse) woordenschat werd aangeleerd aan de hand van plaatjes en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door de studenten voor het associëren van ideeën.
Populariteit
De golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloeden van de oorlogen en crises, om weer in een andere vorm terug te komen in de jaren zestig.
Met (een moderne versie van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier van leren is, is het voordeel. Bij de methode wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken, waardoor lerenden vloeiendheid in het Nederlands en zelfvertrouwen kunnen krijgen. Minpunten heeft deze methode echter ook. De methode schenkt nauwelijks aandacht aan schrijfvaardigheid (Nederlands) en veel minder aandacht aan lezen. Voor lerenden die verder meer gevorderd zijn in het Nederlands, biedt deze leermethode te weinig uitdagingen. Doordat de Directe Methode van een dynamische inzet vanuit de student uitgaat, is de leermethode ook niet heel geschikt voor langzaam lerende student.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Nederlands) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet werken met abstracte regels of lijstjes met Nederlandse woorden die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is gebaseerd op het werken met een groep van studenten en een taaldocent Nederlands, die steeds één Nederlands woord tegelijk introduceert. Er hoort een bepaalde beweging bij ieder woord. De studenten herhalen daarna na elkaar het Nederlandse woord en deze beweging. Deze herhalingen helpen de lerenden de Nederlandse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op deze Nederlandse zinnen. Nederlandse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is al een aantal jaren later overgenomen en aangepast door Heinrich Gottfried Ollendorff en staat ook wel als de Ollendorff-methode bekend.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na de publicatie van zijn methode. Zijn werk is door anderen overgenomen en verder ontwikkeld, onder wie Ollendorff. Veel van de ideeën van Manesca zijn nog steeds actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode is het combineren van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger kan worden onthouden. Het vele herhalen draagt daar eveneens aan bij. Het feit dat dit wat saai wordt om dezelfde Nederlandse woorden en zinnen steeds te herhalen, kan door studenten als een minpunt worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is in het jaar 1963 ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een methode om een taal te leren (bijvoorbeeld Nederlands) die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De methode van Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.
De trainers Nederlands gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de lerende, reacties te krijgen en de lerende aan te moedigen om foutjes te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Nederlands) besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het belangrijk om onderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de energievoorraad van de studenten. Hij kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan als mensen proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van Gattegno was dat trainers niet zozeer dienen te streven naar kennisoverdracht, maar bewustzijn dienen aan te boren, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te leren.
Gekleurde staafjes die voor verschillende dingen kunnen worden gebruikt, zijn één van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt. De methode gebruikt eveneens Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van het Nederlands staat, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak zijn Gattegno’s ideeën van belang geweest, hoewel The Silent Way in zijn originele vorm niet veel meer wordt toegepast.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn aanpak voor de student niet-bedreigend is, die tenslotte als autonoom beschouwd wordt, is het pluspunt van de leermethode van Caleb Gattegno. De taaltrainer Nederlands is in principe aan de studenten dienstbaar en niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke wijze. Het geleerde wordt doorgaans goed verwerkt en onthouden door de taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.
Dat sommige lerenden wat meer begeleiding nodig hebben dan de methode voorziet, kan een nadeel zijn. De studenten kunnen gefrustreerd raken door de afwezigheid van inbreng van de taaltrainer Nederlands. Het werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er vrij snel af is, waardoor het effect van de leermethode kan verdwijnen.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-methode (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het uitgangspunt van TPRS is een natuurlijke manier van taalverwerving: de taal leren zoals kinderen de moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden de lerenden aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. Door de trainer Nederlands wordt een verhaal verteld waarin nieuwe Nederlandse woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De lerenden ontspannen zich doordat de verhalen van de trainer eenvoudig zijn te begrijpen. Nederlandse woorden en structuren worden zo ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De docent wijst de lerende op grammaticale fenomenen in het Nederlands, zonder dat studenten taalregels uit het hoofd hoeven te leren.
Na enige tijd zal de lerende ‘vanzelf’ Nederlands gaan spreken en de Nederlandse grammaticale structuren van de nieuwe taal gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om met een groep van studenten een verhaal op te bouwen. Bij deze methode schrijft de docent Nederlands eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de Nederlandse vertaling erbij en daarna met de lerenden een verhaal te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Nederlands, omdat dit voor input zorgt. Schrijven in het Nederlands volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden nodig: de setting dient geschikt te zijn en de taaldocent dient goed getraind te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPR Storytelling is een breinvriendelijke leermethode. Voor de student is het een plezierige methode en het is relatief gemakkelijk om de aandacht erbij te houden. Zelf een verhaal verzinnen, werkt zeer motiverend voor de studenten.
Dat TPRS veel voorbereiding van de taaltrainer vraagt, is een nadeel.
De Rosetta Stone-leermethodiek is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die werd gevonden in Egypte met een tekst in twee talen, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen worden konden ontcijferd. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen aanbiedt. In het jaar 1996 is de eerste versie van de methode is uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een manier om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren met behulp van een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone worden aangeboden in ruim dertig talen en de cursussen kunnen vanuit elk van deze talen worden gevolgd.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier imiteert waarop een kind zijn of haar moedertaal leert. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Nederlands) en foto’s voor voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe woorden in de doeltaal (het Nederlands). Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen dat de Nederlandse uitspraak registreert en een schematische weergave hiervan maakt. Dit maakt het mogelijk voor de lerende om de uitspraak te vergelijken met de uitspraak van een native speaker (moedertaalspreker Nederlands). Verbetering van de uitspraak kan worden bereikt door de voorbeeldstem minder snel te laten spreken en de lerenden daarna veel na te laten spreken.
Voor de schrijfvaardigheid Nederlands zijn er dictee-oefeningen. De software van de methode controleert de Nederlandse grammatica en de spelling en wijst op eventuele taalfouten met de optie om de taalfouten van de student te verbeteren.
Het programma biedt ook leesteksten. Deze gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
De Rosetta Stone-methode wordt wereldwijd veel ingezet en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de Rosetta Stone-methode door een aantal ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten gebruikt, alsook door sommige internationale bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is zeer makkelijk in gebruik en de methode kan op ieder moment door de student gebruikt worden. De student bepaalt zelf welke delen van de methode meer of wellicht minder aandacht kunnen gebruiken. Veel studenten ervaren het als prettig om te werken met de methode. Bij een gebrek aan taaldocenten kan de Rosetta Stone-methode een oplossing bieden voor onderwijsinstellingen. Het feit dat er geen taaldocent is die studenten kan motiveren of wat extra’s kan bieden, kan een nadeel zijn.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul M. Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
De taalcursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialoog die door de student worden nagesproken en herhaald. Deze Nederlandse zinnetjes van de cursus zijn ingesproken door native speakers. De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling. Elke les omvat een halfuur audio-opname met nieuwe woordenschat en taalstructuren. De grammaticale structuur van het Nederlands wordt niet uitgelegd maar aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.
Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarin kennis van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. Dit (gemiddelde) interval is verwerkt in de cursussen van Pimsleur.
Populariteit
Onder andere in Amerika worden de taalcursussen van Pimsleur gebruikt en de ervaringen met Pimsleur lopen uiteen. De studenten zijn over het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Nederlands.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de methodiek van Pimsleur zeer goed doordat de insprekers van de zinnen native speakers zijn en op een natuurlijke manier op een normaal tempo Nederlands spreken.
Dat er niets uitgelegd wordt, is de keerzijde van de methode. De student leert geen bouwstenen van de Nederlandse taal om zelf zinnen te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnen doen die uit het hoofd worden geleerd.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn leermethode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, met beroemdheden zoals Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Michel Thomas begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen zijn audiolessen (Nederlands), ingesproken door twee acteurs; een mannelijke acteur en een vrouwelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert met de les van de acteurs mee. Als een vraag aan de stemacteurs gesteld wordt, is het de bedoeling dat de gebruikers op de pauzeknop drukken en deze vraag eerst zelf beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. Bij de methode worden de lessen opgebouwd in delen en nieuwe Nederlandse lesstof wordt afgewisseld met bekende Nederlandse lesstof. De uitleg is steeds in het Engels bij de Michel Thomas-methode. De methode wijst bijvoorbeeld op verbanden tussen de Engelse taal en het Nederlands, als deze er zijn. Grammaticale uitleg wordt eveneens gegeven. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de student Nederlands de makkelijke lesstof heeft begrepen en verworven. Behalve Nederlandse woorden en zinnetjes worden ook bouwstenen aangeleerd waarmee de studenten zelf zinnetjes kunnen construeren. Ook gebruikt de leermethode van flashcards waarmee studenten zelf hun woordenschat Nederlands kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel lerenden vinden de cursus prettig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Nederlands. Mensen die al wat verder gevorderd zijn, ervaren de methode van Michel Thomas als wat minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen zijn erg toegankelijk en trainen luistervaardigheid en uitspraak Nederlands op een efficiënte manier. Het feit dat deze cursussen Nederlands niet in schrijfvaardigheid voorzien, is een keerzijde van de methode. Ook is er geen echte interactie, omdat de methode van Michel Thomas een audiocursus betreft.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 is opgericht door schrijver en polyglot Alphonse Chérel. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert cursussen voor vreemde talen. Dit begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent ‘mengen met, opgaan in de andere groep’, wat voor taalcursussen (zoals Nederlands) wel een hooggegrepen streven is. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een lesboek Nederlands, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. Idealiter werken de cursisten ongeveer twintig minuten per dag.
De lessen van Assimil bestaan uit Nederlandse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. Naast de dialoog staat de Nederlandse vertaling, alsook de uitleg van de grammatica. Voor het trainen van de uitspraak van het Nederlands, maakt Assimil gebruik van zinnen die zijn ingesproken door moedertaal (native) speakers en die de lerende herhaalt. De opbouw gaat van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de lerenden; dit komt pas na ongeveer vijftig taallessen.
Populariteit
De cursussen van Assimil zijn populair. De cursussen zijn relatief voordelig en er is een ruim aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Het pluspunt van de Assimil-methode is dat de cursist Nederlands in zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste uitkomt. Het nadeel hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de studenten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen taaltrainer Nederlands om de lerende te motiveren of te begeleiden.
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode ook wel bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan beschouwd worden als reactie op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de taalles geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Nederlands) plaatsvond. Kunnen spreken en luisteren (in het Nederlands) zijn de belangrijkste vaardigheden en de (Nederlandse) grammaticale structuren worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is vrijwel zonder fouten Nederlands kunnen spreken en verstaan, wat begint met leren naspreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt met drills gewerkt om Nederlandse zinnen alsook structuren goed te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch worden. De taaldocent Nederlands kan zo bijvoorbeeld een bepaalde zin tien maal herhalen en vervolgens een nieuw Nederlands woord hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt vaak gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waarbij lerenden een koptelefoon op hebben en naar deze zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven Nederlands komt pas aan bod als het mondelinge Nederlands inmiddels vertrouwd is geworden. Afbeeldingen worden wel gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Nederlands.
Populariteit
In ons land werd de methode pas geïntroduceerd rond het jaar 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al snel grote bezwaren tegen de inhoudsloze drills. De techniek wilde wel eens haperen. De talenpractica raakten hierdoor vrij snel in onbruik. In plaats hiervan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden weer expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode wel sporen na. Nu was alom aanvaard dat het bij een taal (zoals Nederlands) leren niet om het uit het hoofd leren van de (Nederlandse) grammatica gaat, maar om de toepassing van de grammatica. De luistervaardigheid (Nederlands), die vóór de jaren zeventig voor de meeste docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten Nederlands. Vanaf het begin wordt een correcte uitspraak Nederlands aangeleerd. Deze audiolinguale methode is docentgestuurd en kan daardoor een efficiënte en snelle overdracht van taalkennis bieden. Deze methode kan ook bij grotere groepen worden toegepast.
Deze docentgestuurde kant heeft tegelijkertijd een keerzijde; eigen inbreng wordt niet van de studenten verlangd, waardoor het risico dreigt van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de driloefeningen niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Nederlands om te zetten zijn.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Nederlands) op een zodanige wijze te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen. De methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Nederlands) die worden herhaald na verloop van tijd. De Nederlandse zinnen en woorden op de woordenlijst worden door de student hardop gelezen. De woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar door blootstelling gebeurt dit eigenlijk automatisch. De woordenlijst wordt steeds herzien; Nederlandse woorden die zijn aangeleerd, gaan van de lijst af. Die Nederlandse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze zinnen en woorden spontaan in het langetermijngeheugen van de student terechtkomen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden wanneer deze kennis ook betekenisvol en relevant is voor de lerende. Deze methode kan dus alleen functioneren voor Nederlandse woorden die relevant en betekenisvol zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor lerenden die het prettig vinden om bijvoorbeeld Post-its® te gebruiken als geheugensteuntje zou deze GoldList-methode goed kunnen werken. Schrijven met de hand functioneert beter dan typen of, zelfs behoorlijk zinloos: een fotootje maken, doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven wordt aangesproken en meewerkt. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen zijn veel meer dan een serie losse woorden en/of zinnen. Daarnaast is de GoldList-methode nogal tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven lijsten aangemaakt moeten worden.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is ontwikkeld in 1983 door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen D. Krashen.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Nederlands) gericht. De methode probeert het Nederlands aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Zo leert men onbewust ook de taalregels van het Nederlands. Alleen het Nederlands wordt hiervoor gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een stressvrije leeromgeving voor de studenten is het streven van de leermethode. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de lerenden blootgesteld. Bij de deze methode wordt de taalproductie Nederlands niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete Nederlands grammatica en de correctie van vormfouten.
De methode is het meest effectief als de student wordt ondergedompeld in het Nederlands. Om te zorgen dat de lerende van de ervaring kan genieten, moeten de activiteiten in het Nederlands stimulerend zijn.
De Natural Method lijkt vrij veel op de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid is dat de Directe Methode meer de focus legt op de praktijk en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het feit dat onderdompeling een zeer effectieve methode is, is veelvuldig aangetoond. De methode is een populaire wijze van lesgeven bij taaldocenten Nederlands, omdat de Natural Approach betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor lerenden. Maar er is ook kritiek op de natuurlijke aanpak. De nadruk wordt vooral op het impliciet leren van de Nederlandse grammatica gelegd. De student zou weliswaar leren te communiceren in het Nederlands, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica van de taal.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier Nederlands te leren. Studenten krijgen de kans voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Nederlands. Doordat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, beklijft het geleerde voor een langere tijd.
Omdat er bijna geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaten te merken zijn. De methode bereidt studenten ook niet per se voor op een specifiek Nederlands examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de begin jaren 50 door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om de lerende vertrouwd te maken met de grammaticale en fonologische structuur van de taal (bijvoorbeeld het Nederlands). Het beheersen van deze structuren is volgens de SA effectiever dan het verwerven van woordenschat van het Nederlands. Bij de methode gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van specifieke Nederlandse woordcombinaties en groepen woorden in de correcte woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden in herkenbare situaties met gebruik van dramatisering, visualisatie, gezichtsuitdrukking en handelingen aangeboden aan de studenten. De taalstructuren die in de praktijk het meest worden gebruikt, worden het eerst aan de taallerende aangeboden. De mondelinge vaardigheden Nederlands (de luistervaardigheden en de spreekvaardigheden) worden hierbij in de eerste instantie gebruikt; de leesvaardigheden en de schrijfvaardigheden volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Nederlands (spreken en schrijven), krijgt grammatica een belangrijke plaats. Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) zijn andere namen voor de Structurele Aanpak.
Populariteit
De Structurele Aanpak werd op grote schaal in de jaren vóór 1970 gebruikt om Engels te leren in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Het voordeel van een structurele aanpak is dat de geleerd wordtden het Nederlands op een nauwkeurige manier geleerd wordt. De student krijgt inzicht in de Nederlandse grammatica leert eveneens in welke situatie bepaalde Nederlandse woorden of combinaties van woorden passend zijn of niet voor die situatie. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de Structurele Aanpak kleven eveneens nadelen. De werkwijze is tamelijk tijdverslindend en biedt niet direct ervaringen van succes. De inbreng van de student zelf is beperkt; het is niet erg creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs is gestoeld op de visie dat interactie het uiteindelijke doel is bij het leren van vreemde talen (zoals Nederlands).
De studenten leren het Nederlands in praktijk te brengen middels de CLT-technieken door de interactie onderling en de taaltrainer Nederlands. Er wordt gebruikgemaakt van teksten in het Nederlands of ander materiaal uit de werkomgeving of het dagelijks leven. Het Nederlands wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaltrainers Nederlands dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Nederlands in allerlei soorten realistische situaties te oefenen. De Nederlandse grammatica wordt inductief onderwezen, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT zijn taaldocenten Nederlands echt trainers, die de studenten leren in het Nederlands te communiceren.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw, deels omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa ontstond meer behoefte aan het leren van vreemde talen middels een methode die direct kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Het communicatief taalonderwijs (CLT) heeft veel voordelen. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Nederlands; deze methode van leren is functioneel en studentgericht. Omdat authentiek materiaal te gebruiken, leren studenten de Nederlandse woorden die voor hen nodig zijn. De methode is efficiënt. Deze methode is voor de lerende stimulerend doordat hij of zij snel succeservaringen heeft. Er mogen fouten worden gemaakt; al doende wordt de taalvaardigheden geleerd en verbeterd. Een keerzijde van de communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht is voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. Het plannen en voorbereiden vraagt veel tijd van de docent en vereist een actieve deelname van de lerende. Deze manier van een taal leren, is voor bepaalde studenten ongebruikelijk of moeilijk, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. CLT (communicatief taalonderwijs) traint de taalvaardigheden; hierbij gaat het om de functie en in mindere mate om de vorm en deze methode biedt dan ook geen echt samenhangend geheel.
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Men leerde om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; docent Frans en Italiaans uit Duitsland. Rond het jaar 1783 ontwikkelde Meidinger een leermethode waarbij de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt gezien als grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd, wat de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie was. Dit onderwijs in het Latijn was vanzelfsprekend gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en was volledig gericht op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Nederlands). Deze aanpak werd als wetenschappelijk en degelijk beschouwd. De Grammatica-vertaalmethode gaat uit van de analyse van taalvormen en taalstructuren (van bijvoorbeeld Nederlands) waarbij de lerenden zelf inzicht ontwikkelen. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Nederlands dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten. De docenten dragen de kennis Nederlands over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw was er ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Deze grammatica-/vertaalmethode vormt een aardige mentale training aan personen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Deze methode biedt eveneens inzicht in de structuur van het Nederlands, omdat de nadruk op de grammatica wordt gelegd.
Er zijn echter meer keerzijden dan positieve kanten. De belangrijkste keerzijde is dat de spreek- en luistervaardigheid Nederlands ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie zelden mondeling kan worden toegepast. De methode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Nederlands, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het leren in groepen biedt de methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces bij de lerenden. De lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engelse naam: language immersion) wordt over de hele wereld gebruikt sinds de jaren 70, voornamelijk op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals het vak wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les gaven aan welgestelde dames uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling behelst dat degene die de taal (zoals het Nederlands) leert, vanaf het begin wordt omgeven door de nieuwe taal. De instructies worden gegeven in de doeltaal (Nederlands); in het begin langzaam en met veel herhaling en later op een meer natuurlijke wijze. De lerende wordt ook uitgedaagd vanaf het begin om in de Nederlandse taal te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt vaak de leeromgeving ingericht in de stijl van het Nederlands om een situatie te creëren alsof studenten in Nederland zijn. Lerenden oefenen het Nederlands spreken één-op-één of in kleine groepen. Daadwerkelijk naar Nederland gaan en daar verblijven in een gastgezin, is een andere manier om onderdompeling te bereiken.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een uitstekende methode om vreemde talen te leren gezien. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Nederlands kan zeer goed worden ontwikkeld op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Omdat de leermethode zo intensief is, is het belangrijkste voordeel dat met deze methode snel resultaten wordt bereikt. De leermethode is ‘sink or swim’, de studenten moeten wel in het Nederlands gaan communiceren omdat zij erdoor worden omgeven. De student is feitelijk 24 uur per dag Nederlands aan het leren. Het samen oefenen in groepsverband versterkt de sociale interactie. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.
Dat de bereikte resultaten niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel. De kans is groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt als studenten in een korte tijd Nederlands leren, door in Nederland te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer overgaan tot de orde van de dag. Het feit dat een dergelijke taaltraining Nederlands nogal intensief is, kan een ander minpunt zijn. Niet alle studenten hebben de conditie om deze leermethode vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de zeventig jaren van de vorige eeuw. Deze methode is door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedia is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Georgi Lozanov een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Nederlands) te kunnen leren. Daarvoor zijn een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de taaldocent (Nederlands) en studenten van essentiële betekenis. Hiervoor dienen de studenten zich veilig en ontspannen te voelen. Om dit te kunnen bereiken, was een leslokaal met een rijopstelling ongeschikt. Tijdens de les zat de student in een comfortabele stoel die in een halve cirkel geplaatst waren en in de les was altijd muziek. De methodiek zoals Georgi Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Bij deze teksten bestonden bestonden woordenlijsten alsook opmerkingen over de (Nederlandse) grammatica. Het voorlezen werd gedaan met veel expressie in stem en gebaren. De studenten werden op deze manier overgehaald om te luisteren en de (Nederlandse) woorden die nieuw waren, konden ze gemakkelijk begrijpen en opnemen. Voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Nederland) was veel aandacht tijdens de lessen. In de klas werden rollenspellen gespeeld en ook (Nederlandse) streekgerechten werden in de les gemaakt en geproefd.
Populariteit
De methodiek van Georgi Lozanov was omstreden en de methodiek is in de vergetelheid geraakt. Een aantal elementen van Suggestopedia wordt nog steeds toegepast, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de doeltaal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de lerende minder last zal krijgen van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze gemoedelijke sfeer aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland bijdragen. Vaak werkt muziek motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een ander pluspunt van de leermethodiek is dat de student wordt gestimuleerd om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven. Dit is voor sommigen een nieuwe ervaring. Tegelijkertijd is dit voor sommige lerenden een keerzijde, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommigen ook afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend of ontspannend. Een andere zwakke kant is dat de relatie taaltrainer-lerende niet gelijkwaardig is; alle input komt van de Nederlandse taaltrainer en de lerende is altijd de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
In het jaar 1976 ontwikkelden de Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een vreemde taal te leren waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de trainer als een counselor fungeert die de zinnen van de lerenden omschrijft. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als zij de doeltaal (Nederlands) nog niet voldoende machtig zijn. De trainer (Nederlands) vertaalt en legt uit en hierna herhalen de studenten de uitspraken van de trainer zo nauwkeurig mogelijk. Deze gesprekken in het Nederlands worden opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.
Community Language Learning stimuleert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en de methode ziet de interactie tussen de lerenden onderling als middel om te leren. Er is geen lesboek Nederlands dat wordt gebruikt; de lerenden bepalen zelf de inhoud van de les middels zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van CLL is sterk afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. De taaldocent dient zowel sociaal-cultureel kundig als taalkundig te zijn. De docent dient zowel het Nederlands als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Deze methode kan goed werken indien deze correct gebruikt wordt. Deze methode is niet geschikt voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt voor lerenden veel autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken vinden veel studenten nuttig. Niet alleen tijdens de lessen Nederlands, maar ook buiten de lessen wordt de groep vaak zeer hecht. Met deze methode worden studenten zich zo een stuk meer bewust van hun groepsgenoten, hun sterke en minder sterke punten en leren als team samen te werken. Studenten leren veel van het bespreken van hun fouten en het evalueren van de lessen Nederlands. Deze correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden deel van het actieve vocabulaire van de studenten.
Dat de docent niet sturend is, ondanks dat een aantal lerenden wel sturing nodig heeft, kan een nadeel zijn. Bij CLL wordt geen lesboek gebruikt en eveneens geen toetsen Nederlands gehouden. Het succes van de les is hierdoor moeilijk meetbaar. Een aantal studenten wordt in hun Nederlands spreken geremd als zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren ontwikkeld door Michael Lewis in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
Deze lexicografische benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Nederlands) bestaat uit het begrijpen en het produceren van zogenaamde ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Nederlandse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. De studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Nederlands (de grammatica) en betekenisvolle groepen met woorden. Zo leren ze hoe het Nederlands ‘in het echt’ gebruikt wordt. Bij deze benadering neemt woordenschat Nederlands een grotere plaats in dan Nederlandse grammatica. De instructies zijn op situaties en Nederlandse uitdrukkingen gericht die vaak voorkomen in dialogen. Aan interactie wordt aandacht besteed maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de student (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel mogelijkheid voor studenten om de Nederlandse taal zelf te ontdekken.
