Taalcursussen Frans in ’s Hertogenbosch van topniveau
Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en is een communicatiebasis die deuren voor u kan openen - vooral op het professionale vlak. Om deze reden hebben organisaties die investeren in de taalopleiding van de werknemers, ook een duidelijk voordeel alsook een voorsprong. Dagnall Talen is een taalaanbieder die u precies dat levert: Effectieve taaltrainingen Frans op het hoogste niveau voor zowel professionals als leidinggevenden in ’s Hertogenbosch als in de buurt van ’s Hertogenbosch. Taaltraining Frans op maat, omdat uw organisatie welbespraakte werknemers verdient.
Vakgebieden
Zakelijk, medisch of technisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal. Iedere bedrijfstak spreekt een eigen taalgebruik en hanteert eigen terminologie. Geef uw medewerkers duidelijke concurrentievoordelen alsook een zelfverzekerde uitstraling, door branchespecifieke taalkennis Frans op het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Frans in ’s Hertogenbosch aan in een brede waaier van vakgebieden.
Wij bieden taaltrainingen Frans op maat aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Iedereen kan bij Dagnall Talen Frans leren op de manier die voor hem of haar het meest geschikt is. Naast de algemene taaltrainingen Frans zijn organisaties vooral in de werkgerelateerde trainingen geïnteresseerd zoals schrijfvaardigheid Frans of zakelijk Frans. Onze taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van de opdrachtgever. Dagnall Talen is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om door middel van gecertificeerde taaldocenten met uitstekende beoordelingen en recensies onbegrensd Frans te leren in ’s Hertogenbosch. Dagnall Talen leidt u doelgericht en snel naar de door u beoogde resultaten.
De filosofie van Dagnall Talen
Onze filosofie is om Frans te leren met plezier en gemak en zonder schroom. Wij gaan daarom tot het uiterste om te zorgen dat u de Franse taal moeiteloos en zonder remmingen kunnen leren. Frans leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Talen met methodes die het leerproces voor u gemakkelijker en prettiger maakt.
Door onze methodes wordt uw nieuwsgierigheid opgewekt en uw bereidheid om te leren, ondersteund. We brengen u in grote stappen naar het gewenste niveau met 15 minuten dagelijks oefenen. Dagnall Talen is een ideale partner voor iedereen die Frans wil leren in ’s Hertogenbosch.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Dagnall stelt in overleg met u als opdrachtgever de leerdoelen en wensen vast. U meldt de cursisten aan met hun contactgegevens. Dagnall Talen verzorgt een intake op locatie of, indien u dit wenst, telefonisch of online. Na het intakegesprek, waarbij op basis van het Europees Referentiekader (ERK) het huidige en gewenste niveau bepaald wordt, ontvangt u een op maat gemaakt cursusvoorstel met de offerte. Nadat u akkoord op de offerte hebt gegeven, stemmen wij de planning op uw situatie en agenda af.
Na enkele lessen Frans evalueert de taaltrainer de inhoud en de voortgang van de taalcursus. Indien nodig, kan de doelstelling worden aangepast. U ontvangt een eindrapportage na de laatste les met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers behaald zijn. De deelnemers ontvangen tevens een certificaat van het instituut.
Het (individuele) contact met de cursisten wordt desgewenst door Dagnall Talen verzorgd De planning van de intakegesprekken wordt door Dagnall in overleg met u en de individuele cursisten gedaan De deelnemers ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht Frans. Deze moeten worden teruggestuurd voorafgaand aan de intakedatum Dagnall Talen verzorgt de intakegesprekken op locatie of op afstand. Het gesprek duurt ongeveer 30 minuten De indeling van de groep(en) worden aan de hand van niveaubepaling door Dagnall Talen geadviseerd en vastgesteld in overleg De indeling van de deelnemers geschiedt per taal en taalniveau U ontvangt altijd een offerte op maat! Dagnall Talen verzorgt uiteraard de logistiek van lesmateriaal en cursusbenodigdheden Dagnall brengt geen administratiekosten en geen extra toeslag voor avondlessen in rekening Dagnall bewaakt en garandeert de continuïteit van de planning alsook het lesprogramma Frans Dagnall Taleninstituut is betrokken alsook flexibel!
In 1982 is Dagnall gestart en verzorgt sindsdien maatwerkcursussen Frans in ’s-Hertogenbosch en plaatsen in de buurt voor het bedrijfsleven en (overheids)instellingen. Onze kundige taaltrainers Frans zijn experts op taalgebied en hebben in Noord-Brabant in deze tijd al veel zakelijke taalcursussen Frans gegeven.
Door de werkplekgerichte en functiegerichte aanpak, levert Dagnall Talen betaalbare en effectieve taalcursussen Frans in ’s-Hertogenbosch. Rendement door maatwerk kenmerkt Dagnall Taleninstituut. Daar kunt u op vertrouwen!
Betaalbaar maatwerk Frans in ’s-Hertogenbosch sinds 1982
Taal op de werkvloer
Cursus Taal op de Werkvloer: draagvlak is vereist! Taalcursussen (Frans) die zich richten op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer zijn intussen bij veel ondernemingen bekend. Medewerkers met een beperkte of zonder kennis van de Nederlandse taal of een andere voertaal ervaren een belemmering op de werkvloer en willen beter en/of sneller kunnen communiceren op hun werk.
Zij willen de werkinstructies op de werkvloer goed kunnen begrijpen en opvolgen. De medewerkers willen het liefst zelfverzekerder hun werk uit kunnen voeren en uiteraard graag hun ambitie op hun werk verwezenlijken. Dit vergt een investering in medewerkers en in de (innovatieve) ontwikkeling van de organisatie is daarom noodzakelijk.
Ons taleninstituut geeft betaalbare maatwerk taalcursussen die de spreek-, luister-, lees- en schrijfvaardigheid op de werkvloer verbeteren. Dagnall helpt en leert cursisten hoe zij de lesstof in hun functie in praktijk kunnen brengen. Ons instituut stemt de lessen af op de behoefte van de klant en op het niveau van de deelnemer(s). Buiten de lessen om, krijgen cursisten gedurende de taalcursus regelmatig praktijkopdrachten, om de voortgang van het leerproces te ondersteunen en de effectiviteit van de taaltraining te verhogen.
Dit is een win-winsituatie! Wij letten ook op het minder belichte aspect van veel taalcursussen: de deelnemer staat al vaak alleen in zijn inspanning om de taal onder de knie te krijgen, om de gewoontes en cultuur van het betreffende land en het bedrijf te begrijpen en om de wereld via taal uit te breiden. Dat vergt veel motivatie en inzet. Bovendien heeft de cursist maar een aantal vaste contactmomenten per week met de docent. Dit is niet in elke situatie genoeg.
Onderscheidend
Dagnall Taleninstituut onderscheidt zich door de aandacht te richten op vergroting van het draagvlak voor de taalcursus Frans op de werkvloer. Dagnall Talen moedigt leidinggevenden en uitvoerenden binnen de werkkring van het bedrijf aan om een voortdurend proces van taalverwerving te creëren, door vanaf het begin zoveel mogelijk in de doeltaal te communiceren met de deelnemer. Door de relevantie van taal op de werkvloer consequent op deze wijze uit te dragen, wordt het nut van een goede beheersing van de taal gemeenschappelijk ervaren en voelen de deelnemers zich gestimuleerd en gewaardeerd in hun taalverwerving.
Vele wegen leiden van ’s-Hertogenbosch naar Parijs
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Frans legt niet alleen de nadruk op de vraag van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals het verbeteren van schrijf- of spreekvaardigheid. Een goede taalcursus (Frans) is eveneens afgestemd op de beste, meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist. Een cursus Frans in ’s-Hertogenbosch die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige taaltrainers Frans zijn zeer bedreven in het zo snel en zo prettig mogelijk aanleren van de Franse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo prettig en het zorgt ervoor dat de cursist veel waar voor zijn geld krijgt. Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall behalen wij door een combinatie van deze bewezen leermethode, samen met de focus op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) auditief, visueel of kinesthetisch is/zijn ingesteld. U kunt bij Dagnall voor cursussen terecht die gebaseerd zijn op een maatwerktraining.
Wij bieden groepscursussen van 3 tot 8 à 10 deelnemers, zogenaamde duocursussen (met 2 deelnemers), individuele taalcursussen, onlinecursussen, een online leerplatform voor (Dagnall.online) blended learning alsook een eigen App met jargon en woordenlijsten van de specifieke organisatie. Onze trainers maken veel gebruik van eigen lesmateriaal dat zij in de loop der jaren hebben gecreëerd en verzameld en de trainers spelen voortdurend in op actuele ontwikkelingen en thema’s.
Een prettige manier van leren
Een bijkomend voordeel is dat dit slimme maatwerk als een zeer fijne methode wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de taaltrainers Frans van Dagnall Talen in ’s-Hertogenbosch. Onze, door de jaren steeds verder verfijnde en ontwikkelde werkmethode is het zeer gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. De cursussen zijn dus niet alleen werkgericht en/of functiegericht, maar eveneens aangepast aan de leermethode die het beste bij de cursisten zelf past.
Frans effectief leren in ’s-Hertogenbosch bij Dagnall Taleninstituut
Individuele cursussen en groepscursussen Frans
Franse lessen - individueel of in groepsverband
Dagnall cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de gehele organisatie uit handen kunt geven. Dagnall Talen biedt deze individuele cursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen maakt ons instituut gebruik van gevarieerde en moderne leermethoden om doelgericht te trainen en het leersucces te garanderen. Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen vanzelfsprekend zowel op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij ’s Hertogenbosch gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen Frans in ’s-Hertogenbosch
Maatwerkcursussen Frans
Wij bieden individuele cursussen Frans voor het bedrijfsleven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren in ’s-Hertogenbosch en omgeving. Een individuele cursus wordt ook wel één-op-één-cursus of privéles genoemd. De individuele taalcursussen van Dagnall zijn al vele jaren bekend voor de persoonlijke aandacht, het maatwerk en het hoogste rendement. De individuele cursussen Frans van Dagnall Talen zijn maatwerktrainingen en worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, het taalniveau, de branche, de praktijksituatie alsook de leerstijl. De trainingen worden opgesteld om de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen te behalen.
Wij bieden groepscursussen Frans met 3 tot 10 personen, maar ook duocursussen (2 deelnemers) aan bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties alsook particulieren. De groepen houden wij zo klein mogelijk om de leereffectiviteit te verhogen en de lerenden maximaal te ondersteunen. Ook de groepscursussen van Dagnall Talen zijn maatwerkcursussen en worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, het taalniveau, de leerstijl, de branche alsook de praktijksituatie alsook de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het belangrijkste voordeel van individuele taalcursussen Frans is het hoge rendement omdat veel kennis wordt geleerd in een vrij korte periode. Er wordt meer vooruitgang geboekt doordat de cursus intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk. Flexibiliteit is nog een groot voordeel van een individuele taalcursus. De cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist en de leerstof kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de specifieke aandachtsgebieden van de cursist. Doordat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden, is de leervordering optimaal. Een individuele is ook taalcursus goed af te stemmen op de agenda van de cursist waardoor het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Het grootste voordeel van groepscursussen Frans is vooral de interactie met de andere deelnemers; actief gebruik van de doeltaal zoals door discussies en rollenspellen in de groep. De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk voordeel; van de fouten van anderen kunnen leren en communiceren in de doeltaal met elkaar. Deze afwisseling kan door cursisten als prettiger worden ervaren. Groepscursussen zijn daarnaast efficiënt omdat tegelijktijd meerdere medewerkers getraind worden en de groep op bijna hetzelfde kennisniveau komt. Ook zijn voor de lerenden groepscursussen wat minder intensief (wat minder zwaar) dan individuele taalcursussen.
Minpunten individuele cursus
Bij individuele taalcursussen Frans kunnen discussies en rollenspellen alleen met de docent worden gevoerd en gedaan. Doordat er geen interactie met andere cursisten is, kan het geleerde niet in groepsverband geoefend worden. Omdat groepsdynamiek ontbreekt, is het eveneens niet mogelijk om van de foutjes van andere cursisten te leren. De intensievere leerbenadering van individuele taalcursussen is voor de cursist ook vrij intensief (zwaarder).
Minpunten groepscursus
In een groepscursus wordt minder aandacht aan het individu geschonken en kunnen de cursisten wat eerder afgeleid zijn. Hierdoor ligt het rendement wat lager. Door de groepen wat kleiner te maken (bijvoorbeeld minigroepen), kan dit gedeeltelijk ondervangen worden. Groepscursussen Frans kunnen ook minder goed op individuele leerstijlen afgestemd worden. Een bijkomstig nadeel van een groepscursus is dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursisten afgestemd kan worden.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Frans
Verschillende opties voor Franse les
Dagnall verzorgt taalcursussen (Frans) voor zowel beginners, halfgevorderden als gevorderden. Niet iedereen kan naar een talencentrum gaan. Wij bieden daarom de taalcursussen ook incompany en online aan. Bij Dagnall Talen kiest u als taalleerder voor een
intensieve of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Frans. Uiteraard is een combinatie van deze trainingen ook mogelijk. Wij staan voor (betaalbaar) maatwerk!
De audiolinguale methode was al in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten de elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode beschouwd worden. Een nieuw verschijnsel was dat de taalles geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvond. De belangrijkste vaardigheden zijn spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuur worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is om zonder fouten Frans te leren spreken en verstaan, wat begint bij een Franssprekende na kunnen spreken. Het middel hiertoe is herhaling; er wordt gewerkt met driloefeningen om Franse zinnen en structuren goed te leren beheersen, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaldocenten Frans kunnen zo een zin bijvoorbeeld tien maal herhalen en vervolgens een nieuw Frans woord toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt vaak in de zogeheten talenpractica gewerkt, waar lerenden een koptelefoon op hebben en naar zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven Frans komt pas aan bod zodra het mondelinge Frans vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
In ons land werd de audiolinguale methode pas geïntroduceerd rond 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Tegen de betekenisloze driloefeningen waren al snel bezwaren. Het gebeurde wel eens dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van de taal (zoals Frans) niet om het memoriseren van de regels van de (Franse) grammatica gaat, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Frans), die vóór de jaren zeventig voor de meeste docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor studenten die Frans beginnen te leren. Een juiste uitspraak Frans wordt van het begin af aangeleerd. Deze methode is docentgestuurd en en biedt daardoor een efficiënte en vlotte overdracht van taalkennis. Deze audiolinguale methode kan ook worden toegepast bij grotere groepen.
Tegelijk is de docentgestuurde kant een nadeel; er wordt geen eigen input verlangd van de lerenden. Hierdoor ligt het risico op enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik Frans.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren op een zodanige manier dat deze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die worden herhaald na verloop van tijd. De opgeschreven zinnen of woorden worden door de student hardop gelezen. De bedoeling is niet om al deze woorden en/of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, maar door de blootstelling gaat dit vanzelf. Deze woordenlijst wordt steeds herzien; Franse woorden die zijn aangeleerd, worden van de lijst gehaald. Die Franse woorden die nog steeds problemen geven, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method claimen dat de woorden of zinnen spontaan terechtkomen in het langetermijngeheugen, iets dat door veel geheugenwetenschappers wordt bestreden. Kennis in het algemeen wordt opgeslagen als deze kennis relevant en betekenisvol is voor de lerende. Deze methode kan werken voor Franse woorden en zinnen die van betekenis en relevant zijn voor de student.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor lerenden die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun kan deze GoldList-methode werken. Met de hand schrijven functioneert beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken, omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Het gebrek aan context is een keerzijde. Talen zijn uiteraard veel meer dan een serie losse woorden en/of zinnen. Daarnaast is deze methode nogal tijdrovend; er dienen steeds met de hand geschreven lijsten te worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is in 1983 ontwikkeld door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method richt zich op een natuurlijke wijze van het verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De methode probeert het Frans aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden. Op deze manier leert men onbewust ook de taalregels van het Frans. Hiervoor wordt alleen het Frans gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een stressvrije leeromgeving voor de studenten is het streven van de leermethode. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete Frans grammatica en de correctie van vormfouten.
De leermethode is het meest effectief als de student wordt ondergedompeld in het Frans. De activiteiten die in de Franse taal worden aangeboden, moeten stimulerend zijn zodat de lerende plezier heeft van de ervaring.
De Natural Method leermethode lijkt erg op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer de focus op de praktijk wordt gelegd en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het feit dat onderdompeling een zeer effectieve methode is, is veelvuldig aangetoond. De methode is een populaire manier van lesgeven onder taaltrainers Frans, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor de lerende. Maar er is ook kritiek op de natuurlijke aanpak. De leermethode richt zich vooral op het impliciet aanleren van de Franse grammatica. Lerenden zouden inderdaad leren in het Frans te communiceren, maar blijven hangen in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door onvoldoende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Op een natuurlijke manier leren, wordt als een prettige manier ervaren om een taal aan te leren. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met het Frans te krijgen. Het geleerde beklijft langer, omdat studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’.
Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat bijna geen druk op de taalproductie ligt. Ook bereidt de methode lerenden niet per se op een bepaald Frans examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse naam: Structural Approach; ‘SA’) is door Charles Carpenter Fries en Robert Lado in de begin jaren 50 ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode met als doel de student vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans). Volgens de Structurele Aanpak levert de beheersing van deze structuren meer op dan het verwerven van het Frans. Het draait om het herkennen en kunnen toepassen van vaste combinaties van Franse woorden en groepen woorden in de correcte woordvolgorde. Deze combinaties van woorden worden aan de lerenden gepresenteerd in betekenisvolle situaties met behulp van visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen. De structuren die in de praktijk het meest worden gebruikt, worden als eerste aan de taallerende aangeboden. De mondelinge vaardigheid Frans (luisteren en spreken) wordt hierbij in eerste instantie gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreken en schrijven), krijgt grammatica een belangrijke plek. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op vrij grote schaal gebruikt om Engels te leren in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Het voordeel van een structurele aanpak is dat de lerenden het Frans op een nauwkeurige wijze kunnen leren. De student krijgt inzicht in de Franse grammatica leert in welke situatie bepaalde Franse woorden of combinaties van woorden wel of niet passend zijn. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de methode van de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De manier van werken is tamelijk tijdrovend en biedt niet onmiddellijk een succeservaring. De eigen inbreng van studenten is beperkt; de methode is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (Engelse benaming: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse benaming: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van vreemde talen. De taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs is gestoeld op de visie dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
De studenten leren met behulp van CLT-technieken het Frans in praktijk te brengen door de interactie met de taaltrainer Frans alsook met elkaar. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven. Het Frans wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en docenten Frans dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Frans in diverse realistische situaties te oefenen. De Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij het communicatief taalonderwijs is de docent Frans echt een trainer, die de student leert communiceren in het Frans.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs erg populair, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol waren gebleken. In het verenigde Europa was er een grotere behoefte aan het leren van vreemde talen door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
De CLT (communicatief taalonderwijs) heeft veel pluspunten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; het is functioneel en studentgericht. Doordat authentiek materiaal te gebruiken, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. CLT is efficiënt. Deze methode werkt voor de lerenden stimulerend, omdat zij snel succeservaringen hebben. Fouten maken mag; de vaardigheid van de student wordt al doende geleerd en verder verbeterd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak minder aandacht is. Het plannen en voorbereiden vereist veel tijd van de trainer en van de lerende vraagt het een actieve deelname. Voor bepaalde studenten is deze manier van een vreemde taal leren afwijkend of moeilijk, afhankelijk van hun achtergrond. CLT (communicatief taalonderwijs) draait om het trainen van vaardigheden; daarbij gaat het om de functie en in mindere mate om de vorm en de methode biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door docent Frans en Italiaans uit Duitsland; Johann Valentin Meidinger. Omstreeks 1783 ontwikkelde hij een methode waarin de grammatica in het middelpunt stond. Meidinger wordt als grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM) beschouwd.
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gestoeld op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van wetenschap, cultuur en religie was. Het onderwijs in het Latijn was vanzelfsprekend op geschreven teksten van klassieke schrijvers gericht en geheel op de grammatica en het vertalen gericht. Dat werd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van de taalvormen en de taalstructuren (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid Frans zijn dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten. De trainers dragen taalkennis Frans over, de student memoriseert.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw was er ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot vrij recent een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De methode biedt een aardige mentale training aan personen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Frans, door de nadruk die wordt gelegd op de grammatica.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de spreek- en luistervaardigheid Frans bij de methode ver achterblijft, waardoor de geleerde taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. Omdat het meestal om literair taalgebruik gaat, staat de leermethode ver van het dagelijks gebruik van de Franse taal af, ook in de context die wordt aangeboden. Bij het werken in groepsverband geeft deze methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij studenten. De lerende fungeert slechts als toehoorder en uitvoerder.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
De leermethode ‘Onderdompeling’ (Engelse naam: language immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd toegepast, hoofdzakelijk op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. In Nederland is ‘onderdompeling’ bekend als de methode die wordt toegepast bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd. De methode is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die taalles Frans onderwezen aan rijke dames uit Vught en omgeving.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling behelst dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, direct vanaf het begin door de nieuwe taal wordt omgeven. Alle instructies worden gegeven in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke wijze. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt veelal de leeromgeving in de stijl van het land van de Franse taal ingericht om een situatie te creëren alsof de lerenden in Frankrijk zijn. De studenten oefenen de spreekvaardigheid Frans één-op-één of in kleine groepjes. Een andere manier om onderdompeling te bereiken, is daadwerkelijk te reizen naar Frankrijk en daar bijvoorbeeld te verblijven in een gastgezin.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een zeer goede methode om vreemde talen te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Frans kan op deze wijze uitstekend worden aangeleerd.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, omdat de leermethode behoorlijk intensief is. De leermethode is ‘sink or swim’, de student moet wel gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Frans aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. De studenten ervaren dit als motiverend.
Dat de bereikte resultaten niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel. Als studenten in een korte tijd Frans leren, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt. Een ander nadeel van de leermethode kan zijn dat een dergelijke training Frans nogal intensief is. Niet iedereen heeft de conditie om deze manier van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de jaren 70 van de vorige eeuw. Deze methode is door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedia is op het principe van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de trainer (Frans) en de lerende zijn hiervoor essentieel. Hiervoor dienen lerenden ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was uit den boze om dit te bewerkstelligen. Studenten zaten in comfortabele stoelen tijdens de lessen die in een halve cirkel opgesteld waren en er was altijd muziek in de klas. De methode zoals Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, ondertussen werd op de achtergrond klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er bestonden woordenlijsten bij de teksten en opmerkingen over de grammatica van de doeltaal (het Frans). Er werd met veel expressies in stem en gebaren voorgelezen. Studenten werden op deze manier uitgenodigd om te luisteren en ze konden de nieuwe (Franse) woorden gemakkelijk begrijpen en opnemen. Voor cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Frankrijk) was veel tijd tijdens de lessen. Er werd met rollenspellen gewerkt en er werden bijvoorbeeld eveneens (Franse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De leermethodiek van Georgi Lozanov was omstreden en de leermethodiek is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen van Suggestopedie worden nog steeds gebruikt, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de vreemde taal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia creëert een ontspannen en veilige sfeer, waardoor de lerende geen last zal krijgen van frustratie of faalangst. Voor een nieuwkomer kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een ander pluspunt van de methodiek is dat studenten gestimuleerd worden om zich in te leven in de situaties en actief mee te doen, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Voor sommige studenten is dit tegelijk een nadeel, want niet iedere student is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommige mensen eerder afleiden en zelfs verstorend werken in tegenstelling tot stimulerend of ontspannend. Dat de relatie trainer-student niet gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle input komt van de Franse trainer en de student is altijd de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning (CLL) is een methode om een taal te verwerven waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de taaltrainer optreedt als counselor die de zinnen van de lerende omschrijft. Studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als de lerenden de doeltaal (Frans) nog niet voldoende machtig zijn. De taaldocent (Frans) vertaalt en legt uit. De uitspraken van de docent worden hierna zo nauwkeurig mogelijk herhaald. De gesprekken in het Frans worden opgenomen om opnieuw te kunnen beluisteren.
Community Language Learning bevordert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de wisselwerking tussen de studenten onderling als middel om de Franse taal te leren. Het zijn de studenten zelf die het lesmateriaal bepalen middels zinvolle gesprekken. Er is geen leerboek Frans dat gevolgd wordt.
Populariteit
Of CLL succesvol is, hangt sterk af van de expertise van de docent-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig te zijn. De trainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de student erg goed te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de student te vertalen. CLL kan goed functioneren wanneer deze correct wordt gebruikt. Voor grote groepen is Community Language Learning niet geschikt.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt de studenten veel autonomie. De lerenden vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak nuttig. De groep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de les Frans, maar eveneens buiten de les. Door deze methode worden de lerenden zich veel meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en ze leren om te werken als team. Het bespreken van de fouten en het evalueren van de les Frans is heel leerzaam voor de studenten. Zulke correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden deel van het actieve vocabulaire van de lerenden.
Dat de trainer niet sturend is, terwijl een aantal lerenden wel sturing nodig heeft, kan een nadeel vormen. Bij CLL wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden eveneens geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de taalles is daardoor lastig te meten. Sommige lerenden worden in hun Frans spreken belemmerd als zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (Engels: Lexical Approach; LA) is een taalverwervingsmethode ontwikkeld door Michael Lewis in het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering is woordenschat Frans belangrijker dan Franse grammatica. De instructies zijn op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen gericht. Er is aandacht voor interactie maar ook voor exposure; voor de zogenaamde receptieve vaardigheden (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Voor het zelfstandig ontdekken van de Franse taal door de student is veel ruimte.
Het is de rol van de docent Frans om te zorgen voor genoeg input en het faciliteren van het leerproces van de student.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn leerboeken duidelijk anders geworden in de afgelopen dertig jaar. Bij deze methode wordt veel meer aandacht geschonken aan woordenschat die wordt aangeboden in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. Een radicale wending in de manier waarop taal wordt onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Studenten leren het Frans op een heel natuurlijke wijze te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes taal) te werken; met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van deze methode van de methode. Een aantal studenten heeft moeite om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen en deze studenten hebben meer aan een docent Frans die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is door de Fransman François Gouin in 1880 ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en weinig kennis van de grammatica vereisen. Studenten leren zinnen op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, wetenschap en beroep, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik. De seriemethode van François Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Studenten gaan snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans) denken omdat een soort eentalige methode is, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.
Populariteit
De concepten van Gouin over taalonderwijs waren hun tijd ver vooruit. De seriemethode van Gouin was enige tijd succesvol, ondanks dat het een vrij ongewone aanpak was. De leermethode werd echter door Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Series method van Gouin worden de mondelinge vaardigheden Frans sterk ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een sfeer in de lessen die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, en dergelijke, wekt dit soort onderwijs Frans enthousiasme van de lerenden op. Het leren wordt tastbaar; dit was geheel nieuw. De seriemethode maakt Franslerenden nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, de prestatiedruk te verminderen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve competenties Frans van de lerenden worden goed gestimuleerd.
De leermethode heeft echter als nadeel dat taal die iets subjectiever of abstracter wordt, wat lastig met beweging en expressie in één concrete ervaring is te vangen. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die tenslotte een scala aan series moet voorbereiden, is een ander nadeel van de leermethodiek. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Task-Based Language Teaching) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie achter deze methode is dat de verwerving van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. Studenten krijgen verschillende motiverende taken aangeboden, waarvoor taalkennis (Frans) vereist is. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat zij over woordenschat en taalregels beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals een e-mail schrijven, boodschappen doen, iets te drinken bestellen, bellen met de klantenservice of een krant lezen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot erop terugblikt. Om de opdrachten uit te kunnen voeren, moeten lerenden samenwerken. Om leereffect te hebben, moeten de taken net boven het taalniveau van de student Frans liggen.
Populariteit
Vanaf de vroege jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Taakgericht taalonderwijs de meest praktisch bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheid bij studenten (vooral studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het is een activerende werkvorm, waarbij de studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheid (Frans) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, mits de taak goed bij de lerende aansluit. Studenten komen op een alledaagse, natuurlijke wijze in contact met het Frans en leren zo authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in het Frans. Bovendien leren studenten om samen te werken. De lerenden ervaren taakgericht taalonderwijs als plezierig en motiverend.
Als nadeel kan worden genoemd dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor lerenden die niet zozeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’ was een beweging van een groep filmmakers uit Denemarken onder wie filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT). Bij het filmmaken, houden de deelnemers zich aan 10 strenge regels (dogma’s). Deze 10 regels behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare wijze. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet is belast door enig voorgedrukt materiaal. Het beginnen van echte inhoudelijke gesprekken die over praktische items gaan, is het doeleinde van de Dogme-methode. Bij deze methode draait het om communicatie als de drijvende kracht van het leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve werkwijze van het taalonderwijs, die een vreemde taal wil onderwijzen zonder lesboeken te gebruiken of overig lesmateriaal en zich in plaats daarvan focust op de communicatie tussen taaltrainer en studenten. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net als de Dogme-beweging van de filmmakers, tien uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Onderzoek naar het succes van Dogme is beperkt, maar Thornbury stelt dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een voordeel voor taaltrainers Frans is dat er vrijwel geen voorbereiding voor nodig is. Dat de student verantwoordelijk is voor zijn of haar eigen leerproces, kan erg motiverend zijn. Op deze manier zijn de lessen Frans niet voorspelbaar. Dat garandeert spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. In een les volgens de Dogme-benadering is bijna elk onderwerp bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat de studenten alert en betrokken blijven.
Studenten kunnen zich daarentegen wel wat ongemakkelijk voelen als ze zo weinig door de taaldocent begeleid worden. Voor dit type van onderwijs zijn ook niet alle trainers Frans voldoende flexibel. Dat studenten zich vaak op een specifiek examen Frans dienen voor te bereiden en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof in de taallessen wordt behandeld, kan een bijkomend minpunt vormen van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson in 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode is een alternatieve kijk om een vreemde taal (zoals het Frans) te leren. Dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien, is de primaire aanname van de GPA. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het verwerven van het Frans; het doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de term ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA vertoont gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Frankrijk. Begrip is belangrijker dan productiviteit. De nadruk ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze fase neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ concentreert zich in deze fase 1 op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de ‘verhaalopbouwfase’. Deze duurt ongeveer 150 uur en de deelnemer begint nu het Frans ook te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 van de methode beginnen deelnemers zich op het taalgebruik van moedertaalsprekers Frans te richten aan de hand van televisie, films of nieuws en literatuur. Ook het Frans dat is vereist voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans.
Populariteit
Omdat de methode van Thomson nog redelijk nieuw is, is nog vrij weinig bekend over het succes van de methode. Deelnemers zijn enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijk inzicht geboden op het proces van taalverwerving Frans. De zes afzonderlijke fasen van GPA bieden een duidelijk tijdsschema en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar eveneens van de omgeving en de lerende verwerft daarnaast een nieuw sociaal netwerk.
Dat voor elke deelnemer of tenminste elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren, is een nadeel van deze benadering.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken om de uitspraak en intonatie (Frans) te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. De methode werkt relatief eenvoudig: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Bij deze methode is het niet belangrijk om de Franse tekst te begrijpen; het gaat in eerste instantie om de klanken van de te leren taal. Het luisteren en daarna herhalen wordt geoefend totdat het heel soepel gaat en de student simultaan Frans kan spreken met de audio-opname. Na enige tijd zullen de studenten een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben gezegd. Zolang er maar dialogen of stukken samenhangende teksten in staan, zijn veel leerboeken geschikt voor deze leermethode. De Franse audio-opname dient idealiter iets boven het niveau van de studenten te liggen. De ideale lengte is ongeveer één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. Alexander Argüelles beveelt aan om te lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te zitten, doordat lichamelijke bewegingen de opname van de taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterken. Dat de lerenden minder gauw worden afgeleid als zij bewegen, is een andere reden zodat het leren van het Frans aanzienlijk effectiever gaat.
Shadowing heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale driloefeningen in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Ook het simultaan spreken is afwijkend aan Shadowing.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar Shadowing dat aantoont dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van het Frans wordt eveneens vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het kan worden toegepast in een groep van studenten, waarbij iedere deelnemer individueel actief aan het leren is. Het rendement is hoog.
Het nadeel van deze techniek is dat studenten het wellicht een beetje saai kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die van het idee uitgaat dat mensen leren door middel van handelingen en bewegingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan verbaal reageren in een later stadium. Dus de luistervaardigheden Frans zijn de basis, de spreekvaardigheden volgen later.
TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De trainer geeft taken op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de lerenden doen na. In het begin wordt van de studenten nog niet verwacht dat zij Frans praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of deels gewijzigd.
Door de combinatie van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Het kost daardoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken eveneens met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De methodiek levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Het zorgt een stressvrij leerproces. In principe is de methode van TPR® voor alle doelgroepen inzetbaar, ongeacht welke achtergrond of leeftijd en kan de leermethode eveneens in iets grotere klassen worden gebruikt. Het verworven Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerenden.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-taken is uit te drukken, is de keerzijde van TPR®. Daarom werkt de methode tot op een zeker niveau en is aanvullend een andere methode nodig. Daarnaast is de methode niet heel creatief. De studenten leren niet om ideeën, meningen en gevoelens in het Frans uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief diende te zijn. Overigens betrof deze Reformbeweging niet alleen het leren van een vreemde taal, maar eveneens voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. De mensen streefden, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en bevrijding van keurslijven. In het taalonderwijs kwam veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd de grammatica meer inductief aangeboden, met voorbeeldzinnen. Hieruit moesten studenten de taalregels afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met veel aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal (zoals het Frans). De studenten werden aangemoedigd veel Frans te praten. Dat de les in het Frans werd gegeven, was ook nieuw. In de lessen werd nadrukkelijk niet vertaald. Het aanleren van de (Franse) vocabulaire werd gedaan aan de hand van voorbeelden en plaatjes. De studenten boden zelf abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deels onder invloed van de crises en oorlogen ebde de vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw weg, om in de jaren zestig weer in een andere vorm terug te keren.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het pluspunt. Er wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken. Hierdoor ontwikkelen de lerenden vloeiendheid in het Frans en zelfvertrouwen. De leermethode kent echter ook keerzijden. Voor schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze leermethode vrijwel geen aandacht en voor lezen in de doeltaal relatief veel minder. Voor meer gevorderde studenten Frans, heeft deze leermethode niet genoeg uitdaging te bieden. Doordat de Directe Methode op een dynamische inzet van de studenten is gestoeld, is de methode eveneens niet zeer geschikt voor de langzaam lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet werken met abstracte regels en woordenlijstjes met Franse woorden die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode staat bekend als de eerst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is op het werken met een groep van lerenden en een trainer Frans gebaseerd, die maar één Frans woord tegelijk introduceert. Er hoort een bepaalde beweging bij het woord. De lerenden herhalen vervolgens één voor één het Franse woord en de bijbehorende beweging. De herhalingen helpen de studenten de Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. De woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de Franse zinnen. De Franse spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn actueel en worden nog steeds gebruikt in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langduriger door de lerenden wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode. Het veelvuldige herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat het wat saai kan worden om steeds dezelfde Franse woorden en zinnen te blijven herhalen, kan door lerenden als een keerzijde worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld in 1963.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De autonomie van de lerende en diens actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van stilte en gebaren wordt door de taaltrainers Frans gebruikt om de aandacht van de student te trekken, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Frans) van de te leren taal besteed.
Gattegno, die van oorsprong een wiskundige was, vond het essentieel om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt voor de voorraad energie van de lerenden was. Hij kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder energie dan als we proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat trainers niet naar kennisoverdracht an sich zouden moeten streven, maar bewustzijn dienen aan te boren, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te leren.
Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt, zijn staafjes met verschillende kleuren die voor allerlei dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek werkt ook met Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van het Frans staat, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.
Populariteit
Alhoewel de Stille Methode in zijn oorspronkelijke vorm niet veel wordt toegepast, zijn de ideeën van Caleb Gattegno voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak van het Frans wel van belang geweest.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de leermethode van Caleb Gattegno is dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de lerende, die immers als autonoom wordt gezien. In feite is de trainer Frans dienstbaar aan de student, niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke manier. Vaak wordt het geleerde goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Fouten maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.
Een nadeel van de leermethode kan zijn dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de leermethode beoogt. Lerenden worden mogelijk gefrustreerd door de afwezigheid van inbreng van de taaltrainer Frans. Met kleuren en grafieken werken, heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er vrij gauw af is. Hierdoor verdwijnt het effect van de methode.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-methode (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
TPRS is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt van TPRS is natuurlijke taalverwerving: een vreemeen taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. Om dit te bereiken, worden studenten blootgesteld aan veel begrijpelijke input. De trainer Frans vertelt een verhaal, waarin nieuwe Franse woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De lerenden ontspannen zich omdat deze verhalen van de trainer gemakkelijk zijn te begrijpen. Franse woorden en structuren worden op deze manier vrijwel vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen van de studenten. De lerenden worden door de trainer op grammaticale verschijnselen van het Frans gewezen, zonder dat lerenden regels uit het hoofd leren.
De lerende zal na enige tijd ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuren van de nieuwe taal nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om met een groep lerenden een verhaal op te bouwen. Bij deze methode schrijft de taaltrainer Frans eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de Franse vertaling erbij, om vervolgens samen met de studenten hier een verhaal van te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Frans, omdat dit zorgt voor inbreng. Schrijven in het Frans volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een geslaagde manier is om een taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de taaldocent moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en het geleerde wordt grondig verworven. Doordat TPRS ook de creatieve intelligentie aanspreekt, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een plezierige methode en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor de studenten werkt het zeer motiverend om zelf een verhaal te verzinnen.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de taaldocent vraagt.
De Rosetta Stone-methode is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen die in Egypte werd ontdekt met tweetalige teksten, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen zijn ontcijferd. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen aanbiedt. In 1996 is de eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een manier om vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren achter een computer. De taalcursussen zijn in meer dan dertig verschillende talen beschikbaar en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze imiteert waarop een kind de moedertaal leert. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier foto’s alsook stemmen van moedertaalsprekers Frans voor om de betekenis van nieuwe (Franse) woorden over te brengen. De methode maakt gebruik van spraakherkenningsprogramma dat de Franse uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. Dit maakt het mogelijk voor een student om de uitspraak met de uitspraak van een moedertaalspreker Frans (native speaker) te vergelijken. Uitspraakverbetering kan worden bereikt door de voorbeeldspreker iets langzamer te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Er zijn dictee-oefeningen voor de schrijfvaardigheden Frans. De software van de methode controleert de Franse grammatica en spelling en geeft eventuele fouten aan, waarbij fouten kunnen worden gecorrigeerd.
Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Wereldwijd wordt de Rosetta Stone-methode veel ingezet en zeker niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. De Rosetta Stone-methode wordt in ons land toegepast door een aantal ministeries en diverse hogescholen en universiteiten, alsook door sommige internationale bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is zeer eenvoudig in gebruik en de methode kan op ieder moment door de studenten worden ingezet. Welke delen van de leermethode meer of wellicht minder aandacht nodig hebben, kunnen de studenten zelf bepalen. Veel mensen vinden het prettig om te werken met de methodiek. Voor onderwijsinstellingen kan de methode van Rosetta Stone een oplossing zijn bij een gebrek aan trainers. Het feit dat er geen docent is om de studenten te motiveren of iets extra’s te bieden, is een keerzijde van de methode.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De taalcursussen van Pimsleur zijn Amerikaans taalkundige Dr. Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die Pimsleur in 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om nieuwe talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
De cursus van Pimsleur bestaat uit zinnetjes en dialoog in de doeltaal die door de lerenden daarna worden nagesproken en herhaald. De Franse zinnetjes zijn ingesproken door moedertaalsprekers (native speakers). De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling. Elke les van de cursus biedt een audio-opname van 30 minuten met nieuwe vocabulaire en structuur. De grammaticale structuur van het Frans wordt niet apart uitgelegd maar door middel van uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes aangeboden.
Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarin kennis van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is geïntegreerd in de Pimsleur cursussen.
Populariteit
Onder meer Amerikanen volgen de Pimsleur taalcursussen en de ervaringen met Pimsleur variëren. De lerenden zijn in het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode werkt zeer goed als uitspraakverbeteraar doordat de insprekers van de zinnen allemaal native speakers zijn en op een natuurlijke manier op een normaal tempo Frans spreken.
Het nadeel van de leerleermethodiek van Pimsleur is dat er niets wordt uitgelegd. De gebruikers leren geen bouwstenen van de Franse taal om zelf een zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn methode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Hij begon met de lerenden duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen zijn audiolessen (Frans), ingesproken door twee acteurs; een vrouwelijke acteur en een mannelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. De student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de cursist op pauze klikt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. Bij de methode wordt de les in kleine stappen opgebouwd en nieuwe Franse lesstof wordt afgewisseld met reeds bekende Franse lesstof. De uitleg wordt steeds in het Engels gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden tussen het Engels en het Frans gewezen, als deze verbanden er zijn. Bij de Michel Thomas-methode wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof wordt pas aangeboden nadat de makkelijke stof door de student Frans begrepen en verworven is. Behalve Franse woorden en zinnetjes worden eveneens bouwstenen aangeleerd. Hiermee kunnen de studenten zelf zinnetjes bouwen. Ook gebruikt de leermethodiek van flashcards zodat de studenten zelf hun vocabulaire Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te kunnen meten.
Populariteit
Veel mensen ze zijn tevreden over de uitleg van de structuren van het Frans en vinden de methode van Michel Thomas plezierig werken. Studenten die al wat verder zijn met de taal, vinden de cursussen wat minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De cursussen trainen uitspraak alsook luistervaardigheid uitspraak Frans op een efficiënte wijze en zijn heel toegankelijk. Een keerzijde is dat deze cursussen Frans niet voorzien in schrijfvaardigheid. Ook is er geen echte interactie doordat de Michel Thomas-methode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf maakt cursussen voor vreemde talen en publiceert deze en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat wel wat hooggegrepen voor een taalcursus (zoals Frans) is. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek Frans, audio-CD’s alsook een USB-stick. De lerende besteedt ruwweg twintig minuten per dag aan de cursus.
De lessen bestaan uit verschillende Franse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. Hiernaast staat de Franse vertaling, samen met grammaticale toelichting. Om de uitspraak van het Frans te oefenen, maakt Assimil gebruik van zinnen die zijn ingesproken door moedertaal (native) speakers en die de gebruikers daarna dienen te herhalen. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste les wordt nog geen taalproductie van de cursist verwacht; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij populair. De taalcursussen zijn relatief voordelig en er is een groot aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Het pluspunt van de Assimil-methode is dat de cursist Frans op zijn of haar eigen snelheid kan leren wanneer dit het beste past. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle computertaalcursussen, dat de lerende is aangewezen op zichzelf. Er is geen docent Frans beschikbaar om de student te begeleiden of te motiveren.
De audiolinguale methode was al in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten de elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode beschouwd worden. Een nieuw verschijnsel was dat de taalles geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvond. De belangrijkste vaardigheden zijn spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuur worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is om zonder fouten Frans te leren spreken en verstaan, wat begint bij een Franssprekende na kunnen spreken. Het middel hiertoe is herhaling; er wordt gewerkt met driloefeningen om Franse zinnen en structuren goed te leren beheersen, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaldocenten Frans kunnen zo een zin bijvoorbeeld tien maal herhalen en vervolgens een nieuw Frans woord toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt vaak in de zogeheten talenpractica gewerkt, waar lerenden een koptelefoon op hebben en naar zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven Frans komt pas aan bod zodra het mondelinge Frans vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
In ons land werd de audiolinguale methode pas geïntroduceerd rond 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Tegen de betekenisloze driloefeningen waren al snel bezwaren. Het gebeurde wel eens dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van de taal (zoals Frans) niet om het memoriseren van de regels van de (Franse) grammatica gaat, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Frans), die vóór de jaren zeventig voor de meeste docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor studenten die Frans beginnen te leren. Een juiste uitspraak Frans wordt van het begin af aangeleerd. Deze methode is docentgestuurd en en biedt daardoor een efficiënte en vlotte overdracht van taalkennis. Deze audiolinguale methode kan ook worden toegepast bij grotere groepen.
Tegelijk is de docentgestuurde kant een nadeel; er wordt geen eigen input verlangd van de lerenden. Hierdoor ligt het risico op enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo gemakkelijk om te zetten zijn in levend taalgebruik Frans.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren op een zodanige manier dat deze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die worden herhaald na verloop van tijd. De opgeschreven zinnen of woorden worden door de student hardop gelezen. De bedoeling is niet om al deze woorden en/of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, maar door de blootstelling gaat dit vanzelf. Deze woordenlijst wordt steeds herzien; Franse woorden die zijn aangeleerd, worden van de lijst gehaald. Die Franse woorden die nog steeds problemen geven, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method claimen dat de woorden of zinnen spontaan terechtkomen in het langetermijngeheugen, iets dat door veel geheugenwetenschappers wordt bestreden. Kennis in het algemeen wordt opgeslagen als deze kennis relevant en betekenisvol is voor de lerende. Deze methode kan werken voor Franse woorden en zinnen die van betekenis en relevant zijn voor de student.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor lerenden die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun kan deze GoldList-methode werken. Met de hand schrijven functioneert beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken, omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Het gebrek aan context is een keerzijde. Talen zijn uiteraard veel meer dan een serie losse woorden en/of zinnen. Daarnaast is deze methode nogal tijdrovend; er dienen steeds met de hand geschreven lijsten te worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is in 1983 ontwikkeld door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method richt zich op een natuurlijke wijze van het verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De methode probeert het Frans aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden. Op deze manier leert men onbewust ook de taalregels van het Frans. Hiervoor wordt alleen het Frans gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een stressvrije leeromgeving voor de studenten is het streven van de leermethode. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete Frans grammatica en de correctie van vormfouten.
De leermethode is het meest effectief als de student wordt ondergedompeld in het Frans. De activiteiten die in de Franse taal worden aangeboden, moeten stimulerend zijn zodat de lerende plezier heeft van de ervaring.
De Natural Method leermethode lijkt erg op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer de focus op de praktijk wordt gelegd en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het feit dat onderdompeling een zeer effectieve methode is, is veelvuldig aangetoond. De methode is een populaire manier van lesgeven onder taaltrainers Frans, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor de lerende. Maar er is ook kritiek op de natuurlijke aanpak. De leermethode richt zich vooral op het impliciet aanleren van de Franse grammatica. Lerenden zouden inderdaad leren in het Frans te communiceren, maar blijven hangen in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door onvoldoende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Op een natuurlijke manier leren, wordt als een prettige manier ervaren om een taal aan te leren. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met het Frans te krijgen. Het geleerde beklijft langer, omdat studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’.
Het nadeel kan zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat bijna geen druk op de taalproductie ligt. Ook bereidt de methode lerenden niet per se op een bepaald Frans examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engelse naam: Structural Approach; ‘SA’) is door Charles Carpenter Fries en Robert Lado in de begin jaren 50 ontwikkeld.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode met als doel de student vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans). Volgens de Structurele Aanpak levert de beheersing van deze structuren meer op dan het verwerven van het Frans. Het draait om het herkennen en kunnen toepassen van vaste combinaties van Franse woorden en groepen woorden in de correcte woordvolgorde. Deze combinaties van woorden worden aan de lerenden gepresenteerd in betekenisvolle situaties met behulp van visualisatie, gezichtsuitdrukking, dramatisering en handelingen. De structuren die in de praktijk het meest worden gebruikt, worden als eerste aan de taallerende aangeboden. De mondelinge vaardigheid Frans (luisteren en spreken) wordt hierbij in eerste instantie gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreken en schrijven), krijgt grammatica een belangrijke plek. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op vrij grote schaal gebruikt om Engels te leren in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Het voordeel van een structurele aanpak is dat de lerenden het Frans op een nauwkeurige wijze kunnen leren. De student krijgt inzicht in de Franse grammatica leert in welke situatie bepaalde Franse woorden of combinaties van woorden wel of niet passend zijn. De methode gebruikt alledaagse taal. Aan de methode van de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De manier van werken is tamelijk tijdrovend en biedt niet onmiddellijk een succeservaring. De eigen inbreng van studenten is beperkt; de methode is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (Engelse benaming: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse benaming: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van vreemde talen. De taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs is gestoeld op de visie dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
De studenten leren met behulp van CLT-technieken het Frans in praktijk te brengen door de interactie met de taaltrainer Frans alsook met elkaar. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven. Het Frans wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en docenten Frans dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Frans in diverse realistische situaties te oefenen. De Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij het communicatief taalonderwijs is de docent Frans echt een trainer, die de student leert communiceren in het Frans.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs erg populair, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol waren gebleken. In het verenigde Europa was er een grotere behoefte aan het leren van vreemde talen door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
De CLT (communicatief taalonderwijs) heeft veel pluspunten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; het is functioneel en studentgericht. Doordat authentiek materiaal te gebruiken, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. CLT is efficiënt. Deze methode werkt voor de lerenden stimulerend, omdat zij snel succeservaringen hebben. Fouten maken mag; de vaardigheid van de student wordt al doende geleerd en verder verbeterd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet direct toepasbaar is en uitspraak minder aandacht is. Het plannen en voorbereiden vereist veel tijd van de trainer en van de lerende vraagt het een actieve deelname. Voor bepaalde studenten is deze manier van een vreemde taal leren afwijkend of moeilijk, afhankelijk van hun achtergrond. CLT (communicatief taalonderwijs) draait om het trainen van vaardigheden; daarbij gaat het om de functie en in mindere mate om de vorm en de methode biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en daarna vervolgens op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door docent Frans en Italiaans uit Duitsland; Johann Valentin Meidinger. Omstreeks 1783 ontwikkelde hij een methode waarin de grammatica in het middelpunt stond. Meidinger wordt als grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM) beschouwd.
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gestoeld op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van wetenschap, cultuur en religie was. Het onderwijs in het Latijn was vanzelfsprekend op geschreven teksten van klassieke schrijvers gericht en geheel op de grammatica en het vertalen gericht. Dat werd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van de taalvormen en de taalstructuren (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid Frans zijn dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten. De trainers dragen taalkennis Frans over, de student memoriseert.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw was er ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot vrij recent een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De methode biedt een aardige mentale training aan personen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Frans, door de nadruk die wordt gelegd op de grammatica.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de spreek- en luistervaardigheid Frans bij de methode ver achterblijft, waardoor de geleerde taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling toegepast kan worden. Omdat het meestal om literair taalgebruik gaat, staat de leermethode ver van het dagelijks gebruik van de Franse taal af, ook in de context die wordt aangeboden. Bij het werken in groepsverband geeft deze methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij studenten. De lerende fungeert slechts als toehoorder en uitvoerder.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
De leermethode ‘Onderdompeling’ (Engelse naam: language immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd toegepast, hoofdzakelijk op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. In Nederland is ‘onderdompeling’ bekend als de methode die wordt toegepast bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd. De methode is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die taalles Frans onderwezen aan rijke dames uit Vught en omgeving.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling behelst dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, direct vanaf het begin door de nieuwe taal wordt omgeven. Alle instructies worden gegeven in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke wijze. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op onderwijsinstellingen die met onderdompeling werken, wordt veelal de leeromgeving in de stijl van het land van de Franse taal ingericht om een situatie te creëren alsof de lerenden in Frankrijk zijn. De studenten oefenen de spreekvaardigheid Frans één-op-één of in kleine groepjes. Een andere manier om onderdompeling te bereiken, is daadwerkelijk te reizen naar Frankrijk en daar bijvoorbeeld te verblijven in een gastgezin.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een zeer goede methode om vreemde talen te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Frans kan op deze wijze uitstekend worden aangeleerd.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, omdat de leermethode behoorlijk intensief is. De leermethode is ‘sink or swim’, de student moet wel gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Frans aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. De studenten ervaren dit als motiverend.
Dat de bereikte resultaten niet altijd vastgehouden wordt, is een nadeel. Als studenten in een korte tijd Frans leren, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt. Een ander nadeel van de leermethode kan zijn dat een dergelijke training Frans nogal intensief is. Niet iedereen heeft de conditie om deze manier van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de jaren 70 van de vorige eeuw. Deze methode is door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedia is op het principe van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de trainer (Frans) en de lerende zijn hiervoor essentieel. Hiervoor dienen lerenden ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was uit den boze om dit te bewerkstelligen. Studenten zaten in comfortabele stoelen tijdens de lessen die in een halve cirkel opgesteld waren en er was altijd muziek in de klas. De methode zoals Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, ondertussen werd op de achtergrond klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er bestonden woordenlijsten bij de teksten en opmerkingen over de grammatica van de doeltaal (het Frans). Er werd met veel expressies in stem en gebaren voorgelezen. Studenten werden op deze manier uitgenodigd om te luisteren en ze konden de nieuwe (Franse) woorden gemakkelijk begrijpen en opnemen. Voor cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Frankrijk) was veel tijd tijdens de lessen. Er werd met rollenspellen gewerkt en er werden bijvoorbeeld eveneens (Franse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De leermethodiek van Georgi Lozanov was omstreden en de leermethodiek is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen van Suggestopedie worden nog steeds gebruikt, zoals het gebruikmaken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten in de vreemde taal.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia creëert een ontspannen en veilige sfeer, waardoor de lerende geen last zal krijgen van frustratie of faalangst. Voor een nieuwkomer kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een ander pluspunt van de methodiek is dat studenten gestimuleerd worden om zich in te leven in de situaties en actief mee te doen, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Voor sommige studenten is dit tegelijk een nadeel, want niet iedere student is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommige mensen eerder afleiden en zelfs verstorend werken in tegenstelling tot stimulerend of ontspannend. Dat de relatie trainer-student niet gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle input komt van de Franse trainer en de student is altijd de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning (CLL) is een methode om een taal te verwerven waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de taaltrainer optreedt als counselor die de zinnen van de lerende omschrijft. Studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als de lerenden de doeltaal (Frans) nog niet voldoende machtig zijn. De taaldocent (Frans) vertaalt en legt uit. De uitspraken van de docent worden hierna zo nauwkeurig mogelijk herhaald. De gesprekken in het Frans worden opgenomen om opnieuw te kunnen beluisteren.
Community Language Learning bevordert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de wisselwerking tussen de studenten onderling als middel om de Franse taal te leren. Het zijn de studenten zelf die het lesmateriaal bepalen middels zinvolle gesprekken. Er is geen leerboek Frans dat gevolgd wordt.
Populariteit
Of CLL succesvol is, hangt sterk af van de expertise van de docent-counselor. De taaldocent dient naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig te zijn. De trainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de student erg goed te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de student te vertalen. CLL kan goed functioneren wanneer deze correct wordt gebruikt. Voor grote groepen is Community Language Learning niet geschikt.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt de studenten veel autonomie. De lerenden vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak nuttig. De groep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de les Frans, maar eveneens buiten de les. Door deze methode worden de lerenden zich veel meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en ze leren om te werken als team. Het bespreken van de fouten en het evalueren van de les Frans is heel leerzaam voor de studenten. Zulke correcties blijven vaak in het geheugen gegrift en worden deel van het actieve vocabulaire van de lerenden.
Dat de trainer niet sturend is, terwijl een aantal lerenden wel sturing nodig heeft, kan een nadeel vormen. Bij CLL wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden eveneens geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de taalles is daardoor lastig te meten. Sommige lerenden worden in hun Frans spreken belemmerd als zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (Engels: Lexical Approach; LA) is een taalverwervingsmethode ontwikkeld door Michael Lewis in het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering is woordenschat Frans belangrijker dan Franse grammatica. De instructies zijn op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen gericht. Er is aandacht voor interactie maar ook voor exposure; voor de zogenaamde receptieve vaardigheden (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Voor het zelfstandig ontdekken van de Franse taal door de student is veel ruimte.
Het is de rol van de docent Frans om te zorgen voor genoeg input en het faciliteren van het leerproces van de student.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn leerboeken duidelijk anders geworden in de afgelopen dertig jaar. Bij deze methode wordt veel meer aandacht geschonken aan woordenschat die wordt aangeboden in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. Een radicale wending in de manier waarop taal wordt onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Studenten leren het Frans op een heel natuurlijke wijze te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes taal) te werken; met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van deze methode van de methode. Een aantal studenten heeft moeite om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen en deze studenten hebben meer aan een docent Frans die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is door de Fransman François Gouin in 1880 ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en weinig kennis van de grammatica vereisen. Studenten leren zinnen op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, wetenschap en beroep, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik. De seriemethode van François Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Studenten gaan snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans) denken omdat een soort eentalige methode is, die niet van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ uitgaat maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’.
Populariteit
De concepten van Gouin over taalonderwijs waren hun tijd ver vooruit. De seriemethode van Gouin was enige tijd succesvol, ondanks dat het een vrij ongewone aanpak was. De leermethode werd echter door Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Series method van Gouin worden de mondelinge vaardigheden Frans sterk ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een sfeer in de lessen die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, en dergelijke, wekt dit soort onderwijs Frans enthousiasme van de lerenden op. Het leren wordt tastbaar; dit was geheel nieuw. De seriemethode maakt Franslerenden nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, de prestatiedruk te verminderen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve competenties Frans van de lerenden worden goed gestimuleerd.
De leermethode heeft echter als nadeel dat taal die iets subjectiever of abstracter wordt, wat lastig met beweging en expressie in één concrete ervaring is te vangen. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die tenslotte een scala aan series moet voorbereiden, is een ander nadeel van de leermethodiek. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Task-Based Language Teaching) is in de jaren tachtig van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie achter deze methode is dat de verwerving van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. Studenten krijgen verschillende motiverende taken aangeboden, waarvoor taalkennis (Frans) vereist is. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat zij over woordenschat en taalregels beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals een e-mail schrijven, boodschappen doen, iets te drinken bestellen, bellen met de klantenservice of een krant lezen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot erop terugblikt. Om de opdrachten uit te kunnen voeren, moeten lerenden samenwerken. Om leereffect te hebben, moeten de taken net boven het taalniveau van de student Frans liggen.
Populariteit
Vanaf de vroege jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. Taakgericht taalonderwijs de meest praktisch bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheid bij studenten (vooral studenten in een achterstandspositie) in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het is een activerende werkvorm, waarbij de studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheid (Frans) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak, mits de taak goed bij de lerende aansluit. Studenten komen op een alledaagse, natuurlijke wijze in contact met het Frans en leren zo authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in het Frans. Bovendien leren studenten om samen te werken. De lerenden ervaren taakgericht taalonderwijs als plezierig en motiverend.
Als nadeel kan worden genoemd dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor lerenden die niet zozeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde in 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’ was een beweging van een groep filmmakers uit Denemarken onder wie filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT). Bij het filmmaken, houden de deelnemers zich aan 10 strenge regels (dogma’s). Deze 10 regels behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity). Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare wijze. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet is belast door enig voorgedrukt materiaal. Het beginnen van echte inhoudelijke gesprekken die over praktische items gaan, is het doeleinde van de Dogme-methode. Bij deze methode draait het om communicatie als de drijvende kracht van het leren. Daarom is deze leermethode een communicatieve werkwijze van het taalonderwijs, die een vreemde taal wil onderwijzen zonder lesboeken te gebruiken of overig lesmateriaal en zich in plaats daarvan focust op de communicatie tussen taaltrainer en studenten. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net als de Dogme-beweging van de filmmakers, tien uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Onderzoek naar het succes van Dogme is beperkt, maar Thornbury stelt dat de overeenkomsten met het taakgericht leren van een vreemde taal (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Een voordeel voor taaltrainers Frans is dat er vrijwel geen voorbereiding voor nodig is. Dat de student verantwoordelijk is voor zijn of haar eigen leerproces, kan erg motiverend zijn. Op deze manier zijn de lessen Frans niet voorspelbaar. Dat garandeert spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. In een les volgens de Dogme-benadering is bijna elk onderwerp bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat de studenten alert en betrokken blijven.
Studenten kunnen zich daarentegen wel wat ongemakkelijk voelen als ze zo weinig door de taaldocent begeleid worden. Voor dit type van onderwijs zijn ook niet alle trainers Frans voldoende flexibel. Dat studenten zich vaak op een specifiek examen Frans dienen voor te bereiden en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof in de taallessen wordt behandeld, kan een bijkomend minpunt vormen van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson in 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode is een alternatieve kijk om een vreemde taal (zoals het Frans) te leren. Dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien, is de primaire aanname van de GPA. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het verwerven van het Frans; het doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de term ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent of leraar’. De GPA vertoont gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Frankrijk. Begrip is belangrijker dan productiviteit. De nadruk ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze fase neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ concentreert zich in deze fase 1 op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de ‘verhaalopbouwfase’. Deze duurt ongeveer 150 uur en de deelnemer begint nu het Frans ook te produceren. In fase 3 van de leermethode ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 van de methode beginnen deelnemers zich op het taalgebruik van moedertaalsprekers Frans te richten aan de hand van televisie, films of nieuws en literatuur. Ook het Frans dat is vereist voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans.
Populariteit
Omdat de methode van Thomson nog redelijk nieuw is, is nog vrij weinig bekend over het succes van de methode. Deelnemers zijn enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijk inzicht geboden op het proces van taalverwerving Frans. De zes afzonderlijke fasen van GPA bieden een duidelijk tijdsschema en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar eveneens van de omgeving en de lerende verwerft daarnaast een nieuw sociaal netwerk.
Dat voor elke deelnemer of tenminste elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren, is een nadeel van deze benadering.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken om de uitspraak en intonatie (Frans) te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. De methode werkt relatief eenvoudig: de student luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Bij deze methode is het niet belangrijk om de Franse tekst te begrijpen; het gaat in eerste instantie om de klanken van de te leren taal. Het luisteren en daarna herhalen wordt geoefend totdat het heel soepel gaat en de student simultaan Frans kan spreken met de audio-opname. Na enige tijd zullen de studenten een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben gezegd. Zolang er maar dialogen of stukken samenhangende teksten in staan, zijn veel leerboeken geschikt voor deze leermethode. De Franse audio-opname dient idealiter iets boven het niveau van de studenten te liggen. De ideale lengte is ongeveer één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. Alexander Argüelles beveelt aan om te lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te zitten, doordat lichamelijke bewegingen de opname van de taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterken. Dat de lerenden minder gauw worden afgeleid als zij bewegen, is een andere reden zodat het leren van het Frans aanzienlijk effectiever gaat.
Shadowing heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale driloefeningen in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Ook het simultaan spreken is afwijkend aan Shadowing.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar Shadowing dat aantoont dat de techniek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van het Frans wordt eveneens vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het kan worden toegepast in een groep van studenten, waarbij iedere deelnemer individueel actief aan het leren is. Het rendement is hoog.
Het nadeel van deze techniek is dat studenten het wellicht een beetje saai kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De tekst kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die van het idee uitgaat dat mensen leren door middel van handelingen en bewegingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan verbaal reageren in een later stadium. Dus de luistervaardigheden Frans zijn de basis, de spreekvaardigheden volgen later.
TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De trainer geeft taken op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de lerenden doen na. In het begin wordt van de studenten nog niet verwacht dat zij Frans praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of deels gewijzigd.
Door de combinatie van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Het kost daardoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken eveneens met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De methodiek levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Het zorgt een stressvrij leerproces. In principe is de methode van TPR® voor alle doelgroepen inzetbaar, ongeacht welke achtergrond of leeftijd en kan de leermethode eveneens in iets grotere klassen worden gebruikt. Het verworven Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerenden.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-taken is uit te drukken, is de keerzijde van TPR®. Daarom werkt de methode tot op een zeker niveau en is aanvullend een andere methode nodig. Daarnaast is de methode niet heel creatief. De studenten leren niet om ideeën, meningen en gevoelens in het Frans uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat zelfontdekkend en inductief diende te zijn. Overigens betrof deze Reformbeweging niet alleen het leren van een vreemde taal, maar eveneens voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. De mensen streefden, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en bevrijding van keurslijven. In het taalonderwijs kwam veel aandacht voor ‘levende’, gesproken taal. Hierbij werd de grammatica meer inductief aangeboden, met voorbeeldzinnen. Hieruit moesten studenten de taalregels afleiden. Veel mondelinge oefeningen en met veel aandacht kwamen er voor de uitspraak van de taal (zoals het Frans). De studenten werden aangemoedigd veel Frans te praten. Dat de les in het Frans werd gegeven, was ook nieuw. In de lessen werd nadrukkelijk niet vertaald. Het aanleren van de (Franse) vocabulaire werd gedaan aan de hand van voorbeelden en plaatjes. De studenten boden zelf abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deels onder invloed van de crises en oorlogen ebde de vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw weg, om in de jaren zestig weer in een andere vorm terug te keren.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het pluspunt. Er wordt veel aandacht besteed aan luisteren en spreken. Hierdoor ontwikkelen de lerenden vloeiendheid in het Frans en zelfvertrouwen. De leermethode kent echter ook keerzijden. Voor schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze leermethode vrijwel geen aandacht en voor lezen in de doeltaal relatief veel minder. Voor meer gevorderde studenten Frans, heeft deze leermethode niet genoeg uitdaging te bieden. Doordat de Directe Methode op een dynamische inzet van de studenten is gestoeld, is de methode eveneens niet zeer geschikt voor de langzaam lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet werken met abstracte regels en woordenlijstjes met Franse woorden die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode staat bekend als de eerst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is op het werken met een groep van lerenden en een trainer Frans gebaseerd, die maar één Frans woord tegelijk introduceert. Er hoort een bepaalde beweging bij het woord. De lerenden herhalen vervolgens één voor één het Franse woord en de bijbehorende beweging. De herhalingen helpen de studenten de Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. De woorden worden stap voor stap zinnen en vervolgens variaties op de Franse zinnen. De Franse spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Manesca zijn actueel en worden nog steeds gebruikt in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langduriger door de lerenden wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode. Het veelvuldige herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat het wat saai kan worden om steeds dezelfde Franse woorden en zinnen te blijven herhalen, kan door lerenden als een keerzijde worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is door de Egyptenaar Caleb Gattegno ontwikkeld in 1963.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De autonomie van de lerende en diens actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van stilte en gebaren wordt door de taaltrainers Frans gebruikt om de aandacht van de student te trekken, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Frans) van de te leren taal besteed.
Gattegno, die van oorsprong een wiskundige was, vond het essentieel om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt voor de voorraad energie van de lerenden was. Hij kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder energie dan als we proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat trainers niet naar kennisoverdracht an sich zouden moeten streven, maar bewustzijn dienen aan te boren, want alleen bewustzijn maakt het mogelijk om dingen te leren.
Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt, zijn staafjes met verschillende kleuren die voor allerlei dingen kunnen worden gebruikt. De methodiek werkt ook met Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van het Frans staat, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.
Populariteit
Alhoewel de Stille Methode in zijn oorspronkelijke vorm niet veel wordt toegepast, zijn de ideeën van Caleb Gattegno voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak van het Frans wel van belang geweest.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de leermethode van Caleb Gattegno is dat zijn methodiek niet-bedreigend is voor de lerende, die immers als autonoom wordt gezien. In feite is de trainer Frans dienstbaar aan de student, niet andersom. The Silent Way stimuleert het leren op een natuurlijke manier. Vaak wordt het geleerde goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Fouten maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.
Een nadeel van de leermethode kan zijn dat sommige studenten wat meer begeleiding nodig hebben dan de leermethode beoogt. Lerenden worden mogelijk gefrustreerd door de afwezigheid van inbreng van de taaltrainer Frans. Met kleuren en grafieken werken, heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er vrij gauw af is. Hierdoor verdwijnt het effect van de methode.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en is afgeleid van de TPR-methode (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
TPRS is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt van TPRS is natuurlijke taalverwerving: een vreemeen taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. Om dit te bereiken, worden studenten blootgesteld aan veel begrijpelijke input. De trainer Frans vertelt een verhaal, waarin nieuwe Franse woorden meerdere keren voorkomen. De verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De lerenden ontspannen zich omdat deze verhalen van de trainer gemakkelijk zijn te begrijpen. Franse woorden en structuren worden op deze manier vrijwel vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen van de studenten. De lerenden worden door de trainer op grammaticale verschijnselen van het Frans gewezen, zonder dat lerenden regels uit het hoofd leren.
De lerende zal na enige tijd ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuren van de nieuwe taal nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om met een groep lerenden een verhaal op te bouwen. Bij deze methode schrijft de taaltrainer Frans eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de Franse vertaling erbij, om vervolgens samen met de studenten hier een verhaal van te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Frans, omdat dit zorgt voor inbreng. Schrijven in het Frans volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een geslaagde manier is om een taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de taaldocent moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en het geleerde wordt grondig verworven. Doordat TPRS ook de creatieve intelligentie aanspreekt, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een plezierige methode en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor de studenten werkt het zeer motiverend om zelf een verhaal te verzinnen.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de taaldocent vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-methode is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen die in Egypte werd ontdekt met tweetalige teksten, door middel waarvan uiteindelijk de hiërogliefen zijn ontcijferd. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen aanbiedt. In 1996 is de eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een manier om vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren achter een computer. De taalcursussen zijn in meer dan dertig verschillende talen beschikbaar en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze imiteert waarop een kind de moedertaal leert. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier foto’s alsook stemmen van moedertaalsprekers Frans voor om de betekenis van nieuwe (Franse) woorden over te brengen. De methode maakt gebruik van spraakherkenningsprogramma dat de Franse uitspraak registreert en een schematische weergave daarvan maakt. Dit maakt het mogelijk voor een student om de uitspraak met de uitspraak van een moedertaalspreker Frans (native speaker) te vergelijken. Uitspraakverbetering kan worden bereikt door de voorbeeldspreker iets langzamer te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Er zijn dictee-oefeningen voor de schrijfvaardigheden Frans. De software van de methode controleert de Franse grammatica en spelling en geeft eventuele fouten aan, waarbij fouten kunnen worden gecorrigeerd.
Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Wereldwijd wordt de Rosetta Stone-methode veel ingezet en zeker niet door de minsten. Onder meer het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. De Rosetta Stone-methode wordt in ons land toegepast door een aantal ministeries en diverse hogescholen en universiteiten, alsook door sommige internationale bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is zeer eenvoudig in gebruik en de methode kan op ieder moment door de studenten worden ingezet. Welke delen van de leermethode meer of wellicht minder aandacht nodig hebben, kunnen de studenten zelf bepalen. Veel mensen vinden het prettig om te werken met de methodiek. Voor onderwijsinstellingen kan de methode van Rosetta Stone een oplossing zijn bij een gebrek aan trainers. Het feit dat er geen docent is om de studenten te motiveren of iets extra’s te bieden, is een keerzijde van de methode.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De taalcursussen van Pimsleur zijn Amerikaans taalkundige Dr. Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die Pimsleur in 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om nieuwe talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
De cursus van Pimsleur bestaat uit zinnetjes en dialoog in de doeltaal die door de lerenden daarna worden nagesproken en herhaald. De Franse zinnetjes zijn ingesproken door moedertaalsprekers (native speakers). De cursussen zijn gebaseerd op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling. Elke les van de cursus biedt een audio-opname van 30 minuten met nieuwe vocabulaire en structuur. De grammaticale structuur van het Frans wordt niet apart uitgelegd maar door middel van uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes aangeboden.
Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarin kennis van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is geïntegreerd in de Pimsleur cursussen.
Populariteit
Onder meer Amerikanen volgen de Pimsleur taalcursussen en de ervaringen met Pimsleur variëren. De lerenden zijn in het algemeen tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode werkt zeer goed als uitspraakverbeteraar doordat de insprekers van de zinnen allemaal native speakers zijn en op een natuurlijke manier op een normaal tempo Frans spreken.
Het nadeel van de leerleermethodiek van Pimsleur is dat er niets wordt uitgelegd. De gebruikers leren geen bouwstenen van de Franse taal om zelf een zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verwonderlijk, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn methode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Hij begon met de lerenden duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen zijn audiolessen (Frans), ingesproken door twee acteurs; een vrouwelijke acteur en een mannelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. De student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de cursist op pauze klikt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. Bij de methode wordt de les in kleine stappen opgebouwd en nieuwe Franse lesstof wordt afgewisseld met reeds bekende Franse lesstof. De uitleg wordt steeds in het Engels gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden tussen het Engels en het Frans gewezen, als deze verbanden er zijn. Bij de Michel Thomas-methode wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof wordt pas aangeboden nadat de makkelijke stof door de student Frans begrepen en verworven is. Behalve Franse woorden en zinnetjes worden eveneens bouwstenen aangeleerd. Hiermee kunnen de studenten zelf zinnetjes bouwen. Ook gebruikt de leermethodiek van flashcards zodat de studenten zelf hun vocabulaire Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te kunnen meten.
Populariteit
Veel mensen ze zijn tevreden over de uitleg van de structuren van het Frans en vinden de methode van Michel Thomas plezierig werken. Studenten die al wat verder zijn met de taal, vinden de cursussen wat minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De cursussen trainen uitspraak alsook luistervaardigheid uitspraak Frans op een efficiënte wijze en zijn heel toegankelijk. Een keerzijde is dat deze cursussen Frans niet voorzien in schrijfvaardigheid. Ook is er geen echte interactie doordat de Michel Thomas-methode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Het bedrijf maakt cursussen voor vreemde talen en publiceert deze en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat wel wat hooggegrepen voor een taalcursus (zoals Frans) is. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek Frans, audio-CD’s alsook een USB-stick. De lerende besteedt ruwweg twintig minuten per dag aan de cursus.
De lessen bestaan uit verschillende Franse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. Hiernaast staat de Franse vertaling, samen met grammaticale toelichting. Om de uitspraak van het Frans te oefenen, maakt Assimil gebruik van zinnen die zijn ingesproken door moedertaal (native) speakers en die de gebruikers daarna dienen te herhalen. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste les wordt nog geen taalproductie van de cursist verwacht; dit komt pas na ongeveer 50 lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij populair. De taalcursussen zijn relatief voordelig en er is een groot aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Het pluspunt van de Assimil-methode is dat de cursist Frans op zijn of haar eigen snelheid kan leren wanneer dit het beste past. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle computertaalcursussen, dat de lerende is aangewezen op zichzelf. Er is geen docent Frans beschikbaar om de student te begeleiden of te motiveren.
Ook is er een groot aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen: uTalk, Eurotolk Ultimate en online leermethoden zoals Babbel, Duolingo, Mondly en Quizlet.
Er is echter een betere manier: De Dagnall Methode.
Het alom bekende hoge rendement behaalt Dagnall door bepaalde elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar vooral doordat de focus altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of wellicht kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil hij of zij eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? Ons taleninstituut geeft cursussen Frans bij voorkeur face-to-face. Dagnall Talen werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en Franse zinnen. Indien gewenst, kan de app geladen worden met jargon van specifieke bedrijven of organisaties.
Tenslotte beschikken de trainers over veel eigen lesmateriaal en spelen ze voortdurend in op actuele thema’s en ontwikkelingen die voor de cursisten interessant zijn. Onze taaltrainers zijn zeer bedreven in het plezierig en vlot aanleren van een taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden snel in de praktijk toegepast kunnen worden.
Visueel, auditief of kinesthetisch? Door rekening te houden met de natuurlijke wijze van leren en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Talen het hoogste rendement bij haar taaltrainingen. Een bijkomend voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk door zowel onze cursisten als onze taaltrainers als een zeer prettige methode wordt ervaren. Onze door de jaren heen verder ontwikkelde en verfijnde werkwijze is niet alleen ons handelsmerk geworden, maar ze creëert ook de waarde van onze maatwerktrainingen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzameltermen voor (taal)training die online kan worden gevolgd, op afstand dus. Men noemt het wel een virtual classroom oftewel een ‘digitaal leslokaal’. Het zogenaamde blended learning is een vorm van training waarbij face-to-face-sessies (klassikaal) met online leren in een online leeromgeving gecombineerd worden. Eenvoudig gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in ’s Hertogenbosch.
Online Frans leren (e-learning Frans)
Voorbeelden van digitale platformen die voor online communiceren en leren gebruikt kunnen worden, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Frans in ’s Hertogenbosch
Blended learning heeft als voordeel ten opzichte van online leren dat, indien het niet om 1-op-1 les gaat, de cursisten bij blended learning afwisselend wel een zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren. Dat wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van andere cursisten.
100% maatwerk – ook online! Vanzelfsprekend biedt Taleninstituut Dagnall ook blended learning in ’s Hertogenbosch op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall beschikt over een digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Ons platform Dagnall.online biedt gevarieerde en interactieve content en het vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Naast het online leerplatform bieden wij eveneens een eigen App voor Android alsook Apple. Het grote voordeel van de Dagnall App is dat een cursist overal en altijd, dus 24/7, toegang heeft op elk (mobiel) apparaat. Zowel op het werk maar ook thuis of onderwege of op reis, bijvoorbeeld in het buitenland. Cursisten kunnen dus Frans leren wanneer en waar het uitkomt. De oefeningen in de App worden afgestemd op de behoefte van uw organisatie zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Zo kunnen wij bijvoorbeeld woordenlijsten, jargon, technische termen, specifieke productnamen en juridische termen in onze App integreren. De Dagnall App kan dus heel praktijkgericht worden ingezet en de App blijft ook na afloop van de training Frans in ’s Hertogenbosch beschikbaar. Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Frans
E-mailcorrespondentie, telefoongesprekken, vergaderingen of onderhandelingen met Franstalige zakenpartners of klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk zijn op het gebied van taal vaak een uitdaging. Mensen die diverse talen beheersen, zijn in veel bedrijven daarom vaak onmisbaar.
Online en blended taaltrainingen Frans op maat
Dagnall Taleninstituut leert u Frans communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Als u internationaal meertalig succesvol wilt zijn, leer uw Franstalige gesprekspartners dan te begrijpen en zorg ervoor dat u zelf ook wordt begrepen. Wilt u uw taalvaardigheid Frans verbeteren voor uw huidige of toekomstige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en eveneens beschikbaar als onlinecursussen & blended taalcursussen. Onlinecursussen en blended taalcursussen Frans zijn even effectief en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en daarnaast comfortabel.
Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kan overal worden gevolgd; op kantoor, thuis, op (zaken)reis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Voor zakelijke en technische taalcursussen online werkt Dagnall met onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Microsoft Teams of een ander onlineplatform naar voorkeur. Het platform Zoom wordt over het algemeen als het meest gebruiksvriendelijk gezien en biedt zowel variatie als interactie.
Virtuele Classroom voor een individuele of groepstraining Frans
Alleen het onderstaande is nodig voor cursussen in een virtuele classroom: - Een laptop, tablet of pc/iMac met een camera en een microfoon - Een internetverbinding - Een rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
De online en blended taalcursussen van Dagnall Taleninstituut kenmerken zich door:
Vakbekwaamheid van de taaltrainers Frans
Onze online alsook de blended (taal)cursussen worden door gekwalificeerde en toegewijde native (moedertaal) docenten gegeven
Onze taaldocenten hebben jarenlange ervaring in het geven van taalcursussen aan het bedrijfsleven en (semi-)overheidsorganisaties
De trainers van Dagnall Taleninstituut zijn HBO dan wel universitair geschoold en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuren – vlotte leervorderingen
Onze blended en online taalcursussen zijn betaalbare maatwerktrainingen en worden specifiek op uw wensen en behoeften afgestemd
De inhoud van de taalcursus wordt aan het leerplan aangepast om het leerproces structuur te geven
Een duidelijke structuur helpt uw taaldoelen Frans snel en zelfverzekerd te bereiken
De online (of blended) taalcursussen bestaan uit zowel livesessies als schriftelijke opdrachten. In de livesessies past u de woordenschat Frans en de structuren die u in de voorbereiding en de les zelf hebt geleerd, actief toe
Door de combinatie van zelfstudie en videosessies komen de bereikte resultaten van de blended- en onlinecursussen overeen met die van onze face-to-face cursussen
Lesreeksen kunnen eventueel worden opgenomen, zodat de cursisten thuis alles meerdere malen kunnen herhalen en geen dingen hoeft te missen
Onze trainers geven naast de taalcursus ook tips voor verdere mogelijkheden voor digitale zelfstudie
Vakbekwaamheid en een bepaalde structuur leiden tot een goede wisselwerking tussen de cursist en de taaltrainer en zijn van groot belang voor het slagen van een taaltraining Frans.
Profiteer nu ook van blended of online taalcursussen Frans gegeven door ons taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw cursus Frans in ’s-Hertogenbosch ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Na afloop van uw cursus Frans in ’s-Hertogenbosch ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Frans alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Frans. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde cursus Frans in ’s-Hertogenbosch
De taalniveaus van het Europees Referentiekader (ERK) gebruiken wij als leidraad. Zo bieden wij u als cursist een helder inzicht in uw aanwezige en opgedane talenkennis. De niveaus van het Europees Referentiekader zijn internationaal erkende taalniveaus.
Wij overhandigen na de cursus Frans in ’s Hertogenbosch het ‘Certificaat van Dagnall Talen’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese standaard om verschillende taalniveaus te definiëren. Het Europees Referentiekader is samengesteld tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa. Het Europees Referentiekader (ERK) typeert vijf vaardigheden met betrekking tot taal, zijnde: lezen, luisteren, spreken, schrijven en gesprekken voeren. De Engelstalige term en afkorting wordt eveneens vaak gehanteerd: CEFR; Common European Framework of References. Voor deze taalvaardigheden zijn in het ERK zes niveaus bepaald; van beginners tot nagenoeg moedertaalsprekers (near-natives). Deze zes niveaus van taalvaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Niveau A is van toepassing op beginners. Een cursist die niveau B Frans beheerst, bezit alle basiskennis in de Franse taal. Niveau C geldt voor gevorderden die Frans met groot gemak kunnen lezen, verstaan, schrijven en spreken. Niveau C is het niveau van (ver)gevorderde gebruikers. Het beheersen van de Franse taal lijkt sterk op dat van moedertaalsprekers.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Frans)
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Taleninstituut is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie stelt. De ISO 9001:2015 norm stelt eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn om de klanttevredenheid te verhogen. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wetgeving en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van de ISO 9001:2015 norm.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall is tevens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. De ISO 17100:2015 is de norm speciaal voor de vertaalbranche en bevat onder andere eisen voor mensen, projectmanagement, middelen, vertalers en proeflezers.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen bewijst dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers wordt gewerkt die over de benodigde kennis en ervaring beschikken. Daarnaast worden de vertalingen van Dagnall Talen (Frans) altijd ten minste twee maal proefgelezen door twee specialisten. De vertalingen worden aangeleverd binnen de deadline en volgens afspraak.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall Taleninstituut door Kiwa getoetst om te controleren of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Ons instituutinstituut is al vele jaren lid van de NRTO en draagt eveneens het NRTO-keurmerk. Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie voor betrouwbaarheid en kwaliteit staat. De afkorting NRTO staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsorganisaties en ruim 450 organisaties zijn lid van de NRTO. De missie van de NRTO is: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
De kwaliteit staat voor de NRTO centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de leden van de NRTO worden geleverd, zoals een cursus Frans in ’s-Hertogenbosch, wordt geborgd door een gedragscode, door verschillende convenanten alsook door het NRTO-keurmerk.
De gedragscode van de NRTO is gebaseerd op vijf beginselen, namelijk zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO is belangenbehartiger van van private opleidingsinstellingen in Nederland. De NRTO is gesprekspartner van ministeries, leden van de Tweede Kamer, sociale partners, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, maatschappelijke organisaties zoals de SER en de Stichting van de Arbeid en de media.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt ook samen met diverse andere organisaties, zoals de Alliantie Samen Werken voor Werk. Alle NRTO-leden zijn ondernemers.NRTO-leden werken resultaat- en klantgericht en kunnen zich snel aan veranderende omstandigheden aanpassen en leveren altijd maatwerk.Het aanbod aan bijvoorbeeld cursussen Frans in ’s-Hertogenbosch sluit aan bij de behoeften van de arbeidsmarkt.Continu innoveren is hiervoor essentieel.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is vertegenwoordigd in diverse commissies, besturen en adviesraden, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), het CRKBO, stichting EDU-DEX en Blik op Werk.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engels: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening inzake de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen in de EU. De AVG dient er hoofdzakelijk toe de privacy van EU-burgers te beschermen. Deze verordening schrijft voor dat personen op de hoogte dienen te zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die voor het beoogde doel nodig zijn, mogen worden verwerkt en bewaard.
De persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan noodzakelijk en de persoonsgegevens moeten te worden beschermd tegen toegang door onbevoegden, verlies en vernietiging. Dagnall voldoet vanzelfsprekend aan alle vereisten die door de Algemene verordening gegevensbescherming worden gesteld en verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht zeer beperkt. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Frans in ’s-Hertogenbosch zijn vrijgesteld van btw
Dagnall Taleninstituut is in het CRKBO-register ingeschreven. De naam CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dat betekent dat Dagnall Taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs. Inschrijving in het juiste CRKBO-register is voor de Belastingdienst een voorwaarde om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te mogen aanbieden. Door onze btw-vrijstelling kan ons insitituut lagere prijzen berekenen. Dit helpt in de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor taalcursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, maatschappen, de overheid en privépersonen worden gegeven.
CPION
Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Talen onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register is een register dat wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland. Het Lloyd’s Register in 1760 is opgericht en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen voor een cursus Frans in ’s-Hertogenbosch
Wilt u contact opnemen met ons taleninstituut voor een cursus Frans in ’s-Hertogenbosch? Vraagt u vrijblijvend naar de mogelijkheden. Om vrijblijvend meer informatie te ontvangen, stuurt u ons direct vrijblijvend een e-mail via cursus-frans-s-hertogenbosch@dagnall.nl of vult u ons online contactformulier in op de website.
U kunt vanzelfsprekend ook telefonisch contact opnemen met Dagnall Talen voor een cursus Frans in Spijkenisse via 010-2004112 (geen menu). Uiteraard kunt u ook ons gratis informatiepakket bestellen.
De beste route naar een cursus Frans in ‘s-Hertogenbosch!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
 Bij internationaal zakendoen dient u vaak rekening te houden met een tijdsverschil in het land waar u zaken mee doet, bijvoorbeeld Frankrijk. Mocht er een tijdverschil zijn tussen Nederland en Frankrijk, dan wordt dit weergegeven op de navolgende klokken.
De tijden synchroniseren, mits van toepassing, automatisch op zomertijd. (De tijden synchroniseren, mits van toepassing, automatisch op zomertijd.)
AMSTERDAM
PARIJS
De officiële landcode van Frankrijk in letters is FRA. De hoofdstad van Frankrijk; Parijs (in het Frans: ‘Paris’), ligt in het noorden van Frankrijk.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Frankrijk is +33. De officiële internetextensie van Frankrijk is .fr.
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Frankrijk ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kent u de regio’s (régions) van Frankrijk?
Weet u in welke Franse regio’s uw zakenrelaties zich bevinden?
Zo kent u de 13 Franse regio’s in een mum van tijd.
Controleer en/of verbeter uw kennis door met uw muis op de kaart van Frankrijk te gaan staan.
Door met uw muis de op de landkaart van Frankrijk te gaan staan, kun u de bestuurlijke indeling van Frankrijk zien.
De regio’s van Frankrijk worden nu na elkaar in beeld gebracht.
Eerst ziet u de Franse regio’s, daarna kunt de naam van deze regio lezen.
In een minuut hebt u een aardig beeld van de regionale verdeling van Frankrijk.
Frankrijk in Europa
Regio’s van Frankrijk
Acheter chat en poche Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris ’s Nachts zijn alle katjes grijs
De Fransen eten hun beroemde baguettes (stokbrood) niet als maaltijd, maar bij de hoofdmaaltijd. Een broodmaaltijd zoals wij dat in Nederland kennen, is in Frankrijk onbekend. Een typisch Frans ontbijt is een brioche; een zacht en zoet broodje of croissant, gedoopt in een kopje koffie. De Franse hoofdmaaltijd is de lunch, die uit diverse gangen bestaat. Er zijn zeer grote verschillen per streek, maar vers stokbrood is vaste prik. Normaliter begint men met een salade, gevolgd door een warm hoofdgerecht. Vlees, vis of gevogelte, verse groente en rijst of aardappelen. Aardappelen worden trouwens gezien als groente. De Fransen eten graag vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenlever of -maagjes, foie gras en pens (ganzen- of eendenleverpaté). Dit stokbrood gebruiken ze om bijvoorbeeld saus te deppen, maar ook om het bord schoon te vegen. Bij de maaltijd drinken ze natuurlijk een glas wijn, hoewel bij maaltijden ook veel water wordt gedronken. De kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin. De maaltijd wordt afgesloten met een lekker kaasje; fromage en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en een kopje koffie. Omdat de avondmaaltijd zelden vóór 20.00 uur wordt genuttigd, volgt rond 16.00 uur le goûter; iets zoetigs zoals een taartje met een kop thee of koffie. ’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood geserveerd. Voorafgaand aan de maaltijd begint men met een aperitief (een apéro) zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (een anijslikeur). Het avondeten lijkt op de lunch, maar dan minder uitgebreid. Vaak worden de restjes van de lunch gegeten. De Fransen eten vaker dan Nederlanders in een restaurant, helemaal ’s middags. De prijzen zijn relatief laag en veel werkgevers voorzien hun werknemers van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerd tarief een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees. Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI) La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Franse ambassade in Den Haag Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk. De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
Het brailleschrift, een schrift waarmee blinden kunnen lezen en schrijven, is vernoemd naar Louis Braille. Braille was zelf als jong kind blind geworden. In 1819 was er een speciaal ‘nachtschrift’ ontwikkeld in het Franse leger om ’s nachts boodschappen over te brengen aan het front. Dat gebeurde met een raster van twaalf punten, waarop in reliëf codes stonden die in het donker voelbaar waren. Louis Braille werd hierdoor op het idee gebracht iets dergelijks voor blinden te ontwikkelen en zo ontstond rond 1829 het brailleschrift.
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”). llons enfants de la Patrie, Le jour de gloire est arrivé ! Contre nous de la tyrannie L’étendard sanglant est levé, (bis) Entendez-vous dans les campagnes Mugir ces féroces soldats ? Ils viennent jusque dans vos bras Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens, Formez vos bataillons, Marchons, marchons ! Qu’un sang impur Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves, De traîtres, de rois conjurés ? Pour qui ces ignobles entraves, Ces fers dès longtemps préparés ? (bis) Français, pour nous, ah ! quel outrage Quels transports il doit exciter ! C’est nous qu’on ose méditer De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères Feraient la loi dans nos foyers ! Quoi ! Ces phalanges mercenaires Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis) Grand Dieu ! Par des mains enchaînées Nos fronts sous le joug se ploieraient De vils despotes deviendraient Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides L’opprobre de tous les partis, Tremblez ! vos projets parricides Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis) Tout est soldat pour vous combattre, S’ils tombent, nos jeunes héros, La terre en produit de nouveaux, Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes, Portez ou retenez vos coups ! Épargnez ces tristes victimes, À regret s’armant contre nous. (bis) Mais ces despotes sanguinaires, Mais ces complices de Bouillé, Tous ces tigres qui, sans pitié, Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie, Conduis, soutiens nos bras vengeurs Liberté, Liberté chérie, Combats avec tes défenseurs ! (bis) Sous nos drapeaux que la victoire Accoure à tes mâles accents, Que tes ennemis expirants Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants) Nous entrerons dans la carrière Quand nos aînés n’y seront plus, Nous y trouverons leur poussière Et la trace de leurs vertus (bis) Bien moins jaloux de leur survivre Que de partager leur cercueil, Nous aurons le sublime orgueil De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
ZAKENDOEN MET DUITSLAND
Acheter chat en poche Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris ’s Nachts zijn alle katjes grijs
De Fransen eten hun beroemde baguettes (stokbrood) niet als maaltijd, maar bij de hoofdmaaltijd. Een broodmaaltijd zoals wij dat in Nederland kennen, is in Frankrijk onbekend. Een typisch Frans ontbijt is een brioche; een zacht en zoet broodje of croissant, gedoopt in een kopje koffie. De Franse hoofdmaaltijd is de lunch, die uit diverse gangen bestaat. Er zijn zeer grote verschillen per streek, maar vers stokbrood is vaste prik. Normaliter begint men met een salade, gevolgd door een warm hoofdgerecht. Vlees, vis of gevogelte, verse groente en rijst of aardappelen. Aardappelen worden trouwens gezien als groente. De Fransen eten graag vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenlever of -maagjes, foie gras en pens (ganzen- of eendenleverpaté). Dit stokbrood gebruiken ze om bijvoorbeeld saus te deppen, maar ook om het bord schoon te vegen. Bij de maaltijd drinken ze natuurlijk een glas wijn, hoewel bij maaltijden ook veel water wordt gedronken. De kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin. De maaltijd wordt afgesloten met een lekker kaasje; fromage en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en een kopje koffie. Omdat de avondmaaltijd zelden vóór 20.00 uur wordt genuttigd, volgt rond 16.00 uur le goûter; iets zoetigs zoals een taartje met een kop thee of koffie. ’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood geserveerd. Voorafgaand aan de maaltijd begint men met een aperitief (een apéro) zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (een anijslikeur). Het avondeten lijkt op de lunch, maar dan minder uitgebreid. Vaak worden de restjes van de lunch gegeten. De Fransen eten vaker dan Nederlanders in een restaurant, helemaal ’s middags. De prijzen zijn relatief laag en veel werkgevers voorzien hun werknemers van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerd tarief een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees. Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI) La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Franse ambassade in Den Haag Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk. De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”). llons enfants de la Patrie, Le jour de gloire est arrivé ! Contre nous de la tyrannie L’étendard sanglant est levé, (bis) Entendez-vous dans les campagnes Mugir ces féroces soldats ? Ils viennent jusque dans vos bras Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens, Formez vos bataillons, Marchons, marchons ! Qu’un sang impur Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves, De traîtres, de rois conjurés ? Pour qui ces ignobles entraves, Ces fers dès longtemps préparés ? (bis) Français, pour nous, ah ! quel outrage Quels transports il doit exciter ! C’est nous qu’on ose méditer De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères Feraient la loi dans nos foyers ! Quoi ! Ces phalanges mercenaires Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis) Grand Dieu ! Par des mains enchaînées Nos fronts sous le joug se ploieraient De vils despotes deviendraient Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides L’opprobre de tous les partis, Tremblez ! vos projets parricides Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis) Tout est soldat pour vous combattre, S’ils tombent, nos jeunes héros, La terre en produit de nouveaux, Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes, Portez ou retenez vos coups ! Épargnez ces tristes victimes, À regret s’armant contre nous. (bis) Mais ces despotes sanguinaires, Mais ces complices de Bouillé, Tous ces tigres qui, sans pitié, Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie, Conduis, soutiens nos bras vengeurs Liberté, Liberté chérie, Combats avec tes défenseurs ! (bis) Sous nos drapeaux que la victoire Accoure à tes mâles accents, Que tes ennemis expirants Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants) Nous entrerons dans la carrière Quand nos aînés n’y seront plus, Nous y trouverons leur poussière Et la trace de leurs vertus (bis) Bien moins jaloux de leur survivre Que de partager leur cercueil, Nous aurons le sublime orgueil De les venger ou de les suivre.
Frankrijk heeft bij benadering 67 miljoen inwoners. Frankrijk is een constitutionele republiek met aan het hoofd een president. Zowel de president als de premier (eerste minister) legt verantwoording af aan het parlement. Daarmee kent Frankrijk een semipresidentieel systeem. Frankrijk ligt in West-Europa en heeft een totale oppervlakte van 551.500 vierkante kilometer. Frankrijk is de 6de grootste economie ter wereld. De grote en belangrijke Franse steden zijn Parijs (Frans: Paris); de hoofdstad van Frankrijk met ruim 2 miljoen inwoners, alsook Marseille, Lyon en Toulouse.
Frankrijk is onderverdeeld in achttien regio’s (régions), waarvan twaalf in het land Frankrijk zelf, Corsica en 5 overzeese regio’s. Deze 12 bestuurlijke regio’s in het land zijn: Auvergne-Rhône-Alpes, Bourgogne-Franche-Comté, Bretagne, Centre-Val de Loire, Grand Est, Hauts-de-France, Île-de-France, Normandië, Nouvelle-Aquitaine, Occitanie, Pays de la Loire en Provence-Alpes-Côte d’Azur. Frans-Guyana, Guadeloupe, Martinique, Mayotte en Réunion zijn de vijf overzeese departementen/regio’s van Frankrijk.
Vlag van Frankrijk
Wapen van Frankrijk
Oorsprong naam Frankrijk
De naam ‘Frankrijk’ staat voor het ‘Rijk van de Franken’; een Germaanse stam die Noord-Europa veroverde na de val van het Romeinse Rijk.
Kenmerkend voor Frankrijk
Wie aan Frankrijk denkt, denkt aan chansons, de Eiffeltoren, wijn, kaasjes, knoflook, stokbrood (inmiddels Unesco Werelderfgoed), champagne, de Tour de France en lavendelvelden waardoor een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor velen roept het land direct een vakantiegevoel op. Ook een typische Fransman herken je zo: hij draagt een baret en een wit overhemd of T-shirt met een Bretonse streep. En hij rijdt natuurlijk het liefst in een Franse auto! Van oudsher was de Citroën DS zeer populair, die liefkozend ‘de godin’ (La Déesse) wordt genoemd. In Nederland en Vlaanderen staat dit model wat simplistischer bekend als ‘snoek’ of ‘strijkijzer’.
Over de Franse keuken is uiteraard veel te zeggen. Kijk ook onder de knop ‘De Franse keuken’ op deze website. Hier vermelden we alleen de beroemde noga uit Montélimar (Drôme), gemaakt van amandelen en pistachenootjes met lavendelhoning. En de beroemde mosterd uit de mosterdstad Dijon, ook in de Nederlandse supermarkten verkrijgbaar, wat pittiger van smaak dan vele andere mosterdsoorten. En uiteraard al het lekkers uit de zee, zoals de Franse oesters uit de oesterparken in Normandië.
Cultuur en mode
Frankrijk telt ook zeker mee op het gebied van mode en cultuur. Parijs is sinds jaar en dag de stad van de mode. Van over de hele wereld komen mensen naar de haute couture modeshows. Yves Saint Laurent, Coco Chanel en Christian Dior zijn echte iconen. Sinds 2017 is er in Parijs een speciaal Musée Yves Saint Laurent.
Schilderkunst
In de schilderkunst zijn de Franse impressionisten beroemd over de hele wereld. Denk aan Claude Monet, Edward Degas, Paul Cézanne, maar ook Édouard Manet, Pierre-Auguste Renoir en Paul Gaugain. Het Musée d’Orsay in Parijs toont een prachtige collectie van onder andere deze schilders.
Muziek
Bekende Franse componisten zijn onder andere Hector Berlioz, Georges Bizet, Claude Debussy, Olivier Messian en Maurice. Dit is slechts een korte opsomming van de kunst en cultuur die Frankrijk voort heeft gebracht. Symbool van Frankrijk Het symbool voor Frankrijk en met name voor Parijs, is natuurlijk de bekende Eiffeltoren. Het monument werd ter gelegenheid van de Wereldtentoonstelling van 1889 gebouwd, precies honderd jaar na de Franse Revolutie. De Eiffeltoren is 324 meter hoog en was veertig jaar lang het hoogste gebouw ter wereld. Er zijn meerdere kopieën gemaakt van de Eiffeltoren, zoals in het stadje Slobozia in Roemenië, in Las Vegas (Paris Las Vegas Hotel), in Ohio (Kings Island), in Virginia (Kings Dominion), in Tokio (Tokyo Tower) en in Hangzhou (TianduCheng Eiffel Tower) en Shenzhen (Window of the World) in China. Elk jaar trekt de Eiffeltoren veel bezoekers en is een populair souvenir of sleutelhanger.
Minder bekend over Frankrijk
Een minder algemeen bekend feit over Frankrijk is dat er vier vrijheidsbeelden in Parijs staan. Eén staat op het kunstmatige eiland Île aux Cygnes in de Seine, één in het Musée d’Orsay, één in de kapel van het Musée des Arts et Métiers en één voor de ingang van dit museum en ook nog één in de Franse plaatsen Barentin, Bordeaux, Colmar en Saint-Cyr-sur-Mer.
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux. De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr. Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
Toeristenorganisatie van Frankrijk
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
Alles draait om eten in la douce France, zoals de Fransen hun land als koosnaam noemen. Het Franse ontbijt is bescheiden: een croissant en een kop koffie, die staand aan de bar gedronken wordt op weg naar het werk, net zoals Italianen dat doen. De lunch is uitgebreid en warm, veelal inclusief wijn. En water. Fransen drinken vrijwel altijd veel water bij de maaltijd. Het diner, ook warm, is wat later ’s avonds. Vers stokbrood wordt bij warme maaltijden gegeten. De zondagmiddag is in Frankrijk gereserveerd voor een uitgebreide lunch met de familie. De lunch kan de hele middag in beslag nemen, want de beste gesprekken worden vaak tijdens de maaltijd gevoerd.
Fransen houden ook erg van praten. In het zakelijke verkeer is het niet anders: wie zakendoet met Fransen, moet veel converseren en uitgebreid eten. Veel Franse bedrijven geven hun werknemers vouchers waarmee ze kunnen lunchen in een restaurant. Kinderen worden in Frankrijk streng opgevoed en doen gewoon mee met alle maaltijden. In Frankrijk eten kinderen hun menu met vier gangen zonder morren en drinken met water aangelengde wijn. Omdat het heel gebruikelijk is dat beide ouders werken, gaan Franse kinderen in de vakanties vaak naar een vakantiekolonie (colonie de vacances).
In Frankrijk hanteren cafés regelmatig verschillende prijzen voor hetzelfde drankje. Zit je buiten op het terras of aan een tafeltje, dan is de prijs hoger. Bestel je een café, dan krijg je een klein kopje zwarte koffie, ongeveer zoals een espresso. Café au lait daarentegen wordt geserveerd in een kopje zo groot als een soepkom. De Fransen kunnen er uren over doen! Fransen zijn charmeurs. Een echte Fransman zal altijd de deur openhouden voor een vrouw, al is het een oude, onbekende dame, of haar in haar jas helpen. Dit wordt als beleefd gezien en wordt erg gewaardeerd. Fransen tutoyeren niet snel. Het is heel normaal om collega’s of zelfs familieleden te ‘vousvoyeren’; met de vous-vorm (‘u’) aan te spreken, soms in combinatie met de voornaam. Als Fransen elkaar begroeten, geven ze elkaar twee vluchtige kussen; bises, op de wangen. Dit doen vrienden, collega’s, kennissen, alsook mensen die net aan elkaar zijn voorgesteld.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Taalkennis van het Frans houdt in niet alleen kennen (weten) maar bovendien aandacht voor kunnen (handelen). Met gerichte oefening zorgt Dagnall dat de verworven kennis beter kan worden toegepast.
Voor u het weet, hebt u uw eerste gesprek in het Frans gevoerd. Een unieke ervaring! Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
Frans is de meest gesproken Gallo-Romaanse taal. Het Gallo-Romaans is een vroege Romaanse taal die is afgeleid uit het Laatlatijn. De Gallo-Romaanse taal werd rond 300-900 n.Chr. in het toenmalige Gallië gesproken, wat naast het huidige Frankrijk ook België omvatte, het westen van Zwitserland alsmede delen van Nederland en Duitsland. Er waren veel verschillende Gallo-Romaanse streektalen; elke streek had een eigen variant.
In de noordelijke streken sprak men sinds de 13de eeuw langue d’oïl en de zuidelijke streken langue d’oc; de talen werden herkend aan de manier waarop men ‘ja’ zei (‘oïl’ of ‘oc’). Het moderne standaardfrans (Nieuwfrans) is in principe de gecultiveerde versie van het Francilien. Dit was de taal van de Île-de-France en de langue d’oïl.
Frans wordt door ongeveer 75 miljoen mensen als eerste taal gesproken. De Franse taal is de vierde taal van Europa en in veel landen in Afrika is het Frans de enige officiële taal. Frans wordt gesproken in onder andere Frankrijk en de Franse koloniën, België, Luxemburg, Zwitserland, grote delen van Afrika, Québec, Haïti, Oceanië, het Caribisch gebied en Zuidoost-Azië.
Frans als officiële taal
Frans is een officiële taal in Frankrijk, België, Monaco, Zwitserland, Luxemburg, het Verenigd Koninkrijk (Guernsey en Jersey) Canada en Italië (Vallée d’Aoste) alsook in Benin, Burkina Faso, Burundi, Centraal-Afrikaanse Republiek, de Comoren, Congo-Kinshasa, Congo-Brazzaville, Djibouti, Equatoriaal-Guinea, Gabon, Haïti, Ivoorkust, Kameroen, Madagaskar, Mauritanië, Mali, Niger, Rwanda, Senegal, de Seychellen, Togo, Tsjaad en Vanuatu. Ook in het zuiden van de Verenigde Staten wordt Frans gesproken; het zogenaamde Cajun-Frans. De Franse taal is een officiële taal van de Verenigde Naties en één van de drie werktalen en officiële talen van de Europese Unie. Voor een lange periode was de Franse taal de taal van de elite in Europa. In hoge kringen werd, tot in Rusland toe, Frans gesproken.
Het Frans heeft ten opzichte van het Nederlands een totaal andere manier van uitspreken. Eén van de kenmerkende verschillen is dat in de Franse taal de woorden aan elkaar worden geplakt, waardoor niet te horen is waar een woord stopt en het volgende woord begint. Dit verschijnsel heet liaison; ‘verbinding’. Het gebeurt voornamelijk bij woorden die op ‘s’ eindigen en gevolgd worden door een klinker of stomme ‘h’. Zo hoor je ‘lezzamie’ in plaats van les amis (de vrienden).
De uitspraak van het Frans
Een ander verschil is dat Fransen eindletters vaak niet uitspreken. Parle en parlent klinken hierdoor bijvoorbeeld hetzelfde. Daarnaast klinken bijna alle alle klinkers anders in de Franse taal. Doordat er veel Franse woorden in het Nederlands voorkomen, komt de uitspraak van de Franse taal ons bekend voor: toilet, bureau, portefeuille.
Ook Franse medeklinkers of -combinaties klinken bekend: garage, citroen, champignon, vanille en quarantaine.
Letters met accenten
Een aantal accenten komt niet voor in het Nederlands. De ç klinkt in het Frans als een ‘s’, terwijl de ‘c’ soms als een ‘k’ klinkt, afhankelijk van de letter die erna volgt. In de Franse taal kan de e voorkomen met drie accenten.
Accent grave
Als eerste met een zogenaamde accent grave: è. Bijvoorbeeld bij l’été (de zomer). De accent grave: è klinkt als de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘schep’.
Accent aigu
Als tweede met een zogenaamde accent aigu: é. Bijvoorbeeld bij l’élève (de leerling). De accent aigu: é klinkt als ‘ee’ in het Nederlandse woord ‘veel’.
Accent circonflexe
En als derde kan de letter e in het Frans ook nog met een zogenaamde accent circonflexe: ê voorkomen. Deze komt bijvoorbeeld voor in een woord dat dat in de Nederlandse taal ook voorkomt: crêpe (een dunne, kleine pannenkoek). De accent circonflexe: ê klinkt een beetje langer dan de letter ‘e’ in het Nederlandse woord ‘schep’. De Franse e zonder accent is klankloos, als de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘lachen’.
Franse neusklank
De neusklanken zijn een kenmerk van de Franse taal, zoals in un bon vin blanc. Al deze vier woorden worden nasaal uitgesproken.
UITSPRAAK
Frans alfabet fonetisch/IPA
A
ah
/a/
B
bee
/be/
C
see
/se/
D
dee
/de/
E
uh
/ə/
F
effe
/ɛf/
G
zjee
/ʒe/
H
assj
/ɑʃ/
I
ie
/i/
/jiː/
J
zjie
K
kah
/ka/
L
elle
/ɛlə/
M
emme
/ɛmə/
N
enne
/ɛnə/
O
oo
/o/
P
pee
/pe/
Q
kuu
/qy/
R
er
/ɛʀə/
S
ess
/ɛsə/
T
tee
/te/
U
uu
/y/
V
vee
/ve/
W
doeble vee
/dubləˈve/
X
ieks
/iks/
Y
ie grek
/iˈgrɛk/
Z
zedde
/zedə/
SPELLING
WOORD
A
Anatole
B
Berthe
C
Célestin
D
Désiré
E
Eugène
F
François
G
Gaston
H
Henri
I
Irma
J
Joseph
K
Kléber
L
Louis
M
Marcel
N
Nicolas
O
Oscar
P
Pierre
Q
quintal
R
Raoul
S
Suzanne
T
Thérèse
U
Ursule
V
Victor
W
William
X
Xavier
Y
Yvonne
Z
Zoé
Speciale tekens
@
arobase
#
dièse
NAAMVALLEN
Het Frans kent geen naamvallen zoals die bijvoorbeeld in het Duits worden gebruikt bij zelfstandige naamwoorden. Une maison blijft une maison, welke grammaticale functie in de zin het woord ook heeft. Toch gebruikt het Frans wel naamvallen, maar slechts voor voornaamwoorden. Dat zijn er vier: de nominatif, die het onderwerp van de zin aangeeft (il; bijvoorbeeld il arrive); de génitif die een bezitsvorm aanduidt (sa/son, bijvoorbeeld son chien);>),
de datif voor het meewerkend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (lui; bijvoorbeeld “Jean lui donne une pomme”) en de accusatif voor het lijdend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (le; bijvoorbeeld Marie le voit). Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Het Frans is een Romaanse taal, net als Italiaans, Spaans, Portugees en Roemeens. Het Frans is één van de werktalen van de EU, naast het Engels en Duits. Frans is één van de zes officiële talen van de VN, naast het Chinees, het Engels, het Russisch, het Spaans en het Arabisch.
Het verhaal gaat dat de term ‘15-0’ (fifteen-love) in het tennis afkomstig is van van het Franse woord l’œuf; ‘het ei’. Het getal nul heeft de vorm van een ei. Het zo Engels lijkende tennisspel zou van het Franse jeu de paume afstammen.
De Franse taal leren en de Franse cultuur begrijpen
Het Franse alfabet bestaat uit 26 letters, evenveel als in het Nederlands.
Afwijkende leestekens in het Frans
In het Frans worden in plaats van aanhalingstekens zogenaamde guillemets gebruikt. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes ». Ze worden ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd en worden gebruikt om citaten te openen en te sluiten.
De naam ‘guillemet’ is afkomstig van de Fransman Guillaume Le Bé (1525-1598). Hij was een lettermaker en hij was de bedenker van het teken. Na en vóór de guillemets komen in het Frans spaties. Andere leestekens worden in de Franse taal ook door een spatie voorafgegaan: « Venez ! », Elle criait :
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1
Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode
2
Lees Franstalige kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. Le Monde is een bekende (online) krant in het Frans en Mediapart een bekend online nieuwsportal
3
Luister naar Franstalige radio. FIP is de bekendste Franse publieke radiozender en NRJ de bekendste Franse commerciële radiozender
4
Luister en ontdek Franstalige muziek
5
Lees Franstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren
6
Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Franse taal
7
Luister naar podcasts van Franstaligen
8
Kijk Franstalige televisieprogramma’s en films. France tv is de bekendste publieke televisieomroep en TF1 de bekendste commerciële televisiezender in Frankrijk
9
Bekijk Franse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren
10
Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren
11
Voer Franse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk
12
Plak memoblaadjes op in huis
13
Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten
14
Bekijk Franse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren
15
Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen
16
Wees niet bang om foutjes te maken
17
Niet te veel denken, gewoon doen!
18
En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen!
In het Frans heten ze des mots de remplissage. Dit zijn stopwoorden of stoplappen. Ook de Franse taal zit er vol mee. Woordcombinaties of woordjes die worden gebruikt om even te pauzeren en toch de aandacht vast te kunnen houden. Fransen zeggen vaak aan het eind van een zin het stopwoord: hein? wat ongeveer klinkt als het woordje ‘hè’ in het Nederlands.
Sterker nog: het Nederlandse woordje ‘hè?’ komt vermoedelijk uit het Frans. Dit stopwoordje hein vraagt om instemming, ongeveer als: “Nietwaar?” Ook zeggen de Fransen vaak het woordje quoi? (wat?) aan het einde van een zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” In het midden van een zin hoor je in het Frans vaak tu vois (‘zie je’), “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
En natuurlijk euh. Andere stopwoorden of opvulwoorden zijn du coup (‘meteen’, ‘plotseling‘) en genre (‘soort’) en style (‘stijl’). Vooral jongeren in Frankrijk zeggen de laatste twee.
Franse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Franse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Franstalige media
Franse media bekijken, lezen en/of luisteren is heel effectief om uw kennis van het Frans te verrijken.
Zo neemt u automatisch de klank en het ritme van het Frans in u op.
Het nieuws (proberen) te lezen in het Frans, kan heel leuk en leerzaam zijn. Het voordeel is dat u vermoedelijk al op de hoogte bent van de actualiteit, waardoor u op op een snelle wijze veel Franse woordenschat bijleert.
Le Monde
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Mediapart.fr
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
Het radiostation FIP is het meest populaire publieke radiostation van Franstaligen. Klik op het linker beeldscherm hierboven met het logo en luister live naar dit Franse radiostation.
NRJ
NRJ is de meest populaire commerciële radiozender van Frankrijk. Klik op het computerscherm rechtsboven met het logo om direct live naar dit Franstalige commerciële radiostation te luisteren.
Klik op de afbeelding voor de website van France.tv
Uw favoriete televisieserie of -programma in het Frans horen of met Franse ondertiteling bekijken, is misschien eerst wat vreemd, maar al snel zult u ontdekken dat dit erg leerzaam en leuk is. De publieke televisieomroep van Frankrijk is France tv.
TF1
De omroep TF1 is de meest bekeken commerciële televisieomroep voor de Fransen. Deze Franse televisiestations kunnen middels kabel, internet, satelliet of via een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
U kunt de cursus Frans in ’s-Hertogenbosch op uw locatie volgen of in Rotterdam, bijvoorbeeld bij Coachhuis Rotterdam-Wijnhaven aan de Wijnhaven 36 in Rotterdam aan de bij Pand010 aan de Westblaak 33 in Rotterdam of bij Coachhuis Poortugaal aan de Hofhoek 9 in Poortugaal. Ons instituut verzorgt ook taalcursussen Frans in ’s-Hertogenbosch in bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Hertogenbosch-Vught aan de Bosscheweg 2 in Vught, in Best Western Plus City Centre Hotel Den Bosch aan de Kerkstraat 56, in Hotel Campanile ’s-Hertogenbosch aan de Goudsbloemvallei 21-25 en in Fletcher Hotel ’s-Hertogenbosch aan de Burgemeester Burgerslaan 50 in Rosmalen.
Vergaderen, bijvoorbeeld met uw internationale zakenrelatie, in ’s-Hertogenbosch kan bij de Brabanthallen, bij 1931 Congrescentrum ’s-Hertogenbosch, bij Maaspoort Sports & Events en bij de Orangerie.
In Den Bosch zijn in 2013 resten van een neanderthalerkamp ontdekt. Deze mensensoort leefde ongeveer 250.000 jaar geleden. Waren zij de eerste bewoners? Er zijn overblijfselen aangetroffen uit de IJzertijd (circa 500 v.Chr.) en bij Empel zijn de resten van een Romeinse tempel gevonden. Waarschijnlijk was toen al sprake van permanente bewoning. Tussen 1185 en 1196 ontstond in het jachtdomein van hertog
Hendrik I een handelsnederzetting. Dit was het begin van de stad ’s-Hertogenbosch. Voordat ’s-Hertogenbosch ontstond, lag een bos op die plek, dat als jachtgebied eigendom was van Godfried I van Brabant. Hij was de eerste hertog van Brabant. De naam des Hertogen bosch betekent derhalve ‘het bos van de hertog’.
’s-Hertogenbosch ligt in de streek Meierij van ’s-Hertogenbosch in de Brabantse Stedenrij in oostelijk Noord-Brabant. Plaatsen de omgeving van ’s-Hertogenbosch zijn Berlicum, Boxtel, Eerde, Elshout, Kaatsheuvel, Kerkdriel, Nuland, Oss, Rosmalen, Uden, Veghel, Waalwijk en Zaltbommel.
’s-Hertogenbosch ligt in de provincie Noord-Brabant. De gemeente ’s-Hertogenbosch heeft bijna 155.000 inwoners.
Een inwoner van ’s-Hertogenbosch is een ‘Bosschenaar’, maar Bosschenaren worden ook wel Bossche Bollen genoemd. Bekende Bosschenaren zijn Jheronimus Bosch (Jeroen Bosch), Jan Hommen (ING), Theo Nabuurs (Mental Theo), Marianne Vos en en Albert West.
Iets wat uit ’s-Hertogenbosch komt, noemt men ‘Bosch’ of ‘Bossche’, zoals de Bossche bollen (in Den Bosch sjekladebol genoemd). ’s-Hertogenbosch kreeg in het jaar 1184 stadsrechten.
’s-Hertogenbosch - internationaal & scholing
Provinciehoofdstad, kernen & stedenband
’s-Hertogenbosch is de provinciehoofdstad van Noord-Brabant. ’s-Hertogenbosch is de op drie na grootste gemeente van Noord-Brabant.
Kernen
De gemeente ’s-Hertogenbosch omvat eveneens Bokhoven, Empel, Engelen, Kruisstraat, Nuland, Rosmalen en Vinkel.
Hoger onderwijs
Er zijn diverse hogescholen gevestigd in ’s-Hertogenbosch, zoals Avans, Fontys alsook HAS Hogeschool. In ’s-Hertogenbosch zijn geen universiteiten gevestigd.
Denk je aan ’s-Hertogenbosch, dan denk je aan van de Sint-Janskathedraal, het middeleeuwse stadscentrum, het carnaval, de Brabanthallen, Jeroen Bosch, Zoete Lieve Gerritje en natuurlijk de Bossche bollen. ’s-Hertogenbosch fungeert als provinciehoofdstad, winkel- onderwijs en cultuurstad.
’s-Hertogenbosch - minder bekend
Den Bosch tijdens carnavalstijd Oeteldonk. Minder algemeen bekend is dat Den Bosch vroeger ‘Moerasdraak’ genoemd werd. Vanwege de vele moerassen was de stad door vijandelijke legers vrijwel niet in te nemen, met name in de tachtigjarige oorlog.
Dit dialect is sterk verwant aan het Maaslands. In Den Bosch en omgeving hoor je wè in plaats van ‘wat’ en dè waar ‘dat’ wordt bedoeld. De ‘o’ wordt als u uitgesproken (durrep in plaats van ‘dorp’) en de ‘ei/ij’ klinkt als è (een ‘ijsje’ wordt een èèske). Verkleinwoorden eindigen niet op -je maar op -ke (vrouwke in plaats van ‘vrouwtje’).
Het Oost-Brabants kent ook woorden uit het Duits, zoals rad voor ‘wiel’. Dé hék gerolen oftewel: “dat heb ik geruild”. Een ‘chocolaatje’ is een sjukklaatje en wat elders ‘Bossche bol’ heet, is in Den Bosch een sjekladebol. Hoe hiette gij van achtere? wordt gezegd in plaats van: “Wat is uw achternaam?” “Jij lijkt op je vader” betekent: Gij lekt op oewen ouwe.
“Den Bosch =ontmoeten”
’s-Hertogenbosch - zakelijk
De gemeente ’s-Hertogenbosch
Het netnummer van ’s-Hertogenbosch is 073. Het postcodegebied van ’s-Hertogenbosch is 5200 - 5237. Het adres van het gemeentehuis van ’s-Hertogenbosch is Wolvenhoek 1, 5211 HH in ’s-Hertogenbosch. De website van de gemeente ’s-Hertogenbosch is S-hertogenbosch.nl. Het telefoonnummer van de gemeente ’s-Hertogenbosch is 073 6155155.
Zakendoen in ’s-Hertogenbosch
Voor Bossche ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor ’s-Hertogenbosch aan Pettelaarpark 10, 5216 PD in ’s-Hertogenbosch. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor ’s-Hertogenbosch is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor ’s-Hertogenbosch is KVK-kantoor Den Bosch.
Nationaal en internationaal actieve bedrijven in ’s-Hertogenbosch vindt u op bedrijventerrein De Brand, Boschveld, De Herven, De Rietvelden, High Tech Park ’s-Hertogenbosch, Maaspoort, Kruisstraat, Pettelaarpark, Treurenburg of op bedrijventerrein Hintham-Noord/De Vliert. In ’s-Hertogenbosch bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: AmorA campers, Bburago Nederland, Bestron Nederland, Bobo’s Eyewear (Bollé, Cébé, Flexee, Prego, Serengeti), Brand Loyalty Group, Canon Nederland, Caterpillar Work Tools, Ctac, CWS Nederland, Dialog Semiconductor, Dobotex, Duravit Nederland, Enexis, Essent, Fruitfunk, Gabor, GEA Refrigeration Netherlands, Goedhart en Borgesius, Hager Group (Berker, Tehalit etc.), Humax, Kellogg’s Benelux (Albran, Coco Pops, Disney ontbijtgranen, Frosties, Kellogg’s Cornflakes, Pringles, Rice Crispies, Special K etc.), Kuijpers, Lödige, Michelin Nederland (BF Goodrich, Euromaster, Kleber, Michelin, Uniroyal), Moonen Yachts, MTD Benelux (Cub Cadet, MTD, Robomow, Wolf), Nedis, Omron,
Packard Bell Nederland, Pali Group, Panasonic Nederland, Possehl Electronics, PVO International, Ricoh, SAI Global - BWise, SAP Nederland, Segway Nederland, Technics Nederland, Van Lanschot Kempen, Welten, Würth Nederland, Distributiecentrum Belgica in Hedel, Bakker Goedhart in Hedel, Daelmans Group in Nieuwkuijk, De Gulden Krakeling in Nieuwkuijk, Banketbakkerij Merba in Oosterhout, De Kroes Groep in Oosterhout, Döhler Holland in Oosterhout, Holland Foodz in Oosterhout, Janus Vaten in Oosterhout, Jos Hofkens H.I.G. in Oosterhout, Heijmans in Rosmalen, Leicht keukens Nederland in Rosmalen, Libéma in Rosmalen, Van der Valk in Rosmalen, Rockford Fosgate in Rosmalen, Toekomst Schoonmaakbedrijven in Schijndel, Prochamp in Velddriel, Brabo-Pack in Waalwijk, Distributiecentrum Bol.com in Waalwijk, Mineralz in Waalwijk, Oerlemans Foods Nederland in Waalwijk, Ajilon Life Sciences in Zaltbommel en Van Osch Snacks in Zaltbommel. Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Is uw Franstalige zakenrelatie sportief ingesteld? Wellicht is het dan een leuk idee om samen naar een sportwedstrijd te gaan gaan of zelf te voetballen, te tennissen, te padellen of te squashen. Voetbal verbroedert. Misschien is het een leuk idee om met uw Franse zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Schiedamse voetbalclub SVV, C&FC Hermes-D.V.S., Excelsior ’20 of PPSC Schiedam meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in ’s-Hertogenbosch kunt u terecht bij Tennisvereniging De Schutskamp, bij TV Asmunt of bij TV De Hambaken. Golf, ontspanning & lunch Misschien hebt u zin om na de cursus Frans in ’s-Hertogenbosch of met uw Franstalige (zaken)relatie een balletje te slaan als ontspanning en/of gezellig een hapje te eten of iets te drinken? Dagnall Talen heeft voor u een golfbaan in ’s-Hertogenbosch ontdekt voor een compleet dagje/middagje uit. Om even een balletje te slaan of alleen wat eten of drinken, kunt u bij Golf Parc De Pettelaar in ’s-Hertogenbosch terecht. De adresgegevens van deze golfbaan zijn Meerendonkweg 2, 5216 TZ in ’s-Hertogenbosch. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 073-613 66 30. De website van de golfbaan is www.pettelaar-golf.nl. Om iets te drinken of een hapje te eten kunt u terecht bij de horecagelegenheid van het Parc. BurgGolf Golfclub de Haverleij is nog een golfbaan in de omgeving van ’s-Hertogenbosch.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder ziet u promotiefilmpjes van Frankrijk en van ’s-Hertogenbosch die eveneens op Youtube staan. U kunt direct op het rode logo van Youtube in het midden klikken om een filmpje te bekijken. Onder deze promotiefilmpjes staan de locaties van Frankrijk en ’s-Hertogenbosch op Google Maps. Klik linksboven om het kaartje groot weer te geven in een nieuw venster.
Door linksonder op het vierkantje in de afbeelding te klikken, worden de satellietbeelden van Frankrijk alsook van ’s-Hertogenbosch op Google Earth getoond. U kunt in- en uitzoomen op de kaartjes met de + en – knop rechtsonder. Wat kennis van de streek van waar uw Franse zakenpartner zich bevindt, kan tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen altijd van pas komen.
Promovideo Frankrijk
Promovideo ’s-Hertogenbosch
Google Maps Frankrijk
Google Maps ’s-Hertogenbosch
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Frankrijk
Hieronder kunt u het actuele nieuws uit Frankrijk en ’s-Hertogenbosch lezen van diverse nieuwsbronnen. Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands. Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans. Het derde blokje is nieuws uit ’s-Hertogenbosch (in het Nederlands). Dit nieuws wordt automatisch bijgewerkt. Wanneer u zakendoet of communiceert met Fransen, kan het prettig en handig zijn om op de hoogte te
zijn van wat er in Frankrijk speelt. Het is eveneens vrij leerzaam om het Franse nieuws in de Franse taal te lezen. U bent waarschijnlijk al enigszins geïnformeerd over het dagelijkse nieuws, dus begrijpend lezen gaat relatief gemakkelijk en het verrijkt de Franse woordenschat met (actuele) Franse woorden, termen en uitdrukkingen.
In ’s-Hertogenbosch biedt Dagnall Taleninstituut maatwerktrainingen in onder meer Nederlands, Engels, Frans, Duits, Spaans en Portugees aan. Hierboven staat een overzicht van de 23 andere talen die wij naast Frans standaard aanbieden in ’s-Hertogenbosch.
Uiteraard kunt u altijd contact met ons opnemen voor een cursus in een taal die hier niet staat vermeld.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Frans