Begin vandaag nog met uw reis naar taalbeheersing frans
Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en vormt een communicatiebasis die deuren voor u opent - vooral in de professionele wereld. Daarom hebben organisaties die in de taalopleiding en taalkennis van de werknemers investeren, ook een duidelijk voordeel en een voorsprong.
Dagnall Talen biedt u precies wat u zoekt: effectieve taaltrainingen Frans op het hoogste niveau voor zowel professionals als leidinggevenden in als in de buurt van Nijmegen.
Taaltraining Frans op maat, omdat uw organisatie welbespraakte medewerkers verdient.
Van zakelijk en medisch tot technisch - Dagnall is thuis in elke bedrijfstaal.
Iedere bedrijfstak kent een eigen taal en gebruikt eigen terminologie. Geef uw medewerkers duidelijke concurrentievoordelen en een zelfverzekerde uitstraling, door branchespecifieke taalkennis Frans van het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Frans in Nijmegen aan in een grote verscheidenheid aan gespecialiseerde vakgebieden.
Wij bieden onze taaltrainingen Frans op maat aan als individuele (1-op-1) lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en ook als doorlopende, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Iedereen kan bij Dagnall Talen Frans leren op precies de manier die voor hem of haar het meest geschikt is. Naast algemene taalcursussen Frans zijn organisaties vooral geïnteresseerd in werkgerelateerde cursussen zoals schrijfvaardigheid Frans of zakelijk Frans. De taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van de opdrachtgevers. Dagnall biedt de mogelijkheid om via gecertificeerde taaltrainers met zeer goede beoordelingen en recensies onbegrensd Frans te leren in Nijmegen. Met Dagnall Talen behaalt u doelgericht en snel de beoogde resultaten.
Onze filosofie is om Frans te leren met gemak en plezier en zonder schroom. Daarom gaat Dagnall Talen tot het uiterste om te zorgen dat u de Franse taal moeiteloos en zonder remmingen leert.
Frans leren moet leuk zijn en daarom werken wij met methodes die het leren voor cursisten prettiger en gemakkelijker maken.
Door onze methodes wekken we uw nieuwsgierigheid op en ondersteunen we uw bereidheid om te leren. Dagnall Talen brengt u in grote stappen naar het gewenste niveau met vijftien minuten dagelijks oefenen.
Dagnall Taleninstituut is de ideale partner voor iedereen die Frans wil leren in Nijmegen.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Een goede cursus Frans is niet alleen toegespitst op de vraag van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals een betere spreek- of schrijfvaardigheid.
Een goede taalcursus (Frans) is tevens afgestemd op de beste en meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een cursus Frans (in Nijmegen) die het beste bij hem of haar past.
Onze vakkundige taaldocenten Frans zijn zeer bedreven in het zo vlug en zo prettig mogelijk aanleren van de Franse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo plezierig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het alom bekende hoge rendement van Dagnall Talen realiseren wij met een combinatie van deze bewezen leermethode, samen met aandacht voor de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall Talen kunt u terecht voor cursussen die op maatwerktrainingen gebaseerd zijn.
Dagnall biedt groepscursussen van 3 tot 10 cursisten, duocursussen (met 2 cursisten), individuele cursussen (privéles), onlinecursussen, het Dagnall online leerplatform voor (Dagnall.online) blended learning alsook een de Dagnall App met jargon en woordenlijsten van de specifieke organisatie.
Onze taaldocenten geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij hebben gecreëerd en verzameld in de loop der jaren en zij spelen continue in op actuele ontwikkelingen en thema’s.
Een bijkomend voordeel is dat dit echte maatwerk als een zeer plezierige manier van werken wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze taaltrainers Frans in Nijmegen. Deze, door de jaren steeds verder verfijnde en ontwikkelde werkmethode is het zeer gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. De cursussen zijn dus niet alleen werkgericht en/of functiegericht, maar ook afgestemd op de leermethode die zeer geschikt is voor de cursist.
Ons taleninstituut cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de gehele organisatie kunt overlaten aan ons.
Deze individuele cursussen en groepstaalcursussen biedt Dagnall voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Wij maken voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen gebruik van moderne en gevarieerde leermethodieken om doelgericht te trainen en het leersucces te verzekeren.
Uiteraard kunnen deze individuele-, duo- en groepscursussen zowel op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Nijmegen gegeven worden.
Wij bieden individuele cursussen Frans voor het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren in Nijmegen en omgeving.
Individuele taalcursussen noemt men ook wel een privélessen of één-op- één-taalcursussen..
De individuele taalcursussen van Dagnall Talen zijn al vele jaren bekend voor de persoonlijke aandacht, het maatwerk en een zeer hoog rendement.
De individuele cursussen Frans van Dagnall Talen zijn maatwerkcursussen en de cursussen worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de leerstijl en de praktijksituatie.
De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Ons taleninstituut biedt groepscursussen Frans van 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (2 cursisten) aan bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren.
De groep wordt zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te verhogen en de lerenden maximaal te kunnen ondersteunen.
Onze groepscursussen zijn maatwerkcursussen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, het taalniveau, de leerstijl, de branche en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.
Het hoge rendement is het belangrijkste voordeel van een individuele taalcursus Frans doordat in korte tijd veel kennis geleerd wordt.
Er wordt sneller vooruitgang gemaakt omdat de cursus intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk.
Een ander belangrijk voordeel van individuele taalcursussen is flexibiliteit. De cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de deelnemer en de inhoud van de cursus kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de specifieke aandachtsgebieden van de deelnemer.
Doordat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden, is de leervordering optimaal.
Een individuele is eveneens taalcursus ideaal af te stemmen op de agenda van de cursist waardoor het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.
Het belangrijkste pluspunt van groepscursussen Frans is met name de interactie met de andere cursisten; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van rollenspellen en discussies.
Een ander groot pluspunt is de zogenaamde groepsdynamiek; het leren van elkaars foutjes en met de groep communiceren in de doeltaal. De cursisten kunnen de hierdoor geboden afwisseling als leuker ervaren.
Doordat meerdere medewerkers tegelijktijd getraind worden en de groep op vrijwel hetzelfde kennisniveau komt, zijn groepscursussen daarnaast efficiënt .
Ook zijn voor de deelnemers groepscursussen wat minder intensief (wat minder zwaar) dan individuele taalcursussen.
Rollenspellen en discussies kunnen bij een individuele cursus Frans alleen met de taaldocent worden gedaan en gevoerd.
Het geleerde kan niet worden geoefend in de groep omdat er geen interactie met andere cursisten is.
Ook is het niet mogelijk om van de foutjes van een ander te leren omdat er geen groepsdynamiek is.
De intensievere leerbenadering van individuele taalcursussen is voor de cursist ook behoorlijk intensief (zwaarder).
In een groepscursus wordt minder aandacht aan het individu gegevenwordt minder aandacht gegeven aan het individu en kunnen cursisten wat eerder zijn afgeleid. Het rendement ligt hierdoor wat lager. Door de groepen wat kleiner te houden (minigroepen), kan dit gedeeltelijk ondervangen worden.
Een groepscursus Frans kan ook minder goed op individuele leerstijlen van deelnemers worden afgestemd.
Dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursist kan worden afgestemd, is een ander minpunt van groepscursussen.
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
afgestemd op individuele leerstijl
inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
afgestemd op agenda cursist
geen interactie met andere cursisten
vrij intensief voor de cursist
geen groepsdynamiek
interactie met andere cursisten
groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
groep komt op hetzelfde kennisniveau
efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
minder intensief dan individuele cursus
iets minder aandacht voor individuele cursist
minder afgestemd op individuele leerstijlen
minder afgestemd op agenda cursisten
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Door de invloed van het leger stond de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je beschouwen als antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Het was nieuw dat de les geheel werd gegeven in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans). Spreken en luisteren (in het Frans) zijn de belangrijkste vaardigheden en (Franse) grammaticale structuur worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is foutloos Frans leren spreken en verstaan, wat begint bij een Franssprekende leren naspreken. Het middel hiervoor is herhaling; er wordt met driloefeningen gewerkt om Franse zinnen alsook structuren in te slijpen, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltrainer Frans kan een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen en daarna een nieuw Frans woord of meerdere nieuwe Franse woorden hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel gewerkt in zogeheten talenpractica, waar lerenden met een koptelefoon naar zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven Frans wordt pas aangeboden als het mondelinge Frans inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
De audiolinguale methode werd in Nederland pas geïntroduceerd rond het jaar 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al snel bezwaren tegen deze betekenisloze driloefeningen. Het kwam soms voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats daarvan maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij een taal (zoals Frans) leren niet om het uit het hoofd leren van de (Franse) grammaticaregels gaat, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Frans), die vóór de jaren zeventig voor de meeste taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten Frans. Direct van het begin wordt een juiste uitspraak Frans aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode waardoor deze een vlotte en efficiënte overdracht van kennis kan bieden. De audiolinguale methode kan ook bij grotere groepen worden toegepast.
Dit docentgestuurde aspect heeft tegelijkertijd een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng van de studenten verwacht, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid op de loer ligt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Frans om te zetten zijn.
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) op een zodanige manier wijze te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die worden herhaald na verloop van tijd. Deze Franse woorden en zinnen van de woordenlijst worden door de studenten hardop gelezen. Deze woorden en/of zinnen of zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar door de blootstelling gaat dit eigenlijk vanzelf. De woordenlijst wordt telkens bijgewerkt; Franse woorden die zijn geleerd, worden van de woordenlijst gehaald, Franse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten opgeslagen worden, iets dat door veel geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden wanneer deze kennis ook van betekenis en relevant is voor de lerende. De methode kan werken voor Franse woorden en zinnen die relevant en betekenisvol zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje kan deze GoldList Method functioneren. Met de hand schrijven functioneert beter dan typen of, zelfs behoorlijk zinloos: een fotootje maken, doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Het ontbreken van context is een minpunt van deze methode. Taal bestaat uit uiteraard veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven lijsten gemaakt dienen te worden.
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is in 1983 ontwikkeld door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op op een natuurlijke manier verwerven van een vreemde taal (zoals bijvoorbeeld Frans) gericht. Op de manier waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de leermethode het Frans aan te leren. Zo leert men onbewust ook de taalregels van het Frans. Alleen het Frans wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een stressvrije leeromgeving voor de studenten. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op expliciete Frans grammatica en de correctie van vormfouten.
Als de student wordt ondergedompeld in de Franse taal werkt de methode het meest effectief. Om te zorgen dat de lerende van de ervaringen kan genieten, moeten de activiteiten die in het Frans worden aangeboden, stimulerend zijn.
De Natural Method leermethode lijkt veel op de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen de leermethoden is dat bij de Directe Methode meer de nadruk op de praktijk wordt gelegd en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak bewezen dat onderdompeling een zeer effectieve methode kan zijn. De Natural Approach is een populaire wijze van lesgeven onder taaltrainers Frans, doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen voor lerenden. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De leermethode richt zich voornamelijk op het impliciet aanleren van de Franse grammatica. De studenten zouden weliswaar leren in het Frans te communiceren, maar blijven hangen in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Om op een natuurlijke manier een taal te leren, wordt als prettig ervaren. Studenten wordt de mogelijkheid geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Omdat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, blijft het geleerde langer onthouden.
Het nadeel kan zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er bijna geen druk op de taalproductie ligt. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een specifiek Frans examen voor.
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) ofwel ‘Structurele Aanpak’ is in de jaren 50 ontwikkeld door Charles Fries en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren die als doel heeft om studenten met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans) vertrouwd te maken. Volgens de SA levert het beheersen van deze structuren meer op dan het verwerven van het Frans. Bij de Structurele Aanpak gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van specifieke combinaties van Franse woorden en groepen woorden in de juiste woordvolgorde. Deze combinaties worden aan studenten aangeboden in betekenisvolle situaties middels dramatisering, visualisatie, gezichtsuitdrukking en handelingen. De structuren die in de praktijk het meest worden gebruikt, worden eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheden Frans (luisteren en spreken) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; daaruit volgen lezen en schrijven. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Frans (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 toegepast op grote schaal voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de lerenden het Frans op een nauwkeurige manier leren. Studenten krijgen inzicht in de grammatica van het Frans en leren eveneens in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet passend zijn voor de situatie. De methode van de Structural Approach gebruikt alledaagse taal. De Structural Approach heeft ook minpunten. De methodiek is tamelijk tijdrovend en zorgt niet direct voor succeservaringen. De inbreng van de studenten zelf is beperkt; het is weinig creatief.
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren zestig van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie het uiteindelijke streven is bij het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
De studenten leren het Frans in praktijk te brengen met gebruik van CLT-technieken door de interactie met de taaldocent Frans en met elkaar. Er wordt gebruikgemaakt van teksten, geschreven in het Frans of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werkomgeving. Het Frans wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten Frans dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in verschillende realistische situaties te oefenen. Franse grammatica leren studenten inductief, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent Frans echt een trainer, die de lerende leert in het Frans te communiceren.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, mede doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Door de verdere eenwording van Europa kwam meer vraag aan het leren van talen op een wijze die meteen toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel positieve kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; deze methode van leren is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren de studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. De methode is efficiënt. Voor de lerenden is het stimulerend, omdat zij gauw succeservaringen hebben. Er mogen foutjes worden gemaakt; de vaardigheid wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en de uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de taaltrainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Voor sommige studenten is deze manier van een vreemde taal leren ongebruikelijk of lastig, afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben. De methode Communicatief taalonderwijs traint de vaardigheden; hierbij gaat het vooral om de functie en minder om de vorm en CLT biedt als zodanig geen samenhangend geheel.
Bedacht door wie en wanneer
In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Meidinger ontwikkelde omstreeks het jaar 1783 een leermethode waarin de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd; de taal van wetenschap, cultuur en religie. Het onderwijs in het Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en was volledig gericht op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Frans). Deze aanpak werd beschouwd als wetenschappelijk en degelijk. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de student inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Frans. De taaldocent draagt kennis Frans over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw waren er ook tegengeluiden te horen. Desondanks heeft tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed op het talenonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De methode vormt een aardige mentale training voor diegenen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren. Deze methode biedt ook inzichten in de structuur van het Frans, door de nadruk die op de grammatica gelegd wordt.
Er zijn echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de geleerde taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling kan worden toegepast. Omdat het over het algemeen om literair taalgebruik gaat, staat de methode ver van het dagelijks gebruik van het Frans af, ook in de context die wordt aangeboden. Bij het werken in een groep biedt deze leermethode niet de mogelijkheid tot een eigen creatief proces of tot differentiatie bij de studenten. Lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engelse naam: language immersion) wordt wereldwijd gebruikt sinds de jaren 70, en dan met name op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in de provincie Brabant, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles onderwezen aan rijke dames uit Vught en omgeving.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, vanaf het eerste moment wordt omgeven door de te leren taal. De instructies worden gegeven in de doeltaal (Frans); in het begin langzaam en met veel herhalingen, later op een natuurlijkere manier. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Frans te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt de leeromgeving vaak in de stijl van het land van de Franse taal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Frankrijk zijn. De studenten oefenen het Frans spreken één-op-één of in kleine groepen. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk te reizen naar Frankrijk en daar bijvoorbeeld te verblijven in een gastgezin.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een zeer goede methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Frans kan uitstekend worden aangeleerd op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het belangrijkste voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, doordat de methode zo intensief is. De leermethode is een kwestie van ‘sink or swim’, de lerende moet echt gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Frans aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. Studenten ervaren dat als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een minpunt. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel weer wegzakt. Dat een dergelijke training Frans erg intensief is, kan een ander nadeel zijn. Niet elke student heeft de conditie om deze manier van leren vol te houden.
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De leermethode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al doet vermoeden, is De methode van Suggestopedia gebaseerd op de kracht van de suggestie. Volgens Lozanov is positieve suggestie een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen tussen lerenden en de docent (Frans) van essentieel belang. Dat de student zich veilig en ontspannen voelt, is de voorwaarde. Een leslokaal met een rijopstelling was niet geschikt om dit te bereiken. Lerenden namen tijdens de les plaats in comfortabele stoelen die waren geplaatst in een halve cirkel en er was altijd muziek in de les. De leermethodiek voorgestaan door Lozanov, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Bij deze teksten bestonden bestonden lijsten met woorden alsook opmerkingen over de (Franse) grammatica. Het voorlezen werd gedaan met veel expressie in stem en gebaren. Studenten werden zo gestimuleerd om te luisteren en de nieuwe (Franse) woorden konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. Er was veel tijd tijdens de lessen voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). In de les werden rollenspellen gespeeld en er bijvoorbeeld (Franse) streekgerechten werden gemaakt en geproefd.
Populariteit
De leermethode van Lozanov was omstreden en is niet zo bekend meer. Sommige elementen van de methode bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedia creëert een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student geen hinder heeft van frustratie of faalangst. Deze sfeer kan voor een immigrant bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de methode is dat de lerenden gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor sommige studenten een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Ook kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend werken in plaats van ontspannend en stimulerend. Een ander zwak punt is dat de relatie docent-lerende niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse docent en de lerende is steeds de ontvangende partij.
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) of CLL geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een vreemde taal te leren waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. Deze CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de trainer als een counselor fungeert die de zinnen van studenten parafraseert. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als de studenten de te leren taal (Frans) nog niet voldoende machtig zijn. De trainer (Frans) legt uit en vertaalt, waarna de studenten de uitingen van de trainer zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.
De CLL stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de studenten als middel om het Frans te leren. Een leerboek Frans wordt niet gebruikt; de lerenden bepalen zelf de lesstof middels zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van de methode is sterk afhankelijk van de kunde van de trainer-counselor. De taaldocent dient sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig onderlegd te zijn. Deze docent dient zowel het Frans als de moedertaal van de studenten zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. Community Language Learning kan goed functioneren wanneer deze op de juiste wijze wordt gebruikt. Voor grote klassen is Community Language Learning niet geschikt.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt studenten veel autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken vinden veel lerenden nuttig. Niet alleen tijdens de lessen Frans, maar eveneens buiten de lessen wordt de groep vaak zeer hecht. Door deze methode worden lerenden zich een stuk meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren als een team te werken. Het bespreken van hun fouten en het evalueren van de lessen Frans is heel leerzaam voor de studenten. Dergelijke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Een keerzijde van de methode van Community Language Learning kan zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Er wordt geen leerboek gebruikt en er worden eveneens geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de lessen is daardoor lastig meetbaar. Sommige studenten worden belemmerd in hun Frans spreken als zij worden opgenomen.
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren ontwikkeld door Michael Lewis in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo wordt geleerd hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans is in deze benadering belangrijker dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die regelmatig voorkomen in dialogen. Er is aandacht voor interactie maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor het zelf ontdekken van de Franse taal.
De rol van de docent Frans is voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.
Populariteit
Door de invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de afgelopen dertig jaar de leerboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht geschonken aan de woordenschat die in chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De drastische omwenteling in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, iets waarnaar Michael Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door met ‘chunks’ (brokjes taal) te werken; met ‘echte’ taal, leren lerenden op een heel natuurlijke wijze het Frans te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid toch altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is een minpunt van deze methode. Met het zelf leren herkennen van de patronen van het Frans hebben sommige lerenden moeite en zij hebben meer aan een trainer Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Franse leraar François Gouin in 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica vereisen. De studenten leren zinnetjes op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. De seriemethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het is een soort eentalige methode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden heel snel in de te leren taal (bijvoorbeeld het Frans) gaan denken.
Populariteit
Gouin’s principes over taal waren erg vooruitstrevend. Alhoewel het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd een succes. Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwde de methode echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
Gouin’s Series method ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Frans en zorgt voor een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer in de lessen.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit type taalonderwijs Frans enthousiasme op van de studenten. Het leren werd tastbaar; dit was iets dat geheel nieuw was. Het maakt studenten Frans nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve taalvaardigheid Frans van de lerende wordt met de methode goed gestimuleerd.
De leermethode heeft echter als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever is, wat moeilijk met beweging en expressie in één duidelijke ervaring kan worden gevangen. De bewerkelijkheid voor de docent, die een scala aan series voor moet bereiden, is een ander nadeel. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog meestal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheden toetsen.
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching; TBLT (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte erachter is dat het verwerven van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Frans) vereist. Om deze taken goed uit te voeren, dienen zij over woordenschat en taalregels te beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals het schrijven van een e-mail, met de klantenservice bellen, een boodschap doen, een drankje bestellen of een krant lezen. De taak wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij studenten zich eerst op de taak voorbereiden, daarna de taak uitvoeren en tot slot erop terugblikken. Om de taken uit te kunnen voeren, dienen studenten samen te werken. De taken moeten net boven het taalniveau Frans van de lerende liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Het taakgericht onderwijs is vanaf het begin van de jaren negentig erg populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij studenten (vooral studenten in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Frans) te gebruiken. Zolang de opdracht goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Studenten komen op een natuurlijke, dagelijkse wijze in aanraking met het Frans en leren op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om samen te werken. De lerenden ervaren taakgericht onderwijs als plezierig en motiverend.
Dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren, kan als nadeel genoemd worden.
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse linguïst en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’; de beweging uit het jaar 1995 van een groep van Deense filmmakers onder wie Deense filmregisseur Lars von Trier, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Voor het filmmaken, confirmeren de deelnemers zich aan tien strenge regels (dogma’s). Samen behelzen ze ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity). Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal belast is. Het doel van de Dogme-methode is het aangaan van echte inhoudelijke gesprekken die over praktische onderwerpen gaan. Hierbij gaat het om communicatie als drijvende kracht van het leren. Deze leermethode is daarom een communicatieve aanpak van het taalonderwijs, die taal wil onderwijzen zonder leerboeken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen trainer en studenten richt. Net zoals de Dogme-beweging in de film, kent het Dogme-taalonderwijs 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de parallellen met het taakgericht leren suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een voordeel voor docenten Frans. Dat lerenden voor hun eigen leerproces de verantwoording dragen, kan zeer motiverend zijn. Op deze manier is de les Frans niet voorspelbaar. Het zorgt voor spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Bij een taalles volgens de Dogme-methode is zo goed als alles bespreekbaar. Studenten blijven zo betrokken en alert.
Studenten kunnen zich echter wel wat ongemakkelijk voelen als ze zo weinig door de trainer bij de hand worden genomen. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle taaldocenten Frans in voldoende mate flexibel. Een keerzijde kan zijn dat lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Frans en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof tijdens de taallessen aan bod komt.
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in het jaar 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het leren van een nieuwe taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). GPA gebruikt daarom de benaming ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA-benadering vertoont overeenkomsten met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De leermethode kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Frankrijk voeren de activiteiten uit. Begrijpen gaat boven produceren. De nadruk ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze neemt ongeveer 100 uur in beslag. In fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase duurt ruwweg 150 uur en de deelnemer begint nu het Frans ook te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de Franse cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode van de methode beginnen de deelnemers zich op taalgebruik van moedertaalsprekers Frans te richten door middel van nieuws, televisie, films en literatuur. Het Frans dat voor het werk van de deelnemers is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei buiten de formele taalsessies Frans om.
Populariteit
Er is nog niet veel bekend over het succes omdat de leermethode van Thomson nog tamelijk nieuw is. Deelnemers zijn enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van de taalverwerving Frans. Deze zes fasen van de methode bieden een duidelijk tijdsschema alsook realistische doelen. De lerende verwerft niet alleen taalkennis Frans, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is veel tijd te investeren.
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht in de vroege jaren 2000 door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Frans) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het werkt een eenvoudige methode: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt dan wat hij of zij hoort. Het is niet van belang om de Franse tekst ook te begrijpen; in de eerste plaats gaat het om de klanken. Bij de methode wordt het luisteren en herhalen net zo vaak geoefend tot het soepel gaat en de lerende simultaan Frans kan spreken met de opname. Na enige tijd zullen de studenten een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben uitgesproken. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende tekst, zijn veel lesboeken geschikt voor deze techniek. De Franse audio-opname dient idealiter iets boven het niveau van de lerende te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. De aanbeveling van Argüelles is om te gaan lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te gaan zitten, omdat beweging de opname van de te leren taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Een bijkomende reden is dat de student minder snel afgeleid wordt als hij of zij beweegt, waardoor het werken aan het Frans een stuk effectiever wordt.
Shadowing heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale driloefeningen toegepast in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Ook het simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit is gebleken dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Het algemene begrip van het Frans wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het in een groep van studenten kan worden toegepast, waarbij iedere deelnemer individueel actief leert. Het rendement van de methode is hoog.
Het nadeel van deze techniek is dat de lerende het soms een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De teksten kiezen is dus heel belangrijk.
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een taalleermethode (voor bijvoorbeeld Frans) die op het principe is gebaseerd dat mensen leren door middel van handelingen en beweging. Al doende leert men, en wel op de manier zoals kinderen de moedertaal leren. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, in een later stadium gaan de kinderen verbaal reageren. De luistervaardigheden Frans vormen dus de basis, de spreekvaardigheden komen later.
De methode van TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van het Frans versneld toe. De docent geeft opdrachten op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerenden doen deze opdrachten na. Aanvankelijk wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Taken die bekend zijn worden uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
TPR® appelleert aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt met name toegepast binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken eveneens met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek van Total Physical Response zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in het leren van het Frans bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. In principe is de methode van TPR® geschikt voor elk type doelgroep, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en kan de methode eveneens in grotere klassen ingezet worden. Het Frans wordt direct in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen.
Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is de keerzijde van TPR®. Dit is de reden dat de methode tot op een zeker taalniveau werkt en daarnaast nog een andere methode (als aanvulling) nodig is. De methodiek is bovendien niet bijzonder creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Frans te uiten.
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er ontstond een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend zou moeten zijn. Overigens had die Reformbeweging niet alleen betrekking op het leren van een taal, maar eveneens op voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Omstreeks 1900, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, streefde men naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. In het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica eerder inductief werd geleerd, door middel van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten de studenten hieruit afleiden. Er kwamen meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak van de taal (zoals het Frans). Het werd gestimuleerd om de studenten veel in het Frans te laten spreken. Nieuw was ook dat de lessen in het Frans gegeven werden. Tijdens de lessen werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) woordenschat aangeleerd aan de hand van plaatjes en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd door de lerenden aangebracht voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deze vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloed van de crises en oorlogen, om in de jaren zestig weer in een andere vorm terug te keren.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Interlingua en Berlitz.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het belangrijkste voordeel. Luisteren en spreken komen uitgebreid aan bod, waardoor de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Frans ontwikkelen. Aan de Direct Methode kleven echter eveneens nadelen. Voor de schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen relatief minder. Deze leermethode biedt voor de meer gevorderde student Frans te weinig uitdaging. Doordat deze leermethode uitgaat van een daadkrachtige inzet door de studenten is de leermethode eveneens niet heel geschikt voor de langzaam lerende studenten.
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In januari 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca gaat uit van hetzelfde principe als waar de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’) voor staat: de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een vreemde taal (zoals Frans) dient veilig en gemakkelijk te zijn. Daarom wil Manesca niet met abstracte lijstjes of regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De methode is op het werken met een groep studenten en een trainer Frans gebaseerd, die steeds één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en deze beweging worden vervolgens door de studenten na elkaar herhaald. Deze herhalingen helpen de lerenden de Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en weer variaties op de Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is opgepakt en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van de ideeën van Jean Manesca zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het vreemdetalenonderwijs van vandaag.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai wordt om dezelfde Franse woordjes en zinnen steeds te herhalen, kan een minpunt zijn.
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de student en diens actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de taaldocenten Frans om de aandacht van de studenten te trekken, reacties los te krijgen en ze aan te moedigen om fouten te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak (Frans) besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het essentieel om taalonderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Caleb Gattegno ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno verklaarde dat taaldocenten niet zozeer naar kennisoverdracht dienen te streven, maar het bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
Gekleurde blokjes (zogenaamde cuisenaire-staven) die kunnen worden gebruikt voor allerlei dingen, zijn één van de hulpmiddelen (zogenaamde cuisenaire-staven) die The Silent Way gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Alhoewel The Silent Way in de oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt toegepast, zijn Gattegno’s ideeën voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak van betekenis geweest.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de methodiek van Caleb Gattegno is dat zijn leermethode niet-bedreigend is voor de student, die immers als autonoom wordt gezien. De taaltrainer Frans is in feite dienstbaar aan de lerende, niet omgekeerd. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van het Frans op een natuurlijke manier. Door studenten uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken, wordt het geleerde over het algemeen goed verwerkt en onthouden. De lerende ‘mag’ foutjes maken, wat helpt bij het leren.
Het feit dat een aantal studenten wat intensievere begeleiding nodig heeft dan de methode voorstaat, kan een nadeel van de methode zijn. Door de afwezigheid van inbreng van de taaltrainer Frans zouden de lerenden gefrustreerd kunnen raken. Werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er vrij gauw af is, waardoor het effect verdwijnt.
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke methode van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen de moedertaal leren. De studenten worden blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input om dit te bereiken. De taaltrainer Frans vertelt een verhaal, waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Omdat de verhalen van de taaltrainer vrij gemakkelijk te begrijpen zijn, ontspannen de studenten zich. Zo worden woorden en structuren van het Frans vrijwel vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen van de studenten. De docent wijst de lerende op grammaticale verschijnselen in het Frans, zonder dat studenten regels van het Frans uit het hoofd leren.
De lerende zal na een poosje ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant is om samen met een groepje lerenden een verhaal op te bouwen. Hierbij schrijft de trainer Frans eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de Franse vertalingen erbij en vervolgens een verhaal te maken met de studenten. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Frans, doordat dit voor input zorgt. Schrijven in het Frans volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de taaldocent moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier om Frans te leren en het geleerde wordt grondig verworven. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. TPRS is plezierig voor de student en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor de lerenden werkt het zeer motiverend om zelf verhalen te maken.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de taaldocent vraagt.
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-leermethodiek is vernoemd naar de zogenaamde de Steen van Rosetta, een steen die werd gevonden in Egypte met tweetalige teksten, door middel waarvan de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen verkoopt. De eerste versie van deze methode is in het jaar 1996 uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren met behulp van een computer. Deze taalcursussen zijn beschikbaar in meer dan dertig verschillende talen en ze zijn te volgen vanuit al deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier nabootst waarop kinderen hun moedertaal leren. Dit wil zeggen ‘leren door onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te spreken. Rosetta Stone gebruikt hiervoor foto’s alsook stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Frans) om de betekenis van nieuwe (Franse) woorden over te brengen. Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma dat de Franse uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. De lerenden kunnen zo hun uitspraak van de nieuwe taal met de uitspraak van native speakers (moedertaalsprekers Frans) vergelijken. De uitspraak kan worden verbeterd door de voorbeeldstem langzamer te laten spreken en de studenten vervolgens veel na te laten spreken.
Voor de schrijfvaardigheid Frans biedt de methode dictee-oefeningen. De software controleert de Franse spelling en de grammatica en wijst op eventuele fouten, waarbij optie is om deze fouten van de student te verbeteren.
Het programma biedt ook leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
De Rosetta Stone-methode wordt wereldwijd veelvuldig ingezet en niet door de minsten. Onder andere het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. De methode van Rosetta Stone wordt in ons land toegepast door enkele ministeries en diverse hogescholen en universiteiten, alsook door sommige internationaal opererende bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is zeer eenvoudig om te gebruiken en kan door de student ingezet worden op elk moment. Welke onderdelen van de leermethode meer of minder aandacht nodig hebben, kan de lerende zelf bepalen. Veel studenten ervaren het als prettig om de Rosetta Stone-methode te gebruiken. Bij een gebrek aan taaldocenten kan de methode van Rosetta Stone voor scholen een oplossing bieden. Een keerzijde is dat er geen docent is om de lerenden te motiveren of iets extra’s te bieden.
Bedacht door wie en wanneer
De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Dr. Paul M. Pimsleur; een Amerikaans taalkundige. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur in 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een computerprogramma om nieuwe talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialoog in de doeltaal die door studenten worden nagesproken en weer herhaald. De Franse voorbeeldzinnetjes zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursussen zijn op herhaling, anticipatie, woordenschat en herhaling gebaseerd. De lessen van de cursus bieden een audio-opname van een half uur die nieuwe vocabulaire en structuren bevat. De grammaticale structuren van het Frans worden niet apart uitgelegd maar door middel van uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes aangeboden.
Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin informatie van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval verwerkt.
Populariteit
De Pimsleur taalcursussen worden onder meer in de Verenigde Staten gevolgd en de ervaringen met de methode variëren. Over de aangeleerde uitspraak zijn de gebruikers over het algemeen tevreden.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode werkt heel goed om de uitspraak te verbeteren doordat de insprekers van de zinnen moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke manier Frans spreken op een normaal tempo.
Een minpunt van de leermethode van Pimsleur is dat er niets wordt uitgelegd. De studenten leren geen bouwstenen om zelf Franse zinnen te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die uit het hoofd geleerd worden.
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn leermethode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden zoals Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij stressvrij is, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Hij begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De taalcursussen zijn audiolessen (Frans), ingesproken door twee stemacteurs; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de acteurs gesteld wordt, is het de bedoeling dat de lerenden op pauze drukken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. De les wordt in delen opgebouwd en Franse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Franse lesstof die al bekend is. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden tussen het Engels en het Frans gewezen, als deze verbanden er zijn. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Eerst wordt makkelijke stof aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat door de student Frans is begrepen en geleerd. Behalve Franse woorden en zinnetjes worden eveneens bouwstenen aangeleerd. Hiermee kan de gebruiker zelf zinnetjes bouwen. Ook gebruikt de leermethodiek van flashcards zodat studenten zelf hun vocabulaire Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel studenten vinden de cursus fijn om mee te werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Frans. Studenten die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de cursussen wat minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De cursussen trainen uitspraak en luistervaardigheid Frans op efficiënte manier en de cursussen zijn heel toegankelijk. Dat de cursus Frans niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een minpunt. Een daadwerkelijke interactie is er ook niet, omdat het audiocursussen zijn.
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, opgericht door schrijver en polyglot Alphonse Chérel in 1929. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert taalcursussen en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat wel wat hooggegrepen voor een taalcursus (zoals Frans) is. De Assimil-cursussen zijn zelfstudielessen die uit een leerboek Frans en audio-CD’s alsook een USB-stick bestaan. De cursist besteedt ongeveer twintig minuten per dag aan de taalcursus.
De lessen bestaan uit verschillende Franse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. Hihiernaast staat de Franse vertaling, met de grammaticale uitleg. Om de uitspraak van het Frans te oefenen, maakt de methode gebruik van zinnetjes die zijn ingesproken door native speakers en die de cursist daarna dient te herhalen. De opbouw is van receptief naar productief: in de eerste les wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ruwweg vijftig taallessen.
Populariteit
De cursussen van Assimil zijn gewaardeerd. De taalcursussen zijn niet zo duur en het aanbod aan talen is groot.
Voor- en nadelen van Assimil
Het pluspunt van de methode van Assimil is dat de lerenden in hun eigen tempo kunnen leren op het moment dat dit het beste uitkomt. Het nadeel hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de student is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen docent Frans beschikbaar om de lerende te begeleiden of te motiveren.
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Door de invloed van het leger stond de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je beschouwen als antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Het was nieuw dat de les geheel werd gegeven in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans). Spreken en luisteren (in het Frans) zijn de belangrijkste vaardigheden en (Franse) grammaticale structuur worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is foutloos Frans leren spreken en verstaan, wat begint bij een Franssprekende leren naspreken. Het middel hiervoor is herhaling; er wordt met driloefeningen gewerkt om Franse zinnen alsook structuren in te slijpen, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltrainer Frans kan een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen en daarna een nieuw Frans woord of meerdere nieuwe Franse woorden hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel gewerkt in zogeheten talenpractica, waar lerenden met een koptelefoon naar zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven Frans wordt pas aangeboden als het mondelinge Frans inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
De audiolinguale methode werd in Nederland pas geïntroduceerd rond het jaar 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al snel bezwaren tegen deze betekenisloze driloefeningen. Het kwam soms voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats daarvan maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij een taal (zoals Frans) leren niet om het uit het hoofd leren van de (Franse) grammaticaregels gaat, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Frans), die vóór de jaren zeventig voor de meeste taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten Frans. Direct van het begin wordt een juiste uitspraak Frans aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode waardoor deze een vlotte en efficiënte overdracht van kennis kan bieden. De audiolinguale methode kan ook bij grotere groepen worden toegepast.
Dit docentgestuurde aspect heeft tegelijkertijd een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng van de studenten verwacht, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid op de loer ligt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Frans om te zetten zijn.
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) op een zodanige manier wijze te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die worden herhaald na verloop van tijd. Deze Franse woorden en zinnen van de woordenlijst worden door de studenten hardop gelezen. Deze woorden en/of zinnen of zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar door de blootstelling gaat dit eigenlijk vanzelf. De woordenlijst wordt telkens bijgewerkt; Franse woorden die zijn geleerd, worden van de woordenlijst gehaald, Franse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten opgeslagen worden, iets dat door veel geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden wanneer deze kennis ook van betekenis en relevant is voor de lerende. De methode kan werken voor Franse woorden en zinnen die relevant en betekenisvol zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje kan deze GoldList Method functioneren. Met de hand schrijven functioneert beter dan typen of, zelfs behoorlijk zinloos: een fotootje maken, doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Het ontbreken van context is een minpunt van deze methode. Taal bestaat uit uiteraard veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven lijsten gemaakt dienen te worden.
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is in 1983 ontwikkeld door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op op een natuurlijke manier verwerven van een vreemde taal (zoals bijvoorbeeld Frans) gericht. Op de manier waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de leermethode het Frans aan te leren. Zo leert men onbewust ook de taalregels van het Frans. Alleen het Frans wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een stressvrije leeromgeving voor de studenten. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op expliciete Frans grammatica en de correctie van vormfouten.
Als de student wordt ondergedompeld in de Franse taal werkt de methode het meest effectief. Om te zorgen dat de lerende van de ervaringen kan genieten, moeten de activiteiten die in het Frans worden aangeboden, stimulerend zijn.
De Natural Method leermethode lijkt veel op de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen de leermethoden is dat bij de Directe Methode meer de nadruk op de praktijk wordt gelegd en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak bewezen dat onderdompeling een zeer effectieve methode kan zijn. De Natural Approach is een populaire wijze van lesgeven onder taaltrainers Frans, doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen voor lerenden. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De leermethode richt zich voornamelijk op het impliciet aanleren van de Franse grammatica. De studenten zouden weliswaar leren in het Frans te communiceren, maar blijven hangen in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Om op een natuurlijke manier een taal te leren, wordt als prettig ervaren. Studenten wordt de mogelijkheid geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Omdat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, blijft het geleerde langer onthouden.
Het nadeel kan zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er bijna geen druk op de taalproductie ligt. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een specifiek Frans examen voor.
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) ofwel ‘Structurele Aanpak’ is in de jaren 50 ontwikkeld door Charles Fries en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren die als doel heeft om studenten met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans) vertrouwd te maken. Volgens de SA levert het beheersen van deze structuren meer op dan het verwerven van het Frans. Bij de Structurele Aanpak gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van specifieke combinaties van Franse woorden en groepen woorden in de juiste woordvolgorde. Deze combinaties worden aan studenten aangeboden in betekenisvolle situaties middels dramatisering, visualisatie, gezichtsuitdrukking en handelingen. De structuren die in de praktijk het meest worden gebruikt, worden eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheden Frans (luisteren en spreken) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; daaruit volgen lezen en schrijven. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Frans (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 toegepast op grote schaal voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de lerenden het Frans op een nauwkeurige manier leren. Studenten krijgen inzicht in de grammatica van het Frans en leren eveneens in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet passend zijn voor de situatie. De methode van de Structural Approach gebruikt alledaagse taal. De Structural Approach heeft ook minpunten. De methodiek is tamelijk tijdrovend en zorgt niet direct voor succeservaringen. De inbreng van de studenten zelf is beperkt; het is weinig creatief.
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren zestig van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie het uiteindelijke streven is bij het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
De studenten leren het Frans in praktijk te brengen met gebruik van CLT-technieken door de interactie met de taaldocent Frans en met elkaar. Er wordt gebruikgemaakt van teksten, geschreven in het Frans of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werkomgeving. Het Frans wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten Frans dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in verschillende realistische situaties te oefenen. Franse grammatica leren studenten inductief, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent Frans echt een trainer, die de lerende leert in het Frans te communiceren.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, mede doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Door de verdere eenwording van Europa kwam meer vraag aan het leren van talen op een wijze die meteen toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel positieve kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; deze methode van leren is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren de studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. De methode is efficiënt. Voor de lerenden is het stimulerend, omdat zij gauw succeservaringen hebben. Er mogen foutjes worden gemaakt; de vaardigheid wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en de uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de taaltrainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Voor sommige studenten is deze manier van een vreemde taal leren ongebruikelijk of lastig, afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben. De methode Communicatief taalonderwijs traint de vaardigheden; hierbij gaat het vooral om de functie en minder om de vorm en CLT biedt als zodanig geen samenhangend geheel.
Bedacht door wie en wanneer
In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Meidinger ontwikkelde omstreeks het jaar 1783 een leermethode waarin de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd; de taal van wetenschap, cultuur en religie. Het onderwijs in het Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en was volledig gericht op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Frans). Deze aanpak werd beschouwd als wetenschappelijk en degelijk. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de student inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Frans. De taaldocent draagt kennis Frans over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw waren er ook tegengeluiden te horen. Desondanks heeft tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed op het talenonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De methode vormt een aardige mentale training voor diegenen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren. Deze methode biedt ook inzichten in de structuur van het Frans, door de nadruk die op de grammatica gelegd wordt.
Er zijn echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de geleerde taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling kan worden toegepast. Omdat het over het algemeen om literair taalgebruik gaat, staat de methode ver van het dagelijks gebruik van het Frans af, ook in de context die wordt aangeboden. Bij het werken in een groep biedt deze leermethode niet de mogelijkheid tot een eigen creatief proces of tot differentiatie bij de studenten. Lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engelse naam: language immersion) wordt wereldwijd gebruikt sinds de jaren 70, en dan met name op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in de provincie Brabant, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles onderwezen aan rijke dames uit Vught en omgeving.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, vanaf het eerste moment wordt omgeven door de te leren taal. De instructies worden gegeven in de doeltaal (Frans); in het begin langzaam en met veel herhalingen, later op een natuurlijkere manier. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Frans te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt de leeromgeving vaak in de stijl van het land van de Franse taal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Frankrijk zijn. De studenten oefenen het Frans spreken één-op-één of in kleine groepen. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk te reizen naar Frankrijk en daar bijvoorbeeld te verblijven in een gastgezin.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een zeer goede methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Frans kan uitstekend worden aangeleerd op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het belangrijkste voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, doordat de methode zo intensief is. De leermethode is een kwestie van ‘sink or swim’, de lerende moet echt gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Frans aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. Studenten ervaren dat als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een minpunt. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel weer wegzakt. Dat een dergelijke training Frans erg intensief is, kan een ander nadeel zijn. Niet elke student heeft de conditie om deze manier van leren vol te houden.
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De leermethode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al doet vermoeden, is De methode van Suggestopedia gebaseerd op de kracht van de suggestie. Volgens Lozanov is positieve suggestie een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen tussen lerenden en de docent (Frans) van essentieel belang. Dat de student zich veilig en ontspannen voelt, is de voorwaarde. Een leslokaal met een rijopstelling was niet geschikt om dit te bereiken. Lerenden namen tijdens de les plaats in comfortabele stoelen die waren geplaatst in een halve cirkel en er was altijd muziek in de les. De leermethodiek voorgestaan door Lozanov, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Bij deze teksten bestonden bestonden lijsten met woorden alsook opmerkingen over de (Franse) grammatica. Het voorlezen werd gedaan met veel expressie in stem en gebaren. Studenten werden zo gestimuleerd om te luisteren en de nieuwe (Franse) woorden konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. Er was veel tijd tijdens de lessen voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). In de les werden rollenspellen gespeeld en er bijvoorbeeld (Franse) streekgerechten werden gemaakt en geproefd.
Populariteit
De leermethode van Lozanov was omstreden en is niet zo bekend meer. Sommige elementen van de methode bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedia creëert een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student geen hinder heeft van frustratie of faalangst. Deze sfeer kan voor een immigrant bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de methode is dat de lerenden gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor sommige studenten een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Ook kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend werken in plaats van ontspannend en stimulerend. Een ander zwak punt is dat de relatie docent-lerende niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse docent en de lerende is steeds de ontvangende partij.
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) of CLL geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een vreemde taal te leren waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. Deze CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de trainer als een counselor fungeert die de zinnen van studenten parafraseert. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als de studenten de te leren taal (Frans) nog niet voldoende machtig zijn. De trainer (Frans) legt uit en vertaalt, waarna de studenten de uitingen van de trainer zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.
De CLL stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de studenten als middel om het Frans te leren. Een leerboek Frans wordt niet gebruikt; de lerenden bepalen zelf de lesstof middels zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van de methode is sterk afhankelijk van de kunde van de trainer-counselor. De taaldocent dient sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig onderlegd te zijn. Deze docent dient zowel het Frans als de moedertaal van de studenten zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. Community Language Learning kan goed functioneren wanneer deze op de juiste wijze wordt gebruikt. Voor grote klassen is Community Language Learning niet geschikt.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt studenten veel autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken vinden veel lerenden nuttig. Niet alleen tijdens de lessen Frans, maar eveneens buiten de lessen wordt de groep vaak zeer hecht. Door deze methode worden lerenden zich een stuk meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren als een team te werken. Het bespreken van hun fouten en het evalueren van de lessen Frans is heel leerzaam voor de studenten. Dergelijke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Een keerzijde van de methode van Community Language Learning kan zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Er wordt geen leerboek gebruikt en er worden eveneens geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de lessen is daardoor lastig meetbaar. Sommige studenten worden belemmerd in hun Frans spreken als zij worden opgenomen.
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren ontwikkeld door Michael Lewis in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo wordt geleerd hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans is in deze benadering belangrijker dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die regelmatig voorkomen in dialogen. Er is aandacht voor interactie maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor het zelf ontdekken van de Franse taal.
De rol van de docent Frans is voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.
Populariteit
Door de invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de afgelopen dertig jaar de leerboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht geschonken aan de woordenschat die in chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De drastische omwenteling in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, iets waarnaar Michael Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door met ‘chunks’ (brokjes taal) te werken; met ‘echte’ taal, leren lerenden op een heel natuurlijke wijze het Frans te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid toch altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is een minpunt van deze methode. Met het zelf leren herkennen van de patronen van het Frans hebben sommige lerenden moeite en zij hebben meer aan een trainer Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Franse leraar François Gouin in 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica vereisen. De studenten leren zinnetjes op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. De seriemethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het is een soort eentalige methode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden heel snel in de te leren taal (bijvoorbeeld het Frans) gaan denken.
Populariteit
Gouin’s principes over taal waren erg vooruitstrevend. Alhoewel het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd een succes. Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwde de methode echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
Gouin’s Series method ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Frans en zorgt voor een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer in de lessen.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit type taalonderwijs Frans enthousiasme op van de studenten. Het leren werd tastbaar; dit was iets dat geheel nieuw was. Het maakt studenten Frans nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve taalvaardigheid Frans van de lerende wordt met de methode goed gestimuleerd.
De leermethode heeft echter als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever is, wat moeilijk met beweging en expressie in één duidelijke ervaring kan worden gevangen. De bewerkelijkheid voor de docent, die een scala aan series voor moet bereiden, is een ander nadeel. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog meestal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheden toetsen.
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching; TBLT (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte erachter is dat het verwerven van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Frans) vereist. Om deze taken goed uit te voeren, dienen zij over woordenschat en taalregels te beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals het schrijven van een e-mail, met de klantenservice bellen, een boodschap doen, een drankje bestellen of een krant lezen. De taak wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij studenten zich eerst op de taak voorbereiden, daarna de taak uitvoeren en tot slot erop terugblikken. Om de taken uit te kunnen voeren, dienen studenten samen te werken. De taken moeten net boven het taalniveau Frans van de lerende liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Het taakgericht onderwijs is vanaf het begin van de jaren negentig erg populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij studenten (vooral studenten in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Frans) te gebruiken. Zolang de opdracht goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Studenten komen op een natuurlijke, dagelijkse wijze in aanraking met het Frans en leren op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om samen te werken. De lerenden ervaren taakgericht onderwijs als plezierig en motiverend.
Dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren, kan als nadeel genoemd worden.
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse linguïst en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’; de beweging uit het jaar 1995 van een groep van Deense filmmakers onder wie Deense filmregisseur Lars von Trier, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Voor het filmmaken, confirmeren de deelnemers zich aan tien strenge regels (dogma’s). Samen behelzen ze ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity). Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal belast is. Het doel van de Dogme-methode is het aangaan van echte inhoudelijke gesprekken die over praktische onderwerpen gaan. Hierbij gaat het om communicatie als drijvende kracht van het leren. Deze leermethode is daarom een communicatieve aanpak van het taalonderwijs, die taal wil onderwijzen zonder leerboeken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen trainer en studenten richt. Net zoals de Dogme-beweging in de film, kent het Dogme-taalonderwijs 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de parallellen met het taakgericht leren suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een voordeel voor docenten Frans. Dat lerenden voor hun eigen leerproces de verantwoording dragen, kan zeer motiverend zijn. Op deze manier is de les Frans niet voorspelbaar. Het zorgt voor spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Bij een taalles volgens de Dogme-methode is zo goed als alles bespreekbaar. Studenten blijven zo betrokken en alert.
Studenten kunnen zich echter wel wat ongemakkelijk voelen als ze zo weinig door de trainer bij de hand worden genomen. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle taaldocenten Frans in voldoende mate flexibel. Een keerzijde kan zijn dat lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Frans en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof tijdens de taallessen aan bod komt.
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in het jaar 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het leren van een nieuwe taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). GPA gebruikt daarom de benaming ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA-benadering vertoont overeenkomsten met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De leermethode kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Frankrijk voeren de activiteiten uit. Begrijpen gaat boven produceren. De nadruk ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze neemt ongeveer 100 uur in beslag. In fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase duurt ruwweg 150 uur en de deelnemer begint nu het Frans ook te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de Franse cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode van de methode beginnen de deelnemers zich op taalgebruik van moedertaalsprekers Frans te richten door middel van nieuws, televisie, films en literatuur. Het Frans dat voor het werk van de deelnemers is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei buiten de formele taalsessies Frans om.
Populariteit
Er is nog niet veel bekend over het succes omdat de leermethode van Thomson nog tamelijk nieuw is. Deelnemers zijn enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van de taalverwerving Frans. Deze zes fasen van de methode bieden een duidelijk tijdsschema alsook realistische doelen. De lerende verwerft niet alleen taalkennis Frans, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is veel tijd te investeren.
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht in de vroege jaren 2000 door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Frans) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het werkt een eenvoudige methode: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt dan wat hij of zij hoort. Het is niet van belang om de Franse tekst ook te begrijpen; in de eerste plaats gaat het om de klanken. Bij de methode wordt het luisteren en herhalen net zo vaak geoefend tot het soepel gaat en de lerende simultaan Frans kan spreken met de opname. Na enige tijd zullen de studenten een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben uitgesproken. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende tekst, zijn veel lesboeken geschikt voor deze techniek. De Franse audio-opname dient idealiter iets boven het niveau van de lerende te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. De aanbeveling van Argüelles is om te gaan lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te gaan zitten, omdat beweging de opname van de te leren taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Een bijkomende reden is dat de student minder snel afgeleid wordt als hij of zij beweegt, waardoor het werken aan het Frans een stuk effectiever wordt.
Shadowing heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale driloefeningen toegepast in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Ook het simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit is gebleken dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Het algemene begrip van het Frans wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het in een groep van studenten kan worden toegepast, waarbij iedere deelnemer individueel actief leert. Het rendement van de methode is hoog.
Het nadeel van deze techniek is dat de lerende het soms een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De teksten kiezen is dus heel belangrijk.
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een taalleermethode (voor bijvoorbeeld Frans) die op het principe is gebaseerd dat mensen leren door middel van handelingen en beweging. Al doende leert men, en wel op de manier zoals kinderen de moedertaal leren. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, in een later stadium gaan de kinderen verbaal reageren. De luistervaardigheden Frans vormen dus de basis, de spreekvaardigheden komen later.
De methode van TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van het Frans versneld toe. De docent geeft opdrachten op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerenden doen deze opdrachten na. Aanvankelijk wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Taken die bekend zijn worden uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
TPR® appelleert aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt met name toegepast binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken eveneens met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek van Total Physical Response zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in het leren van het Frans bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. In principe is de methode van TPR® geschikt voor elk type doelgroep, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en kan de methode eveneens in grotere klassen ingezet worden. Het Frans wordt direct in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen.
Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is de keerzijde van TPR®. Dit is de reden dat de methode tot op een zeker taalniveau werkt en daarnaast nog een andere methode (als aanvulling) nodig is. De methodiek is bovendien niet bijzonder creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Frans te uiten.
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er ontstond een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend zou moeten zijn. Overigens had die Reformbeweging niet alleen betrekking op het leren van een taal, maar eveneens op voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Omstreeks 1900, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, streefde men naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. In het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica eerder inductief werd geleerd, door middel van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten de studenten hieruit afleiden. Er kwamen meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak van de taal (zoals het Frans). Het werd gestimuleerd om de studenten veel in het Frans te laten spreken. Nieuw was ook dat de lessen in het Frans gegeven werden. Tijdens de lessen werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) woordenschat aangeleerd aan de hand van plaatjes en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd door de lerenden aangebracht voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deze vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloed van de crises en oorlogen, om in de jaren zestig weer in een andere vorm terug te keren.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Interlingua en Berlitz.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het belangrijkste voordeel. Luisteren en spreken komen uitgebreid aan bod, waardoor de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Frans ontwikkelen. Aan de Direct Methode kleven echter eveneens nadelen. Voor de schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen relatief minder. Deze leermethode biedt voor de meer gevorderde student Frans te weinig uitdaging. Doordat deze leermethode uitgaat van een daadkrachtige inzet door de studenten is de leermethode eveneens niet heel geschikt voor de langzaam lerende studenten.
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In januari 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca gaat uit van hetzelfde principe als waar de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’) voor staat: de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een vreemde taal (zoals Frans) dient veilig en gemakkelijk te zijn. Daarom wil Manesca niet met abstracte lijstjes of regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De methode is op het werken met een groep studenten en een trainer Frans gebaseerd, die steeds één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en deze beweging worden vervolgens door de studenten na elkaar herhaald. Deze herhalingen helpen de lerenden de Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en weer variaties op de Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is opgepakt en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van de ideeën van Jean Manesca zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het vreemdetalenonderwijs van vandaag.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai wordt om dezelfde Franse woordjes en zinnen steeds te herhalen, kan een minpunt zijn.
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de student en diens actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de taaldocenten Frans om de aandacht van de studenten te trekken, reacties los te krijgen en ze aan te moedigen om fouten te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak (Frans) besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het essentieel om taalonderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Caleb Gattegno ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno verklaarde dat taaldocenten niet zozeer naar kennisoverdracht dienen te streven, maar het bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
Gekleurde blokjes (zogenaamde cuisenaire-staven) die kunnen worden gebruikt voor allerlei dingen, zijn één van de hulpmiddelen (zogenaamde cuisenaire-staven) die The Silent Way gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Alhoewel The Silent Way in de oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt toegepast, zijn Gattegno’s ideeën voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak van betekenis geweest.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de methodiek van Caleb Gattegno is dat zijn leermethode niet-bedreigend is voor de student, die immers als autonoom wordt gezien. De taaltrainer Frans is in feite dienstbaar aan de lerende, niet omgekeerd. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van het Frans op een natuurlijke manier. Door studenten uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken, wordt het geleerde over het algemeen goed verwerkt en onthouden. De lerende ‘mag’ foutjes maken, wat helpt bij het leren.
Het feit dat een aantal studenten wat intensievere begeleiding nodig heeft dan de methode voorstaat, kan een nadeel van de methode zijn. Door de afwezigheid van inbreng van de taaltrainer Frans zouden de lerenden gefrustreerd kunnen raken. Werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er vrij gauw af is, waardoor het effect verdwijnt.
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke methode van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen de moedertaal leren. De studenten worden blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input om dit te bereiken. De taaltrainer Frans vertelt een verhaal, waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Omdat de verhalen van de taaltrainer vrij gemakkelijk te begrijpen zijn, ontspannen de studenten zich. Zo worden woorden en structuren van het Frans vrijwel vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen van de studenten. De docent wijst de lerende op grammaticale verschijnselen in het Frans, zonder dat studenten regels van het Frans uit het hoofd leren.
De lerende zal na een poosje ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant is om samen met een groepje lerenden een verhaal op te bouwen. Hierbij schrijft de trainer Frans eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de Franse vertalingen erbij en vervolgens een verhaal te maken met de studenten. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Frans, doordat dit voor input zorgt. Schrijven in het Frans volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de taaldocent moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier om Frans te leren en het geleerde wordt grondig verworven. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. TPRS is plezierig voor de student en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor de lerenden werkt het zeer motiverend om zelf verhalen te maken.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de taaldocent vraagt.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzameltermen voor (taal)trainingen die online kunnen worden gevolgd, op afstand dus. Men spreekt ook wel van een virtual classroom oftewel een ‘digitaal leslokaal’.
Bij de zogenaamde trainingsvorm van blended learning worden face-to-face-sessies (klassikale sessies) met online leren in een online leeromgeving gecombineerd.
Simpel gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Nijmegen.
Een aantal voorbeelden van digitale platformen die voor online communiceren en leren gebruikt kunnen worden, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Het voordeel van blended learning ten opzichte van online leren is dat, als het niet om 1-op-1 les gaat, de cursisten bij blended learning afwisselend wel zogeheten ‘classroominteractie’ ervaren; dat wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van andere cursisten.
100% maatwerk – ook online!
Vanzelfsprekend biedt Taleninstituut Dagnall ook blended learning in Nijmegen op maat.
Online leerplatform Dagnall Talen biedt een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Het platform Dagnall.online biedt gevarieerde en interactieve content en het platform vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
Naast het online leerplatform beschikt Dagnall Talen eveneens over een handige eigen App voor zowel een Android- als een Apple-apparaat. Het voordeel van de Dagnall App is dat lerenden altijd en overal, dus 24/7, toegang op elk (mobiel) apparaat hebben. Zowel op het werk maar eveneens thuis of onderweg, bijvoorbeeld eveneens in het buitenland. Deelnemers kunnen dus Frans leren wanneer en waar ze maar willen. De oefeningen in de App worden afgestemd op de behoefte van uw organisatie zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Zo kunnen wij bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, specifieke productnamen en juridische termen in de App integreren. De Dagnall App kan dus zeer praktijkgericht worden ingezet en de App blijft ook na afloop van de training Frans in Nijmegen is afgerond.
Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen of vergaderingen met Franstalige zakenpartners en klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk zijn veelal een uitdaging op het gebied van taalvaardigheid.
Diegenen die diverse talen spreken, zijn in veel bedrijven daarom vaak onmisbaar.
Dagnall Taleninstituut leert u Frans communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Als u internationaal meertalig succesvol wilt zijn, leer uw Franstalige gesprekspartners dan te begrijpen en zorg ervoor dat u zelf ook wordt begrepen. Wilt u uw taalvaardigheid Frans verbeteren voor een huidige of toekomstige functie? Onze taaltrainingen bieden beroepsgerichte training. Onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en eveneens als onlinecursus & blended taalcursus beschikbaar. Een onlinecursus of blended taalcursus Frans is net zo doeltreffend en van hoge kwaliteit als een fysieke cursus en daarnaast comfortabel.
Een onlinecursus en ook een blended taalcursus kunt u overal volgen; op kantoor, thuis, op zakenreis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Voor zakelijke en technische taalcursussen online werkt Dagnall Taleninstituut met onlineplatforms zoals Zoom, Microsoft Teams, Skype of een ander onlineplatform naar voorkeur. Zoom wordt in het algemeen als het meest gebruiksvriendelijk ervaren en biedt zowel interactie als variatie.
Het onderstaande is voldoende voor cursussen in een virtuele classroom:
- Een laptop, tablet of pc met microfoon en camera
- Internetverbinding
- Rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Dagnall Talen is gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm stelt strenge eisen voor het borgen en stroomlijnen van processen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de door opdrachtgevers gestelde eisen alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van de ISO 9001:2015 norm.
Dagnall is eveneens gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 17100:2015 norm. ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor vertaaldiensten en bevat onder meer eisen voor mensen, middelen, projectbeheer, vertalers en revisoren.
Onze ISO 17100:2015 certificering bewijst dat wij uitsluitend met professionele moedertaalvertalers (natives) werken die over de benodigde kennis en ervaring beschikken. Daarnaast worden de vertalingen van Dagnall Talen altijd ten minste twee maal door twee specialisten/proeflezers proefgelezen. De vertalingen (Frans) worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met inmiddels jarenlange ervaring met inmiddels het certificeren van bedrijven en organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall Talen door Kiwa getoetst om te beoordelen of nog altijd aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Voor de NRTO staat kwaliteit centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de dienstverlening die door de leden van de NRTO wordt geleverd, zoals een cursus Frans in Nijmegen, wordt geborgd door een gedragscode, door verschillende convenanten alsook door het NRTO-keurmerk.
Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Taleninstituut onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Het CRKBO-register wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland.
Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
De naam ‘Frankrijk’ betekent het ‘Rijk van de Franken’; een Germaanse stam die Noord-Europa veroverde na de val van het Romeinse Rijk.
Denk je aan Frankrijk, dan denk je aan chansons, de Eiffeltoren, kaasjes, wijn, stokbrood (sinds 2022 Unesco Werelderfgoed), knoflook, champagne, de Tour de France (Ronde van Frankrijk) en lavendelvelden waardoor een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor veel mensen roept Frankrijk direct een vakantiegevoel op. Ook een typische Fransman is gemakkelijk te herkennen: hij draagt een wit overhemd en een baret of T-shirt met een Bretonse streep. En hij rijdt natuurlijk, chauvinistisch als hij is, bij voorkeur in een Franse auto! Jarenlang was de Citroën DS de meest populaire auto, die liefkozend La Déesse (de godin) werd genoemd. In Nederland en Vlaanderen is dit model wat simplistischer bekend als ‘strijkijzer’ of ‘snoek’.
De munteenheid van Frankrijk is sinds 2002 de euro. Hieronder ziet u een foto van de voorkant en de achterkant van de Franse euromunt.
Hieronder ziet u het logo van de Franse Centrale Bank BdF (Banque de France) die gebruikmaakt van het zogenaamde ‘Eurosystem’.
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux.
De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr.
Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Het Frans heef in vergelijking met het Nederlands een geheel andere manier van uitspreken. Eén van de verschillen met de Nederlandse taal is dat de woorden aan elkaar worden geplakt in het Frans, waardoor niet te horen is waar een woord ophoudt en het volgende woord begint. Dit verschijnsel heet liaison; ‘verbinding’. Het gebeurt vooral bij woorden die op ‘s’ eindigen en worden gevolgd door een klinker of stomme ‘h’. Zo zeggen de Fransen ‘lezzamie’ in plaats van les amis (de vrienden).
Een ander verschil is dat in het Frans veel eindletters niet worden uitgesproken. Parle en parlent klinken hierdoor bijvoorbeeld hetzelfde. Verder klinken bijna alle alle klinkers anders in de Franse taal. Doordat er veel Franse woorden in de Nederlandse taal voorkomen, komt de Franse uitspraak ons bekend voor: bureau, toilet, portefeuille.
De Franse taal gebruikt evenals het Nederlands, het Latijnse alfabet, dat uit 26 letters bestaat.
In het Frans worden in plaats van aanhalingstekens zogenaamde guillemets gebruikt. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », (‘chevron-tekens’), die worden gebruikt om een citaat te openen en te sluiten.
De naam ‘guillemet’ is afkomstig van Guillaume Le Bé (1525-1598). Hij was lettermaker en de bedenker van het ‘guillemet’-teken. Tussen de guillemets en de tekst komen in het Frans spaties. Andere leestekens krijgen in de Franse taal ook eerst een spatie: Elle criait :, « Venez ! ».
In het Frans heten ze des mots de remplissage; stopwoordjes of opvulwoorden. Ook de Franse taal heeft er veel. Woordjes of woordcombinaties die iemand gebruikt om even te pauzeren en toch de aandacht vast te kunnen houden.
In het Frans hoor je vaak aan het eind van een zin het stopwoordje: hein? wat ruwweg klinkt als het woordje ‘hè’ in het Nederlands.
Sterker nog: het Nederlandse stopwoordje ‘hè?’ is waarschijnlijk afkomstig uit het Frans. Het stopwoord hein vraagt om instemming, het betekent zoiets als: “Denk je ook niet?”
Ook zeggen de Fransen vaak quoi? (wat?) aan het einde van de zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” In het midden van een Franse zin hoor je vaak tu vois (‘zie je’), “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr.
U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
FIP is de meest bekende publieke Franse radiozender.
Door op het logo op het linker computerscherm hierboven te klikken, kunt u live naar deze Franse radiozender luisteren.
NRJ is de bekendste commerciële radiozender van Frankrijk. Door op het rechter beeldscherm met het logo hierboven te klikken, kunt u direct live naar deze Franstalige commerciële radiozender luisteren.
Uw favoriete series en televisieprogramma’s in het Frans horen of met Franse ondertiteling bekijken, kan in het begin wennen zijn, maar al gauw zult u ontdekken dat dit erg leerzaam en leuk is.
France tv is de publieke televisieomroep van Frankrijk.
TF1 is de populairste Franse commerciële televisieomroep.
Deze Franstalige televisiezenders kunt u middels de kabel, satelliet, internet of via een app kijken.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Nijmegen is de grootste stad van Gelderland qua aantal inwoners. De gemeente Nijmegen omvat eveneens Lent en Ressen. Nijmegen is één van de 22 Nederlandse Hanzesteden. De partnersteden van Nijmegen zijn Albany in de Verenigde Staten, Higashimatsuyama in Japan, Masaya in Nicaragua en Pskov in Rusland.
Nijmegen is een universiteitsstad met de Radboud Universiteit (RU), opgericht in het jaar 1923.
Er zijn drie hogescholen gevestigd in Nijmegen: Aeres Hogeschool, Fontys en HAN University of Applied Sciences.
Weinig mensen weten dat Nijmegen vanwege de linkse meerderheid in de gemeenteraad ook wel ‘Havana aan de Waal’ wordt genoemd.
Het netnummer van Nijmegen is 024.
Het postcodegebied van Nijmegen is 6500 - 6546.
Het adres van het gemeentehuis van Nijmegen is Mariënburg 30, 6511 PS in Nijmegen.
De website van de gemeente Nijmegen is Nijmegen.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Nijmegen is 14 024.
Voor Nijmeegse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Arnhem aan de Kronenburgsingel 525, 6831 GM in Arnhem. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Nijmegen is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Nijmegen is KVK-kantoor Arnhem.
Wilt u uw Franstalige zakenrelatie wat cultuur in Nijmegen laten zien?
Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw Franstalige zakenrelatie, kunt u in Nijmegen een bezoek brengen aan het Museum voor Anatomie en Pathologie, aan De Bastei, aan het Huis van de Nijmeegse geschiedenis, aan het Van ’t Lindenhoutmuseum, aan het muZIEum, aan het R-evolutie Museum voor Modelvliegtuigen, aan Museum Het Valkhof, aan de Valkhofbunker of aan het Nationaal Fietsmuseum Velorama.
Samen naar een sportwedstrijd kijken of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen met uw Franstalige zakenrelatie? Voetbal verbroedert. Wellicht is het daarom leuk om met uw Franse zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, om bijvoorbeeld de Nijmeegse voetbalclub NEC, SV Nijmegen, SV Orion of RKSV Brakkenstein te zien spelen.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Nijmegen kunt u terecht bij Tennisvereniging Rapiditas, bij Tennisclub Nijmegen-Quick, bij TV Lindenholt of bij Tachys.
Golf, ontspanning & lunch Wellicht hebt u zin om na de cursus Frans in Nijmegen of met uw Franstalige (zaken)relatie een balletje te slaan als ontspanning en/of gezellig een hapje te eten of iets te drinken? Dagnall Talen heeft voor u een golfbaan in de buurt van Nijmegen ontdekt voor een compleet middagje/dagje uit.
De nabijgelegen golfbaan voor Nijmegen is Het Rijk van Nijmegen in Groesbeek. De adresgegevens van deze golfbaan zijn Postweg 17, 6561 KJ in Groesbeek. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 024-397 66 44. De website van de golfbaan is www.golfenophetrijk.nl.
Om iets te drinken of een hapje te eten kunt u terecht bij restaurant Green 46. Het Rijk van Nijmegen is nog een golfbaan in de buurt van Nijmegen.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Begin vandaag nog met uw reis naar taalbeheersing frans
Taaltrainingen Frans in Nijmegen van topniveau
Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en vormt een communicatiebasis die deuren voor u opent - vooral in de professionele wereld. Daarom hebben organisaties die in de taalopleiding en taalkennis van de werknemers investeren, ook een duidelijk voordeel en een voorsprong.
Dagnall Talen biedt u precies wat u zoekt: effectieve taaltrainingen Frans op het hoogste niveau voor zowel professionals als leidinggevenden in als in de buurt van Nijmegen.
Taaltraining Frans op maat, omdat uw organisatie welbespraakte medewerkers verdient.
Vakgebieden
Van zakelijk en medisch tot technisch - Dagnall is thuis in elke bedrijfstaal.
Iedere bedrijfstak kent een eigen taal en gebruikt eigen terminologie. Geef uw medewerkers duidelijke concurrentievoordelen en een zelfverzekerde uitstraling, door branchespecifieke taalkennis Frans van het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Frans in Nijmegen aan in een grote verscheidenheid aan gespecialiseerde vakgebieden.
Goed op weg met Dagnall Talen
De organisatie van uw taaltrainingen Frans in goede handen
Werkgerelateerd & doelgericht Frans leren
Wij bieden onze taaltrainingen Frans op maat aan als individuele (1-op-1) lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en ook als doorlopende, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Iedereen kan bij Dagnall Talen Frans leren op precies de manier die voor hem of haar het meest geschikt is. Naast algemene taalcursussen Frans zijn organisaties vooral geïnteresseerd in werkgerelateerde cursussen zoals schrijfvaardigheid Frans of zakelijk Frans. De taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van de opdrachtgevers. Dagnall biedt de mogelijkheid om via gecertificeerde taaltrainers met zeer goede beoordelingen en recensies onbegrensd Frans te leren in Nijmegen. Met Dagnall Talen behaalt u doelgericht en snel de beoogde resultaten.
Filosofie
Onze filosofie is om Frans te leren met gemak en plezier en zonder schroom. Daarom gaat Dagnall Talen tot het uiterste om te zorgen dat u de Franse taal moeiteloos en zonder remmingen leert.
Frans leren moet leuk zijn en daarom werken wij met methodes die het leren voor cursisten prettiger en gemakkelijker maken.
Door onze methodes wekken we uw nieuwsgierigheid op en ondersteunen we uw bereidheid om te leren. Dagnall Talen brengt u in grote stappen naar het gewenste niveau met vijftien minuten dagelijks oefenen.
Dagnall Taleninstituut is de ideale partner voor iedereen die Frans wil leren in Nijmegen.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten
Plan van aanpak Dagnall Taleninstituut
Dagnall Talen stelt de wensen en leerdoelen vast in overleg met u als opdrachtgever. U meldt de deelnemer(s) aan met hun contactgegevens. Ons taleninstituut verzorgt een intake op locatie of, indien gewenst, telefonisch of online. Na het intakegesprek, waarin op basis van het ERK (Europees Referentiekader) het huidige en gewenste niveau wordt vastgesteld, ontvangt u een op maat gemaakt cursusvoorstel samen met uw offerte.
Na akkoord van de offerte stemmen wij de planning op uw agenda en situatie af.
Na akkoord van de offerte stemmen wij de planning op uw agenda en situatie af.
Na enkele lessen Frans evalueert de trainer de voortgang alsook de inhoud van de taalcursus. De doelstelling kan, indien noodzakelijk, bijgesteld worden.
Na de laatste les ontvangt u een eindrapportage met een beschrijving van de resultaten die de deelnemers hebben behaald. De deelnemers ontvangen eveneens een certificaat van het instituut.
Na de laatste les ontvangt u een eindrapportage met een beschrijving van de resultaten die de deelnemers hebben behaald. De deelnemers ontvangen eveneens een certificaat van het instituut.
[ Lees meer ]
Intake
Planning
Cursus
Certificaat
Betaalbare maatwerkcursussen Frans in Nijmegen
In 1982 is ons bedrijf opgericht en verzorgt sindsdien maatwerkcursussen Frans in Nijmegen en omgeving voor bedrijven, (semi)overheid en andere non-profitorganisaties. Onze kundige taaltrainers Frans zijn experts op taalgebied en hebben in Oost-Nederland in de deze jaren al een aanmerkelijk aantal cursussen verzorgd voor bedrijven en (overheids)organisaties.
Door de functiegerichte en werkplekgerichte werkwijze, levert Dagnall Talen zeer effectieve en betaalbare taalcursussen Frans in Nijmegen. Dagnall levert door de maatwerk-aanpak een hoog rendement. Daar kunt u op vertrouwen!
Betaalbaar maatwerk Frans in Nijmegen sinds 1982
Taal op de werkvloer
Taal op de Werkvloer: draagvlak is noodzakelijk! Cursussen (Frans) die zich richten op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer zijn ondertussen bij veel bedrijven een begrip.
Medewerkers die geen of een beperkte kennis van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een belemmering op het werk en zij willen graag en beter en/of sneller kunnen communiceren.
Medewerkers die geen of een beperkte kennis van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een belemmering op het werk en zij willen graag en beter en/of sneller kunnen communiceren.
Zij willen graag in staat zijn om de werkinstructies op de werkvloer goed te kunnen begrijpen en opvolgen. De medewerkers willen bij voorkeur zelfverzekerder hun werk kunnen verrichten en uiteraard graag hun ambities op het werkterrein waarmaken. Dit vergt een investering in personeel en in de ontwikkeling van het bedrijf is derhalve noodzakelijk.
[ Lees meer ]
Vele wegen leiden van Nijmegen naar Parijs
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Frans is niet alleen toegespitst op de vraag van de klant, cursist, organisatie of werkgever, zoals een betere spreek- of schrijfvaardigheid.
Een goede taalcursus (Frans) is tevens afgestemd op de beste en meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een cursus Frans (in Nijmegen) die het beste bij hem of haar past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige taaldocenten Frans zijn zeer bedreven in het zo vlug en zo prettig mogelijk aanleren van de Franse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen gebruiken. Dat werkt wel zo plezierig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het alom bekende hoge rendement van Dagnall Talen realiseren wij met een combinatie van deze bewezen leermethode, samen met aandacht voor de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall Talen kunt u terecht voor cursussen die op maatwerktrainingen gebaseerd zijn.
Dagnall biedt groepscursussen van 3 tot 10 cursisten, duocursussen (met 2 cursisten), individuele cursussen (privéles), onlinecursussen, het Dagnall online leerplatform voor (Dagnall.online) blended learning alsook een de Dagnall App met jargon en woordenlijsten van de specifieke organisatie.
Onze taaldocenten geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij hebben gecreëerd en verzameld in de loop der jaren en zij spelen continue in op actuele ontwikkelingen en thema’s.
Een prettige manier van leren
Een bijkomend voordeel is dat dit echte maatwerk als een zeer plezierige manier van werken wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze taaltrainers Frans in Nijmegen. Deze, door de jaren steeds verder verfijnde en ontwikkelde werkmethode is het zeer gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. De cursussen zijn dus niet alleen werkgericht en/of functiegericht, maar ook afgestemd op de leermethode die zeer geschikt is voor de cursist.
Effectief Frans leren in Nijmegen bij Taleninstituut Dagnall
Individuele cursussen en groepscursussen Frans
Franse lessen - individueel of in groepsverband
Ons taleninstituut cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de gehele organisatie kunt overlaten aan ons.
Deze individuele cursussen en groepstaalcursussen biedt Dagnall voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Wij maken voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen gebruik van moderne en gevarieerde leermethodieken om doelgericht te trainen en het leersucces te verzekeren.
Uiteraard kunnen deze individuele-, duo- en groepscursussen zowel op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Nijmegen gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen Frans in Nijmegen
Maatwerkcursussen Frans
Wij bieden individuele cursussen Frans voor het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen alsook particulieren in Nijmegen en omgeving.
Individuele taalcursussen noemt men ook wel een privélessen of één-op- één-taalcursussen..
De individuele taalcursussen van Dagnall Talen zijn al vele jaren bekend voor de persoonlijke aandacht, het maatwerk en een zeer hoog rendement.
De individuele cursussen Frans van Dagnall Talen zijn maatwerkcursussen en de cursussen worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de leerstijl en de praktijksituatie.
De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Ons taleninstituut biedt groepscursussen Frans van 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (2 cursisten) aan bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren.
De groep wordt zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te verhogen en de lerenden maximaal te kunnen ondersteunen.
Onze groepscursussen zijn maatwerkcursussen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, het taalniveau, de leerstijl, de branche en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het hoge rendement is het belangrijkste voordeel van een individuele taalcursus Frans doordat in korte tijd veel kennis geleerd wordt.
Er wordt sneller vooruitgang gemaakt omdat de cursus intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk.
Een ander belangrijk voordeel van individuele taalcursussen is flexibiliteit. De cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de deelnemer en de inhoud van de cursus kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de specifieke aandachtsgebieden van de deelnemer.
Doordat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden, is de leervordering optimaal.
Een individuele is eveneens taalcursus ideaal af te stemmen op de agenda van de cursist waardoor het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Het belangrijkste pluspunt van groepscursussen Frans is met name de interactie met de andere cursisten; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van rollenspellen en discussies.
Een ander groot pluspunt is de zogenaamde groepsdynamiek; het leren van elkaars foutjes en met de groep communiceren in de doeltaal. De cursisten kunnen de hierdoor geboden afwisseling als leuker ervaren.
Doordat meerdere medewerkers tegelijktijd getraind worden en de groep op vrijwel hetzelfde kennisniveau komt, zijn groepscursussen daarnaast efficiënt .
Ook zijn voor de deelnemers groepscursussen wat minder intensief (wat minder zwaar) dan individuele taalcursussen.
Minpunten individuele cursus
Rollenspellen en discussies kunnen bij een individuele cursus Frans alleen met de taaldocent worden gedaan en gevoerd.
Het geleerde kan niet worden geoefend in de groep omdat er geen interactie met andere cursisten is.
Ook is het niet mogelijk om van de foutjes van een ander te leren omdat er geen groepsdynamiek is.
De intensievere leerbenadering van individuele taalcursussen is voor de cursist ook behoorlijk intensief (zwaarder).
Minpunten groepscursus
In een groepscursus wordt minder aandacht aan het individu gegevenwordt minder aandacht gegeven aan het individu en kunnen cursisten wat eerder zijn afgeleid. Het rendement ligt hierdoor wat lager. Door de groepen wat kleiner te houden (minigroepen), kan dit gedeeltelijk ondervangen worden.
Een groepscursus Frans kan ook minder goed op individuele leerstijlen van deelnemers worden afgestemd.
Dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursist kan worden afgestemd, is een ander minpunt van groepscursussen.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslaghoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
afgestemd op individuele leerstijl
inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslaggeen interactie met andere cursisten
vrij intensief voor de cursist
geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslaginteractie met andere cursisten
groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
groep komt op hetzelfde kennisniveau
efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslagiets minder aandacht voor individuele cursist
minder afgestemd op individuele leerstijlen
minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Frans
Verschillende opties voor Franse les
Dagnall geeft taalcursussen (Frans) voor beginners, halfgevorderden en gevorderden.
Niet iedereen kan een talencentrum bezoeken.
Daarom verzorgen wij de taaltrainingen ook incompany of online.
Bij Dagnall Talen kiest u als cursist voor een
Niet iedereen kan een talencentrum bezoeken.
Daarom verzorgen wij de taaltrainingen ook incompany of online.
Bij Dagnall Talen kiest u als cursist voor een
intensieve of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Frans. Tevens is een combinatie van deze verschillende trainingen mogelijk.
Dagnall Taleninstituut staat voor (betaalbaar) maatwerk!
Dagnall Taleninstituut staat voor (betaalbaar) maatwerk!
ALGEMENE LEERMETHODES
Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Door de invloed van het leger stond de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je beschouwen als antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Het was nieuw dat de les geheel werd gegeven in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans). Spreken en luisteren (in het Frans) zijn de belangrijkste vaardigheden en (Franse) grammaticale structuur worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is foutloos Frans leren spreken en verstaan, wat begint bij een Franssprekende leren naspreken. Het middel hiervoor is herhaling; er wordt met driloefeningen gewerkt om Franse zinnen alsook structuren in te slijpen, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltrainer Frans kan een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen en daarna een nieuw Frans woord of meerdere nieuwe Franse woorden hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel gewerkt in zogeheten talenpractica, waar lerenden met een koptelefoon naar zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven Frans wordt pas aangeboden als het mondelinge Frans inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
De audiolinguale methode werd in Nederland pas geïntroduceerd rond het jaar 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al snel bezwaren tegen deze betekenisloze driloefeningen. Het kwam soms voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats daarvan maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij een taal (zoals Frans) leren niet om het uit het hoofd leren van de (Franse) grammaticaregels gaat, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Frans), die vóór de jaren zeventig voor de meeste taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten Frans. Direct van het begin wordt een juiste uitspraak Frans aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode waardoor deze een vlotte en efficiënte overdracht van kennis kan bieden. De audiolinguale methode kan ook bij grotere groepen worden toegepast.
Dit docentgestuurde aspect heeft tegelijkertijd een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng van de studenten verwacht, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid op de loer ligt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Frans om te zetten zijn.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) op een zodanige manier wijze te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die worden herhaald na verloop van tijd. Deze Franse woorden en zinnen van de woordenlijst worden door de studenten hardop gelezen. Deze woorden en/of zinnen of zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar door de blootstelling gaat dit eigenlijk vanzelf. De woordenlijst wordt telkens bijgewerkt; Franse woorden die zijn geleerd, worden van de woordenlijst gehaald, Franse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten opgeslagen worden, iets dat door veel geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden wanneer deze kennis ook van betekenis en relevant is voor de lerende. De methode kan werken voor Franse woorden en zinnen die relevant en betekenisvol zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje kan deze GoldList Method functioneren. Met de hand schrijven functioneert beter dan typen of, zelfs behoorlijk zinloos: een fotootje maken, doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Het ontbreken van context is een minpunt van deze methode. Taal bestaat uit uiteraard veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven lijsten gemaakt dienen te worden.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is in 1983 ontwikkeld door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op op een natuurlijke manier verwerven van een vreemde taal (zoals bijvoorbeeld Frans) gericht. Op de manier waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de leermethode het Frans aan te leren. Zo leert men onbewust ook de taalregels van het Frans. Alleen het Frans wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een stressvrije leeromgeving voor de studenten. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op expliciete Frans grammatica en de correctie van vormfouten.
Als de student wordt ondergedompeld in de Franse taal werkt de methode het meest effectief. Om te zorgen dat de lerende van de ervaringen kan genieten, moeten de activiteiten die in het Frans worden aangeboden, stimulerend zijn.
De Natural Method leermethode lijkt veel op de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen de leermethoden is dat bij de Directe Methode meer de nadruk op de praktijk wordt gelegd en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak bewezen dat onderdompeling een zeer effectieve methode kan zijn. De Natural Approach is een populaire wijze van lesgeven onder taaltrainers Frans, doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen voor lerenden. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De leermethode richt zich voornamelijk op het impliciet aanleren van de Franse grammatica. De studenten zouden weliswaar leren in het Frans te communiceren, maar blijven hangen in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Om op een natuurlijke manier een taal te leren, wordt als prettig ervaren. Studenten wordt de mogelijkheid geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Omdat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, blijft het geleerde langer onthouden.
Het nadeel kan zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er bijna geen druk op de taalproductie ligt. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een specifiek Frans examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) ofwel ‘Structurele Aanpak’ is in de jaren 50 ontwikkeld door Charles Fries en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren die als doel heeft om studenten met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans) vertrouwd te maken. Volgens de SA levert het beheersen van deze structuren meer op dan het verwerven van het Frans. Bij de Structurele Aanpak gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van specifieke combinaties van Franse woorden en groepen woorden in de juiste woordvolgorde. Deze combinaties worden aan studenten aangeboden in betekenisvolle situaties middels dramatisering, visualisatie, gezichtsuitdrukking en handelingen. De structuren die in de praktijk het meest worden gebruikt, worden eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheden Frans (luisteren en spreken) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; daaruit volgen lezen en schrijven. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Frans (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 toegepast op grote schaal voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de lerenden het Frans op een nauwkeurige manier leren. Studenten krijgen inzicht in de grammatica van het Frans en leren eveneens in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet passend zijn voor de situatie. De methode van de Structural Approach gebruikt alledaagse taal. De Structural Approach heeft ook minpunten. De methodiek is tamelijk tijdrovend en zorgt niet direct voor succeservaringen. De inbreng van de studenten zelf is beperkt; het is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren zestig van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie het uiteindelijke streven is bij het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
De studenten leren het Frans in praktijk te brengen met gebruik van CLT-technieken door de interactie met de taaldocent Frans en met elkaar. Er wordt gebruikgemaakt van teksten, geschreven in het Frans of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werkomgeving. Het Frans wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten Frans dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in verschillende realistische situaties te oefenen. Franse grammatica leren studenten inductief, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent Frans echt een trainer, die de lerende leert in het Frans te communiceren.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, mede doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Door de verdere eenwording van Europa kwam meer vraag aan het leren van talen op een wijze die meteen toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel positieve kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; deze methode van leren is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren de studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. De methode is efficiënt. Voor de lerenden is het stimulerend, omdat zij gauw succeservaringen hebben. Er mogen foutjes worden gemaakt; de vaardigheid wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en de uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de taaltrainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Voor sommige studenten is deze manier van een vreemde taal leren ongebruikelijk of lastig, afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben. De methode Communicatief taalonderwijs traint de vaardigheden; hierbij gaat het vooral om de functie en minder om de vorm en CLT biedt als zodanig geen samenhangend geheel.
Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)
Bedacht door wie en wanneer
In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Meidinger ontwikkelde omstreeks het jaar 1783 een leermethode waarin de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd; de taal van wetenschap, cultuur en religie. Het onderwijs in het Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en was volledig gericht op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Frans). Deze aanpak werd beschouwd als wetenschappelijk en degelijk. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de student inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Frans. De taaldocent draagt kennis Frans over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw waren er ook tegengeluiden te horen. Desondanks heeft tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed op het talenonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De methode vormt een aardige mentale training voor diegenen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren. Deze methode biedt ook inzichten in de structuur van het Frans, door de nadruk die op de grammatica gelegd wordt.
Er zijn echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de geleerde taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling kan worden toegepast. Omdat het over het algemeen om literair taalgebruik gaat, staat de methode ver van het dagelijks gebruik van het Frans af, ook in de context die wordt aangeboden. Bij het werken in een groep biedt deze leermethode niet de mogelijkheid tot een eigen creatief proces of tot differentiatie bij de studenten. Lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engelse naam: language immersion) wordt wereldwijd gebruikt sinds de jaren 70, en dan met name op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in de provincie Brabant, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles onderwezen aan rijke dames uit Vught en omgeving.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, vanaf het eerste moment wordt omgeven door de te leren taal. De instructies worden gegeven in de doeltaal (Frans); in het begin langzaam en met veel herhalingen, later op een natuurlijkere manier. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Frans te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt de leeromgeving vaak in de stijl van het land van de Franse taal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Frankrijk zijn. De studenten oefenen het Frans spreken één-op-één of in kleine groepen. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk te reizen naar Frankrijk en daar bijvoorbeeld te verblijven in een gastgezin.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een zeer goede methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Frans kan uitstekend worden aangeleerd op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het belangrijkste voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, doordat de methode zo intensief is. De leermethode is een kwestie van ‘sink or swim’, de lerende moet echt gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Frans aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. Studenten ervaren dat als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een minpunt. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel weer wegzakt. Dat een dergelijke training Frans erg intensief is, kan een ander nadeel zijn. Niet elke student heeft de conditie om deze manier van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De leermethode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al doet vermoeden, is De methode van Suggestopedia gebaseerd op de kracht van de suggestie. Volgens Lozanov is positieve suggestie een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen tussen lerenden en de docent (Frans) van essentieel belang. Dat de student zich veilig en ontspannen voelt, is de voorwaarde. Een leslokaal met een rijopstelling was niet geschikt om dit te bereiken. Lerenden namen tijdens de les plaats in comfortabele stoelen die waren geplaatst in een halve cirkel en er was altijd muziek in de les. De leermethodiek voorgestaan door Lozanov, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Bij deze teksten bestonden bestonden lijsten met woorden alsook opmerkingen over de (Franse) grammatica. Het voorlezen werd gedaan met veel expressie in stem en gebaren. Studenten werden zo gestimuleerd om te luisteren en de nieuwe (Franse) woorden konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. Er was veel tijd tijdens de lessen voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). In de les werden rollenspellen gespeeld en er bijvoorbeeld (Franse) streekgerechten werden gemaakt en geproefd.
Populariteit
De leermethode van Lozanov was omstreden en is niet zo bekend meer. Sommige elementen van de methode bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedia creëert een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student geen hinder heeft van frustratie of faalangst. Deze sfeer kan voor een immigrant bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de methode is dat de lerenden gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor sommige studenten een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Ook kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend werken in plaats van ontspannend en stimulerend. Een ander zwak punt is dat de relatie docent-lerende niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse docent en de lerende is steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) of CLL geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een vreemde taal te leren waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. Deze CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de trainer als een counselor fungeert die de zinnen van studenten parafraseert. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als de studenten de te leren taal (Frans) nog niet voldoende machtig zijn. De trainer (Frans) legt uit en vertaalt, waarna de studenten de uitingen van de trainer zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.
De CLL stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de studenten als middel om het Frans te leren. Een leerboek Frans wordt niet gebruikt; de lerenden bepalen zelf de lesstof middels zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van de methode is sterk afhankelijk van de kunde van de trainer-counselor. De taaldocent dient sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig onderlegd te zijn. Deze docent dient zowel het Frans als de moedertaal van de studenten zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. Community Language Learning kan goed functioneren wanneer deze op de juiste wijze wordt gebruikt. Voor grote klassen is Community Language Learning niet geschikt.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt studenten veel autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken vinden veel lerenden nuttig. Niet alleen tijdens de lessen Frans, maar eveneens buiten de lessen wordt de groep vaak zeer hecht. Door deze methode worden lerenden zich een stuk meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren als een team te werken. Het bespreken van hun fouten en het evalueren van de lessen Frans is heel leerzaam voor de studenten. Dergelijke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Een keerzijde van de methode van Community Language Learning kan zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Er wordt geen leerboek gebruikt en er worden eveneens geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de lessen is daardoor lastig meetbaar. Sommige studenten worden belemmerd in hun Frans spreken als zij worden opgenomen.
Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren ontwikkeld door Michael Lewis in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo wordt geleerd hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans is in deze benadering belangrijker dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die regelmatig voorkomen in dialogen. Er is aandacht voor interactie maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor het zelf ontdekken van de Franse taal.
De rol van de docent Frans is voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.
Populariteit
Door de invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de afgelopen dertig jaar de leerboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht geschonken aan de woordenschat die in chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De drastische omwenteling in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, iets waarnaar Michael Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door met ‘chunks’ (brokjes taal) te werken; met ‘echte’ taal, leren lerenden op een heel natuurlijke wijze het Frans te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid toch altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is een minpunt van deze methode. Met het zelf leren herkennen van de patronen van het Frans hebben sommige lerenden moeite en zij hebben meer aan een trainer Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Franse leraar François Gouin in 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica vereisen. De studenten leren zinnetjes op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. De seriemethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het is een soort eentalige methode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden heel snel in de te leren taal (bijvoorbeeld het Frans) gaan denken.
Populariteit
Gouin’s principes over taal waren erg vooruitstrevend. Alhoewel het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd een succes. Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwde de methode echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
Gouin’s Series method ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Frans en zorgt voor een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer in de lessen.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit type taalonderwijs Frans enthousiasme op van de studenten. Het leren werd tastbaar; dit was iets dat geheel nieuw was. Het maakt studenten Frans nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve taalvaardigheid Frans van de lerende wordt met de methode goed gestimuleerd.
De leermethode heeft echter als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever is, wat moeilijk met beweging en expressie in één duidelijke ervaring kan worden gevangen. De bewerkelijkheid voor de docent, die een scala aan series voor moet bereiden, is een ander nadeel. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog meestal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheden toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching; TBLT (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte erachter is dat het verwerven van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Frans) vereist. Om deze taken goed uit te voeren, dienen zij over woordenschat en taalregels te beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals het schrijven van een e-mail, met de klantenservice bellen, een boodschap doen, een drankje bestellen of een krant lezen. De taak wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij studenten zich eerst op de taak voorbereiden, daarna de taak uitvoeren en tot slot erop terugblikken. Om de taken uit te kunnen voeren, dienen studenten samen te werken. De taken moeten net boven het taalniveau Frans van de lerende liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Het taakgericht onderwijs is vanaf het begin van de jaren negentig erg populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij studenten (vooral studenten in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Frans) te gebruiken. Zolang de opdracht goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Studenten komen op een natuurlijke, dagelijkse wijze in aanraking met het Frans en leren op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om samen te werken. De lerenden ervaren taakgericht onderwijs als plezierig en motiverend.
Dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren, kan als nadeel genoemd worden.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse linguïst en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’; de beweging uit het jaar 1995 van een groep van Deense filmmakers onder wie Deense filmregisseur Lars von Trier, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Voor het filmmaken, confirmeren de deelnemers zich aan tien strenge regels (dogma’s). Samen behelzen ze ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity). Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal belast is. Het doel van de Dogme-methode is het aangaan van echte inhoudelijke gesprekken die over praktische onderwerpen gaan. Hierbij gaat het om communicatie als drijvende kracht van het leren. Deze leermethode is daarom een communicatieve aanpak van het taalonderwijs, die taal wil onderwijzen zonder leerboeken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen trainer en studenten richt. Net zoals de Dogme-beweging in de film, kent het Dogme-taalonderwijs 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de parallellen met het taakgericht leren suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een voordeel voor docenten Frans. Dat lerenden voor hun eigen leerproces de verantwoording dragen, kan zeer motiverend zijn. Op deze manier is de les Frans niet voorspelbaar. Het zorgt voor spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Bij een taalles volgens de Dogme-methode is zo goed als alles bespreekbaar. Studenten blijven zo betrokken en alert.
Studenten kunnen zich echter wel wat ongemakkelijk voelen als ze zo weinig door de trainer bij de hand worden genomen. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle taaldocenten Frans in voldoende mate flexibel. Een keerzijde kan zijn dat lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Frans en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof tijdens de taallessen aan bod komt.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in het jaar 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het leren van een nieuwe taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). GPA gebruikt daarom de benaming ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA-benadering vertoont overeenkomsten met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De leermethode kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Frankrijk voeren de activiteiten uit. Begrijpen gaat boven produceren. De nadruk ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze neemt ongeveer 100 uur in beslag. In fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase duurt ruwweg 150 uur en de deelnemer begint nu het Frans ook te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de Franse cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode van de methode beginnen de deelnemers zich op taalgebruik van moedertaalsprekers Frans te richten door middel van nieuws, televisie, films en literatuur. Het Frans dat voor het werk van de deelnemers is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei buiten de formele taalsessies Frans om.
Populariteit
Er is nog niet veel bekend over het succes omdat de leermethode van Thomson nog tamelijk nieuw is. Deelnemers zijn enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van de taalverwerving Frans. Deze zes fasen van de methode bieden een duidelijk tijdsschema alsook realistische doelen. De lerende verwerft niet alleen taalkennis Frans, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht in de vroege jaren 2000 door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Frans) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het werkt een eenvoudige methode: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt dan wat hij of zij hoort. Het is niet van belang om de Franse tekst ook te begrijpen; in de eerste plaats gaat het om de klanken. Bij de methode wordt het luisteren en herhalen net zo vaak geoefend tot het soepel gaat en de lerende simultaan Frans kan spreken met de opname. Na enige tijd zullen de studenten een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben uitgesproken. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende tekst, zijn veel lesboeken geschikt voor deze techniek. De Franse audio-opname dient idealiter iets boven het niveau van de lerende te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. De aanbeveling van Argüelles is om te gaan lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te gaan zitten, omdat beweging de opname van de te leren taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Een bijkomende reden is dat de student minder snel afgeleid wordt als hij of zij beweegt, waardoor het werken aan het Frans een stuk effectiever wordt.
Shadowing heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale driloefeningen toegepast in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Ook het simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit is gebleken dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Het algemene begrip van het Frans wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het in een groep van studenten kan worden toegepast, waarbij iedere deelnemer individueel actief leert. Het rendement van de methode is hoog.
Het nadeel van deze techniek is dat de lerende het soms een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De teksten kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een taalleermethode (voor bijvoorbeeld Frans) die op het principe is gebaseerd dat mensen leren door middel van handelingen en beweging. Al doende leert men, en wel op de manier zoals kinderen de moedertaal leren. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, in een later stadium gaan de kinderen verbaal reageren. De luistervaardigheden Frans vormen dus de basis, de spreekvaardigheden komen later.
De methode van TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van het Frans versneld toe. De docent geeft opdrachten op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerenden doen deze opdrachten na. Aanvankelijk wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Taken die bekend zijn worden uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
TPR® appelleert aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt met name toegepast binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken eveneens met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek van Total Physical Response zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in het leren van het Frans bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. In principe is de methode van TPR® geschikt voor elk type doelgroep, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en kan de methode eveneens in grotere klassen ingezet worden. Het Frans wordt direct in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen.
Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is de keerzijde van TPR®. Dit is de reden dat de methode tot op een zeker taalniveau werkt en daarnaast nog een andere methode (als aanvulling) nodig is. De methodiek is bovendien niet bijzonder creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Frans te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er ontstond een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend zou moeten zijn. Overigens had die Reformbeweging niet alleen betrekking op het leren van een taal, maar eveneens op voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Omstreeks 1900, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, streefde men naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. In het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica eerder inductief werd geleerd, door middel van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten de studenten hieruit afleiden. Er kwamen meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak van de taal (zoals het Frans). Het werd gestimuleerd om de studenten veel in het Frans te laten spreken. Nieuw was ook dat de lessen in het Frans gegeven werden. Tijdens de lessen werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) woordenschat aangeleerd aan de hand van plaatjes en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd door de lerenden aangebracht voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deze vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloed van de crises en oorlogen, om in de jaren zestig weer in een andere vorm terug te keren.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Interlingua en Berlitz.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het belangrijkste voordeel. Luisteren en spreken komen uitgebreid aan bod, waardoor de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Frans ontwikkelen. Aan de Direct Methode kleven echter eveneens nadelen. Voor de schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen relatief minder. Deze leermethode biedt voor de meer gevorderde student Frans te weinig uitdaging. Doordat deze leermethode uitgaat van een daadkrachtige inzet door de studenten is de leermethode eveneens niet heel geschikt voor de langzaam lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In januari 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca gaat uit van hetzelfde principe als waar de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’) voor staat: de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een vreemde taal (zoals Frans) dient veilig en gemakkelijk te zijn. Daarom wil Manesca niet met abstracte lijstjes of regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De methode is op het werken met een groep studenten en een trainer Frans gebaseerd, die steeds één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en deze beweging worden vervolgens door de studenten na elkaar herhaald. Deze herhalingen helpen de lerenden de Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en weer variaties op de Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is opgepakt en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van de ideeën van Jean Manesca zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het vreemdetalenonderwijs van vandaag.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai wordt om dezelfde Franse woordjes en zinnen steeds te herhalen, kan een minpunt zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de student en diens actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de taaldocenten Frans om de aandacht van de studenten te trekken, reacties los te krijgen en ze aan te moedigen om fouten te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak (Frans) besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het essentieel om taalonderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Caleb Gattegno ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno verklaarde dat taaldocenten niet zozeer naar kennisoverdracht dienen te streven, maar het bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
Gekleurde blokjes (zogenaamde cuisenaire-staven) die kunnen worden gebruikt voor allerlei dingen, zijn één van de hulpmiddelen (zogenaamde cuisenaire-staven) die The Silent Way gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Alhoewel The Silent Way in de oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt toegepast, zijn Gattegno’s ideeën voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak van betekenis geweest.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de methodiek van Caleb Gattegno is dat zijn leermethode niet-bedreigend is voor de student, die immers als autonoom wordt gezien. De taaltrainer Frans is in feite dienstbaar aan de lerende, niet omgekeerd. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van het Frans op een natuurlijke manier. Door studenten uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken, wordt het geleerde over het algemeen goed verwerkt en onthouden. De lerende ‘mag’ foutjes maken, wat helpt bij het leren.
Het feit dat een aantal studenten wat intensievere begeleiding nodig heeft dan de methode voorstaat, kan een nadeel van de methode zijn. Door de afwezigheid van inbreng van de taaltrainer Frans zouden de lerenden gefrustreerd kunnen raken. Werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er vrij gauw af is, waardoor het effect verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke methode van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen de moedertaal leren. De studenten worden blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input om dit te bereiken. De taaltrainer Frans vertelt een verhaal, waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Omdat de verhalen van de taaltrainer vrij gemakkelijk te begrijpen zijn, ontspannen de studenten zich. Zo worden woorden en structuren van het Frans vrijwel vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen van de studenten. De docent wijst de lerende op grammaticale verschijnselen in het Frans, zonder dat studenten regels van het Frans uit het hoofd leren.
De lerende zal na een poosje ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant is om samen met een groepje lerenden een verhaal op te bouwen. Hierbij schrijft de trainer Frans eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de Franse vertalingen erbij en vervolgens een verhaal te maken met de studenten. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Frans, doordat dit voor input zorgt. Schrijven in het Frans volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de taaldocent moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier om Frans te leren en het geleerde wordt grondig verworven. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. TPRS is plezierig voor de student en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor de lerenden werkt het zeer motiverend om zelf verhalen te maken.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de taaldocent vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-leermethodiek is vernoemd naar de zogenaamde de Steen van Rosetta, een steen die werd gevonden in Egypte met tweetalige teksten, door middel waarvan de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is eveneens de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen verkoopt. De eerste versie van deze methode is in het jaar 1996 uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren met behulp van een computer. Deze taalcursussen zijn beschikbaar in meer dan dertig verschillende talen en ze zijn te volgen vanuit al deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier nabootst waarop kinderen hun moedertaal leren. Dit wil zeggen ‘leren door onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te spreken. Rosetta Stone gebruikt hiervoor foto’s alsook stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Frans) om de betekenis van nieuwe (Franse) woorden over te brengen. Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma dat de Franse uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. De lerenden kunnen zo hun uitspraak van de nieuwe taal met de uitspraak van native speakers (moedertaalsprekers Frans) vergelijken. De uitspraak kan worden verbeterd door de voorbeeldstem langzamer te laten spreken en de studenten vervolgens veel na te laten spreken.
Voor de schrijfvaardigheid Frans biedt de methode dictee-oefeningen. De software controleert de Franse spelling en de grammatica en wijst op eventuele fouten, waarbij optie is om deze fouten van de student te verbeteren.
Het programma biedt ook leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
De Rosetta Stone-methode wordt wereldwijd veelvuldig ingezet en niet door de minsten. Onder andere het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken en de NASA maken er gebruik van. De methode van Rosetta Stone wordt in ons land toegepast door enkele ministeries en diverse hogescholen en universiteiten, alsook door sommige internationaal opererende bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is zeer eenvoudig om te gebruiken en kan door de student ingezet worden op elk moment. Welke onderdelen van de leermethode meer of minder aandacht nodig hebben, kan de lerende zelf bepalen. Veel studenten ervaren het als prettig om de Rosetta Stone-methode te gebruiken. Bij een gebrek aan taaldocenten kan de methode van Rosetta Stone voor scholen een oplossing bieden. Een keerzijde is dat er geen docent is om de lerenden te motiveren of iets extra’s te bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Dr. Paul M. Pimsleur; een Amerikaans taalkundige. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur in 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een computerprogramma om nieuwe talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialoog in de doeltaal die door studenten worden nagesproken en weer herhaald. De Franse voorbeeldzinnetjes zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursussen zijn op herhaling, anticipatie, woordenschat en herhaling gebaseerd. De lessen van de cursus bieden een audio-opname van een half uur die nieuwe vocabulaire en structuren bevat. De grammaticale structuren van het Frans worden niet apart uitgelegd maar door middel van uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes aangeboden.
Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin informatie van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval verwerkt.
Populariteit
De Pimsleur taalcursussen worden onder meer in de Verenigde Staten gevolgd en de ervaringen met de methode variëren. Over de aangeleerde uitspraak zijn de gebruikers over het algemeen tevreden.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode werkt heel goed om de uitspraak te verbeteren doordat de insprekers van de zinnen moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke manier Frans spreken op een normaal tempo.
Een minpunt van de leermethode van Pimsleur is dat er niets wordt uitgelegd. De studenten leren geen bouwstenen om zelf Franse zinnen te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die uit het hoofd geleerd worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn leermethode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden zoals Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij stressvrij is, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Hij begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De taalcursussen zijn audiolessen (Frans), ingesproken door twee stemacteurs; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de acteurs gesteld wordt, is het de bedoeling dat de lerenden op pauze drukken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. De les wordt in delen opgebouwd en Franse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Franse lesstof die al bekend is. Bij de Michel Thomas-methode is de uitleg steeds in het Engels. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden tussen het Engels en het Frans gewezen, als deze verbanden er zijn. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Eerst wordt makkelijke stof aangeleerd, moeilijkere stof wordt pas aangeboden nadat door de student Frans is begrepen en geleerd. Behalve Franse woorden en zinnetjes worden eveneens bouwstenen aangeleerd. Hiermee kan de gebruiker zelf zinnetjes bouwen. Ook gebruikt de leermethodiek van flashcards zodat studenten zelf hun vocabulaire Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel studenten vinden de cursus fijn om mee te werken en zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Frans. Studenten die wat verder gevorderd zijn met de taal, vinden de cursussen wat minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De cursussen trainen uitspraak en luistervaardigheid Frans op efficiënte manier en de cursussen zijn heel toegankelijk. Dat de cursus Frans niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een minpunt. Een daadwerkelijke interactie is er ook niet, omdat het audiocursussen zijn.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, opgericht door schrijver en polyglot Alphonse Chérel in 1929. Het bedrijf Assimil maakt en publiceert taalcursussen en het begon met het eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat wel wat hooggegrepen voor een taalcursus (zoals Frans) is. De Assimil-cursussen zijn zelfstudielessen die uit een leerboek Frans en audio-CD’s alsook een USB-stick bestaan. De cursist besteedt ongeveer twintig minuten per dag aan de taalcursus.
De lessen bestaan uit verschillende Franse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. Hihiernaast staat de Franse vertaling, met de grammaticale uitleg. Om de uitspraak van het Frans te oefenen, maakt de methode gebruik van zinnetjes die zijn ingesproken door native speakers en die de cursist daarna dient te herhalen. De opbouw is van receptief naar productief: in de eerste les wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ruwweg vijftig taallessen.
Populariteit
De cursussen van Assimil zijn gewaardeerd. De taalcursussen zijn niet zo duur en het aanbod aan talen is groot.
Voor- en nadelen van Assimil
Het pluspunt van de methode van Assimil is dat de lerenden in hun eigen tempo kunnen leren op het moment dat dit het beste uitkomt. Het nadeel hierbij is, wat geldt voor alle computertaalcursussen, dat de student is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen docent Frans beschikbaar om de lerende te begeleiden of te motiveren.
ALGEMENE LEERMETHODES
Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Amerika en in Engeland ontwikkeld, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, was het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten te voorzien van elementaire verbale communicatieve vaardigheden. Door de invloed van het leger stond de audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je beschouwen als antwoord op de grammatica-vertaalmethode. Het was nieuw dat de les geheel werd gegeven in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans). Spreken en luisteren (in het Frans) zijn de belangrijkste vaardigheden en (Franse) grammaticale structuur worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. Het doel is foutloos Frans leren spreken en verstaan, wat begint bij een Franssprekende leren naspreken. Het middel hiervoor is herhaling; er wordt met driloefeningen gewerkt om Franse zinnen alsook structuren in te slijpen, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltrainer Frans kan een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen en daarna een nieuw Frans woord of meerdere nieuwe Franse woorden hieraan toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt veel gewerkt in zogeheten talenpractica, waar lerenden met een koptelefoon naar zinnen luisteren en deze naspreken. Geschreven Frans wordt pas aangeboden als het mondelinge Frans inmiddels vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
De audiolinguale methode werd in Nederland pas geïntroduceerd rond het jaar 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al snel bezwaren tegen deze betekenisloze driloefeningen. Het kwam soms voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats daarvan maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij een taal (zoals Frans) leren niet om het uit het hoofd leren van de (Franse) grammaticaregels gaat, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Frans), die vóór de jaren zeventig voor de meeste taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten Frans. Direct van het begin wordt een juiste uitspraak Frans aangeleerd. Deze audiolinguale methode is een docentgestuurde methode waardoor deze een vlotte en efficiënte overdracht van kennis kan bieden. De audiolinguale methode kan ook bij grotere groepen worden toegepast.
Dit docentgestuurde aspect heeft tegelijkertijd een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng van de studenten verwacht, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid op de loer ligt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Frans om te zetten zijn.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) op een zodanige manier wijze te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die worden herhaald na verloop van tijd. Deze Franse woorden en zinnen van de woordenlijst worden door de studenten hardop gelezen. Deze woorden en/of zinnen of zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar door de blootstelling gaat dit eigenlijk vanzelf. De woordenlijst wordt telkens bijgewerkt; Franse woorden die zijn geleerd, worden van de woordenlijst gehaald, Franse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten opgeslagen worden, iets dat door veel geheugenwetenschappers wordt bestreden. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden wanneer deze kennis ook van betekenis en relevant is voor de lerende. De methode kan werken voor Franse woorden en zinnen die relevant en betekenisvol zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje kan deze GoldList Method functioneren. Met de hand schrijven functioneert beter dan typen of, zelfs behoorlijk zinloos: een fotootje maken, doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Het ontbreken van context is een minpunt van deze methode. Taal bestaat uit uiteraard veel meer dan een serie losse woorden of zinnen. Bovendien is de GoldList-methode bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven lijsten gemaakt dienen te worden.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is in 1983 ontwikkeld door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op op een natuurlijke manier verwerven van een vreemde taal (zoals bijvoorbeeld Frans) gericht. Op de manier waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken, probeert de leermethode het Frans aan te leren. Zo leert men onbewust ook de taalregels van het Frans. Alleen het Frans wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een stressvrije leeromgeving voor de studenten. Een grote hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op expliciete Frans grammatica en de correctie van vormfouten.
Als de student wordt ondergedompeld in de Franse taal werkt de methode het meest effectief. Om te zorgen dat de lerende van de ervaringen kan genieten, moeten de activiteiten die in het Frans worden aangeboden, stimulerend zijn.
De Natural Method leermethode lijkt veel op de Directe Methode. De methoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen de leermethoden is dat bij de Directe Methode meer de nadruk op de praktijk wordt gelegd en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak bewezen dat onderdompeling een zeer effectieve methode kan zijn. De Natural Approach is een populaire wijze van lesgeven onder taaltrainers Frans, doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen voor lerenden. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De leermethode richt zich voornamelijk op het impliciet aanleren van de Franse grammatica. De studenten zouden weliswaar leren in het Frans te communiceren, maar blijven hangen in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Om op een natuurlijke manier een taal te leren, wordt als prettig ervaren. Studenten wordt de mogelijkheid geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Omdat er niet ‘uit het hoofd geleerd hoeft te worden’, blijft het geleerde langer onthouden.
Het nadeel kan zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, omdat er bijna geen druk op de taalproductie ligt. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een specifiek Frans examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) ofwel ‘Structurele Aanpak’ is in de jaren 50 ontwikkeld door Charles Fries en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren die als doel heeft om studenten met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans) vertrouwd te maken. Volgens de SA levert het beheersen van deze structuren meer op dan het verwerven van het Frans. Bij de Structurele Aanpak gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van specifieke combinaties van Franse woorden en groepen woorden in de juiste woordvolgorde. Deze combinaties worden aan studenten aangeboden in betekenisvolle situaties middels dramatisering, visualisatie, gezichtsuitdrukking en handelingen. De structuren die in de praktijk het meest worden gebruikt, worden eerst aangeboden. De mondelinge vaardigheden Frans (luisteren en spreken) worden hier in eerste instantie bij gebruikt; daaruit volgen lezen en schrijven. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Frans (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 toegepast op grote schaal voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de lerenden het Frans op een nauwkeurige manier leren. Studenten krijgen inzicht in de grammatica van het Frans en leren eveneens in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet passend zijn voor de situatie. De methode van de Structural Approach gebruikt alledaagse taal. De Structural Approach heeft ook minpunten. De methodiek is tamelijk tijdrovend en zorgt niet direct voor succeservaringen. De inbreng van de studenten zelf is beperkt; het is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is in de jaren zestig van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in het jaar 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie het uiteindelijke streven is bij het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
De studenten leren het Frans in praktijk te brengen met gebruik van CLT-technieken door de interactie met de taaldocent Frans en met elkaar. Er wordt gebruikgemaakt van teksten, geschreven in het Frans of ander materiaal uit het dagelijks leven en/of de werkomgeving. Het Frans wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten Frans dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in verschillende realistische situaties te oefenen. Franse grammatica leren studenten inductief, dat wil zeggen aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent Frans echt een trainer, die de lerende leert in het Frans te communiceren.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, mede doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Door de verdere eenwording van Europa kwam meer vraag aan het leren van talen op een wijze die meteen toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel positieve kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; deze methode van leren is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren de studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. De methode is efficiënt. Voor de lerenden is het stimulerend, omdat zij gauw succeservaringen hebben. Er mogen foutjes worden gemaakt; de vaardigheid wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en de uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de taaltrainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Voor sommige studenten is deze manier van een vreemde taal leren ongebruikelijk of lastig, afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben. De methode Communicatief taalonderwijs traint de vaardigheden; hierbij gaat het vooral om de functie en minder om de vorm en CLT biedt als zodanig geen samenhangend geheel.
Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)
Bedacht door wie en wanneer
In de 18de en de 19de eeuw was het taalonderwijs vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Meidinger ontwikkelde omstreeks het jaar 1783 een leermethode waarin de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gebaseerd; de taal van wetenschap, cultuur en religie. Het onderwijs in het Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en was volledig gericht op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Frans). Deze aanpak werd beschouwd als wetenschappelijk en degelijk. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de student inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Frans. De taaldocent draagt kennis Frans over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw waren er ook tegengeluiden te horen. Desondanks heeft tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode een grote invloed op het talenonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De methode vormt een aardige mentale training voor diegenen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren. Deze methode biedt ook inzichten in de structuur van het Frans, door de nadruk die op de grammatica gelegd wordt.
Er zijn echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de geleerde taal zelfs na jaren studie nauwelijks mondeling kan worden toegepast. Omdat het over het algemeen om literair taalgebruik gaat, staat de methode ver van het dagelijks gebruik van het Frans af, ook in de context die wordt aangeboden. Bij het werken in een groep biedt deze leermethode niet de mogelijkheid tot een eigen creatief proces of tot differentiatie bij de studenten. Lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (Engelse naam: language immersion) wordt wereldwijd gebruikt sinds de jaren 70, en dan met name op middelbare scholen waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in de provincie Brabant, ‘de nonnen van Vught’. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse taalles onderwezen aan rijke dames uit Vught en omgeving.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, vanaf het eerste moment wordt omgeven door de te leren taal. De instructies worden gegeven in de doeltaal (Frans); in het begin langzaam en met veel herhalingen, later op een natuurlijkere manier. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Frans te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt de leeromgeving vaak in de stijl van het land van de Franse taal ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Frankrijk zijn. De studenten oefenen het Frans spreken één-op-één of in kleine groepen. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk te reizen naar Frankrijk en daar bijvoorbeeld te verblijven in een gastgezin.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een zeer goede methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Frans kan uitstekend worden aangeleerd op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het belangrijkste voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, doordat de methode zo intensief is. De leermethode is een kwestie van ‘sink or swim’, de lerende moet echt gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Frans aan het leren. De sociale interactie wordt versterkt door het samen oefenen in groepen. Studenten ervaren dat als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een minpunt. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel weer wegzakt. Dat een dergelijke training Frans erg intensief is, kan een ander nadeel zijn. Niet elke student heeft de conditie om deze manier van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De leermethode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al doet vermoeden, is De methode van Suggestopedia gebaseerd op de kracht van de suggestie. Volgens Lozanov is positieve suggestie een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer alsook een wederzijds vertrouwen tussen lerenden en de docent (Frans) van essentieel belang. Dat de student zich veilig en ontspannen voelt, is de voorwaarde. Een leslokaal met een rijopstelling was niet geschikt om dit te bereiken. Lerenden namen tijdens de les plaats in comfortabele stoelen die waren geplaatst in een halve cirkel en er was altijd muziek in de les. De leermethodiek voorgestaan door Lozanov, bestond uit het voorlezen van teksten, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Bij deze teksten bestonden bestonden lijsten met woorden alsook opmerkingen over de (Franse) grammatica. Het voorlezen werd gedaan met veel expressie in stem en gebaren. Studenten werden zo gestimuleerd om te luisteren en de nieuwe (Franse) woorden konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. Er was veel tijd tijdens de lessen voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). In de les werden rollenspellen gespeeld en er bijvoorbeeld (Franse) streekgerechten werden gemaakt en geproefd.
Populariteit
De leermethode van Lozanov was omstreden en is niet zo bekend meer. Sommige elementen van de methode bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds gebruikt.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedia creëert een veilige en ontspannen sfeer, waardoor de student geen hinder heeft van frustratie of faalangst. Deze sfeer kan voor een immigrant bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de methode is dat de lerenden gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in te leven in de situaties, wat voor sommigen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor sommige studenten een keerzijde, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Ook kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend werken in plaats van ontspannend en stimulerend. Een ander zwak punt is dat de relatie docent-lerende niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse docent en de lerende is steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) of CLL geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een vreemde taal te leren waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. Deze CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de trainer als een counselor fungeert die de zinnen van studenten parafraseert. De studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als de studenten de te leren taal (Frans) nog niet voldoende machtig zijn. De trainer (Frans) legt uit en vertaalt, waarna de studenten de uitingen van de trainer zo goed mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.
De CLL stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de interactie tussen de studenten als middel om het Frans te leren. Een leerboek Frans wordt niet gebruikt; de lerenden bepalen zelf de lesstof middels zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van de methode is sterk afhankelijk van de kunde van de trainer-counselor. De taaldocent dient sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig onderlegd te zijn. Deze docent dient zowel het Frans als de moedertaal van de studenten zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de studenten te kunnen vertalen. Community Language Learning kan goed functioneren wanneer deze op de juiste wijze wordt gebruikt. Voor grote klassen is Community Language Learning niet geschikt.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
De methode biedt studenten veel autonomie. Het analyseren van de eigen gesprekken vinden veel lerenden nuttig. Niet alleen tijdens de lessen Frans, maar eveneens buiten de lessen wordt de groep vaak zeer hecht. Door deze methode worden lerenden zich een stuk meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en leren als een team te werken. Het bespreken van hun fouten en het evalueren van de lessen Frans is heel leerzaam voor de studenten. Dergelijke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Een keerzijde van de methode van Community Language Learning kan zijn dat de taal docent niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Er wordt geen leerboek gebruikt en er worden eveneens geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de lessen is daardoor lastig meetbaar. Sommige studenten worden belemmerd in hun Frans spreken als zij worden opgenomen.
Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren ontwikkeld door Michael Lewis in de vroege jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk gedeelte van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo wordt geleerd hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans is in deze benadering belangrijker dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die regelmatig voorkomen in dialogen. Er is aandacht voor interactie maar ook voor exposure; voor de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor het zelf ontdekken van de Franse taal.
De rol van de docent Frans is voor voldoende inbreng te zorgen en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.
Populariteit
Door de invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de afgelopen dertig jaar de leerboeken duidelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht geschonken aan de woordenschat die in chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De drastische omwenteling in de manier waarop een vreemde taal wordt onderwezen, iets waarnaar Michael Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door met ‘chunks’ (brokjes taal) te werken; met ‘echte’ taal, leren lerenden op een heel natuurlijke wijze het Frans te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid toch altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is een minpunt van deze methode. Met het zelf leren herkennen van de patronen van het Frans hebben sommige lerenden moeite en zij hebben meer aan een trainer Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Franse leraar François Gouin in 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van François Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica vereisen. De studenten leren zinnetjes op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, wetenschap en beroep, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. De seriemethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het is een soort eentalige methode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden heel snel in de te leren taal (bijvoorbeeld het Frans) gaan denken.
Populariteit
Gouin’s principes over taal waren erg vooruitstrevend. Alhoewel het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd een succes. Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwde de methode echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
Gouin’s Series method ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Frans en zorgt voor een harmonieuze, natuurlijke en gelijkwaardige sfeer in de lessen.
De leermethode biedt levendig taalonderwijs. Doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit type taalonderwijs Frans enthousiasme op van de studenten. Het leren werd tastbaar; dit was iets dat geheel nieuw was. Het maakt studenten Frans nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen en het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve taalvaardigheid Frans van de lerende wordt met de methode goed gestimuleerd.
De leermethode heeft echter als nadeel dat taal die wat abstracter of subjectiever is, wat moeilijk met beweging en expressie in één duidelijke ervaring kan worden gevangen. De bewerkelijkheid voor de docent, die een scala aan series voor moet bereiden, is een ander nadeel. Ten derde is de Gouin-seriemethode vooral gericht op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog meestal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheden toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching; TBLT (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Graham Crookes en Michael H. Long.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte erachter is dat het verwerven van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te kunnen voeren. De studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Frans) vereist. Om deze taken goed uit te voeren, dienen zij over woordenschat en taalregels te beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals het schrijven van een e-mail, met de klantenservice bellen, een boodschap doen, een drankje bestellen of een krant lezen. De taak wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij studenten zich eerst op de taak voorbereiden, daarna de taak uitvoeren en tot slot erop terugblikken. Om de taken uit te kunnen voeren, dienen studenten samen te werken. De taken moeten net boven het taalniveau Frans van de lerende liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Het taakgericht onderwijs is vanaf het begin van de jaren negentig erg populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij studenten (vooral studenten in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Frans) te gebruiken. Zolang de opdracht goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Studenten komen op een natuurlijke, dagelijkse wijze in aanraking met het Frans en leren op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Daarnaast leren studenten om samen te werken. De lerenden ervaren taakgericht onderwijs als plezierig en motiverend.
Dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren, kan als nadeel genoemd worden.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse linguïst en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
‘Dogme 95’; de beweging uit het jaar 1995 van een groep van Deense filmmakers onder wie Deense filmregisseur Lars von Trier, vormde de inspiratie voor Dogme Language Teaching. Voor het filmmaken, confirmeren de deelnemers zich aan tien strenge regels (dogma’s). Samen behelzen ze ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity). Iets soortgelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van de Dogme benadering streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet door voorgedrukt materiaal belast is. Het doel van de Dogme-methode is het aangaan van echte inhoudelijke gesprekken die over praktische onderwerpen gaan. Hierbij gaat het om communicatie als drijvende kracht van het leren. Deze leermethode is daarom een communicatieve aanpak van het taalonderwijs, die taal wil onderwijzen zonder leerboeken of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen trainer en studenten richt. Net zoals de Dogme-beweging in de film, kent het Dogme-taalonderwijs 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de parallellen met het taakgericht leren suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een voordeel voor docenten Frans. Dat lerenden voor hun eigen leerproces de verantwoording dragen, kan zeer motiverend zijn. Op deze manier is de les Frans niet voorspelbaar. Het zorgt voor spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. Bij een taalles volgens de Dogme-methode is zo goed als alles bespreekbaar. Studenten blijven zo betrokken en alert.
Studenten kunnen zich echter wel wat ongemakkelijk voelen als ze zo weinig door de trainer bij de hand worden genomen. Voor deze manier van lesgeven zijn ook niet alle taaldocenten Frans in voldoende mate flexibel. Een keerzijde kan zijn dat lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Frans en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof tijdens de taallessen aan bod komt.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in het jaar 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het leren van een nieuwe taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van de methode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het uiteindelijke doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). GPA gebruikt daarom de benaming ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA-benadering vertoont overeenkomsten met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De leermethode kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Frankrijk voeren de activiteiten uit. Begrijpen gaat boven produceren. De nadruk ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de methode is de hier-en-nu-fase. Deze neemt ongeveer 100 uur in beslag. In fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase duurt ruwweg 150 uur en de deelnemer begint nu het Frans ook te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die worden gedeeld tussen culturen alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu meer diepgaande gesprekken over het leven in de Franse cultuur te voeren. In fase 5 van de leermethode van de methode beginnen de deelnemers zich op taalgebruik van moedertaalsprekers Frans te richten door middel van nieuws, televisie, films en literatuur. Het Frans dat voor het werk van de deelnemers is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei buiten de formele taalsessies Frans om.
Populariteit
Er is nog niet veel bekend over het succes omdat de leermethode van Thomson nog tamelijk nieuw is. Deelnemers zijn enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijke doorkijk geboden op het proces van de taalverwerving Frans. Deze zes fasen van de methode bieden een duidelijk tijdsschema alsook realistische doelen. De lerende verwerft niet alleen taalkennis Frans, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht in de vroege jaren 2000 door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Frans) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het werkt een eenvoudige methode: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt dan wat hij of zij hoort. Het is niet van belang om de Franse tekst ook te begrijpen; in de eerste plaats gaat het om de klanken. Bij de methode wordt het luisteren en herhalen net zo vaak geoefend tot het soepel gaat en de lerende simultaan Frans kan spreken met de opname. Na enige tijd zullen de studenten een transcript gebruiken om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben uitgesproken. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende tekst, zijn veel lesboeken geschikt voor deze techniek. De Franse audio-opname dient idealiter iets boven het niveau van de lerende te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. De aanbeveling van Argüelles is om te gaan lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te gaan zitten, omdat beweging de opname van de te leren taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Een bijkomende reden is dat de student minder snel afgeleid wordt als hij of zij beweegt, waardoor het werken aan het Frans een stuk effectiever wordt.
Shadowing heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale driloefeningen toegepast in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Ook het simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit is gebleken dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid aanzienlijk verbetert. Het algemene begrip van het Frans wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat het in een groep van studenten kan worden toegepast, waarbij iedere deelnemer individueel actief leert. Het rendement van de methode is hoog.
Het nadeel van deze techniek is dat de lerende het soms een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De teksten kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een taalleermethode (voor bijvoorbeeld Frans) die op het principe is gebaseerd dat mensen leren door middel van handelingen en beweging. Al doende leert men, en wel op de manier zoals kinderen de moedertaal leren. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, in een later stadium gaan de kinderen verbaal reageren. De luistervaardigheden Frans vormen dus de basis, de spreekvaardigheden komen later.
De methode van TPR® past deze principes van de moedertaalverwerving bij het leren van het Frans versneld toe. De docent geeft opdrachten op een begrijpelijke en vriendelijke wijze, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerenden doen deze opdrachten na. Aanvankelijk wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Taken die bekend zijn worden uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
TPR® appelleert aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Het kost hierdoor minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
De methode van TPR® wordt met name toegepast binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginners en ook wel op de basisschool bij Engels. Maar middelbare scholieren en volwassenen werken eveneens met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek van Total Physical Response zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in het leren van het Frans bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. In principe is de methode van TPR® geschikt voor elk type doelgroep, ongeacht welke achtergrond en leeftijd en kan de methode eveneens in grotere klassen ingezet worden. Het Frans wordt direct in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen.
Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is de keerzijde van TPR®. Dit is de reden dat de methode tot op een zeker taalniveau werkt en daarnaast nog een andere methode (als aanvulling) nodig is. De methodiek is bovendien niet bijzonder creatief. De studenten leren niet hun meningen, gevoelens en ideeën in het Frans te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren tachtig van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als reactie op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er ontstond een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend zou moeten zijn. Overigens had die Reformbeweging niet alleen betrekking op het leren van een taal, maar eveneens op voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Omstreeks 1900, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, streefde men naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. In het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica eerder inductief werd geleerd, door middel van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten de studenten hieruit afleiden. Er kwamen meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak van de taal (zoals het Frans). Het werd gestimuleerd om de studenten veel in het Frans te laten spreken. Nieuw was ook dat de lessen in het Frans gegeven werden. Tijdens de lessen werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) woordenschat aangeleerd aan de hand van plaatjes en voorbeelden. Abstracte vocabulaire werd door de lerenden aangebracht voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Deze vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloed van de crises en oorlogen, om in de jaren zestig weer in een andere vorm terug te keren.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Interlingua en Berlitz.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het belangrijkste voordeel. Luisteren en spreken komen uitgebreid aan bod, waardoor de lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Frans ontwikkelen. Aan de Direct Methode kleven echter eveneens nadelen. Voor de schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen relatief minder. Deze leermethode biedt voor de meer gevorderde student Frans te weinig uitdaging. Doordat deze leermethode uitgaat van een daadkrachtige inzet door de studenten is de leermethode eveneens niet heel geschikt voor de langzaam lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”) in 1835. In januari 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
Manesca gaat uit van hetzelfde principe als waar de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’) voor staat: de beste manier om vreemde talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een vreemde taal (zoals Frans) dient veilig en gemakkelijk te zijn. Daarom wil Manesca niet met abstracte lijstjes of regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De methode is op het werken met een groep studenten en een trainer Frans gebaseerd, die steeds één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en deze beweging worden vervolgens door de studenten na elkaar herhaald. Deze herhalingen helpen de lerenden de Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Deze woorden worden stap voor stap zinnen en weer variaties op de Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds enkele jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is opgepakt en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van de ideeën van Jean Manesca zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het vreemdetalenonderwijs van vandaag.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai wordt om dezelfde Franse woordjes en zinnen steeds te herhalen, kan een minpunt zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de student en diens actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de taaldocenten Frans om de aandacht van de studenten te trekken, reacties los te krijgen en ze aan te moedigen om fouten te corrigeren. Er wordt veel tijd aan de uitspraak (Frans) besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het essentieel om taalonderwijs te geven door middel van een methode die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Caleb Gattegno ontdekte dat het relatief weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Caleb Gattegno verklaarde dat taaldocenten niet zozeer naar kennisoverdracht dienen te streven, maar het bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
Gekleurde blokjes (zogenaamde cuisenaire-staven) die kunnen worden gebruikt voor allerlei dingen, zijn één van de hulpmiddelen (zogenaamde cuisenaire-staven) die The Silent Way gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt om spelling te leren.
Populariteit
Alhoewel The Silent Way in de oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt toegepast, zijn Gattegno’s ideeën voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak van betekenis geweest.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de methodiek van Caleb Gattegno is dat zijn leermethode niet-bedreigend is voor de student, die immers als autonoom wordt gezien. De taaltrainer Frans is in feite dienstbaar aan de lerende, niet omgekeerd. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van het Frans op een natuurlijke manier. Door studenten uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken, wordt het geleerde over het algemeen goed verwerkt en onthouden. De lerende ‘mag’ foutjes maken, wat helpt bij het leren.
Het feit dat een aantal studenten wat intensievere begeleiding nodig heeft dan de methode voorstaat, kan een nadeel van de methode zijn. Door de afwezigheid van inbreng van de taaltrainer Frans zouden de lerenden gefrustreerd kunnen raken. Werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat de nieuwheid er vrij gauw af is, waardoor het effect verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke methode van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen de moedertaal leren. De studenten worden blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input om dit te bereiken. De taaltrainer Frans vertelt een verhaal, waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Omdat de verhalen van de taaltrainer vrij gemakkelijk te begrijpen zijn, ontspannen de studenten zich. Zo worden woorden en structuren van het Frans vrijwel vanzelf opgeslagen in het langetermijngeheugen van de studenten. De docent wijst de lerende op grammaticale verschijnselen in het Frans, zonder dat studenten regels van het Frans uit het hoofd leren.
De lerende zal na een poosje ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant is om samen met een groepje lerenden een verhaal op te bouwen. Hierbij schrijft de trainer Frans eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de Franse vertalingen erbij en vervolgens een verhaal te maken met de studenten. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Frans, doordat dit voor input zorgt. Schrijven in het Frans volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de taaldocent moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier om Frans te leren en het geleerde wordt grondig verworven. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; er is sprake van breinvriendelijk leren. TPRS is plezierig voor de student en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor de lerenden werkt het zeer motiverend om zelf verhalen te maken.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de taaldocent vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
Verschillende digitale tools om Frans te leren
Ook bestaat er een groot aanbod aan complete taalcursussen voor zelfstudie Frans: uTalk, Eurotolk Ultimate en online leermethoden zoals Quizlet, Babbel, Mondly en Duolingo.
Er is echter een betere methode:
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall Talen wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar voornamelijk door de focus van Dagnall altijd op de cursist(en) te leggen, bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of misschien kinesthetisch ingesteld? Hoe leert de cursist het makkelijkst? Wat moet of wil hij of zij eigenlijk leren?
Er is echter een betere methode:
De Dagnall Talen Methode.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall Talen wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar voornamelijk door de focus van Dagnall altijd op de cursist(en) te leggen, bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of misschien kinesthetisch ingesteld? Hoe leert de cursist het makkelijkst? Wat moet of wil hij of zij eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De cursussen van Dagnall Talen zijn bij voorkeur face-to-face. Dagnall Taleninstituut werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Dagnall biedt daarnaast een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de app geladen worden met jargon van specifieke bedrijven of organisaties.
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De cursussen van Dagnall Talen zijn bij voorkeur face-to-face. Dagnall Taleninstituut werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Dagnall biedt daarnaast een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de app geladen worden met jargon van specifieke bedrijven of organisaties.
[ Lees meer ]
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Frans online (e-learning), blended learning en Dagnall app
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzameltermen voor (taal)trainingen die online kunnen worden gevolgd, op afstand dus. Men spreekt ook wel van een virtual classroom oftewel een ‘digitaal leslokaal’.
Bij de zogenaamde trainingsvorm van blended learning worden face-to-face-sessies (klassikale sessies) met online leren in een online leeromgeving gecombineerd.
Simpel gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Nijmegen.
Online Frans leren (e-learning Frans)
Een aantal voorbeelden van digitale platformen die voor online communiceren en leren gebruikt kunnen worden, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Frans in Nijmegen
Het voordeel van blended learning ten opzichte van online leren is dat, als het niet om 1-op-1 les gaat, de cursisten bij blended learning afwisselend wel zogeheten ‘classroominteractie’ ervaren; dat wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van andere cursisten.
100% maatwerk – ook online!
Vanzelfsprekend biedt Taleninstituut Dagnall ook blended learning in Nijmegen op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall Talen biedt een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Het platform Dagnall.online biedt gevarieerde en interactieve content en het platform vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Naast het online leerplatform beschikt Dagnall Talen eveneens over een handige eigen App voor zowel een Android- als een Apple-apparaat. Het voordeel van de Dagnall App is dat lerenden altijd en overal, dus 24/7, toegang op elk (mobiel) apparaat hebben. Zowel op het werk maar eveneens thuis of onderweg, bijvoorbeeld eveneens in het buitenland. Deelnemers kunnen dus Frans leren wanneer en waar ze maar willen. De oefeningen in de App worden afgestemd op de behoefte van uw organisatie zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Zo kunnen wij bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, specifieke productnamen en juridische termen in de App integreren. De Dagnall App kan dus zeer praktijkgericht worden ingezet en de App blijft ook na afloop van de training Frans in Nijmegen is afgerond.
Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Ontdek onze online mogelijkheden
Online learning & blended learning Frans in Nijmegen
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Frans
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen of vergaderingen met Franstalige zakenpartners en klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk zijn veelal een uitdaging op het gebied van taalvaardigheid.
Diegenen die diverse talen spreken, zijn in veel bedrijven daarom vaak onmisbaar.
Online en blended taaltrainingen Frans op maat
Dagnall Taleninstituut leert u Frans communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Als u internationaal meertalig succesvol wilt zijn, leer uw Franstalige gesprekspartners dan te begrijpen en zorg ervoor dat u zelf ook wordt begrepen. Wilt u uw taalvaardigheid Frans verbeteren voor een huidige of toekomstige functie? Onze taaltrainingen bieden beroepsgerichte training. Onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en eveneens als onlinecursus & blended taalcursus beschikbaar. Een onlinecursus of blended taalcursus Frans is net zo doeltreffend en van hoge kwaliteit als een fysieke cursus en daarnaast comfortabel.
Een onlinecursus en ook een blended taalcursus kunt u overal volgen; op kantoor, thuis, op zakenreis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Voor zakelijke en technische taalcursussen online werkt Dagnall Taleninstituut met onlineplatforms zoals Zoom, Microsoft Teams, Skype of een ander onlineplatform naar voorkeur. Zoom wordt in het algemeen als het meest gebruiksvriendelijk ervaren en biedt zowel interactie als variatie.
Virtuele Classroom voor een individuele training of groepstraining Frans
Het onderstaande is voldoende voor cursussen in een virtuele classroom:
- Een laptop, tablet of pc met microfoon en camera
- Internetverbinding
- Rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]
Cursuspakket en certificaat
Voorafgaand aan uw cursus Frans in Nijmegen ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Na afloop van uw cursus Frans in Nijmegen ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Frans alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Frans.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde cursus Frans in Nijmegen
Het Europees Referentiekader (ERK)
Het taalniveau van het Europees Referentiekader (ERK) hanteren wij als uitgangspunt en biedt de cursist een helder inzicht in de aanwezige en opgedane kennis van het Frans. De niveaus van het ERK zijn internationaal erkende taalniveaus.
Na afronding van de cursus Frans in Nijmegen, ontvangt de cursist het ‘Dagnall Talen-certificaat’. Op dit certificaat staat voor elke vaardigheid het behaalde taalniveau vermeld.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese standaard om taalniveaus te kunnen omschrijven.
Het Europees Referentiekader is tussen het jaar 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld.
Het ERK wijst vijf vaardigheden met betrekking tot taal aan, zijnde: luisteren, lezen, spreken, schrijven en het voeren van gesprekken.
De Engelse term wordt eveneens veel toegepast: CEFR; Common European Framework of References. Deze vijf vaardigheden krijgen in het ERK zes niveaus van taalbeheersing; van beginners tot bijna moedertaalsprekers.
Deze zes niveaus van vaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Het Europees Referentiekader is tussen het jaar 1989 en 1996 door de Raad van Europa samengesteld.
Het ERK wijst vijf vaardigheden met betrekking tot taal aan, zijnde: luisteren, lezen, spreken, schrijven en het voeren van gesprekken.
De Engelse term wordt eveneens veel toegepast: CEFR; Common European Framework of References. Deze vijf vaardigheden krijgen in het ERK zes niveaus van taalbeheersing; van beginners tot bijna moedertaalsprekers.
Deze zes niveaus van vaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Taalniveau A betekent dat de taalgebruiker de basisvaardigheden beheerst.
Wie niveau B machtig is, wordt als een ‘zelfstandige taalgebruiker’ gezien. De kennis van het Frans is zodanig dat hij of zij zonder hulp in de Franse taal kan functioneren.
Niveau C is van toepassing op gevorderden die Frans met groot gemak lezen, verstaan, spreken en schrijven. De vaardigheden die horen bij niveau C, gaan richting moedertaalsprekers Frans. Deze mensen gebruiken de Franse taal probleemloos in verschillende situaties.
Wie niveau B machtig is, wordt als een ‘zelfstandige taalgebruiker’ gezien. De kennis van het Frans is zodanig dat hij of zij zonder hulp in de Franse taal kan functioneren.
Niveau C is van toepassing op gevorderden die Frans met groot gemak lezen, verstaan, spreken en schrijven. De vaardigheden die horen bij niveau C, gaan richting moedertaalsprekers Frans. Deze mensen gebruiken de Franse taal probleemloos in verschillende situaties.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level
Luisteren
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Frans)
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Talen is gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm stelt strenge eisen voor het borgen en stroomlijnen van processen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de door opdrachtgevers gestelde eisen alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van de ISO 9001:2015 norm.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall is eveneens gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 17100:2015 norm. ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor vertaaldiensten en bevat onder meer eisen voor mensen, middelen, projectbeheer, vertalers en revisoren.
Onze ISO 17100:2015 certificering bewijst dat wij uitsluitend met professionele moedertaalvertalers (natives) werken die over de benodigde kennis en ervaring beschikken. Daarnaast worden de vertalingen van Dagnall Talen altijd ten minste twee maal door twee specialisten/proeflezers proefgelezen. De vertalingen (Frans) worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met inmiddels jarenlange ervaring met inmiddels het certificeren van bedrijven en organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall Talen door Kiwa getoetst om te beoordelen of nog altijd aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk
Lidmaatschap NRTO
Ons instituut is vanzelfsprekend al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk.
Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid.
De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstellingen en meer dan 450 organisaties zijn lid van de NRTO.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid.
De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstellingen en meer dan 450 organisaties zijn lid van de NRTO.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
Voor de NRTO staat kwaliteit centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de dienstverlening die door de leden van de NRTO wordt geleverd, zoals een cursus Frans in Nijmegen, wordt geborgd door een gedragscode, door verschillende convenanten alsook door het NRTO-keurmerk.
[ Lees meer ]
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engelse naam: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening inzake de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de Europese Unie. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van EU-burgers. De verordening schrijft voor dat personen op de hoogte dienen te zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals hun naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die voor het beoogde doeleinde nodig zijn, mogen worden verwerkt en bewaard.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer bewaard worden dan noodzakelijk en de persoonsgegevens dienen tegen toegang door onbevoegden, verlies alsook vernietiging beschermd te worden. Dagnall Talen voldoet vanzelfsprekend aan alle vereisten die door de Algemene verordening gegevensbescherming gesteld worden en Dagnall Talen verwerkt persoonsgegevens zeer beperkt in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Frans in Nijmegen zijn vrijgesteld van btw
CRKBO-geregistreerde instelling
Dagnall staat ingeschreven in het CRKBO-register. De afkorting CRKBO staat voor het Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dit houdt in dat Dagnall Taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is een vereiste voor de Belastingdienst om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te mogen leveren.
Door deze btw-vrijstelling kan ons taleninsitituut lagere prijzen aan u in rekening brengen.
Dit is prettig voor de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor taalcursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, de overheid, maatschappen en privépersonen worden gegeven.
Dit houdt in dat Dagnall Taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is een vereiste voor de Belastingdienst om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te mogen leveren.
Door deze btw-vrijstelling kan ons taleninsitituut lagere prijzen aan u in rekening brengen.
Dit is prettig voor de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor taalcursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, de overheid, maatschappen en privépersonen worden gegeven.
CPION
Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Taleninstituut onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland.
Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen voor een cursus Frans in Nijmegen
Contact cursus Frans Nijmegen
Wilt u contact opnemen met ons taleninstituut voor een cursus Frans in Nijmegen? Laat ons u meer vertellen over de oplossingen bij Dagnall Talen. Om vrijblijvend meer informatie over onze cursussen te ontvangen, stuurt u ons direct een e-mail via cursus-frans-nijmegen@dagnall.nl of vult u ons contactformulier op de website in.
Bellen naar ons instituut voor een cursus Frans in Eindhoven kan vanzelfsprekend ook via 040-8331704 (geen belmenu). Vanzelfsprekend kunt u ook het gratis Dagnall informatiepakket aanvragen.
De beste route naar een cursus Frans in Nijmegen!
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Internationaal zakendoen
 Bij internationaal zakendoen dient dient vaak met een tijdsverschil rekening te worden gehouden in het land waar u zaken mee doet, bijvoorbeeld Frankrijk. Is er een tijdverschil tussen Frankrijk en Nederland, dan kunt u dit eveneens via navolgende klokken zien.
De klokken verspringen, indien van toepassing, automatisch over op zomertijd. (De klokken verspringen, indien van toepassing, automatisch over op zomertijd.)
AMSTERDAM
PARIJS
De officiële landcode van Frankrijk in letters is FRA. De hoofdstad van Frankrijk; Parijs (in het Frans: ‘Paris’), ligt in het noorden van Frankrijk.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Frankrijk is +33. De officiële internetextensie van Frankrijk is .fr.
Parijs op de kaart van Frankrijk
Leer Frankrijk kennen
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Frankrijk ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kent u de Franse regio’s (régions)?
Weet u in welke regio’s uw Franstalige zakenrelaties zijn gevestigd?
Met deze oefening leert u de 13 Franse regio’s zeer gauw kennen.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kent u de Franse regio’s (régions)?
Weet u in welke regio’s uw Franstalige zakenrelaties zijn gevestigd?
Met deze oefening leert u de 13 Franse regio’s zeer gauw kennen.
Controleer of verbeter uw kennis door met uw muis op de kaart van Frankrijk te gaan staan.
Door met uw muis de op de landkaart van Frankrijk te gaan staan, ziet u de regionale verdeling van Frankrijk.
De regio’s van Frankrijk wisselen elkaar nu af.
Eerst ziet u de regio’s van Frankrijk, daarna kunt de naam van de regio zien.
Na een minuut hebt u een aardig beeld van de bestuurlijke indeling van Frankrijk.
Door met uw muis de op de landkaart van Frankrijk te gaan staan, ziet u de regionale verdeling van Frankrijk.
De regio’s van Frankrijk wisselen elkaar nu af.
Eerst ziet u de regio’s van Frankrijk, daarna kunt de naam van de regio zien.
Na een minuut hebt u een aardig beeld van de bestuurlijke indeling van Frankrijk.
Frankrijk in Europa
Regio’s van Frankrijk
Soepele zakelijke gesprekken met Franstaligen
Zakendoen met Frankrijk
Wilt u soepel communiceren met Franstaligen?
De informatie hieronder over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen, zal u hier zeker bij helpen.
Items zoals typische Franse gebruiken en gewoonten, bekende exportproducten en beroemde Fransen hebben wij opgesomd.
Verschillende kenmerkende items van de Franse taal en/of Frankrijk.
Een aantal landspecifieke weetjes leren, kan heel handig bij een eerste contact of een opening bieden voor een gesprek.
U kunt deze kennis over land, mens en cultuur ook inzetten mocht een stilte dreigen te vallen gedurende een zakelijk gesprek in het Frans.
De informatie hieronder over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen, zal u hier zeker bij helpen.
Items zoals typische Franse gebruiken en gewoonten, bekende exportproducten en beroemde Fransen hebben wij opgesomd.
Verschillende kenmerkende items van de Franse taal en/of Frankrijk.
Een aantal landspecifieke weetjes leren, kan heel handig bij een eerste contact of een opening bieden voor een gesprek.
U kunt deze kennis over land, mens en cultuur ook inzetten mocht een stilte dreigen te vallen gedurende een zakelijk gesprek in het Frans.
Tijdens internationaal zakendoen met Franstaligen kunt u in ieder geval niet alleen de geleerde taalkennis in de praktijk brengen maar ook de verkregen kennis over Frankrijk laten blijken.
Zo kunt u ook dingen te weten komen over de specifieke Franse eetcultuur en de Franse gerechten.
Koken en eten brengt mens en cultuur samen.
De nieuw verkregen taalkennis alsook de kennis over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen zal zeker gerespecteerd worden!
Zo kunt u ook dingen te weten komen over de specifieke Franse eetcultuur en de Franse gerechten.
Koken en eten brengt mens en cultuur samen.
De nieuw verkregen taalkennis alsook de kennis over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen zal zeker gerespecteerd worden!
Acheter chat en poche
Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud
Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris
’s Nachts zijn alle katjes grijs
Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud
Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris
’s Nachts zijn alle katjes grijs
De Fransen eten de beroemde baguettes (stokbrood) niet als maaltijd, maar bij de hoofdmaaltijd.
Een broodmaaltijd zoals wij dat in Nederland kennen, kennen de Fransen niet.
Een typisch Frans ontbijtje is een brioche; een zacht, zoet broodje of croissant, gedoopt in een kopje koffie.
De Franse hoofdmaaltijd is de lunch, die uit meerdere gangen bestaat.
Er zijn enorme verschillen per streek, maar stokbrood hoort erbij.
Dit begint doorgaans met een salade, daarna volgt een warm hoofdgerecht.
Vlees, vis of gevogelte, verse groente en aardappelen of rijst.
Aardappelen worden overigens gezien als groente.
Fransen eten graag vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenlever of -maagjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté).
Het stokbrood gebruiken ze om bijvoorbeeld de saus te deppen, maar ook om het bord schoon te maken.
Bij het eten drinken ze natuurlijk een glas wijn, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken.
Kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin.
De maaltijd wordt afgesloten met een lekker kaasje; fromage en vervolgens le dessert: een zoet nagerecht en een kopje koffie.
Omdat het avondeten eigenlijk zelden vóór acht uur ’s avonds wordt genuttigd, volgt rond vier uur ’s middags le goûter; iets zoetigs zoals een taartje met thee of koffie.
’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood gehaald.
Voorafgaand aan de maaltijd neemt men een apéro, een aperitief zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (een anijslikeur).
De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar dan minder uitgebreid.
Vaak worden de restjes van de lunch gegeten.
De Fransen eten vaker dan Nederlanders in restaurants, helemaal ’s middags.
De prijzen zijn relatief bescheiden en veel werkgevers voorzien hun personeel van maaltijdbonnen, waarmee ze voor een gereduceerd tarief een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Een broodmaaltijd zoals wij dat in Nederland kennen, kennen de Fransen niet.
Een typisch Frans ontbijtje is een brioche; een zacht, zoet broodje of croissant, gedoopt in een kopje koffie.
De Franse hoofdmaaltijd is de lunch, die uit meerdere gangen bestaat.
Er zijn enorme verschillen per streek, maar stokbrood hoort erbij.
Dit begint doorgaans met een salade, daarna volgt een warm hoofdgerecht.
Vlees, vis of gevogelte, verse groente en aardappelen of rijst.
Aardappelen worden overigens gezien als groente.
Fransen eten graag vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenlever of -maagjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté).
Het stokbrood gebruiken ze om bijvoorbeeld de saus te deppen, maar ook om het bord schoon te maken.
Bij het eten drinken ze natuurlijk een glas wijn, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken.
Kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin.
De maaltijd wordt afgesloten met een lekker kaasje; fromage en vervolgens le dessert: een zoet nagerecht en een kopje koffie.
Omdat het avondeten eigenlijk zelden vóór acht uur ’s avonds wordt genuttigd, volgt rond vier uur ’s middags le goûter; iets zoetigs zoals een taartje met thee of koffie.
’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood gehaald.
Voorafgaand aan de maaltijd neemt men een apéro, een aperitief zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (een anijslikeur).
De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar dan minder uitgebreid.
Vaak worden de restjes van de lunch gegeten.
De Fransen eten vaker dan Nederlanders in restaurants, helemaal ’s middags.
De prijzen zijn relatief bescheiden en veel werkgevers voorzien hun personeel van maaltijdbonnen, waarmee ze voor een gereduceerd tarief een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees.
Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI)
La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Nederlandse ambassade in Parijs
De Nederlandse ambassade is gevestigd in Parijs.
Netherlands Business Support Office
Lyon en Nantes hebben een Netherlands Business Support Office voor ondernemers.
Franse ambassade in Den Haag
Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France
Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk.
De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Nederlandse ambassade in Parijs
De Nederlandse ambassade is gevestigd in Parijs.
Netherlands Business Support Office
Lyon en Nantes hebben een Netherlands Business Support Office voor ondernemers.
Franse ambassade in Den Haag
Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France
Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk.
De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
Het brailleschrift, een schrift waarmee blinden kunnen lezen en schrijven, is vernoemd naar Louis Braille. Braille was zelf als jong kind blind geworden. In 1819 was er een speciaal ‘nachtschrift’ ontwikkeld in het Franse leger om ’s nachts boodschappen over te brengen aan het front. Dat gebeurde met een raster van twaalf punten, waarop in reliëf codes stonden die in het donker voelbaar waren. Louis Braille werd hierdoor op het idee gebracht iets dergelijks voor blinden te ontwikkelen en zo ontstond rond 1829 het brailleschrift.
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”).
llons enfants de la Patrie,
Le jour de gloire est arrivé !
Contre nous de la tyrannie
L’étendard sanglant est levé, (bis)
Entendez-vous dans les campagnes
Mugir ces féroces soldats ?
Ils viennent jusque dans vos bras
Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens,
Formez vos bataillons,
Marchons, marchons !
Qu’un sang impur
Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves,
De traîtres, de rois conjurés ?
Pour qui ces ignobles entraves,
Ces fers dès longtemps préparés ? (bis)
Français, pour nous, ah ! quel outrage
Quels transports il doit exciter !
C’est nous qu’on ose méditer
De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères
Feraient la loi dans nos foyers !
Quoi ! Ces phalanges mercenaires
Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis)
Grand Dieu ! Par des mains enchaînées
Nos fronts sous le joug se ploieraient
De vils despotes deviendraient
Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides
L’opprobre de tous les partis,
Tremblez ! vos projets parricides
Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis)
Tout est soldat pour vous combattre,
S’ils tombent, nos jeunes héros,
La terre en produit de nouveaux,
Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes,
Portez ou retenez vos coups !
Épargnez ces tristes victimes,
À regret s’armant contre nous. (bis)
Mais ces despotes sanguinaires,
Mais ces complices de Bouillé,
Tous ces tigres qui, sans pitié,
Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie,
Conduis, soutiens nos bras vengeurs
Liberté, Liberté chérie,
Combats avec tes défenseurs ! (bis)
Sous nos drapeaux que la victoire
Accoure à tes mâles accents,
Que tes ennemis expirants
Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants)
Nous entrerons dans la carrière
Quand nos aînés n’y seront plus,
Nous y trouverons leur poussière
Et la trace de leurs vertus (bis)
Bien moins jaloux de leur survivre
Que de partager leur cercueil,
Nous aurons le sublime orgueil
De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
llons enfants de la Patrie,
Le jour de gloire est arrivé !
Contre nous de la tyrannie
L’étendard sanglant est levé, (bis)
Entendez-vous dans les campagnes
Mugir ces féroces soldats ?
Ils viennent jusque dans vos bras
Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens,
Formez vos bataillons,
Marchons, marchons !
Qu’un sang impur
Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves,
De traîtres, de rois conjurés ?
Pour qui ces ignobles entraves,
Ces fers dès longtemps préparés ? (bis)
Français, pour nous, ah ! quel outrage
Quels transports il doit exciter !
C’est nous qu’on ose méditer
De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères
Feraient la loi dans nos foyers !
Quoi ! Ces phalanges mercenaires
Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis)
Grand Dieu ! Par des mains enchaînées
Nos fronts sous le joug se ploieraient
De vils despotes deviendraient
Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides
L’opprobre de tous les partis,
Tremblez ! vos projets parricides
Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis)
Tout est soldat pour vous combattre,
S’ils tombent, nos jeunes héros,
La terre en produit de nouveaux,
Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes,
Portez ou retenez vos coups !
Épargnez ces tristes victimes,
À regret s’armant contre nous. (bis)
Mais ces despotes sanguinaires,
Mais ces complices de Bouillé,
Tous ces tigres qui, sans pitié,
Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie,
Conduis, soutiens nos bras vengeurs
Liberté, Liberté chérie,
Combats avec tes défenseurs ! (bis)
Sous nos drapeaux que la victoire
Accoure à tes mâles accents,
Que tes ennemis expirants
Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants)
Nous entrerons dans la carrière
Quand nos aînés n’y seront plus,
Nous y trouverons leur poussière
Et la trace de leurs vertus (bis)
Bien moins jaloux de leur survivre
Que de partager leur cercueil,
Nous aurons le sublime orgueil
De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
Over Frankrijk
In Frankrijk wonen bij benadering 67 miljoen mensen. Frankrijk is een constitutionele republiek met een president aan het hoofd. Zowel de president als de premier (eerste minister) legt verantwoording af aan het parlement. Daarmee kent Frankrijk een semipresidentieel systeem. Frankrijk ligt in West-Europa en beslaat een totale oppervlakte van 551.500 vierkante kilometer. Frankrijk is de 6de grootste economie ter wereld. De grote en belangrijke steden in Frankrijk zijn Parijs (Frans: Paris); de Franse hoofdstad met ruim 2 miljoen inwoners, alsook Marseille, Lyon en Toulouse.
Frankrijk is ingedeeld in achttien regio’s (régions), waarvan twaalf in het land Frankrijk zelf, Corsica en 5 overzeese regio’s. Deze 12 regio’s in het land zijn alfabetisch: Auvergne-Rhône-Alpes, Bourgogne-Franche-Comté, Bretagne, Centre-Val de Loire, Grand Est, Hauts-de-France, Île-de-France, Normandië, Nouvelle-Aquitaine, Occitanie, Pays de la Loire en Provence-Alpes-Côte d’Azur. De vijf overzeese departementen/regio’s zijn Guadeloupe, Martinique, Frans-Guyana, Réunion en Mayotte.
Vlag van Frankrijk
Wapen van Frankrijk
Oorsprong naam Frankrijk
De naam ‘Frankrijk’ betekent het ‘Rijk van de Franken’; een Germaanse stam die Noord-Europa veroverde na de val van het Romeinse Rijk.
Kenmerkend voor Frankrijk
Denk je aan Frankrijk, dan denk je aan chansons, de Eiffeltoren, kaasjes, wijn, stokbrood (sinds 2022 Unesco Werelderfgoed), knoflook, champagne, de Tour de France (Ronde van Frankrijk) en lavendelvelden waardoor een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor veel mensen roept Frankrijk direct een vakantiegevoel op. Ook een typische Fransman is gemakkelijk te herkennen: hij draagt een wit overhemd en een baret of T-shirt met een Bretonse streep. En hij rijdt natuurlijk, chauvinistisch als hij is, bij voorkeur in een Franse auto! Jarenlang was de Citroën DS de meest populaire auto, die liefkozend La Déesse (de godin) werd genoemd. In Nederland en Vlaanderen is dit model wat simplistischer bekend als ‘strijkijzer’ of ‘snoek’.
[ Lees meer ]
Frankrijk - valuta
Munteenheid van Frankrijk
De munteenheid van Frankrijk is sinds 2002 de euro. Hieronder ziet u een foto van de voorkant en de achterkant van de Franse euromunt.
De Franse Centrale Bank
Hieronder ziet u het logo van de Franse Centrale Bank BdF (Banque de France) die gebruikmaakt van het zogenaamde ‘Eurosystem’.
Succesvol zakendoen in het Frans
Frankrijk - handel en toerisme
Franse Kamer van Koophandel - CCI
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux.
De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr.
Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
Toeristenorganisatie van Frankrijk
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
FRANCE.FR/ATOUT FRANCE
Rue Raymond Losserand, CS 60043
75680 Paris
FRANCE
http://www.atout-france.fr/content/about-us
Rue Raymond Losserand, CS 60043
75680 Paris
FRANCE
http://www.atout-france.fr/content/about-us
Over de Fransen
Eten is erg belangrijk in la douce France, zoals de Fransen hun land als koosnaam noemen. Een Frans ontbijt is bescheiden: een croissantje en een kop koffie. Koffie wordt staand aan de bar gedronken op weg naar het werk. Lunch in Frankrijk is warm en uitgebreid, veelal met wijn erbij. En water. Het is in Frankrijk gebruikelijk om veel water bij het eten te drinken. Het diner, dat ook warm wordt gegeten, is later op de avond. Vers stokbrood wordt bij de warme maaltijd gegeten. Op zondagmiddag luncht men in Frankrijk uitgebreid met de familie. Een lunch kan in Frankrijk de hele middag in beslag nemen, want de beste gesprekken worden vaak tijdens de maaltijd gevoerd.
Fransen houden ook erg van converseren. In het zakelijk leven is het niet anders: wie met Fransen zakendoet, moet uitgebreid eten en veel praten. Veel bedrijven in Frankrijk geven werknemers vouchers waarmee ze kunnen lunchen in een restaurant. In Frankrijk worden kinderen streng opgevoed en doen gewoon met alle maaltijden mee. In Frankrijk eten kinderen hun viergangenmenu zonder morren en drinken met water aangelengde wijn. Omdat het in Frankrijk heel gebruikelijk is dat beide ouders werken, gaan Franse kinderen in de vakanties vaak naar een vakantiekolonie (colonie de vacances).
[ Lees meer ]
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Over kennen en kunnen
Taalkennis van het Frans houdt in kennen (door studie of oefening geleerd) maar vooral kunnen (in staat zijn te gebruiken). Door te richten op het kunnen, is de cursist in staat na voltooiing van de cursus Frans in Nijmegen de opgedane kennis beter toe te passen.
Voor u het weet, kunt u een beetje Frans begrijpen en spreken. Een leuke ervaring! Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
Over de Franse taal
Het Frans is de meest gesproken Gallo-Romaanse taal. Het Gallo-Romaans is een vroege Romaanse taal die uit het Laatlatijn is afgeleid. Het Gallo-Romaans werd gesproken rond 300-900 n.Chr. in het toenmalige Gallië, wat behalve het tegenwoordige Frankrijk ook België omvatte, het westen van Zwitserland alsmede delen van Duitsland en Nederland.
Er bestonden talloze Gallo-Romaanse streektalen; elk gebied, hoe klein ook, had een eigen versie.
Er bestonden talloze Gallo-Romaanse streektalen; elk gebied, hoe klein ook, had een eigen versie.
In de noordelijke streken werd sinds de 13de eeuw langue d’oïl gesproken en de zuidelijke streken langue d’oc; de talen werden herkend aan de manier waarop men ‘ja’ zei (‘oïl’ of ‘oc’). Het moderne standaardfrans (Nieuwfrans) is eigenlijk een gecultiveerde versie van het Francilien. Dit was de taal van de Île-de-France en van de langue d’oïl.
[ Lees meer ]
Franse klank en uitspraak
De klank van de Franse taal
Het Frans heef in vergelijking met het Nederlands een geheel andere manier van uitspreken. Eén van de verschillen met de Nederlandse taal is dat de woorden aan elkaar worden geplakt in het Frans, waardoor niet te horen is waar een woord ophoudt en het volgende woord begint. Dit verschijnsel heet liaison; ‘verbinding’. Het gebeurt vooral bij woorden die op ‘s’ eindigen en worden gevolgd door een klinker of stomme ‘h’. Zo zeggen de Fransen ‘lezzamie’ in plaats van les amis (de vrienden).
De uitspraak van het Frans
Een ander verschil is dat in het Frans veel eindletters niet worden uitgesproken. Parle en parlent klinken hierdoor bijvoorbeeld hetzelfde. Verder klinken bijna alle alle klinkers anders in de Franse taal. Doordat er veel Franse woorden in de Nederlandse taal voorkomen, komt de Franse uitspraak ons bekend voor: bureau, toilet, portefeuille.
[ Lees meer ]
UITSPRAAK
Frans alfabet fonetisch/IPA
A | ah | /a/ |
B | bee | /be/ |
C | see | /se/ |
D | dee | /de/ |
E | uh | /ə/ |
F | effe | /ɛf/ |
G | zjee | /ʒe/ |
H | assj | /ɑʃ/ |
I | ie | /i/ |
/jiː/ | J | zjie |
K | kah | /ka/ |
L | elle | /ɛlə/ |
M | emme | /ɛmə/ |
N | enne | /ɛnə/ |
O | oo | /o/ |
P | pee | /pe/ |
Q | kuu | /qy/ |
R | er | /ɛʀə/ |
S | ess | /ɛsə/ |
T | tee | /te/ |
U | uu | /y/ |
V | vee | /ve/ |
W | doeble vee | /dubləˈve/ |
X | ieks | /iks/ |
Y | ie grek | /iˈgrɛk/ |
Z | zedde | /zedə/ |
SPELLING
WOORD
A | Anatole |
B | Berthe |
C | Célestin |
D | Désiré |
E | Eugène |
F | François |
G | Gaston |
H | Henri |
I | Irma |
J | Joseph |
K | Kléber |
L | Louis |
M | Marcel |
N | Nicolas |
O | Oscar |
P | Pierre |
Q | quintal |
R | Raoul |
S | Suzanne |
T | Thérèse |
U | Ursule |
V | Victor |
W | William |
X | Xavier |
Y | Yvonne |
Z | Zoé |
Speciale tekens
@ | arobase |
# | dièse |
NAAMVALLEN
Het Frans kent geen naamvallen zoals die bijvoorbeeld in het Duits worden gebruikt bij zelfstandige naamwoorden. Une maison blijft une maison, welke grammaticale functie in de zin het woord ook heeft. Toch gebruikt het Frans wel naamvallen, maar slechts voor voornaamwoorden. Dat zijn er vier: de nominatif, die het onderwerp van de zin aangeeft (il; bijvoorbeeld il arrive); de génitif die een bezitsvorm aanduidt (sa/son, bijvoorbeeld son chien);>),
de datif voor het meewerkend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (lui; bijvoorbeeld “Jean lui donne une pomme”) en de accusatif voor het lijdend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (le; bijvoorbeeld Marie le voit).
Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Bijzonderheden van de Franse taal
Het Frans is een Romaanse taal, net als Spaans, Italiaans, Portugees en Roemeens. Frans is één van de werktalen van de Europese Unie, naast het Engels en Duits. De Franse taal is één van de zes officiële talen van de Verenigde Naties, naast het Engels, het Russisch, het Spaans, het Chinees en het Arabisch.
Het verhaal gaat dat de stand ‘15-0’ (fifteen-love) in het tennis komt van het Franse woord l’œuf; ‘het ei’. De nul heeft de vorm van een ei. Het zo Engels lijkende tennisspel zou van het Franse jeu de paume zijn afgeleid.
De Franse taal leren en de Franse cultuur begrijpen
Alfabet en leestekens
Het Franse alfabet
De Franse taal gebruikt evenals het Nederlands, het Latijnse alfabet, dat uit 26 letters bestaat.
Afwijkende leestekens in het Frans
In het Frans worden in plaats van aanhalingstekens zogenaamde guillemets gebruikt. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », (‘chevron-tekens’), die worden gebruikt om een citaat te openen en te sluiten.
De naam ‘guillemet’ is afkomstig van Guillaume Le Bé (1525-1598). Hij was lettermaker en de bedenker van het ‘guillemet’-teken. Tussen de guillemets en de tekst komen in het Frans spaties. Andere leestekens krijgen in de Franse taal ook eerst een spatie: Elle criait :, « Venez ! ».
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1 | Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode |
2 | Lees Franstalige kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. Le Monde is een bekende (online) krant in het Frans en Mediapart een bekend online nieuwsportal |
3 | Luister naar Franstalige radio. FIP is de bekendste Franse publieke radiozender en NRJ de bekendste Franse commerciële radiozender |
4 | Luister en ontdek Franstalige muziek |
5 | Lees Franstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren |
6 | Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Franse taal |
7 | Luister naar podcasts van Franstaligen |
8 | Kijk Franstalige televisieprogramma’s en films. France tv is de bekendste publieke televisieomroep en TF1 de bekendste commerciële televisiezender in Frankrijk |
9 | Bekijk Franse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren |
10 | Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren |
11 | Voer Franse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk |
12 | Plak memoblaadjes op in huis |
13 | Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten |
14 | Bekijk Franse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren |
15 | Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen |
16 | Wees niet bang om foutjes te maken |
17 | Niet te veel denken, gewoon doen! |
18 | En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen! |
Franse stopwoorden en leenwoorden
Stopwoordjes in het Frans
In het Frans heten ze des mots de remplissage; stopwoordjes of opvulwoorden. Ook de Franse taal heeft er veel. Woordjes of woordcombinaties die iemand gebruikt om even te pauzeren en toch de aandacht vast te kunnen houden.
In het Frans hoor je vaak aan het eind van een zin het stopwoordje: hein? wat ruwweg klinkt als het woordje ‘hè’ in het Nederlands.
Sterker nog: het Nederlandse stopwoordje ‘hè?’ is waarschijnlijk afkomstig uit het Frans. Het stopwoord hein vraagt om instemming, het betekent zoiets als: “Denk je ook niet?”
Ook zeggen de Fransen vaak quoi? (wat?) aan het einde van de zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” In het midden van een Franse zin hoor je vaak tu vois (‘zie je’), “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
[ Lees meer ]
Franse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Franse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Franstalige media
Franse media bekijken, beluisteren en/of lezen is bijzonder effectief om uw kennis van het Frans uit te breiden.
Zo neemt u automatisch de klank en het ritme van het Frans in u op.
Franse krant en online nieuwsportal
Het nieuws (proberen) te lezen in het Frans, kan heel leuk en leerzaam zijn. U bent waarschijnlijk al op de hoogte van de actualiteit, zodat u op snelle wijze veel Franse woordenschat bijleert.
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Le Monde
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Mediapart.fr
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr.
U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
Franstalige radio luisteren
FIP
FIP is de meest bekende publieke Franse radiozender.
Door op het logo op het linker computerscherm hierboven te klikken, kunt u live naar deze Franse radiozender luisteren.
NRJ
NRJ is de bekendste commerciële radiozender van Frankrijk. Door op het rechter beeldscherm met het logo hierboven te klikken, kunt u direct live naar deze Franstalige commerciële radiozender luisteren.
Franstalige televisie kijken
France tv
Uw favoriete series en televisieprogramma’s in het Frans horen of met Franse ondertiteling bekijken, kan in het begin wennen zijn, maar al gauw zult u ontdekken dat dit erg leerzaam en leuk is.
France tv is de publieke televisieomroep van Frankrijk.
TF1
TF1 is de populairste Franse commerciële televisieomroep.
Deze Franstalige televisiezenders kunt u middels de kabel, satelliet, internet of via een app kijken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Trainen en vergaderen in Nijmegen
U kunt de cursus Frans in Nijmegen op uw eigen locatie volgen of in Nijmegen, bijvoorbeeld in het pand van “Poort van Nijmegen” aan de Kerkenbos 1037 in Nijmegen of in het pand “Logikos Trainingen“ aan de Oranjesingel 24 in Nijmegen. Ons taleninstituut verzorgt ook taalcursussen Frans in Nijmegen bij bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Nijmegen-Lent aan het Hertog Eduardplein 4, bij Blue aan de Oranjesingel 14-20, bij Hotel Nimma aan de Weurtseweg 478 en bij Fletcher Hotel Erica aan de Molenbosweg 17 in Berg en Dal.
U kunt besprekingen houden in Nijmegen bij bijvoorbeeld bij ’t Sfeerhuys bij de Looimolen aan de Looimolenweg 15, in het Goffertstadion, bij De Lindenberg aan de Ridderstraat 23 en bij muZIEum aan de Ziekerstraat 6B.
Nijmegen - geschiedenis
Nijmegen was al bewoond gebied in de jonge steentijd, circa 1100 jaar v.Chr. Het gebied kende een administratief en economisch centrum in de Romeinse tijd en vierde in 2005 het tweeduizendjarig bestaan van de stad. Nijmegen is de oudste stad van Nederland. In de 8ste eeuw was Nijmegen de noordelijkste verblijfplaats van Karel de Grote. Nijmegen werd een bloeiende handelsstad vanaf de dertiende en veertiende eeuw en het werd zelfs de belangrijkste stad van Gelre.
dertiende en veertiende eeuw en het werd zelfs de belangrijkste stad van Gelre.
De naam van de stad ‘Nijmegen’ is een verbastering van het Latijnse woord Noviomagus. Het eerste deel; novus, betekent ‘nieuw’. Magus is waarschijnlijk Keltisch en betekent ‘markt’. In moderne taal dus ‘Nieuwe Markt’.
De naam van de stad ‘Nijmegen’ is een verbastering van het Latijnse woord Noviomagus. Het eerste deel; novus, betekent ‘nieuw’. Magus is waarschijnlijk Keltisch en betekent ‘markt’. In moderne taal dus ‘Nieuwe Markt’.
Nijmegen - nu
Nijmegen is gelegen in de streek Rijk van Nijmegen alsook in de Stadsregio Arnhem Nijmegen. Plaatsen in de omgeving van de stad Nijmegen zijn Arnhem, Beek-Ubbergen, Bemmel, Berg en Dal, Beuningen, Cuijk, Elst, Groesbeek, Huissen, Malden, Weurt en Wijchen.
Nijmegen ligt in de provincie Gelderland. De gemeente Nijmegen heeft meer dan 176.000 inwoners.
Vlag gemeente Nijmegen
Wapen gemeente Nijmegen
Inwoners
Een inwoner van Nijmegen noemt men een ‘Nijmegenaar’.
Bekende Nijmegenaren zijn Frank Boeijen, Marcel Boekhoorn, Jeroen van der Boom, Margarita de Bourbon de Parme, Emily Bremers, Renée Fokker, Bavo Galama, Esther Gerritsen, Loes den Hollander,
Bekende Nijmegenaren zijn Frank Boeijen, Marcel Boekhoorn, Jeroen van der Boom, Margarita de Bourbon de Parme, Emily Bremers, Renée Fokker, Bavo Galama, Esther Gerritsen, Loes den Hollander,
Rixt Leddy, Ben Liebrand Joris Linssen, Maike Meijer, Gers Pardoel, Fons de Poel en Peter van Uhm.
Iets wat bij Nijmegen hoort, wordt ‘Nijmeegs’ genoemd, zoals de Nijmeegse Vierdaagse. Nijmegen kreeg stadsrechten in 1230.
Iets wat bij Nijmegen hoort, wordt ‘Nijmeegs’ genoemd, zoals de Nijmeegse Vierdaagse. Nijmegen kreeg stadsrechten in 1230.
Nijmegen - internationaal & scholing
Partnersteden
Nijmegen is de grootste stad van Gelderland qua aantal inwoners. De gemeente Nijmegen omvat eveneens Lent en Ressen. Nijmegen is één van de 22 Nederlandse Hanzesteden. De partnersteden van Nijmegen zijn Albany in de Verenigde Staten, Higashimatsuyama in Japan, Masaya in Nicaragua en Pskov in Rusland.
Hoger onderwijs
Nijmegen is een universiteitsstad met de Radboud Universiteit (RU), opgericht in het jaar 1923.
Er zijn drie hogescholen gevestigd in Nijmegen: Aeres Hogeschool, Fontys en HAN University of Applied Sciences.
Vlag provincie Gelderland
Wapen provincie Gelderland
Typisch Nijmeegs
Denk je aan Nijmegen, dan denk je aan de Waalkade, aan de middeleeuwse binnenstad, aan Mariken van Nieumeghen, aan de Sint-Stevenskerk, aan museum het Valkhof en aan de Nijmeegse Vierdaagse.
Nijmegen fungeert als studentenstad en als belangrijke stad binnen de Euregio Rijn-Waal.
Nijmegen ligt strategisch tussen Randstad en Ruhrgebied.
Nijmegen fungeert als studentenstad en als belangrijke stad binnen de Euregio Rijn-Waal.
Nijmegen ligt strategisch tussen Randstad en Ruhrgebied.
Nijmegen - minder bekend
Weinig mensen weten dat Nijmegen vanwege de linkse meerderheid in de gemeenteraad ook wel ‘Havana aan de Waal’ wordt genoemd.
Nijmeegs dialect en accent
Het is een Zuid-Gelders dialect, dat tot de Nederfrankische dialecten behoort.
Kenmerkend voor het Nimweegs is het weglaten van de ‘t’ in woorden als ‘herfst’.
Veel klinkers klinken afwijkend ten opzichte van het Standaardnederlands: de ‘aa’ wordt als ao (straot) uitgesproken, de ‘oo’ wordt ou en de ‘uu’ wordt èè.
De stemhebbende ‘v’, ‘z’ en ‘g’ worden uitgesproken als f, s en ch, net als in de Hollandse dialecten.
Kenmerkend voor het Nimweegs is het weglaten van de ‘t’ in woorden als ‘herfst’.
Veel klinkers klinken afwijkend ten opzichte van het Standaardnederlands: de ‘aa’ wordt als ao (straot) uitgesproken, de ‘oo’ wordt ou en de ‘uu’ wordt èè.
De stemhebbende ‘v’, ‘z’ en ‘g’ worden uitgesproken als f, s en ch, net als in de Hollandse dialecten.
Ook hun in plaats van ‘zij’ is in Nijmegen vaak te horen.
Lusepote zijn ‘lucifers‘ in Nijmegen en een tuutje snol is een ‘zakje snoep’.
“Iemand in de gaten houden” is in Nijmegen hem in het tjok houden.
De ruut de ruut de waol die kruut oftewel: “de Waal gaat kruien, maak dat je wegkomt”.
Lusepote zijn ‘lucifers‘ in Nijmegen en een tuutje snol is een ‘zakje snoep’.
“Iemand in de gaten houden” is in Nijmegen hem in het tjok houden.
De ruut de ruut de waol die kruut oftewel: “de Waal gaat kruien, maak dat je wegkomt”.
“Altijd Nijmegen”
Nijmegen - zakelijk
De gemeente Nijmegen
Het netnummer van Nijmegen is 024.
Het postcodegebied van Nijmegen is 6500 - 6546.
Het adres van het gemeentehuis van Nijmegen is Mariënburg 30, 6511 PS in Nijmegen.
De website van de gemeente Nijmegen is Nijmegen.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Nijmegen is 14 024.
Zakendoen in Nijmegen
Voor Nijmeegse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Arnhem aan de Kronenburgsingel 525, 6831 GM in Arnhem. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Nijmegen is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Nijmegen is KVK-kantoor Arnhem.
Nijmegen - internationale bedrijvigheid
Nationaal en internationaal actieve bedrijven in Nijmegen vindt u op bedrijventerrein Brabantse Poort, Bijsterhuizen, Kerkenbos (Lindenholt), Nijmegen Zuid, Noordkanaalhaven, Oostkanaalhaven, Waalsprong of op bedrijventerrein West Kanaaldijk.
In Nijmegen bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Alewijnse, Alfa Laval, ALSO, Ampleon, Bovemij Verzekeringsgroep, Brüder Mannesmann Nederland, Cornelissen Groep, Douglas Nederland, EPR Technopower, GTSzorg, Hartmann, HSF Logistics, Humphrey’s, Hyster-Yale Europe, Isatis, Kropman Installatietechniek, Lincoln
In Nijmegen bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Alewijnse, Alfa Laval, ALSO, Ampleon, Bovemij Verzekeringsgroep, Brüder Mannesmann Nederland, Cornelissen Groep, Douglas Nederland, EPR Technopower, GTSzorg, Hartmann, HSF Logistics, Humphrey’s, Hyster-Yale Europe, Isatis, Kropman Installatietechniek, Lincoln
Smitweld, Logitech Europe, MercaChem, Pentrax, Planon, Protempo, Royal Smit, Sealed Air, Sencio, Smit Draad, De Speer Personeelsdiensten, Synthon Biopharmaceuticals, TechMatch, Travion IT Distribution, Warsteiner Benelux, ZaZa’s, Bart’s Retail (Bakker Bart) in Beuningen, Grand Duet in Beuningen, InterCheM in Beuningen, La Venezia IJs in Beuningen, Haldu DeGraaf in Groesbeek, ARN in Weurt, Brinkers margarinefabriek in Wijchen, FreshMeals Nederland in Wijchen, Pita Bakkerij Caïro in Wijchen en Plaza Foods in Wijchen.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Nijmeegs nieuws
De Nijmeegse nieuwsportalen zijn RN7 en Nijmegen Online en Nijmeegse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Midden.
Ondernemers in Nijmegen kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep Gelderland.
Ondernemers in Nijmegen kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep Gelderland.
Nijmegenaren en ondernemingen in Nijmegen kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant De Nijmeegse Stadskrant, De Brug Nijmegen, de Gelderlander - Nijmegen en omstreken en het Algemeen Dagblad - Nijmegen.
Cultuur, sport, ontspanning en zakenlunch in Nijmegen
Cultuur
Wilt u uw Franstalige zakenrelatie wat cultuur in Nijmegen laten zien?
Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw Franstalige zakenrelatie, kunt u in Nijmegen een bezoek brengen aan het Museum voor Anatomie en Pathologie, aan De Bastei, aan het Huis van de Nijmeegse geschiedenis, aan het Van ’t Lindenhoutmuseum, aan het muZIEum, aan het R-evolutie Museum voor Modelvliegtuigen, aan Museum Het Valkhof, aan de Valkhofbunker of aan het Nationaal Fietsmuseum Velorama.
Voetbal, tennis, padel & squash
Samen naar een sportwedstrijd kijken of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen met uw Franstalige zakenrelatie? Voetbal verbroedert. Wellicht is het daarom leuk om met uw Franse zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, om bijvoorbeeld de Nijmeegse voetbalclub NEC, SV Nijmegen, SV Orion of RKSV Brakkenstein te zien spelen.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Nijmegen kunt u terecht bij Tennisvereniging Rapiditas, bij Tennisclub Nijmegen-Quick, bij TV Lindenholt of bij Tachys.
Golf, ontspanning & lunch Wellicht hebt u zin om na de cursus Frans in Nijmegen of met uw Franstalige (zaken)relatie een balletje te slaan als ontspanning en/of gezellig een hapje te eten of iets te drinken? Dagnall Talen heeft voor u een golfbaan in de buurt van Nijmegen ontdekt voor een compleet middagje/dagje uit.
De nabijgelegen golfbaan voor Nijmegen is Het Rijk van Nijmegen in Groesbeek. De adresgegevens van deze golfbaan zijn Postweg 17, 6561 KJ in Groesbeek. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 024-397 66 44. De website van de golfbaan is www.golfenophetrijk.nl.
Om iets te drinken of een hapje te eten kunt u terecht bij restaurant Green 46. Het Rijk van Nijmegen is nog een golfbaan in de buurt van Nijmegen.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder ziet u promotiefilmpjes van Frankrijk en van Nijmegen die ook op Youtube kunnen worden bekeken.
Door direct op het Youtube logo in het midden van de afbeelding te klikken, wordt het filmpje afgespeeld.
Onder deze promotiefilmpjes zijn de locaties van Frankrijk alsook Nijmegen op Google Maps te zien. Als u kunt linksboven klikt, wordt de kaart in een nieuw venster groot weergeven.
Door direct op het Youtube logo in het midden van de afbeelding te klikken, wordt het filmpje afgespeeld.
Onder deze promotiefilmpjes zijn de locaties van Frankrijk alsook Nijmegen op Google Maps te zien. Als u kunt linksboven klikt, wordt de kaart in een nieuw venster groot weergeven.
Door linksonder op het vierkantje in de afbeelding te klikken, worden satellietbeelden van Frankrijk en Nijmegen weergegeven op Google Earth.
In- en uitzoomen op de kaartjes is mogelijk met de + en – knop rechtsonder.
Wat kennis van de omgeving van waar uw Franse zakenpartner zich bevindt, kan tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen altijd van pas komen.
In- en uitzoomen op de kaartjes is mogelijk met de + en – knop rechtsonder.
Wat kennis van de omgeving van waar uw Franse zakenpartner zich bevindt, kan tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen altijd van pas komen.
Promovideo Frankrijk
Promovideo Nijmegen
Google Maps Frankrijk
Google Maps Nijmegen
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Frankrijk
Frans nieuws en Nijmeegs nieuws
Hieronder kunt u het meest recente nieuws uit Frankrijk en Nijmegen lezen van diverse nieuwsbronnen.
Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands.
Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans.
Het derde blokje is Nijmeegs nieuws (in het Nederlands).
Het nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
Wanneer u communiceert en/of zakendoet met
Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands.
Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans.
Het derde blokje is Nijmeegs nieuws (in het Nederlands).
Het nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
Wanneer u communiceert en/of zakendoet met
Fransen, is het prettig en handig om een beetje geïnformeerd te zijn van wat er in Frankrijk speelt.
Het is eveneens leerzaam om Frans nieuws in de Franse taal te lezen.
U bent waarschijnlijk al enigszins op de hoogte van het dagelijkse nieuws, dus begrijpend lezen gaat relatief gemakkelijk en verrijkt u de Franse woordenschat met (actuele) Franse woorden, termen en uitdrukkingen.
Het is eveneens leerzaam om Frans nieuws in de Franse taal te lezen.
U bent waarschijnlijk al enigszins op de hoogte van het dagelijkse nieuws, dus begrijpend lezen gaat relatief gemakkelijk en verrijkt u de Franse woordenschat met (actuele) Franse woorden, termen en uitdrukkingen.
Nieuws uit Frankrijk in het Nederlands
- Franse premier Barnier kondigt forse bezuinigingen en extra belastingen aan - NOS
- Nieuwe minister van Binnenlandse Zaken Frankrijk: eloquent en radicaal - de Volkskrant
- Frankrijk mobiliseert troepen in Midden-Oosten om 'Iraanse dreiging' - NRC
- Frankrijk wil ook grenscontroles invoeren, kondigt premier aan - BNR Nieuws
- Franse premier Barnier kondigt besparingen en extra belastingen aan in openingsspeech - VRT.be
- Gestolen bestelwagen van schrijnwerker Joachim (22) na een week teruggevonden in Frankrijk: “Het werkmateriaal hebben ze waarschijnlijk meteen verkocht” - Het Laatste Nieuws
- Juliëtte (35) emigreerde naar Frankrijk: ’Ik mis toch echt de Nederlandse oude kaas’ - Telegraaf.nl
- Frankrijk baalt van Renault-nieuws: 'Zal een braindrain bij Alpine veroorzaken' - F1 Maximaal
- Opnieuw wordt moord door een buitenlandse dader in Frankrijk politiek - NRC
Nieuws uit Frankrijk in het Frans
- Discours de politique générale de Michel Barnier : fiscalité, sécurité, proportionnelle, retraites... Ce qu'il faut retenir des annonces du Premier ministre - franceinfo
- Les constructeurs automobiles bientôt "réduits à vendre des voitures à pédale" ? La mise au point de François Lenglet - TF1 INFO
- INFO OUEST-FRANCE. Lori Helloco contrôlé à 164 km/h et positif à la cocaïne : l’élu normand dément - Ouest-France
- Vent et très fortes pluies : pourquoi la France n’en a pas fini avec les restes de l’ouragan Isaac - actu.fr
- Actualités météo: 2024 : année la plus pluvieuse du siècle en France ? 01/10/2024 - Meteo Paris
- Dette publique : pourquoi la France emprunte-t-elle désormais à un taux plus élevé que l'Espagne ? - franceinfo
- Des vêtements retrouvés dans le "cimetière d'Emile Louis" : des analyses demandées pour trouver de l'ADN - France 3 Régions
- Mobilisations pour les salaires et les retraites : 95 000 manifestants en France selon le ministère de l'Intérieur, 170 000 d'après la CGT - franceinfo
- Budget 2025 : "L'attitude des socialistes doit être de voter tout ce qui va dans le bon sens de la justice fiscale", estime François Hollande - franceinfo
Nieuws uit Nijmegen
- Voertuigbrand op Vondelstraat in Nijmegen - AD
- Voertuigbrand op Vondelstraat in Nijmegen - De Stentor
- Ongeval met letsel op Heyendaalseweg in Nijmegen - AD
- Ongeval met letsel op Neerbosscheweg in Nijmegen - De Gelderlander
- Ongeval met letsel op A73 in Nijmegen - De Gelderlander
- NEC-directie op de vingers getikt om mogelijke samenwerking met Saoedi-Arabië: ‘Dit is het laatste wat de club moet willen’ - De Gelderlander
- LIVE: Feyenoord geeft niet thuis in Nijmegen (1-0) - RTV Rijnmond
- LIVE | NEC Nijmegen - Feyenoord 1-1 | Einde wedstrijd - fr-fans.nl
- La Saigon Streetfood opent in Nijmegen: ‘Carpaccio met munt, ui, limoen en pinda’s’ - indebuurt
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Cursus Engels
Cursus Duits
Cursus Spaans
Cursus Nederlands
Cursus Portugees
Cursus Italiaans
Cursus Deens
Cursus Zweeds
Cursus Noors
Cursus Fins
Cursus Russisch
Cursus Duits
Cursus Spaans
Cursus Nederlands
Cursus Portugees
Cursus Italiaans
Cursus Deens
Cursus Zweeds
Cursus Noors
Cursus Fins
Cursus Russisch
Cursus Pools
Cursus Tsjechisch
Cursus Slowaaks
Cursus Kroatisch
Cursus Hongaars
Cursus Roemeens
Cursus Bulgaars
Cursus Turks
Cursus Grieks
Cursus Hebreeuws
Cursus Chinees
Cursus Japans
Cursus Tsjechisch
Cursus Slowaaks
Cursus Kroatisch
Cursus Hongaars
Cursus Roemeens
Cursus Bulgaars
Cursus Turks
Cursus Grieks
Cursus Hebreeuws
Cursus Chinees
Cursus Japans
Taalcursussen in 24 talen
In Nijmegen geeft Dagnall onder meer maatwerk taaltrainingen Nederlands, Engels, Frans, Duits en Spaans.
Hierboven vindt u een overzicht van de 23 andere talen die Dagnall Talen naast Frans standaard aanbiedt in Nijmegen.
Hierboven vindt u een overzicht van de 23 andere talen die Dagnall Talen naast Frans standaard aanbiedt in Nijmegen.
Vanzelfsprekend kunt u altijd contact opnemen voor een taalcursus in een taal die hier niet is vermeld.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Frans
Wist u dat?
Wist u dat Dagnall Talen ook vertalingen in Nijmegen alsook tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten Frans
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten