Start vandaag nog met uw reis naar taalbeheersing frans
Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en is een communicatiebasis die deuren voor u opent - met name op het professionale vlak. Daarom hebben organisaties en bedrijven die in de taalopleiding van hun werknemers investeren, ook een duidelijk voordeel en een voorsprong.
Ons instituut biedt u precies wat u zoekt: effectieve taalcursussen Frans op het hoogste niveau voor professionals en leidinggevenden in en in de buurt van Hoogeveen.
(Betaalbare) taaltraining Frans op maat, omdat uw bedrijf of organisatie welbespraakte werknemers verdient.
Van zakelijk en medisch tot technisch - Dagnall is thuis in elke bedrijfstaal.
Verschillende bedrijfstakken kennen een eigen taal en gebruiken eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling en duidelijke concurrentievoordelen, door middel van branchespecifieke taalkennis Frans op het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Frans in Hoogeveen aan in een brede waaier van gespecialiseerde vakgebieden.
Dagnall Talen biedt taalcursussen Frans op maat aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online/blended cursussen. Bij Dagnall Talen kan iedereen Frans leren op precies de manier die het meest geschikt is voor hem of haar. Behalve de algemene taalcursussen Frans hebben organisaties met name interesse in werkgerelateerde cursussen zoals schrijfvaardigheid Frans of zakelijk Frans. De taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van de opdrachtgever. Dagnall biedt de mogelijkheid om middels gecertificeerde taaltrainers met zeer goede recensies en beoordelingen Frans te leren in Hoogeveen. Met Dagnall Talen behaalt u doelgericht en snel de door u beoogde resultaten.
Onze filosofie is om Frans te leren zonder schroom en met gemak en plezier. Daarom zetten wij alles in het werk om ervoor te zorgen dat cursisten de Franse taal moeiteloos en zonder remmingen kunnen leren.
Frans leren moet leuk zijn en daarom werken wij met methodes die het leren voor cursisten gemakkelijker en prettiger maken.
Met deze methodes wordt uw nieuwsgierigheid opgewekt en uw bereidheid om te leren, ondersteund. Met 15 minuten dagelijks oefenen, brengen we de cursist in grote stappen naar het gewenste niveau.
Dagnall Talen is een partner voor iedereen die Frans wil leren in Hoogeveen.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Een goede cursus Frans is niet alleen toegespitst op de behoefte van de cursist, klant, werkgever of organisatie, zoals een betere spreek- of schrijfvaardigheid.
Een goede taalcursus (Frans) is ook afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een cursus Frans (in Hoogeveen) die het beste bij hem of haar past.
Onze kundige taaltrainers Frans zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van Franse vaardigheden en taalkennis om deze direct in dagelijkse praktijksituaties te kunnen inzetten. Dat werkt wel zo prettig en dit zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement bereikt Dagnall door een blend van deze bewezen leermethode met de focus op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) auditief, visueel of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall Talen kunt u terecht voor taalcursussen die op maatwerktrainingen gebaseerd zijn.
Wij bieden individuele taalcursussen, duocursussen (met 2 cursisten), groepscursussen van 3 tot maximaal 10 cursisten, onlinecursussen, het online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en specifiek jargon van het bedrijf of de organisatie.
De taaltrainers van Dagnall geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij door de jaren heen hebben verzameld en gecreëerd en de taaltrainers spelen continue in op actuele ontwikkelingen en thema’s.
Een voordeel is dat dit echte maatwerk als een zeer fijne werkwijze wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze trainers Frans in Hoogeveen. Deze, door de jaren heen verder ontwikkelde en verfijnde werkmethode is het gewaardeerdee handelsmerk van Dagnall Taleninstituut geworden. De cursussen Frans zijn dus niet alleen werkgericht en/of functiegericht, maar ook afgestemd op de manier van leren die zeer geschikt is voor de cursisten.
Dagnall Talen cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de organisatie van de cursus uit handen kunt geven.
Dagnall Talentaleninstituut biedt deze individuele cursussen en groepscursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen maken wij gebruik van moderne en gevarieerde onderwijsmethoden om doelgericht te kunnen trainen en leersucces te verzekeren.
Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen vanzelfsprekend zowel op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Hoogeveen gegeven worden.
Wij bieden individuele cursussen Frans voor bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties alsook particulieren in Hoogeveen en omgeving.
Een individuele taalcursus wordt ook wel een één-op- één-taalcursus of privéles genoemd.
De individuele taalcursussen van Dagnall Talen staan al vele jaren bekend voor maatwerk, persoonlijke aandacht en het hoogste rendement.
Alle individuele cursussen Frans van Dagnall zijn maatwerktrainingen en worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de praktijksituatie en de leerstijl.
De cursussen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Dagnall Talen biedt groepscursussen Frans van 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (2 cursisten) aan bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren.
De groepen worden bij voorkeur zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te verhogen en de cursisten maximaal te ondersteunen.
De groepscursussen van Dagnall zijn ook maatwerkcursussen en worden samengesteld voor, en specifiek afgestemd op, de leerstijl, het taalniveau, de branche en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.
Het grootste voordeel van een individuele taalcursus Frans is het hoge rendement doordat in vrij korte tijd behoorlijk veel informatie wordt opgenomen.
Doordat de taalcursus intensief is, wordt sneller vooruitgang geboekt en blijft het leertraject zo kort mogelijk.
Flexibiliteit is een ander belangrijk voordeel van individuele cursussen. De inhoud kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de specifieke aandachtsgebieden van de cursist en de cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist.
De leervordering is optimaal omdat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld.
Ook is een individuele taalcursus goed af te stemmen op de agenda van de cursist wat zorgt voor optimaal tijdmanagement en een handig leerschema.
Vooral de interactie met de andere deelnemers Frans is het belangrijkste pluspunt van een groepscursus; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van rollenspellen en discussies.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk pluspunt; het leren van elkaars fouten en communiceren in de doeltaal met de groep. Cursisten kunnen deze afwisseling als leuker ervaren.
Daarnaast zijn groepscursussen efficiënt doordat tegelijk meerdere medewerkers worden getraind en de groep op bijna hetzelfde kennisniveau komt.
Ook is een groepscursus iets minder intensief (minder zwaar) voor de cursist dan een individuele cursus.
Bij een individuele cursus Frans kunnen discussies en rollenspellen alleen worden gevoerd en gedaan met de docent.
De geleerde kennis kan niet in groepsverband worden geoefend doordat er geen interactie is met andere cursisten.
Doordat groepsdynamiek ontbreekt, is het ook niet mogelijk om van foutjes van anderen te leren.
De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is voor de cursist ook behoorlijk intensief (zwaarder).
In groepscursussen is minder aandacht voor de individu en kunnen lerenden iets sneller worden afgeleid. Het rendement ligt daardoor wat lager. Door de groepen iets kleiner te houden (minigroepen), kan dit gedeeltelijk worden ondervangen.
Een groepscursus Frans kan ook minder goed op individuele leerstijlen van deelnemers worden afgestemd.
Dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursist kan worden afgestemd, is een bijkomstig minpunt van een groepscursus.
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
afgestemd op individuele leerstijl
inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
afgestemd op agenda cursist
geen interactie met andere cursisten
vrij intensief voor de cursist
geen groepsdynamiek
interactie met andere cursisten
groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
groep komt op hetzelfde kennisniveau
efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
minder intensief dan individuele cursus
iets minder aandacht voor individuele cursist
minder afgestemd op individuele leerstijlen
minder afgestemd op agenda cursisten
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd de audiolinguale methode soms de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan beschouwd worden als een reactie op de grammatica-vertaalmethode. Nieuw was dat de taallessen volledig in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is vrijwel foutloos Frans leren verstaan en spreken; dit begint met een Franssprekende na kunnen spreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt gewerkt met driloefeningen om Franse zinnen alsook structuren te leren beheersen, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltrainers Frans kunnen zo een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen en vervolgens een extra Frans woord toevoegen. Er wordt vaak in de zogeheten talenpractica gewerkt, waar lerenden een koptelefoon op hebben en zinnen beluisteren en nazeggen. Geschreven Frans wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Frans al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe Franse woorden te introduceren.
Populariteit
In Nederland werd de methode pas geïntroduceerd omstreeks 1970 toen de Mammoetwet inging. Al gauw waren er grote bezwaren tegen de betekenisloze driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al gauw in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Frans) niet om het memoriseren van de (Franse) grammaticaregels gaat, maar om het te gebruiken. Luistervaardigheid (Frans), die vóór 1970 voor de meeste taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor beginnende studenten Frans effectief. De juiste uitspraak Frans wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor een efficiënte en snelle overdracht van taalkennis bieden. Deze methode kan ook bij grotere groepen toegepast worden.
Tegelijkertijd is deze docentgestuurde kant een nadeel; eigen inbreng wordt niet van de lerenden verlangd, waardoor het risico dreigt van passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik Frans.
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) op een zodanige manier wijze te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt aan de hand van zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die herhaald worden na verloop van tijd. Deze Franse woorden en zinnen op de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerende. Al deze woorden en/of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar dit eigenlijk gaat vanzelf door de blootstelling. De woordenlijst wordt steeds veranderd; Franse woorden die zijn geleerd, worden van de lijst gehaald. Die Franse woorden die nog altijd problemen geven, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de zinnen en woorden spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten worden opgeslagen, maar geheugenwetenschappers betwijfelen dit. In het algemeen wordt kennis opgeslagen wanneer deze kennis ook betekenisvol en relevant is voor de student. Deze GoldList-methode kan goed functioneren voor Franse woorden die relevant en van betekenis zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor lerenden die bij bijvoorbeeld Post-its® baat hebben als geheugensteuntje kan deze GoldList Method goed functioneren. Doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven meewerkt en aangesproken wordt, werkt het met de hand schrijven beter dan typen of, zelfs tamelijk zinloos: een foto maken. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen zijn uiteraard veel meer dan een reeks losse woorden of zinnen. De GoldList-methode is daarnaast bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven woordenlijsten moeten worden aangelegd.
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Frans). De leermethode probeert het Frans aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Op deze manier leert men onbewust ook de taalregels van het Frans. Hiervoor wordt alleen het Frans gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een leeromgeving zonder stress is het streven van de leermethode. De studenten worden blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de Natural Approach wordt de taalproductie Frans niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en minder op expliciete Frans grammatica en het corrigeren van vormfouten.
De leermethode werkt het meest effectief als de lerenden in het Frans worden ondergedompeld. Om ervoor te zorgen dat de student plezier van de ervaring heeft, dienen de activiteiten die in het Frans worden aangeboden, stimulerend te zijn.
De Natural Method lijkt erg op de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer de focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak bewezen dat onderdompeling zeer effectief is. De natuurlijke aanpak is een populaire methode van lesgeven onder taaldocenten Frans, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor lerenden. Er kleven eveneens nadelen aan de Natural Method. De methode is voornamelijk gericht op het impliciet leren van de Franse grammatica. De studenten zouden inderdaad leren in het Frans te communiceren, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier Frans te leren. Studenten krijgen de mogelijkheid voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.
Doordat er bijna geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een bepaald Frans examen voor.
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 ontwikkeld door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren die als doel heeft om studenten met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans) vertrouwd te maken. Volgens de Structurele Aanpak levert het beheersen van deze structuren meer op dan het verwerven van woordenschat Frans. Bij de methode gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van vaste Franse woordcombinaties en woordgroepen in de juiste woordvolgorde. De vaste combinaties van woorden worden in betekenisvolle situaties met behulp van visualisaties, dramatiseringen, gezichtsuitdrukkingen en handelingen aan de lerenden aangedragen. Bij de leermethodiek worden de structuren die in de praktijk het meest gebruikt worden, als eerste aangeboden. Mondelinge vaardigheden Frans (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hierbij als eerste gebruikt; leesvaardigheden en schrijfvaardigheden volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Frans (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Dat de studenten het Frans op een accurate wijze geleerd wordt, is de sterke kant van een structurele aanpak. De student krijgt inzicht in de Franse grammatica leert eveneens in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet geschikt zijn. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt alledaagse taal. Aan de methode van de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De manier van werken is tamelijk tijdrovend en biedt niet onmiddellijk een succeservaring. De eigen inbreng van de student is behoorlijk beperkt; het is niet echt creatief.
Bedacht door wie en wanneer
Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een taal legde. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie het uiteindelijke doel is bij het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
De studenten leren middels CLT-technieken het Frans in praktijk te brengen door de interactie onderling en de taaltrainer Frans. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in het Frans of ander materiaal uit het dagelijks leven of de werksituatie. De Franse taal wordt zowel tijdens als buiten de les om gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en docenten Frans dragen onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in allerlei soorten situaties uit de praktijk te oefenen. De Franse grammatica leren studenten inductief, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT zijn taaldocenten Frans echt trainers, die de lerenden helpen om in het Frans te communiceren.
Populariteit
De CLT werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes bleken. Door de verdere eenwording van Europa kwam meer behoefte om talen te leren door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Communicatief taalonderwijs kent veel sterke aspecten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is efficiënt. Voor de studenten is het stimulerend omdat zij gauw succeservaringen hebben. Fouten maken mag; de vaardigheid van de lerende wordt al doende geleerd en verbeterd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De planning en de voorbereiding vragen veel tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van lerenden. Deze manier van een taal leren, is voor sommige studenten lastig of ongebruikelijk, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. CLT draait om het trainen van taalvaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en CLT biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Men leerde om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd op een andere wijze gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Meidinger ontwikkelde een methode waarin de grammatica in het middelpunt stond rond het jaar 1783. Meidinger wordt als de grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM) beschouwd.
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Onderwijs in Latijn was vanzelfsprekend gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en was geheel gericht op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Frans). Dat werd destijds beschouwd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) uit waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docent draagt de kennis Frans over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al sinds halverwege de negentiende eeuw was ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, is de grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzicht in de structuur van het Frans, omdat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De methode kent echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren weinig mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in groepsverband geeft deze methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de studentenn. Lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Bedacht door wie en wanneer
De leermethode ‘Onderdompeling’ (In het Engels: language immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd toegepast, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een vak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les gaven aan welgestelde vrouwen uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling behelst dat degenen die de taal (zoals het Frans) leren, direct vanaf het begin is omgeven door de nieuwe taal. Alle instructies vinden in de doeltaal (Frans) plaats; in het begin langzaam en met veel herhalingen en later op een meer natuurlijke manier. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Frans te spreken. De methode werkt met simulaties en rollenspellen. De leeromgeving op scholen die met onderdompeling werken, wordt vaak ingericht in de stijl van het land van de Franse taal om een situatie te creëren alsof lerenden in Frankrijk zijn. Studenten oefenen het Frans spreken één-op-één of in kleine groepen. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar Frankrijk te reizen en daar in een gastgezin te verblijven.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een heel goede methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Frans kan uitstekend worden ontwikkeld met de methode van onderdompeling.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaten wordt bereikt, omdat de leermethode behoorlijk intensief is. Omdat de lerende wordt erdoor omgeven, is de leermethode een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet echt in het Frans gaan communiceren. De student is feitelijk 24 uur per dag Frans aan het leren. Het samen oefenen in een groep versterkt de sociale interactie. Studenten ervaren dit als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een keerzijde. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Een ander nadeel van de methode kan zijn dat een dergelijke training Frans erg intensief is. Niet elke lerende heeft de conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode die is ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Deze methode is door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te leren. Daarvoor zijn een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de trainer (Frans) en de studenten essentieel. Hiervoor dienen studenten ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was uit den boze om deze situatie te creëren. Tijdens de lessen zaten studenten in comfortabele stoelen die in een halve cirkel geplaatst werden en er was altijd achtergrondmuziek in de klas. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek afgespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er bestonden woordenlijsten bij deze teksten en opmerkingen over de (Franse) grammatica. Dit voorlezen gebeurde met gebaren en veel expressies in stem. Studenten werden zo overgehaald om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren voor studenten, konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. Tijdens de lessen was er veel aandacht voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Frankrijk). In de klas werden rollenspellen gespeeld en ook (Franse) streekgerechten werden in de klas bereid en gegeten.
Populariteit
De leerleermethode Suggestopedia was enigszins omstreden en is niet erg bekend meer. Sommige elementen bijvoorbeeld het gebruikmaken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie creëert een ontspannen en veilige sfeer, waardoor de student geen hinder van faalangst of frustratie zal hebben. Voor een immigrant kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de leermethode is dat de student gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situatie en actief mee te doen, wat voor sommige mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor bepaalde studenten een keerzijde, want niet iedereen is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Een ander zwak punt is dat de relatie docent-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse docent en de studenten zijn altijd de ontvangende partij.
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) of afgekort CLL geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een taal te verwerven waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze CLL methode is gestoeld op de counseling-benadering waarbij de docent als counselor optreedt die de zinnen van de lerende omschrijft. De lerenden starten een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal (Frans) nog niet voldoende machtig, dan spreken de studenten in hun moedertaal. De docent (Frans) vertaalt en geeft uitleg. Hierna herhalen de lerenden de uitingen van de docent zo nauwkeurig mogelijk. Dit gesprek in het Frans wordt opgenomen om opnieuw te kunnen beluisteren.
De CLL bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de wisselwerking tussen de studenten onderling als middel om te leren. Het zijn de studenten zelf die het lesmateriaal bepalen middels zinvolle gesprekken. Een leerboek Frans wordt niet gebruikt.
Populariteit
Het slagen van CLL is sterk afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. De taaldocent dient sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig onderlegd te zijn. De docent dient zowel het Frans als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Deze methode kan prima werken als deze op de juiste wijze toegepast wordt. CLL is niet bruikbaar voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
CLL biedt studenten een hoge mate van autonomie. Studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak nuttig. De groep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de les Frans, maar ook buiten de les. Door deze methode worden studenten zich veel bewuster van hun groepsgenoten, hun sterke en zwakke punten en ze leren om als team samen te werken. Studenten leren vaak veel van het bespreken van de foutjes en het evalueren van de les Frans. Zulke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Het kan een keerzijde zijn dat de trainer niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Bij deze methode wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de lessen is daardoor moeilijk te meten. Een aantal studenten wordt geremd in hun Frans spreken wanneer zij worden opgenomen.
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Franse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen bestaan. Lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans neemt in deze benadering een grotere plaats in dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar eveneens aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Voor het zelf ontdekken van de Franse taal door de studenten is veel ruimte.
De rol van de docent Frans is voor voldoende input te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de lerende.
Populariteit
In de laatste dertig jaar zijn onder invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis de leerboeken duidelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat die in chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Lewis streefde; de ingrijpende verandering in de wijze waarop taal wordt onderwezen, bleef echter uit.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren om op een heel natuurlijke wijze de Franse taal te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is een minpunt van deze methode van de methode. Sommige studenten hebben meer aan een taaltrainer Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator omdat ze meer moeite hebben om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen.
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Franse taaldocent François Gouin in 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en niet veel kennis van grammatica vereisen. Op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden, leren studenten zinnen. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, beroep en wetenschap, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het is een soort eentalige leermethode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’. Hierdoor gaan studenten al gauw in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Frans) denken.
Populariteit
Gouin’s principes over taal waren zeer vooruitstrevend. Alhoewel het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van François Gouin enige tijd een succes. De methode van Gouin werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Berlitz.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van François Gouin ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Frans van de lerende en zorgt voor het creëren van een sfeer die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
Gouin’s methode biedt levendig taalonderwijs. Dit soort onderwijs Frans wekt het enthousiasme bij de studenten op doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een taal leren wordt tastbaar; dit was totaal nieuw. Het maakt de studenten Frans nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, de prestatiedruk te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve vaardigheid Frans van de lerende wordt sterk gestimuleerd met de Gouin’s methode.
De seriemethode van Gouin heeft echter als nadeel dat taal die wat subjectiever of abstracter wordt, lastig met bewegingen en expressies in één concrete ervaring kan worden gevangen. De bewerkelijkheid voor de docent, die per slot van rekening een scala aan reeksen voor moet bereiden, is een bijkomend minpunt. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog veelal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie achter de methode is dat het verwerven van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te voeren. De lerenden krijgen motiverende taken aangeboden, waarvoor kennis van de (Franse) taal vereist is. Om deze taken goed uit te voeren, is het nodig dat zij over taalregels en woordenschat beschikken. De taken zijn alledaagse taken, zoals een boodschap doen, e-mails schrijven, bellen met de klantenservice, een drankje bestellen of een krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. De studenten moeten samenwerken om de opdrachten uit te kunnen voeren. De taken moeten iets boven het niveau van de student Frans liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij studenten (met name studenten in een achterstandspositie) te verbeteren in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het is een activerende werkvorm, waarbij de lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Frans) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, mits de opdracht goed bij de lerenden aansluit. Studenten komen op een natuurlijke, alledaagse manier in contact met het Frans en leren zo authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren bovendien om met andere studenten Frans samen te werken. De lerenden ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.
Als nadeel kan worden gezien dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor studenten die niet zeer nauwkeurig leren.
Bedacht door wie en wanneer
De Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst Scott Thornbury ontwikkelde in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching was ‘Dogme 95’; de beweging van een aantal Deense filmmakers onder wie de filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. De deelnemers confirmeren zich aan tien strikte regels (tien dogma’s) voor het filmmaken die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) vormen. Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van de Dogme-methode is het aangaan van echte gesprekken die over praktische zaken gaan. Hierbij gaat het om communicatie als drijvende kracht van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). Daarom is de methode een communicatieve benadering van het onderwijs, die taalonderwijs zonder lesboeken wil bieden of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan focust op het communiceren tussen de studenten en de docent. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net zoals de Dogme-beweging in de film, tien uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Onderzoek naar het succes van Dogme is beperkt, maar Thornbury stelt dat de parallellen met het taakgericht leren van een taal (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er nauwelijks voorbereiding nodig is, is een pluspunt voor docenten Frans. Dat lerenden verantwoordelijk zijn voor hun eigen leerproces, kan erg motiverend werken. Op deze manier is de taalles Frans niet voorspelbaar. Dit zorgt ervoor dat de communicatie spontaan is en de verveling krijgt geen kans. Tijdens een taalles volgens de Dogme-methode is bijna elk item bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat studenten betrokken en alert blijven.
Studenten kunnen zich daarentegen wel iets minder op hun gemak voelen als ze zo weinig door de docent begeleid worden. Voor dit type van onderwijs zijn ook niet alle taaltrainers Frans voldoende flexibel. Dat de lerenden zich vaak op een bepaald examen Frans moeten voorbereiden en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde stof aan bod komt tijdens de les, kan een bijkomend minpunt van de methode vormen.
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een vreemde taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van de leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom hanteert GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA heeft gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit Frankrijk. Begrip gaat voor productiviteit. De nadruk ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode zogenaamde van de zogenaamde leermethode is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase duurt om en nabij 150 uur en de deelnemers beginnen nu ook Frans te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 beginnen deelnemers zich te richten op het taalgebruik van moedertaalsprekers Frans door middel van films, televisie of nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans.
Populariteit
De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes ervan. Deelnemende studenten zijn vrij enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een goede doorkijk op het proces van de taalverwerving Frans geboden. Deze zes fasen van de leermethode bieden een duidelijk tijdspad en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een nadeel van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die bereid is om veel tijd te investeren.
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is in de vroege jaren 2000 bedacht door de Amerikaanse polyglot en taalkundige Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken om de intonatie (Frans) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek is eenvoudig: de studenten luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen wat zij horen. Bij de methode is het niet belangrijk om de Franse tekst al te begrijpen; het gaat in eerste instantie om de klanken van de te leren taal. Luisteren en herhalen wordt net zo veel geoefend tot dit heel gemakkelijk gaat en de student simultaan Frans kan spreken met de audio-opname. De lerenden gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben gezegd. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende teksten, zijn veel leerboeken voor deze techniek geschikt. Het niveau van de Franse audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de lerende te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Alexander Argüelles raadt aan om te lopen tijdens het spreken, het liefst buiten, en niet te zitten, doordat beweging de opname van de nieuwe taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Een bijkomende reden is dat de student minder gauw afgeleid wordt als hij of zij in beweging is, waardoor het werken aan het Frans veel effectiever wordt.
De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij Shadowing is ook simultaan spreken anders.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar de techniek van Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de Franse taal wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek kan worden toegepast in een groep van lerenden, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief aan de methodiek leren is. Het rendement is hoog.
Het nadeel van deze techniek is dat de lerende het wellicht een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De teksten kiezen is dus heel belangrijk.
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die op het idee gebaseerd is dat mensen door middel van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven voortdurend taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat verbaal reageren in een later stadium. De luistervaardigheden Frans vormen dus de basis, daarna volgen de spreekvaardigheden.
De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De trainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerende doet deze opdrachten na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of deels gewijzigd.
TPR® appelleert aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Op deze manier kost het minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel op de basisschool bij Engelse les. Maar eveneens middelbare scholieren of volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. TPR® is in principe geschikt voor alle doelgroepen, ongeacht achtergrond en leeftijd en de methode kan eveneens toegepast worden in grotere klassen. Het verworven Frans wordt direct in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen.
Het nadeel van TPR® is dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker taalniveau werkt en daarnaast nog een andere methodiek (ter aanvulling) nodig is. Ook is de leermethodiek niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om gevoelens, ideeën en meningen in het Frans te uiten.
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) bedacht de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd, eind jaren 80 van de negentiende eeuw. De Directe Methode is als tegenreactie op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging omstreeks 1900 met nieuwe visies over talen leren dat inductief en zelfontdekkend diende te zijn. Deze Reformbeweging ging overigens niet alleen over het leren van talen, maar eveneens over voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Men streefde, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en bevrijding van het keurslijf. In het taalonderwijs kwam veel aandacht voor de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica vooral inductief werd onderwezen, met behulp van voorbeeldzinnen. Door de lerenden moesten de taalregels hieruit worden afgeleid. Er waren meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak (zoals het Frans). Het werd aangemoedigd de studenten veel in het Frans te laten spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de lessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. Door middel van voorbeelden en plaatjes werd de (Franse) vocabulaire aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd aangeboden door de studenten om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw ebde weg, deels onder invloed van de crises en oorlogen, om in de jaren 60 weer een andere vorm te krijgen.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier van leren is, is het belangrijkste voordeel van de Directe Methode. Spreken en luisteren worden ruimschoots behandeld, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid kunnen ontwikkelen. Aan de leermethode kleven echter ook nadelen. Deze methode besteedt nauwelijks aandacht aan de schrijfvaardigheid (Frans) en ook relatief minder aandacht aan lezen in de doeltaal. Voor de meer gevorderde studenten Frans, heeft deze methode onvoldoende uitdagingen te bieden. Voor minder snel lerende studenten is de Directe Methode eveneens niet heel geschikt, omdat deze leermethode is gebaseerd op een dynamische inzet van de kant van de studenten.
Bedacht door wie en wanneer
In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Om die reden wil Manesca niet met abstracte lijstjes en regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de vroegst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep lerenden en een taaltrainer Frans, die slechts één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De lerenden herhalen daarna één voor één het Franse woord en deze beweging. Deze herhaling helpt de studenten deze Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap vormen de woorden zinnen en variaties op de Franse zinnen. In een latere fase wordt met leesteksten de Franse spelling aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds een aantal jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat ook wel als de Ollendorff-methode bekend.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na de publicatie van zijn leermethode. Het werk van Jean Manesca is door anderen opgepakt en aangepast, onder wie Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog steeds actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs toegepast.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger door de lerende wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het veelvuldige herhalen. Het feit dat dit wat saai wordt om steeds dezelfde Franse woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan een keerzijde zijn.
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van stilte en gebaren wordt door de taaldocenten Frans gebruikt om de aandacht van de lerende te trekken, reacties los te krijgen en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Aan de uitspraak (Frans) van de te leren taal wordt veel tijd besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong een wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een manier die efficiënt voor de energievoorraad van de studenten was. Hij kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen iets uit het hoofd te leren. Hij betoogde dat de taaldocenten niet zozeer naar het overbrengen van kennis dienen te streven, maar het bewustzijn dienen aan te boren, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te kunnen leren.
The Silent Way van Gattegno hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokjes (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel wordt gebruikt, zijn Caleb Gattegno’s ideeën wel van betekenis geweest, vooral bij het leren van de uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de benadering van Gattegno is dat zijn aanpak niet-bedreigend is voor de student, die immers gezien wordt als autonoom. In principe is de taaltrainer Frans dienstbaar aan de student en niet andersom. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke manier gestimuleerd. De geleerde stof wordt vaak goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.
Dat sommige studenten intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode beoogt, kan een minpunt van de methode zijn. Een student zou gefrustreerd kunnen raken door de afwezigheid van inbreng van de taaldocent Frans. De beperking van het werken met kleuren en grafieken is dat de nieuwheid er vrij snel af is. Hierdoor verdwijnt het effect.
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPRS is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is natuurlijke taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden studenten blootgesteld aan veel begrijpelijke input. De trainer Frans vertelt een verhaal, waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Doordat deze verhalen eenvoudig te begrijpen zijn, ontspannen de studenten zich. Zo worden Franse woorden en structuren ongemerkt in het langetermijngeheugen opgeslagen. De taaldocent wijst studenten op grammaticale verschijnselen in het Frans, zonder dat studenten taalregels uit het hoofd leren.
De lerenden zullen na een poosje ‘vanzelf’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om samen met een groepje studenten een verhaal op te bouwen. De taaltrainer Frans schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de Franse vertalingen erbij, om vervolgens met de studenten een verhaal te maken. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen in het Frans is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, omdat dit zorgt voor inbreng. Schrijven in het Frans volgt in een latere fase.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPRS een succesvolle manier is om een vreemde taal te leren. Randvoorwaarden zijn er wel: de trainer moet goed getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een plezierige methode en het is relatief gemakkelijk om de focus te behouden. Zelf een verhaal maken, werkt zeer motiverend voor lerenden.
Dat TPRS veel voorbereiding van de traineren vraagt, is een nadeel.
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-methode is vernoemd naar de zogenaamde de Steen van Rosetta, een steen met een tweetalige tekst die in Egypte is ontdekt, met behulp waarvan uiteindelijk de hiërogliefen ontcijferd zijn. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taalcursussen aanbiedt. De eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht in het jaar 1996.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone worden aangeboden in meer dan dertig talen en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve methode, die de manier imiteert waarop een kind zijn of haar moedertaal leert. Dat houdt in ‘leren door onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te spreken. De Rosetta Stone-methode gebruikt hiervoor stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Frans) en foto’s voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe woorden in de doeltaal (het Frans). Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma dat de Franse uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. Dit maakt het mogelijk voor een lerende om zijn of haar uitspraak met die van een moedertaalspreker Frans (native speaker) te vergelijken. Uitspraakverbetering kan worden bereikt door de voorbeeldspreker iets langzamer te laten spreken en daarna veel na te zeggen.
De methode biedt dictee-oefeningen voor de schrijfvaardigheid Frans. De software controleert de Franse grammatica en de spelling en geeft fouten aan, waarbij mogelijkheid is om deze fouten van de student te corrigeren.
Het programma van Rosetta Stone biedt eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
Wereldwijd wordt de methode van Rosetta Stone veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In ons land wordt de Rosetta Stone-methode gebruikt door enkele ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten en eveneens door sommige internationale bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is zeer makkelijk in gebruik en de methode kan door studenten worden gebruikt op ieder moment. De studenten kunnen zelf bepalen welke onderdelen wat meer of minder aandacht kunnen gebruiken. Veel lerenden ervaren het als prettig om de methode van Rosetta Stone te gebruiken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de methode voor scholen een oplossing zijn. Een nadeel kan zijn dat geen taaltrainer beschikbaar is die lerenden kan motiveren of wat extra’s kan bieden.
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. Zijn eerste taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur in het jaar 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een computerprogramma om een nieuwe taal (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursussen bestaan uit zinnen en dialogen in de doeltaal die nagesproken worden en worden herhaald. De Franse voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursussen zijn op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. Elke les van de cursus omvat een halfuur audio-opname met nieuwe woordenschat en taalstructuren. De grammaticale structuren van het Frans worden niet apart uitgelegd maar aangeboden via uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.
Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin geleerde informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is geïntegreerd in de Pimsleur cursussen.
Populariteit
Onder meer Amerikanen gebruiken de taalcursussen van Pimsleur en de ervaringen variëren. In het algemeen zijn de studenten tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Doordat de insprekers van de zinnen allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Frans spreken, werkt de methode van Pimsleur heel goed als uitspraakverbeteraar.
Een nadeel van de leermethodiek van Pimsleur is dat niets wordt uitgelegd. De studenten leren geen bouwstenen om zelf Franse zinnen te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die ingeprent worden.
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn methode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Michel Thomas’ uitgangspunt was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De taalcursussen zijn audiolessen (Frans), door twee acteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is bij Michel Thomas een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de acteurs gesteld wordt, is het idee dat de gebruikers op pauze klikken en zelf antwoord geven op de vraag. Er is geen huiswerkstudenten hoeven niet uit het hoofd te leren. Bij de methode wordt de les in kleine stapjes opgebouwd en Franse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Franse lesstof die al bekend is. De uitleg wordt steeds in het Engels gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden tussen de Engelse taal en het Frans gewezen, als deze verbanden er zijn. Grammaticale uitleg wordt eveneens gegeven. Eerst wordt makkelijke stof aangeleerd, moeilijkere stof volgt pas nadat de studenten Frans de makkelijke stof hebben begrepen en geleerd. Naast Franse woorden en zinnen in de doeltaal worden ook bouwstenen geleerd waarmee de lerende zelf zinnen kan maken. Ook maakt de methodiek gebruik van flashcards waarmee gebruikers zelf hun vocabulaire Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel studenten vinden de cursus fijn om mee te werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuren van het Frans. De mensen die al wat verder zijn met de taal, ervaren de cursussen soms als wat minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen trainen uitspraak en luistervaardigheid Frans op een efficiënte manier en de cursussen zijn erg toegankelijk. Dat de taalcursus Frans niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een nadeel. Een daadwerkelijke interactie is er ook niet, omdat de methode van Michel Thomas audiocursussen zijn.
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat door Alphonse Chérel is opgericht in het jaar 1929. Dit bedrijf maakt taalcursussen en publiceert deze. Het eerste boek van Assimil was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent ‘opgaan in de andere groep, mengen met’, wat voor een taalcursus (zoals Frans) vrij hooggegrepen was. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek Frans, audio-CD’s alsook een USB-stick. De cursist besteedt ruwweg twintig minuten per dag aan de cursus.
De lessen bestaan uit verschillende Franse dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De Franse vertaling staat naast de dialoog, samen met uitleg van de grammatica. Om de uitspraak van het Frans te trainen, maakt Assimil gebruik van zinnen die door native (moedertaal) speakers zijn ingesproken en die de cursisten dienen te herhalen. De opbouw verloopt van receptief naar productief: in de eerste les wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer 50 taallessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij populair. Ze zijn relatief voordelig en het aanbod aan verschillende talen is groot.
Voor- en nadelen van Assimil
Het voordeel van de Assimil-methode is dat de lerenden in hun eigen tempo kunnen leren op het moment dat dit het beste past. De keerzijde hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de lerende aan zichzelf is overgeleverd. Er is geen trainer Frans beschikbaar om de student te begeleiden of te motiveren.
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd de audiolinguale methode soms de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan beschouwd worden als een reactie op de grammatica-vertaalmethode. Nieuw was dat de taallessen volledig in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is vrijwel foutloos Frans leren verstaan en spreken; dit begint met een Franssprekende na kunnen spreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt gewerkt met driloefeningen om Franse zinnen alsook structuren te leren beheersen, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltrainers Frans kunnen zo een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen en vervolgens een extra Frans woord toevoegen. Er wordt vaak in de zogeheten talenpractica gewerkt, waar lerenden een koptelefoon op hebben en zinnen beluisteren en nazeggen. Geschreven Frans wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Frans al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe Franse woorden te introduceren.
Populariteit
In Nederland werd de methode pas geïntroduceerd omstreeks 1970 toen de Mammoetwet inging. Al gauw waren er grote bezwaren tegen de betekenisloze driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al gauw in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Frans) niet om het memoriseren van de (Franse) grammaticaregels gaat, maar om het te gebruiken. Luistervaardigheid (Frans), die vóór 1970 voor de meeste taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor beginnende studenten Frans effectief. De juiste uitspraak Frans wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor een efficiënte en snelle overdracht van taalkennis bieden. Deze methode kan ook bij grotere groepen toegepast worden.
Tegelijkertijd is deze docentgestuurde kant een nadeel; eigen inbreng wordt niet van de lerenden verlangd, waardoor het risico dreigt van passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik Frans.
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) op een zodanige manier wijze te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt aan de hand van zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die herhaald worden na verloop van tijd. Deze Franse woorden en zinnen op de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerende. Al deze woorden en/of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar dit eigenlijk gaat vanzelf door de blootstelling. De woordenlijst wordt steeds veranderd; Franse woorden die zijn geleerd, worden van de lijst gehaald. Die Franse woorden die nog altijd problemen geven, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de zinnen en woorden spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten worden opgeslagen, maar geheugenwetenschappers betwijfelen dit. In het algemeen wordt kennis opgeslagen wanneer deze kennis ook betekenisvol en relevant is voor de student. Deze GoldList-methode kan goed functioneren voor Franse woorden die relevant en van betekenis zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor lerenden die bij bijvoorbeeld Post-its® baat hebben als geheugensteuntje kan deze GoldList Method goed functioneren. Doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven meewerkt en aangesproken wordt, werkt het met de hand schrijven beter dan typen of, zelfs tamelijk zinloos: een foto maken. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen zijn uiteraard veel meer dan een reeks losse woorden of zinnen. De GoldList-methode is daarnaast bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven woordenlijsten moeten worden aangelegd.
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Frans). De leermethode probeert het Frans aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Op deze manier leert men onbewust ook de taalregels van het Frans. Hiervoor wordt alleen het Frans gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een leeromgeving zonder stress is het streven van de leermethode. De studenten worden blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de Natural Approach wordt de taalproductie Frans niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en minder op expliciete Frans grammatica en het corrigeren van vormfouten.
De leermethode werkt het meest effectief als de lerenden in het Frans worden ondergedompeld. Om ervoor te zorgen dat de student plezier van de ervaring heeft, dienen de activiteiten die in het Frans worden aangeboden, stimulerend te zijn.
De Natural Method lijkt erg op de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer de focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak bewezen dat onderdompeling zeer effectief is. De natuurlijke aanpak is een populaire methode van lesgeven onder taaldocenten Frans, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor lerenden. Er kleven eveneens nadelen aan de Natural Method. De methode is voornamelijk gericht op het impliciet leren van de Franse grammatica. De studenten zouden inderdaad leren in het Frans te communiceren, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier Frans te leren. Studenten krijgen de mogelijkheid voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.
Doordat er bijna geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een bepaald Frans examen voor.
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 ontwikkeld door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren die als doel heeft om studenten met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans) vertrouwd te maken. Volgens de Structurele Aanpak levert het beheersen van deze structuren meer op dan het verwerven van woordenschat Frans. Bij de methode gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van vaste Franse woordcombinaties en woordgroepen in de juiste woordvolgorde. De vaste combinaties van woorden worden in betekenisvolle situaties met behulp van visualisaties, dramatiseringen, gezichtsuitdrukkingen en handelingen aan de lerenden aangedragen. Bij de leermethodiek worden de structuren die in de praktijk het meest gebruikt worden, als eerste aangeboden. Mondelinge vaardigheden Frans (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hierbij als eerste gebruikt; leesvaardigheden en schrijfvaardigheden volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Frans (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Dat de studenten het Frans op een accurate wijze geleerd wordt, is de sterke kant van een structurele aanpak. De student krijgt inzicht in de Franse grammatica leert eveneens in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet geschikt zijn. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt alledaagse taal. Aan de methode van de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De manier van werken is tamelijk tijdrovend en biedt niet onmiddellijk een succeservaring. De eigen inbreng van de student is behoorlijk beperkt; het is niet echt creatief.
Bedacht door wie en wanneer
Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een taal legde. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie het uiteindelijke doel is bij het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
De studenten leren middels CLT-technieken het Frans in praktijk te brengen door de interactie onderling en de taaltrainer Frans. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in het Frans of ander materiaal uit het dagelijks leven of de werksituatie. De Franse taal wordt zowel tijdens als buiten de les om gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en docenten Frans dragen onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in allerlei soorten situaties uit de praktijk te oefenen. De Franse grammatica leren studenten inductief, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT zijn taaldocenten Frans echt trainers, die de lerenden helpen om in het Frans te communiceren.
Populariteit
De CLT werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes bleken. Door de verdere eenwording van Europa kwam meer behoefte om talen te leren door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Communicatief taalonderwijs kent veel sterke aspecten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is efficiënt. Voor de studenten is het stimulerend omdat zij gauw succeservaringen hebben. Fouten maken mag; de vaardigheid van de lerende wordt al doende geleerd en verbeterd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De planning en de voorbereiding vragen veel tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van lerenden. Deze manier van een taal leren, is voor sommige studenten lastig of ongebruikelijk, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. CLT draait om het trainen van taalvaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en CLT biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Men leerde om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd op een andere wijze gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Meidinger ontwikkelde een methode waarin de grammatica in het middelpunt stond rond het jaar 1783. Meidinger wordt als de grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM) beschouwd.
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Onderwijs in Latijn was vanzelfsprekend gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en was geheel gericht op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Frans). Dat werd destijds beschouwd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) uit waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docent draagt de kennis Frans over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al sinds halverwege de negentiende eeuw was ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, is de grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzicht in de structuur van het Frans, omdat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De methode kent echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren weinig mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in groepsverband geeft deze methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de studentenn. Lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Bedacht door wie en wanneer
De leermethode ‘Onderdompeling’ (In het Engels: language immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd toegepast, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een vak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les gaven aan welgestelde vrouwen uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling behelst dat degenen die de taal (zoals het Frans) leren, direct vanaf het begin is omgeven door de nieuwe taal. Alle instructies vinden in de doeltaal (Frans) plaats; in het begin langzaam en met veel herhalingen en later op een meer natuurlijke manier. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Frans te spreken. De methode werkt met simulaties en rollenspellen. De leeromgeving op scholen die met onderdompeling werken, wordt vaak ingericht in de stijl van het land van de Franse taal om een situatie te creëren alsof lerenden in Frankrijk zijn. Studenten oefenen het Frans spreken één-op-één of in kleine groepen. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar Frankrijk te reizen en daar in een gastgezin te verblijven.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een heel goede methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Frans kan uitstekend worden ontwikkeld met de methode van onderdompeling.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaten wordt bereikt, omdat de leermethode behoorlijk intensief is. Omdat de lerende wordt erdoor omgeven, is de leermethode een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet echt in het Frans gaan communiceren. De student is feitelijk 24 uur per dag Frans aan het leren. Het samen oefenen in een groep versterkt de sociale interactie. Studenten ervaren dit als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een keerzijde. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Een ander nadeel van de methode kan zijn dat een dergelijke training Frans erg intensief is. Niet elke lerende heeft de conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode die is ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Deze methode is door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te leren. Daarvoor zijn een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de trainer (Frans) en de studenten essentieel. Hiervoor dienen studenten ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was uit den boze om deze situatie te creëren. Tijdens de lessen zaten studenten in comfortabele stoelen die in een halve cirkel geplaatst werden en er was altijd achtergrondmuziek in de klas. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek afgespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er bestonden woordenlijsten bij deze teksten en opmerkingen over de (Franse) grammatica. Dit voorlezen gebeurde met gebaren en veel expressies in stem. Studenten werden zo overgehaald om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren voor studenten, konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. Tijdens de lessen was er veel aandacht voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Frankrijk). In de klas werden rollenspellen gespeeld en ook (Franse) streekgerechten werden in de klas bereid en gegeten.
Populariteit
De leerleermethode Suggestopedia was enigszins omstreden en is niet erg bekend meer. Sommige elementen bijvoorbeeld het gebruikmaken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie creëert een ontspannen en veilige sfeer, waardoor de student geen hinder van faalangst of frustratie zal hebben. Voor een immigrant kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de leermethode is dat de student gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situatie en actief mee te doen, wat voor sommige mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor bepaalde studenten een keerzijde, want niet iedereen is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Een ander zwak punt is dat de relatie docent-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse docent en de studenten zijn altijd de ontvangende partij.
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) of afgekort CLL geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een taal te verwerven waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze CLL methode is gestoeld op de counseling-benadering waarbij de docent als counselor optreedt die de zinnen van de lerende omschrijft. De lerenden starten een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal (Frans) nog niet voldoende machtig, dan spreken de studenten in hun moedertaal. De docent (Frans) vertaalt en geeft uitleg. Hierna herhalen de lerenden de uitingen van de docent zo nauwkeurig mogelijk. Dit gesprek in het Frans wordt opgenomen om opnieuw te kunnen beluisteren.
De CLL bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de wisselwerking tussen de studenten onderling als middel om te leren. Het zijn de studenten zelf die het lesmateriaal bepalen middels zinvolle gesprekken. Een leerboek Frans wordt niet gebruikt.
Populariteit
Het slagen van CLL is sterk afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. De taaldocent dient sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig onderlegd te zijn. De docent dient zowel het Frans als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Deze methode kan prima werken als deze op de juiste wijze toegepast wordt. CLL is niet bruikbaar voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
CLL biedt studenten een hoge mate van autonomie. Studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak nuttig. De groep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de les Frans, maar ook buiten de les. Door deze methode worden studenten zich veel bewuster van hun groepsgenoten, hun sterke en zwakke punten en ze leren om als team samen te werken. Studenten leren vaak veel van het bespreken van de foutjes en het evalueren van de les Frans. Zulke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Het kan een keerzijde zijn dat de trainer niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Bij deze methode wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de lessen is daardoor moeilijk te meten. Een aantal studenten wordt geremd in hun Frans spreken wanneer zij worden opgenomen.
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Franse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen bestaan. Lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans neemt in deze benadering een grotere plaats in dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar eveneens aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Voor het zelf ontdekken van de Franse taal door de studenten is veel ruimte.
De rol van de docent Frans is voor voldoende input te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de lerende.
Populariteit
In de laatste dertig jaar zijn onder invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis de leerboeken duidelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat die in chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Lewis streefde; de ingrijpende verandering in de wijze waarop taal wordt onderwezen, bleef echter uit.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren om op een heel natuurlijke wijze de Franse taal te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is een minpunt van deze methode van de methode. Sommige studenten hebben meer aan een taaltrainer Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator omdat ze meer moeite hebben om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen.
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Franse taaldocent François Gouin in 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en niet veel kennis van grammatica vereisen. Op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden, leren studenten zinnen. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, beroep en wetenschap, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het is een soort eentalige leermethode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’. Hierdoor gaan studenten al gauw in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Frans) denken.
Populariteit
Gouin’s principes over taal waren zeer vooruitstrevend. Alhoewel het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van François Gouin enige tijd een succes. De methode van Gouin werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Berlitz.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van François Gouin ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Frans van de lerende en zorgt voor het creëren van een sfeer die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
Gouin’s methode biedt levendig taalonderwijs. Dit soort onderwijs Frans wekt het enthousiasme bij de studenten op doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een taal leren wordt tastbaar; dit was totaal nieuw. Het maakt de studenten Frans nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, de prestatiedruk te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve vaardigheid Frans van de lerende wordt sterk gestimuleerd met de Gouin’s methode.
