Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en is een communicatiebasis die deuren voor u opent - vooral in de professionele wereld. Daarom hebben organisaties die in de taalopleiding van hun werknemers investeren, ook een duidelijk voordeel alsook een voorsprong. Dagnall Taleninstituut is een taalaanbieder die u precies dat levert: Effectieve taalcursussen Frans op het hoogste niveau voor medewerkers, professionals en leidinggevenden in Leiden en omstreken. Taaltraining Frans op maat, omdat uw organisatie welbespraakte werknemers verdient.
Vakgebieden
Van zakelijk en technisch tot medisch - Dagnall is thuis in elke bedrijfstaal. Verschillende bedrijfstakken kennen hun eigen taal en gebruiken hun eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling alsook duidelijke concurrentievoordelen, door middel van branchespecifieke taalkennis Frans op het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Frans in Leiden aan in een brede waaier van gespecialiseerde vakgebieden.
Wij bieden onze taaltrainingen Frans op maat aan als individuele (1-op-1) les, als groepscursus met collega’s, als intensieve workshop en als langdurige, regelmatige training - met face-to-face-les alsook online cursus. Iedereen kan bij Dagnall Talen Frans leren op de manier die voor hem of haar het meest geschikt is. Naast de algemene taaltrainingen Frans hebben organisaties vooral interesse in werkgerelateerde trainingen zoals schrijfvaardigheid Frans of zakelijk Frans. Onze taalcursussen worden afgestemd op de individuele behoeften van klanten. Dagnall Talen is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om via gecertificeerde taaldocenten met zeer goede beoordelingen en recensies Frans te leren in Leiden. Met Dagnall Talen behaalt u vlot en doelgericht het beoogde resultaat.
Filosofie Dagnall Talen
Onze filosofie is om Frans te leren met gemak en plezier en zonder schroom. Dagnall Talen zet daarom alles in het werk om ervoor te zorgen dat u de Franse taal moeiteloos en zonder remmingen leert. Frans leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Talen met methodes die het leren voor u gemakkelijker en prettiger maken.
Met onze methodes wekken we uw nieuwsgierigheid op en ondersteunen we uw bereidheid om te leren. Door vijftien minuten dagelijks te oefenen, brengen we u met grote stappen naar het gewenste niveau. Dagnall Talen is een ideale partner voor iedereen die Frans wil leren in Leiden.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Wij stellen uw leerdoelen en wensen vast in overleg met u als opdrachtgever. U meldt de cursisten aan met hun contactgegevens. Ons taleninstituut verzorgt een intake op locatie of, indien gewenst, online of telefonisch. Na het intakegesprek, waarin op basis van het (ERK) Europees Referentiekader het huidige en gewenste niveau wordt vastgesteld, ontvangt u van ons een op maat gemaakt cursusvoorstel met uw offerte. Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning af op uw situatie en agenda.
Na een aantal lessen Frans evalueert de taaltrainer de voortgang en de inhoud van de cursus. Indien nodig, kan de doelstelling worden bijgesteld. U ontvangt een eindrapportage na de laatste les samen met een beschrijving van de resultaten die de cursisten hebben behaald. De cursisten ontvangen eveneens een certificaat van het instituut.
Desgewenst wordt het (individuele) contact met de deelnemers door Dagnall Talen verzorgd Het plannen van de intakegesprekken wordt door Dagnall in overleg met u en de individuele deelnemers gedaan Deelnemers ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht Frans. Dit formulier en de schrijfopdracht moeten vóór de datum van de intake teruggestuurd worden Wij verzorgen de intakegesprekken op locatie of op afstand. Een intakegesprek duurt ongeveer 30 minuten De indeling van de groep(en) worden door Dagnall aan de hand van niveaubepaling geadviseerd en vastgesteld in overleg De deelnemers worden per taal en taalniveau ingedeeld U ontvangt altijd een offerte op maat! Dagnall Taleninstituut verzorgt de logistiek van materiaal en de cursusbenodigdheden Dagnall Taleninstituut berekent geen administratiekosten en geen extra toeslag voor avondlessen Dagnall bewaakt en garandeert de continuïteit van de planning en het lesprogramma Frans Dagnall Taleninstituut is flexibel alsook betrokken!
Dagnall Taleninstituut is actief sinds 1982 en verzorgt sindsdien maatwerk taaltraining Frans in Leiden en omringende gemeenten voor het bedrijfsleven en (overheids)instellingen. Onze trainers Frans zijn ervaren en kundig en ze hebben al talloze trainingen voor het bedrijfsleven en (overheids)organisaties mogen verzorgen.
Door de aanpak die zowel functiegericht als werkplekgericht is, biedt Dagnall Taleninstituut u betaalbare en effectieve taalcursussen Frans in Leiden. Rendement door maatwerk; dat is wat Dagnall u te bieden heeft.
Betaalbaar maatwerk Frans in Leiden sinds 1982
Taal op de werkvloer
Cursus Taal op de Werkvloer: draagvlak is vereist! Een cursus (Frans) toegespitst op het verbeteren van de taalvaardigheid op de werkvloer is intussen bij veel bedrijven een begrip. Medewerkers zonder of met een beperkte beheersing van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een belemmering op het werk en zij willen graag en beter en/of sneller communiceren.
Zij willen graag de werkinstructies op de werkplek goed kunnen begrijpen en deze ook op kunnen volgen. De medewerkers willen graag met meer zelfvertrouwen hun werk kunnen verrichten en natuurlijk hun ambitie op het werkterrein waarmaken. Hiervoor is een investering in personeel en in de (innovatieve) ontwikkeling van de organisatie noodzakelijk.
Ons taleninstituut verzorgt betaalbare maatwerk taaltrainingen voor het verhogen van de luister-, spreek-, lees- en schrijfvaardigheid op de werkvloer. Dagnall helpt en leert de cursist hoe hij/zij de lesstof in praktijk kan brengen in zijn/haar baan. Ons instituut stemt de lessen af op de behoeften van de opdrachtgever en op het niveau van de deelnemer(s). Buiten de lessen om, krijgen cursisten gedurende de taalcursus frequent praktijkopdrachten, die de continuïteit van het leerproces ondersteunen en de effectiviteit van de training verhogen.
Dit is een win-winsituatie! Dagnall Taleninstituut let tevens op de enigszins onderbelichte kant van veel taalcursussen: de cursisten staan al vaak alleen in hun inspanning om de taal te beheersen, om de cultuur en gewoontes van het nieuwe land en de organisatie te doorgronden en om hun wereld via taal uit te breiden. Hiervoor is inzet en motivatie vereist. Daarbij hebben deelnemers maar een beperkt aantal vaste contactmomenten per week met de trainer. Dit is niet in elke situatie afdoende.
Onderscheidend
Dagnall Taleninstituut is onderscheidend door in te zetten op het vergroten van het draagvlak voor de taalcursus Frans op de werkvloer. Dagnall Talen stimuleert uitvoerenden en leidinggevenden van het bedrijf om te zorgen voor een continu proces van taalverwerving, door direct vanaf het begin zoveel mogelijk met de cursist te communiceren in de doeltaal. Door de relevantie van taal op de werkvloer consequent op deze manier te benadrukken, wordt de waarde van goede beheersing van de taal gemeenschappelijk ervaren en voelen de cursisten zich gestimuleerd en gewaardeerd in hun taalverwerving.
Vele wegen leiden van Leiden naar Parijs
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Frans spits zich niet alleen toe op de vraag van de klant, cursist, werkgever of organisatie, zoals een betere spreek- of schrijfvaardigheid. Een goede taalcursus (Frans) is eveneens afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de cursist zelf. Een cursus Frans in Leiden die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze kundige docenten Frans zijn heel bedreven in het zo snel en zo prettig mogelijk aanleren van de Franse taalkennis en vaardigheden om deze direct in de praktijk te kunnen inzetten. Dat werkt wel zo fijn en het zorgt ervoor dat u echt waar voor uw geld krijgt. Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall realiseren wij met een mix van deze beproefde leermethode in combinatie met de focus op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. U kunt bij Dagnall Talen terecht voor cursussen die op een maatwerktraining gebaseerd zijn.
Dagnall Talen biedt groepscursussen van 3 tot 8 à 10 cursisten, zogenaamde duocursussen (2 cursisten), individuele cursussen (privéles), onlinecursussen, het online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en specifiek jargon van het bedrijf of de organisatie. Onze taaltrainers geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij in de loop der jaren hebben verzameld en gecreëerd en spelen continue op actuele ontwikkelingen en thema’s in.
Een prettige manier van leren
Een bijkomend voordeel is dat dit weloverwogen maatwerk als een bijzonder plezierige werkwijze wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze trainers Frans in Leiden. Onze, door de jaren steeds verder ontwikkelde en verfijnde werkwijze is het zeer gewaardeerde handelsmerk van Dagnall Taleninstituut geworden. De cursussen zijn niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar zeer zeker ook afgestemd op de leermethode die zeer geschikt is voor de cursist.
Effectief Frans leren in Leiden bij Dagnall Taleninstituut
Individuele cursussen en groepscursussen Frans
Franse lessen - individueel of in groepsverband
Dagnall Taleninstituut cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u de organisatie van de taalcursus met een gerust hart uit handen kunt geven. Dagnall Talentaleninstituut biedt deze individuele cursussen en groepstaalcursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen maken we gebruik van gevarieerde en moderne onderwijsmethodieken om doelgericht te trainen en leersucces te garanderen. Uiteraard kunnen deze individuele-, duo- en groepscursussen zowel bij u op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Leiden worden gegeven.
Maatwerk individuele en groepscursussen Frans in Leiden
Maatwerkcursussen Frans
Dagnall Taleninstituut biedt individuele cursussen Frans voor bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren in Leiden en omgeving. Individuele cursussen worden ook wel één-op-één-cursussen of privélessen genoemd. De individuele taalcursussen van Dagnall zijn al vele jaren bekend voor de persoonlijke aandacht, het maatwerk en het hoogste rendement. Alle individuele cursussen Frans van Dagnall Talen zijn maatwerktrainingen en de trainingen worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de leerstijl en de praktijksituatie. De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Ons instituut biedt groepscursussen Frans met 3 tot 10 personen, maar ook duocursussen (met 2 deelnemers) aan het bedrijfsleven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren. De leergroepen worden bij voorkeur zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te verhogen en de cursisten maximaal te kunnen ondersteunen. De groepscursussen van Dagnall zijn ook maatwerkcursussen en worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de praktijksituatie alsook de leerstijl alsook de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het grootste voordeel van een individuele taalcursus Frans is het hoge rendement doordat in een korte periode behoorlijk veel informatie wordt opgenomen. Omdat de cursus intensief is, wordt sneller vooruitgang geboekt en wordt het leertraject zo kort mogelijk gehouden. Flexibiliteit is een ander groot voordeel van een individuele taalcursus. De inhoud kan optimaal aangepast aan de doelstellingen, het niveau en de eventuele aandachtsgebieden van de cursist en de taalcursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist. De leervordering is optimaal doordat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld. Ook is een individuele taalcursus ideaal af te stemmen op de planning en de agenda van de cursist waardoor het leerschema en het tijdmanagement optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Vooral de interactie met de andere cursisten Frans is het grootste voordeel van groepscursussen; het actieve gebruik van de doeltaal zoals door rollenspellen en discussies in de groep. Een ander groot voordeel is de zogenaamde groepsdynamiek; het leren van de foutjes van anderen en met elkaar in de doeltaal communiceren. Deze afwisseling kan door de cursisten als leuker worden ervaren. Daarnaast zijn groepscursussen efficiënt omdat meerdere medewerkers tegelijk worden getraind en de groep bijna hetzelfde kennisniveau bereikt. Ook is een groepscursus iets minder intensief (iets minder zwaar) voor de deelnemer dan een individuele taalcursus.
Minpunten individuele cursus
Discussies en rollenspellen kunnen bij individuele cursussen Frans alleen worden gevoerd en gedaan met de taaltrainer. Het geleerde kan niet in de groep geoefend worden doordat er geen interactie met andere cursisten is. Ook is het niet mogelijk om van de foutjes van andere deelnemers te leren omdat groepsdynamiek ontbreekt. De intensievere leerbenadering van individuele taalcursussen is ook behoorlijk intensief (zwaarder) voor de cursisten.
Minpunten groepscursus
In groepscursussen is minder aandacht voor de individu en kunnen de cursisten iets sneller afgeleid zijn. Daardoor ligt het rendement iets lager. Dit kan gedeeltelijk worden ondervangen door de groepen iets kleiner te maken (minigroepen). Een groepscursus Frans kan ook minder goed op individuele leerstijlen van cursisten afgestemd worden. Een ander minpunt van groepscursussen is dat de planning minder goed kan worden afgestemd op de agenda van de individuele cursist.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Frans
Verschillende opties voor Franse les
Dagnall Talen biedt taalcursussen (Frans) voor beginners, halfgevorderden en gevorderden. Niet iedereen is in de gelegenheid om een talencentrum te bezoeken. Dagnall Talen biedt daarom onze taaltrainingen ook incompany en online aan. Bij Dagnall Talen kunt u een intensieve of semi-
intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Frans volgen. Tevens is een combinatie van deze verschillende trainingen mogelijk. Veel taalleerders kiezen hiervoor. Dagnall staat voor (betaalbaar) maatwerk!
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Engeland en Amerika ontwikkeld, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog was het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten van elementaire verbale communicatieve vaardigheden te voorzien. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode gezien worden. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen volledig in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden door middel van mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is zonder fouten Frans leren spreken en verstaan, wat begint met een Franssprekende leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met drills om Franse zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De trainer Frans kan bijvoorbeeld een bepaalde zin 10 keer herhalen om daarna een nieuw Frans woord toe te voegen Bij de audiolinguale methode wordt veel in de zogeheten talenpractica gewerkt, waarbij lerenden een hoofdtelefoon op hebben en zinnen beluisteren en nazeggen. Het geschreven Frans wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Frans al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe Franse woorden te introduceren.
Populariteit
De methode werd in Nederland pas geïntroduceerd rond 1970 toen de Mammoetwet van kracht werd. Er kwamen al snel bezwaren tegen deze saaie driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al vrij snel in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode haar sporen na. Nu was alom aanvaard dat het bij het leren van de taal (zoals Frans) niet gaat om het uit het hoofd leren van de (Franse) grammaticaregels, maar om de toepassing. De luistervaardigheid (Frans), die vóór 1970 voor veel docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor studenten die Frans beginnen te leren effectief. Vanaf het begin wordt een juiste uitspraak Frans aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een snelle en efficiënte overdracht van taalkennis. Deze methode kan ook bij grotere groepen toegepast worden.
Tevens heeft de docentgestuurde kant een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng van de studenten verlangd, waardoor het risico op passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid dreigt. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig zijn om te zetten in levend taalgebruik Frans.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) op een zodanige manier wijze te leren dat deze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die later worden herhaald. De zinnen of woorden op de woordenlijst worden hardop gelezen door de studenten. Het idee is niet om deze woorden en/of zinnen of zinnen uit het hoofd te leren, maar door de blootstelling gaat dit eigenlijk vanzelf. De woordenlijst wordt steeds veranderd; Franse woorden die zijn geleerd, worden van de lijst gehaald. De Franse woorden die nog problemen geven, blijven op de lijst op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de zinnen of woorden in het Frans spontaan terechtkomen in het langetermijngeheugen, iets dat door geheugenwetenschappers betwijfeld wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt kennis in het algemeen opgeslagen als deze kennis relevant en betekenisvol is voor de lerende. Deze methode kan werken voor Franse woorden die betekenisvol en relevant zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje zou deze GoldList-methode goed kunnen functioneren. Met de hand schrijven werkt effectiever dan typen of, tamelijk zinloos: een foto maken, omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven meewerkt en wordt aangesproken. Een minpunt van deze methode is het gebrek aan context. Talen zijn uiteraard veel meer dan een serie losse woorden en/of zinnen. Bovendien is deze methode bijzonder tijdrovend omdat steeds met de hand geschreven lijsten aangelegd moeten worden.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door de Amerikanen Tracy D. Terrell en Stephen Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Frans) gericht. De leermethode probeert het Frans te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. De taalregels van het Frans leert de student eveneens onbewust op deze manier. Hiervoor wordt alleen het Frans gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een stressvrije leeromgeving. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete Frans grammatica en het corrigeren van vormfouten.