De rol van de trainer Nederlands is te zorgen voor voldoende input en het faciliteren van het leertraject van de lerende.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de laatste dertig jaar lesboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht aan woordenschat van de te leren taal geschonken die aangeboden wordt in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. Een ingrijpende wending in de wijze waarop talen worden onderwezen, waar Michael Lewis streefde, bleef echter uit.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal te werken, leren de studenten om het Nederlands op een natuurlijke manier te gebruiken. Dit zorgt voor souplesse in het taalgebruik Nederlands.
Het minpunt van de methode is dat de werkelijkheid toch altijd weer afwijkend is van de aangeleerde taalsituaties. Met het zelf leren herkennen van de patronen van het Nederlands hebben sommige studenten moeite en zij hebben meer aan een docent Nederlands die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is in het jaar 1880 ontwikkeld door de Fransman François Gouin.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis vereisen van de grammatica. Studenten leren zinnetjes op basis van een handeling, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, beroep en wetenschap, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het betreft een soort eentalige methode, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden heel snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Nederlands) leren denken.
Populariteit
De denkwijzen van François Gouin over taal waren hun tijd ver vooruit. De seriemethode van Gouin kon gedurende een bepaalde periode een succes worden genoemd, ondanks de vrij ongewone aanpak. Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwde deze leermethode echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Series method van François Gouin worden de mondelinge vaardigheid Nederlands goed ontwikkeld en het creëert een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de lessen.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Dit type onderwijs Nederlands wekt het enthousiasme op van de lerenden doordat het gebruikmaakt van visueel leermateriaal, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een vreemde taal leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De Nederlandslerenden worden nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De methode stimuleert de communicatieve competenties Nederlands van de studenten sterk.
De methode van François Gouin heeft echter als nadeel dat taal die iets meer subjectief of abstract is, lastig in één concrete ervaring kan worden gevangen met bewegingen en expressies. De bewerkelijkheid voor de trainer, die immers een scala aan reeksen voor moet bereiden, is een bijkomend nadeel van de leermethodiek. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers van deze methode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de te leren taal (zoals het Nederlands) geen op zichzelf staand doel, maar een hulpmiddel om specifieke taken uit te voeren. De lerenden krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de vreemde taal (Nederlands) vereist is. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, dienen zij over woordenschat en regels van het Nederlands te beschikken. De taken zijn alledaagse taken, zoals e-mails schrijven, met de klantenservice bellen, boodschappen doen, een krant lezen of een drankje bestellen. De taak wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerenden zich eerst op de taak voorbereiden, de opdracht vervolgens uitvoeren en tot slot op de taak terugblikken. Studenten moeten samenwerken om de taken uit te voeren. Om leereffect te hebben, moeten de taken net boven het taalniveau Nederlands van de lerenden liggen.
Populariteit
Task-Based Language Teaching heeft aan populariteit gewonnen vanaf de vroege jaren negentig en zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest praktisch bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheid bij de studenten (hoofdzakelijk de studenten met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Nederlands) biedt duidelijke voordelen. Het is een activerende manier van werken, waarbij lerenden uitgedaagd worden om hun vaardigheid (Nederlands) te gebruiken. Zolang de opdracht goed aansluit bij de student, is het een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Studenten komen op een natuurlijke, alledaagse manier in contact met het Nederlands en leren zo authentieke Nederlandse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren daarnaast om samen te werken. Lerenden ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en prettig.
Als nadeel kan gezien worden dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Nederlands, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
De Nieuw-Zeelandse docententrainer en taalkundige op het gebied van taalonderwijs Engels; Scott Thornbury, ontwikkelde in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT) was ‘Dogme 95’; de stroming van een groep van Deense filmmakers waaronder Deense filmregisseur Lars von Trier uit 1995. Voor het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan tien strenge regels (tien dogma’s). Deze tien regels behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van de Dogme benadering zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die onbelast is door enig voorgedrukt materiaal. Het beginnen van echte inhoudelijke conversaties over praktische onderwerpen is het doeleinde van de Dogme-methode. Hierbij gaat het om communicatie als drijvende kracht van het leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve aanpak van het onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder lesboeken te gebruiken of overige lesmaterialen en zich in plaats daarvan focust op communicatie tussen docent en studenten. Het Dogme-taalonderwijs kent, net als de Dogme-beweging van de filmmakers, 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal (zoals Nederlands) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een pluspunt voor de trainer Nederlands is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Het kan heel motiverend zijn dat de lerenden voor het eigen leerproces de verantwoording dragen. Voorspelbaar zijn de lessen Nederlands zo niet. Dit garandeert spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Bijna elk item kan worden besproken in een taalles volgens de Dogme-methode. Het houdt de lerenden betrokken en alert.
Daartegenover staat dat lerenden zich wat minder op hun gemak kunnen voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de taaldocent. Voor dit type onderwijs zijn ook niet alle taaldocenten Nederlands in voldoende mate flexibel. Een bijkomend minpunt kan zijn dat studenten zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Nederlands en het niet zeker is dat de hiervoor benodigde stof wordt behandeld in de les.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson in het jaar 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-benadering geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Nederlands). Het primaire uitgangspunt van de GPA is dat taal en cultuur onlosmakelijk zijn. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Nederlands; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van Nederland). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA-benadering heeft overeenkomsten met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit Nederland. Begrip gaat boven productiviteit. De nadruk ligt op de Nederlandse woordenschat en de cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 is de zogenaamde verhaalopbouwfase. Deze fase neemt ongeveer 150 uur in beslag en de deelnemer begint nu het Nederlands ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Nu beginnen de deelnemer en de verzorger meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de Nederlandse cultuur. In fase 5 van de methode beginnen deelnemers zich op het taalgebruik van de moedertaalsprekers Nederlands te richten door middel van films, televisie, nieuws en literatuur. Het Nederlands dat voor het werk is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om groei buiten de formele taalsessies Nederlands om.
Populariteit
Er is nog weinig bekend over het succes omdat de methode van Thomson nog tamelijk nieuw is. Deelnemers zijn enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
De GPA-methode biedt een goede doorkijk op het proces van taalverwerving Nederlands. De zes afzonderlijke fasen bieden realistische doelen en een duidelijk tijdsschema. De lerende verwerft niet alleen taalkennis Nederlands, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een nadeel van deze methode is dat voor iedere deelnemer of iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die veel tijd wil investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of kortweg Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht in de vroege jaren 2000 door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige.
Kenmerken van de Shadowing Technique
Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Nederlands) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. De methode is relatief eenvoudig: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Bij de methode is het niet belangrijk om de Nederlandse tekst te begrijpen; in de eerste plaats gaat het om de klanken. Het luisteren en daarna herhalen oefent men net zo veel totdat dit heel gemakkelijk gaat en de student simultaan Nederlands kan spreken met de opname. De lerenden gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat zij hebben uitgesproken. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende teksten, zijn veel lesboeken geschikt voor deze methode. De Nederlandse audio-opname dient idealiter wat boven het niveau van de studenten te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. Omdat lichamelijke beweging de opname versterkt van de nieuwe taal (het Nederlands) in het zenuwstelsel, doet Argüelles de aanbeveling om te lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te zitten. Een bijkomende reden is dat de studenten minder snel afgeleid worden als zij in beweging zijn, waardoor het leren van het Nederlands veel effectiever gaat.
De shadowing-techniek heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale driloefeningen gebruikt in plaats van dialoog of samenhangende tekst. Bij Shadowing is ook het simultaan spreken anders.
Populariteit
In de afgelopen jaren is veel onderzoek naar Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de techniek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van het Nederlands wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het kan worden toegepast in een groep van studenten, waarbij elke deelnemer individueel actief aan het leren is. De methode heeft een hoog rendement.
Het nadeel van deze techniek is dat de lerende het soms wat saai kan vinden om dezelfde Nederlandse tekst steeds te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus van groot belang.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Nederlands) te leren die uitgaat van het principe dat mensen leren met behulp van beweging en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan verbaal reageren in een later stadium. Dus de luistervaardigheid Nederlands vormt de basis, daarna komt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van het Nederlands versneld toe. De taaldocent geeft opdrachten op een begrijpelijke en vriendelijke manier, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerenden doen na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de lerenden dat ze Nederlands spreken; in een later stadium geven de lerenden de opdrachten. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of gedeeltelijk gewijzigd.
Door de combinatie van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en de geleerde Nederlandse taalkennis beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt hoofdzakelijk gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken ook met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. Total Physical Response levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Het zorgt een stressvrij leerproces. TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht achtergrond of leeftijd en de leermethodiek kan ook in wat grotere klassen worden toegepast. Het Nederlands wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-taken is uit te drukken, is het minpunt van TPR®. Daardoor werkt het tot op een zeker niveau en is nog een andere leermethode nodig als aanvulling. De methode is ook niet echt creatief. Studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Nederlands te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren 80 van de negentiende eeuw de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Rond 1900 ontstond een Reformbeweging met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend zou moeten zijn. Overigens had de Reformbeweging niet alleen betrekking op het leren van vreemde talen, maar ook op voeding, kleding, naturisme en natuurgeneeskunde. Men streefde, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van keurslijven. In het taalonderwijs kwam veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal. Hierbij werd de grammatica meer inductief aangeboden, met behulp van voorbeeldzinnen. Hieruit dienden de studenten de taalregels af te leiden. Er waren veel mondelinge oefeningen en met veel aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Nederlands). De lerenden werden gestimuleerd veel Nederlands te spreken. Dat de les in het Nederlands gegeven werd, was ook nieuw. In de taallessen werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Nederlandse) woordenschat werd aangeleerd aan de hand van plaatjes en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door de studenten voor het associëren van ideeën.
Populariteit
De golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloeden van de oorlogen en crises, om weer in een andere vorm terug te komen in de jaren zestig.
Met (een moderne versie van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier van leren is, is het voordeel. Bij de methode wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken, waardoor lerenden vloeiendheid in het Nederlands en zelfvertrouwen kunnen krijgen. Minpunten heeft deze methode echter ook. De methode schenkt nauwelijks aandacht aan schrijfvaardigheid (Nederlands) en veel minder aandacht aan lezen. Voor lerenden die verder meer gevorderd zijn in het Nederlands, biedt deze leermethode te weinig uitdagingen. Doordat de Directe Methode van een dynamische inzet vanuit de student uitgaat, is de leermethode ook niet heel geschikt voor langzaam lerende student.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Nederlands) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet werken met abstracte regels of lijstjes met Nederlandse woorden die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is gebaseerd op het werken met een groep van studenten en een taaldocent Nederlands, die steeds één Nederlands woord tegelijk introduceert. Er hoort een bepaalde beweging bij ieder woord. De studenten herhalen daarna na elkaar het Nederlandse woord en deze beweging. Deze herhalingen helpen de lerenden de Nederlandse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op deze Nederlandse zinnen. Nederlandse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is al een aantal jaren later overgenomen en aangepast door Heinrich Gottfried Ollendorff en staat ook wel als de Ollendorff-methode bekend.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na de publicatie van zijn methode. Zijn werk is door anderen overgenomen en verder ontwikkeld, onder wie Ollendorff. Veel van de ideeën van Manesca zijn nog steeds actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode is het combineren van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger kan worden onthouden. Het vele herhalen draagt daar eveneens aan bij. Het feit dat dit wat saai wordt om dezelfde Nederlandse woorden en zinnen steeds te herhalen, kan door studenten als een minpunt worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is in het jaar 1963 ontwikkeld door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een methode om een taal te leren (bijvoorbeeld Nederlands) die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De methode van Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.
De trainers Nederlands gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de lerende, reacties te krijgen en de lerende aan te moedigen om foutjes te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Nederlands) besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het belangrijk om onderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de energievoorraad van de studenten. Hij kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan als mensen proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van Gattegno was dat trainers niet zozeer dienen te streven naar kennisoverdracht, maar bewustzijn dienen aan te boren, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te leren.
Gekleurde staafjes die voor verschillende dingen kunnen worden gebruikt, zijn één van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt. De methode gebruikt eveneens Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van het Nederlands staat, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak zijn Gattegno’s ideeën van belang geweest, hoewel The Silent Way in zijn originele vorm niet veel meer wordt toegepast.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn aanpak voor de student niet-bedreigend is, die tenslotte als autonoom beschouwd wordt, is het pluspunt van de leermethode van Caleb Gattegno. De taaltrainer Nederlands is in principe aan de studenten dienstbaar en niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke wijze. Het geleerde wordt doorgaans goed verwerkt en onthouden door de taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.
Dat sommige lerenden wat meer begeleiding nodig hebben dan de methode voorziet, kan een nadeel zijn. De studenten kunnen gefrustreerd raken door de afwezigheid van inbreng van de taaltrainer Nederlands. Het werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er vrij snel af is, waardoor het effect van de leermethode kan verdwijnen.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-methode (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal (bijvoorbeeld Nederlands) te leren. Het uitgangspunt van TPRS is een natuurlijke manier van taalverwerving: de taal leren zoals kinderen de moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden de lerenden aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. Door de trainer Nederlands wordt een verhaal verteld waarin nieuwe Nederlandse woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De lerenden ontspannen zich doordat de verhalen van de trainer eenvoudig zijn te begrijpen. Nederlandse woorden en structuren worden zo ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De docent wijst de lerende op grammaticale fenomenen in het Nederlands, zonder dat studenten taalregels uit het hoofd hoeven te leren.
Na enige tijd zal de lerende ‘vanzelf’ Nederlands gaan spreken en de Nederlandse grammaticale structuren van de nieuwe taal gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om met een groep van studenten een verhaal op te bouwen. Bij deze methode schrijft de docent Nederlands eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de Nederlandse vertaling erbij en daarna met de lerenden een verhaal te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Nederlands, omdat dit voor input zorgt. Schrijven in het Nederlands volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden nodig: de setting dient geschikt te zijn en de taaldocent dient goed getraind te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPR Storytelling is een breinvriendelijke leermethode. Voor de student is het een plezierige methode en het is relatief gemakkelijk om de aandacht erbij te houden. Zelf een verhaal verzinnen, werkt zeer motiverend voor de studenten.
Dat TPRS veel voorbereiding van de taaltrainer vraagt, is een nadeel.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-leermethodiek is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die werd gevonden in Egypte met een tekst in twee talen, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen worden konden ontcijferd. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen aanbiedt. In het jaar 1996 is de eerste versie van de methode is uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een manier om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren met behulp van een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone worden aangeboden in ruim dertig talen en de cursussen kunnen vanuit elk van deze talen worden gevolgd.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier imiteert waarop een kind zijn of haar moedertaal leert. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Nederlands) en foto’s voor voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe woorden in de doeltaal (het Nederlands). Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen dat de Nederlandse uitspraak registreert en een schematische weergave hiervan maakt. Dit maakt het mogelijk voor de lerende om de uitspraak te vergelijken met de uitspraak van een native speaker (moedertaalspreker Nederlands). Verbetering van de uitspraak kan worden bereikt door de voorbeeldstem minder snel te laten spreken en de lerenden daarna veel na te laten spreken.
Voor de schrijfvaardigheid Nederlands zijn er dictee-oefeningen. De software van de methode controleert de Nederlandse grammatica en de spelling en wijst op eventuele taalfouten met de optie om de taalfouten van de student te verbeteren.
Het programma biedt ook leesteksten. Deze gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
De Rosetta Stone-methode wordt wereldwijd veel ingezet en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de Rosetta Stone-methode door een aantal ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten gebruikt, alsook door sommige internationale bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is zeer makkelijk in gebruik en de methode kan op ieder moment door de student gebruikt worden. De student bepaalt zelf welke delen van de methode meer of wellicht minder aandacht kunnen gebruiken. Veel studenten ervaren het als prettig om te werken met de methode. Bij een gebrek aan taaldocenten kan de Rosetta Stone-methode een oplossing bieden voor onderwijsinstellingen. Het feit dat er geen taaldocent is die studenten kan motiveren of wat extra’s kan bieden, kan een nadeel zijn.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul M. Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Nederlands) te leren.
De taalcursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialoog die door de student worden nagesproken en herhaald. Deze Nederlandse zinnetjes van de cursus zijn ingesproken door native speakers. De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling. Elke les omvat een halfuur audio-opname met nieuwe woordenschat en taalstructuren. De grammaticale structuur van het Nederlands wordt niet uitgelegd maar aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes.
Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarin kennis van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. Dit (gemiddelde) interval is verwerkt in de cursussen van Pimsleur.
Populariteit
Onder andere in Amerika worden de taalcursussen van Pimsleur gebruikt en de ervaringen met Pimsleur lopen uiteen. De studenten zijn over het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Nederlands.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de methodiek van Pimsleur zeer goed doordat de insprekers van de zinnen native speakers zijn en op een natuurlijke manier op een normaal tempo Nederlands spreken.
Dat er niets uitgelegd wordt, is de keerzijde van de methode. De student leert geen bouwstenen van de Nederlandse taal om zelf zinnen te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnen doen die uit het hoofd worden geleerd.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn leermethode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, met beroemdheden zoals Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Michel Thomas begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen zijn audiolessen (Nederlands), ingesproken door twee acteurs; een mannelijke acteur en een vrouwelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert met de les van de acteurs mee. Als een vraag aan de stemacteurs gesteld wordt, is het de bedoeling dat de gebruikers op de pauzeknop drukken en deze vraag eerst zelf beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. Bij de methode worden de lessen opgebouwd in delen en nieuwe Nederlandse lesstof wordt afgewisseld met bekende Nederlandse lesstof. De uitleg is steeds in het Engels bij de Michel Thomas-methode. De methode wijst bijvoorbeeld op verbanden tussen de Engelse taal en het Nederlands, als deze er zijn. Grammaticale uitleg wordt eveneens gegeven. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de student Nederlands de makkelijke lesstof heeft begrepen en verworven. Behalve Nederlandse woorden en zinnetjes worden ook bouwstenen aangeleerd waarmee de studenten zelf zinnetjes kunnen construeren. Ook gebruikt de leermethode van flashcards waarmee studenten zelf hun woordenschat Nederlands kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel lerenden vinden de cursus prettig werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Nederlands. Mensen die al wat verder gevorderd zijn, ervaren de methode van Michel Thomas als wat minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen zijn erg toegankelijk en trainen luistervaardigheid en uitspraak Nederlands op een efficiënte manier. Het feit dat deze cursussen Nederlands niet in schrijfvaardigheid voorzien, is een keerzijde van de methode. Ook is er geen echte interactie, omdat de methode van Michel Thomas een audiocursus betreft.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 is opgericht door schrijver en polyglot Alphonse Chérel. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert cursussen voor vreemde talen. Dit begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent ‘mengen met, opgaan in de andere groep’, wat voor taalcursussen (zoals Nederlands) wel een hooggegrepen streven is. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een lesboek Nederlands, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. Idealiter werken de cursisten ongeveer twintig minuten per dag.
De lessen van Assimil bestaan uit Nederlandse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. Naast de dialoog staat de Nederlandse vertaling, alsook de uitleg van de grammatica. Voor het trainen van de uitspraak van het Nederlands, maakt Assimil gebruik van zinnen die zijn ingesproken door moedertaal (native) speakers en die de lerende herhaalt. De opbouw gaat van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de lerenden; dit komt pas na ongeveer vijftig taallessen.
Populariteit
De cursussen van Assimil zijn populair. De cursussen zijn relatief voordelig en er is een ruim aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Het pluspunt van de Assimil-methode is dat de cursist Nederlands in zijn of haar eigen tempo kan leren wanneer dit het beste uitkomt. Het nadeel hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de studenten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen taaltrainer Nederlands om de lerende te motiveren of te begeleiden.
Er bestaat ook een ruim aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen Nederlands: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Babbel, Duolingo, Mondly en Quizlet.
Er bestaat echter een betere manier om Nederlands te leren: De Dagnall Methode.
Het alom bekende hoge rendement van Dagnall wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden toe te passen, maar voornamelijk doordat de focus altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon auditief, visueel of kinesthetisch ingesteld? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil hij of zij eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? Ons taleninstituut geeft cursussen Nederlands bij voorkeur face-to-face. Dagnall Talen werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Dagnall Talen biedt daarnaast een online leerplatform en een eigen app, beide met Nederlandse woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de app worden geladen met jargon van specifieke organisaties en bedrijven.
Tot slot beschikken de taaltrainers over veel eigen lesmateriaal en ze spelen continu op actuele thema’s en ontwikkelingen in die voor de cursisten interessant kunnen zijn. Onze taaldocenten zijn zeer bedreven in het vlot en plezierig aanleren van een taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden snel in de praktijk kunnen worden gebruikt.
Visueel, auditief of kinesthetisch? Door rekening te houden met de natuurlijke wijze van leren en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Talen het hoogste rendement bij haar taaltrainingen. Een ander voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten als onze taaltrainers. Onze door de jaren heen verder ontwikkelde en verfijnde werkwijze is niet alleen het handelsmerk van Dagnall Talen geworden, maar ze creëert ook de waarde van onze maatwerktrainingen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)cursussen die online gevolgd kunnen worden, dus op afstand. Er wordt ook wel van een virtual classroom, met andere woorden een ‘digitaal leslokaal’ gesproken. Het zogenaamde blended learning is een vorm van training waarbij face-to-face-sessies (klassikaal) met online leren in een online leeromgeving worden gecombineerd. Eenvoudig gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Arnhem.
Online Nederlands leren (e-learning Nederlands)
Voorbeelden van digitale platformen die gebruikt kunnen worden voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Nederlands in Arnhem
Blended learning heeft als voordeel ten opzichte van online leren dat, zolang het geen 1-op-1 les betreft, cursisten bij blended learning met afwisseling wel een zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren; dit wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van de andere cursisten.
100% maatwerk – ook online! Uiteraard biedt Dagnall Taleninstituut ook blended learning in Arnhem op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall Talen biedt een eigen digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online vormt een integraal onderdeel van een digitaal leertraject en biedt gevarieerde en interactieve content. Het platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt zo voor het hoogste leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Dagnall Talen biedt naast het online leerplatform eveneens een handige App voor Android alsook Apple. Het voordeel van de Dagnall App is dat deelnemers overal en altijd, dus 24/7, toegang hebben op ieder beschikbaar (mobiel) apparaat. Op het werk maar ook thuis of onderwege of op reis, bijvoorbeeld in het buitenland. Deelnemers kunnen dus Nederlands leren wanneer en waar het uitkomt. De oefeningen in de Dagnall App worden afgestemd op de behoefte van uw bedrijf of organisatie zoals het taalniveau, de leerdoelen en de branche. Zo kunnen wij bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen alsook specifieke productnamen integreren in de App. De Dagnall App kan dus zeer praktijkgericht worden ingezet en de App blijft na afronding van de training Nederlands in Arnhem beschikbaar. Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Nederlands
E-mailcorrespondentie, telefoongesprekken, onderhandelingen of vergaderingen met Nederlandse zakenpartners en klanten uit Nederland zijn op het gebied van taalvaardigheid vaak een uitdaging. Mensen die meerdere talen beheersen, zijn derhalve vaak cruciaal in veel bedrijven.
Online en blended taaltrainingen Nederlands op maat
Dagnall Taleninstituut leert u door middel van professionele online & blended taalcursussen Nederlands communiceren. Als u internationaal succesvol wilt zijn, leer uw Nederlandstalige gesprekspartners dan te begrijpen en zorg ervoor dat u ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheid Nederlands verbeteren voor een huidige of toekomstige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en zijn eveneens als onlinecursus & blended taalcursus beschikbaar. Onlinecursussen en blended taalcursussen Nederlands zijn even doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en bovendien comfortabel.
Online taalcursussen en ook blended taalcursussen kunnen overal worden gevolgd; thuis, op kantoor, op zakenreis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Nederlands online
Voor technische en zakelijke taalcursussen online werkt Dagnall met onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Microsoft Teams of een ander onlineplatform naar uw keuze. Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel variatie als interactie.
Virtuele Classroom voor een individuele taaltraining of groepstraining Nederlands
Alleen het onderstaande is nodig voor een (taal)cursus in een virtuele classroom: - Een laptop, tablet of pc met camera en microfoon - Internetverbinding - Rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
De online en blended taalcursussen van Dagnall Talen kenmerken zich door:
Vakbekwaamheid van de taaldocenten Nederlands
De online alsook de blended (taal)cursussen worden door onze gekwalificeerde en toegewijde native (moedertaal) trainers gegeven
Onze taaldocenten hebben jarenlange ervaring in het verzorgen van taalcursussen voor het bedrijfsleven en (semi-)overheidsorganisaties
Onze taaltrainers zijn HBO of universitair geschoold en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuur – vlotte leervordering
De blended en online taalcursussen van Dagnall zijn betaalbare maatwerktrainingen die specifiek worden afgestemd op de behoeften en wensen van de cursist
De inhoud van de cursussen wordt aangepast aan het leerplan om structuur te geven aan het leerproces
Een duidelijke structuur helpt om de taaldoelen Nederlands vlot en zelfverzekerd te bereiken
De Dagnall online (of blended) taalcursus bestaat uit livesessies en schriftelijke opdrachten. In de livesessies wordt de woordenschat Nederlands en de structuren die in de voorbereiding en voortzetting van de les zijn geleerd, actief toegepast
Door de combinatie van zelfstudie en videosessies komt het behaalde resultaat van de blended- en onlinecursussen overeen met die van onze face-to-face cursussen
Lesreeksen kunnen eventueel opgenomen worden, zodat u thuis alles kunt herhalen en niets hoeft te missen
Onze docenten geven naast de taalcursussen eveneens tips voor verdere digitale zelfstudiemogelijkheden
Structuur en vakbekwaamheid leiden tot een goede wisselwerking tussen de cursisten en de taaltrainer en zijn van groot belang voor het succes van taaltrainingen Nederlands.
Profiteer nu ook van blended- of onlinecursussen Nederlands verzorgd door ons taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw cursus Nederlands in Arnhem ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Nederlands wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Nederlands bevat.
Na afloop van uw cursus Nederlands in Arnhem ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Nederlands alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Nederlands. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde cursus Nederlands in Arnhem
De taalniveaus van het Europees Referentiekader (ERK) gebruiken wij als leidraad. Zo geven wij u als cursist een helder inzicht in uw huidige en opgedane kennis van het Nederlands. De niveaus van het ERK zijn internationaal erkende taalniveaus.
Na afloop van de cursus Nederlands in Arnhem ontvangt de cursist het ‘Dagnall Talen-certificaat’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een tool die de niveaus van taalvaardigheid omschrijft op een uniforme wijze. Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld. Het ERK is een instrument dat vijf taalvaardigheden onderscheidt, te weten: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren. De Engelstalige naam wordt eveneens vaak gebruikt: CEFR; Common European Framework of References. Voor elke taalvaardigheid onderscheidt het ERK zes niveaus van taalbeheersing; van beginners tot nagenoeg moedertaalsprekers (near-natives). De zes verschillende niveaus van vaardigheid worden van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 op een rij gezet.
Niveau A houdt in dat de taalgebruiker de basisvaardigheden beheerst. Wie niveau B machtig is, wordt als een ‘zelfstandige taalgebruiker’ gezien. Zo iemand kent het Nederlands zodanig dat hij of zij zonder hulp kan functioneren in de Nederlandse taal. Niveau C geldt voor gevorderden die Nederlands met groot gemak kunnen verstaan, lezen, spreken en schrijven. Niveau C is het niveau van de (ver)gevorderde gebruiker. Het beheersen van de Nederlandse taal lijkt dan veel op dat van een moedertaalspreker.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Nederlands)
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Taleninstituut is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie stelt. De ISO 9001:2015 norm bevat eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn om de klanttevredenheid te verhogen. Voldoen aan zowel de door opdrachtgevers gestelde eisen alsook aan wetgeving en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de pijlers van de ISO 9001:2015 norm.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall is tevens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor vertaaldiensten en bevat onder andere eisen voor mensen, projectmanagement, middelen, vertalers en revisoren.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Taleninstituut toont aan dat ons instituut uitsluitend met professionele moedertaalvertalers werkt die beschikken over de benodigde kennis en ervaring. Daarnaast worden onze vertalingen (Nederlands) altijd ten minste twee keer door twee specialisten/proeflezers proefgelezen. De vertalingen worden binnen de deadline en volgens afspraak aangeleverd.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met vele jaren ervaring met het certificeren van organisaties. Jaarlijks wordt Dagnall Taleninstituut door Kiwa getoetst om te controleren of nog altijd aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Dagnall Taleninstituut is uiteraard al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk. Wij hebben ons bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor betrouwbaarheid en kwaliteit. De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstellingen en heeft ruim 450 leden. De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
Voor de NRTO staat kwaliteit centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de leden van de NRTO geleverd worden, zoals een cursus Nederlands in Arnhem, wordt door een gedragscode, door diverse convenanten en door het NRTO-keurmerk geborgd.
De gedragscode van de NRTO is gebaseerd op vijf beginselen, namelijk zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO is belangenbehartiger van van private opleidingsinstellingen in Nederland. De NRTO fungeert als gesprekspartner van ministeries, leden van de Tweede Kamer, sociale partners, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, maatschappelijke organisaties zoals de SER en de Stichting van de Arbeid en de media.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt ook met diverse andere organisaties samen, bijvoorbeeld de Alliantie Samen Werken voor Werk. Alle leden van de NRTO zijn ondernemers.Leden van het NRTO werken zowel klantgericht als resultaatgericht en zijn in staat om zich snel aan veranderende omstandigheden aan te passen en altijd maatwerk te leveren.Het aanbod aan bijvoorbeeld cursussen Nederlands in Arnhem sluit aan bij de behoeften van de arbeidsmarkt.Continue innovatie is hiervoor essentieel.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is vertegenwoordigd in diverse besturen, commissies en adviesraden, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), het CRKBO, Blik op Werk en stichting EDU-DEX.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engelse naam: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen in de EU. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van EU-burgers. Deze verordening schrijft voor dat personen op de hoogte dienen te zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die voor het beoogde doeleinde noodzakelijk zijn, bewaard en verwerkt mogen worden.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan noodzakelijk en de persoonsgegevens moeten te worden beschermd tegen toegang door onbevoegden, verlies of vernietiging. Uiteraard voldoet Dagnall aan alle eisen die door de Algemene verordening gegevensbescherming worden gesteld en Dagnall verwerkt persoonsgegevens zeer beperkt in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Nederlands in Arnhem zijn vrijgesteld van btw
Dagnall staat ingeschreven in het CRKBO-register. CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dit betekent dat Dagnall Taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs. Inschrijving in het juiste CRKBO-register is een voorwaarde voor de Belastingdienst om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te kunnen aanbieden. Door deze btw-vrijstelling kunnen wij een lagere prijs in rekening brengen. Dit helpt in de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor cursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, maatschappen, overheidsinstellingen en privépersonen worden gegeven.
CPION
Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register is een register dat door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden wordt. Het Lloyd’s Register is opgericht in het jaar 1760 en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut en heeft onder andere als doel het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen voor een cursus Nederlands in Arnhem
Wilt u contact opnemen met Dagnall voor een cursus Nederlands in Arnhem? Wij kunnen u nog meer vertellen over onze mogelijkheden. Stuurt u een e-mail via cursus-nederlands-arnhem@dagnall.nl of vult u het contactformulier op onze website in, dan informeren wij u zo spoedig mogelijk.
Wij informeren u dan zo spoedig mogelijk om de mogelijkheden te bespreken. Telefonisch contact opnemen kan uiteraard ook op 085-2737302 (geen belmenu). Vraagt u gelijk het gratis Dagnall informatiepakket aan.
Met Dagnall kiest u voor de beste route naar een cursus Nederlands in Arnhem!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
De officiële landcode van Nederland in letters is NLD. De hoofdstad van Nederland; Amsterdam (in vrijwel alle talen eveneens ‘Amsterdam’ geheten), ligt in het noordwesten van Nederland.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Nederland is +31. De officiële internetextensie van Nederland is .nl.
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Nederland ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Nederland.
Nederland grenst aan België en Duitsland.
Kunt u alle provincies van Nederland onderscheiden?
Weet u in welke provincies uw Nederlandstalige zakenrelaties zijn gevestigd?
Zo leert u de 12 Nederlandse provincies heel gauw.
Controleer en/of verbeter uw kennis door met de muis op de kaart van Nederland te gaan staan.
Als u de muis op de landkaart van Nederland laat rusten, kun u de bestuurlijke indeling van Nederland zien.
Vervolgens worden de provincies één voor één getoond.
Eerst ziet u de provincies van Nederland, daarna kunt de naam van de provincie lezen.
In een minuut hebt u een aardig idee van de bestuurlijke indeling van Nederland.
Nederland in Europa
Provincies van Nederland
Soepele zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen
Zakendoen met Nederland
Wilt u soepel communiceren met Nederlandstaligen?
De informatie die u hieronder over Nederland, de Nederlandse cultuur en de Nederlanders vindt, zal u zeker helpen.
Dingen zoals bekende exportproducten, beroemde Nederlanders en typische Nederlandse gebruiken en gewoonten heeft Dagnall Talen voor u op een rijtje gezet.
Velerlei markante dingen van Nederland en/of de Nederlandse taal.
Een aantal leuke feiten en weetjes leren, kan heel nuttig zijn als ijsbreker of openingszin.
U kunt deze kennis over mens, land en cultuur ook inzetten mocht een stilte dreigen te vallen tijdens een zakelijk overleg in het Nederlands.
In ieder geval kunt u zo niet alleen de geleerde taalkennis in de praktijk brengen tijdens internationaal zakendoen met Nederlandstaligen maar tevens de opgedane kennis over Nederland laten blijken.
Zo kunt u ook dingen ontdekken over specifieke Nederlandse gerechten en de Nederlandse eetcultuur.
Eten brengt mensen dichter tot elkaar.
Uw nieuw verworven talenkennis alsook de kennis over Nederland, de Nederlandse cultuur en de Nederlanders zal zeker gewaardeerd worden!
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Hoewel je in Nederland goed kunt eten, is de traditioneel Nederlandse keuken is niet erg verfijnd. Vlees of vis, aardappelen en groente is het traditionele menu. Daarnaast eten Nederlanders vrij veel brood. Het ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en diverse zoete dingen. Niet alleen jam, maar ook pindakaas, appelstroop of hagelslag: de chocoladekorrels die in andere landen als taartgarnering wordt gebruikt. In het weekend worden ook vaak eieren bij het ontbijt gegeten. Nederlanders drinken er koffie, thee of melk bij. De lunch in Nederland is eigenlijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms aangevuld met een beetje komkommer of tomaat of een snack. Rond 18.00 uur of 19.00 uur eten Nederlanders een warme maaltijd. Een traditionele avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht en daarna vlees of vis, gekookte of gebakken aardappelen en één of twee soorten groente. Als dessert eten Nederlanders yoghurt, vla, fruit of pudding. ’s Avonds rond 20.00 uur drinken Nederlanders nog een kopje koffie met een koekje. Een populair gerecht in de winter is erwtensoep, ook wel snert’ genoemd. Het is een dikke soep van groene erwten, knolselderij, stukken vlees en rookworst. In combinatie met roggebrood en spek is het een volledige maaltijd. Een Nederlands fenomeen is eten uit de muur’: je gooit een euro in de automaat en trekt een snack uit een glazen deurtje. Die wordt dan op straat gegeten. Populaire snacks zijn kroketten en frikandellen. Beide worden van slachtafval gemaakt. Hoewel er in Nederland ook hier en daar wijn wordt geproduceerd, is Nederland een land van bier. Er zijn veel Nederlandse brouwerijen en veel merken, onder andere Heineken, Hertog Jan en Grolsch. Een typisch Nederlands destillaat is jenever. Het wordt gestookt van graan. Het is gangbaar om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt, zowel zakelijk als privé. Bij de koffie wordt dan vaak een koekje geserveerd.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
Oogarts en hoogleraar oogheelkunde Herman Snellen (1834-1908) was de bedenker van de naar hem vernoemde Snellenkaart, met letters als ogentest.
Victor HayesM (1941) is een Nederlands ingenieur en staat bekend als de 'vader van Wi-Fi'.
Het bedrijf Philips was in 1963 de uitvinder van het cassettebandje, en in 1982 co-uitvinder van de Compact Disc (CD), de DVD (1995) en de opvolger van de DVD, de Blu-ray schijf.
Elektrotechnicus Jaap Haartsen (1963) vond in 1994 de Bluetooth-technologie uit.
Coenraad Johannes van Houten (1801-1887) vond het bewerken van cacao uit met alkalische zouten om de bittere smaak te verwijderen en de cacaobestanddelen beter wateroplosbaar te maken.
Maurice Gatsonides (1911-1998) was een succesvol Nederlands autocoureur en uitvinder. Hij ontwierp een meter waarmee de snelheid van een rijdende auto kan worden bepaald, de gatsometer. Ook bedacht hij de eerste automatische snelheidsmeter, later bekend als de flitspaal.
De röntgenstraling is ontdekt door de Duits/Nederlandse natuurkundige Wilhelm Conrad Röntgen (1845–1923). In 1901 ontving hij de eerste Nobelprijs voor Natuurkunde.
De ontdekking van de microscoop wordt toegeschreven aan Antoni van Leeuwenhoek (1632-1723).
Dankzij de VOC, kon men vanaf 1602 in Amsterdam terecht voor handel in aandelen en aandelenderivaten, waarmee de aandelenmarkt een feit was. Overigens was de VOC de eerste multinational ter wereld.
De eerste onderzeeboot werd ontworpen rond 1624 door de Nederlandse uitvinder Cornelius Drebbel.
In 1924 kreeg Willem Einthoven de Nobelprijs voor de Fysiologie of Geneeskunde vanwege de uitvinding van het Elektrocardiogram (ECG).
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
ZAKENDOEN MET DUITSLAND
Hoge bomen vangen veel wind In een hoge positie heb je veel verantwoordelijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is Je moet op het juiste moment je kans grijpen en dingen doen
Na regen komt zonneschijn Na een periode van tegenslag, komen betere tijden
Wie A zegt moet ook B zeggen Als je ergens aan bent begonnen, moet je het ook afmaken
Hoewel je in Nederland goed kunt eten, is de traditioneel Nederlandse keuken is niet erg verfijnd. Vlees of vis, aardappelen en groente is het traditionele menu. Daarnaast eten Nederlanders vrij veel brood. Het ontbijt bestaat uit brood met boter of margarine met kaas of vlees en diverse zoete dingen. Niet alleen jam, maar ook pindakaas, appelstroop of hagelslag: de chocoladekorrels die in andere landen als taartgarnering wordt gebruikt. In het weekend worden ook vaak eieren bij het ontbijt gegeten. Nederlanders drinken er koffie, thee of melk bij. De lunch in Nederland is eigenlijk vergelijkbaar met het ontbijt, soms aangevuld met een beetje komkommer of tomaat of een snack. Rond 18.00 uur of 19.00 uur eten Nederlanders een warme maaltijd. Een traditionele avondmaaltijd bestaat uit soep als voorgerecht en daarna vlees of vis, gekookte of gebakken aardappelen en één of twee soorten groente. Als dessert eten Nederlanders yoghurt, vla, fruit of pudding. ’s Avonds rond 20.00 uur drinken Nederlanders nog een kopje koffie met een koekje. Een populair gerecht in de winter is erwtensoep, ook wel snert’ genoemd. Het is een dikke soep van groene erwten, knolselderij, stukken vlees en rookworst. In combinatie met roggebrood en spek is het een volledige maaltijd. Een Nederlands fenomeen is eten uit de muur’: je gooit een euro in de automaat en trekt een snack uit een glazen deurtje. Die wordt dan op straat gegeten. Populaire snacks zijn kroketten en frikandellen. Beide worden van slachtafval gemaakt. Hoewel er in Nederland ook hier en daar wijn wordt geproduceerd, is Nederland een land van bier. Er zijn veel Nederlandse brouwerijen en veel merken, onder andere Heineken, Hertog Jan en Grolsch. Een typisch Nederlands destillaat is jenever. Het wordt gestookt van graan. Het is gangbaar om koffie aan te bieden wanneer iemand op bezoek komt, zowel zakelijk als privé. Bij de koffie wordt dan vaak een koekje geserveerd.
Nederland is één van ’s werelds grootste producenten van snijbloemen en planten. Nederland is na de Verenigde Staten de grootste producent van voedsel en de grootste producent van friet, aardappelschijfjes, rösti, champignons en ook aardgas van Europa.
Bekende Nederlanders zijn Rembrandt, Van Gogh en Vermeer, Gerrit Rietveld , Johan Cruijff, Marco van Basten, Ruud Gullit, Mata Hari, Piet Mondriaan, M.C.Escher, Armin van Buren, Freddy Heineken, Anthony Fokker, Michiel Huisman, Famke Janssen en Robin van Persie.
"Nederlandse Kamer van Koophandel De Nederlandse Kamer van Koophandel biedt informatie aan Nederlandse ondernemers die in het buitenland zaken willen doen.
Hollandtradeandinvest.com Hollandtradeandinvest.com is een portal van de Rijksoverheid met informatie over zakendoen in Nederland.
Netherlands Business Support Offices (NBSO) De Netherlands Business Support Offices (NBSO) ondersteunt internationale bedrijven die willen ondernemen in Nederland en andersom.
Nederlandse overheid Informatie van de overheid over wonen, werken of studeren in Nederland. De regering zetelt in Den Haag, maar de hoofdstad is Amsterdam. Amsterdam is eveneens het commerciële en financiële centrum van Nederland.
"
"Integrated Systems Europe is ‘s werelds grootste beurs op het gebied van geavanceerde AV-technologie. De beurs wordt jaarlijks in de RAI in Amsterdam gehouden. Het is zowel een handelsbeurs als een conferentie.
De Horecava is een grote jaarlijkse vakbeurs voor de food sector. De beurs is gericht op professionals, niet op consumenten en vindt in Amsterdam plaats.
De Marine Equipment Trade Show is de grootste vakbeurs ter wereld voor de scheepvaartindustrie. Op de beurs zijn machines en systemen voor de zeevaart te zien. De METS is een B2B-vakbeurs en wordt jaarlijks in Amsterdam gehouden.
Plantarium is een grote internationale vakbeurs voor de boomkwekerij. Ook tuin-, balkon- en terrasplantenkwekers komen erop af om te netwerken en de nieuwste ontwikkelingen te bekijken. De beurs vindt jaarlijks plaats in Hazerswoudedorp.
Het Amsterdam Fashion Trade Event, de Modefabriek, is een festival waar ondernemers uit de modewereld bij elkaar komen en elkaar inspireren. De beurs vindt tweemaal per jaar plaats";" in de winter en in de zomer.
De Vakantiebeurs in Utrecht biedt consumenten veel informatie voor hun vakantiebestemming, maar is tevens een ontmoetingsplek voor professionals uit de reisbranche. Ongeveer 15.000 touroperators, agenten en andere professionals uit 120 landen bezoeken de vakantiebeurs. De beurs vindt elk jaar in Utrecht plaats.
"
27 April (Koningsdag)
5 mei (bevrijdingsdag)
Amsterdam Schiphol Airport verwerkt ruim 71 miljoen passagiers per jaar en is de grootste luchthaven van Nederland en na London Heathrow en Paris Charles de Gaulle, de derde luchthaven van Europa. Vliegbasis Eindhoven wordt jaarlijks door ruim 6 miljoen passagiers gebruikt en als derde Nederlandse luchthaven komt Rotterdam The Hague Airport met 2 miljoen passagiers.
Nederland heeft 3.434 km aan spoorlijnen. De eerste trein in Nederland reed op 20 september 1839 van Amsterdam naar Haarlem; de laatst nieuwste lijn is de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle, geopend in 2012.
De Nederrijn, de Lek en de Waal zijn de grootste rivieren in Nederland.
Het volkslied van Nederlands is ‘het Wilhelmus’.
Wilhelmus van Nassouwe ben ik, van Duitsen bloed, den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood. Een Prinse van Oranje ben ik, vrij onverveerd, den Koning van Hispanje heb ik altijd geëerd.
In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht, daarom ben ik verdreven, om land, om luid gebracht. Maar God zal mij regeren als een goed instrument, dat ik zal wederkeren in mijnen regiment.
Lijdt u, mijn onderzaten die oprecht zijt van aard, God zal u niet verlaten, al zijt gij nu bezwaard. Die vroom begeert te leven, bidt God nacht ende dag, dat Hij mij kracht zal geven, dat ik u helpen mag.
Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond, mijn broeders hoog van namen hebben ‘t u ook vertoond: Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag, zijn ziel in ‘t eeuwig leven verwacht den jongsten dag.
Edel en hooggeboren, van keizerlijken stam, een vorst des rijks verkoren, als een vroom christenman, voor Godes woord geprezen, heb ik, vrij onversaagd, als een held zonder vrezen mijn edel bloed gewaagd.
Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer, op U zo wil ik bouwen, Verlaat mij nimmermeer. Dat ik toch vroom mag blijven, uw dienaar t’aller stond, de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt.
Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn, mijn God, wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn, dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed, hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed.
Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran, zo heb ik moeten zuchten als menig edelman. Maar God heeft hem verheven, verlost uit alder nood, een koninkrijk gegeven in Israël zeer groot.
Na ‘t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet, daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed: dat is, dat ik mag sterven met eren in dat veld, een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held.
Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed. Dat u de Spanjaards krenken, o edel Neerland zoet, als ik daaraan gedenke, mijn edel hart dat bloedt.
Als een prins opgezeten met mijner heires-kracht, van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht, die, bij Maastricht begraven, bevreesde mijn geweld; mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld.
Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest, had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest. Maar de Heer van hierboven, die alle ding regeert, die men altijd moet loven, en heeft het niet begeerd.
Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed, standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed. Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond, dat Hij mijn zaak wil redden, mijn onschuld maken kond.
Oorlof, mijn arme schapen die zijt in groten nood, uw herder zal niet slapen, al zijt gij nu verstrooid. Tot God wilt u begeven, zijn heilzaam woord neemt aan, als vrome christen leven, ’t zal hier haast zijn gedaan.
Voor God wil ik belijden en zijner groten macht, dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht, dan dat ik God den Heere, der hoogsten Majesteit, heb moeten obediëren in der gerechtigheid.
Nederland heeft ruim 17 miljoen inwoners. Nederland is een constitutionele monarchie op basis van een parlementair stelsel. Het staatshoofd is de koning; de minister-president is de regeringsleider. Nederland ligt in het noordwesten van Europa en wordt begrensd door België, Duitsland en de Noordzee. Nederland heeft een oppervlakte van 41.543 vierkante kilometer. Nederland is de 17de grootste economie ter wereld.
De hoofdstad van Nederland is Amsterdam. De stad Amsterdam heeft meer dan 800.000 inwoners. Andere grote en belangrijke steden zijn Den Haag, Rotterdam, Utrecht en Eindhoven. Nederland is ingedeeld in twaalf provincies, te weten: Drenthe, Flevoland, Friesland (Fryslân), Gelderland, Groningen, Limburg, Noord-Brabant, Noord-Holland, Overijssel, Utrecht, Zeeland en Zuid-Holland.
Vlag van Nederland
Wapen van Nederland
Oorsprong naam Nederland
De naam ‘Nederland’ komt van het woord neder, wat aan “De Lage Landen”; een geografisch lager liggend gebied, refereert.
Kenmerkend voor Nederland
Van oudsher bekend om klompen, tulpen, kaas, molens, stroopwafels en fietsen. De Amsterdamse grachten staan op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Nederland is wereldwijd beroemd om de strijd tegen het water,
nodig vanwege de ligging (grotendeels) onder het niveau van de zeespiegel. In de provincie Zeeland is dit goed te zien aan de Deltawerken. Nederland heeft eveneens grote stukken land drooggelegd (ingepolderd) en zelfs een extra provincie gecreëerd; de provincie Flevoland. Hollandse Meesters zijn wereldberoemde schilders waar veel mensen voor naar Nederland komen. Schilders zoals Rembrandt, Van Gogh, Vermeer, Mondriaan en Rietveld.
Symbool van Nederland Het symbool voor Nederland is de Amsterdamse grachtengordel uit de 17de eeuw, die ook op de UNESCO Werelderfgoedlijst staat. Evenals de tulp.
Minder bekend over Nederland
Een minder bekend feit over Nederland is dat KLM de oudste nationale luchtvaartmaatschappij ter wereld is. En ook dat Beurs van Hendrick de Keyser aan het Rokin in Amsterdam, de voorloper van de huidige effectenbeurs van Amsterdam de oudste handelsbeurs ter wereld was en het Wilhelmus het oudste volkslied is dat nog in gebruik is. Ook apart is dat oranje wortelen heel zeldzaam waren totdat Nederlandse boeren ze in de zestiende eeuw massaal gingen kweken als steunbetuiging voor het koninklijk huis bij een opstand tegen Spanje.
De Kamer van Koophandel van Nederland, afkorting: KVK) bevindt zich in Utrecht. De website van de Kamer van Koophandel van Nederland is www.kvk.nl. Het adres van de Nederlandse Kamer van Koophandel is: KVK, Sint Jacobsstraat 300, 3511 BT Utrecht. Het telefoonnummer is 088 585 1585.
Toeristenorganisatie van Nederland
De toeristenorganisatie van Nederland is de Netherlands Board of Tourism & Conventions (NBTC), is gevestigd in Den Haag, en de slogan luidt: “Your Official Guide for Visiting Holland”. De website van de Nederlandse toeristenorganisatie is www.holland.com. Het adres van de Nederlandse Toeristenorganisatie is Prinses Catharina-Amaliastraat 5, 2496 XD Den Haag. Het telefoonnummer is 070 370 5705.
KVK Sint Jacobsstraat 300 3511 BT Utrecht NETHERLANDS http://www.kvk.nl/
NETHERLANDS BOARD OF TOURISM & CONVENTIONS Prinses Catharina-Amaliastraat 5 2496 XD Den Haag NETHERLANDS https://www.holland.com
De Nederlanders geven elkaar als blijk van hartelijkheid drie zoenen op de wangen bij een begroeting. Mannen kussen elkaar slechts bij uitzondering. Meestal geven ze elkaar een stevige handdruk. Nederland is klein en plat: een ideaal fietslandje. In Nederland is de fiets een heel normaal vervoermiddel. In steden zie je moeders en vaders met een bakfiets of een fiets met een kar eraan, waarin de kinderen naar het dagverblijf worden gereden.
Helmen worden vaker niet dan wel gedragen. Nederlandse woningen zijn vaak van een type ‘doorzonwoning’. Dat houdt in grote raampartijen aan de voorkant en de achterkant van het huis, waardoor de zon de kamer in kan schijnen. De gordijnen houdt de Nederlander het liefst open, zodat hij kan zien wat buiten gebeurt. Elke passant kan ook precies zien wat zich binnen in huis afspeelt. In Nederland vieren de mensen verjaardagen, ook op volwassen leeftijd.
Ze zitten in een kring en de gastvrouw of gastheer serveert koffie met gebak. Op het werk trakteert de jarige op taart. Cadeautjes worden meteen door de jarige uitgepakt. Op Koningsdag (de dag dat de koning jarig is) is iedereen vrij en gaat naar buiten in oranje kleren, vaak met een oranje pruik. In steden en dorpen worden spellen gedaan op straat en mensen verkopen oude spullen op een kleed. De rest van het jaar geldt het devies: ‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’, wat betekent dat je niet te veel moet opvallen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Taalvaardigheid Nederlands staat niet alleen voor kennen (weten) maar heeft en ook voor aandacht voor kunnen (handelen). Omdat kunnen minstens zo belangrijk is als kennen, staat bij Dagnall de toepassing van de opgedane kennis centraal.
Voor u het weet, doet u die vergadering of dat lastige telefoongesprek in het Nederlands en kunt u trots zijn op uzelf. Dagnall brengt taalkennis Nederlands tot leven!
De Nederlandse taal behoort tot de familie van West-Germaanse talen. Het Nederfrankisch ontstond uit het West-Germaans tussen 300 en 800 n.Chr., wat de basis zou worden van wat nu de Nederlandse taal is. Het moderne Nederlands is ontstaan uit het Nieuwnederlands (na 1500 n.Chr.). het Nieuwnederlands kwam weer voort uit het Diets of Middelnederlands. Deze taal werd gesproken in de periode 1170-1500 n.Chr. De Nederlandse taal wordt gesproken door ruwweg 25 miljoen mensen in
Nederland zelf, maar ook in België, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten, Suriname en Caribisch Nederland en in een stukje van Noordwest-Frankrijk. Door een klein groepje oudere mensen in Indonesië wordt ook nog Nederlands gesproken. Ook onder immigranten in de Verenigde Staten, Canada en Australië wordt nog Nederlands gesproken. Nederlands is de officiële taal van Nederland en Suriname. Nederlands is ook een officiële taal van België, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten.
Voor sommige anderstaligen kan de Nederlandse uitspraak vrij moeilijk zijn. De vele tweeklanken, zoals ‘eu’, ‘ei’, ‘ie’, ‘ij’, ‘au’, ‘ou’, ‘oe’, ‘ui’ en ‘uu’ zijn vaak een struikelblok. Voornamelijk de ‘ui’-klank is lastig; het is een klank die maar in weinig andere talen voorkomt.
De uitspraak van het Nederlands
Alsof het nog niet genoeg is, kent het Nederlands daarnaast nog drieklanken, waarbij de klank glijdend van de beginklank naar de eindklank overgaat. Denk aan: aai, eeuw, ieuw, oi en ei.
De spelling van de klanken wijkt in de Nederlandse taal bij een aantal letters af van wat in andere talen gangbaar is. Zo wordt de letter ‘u’ in vrijwel alle talen uitgesproken als ‘oe’.
Nederlandse g en ch
Van de medeklinkers zijn de g en de ch afwijkend vergeleken met de meeste andere talen. De g en de ch klinken vrijwel gelijk; als een schrapende keelklank. Kenmerkend voor de Nederlandse taal zijn verder de medeklinkercombinaties. Zowel de ‘sch’ als de ‘ng’ van ‘Scheveningen’ zijn voor menig anderstalige een echte tongbreker en wat te denken van de medeklinkercombinaties in ‘herfst’, ‘strand’ en ‘fietstas’? Het Nederlands kent veel begin- en eindclusters Het helpt om deze clusters te oefenen en te herkennen. Voor het gemak kan een klein ‘e’-tje tussen de medeklinkers gevoegd worden: herr/e/fst (herfst) en st/e/rand (strand).
Uitspraak eindletters
De uitspraak van eindletters wordt in het Nederlands vaak weggelaten, vooral de letter n. Zo klinkt lopen als ‘lopeh’ en is de r in het woord ‘zomer’ slechts zwak hoorbaar.
Stemhebbende klanken zonder klank
Tot slot verliezen stemhebbende klanken vaak hun klank aan het begin of eind van een woord: De ‘eind-d’ van een woord wordt stemloos en klinkt als ‘t’. Tussen het woord wind en het woord wint is geen verschil hoorbaar. De v aan het begin van een woord wordt stemloos en klinkt als een ‘f’: vijftig klinkt als ‘fijftich’. De z aan het begin van een woord wordt niet altijd, maar wel vaak stemloos: zestig wordt dan ‘sestich’.
UITSPRAAK
Nederlands alfabet fonetisch/IPA
A
ah
/aː/
B
bay
/beː/
C
say
/seː/
D
day
/deː/
E
ay
/eː/
F
ef
/ɛf/
G
khay
/geː/
H
hah
/ɦaː/
I
ee
/i/
J
yaya
/jeː/
K
kah
/kaː/
L
el
/ɛɫ/
M
em
/ɛm/
N
en
/ɛn/
O
oa
/oː/
P
pay
/peː/
Q
kuw
/ky/
R
her
/ɛɾ/
S
es
/ɛs/
T
tay
/teː/
U
uw
/y/
V
fay
/veː/
W
way
/ʋeː/
X
ix
/ɪks/
Y
ehy
/ɛɪ/
Z
zet
/zɛt/
SPELLING
WOORD
A
Anton, Anna
B
Bernard
C
Cornelis
D
Dirk
E
Eduard
F
Ferdinand
G
Gerard
H
Hendrik
I
Isaäk
J
Jan
K
Karel
L
Lodewijk
M
Maria
N
Nico
O
Otto
P
Pieter
Q
Quotiënt
R
Rudolf
S
Simon
T
Teunis
U
Utrecht
V
Victor
W
Willem
X
Xantippe
Y
Ypsilon
Z
Zaandam
Speciale tekens
@
apestaartje
#
hekje
NAAMVALLEN
Naamwoorden, zoals huis, mens of ijdelheid konden in het Nederlands in vroeger tijden ook naamvallen hebben die de grammaticale functie in de zin aangaven. Er waren oorspronkelijk vier naamvallen: de nominatief voor het onderwerp, de genitief die een bezitsvorm aanduidde, de datief die aangaf dat er sprake was van een meewerkend voorwerp (met aan of voor) en de accusatief, die aangaf dat het om een lijdend voorwerp ging. Restanten van deze naamvallen zijn nog te vinden in woorden als ’s ochtends (des ochtends; “in de ochtend”), ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”) en ’s-Gravenhage (des graven haghe; het omhaagde terrein van de graaf”). Hetzelfde geldt voor achternamen: Jan van den Berg. Ook vormen als de heer des huizes laten een tweede naamval; een genitief, zien.
De naamvallen bij zelfstandige naamwoorden zijn in het hedendaagse Nederlands verdwenen. Ze kwamen in de negentiende en begin twintigste eeuw nog wel voor in de schrijftaal, maar in 1947 werd er een spellingswet ingevoerd waarin deze naamvallen niet langer voorkwamen. Wel gebruiken we nog naamvallen bij persoonlijke voornaamwoorden. Ik is onderwerp, mijn bezit, mij (‘aan mij’) is een meewerkend voorwerp en mij lijdend voorwerp. Ook zijn er nog bepaalde voorzetselcombinaties waarin de naamval is terug te vinden. Denk aan te allen tijde, op den duur of dezer dagen. Enig bewustzijn van zo’n fenomeen als oude naamvallen is handig. Het helpt om naamvallen in andere talen gemakkelijker te begrijpen.
Bijzonder aan het Nederlands is de uitspraak, met de harde g en de afwijkende ui en eu-klanken. De Nederlanders hebben de neiging om veel dingen te verkleinen: kopje, schoteltje, lepeltje, omdat dit gezellig klinkt.
Nederlands heeft sporen van naamvallen in woorden als ’s-Hertogenbosch (des hertogen bosch; “het bos van de hertog”) en ’s ochtends (des ochtends).
De Nederlandse taal leren en de Nederlandse cultuur begrijpen
Het Nederlandse alfabet bestaat uit 26 letters, net zoveel als bijvoorbeeld in het Engels en het Frans.
Afwijkende leestekens in het Nederlands
In het Nederlands worden in Kamerstukken zogenaamde guillemets gebruikt om een citaat aan te geven. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd, die worden gebruikt om citaten te openen en te sluiten.
De naam ‘guillemet’ komt van de Fransman Guillaume Le Bé (1525-1598). Hij was een lettermaker en bedenker van het ‘guillemet’-teken. Een Nederlands synoniem voor het woord guillemet is ‘ganzenvoetje’.
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1
Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode
2
Lees Nederlandse kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. NRC Handelsblad is een bekende (online) krant in het Nederlands en Nu.nl een bekend online nieuwsportal
3
Luister naar Nederlandse radio. NPO 3 FM is de bekendste Nederlandse publieke radiozender en Radio 538 de bekendste Nederlandse commerciële radiozender
4
Luister en ontdek Nederlandse muziek
5
Lees Nederlandstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren
6
Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Nederlandse taal
7
Luister naar podcasts van Nederlandstaligen
8
Kijk Nederlandse televisieprogramma’s en films. NPO is de bekendste publieke televisieomroep en RTL en Talpa TV zijn de bekendste commerciële televisieomroepen in Nederland
9
Bekijk Nederlandse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren
10
Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren
11
Voer Nederlandse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk
12
Plak memoblaadjes op in huis
13
Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten
14
Bekijk Nederlandse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren
15
Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen
16
Wees niet bang om foutjes te maken
17
Niet te veel denken, gewoon doen!
18
En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen!
Net zoals elke taal, kent het Nederlands ook stopwoorden. Het Nederlands kent bijvoorbeeld het vragende stopwoordwoordje‘hè’ na een zin of zinsdeel. Bijvoorbeeld “Lekker weertje, hè?” Veel Nederlanders gebruiken ook stopwoorden of opvulwoorden als ze Engels praten. Bijvoorbeeld Floortje Dessing: “It is quite lonely here, hè?” De functie van het stopwoord ‘hè’ is om bevestiging vragen: “Vind je ook niet?”
Aan het begin van een Nederlandse zin hoor je vaak: ‘Nou,…’ of ‘Nou ja,…’, ‘Nou kijk,…’. De spreker heeft een aanloopje nodig om zijn boodschap mede te delen. In het midden van een betoog gebeurt ditzelfde. De spreker neemt een korte denkpauze en zegt een paar woorden zonder betekenis. Elke Nederlander kent ze, en bijna alle Nederlanders gebruiken ze. De woorden ‘zeg maar’, ‘ik bedoel’, ‘als het ware’ of ‘weet je wel’. Tel voor de grap eens de keren dat een spreker ‘eigenlijk’ of ‘inderdaad’ of ‘ook’ in een aantal zinnen zegt.
Nederlandse leenwoorden in het Engels zijn: ‘baas’ (boss), ‘bluf’ (bluff), ‘koekje’ (cookie) en ‘vrolijk’ (frolic), in het Duits: ‘anchovis’ (Anschovis), ‘garnaal’ (Garnele) en ‘haai’ en in het Frans: ‘bier’ (bière), ‘haven’ en ‘kajuit’.
Nederlandse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in de Nederlandse taal uit het Engels zijn: ‘album’, ‘bingo’, ‘film’ en ‘foto’, uit het Duits: ‘delicatessen’, ‘föhn’, ‘ordner’ en ‘spieken’ en uit het Frans ‘ballon’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘etage’ en ‘horloge’.
Nederlandse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Nederlandstalige media
Nederlandse media bekijken, lezen en/of beluisteren is zeer effectief om uw kennis van de Nederlandse taal uit te breiden.
Zo neemt u ongemerkt de klank en het ritme van het Nederlands in u op.
Het kan heel leerzaam en leuk zijn om het nieuws (proberen) te lezen in het Nederlands. U bent waarschijnlijk al op de hoogte van de actualiteit, zodat u op vlotte wijze veel Nederlandse woordenschat kunt bijleren.
NRC Handelsblad
De meest gelezen kwaliteitskrant van Nederland is NRC Handelsblad. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NRC Handelsblad klikken om deze krant direct te lezen.
NU.nl
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Nederlandse online nieuwsportal is NU.nl. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van NU.nl klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Nederland direct te kunnen lezen.
Het radiostation NPO 3 FM is het bekendste publieke radiostation van Nederland. Als u op het logo op het linker beeldscherm hierboven klikt, kunt u live naar deze publieke Nederlandse radiozender luisteren.
Radio 538
Het station Radio 538 is het bekendste commerciële Nederlandse radiostation. Klik op het rechter beeldscherm met het logo hierboven en luister direct live naar dit Nederlandse commerciële radiostation.
Uw favoriete serie of televisieprogramma met Nederlandse ondertiteling bekijken, is wellicht even wennen, maar al snel zult u merken dat dit erg leerzaam en plezierig is. De televisie-omroep NPO is de publieke Nederlandse televisieomroep.
RTL & SBS
RTL en SBS zijn de meest bekeken commerciële televisieomroepen voor Nederlandstaligen. Deze Nederlandstalige stations kunnen via kabel, satelliet, internet of een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
U kunt de cursus Nederlands in Arnhem op uw eigen locatie volgen of in Velp, bijvoorbeeld bij het Coachhuis in hartje Velp aan de Emmastraat 24-A in Velp. Ons taleninstituut kan ook taalcursussen Nederlands in Arnhem verzorgen bij bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Arnhem aan de Amsterdamseweg 505, bij NH Arnhem Rijnhotel aan Onderlangs 10, bij Postillion Hotel Arnhem aan de Europaweg 25, bij Best Western Plus Hotel Haarhuis aan het Stationsplein 1 en bij Fletcher Hotel Doorwerth-Arnhem aan de Kabeljauwallee 35 in Doorwerth.
Vergaderen in Arnhem kan bijvoorbeeld bij het GelreDome, bij Hotel Papendal, op Industriepark Kleefse Waard, bij het Nederlands Openluchtmuseum, bij Partycruiser Jules Verne en bij Safari Meeting Centre Burgers’ Zoo.
Neanderthalers woonden er reeds in de steentijd, maar de naam ‘Arnhem’ wordt (geschreven als ‘Arneym’) in 893 voor het eerst genoemd in een register van de bezittingen van de Abdij van Prüm in de Eiffel. Arnhem ontwikkelde zich als een handelsstad en Arnhem werd in de Middeleeuwen lid van het Hanzeverbond. In het jaar 1543 werd het Hertogdom Gelre door Keizer Karel V ingenomen. Keizer Karel V vestigde in Arnhem
het Hof van Gelre en andere instituten. Daardoor werd Arnhem de belangrijkste stad van Gelre en uiteindelijk in het jaar 1813 de provinciehoofdstad. De naam ‘Arnhem’ komt uit het Germaans. Het is een verbastering van arnu (arend) - en heem (thuis).
Arnhem ligt in aan de Nederrijn en de IJssel, in het gebied de Veluwezoom en in de streek De Liemers. Plaatsen in de buurt van de stad Arnhem zijn Bennekom, Didam, Dieren, Doesburg, Doetinchem, Duiven, Eerbeek, Elst, Heteren, Hoenderloo, Huissen, Loenen, Oosterbeek, Renkum, Rheden, Schaarsbergen, Velp, Wageningen, Westervoort en Zevenaar.
Arnhem ligt in de provincie Gelderland. In de gemeente Arnhem woonden op 1 januari 2019 bijna 160.000 mensen (bron: CBS).
Een inwoner van Arnhem heet een ’Arnhemmer’ of ‘Arnhemse’. Bekende Arnhemmers zijn Ted de Braak, Willibrord Frequin, Antonie Kamerling, Herman Koch, Emile Ratelband, Mart Smeets, Karel Vuursteen en Max Westerman.
Iets wat uit Arnhem komt, noemt men ‘Arnhems’ of ‘Arnhemmer’. ‘Arnhemse meisjes’ zijn traditionele koekjes van gistdeeg met veel suiker. Arnhem kreeg in 1233 stadsrechten.
Arnhem - internationaal, kernen & scholing
Provinciehoofdstad & partnersteden
Arnhem is de provinciehoofdstad van Gelderland. Arnhem is de op twee na grootste stad van de provincie Gelderland. Arnhem is één van de 22 Nederlandse Hanzesteden. De partnersteden van Arnhem zijn Croydon in het Verenigd Koninkrijk, Gera in Duitsland, Hradec Králové in Tsjechië, Kimberley in Zuid-Afrika en Wuhan in China.
Kernen
Onder de gemeente Arnhem vallen eveneens Elden en Schaarsbergen.
Hoger onderwijs
Er zijn verschillende hogescholen gevestigd in Arnhem, HAN University of Applied Sciences Arnhem, de Politieacademie, Schoevers alsook de Wagner Group. Sinds 2020 is er een universiteit gevestigd in Arnhem in de vorm van het Connector Energy Innovation Lab, waarbij het IPKW (Industriepark Kleefse Waard) en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen een rol spelen.
Denk je aan Arnhem, dan denk je aan de Slag om Arnhem, operatie Market Garden in WOII en aan de Luchtmobiele Brigade. De stad geniet daarnaast bekendheid vanwege Burgers’ Zoo, het Openluchtmuseum en als startpunt van Rijnreisjes. Arnhem fungeert als opstap en overstapplek voor de belangrijkste internationale spoorverbindingen naar Duitsland en de rest van Europa. Daarnaast is Arnhem een kenniscentrum voor
technologie en energie, hoofdstad van Gelderland, een populaire winkelstad en de vestigingsplaats van diverse grote bedrijven. Topsportcentrum Papendal hoort ook bij Arnhem.
Arnhem - minder bekend
Minder bekend is dat de grote blokken beton in de natuur rond Arnhem radiopeilstations zijn van de Duitse Luftwaffe uit WOII.
Arnhem ligt in het overgangsgebied naar het Veluwse dialect. Typisch voor het Ernums is de klank van de ‘aa’ die verandert in è. ‘Klaar’ wordt klèèr. In het Ernums komt de ‘ge/gij’ voor, in plaats van je/jij/jullie. Veel woorden worden half ingeslikt maar de klinkers worden eerder lang uitgerekt.
Een gaffeltange is een ‘oorwurm’; een knetterbiele een ‘kettingzaag’. Een echt Ernums gezegde voor iemand die er niet goed uitziet: Hij het een gezig as een deurgeschete erwt. Afgeven op de buren is de Ernummer niet vreemd. “Jij komt uit Nijmegen, toch?” in het Ernems: D’r uut!
“Made in [Arnhem]”
Arnhem - zakelijk
De gemeente Arnhem
Het netnummer van Arnhem is 026. Het postcodegebied van Arnhem is 6800 - 6846. Het adres van het gemeentehuis van Arnhem is Koningstraat 38, 6811 DW in Arnhem. De website van de gemeente Arnhem is Arnhem.nl. Het telefoonnummer van de gemeente Arnhem is 026 3775900.
Zakendoen in Arnhem
Voor Arnhemse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Arnhem aan de Kronenburgsingel 525, 6831 GM in Arnhem. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Arnhem is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Arnhem is KVK-kantoor Arnhem.
Het Arnhemse nieuwsportaal is Arnhem Direct en Arnhemse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Midden. Ondernemers in Arnhem kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep Gelderland.
Samen naar een sportwedstrijd kijken of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen met uw internationale zakenrelatie? Voetbal verbroedert. Wellicht is het leuk om samen met uw zakenrelatie naar een voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Arnhemse voetbalclub Vitesse, SML of VV Arnhemnia meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Arnhem kunt u terecht bij ALTB, bij Tennisvereniging Elden, bij Tennisvereniging De Hoogkamp of bij De Groene Kamer. Golf, ontspanning & lunch Is het na de cursus Nederlands in Arnhem tijd voor een beetje ontspanning? Om even een balletje te slaan of gewoon gezellig iets te drinken of te eten, kunt u bij de Edese Golf Club Papendal in Arnhem terecht. De adresgegevens van deze golfbaan zijn Papendallaan 22, 6816 VD in Arnhem. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 026-482 19 85. De website van de golfbaan is www.edesegcpapendal.nl. Om iets te eten of te drinken kunt u terecht bij clubhuis de Hofmeester, telefoonnummer 026-482 14 79.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder ziet u promotiefilmpjes van Nederland en van Arnhem die ook op Youtube kunnen worden bekeken. Door direct op het logo van Youtube in het midden te klikken, wordt het filmpje afgespeeld. Direct onder de promotiefilmpjes vindt u de locaties van Nederland en Arnhem op Google Maps. Als u kunt linksboven klikt, wordt de kaart groot weergeven in een nieuw venster.
Als u linksonder op het vierkantje in de afbeelding klikt, dan krijgt u satellietbeelden van Nederland alsook van Arnhem op Google Earth te zien. U kunt in- en uitzoomen op de kaartjes met de + en – knop rechtsonder. Wat kennis van de omgeving van uw Nederlandse zakenpartner kan tijdens zakelijke gesprekken met Nederlandstaligen goed van pas komen.
Promovideo Nederland
Promovideo Arnhem
Google Maps Nederland
Google Maps Arnhem
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Nederland
Hieronder ziet u het meest recente nieuws uit Nederland en Arnhem van diverse nieuwsbronnen. Het eerste blokje is Nederlands nieuws in het Nederlands. Het tweede blokje is nieuws uit Nederland in het Engels. Het derde blokje is Arnhems nieuws (in het Nederlands). Het nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
Wanneer u Nederlands wilt leren, is het prettig en handig om een beetje geïnformeerd te zijn van wat er in Nederland speelt. Daarnaast is het vrij leerzaam om het Nederlandse nieuws te lezen in het Nederlands. Waarschijnlijk bent u al op de hoogte van het nieuws, dus begrijpend lezen gaat relatief gemakkelijk en het verrijkt de Nederlandse woordenschat met actuele Nederlandse woorden, uitdrukkingen en termen.
In Arnhem geeft Dagnall maatwerk taalcursussen in onder meer Nederlands, Engels, Frans, Duits en Spaans. Hierboven staat een overzicht van de 23 andere talen die wij behalve Nederlands standaard aanbieden in Arnhem.
U kunt uiteraard altijd contact opnemen voor een cursus in een vreemde taal die hier niet vermeld staat.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Nederlands