Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en is een communicatiebasis die deuren voor u opent - met name in de professionele wereld. Bedrijven en organisaties die in de taalopleiding en taalkennis van hun werknemers investeren, hebben daarom ook een duidelijk voordeel en een voorsprong. Dagnall Talen is een taalaanbieder die u als scholingszoeker precies dat biedt: Effectieve taaltrainingen Frans op het hoogste niveau voor medewerkers en leidinggevenden in Den Haag en omgeving. Taaltraining Frans op maat, omdat uw organisatie of bedrijf welbespraakte medewerkers verdient.
Vakgebieden
Zakelijk, medisch of technisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal. Verschillende bedrijfstakken kennen een eigen taal en gebruiken eigen terminologie. Geef uw medewerkers een duidelijk concurrentievoordeel en een zelfverzekerde uitstraling, door middel van branchespecifieke taalkennis Frans van het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt opleidingzoekers taaltrainingen Frans in Den Haag aan in een brede waaier van vakgebieden.
Goed op weg
met
Dagnall Talen
Regus World Forum
Johan de Wittlaan 7
2517 JR DEN HAAG
070-2076707
Wij bieden onze taalcursussen Frans op maat aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als (intensieve) workshops en als doorlopende, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Iedereen kan bij Dagnall Taleninstituut Frans leren op precies de manier die het meest geschikt is voor hem of haar. Naast algemene taaltaaltrainingen Frans hebben organisaties met name interesse in de werkgerelateerde taaltrainingen zoals schrijfvaardigheid Frans of zakelijk Frans. Onze taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van de scholingszoekers. Dagnall Taleninstituut is een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om via gecertificeerde taaldocenten met uitstekende beoordelingen en recensies in Den Haag onbegrensd Frans te leren. Dagnall Talen leidt u snel en doelgericht naar het door u beoogde resultaat.
Filosofie Dagnall Talen
Het is onze filosofie om Frans te leren met gemak en plezier en zonder schroom. Dagnall Talen gaat daarom tot het uiterste om te zorgen dat cursisten de Franse taal moeiteloos en zonder remmingen leert. Frans leren moet leuk zijn en daarom werkt Dagnall Talen met methodes die het leren voor de cursist gemakkelijker en prettiger maken.
Met onze methodes wordt uw nieuwsgierigheid opgewekt en uw bereidheid om te leren, ondersteund. Met 15 minuten dagelijks oefenen, brengen we de cursist in grote stappen naar het gewenste niveau. Dagnall Talen is een partner voor iedereen die Frans wil leren in Den Haag.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Dagnall Taleninstituut stelt uw leerdoelen en wensen vast in overleg met u als opdrachtgever. U meldt de deelnemer(s) aan met hun contactgegevens. Dagnall Talen verzorgt een intake op locatie of, indien gewenst, online of telefonisch. Nadat het intakegesprek heeft plaatsgevonden, waarin op basis van het Europees Referentiekader (ERK) het huidige en gewenste niveau van de cursisten wordt vastgesteld, ontvangt u van ons een op maat gemaakt cursusvoorstel samen met een passende offerte. Nadat u akkoord op uw offerte hebt gegeven, stemmen wij de planning van de cursus af op uw situatie en uw agenda.
De docent evalueert na een aantal lessen Frans de inhoud en de voortgang van de cursus. Indien nodig, kunnen de doelstellingen worden bijgesteld. Na de laatste les sturen wij u een eindrapportage met een beschrijving van de door de cursisten behaalde resultaten. De deelnemers ontvangen tevens een certificaat van ons instituut.
Desgewenst wordt het (individuele) contact met de deelnemers door Dagnall verzorgd Het plannen van de intakegesprekken wordt door Dagnall in overleg met u en de individuele deelnemers gedaan De deelnemers ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht Frans van ons. Dit formulier en de schrijfopdracht dienen vóór de intakedatum te worden teruggestuurd Dagnall Talen verzorgt de intakegesprekken op locatie of eventueel op afstand. Het gesprek duurt ongeveer 30 minuten De indeling van de groep(en) worden aan de hand van niveaubepaling door Dagnall geadviseerd en in overleg vastgesteld De indeling van de cursisten geschiedt per taal en taalniveau U ontvangt altijd een offerte op maat van ons! Dagnall verzorgt de logistiek van het materiaal en cursusbenodigdheden Wij berekenen geen administratiekosten alsook geen extra toeslag voor avondlessen Dagnall garandeert en bewaakt de continuïteit van de planning en het lesprogramma Frans Dagnall Taleninstituut is flexibel en betrokken!
Dagnall Taleninstituut, Vertaalbureau, Tolkbureau en Tekstbureau verzorgt taaltraining Frans in Den Haag en wijde omtrek voor bedrijven, (semi)overheid en andere non-profitorganisaties sinds 1982. Onze kundige docenten Frans zijn specialist op hun gebied en hebben in het Westland in al deze jaren een flink aantal taaltrainingen voor bedrijven en (overheids)organisaties verzorgd.
Door de functiegerichte en werkplekgerichte werkwijze, levert Dagnall u betaalbare en effectieve taalcursussen Frans in Den Haag. Dagnall levert door de maatwerk-aanpak een hoog rendement. Daar kunt u op vertrouwen!
Betaalbaar maatwerk Frans in Den Haag sinds 1982
Taal op de werkvloer
Taal op de Werkvloer: draagvlak noodzakelijk! Een cursus (Frans) toegespitst op het verbeteren van de taalvaardigheid op de werkvloer is intussen bij veel bedrijven bekend. Mensen die geen of een beperkte beheersing van de Nederlandse taal of een andere voertaal ervaren een beperking op de werkvloer en willen sneller en/of beter op de werkvloer kunnen communiceren.
Zij willen in staat zijn om de werkinstructies op de werkplek goed te kunnen begrijpen en op kunnen volgen. De medewerkers willen graag met meer zelfvertrouwen het werk kunnen verrichten en natuurlijk hun ambitie op hun werkterrein verwezenlijken. Dit vergt een investering in werknemers en in de ontwikkeling van het bedrijf is daarom nodig.
Dagnall Talen verzorgt betaalbare maatwerk taalcursussen die de luister-, spreek-, schrijf- en leesvaardigheid op de werkvloer uitbreiden. Wij helpen en leren deelnemers hoe zij de lesstof in praktijk kunnen brengen op hun werk. Ons taleninstituut stemt de taallessen af op de wensen van de opdrachtgever en op het niveau van de deelnemer(s). Als aanvulling op de lessen, krijgen de cursisten gedurende de taalcursus regelmatig praktijkopdrachten, als ondersteuning van de voortgang van het leerproces en de effectiviteit van de training.
Hierdoor ontstaat een win-winsituatie! Dagnall Taleninstituut besteedt ook aandacht aan het minder belichte aspect van veel taalcursussen: de cursist staat al vaak alleen in zijn inspanningen om de taal te beheersen, om de gewoontes en cultuur van het nieuwe land en het bedrijf te begrijpen en om zijn of haar omgeving via taal uit te breiden. Dat vergt veel inzet en motivatie. De deelnemer heeft bovendien maar een aantal vaste contactmomenten per week met de taaltrainer. Dit is niet in elke situatie toereikend.
Onderscheidend
Dagnall onderscheidt zich door de aandacht te vestigen op het vergroten van het draagvlak voor de taalcursus Frans op de werkvloer. Ons instituut moedigt leidinggevenden en uitvoerenden binnen de werkkring van de organisatie aan om een continu proces van taalverwerving te creëren, door vanaf het begin zoveel mogelijk met de cursist te communiceren in de doeltaal. Door het belang van taal op de werkvloer voortdurend op deze manier te benadrukken, wordt de waarde van goede taalbeheersing gemeenschappelijk ervaren en voelen de deelnemers zich gestimuleerd en gewaardeerd in hun taalverwerving.
Vele wegen leiden van Den Haag naar Parijs
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Frans is niet alleen toegespitst op de behoefte van de cursist, klant, organisatie of werkgever, zoals een betere spreek- of schrijfvaardigheid. Een goede taalcursus (Frans) is ook afgestemd op de beste en meest geschikte, leermethode voor de cursist zelf. Een cursus Frans in Den Haag die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze vakkundige taaltrainers Frans zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van de Franse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen toepassen. Dat werkt wel zo prettig en het zorgt ervoor dat u veel waar voor uw geld krijgt. Het bekende hoge rendement van Dagnall Talen behalen onze taaltrainers door een mix van deze beproefde leermethode in combinatie met de focus op de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. U kunt bij Dagnall Talen voor cursussen terecht die gebaseerd zijn op maatwerktrainingen.
Dagnall Talen biedt groepscursussen van 3 tot 10 lerenden, duocursussen (2 lerenden), individuele cursussen, onlinecursussen, het eigen Dagnall online leerplatform voor (Dagnall.online) blended learning alsook een eigen App met woordenlijsten en jargon van de specifieke organisatie. Onze trainers maken veel gebruik van eigen lesmateriaal dat zij door de jaren heen hebben verzameld en gecreëerd en zij spelen voortdurend in op actuele ontwikkelingen en thema’s.
Een prettige manier van leren
Een voordeel is dat dit slimme maatwerk als een zeer plezierige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de taaltrainers Frans van Dagnall Talen in Den Haag. Onze, door de jaren heen verder ontwikkelde en verfijnde werkmethode is het gewaardeerde handelsmerk van Dagnall geworden. De cursussen zijn dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar zeer zeker ook afgestemd op de leermethode die het beste bij de cursisten zelf past.
Effectief Frans leren in Den Haag bij Dagnall Taleninstituut
Individuele cursussen en groepscursussen Frans
Franse lessen - individueel of in groepsverband
Dagnall biedt cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u als opleidingszoeker de gehele organisatie met een gerust hart uit handen kunt geven. Deze individuele cursussen en groepstaalcursussen biedt Dagnall Talentaleninstituut voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. We maken voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen gebruik van gevarieerde en moderne onderwijsmethoden om doelgericht te trainen en leersucces te garanderen. Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen vanzelfsprekend zowel op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Den Haag gegeven worden.
Maatwerk individuele en groepscursussen Frans in Den Haag
Maatwerkcursussen Frans
Wij bieden individuele cursussen Frans voor bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties alsook particulieren in Den Haag en omgeving. Een individuele cursus wordt ook wel één-op-één-cursus of privéles genoemd. De individuele taalcursussen van taleninstituut Dagnall zijn al vele jaren bekend voor het maatwerk, de persoonlijke aandacht en het hoogste rendement. Alle individuele cursussen Frans van Dagnall Talen zijn maatwerkcursussen en worden specifiek samengesteld voor, en afgestemd op, het taalniveau, de branche, de praktijksituatie en de leerstijl. De trainingen worden opgesteld om de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen te kunnen behalen.
Ons taleninstituut biedt groepscursussen Frans van 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (2 cursisten) aan bedrijven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren. De groepen worden zo klein mogelijk gehouden de deelnemers maximaal te kunnen ondersteunen en om de leereffectiviteit te maximaliseren. De groepscursussen van Dagnall Talen zijn ook maatwerkcursussen en worden afgestemd op, en specifiek samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de praktijksituatie en de leerstijl en de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te kunnen behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het belangrijkste voordeel van individuele taalcursussen Frans is het hoge rendement omdat in korte tijd veel informatie opgenomen wordt. Doordat de taalcursus intensief is, wordt meer vooruitgang geboekt en is het leertraject zo kort mogelijk. Flexibiliteit is nog een belangrijk voordeel van een individuele cursus. De cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de cursist en de inhoud van de cursus kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de eventuele aandachtsgebieden van de cursist. De leervordering is optimaal doordat eventuele begripsproblemen individueel behandeld kunnen worden. Een individuele is ook taalcursus ideaal af te stemmen op de agenda van de cursist waardoor het leerschema en het tijdmanagement optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Vooral de interactie met de andere cursisten Frans is het belangrijkste pluspunt van een groepscursus; het actieve gebruik van de doeltaal in de groep zoals door discussies en rollenspellen. De zogenaamde groepsdynamiek is een ander belangrijk pluspunt; het leren van elkaars fouten en in de doeltaal communiceren met elkaar. De hierdoor geboden afwisseling kunnen cursisten prettiger vinden. Doordat tegelijk meerdere medewerkers getraind worden en de groep op vrijwel hetzelfde kennisniveau komt, zijn groepscursussen daarnaast efficiënt . Ook zijn groepscursussen iets minder intensief (minder zwaar) voor cursisten dan individuele taalcursussen.
Minpunten individuele cursus
Bij een individuele cursus Frans kunnen discussies en rollenspellen alleen worden gevoerd en gedaan met de trainer. De geleerde kennis kan niet geoefend worden in een groep omdat er geen interactie is met andere cursisten. Ook is het niet mogelijk om van elkaars fouten te leren omdat er geen groepsdynamiek is. De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is ook behoorlijk intensief (zwaarder) voor de deelnemer.
Minpunten groepscursus
In een groepscursus is minder aandacht voor de individu en kunnen de cursisten wat eerder afgeleid zijn. Hierdoor is het rendement wat lager. Deels kan dit ondervangen worden door groepen iets kleiner te maken (minigroepen). Groepscursussen Frans kunnen ook minder goed op individuele leerstijlen van deelnemers worden afgestemd. Dat de planning minder goed op de agenda van de individuele deelnemers kan worden afgestemd, is een bijkomstig minpunt van groepscursussen.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Frans
Verschillende opties voor Franse les
Dagnall Taleninstituut verzorgt taalcursussen (Frans) voor zowel beginners, halfgevorderden als gevorderden. Niet iedereen kan een talencentrum bezoeken. Wij bieden daarom de taaltrainingen eveneens online en incompany aan. Bij Dagnall Talen volgt u een intensieve of semi-
intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Frans. Het combineren van deze trainingen is uiteraard ook mogelijk. Dagnall staat voor (betaalbaar) maatwerk!
De audiolinguale methode was reeds in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Door de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode ook wel bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan beschouwd worden als reactie op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de taallessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) werden gegeven. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuur worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is om vrijwel foutloos Frans te leren verstaan en spreken, wat begint bij een Franssprekende leren naspreken. Het middel hiertoe is herhaling; er wordt gewerkt met driloefeningen om Franse zinnen alsook structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch worden. De taaldocent Frans kan zo bijvoorbeeld een zin 10 keer herhalen en vervolgens een nieuw Frans woord of meerdere nieuwe Franse woorden hieraan toevoegen. Er wordt vaak gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waarbij studenten Frans een koptelefoon op hebben en zinnen beluisteren en naspreken. Geschreven Frans komt pas aan bod als het mondelinge Frans al vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
De methode werd in Nederland pas geïntroduceerd rond 1970 toen de Mammoetwet van kracht werd. Al snel kwamen er grote bezwaren tegen de inhoudsloze driloefeningen. Het kwam soms voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats daarvan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Nu was breed geaccepteerd dat het bij een taal (zoals Frans) leren niet gaat om het uit het hoofd leren van de (Franse) grammaticaregels, maar om het gebruik van de grammatica. De luistervaardigheid (Frans), waar de meeste docenten vóór 1970 geen aandacht aan schonken, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten Frans. Een juiste uitspraak Frans wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een snelle en efficiënte overdracht van kennis. De audiolinguale methode kan ook bij grote(re) groepen gebruikt worden.
Deze docentgestuurde kant heeft tegelijk een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng verlangd van de lerenden, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid dreigt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig zijn om te zetten in levend taalgebruik Frans.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren op een zodanige wijze dat deze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die worden herhaald na verloop van tijd. Deze Franse zinnen en woorden op de woordenlijst worden door de student hardop gelezen. Al deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar door blootstelling gaat dit automatisch. De lijst wordt telkens bijgewerkt; Franse woorden die zijn aangeleerd, gaan van de lijst af. Die Franse woorden die nog problemen opleveren, blijven op de lijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode stellen dat deze zinnen of woorden in het Frans spontaan terechtkomen in het langetermijngeheugen, iets dat door geheugenwetenschappers bestreden wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden wanneer deze kennis relevant en betekenisvol is voor de lerende. Deze GoldList-methode kan goed werken voor Franse woorden die relevant en betekenisvol zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij studenten die bij bijvoorbeeld Post-its® voordeel hebben als geheugensteun zou deze GoldList-methode goed kunnen werken. Omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven meewerkt en aangesproken wordt, werkt het met de hand schrijven effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een fotootje maken. Een minpunt van deze methode is het ontbreken van context. Taal bestaat uit uiteraard veel meer dan een verzameling losse woorden of zinnen. Daarnaast is deze methode bijzonder tijdrovend; er moeten steeds handgeschreven woordenlijsten worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method richt zich op een natuurlijke wijze van het verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De leermethode probeert het Frans aan te leren op de manier waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Op die wijze leert studenten onbewust ook de taalregels van het Frans. Alleen de Franse taal met een aantal visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Een stressvrije leeromgeving is het streven van de leermethode. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. Bij de deze methode wordt de taalproductie Frans niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en niet zo zeer op expliciete Frans grammatica en de correctie van vormfouten.
Als de student in het Frans wordt ondergedompeld, is de leermethode het meest effectief. Om te zorgen dat de student van de ervaringen kan genieten, dienen de activiteiten in het Frans stimulerend te zijn.
De Natural Method lijkt vrij veel op de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid tussen deze twee methoden is dat de Directe Methode meer nadruk legt op de praktijk en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak aangetoond dat onderdompeling zeer effectief is. Doordat de natuurlijke aanpak betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen, is de methode een populaire manier van lesgeven onder taaltrainers Frans. Er kleven ook nadelen aan de natuurlijke aanpak. De leermethode legt vooral nadruk op het impliciet leren van de Franse grammatica. Studenten zouden inderdaad leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van het Frans door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde voor een langere tijd.
Omdat bijna geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaten te merken zijn. Ook bereidt de methode lerenden niet per se op een bepaald Frans examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) ofwel ‘Structurele Aanpak’ is in de jaren 50 ontwikkeld door Charles Fries en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode van taalverwerving die als doel heeft om studenten vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de taal (bijvoorbeeld het Frans). De beheersing van deze structuren is volgens de SA effectiever dan het leren van woordenschat Frans. Het herkennen en kunnen toepassen van bepaalde Franse woordcombinaties en woordgroepen in de juiste woordvolgorde is waar het bij de methode om gaat. De vaste combinaties worden in betekenisvolle situaties middels visualisatie, dramatisering, handelingen en gezichtsuitdrukking aan lerenden gepresenteerd. De taalstructuren die het meest worden gebruikt, worden als eerste geleerd. Mondelinge vaardigheid Frans (luisteren en spreken) wordt hierbij in eerste instantie gebruikt; lezen en schrijven volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op vrij grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de studenten het Frans op een accurate wijze leren. De student krijgt inzicht in de Franse grammatica leert in welke situatie bepaalde Franse woorden of combinaties van woorden passend zijn of niet. De methode gebruikt alledaagse taal. De Structurele Aanpak kent ook keerzijden. De werkwijze is behoorlijk tijdverslindend en geeft niet direct succeservaringen. De eigen input van studenten is gelimiteerd; het is niet echt creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Communicatief taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, is in de jaren 60 van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie het uiteindelijke streven is bij het leren van een taal (zoals Frans).
Met behulp van de CLT-technieken leren de studenten het Frans in praktijk te brengen door de interactie met de taaldocent Frans en met elkaar. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven. Het Frans wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en docenten Frans dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Frans in diverse realistische situaties te oefenen. De Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij het communicatief taalonderwijs is de docent Frans echt een trainer, die de student helpt communiceren in het Frans.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair, mede omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Binnen het verenigde Europa was er een grotere behoefte aan het leren van vreemde talen door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Communicatief taalonderwijs heeft veel pluspunten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is functioneel en studentgericht. Doordat authentiek materiaal wordt gebruikt, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is een efficiënte methode. Deze methode is voor de student stimulerend, omdat hij of zij gauw succes ervaart. Foutjes maken mag; al doende wordt de vaardigheid geleerd en daarna geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de taaldocent en vereist een actieve deelname van de studenten. Afhankelijk van welke achtergrond zij hebben, is voor een aantal lerenden deze manier van een taal leren afwijkend of lastig. Communicatief taalonderwijs (CLT) (communicatief taalonderwijs) traint de taalvaardigheden; hierbij gaat het om de functie en in mindere mate om de vorm en de methode biedt dan ook geen echt samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was taalonderwijs vooral gericht op praktisch taalgebruik. Er word geleerd om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door Johann Valentin Meidinger; docent Frans en Italiaans uit Duitsland. Omstreeks 1783 ontwikkelde hij een methode waarbij de grammatica centraal stond. Meidinger wordt gezien als grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van de religie, cultuur en wetenschap was. Dit onderwijs in het Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en was geheel gericht op vertalen en grammatica. Dat werd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de studenten inzicht ontwikkelen. De lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk bij de Grammatica-vertaalmethode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten hebben de nadruk. De docenten dragen de kennis Frans over, de lerende memoriseert.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw waren er ook tegengeluiden te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot vrij recent een grote invloed op het talenonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training aan personen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Ook biedt de methode inzicht in de structuur van het Frans, vanwege de nadruk die gelegd wordt op de grammatica.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling kan worden toegepast. De leermethode staat ver van het dagelijks gebruik van het Frans af, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal gaat om literair taalgebruik. Bij het werken in groepen biedt deze methode geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de lerenden. De lerende is slechts toehoorder en uitvoerder.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (Engels: language immersion) wereldwijd toegepast, voornamelijk op de middelbare school waarbij een vak (bijvoorbeeld wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. Binnen Nederland is ‘onderdompeling’ bekend als de methode die wordt toegepast bij bijvoorbeeld onze collega’s van Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ genoemd. De leermethode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die taalles Frans gaven aan welgestelde vrouwen uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling behelst dat degenen die de taal (zoals het Frans) leren, vanaf het begin door de nieuwe taal is omgeven. Alle instructies vinden in de doeltaal (Frans) plaats; in het begin langzaam en met veel herhalingen en later op een meer natuurlijke manier. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Frans te spreken. De methode werkt met rollenspellen en simulaties. De omgeving op scholen die werken met onderdompeling, wordt veelal ingericht in de stijl van het Frans om een situatie te creëren alsof de lerenden in Frankrijk zijn. Lerenden oefenen één-op-één of in kleine groepen met Frans spreken. Daadwerkelijk naar Frankrijk reizen en daar bijvoorbeeld in een gastgezin verblijven, is een andere manier om onderdompeling te bereiken.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een zeer goede methode om vreemde talen te leren gezien. Hoofdzakelijk de mondelinge taalvaardigheid Frans kan met de methode van onderdompeling uitstekend worden ontwikkeld.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Omdat de leermethode vrij intensief is, is het grote voordeel dat met deze methode snel resultaat wordt geboekt. Omdat de student wordt erdoor omgeven, is de leermethode een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet wel in het Frans gaan communiceren. Feitelijk is de student 24 uur per dag Frans aan het leren. In een groep versterkt het samen oefenen de sociale interactie. De studenten ervaren dat als motiverend.
Een nadeel is dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Een ander nadeel van de methode kan zijn dat een dergelijke training Frans erg intensief is. Niet elke student heeft de conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om taal te leren die stamt uit de jaren 70 van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de docent (Frans) en studenten zijn daarvoor van essentiële betekenis. Hiervoor is de voorwaarde dat de studenten zich veilig voelen en ontspannen zijn. Om dit te kunnen bereiken, was een leslokaal met een rijopstelling ongeschikt. In de les zaten de studenten in comfortabele stoelen die in een halve cirkel waren geplaatst en in de les werd altijd muziek gespeeld. De leermethodiek zoals Lozanov die beoogde, bestond uit teksten voorlezen, terwijl op de achtergrond natuurgeluiden waren te horen of klassieke muziek werd gespeeld. Bij deze teksten waren lijsten met woorden alsook opmerkingen over de grammatica van de te leren taal (het Frans). Er werd met veel expressies in stem en gebaren voorgelezen. De studenten werden zo in de verleiding gebracht om te luisteren en ze konden de (Franse) woorden die nieuw waren, gemakkelijk begrijpen en opnemen. In de lessen was veel aandacht voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). Er werden rollenspellen gespeeld en er werden bijvoorbeeld ook (Franse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De leerleermethode was omstreden en de leerleermethode is in de vergetelheid geraakt. Een aantal elementen wordt nog steeds gebruikt, bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer, waardoor studenten minder last zullen krijgen van frustratie of faalangst. Voor een immigrant kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een ander pluspunt van de methodiek is dat de lerenden worden gestimuleerd om zich in te leven in de situatie en actief mee te doen, wat voor sommige mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijkertijd is dit voor sommige studenten een keerzijde, want niet elke student is hiertoe in staat. Ook kan muziek bij sommige studenten afleiden en verstorend zijn en niet stimulerend of ontspannend werken. Een andere zwakke kant is dat de verhouding taaldocent-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse taaldocent en de student is steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
In 1976 ontwikkelde de Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een taal te leren waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. De CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de taaltrainer fungeert als een counselor die de zinnen van de lerende parafraseert. De studenten beginnen een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal (Frans) nog niet voldoende machtig, dan spreken de studenten in de moedertaal. De taaldocent (Frans) geeft uitleg en vertaalt, waarna de lerenden de uitspraken van de docent zo nauwkeurig mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om nadien daarna te kunnen herbeluisteren.
De methode bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de wisselwerking tussen de lerenden als middel om te leren. Het zijn de lerenden zelf die het lesmateriaal bepalen middels betekenisvolle gesprekken. Een lesboek Frans wordt niet gebruikt.
Populariteit
Het slagen van de methode is sterk afhankelijk van de expertise van de docent-counselor. De taaltrainer dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn onderlegd. Deze taaltrainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Deze methode kan prima werken wanneer deze op de juiste wijze wordt toegepast. Voor grote klassen is Community Language Learning niet geschikt.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt de studenten veel autonomie. Studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken vaak zinvol. Niet alleen tijdens de lessen Frans, maar ook daarbuiten wordt de leergroep vaak heel hecht. Met CLL worden studenten zich een stuk bewuster van de groepsgenoten, de sterke en minder sterke punten en ze leren om te werken als team. Het bespreken van hun foutjes en het evalueren van de taalles Frans is heel leerzaam voor de studenten. Vaak blijven deze correcties in het geheugen gegrift en worden deel van de actieve woordenschat van de studenten.
Dat de trainer niet sturend is, ondanks dat een aantal studenten wel sturing nodig heeft, kan een nadeel zijn. Er wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de taallessen is daardoor lastig te meten. Een aantal lerenden wordt belemmerd in hun Frans spreken als zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo wordt geleerd hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans neemt in deze benadering een grotere plaats in dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht besteed maar ook aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er wordt veel ruimte geboden voor de lerende om zelf de Franse taal te ontdekken.
De taak van de taaldocent Frans is te zorgen voor voldoende input en het faciliteren van het leerproces van de lerende.
Populariteit
In de afgelopen dertig jaar zijn door de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis leerboeken aanmerkelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht aan woordenschat van de te leren taal geschonken die in zogenaamde chunks aangeboden wordt, in betekenisvolle brokjes. Een drastische wending in de wijze waarop talen worden onderwezen, waar Michael Lewis streefde, heeft echter niet plaatsgevonden.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren het Frans op een natuurlijke manier te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes van de taal) te werken; met ‘echte’ taal. Dit zorgt voor souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is het nadeel van de methode. Een aantal studenten heeft meer aan een taaldocent Frans die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator omdat deze studenten meer moeite hebben om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is in 1880 door de Franse leraar François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
Een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica van de doeltaal vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnetjes op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, beroep en wetenschap, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het betreft een soort eentalige methode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden heel snel in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Frans) leren denken.
Populariteit
François Gouin’s ideeën over het leren van een vreemde taal waren hun tijd ver vooruit. Ondanks de vrij ongebruikelijke aanpak, kon de seriemethode van Gouin enige een succes worden genoemd. Berlitz’ Directe Methode overschaduwde deze methode van Gouin echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Series method van François Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheid Frans sterk en zorgt voor het opbouwen van een sfeer in de taalles die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
François Gouin’s taalmethodiek biedt een levendige manier van lesgeven. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit type onderwijs Frans enthousiasme van de lerenden op. Leren werd tastbaar; dit was volledig nieuw. Franslerenden worden nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. de methode van François Gouin stimuleert de communicatieve competenties Frans van de studenten vrij intensief.
De seriemethode heeft echter als nadeel dat taal die iets subjectiever of abstracter is, wat moeilijk in één duidelijke ervaring is te vangen met beweging en expressie. De bewerkelijkheid voor de docent, die tenslotte een hele reeks aan series moet voorbereiden, is een ander nadeel van de leermethodiek. Als derde punt is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de doeltaal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te voeren. De studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is kennis van de (Franse) taal vereist. Om deze taken goed uit te voeren, is het nodig dat zij over taalregels en woordenschat beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals een boodschap doen, een e-mail schrijven, een drankje bestellen, met de klantenservice bellen of een krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot op de taak terugblikt. Studenten moeten samenwerken om de taken uit te kunnen voeren. De opdrachten dienen net boven het niveau van de student Frans te liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden van lerenden (met name lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende manier van werken, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun vaardigheid (Frans) te gaan gebruiken. Mits de taak goed aansluit bij de student, is Task-Based Language Teaching een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. De student komt op een natuurlijke, dagelijkse manier in contact met het Frans en leert op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Bovendien leren studenten om samen te werken. De studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en prettig.
Als nadeel kan gezien worden dat de communicatie het belangrijkst is en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor de studenten die niet zeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en taalkundige op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’) in 2000.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching (DLT) is geïnspireerd op ‘Dogme 95’. Dit was een beweging uit 1995 van een aantal filmmakers uit Denemarken onder wie Deense filmregisseur Lars von Trier. Bij het filmmaken, houden de deelnemers zich aan tien strenge regels (tien dogma’s). Deze tien regels behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’. Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet is belast door enig voorgedrukt materiaal. Het beginnen van echte conversaties die over praktische zaken gaan, is het doeleinde van de Dogme-methode. Hierbij draait het om communicatie als inspirator van het leren. Deze leermethode is daarom een communicatieve aanpak voor het onderwijs, die taalonderwijs wil bieden zonder leerboeken te gebruiken of overige lesmaterialen en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen trainer en studenten focust. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net zoals de Dogme-beweging in de film, 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat er weinig onderzoek naar het succes van Dogme is geweest, stelt Scott Thornbury dat de parallellen met het taakgericht leren van een vreemde taal (zoals Frans) suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding is vereist, is een positieve bijkomstigheid voor docenten Frans. De studenten zijn verantwoordelijk voor het eigen leerproces en dit kan erg motiverend werken. Zo zijn de taallessen Frans nooit voorspelbaar. Het zorgt voor spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Bijna elk onderwerp kan tijdens een les volgens de Dogme-benadering worden besproken. Studenten blijven zo alert en betrokken.
De studenten kunnen zich echter wel wat minder op hun gemak voelen als ze zo weinig door de taaldocent bij de hand worden genomen. Ook is niet elke trainer Frans voldoende flexibel voor deze manier van lesgeven. Dat de studenten zich vaak op een specifiek examen Frans moeten voorbereiden, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde stof in de les aan bod komt, kan een keerzijde van de methode zijn.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Frans). De primaire aanname van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het uiteindelijke doel om tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk) uit te groeien. GPA gebruikt daarom de benaming ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten’. De Growing Participator Approach (GPA) vertoont gelijkenissen met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode kent zes fasen van activiteiten. De lerende en een verzorger uit Frankrijk voeren de activiteiten uit. Begrijpen gaat boven produceren. De nadruk ligt op Franse woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de methode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase duurt om en nabij 150 uur en de deelnemer begint nu ook Frans te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Nu beginnen de deelnemer en de verzorger diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 van de leermethode beginnen de deelnemers zich op taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans te richten door middel van televisie, films, nieuws of literatuur. Ook het Frans dat is vereist voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans.
Populariteit
Omdat de methode van Thomson nog vrij nieuw is, is nog vrij weinig bekend over het succes van deze methode. Deelnemende studenten zijn enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
De GPA-methode biedt een duidelijke doorkijk op het proces van taalverwerving Frans. De zes afzonderlijke fasen van GPA bieden een duidelijk tijdsschema en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar eveneens van de omgeving en de lerende verwerft daarnaast een nieuw sociaal netwerk.
Dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk wat tijd te investeren, is een keerzijde van deze leermethode.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is in de vroege jaren 2000 bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Frans) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. De techniek werkt eenvoudig: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Het gaat in de eerste plaats om de klanken; de Franse tekst begrijpen is niet van belang. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak tot dit heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan met de opname Frans kan spreken. Na enige tijd gebruikt de student een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij heeft uitgesproken. Veel lesboeken zijn voor deze techniek geschikt, zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende tekst. De Franse audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de student te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ruwweg één pagina, zonder kunstmatige pauzes in te lassen en op natuurlijke snelheid. De aanbeveling van Argüelles is om te lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te zitten, omdat fysieke bewegingen de opname van de vreemde taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterken. Een andere grond is dat de student minder snel wordt afgeleid als hij of zij in beweging is, zodat het werken aan het Frans veel effectiever wordt.
Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Het simultaan spreken is bij Shadowing ook anders.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar de techniek van Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de Franse taal wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek kan worden toegepast in een groep van lerenden, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief leert. Het rendement is hoog.
Het nadeel van deze techniek is dat de lerende het soms wat saai kan vinden om dezelfde Franse tekst steeds te blijven herhalen. Het kiezen van de teksten is dus van groot belang.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Frans) te leren die uitgaat van het idee dat mensen met behulp van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid Frans is dus de basis, de spreekvaardigheid volgt pas daarna.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaldocent geeft op een begrijpelijke en vriendelijke manier taken, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de student doet na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de lerenden dat ze Frans spreken; in een later stadium geven de lerenden de taken. Taken die bekend zijn worden verder uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
TPR® appelleert de methode van aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Daardoor kost het minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren en volwassenen werken met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® biedt veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethodiek zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van het Frans. Zo kan de student stressvrij leren. In principe is TPR® voor alle doelgroepen bruikbaar, ongeacht welke achtergrond of leeftijd en kan de leermethode ook in wat grotere klassen worden ingezet. Het Frans wordt direct in het langetermijngeheugen opgeslagen.
Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten is uit te drukken, is het minpunt van TPR®. Dit is de reden dat de methode tot op een zeker taalniveau werkt en een andere methode nodig is als aanvulling. Ook is de methodiek niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën in het Frans uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging rond het jaar 1900 met nieuwe ideeën dat het leren zelfontdekkend en inductief zou moeten zijn. Overigens ging de Reformbeweging niet alleen over het leren van talen, maar ook over voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. De mensen streefden, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Binnen het taalonderwijs werd nu veel aandacht geschonken aan de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij de grammatica meer inductief werd aangeboden, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten door de studenten hieruit worden afgeleid. Er waren meer mondelinge oefeningen die meer aandacht voor de uitspraak (zoals het Frans) hadden. Het werd gestimuleerd de studenten veel in het Frans te laten spreken. Het was ook nieuw dat de taalles in het Frans gegeven werd. Tijdens de lessen werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) woordenschat werd aangeleerd aan de hand van plaatjes en voorbeelden. Studenten boden zelf abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Mede onder invloed van de oorlogen en crises verdween de golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw langzaam, om weer een andere vorm te krijgen in de jaren 60.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier van leren is, is het voordeel van de Directe Methode. Luisteren en spreken worden uitgebreid behandeld. Hierdoor krijgen de studenten zelfvertrouwen en vloeiendheid. Keerzijden heeft de Direct Methode echter ook. Voor schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze methode nauwelijks aandacht en voor lezen in de doeltaal ook relatief minder. Voor lerenden die meer meer gevorderd zijn in het Frans, biedt deze leermethode te weinig uitdagingen. Doordat deze leermethode uitgaat van een daadkrachtige inzet vanuit de studenten is de leermethode tevens niet erg bruikbaar voor langzaam lerende student.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is op hetzelfde principe gebaseerd als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om vreemde talen te leren, is de manier waarop een kind zijn moedertaal leert. Het leren van een vreemde taal (zoals Frans) moet veilig en gemakkelijk zijn. Om die reden wil Manesca niet met abstracte regels en woordenlijstjes met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode staat bekend als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De methode is gebaseerd op het werken met een groep studenten en een docent Frans, die maar één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en deze beweging worden vervolgens door de studenten na elkaar herhaald. Door deze herhaling onthouden de lerenden deze Franse woorden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. Stap voor stap vormen de woorden zinnen en variaties op deze Franse zinnen. In een latere fase wordt met leesteksten de Franse spelling aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds een aantal jaren later overgenomen en aangepast door de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Manesca is twee jaar na publicatie van zijn leermethode overleden. Het werk van Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder meer door Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode is de combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger kan worden onthouden. Wat daar ook aan bijdraagt, is het veelvuldige herhalen. Het feit dat dit wat saai kan zijn om dezelfde Franse woorden en zinnen steeds te herhalen, kan een keerzijde zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De autonomie van de lerende en diens actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de trainer Frans om de aandacht te trekken van de lerende, reacties te krijgen en de lerende aan te moedigen om fouten te verbeteren. Aan de uitspraak (Frans) wordt veel tijd besteed.
Gattegno, die wiskundige was, vond het essentieel om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Hij kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan als we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Het betoog van Caleb Gattegno was dat de taaldocenten niet zozeer naar kennisoverdracht dienen te streven, maar bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te kunnen leren.
Gekleurde staven die voor allerlei dingen kunnen worden gebruikt, zijn één van de hulpmiddelen die The Silent Way hierbij gebruikt. Ook maakt de methodiek gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van het Frans staat, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.
Populariteit
Gattegno’s ideeën zijn van invloed geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak, hoewel The Silent Way in de oorspronkelijke versie niet veel wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de methodiek van Caleb Gattegno is dat zijn methode niet-bedreigend is voor lerenden, die tenslotte als autonoom gezien worden. De docent Frans is in principe dienstbaar aan de lerende, niet andersom. Met The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke manier gestimuleerd. Meestal wordt de geleerde taalkennis goed verwerkt en onthouden door de taallerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De student ‘mogen’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Een nadeel van de leermethode kan zijn dat sommige lerenden wat meer begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorstaat. De studenten zouden gefrustreerd kunnen raken door het gebrek aan input van de taaltrainer Frans. De beperking van het werken met kleuren en grafieken is dat ‘het nieuwe’ er snel af gaat, waardoor het effect verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-techniek (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is natuurlijke taalverwerving: de nieuwe taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te bereiken, worden de lerenden blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input. Door de taaltrainer Frans wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn nooit te lang en interessant of humoristisch. De studenten ontspannen zich doordat deze verhalen gemakkelijk te begrijpen zijn. Zo worden Franse structuren en woorden van de nieuwe taal vrijwel ongemerkt in het langetermijngeheugen van de lerende opgeslagen. De lerenden worden door de docent op grammaticale verschijnselen van het Frans gewezen, zonder dat lerenden regels uit het hoofd leren.
De lerende zal na een poosje ‘vanzelf’ Frans beginnen te spreken en de Franse grammaticale structuur van de nieuwe taal gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hiervan is om samen met een groepje studenten een verhaal op te bouwen. De trainer Frans schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op het bord, met de Franse vertalingen erbij om vervolgens hier een verhaal van te maken samen met de studenten. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Frans, omdat dit zorgt voor input. Schrijven in het Frans volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPR Storytelling een geslaagde manier is om een taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden: de docent moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige manier om Frans te leren en de geleerde stof wordt goed onthouden. Omdat TPR Storytelling ook aan de creatieve intelligentie appelleert, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een plezierige methode en het is niet moeilijk om de focus te behouden. Voor de studenten werkt TPR Storytelling heel motiverend om zelf verhalen te verzinnen.
Dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaldocent vraagt, is een keerzijde.
De Rosetta Stone-leermethode is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met een tekst in twee talen die in Egypte werd gevonden, door middel waarvan de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen op de markt brengt. De eerste versie van deze methode is uitgebracht in 1996.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone zijn beschikbaar in meer dan dertig talen en ze zijn te volgen vanuit al deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve methode, die de manier imiteert waarop kinderen hun moedertaal leren. Dit houdt in ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers Frans en foto’s voor voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe woorden in de doeltaal (het Frans). De methode maakt gebruik van spraakherkenningsprogramma dat de Franse uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. Zo kan de lerende zijn of haar uitspraak van de nieuwe taal met de uitspraak van een moedertaalspreker Frans vergelijken. Door de voorbeeldstem wat langzamer te laten spreken en daarna veel na te spreken, kan uitspraakverbetering worden behaald.
Voor de schrijfvaardigheid Frans biedt de methode dictee-oefeningen. De software van de methode controleert de Franse spelling en grammatica en wijst op fouten, waarbij de mogelijkheid bestaat om de fouten van de studenten te verbeteren.
Het programma van Rosetta Stone biedt eveneens leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
De methode van Rosetta Stone wordt wereldwijd veelvuldig toegepast en niet door de minsten. Onder andere de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van de Rosetta Stone-methode. De Rosetta Stone-methode wordt in ons land door een aantal ministeries en diverse hogescholen en universiteiten, alsook door sommige internationale bedrijven toegepast.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is zeer makkelijk om te gebruiken en kan op ieder moment door de lerende worden ingezet. Welke onderdelen meer of minder aandacht nodig hebben, wordt door de lerenden zelf bepaald. Velen vinden het prettig om met de leermethode te werken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode voor onderwijsinstellingen een oplossing bieden. Dat er geen taaldocent is die studenten motiveert of wat extra’s kan bieden, is een keerzijde van de methode.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een computerprogramma om een nieuwe taal (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursus bestaat uit zinnetjes/dialoog die door lerenden worden nagesproken en worden herhaald. De Franse zinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursus is gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en wederom herhaling. De lessen van de cursus bieden een halfuur audio-opname met nieuwe vocabulaire en structuur. De grammaticale structuren van het Frans worden niet apart uitgelegd maar door middel van uitbreiding van, en variaties op, de aangeboden zinnen.
Pimsleur deed onderzoek naar het optimale interval waarmee geleerde informatie van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. Dit (gemiddelde) interval is verwerkt in de cursussen van Pimsleur.
Populariteit
Onder meer in de Verenigde Staten worden de Pimsleur cursussen gebruikt en de ervaringen lopen uiteen. In het algemeen zijn de lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Om de uitspraak te verbeteren werkt de Pimsleur-methode heel goed doordat de insprekers van de zinnen allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze op een normaal tempo Frans spreken.
Dat er niets uitgelegd wordt, is het minpunt van de methode. Een gebruiker leert geen bouwstenen van de Franse taal om zelf een zin te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnen doen die uit het hoofd worden geleerd.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet geheel verwonderlijk, door Michel Thomas (Poolse naam: Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden zoals Diana Ross, Barbra Streisand, Emma Thompson, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in de klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen van Michel Thomas zijn audiolessen (Frans), ingesproken door twee acteurs; een vrouwelijke acteur en een mannelijke acteur. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de stemacteurs gesteld wordt, is het de bedoeling dat de cursisten op pauze drukken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De lessen worden opgebouwd in kleine delen en Franse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Franse lesstof die al bekend is. De uitleg wordt steeds in de Engelse taal gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden gewezen tussen de Engelse taal en het Frans, als deze verbanden bestaan. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Bij de methodiek van Michel-Thomas wordt makkelijke lesstof eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de makkelijke stof door de student Frans begrepen en verworven is. Behalve Franse woorden en zinnen worden ook bouwstenen aangeleerd waarmee de lerenden zelf zinnen kunnen bouwen. Ook gebruikt de leermethode van flashcards waarmee gebruikers zelf hun woordenschat Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel mensen vinden de cursus plezierig werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Frans. Gebruikers die al wat verder zijn met de taal, vinden de cursussen soms minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De methode van Michel Thomas traint de uitspraak alsook de luistervaardigheid Frans op efficiënte wijze en is zeer toegankelijk. Dat de taalcursussen Frans niet in schrijfvaardigheid voorzien, kan als een keerzijde worden gezien. Een daadwerkelijke interactie is er ook niet doordat de leermethode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Het eerste boek van Assimil was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’ of ‘assimilatie’: ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat wel wat hooggegrepen voor een taalcursus (zoals Frans) is. De taalcursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek Frans en audio-CD’s alsook een USB-stick. De lerende besteedt ongeveer twintig minuten per dag aan de cursus.
De lessen bestaan uit verschillende Franse dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De Franse vertaling staat naast de dialoog, alsook grammaticale uitleg. Voor het oefenen van de uitspraak van het Frans, maakt Assimil gebruik van zinnen die zijn ingesproken door moedertaal (native) speakers en die de lerenden herhalen. De opbouw van de les is van receptief naar productief: tijdens de eerste les wordt nog geen taalproductie van de cursisten verwacht; dit komt pas na ongeveer vijftig lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij gewaardeerd. Ze zijn betaalbaar en er is een ruim aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de cursisten Frans in hun eigen tempo kunnen leren op het moment dat dit het beste uitkomt, is het voordeel van de Assimil-methode. De keerzijde hierbij is, wat voor alle computertaalcursussen geldt, dat de cursist is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen trainer Frans om de student te begeleiden of te motiveren.
De audiolinguale methode was reeds in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw ontwikkeld in Engeland en Amerika, onder andere door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Ten tijde van de Tweede Wereldoorlog werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten elementaire verbale communicatieve vaardigheden te leren. Door de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode ook wel bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kan beschouwd worden als reactie op de grammatica-vertaalmethode. Een nieuw verschijnsel was dat de taallessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) werden gegeven. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en (Franse) grammaticale structuur worden geleerd door middel van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is om vrijwel foutloos Frans te leren verstaan en spreken, wat begint bij een Franssprekende leren naspreken. Het middel hiertoe is herhaling; er wordt gewerkt met driloefeningen om Franse zinnen alsook structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en automatisch worden. De taaldocent Frans kan zo bijvoorbeeld een zin 10 keer herhalen en vervolgens een nieuw Frans woord of meerdere nieuwe Franse woorden hieraan toevoegen. Er wordt vaak gewerkt in de zogenaamde talenpractica, waarbij studenten Frans een koptelefoon op hebben en zinnen beluisteren en naspreken. Geschreven Frans komt pas aan bod als het mondelinge Frans al vertrouwd is. Er worden wel afbeeldingen gebruikt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
De methode werd in Nederland pas geïntroduceerd rond 1970 toen de Mammoetwet van kracht werd. Al snel kwamen er grote bezwaren tegen de inhoudsloze driloefeningen. Het kwam soms voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica al snel in onbruik raakten. In plaats daarvan werden de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk gemaakt. Leerboekenschrijvers wonnen weer aan populariteit en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch liet de audiolinguale methode sporen na. Nu was breed geaccepteerd dat het bij een taal (zoals Frans) leren niet gaat om het uit het hoofd leren van de (Franse) grammaticaregels, maar om het gebruik van de grammatica. De luistervaardigheid (Frans), waar de meeste docenten vóór 1970 geen aandacht aan schonken, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is effectief voor beginnende studenten Frans. Een juiste uitspraak Frans wordt aangeleerd van het begin. De audiolinguale methode is een docentgestuurde methode en en biedt daardoor een snelle en efficiënte overdracht van kennis. De audiolinguale methode kan ook bij grote(re) groepen gebruikt worden.
Deze docentgestuurde kant heeft tegelijk een keerzijde; er wordt geen eigen inbreng verlangd van de lerenden, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende motivatie en betrokkenheid dreigt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig zijn om te zetten in levend taalgebruik Frans.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkelde de GoldList Method (‘gouden lijst-methode’).
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
De GoldList Method is een methode om woorden of zinnen in een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren op een zodanige wijze dat deze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de lerende. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die worden herhaald na verloop van tijd. Deze Franse zinnen en woorden op de woordenlijst worden door de student hardop gelezen. Al deze woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, is niet de bedoeling, maar door blootstelling gaat dit automatisch. De lijst wordt telkens bijgewerkt; Franse woorden die zijn aangeleerd, gaan van de lijst af. Die Franse woorden die nog problemen opleveren, blijven op de lijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList-methode stellen dat deze zinnen of woorden in het Frans spontaan terechtkomen in het langetermijngeheugen, iets dat door geheugenwetenschappers bestreden wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt (taal)kennis in het algemeen onthouden wanneer deze kennis relevant en betekenisvol is voor de lerende. Deze GoldList-methode kan goed werken voor Franse woorden die relevant en betekenisvol zijn voor de lerende.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij studenten die bij bijvoorbeeld Post-its® voordeel hebben als geheugensteun zou deze GoldList-methode goed kunnen werken. Omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven meewerkt en aangesproken wordt, werkt het met de hand schrijven effectiever dan typen of, redelijk zinloos: een fotootje maken. Een minpunt van deze methode is het ontbreken van context. Taal bestaat uit uiteraard veel meer dan een verzameling losse woorden of zinnen. Daarnaast is deze methode bijzonder tijdrovend; er moeten steeds handgeschreven woordenlijsten worden aangemaakt.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook wel de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door Tracy Terrell en Stephen D. Krashen ontwikkeld in 1983.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method richt zich op een natuurlijke wijze van het verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De leermethode probeert het Frans aan te leren op de manier waarop mensen als kind hun moedertaal leerden spreken. Op die wijze leert studenten onbewust ook de taalregels van het Frans. Alleen de Franse taal met een aantal visuele hulpmiddelen wordt hiervoor gebruikt. Een stressvrije leeromgeving is het streven van de leermethode. Een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input wordt aan de studenten blootgesteld. Bij de deze methode wordt de taalproductie Frans niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en niet zo zeer op expliciete Frans grammatica en de correctie van vormfouten.
Als de student in het Frans wordt ondergedompeld, is de leermethode het meest effectief. Om te zorgen dat de student van de ervaringen kan genieten, dienen de activiteiten in het Frans stimulerend te zijn.
De Natural Method lijkt vrij veel op de Directe Methode. Beide methoden zijn gebaseerd op het idee van natuurlijke taalverwerving; het onderscheid tussen deze twee methoden is dat de Directe Methode meer nadruk legt op de praktijk en de Natural Method meer op blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het is vaak aangetoond dat onderdompeling zeer effectief is. Doordat de natuurlijke aanpak betrekkelijk eenvoudig is om te begrijpen, is de methode een populaire manier van lesgeven onder taaltrainers Frans. Er kleven ook nadelen aan de natuurlijke aanpak. De leermethode legt vooral nadruk op het impliciet leren van de Franse grammatica. Studenten zouden inderdaad leren om te communiceren, maar blijven steken in een wat gebrekkige, vereenvoudigde versie van het Frans door ontoereikende kennis van de grammatica.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Het wordt als prettig ervaren om op een natuurlijke manier een taal aan te leren. Lerenden wordt de kans geboden voor het opbouwen van een persoonlijke band met het Frans. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde voor een langere tijd.
Omdat bijna geen druk ligt op de taalproductie, kan het nadeel zijn dat het langer duurt voor er resultaten te merken zijn. Ook bereidt de methode lerenden niet per se op een bepaald Frans examen voor.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) ofwel ‘Structurele Aanpak’ is in de jaren 50 ontwikkeld door Charles Fries en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
De Structurele Aanpak is een methode van taalverwerving die als doel heeft om studenten vertrouwd te maken met de fonologische en grammaticale structuur van de taal (bijvoorbeeld het Frans). De beheersing van deze structuren is volgens de SA effectiever dan het leren van woordenschat Frans. Het herkennen en kunnen toepassen van bepaalde Franse woordcombinaties en woordgroepen in de juiste woordvolgorde is waar het bij de methode om gaat. De vaste combinaties worden in betekenisvolle situaties middels visualisatie, dramatisering, handelingen en gezichtsuitdrukking aan lerenden gepresenteerd. De taalstructuren die het meest worden gebruikt, worden als eerste geleerd. Mondelinge vaardigheid Frans (luisteren en spreken) wordt hierbij in eerste instantie gebruikt; lezen en schrijven volgen daaruit. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreken en schrijven), krijgt grammatica een grote plek. Andere benamingen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op vrij grote schaal gebruikt om Engelse les te geven in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Een structurele aanpak heeft als sterke kant dat de studenten het Frans op een accurate wijze leren. De student krijgt inzicht in de Franse grammatica leert in welke situatie bepaalde Franse woorden of combinaties van woorden passend zijn of niet. De methode gebruikt alledaagse taal. De Structurele Aanpak kent ook keerzijden. De werkwijze is behoorlijk tijdverslindend en geeft niet direct succeservaringen. De eigen input van studenten is gelimiteerd; het is niet echt creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Communicatief taalonderwijs (In het Engels: Communicative Language Teaching, afkorting: CLT), ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (In het Engels: Communicative Approach, afkorting: CA) genoemd, is in de jaren 60 van de vorige eeuw ontstaan onder invloed van ideeën van taalkundige Noam Chomsky, die de nadruk legde op competenties bij het leren van een taal. De Amerikaanse taalkundige Dell Hymes was in 1966 de grondlegger van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Communicatief talenonderwijs is gestoeld op de gedachte dat interactie het uiteindelijke streven is bij het leren van een taal (zoals Frans).
Met behulp van de CLT-technieken leren de studenten het Frans in praktijk te brengen door de interactie met de taaldocent Frans en met elkaar. Er wordt gebruikgemaakt van authentieke teksten in het Frans of ander materiaal uit de werksituatie en het dagelijks leven. Het Frans wordt zowel tijdens als buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en docenten Frans dragen onderwerpen aan buiten het gebied van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Frans in diverse realistische situaties te oefenen. De Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit betekent aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij het communicatief taalonderwijs is de docent Frans echt een trainer, die de student helpt communiceren in het Frans.
Populariteit
In de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd het communicatief taalonderwijs heel populair, mede omdat de traditionele taalonderwijsmethodes niet heel succesvol bleken. Binnen het verenigde Europa was er een grotere behoefte aan het leren van vreemde talen door middel van een methode die direct toepasbaar was.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
Communicatief taalonderwijs heeft veel pluspunten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; de methode is functioneel en studentgericht. Doordat authentiek materiaal wordt gebruikt, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is een efficiënte methode. Deze methode is voor de student stimulerend, omdat hij of zij gauw succes ervaart. Foutjes maken mag; al doende wordt de vaardigheid geleerd en daarna geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat er veel minder aandacht wordt geschonken voor grammatica, vocabulaire dat niet meteen toepasbaar is en uitspraak. De voorbereiding en planning vragen veel meer tijd van de taaldocent en vereist een actieve deelname van de studenten. Afhankelijk van welke achtergrond zij hebben, is voor een aantal lerenden deze manier van een taal leren afwijkend of lastig. Communicatief taalonderwijs (CLT) (communicatief taalonderwijs) traint de taalvaardigheden; hierbij gaat het om de functie en in mindere mate om de vorm en de methode biedt dan ook geen echt samenhangend geheel.
In de 18de en de 19de eeuw was taalonderwijs vooral gericht op praktisch taalgebruik. Er word geleerd om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden enzovoort na te spreken, uit het hoofd te leren en op te zeggen. Dit werd op een andere manier gedaan door Johann Valentin Meidinger; docent Frans en Italiaans uit Duitsland. Omstreeks 1783 ontwikkelde hij een methode waarbij de grammatica centraal stond. Meidinger wordt gezien als grondlegger van de grammatica-vertaalmethode (Engels: Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn, wat de taal van de religie, cultuur en wetenschap was. Dit onderwijs in het Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van klassieke schrijvers en was geheel gericht op vertalen en grammatica. Dat werd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak beschouwd. De Grammatica-/vertaalmethode gaat van de analyse uit van taalstructuren en taalvormen (van bijvoorbeeld Frans) waarbij de studenten inzicht ontwikkelen. De lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk bij de Grammatica-vertaalmethode. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten hebben de nadruk. De docenten dragen de kennis Frans over, de lerende memoriseert.
Populariteit
Al vanaf halverwege de negentiende eeuw waren er ook tegengeluiden te horen. Desondanks heeft de grammatica-/vertaalmethode tot vrij recent een grote invloed op het talenonderwijs gehad.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
De grammatica-/vertaalmethode is een aardige mentale training aan personen voor wie het een uitdaging is om dingen uit het hoofd te leren. Ook biedt de methode inzicht in de structuur van het Frans, vanwege de nadruk die gelegd wordt op de grammatica.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer nadelen dan voordelen. Het grootste nadeel is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de taal zelfs na jaren studie weinig mondeling kan worden toegepast. De leermethode staat ver van het dagelijks gebruik van het Frans af, ook in de context die wordt aangeboden, omdat het meestal gaat om literair taalgebruik. Bij het werken in groepen biedt deze methode geen mogelijkheid tot differentiatie of tot een eigen creatief proces bij de lerenden. De lerende is slechts toehoorder en uitvoerder.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (Engels: language immersion) wereldwijd toegepast, voornamelijk op de middelbare school waarbij een vak (bijvoorbeeld wiskunde) in de vreemde taal wordt onderwezen. Binnen Nederland is ‘onderdompeling’ bekend als de methode die wordt toegepast bij bijvoorbeeld onze collega’s van Taleninstituut Regina Coeli in Brabant, ook wel ‘de nonnen van Vught’ genoemd. De leermethode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die taalles Frans gaven aan welgestelde vrouwen uit Vught.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling behelst dat degenen die de taal (zoals het Frans) leren, vanaf het begin door de nieuwe taal is omgeven. Alle instructies vinden in de doeltaal (Frans) plaats; in het begin langzaam en met veel herhalingen en later op een meer natuurlijke manier. De studenten worden ook uitgedaagd vanaf het begin om in het Frans te spreken. De methode werkt met rollenspellen en simulaties. De omgeving op scholen die werken met onderdompeling, wordt veelal ingericht in de stijl van het Frans om een situatie te creëren alsof de lerenden in Frankrijk zijn. Lerenden oefenen één-op-één of in kleine groepen met Frans spreken. Daadwerkelijk naar Frankrijk reizen en daar bijvoorbeeld in een gastgezin verblijven, is een andere manier om onderdompeling te bereiken.
Populariteit
Onderdompeling wordt als een zeer goede methode om vreemde talen te leren gezien. Hoofdzakelijk de mondelinge taalvaardigheid Frans kan met de methode van onderdompeling uitstekend worden ontwikkeld.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Omdat de leermethode vrij intensief is, is het grote voordeel dat met deze methode snel resultaat wordt geboekt. Omdat de student wordt erdoor omgeven, is de leermethode een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet wel in het Frans gaan communiceren. Feitelijk is de student 24 uur per dag Frans aan het leren. In een groep versterkt het samen oefenen de sociale interactie. De studenten ervaren dat als motiverend.
Een nadeel is dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden. Als iemand in een korte tijd Frans leert, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer tot de orde van de dag overgaat, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel weer wegzakt. Een ander nadeel van de methode kan zijn dat een dergelijke training Frans erg intensief is. Niet elke student heeft de conditie om deze wijze van leren vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om taal te leren die stamt uit de jaren 70 van de vorige eeuw. Suggestopedia is ontwikkeld door de Bulgaarse wetenschapper en psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Suggestopedie is gebaseerd op de kracht van de suggestie. Lozanov was van mening dat positieve suggestie een voorwaarde is om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de docent (Frans) en studenten zijn daarvoor van essentiële betekenis. Hiervoor is de voorwaarde dat de studenten zich veilig voelen en ontspannen zijn. Om dit te kunnen bereiken, was een leslokaal met een rijopstelling ongeschikt. In de les zaten de studenten in comfortabele stoelen die in een halve cirkel waren geplaatst en in de les werd altijd muziek gespeeld. De leermethodiek zoals Lozanov die beoogde, bestond uit teksten voorlezen, terwijl op de achtergrond natuurgeluiden waren te horen of klassieke muziek werd gespeeld. Bij deze teksten waren lijsten met woorden alsook opmerkingen over de grammatica van de te leren taal (het Frans). Er werd met veel expressies in stem en gebaren voorgelezen. De studenten werden zo in de verleiding gebracht om te luisteren en ze konden de (Franse) woorden die nieuw waren, gemakkelijk begrijpen en opnemen. In de lessen was veel aandacht voor cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). Er werden rollenspellen gespeeld en er werden bijvoorbeeld ook (Franse) streekgerechten bereid en geproefd.
Populariteit
De leerleermethode was omstreden en de leerleermethode is in de vergetelheid geraakt. Een aantal elementen wordt nog steeds gebruikt, bijvoorbeeld het gebruiken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedie zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer, waardoor studenten minder last zullen krijgen van frustratie of faalangst. Voor een immigrant kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt aan betere leerprestaties bij. Een ander pluspunt van de methodiek is dat de lerenden worden gestimuleerd om zich in te leven in de situatie en actief mee te doen, wat voor sommige mensen een nieuwe ervaring is. Tegelijkertijd is dit voor sommige studenten een keerzijde, want niet elke student is hiertoe in staat. Ook kan muziek bij sommige studenten afleiden en verstorend zijn en niet stimulerend of ontspannend werken. Een andere zwakke kant is dat de verhouding taaldocent-student niet echt gelijkwaardig is; alle input komt van de kant van de Franse taaldocent en de student is steeds de ontvangende partij.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
In 1976 ontwikkelde de Amerikaanse priester en psycholoog Charles Curran Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) geheten.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
Community Language Learning is een methode om een taal te leren waarbij de lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de vreemde taal zij willen leren. De CLL methode is op de counseling-benadering gebaseerd waarbij de taaltrainer fungeert als een counselor die de zinnen van de lerende parafraseert. De studenten beginnen een gesprek. Zijn de studenten de doeltaal (Frans) nog niet voldoende machtig, dan spreken de studenten in de moedertaal. De taaldocent (Frans) geeft uitleg en vertaalt, waarna de lerenden de uitspraken van de docent zo nauwkeurig mogelijk herhalen. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om nadien daarna te kunnen herbeluisteren.
De methode bevordert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en ziet de wisselwerking tussen de lerenden als middel om te leren. Het zijn de lerenden zelf die het lesmateriaal bepalen middels betekenisvolle gesprekken. Een lesboek Frans wordt niet gebruikt.
Populariteit
Het slagen van de methode is sterk afhankelijk van de expertise van de docent-counselor. De taaltrainer dient naast sociaal-cultureel kundig eveneens taalkundig te zijn onderlegd. Deze taaltrainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de student zeer goed te beheersen om de taaluitingen van de student te kunnen vertalen. Deze methode kan prima werken wanneer deze op de juiste wijze wordt toegepast. Voor grote klassen is Community Language Learning niet geschikt.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
Deze methode biedt de studenten veel autonomie. Studenten vinden het analyseren van eigen gesprekken vaak zinvol. Niet alleen tijdens de lessen Frans, maar ook daarbuiten wordt de leergroep vaak heel hecht. Met CLL worden studenten zich een stuk bewuster van de groepsgenoten, de sterke en minder sterke punten en ze leren om te werken als team. Het bespreken van hun foutjes en het evalueren van de taalles Frans is heel leerzaam voor de studenten. Vaak blijven deze correcties in het geheugen gegrift en worden deel van de actieve woordenschat van de studenten.
Dat de trainer niet sturend is, ondanks dat een aantal studenten wel sturing nodig heeft, kan een nadeel zijn. Er wordt geen gebruikgemaakt van een lesboek en er worden geen toetsen Frans afgenomen. Het succes van de taallessen is daardoor lastig te meten. Een aantal lerenden wordt belemmerd in hun Frans spreken als zij worden opgenomen.
De Lexicografische benadering (Engels: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren die door Michael Lewis is ontwikkeld in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De lexicografische benadering gaat uit van het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’. Dit zijn brokjes taal die bestaan uit (Franse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen. Studenten verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Zo wordt geleerd hoe het Frans ‘in het echt’ wordt gebruikt. Woordenschat Frans neemt in deze benadering een grotere plaats in dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Aan interactie wordt aandacht besteed maar ook aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de lerende (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Er wordt veel ruimte geboden voor de lerende om zelf de Franse taal te ontdekken.
De taak van de taaldocent Frans is te zorgen voor voldoende input en het faciliteren van het leerproces van de lerende.
Populariteit
In de afgelopen dertig jaar zijn door de ideeën over taal van (onder andere) Michael Lewis leerboeken aanmerkelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht aan woordenschat van de te leren taal geschonken die in zogenaamde chunks aangeboden wordt, in betekenisvolle brokjes. Een drastische wending in de wijze waarop talen worden onderwezen, waar Michael Lewis streefde, heeft echter niet plaatsgevonden.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
De studenten leren het Frans op een natuurlijke manier te gebruiken door met ‘chunks’ (brokjes van de taal) te werken; met ‘echte’ taal. Dit zorgt voor souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer afwijkt van de geleerde taalsituaties, is het nadeel van de methode. Een aantal studenten heeft meer aan een taaldocent Frans die hen de weg wijst, dan aan een docent taal-facilitator omdat deze studenten meer moeite hebben om de patronen van het Frans zelf te leren herkennen.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ (Frans: La Méthode naturelle) is in 1880 door de Franse leraar François Gouin ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
Een serie van verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en weinig kennis van grammatica van de doeltaal vereisen, is het uitgangspunt van de seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin. Studenten leren zinnetjes op basis van een actie, zoals het verlaten van een huis in de volgorde waarin deze zou worden uitgevoerd. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als de mens in de samenleving, het leven in de natuur, beroep en wetenschap, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectief, subjectief en figuurlijk gebruik van de taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het betreft een soort eentalige methode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden heel snel in de nieuwe taal (bijvoorbeeld het Frans) leren denken.
Populariteit
François Gouin’s ideeën over het leren van een vreemde taal waren hun tijd ver vooruit. Ondanks de vrij ongebruikelijke aanpak, kon de seriemethode van Gouin enige een succes worden genoemd. Berlitz’ Directe Methode overschaduwde deze methode van Gouin echter.
Voor- en nadelen van de Series Method
De Series method van François Gouin ontwikkelt de mondelinge vaardigheid Frans sterk en zorgt voor het opbouwen van een sfeer in de taalles die harmonieus, natuurlijk en gelijkwaardig is.
François Gouin’s taalmethodiek biedt een levendige manier van lesgeven. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visuele leermiddelen, bijvoorbeeld afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit type onderwijs Frans enthousiasme van de lerenden op. Leren werd tastbaar; dit was volledig nieuw. Franslerenden worden nieuwsgierig, wat goed werkt om het leergeheugen te ontwikkelen, druk om te presteren te verlagen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. de methode van François Gouin stimuleert de communicatieve competenties Frans van de studenten vrij intensief.
De seriemethode heeft echter als nadeel dat taal die iets subjectiever of abstracter is, wat moeilijk in één duidelijke ervaring is te vangen met beweging en expressie. De bewerkelijkheid voor de docent, die tenslotte een hele reeks aan series moet voorbereiden, is een ander nadeel van de leermethodiek. Als derde punt is de Gouin-seriemethode vooral gericht op het mondelinge taalgebruik, terwijl het reguliere onderwijssysteem nog veelal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheid toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Task-Based Language Teaching (Taakgericht taalonderwijs) is ontwikkeld in de jaren 80 van de vorige eeuw. De grondleggers waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael Hugh Long en Graham Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie erachter is dat het verwerven van de doeltaal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een methode om bepaalde taken uit te voeren. De studenten krijgen motiverende taken aangeboden. Hiervoor is kennis van de (Franse) taal vereist. Om deze taken goed uit te voeren, is het nodig dat zij over taalregels en woordenschat beschikken. Deze taken zijn zaken uit het dagelijks leven, zoals een boodschap doen, een e-mail schrijven, een drankje bestellen, met de klantenservice bellen of een krant lezen. De opdracht wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de student zich eerst op de taak voorbereidt, vervolgens de taak uitvoert en tot slot op de taak terugblikt. Studenten moeten samenwerken om de taken uit te kunnen voeren. De opdrachten dienen net boven het niveau van de student Frans te liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf het begin van de jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn om de taalvaardigheden van lerenden (met name lerenden in een achterstandspositie) te verhogen in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Taakgericht taalonderwijs (Frans) heeft duidelijke voordelen. Het taakgericht taalonderwijs is een activerende manier van werken, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun vaardigheid (Frans) te gaan gebruiken. Mits de taak goed aansluit bij de student, is Task-Based Language Teaching een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. De student komt op een natuurlijke, dagelijkse manier in contact met het Frans en leert op deze manier authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen. Bovendien leren studenten om samen te werken. De studenten ervaren taakgericht taalonderwijs als motiverend en prettig.
Als nadeel kan gezien worden dat de communicatie het belangrijkst is en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor de studenten die niet zeer precies leren.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; een Nieuw-Zeelandse docententrainer en taalkundige op het gebied van taalonderwijs Engels ontwikkelde Dogme Language Teaching/Dogme ELT (de ‘Dogmabenadering’) in 2000.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
Dogme Language Teaching (DLT) is geïnspireerd op ‘Dogme 95’. Dit was een beweging uit 1995 van een aantal filmmakers uit Denemarken onder wie Deense filmregisseur Lars von Trier. Bij het filmmaken, houden de deelnemers zich aan tien strenge regels (tien dogma’s). Deze tien regels behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’. Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet is belast door enig voorgedrukt materiaal. Het beginnen van echte conversaties die over praktische zaken gaan, is het doeleinde van de Dogme-methode. Hierbij draait het om communicatie als inspirator van het leren. Deze leermethode is daarom een communicatieve aanpak voor het onderwijs, die taalonderwijs wil bieden zonder leerboeken te gebruiken of overige lesmaterialen en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen trainer en studenten focust. Het Dogme-taalonderwijs heeft, net zoals de Dogme-beweging in de film, 10 dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat er weinig onderzoek naar het succes van Dogme is geweest, stelt Scott Thornbury dat de parallellen met het taakgericht leren van een vreemde taal (zoals Frans) suggereren dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding is vereist, is een positieve bijkomstigheid voor docenten Frans. De studenten zijn verantwoordelijk voor het eigen leerproces en dit kan erg motiverend werken. Zo zijn de taallessen Frans nooit voorspelbaar. Het zorgt voor spontane communicatie en verveling krijgt geen kans. Bijna elk onderwerp kan tijdens een les volgens de Dogme-benadering worden besproken. Studenten blijven zo alert en betrokken.
De studenten kunnen zich echter wel wat minder op hun gemak voelen als ze zo weinig door de taaldocent bij de hand worden genomen. Ook is niet elke trainer Frans voldoende flexibel voor deze manier van lesgeven. Dat de studenten zich vaak op een specifiek examen Frans moeten voorbereiden, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde stof in de les aan bod komt, kan een keerzijde van de methode zijn.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is ontwikkeld in 2007 door Language consultants Angela en Greg Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-methode geldt als een alternatieve kijk op het verwerven van een nieuwe taal (zoals het Frans). De primaire aanname van deze leermethode is dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien. Bij GPA gaat het om veel meer dan alleen het leren van het Frans; het uiteindelijke doel om tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk) uit te groeien. GPA gebruikt daarom de benaming ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘docenten’. De Growing Participator Approach (GPA) vertoont gelijkenissen met, en is ook deels gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode kent zes fasen van activiteiten. De lerende en een verzorger uit Frankrijk voeren de activiteiten uit. Begrijpen gaat boven produceren. De nadruk ligt op Franse woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de methode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze duurt ruwweg 100 uur. In fase 1 concentreert de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 is de zogenaamde ‘verhaalopbouwfase’. Deze fase duurt om en nabij 150 uur en de deelnemer begint nu ook Frans te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op ‘gedeelde verhalen’. Dit zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen gedeeld worden en verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de leermethode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. Nu beginnen de deelnemer en de verzorger diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 van de leermethode beginnen de deelnemers zich op taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans te richten door middel van televisie, films, nieuws of literatuur. Ook het Frans dat is vereist voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de methode is de ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om de groei buiten de formele taalsessies Frans.
Populariteit
Omdat de methode van Thomson nog vrij nieuw is, is nog vrij weinig bekend over het succes van deze methode. Deelnemende studenten zijn enthousiast over de methode.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
De GPA-methode biedt een duidelijke doorkijk op het proces van taalverwerving Frans. De zes afzonderlijke fasen van GPA bieden een duidelijk tijdsschema en haalbare doelen. Er wordt door de lerende niet alleen kennis van de Franse taal verworven, maar eveneens van de omgeving en de lerende verwerft daarnaast een nieuw sociaal netwerk.
Dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ gevonden moet worden die bereid is om behoorlijk wat tijd te investeren, is een keerzijde van deze leermethode.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is in de vroege jaren 2000 bedacht door de Amerikaanse taalkundige en polyglot Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die taallerenden zelfstandig kunnen toepassen voor het verbeteren van de uitspraak en de intonatie (Frans) en het verwerven van vloeiendheid in het spreken. De techniek werkt eenvoudig: de lerende luistert naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhaalt wat hij of zij hoort. Het gaat in de eerste plaats om de klanken; de Franse tekst begrijpen is niet van belang. Luisteren en herhalen oefent men net zo vaak tot dit heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan met de opname Frans kan spreken. Na enige tijd gebruikt de student een transcript om te kunnen lezen (en te begrijpen) wat hij of zij heeft uitgesproken. Veel lesboeken zijn voor deze techniek geschikt, zolang er maar dialogen in staan of stukken samenhangende tekst. De Franse audio-opname dient ideaal bezien iets boven het niveau van de student te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ruwweg één pagina, zonder kunstmatige pauzes in te lassen en op natuurlijke snelheid. De aanbeveling van Argüelles is om te lopen tijdens het spreken, liefst buiten, en niet te zitten, omdat fysieke bewegingen de opname van de vreemde taal (het Frans) in het zenuwstelsel versterken. Een andere grond is dat de student minder snel wordt afgeleid als hij of zij in beweging is, zodat het werken aan het Frans veel effectiever wordt.
Shadowing vertoont veel overeenkomsten met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat de audiolinguale methode gebruikmaakte van grammaticale drills in plaats van dialogen of samenhangende tekst. Het simultaan spreken is bij Shadowing ook anders.
Populariteit
De afgelopen jaren is veel onderzoek naar de techniek van Shadowing gedaan waaruit blijkt dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van de Franse taal wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch voordeel dat de methodiek kan worden toegepast in een groep van lerenden, waarbij iedere deelnemer in de groep individueel actief leert. Het rendement is hoog.
Het nadeel van deze techniek is dat de lerende het soms wat saai kan vinden om dezelfde Franse tekst steeds te blijven herhalen. Het kiezen van de teksten is dus van groot belang.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde taal (zoals Frans) te leren die uitgaat van het idee dat mensen met behulp van handelingen en beweging leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals kinderen hun moedertaal leren. Ouders geven voortdurend opdrachten aan hun jonge kinderen en belonen hen als ze deze opdrachten uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat de kinderen begrijpen wat de ouders zeggen, de kinderen gaan in een later stadium verbaal reageren. De luistervaardigheid Frans is dus de basis, de spreekvaardigheid volgt pas daarna.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaldocent geeft op een begrijpelijke en vriendelijke manier taken, bijvoorbeeld: “pak het boek” en doet de taken zelf voor; de student doet na. Aanvankelijk wordt nog niet verwacht van de lerenden dat ze Frans spreken; in een later stadium geven de lerenden de taken. Taken die bekend zijn worden verder uitgebreid of gedeeltelijk veranderd.
TPR® appelleert de methode van aan beide hersenhelften door de combinatie van bewegingen en spraak. Daardoor kost het minder moeite om dingen te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt met name binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engels op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren en volwassenen werken met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® biedt veel voordelen. Doordat de lerende veel begrijpelijke input krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. De leermethodiek zorgt voor een snelle succeservaring. Dit bevordert het plezier in het leren van het Frans. Zo kan de student stressvrij leren. In principe is TPR® voor alle doelgroepen bruikbaar, ongeacht welke achtergrond of leeftijd en kan de leermethode ook in wat grotere klassen worden ingezet. Het Frans wordt direct in het langetermijngeheugen opgeslagen.
Het feit dat niet elke taaluiting in TPR®-opdrachten is uit te drukken, is het minpunt van TPR®. Dit is de reden dat de methode tot op een zeker taalniveau werkt en een andere methode nodig is als aanvulling. Ook is de methodiek niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën in het Frans uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
Eind jaren 80 van de negentiende eeuw bedacht de Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz (geboren als David Berlizheimer) de Directe Methode. Deze methode wordt ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De methode is als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode ontwikkeld.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging rond het jaar 1900 met nieuwe ideeën dat het leren zelfontdekkend en inductief zou moeten zijn. Overigens ging de Reformbeweging niet alleen over het leren van talen, maar ook over voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. De mensen streefden, net zoals in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond het jaar 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en een bevrijding van keurslijven. Binnen het taalonderwijs werd nu veel aandacht geschonken aan de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij de grammatica meer inductief werd aangeboden, met behulp van voorbeeldzinnen. De taalregels moesten door de studenten hieruit worden afgeleid. Er waren meer mondelinge oefeningen die meer aandacht voor de uitspraak (zoals het Frans) hadden. Het werd gestimuleerd de studenten veel in het Frans te laten spreken. Het was ook nieuw dat de taalles in het Frans gegeven werd. Tijdens de lessen werd nadrukkelijk niet vertaald. De (Franse) woordenschat werd aangeleerd aan de hand van plaatjes en voorbeelden. Studenten boden zelf abstracte vocabulaire aan voor het associëren van ideeën.
Populariteit
Mede onder invloed van de oorlogen en crises verdween de golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw langzaam, om weer een andere vorm te krijgen in de jaren 60.
Met (een moderne vorm van) de Directe Methode wordt nog steeds gewerkt door taleninstituten als Berlitz en Interlingua.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier van leren is, is het voordeel van de Directe Methode. Luisteren en spreken worden uitgebreid behandeld. Hierdoor krijgen de studenten zelfvertrouwen en vloeiendheid. Keerzijden heeft de Direct Methode echter ook. Voor schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze methode nauwelijks aandacht en voor lezen in de doeltaal ook relatief minder. Voor lerenden die meer meer gevorderd zijn in het Frans, biedt deze leermethode te weinig uitdagingen. Doordat deze leermethode uitgaat van een daadkrachtige inzet vanuit de studenten is de leermethode tevens niet erg bruikbaar voor langzaam lerende student.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
Jean Manesca publiceerde in 1835 An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 ging An oral system of teaching living languages in herdruk.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode is op hetzelfde principe gebaseerd als de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’): de beste manier om vreemde talen te leren, is de manier waarop een kind zijn moedertaal leert. Het leren van een vreemde taal (zoals Frans) moet veilig en gemakkelijk zijn. Om die reden wil Manesca niet met abstracte regels en woordenlijstjes met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode staat bekend als de oudste, bekende, volledige taalcursus. De methode is gebaseerd op het werken met een groep studenten en een docent Frans, die maar één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en deze beweging worden vervolgens door de studenten na elkaar herhaald. Door deze herhaling onthouden de lerenden deze Franse woorden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. Stap voor stap vormen de woorden zinnen en variaties op deze Franse zinnen. In een latere fase wordt met leesteksten de Franse spelling aangeboden.
De methode van Jean Manesca is reeds een aantal jaren later overgenomen en aangepast door de Duitse grammaticaschrijver en taaldocent Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Manesca is twee jaar na publicatie van zijn leermethode overleden. Het werk van Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder meer door Ollendorff. Veel van zijn ideeën zijn nog actueel en worden nog steeds toegepast in het moderne vreemdetalenonderwijs.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode is de combinatie van spreken en bewegen, waardoor het fysieke geheugen wordt aangesproken en de geleerde stof gemakkelijker en langduriger kan worden onthouden. Wat daar ook aan bijdraagt, is het veelvuldige herhalen. Het feit dat dit wat saai kan zijn om dezelfde Franse woorden en zinnen steeds te herhalen, kan een keerzijde zijn.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in het jaar 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
The Silent Way is een manier om vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De autonomie van de lerende en diens actieve deelname is het uitgangspunt van de methode van Caleb Gattegno.
Een combinatie van gebaren en stilte wordt gebruikt door de trainer Frans om de aandacht te trekken van de lerende, reacties te krijgen en de lerende aan te moedigen om fouten te verbeteren. Aan de uitspraak (Frans) wordt veel tijd besteed.
Gattegno, die wiskundige was, vond het essentieel om onderwijs te geven op een wijze die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Hij kwam erachter dat het relatief weinig energie kost om een auditief of visueel beeld te onthouden, veel minder energie dan als we proberen om dingen uit het hoofd te leren. Het betoog van Caleb Gattegno was dat de taaldocenten niet zozeer naar kennisoverdracht dienen te streven, maar bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te kunnen leren.
Gekleurde staven die voor allerlei dingen kunnen worden gebruikt, zijn één van de hulpmiddelen die The Silent Way hierbij gebruikt. Ook maakt de methodiek gebruik van Words in Colour; een kleurenkaart voor geluiden waarbij elke kleur voor een bepaalde klank van het Frans staat, gekleurde woordgrafieken voor het werken aan zinnen en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.
Populariteit
Gattegno’s ideeën zijn van invloed geweest, met name bij het aanleren van de uitspraak, hoewel The Silent Way in de oorspronkelijke versie niet veel wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
De sterke kant van de methodiek van Caleb Gattegno is dat zijn methode niet-bedreigend is voor lerenden, die tenslotte als autonoom gezien worden. De docent Frans is in principe dienstbaar aan de lerende, niet andersom. Met The Silent Way wordt het leren op een natuurlijke manier gestimuleerd. Meestal wordt de geleerde taalkennis goed verwerkt en onthouden door de taallerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De student ‘mogen’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Een nadeel van de leermethode kan zijn dat sommige lerenden wat meer begeleiding nodig hebben dan de leermethode voorstaat. De studenten zouden gefrustreerd kunnen raken door het gebrek aan input van de taaltrainer Frans. De beperking van het werken met kleuren en grafieken is dat ‘het nieuwe’ er snel af gaat, waardoor het effect verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling of ‘TPRS’ houdt in Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. Deze methode is in 1990 door Blaine Ray ontwikkeld, van oorsprong een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-techniek (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is natuurlijke taalverwerving: de nieuwe taal leren zoals kinderen hun moedertaal leren. Om dit te bereiken, worden de lerenden blootgesteld aan een grote hoeveelheid begrijpelijke input. Door de taaltrainer Frans wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. De verhalen zijn nooit te lang en interessant of humoristisch. De studenten ontspannen zich doordat deze verhalen gemakkelijk te begrijpen zijn. Zo worden Franse structuren en woorden van de nieuwe taal vrijwel ongemerkt in het langetermijngeheugen van de lerende opgeslagen. De lerenden worden door de docent op grammaticale verschijnselen van het Frans gewezen, zonder dat lerenden regels uit het hoofd leren.
De lerende zal na een poosje ‘vanzelf’ Frans beginnen te spreken en de Franse grammaticale structuur van de nieuwe taal gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een variant hiervan is om samen met een groepje studenten een verhaal op te bouwen. De trainer Frans schrijft hierbij eerst nieuwe woorden en structuren op het bord, met de Franse vertalingen erbij om vervolgens hier een verhaal van te maken samen met de studenten. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Frans, omdat dit zorgt voor input. Schrijven in het Frans volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPR Storytelling een geslaagde manier is om een taal te verwerven. Er zijn wel randvoorwaarden: de docent moet ervoor getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
Het is een laagdrempelige manier om Frans te leren en de geleerde stof wordt goed onthouden. Omdat TPR Storytelling ook aan de creatieve intelligentie appelleert, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. Voor de studenten is het een plezierige methode en het is niet moeilijk om de focus te behouden. Voor de studenten werkt TPR Storytelling heel motiverend om zelf verhalen te verzinnen.
Dat TPR Storytelling veel voorbereiding van de taaldocent vraagt, is een keerzijde.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-leermethode is naar de zogenaamde de Steen van Rosetta vernoemd, een steen met een tekst in twee talen die in Egypte werd gevonden, door middel waarvan de hiërogliefen konden worden ontcijferd. Rosetta Stone is ook de naam van het softwarebedrijf dat de taaltrainingen op de markt brengt. De eerste versie van deze methode is uitgebracht in 1996.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone methode is een wijze om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren achter een computer. De taalcursussen van Rosetta Stone zijn beschikbaar in meer dan dertig talen en ze zijn te volgen vanuit al deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een zogenaamde communicatieve methode, die de manier imiteert waarop kinderen hun moedertaal leren. Dit houdt in ‘leren door middel van onderdompeling’, door veel te luisteren en na te spreken. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers Frans en foto’s voor voor het overbrengen van de betekenis van nieuwe woorden in de doeltaal (het Frans). De methode maakt gebruik van spraakherkenningsprogramma dat de Franse uitspraak registreert en daar een schematische weergave van maakt. Zo kan de lerende zijn of haar uitspraak van de nieuwe taal met de uitspraak van een moedertaalspreker Frans vergelijken. Door de voorbeeldstem wat langzamer te laten spreken en daarna veel na te spreken, kan uitspraakverbetering worden behaald.
Voor de schrijfvaardigheid Frans biedt de methode dictee-oefeningen. De software van de methode controleert de Franse spelling en grammatica en wijst op fouten, waarbij de mogelijkheid bestaat om de fouten van de studenten te verbeteren.
Het programma van Rosetta Stone biedt eveneens leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
De methode van Rosetta Stone wordt wereldwijd veelvuldig toegepast en niet door de minsten. Onder andere de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van de Rosetta Stone-methode. De Rosetta Stone-methode wordt in ons land door een aantal ministeries en diverse hogescholen en universiteiten, alsook door sommige internationale bedrijven toegepast.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is zeer makkelijk om te gebruiken en kan op ieder moment door de lerende worden ingezet. Welke onderdelen meer of minder aandacht nodig hebben, wordt door de lerenden zelf bepaald. Velen vinden het prettig om met de leermethode te werken. Bij een gebrek aan taaltrainers kan de Rosetta Stone-methode voor onderwijsinstellingen een oplossing bieden. Dat er geen taaldocent is die studenten motiveert of wat extra’s kan bieden, is een keerzijde van de methode.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn Amerikaans taalkundige Paul Pimsleur ontwikkeld. De eerste taalcursus van Pimsleur was een cursus Grieks, die hij in het jaar 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een computerprogramma om een nieuwe taal (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursus bestaat uit zinnetjes/dialoog die door lerenden worden nagesproken en worden herhaald. De Franse zinnen van de cursus zijn door moedertaalsprekers (native speakers) ingesproken. De cursus is gebaseerd op herhaling, anticipatie, woordenschat en wederom herhaling. De lessen van de cursus bieden een halfuur audio-opname met nieuwe vocabulaire en structuur. De grammaticale structuren van het Frans worden niet apart uitgelegd maar door middel van uitbreiding van, en variaties op, de aangeboden zinnen.
Pimsleur deed onderzoek naar het optimale interval waarmee geleerde informatie van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen overgaat. Dit (gemiddelde) interval is verwerkt in de cursussen van Pimsleur.
Populariteit
Onder meer in de Verenigde Staten worden de Pimsleur cursussen gebruikt en de ervaringen lopen uiteen. In het algemeen zijn de lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Om de uitspraak te verbeteren werkt de Pimsleur-methode heel goed doordat de insprekers van de zinnen allemaal moedertaalsprekers (native speakers) zijn en op een natuurlijke wijze op een normaal tempo Frans spreken.
Dat er niets uitgelegd wordt, is het minpunt van de methode. Een gebruiker leert geen bouwstenen van de Franse taal om zelf een zin te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnen doen die uit het hoofd worden geleerd.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is bedacht, niet geheel verwonderlijk, door Michel Thomas (Poolse naam: Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden zoals Diana Ross, Barbra Streisand, Emma Thompson, Mel Gibson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in de klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als hij of zij stressvrij is. Hij maakte zijn lerenden duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze iets zouden vergeten.
De cursussen van Michel Thomas zijn audiolessen (Frans), ingesproken door twee acteurs; een vrouwelijke acteur en een mannelijke acteur. De setting is een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de les van de stemacteurs. Als een vraag aan de stemacteurs gesteld wordt, is het de bedoeling dat de cursisten op pauze drukken en eerst zelf de vraag beantwoorden. Er zijn geen huiswerkopdrachten, geen uit-het-hoofd-leren. De lessen worden opgebouwd in kleine delen en Franse lesstof die nieuw is, wordt afgewisseld met Franse lesstof die al bekend is. De uitleg wordt steeds in de Engelse taal gegeven. Er wordt bijvoorbeeld op verbanden gewezen tussen de Engelse taal en het Frans, als deze verbanden bestaan. Er wordt ook grammaticale uitleg gegeven. Bij de methodiek van Michel-Thomas wordt makkelijke lesstof eerst aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de makkelijke stof door de student Frans begrepen en verworven is. Behalve Franse woorden en zinnen worden ook bouwstenen aangeleerd waarmee de lerenden zelf zinnen kunnen bouwen. Ook gebruikt de leermethode van flashcards waarmee gebruikers zelf hun woordenschat Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel mensen vinden de cursus plezierig werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Frans. Gebruikers die al wat verder zijn met de taal, vinden de cursussen soms minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De methode van Michel Thomas traint de uitspraak alsook de luistervaardigheid Frans op efficiënte wijze en is zeer toegankelijk. Dat de taalcursussen Frans niet in schrijfvaardigheid voorzien, kan als een keerzijde worden gezien. Een daadwerkelijke interactie is er ook niet doordat de leermethode uit een audiocursus bestaat.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 door Alphonse Chérel is opgericht. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Het eerste boek van Assimil was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’ of ‘assimilatie’: ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat wel wat hooggegrepen voor een taalcursus (zoals Frans) is. De taalcursussen van Assimil zijn zelfstudielessen die bestaan uit een leerboek Frans en audio-CD’s alsook een USB-stick. De lerende besteedt ongeveer twintig minuten per dag aan de cursus.
De lessen bestaan uit verschillende Franse dialogen die beluisterd, nagesproken en gelezen worden. De Franse vertaling staat naast de dialoog, alsook grammaticale uitleg. Voor het oefenen van de uitspraak van het Frans, maakt Assimil gebruik van zinnen die zijn ingesproken door moedertaal (native) speakers en die de lerenden herhalen. De opbouw van de les is van receptief naar productief: tijdens de eerste les wordt nog geen taalproductie van de cursisten verwacht; dit komt pas na ongeveer vijftig lessen.
Populariteit
De Assimil-cursussen zijn vrij gewaardeerd. Ze zijn betaalbaar en er is een ruim aanbod aan talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de cursisten Frans in hun eigen tempo kunnen leren op het moment dat dit het beste uitkomt, is het voordeel van de Assimil-methode. De keerzijde hierbij is, wat voor alle computertaalcursussen geldt, dat de cursist is overgeleverd aan zichzelf. Er is geen trainer Frans om de student te begeleiden of te motiveren.
Er is ook een ruim aanbod aan complete taalcursussen voor zelfstudie Frans: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Babbel, Duolingo, Mondly en Quizlet.
Er bestaat echter een betere methode om Frans te leren: De Dagnall Methode.
Het hoge rendement van Dagnall Talen wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar voornamelijk doordat de focus altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is deze persoon visueel, auditief of kinesthetisch aangelegd? Hoe leert hij of zij het makkelijkst? Wat moet of wil deze cursist eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? De Dagnall-cursussen zijn bij voorkeur face-to-face. Dagnall Talen werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Daarnaast biedt Dagnall een online leerplatform en een eigen app, beide met Franse woordenlijsten en zinnen. De app kan, indien gewenst, geladen worden met jargon van uw organisatie of bedrijf.
Tenslotte beschikken de trainers over veel eigen lesmateriaal en spelen ze continu in op actuele thema’s of ontwikkelingen die voor de cursisten interessant zijn. De taaltrainers van Dagnall Talen zijn zeer bedreven in het vlot en plezierig aanleren van een taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden snel in de praktijk kunnen worden toegepast.
Visueel, auditief of kinesthetisch? Door met de natuurlijke wijze van leren rekening te houden en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Taleninstituut het hoogste rendement bij haar taaltrainingen. Een bijkomend voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten als onze taaldocenten. Onze door de jaren heen ontwikkelde en verder verfijnde werkwijze is niet alleen het handelsmerk van Dagnall geworden, maar deze werkwijze creëert ook de waarde van onze maatwerktrainingen.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)trainingen die online gevolgd kunnen worden, dus op afstand. Men spreekt ook wel van een virtual classroom oftewel een ‘digitaal leslokaal’. Het zogenaamde blended learning is een trainingsvorm waarbij face-to-face-sessies (klassikale sessies) worden gecombineerd met online leren in een online leeromgeving. Eenvoudig gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Blended taalcursussen noemen wij ook wel combicursussen of hybride cursussen. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Den Haag.
Online Frans leren (e-learning Frans) Een aantal voorbeelden van digitale platformen die voor online communiceren en leren kunnen worden gebruikt, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Frans in Den Haag Het voordeel van blended learning ten opzichte van online leren is dat, indien het geen 1-op-1 les betreft, de lerenden bij blended learning afwisselend wel zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren. Dat wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van andere lerenden.
100% maatwerk – ook online!
Online leerplatform Dagnall biedt een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform, genaamd Dagnall.online. Dagnall.online biedt gevarieerde en interactieve content en vormt een integraal onderdeel van een digitaal leertraject. Het platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt voor het hoogste leerrendement bij een digitale leergang.
Dagnall App Naast het online leerplatform biedt Dagnall Talen eveneens een eigen App voor zowel Android als Apple. De Dagnall App heeft als voordeel dat cursisten overal en altijd, dus 24/7, op alle (mobiele) apparaten toegang hebben. Zowel op het werk maar eveneens thuis of onderweg, bijvoorbeeld eveneens op reis in het buitenland. Cursisten kunnen zo Frans leren wanneer en waar het hen schikt. De oefeningen in de Dagnall App worden afgestemd op de behoefte van uw organisatie of bedrijf zoals het taalniveau, de leerdoelen en de branche. Zo kunnen wij bijvoorbeeld jargon, technische termen, woordenlijsten, juridische termen alsook specifieke productnamen integreren in de App. De App kan zeer praktijkgericht worden ingezet en de Dagnall App blijft ook na afloop van de training Frans in Den Haag is afgerond. Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Frans
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, vergaderingen of onderhandelingen met Franstalige zakenpartners of klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk zijn veelal een uitdaging op het gebied van taal. Mensen die meerdere talen spreken, zijn daarom vaak cruciaal in veel bedrijven.
Online en blended taaltrainingen Frans op maat
Dagnall Talen leert u in het Frans communiceren door middel van professionele online & blended taalcursussen. Wanneer u internationaal meertalig succesvol wilt zijn, leer uw Franstalige gesprekspartners dan te begrijpen en zorg ervoor dat u ook wordt begrepen. Wilt u uw taalvaardigheid Frans verbeteren voor uw huidige of toekomstige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Al onze taaltrainingen zijn maatwerktrainingen en eveneens te boeken als onlinecursus & blended taalcursus. Onlinecursussen en blended taalcursussen Frans zijn net zo doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en bovendien nog eens comfortabel.
Een onlinecursus en ook een blended taalcursus kan overal gevolgd worden; op kantoor, thuis, op (zaken)reis of op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Technische en zakelijke taalcursussen online geeft Dagnall via onlineplatforms zoals Zoom, Teams, Skype of een ander onlineplatform naar voorkeur. Het onlineplatform Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt interactie en variatie.
Virtuele Classroom voor een individuele taaltraining of groepstraining Frans
Het onderstaande is voldoende voor (taal)cursussen in een virtuele classroom: - Een laptop, tablet of pc/iMac met een microfoon en een camera - Een internetverbinding - Een rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
De online en blended taalcursussen van Dagnall Taleninstituut kenmerken zich door:
Vakbekwaamheid van de taaldocenten Frans
De online alsook de blended taalcursussen worden door onze gekwalificeerde en toegewijde native (moedertaal) trainers gegeven
Onze trainers hebben jarenlange ervaring in het geven van taalcursussen aan het bedrijfsleven en (semi-)overheidsorganisaties
Onze taaltrainers zijn universitair of HBO opgeleid en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuur – vlotte leervordering
De blended (combicursussen) en online taalcursussen van Dagnall Talen zijn maatwerktrainingen die specifiek op uw behoeften en wensen afgestemd worden
De inhoud wordt aangepast aan het leerplan om het leerproces structuur te geven
Een duidelijke structuur helpt de cursist om de taaldoelen Frans snel en efficiënt te bereiken
De Dagnall online (blended taalcursussen/combicursussen/hybride cursussen) taalcursussen bestaan uit livesessies en schriftelijke opdrachten. In de livesessies worden de woordenschat Frans en de structuren die in de voorbereiding en voortzetting van de les zijn geleerd, actief toegepast
Dankzij de combinatie van videosessies en zelfstudie komt het bereikte resultaat van de blended- en onlinecursussen overeen met die van de face-to-face cursussen van Dagnall Talen
Lesreeksen kunnen eventueel worden opgenomen, zodat u thuis alles meerdere malen kunt herhalen en geen dingen hoeft te missen
Onze taaltrainers geven naast de taalcursus ook tips voor nog meer digitale zelfstudiemogelijkheden
Structuur en vakbekwaamheid zorgen voor een goede wisselwerking tussen de cursist en de taaltrainer en zijn van groot belang voor het slagen van een taaltraining Frans.
Profiteer nu ook van blended- of onlinecursussen Frans verzorgd door ons taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw cursus Frans in Den Haag ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Na afloop van uw cursus Frans in Den Haag ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Frans alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Frans. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
Het taalniveau van het Europees Referentiekader (ERK) hanteren wij als leidraad geeft de cursist een helder inzicht in de huidige en opgedane kennis van het Frans. Het niveau van het Europees Referentiekader is een internationaal erkend taalniveau.
Na afloop van de cursus Frans in Den Haag ontvangt de cursist het ‘Dagnall Talen-certificaat’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese norm om taalniveaus te omschrijven. Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 samengesteld door de Raad van Europa. Het Europees Referentiekader typeert vijf vaardigheden met betrekking tot taal, te weten: lezen, luisteren, schrijven, spreken en het voeren van gesprekken. De Engelstalige term wordt ook veel toegepast: Common European Framework of References; CEFR. Deze vijf vaardigheden krijgen in het ERK zes niveaus van taalbeheersing; van beginners tot vrijwel moedertaalsprekers. De niveaus lopen van A1 tot C2, waarbij A1 het beginniveau is en C2 het niveau moedertaalspreker.
Niveau A is van toepassing op beginners. Een cursist die niveau B Frans beheerst, bezit alle basisvaardigheid in de Franse taal. Niveau C is van toepassing op gevorderden die de Franse taal met groot gemak kunnen verstaan, lezen, spreken en schrijven. Wie het Frans kent op niveau C, beheerst deze taal op bijna moedertaalniveau.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Frans)
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Taleninstituut is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie stelt. De ISO 9001:2015 norm bevat strenge eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn voor het verhogen van de klanttevredenheid. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de kernpunten van ISO 9001:2015.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall is eveneens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. ISO 17100:2015 norm is specifiek voor de vertaalbranche en bevat onder andere eisen voor mensen, projectbeheer, middelen, vertalers en proeflezers.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall bewijst dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers (natives) wordt gewerkt die over de benodigde kennis en ervaring beschikken. Bovendien worden de vertalingen van Dagnall Talen altijd minimaal twee keer door twee specialisten/proeflezers proefgelezen. Onze vertalingen worden volgens afspraak en binnen de deadline aangeleverd.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstelling in Rijswijk met vele jaren ervaring met het certificeren van organisaties. Jaarlijks wordt Dagnall getoetst door Kiwa om te beoordelen of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 wordt voldaan.
Dagnall Taleninstituut is uiteraard al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk. Wij hebben ons bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid. ‘NRTO’ staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsinstituten en meer dan 450 organisaties zijn lid van de NRTO. De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
De kwaliteit staat voor de NRTO centraal. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de dienstverlening die door de leden van de NRTO geleverd wordt, zoals een cursus Frans in Den Haag, wordt geborgd door een gedragscode, door diverse convenanten en door het NRTO-keurmerk.
De de NRTO-gedragscode is gebaseerd op vijf beginselen: zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO behartigt de belangen van private opleidingsinstellingen in Nederland. De NRTO is gesprekspartner van ministeries, leden van de Tweede Kamer, sociale partners, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, maatschappelijke organisaties zoals de Stichting van de Arbeid en de media en de SER.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt ook samen met verschillende andere organisaties, zoals de Alliantie Samen Werken voor Werk. De leden van de NRTO zijn allemaal ondernemers.De leden van het NRTO werken zowel resultaatgericht als klantgericht en zijn in staat om zich snel aan veranderende omstandigheden aan te passen en altijd maatwerk te leveren.Het aanbod aan bijvoorbeeld cursussen Frans in Den Haag sluit aan bij de behoeften van de arbeidsmarkt.Continue innovatie is hiervoor essentieel.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is vertegenwoordigd in diverse besturen, adviesraden en commissies, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het CRKBO, het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), Blik op Werk en stichting EDU-DEX.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) (Engels: General Data Protection Regulation (GDPR)) is een Europese verordening inzake de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de Europese Unie. Het voornaamste doel van de AVG is het beschermen van burgers in de EU. Deze verordening schrijft voor dat personen op de hoogte dienen te zijn van de verwerking van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die noodzakelijk zijn voor het beoogde doel, mogen worden bewaard en verwerkt.
De persoonsgegevens mogen niet langer bewaard worden dan noodzakelijk en de persoonsgegevens dienen beschermd te worden tegen toegang door onbevoegden, verlies en vernietiging. Taleninstituut Dagnall voldoet vanzelfsprekend aan alle eisen die worden gesteld door de Algemene verordening gegevensbescherming en verwerkt persoonsgegevens in heel beperkte mate in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Frans in Den Haag zijn vrijgesteld van btw
Dagnall is in het CRKBO-register ingeschreven. De naam CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dat houdt in dat Dagnall Talen aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs voldoet. Inschrijving in het juiste CRKBO-register is een voorwaarde voor de Belastingdienst om beroepsgerichte taalcursussen btw-vrijgesteld te mogen leveren. Door deze btw-vrijstelling kan ons taleninsitituut lagere prijzen in rekening brengen. Dit is prettig voor de cashflow van onze klanten en is eveneens een voordeel voor cursussen aan bijvoorbeeld zorginstellingen, de overheid, maatschappen en privépersonen.
CPION
Voor deze inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register is een register dat door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden wordt. Het Lloyd’s Register is opgericht in het jaar 1760 en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut en heeft onder andere als doel het beoordelen en classificeren van organisaties.
Offerte aanvragen voor een cursus Frans in Den Haag
Met Dagnall kiest u voor de kortste weg naar een cursus Frans in Den Haag!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
 Bij internationaal zakendoen dient u vaak rekening te houden met een tijdsverschil in het land waarmee u zakendoet, bijvoorbeeld Frankrijk. Mocht er een tijdverschil zijn met Frankrijk en Nederland, dan wordt het tijdverschil getoond op beide klokken.
De tijden stellen zich automatisch in op zomertijd, indien van toepassing. (De tijden stellen zich automatisch in op zomertijd, indien van toepassing.)
AMSTERDAM
PARIJS
De officiële landcode van Frankrijk in letters is FRA. De hoofdstad van Frankrijk; Parijs (in het Frans: ‘Paris’), ligt in het noorden van Frankrijk.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Frankrijk is +33. De officiële internetextensie van Frankrijk is .fr.
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Frankrijk ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kent u de regio’s (régions) van Frankrijk?
Weet u in welke Franse regio’s uw zakenrelaties zich bevinden?
Op deze manier kent u de 13 Franse regio’s heel snel.
Controleer en/of verbeter uw kennis door met uw muis op de kaart van Frankrijk te gaan staan.
Door met uw cursor de op de landkaart van Frankrijk te gaan staan, ziet u de bestuurlijke indeling van Frankrijk.
Dan worden de regio’s van Frankrijk één voor één afgebeeld.
Eerst ziet u de regio’s van Frankrijk, vervolgens kunt de naam van deze regio lezen.
In een minuut hebt u een aardig beeld van de regionale verdeling van Frankrijk.
Frankrijk in Europa
Regio’s van Frankrijk
Soepele zakelijke gesprekken met Franstaligen
Zakendoen met Frankrijk
Wilt u soepel communiceren met Franstaligen?
De informatie die hieronder staat over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen, zal u zeker helpen.
Beroemde Fransen, bekende Franse exportproducten en typische gewoonten en gebruiken hebben wij op een rijtje gezet.
Velerlei markante dingen over Frankrijk en/of de Franse taal.
Een aantal interessante dingen over het land leren, kan uitstekend helpen als ijsbreker of openingszin.
Deze wetenswaardigheden over mens, cultuur en land kunt u eveneens goed gebruiken als een stilte dreigt te vallen tijdens een zakelijk gesprek in het Frans.
In elk geval kunt u zo niet alleen de geleerde taalkennis in de praktijk brengen tijdens internationaal zakendoen met Franstaligen maar evengoed de verworven kennis van het land inzetten.
Zo kunt u iets te weten komen over specifieke Franse gerechten en de wereldberoemde Franse eetcultuur.
Eten brengt mensen dichter tot elkaar.
De taalbeheersing alsook uw kennis over Frankrijk, de Fransen en de Franse cultuur zal zeker worden gerespecteerd!
Acheter chat en poche Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris ’s Nachts zijn alle katjes grijs
Fransen eten de bekende baguettes niet als maaltijd, maar bij de hoofdmaaltijd. Een broodmaaltijd zoals in Nederland gebruikelijk is, kennen de Fransen niet. Een echt Frans ontbijtje is een brioche; een zacht en zoet broodje of croissantje, gedoopt in een kop koffie. De lunch is de hoofdmaaltijd, die uit meerdere gangen bestaat. Per regio zijn er enorme verschillen, maar vers stokbrood is vaste prik. Dit begint doorgaans met salade, daarna volgt een warm hoofdgerecht. Vlees, vis of gevogelte, verse groente en aardappelen of rijst. Aardappelen worden trouwens als groente beschouwd. Fransen zijn dol op vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenmaagjes of -levertjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté). Dit stokbrood wordt gebruikt bijvoorbeeld om de saus mee te deppen en om hun bord schoon te vegen. Bij de maaltijd drinken de Fransen natuurlijk een glaasje wijn, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken. Franse kinderen krijgen water met een scheutje wijn. De maaltijd eindigt met een lekker kaasje; fromage en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en een kopje koffie. Omdat de avondmaaltijd zelden vóór 20.00 uur genuttigd wordt, volgt rond 16.00 uur le goûter; iets zoetigs zoals een taartje met thee of koffie. ’s Avonds wordt ook weer vers stokbrood geserveerd. Voorafgaand aan de maaltijd begint men in Frankrijk met een aperitief (een apéro) zoals pastis (anijslikeur) of kir (witte wijn met crème de cassis). De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar dan minder uitgebreid. Vaak worden de restjes van de lunch opgegeten. Fransen eten vaker dan Nederlanders in restaurants, vooral tussen de middag. De prijzen zijn vrij laag en veel werkgevers voorzien hun personeel van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerd tarief een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees. Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI) La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Franse ambassade in Den Haag Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk. De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
Het brailleschrift, een schrift waarmee blinden kunnen lezen en schrijven, is vernoemd naar Louis Braille. Braille was zelf als jong kind blind geworden. In 1819 was er een speciaal ‘nachtschrift’ ontwikkeld in het Franse leger om ’s nachts boodschappen over te brengen aan het front. Dat gebeurde met een raster van twaalf punten, waarop in reliëf codes stonden die in het donker voelbaar waren. Louis Braille werd hierdoor op het idee gebracht iets dergelijks voor blinden te ontwikkelen en zo ontstond rond 1829 het brailleschrift.
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”). llons enfants de la Patrie, Le jour de gloire est arrivé ! Contre nous de la tyrannie L’étendard sanglant est levé, (bis) Entendez-vous dans les campagnes Mugir ces féroces soldats ? Ils viennent jusque dans vos bras Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens, Formez vos bataillons, Marchons, marchons ! Qu’un sang impur Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves, De traîtres, de rois conjurés ? Pour qui ces ignobles entraves, Ces fers dès longtemps préparés ? (bis) Français, pour nous, ah ! quel outrage Quels transports il doit exciter ! C’est nous qu’on ose méditer De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères Feraient la loi dans nos foyers ! Quoi ! Ces phalanges mercenaires Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis) Grand Dieu ! Par des mains enchaînées Nos fronts sous le joug se ploieraient De vils despotes deviendraient Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides L’opprobre de tous les partis, Tremblez ! vos projets parricides Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis) Tout est soldat pour vous combattre, S’ils tombent, nos jeunes héros, La terre en produit de nouveaux, Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes, Portez ou retenez vos coups ! Épargnez ces tristes victimes, À regret s’armant contre nous. (bis) Mais ces despotes sanguinaires, Mais ces complices de Bouillé, Tous ces tigres qui, sans pitié, Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie, Conduis, soutiens nos bras vengeurs Liberté, Liberté chérie, Combats avec tes défenseurs ! (bis) Sous nos drapeaux que la victoire Accoure à tes mâles accents, Que tes ennemis expirants Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants) Nous entrerons dans la carrière Quand nos aînés n’y seront plus, Nous y trouverons leur poussière Et la trace de leurs vertus (bis) Bien moins jaloux de leur survivre Que de partager leur cercueil, Nous aurons le sublime orgueil De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
Het volkslied van Frankrijk
ZAKENDOEN MET DUITSLAND
Acheter chat en poche Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris ’s Nachts zijn alle katjes grijs
Fransen eten de bekende baguettes niet als maaltijd, maar bij de hoofdmaaltijd. Een broodmaaltijd zoals in Nederland gebruikelijk is, kennen de Fransen niet. Een echt Frans ontbijtje is een brioche; een zacht en zoet broodje of croissantje, gedoopt in een kop koffie. De lunch is de hoofdmaaltijd, die uit meerdere gangen bestaat. Per regio zijn er enorme verschillen, maar vers stokbrood is vaste prik. Dit begint doorgaans met salade, daarna volgt een warm hoofdgerecht. Vlees, vis of gevogelte, verse groente en aardappelen of rijst. Aardappelen worden trouwens als groente beschouwd. Fransen zijn dol op vlees en halen hun neus niet op voor ingewanden en organen van dieren zoals kippenmaagjes of -levertjes, pens en foie gras (ganzen- of eendenleverpaté). Dit stokbrood wordt gebruikt bijvoorbeeld om de saus mee te deppen en om hun bord schoon te vegen. Bij de maaltijd drinken de Fransen natuurlijk een glaasje wijn, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken. Franse kinderen krijgen water met een scheutje wijn. De maaltijd eindigt met een lekker kaasje; fromage en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en een kopje koffie. Omdat de avondmaaltijd zelden vóór 20.00 uur genuttigd wordt, volgt rond 16.00 uur le goûter; iets zoetigs zoals een taartje met thee of koffie. ’s Avonds wordt ook weer vers stokbrood geserveerd. Voorafgaand aan de maaltijd begint men in Frankrijk met een aperitief (een apéro) zoals pastis (anijslikeur) of kir (witte wijn met crème de cassis). De avondmaaltijd lijkt op de lunch, maar dan minder uitgebreid. Vaak worden de restjes van de lunch opgegeten. Fransen eten vaker dan Nederlanders in restaurants, vooral tussen de middag. De prijzen zijn vrij laag en veel werkgevers voorzien hun personeel van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerd tarief een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees. Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI) La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Franse ambassade in Den Haag Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk. De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”). llons enfants de la Patrie, Le jour de gloire est arrivé ! Contre nous de la tyrannie L’étendard sanglant est levé, (bis) Entendez-vous dans les campagnes Mugir ces féroces soldats ? Ils viennent jusque dans vos bras Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens, Formez vos bataillons, Marchons, marchons ! Qu’un sang impur Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves, De traîtres, de rois conjurés ? Pour qui ces ignobles entraves, Ces fers dès longtemps préparés ? (bis) Français, pour nous, ah ! quel outrage Quels transports il doit exciter ! C’est nous qu’on ose méditer De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères Feraient la loi dans nos foyers ! Quoi ! Ces phalanges mercenaires Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis) Grand Dieu ! Par des mains enchaînées Nos fronts sous le joug se ploieraient De vils despotes deviendraient Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides L’opprobre de tous les partis, Tremblez ! vos projets parricides Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis) Tout est soldat pour vous combattre, S’ils tombent, nos jeunes héros, La terre en produit de nouveaux, Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes, Portez ou retenez vos coups ! Épargnez ces tristes victimes, À regret s’armant contre nous. (bis) Mais ces despotes sanguinaires, Mais ces complices de Bouillé, Tous ces tigres qui, sans pitié, Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie, Conduis, soutiens nos bras vengeurs Liberté, Liberté chérie, Combats avec tes défenseurs ! (bis) Sous nos drapeaux que la victoire Accoure à tes mâles accents, Que tes ennemis expirants Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants) Nous entrerons dans la carrière Quand nos aînés n’y seront plus, Nous y trouverons leur poussière Et la trace de leurs vertus (bis) Bien moins jaloux de leur survivre Que de partager leur cercueil, Nous aurons le sublime orgueil De les venger ou de les suivre.
Frankrijk heeft ruwweg 67 miljoen inwoners. Frankrijk is een constitutionele republiek met een president aan het hoofd. Zowel de president als de premier (eerste minister) legt verantwoording af aan het parlement. Daarmee kent Frankrijk een semipresidentieel systeem. Frankrijk ligt in West-Europa en beslaat een oppervlakte van 551.500 vierkante kilometer. Frankrijk is de 6de grootste economie ter wereld. De grote en belangrijke Franse steden zijn Parijs (Frans: Paris); de Franse hoofdstad met meer dan 2 miljoen inwoners, alsook Marseille, Lyon en Toulouse.
Frankrijk is bestuurlijk onderverdeeld in achttien regio’s (régions), waarvan twaalf in het land Frankrijk zelf, Corsica en 5 overzeese regio’s. Deze 12 regio’s in Frankrijk zelf zijn: Auvergne-Rhône-Alpes, Bourgogne-Franche-Comté, Bretagne, Centre-Val de Loire, Grand Est, Hauts-de-France, Île-de-France, Normandië, Nouvelle-Aquitaine, Occitanie, Pays de la Loire en Provence-Alpes-Côte d’Azur. De vijf overzeese regio’s/departementen zijn Guadeloupe, Martinique, Frans-Guyana, Réunion en Mayotte.
Vlag van Frankrijk
Wapen van Frankrijk
Oorsprong naam Frankrijk
De naam ‘Frankrijk’ staat voor het ‘Rijk van de Franken’. De Franken waren een Germaanse stam die na de ondergang van het Romeinse Rijk Noord-Europa veroverde.
Kenmerkend voor Frankrijk
Wie aan Frankrijk denkt, denkt aan chansons, de Eiffeltoren, kaasjes, wijn, stokbrood (cultureel werelderfgoed sinds 2022), knoflook, champagne, de Tour de France en lavendelvelden waarlangs een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor velen roept het land onmiddellijk een vakantiegevoel op. Ook een typische Fransman herken je zo: hij draagt een baret en een wit overhemd of T-shirt met Bretonse streep. En een Fransman rijdt uiteraard in een Franse auto! Van oudsher was de Citroën DS het meest geliefd, die liefkozend ‘de godin’ (La Déesse) wordt genoemd. In Nederland en Vlaanderen staat deze auto wat simplistischer bekend als het ‘strijkijzer’ of de ‘snoek’.
Over de Franse keuken is uiteraard veel te zeggen. Kijk ook onder de knop ‘De Franse keuken’ op deze website. Hier vermelden we alleen de beroemde noga uit Montélimar (Drôme), gemaakt van amandelen en pistachenootjes met lavendelhoning. En de beroemde mosterd uit Dijon, ook verkrijgbaar in de Nederlandse supermarkten, wat pittiger van smaak dan vele andere mosterdsoorten. Niet te vergeten al het heerlijks uit de zee, zoals de Franse oesters uit de oesterparken in Normandië.
Cultuur en mode
Frankrijk telt ook zeker mee op het gebied van cultuur en mode. Parijs is en was de stad van de mode. Van over de hele wereld komen mensen naar de haute couture modeshows. Christian Dior, Yves Saint Laurent en Coco Chanel zijn ware iconen. Sinds 2017 bestaat er in Parijs een Musée Yves Saint Laurent.
Schilderkunst
In de schilderkunst zijn de Franse impressionisten beroemd over de hele wereld. Denk aan Edward Degas, Claude Monet, Édouard Manet, maar ook Paul Gaugain, Paul Cézanne en Pierre-Auguste Renoir. Het Musée d’Orsay in Parijs heeft een prachtige collectie van onder andere deze schilders.
Muziek
Bekende Franse componisten zijn Hector Berlioz, Georges Bizet, Claude Debussy, Maurice en Olivier Messian. Dit is maar een kleine opsomming van de kunst en cultuur uit Frankrijk. Symbool van Frankrijk Het symbool voor Frankrijk en met name voor Parijs, is natuurlijk de bekende Eiffeltoren. De Eiffeltoren werd ter gelegenheid van de Wereldtentoonstelling in 1889 gebouwd, precies honderd jaar na de Franse Revolutie. De Eiffeltoren was destijds het hoogste gebouw ter wereld met zijn 324 meter hoogte. Er zijn verschillende kopieën gemaakt van de Eiffeltoren, onder andere in het stadje Slobozia in Roemenië, in Las Vegas (Paris Las Vegas Hotel), in Virginia (Kings Dominion) en Ohio (Kings Island) in de Verenigde Staten, in Tokio (Tokyo Tower) en in Hangzhou (TianduCheng Eiffel Tower) en Shenzhen (Window of the World) in China. De Eiffeltoren is een populaire toeristische attractie en de Eiffeltoren wordt vaak als souvenir of sleutelhanger verkocht.
Minder bekend over Frankrijk
Veel minder mensen weten is dat er vier vrijheidsbeelden in Parijs staan, één op het kunstmatige eiland Île aux Cygnes in de Seine, één in het Musée d’Orsay, één in de kapel van het Musée des Arts et Métiers en één voor de ingang van dit museum en ook nog één in de Franse plaatsen Barentin, Bordeaux, Colmar en Saint-Cyr-sur-Mer.
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux. De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr. Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
Toeristenorganisatie van Frankrijk
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
CCI 39 Avenue des Sablons Bouillants 77100 Meaux FRANCE https://www.cci.fr
Alles draait om eten in la douce France, zoals de Fransen hun land liefdevol noemen. De Fransen ontbijten bescheiden: een croissant en een kop koffie. Koffie wordt staand aan de bar gedronken op weg naar het werk. De lunch is uitgebreid en warm, veelal met wijn erbij. En water. De Fransen drinken bij het eten vrijwel altijd veel water. Het diner, ook warm, is wat later op de avond. Bij de warme maaltijd wordt vers stokbrood gegeten. De zondagmiddagen zijn in Frankrijk voor een uitgebreide lunch met de familie gereserveerd. Een lunch kan een hele middag in beslag nemen, omdat tijdens de maaltijd vaak de beste gesprekken worden gevoerd.
Fransen houden ook erg van converseren. In het zakelijk leven is het niet anders: wie zakendoet met Fransen, moet veel praten en uitgebreid eten. Veel werkgevers in Frankrijk geven werknemers vouchers waarmee ze tussen de middag in een restaurant kunnen eten. Kinderen worden in Frankrijk streng opgevoed en doen gewoon mee met alle maaltijden. Franse kinderen eten hun viergangenmenu zonder morren en drinken wijn, aangelengd met water. Omdat het in Frankrijk heel gebruikelijk is dat beide ouders werken, gaan Franse kinderen tijdens de vakanties vaak naar een vakantiekolonie (colonie de vacances).
Franse cafés berekenen vaak verschillende prijzen voor hetzelfde drankje. Zit je buiten op het terras of aan een tafeltje, dan is de prijs hoger. Bestel je een café, dan krijg je een klein kopje zwarte koffie, ongeveer zoals een espresso. Café au lait wordt weer geserveerd in kopjes zo groot als soepkommen. De Fransen kunnen er uren de tijd voor nemen! Fransen zijn charmeurs. Een echte Fransman zal altijd de deur voor een vrouw openhouden, al is het een oude, onbekende dame, of haar in haar jas helpen. Dit wordt als beleefd gezien en wordt zeer gewaardeerd. Fransen tutoyeren niet snel. Het is heel normaal om collega’s of zelfs familieleden te ‘vousvoyeren’; met de vous-vorm (‘u’) aan te spreken, soms in combinatie met de voornaam. Als Fransen elkaar groeten, geven ze elkaar twee vluchtige kussen; bises, op de wang. Dit doen vrienden, kennissen, collega’s en ook mensen die net aan elkaar zijn voorgesteld.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
Bij taalbeheersing wordt een onderscheid gemaakt tussen kennen maar vooral ook op de ontwikkeling van kennen naar kunnen (toepassen door te oefenen). Door de focus te verschuiven van kennen naar kunnen, kunnen deelnemers aan het einde van de cursus Frans in Den Haag de verworven kennis beter toepassen in de praktijk.
Voor u het weet, begrijpt u opeens wat die Franstalige collega steeds tegen u zegt. Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
Frans is de meest gesproken Gallo-Romaanse taal. De Gallo-Romaanse taal is een vroege Romaanse taal die weer uit het Laatlatijn voortkwam. Het Gallo-Romaans werd gesproken rond 300-900 n.Chr. in het toenmalige Gallië. Gallië omvatte toen, behalve het gebied dat nu Frankrijk is,. ook België, het westen van Zwitserland alsmede delen van Nederland en Duitsland. Er waren veel Gallo-Romaanse streektalen; elk gebied, hoe klein ook, had een eigen versie.
In het noorden sprak men sinds de 13de eeuw langue d’oïl en in het zuiden langue d’oc; de talen werden herkend aan de manier waarop men ‘ja’ zei (‘oïl’ of ‘oc’). Het moderne standaardfrans (Nieuwfrans) is in feite de gecultiveerde versie van het Francilien. Het Francilien was de taal van de Île-de-France en de langue d’oïl.
Frans wordt door ongeveer 75 miljoen mensen als eerste taal gesproken. De Franse taal is de vierde taal van Europa en in veel Afrikaanse landen is Frans de enige officiële taal. Frans wordt onder andere gesproken in Frankrijk en de Franse koloniën, België, Luxemburg, Zwitserland, grote delen van Afrika, Québec, Haïti, Oceanië, het Caribisch gebied en Zuidoost-Azië.
Frans als officiële taal
De Franse taal is een officiële taal in Frankrijk, België, Monaco, Zwitserland, Luxemburg, het Verenigd Koninkrijk (Guernsey en Jersey) Canada en Italië (Vallée d’Aoste) maar eveneens in Benin, Burkina Faso, Burundi, Centraal-Afrikaanse Republiek, de Comoren, Congo-Kinshasa, Congo-Brazzaville, Djibouti, Equatoriaal-Guinea, Gabon, Haïti, Ivoorkust, Kameroen, Madagaskar, Mauritanië, Mali, Niger, Rwanda, Senegal, de Seychellen, Togo, Tsjaad en Vanuatu. Ook in het zuiden van de Verenigde Staten wordt Frans gesproken; het zogenaamde Cajun-Frans. De Franse taal is nog altijd een officiële taal van de Verenigde Naties en één van de drie werktalen en officiële talen van de Europese Unie. Voor een lange periode was het Frans de taal van de elite in Europa. Tot in Rusland sprak men in de hogere kringen Frans.
Het Frans heef in vergelijking met de Nederlandse taal een heel andere manier van uitspreken. Eén typisch verschil met het Nederlands is dat de Franse woorden aan elkaar plakken, waardoor het niet te horen is waar een woord stopt en het volgende woord weer begint. Dit fenomeen noemt men liaison; ‘verbinding’. Deze verbinding gebeurt vooral bij woorden die eindigen op ‘s’ en worden gevolgd door een klinker of stomme ‘h’. Zo zeggen Fransen ‘lezzamie’ in plaats van les amis (de vrienden).
De uitspraak van het Frans
Een ander verschil is dat in het Frans veel eindletters niet worden uitgesproken. Parle en parlent klinken bijvoorbeeld hetzelfde. In het Frans klinken daarnaast vrijwel alle klinkers anders. Doordat er veel Franse woorden in het Nederlands voorkomen, komt de uitspraak van de Franse taal ons bekend voor: portefeuille, toilet, bureau.
Ook Franse medeklinkers of combinaties van klinkers klinken bekend, zoals de woorden citroen, garage, quarantaine, vanille en champignon.
Letters met accenten
Sommige accenten komen niet voor in het Nederlands. De ç klinkt als een ‘s’, terwijl de ‘c’ soms als een ‘k’ klinkt, afhankelijk van welke letter erna komt. In de Franse taal kan de e voorkomen met drie accenten.
Accent grave
Als eerste met een zogenaamde accent grave: è. Bijvoorbeeld bij l’été (de zomer). De accent grave: è klinkt als de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘schep’.
Accent aigu
Als tweede met een zogenaamde accent aigu: é. Bijvoorbeeld bij l’élève (de leerling). De accent aigu: é klinkt als ‘ee’ in het Nederlandse woord ‘veel’.
Accent circonflexe
En als derde kan de letter e in het Frans ook nog voorkomen met een zogenaamde accent circonflexe: ê. Deze komt bijvoorbeeld voor in een woord dat dat in het Nederlands ook bestaat: crêpe (een dunne, kleine pannenkoek). De accent circonflexe: ê wordt iets langer aangehouden dan de letter ‘e’ in het Nederlandse woord ‘schep’. De Franse e zonder accent is klankloos, als de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘lachen’.
Franse neusklank
Een kenmerk van het Frans zijn de neusklanken, bijvoorbeeld un bon vin blanc. Al deze vier woorden worden nasaal uitgesproken.
UITSPRAAK
Frans alfabet fonetisch/IPA
A
ah
/a/
B
bee
/be/
C
see
/se/
D
dee
/de/
E
uh
/ə/
F
effe
/ɛf/
G
zjee
/ʒe/
H
assj
/ɑʃ/
I
ie
/i/
/jiː/
J
zjie
K
kah
/ka/
L
elle
/ɛlə/
M
emme
/ɛmə/
N
enne
/ɛnə/
O
oo
/o/
P
pee
/pe/
Q
kuu
/qy/
R
er
/ɛʀə/
S
ess
/ɛsə/
T
tee
/te/
U
uu
/y/
V
vee
/ve/
W
doeble vee
/dubləˈve/
X
ieks
/iks/
Y
ie grek
/iˈgrɛk/
Z
zedde
/zedə/
SPELLING
WOORD
A
Anatole
B
Berthe
C
Célestin
D
Désiré
E
Eugène
F
François
G
Gaston
H
Henri
I
Irma
J
Joseph
K
Kléber
L
Louis
M
Marcel
N
Nicolas
O
Oscar
P
Pierre
Q
quintal
R
Raoul
S
Suzanne
T
Thérèse
U
Ursule
V
Victor
W
William
X
Xavier
Y
Yvonne
Z
Zoé
Speciale tekens
@
arobase
#
dièse
NAAMVALLEN
Het Frans kent geen naamvallen zoals die bijvoorbeeld in het Duits worden gebruikt bij zelfstandige naamwoorden. Une maison blijft une maison, welke grammaticale functie in de zin het woord ook heeft. Toch gebruikt het Frans wel naamvallen, maar slechts voor voornaamwoorden. Dat zijn er vier: de nominatif, die het onderwerp van de zin aangeeft (il; bijvoorbeeld il arrive); de génitif die een bezitsvorm aanduidt (sa/son, bijvoorbeeld son chien);>),
de datif voor het meewerkend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (lui; bijvoorbeeld “Jean lui donne une pomme”) en de accusatif voor het lijdend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (le; bijvoorbeeld Marie le voit). Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Het Frans is een Romaanse taal, net als het Italiaans, het Spaans, het Portugees en het Roemeens. Het Frans is één van de werktalen van de Europese Unie, naast het Engels en Duits. De Franse taal is één van de zes officiële talen van de Verenigde Naties, naast het Engels, het Russisch, het Spaans, het Chinees en het Arabisch.
Het verhaal gaat dat de stand ‘15-0’ (fifteen-love) in het tennis afkomstig is van van het Franse woord l’œuf; ‘het ei’. De nul heeft de vorm van een ei. Het zo Engels lijkende tennis zou afstammen van het Franse jeu de paume.
De Franse taal leren en de Franse cultuur begrijpen
Het Franse alfabet bestaat uit 26 letters, evenveel als in het Nederlands.
Afwijkende leestekens in het Frans
In het Frans worden zogenaamde guillemets gebruikt in plaats van aanhalingstekens. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », (‘chevron-tekens’), die worden gebruikt om een citaat te openen en te sluiten.
De naam ‘guillemet’ komt van Guillaume Le Bé (1525-1598). Deze Fransman was lettermaker en hij was de bedenker van het ‘guillemet’-teken. Tussen de guillemets en de tekst komen in het Frans spaties. Ook de andere leestekens worden in het Frans voorafgegaan door een spatie, zoals Elle criait :, « Venez ! ».
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1
Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode
2
Lees Franstalige kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. Le Monde is een bekende (online) krant in het Frans en Mediapart een bekend online nieuwsportal
3
Luister naar Franstalige radio. FIP is de bekendste Franse publieke radiozender en NRJ de bekendste Franse commerciële radiozender
4
Luister en ontdek Franstalige muziek
5
Lees Franstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren
6
Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Franse taal
7
Luister naar podcasts van Franstaligen
8
Kijk Franstalige televisieprogramma’s en films. France tv is de bekendste publieke televisieomroep en TF1 de bekendste commerciële televisiezender in Frankrijk
9
Bekijk Franse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren
10
Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren
11
Voer Franse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk
12
Plak memoblaadjes op in huis
13
Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten
14
Bekijk Franse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren
15
Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen
16
Wees niet bang om foutjes te maken
17
Niet te veel denken, gewoon doen!
18
En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen!
In het Frans heten ze des mots de remplissage; stopwoordjes of opvulwoorden. Ook het Frans zit er vol mee. Woordcombinaties of woorden die worden gebruikt om even te pauzeren en toch de aandacht vast te houden. In het Frans hoor je vaak aan het eind van een zin het stopwoord: hein? wat ongeveer klinkt als het woordje ‘hè’ in het Nederlands.
Het Nederlandse ‘hè?’ komt zelfs vermoedelijk uit het Frans. Dit stopwoord hein vraagt om instemming van de luisteraar(s), ongeveer als: “Denk je ook niet?” In het Frans hoor je ook vaak het stopwoordje quoi? (wat?) aan het einde van de zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” Middenin een Franse zin hoor je vaak tu vois (‘zie je’), “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
En uiteraard euh. Andere opvulwoorden of stopwoorden zijn du coup (‘meteen’, ‘plotseling‘) en genre (‘soort’) en style (‘stijl’). Met name Franse jongeren zeggen de laatste twee.
Franse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Franse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Franstalige media
Franse media bekijken, lezen en/of luisteren is zeer doeltreffend om uw kennis van het Frans te verrijken.
Zo neemt u ongemerkt het ritme en de klank van het Frans in u op.
Het nieuws (proberen) te lezen in het Frans, kan heel leuk en leerzaam zijn. U bent waarschijnlijk al op de hoogte van de actualiteit, zodat u op snelle manier behoorlijk wat Franse woordenschat bijleert.
Le Monde
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Mediapart.fr
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
De radiozender FIP is de bekendste Franse publieke radiozender. Door op het linker beeldscherm hierboven met het logo te klikken, kunt u live naar dit Franse radiostation luisteren.
NRJ
NRJ is de meest populaire commerciële Franse radiozender. Klik op het computerscherm rechtsboven met het logo om direct live naar deze Franstalige commerciële radiozender te luisteren.
Klik op de afbeelding voor de website van France.tv
Uw favoriete televisieprogramma’s en series in het Frans of met Franse ondertiteling kijken, kan in het begin wellicht wennen zijn, maar al gauw zult u merken dat dit erg leuk en leerzaam is. De publieke televisieomroep van Frankrijk is de omroep France tv.
TF1
De televisieomroep TF1 is de meest bekende commerciële televisieomroep voor de Fransen. Deze Franse stations kunt u middels de internet, kabel, satelliet of via een app kijken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk btw vrijgesteld
U kunt de cursus Frans in Den Haag op uw locatie volgen of in Den Haag, bijvoorbeeld bij op onze eigen locatie in Den Haag aan de Johan de Wittlaan 7,, in het pand van Tauro in het Statenkwartier aan de Pres. Kennedylaan 19 in Den Haag of bij Q-Building aan de Laan van Zuidhoorn 60 in Rijswijk. Dagnall verzorgt eveneens taalcursussen Frans in Den Haag in bijvoorbeeld Leonardo Royal Hotel Den Haag Promenade aan de Van Stolkweg 1, in Hotel Novotel Den Haag City Centre aan de Hofweg 5-7, in Mercure Hotel aan de Spui 180, in Hotel NH Atlantic Den Haag aan het Deltaplein 200, in NH Hotel Den Haag aan het Prinses Margrietplantsoen 100 en in Van der Valk Hotel Den Haag-Nootdorp aan de Gildeweg 1 in Nootdorp.
Vergaderen in Den Haag kan bij het World Forum Convention Center, bij GIA Trade and Exhibition Centre, bij de Fokker Terminal, bij 7AM Den Haag, bij AFAS Circustheater, bij COMM Museum voor Communicatie, bij Het Mauritshuis, in Madurodam, bij het Spaansche Hof, bij de Tasty Comedy en bij Stadsvilla Mozaic.
Opgravingen wijzen op bewoning van het gebied in de steentijd, ongeveer 3000 v.Chr. Het is ook bekend dat er diverse Romeinse forten hebben gestaan. Meestal wordt het jaar 1248 als ontstaansjaar van Den Haag aangeduid, omdat Willem II in dat jaar begon met de bouw van een kasteel dat als bestuurscentrum kon fungeren: het Binnenhof.
Den Haag stamt af van het woord Die Haghe’ (het omheinde). Graaf Floris IV (1210-1234) liet in de bossen een jachthuis bouwen. De naam ’s-Gravenhage (‘het bos, de haag van de graaf’) is veel recenter; namelijk uit de 17de eeuw.
Den Haag ligt in de Randstad en de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag. Den Haag grenst in het zuiden aan de landstreek Westland. Plaatsen in de buurt van de stad Den Haag zijn Delft, ’s Gravenzande, Hoek van Holland, De Lier, Loosduinen,
Naaldwijk, Rijswijk, Scheveningen, Voorburg, Voorschoten, Wassenaar, Wateringen en Zoetermeer. Den Haag ligt in de provincie Zuid-Holland. In de gemeente Den Haag wonen ruwweg 537.000 mensen.
Een inwoner van Den Haag heet officieel een ‘Hagenaar’ of een ‘’s-Gravenhagenaar’. Veel Hagenaars die in Den Haag zijn geboren en getogen, noemen zichzelf Hagenees. Er zijn natuurlijk veel bekende Hagenaren. Het is een hele lijst, maar we noemen er toch even een aantal op: Dick Advocaat, Tim Akkerman, Anouk (Teeuwe), Naomi van As, Raymond van Barneveld, Michael Boogerd, Godfried Bomans, Henk Bres, Boudewijn Büch, Remco Campert, Rutger Castricum, Bart Chabot, Louis Couperus, Frank Dane, Paulien van, Deutekom, Wilbert Gieske, Cees Grimbergen, Jaap Haartsen, Constantijn Huygens, Harrie Jekkers,
Dick Jol, Jaap Jongbloed, Jerney Kaagman, Hans Kazàn, Marwan Kenzari, Kees van Kooten, Derek de Lint, Bridget Maasland, Ferry Mingelen, John de Mol, Willem van Oldenbarnevelt, Ronald Plasterk, Sandra Schuurhof, Carel Struycken, Erica Terpstra, Peter Timofeeff, taalkundige Eugenius Marius Uhlenbeck, Georgina Verbaan, Paul van Vliet, Pierre Wind, Michiel de Zeeuw, en Joop Zoetemelk. Haagse ‘hopjes’ of ‘Haagse bluf’: iets wat uit Den Haag komt, noemt men ‘Haags’ of ‘’s-Gravenhaags’. Den Haag kreeg in 1806 stadsrechten.
Den Haag - internationaal & scholing
Provinciehoofdstad & partnersteden
Den Haag is de provinciehoofdstad van Zuid-Holland. Den Haag is de op twee na grootste gemeente van Nederland. Den Haag wordt ook wel ’s Gravenhage genoemd. De partnersteden van Den Haag zijn Al Hoceima, Nador en Taza in Marokko, Bethlehem in Palestina, Juigalpa en Paramaribo in Suriname, Nazareth in Israël, Palembang in Indonesië en Warschau in Polen.
Den Haag & Kijkduin
Onder de gemeente Den Haag valt eveneens Kijkduin.
Hoger onderwijs
Den Haag heeft geen zelfstandige universiteit, maar Den Haag is de vestigingsplaats van het International Institute of Social Studies (ISS), de Campus Den Haag (deel van de Universiteit Leiden) en het interuniversitair kennis- en onderzoekscentrum T.M.C. Asser Instituut (gelieerd aan de Universiteit van Amsterdam). Er zijn eveneens verschillende hogescholen gevestigd in Den Haag, zoals de Academie voor Wetgeving, De Haagse Hogeschool, Hotelschool The Hague, het Koninklijk Conservatorium alsook Schoevers.
Den Haag is bekend als bestuursstad, met het Binnenhof en vanwege het Vredespaleis en de vele ambassades. Maar denk je aan Den Haag, dan denk je ook aan strand, Madurodam en Scheveningen. De stad Den Haag fungeert als bestuursstad waar de regering, parlement en vrijwel alle ministeries van Nederland zijn gevestigd.
De stad is tevens de hofstad: de residentie van het Koninklijk Huis. Den Haag is eveneens bij uitstek de stad van de rechtspraak, met nationale en internationale rechtscolleges.
Den Haag - minder bekend
Minder bekend is dat paleis Huis ten Bosch in de Franse tijd dienstdeed als bordeel en ook als gevangenis.
Het Haags wordt gesproken door de volksklasse en niet door de ‘Haagse kak’, die geaffecteerd spreekt. De typetjes Jacobse en Van Es (Van Kooten en De Bie), cabaretier en zanger Harrie Jekkers en natuurlijk de stripreeks Haagse Harry van Marnix Rueb, zijn enkele zeer bekende vertolkers van het Haags. Het Haags spreekt veel klinkers afwijkend uit vergeleken met het Standaardnederlands. Zo wordt de ‘ei/ij’ uitgesproken als è (het Plèn voor ‘het Plein’) en de ‘ui’ als èu (‘broodje’ als broodjèu). De ‘aa’ wordt een ah en de ‘ee’, de ‘oo’ en ‘eu’ krijgen een extra ‘j’ (eej). De Haagse ‘r’ klinkt als ch of wordt niet uitgesproken.
Kenmerkend voor de Zuid-Hollandse dialecten is dat er geen onderscheid tussen ‘kunnen’ en ‘kennen’ wordt gemaakt en ook niet tussen ‘liggen’ en ‘leggen’. Een ‘politieagent’ in Den Haag is een wout of de kit. Iemands ‘meisje’ of ’vriendinnetje’ is zijn niesje en uitgenast betekent ‘bijdehand’. Als iets ‘goed smaakt’, is het voor een Hagenees te haggeluh. Je kunt mij de bout haggeluh wordt gezegd in plaats van “Bekijk het maar”. Als iets ‘eerlijk waar’ is, zegt een Hagenees: Zonder dollen. Geen porum: “Het ziet er niet uit”.
“This is The Hague”
Den Haag - zakelijk
De gemeente Den Haag
Het netnummer van Den Haag is 070. Het postcodegebied van Den Haag is 2490 - 2597. Het adres van het gemeentehuis van Den Haag is Spui 70, 2511 BT in Den Haag. De website van de gemeente Den Haag is Denhaag.nl. Het telefoonnummer van de gemeente Den Haag is 14 070.
Zakendoen in Den Haag
Voor Haagse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Den Haag aan de Koninginnegracht 13, 2514 AA in Den Haag. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Den Haag is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Den Haag is KVK-kantoor Den Haag.
Bedrijven die wereldwijd opereren, vindt u in Den Haag op bedrijventerrein Binckhorst, Dekkershoek, Forepark, Kerketuinen, Laakhaven, Uitenhagestraat, Wateringse Veld, Westvlietweg, Ypenburg of op bedrijventerrein Zichtenburg. In Den Haag bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: Aegon Nederland, Amazon Nederland, ANWB, APM Terminals, Aramco Overseas Company, ASN, At & T Global Network Services Nederland, de Consumentenbond, Het Coachhuis, Dekker Hout, Dimex (Belcanto, Cambridge, Cardas, Spendor), Electrolux Home Products, Europcar
Autoverhuur, Europol, HappyNurse, de Nederlandse Hartstichting, Hittech Group, HTM, Jacobs, KNAC Koninklijke Nederlandsche Automobiel Club, Kone Nederland, Kuwait Petroleum Europe (Tango, Q8), Louwman Dealer Group (Toyota, Lexus), NIBC Bank, het NFI, NN Group Nationale Nederlanden, PostNL, Het Rode Kruis, SDU uitgevers, Shell, Sonax, Spuigroep, Staffing Associates, Star Apple, T-Mobile, Tebodin, Total Nederland, UMG Unirobe Meeùs Group, Unicef, Vapro Detachering, Zanussi Nederland, Zonecom en Armada (Fimap) in Voorburg. Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Het Haagse nieuwsportaal is Regio 15 en Haagse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Zuid-Holland - Nieuws. Ondernemers in Den Haag kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep West.
Samen naar een sportwedstrijd kijken of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen met uw Franstalige zakenrelatie? Voetbal verbroedert. Wellicht is het een idee om samen met uw Franse zakenrelatie naar een plaatselijke voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Haagse voetbalclub ADO, SVV Scheveningen, Quick of VCS Den Haag meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Den Haag kunt u terecht bij Thor de Bataaf, bij Tennis Club de Rhijenhof, bij L.T.C. Leeuwenbergh of bij Sportcentrum Mariahoeve. Golf, ontspanning & lunch Is het na de cursus Frans in Den Haag of een (lange) bespreking met uw Franstalige (zaken)relatie tijd voor een beetje ontspanning? Om een balletje te slaan of gewoon gezellig iets te eten of te drinken, kunt u bij Golfbaan Leeuwenbergh in Den Haag terecht. De adresgegevens van Golfbaan Leeuwenbergh zijn Elzenlaan 31, 2495 AZ in Den Haag. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 070-395 45 56. De website van deze golfbaan is www.leeuwenbergh.nl. Om iets te eten of te drinken kunt u terecht bij het clubhuis van de golfclub. Golf Ockenburgh, Golf Duinzicht en Countryclub Groen-Geel zijn andere golfbanen in de omgeving van Den Haag.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder vindt u promotiefilmpjes van Frankrijk en van Den Haag die ook op Youtube staan. Klik direct op het logo van Youtube in het midden van de afbeelding om een filmpje af te spelen. Onder de promotiefilmpjes zijn de locaties van Frankrijk alsook Den Haag op Google Maps te zien. Klik linksboven om de kaart groot weer te geven in een nieuw venster.
Als u linksonder op het vierkantje in de afbeelding klikt, dan krijgt u de satellietbeelden van Frankrijk en Den Haag op Google Earth te zien. U kunt in- en uitzoomen op de kaartjes met de + en – knop rechtsonder. Wat kennis van de streek van waar uw Franse zakenpartner zich bevindt, kan goed van pas komen tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen.
Promovideo Frankrijk
Promovideo Den Haag
Google Maps Frankrijk
Google Maps Den Haag
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Frankrijk
Hieronder ziet u het laatste nieuws uit Frankrijk en Den Haag uit verschillende nieuwsbronnen. Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands. Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans. Het derde blokje is Haags nieuws (in het Nederlands). Het nieuws wordt automatisch bijgewerkt. Wanneer u met Fransen zakendoet of communiceert, is het altijd prettig en handig om op de hoogte te zijn
van wat er in Frankrijk speelt. Het is eveneens leerzaam om het Franse nieuws in de Franse taal te lezen. Waarschijnlijk bent u al enigszins op de hoogte van het nieuws en gaat begrijpend lezen relatief gemakkelijk en het verrijkt de Franse woordenschat met actuele Franse woorden, termen en uitdrukkingen.
Dagnall Taleninstituut geeft maatwerktrainingen in onder meer Engels, Nederlands, Frans, Duits, Spaans en Portugees in Den Haag. Hierboven vindt u een overzicht van de 23 andere talen die wij behalve Frans standaard aanbieden in Den Haag.
Vanzelfsprekend kunt u altijd contact met ons opnemen voor een taalcursus in een vreemde taal die hier niet is vermeld.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Frans