Taalkennis Frans verbindt u met de Franssprekende wereld en vormt een communicatiebasis die deuren voor u opent - met name op het professionale vlak. Daarom hebben organisaties die in de taalopleiding van hun werknemers investeren, een duidelijk voordeel en een voorsprong. Dagnall Talen is een taalaanbieder die precies dat levert: Effectieve taalcursussen Frans van het hoogste niveau voor medewerkers en leidinggevenden in Arnhem en omgeving. (Betaalbare) taaltraining Frans op maat, omdat uw organisatie of bedrijf welbespraakte medewerkers verdient.
Vakgebieden
Zakelijk, medisch of technisch - Dagnall spreekt elke bedrijfstaal. Iedere bedrijfstak kent zijn eigen taalgebruik en hanteert zijn eigen terminologie. Geef uw medewerkers een duidelijk concurrentievoordeel alsook een zelfverzekerde uitstraling, door middel van branchespecifieke taalkennis Frans op het hoogste niveau. Dagnall Talen biedt uw werknemers taaltrainingen Frans in Arnhem aan in een brede waaier van vakgebieden.
Goed op weg
met
Dagnall Talen
Coachhuis in hartje Velp Emmastraat 24-A 6881 SV VELP
Dagnall Talen biedt taaltrainingen Frans op maat aan als individuele lessen, als groepscursussen met collega’s, als (intensieve) workshops en als doorlopende, regelmatige trainingen - met face-to-face-lessen alsook online cursussen. Bij ons kan iedereen Frans leren op precies een manier die het meest geschikt is voor hem of haar. Organisaties zijn naast de algemene taaltaalcursussen Frans vooral geïnteresseerd in werkgerelateerde taalcursussen zoals schrijfvaardigheid Frans of zakelijk Frans. Taaltrainingen worden afgestemd op de individuele behoeften van klanten. Wij zijn een taalaanbieder die de mogelijkheid biedt om door middel van gecertificeerde taaltrainers met uitstekende recensies en beoordelingen onbegrensd Frans te leren in Arnhem. Met Dagnall Talen behaalt u snel en doelgericht de door u beoogde resultaten.
Filosofie
De filosofie van Dagnall is om Frans te leren zonder schroom en met gemak en plezier. Dagnall Talen zet daarom alles in het werk om ervoor te zorgen dat cursisten de Franse taal zonder remmingen en moeiteloos leert. Frans leren moet leuk zijn en daarom werken wij met methodes die het leerproces voor de cursist gemakkelijker en prettiger maakt.
Door deze methodes wordt uw nieuwsgierigheid opgewekt en uw bereidheid om te leren, ondersteund. We brengen de cursist met grote stappen naar het beoogde taalniveau door dagelijks vijftien minuten te oefenen. Dagnall Taleninstituut is de ideale partner voor iedereen die Frans wil leren in Arnhem.
Betaalbare topkwaliteit sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
In overleg met u als opdrachtgever stelt Dagnall Taleninstituut uw leerdoelen en wensen vast. U meldt de cursisten aan met hun contactgegevens. Wij verzorgen een intake op locatie of, indien gewenst, telefonisch of online. Nadat het intakegesprek heeft plaatsgevonden, waarin op basis van het (ERK) Europees Referentiekader het huidige en gewenste niveau van de deelnemers wordt vastgesteld, ontvangt u een op maat gemaakt cursusvoorstel samen met uw offerte. Na akkoord van deze offerte stemmen wij de planning af op uw situatie en agenda.
De docent evalueert na een aantal lessen Frans de inhoud alsook de voortgang van de cursus. De doelstelling kan, indien nodig, worden bijgesteld. U ontvangt een eindrapportage na de laatste les samen met een beschrijving van de resultaten die de cursisten hebben behaald. De cursisten ontvangen eveneens een certificaat van het instituut.
Desgewenst wordt het (individuele) contact met de deelnemers door Dagnall Talen verzorgd Het plannen van de intakegesprekken wordt door Dagnall in overleg met u en de individuele deelnemers gedaan Deelnemers ontvangen een intakeformulier en een schrijfopdracht Frans. Dit formulier alsook de schrijfopdracht dienen vóór de datum van de intake te worden teruggestuurd Wij verzorgen de intakegesprekken op locatie of eventueel op afstand. Het gesprek duurt ongeveer 30 minuten Groepsindelingen worden geadviseerd aan de hand van niveaubepaling door Dagnall en in overleg met u vastgesteld De deelnemers worden op taal en taalniveau ingedeeld U ontvangt altijd een offerte op maat! De logistiek van het materiaal en de cursusbenodigdheden wordt uiteraard door ons verzorgd Wij berekenen geen administratiekosten alsook geen extra toeslag voor avondlessen Continuïteit van de planning van de cursus alsook het lesprogramma Frans wordt door Dagnall Talen bewaakt en gegarandeerd Dagnall Taleninstituut is flexibel alsook betrokken!
Dagnall Taleninstituut, Vertaalbureau, Tolkbureau en Tekstbureau verzorgt sinds 1982 maatwerk taaltraining Frans in Arnhem en omringende gemeenten voor bedrijven en (overheids)instellingen. Onze kundige taaltrainers Frans zijn experts op taalgebied en hebben in Gelderland een aanzienlijk aantal cursussen Frans gegeven aan het bedrijfsleven en (overheids)organisaties.
Door de functiegerichte en werkplekgerichte aanpak, biedt Dagnall Talen u betaalbare en effectieve taalcursussen Frans in Arnhem. Dagnall levert door de maatwerk-aanpak een hoog rendement. Daar kunt u op vertrouwen!
Betaalbaar maatwerk Frans in Arnhem sinds 1982
Taal op de werkvloer
Cursus Taal op de Werkvloer: draagvlak vereist! Taalcursussen (Frans) toegespitst op het verbeteren van de taalbeheersing op de werkvloer zijn intussen bij veel organisaties een begrip. Mensen zonder of met weinig beheersing van de Nederlandse taal of een andere voertaal ervaren een belemmering op de werkvloer en willen sneller en/of beter kunnen communiceren.
Zij willen in staat zijn om de werkinstructies op de werkvloer goed te kunnen begrijpen en hier mee om kunnen gaan. Deze medewerkers willen graag met meer zelfvertrouwen hun werk kunnen verrichten en uiteraard hun ambitie op hun werkterrein waarmaken. Een investering in werknemers en in de ontwikkeling van het bedrijf is hiervoor noodzakelijk.
Ons instituut biedt betaalbare maatwerk taalcursussen die de spreek-, luister-, lees- en schrijfvaardigheid op de werkvloer verbeteren. Dagnall Taleninstituut leert en helpt de deelnemer hoe hij/zij de lesstof in praktijk kan brengen op hun werk. Ons taleninstituut stemt de lessen af op de wensen van de klant alsook op het niveau van de deelnemer(s). Als aanvulling op de lessen, krijgen de cursisten frequent praktijkopdrachten tijdens de cursus, die de continuïteit van het leerproces ondersteunen en de effectiviteit van de training verhogen.
Zo ontstaat een win-winsituatie! Dagnall let ook op de wellicht onderbelichte kant van veel taaltrainingen: de cursisten staan al vaak alleen in hun inspanningen om de taal machtig te zijn, om de cultuur en gewoontes van het betreffende land en de organisatie te doorgronden en om hun omgeving door middel van taal uit te breiden. Hiervoor is motivatie en inzet vereist. Daarnaast heeft de deelnemer maar een aantal vaste contactmomenten per week met de docent. Dit is niet altijd afdoende.
Onderscheidend
Dagnall is onderscheidend door in te zetten op vergroting van het draagvlak voor de taalcursus Frans op de werkvloer. Ons instituut stimuleert collega’s en leidinggevenden van de organisatie om een voortdurend proces van taalverwerving te creëren, door direct vanaf het begin zoveel mogelijk met de cursisten te communiceren in de doeltaal. Door het consequent uitdragen van het belang van taal op de werkvloer op deze manier, wordt het nut van goede talenkennis gezamenlijk ervaren en voelen de cursisten zich gestimuleerd en gewaardeerd in de taalverwerving.
Vele wegen leiden van Arnhem naar Parijs
Behoeftes en leermethode
Een goede cursus Frans is niet alleen gefocust op de behoefte van de klant, cursist, werkgever of organisatie, zoals een verbeterde spreek- of schrijfvaardigheid. Een goede taalcursus (Frans) is ook afgestemd op de beste, lees meest geschikte, leermethode voor de cursist zelf. Een cursus Frans in Arnhem die het beste bij de taalleerder past.
Hoe behaalt Dagnall een hoog rendement?
Onze kundige taaldocenten Frans zijn zeer bedreven in het zo snel en zo plezierig mogelijk aanleren van de Franse taalkennis en vaardigheden om deze direct in realistische praktijksituaties te kunnen toepassen. Dat werkt wel zo prettig en het zorgt ervoor dat u echt waar voor uw geld krijgt. Het inmiddels alom bekende hoge rendement behaalt Dagnall met een mix van deze bewezen leermethode, gecombineerd met aandacht voor de cursist(en) en een onderzoek of de cursist(en) visueel, auditief of kinesthetisch is/zijn ingesteld. Bij Dagnall kunt u terecht voor cursussen die op een maatwerktraining gebaseerd zijn.
Dagnall Talen biedt individuele cursussen, duocursussen (2 deelnemers), groepscursussen van 3 tot maximaal 10 deelnemers, onlinecursussen, het eigen Dagnall online leerplatform voor blended learning alsook een eigen App met jargon en woordenlijsten van de specifieke organisatie. De taaltrainers van Dagnall maken veel gebruik van eigen lesmateriaal dat zij hebben gecreëerd en verzameld door de jaren heen en zij spelen voortdurend op actuele thema’s en ontwikkelingen in.
Een prettige manier van leren
Een voordeel is dat dit echte maatwerk als een zeer prettige werkwijze wordt ervaren door zowel onze cursisten alsook de trainers Frans van Dagnall Talen in Arnhem. Onze, door de jaren steeds verder ontwikkelde en verfijnde werkmethode is het zeer gewaardeerde handelsmerk van Dagnall Talen geworden. De cursus is dus niet alleen functiegericht en/of werkgericht, maar eveneens aangepast aan de leermethode die zeer geschikt is voor de cursisten.
Effectief Frans leren in Arnhem bij Taleninstituut Dagnall
Individuele cursussen en groepscursussen Frans
Franse lessen - individueel of in groepsverband
Dagnall cursussen Frans op maat voor individuen en groepen, waarbij u met een gerust hart de gehele organisatie uit handen kunt geven. Deze individuele cursussen en groepstaalcursussen biedt Dagnall Talen voor zowel beginners, als voor halfgevorderden en gevorderden. We maken voor de individuele-, duocursussen en
groepscursussen gebruik van gevarieerde en moderne onderwijsmethodieken om doelgericht te kunnen trainen en leersucces te verzekeren. Onze individuele-, duo- en groepscursussen kunnen uiteraard zowel op locatie als op één van onze trainingslocaties in of bij Arnhem worden gegeven.
Maatwerk individuele en groepscursussen Frans in Arnhem
Maatwerkcursussen Frans
Wij bieden individuele cursussen Frans voor bedrijven, (semi-)overheidsinstellingen en particulieren in Arnhem en omgeving. Een individuele cursus wordt ook wel één-op-één-cursus of privéles genoemd. De individuele taalcursussen van taleninstituut Dagnall zijn al vele jaren bekend voor de persoonlijke aandacht, het maatwerk en het hoogste rendement. Alle individuele cursussen Frans van Dagnall Talen zijn maatwerktrainingen en worden afgestemd op, en speciaal samengesteld voor, het taalniveau, de branche, de praktijksituatie en de leerstijl. De cursussen worden zo opgesteld dat de persoonlijke of bedrijfsdoelstellingen worden behaald.
Dagnall Talen biedt groepscursussen Frans van 3 tot 10 personen, maar ook zogenaamde duocursussen (2 cursisten) aan het bedrijfsleven, (semi-)overheidsorganisaties en particulieren. De leergroepen worden zo klein mogelijk gehouden om de leereffectiviteit te verhogen en de deelnemers maximaal te ondersteunen. De groepscursussen van Dagnall zijn ook maatwerkcursussen en worden speciaal samengesteld voor, en afgestemd op, het taalniveau, de branche, de praktijksituatie alsook de leerstijl alsook de trainingen worden opgesteld om de (bedrijfs)doelstellingen te behalen.
Pluspunten individuele cursus
Het hoge rendement is het belangrijkste voordeel van een individuele taalcursus Frans omdat in vrij korte tijd veel informatie opgenomen wordt. Er wordt sneller vooruitgang geboekt omdat de cursus intensief is en het leertraject is zo kort mogelijk. Flexibiliteit is een ander groot pluspunt van individuele taalcursussen. De inhoud kan optimaal aangepast aan het niveau, de doelstellingen en de specifieke aandachtsgebieden van de deelnemer en de cursus kan beter worden afgestemd op de leerstijl van de deelnemer. De leervordering is optimaal doordat eventuele begripsproblemen individueel kunnen worden behandeld. Ook is een individuele cursus ideaal op de planning en de agenda van de cursist af te stemmen zodat het tijdmanagement en het leerschema optimaal zijn.
Pluspunten groepscursus
Het grootste pluspunt van groepscursussen Frans is vooral de interactie met de andere deelnemers; actief gebruik van de doeltaal in de groep, bijvoorbeeld door middel van rollenspellen en discussies. De zogenaamde groepsdynamiek is een ander groot voordeel; van de foutjes van anderen kunnen leren en communiceren in de doeltaal met de groep. Cursisten kunnen deze afwisseling als prettiger ervaren. Groepscursussen zijn daarnaast efficiënt omdat meerdere medewerkers tegelijk getraind worden en de groep op vrijwel hetzelfde kennisniveau komt. Ook zijn groepscursussen iets minder intensief (minder zwaar) voor cursisten dan individuele taalcursussen.
Minpunten individuele cursus
Bij individuele cursussen Frans kunnen discussies en rollenspellen alleen met de docent worden gevoerd en gedaan. Het geleerde kan niet in de groep geoefend worden omdat er geen interactie met andere lerenden is. Omdat groepsdynamiek ontbreekt, is het eveneens niet mogelijk om van fouten van andere cursisten te leren. De intensievere leerbenadering van een individuele taalcursus is voor de cursist ook behoorlijk intensief (zwaarder).
Minpunten groepscursus
In groepscursussen is minder aandacht voor de individu en kunnen cursisten wat eerder afgeleid zijn. Het rendement is hierdoor wat lager. Deels kan dit worden ondervangen door de groepen iets kleiner te houden (minigroepen). Groepscursussen Frans kunnen ook minder goed worden afgestemd op individuele leerstijlen. Dat de planning minder goed kan worden afgestemd op de agenda van individuele cursisten, is een ander minpunt van groepscursussen.
Pluspunten
Individuele cursus in één oogopslag
hoogste rendement & flexibiliteit, kortste traject afgestemd op individuele leerstijl inhoud perfect afgestemd op individuele behoefte afgestemd op niveau & aandachtsgebieden cursist afgestemd op agenda cursist
Minpunten
Individuele cursus in één oogopslag
geen interactie met andere cursisten vrij intensief voor de cursist geen groepsdynamiek
Pluspunten
Groepscursus in één oogopslag
interactie met andere cursisten groepsdynamiek wordt als prettiger ervaren groep komt op hetzelfde kennisniveau efficiënt meerdere medewerkers tegelijk trainen minder intensief dan individuele cursus
Minpunten
Groepscursus in één oogopslag
iets minder aandacht voor individuele cursist minder afgestemd op individuele leerstijlen minder afgestemd op agenda cursisten
Ontdek onze mogelijkheden voor cursussen Frans
Verschillende opties voor Franse les
Dagnall Talen verzorgt taalcursussen (Frans) voor zowel beginners, halfgevorderden als gevorderden. Niet iedereen kan een talencentrum bezoeken. Daarom bieden wij de taalcursussen eveneens online en incompany aan. Bij Dagnall Talen kunt u terecht voor een intensieve
of semi-intensieve cursus, een spoedcursus of een opfriscursus of een cursus zakelijk Frans. Een combinatie van deze trainingen is eveneens mogelijk. Dagnall Talen staat voor (betaalbaar) maatwerk!
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten van elementaire verbale communicatieve vaardigheden te voorzien. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je als een reactie op de grammatica-vertaalmethode zien. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) werden gegeven. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en de (Franse) grammaticale structuren worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is zonder fouten Frans kunnen verstaan en spreken; het begint bij een Franssprekende leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt met drills gewerkt om Franse zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch gaan worden. De taaltrainer Frans kan bijvoorbeeld een bepaalde zin 10 keer herhalen om daarna een nieuw Frans woord toe te voegen Bij de audiolinguale methode wordt veel in zogenaamde talenpractica gewerkt, waar studenten Frans een koptelefoon op hebben en zinnen beluisteren en nazeggen. Geschreven Frans wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Frans al vertrouwd is geworden. Er wordt wel met afbeeldingen gewerkt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
De methode werd in ons land pas geïntroduceerd rond 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al gauw grote bezwaren tegen deze betekenisloze driloefeningen. Het kwam soms voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats hiervan maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Het was nu breed geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Frans) niet gaat om het memoriseren van de (Franse) grammaticaregels, maar om de toepassing ervan. De luistervaardigheid (Frans), waar het merendeel van docenten vóór 1970 geen aandacht aan schonken, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor mensen die Frans beginnen te leren effectief. Direct van het begin wordt de correcte uitspraak Frans aangeleerd. Deze audiolinguale methode is docentgestuurd en daardoor kan deze methode een efficiënte en snelle overdracht van taalkennis bieden. Ook voor grotere groepen is de methode geschikt.
Deze docentgestuurde kant is tegelijkertijd een nadeel; eigen inbreng wordt niet van de lerenden verlangd, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer ligt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Frans zijn om te zetten.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) te leren op een zodanige manier dat deze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die herhaald worden na verloop van tijd. Deze Franse woorden of zinnen van de woordenlijst worden door de lerende hardop gelezen. Het idee is niet om de woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, maar dit gebeurt vanzelf door blootstelling. Deze woordenlijst wordt steeds veranderd; Franse woorden die aangeleerd zijn, worden van de woordenlijst gehaald. De Franse woorden die nog steeds problemen geven, blijven op de lijst op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method claimen dat de woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan opgeslagen worden in het langetermijngeheugen, iets dat door veel geheugenwetenschappers betwijfeld wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt kennis in het algemeen opgeslagen wanneer deze kennis ook van betekenis en relevant is voor de lerende. Voor Franse woorden en zinnen die van betekenis en relevant zijn voor de student, kan deze methode werken.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun zou deze GoldList-methode goed kunnen functioneren. Met de hand schrijven functioneert beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken, omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Het gebrek aan context is een nadeel. Talen zijn veel meer dan alleen een verzameling losse woorden en/of zinnen. Bovendien is deze methode zeer tijdrovend; er moeten steeds met de hand geschreven woordenlijsten worden aangelegd.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy D. Terrell en Stephen Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op het op natuurlijke wijze verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De methode probeert het Frans te leren op de manier waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. De taalregels van het Frans leert studenten ook onbewust op deze manier. Alleen de Franse taal wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een leeromgeving zonder stress voor de studenten. De lerenden worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de Natural Approach wordt de taalproductie Frans niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en minder op het corrigeren van vormfouten en expliciete Frans grammatica.
De methode werkt het meest effectief als de studenten worden ondergedompeld in het Frans. De activiteiten in het Frans moeten stimulerend zijn zodat de student van de ervaring kan genieten.
De Natural Method leermethode lijkt vrij veel op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen de methoden is dat bij de Directe Methode meer de focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het feit dat onderdompeling een heel effectieve leermethode is, is al veelvuldig bewezen. Omdat de methode vrij eenvoudig te begrijpen is, is de Natural Approach een populaire wijze van lesgeven onder taaldocenten Frans. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De nadruk wordt vooral op het impliciet aanleren van de grammatica van het Frans gelegd. De student zou inderdaad leren om te communiceren, maar in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal blijven hangen door onvoldoende kennis van de grammatica van de taal.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Op een natuurlijke manier leren, wordt als een prettige manier ervaren om een taal aan te leren. Lerenden wordt de kans geboden een persoonlijke band met het Frans op te bouwen. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde Frans langer.
Het nadeel kan zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er bijna geen druk ligt op de taalproductie. De methode bereidt de lerende eveneens niet per se voor op een specifiek Frans examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) ofwel ‘Structurele Aanpak’ is in de jaren 50 ontwikkeld door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
Deze Structurele Aanpak is een methode om een vreemde taal te leren die als doel heeft om studenten vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans). Volgens de SA levert het beheersen van deze structuren meer op dan het verwerven van het Frans. Het gaat om het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van Franse woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde. Deze combinaties van woorden worden aan de student aangeboden in herkenbare situaties middels dramatisering, visualisatie, handelingen en gezichtsuitdrukking. De structuren die in de praktijk het vaakst in het Frans worden gebruikt, worden eerst aan de taallerende aangeboden. Mondelinge vaardigheid Frans (luisteren en spreken) wordt hier in eerste instantie bij gebruikt; daaruit volgen lezen en schrijven. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een belangrijke plaats. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op grote schaal gebruikt om in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië Engelse les te geven.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Dat de kunnen lerenden het Frans op een nauwkeurige manier kunnen leren, is de sterke kant van een structurele aanpak. De studenten krijgen inzicht in de Franse grammatica ze leren eveneens in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet passend zijn voor de situatie. De methode van de Structural Approach gebruikt alledaagse taal. Aan de Structural Approach kleven ook nadelen. Deze methodiek kost tamelijk veel tijd en zorgt niet direct voor succeservaringen. De eigen input van studenten is behoorlijk beperkt; de methode is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Communicatief taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van talen legde. Taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van vreemde talen (zoals Frans).
De studenten leren met behulp van de CLT-technieken het Frans in de praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de taaldocent Frans. Teksten, geschreven in het Frans of ander materiaal uit de werkomgeving en het dagelijks leven worden gebruikt. Het Frans wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten Frans dragen onderwerpen aan buiten het domein van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Frans in diverse situaties uit de praktijk te oefenen. Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT is de docent Frans echt een trainer, die de lerende helpt in het Frans te communiceren.
Populariteit
De CLT werd heel populair in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol waren gebleken. In (een verdere eenwording van) Europa ontstond meer behoefte aan het leren van vreemde talen op een manier die direct kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel pluspunten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; het is functioneel en studentgericht. Doordat authentieke materialen te gebruiken, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is een efficiënte methode. Voor de studenten is het stimulerend omdat zij gauw succeservaringen hebben. Foutjes mogen worden gemaakt; de vaardigheid wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak minder aandacht wordt geschonken. De voorbereiding en de planning vraagt veel tijd van de docent en van de lerende vereist het een actieve deelname. Afhankelijk van welke achtergrond zij hebben, is voor bepaalde studenten deze manier van een taal leren afwijkend of moeilijk. Communicatief taalonderwijs (CLT) (communicatief taalonderwijs) traint de vaardigheden; hierbij gaat het om de functie en niet zo zeer om de vorm en de methode biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Men leerde om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens lesboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Hij ontwikkelde omstreeks 1783 een leermethode waarbij de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, cultuur en religie. Onderwijs in Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en was volledig gericht op grammatica en vertalen (van bijvoorbeeld Frans). Dat werd destijds beschouwd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse van de taalvormen en de taalstructuren (van bijvoorbeeld Frans) uit waarbij de lerende inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De trainer draagt de kennis Frans over, de lerenden memoriseren.
Populariteit
Alhoewel reeds vanaf halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, is tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode van grote invloed geweest op het taalonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Deze grammatica-/vertaalmethode vormt een aardige mentale training aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren. De methode biedt eveneens inzicht in de structuur van het Frans, doordat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de geleerde taal zelfs na jaren studie weinig mondeling kan worden toegepast. Omdat het meestal gaat om literair taalgebruik, staat de methode ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die wordt aangeboden. De methode biedt geen mogelijkheid tot een eigen creatief proces of tot differentiatie bij de lerenden bij het leren in een groep. De lerenden zijn alleen toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (Engelse naam: language immersion of alleen immersion) over de hele wereld toegepast, en dan met name op de middelbare school waarbij een vak (bijvoorbeeld wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die bij Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’ wordt toegepast. De leermethode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse taalles aan rijke dames uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, direct vanaf het eerste moment door de nieuwe taal is omgeven. Alle instructies vinden in de doeltaal (Frans) plaats; eerst langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke manier. Vanaf het begin wordt de student ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. De methode maakt gebruik van simulaties en rollenspellen. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt de omgeving veelal in de stijl van het Frans ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Frankrijk zijn. De studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Frans spreken. Een andere wijze om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk te gaan naar Frankrijk en daar te verblijven in een gastgezin.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt beschouwd als een erg goede methode om vreemde talen te leren. Voornamelijk de mondelinge taalbeheersing Frans kan op deze manier zeer goed worden aangeleerd.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, doordat de methode vrij intensief is. Omdat de student wordt erdoor omgeven, is het een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet wel gaan communiceren in het Frans. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Frans aan het leren. In groepsverband versterkt het samen oefenen de sociale interactie. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een minpunt. Als studenten in een korte tijd Frans leren, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Een bijkomend nadeel van de methode kan zijn dat een dergelijke taaltraining Frans erg intensief is. Niet elke lerende heeft de conditie om deze leermethode vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om vreemde talen te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De leermethode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al doet vermoeden, is Suggestopedia gebaseerd op de kracht van de suggestie. Volgens Georgi Lozanov is positieve suggestie een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de studenten en de trainer (Frans) van essentieel belang. Hiervoor moeten de lerenden zich ontspannen en veilig voelen. Leslokalen met rijopstellingen waren uit den boze om dit te bewerkstelligen. Studenten zaten in comfortabele stoelen tijdens de lessen die in een halve cirkel opgesteld waren en er was altijd achtergrondmuziek in de klas. De methodiek die Georgi Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Bij de teksten waren woordenlijsten alsook opmerkingen met betrekking tot de (Franse) grammatica. Het voorlezen werd gedaan met gebaren en veel expressies in stem. Studenten werden zo uitgenodigd om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren voor ze, konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. Tijdens de lessen werd veel aandacht geschonken voor de cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). Er werd met rollenspellen gewerkt en ook (Franse) streekgerechten werden in de les bereid en gegeten.
Populariteit
De leermethode van Lozanov was enigszins omstreden en is niet heel bekend meer. Sommige elementen van de leermethode zoals het gebruikmaken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedia zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer in de les, waardoor de lerende geen hinder heeft van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een ander voordeel van de methodiek is dat de lerende gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in te leven in de situatie. Dit is voor sommigen een nieuwe ervaring. Voor sommige studenten is dit tegelijk een nadeel, want niet elke student is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommige mensen ook eerder afleiden en verstorend werken in tegenstelling tot ontspannend of stimulerend. Een andere zwakke kant is dat de verhouding docent-student niet echt gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de kant van de Franse docent waarbij de student steeds de ontvangende partij is.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de docent als counselor fungeert die de zinnen van de studenten omschrijft. De lerenden beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als zij de te leren taal (Frans) nog niet genoeg machtig zijn. De taaldocent (Frans) vertaalt en legt uit. Hierna herhalen de lerenden de uitingen van de docent zo goed mogelijk. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.
Community Language Learning stimuleert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de wisselwerking tussen de lerenden onderling als middel om te leren. Het zijn de lerenden zelf die het lesmateriaal bepalen middels betekenisvolle gesprekken. Een leerboek Frans wordt niet gevolgd.
Populariteit
De mate van succes van de methode is grotendeels afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. Bij deze methode dient de taaldocent naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig onderlegd te zijn. Deze trainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de lerenden zeer goed te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de lerenden te vertalen. CLL kan prima werken als deze correct gebruikt wordt. Deze methode is niet geschikt voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
CLL biedt de lerenden veel autonomie. Veel studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken zinvol. Niet alleen tijdens de les Frans, maar ook daarbuiten wordt de leergroep vaak heel hecht. Met CLL worden studenten zich een stuk meer bewust van anderen in hun groep, hun sterke en minder sterke punten en ze leren om te werken als team. Het bespreken van hun fouten en het evalueren van de taallessen Frans is heel leerzaam voor de studenten. Vaak blijven deze correcties in het geheugen gegrift en worden deel van het actieve vocabulaire van studenten.
Dat de docent niet sturend is, terwijl sommige lerenden wel sturing nodig hebben, kan een keerzijde zijn. Bij CLL wordt geen gebruikgemaakt van een leerboek en er worden ook geen toetsen Frans gehouden. Het succes van de lessen is hierdoor lastig meetbaar. Een aantal lerenden wordt in hun Frans spreken geremd als zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren ontwikkeld door Michael Lewis in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Franse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen bestaan. Lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt woordenschat Frans een grotere plaats in dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Er wordt aandacht geschonken aan interactie maar ook aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de student (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Voor het zelfstandig ontdekken van de Franse taal door de lerenden wordt veel ruimte geboden.
Het is de rol van de taaldocent Frans om te zorgen voor genoeg input en het faciliteren van het leertraject van de lerende.
Populariteit
Door de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia de leerboeken aanmerkelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht aan woordenschat besteed die wordt aangeboden in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Michael Lewis streefde; de drastische omwenteling in de wijze waarop talen worden onderwezen, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door het werken met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal, leren de studenten op een heel natuurlijke wijze het Frans te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de aangeleerde taalsituaties, is de keerzijde van deze methode. Met het zelf leren herkennen van de patronen van het Frans hebben sommige lerenden moeite en zij hebben meer aan een taaldocent Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is door de Fransman François Gouin in 1880 ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin gaat uit van een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en niet veel kennis van grammatica vereisen. Op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden, leren studenten zinnetjes. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, beroep en wetenschap, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het betreft een soort eentalige leermethode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans) gaan denken.
Populariteit
Gouin’s principes over taal waren hun tijd ver vooruit. Ondanks dat de methode een afwijkende aanpak had, was de seriemethode van François Gouin enige tijd succesvol. De leermethode werd echter door Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Seriemethode van Gouin worden de mondelinge vaardigheden Frans sterk ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de lessen.
De leermethode biedt levendig onderwijs. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visueel leermateriaal, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit type onderwijs Frans enthousiasme op bij de lerenden. Het leren wordt tastbaar; dit was volledig nieuw. De Franslerenden worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve vaardigheid Frans van de student wordt goed gestimuleerd met de methode van François Gouin.
De methode heeft als nadeel dat taal die wat subjectiever of abstracter is, wat lastig met beweging en expressie in één duidelijke ervaring is te vangen. Een bijkomend van de methode van François Gouin is de bewerkelijkheid voor de docent, die een scala aan series voor moet bereiden. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog veelal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheden toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren tachtig van de vorige eeuw. De grondleggers van deze methode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie achter deze methode is dat de verwerving van de doeltaal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een middel om bepaalde taken uit te voeren. Studenten krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor taalkennis (Frans) vereist is. Om deze taken goed uit te voeren, dienen ze over woordenschat en taalregels te beschikken. De taken zijn alledaagse taken, zoals een boodschap doen, een e-mail schrijven, met de klantenservice bellen, een drankje bestellen of de krant lezen. De taak wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerenden zich eerst op de taak voorbereiden, daarna de taak uitvoeren en tot slot erop terugblikken. Studenten dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. De taken dienen net boven het kennisniveau van de student Frans te liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf de vroege jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheid bij studenten (met name studenten met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) biedt duidelijke voordelen. Het is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheden (Frans) te gebruiken. Zolang de taak goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Lerenden komen op een natuurlijke, alledaagse wijze in contact met het Frans en leren zo authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in de vreemde taal. Bovendien leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als plezierig en motiverend ervaren .
Dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor lerenden die niet heel precies leren, kan als keerzijde worden genoemd.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; Nieuw-Zeelands taalkundige en docententrainer op het gebied van Engels taalonderwijs bedacht Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in het jaar 2000.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching was ‘Dogme 95’; de stroming van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder Deense filmregisseur Lars von Trier uit 1995. Voor het maken van films houden de deelnemers zich aan tien strikte regels (tien dogma’s). Deze tien regels behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’. Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet is belast door voorgedrukt materiaal. Het starten van echte inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan, is het doeleinde van de Dogme-methode. Bij deze methode gaat het om communicatie als de drijvende kracht van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). De Dogme-benadering is daarom een communicatieve aanpak van het onderwijs, die taalonderwijs zonder lesboeken wil bieden of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen docent en studenten focust. Net zoals de Dogme-beweging in de film, heeft het Dogme-taalonderwijs tien dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat er niet veel onderzoek naar het succes van Dogme is geweest, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de parallellen met taakgericht leren van talen (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding is vereist, is een positieve bijkomstigheid voor de docent Frans. Het kan heel motiverend zijn dat de studenten voor het eigen leerproces de verantwoording draagt. Zo zijn de lessen Frans niet voorspelbaar; dit zorgt ervoor dat de communicatie spontaan is en voorkomt verveling. Tijdens een les volgens de Dogme-methode is bijna elk item bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat de studenten betrokken en alert blijven.
Als de studenten zo weinig bij de hand worden genomen door de taaltrainer, kunnen ze zich daartegenover iets minder op hun gemak voelen. Ook is niet elke trainer Fransin voldoende mate flexibel voor dit type van onderwijs. Dat studenten zich vaak dienen voor te bereiden op een specifiek examen Frans, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde lesstof tijdens de taallessen wordt behandeld, kan een bijkomend nadeel vormen van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is in het jaar 2007 ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-benadering geldt als een alternatieve kijk op het leren van een vreemde taal (zoals het Frans). Dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien, is de primaire aanname van de GPA. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het verwerven van het Frans; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de benamingen ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraren of docenten’. De Growing Participator Approach (GPA) heeft gelijkenissen met, en is gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Frankrijk voeren de activiteiten uit. Begrip gaat boven productiviteit. De nadruk ligt op Franse woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de methode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze duurt ongeveer 100 uur. In fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de leermethode is de ‘verhaalopbouwfase’. Deze duurt ruwweg 150 uur en nu beginnen de deelnemers het Frans ook te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen worden gedeeld alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 van de leermethode begint de deelnemer zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans door middel van televisie, films, nieuws of literatuur. Ook het Frans dat nodig is voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de methode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om groei buiten de formele taalsessies Frans om.
Populariteit
Er is nog weinig bekend over het succes omdat de leermethode van Thomson nog relatief nieuw is. Deelnemende studenten zijn er in elk geval enthousiast over.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
De GPA-benadering biedt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving Frans. De zes afzonderlijke fasen bieden realistische doelen en een duidelijk tijdsschema. De lerenden verwerven niet alleen kennis van de Franse taal, maar ook van de omgeving en de lerenden verwerven eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een minpunt van deze methode is dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is om behoorlijk wat tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht in de vroege jaren 2000 door de Amerikaanse polyglot en taalkundige Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken om de uitspraak en intonatie (Frans) te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek werkt eigenlijk eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen wat zij horen. Bij de methode is het niet belangrijk om de Franse tekst te begrijpen; het gaat in eerste instantie om de klank. Luisteren en herhalen wordt net zo veel geoefend tot het moment het heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan Frans kan spreken met de audio-opname. Na enige tijd gebruiken de lerenden een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben gezegd. Zolang de boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende teksten, zijn diverse lesboeken voor deze techniek geschikt. De Franse audio-opnames dienen ideaal bezien iets boven het niveau van de student te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. De aanbeveling van Argüelles is studenten om tijdens het spreken te lopen, liefst buiten, en niet te zitten, omdat lichamelijke beweging de opname versterkt van de nieuwe taal (het Frans) in het zenuwstelsel. Dat de studenten minder gauw worden afgeleid als zij in beweging zijn, is een andere reden zodat het leren van de Franse taal een stuk effectiever gaat.
De shadowing-techniek heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale drills werden gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Ook het simultaan spreken is anders aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van het Frans wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat de methodiek in een groep van lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief aan de methodiek leren zijn. Het rendement van de methode is hoog.
Het nadeel van de Shadowing-methode is dat de lerende het soms wat saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus van groot belang.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die van het idee uitgaat dat mensen door middel van handelingen en bewegingen leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Frans vormt de basis, daarna volgt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaldocent geeft op een begrijpelijke en vriendelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de student doet na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Opdrachten die bekend zijn worden verder uitgebreid of deels aangepast.
Door het combineren van beweging en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Daardoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt vooral binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren en volwassenen werken met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. De methode zorgt voor vlotte succeservaringen, wat het plezier in het leren van het Frans bevordert. Dit zorgt voor stressvrij leren. De methode van TPR® is in principe voor alle doelgroepen geschikt, ongeacht welke achtergrond of leeftijd en de leermethode kan ook in iets grotere klassen toegepast worden. Het geleerde Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende.
Het minpunt van de TPR®-methode is dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is. Daardoor werkt de methodiek tot op een zeker niveau en is nog een andere methodiek nodig als aanvulling. Daarnaast is de leermethode niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën in het Frans uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren 80 van de negentiende eeuw de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe visies over talen leren dat inductief en zelfontdekkend diende te zijn. Overigens betrof deze Reformbeweging niet alleen het leren van een vreemde taal, maar eveneens voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Men streefde, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en bevrijding van keurslijven. Binnen het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij de grammatica eerder inductief werd aangeleerd, door middel van voorbeeldzinnen. Hieruit moesten de lerenden de taalregels afleiden. Er waren meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Frans). Het werd aangemoedigd de lerenden veel in het Frans te laten praten. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de lessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. Aan de hand van voorbeelden en plaatjes werd de (Franse) woordenschat aangeleerd. De studenten boden zelf abstracte vocabulaire aan om ideeën te laten associëren.
Populariteit
Mede onder invloeden van de crises en oorlogen ebde de golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw weg, om in de jaren 60 weer een andere vorm te vinden.
Taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het belangrijkste voordeel van de Directe Methode. Er wordt veel aandacht geschonken aan spreken en luisteren, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Frans ontwikkelen. Aan deze Direct Methode kleven echter ook minpunten. Voor schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen relatief weinig aandacht. Voor meer gevorderde lerenden Frans, heeft deze leermethode onvoldoende uitdagingen te bieden. Voor de langzaam lerende studenten is de Directe Methode ook niet zeer bruikbaar, doordat deze leermethode is gebaseerd op een dynamische inzet van de student.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode gaat van hetzelfde principe uit als waar de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’) voor staat: de beste manier om talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een taal (zoals Frans) dient gemakkelijk en veilig te zijn. Manesca wil daarom niet met abstracte regels of lijstjes met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de vroegst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep lerenden en een trainer Frans, die slechts één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en deze beweging worden vervolgens door de studenten na elkaar herhaald. De herhaling helpt de studenten hhet Franse woord te onthouden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. Stap voor stap worden de woorden zinnen en vervolgens variaties op deze Franse zinnen. Franse spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De methode van Jean Manesca is al een aantal jaren later overgenomen en aangepast door Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Jean Manesca zijn actueel en worden nog steeds in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Het veelvuldige herhalen draagt daar ook aan bij. Dat het wat saai wordt om steeds dezelfde Franse woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan door lerenden als een minpunt worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De autonomie van de student en diens actieve deelname is het uitgangspunt van Gattegno’s methode.
De docent Frans gebruikt een combinatie van gebaren en stilte om de aandacht van de studenten te trekken, reacties te krijgen en hen aan te moedigen om fouten te corrigeren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Frans) van de taal besteed.
Caleb Gattegno, die wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een manier die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Caleb Gattegno kwam erachter dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder dan wanneer mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Hij betoogde dat de taaldocenten niet zozeer naar kennisoverdracht zouden moeten streven, maar bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te kunnen leren.
Gekleurde staven die voor allerlei verschillende dingen kunnen worden gebruikt, zijn één van de hulpmiddelen die The Silent Way hierbij gebruikt. Ook maakt de methodiek gebruik van Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.
Populariteit
Voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak van het Frans zijn de ideeën van Gattegno wel van betekenis geweest, alhoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Het voordeel van de leermethode van Gattegno is dat zijn aanpak voor de student niet-bedreigend is, die tenslotte beschouwd wordt als autonoom. In principe is de trainer Frans dienstbaar aan de lerende en niet omgekeerd. Met The Silent Way wordt het leren van het Frans op een natuurlijke wijze gestimuleerd. De geleerde taalkennis wordt doorgaans goed verwerkt en onthouden door de lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De studenten ‘mogen’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Een nadeel kan zijn dat sommige studenten meer begeleiding nodig hebben dan de methode voorstaat. De studenten zouden gefrustreerd kunnen raken door het gebrek aan inbreng van de trainer Frans. De limiterende factor van het werken met kleuren en grafieken is dat de nieuwheid er snel af gaat, waardoor het effect verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-techniek (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke manier van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. De student wordt blootgesteld aan veel begrijpelijke input om dit te kunnen bereiken. Door de docent Frans wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. Omdat de verhalen van de trainer gemakkelijk te begrijpen zijn, ontspannen de lerenden zich. Op deze manier worden woorden en structuren van het Frans ongemerkt in het langetermijngeheugen van de lerende opgeslagen. De taaldocent wijst de lerenden op grammaticale fenomenen in het Frans, zonder dat lerenden taalregels uit hun hoofd leren.
De lerende zal na een poosje ‘vanzelf’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een alternatief is om samen met een groep lerenden een verhaal op te bouwen. Bij deze methode schrijft de taaldocent Frans eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met de Franse vertalingen erbij, om vervolgens met de lerenden een verhaal te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Frans, omdat dit zorgt voor input. Schrijven in het Frans volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de trainer moet goed getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en het geleerde wordt grondig verworven. Omdat TPRS ook aan de creatieve intelligentie appelleert, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. TPRS is plezierig voor studenten en het is relatief gemakkelijk om de aandacht erbij te houden. Zelf verhalen maken, werkt zeer motiverend voor de lerende.
Een nadeel is dat de methode veel voorbereiding van de trainer vraagt.
De Rosetta Stone-leermethodiek is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die in Egypte werd gevonden met een tweetalige tekst, waarmee uiteindelijk de hiërogliefen ontcijferd konden worden. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. De eerste versie van Rosetta Stone is in het jaar 1996 uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een wijze om achter een computer een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Deze taalcursussen worden aangeboden in ruim dertig talen en ze zijn te volgen vanuit al deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop kinderen de moedertaal leren. Dit wil zeggen ‘leren door onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Frans) en foto’s voor om de betekenis van nieuwe woorden in de doeltaal (het Frans) over te brengen. Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen dat de Franse uitspraak registreert en een schematische weergave hiervan maakt. Dit maakt het mogelijk voor een student om de uitspraak met die van een moedertaalspreker Frans te vergelijken. Verbetering van de uitspraak kan bereikt worden door de voorbeeldstem iets minder snel te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Voor de schrijfvaardigheden Frans van de lerenden biedt de methode dictee-oefeningen. De software controleert de Franse spelling en de grammatica en geeft taalfouten aan met de mogelijkheid om de taalfouten te verbeteren.
Het programma omvat eveneens leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
De methode van Rosetta Stone wordt wereldwijd veel ingezet en zeker niet door de minsten. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen gebruikt en ook door een aantal internationale bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is heel eenvoudig om te gebruiken en kan op ieder moment door de student worden ingezet. Welke onderdelen van de leermethode meer of wellicht minder aandacht nodig hebben, kan de lerende zelf bepalen. Veel lerenden ervaren het als plezierig om met de methodiek te werken. Bij een gebrek aan docenten kan Rosetta Stone een oplossing zijn voor onderwijsinstellingen. Dat er geen taaldocent beschikbaar is die studenten kan motiveren of wat extra’s kan bieden, kan een nadeel van de methode zijn.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die Pimsleur in 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialoog in de doeltaal die de student naspreekt en vervolgens herhaalt. Deze Franse voorbeeldzinnetjes zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursussen van Pimsleur zijn op herhaling, anticipatie, woordenschat en herhaling gebaseerd. De les omvat een halfuur audio-opname met nieuwe woordenschat en taalstructuur. De grammaticale structuur van het Frans wordt niet apart uitgelegd maar aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.
Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarin kennis overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval verwerkt.
Populariteit
De Pimsleur taalcursussen worden onder meer in Amerika gevolgd en de ervaringen met de methode lopen uiteen. Over het algemeen zijn lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Doordat de insprekers van de zinnen allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Frans spreken, werkt de methode van Pimsleur erg goed als uitspraakverbeteraar.
Het minpunt van de leermethode van Pimsleur is dat er niets uitgelegd wordt. De student leert geen bouwstenen van het Frans om zelf een zin te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnetjes doen die worden ingeprent.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verwonderlijk, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden zoals Diana Ross, Barbra Streisand, Mel Gibson, Emma Thompson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als diegene geen stress heeft. Michel Thomas maakte zijn studenten duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De taalcursussen zijn audiolessen (Frans), door twee acteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is bij Michel Thomas een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de lessen van de stemacteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de lerende op pauze klikt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. De lessen worden in stapjes opgebouwd en nieuwe Franse lesstof wordt met bekende Franse lesstof afgewisseld. De uitleg wordt in de Engelse taal gegeven. Er wordt op eventuele verbanden gewezen tussen de talen. Grammaticale uitleg wordt ook gegeven. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de lerende het voorgaande heeft begrepen en geleerd. Behalve Franse woorden en zinnen in de doeltaal worden ook bouwstenen aangeleerd waarmee de gebruikers zelf zinnen kunnen bouwen. Ook gebruikt de methodiek van flashcards zodat lerenden zelf hun vocabulaire Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel lerenden vinden de Michel Thomas-methode prettig werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Frans. De studenten die wat verder zijn met de taal, ervaren de cursussen soms als wat minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De methode van Michel Thomas traint de uitspraak alsook de luistervaardigheid Frans op efficiënte wijze en is zeer toegankelijk. Het feit dat de cursussen Frans niet in schrijfvaardigheid voorzien, is een nadeel van de methode van Michel Thomas. Ook is er geen echte interactie doordat de methode van Michel Thomas een audiocursus is.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 is opgericht door polyglot en schrijver en Alphonse Chérel. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Het eerste boek van Assimil was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat voor een taalcursus (zoals Frans) wel een hooggegrepen streven is. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die uit een lesboek Frans, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. De cursisten werken idealiter ongeveer twintig minuten per dag.
De lessen van Assimil bestaan uit verschillende Franse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De Franse vertaling staat ernaast, alsook toelichting van de grammatica. Voor het oefenen van de uitspraak van het Frans, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnen die door native (moedertaal) speakers zijn ingesproken en die de lerenden dienen te herhalen. De opbouw van de les is van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie van de lerenden verwacht; dit komt pas na ruwweg vijftig lessen.
Populariteit
De cursussen van Assimil zijn populair. De cursussen zijn niet duur en er is een ruim aanbod aan verschillende talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de cursist Frans in zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste past, is het voordeel van de methode van Assimil. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle taalcursussen met een computer, dat de studenten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen trainer Frans om de cursist te motiveren of te begeleiden.
De audiolinguale methode was al in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw ontwikkeld in Amerika en Engeland, onder meer door de Amerikaanse taalkundige Leonard Bloomfield. Doordat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werd het noodzakelijk om de (Amerikaanse) soldaten van elementaire verbale communicatieve vaardigheden te voorzien. Vanwege de invloed van het leger werd deze audiolinguale methode ook bekend als de ‘legermethode’.
Kenmerken van de Audio-Lingual Method (ALM)
De audiolinguale methode kun je als een reactie op de grammatica-vertaalmethode zien. Een nieuw verschijnsel was dat de lessen geheel in de doeltaal (bijvoorbeeld Frans) werden gegeven. De belangrijkste vaardigheden zijn kunnen spreken en luisteren (in het Frans) en de (Franse) grammaticale structuren worden geleerd met behulp van mondelinge structuuroefeningen. De bedoeling is zonder fouten Frans kunnen verstaan en spreken; het begint bij een Franssprekende leren naspreken. Herhaling is het middel hiervoor; er wordt met drills gewerkt om Franse zinnen en structuren goed aan te leren, zodat reacties spontaan en als het ware automatisch gaan worden. De taaltrainer Frans kan bijvoorbeeld een bepaalde zin 10 keer herhalen om daarna een nieuw Frans woord toe te voegen Bij de audiolinguale methode wordt veel in zogenaamde talenpractica gewerkt, waar studenten Frans een koptelefoon op hebben en zinnen beluisteren en nazeggen. Geschreven Frans wordt pas aangeboden wanneer het mondelinge Frans al vertrouwd is geworden. Er wordt wel met afbeeldingen gewerkt voor het introduceren van nieuwe woorden in het Frans.
Populariteit
De methode werd in ons land pas geïntroduceerd rond 1970 bij het ingaan van de Mammoetwet. Er waren al gauw grote bezwaren tegen deze betekenisloze driloefeningen. Het kwam soms voor dat de techniek haperde, waardoor de talenpractica vrij gauw in onbruik raakten. In plaats hiervan maakte men de voor mondeling gebruik bedoelde structuuroefeningen schriftelijk. Schrijvers van leerboeken namen de markt weer over en boden zoals gebruikelijk expliciete grammaticaregels aan. Toch heeft de audiolinguale methode haar sporen nagelaten. Het was nu breed geaccepteerd dat het bij het leren van een taal (zoals Frans) niet gaat om het memoriseren van de (Franse) grammaticaregels, maar om de toepassing ervan. De luistervaardigheid (Frans), waar het merendeel van docenten vóór 1970 geen aandacht aan schonken, was ontdekt.
Voor- en nadelen van de Audio-Lingual Method
De audiolinguale methode is voor mensen die Frans beginnen te leren effectief. Direct van het begin wordt de correcte uitspraak Frans aangeleerd. Deze audiolinguale methode is docentgestuurd en daardoor kan deze methode een efficiënte en snelle overdracht van taalkennis bieden. Ook voor grotere groepen is de methode geschikt.
Deze docentgestuurde kant is tegelijkertijd een nadeel; eigen inbreng wordt niet van de lerenden verlangd, waardoor het risico op enige passiviteit en onvoldoende betrokkenheid en motivatie op de loer ligt. Een ander bezwaar van de methode is dat de geoefende drills niet zo eenvoudig in levend taalgebruik Frans zijn om te zetten.
GoldList Method (GLM)
Bedacht door wie en wanneer
De GoldList Method (‘gouden lijst-methode’) is door polyglot David J. James, alias Viktor Dmitrievitch Huliganov of Uncle Davey ontwikkeld.
Kenmerken van de GoldList Method (GLM)
Deze GoldList Method is een leermethode om woorden of zinnen (bijvoorbeeld in het Frans) te leren op een zodanige manier dat deze plaatsnemen in het langetermijngeheugen van de student. Deze methode werkt middels zelfgeschreven woordenlijsten (Frans) die herhaald worden na verloop van tijd. Deze Franse woorden of zinnen van de woordenlijst worden door de lerende hardop gelezen. Het idee is niet om de woorden en/of zinnen uit het hoofd te leren, maar dit gebeurt vanzelf door blootstelling. Deze woordenlijst wordt steeds veranderd; Franse woorden die aangeleerd zijn, worden van de woordenlijst gehaald. De Franse woorden die nog steeds problemen geven, blijven op de lijst op de woordenlijst staan.
Populariteit
Aanhangers van de GoldList Method claimen dat de woorden op de woordenlijst en zinnen spontaan opgeslagen worden in het langetermijngeheugen, iets dat door veel geheugenwetenschappers betwijfeld wordt. Volgens deze geheugenwetenschappers wordt kennis in het algemeen opgeslagen wanneer deze kennis ook van betekenis en relevant is voor de lerende. Voor Franse woorden en zinnen die van betekenis en relevant zijn voor de student, kan deze methode werken.
Voor- en nadelen van de GoldList Method
Bij lerenden die voordeel hebben bij bijvoorbeeld Post-its® als geheugensteun zou deze GoldList-methode goed kunnen functioneren. Met de hand schrijven functioneert beter dan typen of, zelfs redelijk zinloos: een foto maken, omdat het fysieke deel van het geheugen door het schrijven aangesproken wordt en meewerkt. Het gebrek aan context is een nadeel. Talen zijn veel meer dan alleen een verzameling losse woorden en/of zinnen. Bovendien is deze methode zeer tijdrovend; er moeten steeds met de hand geschreven woordenlijsten worden aangelegd.
De Natural Method
Bedacht door wie en wanneer
De Natural Method, ook de Natural Approach (de ‘natuurlijke aanpak’) genoemd, is door de Amerikanen Tracy D. Terrell en Stephen Krashen in 1983 ontwikkeld.
Kenmerken van de Natural Method
De Natural Method is gericht op het op natuurlijke wijze verwerven van de taal (zoals bijvoorbeeld Frans). De methode probeert het Frans te leren op de manier waarop iemand als kind zijn of haar moedertaal leerde spreken. De taalregels van het Frans leert studenten ook onbewust op deze manier. Alleen de Franse taal wordt hiervoor gebruikt met de nodige visuele hulpmiddelen. Het streven is een leeromgeving zonder stress voor de studenten. De lerenden worden blootgesteld aan een aanzienlijke hoeveelheid begrijpelijke input. Bij de Natural Approach wordt de taalproductie Frans niet geforceerd, maar mag spontaan ontstaan. De methode legt de nadruk op communicatie en minder op het corrigeren van vormfouten en expliciete Frans grammatica.
De methode werkt het meest effectief als de studenten worden ondergedompeld in het Frans. De activiteiten in het Frans moeten stimulerend zijn zodat de student van de ervaring kan genieten.
De Natural Method leermethode lijkt vrij veel op de Directe Methode. De leermethoden gaan beide uit van het idee van natuurlijke taalverwerving; het verschil tussen de methoden is dat bij de Directe Methode meer de focus wordt gelegd op de praktijk en bij de Natural Method meer op de blootstelling aan taalinput en het verminderen van spreekangst.
Populariteit
Het feit dat onderdompeling een heel effectieve leermethode is, is al veelvuldig bewezen. Omdat de methode vrij eenvoudig te begrijpen is, is de Natural Approach een populaire wijze van lesgeven onder taaldocenten Frans. Kritiek kent de natuurlijke aanpak ook. De nadruk wordt vooral op het impliciet aanleren van de grammatica van het Frans gelegd. De student zou inderdaad leren om te communiceren, maar in een wat gebrekkige, versimpelde versie van de taal blijven hangen door onvoldoende kennis van de grammatica van de taal.
Voor- en nadelen van de Natural Method
Op een natuurlijke manier leren, wordt als een prettige manier ervaren om een taal aan te leren. Lerenden wordt de kans geboden een persoonlijke band met het Frans op te bouwen. Omdat de studenten niet ‘uit het hoofd hoeven te leren’, beklijft het geleerde Frans langer.
Het nadeel kan zijn dat het langer duurt voor er resultaat geboekt wordt, doordat er bijna geen druk ligt op de taalproductie. De methode bereidt de lerende eveneens niet per se voor op een specifiek Frans examen.
Structurele Aanpak
Bedacht door wie en wanneer
De Structural Approach (afgekort SA) ofwel ‘Structurele Aanpak’ is in de jaren 50 ontwikkeld door de Amerikaanse taaldocent Charles en Robert Lado.
Kenmerken van de Structurele Aanpak (SA)
Deze Structurele Aanpak is een methode om een vreemde taal te leren die als doel heeft om studenten vertrouwd te laten raken met de fonologische en grammaticale structuren van de taal (bijvoorbeeld het Frans). Volgens de SA levert het beheersen van deze structuren meer op dan het verwerven van het Frans. Het gaat om het herkennen en kunnen toepassen van vaste samenstellingen van Franse woorden en woordgroepen in de juiste woordvolgorde. Deze combinaties van woorden worden aan de student aangeboden in herkenbare situaties middels dramatisering, visualisatie, handelingen en gezichtsuitdrukking. De structuren die in de praktijk het vaakst in het Frans worden gebruikt, worden eerst aan de taallerende aangeboden. Mondelinge vaardigheid Frans (luisteren en spreken) wordt hier in eerste instantie bij gebruikt; daaruit volgen lezen en schrijven. Bij het aanleren en verbeteren van de productieve vaardigheid Frans (spreken en schrijven), krijgt de grammatica een belangrijke plaats. Andere namen voor de Structurele Aanpak zijn de Structural-Situational Approach (structurele-situationele benadering) en de Structural-Oral-Situational Approach (structurele-mondeling-situationele benadering).
Populariteit
De Structurele Aanpak werd in de jaren vóór 1970 op grote schaal gebruikt om in Engelssprekende landen, voormalige Britse koloniën en in Maleisië Engelse les te geven.
Voor- en nadelen van de Structurele Aanpak
Dat de kunnen lerenden het Frans op een nauwkeurige manier kunnen leren, is de sterke kant van een structurele aanpak. De studenten krijgen inzicht in de Franse grammatica ze leren eveneens in welke situatie bepaalde Franse woorden of woordcombinaties wel of niet passend zijn voor de situatie. De methode van de Structural Approach gebruikt alledaagse taal. Aan de Structural Approach kleven ook nadelen. Deze methodiek kost tamelijk veel tijd en zorgt niet direct voor succeservaringen. De eigen input van studenten is behoorlijk beperkt; de methode is weinig creatief.
Communicatief taalonderwijs (Engels: Communicative Language Teaching; CLT)
Bedacht door wie en wanneer
Communicatief taalonderwijs (Engelse naam: Communicative Language Teaching, afgekort: CLT), of ook wel ‘De Communicatieve benadering’ (Engelse naam: Communicative Approach, afgekort: CA) genoemd, ontstond in de jaren zestig van de vorige eeuw onder invloed van de ideeën van Noam Chomsky, die de nadruk op competenties bij het leren van talen legde. Taalkundige Dell Hymes was de grondlegger in het jaar 1966 van het concept communicatieve vaardigheden.
Kenmerken van Communicatief taalonderwijs (CLT)
Het communicatief talenonderwijs gaat uit van de opvatting dat interactie de uiteindelijke doelstelling is bij het leren van vreemde talen (zoals Frans).
De studenten leren met behulp van de CLT-technieken het Frans in de praktijk te brengen door de interactie met elkaar en de taaldocent Frans. Teksten, geschreven in het Frans of ander materiaal uit de werkomgeving en het dagelijks leven worden gebruikt. Het Frans wordt zowel tijdens en ook buiten de les gebruikt.
Studenten praten over persoonlijke gebeurtenissen met medestudenten en taaldocenten Frans dragen onderwerpen aan buiten het domein van de traditionele grammatica, om de taalvaardigheid Frans in diverse situaties uit de praktijk te oefenen. Franse grammatica wordt inductief geleerd, dit houdt in aan de hand van de praktijk, waaruit de regel volgt.
Bij CLT is de docent Frans echt een trainer, die de lerende helpt in het Frans te communiceren.
Populariteit
De CLT werd heel populair in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw, deels doordat de traditionele taalonderwijsmethodes niet erg succesvol waren gebleken. In (een verdere eenwording van) Europa ontstond meer behoefte aan het leren van vreemde talen op een manier die direct kon worden toegepast.
Voor- en nadelen van Communicatief taalonderwijs
CLT (communicatief taalonderwijs) kent veel pluspunten. Studenten ‘kunnen’ al snel ‘iets’ in het Frans; het is functioneel en studentgericht. Doordat authentieke materialen te gebruiken, leren studenten de Franse woorden die zij nodig hebben. Het is een efficiënte methode. Voor de studenten is het stimulerend omdat zij gauw succeservaringen hebben. Foutjes mogen worden gemaakt; de vaardigheid wordt al doende geleerd en geperfectioneerd. Een nadeel van de communicatieve benadering is dat voor grammatica, woordenschat die niet meteen toepasbaar is en uitspraak minder aandacht wordt geschonken. De voorbereiding en de planning vraagt veel tijd van de docent en van de lerende vereist het een actieve deelname. Afhankelijk van welke achtergrond zij hebben, is voor bepaalde studenten deze manier van een taal leren afwijkend of moeilijk. Communicatief taalonderwijs (CLT) (communicatief taalonderwijs) traint de vaardigheden; hierbij gaat het om de functie en niet zo zeer om de vorm en de methode biedt als zodanig geen echt samenhangend geheel.
Het taalonderwijs was in de 18de en de 19de eeuw vooral op praktisch taalgebruik gericht. Men leerde om gebruiksklare zinnen, dialogen, idiomatische uitdrukkingen, lijsten met woorden etcetera na te spreken, uit het hoofd te leren en vervolgens op te zeggen. Dit werd anders gedaan door een Duitse docent Frans en Italiaans en eveneens lesboekenschrijver; Johann Valentin Meidinger. Hij ontwikkelde omstreeks 1783 een leermethode waarbij de grammatica centraal stond. Meidinger wordt als de grondlegger gezien van de zogenaamde grammatica-vertaalmethode (Grammar-Translation Method; GTM).
Kenmerken van de Grammatica-/vertaalmethode (GVM)
Deze methode was gebaseerd op het onderwijs in het Latijn; de taal van de wetenschap, cultuur en religie. Onderwijs in Latijn was natuurlijk gericht op geschreven teksten van de klassieke schrijvers en was volledig gericht op grammatica en vertalen (van bijvoorbeeld Frans). Dat werd destijds beschouwd als een degelijke en wetenschappelijke aanpak. De Grammatica-vertaalmethode gaat van de analyse van de taalvormen en de taalstructuren (van bijvoorbeeld Frans) uit waarbij de lerende inzicht ontwikkelt. Bij de Grammatica-vertaalmethode zijn de lees- en schrijfvaardigheid Frans dus belangrijk. Literatuur, vertalen en uit het hoofd leren van woordenlijsten krijgen de nadruk. De trainer draagt de kennis Frans over, de lerenden memoriseren.
Populariteit
Alhoewel reeds vanaf halverwege de negentiende eeuw ook tegengeluiden te horen waren, is tot recente datum de grammatica-/vertaalmethode van grote invloed geweest op het taalonderwijs.
Voor- en nadelen van de Grammatica-/vertaalmethode
Deze grammatica-/vertaalmethode vormt een aardige mentale training aan personen die het een uitdaging vinden om dingen uit het hoofd te leren. De methode biedt eveneens inzicht in de structuur van het Frans, doordat de nadruk wordt gelegd op de grammatica.
De grammatica-/vertaalmethode kent echter meer minpunten dan pluspunten. Het grootste minpunt is dat de spreekvaardigheid en luistervaardigheid Frans ver achterblijft, waardoor de geleerde taal zelfs na jaren studie weinig mondeling kan worden toegepast. Omdat het meestal gaat om literair taalgebruik, staat de methode ver af van het dagelijks gebruik van het Frans, ook in de context die wordt aangeboden. De methode biedt geen mogelijkheid tot een eigen creatief proces of tot differentiatie bij de lerenden bij het leren in een groep. De lerenden zijn alleen toehoorders en uitvoerders.
Onderdompeling (Engels: immersion)
Bedacht door wie en wanneer
Sinds de jaren 70 wordt onderdompeling (Engelse naam: language immersion of alleen immersion) over de hele wereld toegepast, en dan met name op de middelbare school waarbij een vak (bijvoorbeeld wiskunde) wordt gegeven in een vreemde taal. In Nederland is ‘onderdompeling’ ook wel bekend als de methode die bij Taleninstituut Regina Coeli in Vught, ‘de nonnen van Vught’ wordt toegepast. De leermethode is daar ontstaan in 1963 met Franse nonnen die Franse taalles aan rijke dames uit Vught gaven.
Kenmerken van onderdompeling
De methode van onderdompeling zorgt ervoor dat degene die de taal (zoals het Frans) leert, direct vanaf het eerste moment door de nieuwe taal is omgeven. Alle instructies vinden in de doeltaal (Frans) plaats; eerst langzaam en met veel herhaling, later op een meer natuurlijke manier. Vanaf het begin wordt de student ook uitgedaagd om in het Frans te spreken. De methode maakt gebruik van simulaties en rollenspellen. Op scholen die werken met onderdompeling, wordt de omgeving veelal in de stijl van het Frans ingericht om een situatie te creëren alsof de studenten in Frankrijk zijn. De studenten oefenen één-op-één of in kleine groepen met Frans spreken. Een andere wijze om een taal te leren door middel van onderdompeling, is daadwerkelijk te gaan naar Frankrijk en daar te verblijven in een gastgezin.
Populariteit
De methode van onderdompeling wordt beschouwd als een erg goede methode om vreemde talen te leren. Voornamelijk de mondelinge taalbeheersing Frans kan op deze manier zeer goed worden aangeleerd.
Voor- en nadelen van onderdompeling
Het grote voordeel is dat deze methode snel resultaat laat zien, doordat de methode vrij intensief is. Omdat de student wordt erdoor omgeven, is het een kwestie van ‘sink or swim’; hij of zij moet wel gaan communiceren in het Frans. Feitelijk zijn de studenten 24 uur per dag Frans aan het leren. In groepsverband versterkt het samen oefenen de sociale interactie. Dit wordt door de studenten als motiverend ervaren.
Dat het bereikte resultaat niet altijd wordt vastgehouden, is een minpunt. Als studenten in een korte tijd Frans leren, door in Frankrijk te zijn of door te zijn ondergedompeld in een kunstmatig gecreëerde omgeving, maar vervolgens weer overgaan tot de orde van de dag, is de kans groot dat het nieuw geleerde snel wegzakt. Een bijkomend nadeel van de methode kan zijn dat een dergelijke taaltraining Frans erg intensief is. Niet elke lerende heeft de conditie om deze leermethode vol te houden.
Suggestopedie (Suggestopedia)
Bedacht door wie en wanneer
Suggestopedia is een methode om vreemde talen te leren uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De leermethode is ontwikkeld door de Bulgaarse psychotherapeut Georgi Lozanov.
Kenmerken van Suggestopedie
Zoals de naam al doet vermoeden, is Suggestopedia gebaseerd op de kracht van de suggestie. Volgens Georgi Lozanov is positieve suggestie een voorwaarde om (een taal; bijvoorbeeld Frans) te kunnen leren. Hiervoor zijn een ontspannen sfeer en een wederzijds vertrouwen tussen de studenten en de trainer (Frans) van essentieel belang. Hiervoor moeten de lerenden zich ontspannen en veilig voelen. Leslokalen met rijopstellingen waren uit den boze om dit te bewerkstelligen. Studenten zaten in comfortabele stoelen tijdens de lessen die in een halve cirkel opgesteld waren en er was altijd achtergrondmuziek in de klas. De methodiek die Georgi Lozanov voorstond, bestond uit het voorlezen van teksten, op de achtergrond werd klassieke muziek gespeeld of waren natuurgeluiden te horen. Bij de teksten waren woordenlijsten alsook opmerkingen met betrekking tot de (Franse) grammatica. Het voorlezen werd gedaan met gebaren en veel expressies in stem. Studenten werden zo uitgenodigd om te luisteren en de (Franse) woorden die nieuw waren voor ze, konden gemakkelijk begrepen en opgenomen worden. Tijdens de lessen werd veel aandacht geschonken voor de cultuur en kennis over het land van de vreemde taal (Frankrijk). Er werd met rollenspellen gewerkt en ook (Franse) streekgerechten werden in de les bereid en gegeten.
Populariteit
De leermethode van Lozanov was enigszins omstreden en is niet heel bekend meer. Sommige elementen van de leermethode zoals het gebruikmaken van stemexpressies en gebaren bij het lezen van teksten, worden nog steeds toegepast.
Voor- en nadelen van Suggestopedie
Suggestopedia zorgt voor een ontspannen en veilige sfeer in de les, waardoor de lerende geen hinder heeft van frustratie of faalangst. Voor nieuwkomers kan deze sfeer bijdragen aan een positieve associatie met het nieuwe thuisland. Muziek werkt vaak motiverend en draagt bij aan betere leerprestaties. Een ander voordeel van de methodiek is dat de lerende gestimuleerd wordt om actief mee te doen en zich in te leven in de situatie. Dit is voor sommigen een nieuwe ervaring. Voor sommige studenten is dit tegelijk een nadeel, want niet elke student is hiertoe in staat. Muziek kan bij sommige mensen ook eerder afleiden en verstorend werken in tegenstelling tot ontspannend of stimulerend. Een andere zwakke kant is dat de verhouding docent-student niet echt gelijkwaardig is; alle inbreng komt van de kant van de Franse docent waarbij de student steeds de ontvangende partij is.
Community Language Learning (CLL)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse priester en psycholoog Charles A. Curran ontwikkelde in 1976 Community Language Learning, ook wel Counseling Language Learning (CLL) genoemd.
Kenmerken van Community Language Learning (CLL)
CLL (Community Language Learning) is een methode om een taal te verwerven waarbij lerenden samenwerken om te bepalen welke aspecten van de taal zij willen leren. De CLL methode baseert zich op de counseling-benadering waarbij de docent als counselor fungeert die de zinnen van de studenten omschrijft. De lerenden beginnen het gesprek. Zij spreken in de moedertaal als zij de te leren taal (Frans) nog niet genoeg machtig zijn. De taaldocent (Frans) vertaalt en legt uit. Hierna herhalen de lerenden de uitingen van de docent zo goed mogelijk. Deze gesprekken in het Frans worden opgenomen om daarna te kunnen herbeluisteren.
Community Language Learning stimuleert het gemeenschapsgevoel in de leergroep en beschouwt de wisselwerking tussen de lerenden onderling als middel om te leren. Het zijn de lerenden zelf die het lesmateriaal bepalen middels betekenisvolle gesprekken. Een leerboek Frans wordt niet gevolgd.
Populariteit
De mate van succes van de methode is grotendeels afhankelijk van de expertise van de trainer-counselor. Bij deze methode dient de taaldocent naast sociaal-cultureel kundig ook taalkundig onderlegd te zijn. Deze trainer dient zowel het Frans als de moedertaal van de lerenden zeer goed te beheersen om in staat te zijn om de taaluitingen van de lerenden te vertalen. CLL kan prima werken als deze correct gebruikt wordt. Deze methode is niet geschikt voor grote klassen.
Voor- en nadelen van Community Language Learning
CLL biedt de lerenden veel autonomie. Veel studenten vinden het analyseren van de eigen gesprekken zinvol. Niet alleen tijdens de les Frans, maar ook daarbuiten wordt de leergroep vaak heel hecht. Met CLL worden studenten zich een stuk meer bewust van anderen in hun groep, hun sterke en minder sterke punten en ze leren om te werken als team. Het bespreken van hun fouten en het evalueren van de taallessen Frans is heel leerzaam voor de studenten. Vaak blijven deze correcties in het geheugen gegrift en worden deel van het actieve vocabulaire van studenten.
Dat de docent niet sturend is, terwijl sommige lerenden wel sturing nodig hebben, kan een keerzijde zijn. Bij CLL wordt geen gebruikgemaakt van een leerboek en er worden ook geen toetsen Frans gehouden. Het succes van de lessen is hierdoor lastig meetbaar. Een aantal lerenden wordt in hun Frans spreken geremd als zij opgenomen worden.
De Lexicografische benadering (Engelse benaming: Lexical Approach; LA) is een methode om talen te leren ontwikkeld door Michael Lewis in de jaren 90 van de vorige eeuw.
Kenmerken van de Lexicografische benadering (DLA)
De benadering is gebaseerd op het idee dat een belangrijk deel van het leren van een taal (zoals het Frans) bestaat uit het begrijpen en produceren van ‘lexicale eenheden’, brokjes taal die uit (Franse) woorden, woordcombinaties alsook uitdrukkingen bestaan. Lerenden verwerven al doende inzicht in de patronen van het Frans (grammatica) en betekenisvolle groepen woorden. Ze leren hoe het Frans ‘in het echt’ gebruikt wordt. In deze benadering neemt woordenschat Frans een grotere plaats in dan Franse grammatica. Instructies zijn gericht op situaties en Franse uitdrukkingen die vaak in dialogen voorkomen. Er wordt aandacht geschonken aan interactie maar ook aan exposure; aan de receptieve vaardigheden van de student (luisteren/begrijpen, lezen/begrijpen). Voor het zelfstandig ontdekken van de Franse taal door de lerenden wordt veel ruimte geboden.
Het is de rol van de taaldocent Frans om te zorgen voor genoeg input en het faciliteren van het leertraject van de lerende.
Populariteit
Door de ideeën over taal van (onder meer) Michael Lewis zijn in de afgelopen drie decennia de leerboeken aanmerkelijk anders geworden. Er wordt veel meer aandacht aan woordenschat besteed die wordt aangeboden in zogenaamde chunks, in betekenisvolle brokjes. Iets waarnaar Michael Lewis streefde; de drastische omwenteling in de wijze waarop talen worden onderwezen, is er echter niet van gekomen.
Voor- en nadelen van de Lexicografische benadering
Door het werken met ‘chunks’ (brokjes taal); met ‘echte’ taal, leren de studenten op een heel natuurlijke wijze het Frans te gebruiken. Zo ontstaat souplesse in het het gebruik van het Frans.
Dat de werkelijkheid altijd weer anders is dan de aangeleerde taalsituaties, is de keerzijde van deze methode. Met het zelf leren herkennen van de patronen van het Frans hebben sommige lerenden moeite en zij hebben meer aan een taaldocent Frans die hen wegwijs maakt, dan aan een docent taal-facilitator.
Series Method
Bedacht door wie en wanneer
De Series method, ofwel ‘seriemethode van taalverwerving’ is door de Fransman François Gouin in 1880 ontwikkeld.
Kenmerken van de Series Method
De seriemethode (The Series Method of language acquisition) van Gouin gaat uit van een serie verbonden zinnen die gemakkelijk te begrijpen zijn en niet veel kennis van grammatica vereisen. Op basis van een actie, zoals het huis verlaten in de volgorde waarin deze uitgevoerd zou worden, leren studenten zinnetjes. Deze series of reeksen gingen over onderwerpen als mens in de samenleving, leven in de natuur, beroep en wetenschap, ontwikkeld vanuit het verschil tussen objectieve, subjectieve en figuurlijke taal. De leermethode van Gouin maakt geen gebruik van moedertaal. Het betreft een soort eentalige leermethode, die niet uitgaat van ‘vertalen’ en ‘uitleggen’ maar uitgaat van ‘demonstreren’ en ‘handelen’, waardoor lerenden snel in de doeltaal (bijvoorbeeld het Frans) gaan denken.
Populariteit
Gouin’s principes over taal waren hun tijd ver vooruit. Ondanks dat de methode een afwijkende aanpak had, was de seriemethode van François Gouin enige tijd succesvol. De leermethode werd echter door Maximilian Berlitz’ Directe Methode overschaduwd.
Voor- en nadelen van de Series Method
Door de Seriemethode van Gouin worden de mondelinge vaardigheden Frans sterk ontwikkeld en het zorgt voor het creëren van een natuurlijke, harmonieuze en gelijkwaardige sfeer in de lessen.
De leermethode biedt levendig onderwijs. Doordat de leermethode gebruikmaakt van visueel leermateriaal, zoals afbeeldingen, grafieken, enzovoort, wekt dit type onderwijs Frans enthousiasme op bij de lerenden. Het leren wordt tastbaar; dit was volledig nieuw. De Franslerenden worden nieuwsgierig, wat helpt om het leergeheugen te helpen ontwikkelen, prestatiedruk te verminderen alsook het zelfvertrouwen te verhogen. De communicatieve vaardigheid Frans van de student wordt goed gestimuleerd met de methode van François Gouin.
De methode heeft als nadeel dat taal die wat subjectiever of abstracter is, wat lastig met beweging en expressie in één duidelijke ervaring is te vangen. Een bijkomend van de methode van François Gouin is de bewerkelijkheid voor de docent, die een scala aan series voor moet bereiden. Ten derde richt de Gouin-seriemethode zich vooral op mondelinge taalgebruik, terwijl het onderwijssysteem nog veelal draait om examens die de lees- en schrijfvaardigheden toetsen.
Task-Based Language Teaching (TBLT)
Bedacht door wie en wanneer
Taakgericht taalonderwijs (Task-Based Language Teaching) is ontwikkeld in de jaren tachtig van de vorige eeuw. De grondleggers van deze methode waren de Indiase taalkundige professor N.S. Prabhu, de Amerikaanse hoogleraar Teresa P. Pica en de Britse hoogleraren Michael H. Long en Graham V. Crookes.
Kenmerken van de Task-Based Language Teaching (TBLT)
Taakgericht taalonderwijs past binnen een Communicatieve Benadering/het Communicatief Taalonderwijs. De visie achter deze methode is dat de verwerving van de doeltaal (zoals het Frans) geen doel op zich is, maar een middel om bepaalde taken uit te voeren. Studenten krijgen motiverende taken voorgeschoteld, waarvoor taalkennis (Frans) vereist is. Om deze taken goed uit te voeren, dienen ze over woordenschat en taalregels te beschikken. De taken zijn alledaagse taken, zoals een boodschap doen, een e-mail schrijven, met de klantenservice bellen, een drankje bestellen of de krant lezen. De taak wordt in drie fasen opgedeeld: vóór, tijdens en na de taak, waarbij de lerenden zich eerst op de taak voorbereiden, daarna de taak uitvoeren en tot slot erop terugblikken. Studenten dienen samen te werken om de taken uit te kunnen voeren. De taken dienen net boven het kennisniveau van de student Frans te liggen om leereffect te hebben.
Populariteit
Vanaf de vroege jaren negentig is taakgericht onderwijs zeer populair geworden, zeker in het taalonderwijs. De methode lijkt de meest bruikbare vorm te zijn voor het verbeteren van de taalvaardigheid bij studenten (met name studenten met een achterstand) in het lager en secundair onderwijs.
Voor- en nadelen van Task-Based Language Teaching
Het taakgericht taalonderwijs (Frans) biedt duidelijke voordelen. Het is een activerende werkvorm, waarbij lerenden worden uitgedaagd om hun taalvaardigheden (Frans) te gebruiken. Zolang de taak goed aansluit bij de student, is de methode een op de persoon gerichte, relevante en efficiënte aanpak. Lerenden komen op een natuurlijke, alledaagse wijze in contact met het Frans en leren zo authentieke Franse woorden, woordcombinaties en uitdrukkingen in de vreemde taal. Bovendien leren studenten om met elkaar samen te werken. Taakgericht taalonderwijs wordt door lerenden als plezierig en motiverend ervaren .
Dat de communicatie voorop staat en niet de correcte vorm van het Frans, waardoor lerenden die niet heel precies leren, kan als keerzijde worden genoemd.
De Dogme benadering (Engels: Dogme Language Teaching; Dogme ELT)
Bedacht door wie en wanneer
Scott Thornbury; Nieuw-Zeelands taalkundige en docententrainer op het gebied van Engels taalonderwijs bedacht Dogme Language Teaching/Dogme ELT (ook wel de ‘Dogmabenadering’ genoemd) in het jaar 2000.
Kenmerken van de Dogme benadering (ELT)
De inspiratie voor Dogme Language Teaching was ‘Dogme 95’; de stroming van een groep van filmmakers uit Denemarken waaronder Deense filmregisseur Lars von Trier uit 1995. Voor het maken van films houden de deelnemers zich aan tien strikte regels (tien dogma’s). Deze tien regels behelzen samen ‘de eed van zuiverheid’. Iets dergelijks is bij het Dogme-taalonderwijs aan de hand. De aanhangers van deze methode zoeken naar een vorm van communicatief taalonderwijs die niet is belast door voorgedrukt materiaal. Het starten van echte inhoudelijke conversaties die over praktische onderwerpen gaan, is het doeleinde van de Dogme-methode. Bij deze methode gaat het om communicatie als de drijvende kracht van een taal leren (bijvoorbeeld Frans). De Dogme-benadering is daarom een communicatieve aanpak van het onderwijs, die taalonderwijs zonder lesboeken wil bieden of ander lesmateriaal en zich in plaats daarvan op het communiceren tussen docent en studenten focust. Net zoals de Dogme-beweging in de film, heeft het Dogme-taalonderwijs tien dogma’s (uitgangspunten).
Populariteit
Ondanks dat er niet veel onderzoek naar het succes van Dogme is geweest, gaat Scott Thornbury ervan uit dat de parallellen met taakgericht leren van talen (zoals Frans) erop wijzen dat Dogme waarschijnlijk voor vergelijkbare resultaten zorgt.
Voor- en nadelen van de Dogme benadering
Dat er vrijwel geen voorbereiding is vereist, is een positieve bijkomstigheid voor de docent Frans. Het kan heel motiverend zijn dat de studenten voor het eigen leerproces de verantwoording draagt. Zo zijn de lessen Frans niet voorspelbaar; dit zorgt ervoor dat de communicatie spontaan is en voorkomt verveling. Tijdens een les volgens de Dogme-methode is bijna elk item bespreekbaar. Dit zorgt ervoor dat de studenten betrokken en alert blijven.
Als de studenten zo weinig bij de hand worden genomen door de taaltrainer, kunnen ze zich daartegenover iets minder op hun gemak voelen. Ook is niet elke trainer Fransin voldoende mate flexibel voor dit type van onderwijs. Dat studenten zich vaak dienen voor te bereiden op een specifiek examen Frans, terwijl het niet zeker is dat de hiervoor benodigde lesstof tijdens de taallessen wordt behandeld, kan een bijkomend nadeel vormen van de methode.
Growing Participator Approach (GPA)
Bedacht door wie en wanneer
The Growing Participator Approach (GPA) is in het jaar 2007 ontwikkeld door Language consultants Greg en Angela Thomson.
Kenmerken van de Growing Participator Approach (GPA)
De GPA-benadering geldt als een alternatieve kijk op het leren van een vreemde taal (zoals het Frans). Dat taal en cultuur niet los van elkaar kunnen worden gezien, is de primaire aanname van de GPA. Het gaat bij GPA om veel meer dan alleen het verwerven van het Frans; het doel is uitgroeien tot een volwaardige deelnemer aan het leven in de gastcultuur (van bijvoorbeeld Frankrijk). Daarom gebruikt GPA de benamingen ‘groeiende deelnemers’ in plaats van ‘taallerenden’ en ‘verzorger’ in plaats van ‘leraren of docenten’. De Growing Participator Approach (GPA) heeft gelijkenissen met, en is gedeeltelijk gebaseerd op, de Natural Approach (natuurlijke aanpak) van Stephen Krashen en Tracy Terrell.
De methode kent zes fasen van activiteiten. De lerende met een verzorger uit Frankrijk voeren de activiteiten uit. Begrip gaat boven productiviteit. De nadruk ligt op Franse woordenschat alsook cultuur. Fase 1 van de methode is de zogenaamde hier-en-nu-fase. Deze duurt ongeveer 100 uur. In fase 1 focust de ‘groeiende deelnemer’ zich op luisteren en non-verbale feedback geven.
Fase 2 van de leermethode is de ‘verhaalopbouwfase’. Deze duurt ruwweg 150 uur en nu beginnen de deelnemers het Frans ook te produceren. In fase 3 van de methode ligt de nadruk op zogenaamde ‘gedeelde verhalen’. ‘Gedeelde verhalen’ zijn verhalen die over dagelijkse gebeurtenissen gaan, verhalen die tussen culturen worden gedeeld alsook verhalen die over gedeelde ervaringen gaan. Fase 4 van de methode is de fase van het zogenaamde ‘diepe delen’. De deelnemers en de verzorgers beginnen nu diepere gesprekken te voeren over het leven in de Franse cultuur. In fase 5 van de leermethode begint de deelnemer zich te richten op taalgebruik van de moedertaalsprekers Frans door middel van televisie, films, nieuws of literatuur. Ook het Frans dat nodig is voor het werk wordt geleerd. Fase 6 van de methode is de zogenaamde ‘zelfvoorzienende groeifase’. Deze fase heeft geen eindpunt. Hier gaat het om groei buiten de formele taalsessies Frans om.
Populariteit
Er is nog weinig bekend over het succes omdat de leermethode van Thomson nog relatief nieuw is. Deelnemende studenten zijn er in elk geval enthousiast over.
Voor- en nadelen van de Growing Participator Approach
De GPA-benadering biedt een duidelijk inzicht op het proces van taalverwerving Frans. De zes afzonderlijke fasen bieden realistische doelen en een duidelijk tijdsschema. De lerenden verwerven niet alleen kennis van de Franse taal, maar ook van de omgeving en de lerenden verwerven eveneens een nieuw sociaal netwerk.
Een minpunt van deze methode is dat voor elke deelnemer of minimaal elke kleine groep deelnemers een ‘verzorger’ moet worden gevonden die bereid is om behoorlijk wat tijd te investeren.
Shadowing Technique
Bedacht door wie en wanneer
De Shadowing technique, ook wel simpelweg Shadowing (‘schaduwen’) genoemd, is bedacht in de vroege jaren 2000 door de Amerikaanse polyglot en taalkundige Prof. Alexander Argüelles.
Kenmerken van de Shadowing Technique
De techniek van Shadowing is een methode die studenten zelfstandig kunnen gebruiken om de uitspraak en intonatie (Frans) te verbeteren en vloeiendheid in het spreken te verwerven. Deze techniek werkt eigenlijk eenvoudig: de lerenden luisteren naar een audio-opname, bij voorkeur een dialoog en herhalen wat zij horen. Bij de methode is het niet belangrijk om de Franse tekst te begrijpen; het gaat in eerste instantie om de klank. Luisteren en herhalen wordt net zo veel geoefend tot het moment het heel gemakkelijk gaat en de lerende simultaan Frans kan spreken met de audio-opname. Na enige tijd gebruiken de lerenden een transcript om te kunnen lezen (en begrijpen) wat zij hebben gezegd. Zolang de boeken dialogen bevatten of stukken samenhangende teksten, zijn diverse lesboeken voor deze techniek geschikt. De Franse audio-opnames dienen ideaal bezien iets boven het niveau van de student te zijn. De ideale lengte van een audio-opname is ongeveer één pagina, op natuurlijke snelheid en zonder kunstmatige pauzes in te lassen. De aanbeveling van Argüelles is studenten om tijdens het spreken te lopen, liefst buiten, en niet te zitten, omdat lichamelijke beweging de opname versterkt van de nieuwe taal (het Frans) in het zenuwstelsel. Dat de studenten minder gauw worden afgeleid als zij in beweging zijn, is een andere reden zodat het leren van de Franse taal een stuk effectiever gaat.
De shadowing-techniek heeft veel gemeen met de audiolinguale methode uit de vorige eeuw, maar het onderscheid is dat bij de audiolinguale methode grammaticale drills werden gebruikt in plaats van dialogen of samenhangende teksten. Ook het simultaan spreken is anders aan Shadowing.
Populariteit
Er is veel onderzoek gedaan de afgelopen jaren naar de techniek van Shadowing waaruit blijkt dat de leermethodiek zowel de uitspraak als de luistervaardigheid sterk verbetert. Het algemene begrip van het Frans wordt ook vergroot.
Voor- en nadelen van de Shadowing Technique
Shadowing heeft als praktisch pluspunt dat de methodiek in een groep van lerenden kan worden toegepast, waarbij alle deelnemers actief aan de methodiek leren zijn. Het rendement van de methode is hoog.
Het nadeel van de Shadowing-methode is dat de lerende het soms wat saai kan kunnen vinden om dezelfde Franse tekst te blijven herhalen. De keuze van de teksten is dus van groot belang.
Total Physical Response (TPR®)
Bedacht door wie en wanneer
De Amerikaanse psycholoog James J. Asher ontwikkelde de taalverwervingsmethode Total Physical Response, ook wel TPR® genoemd, in de jaren 60 van de vorige eeuw.
Kenmerken van Total Physical Response (TPR®)
TPR® is een methode om een vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren die van het idee uitgaat dat mensen door middel van handelingen en bewegingen leren. Men leert door te doen, en wel op de manier zoals een kind de moedertaal leert. Ouders geven hun jonge kinderen voortdurend opdrachten en belonen hen als ze die uitvoeren (“kijk naar mama”, “goed zo”). “Pak de lepel”, “Mooi!”, “Trek je schoentjes maar aan”, enz.). In de eerste instantie is het de bedoeling dat het kind begrijpt wat de ouder zegt, het kind gaat in een later stadium verbaal reageren. Dus de luistervaardigheid Frans vormt de basis, daarna volgt de spreekvaardigheid.
TPR® past deze grondslagen van de moedertaalverwerving versneld toe bij het leren van het Frans. De taaldocent geeft op een begrijpelijke en vriendelijke wijze opdrachten, zoals: “pak het boek” en doet zelf de opdrachten voor; de student doet na. In het begin wordt nog niet van de studenten verwacht dat ze Frans praten; de studenten geven de taken in een later stadium. Opdrachten die bekend zijn worden verder uitgebreid of deels aangepast.
Door het combineren van beweging en spraak, appelleert de methode van TPR® aan beide hersenhelften. Daardoor kost het minder moeite om iets te leren en het geleerde Frans beklijft ook beter.
Populariteit
TPR® wordt vooral binnen het NT2-onderwijs toegepast (Nederlands als tweede taal), zeker bij beginnende studenten en ook wel bij Engelse les op de basisschool. Maar eveneens middelbare scholieren en volwassenen werken met plezier met TPR® en behalen goede resultaten.
Voor- en nadelen van Total Physical Response
TPR® biedt veel voordelen. Doordat de student veel begrijpelijke inbreng krijgt aangeboden in ‘chunks’ (woorden die bij elkaar horen), krijgt hij of zij snel begrip van de nieuwe taal. De methode zorgt voor vlotte succeservaringen, wat het plezier in het leren van het Frans bevordert. Dit zorgt voor stressvrij leren. De methode van TPR® is in principe voor alle doelgroepen geschikt, ongeacht welke achtergrond of leeftijd en de leermethode kan ook in iets grotere klassen toegepast worden. Het geleerde Frans wordt direct opgeslagen in het langetermijngeheugen van de lerende.
Het minpunt van de TPR®-methode is dat niet elke taaluiting in TPR®-taken uit te drukken is. Daardoor werkt de methodiek tot op een zeker niveau en is nog een andere methodiek nodig als aanvulling. Daarnaast is de leermethode niet heel creatief. De student leert niet zijn of haar meningen, gevoelens en ideeën in het Frans uit te drukken.
De Directe Methode (Engels: Direct Method; DM)
Bedacht door wie en wanneer
De Duits-Amerikaanse taalkundige Maximilian Delphinius Berlitz bedacht eind jaren 80 van de negentiende eeuw de Directe Methode, ook wel ‘de natuurlijke benadering’ genoemd. De methode is ontwikkeld als antwoord op de dominante grammatica-vertaalmethode.
Kenmerken van de Directe Methode (DM)
Er was een Reformbeweging rond 1900 met nieuwe visies over talen leren dat inductief en zelfontdekkend diende te zijn. Overigens betrof deze Reformbeweging niet alleen het leren van een vreemde taal, maar eveneens voeding, natuurgeneeskunde, kleding en naturisme. Men streefde, net als in de jaren zestig van de vorige eeuw, rond 1900 naar meer natuurlijke leefwijzen en bevrijding van keurslijven. Binnen het taalonderwijs werd nu veel aandacht besteed aan de gesproken, ‘levende’ taal, waarbij de grammatica eerder inductief werd aangeleerd, door middel van voorbeeldzinnen. Hieruit moesten de lerenden de taalregels afleiden. Er waren meer mondelinge oefeningen en met meer aandacht voor de uitspraak van de vreemde taal (zoals het Frans). Het werd aangemoedigd de lerenden veel in het Frans te laten praten. Het was eveneens een nieuw verschijnsel dat de lessen in het Frans werden gegeven. Tijdens de les werd nadrukkelijk niet vertaald. Aan de hand van voorbeelden en plaatjes werd de (Franse) woordenschat aangeleerd. De studenten boden zelf abstracte vocabulaire aan om ideeën te laten associëren.
Populariteit
Mede onder invloeden van de crises en oorlogen ebde de golf van vernieuwing van begin twintigste eeuw weg, om in de jaren 60 weer een andere vorm te vinden.
Taleninstituten zoals Berlitz en Interlingua werken nog steeds met een (moderne versie van) de Directe Methode.
Voor- en nadelen van de Directe Methode
Dat het een vrij natuurlijke manier is om Frans te leren, is het belangrijkste voordeel van de Directe Methode. Er wordt veel aandacht geschonken aan spreken en luisteren, waardoor lerenden zelfvertrouwen en vloeiendheid in het Frans ontwikkelen. Aan deze Direct Methode kleven echter ook minpunten. Voor schrijfvaardigheid (Frans) is bij deze methode vrijwel geen aandacht en voor lezen relatief weinig aandacht. Voor meer gevorderde lerenden Frans, heeft deze leermethode onvoldoende uitdagingen te bieden. Voor de langzaam lerende studenten is de Directe Methode ook niet zeer bruikbaar, doordat deze leermethode is gebaseerd op een dynamische inzet van de student.
De Manesca-methode (Engels: Manesca Method)
Bedacht door wie en wanneer
In 1835 publiceerde Jean Manesca An Oral System of Teaching Living Languages Illustrated by a Practical Course of Lessons in the French through the Medium of the English (“Een mondelinge methode voor het onderwijzen van levende talen, aan de hand van een praktische cursus Frans door middel van het Engels”). In januari 2015 is An oral system of teaching living languages in herdruk gegaan.
Kenmerken van de Manesca-methode
De Manesca-methode gaat van hetzelfde principe uit als waar de Natural Approach (‘natuurlijke aanpak’) voor staat: de beste manier om talen te leren, is die kinderen hun moedertaal leren. Het leren van een taal (zoals Frans) dient gemakkelijk en veilig te zijn. Manesca wil daarom niet met abstracte regels of lijstjes met Franse woorden werken die uit het hoofd geleerd moeten worden.
De Manesca-methode is de vroegst bekende, volledige taalcursus. De leermethode is gebaseerd op het werken met een groep lerenden en een trainer Frans, die slechts één Frans nieuw woord tegelijk introduceert. Bij elk woord hoort een specifieke beweging. Het Franse woord en deze beweging worden vervolgens door de studenten na elkaar herhaald. De herhaling helpt de studenten hhet Franse woord te onthouden, zonder dat uit het hoofd geleerd hoeft te worden. Stap voor stap worden de woorden zinnen en vervolgens variaties op deze Franse zinnen. Franse spelling wordt aangeboden in een later stadium met leesteksten.
De methode van Jean Manesca is al een aantal jaren later overgenomen en aangepast door Heinrich Gottfried Ollendorff en wordt ook wel de Ollendorff-methode genoemd.
Populariteit
Jean Manesca overleed twee jaar na publicatie van zijn methode. Het werk van Manesca is overgenomen en aangepast door anderen, onder wie Ollendorff. Een groot deel van de ideeën van Jean Manesca zijn actueel en worden nog steeds in het moderne vreemdetalenonderwijs gebruikt.
Voor- en nadelen van de Manesca-methode
De combinatie van spreken en bewegingen maken, waardoor het fysieke geheugen meewerkt en de geleerde stof gemakkelijker en langer door de lerende wordt onthouden, geldt als de sterke kant van de Manesca- of Ollendorff-methode. Het veelvuldige herhalen draagt daar ook aan bij. Dat het wat saai wordt om steeds dezelfde Franse woorden en zinnetjes te blijven herhalen, kan door lerenden als een minpunt worden gezien.
Silent Way
Bedacht door wie en wanneer
The Silent way (‘de stille manier’) is ontwikkeld in 1963 door de Egyptenaar Caleb Gattegno.
Kenmerken van de Silent Way
De stille manier is een manier om een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren die stilte gebruikt als instructiemiddel. De autonomie van de student en diens actieve deelname is het uitgangspunt van Gattegno’s methode.
De docent Frans gebruikt een combinatie van gebaren en stilte om de aandacht van de studenten te trekken, reacties te krijgen en hen aan te moedigen om fouten te corrigeren. Veel tijd wordt aan de uitspraak (Frans) van de taal besteed.
Caleb Gattegno, die wiskundige was, hechtte er veel waarde aan om onderwijs te geven op een manier die efficiënt was voor de energievoorraad van de lerenden. Caleb Gattegno kwam erachter dat het in verhouding weinig energie kost om een visueel of auditief beeld te onthouden, veel minder dan wanneer mensen proberen om dingen uit het hoofd te leren. Hij betoogde dat de taaldocenten niet zozeer naar kennisoverdracht zouden moeten streven, maar bewustzijn aan dienen te boren, omdat alleen het bewustzijn het mogelijk maakt om iets te kunnen leren.
Gekleurde staven die voor allerlei verschillende dingen kunnen worden gebruikt, zijn één van de hulpmiddelen die The Silent Way hierbij gebruikt. Ook maakt de methodiek gebruik van Words in Colour. Words in Colour is een kleurenkaart voor klanken waarin elke kleur een bepaalde klank van het Frans vertegenwoordigt, gekleurde woordgrafieken om aan zinnen te werken en gekleurde grafieken die gebruikt worden om spelling te leren.
Populariteit
Voornamelijk bij het aanleren van de uitspraak van het Frans zijn de ideeën van Gattegno wel van betekenis geweest, alhoewel The Silent Way in zijn oorspronkelijke vorm niet veel meer wordt gebruikt.
Voor- en nadelen van de Silent Way
Het voordeel van de leermethode van Gattegno is dat zijn aanpak voor de student niet-bedreigend is, die tenslotte beschouwd wordt als autonoom. In principe is de trainer Frans dienstbaar aan de lerende en niet omgekeerd. Met The Silent Way wordt het leren van het Frans op een natuurlijke wijze gestimuleerd. De geleerde taalkennis wordt doorgaans goed verwerkt en onthouden door de lerenden uit te dagen nieuwe dingen te ontdekken. De studenten ‘mogen’ fouten maken. Dit draagt bij aan het leerproces.
Een nadeel kan zijn dat sommige studenten meer begeleiding nodig hebben dan de methode voorstaat. De studenten zouden gefrustreerd kunnen raken door het gebrek aan inbreng van de trainer Frans. De limiterende factor van het werken met kleuren en grafieken is dat de nieuwheid er snel af gaat, waardoor het effect verdwijnt.
TPR Storytelling
Bedacht door wie en wanneer
TPR Storytelling, afgekort ‘TPRS’ staat voor Teaching Proficiency through Reading and Storytelling. De methode van TPR Storytelling is ontwikkeld door Blaine Ray in 1990, een Amerikaanse docent Spaans, en komt voort uit de TPR-techniek (Total Physical Response).
Kenmerken van TPR Storytelling
De TPRS-methode is een talenverwervingsmethode die verhalen gebruikt om talen (bijvoorbeeld Frans) te leren. Het uitgangspunt is een natuurlijke manier van taalverwerving: een vreemde taal leren zoals een kind zijn of haar moedertaal leert. De student wordt blootgesteld aan veel begrijpelijke input om dit te kunnen bereiken. Door de docent Frans wordt een verhaal verteld waarin nieuw te leren Franse woorden diverse keren voorkomen. Deze verhalen zijn interessant of humoristisch en niet te lang. Omdat de verhalen van de trainer gemakkelijk te begrijpen zijn, ontspannen de lerenden zich. Op deze manier worden woorden en structuren van het Frans ongemerkt in het langetermijngeheugen van de lerende opgeslagen. De taaldocent wijst de lerenden op grammaticale fenomenen in het Frans, zonder dat lerenden taalregels uit hun hoofd leren.
De lerende zal na een poosje ‘vanzelf’ Frans gaan spreken en de Franse grammaticale structuur gaan imiteren. Dit is een natuurlijk proces. Een alternatief is om samen met een groep lerenden een verhaal op te bouwen. Bij deze methode schrijft de taaldocent Frans eerst nieuwe woorden en structuren op een bord of flipchart, met de Franse vertalingen erbij, om vervolgens met de lerenden een verhaal te maken. Tot slot vertellen de lerenden het verhaal na. Een belangrijk onderdeel van TPR Storytelling is lezen in het Frans, omdat dit zorgt voor input. Schrijven in het Frans volgt daarna.
Populariteit
Er zijn veel onderzoeken gedaan die uitwijzen dat TPRS een succesvolle manier is om een nieuwe taal te verwerven. Er zijn wel voorwaarden: de trainer moet goed getraind zijn en de setting moet geschikt zijn.
Voor- en nadelen van TPR Storytelling
TPR Storytelling is een laagdrempelige wijze van taalverwerving en het geleerde wordt grondig verworven. Omdat TPRS ook aan de creatieve intelligentie appelleert, is TPRS een vorm van breinvriendelijk leren. TPRS is plezierig voor studenten en het is relatief gemakkelijk om de aandacht erbij te houden. Zelf verhalen maken, werkt zeer motiverend voor de lerende.
Een nadeel is dat de methode veel voorbereiding van de trainer vraagt.
COMMERCIËLE METHODES VOOR ZELFSTUDIE
De Rosetta Stone methode
Bedacht door wie en wanneer
De Rosetta Stone-leermethodiek is vernoemd naar de Steen van Rosetta, een steen die in Egypte werd gevonden met een tweetalige tekst, waarmee uiteindelijk de hiërogliefen ontcijferd konden worden. Het is ook de naam van het softwarebedrijf dat deze taaltrainingen aanbiedt. De eerste versie van Rosetta Stone is in het jaar 1996 uitgebracht.
Kenmerken van de Rosetta Stone methode
De Rosetta Stone cursus is een wijze om achter een computer een vreemde taal (bijvoorbeeld Frans) te leren. Deze taalcursussen worden aangeboden in ruim dertig talen en ze zijn te volgen vanuit al deze talen.
De Rosetta Stone-methode is een communicatieve methode, die de wijze nabootst waarop kinderen de moedertaal leren. Dit wil zeggen ‘leren door onderdompeling’, door veel te luisteren en na te zeggen. Het programma gebruikt hier stemmen van moedertaalsprekers (native speakers Frans) en foto’s voor om de betekenis van nieuwe woorden in de doeltaal (het Frans) over te brengen. Er wordt gebruikgemaakt van een programma om spraak te herkennen dat de Franse uitspraak registreert en een schematische weergave hiervan maakt. Dit maakt het mogelijk voor een student om de uitspraak met die van een moedertaalspreker Frans te vergelijken. Verbetering van de uitspraak kan bereikt worden door de voorbeeldstem iets minder snel te laten spreken en vervolgens veel na te zeggen.
Voor de schrijfvaardigheden Frans van de lerenden biedt de methode dictee-oefeningen. De software controleert de Franse spelling en de grammatica en geeft taalfouten aan met de mogelijkheid om de taalfouten te verbeteren.
Het programma omvat eveneens leesteksten. Deze leesteksten gaan over dagelijkse onderwerpen, ideeën en activiteiten.
Populariteit
De methode van Rosetta Stone wordt wereldwijd veel ingezet en zeker niet door de minsten. Onder meer de NASA en het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse zaken maken gebruik van Rosetta Stone. In Nederland wordt de methode van Rosetta Stone door enkele ministeries en veel universiteiten en hogescholen gebruikt en ook door een aantal internationale bedrijven.
Voor- en nadelen van de Rosetta Stone methode
Rosetta Stone is heel eenvoudig om te gebruiken en kan op ieder moment door de student worden ingezet. Welke onderdelen van de leermethode meer of wellicht minder aandacht nodig hebben, kan de lerende zelf bepalen. Veel lerenden ervaren het als plezierig om met de methodiek te werken. Bij een gebrek aan docenten kan Rosetta Stone een oplossing zijn voor onderwijsinstellingen. Dat er geen taaldocent beschikbaar is die studenten kan motiveren of wat extra’s kan bieden, kan een nadeel van de methode zijn.
De Pimsleur methode
Bedacht door wie en wanneer
De Pimsleur taalcursussen zijn ontwikkeld door Amerikaans taalkundige Dr. Paul M. Pimsleur. De eerste Pimsleur taalcursus was een cursus Grieks, die Pimsleur in 1963 introduceerde.
Kenmerken van de Pimsleur methode
De Pimsleur-methode is een Amerikaans computerprogramma om vreemde talen (bijvoorbeeld Frans) te leren.
Deze cursussen van Pimsleur bestaan uit zinnetjes/dialoog in de doeltaal die de student naspreekt en vervolgens herhaalt. Deze Franse voorbeeldzinnetjes zijn ingesproken door native speakers (moedertaalsprekers). De cursussen van Pimsleur zijn op herhaling, anticipatie, woordenschat en herhaling gebaseerd. De les omvat een halfuur audio-opname met nieuwe woordenschat en taalstructuur. De grammaticale structuur van het Frans wordt niet apart uitgelegd maar aangeboden door middel van uitbreiding van, en variaties op, de zinnetjes.
Dr. Pimsleur heeft het optimale interval onderzocht waarin kennis overgaat van het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen. In de Pimsleur taalcursussen is dit (gemiddelde) interval verwerkt.
Populariteit
De Pimsleur taalcursussen worden onder meer in Amerika gevolgd en de ervaringen met de methode lopen uiteen. Over het algemeen zijn lerenden tevreden over de aangeleerde uitspraak van het Frans.
Voor- en nadelen van de Pimsleur methode
Doordat de insprekers van de zinnen allemaal native speakers (moedertaalsprekers) zijn en op een natuurlijke wijze in een normaal tempo Frans spreken, werkt de methode van Pimsleur erg goed als uitspraakverbeteraar.
Het minpunt van de leermethode van Pimsleur is dat er niets uitgelegd wordt. De student leert geen bouwstenen van het Frans om zelf een zin te maken, maar moet het met duizenden voorbeeldzinnetjes doen die worden ingeprent.
De Michel Thomas methode
Bedacht door wie en wanneer
De Michel-Thomas-methode is, niet geheel verwonderlijk, bedacht door Michel Thomas (geboren als Moniek Kroskof); een in Polen geboren genaturaliseerde Amerikaan. Hij ontwikkelde zijn methode kort na de Tweede Wereldoorlog in een eigen taleninstituut in Beverly Hills in Los Angeles, met beroemdheden zoals Diana Ross, Barbra Streisand, Mel Gibson, Emma Thompson, Pierce Brosnan en Bob Dylan in zijn klantenkring.
Kenmerken van de Micheal Thomas methode
Het principe van Michel Thomas was dat iemand alleen in staat is om te leren als diegene geen stress heeft. Michel Thomas maakte zijn studenten duidelijk dat ze zich geen zorgen hoefden te maken dat ze dingen zouden vergeten.
De taalcursussen zijn audiolessen (Frans), door twee acteurs ingesproken; een mannelijke en een vrouwelijke. De setting is bij Michel Thomas een virtueel klaslokaal, waarin de student als de derde student fungeert. De student luistert mee met de lessen van de stemacteurs. Wanneer de acteurs een vraag wordt gesteld, is het idee dat de lerende op pauze klikt en deze vraag eerst zelf beantwoordt. Er wordt geen huiswerk gegeven en er hoeft niet uit-het-hoofd te worden geleerd. De lessen worden in stapjes opgebouwd en nieuwe Franse lesstof wordt met bekende Franse lesstof afgewisseld. De uitleg wordt in de Engelse taal gegeven. Er wordt op eventuele verbanden gewezen tussen de talen. Grammaticale uitleg wordt ook gegeven. Eerst wordt makkelijke lesstof aangeleerd, moeilijkere lesstof volgt pas nadat de lerende het voorgaande heeft begrepen en geleerd. Behalve Franse woorden en zinnen in de doeltaal worden ook bouwstenen aangeleerd waarmee de gebruikers zelf zinnen kunnen bouwen. Ook gebruikt de methodiek van flashcards zodat lerenden zelf hun vocabulaire Frans kunnen toetsen en online oefeningen kunnen maken om hun eigen voortgang te meten.
Populariteit
Veel lerenden vinden de Michel Thomas-methode prettig werken en ze zijn tevreden over de uitleg van de structuur van het Frans. De studenten die wat verder zijn met de taal, ervaren de cursussen soms als wat minder leerzaam.
Voor- en nadelen van de Micheal Thomas methode
De methode van Michel Thomas traint de uitspraak alsook de luistervaardigheid Frans op efficiënte wijze en is zeer toegankelijk. Het feit dat de cursussen Frans niet in schrijfvaardigheid voorzien, is een nadeel van de methode van Michel Thomas. Ook is er geen echte interactie doordat de methode van Michel Thomas een audiocursus is.
De Assimil methode
Bedacht door wie en wanneer
Assimil is een Frans bedrijf, dat in 1929 is opgericht door polyglot en schrijver en Alphonse Chérel. Dit bedrijf maakt en publiceert taalcursussen. Het eerste boek van Assimil was Anglais sans Peine.
Kenmerken van de Assimil methode
Letterlijk betekent ‘assimileren’: ‘mengen met, opgaan in de groep’, wat voor een taalcursus (zoals Frans) wel een hooggegrepen streven is. De Assimil-taalcursussen zijn zelfstudielessen die uit een lesboek Frans, audio-CD’s en een USB-stick bestaan. De cursisten werken idealiter ongeveer twintig minuten per dag.
De lessen van Assimil bestaan uit verschillende Franse dialogen die worden beluisterd, nagesproken en gelezen. De Franse vertaling staat ernaast, alsook toelichting van de grammatica. Voor het oefenen van de uitspraak van het Frans, maakt de Assimil-methode gebruik van zinnen die door native (moedertaal) speakers zijn ingesproken en die de lerenden dienen te herhalen. De opbouw van de les is van receptief naar productief: in de eerste lessen wordt nog geen taalproductie van de lerenden verwacht; dit komt pas na ruwweg vijftig lessen.
Populariteit
De cursussen van Assimil zijn populair. De cursussen zijn niet duur en er is een ruim aanbod aan verschillende talen.
Voor- en nadelen van Assimil
Dat de cursist Frans in zijn of haar eigen tempo kan leren op het moment dat dit het beste past, is het voordeel van de methode van Assimil. Het nadeel hierbij is, geldt wat voor alle taalcursussen met een computer, dat de studenten aan zichzelf zijn overgeleverd. Er is geen trainer Frans om de cursist te motiveren of te begeleiden.
Er bestaat ook een groot aanbod aan complete zelfstudie taalcursussen: uTalk, Eurotolk Ultimate en online methoden zoals Babbel, Duolingo, Mondly en Quizlet.
Er is echter een betere methode: De Methode van Dagnall Talen.
Het inmiddels alom bekende hoge rendement van Dagnall wordt behaald door elementen van deze bekende leermethoden te gebruiken, maar voornamelijk doordat de focus van Dagnall altijd ligt op de cursist(en), bijvoorbeeld; is de cursist visueel, auditief of misschien kinesthetisch ingesteld? Hoe leert de cursist het makkelijkst? Wat moet of wil hij of zij eigenlijk leren?
Wat is de voorgeschiedenis van de cursist op het gebied van taaltraining? Wat vindt deze cursist lastig? Hoe zelfverzekerd is de cursist, enz.?
Hoe behaalt Dagnall Talen zo’n hoog rendement? De cursussen van Dagnall Talen zijn bij voorkeur face-to-face. Dagnall Taleninstituut werkt in kleine groepen of individueel dan wel in duo-verband (twee personen). Dagnall biedt daarnaast een online leerplatform en een eigen app, beide met woordenlijsten en zinnen. Indien gewenst, kan de app worden geladen met jargon van specifieke organisaties of bedrijven.
Tot slot beschikken de docenten over veel eigen lesmateriaal en spelen ze continu in op actuele ontwikkelingen en thema’s die voor de cursist interessant kunnen zijn. Onze trainers zijn erg bedreven in het vlot en plezierig aanleren van een taal, zodat de verworven kennis en vaardigheden snel in de praktijk kunnen worden toegepast.
Auditief, visueel of kinesthetisch? Door rekening te houden met de natuurlijke wijze van leren en hier goed op in te spelen, behaalt Dagnall Talen het hoogste rendement bij haar taaltrainingen. Een ander voordeel is dat dit uitgekiende maatwerk als een zeer prettige methode wordt ervaren door zowel onze cursisten als onze taaltrainers. Onze door de jaren heen verder ontwikkelde en verfijnde werkwijze is niet alleen het handelsmerk geworden van Dagnall, maar ze creëert ook de waarde van onze maatwerktrainingen Frans.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Betekenis termen ‘online’, ‘e-learning’ en ‘blended’
‘Online’ en ‘e-learning’ zijn verzamelnamen voor (taal)trainingen die online gevolgd kunnen worden, dus op afstand. Het wordt ook wel een virtual classroom, met andere woorden een ‘digitaal leslokaal’ genoemd. Bij de zogenaamde trainingsvorm van blended learning wordt face-to-face-les (klassikaal) gecombineerd met online leren in een online leeromgeving. Simpel gezegd: face-to-face (fysiek les) + online = blended learning. Dagnall Talen biedt op maat gemaakte e-learningtrajecten in Arnhem.
Online Frans leren (e-learning Frans)
Voorbeelden van digitale platformen die kunnen worden gebruikt om online te communiceren en te leren, zijn Zoom, Microsoft Teams, Google Meet, Skype, StarLeaf, Cisco Webex, Whereby en Miro.
Blended Cursus Frans in Arnhem
Het voordeel van blended learning ten opzichte van online leren is dat, als het niet om 1-op-1 les gaat, cursisten bij blended learning afwisselend wel zogenaamde ‘classroominteractie’ ervaren. Dat wil zeggen persoonlijke interactie; gesprekken met en motivatie van andere cursisten.
100% maatwerk – ook online! Uiteraard biedt Taleninstituut Dagnall ook blended learning in Arnhem op maat.
Online leerplatform
Online leerplatform Dagnall biedt een gebruiksvriendelijke, digitale leeromgeving met een interactief leerplatform; Dagnall.online. Dagnall.online vormt een integraal onderdeel van digitale leertrajecten en biedt gevarieerde en interactieve content. Het platform biedt interactieve mogelijkheden en zorgt zo voor het hoogste leerrendement bij een digitale leergang.
De Dagnall App
Naast het online leerplatform beschikt Dagnall Talen eveneens over een handige App voor Android alsook Apple. Het voordeel van de Dagnall App is dat een cursist overal en altijd, dus 24/7, toegang heeft op elk (mobiel) apparaat. Op het werk maar ook thuis of onderweg, bijvoorbeeld ook op reis in het buitenland. Zo kunnen cursisten dus Frans leren waar en wanneer het uitkomt. De inhoud van de oefeningen in de App worden afgestemd op de behoefte van uw bedrijf of organisatie zoals het taalniveau, de branche en de leerdoelen. Wij kunnen bijvoorbeeld woordenlijsten, speciek jargon, technische termen, productnamen alsook juridische termen in de App integreren. De Dagnall App kan dus heel praktijkgericht worden ingezet en de App blijft ook beschikbaar na afronding van de training Frans in Arnhem. Dagnall zorgt ook bij digitale leerpaden voor uitstekend en spelenderwijs leren.
Voorsprong door maatwerk online en blended taaltraining Frans
Telefoongesprekken, e-mailcorrespondentie, onderhandelingen of vergaderingen met Franstalige zakenpartners en klanten uit bijvoorbeeld Frankrijk zijn vaak een uitdaging op het gebied van taal. Diegenen die meerdere talen spreken, zijn derhalve vaak cruciaal in veel bedrijven en organisaties.
Online en blended taaltrainingen Frans op maat
Dagnall Taleninstituut leert u door middel van professionele online & blended taalcursussen Frans communiceren. Als u internationaal succesvol wilt zijn, leer dan om uw Franstalige gesprekspartners te begrijpen en zorg ervoor dat u zelf ook begrepen wordt. Wilt u uw taalvaardigheden Frans verbeteren voor uw huidige of toekomstige functie? Onze trainingen bieden beroepsgerichte taaltraining. Onze taaltrainingen zijn (betaalbare) maatwerktrainingen en eveneens beschikbaar als onlinecursus & blended taalcursus. Onlinecursussen en blended taalcursussen Frans zijn net zo doeltreffend en van hoge kwaliteit als fysieke cursussen en bovendien nog eens comfortabel.
Online taalcursussen en ook blended taalcursussen kunnen overal gevolgd worden; thuis, op kantoor, op zakenreis of bijvoorbeeld op een bedrijfslocatie. Onlineplatforms voor zakelijke en technische taaltrainingen Frans online
Technische en zakelijke taalcursussen online geeft Dagnall Taleninstituut via onlineplatforms zoals Zoom, Teams, Skype of een ander onlineplatform naar keuze. Zoom is het meest gebruiksvriendelijk en biedt variatie en interactie.
Virtuele Classroom voor zowel individuele taaltraining als groepstraining Frans
Het onderstaande is voldoende voor een cursus in een virtuele classroom: - Laptop, tablet of pc met een microfoon en een camera - Een internetverbinding - Een rustige (leer)omgeving - Door ons beschikbaar gesteld cursusmateriaal
Onze online en blended taalcursussen kenmerken zich door:
Vakbekwaamheid van de taaltrainers Frans
De online alsook de blended (taal)cursussen worden door onze toegewijde en gekwalificeerde native (moedertaal) trainers gegeven
Onze taaltrainers hebben jarenlange ervaring in het geven van taalcursussen aan het bedrijfsleven en (semi-)overheidsorganisaties
Onze taaltrainers zijn universitair of HBO opgeleid en hebben een onderwijsaantekening
&
Duidelijke structuur – vlotte leervordering
De blended en online taalcursussen van Dagnall Talen zijn maatwerktrainingen die speciaal op uw behoeften en wensen afgestemd worden
De inhoud van de cursus wordt aan het leerplan aangepast om het leerproces structuur te geven
Een duidelijke structuur helpt de cursist om de taaldoelen Frans op een zelfverzekerde en snelle manier te behalen
De online (of blended) taalcursus bestaat uit zowel livesessies als schriftelijke opdrachten. In de livesessies past u de woordenschat Frans en de structuren die u in de voorbereiding en voortzetting van de les hebt geleerd, actief toe
Door de combinatie van zelfstudie en videosessies komt het behaalde resultaat van de blended- en onlinecursussen overeen met die van onze face-to-face cursussen
Lesreeksen kunnen eventueel opgenomen worden, zodat u thuis alles meerdere malen kunt herhalen en niets hoeft te missen
Onze docenten geven naast de taalcursussen ook tips voor verdere digitale zelfstudiemogelijkheden
Vakbekwaamheid en structuur leiden tot een goede wisselwerking tussen de cursisten en de taaltrainer en zijn van groot belang voor het slagen van een taaltraining Frans.
Profiteer nu ook van blended of online taalcursussen Frans gegeven door ons taleninstituut met jarenlange ervaring!
Voorafgaand aan uw cursus Frans in Arnhem ontvangt u het Dagnall cursuspakket. Het handige Dagnall koffertje bestaat uit milieuvriendelijk materiaal en is ook zeer geschikt om daarin losbladig, actueel leermateriaal, dat tijdens de lessen Frans wordt behandeld, op te bergen. Hieronder ziet u een foto van het cursuspakket van Dagnall Taleninstituut dat onder andere een Dagnall pen, schrijfblok en divers ander cursusmateriaal Frans bevat.
Na afloop van uw cursus Frans in Arnhem ontvangt u het Dagnall certificaat. Op de achterkant van het certificaat van het Taleninstituut Dagnall staan zowel uw startniveaus Frans alsook de behaalde eindniveaus van uw nieuwverworven taalvaardigheden. Deze vaardigheden zijn opgedeeld in spreekvaardigheid, luistervaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid Frans. Hieronder ziet u een foto met een voorbeeld van het Dagnall Certificaat.
De taalniveaus van het Europees Referentiekader (ERK) gebruiken wij als leidraad. Zo geven wij u als cursist een helder beeld van uw huidige en opgedane kennis van het Frans. Het niveau van het Europees Referentiekader is een internationaal erkend taalniveau.
Na afloop van de cursus Frans in Arnhem ontvangt de cursist het ‘Dagnall Talen-certificaat’.
Niveaubepaling volgens het Europees Referentiekader
Het ERK is een Europese standaard om niveaus van taalvaardigheid te omschrijven. Het Europees Referentiekader is tussen 1989 en 1996 samengesteld door de Raad van Europa. Het ERK zet vijf vaardigheden met betrekking tot taal uiteen, te weten: luisteren, lezen, schrijven, spreken en gesprekken voeren. De Engelse term wordt ook veel gebruikt: Common European Framework of References; CEFR. Daarnaast onderscheidt het ERK zes niveaus van taalvaardigheid; van beginners tot vrijwel moedertaalsprekers. Deze verschillende niveaus van vaardigheid zijn van laag naar hoog als A1, A2, B1, B2, C1 en C2 gekwalificeerd.
Niveau A omschrijft alle vaardigheden die een beginnende gebruiker beheerst. Niveau B geeft aan wat een ‘onafhankelijke gebruiker’ kan en kent, dat wil zeggen: zonder hulp van de gesprekspartner. Niveau C is van toepassing op gevorderden die de Franse taal met groot gemak lezen, schrijven, verstaan en spreken. Taalniveau C is het niveau van de (ver)gevorderde gebruiker. De beheersing van de Franse taal lijkt op dat van een moedertaalspreker.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
A1 Basisgebruiker - Breakthrough Level
Luisteren
Kan basiszinnen over een vertrouwd onderwerp begrijpen, als de gesprekspartner langzaam en duidelijk spreekt, eenvoudige woorden gebruikt en bereid is te herhalen.
Spreken
Kan zichzelf voorstellen en kan vragen stellen en beantwoorden over persoonlijke gegevens (waar iemand woont, of iemand getrouwd is of kinderen heeft).Kan familie of bekenden en woonomgeving beschrijven en vragen naar familie of woonomgeving van gesprekspartner beantwoorden.Kan in korte zinnen vertellen waar hij of zij werkt en wat hij of zij doet. Kan vragen naar het werk van de gesprekspartner.
Lezen
Kan eenvoudige, alledaagse uitdrukkingen en korte geschreven zinnen begrijpen over vertrouwde onderwerpen als er enige ondersteuning is door illustraties, foto’s of film.Kan eenvoudige mededelingen begrijpen, bijvoorbeeld op uithangborden in een winkel.
Schrijven
Kan een formulier invullen met persoonlijke gegevens.Kan een korte e-mail of een kaartje sturen met bijvoorbeeld een groet of felicitatie.
B1 Onafhankelijk gebruiker - Threshold Level
Luisteren
Kan de essentie begrijpen van een gesprek over persoonlijke zaken, familie, werk, studie, reizen en vrije tijd, wanneer er duidelijk wordt gesproken. Kan de essentie begrijpen van de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken of onderwerpen die hem of haar interesseren in de standaardtaal, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk wordt gesproken.
Spreken
Kan zich in de meest voorkomende situaties redden wanneer hij of zij in het gebied is waar de taal wordt gesproken. Kan onvoorbereid gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan zinnen op een eenvoudige manier aan elkaar verbinden. Kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en hoop en ambities uitspreken. Kan een mening geven en voorkeur uitdrukken en motiveren. Kan de plot van een boek of film vertellen.
Lezen
Kan teksten begrijpen die voornamelijk bestaan uit frequente woorden, dagelijkse of aan het werk gerelateerde taal, bijvoorbeeld in brieven van de gemeente, energiebedrijf of telefoonmaatschappij. Kan de beschrijving van gebeurtenissen, wensen of gevoelens begrijpen in persoonlijke e-mails of brieven.
Schrijven
Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen). Kan een eenvoudige, samenhangende tekst schrijven over vertrouwde onderwerpen of onderwerpen die de persoonlijke belangstelling hebben (familie, werk, gebeurtenissen die zich voordoen, hobby’s, reizen).
Kan de meeste gesproken taal begrijpen, ook als deze niet goed gestructureerd is en wanneer verbanden impliciet zijn. Kan radio- of televisieprogramma’s en films in de standaardtaal zonder al te veel inspanning begrijpen.
Spreken
Kan zich spontaan en vloeiend uitdrukken zonder al te veel te moeten zoeken naar uitdrukkingen. Kan de taal soepel en effectief gebruiken in een zakelijke en sociale omgeving. Kan ideeën en meningen gedetailleerd verwoorden en een volwaardige bijdrage leveren aan een discussie. Kan een samenhangend betoog voeren over complexe zaken en daarbij subthema’s noemen, specifieke standpunten ontwikkelen en uitdragen en het betoog afronden met een passende conclusie.
Lezen
Kan complexe, langere teksten van uiteenlopende aard begrijpen, zowel zakelijk als literair. Kan impliciete betekenis, nuances, stijl en idioom herkennen. Kan gespecialiseerde artikelen en uitvoerige technische instructies begrijpen, ook als zij geen betrekking hebben op het eigen werkterrein.
Schrijven
Kan een heldere, gestructureerde en gedetailleerde brief, essay of verslag produceren over complexe onderwerpen. Kan uitgebreid standpunten uiteenzetten en overtuigen. Kan zijn of haar schrijfstijl aanpassen aan de doelgroep.
A2 Basisgebruiker - Waystage Level
Luisteren
Kan zinnen en vaak voorkomende uitdrukkingen begrijpen over vertrouwde onderwerpen en activiteiten, bijvoorbeeld de familie, woonomstandigheden, boodschappen doen, opleiding of werk. Verstaat de gesprekspartner als deze langzaam en duidelijk spreekt in de standaardtaal, maar kan het gesprek nog niet zelf gaande te houden. Begrijpt de essentie van korte, eenvoudige berichten en aankondigingen, bijvoorbeeld op radio, televisie of een station.
Spreken
Kan eenvoudige gesprekken voeren over alledaagse onderwerpen en vertrouwde situaties. Kan eenvoudige informatie uitwisselen. Kan in eenvoudige zinnen zijn of haar woon- of werkomgeving beschrijven, zijn of haar achtergrond en dagelijkse activiteiten. Kan een eenvoudig telefoongesprek voeren, bijvoorbeeld om informatie te vragen.
Lezen
Kan korte, eenvoudig geschreven teksten, brieven of e-mails begrijpen. Kan voorspelbare informatie halen uit eenvoudige korte teksten, zoals dienstregelingen, advertenties of menu’s.
Schrijven
Kan een kort briefje of e-mail schrijven over een vertrouwd onderwerp, bijvoorbeeld om iets af te spreken. Kan eenvoudige notities en korte boodschappen schrijven over directe behoeften.
B2 Onafhankelijk gebruiker - Vantage Level
Luisteren
Kan lezingen en betogen volgen en zelfs complexe redeneringen als het onderwerp redelijk vertrouwd is. Begrijpt de essentie van technische discussies in zijn of haar specialisatie. Kan de meeste radio- of televisieprogramma’s over actuele zaken begrijpen. Kan het grootste deel van de films in de standaardtaal begrijpen.
Spreken
Kan op een vloeiende en spontane manier deelnemen aan gesprekken met moedertaalsprekers zonder extra inspanning van de gesprekspartner. Kan actief meepraten in discussies over bekende thema’s en zijn of haar mening geven en onderbouwen. Kan de voor- en nadelen van diverse mogelijkheden of oplossingen uitleggen. Kan een gedetailleerde beschrijving geven van een groot aantal onderwerpen ook buiten de directe persoonlijke belangstelling.
Lezen
Kan artikelen en verslagen lezen over eigentijdse problemen en houding of standpunt van de schrijvers begrijpen. Kan de essentie van complexe teksten over abstracte of concrete onderwerpen begrijpen. Kan modern literair proza begrijpen.
Schrijven
Kan een standpunt verdedigen, informatie doorgeven of een essay of verslag schrijven. Kan brieven schrijven over uiteenlopende gebeurtenissen of persoonlijke ervaringen. Kan een heldere, gedetailleerde tekst produceren over uiteenlopende onderwerpen.
C2 Vaardig gebruiker - Mastery Level
Luisteren
Kan vrijwel alles wat hij of zij hoort gemakkelijk begrijpen, zowel in contact met een gesprekspartner als via de media. Kan accenten en tempo van moedertaalsprekers begrijpen als hij of zij enige tijd heeft om vertrouwd te raken met het soort accent. Kan idiomatische uitdrukkingen en complexe betogen begrijpen.
Spreken
Kan deelnemen aan ieder soort gesprek. Drukt zichzelf spontaan, vlot, vloeiend en genuanceerd uit, ook in meer complexe situaties. Gebruikt vaste uitdrukkingen en zegswijzen. Kan een heldere beschrijving of logische redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een duidelijke structuur. Kan informatie samenvatten, op een samenhangende manier argumenten, nieuwe inzichten of aandachtspunten aan de orde brengen.
Lezen
Kan zonder moeite alles begrijpen wat hij of zij leest. Dat geldt ook voor complexe betogen, abstracte of specialistische teksten, literatuur en idiomatische uitdrukkingen.
Schrijven
Kan een duidelijke en goed lopende tekst schrijven en daarbij rekening houden met de doelgroep. Kan complexe brieven, verslagen en artikelen met een logische structuur schrijven. Kan zichzelf vloeiend en precies uitdrukken en kan hierbij nuances in betekenis aangeven.
Het ERK geeft inzicht in taalbeheersing (Frans)
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
OFFERTE AANVRAGEN
taaltrainingen - vertalen - tolken - teksten
ISO-certificeringen
ISO 9001:2015 – internationale norm voor kwaliteitsmanagement
Dagnall Taleninstituut is door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 9001:2015 norm, de wereldwijd erkende norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een organisatie. De ISO 9001:2015 norm stelt eisen om processen te borgen en te stroomlijnen die belangrijk zijn om de klanttevredenheid te verhogen. Voldoen aan zowel de eisen van opdrachtgevers alsook aan wet- en regelgeving en het continue verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem zijn de hoekstenen van de ISO 9001:2015 norm.
ISO 17100:2015 - internationale norm voor vertaaldiensten
Dagnall Talen is tevens door Kiwa gecertificeerd voor de ISO 17100:2015 norm. ISO 17100:2015 norm is specifiek voor vertaaldiensten die onder meer eisen stelt aan mensen, middelen, projectmanagement, vertalers en proeflezers.
De ISO 17100:2015 certificering van Dagnall Talen toont aan dat uitsluitend met professionele moedertaalvertalers wordt gewerkt die beschikken over de benodigde kennis en ervaring. Daarnaast worden onze vertalingen altijd minimaal twee maal proefgelezen door twee specialisten. De vertalingen worden aangeleverd volgens afspraak en binnen de deadline.
Kiwa – certificeringen sinds 1948
Kiwa is een certificeringsinstituut in Rijswijk met jarenlange ervaring met het certificeren van bedrijven en organisaties. Dagnall wordt jaarlijks door Kiwa beoordeeld om te controleren of nog steeds aan de eisen van ISO 9001:2015 en ISO 17100:2015 voldaan wordt.
Ons taleninstituut is al vele jaren lid van de NRTO en draagt ook het NRTO-keurmerk. Dagnall Talen heeft zich bij de NRTO aangesloten, omdat deze organisatie voor kwaliteit en betrouwbaarheid staat. De afkorting NRTO staat voor ‘Nederlandse Raad voor Taal en Training’. De NRTO is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, trainings- en opleidingsorganisaties en heeft ruim 450 leden. De missie van de NRTO luidt: Het beste uit mensen (jong en volwassen) halen, talenten ontwikkelen en mensen helpen hun ambities te realiseren.
Kwaliteitsbevordering en -bewaking
Voor de NRTO staat kwaliteit voorop. De NRTO staat voor kwalitatief hoogstaand, flexibel en gevarieerd opleidings- en examenaanbod en EVC (Erkenning van eerder Verworven Competenties). De kwaliteit van de dienstverlening die door de leden van de NRTO geleverd wordt, zoals een cursus Frans in Arnhem, wordt door een gedragscode, door verschillende convenanten en door het NRTO-keurmerk geborgd.
De de NRTO-gedragscode is gebaseerd op vijf beginselen: zorgvuldigheid, rechtszekerheid, redelijkheid, betrouwbaarheid en kenbaarheid.
Belangenbehartiging NRTO
De NRTO is belangenbehartiger van van private opleidingsinstellingen in Nederland. De NRTO is gesprekspartner van leden van de Tweede Kamer, ministeries, sociale partners, overkoepelende organisaties voor het publiek onderwijs, maatschappelijke organisaties zoals de SER en de Stichting van de Arbeid en de media.
Samenwerking door NRTO
De NRTO werkt ook samen met verschillende andere organisaties, bijvoorbeeld de Alliantie Samen Werken voor Werk. Alle leden van de NRTO zijn ondernemers.NRTO-leden werken resultaatgericht en klantgericht en zijn in staat om zich snel aan veranderende omstandigheden aan te passen en altijd maatwerk te leveren.Het aanbod aan bijvoorbeeld cursussen Frans in Arnhem sluit aan bij de behoeften van de arbeidsmarkt.Continue innovatie is hiervoor essentieel.
Vertegenwoordiging NRTO
De NRTO is in diverse adviesraden, commissies en besturen vertegenwoordigd, zoals VNO-NCW, de SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven), het NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie), het CRKBO, Blik op Werk en stichting EDU-DEX.
NRTO-KEURMERK Het NRTO-keurmerk is ingevoerd in 2016 en gebaseerd op acht kwaliteitseisen die belangrijk zijn voor elke private opleider, zowel voor klassikale alsook online aanbieders en voor examen- en valideringsinstituten.De jaarlijkse toetsing van de NRTO-leden voor het keurmerk gebeurt door een externe certificerende instelling.
Kwaliteitseisen NRTO-keurmerk
Transparantie over producten & diensten
Helderheid over leeruitkomsten
Nakomen gemaakte afspraken
Meting van klanttevredenheid
Deskundigheid docenten, trainers en adviseurs
Investering in de deskundigheid van personeel
Ordelijkheid van processen
Streven naar continue verbetering
Het NRTO-keurmerk is opgebouwd uit 4 P’s met elk 2 uitgangspunten
Product
Doen wat je belooft en transparantie over het product dat of de dienst die je verkoopt
Bij opleidingen en trainingen; helderheid over de leeruitkomsten
Personeel
Het inzetten van deskundig personeel
Deskundigheidsbevordering van eigen personeel
Proces
Op orde hebben van processen met betrekking tot overeenkomsten en klachten
Streven naar continue verbeteren
Publiek
Tevredenheid – Feedbackloop
Garantieregeling van dienstverlening; continuïteit
Het NRTO-keurmerk is een onafhankelijke erkenning van de jarenlange kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening van Dagnall Talen.
Het NRTO-keurmerk geeft u de zekerheid dat u goed op weg bent met Dagnall Talen!
AVG-compliant
De AVG; Algemene verordening gegevensbescherming (Engels: GDPR; General Data Protection Regulation) is een Europese verordening met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door bedrijven en overheidsinstellingen binnen de EU. De AVG dient er met name toe de privacy van burgers in de EU te beschermen. Deze verordening schrijft voor dat mensen op de hoogte dienen te zijn van het verwerken van hun persoonsgegevens zoals naam, telefoonnummer en (e-mail)adres en dat alleen die gegevens die voor het beoogde doel noodzakelijk zijn, verwerkt en bewaard mogen worden.
De persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan noodzakelijk en de persoonsgegevens dienen beschermd te worden tegen toegang door onbevoegden, vernietiging of verlies. Taleninstituut Dagnall voldoet vanzelfsprekend aan alle eisen die worden gesteld door de Algemene verordening gegevensbescherming en Taleninstituut Dagnall verwerkt persoonsgegevens zeer beperkt in elk opzicht. Dagnall Talen werkt met het betrouwbare Filemaker.
Dagnall cursussen Frans in Arnhem zijn vrijgesteld van btw
Dagnall Taleninstituut staat in het CRKBO-register ingeschreven. CRKBO staat voor Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Dit betekent dat wij voldoen aan de Kwaliteitscode voor Opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs. Inschrijving in het juiste CRKBO-register is voor de Belastingdienst een voorwaarde om beroepsgerichte taalcursussen vrijgesteld van btw te kunnen aanbieden. Door deze btw-vrijstelling kan ons taleninsitituut een lagere prijs in rekening brengen. Dit is prettig voor de cashflow van onze opdrachtgevers en is eveneens een voordeel voor (taal)cursussen die bijvoorbeeld aan zorginstellingen, de overheid, maatschappen en privépersonen worden gegeven.
CPION
Voor de inschrijving in het CRKBO-register is Dagnall aan een jaarlijkse audit onderworpen door het CPION; het Centrum Post Initieel Onderwijs. Het CPION is de centrale organisatie voor het toetsen, diplomeren en registreren van postinitiële opleidingsinstituten.
Lloyd’s Register
Het CRKBO-register is een register dat door Lloyd’s Register Nederland bijgehouden wordt. Het Lloyd’s Register in 1760 is opgericht en is een door de overheid erkend, onafhankelijk keuringsinstituut dat onder meer als doel heeft het beoordelen en classificeren van organisaties.
Wilt u contact met Dagnall Taleninstituut opnemen voor een cursus Frans in Arnhem? Vraag vrijblijvend naar de opties van Dagnall. Vul ons contactformulier in op onze website of stuur ons een e-mail via cursus-frans-arnhem@dagnall.nl, dan contacteren wij u zo spoedig mogelijk om de mogelijkheden te bespreken.
Wij nemen dan zo spoedig mogelijk contact met u op. Telefonisch contact opnemen met Dagnall Talen kan uiteraard ook via telefoonnummer 085-2737302 (geen belmenu). Vanzelfsprekend kunt u ook het gratis informatiepakket voor cursussen aanvragen.
De beste route naar een cursus Frans in Arnhem!
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
 Bij internationaal zakendoen dient dient vaak met een tijdsverschil rekening te worden gehouden in het land waarmee u zakendoet, zoals Frankrijk. De onderstaande klokken geven, indien van toepassing, een tijdverschil aan tussen Nederland en Frankrijk.
De klokken stellen zich automatisch in eventuele zomertijd. (De klokken stellen zich automatisch in eventuele zomertijd.)
AMSTERDAM
PARIJS
De officiële landcode van Frankrijk in letters is FRA. De hoofdstad van Frankrijk; Parijs (in het Frans: ‘Paris’), ligt in het noorden van Frankrijk.
Het landnummer voor de telefoonnummers van Frankrijk is +33. De officiële internetextensie van Frankrijk is .fr.
Hieronder ziet u een kaart van Europa met Frankrijk ingekleurd.
Dit is om u een idee te geven van de grootte en de ligging van Frankrijk.
Frankrijk grenst aan de volgende landen: Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland.
Kunt u alle Franse regio’s (régions) onderscheiden?
Weet u in welke Franse regio’s uw zakenrelaties zijn gevestigd?
Zo kent u de 13 Franse regio’s zeer gauw.
Controleer en/of verbeter uw kennis door met de muis op de kaart van Frankrijk te gaan staan.
Als u uw cursor op de landkaart van Frankrijk laat rusten, kun u de regionale verdeling van Frankrijk zien.
Nu worden de regio’s van Frankrijk na elkaar in beeld gebracht.
Eerst wordt de regio’s van Frankrijk getoond, vervolgens krijgt u de naam van de regio te zien.
In een minuut hebt u een aardig idee van de regionale verdeling van Frankrijk.
Frankrijk in Europa
Regio’s van Frankrijk
Soepele zakelijke gesprekken met Franstaligen
Zakendoen met Frankrijk
Wilt u soepel communiceren met Franstaligen?
De informatie hieronder over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen, zal u hier zeker bij helpen.
Items zoals typische Franse gebruiken en gewoonten, bekende exportproducten en beroemde Fransen hebben wij opgesomd.
Verschillende kenmerkende items van de Franse taal en/of Frankrijk.
Een aantal landspecifieke weetjes leren, kan heel handig bij een eerste contact of een opening bieden voor een gesprek.
U kunt deze kennis over land, mens en cultuur ook inzetten mocht een stilte dreigen te vallen gedurende een zakelijk gesprek in het Frans.
Tijdens internationaal zakendoen met Franstaligen kunt u in ieder geval niet alleen de geleerde taalkennis in de praktijk brengen maar ook de verkregen kennis over Frankrijk laten blijken.
Zo kunt u ook dingen te weten komen over de specifieke Franse eetcultuur en de Franse gerechten.
Koken en eten brengt mens en cultuur samen.
De nieuw verkregen taalkennis alsook de kennis over Frankrijk, de Franse cultuur en de Fransen zal zeker gerespecteerd worden!
Acheter chat en poche Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris ’s Nachts zijn alle katjes grijs
De Fransen eten hun bekende baguettes niet als maaltijd, maar bij de hoofdmaaltijd. Een broodmaaltijd zoals wij dat in Nederland kennen, kennen de Fransen niet. Een echt Frans ontbijtje is een croissantje of brioche; een zacht en zoet broodje, gedoopt in een kopje koffie. De hoofdmaaltijd is de lunch van meerdere gangen. Er bestaan grote regionale verschillen, maar vers stokbrood hoort er altijd bij. Gewoonlijk begint men in Frankrijk met een salade, gevolgd door een warm hoofdgerecht. Vlees, vis of gevogelte, verse groente en aardappelen of rijst. Aardappelen worden overigens gezien als groente. Fransen eten graag vlees en halen hun neus niet op voor organen en ingewanden van dieren zoals kippenlever of -maagjes, foie gras en pens (ganzen- of eendenleverpaté). Het stokbrood gebruiken ze om bijvoorbeeld de saus mee te deppen en om het bord schoon te vegen. Bij de maaltijd wordt natuurlijk een glaasje wijn gedronken, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken. Kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin. Het avondeten eindigt met een fromage, een lekker kaasje en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en een kop koffie. Omdat de avondmaaltijd eigenlijk zelden vóór 20.00 uur genuttigd wordt, volgt rond 16.00 uur le goûter; iets zoetigs zoals een gebakje met een kopje thee of koffie. ’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood geserveerd. Voorafgaand aan de maaltijd beginnen de Fransen met een aperitief (een apéro) zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (anijslikeur). Het avondeten lijkt op de lunch, maar dan minder uitgebreid. Vaak worden de restjes van de lunch opgegeten. De Fransen eten vaker dan Nederlanders in restaurants, vooral ’s middags. De prijzen zijn relatief laag en veel werkgevers voorzien hun werknemers van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerde prijs een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees. Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI) La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Franse ambassade in Den Haag Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk. De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
Het brailleschrift, een schrift waarmee blinden kunnen lezen en schrijven, is vernoemd naar Louis Braille. Braille was zelf als jong kind blind geworden. In 1819 was er een speciaal ‘nachtschrift’ ontwikkeld in het Franse leger om ’s nachts boodschappen over te brengen aan het front. Dat gebeurde met een raster van twaalf punten, waarop in reliëf codes stonden die in het donker voelbaar waren. Louis Braille werd hierdoor op het idee gebracht iets dergelijks voor blinden te ontwikkelen en zo ontstond rond 1829 het brailleschrift.
Nicolas-Jacques Conté was de uitvinder van het grafietpotlood (1794) en de Franse wiskundige Bernard Lassimone van de puntenslijper (1828).
Jean-François Champollion was tussen 1814 en 1821 de eerste die de Rosetta Stone (steen van Rosetta) ontcijferde, samen met Thomas Young. Dit bleek een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van de Egyptische hiërogliefen. Dit lukte Champollion in 1822.
Jean-Maurice-Émile Baudot was een Franse telegraaf-ingenieur en bedenker van de Baudotcode (1870). Het systeem was een opvolger van de morsecode en maakte het mogelijk om tot vier berichten gelijktijdig over één lijn te verzenden.
Édouard Branly was een Frans natuurkundige en een pionier op het gebied van de draadloze telegrafie. De Fransen zien hem graag als geestelijk vader van de radio.Hij deelt die eer met Aleksandr Popov en Guglielmo Marconi.
Alain Colmerauer was de bedenker van de programmeertaal Prolog (programmeren met logica) in 1973.
Jean David Ichbiah was een Franse computerwetenschapper en de eerste hoofdontwerper van Ada (1979), een gestructureerde programmeertaal, oorspronkelijk bedoeld voor embedded systemen (software ingebed in een hardware-apparaat).
Louis-Nicolas Robert ontwikkelde in 1798 de eerste langzeefpapiermachine.
De heteluchtballon werd in 1783 ontworpen door de gebroeders Montgolfier. De broers wilden eerst waterstof gebruiken in hun ballon maar doordat waterstof lastig was te produceren, gebruikten ze hete lucht.
De Franse wetenschapper Roland Moreno was de uitvinder van de chipkaart in 1974
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”). llons enfants de la Patrie, Le jour de gloire est arrivé ! Contre nous de la tyrannie L’étendard sanglant est levé, (bis) Entendez-vous dans les campagnes Mugir ces féroces soldats ? Ils viennent jusque dans vos bras Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens, Formez vos bataillons, Marchons, marchons ! Qu’un sang impur Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves, De traîtres, de rois conjurés ? Pour qui ces ignobles entraves, Ces fers dès longtemps préparés ? (bis) Français, pour nous, ah ! quel outrage Quels transports il doit exciter ! C’est nous qu’on ose méditer De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères Feraient la loi dans nos foyers ! Quoi ! Ces phalanges mercenaires Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis) Grand Dieu ! Par des mains enchaînées Nos fronts sous le joug se ploieraient De vils despotes deviendraient Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides L’opprobre de tous les partis, Tremblez ! vos projets parricides Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis) Tout est soldat pour vous combattre, S’ils tombent, nos jeunes héros, La terre en produit de nouveaux, Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes, Portez ou retenez vos coups ! Épargnez ces tristes victimes, À regret s’armant contre nous. (bis) Mais ces despotes sanguinaires, Mais ces complices de Bouillé, Tous ces tigres qui, sans pitié, Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie, Conduis, soutiens nos bras vengeurs Liberté, Liberté chérie, Combats avec tes défenseurs ! (bis) Sous nos drapeaux que la victoire Accoure à tes mâles accents, Que tes ennemis expirants Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants) Nous entrerons dans la carrière Quand nos aînés n’y seront plus, Nous y trouverons leur poussière Et la trace de leurs vertus (bis) Bien moins jaloux de leur survivre Que de partager leur cercueil, Nous aurons le sublime orgueil De les venger ou de les suivre.
Aux armes, citoyens ...
ZAKENDOEN MET DUITSLAND
Acheter chat en poche Een kat in de zak kopen
Battre le fer tant qu’il est chaud Het ijzer smeden als het heet is
Dans la nuit, tous les chats sont gris ’s Nachts zijn alle katjes grijs
De Fransen eten hun bekende baguettes niet als maaltijd, maar bij de hoofdmaaltijd. Een broodmaaltijd zoals wij dat in Nederland kennen, kennen de Fransen niet. Een echt Frans ontbijtje is een croissantje of brioche; een zacht en zoet broodje, gedoopt in een kopje koffie. De hoofdmaaltijd is de lunch van meerdere gangen. Er bestaan grote regionale verschillen, maar vers stokbrood hoort er altijd bij. Gewoonlijk begint men in Frankrijk met een salade, gevolgd door een warm hoofdgerecht. Vlees, vis of gevogelte, verse groente en aardappelen of rijst. Aardappelen worden overigens gezien als groente. Fransen eten graag vlees en halen hun neus niet op voor organen en ingewanden van dieren zoals kippenlever of -maagjes, foie gras en pens (ganzen- of eendenleverpaté). Het stokbrood gebruiken ze om bijvoorbeeld de saus mee te deppen en om het bord schoon te vegen. Bij de maaltijd wordt natuurlijk een glaasje wijn gedronken, hoewel ook veel water bij maaltijden wordt gedronken. Kinderen krijgen water met een scheutje wijn erin. Het avondeten eindigt met een fromage, een lekker kaasje en vervolgens le dessert; het zoete nagerecht en een kop koffie. Omdat de avondmaaltijd eigenlijk zelden vóór 20.00 uur genuttigd wordt, volgt rond 16.00 uur le goûter; iets zoetigs zoals een gebakje met een kopje thee of koffie. ’s Avonds wordt opnieuw vers stokbrood geserveerd. Voorafgaand aan de maaltijd beginnen de Fransen met een aperitief (een apéro) zoals kir (witte wijn met crème de cassis) of pastis (anijslikeur). Het avondeten lijkt op de lunch, maar dan minder uitgebreid. Vaak worden de restjes van de lunch opgegeten. De Fransen eten vaker dan Nederlanders in restaurants, vooral ’s middags. De prijzen zijn relatief laag en veel werkgevers voorzien hun werknemers van maaltijdvouchers, waarmee ze voor een gereduceerde prijs een lunch kunnen nuttigen in een restaurant.
Frankrijk is één van ’s werelds grootste producenten van vlas, parelhoenders, wijn, suikerbiet, elektriciteit, ganzenlever, industriële hennep en konijnenvlees. Frankrijk behoort tot de werelds grootste producenten van personenauto’s en vrachtauto’s, rijst, honing, staal en aluminium en gietwerkproducten in Europa.
Bekende Fransen zijn Jeanne d’Arc, Nostradamus, Napoleon Bonaparte, Louis Vuitton, Voltaire, Victor Hugo, Albert Camus Charles de Gaulle, Gustav Eiffel, Charles Aznavour, Brigitte Bardot, Louis de Funès en Zinédine Zidane.
"La Chambre de Commerce Internationale (CFCI) La Chambre de Commerce Internationale is de Franse Kamer van Koophandel. Deze instelling biedt informatie voor Nederlandse bedrijven die zakendoen in Frankijk en andersom.
Franse ambassade in Den Haag Via de Franse ambassade in Den Haag kan men veel informatie krijgen over economische of culturele samenwerking met Frankrijk.
Business France Business France is het Franse agentschap voor de internationale ontwikkeling van de Franse economie. Het is vertegenwoordigd in 85 ambassades en consulaten van Frankrijk. De zetel van de Franse regering is in Parijs. Parijs is eveneens het commerciële centrum van Frankrijk.
"
"Tweemaal per jaar vindt in het beurscomplex Paris-Le Bourget de vakbeurs Texworld plaats: een vakbeurs voor stoffen, fournituren en accessoires.
Premiere Vision-France is de vakbeurs van de toeleveringssector van materiaal en diensten, voornamelijk voor kleding maar ook voor interieurdecoratie. Ook deze beurs vindt plaats in Parijs.
De Tradexpo Paris is een multisector-vakbeurs. Allerlei (internationale) bedrijven presenteren zich. Het gaat om games, speelgoed, consumentenartikelen, tuinmeubilair, huishoudelijke artikelen, enzovoorts.
Modevakbeurs Apparel Sourcing Paris vindt tweemaal per jaar plaats in Le Bourget, Parijs.
De internationale vakbeurs voor stoffen voor ondermode is Interfilière Paris.
"
1 mei (Dag van de Arbeid; Journée internationale des travailleurs)
8 mei (Fête de la Victoire)
14 juli (Fête nationale française)
15 augustus (Maria Hemelvaart; Assomption de Marie)
1 november (Allerheiligen; Toussaint)
11 november (Wapenstilstand 1918; Armistice)
Aéroport Paris Charles de Gaulle is met 70 passagiers per jaar (ongeveer evenveel als Schiphol) de grootste Franse luchthaven. Het op één na grootste vliegveld ligt ook in Parijs: Orly, aan de zuidkant van de stad. Nummer drie is Nice Airport, waar vooral in de zomermaanden veel vakantievluchten zijn. Lyon Saint Exupéry en Toulouse zijn nummer vier en vijf, met respectievelijk 10 en 9 miljoen passagiers per jaar.
Op 27 september 1981 is de eerste TGV (Train à Grande Vitesse) gaan rijden tussen Parijs en Lyon. De snelheid toen was ongeveer 270 km/u. Op 3 april 2007 is een snelheidsrecord gevestigd van 574,8 km/u op de Ligne à Grande Vitesse tussen Parijs en het oosten van Frankrijk.
De Loire, de Seine, de Garonne en de Maas zijn de grootste rivieren van Frankrijk.
Het volkslied van Frankrijk is La Marseillaise (“De Marseillaise”). llons enfants de la Patrie, Le jour de gloire est arrivé ! Contre nous de la tyrannie L’étendard sanglant est levé, (bis) Entendez-vous dans les campagnes Mugir ces féroces soldats ? Ils viennent jusque dans vos bras Égorger vos fils, vos compagnes !
Aux armes, citoyens, Formez vos bataillons, Marchons, marchons ! Qu’un sang impur Abreuve nos sillons !
Que veut cette horde d’esclaves, De traîtres, de rois conjurés ? Pour qui ces ignobles entraves, Ces fers dès longtemps préparés ? (bis) Français, pour nous, ah ! quel outrage Quels transports il doit exciter ! C’est nous qu’on ose méditer De rendre à l’antique esclavage !
Aux armes, citoyens ...
Quoi ! des cohortes étrangères Feraient la loi dans nos foyers ! Quoi ! Ces phalanges mercenaires Terrasseraient nos fiers guerriers ! (bis) Grand Dieu ! Par des mains enchaînées Nos fronts sous le joug se ploieraient De vils despotes deviendraient Les maîtres de nos destinées !
Aux armes, citoyens ...
Tremblez, tyrans et vous perfides L’opprobre de tous les partis, Tremblez ! vos projets parricides Vont enfin recevoir leurs prix ! (bis) Tout est soldat pour vous combattre, S’ils tombent, nos jeunes héros, La terre en produit de nouveaux, Contre vous tout prêts à se battre !
Aux armes, citoyens ...
Français, en guerriers magnanimes, Portez ou retenez vos coups ! Épargnez ces tristes victimes, À regret s’armant contre nous. (bis) Mais ces despotes sanguinaires, Mais ces complices de Bouillé, Tous ces tigres qui, sans pitié, Déchirent le sein de leur mère !
Aux armes, citoyens ...
Amour sacré de la Patrie, Conduis, soutiens nos bras vengeurs Liberté, Liberté chérie, Combats avec tes défenseurs ! (bis) Sous nos drapeaux que la victoire Accoure à tes mâles accents, Que tes ennemis expirants Voient ton triomphe et notre gloire !
Aux armes, citoyens ...
(Couplet des enfants) Nous entrerons dans la carrière Quand nos aînés n’y seront plus, Nous y trouverons leur poussière Et la trace de leurs vertus (bis) Bien moins jaloux de leur survivre Que de partager leur cercueil, Nous aurons le sublime orgueil De les venger ou de les suivre.
Frankrijk heeft bij benadering 67 miljoen inwoners. Frankrijk is een constitutionele republiek met aan het hoofd een president. Zowel de president als de premier (eerste minister) legt verantwoording af aan het parlement. Daarmee kent Frankrijk een semipresidentieel systeem. Frankrijk ligt in West-Europa en beslaat een oppervlakte van 551.500 vierkante kilometer. Frankrijk is de 6de grootste economie ter wereld. De belangrijke en grote steden in Frankrijk zijn Parijs (Frans: Paris); de hoofdstad met ruim 2 miljoen inwoners, alsook Marseille, Lyon en Toulouse.
Frankrijk is bestuurlijk onderverdeeld in achttien regio’s (régions), waarvan twaalf in het land Frankrijk zelf, Corsica en 5 overzeese regio’s. Deze 12 regio’s in Frankrijk zelf zijn: Auvergne-Rhône-Alpes, Bourgogne-Franche-Comté, Bretagne, Centre-Val de Loire, Grand Est, Hauts-de-France, Île-de-France, Normandië, Nouvelle-Aquitaine, Occitanie, Pays de la Loire en Provence-Alpes-Côte d’Azur. De vijf overzeese regio’s/departementen van Frankrijk zijn Guadeloupe, Martinique, Frans-Guyana, Réunion en Mayotte.
Vlag van Frankrijk
Wapen van Frankrijk
Oorsprong naam Frankrijk
De naam ‘Frankrijk’ staat voor het ‘Rijk van de Franken’; een Germaanse stam die Noord-Europa na de val van het Romeinse Rijk veroverde.
Kenmerkend voor Frankrijk
Wie aan Frankrijk denkt, denkt aan chansons, wijn, kaasjes, knoflook, stokbrood (inmiddels Unesco Werelderfgoed), champagne, de Eiffeltoren, de Tour de France en lavendelvelden waardoor een oude Citroën deux-chevaux rijdt met accordeonmuziek op de achtergrond.
Voor velen roept Frankrijk onmiddellijk een vakantiegevoel op. Ook een echte Fransman herken je zo: hij draagt een wit overhemd en een baret of T-shirt met Bretonse streep. En hij rijdt uiteraard het liefst in een Franse auto! Jarenlang was de Citroën DS het meest geliefd, die liefkozend ‘de godin’ (La Déesse) wordt genoemd. In Nederland en Vlaanderen staat dit model auto wat simplistischer bekend als het ‘strijkijzer’ of de ‘snoek’.
Over de Franse keuken is veel te zeggen. Kijk ook onder de knop ‘De Franse keuken’ op onze website. Hier vermelden we alleen de beroemde noga uit Montélimar (Drôme), gemaakt van amandelen en pistachenootjes met lavendelhoning. En de mosterd uit Dijon, ook verkrijgbaar in de supermarkten in Nederland, die wat pittiger van smaak is dan de meeste andere soorten mosterd. Niet te vergeten al het lekkers uit de zee, zoals die Franse oesters uit de oesterparken in Normandië.
Cultuur en mode
Frankrijk telt ook absoluut mee als het gaat om cultuur en mode. Parijs is sinds jaar en dag bekend als de stad van de mode. Mensen vanuit de hele wereld komen naar de haute couture modeshows. Yves Saint Laurent, Coco Chanel en Christian Dior zijn ware iconen. Sinds 2017 is er in Parijs een Musée Yves Saint Laurent.
Schilderkunst
In de schilderkunst zijn de Franse impressionisten wereldberoemd. Denk aan Edward Degas, Claude Monet, Édouard Manet, maar ook Paul Gaugain, Paul Cézanne en Pierre-Auguste Renoir. Het Musée d’Orsay in Parijs heeft een prachtige collectie van onder andere deze schilders.
Muziek
Beroemde Franse componisten zijn Hector Berlioz, Georges Bizet, Claude Debussy, Maurice en Olivier Messian. Dit is slechts een kleine opsomming van de kunst en cultuur uit Frankrijk. Symbool van Frankrijk De Eiffeltoren is natuurlijk het symbool voor Frankrijk en met name voor Parijs. De Eiffeltoren werd gebouwd voor de Wereldtentoonstelling van 1889, honderd jaar na de Franse Revolutie. De Eiffeltoren was destijds het hoogste bouwwerk ter wereld met zijn 324 meter hoogte. Er zijn verschillende replica’s gebouwd van de Eiffeltoren, bijvoorbeeld in het Roemeense plaatsje Slobozia, in Las Vegas (Paris Las Vegas Hotel), in Virginia (Kings Dominion), in Ohio (Kings Island), in Tokio (Tokyo Tower) en in China in Hangzhou (TianduCheng Eiffel Tower) en Shenzhen (Window of the World). De Eiffeltoren trekt miljoenen toeristen en de Eiffeltoren wordt veel als sleutelhanger of souvenir verkocht.
Minder bekend over Frankrijk
Een minder algemeen bekend feit is dat er vier vrijheidsbeelden in Parijs staan, één op het kunstmatige eiland Île aux Cygnes in de Seine van Parijs, één in het Musée d’Orsay, één in de kapel van het Musée des Arts et Métiers en één voor de ingang van dit museum. Daarnaast staan er nog vrijheidsbeelden in de Franse plaatsen Barentin, Bordeaux, Colmar en Saint-Cyr-sur-Mer.
De Kamer van Koophandel van Frankrijk (Franse naam: La Chambre de Commerce et d'Industrie de France, afkorting: CCI) bevindt zich in Meaux. De website van de Kamer van Koophandel van Frankrijk is www.cci.fr. Het adres van de Franse Kamer van Koophandel is: CCI, 39 Avenue des Sablons Bouillants, 77100 Meaux. Het telefoonnummer is +33 1 44 45 37 00.
Toeristenorganisatie van Frankrijk
De toeristenorganisatie van Frankrijk heet Atout France (GIE), is gevestigd in Parijs, en de slogan luidt: “Explore France”. De website van de Franse toeristenorganisatie is www.france.fr. Het adres van de Franse Toeristenorganisatie is Rue Raymond Losserand, CS 60043, 75680 Paris. Het telefoonnummer is +33 1 42 96 70 00.
CCI 39 Avenue des Sablons Bouillants 77100 Meaux FRANCE https://www.cci.fr
Alles draait om eten in la douce France, zoals de Fransen hun land liefdevol noemen. Een Frans ontbijt is bescheiden: een croissant en een kop koffie, die staand aan de bar gedronken wordt op weg naar het werk. De lunch is uitgebreid en warm, veelal met wijn erbij. En water. Het is in Frankrijk gebruikelijk om veel water bij het eten te drinken. Het avondeten, ook warm, wordt later op de avond genomen. Bij de warme maaltijd wordt vers stokbrood gegeten. Zondagmiddag is in Frankrijk om te lunchen met de familie gereserveerd. Een lunch kan de hele middag duren, want tijdens de maaltijd heb je de beste gesprekken.
Fransen houden ook erg van praten. In het zakelijk leven is het niet anders: wie met Fransen zakendoet, moet veel converseren en uitgebreid eten. Veel Franse werkgevers geven hun werknemers vouchers waarmee ze in een restaurant kunnen lunchen. In Frankrijk worden kinderen streng opgevoed en doen gewoon mee met alle maaltijden. In Frankrijk eten kinderen hun menu met vier gangen zonder te morren en drinken met water aangelengde wijn. Omdat het in Frankrijk vrij gebruikelijk is dat beide ouders werken, gaan Franse kinderen in de vakanties vaak naar een vakantiekolonie (colonie de vacances).
Franse cafés hanteren vaak verschillende prijzen voor hetzelfde drankje. Zit je aan een tafeltje of op het terras, dan is de prijs hoger. Bestel je een café, dan krijg je een klein kopje zwarte koffie, bijna een espresso. Café au lait wordt weer geserveerd in kopjes zo groot als soepkommen. Fransen kunnen er uren over doen! Fransen zijn echte charmeurs. Een echte Fransman zal altijd de deur voor een vrouw openhouden, ook al is het een oude, onbekende dame, of haar met haar jas helpen. Dit wordt als beleefd beschouwd en het wordt erg op prijs gesteld. Fransen tutoyeren niet zo gauw. Het is heel normaal om collega’s of zelfs familieleden te ‘vousvoyeren’; aan te spreken met de vous-vorm (‘u’), soms samen met de voornaam. Als Fransen elkaar groeten, geven ze elkaar twee vluchtige kusjes, bises, op de wangen. Dit gebeurt door vrienden, collega’s, kennissen, maar mensen die zojuist aan elkaar zijn voorgesteld, doen dit ook.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
Taalvaardigheid Frans staat niet alleen voor kennen (weten) maar heeft en ook voor aandacht voor kunnen (handelen). Omdat kunnen minstens zo belangrijk is als kennen, staat bij Dagnall de toepassing van de opgedane kennis centraal.
Voor u het weet, doet u die vergadering of dat lastige telefoongesprek in het Frans en kunt u trots zijn op uzelf. Dagnall brengt taalkennis Frans tot leven!
De Franse taal is de meest gesproken Gallo-Romaanse taal. De Gallo-Romaanse taal is een vroege Romaanse taal die weer uit het Laatlatijn voortkwam. Gallo-Romaans werd rond 300-900 n.Chr. in het toenmalige Gallië gesproken, wat naast het huidige Frankrijk ook België omvatte, het westelijke deel van Zwitserland alsook delen van Nederland en Duitsland. Er waren talloze Gallo-Romaanse streektalen; elk gebied, hoe klein ook, had een eigen variant.
In het noorden werd sinds de 13de eeuw langue d’oïl gesproken en in het zuiden langue d’oc; deze talen konden worden onderscheiden aan de wijze waarop men ‘ja’ zei (‘oïl’ of ‘oc’). Het moderne standaardfrans (Nieuwfrans) is in principe de gecultiveerde variant van het Francilien. Dit was de taal van de Île-de-France en van de langue d’oïl.
Frans wordt door ongeveer 75 miljoen mensen als eerste taal gesproken. Het is de op drie na meest gesproken taal van Europa en in veel Afrikaanse landen is het Frans de enige officiële taal. Frans wordt onder andere gesproken in Frankrijk en de Franse koloniën, België, Luxemburg, Zwitserland, grote delen van Afrika, Québec, Haïti, Oceanië, het Caribisch gebied en Zuidoost-Azië.
Frans als officiële taal
Frans is een officiële taal in Frankrijk, België, Monaco, Zwitserland, Luxemburg, het Verenigd Koninkrijk (Guernsey en Jersey) Canada en Italië (Vallée d’Aoste) maar ook in Benin, Burkina Faso, Burundi, Centraal-Afrikaanse Republiek, de Comoren, Congo-Kinshasa, Congo-Brazzaville, Djibouti, Equatoriaal-Guinea, Gabon, Haïti, Ivoorkust, Kameroen, Madagaskar, Mauritanië, Mali, Niger, Rwanda, Senegal, de Seychellen, Togo, Tsjaad en Vanuatu. Ook in het zuiden van de Verenigde Staten wordt Frans gesproken; het zogenaamde Cajun-Frans. Frans is een officiële taal van de VN en één van de drie werktalen en officiële talen van de EU. Voor een lange periode was de Franse taal de taal van de Europese elite. Tot in Rusland toe, werd in hoge kringen Frans gesproken.
Ten opzichte van het Nederlands heeft de Franse taal een hele andere uitspraak. Eén kenmerkend verschil met de Nederlandse taal is dat in de Franse taal de woorden aan elkaar worden geplakt, waardoor je niet kunt horen waar een woord eindigt en het woord erna begint. Dit verschijnsel wordt ‘verbinding’ (in het Frans: liaison) genoemd Dit wordt vooral gedaan bij woorden die op ‘s’ eindigen en gevolgd worden door een stomme ‘h’ of een klinker. Zo zeggen de Fransen ‘lezzamie’ in plaats van les amis (de vrienden).
De uitspraak van het Frans
Fransen spreken eindletters vaak niet uit. Bijvoorbeeld parle en parlent klinken hetzelfde. Verder klinken bijna alle alle klinkers verschillend in het Frans. Omdat er veel Franse woorden in het Nederlands voorkomen, komt de uitspraak van de Franse taal ons bekend voor: bureau, portefeuille, toilet.
Franse medeklinkers of -combinaties klinken ook bekend, zoals garage, citroen, quarantaine, vanille en champignon.
Letters met accenten
Sommige accenten komen in de Nederlandse taal niet voor. De ç klinkt als een ‘s’, terwijl de ‘c’ soms klinkt als een ‘k’, afhankelijk van welke letter erna komt. In de Franse taal kan de e voorkomen met drie verschillende accenten.
Accent grave
Als eerste met een zogenaamde accent grave: è. Bijvoorbeeld bij l’été (de zomer). De accent grave: è klinkt als de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘schep’.
Accent aigu
Als tweede met een zogenaamde accent aigu: é. Bijvoorbeeld bij l’élève (de leerling). De accent aigu: é klinkt als ‘ee’ in het Nederlandse woord ‘veel’.
Accent circonflexe
En als derde kan de letter e in het Frans ook nog met een zogenaamde accent circonflexe: ê voorkomen. Deze letter zien we bijvoorbeeld in een woord dat dat in het Nederlands ook bestaat: crêpe (een dunne, kleine pannenkoek). De accent circonflexe: ê wordt iets langer aangehouden dan de letter ‘e’ in het Nederlandse woord ‘schep’. De Franse e zonder accent is klankloos, als de ‘e’ in het Nederlandse woord ‘lachen’.
Franse neusklank
De neusklanken zijn typisch voor het Frans, zoals un bon vin blanc. Deze vier woorden worden allemaal nasaal uitgesproken.
UITSPRAAK
Frans alfabet fonetisch/IPA
A
ah
/a/
B
bee
/be/
C
see
/se/
D
dee
/de/
E
uh
/ə/
F
effe
/ɛf/
G
zjee
/ʒe/
H
assj
/ɑʃ/
I
ie
/i/
/jiː/
J
zjie
K
kah
/ka/
L
elle
/ɛlə/
M
emme
/ɛmə/
N
enne
/ɛnə/
O
oo
/o/
P
pee
/pe/
Q
kuu
/qy/
R
er
/ɛʀə/
S
ess
/ɛsə/
T
tee
/te/
U
uu
/y/
V
vee
/ve/
W
doeble vee
/dubləˈve/
X
ieks
/iks/
Y
ie grek
/iˈgrɛk/
Z
zedde
/zedə/
SPELLING
WOORD
A
Anatole
B
Berthe
C
Célestin
D
Désiré
E
Eugène
F
François
G
Gaston
H
Henri
I
Irma
J
Joseph
K
Kléber
L
Louis
M
Marcel
N
Nicolas
O
Oscar
P
Pierre
Q
quintal
R
Raoul
S
Suzanne
T
Thérèse
U
Ursule
V
Victor
W
William
X
Xavier
Y
Yvonne
Z
Zoé
Speciale tekens
@
arobase
#
dièse
NAAMVALLEN
Het Frans kent geen naamvallen zoals die bijvoorbeeld in het Duits worden gebruikt bij zelfstandige naamwoorden. Une maison blijft une maison, welke grammaticale functie in de zin het woord ook heeft. Toch gebruikt het Frans wel naamvallen, maar slechts voor voornaamwoorden. Dat zijn er vier: de nominatif, die het onderwerp van de zin aangeeft (il; bijvoorbeeld il arrive); de génitif die een bezitsvorm aanduidt (sa/son, bijvoorbeeld son chien);>),
de datif voor het meewerkend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (lui; bijvoorbeeld “Jean lui donne une pomme”) en de accusatif voor het lijdend voorwerp en na bepaalde voorzetsels (le; bijvoorbeeld Marie le voit). Ook de betrekkelijke voornaamwoorden kennen een naamval, maar hier worden slechts de nominatif (qui) en de accusatif (que) gebruikt.
Frans is een Romaanse taal, net als Spaans, Portugees, Italiaans en Roemeens. De Franse taal is één van de werktalen van de EU, naast het Engels en Duits. De Franse taal is één van de zes officiële talen van de Verenigde Naties, naast Engels, Spaans, Chinees, Russisch en Arabisch.
Men zegt dat de stand ‘15-0’ (fifteen-love) in het tennis komt van het Franse woord l’œuf; ‘het ei’. Het getal nul heeft de vorm van een ei. Het zo Engels lijkende tennis zou afstammen van het Franse jeu de paume.
De Franse taal leren en de Franse cultuur begrijpen
De Franse taal gebruikt evenals het Nederlands, het Latijnse alfabet, dat uit 26 letters bestaat.
Afwijkende leestekens in het Frans
In het Frans worden zogenaamde guillemets gebruikt in plaats van aanhalingstekens. Guillemets zijn « driehoekige dubbele haakjes », ook wel ‘chevron-tekens’ genoemd, waarmee een citaat wordt geopend en gesloten.
De term ‘guillemet’ ontleent zijn naam aan Guillaume Le Bé (1525-1598). Deze Fransman was een lettermaker en hij was de bedenker van het teken. Tussen de guillemets en de tekst komen in het Frans spaties. Ook de andere leestekens worden in het Frans voorafgegaan door een spatie: Elle criait :, « Venez ! ».
Nuttige tips om uw talenkennis vlot en op een prettige manier te verbeteren
1
Bedenk of u visueel (gericht op beeld), auditief (gericht op geluid), of kinesthetisch (gericht op gevoel) bent ingesteld en kies op basis daarvan de voor u meest geschikte en plezierige leermethode
2
Lees Franstalige kranten. Vaak weet u al iets over actuele nieuwsberichten, wat helpt bij het begrijpen. Le Monde is een bekende (online) krant in het Frans en Mediapart een bekend online nieuwsportal
3
Luister naar Franstalige radio. FIP is de bekendste Franse publieke radiozender en NRJ de bekendste Franse commerciële radiozender
4
Luister en ontdek Franstalige muziek
5
Lees Franstalige tijdschriften over onderwerpen die u interesseren
6
Luister naar audioboeken en luisterboeken in de Franse taal
7
Luister naar podcasts van Franstaligen
8
Kijk Franstalige televisieprogramma’s en films. France tv is de bekendste publieke televisieomroep en TF1 de bekendste commerciële televisiezender in Frankrijk
9
Bekijk Franse filmpjes op het internet over onderwerpen die u interesseren
10
Stel als doel om elke dag 10 nieuwe woorden te leren
11
Voer Franse zinnen en woorden in de nieuwe taal op de website www.linguee.com, lees en vergelijk
12
Plak memoblaadjes op in huis
13
Verdeel leermomenten in kortere perioden. Elke dag 30 minuten met de taal bezig zijn heeft meer effect dan één keer per week 210 minuten
14
Bekijk Franse webwinkels met producten die u goed kent om de terminologie te herkennen, te vergelijken en te leren
15
Gebruik de gratis Duolingo website en Android of Apple app of Mondly website voor dagelijkse woorden en zinnen
16
Wees niet bang om foutjes te maken
17
Niet te veel denken, gewoon doen!
18
En uiteraard: Volg een taalcursus bij Dagnall Talen!
In het Frans heten ze des mots de remplissage; stopwoorden of opvulwoorden. Ook de Franse taal zit er vol mee. Woorden of woordcombinaties die mensen gebruiken om even te pauzeren en toch de aandacht vast te kunnen houden. In het Frans hoor je vaak aan het eind van een zin het stopwoord: hein? wat ruwweg klinkt als het stopwoordje ‘hè’ in het Nederlands.
Sterker nog: het Nederlandse woordje ‘hè?’ komt vermoedelijk uit het Frans. Dit stopstopwoord hein vraagt om instemming, ongeveer als: “Vind je ook niet?” In de Franse taal hoor je ook vaak het stopwoordje quoi? (wat?) aan het einde van de zin. “J’ai pris un taxi, quoi, ”Ensuite je suis allé chez eux, quoi.” Middenin een Franse zin hoor je vaak tu vois (‘zie je’), “t’vois c’que j’veux dire?” (‘zie je wat ik bedoel/wil zeggen‘).
En natuurlijk euh. Andere Franse stopwoorden of opvulwoorden zijn du coup (‘meteen’, ‘plotseling‘) en genre (‘soort’) en style (‘stijl’). Vooral Franse jongeren gebruiken de laatste twee.
Franse leenwoorden in het Nederlands
Leenwoorden in het Nederlands uit het Frans zijn: ‘ambulance’, ‘aubergine’, ‘ballon’, ‘boulevard’, ‘bourgondisch’, ‘bureau’, ‘cadeau’, ‘chauffeur’, ‘contant’, crème’, ‘elite’, ‘etage’, ‘garage’, ‘horloge’, ‘humeur’, ‘journaal’, ‘nuance’, ‘parlement’, ‘quiche’, ‘succes’, ‘toilet’ en ‘type’.
Nederlandse leenwoorden in het Frans
Nederlandse leenwoorden in het Frans zijn: ‘bier’ (bière), ‘haven’ (havre), ‘kabeljauw’ (cabillaud), ‘kajuit’ (cahute), ‘noord’ (nord), ‘oost’ (ouest), ‘west’ (est) en ‘zuid’ (sud).
Franse taalkennis verbeteren middels radio, tv & kranten
Franstalige media
Franse media bekijken, luisteren en/of lezen is heel doeltreffend om uw kennis van het Frans te verbeteren.
Zo neemt u ongemerkt het ritme en de klank van het Frans op.
Het kan heel leuk en leerzaam zijn om het nieuws (proberen) te lezen in het Frans. U bent waarschijnlijk al op de hoogte van de actualiteit, zodat u op vlotte manier veel Franse woordenschat kunt bijleren.
Le Monde
De meest gelezen kwaliteitskrant van Frankrijk is Le Monde. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Le Monde klikken om deze krant direct te lezen.
Mediapart.fr
Het meest gelezen kwalitatieve en neutrale Franse online nieuwsportal is Mediapart.fr. U kunt op de afbeelding hierboven met het logo van Mediapart.fr klikken, om dit populaire online nieuwsportal van Frankrijk direct te kunnen lezen.
FIP is de populairste publieke radiozender in Frankrijk. Als u op het linker beeldscherm hierboven met het logo klikt, kunt u live naar deze Franstalige radiozender luisteren.
NRJ
De zender NRJ is de bekendste commerciële radiozender onder Franstaligen. Klik op het computerscherm rechtsboven met het logo om direct live naar dit Franstalige commerciële radiostation te luisteren.
Klik op de afbeelding voor de website van France.tv
Uw favoriete series en televisieprogramma’s in het Frans of met Franse ondertiteling kijken, kan in het begin even wennen zijn, maar al gauw zult u merken dat dit erg leuk en leerzaam is. De publieke televisieomroep van Frankrijk is France tv.
TF1
TF1 is de bekendste commerciële televisieomroep voor de Fransen. Deze Franse televisiestations kunnen middels de kabel, internet, satelliet of via een app worden bekeken.
Betaalbaar maatwerk sinds 1982
Daarom Dagnall!
toptrainers maatwerk door heel Nederland ISO 9001:2015 gecertificeerd, NRTO-keurmerk Btw vrijgesteld
U kunt de cursus Frans in Arnhem op uw eigen locatie volgen of in Velp, bijvoorbeeld bij het Coachhuis in hartje Velp aan de Emmastraat 24-A in Velp. Dagnall Talen verzorgt eveneens taalcursussen Frans in Arnhem bij bijvoorbeeld Van der Valk Hotel Arnhem aan de Amsterdamseweg 505, bij NH Arnhem Rijnhotel aan Onderlangs 10, bij Postillion Hotel Arnhem aan de Europaweg 25, bij Best Western Plus Hotel Haarhuis aan het Stationsplein 1 en bij Fletcher Hotel Doorwerth-Arnhem aan de Kabeljauwallee 35 in Doorwerth.
Besprekingen houden in Arnhem kan bijvoorbeeld bij het GelreDome, bij Hotel Papendal, op Industriepark Kleefse Waard, bij het Nederlands Openluchtmuseum, bij Partycruiser Jules Verne en bij Safari Meeting Centre Burgers’ Zoo.
Neanderthalers woonden er in de steentijd al, maar in 893 wordt Arnhem (als ‘Arneym’) voor het eerst in een register genoemd van de bezittingen van de Abdij van Prüm in de Eiffel. Arnhem ontwikkelde zich als een handelsstad en werd in de Middeleeuwen lid van het Hanzeverbond. In 1543 werd het Hertogdom Gelre door Keizer Karel V ingenomen, die in Arnhem het Hof van Gelre en andere
instituten vestigde. Arnhem werd daardoor de belangrijkste stad van Gelre en uiteindelijk de provinciehoofdstad in het jaar 1813. De naam ‘Arnhem’ komt uit het Germaans. Het is een verbastering van arnu (arend) - en heem (thuis).
Arnhem is gelegen in aan de Nederrijn en de IJssel, in het gebied de Veluwezoom en in de streek De Liemers. Plaatsen de omgeving van Arnhem zijn Bennekom, Didam, Dieren, Doesburg, Doetinchem, Duiven, Eerbeek, Elst, Heteren, Hoenderloo, Huissen, Loenen, Oosterbeek, Renkum, Rheden, Schaarsbergen, Velp, Wageningen, Westervoort en Zevenaar.
Arnhem ligt in de provincie Gelderland. De gemeente Arnhem telde op 1 januari 2019 bijna 160.000 inwoners (bron: CBS).
Een inwoner van Arnhem wordt een ’Arnhemmer’ of ‘Arnhemse’ genoemd. Bekende Arnhemmers zijn Ted de Braak, Willibrord Frequin, Antonie Kamerling, Herman Koch, Emile Ratelband, Mart Smeets, Karel Vuursteen en Max Westerman.
Iets wat uit Arnhem komt, wordt ‘Arnhems’ of ‘Arnhemmer’ genoemd. ‘Arnhemse meisjes’ zijn traditionele koekjes van gistdeeg met veel suiker. Arnhem kreeg in 1233 stadsrechten.
Arnhem - internationaal, kernen & scholing
Provinciehoofdstad & partnersteden
Arnhem is de provinciehoofdstad van Gelderland. Arnhem is de op twee na grootste stad van de provincie Gelderland. Arnhem is één van de 22 Nederlandse Hanzesteden. De partnersteden van Arnhem zijn Croydon in het Verenigd Koninkrijk, Gera in Duitsland, Hradec Králové in Tsjechië, Kimberley in Zuid-Afrika en Wuhan in China.
Kernen
Onder de gemeente Arnhem vallen eveneens Elden en Schaarsbergen.
Hoger onderwijs
Er zijn diverse hogescholen gevestigd in Arnhem, HAN University of Applied Sciences Arnhem, de Politieacademie, Schoevers alsook de Wagner Group. In 2020 heeft Arnhem een universiteit gekregen in de vorm van het Connector Energy Innovation Lab, waarbij het IPKW en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen een rol spelen.
Arnhem is bekend vanwege de Slag om Arnhem, operatie Market Garden in WOII en als vestigingsplaats van de Luchtmobiele Brigade. De stad geniet daarnaast bekendheid vanwege Burgers’ Zoo, het Openluchtmuseum en als vertrekpunt van Rijnreisjes. Arnhem fungeert als opstap of overstapplek voor de belangrijkste internationale spoorverbindingen naar Duitsland en de rest van Europa. Arnhem is daarnaast een kenniscentrum voor
technologie en energie, hoofdstad van Gelderland, een populaire winkelstad en de vestigingsplaats van diverse grote bedrijven. Topsportcentrum Papendal hoort ook bij Arnhem.
Arnhem - minder bekend
Minder bekend is dat de grote blokken beton in de natuur rond Arnhem radiopeilstations zijn van de Duitse Luftwaffe uit WOII.
Arnhem ligt in het overgangsgebied naar het Veluws. Typisch voor het Ernums is de klank van de ‘aa’ die in è verandert. ‘Klaar’ wordt klèèr. In het Ernums komt de ‘ge/gij’ voor, in plaats van je/jij/jullie. Veel woorden worden half ingeslikt maar de klinkers worden eerder lang uitgerekt.
Een gaffeltange is een ‘oorwurm’; een knetterbiele een ‘kettingzaag’. Een echt Ernums gezegde voor iemand die er niet goed uitziet: Hij het een gezig as een deurgeschete erwt. Afgeven op de buren is de Ernummer niet vreemd. “Jij komt uit Nijmegen, toch?” in het Ernems: D’r uut!
“Made in [Arnhem]”
Arnhem - zakelijk
De gemeente Arnhem
Het netnummer van Arnhem is 026. Het postcodegebied van Arnhem is 6800 - 6846. Het adres van het gemeentehuis van Arnhem is Koningstraat 38, 6811 DW in Arnhem. De website van de gemeente Arnhem is Arnhem.nl. Het telefoonnummer van de gemeente Arnhem is 026 3775900.
Zakendoen in Arnhem
Voor Arnhemse ondernemingen is het dichtstbijzijnde filiaal van de Kamer van Koophandel het KVK-kantoor Arnhem aan de Kronenburgsingel 525, 6831 GM in Arnhem. Het telefoonnummer van de Kamer van Koophandel voor Arnhem is 088 585 1585. De website van de Kamer van Koophandel voor Arnhem is KVK-kantoor Arnhem.
Bedrijven die wereldwijd opereren, vindt u in Arnhem op bedrijventerrein Het Broek, IJsseloord 1 of 2, Kleefse Waard, Overmaat, Rijkerswoerd of op bedrijventerrein RijnPark. In Arnhem bevinden zich onder andere de volgende, veelal internationaal opererende bedrijven en organisaties: A1 Personeelsdiensten, Accon AVM, Accsys, Akzo Nobel Nederland, Allego, Alliander, Arcadis, Attero, Balans Groep, BASF Nederland, Beslist.nl, CCV Nederland, DNV GL, Eiffel, Elis, EW Facility Services, Flynth Adviseurs & Accountants, Gigaset Communications Nederland, Hays, Hoogwegt Diary, InventumJysk, KEMA, KplusV, Low &
Bonar, Medline, MPS Systems, NedStack, Novartis, Ohra Verzekeringen, Peeze Koffiebranderij, Scalabor (e-fulfillment, Jumbo fietspompen, nestkastjes), SIDN, Simson, SSI Schäfer, STSG, Suez Netherlands, TechnipFMC Separation Systems, Teijin Aramid, TenneT TSO, TÜV Rheinland, UL International, Vestas, VGZ, Wisa, Ziut, 4PET in Duiven, AVR in Duiven, Vamo in Duiven, Hectas Facility Services in Duiven, Distributiecentrum Jumbo in Elst, Brinkers margarinefabriek in Velp en Compaxo in Zevenaar. Een aantal van deze bedrijven mag Dagnall klant noemen.
Het Arnhemse nieuwsportaal is Arnhem Direct en Arnhemse ondernemers lezen hun regionale zakelijke nieuws op MKB Midden. Ondernemers in Arnhem kijken hun (zakelijk) nieuws op Omroep Gelderland.
Samen naar een sportwedstrijd kijken of zelf voetballen, tennissen, padellen of squashen met uw Franstalige zakenrelatie? Voetbal verbroedert. Wellicht is het leuk om met uw Franse zakenrelatie naar een voetbalwedstrijd te gaan, waar bijvoorbeeld de Arnhemse voetbalclub Vitesse, SML of VV Arnhemnia meespeelt.
Voor een partijtje tennis, padel of squash in Arnhem kunt u terecht bij ALTB, bij Tennisvereniging Elden, bij Tennisvereniging De Hoogkamp of bij De Groene Kamer. Golf, ontspanning & lunch Is het na de cursus Frans in Arnhem of een (lange) bespreking met uw Franstalige (zaken)relatie tijd om een beetje te ontspannen? Om even een balletje te slaan of gewoon gezellig iets te drinken of te eten, kunt u bij de Edese Golf Club Papendal in Arnhem terecht. De adresgegevens van deze golfbaan zijn Papendallaan 22, 6816 VD in Arnhem. De golfbaan is bereikbaar onder telefoonnummer is 026-482 19 85. De website van de Edese Golf Club Papendal is www.edesegcpapendal.nl. Om iets te drinken of te eten kunt u terecht bij clubhuis de Hofmeester, telefoonnummer 026-482 14 79.
Promotiefilmpjes en Google Maps
Hieronder staan promotiefilmpjes van Frankrijk en van Arnhem die tevens op Youtube te zien zijn. Klik direct op het rode logo van Youtube in het midden van de afbeelding om een filmpje te bekijken. Onder de promotiefilmpjes ziet u de locaties van Frankrijk alsook Arnhem op Google Maps. Klik linksboven om de kaart groot weer te geven in een nieuw venster.
Als u linksonder op het vierkantje in de afbeelding klikt, krijgt u de satellietbeelden van Frankrijk en Arnhem te zien op Google Earth. Met de + en – knop rechtsonder kunt u in- en uitzoomen op de kaartjes. Wat kennis van de streek van uw Franse zakenpartner kan goed van pas komen tijdens zakelijke gesprekken met Franstaligen.
Promovideo Frankrijk
Promovideo Arnhem
Google Maps Frankrijk
Google Maps Arnhem
Op de hoogte blijven van wat er speelt in Frankrijk
Hieronder kunt u het meest recente nieuws uit Frankrijk en Arnhem lezen van verschillende nieuwsbronnen. Het eerste blokje is Frans nieuws in het Nederlands. Het tweede blokje is nieuws uit Frankrijk in het Frans. Het derde blokje is Arnhems nieuws (in het Nederlands). Het nieuws wordt steeds live bijgewerkt. Wanneer u zakendoet of communiceert met Fransen,
is het altijd handig en prettig om een beetje op de hoogte te zijn van wat zich in Frankrijk speelt. Daarnaast is het vrij leerzaam om het Franse nieuws in de Franse taal te lezen. U bent waarschijnlijk al op de hoogte van het dagelijkse nieuws, dus gaat begrijpend lezen relatief gemakkelijk en het verrijkt de Franse woordenschat met actuele Franse woorden, uitdrukkingen en termen.
Dagnall verzorgt maatwerk taaltrainingen in onder meer Nederlands, Engels, Frans, Duits, Spaans en Italiaans in Arnhem. Hierboven staat een overzicht van de andere talen die wij naast Frans standaard aanbieden in Arnhem.
Uiteraard kunt u altijd contact opnemen voor een taalcursus in een taal die niet in het overzicht staat vermeld.
Dagnall Talen verzorgt ook vertaalwerk en tolken Frans