Begin vandaag nog met uw reis naar taalbeheersing frans
Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en is een communicatiebasis die deuren voor u kan openen - vooral in de professionele wereld. Daarom hebben bedrijven en organisaties die in de taalkennis en taalopleiding van hun werknemers investeren, ook een duidelijk voordeel alsook een voorsprong.
Dagnall Talen biedt u precies wat u zoekt: effectieve taaltrainingen Frans van het hoogste niveau voor professionals en leidinggevenden in en in de buurt van Drachten.
Taaltraining Frans op maat, omdat uw bedrijf of organisatie welbespraakte medewerkers verdient.
Zakelijk, medisch of technisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal.
Iedere bedrijfstak spreekt een eigen taal en gebruikt eigen terminologie. Geef uw medewerkers een duidelijk concurrentievoordeel alsook een zelfverzekerde uitstraling, door middel van branchespecifieke taalkennis Frans op het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Frans in Drachten aan in een brede waaier van vakgebieden.
Wij bieden onze taaltrainingen Frans op maat aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en als doorlopende, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online/blended cursussen. Bij Taleninstituut Dagnall kan iedereen Frans leren op de manier die voor hem of haar het meest geschikt is. Naast de algemene taaltaaltrainingen Frans hebben organisaties vooral interesse in de werkgerelateerde taaltrainingen zoals schrijfvaardigheid Frans en/of zakelijk Frans. De taalcursussen worden op de individuele behoeften van de klant afgestemd. Dagnall biedt de mogelijkheid om via gecertificeerde taaltrainers met uitstekende beoordelingen en recensies onbegrensd Frans te leren in Drachten. Met Dagnall Talen behaalt u doelgericht en snel de door u beoogde resultaten.
Onze filosofie is om Frans te leren zonder schroom alsook met gemak en plezier. Wij gaan daarom tot het uiterste om ervoor te zorgen dat u de Franse taal moeiteloos en zonder remmingen kunt kunnen leren.
Frans leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall met methodes die het leren voor cursisten prettiger en gemakkelijker maken.
Door onze methodes wekken we nieuwsgierigheid op en ondersteunen we de bereidheid om te leren. We brengen cursisten met grote stappen naar het gewenste niveau door dagelijks 15 minuten te oefenen.
Dagnall Talen is een ideale partner voor iedereen die Frans wil leren in Drachten.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Een goede cursus Frans is niet alleen toegespitst op de behoefte van de klant, cursist, werkgever of organisatie, zoals een betere schrijf- of spreekvaardigheid.
Een goede taalcursus (Frans) is eveneens afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een cursus Frans (in Drachten) die het beste bij de cursist past.
Onze vakkundige docenten Frans zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van de Franse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen toepassen. Dat werkt erg plezierig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het ondertussen alom bekende hoge rendement van Dagnall Taleninstituut wordt behaald met een mix van deze bewezen leermethode gericht op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. U kunt bij Dagnall Talen voor cursussen terecht die op maatwerktrainingen zijn gebaseerd.
Dagnall Taleninstituut biedt groepscursussen van 3 tot 10 lerenden, duocursussen (2 lerenden), individuele cursussen, onlinecursussen, een online leerplatform voor blended learning alsook een de Dagnall App met woordenlijsten en specifiek jargon van de organisatie.
Onze taaltrainers maken veel gebruik van eigen lesmateriaal dat zij hebben verzameld en gecreëerd door de jaren heen en zij spelen continue op actuele thema’s en ontwikkelingen in.
Een ander voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer plezierige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze trainers Frans in Drachten. Onze, door de jaren steeds verder ontwikkelde en weldoordachte werkwijze is het gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. Onze cursus is niet alleen werkgericht en/of functiegericht, maar zeer zeker ook aangepast aan de leermethode die goed bij de cursist zelf past.
Dagnall Taleninstituut cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de gehele organisatie kunt overlaten aan ons.
Dagnall Talen biedt deze individuele cursussen en groepscursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen maken wij gebruik van moderne en gevarieerde onderwijsmethoden om doelgericht te kunnen trainen en het leersucces te garanderen.
Vanzelfsprekend kunnen deze individuele-, duo- en groepscursussen zowel bij u op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Drachten worden gegeven.
Dagnall Taleninstituut biedt individuele cursussen Frans voor bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren in Drachten en omgeving.
Individuele cursussen worden ook wel één-op-één-cursussen of privélessen genoemd.
De individuele taalcursussen van Dagnall zijn al decennia bekend voor de persoonlijke aandacht, het maatwerk en het hoogste rendement.
Alle individuele cursussen Frans van Dagnall Talen zijn maatwerkcursussen en de cursussen worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de leerstijl en de praktijksituatie.
De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Ons instituut biedt groepscursussen Frans van 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (met 2 cursisten) aan het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren.
De groepen houden we bij voorkeur zo klein mogelijk om de leereffectiviteit te maximaliseren en de cursisten maximaal te kunnen ondersteunen.
De groepscursussen van Dagnall zijn ook maatwerk taalcursussen en worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de leerstijl en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.
Het hoge rendement is het belangrijkste voordeel van een individuele taalcursus Frans doordat in korte tijd veel informatie opgenomen wordt.
Er wordt sneller vooruitgang gemaakt omdat de cursus intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk.
Een ander belangrijk voordeel van een individuele taalcursus is flexibiliteit. De inhoud kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de specifieke aandachtsgebieden van de cursist en de cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist.
De leervordering is optimaal omdat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden.
Een individuele is ook taalcursus goed af te stemmen op de planning en de agenda van de cursist zodat het leerschema en het tijdmanagement optimaal zijn.
Het grootste voordeel van groepscursussen Frans is met name de interactie met de andere cursisten; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep door middel van bijvoorbeeld discussies en rollenspellen.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk pluspunt; het leren van de fouten van anderen en met elkaar in de doeltaal communiceren. De afwisseling die zo wordt geboden, kunnen cursisten prettiger vinden.
Groepscursussen zijn daarnaast efficiënt doordat meerdere medewerkers tegelijktijd getraind worden en de groep op vrijwel hetzelfde kennisniveau komt.
Voor de deelnemers zijn groepscursussen ook wat minder intensief (minder zwaar) dan individuele cursussen.
Rollenspellen en discussies kunnen bij individuele taalcursussen Frans alleen met de taaltrainer worden gedaan en gevoerd.
Doordat er geen interactie is met andere lerenden, kan de geleerde kennis niet worden geoefend in de groep.
Ook is het niet mogelijk om te leren van de foutjes van andere cursisten omdat groepsdynamiek ontbreekt.
De intensievere leerbenadering van individuele taalcursussen is ook behoorlijk intensief (zwaarder) voor de cursisten.
In een groepscursus wordt minder aandacht aan het individu gegevenwordt minder aandacht gegeven aan het individu en kunnen de cursisten wat eerder worden afgeleid. Het rendement is daardoor iets lager. Deels kan dit ondervangen worden door de groep wat kleiner te maken (bijvoorbeeld minigroep).
Een groepscursus Frans kan ook minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen van cursisten.
Een ander minpunt van groepscursussen is dat de planning minder goed afgestemd kan worden op de agenda van de individuele cursist.
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
afgestemd op individuele leerstijl
inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
afgestemd op agenda cursist
geen interactie met andere cursisten
vrij intensief voor de cursist
geen groepsdynamiek
interactie met andere cursisten
groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
groep komt op hetzelfde kennisniveau
efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
minder intensief dan individuele cursus
iets minder aandacht voor individuele cursist
minder afgestemd op individuele leerstijlen
minder afgestemd op agenda cursisten
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als antwoord op de grammatica-vertaalmethode worden beschouwd. Het was nieuw dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden middels mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is zonder fouten Frans kunnen spreken en kunnen verstaan, wat begint met leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met drills om Franse zinnen alsook structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaltrainer Frans kan zo bijvoorbeeld een zin 10 keer herhalen en vervolgens een nieuw Frans woord toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt vaak gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waar studenten Frans een hoofdtelefoon dragen en zinnen beluisteren en deze zinnen naspreken. Het geschreven Frans wordt pas behandeld als het mondelinge Frans inmiddels vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
In Nederland werd de methode pas omstreeks het jaar 1970 geïntroduceerd bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al snel grote bezwaren tegen de saaie driloefeningen. Af en toe haperde de techniek, waardoor de talenpractica al vrij snel in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. De audiolinguale methode heeft wel sporen nagelaten Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Frans) niet gaat om het memoriseren van de regels van de (Franse) grammatica, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Frans), die vóór de jaren zeventig voor veel docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginners Frans. Een juiste uitspraak Frans wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een efficiënte en vlotte overdracht van kennis. Ook voor grote(re) groepen is deze methode geschikt.
Deze docentgestuurde kant is tegelijkertijd een nadeel; er wordt geen eigen input van de studenten verwacht. Hierdoor ligt het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid op de loer. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Frans zijn om te zetten.
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren op een zodanige wijze dat deze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de lerende. De methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die later herhaald worden. Deze Franse zinnen of woorden op de woordenlijst worden hardop gelezen door de studenten. Het is niet het idee om al deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, maar dit gaat vanzelf door blootstelling. Bij de GoldList-methode wordt de woordenlijst telkens veranderd; Franse woorden die geleerd zijn, gaan van de woordenlijst af. Die Franse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden en zinnen spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, iets dat door veel geheugenwetenschappers bestreden wordt. (Taal)kennis in het algemeen wordt opgeslagen als deze ook relevant en betekenisvol is voor de lerende. De GoldList-methode kan dus alleen werken voor Franse woorden en zinnen die van betekenis en relevant zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor studenten die baat hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun kan deze GoldList Method werken. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt, werkt het met de hand schrijven beter dan typen of, tamelijk zinloos: een fotootje maken. Een keerzijde van deze leermethode is het gebrek aan context. Talen bestaan uit veel meer dan alleen een serie losse woorden en/of zinnen. Bovendien is de methode nogal tijdrovend; er moeten steeds handgeschreven woordenlijsten worden aangemaakt.
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke wijze van het verwerven van de vreemde taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De methode probeert het Frans te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. De Franse taalregels leert studenten ook onbewust op die manier. Alleen het Frans wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Er wordt gestreefd naar een leeromgeving zonder stress voor de studenten. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie Frans niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete Frans grammatica.
Als de lerenden in het Frans worden ondergedompeld, werkt de leermethode het meest effectief. Om te zorgen dat de lerenden van de ervaring kunnen genieten, dienen de activiteiten in het Frans stimulerend te zijn.
De Natural Method lijkt veel op de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het onderscheid tussen deze twee methoden is dat bij de Directe Methode meer de focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is veelvuldig aangetoond dat onderdompeling zeer effectief is. Doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen, is de natuurlijke aanpak een populaire wijze van lesgeven onder taaldocenten Frans. Minpunten heeft de Natural Method ook. De nadruk wordt vooral op het impliciet aanleren van de grammatica van het Frans gelegd. De student zou weliswaar leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van het Frans door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met het Frans op te bouwen. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde voor een langere tijd.
Doordat er bijna geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een bepaald Frans examen.
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de begin jaren 50 ontwikkeld door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om de student vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans). Het beheersen van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan de verwerving van woordenschat Frans. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van Franse woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde is waar het bij de methode om gaat. De vaste combinaties worden aan lerenden gepresenteerd in reële situaties middels visualisaties, gezichtsuitdrukkingen, dramatiseringen en handelingen. Bij de leermethode worden de taalstructuren die het meest worden gebruikt, als eerste aangeboden. De mondelinge vaardigheden Frans (luisteren en spreken) worden hierbij in de eerste instantie gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Frans (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een grote plek. De Structurele Aanpak wordt ook wel Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) genoemd.
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak gebruikt op grote schaal voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de lerenden het Frans op een nauwkeurige wijze leren. Studenten krijgen inzicht in de grammatica van het Frans en leren in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet geschikt zijn. De SA gebruikt alledaagse taal. Aan de Structural Approach kleven ook nadelen. Deze manier van werken kost tamelijk veel tijd en levert niet onmiddellijk succeservaringen op. De eigen inbreng van de student is beperkt; het is weinig creatief.
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse benaming: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse benaming: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, is in de jaren 60 van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van talen. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie de uiteindelijke doelstelling is wanneer men vreemde talen leert (zoals Frans).
De studenten leren met gebruik van de CLT-technieken het Frans in de praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de docent Frans. Authentieke teksten, geschreven in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven worden gebruikt. Het Frans wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en docenten Frans dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Frans in diverse realistische situaties te oefenen. Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT is de docent Frans echt een trainer, die de student leert communiceren in het Frans.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw, gedeeltelijk doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa was er meer behoefte aan het leren van vreemde talen door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) heeft veel positieve kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; het is studentgericht en functioneel. Vanwege het gebruik van authentieke materialen, leren studenten de Franse woorden die voor hen nodig zijn. CLT is een efficiënte methode. Deze methode werkt voor de lerende stimulerend, omdat hij of zij snel succes ervaart. Er mogen fouten worden gemaakt; de vaardigheid van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de docent en vereist een actieve deelname van de lerende. Afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben, is voor sommige lerenden deze manier van een vreemde taal leren lastig of afwijkend. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint taalvaardigheden; hierbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en deze methode biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Men leerde om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Meidinger ontwikkelde omstreeks 1783 een methode waarin de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt als grondlegger gezien van de grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gestoeld; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Het onderwijs in het Latijn was uiteraard op geschreven teksten van de klassieke schrijvers gericht en was volledig op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Frans) gericht. Dat werd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak gezien. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalvormen en taalstructuren (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De trainers dragen kennis Frans over, de lerende memoriseert.
Populariteit
De grammatica-/vertaalmethode heeft tot recente datum een grote invloed op het talenonderwijs gehad, ondanks dat reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren, biedt de methode biedt een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Frans, omdat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie zelden mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. De leermethode biedt geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief leerproces bij de lerenden bij het werken in een groep. De lerende is alleen toehoorder en uitvoerder.
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd gebruikt, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een vak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die bij Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’ gebruikt wordt. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die taalles Frans onderwezen aan rijke dames uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, direct vanaf het begin door de te leren taal wordt omgeven. De instructies vinden plaats in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhalingen, later op een natuurlijkere manier. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt veelal de leeromgeving ingericht in de stijl van het Frans om een situatie te creëren alsof de lerenden in Frankrijk zijn. Lerenden oefenen het Frans spreken één-op-één of in kleine groepen. Naar Frankrijk reizen en daar in een gastgezin verblijven, is een andere wijze om onderdompeling te bereiken.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren beschouwd. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Frans kan uitstekend worden ontwikkeld op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Doordat de methode nogal intensief is, is het grote voordeel dat deze methode snel resultaat laat zien. Het is ‘sink or swim’, de lerende moet echt gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. In principe is de student 24 uur per dag Frans aan het leren. Door samen te oefenen in een groep wordt de sociale interactie versterkt. Studenten ervaren dat als motiverend.
Een minpunt is dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt. Dat een dergelijke training Frans erg intensief is, kan een bijkomend nadeel zijn. Niet elke lerende heeft de conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om een vreemde taal te leren ontwikkeld in de jaren 70 van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de trainer (Frans) en de studenten zijn daarvoor van essentiële betekenis belang. Hiervoor dienen de studenten ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was ongepast om dit te bereiken. De studenten zaten in comfortabele stoelen in de lessen die in een halve cirkel opgesteld waren en er werd ook altijd muziek tijdens de klas gedraaid. De methode zoals Georgi Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek afgespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er waren opmerkingen over de grammatica van de doeltaal (het Frans) en woordenlijsten bij deze teksten. Er werd met veel expressie in stem alsook gebaren voorgelezen. De student werd zo in de verleiding gebracht om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren, konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). Er werden rollenspellen gespeeld en er werden bijvoorbeeld (Franse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De methode van Georgi Lozanov was omstreden en de methode is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen van de methodiek zoals het gebruiken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer, waardoor studenten geen last zullen hebben van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een bijkomend voordeel van de methode is dat de lerende gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situaties en actief mee te doen, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijkertijd vormt dit voor sommige studenten een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommige mensen ook eerder afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Dat de relatie trainer-student niet gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle inbreng komt van de kant van de Franse trainer en de studenten zijn steeds de ontvangende partij.
Bedacht door wie en wanneer
In het jaar 1976 ontwikkelde de Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
of CLL genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te leren waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de taaldocent als counselor optreedt die de zinnen van de lerende kenschetst. Studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als de studenten de te leren taal (Frans) nog niet machtig genoeg zijn. De taaldocent (Frans) vertaalt en legt uit. De uitingen van de docent worden hierna zo goed mogelijk herhaald. Dit gesprek in het Frans wordt opgenomen om daarna opnieuw te beluisteren.
De CLL bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de wisselwerking tussen de studenten als middel om het Frans te leren. Het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen met behulp van zinvolle gesprekken. Een leerboek Frans wordt niet gevolgd.
Populariteit
Of CLL succesvol is, is grotendeels afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. Bij deze methode dient de taaldocent sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig te zijn onderlegd. Deze taaldocent dient zowel het Frans als de moedertaal van de student erg goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. De methode kan prima werken indien deze op de juiste wijze wordt toegepast. CLL is niet geschikt voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
CLL biedt studenten veel autonomie. Studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken vaak zinvol. Niet alleen tijdens de lessen Frans, maar ook daarbuiten wordt de groep vaak heel hecht. Studenten worden zich een stuk meer bewust van hun groepsgenoten, hun sterke en zwakke punten en ze leren samen te werken als een team. Het bespreken door hun foutjes en het evalueren van de taalles Frans is heel leerzaam voor de studenten. Vaak blijven dergelijke verbeteringen in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Het kan een nadeel zijn dat de trainer niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Er wordt geen leerboek gebruikt en er worden eveneens geen toetsen Frans gehouden. Het succes van de les is hierdoor moeilijk meetbaar. Sommige lerenden worden belemmerd in hun Frans spreken als zij worden opgenomen.
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om een vreemde taal te leren die door Michael Lewis in het begin van de jaren 90 van de vorige eeuw is ontwikkeld.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Frans (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze hoe het Frans ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt de woordenschat Frans een grotere plaats in dan de Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de student (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor het zelf ontdekken van de Franse taal.
De rol van de taaldocent Frans is te zorgen voor voldoende input en het faciliteren van het leertraject van de lerende.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia de lesboeken aanmerkelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat van de te leren taal die in zogenaamde chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De ingrijpende verandering in de manier waarop talen worden onderwezen, waar Michael Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren de Franse taal op een natuurlijke wijze te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes van de taal) te werken; met ‘echte’ taal. Dit zorgt voor souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties, is de keerzijde. Een aantal studenten heeft meer aan een taaltrainer Frans die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator omdat deze studenten meer moeite hebben met het zelf leren herkennen van de patronen van het Frans.
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is in het jaar 1880 ontwikkeld door de Fransman François Gouin.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin is gebaseerd op een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica vereisen. Studenten leren zinnen op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, beroep en wetenschap, vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal ontwikkeld. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het betreft een soort eentalige methode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans) leren denken.
Populariteit
De ideeën van Gouin over taal waren hun tijd ver vooruit. Ondanks dat het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd een succes. De methode van François Gouin werd echter door Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheid Frans van de lerende sterk en zorgt voor het creëren van een sfeer in de les die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
De leermethode creëert levendig onderwijs. Dit type onderwijs Frans wekt het enthousiasme op van de lerenden door gebruik te maken van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Het leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De Franslerenden worden nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De methode stimuleert de communicatieve vaardigheden Frans van de lerenden goed.
De seriemethode heeft als nadeel dat taal die wat meer subjectief of abstract is, wat moeilijk met bewegingen en expressies in één duidelijke ervaring is te vangen. Een ander nadeel is de bewerkelijkheid voor de taaltrainer, die tenslotte een hele reeks aan series dient voor te bereiden. Als derde punt is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog vaak draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheid.
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engelse naam: Task-Based Language Teaching; TBLT) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de te leren taal (zoals het Frans) geen op zichzelf staand doel, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. Lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Frans) vereist. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat zij over woordenschat en taalregels van het Frans beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals een boodschap doen, e-mails schrijven, een drankje bestellen, bellen met de klantenservice of de krant lezen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, daarna de taak uitvoert en tot slot erop terugblikt. De studenten moeten samenwerken om de taken uit te kunnen voeren. De taken moeten iets boven het niveau van de lerende liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Het taakgericht onderwijs is vanaf het begin van de jaren negentig zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van lerenden (voornamelijk lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheid (Frans) te gebruiken. Mits de opdracht goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in contact met het Frans en leert op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Bovendien leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door studenten als motiverend en prettig ervaren .
Als nadeel kan gezien worden dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren.
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; Nieuw-Zeelands taalkundige en docententrainer op het gebied van Engels taalonderwijs bedacht in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching is geïnspireerd op ‘Dogme 95’; de beweging uit 1995 van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder de filmregisseur Lars von Trier. Bij het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan 10 strenge regels (dogma’s). Deze behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van de Dogme-methode is het starten van echte inhoudelijke conversaties over praktische onderwerpen, waarin het om communicatie draait als de inspirator van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). De benadering is daarom een communicatieve aanpak van taalonderwijs. Deze methode wil onderwijs bieden zonder het gebruik van leerboeken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op de communicatie tussen de studenten en de docent richt. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net zoals de Dogme-beweging in de film, 10 uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Ondanks dat er weinig onderzoek naar het succes van Dogme is gedaan, stelt Scott Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van vreemde talen (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een pluspunt voor de docent Frans. Dat studenten de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces, kan zeer motiverend werken. Voorspelbaar zijn de lessen Frans zo nooit. Dat zorgt voor spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. In een taalles volgens de Dogme-methode is vrijwel elk item bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat de studenten betrokken en alert blijven.
Als ze zo weinig door de trainer bij de hand genomen worden, kunnen lerenden zich echter iets minder op hun gemak voelen. Ook is niet elke trainer Fransin voldoende mate flexibel voor deze manier van lesgeven. Dat de lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Frans, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde lesstof hiervoor wordt behandeld tijdens de les, kan een ander keerzijde vormen van de methode.
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson in 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Frans). De primaire aanname van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het verwerven van het Frans; het doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraar of docent’. De GPA-benadering vertoont overeenkomsten met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De leermethode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Frankrijk. Begrijpen is belangrijker dan produceren. De focus ligt op Franse woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de leermethode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de ‘verhaalopbouwfase’. Deze duurt om en nabij 150 uur en de deelnemer begint nu ook Frans te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de leermethode is de fase van het ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 van de methode beginnen de deelnemers zich te richten op het taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans door middel van televisie, films, nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans.
Populariteit
Omdat de methode van Thomson nog tamelijk nieuw is, is nog weinig bekend over het succes van de methode. Deelnemers zijn vrij enthousiast over de leermethode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijke doorkijk op het proces van taalverwerving Frans geboden. De zes afzonderlijke fasen bieden een duidelijk tijdsschema en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is veel tijd te investeren.
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse taalkundige en polyglot in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen om de intonatie (Frans) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze methode is eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen vervolgens wat zij horen. Het is niet belangrijk om de Franse tekst al te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klanken. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak totdat dit heel gemakkelijk gaat en de lerenden simultaan Frans kunnen spreken met de opname. Na enige tijd gebruiken de lerenden een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij uitgesproken hebben. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende tekst, zijn veel lesboeken voor deze techniek geschikt. De Franse audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerenden te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Doordat lichamelijke beweging de opname versterkt van de nieuwe taal (het Frans) in het zenuwstelsel, doet Argüelles de aanbeveling om te lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te zitten. Een andere reden is dat de lerenden minder gauw afgeleid worden als zij in beweging zijn, waardoor het leren van het Frans veel effectiever gaat.
De techniek van Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Ook het simultaan spreken is anders aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek niet alleen de uitspraak maar ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van het Frans wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek in een groep van lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief leren. Het rendement van de Shadowing-methode is hoog.
De Shadowing-methode heeft als nadeel is dat lerende het soms ietwat saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus erg belangrijk.
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Frans) te leren die van het principe uitgaat dat mensen door middel van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Frans vormt de basis, daarna volgt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaltrainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de studenten doen na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende taken worden verder uitgebreid of gedeeltelijk gewijzigd.
Door het combineren van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
Vooral wordt TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren en volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek van Total Physical Response zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in leren bevordert. Zo kan de student stressvrij leren. TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en deze methodiek kan ook in wat grotere klassen worden ingezet. Het verworven Frans wordt direct in het langetermijngeheugen opgeslagen.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is het nadeel van TPR®. Daarom werkt het tot op een bepaald niveau en is nog een andere leermethode nodig als aanvulling. Daarnaast is de methode niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën in het Frans te uiten.
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging omstreeks 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. Deze Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van talen, maar eveneens voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. De mensen streefden, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, omstreeks 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Er kwam binnen het taalonderwijs veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij de grammatica meer inductief werd aangeboden, met voorbeeldzinnen. Hieruit moesten studenten de taalregels afleiden. Veel mondelinge oefeningen met veel aandacht kwamen er voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Frans). De lerenden werden gestimuleerd veel Frans te spreken. Nieuw was eveneens dat de lessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) vocabulaire werd aangeleerd met behulp van voorbeelden en afbeeldingen. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door de studenten om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw ebde weg, deels door invloeden van de oorlogen en crises, om in de jaren 60 weer een andere vorm te vinden.
Taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua werken nog altijd met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het voordeel. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht geschonken aan luisteren en spreken. Hierdoor krijgen lerenden vloeiendheid in het Frans en zelfvertrouwen. Keerzijden kent deze Direct Methode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen in de doeltaal ook relatief weinig. Voor lerenden die verder meer gevorderd zijn in het Frans, biedt de Directe Methode niet genoeg uitdagingen. Doordat deze methode actief meedoen van de student verwacht, is de methode tevens niet heel geschikt voor langzaam lerende studenten.
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Daarom wil Manesca niet werken met abstracte regels of lijstjes met Franse woorden die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode staat bekend als de eerst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is op het werken met een groep studenten en een trainer Frans gebaseerd, die steeds één Frans woord tegelijk introduceert. Bij het woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en de beweging worden daarna door de studenten na elkaar herhaald. Deze herhaling helpt de lerenden deze Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap worden deze woorden zo zinnen en weer variaties op deze Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is al enkele jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van de ideeën van Manesca zijn actueel en worden nog steeds in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai kan worden om steeds dezelfde Franse woordjes en zinnen te blijven herhalen, kan een nadeel zijn.
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een methode om een taal te leren (bijvoorbeeld Frans) die stilte als instructiemiddel gebruikt. De methode van Caleb Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.
Een combinatie van stilte en gebaren wordt gebruikt door de taaldocenten Frans om de aandacht van de studenten te trekken, reacties te krijgen en ze aan te moedigen om foutjes te verbeteren. De methode besteed veel tijd aan de uitspraak (Frans).
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het belangrijk om les te geven op een manier die efficiënt voor de voorraad energie van de studenten was. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan als studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat de trainers niet zozeer dienen te streven naar kennisoverdracht, maar bewustzijn dienen aan te spreken, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt, zijn gekleurde staafjes die kunnen worden gebruikt voor verschillende dingen. De ‘de stille manier’ werkt ook met Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarbij elke kleur een bepaalde klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel de Stille Manier in zijn originele vorm niet veel meer wordt toegepast, zijn Gattegno’s ideeën van invloed geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat de aanpak van Caleb Gattegno niet-bedreigend is voor de lerende, die tenslotte als autonoom wordt gezien, is de sterke kant van zijn leermethode. In principe is de trainer Frans dienstbaar aan de lerende en niet omgekeerd. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke wijze gestimuleerd. De geleerde taalkennis wordt vaak goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag, wat aan het leerproces bijdraagt.
Het feit dat een aantal studenten wat meer begeleiding nodig heeft dan de methode voorstaat, kan een minpunt zijn. Door het gebrek aan input van de trainer Frans zouden de studenten gefrustreerd kunnen raken. Het werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er snel af gaat, waardoor het effect verdwijnt.
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-methode (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is natuurlijke taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen de moedertaal leren. De lerenden worden blootgesteld aan veel begrijpelijke input om dit te bereiken. De docent Frans vertelt een verhaal aan de lerenden, waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De studenten ontspannen zich omdat de verhalen vrij gemakkelijk te begrijpen zijn. Zo worden Franse structuren en woorden van de nieuwe taal ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De lerenden worden door de docent op grammaticale verschijnselen van het Frans gewezen, zonder dat lerenden taalregels uit hun hoofd hoeven te leren.
De studenten zullen na een poosje ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuren van de nieuwe taal nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om samen met een groepje lerenden een verhaal op te bouwen. Hierbij schrijft de trainer Frans eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de Franse vertaling erbij, om daarna een verhaal te maken samen met de studenten. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in de Franse taal, doordat dit voor input zorgt. Schrijven in het Frans volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de docent moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een breinvriendelijke leermethode. Het is prettig voor studenten en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Het werkt heel motiverend voor de studenten om zelf verhalen te verzinnen.
Een nadeel is dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaltrainer vraagt.
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-leermethodiek is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen die werd gevonden in Egypte met een tekst in twee talen, waarmee de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat de taalcursussen verkoopt. De eerste versie van Rosetta Stone is in het jaar 1996 uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een methode om achter een computer vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. De taalcursussen van Rosetta Stone zijn beschikbaar in meer dan dertig verschillende talen en de cursussen zijn ook vanuit al deze talen te volgen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop kinderen de moedertaal leren. Dat houdt in ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Frans) en foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal (het Frans). Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma dat de Franse uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. De lerende kan zo zijn of haar uitspraak van de nieuwe taal met die van een moedertaalspreker Frans (native speaker) vergelijken. Door de voorbeeldstem wat langzamer te laten praten en de studenten vervolgens veel na te laten zeggen, kan verbetering van de uitspraak worden bereikt.
Voor de schrijfvaardigheid Frans van de student zijn er dictee-oefeningen. De software controleert de Franse spelling en de grammatica en wijst op fouten, waarbij optie is om de fouten van de studenten te verbeteren.
Het programma biedt ook leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Wereldwijd wordt de Rosetta Stone-methode veel gebruikt en niet door de minsten. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van de Rosetta Stone-methode. De Rosetta Stone-methode wordt in Nederland door enkele ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten en ook door sommige internationale bedrijven gebruikt.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone-methode is heel eenvoudig in gebruik en kan op elk moment door de student gebruikt worden. Welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken, wordt door lerenden zelf bepaald. Velen vinden het plezierig om de leermethodiek te gebruiken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode voor onderwijsinstellingen een oplossing bieden. Dat er geen trainer is om de studenten te motiveren of iets extra’s te bieden, is een minpunt.
Bedacht door wie en wanneer
De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Dr. Paul Pimsleur; een Amerikaans taalkundige. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om nieuwe talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursus van Pimsleur bestaat uit zinnetjes/dialoog die door lerenden daarna worden nagesproken en herhaald. De Franse zinnen zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursus is gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en weer herhaling. De lessen bieden een halfuur audio-opname die nieuwe woordenschat en structuur bevat. De grammaticale structuur van het Frans wordt niet apart uitgelegd maar aangeboden via uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.
Pimsleur deed onderzoek naar het meest optimale interval waarmee geleerde informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is in de cursussen van Pimsleur verwerkt.
Populariteit
Onder meer in Amerika worden de Pimsleur taalcursussen gevolgd en de ervaringen met de methode lopen uiteen. Over het algemeen zijn lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Doordat de insprekers van de zinnen allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Frans praten, werkt de methode van Pimsleur erg goed als uitspraakverbeteraar.
Het nadeel van de leerleermethodiek is dat er niets wordt uitgelegd. De studenten leren geen bouwstenen van het Frans om zelf een zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die uit het hoofd worden geleerd.
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (Poolse naam: Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn leermethode in een eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Bob Dylan, Mel Gibson en Pierce Brosnan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij vrij is van stress, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Michel Thomas maakte zijn studenten duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De cursussen van Michel Thomas zijn audiolessen (Frans), door twee stemacteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag gesteld wordt, is het idee dat de cursist op pauze drukt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er is geen huiswerkstudenten hoeven niet uit het hoofd te leren. Bij de methode wordt de les in kleine stappen opgebouwd en Franse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Franse lesstof die al bekend is. De uitleg wordt steeds in de Engelse taal gegeven. Er wordt op eventuele verbanden gewezen tussen de talen. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Makkelijke lesstof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de makkelijke stof door de student Frans begrepen en verworven is. Naast Franse woorden en zinnen worden eveneens bouwstenen geleerd waarmee de lerenden zelf zinnen kunnen bouwen. Ook maakt de leermethode gebruik van flashcards waarmee lerenden zelf hun vocabulaire Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te meten.
Populariteit
Veel lerenden ze zijn tevreden over de uitleg van de structuren van het Frans en vinden de methode van Michel Thomas prettig werken. De gebruikers die al wat verder zijn met de taal, ervaren de cursussen soms als wat minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De Michel Thomas-methode is zeer toegankelijk en traint de luistervaardigheid en de uitspraak Frans op efficiënte wijze. Dat deze taalcursus Frans niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een minpunt van de methode van Michel Thomas. Een echte interactie is er ook niet doordat de methode uit een audiocursus bestaat.
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 is opgericht door polyglot en schrijver Alphonse Chérel. Het bedrijf maakt taalcursussen en publiceert deze. Hun eerste boek heette Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘opgaan in de groep, mengen met’, wat voor een taalcursus (zoals Frans) wel een hooggegrepen streven is. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek Frans en audio-CD’s alsook een USB-stick. De gebruiker werkt bij voorkeur ruwweg twintig minuten per dag.
De taallessen bestaan uit Franse dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De Franse vertaling staat naast de dialoog, met grammaticale uitleg. Om de uitspraak Frans te trainen, maakt Assimil gebruik van zinnen die door native (moedertaal) speakers zijn ingesproken en die de lerenden daarna dienen te herhalen. De opbouw van de les verloopt van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer vijftig lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn populair. De cursussen zijn relatief betaalbaar en er is een ruim aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de lerende in zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste uitkomt, is het pluspunt van de methode van Assimil. De keerzijde hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de student is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen trainer Frans om de student te begeleiden of te motiveren.
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als antwoord op de grammatica-vertaalmethode worden beschouwd. Het was nieuw dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden middels mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is zonder fouten Frans kunnen spreken en kunnen verstaan, wat begint met leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met drills om Franse zinnen alsook structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaltrainer Frans kan zo bijvoorbeeld een zin 10 keer herhalen en vervolgens een nieuw Frans woord toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt vaak gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waar studenten Frans een hoofdtelefoon dragen en zinnen beluisteren en deze zinnen naspreken. Het geschreven Frans wordt pas behandeld als het mondelinge Frans inmiddels vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
In Nederland werd de methode pas omstreeks het jaar 1970 geïntroduceerd bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al snel grote bezwaren tegen de saaie driloefeningen. Af en toe haperde de techniek, waardoor de talenpractica al vrij snel in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. De audiolinguale methode heeft wel sporen nagelaten Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Frans) niet gaat om het memoriseren van de regels van de (Franse) grammatica, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Frans), die vóór de jaren zeventig voor veel docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginners Frans. Een juiste uitspraak Frans wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een efficiënte en vlotte overdracht van kennis. Ook voor grote(re) groepen is deze methode geschikt.
Deze docentgestuurde kant is tegelijkertijd een nadeel; er wordt geen eigen input van de studenten verwacht. Hierdoor ligt het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid op de loer. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Frans zijn om te zetten.
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren op een zodanige wijze dat deze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de lerende. De methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die later herhaald worden. Deze Franse zinnen of woorden op de woordenlijst worden hardop gelezen door de studenten. Het is niet het idee om al deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, maar dit gaat vanzelf door blootstelling. Bij de GoldList-methode wordt de woordenlijst telkens veranderd; Franse woorden die geleerd zijn, gaan van de woordenlijst af. Die Franse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden en zinnen spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, iets dat door veel geheugenwetenschappers bestreden wordt. (Taal)kennis in het algemeen wordt opgeslagen als deze ook relevant en betekenisvol is voor de lerende. De GoldList-methode kan dus alleen werken voor Franse woorden en zinnen die van betekenis en relevant zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor studenten die baat hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun kan deze GoldList Method werken. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt, werkt het met de hand schrijven beter dan typen of, tamelijk zinloos: een fotootje maken. Een keerzijde van deze leermethode is het gebrek aan context. Talen bestaan uit veel meer dan alleen een serie losse woorden en/of zinnen. Bovendien is de methode nogal tijdrovend; er moeten steeds handgeschreven woordenlijsten worden aangemaakt.
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke wijze van het verwerven van de vreemde taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De methode probeert het Frans te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. De Franse taalregels leert studenten ook onbewust op die manier. Alleen het Frans wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Er wordt gestreefd naar een leeromgeving zonder stress voor de studenten. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie Frans niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete Frans grammatica.
Als de lerenden in het Frans worden ondergedompeld, werkt de leermethode het meest effectief. Om te zorgen dat de lerenden van de ervaring kunnen genieten, dienen de activiteiten in het Frans stimulerend te zijn.
De Natural Method lijkt veel op de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het onderscheid tussen deze twee methoden is dat bij de Directe Methode meer de focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is veelvuldig aangetoond dat onderdompeling zeer effectief is. Doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen, is de natuurlijke aanpak een populaire wijze van lesgeven onder taaldocenten Frans. Minpunten heeft de Natural Method ook. De nadruk wordt vooral op het impliciet aanleren van de grammatica van het Frans gelegd. De student zou weliswaar leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van het Frans door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met het Frans op te bouwen. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde voor een langere tijd.
Doordat er bijna geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een bepaald Frans examen.
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de begin jaren 50 ontwikkeld door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om de student vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans). Het beheersen van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan de verwerving van woordenschat Frans. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van Franse woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde is waar het bij de methode om gaat. De vaste combinaties worden aan lerenden gepresenteerd in reële situaties middels visualisaties, gezichtsuitdrukkingen, dramatiseringen en handelingen. Bij de leermethode worden de taalstructuren die het meest worden gebruikt, als eerste aangeboden. De mondelinge vaardigheden Frans (luisteren en spreken) worden hierbij in de eerste instantie gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Frans (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een grote plek. De Structurele Aanpak wordt ook wel Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) genoemd.
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak gebruikt op grote schaal voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de lerenden het Frans op een nauwkeurige wijze leren. Studenten krijgen inzicht in de grammatica van het Frans en leren in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet geschikt zijn. De SA gebruikt alledaagse taal. Aan de Structural Approach kleven ook nadelen. Deze manier van werken kost tamelijk veel tijd en levert niet onmiddellijk succeservaringen op. De eigen inbreng van de student is beperkt; het is weinig creatief.
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse benaming: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse benaming: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, is in de jaren 60 van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van talen. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie de uiteindelijke doelstelling is wanneer men vreemde talen leert (zoals Frans).
De studenten leren met gebruik van de CLT-technieken het Frans in de praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de docent Frans. Authentieke teksten, geschreven in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven worden gebruikt. Het Frans wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en docenten Frans dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Frans in diverse realistische situaties te oefenen. Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT is de docent Frans echt een trainer, die de student leert communiceren in het Frans.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw, gedeeltelijk doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa was er meer behoefte aan het leren van vreemde talen door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) heeft veel positieve kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; het is studentgericht en functioneel. Vanwege het gebruik van authentieke materialen, leren studenten de Franse woorden die voor hen nodig zijn. CLT is een efficiënte methode. Deze methode werkt voor de lerende stimulerend, omdat hij of zij snel succes ervaart. Er mogen fouten worden gemaakt; de vaardigheid van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de docent en vereist een actieve deelname van de lerende. Afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben, is voor sommige lerenden deze manier van een vreemde taal leren lastig of afwijkend. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint taalvaardigheden; hierbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en deze methode biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Men leerde om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Meidinger ontwikkelde omstreeks 1783 een methode waarin de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt als grondlegger gezien van de grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gestoeld; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Het onderwijs in het Latijn was uiteraard op geschreven teksten van de klassieke schrijvers gericht en was volledig op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Frans) gericht. Dat werd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak gezien. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalvormen en taalstructuren (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De trainers dragen kennis Frans over, de lerende memoriseert.
Populariteit
De grammatica-/vertaalmethode heeft tot recente datum een grote invloed op het talenonderwijs gehad, ondanks dat reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren, biedt de methode biedt een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Frans, omdat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie zelden mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. De leermethode biedt geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief leerproces bij de lerenden bij het werken in een groep. De lerende is alleen toehoorder en uitvoerder.
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd gebruikt, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een vak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die bij Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’ gebruikt wordt. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die taalles Frans onderwezen aan rijke dames uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, direct vanaf het begin door de te leren taal wordt omgeven. De instructies vinden plaats in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhalingen, later op een natuurlijkere manier. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt veelal de leeromgeving ingericht in de stijl van het Frans om een situatie te creëren alsof de lerenden in Frankrijk zijn. Lerenden oefenen het Frans spreken één-op-één of in kleine groepen. Naar Frankrijk reizen en daar in een gastgezin verblijven, is een andere wijze om onderdompeling te bereiken.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren beschouwd. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Frans kan uitstekend worden ontwikkeld op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Doordat de methode nogal intensief is, is het grote voordeel dat deze methode snel resultaat laat zien. Het is ‘sink or swim’, de lerende moet echt gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. In principe is de student 24 uur per dag Frans aan het leren. Door samen te oefenen in een groep wordt de sociale interactie versterkt. Studenten ervaren dat als motiverend.
Een minpunt is dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt. Dat een dergelijke training Frans erg intensief is, kan een bijkomend nadeel zijn. Niet elke lerende heeft de conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om een vreemde taal te leren ontwikkeld in de jaren 70 van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de trainer (Frans) en de studenten zijn daarvoor van essentiële betekenis belang. Hiervoor dienen de studenten ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was ongepast om dit te bereiken. De studenten zaten in comfortabele stoelen in de lessen die in een halve cirkel opgesteld waren en er werd ook altijd muziek tijdens de klas gedraaid. De methode zoals Georgi Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek afgespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er waren opmerkingen over de grammatica van de doeltaal (het Frans) en woordenlijsten bij deze teksten. Er werd met veel expressie in stem alsook gebaren voorgelezen. De student werd zo in de verleiding gebracht om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren, konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). Er werden rollenspellen gespeeld en er werden bijvoorbeeld (Franse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De methode van Georgi Lozanov was omstreden en de methode is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen van de methodiek zoals het gebruiken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer, waardoor studenten geen last zullen hebben van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een bijkomend voordeel van de methode is dat de lerende gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situaties en actief mee te doen, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijkertijd vormt dit voor sommige studenten een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommige mensen ook eerder afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Dat de relatie trainer-student niet gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle inbreng komt van de kant van de Franse trainer en de studenten zijn steeds de ontvangende partij.
Bedacht door wie en wanneer
In het jaar 1976 ontwikkelde de Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
of CLL genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te leren waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de taaldocent als counselor optreedt die de zinnen van de lerende kenschetst. Studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als de studenten de te leren taal (Frans) nog niet machtig genoeg zijn. De taaldocent (Frans) vertaalt en legt uit. De uitingen van de docent worden hierna zo goed mogelijk herhaald. Dit gesprek in het Frans wordt opgenomen om daarna opnieuw te beluisteren.
De CLL bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de wisselwerking tussen de studenten als middel om het Frans te leren. Het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen met behulp van zinvolle gesprekken. Een leerboek Frans wordt niet gevolgd.
Populariteit
Of CLL succesvol is, is grotendeels afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. Bij deze methode dient de taaldocent sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig te zijn onderlegd. Deze taaldocent dient zowel het Frans als de moedertaal van de student erg goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. De methode kan prima werken indien deze op de juiste wijze wordt toegepast. CLL is niet geschikt voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
CLL biedt studenten veel autonomie. Studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken vaak zinvol. Niet alleen tijdens de lessen Frans, maar ook daarbuiten wordt de groep vaak heel hecht. Studenten worden zich een stuk meer bewust van hun groepsgenoten, hun sterke en zwakke punten en ze leren samen te werken als een team. Het bespreken door hun foutjes en het evalueren van de taalles Frans is heel leerzaam voor de studenten. Vaak blijven dergelijke verbeteringen in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Het kan een nadeel zijn dat de trainer niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Er wordt geen leerboek gebruikt en er worden eveneens geen toetsen Frans gehouden. Het succes van de les is hierdoor moeilijk meetbaar. Sommige lerenden worden belemmerd in hun Frans spreken als zij worden opgenomen.
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om een vreemde taal te leren die door Michael Lewis in het begin van de jaren 90 van de vorige eeuw is ontwikkeld.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Frans (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze hoe het Frans ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt de woordenschat Frans een grotere plaats in dan de Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de student (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor het zelf ontdekken van de Franse taal.
De rol van de taaldocent Frans is te zorgen voor voldoende input en het faciliteren van het leertraject van de lerende.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia de lesboeken aanmerkelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat van de te leren taal die in zogenaamde chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De ingrijpende verandering in de manier waarop talen worden onderwezen, waar Michael Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren de Franse taal op een natuurlijke wijze te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes van de taal) te werken; met ‘echte’ taal. Dit zorgt voor souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties, is de keerzijde. Een aantal studenten heeft meer aan een taaltrainer Frans die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator omdat deze studenten meer moeite hebben met het zelf leren herkennen van de patronen van het Frans.
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is in het jaar 1880 ontwikkeld door de Fransman François Gouin.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin is gebaseerd op een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica vereisen. Studenten leren zinnen op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, beroep en wetenschap, vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal ontwikkeld. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het betreft een soort eentalige methode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans) leren denken.
Populariteit
De ideeën van Gouin over taal waren hun tijd ver vooruit. Ondanks dat het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd een succes. De methode van François Gouin werd echter door Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheid Frans van de lerende sterk en zorgt voor het creëren van een sfeer in de les die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
De leermethode creëert levendig onderwijs. Dit type onderwijs Frans wekt het enthousiasme op van de lerenden door gebruik te maken van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Het leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De Franslerenden worden nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De methode stimuleert de communicatieve vaardigheden Frans van de lerenden goed.
De seriemethode heeft als nadeel dat taal die wat meer subjectief of abstract is, wat moeilijk met bewegingen en expressies in één duidelijke ervaring is te vangen. Een ander nadeel is de bewerkelijkheid voor de taaltrainer, die tenslotte een hele reeks aan series dient voor te bereiden. Als derde punt is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog vaak draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheid.
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engelse naam: Task-Based Language Teaching; TBLT) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de te leren taal (zoals het Frans) geen op zichzelf staand doel, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. Lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Frans) vereist. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat zij over woordenschat en taalregels van het Frans beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals een boodschap doen, e-mails schrijven, een drankje bestellen, bellen met de klantenservice of de krant lezen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, daarna de taak uitvoert en tot slot erop terugblikt. De studenten moeten samenwerken om de taken uit te kunnen voeren. De taken moeten iets boven het niveau van de lerende liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Het taakgericht onderwijs is vanaf het begin van de jaren negentig zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van lerenden (voornamelijk lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheid (Frans) te gebruiken. Mits de opdracht goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in contact met het Frans en leert op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Bovendien leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door studenten als motiverend en prettig ervaren .
Als nadeel kan gezien worden dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren.
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; Nieuw-Zeelands taalkundige en docententrainer op het gebied van Engels taalonderwijs bedacht in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching is geïnspireerd op ‘Dogme 95’; de beweging uit 1995 van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder de filmregisseur Lars von Trier. Bij het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan 10 strenge regels (dogma’s). Deze behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van de Dogme-methode is het starten van echte inhoudelijke conversaties over praktische onderwerpen, waarin het om communicatie draait als de inspirator van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). De benadering is daarom een communicatieve aanpak van taalonderwijs. Deze methode wil onderwijs bieden zonder het gebruik van leerboeken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op de communicatie tussen de studenten en de docent richt. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net zoals de Dogme-beweging in de film, 10 uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Ondanks dat er weinig onderzoek naar het succes van Dogme is gedaan, stelt Scott Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van vreemde talen (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een pluspunt voor de docent Frans. Dat studenten de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces, kan zeer motiverend werken. Voorspelbaar zijn de lessen Frans zo nooit. Dat zorgt voor spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. In een taalles volgens de Dogme-methode is vrijwel elk item bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat de studenten betrokken en alert blijven.