De seriemethode van Gouin heeft echter als nadeel dat taal die wat subjectiever of abstracter wordt, lastig met bewegingen en expressies in één concrete ervaring kan worden gevangen. De bewerkelijkheid voor de docent, die per slot van rekening een scala aan reeksen voor moet bereiden, is een bijkomend minpunt. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog veelal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie achter de methode is dat het verwerven van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te voeren. De lerenden krijgen motiverende taken aangeboden, waarvoor kennis van de (Franse) taal vereist is. Om deze taken goed uit te voeren, is het nodig dat zij over taalregels en woordenschat beschikken. De taken zijn alledaagse taken, zoals een boodschap doen, e-mails schrijven, bellen met de klantenservice, een drankje bestellen of een krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. De studenten moeten samenwerken om de opdrachten uit te kunnen voeren. De taken moeten iets boven het niveau van de student Frans liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij studenten (met name studenten in een achterstandspositie) te verbeteren in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het is een activerende werkvorm, waarbij de lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Frans) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, mits de opdracht goed bij de lerenden aansluit. Studenten komen op een natuurlijke, alledaagse manier in contact met het Frans en leren zo authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren bovendien om met andere studenten Frans samen te werken. De lerenden ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.
Als nadeel kan worden gezien dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor studenten die niet zeer nauwkeurig leren.
Bedacht door wie en wanneer
De Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst Scott Thornbury ontwikkelde in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching was ‘Dogme 95’; de beweging van een aantal Deense filmmakers onder wie de filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. De deelnemers confirmeren zich aan tien strikte regels (tien dogma’s) voor het filmmaken die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) vormen. Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van de Dogme-methode is het aangaan van echte gesprekken die over praktische zaken gaan. Hierbij gaat het om communicatie als drijvende kracht van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). Daarom is de methode een communicatieve benadering van het onderwijs, die taalonderwijs zonder lesboeken wil bieden of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan focust op het communiceren tussen de studenten en de docent. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net zoals de Dogme-beweging in de film, tien uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Onderzoek naar het succes van Dogme is beperkt, maar Thornbury stelt dat de parallellen met het taakgericht leren van een taal (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er nauwelijks voorbereiding nodig is, is een pluspunt voor docenten Frans. Dat lerenden verantwoordelijk zijn voor hun eigen leerproces, kan erg motiverend werken. Op deze manier is de taalles Frans niet voorspelbaar. Dit zorgt ervoor dat de communicatie spontaan is en de verveling krijgt geen kans. Tijdens een taalles volgens de Dogme-methode is bijna elk item bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat studenten betrokken en alert blijven.
Studenten kunnen zich daarentegen wel iets minder op hun gemak voelen als ze zo weinig door de docent begeleid worden. Voor dit type van onderwijs zijn ook niet alle taaltrainers Frans voldoende flexibel. Dat de lerenden zich vaak op een bepaald examen Frans moeten voorbereiden en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde stof aan bod komt tijdens de les, kan een bijkomend minpunt van de methode vormen.
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een vreemde taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van de leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom hanteert GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA heeft gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit Frankrijk. Begrip gaat voor productiviteit. De nadruk ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode zogenaamde van de zogenaamde leermethode is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase duurt om en nabij 150 uur en de deelnemers beginnen nu ook Frans te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 beginnen deelnemers zich te richten op het taalgebruik van moedertaalsprekers Frans door middel van films, televisie of nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans.
Populariteit
De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes ervan. Deelnemende studenten zijn vrij enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een goede doorkijk op het proces van de taalverwerving Frans geboden. Deze zes fasen van de leermethode bieden een duidelijk tijdspad en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een nadeel van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die bereid is om veel tijd te investeren.
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is in de vroege jaren 2000 bedacht door de Amerikaanse polyglot en taalkundige Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken om de intonatie (Frans) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek is eenvoudig: de studenten luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen wat zij horen. Bij de methode is het niet belangrijk om de Franse tekst al te begrijpen; het gaat in eerste instantie om de klanken van de te leren taal. Luisteren en herhalen wordt net zo veel geoefend tot dit heel gemakkelijk gaat en de student simultaan Frans kan spreken met de audio-opname. De lerenden gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben gezegd. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende teksten, zijn veel leerboeken voor deze techniek geschikt. Het niveau van de Franse audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de lerende te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Alexander Argüelles raadt aan om te lopen tijdens het spreken, het liefst buiten, en niet te zitten, doordat beweging de opname van de nieuwe taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Een bijkomende reden is dat de student minder gauw afgeleid wordt als hij of zij in beweging is, waardoor het werken aan het Frans veel effectiever wordt.
De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij Shadowing is ook simultaan spreken anders.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar de techniek van Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de Franse taal wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek kan worden toegepast in een groep van lerenden, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief aan de methodiek leren is. Het rendement is hoog.
Het nadeel van deze techniek is dat de lerende het wellicht een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De teksten kiezen is dus heel belangrijk.
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die op het idee gebaseerd is dat mensen door middel van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven voortdurend taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat verbaal reageren in een later stadium. De luistervaardigheden Frans vormen dus de basis, daarna volgen de spreekvaardigheden.
De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De trainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerende doet deze opdrachten na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of deels gewijzigd.
TPR® appelleert aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Op deze manier kost het minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel op de basisschool bij Engelse les. Maar eveneens middelbare scholieren of volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. TPR® is in principe geschikt voor alle doelgroepen, ongeacht achtergrond en leeftijd en de methode kan eveneens toegepast worden in grotere klassen. Het verworven Frans wordt direct in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen.
Het nadeel van TPR® is dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker taalniveau werkt en daarnaast nog een andere methodiek (ter aanvulling) nodig is. Ook is de leermethodiek niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om gevoelens, ideeën en meningen in het Frans te uiten.
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) bedacht de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd, eind jaren 80 van de negentiende eeuw. De Directe Methode is als tegenreactie op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging omstreeks 1900 met nieuwe visies over talen leren dat inductief en zelfontdekkend diende te zijn. Deze Reformbeweging ging overigens niet alleen over het leren van talen, maar eveneens over voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Men streefde, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en bevrijding van het keurslijf. In het taalonderwijs kwam veel aandacht voor de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica vooral inductief werd onderwezen, met behulp van voorbeeldzinnen. Door de lerenden moesten de taalregels hieruit worden afgeleid. Er waren meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak (zoals het Frans). Het werd aangemoedigd de studenten veel in het Frans te laten spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de lessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. Door middel van voorbeelden en plaatjes werd de (Franse) vocabulaire aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd aangeboden door de studenten om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw ebde weg, deels onder invloed van de crises en oorlogen, om in de jaren 60 weer een andere vorm te krijgen.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier van leren is, is het belangrijkste voordeel van de Directe Methode. Spreken en luisteren worden ruimschoots behandeld, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid kunnen ontwikkelen. Aan de leermethode kleven echter ook nadelen. Deze methode besteedt nauwelijks aandacht aan de schrijfvaardigheid (Frans) en ook relatief minder aandacht aan lezen in de doeltaal. Voor de meer gevorderde studenten Frans, heeft deze methode onvoldoende uitdagingen te bieden. Voor minder snel lerende studenten is de Directe Methode eveneens niet heel geschikt, omdat deze leermethode is gebaseerd op een dynamische inzet van de kant van de studenten.
Bedacht door wie en wanneer
In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Om die reden wil Manesca niet met abstracte lijstjes en regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de vroegst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep lerenden en een taaltrainer Frans, die slechts één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De lerenden herhalen daarna één voor één het Franse woord en deze beweging. Deze herhaling helpt de studenten deze Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap vormen de woorden zinnen en variaties op de Franse zinnen. In een latere fase wordt met leesteksten de Franse spelling aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds een aantal jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat ook wel als de Ollendorff-methode bekend.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na de publicatie van zijn leermethode. Het werk van Jean Manesca is door anderen opgepakt en aangepast, onder wie Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog steeds actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs toegepast.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger door de lerende wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het veelvuldige herhalen. Het feit dat dit wat saai wordt om steeds dezelfde Franse woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan een keerzijde zijn.
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van stilte en gebaren wordt door de taaldocenten Frans gebruikt om de aandacht van de lerende te trekken, reacties los te krijgen en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Aan de uitspraak (Frans) van de te leren taal wordt veel tijd besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong een wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een manier die efficiënt voor de energievoorraad van de studenten was. Hij kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen iets uit het hoofd te leren. Hij betoogde dat de taaldocenten niet zozeer naar het overbrengen van kennis dienen te streven, maar het bewustzijn dienen aan te boren, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te kunnen leren.
The Silent Way van Gattegno hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokjes (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel wordt gebruikt, zijn Caleb Gattegno’s ideeën wel van betekenis geweest, vooral bij het leren van de uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de benadering van Gattegno is dat zijn aanpak niet-bedreigend is voor de student, die immers gezien wordt als autonoom. In principe is de taaltrainer Frans dienstbaar aan de student en niet andersom. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke manier gestimuleerd. De geleerde stof wordt vaak goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.
Dat sommige studenten intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode beoogt, kan een minpunt van de methode zijn. Een student zou gefrustreerd kunnen raken door de afwezigheid van inbreng van de taaldocent Frans. De beperking van het werken met kleuren en grafieken is dat de nieuwheid er vrij snel af is. Hierdoor verdwijnt het effect.
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPRS is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is natuurlijke taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden studenten blootgesteld aan veel begrijpelijke input. De trainer Frans vertelt een verhaal, waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Doordat deze verhalen eenvoudig te begrijpen zijn, ontspannen de studenten zich. Zo worden Franse woorden en structuren ongemerkt in het langetermijngeheugen opgeslagen. De taaldocent wijst studenten op grammaticale verschijnselen in het Frans, zonder dat studenten taalregels uit het hoofd leren.
De lerenden zullen na een poosje ‘vanzelf’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om samen met een groepje studenten een verhaal op te bouwen. De taaltrainer Frans schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de Franse vertalingen erbij, om vervolgens met de studenten een verhaal te maken. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen in het Frans is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, omdat dit zorgt voor inbreng. Schrijven in het Frans volgt in een latere fase.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPRS een succesvolle manier is om een vreemde taal te leren. Randvoorwaarden zijn er wel: de trainer moet goed getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een plezierige methode en het is relatief gemakkelijk om de focus te behouden. Zelf een verhaal maken, werkt zeer motiverend voor lerenden.
Dat TPRS veel voorbereiding van de traineren vraagt, is een nadeel.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)cursussen die online gevolgd kunnen worden, dus op afstand. Het wordt ook wel een virtual classroom oftewel een ‘digitaal leslokaal’ genoemd.
Bij de zogenaamde trainingsvorm van blended learning worden face-to-face-sessies (klassikale sessies) gecombineerd met online leren in een online leeromgeving.
Simpel gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Hoogeveen.
Enkele voorbeelden van digitale platformen die voor online communiceren en leren kunnen worden gebruikt, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Het voordeel van blended learning ten opzichte van online leren is dat, indien het niet om 1-op-1 les gaat, cursisten bij blended learning met afwisseling wel een zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren; dat wil zeggen persoonlijke interactie; motivatie van en gesprekken met andere cursisten.
100% maatwerk – ook online!
Vanzelfsprekend biedt Dagnall Talen ook blended learning in Hoogeveen op maat.
Online leerplatform Dagnall biedt een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Het platform Dagnall.online biedt interactieve en gevarieerde content en vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
Naast het online leerplatform biedt Dagnall Talen eveneens een eigen App voor zowel Android- als Apple-apparaten. Het gunstige aspect van de Dagnall App is dat lerenden altijd en overal, dus 24/7, toegang hebben op ieder (mobiel) apparaat. Zowel op het werk maar ook thuis of onderweg, bijvoorbeeld op reis in het buitenland. Cursisten kunnen dus Frans leren wanneer en waar het hen schikt. De inhoud van de oefeningen in de App worden afgestemd op de behoefte van uw bedrijf of organisatie zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Wij kunnen bijvoorbeeld woordenlijsten, speciek jargon, technische termen, juridische termen en productnamen in de App integreren. De Dagnall App kan dus zeer praktijkgericht worden gebruikt en de App blijft ook beschikbaar na afronding van de training Frans in Hoogeveen.
Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
E-mailcorrespondentie, telefoongesprekken, vergaderingen of onderhandelingen met Franstalige zakenpartners of klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk zijn vaak een uitdaging op het gebied van taal.
Mensen die meerdere talen spreken, zijn derhalve vaak onmisbaar in veel bedrijven en organisaties.
Dagnall Talen leert u door middel van professionele online & blended taalcursussen in het Frans te communiceren. Als u internationaal meertalig succesvol wilt zijn, leer dan om uw Franstalige gesprekspartners te begrijpen en zorg dat u ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheden Frans verbeteren voor een toekomstige of huidige functie? Onze taaltrainingen bieden beroepsgerichte training. Al onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en eveneens beschikbaar als onlinecursussen & blended taalcursussen. Onlinecursussen en blended taalcursussen Frans zijn even doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en bovendien nog eens comfortabel.
Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kan overal gevolgd worden; thuis, op kantoor, op (zaken)reis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Voor zakelijke en technische taalcursussen online werkt Dagnall Talen met onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Teams of een ander onlineplatform naar uw keuze. Zoom wordt over het algemeen als het meest gebruiksvriendelijk gezien en biedt interactie en variatie.
Alleen het volgende hebt u nodig voor cursussen in een virtuele classroom:
- Een pc, laptop of tablet met een camera en een microfoon
- Een internetverbinding
- Een rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Dagnall Taleninstituut is gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm bevat strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn om de klanttevredenheid te verhogen. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van de ISO 9001:2015 norm.
Dagnall Taleninstituut is eveneens gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 17100:2015 norm. De ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor vertaaldiensten en stelt onder meer eisen aan mensen, middelen, projectmanagement, vertalers alsook proeflezers.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers (natives) wordt gewerkt die over de benodigde kennis en ervaring beschikken. Daarnaast worden de vertalingen van Dagnall Talen altijd minimaal twee keer door twee specialisten/proeflezers proefgelezen. De vertalingen worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties. Jaarlijks wordt Dagnall Talen door Kiwa getoetst om te controleren of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
Voor de NRTO staat kwaliteit voorop. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de NRTO-leden worden geleverd, bijvoorbeeld een cursus Frans in Hoogeveen, wordt geborgd door een gedragscode, door verschillende convenanten en door het NRTO-keurmerk.
Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Talen onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Het CRKBO-register is een register dat wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland.
Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een onafhankelijk, door de overheid erkend keuringsinstituut en heeft onder meer als doel het beoordelen en classificeren van organisaties.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
De naam ‘Frankrijk’ betekent het ‘Rijk van de Franken’. De Franken waren een Germaanse stam die Noord-Europa na de val van het Romeinse Rijk veroverde.
Wie aan Frankrijk denkt, denkt aan chansons, de Eiffeltoren, wijn, kaasjes, knoflook, stokbrood (sinds 2022 Unesco Werelderfgoed), champagne, de Ronde van Frankrijk (Tour de France) en lavendelvelden waarlangs een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor velen roept Frankrijk onmiddellijk een vakantiegevoel op. Ook een echte Fransman is gemakkelijk te herkennen: hij draagt een wit overhemd en een baret of T-shirt met een Bretonse streep. En hij rijdt uiteraard in een Franse auto! Van oudsher was de Citroën DS het meest geliefd, die liefkozend ‘de godin’ (La Déesse) wordt genoemd. In Nederland en Vlaanderen is dit model wat simplistischer bekend als het ‘strijkijzer’ of de ‘snoek’.
De munteenheid van Frankrijk is sinds 2002 de euro. Hieronder ziet u een foto van de voorkant en de achterkant van de Franse euromunt.
Hieronder ziet u het logo van de Franse Centrale Bank BdF (Banque de France) die gebruikmaakt van het zogenaamde ‘Eurosystem’.
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux.
De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr.
Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Ten opzichte van de Nederlandse taal heeft de Franse taal een heel andere manier van uitspreken. Eén van de kenmerkende verschillen met de Nederlandse taal is dat de woorden aan elkaar worden geplakt in de Franse taal, waardoor niet te horen is waar een woord ophoudt en het volgende woord begint. Dit heet liaison; ‘verbinding’. Het gebeurt met name bij woorden die op ‘s’ eindigen en gevolgd worden door een klinker of stomme ‘h’. Zo hoor je ‘lezzamie’ in plaats van les amis (de vrienden).
Een ander verschil is dat Fransen eindletters vaak niet uitspreken. Parle en parlent klinken hierdoor bijvoorbeeld hetzelfde. Verder klinken bijna alle alle klinkers verschillend in het Frans. Doordat er veel Franse woorden in het Nederlands voorkomen, komt de Franse uitspraak ons bekend voor: toilet, bureau, portefeuille.
Evenals het Nederlands, gebruikt het Frans het Latijnse alfabet, dat uit 26 letters bestaat.
In het Frans worden in plaats van aanhalingstekens zogenaamde guillemets gebruikt. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd, waarmee citaten wordt geopend en gesloten.
De term ‘guillemet’ komt van de Fransman Guillaume Le Bé (1525-1598). Le Bé was lettermaker en bedenker van het ‘guillemet’-teken. Tussen de guillemets en de tekst komen in het Frans spaties. Ook andere leestekens krijgen in het Frans eerst een spatie: « Venez ! », Elle criait :
In het Frans heten ze des mots de remplissage; stopwoordjes of opvulwoorden. Ook het Frans zit er vol mee. Woordjes of woordcombinaties die iemand gebruikt om even te pauzeren maar toch de aandacht vast te kunnen houden.
In het Frans hoor je vaak aan het eind van een zin het stopwoord: hein? wat ruwweg klinkt als het woordje ‘hè’ in het Nederlands.
Sterker nog: het Nederlandse woordje ‘hè?’ komt waarschijnlijk uit de Franse taal. Dit woordje hein vraagt om instemming van de luisteraar(s), ongeveer als: “Vind je ook niet?”
In de Franse taal hoor je ook vaak quoi? (wat?) aan het einde van een zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” In het midden van een Franse zin hoor je vaak tu vois (‘zie je’), “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr.
U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
Het radiostation FIP is het meest bekende publieke radiostation in Frankrijk.
Klik op het linker beeldscherm hierboven met het logo en luister direct live naar deze Franstalige radiozender.
De radiozender NRJ is de meest beluisterde Franse commerciële radiozender. Als u op het beeldscherm rechtsboven met het logo klikt, kunt u direct live naar deze Franse commerciële radiozender luisteren.
Uw favoriete serie of programma in het Frans of met Franse ondertiteling kijken, is eerst misschien even wennen, maar al gauw zult u ontdekken dat dit erg leerzaam en leuk is.
France tv is de publieke Franse televisieomroep.
De omroep TF1 is de meest bekende Franse commerciële televisieomroep.
Deze Franstalige stations kunnen middels de internet, kabel, satelliet of een app worden bekeken.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
De partnerstad van Hoogeveen is Martin in Slowakije.
Onder de gemeente Hoogeveen vallen eveneens Elim, Fluitenberg, Hollandscheveld, Nieuweroord,
Nieuwlande, Nijstad, Noordscheschut, Pesse, Stuifzand en Tiendeveen.
Niet veel mensen weten dat er een klein vliegveld is in Hoogeveen. Dit vliegveldje heeft Nederlands’s langste start- en landingsbaan van gras.
Het netnummer van Hoogeveen is 0528.
Het postcodegebied van Hoogeveen is 7900 - 7909.
Het adres van het gemeentehuis van Hoogeveen is Raadhuisplein 24, 7901 BW in Hoogeveen.
De website van de gemeente Hoogeveen is Hoogeveen.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Hoogeveen is 14 0528.
Voor Hoogeveense ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Zwolle aan de Govert Flinckstraat 1, 8021 ET in Zwolle. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Hoogeveen is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Hoogeveen is KVK-kantoor Zwolle.
Wilt u uw Franstalige zakenrelatie kennis laten maken met wat lokale cultuur?
Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw Franstalige zakenrelatie, kunt u in Hoogeveen een bezoek brengen aan Kunsthuis Venendal of aan De Verhalenwerf.
Is uw Franstalige zakenrelatie sportief ingesteld? Wellicht is het dan een leuk idee om samen naar een sportwedstrijd te gaan gaan of zelf te voetballen, te tennissen, te padellen of te squashen. Voetbal verbroedert. Misschien is het daarom een goed idee om samen met uw Franse zakenrelatie naar een voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Hoogeveense voetbalclub VV Hoogeveen, HZVV of VV de Weide meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Hoogeveen kunt u terecht bij TC De Weide, bij HLTC Spaarbankbos of bij H.T.C. Hollandscheveldse Tennis Club in Hollandscheveld.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Start vandaag nog met uw reis naar taalbeheersing frans
Taaltrainingen Frans in Hoogeveen van topniveau
Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en is een communicatiebasis die deuren voor u opent - met name op het professionale vlak. Daarom hebben organisaties en bedrijven die in de taalopleiding van hun werknemers investeren, ook een duidelijk voordeel en een voorsprong.
Ons instituut biedt u precies wat u zoekt: effectieve taalcursussen Frans op het hoogste niveau voor professionals en leidinggevenden in en in de buurt van Hoogeveen.
(Betaalbare) taaltraining Frans op maat, omdat uw bedrijf of organisatie welbespraakte werknemers verdient.
Vakgebieden
Van zakelijk en medisch tot technisch - Dagnall is thuis in elke bedrijfstaal.
Verschillende bedrijfstakken kennen een eigen taal en gebruiken eigen terminologie. Geef uw medewerkers een zelfverzekerde uitstraling en duidelijke concurrentievoordelen, door middel van branchespecifieke taalkennis Frans op het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Frans in Hoogeveen aan in een brede waaier van gespecialiseerde vakgebieden.
Goed op weg met Dagnall Talen
De organisatie van uw taaltrainingen Frans in goede handen
Werkgerelateerd & doelgericht Frans leren
Dagnall Talen biedt taalcursussen Frans op maat aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en als langdurige, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online/blended cursussen. Bij Dagnall Talen kan iedereen Frans leren op precies de manier die het meest geschikt is voor hem of haar. Behalve de algemene taalcursussen Frans hebben organisaties met name interesse in werkgerelateerde cursussen zoals schrijfvaardigheid Frans of zakelijk Frans. De taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van de opdrachtgever. Dagnall biedt de mogelijkheid om middels gecertificeerde taaltrainers met zeer goede recensies en beoordelingen Frans te leren in Hoogeveen. Met Dagnall Talen behaalt u doelgericht en snel de door u beoogde resultaten.
Filosofie Dagnall Talen
Onze filosofie is om Frans te leren zonder schroom en met gemak en plezier. Daarom zetten wij alles in het werk om ervoor te zorgen dat cursisten de Franse taal moeiteloos en zonder remmingen kunnen leren.
Frans leren moet leuk zijn en daarom werken wij met methodes die het leren voor cursisten gemakkelijker en prettiger maken.
Met deze methodes wordt uw nieuwsgierigheid opgewekt en uw bereidheid om te leren, ondersteund. Met 15 minuten dagelijks oefenen, brengen we de cursist in grote stappen naar het gewenste niveau.
Dagnall Talen is een partner voor iedereen die Frans wil leren in Hoogeveen.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten
Plan van aanpak Dagnall Taleninstituut
Dagnall stelt in overleg met u als opdrachtgever de wensen en leerdoelen vast. U meldt de cursist(en) aan met hun contactgegevens. Ons taleninstituut verzorgt een intake op locatie of, indien gewenst, online of telefonisch. Na het intakegesprek, waarbij op basis van het ERK (Europees Referentiekader) het huidige en gewenste niveau van de deelnemers wordt bepaald, ontvangt u van ons een cursusvoorstel op maat samen met een passende offerte.
Na akkoord van de offerte stemmen wij de planning van de cursus op uw agenda en situatie af.
Na akkoord van de offerte stemmen wij de planning van de cursus op uw agenda en situatie af.
Na enkele lessen Frans evalueert de trainer de voortgang en de inhoud van de cursus. Indien nodig, kunnen de doelstellingen worden bijgesteld.
Na de laatste les sturen wij u een eindrapport met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers zijn behaald. Tevens ontvangen de deelnemers een certificaat van ons instituut.
Na de laatste les sturen wij u een eindrapport met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers zijn behaald. Tevens ontvangen de deelnemers een certificaat van ons instituut.