De methode heeft het meeste rendement als de studenten worden ondergedompeld in het Frans. Om ervoor te zorgen dat de lerenden van de ervaring kunnen genieten, dienen de leeractiviteiten in het Frans stimulerend te zijn.
De Natural Method heeft vrij veel overeenkomsten met de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen deze twee methoden is dat de Directe Methode meer de focus legt op de praktijk en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Dat onderdompeling heel effectief is, is veelvuldig bewezen. De methode is een populaire methode van lesgeven onder taaldocenten Frans, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor studenten. Er kleven ook nadelen aan de Natural Method. De nadruk wordt vooral gelegd op het impliciet leren van de grammatica van het Frans. Studenten zouden inderdaad leren in het Frans te communiceren, maar door ontoereikende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden krijgen de mogelijkheid voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde voor een langere tijd.
Doordat er bijna geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaten geboekt worden. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een bepaald Frans examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 ontwikkeld door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om studenten vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de taal (bijvoorbeeld het Frans). Volgens de SA levert de beheersing van deze structuren meer op dan het leren van woordenschat Frans. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste combinaties van Franse woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde is waar het bij de leermethode om gaat. Deze vaste combinaties worden aan de lerende gepresenteerd in betekenisvolle situaties met behulp van visualisaties, gezichtsuitdrukkingen, dramatiseringen en handelingen. Bij de methode worden de structuren die het vaakst worden gebruikt, als eerste aan de taallerende aangeboden. Mondelinge vaardigheid Frans (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hier in eerste instantie bij gebruikt; daaruit volgen leesvaardigheid en schrijfvaardigheid. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plek. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 gebruikt op vrij grote schaal om Engels te leren in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
De sterke kant van de Structural Approach is dat de studenten het Frans op een nauwkeurige wijze leren. Studenten krijgen inzicht in de Franse grammatica leren in welke situatie bepaalde Franse woorden of combinaties van woorden passend zijn of niet voor die situatie. De methode gebruikt alledaagse taal. De Structurele Aanpak heeft eveneens minpunten. De werkwijze is behoorlijk tijdrovend en biedt niet direct succeservaringen. De eigen input van lerenden is beperkt; het is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van vreemde talen legde. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie het uiteindelijke streven is van het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
Middels CLT-technieken leren de studenten het Frans in praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de taaltrainer Frans. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in het Frans of ander materiaal uit de werkomgeving en/of het dagelijks leven. Zowel tijdens als buiten de les wordt het Frans gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en taaltrainers Frans dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in verschillende realistische situaties te oefenen. De Franse grammatica wordt inductief onderwezen, dit betekent aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent Frans echt een trainer, die de student leert in het Frans te communiceren.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs erg populair, gedeeltelijk doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol bleken. In het verenigde Europa was er een grotere vraag aan het leren van talen op een wijze die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
De CLT (communicatief taalonderwijs) heeft veel sterke aspecten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materialen, leren de studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is efficiënt. Voor de studenten is het stimulerend doordat zij snel succes ervaren. Fouten maken mag; de vaardigheid van de lerende wordt al doende geleerd en verbeterd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en uitspraak minder aandacht wordt geschonken. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Deze manier van leren is voor sommige studenten moeilijk of ongebruikelijk, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) draait om het trainen van vaardigheden; het gaat daarbij om de functie en in mindere mate om de vorm en CLT biedt als zodanig geen samenhangend geheel.
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; docent Frans en Italiaans uit Duitsland. Omstreeks 1783 ontwikkelde Meidinger een methode waarin de grammatica centraal stond. Meidinger wordt beschouwd als de grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van religie, cultuur en wetenschap was. Uiteraard was het onderwijs in het Latijn gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en volledig gericht op de grammatica en het vertalen. Deze aanpak werd als degelijk en wetenschappelijk beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat uit van de analyse van taalvormen en taalstructuren (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de lerenden inzicht ontwikkelen. Bij deze methode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Frans. De taaltrainer draagt de kennis Frans over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Tegengeluiden waren al al sinds halverwege de negentiende eeuw ook te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed op het talenonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, biedt de methode biedt een aardige mentale training. Ook biedt deze methode inzichten in de structuur van het Frans, omdat de nadruk op de grammatica wordt gelegd.
Er zijn echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de spreek- en luistervaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling kan worden toegepast. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in groepsverband biedt deze methode geen mogelijkheid tot een eigen creatief proces of tot differentiatie bij studenten. De lerende is slechts toehoorder en uitvoerder.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt de leermethode ‘onderdompeling’ (Engelse naam: language immersion) over de hele wereld gebruikt, voornamelijk op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die gebruikt wordt bij Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ genoemd. De methode van ‘onderdompeling’ is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse taalles aan welgestelde dames uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, vanaf het eerste moment door de te leren taal omgeven wordt. De instructies vinden plaats in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhalingen, later op een natuurlijkere manier. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in de Franse taal te spreken. Bij onderdompeling met rollenspellen en simulaties gewerkt. De omgeving op onderwijsinstellingen die werken met onderdompeling, wordt vaak in de stijl van het Frans ingericht om een situatie te creëren alsof studenten in Frankrijk zijn. De studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Frans spreken. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar Frankrijk reizen en daar in een gastgezin verblijven.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren gezien. Voornamelijk de mondelinge taalvaardigheid Frans kan zeer goed worden ontwikkeld op deze manier.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Omdat de methode vrij intensief is, is het belangrijkste voordeel dat deze methode snel resultaat laat zien. De leermethode is een kwestie van ‘sink or swim’, de student moet wel in het Frans gaan communiceren want hij of zij wordt erdoor omgeven. In principe is de student 24 uur per dag Frans aan het leren. In groepen versterkt het samen oefenen de sociale interactie. Lerenden ervaren dat als motiverend.
Een nadeel van de methode is dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt. De kans is groot dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaat. Een bijkomend nadeel kan zijn dat een dergelijke training Frans erg intensief is. Niet elke lerende heeft de conditie om deze methode van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om taal te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. Suggestopedia (Nederlands: Suggestopedie) is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al doet vermoeden, is De methode van Suggestopedia op de kracht van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (talen; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de lerenden en de docent (Frans) zijn daarvoor essentieel. De voorwaarde hiervoor is dat de studenten zich veilig en ontspannen voelen. Leslokalen met rijopstellingen waren niet geschikt om dit te bewerkstelligen. Tijdens de lessen zaten lerenden in comfortabele stoelen die in een halve cirkel geplaatst waren en er was altijd muziek tijdens de les. De leermethodiek voorgestaan door Georgi Lozanov, bestond uit teksten voorlezen, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Bij de teksten waren woordenlijsten alsook opmerkingen met betrekking tot de (Franse) grammatica. Dit voorlezen gebeurde met veel expressie in stem alsook gebaren. Op deze manier werden lerenden uitgenodigd om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren, konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. Voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk) was veel tijd tijdens de lessen. Er werden rollenspellen gespeeld en er bijvoorbeeld (Franse) streekgerechten werden bereid en geproefd.
Populariteit
De leermethode Suggestopedia was omstreden en is niet heel bekend meer. Een aantal elementen van de methode zoals het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, wordt nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer in de les. Hierdoor hebben de lerenden geen hinder zullen van faalangst of frustratie. Voor immigranten kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een ander pluspunt van de leermethode is dat lerenden gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven, wat voor sommige mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijkertijd vormt dit voor sommigen een nadeel, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Ook kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend werken in tegenstelling tot stimulerend of ontspannend. Dat de verhouding taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle input komt van de kant van de Franse taaldocent en de lerende is steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelden in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) of CLL geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te leren waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de docent fungeert als counselor die de zinnen van lerenden kenschetst. De lerenden starten een gesprek. Zijn de lerenden de doeltaal (Frans) nog niet voldoende machtig, dan spreken de lerenden in hun moedertaal. De taaltrainer (Frans) vertaalt en legt uit, waarna de studenten de uitingen van de trainer zo nauwkeurig mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om daarna opnieuw te kunnen beluisteren.
Community Language Learning stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de lerenden als middel om het Frans te leren. Een leerboek Frans wordt niet gebruikt; de studenten bepalen zelf de lesstof door middel van zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van de methode is sterk afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. Bij deze methode dient de taaltrainer naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig te zijn. De trainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de student uitstekend te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. De methode kan prima werken als deze correct wordt toegepast. Deze methode is niet bruikbaar voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt lerenden een hoge mate van autonomie. Vaak vinden lerenden het analyseren van hun eigen gesprekken nuttig. De groep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les Frans, maar eveneens buiten de les. Door deze methode worden de lerenden zich veel meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en ze leren te werken als team. Studenten leren veel door het bespreken door hun foutjes en het evalueren van de taalles Frans. Vaak blijven zulke verbeteringen in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van de studenten.
Het kan een keerzijde zijn dat de taal docent niet sturend is, ondanks dat sommige lerenden wel sturing nodig hebben. Bij CLL wordt geen leerboek gebruikt en er worden geen toetsen Frans gehouden. Daardoor is het succes moeilijk te meten. Sommige lerenden worden in hun Frans spreken belemmerd als zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een taalverwervingsmethode die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en het produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. De lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans neemt in deze benadering een grotere plaats in dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de lerenden (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er is veel ruimte voor het zelfstandig ontdekken van de Franse taal.
Het is de rol van de taaldocent Frans om te zorgen voor voldoende input en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de laatste dertig jaar leerboeken duidelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat die wordt aangeboden in chunks, in betekenisvolle brokjes. De vergaande verandering in de wijze waarop vreemde talen worden onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, heeft echter niet plaatsgevonden.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Studenten leren het Frans op een heel natuurlijke wijze te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van de methode. Sommige lerenden hebben meer aan een taaltrainer Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator omdat ze meer moeite hebben om de taalpatronen zelf te leren herkennen.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is in het jaar 1880 door de Franse leraar François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en niet veel kennis vereisen van grammatica. Op basis van een actie, bijvoorbeeld het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd, leren studenten zinnetjes. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, wetenschap en beroep, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik. In de Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het betreft een soort eentalige methode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’. Hierdoor gaan studenten vanzelf snel in de te leren taal (bijvoorbeeld het Frans) denken.
Populariteit
De ideeën van François Gouin over taal waren zeer vooruitstrevend. Ondanks de afwijkende aanpak, was de seriemethode van Gouin gedurende een bepaalde periode een succes. Deze methode werd echter overschaduwd door Berlitz’ Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van François Gouin ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Frans van de lerende en creëert een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de les.
François Gouin’s methode biedt levendig taalonderwijs. Dit type onderwijs Frans wekt de leermethode enthousiasme van de studenten op doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, en dergelijke. Een nieuwe taal leren werd tastbaar; dit was iets dat geheel nieuw was. studenten Frans worden nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen en het zelfvertrouwen te verhogen. De methode stimuleert de communicatieve taalvaardigheden Frans van de studenten goed.
De methode heeft echter als nadeel dat taal die iets meer abstract of subjectief wordt, wat lastig met bewegingen en expressies in één duidelijke ervaring kan worden gevangen. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die per slot van rekening een hele reeks aan series voor moet bereiden, is een bijkomend nadeel. Als derde punt richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching; TBLT) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte erachter is dat het verwerven van de te leren taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te voeren. Studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is kennis van de (Franse) taal vereist. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, is het nodig dat zij over woordenschat en taalregels van het Frans beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals het schrijven van een e-mail, bellen met een klantenservice, een boodschap doen, een krant lezen of iets te drinken bestellen. De opdracht wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst voorbereidt op de taak, vervolgens de taak uitvoert en tot slot op de taak terugblikt. De studenten dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. De taken dienen net boven het taalniveau Frans van de lerenden te liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Het taakgericht onderwijs heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren negentig en zeker in het taalonderwijs. Taakgericht taalonderwijs de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid bij lerenden (vooral lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij de studenten worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Frans) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, zolang de opdracht goed bij de lerenden aansluit. De studenten komen op een natuurlijke, alledaagse wijze in contact met het Frans en leren op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Bovendien leren studenten om samen te werken. Studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.
Als nadeel kan worden gezien dat de communicatie het belangrijkst is en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor studenten die niet zeer nauwkeurig leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse taalkundige en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels bedacht Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in het jaar 2000.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT) was ‘Dogme 95’; de beweging van een groep Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. De deelnemers confirmeren zich aan tien strenge regels (tien dogma’s) voor het maken van films die samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity) behelzen. Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare wijze. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doel van de Dogme-methode is het beginnen van echte inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan. Hierbij gaat het om communicatie als de inspirator van de taal leren (bijvoorbeeld het Frans). De benadering is daarom een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder een lesboek te gebruiken of overige lesmaterialen en zich in plaats daarvan richt op het communiceren tussen de lerenden en de taaltrainer. Het Dogme-taalonderwijs kent, net als de Dogme-beweging in de film, 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Scott Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van een taal (zoals Frans) suggereren dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een pluspunt voor de docent Frans. Het kan heel motiverend werken dat de lerenden de verantwoording dragen voor het eigen leerproces. Op deze manier is de les Frans nooit voorspelbaar. Het zorgt voor spontane communicatie en zorgt ervoor dat verveling geen kans krijgt. Zo goed als elk item kan tijdens Dogme-lessen worden besproken. Dit zorgt dat lerenden alert en betrokken blijven.
Daartegenover staat dat de lerenden zich iets ongemakkelijk kunnen voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de taaldocent. Ook is niet elke taaldocent Fransin voldoende mate flexibel voor deze manier van lesgeven. Een keerzijde kan zijn dat studenten zich vaak dienen voor te bereiden op een specifiek examen Frans en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof tijdens de taallessen aan bod komt.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in het jaar 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode geldt als een alternatieve visie op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA vertoont overeenkomsten met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende en een verzorger uit Frankrijk voeren de activiteiten uit. Begrijpen gaat voor produceren. De nadruk ligt op Franse woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de leermethode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ concentreert zich in deze fase 1 op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 van de methode van de leermethode is de ‘verhaalopbouwfase’. Deze duurt ruwweg 150 uur en de deelnemer begint nu ook Frans te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen gedeeld worden alsook verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de leermethode is de fase van het ‘diepe delen’. Nu beginnen de deelnemers en de verzorgers diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 beginnen deelnemers zich te richten op het taalgebruik van moedertaalsprekers Frans door middel van films, televisie of nieuws en literatuur. Ook het Frans dat is vereist voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de methode van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei naast de formele taalsessies Frans.
Populariteit
Er is nog vrij weinig bekend over het succes omdat de leermethode van Greg en Angela Thomson nog tamelijk nieuw is. Deelnemende studenten zijn vrij enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een goede doorkijk op het proces van taalverwerving Frans geboden. De zes fasen van GPA bieden een duidelijk tijdsschema alsook realistische doelstellingen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van het Frans, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een nadeel van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of kortweg Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht in de vroege jaren 2000 door Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige.
Kenmerken van de Shadowing Technique
Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Frans) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het is een eenvoudige techniek: lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen wat zij horen. Bij de methode is het niet van belang om de Franse tekst te begrijpen; het gaat in de eerste plaats om de klank. Het luisteren en herhalen wordt net zo vaak geoefend tot het moment het gemakkelijk gaat en de student simultaan Frans kan spreken met de opname. De lerenden gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij gezegd hebben. Zolang er maar dialogen in staan of delen met samenhangende tekst, zijn diverse leerboeken voor deze techniek geschikt. De Franse audio-opname dient idealiter iets boven het niveau van de lerenden te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. Alexander Argüelles adviseert om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst in de buitenlucht, en niet te gaan zitten, omdat lichamelijke beweging de opname van de te leren taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Dat de lerenden minder gauw afgeleid worden als zij bewegen, waardoor het leren van het Frans aanzienlijk effectiever gaat, is een andere reden.
De shadowing-techniek heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale drills werden gebruikt in plaats van dialoog of samenhangende teksten. Ook het simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing dat aantoont dat de leermethodiek niet alleen de uitspraak maar ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van het Frans wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek in een groep lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief aan de methodiek leren zijn. Het rendement van de Shadowing-methode is hoog.
De Shadowing-methode heeft als nadeel is dat lerende het soms wat saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus erg belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren door middel van beweging en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind zijn moedertaal leert. Ouders geven voortdurend taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die taken uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in eerste instantie de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheden Frans vormen dus de basis, daarna volgen de spreekvaardigheden.
De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De trainer geeft op een begrijpelijke en vriendelijke manier taken, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de taken voor; de lerenden doen deze taken na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat zij Frans praten; de studenten geven in een later stadium de opdrachten. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels aangepast.
Door het combineren van beweging en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Daardoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
Hoofdzakelijk wordt TPR® binnen het NT2-onderwijs gebruikt (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar ook middelbare scholieren of volwassenen werken met veel plezier met de methode van Total Physical Response en behalen hiermee goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de nieuwe taal. De methodiek zorgt voor vlotte succeservaringen, wat het plezier in het leren van het Frans bevordert. Dit zorgt voor stressvrij leren. TPR® is in principe voor alle doelgroepen geschikt, ongeacht achtergrond en leeftijd en deze leermethode kan ook in wat grotere klassen toegepast worden. Het Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student.
Dat niet alle taaluitingen in TPR®-opdrachten zijn uit te drukken, is het minpunt van TPR®. Hierdoor werkt de methodiek tot op een bepaald niveau en is daarbij nog een andere methodiek nodig. De leermethode is ook niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om gevoelens, ideeën en meningen in het Frans uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe visies over talen leren dat inductief en zelfontdekkend diende te zijn. Overigens ging de Reformbeweging niet alleen over het leren van een taal, maar eveneens over voeding, kleding, naturisme en natuurgeneeskunde. Omstreeks 1900, net zoals in de jaren 60 van de vorige eeuw, streefde men naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Op het gebied van het taalonderwijs werd nu veel aandacht geschonken aan de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica vooral inductief werd onderwezen, met behulp van voorbeeldzinnen. Hieruit moesten lerenden de taalregels afleiden. Er waren veel mondelinge oefeningen met veel aandacht voor de uitspraak (zoals het Frans). De studenten werden gestimuleerd veel Frans te spreken. Nieuw was eveneens dat de lessen in het Frans werden gegeven. In de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) woordenschat werd aangeleerd aan de hand van voorbeelden en afbeeldingen. Abstracte vocabulaire werd door de studenten zelf aangeboden om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloed van de crises en oorlogen, om weer een andere vorm te vinden in de jaren zestig.
Taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua werken nog altijd met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het voordeel. Bij de methode wordt veel aandacht besteed aan spreken en luisteren, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in de Franse taal ontwikkelen. De methode kent ook nadelen. De methode besteedt vrijwel geen aandacht aan de schrijfvaardigheid (Frans) en relatief veel minder aan lezen in de vreemde taal. Voor lerenden die verder meer gevorderd zijn in het Frans, biedt de methode onvoldoende uitdaging. De Directe Methode is ook niet heel bruikbaar voor de langzaam lerende studenten, omdat de leermethode van een dynamische inzet vanuit de studenten uitgaat.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). An oral system of teaching living languages ging in herdruk in januari 2015.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet werken met abstracte regels en lijstjes met Franse woorden die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de eerst bekende, volledige taalcursus. De methode is op het werken met een groep lerenden en een docent Frans gebaseerd, die één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en de beweging worden vervolgens door de lerenden na elkaar herhaald. De herhaling helpt de studenten de Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap worden de woorden zinnen en weer variaties op de Franse zinnen. In een latere fase wordt met leesteksten de Franse spelling aangeboden.
De methode van Jean Manesca is al enkele jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is opgepakt en aangepast door anderen, onder andere door Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het vreemdetalenonderwijs van nu.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode geldt als het combineren van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langduriger door de lerenden wordt onthouden. Het veelvuldige herhalen draagt daar ook aan bij. Dat dit wat saai kan worden om steeds dezelfde Franse woorden en zinnen te blijven herhalen, kan door studenten als een nadeel worden ervaren.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een taalleermethode (voor bijvoorbeeld Frans) die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De methode van Gattegno gaat uit van de autonomie van de lerenden en hun actieve deelname.
De trainers Frans gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de lerende, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om foutjes te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Frans) van de te leren taal besteed.
Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het essentieel om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de voorraad energie van de lerenden. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder dan als studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat trainers niet naar kennisoverdracht an sich dienen te streven, maar bewustzijn dienen aan te spreken, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
Gekleurde staven die kunnen worden gebruikt voor allerlei dingen, zijn één van de hulpmiddelen waar The Silent Way gebruik van maakt. Ook maakt de methodiek gebruik van Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van het Frans staat, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.
Populariteit
Gattegno’s ideeën zijn wel van betekenis geweest, vooral bij het aanleren van de uitspraak van het Frans, alhoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Het voordeel van de aanpak van Gattegno is dat zijn methode voor lerenden niet-bedreigend is, die immers als autonoom worden beschouwd. De docent Frans is in feite dienstbaar aan de lerende, niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van het Frans op een natuurlijke manier. Het geleerde wordt meestal goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Fouten maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.
Een nadeel van de leermethode kan zijn dat een aantal lerenden intensievere begeleiding nodig heeft dan de leermethode beoogt. Door het gebrek aan inbreng van de taaltrainer Frans zouden studenten gefrustreerd kunnen raken. Met kleuren en grafieken werken, heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er snel af raakt. Hierdoor verdwijnt het effect van de methode.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPRS is een talenverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke manier van taalverwerving: een vreemtalen leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. De student wordt aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld om dit te bereiken. De trainer Frans vertelt een verhaal, waarin nieuw te leren Franse woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De lerenden ontspannen zich omdat de verhalen vrij gemakkelijk zijn te begrijpen. Franse woorden en structuren worden zo vrijwel ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerenden. De trainer wijst studenten op grammaticale verschijnselen van het Frans, zonder dat studenten regels uit het hoofd leren.
De lerende zal na een poosje ‘vanzelf’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groep lerenden een verhaal opbouwen, is een variant. Hierbij schrijft de trainer Frans eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de Franse vertalingen erbij, om daarna een verhaal te maken met de lerenden. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen in het Frans is een belangrijk deel van TPR Storytelling, omdat dit voor inbreng zorgt. In een latere fase volgt schrijven in het Frans.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de docent moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de geleerde stof wordt goed onthouden. Omdat TPR Storytelling ook aan de creatieve intelligentie appelleert, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. Voor studenten is TPRS een prettige methode en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor de lerenden werkt het zeer motiverend om zelf verhalen te verzinnen.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de taaldocent vraagt.
De Rosetta Stone-methode is vernoemd naar de zogenaamde de Steen van Rosetta, een steen met een tekst in twee talen die in Egypte werd ontdekt, met behulp waarvan de hiërogliefen ontcijferd zijn. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taalcursussen op de markt brengt. De eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht in 1996.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren achter een computer. De taalcursussen zijn beschikbaar in ruim dertig verschillende talen en de cursussen kunnen vanuit al deze talen worden gevolgd.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier nabootst waarop kinderen de moedertaal leren. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hier foto’s en stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Frans) voor voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe (Franse) woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen dat de Franse uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. De lerende kan zo zijn of haar uitspraak met de uitspraak van een native speaker (moedertaalspreker Frans) vergelijken. Uitspraakverbetering kan worden bereikt door de voorbeeldstem wat langzamer te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Voor de schrijfvaardigheden Frans biedt de methode dictee-oefeningen. De software controleert de Franse grammatica en de spelling en wijst op taalfouten, waarbij taalfouten van de lerenden kunnen worden gecorrigeerd.
Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Wereldwijd wordt de methode van Rosetta Stone veel gebruikt en niet door de minsten. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In ons land wordt Rosetta Stone door een aantal ministeries en diverse hogescholen en universiteiten, alsook door een aantal internationaal opererende bedrijven gebruikt.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone-methode is heel eenvoudig in gebruik en kan op ieder moment door de studenten gebruikt worden. De lerende kan zelf bepalen welke onderdelen meer of wellicht minder aandacht nodig hebben. Veel lerenden ervaren het als plezierig om met de leermethode te werken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode voor scholen een oplossing bieden. Een nadeel van de methode kan zijn dat er geen taaltrainer beschikbaar is die studenten motiveert of wat extra’s kan bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Paul Pimsleur. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om nieuwe talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursus bestaat uit zinnen en dialogen in de doeltaal die door lerenden worden nagesproken en herhaald. De Franse zinnen zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursus is gebaseerd op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling. Elke les omvat een audio-opname van een half uur met nieuwe woordenschat en taalstructuren in het Frans. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur van het Frans niet apart uit maar biedt deze grammaticale structuur aan via uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.
Dr. Pimsleur heeft het meest optimale interval onderzocht waarmee informatie overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is verwerkt in de cursussen van Pimsleur.
Populariteit
Onder andere in de Verenigde Staten worden de taalcursussen van Pimsleur gebruikt en de ervaringen lopen uiteen. Over het algemeen zijn de lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Doordat de insprekers allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke manier Frans praten in een normaal tempo, werkt de methode van Pimsleur erg goed als uitspraakverbeteraar.
De keerzijde van de leermethodiek is dat niets wordt uitgelegd. Een gebruiker leert geen bouwstenen van de Franse taal om zelf een zin te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnen doen die uit het hoofd worden geleerd.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verrassend, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn methode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als diegene geen stress heeft. Hij maakte de lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen zijn audiolessen (Frans) die zijn ingesproken door twee acteurs; een mannelijke acteur en een vrouwelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. De student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de stemacteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de lerende op pauze drukt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De les wordt in kleine stappen opgebouwd en nieuwe Franse lesstof wordt met reeds bekende Franse lesstof afgewisseld. De uitleg wordt steeds in de Engelse taal gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden gewezen tussen het Engels en het Frans, als deze verbanden bestaan. Er wordt eveneens grammaticale uitleg gegeven. Eerst wordt makkelijke stof aangeleerd, moeilijkere stof volgt pas nadat de studenten Frans de makkelijke stof hebben begrepen en verworven. Naast Franse woorden en zinnen in de doeltaal worden eveneens bouwstenen geleerd zodat de gebruikers zelf zinnen kunnen maken. De methode maakt eveneens gebruik van flashcards waarmee gebruikers zelf hun woordenschat Frans kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te kunnen meten.
Populariteit
Veel lerenden ze zijn over het algemeen tevreden over de uitleg van de structuren van het Frans en vinden de methode van Michel Thomas fijn om mee te werken. De gebruikers die wat verder zijn met de taal, ervaren de methode van Michel Thomas soms als wat minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen zijn heel toegankelijk en trainen de uitspraak alsook de luistervaardigheid Frans op een efficiënte manier. Het feit dat deze cursussen Frans niet in schrijfvaardigheid voorzien, kan als een keerzijde worden gezien. Ook is er geen echte interactie doordat de leermethode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Dit begon met hun eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat voor taalcursussen (zoals Frans) wel een hooggegrepen streven is. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een lesboek Frans, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. De cursisten werken idealiter ruwweg twintig minuten per dag.
De lessen van Assimil bestaan uit Franse dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De Franse vertaling staat naast de dialoog, met uitleg van de grammatica. Voor het oefenen van de uitspraak van het Frans, maakt Assimil gebruik van zinnen die door moedertaal (native) speakers zijn ingesproken en die de cursist herhaalt. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de cursisten; dit komt pas na ongeveer 50 taallessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij gewaardeerd. Ze zijn betaalbaar en er is een groot aanbod aan verschillende talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Het voordeel van de Assimil-methode is dat de gebruiker op zijn of haar eigen snelheid kan leren op het moment dat dit het beste past. De keerzijde hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de cursist op zichzelf is aangewezen. Er is geen taaldocent Frans om de lerenden te motiveren of te begeleiden.
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw in Engeland en Amerika ontwikkeld, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog was het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten van elementaire verbale communicatieve vaardigheden te voorzien. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als een antwoord op de grammatica-vertaalmethode gezien worden. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen volledig in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden door middel van mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is zonder fouten Frans leren spreken en verstaan, wat begint met een Franssprekende leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met drills om Franse zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De trainer Frans kan bijvoorbeeld een bepaalde zin 10 keer herhalen om daarna een nieuw Frans woord toe te voegen Bij de audiolinguale methode wordt veel in de zogeheten talenpractica gewerkt, waarbij lerenden een hoofdtelefoon op hebben en zinnen beluisteren en nazeggen. Het geschreven Frans wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Frans al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe Franse woorden te introduceren.
Populariteit
De methode werd in Nederland pas geïntroduceerd rond 1970 toen de Mammoetwet van kracht werd. Er kwamen al snel bezwaren tegen deze saaie driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al vrij snel in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode haar sporen na. Nu was alom aanvaard dat het bij het leren van de taal (zoals Frans) niet gaat om het uit het hoofd leren van de (Franse) grammaticaregels, maar om de toepassing. De luistervaardigheid (Frans), die vóór 1970 voor veel docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor studenten die Frans beginnen te leren effectief. Vanaf het begin wordt een juiste uitspraak Frans aangeleerd. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een snelle en efficiënte overdracht van taalkennis. Deze methode kan ook bij grotere groepen toegepast worden.
Tevens heeft de docentgestuurde kant een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng van de studenten verlangd, waardoor het risico op passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid dreigt. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig zijn om te zetten in levend taalgebruik Frans.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) op een zodanige manier wijze te leren dat deze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die later worden herhaald. De zinnen of woorden op de woordenlijst worden hardop gelezen door de studenten. Het idee is niet om deze woorden en/of zinnen of zinnen uit het hoofd te leren, maar door de blootstelling gaat dit eigenlijk vanzelf. De woordenlijst wordt steeds veranderd; Franse woorden die zijn geleerd, worden van de lijst gehaald. De Franse woorden die nog problemen geven, blijven op de lijst op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de zinnen of woorden in het Frans spontaan terechtkomen in het langetermijngeheugen, iets dat door geheugenwetenschappers betwijfeld wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt kennis in het algemeen opgeslagen als deze kennis relevant en betekenisvol is voor de lerende. Deze methode kan werken voor Franse woorden die betekenisvol en relevant zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteuntje zou deze GoldList-methode goed kunnen functioneren. Met de hand schrijven werkt effectiever dan typen of, tamelijk zinloos: een foto maken, omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven meewerkt en wordt aangesproken. Een minpunt van deze methode is het gebrek aan context. Talen zijn uiteraard veel meer dan een serie losse woorden en/of zinnen. Bovendien is deze methode bijzonder tijdrovend omdat steeds met de hand geschreven lijsten aangelegd moeten worden.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door de Amerikanen Tracy D. Terrell en Stephen Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Frans) gericht. De leermethode probeert het Frans te leren op de wijze waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. De taalregels van het Frans leert de student eveneens onbewust op deze manier. Hiervoor wordt alleen het Frans gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een stressvrije leeromgeving. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. De taalproductie Frans mag spontaan ontstaan en wordt niet geforceerd. De nadruk ligt op communicatie en minder op expliciete Frans grammatica en het corrigeren van vormfouten.
De methode heeft het meeste rendement als de studenten worden ondergedompeld in het Frans. Om ervoor te zorgen dat de lerenden van de ervaring kunnen genieten, dienen de leeractiviteiten in het Frans stimulerend te zijn.
De Natural Method heeft vrij veel overeenkomsten met de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen deze twee methoden is dat de Directe Methode meer de focus legt op de praktijk en de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Dat onderdompeling heel effectief is, is veelvuldig bewezen. De methode is een populaire methode van lesgeven onder taaldocenten Frans, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor studenten. Er kleven ook nadelen aan de Natural Method. De nadruk wordt vooral gelegd op het impliciet leren van de grammatica van het Frans. Studenten zouden inderdaad leren in het Frans te communiceren, maar door ontoereikende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden krijgen de mogelijkheid voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde voor een langere tijd.
Doordat er bijna geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaten geboekt worden. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een bepaald Frans examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 ontwikkeld door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om studenten vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de taal (bijvoorbeeld het Frans). Volgens de SA levert de beheersing van deze structuren meer op dan het leren van woordenschat Frans. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste combinaties van Franse woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde is waar het bij de leermethode om gaat. Deze vaste combinaties worden aan de lerende gepresenteerd in betekenisvolle situaties met behulp van visualisaties, gezichtsuitdrukkingen, dramatiseringen en handelingen. Bij de methode worden de structuren die het vaakst worden gebruikt, als eerste aan de taallerende aangeboden. Mondelinge vaardigheid Frans (luistervaardigheid en spreekvaardigheid) wordt hier in eerste instantie bij gebruikt; daaruit volgen leesvaardigheid en schrijfvaardigheid. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plek. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 gebruikt op vrij grote schaal om Engels te leren in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
De sterke kant van de Structural Approach is dat de studenten het Frans op een nauwkeurige wijze leren. Studenten krijgen inzicht in de Franse grammatica leren in welke situatie bepaalde Franse woorden of combinaties van woorden passend zijn of niet voor die situatie. De methode gebruikt alledaagse taal. De Structurele Aanpak heeft eveneens minpunten. De werkwijze is behoorlijk tijdrovend en biedt niet direct succeservaringen. De eigen input van lerenden is beperkt; het is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, is ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw onder invloed van ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van vreemde talen legde. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept van communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie het uiteindelijke streven is van het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
Middels CLT-technieken leren de studenten het Frans in praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de taaltrainer Frans. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in het Frans of ander materiaal uit de werkomgeving en/of het dagelijks leven. Zowel tijdens als buiten de les wordt het Frans gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en taaltrainers Frans dragen onderwerpen aan die buiten het domein van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in verschillende realistische situaties te oefenen. De Franse grammatica wordt inductief onderwezen, dit betekent aan de hand van de praktijk, van waaruit de regel volgt.
Bij communicatief taalonderwijs is de taaldocent Frans echt een trainer, die de student leert in het Frans te communiceren.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs erg populair, gedeeltelijk doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol bleken. In het verenigde Europa was er een grotere vraag aan het leren van talen op een wijze die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
De CLT (communicatief taalonderwijs) heeft veel sterke aspecten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materialen, leren de studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is efficiënt. Voor de studenten is het stimulerend doordat zij snel succes ervaren. Fouten maken mag; de vaardigheid van de lerende wordt al doende geleerd en verbeterd. Een nadeel van deze communicatieve benadering is dat voor grammatica, vocabulaire dat niet direct toepasbaar is en uitspraak minder aandacht wordt geschonken. De voorbereiding en planning vragen veel tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van de lerende. Deze manier van leren is voor sommige studenten moeilijk of ongebruikelijk, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. Communicatief taalonderwijs (CLT) draait om het trainen van vaardigheden; het gaat daarbij om de functie en in mindere mate om de vorm en CLT biedt als zodanig geen samenhangend geheel.
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Taaldocenten leerden de studenten om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; docent Frans en Italiaans uit Duitsland. Omstreeks 1783 ontwikkelde Meidinger een methode waarin de grammatica centraal stond. Meidinger wordt beschouwd als de grondlegger van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van religie, cultuur en wetenschap was. Uiteraard was het onderwijs in het Latijn gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en volledig gericht op de grammatica en het vertalen. Deze aanpak werd als degelijk en wetenschappelijk beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode (GVM) gaat uit van de analyse van taalvormen en taalstructuren (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de lerenden inzicht ontwikkelen. Bij deze methode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. De nadruk ligt op literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten in het Frans. De taaltrainer draagt de kennis Frans over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Tegengeluiden waren al al sinds halverwege de negentiende eeuw ook te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed op het talenonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, biedt de methode biedt een aardige mentale training. Ook biedt deze methode inzichten in de structuur van het Frans, omdat de nadruk op de grammatica wordt gelegd.
Er zijn echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de spreek- en luistervaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling kan worden toegepast. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in groepsverband biedt deze methode geen mogelijkheid tot een eigen creatief proces of tot differentiatie bij studenten. De lerende is slechts toehoorder en uitvoerder.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt de leermethode ‘onderdompeling’ (Engelse naam: language immersion) over de hele wereld gebruikt, voornamelijk op de middelbare school waarbij een schoolvak (zoals wiskunde) wordt onderwezen in een vreemde taal. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die gebruikt wordt bij Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ genoemd. De methode van ‘onderdompeling’ is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse taalles aan welgestelde dames uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, vanaf het eerste moment door de te leren taal omgeven wordt. De instructies vinden plaats in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhalingen, later op een natuurlijkere manier. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in de Franse taal te spreken. Bij onderdompeling met rollenspellen en simulaties gewerkt. De omgeving op onderwijsinstellingen die werken met onderdompeling, wordt vaak in de stijl van het Frans ingericht om een situatie te creëren alsof studenten in Frankrijk zijn. De studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Frans spreken. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar Frankrijk reizen en daar in een gastgezin verblijven.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren gezien. Voornamelijk de mondelinge taalvaardigheid Frans kan zeer goed worden ontwikkeld op deze manier.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Omdat de methode vrij intensief is, is het belangrijkste voordeel dat deze methode snel resultaat laat zien. De leermethode is een kwestie van ‘sink or swim’, de student moet wel in het Frans gaan communiceren want hij of zij wordt erdoor omgeven. In principe is de student 24 uur per dag Frans aan het leren. In groepen versterkt het samen oefenen de sociale interactie. Lerenden ervaren dat als motiverend.
Een nadeel van de methode is dat het bereikte resultaat niet altijd vastgehouden wordt. De kans is groot dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaat. Een bijkomend nadeel kan zijn dat een dergelijke training Frans erg intensief is. Niet elke lerende heeft de conditie om deze methode van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om taal te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. Suggestopedia (Nederlands: Suggestopedie) is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al doet vermoeden, is De methode van Suggestopedia op de kracht van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (talen; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de lerenden en de docent (Frans) zijn daarvoor essentieel. De voorwaarde hiervoor is dat de studenten zich veilig en ontspannen voelen. Leslokalen met rijopstellingen waren niet geschikt om dit te bewerkstelligen. Tijdens de lessen zaten lerenden in comfortabele stoelen die in een halve cirkel geplaatst waren en er was altijd muziek tijdens de les. De leermethodiek voorgestaan door Georgi Lozanov, bestond uit teksten voorlezen, terwijl op de achtergrond klassieke muziek werd gespeeld of natuurgeluiden waren te horen. Bij de teksten waren woordenlijsten alsook opmerkingen met betrekking tot de (Franse) grammatica. Dit voorlezen gebeurde met veel expressie in stem alsook gebaren. Op deze manier werden lerenden uitgenodigd om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren, konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. Voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk) was veel tijd tijdens de lessen. Er werden rollenspellen gespeeld en er bijvoorbeeld (Franse) streekgerechten werden bereid en geproefd.
Populariteit
De leermethode Suggestopedia was omstreden en is niet heel bekend meer. Een aantal elementen van de methode zoals het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, wordt nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia zorgt voor een veilige en ontspannen sfeer in de les. Hierdoor hebben de lerenden geen hinder zullen van faalangst of frustratie. Voor immigranten kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een ander pluspunt van de leermethode is dat lerenden gestimuleerd worden om actief mee te doen en zich in de situatie in te leven, wat voor sommige mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijkertijd vormt dit voor sommigen een nadeel, omdat niet iedereen hiertoe in staat is. Ook kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend werken in tegenstelling tot stimulerend of ontspannend. Dat de verhouding taaldocent-lerende niet gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle input komt van de kant van de Franse taaldocent en de lerende is steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran en professor Paul La Forge ontwikkelden in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) of CLL geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te leren waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de docent fungeert als counselor die de zinnen van lerenden kenschetst. De lerenden starten een gesprek. Zijn de lerenden de doeltaal (Frans) nog niet voldoende machtig, dan spreken de lerenden in hun moedertaal. De taaltrainer (Frans) vertaalt en legt uit, waarna de studenten de uitingen van de trainer zo nauwkeurig mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om daarna opnieuw te kunnen beluisteren.
Community Language Learning stimuleert gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de interactie tussen de lerenden als middel om het Frans te leren. Een leerboek Frans wordt niet gebruikt; de studenten bepalen zelf de lesstof door middel van zinvolle gesprekken.
Populariteit
Het slagen van de methode is sterk afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. Bij deze methode dient de taaltrainer naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig te zijn. De trainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de student uitstekend te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. De methode kan prima werken als deze correct wordt toegepast. Deze methode is niet bruikbaar voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt lerenden een hoge mate van autonomie. Vaak vinden lerenden het analyseren van hun eigen gesprekken nuttig. De groep wordt vaak heel hecht, niet alleen tijdens de les Frans, maar eveneens buiten de les. Door deze methode worden de lerenden zich veel meer bewust van de groepsgenoten, de sterke en zwakke punten en ze leren te werken als team. Studenten leren veel door het bespreken door hun foutjes en het evalueren van de taalles Frans. Vaak blijven zulke verbeteringen in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van de studenten.
Het kan een keerzijde zijn dat de taal docent niet sturend is, ondanks dat sommige lerenden wel sturing nodig hebben. Bij CLL wordt geen leerboek gebruikt en er worden geen toetsen Frans gehouden. Daardoor is het succes moeilijk te meten. Sommige lerenden worden in hun Frans spreken belemmerd als zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (In het Engels: Lexical Approach; LA) is een taalverwervingsmethode die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering is gebaseerd op de visie dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en het produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. De lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans neemt in deze benadering een grotere plaats in dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak voorkomen in dialogen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de lerenden (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er is veel ruimte voor het zelfstandig ontdekken van de Franse taal.
Het is de rol van de taaldocent Frans om te zorgen voor voldoende input en het faciliteren van het leertraject van de lerenden.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de laatste dertig jaar leerboeken duidelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat die wordt aangeboden in chunks, in betekenisvolle brokjes. De vergaande verandering in de wijze waarop vreemde talen worden onderwezen, iets waarnaar Lewis streefde, heeft echter niet plaatsgevonden.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Studenten leren het Frans op een heel natuurlijke wijze te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is de keerzijde van de methode. Sommige lerenden hebben meer aan een taaltrainer Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator omdat ze meer moeite hebben om de taalpatronen zelf te leren herkennen.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is in het jaar 1880 door de Franse leraar François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (Engelse naam: The Series Method of language acquisition) van Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en niet veel kennis vereisen van grammatica. Op basis van een actie, bijvoorbeeld het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd, leren studenten zinnetjes. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, wetenschap en beroep, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectief, subjectief en figuurlijk taalgebruik. In de Gouin-serie wordt geen moedertaal gebruikt. Het betreft een soort eentalige methode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’. Hierdoor gaan studenten vanzelf snel in de te leren taal (bijvoorbeeld het Frans) denken.
Populariteit
De ideeën van François Gouin over taal waren zeer vooruitstrevend. Ondanks de afwijkende aanpak, was de seriemethode van Gouin gedurende een bepaalde periode een succes. Deze methode werd echter overschaduwd door Berlitz’ Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van François Gouin ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Frans van de lerende en creëert een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de les.
François Gouin’s methode biedt levendig taalonderwijs. Dit type onderwijs Frans wekt de leermethode enthousiasme van de studenten op doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, en dergelijke. Een nieuwe taal leren werd tastbaar; dit was iets dat geheel nieuw was. studenten Frans worden nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen en het zelfvertrouwen te verhogen. De methode stimuleert de communicatieve taalvaardigheden Frans van de studenten goed.
De methode heeft echter als nadeel dat taal die iets meer abstract of subjectief wordt, wat lastig met bewegingen en expressies in één duidelijke ervaring kan worden gevangen. De bewerkelijkheid voor de taaldocent, die per slot van rekening een hele reeks aan series voor moet bereiden, is een bijkomend nadeel. Als derde punt richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog vaak draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engels: Task-Based Language Teaching; TBLT) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De gedachte erachter is dat het verwerven van de te leren taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te voeren. Studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is kennis van de (Franse) taal vereist. Om deze taken goed uit te kunnen voeren, is het nodig dat zij over woordenschat en taalregels van het Frans beschikken. De taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals het schrijven van een e-mail, bellen met een klantenservice, een boodschap doen, een krant lezen of iets te drinken bestellen. De opdracht wordt in drie fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst voorbereidt op de taak, vervolgens de taak uitvoert en tot slot op de taak terugblikt. De studenten dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. De taken dienen net boven het taalniveau Frans van de lerenden te liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Het taakgericht onderwijs heeft aan populariteit gewonnen vanaf het begin van de jaren negentig en zeker in het taalonderwijs. Taakgericht taalonderwijs de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid bij lerenden (vooral lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij de studenten worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Frans) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, zolang de opdracht goed bij de lerenden aansluit. De studenten komen op een natuurlijke, alledaagse wijze in contact met het Frans en leren op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Bovendien leren studenten om samen te werken. Studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.
Als nadeel kan worden gezien dat de communicatie het belangrijkst is en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor studenten die niet zeer nauwkeurig leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse taalkundige en docententrainer op het gebied van taalonderwijs Engels bedacht Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in het jaar 2000.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching (DLT) was ‘Dogme 95’; de beweging van een groep Deense filmmakers waaronder filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. De deelnemers confirmeren zich aan tien strenge regels (tien dogma’s) voor het maken van films die samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity) behelzen. Het Dogme-taalonderwijs werkt op een vergelijkbare wijze. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doel van de Dogme-methode is het beginnen van echte inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan. Hierbij gaat het om communicatie als de inspirator van de taal leren (bijvoorbeeld het Frans). De benadering is daarom een communicatieve aanpak van onderwijs, die taalonderwijs biedt zonder een lesboek te gebruiken of overige lesmaterialen en zich in plaats daarvan richt op het communiceren tussen de lerenden en de taaltrainer. Het Dogme-taalonderwijs kent, net als de Dogme-beweging in de film, 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat onderzoek naar het succes van Dogme beperkt is, stelt Scott Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van een taal (zoals Frans) suggereren dat Dogme waarschijnlijk vergelijkbare resultaten oplevert.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een pluspunt voor de docent Frans. Het kan heel motiverend werken dat de lerenden de verantwoording dragen voor het eigen leerproces. Op deze manier is de les Frans nooit voorspelbaar. Het zorgt voor spontane communicatie en zorgt ervoor dat verveling geen kans krijgt. Zo goed als elk item kan tijdens Dogme-lessen worden besproken. Dit zorgt dat lerenden alert en betrokken blijven.
Daartegenover staat dat de lerenden zich iets ongemakkelijk kunnen voelen als ze zo weinig bij de hand worden genomen door de taaldocent. Ook is niet elke taaldocent Fransin voldoende mate flexibel voor deze manier van lesgeven. Een keerzijde kan zijn dat studenten zich vaak dienen voor te bereiden op een specifiek examen Frans en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde leerstof tijdens de taallessen aan bod komt.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in het jaar 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode geldt als een alternatieve visie op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA vertoont overeenkomsten met, en is ook gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De GPA-benadering kent zes fasen van activiteiten. De lerende en een verzorger uit Frankrijk voeren de activiteiten uit. Begrijpen gaat voor produceren. De nadruk ligt op Franse woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de leermethode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze neemt ruwweg 100 uur in beslag. De ‘groeiende deelnemer’ concentreert zich in deze fase 1 op het luisteren en het geven van non-verbale feedback.
Fase 2 van de methode van de leermethode is de ‘verhaalopbouwfase’. Deze duurt ruwweg 150 uur en de deelnemer begint nu ook Frans te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen gedeeld worden alsook verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de leermethode is de fase van het ‘diepe delen’. Nu beginnen de deelnemers en de verzorgers diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 beginnen deelnemers zich te richten op het taalgebruik van moedertaalsprekers Frans door middel van films, televisie of nieuws en literatuur. Ook het Frans dat is vereist voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de methode van de leermethode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase kent geen eindpunt. Het gaat het hierbij om groei naast de formele taalsessies Frans.
Populariteit
Er is nog vrij weinig bekend over het succes omdat de leermethode van Greg en Angela Thomson nog tamelijk nieuw is. Deelnemende studenten zijn vrij enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een goede doorkijk op het proces van taalverwerving Frans geboden. De zes fasen van GPA bieden een duidelijk tijdsschema alsook realistische doelstellingen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis verworven van het Frans, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een nadeel van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die bereid is om behoorlijk veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique of kortweg Shadowing (‘schaduwen’) is bedacht in de vroege jaren 2000 door Alexander Argüelles; een Amerikaanse polyglot en taalkundige.
Kenmerken van de Shadowing Technique
Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Frans) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. Het is een eenvoudige techniek: lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen wat zij horen. Bij de methode is het niet van belang om de Franse tekst te begrijpen; het gaat in de eerste plaats om de klank. Het luisteren en herhalen wordt net zo vaak geoefend tot het moment het gemakkelijk gaat en de student simultaan Frans kan spreken met de opname. De lerenden gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij gezegd hebben. Zolang er maar dialogen in staan of delen met samenhangende tekst, zijn diverse leerboeken voor deze techniek geschikt. De Franse audio-opname dient idealiter iets boven het niveau van de lerenden te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. Alexander Argüelles adviseert om te gaan lopen tijdens het spreken, het liefst in de buitenlucht, en niet te gaan zitten, omdat lichamelijke beweging de opname van de te leren taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Dat de lerenden minder gauw afgeleid worden als zij bewegen, waardoor het leren van het Frans aanzienlijk effectiever gaat, is een andere reden.
De shadowing-techniek heeft veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale drills werden gebruikt in plaats van dialoog of samenhangende teksten. Ook het simultaan spreken is verschillend aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing dat aantoont dat de leermethodiek niet alleen de uitspraak maar ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van het Frans wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek in een groep lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief aan de methodiek leren zijn. Het rendement van de Shadowing-methode is hoog.
De Shadowing-methode heeft als nadeel is dat lerende het soms wat saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus erg belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die uitgaat van het idee dat mensen leren door middel van beweging en handelingen. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind zijn moedertaal leert. Ouders geven voortdurend taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die taken uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in eerste instantie de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheden Frans vormen dus de basis, daarna volgen de spreekvaardigheden.
De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De trainer geeft op een begrijpelijke en vriendelijke manier taken, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet zelf de taken voor; de lerenden doen deze taken na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat zij Frans praten; de studenten geven in een later stadium de opdrachten. Opdrachten die bekend zijn worden uitgebreid of deels aangepast.
Door het combineren van beweging en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Daardoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
Hoofdzakelijk wordt TPR® binnen het NT2-onderwijs gebruikt (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar ook middelbare scholieren of volwassenen werken met veel plezier met de methode van Total Physical Response en behalen hiermee goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® heeft veel voordelen. Doordat studenten veel begrijpelijke input in ‘chunks’ krijgen aangeboden (woorden die bij elkaar horen), krijgen zij snel begrip van de nieuwe taal. De methodiek zorgt voor vlotte succeservaringen, wat het plezier in het leren van het Frans bevordert. Dit zorgt voor stressvrij leren. TPR® is in principe voor alle doelgroepen geschikt, ongeacht achtergrond en leeftijd en deze leermethode kan ook in wat grotere klassen toegepast worden. Het Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de student.
Dat niet alle taaluitingen in TPR®-opdrachten zijn uit te drukken, is het minpunt van TPR®. Hierdoor werkt de methodiek tot op een bepaald niveau en is daarbij nog een andere methodiek nodig. De leermethode is ook niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om gevoelens, ideeën en meningen in het Frans uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse linguïst Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe visies over talen leren dat inductief en zelfontdekkend diende te zijn. Overigens ging de Reformbeweging niet alleen over het leren van een taal, maar eveneens over voeding, kleding, naturisme en natuurgeneeskunde. Omstreeks 1900, net zoals in de jaren 60 van de vorige eeuw, streefde men naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Op het gebied van het taalonderwijs werd nu veel aandacht geschonken aan de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica vooral inductief werd onderwezen, met behulp van voorbeeldzinnen. Hieruit moesten lerenden de taalregels afleiden. Er waren veel mondelinge oefeningen met veel aandacht voor de uitspraak (zoals het Frans). De studenten werden gestimuleerd veel Frans te spreken. Nieuw was eveneens dat de lessen in het Frans werden gegeven. In de taalles werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) woordenschat werd aangeleerd aan de hand van voorbeelden en afbeeldingen. Abstracte vocabulaire werd door de studenten zelf aangeboden om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De vernieuwingsgolf van het begin van de twintigste eeuw ebde weg, mede onder invloed van de crises en oorlogen, om weer een andere vorm te vinden in de jaren zestig.
Taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua werken nog altijd met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het voordeel. Bij de methode wordt veel aandacht besteed aan spreken en luisteren, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in de Franse taal ontwikkelen. De methode kent ook nadelen. De methode besteedt vrijwel geen aandacht aan de schrijfvaardigheid (Frans) en relatief veel minder aan lezen in de vreemde taal. Voor lerenden die verder meer gevorderd zijn in het Frans, biedt de methode onvoldoende uitdaging. De Directe Methode is ook niet heel bruikbaar voor de langzaam lerende studenten, omdat de leermethode van een dynamische inzet vanuit de studenten uitgaat.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). An oral system of teaching living languages ging in herdruk in januari 2015.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Manesca wil daarom niet werken met abstracte regels en lijstjes met Franse woorden die uit het hoofd geleerd dienen te worden.
De Manesca-methode geldt als de eerst bekende, volledige taalcursus. De methode is op het werken met een groep lerenden en een docent Frans gebaseerd, die één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en de beweging worden vervolgens door de lerenden na elkaar herhaald. De herhaling helpt de studenten de Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap worden de woorden zinnen en weer variaties op de Franse zinnen. In een latere fase wordt met leesteksten de Franse spelling aangeboden.
De methode van Jean Manesca is al enkele jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Manesca is opgepakt en aangepast door anderen, onder andere door Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog altijd toegepast in het vreemdetalenonderwijs van nu.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca of Ollendorff-leermethode geldt als het combineren van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en het geleerde gemakkelijker en langduriger door de lerenden wordt onthouden. Het veelvuldige herhalen draagt daar ook aan bij. Dat dit wat saai kan worden om steeds dezelfde Franse woorden en zinnen te blijven herhalen, kan door studenten als een nadeel worden ervaren.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een taalleermethode (voor bijvoorbeeld Frans) die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De methode van Gattegno gaat uit van de autonomie van de lerenden en hun actieve deelname.
De trainers Frans gebruiken een combinatie van stilte en gebaren om de aandacht te trekken van de lerende, reacties uit te lokken en hem of haar aan te moedigen om foutjes te verbeteren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Frans) van de te leren taal besteed.
Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het essentieel om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de voorraad energie van de lerenden. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder dan als studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat trainers niet naar kennisoverdracht an sich dienen te streven, maar bewustzijn dienen aan te spreken, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
Gekleurde staven die kunnen worden gebruikt voor allerlei dingen, zijn één van de hulpmiddelen waar The Silent Way gebruik van maakt. Ook maakt de methodiek gebruik van Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van het Frans staat, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.
Populariteit
Gattegno’s ideeën zijn wel van betekenis geweest, vooral bij het aanleren van de uitspraak van het Frans, alhoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Het voordeel van de aanpak van Gattegno is dat zijn methode voor lerenden niet-bedreigend is, die immers als autonoom worden beschouwd. De docent Frans is in feite dienstbaar aan de lerende, niet andersom. De leermethodiek van The Silent Way stimuleert het leren van het Frans op een natuurlijke manier. Het geleerde wordt meestal goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Fouten maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.
Een nadeel van de leermethode kan zijn dat een aantal lerenden intensievere begeleiding nodig heeft dan de leermethode beoogt. Door het gebrek aan inbreng van de taaltrainer Frans zouden studenten gefrustreerd kunnen raken. Met kleuren en grafieken werken, heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er snel af raakt. Hierdoor verdwijnt het effect van de methode.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is door Blaine Ray ontwikkeld in 1990, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPRS is een talenverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke manier van taalverwerving: een vreemtalen leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. De student wordt aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input blootgesteld om dit te bereiken. De trainer Frans vertelt een verhaal, waarin nieuw te leren Franse woorden meerdere keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De lerenden ontspannen zich omdat de verhalen vrij gemakkelijk zijn te begrijpen. Franse woorden en structuren worden zo vrijwel ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerenden. De trainer wijst studenten op grammaticale verschijnselen van het Frans, zonder dat studenten regels uit het hoofd leren.
De lerende zal na een poosje ‘vanzelf’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Samen met een groep lerenden een verhaal opbouwen, is een variant. Hierbij schrijft de trainer Frans eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de Franse vertalingen erbij, om daarna een verhaal te maken met de lerenden. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen in het Frans is een belangrijk deel van TPR Storytelling, omdat dit voor inbreng zorgt. In een latere fase volgt schrijven in het Frans.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPR Storytelling een succesvolle manier is om een taal te leren. Er zijn wel randvoorwaarden: de setting moet geschikt zijn en de docent moet goed getraind zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en de geleerde stof wordt goed onthouden. Omdat TPR Storytelling ook aan de creatieve intelligentie appelleert, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. Voor studenten is TPRS een prettige methode en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Voor de lerenden werkt het zeer motiverend om zelf verhalen te verzinnen.
Een nadeel is dat TPRS veel voorbereiding van de taaldocent vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-methode is vernoemd naar de zogenaamde de Steen van Rosetta, een steen met een tekst in twee talen die in Egypte werd ontdekt, met behulp waarvan de hiërogliefen ontcijferd zijn. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taalcursussen op de markt brengt. De eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht in 1996.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren achter een computer. De taalcursussen zijn beschikbaar in ruim dertig verschillende talen en de cursussen kunnen vanuit al deze talen worden gevolgd.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve leermethode, die de manier nabootst waarop kinderen de moedertaal leren. Dat wil zeggen ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hier foto’s en stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Frans) voor voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe (Franse) woorden. Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen dat de Franse uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. De lerende kan zo zijn of haar uitspraak met de uitspraak van een native speaker (moedertaalspreker Frans) vergelijken. Uitspraakverbetering kan worden bereikt door de voorbeeldstem wat langzamer te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Voor de schrijfvaardigheden Frans biedt de methode dictee-oefeningen. De software controleert de Franse grammatica en de spelling en wijst op taalfouten, waarbij taalfouten van de lerenden kunnen worden gecorrigeerd.
Het programma omvat eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Wereldwijd wordt de methode van Rosetta Stone veel gebruikt en niet door de minsten. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In ons land wordt Rosetta Stone door een aantal ministeries en diverse hogescholen en universiteiten, alsook door een aantal internationaal opererende bedrijven gebruikt.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone-methode is heel eenvoudig in gebruik en kan op ieder moment door de studenten gebruikt worden. De lerende kan zelf bepalen welke onderdelen meer of wellicht minder aandacht nodig hebben. Veel lerenden ervaren het als plezierig om met de leermethode te werken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode voor scholen een oplossing bieden. Een nadeel van de methode kan zijn dat er geen taaltrainer beschikbaar is die studenten motiveert of wat extra’s kan bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Paul Pimsleur. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij op de markt bracht in 1963.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om nieuwe talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursus bestaat uit zinnen en dialogen in de doeltaal die door lerenden worden nagesproken en herhaald. De Franse zinnen zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursus is gebaseerd op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling. Elke les omvat een audio-opname van een half uur met nieuwe woordenschat en taalstructuren in het Frans. De methode van Pimsleur legt de grammaticale structuur van het Frans niet apart uit maar biedt deze grammaticale structuur aan via uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.
Dr. Pimsleur heeft het meest optimale interval onderzocht waarmee informatie overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is verwerkt in de cursussen van Pimsleur.
Populariteit
Onder andere in de Verenigde Staten worden de taalcursussen van Pimsleur gebruikt en de ervaringen lopen uiteen. Over het algemeen zijn de lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Doordat de insprekers allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke manier Frans praten in een normaal tempo, werkt de methode van Pimsleur erg goed als uitspraakverbeteraar.
De keerzijde van de leermethodiek is dat niets wordt uitgelegd. Een gebruiker leert geen bouwstenen van de Franse taal om zelf een zin te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnen doen die uit het hoofd worden geleerd.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet verrassend, door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een genaturaliseerde Amerikaandie oorspronkelijk in Polen is geboren. Kort na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde hij zijn methode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, die beroemdheden als Barbra Streisand, Diana Ross, Mel Gibson, Emma Thompson, Bob Dylan en Pierce Brosnan tot de klantenkring kan rekenen.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als diegene geen stress heeft. Hij maakte de lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen zijn audiolessen (Frans) die zijn ingesproken door twee acteurs; een mannelijke acteur en een vrouwelijke acteur. De setting bij Michel Thomas is een virtuele klas, waarin de student zich voorstelt als de derde student. De student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de stemacteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de lerende op pauze drukt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De les wordt in kleine stappen opgebouwd en nieuwe Franse lesstof wordt met reeds bekende Franse lesstof afgewisseld. De uitleg wordt steeds in de Engelse taal gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden gewezen tussen het Engels en het Frans, als deze verbanden bestaan. Er wordt eveneens grammaticale uitleg gegeven. Eerst wordt makkelijke stof aangeleerd, moeilijkere stof volgt pas nadat de studenten Frans de makkelijke stof hebben begrepen en verworven. Naast Franse woorden en zinnen in de doeltaal worden eveneens bouwstenen geleerd zodat de gebruikers zelf zinnen kunnen maken. De methode maakt eveneens gebruik van flashcards waarmee gebruikers zelf hun woordenschat Frans kunnen toetsen alsook online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te kunnen meten.
Populariteit
Veel lerenden ze zijn over het algemeen tevreden over de uitleg van de structuren van het Frans en vinden de methode van Michel Thomas fijn om mee te werken. De gebruikers die wat verder zijn met de taal, ervaren de methode van Michel Thomas soms als wat minder nuttig.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen zijn heel toegankelijk en trainen de uitspraak alsook de luistervaardigheid Frans op een efficiënte manier. Het feit dat deze cursussen Frans niet in schrijfvaardigheid voorzien, kan als een keerzijde worden gezien. Ook is er geen echte interactie doordat de leermethode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Dit begon met hun eerste boek Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat voor taalcursussen (zoals Frans) wel een hooggegrepen streven is. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die uit een lesboek Frans, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. De cursisten werken idealiter ruwweg twintig minuten per dag.
De lessen van Assimil bestaan uit Franse dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De Franse vertaling staat naast de dialoog, met uitleg van de grammatica. Voor het oefenen van de uitspraak van het Frans, maakt Assimil gebruik van zinnen die door moedertaal (native) speakers zijn ingesproken en die de cursist herhaalt. De opbouw is van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de cursisten; dit komt pas na ongeveer 50 taallessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij gewaardeerd. Ze zijn betaalbaar en er is een groot aanbod aan verschillende talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Het voordeel van de Assimil-methode is dat de gebruiker op zijn of haar eigen snelheid kan leren op het moment dat dit het beste past. De keerzijde hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de cursist op zichzelf is aangewezen. Er is geen taaldocent Frans om de lerenden te motiveren of te begeleiden.
Ook is er een uitgebreid aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen: uTalk, Eurotolk Ultimate en online leermethoden zoals Babbel, Duolingo, Mondly en Quizlet.
Er bestaat echter een betere manier om Frans te leren: De Dagnall Methode.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall Talen wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden toe te passen, maar met name doordat de focus altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon auditief, visueel of misschien kinesthetisch ingesteld? Hoe leert de cursist het makkelijkst? Wat moet of wil hij of zij eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt hij of zij lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? Wij geven onze taalcursussen bij voorkeur face-to-face. Dagnall Taleninstituut werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. De app kan, indien gewenst, geladen worden met jargon van uw organisatie of bedrijf.
Tot slot beschikken de taaltrainers over veel eigen lesmateriaal en spelen ze continu in op actuele thema’s en ontwikkelingen die interessant kunnen zijn voor de cursist. Onze taaldocenten zijn zeer bedreven in het vlot en plezierig aanleren van een taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden vlug in de praktijk gebruikt kunnen worden.
Auditief, visueel of kinesthetisch? Door met de natuurlijke wijze van leren rekening te houden en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Talen het hoogste rendement bij haar taaltrainingen. Een bijkomend voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten als onze taaldocenten. Onze door de jaren heen verder ontwikkelde en verfijnde werkwijze is niet alleen het handelsmerk van Dagnall geworden, maar ze creëert ook de waarde van onze maatwerktrainingen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)trainingen die een cursist online kan volgen, dus op afstand. Het wordt ook wel een virtual classroom, met andere woorden een ‘digitaal leslokaal’ genoemd. Het zogenaamde blended learning is een trainingsvorm waarbij face-to-face-sessies (klassikaal) gecombineerd worden met online leren in een online leeromgeving. Eenvoudig gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Leiden.
Online Frans leren (e-learning Frans)
Een aantal voorbeelden van digitale platformen voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Frans in Leiden
Het voordeel van blended learning vergeleken met online leren is dat, indien het niet om 1-op-1 les gaat, cursisten bij blended learning afwisselend wel een zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren; dat wil zeggen persoonlijke interactie; motivatie van en gesprekken met andere cursisten.
100% maatwerk – ook online! Vanzelfsprekend biedt Dagnall eveneens blended learning in Leiden op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall biedt een digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Ons platform Dagnall.online biedt gevarieerde en interactieve content en het vormt een integraal onderdeel van een digitaal leertraject. Het platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt voor het hoogste leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Naast het online leerplatform biedt Dagnall eveneens een handige App voor zowel een Android- als een Apple-apparaat. De Dagnall App heeft als grote voordeel dat deelnemers overal en altijd, dus 24/7, toegang hebben op elk (mobiel) apparaat. Zowel op het werk maar eveneens thuis of onderweg, bijvoorbeeld eveneens in het buitenland. Cursisten kunnen dus Frans leren wanneer en waar het uitkomt. De oefeningen in de App worden afgestemd op de behoefte van uw organisatie zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Zo kunnen wij bijvoorbeeld woordenlijsten, jargon, technische termen, specifieke productnamen en juridische termen in de App integreren. De Dagnall App kan dus zeer praktijkgericht ingezet worden en de App blijft ook na afronding van de training Frans in Leiden beschikbaar. Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Frans
E-mailcorrespondentie, telefoongesprekken, vergaderingen of onderhandelingen met Franstalige zakenpartners of klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk zijn op het gebied van taal veelal een uitdaging. Mensen die meerdere talen beheersen, zijn daarom onmisbaar in veel organisaties en bedrijven.
Online en blended taaltrainingen Frans op maat
Dagnall Talen leert u door middel van professionele online & blended taalcursussen in het Frans te communiceren. Als u internationaal succesvol wilt zijn, leer uw Franstalige gesprekspartners dan te begrijpen en zorg dat u zelf ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheden Frans verbeteren voor een toekomstige of huidige functie? Onze taaltrainingen bieden beroepsgerichte training. Al onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en eveneens te boeken als onlinecursus & blended taalcursus. Onlinecursussen en blended taalcursussen Frans zijn net zo doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en bovendien comfortabel.
Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kunt u overal volgen; thuis, op kantoor, op (zaken)reis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Voor technische en zakelijke taalcursussen online werkt Dagnall Talen met onlineplatforms zoals Zoom, Teams, Skype of een ander onlineplatform naar voorkeur. Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt variatie en interactie.
Virtuele Classroom voor zowel individuele taaltraining als groepstraining Frans
Alleen het onderstaande is nodig voor (taal)cursussen in een virtuele classroom: - Laptop, tablet of pc/iMac met een camera en een microfoon - Een internetverbinding - Een rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
De onlinecursussen en blended taalcursussen van Dagnall kenmerken zich door:
Vakbekwaamheid van de taaltrainers Frans
De online alsook de blended (taal)cursussen worden door onze gekwalificeerde en toegewijde moedertaal (native) trainers gegeven
Onze taaltrainers hebben jarenlange ervaring in het geven van taalcursussen aan het bedrijfsleven en (semi-)overheidsorganisaties
Onze trainers zijn universitair dan wel HBO opgeleid en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuur – snelle leervordering
Onze blended en online taalcursussen zijn betaalbare maatwerktrainingen en worden specifiek op uw behoeften en wensen afgestemd
De inhoud van de cursus wordt aan het leerplan aangepast om het leerproces structuur te geven
Een duidelijke structuur helpt om de taaldoelen Frans snel en zelfverzekerd te bereiken
De Dagnall online (of blended) taalcursus bestaat uit zowel livesessies als schriftelijke opdrachten. In de livesessies worden de woordenschat Frans en de structuren die in de voorbereiding en voortzetting van de les zijn geleerd, actief toegepast
Dankzij de combinatie van zelfstudie en videosessies komt het bereikte resultaat van de blended- en onlinecursussen overeen met die van de face-to-face cursussen van Dagnall Talen
Lesreeksen kunnen eventueel opgenomen worden, zodat u thuis alles meerdere malen kunt herhalen en niets hoeft te missen
Onze trainers geven naast de taalcursussen eveneens tips voor nog meer digitale zelfstudiemogelijkheden
Vakbekwaamheid en structuur zorgen voor een goede wisselwerking tussen de cursist en de docent en zijn van groot belang voor het succes van een taaltraining Frans.
Profiteer nu ook van blended- of onlinecursussen Frans door ons taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw cursus Frans in Leiden ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Na afloop van uw cursus Frans in Leiden ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Frans alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Frans. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Het taalniveau van het Europees Referentiekader (ERK) hanteren wij als referentie en geeft de cursist een helder inzicht in de aanwezige en opgedane kennis van het Frans. Het niveau van het Europees Referentiekader is een internationaal erkend taalniveau.
U ontvangt het ‘Certificaat van Dagnall Talen’ na afloop van uw cursus Frans in Leiden.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een hulpmiddel dat de niveaus van taalvaardigheid omschrijft op een uniforme manier. Het Europees Referentiekader is samengesteld tussen 1989 en 1996 door de Raad van Europa. Het ERK kenschetst vijf vaardigheden met betrekking tot taal, zijnde: luisteren, lezen, spreken, schrijven en het voeren van gesprekken. De Engelstalige afkorting en term wordt ook vaak gebruikt: CEFR; Common European Framework of References. Daarnaast onderscheidt het ERK zes niveaus van taalvaardigheid; van beginners tot bijna moedertaalsprekers. De zes niveaus in taalvaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Niveau A betekent dat de taalgebruiker de basisvaardigheden beheerst. Wie niveau B machtig is, wordt als een ‘zelfstandige taalgebruiker’ gezien. De kennis van het Frans is zodanig dat hij of zij zonder hulp kan functioneren in de Franse taal. Niveau C geldt voor gevorderden die de Franse taal met groot gemak kunnen lezen, verstaan, schrijven en spreken. De vaardigheden die horen bij niveau C, gaan richting de moedertaalspreker Frans. Zo iemand gebruikt de Franse taal probleemloos in verschillende situaties.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Frans)
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Talen is gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm stelt strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de door opdrachtgevers gestelde eisen alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de hoekstenen van de ISO 9001:2015 norm.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall Talen is eveneens gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 17100:2015 norm. ISO 17100:2015 is de norm speciaal voor vertaaldiensten en bevat onder meer eisen voor mensen, middelen, projectmanagement, vertalers en proeflezers.
Onze ISO 17100:2015 certificering toont aan dat wij uitsluitend met professionele moedertaalvertalers werken die over de benodigde ervaring en kennis beschikken. Daarnaast worden onze vertalingen (Frans) altijd minimaal twee maal door twee specialisten/proeflezers proefgelezen. De vertalingen worden aangeleverd volgens afspraak en binnen de deadline.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstituut in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van organisaties. Dagnall Talen wordt jaarlijks door Kiwa beoordeeld om te controleren of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
Dagnall Talen is uiteraard al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk. Ons instituut heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie voor kwaliteit en betrouwbaarheid staat. De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsinstellingen en heeft meer dan 450 leden. De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
Voor de NRTO staat kwaliteit voorop. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de dienstverlening die door de leden van de NRTO wordt geleverd, zoals een cursus Frans in Leiden, wordt door een gedragscode, door diverse convenanten en door het NRTO-keurmerk geborgd.
De gedragscode van de NRTO is gebaseerd op vijf beginselen, namelijk zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO is belangenbehartiger van van private opleidingsinstellingen in Nederland. De NRTO is gesprekspartner van leden van de Tweede Kamer, ministeries, sociale partners, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, maatschappelijke organisaties zoals de SER en de Stichting van de Arbeid en de media.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt ook samen met verschillende andere organisaties, zoals de Alliantie Samen Werken voor Werk. Alle leden van de NRTO zijn ondernemers.NRTO-leden werken klantgericht en resultaatgericht en kunnen zich snel aan veranderende omstandigheden aanpassen en leveren altijd maatwerk.Het aanbod aan bijvoorbeeld cursussen Frans in Leiden sluit bij de behoeften van de arbeidsmarkt aan.Continu vernieuwen is hiervoor essentieel.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is vertegenwoordigd in diverse commissies, besturen en adviesraden, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het CRKBO, het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), stichting EDU-DEX en Blik op Werk.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engelse naam: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de Europese Unie. De AVG dient er met name toe de privacy van burgers in de EU te beschermen. Deze verordening schrijft voor dat mensen op de hoogte dienen te zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die voor het beoogde doel noodzakelijk zijn, bewaard en verwerkt mogen worden.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer bewaard worden dan noodzakelijk en de persoonsgegevens moeten tegen toegang door onbevoegden, vernietiging of verlies te worden beschermd. Dagnall Talen voldoet natuurlijk aan alle vereisten die worden gesteld door de Algemene verordening gegevensbescherming en verwerkt persoonsgegevens zeer beperkt in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Frans in Leiden zijn vrijgesteld van btw
Dagnall staat ingeschreven in het CRKBO-register. CRKBO staat voor het Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dit houdt in dat wij voldoen aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs. Inschrijving in het juiste CRKBO-register is voor de Belastingdienst een vereiste om beroepsgerichte taalcursussen vrijgesteld van btw te mogen aanbieden. Door deze btw-vrijstelling kan ons taleninsitituut een lagere prijs berekenen. Dit is prettig voor de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor cursussen aan bijvoorbeeld zorginstellingen, overheidsinstellingen, maatschappen en privépersonen.
CPION
Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register is een register dat door Lloyd’s Register Nederland wordt bijgehouden. Het Lloyd’s Register in 1760 is opgericht en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut en heeft onder meer als doel het beoordelen en classificeren van organisaties.
Wilt u contact opnemen met ons voor een cursus Frans in Leiden? Vraag vrijblijvend naar de oplossingen van Dagnall Talen. Als u vrijblijvend informatie over onze cursussen wilt ontvangen, kunt u een e-mail sturen via cursus-frans-leiden@dagnall.nl of ons contactformulier op de website invullen, dan nemen wij binnen 24 uur contact met u op om uw mogelijkheden te bespreken!
Bellen naar Dagnall Taleninstituut voor een cursus Duits in Zoetermeer kan natuurlijk ook via telefoonnummer 070-2076707 (geen menu). U kunt ook gelijk het gratis informatiepakket voor cursussen aanvragen.
De juiste kant op met een cursus Frans in Leiden bij Dagnall Talen!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
 Bij internationaal zakendoen dient u vaak rekening te houden met een tijdsverschil met het land waarmee u zakendoet, zoals Frankrijk. De navolgende klokken geven eveneens, mits van toepassing, een tijdverschil aan tussen Nederland en Frankrijk.
De klokken passen zich automatisch aan op eventuele zomertijd. (De klokken passen zich automatisch aan op eventuele zomertijd.)
AMSTERDAM
PARIJS
De officiële landcode van Frankrijk in letters is FRA. De hoofdstad van Frankrijk; Parijs (in het Frans: ‘Paris’), ligt in het noorden van Frankrijk.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Frankrijk is +33. De officiële internetextensie van Frankrijk is .fr.
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Frankrijk ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kent u de regio’s (régions) van Frankrijk?
Weet u in welke Franse regio’s uw zakenrelaties zich bevinden?
Met deze oefening kent u de 13 Franse regio’s zeer snel.
Controleer en/of verbeter uw kennis door met uw muis naar de landkaart van Frankrijk te gaan.
Als u uw muis op de landkaart van Frankrijk laat rusten, kun u de bestuurlijke indeling van Frankrijk zien.
De regio’s van Frankrijk worden nu één voor één afgebeeld.
Eerst ziet u de Franse regio’s, daarna kunt de naam van de regio zien.
In een minuut hebt u een aardig beeld van de regionale verdeling van Frankrijk.
Frankrijk in Europa
Regio’s van Frankrijk
Soepele zakelijke gesprekken met Franstaligen
Zakendoen met Frankrijk
Wilt u soepel communiceren met Franstaligen?
De informatie die u hieronder vindt over Frankrijk, de Fransen en de Franse cultuur, zal u hier zeker bij helpen.
Typische gewoonten en gebruiken, beroemde Fransen en bekende Franse exportproducten heeft Dagnall Taleninstituut voor u op een rijtje gezet.
Verschillende kenmerkende dingen over de Franse taal en/of Frankrijk.
Een aantal kenmerkende feiten over het land weten, kan uitstekend helpen bij een eerste contact of een opening bieden voor een gesprek.
Deze wetenswaardigheden over land, cultuur en mens kunt u eveneens goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen gedurende een zakelijk gesprek in het Frans.
Tijdens internationaal zakendoen met Franstaligen kunt u in elk geval niet alleen de geleerde taalkennis in de praktijk brengen maar eveneens de verkregen kennis van het land inzetten.
Zo kunt u iets ontdekken over wereldberoemde Franse gerechten en de specifieke Franse eetcultuur.
Samen eten verbindt mensen.
De nieuw opgedane taalvaardigheid alsook uw kennis over Frankrijk, de Fransen en de Franse cultuur weet men zeker te waarderen!
Acheter chat en poche Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris ’s Nachts zijn alle katjes grijs
Fransen eten hun beroemde baguettes (stokbrood) niet als maaltijd zelf, maar bij de hoofdmaaltijd. Een broodmaaltijd zoals in Nederland gebruikelijk is, is in Frankrijk onbekend. Een typisch Frans ontbijt is een croissant of brioche; een zoet, zacht broodje, gedoopt in een kopje koffie. De hoofdmaaltijd is de lunch, die uit meerdere gangen bestaat. Er bestaan zeer grote verschillen per streek, maar vers stokbrood hoort erbij. Doorgaans begint dit met salade en daarna een warm hoofdgerecht. Vlees, gevogelte of vis, verse groente en aardappelen of rijst. Aardappelen worden trouwens gezien als groente. Fransen eten graag vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenmaagjes of -levertjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté). Het stokbrood gebruiken ze om bijvoorbeeld saus mee te deppen en om hun bord schoon te maken. Bij het eten wordt natuurlijk wijn gedronken, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken. Franse kinderen krijgen water met een scheutje wijn. De maaltijd eindigt met een lekker kaasje; fromage en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en een kop koffie. Omdat de avondmaaltijd eigenlijk zelden vóór acht uur ’s avonds genuttigd wordt, volgt rond vier uur ’s middags le goûter; iets zoets zoals een taartje met een kopje thee of koffie. ’s Avonds wordt ook weer vers stokbrood geserveerd. Vóór de maaltijd neemt men een apéro, een aperitief zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (anijslikeur). Het avondeten lijkt op de lunch, maar de maaltijd is minder uitgebreid. Regelmatig worden de restjes van de lunch verorberd. Fransen eten vaker in een restaurant dan Nederlanders, zeker ’s middags. De prijzen zijn relatief laag en veel werkgevers voorzien hun personeel van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerde prijs een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees. Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI) La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Franse ambassade in Den Haag Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk. De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
Het brailleschrift, een schrift waarmee blinden kunnen lezen en schrijven, is vernoemd naar Louis Braille. Braille was zelf als jong kind blind geworden. In 1819 was er een speciaal ‘nachtschrift’ ontwikkeld in het Franse leger om ’s nachts boodschappen over te brengen aan het front. Dat gebeurde met een raster van twaalf punten, waarop in reliëf codes stonden die in het donker voelbaar waren. Louis Braille werd hierdoor op het idee gebracht iets dergelijks voor blinden te ontwikkelen en zo ontstond rond 1829 het brailleschrift.
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”). llons enfants de la Patrie, Le jour de gloire est arrivé ! Contre nous de la tyrannie L’étendard sanglant est levé, (bis) Entendez-vous dans les campagnes Mugir ces féroces soldats ? Ils viennent jusque dans vos bras Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens, Formez vos bataillons, Marchons, marchons ! Qu’un sang impur Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves, De traîtres, de rois conjurés ? Pour qui ces ignobles entraves, Ces fers dès longtemps préparés ? (bis) Français, pour nous, ah ! quel outrage Quels transports il doit exciter ! C’est nous qu’on ose méditer De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères Feraient la loi dans nos foyers ! Quoi ! Ces phalanges mercenaires Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis) Grand Dieu ! Par des mains enchaînées Nos fronts sous le joug se ploieraient De vils despotes deviendraient Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides L’opprobre de tous les partis, Tremblez ! vos projets parricides Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis) Tout est soldat pour vous combattre, S’ils tombent, nos jeunes héros, La terre en produit de nouveaux, Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes, Portez ou retenez vos coups ! Épargnez ces tristes victimes, À regret s’armant contre nous. (bis) Mais ces despotes sanguinaires, Mais ces complices de Bouillé, Tous ces tigres qui, sans pitié, Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie, Conduis, soutiens nos bras vengeurs Liberté, Liberté chérie, Combats avec tes défenseurs ! (bis) Sous nos drapeaux que la victoire Accoure à tes mâles accents, Que tes ennemis expirants Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants) Nous entrerons dans la carrière Quand nos aînés n’y seront plus, Nous y trouverons leur poussière Et la trace de leurs vertus (bis) Bien moins jaloux de leur survivre Que de partager leur cercueil, Nous aurons le sublime orgueil De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
ZAKENDOEN MET DUITSLAND
Acheter chat en poche Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris ’s Nachts zijn alle katjes grijs
Fransen eten hun beroemde baguettes (stokbrood) niet als maaltijd zelf, maar bij de hoofdmaaltijd. Een broodmaaltijd zoals in Nederland gebruikelijk is, is in Frankrijk onbekend. Een typisch Frans ontbijt is een croissant of brioche; een zoet, zacht broodje, gedoopt in een kopje koffie. De hoofdmaaltijd is de lunch, die uit meerdere gangen bestaat. Er bestaan zeer grote verschillen per streek, maar vers stokbrood hoort erbij. Doorgaans begint dit met salade en daarna een warm hoofdgerecht. Vlees, gevogelte of vis, verse groente en aardappelen of rijst. Aardappelen worden trouwens gezien als groente. Fransen eten graag vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenmaagjes of -levertjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté). Het stokbrood gebruiken ze om bijvoorbeeld saus mee te deppen en om hun bord schoon te maken. Bij het eten wordt natuurlijk wijn gedronken, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken. Franse kinderen krijgen water met een scheutje wijn. De maaltijd eindigt met een lekker kaasje; fromage en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en een kop koffie. Omdat de avondmaaltijd eigenlijk zelden vóór acht uur ’s avonds genuttigd wordt, volgt rond vier uur ’s middags le goûter; iets zoets zoals een taartje met een kopje thee of koffie. ’s Avonds wordt ook weer vers stokbrood geserveerd. Vóór de maaltijd neemt men een apéro, een aperitief zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (anijslikeur). Het avondeten lijkt op de lunch, maar de maaltijd is minder uitgebreid. Regelmatig worden de restjes van de lunch verorberd. Fransen eten vaker in een restaurant dan Nederlanders, zeker ’s middags. De prijzen zijn relatief laag en veel werkgevers voorzien hun personeel van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerde prijs een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees. Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI) La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Franse ambassade in Den Haag Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk. De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”). llons enfants de la Patrie, Le jour de gloire est arrivé ! Contre nous de la tyrannie L’étendard sanglant est levé, (bis) Entendez-vous dans les campagnes Mugir ces féroces soldats ? Ils viennent jusque dans vos bras Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens, Formez vos bataillons, Marchons, marchons ! Qu’un sang impur Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves, De traîtres, de rois conjurés ? Pour qui ces ignobles entraves, Ces fers dès longtemps préparés ? (bis) Français, pour nous, ah ! quel outrage Quels transports il doit exciter ! C’est nous qu’on ose méditer De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères Feraient la loi dans nos foyers ! Quoi ! Ces phalanges mercenaires Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis) Grand Dieu ! Par des mains enchaînées Nos fronts sous le joug se ploieraient De vils despotes deviendraient Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides L’opprobre de tous les partis, Tremblez ! vos projets parricides Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis) Tout est soldat pour vous combattre, S’ils tombent, nos jeunes héros, La terre en produit de nouveaux, Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes, Portez ou retenez vos coups ! Épargnez ces tristes victimes, À regret s’armant contre nous. (bis) Mais ces despotes sanguinaires, Mais ces complices de Bouillé, Tous ces tigres qui, sans pitié, Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie, Conduis, soutiens nos bras vengeurs Liberté, Liberté chérie, Combats avec tes défenseurs ! (bis) Sous nos drapeaux que la victoire Accoure à tes mâles accents, Que tes ennemis expirants Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants) Nous entrerons dans la carrière Quand nos aînés n’y seront plus, Nous y trouverons leur poussière Et la trace de leurs vertus (bis) Bien moins jaloux de leur survivre Que de partager leur cercueil, Nous aurons le sublime orgueil De les venger ou de les suivre.
Frankrijk heeft ruwweg 67 miljoen inwoners. Frankrijk is een constitutionele republiek met een president aan het hoofd. Zowel de president als de premier (eerste minister) legt verantwoording af aan het parlement. Daarmee heeft Frankrijk een semipresidentieel systeem. Frankrijk ligt in West-Europa en heeft een oppervlakte van 551.500 vierkante kilometer. Frankrijk is de 6de grootste economie ter wereld. De belangrijke en grote steden in Frankrijk zijn Parijs (Frans: Paris); de hoofdstad met meer dan 2 miljoen inwoners, alsook Marseille, Lyon en Toulouse.
Frankrijk bestaat uit achttien regio’s (régions), waarvan twaalf in het land Frankrijk zelf, Corsica en 5 overzeese regio’s. Deze 12 regio’s in Frankrijk zijn in alfabetische volgorde: Auvergne-Rhône-Alpes, Bourgogne-Franche-Comté, Bretagne, Centre-Val de Loire, Grand Est, Hauts-de-France, Île-de-France, Normandië, Nouvelle-Aquitaine, Occitanie, Pays de la Loire en Provence-Alpes-Côte d’Azur. Frans-Guyana, Guadeloupe, Martinique, Mayotte en Réunion zijn de vijf Franse overzeese departementen/regio’s.
Vlag van Frankrijk
Wapen van Frankrijk
Oorsprong naam Frankrijk
De naam ‘Frankrijk’ staat letterlijk voor het ‘Rijk van de Franken’; een Germaanse stam die Noord-Europa na de val van het Romeinse Rijk veroverde.
Kenmerkend voor Frankrijk
Wie aan Frankrijk denkt, denkt aan chansons, de Eiffeltoren, wijn, kaasjes, knoflook, stokbrood (inmiddels Unesco Werelderfgoed), champagne, de Ronde van Frankrijk (Tour de France) en lavendelvelden waarlangs een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor velen roept Frankrijk direct een vakantiegevoel op. Ook een typische Fransman is gemakkelijk te herkennen aan een baret en een wit overhemd of T-shirt met een Bretonse streep. En een Fransman rijdt natuurlijk, chauvinistisch als hij is, het liefst in een auto van Franse makelij! Van oudsher was de Citroën DS het meest populair, die liefkozend La Déesse (de godin) wordt genoemd. In Nederland en Vlaanderen staat deze auto wat simplistischer bekend als ‘strijkijzer’ of ‘snoek’.
Over de Franse keuken is uiteraard veel te melden. Kijk ook onder de groene knop ‘De Franse keuken’ op deze website. Hier vermelden we alleen de heerlijke noga uit Montélimar (Drôme), gemaakt met amandelen en pistachenoten met lavendelhoning. En de mosterd uit Dijon, ook in de Nederlandse supermarkten verkrijgbaar, die wat pittiger van smaak is dan de meeste andere mosterdsoorten. Niet te vergeten al het lekkers uit de zee, zoals de Franse oesters uit de oesterkwekerijen in Normandië.
Cultuur en mode
Frankrijk speelt ook zeker mee op het gebied van cultuur en mode. De stad Parijs is en was de stad van de mode. Van over de hele wereld komen mensen op de haute couture modeshows af. Yves Saint Laurent, Christian Dior en Coco Chanel zijn ware iconen. Sinds 2017 is er in Parijs een Musée Yves Saint Laurent.
Schilderkunst
De Franse impressionisten wereldberoemd. Denk aan Edward Degas, Claude Monet, Édouard Manet, maar ook Paul Cézanne, Paul Gaugain en Pierre-Auguste Renoir. Het Musée d’Orsay in Parijs heeft een schitterende collectie van onder andere deze schilders.
Muziek
Bekende Franse componisten zijn Hector Berlioz, Georges Bizet, Olivier Messian, Claude Debussy en Maurice. Dit is maar een korte opsomming van de Franse kunst en cultuur. Symbool van Frankrijk De Eiffeltoren is natuurlijk het symbool voor Frankrijk en voornamelijk voor de stad Parijs. Het monument werd gebouwd ter gelegenheid van de Wereldtentoonstelling in 1889, precies honderd jaar na de Franse Revolutie. De Eiffeltoren was destijds het hoogste gebouw ter wereld met zijn 324 meter hoogte. Er zijn verschillende kopieën van de Eiffeltoren gemaakt, onder andere in het Roemeense stadje Slobozia, in Las Vegas (Paris Las Vegas Hotel), in Virginia (Kings Dominion), in Ohio (Kings Island), in Tokio (Tokyo Tower) en in China in Hangzhou (TianduCheng Eiffel Tower) en Shenzhen (Window of the World). De Eiffeltoren trekt jaarlijks miljoenen toeristen en de Eiffeltoren wordt veel als sleutelhanger of souvenir verkocht.
Minder bekend over Frankrijk
Veel minder mensen weten over Frankrijk is dat er vier vrijheidsbeelden in Parijs staan, één op het kunstmatige eiland Île aux Cygnes in de Seine van Parijs, één in het Musée d’Orsay, één in de kapel van het Musée des Arts et Métiers en één vrijheidsbeeld staat voor de ingang van dit museum en ook nog één in de Franse plaatsen Barentin, Bordeaux, Colmar en Saint-Cyr-sur-Mer.
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux. De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr. Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
Toeristenorganisatie van Frankrijk
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
CCI 39 Avenue des Sablons Bouillants 77100 Meaux FRANCE https://www.cci.fr
Alles draait om eten in la douce France, zoals de Fransen hun land liefdevol noemen. De Fransen ontbijten bescheiden: een kop koffie en een croissant. Koffie wordt staand aan de bar gedronken op weg naar het werk. De lunch is uitgebreid en warm, veelal inclusief wijn. En water. Het is voor Fransen gebruikelijk om veel water bij het eten te drinken. Het diner, ook warm, wordt later op de avond genomen. Vers stokbrood wordt bij warme maaltijden gegeten. De zondagmiddag is in Frankrijk geboekt voor een lunch met de familie. Een Franse lunch kan de hele middag duren, omdat tijdens de maaltijd vaak de beste gesprekken worden gevoerd.
Fransen houden ook erg van converseren. In het zakelijk leven is het niet anders: wie met Fransen zakendoet, moet veel praten en uitgebreid eten. Veel bedrijven in Frankrijk geven hun werknemers vouchers waarmee ze tussen de middag in een restaurant kunnen eten. Kinderen worden in Frankrijk streng opgevoed en doen gewoon met alle maaltijden mee. Kinderen in Frankrijk eten hun viergangenmenu zonder morren en drinken wijn, aangelengd met water. Omdat het heel gebruikelijk is dat beide ouders werken, gaan Franse kinderen in de vakanties vaak naar een ‘colonie de vacances’.
Franse cafés berekenen vaak verschillende prijzen voor hetzelfde drankje. Zit je op het terras of aan een tafel, dan is de prijs hoger. Bestel je een café, dan krijg je een klein kopje zwarte koffie, bijna een espresso. Café au lait wordt weer geserveerd in een kopje zo groot als een soepkom. Fransen kunnen hier uren over doen! Fransen zijn charmeurs. Een echte Fransman zal altijd de deur openhouden voor een vrouw, al is het een oude, onbekende dame, of haar in haar jas helpen. Dit wordt als beleefd beschouwd en het wordt erg gewaardeerd. Fransen tutoyeren niet snel. Het is erg normaal om collega’s of zelfs familieleden te ‘vousvoyeren’; aan te spreken met de vous-vorm (‘u’), soms in combinatie met de voornaam. Wanneer Fransen elkaar begroeten, geven ze elkaar twee vluchtige kussen; bises, op de wang. Dit gebeurt door vrienden, collega’s, kennissen, maar mensen die net aan elkaar zijn voorgesteld, doen dit ook.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Het beheersen van de Franse taal betekent kennen (weten) en ook aandacht voor kunnen (handelen). Door het accent te verleggen van het kennen naar het kunnen, is de cursist in staat na voltooiing van de cursus Frans in Leiden de opgedane kennis actief en snel toe te passen.
Voor u het weet, doet u uw inkopen in het Frans. Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
De Franse taal is de meest gesproken Gallo-Romaanse taal; een oude Romaanse taal die is afgeleid uit het Laatlatijn. De Gallo-Romaanse taal werd rond 300-900 n.Chr. gesproken in het toenmalige Gallië, wat naast het huidige Frankrijk ook België besloeg, het westelijke deel van Zwitserland alsook delen van Nederland en Duitsland. Er bestonden veel verschillende Gallo-Romaanse streektalen; elke streek had een eigen variant.
In het noorden sprak men sinds de 13de eeuw langue d’oïl en in het zuiden langue d’oc; deze talen werden herkend aan de wijze waarop men ‘ja’ zei (‘oïl’ of ‘oc’). Modern standaardfrans (Nieuwfrans) is in principe de gecultiveerde versie van het Francilien; de taal van de Île-de-France en de langue d’oïl.
Het Frans wordt door ongeveer 75 miljoen mensen als eerste taal gesproken. Het Frans is de vierde taal van Europa en in veel Afrikaanse landen is Frans de enige officiële taal. Frans wordt gesproken in onder meer Frankrijk en de Franse koloniën, België, Luxemburg, Zwitserland, grote delen van Afrika, Québec, Haïti, Oceanië, het Caribisch gebied en Zuidoost-Azië.
Frans als officiële taal
Het Frans is een officiële taal in Frankrijk, België, Monaco, Zwitserland, Luxemburg, het Verenigd Koninkrijk (Guernsey en Jersey) Canada en Italië (Vallée d’Aoste) alsook in Benin, Burkina Faso, Burundi, Centraal-Afrikaanse Republiek, de Comoren, Congo-Kinshasa, Congo-Brazzaville, Djibouti, Equatoriaal-Guinea, Gabon, Haïti, Ivoorkust, Kameroen, Madagaskar, Mauritanië, Mali, Niger, Rwanda, Senegal, de Seychellen, Togo, Tsjaad en Vanuatu. Ook in het zuiden van de Verenigde Staten wordt Frans gesproken; het zogenaamde Cajun-Frans. Het Frans is nog steeds een officiële taal van de Verenigde Naties en één van de drie werktalen en officiële talen van de Europese Unie. Voor een lange periode was het Frans de taal van de elite in Europa. Tot in Rusland sprak men in de hogere kringen Frans.
Het Frans heef in vergelijking met het Nederlands een hele andere uitspraak. Eén van de verschillen met het Nederlands is dat de Franse woorden aan elkaar plakken, waardoor niet te horen is waar een woord ophoudt en het volgende woord begint. Dit verschijnsel heet ‘verbinding’ (in het Frans: liaison). Deze verbinding gebeurt voornamelijk bij woorden die eindigen op ‘s’ en worden gevolgd door een klinker of stomme ‘h’. Zo zeggen Fransen ‘lezzamie’ in plaats van les amis (de vrienden).
De uitspraak van het Frans
Een ander onderscheid is dat in het Frans veel eindletters niet worden uitgesproken. Hierdoor klinken parle en parlent bijvoorbeeld hetzelfde. Ook klinken in het Frans vrijwel alle klinkers anders. Door de grote hoeveelheid Franse woorden in de Nederlandse taal, komt de Franse uitspraak ons bekend voor: toilet, portefeuille, bureau.
Franse medeklinkers of combinaties van klinkers klinken ook bekend: citroen, garage, quarantaine, vanille en champignon.
Letters met accenten
Een aantal accenten komt niet voor in het Nederlands. De ç klinkt als een ‘s’, terwijl de ‘c’ soms klinkt als een ‘k’, afhankelijk van welke letter erna komt. De Franse e kan voorkomen met drie verschillende accenten.
Accent grave
Als eerste met een zogenaamde accent grave: è. Bijvoorbeeld bij l’été (de zomer). De accent grave: è klinkt als de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘schep’.
Accent aigu
Als tweede met een zogenaamde accent aigu: é. Bijvoorbeeld bij l’élève (de leerling). De accent aigu: é klinkt als ‘ee’ in het Nederlandse woord ‘veel’.
Accent circonflexe
En als derde kan de letter e in het Frans ook nog voorkomen met een zogenaamde accent circonflexe: ê. Deze zien we bijvoorbeeld in een woord dat dat in het Nederlands ook voorkomt: crêpe (een dunne, kleine pannenkoek). De accent circonflexe: ê klinkt iets langer dan de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘schep’. De Franse e zonder accent is klankloos, als de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘lachen’.
Franse neusklank
Typisch voor het Frans zijn de neusklanken, bijvoorbeeld un bon vin blanc. Deze vier woorden worden allemaal nasaal uitgesproken.
UITSPRAAK
Frans alfabet fonetisch/IPA
A
ah
/a/
B
bee
/be/
C
see
/se/
D
dee
/de/
E
uh
/ə/
F
effe
/ɛf/
G
zjee
/ʒe/
H
assj
/ɑʃ/
I
ie
/i/
/jiː/
J
zjie
K
kah
/ka/
L
elle
/ɛlə/
M
emme
/ɛmə/
N
enne
/ɛnə/
O
oo
/o/
P
pee
/pe/
Q
kuu
/qy/
R
er
/ɛʀə/
S
ess
/ɛsə/
T
tee
/te/
U
uu
/y/
V
vee
/ve/
W
doeble vee
/dubləˈve/
X
ieks
/iks/
Y
ie grek
/iˈgrɛk/
Z
zedde
/zedə/
SPELLING
WOORD
A
Anatole
B
Berthe
C
Célestin
D
Désiré
E
Eugène
F
François
G
Gaston
H
Henri
I
Irma
J
Joseph
K
Kléber
L
Louis
M
Marcel
N
Nicolas
O
Oscar
P
Pierre
Q
quintal
R
Raoul
S
Suzanne
T
Thérèse
U
Ursule
V
Victor
W
William
X
Xavier
Y
Yvonne
Z
Zoé
Speciale tekens
@
arobase
#
dièse
NAAMVALLEN
Het Frans kent geen naamvallen zoals die bijvoorbeeld in het Duits worden gebruikt bij zelfstandige naamwoorden. Une maison blijft une maison, welke grammaticale functie in de zin het woord ook heeft. Toch gebruikt het Frans wel naamvallen, maar slechts voor voornaamwoorden. Dat zijn er vier: de nominatif, die het onderwerp van de zin aangeeft (il; bijvoorbeeld il arrive); de génitif die een bezitsvorm aanduidt (sa/son, bijvoorbeeld son chien);>),
de datif voor het meewerkend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (lui; bijvoorbeeld “Jean lui donne une pomme”) en de accusatif voor het lijdend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (le; bijvoorbeeld Marie le voit). Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Frans is een Romaanse taal, net als het Spaans, het Italiaans, het Roemeens en het Portugees. Frans is één van de werktalen van de EU, naast het Engels en Duits. De Franse taal is één van de zes officiële talen van de Verenigde Naties, naast Engels, Russisch, Spaans, Chinees en Arabisch.
Men zegt dat de kreet in het tennis ‘15-0’ (fifteen-love) afkomstig is van van het Franse woord l’œuf; ‘het ei’. Het getal nul heeft de vorm van een ei. Het zo Engels lijkende tennisspel zou van het Franse jeu de paume afstammen.
De Franse taal leren en de Franse cultuur begrijpen
Evenals het Nederlands, gebruikt het Frans het Latijnse alfabet, dat uit 26 letters bestaat.
Afwijkende leestekens in het Frans
In het Frans worden in plaats van aanhalingstekens zogenaamde guillemets gebruikt. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes ». Ze worden ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd en worden gebruikt om een citaat te openen en te sluiten.
De naam ‘guillemet’ ontleent zijn naam aan Guillaume Le Bé (1525-1598). Hij was een lettermaker en hij was de bedenker van het ‘guillemet’-teken. Na en vóór de guillemets komen in de Franse taal spaties. Ook de andere leestekens krijgen in de Franse taal eerst een spatie: « Venez ! », Elle criait :
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1
Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode
2
Lees Franstalige kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. Le Monde is een bekende (online) krant in het Frans en Mediapart een bekend online nieuwsportal
3
Luister naar Franstalige radio. FIP is de bekendste Franse publieke radiozender en NRJ de bekendste Franse commerciële radiozender
4
Luister en ontdek Franstalige muziek
5
Lees Franstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren
6
Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Franse taal
7
Luister naar podcasts van Franstaligen
8
Kijk Franstalige televisieprogramma’s en films. France tv is de bekendste publieke televisieomroep en TF1 de bekendste commerciële televisiezender in Frankrijk
9
Bekijk Franse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren
10
Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren
11
Voer Franse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk
12
Plak memoblaadjes op in huis
13
Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten
14
Bekijk Franse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren
15
Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen
16
Wees niet bang om foutjes te maken
17
Niet te veel denken, gewoon doen!
18
En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen!
In het Frans heten ze des mots de remplissage; stopwoordjes of stoplappen. Ook het Frans zit er vol mee. Woorden of woordcombinaties die mensen gebruiken om even te pauzeren maar toch de aandacht vast te houden. Fransen zeggen vaak aan het eind van een zin het stopwoordje: hein? wat ongeveer klinkt als het woordje ‘hè’ in het Nederlands.
Sterker nog: het Nederlandse stopwoordje ‘hè?’ komt vermoedelijk uit de Franse taal. Het woordje hein vraagt om instemming van de luisteraar(s), het betekent ongeveer: “Denk je ook niet?” Ook zeggen de Fransen vaak quoi? (wat?) aan het einde van de zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” In het midden van een zin hoor je vaak tu vois (‘zie je’) of “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
En uiteraard euh. Andere stopwoorden of opvulwoorden zijn du coup (‘meteen’, ‘plotseling‘) en genre (‘soort’) en style (‘stijl’). Met name jongeren in Frankrijk gebruiken deze laatste twee.
Franse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Franse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Franstalige media
Franse media bekijken, lezen en/of beluisteren is erg doeltreffend om uw kennis van het Frans uit te breiden.
Zo neemt u ongemerkt het ritme en de klank van het Frans op.
Het nieuws (proberen) te lezen in het Frans, kan heel leuk en leerzaam zijn. U bent vermoedelijk al op de hoogte van de actualiteit, zodat u op snelle manier veel Franse woordenschat bijleert.
Le Monde
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Mediapart.fr
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
Het radiostation FIP is het populairste publieke Franse radiostation. Door op het logo op het linker computerscherm hierboven te klikken, kunt u live luisteren naar deze Franse radiozender.
NRJ
NRJ is de meest populaire Franse commerciële radiozender. Door op het logo op het rechter computerscherm hierboven te klikken, kunt u direct live naar dit Franstalige commerciële radiostation luisteren.
Klik op de afbeelding voor de website van France.tv
Favoriete televisieprogramma’s en series in het Frans of met Franse ondertiteling bekijken, kan eerst wellicht wennen zijn, maar al gauw zult u ontdekken dat dit erg leuk en leerzaam is. De zender France tv is de publieke Franse televisieomroep.
TF1
TF1 is de meest populaire commerciële Franse televisieomroep. Deze Franse stations kunnen via kabel, satelliet, internet of een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
U kunt de cursus Frans in Leiden op uw eigen locatie volgen of in Leiden, bijvoorbeeld in het pand van Frame Offices aan de Kanaalpark 140 in Leiden. Ons taleninstituut verzorgt eveneens taalcursussen Frans in Leiden in bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Leiden aan de Haagse Schouwweg 14, in Hotel Golden Tulip Leiden Centre aan de Schipholweg 3, in Fletcher Wellness-Hotel Leiden aan de Bargelaan 180, in Holiday Inn Leiden aan de Haagse Schouwweg 10 en in Boutique Hotels van Leyden aan de Oude Singel 212.
Vergaderen in Leiden kan bijvoorbeeld bij ECC Leiden aan de Haagse Schouwweg 10, bij de Leidse Schouwburg - Stadsgehoorzaal aan de Oude Vest 43.
De oudste sporen van bewoning van de streek waar Leiden nu ligt, dateren uit de late steentijd (2000 v.Chr.). Ook in de Romeinse tijd was Leiden bewoond gebied, maar Leiden bestond pas als nederzetting na 800, met de ontginning van de veengronden. Leiden wordt voor de eerste keer genoemd (als ‘Leithon’) in 860.
De naam van de stad Leiden is een verbastering van een Oudnederlands naamwoord leitha, dat in het Middelnederlands lede werd. Deze woorden betekenen ‘waterloop’. Leithon als verbuiging van leitha betekent dan ‘aan het water’.
Leiden ligt in de regio Holland Rijnland en Leiden grenst aan het Groene Hart. Plaatsen in de omgeving van de stad Leiden zijn Katwijk aan Zee, Koudekerk aan den Rijn, Leiderdorp, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnsburg, Roelofarendsveen,
Sassenheim, Voorschoten, Warmond, Wassenaar en Zoeterwoude. Leiden ligt in de provincie Zuid-Holland. De gemeente Leiden heeft bijna 125.000 inwoners.
Een inwoner van Leiden heet een ‘Leidenaar’, maar Leidenaren worden ook wel glibbers genoemd. Eigenlijk waren de Leidenaren glippers; mensen die de stad uitvluchtten tijdens het Beleg van Leiden. Bekende Leidenaren zijn Menno Bentveld, Bartho Braat, Laurentien Brinkhorst, Mary Bey (zangeres zonder naam), Armin van Buuren, Fred
Emmer, Isa Hoes, Jan Steen, Sebastiaan Labrie, Marinus van der Lubbe Jochem Myjer, Kjeld Nuis, Ben Pon, Gottfried van Swieten, Esmee Visser, Nynke de Zoeten. Iets wat uit Leiden komt, wordt ‘Leids’ genoemd, zoals bijvoorbeeld Leidse kaas. Leiden kreeg stadsrechten in 1266.
Leiden - internationaal & scholing
Partnersteden
Leiden is de op drie na grootste gemeente van de provincie Zuid-Holland. Leiden heeft ook partnersteden. De partnersteden van Leiden zijn Buffalo City in Zuid-Afrika, Juigalpa in Nicaragua, Krefeld in Duitsland, Oxford in het Verenigd Koninkrijk en Toruń in Polen.
Hoger onderwijs
Er zijn vier hogescholen in Leiden gevestigd: Global School for Entrepreneurship, Hogeschool Leiden, de NTI alsook Webster University. Leiden is een echte studentenstad met de oudste universiteit van Nederland; de Universiteit van Leiden (LEI), opgericht in 1575.
Denk je aan Leiden, dan denk je aan de term ‘Sleutelstad’, aan Leiden als studentenstad, aan het Rijksmuseum voor Oudheden en Naturalis, de historische binnenstad met grachten, monumentale bouwwerken en aan hofjes. Leiden heeft niet alleen de oudste universiteit van Nederland maar eveneens de oudste botanische tuin.
Leiden fungeert als belangrijke studentenstad, en ook als regiostad op het gebied van winkelen, horeca, zorg en cultuur.
Leiden - minder bekend
Minder bekend van Leiden is dat Rembrandt werd geboren in Leiden.
Dit dialect wordt niet veel meer gesproken. Kenmerkend voor het Leids is de ‘Amerikaanse’ ‘r’ achterin de keel. Sommige klinkers wijken af vergeleken met het Standaardnederlands: de ‘ei/ij’ klinkt als è en de ‘o’ als u (juh). Typisch voor de Zuid-Hollandse dialecten is dat er geen onderscheid tussen ‘kunnen’ en ‘kennen’ wordt gemaakt en evenmin tussen ‘liggen’ en ‘leggen’.
Een kanebraaier is Leids voor een ‘uitslover’. Een stikkeltje is een ‘elastiekje’. Eén toet mem wil zeggen: “één pot nat”. Het tranenkleed aantrekken betekent ‘trouwen’.
Leiden - “Stad van ontdekkingen”
Leiden - zakelijk
De gemeente Leiden
Het netnummer van Leiden is 071. Het postcodegebied van Leiden is 2300 - 2334. Het adres van het gemeentehuis van Leiden is Bargelaan 190, 2333 CW in Leiden. De website van de gemeente Leiden is gemeente.leiden.nl. Het telefoonnummer van de gemeente Leiden is 14 071.
Zakendoen in Leiden
Voor Leidse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Den Haag aan de Koninginnegracht 13, 2514 AA in Den Haag. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Leiden is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Leiden is KVK-kantoor Den Haag.
Bedrijven die internationaal zakendoen, bevinden zich in Leiden vaak op bedrijventerrein Cronestein, op het Leiden Bio Science Park (bedrijventerrein Leeuwenhoek), op bedrijventerrein Merenwijk, Roomburg, Tussen Rijn of op bedrijventerrein Rail en De Waard. In Leiden bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Airbus Defence and Space Netherlands, Apotex Nederland, Astellas Pharma, AYE Holland, Baseclear, Chiltern International, Crucell, Diastatische Producten, Dupont Genencor International,
Eurocross Assistance Netherlands, Galapagos, Hal Allergy Benelux, Heerema Groep, Human Metabolome Technologies (HMT), Jacobs, Janssen Biologics, Koninklijke Brill, Luba uitzendbureau, Matchpartner, Mosadex, Multy Group, NTI, Regiebouw Groep, UL Identity Management & Security, onze collega’s van The Square Mile, Verhagen Leiden, Xendo, Montèl in Leiderdorp en Pharming Olympus Nederland in Leiderdorp. Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Samen naar een sportwedstrijd kijken of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen met uw Franstalige zakenrelatie? Voetbal verbroedert. Misschien is het daarom een leuk idee om met uw Franse zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, om bijvoorbeeld de Leidse voetbalclub Sporting Leiden, Voetbalclub UVS, DoCos of Roodenburg te zien spelen.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Leiden kunt u terecht bij T.C. Unicum, bij T.C. Roomburg, bij LTV De Merenwijk of bij LTC De Munnik in Leiderdorp. Golf, ontspanning & lunch Wellicht hebt u zin om na de cursus Frans in Leiden of met uw Franstalige (zaken)relatie een balletje te slaan als ontspanning en/of gezellig iets te drinken of een hapje te eten? Dagnall Talen heeft voor u een golfbaan in de buurt van Leiden ontdekt voor een compleet dagje/middagje uit. De golfbaan in de buurt voor Leiden is Golfclub Kagerzoom in Warmond. Deze golfbaan bevindt zich aan de Veerpolder 20 in Warmond. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 071-301 35 90. De website van deze golfbaan is www.kagerzoom.nl. Om iets te eten of te drinken kunt u terecht bij Timber Club en Restaurant. Oegstgeester Golfclub is nog een golfbaan in de buurt van Leiden.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder ziet u promotiefilmpjes van Frankrijk en van Leiden die ook op Youtube kunnen worden bekeken. Door direct op het rode Youtube logo in het midden van de afbeelding te klikken, wordt het filmpje afgespeeld. Onder deze promotiefilmpjes staan de locaties van Frankrijk alsook Leiden op Google Maps. Als u kunt linksboven klikt, wordt de kaart in een nieuw venster groot weergeven.
Door linksonder op het vierkantje in de afbeelding te klikken, worden satellietbeelden van Frankrijk en Leiden op Google Earth weergegeven. In- en uitzoomen op de kaartjes is mogelijk met de + en – knop rechtsonder. Wat kennis van de omgeving van uw Franse zakenpartner kan goed van pas komen tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen.
Promovideo Frankrijk
Promovideo Leiden
Google Maps Frankrijk
Google Maps Leiden
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Frankrijk
Hieronder kunt u het meest recente nieuws uit Frankrijk en Leiden lezen van verschillende nieuwsbronnen. Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands. Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans. Het derde blokje is Leids nieuws (in het Nederlands). Dit nieuws wordt steeds live bijgewerkt. Wanneer u met Fransen communiceert of zakendoet, is het altijd handig en prettig om op de hoogte te zijn van wat zich in Frankrijk speelt.
Daarnaast kan het leerzaam zijn om Frans nieuws te lezen in de Franse taal. U bent waarschijnlijk al enigszins geïnformeerd over het dagelijkse nieuws, dus begrijpend lezen gaat relatief gemakkelijk en het verrijkt de Franse woordenschat met actuele Franse woorden, uitdrukkingen en termen.
In Leiden geeft Dagnall Taleninstituut maatwerktrainingen in onder meer Nederlands, Engels, Frans, Duits, Spaans en Portugees. Hierboven ziet u een overzicht van de 23 andere talen die wij naast Frans standaard aanbieden in Leiden.
Vanzelfsprekend kunt u altijd contact opnemen voor een cursus in een taal die hier niet vermeld staat.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Frans