Als ze zo weinig door de trainer bij de hand genomen worden, kunnen lerenden zich echter iets minder op hun gemak voelen. Ook is niet elke trainer Fransin voldoende mate flexibel voor deze manier van lesgeven. Dat de lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Frans, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde lesstof hiervoor wordt behandeld tijdens de les, kan een ander keerzijde vormen van de methode.
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson in 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Frans). De primaire aanname van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het verwerven van het Frans; het doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraar of docent’. De GPA-benadering vertoont overeenkomsten met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De leermethode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Frankrijk. Begrijpen is belangrijker dan produceren. De focus ligt op Franse woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de leermethode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de ‘verhaalopbouwfase’. Deze duurt om en nabij 150 uur en de deelnemer begint nu ook Frans te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de leermethode is de fase van het ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 van de methode beginnen de deelnemers zich te richten op het taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans door middel van televisie, films, nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans.
Populariteit
Omdat de methode van Thomson nog tamelijk nieuw is, is nog weinig bekend over het succes van de methode. Deelnemers zijn vrij enthousiast over de leermethode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijke doorkijk op het proces van taalverwerving Frans geboden. De zes afzonderlijke fasen bieden een duidelijk tijdsschema en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is veel tijd te investeren.
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse taalkundige en polyglot in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen om de intonatie (Frans) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze methode is eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen vervolgens wat zij horen. Het is niet belangrijk om de Franse tekst al te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klanken. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak totdat dit heel gemakkelijk gaat en de lerenden simultaan Frans kunnen spreken met de opname. Na enige tijd gebruiken de lerenden een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij uitgesproken hebben. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende tekst, zijn veel lesboeken voor deze techniek geschikt. De Franse audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerenden te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Doordat lichamelijke beweging de opname versterkt van de nieuwe taal (het Frans) in het zenuwstelsel, doet Argüelles de aanbeveling om te lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te zitten. Een andere reden is dat de lerenden minder gauw afgeleid worden als zij in beweging zijn, waardoor het leren van het Frans veel effectiever gaat.
De techniek van Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Ook het simultaan spreken is anders aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek niet alleen de uitspraak maar ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van het Frans wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek in een groep van lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief leren. Het rendement van de Shadowing-methode is hoog.
De Shadowing-methode heeft als nadeel is dat lerende het soms ietwat saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus erg belangrijk.
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Frans) te leren die van het principe uitgaat dat mensen door middel van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Frans vormt de basis, daarna volgt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaltrainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de studenten doen na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende taken worden verder uitgebreid of gedeeltelijk gewijzigd.
Door het combineren van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
Vooral wordt TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren en volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek van Total Physical Response zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in leren bevordert. Zo kan de student stressvrij leren. TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en deze methodiek kan ook in wat grotere klassen worden ingezet. Het verworven Frans wordt direct in het langetermijngeheugen opgeslagen.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is het nadeel van TPR®. Daarom werkt het tot op een bepaald niveau en is nog een andere leermethode nodig als aanvulling. Daarnaast is de methode niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën in het Frans te uiten.
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging omstreeks 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. Deze Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van talen, maar eveneens voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. De mensen streefden, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, omstreeks 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Er kwam binnen het taalonderwijs veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij de grammatica meer inductief werd aangeboden, met voorbeeldzinnen. Hieruit moesten studenten de taalregels afleiden. Veel mondelinge oefeningen met veel aandacht kwamen er voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Frans). De lerenden werden gestimuleerd veel Frans te spreken. Nieuw was eveneens dat de lessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) vocabulaire werd aangeleerd met behulp van voorbeelden en afbeeldingen. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door de studenten om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw ebde weg, deels door invloeden van de oorlogen en crises, om in de jaren 60 weer een andere vorm te vinden.
Taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua werken nog altijd met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het voordeel. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht geschonken aan luisteren en spreken. Hierdoor krijgen lerenden vloeiendheid in het Frans en zelfvertrouwen. Keerzijden kent deze Direct Methode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen in de doeltaal ook relatief weinig. Voor lerenden die verder meer gevorderd zijn in het Frans, biedt de Directe Methode niet genoeg uitdagingen. Doordat deze methode actief meedoen van de student verwacht, is de methode tevens niet heel geschikt voor langzaam lerende studenten.
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Daarom wil Manesca niet werken met abstracte regels of lijstjes met Franse woorden die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode staat bekend als de eerst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is op het werken met een groep studenten en een trainer Frans gebaseerd, die steeds één Frans woord tegelijk introduceert. Bij het woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en de beweging worden daarna door de studenten na elkaar herhaald. Deze herhaling helpt de lerenden deze Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap worden deze woorden zo zinnen en weer variaties op deze Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is al enkele jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van de ideeën van Manesca zijn actueel en worden nog steeds in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai kan worden om steeds dezelfde Franse woordjes en zinnen te blijven herhalen, kan een nadeel zijn.
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een methode om een taal te leren (bijvoorbeeld Frans) die stilte als instructiemiddel gebruikt. De methode van Caleb Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.
Een combinatie van stilte en gebaren wordt gebruikt door de taaldocenten Frans om de aandacht van de studenten te trekken, reacties te krijgen en ze aan te moedigen om foutjes te verbeteren. De methode besteed veel tijd aan de uitspraak (Frans).
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het belangrijk om les te geven op een manier die efficiënt voor de voorraad energie van de studenten was. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan als studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat de trainers niet zozeer dienen te streven naar kennisoverdracht, maar bewustzijn dienen aan te spreken, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt, zijn gekleurde staafjes die kunnen worden gebruikt voor verschillende dingen. De ‘de stille manier’ werkt ook met Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarbij elke kleur een bepaalde klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel de Stille Manier in zijn originele vorm niet veel meer wordt toegepast, zijn Gattegno’s ideeën van invloed geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat de aanpak van Caleb Gattegno niet-bedreigend is voor de lerende, die tenslotte als autonoom wordt gezien, is de sterke kant van zijn leermethode. In principe is de trainer Frans dienstbaar aan de lerende en niet omgekeerd. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke wijze gestimuleerd. De geleerde taalkennis wordt vaak goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag, wat aan het leerproces bijdraagt.
Het feit dat een aantal studenten wat meer begeleiding nodig heeft dan de methode voorstaat, kan een minpunt zijn. Door het gebrek aan input van de trainer Frans zouden de studenten gefrustreerd kunnen raken. Het werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er snel af gaat, waardoor het effect verdwijnt.
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-methode (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is natuurlijke taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen de moedertaal leren. De lerenden worden blootgesteld aan veel begrijpelijke input om dit te bereiken. De docent Frans vertelt een verhaal aan de lerenden, waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De studenten ontspannen zich omdat de verhalen vrij gemakkelijk te begrijpen zijn. Zo worden Franse structuren en woorden van de nieuwe taal ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De lerenden worden door de docent op grammaticale verschijnselen van het Frans gewezen, zonder dat lerenden taalregels uit hun hoofd hoeven te leren.
De studenten zullen na een poosje ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuren van de nieuwe taal nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om samen met een groepje lerenden een verhaal op te bouwen. Hierbij schrijft de trainer Frans eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de Franse vertaling erbij, om daarna een verhaal te maken samen met de studenten. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in de Franse taal, doordat dit voor input zorgt. Schrijven in het Frans volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de docent moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een breinvriendelijke leermethode. Het is prettig voor studenten en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Het werkt heel motiverend voor de studenten om zelf verhalen te verzinnen.
Een nadeel is dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaltrainer vraagt.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzameltermen voor (taal)training die online kan worden gevolgd, op afstand dus. Het wordt ook wel een virtual classroom oftewel een ‘digitaal leslokaal’ genoemd.
Het zogenaamde blended learning is een trainingsvorm waarbij face-to-face-sessies (klassikale sessies) worden gecombineerd met online leren in een online leeromgeving.
Eenvoudig gesteld: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Drachten.
Enkele voorbeelden van digitale platformen die kunnen worden gebruikt voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended learning heeft als voordeel ten opzichte van online leren dat, zolang het niet om 1-op-1 les gaat, de cursisten bij blended learning met afwisseling wel zogeheten ‘classroominteractie’ ervaren; dit wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van de andere cursisten.
100% maatwerk – ook online!
Uiteraard biedt Taleninstituut Dagnall ook blended learning in Drachten op maat.
Online leerplatform Dagnall beschikt over een digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online biedt interactieve en gevarieerde content en vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het platform van Dagnall biedt interactieve mogelijkheden en garandeert een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
Dagnall Talen biedt naast het online leerplatform ook een handige App voor zowel een Android- als een Apple-apparaat. Het voordeel van de Dagnall App is dat deelnemers altijd en overal, dus 24/7, toegang op elk (mobiel) apparaat hebben. Zowel op het werk maar ook thuis of onderweg, bijvoorbeeld ook in het buitenland. Cursisten kunnen dus Frans leren wanneer en waar het uitkomt. De oefeningen in de Dagnall App worden afgestemd op de behoefte van uw organisatie zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Wij kunnen bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen alsook specifieke productnamen integreren in de App. De App kan dus heel praktijkgericht worden gebruikt en de App blijft beschikbaar nadat de training Frans in Drachten is afgerond.
Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen en/of vergaderingen met Franstalige zakenpartners en klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk zijn op het gebied van taalvaardigheid vaak een uitdaging.
Mensen die diverse talen beheersen, zijn daarom onmisbaar in veel bedrijven.
Dagnall Talen leert u Frans communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Als u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan om uw Franstalige gesprekspartners te begrijpen en zorg dat u zelf ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheid Frans verbeteren voor uw toekomstige of huidige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en eveneens als onlinecursussen & blended taalcursussen beschikbaar. Een onlinecursus of blended taalcursus Frans is net zo doeltreffend en van hoge kwaliteit als een fysieke cursus en bovendien nog eens comfortabel.
Online taalcursussen en ook blended taalcursussen kunnen overal gevolgd worden; thuis, op kantoor, op zakenreis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Zakelijke en technische taalcursussen online geeft Dagnall via onlineplatforms zoals Zoom, Microsoft Teams, Skype of een ander onlineplatform naar keuze. Zoom wordt in het algemeen gezien als het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel interactie als variatie.
Het volgende is voldoende voor een cursus in een virtuele classroom:
- Een laptop, pc of tablet met een microfoon en een camera
- Een internetverbinding
- Een rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Dagnall Talen is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm bevat strenge eisen voor het borgen en stroomlijnen van processen die van belang zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de door opdrachtgevers gestelde eisen alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de speerpunten van de ISO 9001:2015 norm.
Dagnall Talen is tevens gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 17100:2015 norm. De ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor de vertaalbranche die onder meer eisen bevat voor mensen, middelen, projectbeheer, vertalers alsook revisoren.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers wordt gewerkt die beschikken over de benodigde kennis en ervaring. Daarnaast worden onze vertalingen altijd ten minste twee keer door twee specialisten/proeflezers proefgelezen. De vertalingen worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall getoetst door Kiwa om te beoordelen of nog altijd aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Voor de NRTO staat kwaliteit centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de NRTO-leden worden geleverd, zoals een cursus Frans in Drachten, wordt geborgd door een gedragscode, door verschillende convenanten alsook door het NRTO-keurmerk.
Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Het CRKBO-register is een register dat door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden wordt.
Het Lloyd’s Register is opgericht in het jaar 1760 en is een onafhankelijk, door de overheid erkend keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
De naam ‘Frankrijk’ betekent het ‘Rijk van de Franken’. De Franken waren een Germaanse stam die na de val van het Romeinse Rijk Noord-Europa veroverde.
Denk je aan Frankrijk, dan denk je aan chansons, de Eiffeltoren, wijn, kaasjes, knoflook, stokbrood (inmiddels Unesco Werelderfgoed), champagne, de Tour de France en lavendelvelden waardoor een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor veel mensen roept het land direct een vakantiegevoel op. Ook een echte Fransman herken je zo: hij draagt een baret en een wit overhemd of T-shirt met een Bretonse streep. En hij rijdt uiteraard in een Franse auto! Jarenlang was de Citroën DS het meest geliefd, die liefkozend ‘de godin’ (La Déesse) werd genoemd. In Nederland en Vlaanderen staat deze auto wat simplistischer bekend als ‘strijkijzer’ of ‘snoek’.
De munteenheid van Frankrijk is sinds 2002 de euro. Hieronder ziet u een foto van de voorkant en de achterkant van de Franse euromunt.
Hieronder ziet u het logo van de Franse Centrale Bank BdF (Banque de France) die gebruikmaakt van het zogenaamde ‘Eurosystem’.
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux.
De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr.
Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Vergeleken met de Nederlandse taal heeft de Franse taal een geheel andere manier van uitspreken. Eén van de verschillen is dat de woorden aan elkaar worden geplakt in de Franse taal, waardoor het niet te horen is waar een woord ophoudt en een volgend woord weer begint. Dit heet liaison; ‘verbinding’. Deze verbinding gebeurt hoofdzakelijk bij woorden die eindigen op ‘s’ en gevolgd worden door een klinker of stomme ‘h’. Zo zeggen Fransen ‘lezzamie’ in plaats van les amis (de vrienden).
Een ander onderscheid is dat Fransen veel eindletters niet uitspreken. Parle en parlent klinken bijvoorbeeld hetzelfde. Ook klinken in het Frans vrijwel alle klinkers anders. Door de grote hoeveelheid Franse woorden in het Nederlands, komt de uitspraak ons bekend voor: toilet, portefeuille, bureau.
Het Frans gebruikt evenals het Nederlands, het Latijnse alfabet, dat uit 26 letters bestaat.
In het Frans worden zogenaamde guillemets gebruikt in plaats van aanhalingstekens. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes ». Ze worden ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd en worden gebruikt om een citaat te openen en te sluiten.
De term ‘guillemet’ komt van Guillaume Le Bé (1525-1598). Le Bé was een lettermaker en de bedenker van het teken. Tussen de guillemets en de tekst komen in het Frans spaties. Ook de andere leestekens worden in de Franse taal door een spatie voorafgegaan, zoals « Venez ! », Elle criait :
In het Frans heten ze des mots de remplissage; opvulwoorden of stopwoorden. Ook de Franse taal heeft er veel. Woordcombinaties of woordjes die iemand gebruikt om even te pauzeren maar toch de aandacht vast te kunnen houden.
Fransen zeggen vaak aan het eind van een zin het stopwoord: hein? wat ruwweg klinkt als het Nederlandse ‘hè?’.
Het Nederlandse ‘hè?’ komt zelfs waarschijnlijk uit het Frans. Dit woordje hein vraagt om instemming, ongeveer als: “Denk je ook niet?”
In het Frans hoor je ook vaak het woordje quoi? (wat?) aan het einde van de zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” Middenin een zin zeggen Fransen vaak tu vois (‘zie je’), “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr.
U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
Het radiostation FIP is het meest beluisterde publieke radiostation van Franstaligen.
Door op het linker beeldscherm hierboven met het logo te klikken, kunt u live luisteren naar deze Franse radiozender.
De zender NRJ is de meest populaire commerciële radiozender in Frankrijk. Klik op het computerscherm rechtsboven met het logo om direct live naar deze Franse commerciële radiozender te luisteren.
Favoriete series en televisieprogramma’s in het Frans of met Franse ondertiteling kijken, kan eerst wellicht wennen zijn, maar al gauw zult u ontdekken dat dit erg leerzaam en leuk kan zijn.
France tv is de Franse publieke televisieomroep.
De omroep TF1 is de meest populaire commerciële televisieomroep voor de Fransen.
Deze Franstalige zenders kunnen middels de internet, kabel, satelliet of via een app worden bekeken.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
De vriendschapssteden van Drachten zijn Gobabis in Namibië en Kirjat Ono in Israël.
In Drachten bevinden zich geen hogescholen of universiteiten.
Het netnummer van Drachten is 0512.
Het postcodegebied van Drachten is 9200 - 9207.
Het adres van het gemeentehuis van Drachten is Gauke Boelensstraat 2, 9203 RM in Drachten.
De website van de gemeente Drachten is Smallingerland.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Drachten is 0512 581234.
Voor Drachtster ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Leeuwarden aan de Heliconweg 62, 8912 AT in Leeuwarden. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Drachten is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Drachten is KVK-kantoor Leeuwarden.
Wilt u uw Franstalige zakenrelatie wat cultuur in Drachten laten zien?
Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw Franstalige zakenrelatie, kunt u in Drachten een bezoek brengen aan Museum Dr8888.
Is uw Franstalige zakenrelatie sportief ingesteld? Wellicht is het dan een leuk idee om samen naar een sportwedstrijd te gaan gaan of zelf te voetballen, te tennissen, te padellen of te squashen. Voetbal verbroedert. Misschien is het daarom een leuk idee om samen met uw Franse zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Drachtster voetbalclub VV Drachten, VV Drachtster Boys of ONB meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Drachten kunt u terecht bij DLTC of bij TC De Beampipers.
maatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
Begin vandaag nog met uw reis naar taalbeheersing frans
Taalcursussen Frans in Drachten van topniveau
Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en is een communicatiebasis die deuren voor u kan openen - vooral in de professionele wereld. Daarom hebben bedrijven en organisaties die in de taalkennis en taalopleiding van hun werknemers investeren, ook een duidelijk voordeel alsook een voorsprong.
Dagnall Talen biedt u precies wat u zoekt: effectieve taaltrainingen Frans van het hoogste niveau voor professionals en leidinggevenden in en in de buurt van Drachten.
Taaltraining Frans op maat, omdat uw bedrijf of organisatie welbespraakte medewerkers verdient.
Vakgebieden
Zakelijk, medisch of technisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal.
Iedere bedrijfstak spreekt een eigen taal en gebruikt eigen terminologie. Geef uw medewerkers een duidelijk concurrentievoordeel alsook een zelfverzekerde uitstraling, door middel van branchespecifieke taalkennis Frans op het hoogste niveau.
Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Frans in Drachten aan in een brede waaier van vakgebieden.
Goed op weg met Dagnall Talen
De organisatie van uw taaltrainingen Frans in goede handen
Werkgerelateerd & doelgericht Frans leren
Wij bieden onze taaltrainingen Frans op maat aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als intensieve workshops en als doorlopende, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online/blended cursussen. Bij Taleninstituut Dagnall kan iedereen Frans leren op de manier die voor hem of haar het meest geschikt is. Naast de algemene taaltaaltrainingen Frans hebben organisaties vooral interesse in de werkgerelateerde taaltrainingen zoals schrijfvaardigheid Frans en/of zakelijk Frans. De taalcursussen worden op de individuele behoeften van de klant afgestemd. Dagnall biedt de mogelijkheid om via gecertificeerde taaltrainers met uitstekende beoordelingen en recensies onbegrensd Frans te leren in Drachten. Met Dagnall Talen behaalt u doelgericht en snel de door u beoogde resultaten.
Filosofie
Onze filosofie is om Frans te leren zonder schroom alsook met gemak en plezier. Wij gaan daarom tot het uiterste om ervoor te zorgen dat u de Franse taal moeiteloos en zonder remmingen kunt kunnen leren.
Frans leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall met methodes die het leren voor cursisten prettiger en gemakkelijker maken.
Door onze methodes wekken we nieuwsgierigheid op en ondersteunen we de bereidheid om te leren. We brengen cursisten met grote stappen naar het gewenste niveau door dagelijks 15 minuten te oefenen.
Dagnall Talen is een ideale partner voor iedereen die Frans wil leren in Drachten.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalingen - tolken - teksten
Plan van aanpak Dagnall Taleninstituut
Dagnall stelt in overleg met u als opdrachtgever uw leerdoelen en wensen vast. U meldt de cursisten met hun contactgegevens aan. Wij verzorgen een intake op locatie of, indien dit uw voorkeur heeft, online of telefonisch. Na het intakegesprek, waarin op basis van het (ERK) Europees Referentiekader het huidige en gewenste niveau vastgesteld wordt, ontvangt u van ons een op maat gemaakt cursusvoorstel met een passende offerte.
Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning op uw situatie en agenda af.
Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning op uw situatie en agenda af.
Na enkele lessen Frans evalueert de taaltrainer de inhoud en de voortgang van de taalcursus. Indien nodig, kan de doelstelling uiteraard worden bijgesteld.
Na de laatste les sturen wij u een eindrapportage samen met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers zijn behaald. De deelnemers ontvangen tevens een certificaat van het instituut.
Na de laatste les sturen wij u een eindrapportage samen met een beschrijving van de resultaten die door de deelnemers zijn behaald. De deelnemers ontvangen tevens een certificaat van het instituut.
[ Lees meer ]
Intake
Planning
Cursus
Certificaat
Betaalbare maatwerkcursussen Frans in Drachten
Ons bedrijf verzorgt taalcursussen Frans op maat in Drachten en gemeenten in de buurt van Drachten voor het bedrijfsleven en (overheids)instellingen sinds 1982. Wij werken met kundige trainers Frans die specialisten zijn op het gebied van taal en die in Smallingerland voor bedrijven, (semi)overheid en andere non-profitinstellingen door de jaren een behoorlijk aantal zakelijke taalcursussen Frans verzorgd.
Door de werkplekgerichte en functiegerichte methode van werken, biedt Dagnall zeer betaalbare en effectieve taalcursussen Frans in Drachten. U kunt erop vertrouwen dat Dagnall voor maximaal rendement zorgt; rendement door maatwerk!
Betaalbaar maatwerk Frans in Drachten sinds 1982
Taal op de werkvloer
Cursus Taal op de Werkvloer: draagvlak is vereist! Een cursus (Frans) toegespitst op het vergroten van de taalvaardigheid op de werkvloer is ondertussen bij veel organisaties bekend.
Medewerkers die geen of een beperkte beheersing van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een belemmering in hun werkomgeving en zij willen graag en sneller en/of beter kunnen communiceren op de werkvloer.
Medewerkers die geen of een beperkte beheersing van het Nederlands of een andere voertaal ervaren een belemmering in hun werkomgeving en zij willen graag en sneller en/of beter kunnen communiceren op de werkvloer.
Zij willen in staat zijn om de aanwijzingen op de werkplek goed te kunnen begrijpen en hier mee om kunnen gaan. Deze medewerkers willen het liefst zelfverzekerder het werk uit kunnen voeren en natuurlijk heel graag hun ambities op het werkterrein realiseren. Investeren in personeel en in de (innovatieve) ontwikkeling van het bedrijf is derhalve noodzakelijk.
[ Lees meer ]
Vele wegen leiden van Drachten naar Parijs
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Frans is niet alleen toegespitst op de behoefte van de klant, cursist, werkgever of organisatie, zoals een betere schrijf- of spreekvaardigheid.
Een goede taalcursus (Frans) is eveneens afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de individuele cursist.
Een cursus Frans (in Drachten) die het beste bij de cursist past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige docenten Frans zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van de Franse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen toepassen. Dat werkt erg plezierig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt.
Het ondertussen alom bekende hoge rendement van Dagnall Taleninstituut wordt behaald met een mix van deze bewezen leermethode gericht op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. U kunt bij Dagnall Talen voor cursussen terecht die op maatwerktrainingen zijn gebaseerd.
Dagnall Taleninstituut biedt groepscursussen van 3 tot 10 lerenden, duocursussen (2 lerenden), individuele cursussen, onlinecursussen, een online leerplatform voor blended learning alsook een de Dagnall App met woordenlijsten en specifiek jargon van de organisatie.
Onze taaltrainers maken veel gebruik van eigen lesmateriaal dat zij hebben verzameld en gecreëerd door de jaren heen en zij spelen continue op actuele thema’s en ontwikkelingen in.
Een prettige manier van leren
Een ander voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer plezierige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook onze trainers Frans in Drachten. Onze, door de jaren steeds verder ontwikkelde en weldoordachte werkwijze is het gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. Onze cursus is niet alleen werkgericht en/of functiegericht, maar zeer zeker ook aangepast aan de leermethode die goed bij de cursist zelf past.
Effectief Frans leren in Drachten bij Dagnall Talen
Individuele cursussen en groepscursussen Frans
Franse lessen - individueel of in groepsverband
Dagnall Taleninstituut cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de gehele organisatie kunt overlaten aan ons.
Dagnall Talen biedt deze individuele cursussen en groepscursussen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden.
Voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen maken wij gebruik van moderne en gevarieerde onderwijsmethoden om doelgericht te kunnen trainen en het leersucces te garanderen.
Vanzelfsprekend kunnen deze individuele-, duo- en groepscursussen zowel bij u op locatie als op één van deze trainingslocaties in of bij Drachten worden gegeven.
Maatwerk individuele en groepscursussen Frans in Drachten
Maatwerkcursussen Frans
Dagnall Taleninstituut biedt individuele cursussen Frans voor bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren in Drachten en omgeving.
Individuele cursussen worden ook wel één-op-één-cursussen of privélessen genoemd.
De individuele taalcursussen van Dagnall zijn al decennia bekend voor de persoonlijke aandacht, het maatwerk en het hoogste rendement.
Alle individuele cursussen Frans van Dagnall Talen zijn maatwerkcursussen en de cursussen worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de leerstijl en de praktijksituatie.
De trainingen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Ons instituut biedt groepscursussen Frans van 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (met 2 cursisten) aan het bedrijfsleven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren.
De groepen houden we bij voorkeur zo klein mogelijk om de leereffectiviteit te maximaliseren en de cursisten maximaal te kunnen ondersteunen.
De groepscursussen van Dagnall zijn ook maatwerk taalcursussen en worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, de branche, het taalniveau, de leerstijl en de praktijksituatie en de trainingen worden opgesteld om de doelstellingen te behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het hoge rendement is het belangrijkste voordeel van een individuele taalcursus Frans doordat in korte tijd veel informatie opgenomen wordt.
Er wordt sneller vooruitgang gemaakt omdat de cursus intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk.
Een ander belangrijk voordeel van een individuele taalcursus is flexibiliteit. De inhoud kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de specifieke aandachtsgebieden van de cursist en de cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist.
De leervordering is optimaal omdat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden.
Een individuele is ook taalcursus goed af te stemmen op de planning en de agenda van de cursist zodat het leerschema en het tijdmanagement optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Het grootste voordeel van groepscursussen Frans is met name de interactie met de andere cursisten; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep door middel van bijvoorbeeld discussies en rollenspellen.
De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk pluspunt; het leren van de fouten van anderen en met elkaar in de doeltaal communiceren. De afwisseling die zo wordt geboden, kunnen cursisten prettiger vinden.
Groepscursussen zijn daarnaast efficiënt doordat meerdere medewerkers tegelijktijd getraind worden en de groep op vrijwel hetzelfde kennisniveau komt.
Voor de deelnemers zijn groepscursussen ook wat minder intensief (minder zwaar) dan individuele cursussen.
Minpunten individuele cursus
Rollenspellen en discussies kunnen bij individuele taalcursussen Frans alleen met de taaltrainer worden gedaan en gevoerd.
Doordat er geen interactie is met andere lerenden, kan de geleerde kennis niet worden geoefend in de groep.
Ook is het niet mogelijk om te leren van de foutjes van andere cursisten omdat groepsdynamiek ontbreekt.
De intensievere leerbenadering van individuele taalcursussen is ook behoorlijk intensief (zwaarder) voor de cursisten.
Minpunten groepscursus
In een groepscursus wordt minder aandacht aan het individu gegevenwordt minder aandacht gegeven aan het individu en kunnen de cursisten wat eerder worden afgeleid. Het rendement is daardoor iets lager. Deels kan dit ondervangen worden door de groep wat kleiner te maken (bijvoorbeeld minigroep).
Een groepscursus Frans kan ook minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen van cursisten.
Een ander minpunt van groepscursussen is dat de planning minder goed afgestemd kan worden op de agenda van de individuele cursist.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslaghoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject
afgestemd op individuele leerstijl
inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte
afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist
afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslaggeen interactie met andere cursisten
vrij intensief voor de cursist
geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslaginteractie met andere cursisten
groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren
groep komt op hetzelfde kennisniveau
efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen
minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslagiets minder aandacht voor individuele cursist
minder afgestemd op individuele leerstijlen
minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Frans
Verschillende opties voor Franse les
Dagnall Taleninstituut verzorgt taalcursussen (Frans) voor beginners, halfgevorderden en gevorderden.
Niet iedereen kan naar een talencentrum gaan.
Daarom bieden wij de taalcursussen eveneens online of incompany aan.
Bij Dagnall Talen kunt u kiezen voor een intensieve of
Niet iedereen kan naar een talencentrum gaan.
Daarom bieden wij de taalcursussen eveneens online of incompany aan.
Bij Dagnall Talen kunt u kiezen voor een intensieve of
semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Frans. Een combinatie van deze trainingen is vanzelfsprekend ook mogelijk.
Wij staan voor (betaalbaar) maatwerk!
Wij staan voor (betaalbaar) maatwerk!
ALGEMENE LEERMETHODES
Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als antwoord op de grammatica-vertaalmethode worden beschouwd. Het was nieuw dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden middels mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is zonder fouten Frans kunnen spreken en kunnen verstaan, wat begint met leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met drills om Franse zinnen alsook structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaltrainer Frans kan zo bijvoorbeeld een zin 10 keer herhalen en vervolgens een nieuw Frans woord toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt vaak gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waar studenten Frans een hoofdtelefoon dragen en zinnen beluisteren en deze zinnen naspreken. Het geschreven Frans wordt pas behandeld als het mondelinge Frans inmiddels vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
In Nederland werd de methode pas omstreeks het jaar 1970 geïntroduceerd bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al snel grote bezwaren tegen de saaie driloefeningen. Af en toe haperde de techniek, waardoor de talenpractica al vrij snel in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. De audiolinguale methode heeft wel sporen nagelaten Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Frans) niet gaat om het memoriseren van de regels van de (Franse) grammatica, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Frans), die vóór de jaren zeventig voor veel docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginners Frans. Een juiste uitspraak Frans wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een efficiënte en vlotte overdracht van kennis. Ook voor grote(re) groepen is deze methode geschikt.
Deze docentgestuurde kant is tegelijkertijd een nadeel; er wordt geen eigen input van de studenten verwacht. Hierdoor ligt het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid op de loer. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Frans zijn om te zetten.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren op een zodanige wijze dat deze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de lerende. De methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die later herhaald worden. Deze Franse zinnen of woorden op de woordenlijst worden hardop gelezen door de studenten. Het is niet het idee om al deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, maar dit gaat vanzelf door blootstelling. Bij de GoldList-methode wordt de woordenlijst telkens veranderd; Franse woorden die geleerd zijn, gaan van de woordenlijst af. Die Franse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden en zinnen spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, iets dat door veel geheugenwetenschappers bestreden wordt. (Taal)kennis in het algemeen wordt opgeslagen als deze ook relevant en betekenisvol is voor de lerende. De GoldList-methode kan dus alleen werken voor Franse woorden en zinnen die van betekenis en relevant zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor studenten die baat hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun kan deze GoldList Method werken. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt, werkt het met de hand schrijven beter dan typen of, tamelijk zinloos: een fotootje maken. Een keerzijde van deze leermethode is het gebrek aan context. Talen bestaan uit veel meer dan alleen een serie losse woorden en/of zinnen. Bovendien is de methode nogal tijdrovend; er moeten steeds handgeschreven woordenlijsten worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke wijze van het verwerven van de vreemde taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De methode probeert het Frans te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. De Franse taalregels leert studenten ook onbewust op die manier. Alleen het Frans wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Er wordt gestreefd naar een leeromgeving zonder stress voor de studenten. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie Frans niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete Frans grammatica.
Als de lerenden in het Frans worden ondergedompeld, werkt de leermethode het meest effectief. Om te zorgen dat de lerenden van de ervaring kunnen genieten, dienen de activiteiten in het Frans stimulerend te zijn.
De Natural Method lijkt veel op de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het onderscheid tussen deze twee methoden is dat bij de Directe Methode meer de focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is veelvuldig aangetoond dat onderdompeling zeer effectief is. Doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen, is de natuurlijke aanpak een populaire wijze van lesgeven onder taaldocenten Frans. Minpunten heeft de Natural Method ook. De nadruk wordt vooral op het impliciet aanleren van de grammatica van het Frans gelegd. De student zou weliswaar leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van het Frans door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met het Frans op te bouwen. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde voor een langere tijd.
Doordat er bijna geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een bepaald Frans examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de begin jaren 50 ontwikkeld door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om de student vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans). Het beheersen van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan de verwerving van woordenschat Frans. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van Franse woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde is waar het bij de methode om gaat. De vaste combinaties worden aan lerenden gepresenteerd in reële situaties middels visualisaties, gezichtsuitdrukkingen, dramatiseringen en handelingen. Bij de leermethode worden de taalstructuren die het meest worden gebruikt, als eerste aangeboden. De mondelinge vaardigheden Frans (luisteren en spreken) worden hierbij in de eerste instantie gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Frans (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een grote plek. De Structurele Aanpak wordt ook wel Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) genoemd.
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak gebruikt op grote schaal voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de lerenden het Frans op een nauwkeurige wijze leren. Studenten krijgen inzicht in de grammatica van het Frans en leren in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet geschikt zijn. De SA gebruikt alledaagse taal. Aan de Structural Approach kleven ook nadelen. Deze manier van werken kost tamelijk veel tijd en levert niet onmiddellijk succeservaringen op. De eigen inbreng van de student is beperkt; het is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse benaming: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse benaming: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, is in de jaren 60 van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van talen. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie de uiteindelijke doelstelling is wanneer men vreemde talen leert (zoals Frans).
De studenten leren met gebruik van de CLT-technieken het Frans in de praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de docent Frans. Authentieke teksten, geschreven in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven worden gebruikt. Het Frans wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en docenten Frans dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Frans in diverse realistische situaties te oefenen. Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT is de docent Frans echt een trainer, die de student leert communiceren in het Frans.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw, gedeeltelijk doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa was er meer behoefte aan het leren van vreemde talen door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) heeft veel positieve kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; het is studentgericht en functioneel. Vanwege het gebruik van authentieke materialen, leren studenten de Franse woorden die voor hen nodig zijn. CLT is een efficiënte methode. Deze methode werkt voor de lerende stimulerend, omdat hij of zij snel succes ervaart. Er mogen fouten worden gemaakt; de vaardigheid van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de docent en vereist een actieve deelname van de lerende. Afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben, is voor sommige lerenden deze manier van een vreemde taal leren lastig of afwijkend. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint taalvaardigheden; hierbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en deze methode biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Men leerde om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Meidinger ontwikkelde omstreeks 1783 een methode waarin de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt als grondlegger gezien van de grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gestoeld; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Het onderwijs in het Latijn was uiteraard op geschreven teksten van de klassieke schrijvers gericht en was volledig op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Frans) gericht. Dat werd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak gezien. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalvormen en taalstructuren (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De trainers dragen kennis Frans over, de lerende memoriseert.
Populariteit
De grammatica-/vertaalmethode heeft tot recente datum een grote invloed op het talenonderwijs gehad, ondanks dat reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren, biedt de methode biedt een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Frans, omdat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie zelden mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. De leermethode biedt geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief leerproces bij de lerenden bij het werken in een groep. De lerende is alleen toehoorder en uitvoerder.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd gebruikt, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een vak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die bij Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’ gebruikt wordt. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die taalles Frans onderwezen aan rijke dames uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, direct vanaf het begin door de te leren taal wordt omgeven. De instructies vinden plaats in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhalingen, later op een natuurlijkere manier. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt veelal de leeromgeving ingericht in de stijl van het Frans om een situatie te creëren alsof de lerenden in Frankrijk zijn. Lerenden oefenen het Frans spreken één-op-één of in kleine groepen. Naar Frankrijk reizen en daar in een gastgezin verblijven, is een andere wijze om onderdompeling te bereiken.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren beschouwd. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Frans kan uitstekend worden ontwikkeld op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Doordat de methode nogal intensief is, is het grote voordeel dat deze methode snel resultaat laat zien. Het is ‘sink or swim’, de lerende moet echt gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. In principe is de student 24 uur per dag Frans aan het leren. Door samen te oefenen in een groep wordt de sociale interactie versterkt. Studenten ervaren dat als motiverend.
Een minpunt is dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt. Dat een dergelijke training Frans erg intensief is, kan een bijkomend nadeel zijn. Niet elke lerende heeft de conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om een vreemde taal te leren ontwikkeld in de jaren 70 van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de trainer (Frans) en de studenten zijn daarvoor van essentiële betekenis belang. Hiervoor dienen de studenten ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was ongepast om dit te bereiken. De studenten zaten in comfortabele stoelen in de lessen die in een halve cirkel opgesteld waren en er werd ook altijd muziek tijdens de klas gedraaid. De methode zoals Georgi Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek afgespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er waren opmerkingen over de grammatica van de doeltaal (het Frans) en woordenlijsten bij deze teksten. Er werd met veel expressie in stem alsook gebaren voorgelezen. De student werd zo in de verleiding gebracht om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren, konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). Er werden rollenspellen gespeeld en er werden bijvoorbeeld (Franse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De methode van Georgi Lozanov was omstreden en de methode is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen van de methodiek zoals het gebruiken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer, waardoor studenten geen last zullen hebben van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een bijkomend voordeel van de methode is dat de lerende gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situaties en actief mee te doen, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijkertijd vormt dit voor sommige studenten een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommige mensen ook eerder afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Dat de relatie trainer-student niet gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle inbreng komt van de kant van de Franse trainer en de studenten zijn steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
In het jaar 1976 ontwikkelde de Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
of CLL genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te leren waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de taaldocent als counselor optreedt die de zinnen van de lerende kenschetst. Studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als de studenten de te leren taal (Frans) nog niet machtig genoeg zijn. De taaldocent (Frans) vertaalt en legt uit. De uitingen van de docent worden hierna zo goed mogelijk herhaald. Dit gesprek in het Frans wordt opgenomen om daarna opnieuw te beluisteren.
De CLL bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de wisselwerking tussen de studenten als middel om het Frans te leren. Het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen met behulp van zinvolle gesprekken. Een leerboek Frans wordt niet gevolgd.
Populariteit
Of CLL succesvol is, is grotendeels afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. Bij deze methode dient de taaldocent sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig te zijn onderlegd. Deze taaldocent dient zowel het Frans als de moedertaal van de student erg goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. De methode kan prima werken indien deze op de juiste wijze wordt toegepast. CLL is niet geschikt voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
CLL biedt studenten veel autonomie. Studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken vaak zinvol. Niet alleen tijdens de lessen Frans, maar ook daarbuiten wordt de groep vaak heel hecht. Studenten worden zich een stuk meer bewust van hun groepsgenoten, hun sterke en zwakke punten en ze leren samen te werken als een team. Het bespreken door hun foutjes en het evalueren van de taalles Frans is heel leerzaam voor de studenten. Vaak blijven dergelijke verbeteringen in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Het kan een nadeel zijn dat de trainer niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Er wordt geen leerboek gebruikt en er worden eveneens geen toetsen Frans gehouden. Het succes van de les is hierdoor moeilijk meetbaar. Sommige lerenden worden belemmerd in hun Frans spreken als zij worden opgenomen.
Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om een vreemde taal te leren die door Michael Lewis in het begin van de jaren 90 van de vorige eeuw is ontwikkeld.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Frans (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze hoe het Frans ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt de woordenschat Frans een grotere plaats in dan de Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de student (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor het zelf ontdekken van de Franse taal.
De rol van de taaldocent Frans is te zorgen voor voldoende input en het faciliteren van het leertraject van de lerende.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia de lesboeken aanmerkelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat van de te leren taal die in zogenaamde chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De ingrijpende verandering in de manier waarop talen worden onderwezen, waar Michael Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren de Franse taal op een natuurlijke wijze te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes van de taal) te werken; met ‘echte’ taal. Dit zorgt voor souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties, is de keerzijde. Een aantal studenten heeft meer aan een taaltrainer Frans die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator omdat deze studenten meer moeite hebben met het zelf leren herkennen van de patronen van het Frans.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is in het jaar 1880 ontwikkeld door de Fransman François Gouin.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin is gebaseerd op een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica vereisen. Studenten leren zinnen op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, beroep en wetenschap, vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal ontwikkeld. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het betreft een soort eentalige methode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans) leren denken.
Populariteit
De ideeën van Gouin over taal waren hun tijd ver vooruit. Ondanks dat het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd een succes. De methode van François Gouin werd echter door Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheid Frans van de lerende sterk en zorgt voor het creëren van een sfeer in de les die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
De leermethode creëert levendig onderwijs. Dit type onderwijs Frans wekt het enthousiasme op van de lerenden door gebruik te maken van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Het leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De Franslerenden worden nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De methode stimuleert de communicatieve vaardigheden Frans van de lerenden goed.
De seriemethode heeft als nadeel dat taal die wat meer subjectief of abstract is, wat moeilijk met bewegingen en expressies in één duidelijke ervaring is te vangen. Een ander nadeel is de bewerkelijkheid voor de taaltrainer, die tenslotte een hele reeks aan series dient voor te bereiden. Als derde punt is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog vaak draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheid.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engelse naam: Task-Based Language Teaching; TBLT) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de te leren taal (zoals het Frans) geen op zichzelf staand doel, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. Lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Frans) vereist. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat zij over woordenschat en taalregels van het Frans beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals een boodschap doen, e-mails schrijven, een drankje bestellen, bellen met de klantenservice of de krant lezen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, daarna de taak uitvoert en tot slot erop terugblikt. De studenten moeten samenwerken om de taken uit te kunnen voeren. De taken moeten iets boven het niveau van de lerende liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Het taakgericht onderwijs is vanaf het begin van de jaren negentig zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van lerenden (voornamelijk lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheid (Frans) te gebruiken. Mits de opdracht goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in contact met het Frans en leert op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Bovendien leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door studenten als motiverend en prettig ervaren .
Als nadeel kan gezien worden dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; Nieuw-Zeelands taalkundige en docententrainer op het gebied van Engels taalonderwijs bedacht in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching is geïnspireerd op ‘Dogme 95’; de beweging uit 1995 van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder de filmregisseur Lars von Trier. Bij het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan 10 strenge regels (dogma’s). Deze behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van de Dogme-methode is het starten van echte inhoudelijke conversaties over praktische onderwerpen, waarin het om communicatie draait als de inspirator van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). De benadering is daarom een communicatieve aanpak van taalonderwijs. Deze methode wil onderwijs bieden zonder het gebruik van leerboeken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op de communicatie tussen de studenten en de docent richt. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net zoals de Dogme-beweging in de film, 10 uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Ondanks dat er weinig onderzoek naar het succes van Dogme is gedaan, stelt Scott Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van vreemde talen (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een pluspunt voor de docent Frans. Dat studenten de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces, kan zeer motiverend werken. Voorspelbaar zijn de lessen Frans zo nooit. Dat zorgt voor spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. In een taalles volgens de Dogme-methode is vrijwel elk item bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat de studenten betrokken en alert blijven.
Als ze zo weinig door de trainer bij de hand genomen worden, kunnen lerenden zich echter iets minder op hun gemak voelen. Ook is niet elke trainer Fransin voldoende mate flexibel voor deze manier van lesgeven. Dat de lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Frans, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde lesstof hiervoor wordt behandeld tijdens de les, kan een ander keerzijde vormen van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson in 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Frans). De primaire aanname van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het verwerven van het Frans; het doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraar of docent’. De GPA-benadering vertoont overeenkomsten met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De leermethode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Frankrijk. Begrijpen is belangrijker dan produceren. De focus ligt op Franse woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de leermethode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de ‘verhaalopbouwfase’. Deze duurt om en nabij 150 uur en de deelnemer begint nu ook Frans te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de leermethode is de fase van het ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 van de methode beginnen de deelnemers zich te richten op het taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans door middel van televisie, films, nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans.
Populariteit
Omdat de methode van Thomson nog tamelijk nieuw is, is nog weinig bekend over het succes van de methode. Deelnemers zijn vrij enthousiast over de leermethode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijke doorkijk op het proces van taalverwerving Frans geboden. De zes afzonderlijke fasen bieden een duidelijk tijdsschema en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse taalkundige en polyglot in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen om de intonatie (Frans) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze methode is eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen vervolgens wat zij horen. Het is niet belangrijk om de Franse tekst al te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klanken. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak totdat dit heel gemakkelijk gaat en de lerenden simultaan Frans kunnen spreken met de opname. Na enige tijd gebruiken de lerenden een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij uitgesproken hebben. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende tekst, zijn veel lesboeken voor deze techniek geschikt. De Franse audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerenden te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Doordat lichamelijke beweging de opname versterkt van de nieuwe taal (het Frans) in het zenuwstelsel, doet Argüelles de aanbeveling om te lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te zitten. Een andere reden is dat de lerenden minder gauw afgeleid worden als zij in beweging zijn, waardoor het leren van het Frans veel effectiever gaat.
De techniek van Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Ook het simultaan spreken is anders aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek niet alleen de uitspraak maar ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van het Frans wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek in een groep van lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief leren. Het rendement van de Shadowing-methode is hoog.
De Shadowing-methode heeft als nadeel is dat lerende het soms ietwat saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus erg belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Frans) te leren die van het principe uitgaat dat mensen door middel van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Frans vormt de basis, daarna volgt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaltrainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de studenten doen na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende taken worden verder uitgebreid of gedeeltelijk gewijzigd.
Door het combineren van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
Vooral wordt TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren en volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek van Total Physical Response zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in leren bevordert. Zo kan de student stressvrij leren. TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en deze methodiek kan ook in wat grotere klassen worden ingezet. Het verworven Frans wordt direct in het langetermijngeheugen opgeslagen.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is het nadeel van TPR®. Daarom werkt het tot op een bepaald niveau en is nog een andere leermethode nodig als aanvulling. Daarnaast is de methode niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën in het Frans te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging omstreeks 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. Deze Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van talen, maar eveneens voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. De mensen streefden, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, omstreeks 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Er kwam binnen het taalonderwijs veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij de grammatica meer inductief werd aangeboden, met voorbeeldzinnen. Hieruit moesten studenten de taalregels afleiden. Veel mondelinge oefeningen met veel aandacht kwamen er voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Frans). De lerenden werden gestimuleerd veel Frans te spreken. Nieuw was eveneens dat de lessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) vocabulaire werd aangeleerd met behulp van voorbeelden en afbeeldingen. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door de studenten om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw ebde weg, deels door invloeden van de oorlogen en crises, om in de jaren 60 weer een andere vorm te vinden.
Taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua werken nog altijd met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het voordeel. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht geschonken aan luisteren en spreken. Hierdoor krijgen lerenden vloeiendheid in het Frans en zelfvertrouwen. Keerzijden kent deze Direct Methode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen in de doeltaal ook relatief weinig. Voor lerenden die verder meer gevorderd zijn in het Frans, biedt de Directe Methode niet genoeg uitdagingen. Doordat deze methode actief meedoen van de student verwacht, is de methode tevens niet heel geschikt voor langzaam lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Daarom wil Manesca niet werken met abstracte regels of lijstjes met Franse woorden die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode staat bekend als de eerst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is op het werken met een groep studenten en een trainer Frans gebaseerd, die steeds één Frans woord tegelijk introduceert. Bij het woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en de beweging worden daarna door de studenten na elkaar herhaald. Deze herhaling helpt de lerenden deze Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap worden deze woorden zo zinnen en weer variaties op deze Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is al enkele jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van de ideeën van Manesca zijn actueel en worden nog steeds in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai kan worden om steeds dezelfde Franse woordjes en zinnen te blijven herhalen, kan een nadeel zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een methode om een taal te leren (bijvoorbeeld Frans) die stilte als instructiemiddel gebruikt. De methode van Caleb Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.
Een combinatie van stilte en gebaren wordt gebruikt door de taaldocenten Frans om de aandacht van de studenten te trekken, reacties te krijgen en ze aan te moedigen om foutjes te verbeteren. De methode besteed veel tijd aan de uitspraak (Frans).
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het belangrijk om les te geven op een manier die efficiënt voor de voorraad energie van de studenten was. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan als studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat de trainers niet zozeer dienen te streven naar kennisoverdracht, maar bewustzijn dienen aan te spreken, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt, zijn gekleurde staafjes die kunnen worden gebruikt voor verschillende dingen. De ‘de stille manier’ werkt ook met Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarbij elke kleur een bepaalde klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel de Stille Manier in zijn originele vorm niet veel meer wordt toegepast, zijn Gattegno’s ideeën van invloed geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat de aanpak van Caleb Gattegno niet-bedreigend is voor de lerende, die tenslotte als autonoom wordt gezien, is de sterke kant van zijn leermethode. In principe is de trainer Frans dienstbaar aan de lerende en niet omgekeerd. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke wijze gestimuleerd. De geleerde taalkennis wordt vaak goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag, wat aan het leerproces bijdraagt.
Het feit dat een aantal studenten wat meer begeleiding nodig heeft dan de methode voorstaat, kan een minpunt zijn. Door het gebrek aan input van de trainer Frans zouden de studenten gefrustreerd kunnen raken. Het werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er snel af gaat, waardoor het effect verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-methode (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is natuurlijke taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen de moedertaal leren. De lerenden worden blootgesteld aan veel begrijpelijke input om dit te bereiken. De docent Frans vertelt een verhaal aan de lerenden, waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De studenten ontspannen zich omdat de verhalen vrij gemakkelijk te begrijpen zijn. Zo worden Franse structuren en woorden van de nieuwe taal ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De lerenden worden door de docent op grammaticale verschijnselen van het Frans gewezen, zonder dat lerenden taalregels uit hun hoofd hoeven te leren.
De studenten zullen na een poosje ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuren van de nieuwe taal nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om samen met een groepje lerenden een verhaal op te bouwen. Hierbij schrijft de trainer Frans eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de Franse vertaling erbij, om daarna een verhaal te maken samen met de studenten. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in de Franse taal, doordat dit voor input zorgt. Schrijven in het Frans volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de docent moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een breinvriendelijke leermethode. Het is prettig voor studenten en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Het werkt heel motiverend voor de studenten om zelf verhalen te verzinnen.
Een nadeel is dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaltrainer vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-leermethodiek is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen die werd gevonden in Egypte met een tekst in twee talen, waarmee de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat de taalcursussen verkoopt. De eerste versie van Rosetta Stone is in het jaar 1996 uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een methode om achter een computer vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. De taalcursussen van Rosetta Stone zijn beschikbaar in meer dan dertig verschillende talen en de cursussen zijn ook vanuit al deze talen te volgen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop kinderen de moedertaal leren. Dat houdt in ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Frans) en foto’s voor om de betekenis over te brengen van nieuwe woorden in de doeltaal (het Frans). Er wordt gebruikgemaakt van een spraakherkenningsprogramma dat de Franse uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. De lerende kan zo zijn of haar uitspraak van de nieuwe taal met die van een moedertaalspreker Frans (native speaker) vergelijken. Door de voorbeeldstem wat langzamer te laten praten en de studenten vervolgens veel na te laten zeggen, kan verbetering van de uitspraak worden bereikt.
Voor de schrijfvaardigheid Frans van de student zijn er dictee-oefeningen. De software controleert de Franse spelling en de grammatica en wijst op fouten, waarbij optie is om de fouten van de studenten te verbeteren.
Het programma biedt ook leesteksten. De teksten gaan over dagelijkse onderwerpen, activiteiten en ideeën.
Populariteit
Wereldwijd wordt de Rosetta Stone-methode veel gebruikt en niet door de minsten. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van de Rosetta Stone-methode. De Rosetta Stone-methode wordt in Nederland door enkele ministeries en verschillende hogescholen en universiteiten en ook door sommige internationale bedrijven gebruikt.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone-methode is heel eenvoudig in gebruik en kan op elk moment door de student gebruikt worden. Welke onderdelen meer of minder aandacht kunnen gebruiken, wordt door lerenden zelf bepaald. Velen vinden het plezierig om de leermethodiek te gebruiken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode voor onderwijsinstellingen een oplossing bieden. Dat er geen trainer is om de studenten te motiveren of iets extra’s te bieden, is een minpunt.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De taalcursussen van Pimsleur zijn ontwikkeld door Dr. Paul Pimsleur; een Amerikaans taalkundige. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De methode van Pimsleur is een Amerikaans computerprogramma om nieuwe talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursus van Pimsleur bestaat uit zinnetjes/dialoog die door lerenden daarna worden nagesproken en herhaald. De Franse zinnen zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursus is gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en weer herhaling. De lessen bieden een halfuur audio-opname die nieuwe woordenschat en structuur bevat. De grammaticale structuur van het Frans wordt niet apart uitgelegd maar aangeboden via uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.
Pimsleur deed onderzoek naar het meest optimale interval waarmee geleerde informatie van het kortetermijngeheugen overgaat naar het langetermijngeheugen. Dit (gemiddelde) interval is in de cursussen van Pimsleur verwerkt.
Populariteit
Onder meer in Amerika worden de Pimsleur taalcursussen gevolgd en de ervaringen met de methode lopen uiteen. Over het algemeen zijn lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Doordat de insprekers van de zinnen allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Frans praten, werkt de methode van Pimsleur erg goed als uitspraakverbeteraar.
Het nadeel van de leerleermethodiek is dat er niets wordt uitgelegd. De studenten leren geen bouwstenen van het Frans om zelf een zin te maken, maar moeten het doen met duizenden voorbeeldzinnetjes die uit het hoofd worden geleerd.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verrassend, bedacht door Michel Thomas (Poolse naam: Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Michel Thomas ontwikkelde zijn leermethode in een eigen taleninstituut in Beverly Hills, Los Angeles, kort na de Tweede Wereldoorlog met beroemdheden als Barbra Streisand, Emma Thompson, Diana Ross, Bob Dylan, Mel Gibson en Pierce Brosnan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Dat iemand alleen kan leren leren als hij of zij vrij is van stress, was het uitgangspunt van Michel Thomas. Michel Thomas maakte zijn studenten duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De cursussen van Michel Thomas zijn audiolessen (Frans), door twee stemacteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student zich voorstelt als de derde student. Deze student luistert mee met de lessen van de acteurs. Wanneer de acteurs een vraag gesteld wordt, is het idee dat de cursist op pauze drukt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er is geen huiswerkstudenten hoeven niet uit het hoofd te leren. Bij de methode wordt de les in kleine stappen opgebouwd en Franse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Franse lesstof die al bekend is. De uitleg wordt steeds in de Engelse taal gegeven. Er wordt op eventuele verbanden gewezen tussen de talen. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Makkelijke lesstof wordt eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de makkelijke stof door de student Frans begrepen en verworven is. Naast Franse woorden en zinnen worden eveneens bouwstenen geleerd waarmee de lerenden zelf zinnen kunnen bouwen. Ook maakt de leermethode gebruik van flashcards waarmee lerenden zelf hun vocabulaire Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen vooruitgang te meten.
Populariteit
Veel lerenden ze zijn tevreden over de uitleg van de structuren van het Frans en vinden de methode van Michel Thomas prettig werken. De gebruikers die al wat verder zijn met de taal, ervaren de cursussen soms als wat minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De Michel Thomas-methode is zeer toegankelijk en traint de luistervaardigheid en de uitspraak Frans op efficiënte wijze. Dat deze taalcursus Frans niet in schrijfvaardigheid voorziet, is een minpunt van de methode van Michel Thomas. Een echte interactie is er ook niet doordat de methode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in het jaar 1929 is opgericht door polyglot en schrijver Alphonse Chérel. Het bedrijf maakt taalcursussen en publiceert deze. Hun eerste boek heette Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
‘Assimileren’ betekent letterlijk ‘opgaan in de groep, mengen met’, wat voor een taalcursus (zoals Frans) wel een hooggegrepen streven is. De cursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek Frans en audio-CD’s alsook een USB-stick. De gebruiker werkt bij voorkeur ruwweg twintig minuten per dag.
De taallessen bestaan uit Franse dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De Franse vertaling staat naast de dialoog, met grammaticale uitleg. Om de uitspraak Frans te trainen, maakt Assimil gebruik van zinnen die door native (moedertaal) speakers zijn ingesproken en die de lerenden daarna dienen te herhalen. De opbouw van de les verloopt van receptief naar productief: tijdens de eerste lessen wordt nog geen taalproductie verwacht van de gebruiker; dit komt pas na ongeveer vijftig lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn populair. De cursussen zijn relatief betaalbaar en er is een ruim aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de lerende in zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste uitkomt, is het pluspunt van de methode van Assimil. De keerzijde hierbij is, wat voor alle taalcursussen met een computer geldt, dat de student is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen trainer Frans om de student te begeleiden of te motiveren.
ALGEMENE LEERMETHODES
Audio-Lingual Method (ALM) (Army Method/New Key)
Bedacht door wie en wanneer
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Hierdoor werd deze audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan als antwoord op de grammatica-vertaalmethode worden beschouwd. Het was nieuw dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) plaatsvonden. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuren worden middels mondelinge structuuroefeningen geleerd. Het doel is zonder fouten Frans kunnen spreken en kunnen verstaan, wat begint met leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt gewerkt met drills om Franse zinnen alsook structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch gaan worden. De taaltrainer Frans kan zo bijvoorbeeld een zin 10 keer herhalen en vervolgens een nieuw Frans woord toevoegen. Bij de audiolinguale methode wordt vaak gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waar studenten Frans een hoofdtelefoon dragen en zinnen beluisteren en deze zinnen naspreken. Het geschreven Frans wordt pas behandeld als het mondelinge Frans inmiddels vertrouwd is geworden. Er wordt wel gebruikgemaakt van afbeeldingen voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
In Nederland werd de methode pas omstreeks het jaar 1970 geïntroduceerd bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al snel grote bezwaren tegen de saaie driloefeningen. Af en toe haperde de techniek, waardoor de talenpractica al vrij snel in onbruik raakten. In plaats van de talenpractica werden de mondelinge structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. De audiolinguale methode heeft wel sporen nagelaten Het was nu alom geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Frans) niet gaat om het memoriseren van de regels van de (Franse) grammatica, maar om het gebruik ervan. De luistervaardigheid (Frans), die vóór de jaren zeventig voor veel docenten niet bestond, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginners Frans. Een juiste uitspraak Frans wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een efficiënte en vlotte overdracht van kennis. Ook voor grote(re) groepen is deze methode geschikt.
Deze docentgestuurde kant is tegelijkertijd een nadeel; er wordt geen eigen input van de studenten verwacht. Hierdoor ligt het gevaar van enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid op de loer. Een bijkomend bezwaar van de audiolinguale methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Frans zijn om te zetten.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren op een zodanige wijze dat deze opgeslagen worden in het langetermijngeheugen van de lerende. De methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die later herhaald worden. Deze Franse zinnen of woorden op de woordenlijst worden hardop gelezen door de studenten. Het is niet het idee om al deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, maar dit gaat vanzelf door blootstelling. Bij de GoldList-methode wordt de woordenlijst telkens veranderd; Franse woorden die geleerd zijn, gaan van de woordenlijst af. Die Franse woorden die nog altijd problemen opleveren, blijven staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode claimen dat deze woorden en zinnen spontaan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen, iets dat door veel geheugenwetenschappers bestreden wordt. (Taal)kennis in het algemeen wordt opgeslagen als deze ook relevant en betekenisvol is voor de lerende. De GoldList-methode kan dus alleen werken voor Franse woorden en zinnen die van betekenis en relevant zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Voor studenten die baat hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun kan deze GoldList Method werken. Doordat het fysieke gedeelte van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt, werkt het met de hand schrijven beter dan typen of, tamelijk zinloos: een fotootje maken. Een keerzijde van deze leermethode is het gebrek aan context. Talen bestaan uit veel meer dan alleen een serie losse woorden en/of zinnen. Bovendien is de methode nogal tijdrovend; er moeten steeds handgeschreven woordenlijsten worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genaamd, is door Tracy D. Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op een natuurlijke wijze van het verwerven van de vreemde taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De methode probeert het Frans te leren op de wijze waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. De Franse taalregels leert studenten ook onbewust op die manier. Alleen het Frans wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Er wordt gestreefd naar een leeromgeving zonder stress voor de studenten. De studenten worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de deze methode wordt de taalproductie Frans niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De nadruk ligt op communicatie en niet zo zeer op het corrigeren van vormfouten en expliciete Frans grammatica.
Als de lerenden in het Frans worden ondergedompeld, werkt de leermethode het meest effectief. Om te zorgen dat de lerenden van de ervaring kunnen genieten, dienen de activiteiten in het Frans stimulerend te zijn.
De Natural Method lijkt veel op de Directe Methode. Het idee van natuurlijke taalverwerving is het uitgangspunt van beide methoden; het onderscheid tussen deze twee methoden is dat bij de Directe Methode meer de focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is veelvuldig aangetoond dat onderdompeling zeer effectief is. Doordat de methode vrij eenvoudig is om te begrijpen, is de natuurlijke aanpak een populaire wijze van lesgeven onder taaldocenten Frans. Minpunten heeft de Natural Method ook. De nadruk wordt vooral op het impliciet aanleren van de grammatica van het Frans gelegd. De student zou weliswaar leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van het Frans door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt prettig gevonden om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden wordt de mogelijkheid geboden een persoonlijke band met het Frans op te bouwen. Doordat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde voor een langere tijd.
Doordat er bijna geen druk op de taalproductie ligt, kan het nadeel zijn dat het wat langer duurt voor er resultaat geboekt wordt. De methode bereidt studenten eveneens niet per se voor op een bepaald Frans examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De ‘Structurele Aanpak’ (Engels: Structural Approach; ‘SA’) is in de begin jaren 50 ontwikkeld door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een taalverwervingsmethode die als doel heeft om de student vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans). Het beheersen van deze structuren levert volgens de Structurele Aanpak meer op dan de verwerving van woordenschat Frans. Het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van Franse woorden en woordgroepen in de correcte woordvolgorde is waar het bij de methode om gaat. De vaste combinaties worden aan lerenden gepresenteerd in reële situaties middels visualisaties, gezichtsuitdrukkingen, dramatiseringen en handelingen. Bij de leermethode worden de taalstructuren die het meest worden gebruikt, als eerste aangeboden. De mondelinge vaardigheden Frans (luisteren en spreken) worden hierbij in de eerste instantie gebruikt; lezen en schrijven volgen hieruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheden Frans (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een grote plek. De Structurele Aanpak wordt ook wel Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering) genoemd.
Populariteit
In de jaren vóór 1970 werd de Structurele Aanpak gebruikt op grote schaal voor het geven van Engelse les in Engelssprekende landen, de voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de lerenden het Frans op een nauwkeurige wijze leren. Studenten krijgen inzicht in de grammatica van het Frans en leren in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet geschikt zijn. De SA gebruikt alledaagse taal. Aan de Structural Approach kleven ook nadelen. Deze manier van werken kost tamelijk veel tijd en levert niet onmiddellijk succeservaringen op. De eigen inbreng van de student is beperkt; het is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Het communicatief Taalonderwijs (Engelse benaming: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse benaming: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, is in de jaren 60 van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van talen. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie de uiteindelijke doelstelling is wanneer men vreemde talen leert (zoals Frans).
De studenten leren met gebruik van de CLT-technieken het Frans in de praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de docent Frans. Authentieke teksten, geschreven in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven worden gebruikt. Het Frans wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en docenten Frans dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Frans in diverse realistische situaties te oefenen. Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT is de docent Frans echt een trainer, die de student leert communiceren in het Frans.
Populariteit
Communicatief taalonderwijs werd erg populair in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw, gedeeltelijk doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol bleken. Binnen een verenigd Europa was er meer behoefte aan het leren van vreemde talen door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) heeft veel positieve kanten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; het is studentgericht en functioneel. Vanwege het gebruik van authentieke materialen, leren studenten de Franse woorden die voor hen nodig zijn. CLT is een efficiënte methode. Deze methode werkt voor de lerende stimulerend, omdat hij of zij snel succes ervaart. Er mogen fouten worden gemaakt; de vaardigheid van de student wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de docent en vereist een actieve deelname van de lerende. Afhankelijk wat voor achtergrond zij hebben, is voor sommige lerenden deze manier van een vreemde taal leren lastig of afwijkend. Communicatief taalonderwijs (CLT) traint taalvaardigheden; hierbij gaat het vooral om de functie en in mindere mate om de vorm en deze methode biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
Grammatica-/vertaalmethode (GVM) (Engels: Grammar-Translation Method; GTM)
Bedacht door wie en wanneer
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral gefocust op praktisch taalgebruik. Men leerde om gebruiksklare zinnetjes, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, woordenlijsten etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door Johann Valentin Meidinger; een Duitse docent Frans en Italiaans. Meidinger ontwikkelde omstreeks 1783 een methode waarin de grammatica van de taal centraal stond. Meidinger wordt als grondlegger gezien van de grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method, afgekort GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was op het onderwijs in het Latijn gestoeld; de taal van de wetenschap, de cultuur en de religie. Het onderwijs in het Latijn was uiteraard op geschreven teksten van de klassieke schrijvers gericht en was volledig op het vertalen en de grammatica (van bijvoorbeeld Frans) gericht. Dat werd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak gezien. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalvormen en taalstructuren (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de student zelf inzicht ontwikkelt. De lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk bij deze methode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De trainers dragen kennis Frans over, de lerende memoriseert.
Populariteit
De grammatica-/vertaalmethode heeft tot recente datum een grote invloed op het talenonderwijs gehad, ondanks dat reeds sinds halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Aan mensen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren, biedt de methode biedt een aardige mentale training. Ook biedt de methode inzichten in de structuur van het Frans, omdat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de luister- en spreekvaardigheid Frans behoorlijk achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie zelden mondeling toegepast kan worden. De leermethode staat ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die aangeboden wordt, omdat het meestal om literair taalgebruik gaat. De leermethode biedt geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief leerproces bij de lerenden bij het werken in een groep. De lerende is alleen toehoorder en uitvoerder.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Onderdompeling (In het Engels: language immersion of alleen immersion) wordt sinds de jaren 70 wereldwijd gebruikt, hoofdzakelijk op middelbare scholen waarbij een vak (bijvoorbeeld het vak wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. In Nederland is de methode van ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de leermethode die bij Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’ gebruikt wordt. De methode van ‘onderdompeling’ is daar in 1963 ontstaan met Franse nonnen die taalles Frans onderwezen aan rijke dames uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, direct vanaf het begin door de te leren taal wordt omgeven. De instructies vinden plaats in de doeltaal (Frans); eerst langzaam en met veel herhalingen, later op een natuurlijkere manier. Vanaf het begin wordt de lerende ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. Er wordt met rollenspellen en simulaties gewerkt. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt veelal de leeromgeving ingericht in de stijl van het Frans om een situatie te creëren alsof de lerenden in Frankrijk zijn. Lerenden oefenen het Frans spreken één-op-één of in kleine groepen. Naar Frankrijk reizen en daar in een gastgezin verblijven, is een andere wijze om onderdompeling te bereiken.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt als een uitstekende methode om een vreemde taal te leren beschouwd. Vooral de mondelinge taalvaardigheid Frans kan uitstekend worden ontwikkeld op deze wijze.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Doordat de methode nogal intensief is, is het grote voordeel dat deze methode snel resultaat laat zien. Het is ‘sink or swim’, de lerende moet echt gaan communiceren in het Frans want hij of zij wordt erdoor omgeven. In principe is de student 24 uur per dag Frans aan het leren. Door samen te oefenen in een groep wordt de sociale interactie versterkt. Studenten ervaren dat als motiverend.
Een minpunt is dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar daarna weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde relatief snel wegzakt. Dat een dergelijke training Frans erg intensief is, kan een bijkomend nadeel zijn. Niet elke lerende heeft de conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om een vreemde taal te leren ontwikkeld in de jaren 70 van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
De methode van Suggestopedia is op de kracht van de suggestie gebaseerd. Positieve suggestie is volgens Lozanov een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de trainer (Frans) en de studenten zijn daarvoor van essentiële betekenis belang. Hiervoor dienen de studenten ontspannen te zijn en zich veilig te voelen. Een leslokaal met een rijopstelling was ongepast om dit te bereiken. De studenten zaten in comfortabele stoelen in de lessen die in een halve cirkel opgesteld waren en er werd ook altijd muziek tijdens de klas gedraaid. De methode zoals Georgi Lozanov die beoogde, bestond uit het voorlezen van verschillende teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek afgespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Er waren opmerkingen over de grammatica van de doeltaal (het Frans) en woordenlijsten bij deze teksten. Er werd met veel expressie in stem alsook gebaren voorgelezen. De student werd zo in de verleiding gebracht om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren, konden gemakkelijk worden begrepen en opgenomen. Er was veel aandacht tijdens de lessen voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). Er werden rollenspellen gespeeld en er werden bijvoorbeeld (Franse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De methode van Georgi Lozanov was omstreden en de methode is in de vergetelheid geraakt. Sommige elementen van de methodiek zoals het gebruiken van stemexpressie en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer, waardoor studenten geen last zullen hebben van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een bijkomend voordeel van de methode is dat de lerende gestimuleerd wordt om zich in te leven in de situaties en actief mee te doen, wat voor een aantal mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijkertijd vormt dit voor sommige studenten een nadeel, want niet iedereen is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommige mensen ook eerder afleiden en zelfs verstorend werken in plaats van stimulerend en ontspannend. Dat de relatie trainer-student niet gelijkwaardig is, is een andere zwakke kant; alle inbreng komt van de kant van de Franse trainer en de studenten zijn steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
In het jaar 1976 ontwikkelde de Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning
of CLL genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te leren waarbij de studenten samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. Deze CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de taaldocent als counselor optreedt die de zinnen van de lerende kenschetst. Studenten beginnen het gesprek. Zij spreken in hun moedertaal als de studenten de te leren taal (Frans) nog niet machtig genoeg zijn. De taaldocent (Frans) vertaalt en legt uit. De uitingen van de docent worden hierna zo goed mogelijk herhaald. Dit gesprek in het Frans wordt opgenomen om daarna opnieuw te beluisteren.
De CLL bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de wisselwerking tussen de studenten als middel om het Frans te leren. Het zijn de studenten zelf die de lesstof bepalen met behulp van zinvolle gesprekken. Een leerboek Frans wordt niet gevolgd.
Populariteit
Of CLL succesvol is, is grotendeels afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. Bij deze methode dient de taaldocent sociaal-cultureel kundig alsook taalkundig te zijn onderlegd. Deze taaldocent dient zowel het Frans als de moedertaal van de student erg goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. De methode kan prima werken indien deze op de juiste wijze wordt toegepast. CLL is niet geschikt voor grote groepen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
CLL biedt studenten veel autonomie. Studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken vaak zinvol. Niet alleen tijdens de lessen Frans, maar ook daarbuiten wordt de groep vaak heel hecht. Studenten worden zich een stuk meer bewust van hun groepsgenoten, hun sterke en zwakke punten en ze leren samen te werken als een team. Het bespreken door hun foutjes en het evalueren van de taalles Frans is heel leerzaam voor de studenten. Vaak blijven dergelijke verbeteringen in het geheugen gegrift en worden zo onderdeel van het actieve vocabulaire van lerenden.
Het kan een nadeel zijn dat de trainer niet sturend is, terwijl een aantal studenten wel sturing nodig heeft. Er wordt geen leerboek gebruikt en er worden eveneens geen toetsen Frans gehouden. Het succes van de les is hierdoor moeilijk meetbaar. Sommige lerenden worden belemmerd in hun Frans spreken als zij worden opgenomen.
Lexicografische benadering (Engels: Dynamic Lexicographic Approach; DLA)
Bedacht door wie en wanneer
De Lexicografische benadering (Engelse naam: Lexical Approach; LA) is een methode om een vreemde taal te leren die door Michael Lewis in het begin van de jaren 90 van de vorige eeuw is ontwikkeld.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een vreemde taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in patronen van het Frans (de grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo leren ze hoe het Frans ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt de woordenschat Frans een grotere plaats in dan de Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht geschonken maar ook aan exposure; aan de zogenaamde receptieve vaardigheden van de student (luisteren en begrijpen, lezen en begrijpen). Er bestaat veel ruimte voor het zelf ontdekken van de Franse taal.
De rol van de taaldocent Frans is te zorgen voor voldoende input en het faciliteren van het leertraject van de lerende.
Populariteit
Onder invloed van de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia de lesboeken aanmerkelijk veranderd. Er is veel meer aandacht voor de woordenschat van de te leren taal die in zogenaamde chunks wordt aangeboden, in betekenisvolle brokjes. De ingrijpende verandering in de manier waarop talen worden onderwezen, waar Michael Lewis streefde, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren de Franse taal op een natuurlijke wijze te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes van de taal) te werken; met ‘echte’ taal. Dit zorgt voor souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de geleerde taalsituaties, is de keerzijde. Een aantal studenten heeft meer aan een taaltrainer Frans die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator omdat deze studenten meer moeite hebben met het zelf leren herkennen van de patronen van het Frans.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ook wel ‘seriemethode van taalverwerving’ genoemd, is in het jaar 1880 ontwikkeld door de Fransman François Gouin.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin is gebaseerd op een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica vereisen. Studenten leren zinnen op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen behandelden onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, beroep en wetenschap, vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal ontwikkeld. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het betreft een soort eentalige methode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor studenten snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans) leren denken.
Populariteit
De ideeën van Gouin over taal waren hun tijd ver vooruit. Ondanks dat het een ongebruikelijke aanpak was, was de seriemethode van Gouin toch enige tijd een succes. De methode van François Gouin werd echter door Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Seriemethode van Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheid Frans van de lerende sterk en zorgt voor het creëren van een sfeer in de les die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
De leermethode creëert levendig onderwijs. Dit type onderwijs Frans wekt het enthousiasme op van de lerenden door gebruik te maken van visuele leermiddelen, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort. Het leren werd tastbaar; dit was geheel nieuw. De Franslerenden worden nieuwsgierig, dit werkt goed om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De methode stimuleert de communicatieve vaardigheden Frans van de lerenden goed.
De seriemethode heeft als nadeel dat taal die wat meer subjectief of abstract is, wat moeilijk met bewegingen en expressies in één duidelijke ervaring is te vangen. Een ander nadeel is de bewerkelijkheid voor de taaltrainer, die tenslotte een hele reeks aan series dient voor te bereiden. Als derde punt is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog vaak draait om examens voor het toetsen van de lees- en schrijfvaardigheid.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Engelse naam: Task-Based Language Teaching; TBLT) is in de jaren 80 van de vorige eeuw ontwikkeld. De grondleggers zijn de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Het taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de te leren taal (zoals het Frans) geen op zichzelf staand doel, maar een hulpmiddel om bepaalde taken uit te kunnen voeren. Lerenden krijgen verschillende motiverende taken aangeboden. Hiervoor is taalkennis (Frans) vereist. Voor het goed uitvoeren van deze taken, is het nodig dat zij over woordenschat en taalregels van het Frans beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals een boodschap doen, e-mails schrijven, een drankje bestellen, bellen met de klantenservice of de krant lezen. De opdracht wordt in drie verschillende fasen verdeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerende zich eerst op de taak voorbereidt, daarna de taak uitvoert en tot slot erop terugblikt. De studenten moeten samenwerken om de taken uit te kunnen voeren. De taken moeten iets boven het niveau van de lerende liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Het taakgericht onderwijs is vanaf het begin van de jaren negentig zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheid van lerenden (voornamelijk lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Taakgericht taalonderwijs is een activerende werkvorm, waarbij studenten uitgedaagd worden om hun vaardigheid (Frans) te gebruiken. Mits de opdracht goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, efficiënte en relevante aanpak. De student komt op een dagelijkse, natuurlijke manier in contact met het Frans en leert op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Bovendien leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door studenten als motiverend en prettig ervaren .
Als nadeel kan gezien worden dat de communicatie het belangrijkst is en niet zozeer de correcte vorm van het Frans, waardoor de studenten die niet zozeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; Nieuw-Zeelands taalkundige en docententrainer op het gebied van Engels taalonderwijs bedacht in het jaar 2000 Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd).
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching is geïnspireerd op ‘Dogme 95’; de beweging uit 1995 van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder de filmregisseur Lars von Trier. Bij het maken van films confirmeren de deelnemers zich aan 10 strenge regels (dogma’s). Deze behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’ (Deens: kyskhedsløfter; Engels: Vows of Chastity). Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode streven naar een vorm van communicatief taalonderwijs die onbelast is door voorgedrukt materiaal. Het doeleinde van de Dogme-methode is het starten van echte inhoudelijke conversaties over praktische onderwerpen, waarin het om communicatie draait als de inspirator van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). De benadering is daarom een communicatieve aanpak van taalonderwijs. Deze methode wil onderwijs bieden zonder het gebruik van leerboeken of andere lesmaterialen en zich in plaats daarvan op de communicatie tussen de studenten en de docent richt. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net zoals de Dogme-beweging in de film, 10 uitgangspunten (dogma’s).
Populariteit
Ondanks dat er weinig onderzoek naar het succes van Dogme is gedaan, stelt Scott Thornbury dat de parallellen met taakgericht leren van vreemde talen (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk leidt tot vergelijkbare resultaten.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding nodig is, is een pluspunt voor de docent Frans. Dat studenten de verantwoording dragen voor hun eigen leerproces, kan zeer motiverend werken. Voorspelbaar zijn de lessen Frans zo nooit. Dat zorgt voor spontane communicatie en de verveling krijgt geen kans. In een taalles volgens de Dogme-methode is vrijwel elk item bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat de studenten betrokken en alert blijven.
Als ze zo weinig door de trainer bij de hand genomen worden, kunnen lerenden zich echter iets minder op hun gemak voelen. Ook is niet elke trainer Fransin voldoende mate flexibel voor deze manier van lesgeven. Dat de lerenden zich vaak moeten voorbereiden op een specifiek examen Frans, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde lesstof hiervoor wordt behandeld tijdens de les, kan een ander keerzijde vormen van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld door Language consultants Angela en Greg Thomson in 2007.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Frans). De primaire aanname van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar staan. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het verwerven van het Frans; het doel is uitgroeien tot deelnemers aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de termen ‘groeiende deelnemer’ in plaats van ‘taallerende’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraar of docent’. De GPA-benadering vertoont overeenkomsten met, en is deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De leermethode bestaat uit zes fasen van activiteiten. De activiteiten worden uitgevoerd door de lerende met een verzorger uit Frankrijk. Begrijpen is belangrijker dan produceren. De focus ligt op Franse woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de leermethode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In deze fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op het luisteren en het non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de methode is de ‘verhaalopbouwfase’. Deze duurt om en nabij 150 uur en de deelnemer begint nu ook Frans te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen over dagelijkse gebeurtenissen, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen over gedeelde ervaringen. Fase 4 van de leermethode is de fase van het ‘diepe delen’. Tijdens deze fase beginnen de deelnemers en de verzorgers meer diepgaande gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 van de methode beginnen de deelnemers zich te richten op het taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans door middel van televisie, films, nieuws en literatuur. Het Frans dat voor het werk is vereist, wordt ook geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans.
Populariteit
Omdat de methode van Thomson nog tamelijk nieuw is, is nog weinig bekend over het succes van de methode. Deelnemers zijn vrij enthousiast over de leermethode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
Met de GPA-benadering wordt een duidelijke doorkijk op het proces van taalverwerving Frans geboden. De zes afzonderlijke fasen bieden een duidelijk tijdsschema en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar ook van de omgeving en de lerende verwerft eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een keerzijde van deze benadering is dat voor elke deelnemer of minimaal elke groepje deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is veel tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht door Prof. Alexander Argüelles; een Amerikaanse taalkundige en polyglot in de vroege jaren 2000.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen om de intonatie (Frans) en uitspraak te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze methode is eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen vervolgens wat zij horen. Het is niet belangrijk om de Franse tekst al te begrijpen; in de eerste instantie gaat het om de klanken. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak totdat dit heel gemakkelijk gaat en de lerenden simultaan Frans kunnen spreken met de opname. Na enige tijd gebruiken de lerenden een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij uitgesproken hebben. Zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende tekst, zijn veel lesboeken voor deze techniek geschikt. De Franse audio-opnames dienen idealiter wat boven het niveau van de lerenden te liggen. De ideale lengte is ruwweg één pagina, op een natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes. Doordat lichamelijke beweging de opname versterkt van de nieuwe taal (het Frans) in het zenuwstelsel, doet Argüelles de aanbeveling om te lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te zitten. Een andere reden is dat de lerenden minder gauw afgeleid worden als zij in beweging zijn, waardoor het leren van het Frans veel effectiever gaat.
De techniek van Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar bij de audiolinguale methode werden grammaticale drills gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Ook het simultaan spreken is anders aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek niet alleen de uitspraak maar ook de luistervaardigheid sterk verbetert. Maar eveneens het algemene begrip van het Frans wordt vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek in een groep van lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief leren. Het rendement van de Shadowing-methode is hoog.
De Shadowing-methode heeft als nadeel is dat lerende het soms ietwat saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus erg belangrijk.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Frans) te leren die van het principe uitgaat dat mensen door middel van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Frans vormt de basis, daarna volgt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaltrainer geeft op een vriendelijke en begrijpelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de studenten doen na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans spreken; de studenten geven de taken in een later stadium. Bekende taken worden verder uitgebreid of gedeeltelijk gewijzigd.
Door het combineren van bewegingen en spraak, spreekt TPR® beide hersenhelften aan. Hierdoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
Vooral wordt TPR® gebruikt binnen het NT2-onderwijs (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren en volwassenen werken met veel plezier met Total Physical Response en behalen hierbij goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
Total Physical Response biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de doeltaal. De leermethodiek van Total Physical Response zorgt voor een snelle succeservaring, wat het plezier in leren bevordert. Zo kan de student stressvrij leren. TPR® is in principe geschikt voor elke doelgroep, ongeacht welke leeftijd of achtergrond en deze methodiek kan ook in wat grotere klassen worden ingezet. Het verworven Frans wordt direct in het langetermijngeheugen opgeslagen.
Dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten uit te drukken is, is het nadeel van TPR®. Daarom werkt het tot op een bepaald niveau en is nog een andere leermethode nodig als aanvulling. Daarnaast is de methode niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën in het Frans te uiten.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. Deze methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er sprake van een Reformbeweging omstreeks 1900 met nieuwe ideeën over vreemde talen leren dat inductief en zelfontdekkend moest zijn. Deze Reformbeweging betrof overigens niet alleen het leren van talen, maar eveneens voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. De mensen streefden, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, omstreeks 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Er kwam binnen het taalonderwijs veel aandacht voor de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij de grammatica meer inductief werd aangeboden, met voorbeeldzinnen. Hieruit moesten studenten de taalregels afleiden. Veel mondelinge oefeningen met veel aandacht kwamen er voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Frans). De lerenden werden gestimuleerd veel Frans te spreken. Nieuw was eveneens dat de lessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) vocabulaire werd aangeleerd met behulp van voorbeelden en afbeeldingen. Abstracte vocabulaire werd aangebracht door de studenten om ideeën te laten associëren.
Populariteit
De vernieuwingsgolf van begin twintigste eeuw ebde weg, deels door invloeden van de oorlogen en crises, om in de jaren 60 weer een andere vorm te vinden.
Taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua werken nog altijd met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat de Directe Methode een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het voordeel. Bij de Directe Methode wordt veel aandacht geschonken aan luisteren en spreken. Hierdoor krijgen lerenden vloeiendheid in het Frans en zelfvertrouwen. Keerzijden kent deze Direct Methode echter ook. Voor de schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen in de doeltaal ook relatief weinig. Voor lerenden die verder meer gevorderd zijn in het Frans, biedt de Directe Methode niet genoeg uitdagingen. Doordat deze methode actief meedoen van de student verwacht, is de methode tevens niet heel geschikt voor langzaam lerende studenten.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is gebaseerd op hetzelfde principe als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om een taal te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Een taal (zoals Frans) leren moet gemakkelijk en veilig zijn. Daarom wil Manesca niet werken met abstracte regels of lijstjes met Franse woorden die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode staat bekend als de eerst bekende, volledige taalcursus. De Manesca-methode is op het werken met een groep studenten en een trainer Frans gebaseerd, die steeds één Frans woord tegelijk introduceert. Bij het woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en de beweging worden daarna door de studenten na elkaar herhaald. Deze herhaling helpt de lerenden deze Franse woorden te onthouden, zonder dat uit het hoofd leren nodig is. Stap voor stap worden deze woorden zo zinnen en weer variaties op deze Franse zinnen. De Franse spelling wordt in een later stadium met leesteksten aangeboden.
De methode van Jean Manesca is al enkele jaren later overgenomen en aangepast door grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en staat dan ook wel bekend als de Ollendorff-methode.
Populariteit
Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn leermethode. Het werk van Jean Manesca is overgenomen en verder ontwikkeld door anderen, onder wie Ollendorff. Veel van de ideeën van Manesca zijn actueel en worden nog steeds in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode is de combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden. Veelvuldig herhalen draagt daar ook aan bij. Het feit dat dit wat saai kan worden om steeds dezelfde Franse woordjes en zinnen te blijven herhalen, kan een nadeel zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een methode om een taal te leren (bijvoorbeeld Frans) die stilte als instructiemiddel gebruikt. De methode van Caleb Gattegno gaat uit van de autonomie van de student en diens actieve deelname.
Een combinatie van stilte en gebaren wordt gebruikt door de taaldocenten Frans om de aandacht van de studenten te trekken, reacties te krijgen en ze aan te moedigen om foutjes te verbeteren. De methode besteed veel tijd aan de uitspraak (Frans).
Caleb Gattegno, die van oorsprong wiskundige was, vond het belangrijk om les te geven op een manier die efficiënt voor de voorraad energie van de studenten was. Hij ontdekte dat het in verhouding weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder dan als studenten proberen iets uit het hoofd te leren. Het betoog van hem was dat de trainers niet zozeer dienen te streven naar kennisoverdracht, maar bewustzijn dienen aan te spreken, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te leren.
Eén van de hulpmiddelen waar The Silent Way van Gattegno gebruik van maakt, zijn gekleurde staafjes die kunnen worden gebruikt voor verschillende dingen. De ‘de stille manier’ werkt ook met Words in Colour; een kleurenkaart voor klanken waarbij elke kleur een bepaalde klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die worden gebruikt voor het leren van de spelling.
Populariteit
Hoewel de Stille Manier in zijn originele vorm niet veel meer wordt toegepast, zijn Gattegno’s ideeën van invloed geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Dat de aanpak van Caleb Gattegno niet-bedreigend is voor de lerende, die tenslotte als autonoom wordt gezien, is de sterke kant van zijn leermethode. In principe is de trainer Frans dienstbaar aan de lerende en niet omgekeerd. Met de leermethodiek van The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke wijze gestimuleerd. De geleerde taalkennis wordt vaak goed verwerkt en onthouden door taallerenden een uitdaging te geven om nieuwe dingen te ontdekken. Foutjes maken mag, wat aan het leerproces bijdraagt.
Het feit dat een aantal studenten wat meer begeleiding nodig heeft dan de methode voorstaat, kan een minpunt zijn. Door het gebrek aan input van de trainer Frans zouden de studenten gefrustreerd kunnen raken. Het werken met kleuren en grafieken heeft als beperking dat ‘het nieuwe’ er snel af gaat, waardoor het effect verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, een Amerikaanse docent Spaans, en komt uit de TPR-methode (Total Physical Response) voort.
Kenmerken van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een taalverwervingsmethode die gebruikmaakt van verhalen om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is natuurlijke taalverwerving: een vreemde taal leren zoals kinderen de moedertaal leren. De lerenden worden blootgesteld aan veel begrijpelijke input om dit te bereiken. De docent Frans vertelt een verhaal aan de lerenden, waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en nooit te lang. De studenten ontspannen zich omdat de verhalen vrij gemakkelijk te begrijpen zijn. Zo worden Franse structuren en woorden van de nieuwe taal ongemerkt opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende. De lerenden worden door de docent op grammaticale verschijnselen van het Frans gewezen, zonder dat lerenden taalregels uit hun hoofd hoeven te leren.
De studenten zullen na een poosje ‘automatisch’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuren van de nieuwe taal nadoen. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hierop is om samen met een groepje lerenden een verhaal op te bouwen. Hierbij schrijft de trainer Frans eerst nieuwe woorden en structuren op een bord, met de Franse vertaling erbij, om daarna een verhaal te maken samen met de studenten. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in de Franse taal, doordat dit voor input zorgt. Schrijven in het Frans volgt in een later stadium.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de docent moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPRS is een laagdrempelige manier van taalverwerving en de taalkennis wordt goed onthouden. TPRS spreekt ook de creatieve intelligentie aan; TPRS is een breinvriendelijke leermethode. Het is prettig voor studenten en het is niet moeilijk om de aandacht erbij te houden. Het werkt heel motiverend voor de studenten om zelf verhalen te verzinnen.
Een nadeel is dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaltrainer vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
Verschillende digitale hulpmiddelen om Frans te leren
Ook bestaat er een groot aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen: uTalk, Eurotolk Ultimate en online leermethoden zoals Duolingo, Babbel, Quizlet en Mondly.
Er bestaat echter een betere manier om Frans te leren:
Het inmiddels bekende hoge rendement van Dagnall Taleninstituut wordt behaald door bepaalde elementen van deze bekende leermethoden toe te passen, maar vooral doordat de focus altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon auditief, visueel of misschien kinesthetisch ingesteld? Hoe leert de cursist het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Er bestaat echter een betere manier om Frans te leren:
De Dagnall Methode.
Het inmiddels bekende hoge rendement van Dagnall Taleninstituut wordt behaald door bepaalde elementen van deze bekende leermethoden toe te passen, maar vooral doordat de focus altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon auditief, visueel of misschien kinesthetisch ingesteld? Hoe leert de cursist het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig?
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De Dagnall-cursussen zijn bij voorkeur face-to-face. Wij werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de Dagnall app worden geladen met jargon van specifieke organisaties en bedrijven.
Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement?
De Dagnall-cursussen zijn bij voorkeur face-to-face. Wij werken in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall Talen een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de Dagnall app worden geladen met jargon van specifieke organisaties en bedrijven.
[ Lees meer ]
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Frans online (e-learning), blended learning en Dagnall app
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzameltermen voor (taal)training die online kan worden gevolgd, op afstand dus. Het wordt ook wel een virtual classroom oftewel een ‘digitaal leslokaal’ genoemd.
Het zogenaamde blended learning is een trainingsvorm waarbij face-to-face-sessies (klassikale sessies) worden gecombineerd met online leren in een online leeromgeving.
Eenvoudig gesteld: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning.
Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Drachten.
Online Frans leren (e-learning Frans)
Enkele voorbeelden van digitale platformen die kunnen worden gebruikt voor online communiceren en leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Frans in Drachten
Blended learning heeft als voordeel ten opzichte van online leren dat, zolang het niet om 1-op-1 les gaat, de cursisten bij blended learning met afwisseling wel zogeheten ‘classroominteractie’ ervaren; dit wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van de andere cursisten.
100% maatwerk – ook online!
Uiteraard biedt Taleninstituut Dagnall ook blended learning in Drachten op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall beschikt over een digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online biedt interactieve en gevarieerde content en vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten. Het platform van Dagnall biedt interactieve mogelijkheden en garandeert een optimaal leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Dagnall Talen biedt naast het online leerplatform ook een handige App voor zowel een Android- als een Apple-apparaat. Het voordeel van de Dagnall App is dat deelnemers altijd en overal, dus 24/7, toegang op elk (mobiel) apparaat hebben. Zowel op het werk maar ook thuis of onderweg, bijvoorbeeld ook in het buitenland. Cursisten kunnen dus Frans leren wanneer en waar het uitkomt. De oefeningen in de Dagnall App worden afgestemd op de behoefte van uw organisatie zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Wij kunnen bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen alsook specifieke productnamen integreren in de App. De App kan dus heel praktijkgericht worden gebruikt en de App blijft beschikbaar nadat de training Frans in Drachten is afgerond.
Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Ontdek onze online mogelijkheden
Online learning & blended learning Frans in Drachten
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Frans
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen en/of vergaderingen met Franstalige zakenpartners en klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk zijn op het gebied van taalvaardigheid vaak een uitdaging.
Mensen die diverse talen beheersen, zijn daarom onmisbaar in veel bedrijven.
Online en blended taaltrainingen Frans op maat
Dagnall Talen leert u Frans communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Als u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan om uw Franstalige gesprekspartners te begrijpen en zorg dat u zelf ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheid Frans verbeteren voor uw toekomstige of huidige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en eveneens als onlinecursussen & blended taalcursussen beschikbaar. Een onlinecursus of blended taalcursus Frans is net zo doeltreffend en van hoge kwaliteit als een fysieke cursus en bovendien nog eens comfortabel.
Online taalcursussen en ook blended taalcursussen kunnen overal gevolgd worden; thuis, op kantoor, op zakenreis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Zakelijke en technische taalcursussen online geeft Dagnall via onlineplatforms zoals Zoom, Microsoft Teams, Skype of een ander onlineplatform naar keuze. Zoom wordt in het algemeen gezien als het meest gebruiksvriendelijk en biedt zowel interactie als variatie.
Virtuele Classroom voor zowel individuele taaltraining als groepstraining Frans
Het volgende is voldoende voor een cursus in een virtuele classroom:
- Een laptop, pc of tablet met een microfoon en een camera
- Een internetverbinding
- Een rustige (leer)omgeving
- Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
[ Lees meer ]
Cursuspakket en certificaat
Voorafgaand aan uw cursus Frans in Drachten ontvangt u het Dagnall cursuspakket.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen.
Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Na afloop van uw cursus Frans in Drachten ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Frans alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Frans.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Een compleet verzorgde cursus Frans in Drachten
Het Europees Referentiekader (ERK)
Het taalniveau van het Europees Referentiekader (ERK) gebruiken wij als leidraad. Deze helpen u om inzicht te krijgen in uw vorderingen in de Franse taal. De niveaus van het Europees Referentiekader zijn internationaal erkende taalniveaus.
Na afloop van de cursus Frans in Drachten ontvangt de cursist het ‘Dagnall Talen-certificaat’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese standaard om verschillende taalniveaus te kunnen beschrijven.
Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 samengesteld door de Raad van Europa.
Het Europees Referentiekader karakteriseert vijf vaardigheden met betrekking tot taal, te weten: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
De Engelse naam wordt eveneens vaak toegepast: Common European Framework of References; CEFR. Het ERK hanteert ook 6 niveaus van taalbeheersing; van beginners tot vrijwel moedertaalsprekers.
De niveaus in taalvaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 samengesteld door de Raad van Europa.
Het Europees Referentiekader karakteriseert vijf vaardigheden met betrekking tot taal, te weten: lezen, luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
De Engelse naam wordt eveneens vaak toegepast: Common European Framework of References; CEFR. Het ERK hanteert ook 6 niveaus van taalbeheersing; van beginners tot vrijwel moedertaalsprekers.
De niveaus in taalvaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Niveau A beschrijft de basisvaardigheden Frans die de gebruiker beheerst.
Niveau B Frans is van toepassing op de zogenaamde ‘zelfstandige gebruiker’. Dat wil zeggen dat iemand de taal zodanig onder de knie heeft, dat hij of zij zonder hulp in de Franse taal kan functioneren.
Niveau C geldt voor gevorderden die de Franse taal met groot gemak kunnen verstaan, lezen, spreken en schrijven. De vaardigheden die bij taalniveau C horen, gaan richting de moedertaalspreker Frans. Zo iemand gebruikt de Franse taal zonder problemen in verschillende situaties.
Niveau B Frans is van toepassing op de zogenaamde ‘zelfstandige gebruiker’. Dat wil zeggen dat iemand de taal zodanig onder de knie heeft, dat hij of zij zonder hulp in de Franse taal kan functioneren.
Niveau C geldt voor gevorderden die de Franse taal met groot gemak kunnen verstaan, lezen, spreken en schrijven. De vaardigheden die bij taalniveau C horen, gaan richting de moedertaalspreker Frans. Zo iemand gebruikt de Franse taal zonder problemen in verschillende situaties.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken.
Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken.
Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden.
Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken.
Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren.
Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij.
Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
C1 Vaardig gebruiker - Effective Operational Proficiency Level
Luisteren
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn.
Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen.
Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving.
Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie.
Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair.
Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen.
Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen.
Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk.
Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden.
Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen.
Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten.
Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen.
Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken.
Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is.
Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie.
Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen.
Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner.
Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen.
Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen.
Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen.
Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen.
Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven.
Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen.
Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media.
Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent.
Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek.
Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties.
Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen.
Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur.
Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest.
Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep.
Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven.
Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Frans)
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Talen is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm bevat strenge eisen voor het borgen en stroomlijnen van processen die van belang zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de door opdrachtgevers gestelde eisen alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de speerpunten van de ISO 9001:2015 norm.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall Talen is tevens gecertificeerd door Kiwa voor de ISO 17100:2015 norm. De ISO 17100:2015 is de norm specifiek voor de vertaalbranche die onder meer eisen bevat voor mensen, middelen, projectbeheer, vertalers alsook revisoren.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers wordt gewerkt die beschikken over de benodigde kennis en ervaring. Daarnaast worden onze vertalingen altijd ten minste twee keer door twee specialisten/proeflezers proefgelezen. De vertalingen worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties en bedrijven. Jaarlijks wordt Dagnall getoetst door Kiwa om te beoordelen of nog altijd aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Dagnall draagt het NRTO-keurmerk
Lidmaatschap NRTO
Dagnall Talen is vanzelfsprekend al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk.
Ons instituut heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid.
De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstituten en heeft ruim 450 leden.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Ons instituut heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid.
De letters ‘NRTO’ staan voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstituten en heeft ruim 450 leden.
De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
Voor de NRTO staat kwaliteit centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de diensten die door de NRTO-leden worden geleverd, zoals een cursus Frans in Drachten, wordt geborgd door een gedragscode, door verschillende convenanten alsook door het NRTO-keurmerk.
[ Lees meer ]
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engelse naam: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de EU. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van burgers in de EU. De verordening schrijft voor dat personen op de hoogte dienen te zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals hun naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen de gegevens die voor het beoogde doel nodig zijn, mogen worden verwerkt en bewaard.
Deze persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan nodig en de persoonsgegevens dienen beschermd te worden tegen toegang door onbevoegden, verlies alsook vernietiging. Vanzelfsprekend voldoet Dagnall aan alle eisen die door de Algemene verordening gegevensbescherming worden gesteld en Dagnall verwerkt persoonsgegevens heel beperkt in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Frans in Drachten zijn vrijgesteld van btw
CRKBO-geregistreerde instelling
Dagnall Taleninstituut is in het CRKBO-register ingeschreven. De afkorting CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs.
Dit betekent dat Dagnall Taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is voor de Belastingdienst een vereiste om beroepsgerichte taalcursussen vrijgesteld van btw te mogen aanbieden.
Door onze btw-vrijstelling kan ons taleninsitituut een lagere prijs aan u berekenen.
Dit helpt in de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor cursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, de overheid, maatschappen en privépersonen worden gegeven.
Dit betekent dat Dagnall Taleninstituut voldoet aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs.
Inschrijving in het juiste CRKBO-register is voor de Belastingdienst een vereiste om beroepsgerichte taalcursussen vrijgesteld van btw te mogen aanbieden.
Door onze btw-vrijstelling kan ons taleninsitituut een lagere prijs aan u berekenen.
Dit helpt in de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor cursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, de overheid, maatschappen en privépersonen worden gegeven.
CPION
Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs.
Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register is een register dat door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden wordt.
Het Lloyd’s Register is opgericht in het jaar 1760 en is een onafhankelijk, door de overheid erkend keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen voor een cursus Frans in Drachten
Contact cursus Frans Drachten
Wilt u contact opnemen met Dagnall Talen voor een cursus Frans in Drachten? Vraagt u naar de oplossingen bij ons taleninstituut. Vul ons contactformulier in op de website of stuur ons een e-mail via cursus-frans-drachten@dagnall.nl, dan informeren wij u vrijblijvend over de opties.
Telefonisch contact opnemen kan uiteraard ook voor een cursus Engels in Hoorn via 085-2737302 (geen menu). U kunt ook ons gratis informatiepakket aanvragen.
De juiste kant op met een cursus Frans in Drachten bij Dagnall Talen!
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Internationaal zakendoen
 Bij internationaal zakendoen dient u vaak rekening te houden met een tijdsverschil in het land waar u zaken mee doet, bijvoorbeeld Frankrijk. Mits van toepassing, wordt het tijdverschil met Nederland en Frankrijk via beide klokken aangegeven.
De klokken verspringen automatisch over eventuele zomertijd. (De klokken verspringen automatisch over eventuele zomertijd.)
AMSTERDAM
PARIJS
De officiële landcode van Frankrijk in letters is FRA. De hoofdstad van Frankrijk; Parijs (in het Frans: ‘Paris’), ligt in het noorden van Frankrijk.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Frankrijk is +33. De officiële internetextensie van Frankrijk is .fr.
Parijs op de kaart van Frankrijk
Leer Frankrijk kennen
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Frankrijk ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kunt u de Franse regio’s (régions) onderscheiden?
Weet u in welke Franse regio’s uw zakenrelaties zich bevinden?
Op deze manier kent u de 13 Franse regio’s zeer snel.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kunt u de Franse regio’s (régions) onderscheiden?
Weet u in welke Franse regio’s uw zakenrelaties zich bevinden?
Op deze manier kent u de 13 Franse regio’s zeer snel.
Controleer uw kennis door met uw muis naar de kaart van Frankrijk te gaan.
Door met uw cursor de op de landkaart van Frankrijk te gaan staan, ziet u de bestuurlijke indeling van Frankrijk.
Dan worden de regio’s van Frankrijk één voor één in beeld gebracht.
Eerst wordt de regio’s van Frankrijk getoond, vervolgens krijgt u de naam van deze regio te zien.
Binnen een minuut hebt u een aardig beeld van de regionale verdeling van Frankrijk.
Door met uw cursor de op de landkaart van Frankrijk te gaan staan, ziet u de bestuurlijke indeling van Frankrijk.
Dan worden de regio’s van Frankrijk één voor één in beeld gebracht.
Eerst wordt de regio’s van Frankrijk getoond, vervolgens krijgt u de naam van deze regio te zien.
Binnen een minuut hebt u een aardig beeld van de regionale verdeling van Frankrijk.
Frankrijk in Europa
Regio’s van Frankrijk
Soepele zakelijke gesprekken met Franstaligen
Zakendoen met Frankrijk
Wilt u soepel communiceren met Franstaligen?
De informatie die hieronder staat over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen, zal u hier zeker bij helpen.
Zaken als beroemde Fransen, bekende Franse exportproducten en typische gewoonten en gebruiken heeft Dagnall Talen voor u op een rijtje gezet.
Uiteenlopende typische onderwerpen over Frankrijk en/of de Franse taal.
Een aantal leuke feiten over het land weten, kan heel handig zijn als openingszin of bij een eerste contact.
Deze wetenswaardigheden over cultuur, land en mens kunt u ook goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen gedurende een zakelijk gesprek in het Frans.
De informatie die hieronder staat over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen, zal u hier zeker bij helpen.
Zaken als beroemde Fransen, bekende Franse exportproducten en typische gewoonten en gebruiken heeft Dagnall Talen voor u op een rijtje gezet.
Uiteenlopende typische onderwerpen over Frankrijk en/of de Franse taal.
Een aantal leuke feiten over het land weten, kan heel handig zijn als openingszin of bij een eerste contact.
Deze wetenswaardigheden over cultuur, land en mens kunt u ook goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen gedurende een zakelijk gesprek in het Frans.
U kunt in ieder geval niet alleen de geleerde taalvaardigheid toepassen tijdens internationaal zakendoen met Franstaligen maar eveneens uw kennis over het land inbrengen.
Zo is het mogelijk om iets over specifieke Franse gerechten en de beroemde Franse eetcultuur te leren.
Koken en eten brengt cultuur en mens samen.
Uw taalbeheersing alsook uw kennis over de Franse cultuur, Frankrijk en de Fransen zal op prijs worden gesteld!
Zo is het mogelijk om iets over specifieke Franse gerechten en de beroemde Franse eetcultuur te leren.
Koken en eten brengt cultuur en mens samen.
Uw taalbeheersing alsook uw kennis over de Franse cultuur, Frankrijk en de Fransen zal op prijs worden gesteld!
Acheter chat en poche
Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud
Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris
’s Nachts zijn alle katjes grijs
Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud
Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris
’s Nachts zijn alle katjes grijs
De Fransen eten hun beroemde baguettes (stokbrood) niet als maaltijd, maar bij de hoofdmaaltijd.
Een broodmaaltijd zoals in Nederland gebruikelijk is, is in Frankrijk onbekend.
Een typisch Frans ontbijtje is een brioche; een zacht en zoet broodje of croissant, gedoopt in een kop koffie.
De hoofdmaaltijd in Frankrijk is de lunch van meerdere gangen.
Er zijn zeer grote regionale verschillen, maar vers stokbrood hoort er altijd bij.
Normaliter begint men in Frankrijk met salade en daarna een warm hoofdgerecht.
Vlees, vis of gevogelte, groente en aardappelen of rijst.
Aardappelen worden overigens beschouwd als groente.
De Fransen eten graag vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenmaagjes of -levertjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté).
Dit stokbrood gebruiken Fransen om bijvoorbeeld de saus mee te deppen en om het bord schoon te maken.
Bij de maaltijd drinken ze natuurlijk wijn, hoewel bij maaltijden ook veel water wordt gedronken.
Franse kinderen krijgen water met wat wijn.
Het diner wordt afgesloten met een fromage, een lekker kaasje en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en koffie.
Omdat de avondmaaltijd zelden vóór acht uur ’s avonds genuttigd wordt, volgt rond vier uur ’s middags le goûter; iets zoets zoals een gebakje met een kop thee of koffie.
’s Avonds wordt ook weer vers stokbrood gekocht.
Vóór het eten begint men met een apéro, een aperitief zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (anijslikeur).
De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar de maaltijd is minder uitgebreid.
Vaak worden de restjes van de lunch opgegeten.
Fransen eten vaker in restaurants dan Nederlanders, vooral tussen de middag.
De prijzen zijn relatief vriendelijk en veel werkgevers voorzien hun personeel van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerd tarief een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Een broodmaaltijd zoals in Nederland gebruikelijk is, is in Frankrijk onbekend.
Een typisch Frans ontbijtje is een brioche; een zacht en zoet broodje of croissant, gedoopt in een kop koffie.
De hoofdmaaltijd in Frankrijk is de lunch van meerdere gangen.
Er zijn zeer grote regionale verschillen, maar vers stokbrood hoort er altijd bij.
Normaliter begint men in Frankrijk met salade en daarna een warm hoofdgerecht.
Vlees, vis of gevogelte, groente en aardappelen of rijst.
Aardappelen worden overigens beschouwd als groente.
De Fransen eten graag vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenmaagjes of -levertjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté).
Dit stokbrood gebruiken Fransen om bijvoorbeeld de saus mee te deppen en om het bord schoon te maken.
Bij de maaltijd drinken ze natuurlijk wijn, hoewel bij maaltijden ook veel water wordt gedronken.
Franse kinderen krijgen water met wat wijn.
Het diner wordt afgesloten met een fromage, een lekker kaasje en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en koffie.
Omdat de avondmaaltijd zelden vóór acht uur ’s avonds genuttigd wordt, volgt rond vier uur ’s middags le goûter; iets zoets zoals een gebakje met een kop thee of koffie.
’s Avonds wordt ook weer vers stokbrood gekocht.
Vóór het eten begint men met een apéro, een aperitief zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (anijslikeur).
De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar de maaltijd is minder uitgebreid.
Vaak worden de restjes van de lunch opgegeten.
Fransen eten vaker in restaurants dan Nederlanders, vooral tussen de middag.
De prijzen zijn relatief vriendelijk en veel werkgevers voorzien hun personeel van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerd tarief een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees.
Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI)
La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Nederlandse ambassade in Parijs
De Nederlandse ambassade is gevestigd in Parijs.
Netherlands Business Support Office
Lyon en Nantes hebben een Netherlands Business Support Office voor ondernemers.
Franse ambassade in Den Haag
Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France
Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk.
De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Nederlandse ambassade in Parijs
De Nederlandse ambassade is gevestigd in Parijs.
Netherlands Business Support Office
Lyon en Nantes hebben een Netherlands Business Support Office voor ondernemers.
Franse ambassade in Den Haag
Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France
Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk.
De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
Het brailleschrift, een schrift waarmee blinden kunnen lezen en schrijven, is vernoemd naar Louis Braille. Braille was zelf als jong kind blind geworden. In 1819 was er een speciaal ‘nachtschrift’ ontwikkeld in het Franse leger om ’s nachts boodschappen over te brengen aan het front. Dat gebeurde met een raster van twaalf punten, waarop in reliëf codes stonden die in het donker voelbaar waren. Louis Braille werd hierdoor op het idee gebracht iets dergelijks voor blinden te ontwikkelen en zo ontstond rond 1829 het brailleschrift.
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”).
llons enfants de la Patrie,
Le jour de gloire est arrivé !
Contre nous de la tyrannie
L’étendard sanglant est levé, (bis)
Entendez-vous dans les campagnes
Mugir ces féroces soldats ?
Ils viennent jusque dans vos bras
Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens,
Formez vos bataillons,
Marchons, marchons !
Qu’un sang impur
Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves,
De traîtres, de rois conjurés ?
Pour qui ces ignobles entraves,
Ces fers dès longtemps préparés ? (bis)
Français, pour nous, ah ! quel outrage
Quels transports il doit exciter !
C’est nous qu’on ose méditer
De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères
Feraient la loi dans nos foyers !
Quoi ! Ces phalanges mercenaires
Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis)
Grand Dieu ! Par des mains enchaînées
Nos fronts sous le joug se ploieraient
De vils despotes deviendraient
Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides
L’opprobre de tous les partis,
Tremblez ! vos projets parricides
Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis)
Tout est soldat pour vous combattre,
S’ils tombent, nos jeunes héros,
La terre en produit de nouveaux,
Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes,
Portez ou retenez vos coups !
Épargnez ces tristes victimes,
À regret s’armant contre nous. (bis)
Mais ces despotes sanguinaires,
Mais ces complices de Bouillé,
Tous ces tigres qui, sans pitié,
Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie,
Conduis, soutiens nos bras vengeurs
Liberté, Liberté chérie,
Combats avec tes défenseurs ! (bis)
Sous nos drapeaux que la victoire
Accoure à tes mâles accents,
Que tes ennemis expirants
Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants)
Nous entrerons dans la carrière
Quand nos aînés n’y seront plus,
Nous y trouverons leur poussière
Et la trace de leurs vertus (bis)
Bien moins jaloux de leur survivre
Que de partager leur cercueil,
Nous aurons le sublime orgueil
De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
llons enfants de la Patrie,
Le jour de gloire est arrivé !
Contre nous de la tyrannie
L’étendard sanglant est levé, (bis)
Entendez-vous dans les campagnes
Mugir ces féroces soldats ?
Ils viennent jusque dans vos bras
Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens,
Formez vos bataillons,
Marchons, marchons !
Qu’un sang impur
Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves,
De traîtres, de rois conjurés ?
Pour qui ces ignobles entraves,
Ces fers dès longtemps préparés ? (bis)
Français, pour nous, ah ! quel outrage
Quels transports il doit exciter !
C’est nous qu’on ose méditer
De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères
Feraient la loi dans nos foyers !
Quoi ! Ces phalanges mercenaires
Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis)
Grand Dieu ! Par des mains enchaînées
Nos fronts sous le joug se ploieraient
De vils despotes deviendraient
Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides
L’opprobre de tous les partis,
Tremblez ! vos projets parricides
Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis)
Tout est soldat pour vous combattre,
S’ils tombent, nos jeunes héros,
La terre en produit de nouveaux,
Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes,
Portez ou retenez vos coups !
Épargnez ces tristes victimes,
À regret s’armant contre nous. (bis)
Mais ces despotes sanguinaires,
Mais ces complices de Bouillé,
Tous ces tigres qui, sans pitié,
Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie,
Conduis, soutiens nos bras vengeurs
Liberté, Liberté chérie,
Combats avec tes défenseurs ! (bis)
Sous nos drapeaux que la victoire
Accoure à tes mâles accents,
Que tes ennemis expirants
Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants)
Nous entrerons dans la carrière
Quand nos aînés n’y seront plus,
Nous y trouverons leur poussière
Et la trace de leurs vertus (bis)
Bien moins jaloux de leur survivre
Que de partager leur cercueil,
Nous aurons le sublime orgueil
De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
Over Frankrijk
In Frankrijk wonen ongeveer 67 miljoen mensen. Frankrijk is een constitutionele republiek met een president aan het hoofd. Zowel de president als de premier (eerste minister) legt verantwoording af aan het parlement. Daarmee kent Frankrijk een semipresidentieel systeem. Frankrijk ligt in West-Europa en beslaat een totale oppervlakte van 551.500 vierkante kilometer. Frankrijk is de 6de grootste economie ter wereld. De grote en belangrijke steden in Frankrijk zijn Parijs (Frans: Paris); de hoofdstad van Frankrijk met ruim 2 miljoen inwoners, alsook Marseille, Lyon en Toulouse.
Frankrijk telt achttien regio’s (régions), waarvan twaalf in het land Frankrijk zelf, Corsica en 5 overzeese regio’s. Deze 12 regio’s in het land zijn in alfabetische volgorde: Auvergne-Rhône-Alpes, Bourgogne-Franche-Comté, Bretagne, Centre-Val de Loire, Grand Est, Hauts-de-France, Île-de-France, Normandië, Nouvelle-Aquitaine, Occitanie, Pays de la Loire en Provence-Alpes-Côte d’Azur. Frans-Guyana, Guadeloupe, Martinique, Mayotte en Réunion zijn de vijf overzeese departementen/regio’s van Frankrijk.
Vlag van Frankrijk
Wapen van Frankrijk
Oorsprong naam Frankrijk
De naam ‘Frankrijk’ betekent het ‘Rijk van de Franken’. De Franken waren een Germaanse stam die na de val van het Romeinse Rijk Noord-Europa veroverde.
Kenmerkend voor Frankrijk
Denk je aan Frankrijk, dan denk je aan chansons, de Eiffeltoren, wijn, kaasjes, knoflook, stokbrood (inmiddels Unesco Werelderfgoed), champagne, de Tour de France en lavendelvelden waardoor een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor veel mensen roept het land direct een vakantiegevoel op. Ook een echte Fransman herken je zo: hij draagt een baret en een wit overhemd of T-shirt met een Bretonse streep. En hij rijdt uiteraard in een Franse auto! Jarenlang was de Citroën DS het meest geliefd, die liefkozend ‘de godin’ (La Déesse) werd genoemd. In Nederland en Vlaanderen staat deze auto wat simplistischer bekend als ‘strijkijzer’ of ‘snoek’.
[ Lees meer ]
Frankrijk - valuta
Munteenheid van Frankrijk
De munteenheid van Frankrijk is sinds 2002 de euro. Hieronder ziet u een foto van de voorkant en de achterkant van de Franse euromunt.
De Franse Centrale Bank
Hieronder ziet u het logo van de Franse Centrale Bank BdF (Banque de France) die gebruikmaakt van het zogenaamde ‘Eurosystem’.
Succesvol zakendoen in het Frans
Frankrijk - handel en toerisme
Franse Kamer van Koophandel - CCI
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux.
De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr.
Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
Toeristenorganisatie van Frankrijk
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
FRANCE.FR/ATOUT FRANCE
Rue Raymond Losserand, CS 60043
75680 Paris
FRANCE
http://www.atout-france.fr/content/about-us
Rue Raymond Losserand, CS 60043
75680 Paris
FRANCE
http://www.atout-france.fr/content/about-us
Over de Fransen
Eten is erg belangrijk in la douce France, zoals de Fransen hun land liefdevol noemen. De Fransen ontbijten vrij eenvoudig: een croissant en een kop koffie, die staand aan de bar gedronken wordt op weg naar het werk, net zoals Italianen dat doen. De lunch is warm en uitgebreid, liefst met wijn erbij. En water. Fransen drinken vrijwel altijd veel water bij de maaltijd. Het diner, ook warm, wordt later op de avond genomen. Vers stokbrood wordt bij warme maaltijden gegeten. De zondagmiddagen zijn in Frankrijk geboekt voor een lunch met de familie. Een lunch kan in Frankrijk de hele middag in beslag nemen, want tijdens het eten worden vaak de beste gesprekken gevoerd.
Fransen houden ook erg van praten. In het zakelijke verkeer is het niet anders: wie met Fransen zakendoet, moet uitgebreid eten en veel converseren. Veel Franse werkgevers geven hun werknemers vouchers waarmee ze tussen de middag in een restaurant kunnen eten. Franse kinderen worden streng opgevoed en doen gewoon met alle maaltijden mee. Kinderen in Frankrijk eten hun viergangenmenu zonder te morren en drinken met water aangelengde wijn. Omdat het heel normaal is dat beide ouders werken, gaan Franse kinderen in de vakanties vaak naar een ‘colonie de vacances’.
[ Lees meer ]
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Over kennen en kunnen
Taalbeheersing kent een onderscheid tussen kennen maar daarnaast ook kunnen (het toepassen van de opgedane kennis). Door de focus te verleggen van het kennen naar het kunnen, kunnen deelnemers aan het einde van de cursus Frans in Drachten de verworven kennis beter gebruiken in de praktijk.
Voor u het weet, kunt u een beetje Frans begrijpen en spreken. Een leuke ervaring! Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
Over de Franse taal
Het Frans is de meest gesproken Gallo-Romaanse taal; een oude Romaanse taal die weer voortkwam uit het Laatlatijn. Het Gallo-Romaans werd rond 300-900 n.Chr. gesproken in het toenmalige Gallië. Gallië omvatte toen, behalve het tegenwoordige Frankrijk. ook België, het westen van Zwitserland alsmede delen van Duitsland en Nederland.
Er waren veel verschillende Gallo-Romaanse streektalen; elke streek kende een eigen variant.
Er waren veel verschillende Gallo-Romaanse streektalen; elke streek kende een eigen variant.
In de noordelijke streken werd sinds de 13de eeuw langue d’oïl gesproken en de zuidelijke streken langue d’oc; de talen werden herkend aan de manier waarop men ‘ja’ zei (‘oïl’ of ‘oc’). Het moderne standaardfrans (Nieuwfrans) is in feite een gecultiveerde variant van het Francilien; de taal van de Île-de-France en van de langue d’oïl.
[ Lees meer ]
Franse klank en uitspraak
De klank van de Franse taal
Vergeleken met de Nederlandse taal heeft de Franse taal een geheel andere manier van uitspreken. Eén van de verschillen is dat de woorden aan elkaar worden geplakt in de Franse taal, waardoor het niet te horen is waar een woord ophoudt en een volgend woord weer begint. Dit heet liaison; ‘verbinding’. Deze verbinding gebeurt hoofdzakelijk bij woorden die eindigen op ‘s’ en gevolgd worden door een klinker of stomme ‘h’. Zo zeggen Fransen ‘lezzamie’ in plaats van les amis (de vrienden).
De uitspraak van het Frans
Een ander onderscheid is dat Fransen veel eindletters niet uitspreken. Parle en parlent klinken bijvoorbeeld hetzelfde. Ook klinken in het Frans vrijwel alle klinkers anders. Door de grote hoeveelheid Franse woorden in het Nederlands, komt de uitspraak ons bekend voor: toilet, portefeuille, bureau.
[ Lees meer ]
UITSPRAAK
Frans alfabet fonetisch/IPA
A | ah | /a/ |
B | bee | /be/ |
C | see | /se/ |
D | dee | /de/ |
E | uh | /ə/ |
F | effe | /ɛf/ |
G | zjee | /ʒe/ |
H | assj | /ɑʃ/ |
I | ie | /i/ |
/jiː/ | J | zjie |
K | kah | /ka/ |
L | elle | /ɛlə/ |
M | emme | /ɛmə/ |
N | enne | /ɛnə/ |
O | oo | /o/ |
P | pee | /pe/ |
Q | kuu | /qy/ |
R | er | /ɛʀə/ |
S | ess | /ɛsə/ |
T | tee | /te/ |
U | uu | /y/ |
V | vee | /ve/ |
W | doeble vee | /dubləˈve/ |
X | ieks | /iks/ |
Y | ie grek | /iˈgrɛk/ |
Z | zedde | /zedə/ |
SPELLING
WOORD
A | Anatole |
B | Berthe |
C | Célestin |
D | Désiré |
E | Eugène |
F | François |
G | Gaston |
H | Henri |
I | Irma |
J | Joseph |
K | Kléber |
L | Louis |
M | Marcel |
N | Nicolas |
O | Oscar |
P | Pierre |
Q | quintal |
R | Raoul |
S | Suzanne |
T | Thérèse |
U | Ursule |
V | Victor |
W | William |
X | Xavier |
Y | Yvonne |
Z | Zoé |
Speciale tekens
@ | arobase |
# | dièse |
NAAMVALLEN
Het Frans kent geen naamvallen zoals die bijvoorbeeld in het Duits worden gebruikt bij zelfstandige naamwoorden. Une maison blijft une maison, welke grammaticale functie in de zin het woord ook heeft. Toch gebruikt het Frans wel naamvallen, maar slechts voor voornaamwoorden. Dat zijn er vier: de nominatif, die het onderwerp van de zin aangeeft (il; bijvoorbeeld il arrive); de génitif die een bezitsvorm aanduidt (sa/son, bijvoorbeeld son chien);>),
de datif voor het meewerkend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (lui; bijvoorbeeld “Jean lui donne une pomme”) en de accusatif voor het lijdend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (le; bijvoorbeeld Marie le voit).
Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Bijzonderheden van de Franse taal
Frans is een Romaanse taal, net als Italiaans, Spaans, Portugees en Roemeens. Het Frans is één van de werktalen van de EU, naast het Duits en Engels. Het Frans is één van de zes officiële talen van de Verenigde Naties, naast het Engels, het Russisch, het Spaans, het Chinees en het Arabisch.
Men zegt dat de kreet in het tennis ‘15-0’ (fifteen-love) komt van het Franse woord l’œuf; ‘het ei’. De nul heeft de vorm van een ei. Het zo Engels lijkende tennisspel zou zijn afgeleid van het Franse jeu de paume.
De Franse taal leren en de Franse cultuur begrijpen
Alfabet en leestekens
Het Franse alfabet
Het Frans gebruikt evenals het Nederlands, het Latijnse alfabet, dat uit 26 letters bestaat.
Afwijkende leestekens in het Frans
In het Frans worden zogenaamde guillemets gebruikt in plaats van aanhalingstekens. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes ». Ze worden ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd en worden gebruikt om een citaat te openen en te sluiten.
De term ‘guillemet’ komt van Guillaume Le Bé (1525-1598). Le Bé was een lettermaker en de bedenker van het teken. Tussen de guillemets en de tekst komen in het Frans spaties. Ook de andere leestekens worden in de Franse taal door een spatie voorafgegaan, zoals « Venez ! », Elle criait :
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1 | Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode |
2 | Lees Franstalige kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. Le Monde is een bekende (online) krant in het Frans en Mediapart een bekend online nieuwsportal |
3 | Luister naar Franstalige radio. FIP is de bekendste Franse publieke radiozender en NRJ de bekendste Franse commerciële radiozender |
4 | Luister en ontdek Franstalige muziek |
5 | Lees Franstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren |
6 | Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Franse taal |
7 | Luister naar podcasts van Franstaligen |
8 | Kijk Franstalige televisieprogramma’s en films. France tv is de bekendste publieke televisieomroep en TF1 de bekendste commerciële televisiezender in Frankrijk |
9 | Bekijk Franse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren |
10 | Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren |
11 | Voer Franse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk |
12 | Plak memoblaadjes op in huis |
13 | Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten |
14 | Bekijk Franse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren |
15 | Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen |
16 | Wees niet bang om foutjes te maken |
17 | Niet te veel denken, gewoon doen! |
18 | En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen! |
Franse stopwoorden en leenwoorden
Stopwoordjes in het Frans
In het Frans heten ze des mots de remplissage; opvulwoorden of stopwoorden. Ook de Franse taal heeft er veel. Woordcombinaties of woordjes die iemand gebruikt om even te pauzeren maar toch de aandacht vast te kunnen houden.
Fransen zeggen vaak aan het eind van een zin het stopwoord: hein? wat ruwweg klinkt als het Nederlandse ‘hè?’.
Het Nederlandse ‘hè?’ komt zelfs waarschijnlijk uit het Frans. Dit woordje hein vraagt om instemming, ongeveer als: “Denk je ook niet?”
In het Frans hoor je ook vaak het woordje quoi? (wat?) aan het einde van de zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” Middenin een zin zeggen Fransen vaak tu vois (‘zie je’), “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
[ Lees meer ]
Franse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Franse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Franstalige media
Franse media bekijken, luisteren en/of lezen is een erg effectieve manier om uw kennis van het Frans te verrijken.
Zo neemt u ongemerkt de klank en het ritme van het Frans in u op.
Franse krant en online nieuwsportal
Het nieuws (proberen) te lezen in het Frans, kan heel leerzaam en leuk zijn. U bent vermoedelijk al op de hoogte van de actualiteit, waardoor u op snelle wijze behoorlijk wat Franse woordenschat kunt bijleren.
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Le Monde
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Mediapart.fr
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr.
U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
Franstalige radio luisteren
FIP
Het radiostation FIP is het meest beluisterde publieke radiostation van Franstaligen.
Door op het linker beeldscherm hierboven met het logo te klikken, kunt u live luisteren naar deze Franse radiozender.
NRJ
De zender NRJ is de meest populaire commerciële radiozender in Frankrijk. Klik op het computerscherm rechtsboven met het logo om direct live naar deze Franse commerciële radiozender te luisteren.
Franstalige televisie kijken
France tv
Favoriete series en televisieprogramma’s in het Frans of met Franse ondertiteling kijken, kan eerst wellicht wennen zijn, maar al gauw zult u ontdekken dat dit erg leerzaam en leuk kan zijn.
France tv is de Franse publieke televisieomroep.
TF1
De omroep TF1 is de meest populaire commerciële televisieomroep voor de Fransen.
Deze Franstalige zenders kunnen middels de internet, kabel, satelliet of via een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
Trainen en vergaderen in Drachten
U kunt de cursus Frans in Drachten op uw locatie volgen of in Oldeberkoop, bijvoorbeeld in Logis Hotel Restaurant Lunia aan de Molenhoek 2 in Oldeberkoop. Ons taleninstituut kan eveneens taalcursussen Frans in Drachten verzorgen in bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Drachten aan de Lavendelheide 4 en in Fletcher Hotel Heidehof aan de Golflaan 1 in Heerenveen.
Vergaderen in Drachten kan bij Schouwburg De Lawei aan het Laweiplein 1.
Drachten - geschiedenis
Bij opgravingen in Drachten zijn restanten gevonden van een dertiende-eeuwse kerk. Dus in die tijd moet er al bewoning zijn geweest. Het huidige Drachten is in de 17de eeuw ontstaan uit twee streekdorpjes; Noorder-Dragten (Noorderdrachten) en
Zuider-Dragten (Zuyderdrachten) aan de kleine rivier de Drait of Dracht.
Drachten is een verbastering van Drait of Dracht, wat de zeventiende-eeuwse naam van het riviertje was.
Drachten is een verbastering van Drait of Dracht, wat de zeventiende-eeuwse naam van het riviertje was.
Drachten - nu
Drachten ligt in het gebied Smallingerland in de regio de Scheiding (de Skieding). Plaatsen in de buurt van Drachten zijn Beetsterzwaag, Burgum, Surhuisterveen en Ureterp.
Drachten ligt in de provincie Friesland. In de gemeente Drachten wonen iets meer dan 45.000 mensen.
Vlag gemeente Drachten
Wapen gemeente Drachten
Inwoners
Een inwoner van Drachten is een ‘Drachtenaar’.
Bekende Drachtenaren zijn Barbara van Beukering, Ferry Doedens en Gerrit Hiemstra.
Iets wat uit Drachten komt, wordt ‘Drachtens’ genoemd, maar vaker worden ‘Drachter’ of ‘Drachtster’ gebruikt.
Bekende Drachtenaren zijn Barbara van Beukering, Ferry Doedens en Gerrit Hiemstra.
Iets wat uit Drachten komt, wordt ‘Drachtens’ genoemd, maar vaker worden ‘Drachter’ of ‘Drachtster’ gebruikt.
Drachten is een plaats en de hoofdplaats van de gemeente Smallingerland waar ook Boornbergum, De Tike (Tieke), De Veenhoop, De Wilgen, Drachtstercompagnie, Goëngahuizen, Houtigehage, Kortehemmen, Nijega, Opeinde, Oudega, Rottevalle en Smalle Ee deel van uitmaken.
Drachten - internationaal & scholing
Vriendschapssteden
De vriendschapssteden van Drachten zijn Gobabis in Namibië en Kirjat Ono in Israël.
Hoger onderwijs
In Drachten bevinden zich geen hogescholen of universiteiten.
Vlag provincie Friesland
Wapen provincie Friesland
Typisch Drachtens
Denk je aan Drachten, dan denk je aan van Museum Dr8888 met kunst van De Stijl en Dada.
Drachten is eveneens de stad van ‘shared space’: op twee na zijn alle verkeerslichten in de stad vervangen door rotondes en op kruisingen worden geen aanwijzingen gegeven.
Drachten fungeert als belangrijke werkstad voor de regio. In de jaren 50 opende Philips er een fabriek (scheerapparaten), die aan tweeduizend mensen werk biedt.
Drachten is eveneens de stad van ‘shared space’: op twee na zijn alle verkeerslichten in de stad vervangen door rotondes en op kruisingen worden geen aanwijzingen gegeven.
Drachten fungeert als belangrijke werkstad voor de regio. In de jaren 50 opende Philips er een fabriek (scheerapparaten), die aan tweeduizend mensen werk biedt.
Drachten kent verder het grootste bedrijvenpark in Noord-Nederland, De Haven en bedrijvenpark Azeven.
Minder algemeen bekend dat Drachten ook een vliegveld heeft. Aanvankelijk was vliegveld Drachten een airstrip van Philips. Nu wordt vanaf dit vliegveld alleen in de weekenden nog gevlogen, met ultralichte motorvliegtuigjes.
Drachten - minder bekend
Minder algemeen bekend dat Drachten ook een vliegveld heeft. Aanvankelijk was vliegveld Drachten een airstrip van Philips. Nu wordt vanaf dit vliegveld alleen in de weekenden nog gevlogen, met ultralichte motorvliegtuigjes.
Het fries
Het Fries is een zelfstandige taal, net als het Nederlands.
Het heeft overeenkomsten met het Engels; het Oudfries kwam erg overeen met het Oudengels.
Kenmerkend voor het Woudfries vergeleken met het Frysk is de uitspraak van de persoonlijke voornaamwoorden: my, dy, hy, sy in plaats van ‘mij‘, do/jo, ‘hij’ en ‘zij’.
De klinkers worden wat langer gerekt en gespeld als ‘â’, ‘ê’, ‘û’: tûme in plaats van ‘tomme’. Beide laatste woorden betekenen ‘duim’, maar in het Standaardfries is de vertaling tomme; in het dialect van Drachten is het tûme. Wâldpiken (Woudpieken) of wâldsjers (Woudjes) zijn inwoners van de Friese Wouden.
Het heeft overeenkomsten met het Engels; het Oudfries kwam erg overeen met het Oudengels.
Kenmerkend voor het Woudfries vergeleken met het Frysk is de uitspraak van de persoonlijke voornaamwoorden: my, dy, hy, sy in plaats van ‘mij‘, do/jo, ‘hij’ en ‘zij’.
De klinkers worden wat langer gerekt en gespeld als ‘â’, ‘ê’, ‘û’: tûme in plaats van ‘tomme’. Beide laatste woorden betekenen ‘duim’, maar in het Standaardfries is de vertaling tomme; in het dialect van Drachten is het tûme. Wâldpiken (Woudpieken) of wâldsjers (Woudjes) zijn inwoners van de Friese Wouden.
Brea is ‘(rogge)brood’.
Een mooie tongbreker is: lytse Ljouwerter strjitstientsjes oftewel “kleine Leeuwarder straatsteentjes”.
Een bekend Fries spreekwoord luidt: Bûter, brea en griene tsiis, wa’t dat net sizze kin, is gjin oprjochte Fries. In het Nederlands: “Boter, roggebrood en groene kaas, wie dat niet kan zeggen, is geen echte Fries”.
Een andere klassieker: As it net kin sa’t it moat, dan moat it mar sa’t it kin; “als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan”.
Een mooie tongbreker is: lytse Ljouwerter strjitstientsjes oftewel “kleine Leeuwarder straatsteentjes”.
Een bekend Fries spreekwoord luidt: Bûter, brea en griene tsiis, wa’t dat net sizze kin, is gjin oprjochte Fries. In het Nederlands: “Boter, roggebrood en groene kaas, wie dat niet kan zeggen, is geen echte Fries”.
Een andere klassieker: As it net kin sa’t it moat, dan moat it mar sa’t it kin; “als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan”.
“Drachten wil je meemaken”
Drachten - zakelijk
De gemeente Drachten
Het netnummer van Drachten is 0512.
Het postcodegebied van Drachten is 9200 - 9207.
Het adres van het gemeentehuis van Drachten is Gauke Boelensstraat 2, 9203 RM in Drachten.
De website van de gemeente Drachten is Smallingerland.nl.
Het telefoonnummer van de gemeente Drachten is 0512 581234.
Zakendoen in Drachten
Voor Drachtster ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Leeuwarden aan de Heliconweg 62, 8912 AT in Leeuwarden. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Drachten is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Drachten is KVK-kantoor Leeuwarden.
Drachten - internationale bedrijvigheid
Bedrijven die wereldwijd opereren, vindt u in Drachten op bedrijventerrein Azeven-Noord, Noordoost of Zuid, De Haven of op bedrijventerrein Nijtap.
In Drachten bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: BabyPlanet, BD Kiestra, Be One, CCI Continental Candy Industries, Dunlop, EKB, Fenner Dunlop, Frisian Egg, Distributiecentrum Jumbo,
In Drachten bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: BabyPlanet, BD Kiestra, Be One, CCI Continental Candy Industries, Dunlop, EKB, Fenner Dunlop, Frisian Egg, Distributiecentrum Jumbo,
Leenstra, Mediterra (Adria, Barilla, Cirio, Fiorucci, Galbani, Mutti, Saquella etc.), Neopost Technologies, Nobilia keukens, Philips, SMST Designers & Constructors, Van der Heide, Van der Wiel, Verkley, Bakkerij Van der Zee in Garyp en Sound Design (Benz Micro Switzerland, Burmester, Lehmannaudio etc.) in Sushuisterveen.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Drachtster nieuws
De Drachtster nieuwsportalen zijn WaldNet en Smallingerland.nl - Nieuws en Drachtster ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Friesland - Nieuws.
Ondernemers in Drachten kijken hun (zakelijk) nieuws op Omrop Fryslân.
Ondernemers in Drachten kijken hun (zakelijk) nieuws op Omrop Fryslân.
Drachtenaren en ondernemingen in Drachten kunnen hun (zakelijk) nieuws lezen in de regionale krant de Drachster Courant.
Cultuur, sport, ontspanning en zakenlunch in Drachten
Cultuur
Wilt u uw Franstalige zakenrelatie wat cultuur in Drachten laten zien?
Afhankelijk van het vakgebied waarin u werkzaam bent en/of de interesses van uw Franstalige zakenrelatie, kunt u in Drachten een bezoek brengen aan Museum Dr8888.
Voetbal, tennis, padel & squash
Is uw Franstalige zakenrelatie sportief ingesteld? Wellicht is het dan een leuk idee om samen naar een sportwedstrijd te gaan gaan of zelf te voetballen, te tennissen, te padellen of te squashen. Voetbal verbroedert. Misschien is het daarom een leuk idee om samen met uw Franse zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Drachtster voetbalclub VV Drachten, VV Drachtster Boys of ONB meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Drachten kunt u terecht bij DLTC of bij TC De Beampipers.
Golf, ontspanning & lunch Wellicht hebt u zin om na de cursus Frans in Drachten of met uw Franstalige (zaken)relatie een balletje te slaan en/of gezellig een hapje te eten of iets te drinken? Dagnall Talen heeft voor u een golfbaan in de omgeving van Drachten gevonden voor een compleet middagje/dagje uit.
De nabijgelegen golfbaan voor Drachten is Golf & Country Club Lauswolt in Beesterzwaag. De adresgegevens van deze golfbaan zijn Van Harinxmaweg 8-A, 9244 CJ in Beetsterzwaag. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 0512-38 35 90. De website van Golf & Country Club Lauswolt is www.golfclublauswolt.nl.
Om iets te drinken of te eten kunt u terecht bij het restaurant van de golfclub.
De nabijgelegen golfbaan voor Drachten is Golf & Country Club Lauswolt in Beesterzwaag. De adresgegevens van deze golfbaan zijn Van Harinxmaweg 8-A, 9244 CJ in Beetsterzwaag. Het telefoonnummer van deze golfbaan is is 0512-38 35 90. De website van Golf & Country Club Lauswolt is www.golfclublauswolt.nl.
Om iets te drinken of te eten kunt u terecht bij het restaurant van de golfclub.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder staan promotiefilmpjes van Frankrijk en van Drachten die ook op Youtube te zien zijn.
Door direct op het Youtube logo in het midden van de afbeelding te klikken, wordt het filmpje afgespeeld.
Direct onder deze promotiefilmpjes zijn de locaties van Frankrijk alsook Drachten op Google Maps weergegeven. Als u kunt linksboven klikt, wordt de kaart in een nieuw venster groot weergeven.
Door direct op het Youtube logo in het midden van de afbeelding te klikken, wordt het filmpje afgespeeld.
Direct onder deze promotiefilmpjes zijn de locaties van Frankrijk alsook Drachten op Google Maps weergegeven. Als u kunt linksboven klikt, wordt de kaart in een nieuw venster groot weergeven.
Door linksonder op het vierkantje in de afbeelding te klikken, worden de satellietbeelden van Frankrijk alsook van Drachten op Google Earth weergegeven.
In- en uitzoomen op de kaartjes is mogelijk met de + en – knop rechtsonder.
Wat kennis van de streek van waar uw Franse zakenpartner zich bevindt, kan tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen altijd van pas komen.
In- en uitzoomen op de kaartjes is mogelijk met de + en – knop rechtsonder.
Wat kennis van de streek van waar uw Franse zakenpartner zich bevindt, kan tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen altijd van pas komen.
Promovideo Frankrijk
Promovideo Drachten
Google Maps Frankrijk
Google Maps Drachten
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Frankrijk
Frans nieuws en Drachtster nieuws
Hieronder ziet u het meest recente nieuws uit Frankrijk en Drachten van verschillende nieuwsbronnen.
Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands.
Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans.
Het derde blokje is Drachtster nieuws (in het Nederlands).
Het nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
Wanneer u communiceert of zakendoet met Fransen,
Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands.
Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans.
Het derde blokje is Drachtster nieuws (in het Nederlands).
Het nieuws wordt steeds live bijgewerkt.
Wanneer u communiceert of zakendoet met Fransen,
kan het handig en prettig zijn om een beetje op de hoogte te zijn van wat er in Frankrijk speelt.
Daarnaast is het leerzaam om Frans nieuws in het Frans te lezen.
U bent waarschijnlijk al op de hoogte van het dagelijkse nieuws, dus begrijpend lezen gaat relatief gemakkelijk en het verrijkt de Franse woordenschat met (actuele) Franse woorden, uitdrukkingen en termen.
Daarnaast is het leerzaam om Frans nieuws in het Frans te lezen.
U bent waarschijnlijk al op de hoogte van het dagelijkse nieuws, dus begrijpend lezen gaat relatief gemakkelijk en het verrijkt de Franse woordenschat met (actuele) Franse woorden, uitdrukkingen en termen.
Nieuws uit Frankrijk in het Nederlands
- Franse premier Barnier kondigt forse bezuinigingen en extra belastingen aan - NOS
- Nieuwe minister van Binnenlandse Zaken Frankrijk: eloquent en radicaal - de Volkskrant
- Frankrijk wil ook grenscontroles invoeren, kondigt premier aan - BNR Nieuws
- Opnieuw wordt moord door een buitenlandse dader in Frankrijk politiek - NRC
- Juliëtte (35) emigreerde naar Frankrijk: ’Ik mis toch echt de Nederlandse oude kaas’ - Telegraaf.nl
- Gestolen bestelwagen van schrijnwerker Joachim (22) na een week teruggevonden in Frankrijk: “Het werkmateriaal hebben ze waarschijnlijk meteen verkocht” - Het Laatste Nieuws
- Frankrijk baalt van Renault-nieuws: 'Zal een braindrain bij Alpine veroorzaken' - F1 Maximaal
- Telegram-baas Doerov wordt vervolgd in Frankrijk, mag land niet verlaten - NOS
- Nieuw tekortreductieplan Frankrijk realistischer, maar moet nog verder uitgewerkt worden, zeggen EU-functionarissen - Marketscreener NL
Nieuws uit Frankrijk in het Frans
- Guerre au Proche-Orient : la France déploie un navire militaire par "précaution" en cas d'évacuation au Liban - franceinfo
- EN BREF - Les principales annonces du discours de politique générale de Michel Barnier - TF1 INFO
- Fortes pluies et risques d’inondations ce mardi : désormais 13 départements en vigilance - actu.fr
- INFO OUEST-FRANCE. Lori Helloco contrôlé à 164 km/h et positif à la cocaïne : l’élu normand dément - Ouest-France
- Des vêtements retrouvés dans le "cimetière d'Emile Louis" : des analyses demandées pour trouver de l'ADN - France 3 Régions
- DIRECT. Discours de politique générale : les chefs de groupe à l'Assemblée nationale s'expriment à l'issue de l'intervention de Michel Barnier - franceinfo
- VIDEO. Guerre au Proche-Orient : dans le sud du Liban, les soldats français de la Finul en première ligne - franceinfo
- Dette publique : pourquoi la France emprunte-t-elle désormais à un taux plus élevé que l'Espagne ? - franceinfo
- Actualités météo: 2024 : année la plus pluvieuse du siècle en France ? 01/10/2024 - Meteo Paris
Nieuws uit Drachten
- Auto botst tegen boom in Drachten - Omrop Fryslân
- Ford Ka botst op boom in stromende regen - Waldnet
- Bestuurder klapt op boom in stromende regen in Drachten - 112 Fryslân
- Zwaargewonde man aangetroffen in Drachten; mogelijk slachtoffer steekincident - 112 Fryslân
- Zwaargewonde na mogelijk steekincident in Drachten - Waldnet
- Zwaargewonde man aangetroffen op Theo van Doesburgstraat in Drachten na mogelijke steekpartij - AD
- Project TurnOver van start in Drachten: 'Rugby kan vastgelopen jongeren helpen' - Leeuwarder Courant
- Landgraafs damtalent haalt zilver op NK in Drachten - ZO-NWS
- Jessica Oosterloo wint 8 van Drachten. Noordelijke atletiekwereld staat stil bij overleden Jan Kooistra - Nieuweooststellingwerver
Dagnall geeft cursussen in 24 talen
Cursus Engels
Cursus Duits
Cursus Spaans
Cursus Nederlands
Cursus Portugees
Cursus Italiaans
Cursus Deens
Cursus Zweeds
Cursus Noors
Cursus Fins
Cursus Russisch
Cursus Duits
Cursus Spaans
Cursus Nederlands
Cursus Portugees
Cursus Italiaans
Cursus Deens
Cursus Zweeds
Cursus Noors
Cursus Fins
Cursus Russisch
Cursus Pools
Cursus Tsjechisch
Cursus Slowaaks
Cursus Kroatisch
Cursus Hongaars
Cursus Roemeens
Cursus Bulgaars
Cursus Turks
Cursus Grieks
Cursus Hebreeuws
Cursus Chinees
Cursus Japans
Cursus Tsjechisch
Cursus Slowaaks
Cursus Kroatisch
Cursus Hongaars
Cursus Roemeens
Cursus Bulgaars
Cursus Turks
Cursus Grieks
Cursus Hebreeuws
Cursus Chinees
Cursus Japans
Taalcursussen in 24 talen
Dagnall Taleninstituut geeft onder andere maatwerk taaltrainingen Nederlands, Engels, Frans, Duits, Spaans en Portugees in Drachten.
Hierboven vindt u een overzicht van de 23 andere talen die wij naast Frans standaard aanbieden in Drachten.
Hierboven vindt u een overzicht van de 23 andere talen die wij naast Frans standaard aanbieden in Drachten.
U kunt uiteraard altijd contact opnemen voor een taalcursus in een taal die hier niet is vermeld.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Frans
Wist u dat?
Wist u dat Dagnall Talen eveneens vertalingen in Drachten en tolkdiensten verzorgt?
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
Dagnall Talen kan u dus van dienst zijn met
taalcursussen, vertalingen, tolkdiensten alsook het schrijven van teksten!
Ook de juiste route naar vertaaldiensten en tolkdiensten Frans
Daarom Dagnall!
toptrainersmaatwerk
door heel Nederland
ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk
Btw vrijgesteld
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten