Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en is een communicatiebasis die deuren voor u kan openen - met name op het professionele vlak. Om deze reden hebben bedrijven en organisaties die in de taalopleiding van hun werknemers investeren, ook een duidelijk voordeel en een voorsprong. Ons instituut is een taalaanbieder die u als scholingszoeker precies dat aanbiedt: Effectieve taaltrainingen Frans op het hoogste niveau voor medewerkers en leidinggevenden in, en in de buurt van Zoetermeer. (Betaalbare) taaltraining Frans op maat, omdat uw bedrijf of organisatie welbespraakte werknemers verdient.
Vakgebieden
Van zakelijk en medisch tot technisch - Dagnall kent elke bedrijfstaal. Elke bedrijfstak spreekt zijn eigen taal en gebruikt zijn eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling en duidelijke concurrentievoordelen, door branchespecifieke taalkennis Frans van het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt opleidingzoekers taaltrainingen Frans in Zoetermeer aan in een grote verscheidenheid aan gespecialiseerde vakgebieden.
Wij bieden taaltrainingen Frans op maat aan als individuele (1-op-1) les, als groepscursus met collega’s, als intensieve workshop en als langdurige, regelmatige training - met face-to-face-les alsook online cursus. Iedereen kan bij Taleninstituut Dagnall Frans leren op precies de manier die voor hem of haar het meest geschikt is. Naast de klassieke taaltaaltrainingen Frans hebben organisaties vooral interesse in werkgerelateerde taaltrainingen zoals schrijfvaardigheid Frans of zakelijk Frans. De taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van de scholingszoekers. Taleninstituut Dagnall is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om middels gecertificeerde taaltrainers met uitstekende beoordelingen en recensies Frans te leren in Zoetermeer. Dagnall Talen leidt u doelgericht en snel naar de door u beoogde resultaten.
Filosofie Dagnall Talen
Het is onze filosofie om Frans te leren zonder schroom alsook met gemak en plezier. Daarom zet Dagnall Talen alles in het werk om te zorgen dat u de Franse taal moeiteloos en zonder remmingen leert. Frans leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Talen met methodes die het leren voor de cursist prettiger en gemakkelijker maken.
Door onze methodes wordt uw nieuwsgierigheid opgewekt en uw bereidheid om te leren, ondersteund. We brengen cursisten met grote stappen naar het gewenste niveau door 15 minuten dagelijks te oefenen. Dagnall Talen is een ideale partner voor iedereen die Frans wil leren in Zoetermeer.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Dagnall stelt in overleg met u als opdrachtgever de wensen en leerdoelen vast. U meldt de deelnemer(s) met hun contactgegevens aan. Ons taleninstituut verzorgt een intake op locatie of, indien dit uw voorkeur heeft, telefonisch of online. Nadat het intakegesprek heeft plaatsgevonden, waarin op basis van het (ERK) Europees Referentiekader het huidige en gewenste niveau vastgesteld wordt, sturen wij u een cursusvoorstel op maat met een offerte. Na akkoord van de offerte stemmen wij de planning op uw situatie en agenda af.
Na enkele lessen Frans evalueert de taaltrainer de voortgang en de inhoud van de cursus. Indien nodig, kan de doelstelling uiteraard bijgesteld worden. Na de laatste les sturen wij u een eindrapport met een beschrijving van de resultaten die door de cursisten zijn behaald. De cursisten ontvangen eveneens een certificaat van het instituut.
Desgewenst wordt het (individuele) contact met de deelnemers door Dagnall verzorgd De planning van de intakegesprekken wordt door Dagnall in overleg met u en de individuele deelnemers gedaan Cursisten ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht Frans. Dit formulier en de schrijfopdracht moeten vóór de datum van de intake worden teruggestuurd Dagnall verzorgt de intakegesprekken op locatie of eventueel op afstand. Het intakegesprek duurt ongeveer 30 minuten Groepsindelingen worden geadviseerd aan de hand van niveaubepaling door Dagnall en in overleg met u vastgesteld De indeling van de deelnemers geschiedt op taal en taalniveau U ontvangt altijd een offerte op maat! De logistiek van materiaal en cursusbenodigdheden wordt uiteraard door ons verzorgd Dagnall Taleninstituut berekent geen administratiekosten alsook geen extra toeslag voor avondlessen Dagnall bewaakt en garandeert de continuïteit van de planning en het lesprogramma Frans Dagnall Talen is flexibel alsook betrokken!
Dagnall Talen is werkzaam sinds 1982 en verzorgt sindsdien taalcursussen Frans op maat zakelijk in Zwolle en omstreken voor bedrijven, (semi)overheid en andere non-profitorganisaties. Dagnall Taleninstituut heeft een team van ervaren en kundige trainers Frans die specialisten zijn op het gebied van taal en die in het IJsselland al menig taalcursus zakelijk hebben verzorgd voor bedrijven en (overheids)organisaties.
Door de aanpak die zowel functiegericht als werkplekgericht is, levert Dagnall betaalbare en effectieve taalcursussen Frans in Zwolle. U kunt erop vertrouwen dat Dagnall Taleninstituut voor maximaal rendement zorgt; rendement door maatwerk!
Betaalbaar maatwerk Frans in Zwolle sinds 1982
Taal op de werkvloer
Taal op de Werkvloer: draagvlak noodzakelijk! Cursussen (Frans) die gericht zijn op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer zijn ondertussen bij veel bedrijven gemeengoed. Medewerkers zonder of met beperkte kennis van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een belemmering in hun werkomgeving en willen sneller en/of beter communiceren op de werkvloer.
Zij willen graag in staat zijn om de instructies op de werkplek goed te kunnen begrijpen. Deze medewerkers willen bij voorkeur met meer zelfvertrouwen hun werk uit kunnen voeren en uiteraard graag hun ambities op het werkterrein realiseren. Een investering in werknemers en in de (innovatieve) ontwikkeling van het bedrijf is daarom nodig.
Dagnall Talen biedt betaalbare maatwerk taaltrainingen voor het vergroten van de luister-, spreek-, lees- en schrijfvaardigheid op de werkvloer. Wij helpen en leren cursisten hoe zij de lesstof in praktijk kunnen brengen op hun werk. Ons taleninstituut stemt de taalcursus af op de wensen van de opdrachtgever alsook op het niveau van de cursist(en). Buiten de taallessen om, krijgen deelnemers tijdens de cursus regelmatig praktijkopdrachten, om de voortgang van het leerproces te ondersteunen en de effectiviteit van de taaltraining te verhogen.
Zo ontstaat een win-winsituatie! Dagnall Taleninstituut let tevens op de wellicht onderbelichte kant van veel taalcursussen: de deelnemer staat al vaak alleen in zijn inspanningen om de taal te beheersen, om de gewoontes en cultuur van het land en de organisatie te doorgronden en om zijn of haar wereld door middel van taal te vergroten. Dit vergt veel inzet en motivatie. Daarnaast hebben cursisten slechts een aantal vaste contactmomenten per week met de trainer. Dit is niet altijd toereikend.
Onderscheidend
Dagnall onderscheidt zich door de aandacht te richten op vergroting van het draagvlak voor een cursus Frans op de werkvloer. Ons instituut moedigt zowel collega’s als leidinggevenden binnen de werkkring van het bedrijf aan om een continu proces van taalverwerving te creëren, door vanaf het begin zoveel mogelijk in de doeltaal te communiceren met de deelnemer. Door het belang van taal op de werkvloer consequent op deze wijze te benadrukken, wordt de waarde van een goede taalbeheersing samen ervaren en de deelnemers voelen zich gestimuleerd en gewaardeerd in hun taalverwerving.
Vele wegen leiden van Zwolle naar Parijs
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Frans is niet alleen toegespitst op de vraag van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals betere spreek- of schrijfvaardigheid. Een goede taalcursus (Frans) is vanzelfsprekend ook afgestemd op de beste, meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist. Een cursus Frans in Zwolle die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige docenten Frans zijn heel bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van Franse vaardigheden en taalkennis om deze direct in realistische praktijksituaties te gaan toepassen. Dat werkt wel zo prettig en dit zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt. Het ondertussen alom bekende hoge rendement realiseert Dagnall met een combinatie van deze beproefde leermethode, gericht op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) auditief, visueel of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall kunt u voor cursussen terecht die op een maatwerktraining gebaseerd zijn.
Wij bieden groepscursussen van 3 tot 10 lerenden, duocursussen (2 lerenden), individuele taalcursussen, onlinecursussen, het online leerplatform voor blended learning alsook een de Dagnall App met jargon en woordenlijsten van de specifieke organisatie. Onze taaldocenten maken veel gebruik van eigen lesmateriaal dat zij hebben verzameld en gecreëerd door de jaren heen en spelen voortdurend in op actuele thema’s en ontwikkelingen.
Een prettige manier van leren
Een bijkomend voordeel is dat dit echte maatwerk als een bijzonder plezierige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de taaltrainers Frans van Dagnall in Zwolle. Onze, door de jaren heen steeds verder verfijnde en ontwikkelde werkwijze is het gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. De cursus Frans is niet alleen werkgericht en/of functiegericht, maar tevens afgestemd op de manier van leren die het beste bij de cursist zelf past.
Effectief Frans leren in Zwolle bij Dagnall Talen
Individuele cursussen en groepscursussen Frans
Franse lessen - individueel of in groepsverband
Wij verzorgen cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u als opleidingszoeker de gehele organisatie met een gerust hart uit handen kunt geven. Deze individuele cursussen en groepstaalcursussen verzorgt Dagnall Talen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen gebruiken we moderne en gevarieerde leermethoden om doelgericht te trainen en leersucces te borgen. Vanzelfsprekend kunnen onze individuele-, duo- en groepscursussen zowel bij u op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Zwolle gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen Frans in Zwolle
Maatwerkcursussen Frans
Dagnall Talen biedt individuele cursussen Frans voor bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren in Zwolle en omgeving. Een individuele taalcursus noemt men ook wel één-op- één-taalcursus of privéles. De individuele taalcursussen van Dagnall zijn al tientallen jaren bekend voor de persoonlijke aandacht, het maatwerk en het hoogste rendement. Alle individuele cursussen Frans van Dagnall Talen zijn maatwerktrainingen en de trainingen worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de leerstijl en de praktijksituatie. De cursussen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Wij bieden groepscursussen Frans met 3 tot 10 personen, maar ook duocursussen (met 2 cursisten) aan bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren. De groep houden we bij voorkeur zo klein mogelijk de deelnemers maximale ondersteuning te geven en om de leereffectiviteit te verhogen. Ook de groepscursussen van Dagnall Talen zijn maatwerkcursussen en worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de leerstijl alsook de praktijksituatie alsook de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te kunnen behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het hoge rendement is het belangrijkste voordeel van individuele taalcursussen Frans omdat in korte tijd veel kennis wordt geleerd. Er wordt sneller vooruitgang gemaakt doordat de cursus vrij intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk. Nog een groot voordeel van een individuele taalcursus is flexibiliteit. De inhoud kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de eventuele aandachtsgebieden van de cursist en de cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist. De leervordering is optimaal doordat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld. Ook zijn individuele taalcursussen goed op de agenda van de cursist af te stemmen wat zorgt voor optimaal tijdmanagement en een handig leerschema.
Pluspunten groepscursus
Vooral de interactie met de andere lerenden Frans is het belangrijkste pluspunt van een groepscursus; het actieve gebruik van de doeltaal door middel van bijvoorbeeld rollenspellen en discussies in de groep. Een ander groot pluspunt is de zogenaamde groepsdynamiek; het leren van de foutjes van anderen en in de doeltaal communiceren met de groep. De lerenden kunnen de hierdoor geboden afwisseling als leuker ervaren. Daarnaast zijn groepscursussen efficiënt doordat tegelijktijd meerdere medewerkers worden getraind en de groep op bijna hetzelfde kennisniveau komt. Ook zijn voor deelnemers groepscursussen wat minder intensief (minder zwaar) dan individuele taalcursussen.
Minpunten individuele cursus
Discussies en rollenspellen kunnen bij individuele taalcursussen Frans alleen met de docent worden gevoerd en gedaan. Doordat er geen interactie met andere cursisten is, kan de geleerde kennis niet in groepsverband worden geoefend. Omdat groepsdynamiek ontbreekt, is het ook niet mogelijk om te leren van elkaars fouten. De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is ook vrij intensief (zwaarder) voor de cursisten.
Minpunten groepscursus
In groepscursussen is minder aandacht voor de individu en kunnen deelnemers wat eerder zijn afgeleid. Daardoor ligt het rendement iets lager. Dit kan gedeeltelijk worden ondervangen door de groepen iets kleiner te houden (minigroepen). Een groepscursus Frans kan eveneens minder goed op individuele leerstijlen afgestemd worden. Een bijkomstig nadeel van een groepscursus is dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursist kan worden afgestemd.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Frans
Verschillende opties voor Franse les
Wij bieden taalcursussen (Frans) voor zowel beginners, halfgevorderden als gevorderden. Niet iedereen heeft de mogelijkheid om naar een talencentrum te gaan. Wij verzorgen daarom de taalcursussen eveneens incompany en online. Bij Dagnall Talen kunt u een intensieve of semi-
intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Frans volgen. Uiteraard is een combinatie van deze verschillende trainingen eveneens mogelijk. Wij staan voor (betaalbaar) maatwerk!
De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en in Engeland, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Door de invloed van het leger werd de audiolinguale methode ook wel de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je zien als antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Nieuw was dat de taallessen volledig in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is om zonder fouten Frans te leren spreken en verstaan; het begint bij een Franssprekende leren naspreken. Herhaling is hiertoe het middel; er wordt met driloefeningen gewerkt om Franse zinnen en structuren te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch worden. De taaldocent Frans kan bijvoorbeeld een zin 10 keer herhalen en dan een nieuw Frans woord of meerdere nieuwe Franse woorden hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel in zogenaamde talenpractica gewerkt, waar studenten Frans een koptelefoon dragen en zinnen beluisteren en nazeggen. Geschreven Frans komt pas aan bod zodra het mondelinge Frans vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe Franse woorden te introduceren.
Populariteit
De methode werd in ons land pas rond het jaar 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet inging. Al snel kwamen er grote bezwaren tegen de saaie driloefeningen. Het kwam af en toe voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats daarvan werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij een taal (zoals Frans) leren niet gaat om het memoriseren van de (Franse) grammatica, maar om de toepassing ervan. Luistervaardigheid (Frans), die vóór 1970 voor de meeste taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor mensen die Frans beginnen te leren. Van het begin wordt een correcte uitspraak Frans aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor een efficiënte en snelle overdracht van kennis bieden. Ook bij grote(re) groepen kan de methode worden gebruikt.
Tegelijkertijd heeft de docentgestuurde kant een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng verwacht van de lerenden, waardoor het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer ligt. Een ander bezwaar is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk in levend taalgebruik Frans om te zetten zijn.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) op een zodanige manier wijze te leren dat deze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die worden herhaald na verloop van tijd. Deze Franse woorden en zinnen op de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerenden. Al deze woorden uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar dit gaat automatisch door blootstelling. Deze woordenlijst wordt steeds veranderd; Franse woorden die aangeleerd zijn, worden van de woordenlijst gehaald. Die Franse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method claimen dat deze zinnen en woorden spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden als de kennis ook betekenisvol en relevant is. Deze methode kan dus alleen functioneren voor Franse woorden en zinnen die relevant en betekenisvol zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die het fijn vinden om bijvoorbeeld Post-its® te gebruiken als geheugensteuntje, kan deze GoldList-methode functioneren. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven meewerkt en wordt aangesproken, werkt het met de hand schrijven effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een fotootje maken. Een minpunt van deze methode is het ontbreken van context. Taal is uiteraard veel meer dan een serie losse woorden en/of zinnen. Deze methode is bovendien bijzonder tijdrovend; er moeten steeds met de hand geschreven lijsten worden gemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Frans) gericht. Op de manier waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de methode het Frans te leren. De taalregels van het Frans leert men eveneens onbewust op die manier. Hiervoor wordt alleen het Frans gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een stressvrije leeromgeving voor de studenten is het streven van de methode. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete Frans grammatica en de correctie van vormfouten.
De methode heeft het meeste rendement als de student in het Frans wordt ondergedompeld. Om te zorgen dat de lerenden van de ervaringen kunnen genieten, moeten de activiteiten die in het Frans worden aangeboden, stimulerend zijn.
De Natural Method vertoont veel overeenkomsten met de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het verschil is dat de Directe Methode meer de focus legt op de praktijk en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het feit dat onderdompeling heel effectief is, is al veelvuldig aangetoond. Doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is, is de Natural Approach een populaire wijze van lesgeven onder taaldocenten Frans. Maar er is ook kritiek op de natuurlijke aanpak. De methode richt zich vooral op het impliciet aanleren van de grammatica van het Frans. Studenten zouden weliswaar leren om te communiceren, maar in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven hangen door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Om op een natuurlijke manier een taal aan te leren, wordt prettig gevonden. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met het Frans op te bouwen. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.
Doordat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt. De methode bereidt lerenden eveneens niet per se voor op een bepaald Frans examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse naam: Structural Approach; ‘SA’) is in de begin jaren 50 door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren die als doel heeft om lerenden vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans). De beheersing van deze structuren levert volgens de SA meer op dan het verwerven van woordenschat Frans. Het gaat om het herkennen en kunnen toepassen van bepaalde combinaties van Franse woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden gepresenteerd aan de studenten in herkenbare situaties met gebruik van dramatiseringen, visualisaties, gezichtsuitdrukkingen en handelingen. Bij de methodiek worden de structuren die in de praktijk het meest worden gebruikt, als eerste aangeboden. Mondelinge vaardigheden Frans (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; hieruit volgen leesvaardigheden en schrijfvaardigheden. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreekvaardigheden en schrijfvaardigheden), krijgt de grammatica een belangrijke plaats. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op grote schaal gebruikt voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de studenten het Frans op een accurate manier leren. De student krijgt inzicht in de Franse grammatica leert in welke situatie bepaalde Franse woorden en woordcombinaties wel of niet passend zijn. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt alledaagse taal. De Structurele Aanpak heeft ook keerzijden. De werkwijze is tamelijk tijdrovend en biedt niet meteen succeservaringen. De eigen inbreng van lerenden is behoorlijk beperkt; de methode is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een vreemde taal. Taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van een taal (zoals Frans).
De studenten leren middels de CLT-technieken het Frans in praktijk te brengen door de interactie onderling en de docent Frans. Er wordt gebruikgemaakt van teksten in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven. Het Frans wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten Frans dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Frans in verschillende realistische situaties te oefenen. De Franse grammatica leren studenten inductief, dit betekent aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de docent Frans echt een trainer, die de lerende helpt in het Frans te communiceren.
Populariteit
De CLT werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, deels omdat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes bleken. Door de verdere eenwording van Europa ontstond meer behoefte om vreemde talen te leren middels een methode die meteen toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Communicatief taalonderwijs (CLT) heeft veel sterke aspecten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is functioneel en studentgericht. Omdat authentiek materiaal wordt gebruikt, leren de studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. De methode is efficiënt. Deze methode is stimulerend voor de studenten, omdat zij snel succes ervaren. Er mogen fouten worden gemaakt; de vaardigheid van de lerende wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er minder aandacht is voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en de planning vraagt veel tijd van de taaltrainer en van de lerenden vereist het een actieve deelname. Voor sommige studenten kan deze manier van een vreemde taal leren ongewoon of moeilijk zijn, afhankelijk van hun achtergrond. Communicatief taalonderwijs (CLT) draait om het trainen van vaardigheden; het gaat vooral om de functie en minder om de vorm en CLT biedt dan ook geen samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gericht op praktisch taalgebruik. Men leerde om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere wijze gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Hij ontwikkelde een methode waarbij de grammatica van de taal centraal stond rond 1783. Meidinger wordt gezien als grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd, wat de taal van de religie, de wetenschap en de cultuur was. Onderwijs in Latijn was vanzelfsprekend gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en geheel gericht op grammatica en vertalen (van bijvoorbeeld Frans). Dat werd destijds gezien als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse van de taalvormen en de taalstructuren (van bijvoorbeeld Frans) uit waarbij de student inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docent draagt taalkennis Frans over, de lerenden memoriseren.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw was er ook tegengeluid. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De methode vormt een aardige mentale training aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren. De methode biedt ook inzichten in de structuur van het Frans, omdat de nadruk op de grammatica gelegd wordt.
De grammatica-/vertaalmethode heeft echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de spreek- en luistervaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling kan worden toegepast. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het leren in een groep geeft de methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces bij lerenden. De studenten zijn alleen toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (Engelse naam: language immersion) over de hele wereld toegepast, en dan met name op middelbare scholen waarbij een vak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de leermethode die wordt gebruikt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles onderwezen aan rijke dames uit Vught en omgeving.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling houdt in dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, vanaf het eerste moment is omgeven door de te leren taal. Alle instructies vinden in de doeltaal (Frans) plaats; in het begin langzaam en met veel herhalingen, later op een natuurlijkere manier. De lerenden worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Frans te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Scholen die werken met onderdompeling, richten de leeromgeving vaak in de stijl van het Frans om een situatie te creëren alsof lerenden in Frankrijk zijn. Lerenden oefenen het Frans spreken één-op-één of in een klein groepje. Naar Frankrijk gaan en daar verblijven in een gastgezin, is een andere methode om een taal te leren door middel van onderdompeling.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren beschouwd. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Frans kan uitstekend worden aangeleerd op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Omdat de methode zo intensief is, is het grote voordeel dat deze methode snel resultaten laat zien. Omdat de lerende wordt erdoor omgeven, is de leermethode een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet daadwerkelijk in het Frans gaan communiceren. Feitelijk is de student 24 uur per dag Frans aan het leren. Het samen oefenen in groepsverband versterkt de sociale interactie. Dit wordt door studenten als motiverend ervaren.
Een nadeel van de leermethode is dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt. De kans is groot dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt als iemand in een vrij korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar daarna weer overgaat tot de orde van de dag. Dat een dergelijke training Frans erg intensief is, kan een bijkomend nadeel zijn. Niet alle studenten hebben de conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. De methode is door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedia is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Volgens Lozanov is positieve suggestie een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de taaldocent (Frans) en studenten van essentiële betekenis. Hiervoor dienen lerenden ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was uit den boze om dit te kunnen bereiken. De lerenden zaten tijdens de lessen in comfortabele stoelen die in een halve cirkel opgesteld waren en er was altijd achtergrondmuziek tijdens de klas. De methode zoals Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er bestonden lijsten met woorden bij deze teksten en opmerkingen over de (Franse) grammatica. Het voorlezen gebeurde met gebaren en veel expressie in stem. De studenten werden zo overgehaald om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren, konden ze gemakkelijk begrijpen en opnemen. Tijdens de lessen was er veel aandacht voor de cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). Er werden rollenspellen gespeeld en in de les werden ook (Franse) streekgerechten gemaakt en geproefd.
Populariteit
De leermethode van Lozanov was omstreden en is niet zo bekend meer. Een aantal elementen van de methode wordt nog steeds toegepast, bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten in de vreemde taal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De leermethode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer in de les, waardoor de lerenden minder last zullen krijgen van frustratie of faalangst. Deze gemoedelijke sfeer kan voor immigranten bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Een ander voordeel van de leermethodiek is dat de student gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor sommigen een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommige mensen afleiden en verstorend werken in tegenstelling tot stimulerend of ontspannend. Een andere zwakke kant is dat de relatie tussen de docent en de student niet gelijkwaardig is; alle input komt van de Franse docent en de studenten zijn steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran ontwikkelde in het jaar 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) of afgekort CLL genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een taal te leren waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. Deze methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de trainer als een counselor optreedt die de zinnen van de lerenden kenschetst. De studenten starten een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal (Frans) nog niet machtig genoeg, dan spreken de studenten in de moedertaal. De docent (Frans) vertaalt en geeft uitleg. Hierna herhalen de studenten de uitspraken van de docent zo nauwkeurig mogelijk. Dit gesprek in het Frans wordt opgenomen om daarna opnieuw te kunnen beluisteren.
Community Language Learning stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de studenten als middel om het Frans te leren. Er is geen leerboek Frans dat gevolgd wordt; het zijn de lerenden zelf die de lesstof bepalen aan de hand van betekenisvolle gesprekken.
Populariteit
De mate van succes van de methode is grotendeels afhankelijk van de expertise van de docent-counselor. Bij deze methode dient de trainer sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig te zijn. Deze taaltrainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de lerenden uitstekend te beheersen om de taaluitingen van de lerenden te kunnen vertalen. De methode kan prima werken als deze op de juiste wijze gebruikt wordt. Community Language Learning is niet geschikt voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt voor studenten veel autonomie. Het analyseren van hun eigen gesprekken vinden de studenten vaak nuttig. De groep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de lessen Frans, maar ook buiten de lessen. Met deze methode worden studenten zich zo veel meer bewust van anderen in hun groep, hun sterke en zwakke punten en ze leren om te werken als team. Het bespreken van hun fouten en het evalueren van de taalles Frans is heel leerzaam voor de studenten. Vaak blijven dergelijke verbeteringen in het geheugen gegrift en worden onderdeel van de actieve woordenschat van de studenten.
Een nadeel kan zijn dat de trainer niet sturend is, terwijl een aantal lerenden wel sturing nodig heeft. Bij CLL wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden ook geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de lessen is hierdoor lastig te meten. Sommige lerenden worden in hun Frans spreken belemmerd als zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om een taal te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Frans (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans krijgt in deze benadering meer nadruk dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialoog. Voor interactie is aandacht maar eveneens voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de student (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor de studenten om de Franse taal zelf te ontdekken.
De rol van de docent Frans is te zorgen voor genoeg input en het faciliteren van het leerproces van de student.
Populariteit
In de afgelopen dertig jaar zijn onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis de lesboeken duidelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt aan woordenschat besteed die wordt aangeboden in chunks, in betekenisvolle brokjes. De ingrijpende omwenteling in de manier waarop vreemde talen worden onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal te werken, leren lerenden op een heel natuurlijke manier het Frans te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het taalgebruik Frans.
Het minpunt van de leermethode is dat de werkelijkheid altijd weer afwijkend is van de geleerde taalsituaties. Een aantal studenten heeft moeite om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen en deze studenten hebben meer aan een trainer Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is door de Fransman François Gouin in het jaar 1880 ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica van de doeltaal vereisen. Studenten leren zinnetjes op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, beroep en wetenschap, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het is een soort eentalige leermethode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden vanzelf snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans) leren denken.
Populariteit
De seriemethode van Gouin was zijn tijd ver vooruit. Ondanks dat de methode een ongebruikelijke aanpak had, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd een succes. Deze methode van Gouin werd echter overschaduwd door Maximilian Berlitz’ Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Series method van Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheden Frans sterk en creëert een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer.
De methode biedt levendig onderwijs. Dit type onderwijs Frans wekt het enthousiasme van de lerenden op doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een taal leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De methode maakt de studenten Frans nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, de prestatiedruk te verminderen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De methode stimuleert de communicatieve competenties Frans van de studenten vrij intensief.
Het nadeel van de seriemethode van Gouin is dat taal die iets meer abstract of subjectief wordt, moeilijk in één concrete ervaring te vangen is met bewegingen en expressies. Een ander minpunt is de bewerkelijkheid voor de taaltrainer, die een scala aan series dient voor te bereiden. Als derde punt focust de Gouin-seriemethode vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog vaak draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om specifieke taken uit te voeren. Studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Frans) vereist. Om deze taken goed uit te voeren, is het nodig dat zij over woordenschat en taalregels van het Frans beschikken. De taken zijn alledaagse taken, bijvoorbeeld het schrijven van een e-mail, een boodschap doen, een drankje bestellen, bellen met de klantenservice of de krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de studenten zich eerst op de taak voorbereiden, de taak vervolgens uitvoeren en tot slot op de taak terugblikken. Om de opdrachten uit te kunnen voeren, dienen studenten samen te werken. De taken moeten iets boven het niveau van de student Frans liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Task-Based Language Teaching (TBLT) heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren negentig en zeker in het taalonderwijs. Taakgericht taalonderwijs de meest praktisch bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid bij de studenten (hoofdzakelijk de studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs te verhogen.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheden (Frans) te gebruiken. Zolang de taak goed bij de lerenden aansluit, is Task-Based Language Teaching een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Studenten komen op een natuurlijke, dagelijkse wijze in aanraking met het Frans en leren op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om met andere studenten Frans samen te werken. Lerenden ervaren taakgericht taalonderwijs als prettig en motiverend.
Als keerzijde kan gezien worden dat de communicatie centraal staat en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor studenten die niet heel nauwkeurig leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van taalonderwijs Engels bedacht Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in het jaar 2000.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’; de beweging van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder filmregisseur Lars von Trier uit 1995, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Voor het filmmaken, houden de deelnemers zich aan 10 strikte regels (dogma’s). Deze vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare wijze. De aanhangers van de Dogme Language Teaching zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doel van Dogme-taalonderwijs is het starten van inhoudelijke conversaties over praktische zaken. Hierbij gaat het om communicatie als drijvende kracht van het leren. Daarom is de Dogme-benadering een communicatieve benadering voor onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder het gebruik van leerboeken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan focust op de communicatie tussen de lerende en de docent. Net zoals de Dogme-beweging van de filmmakers, heeft het Dogme-taalonderwijs 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat er niet veel onderzoek naar het succes van Dogme is geweest, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal (zoals Frans) suggereren dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een voordeel voor taaltrainers Frans is dat hij of zij zich nauwelijks hoeft voor te bereiden. Dat de student voor zijn of haar eigen leerproces de verantwoording draagt, kan zeer motiverend zijn. Op deze manier zijn de lessen Frans nooit voorspelbaar; dit garandeert spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Vrijwel elk item kan in een taalles volgens de Dogme-methode worden besproken. Lerenden blijven zo alert en betrokken.
Als ze zo weinig begeleid worden door de taaldocent, kunnen lerenden zich echter wat ongemakkelijk voelen. Voor dit type van onderwijs zijn ook niet alle trainers Frans voldoende flexibel. Dat studenten zich vaak op een specifiek examen Frans moeten voorbereiden, terwijl het niet zeker is dat de leerstof hiervoor aan bod komt in de taalles, kan een ander keerzijde zijn van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson in het jaar 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-benadering is een alternatieve kijk op het verwerven van een vreemde taal (zoals het Frans). De primaire aanname van de leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het verwerven van het Frans; het doel om tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk) uit te groeien. Daarom hanteert GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA vertoont gelijkenissen met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Frankrijk voeren deze activiteiten uit. Begrip gaat boven productie. Franse woordenschat en cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 is de hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ongeveer 100 uur. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de ‘verhaalopbouwfase’. Deze neemt ruwweg 150 uur in beslag en de deelnemer begint het Frans nu ook te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 beginnen de deelnemers zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans aan de hand van films, televisie, nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans om.
Populariteit
Er is nog niet veel bekend over het succes omdat de methode van Thomson nog tamelijk nieuw is. Deelnemende studenten zijn vrij enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een goede doorkijk op het proces van de taalverwerving Frans geboden. De zes afzonderlijke fasen van de leermethode bieden realistische doelstellingen en een duidelijk tijdspad. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van het Frans, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een nadeel van deze benadering is dat voor iedere deelnemer of minimaal iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die bereid is om veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht in de vroege jaren 2000 door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Frans) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het is een eenvoudige techniek van Shadowing: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt dan wat hij of zij hoort. Het gaat in de eerste plaats om de klank; de Franse tekst ook begrijpen is niet belangrijk. Het luisteren en daarna herhalen wordt geoefend totdat dit heel soepel gaat en de lerende simultaan met de audio-opname Frans kan spreken. Na enige tijd zal de student een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij gezegd heeft. Er zijn veel lesboeken geschikt voor deze techniek, zolang er maar dialogen in staan of delen met samenhangende tekst. Het niveau van de Franse audio-opname dient idealiter iets boven het niveau van de studenten te liggen. De ideale lengte is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes in te lassen en op natuurlijke snelheid. De aanbeveling van Argüelles is studenten om tijdens het spreken te lopen, liefst in de buitenlucht, en niet te zitten, omdat fysieke bewegingen de opname versterken van de vreemde taal (het Frans) in het zenuwstelsel. Dat de studenten minder snel worden afgeleid als zij bewegen, zodat het leren van het Frans veel effectiever gaat, is een andere reden.
De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills toegepast in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Bij Shadowing is het simultaan spreken eveneens verschillend.
Populariteit
In de afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar Shadowing waaruit is gebleken dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Het algemene begrip van het Frans wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het in een groep lerenden kan worden toegepast, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief leert. Het rendement van de methode is hoog.
De keerzijde van de Shadowing-methode is dat de studenten het soms een beetje saai kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De keuze van de tekst is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Frans) te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren met behulp van handelingen en beweging. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven voortdurend taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die taken uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste instantie de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheden Frans vormen dus de basis, daarna volgen de spreekvaardigheden.
De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De trainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke manier taken, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de taken voor; de studenten doen deze taken na. In het begin wordt nog niet verwacht van de lerenden dat zij Frans spreken; in een later stadium geven de lerenden de opdrachten. Taken die bekend zijn worden uitgebreid of deels veranderd.
TPR® appelleert de methode van aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren en volwassenen werken met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® biedt veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethodiek van Total Physical Response levert een snelle succeservaring op. Dit bevordert het plezier in leren. Zo kan de student leren zonder stress. In principe is TPR® voor alle doelgroepen inzetbaar, ongeacht welke achtergrond of leeftijd en kan de leermethode ook in iets grotere klassen worden gebruikt. Het verworven Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten is uit te drukken, is de keerzijde van TPR®. Daarom werkt de leermethode tot op een bepaald niveau en is een andere leermethode nodig als aanvulling. De methode is bovendien niet bijzonder creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Frans te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging rond het jaar 1900 met nieuwe visies over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. Overigens betrof die Reformbeweging niet alleen het leren van een vreemde taal, maar eveneens voeding, kleding, naturisme en natuurgeneeskunde. Net als in de jaren 60 van de vorige eeuw, streefde men omstreeks 1900 naar natuurlijke manieren van leven en een bevrijding van keurslijven. In het taalonderwijs kwam veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd grammatica meer inductief aangeboden, met voorbeeldzinnen. Hieruit moesten de lerenden de taalregels afleiden. Er waren meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Frans). Het werd gestimuleerd de studenten veel in het Frans te laten spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de taallessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) woordenschat aangeleerd met behulp van plaatjes en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door studenten om ideeën te laten associëren.
Populariteit
Deels door invloed van de oorlogen en crises ebde de vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw weg, om in de jaren 60 weer een andere vorm te krijgen.
Taleninstituten als Interlingua en Berlitz werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier van leren is, is het grote voordeel. Bij de methode wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken. Hierdoor ontwikkelen lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in de Franse taal. De methode heeft eveneens minpunten. Deze methode besteedt nauwelijks aandacht aan schrijfvaardigheid (Frans) en ook relatief weinig aan lezen in de doeltaal. Deze leermethode biedt voor de meer gevorderde student Frans te weinig uitdaging. De Directe Methode is tevens niet erg bruikbaar voor langzaam een lerende student, doordat deze methode op een actieve inzet vanuit de student is gebaseerd.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is de manier waarop een kind zijn moedertaal leert. Het leren van een taal (zoals Frans) moet gemakkelijk en veilig zijn. Daarom wil Manesca niet met abstracte regels en woordenlijstjes met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de vroegst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is gebaseerd op het werken met een groep lerenden en een taaldocent Frans, die maar één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De lerenden herhalen vervolgens na elkaar het Franse woord en deze beweging. De herhaling helpt de lerenden de Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. Stap voor stap worden deze woorden zinnen en weer variaties op de Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is al enkele jaren later door de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Manesca is twee jaar na de publicatie van zijn methode overleden. Het werk van Manesca is door anderen opgepakt en aangepast, onder meer door Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
Het pluspunt van de Manesca- of Ollendorff-methode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger door de studenten wordt onthouden. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het veelvuldige herhalen. Dat het wat saai kan zijn om steeds dezelfde Franse woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan een nadeel zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld in 1963.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een taalleermethode (voor bijvoorbeeld Frans) die stilte gebruikt als instructiemiddel. Gattegno’s methode gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.
De trainer Frans gebruikt een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht van de studenten te trekken, reacties te krijgen en hen aan te moedigen om foutjes te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Frans) van de taal besteed.
Caleb Gattegno, die wiskundige was, vond het belangrijk om onderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de voorraad energie van de lerenden. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder energie dan als studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat de trainers niet zozeer naar het overbrengen van kennis zouden moeten streven, maar bewustzijn aan dienen te boren, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te kunnen leren.
The Silent Way gebruikt onder andere gekleurde staven (zogenaamde cuisenaire-staven), die kunnen worden gebruikt voor allerlei dingen. De ‘de stille manier’ maakt ook gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een specifieke klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Caleb Gattegno’s ideeën zijn van betekenis geweest, vooral bij het aanleren van de uitspraak, hoewel The Silent Way in zijn originele versie niet veel wordt toegepast.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat de aanpak van Caleb Gattegno niet-bedreigend is voor de lerende, die immers gezien wordt als autonoom, is het voordeel van de methode. De docent Frans is in principe dienstbaar aan de lerende en niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren van het Frans op een natuurlijke wijze. Het geleerde wordt doorgaans goed verwerkt en onthouden door lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De lerende ‘mag’ foutjes maken, wat bijdraagt aan het leerproces.
Dat een aantal studenten meer begeleiding nodig heeft dan de leermethode beoogt, kan een minpunt van de leermethode zijn. Door de afwezigheid van input van de trainer Frans zouden studenten gefrustreerd kunnen worden. Het werken met kleuren en grafieken heeft als keerzijde dat de nieuwheid er snel af raakt, waardoor het effect van de leermethode verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en is van de TPR-techniek (Total Physical Response) afgeleid.
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het principe is een natuurlijke manier van taalverwerving: de nieuwe taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te bereiken, worden studenten blootgesteld aan veel begrijpelijke input. De taaltrainer Frans vertelt een verhaal aan de lerenden, waarin nieuw te leren Franse woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. De verhalen zijn vrij gemakkelijk te begrijpen, hierdoor ontspannen de lerenden zich. Op deze manier worden woorden en structuren van het Frans ongemerkt in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen. De docent wijst de lerende op grammaticale verschijnselen van het Frans, zonder dat studenten taalregels uit hun hoofd leren.
De lerenden zullen na een poosje ‘vanzelf’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur gaan nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groep lerenden een verhaal opbouwen, is een variant. De taaldocent Frans schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op het bord, met de Franse vertalingen erbij en daarna samen met de studenten hier een verhaal van te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Frans, omdat dit zorgt voor input. Schrijven in het Frans volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een geslaagde manier is om een vreemde taal te verwerven. Randvoorwaarden zijn er wel: de setting dient geschikt te zijn en de taaldocent dient ervoor getraind te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier om Frans te leren en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Het is plezierig voor studenten en het is relatief gemakkelijk om de aandacht erbij te houden. Zelf een verhaal maken, werkt zeer motiverend voor de lerenden.
Dat TPRS veel voorbereiding van de docenten vraagt, is een minpunt.
De Rosetta Stone-methode is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die is gevonden in Egypte met een tekst in twee talen, waarmee de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen op de markt brengt. De eerste versie van Rosetta Stone is in 1996 uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een methode om met behulp van een computer een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Deze taalcursussen zijn beschikbaar in ruim dertig talen en de taalcursussen zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de manier imiteert waarop een kind de moedertaal leert. Dat wil zeggen ‘leren door onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te zeggen. Rosetta Stone gebruikt hiervoor foto’s alsook stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Frans) om de betekenis over te brengen van nieuwe (Franse) woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma. Dit programma registreert de Franse uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. Dit maakt het mogelijk voor de student om de uitspraak met die van een moedertaalspreker Frans (native speaker) te vergelijken. Verbetering van de uitspraak kan behaald worden door de voorbeeldspreker iets langzamer te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheden Frans te oefenen. De software controleert de Franse spelling en grammatica en geeft eventuele fouten aan en biedt de optie om deze fouten te corrigeren.
Het programma omvat ook leesteksten. Deze gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
De methode van Rosetta Stone wordt wereldwijd veel gebruikt, ook door grote en bekende organisaties. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door enkele ministeries en verschillende universiteiten en hogescholen toegepast en eveneens door een aantal internationale organisaties.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone-methode is heel eenvoudig in gebruik en de methode kan door de student worden gebruikt op ieder moment. Welke onderdelen van de methode wat meer of wellicht minder aandacht nodig hebben, kan de student zelf bepalen. Veel mensen vinden het plezierig om de leermethode te gebruiken. Voor scholen kan Rosetta Stone een oplossing bieden bij een gebrek aan taaltrainers. Een minpunt kan zijn dat er geen taaltrainer is om de studenten te motiveren of iets extra’s te kunnen bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in het jaar 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursussen bestaan uit zinnen en dialogen die door lerenden worden nagesproken en weer herhaald. De Franse voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursus is op herhaling, anticipatie, woordenschat en wederom herhaling gebaseerd. De les van de cursus omvat een audio-opname van een half uur met nieuwe vocabulaire en taalstructuren in het Frans. De grammaticale structuren van het Frans worden niet uitgelegd maar door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes aangeboden.
Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin geleerde informatie van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. Dit (gemiddelde) interval is geïntegreerd in de cursussen van Pimsleur.
Populariteit
Onder andere Amerikanen gebruiken de Pimsleur taalcursussen en de ervaringen met Pimsleur lopen uiteen. De lerenden zijn in het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Doordat de insprekers allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke manier Frans spreken in een normaal tempo, werkt de methode van Pimsleur heel goed om de uitspraak te verbeteren.
Het feit dat er niets wordt uitgelegd, is het nadeel van de methode. De studenten leren geen bouwstenen om zelf Franse zinnen te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn methode in een eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden zoals Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in de klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als diegene geen stress heeft. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen zijn audiolessen (Frans) die zijn ingesproken door twee acteurs; een mannelijke acteur en een vrouwelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarbij de student zich voorstelt als de derde student. Hij of zij luistert met de les van de acteurs mee. Als een vraag aan de acteurs wordt gesteld, is het idee dat de cursisten op de pauzeknop klikken en de vraag eerst zelf beantwoorden. Er is geen huiswerk en er hoeft niet uit het hoofd geleerd te worden. De les wordt opgebouwd in kleine delen en Franse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Franse lesstof die al bekend is. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden tussen het Engels en het Frans gewezen, als deze er zijn. Bij de Michel Thomas-methode wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat door de student Frans is begrepen en verworven. Naast Franse woorden en zinnen worden ook bouwstenen geleerd zodat de lerenden zelf zinnen kunnen maken. De methode maakt eveneens gebruik van flashcards waarmee gebruikers zelf hun woordenschat Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel mensen vinden de methode van Michel Thomas fijn om mee te werken en ze zijn over het algemeen tevreden over de uitleg van de structuren van de Franse taal. Lerenden die wat verder zijn met de taal, vinden de cursussen soms minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De cursussen trainen uitspraak en luistervaardigheid Frans op een efficiënte wijze en de cursussen zijn heel toegankelijk. Een keerzijde van de Michel Thomas-methode is dat de cursussen Frans geen schrijfvaardigheid bieden. Er is ook geen werkelijke interactie doordat de methode van Michel Thomas een audiocursus betreft.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 is opgericht door polyglot en schrijver Alphonse Chérel. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Hun eerste boek was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’ of ‘assimilatie’: ‘mengen met, opgaan in een andere groep’, wat wel wat hooggegrepen is voor een taalcursus (zoals Frans). De taalcursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een lesboek Frans, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. Bij voorkeur besteden de cursisten ongeveer twintig minuten per dag aan de cursus.
De lessen van Assimil bestaan uit verschillende Franse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. Ernaast staat de Franse vertaling, samen met uitleg van de grammatica. Om de uitspraak Frans te oefenen, maakt de methode gebruik van zinnen die zijn ingesproken door native (moedertaal) speakers en die de cursisten daarna dienen te herhalen. De opbouw van de les is van receptief naar productief: in de eerste les wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruikers; dit komt pas na ruwweg vijftig lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn gewaardeerd. De taalcursussen zijn niet zo duur en het aanbod aan verschillende talen is groot.
Voor- en nadelen van Assimil
Het voordeel van de Assimil-methode is dat de cursist Frans op zijn of haar eigen snelheid kan leren wanneer dit het beste past. De keerzijde hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de cursist is aangewezen op zichzelf. Er is geen taaldocent Frans beschikbaar om studenten te motiveren of te begeleiden.
De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en in Engeland, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Door de invloed van het leger werd de audiolinguale methode ook wel de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je zien als antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Nieuw was dat de taallessen volledig in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is om zonder fouten Frans te leren spreken en verstaan; het begint bij een Franssprekende leren naspreken. Herhaling is hiertoe het middel; er wordt met driloefeningen gewerkt om Franse zinnen en structuren te leren beheersen, om te zorgen dat reacties spontaan en automatisch worden. De taaldocent Frans kan bijvoorbeeld een zin 10 keer herhalen en dan een nieuw Frans woord of meerdere nieuwe Franse woorden hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel in zogenaamde talenpractica gewerkt, waar studenten Frans een koptelefoon dragen en zinnen beluisteren en nazeggen. Geschreven Frans komt pas aan bod zodra het mondelinge Frans vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe Franse woorden te introduceren.
Populariteit
De methode werd in ons land pas rond het jaar 1970 geïntroduceerd toen de Mammoetwet inging. Al snel kwamen er grote bezwaren tegen de saaie driloefeningen. Het kwam af en toe voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats daarvan werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij een taal (zoals Frans) leren niet gaat om het memoriseren van de (Franse) grammatica, maar om de toepassing ervan. Luistervaardigheid (Frans), die vóór 1970 voor de meeste taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor mensen die Frans beginnen te leren. Van het begin wordt een correcte uitspraak Frans aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor een efficiënte en snelle overdracht van kennis bieden. Ook bij grote(re) groepen kan de methode worden gebruikt.
Tegelijkertijd heeft de docentgestuurde kant een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng verwacht van de lerenden, waardoor het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer ligt. Een ander bezwaar is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk in levend taalgebruik Frans om te zetten zijn.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) op een zodanige manier wijze te leren dat deze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die worden herhaald na verloop van tijd. Deze Franse woorden en zinnen op de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerenden. Al deze woorden uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar dit gaat automatisch door blootstelling. Deze woordenlijst wordt steeds veranderd; Franse woorden die aangeleerd zijn, worden van de woordenlijst gehaald. Die Franse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method claimen dat deze zinnen en woorden spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden als de kennis ook betekenisvol en relevant is. Deze methode kan dus alleen functioneren voor Franse woorden en zinnen die relevant en betekenisvol zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die het fijn vinden om bijvoorbeeld Post-its® te gebruiken als geheugensteuntje, kan deze GoldList-methode functioneren. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven meewerkt en wordt aangesproken, werkt het met de hand schrijven effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een fotootje maken. Een minpunt van deze methode is het ontbreken van context. Taal is uiteraard veel meer dan een serie losse woorden en/of zinnen. Deze methode is bovendien bijzonder tijdrovend; er moeten steeds met de hand geschreven lijsten worden gemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Frans) gericht. Op de manier waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de methode het Frans te leren. De taalregels van het Frans leert men eveneens onbewust op die manier. Hiervoor wordt alleen het Frans gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een stressvrije leeromgeving voor de studenten is het streven van de methode. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete Frans grammatica en de correctie van vormfouten.
De methode heeft het meeste rendement als de student in het Frans wordt ondergedompeld. Om te zorgen dat de lerenden van de ervaringen kunnen genieten, moeten de activiteiten die in het Frans worden aangeboden, stimulerend zijn.
De Natural Method vertoont veel overeenkomsten met de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het verschil is dat de Directe Methode meer de focus legt op de praktijk en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het feit dat onderdompeling heel effectief is, is al veelvuldig aangetoond. Doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is, is de Natural Approach een populaire wijze van lesgeven onder taaldocenten Frans. Maar er is ook kritiek op de natuurlijke aanpak. De methode richt zich vooral op het impliciet aanleren van de grammatica van het Frans. Studenten zouden weliswaar leren om te communiceren, maar in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven hangen door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Om op een natuurlijke manier een taal aan te leren, wordt prettig gevonden. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met het Frans op te bouwen. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.
Doordat er vrijwel geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt. De methode bereidt lerenden eveneens niet per se voor op een bepaald Frans examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse naam: Structural Approach; ‘SA’) is in de begin jaren 50 door Charles Fries, oprichter en directeur van de English Language Institute aan de Universiteit van Michigan en één van zijn studenten Robert Lado ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren die als doel heeft om lerenden vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans). De beheersing van deze structuren levert volgens de SA meer op dan het verwerven van woordenschat Frans. Het gaat om het herkennen en kunnen toepassen van bepaalde combinaties van Franse woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde. Deze vaste combinaties worden gepresenteerd aan de studenten in herkenbare situaties met gebruik van dramatiseringen, visualisaties, gezichtsuitdrukkingen en handelingen. Bij de methodiek worden de structuren die in de praktijk het meest worden gebruikt, als eerste aangeboden. Mondelinge vaardigheden Frans (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; hieruit volgen leesvaardigheden en schrijfvaardigheden. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreekvaardigheden en schrijfvaardigheden), krijgt de grammatica een belangrijke plaats. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op grote schaal gebruikt voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën alsook in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de studenten het Frans op een accurate manier leren. De student krijgt inzicht in de Franse grammatica leert in welke situatie bepaalde Franse woorden en woordcombinaties wel of niet passend zijn. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt alledaagse taal. De Structurele Aanpak heeft ook keerzijden. De werkwijze is tamelijk tijdrovend en biedt niet meteen succeservaringen. De eigen inbreng van lerenden is behoorlijk beperkt; de methode is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een vreemde taal. Taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van een taal (zoals Frans).
De studenten leren middels de CLT-technieken het Frans in praktijk te brengen door de interactie onderling en de docent Frans. Er wordt gebruikgemaakt van teksten in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven. Het Frans wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten Frans dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Frans in verschillende realistische situaties te oefenen. De Franse grammatica leren studenten inductief, dit betekent aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de docent Frans echt een trainer, die de lerende helpt in het Frans te communiceren.
Populariteit
De CLT werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, deels omdat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes bleken. Door de verdere eenwording van Europa ontstond meer behoefte om vreemde talen te leren middels een methode die meteen toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Communicatief taalonderwijs (CLT) heeft veel sterke aspecten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is functioneel en studentgericht. Omdat authentiek materiaal wordt gebruikt, leren de studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. De methode is efficiënt. Deze methode is stimulerend voor de studenten, omdat zij snel succes ervaren. Er mogen fouten worden gemaakt; de vaardigheid van de lerende wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er minder aandacht is voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en de planning vraagt veel tijd van de taaltrainer en van de lerenden vereist het een actieve deelname. Voor sommige studenten kan deze manier van een vreemde taal leren ongewoon of moeilijk zijn, afhankelijk van hun achtergrond. Communicatief taalonderwijs (CLT) draait om het trainen van vaardigheden; het gaat vooral om de functie en minder om de vorm en CLT biedt dan ook geen samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gericht op praktisch taalgebruik. Men leerde om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere wijze gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Hij ontwikkelde een methode waarbij de grammatica van de taal centraal stond rond 1783. Meidinger wordt gezien als grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd, wat de taal van de religie, de wetenschap en de cultuur was. Onderwijs in Latijn was vanzelfsprekend gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en geheel gericht op grammatica en vertalen (van bijvoorbeeld Frans). Dat werd destijds gezien als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse van de taalvormen en de taalstructuren (van bijvoorbeeld Frans) uit waarbij de student inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docent draagt taalkennis Frans over, de lerenden memoriseren.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw was er ook tegengeluid. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De methode vormt een aardige mentale training aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren. De methode biedt ook inzichten in de structuur van het Frans, omdat de nadruk op de grammatica gelegd wordt.
De grammatica-/vertaalmethode heeft echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de spreek- en luistervaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling kan worden toegepast. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het leren in een groep geeft de methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of een eigen creatief proces bij lerenden. De studenten zijn alleen toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (Engelse naam: language immersion) over de hele wereld toegepast, en dan met name op middelbare scholen waarbij een vak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de leermethode die wordt gebruikt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles onderwezen aan rijke dames uit Vught en omgeving.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling houdt in dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, vanaf het eerste moment is omgeven door de te leren taal. Alle instructies vinden in de doeltaal (Frans) plaats; in het begin langzaam en met veel herhalingen, later op een natuurlijkere manier. De lerenden worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Frans te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Scholen die werken met onderdompeling, richten de leeromgeving vaak in de stijl van het Frans om een situatie te creëren alsof lerenden in Frankrijk zijn. Lerenden oefenen het Frans spreken één-op-één of in een klein groepje. Naar Frankrijk gaan en daar verblijven in een gastgezin, is een andere methode om een taal te leren door middel van onderdompeling.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren beschouwd. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Frans kan uitstekend worden aangeleerd op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Omdat de methode zo intensief is, is het grote voordeel dat deze methode snel resultaten laat zien. Omdat de lerende wordt erdoor omgeven, is de leermethode een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet daadwerkelijk in het Frans gaan communiceren. Feitelijk is de student 24 uur per dag Frans aan het leren. Het samen oefenen in groepsverband versterkt de sociale interactie. Dit wordt door studenten als motiverend ervaren.
Een nadeel van de leermethode is dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt. De kans is groot dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt als iemand in een vrij korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door in een kunstmatig gecreëerde omgeving te zijn ondergedompeld, maar daarna weer overgaat tot de orde van de dag. Dat een dergelijke training Frans erg intensief is, kan een bijkomend nadeel zijn. Niet alle studenten hebben de conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. De methode is door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedia is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Volgens Lozanov is positieve suggestie een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de taaldocent (Frans) en studenten van essentiële betekenis. Hiervoor dienen lerenden ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was uit den boze om dit te kunnen bereiken. De lerenden zaten tijdens de lessen in comfortabele stoelen die in een halve cirkel opgesteld waren en er was altijd achtergrondmuziek tijdens de klas. De methode zoals Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er bestonden lijsten met woorden bij deze teksten en opmerkingen over de (Franse) grammatica. Het voorlezen gebeurde met gebaren en veel expressie in stem. De studenten werden zo overgehaald om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren, konden ze gemakkelijk begrijpen en opnemen. Tijdens de lessen was er veel aandacht voor de cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). Er werden rollenspellen gespeeld en in de les werden ook (Franse) streekgerechten gemaakt en geproefd.
Populariteit
De leermethode van Lozanov was omstreden en is niet zo bekend meer. Een aantal elementen van de methode wordt nog steeds toegepast, bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten in de vreemde taal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De leermethode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer in de les, waardoor de lerenden minder last zullen krijgen van frustratie of faalangst. Deze gemoedelijke sfeer kan voor immigranten bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt muziek bij aan betere leerprestaties. Een ander voordeel van de leermethodiek is dat de student gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor sommigen een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommige mensen afleiden en verstorend werken in tegenstelling tot stimulerend of ontspannend. Een andere zwakke kant is dat de relatie tussen de docent en de student niet gelijkwaardig is; alle input komt van de Franse docent en de studenten zijn steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran ontwikkelde in het jaar 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) of afgekort CLL genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een taal te leren waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. Deze methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de trainer als een counselor optreedt die de zinnen van de lerenden kenschetst. De studenten starten een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal (Frans) nog niet machtig genoeg, dan spreken de studenten in de moedertaal. De docent (Frans) vertaalt en geeft uitleg. Hierna herhalen de studenten de uitspraken van de docent zo nauwkeurig mogelijk. Dit gesprek in het Frans wordt opgenomen om daarna opnieuw te kunnen beluisteren.
Community Language Learning stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de studenten als middel om het Frans te leren. Er is geen leerboek Frans dat gevolgd wordt; het zijn de lerenden zelf die de lesstof bepalen aan de hand van betekenisvolle gesprekken.
Populariteit
De mate van succes van de methode is grotendeels afhankelijk van de expertise van de docent-counselor. Bij deze methode dient de trainer sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig te zijn. Deze taaltrainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de lerenden uitstekend te beheersen om de taaluitingen van de lerenden te kunnen vertalen. De methode kan prima werken als deze op de juiste wijze gebruikt wordt. Community Language Learning is niet geschikt voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt voor studenten veel autonomie. Het analyseren van hun eigen gesprekken vinden de studenten vaak nuttig. De groep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de lessen Frans, maar ook buiten de lessen. Met deze methode worden studenten zich zo veel meer bewust van anderen in hun groep, hun sterke en zwakke punten en ze leren om te werken als team. Het bespreken van hun fouten en het evalueren van de taalles Frans is heel leerzaam voor de studenten. Vaak blijven dergelijke verbeteringen in het geheugen gegrift en worden onderdeel van de actieve woordenschat van de studenten.
Een nadeel kan zijn dat de trainer niet sturend is, terwijl een aantal lerenden wel sturing nodig heeft. Bij CLL wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden ook geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de lessen is hierdoor lastig te meten. Sommige lerenden worden in hun Frans spreken belemmerd als zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om een taal te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Frans (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans krijgt in deze benadering meer nadruk dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialoog. Voor interactie is aandacht maar eveneens voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de student (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor de studenten om de Franse taal zelf te ontdekken.
De rol van de docent Frans is te zorgen voor genoeg input en het faciliteren van het leerproces van de student.
Populariteit
In de afgelopen dertig jaar zijn onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis de lesboeken duidelijk veranderd. Veel meer aandacht wordt aan woordenschat besteed die wordt aangeboden in chunks, in betekenisvolle brokjes. De ingrijpende omwenteling in de manier waarop vreemde talen worden onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal te werken, leren lerenden op een heel natuurlijke manier het Frans te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het taalgebruik Frans.
Het minpunt van de leermethode is dat de werkelijkheid altijd weer afwijkend is van de geleerde taalsituaties. Een aantal studenten heeft moeite om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen en deze studenten hebben meer aan een trainer Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is door de Fransman François Gouin in het jaar 1880 ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica van de doeltaal vereisen. Studenten leren zinnetjes op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, beroep en wetenschap, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het is een soort eentalige leermethode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden vanzelf snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans) leren denken.
Populariteit
De seriemethode van Gouin was zijn tijd ver vooruit. Ondanks dat de methode een ongebruikelijke aanpak had, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd een succes. Deze methode van Gouin werd echter overschaduwd door Maximilian Berlitz’ Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Series method van Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheden Frans sterk en creëert een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer.
De methode biedt levendig onderwijs. Dit type onderwijs Frans wekt het enthousiasme van de lerenden op doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een taal leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De methode maakt de studenten Frans nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, de prestatiedruk te verminderen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De methode stimuleert de communicatieve competenties Frans van de studenten vrij intensief.
Het nadeel van de seriemethode van Gouin is dat taal die iets meer abstract of subjectief wordt, moeilijk in één concrete ervaring te vangen is met bewegingen en expressies. Een ander minpunt is de bewerkelijkheid voor de taaltrainer, die een scala aan series dient voor te bereiden. Als derde punt focust de Gouin-seriemethode vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog vaak draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheden.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om specifieke taken uit te voeren. Studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Frans) vereist. Om deze taken goed uit te voeren, is het nodig dat zij over woordenschat en taalregels van het Frans beschikken. De taken zijn alledaagse taken, bijvoorbeeld het schrijven van een e-mail, een boodschap doen, een drankje bestellen, bellen met de klantenservice of de krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de studenten zich eerst op de taak voorbereiden, de taak vervolgens uitvoeren en tot slot op de taak terugblikken. Om de opdrachten uit te kunnen voeren, dienen studenten samen te werken. De taken moeten iets boven het niveau van de student Frans liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Task-Based Language Teaching (TBLT) heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren negentig en zeker in het taalonderwijs. Taakgericht taalonderwijs de meest praktisch bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid bij de studenten (hoofdzakelijk de studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs te verhogen.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheden (Frans) te gebruiken. Zolang de taak goed bij de lerenden aansluit, is Task-Based Language Teaching een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Studenten komen op een natuurlijke, dagelijkse wijze in aanraking met het Frans en leren op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om met andere studenten Frans samen te werken. Lerenden ervaren taakgericht taalonderwijs als prettig en motiverend.
Als keerzijde kan gezien worden dat de communicatie centraal staat en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor studenten die niet heel nauwkeurig leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van taalonderwijs Engels bedacht Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in het jaar 2000.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’; de beweging van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder filmregisseur Lars von Trier uit 1995, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Voor het filmmaken, houden de deelnemers zich aan 10 strikte regels (dogma’s). Deze vormen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare wijze. De aanhangers van de Dogme Language Teaching zoeken naar een vorm van communicatief onderwijs van vreemde talen die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doel van Dogme-taalonderwijs is het starten van inhoudelijke conversaties over praktische zaken. Hierbij gaat het om communicatie als drijvende kracht van het leren. Daarom is de Dogme-benadering een communicatieve benadering voor onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder het gebruik van leerboeken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan focust op de communicatie tussen de lerende en de docent. Net zoals de Dogme-beweging van de filmmakers, heeft het Dogme-taalonderwijs 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat er niet veel onderzoek naar het succes van Dogme is geweest, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal (zoals Frans) suggereren dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een voordeel voor taaltrainers Frans is dat hij of zij zich nauwelijks hoeft voor te bereiden. Dat de student voor zijn of haar eigen leerproces de verantwoording draagt, kan zeer motiverend zijn. Op deze manier zijn de lessen Frans nooit voorspelbaar; dit garandeert spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Vrijwel elk item kan in een taalles volgens de Dogme-methode worden besproken. Lerenden blijven zo alert en betrokken.
Als ze zo weinig begeleid worden door de taaldocent, kunnen lerenden zich echter wat ongemakkelijk voelen. Voor dit type van onderwijs zijn ook niet alle trainers Frans voldoende flexibel. Dat studenten zich vaak op een specifiek examen Frans moeten voorbereiden, terwijl het niet zeker is dat de leerstof hiervoor aan bod komt in de taalles, kan een ander keerzijde zijn van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson in het jaar 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-benadering is een alternatieve kijk op het verwerven van een vreemde taal (zoals het Frans). De primaire aanname van de leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het verwerven van het Frans; het doel om tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk) uit te groeien. Daarom hanteert GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA vertoont gelijkenissen met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Frankrijk voeren deze activiteiten uit. Begrip gaat boven productie. Franse woordenschat en cultuur krijgen de nadruk. Fase 1 is de hier-en-nu-fase. Deze fase duurt ongeveer 100 uur. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de ‘verhaalopbouwfase’. Deze neemt ruwweg 150 uur in beslag en de deelnemer begint het Frans nu ook te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 beginnen de deelnemers zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans aan de hand van films, televisie, nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans om.
Populariteit
Er is nog niet veel bekend over het succes omdat de methode van Thomson nog tamelijk nieuw is. Deelnemende studenten zijn vrij enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-methode wordt een goede doorkijk op het proces van de taalverwerving Frans geboden. De zes afzonderlijke fasen van de leermethode bieden realistische doelstellingen en een duidelijk tijdspad. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van het Frans, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een nadeel van deze benadering is dat voor iedere deelnemer of minimaal iedere kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die bereid is om veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht in de vroege jaren 2000 door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Frans) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het is een eenvoudige techniek van Shadowing: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt dan wat hij of zij hoort. Het gaat in de eerste plaats om de klank; de Franse tekst ook begrijpen is niet belangrijk. Het luisteren en daarna herhalen wordt geoefend totdat dit heel soepel gaat en de lerende simultaan met de audio-opname Frans kan spreken. Na enige tijd zal de student een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij gezegd heeft. Er zijn veel lesboeken geschikt voor deze techniek, zolang er maar dialogen in staan of delen met samenhangende tekst. Het niveau van de Franse audio-opname dient idealiter iets boven het niveau van de studenten te liggen. De ideale lengte is ongeveer één pagina, zonder kunstmatige pauzes in te lassen en op natuurlijke snelheid. De aanbeveling van Argüelles is studenten om tijdens het spreken te lopen, liefst in de buitenlucht, en niet te zitten, omdat fysieke bewegingen de opname versterken van de vreemde taal (het Frans) in het zenuwstelsel. Dat de studenten minder snel worden afgeleid als zij bewegen, zodat het leren van het Frans veel effectiever gaat, is een andere reden.
De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills toegepast in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Bij Shadowing is het simultaan spreken eveneens verschillend.
Populariteit
In de afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar Shadowing waaruit is gebleken dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Het algemene begrip van het Frans wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het in een groep lerenden kan worden toegepast, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief leert. Het rendement van de methode is hoog.
De keerzijde van de Shadowing-methode is dat de studenten het soms een beetje saai kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De keuze van de tekst is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Frans) te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren met behulp van handelingen en beweging. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven voortdurend taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die taken uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste instantie de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheden Frans vormen dus de basis, daarna volgen de spreekvaardigheden.
De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De trainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke manier taken, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de taken voor; de studenten doen deze taken na. In het begin wordt nog niet verwacht van de lerenden dat zij Frans spreken; in een later stadium geven de lerenden de opdrachten. Taken die bekend zijn worden uitgebreid of deels veranderd.
TPR® appelleert de methode van aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren en volwassenen werken met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® biedt veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethodiek van Total Physical Response levert een snelle succeservaring op. Dit bevordert het plezier in leren. Zo kan de student leren zonder stress. In principe is TPR® voor alle doelgroepen inzetbaar, ongeacht welke achtergrond of leeftijd en kan de leermethode ook in iets grotere klassen worden gebruikt. Het verworven Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten is uit te drukken, is de keerzijde van TPR®. Daarom werkt de leermethode tot op een bepaald niveau en is een andere leermethode nodig als aanvulling. De methode is bovendien niet bijzonder creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Frans te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De Directe Methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging rond het jaar 1900 met nieuwe visies over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. Overigens betrof die Reformbeweging niet alleen het leren van een vreemde taal, maar eveneens voeding, kleding, naturisme en natuurgeneeskunde. Net als in de jaren 60 van de vorige eeuw, streefde men omstreeks 1900 naar natuurlijke manieren van leven en een bevrijding van keurslijven. In het taalonderwijs kwam veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd grammatica meer inductief aangeboden, met voorbeeldzinnen. Hieruit moesten de lerenden de taalregels afleiden. Er waren meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Frans). Het werd gestimuleerd de studenten veel in het Frans te laten spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de taallessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) woordenschat aangeleerd met behulp van plaatjes en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door studenten om ideeën te laten associëren.
Populariteit
Deels door invloed van de oorlogen en crises ebde de vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw weg, om in de jaren 60 weer een andere vorm te krijgen.
Taleninstituten als Interlingua en Berlitz werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier van leren is, is het grote voordeel. Bij de methode wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken. Hierdoor ontwikkelen lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in de Franse taal. De methode heeft eveneens minpunten. Deze methode besteedt nauwelijks aandacht aan schrijfvaardigheid (Frans) en ook relatief weinig aan lezen in de doeltaal. Deze leermethode biedt voor de meer gevorderde student Frans te weinig uitdaging. De Directe Methode is tevens niet erg bruikbaar voor langzaam een lerende student, doordat deze methode op een actieve inzet vanuit de student is gebaseerd.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is de manier waarop een kind zijn moedertaal leert. Het leren van een taal (zoals Frans) moet gemakkelijk en veilig zijn. Daarom wil Manesca niet met abstracte regels en woordenlijstjes met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de vroegst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is gebaseerd op het werken met een groep lerenden en een taaldocent Frans, die maar één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De lerenden herhalen vervolgens na elkaar het Franse woord en deze beweging. De herhaling helpt de lerenden de Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. Stap voor stap worden deze woorden zinnen en weer variaties op de Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is al enkele jaren later door de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Manesca is twee jaar na de publicatie van zijn methode overleden. Het werk van Manesca is door anderen opgepakt en aangepast, onder meer door Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
Het pluspunt van de Manesca- of Ollendorff-methode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger door de studenten wordt onthouden. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het veelvuldige herhalen. Dat het wat saai kan zijn om steeds dezelfde Franse woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan een nadeel zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld in 1963.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een taalleermethode (voor bijvoorbeeld Frans) die stilte gebruikt als instructiemiddel. Gattegno’s methode gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.
De trainer Frans gebruikt een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht van de studenten te trekken, reacties te krijgen en hen aan te moedigen om foutjes te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Frans) van de taal besteed.
Caleb Gattegno, die wiskundige was, vond het belangrijk om onderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de voorraad energie van de lerenden. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder energie dan als studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat de trainers niet zozeer naar het overbrengen van kennis zouden moeten streven, maar bewustzijn aan dienen te boren, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te kunnen leren.
The Silent Way gebruikt onder andere gekleurde staven (zogenaamde cuisenaire-staven), die kunnen worden gebruikt voor allerlei dingen. De ‘de stille manier’ maakt ook gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een specifieke klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Caleb Gattegno’s ideeën zijn van betekenis geweest, vooral bij het aanleren van de uitspraak, hoewel The Silent Way in zijn originele versie niet veel wordt toegepast.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat de aanpak van Caleb Gattegno niet-bedreigend is voor de lerende, die immers gezien wordt als autonoom, is het voordeel van de methode. De docent Frans is in principe dienstbaar aan de lerende en niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren van het Frans op een natuurlijke wijze. Het geleerde wordt doorgaans goed verwerkt en onthouden door lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De lerende ‘mag’ foutjes maken, wat bijdraagt aan het leerproces.
Dat een aantal studenten meer begeleiding nodig heeft dan de leermethode beoogt, kan een minpunt van de leermethode zijn. Door de afwezigheid van input van de trainer Frans zouden studenten gefrustreerd kunnen worden. Het werken met kleuren en grafieken heeft als keerzijde dat de nieuwheid er snel af raakt, waardoor het effect van de leermethode verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en is van de TPR-techniek (Total Physical Response) afgeleid.
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het principe is een natuurlijke manier van taalverwerving: de nieuwe taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te bereiken, worden studenten blootgesteld aan veel begrijpelijke input. De taaltrainer Frans vertelt een verhaal aan de lerenden, waarin nieuw te leren Franse woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. De verhalen zijn vrij gemakkelijk te begrijpen, hierdoor ontspannen de lerenden zich. Op deze manier worden woorden en structuren van het Frans ongemerkt in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen. De docent wijst de lerende op grammaticale verschijnselen van het Frans, zonder dat studenten taalregels uit hun hoofd leren.
De lerenden zullen na een poosje ‘vanzelf’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur gaan nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groep lerenden een verhaal opbouwen, is een variant. De taaldocent Frans schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op het bord, met de Franse vertalingen erbij en daarna samen met de studenten hier een verhaal van te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Frans, omdat dit zorgt voor input. Schrijven in het Frans volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een geslaagde manier is om een vreemde taal te verwerven. Randvoorwaarden zijn er wel: de setting dient geschikt te zijn en de taaldocent dient ervoor getraind te zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier om Frans te leren en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Het is plezierig voor studenten en het is relatief gemakkelijk om de aandacht erbij te houden. Zelf een verhaal maken, werkt zeer motiverend voor de lerenden.
Dat TPRS veel voorbereiding van de docenten vraagt, is een minpunt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-methode is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die is gevonden in Egypte met een tekst in twee talen, waarmee de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen op de markt brengt. De eerste versie van Rosetta Stone is in 1996 uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een methode om met behulp van een computer een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Deze taalcursussen zijn beschikbaar in ruim dertig talen en de taalcursussen zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de manier imiteert waarop een kind de moedertaal leert. Dat wil zeggen ‘leren door onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te zeggen. Rosetta Stone gebruikt hiervoor foto’s alsook stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Frans) om de betekenis over te brengen van nieuwe (Franse) woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma. Dit programma registreert de Franse uitspraak en maakt hier een schematische weergave van. Dit maakt het mogelijk voor de student om de uitspraak met die van een moedertaalspreker Frans (native speaker) te vergelijken. Verbetering van de uitspraak kan behaald worden door de voorbeeldspreker iets langzamer te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Er zijn dictee-oefeningen om de schrijfvaardigheden Frans te oefenen. De software controleert de Franse spelling en grammatica en geeft eventuele fouten aan en biedt de optie om deze fouten te corrigeren.
Het programma omvat ook leesteksten. Deze gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
De methode van Rosetta Stone wordt wereldwijd veel gebruikt, ook door grote en bekende organisaties. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door enkele ministeries en verschillende universiteiten en hogescholen toegepast en eveneens door een aantal internationale organisaties.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone-methode is heel eenvoudig in gebruik en de methode kan door de student worden gebruikt op ieder moment. Welke onderdelen van de methode wat meer of wellicht minder aandacht nodig hebben, kan de student zelf bepalen. Veel mensen vinden het plezierig om de leermethode te gebruiken. Voor scholen kan Rosetta Stone een oplossing bieden bij een gebrek aan taaltrainers. Een minpunt kan zijn dat er geen taaltrainer is om de studenten te motiveren of iets extra’s te kunnen bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in het jaar 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursussen bestaan uit zinnen en dialogen die door lerenden worden nagesproken en weer herhaald. De Franse voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursus is op herhaling, anticipatie, woordenschat en wederom herhaling gebaseerd. De les van de cursus omvat een audio-opname van een half uur met nieuwe vocabulaire en taalstructuren in het Frans. De grammaticale structuren van het Frans worden niet uitgelegd maar door middel van uitbreiding van, en variaties op, deze zinnetjes aangeboden.
Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin geleerde informatie van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. Dit (gemiddelde) interval is geïntegreerd in de cursussen van Pimsleur.
Populariteit
Onder andere Amerikanen gebruiken de Pimsleur taalcursussen en de ervaringen met Pimsleur lopen uiteen. De lerenden zijn in het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Doordat de insprekers allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke manier Frans spreken in een normaal tempo, werkt de methode van Pimsleur heel goed om de uitspraak te verbeteren.
Het feit dat er niets wordt uitgelegd, is het nadeel van de methode. De studenten leren geen bouwstenen om zelf Franse zinnen te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn methode in een eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden zoals Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in de klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als diegene geen stress heeft. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen zijn audiolessen (Frans) die zijn ingesproken door twee acteurs; een mannelijke acteur en een vrouwelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarbij de student zich voorstelt als de derde student. Hij of zij luistert met de les van de acteurs mee. Als een vraag aan de acteurs wordt gesteld, is het idee dat de cursisten op de pauzeknop klikken en de vraag eerst zelf beantwoorden. Er is geen huiswerk en er hoeft niet uit het hoofd geleerd te worden. De les wordt opgebouwd in kleine delen en Franse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Franse lesstof die al bekend is. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden tussen het Engels en het Frans gewezen, als deze er zijn. Bij de Michel Thomas-methode wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat door de student Frans is begrepen en verworven. Naast Franse woorden en zinnen worden ook bouwstenen geleerd zodat de lerenden zelf zinnen kunnen maken. De methode maakt eveneens gebruik van flashcards waarmee gebruikers zelf hun woordenschat Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel mensen vinden de methode van Michel Thomas fijn om mee te werken en ze zijn over het algemeen tevreden over de uitleg van de structuren van de Franse taal. Lerenden die wat verder zijn met de taal, vinden de cursussen soms minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De cursussen trainen uitspraak en luistervaardigheid Frans op een efficiënte wijze en de cursussen zijn heel toegankelijk. Een keerzijde van de Michel Thomas-methode is dat de cursussen Frans geen schrijfvaardigheid bieden. Er is ook geen werkelijke interactie doordat de methode van Michel Thomas een audiocursus betreft.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 is opgericht door polyglot en schrijver Alphonse Chérel. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Hun eerste boek was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’ of ‘assimilatie’: ‘mengen met, opgaan in een andere groep’, wat wel wat hooggegrepen is voor een taalcursus (zoals Frans). De taalcursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een lesboek Frans, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. Bij voorkeur besteden de cursisten ongeveer twintig minuten per dag aan de cursus.
De lessen van Assimil bestaan uit verschillende Franse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. Ernaast staat de Franse vertaling, samen met uitleg van de grammatica. Om de uitspraak Frans te oefenen, maakt de methode gebruik van zinnen die zijn ingesproken door native (moedertaal) speakers en die de cursisten daarna dienen te herhalen. De opbouw van de les is van receptief naar productief: in de eerste les wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruikers; dit komt pas na ruwweg vijftig lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn gewaardeerd. De taalcursussen zijn niet zo duur en het aanbod aan verschillende talen is groot.
Voor- en nadelen van Assimil
Het voordeel van de Assimil-methode is dat de cursist Frans op zijn of haar eigen snelheid kan leren wanneer dit het beste past. De keerzijde hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de cursist is aangewezen op zichzelf. Er is geen taaldocent Frans beschikbaar om studenten te motiveren of te begeleiden.
Er bestaat ook een groot aanbod aan complete taalcursussen voor zelfstudie: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Babbel, Duolingo, Mondly en Quizlet.
Er is echter een betere manier: De Dagnall Methode.
Het alom bekende hoge rendement behaalt Dagnall Taleninstituut door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar met name door de focus van ons taleninstituut altijd op de cursist(en) te leggen, bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of wellicht kinesthetisch ingesteld? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is zijn of haar voorgeschiedenis op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? De Dagnall-cursussen zijn bij voorkeur face-to-face. We werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Dagnall Talen biedt daarnaast een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en Franse zinnen. Indien gewenst, kan de app geladen worden met jargon van specifieke bedrijven of organisaties.
Tot slot beschikken de docenten over veel eigen lesmateriaal en spelen ze continu in op actuele ontwikkelingen en thema’s die voor de cursist interessant zijn. Onze taaltrainers Frans zijn zeer bedreven in het plezierig en vlot aanleren van de Franse taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden snel in de praktijk kunnen worden gebruikt.
Visueel, auditief of kinesthetisch? Door met de natuurlijke wijze van leren rekening te houden en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Talen het hoogste rendement bij haar taaltrainingen. Een bijkomend voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode ervaren wordt door zowel onze cursisten als onze taaldocenten. Onze door de jaren heen ontwikkelde en verfijnde werkwijze is niet alleen het handelsmerk van Dagnall geworden, maar deze werkwijze creëert ook de waarde van onze maatwerktrainingen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)cursussen die online kunnen worden gevolgd, dus op afstand. Het wordt ook wel een virtual classroom oftewel een ‘digitaal leslokaal’ genoemd. Bij de zogenaamde trainingsvorm van blended learning wordt face-to-face-les (klassikaal) gecombineerd met online leren in een online leeromgeving. Eenvoudig uitgelegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Wij noemen blended taalcursussen ook wel combicursussen of hybride cursussen. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Zwolle.
Online Frans leren (e-learning Frans) Enkele voorbeelden van digitale platformen die kunnen worden gebruikt om online te communiceren en te leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Frans in Zwolle Het voordeel van blended learning ten opzichte van online leren is dat, indien het geen 1-op-1 les betreft, de lerenden met blended learning afwisselend wel zogeheten ‘classroominteractie’ ervaren; dat wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van de andere lerenden.
100% maatwerk – ook online!
Online leerplatform Dagnall Talen beschikt over een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online biedt interactieve en gevarieerde content en het platform vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt voor het hoogste leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App Naast het online leerplatform bieden wij ook een handige App voor zowel Android- als Apple-apparaten. Het voordeel van de Dagnall App is dat een lerende overal en altijd, dus 24/7, toegang heeft op alle (mobiele) apparaten. Zowel op het werk maar eveneens thuis of onderweg, bijvoorbeeld eveneens op reis in het buitenland. De cursisten kunnen Frans leren wanneer en waar het hen schikt. De inhoud van de oefeningen in de App worden op de behoefte van uw organisatie afgestemd zoals het taalniveau, de leerdoelen en de branche. Wij kunnen bijvoorbeeld jargon, woordenlijsten, technische termen, specifieke productnamen en juridische termen in de App integreren. De Dagnall App kan heel praktijkgericht worden ingezet en de App blijft beschikbaar na afronding van de training Frans in Zwolle. Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Frans
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, vergaderingen of onderhandelingen met Franstalige zakenpartners en klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk zijn op het gebied van taalvaardigheid vaak een uitdaging. Medewerkers die meerdere talen spreken, zijn derhalve vaak onmisbaar in veel bedrijven en organisaties.
Online en blended taaltrainingen Frans op maat
Dagnall Taleninstituut leert u Frans communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Wanneer u internationaal meertalig succesvol wilt zijn, leer uw Franstalige gesprekspartners dan te begrijpen en zorg ervoor dat u zelf ook wordt begrepen. Wilt u uw taalvaardigheden Frans verbeteren voor een toekomstige of huidige functie? Onze taaltrainingen bieden beroepsgerichte training. Al onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en zijn eveneens te boeken als onlinecursus & blended taalcursus. Onlinecursussen en blended taalcursussen Frans zijn even doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en daarnaast nog eens comfortabel.
Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kan overal gevolgd worden; thuis, op kantoor, op (zaken)reis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Voor technische en zakelijke taalcursussen online werkt Dagnall Taleninstituut met onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Microsoft Teams of een ander onlineplatform naar keuze. Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel variatie als interactie.
Virtuele Classroom voor een individuele taaltraining of groepstraining Frans
Alleen het onderstaande hebt u nodig voor cursussen in een virtuele classroom: - Laptop, pc/iMac of tablet met een camera en een microfoon - Een internetverbinding - Een rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
Onze onlinecursussen en blended taalcursussen kenmerken zich door:
Vakbekwaamheid van de taaldocenten Frans
Onze online alsook de blended taalcursussen worden door toegewijde en gekwalificeerde moedertaal (native) trainers gegeven
Onze taaldocenten hebben jarenlange ervaring in het verzorgen van taalcursussen voor het bedrijfsleven en (semi-)overheidsorganisaties
Onze taaldocenten zijn HBO of universitair opgeleid en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuur – snelle leervordering
Onze blended (combicursussen) en online taalcursussen zijn betaalbare maatwerktrainingen die speciaal op uw wensen en behoeften worden afgestemd
De inhoud wordt op het leerplan afgestemd om structuur te geven aan het leerproces
Een duidelijke structuur helpt om de taaldoelen Frans efficiënt en snel te behalen
De online (blended taalcursus/combicursus/hybride cursus) taalcursus bestaat uit livesessies en schriftelijke opdrachten. In de livesessies past u de woordenschat Frans en de structuren die u in de voorbereiding en voortzetting van de les hebt geleerd, actief toe
Dankzij de combinatie van zelfstudie en videosessies komt het bereikte resultaat van de blended- en onlinecursussen overeen met die van onze face-to-face cursussen
De lesreeksen kunnen eventueel worden opgenomen, zodat cursisten thuis alles meerdere malen kunnen herhalen en geen dingen hoeven te missen
Onze trainers geven naast de taalcursussen ook tips voor verdere digitale zelfstudiemogelijkheden
Structuur en vakbekwaamheid leiden tot een goede wisselwerking tussen de trainer en de cursist en zijn van groot belang voor het slagen van een taaltraining Frans.
Profiteer nu ook van blended- of onlinecursussen Frans door ons taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw cursus Frans in Zwolle ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Na afloop van uw cursus Frans in Zwolle ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Frans alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Frans. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Het taalniveau van het Europees Referentiekader (ERK) hanteren wij als leidraad en biedt de cursist een helder inzicht in de aanwezige en verworven kennis van het Frans. De niveaus van het Europees Referentiekader zijn internationaal erkende taalniveaus.
Ter afronding van de cursus Frans in Zwolle ontvangt u een ‘Dagnall Talen-certificaat’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese richtlijn om verschillende taalniveaus te kunnen beoordelen. Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld. In het ERK is vastgelegd wat iemand kan en weet voor vijf taalvaardigheden: luisteren, lezen, schrijven, spreken en gesprekken voeren. De Engelse naam wordt ook vaak toegepast: Common European Framework of References; CEFR. Het ERK hanteert ook 6 niveaus van taalbeheersing; van beginners tot vrijwel moedertaalsprekers. Deze niveaus in vaardigheid worden van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Taalniveau A beschrijft de basisvaardigheden Frans die de gebruiker beheerst. Taalniveau B is van toepassing op de zogenaamde ‘onafhankelijke gebruiker’. Dat wil zeggen dat iemand de taal zodanig onder de knie heeft, dat hij of zij zonder hulp in de Franse taal kan functioneren. Niveau C is van toepassing op gevorderden die met groot gemak Frans kunnen lezen, schrijven, verstaan en spreken. Niveau C geeft aan dat iemand de Franse taal uitstekend kan gebruiken in allerlei situaties.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Frans)
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Talen is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm bevat strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die van belang zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de hoekstenen van ISO 9001:2015.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall Talen is tevens gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 17100:2015 norm. De norm ISO 17100:2015 is speciaal voor vertaaldiensten die dieonder meer eisen stelt aan mensen, middelen, projectbeheer, vertalers en proeflezers.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers wordt gewerkt met de benodigde kennis en ervaring. Bovendien worden de vertalingen van Dagnall Talen altijd ten minste twee keer proefgelezen door twee specialisten. De vertalingen (Frans) worden aangeleverd binnen de deadline en volgens afspraak.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met inmiddels vele jaren ervaring met inmiddels het certificeren van organisaties. Dagnall wordt jaarlijks getoetst door Kiwa om te beoordelen of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Ons taleninstituutinstituut is al vele jaren lid van de NRTO en draagt eveneens het NRTO-keurmerk. Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie voor betrouwbaarheid en kwaliteit staat. De afkorting NRTO staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstellingen en heeft ruim 450 leden. De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
Voor de NRTO staat kwaliteit centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de leden van de NRTO geleverd worden, bijvoorbeeld een cursus Frans in Zwolle, wordt geborgd door een gedragscode, door diverse convenanten en door het NRTO-keurmerk.
De de NRTO-gedragscode is gebaseerd op vijf beginselen, namelijk zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO is belangenbehartiger van van private opleidingsinstellingen in Nederland. De NRTO fungeert als gesprekspartner van ministeries, leden van de Tweede Kamer, sociale partners, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, maatschappelijke organisaties zoals de Stichting van de Arbeid en de media en de SER.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt eveneens samen met diverse andere organisaties, zoals de Alliantie Samen Werken voor Werk. Alle NRTO-leden zijn ondernemers.NRTO-leden werken klant- en resultaatgericht en zijn in staat om zich snel aan veranderende omstandigheden aan te passen en altijd maatwerk te leveren.Het aanbod aan bijvoorbeeld cursussen Frans in Zwolle sluit aan bij de behoeften van de arbeidsmarkt.Continu vernieuwen is hiervoor onontbeerlijk.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is vertegenwoordigd in diverse commissies, besturen en adviesraden, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het CRKBO, het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), Blik op Werk en stichting EDU-DEX.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engels: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen in de EU. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van EU-burgers. Deze verordening schrijft voor dat personen op de hoogte dienen te zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die noodzakelijk zijn voor het beoogde doel, mogen worden bewaard en verwerkt.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer dan noodzakelijk worden bewaard en de persoonsgegevens moeten tegen toegang door onbevoegden, verlies alsook vernietiging beschermd te worden. Taleninstituut Dagnall voldoet natuurlijk aan alle eisen die door de Algemene verordening gegevensbescherming worden gesteld en verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht in heel beperkte mate. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Frans in Zwolle zijn vrijgesteld van btw
Dagnall Talen staat ingeschreven in het CRKBO-register. De naam CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dit houdt in dat Dagnall Taleninstituut aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet. Inschrijving in het juiste CRKBO-register is een voorwaarde voor de Belastingdienst om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te mogen leveren. Door deze btw-vrijstelling kan Dagnall een lagere prijs aan u in rekening brengen. Dit helpt in de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor cursussen aan bijvoorbeeld zorginstellingen, de overheid, maatschappen en privépersonen.
CPION
Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register wordt door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden. Het Lloyd’s Register in 1760 is opgericht en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen voor een cursus Frans in Zwolle
De efficiënte route naar een cursus Frans in Zwolle!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
 Wanneer u internationaal zakendoet dient u vaak rekening te houden met een tijdsverschil in het land waarmee u zakendoet, bijvoorbeeld Frankrijk. Mocht er een tijdverschil zijn tussen Nederland en Frankrijk, dan wordt het tijdverschil weergegeven op de navolgende klokken.
De klokken stellen zich automatisch, indien van toepassing, in op de zomertijd. (De klokken stellen zich automatisch, indien van toepassing, in op de zomertijd.)
AMSTERDAM
PARIJS
De officiële landcode van Frankrijk in letters is FRA. De hoofdstad van Frankrijk; Parijs (in het Frans: ‘Paris’), ligt in het noorden van Frankrijk.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Frankrijk is +33. De officiële internetextensie van Frankrijk is .fr.
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Frankrijk ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kunt u de Franse regio’s (régions) onderscheiden?
Weet u in welke Franse regio’s uw zakenrelaties zich bevinden?
Zo kent u de 13 Franse regio’s zeer gauw.
Controleer uw kennis door met uw muis op de landkaart van Frankrijk te gaan staan.
Als u uw cursor op de landkaart van Frankrijk laat rusten, ziet u de regionale verdeling van Frankrijk.
De regio’s van Frankrijk worden dan na elkaar getoond.
Eerst ziet u de regio’s van Frankrijk, vervolgens kunt de naam van de opgelichte regio lezen.
Binnen een minuut hebt u een aardig beeld van de bestuurlijke indeling van Frankrijk.
Frankrijk in Europa
Regio’s van Frankrijk
Soepele zakelijke gesprekken met Franstaligen
Zakendoen met Frankrijk
Wilt u soepel communiceren met Franstaligen?
De informatie die u hieronder vindt over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen, zal u hier zeker bij helpen.
Beroemde Frankrijk, bekende exportproducten en gewoonten en gebruiken hebben wij op een rijtje gezet.
Velerlei markante onderwerpen over Frankrijk en/of de Franse taal.
Een aantal leuke feiten weten, kan uitstekend helpen als opening of ijsbreker voor een gesprek.
Deze kennis over land, cultuur en mens kunt u tevens goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen tijdens een zakelijk overleg in het Frans.
U kunt in ieder geval niet alleen de geleerde taalvaardigheid tijdens internationaal zakendoen met Franstaligen toepassen maar ook uw verworven kennis over het land inzetten.
Zo is het mogelijk iets te weten komen over de Franse eetcultuur en bepaalde Franse gerechten.
Koken en eten brengt mens en cultuur samen.
Uw behaalde talenkennis alsook uw kennis over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen weet men zeker te waarderen!
Acheter chat en poche Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris ’s Nachts zijn alle katjes grijs
De Fransen eten de bekende baguettes niet als maaltijd, maar bij de hoofdmaaltijd. Een broodmaaltijd zoals in Nederland wordt gegeten, is in Frankrijk onbekend. Een typisch Frans ontbijtje is een croissant of brioche; een zoet, zacht broodje, gedoopt in een kopje koffie. De lunch is de hoofdmaaltijd, die uit meerdere gangen bestaat. Per regio zijn er enorme verschillen, maar vers stokbrood is vaste prik. Doorgaans begint men in Frankrijk met een salade, daarna volgt een warm hoofdgerecht. Vlees, gevogelte of vis, groente en rijst of aardappelen. Aardappelen worden overigens als groente beschouwd. Fransen zijn dol op vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenmaagjes of -levertjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté). Het stokbrood wordt gebruikt om bijvoorbeeld de saus mee te deppen of om het bord schoon te vegen. Bij de maaltijd wordt natuurlijk een glaasje wijn gedronken, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken. Kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin. Het diner wordt afgesloten met een fromage, een Frans kaasje en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en koffie. Omdat de avondmaaltijd zelden vóór 20.00 uur genuttigd wordt, volgt rond 16.00 uur le goûter; iets zoets zoals een taartje met een kopje thee of koffie. ’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood gehaald. Voorafgaand aan de maaltijd neemt men een aperitief (een apéro) zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (een anijslikeur). De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar is minder uitgebreid. Vaak worden de restjes van de lunch gegeten. Fransen eten vaker dan Nederlanders in restaurants, zeker tussen de middag. De prijsstelling is relatief bescheiden en veel werkgevers voorzien hun personeel van maaltijdvouchers, waarmee voor een gereduceerd tarief in een restaurant kan worden geluncht.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees. Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI) La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Franse ambassade in Den Haag Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk. De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
Het brailleschrift, een schrift waarmee blinden kunnen lezen en schrijven, is vernoemd naar Louis Braille. Braille was zelf als jong kind blind geworden. In 1819 was er een speciaal ‘nachtschrift’ ontwikkeld in het Franse leger om ’s nachts boodschappen over te brengen aan het front. Dat gebeurde met een raster van twaalf punten, waarop in reliëf codes stonden die in het donker voelbaar waren. Louis Braille werd hierdoor op het idee gebracht iets dergelijks voor blinden te ontwikkelen en zo ontstond rond 1829 het brailleschrift.
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”). llons enfants de la Patrie, Le jour de gloire est arrivé ! Contre nous de la tyrannie L’étendard sanglant est levé, (bis) Entendez-vous dans les campagnes Mugir ces féroces soldats ? Ils viennent jusque dans vos bras Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens, Formez vos bataillons, Marchons, marchons ! Qu’un sang impur Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves, De traîtres, de rois conjurés ? Pour qui ces ignobles entraves, Ces fers dès longtemps préparés ? (bis) Français, pour nous, ah ! quel outrage Quels transports il doit exciter ! C’est nous qu’on ose méditer De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères Feraient la loi dans nos foyers ! Quoi ! Ces phalanges mercenaires Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis) Grand Dieu ! Par des mains enchaînées Nos fronts sous le joug se ploieraient De vils despotes deviendraient Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides L’opprobre de tous les partis, Tremblez ! vos projets parricides Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis) Tout est soldat pour vous combattre, S’ils tombent, nos jeunes héros, La terre en produit de nouveaux, Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes, Portez ou retenez vos coups ! Épargnez ces tristes victimes, À regret s’armant contre nous. (bis) Mais ces despotes sanguinaires, Mais ces complices de Bouillé, Tous ces tigres qui, sans pitié, Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie, Conduis, soutiens nos bras vengeurs Liberté, Liberté chérie, Combats avec tes défenseurs ! (bis) Sous nos drapeaux que la victoire Accoure à tes mâles accents, Que tes ennemis expirants Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants) Nous entrerons dans la carrière Quand nos aînés n’y seront plus, Nous y trouverons leur poussière Et la trace de leurs vertus (bis) Bien moins jaloux de leur survivre Que de partager leur cercueil, Nous aurons le sublime orgueil De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
ZAKENDOEN MET DUITSLAND
Acheter chat en poche Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris ’s Nachts zijn alle katjes grijs
De Fransen eten de bekende baguettes niet als maaltijd, maar bij de hoofdmaaltijd. Een broodmaaltijd zoals in Nederland wordt gegeten, is in Frankrijk onbekend. Een typisch Frans ontbijtje is een croissant of brioche; een zoet, zacht broodje, gedoopt in een kopje koffie. De lunch is de hoofdmaaltijd, die uit meerdere gangen bestaat. Per regio zijn er enorme verschillen, maar vers stokbrood is vaste prik. Doorgaans begint men in Frankrijk met een salade, daarna volgt een warm hoofdgerecht. Vlees, gevogelte of vis, groente en rijst of aardappelen. Aardappelen worden overigens als groente beschouwd. Fransen zijn dol op vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenmaagjes of -levertjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté). Het stokbrood wordt gebruikt om bijvoorbeeld de saus mee te deppen of om het bord schoon te vegen. Bij de maaltijd wordt natuurlijk een glaasje wijn gedronken, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken. Kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin. Het diner wordt afgesloten met een fromage, een Frans kaasje en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en koffie. Omdat de avondmaaltijd zelden vóór 20.00 uur genuttigd wordt, volgt rond 16.00 uur le goûter; iets zoets zoals een taartje met een kopje thee of koffie. ’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood gehaald. Voorafgaand aan de maaltijd neemt men een aperitief (een apéro) zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (een anijslikeur). De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar is minder uitgebreid. Vaak worden de restjes van de lunch gegeten. Fransen eten vaker dan Nederlanders in restaurants, zeker tussen de middag. De prijsstelling is relatief bescheiden en veel werkgevers voorzien hun personeel van maaltijdvouchers, waarmee voor een gereduceerd tarief in een restaurant kan worden geluncht.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees. Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI) La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Franse ambassade in Den Haag Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk. De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”). llons enfants de la Patrie, Le jour de gloire est arrivé ! Contre nous de la tyrannie L’étendard sanglant est levé, (bis) Entendez-vous dans les campagnes Mugir ces féroces soldats ? Ils viennent jusque dans vos bras Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens, Formez vos bataillons, Marchons, marchons ! Qu’un sang impur Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves, De traîtres, de rois conjurés ? Pour qui ces ignobles entraves, Ces fers dès longtemps préparés ? (bis) Français, pour nous, ah ! quel outrage Quels transports il doit exciter ! C’est nous qu’on ose méditer De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères Feraient la loi dans nos foyers ! Quoi ! Ces phalanges mercenaires Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis) Grand Dieu ! Par des mains enchaînées Nos fronts sous le joug se ploieraient De vils despotes deviendraient Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides L’opprobre de tous les partis, Tremblez ! vos projets parricides Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis) Tout est soldat pour vous combattre, S’ils tombent, nos jeunes héros, La terre en produit de nouveaux, Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes, Portez ou retenez vos coups ! Épargnez ces tristes victimes, À regret s’armant contre nous. (bis) Mais ces despotes sanguinaires, Mais ces complices de Bouillé, Tous ces tigres qui, sans pitié, Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie, Conduis, soutiens nos bras vengeurs Liberté, Liberté chérie, Combats avec tes défenseurs ! (bis) Sous nos drapeaux que la victoire Accoure à tes mâles accents, Que tes ennemis expirants Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants) Nous entrerons dans la carrière Quand nos aînés n’y seront plus, Nous y trouverons leur poussière Et la trace de leurs vertus (bis) Bien moins jaloux de leur survivre Que de partager leur cercueil, Nous aurons le sublime orgueil De les venger ou de les suivre.
In Frankrijk wonen ongeveer 67 miljoen mensen. Frankrijk is een constitutionele republiek met een president aan het hoofd. Zowel de president als de premier (eerste minister) legt verantwoording af aan het parlement. Daarmee kent Frankrijk een semipresidentieel systeem. Frankrijk ligt in West-Europa en beslaat een oppervlakte van 551.500 vierkante kilometer. Frankrijk is de 6de grootste economie ter wereld. De grote en belangrijke Franse steden zijn Parijs (Frans: Paris); de hoofdstad van Frankrijk met meer dan 2 miljoen inwoners, alsook Marseille, Lyon en Toulouse.
Frankrijk bestaat uit achttien regio’s (régions), waarvan twaalf in het land Frankrijk zelf, Corsica en 5 overzeese regio’s. Deze 12 regio’s in Frankrijk zelf zijn: Auvergne-Rhône-Alpes, Bourgogne-Franche-Comté, Bretagne, Centre-Val de Loire, Grand Est, Hauts-de-France, Île-de-France, Normandië, Nouvelle-Aquitaine, Occitanie, Pays de la Loire en Provence-Alpes-Côte d’Azur. Guadeloupe, Martinique, Frans-Guyana, Réunion en Mayotte zijn de vijf overzeese departementen/regio’s van Frankrijk.
Vlag van Frankrijk
Wapen van Frankrijk
Oorsprong naam Frankrijk
De naam ‘Frankrijk’ staat letterlijk voor het ‘Rijk van de Franken’; een Germaanse stam die na de val van het Romeinse Rijk Noord-Europa veroverde.
Kenmerkend voor Frankrijk
Wie aan Frankrijk denkt, denkt aan chansons, de Eiffeltoren, kaasjes, wijn, stokbrood (sinds 2022 Unesco Werelderfgoed), knoflook, champagne, de Tour de France en lavendelvelden waardoor een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor velen roept Frankrijk direct een vakantiegevoel op. Ook een typische Fransman is gemakkelijk te herkennen: hij draagt een baret en een wit overhemd of T-shirt met een Bretonse streep. En hij rijdt natuurlijk, chauvinistisch als hij is, in een Franse auto! Van oudsher was de Citroën DS de meest populaire auto, die liefkozend ‘de godin’ (La Déesse) werd genoemd. In Nederland en Vlaanderen staat deze auto wat simplistischer bekend als ‘strijkijzer’ of ‘snoek’.
Over de Franse cuisine is uiteraard veel te zeggen. Kijk ook onder ‘De Franse keuken’ op deze website. Hier vermelden we alleen de beroemde noga uit Montélimar (Drôme), gemaakt met amandelen en pistachenoten met lavendelhoning. En de mosterd uit Dijon, ook verkrijgbaar in de Nederlandse supermarkten, die wat pittiger van smaak is dan de meeste andere mosterdsoorten. En niet te vergeten al het lekkers uit de zee, zoals de Franse oesters uit de oesterparken in Normandië.
Cultuur en mode
Frankrijk speelt ook zeker mee als het gaat om cultuur en mode. De stad Parijs is en was de stad van de mode. Van over de hele wereld komen mensen op de haute couture modeshows af. Yves Saint Laurent, Christian Dior en Coco Chanel zijn echte iconen. Sinds 2017 is er in Parijs een Musée Yves Saint Laurent.
Schilderkunst
In de schilderkunst zijn de Franse impressionisten wereldberoemd. Denk aan Claude Monet, Edward Degas, Édouard Manet, maar ook Paul Cézanne, Pierre-Auguste Renoir en Paul Gaugain. Het Musée d’Orsay in Parijs heeft een prachtige collectie van onder andere deze schilders.
Muziek
Bekende Franse componisten zijn Hector Berlioz, Georges Bizet, Claude Debussy, Olivier Messian en Maurice. Dit is slechts een kleine opsomming van de Franse kunst en cultuur. Symbool van Frankrijk De Eiffeltoren is natuurlijk het symbool voor Frankrijk en vooral voor Parijs. Het monument werd gebouwd ter gelegenheid van de Wereldtentoonstelling van 1889, precies honderd jaar na de Franse Revolutie. De Eiffeltoren is 324 meter hoog en was tot 1930, toen het de Chrysler Building werd gebouwd, het hoogste bouwwerk ter wereld. Er zijn diverse replica’s van de Eiffeltoren gebouwd, bijvoorbeeld in het stadje Slobozia in Roemenië, in Las Vegas (Paris Las Vegas Hotel), in Virginia (Kings Dominion) en Ohio (Kings Island) in de Verenigde Staten, in Tokio (Tokyo Tower) en in Hangzhou (TianduCheng Eiffel Tower) en Shenzhen (Window of the World) in China. Elk jaar trekt de Eiffeltoren miljoenen toeristen en is een populair souvenir of sleutelhanger.
Minder bekend over Frankrijk
Veel minder mensen weten over Frankrijk is dat er vier vrijheidsbeelden in Parijs staan. Eén staat op het kunstmatige eiland Île aux Cygnes in de Seine, één in het Musée d’Orsay, één in de kapel van het Musée des Arts et Métiers en één staat voor de ingang van dit museum en ook nog één in de Franse plaatsen Barentin, Bordeaux, Colmar en Saint-Cyr-sur-Mer.
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux. De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr. Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
Toeristenorganisatie van Frankrijk
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
CCI 39 Avenue des Sablons Bouillants 77100 Meaux FRANCE https://www.cci.fr
Eten is erg belangrijk in la douce France, zoals de Fransen hun land liefdevol noemen. Het ontbijt is bescheiden: een croissant en een kop koffie, die staand aan de bar gedronken wordt op weg naar het werk. De lunch is warm en uitgebreid, liefst met wijn erbij. En water. Het is voor Fransen gebruikelijk om veel water bij het eten te drinken. Het avondeten, ook warm, is wat later op de avond. Vers stokbrood wordt bij warme maaltijden gegeten. De zondagmiddagen zijn in Frankrijk voor de lunch met de familie gereserveerd. Een lunch kan de hele middag duren, omdat tijdens de maaltijd vaak de beste gesprekken worden gevoerd.
Fransen houden ook erg van converseren. In het zakelijk leven is het niet anders: wie met Fransen zakendoet, moet uitgebreid eten en veel praten. Veel Franse werkgevers geven hun werknemers vouchers waarmee ze in een restaurant kunnen lunchen. Kinderen worden in Frankrijk streng opgevoed en eten gewoon mee met alle maaltijden. In Frankrijk eten kinderen hun menu met vier gangen zonder morren en drinken daarbij met water aangelengde wijn. Omdat het heel normaal is dat beide ouders werken, gaan Franse kinderen in de vakanties vaak naar een ‘colonie de vacances’.
Cafés in Frankrijk hanteren vaak verschillende prijzen voor hetzelfde drankje. Zit je aan een tafeltje of op het terras, dan is de prijs hoger. Bestel je een café, dan krijg je een klein kopje zwarte koffie, bijna een espresso. Café au lait daarentegen wordt geserveerd in een kopje zo groot als een soepkom. De Fransen kunnen er uren lang over doen! Fransen zijn charmeurs. Een echte Fransman zal altijd een deur openhouden voor een vrouw, al is het een oude, onbekende dame, of haar in haar jas helpen. Dit wordt als beleefd gezien en het wordt zeer gewaardeerd. De Fransen tutoyeren niet zo snel. Het is erg normaal om collega’s of zelfs familieleden te ‘vousvoyeren’; aan te spreken met de vous-vorm, soms samen met de voornaam. Als Fransen elkaar groeten, geven ze elkaar twee vluchtige kussen; bises, op de wang. Dit gebeurt door vrienden, collega’s, kennissen, maar mensen die net aan elkaar zijn voorgesteld, doen dit ook.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Taalvaardigheid Frans houdt in niet alleen kennen maar daarnaast ook kunnen (het toepassen van de opgedane kennis). Door te richten op het kunnen, is de cursist in staat na voltooiing van de cursus Frans in Zwolle de opgedane kennis beter toe te passen.
Voor u het weet, begrijpt u meer Frans dan alleen de menukaart. En dat is heel bevredigend. Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
Frans is de meest gesproken Gallo-Romaanse taal; een vroege Romaanse taal die is afgeleid uit het Laatlatijn. Het Gallo-Romaans werd gesproken rond 300-900 n.Chr. in het toenmalige Gallië. Gallië besloeg toen, behalve het huidige Frankrijk. ook België, het westelijke deel van Zwitserland alsook delen van Nederland en Duitsland. Er waren talloze Gallo-Romaanse streektalen; elke streek kende een eigen versie.
In het noorden sprak men sinds de 13de eeuw langue d’oïl en in het zuiden langue d’oc; de talen konden worden onderscheiden aan de manier waarop men ‘ja’ zei (‘oïl’ of ‘oc’). Het moderne standaardfrans (Nieuwfrans) is in feite een gecultiveerde variant van het Francilien; de taal van de Île-de-France en de langue d’oïl.
Het Frans wordt door ongeveer 75 miljoen mensen als eerste taal gesproken. Het is de vierde taal van Europa en in veel landen in Afrika is Frans de enige officiële taal. Frans wordt gesproken in onder andere Frankrijk en de Franse koloniën, België, Luxemburg, Zwitserland, grote delen van Afrika, Québec, Haïti, Oceanië, het Caribisch gebied en Zuidoost-Azië.
Frans als officiële taal
Frans is een officiële taal in Frankrijk, België, Monaco, Zwitserland, Luxemburg, het Verenigd Koninkrijk (Guernsey en Jersey) Canada en Italië (Vallée d’Aoste) maar ook in Benin, Burkina Faso, Burundi, Centraal-Afrikaanse Republiek, de Comoren, Congo-Kinshasa, Congo-Brazzaville, Djibouti, Equatoriaal-Guinea, Gabon, Haïti, Ivoorkust, Kameroen, Madagaskar, Mauritanië, Mali, Niger, Rwanda, Senegal, de Seychellen, Togo, Tsjaad en Vanuatu. Ook in het zuiden van de Verenigde Staten wordt Frans gesproken; het zogenaamde Cajun-Frans. Frans is nog altijd een officiële taal van de Verenigde Naties en één van de drie werktalen en officiële talen van de Europese Unie. Heel lang was het Frans de taal van de elite in Europa. Tot in Rusland toe, werd in hoge kringen Frans gesproken.
Het Frans heef in vergelijking met de Nederlandse taal een geheel andere manier van uitspreken. Eén van de verschillen is dat in het Frans de woorden aan elkaar worden geplakt, waardoor niet te horen is waar een woord ophoudt en het volgende woord begint. Dit fenomeen noemt men liaison; ‘verbinding’. Het gebeurt hoofdzakelijk bij woorden die eindigen op ‘s’ en gevolgd worden door een klinker of stomme ‘h’. Zo zegt men in het Frans plaats van les amis: ‘lezzamie’
De uitspraak van het Frans
Een ander verschil is dat in het Frans eindletters vaak niet worden uitgesproken. Bijvoorbeeld parle en parlent worden hetzelfde uitgesproken. In het Frans klinken verder vrijwel alle klinkers anders. Door de vele Franse woorden in de Nederlandse taal, komt de uitspraak van de Franse taal ons bekend voor: bureau, portefeuille, toilet.
Franse medeklinkers of klinkercombinaties klinken ook bekend: garage, citroen, quarantaine, vanille en champignon.
Letters met accenten
Sommige accenten komen in het Nederlands niet voor. De ç klinkt als een ‘s’, terwijl de ‘c’ soms klinkt als een ‘k’, afhankelijk van de letter die erna volgt. De Franse e kan voorkomen met drie accenten.
Accent grave
Als eerste met een zogenaamde accent grave: è. Bijvoorbeeld bij l’été (de zomer). De accent grave: è klinkt als de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘schep’.
Accent aigu
Als tweede met een zogenaamde accent aigu: é. Bijvoorbeeld bij l’élève (de leerling). De accent aigu: é klinkt als ‘ee’ in het Nederlandse woord ‘veel’.
Accent circonflexe
En als derde kan de letter e in het Frans ook nog voorkomen met een zogenaamde accent circonflexe: ê. Deze komt bijvoorbeeld voor in een woord dat dat in het Nederlands ook bestaat: crêpe (een dunne, kleine pannenkoek). De accent circonflexe: ê klinkt een beetje langer dan de letter ‘e’ in het Nederlandse woord ‘schep’. De Franse e zonder accent is klankloos, als de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘lachen’.
Franse neusklank
Typisch voor het Frans zijn de neusklanken, zoals un bon vin blanc. Al deze vier woorden worden nasaal uitgesproken.
UITSPRAAK
Frans alfabet fonetisch/IPA
A
ah
/a/
B
bee
/be/
C
see
/se/
D
dee
/de/
E
uh
/ə/
F
effe
/ɛf/
G
zjee
/ʒe/
H
assj
/ɑʃ/
I
ie
/i/
/jiː/
J
zjie
K
kah
/ka/
L
elle
/ɛlə/
M
emme
/ɛmə/
N
enne
/ɛnə/
O
oo
/o/
P
pee
/pe/
Q
kuu
/qy/
R
er
/ɛʀə/
S
ess
/ɛsə/
T
tee
/te/
U
uu
/y/
V
vee
/ve/
W
doeble vee
/dubləˈve/
X
ieks
/iks/
Y
ie grek
/iˈgrɛk/
Z
zedde
/zedə/
SPELLING
WOORD
A
Anatole
B
Berthe
C
Célestin
D
Désiré
E
Eugène
F
François
G
Gaston
H
Henri
I
Irma
J
Joseph
K
Kléber
L
Louis
M
Marcel
N
Nicolas
O
Oscar
P
Pierre
Q
quintal
R
Raoul
S
Suzanne
T
Thérèse
U
Ursule
V
Victor
W
William
X
Xavier
Y
Yvonne
Z
Zoé
Speciale tekens
@
arobase
#
dièse
NAAMVALLEN
Het Frans kent geen naamvallen zoals die bijvoorbeeld in het Duits worden gebruikt bij zelfstandige naamwoorden. Une maison blijft une maison, welke grammaticale functie in de zin het woord ook heeft. Toch gebruikt het Frans wel naamvallen, maar slechts voor voornaamwoorden. Dat zijn er vier: de nominatif, die het onderwerp van de zin aangeeft (il; bijvoorbeeld il arrive); de génitif die een bezitsvorm aanduidt (sa/son, bijvoorbeeld son chien);>),
de datif voor het meewerkend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (lui; bijvoorbeeld “Jean lui donne une pomme”) en de accusatif voor het lijdend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (le; bijvoorbeeld Marie le voit). Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Het Frans is een Romaanse taal, net als Italiaans, Spaans, Roemeens en Portugees. Het is één van de werktalen van de EU, naast het Duits en Engels. De Franse taal is één van de zes officiële talen van de Verenigde Naties, naast het Engels, het Russisch, het Spaans, het Chinees en het Arabisch.
Men zegt dat de kreet ‘15-0’ (fifteen-love) in het tennis afkomstig is van van het Franse woord l’œuf; ‘het ei’. De nul heeft de vorm van een ei. Het zo Engels lijkende tennisspel zou van het Franse jeu de paume afstammen.
De Franse taal leren en de Franse cultuur begrijpen
Het Frans gebruikt evenals het Nederlands, het Latijnse alfabet, dat uit 26 letters bestaat.
Afwijkende leestekens in het Frans
In het Frans worden in plaats van aanhalingstekens zogenaamde guillemets gebruikt. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd, waarmee een citaat wordt geopend en gesloten.
De naam ‘guillemet’ is afkomstig van Guillaume Le Bé (1525-1598). Le Bé was lettermaker en bedenker van het teken. Na de eerste en vóór de laatste guillemet komen in de Franse taal spaties. Ook andere leestekens krijgen in de Franse taal eerst een spatie: « Venez ! », Elle criait :
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1
Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode
2
Lees Franstalige kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. Le Monde is een bekende (online) krant in het Frans en Mediapart een bekend online nieuwsportal
3
Luister naar Franstalige radio. FIP is de bekendste Franse publieke radiozender en NRJ de bekendste Franse commerciële radiozender
4
Luister en ontdek Franstalige muziek
5
Lees Franstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren
6
Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Franse taal
7
Luister naar podcasts van Franstaligen
8
Kijk Franstalige televisieprogramma’s en films. France tv is de bekendste publieke televisieomroep en TF1 de bekendste commerciële televisiezender in Frankrijk
9
Bekijk Franse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren
10
Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren
11
Voer Franse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk
12
Plak memoblaadjes op in huis
13
Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten
14
Bekijk Franse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren
15
Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen
16
Wees niet bang om foutjes te maken
17
Niet te veel denken, gewoon doen!
18
En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen!
In het Frans heten ze des mots de remplissage; stopwoorden of stoplappen. Ook de Franse taal zit er vol mee. Woorden of woordcombinaties die worden gebruikt om even te pauzeren maar toch de aandacht vast te houden. In het Frans hoor je vaak aan het eind van een zin het stopwoordje: hein? wat ongeveer klinkt als het woordje ‘hè’ in het Nederlands.
Het Nederlandse ‘hè?’ komt zelfs waarschijnlijk uit de Franse taal. Het woordje hein vraagt om instemming van de luisteraar(s), ongeveer als: “Denk je ook niet?” Ook zeggen de Fransen vaak het stopwoord quoi? (wat?) aan het einde van de zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” Middenin een zin hoor je in het Frans vaak tu vois (‘zie je’) of “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
En natuurlijk euh. Andere opvulwoorden of stopwoorden zijn du coup (‘meteen’, ‘plotseling‘) en genre (‘soort’) en style (‘stijl’). Voornamelijk jongeren gebruiken deze laatste twee.
Franse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Franse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Franstalige media
Franse media bekijken, lezen en/of beluisteren is zeer effectief om uw kennis van het Frans te verrijken.
Zo neemt u ongemerkt het ritme en de klank van het Frans in u op.
Het nieuws (proberen) te lezen in het Frans, kan heel leuk en leerzaam zijn. U bent waarschijnlijk al op de hoogte van de actualiteit, waardoor u op op een snelle wijze behoorlijk wat woordenschat Frans kunt bijleren.
Le Monde
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Mediapart.fr
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
FIP is de meest bekende publieke radiozender in Frankrijk. Klik op het linker beeldscherm hierboven met het logo en luister live naar deze Franse radiozender.
NRJ
De zender NRJ is de populairste commerciële radiozender in Frankrijk. Klik op het rechter computerscherm met het logo hierboven om direct live naar deze Franstalige commerciële radiozender te luisteren.
Klik op de afbeelding voor de website van France.tv
Uw favoriete series en televisieprogramma’s in het Frans horen of met Franse ondertiteling kijken, kan eerst wellicht wennen zijn, maar al gauw zult u merken dat dit erg leuk en leerzaam is. De publieke televisieomroep van Frankrijk is de omroep France tv.
TF1
De televisieomroep TF1 is de meest populaire Franse commerciële televisieomroep. Deze Franstalige stations kunnen middels kabel, internet, satelliet of een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
U kunt de cursus Frans in Zwolle op uw locatie volgen of in Zwolle, bijvoorbeeld bij Coachhuis Zwolle aan de Kamperstraat 35A in Zwolle of op Landgoed De Hezenberg bij Vivento aan de Hezenberg 6 in Hattem. Ons taleninstituut kan ook taalcursussen Frans in Zwolle verzorgen bij bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Zwolle aan de Nieuwleusenerdijk 1 in Zwolle, bij De Koperen Hoogte aan de Lichtmisweg 51, bij Mercure Hotel Zwolle aan de Hertsenbergweg 1, bij Hotel Campanile Zwolle aan de Schuttevaerkade 40 en bij Fletcher Hotel Epe-Zwolle aan de Dellenweg 115 in Epe.
Besprekingen houden in Zwolle kan bij IJsselhallen, bij Lumen Hotel Events, bij Theater de Spiegel en bij Odeon.
De streek waar Zwolle nu ligt, was reeds duizenden jaren voor onze jaartelling bewoond. Er zijn overblijfselen gevonden uit de jonge steentijd, uit circa 8.000 v.Chr. Destijds was er nog geen sprake van permanente bewoning. De bewoners waren jagers en verzamelaars. Maar in de bronstijd en ijzertijd moet er wel bewoning zijn geweest. Er zijn sporen van nederzettingen gevonden van boeren uit de periode 2100-600 v.Chr. In de Romeinse tijd was Zwolle vermoedelijk ook bewoond, om daarna weer te worden verlaten tot ongeveer 800 n.Chr.
In een akte in 1040 van de bisschop van Utrecht wordt Zwolle voor het eerst vermeld. De naam ‘Zwolle’ is waarschijnlijk een verbastering van suelle of 'suele, Germaanse woorden die verhoging of zwelling in het landschap betekenen. Zwolle ligt op een dekzandrug tussen de IJssel en de Overijsselse Vecht. In taal van nu dus ‘hoger gelegen plek’.
Zwolle ligt in de streek IJsseldelta en bij Zwolle eindigt het gebied Vechtdal. Plaatsen de omgeving van Zwolle zijn Dalfsen, Elburg, Genemuiden, Hasselt, Hattem, Hattemerbroek, Heerde, Heino, Kampen,
Nieuwleusen, Nunspeet, Raalte, Ommen, Wezep, Wijhe en Zwartsluis. Zwolle ligt in de provincie Overijssel. De gemeente Zwolle heeft om en nabij 129.000 inwoners.
Een inwoner van Zwolle is ‘Zwollenaar’, maar Zwollenaren worden ook wel Blauwvingers genoemd. Bekende Zwollenaren zijn Herman Brood, Rob Muntz, Tooske Ragas, Renate Schutte en Margreet Spijker.
Iets wat uit Zwolle komt, wordt ‘Zwols’ of ‘Zwoller’ genoemd, zoals de Zwolse mosterd. Zwolle kreeg stadsrechten in 1230.
Zwolle - internationaal & scholing
Provinciehoofdstad & partnerstad
Zwolle ligt in de regio IJsseldelta. Zwolle is de provinciehoofdstad van Overijssel. Zwolle is eveneens een Hanzestad. In het jaar 1980 werd in Zwolle ‘de nieuwe Hanze’ opgericht. Deze nieuwe Hanze is geen handelsverbond maar is gericht op samenwerking op cultureel en toeristisch gebied. Men vergadert net als vroeger in de verschillende Hanzesteden. De partnerstad van Zwolle is Lünen in Duitsland.
Kernen
De gemeente Zwolle omvat eveneens Wijthmen en Windesheim.
Hoger onderwijs
Er zijn diverse hogescholen in Zwolle gevestigd, zoals Fontys, de Katholieke Pabo, NHL Stenden, Schoevers, Viaa en Windesheim. In Zwolle zijn geen universiteiten gevestigd.
Denk je aan Zwolle, dan denk je aan de Peperbus, aan de Broerenkerk met boekwinkel, aan museum De Fundatie, aan de IJsselbrug, aan restaurant De Librije, aan de middeleeuwse binnenstad, aan Herman Brood en aan Opgezwolle. Zwolle fungeert als provinciehoofdstad en heeft een regiofunctie op het gebied van werk, winkelen, onderwijs en gezondheidszorg.
Zwolle - minder bekend
Bijna niemand weet dat in Zwolle de eerste autowasstraat van Nederland kende, namelijk in de Floresstraat in het jaar 1982.
Het Zwols behoort tot de Nedersaksische streektalen. Kenmerkend voor het Zwols is de brouwende ‘r’ achterin de keel: een ‘brijbek’ (iemand met een brouwende ‘r’) is de bijnaam voor een Zwollenaar. De ‘h’ aan het begin van een woord wordt vaak weggelaten en de beginklank sch- wordt sk-. Sommige klinkers wijken af van de standaardtaal.
De ‘aa’ en ‘oo’ worden eu (veurt voor ‘vaart’, eug voor ‘hoog’) en de ‘ee’ wordt ea: geaven in plaats van ‘geven’. De ‘ui’ wordt uu of oe. ‘Bijna’ is zowat en ‘straks’ is tamee. K holle van oe betekent: “Ik hou van je”. Van “iets waar geen eind aan komt”, wordt gezegd: Dät is de kruke van de weduwe.
Zwolle - “Samen maken we de stad”
Zwolle - zakelijk
De gemeente Zwolle
Het netnummer van Zwolle is 038. Het postcodegebied van Zwolle is 8000 - 8045. Het adres van het gemeentehuis van Zwolle is Lübeckplein 2, 8017 JZ in Zwolle. De website van de gemeente Zwolle is Zwolle.nl. Het telefoonnummer van de gemeente Zwolle is 14 038.
Zakendoen in Zwolle
Voor Zwolse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Zwolle aan de Govert Flinckstraat 1, 8021 ET in Zwolle. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Zwolle is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Zwolle is KVK-kantoor Zwolle.
Verschillende internationaal opererende bedrijven zijn in Zwolle gevestigd op bedrijventerrein Hessenpoort, Marslanden, Marslanden G en Zuid, Voorst en bedrijventerrein De Vrolijkheid. In Zwolle bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Abbott Logistics, ABN Amro, Altrex, Ausnutria Diary, Axxor, BMA Ergonomics Flokk, Cartridge Europe, Control Union, Coster Benelux & Scandinavia, De Wijndragers, ENGIE Energie Nederland, FERM International, Food Sense, Schoonmaakbedrijf Gom, Hemmink (Celo, JMV, Pflitsch, Rademacher, Schnabl etc.), Heras,
Intertaste koninklijke Euroma (Drogheria & Alimentari), Kaldi, Koninklijke van Wijhe Verf (Wijzonol), Meijburg & Co, Mocca d’Or, Novon Schoonmaak, RFS Holland (Wehkamp, Fonq, Create2Fit, Lacent etc.), Salland Engineering (Europe), Scania, Schoonster, Spie, TME (Tosec Machinebouw & Engineering), Totaal Bed, Vinçotte ISACert Nederland, Vitens, Wecovi (Wecoline), Zehnder Group Nederland, Van Werven in Oldebroek., Koninklijke Euroma in Wapenveld en Plukon Food Group in Wezep. Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Het Zwolse nieuwsportaal is ZwolleNu en Zwolse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Overijssel - Nieuws. Ondernemers in Zwolle kijken hun (zakelijk) nieuws op RTV Oost.
Samen naar een sportwedstrijd kijken of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen met uw Franstalige zakenrelatie? Voetbal verbroedert. Misschien is het een goed idee om met uw Franse zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, om bijvoorbeeld de Zwolse voetbalclub PEC, SV Zwolle, CSV of Be Quick ’28 te zien spelen.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Zwolle kunt u terecht bij Tennisvereniging PAF, bij Z.L.T.B. of bij TC’91 Stadshagen. Golf, ontspanning & lunch Wilt u na de cursus Frans in Zwolle of een (lange) bespreking met uw Franstalige (zaken)relatie wat ontspannen? Om een balletje te slaan of gewoon even iets te eten of te drinken, kunt u terecht bij Golfclub Zwolle. Het adres van deze golfbaan is Zalnéweg 75, 8026 PZ in Zwolle. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 038-453 42 70. De website van de golfbaan is www.golfclubzwolle.nl. Om iets te eten of te drinken kunt u naar het restaurant van de golfbaan gaan. Golftuin Zwolle en Hattemse Golf & Country Club zijn nog andere golfbanen in de buurt van Zwolle.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder vindt u promotiefilmpjes van Frankrijk en van Zwolle die ook op Youtube staan. U kunt direct op het rode logo van Youtube in het midden klikken om een filmpje af te spelen. Direct onder deze promotiefilmpjes staan de locaties van Frankrijk alsook Zwolle op Google Maps. Door linksboven te klikken, wordt het kaartje groot weergeven in een nieuw venster.
Als u linksonder op het vierkantje in de afbeelding klikt, dan krijgt u de satellietbeelden van Frankrijk alsook van Zwolle op Google Earth te zien. U kunt in- en uitzoomen op de kaartjes met de + en – knop rechtsonder. Wat kennis van de omgeving van uw Franse zakenpartner kan goed van pas komen tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen.
Promovideo Frankrijk
Promovideo Zwolle
Google Maps Frankrijk
Google Maps Zwolle
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Frankrijk
Hieronder kunt u het laatste nieuws uit Frankrijk en Zwolle lezen van diverse nieuwsbronnen. Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands. Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans. Het derde blokje is Zwols nieuws (in het Nederlands). Dit nieuws wordt steeds live bijgewerkt. Wanneer u communiceert en/of zakendoet met Fransen, is het handig en prettig om een beetje op
de hoogte te zijn van wat zich in Frankrijk speelt. Daarnaast is het vrij leerzaam om het Franse nieuws te lezen in het Frans. U bent waarschijnlijk al op de hoogte van het dagelijkse nieuws, dus gaat begrijpend lezen relatief gemakkelijk en het verrijkt de Franse woordenschat met (actuele) Franse woorden, termen en uitdrukkingen.
In Zwolle geeft Dagnall Taleninstituut onder andere maatwerk taaltrainingen Engels, Nederlands, Frans, Duits, Spaans en Portugees. Hierboven staat een overzicht van de 23 andere talen die wij naast Frans standaard aanbieden in Zwolle.
U kunt vanzelfsprekend altijd contact met ons opnemen voor een taalcursus in een vreemde taal die hier niet vermeld staat.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Frans