[ Lees meer ]
Intake
Planning
Cursus
Certificaat
Betaalbare maatwerkcursussen Frans in Hoogeveen
Dagnall Talen is gestart in 1982 en verzorgt sindsdien taalcursussen Frans op maat zakelijk in Hoogeveen en omstreek voor bedrijven, (semi)overheid en andere non-profitorganisaties. Onze kundige docenten Frans zijn specialisten op het gebied van taal en hebben in deze jaren in Zuidwest-Drenthe een flink aantal taalcursussen zakelijk verzorgd.
Door de werkplekgerichte en functiegerichte aanpak, biedt Dagnall Taleninstituut u zeer betaalbare en effectieve taalcursussen Frans in Hoogeveen. U kunt erop rekenen dat Dagnall Talen uitstekend rendement levert; rendement door maatwerk!
Betaalbaar maatwerk Frans in Hoogeveen sinds 1982
Taal op de werkvloer
Taal op de Werkvloer: draagvlak nodig! Cursussen (Frans) gericht op het vergroten van de taalbeheersing op de werkvloer zijn ondertussen bij veel ondernemingen een begrip.
Mensen zonder of met beperkte kennis van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een beperking op het werk en willen graag en sneller en/of beter kunnen communiceren.
Mensen zonder of met beperkte kennis van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een beperking op het werk en willen graag en sneller en/of beter kunnen communiceren.
Zij willen de werkinstructies op de werkvloer goed kunnen begrijpen en deze kunnen uitvoeren. Deze medewerkers willen het liefst met meer zelfvertrouwen het werk kunnen verrichten en natuurlijk graag hun ambities op het werkgebied verwezenlijken. Dit vergt een investering in personeel en in de ontwikkeling van de organisatie is hiervoor nodig.
[ Lees meer ]
Vele wegen leiden van Hoogeveen naar Parijs
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Frans is niet alleen toegespitst op de behoefte van de cursist, klant, werkgever of organisatie, zoals een betere spreek- of schrijfvaardigheid.
Een goede taalcursus (Frans) is ook afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een cursus Frans (in Hoogeveen) die het beste bij hem of haar past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze kundige taaltrainers Frans zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van Franse vaardigheden en taalkennis om deze direct in dagelijkse praktijksituaties te kunnen inzetten. Dat werkt wel zo prettig en dit zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement bereikt Dagnall door een blend van deze bewezen leermethode met de focus op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) auditief, visueel of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall Talen kunt u terecht voor taalcursussen die op maatwerktrainingen gebaseerd zijn.
Wij bieden individuele taalcursussen, duocursussen (met 2 cursisten), groepscursussen van 3 tot maximaal 10 cursisten, onlinecursussen, het online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en specifiek jargon van het bedrijf of de organisatie.
De taaltrainers van Dagnall geven les met veel eigen lesmateriaal dat zij door de jaren heen hebben verzameld en gecreëerd en de taaltrainers spelen continue in op actuele ontwikkelingen en thema’s.
Een prettige manier van leren
Een voordeel is dat dit echte maatwerk als een zeer fijne werkwijze wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze trainers Frans in Hoogeveen. Deze, door de jaren heen verder ontwikkelde en verfijnde werkmethode is het gewaardeerdee handelsmerk van Dagnall Taleninstituut geworden. De cursussen Frans zijn dus niet alleen werkgericht en/of functiegericht, maar ook afgestemd op de manier van leren die zeer geschikt is voor de cursisten.
Effectief Frans leren in Hoogeveen bij Dagnall Taleninstituut
Individuele cursussen en groepscursussen Frans
Franse lessen - individueel of in groepsverband
Dagnall Talen cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de organisatie van de cursus uit handen kunt geven.
Dagnall Talentaleninstituut biedt deze individuele cursussen en groepscursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen maken wij gebruik van moderne en gevarieerde onderwijsmethoden om doelgericht te kunnen trainen en leersucces te verzekeren.
Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen vanzelfsprekend zowel op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Hoogeveen gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen Frans in Hoogeveen
Maatwerkcursussen Frans
Wij bieden individuele cursussen Frans voor bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties alsook particulieren in Hoogeveen en omgeving.
Een individuele taalcursus wordt ook wel een één-op- één-taalcursus of privéles genoemd.
De individuele taalcursussen van Dagnall Talen staan al vele jaren bekend voor maatwerk, persoonlijke aandacht en het hoogste rendement.
Alle individuele cursussen Frans van Dagnall zijn maatwerktrainingen en worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de praktijksituatie en de leerstijl.
De cursussen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Dagnall Talen biedt groepscursussen Frans van 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (2 cursisten) aan bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren.
De groepen worden bij voorkeur zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te verhogen en de cursisten maximaal te ondersteunen.
De groepscursussen van Dagnall zijn ook maatwerkcursussen en worden samengesteld voor, en specifiek afgestemd op, de leerstijl, het taalniveau, de branche en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het grootste voordeel van een individuele taalcursus Frans is het hoge rendement doordat in vrij korte tijd behoorlijk veel informatie wordt opgenomen.
Doordat de taalcursus intensief is, wordt sneller vooruitgang geboekt en blijft het leertraject zo kort mogelijk.
Flexibiliteit is een ander belangrijk voordeel van individuele cursussen. De inhoud kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de specifieke aandachtsgebieden van de cursist en de cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist.
De leervordering is optimaal omdat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld.
Ook is een individuele taalcursus goed af te stemmen op de agenda van de cursist wat zorgt voor optimaal tijdmanagement en een handig leerschema.
Pluspunten groepscursus
Vooral de interactie met de andere deelnemers Frans is het belangrijkste pluspunt van een groepscursus; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van rollenspellen en discussies.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk pluspunt; het leren van elkaars fouten en communiceren in de doeltaal met de groep. Cursisten kunnen deze afwisseling als leuker ervaren.
Daarnaast zijn groepscursussen efficiënt doordat tegelijk meerdere medewerkers worden getraind en de groep op bijna hetzelfde kennisniveau komt.
Ook is een groepscursus iets minder intensief (minder zwaar) voor de cursist dan een individuele cursus.
Minpunten individuele cursus
Bij een individuele cursus Frans kunnen discussies en rollenspellen alleen worden gevoerd en gedaan met de docent.
De geleerde kennis kan niet in groepsverband worden geoefend doordat er geen interactie is met andere cursisten.
Doordat groepsdynamiek ontbreekt, is het ook niet mogelijk om van foutjes van anderen te leren.
De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is voor de cursist ook behoorlijk intensief (zwaarder).
Minpunten groepscursus
In groepscursussen is minder aandacht voor de individu en kunnen lerenden iets sneller worden afgeleid. Het rendement ligt daardoor wat lager. Door de groepen iets kleiner te houden (minigroepen), kan dit gedeeltelijk worden ondervangen.
Een groepscursus Frans kan ook minder goed op individuele leerstijlen van deelnemers worden afgestemd.
Dat de planning minder goed op de agenda van de individuele cursist kan worden afgestemd, is een bijkomstig minpunt van een groepscursus.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslaghoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
afgestemd op individuele leerstijl
inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslaggeen interactie met andere cursisten
vrij intensief voor de cursist
geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslaginteractie met andere cursisten
groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
groep komt op hetzelfde kennisniveau
efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslagiets minder aandacht voor individuele cursist
minder afgestemd op individuele leerstijlen
minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Frans
Verschillende opties voor Franse les
Wij verzorgen taalcursussen (Frans) voor beginners, halfgevorderden en gevorderden.
Niet iedereen kan een talencentrum bezoeken.
Daarom verzorgt Dagnall Talen de taalcursussen eveneens incompany en online.
Bij Dagnall Talen volgt u een intensieve of semi-
Niet iedereen kan een talencentrum bezoeken.
Daarom verzorgt Dagnall Talen de taalcursussen eveneens incompany en online.
Bij Dagnall Talen volgt u een intensieve of semi-
intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Frans. Tevens is een combinatie van deze trainingen mogelijk. Veel cursisten kiezen hiervoor.
Wij staan voor (betaalbaar) maatwerk!
Wij staan voor (betaalbaar) maatwerk!
ALGEMENE LEERMETHODES
Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd de audiolinguale methode soms de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan beschouwd worden als een reactie op de grammatica-vertaalmethode. Nieuw was dat de taallessen volledig in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is vrijwel foutloos Frans leren verstaan en spreken; dit begint met een Franssprekende na kunnen spreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt gewerkt met driloefeningen om Franse zinnen alsook structuren te leren beheersen, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltrainers Frans kunnen zo een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen en vervolgens een extra Frans woord toevoegen. Er wordt vaak in de zogeheten talenpractica gewerkt, waar lerenden een koptelefoon op hebben en zinnen beluisteren en nazeggen. Geschreven Frans wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Frans al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe Franse woorden te introduceren.
Populariteit
In Nederland werd de methode pas geïntroduceerd omstreeks 1970 toen de Mammoetwet inging. Al gauw waren er grote bezwaren tegen de betekenisloze driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al gauw in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Frans) niet om het memoriseren van de (Franse) grammaticaregels gaat, maar om het te gebruiken. Luistervaardigheid (Frans), die vóór 1970 voor de meeste taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor beginnende studenten Frans effectief. De juiste uitspraak Frans wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor een efficiënte en snelle overdracht van taalkennis bieden. Deze methode kan ook bij grotere groepen toegepast worden.
Tegelijkertijd is deze docentgestuurde kant een nadeel; eigen inbreng wordt niet van de lerenden verlangd, waardoor het risico dreigt van passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik Frans.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) op een zodanige manier wijze te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt aan de hand van zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die herhaald worden na verloop van tijd. Deze Franse woorden en zinnen op de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerende. Al deze woorden en/of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar dit eigenlijk gaat vanzelf door de blootstelling. De woordenlijst wordt steeds veranderd; Franse woorden die zijn geleerd, worden van de lijst gehaald. Die Franse woorden die nog altijd problemen geven, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de zinnen en woorden spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten worden opgeslagen, maar geheugenwetenschappers betwijfelen dit. In het algemeen wordt kennis opgeslagen wanneer deze kennis ook betekenisvol en relevant is voor de student. Deze GoldList-methode kan goed functioneren voor Franse woorden die relevant en van betekenis zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor lerenden die bij bijvoorbeeld Post-its® baat hebben als geheugensteuntje kan deze GoldList Method goed functioneren. Doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven meewerkt en aangesproken wordt, werkt het met de hand schrijven beter dan typen of, zelfs tamelijk zinloos: een foto maken. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen zijn uiteraard veel meer dan een reeks losse woorden of zinnen. De GoldList-methode is daarnaast bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven woordenlijsten moeten worden aangelegd.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Frans). De leermethode probeert het Frans aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Op deze manier leert men onbewust ook de taalregels van het Frans. Hiervoor wordt alleen het Frans gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een leeromgeving zonder stress is het streven van de leermethode. De studenten worden blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de Natural Approach wordt de taalproductie Frans niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en minder op expliciete Frans grammatica en het corrigeren van vormfouten.
De leermethode werkt het meest effectief als de lerenden in het Frans worden ondergedompeld. Om ervoor te zorgen dat de student plezier van de ervaring heeft, dienen de activiteiten die in het Frans worden aangeboden, stimulerend te zijn.
De Natural Method lijkt erg op de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer de focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak bewezen dat onderdompeling zeer effectief is. De natuurlijke aanpak is een populaire methode van lesgeven onder taaldocenten Frans, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor lerenden. Er kleven eveneens nadelen aan de Natural Method. De methode is voornamelijk gericht op het impliciet leren van de Franse grammatica. De studenten zouden inderdaad leren in het Frans te communiceren, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier Frans te leren. Studenten krijgen de mogelijkheid voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.
Doordat er bijna geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een bepaald Frans examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 ontwikkeld door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren die als doel heeft om studenten met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans) vertrouwd te maken. Volgens de Structurele Aanpak levert het beheersen van deze structuren meer op dan het verwerven van woordenschat Frans. Bij de methode gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van vaste Franse woordcombinaties en woordgroepen in de juiste woordvolgorde. De vaste combinaties van woorden worden in betekenisvolle situaties met behulp van visualisaties, dramatiseringen, gezichtsuitdrukkingen en handelingen aan de lerenden aangedragen. Bij de leermethodiek worden de structuren die in de praktijk het meest gebruikt worden, als eerste aangeboden. Mondelinge vaardigheden Frans (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hierbij als eerste gebruikt; leesvaardigheden en schrijfvaardigheden volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Frans (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Dat de studenten het Frans op een accurate wijze geleerd wordt, is de sterke kant van een structurele aanpak. De student krijgt inzicht in de Franse grammatica leert eveneens in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet geschikt zijn. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt alledaagse taal. Aan de methode van de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De manier van werken is tamelijk tijdrovend en biedt niet onmiddellijk een succeservaring. De eigen inbreng van de student is behoorlijk beperkt; het is niet echt creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een taal legde. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie het uiteindelijke doel is bij het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
De studenten leren middels CLT-technieken het Frans in praktijk te brengen door de interactie onderling en de taaltrainer Frans. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in het Frans of ander materiaal uit het dagelijks leven of de werksituatie. De Franse taal wordt zowel tijdens als buiten de les om gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en docenten Frans dragen onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in allerlei soorten situaties uit de praktijk te oefenen. De Franse grammatica leren studenten inductief, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT zijn taaldocenten Frans echt trainers, die de lerenden helpen om in het Frans te communiceren.
Populariteit
De CLT werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes bleken. Door de verdere eenwording van Europa kwam meer behoefte om talen te leren door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Communicatief taalonderwijs kent veel sterke aspecten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is efficiënt. Voor de studenten is het stimulerend omdat zij gauw succeservaringen hebben. Fouten maken mag; de vaardigheid van de lerende wordt al doende geleerd en verbeterd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De planning en de voorbereiding vragen veel tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van lerenden. Deze manier van een taal leren, is voor sommige studenten lastig of ongebruikelijk, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. CLT draait om het trainen van taalvaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en CLT biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Men leerde om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd op een andere wijze gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Meidinger ontwikkelde een methode waarin de grammatica in het middelpunt stond rond het jaar 1783. Meidinger wordt als de grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM) beschouwd.
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Onderwijs in Latijn was vanzelfsprekend gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en was geheel gericht op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Frans). Dat werd destijds beschouwd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) uit waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docent draagt de kennis Frans over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al sinds halverwege de negentiende eeuw was ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, is de grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzicht in de structuur van het Frans, omdat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De methode kent echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren weinig mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in groepsverband geeft deze methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de studentenn. Lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
De leermethode ‘Onderdompeling’ (In het Engels: language immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd toegepast, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een vak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les gaven aan welgestelde vrouwen uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling behelst dat degenen die de taal (zoals het Frans) leren, direct vanaf het begin is omgeven door de nieuwe taal. Alle instructies vinden in de doeltaal (Frans) plaats; in het begin langzaam en met veel herhalingen en later op een meer natuurlijke manier. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Frans te spreken. De methode werkt met simulaties en rollenspellen. De leeromgeving op scholen die met onderdompeling werken, wordt vaak ingericht in de stijl van het land van de Franse taal om een situatie te creëren alsof lerenden in Frankrijk zijn. Studenten oefenen het Frans spreken één-op-één of in kleine groepen. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar Frankrijk te reizen en daar in een gastgezin te verblijven.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een heel goede methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Frans kan uitstekend worden ontwikkeld met de methode van onderdompeling.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaten wordt bereikt, omdat de leermethode behoorlijk intensief is. Omdat de lerende wordt erdoor omgeven, is de leermethode een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet echt in het Frans gaan communiceren. De student is feitelijk 24 uur per dag Frans aan het leren. Het samen oefenen in een groep versterkt de sociale interactie. Studenten ervaren dit als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een keerzijde. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Een ander nadeel van de methode kan zijn dat een dergelijke training Frans erg intensief is. Niet elke lerende heeft de conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode die is ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Deze methode is door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te leren. Daarvoor zijn een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de trainer (Frans) en de studenten essentieel. Hiervoor dienen studenten ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was uit den boze om deze situatie te creëren. Tijdens de lessen zaten studenten in comfortabele stoelen die in een halve cirkel geplaatst werden en er was altijd achtergrondmuziek in de klas. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek afgespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er bestonden woordenlijsten bij deze teksten en opmerkingen over de (Franse) grammatica. Dit voorlezen gebeurde met gebaren en veel expressies in stem. Studenten werden zo overgehaald om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren voor studenten, konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. Tijdens de lessen was er veel aandacht voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Frankrijk). In de klas werden rollenspellen gespeeld en ook (Franse) streekgerechten werden in de klas bereid en gegeten.
Populariteit
De leerleermethode Suggestopedia was enigszins omstreden en is niet erg bekend meer. Sommige elementen bijvoorbeeld het gebruikmaken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie creëert een ontspannen en veilige sfeer, waardoor de student geen hinder van faalangst of frustratie zal hebben. Voor een immigrant kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de leermethode is dat de student gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situatie en actief mee te doen, wat voor sommige mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor bepaalde studenten een keerzijde, want niet iedereen is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Een ander zwak punt is dat de relatie docent-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse docent en de studenten zijn altijd de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) of afgekort CLL geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een taal te verwerven waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze CLL methode is gestoeld op de counseling-benadering waarbij de docent als counselor optreedt die de zinnen van de lerende omschrijft. De lerenden starten een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal (Frans) nog niet voldoende machtig, dan spreken de studenten in hun moedertaal. De docent (Frans) vertaalt en geeft uitleg. Hierna herhalen de lerenden de uitingen van de docent zo nauwkeurig mogelijk. Dit gesprek in het Frans wordt opgenomen om opnieuw te kunnen beluisteren.
De CLL bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de wisselwerking tussen de studenten onderling als middel om te leren. Het zijn de studenten zelf die het lesmateriaal bepalen middels zinvolle gesprekken. Een leerboek Frans wordt niet gebruikt.
Populariteit
Het slagen van CLL is sterk afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. De taaldocent dient sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig onderlegd te zijn. De docent dient zowel het Frans als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Deze methode kan prima werken als deze op de juiste wijze toegepast wordt. CLL is niet bruikbaar voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
CLL biedt studenten een hoge mate van autonomie. Studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak nuttig. De groep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de les Frans, maar ook buiten de les. Door deze methode worden studenten zich veel bewuster van hun groepsgenoten, hun sterke en zwakke punten en ze leren om als team samen te werken. Studenten leren vaak veel van het bespreken van de foutjes en het evalueren van de les Frans. Zulke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Het kan een keerzijde zijn dat de trainer niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Bij deze methode wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de lessen is daardoor moeilijk te meten. Een aantal studenten wordt geremd in hun Frans spreken wanneer zij worden opgenomen.
Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Franse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen bestaan. Lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans neemt in deze benadering een grotere plaats in dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar eveneens aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Voor het zelf ontdekken van de Franse taal door de studenten is veel ruimte.
De rol van de docent Frans is voor voldoende input te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de lerende.
Populariteit
In de laatste dertig jaar zijn onder invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis de leerboeken duidelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat die in chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Lewis streefde; de ingrijpende verandering in de wijze waarop taal wordt onderwezen, bleef echter uit.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren om op een heel natuurlijke wijze de Franse taal te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is een minpunt van deze methode van de methode. Sommige studenten hebben meer aan een taaltrainer Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator omdat ze meer moeite hebben om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Franse taaldocent François Gouin in 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en niet veel kennis van grammatica vereisen. Op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden, leren studenten zinnen. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, beroep en wetenschap, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het is een soort eentalige leermethode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’. Hierdoor gaan studenten al gauw in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Frans) denken.
Populariteit
Gouin’s principes over taal waren zeer vooruitstrevend. Alhoewel het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van François Gouin enige tijd een succes. De methode van Gouin werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Berlitz.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van François Gouin ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Frans van de lerende en zorgt voor het creëren van een sfeer die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
Gouin’s methode biedt levendig taalonderwijs. Dit soort onderwijs Frans wekt het enthousiasme bij de studenten op doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een taal leren wordt tastbaar; dit was totaal nieuw. Het maakt de studenten Frans nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, de prestatiedruk te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve vaardigheid Frans van de lerende wordt sterk gestimuleerd met de Gouin’s methode.
De seriemethode van Gouin heeft echter als nadeel dat taal die wat subjectiever of abstracter wordt, lastig met bewegingen en expressies in één concrete ervaring kan worden gevangen. De bewerkelijkheid voor de docent, die per slot van rekening een scala aan reeksen voor moet bereiden, is een bijkomend minpunt. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog veelal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie achter de methode is dat het verwerven van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te voeren. De lerenden krijgen motiverende taken aangeboden, waarvoor kennis van de (Franse) taal vereist is. Om deze taken goed uit te voeren, is het nodig dat zij over taalregels en woordenschat beschikken. De taken zijn alledaagse taken, zoals een boodschap doen, e-mails schrijven, bellen met de klantenservice, een drankje bestellen of een krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. De studenten moeten samenwerken om de opdrachten uit te kunnen voeren. De taken moeten iets boven het niveau van de student Frans liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij studenten (met name studenten in een achterstandspositie) te verbeteren in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het is een activerende werkvorm, waarbij de lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Frans) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, mits de opdracht goed bij de lerenden aansluit. Studenten komen op een natuurlijke, alledaagse manier in contact met het Frans en leren zo authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren bovendien om met andere studenten Frans samen te werken. De lerenden ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.
Als nadeel kan worden gezien dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor studenten die niet zeer nauwkeurig leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
De Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst Scott Thornbury ontwikkelde in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching was ‘Dogme 95’; de beweging van een aantal Deense filmmakers onder wie de filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. De deelnemers confirmeren zich aan tien strikte regels (tien dogma’s) voor het filmmaken die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) vormen. Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van de Dogme-methode is het aangaan van echte gesprekken die over praktische zaken gaan. Hierbij gaat het om communicatie als drijvende kracht van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). Daarom is de methode een communicatieve benadering van het onderwijs, die taalonderwijs zonder lesboeken wil bieden of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan focust op het communiceren tussen de studenten en de docent. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net zoals de Dogme-beweging in de film, tien uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Onderzoek naar het succes van Dogme is beperkt, maar Thornbury stelt dat de parallellen met het taakgericht leren van een taal (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er nauwelijks voorbereiding nodig is, is een pluspunt voor docenten Frans. Dat lerenden verantwoordelijk zijn voor hun eigen leerproces, kan erg motiverend werken. Op deze manier is de taalles Frans niet voorspelbaar. Dit zorgt ervoor dat de communicatie spontaan is en de verveling krijgt geen kans. Tijdens een taalles volgens de Dogme-methode is bijna elk item bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat studenten betrokken en alert blijven.
Studenten kunnen zich daarentegen wel iets minder op hun gemak voelen als ze zo weinig door de docent begeleid worden. Voor dit type van onderwijs zijn ook niet alle taaltrainers Frans voldoende flexibel. Dat de lerenden zich vaak op een bepaald examen Frans moeten voorbereiden en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde stof aan bod komt tijdens de les, kan een bijkomend minpunt van de methode vormen.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een vreemde taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van de leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom hanteert GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA heeft gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit Frankrijk. Begrip gaat voor productiviteit. De nadruk ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode zogenaamde van de zogenaamde leermethode is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase duurt om en nabij 150 uur en de deelnemers beginnen nu ook Frans te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 beginnen deelnemers zich te richten op het taalgebruik van moedertaalsprekers Frans door middel van films, televisie of nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans.
Populariteit
De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes ervan. Deelnemende studenten zijn vrij enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een goede doorkijk op het proces van de taalverwerving Frans geboden. Deze zes fasen van de leermethode bieden een duidelijk tijdspad en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een nadeel van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die bereid is om veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is in de vroege jaren 2000 bedacht door de Amerikaanse polyglot en taalkundige Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken om de intonatie (Frans) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek is eenvoudig: de studenten luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen wat zij horen. Bij de methode is het niet belangrijk om de Franse tekst al te begrijpen; het gaat in eerste instantie om de klanken van de te leren taal. Luisteren en herhalen wordt net zo veel geoefend tot dit heel gemakkelijk gaat en de student simultaan Frans kan spreken met de audio-opname. De lerenden gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben gezegd. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende teksten, zijn veel leerboeken voor deze techniek geschikt. Het niveau van de Franse audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de lerende te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Alexander Argüelles raadt aan om te lopen tijdens het spreken, het liefst buiten, en niet te zitten, doordat beweging de opname van de nieuwe taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Een bijkomende reden is dat de student minder gauw afgeleid wordt als hij of zij in beweging is, waardoor het werken aan het Frans veel effectiever wordt.
De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij Shadowing is ook simultaan spreken anders.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar de techniek van Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de Franse taal wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek kan worden toegepast in een groep van lerenden, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief aan de methodiek leren is. Het rendement is hoog.
Het nadeel van deze techniek is dat de lerende het wellicht een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De teksten kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die op het idee gebaseerd is dat mensen door middel van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven voortdurend taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat verbaal reageren in een later stadium. De luistervaardigheden Frans vormen dus de basis, daarna volgen de spreekvaardigheden.
De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De trainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerende doet deze opdrachten na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of deels gewijzigd.
TPR® appelleert aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Op deze manier kost het minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel op de basisschool bij Engelse les. Maar eveneens middelbare scholieren of volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. TPR® is in principe geschikt voor alle doelgroepen, ongeacht achtergrond en leeftijd en de methode kan eveneens toegepast worden in grotere klassen. Het verworven Frans wordt direct in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen.
Het nadeel van TPR® is dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker taalniveau werkt en daarnaast nog een andere methodiek (ter aanvulling) nodig is. Ook is de leermethodiek niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om gevoelens, ideeën en meningen in het Frans te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) bedacht de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd, eind jaren 80 van de negentiende eeuw. De Directe Methode is als tegenreactie op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging omstreeks 1900 met nieuwe visies over talen leren dat inductief en zelfontdekkend diende te zijn. Deze Reformbeweging ging overigens niet alleen over het leren van talen, maar eveneens over voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Men streefde, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en bevrijding van het keurslijf. In het taalonderwijs kwam veel aandacht voor de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica vooral inductief werd onderwezen, met behulp van voorbeeldzinnen. Door de lerenden moesten de taalregels hieruit worden afgeleid. Er waren meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak (zoals het Frans). Het werd aangemoedigd de studenten veel in het Frans te laten spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de lessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. Door middel van voorbeelden en plaatjes werd de (Franse) vocabulaire aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd aangeboden door de studenten om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw ebde weg, deels onder invloed van de crises en oorlogen, om in de jaren 60 weer een andere vorm te krijgen.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier van leren is, is het belangrijkste voordeel van de Directe Methode. Spreken en luisteren worden ruimschoots behandeld, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid kunnen ontwikkelen. Aan de leermethode kleven echter ook nadelen. Deze methode besteedt nauwelijks aandacht aan de schrijfvaardigheid (Frans) en ook relatief minder aandacht aan lezen in de doeltaal. Voor de meer gevorderde studenten Frans, heeft deze methode onvoldoende uitdagingen te bieden. Voor minder snel lerende studenten is de Directe Methode eveneens niet heel geschikt, omdat deze leermethode is gebaseerd op een dynamische inzet van de kant van de studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Om die reden wil Manesca niet met abstracte lijstjes en regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de vroegst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep lerenden en een taaltrainer Frans, die slechts één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De lerenden herhalen daarna één voor één het Franse woord en deze beweging. Deze herhaling helpt de studenten deze Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap vormen de woorden zinnen en variaties op de Franse zinnen. In een latere fase wordt met leesteksten de Franse spelling aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds een aantal jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat ook wel als de Ollendorff-methode bekend.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na de publicatie van zijn leermethode. Het werk van Jean Manesca is door anderen opgepakt en aangepast, onder wie Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog steeds actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs toegepast.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger door de lerende wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het veelvuldige herhalen. Het feit dat dit wat saai wordt om steeds dezelfde Franse woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan een keerzijde zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van stilte en gebaren wordt door de taaldocenten Frans gebruikt om de aandacht van de lerende te trekken, reacties los te krijgen en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Aan de uitspraak (Frans) van de te leren taal wordt veel tijd besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong een wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een manier die efficiënt voor de energievoorraad van de studenten was. Hij kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen iets uit het hoofd te leren. Hij betoogde dat de taaldocenten niet zozeer naar het overbrengen van kennis dienen te streven, maar het bewustzijn dienen aan te boren, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te kunnen leren.
The Silent Way van Gattegno hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokjes (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel wordt gebruikt, zijn Caleb Gattegno’s ideeën wel van betekenis geweest, vooral bij het leren van de uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de benadering van Gattegno is dat zijn aanpak niet-bedreigend is voor de student, die immers gezien wordt als autonoom. In principe is de taaltrainer Frans dienstbaar aan de student en niet andersom. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke manier gestimuleerd. De geleerde stof wordt vaak goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.
Dat sommige studenten intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode beoogt, kan een minpunt van de methode zijn. Een student zou gefrustreerd kunnen raken door de afwezigheid van inbreng van de taaldocent Frans. De beperking van het werken met kleuren en grafieken is dat de nieuwheid er vrij snel af is. Hierdoor verdwijnt het effect.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPRS is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is natuurlijke taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden studenten blootgesteld aan veel begrijpelijke input. De trainer Frans vertelt een verhaal, waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Doordat deze verhalen eenvoudig te begrijpen zijn, ontspannen de studenten zich. Zo worden Franse woorden en structuren ongemerkt in het langetermijngeheugen opgeslagen. De taaldocent wijst studenten op grammaticale verschijnselen in het Frans, zonder dat studenten taalregels uit het hoofd leren.
De lerenden zullen na een poosje ‘vanzelf’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om samen met een groepje studenten een verhaal op te bouwen. De taaltrainer Frans schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de Franse vertalingen erbij, om vervolgens met de studenten een verhaal te maken. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen in het Frans is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, omdat dit zorgt voor inbreng. Schrijven in het Frans volgt in een latere fase.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPRS een succesvolle manier is om een vreemde taal te leren. Randvoorwaarden zijn er wel: de trainer moet goed getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een plezierige methode en het is relatief gemakkelijk om de focus te behouden. Zelf een verhaal maken, werkt zeer motiverend voor lerenden.
Dat TPRS veel voorbereiding van de traineren vraagt, is een nadeel.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-methode is vernoemd naar de zogenaamde de Steen van Rosetta, een steen met een tweetalige tekst die in Egypte is ontdekt, met behulp waarvan uiteindelijk de hiërogliefen ontcijferd zijn. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taalcursussen aanbiedt. De eerste versie van Rosetta Stone is uitgebracht in het jaar 1996.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone worden aangeboden in meer dan dertig talen en ze zijn te volgen vanuit elk van deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve methode, die de manier imiteert waarop een kind zijn of haar moedertaal leert. Dat houdt in ‘leren door onderdompeling’, leren door veel te luisteren en na te spreken. De Rosetta Stone-methode gebruikt hiervoor stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Frans) en foto’s voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe woorden in de doeltaal (het Frans). Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma dat de Franse uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. Dit maakt het mogelijk voor een lerende om zijn of haar uitspraak met die van een moedertaalspreker Frans (native speaker) te vergelijken. Uitspraakverbetering kan worden bereikt door de voorbeeldspreker iets langzamer te laten spreken en daarna veel na te zeggen.
De methode biedt dictee-oefeningen voor de schrijfvaardigheid Frans. De software controleert de Franse grammatica en de spelling en geeft fouten aan, waarbij mogelijkheid is om deze fouten van de student te corrigeren.
Het programma van Rosetta Stone biedt eveneens leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
Wereldwijd wordt de methode van Rosetta Stone veel toegepast en niet door de minsten. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In ons land wordt de Rosetta Stone-methode gebruikt door enkele ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten en eveneens door sommige internationale bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is zeer makkelijk in gebruik en de methode kan door studenten worden gebruikt op ieder moment. De studenten kunnen zelf bepalen welke onderdelen wat meer of minder aandacht kunnen gebruiken. Veel lerenden ervaren het als prettig om de methode van Rosetta Stone te gebruiken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de methode voor scholen een oplossing zijn. Een nadeel kan zijn dat geen taaltrainer beschikbaar is die lerenden kan motiveren of wat extra’s kan bieden.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. Zijn eerste taalcursus was een cursus Grieks, die Paul Pimsleur in het jaar 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een computerprogramma om een nieuwe taal (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursussen bestaan uit zinnen en dialogen in de doeltaal die nagesproken worden en worden herhaald. De Franse voorbeeldzinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursussen zijn op herhaling, anticiperen, woordenschat en herhaling gebaseerd. Elke les van de cursus omvat een halfuur audio-opname met nieuwe woordenschat en taalstructuren. De grammaticale structuren van het Frans worden niet apart uitgelegd maar aangeboden via uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.
Pimsleur heeft onderzoek gedaan naar het meest optimale interval waarin geleerde informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is geïntegreerd in de Pimsleur cursussen.
Populariteit
Onder meer Amerikanen gebruiken de taalcursussen van Pimsleur en de ervaringen variëren. In het algemeen zijn de studenten tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Doordat de insprekers van de zinnen allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Frans spreken, werkt de methode van Pimsleur heel goed als uitspraakverbeteraar.
Een nadeel van de leermethodiek van Pimsleur is dat niets wordt uitgelegd. De studenten leren geen bouwstenen om zelf Franse zinnen te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnen die ingeprent worden.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn methode in zijn eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Michel Thomas’ uitgangspunt was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij begon met de studenten duidelijk te maken dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De taalcursussen zijn audiolessen (Frans), door twee acteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is bij Michel Thomas een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de acteurs gesteld wordt, is het idee dat de gebruikers op pauze klikken en zelf antwoord geven op de vraag. Er is geen huiswerkstudenten hoeven niet uit het hoofd te leren. Bij de methode wordt de les in kleine stapjes opgebouwd en Franse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Franse lesstof die al bekend is. De uitleg wordt steeds in het Engels gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden tussen de Engelse taal en het Frans gewezen, als deze verbanden er zijn. Grammaticale uitleg wordt eveneens gegeven. Eerst wordt makkelijke stof aangeleerd, moeilijkere stof volgt pas nadat de studenten Frans de makkelijke stof hebben begrepen en geleerd. Naast Franse woorden en zinnen in de doeltaal worden ook bouwstenen geleerd waarmee de lerende zelf zinnen kan maken. Ook maakt de methodiek gebruik van flashcards waarmee gebruikers zelf hun vocabulaire Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel studenten vinden de cursus fijn om mee te werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuren van het Frans. De mensen die al wat verder zijn met de taal, ervaren de cursussen soms als wat minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De taalcursussen trainen uitspraak en luistervaardigheid Frans op een efficiënte manier en de cursussen zijn erg toegankelijk. Dat de taalcursus Frans niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een nadeel. Een daadwerkelijke interactie is er ook niet, omdat de methode van Michel Thomas audiocursussen zijn.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat door Alphonse Chérel is opgericht in het jaar 1929. Dit bedrijf maakt taalcursussen en publiceert deze. Het eerste boek van Assimil was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent ‘opgaan in de andere groep, mengen met’, wat voor een taalcursus (zoals Frans) vrij hooggegrepen was. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die bestaan uit een lesboek Frans, audio-CD’s alsook een USB-stick. De cursist besteedt ruwweg twintig minuten per dag aan de cursus.
De lessen bestaan uit verschillende Franse dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De Franse vertaling staat naast de dialoog, samen met uitleg van de grammatica. Om de uitspraak van het Frans te trainen, maakt Assimil gebruik van zinnen die door native (moedertaal) speakers zijn ingesproken en die de cursisten dienen te herhalen. De opbouw verloopt van receptief naar productief: in de eerste les wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer 50 taallessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij populair. Ze zijn relatief voordelig en het aanbod aan verschillende talen is groot.
Voor- en nadelen van Assimil
Het voordeel van de Assimil-methode is dat de lerenden in hun eigen tempo kunnen leren op het moment dat dit het beste past. De keerzijde hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de lerende aan zichzelf is overgeleverd. Er is geen trainer Frans beschikbaar om de student te begeleiden of te motiveren.
ALGEMENE LEERMETHODES
Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was reeds in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd de audiolinguale methode soms de ‘legermethode’ genoemd.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan beschouwd worden als een reactie op de grammatica-vertaalmethode. Nieuw was dat de taallessen volledig in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is vrijwel foutloos Frans leren verstaan en spreken; dit begint met een Franssprekende na kunnen spreken. Herhaling is hiervoor het middel; er wordt gewerkt met driloefeningen om Franse zinnen alsook structuren te leren beheersen, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch worden. De taaltrainers Frans kunnen zo een zin bijvoorbeeld 10 keer herhalen en vervolgens een extra Frans woord toevoegen. Er wordt vaak in de zogeheten talenpractica gewerkt, waar lerenden een koptelefoon op hebben en zinnen beluisteren en nazeggen. Geschreven Frans wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Frans al vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen om nieuwe Franse woorden te introduceren.
Populariteit
In Nederland werd de methode pas geïntroduceerd omstreeks 1970 toen de Mammoetwet inging. Al gauw waren er grote bezwaren tegen de betekenisloze driloefeningen. Het kwam wel eens voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al gauw in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Frans) niet om het memoriseren van de (Franse) grammaticaregels gaat, maar om het te gebruiken. Luistervaardigheid (Frans), die vóór 1970 voor de meeste taaldocenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor beginnende studenten Frans effectief. De juiste uitspraak Frans wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en kan daardoor een efficiënte en snelle overdracht van taalkennis bieden. Deze methode kan ook bij grotere groepen toegepast worden.
Tegelijkertijd is deze docentgestuurde kant een nadeel; eigen inbreng wordt niet van de lerenden verlangd, waardoor het risico dreigt van passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie. Een bijkomend bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig om te zetten zijn in levend taalgebruik Frans.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) op een zodanige manier wijze te leren dat ze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt aan de hand van zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die herhaald worden na verloop van tijd. Deze Franse woorden en zinnen op de woordenlijst worden hardop gelezen door de lerende. Al deze woorden en/of zinnen en zinnen uit het hoofd te leren, is niet het idee, maar dit eigenlijk gaat vanzelf door de blootstelling. De woordenlijst wordt steeds veranderd; Franse woorden die zijn geleerd, worden van de lijst gehaald. Die Franse woorden die nog altijd problemen geven, blijven op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat de zinnen en woorden spontaan in het langetermijngeheugen van de studenten worden opgeslagen, maar geheugenwetenschappers betwijfelen dit. In het algemeen wordt kennis opgeslagen wanneer deze kennis ook betekenisvol en relevant is voor de student. Deze GoldList-methode kan goed functioneren voor Franse woorden die relevant en van betekenis zijn.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor lerenden die bij bijvoorbeeld Post-its® baat hebben als geheugensteuntje kan deze GoldList Method goed functioneren. Doordat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven meewerkt en aangesproken wordt, werkt het met de hand schrijven beter dan typen of, zelfs tamelijk zinloos: een foto maken. Het gebrek aan context is een minpunt. Talen zijn uiteraard veel meer dan een reeks losse woorden of zinnen. De GoldList-methode is daarnaast bijzonder tijdrovend omdat er steeds met de hand geschreven woordenlijsten moeten worden aangelegd.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke wijze van taalverwerving (van bijvoorbeeld Frans). De leermethode probeert het Frans aan te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Op deze manier leert men onbewust ook de taalregels van het Frans. Hiervoor wordt alleen het Frans gebruikt met een aantal visuele hulpmiddelen. Een leeromgeving zonder stress is het streven van de leermethode. De studenten worden blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de Natural Approach wordt de taalproductie Frans niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en minder op expliciete Frans grammatica en het corrigeren van vormfouten.
De leermethode werkt het meest effectief als de lerenden in het Frans worden ondergedompeld. Om ervoor te zorgen dat de student plezier van de ervaring heeft, dienen de activiteiten die in het Frans worden aangeboden, stimulerend te zijn.
De Natural Method lijkt erg op de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil is dat bij de Directe Methode meer de focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak bewezen dat onderdompeling zeer effectief is. De natuurlijke aanpak is een populaire methode van lesgeven onder taaldocenten Frans, doordat de methode betrekkelijk eenvoudig te begrijpen is voor lerenden. Er kleven eveneens nadelen aan de Natural Method. De methode is voornamelijk gericht op het impliciet leren van de Franse grammatica. De studenten zouden inderdaad leren in het Frans te communiceren, maar door onvoldoende kennis van de grammatica in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van de taal blijven steken.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier Frans te leren. Studenten krijgen de mogelijkheid voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, blijft het geleerde voor een langere tijd onthouden.
Doordat er bijna geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt. Ook bereidt de methode studenten niet per se op een bepaald Frans examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de jaren 50 ontwikkeld door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode om vreemde talen te leren die als doel heeft om studenten met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans) vertrouwd te maken. Volgens de Structurele Aanpak levert het beheersen van deze structuren meer op dan het verwerven van woordenschat Frans. Bij de methode gaat het om het herkennen en kunnen toepassen van vaste Franse woordcombinaties en woordgroepen in de juiste woordvolgorde. De vaste combinaties van woorden worden in betekenisvolle situaties met behulp van visualisaties, dramatiseringen, gezichtsuitdrukkingen en handelingen aan de lerenden aangedragen. Bij de leermethodiek worden de structuren die in de praktijk het meest gebruikt worden, als eerste aangeboden. Mondelinge vaardigheden Frans (luistervaardigheden en spreekvaardigheden) worden hierbij als eerste gebruikt; leesvaardigheden en schrijfvaardigheden volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Frans (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak op grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Dat de studenten het Frans op een accurate wijze geleerd wordt, is de sterke kant van een structurele aanpak. De student krijgt inzicht in de Franse grammatica leert eveneens in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet geschikt zijn. De methode van de Structurele Aanpak gebruikt alledaagse taal. Aan de methode van de Structurele Aanpak kleven ook nadelen. De manier van werken is tamelijk tijdrovend en biedt niet onmiddellijk een succeservaring. De eigen inbreng van de student is behoorlijk beperkt; het is niet echt creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het zogenaamde communicatief Taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van een taal legde. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs gaat uit van de gedachte dat interactie het uiteindelijke doel is bij het leren van een vreemde taal (zoals Frans).
De studenten leren middels CLT-technieken het Frans in praktijk te brengen door de interactie onderling en de taaltrainer Frans. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in het Frans of ander materiaal uit het dagelijks leven of de werksituatie. De Franse taal wordt zowel tijdens als buiten de les om gebruikt.
Studenten praten met medestudenten over persoonlijke gebeurtenissen en docenten Frans dragen onderwerpen aan die buiten het gebied van de traditionele grammatica liggen, om de taalvaardigheid Frans in allerlei soorten situaties uit de praktijk te oefenen. De Franse grammatica leren studenten inductief, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT zijn taaldocenten Frans echt trainers, die de lerenden helpen om in het Frans te communiceren.
Populariteit
De CLT werd erg populair in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes geen groot succes bleken. Door de verdere eenwording van Europa kwam meer behoefte om talen te leren door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Communicatief taalonderwijs kent veel sterke aspecten. Lerenden ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is functioneel en studentgericht. Door het gebruik van authentieke materiaal, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is efficiënt. Voor de studenten is het stimulerend omdat zij gauw succeservaringen hebben. Fouten maken mag; de vaardigheid van de lerende wordt al doende geleerd en verbeterd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt besteed voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De planning en de voorbereiding vragen veel tijd van de trainer en vereist een actieve deelname van lerenden. Deze manier van een taal leren, is voor sommige studenten lastig of ongebruikelijk, afhankelijk van welke achtergrond zij hebben. CLT draait om het trainen van taalvaardigheden; daarbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en CLT biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gefocust. Men leerde om gebruiksklare zinnen, idiomatische uitdrukkingen, dialogen, woordenlijsten enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd op een andere wijze gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Meidinger ontwikkelde een methode waarin de grammatica in het middelpunt stond rond het jaar 1783. Meidinger wordt als de grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (In het Engels: Grammar-Translation Method; GTM) beschouwd.
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Onderwijs in Latijn was vanzelfsprekend gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en was geheel gericht op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Frans). Dat werd destijds beschouwd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) uit waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De docent draagt de kennis Frans over, de studenten memoriseren.
Populariteit
Al sinds halverwege de negentiende eeuw was ook tegengeluid te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot recente datum een grote invloed gehad op het talenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren, is de grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzicht in de structuur van het Frans, omdat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De methode kent echter meer keerzijden dan positieve kanten. De grootste keerzijde is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studeren weinig mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. Bij het werken in groepsverband geeft deze methode niet de mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de studentenn. Lerenden zijn slechts toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
De leermethode ‘Onderdompeling’ (In het Engels: language immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd toegepast, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een vak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. Binnen Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die gebruikt wordt bij bijvoorbeeld Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ of liefkozend ‘de nonnetjes (van Vught)’ genoemd. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die Franse les gaven aan welgestelde vrouwen uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
Onderdompeling behelst dat degenen die de taal (zoals het Frans) leren, direct vanaf het begin is omgeven door de nieuwe taal. Alle instructies vinden in de doeltaal (Frans) plaats; in het begin langzaam en met veel herhalingen en later op een meer natuurlijke manier. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Frans te spreken. De methode werkt met simulaties en rollenspellen. De leeromgeving op scholen die met onderdompeling werken, wordt vaak ingericht in de stijl van het land van de Franse taal om een situatie te creëren alsof lerenden in Frankrijk zijn. Studenten oefenen het Frans spreken één-op-één of in kleine groepen. Een andere manier om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk naar Frankrijk te reizen en daar in een gastgezin te verblijven.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een heel goede methode om een vreemde taal te leren gezien. Vooral de mondelinge taalbeheersing Frans kan uitstekend worden ontwikkeld met de methode van onderdompeling.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat met deze methode snel resultaten wordt bereikt, omdat de leermethode behoorlijk intensief is. Omdat de lerende wordt erdoor omgeven, is de leermethode een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet echt in het Frans gaan communiceren. De student is feitelijk 24 uur per dag Frans aan het leren. Het samen oefenen in een groep versterkt de sociale interactie. Studenten ervaren dit als motiverend.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een keerzijde. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Een ander nadeel van de methode kan zijn dat een dergelijke training Frans erg intensief is. Niet elke lerende heeft de conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een (taal)leermethode die is ontwikkeld in de zeventig jaren van de vorige eeuw. Deze methode is door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov ontwikkeld.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te leren. Daarvoor zijn een ontspannen sfeer en wederzijds vertrouwen tussen de trainer (Frans) en de studenten essentieel. Hiervoor dienen studenten ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was uit den boze om deze situatie te creëren. Tijdens de lessen zaten studenten in comfortabele stoelen die in een halve cirkel geplaatst werden en er was altijd achtergrondmuziek in de klas. De methode die Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek afgespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er bestonden woordenlijsten bij deze teksten en opmerkingen over de (Franse) grammatica. Dit voorlezen gebeurde met gebaren en veel expressies in stem. Studenten werden zo overgehaald om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren voor studenten, konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. Tijdens de lessen was er veel aandacht voor de cultuur en kennis over het land van de doeltaal (Frankrijk). In de klas werden rollenspellen gespeeld en ook (Franse) streekgerechten werden in de klas bereid en gegeten.
Populariteit
De leerleermethode Suggestopedia was enigszins omstreden en is niet erg bekend meer. Sommige elementen bijvoorbeeld het gebruikmaken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie creëert een ontspannen en veilige sfeer, waardoor de student geen hinder van faalangst of frustratie zal hebben. Voor een immigrant kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een bijkomend voordeel van de leermethode is dat de student gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situatie en actief mee te doen, wat voor sommige mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijk is dit voor bepaalde studenten een keerzijde, want niet iedereen is hiertoe in staat. Daarnaast kan muziek bij sommige studenten eerder afleiden en verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Een ander zwak punt is dat de relatie docent-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse docent en de studenten zijn altijd de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
(CLL) of afgekort CLL geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een taal te verwerven waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze CLL methode is gestoeld op de counseling-benadering waarbij de docent als counselor optreedt die de zinnen van de lerende omschrijft. De lerenden starten een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal (Frans) nog niet voldoende machtig, dan spreken de studenten in hun moedertaal. De docent (Frans) vertaalt en geeft uitleg. Hierna herhalen de lerenden de uitingen van de docent zo nauwkeurig mogelijk. Dit gesprek in het Frans wordt opgenomen om opnieuw te kunnen beluisteren.
De CLL bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de wisselwerking tussen de studenten onderling als middel om te leren. Het zijn de studenten zelf die het lesmateriaal bepalen middels zinvolle gesprekken. Een leerboek Frans wordt niet gebruikt.
Populariteit
Het slagen van CLL is sterk afhankelijk van de kunde van de docent-counselor. De taaldocent dient sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig onderlegd te zijn. De docent dient zowel het Frans als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Deze methode kan prima werken als deze op de juiste wijze toegepast wordt. CLL is niet bruikbaar voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
CLL biedt studenten een hoge mate van autonomie. Studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken vaak nuttig. De groep wordt vaak zeer hecht, niet alleen tijdens de les Frans, maar ook buiten de les. Door deze methode worden studenten zich veel bewuster van hun groepsgenoten, hun sterke en zwakke punten en ze leren om als team samen te werken. Studenten leren vaak veel van het bespreken van de foutjes en het evalueren van de les Frans. Zulke verbeteringen blijven vaak in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Het kan een keerzijde zijn dat de trainer niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Bij deze methode wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de lessen is daardoor moeilijk te meten. Een aantal studenten wordt geremd in hun Frans spreken wanneer zij worden opgenomen.
Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om vreemde talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Franse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen bestaan. Lerenden verwerven al doende inzicht in patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans neemt in deze benadering een grotere plaats in dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar eveneens aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Voor het zelf ontdekken van de Franse taal door de studenten is veel ruimte.
De rol van de docent Frans is voor voldoende input te zorgen en het faciliteren van het leerproces van de lerende.
Populariteit
In de laatste dertig jaar zijn onder invloed van de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis de leerboeken duidelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat die in chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Lewis streefde; de ingrijpende verandering in de wijze waarop taal wordt onderwezen, bleef echter uit.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren om op een heel natuurlijke wijze de Franse taal te gebruiken door het werken met ‘chunks’ (brokjes van de taal); met ‘echte’ taal. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is een minpunt van deze methode van de methode. Sommige studenten hebben meer aan een taaltrainer Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator omdat ze meer moeite hebben om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is ontwikkeld door de Franse taaldocent François Gouin in 1880.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin gaat uit van een serie van verbonden zinnen die eenvoudig te begrijpen zijn en niet veel kennis van grammatica vereisen. Op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden, leren studenten zinnen. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, beroep en wetenschap, leven in de natuur, ontwikkeld vanuit het onderscheid tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het is een soort eentalige leermethode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’. Hierdoor gaan studenten al gauw in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Frans) denken.
Populariteit
Gouin’s principes over taal waren zeer vooruitstrevend. Alhoewel het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van François Gouin enige tijd een succes. De methode van Gouin werd echter overschaduwd door de Directe Methode van Berlitz.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van François Gouin ontwikkelt sterk de mondelinge vaardigheden Frans van de lerende en zorgt voor het creëren van een sfeer die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
Gouin’s methode biedt levendig taalonderwijs. Dit soort onderwijs Frans wekt het enthousiasme bij de studenten op doordat het gebruikmaakt van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Een taal leren wordt tastbaar; dit was totaal nieuw. Het maakt de studenten Frans nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, de prestatiedruk te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve vaardigheid Frans van de lerende wordt sterk gestimuleerd met de Gouin’s methode.
De seriemethode van Gouin heeft echter als nadeel dat taal die wat subjectiever of abstracter wordt, lastig met bewegingen en expressies in één concrete ervaring kan worden gevangen. De bewerkelijkheid voor de docent, die per slot van rekening een scala aan reeksen voor moet bereiden, is een bijkomend minpunt. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog veelal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie achter de methode is dat het verwerven van de taal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te voeren. De lerenden krijgen motiverende taken aangeboden, waarvoor kennis van de (Franse) taal vereist is. Om deze taken goed uit te voeren, is het nodig dat zij over taalregels en woordenschat beschikken. De taken zijn alledaagse taken, zoals een boodschap doen, e-mails schrijven, bellen met de klantenservice, een drankje bestellen of een krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot hierop terugblikt. De studenten moeten samenwerken om de opdrachten uit te kunnen voeren. De taken moeten iets boven het niveau van de student Frans liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden bij studenten (met name studenten in een achterstandspositie) te verbeteren in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het is een activerende werkvorm, waarbij de lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheid (Frans) toe te passen. Het is een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak, mits de opdracht goed bij de lerenden aansluit. Studenten komen op een natuurlijke, alledaagse manier in contact met het Frans en leren zo authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten leren bovendien om met andere studenten Frans samen te werken. De lerenden ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en plezierig.
Als nadeel kan worden gezien dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor studenten die niet zeer nauwkeurig leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
De Nieuw-Zeelandse docententrainer en linguïst Scott Thornbury ontwikkelde in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching was ‘Dogme 95’; de beweging van een aantal Deense filmmakers onder wie de filmregisseur Lars von Trier uit het jaar 1995. De deelnemers confirmeren zich aan tien strikte regels (tien dogma’s) voor het filmmaken die samen ‘de eed van zuiverheid’ (In het Deens: kyskhedsløfter; in het Engels: Vows of Chastity) vormen. Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van de Dogme-methode is het aangaan van echte gesprekken die over praktische zaken gaan. Hierbij gaat het om communicatie als drijvende kracht van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). Daarom is de methode een communicatieve benadering van het onderwijs, die taalonderwijs zonder lesboeken wil bieden of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan focust op het communiceren tussen de studenten en de docent. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net zoals de Dogme-beweging in de film, tien uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Onderzoek naar het succes van Dogme is beperkt, maar Thornbury stelt dat de parallellen met het taakgericht leren van een taal (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er nauwelijks voorbereiding nodig is, is een pluspunt voor docenten Frans. Dat lerenden verantwoordelijk zijn voor hun eigen leerproces, kan erg motiverend werken. Op deze manier is de taalles Frans niet voorspelbaar. Dit zorgt ervoor dat de communicatie spontaan is en de verveling krijgt geen kans. Tijdens een taalles volgens de Dogme-methode is bijna elk item bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat studenten betrokken en alert blijven.
Studenten kunnen zich daarentegen wel iets minder op hun gemak voelen als ze zo weinig door de docent begeleid worden. Voor dit type van onderwijs zijn ook niet alle taaltrainers Frans voldoende flexibel. Dat de lerenden zich vaak op een bepaald examen Frans moeten voorbereiden en het niet zeker is dat de daarvoor benodigde stof aan bod komt tijdens de les, kan een bijkomend minpunt van de methode vormen.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
Deze GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een vreemde taal (zoals het Frans). Het primaire uitgangspunt van de leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom hanteert GPA de benamingen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docent’. De GPA heeft gelijkenissen met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode bestaat uit zes fasen van activiteiten. Deze activiteiten worden uitgevoerd door de lerende en een verzorger uit Frankrijk. Begrip gaat voor productiviteit. De nadruk ligt op Franse woordenschat en cultuur. Fase 1 van de leermethode is de hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode zogenaamde van de zogenaamde leermethode is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase duurt om en nabij 150 uur en de deelnemers beginnen nu ook Frans te produceren. In fase 3 van de leermethode van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemer en de verzorger beginnen nu diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 beginnen deelnemers zich te richten op het taalgebruik van moedertaalsprekers Frans door middel van films, televisie of nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk nodig is, wordt ook geleerd. Fase 6 is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hierbij gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans.
Populariteit
De leermethode van Greg en Angela Thomson is nog vrij nieuw en er is nog niet veel bekend over het succes ervan. Deelnemende studenten zijn vrij enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een goede doorkijk op het proces van de taalverwerving Frans geboden. Deze zes fasen van de leermethode bieden een duidelijk tijdspad en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een nadeel van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gezocht moet worden die bereid is om veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is in de vroege jaren 2000 bedacht door de Amerikaanse polyglot en taalkundige Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen gebruiken om de intonatie (Frans) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek is eenvoudig: de studenten luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen wat zij horen. Bij de methode is het niet belangrijk om de Franse tekst al te begrijpen; het gaat in eerste instantie om de klanken van de te leren taal. Luisteren en herhalen wordt net zo veel geoefend tot dit heel gemakkelijk gaat en de student simultaan Frans kan spreken met de audio-opname. De lerenden gebruiken na enige tijd een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben gezegd. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende teksten, zijn veel leerboeken voor deze techniek geschikt. Het niveau van de Franse audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de lerende te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Alexander Argüelles raadt aan om te lopen tijdens het spreken, het liefst buiten, en niet te zitten, doordat beweging de opname van de nieuwe taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterkt. Een bijkomende reden is dat de student minder gauw afgeleid wordt als hij of zij in beweging is, waardoor het werken aan het Frans veel effectiever wordt.
De shadowing-techniek vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de twintigste eeuw, maar het verschil is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Bij Shadowing is ook simultaan spreken anders.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar de techniek van Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de leermethodiek naast de uitspraak ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de Franse taal wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek kan worden toegepast in een groep van lerenden, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief aan de methodiek leren is. Het rendement is hoog.
Het nadeel van deze techniek is dat de lerende het wellicht een beetje saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De teksten kiezen is dus heel belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde in de jaren zestig van de vorige eeuw de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die op het idee gebaseerd is dat mensen door middel van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven voortdurend taken aan hun (jonge) kinderen en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoenen maar aan”, enz.). Het is in de eerste plaats de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat verbaal reageren in een later stadium. De luistervaardigheden Frans vormen dus de basis, daarna volgen de spreekvaardigheden.
De methode van TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De trainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de lerende doet deze opdrachten na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende opdrachten worden verder uitgebreid of deels gewijzigd.
TPR® appelleert aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Op deze manier kost het minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende lerenden en ook wel op de basisschool bij Engelse les. Maar eveneens middelbare scholieren of volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response heeft veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek levert snelle succeservaringen op, wat het plezier in leren bevordert. Zo kan de student leren zonder stress. TPR® is in principe geschikt voor alle doelgroepen, ongeacht achtergrond en leeftijd en de methode kan eveneens toegepast worden in grotere klassen. Het verworven Frans wordt direct in het langetermijngeheugen van de student opgeslagen.
Het nadeel van TPR® is dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is. Dit is de reden dat de methodiek tot op een zeker taalniveau werkt en daarnaast nog een andere methodiek (ter aanvulling) nodig is. Ook is de leermethodiek niet bijzonder creatief. De studenten leren niet om gevoelens, ideeën en meningen in het Frans te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) bedacht de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd, eind jaren 80 van de negentiende eeuw. De Directe Methode is als tegenreactie op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging omstreeks 1900 met nieuwe visies over talen leren dat inductief en zelfontdekkend diende te zijn. Deze Reformbeweging ging overigens niet alleen over het leren van talen, maar eveneens over voeding, kleding, natuurgeneeskunde en naturisme. Men streefde, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en bevrijding van het keurslijf. In het taalonderwijs kwam veel aandacht voor de ‘levende’, gesproken taal, waarbij grammatica vooral inductief werd onderwezen, met behulp van voorbeeldzinnen. Door de lerenden moesten de taalregels hieruit worden afgeleid. Er waren meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak (zoals het Frans). Het werd aangemoedigd de studenten veel in het Frans te laten spreken. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de lessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. Door middel van voorbeelden en plaatjes werd de (Franse) vocabulaire aangeleerd. Abstracte vocabulaire werd aangeboden door de studenten om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw ebde weg, deels onder invloed van de crises en oorlogen, om in de jaren 60 weer een andere vorm te krijgen.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier van leren is, is het belangrijkste voordeel van de Directe Methode. Spreken en luisteren worden ruimschoots behandeld, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid kunnen ontwikkelen. Aan de leermethode kleven echter ook nadelen. Deze methode besteedt nauwelijks aandacht aan de schrijfvaardigheid (Frans) en ook relatief minder aandacht aan lezen in de doeltaal. Voor de meer gevorderde studenten Frans, heeft deze methode onvoldoende uitdagingen te bieden. Voor minder snel lerende studenten is de Directe Methode eveneens niet heel geschikt, omdat deze leermethode is gebaseerd op een dynamische inzet van de kant van de studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is op hetzelfde principe gebaseerd als de ‘natuurlijke aanpak’ (Natural Approach): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een vreemde taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Om die reden wil Manesca niet met abstracte lijstjes en regels met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de vroegst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep lerenden en een taaltrainer Frans, die slechts één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een bepaalde beweging. De lerenden herhalen daarna één voor één het Franse woord en deze beweging. Deze herhaling helpt de studenten deze Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap vormen de woorden zinnen en variaties op de Franse zinnen. In een latere fase wordt met leesteksten de Franse spelling aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds een aantal jaren later door Heinrich Gottfried Ollendorff overgenomen en aangepast en staat ook wel als de Ollendorff-methode bekend.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na de publicatie van zijn leermethode. Het werk van Jean Manesca is door anderen opgepakt en aangepast, onder wie Ollendorff. Een groot deel van zijn ideeën zijn nog steeds actueel en worden nog altijd in het moderne vreemdetalenonderwijs toegepast.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger door de lerende wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Wat daar eveneens aan bijdraagt, is het veelvuldige herhalen. Het feit dat dit wat saai wordt om steeds dezelfde Franse woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan een keerzijde zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die gebruikmaakt van stilte als instructiemiddel. De autonomie van de lerenden en hun actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van stilte en gebaren wordt door de taaldocenten Frans gebruikt om de aandacht van de lerende te trekken, reacties los te krijgen en hem of haar aan te moedigen om foutjes te corrigeren. Aan de uitspraak (Frans) van de te leren taal wordt veel tijd besteed.
Caleb Gattegno, die van oorsprong een wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een manier die efficiënt voor de energievoorraad van de studenten was. Hij kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan wanneer we proberen iets uit het hoofd te leren. Hij betoogde dat de taaldocenten niet zozeer naar het overbrengen van kennis dienen te streven, maar het bewustzijn dienen aan te boren, omdat alleen het het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te kunnen leren.
The Silent Way van Gattegno hierbij gebruikt onder andere gekleurde blokjes (zogenaamde cuisenaire-staven), die voor diverse dingen kunnen worden gebruikt. De methode maakt eveneens gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarin elke kleur een specifieke klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel wordt gebruikt, zijn Caleb Gattegno’s ideeën wel van betekenis geweest, vooral bij het leren van de uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de benadering van Gattegno is dat zijn aanpak niet-bedreigend is voor de student, die immers gezien wordt als autonoom. In principe is de taaltrainer Frans dienstbaar aan de student en niet andersom. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke manier gestimuleerd. De geleerde stof wordt vaak goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag. Dit draagt bij aan het leerproces.
Dat sommige studenten intensievere begeleiding nodig hebben dan de methode beoogt, kan een minpunt van de methode zijn. Een student zou gefrustreerd kunnen raken door de afwezigheid van inbreng van de taaldocent Frans. De beperking van het werken met kleuren en grafieken is dat de nieuwheid er vrij snel af is. Hierdoor verdwijnt het effect.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-techniek (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPRS is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is natuurlijke taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te kunnen bereiken, worden studenten blootgesteld aan veel begrijpelijke input. De trainer Frans vertelt een verhaal, waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn niet te lang en interessant of humoristisch. Doordat deze verhalen eenvoudig te begrijpen zijn, ontspannen de studenten zich. Zo worden Franse woorden en structuren ongemerkt in het langetermijngeheugen opgeslagen. De taaldocent wijst studenten op grammaticale verschijnselen in het Frans, zonder dat studenten taalregels uit het hoofd leren.
De lerenden zullen na een poosje ‘vanzelf’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om samen met een groepje studenten een verhaal op te bouwen. De taaltrainer Frans schrijft bij deze methode eerst nieuwe woorden en structuren op het schoolbord, met de Franse vertalingen erbij, om vervolgens met de studenten een verhaal te maken. Tot slot vertellen de studenten het verhaal na. Lezen in het Frans is een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling, omdat dit zorgt voor inbreng. Schrijven in het Frans volgt in een latere fase.
Populariteit
Er is veel onderzoeken gedaan dat uitwijst dat TPRS een succesvolle manier is om een vreemde taal te leren. Randvoorwaarden zijn er wel: de trainer moet goed getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt eveneens de creatieve intelligentie aan; TPRS is een vorm van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een plezierige methode en het is relatief gemakkelijk om de focus te behouden. Zelf een verhaal maken, werkt zeer motiverend voor lerenden.
Dat TPRS veel voorbereiding van de traineren vraagt, is een nadeel.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
Verschillende digitale hulpmiddelen om Frans te leren
Er is ook een groot aanbod aan complete taalcursussen voor zelfstudie: uTalk, Eurotolk Ultimate en online leermethoden zoals Duolingo, Quizlet, Babbel en Mondly.
Er is echter een betere manier:
Het inmiddels bekende hoge rendement van Dagnall wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden toe te passen, maar voornamelijk doordat de focus altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of wellicht kinesthetisch aangelegd? Hoe leert de cursist Frans het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Er is echter een betere manier:
De Dagnall Methode.
Het inmiddels bekende hoge rendement van Dagnall wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden toe te passen, maar voornamelijk doordat de focus altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of wellicht kinesthetisch aangelegd? Hoe leert de cursist Frans het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
Ons taleninstituut geeft taalcursussen bij voorkeur face-to-face. We werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Dagnall biedt daarnaast een online leerplatform en een eigen app, beide met Franse woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de Dagnall app worden geladen met jargon van uw organisatie of bedrijf.
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
Ons taleninstituut geeft taalcursussen bij voorkeur face-to-face. We werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Dagnall biedt daarnaast een online leerplatform en een eigen app, beide met Franse woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de Dagnall app worden geladen met jargon van uw organisatie of bedrijf.
[ Lees meer ]
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Frans online (e-learning), blended learning en Dagnall app
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)cursussen die online gevolgd kunnen worden, dus op afstand. Het wordt ook wel een virtual classroom oftewel een ‘digitaal leslokaal’ genoemd.
Bij de zogenaamde trainingsvorm van blended learning worden face-to-face-sessies (klassikale sessies) gecombineerd met online leren in een online leeromgeving.
Simpel gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Hoogeveen.
Online Frans leren (e-learning Frans)
Enkele voorbeelden van digitale platformen die voor online communiceren en leren kunnen worden gebruikt, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Frans in Hoogeveen
Het voordeel van blended learning ten opzichte van online leren is dat, indien het niet om 1-op-1 les gaat, cursisten bij blended learning met afwisseling wel een zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren; dat wil zeggen persoonlijke interactie; motivatie van en gesprekken met andere cursisten.
100% maatwerk – ook online!
Vanzelfsprekend biedt Dagnall Talen ook blended learning in Hoogeveen op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall biedt een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Het platform Dagnall.online biedt interactieve en gevarieerde content en vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het Dagnall platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt op deze manier voor een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Naast het online leerplatform biedt Dagnall Talen eveneens een eigen App voor zowel Android- als Apple-apparaten. Het gunstige aspect van de Dagnall App is dat lerenden altijd en overal, dus 24/7, toegang hebben op ieder (mobiel) apparaat. Zowel op het werk maar ook thuis of onderweg, bijvoorbeeld op reis in het buitenland. Cursisten kunnen dus Frans leren wanneer en waar het hen schikt. De inhoud van de oefeningen in de App worden afgestemd op de behoefte van uw bedrijf of organisatie zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Wij kunnen bijvoorbeeld woordenlijsten, speciek jargon, technische termen, juridische termen en productnamen in de App integreren. De Dagnall App kan dus zeer praktijkgericht worden gebruikt en de App blijft ook beschikbaar na afronding van de training Frans in Hoogeveen.
Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Ontdek onze online mogelijkheden
Online learning & blended learning Frans in Hoogeveen
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Frans
E-mailcorrespondentie, telefoongesprekken, vergaderingen of onderhandelingen met Franstalige zakenpartners of klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk zijn vaak een uitdaging op het gebied van taal.
Mensen die meerdere talen spreken, zijn derhalve vaak onmisbaar in veel bedrijven en organisaties.
Online en blended taaltrainingen Frans op maat
Dagnall Talen leert u door middel van professionele online & blended taalcursussen in het Frans te communiceren. Als u internationaal meertalig succesvol wilt zijn, leer dan om uw Franstalige gesprekspartners te begrijpen en zorg dat u ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheden Frans verbeteren voor een toekomstige of huidige functie? Onze taaltrainingen bieden beroepsgerichte training. Al onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en eveneens beschikbaar als onlinecursussen & blended taalcursussen. Onlinecursussen en blended taalcursussen Frans zijn even doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en bovendien nog eens comfortabel.
Een online taalcursus en ook een blended taalcursus kan overal gevolgd worden; thuis, op kantoor, op (zaken)reis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Voor zakelijke en technische taalcursussen online werkt Dagnall Talen met onlineplatforms zoals Zoom, Skype, Teams of een ander onlineplatform naar uw keuze. Zoom wordt over het algemeen als het meest gebruiksvriendelijk gezien en biedt interactie en variatie.
Virtuele Classroom voor een individuele training of groepstraining Frans
Alleen het volgende hebt u nodig voor cursussen in een virtuele classroom:
- Een pc, laptop of tablet met een camera en een microfoon
- Een internetverbinding
- Een rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]
Cursuspakket en certificaat
Voorafgaand aan uw cursus Frans in Hoogeveen ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Na afloop van uw cursus Frans in Hoogeveen ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Frans alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Frans.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde cursus Frans in Hoogeveen
Het Europees Referentiekader (ERK)
De taalniveaus van het Europees Referentiekader (ERK) gebruikt Dagnall als referentie en geven u een helder beeld van uw aanwezige en opgedane kennis van het Frans. De niveaus van het Europees Referentiekader zijn internationaal erkende taalniveaus.
U ontvangt het ‘Certificaat van Dagnall Talen’ na afloop van uw cursus Frans in Hoogeveen.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een hulpmiddel dat de verschillende niveaus van taalvaardigheid op een uniforme manier beschrijft.
Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 samengesteld door de Raad van Europa.
In het ERK is vastgelegd wat precies de niveaus betekenen van vijf verschillende vaardigheden: luisteren, lezen, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
De Engelstalige afkorting en term wordt ook vaak gebruikt: CEFR; Common European Framework of References. Het Europees Referentiekader (ERK) hanteert ook 6 niveaus van taalbeheersing; van beginners tot bijna moedertaalsprekers.
De zes niveaus van taalvaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 samengesteld door de Raad van Europa.
In het ERK is vastgelegd wat precies de niveaus betekenen van vijf verschillende vaardigheden: luisteren, lezen, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
De Engelstalige afkorting en term wordt ook vaak gebruikt: CEFR; Common European Framework of References. Het Europees Referentiekader (ERK) hanteert ook 6 niveaus van taalbeheersing; van beginners tot bijna moedertaalsprekers.
De zes niveaus van taalvaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Taalniveau A houdt in dat de taalgebruiker de basisvaardigheden beheerst.
Wie niveau B machtig is, wordt als een ‘zelfstandige taalgebruiker’ gezien. De kennis van het Frans is zodanig dat hij of zij zonder hulp in de Franse taal kan functioneren.
Niveau C geldt voor gevorderden die met groot gemak Frans kunnen verstaan, lezen, spreken en schrijven. Wie het Frans kent op niveau C, beheerst deze taal op bijna moedertaalniveau.
Wie niveau B machtig is, wordt als een ‘zelfstandige taalgebruiker’ gezien. De kennis van het Frans is zodanig dat hij of zij zonder hulp in de Franse taal kan functioneren.
Niveau C geldt voor gevorderden die met groot gemak Frans kunnen verstaan, lezen, spreken en schrijven. Wie het Frans kent op niveau C, beheerst deze taal op bijna moedertaalniveau.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level
Luisteren
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Frans)
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Taleninstituut is gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm bevat strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn om de klanttevredenheid te verhogen. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van de ISO 9001:2015 norm.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall Taleninstituut is eveneens gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 17100:2015 norm. De ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor vertaaldiensten en stelt onder meer eisen aan mensen, middelen, projectmanagement, vertalers alsook proeflezers.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers (natives) wordt gewerkt die over de benodigde kennis en ervaring beschikken. Daarnaast worden de vertalingen van Dagnall Talen altijd minimaal twee keer door twee specialisten/proeflezers proefgelezen. De vertalingen worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties. Jaarlijks wordt Dagnall Talen door Kiwa getoetst om te controleren of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk
Lidmaatschap NRTO
Dagnall Taleninstituut is vanzelfsprekend al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk.
Wij hebben ons bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid.
De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstellingen en de NRTO heeft meer dan 450 leden.
De missie van de NRTO is: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Wij hebben ons bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid.
De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstellingen en de NRTO heeft meer dan 450 leden.
De missie van de NRTO is: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
Voor de NRTO staat kwaliteit voorop. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de NRTO-leden worden geleverd, bijvoorbeeld een cursus Frans in Hoogeveen, wordt geborgd door een gedragscode, door verschillende convenanten en door het NRTO-keurmerk.
[ Lees meer ]
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engelse naam: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot het verwerken van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de Europese Unie. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van EU-burgers. De verordening schrijft voor dat mensen op de hoogte moeten zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die voor het beoogde doel noodzakelijk zijn, mogen worden verwerkt en bewaard.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer dan nodig worden bewaard en de persoonsgegevens dienen tegen toegang door onbevoegden, vernietiging of verlies te worden beschermd. Dagnall voldoet uiteraard aan alle eisen die door de Algemene verordening gegevensbescherming gesteld worden en verwerkt persoonsgegevens in elk opzicht in zeer beperkte mate. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Frans in Hoogeveen zijn vrijgesteld van btw
CRKBO-geregistreerde instelling
Dagnall Taleninstituut is in het CRKBO-register ingeschreven. CRKBO staat voor het Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dat houdt in dat Dagnall Talen aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is een vereiste voor de Belastingdienst om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te mogen leveren.
Door deze btw-vrijstelling kan Dagnall Talen lagere prijzen aan u in rekening brengen.
Dit helpt in de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen aan bijvoorbeeld zorginstellingen, maatschappen, de overheid en privépersonen.
Dat houdt in dat Dagnall Talen aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is een vereiste voor de Belastingdienst om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te mogen leveren.
Door deze btw-vrijstelling kan Dagnall Talen lagere prijzen aan u in rekening brengen.
Dit helpt in de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen aan bijvoorbeeld zorginstellingen, maatschappen, de overheid en privépersonen.
CPION
Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall Talen onderworpen aan een jaarlijkse audit door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register is een register dat wordt bijgehouden door Lloyd’s Register Nederland.
Het Lloyd’s Register is opgericht in 1760 en is een onafhankelijk, door de overheid erkend keuringsinstituut en heeft onder meer als doel het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen voor een cursus Frans in Hoogeveen
Contact cursus Frans Hoogeveen
Wilt u contact met Dagnall Talen opnemen voor een cursus Frans in Hoogeveen? Vraagt u vrijblijvend naar de opties bij Dagnall Talen. Als u meer informatie wilt ontvangen, kunt u een e-mail sturen naar cursus-frans-hoogeveen@dagnall.nl of het contactformulier op onze website invullen, dan nemen wij zo snel mogelijk contact met u op om uw mogelijkheden te bespreken!
Wij nemen dan zo snel mogelijk contact opnemen. U kunt ons instituut uiteraard ook telefonisch bereiken voor een cursus Duits in Purmerend op 020-2149118 (geen belmenu). Vanzelfsprekend kunt u ook het gratis informatiepakket voor cursussen aanvragen.
De beste route naar een cursus Frans in Hoogeveen!
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Internationaal zakendoen
 Wanneer u internationaal zakendoet dient u vaak rekening te houden met een tijdsverschil in het land waar u zaken mee doet, zoals Frankrijk. Op de (onderstaande) klokken kunt u een eventueel tijdverschil met Frankrijk en Nederland zien.
De tijd gaat automatisch over eventuele zomertijd. (De tijd gaat automatisch over eventuele zomertijd.)
AMSTERDAM
PARIJS
De officiële landcode van Frankrijk in letters is FRA. De hoofdstad van Frankrijk; Parijs (in het Frans: ‘Paris’), ligt in het noorden van Frankrijk.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Frankrijk is +33. De officiële internetextensie van Frankrijk is .fr.
Parijs op de kaart van Frankrijk
Leer Frankrijk kennen
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Frankrijk ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kunt u de regio’s (régions) van Frankrijk aanwijzen?
Weet u in welke Franse regio’s uw zakenrelaties zich bevinden?
Met deze oefening kent u de 13 Franse regio’s heel snel.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kunt u de regio’s (régions) van Frankrijk aanwijzen?
Weet u in welke Franse regio’s uw zakenrelaties zich bevinden?
Met deze oefening kent u de 13 Franse regio’s heel snel.
Controleer of verbeter uw kennis door met de muis naar de landkaart van Frankrijk te gaan.
Door met de cursor de op de landkaart van Frankrijk te gaan staan, kun u de bestuurlijke indeling van Frankrijk zien.
De regio’s van Frankrijk worden nu één voor één getoond.
Eerst wordt de Franse regio’s getoond, daarna krijgt u de naam van de regio te zien.
Na een minuut hebt u een aardig idee van de regionale verdeling van Frankrijk.
Door met de cursor de op de landkaart van Frankrijk te gaan staan, kun u de bestuurlijke indeling van Frankrijk zien.
De regio’s van Frankrijk worden nu één voor één getoond.
Eerst wordt de Franse regio’s getoond, daarna krijgt u de naam van de regio te zien.
Na een minuut hebt u een aardig idee van de regionale verdeling van Frankrijk.
Frankrijk in Europa
Regio’s van Frankrijk
Soepele zakelijke gesprekken met Franstaligen
Zakendoen met Frankrijk
Wilt u soepel communiceren met Franstaligen?
De informatie die u hieronder over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen vindt, zal u hier zeker bij helpen.
Beroemde Fransen, bekende Franse exportproducten en typische gewoonten en gebruiken heeft Dagnall Taleninstituut voor u op een rijtje gezet.
Verschillende kenmerkende onderwerpen over Frankrijk en/of de Franse taal.
Een aantal leuke dingen over het land leren, kan uitstekend helpen als ijsbreker of openingszin.
Deze wetenswaardigheden over land, cultuur en mens kunt u eveneens goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen tijdens een zakelijk overleg in het Frans.
De informatie die u hieronder over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen vindt, zal u hier zeker bij helpen.
Beroemde Fransen, bekende Franse exportproducten en typische gewoonten en gebruiken heeft Dagnall Taleninstituut voor u op een rijtje gezet.
Verschillende kenmerkende onderwerpen over Frankrijk en/of de Franse taal.
Een aantal leuke dingen over het land leren, kan uitstekend helpen als ijsbreker of openingszin.
Deze wetenswaardigheden over land, cultuur en mens kunt u eveneens goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen tijdens een zakelijk overleg in het Frans.
Tijdens internationaal zakendoen met Franstaligen kunt u in ieder geval niet alleen de geleerde taalkennis in de praktijk brengen maar evengoed de verworven kennis van het land inbrengen.
Zo kunt u iets ontdekken over wereldberoemde Franse gerechten en de specifieke Franse eetcultuur.
Samen eten brengt mensen dichter tot elkaar.
De behaalde taalvaardigheid alsook uw kennis over Frankrijk, de Fransen en de Franse cultuur zal zeker worden gewaardeerd!
Zo kunt u iets ontdekken over wereldberoemde Franse gerechten en de specifieke Franse eetcultuur.
Samen eten brengt mensen dichter tot elkaar.
De behaalde taalvaardigheid alsook uw kennis over Frankrijk, de Fransen en de Franse cultuur zal zeker worden gewaardeerd!
Acheter chat en poche
Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud
Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris
’s Nachts zijn alle katjes grijs
Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud
Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris
’s Nachts zijn alle katjes grijs
De Fransen eten de beroemde baguettes niet als maaltijd zelf, maar bij de hoofdmaaltijd.
Een broodmaaltijd zoals wij dat in Nederland kennen, kennen de Fransen niet.
Een echt Frans ontbijtje is een croissant of brioche; een zacht en zoet broodje, gedoopt in een kopje koffie.
De Franse hoofdmaaltijd is de lunch, die uit meerdere gangen bestaat.
Per regio zijn er enorme verschillen, maar stokbrood hoort erbij.
Dit begint doorgaans met salade, gevolgd door een warm hoofdgerecht.
Vlees, gevogelte of vis, groente en rijst of aardappelen.
Aardappelen worden trouwens beschouwd als groente.
Fransen houden van vlees en halen hun neus niet op voor organen en ingewanden van dieren zoals kippenlevertjes of -maagjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté).
Het stokbrood gebruiken Fransen om bijvoorbeeld de saus mee te deppen of om hun bord schoon te maken.
Bij het eten wordt natuurlijk wijn gedronken, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken.
Kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin.
De maaltijd wordt afgesloten met een fromage, een lekker Frans kaasje en vervolgens le dessert: een zoet nagerecht en een kopje koffie.
Omdat de avondmaaltijd zelden vóór 20.00 uur wordt genuttigd, volgt rond 16.00 uur le goûter; iets zoetigs zoals een gebakje met een kop thee of koffie.
’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood gekocht.
Voorafgaand aan het eten neemt men een apéro, een aperitief zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (een anijslikeur).
De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar de maaltijd is minder uitgebreid.
Vaak wordt gegeten wat is overgebleven van de lunch.
Fransen eten vaker in restaurants dan Nederlanders, zeker tussen de middag.
De prijzen zijn relatief laag en veel werkgevers geven hun personeel maaltijdbonnen, waarmee voor een gereduceerd tarief in een restaurant kan worden geluncht.
Een broodmaaltijd zoals wij dat in Nederland kennen, kennen de Fransen niet.
Een echt Frans ontbijtje is een croissant of brioche; een zacht en zoet broodje, gedoopt in een kopje koffie.
De Franse hoofdmaaltijd is de lunch, die uit meerdere gangen bestaat.
Per regio zijn er enorme verschillen, maar stokbrood hoort erbij.
Dit begint doorgaans met salade, gevolgd door een warm hoofdgerecht.
Vlees, gevogelte of vis, groente en rijst of aardappelen.
Aardappelen worden trouwens beschouwd als groente.
Fransen houden van vlees en halen hun neus niet op voor organen en ingewanden van dieren zoals kippenlevertjes of -maagjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté).
Het stokbrood gebruiken Fransen om bijvoorbeeld de saus mee te deppen of om hun bord schoon te maken.
Bij het eten wordt natuurlijk wijn gedronken, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken.
Kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin.
De maaltijd wordt afgesloten met een fromage, een lekker Frans kaasje en vervolgens le dessert: een zoet nagerecht en een kopje koffie.
Omdat de avondmaaltijd zelden vóór 20.00 uur wordt genuttigd, volgt rond 16.00 uur le goûter; iets zoetigs zoals een gebakje met een kop thee of koffie.
’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood gekocht.
Voorafgaand aan het eten neemt men een apéro, een aperitief zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (een anijslikeur).
De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar de maaltijd is minder uitgebreid.
Vaak wordt gegeten wat is overgebleven van de lunch.
Fransen eten vaker in restaurants dan Nederlanders, zeker tussen de middag.
De prijzen zijn relatief laag en veel werkgevers geven hun personeel maaltijdbonnen, waarmee voor een gereduceerd tarief in een restaurant kan worden geluncht.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees.
Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI)
La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Nederlandse ambassade in Parijs
De Nederlandse ambassade is gevestigd in Parijs.
Netherlands Business Support Office
Lyon en Nantes hebben een Netherlands Business Support Office voor ondernemers.
Franse ambassade in Den Haag
Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France
Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk.
De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Nederlandse ambassade in Parijs
De Nederlandse ambassade is gevestigd in Parijs.
Netherlands Business Support Office
Lyon en Nantes hebben een Netherlands Business Support Office voor ondernemers.
Franse ambassade in Den Haag
Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France
Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk.
De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
Het brailleschrift, een schrift waarmee blinden kunnen lezen en schrijven, is vernoemd naar Louis Braille. Braille was zelf als jong kind blind geworden. In 1819 was er een speciaal ‘nachtschrift’ ontwikkeld in het Franse leger om ’s nachts boodschappen over te brengen aan het front. Dat gebeurde met een raster van twaalf punten, waarop in reliëf codes stonden die in het donker voelbaar waren. Louis Braille werd hierdoor op het idee gebracht iets dergelijks voor blinden te ontwikkelen en zo ontstond rond 1829 het brailleschrift.
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”).
llons enfants de la Patrie,
Le jour de gloire est arrivé !
Contre nous de la tyrannie
L’étendard sanglant est levé, (bis)
Entendez-vous dans les campagnes
Mugir ces féroces soldats ?
Ils viennent jusque dans vos bras
Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens,
Formez vos bataillons,
Marchons, marchons !
Qu’un sang impur
Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves,
De traîtres, de rois conjurés ?
Pour qui ces ignobles entraves,
Ces fers dès longtemps préparés ? (bis)
Français, pour nous, ah ! quel outrage
Quels transports il doit exciter !
C’est nous qu’on ose méditer
De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères
Feraient la loi dans nos foyers !
Quoi ! Ces phalanges mercenaires
Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis)
Grand Dieu ! Par des mains enchaînées
Nos fronts sous le joug se ploieraient
De vils despotes deviendraient
Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides
L’opprobre de tous les partis,
Tremblez ! vos projets parricides
Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis)
Tout est soldat pour vous combattre,
S’ils tombent, nos jeunes héros,
La terre en produit de nouveaux,
Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes,
Portez ou retenez vos coups !
Épargnez ces tristes victimes,
À regret s’armant contre nous. (bis)
Mais ces despotes sanguinaires,
Mais ces complices de Bouillé,
Tous ces tigres qui, sans pitié,
Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie,
Conduis, soutiens nos bras vengeurs
Liberté, Liberté chérie,
Combats avec tes défenseurs ! (bis)
Sous nos drapeaux que la victoire
Accoure à tes mâles accents,
Que tes ennemis expirants
Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants)
Nous entrerons dans la carrière
Quand nos aînés n’y seront plus,
Nous y trouverons leur poussière
Et la trace de leurs vertus (bis)
Bien moins jaloux de leur survivre
Que de partager leur cercueil,
Nous aurons le sublime orgueil
De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
llons enfants de la Patrie,
Le jour de gloire est arrivé !
Contre nous de la tyrannie
L’étendard sanglant est levé, (bis)
Entendez-vous dans les campagnes
Mugir ces féroces soldats ?
Ils viennent jusque dans vos bras
Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens,
Formez vos bataillons,
Marchons, marchons !
Qu’un sang impur
Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves,
De traîtres, de rois conjurés ?
Pour qui ces ignobles entraves,
Ces fers dès longtemps préparés ? (bis)
Français, pour nous, ah ! quel outrage
Quels transports il doit exciter !
C’est nous qu’on ose méditer
De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères
Feraient la loi dans nos foyers !
Quoi ! Ces phalanges mercenaires
Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis)
Grand Dieu ! Par des mains enchaînées
Nos fronts sous le joug se ploieraient
De vils despotes deviendraient
Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides
L’opprobre de tous les partis,
Tremblez ! vos projets parricides
Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis)
Tout est soldat pour vous combattre,
S’ils tombent, nos jeunes héros,
La terre en produit de nouveaux,
Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes,
Portez ou retenez vos coups !
Épargnez ces tristes victimes,
À regret s’armant contre nous. (bis)
Mais ces despotes sanguinaires,
Mais ces complices de Bouillé,
Tous ces tigres qui, sans pitié,
Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie,
Conduis, soutiens nos bras vengeurs
Liberté, Liberté chérie,
Combats avec tes défenseurs ! (bis)
Sous nos drapeaux que la victoire
Accoure à tes mâles accents,
Que tes ennemis expirants
Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants)
Nous entrerons dans la carrière
Quand nos aînés n’y seront plus,
Nous y trouverons leur poussière
Et la trace de leurs vertus (bis)
Bien moins jaloux de leur survivre
Que de partager leur cercueil,
Nous aurons le sublime orgueil
De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
Over Frankrijk
Frankrijk heeft ongeveer 67 miljoen inwoners. Frankrijk is een constitutionele republiek met aan het hoofd een president. Zowel de president als de premier (eerste minister) legt verantwoording af aan het parlement. Daarmee kent Frankrijk een semipresidentieel systeem. Frankrijk ligt in West-Europa en beslaat een totale oppervlakte van 551.500 vierkante kilometer. Frankrijk is de 6de grootste economie ter wereld. De grote en belangrijke steden in Frankrijk zijn Parijs (Frans: Paris); de hoofdstad met ruim 2 miljoen inwoners, alsook Marseille, Lyon en Toulouse.
Frankrijk is bestuurlijk onderverdeeld in achttien regio’s (régions), waarvan twaalf in het land Frankrijk zelf, Corsica en 5 overzeese regio’s. Deze 12 regio’s in het land zijn in alfabetische volgorde: Auvergne-Rhône-Alpes, Bourgogne-Franche-Comté, Bretagne, Centre-Val de Loire, Grand Est, Hauts-de-France, Île-de-France, Normandië, Nouvelle-Aquitaine, Occitanie, Pays de la Loire en Provence-Alpes-Côte d’Azur. De vijf Franse overzeese departementen/regio’s zijn Frans-Guyana, Guadeloupe, Martinique, Mayotte en Réunion.
Vlag van Frankrijk
Wapen van Frankrijk
Oorsprong naam Frankrijk
De naam ‘Frankrijk’ betekent het ‘Rijk van de Franken’. De Franken waren een Germaanse stam die Noord-Europa na de val van het Romeinse Rijk veroverde.
Kenmerkend voor Frankrijk
Wie aan Frankrijk denkt, denkt aan chansons, de Eiffeltoren, wijn, kaasjes, knoflook, stokbrood (sinds 2022 Unesco Werelderfgoed), champagne, de Ronde van Frankrijk (Tour de France) en lavendelvelden waarlangs een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor velen roept Frankrijk onmiddellijk een vakantiegevoel op. Ook een echte Fransman is gemakkelijk te herkennen: hij draagt een wit overhemd en een baret of T-shirt met een Bretonse streep. En hij rijdt uiteraard in een Franse auto! Van oudsher was de Citroën DS het meest geliefd, die liefkozend ‘de godin’ (La Déesse) wordt genoemd. In Nederland en Vlaanderen is dit model wat simplistischer bekend als het ‘strijkijzer’ of de ‘snoek’.
[ Lees meer ]
Frankrijk - valuta
Munteenheid van Frankrijk
De munteenheid van Frankrijk is sinds 2002 de euro. Hieronder ziet u een foto van de voorkant en de achterkant van de Franse euromunt.
De Franse Centrale Bank
Hieronder ziet u het logo van de Franse Centrale Bank BdF (Banque de France) die gebruikmaakt van het zogenaamde ‘Eurosystem’.
Succesvol zakendoen in het Frans
Frankrijk - handel en toerisme
Franse Kamer van Koophandel - CCI
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux.
De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr.
Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
Toeristenorganisatie van Frankrijk
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
FRANCE.FR/ATOUT FRANCE
Rue Raymond Losserand, CS 60043
75680 Paris
FRANCE
http://www.atout-france.fr/content/about-us
Rue Raymond Losserand, CS 60043
75680 Paris
FRANCE
http://www.atout-france.fr/content/about-us
Over de Fransen
Alles draait om eten in la douce France, zoals de Fransen hun land als koosnaam noemen. Het ontbijt is bescheiden: een croissant en een kop koffie, die staand aan de bar gedronken wordt op weg naar het werk, net zoals Italianen dat doen. De Franse lunch is uitgebreid en warm, liefst met wijn erbij. En water. Het is voor Fransen gebruikelijk om veel water bij het eten te drinken. Het diner, dat ook warm wordt gegeten, is wat later op de avond. Vers stokbrood wordt bij de warme maaltijd gegeten. De zondagmiddagen zijn gereserveerd voor de lunch met de familie. De lunch kan in Frankrijk de hele middag in beslag nemen, want tijdens de maaltijd heb je de beste gesprekken.
Fransen houden ook erg van converseren. In het zakelijk leven gaat het net zo: wie zakendoet met Fransen, moet uitgebreid eten en veel praten. Veel Franse werkgevers geven werknemers vouchers waarmee ze kunnen lunchen in een restaurant. Kinderen worden in Frankrijk streng opgevoed en eten gewoon mee met alle maaltijden. In Frankrijk eten kinderen hun menu met vier gangen zonder morren en drinken daarbij met water aangelengde wijn. Omdat het vrij normaal is dat beide ouders werken, gaan Franse kinderen in de vakanties vaak naar een ‘colonie de vacances’.
[ Lees meer ]
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Over kennen en kunnen
Het beheersen van de Franse taal betekent niet alleen kennen maar vooral ook de ontwikkeling van kennen naar kunnen (toepassen door te oefenen). Door het accent te verschuiven van kennen naar kunnen, is de cursist in staat na afronding van de cursus Frans in Hoogeveen de opgedane kennis actief en snel in de praktijk toe te passen.
Voor u het weet, voert u al een gesprek in het Frans of begrijpt u opeens de e-mails of brieven die u krijgt. Dit is wel zo prettig! Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
Over de Franse taal
Frans is de meest gesproken Gallo-Romaanse taal. Het Gallo-Romaans is een vroege Romaanse taal die weer uit het Laatlatijn voortkwam. Gallo-Romaans werd gesproken rond 300-900 n.Chr. in het toenmalige Gallië. Gallië omvatte toen, behalve het tegenwoordige Frankrijk. ook België, het westen van Zwitserland alsmede delen van Duitsland en Nederland.
Er waren veel Gallo-Romaanse streektalen; elke streek had een eigen versie.
Er waren veel Gallo-Romaanse streektalen; elke streek had een eigen versie.
In de noordelijke streken sprak men sinds de 13de eeuw langue d’oïl en de zuidelijke streken langue d’oc; de talen werden herkend aan de manier waarop men ‘ja’ zei (‘oïl’ of ‘oc’). Modern standaardfrans (Nieuwfrans) is eigenlijk een gecultiveerde versie van het Francilien; de taal van de Île-de-France en van de langue d’oïl.
[ Lees meer ]
Franse klank en uitspraak
De klank van de Franse taal
Ten opzichte van de Nederlandse taal heeft de Franse taal een heel andere manier van uitspreken. Eén van de kenmerkende verschillen met de Nederlandse taal is dat de woorden aan elkaar worden geplakt in de Franse taal, waardoor niet te horen is waar een woord ophoudt en het volgende woord begint. Dit heet liaison; ‘verbinding’. Het gebeurt met name bij woorden die op ‘s’ eindigen en gevolgd worden door een klinker of stomme ‘h’. Zo hoor je ‘lezzamie’ in plaats van les amis (de vrienden).
De uitspraak van het Frans
Een ander verschil is dat Fransen eindletters vaak niet uitspreken. Parle en parlent klinken hierdoor bijvoorbeeld hetzelfde. Verder klinken bijna alle alle klinkers verschillend in het Frans. Doordat er veel Franse woorden in het Nederlands voorkomen, komt de Franse uitspraak ons bekend voor: toilet, bureau, portefeuille.
[ Lees meer ]
UITSPRAAK
Frans alfabet fonetisch/IPA
A | ah | /a/ |
B | bee | /be/ |
C | see | /se/ |
D | dee | /de/ |
E | uh | /ə/ |
F | effe | /ɛf/ |
G | zjee | /ʒe/ |
H | assj | /ɑʃ/ |
I | ie | /i/ |
/jiː/ | J | zjie |
K | kah | /ka/ |
L | elle | /ɛlə/ |
M | emme | /ɛmə/ |
N | enne | /ɛnə/ |
O | oo | /o/ |
P | pee | /pe/ |
Q | kuu | /qy/ |
R | er | /ɛʀə/ |
S | ess | /ɛsə/ |
T | tee | /te/ |
U | uu | /y/ |
V | vee | /ve/ |
W | doeble vee | /dubləˈve/ |
X | ieks | /iks/ |
Y | ie grek | /iˈgrɛk/ |
Z | zedde | /zedə/ |
SPELLING
WOORD
A | Anatole |
B | Berthe |
C | Célestin |
D | Désiré |
E | Eugène |
F | François |
G | Gaston |
H | Henri |
I | Irma |
J | Joseph |
K | Kléber |
L | Louis |
M | Marcel |
N | Nicolas |
O | Oscar |
P | Pierre |
Q | quintal |
R | Raoul |
S | Suzanne |
T | Thérèse |
U | Ursule |
V | Victor |
W | William |
X | Xavier |
Y | Yvonne |
Z | Zoé |
Speciale tekens
@ | arobase |
# | dièse |
NAAMVALLEN
Het Frans kent geen naamvallen zoals die bijvoorbeeld in het Duits worden gebruikt bij zelfstandige naamwoorden. Une maison blijft une maison, welke grammaticale functie in de zin het woord ook heeft. Toch gebruikt het Frans wel naamvallen, maar slechts voor voornaamwoorden. Dat zijn er vier: de nominatif, die het onderwerp van de zin aangeeft (il; bijvoorbeeld il arrive); de génitif die een bezitsvorm aanduidt (sa/son, bijvoorbeeld son chien);>),
de datif voor het meewerkend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (lui; bijvoorbeeld “Jean lui donne une pomme”) en de accusatif voor het lijdend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (le; bijvoorbeeld Marie le voit).
Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Bijzonderheden van de Franse taal
Frans is een Romaanse taal, net als Spaans, Portugees, Italiaans en Roemeens. Frans is één van de werktalen van de EU, naast het Engels en Duits. Het Frans is één van de zes officiële talen van de VN, naast het Engels, het Spaans, het Russisch, het Chinees en het Arabisch.
Het verhaal gaat dat de kreet in het tennis ‘15-0’ (fifteen-love) komt van het Franse woord l’œuf; ‘het ei’. De nul heeft de vorm van een ei. Het zo Engels lijkende tennis zou afstammen van het Franse jeu de paume.
De Franse taal leren en de Franse cultuur begrijpen
Alfabet en leestekens
Het Franse alfabet
Evenals het Nederlands, gebruikt het Frans het Latijnse alfabet, dat uit 26 letters bestaat.
Afwijkende leestekens in het Frans
In het Frans worden in plaats van aanhalingstekens zogenaamde guillemets gebruikt. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd, waarmee citaten wordt geopend en gesloten.
De term ‘guillemet’ komt van de Fransman Guillaume Le Bé (1525-1598). Le Bé was lettermaker en bedenker van het ‘guillemet’-teken. Tussen de guillemets en de tekst komen in het Frans spaties. Ook andere leestekens krijgen in het Frans eerst een spatie: « Venez ! », Elle criait :
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1 | Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode |
2 | Lees Franstalige kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. Le Monde is een bekende (online) krant in het Frans en Mediapart een bekend online nieuwsportal |
3 | Luister naar Franstalige radio. FIP is de bekendste Franse publieke radiozender en NRJ de bekendste Franse commerciële radiozender |
4 | Luister en ontdek Franstalige muziek |
5 | Lees Franstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren |
6 | Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Franse taal |
7 | Luister naar podcasts van Franstaligen |
8 | Kijk Franstalige televisieprogramma’s en films. France tv is de bekendste publieke televisieomroep en TF1 de bekendste commerciële televisiezender in Frankrijk |
9 | Bekijk Franse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren |
10 | Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren |
11 | Voer Franse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk |
12 | Plak memoblaadjes op in huis |
13 | Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten |
14 | Bekijk Franse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren |
15 | Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen |
16 | Wees niet bang om foutjes te maken |
17 | Niet te veel denken, gewoon doen! |
18 | En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen! |
Franse stopwoorden en leenwoorden
Stopwoordjes in het Frans
In het Frans heten ze des mots de remplissage; stopwoordjes of opvulwoorden. Ook het Frans zit er vol mee. Woordjes of woordcombinaties die iemand gebruikt om even te pauzeren maar toch de aandacht vast te kunnen houden.
In het Frans hoor je vaak aan het eind van een zin het stopwoord: hein? wat ruwweg klinkt als het woordje ‘hè’ in het Nederlands.
Sterker nog: het Nederlandse woordje ‘hè?’ komt waarschijnlijk uit de Franse taal. Dit woordje hein vraagt om instemming van de luisteraar(s), ongeveer als: “Vind je ook niet?”
In de Franse taal hoor je ook vaak quoi? (wat?) aan het einde van een zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” In het midden van een Franse zin hoor je vaak tu vois (‘zie je’), “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
[ Lees meer ]
Franse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Franse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Franstalige media
Franstalige media bekijken, beluisteren en/of lezen is zeer doeltreffend om uw kennis van het Frans te verbeteren.
Zo neemt u automatisch het ritme en de klank van het Frans in u op.
Franse krant en online nieuwsportal
Het kan heel leuk en leerzaam zijn om het nieuws (proberen) te lezen in het Frans. U bent waarschijnlijk al op de hoogte van de actualiteit, waardoor u op op een vlotte wijze behoorlijk wat Franse woordenschat bijleert.
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Le Monde
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Mediapart.fr
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr.
U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
Franstalige radio luisteren
FIP
Het radiostation FIP is het meest bekende publieke radiostation in Frankrijk.
Klik op het linker beeldscherm hierboven met het logo en luister direct live naar deze Franstalige radiozender.
NRJ
De radiozender NRJ is de meest beluisterde Franse commerciële radiozender. Als u op het beeldscherm rechtsboven met het logo klikt, kunt u direct live naar deze Franse commerciële radiozender luisteren.
Franstalige televisie kijken
France tv
Uw favoriete serie of programma in het Frans of met Franse ondertiteling kijken, is eerst misschien even wennen, maar al gauw zult u ontdekken dat dit erg leerzaam en leuk is.
France tv is de publieke Franse televisieomroep.
TF1
De omroep TF1 is de meest bekende Franse commerciële televisieomroep.
Deze Franstalige stations kunnen middels de internet, kabel, satelliet of een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Trainen en vergaderen in Hoogeveen
U kunt de cursus Frans in Hoogeveen op uw locatie volgen of in Assen, bijvoorbeeld bij ons instituut aan de Industrieweg 22 in Assen aan de bij het One Business Center in Assen-Centrum aan de Kloekhorststraat 29 in Assen aan de bij Coachhuis Zwolle aan de Kamperstraat 35A in Zwolle of in Logis Hotel Restaurant Lunia aan de Molenhoek 2 in Oldeberkoop. Wij verzorgen ook taalcursussen Frans in Hoogeveen in bijvoorbeeld Hotel Hoogeveen aan de Mathijsenstraat 1, in Van der Valk Hotel Spier-Dwingeloo aan de Oude Postweg 8 in Spier en in Fletcher Landhotel De Borken aan de Lhee 76 in Dwingeloo.
Besprekingen houden in Hoogeveen kan bij De Schildhoeve aan de Fluitenbergseweg 69.
Hoogeveen - geschiedenis
Hoogeveen is in het jaar 1636 door de Hollandsche Compagnie gesticht. Er was besloten dat hun arbeiders zich permanent op de venen moesten kunnen vestigen. Vanaf het begin van de 17de eeuw
vond er al vervening in het gebied plaats, maar het gebied was niet permanent bewoond.
De plaats Hoogeveen dankt zijn naam aan de turfwinning op het hoogveen.
De plaats Hoogeveen dankt zijn naam aan de turfwinning op het hoogveen.
Hoogeveen - nu
Hoogeveen is gelegen in de streek Zuidwest-Drenthe. Plaatsen in de omgeving van Hoogeveen zijn Aalden, Beilen, Dedemsvaart, Dwingelo, Hollandsche Veld, Meppel, Pesse, Ruinen, Westerbork, De Wijk en Zuidwolde.
Hoogeveen ligt in de provincie Drenthe. De gemeente Hoogeveen heeft om en nabij 55.000 inwoners.
Vlag gemeente Hoogeveen
Wapen gemeente Hoogeveen
Inwoners
Een inwoner van Hoogeveen heet een ‘Hoogevener’.
Bekende Hoogeveners zijn Rob Houwer, Bert Klaver, Hendrik Koekoek (Boer Koekoek), Antoinnette Scheulderman en Marieke Westenenk.
Bekende Hoogeveners zijn Rob Houwer, Bert Klaver, Hendrik Koekoek (Boer Koekoek), Antoinnette Scheulderman en Marieke Westenenk.
Iets wat bij Hoogeveen hoort, noemt men ‘Hoogeveens’, bijvoorbeeld de Hoogeveense Vaart.
Hoogeveen is een plaats en een gemeente.
Hoogeveen is een plaats en een gemeente.
Hoogeveen - internationaal & scholing
Partnerstad
De partnerstad van Hoogeveen is Martin in Slowakije.
Kernen
Onder de gemeente Hoogeveen vallen eveneens Elim, Fluitenberg, Hollandscheveld, Nieuweroord,
Nieuwlande, Nijstad, Noordscheschut, Pesse, Stuifzand en Tiendeveen.
Vlag provincie Drenthe
Wapen provincie Drenthe
Typisch Hoogeveens
Denk je aan Hoogeveen, dan denk je aan de Hoogeveense Vaart, de turf en de Cascade, het slingerende waterkunstwerk.
Hoogeveen is eveneens bekend om het Van Gogh-huis, waar Vincent Van Gogh in het jaar 1883 inspiratie zocht.
Hoogeveen fungeert als regionaal knooppunt van wegen, zowel oost/west als noord/zuid.
Hoogeveen is eveneens bekend om het Van Gogh-huis, waar Vincent Van Gogh in het jaar 1883 inspiratie zocht.
Hoogeveen fungeert als regionaal knooppunt van wegen, zowel oost/west als noord/zuid.
Hoogeveen - minder bekend
Niet veel mensen weten dat er een klein vliegveld is in Hoogeveen. Dit vliegveldje heeft Nederlands’s langste start- en landingsbaan van gras.
Hoogeveens dialect en accent
Dit Saksische dialect is nauw verwant aan het Sallands.
Typisch voor het Drents zijn de klinkerafwijkingen ten opzichte van het Nederlands: ‘aa’ wordt ao; ‘ei/ij’ wordt ie; ‘oo’ wordt eu en ‘ui’ wordt uu. Dus kiek in plaats van ‘kijk’ en taol in plaats van ‘taal’. Veel woorden worden half ingeslikt. Een ‘’beetje’ in het Hoogeveens is luttie/luttien of beetie/beetien.
Typisch voor het Drents zijn de klinkerafwijkingen ten opzichte van het Nederlands: ‘aa’ wordt ao; ‘ei/ij’ wordt ie; ‘oo’ wordt eu en ‘ui’ wordt uu. Dus kiek in plaats van ‘kijk’ en taol in plaats van ‘taal’. Veel woorden worden half ingeslikt. Een ‘’beetje’ in het Hoogeveens is luttie/luttien of beetie/beetien.
Stötten is ‘stoten’.
Als een Hoogevener zich afvraagt of je ze nog allemaal op een rijtje hebt, zegt hij: Ben ie op oen achterheufd evallen?
De moezen ligt dood veur de kaste wil zeggen: ‘armoe troef’.
Als een Hoogevener zich afvraagt of je ze nog allemaal op een rijtje hebt, zegt hij: Ben ie op oen achterheufd evallen?
De moezen ligt dood veur de kaste wil zeggen: ‘armoe troef’.
“Hoogeveen Met een hoofdletter H”
Hoogeveen - zakelijk
De gemeente Hoogeveen
Het netnummer van Hoogeveen is 0528.
Het postcodegebied van Hoogeveen is 7900 - 7909.
Het adres van het gemeentehuis van Hoogeveen is Raadhuisplein 24, 7901 BW in Hoogeveen.
De website van de gemeente Hoogeveen is Hoogeveen.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Hoogeveen is 14 0528.
Zakendoen in Hoogeveen
Voor Hoogeveense ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Zwolle aan de Govert Flinckstraat 1, 8021 ET in Zwolle. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Hoogeveen is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Hoogeveen is KVK-kantoor Zwolle.
Hoogeveen - internationale bedrijvigheid
Bedrijven die internationaal zakendoen, bevinden zich in Hoogeveen vaak op bedrijventerrein Buitenvaart en bedrijventerrein De Wieken.
In Hoogeveen bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Ambrosius Transporten, Ardagh Group, Bakkerij Faber, Betech Mass Turning, Brink Industrial, Bürstner Nederland, Chem-Dry Ramaker, D.G.O. Express, DOC Kaas, Effektief Groep, Euro Planit Personeelsdiensten, Facility Express, Fieten
In Hoogeveen bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Ambrosius Transporten, Ardagh Group, Bakkerij Faber, Betech Mass Turning, Brink Industrial, Bürstner Nederland, Chem-Dry Ramaker, D.G.O. Express, DOC Kaas, Effektief Groep, Euro Planit Personeelsdiensten, Facility Express, Fieten
Olie, Fokker, HFP Poultry Processing, IG Design Group, Kip Caravans, Kraats Kaas, Litecad, MTH Machine Techniek, Okay Fashion & Jeans, Otten Hoogeveen, Prolution, Remmers, Ruma Rubber, S.I.T. Controls, Simac, Smurfit Kappa, Teeling Petfood, Trivium Packaging, TVM, Unigarant, Van Triest Veevoeders, Venko Groep, Vepa en Choconut in Zuidwolde.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Hoogeveens nieuws
Het Hoogeveense nieuwsportaal is RegioNieuws Hoogeveen en Hoogeveense ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Drenthe - Nieuws.
Ondernemers in Hoogeveen kijken hun (zakelijk) nieuws op RTV Drenthe.
Ondernemers in Hoogeveen kijken hun (zakelijk) nieuws op RTV Drenthe.
Hoogeveners en ondernemingen in Hoogeveen kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant de Hoogeveense Courant.
Cultuur, sport, ontspanning en zakenlunch in Hoogeveen
Cultuur
Wilt u uw Franstalige zakenrelatie kennis laten maken met wat lokale cultuur?
Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw Franstalige zakenrelatie, kunt u in Hoogeveen een bezoek brengen aan Kunsthuis Venendal of aan De Verhalenwerf.
Voetbal, tennis, padel & squash
Is uw Franstalige zakenrelatie sportief ingesteld? Wellicht is het dan een leuk idee om samen naar een sportwedstrijd te gaan gaan of zelf te voetballen, te tennissen, te padellen of te squashen. Voetbal verbroedert. Misschien is het daarom een goed idee om samen met uw Franse zakenrelatie naar een voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Hoogeveense voetbalclub VV Hoogeveen, HZVV of VV de Weide meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Hoogeveen kunt u terecht bij TC De Weide, bij HLTC Spaarbankbos of bij H.T.C. Hollandscheveldse Tennis Club in Hollandscheveld.
Golf, ontspanning & lunch Wellicht hebt u zin om na de cursus Frans in Hoogeveen of met uw Franstalige (zaken)relatie een balletje te slaan en/of gezellig iets te drinken of een hapje te eten? Dagnall Talen heeft voor u een golfbaan in de omgeving van Hoogeveen ontdekt voor een compleet middagje/dagje uit.
De nabijgelegen golfbaan voor Hoogeveen is Golfclub Martensplek in Tiendeveen. Deze golfbaan bevindt zich aan de Haarweg 22 in Tiendeveen. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 0528-33 15 58. De website van de golfbaan is www.martensplek.nl.
Voor een hapje eten of iets te drinken kunt u terecht bij Grandcafé Hotel Martensplek, telefoonnummer 0528-33 13 80.
De nabijgelegen golfbaan voor Hoogeveen is Golfclub Martensplek in Tiendeveen. Deze golfbaan bevindt zich aan de Haarweg 22 in Tiendeveen. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 0528-33 15 58. De website van de golfbaan is www.martensplek.nl.
Voor een hapje eten of iets te drinken kunt u terecht bij Grandcafé Hotel Martensplek, telefoonnummer 0528-33 13 80.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder vindt u promotiefilmpjes van Frankrijk en van Hoogeveen die ook op Youtube staan.
Klik direct op het Youtube logo in het midden van de afbeelding om een filmpje te bekijken.
Onder de promotiefilmpjes zijn de locaties van Frankrijk en Hoogeveen op Google Maps te zien. Als u kunt linksboven klikt, wordt de kaart in een nieuw venster groot weergeven.
Klik direct op het Youtube logo in het midden van de afbeelding om een filmpje te bekijken.
Onder de promotiefilmpjes zijn de locaties van Frankrijk en Hoogeveen op Google Maps te zien. Als u kunt linksboven klikt, wordt de kaart in een nieuw venster groot weergeven.
Door linksonder op het vierkantje in de afbeelding te klikken, worden de satellietbeelden van Frankrijk en Hoogeveen getoond op Google Earth.
In- en uitzoomen op de kaartjes is mogelijk met de + en – knop rechtsonder.
Wat kennis van de omgeving van waar uw Franse zakenpartner zich bevindt, kan tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen altijd van pas komen.
In- en uitzoomen op de kaartjes is mogelijk met de + en – knop rechtsonder.
Wat kennis van de omgeving van waar uw Franse zakenpartner zich bevindt, kan tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen altijd van pas komen.
Promovideo Frankrijk
Promovideo Hoogeveen
Google Maps Frankrijk
Google Maps Hoogeveen
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Frankrijk
Frans nieuws en Hoogeveens nieuws
Hieronder ziet u het meest recente nieuws uit Frankrijk en Hoogeveen van verschillende nieuwsbronnen.
Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands.
Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans.
Het derde blokje is Hoogeveens nieuws (in het Nederlands).
Dit nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
Wanneer u met Fransen zakendoet of communiceert,
Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands.
Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans.
Het derde blokje is Hoogeveens nieuws (in het Nederlands).
Dit nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
Wanneer u met Fransen zakendoet of communiceert,
is het altijd handig en prettig om een beetje op de hoogte te zijn van wat zich in Frankrijk speelt.
Daarnaast is het leerzaam om het Franse nieuws in de Franse taal te lezen.
Waarschijnlijk bent u al enigszins op de hoogte van het dagelijkse nieuws, dus begrijpend lezen gaat relatief gemakkelijk en verrijkt u de Franse woordenschat met (actuele) Franse woorden, termen en uitdrukkingen.
Daarnaast is het leerzaam om het Franse nieuws in de Franse taal te lezen.
Waarschijnlijk bent u al enigszins op de hoogte van het dagelijkse nieuws, dus begrijpend lezen gaat relatief gemakkelijk en verrijkt u de Franse woordenschat met (actuele) Franse woorden, termen en uitdrukkingen.
Nieuws uit Frankrijk in het Nederlands
- Franse premier Barnier kondigt forse bezuinigingen en extra belastingen aan - NOS
- Nieuwe minister van Binnenlandse Zaken Frankrijk: eloquent en radicaal - de Volkskrant
- Frankrijk mobiliseert troepen in Midden-Oosten om 'Iraanse dreiging' - NRC
- Frankrijk wil ook grenscontroles invoeren, kondigt premier aan - BNR Nieuws
- Gestolen bestelwagen van schrijnwerker Joachim (22) na een week teruggevonden in Frankrijk: “Het werkmateriaal hebben ze waarschijnlijk meteen verkocht” - Het Laatste Nieuws
- Frankrijk maakt links de grootste maar krijgt rechtse regering - BNNVARA
- Nederlandse tiener vermist in Frankrijk - Ditjes en Datjes
- Frankrijk baalt van Renault-nieuws: 'Zal een braindrain bij Alpine veroorzaken' - F1 Maximaal
- "Stijgende vraag naar roze knoflook in Frankrijk" - AGF.nl
Nieuws uit Frankrijk in het Frans
- Soutien au gouvernement, réduction du déficit... Les tensions entre Gabriel Attal et Michel Barnier exposées au grand jour - franceinfo
- Liban : les premiers rapatriés français de retour dans l'Hexagone - Actu Orange
- Le record du monde du haka revient en Nouvelle-Zélande et quitte… la France - 20 Minutes
- EN DIRECT - Gouvernement Barnier : un projet de budget "inacceptable", selon Darmanin - TF1 INFO
- Tim Walz et J.D. Vance offrent aux Américains un "débat des vice-présidents" courtois - FRANCE 24
- Pourquoi plus de 2000 sirènes d'alerte sonnent-elles dans toute la France ce mercredi - actu.fr
- "J'avais la haine envers les femmes" : au procès des viols de Mazan, la cour tente de comprendre la troublante dérive d'Adrien L. - franceinfo
- Guerre au Proche-Orient : à quoi pourrait ressembler la riposte israélienne après l'attaque de missiles menée par l'Iran ? - franceinfo
- Covid-19 : le professeur Didier Raoult interdit d’exercer la médecine pendant deux ans - franceinfo
Nieuws uit Hoogeveen
- Op bungalowpark Nuilerveld in Pesse is de sfeer volgens het bestuur goed en plezierig. 'Geen problemen tussen recreanten en permanente bewoners' - hoogeveenschecourant.nl
- Hoogeveen zet volgend jaar groot in, maar vanaf 2026 wordt het financieel krapper - RTV Drenthe
- Ludieke lopende verhuizing van Historische Kring Hoogeveen - Dagblad van het Noorden
- Voltreffer E&O in eerste divisie, ook punten voor ZVBB’21 van Hoogeveen - Handbal Inside - Alles over Handbal
- Opmerkelijk besluit: olympisch zwemster en wereldkampioene Janna van Kooten uit Niekerk breekt met de topsport. ´Misschien... - Drimble.nl
- Björn Zwikker is te gast in Tikkie Breed. 'Over vier jaar wil ik bij een profclub zitten' - hoogeveenschecourant.nl
- VV Berkum verliest van efficiënt Hoogeveen - Drimble.nl
- PMD campagne gemeente Hoogeveen [video] - Drimble.nl
- Huishoudboekje; wie gaat dat betalen? - Regionieuws Hoogeveen
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Cursus Engels
Cursus Duits
Cursus Spaans
Cursus Nederlands
Cursus Portugees
Cursus Italiaans
Cursus Deens
Cursus Zweeds
Cursus Noors
Cursus Fins
Cursus Russisch
Cursus Duits
Cursus Spaans
Cursus Nederlands
Cursus Portugees
Cursus Italiaans
Cursus Deens
Cursus Zweeds
Cursus Noors
Cursus Fins
Cursus Russisch
Cursus Pools
Cursus Tsjechisch
Cursus Slowaaks
Cursus Kroatisch
Cursus Hongaars
Cursus Roemeens
Cursus Bulgaars
Cursus Turks
Cursus Grieks
Cursus Hebreeuws
Cursus Chinees
Cursus Japans
Cursus Tsjechisch
Cursus Slowaaks
Cursus Kroatisch
Cursus Hongaars
Cursus Roemeens
Cursus Bulgaars
Cursus Turks
Cursus Grieks
Cursus Hebreeuws
Cursus Chinees
Cursus Japans
Taalcursussen in 24 talen
In Hoogeveen verzorgt Dagnall Taleninstituut onder meer maatwerktrainingen Engels, Nederlands, Frans, Duits, Spaans en Portugees.
Hierboven ziet u een overzicht van de andere talen die wij naast Frans standaard aanbieden in Hoogeveen.
Hierboven ziet u een overzicht van de andere talen die wij naast Frans standaard aanbieden in Hoogeveen.
Vanzelfsprekend kunt u altijd contact met ons opnemen voor een cursus in een taal die niet in het overzicht vermeld staat.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Frans
Wist u dat?
Wist u dat Dagnall Talen eveneens vertalingen in Hoogeveen en tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten Frans
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten