Begin nog vandaag met uw reis naar taalbeheersing frans
Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en vormt een communicatiebasis die deuren voor u kan openen - met name in de professionele wereld. Organisaties die investeren in de taalopleiding van hun werknemers, hebben daarom een duidelijk voordeel en een voorsprong.
Dagnall biedt u precies wat u zoekt: effectieve taalcursussen Frans op het hoogste niveau voor medewerkers en leidinggevenden in en in de buurt van Zoetermeer.
Taaltraining Frans op maat, omdat uw bedrijf of organisatie welbespraakte werknemers verdient.
Zakelijk, technisch of medisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal.
Verschillende bedrijfstakken spreken hun eigen taal en gebruiken hun eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling alsook duidelijke concurrentievoordelen, door branchespecifieke taalkennis Frans op het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Frans in Zoetermeer in een brede waaier van gespecialiseerde vakgebieden.
Wij bieden taaltrainingen Frans op maat aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als (intensieve) workshops en als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Bij Taleninstituut Dagnall kan iedereen Frans leren op precies de manier die voor hem of haar het meest geschikt is. Naast de klassieke taaltaalcursussen Frans hebben organisaties met name interesse in werkgerelateerde taalcursussen zoals schrijfvaardigheid Frans en/of zakelijk Frans. Taaltrainingen worden op de individuele behoeften van klanten afgestemd. Dagnall biedt de mogelijkheid om door middel van gecertificeerde taaltrainers met uitstekende beoordelingen en recensies onbegrensd Frans te leren in Zoetermeer. Dagnall Talen leidt u vlot en doelgericht naar de beoogde resultaten.
De filosofie van Dagnall is om Frans te leren zonder schroom en met plezier en gemak. Wij zetten daarom alles in het werk om ervoor te zorgen dat u de Franse taal moeiteloos en zonder remmingen kunt leren.
Frans leren moet leuk zijn en daarom werken wij met methodes die het leerproces voor de cursisten gemakkelijker en prettiger maakt.
Met deze methodes wekken we nieuwsgierigheid op en ondersteunen we de bereidheid om te leren. Met 15 minuten dagelijks oefenen, brengen we de cursist in grote stappen naar het gewenste niveau.
Taleninstituut Dagnall is de ideale partner voor iedereen die Frans wil leren in Zoetermeer.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Een goede cursus Frans legt niet alleen de nadruk op de behoefte van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals een betere schrijf- of spreekvaardigheid.
Een goede taalcursus (Frans) is ook afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een cursus Frans (in Zoetermeer) die het beste bij hem of haar past.
Onze vakkundige taaltrainers Frans zijn zeer bedreven in het snel en plezierig aanleren van de Franse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo plezierig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall Talen bereiken onze taaltrainers door een blend van deze bewezen leermethode met aandacht voor de cursist(en) en het nagaan of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. U kunt bij Dagnall Talen terecht voor taalcursussen die gebaseerd zijn op een maatwerktraining.
Dagnall Taleninstituut biedt groepscursussen van 3 tot maximaal 10 deelnemers, duocursussen (2 deelnemers), individuele taalcursussen, onlinecursussen, het Dagnall online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en jargon van de specifieke organisatie.
De docenten van Dagnall geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij door de jaren heen hebben gecreëerd en verzameld en zij spelen continue in op actuele ontwikkelingen en thema’s.
Een voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de taaltrainers Frans van Dagnall in Zoetermeer. Onze, door de jaren steeds verder ontwikkelde en weldoordachte manier van werken is het bijzonder gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. Onze cursussen zijn dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar ook aangepast aan de leermethode die het beste bij de cursisten zelf past.
Dagnall Taleninstituut cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de gehele organisatie uit handen kunt geven.
Dagnall Talen biedt deze individuele cursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen gebruiken wij gevarieerde en moderne onderwijsmethoden om doelgericht te trainen en leersucces te verzekeren.
Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen uiteraard zowel bij u op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Zoetermeer gegeven worden.
Dagnall Talen biedt individuele cursussen Frans voor bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren in Zoetermeer en omgeving.
Individuele cursussen noemt men ook wel één-op-één-cursussen of privélessen..
De individuele taalcursussen van taleninstituut Dagnall staan al decennia bekend voor persoonlijke aandacht, maatwerk en het hoogste rendement.
Alle individuele cursussen Frans van Dagnall zijn maatwerktrainingen alsook de trainingen worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, het taalniveau, de branche, de leerstijl alsook de praktijksituatie.
De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Dagnall taleninstituut biedt groepscursussen Frans met 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (2 cursisten) aan bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren.
De groep wordt bij voorkeur zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te maximaliseren en de deelnemers maximale ondersteuning te geven.
Ook de groepscursussen van Dagnall Talen zijn maatwerkcursussen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de leerstijl en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te kunnen behalen.
Het grootste voordeel van een individuele taalcursus Frans is het hoge rendement omdat in vrij korte tijd veel informatie wordt opgenomen.
Doordat de taalcursus vrij intensief is, wordt meer vooruitgang geboekt en wordt het leertraject zo kort mogelijk gehouden.
Flexibiliteit is nog een belangrijk voordeel van individuele cursussen. De cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist en de leerstof kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de specifieke aandachtsgebieden van de cursist.
Doordat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden, is de leervordering optimaal.
Een individuele is ook cursus goed af te stemmen op de agenda van de cursist waardoor het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.
Vooral de interactie met de andere lerenden Frans is het belangrijkste voordeel van groepscursussen; actief gebruik van de doeltaal in de groep door middel van bijvoorbeeld rollenspellen en discussies.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk voordeel; communiceren in de doeltaal met de groep en van elkaars kunnen fouten. Cursisten kunnen de afwisseling die zo wordt geboden als prettiger ervaren.
Groepscursussen zijn daarnaast ook efficiënt omdat tegelijk meerdere medewerkers worden getraind en de groep op bijna hetzelfde kennisniveau komt.
Ook zijn groepscursussen iets minder intensief (minder zwaar) voor cursisten dan individuele taalcursussen.
Rollenspellen en discussies kunnen bij een individuele taalcursus Frans alleen met de trainer worden gedaan en gevoerd.
Doordat er geen interactie is met andere cursisten, kan het geleerde niet in groepsverband geoefend worden.
Omdat groepsdynamiek ontbreekt, is het ook niet mogelijk om van de fouten van anderen te leren.
De intensievere leerbenadering van individuele taalcursussen is voor de cursist ook vrij intensief (zwaarder).
In een groepscursus wordt minder aandacht aan het individu gegevenwordt minder aandacht gegeven aan het individu en kunnen de cursisten wat eerder zijn afgeleid. Het rendement ligt daardoor wat lager. Door de groepen iets kleiner te maken (minigroepen), kan dit deels worden ondervangen.
Groepscursussen Frans kunnen ook minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen.
Dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursist afgestemd kan worden, is een ander nadeel van groepscursussen.
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
afgestemd op individuele leerstijl
inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
afgestemd op agenda cursist
geen interactie met andere cursisten
vrij intensief voor de cursist
geen groepsdynamiek
interactie met andere cursisten
groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
groep komt op hetzelfde kennisniveau
efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
minder intensief dan individuele cursus
iets minder aandacht voor individuele cursist
minder afgestemd op individuele leerstijlen
minder afgestemd op agenda cursisten
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode soms de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je beschouwen als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Het was nieuw dat de les geheel plaatsvond in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans). De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden met behulp van mondelinge structuuroefeningen geleerd. De bedoeling is om vrijwel foutloos Frans te leren verstaan en te leren spreken, wat begint met een Franssprekende leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met drills om Franse zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch worden. Docenten Frans kunnen bijvoorbeeld een zin tien maal herhalen om daarna een extra Frans woord hieraan toe te voegen Bij de audiolinguale methode wordt veel gewerkt in de zogeheten talenpractica, waarbij studenten Frans een hoofdtelefoon op hebben en naar deze zinnen luisteren en deze naspreken. Het geschreven Frans wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Frans inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe Franse woorden te introduceren.
Populariteit
De audiolinguale methode werd in ons land pas geïntroduceerd omstreeks 1970 toen de Mammoetwet van kracht werd. Al snel waren er grote bezwaren tegen de inhoudsloze drills. De techniek wilde wel eens haperen, waardoor de talenpractica al gauw in onbruik raakten. In plaats hiervan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van de taal (zoals Frans) niet om het uit het hoofd leren van de regels van de (Franse) grammatica gaat, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid (Frans), waar de meeste docenten vóór 1970 geen of nauwelijks aandacht aan besteedden, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor studenten die Frans beginnen te leren. Een juiste uitspraak Frans wordt van het begin af aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode waardoor deze een snelle en efficiënte overdracht van taalkennis kan bieden. Ook voor grotere groepen is de audiolinguale methode geschikt.
Tegelijk is deze docentgestuurde kant een nadeel; er wordt geen eigen inbreng van de lerenden verwacht, waardoor het gevaar op de loer ligt van passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik Frans.
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren op een zodanige wijze dat ze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de lerende. De methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die nadien herhaald worden. De Franse zinnen en woorden van de woordenlijst worden hardop gelezen door de student. Al deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar door de blootstelling gebeurt dit eigenlijk automatisch. De woordenlijst wordt steeds herzien; Franse woorden die zijn geleerd, gaan van de woordenlijst af. De Franse woorden die nog altijd problemen geven, blijven op de lijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de woorden op de woordenlijst en zinnen in het Frans spontaan opgeslagen worden in het langetermijngeheugen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt kennis in het algemeen opgeslagen als de kennis betekenisvol en relevant is voor de student. De GoldList-methode kan goed functioneren voor Franse woorden en zinnen die betekenisvol en relevant zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij studenten die bij bijvoorbeeld Post-its® voordeel hebben als geheugensteun zou deze GoldList Method goed kunnen werken. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt, functioneert het met de hand schrijven beter dan typen of, zelfs tamelijk zinloos: een foto maken. Het gebrek aan context is een keerzijde. Talen zijn veel meer dan alleen een serie losse woorden of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend; er moeten steeds handgeschreven woordenlijsten worden aangemaakt.
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op de natuurlijke manier van het verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De leermethode probeert het Frans te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. De Franse taalregels leert studenten ook onbewust op deze manier. Alleen het Frans wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een leeromgeving zonder stress voor de studenten. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt blootgesteld aan de lerenden. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en minder op het corrigeren van vormfouten en expliciete Frans grammatica.
De leermethode is het meest effectief als de studenten worden ondergedompeld in het Frans. Om te zorgen dat de lerende plezier heeft van de ervaring, dienen de activiteiten in het Frans stimulerend te zijn.
De Natural Method leermethode vertoont veel overeenkomsten met de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak aangetoond dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode kan zijn. De methode is een populaire manier van lesgeven bij taaltrainers Frans, doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen voor de lerende. Minpunten heeft de Natural Method ook. De methode richt zich voornamelijk op het impliciet leren van de Franse grammatica. De lerenden zouden inderdaad leren in het Frans te communiceren, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier een vreemde taal aan te leren. Lerenden wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Het geleerde beklijft voor een langere tijd, omdat studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’.
Omdat er bijna geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaten te merken zijn. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een specifiek Frans examen voor.
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) oftewel de ‘Structurele Aanpak’ is door Charles Carpenter Fries en Robert Lado in de jaren 50 ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om een vreemde taal te leren met als doel de student vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans). Volgens de SA levert de beheersing van deze structuren meer op dan het verwerven van woordenschat Frans. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste combinaties van Franse woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde is waar het bij de methode om draait. Deze vaste combinaties van woorden worden aan de studenten aangeboden in herkenbare situaties door middel van visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen. De structuren die het vaakst worden gebruikt, worden eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheid Frans (de luistervaardigheid en de spreekvaardigheid) wordt hierbij in eerste instantie gebruikt; daaruit volgt de leesvaardigheid en de schrijfvaardigheid. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op vrij grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
De sterke kant van een structurele aanpak is dat de studenten het Frans op een nauwkeurige manier leren. De lerende krijgt inzicht in de Franse grammatica leert in welke situatie bepaalde bepaalde Franse woorden of combinaties van woorden wel of niet passend zijn. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de Structural Approach kleven ook nadelen. Deze manier van werken is behoorlijk tijdrovend en zorgt niet onmiddellijk voor een succeservaring. De inbreng van de studenten zelf is beperkt; het is niet echt creatief.
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching; CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach; CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie het uiteindelijke streven is van het leren van talen (zoals Frans).
Met gebruik van de CLT-technieken leren de studenten het Frans in de praktijk te brengen door de interactie met de taaldocent Frans alsook met elkaar. Teksten in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en/of het dagelijks leven worden gebruikt. Het Frans wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en de taaltrainer Frans draagt onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in diverse situaties uit de praktijk te oefenen. De Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij het communicatief taalonderwijs is de taaldocent Frans echt een trainer, die de lerende helpt te communiceren in het Frans.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs erg populair, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol waren gebleken. Binnen een verenigd Europa was er meer vraag om talen te leren op een wijze die direct kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Het communicatief taalonderwijs heeft veel pluspunten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is studentgericht en functioneel. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is efficiënt. Voor de student werkt het stimulerend omdat hij of zij vlug succeservaringen heeft. Fouten mogen worden gemaakt; de vaardigheid van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht is voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en de uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Voor een aantal studenten is deze manier van een taal leren ongewoon of moeilijk, afhankelijk van hun achtergrond. CLT (communicatief taalonderwijs) traint taalvaardigheden; het gaat daarbij om de functie en minder om de vorm en de methode biedt geen echt samenhangend geheel.
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door docent Frans en Italiaans uit Duitsland en eveneens leerboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Rond het jaar 1783 ontwikkelde hij een leermethode waarin de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd; de taal van de religie, de wetenschap en de cultuur. Dit onderwijs in het Latijn was uiteraard gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en volledig gericht op vertalen en grammatica. Dat werd als een wetenschappelijke en degelijke aanpak beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat uit van de analyse van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) waarbij studenten inzicht ontwikkelen. Bij deze methode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten. De trainers dragen de kennis Frans over, de student memoriseert.
Populariteit
Alhoewel al vanaf halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Deze grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Frans, vanwege de nadruk die wordt gelegd op de grammatica.
De methode kent echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. Deze methode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in een groep biedt deze leermethode geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de studenten. De student fungeert slechts als toehoorder en uitvoerder.
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wordt sinds de jaren 70 over de hele wereld gebruikt, vooral op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die bij Taleninstituut Regina Coeli, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd, wordt toegepast. De methode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse les aan welgestelde vrouwen uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling houdt in dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, direct vanaf het eerste moment omgeven wordt door de nieuwe taal. De instructies worden gegeven in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke wijze. Vanaf het begin wordt de student ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. De methode werkt met rollenspellen en simulaties. Op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt veelal de omgeving in de stijl van het land van de Franse taal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Frankrijk zijn. De studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Frans spreken. Een andere methode om onderdompeling te bereiken, is naar Frankrijk reizen en daar bijvoorbeeld verblijven in een gastgezin.
Populariteit
Onderdompeling wordt beschouwd als een erg goede methode om vreemde talen te leren. Met name de mondelinge taalbeheersing Frans kan met de methode van onderdompeling zeer goed worden aangeleerd.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het belangrijkste voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, omdat de methode vrij intensief is. Het is ‘sink or swim’, de student moet daadwerkelijk gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Frans aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. Lerenden ervaren dit als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een minpunt. Als studenten in een vrij korte tijd Frans leren, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Een ander minpunt kan zijn dat een dergelijke training Frans erg intensief is. Niet elke student heeft de conditie om deze leermethode vol te houden.
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De methode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedie is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Georgi Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een vreemde taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de lerenden en de docent (Frans) zijn daarvoor van essentieel belang. Hiervoor is de voorwaarde dat studenten zich veilig voelen en ontspannen zijn. Om dit te bewerkstelligen, was een leslokaal met een rijopstelling niet geschikt. De studenten zaten tijdens de les in comfortabele stoelen die in een halve cirkel geplaatst waren en er werd altijd muziek in de les gespeeld. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond natuurgeluiden te horen waren of klassieke muziek werd gespeeld. Er bestonden opmerkingen over de grammatica van de doeltaal (het Frans) en woordenlijsten bij de teksten. Er werd met veel expressie in stem en gebaren voorgelezen. De studenten werden zo uitgenodigd om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren, konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. In de lessen werd veel aandacht geschonken voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Frankrijk). In de klas werden rollenspellen gespeeld en in de klas werden ook (Franse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De leermethodiek Suggestopedia was omstreden en de leermethodiek is in de vergetelheid geraakt. Een aantal elementen van Suggestopedie wordt nog steeds gebruikt, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de te leren taal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer in de les, waardoor de lerende geen hinder zal krijgen van frustratie of faalangst. Voor een immigrant kan deze gemoedelijke sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de leermethodiek is dat de studenten gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is. Voor sommigen is dit tegelijkertijd een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Ook kan muziek bij sommigen eerder afleiden en verstorend werken in tegenstelling tot ontspannend of stimulerend. Een andere zwakke kant is dat de verhouding trainer-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse trainer waarbij de student steeds de ontvangende partij is.
Bedacht door wie en wanneer
Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) of CLL genoemd, is ontwikkeld door de Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran in 1976.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. De CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaltrainer optreedt als een counselor die de zinnen van de lerende omschrijft. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als zij de doeltaal (Frans) nog niet genoeg machtig zijn. De docent (Frans) vertaalt en legt uit, waarna de lerenden de uitingen van de docent zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om nadien opnieuw te beluisteren.
De methode bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de studenten onderling als middel om het Frans te leren. Er wordt geen lesboek Frans gebruikt; het zijn de lerenden zelf die de lesstof bepalen met behulp van zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van de methode is in hoge mate afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn. De trainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de studenten erg goed te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. Deze methode kan goed functioneren indien deze op de juiste wijze wordt gebruikt. Voor grote klassen is CLL niet bruikbaar.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt de lerenden een hoge mate van autonomie. Veel studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken zinvol. Niet alleen tijdens de les Frans, maar ook daarbuiten wordt de groep vaak heel hecht. Met Community Language Learning worden studenten zich zo een stuk meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren samen te werken als een team. Van het bespreken door de foutjes en het evalueren van de les Frans leren studenten veel. Deze verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van het actieve vocabulaire van de lerende.
Het kan een keerzijde zijn dat de docent niet sturend is, ondanks dat een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Bij CLL wordt geen leerboek gebruikt en er worden geen toetsen Frans gehouden. Het succes van de les is daardoor moeilijk meetbaar. Een aantal studenten wordt in hun Frans spreken geremd wanneer zij opgenomen worden.
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis in de jaren negentig van de vorige eeuw is ontwikkeld.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
Deze lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. Lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt woordenschat Frans een grotere plaats in dan Franse grammatica. De instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen. Er is aandacht voor interactie maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er is veel ruimte voor de student om zelf de Franse taal te ontdekken.
De rol van de trainer Frans is te zorgen voor voldoende inbreng en het faciliteren van het leertraject van de studenten.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia de leerboeken duidelijk anders geworden. Bij deze methode wordt veel meer aandacht geschonken aan woordenschat die aangeboden wordt in chunks, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Lewis streefde; de vergaande omwenteling in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, is echter uitgebleven.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal, leren de studenten op een natuurlijke manier de Franse taal te gebruiken. Er ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van deze methode. Sommige lerenden hebben meer aan een taaldocent Frans die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator omdat ze meer moeite hebben om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen.
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is ontwikkeld door de Fransman François Gouin in het jaar 1880.
Kenmerken van de Series Method
Een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van de grammatica vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnen op basis van een actie, bijvoorbeeld het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, wetenschap en beroep, vanuit het onderscheid tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal ontwikkeld. In de Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het is een soort eentalige methode, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten snel in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Frans) leren denken.
Populariteit
Gouin’s concepten over taal waren zeer vooruitstrevend. De seriemethode van Gouin was gedurende een bepaalde periode een succes, ondanks de ongebruikelijke aanpak. De leermethode werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Maximilian Berlitz.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Series method van Gouin worden de mondelinge vaardigheid Frans sterk ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer in de les.
De leermethode biedt een levendige manier van lesgeven. Dit type taalonderwijs Frans wekt de leermethode enthousiasme van de studenten op doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een nieuwe taal leren wordt tastbaar; dit was volledig nieuw. De studenten Frans worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve taalvaardigheid Frans van de student wordt goed gestimuleerd.
De leermethode heeft echter als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever wordt, moeilijk met beweging en expressie in één duidelijke ervaring te vangen is. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die tenslotte een scala aan series voor moet bereiden, is een bijkomend minpunt. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze erachter is dat de verwerving van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een middel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. Lerenden krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de (Franse) taal vereist is. Om deze taken goed uit te voeren, dienen ze over woordenschat en taalregels te beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals e-mails schrijven, boodschappen doen, een drankje bestellen, bellen met de klantenservice of een krant lezen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Studenten dienen samen te werken om de taken uit te voeren. De opdrachten moeten net boven het niveau van de studenten Frans liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij studenten (vooral studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs te verbeteren.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende manier van werken, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun vaardigheden (Frans) te gebruiken. Mits de taak goed bij de lerende aansluit, is TBLT een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in aanraking met het Frans en leert op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om met andere studenten Frans samen te werken. De studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.
Als nadeel kan worden genoemd dat de communicatie voorop staat en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor lerenden die niet zozeer precies leren.
Bedacht door wie en wanneer
In 2000 bedacht Scott Thornbury; Nieuw-Zeelands taalkundige en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching (DLT) is geïnspireerd op ‘Dogme 95’. Dit was een beweging uit het jaar 1995 van een groep Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier. De deelnemers confirmeren zich aan tien strenge regels (tien dogma’s) voor het maken van films die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) behelzen. Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal belast is. Het beginnen van echte inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan, is het doel van de Dogme-methode, waarbij het om de communicatie draait als de inspirator van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). De benadering is daarom een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs zonder lesboeken wil bieden of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op communicatie tussen de trainer en de lerenden richt. Net zoals de Dogme-beweging in de film, kent het Dogme-taalonderwijs 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Scott Thornbury dat de overeenkomsten met taakgericht leren van een taal (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een positieve bijkomstigheid voor taaltrainers Frans is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Het kan heel motiverend zijn dat de studenten de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces. Zo zijn de taallessen Frans nooit voorspelbaar; dat zorgt voor spontane communicatie en zorgt ervoor dat verveling geen kans krijgt. In een taalles volgens de Dogme-benadering is vrijwel elk item bespreekbaar. Zo blijven lerenden betrokken en alert.
Als de lerenden zo weinig begeleid worden door de docent kunnen ze zich daartegenover iets minder op hun gemak voelen. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle taaldocenten Frans voldoende flexibel. Een bijkomend minpunt kan zijn dat studenten zich vaak op een bepaald examen Frans dienen voor te bereiden en het niet zeker is dat de hiervoor benodigde stof aan bod komt in de taalles.
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-methode is een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten of leraren’. De GPA vertoont gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Frankrijk. Begrijpen gaat voor produceren. De focus ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ concentreert zich in fase 1 op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase neemt ongeveer 150 uur in beslag en nu beginnen de deelnemers het Frans ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu diepere gesprekken over het leven in de Franse cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode beginnen deelnemers zich op taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans te richten aan de hand van televisie, films, nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Het gaat het hierbij om de groei buiten de formele taalsessies Frans om.
Populariteit
De leermethode van Thomson is nog tamelijk nieuw en er is nog vrij weinig bekend over het succes ervan. De deelnemers zijn er in elk geval enthousiast over.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijk inzicht geboden op het proces van taalverwerving Frans. De zes fasen van de methode bieden een duidelijk tijdspad alsook haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar ook van de omgeving en de lerenden verwerven eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die veel tijd wil investeren.
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen toepassen om de uitspraak en intonatie (Frans) te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Het werkt een eigenlijk eenvoudige methode: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Bij de methode is het niet belangrijk om de Franse tekst te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klank van de te leren taal. Luisteren en herhalen oefent men net zo veel totdat het heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan Frans kan spreken met de opname. De lerende gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij heeft gezegd. Er zijn veel leerboeken geschikt voor deze techniek, zolang deze boeken dialogen bevatten of delen met samenhangende tekst. De Franse audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de student te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. Argüelles raadt aan om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst buiten, en niet te gaan zitten, omdat fysieke beweging de opname van de te leren taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Een andere reden is dat de lerenden minder gauw worden afgeleid als zij in beweging zijn, waardoor het werken aan het Frans aanzienlijk effectiever wordt.
Shadowing heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale driloefeningen in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Bij Shadowing is ook simultaan spreken anders.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de methode van Shadowing waarin is aangetoond dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Ook het algemene begrip van het Frans wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Het praktische pluspunt van Shadowing dat de methodiek in een groep van studenten kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief leren. De methode heeft een hoog rendement.
De techniek heeft als nadeel is dat de lerenden het soms wat saai vinden om dezelfde Franse tekst steeds te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus heel belangrijk.
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren door middel van bewegingen en handelingen. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun (jonge) kinderen continu taken en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, in een later stadium gaat het kind verbaal reageren. Dus de luistervaardigheden Frans zijn de basis, de spreekvaardigheden volgen daarna.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaldocent geeft op een vriendelijke en begrijpelijke manier opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de student doet na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans praten; de studenten geven in een later stadium de opdrachten. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels aangepast.
TPR® appelleert aan de beide hersenhelften door de combinatie van beweging en spraak. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt voornamelijk gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren of volwassenen werken ook met veel plezier met de methode van Total Physical Response en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethode zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van het Frans. Het zorgt een stressvrij leerproces. In principe is de methode van TPR® bruikbaar voor alle doelgroepen, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en kan de methode eveneens worden toegepast in klassen die wat groter zijn. Het verworven Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de studenten.
De keerzijde van TPR® is dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker niveau werkt en nog een andere methodiek nodig is als aanvulling. Daarnaast is de methode niet echt creatief. De student leert niet zijn of haar ideeën, gevoelens en meningen in het Frans uit te drukken.
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren 80 van de negentiende eeuw de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er ontstond een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief moest zijn. Die Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van een taal, maar ook voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, streefden de mensen rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van keurslijven. Er ontstond op het gebied van het taalonderwijs veel aandacht voor de ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd de grammatica meer inductief onderwezen, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten de studenten hieruit afleiden. Veel mondelinge oefeningen met meer aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal (zoals het Frans). Het werd aangemoedigd om de studenten vaak in het Frans te laten praten. Dat de taalles in het Frans gegeven werd, was ook nieuw. Er werd nadrukkelijk niet vertaald. Met behulp van voorbeelden en plaatjes werd de (Franse) vocabulaire aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd aangeboden door lerenden om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloeden van de crises en oorlogen, om weer in een andere vorm terug te keren in de jaren 60.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het voordeel van de Directe Methode. Spreken en luisteren komen ruimschoots aan bod, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Frans krijgen. Nadelen heeft de methode echter ook. De methode besteedt nauwelijks aandacht aan schrijfvaardigheid (Frans) en ook minder aandacht aan lezen. Voor studenten die al wat meer meer gevorderd zijn in het Frans, biedt deze leermethode niet genoeg uitdagingen. Voor minder snel lerende studenten is de Directe Methode eveneens niet zeer bruikbaar, omdat de leermethode is gebaseerd op een actieve inzet door de studenten.
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om een taal te leren, is die waarop een kind de moedertaal leert. Een taal (zoals Frans) leren dient gemakkelijk en veilig te zijn. Manesca wil daarom niet met abstracte lijstjes en regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de eerst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is op het werken met een groep van studenten en een docent Frans gebaseerd, die steeds één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en de bijbehorende beweging worden daarna door de studenten afzonderlijk herhaald. Door de herhaling onthouden de lerenden deze Franse woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De Manesca-methode is al enkele jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs toegepast.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langduriger kan worden onthouden. Het vele herhalen draagt daar eveneens aan bij. Het feit dat dit wat saai wordt om dezelfde Franse woordjes en zinnen te blijven herhalen, kan een keerzijde zijn.
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de taaldocenten Frans om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en ze aan te moedigen om fouten te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak (Frans) besteed.
Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om taalonderwijs te geven op een wijze die efficiënt voor de energievoorraad van zijn studenten was. Gattegno ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Hij zei dat taaldocenten niet zozeer dienen te streven naar het overbrengen van kennis, maar het bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om iets te leren.
The Silent Way hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokjes, die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek gebruikt ook Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel de Stille Methode in de originele versie niet veel meer wordt gebruikt, zijn de ideeën van Gattegno wel van betekenis geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de student, die immers wordt beschouwd als autonoom, is het voordeel van de benadering van Gattegno. De taaltrainer Frans is in feite dienstbaar aan de lerenden en niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van het Frans op een natuurlijke wijze. De geleerde stof wordt vaak goed verwerkt en onthouden door lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De lerenden ‘mogen’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Het kan een minpunt zijn dat sommige lerenden intensievere begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorziet. Een student zou gefrustreerd kunnen raken door de afwezigheid van inbreng van de trainer Frans. Met kleuren en grafieken werken, heeft als limiterende factor dat ‘het nieuwe’ er vrij gauw af gaat, waardoor het effect van de methode verdwijnt.
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De TPRS-methode is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-methode (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het principe van TPRS is een natuurlijke methode van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden de lerenden aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. Door de taaldocent Frans wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De lerenden voelen zich ontspannen omdat de verhalen van de taaltrainer gemakkelijk zijn te begrijpen. Franse woorden en structuren worden zo vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen. De lerenden worden door de trainer op grammaticale fenomenen van het Frans gewezen, zonder dat lerenden taalregels uit het hoofd leren.
De lerende zal na enige tijd ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuren gaan nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant is om samen met een groep van studenten een verhaal op te bouwen. De docent Frans schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met hun Franse vertalingen, om vervolgens hiervan een verhaal te maken met de studenten. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen in het Frans is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, doordat dit zorgt voor input. Schrijven in het Frans volgt in een latere fase.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te leren. Er zijn wel voorwaarden: de trainer moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een prettige methode en het is niet moeilijk om de focus te behouden. Voor de lerenden werkt het heel motiverend om zelf verhalen te verzinnen.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de trainer vraagt.
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-methode is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met een tweetalige tekst die in Egypte werd gevonden, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taalcursussen aanbiedt. In het jaar 1996 is de eerste versie van de methodiek is uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone zijn beschikbaar in meer dan dertig talen en de cursussen zijn te volgen vanuit al deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop kinderen de moedertaal leren. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hier stemmen van native speakers Frans (moedertaalsprekers) en foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal (het Frans). Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma dat de Franse uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. Dit maakt het mogelijk voor de lerende om zijn of haar uitspraak van de nieuwe taal met die van een native speaker (moedertaalspreker Frans) te vergelijken. Door de voorbeeldstem wat minder snel te laten praten en vervolgens veel na te spreken, kan uitspraakverbetering worden behaald.
Voor de schrijfvaardigheid Frans zijn er dictee-oefeningen. De software van de methode controleert de Franse grammatica en de spelling en geeft taalfouten aan en biedt de mogelijkheid om de taalfouten van de student te corrigeren.
Het programma van Rosetta Stone biedt eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Wereldwijd wordt de Rosetta Stone-methode veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. Rosetta Stone wordt in ons land ingezet door enkele ministeries en diverse universiteiten en hogescholen, alsook door een aantal internationaal opererende bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone-methode is erg makkelijk om te gebruiken en de methode kan op elk moment door studenten worden gebruikt. De student bepaalt zelf welke onderdelen wat meer of wellicht minder aandacht kunnen gebruiken. Veel studenten vinden het prettig om de methode te gebruiken. Voor onderwijsinstellingen kan deze methode een oplossing bieden bij een gebrek aan trainers. Dat er geen taaldocent is die studenten motiveert of wat extra’s kan bieden, is een keerzijde van de methode.
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. Zijn eerste taalcursus was een cursus Grieks, die Pimsleur op de markt bracht in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
De taalcursussen bestaan uit zinnetjes en dialogen die door de student worden nagesproken en herhaald. Deze Franse voorbeeldzinnetjes zijn door moedertaalsprekers ingesproken. De cursussen van Pimsleur zijn op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. De lessen omvatten een halfuur audio-opname met nieuwe woordenschat en taalstructuur in het Frans. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur van het Frans niet apart uit maar biedt deze aan door middel van uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.
Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee kennis van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.
Populariteit
Onder andere Amerikanen gebruiken de Pimsleur cursussen en de ervaringen met de methode variëren. Over het algemeen zijn de studenten tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de Pimsleur-methode zeer goed doordat de insprekers moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Frans praten.
Het minpunt van de methode is dat er niets uitgelegd wordt. De studenten leren geen bouwstenen van de Franse taal om zelf een zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die worden ingeprent.
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Michel Thomas’ uitgangspunt was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De taalcursussen zijn audiolessen (Frans), ingesproken door twee stemacteurs; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag gesteld wordt, is het idee dat de cursist op pauze klikt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. Bij de methode worden de lessen opgebouwd in stapjes en nieuwe Franse lesstof wordt met bekende Franse lesstof afgewisseld. De uitleg wordt in de Engelse taal gegeven. Er wordt op verbanden gewezen tussen het Engels en het Frans, als die verbanden er zijn. Grammaticale uitleg wordt ook gegeven. Bij de leermethode van Michel-Thomas wordt makkelijke stof eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de makkelijke stof door de student Frans begrepen en verworven is. Behalve Franse woorden en zinnen in de doeltaal worden ook bouwstenen geleerd waarmee de gebruiker zelf zinnen kan bouwen. Ook maakt de methodiek gebruik van flashcards zodat de gebruikers zelf hun woordenschat Frans kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Frans. De studenten die al wat verder zijn met de taal, ervaren de Michel Thomas-methode als minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen zijn zeer toegankelijk en trainen de uitspraak en de luistervaardigheid Frans op efficiënte wijze. Het feit dat de taalcursus Frans niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een keerzijde. Ook is er geen echte interactie doordat de leermethode uit een audiocursus bestaat.
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf maakt cursussen voor vreemde talen en publiceert deze en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de andere groep’. Dit was wel een hooggegrepen streven is voor taalcursussen (zoals Frans). De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek Frans, audio-CD’s en een USB-stick. De gebruikers besteden bij voorkeur ongeveer twintig minuten per dag aan de taalcursus.
De taallessen van Assimil bestaan uit Franse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De Franse vertaling staat hiernaast, met toelichting van de grammatica. Voor het oefenen van de uitspraak van het Frans, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnetjes die door moedertaal (native) speakers zijn ingesproken en die de lerenden dienen te herhalen. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij gewaardeerd. Ze zijn niet zo duur en er is een groot aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Het pluspunt van de methode van Assimil is dat de lerende in zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste uitkomt. De keerzijde hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de lerende is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen docent Frans beschikbaar om de studenten te begeleiden of te motiveren.
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode soms de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je beschouwen als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Het was nieuw dat de les geheel plaatsvond in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans). De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden met behulp van mondelinge structuuroefeningen geleerd. De bedoeling is om vrijwel foutloos Frans te leren verstaan en te leren spreken, wat begint met een Franssprekende leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met drills om Franse zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch worden. Docenten Frans kunnen bijvoorbeeld een zin tien maal herhalen om daarna een extra Frans woord hieraan toe te voegen Bij de audiolinguale methode wordt veel gewerkt in de zogeheten talenpractica, waarbij studenten Frans een hoofdtelefoon op hebben en naar deze zinnen luisteren en deze naspreken. Het geschreven Frans wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Frans inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe Franse woorden te introduceren.
Populariteit
De audiolinguale methode werd in ons land pas geïntroduceerd omstreeks 1970 toen de Mammoetwet van kracht werd. Al snel waren er grote bezwaren tegen de inhoudsloze drills. De techniek wilde wel eens haperen, waardoor de talenpractica al gauw in onbruik raakten. In plaats hiervan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van de taal (zoals Frans) niet om het uit het hoofd leren van de regels van de (Franse) grammatica gaat, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid (Frans), waar de meeste docenten vóór 1970 geen of nauwelijks aandacht aan besteedden, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor studenten die Frans beginnen te leren. Een juiste uitspraak Frans wordt van het begin af aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode waardoor deze een snelle en efficiënte overdracht van taalkennis kan bieden. Ook voor grotere groepen is de audiolinguale methode geschikt.
Tegelijk is deze docentgestuurde kant een nadeel; er wordt geen eigen inbreng van de lerenden verwacht, waardoor het gevaar op de loer ligt van passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik Frans.
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren op een zodanige wijze dat ze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de lerende. De methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die nadien herhaald worden. De Franse zinnen en woorden van de woordenlijst worden hardop gelezen door de student. Al deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar door de blootstelling gebeurt dit eigenlijk automatisch. De woordenlijst wordt steeds herzien; Franse woorden die zijn geleerd, gaan van de woordenlijst af. De Franse woorden die nog altijd problemen geven, blijven op de lijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de woorden op de woordenlijst en zinnen in het Frans spontaan opgeslagen worden in het langetermijngeheugen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt kennis in het algemeen opgeslagen als de kennis betekenisvol en relevant is voor de student. De GoldList-methode kan goed functioneren voor Franse woorden en zinnen die betekenisvol en relevant zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij studenten die bij bijvoorbeeld Post-its® voordeel hebben als geheugensteun zou deze GoldList Method goed kunnen werken. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt, functioneert het met de hand schrijven beter dan typen of, zelfs tamelijk zinloos: een foto maken. Het gebrek aan context is een keerzijde. Talen zijn veel meer dan alleen een serie losse woorden of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend; er moeten steeds handgeschreven woordenlijsten worden aangemaakt.
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op de natuurlijke manier van het verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De leermethode probeert het Frans te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. De Franse taalregels leert studenten ook onbewust op deze manier. Alleen het Frans wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een leeromgeving zonder stress voor de studenten. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt blootgesteld aan de lerenden. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en minder op het corrigeren van vormfouten en expliciete Frans grammatica.
De leermethode is het meest effectief als de studenten worden ondergedompeld in het Frans. Om te zorgen dat de lerende plezier heeft van de ervaring, dienen de activiteiten in het Frans stimulerend te zijn.
De Natural Method leermethode vertoont veel overeenkomsten met de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak aangetoond dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode kan zijn. De methode is een populaire manier van lesgeven bij taaltrainers Frans, doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen voor de lerende. Minpunten heeft de Natural Method ook. De methode richt zich voornamelijk op het impliciet leren van de Franse grammatica. De lerenden zouden inderdaad leren in het Frans te communiceren, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier een vreemde taal aan te leren. Lerenden wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Het geleerde beklijft voor een langere tijd, omdat studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’.
Omdat er bijna geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaten te merken zijn. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een specifiek Frans examen voor.
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) oftewel de ‘Structurele Aanpak’ is door Charles Carpenter Fries en Robert Lado in de jaren 50 ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om een vreemde taal te leren met als doel de student vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans). Volgens de SA levert de beheersing van deze structuren meer op dan het verwerven van woordenschat Frans. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste combinaties van Franse woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde is waar het bij de methode om draait. Deze vaste combinaties van woorden worden aan de studenten aangeboden in herkenbare situaties door middel van visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen. De structuren die het vaakst worden gebruikt, worden eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheid Frans (de luistervaardigheid en de spreekvaardigheid) wordt hierbij in eerste instantie gebruikt; daaruit volgt de leesvaardigheid en de schrijfvaardigheid. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op vrij grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
De sterke kant van een structurele aanpak is dat de studenten het Frans op een nauwkeurige manier leren. De lerende krijgt inzicht in de Franse grammatica leert in welke situatie bepaalde bepaalde Franse woorden of combinaties van woorden wel of niet passend zijn. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de Structural Approach kleven ook nadelen. Deze manier van werken is behoorlijk tijdrovend en zorgt niet onmiddellijk voor een succeservaring. De inbreng van de studenten zelf is beperkt; het is niet echt creatief.
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching; CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach; CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie het uiteindelijke streven is van het leren van talen (zoals Frans).
Met gebruik van de CLT-technieken leren de studenten het Frans in de praktijk te brengen door de interactie met de taaldocent Frans alsook met elkaar. Teksten in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en/of het dagelijks leven worden gebruikt. Het Frans wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en de taaltrainer Frans draagt onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in diverse situaties uit de praktijk te oefenen. De Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij het communicatief taalonderwijs is de taaldocent Frans echt een trainer, die de lerende helpt te communiceren in het Frans.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs erg populair, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol waren gebleken. Binnen een verenigd Europa was er meer vraag om talen te leren op een wijze die direct kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Het communicatief taalonderwijs heeft veel pluspunten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is studentgericht en functioneel. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is efficiënt. Voor de student werkt het stimulerend omdat hij of zij vlug succeservaringen heeft. Fouten mogen worden gemaakt; de vaardigheid van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht is voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en de uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Voor een aantal studenten is deze manier van een taal leren ongewoon of moeilijk, afhankelijk van hun achtergrond. CLT (communicatief taalonderwijs) traint taalvaardigheden; het gaat daarbij om de functie en minder om de vorm en de methode biedt geen echt samenhangend geheel.
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door docent Frans en Italiaans uit Duitsland en eveneens leerboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Rond het jaar 1783 ontwikkelde hij een leermethode waarin de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd; de taal van de religie, de wetenschap en de cultuur. Dit onderwijs in het Latijn was uiteraard gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en volledig gericht op vertalen en grammatica. Dat werd als een wetenschappelijke en degelijke aanpak beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat uit van de analyse van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) waarbij studenten inzicht ontwikkelen. Bij deze methode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten. De trainers dragen de kennis Frans over, de student memoriseert.
Populariteit
Alhoewel al vanaf halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Deze grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Frans, vanwege de nadruk die wordt gelegd op de grammatica.
De methode kent echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. Deze methode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in een groep biedt deze leermethode geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de studenten. De student fungeert slechts als toehoorder en uitvoerder.
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wordt sinds de jaren 70 over de hele wereld gebruikt, vooral op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die bij Taleninstituut Regina Coeli, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd, wordt toegepast. De methode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse les aan welgestelde vrouwen uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling houdt in dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, direct vanaf het eerste moment omgeven wordt door de nieuwe taal. De instructies worden gegeven in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke wijze. Vanaf het begin wordt de student ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. De methode werkt met rollenspellen en simulaties. Op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt veelal de omgeving in de stijl van het land van de Franse taal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Frankrijk zijn. De studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Frans spreken. Een andere methode om onderdompeling te bereiken, is naar Frankrijk reizen en daar bijvoorbeeld verblijven in een gastgezin.
Populariteit
Onderdompeling wordt beschouwd als een erg goede methode om vreemde talen te leren. Met name de mondelinge taalbeheersing Frans kan met de methode van onderdompeling zeer goed worden aangeleerd.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het belangrijkste voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, omdat de methode vrij intensief is. Het is ‘sink or swim’, de student moet daadwerkelijk gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Frans aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. Lerenden ervaren dit als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een minpunt. Als studenten in een vrij korte tijd Frans leren, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Een ander minpunt kan zijn dat een dergelijke training Frans erg intensief is. Niet elke student heeft de conditie om deze leermethode vol te houden.
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De methode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedie is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Georgi Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een vreemde taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de lerenden en de docent (Frans) zijn daarvoor van essentieel belang. Hiervoor is de voorwaarde dat studenten zich veilig voelen en ontspannen zijn. Om dit te bewerkstelligen, was een leslokaal met een rijopstelling niet geschikt. De studenten zaten tijdens de les in comfortabele stoelen die in een halve cirkel geplaatst waren en er werd altijd muziek in de les gespeeld. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond natuurgeluiden te horen waren of klassieke muziek werd gespeeld. Er bestonden opmerkingen over de grammatica van de doeltaal (het Frans) en woordenlijsten bij de teksten. Er werd met veel expressie in stem en gebaren voorgelezen. De studenten werden zo uitgenodigd om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren, konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. In de lessen werd veel aandacht geschonken voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Frankrijk). In de klas werden rollenspellen gespeeld en in de klas werden ook (Franse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De leermethodiek Suggestopedia was omstreden en de leermethodiek is in de vergetelheid geraakt. Een aantal elementen van Suggestopedie wordt nog steeds gebruikt, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de te leren taal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer in de les, waardoor de lerende geen hinder zal krijgen van frustratie of faalangst. Voor een immigrant kan deze gemoedelijke sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de leermethodiek is dat de studenten gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is. Voor sommigen is dit tegelijkertijd een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Ook kan muziek bij sommigen eerder afleiden en verstorend werken in tegenstelling tot ontspannend of stimulerend. Een andere zwakke kant is dat de verhouding trainer-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse trainer waarbij de student steeds de ontvangende partij is.
Bedacht door wie en wanneer
Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) of CLL genoemd, is ontwikkeld door de Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran in 1976.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. De CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaltrainer optreedt als een counselor die de zinnen van de lerende omschrijft. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als zij de doeltaal (Frans) nog niet genoeg machtig zijn. De docent (Frans) vertaalt en legt uit, waarna de lerenden de uitingen van de docent zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om nadien opnieuw te beluisteren.
De methode bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de studenten onderling als middel om het Frans te leren. Er wordt geen lesboek Frans gebruikt; het zijn de lerenden zelf die de lesstof bepalen met behulp van zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van de methode is in hoge mate afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn. De trainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de studenten erg goed te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. Deze methode kan goed functioneren indien deze op de juiste wijze wordt gebruikt. Voor grote klassen is CLL niet bruikbaar.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt de lerenden een hoge mate van autonomie. Veel studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken zinvol. Niet alleen tijdens de les Frans, maar ook daarbuiten wordt de groep vaak heel hecht. Met Community Language Learning worden studenten zich zo een stuk meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren samen te werken als een team. Van het bespreken door de foutjes en het evalueren van de les Frans leren studenten veel. Deze verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van het actieve vocabulaire van de lerende.
Het kan een keerzijde zijn dat de docent niet sturend is, ondanks dat een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Bij CLL wordt geen leerboek gebruikt en er worden geen toetsen Frans gehouden. Het succes van de les is daardoor moeilijk meetbaar. Een aantal studenten wordt in hun Frans spreken geremd wanneer zij opgenomen worden.
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis in de jaren negentig van de vorige eeuw is ontwikkeld.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
Deze lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. Lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt woordenschat Frans een grotere plaats in dan Franse grammatica. De instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen. Er is aandacht voor interactie maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er is veel ruimte voor de student om zelf de Franse taal te ontdekken.
De rol van de trainer Frans is te zorgen voor voldoende inbreng en het faciliteren van het leertraject van de studenten.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia de leerboeken duidelijk anders geworden. Bij deze methode wordt veel meer aandacht geschonken aan woordenschat die aangeboden wordt in chunks, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Lewis streefde; de vergaande omwenteling in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, is echter uitgebleven.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal, leren de studenten op een natuurlijke manier de Franse taal te gebruiken. Er ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van deze methode. Sommige lerenden hebben meer aan een taaldocent Frans die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator omdat ze meer moeite hebben om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen.
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is ontwikkeld door de Fransman François Gouin in het jaar 1880.
Kenmerken van de Series Method
Een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van de grammatica vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnen op basis van een actie, bijvoorbeeld het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, wetenschap en beroep, vanuit het onderscheid tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal ontwikkeld. In de Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het is een soort eentalige methode, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten snel in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Frans) leren denken.
Populariteit
Gouin’s concepten over taal waren zeer vooruitstrevend. De seriemethode van Gouin was gedurende een bepaalde periode een succes, ondanks de ongebruikelijke aanpak. De leermethode werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Maximilian Berlitz.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Series method van Gouin worden de mondelinge vaardigheid Frans sterk ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer in de les.
De leermethode biedt een levendige manier van lesgeven. Dit type taalonderwijs Frans wekt de leermethode enthousiasme van de studenten op doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een nieuwe taal leren wordt tastbaar; dit was volledig nieuw. De studenten Frans worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve taalvaardigheid Frans van de student wordt goed gestimuleerd.
De leermethode heeft echter als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever wordt, moeilijk met beweging en expressie in één duidelijke ervaring te vangen is. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die tenslotte een scala aan series voor moet bereiden, is een bijkomend minpunt. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze erachter is dat de verwerving van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een middel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. Lerenden krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de (Franse) taal vereist is. Om deze taken goed uit te voeren, dienen ze over woordenschat en taalregels te beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals e-mails schrijven, boodschappen doen, een drankje bestellen, bellen met de klantenservice of een krant lezen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Studenten dienen samen te werken om de taken uit te voeren. De opdrachten moeten net boven het niveau van de studenten Frans liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij studenten (vooral studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs te verbeteren.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende manier van werken, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun vaardigheden (Frans) te gebruiken. Mits de taak goed bij de lerende aansluit, is TBLT een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in aanraking met het Frans en leert op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om met andere studenten Frans samen te werken. De studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.
Als nadeel kan worden genoemd dat de communicatie voorop staat en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor lerenden die niet zozeer precies leren.
Bedacht door wie en wanneer
In 2000 bedacht Scott Thornbury; Nieuw-Zeelands taalkundige en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching (DLT) is geïnspireerd op ‘Dogme 95’. Dit was een beweging uit het jaar 1995 van een groep Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier. De deelnemers confirmeren zich aan tien strenge regels (tien dogma’s) voor het maken van films die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) behelzen. Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal belast is. Het beginnen van echte inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan, is het doel van de Dogme-methode, waarbij het om de communicatie draait als de inspirator van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). De benadering is daarom een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs zonder lesboeken wil bieden of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op communicatie tussen de trainer en de lerenden richt. Net zoals de Dogme-beweging in de film, kent het Dogme-taalonderwijs 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Scott Thornbury dat de overeenkomsten met taakgericht leren van een taal (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een positieve bijkomstigheid voor taaltrainers Frans is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Het kan heel motiverend zijn dat de studenten de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces. Zo zijn de taallessen Frans nooit voorspelbaar; dat zorgt voor spontane communicatie en zorgt ervoor dat verveling geen kans krijgt. In een taalles volgens de Dogme-benadering is vrijwel elk item bespreekbaar. Zo blijven lerenden betrokken en alert.
Als de lerenden zo weinig begeleid worden door de docent kunnen ze zich daartegenover iets minder op hun gemak voelen. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle taaldocenten Frans voldoende flexibel. Een bijkomend minpunt kan zijn dat studenten zich vaak op een bepaald examen Frans dienen voor te bereiden en het niet zeker is dat de hiervoor benodigde stof aan bod komt in de taalles.
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-methode is een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten of leraren’. De GPA vertoont gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Frankrijk. Begrijpen gaat voor produceren. De focus ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ concentreert zich in fase 1 op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase neemt ongeveer 150 uur in beslag en nu beginnen de deelnemers het Frans ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu diepere gesprekken over het leven in de Franse cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode beginnen deelnemers zich op taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans te richten aan de hand van televisie, films, nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Het gaat het hierbij om de groei buiten de formele taalsessies Frans om.
Populariteit
De leermethode van Thomson is nog tamelijk nieuw en er is nog vrij weinig bekend over het succes ervan. De deelnemers zijn er in elk geval enthousiast over.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijk inzicht geboden op het proces van taalverwerving Frans. De zes fasen van de methode bieden een duidelijk tijdspad alsook haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar ook van de omgeving en de lerenden verwerven eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die veel tijd wil investeren.
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen toepassen om de uitspraak en intonatie (Frans) te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Het werkt een eigenlijk eenvoudige methode: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Bij de methode is het niet belangrijk om de Franse tekst te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klank van de te leren taal. Luisteren en herhalen oefent men net zo veel totdat het heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan Frans kan spreken met de opname. De lerende gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij heeft gezegd. Er zijn veel leerboeken geschikt voor deze techniek, zolang deze boeken dialogen bevatten of delen met samenhangende tekst. De Franse audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de student te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. Argüelles raadt aan om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst buiten, en niet te gaan zitten, omdat fysieke beweging de opname van de te leren taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Een andere reden is dat de lerenden minder gauw worden afgeleid als zij in beweging zijn, waardoor het werken aan het Frans aanzienlijk effectiever wordt.
Shadowing heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale driloefeningen in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Bij Shadowing is ook simultaan spreken anders.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de methode van Shadowing waarin is aangetoond dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Ook het algemene begrip van het Frans wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Het praktische pluspunt van Shadowing dat de methodiek in een groep van studenten kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief leren. De methode heeft een hoog rendement.
De techniek heeft als nadeel is dat de lerenden het soms wat saai vinden om dezelfde Franse tekst steeds te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus heel belangrijk.
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren door middel van bewegingen en handelingen. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun (jonge) kinderen continu taken en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, in een later stadium gaat het kind verbaal reageren. Dus de luistervaardigheden Frans zijn de basis, de spreekvaardigheden volgen daarna.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaldocent geeft op een vriendelijke en begrijpelijke manier opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de student doet na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans praten; de studenten geven in een later stadium de opdrachten. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels aangepast.
TPR® appelleert aan de beide hersenhelften door de combinatie van beweging en spraak. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt voornamelijk gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren of volwassenen werken ook met veel plezier met de methode van Total Physical Response en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethode zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van het Frans. Het zorgt een stressvrij leerproces. In principe is de methode van TPR® bruikbaar voor alle doelgroepen, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en kan de methode eveneens worden toegepast in klassen die wat groter zijn. Het verworven Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de studenten.
De keerzijde van TPR® is dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker niveau werkt en nog een andere methodiek nodig is als aanvulling. Daarnaast is de methode niet echt creatief. De student leert niet zijn of haar ideeën, gevoelens en meningen in het Frans uit te drukken.
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren 80 van de negentiende eeuw de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er ontstond een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief moest zijn. Die Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van een taal, maar ook voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, streefden de mensen rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van keurslijven. Er ontstond op het gebied van het taalonderwijs veel aandacht voor de ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd de grammatica meer inductief onderwezen, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten de studenten hieruit afleiden. Veel mondelinge oefeningen met meer aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal (zoals het Frans). Het werd aangemoedigd om de studenten vaak in het Frans te laten praten. Dat de taalles in het Frans gegeven werd, was ook nieuw. Er werd nadrukkelijk niet vertaald. Met behulp van voorbeelden en plaatjes werd de (Franse) vocabulaire aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd aangeboden door lerenden om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloeden van de crises en oorlogen, om weer in een andere vorm terug te keren in de jaren 60.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het voordeel van de Directe Methode. Spreken en luisteren komen ruimschoots aan bod, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Frans krijgen. Nadelen heeft de methode echter ook. De methode besteedt nauwelijks aandacht aan schrijfvaardigheid (Frans) en ook minder aandacht aan lezen. Voor studenten die al wat meer meer gevorderd zijn in het Frans, biedt deze leermethode niet genoeg uitdagingen. Voor minder snel lerende studenten is de Directe Methode eveneens niet zeer bruikbaar, omdat de leermethode is gebaseerd op een actieve inzet door de studenten.
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om een taal te leren, is die waarop een kind de moedertaal leert. Een taal (zoals Frans) leren dient gemakkelijk en veilig te zijn. Manesca wil daarom niet met abstracte lijstjes en regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de eerst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is op het werken met een groep van studenten en een docent Frans gebaseerd, die steeds één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en de bijbehorende beweging worden daarna door de studenten afzonderlijk herhaald. Door de herhaling onthouden de lerenden deze Franse woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De Manesca-methode is al enkele jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs toegepast.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langduriger kan worden onthouden. Het vele herhalen draagt daar eveneens aan bij. Het feit dat dit wat saai wordt om dezelfde Franse woordjes en zinnen te blijven herhalen, kan een keerzijde zijn.
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de taaldocenten Frans om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en ze aan te moedigen om fouten te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak (Frans) besteed.
Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om taalonderwijs te geven op een wijze die efficiënt voor de energievoorraad van zijn studenten was. Gattegno ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Hij zei dat taaldocenten niet zozeer dienen te streven naar het overbrengen van kennis, maar het bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om iets te leren.
The Silent Way hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokjes, die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek gebruikt ook Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel de Stille Methode in de originele versie niet veel meer wordt gebruikt, zijn de ideeën van Gattegno wel van betekenis geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de student, die immers wordt beschouwd als autonoom, is het voordeel van de benadering van Gattegno. De taaltrainer Frans is in feite dienstbaar aan de lerenden en niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van het Frans op een natuurlijke wijze. De geleerde stof wordt vaak goed verwerkt en onthouden door lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De lerenden ‘mogen’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Het kan een minpunt zijn dat sommige lerenden intensievere begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorziet. Een student zou gefrustreerd kunnen raken door de afwezigheid van inbreng van de trainer Frans. Met kleuren en grafieken werken, heeft als limiterende factor dat ‘het nieuwe’ er vrij gauw af gaat, waardoor het effect van de methode verdwijnt.
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De TPRS-methode is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-methode (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het principe van TPRS is een natuurlijke methode van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden de lerenden aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. Door de taaldocent Frans wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De lerenden voelen zich ontspannen omdat de verhalen van de taaltrainer gemakkelijk zijn te begrijpen. Franse woorden en structuren worden zo vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen. De lerenden worden door de trainer op grammaticale fenomenen van het Frans gewezen, zonder dat lerenden taalregels uit het hoofd leren.
De lerende zal na enige tijd ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuren gaan nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant is om samen met een groep van studenten een verhaal op te bouwen. De docent Frans schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met hun Franse vertalingen, om vervolgens hiervan een verhaal te maken met de studenten. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen in het Frans is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, doordat dit zorgt voor input. Schrijven in het Frans volgt in een latere fase.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te leren. Er zijn wel voorwaarden: de trainer moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een prettige methode en het is niet moeilijk om de focus te behouden. Voor de lerenden werkt het heel motiverend om zelf verhalen te verzinnen.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de trainer vraagt.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzameltermen voor (taal)trainingen die online gevolgd kunnen worden, op afstand dus. Men noemt het wel een virtual classroom, vertaald een ‘digitaal leslokaal’.
Het zogenaamde blended learning is een trainingsvorm waarbij face-to-face-lessen (klassikaal) worden gecombineerd met online leren in een online leeromgeving.
Eenvoudig gesteld: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Zoetermeer.
Voorbeelden van digitale platformen die voor online communiceren en leren gebruikt kunnen worden, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended learning heeft als voordeel ten opzichte van online leren dat, zolang het niet om 1-op-1 les gaat, lerenden bij blended learning afwisselend wel een zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren; dat wil zeggen persoonlijke interactie; motivatie van en gesprekken met andere lerenden.
100% maatwerk – ook online!
Uiteraard biedt Dagnall Talen eveneens blended learning in Zoetermeer op maat.
Online leerplatform Dagnall Talen beschikt over een eigen digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online biedt interactieve en gevarieerde content en het is een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
Naast het online leerplatform biedt Dagnall Talen eveneens een eigen App voor zowel een Android- als een Apple-apparaat. De Dagnall App heeft als voordeel dat deelnemers overal en altijd, dus 24/7, toegang hebben op elk (mobiel) apparaat. Op het werk maar ook thuis of onderweg, zoals in het buitenland. Deelnemers kunnen dus Frans leren wanneer en waar het uitkomt. De inhoud van de oefeningen in de Dagnall App worden afgestemd op de behoefte van uw bedrijf of organisatie zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Zo kunnen wij bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen en specifieke productnamen integreren in de App. De Dagnall App kan dus zeer praktijkgericht worden gebruikt en de App blijft ook na afronding van de training Frans in Zoetermeer beschikbaar.
Ook bij digitale leerpaden zorgt Dagnall voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen en/of vergaderingen met Franstalige zakenpartners en klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk kunnen op het gebied van taal veelal een uitdaging zijn.
Mensen die diverse talen spreken, zijn in veel bedrijven daarom onmisbaar.
Dagnall Taleninstituut leert u door middel van professionele online & blended taalcursussen in het Frans te communiceren. Als u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan uw Franstalige gesprekspartners te begrijpen en zorg dat u ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheid Frans verbeteren voor een huidige of toekomstige functie? De taaltrainingen van Dagnall Taleninstituut bieden beroepsgerichte training. Al onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en eveneens te boeken als onlinecursussen & blended taalcursussen. Onlinecursussen en blended taalcursussen Frans zijn net zo doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en daarnaast nog eens comfortabel.
Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kan overal gevolgd worden; thuis, op kantoor, op zakenreis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Voor zakelijke en technische taalcursussen online werkt Dagnall Taleninstituut met onlineplatforms zoals Zoom, Microsoft Teams, Skype of een ander onlineplatform naar keuze. Het platform Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel interactie als variatie.
Alleen het volgende hebt u nodig voor een (taal)cursus in een virtuele classroom:
- Een pc/iMac, laptop of tablet met camera en microfoon
- Internetverbinding
- Rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Dagnall Talen is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm stelt strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wetgeving en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van ISO 9001:2015.
Dagnall is tevens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. De norm ISO 17100:2015 is specifiek voor de vertaalbranche en bevat onder meer eisen voor mensen, projectmanagement, middelen, vertalers alsook revisoren.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers wordt gewerkt met de benodigde ervaring en kennis. Bovendien worden de vertalingen van Dagnall Talen (Frans) altijd minimaal twee keer proefgelezen door twee specialisten/editors. De vertalingen worden aangeleverd volgens afspraak en binnen de deadline.
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met vele jaren ervaring met het certificeren van organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall Talen door Kiwa beoordeeld om te controleren of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
De kwaliteit staat voor de NRTO centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de NRTO-leden geleverd worden, zoals een cursus Frans in Zoetermeer, wordt geborgd door een gedragscode, door diverse convenanten alsook door het NRTO-keurmerk.
Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Taleninstituut onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Het CRKBO-register wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland.
Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
De naam ‘Frankrijk’ betekent letterlijk het ‘Rijk van de Franken’; een Germaanse stam die na de ondergang van het Romeinse Rijk Noord-Europa veroverde.
Wie aan Frankrijk denkt, denkt aan chansons, de Eiffeltoren, wijn, kaasjes, knoflook, stokbrood (inmiddels Unesco Werelderfgoed), champagne, de Tour de France en lavendelvelden waarlangs een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor velen roept het land onmiddellijk een vakantiegevoel op. Ook een echte Fransman is gemakkelijk te herkennen: hij draagt een baret en een wit overhemd of T-shirt met een Bretonse streep. En hij rijdt natuurlijk in een Franse auto! Jarenlang was de Citroën DS zeer populair, die liefkozend ‘de godin’ (La Déesse) wordt genoemd. In Nederland en Vlaanderen staat dit model wat simplistischer bekend als ‘strijkijzer’ of ‘snoek’.
De munteenheid van Frankrijk is sinds 2002 de euro. Hieronder ziet u een foto van de voorkant en de achterkant van de Franse euromunt.
Hieronder ziet u het logo van de Franse Centrale Bank BdF (Banque de France) die gebruikmaakt van het zogenaamde ‘Eurosystem’.
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux.
De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr.
Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Het Frans heef in vergelijking met de Nederlandse taal een totaal afwijkende uitspraak. Eén van de verschillen met de Nederlandse taal is dat in het Frans de woorden aan elkaar worden geplakt, waardoor niet te horen is waar een woord ophoudt en het volgende woord weer begint. Dit heet liaison; ‘verbinding’. Het gebeurt voornamelijk bij woorden die eindigen op ‘s’ en gevolgd worden door een klinker of stomme ‘h’. Zo zeggen de Fransen in plaats van les amis: ‘lezzamie’
Een ander onderscheid is dat in het Frans veel eindletters niet worden uitgesproken. Bijvoorbeeld parlent en parle worden hetzelfde uitgesproken. Ook klinken vrijwel alle klinkers verschillend in de Franse taal. Door de vele Franse woorden in het Nederlands, komt de Franse uitspraak ons bekend voor: toilet, portefeuille, bureau.
Het Frans gebruikt evenals het Nederlands, het Latijnse alfabet, dat uit 26 letters bestaat.
In het Frans worden in plaats van aanhalingstekens zogenaamde guillemets gebruikt. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », (‘chevron-tekens’), waarmee citaten wordt geopend en gesloten.
De naam ‘guillemet’ komt van Guillaume Le Bé (1525-1598). Hij was een lettermaker en bedenker van het ‘guillemet’-teken. Na en vóór de guillemets komen spaties in het Frans. Ook andere leestekens krijgen in het Frans eerst een spatie: « Venez ! », Elle criait :
In het Frans heten ze des mots de remplissage; stopwoordjes of stoplappen. Ook de Franse taal zit er vol mee. Woorden of woordcombinaties die iemand gebruikt om even te pauzeren en toch de aandacht vast te houden.
In het Frans hoor je vaak aan het eind van een zin het stopwoordje: hein? wat ruwweg klinkt als het woordje ‘hè’ in het Nederlands.
Het Nederlandse ‘hè?’ komt zelfs vermoedelijk uit de Franse taal. Dit stopwoord hein vraagt om instemming, ongeveer als: “Nietwaar?”
Ook zeggen de Fransen vaak het stopwoordje quoi? (wat?) aan het einde van de zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” Middenin een zin zeggen Fransen vaak tu vois (‘zie je’) of “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr.
U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
FIP is de bekendste publieke radiozender van Frankrijk.
Door op het linker beeldscherm hierboven met het logo te klikken, kunt u direct live naar dit Franse radiostation luisteren.
De radiozender NRJ is de populairste commerciële radiozender van Frankrijk. Klik op het rechter computerscherm met het logo hierboven om live naar deze Franstalige commerciële radiozender te luisteren.
Favoriete televisieprogramma’s in het Frans horen of met Franse ondertiteling bekijken, is misschien eerst wat vreemd, maar al gauw zult u ontdekken dat dit erg leuk en leerzaam is.
De publieke televisieomroep van Frankrijk is France tv.
De omroep TF1 is de meest bekende commerciële televisieomroep voor de Fransen.
Deze Franstalige televisiestations kunnen middels kabel, satelliet, internet of een app worden bekeken.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Zoetermeer is de op twee na grootste plaats van de provincie Zuid-Holland.
De partnersteden van Zoetermeer zijn Nitra in Slowakije en Jinotega in Nicaragua.
De Haagse Hogeschool heeft een locatie in Zoetermeer.
In Zoetermeer zijn geen universiteiten gevestigd.
Het netnummer van Zoetermeer is 079.
Het postcodegebied van Zoetermeer is 2700 - 2729.
Het adres van het gemeentehuis van Zoetermeer is Stadhuisplein 1, 2711 EC in Zoetermeer.
De website van de gemeente Zoetermeer is Zoetermeer.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Zoetermeer is 14 079.
Voor Zoetermeerse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Den Haag aan de Koninginnegracht 13, 2514 AA in Den Haag. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Zoetermeer is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Zoetermeer is KVK-kantoor Den Haag.
Wilt u uw Franstalige zakenrelatie kennis laten maken met wat lokale cultuur?
Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw Franstalige zakenrelatie, kunt u in Zoetermeer een bezoek brengen aan Museum De Voorde.
Is uw Franstalige zakenrelatie sportief ingesteld? Wellicht is het dan een leuk idee om samen naar een sportwedstrijd te gaan gaan of zelf te voetballen, te tennissen, te padellen of te squashen. Voetbal verbroedert. Misschien is het een leuk idee om samen met uw Franse zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Zoetermeerse voetbalclub FC Zoetermeer, SV Oosterheem of SV DSO meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Zoetermeer kunt u terecht bij ALTV, bij Tennisvereniging Dekker Rokkeveen, bij TV Buytenwegh of bij T.V. Seghwaert.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Begin nog vandaag met uw reis naar taalbeheersing frans
Taaltrainingen Frans in Zoetermeer van topniveau
Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en vormt een communicatiebasis die deuren voor u kan openen - met name in de professionele wereld. Organisaties die investeren in de taalopleiding van hun werknemers, hebben daarom een duidelijk voordeel en een voorsprong.
Dagnall biedt u precies wat u zoekt: effectieve taalcursussen Frans op het hoogste niveau voor medewerkers en leidinggevenden in en in de buurt van Zoetermeer.
Taaltraining Frans op maat, omdat uw bedrijf of organisatie welbespraakte werknemers verdient.
Vakgebieden
Zakelijk, technisch of medisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal.
Verschillende bedrijfstakken spreken hun eigen taal en gebruiken hun eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling alsook duidelijke concurrentievoordelen, door branchespecifieke taalkennis Frans op het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Frans in Zoetermeer in een brede waaier van gespecialiseerde vakgebieden.
Goed op weg met Dagnall Talen
De organisatie van uw taaltrainingen Frans in goede handen
Werkgerelateerd & doelgericht Frans leren
Wij bieden taaltrainingen Frans op maat aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als (intensieve) workshops en als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Bij Taleninstituut Dagnall kan iedereen Frans leren op precies de manier die voor hem of haar het meest geschikt is. Naast de klassieke taaltaalcursussen Frans hebben organisaties met name interesse in werkgerelateerde taalcursussen zoals schrijfvaardigheid Frans en/of zakelijk Frans. Taaltrainingen worden op de individuele behoeften van klanten afgestemd. Dagnall biedt de mogelijkheid om door middel van gecertificeerde taaltrainers met uitstekende beoordelingen en recensies onbegrensd Frans te leren in Zoetermeer. Dagnall Talen leidt u vlot en doelgericht naar de beoogde resultaten.
De filosofie van Dagnall Talen
De filosofie van Dagnall is om Frans te leren zonder schroom en met plezier en gemak. Wij zetten daarom alles in het werk om ervoor te zorgen dat u de Franse taal moeiteloos en zonder remmingen kunt leren.
Frans leren moet leuk zijn en daarom werken wij met methodes die het leerproces voor de cursisten gemakkelijker en prettiger maakt.
Met deze methodes wekken we nieuwsgierigheid op en ondersteunen we de bereidheid om te leren. Met 15 minuten dagelijks oefenen, brengen we de cursist in grote stappen naar het gewenste niveau.
Taleninstituut Dagnall is de ideale partner voor iedereen die Frans wil leren in Zoetermeer.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten
Plan van aanpak Dagnall Taleninstituut
In overleg met u als opdrachtgever inventariseert Dagnall uw wensen en leerdoelen. U meldt de deelnemer(s) met hun contactgegevens aan. Dagnall Talen verzorgt een intake op locatie of, indien u dit wenst, online of telefonisch. Nadat het intakegesprek heeft plaatsgevonden, waarbij op basis van het Europees Referentiekader (ERK) het huidige en gewenste niveau van de cursisten wordt vastgesteld, ontvangt u een op maat gemaakt cursusvoorstel met een passende offerte.
Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning af op uw situatie en uw agenda.
Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning af op uw situatie en uw agenda.
De trainer evalueert na enkele lessen Frans de voortgang alsook de inhoud van de cursus. De doelstelling kan, indien nodig, bijgesteld worden.
Wij sturen u een eindrapportage na de laatste les met een beschrijving van de door de deelnemers behaalde resultaten. Tevens ontvangen de deelnemers een certificaat van Dagnall Talen.
Wij sturen u een eindrapportage na de laatste les met een beschrijving van de door de deelnemers behaalde resultaten. Tevens ontvangen de deelnemers een certificaat van Dagnall Talen.
[ Lees meer ]
Intake
Planning
Cursus
Certificaat
Betaalbare maatwerkcursussen Frans in Zoetermeer
Ons bedrijf is werkzaam sinds 1982 en verzorgt sindsdien maatwerkcursussen Frans zakelijk in Zoetermeer en omgeving voor bedrijven, (semi)overheid en andere non-profitorganisaties. Wij hebben ervaren en kundige taaltrainers Frans die experts zijn op taalgebied en in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag al een aanzienlijk aantal taaltrainingen Frans zakelijk hebben gegeven.
Door de werkplekgerichte en functiegerichte aanpak, levert Dagnall betaalbare en effectieve taalcursussen Frans in Zoetermeer. Maximaal rendement door maatwerk; daar staat Dagnall voor!
Betaalbaar maatwerk Frans in Zoetermeer sinds 1982
Taal op de werkvloer
Taal op de Werkvloer: draagvlak nodig! Cursussen (Frans) gericht op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer zijn intussen bij veel organisaties een begrip.
Werknemers zonder of met beperkte kennis van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een beperking op het werk en zij willen sneller en/of beter communiceren op de werkplek.
Werknemers zonder of met beperkte kennis van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een beperking op het werk en zij willen sneller en/of beter communiceren op de werkplek.
Zij willen de aanwijzingen op het werk goed kunnen begrijpen en op kunnen volgen. Deze werknemers willen graag met meer zelfvertrouwen het werk kunnen uitvoeren en natuurlijk hun ambities op hun werkgebied realiseren. Hiervoor is een investering in werknemers en in de (continue) ontwikkeling van het bedrijf nodig.
[ Lees meer ]
Vele wegen leiden van Zoetermeer naar Parijs
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Frans legt niet alleen de nadruk op de behoefte van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals een betere schrijf- of spreekvaardigheid.
Een goede taalcursus (Frans) is ook afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een cursus Frans (in Zoetermeer) die het beste bij hem of haar past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige taaltrainers Frans zijn zeer bedreven in het snel en plezierig aanleren van de Franse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo plezierig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall Talen bereiken onze taaltrainers door een blend van deze bewezen leermethode met aandacht voor de cursist(en) en het nagaan of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. U kunt bij Dagnall Talen terecht voor taalcursussen die gebaseerd zijn op een maatwerktraining.
Dagnall Taleninstituut biedt groepscursussen van 3 tot maximaal 10 deelnemers, duocursussen (2 deelnemers), individuele taalcursussen, onlinecursussen, het Dagnall online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en jargon van de specifieke organisatie.
De docenten van Dagnall geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij door de jaren heen hebben gecreëerd en verzameld en zij spelen continue in op actuele ontwikkelingen en thema’s.
Een prettige manier van leren
Een voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de taaltrainers Frans van Dagnall in Zoetermeer. Onze, door de jaren steeds verder ontwikkelde en weldoordachte manier van werken is het bijzonder gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. Onze cursussen zijn dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar ook aangepast aan de leermethode die het beste bij de cursisten zelf past.
Effectief Frans leren in Zoetermeer bij Taleninstituut Dagnall
Individuele cursussen en groepscursussen Frans
Franse lessen - individueel of in groepsverband
Dagnall Taleninstituut cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de gehele organisatie uit handen kunt geven.
Dagnall Talen biedt deze individuele cursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen gebruiken wij gevarieerde en moderne onderwijsmethoden om doelgericht te trainen en leersucces te verzekeren.
Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen uiteraard zowel bij u op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Zoetermeer gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen Frans in Zoetermeer
Maatwerkcursussen Frans
Dagnall Talen biedt individuele cursussen Frans voor bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren in Zoetermeer en omgeving.
Individuele cursussen noemt men ook wel één-op-één-cursussen of privélessen..
De individuele taalcursussen van taleninstituut Dagnall staan al decennia bekend voor persoonlijke aandacht, maatwerk en het hoogste rendement.
Alle individuele cursussen Frans van Dagnall zijn maatwerktrainingen alsook de trainingen worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, het taalniveau, de branche, de leerstijl alsook de praktijksituatie.
De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Dagnall taleninstituut biedt groepscursussen Frans met 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (2 cursisten) aan bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren.
De groep wordt bij voorkeur zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te maximaliseren en de deelnemers maximale ondersteuning te geven.
Ook de groepscursussen van Dagnall Talen zijn maatwerkcursussen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de leerstijl en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te kunnen behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het grootste voordeel van een individuele taalcursus Frans is het hoge rendement omdat in vrij korte tijd veel informatie wordt opgenomen.
Doordat de taalcursus vrij intensief is, wordt meer vooruitgang geboekt en wordt het leertraject zo kort mogelijk gehouden.
Flexibiliteit is nog een belangrijk voordeel van individuele cursussen. De cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist en de leerstof kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de specifieke aandachtsgebieden van de cursist.
Doordat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden, is de leervordering optimaal.
Een individuele is ook cursus goed af te stemmen op de agenda van de cursist waardoor het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Vooral de interactie met de andere lerenden Frans is het belangrijkste voordeel van groepscursussen; actief gebruik van de doeltaal in de groep door middel van bijvoorbeeld rollenspellen en discussies.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk voordeel; communiceren in de doeltaal met de groep en van elkaars kunnen fouten. Cursisten kunnen de afwisseling die zo wordt geboden als prettiger ervaren.
Groepscursussen zijn daarnaast ook efficiënt omdat tegelijk meerdere medewerkers worden getraind en de groep op bijna hetzelfde kennisniveau komt.
Ook zijn groepscursussen iets minder intensief (minder zwaar) voor cursisten dan individuele taalcursussen.
Minpunten individuele cursus
Rollenspellen en discussies kunnen bij een individuele taalcursus Frans alleen met de trainer worden gedaan en gevoerd.
Doordat er geen interactie is met andere cursisten, kan het geleerde niet in groepsverband geoefend worden.
Omdat groepsdynamiek ontbreekt, is het ook niet mogelijk om van de fouten van anderen te leren.
De intensievere leerbenadering van individuele taalcursussen is voor de cursist ook vrij intensief (zwaarder).
Minpunten groepscursus
In een groepscursus wordt minder aandacht aan het individu gegevenwordt minder aandacht gegeven aan het individu en kunnen de cursisten wat eerder zijn afgeleid. Het rendement ligt daardoor wat lager. Door de groepen iets kleiner te maken (minigroepen), kan dit deels worden ondervangen.
Groepscursussen Frans kunnen ook minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen.
Dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursist afgestemd kan worden, is een ander nadeel van groepscursussen.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslaghoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
afgestemd op individuele leerstijl
inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslaggeen interactie met andere cursisten
vrij intensief voor de cursist
geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslaginteractie met andere cursisten
groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
groep komt op hetzelfde kennisniveau
efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslagiets minder aandacht voor individuele cursist
minder afgestemd op individuele leerstijlen
minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Frans
Verschillende opties voor Franse les
Dagnall Taleninstituut geeft taalcursussen (Frans) voor beginners, halfgevorderden en gevorderden.
Niet iedereen is in de gelegenheid om een talencentrum te bezoeken. Wij verzorgen onze taaltrainingen daarom ook online of incompany.
Bij Dagnall Talen kunt u een intensieve of semi-
Niet iedereen is in de gelegenheid om een talencentrum te bezoeken. Wij verzorgen onze taaltrainingen daarom ook online of incompany.
Bij Dagnall Talen kunt u een intensieve of semi-
intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Frans kiezen. Uiteraard is een combinatie van deze trainingen eveneens mogelijk.
Wij staan voor (betaalbaar) maatwerk!
Wij staan voor (betaalbaar) maatwerk!
ALGEMENE LEERMETHODES
Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode soms de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je beschouwen als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Het was nieuw dat de les geheel plaatsvond in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans). De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden met behulp van mondelinge structuuroefeningen geleerd. De bedoeling is om vrijwel foutloos Frans te leren verstaan en te leren spreken, wat begint met een Franssprekende leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met drills om Franse zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch worden. Docenten Frans kunnen bijvoorbeeld een zin tien maal herhalen om daarna een extra Frans woord hieraan toe te voegen Bij de audiolinguale methode wordt veel gewerkt in de zogeheten talenpractica, waarbij studenten Frans een hoofdtelefoon op hebben en naar deze zinnen luisteren en deze naspreken. Het geschreven Frans wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Frans inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe Franse woorden te introduceren.
Populariteit
De audiolinguale methode werd in ons land pas geïntroduceerd omstreeks 1970 toen de Mammoetwet van kracht werd. Al snel waren er grote bezwaren tegen de inhoudsloze drills. De techniek wilde wel eens haperen, waardoor de talenpractica al gauw in onbruik raakten. In plaats hiervan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van de taal (zoals Frans) niet om het uit het hoofd leren van de regels van de (Franse) grammatica gaat, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid (Frans), waar de meeste docenten vóór 1970 geen of nauwelijks aandacht aan besteedden, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor studenten die Frans beginnen te leren. Een juiste uitspraak Frans wordt van het begin af aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode waardoor deze een snelle en efficiënte overdracht van taalkennis kan bieden. Ook voor grotere groepen is de audiolinguale methode geschikt.
Tegelijk is deze docentgestuurde kant een nadeel; er wordt geen eigen inbreng van de lerenden verwacht, waardoor het gevaar op de loer ligt van passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik Frans.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren op een zodanige wijze dat ze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de lerende. De methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die nadien herhaald worden. De Franse zinnen en woorden van de woordenlijst worden hardop gelezen door de student. Al deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar door de blootstelling gebeurt dit eigenlijk automatisch. De woordenlijst wordt steeds herzien; Franse woorden die zijn geleerd, gaan van de woordenlijst af. De Franse woorden die nog altijd problemen geven, blijven op de lijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de woorden op de woordenlijst en zinnen in het Frans spontaan opgeslagen worden in het langetermijngeheugen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt kennis in het algemeen opgeslagen als de kennis betekenisvol en relevant is voor de student. De GoldList-methode kan goed functioneren voor Franse woorden en zinnen die betekenisvol en relevant zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij studenten die bij bijvoorbeeld Post-its® voordeel hebben als geheugensteun zou deze GoldList Method goed kunnen werken. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt, functioneert het met de hand schrijven beter dan typen of, zelfs tamelijk zinloos: een foto maken. Het gebrek aan context is een keerzijde. Talen zijn veel meer dan alleen een serie losse woorden of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend; er moeten steeds handgeschreven woordenlijsten worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op de natuurlijke manier van het verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De leermethode probeert het Frans te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. De Franse taalregels leert studenten ook onbewust op deze manier. Alleen het Frans wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een leeromgeving zonder stress voor de studenten. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt blootgesteld aan de lerenden. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en minder op het corrigeren van vormfouten en expliciete Frans grammatica.
De leermethode is het meest effectief als de studenten worden ondergedompeld in het Frans. Om te zorgen dat de lerende plezier heeft van de ervaring, dienen de activiteiten in het Frans stimulerend te zijn.
De Natural Method leermethode vertoont veel overeenkomsten met de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak aangetoond dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode kan zijn. De methode is een populaire manier van lesgeven bij taaltrainers Frans, doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen voor de lerende. Minpunten heeft de Natural Method ook. De methode richt zich voornamelijk op het impliciet leren van de Franse grammatica. De lerenden zouden inderdaad leren in het Frans te communiceren, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier een vreemde taal aan te leren. Lerenden wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Het geleerde beklijft voor een langere tijd, omdat studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’.
Omdat er bijna geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaten te merken zijn. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een specifiek Frans examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) oftewel de ‘Structurele Aanpak’ is door Charles Carpenter Fries en Robert Lado in de jaren 50 ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om een vreemde taal te leren met als doel de student vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans). Volgens de SA levert de beheersing van deze structuren meer op dan het verwerven van woordenschat Frans. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste combinaties van Franse woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde is waar het bij de methode om draait. Deze vaste combinaties van woorden worden aan de studenten aangeboden in herkenbare situaties door middel van visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen. De structuren die het vaakst worden gebruikt, worden eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheid Frans (de luistervaardigheid en de spreekvaardigheid) wordt hierbij in eerste instantie gebruikt; daaruit volgt de leesvaardigheid en de schrijfvaardigheid. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op vrij grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
De sterke kant van een structurele aanpak is dat de studenten het Frans op een nauwkeurige manier leren. De lerende krijgt inzicht in de Franse grammatica leert in welke situatie bepaalde bepaalde Franse woorden of combinaties van woorden wel of niet passend zijn. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de Structural Approach kleven ook nadelen. Deze manier van werken is behoorlijk tijdrovend en zorgt niet onmiddellijk voor een succeservaring. De inbreng van de studenten zelf is beperkt; het is niet echt creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching; CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach; CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie het uiteindelijke streven is van het leren van talen (zoals Frans).
Met gebruik van de CLT-technieken leren de studenten het Frans in de praktijk te brengen door de interactie met de taaldocent Frans alsook met elkaar. Teksten in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en/of het dagelijks leven worden gebruikt. Het Frans wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en de taaltrainer Frans draagt onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in diverse situaties uit de praktijk te oefenen. De Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij het communicatief taalonderwijs is de taaldocent Frans echt een trainer, die de lerende helpt te communiceren in het Frans.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs erg populair, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol waren gebleken. Binnen een verenigd Europa was er meer vraag om talen te leren op een wijze die direct kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Het communicatief taalonderwijs heeft veel pluspunten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is studentgericht en functioneel. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is efficiënt. Voor de student werkt het stimulerend omdat hij of zij vlug succeservaringen heeft. Fouten mogen worden gemaakt; de vaardigheid van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht is voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en de uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Voor een aantal studenten is deze manier van een taal leren ongewoon of moeilijk, afhankelijk van hun achtergrond. CLT (communicatief taalonderwijs) traint taalvaardigheden; het gaat daarbij om de functie en minder om de vorm en de methode biedt geen echt samenhangend geheel.
Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door docent Frans en Italiaans uit Duitsland en eveneens leerboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Rond het jaar 1783 ontwikkelde hij een leermethode waarin de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd; de taal van de religie, de wetenschap en de cultuur. Dit onderwijs in het Latijn was uiteraard gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en volledig gericht op vertalen en grammatica. Dat werd als een wetenschappelijke en degelijke aanpak beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat uit van de analyse van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) waarbij studenten inzicht ontwikkelen. Bij deze methode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten. De trainers dragen de kennis Frans over, de student memoriseert.
Populariteit
Alhoewel al vanaf halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Deze grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Frans, vanwege de nadruk die wordt gelegd op de grammatica.
De methode kent echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. Deze methode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in een groep biedt deze leermethode geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de studenten. De student fungeert slechts als toehoorder en uitvoerder.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wordt sinds de jaren 70 over de hele wereld gebruikt, vooral op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die bij Taleninstituut Regina Coeli, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd, wordt toegepast. De methode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse les aan welgestelde vrouwen uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling houdt in dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, direct vanaf het eerste moment omgeven wordt door de nieuwe taal. De instructies worden gegeven in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke wijze. Vanaf het begin wordt de student ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. De methode werkt met rollenspellen en simulaties. Op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt veelal de omgeving in de stijl van het land van de Franse taal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Frankrijk zijn. De studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Frans spreken. Een andere methode om onderdompeling te bereiken, is naar Frankrijk reizen en daar bijvoorbeeld verblijven in een gastgezin.
Populariteit
Onderdompeling wordt beschouwd als een erg goede methode om vreemde talen te leren. Met name de mondelinge taalbeheersing Frans kan met de methode van onderdompeling zeer goed worden aangeleerd.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het belangrijkste voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, omdat de methode vrij intensief is. Het is ‘sink or swim’, de student moet daadwerkelijk gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Frans aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. Lerenden ervaren dit als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een minpunt. Als studenten in een vrij korte tijd Frans leren, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Een ander minpunt kan zijn dat een dergelijke training Frans erg intensief is. Niet elke student heeft de conditie om deze leermethode vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De methode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedie is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Georgi Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een vreemde taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de lerenden en de docent (Frans) zijn daarvoor van essentieel belang. Hiervoor is de voorwaarde dat studenten zich veilig voelen en ontspannen zijn. Om dit te bewerkstelligen, was een leslokaal met een rijopstelling niet geschikt. De studenten zaten tijdens de les in comfortabele stoelen die in een halve cirkel geplaatst waren en er werd altijd muziek in de les gespeeld. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond natuurgeluiden te horen waren of klassieke muziek werd gespeeld. Er bestonden opmerkingen over de grammatica van de doeltaal (het Frans) en woordenlijsten bij de teksten. Er werd met veel expressie in stem en gebaren voorgelezen. De studenten werden zo uitgenodigd om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren, konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. In de lessen werd veel aandacht geschonken voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Frankrijk). In de klas werden rollenspellen gespeeld en in de klas werden ook (Franse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De leermethodiek Suggestopedia was omstreden en de leermethodiek is in de vergetelheid geraakt. Een aantal elementen van Suggestopedie wordt nog steeds gebruikt, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de te leren taal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer in de les, waardoor de lerende geen hinder zal krijgen van frustratie of faalangst. Voor een immigrant kan deze gemoedelijke sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de leermethodiek is dat de studenten gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is. Voor sommigen is dit tegelijkertijd een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Ook kan muziek bij sommigen eerder afleiden en verstorend werken in tegenstelling tot ontspannend of stimulerend. Een andere zwakke kant is dat de verhouding trainer-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse trainer waarbij de student steeds de ontvangende partij is.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) of CLL genoemd, is ontwikkeld door de Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran in 1976.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. De CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaltrainer optreedt als een counselor die de zinnen van de lerende omschrijft. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als zij de doeltaal (Frans) nog niet genoeg machtig zijn. De docent (Frans) vertaalt en legt uit, waarna de lerenden de uitingen van de docent zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om nadien opnieuw te beluisteren.
De methode bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de studenten onderling als middel om het Frans te leren. Er wordt geen lesboek Frans gebruikt; het zijn de lerenden zelf die de lesstof bepalen met behulp van zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van de methode is in hoge mate afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn. De trainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de studenten erg goed te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. Deze methode kan goed functioneren indien deze op de juiste wijze wordt gebruikt. Voor grote klassen is CLL niet bruikbaar.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt de lerenden een hoge mate van autonomie. Veel studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken zinvol. Niet alleen tijdens de les Frans, maar ook daarbuiten wordt de groep vaak heel hecht. Met Community Language Learning worden studenten zich zo een stuk meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren samen te werken als een team. Van het bespreken door de foutjes en het evalueren van de les Frans leren studenten veel. Deze verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van het actieve vocabulaire van de lerende.
Het kan een keerzijde zijn dat de docent niet sturend is, ondanks dat een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Bij CLL wordt geen leerboek gebruikt en er worden geen toetsen Frans gehouden. Het succes van de les is daardoor moeilijk meetbaar. Een aantal studenten wordt in hun Frans spreken geremd wanneer zij opgenomen worden.
Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis in de jaren negentig van de vorige eeuw is ontwikkeld.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
Deze lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. Lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt woordenschat Frans een grotere plaats in dan Franse grammatica. De instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen. Er is aandacht voor interactie maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er is veel ruimte voor de student om zelf de Franse taal te ontdekken.
De rol van de trainer Frans is te zorgen voor voldoende inbreng en het faciliteren van het leertraject van de studenten.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia de leerboeken duidelijk anders geworden. Bij deze methode wordt veel meer aandacht geschonken aan woordenschat die aangeboden wordt in chunks, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Lewis streefde; de vergaande omwenteling in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, is echter uitgebleven.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal, leren de studenten op een natuurlijke manier de Franse taal te gebruiken. Er ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van deze methode. Sommige lerenden hebben meer aan een taaldocent Frans die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator omdat ze meer moeite hebben om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is ontwikkeld door de Fransman François Gouin in het jaar 1880.
Kenmerken van de Series Method
Een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van de grammatica vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnen op basis van een actie, bijvoorbeeld het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, wetenschap en beroep, vanuit het onderscheid tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal ontwikkeld. In de Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het is een soort eentalige methode, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten snel in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Frans) leren denken.
Populariteit
Gouin’s concepten over taal waren zeer vooruitstrevend. De seriemethode van Gouin was gedurende een bepaalde periode een succes, ondanks de ongebruikelijke aanpak. De leermethode werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Maximilian Berlitz.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Series method van Gouin worden de mondelinge vaardigheid Frans sterk ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer in de les.
De leermethode biedt een levendige manier van lesgeven. Dit type taalonderwijs Frans wekt de leermethode enthousiasme van de studenten op doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een nieuwe taal leren wordt tastbaar; dit was volledig nieuw. De studenten Frans worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve taalvaardigheid Frans van de student wordt goed gestimuleerd.
De leermethode heeft echter als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever wordt, moeilijk met beweging en expressie in één duidelijke ervaring te vangen is. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die tenslotte een scala aan series voor moet bereiden, is een bijkomend minpunt. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze erachter is dat de verwerving van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een middel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. Lerenden krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de (Franse) taal vereist is. Om deze taken goed uit te voeren, dienen ze over woordenschat en taalregels te beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals e-mails schrijven, boodschappen doen, een drankje bestellen, bellen met de klantenservice of een krant lezen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Studenten dienen samen te werken om de taken uit te voeren. De opdrachten moeten net boven het niveau van de studenten Frans liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij studenten (vooral studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs te verbeteren.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende manier van werken, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun vaardigheden (Frans) te gebruiken. Mits de taak goed bij de lerende aansluit, is TBLT een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in aanraking met het Frans en leert op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om met andere studenten Frans samen te werken. De studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.
Als nadeel kan worden genoemd dat de communicatie voorop staat en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor lerenden die niet zozeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
In 2000 bedacht Scott Thornbury; Nieuw-Zeelands taalkundige en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching (DLT) is geïnspireerd op ‘Dogme 95’. Dit was een beweging uit het jaar 1995 van een groep Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier. De deelnemers confirmeren zich aan tien strenge regels (tien dogma’s) voor het maken van films die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) behelzen. Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal belast is. Het beginnen van echte inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan, is het doel van de Dogme-methode, waarbij het om de communicatie draait als de inspirator van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). De benadering is daarom een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs zonder lesboeken wil bieden of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op communicatie tussen de trainer en de lerenden richt. Net zoals de Dogme-beweging in de film, kent het Dogme-taalonderwijs 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Scott Thornbury dat de overeenkomsten met taakgericht leren van een taal (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een positieve bijkomstigheid voor taaltrainers Frans is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Het kan heel motiverend zijn dat de studenten de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces. Zo zijn de taallessen Frans nooit voorspelbaar; dat zorgt voor spontane communicatie en zorgt ervoor dat verveling geen kans krijgt. In een taalles volgens de Dogme-benadering is vrijwel elk item bespreekbaar. Zo blijven lerenden betrokken en alert.
Als de lerenden zo weinig begeleid worden door de docent kunnen ze zich daartegenover iets minder op hun gemak voelen. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle taaldocenten Frans voldoende flexibel. Een bijkomend minpunt kan zijn dat studenten zich vaak op een bepaald examen Frans dienen voor te bereiden en het niet zeker is dat de hiervoor benodigde stof aan bod komt in de taalles.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-methode is een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten of leraren’. De GPA vertoont gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Frankrijk. Begrijpen gaat voor produceren. De focus ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ concentreert zich in fase 1 op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase neemt ongeveer 150 uur in beslag en nu beginnen de deelnemers het Frans ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu diepere gesprekken over het leven in de Franse cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode beginnen deelnemers zich op taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans te richten aan de hand van televisie, films, nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Het gaat het hierbij om de groei buiten de formele taalsessies Frans om.
Populariteit
De leermethode van Thomson is nog tamelijk nieuw en er is nog vrij weinig bekend over het succes ervan. De deelnemers zijn er in elk geval enthousiast over.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijk inzicht geboden op het proces van taalverwerving Frans. De zes fasen van de methode bieden een duidelijk tijdspad alsook haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar ook van de omgeving en de lerenden verwerven eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die veel tijd wil investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen toepassen om de uitspraak en intonatie (Frans) te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Het werkt een eigenlijk eenvoudige methode: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Bij de methode is het niet belangrijk om de Franse tekst te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klank van de te leren taal. Luisteren en herhalen oefent men net zo veel totdat het heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan Frans kan spreken met de opname. De lerende gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij heeft gezegd. Er zijn veel leerboeken geschikt voor deze techniek, zolang deze boeken dialogen bevatten of delen met samenhangende tekst. De Franse audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de student te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. Argüelles raadt aan om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst buiten, en niet te gaan zitten, omdat fysieke beweging de opname van de te leren taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Een andere reden is dat de lerenden minder gauw worden afgeleid als zij in beweging zijn, waardoor het werken aan het Frans aanzienlijk effectiever wordt.
Shadowing heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale driloefeningen in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Bij Shadowing is ook simultaan spreken anders.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de methode van Shadowing waarin is aangetoond dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Ook het algemene begrip van het Frans wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Het praktische pluspunt van Shadowing dat de methodiek in een groep van studenten kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief leren. De methode heeft een hoog rendement.
De techniek heeft als nadeel is dat de lerenden het soms wat saai vinden om dezelfde Franse tekst steeds te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren door middel van bewegingen en handelingen. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun (jonge) kinderen continu taken en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, in een later stadium gaat het kind verbaal reageren. Dus de luistervaardigheden Frans zijn de basis, de spreekvaardigheden volgen daarna.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaldocent geeft op een vriendelijke en begrijpelijke manier opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de student doet na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans praten; de studenten geven in een later stadium de opdrachten. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels aangepast.
TPR® appelleert aan de beide hersenhelften door de combinatie van beweging en spraak. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt voornamelijk gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren of volwassenen werken ook met veel plezier met de methode van Total Physical Response en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethode zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van het Frans. Het zorgt een stressvrij leerproces. In principe is de methode van TPR® bruikbaar voor alle doelgroepen, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en kan de methode eveneens worden toegepast in klassen die wat groter zijn. Het verworven Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de studenten.
De keerzijde van TPR® is dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker niveau werkt en nog een andere methodiek nodig is als aanvulling. Daarnaast is de methode niet echt creatief. De student leert niet zijn of haar ideeën, gevoelens en meningen in het Frans uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren 80 van de negentiende eeuw de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er ontstond een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief moest zijn. Die Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van een taal, maar ook voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, streefden de mensen rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van keurslijven. Er ontstond op het gebied van het taalonderwijs veel aandacht voor de ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd de grammatica meer inductief onderwezen, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten de studenten hieruit afleiden. Veel mondelinge oefeningen met meer aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal (zoals het Frans). Het werd aangemoedigd om de studenten vaak in het Frans te laten praten. Dat de taalles in het Frans gegeven werd, was ook nieuw. Er werd nadrukkelijk niet vertaald. Met behulp van voorbeelden en plaatjes werd de (Franse) vocabulaire aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd aangeboden door lerenden om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloeden van de crises en oorlogen, om weer in een andere vorm terug te keren in de jaren 60.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het voordeel van de Directe Methode. Spreken en luisteren komen ruimschoots aan bod, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Frans krijgen. Nadelen heeft de methode echter ook. De methode besteedt nauwelijks aandacht aan schrijfvaardigheid (Frans) en ook minder aandacht aan lezen. Voor studenten die al wat meer meer gevorderd zijn in het Frans, biedt deze leermethode niet genoeg uitdagingen. Voor minder snel lerende studenten is de Directe Methode eveneens niet zeer bruikbaar, omdat de leermethode is gebaseerd op een actieve inzet door de studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om een taal te leren, is die waarop een kind de moedertaal leert. Een taal (zoals Frans) leren dient gemakkelijk en veilig te zijn. Manesca wil daarom niet met abstracte lijstjes en regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de eerst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is op het werken met een groep van studenten en een docent Frans gebaseerd, die steeds één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en de bijbehorende beweging worden daarna door de studenten afzonderlijk herhaald. Door de herhaling onthouden de lerenden deze Franse woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De Manesca-methode is al enkele jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs toegepast.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langduriger kan worden onthouden. Het vele herhalen draagt daar eveneens aan bij. Het feit dat dit wat saai wordt om dezelfde Franse woordjes en zinnen te blijven herhalen, kan een keerzijde zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de taaldocenten Frans om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en ze aan te moedigen om fouten te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak (Frans) besteed.
Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om taalonderwijs te geven op een wijze die efficiënt voor de energievoorraad van zijn studenten was. Gattegno ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Hij zei dat taaldocenten niet zozeer dienen te streven naar het overbrengen van kennis, maar het bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om iets te leren.
The Silent Way hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokjes, die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek gebruikt ook Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel de Stille Methode in de originele versie niet veel meer wordt gebruikt, zijn de ideeën van Gattegno wel van betekenis geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de student, die immers wordt beschouwd als autonoom, is het voordeel van de benadering van Gattegno. De taaltrainer Frans is in feite dienstbaar aan de lerenden en niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van het Frans op een natuurlijke wijze. De geleerde stof wordt vaak goed verwerkt en onthouden door lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De lerenden ‘mogen’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Het kan een minpunt zijn dat sommige lerenden intensievere begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorziet. Een student zou gefrustreerd kunnen raken door de afwezigheid van inbreng van de trainer Frans. Met kleuren en grafieken werken, heeft als limiterende factor dat ‘het nieuwe’ er vrij gauw af gaat, waardoor het effect van de methode verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De TPRS-methode is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-methode (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het principe van TPRS is een natuurlijke methode van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden de lerenden aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. Door de taaldocent Frans wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De lerenden voelen zich ontspannen omdat de verhalen van de taaltrainer gemakkelijk zijn te begrijpen. Franse woorden en structuren worden zo vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen. De lerenden worden door de trainer op grammaticale fenomenen van het Frans gewezen, zonder dat lerenden taalregels uit het hoofd leren.
De lerende zal na enige tijd ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuren gaan nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant is om samen met een groep van studenten een verhaal op te bouwen. De docent Frans schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met hun Franse vertalingen, om vervolgens hiervan een verhaal te maken met de studenten. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen in het Frans is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, doordat dit zorgt voor input. Schrijven in het Frans volgt in een latere fase.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te leren. Er zijn wel voorwaarden: de trainer moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een prettige methode en het is niet moeilijk om de focus te behouden. Voor de lerenden werkt het heel motiverend om zelf verhalen te verzinnen.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de trainer vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-methode is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met een tweetalige tekst die in Egypte werd gevonden, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taalcursussen aanbiedt. In het jaar 1996 is de eerste versie van de methodiek is uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone zijn beschikbaar in meer dan dertig talen en de cursussen zijn te volgen vanuit al deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop kinderen de moedertaal leren. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hier stemmen van native speakers Frans (moedertaalsprekers) en foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal (het Frans). Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma dat de Franse uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. Dit maakt het mogelijk voor de lerende om zijn of haar uitspraak van de nieuwe taal met die van een native speaker (moedertaalspreker Frans) te vergelijken. Door de voorbeeldstem wat minder snel te laten praten en vervolgens veel na te spreken, kan uitspraakverbetering worden behaald.
Voor de schrijfvaardigheid Frans zijn er dictee-oefeningen. De software van de methode controleert de Franse grammatica en de spelling en geeft taalfouten aan en biedt de mogelijkheid om de taalfouten van de student te corrigeren.
Het programma van Rosetta Stone biedt eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Wereldwijd wordt de Rosetta Stone-methode veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. Rosetta Stone wordt in ons land ingezet door enkele ministeries en diverse universiteiten en hogescholen, alsook door een aantal internationaal opererende bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone-methode is erg makkelijk om te gebruiken en de methode kan op elk moment door studenten worden gebruikt. De student bepaalt zelf welke onderdelen wat meer of wellicht minder aandacht kunnen gebruiken. Veel studenten vinden het prettig om de methode te gebruiken. Voor onderwijsinstellingen kan deze methode een oplossing bieden bij een gebrek aan trainers. Dat er geen taaldocent is die studenten motiveert of wat extra’s kan bieden, is een keerzijde van de methode.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. Zijn eerste taalcursus was een cursus Grieks, die Pimsleur op de markt bracht in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
De taalcursussen bestaan uit zinnetjes en dialogen die door de student worden nagesproken en herhaald. Deze Franse voorbeeldzinnetjes zijn door moedertaalsprekers ingesproken. De cursussen van Pimsleur zijn op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. De lessen omvatten een halfuur audio-opname met nieuwe woordenschat en taalstructuur in het Frans. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur van het Frans niet apart uit maar biedt deze aan door middel van uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.
Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarmee kennis van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval geïntegreerd.
Populariteit
Onder andere Amerikanen gebruiken de Pimsleur cursussen en de ervaringen met de methode variëren. Over het algemeen zijn de studenten tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Als uitspraakverbeteraar werkt de Pimsleur-methode zeer goed doordat de insprekers moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Frans praten.
Het minpunt van de methode is dat er niets uitgelegd wordt. De studenten leren geen bouwstenen van de Franse taal om zelf een zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die worden ingeprent.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Michel Thomas’ uitgangspunt was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De taalcursussen zijn audiolessen (Frans), ingesproken door twee stemacteurs; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag gesteld wordt, is het idee dat de cursist op pauze klikt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. Bij de methode worden de lessen opgebouwd in stapjes en nieuwe Franse lesstof wordt met bekende Franse lesstof afgewisseld. De uitleg wordt in de Engelse taal gegeven. Er wordt op verbanden gewezen tussen het Engels en het Frans, als die verbanden er zijn. Grammaticale uitleg wordt ook gegeven. Bij de leermethode van Michel-Thomas wordt makkelijke stof eerst aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat de makkelijke stof door de student Frans begrepen en verworven is. Behalve Franse woorden en zinnen in de doeltaal worden ook bouwstenen geleerd waarmee de gebruiker zelf zinnen kan bouwen. Ook maakt de methodiek gebruik van flashcards zodat de gebruikers zelf hun woordenschat Frans kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel gebruikers vinden de cursus plezierig werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Frans. De studenten die al wat verder zijn met de taal, ervaren de Michel Thomas-methode als minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen zijn zeer toegankelijk en trainen de uitspraak en de luistervaardigheid Frans op efficiënte wijze. Het feit dat de taalcursus Frans niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een keerzijde. Ook is er geen echte interactie doordat de leermethode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf maakt cursussen voor vreemde talen en publiceert deze en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de andere groep’. Dit was wel een hooggegrepen streven is voor taalcursussen (zoals Frans). De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek Frans, audio-CD’s en een USB-stick. De gebruikers besteden bij voorkeur ongeveer twintig minuten per dag aan de taalcursus.
De taallessen van Assimil bestaan uit Franse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De Franse vertaling staat hiernaast, met toelichting van de grammatica. Voor het oefenen van de uitspraak van het Frans, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnetjes die door moedertaal (native) speakers zijn ingesproken en die de lerenden dienen te herhalen. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij gewaardeerd. Ze zijn niet zo duur en er is een groot aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Het pluspunt van de methode van Assimil is dat de lerende in zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste uitkomt. De keerzijde hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de lerende is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen docent Frans beschikbaar om de studenten te begeleiden of te motiveren.
ALGEMENE LEERMETHODES
Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode soms de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je beschouwen als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Het was nieuw dat de les geheel plaatsvond in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans). De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden met behulp van mondelinge structuuroefeningen geleerd. De bedoeling is om vrijwel foutloos Frans te leren verstaan en te leren spreken, wat begint met een Franssprekende leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met drills om Franse zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch worden. Docenten Frans kunnen bijvoorbeeld een zin tien maal herhalen om daarna een extra Frans woord hieraan toe te voegen Bij de audiolinguale methode wordt veel gewerkt in de zogeheten talenpractica, waarbij studenten Frans een hoofdtelefoon op hebben en naar deze zinnen luisteren en deze naspreken. Het geschreven Frans wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Frans inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt om nieuwe Franse woorden te introduceren.
Populariteit
De audiolinguale methode werd in ons land pas geïntroduceerd omstreeks 1970 toen de Mammoetwet van kracht werd. Al snel waren er grote bezwaren tegen de inhoudsloze drills. De techniek wilde wel eens haperen, waardoor de talenpractica al gauw in onbruik raakten. In plaats hiervan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van de taal (zoals Frans) niet om het uit het hoofd leren van de regels van de (Franse) grammatica gaat, maar om het te gebruiken. De luistervaardigheid (Frans), waar de meeste docenten vóór 1970 geen of nauwelijks aandacht aan besteedden, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor studenten die Frans beginnen te leren. Een juiste uitspraak Frans wordt van het begin af aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode waardoor deze een snelle en efficiënte overdracht van taalkennis kan bieden. Ook voor grotere groepen is de audiolinguale methode geschikt.
Tegelijk is deze docentgestuurde kant een nadeel; er wordt geen eigen inbreng van de lerenden verwacht, waardoor het gevaar op de loer ligt van passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik Frans.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren op een zodanige wijze dat ze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de lerende. De methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die nadien herhaald worden. De Franse zinnen en woorden van de woordenlijst worden hardop gelezen door de student. Al deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar door de blootstelling gebeurt dit eigenlijk automatisch. De woordenlijst wordt steeds herzien; Franse woorden die zijn geleerd, gaan van de woordenlijst af. De Franse woorden die nog altijd problemen geven, blijven op de lijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de woorden op de woordenlijst en zinnen in het Frans spontaan opgeslagen worden in het langetermijngeheugen, iets dat door geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt kennis in het algemeen opgeslagen als de kennis betekenisvol en relevant is voor de student. De GoldList-methode kan goed functioneren voor Franse woorden en zinnen die betekenisvol en relevant zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij studenten die bij bijvoorbeeld Post-its® voordeel hebben als geheugensteun zou deze GoldList Method goed kunnen werken. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt, functioneert het met de hand schrijven beter dan typen of, zelfs tamelijk zinloos: een foto maken. Het gebrek aan context is een keerzijde. Talen zijn veel meer dan alleen een serie losse woorden of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend; er moeten steeds handgeschreven woordenlijsten worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op de natuurlijke manier van het verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De leermethode probeert het Frans te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. De Franse taalregels leert studenten ook onbewust op deze manier. Alleen het Frans wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een leeromgeving zonder stress voor de studenten. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt blootgesteld aan de lerenden. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en minder op het corrigeren van vormfouten en expliciete Frans grammatica.
De leermethode is het meest effectief als de studenten worden ondergedompeld in het Frans. Om te zorgen dat de lerende plezier heeft van de ervaring, dienen de activiteiten in het Frans stimulerend te zijn.
De Natural Method leermethode vertoont veel overeenkomsten met de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak aangetoond dat onderdompeling een zeer effectieve leermethode kan zijn. De methode is een populaire manier van lesgeven bij taaltrainers Frans, doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen voor de lerende. Minpunten heeft de Natural Method ook. De methode richt zich voornamelijk op het impliciet leren van de Franse grammatica. De lerenden zouden inderdaad leren in het Frans te communiceren, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier een vreemde taal aan te leren. Lerenden wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Het geleerde beklijft voor een langere tijd, omdat studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’.
Omdat er bijna geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaten te merken zijn. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een specifiek Frans examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) oftewel de ‘Structurele Aanpak’ is door Charles Carpenter Fries en Robert Lado in de jaren 50 ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om een vreemde taal te leren met als doel de student vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans). Volgens de SA levert de beheersing van deze structuren meer op dan het verwerven van woordenschat Frans. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste combinaties van Franse woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde is waar het bij de methode om draait. Deze vaste combinaties van woorden worden aan de studenten aangeboden in herkenbare situaties door middel van visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen. De structuren die het vaakst worden gebruikt, worden eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheid Frans (de luistervaardigheid en de spreekvaardigheid) wordt hierbij in eerste instantie gebruikt; daaruit volgt de leesvaardigheid en de schrijfvaardigheid. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid), krijgt grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op vrij grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
De sterke kant van een structurele aanpak is dat de studenten het Frans op een nauwkeurige manier leren. De lerende krijgt inzicht in de Franse grammatica leert in welke situatie bepaalde bepaalde Franse woorden of combinaties van woorden wel of niet passend zijn. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de Structural Approach kleven ook nadelen. Deze manier van werken is behoorlijk tijdrovend en zorgt niet onmiddellijk voor een succeservaring. De inbreng van de studenten zelf is beperkt; het is niet echt creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching; CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach; CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. Taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie het uiteindelijke streven is van het leren van talen (zoals Frans).
Met gebruik van de CLT-technieken leren de studenten het Frans in de praktijk te brengen door de interactie met de taaldocent Frans alsook met elkaar. Teksten in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en/of het dagelijks leven worden gebruikt. Het Frans wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en de taaltrainer Frans draagt onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in diverse situaties uit de praktijk te oefenen. De Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij het communicatief taalonderwijs is de taaldocent Frans echt een trainer, die de lerende helpt te communiceren in het Frans.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs erg populair, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol waren gebleken. Binnen een verenigd Europa was er meer vraag om talen te leren op een wijze die direct kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Het communicatief taalonderwijs heeft veel pluspunten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is studentgericht en functioneel. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is efficiënt. Voor de student werkt het stimulerend omdat hij of zij vlug succeservaringen heeft. Fouten mogen worden gemaakt; de vaardigheid van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er niet zo veel aandacht is voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en de uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Voor een aantal studenten is deze manier van een taal leren ongewoon of moeilijk, afhankelijk van hun achtergrond. CLT (communicatief taalonderwijs) traint taalvaardigheden; het gaat daarbij om de functie en minder om de vorm en de methode biedt geen echt samenhangend geheel.
Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door docent Frans en Italiaans uit Duitsland en eveneens leerboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Rond het jaar 1783 ontwikkelde hij een leermethode waarin de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd; de taal van de religie, de wetenschap en de cultuur. Dit onderwijs in het Latijn was uiteraard gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en volledig gericht op vertalen en grammatica. Dat werd als een wetenschappelijke en degelijke aanpak beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat uit van de analyse van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) waarbij studenten inzicht ontwikkelen. Bij deze methode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten. De trainers dragen de kennis Frans over, de student memoriseert.
Populariteit
Alhoewel al vanaf halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, heeft tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Deze grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Frans, vanwege de nadruk die wordt gelegd op de grammatica.
De methode kent echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. Deze methode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in een groep biedt deze leermethode geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de studenten. De student fungeert slechts als toehoorder en uitvoerder.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wordt sinds de jaren 70 over de hele wereld gebruikt, vooral op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die bij Taleninstituut Regina Coeli, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd, wordt toegepast. De methode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse les aan welgestelde vrouwen uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling houdt in dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, direct vanaf het eerste moment omgeven wordt door de nieuwe taal. De instructies worden gegeven in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke wijze. Vanaf het begin wordt de student ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. De methode werkt met rollenspellen en simulaties. Op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt veelal de omgeving in de stijl van het land van de Franse taal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Frankrijk zijn. De studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Frans spreken. Een andere methode om onderdompeling te bereiken, is naar Frankrijk reizen en daar bijvoorbeeld verblijven in een gastgezin.
Populariteit
Onderdompeling wordt beschouwd als een erg goede methode om vreemde talen te leren. Met name de mondelinge taalbeheersing Frans kan met de methode van onderdompeling zeer goed worden aangeleerd.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het belangrijkste voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, omdat de methode vrij intensief is. Het is ‘sink or swim’, de student moet daadwerkelijk gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Frans aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. Lerenden ervaren dit als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een minpunt. Als studenten in een vrij korte tijd Frans leren, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Een ander minpunt kan zijn dat een dergelijke training Frans erg intensief is. Niet elke student heeft de conditie om deze leermethode vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De methode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedie is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Georgi Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een vreemde taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de lerenden en de docent (Frans) zijn daarvoor van essentieel belang. Hiervoor is de voorwaarde dat studenten zich veilig voelen en ontspannen zijn. Om dit te bewerkstelligen, was een leslokaal met een rijopstelling niet geschikt. De studenten zaten tijdens de les in comfortabele stoelen die in een halve cirkel geplaatst waren en er werd altijd muziek in de les gespeeld. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond natuurgeluiden te horen waren of klassieke muziek werd gespeeld. Er bestonden opmerkingen over de grammatica van de doeltaal (het Frans) en woordenlijsten bij de teksten. Er werd met veel expressie in stem en gebaren voorgelezen. De studenten werden zo uitgenodigd om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren, konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. In de lessen werd veel aandacht geschonken voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Frankrijk). In de klas werden rollenspellen gespeeld en in de klas werden ook (Franse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De leermethodiek Suggestopedia was omstreden en de leermethodiek is in de vergetelheid geraakt. Een aantal elementen van Suggestopedie wordt nog steeds gebruikt, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de te leren taal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer in de les, waardoor de lerende geen hinder zal krijgen van frustratie of faalangst. Voor een immigrant kan deze gemoedelijke sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Vaak werkt muziek motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de leermethodiek is dat de studenten gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is. Voor sommigen is dit tegelijkertijd een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Ook kan muziek bij sommigen eerder afleiden en verstorend werken in tegenstelling tot ontspannend of stimulerend. Een andere zwakke kant is dat de verhouding trainer-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse trainer waarbij de student steeds de ontvangende partij is.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) of CLL genoemd, is ontwikkeld door de Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran in 1976.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. De CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de taaltrainer optreedt als een counselor die de zinnen van de lerende omschrijft. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als zij de doeltaal (Frans) nog niet genoeg machtig zijn. De docent (Frans) vertaalt en legt uit, waarna de lerenden de uitingen van de docent zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om nadien opnieuw te beluisteren.
De methode bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de studenten onderling als middel om het Frans te leren. Er wordt geen lesboek Frans gebruikt; het zijn de lerenden zelf die de lesstof bepalen met behulp van zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van de methode is in hoge mate afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn. De trainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de studenten erg goed te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. Deze methode kan goed functioneren indien deze op de juiste wijze wordt gebruikt. Voor grote klassen is CLL niet bruikbaar.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt de lerenden een hoge mate van autonomie. Veel studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken zinvol. Niet alleen tijdens de les Frans, maar ook daarbuiten wordt de groep vaak heel hecht. Met Community Language Learning worden studenten zich zo een stuk meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren samen te werken als een team. Van het bespreken door de foutjes en het evalueren van de les Frans leren studenten veel. Deze verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden onderdeel van het actieve vocabulaire van de lerende.
Het kan een keerzijde zijn dat de docent niet sturend is, ondanks dat een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Bij CLL wordt geen leerboek gebruikt en er worden geen toetsen Frans gehouden. Het succes van de les is daardoor moeilijk meetbaar. Een aantal studenten wordt in hun Frans spreken geremd wanneer zij opgenomen worden.
Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis in de jaren negentig van de vorige eeuw is ontwikkeld.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
Deze lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen bestaan. Lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt woordenschat Frans een grotere plaats in dan Franse grammatica. De instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen. Er is aandacht voor interactie maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er is veel ruimte voor de student om zelf de Franse taal te ontdekken.
De rol van de trainer Frans is te zorgen voor voldoende inbreng en het faciliteren van het leertraject van de studenten.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia de leerboeken duidelijk anders geworden. Bij deze methode wordt veel meer aandacht geschonken aan woordenschat die aangeboden wordt in chunks, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Lewis streefde; de vergaande omwenteling in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, is echter uitgebleven.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal, leren de studenten op een natuurlijke manier de Franse taal te gebruiken. Er ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van deze methode. Sommige lerenden hebben meer aan een taaldocent Frans die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator omdat ze meer moeite hebben om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is ontwikkeld door de Fransman François Gouin in het jaar 1880.
Kenmerken van de Series Method
Een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van de grammatica vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnen op basis van een actie, bijvoorbeeld het huis verlaten in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze reeksen of series behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, wetenschap en beroep, vanuit het onderscheid tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal ontwikkeld. In de Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het is een soort eentalige methode, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten snel in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Frans) leren denken.
Populariteit
Gouin’s concepten over taal waren zeer vooruitstrevend. De seriemethode van Gouin was gedurende een bepaalde periode een succes, ondanks de ongebruikelijke aanpak. De leermethode werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Maximilian Berlitz.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Series method van Gouin worden de mondelinge vaardigheid Frans sterk ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer in de les.
De leermethode biedt een levendige manier van lesgeven. Dit type taalonderwijs Frans wekt de leermethode enthousiasme van de studenten op doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een nieuwe taal leren wordt tastbaar; dit was volledig nieuw. De studenten Frans worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve taalvaardigheid Frans van de student wordt goed gestimuleerd.
De leermethode heeft echter als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever wordt, moeilijk met beweging en expressie in één duidelijke ervaring te vangen is. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die tenslotte een scala aan series voor moet bereiden, is een bijkomend minpunt. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen het Communicatief Taalonderwijs/een Communicatieve Benadering. De denkwijze erachter is dat de verwerving van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een middel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. Lerenden krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor kennis van de (Franse) taal vereist is. Om deze taken goed uit te voeren, dienen ze over woordenschat en taalregels te beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals e-mails schrijven, boodschappen doen, een drankje bestellen, bellen met de klantenservice of een krant lezen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. Studenten dienen samen te werken om de taken uit te voeren. De opdrachten moeten net boven het niveau van de studenten Frans liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Het lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij studenten (vooral studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs te verbeteren.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende manier van werken, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun vaardigheden (Frans) te gebruiken. Mits de taak goed bij de lerende aansluit, is TBLT een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in aanraking met het Frans en leert op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om met andere studenten Frans samen te werken. De studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.
Als nadeel kan worden genoemd dat de communicatie voorop staat en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor lerenden die niet zozeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
In 2000 bedacht Scott Thornbury; Nieuw-Zeelands taalkundige en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching (DLT) is geïnspireerd op ‘Dogme 95’. Dit was een beweging uit het jaar 1995 van een groep Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier. De deelnemers confirmeren zich aan tien strenge regels (tien dogma’s) voor het maken van films die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) behelzen. Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare manier. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal belast is. Het beginnen van echte inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan, is het doel van de Dogme-methode, waarbij het om de communicatie draait als de inspirator van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). De benadering is daarom een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs zonder lesboeken wil bieden of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op communicatie tussen de trainer en de lerenden richt. Net zoals de Dogme-beweging in de film, kent het Dogme-taalonderwijs 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Scott Thornbury dat de overeenkomsten met taakgericht leren van een taal (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een positieve bijkomstigheid voor taaltrainers Frans is dat voorbereiding vrijwel niet nodig is. Het kan heel motiverend zijn dat de studenten de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces. Zo zijn de taallessen Frans nooit voorspelbaar; dat zorgt voor spontane communicatie en zorgt ervoor dat verveling geen kans krijgt. In een taalles volgens de Dogme-benadering is vrijwel elk item bespreekbaar. Zo blijven lerenden betrokken en alert.
Als de lerenden zo weinig begeleid worden door de docent kunnen ze zich daartegenover iets minder op hun gemak voelen. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle taaldocenten Frans voldoende flexibel. Een bijkomend minpunt kan zijn dat studenten zich vaak op een bepaald examen Frans dienen voor te bereiden en het niet zeker is dat de hiervoor benodigde stof aan bod komt in de taalles.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-methode is een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten of leraren’. De GPA vertoont gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Frankrijk. Begrijpen gaat voor produceren. De focus ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ concentreert zich in fase 1 op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase neemt ongeveer 150 uur in beslag en nu beginnen de deelnemers het Frans ook te produceren. In fase 3 ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 is de fase van het ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu diepere gesprekken over het leven in de Franse cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode beginnen deelnemers zich op taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans te richten aan de hand van televisie, films, nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Het gaat het hierbij om de groei buiten de formele taalsessies Frans om.
Populariteit
De leermethode van Thomson is nog tamelijk nieuw en er is nog vrij weinig bekend over het succes ervan. De deelnemers zijn er in elk geval enthousiast over.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijk inzicht geboden op het proces van taalverwerving Frans. De zes fasen van de methode bieden een duidelijk tijdspad alsook haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar ook van de omgeving en de lerenden verwerven eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die veel tijd wil investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen toepassen om de uitspraak en intonatie (Frans) te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Het werkt een eigenlijk eenvoudige methode: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Bij de methode is het niet belangrijk om de Franse tekst te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klank van de te leren taal. Luisteren en herhalen oefent men net zo veel totdat het heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan Frans kan spreken met de opname. De lerende gebruikt na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij heeft gezegd. Er zijn veel leerboeken geschikt voor deze techniek, zolang deze boeken dialogen bevatten of delen met samenhangende tekst. De Franse audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de student te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, zonder kunstmatige pauzes en op natuurlijke snelheid. Argüelles raadt aan om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst buiten, en niet te gaan zitten, omdat fysieke beweging de opname van de te leren taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Een andere reden is dat de lerenden minder gauw worden afgeleid als zij in beweging zijn, waardoor het werken aan het Frans aanzienlijk effectiever wordt.
Shadowing heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale driloefeningen in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Bij Shadowing is ook simultaan spreken anders.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de methode van Shadowing waarin is aangetoond dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Ook het algemene begrip van het Frans wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Het praktische pluspunt van Shadowing dat de methodiek in een groep van studenten kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief leren. De methode heeft een hoog rendement.
De techniek heeft als nadeel is dat de lerenden het soms wat saai vinden om dezelfde Franse tekst steeds te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde in de jaren 60 van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren door middel van bewegingen en handelingen. Al doende leert men, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun (jonge) kinderen continu taken en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, in een later stadium gaat het kind verbaal reageren. Dus de luistervaardigheden Frans zijn de basis, de spreekvaardigheden volgen daarna.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaldocent geeft op een vriendelijke en begrijpelijke manier opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de student doet na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans praten; de studenten geven in een later stadium de opdrachten. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels aangepast.
TPR® appelleert aan de beide hersenhelften door de combinatie van beweging en spraak. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt voornamelijk gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren of volwassenen werken ook met veel plezier met de methode van Total Physical Response en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethode zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van het Frans. Het zorgt een stressvrij leerproces. In principe is de methode van TPR® bruikbaar voor alle doelgroepen, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en kan de methode eveneens worden toegepast in klassen die wat groter zijn. Het verworven Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de studenten.
De keerzijde van TPR® is dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker niveau werkt en nog een andere methodiek nodig is als aanvulling. Daarnaast is de methode niet echt creatief. De student leert niet zijn of haar ideeën, gevoelens en meningen in het Frans uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren 80 van de negentiende eeuw de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er ontstond een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief moest zijn. Die Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van een taal, maar ook voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, streefden de mensen rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke manieren van leven en bevrijding van keurslijven. Er ontstond op het gebied van het taalonderwijs veel aandacht voor de ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd de grammatica meer inductief onderwezen, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten de studenten hieruit afleiden. Veel mondelinge oefeningen met meer aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal (zoals het Frans). Het werd aangemoedigd om de studenten vaak in het Frans te laten praten. Dat de taalles in het Frans gegeven werd, was ook nieuw. Er werd nadrukkelijk niet vertaald. Met behulp van voorbeelden en plaatjes werd de (Franse) vocabulaire aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd aangeboden door lerenden om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloeden van de crises en oorlogen, om weer in een andere vorm terug te keren in de jaren 60.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog altijd gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het voordeel van de Directe Methode. Spreken en luisteren komen ruimschoots aan bod, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Frans krijgen. Nadelen heeft de methode echter ook. De methode besteedt nauwelijks aandacht aan schrijfvaardigheid (Frans) en ook minder aandacht aan lezen. Voor studenten die al wat meer meer gevorderd zijn in het Frans, biedt deze leermethode niet genoeg uitdagingen. Voor minder snel lerende studenten is de Directe Methode eveneens niet zeer bruikbaar, omdat de leermethode is gebaseerd op een actieve inzet door de studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om een taal te leren, is die waarop een kind de moedertaal leert. Een taal (zoals Frans) leren dient gemakkelijk en veilig te zijn. Manesca wil daarom niet met abstracte lijstjes en regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de eerst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is op het werken met een groep van studenten en een docent Frans gebaseerd, die steeds één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en de bijbehorende beweging worden daarna door de studenten afzonderlijk herhaald. Door de herhaling onthouden de lerenden deze Franse woorden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De Manesca-methode is al enkele jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs toegepast.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langduriger kan worden onthouden. Het vele herhalen draagt daar eveneens aan bij. Het feit dat dit wat saai wordt om dezelfde Franse woordjes en zinnen te blijven herhalen, kan een keerzijde zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de taaldocenten Frans om de aandacht te trekken van de lerenden, reacties uit te lokken en ze aan te moedigen om fouten te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak (Frans) besteed.
Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om taalonderwijs te geven op een wijze die efficiënt voor de energievoorraad van zijn studenten was. Gattegno ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Hij zei dat taaldocenten niet zozeer dienen te streven naar het overbrengen van kennis, maar het bewustzijn dienen aan te spreken, want alleen het bewustzijn maakt het mogelijk om iets te leren.
The Silent Way hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokjes, die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek gebruikt ook Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel de Stille Methode in de originele versie niet veel meer wordt gebruikt, zijn de ideeën van Gattegno wel van betekenis geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de student, die immers wordt beschouwd als autonoom, is het voordeel van de benadering van Gattegno. De taaltrainer Frans is in feite dienstbaar aan de lerenden en niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van het Frans op een natuurlijke wijze. De geleerde stof wordt vaak goed verwerkt en onthouden door lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De lerenden ‘mogen’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Het kan een minpunt zijn dat sommige lerenden intensievere begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorziet. Een student zou gefrustreerd kunnen raken door de afwezigheid van inbreng van de trainer Frans. Met kleuren en grafieken werken, heeft als limiterende factor dat ‘het nieuwe’ er vrij gauw af gaat, waardoor het effect van de methode verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De TPRS-methode is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-methode (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een taalverwervingsmethode die verhalen gebruikt om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het principe van TPRS is een natuurlijke methode van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden de lerenden aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld. Door de taaldocent Frans wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De lerenden voelen zich ontspannen omdat de verhalen van de taaltrainer gemakkelijk zijn te begrijpen. Franse woorden en structuren worden zo vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen. De lerenden worden door de trainer op grammaticale fenomenen van het Frans gewezen, zonder dat lerenden taalregels uit het hoofd leren.
De lerende zal na enige tijd ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuren gaan nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant is om samen met een groep van studenten een verhaal op te bouwen. De docent Frans schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met hun Franse vertalingen, om vervolgens hiervan een verhaal te maken met de studenten. Tot slot wordt het verhaal door de studenten naverteld. Lezen in het Frans is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, doordat dit zorgt voor input. Schrijven in het Frans volgt in een latere fase.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te leren. Er zijn wel voorwaarden: de trainer moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de geleerde stof wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een prettige methode en het is niet moeilijk om de focus te behouden. Voor de lerenden werkt het heel motiverend om zelf verhalen te verzinnen.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de trainer vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
Verschillende digitale tools
Er is ook een ruim aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen Frans: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Duolingo, Quizlet, Mondly en Babbel.
Er is echter een betere methode:
Het inmiddels bekende hoge rendement van Dagnall wordt behaald door bepaalde elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar met name doordat de focus van Dagnall altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is de cursist auditief, visueel of kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil hij of zij eigenlijk leren?
Er is echter een betere methode:
De Dagnall Talen Methode.
Het inmiddels bekende hoge rendement van Dagnall wordt behaald door bepaalde elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar met name doordat de focus van Dagnall altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is de cursist auditief, visueel of kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil hij of zij eigenlijk leren?
Wat is zijn of haar voorgeschiedenis op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De Dagnall-cursussen zijn bij voorkeur face-to-face. We werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met Franse woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan deze app geladen worden met jargon van uw organisatie of bedrijf.
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De Dagnall-cursussen zijn bij voorkeur face-to-face. We werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met Franse woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan deze app geladen worden met jargon van uw organisatie of bedrijf.
[ Lees meer ]
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Frans online (e-learning), blended learning en Dagnall app
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzameltermen voor (taal)trainingen die online gevolgd kunnen worden, op afstand dus. Men noemt het wel een virtual classroom, vertaald een ‘digitaal leslokaal’.
Het zogenaamde blended learning is een trainingsvorm waarbij face-to-face-lessen (klassikaal) worden gecombineerd met online leren in een online leeromgeving.
Eenvoudig gesteld: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Zoetermeer.
Online Frans leren (e-learning Frans)
Voorbeelden van digitale platformen die voor online communiceren en leren gebruikt kunnen worden, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Frans in Zoetermeer
Blended learning heeft als voordeel ten opzichte van online leren dat, zolang het niet om 1-op-1 les gaat, lerenden bij blended learning afwisselend wel een zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren; dat wil zeggen persoonlijke interactie; motivatie van en gesprekken met andere lerenden.
100% maatwerk – ook online!
Uiteraard biedt Dagnall Talen eveneens blended learning in Zoetermeer op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall Talen beschikt over een eigen digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online biedt interactieve en gevarieerde content en het is een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Naast het online leerplatform biedt Dagnall Talen eveneens een eigen App voor zowel een Android- als een Apple-apparaat. De Dagnall App heeft als voordeel dat deelnemers overal en altijd, dus 24/7, toegang hebben op elk (mobiel) apparaat. Op het werk maar ook thuis of onderweg, zoals in het buitenland. Deelnemers kunnen dus Frans leren wanneer en waar het uitkomt. De inhoud van de oefeningen in de Dagnall App worden afgestemd op de behoefte van uw bedrijf of organisatie zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Zo kunnen wij bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen en specifieke productnamen integreren in de App. De Dagnall App kan dus zeer praktijkgericht worden gebruikt en de App blijft ook na afronding van de training Frans in Zoetermeer beschikbaar.
Ook bij digitale leerpaden zorgt Dagnall voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Ontdek onze online mogelijkheden
Online learning & blended learning Frans in Zoetermeer
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Frans
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen en/of vergaderingen met Franstalige zakenpartners en klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk kunnen op het gebied van taal veelal een uitdaging zijn.
Mensen die diverse talen spreken, zijn in veel bedrijven daarom onmisbaar.
Online en blended taaltrainingen Frans op maat
Dagnall Taleninstituut leert u door middel van professionele online & blended taalcursussen in het Frans te communiceren. Als u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan uw Franstalige gesprekspartners te begrijpen en zorg dat u ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheid Frans verbeteren voor een huidige of toekomstige functie? De taaltrainingen van Dagnall Taleninstituut bieden beroepsgerichte training. Al onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en eveneens te boeken als onlinecursussen & blended taalcursussen. Onlinecursussen en blended taalcursussen Frans zijn net zo doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en daarnaast nog eens comfortabel.
Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kan overal gevolgd worden; thuis, op kantoor, op zakenreis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Voor zakelijke en technische taalcursussen online werkt Dagnall Taleninstituut met onlineplatforms zoals Zoom, Microsoft Teams, Skype of een ander onlineplatform naar keuze. Het platform Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel interactie als variatie.
Virtuele Classroom voor een individuele training of groepstraining Frans
Alleen het volgende hebt u nodig voor een (taal)cursus in een virtuele classroom:
- Een pc/iMac, laptop of tablet met camera en microfoon
- Internetverbinding
- Rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]
Cursuspakket en certificaat
Voorafgaand aan uw cursus Frans in Zoetermeer ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Na afloop van uw cursus Frans in Zoetermeer ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Frans alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Frans.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde cursus Frans in Zoetermeer
Het Europees Referentiekader (ERK)
De taalniveaus van het Europees Referentiekader (ERK) gebruikt Dagnall Taleninstituut als referentie en bieden u een goed beeld van uw aanwezige en verworven kennis van het Frans. De niveaus van het Europees Referentiekader zijn internationaal erkende taalniveaus.
Wij overhandigen na afloop van de cursus Frans in Zoetermeer het ‘Certificaat van Dagnall Talen’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese norm om de verschillende niveaus van taalvaardigheid te kunnen omschrijven.
Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld.
Het ERK is een instrument dat vijf taalvaardigheden onderscheidt, te weten: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
De Engelstalige naam en afkorting wordt ook veel gehanteerd: CEFR; Common European Framework of References. Voor elke vaardigheid onderscheidt het ERK zes niveaus van taalbeheersing; van beginners tot nagenoeg moedertaalsprekers (near-natives).
De verschillende vaardigheidsbeheersingsniveaus worden van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld.
Het ERK is een instrument dat vijf taalvaardigheden onderscheidt, te weten: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
De Engelstalige naam en afkorting wordt ook veel gehanteerd: CEFR; Common European Framework of References. Voor elke vaardigheid onderscheidt het ERK zes niveaus van taalbeheersing; van beginners tot nagenoeg moedertaalsprekers (near-natives).
De verschillende vaardigheidsbeheersingsniveaus worden van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Niveau A is van toepassing op beginners.
Mensen die niveau B Frans beheersen, bezitten alle basisvaardigheid in de Franse taal.
Niveau C geldt voor gevorderden die met groot gemak Frans lezen, verstaan, schrijven en spreken. Niveau C is het taalniveau van de (ver)gevorderde. Het beheersen van de Franse taal lijkt erg op dat van een moedertaalspreker.
Mensen die niveau B Frans beheersen, bezitten alle basisvaardigheid in de Franse taal.
Niveau C geldt voor gevorderden die met groot gemak Frans lezen, verstaan, schrijven en spreken. Niveau C is het taalniveau van de (ver)gevorderde. Het beheersen van de Franse taal lijkt erg op dat van een moedertaalspreker.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level
Luisteren
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Frans)
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Talen is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm stelt strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wetgeving en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van ISO 9001:2015.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall is tevens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. De norm ISO 17100:2015 is specifiek voor de vertaalbranche en bevat onder meer eisen voor mensen, projectmanagement, middelen, vertalers alsook revisoren.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers wordt gewerkt met de benodigde ervaring en kennis. Bovendien worden de vertalingen van Dagnall Talen (Frans) altijd minimaal twee keer proefgelezen door twee specialisten/editors. De vertalingen worden aangeleverd volgens afspraak en binnen de deadline.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met vele jaren ervaring met het certificeren van organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall Talen door Kiwa beoordeeld om te controleren of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk
Lidmaatschap NRTO
Ons instituut is al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk.
Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie voor kwaliteit en betrouwbaarheid staat.
De afkorting NRTO staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsinstellingen en meer dan 450 organisaties zijn lid van de NRTO.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie voor kwaliteit en betrouwbaarheid staat.
De afkorting NRTO staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsinstellingen en meer dan 450 organisaties zijn lid van de NRTO.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
De kwaliteit staat voor de NRTO centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de NRTO-leden geleverd worden, zoals een cursus Frans in Zoetermeer, wordt geborgd door een gedragscode, door diverse convenanten alsook door het NRTO-keurmerk.
[ Lees meer ]
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engels: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening inzake de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de Europese Unie. De AVG dient er met name toe de privacy van burgers in de EU te beschermen. Deze verordening schrijft voor dat mensen op de hoogte moeten zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die nodig zijn voor het beoogde doel, mogen worden bewaard en verwerkt.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan nodig en de persoonsgegevens dienen te worden beschermd tegen toegang door onbevoegden, verlies en vernietiging. Dagnall voldoet uiteraard aan alle vereisten die door de Algemene verordening gegevensbescherming worden gesteld en Dagnall verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht heel beperkt. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Frans in Zoetermeer zijn vrijgesteld van btw
CRKBO-geregistreerde instelling
Dagnall Talen is in het CRKBO-register ingeschreven. CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dat betekent dat Dagnall Taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs.
Voor de Belastingdienst is inschrijving in het juiste CRKBO-register een vereiste om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrij te kunnen aanbieden.
Door deze btw-vrijstelling kan ons taleninsitituut lagere prijzen in rekening brengen.
Dit is prettig voor de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor cursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, maatschappen, de overheid en privépersonen worden gegeven.
Dat betekent dat Dagnall Taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs.
Voor de Belastingdienst is inschrijving in het juiste CRKBO-register een vereiste om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrij te kunnen aanbieden.
Door deze btw-vrijstelling kan ons taleninsitituut lagere prijzen in rekening brengen.
Dit is prettig voor de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor cursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, maatschappen, de overheid en privépersonen worden gegeven.
CPION
Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Taleninstituut onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland.
Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen voor een cursus Frans in Zoetermeer
Contact cursus Frans Zoetermeer
Wilt u contact met Dagnall Taleninstituut opnemen voor een cursus Frans in Zoetermeer? Vraag vrijblijvend naar de oplossingen. Stuurt u voor meer informatie over Dagnall Taleninstituut een e-mail via cursus-frans-zoetermeer@dagnall.nl of vult u het contactformulier op de website in, dan nemen wij zo spoedig mogelijk contact met u op om de mogelijkheden te bespreken!
Wij informeren u dan binnen 24 uur over de opties! Bellen naar Dagnall Talen kan natuurlijk ook voor een cursus Spaans in Venlo via 085-2737302 (geen menu). Vanzelfsprekend kunt u ook het gratis informatiepakket voor cursussen bestellen.
De juiste weg naar een cursus Frans in Zoetermeer!
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Internationaal zakendoen
 Bij internationaal zakendoen dient u vaak rekening te houden met een tijdsverschil in het land waar u zaken mee doet, bijvoorbeeld Frankrijk. Mocht er een tijdverschil zijn met Frankrijk en Nederland, dan wordt dit automatisch getoond op onderstaande klokken.
De tijden synchroniseren automatisch, indien van toepassing, op zomertijd. (De tijden synchroniseren automatisch, indien van toepassing, op zomertijd.)
AMSTERDAM
PARIJS
De officiële landcode van Frankrijk in letters is FRA. De hoofdstad van Frankrijk; Parijs (in het Frans: ‘Paris’), ligt in het noorden van Frankrijk.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Frankrijk is +33. De officiële internetextensie van Frankrijk is .fr.
Parijs op de kaart van Frankrijk
Leer Frankrijk kennen
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Frankrijk ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kunt u alle Franse regio’s (régions) onderscheiden?
Weet u in welke Franse regio’s uw zakenrelaties zijn gevestigd?
Zo kent u de 13 Franse regio’s zeer gauw.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kunt u alle Franse regio’s (régions) onderscheiden?
Weet u in welke Franse regio’s uw zakenrelaties zijn gevestigd?
Zo kent u de 13 Franse regio’s zeer gauw.
Controleer en/of verbeter uw kennis door met de muis op de landkaart van Frankrijk te gaan staan.
Door met de muis de op de landkaart van Frankrijk te gaan staan, kun u de bestuurlijke indeling van Frankrijk zien.
De regio’s van Frankrijk wisselen elkaar dan af.
Eerst ziet u de Franse regio’s, vervolgens kunt de naam van de uitgelichte regio zien.
In een minuut hebt u een aardig idee van de regionale verdeling van Frankrijk.
Door met de muis de op de landkaart van Frankrijk te gaan staan, kun u de bestuurlijke indeling van Frankrijk zien.
De regio’s van Frankrijk wisselen elkaar dan af.
Eerst ziet u de Franse regio’s, vervolgens kunt de naam van de uitgelichte regio zien.
In een minuut hebt u een aardig idee van de regionale verdeling van Frankrijk.
Frankrijk in Europa
Regio’s van Frankrijk
Soepele zakelijke gesprekken met Franstaligen
Zakendoen met Frankrijk
Wilt u soepel communiceren met Franstaligen?
De informatie die u hieronder over de Franse cultuur, Frankrijk en de Fransen vindt, zal u zeker helpen.
Bekende Fransen, exportproducten en gebruiken en gewoonten heeft Dagnall Taleninstituut hierbij opgesomd.
Uiteenlopende typische dingen over de Franse taal en/of Frankrijk.
Een aantal interessante dingen weten, kan uitstekend helpen bij een eerste contact of als opening voor een gesprek.
Deze informatie over land, mens en cultuur kunt u tevens goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen gedurende een zakelijk gesprek in het Frans.
De informatie die u hieronder over de Franse cultuur, Frankrijk en de Fransen vindt, zal u zeker helpen.
Bekende Fransen, exportproducten en gebruiken en gewoonten heeft Dagnall Taleninstituut hierbij opgesomd.
Uiteenlopende typische dingen over de Franse taal en/of Frankrijk.
Een aantal interessante dingen weten, kan uitstekend helpen bij een eerste contact of als opening voor een gesprek.
Deze informatie over land, mens en cultuur kunt u tevens goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen gedurende een zakelijk gesprek in het Frans.
Tijdens internationaal zakendoen met Franstaligen kunt u in elk geval niet alleen de geleerde taalvaardigheid toepassen maar ook uw verkregen kennis over het land inbrengen.
Zo kunt u iets ontdekken over de Franse eetcultuur en de heerlijke Franse gerechten.
Eten brengt mensen dichter tot elkaar.
De nieuw opgedane taalkennis alsook uw kennis over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen zal zeer op prijs worden gesteld!
Zo kunt u iets ontdekken over de Franse eetcultuur en de heerlijke Franse gerechten.
Eten brengt mensen dichter tot elkaar.
De nieuw opgedane taalkennis alsook uw kennis over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen zal zeer op prijs worden gesteld!
Acheter chat en poche
Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud
Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris
’s Nachts zijn alle katjes grijs
Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud
Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris
’s Nachts zijn alle katjes grijs
De Fransen eten hun beroemde baguettes niet als maaltijd zelf, maar bij de hoofdmaaltijd.
Een broodmaaltijd zoals wij dat in Nederland kennen, is in Frankrijk onbekend.
Een typisch Frans ontbijtje is een brioche; een zacht en zoet broodje of croissant, gedoopt in een kopje koffie.
De hoofdmaaltijd is de lunch van meerdere gangen.
Er zijn enorme regionale verschillen, maar stokbrood hoort er altijd bij.
Dit begint doorgaans met een salade, daarna volgt een warm hoofdgerecht.
Vlees, gevogelte of vis, verse groente en aardappelen of rijst.
Aardappelen worden trouwens beschouwd als groente.
De Fransen houden van vlees en halen hun neus niet op voor organen en ingewanden van dieren zoals kippenlevertjes of -maagjes, pens en foie gras (eenden- of ganzenleverpaté).
Het stokbrood gebruiken Fransen om bijvoorbeeld de saus mee te deppen, maar ook om hun bord schoon te vegen.
Bij de maaltijd drinken de Fransen natuurlijk een glas wijn, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken.
Kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin.
Het avondeten wordt afgesloten met een lekker kaasje; fromage en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en een kop koffie.
Omdat het avondeten zelden vóór acht uur ’s avonds genuttigd wordt, volgt rond vier uur ’s middags le goûter; iets zoets zoals een taartje met een kopje thee of koffie.
’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood gehaald.
Vóór het eten begint men met een aperitief (een apéro) zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (anijslikeur).
De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar de maaltijd is minder uitgebreid.
Regelmatig worden de restjes van de lunch verorberd.
Fransen eten vaker dan Nederlanders in een restaurant, vooral ’s middags.
De prijzen zijn relatief vriendelijk en veel werkgevers voorzien het personeel van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerde prijs een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Een broodmaaltijd zoals wij dat in Nederland kennen, is in Frankrijk onbekend.
Een typisch Frans ontbijtje is een brioche; een zacht en zoet broodje of croissant, gedoopt in een kopje koffie.
De hoofdmaaltijd is de lunch van meerdere gangen.
Er zijn enorme regionale verschillen, maar stokbrood hoort er altijd bij.
Dit begint doorgaans met een salade, daarna volgt een warm hoofdgerecht.
Vlees, gevogelte of vis, verse groente en aardappelen of rijst.
Aardappelen worden trouwens beschouwd als groente.
De Fransen houden van vlees en halen hun neus niet op voor organen en ingewanden van dieren zoals kippenlevertjes of -maagjes, pens en foie gras (eenden- of ganzenleverpaté).
Het stokbrood gebruiken Fransen om bijvoorbeeld de saus mee te deppen, maar ook om hun bord schoon te vegen.
Bij de maaltijd drinken de Fransen natuurlijk een glas wijn, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken.
Kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin.
Het avondeten wordt afgesloten met een lekker kaasje; fromage en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en een kop koffie.
Omdat het avondeten zelden vóór acht uur ’s avonds genuttigd wordt, volgt rond vier uur ’s middags le goûter; iets zoets zoals een taartje met een kopje thee of koffie.
’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood gehaald.
Vóór het eten begint men met een aperitief (een apéro) zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (anijslikeur).
De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar de maaltijd is minder uitgebreid.
Regelmatig worden de restjes van de lunch verorberd.
Fransen eten vaker dan Nederlanders in een restaurant, vooral ’s middags.
De prijzen zijn relatief vriendelijk en veel werkgevers voorzien het personeel van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerde prijs een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees.
Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI)
La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Nederlandse ambassade in Parijs
De Nederlandse ambassade is gevestigd in Parijs.
Netherlands Business Support Office
Lyon en Nantes hebben een Netherlands Business Support Office voor ondernemers.
Franse ambassade in Den Haag
Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France
Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk.
De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Nederlandse ambassade in Parijs
De Nederlandse ambassade is gevestigd in Parijs.
Netherlands Business Support Office
Lyon en Nantes hebben een Netherlands Business Support Office voor ondernemers.
Franse ambassade in Den Haag
Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France
Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk.
De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
Het brailleschrift, een schrift waarmee blinden kunnen lezen en schrijven, is vernoemd naar Louis Braille. Braille was zelf als jong kind blind geworden. In 1819 was er een speciaal ‘nachtschrift’ ontwikkeld in het Franse leger om ’s nachts boodschappen over te brengen aan het front. Dat gebeurde met een raster van twaalf punten, waarop in reliëf codes stonden die in het donker voelbaar waren. Louis Braille werd hierdoor op het idee gebracht iets dergelijks voor blinden te ontwikkelen en zo ontstond rond 1829 het brailleschrift.
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”).
llons enfants de la Patrie,
Le jour de gloire est arrivé !
Contre nous de la tyrannie
L’étendard sanglant est levé, (bis)
Entendez-vous dans les campagnes
Mugir ces féroces soldats ?
Ils viennent jusque dans vos bras
Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens,
Formez vos bataillons,
Marchons, marchons !
Qu’un sang impur
Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves,
De traîtres, de rois conjurés ?
Pour qui ces ignobles entraves,
Ces fers dès longtemps préparés ? (bis)
Français, pour nous, ah ! quel outrage
Quels transports il doit exciter !
C’est nous qu’on ose méditer
De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères
Feraient la loi dans nos foyers !
Quoi ! Ces phalanges mercenaires
Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis)
Grand Dieu ! Par des mains enchaînées
Nos fronts sous le joug se ploieraient
De vils despotes deviendraient
Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides
L’opprobre de tous les partis,
Tremblez ! vos projets parricides
Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis)
Tout est soldat pour vous combattre,
S’ils tombent, nos jeunes héros,
La terre en produit de nouveaux,
Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes,
Portez ou retenez vos coups !
Épargnez ces tristes victimes,
À regret s’armant contre nous. (bis)
Mais ces despotes sanguinaires,
Mais ces complices de Bouillé,
Tous ces tigres qui, sans pitié,
Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie,
Conduis, soutiens nos bras vengeurs
Liberté, Liberté chérie,
Combats avec tes défenseurs ! (bis)
Sous nos drapeaux que la victoire
Accoure à tes mâles accents,
Que tes ennemis expirants
Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants)
Nous entrerons dans la carrière
Quand nos aînés n’y seront plus,
Nous y trouverons leur poussière
Et la trace de leurs vertus (bis)
Bien moins jaloux de leur survivre
Que de partager leur cercueil,
Nous aurons le sublime orgueil
De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
llons enfants de la Patrie,
Le jour de gloire est arrivé !
Contre nous de la tyrannie
L’étendard sanglant est levé, (bis)
Entendez-vous dans les campagnes
Mugir ces féroces soldats ?
Ils viennent jusque dans vos bras
Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens,
Formez vos bataillons,
Marchons, marchons !
Qu’un sang impur
Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves,
De traîtres, de rois conjurés ?
Pour qui ces ignobles entraves,
Ces fers dès longtemps préparés ? (bis)
Français, pour nous, ah ! quel outrage
Quels transports il doit exciter !
C’est nous qu’on ose méditer
De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères
Feraient la loi dans nos foyers !
Quoi ! Ces phalanges mercenaires
Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis)
Grand Dieu ! Par des mains enchaînées
Nos fronts sous le joug se ploieraient
De vils despotes deviendraient
Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides
L’opprobre de tous les partis,
Tremblez ! vos projets parricides
Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis)
Tout est soldat pour vous combattre,
S’ils tombent, nos jeunes héros,
La terre en produit de nouveaux,
Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes,
Portez ou retenez vos coups !
Épargnez ces tristes victimes,
À regret s’armant contre nous. (bis)
Mais ces despotes sanguinaires,
Mais ces complices de Bouillé,
Tous ces tigres qui, sans pitié,
Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie,
Conduis, soutiens nos bras vengeurs
Liberté, Liberté chérie,
Combats avec tes défenseurs ! (bis)
Sous nos drapeaux que la victoire
Accoure à tes mâles accents,
Que tes ennemis expirants
Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants)
Nous entrerons dans la carrière
Quand nos aînés n’y seront plus,
Nous y trouverons leur poussière
Et la trace de leurs vertus (bis)
Bien moins jaloux de leur survivre
Que de partager leur cercueil,
Nous aurons le sublime orgueil
De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
Over Frankrijk
In Frankrijk wonen bij benadering 67 miljoen mensen. Frankrijk is een constitutionele republiek met een president aan het hoofd. Zowel de president als de premier (eerste minister) legt verantwoording af aan het parlement. Daarmee kent Frankrijk een semipresidentieel systeem. Frankrijk ligt in West-Europa en heeft een totale oppervlakte van 551.500 vierkante kilometer. Frankrijk is de 6de grootste economie ter wereld. De grote en belangrijke steden in Frankrijk zijn Parijs (Frans: Paris); de Franse hoofdstad met ruim 2 miljoen inwoners, alsook Marseille, Lyon en Toulouse.
Frankrijk bestaat uit achttien regio’s (régions), waarvan twaalf in het land Frankrijk zelf, Corsica en 5 overzeese regio’s. Deze 12 bestuurlijke regio’s in het land zijn: Auvergne-Rhône-Alpes, Bourgogne-Franche-Comté, Bretagne, Centre-Val de Loire, Grand Est, Hauts-de-France, Île-de-France, Normandië, Nouvelle-Aquitaine, Occitanie, Pays de la Loire en Provence-Alpes-Côte d’Azur. Guadeloupe, Martinique, Frans-Guyana, Réunion en Mayotte zijn de vijf Franse overzeese departementen/regio’s.
Vlag van Frankrijk
Wapen van Frankrijk
Oorsprong naam Frankrijk
De naam ‘Frankrijk’ betekent letterlijk het ‘Rijk van de Franken’; een Germaanse stam die na de ondergang van het Romeinse Rijk Noord-Europa veroverde.
Kenmerkend voor Frankrijk
Wie aan Frankrijk denkt, denkt aan chansons, de Eiffeltoren, wijn, kaasjes, knoflook, stokbrood (inmiddels Unesco Werelderfgoed), champagne, de Tour de France en lavendelvelden waarlangs een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor velen roept het land onmiddellijk een vakantiegevoel op. Ook een echte Fransman is gemakkelijk te herkennen: hij draagt een baret en een wit overhemd of T-shirt met een Bretonse streep. En hij rijdt natuurlijk in een Franse auto! Jarenlang was de Citroën DS zeer populair, die liefkozend ‘de godin’ (La Déesse) wordt genoemd. In Nederland en Vlaanderen staat dit model wat simplistischer bekend als ‘strijkijzer’ of ‘snoek’.
[ Lees meer ]
Frankrijk - valuta
Munteenheid van Frankrijk
De munteenheid van Frankrijk is sinds 2002 de euro. Hieronder ziet u een foto van de voorkant en de achterkant van de Franse euromunt.
De Franse Centrale Bank
Hieronder ziet u het logo van de Franse Centrale Bank BdF (Banque de France) die gebruikmaakt van het zogenaamde ‘Eurosystem’.
Succesvol zakendoen in het Frans
Frankrijk - handel en toerisme
Franse Kamer van Koophandel - CCI
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux.
De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr.
Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
Toeristenorganisatie van Frankrijk
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
FRANCE.FR/ATOUT FRANCE
Rue Raymond Losserand, CS 60043
75680 Paris
FRANCE
http://www.atout-france.fr/content/about-us
Rue Raymond Losserand, CS 60043
75680 Paris
FRANCE
http://www.atout-france.fr/content/about-us
Over de Fransen
Alles draait om eten in la douce France, zoals de Fransen hun land liefdevol noemen. Een Frans ontbijt is bescheiden: een croissant en een kop koffie, die staand aan de bar gedronken wordt op weg naar het werk, net zoals Italianen dat doen. De Franse lunch is uitgebreid en warm, liefst met wijn erbij. En water. Fransen drinken vrijwel altijd veel water bij de maaltijd. Het avondeten, ook warm, is wat later op de avond. Bij de warme maaltijd wordt vers stokbrood gegeten. De zondagmiddag is in Frankrijk voor de lunch met de familie gereserveerd. Een lunch kan de hele middag duren, want tijdens het eten worden vaak de beste gesprekken gevoerd.
Fransen houden ook erg van converseren. In het zakelijk leven is het niet anders: wie zakendoet met Fransen, moet veel praten en uitgebreid eten. Veel Franse bedrijven geven hun werknemers vouchers waarmee ze tussen de middag in een restaurant kunnen eten. In Frankrijk worden kinderen vrij streng opgevoed en doen gewoon met alle maaltijden mee. Kinderen in Frankrijk eten hun viergangenmenu zonder morren en drinken met water aangelengde wijn. Omdat het heel normaal is dat beide ouders werken, gaan Franse kinderen in de vakanties vaak naar een ‘colonie de vacances’.
[ Lees meer ]
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Over kennen en kunnen
Taalvaardigheid Frans houdt in niet alleen kennen (weten) maar bovendien aandacht voor kunnen (handelen). Door te richten op kunnen, is de cursist in staat na voltooiing van de cursus Frans in Zoetermeer de opgedane kennis beter toe te passen.
Voor u het weet, kunt u communiceren in het Frans. Wat een verrijking! Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
Over de Franse taal
De Franse taal is de meest gesproken Gallo-Romaanse taal. Het Gallo-Romaans is een oude Romaanse taal die uit het Laatlatijn is afgeleid. De Gallo-Romaanse taal werd rond 300-900 n.Chr. gesproken in het toenmalige Gallië, wat naast het tegenwoordige Frankrijk ook België omvatte, het westen van Zwitserland alsook delen van Duitsland en Nederland.
Er bestonden veel Gallo-Romaanse streektalen; elk gebied, hoe klein ook, kende een eigen versie.
Er bestonden veel Gallo-Romaanse streektalen; elk gebied, hoe klein ook, kende een eigen versie.
In de noordelijke streken sprak men sinds de 13de eeuw langue d’oïl en de zuidelijke streken langue d’oc; deze talen werden herkend aan de wijze waarop men ‘ja’ zei (‘oïl’ of ‘oc’). Het moderne standaardfrans (Nieuwfrans) is eigenlijk een gecultiveerde versie van het Francilien. Het Francilien was de taal van de Île-de-France en van de langue d’oïl.
[ Lees meer ]
Franse klank en uitspraak
De klank van de Franse taal
Het Frans heef in vergelijking met de Nederlandse taal een totaal afwijkende uitspraak. Eén van de verschillen met de Nederlandse taal is dat in het Frans de woorden aan elkaar worden geplakt, waardoor niet te horen is waar een woord ophoudt en het volgende woord weer begint. Dit heet liaison; ‘verbinding’. Het gebeurt voornamelijk bij woorden die eindigen op ‘s’ en gevolgd worden door een klinker of stomme ‘h’. Zo zeggen de Fransen in plaats van les amis: ‘lezzamie’
De uitspraak van het Frans
Een ander onderscheid is dat in het Frans veel eindletters niet worden uitgesproken. Bijvoorbeeld parlent en parle worden hetzelfde uitgesproken. Ook klinken vrijwel alle klinkers verschillend in de Franse taal. Door de vele Franse woorden in het Nederlands, komt de Franse uitspraak ons bekend voor: toilet, portefeuille, bureau.
[ Lees meer ]
UITSPRAAK
Frans alfabet fonetisch/IPA
A | ah | /a/ |
B | bee | /be/ |
C | see | /se/ |
D | dee | /de/ |
E | uh | /ə/ |
F | effe | /ɛf/ |
G | zjee | /ʒe/ |
H | assj | /ɑʃ/ |
I | ie | /i/ |
/jiː/ | J | zjie |
K | kah | /ka/ |
L | elle | /ɛlə/ |
M | emme | /ɛmə/ |
N | enne | /ɛnə/ |
O | oo | /o/ |
P | pee | /pe/ |
Q | kuu | /qy/ |
R | er | /ɛʀə/ |
S | ess | /ɛsə/ |
T | tee | /te/ |
U | uu | /y/ |
V | vee | /ve/ |
W | doeble vee | /dubləˈve/ |
X | ieks | /iks/ |
Y | ie grek | /iˈgrɛk/ |
Z | zedde | /zedə/ |
SPELLING
WOORD
A | Anatole |
B | Berthe |
C | Célestin |
D | Désiré |
E | Eugène |
F | François |
G | Gaston |
H | Henri |
I | Irma |
J | Joseph |
K | Kléber |
L | Louis |
M | Marcel |
N | Nicolas |
O | Oscar |
P | Pierre |
Q | quintal |
R | Raoul |
S | Suzanne |
T | Thérèse |
U | Ursule |
V | Victor |
W | William |
X | Xavier |
Y | Yvonne |
Z | Zoé |
Speciale tekens
@ | arobase |
# | dièse |
NAAMVALLEN
Het Frans kent geen naamvallen zoals die bijvoorbeeld in het Duits worden gebruikt bij zelfstandige naamwoorden. Une maison blijft une maison, welke grammaticale functie in de zin het woord ook heeft. Toch gebruikt het Frans wel naamvallen, maar slechts voor voornaamwoorden. Dat zijn er vier: de nominatif, die het onderwerp van de zin aangeeft (il; bijvoorbeeld il arrive); de génitif die een bezitsvorm aanduidt (sa/son, bijvoorbeeld son chien);>),
de datif voor het meewerkend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (lui; bijvoorbeeld “Jean lui donne une pomme”) en de accusatif voor het lijdend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (le; bijvoorbeeld Marie le voit).
Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Bijzonderheden van de Franse taal
Het Frans is een Romaanse taal, net als het Spaans, het Portugees, het Italiaans en het Roemeens. Het is één van de werktalen van de EU, naast het Engels en Duits. De Franse taal is één van de zes officiële talen van de Verenigde Naties, naast het Chinees, het Engels, het Russisch, het Spaans en het Arabisch.
Het verhaal gaat dat de kreet in het tennis ‘15-0’ (fifteen-love) afkomstig is van van het Franse woord l’œuf; ‘het ei’. Het getal nul heeft de vorm van een ei. Het zo Engels lijkende tennisspel zou van het Franse jeu de paume afstammen.
De Franse taal leren en de Franse cultuur begrijpen
Alfabet en leestekens
Het Franse alfabet
Het Frans gebruikt evenals het Nederlands, het Latijnse alfabet, dat uit 26 letters bestaat.
Afwijkende leestekens in het Frans
In het Frans worden in plaats van aanhalingstekens zogenaamde guillemets gebruikt. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », (‘chevron-tekens’), waarmee citaten wordt geopend en gesloten.
De naam ‘guillemet’ komt van Guillaume Le Bé (1525-1598). Hij was een lettermaker en bedenker van het ‘guillemet’-teken. Na en vóór de guillemets komen spaties in het Frans. Ook andere leestekens krijgen in het Frans eerst een spatie: « Venez ! », Elle criait :
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1 | Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode |
2 | Lees Franstalige kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. Le Monde is een bekende (online) krant in het Frans en Mediapart een bekend online nieuwsportal |
3 | Luister naar Franstalige radio. FIP is de bekendste Franse publieke radiozender en NRJ de bekendste Franse commerciële radiozender |
4 | Luister en ontdek Franstalige muziek |
5 | Lees Franstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren |
6 | Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Franse taal |
7 | Luister naar podcasts van Franstaligen |
8 | Kijk Franstalige televisieprogramma’s en films. France tv is de bekendste publieke televisieomroep en TF1 de bekendste commerciële televisiezender in Frankrijk |
9 | Bekijk Franse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren |
10 | Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren |
11 | Voer Franse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk |
12 | Plak memoblaadjes op in huis |
13 | Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten |
14 | Bekijk Franse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren |
15 | Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen |
16 | Wees niet bang om foutjes te maken |
17 | Niet te veel denken, gewoon doen! |
18 | En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen! |
Franse stopwoorden en leenwoorden
Stopwoordjes in het Frans
In het Frans heten ze des mots de remplissage; stopwoordjes of stoplappen. Ook de Franse taal zit er vol mee. Woorden of woordcombinaties die iemand gebruikt om even te pauzeren en toch de aandacht vast te houden.
In het Frans hoor je vaak aan het eind van een zin het stopwoordje: hein? wat ruwweg klinkt als het woordje ‘hè’ in het Nederlands.
Het Nederlandse ‘hè?’ komt zelfs vermoedelijk uit de Franse taal. Dit stopwoord hein vraagt om instemming, ongeveer als: “Nietwaar?”
Ook zeggen de Fransen vaak het stopwoordje quoi? (wat?) aan het einde van de zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” Middenin een zin zeggen Fransen vaak tu vois (‘zie je’) of “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
[ Lees meer ]
Franse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Franse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Franstalige media
Franstalige media bekijken, lezen en/of luisteren is erg effectief om uw kennis van de Franse taal te vergroten.
Zo neemt u automatisch de klank en het ritme van het Frans op.
Franse krant en online nieuwsportal
Het nieuws (proberen) te lezen in het Frans, kan heel leerzaam en leuk zijn. U bent waarschijnlijk al op de hoogte van de actualiteit, zodat u op snelle wijze veel Franse woordenschat bijleert.
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Le Monde
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Mediapart.fr
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr.
U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
Franstalige radio luisteren
FIP
FIP is de bekendste publieke radiozender van Frankrijk.
Door op het linker beeldscherm hierboven met het logo te klikken, kunt u direct live naar dit Franse radiostation luisteren.
NRJ
De radiozender NRJ is de populairste commerciële radiozender van Frankrijk. Klik op het rechter computerscherm met het logo hierboven om live naar deze Franstalige commerciële radiozender te luisteren.
Franstalige televisie kijken
France tv
Favoriete televisieprogramma’s in het Frans horen of met Franse ondertiteling bekijken, is misschien eerst wat vreemd, maar al gauw zult u ontdekken dat dit erg leuk en leerzaam is.
De publieke televisieomroep van Frankrijk is France tv.
TF1
De omroep TF1 is de meest bekende commerciële televisieomroep voor de Fransen.
Deze Franstalige televisiestations kunnen middels kabel, satelliet, internet of een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Trainen en vergaderen in Zoetermeer
U kunt de cursus Frans in Zoetermeer op uw eigen locatie volgen of in Zoetermeer, bijvoorbeeld bij Coachhuis Zoetermeer aan de A12 op de Bleiswijkseweg 55 in Zoetermeer. Ons instituut verzorgt ook taalcursussen Frans in Zoetermeer bij bijvoorbeeld Hotel NH Zoetermeer aan de Danny Kayelaan 20, bij Golden Tulip Zoetermeer-Den Haag aan de Kinderen van Versteegplein 18, bij Zzamen Hoeve aan de Roeleveenseweg 15, bij Landgoed De Sniep aan de Broekwegschouw 209-211, bij Fletcher Hotel Leidschendam-Den Haag aan de Weigelia 22 in Leidschendam en bij Van der Valk Hotel Den Haag-Nootdorp aan de Gildeweg 1 in Nootdorp.
Besprekingen houden, bijvoorbeeld met uw internationale zakenrelatie, in Zoetermeer kan bij Dekker Zoetermeer aan de Scheglaan 12.
Zoetermeer - geschiedenis
Bij archeologische opgravingen zijn Romeinse restanten gevonden, maar het is onduidelijk of er toen werkelijk sprake was van bewoning van de omgeving. Door gedateerde archeologische opgravingen staat wel vast dat Zoetermeer was bewoond in het jaar 985. Het dorp is waarschijnlijk door veenontginning ontstaan. De plaats ‘Zoetermeer’ wordt voor het eerst vermeld als
Soetermere in 1281 in een document van graaf Floris V.
In 2007-2008 werd ‘Zoetermeer 1000 jaar’ gevierd. De naam ‘Zoetermeer’ komt van het grote zoetwatermeer, dat ontstond door de ontginning van het veen, het Soetermeer.
In 2007-2008 werd ‘Zoetermeer 1000 jaar’ gevierd. De naam ‘Zoetermeer’ komt van het grote zoetwatermeer, dat ontstond door de ontginning van het veen, het Soetermeer.
Zoetermeer - nu
Zoetermeer ligt in de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag alsook in het gebied het Groene Hart. Plaatsen in de omgeving van de stad Zoetermeer zijn Benthuizen, Bleiswijk, Leidschenveen, Moerkapelle,
Nootdorp, Pijnacker, Roeleveen, Stompwijk en Zoeterwoude. Zoetermeer ligt in de provincie Zuid-Holland. De gemeente Zoetermeer telt bijna 125.000 inwoners.
Vlag gemeente Zoetermeer
Wapen gemeente Zoetermeer
Inwoners
Woon je in Zoetermeer, dan word je een ‘Zoetermeerder’ genoemd.
Bekende Zoetermeerders zijn Dennis Princewell Stehr, Romee Strijd en Milan van Weelden.
Bekende Zoetermeerders zijn Dennis Princewell Stehr, Romee Strijd en Milan van Weelden.
Iets wat uit Zoetermeer komt, wordt ‘Zoetermeers’ genoemd.
Zoetermeer is een stad en een zelfstandige gemeente.
Zoetermeer is een stad en een zelfstandige gemeente.
Zoetermeer - internationaal & scholing
Partnersteden
Zoetermeer is de op twee na grootste plaats van de provincie Zuid-Holland.
De partnersteden van Zoetermeer zijn Nitra in Slowakije en Jinotega in Nicaragua.
Hoger onderwijs
De Haagse Hogeschool heeft een locatie in Zoetermeer.
In Zoetermeer zijn geen universiteiten gevestigd.
Vlag provincie Zuid-Holland
Wapen provincie Zuid-Holland
Typisch Zoetermeers
Zoetermeer staat bekend als boterdorp en ‘leisure stad’.
Denk je aan Zoetermeer, dan denk je eveneens aan ‘The Big Five’, namelijk SnowWorld, Silverdome, Dutch Water Dreams, Ayers Rock en Burg Golf.
Zoetermeer fungeert als overloopstad voor met
Denk je aan Zoetermeer, dan denk je eveneens aan ‘The Big Five’, namelijk SnowWorld, Silverdome, Dutch Water Dreams, Ayers Rock en Burg Golf.
Zoetermeer fungeert als overloopstad voor met
name Den Haag, maar ondertussen eveneens als vrijetijdsstad die veel publiek trekt.
Minder algemeen bekend is dat Zoetermeer de enige plaats is in Nederland die zowel een dorpskern alsook een stadscentrum heeft.
Zoetermeer - minder bekend
Minder algemeen bekend is dat Zoetermeer de enige plaats is in Nederland die zowel een dorpskern alsook een stadscentrum heeft.
Zoetermeers dialect en accent
Zoetermeers wordt niet veel meer gesproken.
Kenmerkend voor het Zoetermeers is de ‘s’ achter de eigennaam die ‘van’ of ‘aan’ aangeeft: an Peters in plaats van ‘aan Peter’.
Kenmerkend voor het Zoetermeers is de ‘s’ achter de eigennaam die ‘van’ of ‘aan’ aangeeft: an Peters in plaats van ‘aan Peter’.
‘Broden’ zijn brooje en ‘’s ochtends’ is soches.
De pliesie is de ‘politie’. Kennelijk is de Zoetermeerder optimistisch van aard, want: Als het niet over Leien gaat, dan gaat het misschien over Delft.
De pliesie is de ‘politie’. Kennelijk is de Zoetermeerder optimistisch van aard, want: Als het niet over Leien gaat, dan gaat het misschien over Delft.
Zoetermeer - “City of Leisure”
Zoetermeer - zakelijk
De gemeente Zoetermeer
Het netnummer van Zoetermeer is 079.
Het postcodegebied van Zoetermeer is 2700 - 2729.
Het adres van het gemeentehuis van Zoetermeer is Stadhuisplein 1, 2711 EC in Zoetermeer.
De website van de gemeente Zoetermeer is Zoetermeer.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Zoetermeer is 14 079.
Zakendoen in Zoetermeer
Voor Zoetermeerse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Den Haag aan de Koninginnegracht 13, 2514 AA in Den Haag. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Zoetermeer is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Zoetermeer is KVK-kantoor Den Haag.
Zoetermeer - internationale bedrijvigheid
Bedrijven die wereldwijd opereren, vindt u in Zoetermeer op het Bleizo Business Park, op Dutch Innovation Park, op bedrijventerrein Hoornerhage, Lansinghage, Oosterhage en op bedrijventerrein Rokkehage en Zoeterhage.
In Zoetermeer bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Angst+Pfister, Asogem Nederland (Beko), Astronergy, Avandis, Baarsma Wines, Brinkers margarinefabriek, Canon Medical Systems Europe, Dentsply Sirona Benelux, Doedijns, Dräger Nederland, Duiker Mechanical, Eurexco, EVO Fenedex, Getronics, Grohe Nederland, HRM @ Work, JURA Nederland, Klaverblad Verzekeringen, L&S
In Zoetermeer bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Angst+Pfister, Asogem Nederland (Beko), Astronergy, Avandis, Baarsma Wines, Brinkers margarinefabriek, Canon Medical Systems Europe, Dentsply Sirona Benelux, Doedijns, Dräger Nederland, Duiker Mechanical, Eurexco, EVO Fenedex, Getronics, Grohe Nederland, HRM @ Work, JURA Nederland, Klaverblad Verzekeringen, L&S
Nederland (Lyle & Scott), MAN Rollo, Miss Etam, Neptune Energy, Netgear Netherlands, Nutricia Advanced Medical Nutrition, Nutricia, ORTEC, Pietercil Barends (Candarel, Filippo Berio), Piet de Wit Snacks, Promiss, Red Point Alloys, Rexel Nederland (Hagemeyer), Seaway Heavy Lifting Offshore Crew, Technip FMC, Van Dorp, Viba Automotive (Autoglym, Gesipa, Maridur etc.), Vivitek Benelux, WashTec, Weleda Benelux, WerkTalent, Distributiecentrum Hoogvliet in Bleiswijk, Distributiecentrum Zalando in Bleiswijk, Bergbanket in Moerkapelle en Heineken Nederland in Zoeterwoude.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Zoetermeers nieuws
De Zoetermeerse nieuwsportalen zijn Zoetermeer.nu en Streekblad Zoetermeer en Zoetermeerse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Zuid-Holland - Nieuws.
Ondernemers in Zoetermeer kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep West.
Ondernemers in Zoetermeer kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep West.
Zoetermeerders en ondernemingen in Zoetermeer kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant het Zoetermeers Dagblad, Noordhollands Dagblad - Zaanstreek-Waterland en het Algemeen Dagblad - Zoetermeer.
Cultuur, sport, ontspanning en zakenlunch in Zoetermeer
Cultuur
Wilt u uw Franstalige zakenrelatie kennis laten maken met wat lokale cultuur?
Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw Franstalige zakenrelatie, kunt u in Zoetermeer een bezoek brengen aan Museum De Voorde.
Voetbal, tennis, padel & squash
Is uw Franstalige zakenrelatie sportief ingesteld? Wellicht is het dan een leuk idee om samen naar een sportwedstrijd te gaan gaan of zelf te voetballen, te tennissen, te padellen of te squashen. Voetbal verbroedert. Misschien is het een leuk idee om samen met uw Franse zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Zoetermeerse voetbalclub FC Zoetermeer, SV Oosterheem of SV DSO meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Zoetermeer kunt u terecht bij ALTV, bij Tennisvereniging Dekker Rokkeveen, bij TV Buytenwegh of bij T.V. Seghwaert.
Golf, ontspanning & lunch Wellicht hebt u zin om na de cursus Frans in Zoetermeer of met uw Franstalige (zaken)relatie een balletje te slaan en/of gezellig iets te drinken of een hapje te eten? Dagnall Talen heeft voor u een golfbaan in de buurt van Zoetermeer gevonden voor een compleet dagje/middagje uit.
De golfbaan in Zoetermeer is BurgGolf Golfclub Westerpark. Deze golfbaan is gelegen aan de Heuvelweg 3 in Zoetermeer. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 079-320 31 31. De website van BurgGolf Golfclub Westerpark is www.burggolf.nl/golfbanen/westerpark-zoetermeer.
Om iets te drinken of te eten kunt u terecht bij restaurant Magnolia’s, telefoonnummer 079-320 31 34. Golfbaan Bentwoud is een andere golfbaan in de omgeving van Zoetermeer.
De golfbaan in Zoetermeer is BurgGolf Golfclub Westerpark. Deze golfbaan is gelegen aan de Heuvelweg 3 in Zoetermeer. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 079-320 31 31. De website van BurgGolf Golfclub Westerpark is www.burggolf.nl/golfbanen/westerpark-zoetermeer.
Om iets te drinken of te eten kunt u terecht bij restaurant Magnolia’s, telefoonnummer 079-320 31 34. Golfbaan Bentwoud is een andere golfbaan in de omgeving van Zoetermeer.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder ziet u promotiefilmpjes van Frankrijk en van Zoetermeer die eveneens op Youtube staan.
U kunt direct op het Youtube logo in het midden van de afbeelding klikken om een filmpje af te spelen.
Onder deze promotiefilmpjes zijn de locaties van Frankrijk en Zoetermeer op Google Maps weergegeven. Klik linksboven om het kaartje groot weer te geven in een nieuw venster.
U kunt direct op het Youtube logo in het midden van de afbeelding klikken om een filmpje af te spelen.
Onder deze promotiefilmpjes zijn de locaties van Frankrijk en Zoetermeer op Google Maps weergegeven. Klik linksboven om het kaartje groot weer te geven in een nieuw venster.
Als u linksonder op het vierkantje in de afbeelding klikt, krijgt u de satellietbeelden van Frankrijk en Zoetermeer te zien op Google Earth.
Met de + en – knop rechtsonder kunt u in- en uitzoomen op de kaartjes.
Wat kennis van de streek van uw Franse zakenpartner kan goed van pas komen tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen.
Met de + en – knop rechtsonder kunt u in- en uitzoomen op de kaartjes.
Wat kennis van de streek van uw Franse zakenpartner kan goed van pas komen tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen.
Promovideo Frankrijk
Promovideo Zoetermeer
Google Maps Frankrijk
Google Maps Zoetermeer
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Frankrijk
Frans nieuws en Zoetermeers nieuws
Hieronder kunt u het laatste nieuws uit Frankrijk en Zoetermeer lezen uit verschillende nieuwsbronnen.
Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands.
Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans.
Het derde blokje is Zoetermeers nieuws (in het Nederlands).
Het nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
Wanneer u met Fransen communiceert of zakendoet,
Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands.
Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans.
Het derde blokje is Zoetermeers nieuws (in het Nederlands).
Het nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
Wanneer u met Fransen communiceert of zakendoet,
kan het handig en prettig zijn om een beetje op de hoogte te zijn van wat er in Frankrijk speelt.
Daarnaast kan het leerzaam zijn om Frans nieuws te lezen in de Franse taal.
U bent waarschijnlijk al op de hoogte van het nieuws en gaat begrijpend lezen relatief gemakkelijk en het verrijkt de Franse woordenschat met actuele Franse woorden, uitdrukkingen en termen.
Daarnaast kan het leerzaam zijn om Frans nieuws te lezen in de Franse taal.
U bent waarschijnlijk al op de hoogte van het nieuws en gaat begrijpend lezen relatief gemakkelijk en het verrijkt de Franse woordenschat met actuele Franse woorden, uitdrukkingen en termen.
Nieuws uit Frankrijk in het Nederlands
- Fransen de straat op uit protest tegen benoeming centrumrechtse premier - NOS
- 110.000 Fransen de straat op tegen Macrons keuze voor nieuwe premier - NU.nl
- Duizenden linkse kiezers betogen tegen Franse president Macron en kersvers premier Barnier - VRT.be
- Kylian Mbappé maakt zich echt niet populair in Frankrijk: "Zijn woorden waren allesbehalve gepast" - Voetbalkrant.com
- LIVE FRANKRIJK-RODE DUIVELS. Geen De Cuyper tegen ‘Les Bleus’, linksachter haakt af met hamstringblessure - Het Laatste Nieuws
- 'Mbappé moet het ontgelden tijdens flinke tirade van ploeggenoot bij Frankrijk' - Voetbalzone.nl
- Dochter van Franse serieverkrachter getuigt: "Toen ik het nieuws vernam, begon de langzame afdaling naar de hel" - VRT.be
- Frankrijk na recordgoal in Nations League onderuit tegen Italië - RTL.nl
- 'Deschamps grijpt drie dagen na pijnlijke nederlaag keihard in bij Frankrijk' - FCUpdate
Nieuws uit Frankrijk in het Frans
- Nouveau gouvernement : Michel Barnier réfléchit au retour d'un ministère de l'Immigration - franceinfo
- Air polaire et baisse des températures en France : voici où il va faire le plus froid cette semaine - Le Journal du Pays Yonnais
- France - Belgique : à quelle heure et sur quelle chaîne voir le match de Ligue des Nations des Bleus ? (Foot) - L'Équipe
- Actualités météo: Une fraîcheur marquée sur la France cette semaine 09/09/2024 - Meteo Paris
- Jeux paralympiques : les Bleus du cécifoot sacrés champions, aux tirs au but face à l’Argentine, neuf médailles de plus pour la délégation française - Le Monde
- Affaire des assistants parlementaires du FN : Jordan Bardella accusé d'avoir contribué à produire de "fausses preuves de travail" - franceinfo
- Nouveau gouvernement : Michel Barnier recevra "prochainement des personnalités de gauche", selon son entourage - franceinfo
- "C’est foutu". Villages ensevelis, route détruite, les habitants désarmés face aux dégâts causés par les intempéries - France 3 Régions
- La vitesse sur le périphérique parisien sera limitée à 50 km/h à partir du 1er octobre, annonce Anne Hidalgo - franceinfo
Nieuws uit Zoetermeer
- Ben je een trotse Hagenaar, wordt je kind opeens geboren in Zoetermeer: de VVD heeft de oplossing - AD
- Extra drukte voorspeld: Op deze dagen is een baan van de Van Diestlaan dicht - indebuurt
- Gedeeltelijke afsluiting Kruising Amerikaweg met Vorstiusrode voor vervanging verkeerslichten | Zoetermeer - AD
- Daar gaan de laatste historische spullen, Zoetermeers museum is bijna leeg: ‘Daarna echt einde verhaal’ - AD
- Nieuwe cricketclub in Zoetermeer groot succes: ‘We willen ook ‘oer-Hollandse’ leden verwelkomen’ - AD
- BSC’68 komt terug van achterstand en verslaat DWO - Het Haags Amateurvoetbal -
- Zoetermeer doet van zich spreken bij NK Jeugd zwemmen - Zoetermeers Dagblad
- Wil en Ron gaan kleiner wonen en verkopen duurzaam familiehuis met gezamenlijke ‘parkachtige’ tuin - AD
- Louis ‘vroeg het netjes’ en zat opeens op de bank naast de ontwerper van zijn auto - AD
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Cursus Engels
Cursus Duits
Cursus Spaans
Cursus Nederlands
Cursus Portugees
Cursus Italiaans
Cursus Deens
Cursus Zweeds
Cursus Noors
Cursus Fins
Cursus Russisch
Cursus Duits
Cursus Spaans
Cursus Nederlands
Cursus Portugees
Cursus Italiaans
Cursus Deens
Cursus Zweeds
Cursus Noors
Cursus Fins
Cursus Russisch
Cursus Pools
Cursus Tsjechisch
Cursus Slowaaks
Cursus Kroatisch
Cursus Hongaars
Cursus Roemeens
Cursus Bulgaars
Cursus Turks
Cursus Grieks
Cursus Hebreeuws
Cursus Chinees
Cursus Japans
Cursus Tsjechisch
Cursus Slowaaks
Cursus Kroatisch
Cursus Hongaars
Cursus Roemeens
Cursus Bulgaars
Cursus Turks
Cursus Grieks
Cursus Hebreeuws
Cursus Chinees
Cursus Japans
Taalcursussen in 24 talen
In Zoetermeer geeft Dagnall maatwerk taaltrainingen in onder meer Nederlands, Engels, Frans, Duits, Spaans en Italiaans.
Hierboven vindt u een overzicht van de andere talen die wij naast Frans standaard aanbieden in Zoetermeer.
Hierboven vindt u een overzicht van de andere talen die wij naast Frans standaard aanbieden in Zoetermeer.
Uiteraard kunt u altijd contact opnemen voor een cursus in een vreemde taal die niet in het overzicht staat vermeld.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Frans
Wist u dat?
Wist u dat Dagnall Talen ook vertalingen in Zoetermeer en tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten Frans
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten